BOVENOP ZAKEN IS EEN UITGAVE VAN JOANKNECHT & VAN ZELST JAARGANG 11 • NR. 20 • JUNI 2014
OPVALLERS Werken aan merken SQUEASE Het comfort van druk JANSEN HUYBREGTS Groeien tijdens de recessie
Eyewitness: een museum met een bijzondere rode draad Wim Seelen Cultureel erfgoed waarborgen Pag 8
‘Toezicht op financiële sector is doorgeslagen’
Inhoudsopgave Opvallers
Merken bouwen is mensenwerk Zo luidde de kop van Het Financiële Dagblad op zaterdag 31 mei jongstleden. Volgens bestuurders van banken en verzekeraars is de manier waarop de AFM en DNB toezicht houden op deze sector “doorgeslagen, ingegeven door angst voor de publieke opinie en leidt dit tot een juridisering van het toezicht”. Deze uitspraken zijn gedaan door bestuurders uit de financiële sector en zijn samengevat in het recent verschenen boek Ik ben integer, jij bent integer. De AFM houdt ook toezicht op accountantskantoren die wettelijke controles uitvoeren. Hoe ontwikkelt het toezicht zich op dat terrein? In 2013 heeft de AFM haar “nulmeting” bij accountantsorganisaties met een vergunning afgerond. Uitkomst is dat de kwaliteit van de uitgevoerde wettelijke controles volgens de AFM onvoldoende is en dat de meeste onderzochte kantoren maatregelen moeten nemen om de kwaliteit van de wettelijke controles te verhogen. Op basis van de onderzoeksrapporten van de AFM en de wijze van communicatie daarover kan de indruk ontstaan dat sprake is van ondubbelzinnige misslagen en dat ten onrechte goedkeurende verklaringen zijn afgegeven. De praktijk is echter niet zwartwit. De AFM hanteert bij de onderzoeken haar eigen interpretaties. In veel gevallen zijn ook andere invalshoeken te beargumenteren. In april kwam de AFM daarnaast met “drie voorstellen om een beter bestuur” van accountantsorganisaties te waarborgen. Het huidige partnermodel kan volgens de AFM een barrière vormen om noodzakelijke
veranderingen door te voeren in de organisatie. Vertaald naar het aandachtsgebied van de AFM zegt zij hiermee impliciet dat de kantooreigenaren mogelijk zouden willen verhinderen dat hun onderneming goede kwaliteit levert. Het tegenovergestelde is het geval!
In promomarketing gaat het om het prikkelen van álle zintuigen. Eigenaar Martin Damen wil er continue bovenuit springen, opvallen.
Eyewitness
Een museum is een onderneming Men kan zich overigens de vraag stellen of de rol die de AFM hier pakt, wel past bij de wettelijke taak van de toezichthouder. Nog los van de vraag wie de AFM controleert. Misschien moeten de bestuurders van accountantskantoren ook maar eens een boek schrijven. Het bestuur van SRA (Samenwerkende Registeraccountants en Accountants-Administratieconsulenten, waarvan 370 kantoren lid zijn waaronder Joanknecht & Van Zelst) heeft haar bijdrage al aangeleverd via de open brief van 14 april jl. aan beroepsorganisatie NBA. De gelijkenis met het toezicht op banken en verzekeraars dringt zich hierbij op.
Zijn fascinatie voor de WO II heeft Wim Seelen beeldend gemaakt door een museum te beginnen. Een hobby kan hij het niet noemen. Dit is een ware onderneming.
Squease
Een product dat ertoe doet Een afstudeerproject met een blijvend karakter: de ontwikkeling van een drukvest helpt mensen die last hebben van sensorische problemen.
4 8 12
Jansen Huybregts De uitdaging voor zowel accountantsorganisaties als de toezichthouder is om op een open en constructieve manier te blijven samenwerken en communiceren, steeds met het doel de kwaliteit van wettelijke controles verder te verbeteren.
Groeien tijdens de recessie Het zijn lastige tijden in de bouwwereld. Jansen Huybregts groeit gestaag verder. ‘We bouwen niet, we geven aandacht.’
Niet meer en niet minder, en daar staan wij voor. Frank Driessen
16
IT Audit pagina 15 Voorkom een virtuele inbraak in uw ICT-omgeving. Trots op … pagina 19 Ondernemers die in de belangstelling staan. Pensioenwetgeving pagina 20 Wederom wijzigingen in ons pensioenstelsel. Mr. J.M.L.M. (Hans) van Buren pagina 22 De belangrijkste wijzigingen van het nieuwe ontslagrecht.
BovenopzakenJuni2014 Pagina 3
Opvallers
‘Merken bouwen is mensenwerk’ Onder zijn mails zet hij: met opvallende groet, zijn bedrijf huist op een opvallende locatie en er lopen opvallend veel ‘mooie’ mensen rond. Zelf hoeft Martin Damen niet zo op te vallen; klein van stuk, gezellige Brabantse tongval en best bescheiden. Maar vraag hem naar zijn bedrijf en er komen poppetjes in zijn ogen, er verschijnt een brede grijns rond zijn mond en hij kan blíjven vertellen. Opvallers: “Een veelzijdig promotiebureau, dat er absoluut bovenuit springt!”
Aan de Fuutlaan in Eindhoven, in het oude onderkomen van Het Zuidelijk Toneel en daarvoor van Van Gend & Loos, huist Opvallers. Een locatie die, naar later zal blijken, goud waard is voor Opvallers. Het bezoek start met een rondleiding, “omdat dat goed duidelijk maakt wat wij doen en hoe wij dat doen,” zegt oprichter en eigenaar Martin Damen (38).
Wie is Martin Damen? Martin Damen, 38, geboren in Deurne. Grootste uitdaging: groei van Opvallers goed managen en kwaliteit borgen. Bij het sportmarketingbedrijf Triple Double zette Martin de tak op die de vele succesvolle sportsponsorships tot leven bracht. In 2005 werd deze tak omgedoopt tot Opvallers. In 2012 weekte Martin Opvallers los van Triple Double. In 2013 verhuisde Opvallers van Deurne naar Eindhoven. In 2011 schreef Martin de dichtbundel Amen zegt meneer Damen, met op rijm gestelde overpeinzingen over zaken die hem ‘opvielen’. www.opvallers.nl
BovenopzakenJuni2014 Pagina 4
Inspiratie Het pand is van deze tijd; robuuste materialen, industrieel karakter, leidingen en installaties deels in het zicht. In een met glas omgeven binnentuin scharrelen enkele dikke Barnevelders rond, goed voor kakelverse eitjes bij de lunch. Een grote bar, waar tot voor enkele jaren de theaterbezoekers hun pauzekoffie dronken. Verschillende niveaus, doorgangen, split levels en … dat atmosfeertje: hier gebeurt wat, hier wordt gebroed (niet alleen door de kippen), er is drukte, activiteit, inspiratie! Bedenken “Dit was de kassa, een gesloten hok,” zegt Martin. “Wij hebben daar een mooie open balie van gemaakt, waar je meteen tegenaan loopt als je door onze ‘ambassa’deur’ binnenkomt. De gang door die deur maakt je enthousiast over ons bedrijf, of je nu medewerker bent of klant. Achter de balie is de
werkplek van onze salesman en daar bovenop de brainstormruimte. Daar bedenken wij de acties voor onze klanten. De resultaten daarvan zie je hier overal om je heen.” In de centrale hal staan tal van opvallende displays, kraampjes, een bakfiets etc. Vanuit die meestal speciaal ontworpen uitgiftepunten delen de Opvallers (zo worden de medewerkers steevast genoemd) samples uit: koeken, cosmetica, drankjes, fruit, koffie, you name it. Want dat is de business van het bedrijf: promomarketing of field marketing. Martin: “Werken aan merken door één op één contact tussen de consument en een enthousiaste Opvaller die het product aanprijst of een actie aanbiedt. Een effectief instrument in de marketingmix. Merken zoeken uiteraard omzet, maar ook beleving, merkentrouw, een goed gevoel. Dat kun je met mensen veroorzaken. Zeker met die van ons, want wij pretenderen de beste mensen in huis te hebben.” Awardwinning Dat het bedenken van acties en concepten het bedrijf goed afgaat, blijkt uit de prijzenkast. Daar liggen vijf prijzen, gewonnen met opvallende en geslaagde campagnes. Dat varieert van een succesvolle op merkbeleving gerichte doorvertaling van een populaire tv-
“In promomarketing gaat het om het prikkelen van álle zintuigen.”
