Export-update - April 2015
1
1. Samenvatting en conclusies
2014 was een goed jaar voor exporterend Nederland: de uitvoer van goederen en diensten (exclusief energie) groeide in 2014 met 5,3% in volume (t.o.v. 2013), tegenover een exportstijging met 1,6% in 2013.
De uitvoerwaarde van goederen (inclusief energie) kwam over 2014 op 432,5 miljard euro uit. Daarmee lag de waarde van de goederenexport 0,1% lager dan in 2013.
Hoewel de totale exportwaarde vorig jaar nauwelijks is veranderd, was onderliggend sprake van dynamiek in de Nederlandse exportstromen. Zo steeg de waarde van de goederenuitvoer naar Noorden Zuid-Amerika in 2014 met 6,9% (t.o.v. 2013). Daarentegen kromp de export naar Afrikaanse landen met 2,0% en Europese markten lieten een teruggang met 0,6% zien. Naar Azië liep de uitvoerwaarde vorig jaar met 0,5% terug (t.o.v. 2013).
De uitvoerontwikkeling wisselt sterk van land tot land, ongeacht het continent. Krimp- en groeimarkten liggen naast elkaar.
Vooruitlopende indicatoren geven een gemengd beeld over de economische vooruitzichten.
Volgens het CPB groeit het exportvolume in 2015 en 2016 opnieuw stevig. De bijbehorende risico’s en onzekerheden zijn echter groot. Deze zijn zowel opwaarts als neerwaarts.
2. Exportrealisaties Het volume van de Nederlandse uitvoer van goederen en diensten (exclusief energie) groeide in 2014 met 5,3% (t.o.v. 2013). Dit was de hoogste uitvoerstijging sinds 2010. Het volume van de goederenuitvoer (exclusief energie) groeide met 4,9% (t.o.v. 2013), tegenover een stijging van 0,9% in 20132. Iets meer dan de helft van de goederenuitvoer bestaat uit binnenlands geproduceerde export – Made in Holland. Het volume van de Made in Holland-uitvoer nam in 2014 met 4,2% toe3; een veel uitbundigere groei dan in 2013: toen groeide het binnenlands geproduceerde uitvoervolume met slechts 0,3%. Verder nam in 2014 de wederuitvoer – dit is de andere component van de goederenuitvoer - met 5,6% in omvang toe ten opzichte van 2013. De uitvoerwaarde van goederen (inclusief energie) kwam over 2014 uit op 432,5 miljard euro uit. Daarmee lag de waarde 0,1% lager dan in 2013 (zie tabel 1)4.
1
Deze notitie is een product van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Het CBS heeft nog geen nadere cijfers over de uitvoer van diensten over 2014 beschikbaar. 3 Een voorbeeld is de export van (metsel)bakstenen. In 2014 exporteerde Nederland hiervan 400 miljoen stuks; 76% meer dan in 2013. Dit nieuwe exportrecord is vooral te danken aan de grote Britse vraag naar Nederlandse bakstenen (De Volkskrant, 11 april 2015). 4 Dit lijkt te contrasteren met de flinke volumestijging van de uitvoer in 2014. Deels hangt dit contrast samen met het al dan niet meenemen van de export van energie/fossiele brandstoffen. De genoemde volumestijging van de uitvoer van goederen en diensten is exclusief energie, terwijl de totale waarde van de goederenuitvoer inclusief energie is. Vorig jaar is de Nederlandse export van aardgas met 25% gedaald. Deels hangt het verschil tussen de genoemde volumestijging en de gedaalde uitvoerwaarde ook zeer waarschijnlijk 2
1 van 18
Hoewel de totale uitvoerwaarde in 2014 vrijwel gelijk blijf als in 2013, deden zich onderliggend wel verschuivingen in de Nederlandse exportstromen voor. Zo groeide de exportwaarde naar Noord- en ZuidAmerika (met 6,9%) als enige. Op de overige continenten was per saldo sprake van een krimp van de exportwaarde. Daarbij liep de afzet in Oceanië (Australazië) het sterkste terug (-3,3%). Tabel 1 – Ontwikkeling Nederlandse goederenuitvoer naar continent (bedragen x 1.000 euro, tenzij anders aangegeven) 2012
Totale waarde
%-
2013
%-
2014
%-mutatie
mutatie
mutatie
(t.o.v.
(t.o.v.
(t.o.v.
2013)
2011)
2012)
429.716.592
5,0
433.106.011
0,8
432.510.475
-0,1
Nederlandse uitvoer Totaal Europa
338.616.469
3,1
342.811.039
1,2
340.808.255
-0,6
Totaal Afrika
14.656.126
13,1
14.507.230
-1,0
14.220.838
-2,0
Totaal Amerika
32.796.516
9,6
29.217.756
-10,9
31.228.860
6,9
Totaal Azië
41.028.261
21,2
43.926.072
7,1
43.695.079
-0,5
2.619.219
25,0
2.643.914
0,9
2.557.442
-3,3
Totaal Oceanië
Bron: CBS, 2015 en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, 2015.
Onderliggend uiteenlopend beeld Indien we weer een slag dieper kijken - naar de Nederlandse goederenuitvoer per land -, kunnen we vaststellen, dat ook daar sprake was van een uiteenlopende ontwikkeling: krimp- en groeimarkten lagen naast elkaar. Ook in voorgaande jaren was dit het geval. Tabel 2 en tabel 6 in de bijlage illustreren de uiteenlopende ontwikkeling voor een groot aantal landen. Tabel 2 bevat de uitvoerontwikkeling naar de 40 belangrijkste Nederlandse exportmarkten; tabel 6 bevat een uitgebreidere lijst van afzetmarkten. Export naar Brazilië en VS stijgt, terwijl uitvoer naar Canada en Venezuela terugloopt Zoals hierboven is vermeld, steeg per saldo de Nederlandse goederenuitvoer naar Noord- en Zuid-Amerika. Zo kochten Amerikanen in 2014 voor 12,0% meer aan Nederlandse goederen – vooral meer machines en vervoermiddelen. Daartegenover daalde de goederenuitvoer naar Canada met 3,1% in waarde (t.o.v. 2013). Ook in Latijns-Amerika was het beeld wisselend. Brazilië en Uruguay boekten in 2014 een uitvoerplus van respectievelijk 24,8% en 21,5%, terwijl de Nederlandse exportwaarde naar Bolivia met 40,6% en naar Paraguay met 12,0% afnam (t.o.v. 2013). Verder liep de Nederlandse exportwaarde naar Argentinië met 16,5% en naar Colombia met 1,4% terug. Voorts groeide de uitvoer naar Peru met 42,9% ten opzichte van 2013. Daarentegen verminderde onze goederenexport naar Mexico met 0,4% in waarde. Venezuela nam voor 7,7% minder aan Nederlandse producten af (t.o.v. 2013) en Honduras voor 29,0%.
