Deel VII Administratiebeheer met Unit4 Multivers XtraLarge (XL) 10.8.2
Unit4 Business Software Benelux B.V. Papendorpseweg 100 Postbus 5005 3502 JA Utrecht
Telefoon Supportlijn Self Service Internet
031 88 247 17 77 088 247 24 72 https://my.unit4.com http://www.unit4.nl
C-Logic NV a Unit4 Company Rijselstraat 247 8200 Brugge
Telefoon Telefax Supportlijn Supportfax e-mail support e-mail Internet
+32 (0)50 39 13 36 +32 (0)50 39 17 38 +32 (0)3 202 42 02 +32 (0)3 232 38 23
[email protected] [email protected] http://www.unit4.be/kmo
© ©
Copyright 2016 Unit4 Business Software Benelux B.V., Utrecht, Nederland Fluent is a trademark of Microsoft Corporation and the Fluent user interface is licensed from Microsoft Corporation
Alle rechten voorbehouden. De informatie in dit document kan zonder enige waarschuwing vooraf worden gewijzigd en houdt geen enkele verplichting in voor Unit4. Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd worden, in een geautomatiseerd gegevensbestand opgeslagen worden, of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook, hetzij elektronisch, hetzij mechanisch, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Alle wijzigingen voorbehouden. All rights reserved. No part of this book may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted in any form, by print, microfilm, or by any other means, without written permission from the publisher. De Microsoft Office 2007 Fluent gebruikersinterface wordt beschermd door U.S.- en internationale wetten voor intellectueel eigendom en is door Unit4 in licentie genomen van Microsoft.
Unit4 Multivers XtraLarge
Inhoud 1
2
3
4
5 6
7
8
Administraties en administratiebeheer .............................................................................................. 1 1.1 Het beheren van uw administratie(s) ............................................................................................. 1 1.2 Aanmaken nieuwe administratie .................................................................................................... 2 1.3 Aanmaken modeladministratie ...................................................................................................... 4 1.4 Sluiten van een administratie......................................................................................................... 4 1.5 Kopiëren administratie ................................................................................................................... 4 1.6 Verwijderen administratie .............................................................................................................. 5 Het veiligstellen van uw administratie ............................................................................................... 6 2.1 Achtergronden van het veiligstellen en back-uppen van uw administratiegegevens ..................... 6 2.2 De gegevens van uw administratie veiligstellen ............................................................................ 7 2.3 Het veiligstellen van uw instellingen .............................................................................................. 8 2.4 Het veiligstellen van uw gebruikersinstellingen ............................................................................. 9 2.5 Back-uppen van de veiliggestelde bestanden ............................................................................. 11 2.6 Terugzetten van uw administratie ................................................................................................ 11 Het beheren van uw administratiegegevens ................................................................................... 13 3.1 Controle van de administratiedatabase ....................................................................................... 13 3.2 Aanmaken Auditfile voor belastingcontrole (Nederlandse administratie) .................................... 14 3.3 Exporteren rekeningsaldi t.b.v. Unit 4 Audition ............................................................................ 15 3.4 Exporteren t.b.v. 'De lage landen factoring' ................................................................................. 15 Gebruikers en gebruikersrechten ..................................................................................................... 17 4.1 Aanmaken en onderhouden van gebruikers ................................................................................ 