BovenopzakenJuni2014 Pagina 5
Merken en klanten Opvallers is “een veelzijdig promotiebureau, dat er absoluut bovenuit springt!” staat te lezen op hun site. Met 25 vaste medewerkers en ongeveer duizend Opvallers werken ze voor, ja voor wie eigenlijk? Een onvolledige opsomming: Merken: Nivea, Specsavers, Swatch, Pepsi, Lu, Axe, Liga, Wieckse, Jillz, Arla (DMFA Award in 2012), Milka, Heineken, Brand bier. Klanten: Ikea (introductie nieuwe filialen), Schiphol (welkom met oliebollen op nieuwjaarsdag), ANWB (Pechprognose), Keurslagers (BBQ-promotie).
BrandBabes We zouden ze bijna vergeten, de BrandBabes. Jongens en meisjes met een perfecte uitstraling, de juiste maten en van modelachtige schoonheid; de ultieme brandambassadors. Martin: “Sommige klanten willen hun presentatie alleen maar door ‘mooie’ mensen laten doen, zeg maar een premium promotie. Soms past dat heel goed bij het product. In die behoefte voorzien we met BrandBabes. Zij zijn bijvoorbeeld goed inzetbaar voor acties op locaties als een golf- of tennistoernooi, of voor bepaalde producten zoals cosmetica of drank. Let op, het zijn geen domme popjes, het zijn vrijwel allemaal universitaire of hbo studenten. Ze vinden het gewoon leuk om wat bij te verdienen met dit werk. We positioneren ze apart in de markt en met veel succes. Beauty and brains werkt!”
commercial (Bavaria met Playboy-oprichter Hugh Hefner) tot een buitengewoon effectieve leadgeneratie op straat waardoor aantoonbaar meer verkocht werd (Specsavers). Overigens, Martin vindt prijzen prachtig en ze duiden op erkenning, maar wat werkelijk telt is het resultaat. “En dat is waar wij voor gaan. Een goede stand is één ding, maar als het blikje cola wat je uitdeelt lauw is … Of als de persoon die jou vraagt wat je vanochtend voor je ontbijt hebt gehad dat niet met oprechte belangstelling doet, dan is de kans verkeken. De kans voor onze opdrachtgever op een positieve ontmoeting tussen zijn
BovenopzakenJuni2014 Pagina 6
Voorraad - executie Op naar de volgende afdeling: het magazijn. Het ruikt er naar Oreo-koekjes; daarmee staat een actie op stapel. Hier worden de samples op voorraad gehouden, maar ook koelboxen, vlaggen, parasols, kleding en overige attributen. Opgevouwen displaymateriaal ligt hoog opgetast in de schappen. In een apart hok staan wasmachines en drogers, voor de broeken, jurkjes, t-shirts, colberts, sjaals etc.
“Merken zoeken uiteraard omzet, maar ook beleving, merkentrouw, en een goed gevoel.” product en zijn – potentiële – klant wel te verstaan. De kans om een relatie te starten dan wel te bestendigen.” Oplijnen Inmiddels zijn we aanbeland in een oude zaal van Het Zuidelijk Toneel. Een tribune is er niet meer, wel staan er twee baskets. Dat heeft te maken met Martins passie basketbal. “Hier spelen we weleens een partijtje ter ontspanning. Maar in de regel is deze zaal voor opleiding en training. Opvallers uit het hele land komen hierheen voor hun instructies. Laatst stonden er tientallen Tassimo’s. Dat is de tegenhanger van Nespresso, maar dan van apparatenfabrikant Bosch en koffiebrander Mondelèz. Vierhonderd Opvallers hebben we een salestraining gegeven zodat ze alles afweten van het apparaat, de koffie en andere warme dranken en van het gevoel dat de partners achter Tassimo willen uitstralen en overbrengen.” Meestal gaan kleinere groepen op pad voor een opdrachtgever, daarvoor is een kleinere instructieruimte beschikbaar. Je moet het beleven In weer een volgend vertrek staan diverse actiesettings opgesteld, compleet met aangeklede poppen voor het beeld. “Hier laten
we onze opdrachtgevers zien wat we maken, levensgroot en in het echt, om het juiste gevoel te geven. Dat werkt, want bij promoties in het veld moet het totaalplaatje kloppen: standmateriaal, product, de mensen en de sfeer. We willen alle zintuigen prikkelen.” Bij ons bezoek staan er displays van onder andere belVita, Prince, Worry Free Holy Soda en Nutella, voorwaar geen kleine merken. Opvallers werkt voor topmerken, blijkt ook wel uit de lijst (zie kader). Allemaal bedrijven dus die kiezen voor inzet van ‘live’ productpromotie. Martin geeft een kort college: “Het gaat nog te ver om exacte voorspellingen te doen over verkopen die een direct gevolg zijn van het feit dat mensen iets in hun handen gedrukt krijgen (conversie). Wij, en ook onze klanten, meten dat wel en er zijn ook significant betere verkoopcijfers als er een actie is, maar het blijft afhankelijk van veel factoren. Wij doen ons uiterste best de ‘ontmoeting’ te laten slagen, échte interactie te krijgen. Niet alleen maar zenden, zoals bij veel marketinginstrumenten, maar ook ontvangen. Als de Opvaller zijn of haar werk goed doet, moet de volgende ontmoeting tussen klant en product positief zijn. Een kans tot aankoop.”
Geheel volgens de strakke projectplanning, die op weer een andere verdieping door één man(!) wordt gemaakt, worden de spullen uit het magazijn klaargezet voor de acties, die meestal op vrijdag en zaterdag plaatsvinden. Martin trekt een roldeur open, buitenlucht! Nu wordt hij echt enthousiast: “Op vrijdag staan hier tientallen, soms wel zestig auto’s van onze buurman, een autoverhuurder. Die worden allemaal gevuld met display- en promotiemateriaal. Gekoelde samples worden vlak voor vertrek geladen. Dan arriveren – vaak te voet vanaf het station – de Opvallers, jongens en meisjes uit het hele land. Ze nemen hun instructies nog een keer door en vertrekken dan met hun volgepakte auto’s naar alle windstreken. Dat is een waanzinnig gezicht.” Nu blijkt ook de waarde van de locatie aan de Fuutlaan: volop magazijnruimte, volop parkeerruimte, dichtbij Eindhoven CS zodat de duizend(!) Opvallers uit het hele land supersnel op de zaak kunnen zijn. “Samen met het bijzondere karakter is het echt een lot uit de loterij hier.” Professionaliseringsslag De rondleiding loopt ten einde. Via de loopbrug komen we bij de financiële afdeling. Alle uren worden hier verwerkt en verloond. “Voor de eerste opdrachten rende ik aan het einde van de dag naar de lokale pinautomaat en hield ik dat bij in een excelsheetje. Met de komst van Bas van der Duim (voorheen Paradigit) eind 2012 hebben we in 2013 een enorme financiële professionaliseringsslag gemaakt. Waar ik tot 2014 zelf de volledige operatie aanstuurde, heeft Bas dat begin dit jaar van me overgenomen en ook daar worden momenteel de processen geautomatiseerd. We zijn continu bezig met het verhogen van de kwaliteit van onze dienstverlening en daar speelt Bas een belangrijke rol bij.”
BovenopzakenJuni2014 Pagina 7
Zijn fascinatie voor de WO II kan hij zelf moeilijk herleiden. Dat hij er bijna alles van weet is een feit. Zijn eigen Eyewitness-museum in Beek is hier getuige van. “Ik ben misschien nu nog wel meer ondernemer dan tijdens het runnen van het familiebedrijf.”