samen met de herkomst van de data. De macro-cijfers van het uitvoervolume komen uit de statistieken van de nationale rekeningen (deze zijn gebaseerd op het zogeheten eigendomscriterium), terwijl de cijfers van waarde van goederenuitvoer naar de afzonderlijke afzetmarkten uit de statistiek internationale handel in goederen (IHG) komen (IHG is weer gebaseerd op het criterium van grensoverschrijding van goederen). 2 van 18
Europese groeiers en dalers De goederenuitvoer naar Bulgarije (+14,1%), Griekenland (+5,4%), Portugal (+5,9%), Polen (5,0%) en Spanje (+6,2%) liet vorig jaar een fraaie groei zien (t.o.v. 2013). Hetzelfde gold voor Tsjechië (+8,7%), Slowakije (+5,9%), Roemenië (+6,8%) en Slovenië (+9,4%). België liet echter een daling met 0,6% zien. Hetzelfde gold voor het Verenigd Koninkrijk (-0,2%). Ook onze uitvoer naar drie andere grote Europese afzetmarkten liep terug: Frankrijk (-1,6%), Duitsland (-2,4%) en Italië (-4,9%). De Baltische Staten lieten een wisselend beeld zien: de export naar Estland groeide (+8,4%), die naar Litouwen (-8,4%) en Letland (-19,5%) kromp. Voorts groeide onze goederenexport naar Finland met 7,2%, die naar Turkije pluste 4,7%. Oostenrijkers kochten voor 2,9% meer Nederlandse goederen dan in 2013. Verder kromp de Nederlandse goederenuitvoer naar Oekraïne met 35,0% in waarde (t.o.v. 2013). Tot slot importeerde Rusland – onze 12e exportmarkt van goederen - in 2014 voor 8,1% minder aan Nederlandse goederen dan een jaar eerder. Snelle groeiers en grote dalers in Azië China - de belangrijkste Nederlandse exportmarkt in Azië – kocht vorig jaar voor 2,6% meer Nederlandse goederen. Naar de 2e afzetmarkt in de regio – Zuid-Korea – ging voor 6,3% meer. Singapore – de 3e Aziatische exportmarkt – liet in 2014 echter een daling met 6,9% (t.o.v. 2013) zien. Japan – de 4e markt – pluste weer met 4,4%. Vreemd genoeg duikelde de goederenuitvoer naar Taiwan vorig jaar met 30,5%. Vreemd, omdat de Taiwanese economie met een fraaie 3,7% groeide. De uitvoer naar India steeg met 13,0%. Wel lag de exportwaarde naar India met 1,8 miljard nog onder het niveau van 2012. Hetzelfde gold voor Thailand. Ook daar ging vorig jaar iets meer naar toe (+1,7%), maar de uitvoerwaarde lag in 2014 toch nog ruim 10% lager dan in 2012. Dit hangt waarschijnlijk samen met de flink teruggelopen Thaise BBP-groei. Naar Vietnam daalde vorig jaar opnieuw de export. Deze daling voltrok zich ondanks de aanhoudende hoge groei van de Vietnamese economie.
Kader 1 - Eenmalige grote orders resulteren vaak in grote schommelingen Exportcijfers kunnen flinke opwaartse en neerwaartse schommelingen laten zien in vergelijking met eerdere maanden én in vergelijking met eerdere jaren. Met name bij kleinere exportmarkten is dit geregeld het geval. Vooral eenmalige grote orders kunnen in grote uitslagen resulteren. Tevens kan de kalenderval van bepaalde feestdagen er voor zorgen dat bepaalde orders net in een andere maand (en zelfs jaar) vallen5. Zowel bij de goederen- als bij de dienstenuitvoer zijn maand-op-maandschommelingen (en bij relatief kleinere afzetmarkten ook jaar-op-jaarschommelingen) vaak te zien. Door exportcijfers over een langere periode te nemen wordt dit ondervangen. Langere cijferreeksen over verschillende jaren geven veelal een meer zeggend beeld van de ontwikkeling (trend) op een specifieke afzetmarkt.
Gemengd beeld in Midden-Oosten en Afrika Het Midden-Oosten bood – net als andere regio’s – vorig jaar een gemixt beeld. Zo liep onze export naar Israël in 2014 met 11,8% in waarde terug, terwijl de Nederlandse uitvoer naar Irak (+11,9%), Iran (+45,4%), Jordanië (+21,0%), de Palestijnse Gebieden (+123,0%) en de VAE (+17,7%) juist sterk
5
Ook valutaschommelingen kunnen tot forse sprongen in uitvoercijfers (gemeten in euro’s) leiden. Met name bij grondstoffen die op de wereldmarkten in een andere valuta dan de euro worden verhandeld (als olie, koper en tarwe), is dit een vaak voorkomend verschijnsel. 3 van 18
groeide. Ook Saoedi-Arabië nam in 2014 voor 10,1% meer aan Nederlandse goederen af (t.o.v. 2013). De goederenexport naar de grootste Nederlandse afzetmarkt in Afrika – Nigeria – verminderde in 2014 met 2,4% in waarde, terwijl de uitvoer naar de 2e markt – Zuid-Afrika – met 9,8% terugliep. Voorts groeide de export naar Egypte (+16,0%), Marokko (+18,9%) en Tunesië (+0,3%). In Algerije (-12,9%) en Libië (-48,1%) was sprake van krimp.
