Duurzaam MBO Dialoogbijeenkomst 2 februari 2012
Duurzaamheid? Eén van de deelnemers formuleert het als volgt: Sluit de kringlopen. Ontwerp producten zo dat je na gebruik hoogwaardige grondstoffen voor nieuwe producten overhoudt. Sluit kringlopen zowel op productniveau als op organisatieniveau als op het niveau van leerprocessen. Op 2 februari jongstleden vond op het Koning Willem I College een bijeenkomst plaats over het thema duurzaamheid en verbinding tussen het Middelbaar Beroeps Onderwijs en het bedrijfsleven. Bestuurders, duurzaamheidsmanagers en managers van onder andere Shell, ING en Heineken waren aanwezig. Samen met directeuren, onderwijs- en programmamanagers uit het MBO zorgde dit voor inspirerende discussies en gesprekken. De volgende vraag stond centraal: Hoe bereid je toekomstig beroepsbeoefenaars voor op een duurzame agenda van het bedrijfsleven?
Na een inleiding van de dagvoorzitter Antoine Heideveld (Agentschap NL) spraken de deelnemers in drie groepen over de vraag hoe bedrijfsleven en onderwijs elkaar kunnen versterken op het thema duurzaamheid. Tijdens een diner pensant in de meest duurzame horecaopleiding van Nederland zijn concrete ideeën geformuleerd die het netwerk Duurzaam MBO (DMBO) oppakt. In dit verslag leest u de belangrijkste opbrengsten van de gesprekken en discussies afgewisseld met een aantal concrete ideeën die in kaders zijn beschreven. Studenten aan het woord: “Wij kiezen voor kip zonder rotzooi” De uitspraak van een student van het Koning Willem I College en tegelijk de aftrap voor een dialoog tussen het onderwijs en bedrijfsleven. Het restaurant van de horecaopleiding werkt volgens de Nieuwe Nederlandse Keuken en gebruikt biologische producten uit de omgeving. Studenten worden tijdens hun opleiding
klaargestoomd voor de arbeidsmarkt en krijgen duurzaamheid als
een logisch onderdeel van hun opleiding mee. Duurzaamheid mag volgens de aanwezigen niet ontbreken in het onderwijs. De deelnemers aan de dialoog zijn het er dan ook over eens dat nut & noodzaak
aanwezig
aandacht
te
zijn
besteden
om aan
duurzaamheid voor onderwijs en bedrijfsleven. Op het gebied van duurzaamheid gebeurt
er
veel
binnen
het
onderwijs en het bedrijfsleven. In het beroepsonderwijs is er een diversiteit
aan
projecten
en
bedrijfsleven
duurzaamheidsook ontstaat
in
het een
1
groeiend aantal koplopers met een duurzame agenda gestuurd door een duurzaamheidsafdeling en/of manager. Zowel het bedrijfsleven als het onderwijs onderstrepen het belang van samen optrekken, maar geven ook aan dat er op dit terrein nog wel wat te winnen valt. Want wie zet de eerste stap en waar liggen de verantwoordelijkheden, hoe staan we samen sterk? Communiceren van succesverhalen: Er gebeurt veel op het gebied van duurzaamheid in onderwijs en bedrijfsleven. Via koplopers en ambassadeurs uit het bedrijfsleven en onderwijs of via landelijke en regionale media kan nog meer aandacht worden besteed aan het thema. Studenten spelen zelf een belangrijke rol. Gedacht kan worden aan een interview met mbo-studenten in de Spits, METRO of de Pers, over hun kijk op de toekomst. Versturen van bedrijvenbrief: Het middelbaar beroepsonderwijs wordt beïnvloed door bedrijven. Als het bedrijfsleven vraagt om bepaalde competenties dan werkt dat door in het onderwijs. Dit kun je concreet maken door bedrijven te vragen een brief te schrijven/tekenen met een oproep voor duurzaam onderwijs. Dit kan regionaal of landelijk. Onlangs heeft Paul Polman (Unilever) een dergelijke oproep in het NRC geplaatst.
Terug naar de student. In zijn tweede jaar heeft hij nog niet besloten bij welk bedrijf hij
wil
werken.