Een museum is een onderneming
Een bevlogen ooggetuige KOP WISSELEN Cursief is kop!!!!!!!!
BovenopzakenJuni2014 Pagina 8
Wim Seelen geniet bij de rondleiding in zijn eigen museum in het Limburgse Beek. Hij vertelt honderduit over de WO II, noemt vele historische feiten uit die tijd. Wim vertelt het op zo’n manier dat je meegezogen wordt in zijn woorden. Bezoekers hangen aan zijn lippen en bevragen hem volop. Hij straalt. Verkocht Zijn museumplan is er niet zo maar gekomen. Wim Seelen stapte in 1990 in het bedrijf Charles Goffin. Het familiebedrijf, dat ooit door zijn grootvader – ‘de vader van mijn moeder’ - is opgezet, was gespecialiseerd in medische apparatuur. Zijn vader had in de jaren negentig van de vorige eeuw de leiding. De jonge Wim begon als administratief medewerker en volgde in 1992 al zijn vader op en werd algemeen directeur. Onder zijn leiding groeit het bedrijf uit tot een mil-
joenen bedrijf, met een jaaromzet van dertig miljoen. Niet alleen door autonome groei, ook door vele overnames. “Dat werd door meerdere bedrijven opgemerkt. Zo ook door onze grootste leverancier, het Japanse bedrijf Sysmex. Dat bedrijf toonde interesse in Charles Goffin, maar ik stond er nog niet achter. Ik wilde in eerste instantie niet verkopen”, vertelt Seelen met enige emotie. “Echter, ik kon het niet tegenhouden. De leverancier was te machtig.” Het familiebedrijf is in 2008 verkocht. Hij praat niet over de verkoopsom. Het viel de toen 38-jarige kleinzoon van de grondlegger zwaar. ”Ik moest even schakelen en alles een plek geven. Eén ding realiseerde ik me wel: de medische apparatuur waar wij voor stonden, daar lag niet mijn hart. Dat wist ik in die tijd ook wel, maar dat was nu een hard gegeven.”
BovenopzakenJuni2014 Pagina 9
De onderneming Wim Seelen ziet zich zeker niet als een oud-ondernemer. “Sterker nog, we runnen hier met zijn allen een volledig bedrijf. Het mag dan mijn passie of hobby zijn: het is ook zeker mijn bedrijf.” Dat mag zeker gezegd worden: na een ruim jaar heeft het museum al ruim 6500 bezoekers ontvangen. “De term ‘museum’ is niet beschermd. Iedereen kan zo een kaartje ophangen met het woord ‘museum’, maar ik denk dat we er wel iets bijzonders van hebben gemaakt. Dit krijgen we ook terug van onze bezoekers. Ondanks dat het heel hard werken is, zijn dat de dankbaarste momenten. Bezoekers die enthousiast en geboeid naar huis gaan.” Ambitieus blijft Wim, maar tevens bescheiden. “Ik weet dat we niet te vergelijken zijn met een Anne Frank-huis of een Rijksmuseum maar als we op jaarbasis zo’n 10.000 bezoekers zouden mogen ontvangen, dan ben ik tevreden.” Op de vraag of hij een erkend museum wil worden, antwoordt hij heel eenvoudig; “Dan moet ik zoveel werk verrichten voor die status dat die ik energie en tijd liever steek in de collectie en de verbetering van het museum in zijn huidige vorm.”
BovenopzakenJuni2014 Pagina 10
Hobby Na de verkoop van het familiebedrijf nam hij de tijd om uit te zoeken wat hij wilde. “Het was een moeilijke periode. Ik viel in die tijd wel terug op mijn hobby: het verzamelen van wapens en WO II-memorabilia. Als sinds mijn tienerjaren was ik aan het verzamelen en aan het lezen over de oorlog. Waar mijn fascinatie vandaan komt, weet ik niet exact. Ik wil er steeds meer van weten en hebben. Bij onze boerderij hebben we een oude schuur, die ik omdoopte tot een collectieruimte. Soms kwamen hier wel eens mensen wat bekijken en ik kreeg al snel te horen dat het jammer was dat niet meer mensen hiervan konden genieten.” Toen is het museumplan geboren. “De collectie was natuurlijk niet compleet. Ik had slechts een gedeelte van het verhaal dat ik wilde gaan vertellen. Bovendien wilde ik niet in het vaarwater gaan zitten van andere musea. Nederland telt namelijk 83 musea rondom dit thema. In Limburg zijn er vijf. Ik moest wat anders. Sterker nog, ik wilde iets anders.” Zijn eigen creativiteit bracht hem verder en hij creëerde een rode draad voor zijn museum. Hij bracht in zijn verhaal August Segel tot leven. Een Duitse parachutist, die in 1917 is geboren en in 1935 in dienst gaat. “Hij heeft niet geleefd maar wat hij heeft meegemaakt hebben vele echte Duitse parachutisten wel degelijk meegemaakt. Velen van hen hebben op meerdere plaatsen gediend tijdens de oorlog, zo ook August. Uiteraard zijn sommige momenten bedacht door mijzelf. Het is en blijft een fantasiefiguur.” Menselijke kant Wim laat in zijn museum dus de oorlog zien door de ogen van een Duitser. “Inderdaad, we laten hier ook hakenkruizen zien, en we oordelen niet. Ik handel op een loepzuivere manier. Ik praat niks goed, er bestaat voor
mij geen goede kant of slechte kant. Het is eigenlijk een neutrale lijn met een boeiende verhaallijn, waardoor je meer komt te weten.” In de dertien diorama’s worden vele kanten van de oorlog belicht. Vele gebeurtenissen worden benoemd. Bovendien worden de spullen en poppen aangevuld met geluid en woorden. Zo hangen er bij veel diorama’s digitale schermen waarin August de bezoeker meeneemt naar zijn wereld. Het zijn brieven die hij schrijft aan zijn ouders, terwijl hij in het veld is. Wim: “Ik laat een hele menselijke kant zien van de oorlog en voeg daar aan de hand van brieven nog meer beleving aan toe. Het museum vertelt het verhaal van de hele oorlog; van het begin tot het einde: dat kan uiteraard alleen maar over een Duitse soldaat zijn. Immers, die kan de hele periode meegemaakt hebben. August overleeft overigens de oorlog niet, ook hij is het slachtoffer geworden van deze oorlog.” Loepzuiver De gekozen invalshoek verrast bezoekers soms, dat weet Wim ook. “Natuurlijk worden mensen hier geconfronteerd met de minder mooie kanten van de oorlog, we laten dan ook de zwartste periode van onze geschiedenis zien. Duitse uniformen, de Hitlerjugend, foto’s van Hitler en nazivlaggen zijn eigenlijk vanzelfsprekend. Ik heb het wel op zo’n manier gepresenteerd dat het objectief is gedaan. Neem die vlaggen: die laten we zien bij de Geallieerden. Ze dragen de vlaggen als overwinningssymbool bij zich, op een subtiele manier. De presentatie staat boven alles: ik mag in bepaalde dingen niet te ver gaan en ik mag het niet goedkeuren. Ik moet het gevoelig neerzetten. Die emotie laten zien, zonder een kant te kiezen. Ik handel namelijk niet op de verkeerde manier: mijn beweegredenen om dit voor het publiek toegankelijk te maken zijn loepzuiver.”