Kader 2 - CBS: “Afrika steeds belangrijker voor Nederlandse export” Het aandeel van Afrikaanse afzetmarkten in de totale Nederlandse goederenuitvoer is in de periode 2008-2014 gestegen van 2,6% tot 3,3%. De exportwaarde bedroeg in 2014 ruim 14,2 miljard euro. Afrikaanse afzetmarkten nemen volgens het CBS een prominente plek in bij de belangrijkste groeilanden. Van de twintig belangrijkste groeilanden zijn er negen Afrikaans. Togo, Ghana en Senegal behoren tot de top-5. Naar deze drie landen voerden Nederlandse exporteurs in het afgelopen jaar voor bijna 2,8 miljard euro aan goederen uit. Dat is net iets meer dan de export naar Brazilië. Tegelijkertijd nam het gezamenlijk belang van Togo, Ghana en Senegal voor onze export toe van 0,15% in 2008 tot 0,64% in 2014. Veel olieproducten naar Afrika Afrika is een belangrijke exporteur van ruwe aardolie. Door een beperkt aantal Afrikaanse raffinaderijen wordt de olie vaak in niet-Afrikaanse landen geraffineerd, zoals in Nederland. De olieproducten worden vervolgens weer ingevoerd door Afrikaanse landen voor eigen gebruik. Bron: http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/internationale-handel/publicaties/artikelen/archief/2015/afrika-steedsbelangrijker-voor-nederlandse-export.htm
Tabel 2 – Ontwikkeling Nederlandse goederenuitvoer naar de 40 grootste exportmarkten (bedragen x 1.000 euro, tenzij anders aangegeven) 2012
2013
2014
%-mutatie 2014 (t.o.v. 2013)
1
Duitsland
106.140.802
106.928.238
104.386.994
-2,4
2
België
48.518.421
47.831.139
47.551.175
-0,6
3
Verenigd Koninkrijk
34.644.158
36.535.293
36.477.913
-0,2
4
Frankrijk
36.246.827
35.937.037
35.364.285
-1,6
5
Verenigde Staten
20.259.164
16.894.833
18.914.543
12,0
6
Italië
19.581.769
19.788.533
18.809.260
-4,9
7
Spanje
11.847.092
11.220.385
11.920.647
6,2
8
Polen
8.537.932
9.190.759
9.651.683
5,0
9
China
7.646.530
7.711.271
7.913.369
2,6
10
Zweden
7.137.404
7.563.815
7.801.700
3,1
11
Tsjechië
5.992.196
6.014.832
6.537.336
8,7
12
Russische Federatie
7.067.907
6.827.905
6.277.367
-8,1
13
Zwitserland
5.725.245
5.614.896
5.547.887
-1,2
4 van 18
2012
2013
2014
%-mutatie 2014 (t.o.v. 2013)
14
Denemarken
5.268.420
5.455.419
5.544.841
1,6
15
Oostenrijk
4.926.635
4.947.622
5.089.660
2,9
16
Turkije
4.672.055
4.820.186
5.048.568
4,7
17
Finland
4.253.266
4.135.984
4.432.754
7,2
18
Ierland
2.889.127
3.358.592
3.757.506
11,9
19
Zuid-Korea
3.369.747
3.512.597
3.735.502
6,3
20
Noorwegen
3.752.185
3.731.813
3.733.536
0,0
21
Singapore
4.170.279
3.751.321
3.494.322
-6,9
22
Japan
3.539.660
3.178.451
3.319.166
4,4
23
VAE
2.373.793
2.372.169
2.792.568
17,7
24
Hongarije
2.625.068
2.545.649
2.789.141
9,6
25
Brazilië
3.082.096
2.193.075
2.736.813
24,8
26
Mexico
2.932.697
2.704.114
2.692.333
-0,4
27
Portugal
2.481.468
2.539.284
2.689.628
5,9
28
Nigeria
2.686.921
2.699.850
2.634.099
-2,4
29
Canada
1.967.480
2.622.792
2.540.671
-3,1
30
Saoedi-Arabië
2.232.984
2.264.659
2.493.887
10,1
31
Taiwan
2.869.190
3.584.585
2.490.488
-30,5
32
Griekenland
2.058.686
2.160.893
2.277.045
5,4
33
Hongkong
1.824.174
1.890.037
2.204.364
16,6
34
Australië
2.295.083
2.229.420
2.173.088
-2,5
35
Roemenië
1.655.083
1.775.189
1.896.500
6,8
36
India
1.915.688
1.633.404
1.845.386
13,0
37
Zuid-Afrika
2.175.252
1.961.041
1.769.033
-9,8
38
Slowakije
1.325.735
1.419.909
1.504.164
5,9
39
Egypte
1.334.837
1.257.047
1.458.033
16,0
40
Israël
1.317.426
1.406.851
1.241.315
-11,8
Bron: CBS, 2015 en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, 2015.
Kader 3 – Uitvoerontwikkeling naar type exportproduct Achter de lichte daling van de uitvoerwaarde in 2014 (t.o.v. dezelfde periode in 2013) gaat een uiteenlopende ontwikkeling van de afzonderlijke uitvoercategorieën schuil (zie tabel 3). Zo steeg de grootste uitvoercategorie – machines en vervoermaterieel, goed voor 26,5% van de totale goederenuitvoer – met 5,2% in waarde (t.o.v. 2013). Daartegenover staat de vermindering van de uitvoerwaarde van fossiele brandstoffen (aandeel in totale
5 van 18
goederenuitvoer: 16,9%) met 14,8%6. Verder steeg de uitvoerwaarde van fabricaten en andere geproduceerde goederen, terwijl de exportwaarde van drank en tabak daalde.