17 4.2 Aanmaken en wijzigen rechtengroepen....................................................................................... 19 4.3 Werken met meerdere licenties ................................................................................................... 20 Koppelingen leggen met Microsoft Office 2007 en 2010 ................................................................ 21 5.1 De koppeling met Microsoft Excel 2007/2010 ............................................................................. 21 5.2 De koppeling met MS Word 2007/2010/2013 .............................................................................. 26 Outlook Add-in ................................................................................................................................... 33 6.1 De installatie van de Outlook add-in ............................................................................................ 33 6.2 De instellingen van de Outlook add-in ......................................................................................... 34 6.2.1 De instellingen ...................................................................................................................... 34 6.3 Mail opslaan in Unit4 Multivers .................................................................................................... 36 6.3.1 Mail opslaan bij een bestaande relatie en een bekend mailadres ........................................ 36 6.3.2 Actie aanmaken bij het opslaan van de e-mail ..................................................................... 38 6.3.3 Een e-mail opslaan met een onbekend mailadres voor een bekende relatie....................... 39 6.3.4 Meerdere e-mails opslaan in Unit4 Multivers ....................................................................... 41 6.3.5 Een nieuwe relatie aanmaken vanuit MS Outlook ................................................................ 42 6.4 Een relatie in Unit4 Multivers openen vanuit MS Outlook ............................................................ 43 6.5 Een mailadres uit Unit4 Multivers opvragen in een e-mail........................................................... 45 6.6 Een afspraak vanuit MS Outlook als actie opnemen in Unit4 Multivers ...................................... 46 Artikeletiketten afdrukken en samenstellen .................................................................................... 51 7.1 Het afdrukken van artikeletiketten ............................................................................................... 51 7.2 Etiketten aanmaken en bewerken ............................................................................................... 55 7.2.1 Nieuw etiketsjabloon aanmaken met behulp van de wizard ................................................. 56 7.3 Koppelen etiketsjablonen aan de administratie ........................................................................... 61 Formulierenbeheer ............................................................................................................................. 62 8.1 Het gebruik van de standaardformulieren.................................................................................... 63 8.2 Stappen en handelingen bij het aanpassen van formulieren ....................................................... 64 8.3 Formulier selecteren om aan te passen (Stap 1)......................................................................... 65 8.4 De Report Builder: instellingen en scherm-lay-out (Stap 2)......................................................... 66 8.5 Formulieren koppelen (Stap 3) .................................................................................................... 69 8.6 Het beheren van de rapportdirectory in een netwerk ................................................................... 71
Unit4 Multivers XtraLarge
1
Administraties en administratiebeheer
In Unit4 Multivers XL werkt u met administraties. U kunt verschillende administraties en verschillende types administraties aanmaken. Dit komt in dit hoofdstuk aan de orde. In de administratiedatabase slaat u al uw administratieve- en financiële gegevens en uw mutaties op. Van groot belang is het daarom om een goede back-up van deze gegevens achter de hand te hebben. Maak daarom dagelijks een back-up van uw administratie(s), zodat u geen gegevens verliest bij een eventuele hardware-crash van uw PC of server. Dit wordt in hoofdstuk 2 beschreven.