Dé hoofdreden voor Wim is de jeugd. “Dit is cultureel erfgoed. Dit mag niet verloren gaan. Onze zwartste bladzijde uit de geschiedenis moeten we in het geheugen hebben gegrift. Sterker nog, het verhaal moet verteld blijven worden zodat we ervan kunnen leren. Vele mensen zijn tijdens deze oorlog gestorven,” benadrukt de museumeigenaar. “Ik zie het inmiddels als mijn roeping om de jeugd hierover te informeren en hen te leren wat dit heeft betekend. Die miljoenen mensen die gesneuveld zijn, die mogen we niet vergeten.” “Nederland heeft soms ook hele rare plannen”, onderstreept Wim. “Dan laait er weer een discussie op over het afschaffen van de Dodenherdenking of Bevrijdingsdag. Ik kan daar zo boos over worden. Mensen die dat voorstellen … die begrijpen het niet.” Ruim een jaar geleden openden de deuren van het museum. Na ruim vier jaar intensieve voorbereiding: het concept uitwerken en uitvoeren plus de verzameling zo compleet mogelijk maken. In 2013 ging Eyewitness open voor publiek. Inmiddels is het museum ruim 6500 bezoekers verder. “Het waren hele intensieve jaren. Als ik de emotionele periode van de verkoop van het familiebedrijf niet had meegemaakt dan waren het nog zwaardere jaren geweest. Ik heb in die tijd al veel voor mijn kiezen gekregen. Ik kan nu zeggen dat een museum starten ook ondernemen is. Een museum is een bedrijf met alles erop en eraan. Dit is mijn roeping, mijn passie. Daarnaast ik moet één hele belangrijke kanttekening maken: ik heb ook nog een privéleven. Vandaar dat het weekend voor mijn gezin is.”
Monumentaal pand In 2008 verkocht Wim Seelen (45) het familiebedrijf, dat zijn grootvader was gestart. Hij wilde eigenlijk alle bezittingen, die te maken hadden met de onderneming Charles Goffin verkopen. Zo ook het monumentale pand aan de Maastrichterlaan in Beek, het hoofdkantoor van het familiebedrijf. “Op aanraden van mijn vrouw mocht ik het pand niet verkopen. Sterker nog: ik kreeg het niet eens verkocht”, lacht hij nu. Het moest zo zijn: nu huist in dat pand zijn eigen Eyewitness-museum. En dat is geen vreemde plek voor een WO II-museum: de historische villa was tijdens de oorlog de ambtswoning van de Beekse burgemeester
Joop van Sonsbeeck. Deze burgemeester treedt in 1941 af uit protest tegen de Duitse bezetter. “Het huis heeft zo zijn geschiedenis en dat brengt nog meer sfeer aan het museum.” Natuurlijk kent de villa ook haar nadelen: de ruimte is beperkt. Seelen is ondernemer in hart en nieren en heeft daarom ook plannen voor de toekomst: de ontwikkeling van een educatiecentrum en mogelijk een horecagelegenheid. “Wat ik voor ogen heb is eigenlijk heel eenvoudig: ik hoop dat de jongeren van deze tijd over een jaar of vijftien zeggen ‘O, dat is het museum dat we altijd met school bezochten’. Wie weet bezoeken hun kinderen, dit museum ook nog.”
Ook getuige willen zijn van het verhaal van August Segel? Kijk naar de mogelijkheden op www.eyewitnesswo2.com Voor bedrijven zijn er ook arrangementen mogelijk, op maat samengesteld.
BovenopzakenJuni2014 Pagina 11
Bijzonder ‘afstudeerproject’ leidt tot drukvest
Een product dat ertoe doet Het leuke van de artikelen in dit blad zit vaak in de unieke manier waarop mensen op het idee kwamen voor een product of dienst. Soms door puur toeval, dan weer omdat anderen zeiden dat …, en ook wel eens als logisch vervolg op … Maar eenmaal bepaald ‘waar het over gaat’, vertonen de geschiedenissen regelmatig overeenkomsten. Onderstaand verhaal is zowel in de zoektocht naar het product als in wat er daarna gebeurde bijzonder.
Bijvoorbeeld omdat de bedenkers van het product als opdracht meekregen: bedenk een product. Of is het bijzonder omdat de bedenkers zich lieten inspireren door de veertienjarige neef van één van hen? Of omdat ze bedachten dat hun product ertoe moest doen (niet de zoveelste smartphonegadget)? Dat het leven van een bepaalde groep mensen er aangenamer door moest worden? Of omdat de vier bedenkers vanuit zulke verschillende invalshoeken dachten en keken? Lees en bepaal het zelf. ‘From scratch’ Ambitie kan haar niet ontzegd worden: Katrien Ploegmakers (32) had de studie Industrial Design aan de TU Eindhoven afgerond en was enige tijd actief als grafisch ontwerper. Maar omdat dat haar niet genoeg
BovenopzakenJuni2014 Pagina 12
voldoening gaf, besloot ze een ‘master’ te gaan volgen, en niet zomaar een. Ze vertrok naar Londen, naar het prestigieuze Royal College of Art (RCA), waar ze Innovation Design Engineering studeerde. Als afstudeerproject vond ze met drie mannelijke medestudenten een drukvest uit, luisterend naar de naam Squease, van to squeeze: drukken of knijpen, en to ease: gerust stellen. Vanwege de potentie van het vest mochten de vier na hun afstuderen in een zogeheten incubatorprogramma hun product doorontwikkelen tot het produceerbaar was en het naar de markt brengen. “Toen kon ik zeggen dat ik een idee ‘from scratch’ tot een verkoopbaar product had gemaakt. Dat was geen onderdeel van mijn TU-opleiding en
dat miste ik. Hoeveel mensen kunnen zeggen dat ze hun innovatie beloond zagen met de incubatorstatus op het RCA?” Daar heeft Katrien een punt, want dat zijn er maar enkelen per jaar. Dank aan neef Alex Maarreuh … een drukvest? Vertel! “Een van ons had een neefje, Alex, van veertien. Alex heeft PDD-NOS en – om het kort samen te vatten – een probleem met het verwerken van prikkels. Dat is een gemeenschappelijk kenmerk van allerlei stoornissen uit het autisme-spectrum en aanverwante aandoeningen als ADD, ADHD en zelfs sommige verstandelijke beperkingen. Omdat er voor deze doelgroep bijna geen ‘producten’ zijn – alleen maar boeken en therapieën – gingen wij de uitdaging aan en besloten we Alex, en
zijn lotgenoten, te gaan helpen met ‘iets’. Al snel zaten we op het spoor van ‘druk’. Het bleek dat mensen met sensorische problemen gebaat zijn bij druk die op hun lichaam wordt uitgeoefend. Hierdoor kunnen zij zich richten op die druk en dat is rustgevend, een woede- of angstaanval kan zo uitblijven. Het helpt hen soms ook zich bewust te worden van hun eigen lichaam in de ruimte, plaatsbepaling of gewoon ‘voelen’ dat je lichaam er is en waar het is. Dit klinkt raar, maar dit is voor hen heel belangrijk. Jezelf een knuffel geven Het comfort van druk, diepe druk zelfs, is geen vondst van ons. Autisten zoeken die druk soms zelf op, gaan onder een matras of zware dekens liggen of zetten zichzelf klem achter de deur. Knuffels vinden ze fijn, maar
alleen van mensen die vertrouwd zijn en ook weer niet altijd en niet altijd op dezelfde wijze. De geur van de knuffelaar, het moment op de dag, de uitgeoefende kracht, alles kan verstorend werken. Dus wij dachten: je moet in staat zijn jezelf een knuffel te geven, wanneer en waar je maar wilt, hard of zacht, en je moet er onmiddellijk weer mee kunnen ophouden. Nu bestaan er allerlei verzwaarde vesten met zandzakken of met klittenbandsluitingen om lekker strak aan te sjorren zodat je de druk kunt opvoeren. Het probleem is dat je meestal iemand nodig hebt om het aan en uit te doen. Dus al brainstormend kwamen wij op het idee om een lichtgewicht opblaasbaar vest te maken dat druk, zelfs diepe druk, kan leveren op het bovenlichaam. Je
draagt het vest onopvallend onder je kleding en blaast het, met een handpompje, zelf op als daar aanleiding voor is. De kakafonie de baas Diepe druk zorgt voor een veilig en beschermd gevoel en zorgt ervoor dat het centrale zenuwstelsel zintuiglijke prikkels beter kan verwerken en integreren. Dat helpt om een overprikkeld of ‘angstig’ zenuwstelsel te kalmeren. Hier zit ‘m namelijk de crux van wat mensen met sensorische verwerkingsproblemen ervaren: een kakafonie van geluiden, beelden, geuren etc. Niet te vermijden, niet te onderscheiden; gekmakend. Gebruikers van ons vest durven nu de stationshal binnen te lopen, met het vest op druk. Of naar de supermarkt te gaan. Ze kunnen zich concentreren bij het studeren, stil-
BovenopzakenJuni2014 Pagina 13
Praktische en effectieve beheersing van uw ICT
Voorkom een virtuele inbraak De beheersing van de ICT-omgeving is in toenemende mate relevant voor MKB-ondernemingen. Niet alleen vanwege de beveiligingsincidenten van de afgelopen tijd, ook door de toegenomen complexiteit van systemen en de verwevenheid ervan binnen ondernemingen. Advies van onze IT Auditors: wees voorbereid, voorkom een virtuele inbraak.
