Hoe kunt u als zorginstelling de kosten verminderen?
Eigen risico dragen voor de WGA vaak financieel aantrekkelijk
Binnenkort voert het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een aantal veranderingen door in de wijze waarop de WGA wordt gefinancierd. Deze wijzigingen maken het voor zorginstellingen aantrekkelijker om met een private verzekeraar in zee te gaan. In dit whitepaper leest u meer over de aanpassingen van de financiering van het eigenrisicodragerschap voor de WGA en de bijbehorende kansen en risico’s.
Ziekte en arbeidsongeschiktheid zijn nog altijd een aanzienlijk maatschappelijk probleem. Hoewel de cijfers landelijk gezien een licht dalende trend vertonen, zien organisaties zich op dit vlak nog altijd voor grote uitdagingen gesteld. Dit geldt zeker voor de zorgsector, waar het ziekteverzuim met 4,8% (gegevens 2014) aanzienlijk hoger ligt dan het landelijk gemiddelde van 3,8%. De cijfers van arbeidsongeschikte medewerkers in de zorgsector houden met dit hogere percentage gelijke tred. De kosten van dit alles zijn hoog, ook voor zorginstellingen. Dit hangt samen met het feit dat wettelijke regelingen, die de afgelopen jaren hebben bijgedragen aan de daling van de cijfers, hand in hand gaan met een grotere verantwoordelijkheid van werkgevers. Niet alleen wat betreft te ondernemen acties, maar ook financieel. Het doorbetalen van het salaris van zieke medewerkers komt bijvoorbeeld voor de volledige wettelijke duur van twee jaar voor rekening van de werkgever. Maar ook de kosten die werkgevers maken voor de periode van arbeidsongeschiktheid die na deze twee jaar volgt, zijn aanzienlijk gestegen.
Eigen risico dragen voor de WGA vaak financieel aantrekkelijk Hoe kunt u als zorginstelling de kosten verminderen?
Opvolger van de onbetaalbare WAO In 2006 trad de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) in werking, als opvolger van de WAO. Anders dan de in de, volgens velen, onbetaalbaar geworden WAO, staat in de WIA centraal staat wat werknemers nog wél kunnen. Ondanks eventuele beperkingen door ziekte of lichamelijk gebreken. De WIA bestaat uit twee regelingen: De Inkomensvoorziening volledig en duurzaam arbeidsongeschikten (IVA). Deze regeling geldt voor iedereen die duurzaam arbeidsongeschikt is, wat betekent dat er binnen vijf jaar geen verbetering in de gezondheidstoestand is te verwachten. De Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA). Deze regeling geldt voor iedereen die meer dan 35% en minder dan 80% arbeidsongeschikt is, en voor medewerkers die meer dan 80% arbeidsongeschikt zijn, maar voor wie binnen vijf jaar wel een verbetering van de gezondheid valt te verwachten. In dit whitepaper blijft de IVA buiten beschouwing, omdat deze wordt gefinancierd vanuit een vaste werkgeverspremie. Voor de WGA bestaan voor werkgevers wel keuzemogelijkheden, en daar gaan we dieper op in.
Eigen risico of premie UWV De financiële verantwoordelijkheid van de werkgever voor medewerkers die onder de WGA vallen kan drie vormen aannemen. 1. De eerste manier is dat de werkgever een zogeheten gedifferentieerde WGApremie aan UWV betaalt. Uit deze premie worden alle WGA-uitkeringen en reintegratielasten betaald tot tien jaar na de toekenning ervan. De gedifferentieerde premie wordt vastgesteld door de Belastingdienst op basis van door UWV aangeleverde uitkeringsgegevens van twee jaar eerder; de ‘schadelast’. De premie over 2016 wordt dus bepaald op basis van de schadelast van 2014.