Hij
laat
duurzame
aspecten zeker meewegen. En als hij dan bij
een
niet
duurzaam
bedrijf
werkt
probeert hij in ieder geval ideeën in te brengen en op duurzaamheid te letten. Maar er kan ook sprake zijn van een wisselwerking. Als studenten stage lopen bij vernieuwende en duurzame bedrijven kunnen zij nieuwe informatie meebrengen naar school. De student wordt dan ambassadeur. Onderwijsinstellingen en bedrijven hebben de taak om dit te faciliteren. Zo volgt het Koning Willem I College oud-studenten in hun werkleven en zet hen in om gastlessen te verzorgen. Verzorgen van gastlessen door studenten: Leerlingen raken vaak geïnspireerd door mensen uit de praktijk. Iemand die werkt bij een mooi bedrijf en daar enthousiast over kan vertellen raakt een snaar bij leerlingen. Gastlessen organiseren kost veel tijd. Laat daarom leerlingen zelf gastlessen organiseren. Dit gebeurt al op een school in het Voortgezet Onderwijs.
Een bedrijf als Shell is vertegenwoordigd in het Jongeren en Technologie Netwerk (Jet-Net). Andre van Aperen (lid vanuit Shell) geeft aan dat dit netwerk jongeren uit het vmbo/havo/vwo in contact brengt met nieuwe en duurzame technieken. Leerlingen bezoeken bedrijven en raken in gesprek met mensen die enthousiast over hun vak vertellen. Andersom gaan bedrijven langs scholen om workshops te geven. Jet-Net ziet veel kansen om duurzaamheid een plaats te geven in de verbinding onderwijs en bedrijfsleven. De regio speelt een belangrijke rol; als deze het zelf regelt ontstaan mooie verbindingen, ook met het MKB. Versterken van regionale samenwerking bedrijfsleven en onderwijs: Duurzaamheid en techniek slaan aan bij jongeren. Dit versnelt als je per regio/school een opleiding uit de technische hoek in contact brengt met een duurzaam bedrijf. Door te makelen en schakelen kan de opleiding duurzamer worden.
2
Duurzaamheid in de genen Het begrip duurzaamheid is hip en wordt overal voor gebruikt. Maar alleen het toevoegen
van
het
woord
bij
een
opleiding of een bedrijfsvisie leidt niet tot de uiteindelijke oplossing. Volgens wethouder
Duurzaamheid
Zwijndrecht
Henk
duurzaamheid bedrijven, individuen
in
gemeente
Mirck de
genen
onderwijsinstellingen komen
te
zitten.
moet van en Van
onbewust onbekwaam, naar onbewust bekwaam handelen. Je hele leven lang leren zodat uiteindelijk duurzaam handelen in de genen zit en vanzelfsprekend is. Het begint met de basiskennis over duurzaamheid die het onderwijs kan leveren door samen te werken met het bedrijfsleven. Blijven stimuleren van basiskennis duurzaamheid in onderwijs: Dit kan door duurzaamheidslessen in de vrije ruimte te geven of een minor duurzaamheid te ontwikkelen gekoppeld met kwaliteits- en procesdenken.
Gesloten cyclus Een term waar in de dialoog ook bij wordt stilgestaan is cradle-to-cradle. Een begrip dat de laatste jaren aan populariteit heeft gewonnen. Het gaat hierbij niet alleen om hergebruik van materialen, maar om inzicht in de gehele cyclus van grondstof tot aan hergebruik. Dit leidt tot klimaatneutrale productie. Door duurzaamheid te koppelen aan procesdenken (input, proces en output) maak je concreet welk doel je wilt bereiken. Als de output van een productieproces bijvoorbeeld is op een milieubelasting van nihil uitkomen, hoe moet dit proces dan worden ingericht en wat voor een input is daarvoor nodig? Dit vraagt om nadenken over een andere cyclus; een pleidooi om duurzaamheid meer in het licht te zien van proces- en kwaliteitsdenken binnen het onderwijs en het bedrijfsleven. Deze cyclusgedachte spreekt bedrijven aan, zeker bedrijven als Heineken waar het productieproces primair is, maar ook banken met investeringen en beleggingen in productiebedrijven. Dat geldt ook voor roc’s. Zo heeft het Deltion College bijvoorbeeld een duurzaam gebouw en werkt het toe naar volledige duurzame inkoop in 2015. Duurzaamheid koppelen aan benchmark MBO: Neem duurzaamheid op in de benchmark van het MBO. Deze benchmark wordt gepresenteerd door de MBO-raad. Hier kan het netwerk DMBO contact mee leggen en vragen om duurzaamheid op te nemen in de benchmark. Ook kan hier verbinding worden gelegd met het kwaliteitskader binnen het beroepsonderwijs.