1.1
Het beheren van uw administratie(s)
Voor het beheren van de gegevens en instellingen van Unit4 Multivers XL is de opbouw van het gegevensbeheer van belang. Unit4 Multivers XL kent de volgende databases: 1. Systeeminstellingen (mvlsyst.dbs + logbestand) 2. Pakketinstellingen voor alle gebruikers (mvlmain.dbs + logbestand) 3. Gebruikersadministraties (mvl0000x.dbs + logbestand) Individuele gebruikersinstellingen zoals venster- en zoekscherminstellingen en opties worden in de 'Windows-registry' opgeslagen. Bij een Multi-user installatie op een netwerk staan deze instellingen dus lokaal op de werkstations en niet op de server. Afhankelijk van de instellingen in Unit4 Multivers XL die op het werkstation zijn ingevoerd, kunt u dus werken met verschillende gebruikersinstellingen. Individuele gebruikersinstellingen worden bij een herinstallatie of update niet overschreven, tenzij u Unit4 Multivers XL eerst van uw systeem had verwijderd. Individuele gebruikersinstellingen liggen dus niet per gebruiker vast maar per werkstation. Wanneer u als gebruiker op een ander werkstation dan gebruikelijk in Unit4 Multivers XL inlogt, kunt u dus niet 'uw eigen' instellingen meenemen. U moet ze op dat werkstation weer apart instellen. Hieronder wordt beschreven welke gegevens in de verschillende databases worden opgeslagen. Bij het databasebeheer is er een groot onderscheid tussen een installatie op een netwerk met een aantal werkstations (clients) en een single user-installatie op een lokale pc. Bij een installatie op een werkstation liggen de gebruikersinstellingen zoals venster- en zoekscherminstellingen en opties dus vast op het werkstation. Hieronder wordt beschreven welke gegevens in de verschillende databases worden opgeslagen. Mvlsyst.dbs Hier liggen de vaste gegevens/tabellen van Unit4 Multivers XL opgeslagen. Mvlsyst wordt, automatisch geüpgraded na de installatie wanneer een gebruiker voor de eerste keer in Unit4 Multivers XL inlogt. In Mvlsyst staan de vaste programmatabellen van het pakket. U hebt hier als gebruiker geen invloed op. MvlMain.dbs In deze database staan de gebruikersinstellingen zoals administratiegegevens, gebruikersgegevens en rechten, licentiegegevens en de importgegevens (afhankelijk van uw pakketversie en de modules in uw licentie). Tabel
Inhoud
ADMINISTRATIES
Administratiegegevens
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 1 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
GEBRUIKERADMIN
Administraties per gebruiker
GEBRUIKERS
Gebruikersgegevens
IMPORTBATCH
Importbatches
IMPORTBATCHTXT
Importbatchomschrijvingen
IMPORTFPRIO
Importprioriteiten
IMPORTFUNCT
Importfunctie-omschrijvingen
IMPORTKENM
Importkenmerken
IMPORTSPEC
Importspecificaties
IMPORTTYPESPEC
Importspecificatietypes
IMPORTVELDEN
Importvelden
IMPORTVELDENTXT
Importveldomschrijvigen
LICENTIEGEGEVENS
Licentiegegevens pakket
PARAMETERS
Parameter en versie MVLMAIN
RECHTEN
Rechten per groep/programma
RECHTENGROEP
Rechtengroepen
Dit zijn de gegevens die per bedrijf/gebruiker zullen verschillen. Het is daarom ook van belang om van deze database regelmatig een back-up te maken. Mvl000xx.dbs Uw verschillende administraties krijgen een databasenummer. Hierin liggen al uw (financiële) administratiegegevens vast. Deze database wordt gebruikt voor uw boekingsgegevens en overzichten. Maak van deze database dan ook zeer regelmatig een back-up. De databases voor Unit4 Multivers XL staan bij een 'standaard-installatie' in 'C:\Program files\Unit4\Unit4 Multivers\Data'. De logbestanden staan in de directory '\\Unit4 Multivers\Log'. Voor iedere administratie wordt een aparte subdirectory aangemaakt in zowel in de 'Data-directory' (voor het *.dbs-bestand), als in 'Log-directory' (voor de logbestanden). Onder andere voor het gebruik van formulieren wordt automatisch bij een nieuwe administratie ook een directory 'DOCxxxxx' aangemaakt.
1.2
Aanmaken nieuwe administratie
De pincode die u van Unit4 gekregen hebt, geeft aan of u een Nederlands of een Belgisch bedrijf kunt aanmaken. De pincode bepaalt dus onder meer welke Btw-instellingen er gebruikt worden en welke overzichten er afgedrukt kunnen worden. U kunt kiezen uit verschillende opties: 1. 2. 3.
een 'leeg' bedrijf'; een 'demobedrijf''; een 'modelbedrijf'.