Tabel 3 – Ontwikkeling Nederlandse goederenuitvoer naar type exportproduct (bedragen x 1.000 euro, tenzij anders aangegeven) 2012
2013
2014
%-mutatie 2014
429.716.592
433.106.011
432.510.475
50.046.600
53.871.359
55.906.001
3,8
7.149.590
7.287.299
6.613.633
-9,2
2 Grondstoffen
21.382.565
19.817.660
20.132.215
1,6
3 Minerale brandstoffen
82.827.041
85.710.889
73.064.497
-14,8
t.o.v. 2013 Waarde totale Nederlandse
-0,1
goederenvoer 0 Voeding en levende dieren 1 Dranken en tabak
4.179.286
4.249.141
3.706.494
-12,8
5 Chemische producten
77.236.055
74.844.564
75.820.358
1,3
6 Fabricaten
35.500.105
35.207.004
37.626.514
6,9
109.819.428
109.012.578
114.658.096
5,2
38.290.829
40.588.693
42.862.212
5,6
3.285.092
2.516.825
2.120.456
-15,7
4 Dierlijke en plantaardige oliën
7 Machines en vervoermaterieel 8 Diverse gefabriceerde goederen 9 Niet afzonderlijk genoemde goederen
Bron: CBS, 2015 en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, 2015.
3. Exportvooruitzichten Vertrouwensindicatoren geven gemengd beeld Vooruitlopende indicatoren tonen een mix van positieve en negatieve signalen. Zo wijst de CBSexportradar op betere exportomstandigheden dan een jaar geleden, zie http://www.cbs.nl/nlNL/menu/themas/dossiers/conjunctuur/cijfers/kerncijfers/exportradar.htm. Ook geven Nederlandse exporteurs aan dat zij dit jaar opnieuw een fraaie omzetgroei te kunnen boeken, zo blijkt uit Trends in Export 2015 (zie kader 4). Andere belangrijke indicatoren wijzen juist op een afzwakking van de bedrijvigheid, zoals het vertrouwen van producenten in de industriële sector – een belangrijke exportsector (zie figuur 1). Ook is de bedrijvigheid in de industrie in april opnieuw gedaald, aldus de Nederlandse Vereniging van Inkoopmanagers (NEVI). De NEVI-index, die de bedrijvigheid weerspiegelt, daalde van 49,6 in maart tot 49,0 in april. Een stand boven 50 duidt op groei, terwijl een stand onder de 50 op krimp wijst. Tot slot duidt de DNB-conjunctuurindicator die loopt tot en met augustus 2015, op een afzwakking van de economische activiteiten, zie http://www.dnb.nl/onderzoek-2/conjunctuurindicator/index.jsp.
6
Een flink deel hiervan is terug te voeren op de lagere export van aardgas: deze was in 2014 25% lager dan in 2013. Daarnaast is er vorig jaar bijna 20% minder aardgas uit de bodem gewonnen. Met uitzondering van 1988 is de winning van aardgas sinds 1972 niet zo laag geweest (CBS, 2015). 6 van 18
Figuur 1 – Vertrouwen Nederlandse producenten in industrie
Bron: CBS, 2015.
CPB voorziet voortgaande forse stijging Made in Holland-uitvoer Het CPB verwacht dat de export van goederen en diensten (exclusief energie) in zowel 2015 als 2016 met 5,2% in volume groeit (zie tabel 4). Beide groeiverwachtingen liggen iets hoger dan de gemiddelde jaarlijkse uitvoergroei van 4,9% over de periode 1996-2014. Ook onderliggend is sprake van fraaie groeiraming. De binnenlands geproduceerde export – Made in Holland – laat volgens het CPB dit jaar een krachtige groei zien – van 5,4% - die volgend jaar met een volumetoename van 5,6% nog iets versnelt. Deze beide ramingen liggen ruimschoots hoger dan het langjarige gemiddelde (van 2,4%). Tevens is het CPB positief gestemd over de uitvoergroei van diensten (zie tabel 4). De wederuitvoer ten slotte neemt iets minder sterk toe dan gemiddelde in de periode 19962014 het geval was. Maar met een verwachte groei van 5,8% voor 2015 en 6% voor 2016 is sprake van een flink hogere groei dan in de afgelopen jaren.
7 van 18
Kader 4 – Trends in Export 2015 Jaarlijks bevraagt Fenedex7 haar leden naar hun exportvooruitzichten voor het komende jaar. Uit de respons van 477 leden blijkt dat zij voor 2015 een gemiddelde groeiverwachting van 9% hebben. Daarmee blijven zij positief over hun exportkansen. Het vertrouwen in het wereldwijde economische klimaat is dit jaar echter iets lager dan vorig jaar. Voor 2014 gaven respondenten het hoogste cijfer sinds 2009. Het gemiddelde exporteursvertrouwen komt voor 2015 uit op een 6,5 (zie grafiek 18). Het is voor het eerst sinds 2012 dat het vertrouwen licht afneemt. Dit past volgens Fenedex in het beeld van de volatiele omgeving waarin exporteurs opereren. De tien grootste branches binnen de Fenedex-enquête hebben in 2014 hun export allemaal zien groeien. Ook voor 2015 zijn zij positief gestemd. De groeiverwachtingen variëren van 4% tot 13%.
Bron: Fenedex, 2015.
EU blijft van cruciaal belang voor export 66% van de totale uitvoerwaarde behalen de respondenten binnen de Europese Unie. Duitsland was ook in 2014 traditiegetrouw de belangrijkste handelspartner, gevolgd door België, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. Buiten de EU blijven Zwitserland, Rusland, de VS, Noorwegen en Turkije onze meest genoemde handelspartners. De VS zijn aan een langzame comeback bezig ; ze staan voor het eerst sinds 2009 weer in de top-3. Voor 2015 verwachten de meeste exporteurs een stijgende exportomzet in markten buiten Europa. China en de VS voeren de lijst aan. Rusland staat voor het eerst in jaren niet in de top 5. Wel voert dit land de lijst aan van landen waar exporteurs een dalende exportomzet verwachten. Oekraïne staat op de 2 e positie gevolgd door Brazilië, Argentinië en Griekenland.