Samen optrekken Bedrijven en onderwijsinstellingen versterken elkaar door elk hun rol en verantwoordelijkheid ten aanzien van duurzaamheid te pakken, maar bovenal door samen op te trekken. Samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven zou vanzelfsprekend moeten zijn. Het bedrijfsleven kan zorgen voor de context, het onderwijs voor de algemene gedeelten en het leerproces. De docent speelt een belangrijke rol. Hij of zij kan de vertaling van duurzaamheid in de praktijk maken naar de opleiding en studenten op een leuke manier wegwijs maken in de thema’s. Dit betekent dat onderwijsinstellingen prioriteiten moeten leggen en moeten investeren in samenwerking met het
3
bedrijfsleven. Johan Heijnberg van Kenteq richt zich tot het onderwijs om te zorgen voor basiskennis over duurzaamheid. Maar er valt ook te denken valt aan docentenstages bij bedrijven of samen met bedrijven invulling geven aan het curriculum. Bedrijven geven aan dat als onderwijsinstellingen zich openstellen duurzaamheid vanzelf binnenkomt. De uitdaging ligt bij het verstaan van elkaars taal en komen tot gezamenlijke doelen. Zo kan het onderwijs duurzaam bewuste mensen afleveren in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven. Zorgen voor docenten- en studentenstages: Stages zijn een belangrijk onderdeel van de opleiding van studenten. In gesprek met de docent kan gevraagd worden welke duurzaamheidsaspecten in de stage van de student terugkomen. Maar ook docenten zelf kunnen een stage lopen bijvoorbeeld in een bedrijf met een duurzame agenda: voor de docent verrijkend en tegelijkertijd wordt de band tussen bedrijfsleven en onderwijs versterkt. Uitwisseling van mensen tussen onderwijs en bedrijfsleven zorgt er ook voor dat deze twee werelden elkaar beter gaan verstaan.
Een inspirerende bijeenkomst Conclusie:
zowel
bedrijven
als
onderwijsinstellingen hebben een rol in het
klaarstomen
van
beroepsbeoefenaars. basiskennis
over
toekomstig
Jongeren duurzaamheid
met en
bewustzijn kunnen bedrijven de goede richting op wijzen. Als het bedrijfsleven samen optrekt met het onderwijs leren deze
twee
werelden
elkaars
taal
begrijpen. Koplopers uit het bedrijfsleven hebben nu vaak een duurzaamheidsafdeling of duurzaamheidsmanager. Instroom van duurzaam bewuste vakmensen
zorgt
volgens
Kirstens
Ottens
van
ING
dat
een
duurzaamheidsafdeling
of
duurzaamheidsmanager in de toekomst overbodig wordt of dichter bij andere disciplines zoals human resources komt te liggen. Investering in de relatie tussen onderwijs en bedrijfsleven is noodzakelijk om toekomstig beroepsbeoefenaren voor te bereiden op een duurzame agenda van het bedrijfsleven. Veel vragen blijven open maar een dialoog als deze draagt bij aan verbinding en brengt inspirerende ideeën. Tijdens het diner werd doorgepraat op concrete actiepunten/ideeën, die we vanuit het netwerk DMBO oppakken. Een overzicht wordt in de bijlage weergegeven. Het zijn ideeën die kunnen leiden tot versterking van de relatie tussen onderwijs en bedrijfsleven, en ervoor kunnen zorgen dat duurzaamheid in de genen van beide werelden komt.
4
Bijlage: Duurzame acties en ideeën
1.
Communiceren van succesverhalen: Er gebeurt veel op het gebied van duurzaamheid in onderwijs en bedrijfsleven. Via koplopers en ambassadeurs uit het bedrijfsleven en onderwijs of via landelijke en regionale media kan nog meer aandacht worden besteed aan het thema. Studenten spelen zelf een belangrijke rol. Gedacht kan worden aan een interview met mbo-studenten in de Spits, METRO of de Pers, over hun kijk op de toekomst.
2.