“Wij zijn klaar voor grote dingen” zitten bij het eten of gewoon in slaap vallen na een drukke dag. ‘Ik voel nu pas dat ik moe ben’ zei een jongetje van 12. Dat soort rust geeft het.” Zo te horen dé oplossing voor iedereen met deze problemen? “Nou nee, een drukvest is een hulpmiddel, geen geneesmiddel. Het kán je helpen, maar geen twee mensen met een prikkelverwerkingsaandoening zijn hetzelfde. Het is dus niet voor iedereen geschikt. Daarom mogen klanten het vest op proef aanschaffen. Helpt het niet, dan kan het gewoon terug. Het wordt helaas niet vergoed door de zorgverzekeraar, terwijl het vest het medicijngebruik positief kan beïnvloeden. De verzekeraars eisen extensieve testen van ons, maar dat kunnen wij eenvoudig (nog) niet betalen. Als iemand een idee heeft, graag.”
BovenopzakenJuni2014 Pagina 14
“We zijn klaar voor meer” Hoe zat dat nu met dat clubje waarmee je het drukvest ontwikkeld hebt? “In het tweede en laatste jaar van de opleiding ga je in groepjes aan de slag om iets te bedenken. Wij hadden het jaar ervoor ook al – in verschillende samenstellingen – met elkaar gewerkt. Een mechanical engineer, een product designer, een econoom en een industrieel ontwerper, ik dus. Op de RCA word je ernstig uitgedaagd. Iets bedenken, bedenken hoe je dat kunt maken, financieren en naar de markt brengen. Vandaar de verschillende disciplines bij elkaar, dat vind je in Nederland niet zo gauw. Toen we besloten hadden mensen met sensorische problematiek te helpen, konden we gaan focussen. Veel onderzoek, veel gesprekken, ook met ouders en familieleden. Die knuffel kwam steeds maar terug, maar ook de beperkingen ervan; een moeder kan niet altijd met haar kind mee. Het drukvest op zich was nog niet eens zo revolutionair, maar wel onze uitvoering: licht (nog geen 300 gram), dun (opgeblazen 1 cm), onopvallend te dragen onder je kleding of onder een speciale ‘hoodie’ en vooral: zelf te bedienen. We hebben het in eerste instantie gemaakt voor pubers en
jongvolwassenen. Inmiddels zijn er al maten voor kids vanaf vijf jaar. We zijn klaar voor grote dingen.” www.drukvest.nl
Strijp-s the place to be? Hoewel de meeste buren actief zijn in internet gelieerde dienstverlening, creatieve beroepen of kunst en cultuur, is Squease/Drukvest toch blij met de vestiging op het terrein van Strijp-s. In een van de kantoren aan de Torenallee, boven Seats2Meat, is een verdieping met vormgevers en whizkids, en daar zitten Katrien en haar collega Robert de Hoog in een eigen kantoortje. “Dat de meesten hier met heel andere dingen bezig zijn is geen probleem. Gewoon het overleggen met collega-ondernemers is al leuk. En omdat wij online zeer actief zijn met facebook en twitter, én verkoop via de website plaatsvindt, kunnen we toch op een zelfde niveau meepraten. Het is gewoon inspirerend en gezellig,” aldus Katrien.
General Controls General Controls zijn de algemene beheersmaatregelen die van belang zijn om de betrouwbaarheid van de geautomatiseerde gegevensverwerking te kunnen waarborgen.
In de applicaties kan op voorhand worden afgedwongen dat alleen bevoegde medewerkers bijvoorbeeld bestellingen mogen plaatsen of prijsafspraken tot een bepaald niveau mogen accorderen.
Processen en maatregelen die hier concrete invulling aan kunnen geven zijn onder meer: • Fysieke beveiliging: waarborgen dat alleen geautoriseerden toegang hebben tot kritische ruimtes zoals serverruimtes. • Logische toegangsbeveiliging: waarborgen dat ongeautoriseerden geen toegang hebben tot data door een goed proces voor het verstrekken en intrekken van gebruikersrechten en goed wachtwoordbeleid. • Voldoende aandacht voor maatregelen die de continuïteit waarborgen: waarborgen dat data in het geval van een calamiteit niet verloren gaan, bijvoorbeeld door back up procedures.
Uitbestede processen ICT beheer van hard- en software wordt steeds vaker door organisaties uitbesteed aan gespecialiseerde partijen. Uiteraard komen dan vraagstukken naar voren als hoe het geregeld is met de beveiliging, of er processen zijn om incidenten en calamiteiten op te vangen, enzovoorts. Er zijn verschillende manieren om zekerheid te verkrijgen over de kwaliteit van de dienstverlening, zoals het maken van goede afspraken in een Service Level Agreement (SLA) en een periodieke rapportage over het geleverde dienstenniveau. Daarbovenop zijn specifieke ISO certificeringen mogelijk. Dergelijke ISO certificeringen richten zich met name op de opzet van maatregelen afgezet tegen een zeer algemene standaard. Een uitbreiding hiervan is een ISAE3402 rapportage. Zo’n rapportage gaat in op de specifieke diensten die de IT onderneming aan haar klanten biedt.
Application Controls Application Controls zijn controles die zijn ingebouwd in de software, bijvoorbeeld in de applicatie zelf of de onderliggende database. Functies zijn onder meer: • Afschermen van delen van de applicatie voor onbevoegden (autorisaties binnen de applicatie). • Controle op invoer. • Bestaanbaarheidscontroles (identificatie, datum). • Redelijkheidscontroles (limieten, toleranties). • Verbandscontroles.
Virtuele inbraak ICT security staat door tal van incidenten de laatste tijd volop in de belangstelling. Een veelgehoorde reactie bij ondernemers is dan: “Ach, dat speelt niet binnen mijn bedrijf of mijn sector.” Ten onrechte blijkt. Ontoereikende beveiliging hoeft er niet alleen toe te leiden dat er ‘virtueel’ bij u ingebroken kan worden, uw ICT infrastructuur kan ook misbruikt worden om criminele activiteiten te ontplooien. Laat staan
de imagoschade die het gevolg is wanneer één en ander openbaar wordt. Wat passende maatregelen zijn, hangt af van uw specifieke situatie. De volgende stelregels kunt u in acht nemen: 1. Creëer voldoende beveiligingsbewustzijn bij management en medewerkers. Bijvoorbeeld het persoonlijk houden van inloggegevens en wachtwoorden. 2. Houdt systemen goed up-to-date. Beveiligingsissues doen zich met name voor bij verouderde en niet ‘gepatchte’ systemen. 3. Zorg voor adequate en regelmatige monitoring. Verkrijg de bevestiging dat aan eerdergenoemde punten voldaan wordt. Een voorbeeld van het laatste punt is een kwetsbaarhedenscan die wij regelmatig inzetten bij onze IT Audits. In een recente casus bleek dat het bedrijfsnetwerk voor alle medewerkers en ook voor de buitenwereld volledig toegankelijk was. Door middel van een relatief eenvoudige scan werd deze kwetsbaarheid gesignaleerd en kon gericht actie genomen worden om het probleem te verhelpen.