7
Fenedex is een branche-organisatie van Nederlandse exporteurs en andere internationaal opererende ondernemingen. Fenedex heeft 1.150 leden die tezamen goed zijn voor een groot deel van de Nederlandse export. 8 van 18
44% van de geënquêteerde exporteurs heeft in 2014 nieuwe exportmarkten betreden. In de top 5 van nieuw betreden markten komt geen enkel Europees land voor. De lijst wordt aangevoerd door China, Brazilië en de VS. Voor 2015 worden Canada en de VS door de meeste respondenten bestempeld als nieuw afzetgebied. Gevolgd door BRICT-landen Turkije, Brazilië en China. Vorig jaar voerde Rusland de lijst aan, voor 2015 staat dit land op de 42e positie. Bron: Fenedex, 2015, het gehele rapport is te vinden onder http://www.trendsinexport.nl/downloadrapporten/rapport-2015. .
Het CPB benadrukt dat zijn ramingen met forse risico’s en onzekerheden zijn omgeven. De risico’s zijn zowel opwaarts als neerwaarts. Als neerwaartse risico’s noemt het Planbureau daarbij de conflicten in het Midden-Oosten en Oekraïne – met de sancties tegen Rusland en v.v. -, risico’s in Eurogebied8 en in China (overgang van investeringseconomie naar een consumptiemaatschappij en mogelijke onroerend goedzeepbel). Ook in andere opkomende economieën kan de groei lager uitkomen dan het CPB in zijn ramingen voorziet. Tabel 4 - CPB-ramingen (%-volumemutaties t.o.v. het voorgaande jaar, tenzij anders aangegeven) Gemiddelde jaarlijkse
2014
2015
2016
groei 1996-2014 Nederlands BBP
1,8
-0,7
0,75
1,8
Relevante wereldhandel
4,7
1,7
2,75
4,9
Totale uitvoer van goederen
4,9
5,3
5,2
5,2
8,9
5,6
6
5,8
2,4
4,2
5,4
5,6
4,1
6,5
3,7
3,3
& diensten (excl. energie) -Uitvoer van goederen – wederuitvoer -Uitvoer van goederen – Made in Holland/binnenlands geproduceerd -Uitvoer van diensten
Bron: CPB, april 2015 en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, 2015.
Als opwaartse risico’s (op een hogere groei dan geraamd) noemt het CPB een groeiversnelling in de VS, Canada en het VK. Ook het ruime monetaire beleid van de ECB kan positiever uitpakken dan het per saldo niet bijster grote effect waarvan het Planbureau nu uitgaat9.
Tot slot kan de olieprijs zowel een positief als negatief effect hebben. Het CPB gaat in zijn raming uit van een geleidelijke prijsstijging. Mocht de olieprijs eerder en sneller oplopen dan valt de groei lager uit (voor olie-importerende landen als Nederland), terwijl de economische groei een impuls krijgt als de olieprijs langer op het “huidige lage niveau” blijft liggen.
8
Dit betreft met name de aanhoudende Griekse financieel-economische situatie (met mogelijkheid van Grexit) en lage inflatie in combinatie met vraaguitval bij consumenten en investeerders door verlies aan vertrouwen. 9 “Al met al valt te verwachten dat het aankoopprogramma [van overheidsobligaties ter grootte van 1.140 miljard euro, RH] van de ECB een bescheiden positief effect zal hebben op de inflatie en groei in het eurogebied”, CPB, april 2015. 9 van 18
Exportkansen lijken overwegend positief Naast de CPB-ramingen wijzen ook de ramingen van Focus Economics10 op veelal positieve exportkansen voor Nederlandse bedrijven (zie tabel 5). Daarbij geldt voor een groot aantal landen dat de verwachte economische groei voor 2015 en 2016 hoger ligt dan in 2014. Ook niches en do’s en don’ts zijn van groot belang Belangrijk is te beseffen dat op krimpende afzetmarkten toch ruimte kan zijn voor afzetgroei voor Nederlandse exporteurs. Andersom geldt hetzelfde. Op exportmarkten die fors groeien, kan de afzet van bepaalde Nederlandse goederen toch teruglopen. Het hangt sterk af van de sector waarin een Nederlandse exporteur actief is. Daarbij komt dat de feitelijk afzetontwikkeling ook weer afhangt van de individuele concurrentiepositie van Nederlandse exporteurs. Daarbij kan worden gedacht aan zijn prijs/kwaliteitverhouding en het al dan niet goed kennen van de do's en don'ts van het lokale zakendoen. Tabel 5 – Economische groeiverwachtingen (BBP-volumemutaties in % t.o.v. het voorgaande jaar) 2014
2015
2016
2017
Algeria
2,8
2,9
2,9
3,4
Argentina
-0,7
-0,3
2,3
3,1
Australia
2,7
2,5
3
3,2
Austria
0,3
1
1,6
1,7
Bahrain
4,2
2,4
2,9
3,2
Belgium
1
1,2
1,6
1,8
Birma/Myanmar
7,9
8
7,9
-
Bolivia
5,4
4,8
4,6
4,5
Brazil
0
-0,6