2
2. Een werkgever kan er ook voor kiezen dit publieke bestel te verlaten. Hij wordt dan eigenrisicodrager en betaalt zelf alle uitkeringen en re-integratielasten. Wel moet er in dat geval een zogeheten borgtochtverzekering worden afgesloten. Dit om te voorkomen dat de WGA-uitkeringen bij een eventueel faillissement alsnog ten laste komen van het publieke stelsel. 3. U kunt er als werkgever ook voor kiezen het eigen risico voor de WGA geheel of gedeeltelijk onder te brengen bij een private verzekeraar. U betaalt dan een premie en de verzekeraar betaalt de WGA-uitkeringen en re-integratielasten. In dit geval is een borgtochtverzekering eveneens verplicht, maar in de meeste gevallen maakt deze verzekering onderdeel uit van het private WGA-pakket.
Eigen risico dragen voor de WGA vaak financieel aantrekkelijk Hoe kunt u als zorginstelling de kosten verminderen?
Wel of geen private verzekeraar? Enige tijd geleden ontspon zich in de media een discussie over de rol van private verzekeraars bij de re-integratie van langdurig arbeidsongeschikten. In de eerste jaren na de liberalisering van deze markt bleek er sprake van aanloopproblemen bij de verzekeraars, waardoor de re-integratie niet in alle gevallen optimaal verliep. Sindsdien is er echter sprake van een succesvolle inhaalslag. ‘Mede dankzij veranderde regelgeving hebben we meer instrumenten om re-integratieprocessen anders in te richten en te begeleiden’, aldus Gertjan van Winden van verzekeraar Loyalis. ‘Het is belangrijk constant met de werkgever in gesprek te blijven’, vult zijn collega Anja Wiersma aan. ‘Bijvoorbeeld over vragen als: Wat is als werkgever je visie op verzuim? En hoe pak je dat aan? Niet alleen over verzekeringen praten maar ook over beleid, zorgt voor een toegevoegde waarde.’
Jarenlange toename, nu een daling Sinds de invoering van de WIA in 2006 is het aantal werkgevers dat voor een eigen WGA-risico koos sterk gestegen. Dit niet alleen vanwege de financiële voordelen, maar ook omdat het zorginstellingen en andere organisaties de gelegenheid biedt zelf richting te geven aan het re-integratiebeleid, zonder inmenging van UWV. Sinds enkele jaren vindt echter een daling plaats van het aantal eigenrisicodragers; werkgevers kiezen in toenemende mate voor terugkeer naar UWV. Dit is het rechtstreekse gevolg van een aantal maatregelen die nadelig uitpakken voor de private verzekeraars. Zo moeten zij aan strengere eisen voldoen voor het zekerstellen van betalingen in de toekomst en grotere inspanningen verrichten wat betreft acquisitie. Elke werkgever is namelijk in principe verzekerd bij UWV, terwijl er actie moet worden ondernomen om over te stappen naar een private verzekeraar. Tot slot werd het de afgelopen jaren voor privaat verzekerde werkgevers interessanter om over te stappen naar UWV, vanwege het feit dat de uitkeringsverplichtingen konden worden achtergelaten bij de private verzekeraar, zonder dat daar premieverplichtingen tegenover stonden. Intussen kon bij UWV een nieuwe start worden gemaakt met een minimale premie van 0,16%.
3
Eigen risico dragen voor de WGA vaak financieel aantrekkelijk Hoe kunt u als zorginstelling de kosten verminderen? 70% 60% 50,5%
50,2%
50%
46,4%
46,2%
44,2%
42,0% 40% 29,8%
30% 20%
23,2%
20,2%
24,5%
27,0%
27,8%
27,7%
26,9% 23,1%
21,6%
22,1%
20,2%
10% 0%
Aantallen 2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
Loonsom
2015
In bovenstaande tabel is aangegeven hoeveel bedrijven sinds de invoering van de WIA kozen voor het eigenrisicodragerschap voor de WGA. Tot 2013 was er sprake van een toename, sindsdien is er sprake van een netto terugkeer naar het publieke bestel en UWV. Dit hangt samen met een aantal maatregelen die een gelijk speelveld tussen private en publieke verzekeraars verder uit zicht brachten. Bron (UWV). Peildatum 5 januari 2015. Cijfers over 2015 betreffen een raming.