BovenopzakenJuni2014 Pagina 15
Groeien tijdens de recessie
‘We bouwen niet, we geven aandacht’ Het gaat gestaag beter met de Nederlandse economie. Ondernemend Nederland krabbelt op uit het dal maar ziet iedereen het zo? Heeft iedereen écht last gehad van de recessie? Het antwoord roept vragen op want bij Jansen Huybregts beantwoorden ze de laatste vraag met ‘nee’.
“Natuurlijk hebben we ook een lastige tijd achter de rug, maar om nu te zeggen dat we met Jansen Huybregts in zwaar weer hebben gezeten … nee, dat hebben we niet”, laat algemeen directeur Willian van Kroonenburg weten. Het geheim van de smid gaat hij uiteraard niet vertellen maar dat hij een gedreven ondernemer is, wordt al snel duidelijk. De lastige tijd zit hem met name in het feit dat met name nieuwbouwaannemers op de renovatiemarkt actief geworden zijn. “We weten dat deze groep aannemers welke ook vaak fungeerde als projectontwikkelaar het moeilijk hebben gehad de laatste jaren. De nieuwbouw lag stil. Zij dachten écht dat ze onderhoud en renovatie er even bij konden doen. Door die nieuwkomers werd de marktprijs wel sterk gedrukt. Velen van hen hebben het inmiddels gemerkt: onderhoud en renovatie is een andere tak van sport.” We bouwen niet De Eindhovense onderneming Jansen Huybregts is al jaren actief in onderhoud en renovatie van woningen en bedrijfspanden.
BovenopzakenJuni2014 Pagina 16
Van kleine reparaties tot volledige renovatie. “Dat klinkt alsof we een bedrijf zijn dat in de bouwwereld actief is maar niks is minder waar”, meldt Willian. “Dat is misschien ook de reden waarom wij gestaag verder zijn gegroeid tijdens de economische crisis. Ons specialisme zit hem niet alleen in de bouwkundige en technische kennis, onze kracht is met name het omgaan met mensen. Wij realiseren geen nieuwbouwprojecten. Sterker nog, we willen geen huizen bouwen.” Hoe vertaalt het omgaan met mensen zich met de begrippen ‘onderhoud’ en ‘renovatie’, zoals het bedrijf altijd bij zijn bedrijfsnaam heeft staan. “Simpel: we komen met het dagelijks onderhoud maar ook bij de renovatie van woningen en panden vaak op plekken die mensen voor zichzelf willen houden: de badkamer, de slaapkamer of de keuken. Juist daar moeten wij ons werk verrichten. Het is vaak geen moeilijk werk maar we komen wel bij heel veel mensen over de vloer. Dat proces moet eenvoudig, efficiënt en gestructureerd verlopen. We willen zo min mogelijk overlast veroorzaken.”
Toekomst Willian van Kroonenburg, algemeen directeur van Jansen Huybregts ziet de toekomst rooskleurig tegemoet. “We hebben nu negen vestigingen door het land, maar als ik naar de kaart van Nederland kijk, zie ik nog wel wat gaten … wie zal het zeggen: worden dat nieuwe vestigingen? We weten niet wat de toekomst gaat brengen maar we zullen er alles aan doen om onze gestelde doelen te bereiken.”
Tevredenheid Willian verwijst naar de slogan ‘De waarde van vastgoed zit in de tevredenheid van de gebruiker’. “Veel opdrachtgevers zijn verhuurders van de panden. Hun inkomsten zijn de huren, die de huurders betalen. Dat zijn de gebruikers van het vastgoed. Loopt een huurder tegen een probleem aan, bijvoorbeeld een loszittende klink of een lekkende kraan, dan heeft hij maar één wens: dat het zo snel mogelijk opgelost wordt. Bij
BovenopzakenJuni2014 Pagina 17
Trots op ... Sociaal ondernemen “In slechte tijden moet je soms ook anders bewegen, want dan pas kom je van je plaats af.” Ook dit is een uitspraak van Willian van Kroonenburg. Deze keer een uitspraak uit zijn hart, die past bij een project waar hij heilig in gelooft. “Ik wil graag kansarme jongeren tussen de 20 en 27 jaar een toekomst bieden. Samen met de gemeente Eindhoven en het servicepunt leren en werken zijn we dit project gestart. Momenteel zijn er zes jongeren bezig met dit traject: zij worden opgeleid tot servicemedewerker gebouwen. Wij geven hen een stageplek en bij de afronding van de opleiding, en getoonde goede inzet krijgen ze bij ons ook een baan.” Hoewel dit past binnen het plaatje van sociaal ondernemen, gaat Willian niet voor de PSO-certificering (een erkend certificaat voor sociaal ondernemen). “Daar gaat het niet om. Ik werk hier aan mee, omdat ik het leuk vind. We zijn een sociaal bedrijf, daar werken we vanuit onszelf aan. Niet omdat het moet voor een certificaat.”
renovatieprojecten waar tientallen woningen gerenoveerd moeten worden, heb je ook tientallen bewoners die maar één doel hebben: zo snel mogelijk een opgeknapt huis, zonder te veel overlast. Dat hele proces is helemaal gericht op de communicatie met de eigenaren. Daar hebben we ons specialisme van gemaakt: het tevreden stellen van de gebruiker, zodat ook de eigenaar ontzorgd wordt.” Willian van Kroonenburg weet waarover hij praat. Het bedrijf, dat in 2001 werd gevormd door de fusie van twee bedrijven, kent inmiddels negen vestigingen door het hele land. Jaarlijks verwerkt Jansen Huybregts 70.000 opdrachten. Momenteel zijn er 150 mensen in loondienst maar werken er gemiddeld zo’n 300 tot 350 mensen per dag voor het bedrijf. “ZZP-ers, inleenkrachten en onderaannemers erbij opgeteld. Onze focus is helder: afspraak is afspraak en we weten allemaal dat er gewoon hard gewerkt moet worden. We hebben allemaal onze beide benen op de grond … en weten dat het niet vanzelf aan komt waaien.
BovenopzakenJuni2014 Pagina 18
De ervaring en het specialisme die het Eindhovense bedrijf zich eigen heeft gemaakt, maakt het bedrijf dus ook sterk in economisch mindere tijden. “Bovendien hou ik er een bepaalde filosofie op na”, verklapt Willian. “Onze portefeuille bestaat eigenlijk uit drie onderdelen: het reparatiewerk, het opknappen van verouderde of lege woningen en daarnaast de grote renovaties. Ons bedrijfsmodel richt zich met name op de eerste twee. Die derde wordt pas interessant als we ze onder de juiste omstandigheden kunnen verrichten en tegen een goede prijs.” Het geheim van het ondernemen zit volgens Willian écht in zijn mensen. “Dat is onze kracht. Hier werken mensen die willen samenwerken en de handen uit de mouwen kunnen steken. Technisch gezien is het vaak geen moeilijk werk, het omgaan met de mensen die ze tegenkomen is vaak veel belangrijker.” “We bieden mensen kansen. Sommige vestigingsleiders zijn ooit begonnen als tegelzetter. Door ze de juiste handvatten te geven, kunnen sommigen groeien. Dat moet je als bedrijf wel zien. Wij maken daar dankbaar gebruik van. Ik vind ook dat we goed moeten zijn voor onze mensen. Ze moeten, een goede beloning hebben, goede secondarie arbeidsvoorwaarden, goed materieel zoals auto’s gereedschappen en kleding en vooral een prettige werkomgeving. Maar er is iets wat ik van iedereen verwacht: inzet en loyaliteit.” Dan komt Willian wel met een hele mooie vergelijking. “Wij verkopen emotie, wij moeten met mensen omgaan en daar komt handel uit. Ik roep wel eens dat ik met dezelfde groep mensen op de markt lingerie kan verkopen … De kern van het verhaal is eigenlijk heel helder: onze mensen moeten kunnen luisteren en op de plek waar ze werkzaam zijn, de bewoner aandacht geven en het probleem oplossen.” Een heisessie maakte onlangs duidelijk waar Jansen Huybregts voor staat: één team, gewoon, stabiel en betrouwbaar. “Dat zijn inderdaad de kernwaarden van ons bedrijf. Daar staan we voor overal en altijd. Met zijn allen moeten we goed op de winkel passen en onze doelen nastreven.”