1,5
2,1
Bulgaria
1,7
1,4
2
2,6
Cambodia
7,1
7,4
7,4
-
Canada
2,5
2,1
2,2
2,2
Chile
0,9
0,8
2,5
3,1
China
7,4
7
6,8
6,6
Croatia
-0,4
0,2
1
1,8
Colombia
4,8
3,5
3,5
4,3
Costa Rica
3,5
3,6
3,9
-
Czech Republic
2,0
2,4
2,7
2,7
Denmark
1,0
1,6
2
2,1
Ecuador
3,5
1,3
2,6
3,4
Egypt
2,1
3,8
4,3
4,3
Estonia
1,8
2
2,8
3,3
Finland
-0,1
0,6
1,3
1,6
France
1,0
1,4
1,6
1,7
Germany
1,6
1,8
1,9
1,7
Greece
0,8
1,6
2,5
2,5
10
De ramingen van Focus Economics betreffen de gemiddelde groeiramingen van de volgens Focus Economics voor het betreffende land leidende ramingsinstituten. Dit kunnen zowel overheids- of semi-overheidsorganisaties zijn (als centrale banken) en particuliere organisaties als banken en verzekeraars. 1 van 18 0
2014
2015
2016
2017
Hong Kong
2,3
2,7
2,9
-
Hungary
3,6
2,6
2,4
2,2
India
7,4
7,1
7,6
7,6
Indonesia
5,0
5,4
5,7
-
Iran
1,9
2,1
2,6
2,9
Iraq
-1,1
3,5
4,9
5,8
Iceland
2,6
3,2
2,9
-
Ireland
4,9
3,6
3,4
3,3
Israel
2,9
3
3,3
3,7
Italy
-0,4
0,5
1,1
1,1
Japan
0
0,8
1,5
1
Jordan
3,1
3,5
3,9
4,1
Kuwait
2,0
2
2,4
2,9
Latvia
2,4
2,5
3,3
3,8
Laos
7,4
7,3
7,5
-
Lebanon
1,4
2,1
2,8
3,3
Lithuania
2,9
2,7
3,4
3,7
Malaysia
6,0
5
5
-
Morocco
2,5
4,4
4,6
4,8
Mexico
2,1
3
3,5
3,8
Netherlands
0,8
1,4
1,5
1,7
New Zealand
3,3
2,9
2,5
2,6
Norway
2,2
1,4
1,9
1,9
Oman
3,8
2,6
3,1
3,4
Panama
6,2
6,2
6,3
-
Paraguay
4
4,4
4,5
4,6
Peru
2,4
4,1
4,9
5,1
Philippines
6,1
6,3
6,2
-
Poland
3,3
3,3
3,5
3,5
Portugal
0,9
1,5
1,7
1,7
Romania
2,9
2,9
3,1
3,2
Qatar
6,1
6
6
6,3
Russia
0,6
-4,2
0,5
1,7
Saudi Arabia
3,6
2,3
2,8
3,5
Singapore
2,9
3
3,2
-
Slovakia
2,4
2,6
3
3
South Africa
1,5
2,2
2,7
2,9
South Korea
3,3
3,5
3,6
-
Spain
1,4
2,1
2,1
2,2
2,1
2,3
2,7
2,6
2
0,6
1,2
1,6
3,7
3,7
3,5
-
Sri Lanka Sweden Switzerland Taiwan
1 van 18 1
2014
2015
2016
2017
Thailand
0,7
3,8
4
-
Turkey
2,9
3,6
3,9
4,1
Tunisia
2,6
3,6
4
4,4
Ukraine
-6,6
-4,9
1,9
2,8
UAE
4,1
3,6
3,8
3,9
United Kingdom
2,6
2,6
2,4
2,4
United States
2,4
3
2,8
2,7
Uruguay
3,3
2,9
3
3,3
Venezuela
-3,6
-4,9
-0,1
1,5
Vietnam
6,0
6,2
6,3
-
Yemen
2,1
3,7
4,2
4,2
Bron: Focus Economics, 2015.
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Concernstaf/DM&I/drs. R.J. (Ron) Hogenboom (
[email protected]) Den Haag, april 2015
1 van 18 2
BIJLAGEN Tabel 6 – Ontwikkeling Nederlandse goederenuitvoer, gesorteerd op exportmarktgrootte (bedragen x 1.000 euro, tenzij anders aangegeven) 2012
2013
2014
%-mutatie 2014
106.140.802
106.928.238
104.386.994
-2,4
2 België
48.518.421
47.831.139
47.551.175
-0,6
3 Verenigd Koninkrijk
34.644.158
36.535.293
36.477.913
-0,2
4 Frankrijk
36.246.827
35.937.037
35.364.285
-1,6
5 Verenigde Staten
20.259.164
16.894.833
18.914.543
12,0
6 Italië
19.581.769
19.788.533
18.809.260
-4,9
7 Spanje
11.847.092
11.220.385
11.920.647
6,2
8 Polen
8.537.932
9.190.759
9.651.683
5,0
9 China
7.646.530
7.711.271
7.913.369
2,6
10 Zweden
7.137.404
7.563.815
7.801.700
3,1
11 Tsjechië
5.992.196
6.014.832
6.537.336
8,7
12 Russische Federatie
7.067.907
6.827.905
6.277367
-8,1
13 Zwitserland
5.725.245
5.614.896
5.547.887
-1,2
14 Denemarken
5.268.420
5.455.419
5.544.841
1,6
15 Oostenrijk
4.926.635
4.947.622
5.089.660
2,9
16 Turkije
4.672.055
4.820.186
5.048.568
4,7
17 Finland
4.253.266
4.135.984
4.432.754
7,2
18 Ierland
2.889.127
3.358.592
3.757.506
11,9
19 Zuid-Korea
3.369.747
3.512.597
3.735.502
6,3
20 Noorwegen
3.752.185
3.731.813
3.733.536
0,0
21 Singapore
4.170.279
3.751.321
3.494.322
-6,9
22 Japan
3.539.660
3.178.451
3.319.166
4,4
23 VAE
2.373.793
2.372.169
2.792.568
17,7
24 Hongarije
2.625.068
2.545.649
2.789.141
9,6
25 Brazilië
3.082.096
2.193.075
2.736.813
24,8
26 Mexico
2.932.697
2.704.114
2.692.333
-0,4
27 Portugal
2.481.468
2.539.284
2.689.628
5,9
28 Nigeria
2.686.921
2.699.850
2.634.099
-2,4
29 Canada
1.967.480
2.622.792
2.540.671
-3,1
30 Saoedi-Arabië
2.232.984
2.264.659
2.493.887
10,1
31 Taiwan
2.869.190
3.584.585
2.490.488
-30,5
32 Griekenland
2.058.686
2.160.893
2.277.045
5,4
33 Hongkong
1.824.174
1.890.037
2.204.364
16,6
34 Australië
2.295.083
2.229.420
2.173.088
-2,5
35 Roemenië
1.655.083
1.775.189
1.896.500
6,8
36 India
1.915.688
1.633.404
1.845.386
13,0
(t.o.v. 2013) 1 Duitsland
1 van 18 3
2012
2013
2014
%-mutatie 2014 (t.o.v. 2013)
37 Zuid-Afrika
2.175.252
1.961.041
1.769.033
-9,8
38 Slowakije
1.325.735
1.419.909