Maatregelen ministerie Sociale Zaken In de loop van 2015 kwam het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tot de overtuiging dat het evenwicht tussen publieke en private WGA-verzekeraars onder druk staat. Daarom zijn recent enkele maatregelen afgekondigd. 1. De eerste maatregel heeft betrekking op de premie die werkgevers gaan betalen als ze terugkeren naar UWV. Vanaf 1 januari 2017 is dit niet langer de minimale premie van 0,16% maar een premie die is gebaseerd op de reële schadelast. In de meeste gevallen is deze hoger. Voor werkgevers die eerder dan op 1 januari 2017 terugkeren naar UWV geldt een overgangsregeling. 2. De tweede maatregel betekent een verlaging van de drempel voor het eigenrisicodragerschap voor de WGA. Nu nog neemt een werkgever die hiervoor kiest alle lopende uitkeringen mee. Vanaf 1 januari 2017 is dat niet langer het geval. De lopende uitkeringen blijven dan achter bij UWV, evenals alle langdurig zieken in de organisatie, die in de nabije toekomst uiteraard een WGA-risico met zich meebrengen. Op deze manier kan de werkgever met een schone lei beginnen bij een private verzekeraar. 3. Een derde maatregel is gericht op het voorkomen van misbruik. In sommige gevallen zou het voor een werkgever lucratief kunnen zijn om voor één jaar over te stappen naar het publieke bestel en dan weer terug te keren naar een private verzekeraar. Om dit te voorkomen heeft het ministerie bepaald dat de periode van terugkeer naar UWV ten minste drie jaar moet beslaan.
4
Verder onderzoek mogelijkheden Het voorgaande betekent dat terugkeer naar het publieke bestel voor veel zorginstellingen en andere organisaties een grote financiële achteruitgang zal betekenen. Omgekeerd wordt het aantrekkelijk de mogelijkheden van het eigenrisicodragerschap voor de WGA verder te onderzoeken. Dit omdat het speelveld van de WGA-verzekeringen duidelijk is veranderd ten gunste van de private verzekeraar. Deskundig advies kan u helpen bij een zorgvuldige afweging tussen de keuze voor UWV en het eigenrisicodragerschap voor de WGA, al dan niet privaat verzekerd. Ook kunt u begeleiding overwegen bij de invoering van het eigenrisicodragerschap. Omdat een verzoek om eigenrisicodrager te worden per 1 januari 2017 uiterlijk op 1 oktober 2016 moet zijn ingediend bij de Belastingdienst, is het raadzaam tijdig met dit proces te beginnen.
Eigen risico dragen voor de WGA vaak financieel aantrekkelijk Hoe kunt u als zorginstelling de kosten verminderen?
Meer diensten en gelijke belangen Een van de aantrekkelijke kanten van het inschakelen van een private verzekeraar bij eigenrisicodragerschap voor de WGA zijn de gedeelde belangen van werkgever en verzekeraar. Voor beide partijen loont het immers om het aantal arbeidsongeschikten terug te dringen. Daar komt bij dat private verzekeraars meer diensten kunnen aanbieden dan UWV. Daarbij gaat het onder meer om organisatieonderzoek en advies, en om geïntensiveerd casemanagement. Deze dienst omvat onder meer monitoring van de verzuimbegeleiding en het ontzorgen van de werkgever bij de invulling van wettelijke verplichtingen. UWV is gebonden aan een vast dienstenpakket dat voor alle werkgevers gelijk is, en kan deze diensten dus niet leveren.
Meer informatie Voor meer informatie kunt u contact opnemen met consultants: Linda van ‘t Hoff
[email protected] Henk Konings
[email protected]. Loyalis gaf onlangs ook een gratis webinar over dit onderwerp. Dat kunt u hier nog eens terug zien. Ook kunt u een kijkje nemen op de website van Loyalis.
5