Ruud Mansveld Ruud Mansveld is in het eerste kwartaal van 2014 uitgeroepen tot winnaar van de BOV-Trofee 2014. Hij werd bekroond met de prestigieuze prijs voor ‘Beste Ondernemers Visie’. Mansveld Groep werd in 1962 opgericht en telt inmiddels 280 medewerkers. Ondernemer Ruud Mansveld is de tweede generatie. De strategie van het bedrijf is vooral gericht op het aangaan van een duurzame relatie met klanten, door ze totaal te ontzorgen op het gebied van elektrotechnologie, beveiliging, audiovisuele communicatiesystemen en duurzaamheid. Daarnaast vindt Mansveld het belangrijk een juiste balans te creëren in haar activiteiten, producten, diensten en de te bedienen markten. De hoofdactiviteiten Projecten (nieuwbouw, verbouw en herontwikkeling), Services (klussen, onderhoud, storingen) en Expotechniek (tijdelijke installaties voor tentoonstellingen, beurzen en evenementen) realiseren ieder ongeveer 1/3 van de totale omzet. Sinds het begin van de crisis in 2008 is Mansveld ruim 50 procent gegroeid en behoort de organisatie tot één van de grootste zelfstandige installatiebedrijven van Nederland, met een zeer gezonde financiële basis. Hierdoor heeft Mansveld een bijzondere positie: het bedrijf is groot genoeg om alle technologische uitdagingen voor haar klanten in te vullen, en klein genoeg om snel te schakelen en de persoonlijke relatie met de klant te behouden en te verstevigen. Deze strategie en visie heeft het bedrijf met haar jonge directie- en managementteam, tot grote successen geleid en staat garant voor een sterke toekomst!
Garant voor een sterke toekomst.
Henk Sweegers Het is inmiddels tien maanden geleden dat Henk Sweegers door Stichting Ondernemerstrofee Veldhoven unaniem gekozen werd tot ondernemer van het jaar. “Een zeer grote waardering”, vertelt hij. Sweegers is algemeen directeur en eigenaar van het familiebedrijf Verzinkerij Meerveldhoven BV en daar al sinds 1968 werkzaam. Door samenwerking met diverse partners kwam de ontwikkeling al snel in een stroomversnelling en groeide het aantal werknemers tot ruim honderd. Met oog voor het milieu heeft Verzinkerij Meerveldhoven duidelijk haar verantwoordelijkheid genomen. Buiten directeur van het moederbedrijf werd Sweegers ook initiatiefnemer van het MECK (Medisch Expertise Centrum Kempen), een stichting zonder winstbejag en ontpopte hij zich tot muziekliefhebber pur sang, wat resulteerde tot de oprichting van Stichting d’n Adriaan: een concours ter bevordering van de muziekbeoefening door amateurs. “Ik vind het mooi dat je wat terug kunt doen voor de maatschappij”, laat de ondernemer dan ook weten. “Dat doe ik voor mezelf, niet omdat ik zo’n trofee wil winnen. Maar de erkenning en waardering vind ik leuk.” Waar hij vooral zelf trots op is, is het feit dat hij zijn ondernemerschap kan delen met zijn zonen Roel en Daan. De zonen zijn werkzaam in het familiebedrijf en leren van hun vader de kneepjes van het vak. “Het mag dan wel in de genen zitten maar zonder mijn vrouw Els was het ook allemaal niet gelukt.” Kennismaken met een bevlogen en betrokken ondernemer? Bekijk hier het filmpje dat getoond werd over de winnaar Henk Sweegers.
BovenopzakenJuni2014 Pagina 19
• Beperking van de jaarlijkse opbouw bij beschikbare premiepensioen In deze regeling stelt de werkgever jaarlijks aan de werknemer een overeengekomen bedrag aan pensioenpremie beschikbaar. De maximale hoogte daarvan wordt bepaald door zogenaamde “premiestaffels”. Ook deze wordt naar beneden bijgesteld. Waar nu bijvoorbeeld in de meest gebruikte staffel een maximum geldt van 31,5% wordt dit 27,7%. In premie scheelt dit voor iemand met een jaarsalaris van € 45.000 en een franchise van € 14.000 circa € 1.178 per jaar.
Het Nederlandse pensioenstelsel staat nog steeds, terecht of ten onrechte, bekend als één van de beste ter wereld. Toch wordt er in ons land veel over gepraat. Om het stelsel voor de toekomst te kunnen handhaven zijn aanpassingen op dit moment noodzakelijk. Het advies: bekijk de gevolgen voor u en uw werknemers en onderneem stappen, zodat u de wijzigingen zoveel mogelijk kunt sturen.
Alweer ingrijpende veranderingen in de pensioenwetgeving
Actie ondernemen, om de regie in handen te houden
BovenopzakenJuni2014 Pagina 20
Een eerste stap is al per 1 januari 2014 gezet met het beperken van de pensioenopbouw met 0,1% per jaar en het wijzigen van de pensioenleeftijd van 65 naar 67 jaar. Op 1 januari 2015 worden verdergaande maatregelen van kracht. Deze zullen direct gevolgen hebben voor de pensioenregelingen van uzelf en uw medewerkers. • Beperking van de jaarlijkse opbouw bij eindloon- en middelloonpensioen In deze regelingen bouwt de werknemer jaarlijks een zeker bedrag aan toekomstig pensioeninkomen op. De maximale pensioenopbouw wordt verminderd tot 1,875% van het jaarsalaris. Voor pensioenen op basis van het laatst verdiende salaris (eindloonpensioen) wordt het maximum 1,657% per jaar. In de praktijk komt eindloonpensioen vrijwel alleen nog voor bij directeurenaandeelhouders. Zij zouden (in theorie) nog 46 (indien gewerkt van 21 tot 67 jaar) x 1,657% = 76% van hun laatste salaris als pensioen kunnen opbouwen. Op basis van het feitelijke salaris gedurende al die jaren (middelloonpensioen) is de opbouw 46 x 1,875% = 86,25% van het gemiddelde salaris. Dit zal doorgaans substantieel lager uitkomen dan de vaak nog veronderstelde 70% van het laatst verdiende salaris, al was het maar als gevolg van de uitholling van het pensioen door inflatie.