1.504.164
5,9
39 Egypte
1.334.837
1.257.047
1.458.033
16,0
40 Israël
1.317.426
1.406.851
1.241.315
-11,8
41 Ghana
1.163.920
995.304
1.188.536
19,4
42 Luxemburg
1.312.629
978.350
1.092.356
11,7
43 Algerije
764.537
1.147.475
999.410
-12,9
44 Thailand
1.045.467
916.891
932.121
1,7
45 Maleisië
888.451
835.029
924.045
10,7
1.284.429
712.323
922.489
29,5
47 Argentinië
728.688
1.018.626
850.727
-16,5
48 Estland
626.088
773.386
838.392
8,4
49 Marokko
922.168
676.835
805.036
18,9
50 Bulgarije
626.694
694.010
791.548
14,1
51 Oekraïne
1.272.761
1.195.298
776.454
-35,0
52 Slovenië
657.832
687.273
751.893
9,4
53 Litouwen
784.112
796.061
729.357
-8,4
54 Indonesië
628.046
800.554
682.109
-14,8
55 Senegal
300.117
670.512
650.329
-3,0
56 Vietnam
573.216
566.507
539.960
-4,7
57 Cyprus
467.572
451.207
510.519
13,1
58 Guinee
365.516
585.800
491.375
-16,1
59 Kroatië
434.065
403.876
459.313
13,7
60 Colombia
327.941
461.391
455.106
-1,4
61 Koeweit
391.525
485.784
441.546
-9,1
62 Chili
449.034
496.076
440.380
-11,2
63 Letland
393.871
527.561
424.878
-19,5
64 Filipijnen
331.013
370.991
424.015
14,3
65 Kazachstan
488.259
438.965
407.904
-7,1
66 Venezuela
655.424
441.953
407.595
-7,8
1.634.394
960.149
406.017
-57,7
68 Irak
313.959
344.662
385.526
11,9
69 Qatar
361.574
377.917
383.960
1,6
70 IJsland
304.785
295.797
381.723
29,0
71 Servië
278.505
330.953
378.542
14,4
72 Iran
364.716
257.927
374.908
45,4
73 Pakistan
296.747
312.095
362.524
16,2
74 Angola
435.252
361.418
343.985
-4,8
75 Libanon
476.892
449.896
330.916
-26,4
76 Jordanië
264.676
266.841
322.869
21,0
46 Togo
67 Gibraltar
1 van 18 4
2012
2013
2014
%-mutatie 2014 (t.o.v. 2013)
77 Oman
346.570
316.394
321.732
78 Nieuw-Zeeland
258.412
307.117
317.453
3,4
79 Jemen
212.124
95.140
311.400
227,3
80 Wit-Rusland
322.433
357.687
302.260
-15,5
81 Azerbeidzjan
164.639
209.433
283.762
35,5
82 Mauritanië
298.903
393.394
266.698
-32,2
83 Tunesië
243.435
265.772
266.607
0,3
84 Libië
402.001
474.817
246.571
-48,1
85 Peru
203.710
171.849
245.561
42,9
86 Malta
264.795
233.450
245.012
5,0
87 Ecuador
139.538
186.271
222.281
19,3
88 Suriname
238.374
212.764
206.336
-3,0
89 Ivoorkust
165.439
195.464
201.205
2,9
90 Kenia
180.268
228.368
186.509
-18,3
91 Curaçao
1,7
.
157.501
163.736
4,0
92 Bangladesh
142.117
153.297
152.052
-0,8
93 Bahrein
140.260
132.806
147.181
10,8
94 Benin
147.666
110.113
140.643
27,7
95 Gabon
100.449
189.602
140.466
-25,9
96 Kameroen
155.808
108.497
134.038
23,5
97 Congo
106.446
106.790
130.059
21,8
98 Bosnië-Herzegovina
100.023
110.805
130.054
17,4
99 Caymaneilanden
227.851
249.559
123.314
-50,6
100 Congo (Democratische
111.295
118.106
116.109
-1,7
Republiek) 101 Cuba
92.904
104.725
107.102
2,3
102 Tanzania
103.401
134.864
106.496
-21,0
103 Panama
163.833
98.869
105.996
7,2
104 Georgië
76.386
83.284
103.957
24,8
105 Dominicaanse
86.387
95.046
101.926
7,2
106 Uruguay
90.136
75.699
91.955
21,5
106 Oezbekistan
52.220
62.363
90.984
45,9
107 Soedan
89.869
83.898
88.679
5,7
108 Aruba
81.525
82.252
86.020
4,6
109 Ethiopië
90.782
100.868
85.230
-15,5
101 Macedonië
78.096
79.521
83.197
4,6
102 Sri Lanka
55.307
75.510
81.674
8,2
103 Bolivia
52.694
137.117
81.515
-40,6
104 Britse Maagdeneilanden
22.210
38.012
80.153
110,9
Republiek
1 van 18 5
2012
2013
2014
%-mutatie 2014 (t.o.v. 2013)
105 Costa Rica
74.913
83.381
68.419
-17,9
106 Montenegro
37.267
40.161
64.787
61,3
107 Moldavië
51.267
63.326
64.689
2,2
108 Mozambique
45.346
34.542
62.857
82,0
109 Trinidad en Tobago
91.506
59.057
62.797
6,3
110 Mali
40.546
54.765
62.042
13,3
111 Equatoriaal-Guinee
39.732
50.515
61.536
21,8
112 Guatemala
53.459
58.819
58.314
-0,9
113 Paraguay
28.121
51.728
57.946
12,0
114 Turkmenistan
85.768
59.770
55.347
-7,4
111.587
38.894
54.574
40,3
116 Burkina Faso
47.112
50.717
53.321
5,1
117 Oeganda
51.866
53.495
52.429
-2,0
115 Bahamas
118 Kaapverdië
122.841
152.811
49.909
-67,3
119 Namibië
49.408
36.719
49.313
34,3
120 Afghanistan
84.971
70.928
48.789
-31,2
121 Syrië
77.906
42.453
46.977
10,7
122 Sierra Leone
35.524
44.205
46.400
5,0
123 Albanië
38.254
43.237
43.860
1,4
124 Liberia
127.927
33.030
39.711
20,2
125 Tsjaad
19.701
21.670
38.294
76,7
126 Zambia
43.541
52.459
38.277
-27,0
127 Armenië
42.701
47.962
36.556
-23,8
128 Ceuta
55.041
30.979
35.084
13,3
.