Organiseren van wedstrijd op TV: Een wedstrijd waarin leerlingen een duurzaamheidsprobleem van een bedrijf oplossen en strijden om de eerste plek. DMBO zou dit samen met MVO-Nederland en de Groene Zaak kunnen opzetten.
3.
Versturen van bedrijvenbrief: Het middelbaar beroepsonderwijs wordt beïnvloed door bedrijven. Als het bedrijfsleven vraagt om bepaalde competenties dan werkt dat door in het onderwijs. Dit kun je concreet maken door bedrijven te vragen een brief te schrijven/tekenen met een oproep voor duurzaam onderwijs. Dit kan regionaal of landelijk. Onlangs heeft Paul Polman (Unilever) een dergelijke oproep in het NRC geplaatst.
4.
Faciliteren van CvB’ers als gideonsbende voorop: Zet CvB’ers bij elkaar of ‘sluit’ ze op in een innovatiehuis. Vervolgens vormt een gideonsbende bestaande uit een duurzaamheids-ambassadeurs een visie en verkondigt deze in hun eigen netwerk en de media. De managementconferentie van het mbo in 2013 kan een mooi podium hiervoor zijn.
5.
Zorgen voor docenten- en studentenstages: Stages zijn een belangrijk onderdeel van de opleiding van studenten. In gesprek met docent kan gevraagd worden welke duurzaamheidsaspecten in de stage van de student terugkomen. Maar ook docenten zelf kunnen een stage lopen bijvoorbeeld in een bedrijf met een duurzame agenda: voor de docente verrijkend en tegelijkertijd wordt de band tussen bedrijfsleven en onderwijs versterkt. Uitwisseling van mensen tussen onderwijs en bedrijfsleven zorgt er ook voor dat deze twee werelden elkaar beter gaan verstaan.
6.
Blijven stimuleren van basiskennis duurzaamheid in onderwijs: Dit kan door duurzaamheidslessen in de vrije ruimte te geven of een minor duurzaamheid te ontwikkelen gekoppeld met kwaliteits- en procesdenken.
7.
Verzorgen van gastlessen door studenten: Leerlingen raken vaak geïnspireerd door mensen uit de praktijk. Iemand die werkt bij een mooi bedrijf en daar enthousiast over kan vertellen raakt een snaar bij leerlingen. Gastlessen organiseren kost veel tijd. Laat daarom leerlingen zelf gastlessen organiseren. Dit gebeurt al op een school in het Voortgezet Onderwijs.
8.
Ontwikkelen van onderwijslab duurzaamheid: Binnen de financiële wereld is onlangs een duurzaamheidslab gestart. Hierin zijn verschillende wetenschappelijke disciplines samengebracht om ideeën te ontwikkelen om zo daadwerkelijk te komen tot een verduurzaming van de financiële sector. Een dergelijke opzet kan voor Duurzaam MBO leiden tot een verbinding van wetenschap met beroepsonderwijs en bedrijfsleven.
9.
Versterken van regionale samenwerking bedrijfsleven en onderwijs: Duurzaamheid en techniek slaan aan bij jongeren. Dit versnelt als je per regio/school een opleiding uit de technische hoek in contact brengt met een duurzaam bedrijf. Door te makelen en schakelen kan de opleiding duurzamer worden.
10. Ontwikkelen van quickscan: Een quickscan maken rond bedrijf en onderwijs, met als thema duurzaamheid. De quickscan is bedoeld als input voor een dialoog per school en geeft inzicht in visie en keuzes rondom duurzaamheid. Daarnaast kun je de uitkomsten koppelen aan het kwaliteitskader van een school. 11. Duurzaamheid koppelen aan benchmark MBO: Neem duurzaamheid op in de benchmark van het MBO. Deze benchmark wordt gepresenteerd door de MBO-raad. Hier kan DMBO contact mee leggen en vragen om duurzaamheid op te nemen in de benchmark. Ook kan hier verbinding worden gelegd met het kwaliteitskader binnen het beroepsonderwijs. 12. Oud-studenten inzetten voor deskundigheid: Studenten hebben heel wat te bieden. Ze kunnen voor MKB duurzaamheidsvraagstukken oplossen. Een voorbeeld is dat de Stichting Ecodorp Brabant met heel weinig budget heel veel bereikt door de inzet van studenten. Het netwerk Duurzaam MBO kan studenten veel meer 5 inzetten.