• Netto lijfrente in box 3 Een andere wijziging is dat er boven de € 100.000 aan salaris geen pensioen meer mag worden opgebouwd. Zouden er toch rechten op toekomstig inkomen worden opgebouwd, dan worden die fiscaal niet als pensioenrechten, maar als lijfrenterechten aangemerkt. Anders dan bij pensioenpremies is daarover loonbelasting verschuldigd. Feitelijk kan dus alleen het nettobedrag worden gespaard. Maar er is wel geregeld dat dit soort lijfrenteaanspraken, binnen zekere grenzen, niet belast worden als beleggingsvermogen in box 3. Wie wordt getroffen? De wijziging van 1 januari 2014 verminderde vooral de pensioenen van directeurenaandeelhouders en van werknemers met een beschikbare premieregeling. Het grootste effect zat daarbij in het uitstel van de pensioendatum van 65 naar 67 jaar. Grote groepen werknemers bleven echter buiten schot omdat hun pensioenregeling in de nieuwe situatie beneden het maximum bleef. De inperking, die er nu aankomt, treft echter veel meer werknemers. Actie ondernemen Als uw bedrijf onder een cao valt en daardoor is aangesloten bij een bedrijfstakpensioenfonds, hoeft u niets te doen. De sociale partners passen op landelijk niveau de pen-
“Een lastig karwei maar écht noodzakelijk.” sioenregeling in de cao aan. De arbeidsovereenkomsten verwijzen naar de cao, en worden automatisch aangepast. Als u echter individuele, aanvullende, regelingen heeft dan zult u wel aan de slag moeten. Deze regelingen moeten worden getoetst en eventueel aangepast. Werknemers voor wie een pensioenregeling is getroffen bij een verzekeringsmaatschappij dienen in actie te komen. In dit geval zult u als werkgever zelf moeten toetsen of de regeling in 2015 nog voldoet aan de wet. Zo nodig moeten de arbeidsovereenkomsten worden aangepast, al dan niet in overleg met de ondernemingsraad. Een niet onbelangrijk aandachtspunt is hoe met de waarschijnlijke verlaging van de pensioenpremies wordt omgegaan: komt dit voordeel aan werkgever of aan werknemer toe? Verzekeringsmaatschappijen zullen voor het einde van het jaar met een aangepast contract komen. Wij adviseren echter om hierop niet te wachten maar eerder actie te ondernemen. Daarmee houdt u zelf de regie in handen. Conclusie Alweer moeten vrijwel alle pensioenregelingen onder de loep worden genomen. Een lastig, tijdrovend en kostbaar karwei, dat u waarschijnlijk voor u uitschuift. De inventarisatie is echter van groot belang, dat willen wij benadrukken. Laat het niet te lang liggen, op die manier kunt u zelf de wijzigingen zoveel mogelijk sturen. Daarnaast behoort uw bedrijf misschien tot de vele, die dit jaar de ‘werkkostenregeling’ nog moeten invoeren (bij verschijning van deze editie is de invoering daarvan nog steeds uiterlijk 1 januari 2015). Het meest praktisch is om beide onderwerpen gelijktijdig op te pakken. Succes!
BovenopzakenJuni2014 Pagina 21
Door mr. J.M.L.M. (Hans) van Buren
De spelregels van het nieuwe ontslagrecht
Op 18 februari 2014 heeft de Tweede Kamer de Wet werk en zekerheid aangenomen. De wet bevat een hervorming van het ontslagrecht, wijzigingen in het sociale zekerheidsrecht en richt zich op de positie van de flexwerkers. De belangrijkste wijzigingen op een rijtje.
Hervorming ontslagrecht Het duale karakter van het huidige ontslagstelsel (opzeggen overeenkomst of ontbinden via rechter) blijft in stand, maar het wetsvoorstel maakt een einde aan de keuzemogelijkheid. De te volgen ontslagroute wordt afhankelijk van de grond voor het ontslag. Houdt het ontslag verband met bedrijfseconomische omstandigheden of met langdurige arbeidsongeschiktheid of gebreken (na twee jaar ziekte), dan gaat het via het UWV. Heeft het ontslag een persoonlijke reden, zoals disfunctioneren of wangedrag, dan wordt het door de kantonrechter beoordeeld. Ook krijgt een werknemer het recht zijn schriftelijke instemming met de opzegging van de arbeidsovereenkomst dan wel de beëindigingsovereenkomst binnen veertien dagen zonder opgaaf van redenen schriftelijk te herroepen. De opzegging of de beëindiging van de arbeidsovereenkomst wordt in dat geval geacht niet te hebben plaatsgevonden.
Transitievergoeding, overgangsregeling en uitzonderingen Iedere werknemer heeft na een dienstverband van ten minste twee jaar recht op een transitievergoeding. Voorwaarde is dat het dienstverband op initiatief van de werkgever wordt opgezegd of ontbonden. De vergoeding bedraagt een zesde maandsalaris per half dienstjaar bij een dienstverband tot tien jaar.
Voor ieder half dat het dienstverband langer heeft geduurd dan tien jaar, heeft de werknemer recht op een kwart maandsalaris. De maximale vergoeding bedraagt € 75.000 bruto of een jaarsalaris voor mensen die meer verdienen dan € 75.000 bruto per jaar.
een tijdelijke medewerker na drie jaar of na vier contracten (die elkaar binnen drie maanden opvolgen) een vast contract. Straks wordt dit na een periode van twee jaar. En de opvolgingsperiode wordt zes maanden in plaats van drie maanden.
Tot 1 januari 2020 geldt een overgangsregeling voor werknemers van 50 jaar of ouder. Hun transitievergoeding bedraagt één maandsalaris per dienstjaar (eveneens maximaal € 75.000 bruto). Deze overgangsregeling geldt niet voor werknemers in dienst van een bedrijf met minder dan 25 werknemers of voor de werknemer die vanwege bedrijfseconomische omstandigheden ontslagen wordt (dit laatste ongeacht de grootte van het bedrijf).
Verder geldt vanaf 1 juli 2014 dat in arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd met een duur van zes maanden of minder geen proeftijd meer kan worden overeengekomen. Per dezelfde datum dient de werkgever bij afloop van arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd van ten minste zes maanden een wettelijke aanzegtermijn van één maand aan te houden.
Ten slotte kunnen zowel werkgevers als werknemers in hoger beroep en beroep in cassatie tegen een beschikking van de kantonrechter. Nu is dat nog niet het geval. Tevens staat in het vervolg beroep open bij de kantonrechter tegen een beslissing van het UWV om al dan niet toestemming te verlenen om over te gaan tot opzegging van de arbeidsovereenkomst. Voor alle voornoemde wijzigingen geldt dat deze in werking treden op 1 juli 2015. Positie flexwerkers Eveneens per 1 juli 2015 wordt de zogeheten ketenbepaling aangepast, waardoor flexwerkers eerder een vast contract krijgen. Nu krijgt
WW De maximale duur van de WW uitkering wordt van 1 juli 2016 tot 2019 gefaseerd teruggebracht van 38 maanden naar maximaal 24 maanden. Tevens wordt de opbouw van WW-rechten gewijzigd. Gedurende de eerste tien jaar blijft de huidige opbouw van de uitkering gehandhaafd, maar voor de opvolgende jaren geldt dat elk jaar arbeidsverleden leidt tot een langere WW-duur van een halve maand. Van Buren Arbeidsrechtelijke Adviseurs in nauwe samenwerking met Joanknecht & Van Zelst
Colofon
Contacten Accountancy
IT-audit en advies
drs. E. (Edwin) Vogel RA E-mail:
[email protected]
drs. L.R.M. (Lucas) Vousten RA RE E-mail:
[email protected]
Belastingadvies
Pensioenadvies
mr. R.H.M. (Raoul) van Thiel E-mail:
[email protected]
drs. M.J.W. (Maarten) Foppen RA E-mail:
[email protected]
Joan.nu
Salarisadministratie en advisering
drs. J.A.J. (Joris) van Dijk RA E-mail:
[email protected]
K.E. (Karlijn) Verhaegh E-mail:
[email protected]
www.joanknecht.nl
Financieel-juridisch advies
Internationaal
Redactie
drs. F.P.A.M. (Frank) Driessen RA E-mail:
[email protected]
drs. E. (Edwin) Vogel RA E-mail:
[email protected]
Bovenop zaken is een uitgave van Joanknecht & Van Zelst
Joanknecht & Van Zelst Dr. Holtroplaan 9 5652 XR Eindhoven Postbus 263 5600 AG Eindhoven Tel. +31 40 8447000
Frank Driessen Rob van Erp Aranca Janssen Raoul van Thiel
Corporate finance C.P.H. (Christian) van der Heijden MSc RA E-mail:
[email protected]
Fotografie Bek | www.bek.nl | Veghel
Vormgeving en opmaak Bek | www.bek.nl | Veghel
Druk en realisatie
De inhoud van dit magazine is met zorg samengesteld. Aan de inhoud kunnen geen rechten worden ontleend. Deze editie van Bovenop zaken is 4 juni ter perse gegaan.
Bek | www.bek.nl | Veghel
BovenopzakenJuni2014 Pagina 22
BovenopzakenJuni2014 Pagina 23
Er zijn accountants en belastingadviseurs die zich niet alleen inlezen maar ook inleven