43.046
32.480
-24,5
130 Gambia
25.739
30.704
32.259
5,1
131 Mauritius
28.908
34.876
31.902
-8,5
.
37.211
31.631
-15,0
42.837
35.155
31.355
-10,8
134 Niger
110.584
29.697
30.954
4,2
135 Haïti
28.839
36.209
30.149
-16,7
136 Kosovo
23.850
37.145
28.231
-24,0
137 Rwanda
27.740
34.258
27.443
-19,9
138 Djibouti
26.606
27.537
27.421
-0,4
139 El Salvador
24.579
31.099
27.035
-13,1
140 Honduras
27.074
36.712
26.079
-29,0
141 Madagaskar
14.636
16.452
24.617
49,6
142 Amerikaanse
54.893
2.964
23.795
702,8
18.282
20.607
22.397
8,7
129 Caribisch Nederland
132 Sint Maarten 133 San Marino
Maagdeneilanden 143 Liechtenstein
1 van 18 6
2012
2013
2014
%-mutatie 2014 (t.o.v. 2013)
144 Papoea-Nieuw-Guinea
23.355
18.005
21.992
22,1
145 Jamaica
14.602
19.182
21.853
13,9
146 Guyana
19.764
20.143
21.693
7,7
147 Macau
34.323
24.715
21.262
-14,0
148 Kirgizische Republiek
30.731
25.685
20.706
-19,4
149 Faeröereilanden
8.075
16.659
18.887
13,4
150 Birma
5.735
10.763
18.621
73,0
151 Burundi
6.494
9.333
18.226
95,3
152 Andorra
17.898
16.125
17.991
11,6
153 Brunei Darussalam
16.735
29.113
17.921
-38,4
154 Zimbabwe
22.919
25.565
17.748
-30,6
155 Cambodja
12.013
11.164
17.507
56,8
6.243
6.992
15.589
123,0
157 Nepal
11.236
12.093
15.187
25,6
158 Seychellen
14.976
16.897
15.182
-10,1
159 Nieuw-Caledonië
15.034
13.965
14.757
5,7
160 Mongolië
30.743
28.999
13.815
-52,4
.
7.323
13.701
87,1
11.203
11.469
12.684
10,6
163 Botswana
5.345
8.762
11.823
34,9
164 Nicaragua
156 Gebied onder Palestijnse autoriteit
161 Zuid-Sudan 162 Frans-Polynesië
44.227
16.296
10.908
-33,1
165 Tadzjikistan
6.932
7.529
9.379
24,6
166 Barbados
8.748
7.008
9.238
31,8
81.006
56.045
9.065
-83,8
168 Maldiven
6.118
6.234
8.809
41,3
169 Malawi
9.695
10.314
7.706
-25,3
170 Belize
4.767
8.403
7.426
-11,6
171 Guinee-Bissau
6.828
7.780
7.000
-10,0
172 Somalië
3.881
4.437
6.897
55,4
173 Saint Lucia
2.571
4.057
4.509
11,1
167 Centraal-Afrikaanse Republiek
174 Marshalleilanden
1.957
50.913
4.439
-91,3
175 Antigua en Barbuda
31.466
3.493
4.226
21,0
176 Groenland
36.100
5.926
4.202
-29,1
177 Bermuda
11.698
4.970
4.134
-16,8
178 Swaziland
2.085
1.775
4.031
127,1
179 Guam
1.007
1.993
3.744
87,9
180 Dominica
2.832
2.722
3.490
28,2
181 Comoren
6.035
3.120
3.143
0,7
1 van 18 7
2012
2013
2014
%-mutatie 2014 (t.o.v. 2013)
182 Grenada
2.986
2.236
3.141
40,5
183 Franse zuidelijke
3.293
1.747
2.836
62,3
184 Eritrea
2.637
4.162
2.608
-37,3
185 Laos
1.700
4.713
2.500
-47,0
186 Fijieilanden
2.126
2.193
2.464
12,4
187 Falklandeilanden
7.521
127
2.338
1740,9
gebieden
188 Noord-Korea
1.420
1.172
2.143
82,8
13.707
442
1.863
321,5
1.929
757
1.748
130,9
883
855
1.565
83,0
1.379
1.756
1.004
-42,8
711
785
947
20,6
735
524
931
77,7
195 Salomonseilanden
1.090
1.295
773
-40,3
196 Turks- en Caicos-
2.608
857
614
-28,4
780
861
595
-30,9
3.682
1.305
563
-56,9
517
650
465
-28,5
2.172
1.672
281
-83,2
202 Noordelijke Marianen
23
189
245
29,6
203 Kiribati
61
186
241
29,6
204 Montserrat
408
198
213
7,6
205 Bhutan
516
387
200
-48,3
206 Tonga
63
151
147
-2,6
207 Vanuatu
326
352
140
-60,2
208 Cookeilanden
603
373
137
-63,3
209 Vaticaanstad
467
39
127
225,6
38
115
111
-3,5
265
95
80
-15,8
4
6.807
75
-98,9
10
416
35
-91,6
5
32
8
-75,0
30
194
3
-98,5
189 Oost-Timor 190 Lesotho 191 Sao Tomé en Principe 192 Saint Vincent en de Grenadines 193 Wallis- en Futunaeilanden 194 Anguilla
eilanden 197 Bouveteiland 198 Saint-Kitts en Nevis 200 Saint-Pierre en Miquelon 201 Tokelau-eilanden
210 Amerikaans-Samoa 211 Samoa 212 Sint-Helena 213 Antarctica 214 Niue-eilanden 215 Nauru
Bron: CBS, 2015 en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, 2015.
1 van 18 8