Bij het aanmaken van een demonstratiebedrijf, wordt een administratie aangemaakt waarin de meeste stamgegevens al zijn ingevoerd. Zo zijn onder andere al boekjaren, dagboeken en het rekeningschema aangemaakt en is een aantal voorbeeldmutaties ingevoerd. U hebt hiermee de beschikking over voorbeelden van de inrichting en het werken met Unit4 Multivers XL . U kunt bijvoorbeeld de ingevoerde stamgegevens van het Demonstratiebedrijf aanpassen en uitbreiden zodat u de specificaties van uw eigen administratie inbrengt. U hebt daarmee een 'sjabloon' gemaakt van uw eigen administratie. Maak dan
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 2 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
vervolgens van dit sjabloon een 'Modelbedrijf' aan. Een modelbedrijf is een sjabloon waarmee andere bedrijven kunnen worden aangemaakt. Door van dit sjabloon een nieuw bedrijf (modelbedrijf ) aan te maken, kunt u het vervolgens als uw eigen administratie gaan gebruiken. Er wordt met Unit4 Multivers XL ook altijd een modelbedrijf meegeleverd. Dit sjabloon wordt automatisch geselecteerd al u zelf nog geen eigen sjablonen hebt aangemaakt. U gebruikt het aangemaakte modelbedrijf dan als startpunt van uw eigen administratie door een nieuw 'modelbedrijf' aan te maken op basis van het gemaakte sjabloon. In een modelbedrijf zitten de gewenste stamgegevens en liggen de voornaamste elementen al vast (bijvoorbeeld de dagboeken, het rekeningschema, de Grootboekrubricering, en de Btw-scenario's). U kunt in een 'eigen' modelbedrijf al zoveel vastleggen als u zelf wilt. Zie hieronder voor een overzicht van alle tabellen die naar de modeladministratie worden meegenomen, afhankelijk van de beschikbare modules. Aanhefcodes tbv relatiebeheer
Kostenplaatsen
Accountantgegevens
Landen
Afwijsredenen tbv offertes
Leveringscondities
Artikelgroepen
Magazijnen
Artikelrelatiecodes
Notitiesoorten
Bedrijfsgegevens
Nummerreeksen
Betalingscondities
Relatiecodes
Boekjaargegevens
Sleutels (Multi-D)
Btw-percentages
Sleutelwaarden (Multi-D)
Btw-scenario’s
Statistische stelsels
Btw-scenarioregels
Subadministraties (Multi-D)
Btw-vakken
Talen
Budgetverdelingen
Titels (na)
Dagboeken
Titels (voor)
Dossiers
Trajecten tbv selectielijst
Factureercodes (verzamel)
Trajectstappen tbv selectielijst
Functies
Transactietypes
Goederencodes
Verkeersgebieden
Goederenstromen
Vervoerswijzen
Grootboekrekeningen (schema)
Vreemde valuta’s
Grootboekrubriekenschema
Vrije tabellen
Instellingen tbv kengetallen
Vrije velddefinities
U kunt ook een 'leeg' bedrijf aanmaken. Een leeg bedrijf heeft nog geen stamgegevens en u zult eerst alle stamgegevens moeten invoeren voordat u met de administratie aan de slag kunt. Wel kunt u hiermee uw administratie vanaf de start geheel naar uw wensen en eisen inrichten. Uiteraard kunt u ook van een op deze wijze ingerichte administratie een 'modelbedrijf' aanmaken en als sjabloon voor uw andere administraties gebruiken. 1. 2.
Start Unit4 Multivers XL. Klik in het venster 'Openen administratie' op 'Nieuw', of maak de keuze 'Nieuw' in het menu 'Bestand'.
3. 4.
U kunt ook op onder de Unit4-knop of in de werkbalk 'Snelle toegang' klikken. Geef het soort bedrijf op dat u wilt aanmaken. Vul na het aanmaken van het bedrijf direct het boekjaar en de bedrijfsgegevens in.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 3 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
1.3 1. 2. 3. 4.
Aanmaken modeladministratie
Open de administratie / het bedrijf waarvan u de gegevens in de model administratie wilt gebruiken. Open bijvoorbeeld de administratie waarin een afwijkend rekeningschema gehanteerd wordt Pas de gegevens in de administratie eventueel aan zodat deze voor alle nieuwe administraties gebruikt kunnen worden Start het programma 'Aanmaken modeladministratie' in het menu 'Beheer' Geef de naam of de code op van de aan te maken modeladministratie, en kies vervolgens een boekjaar voor de modeladministratie
5.
Klik op om de modeladministratie aan te maken. Op het scherm wordt de voortgang getoond. Bij het aanmaken van een nieuwe modeladministratie kunt u nog de volgende keuzes maken:
1.
het boekjaar en de periode-indeling: het opgegeven boekjaar wordt aangemaakt met de opgegeven periode-indeling. Als deze periode-indeling afwijkt van de in de modeladministratie opgegeven indeling moet u als eerste de periode-indeling opgeven in ‘Onderhoud | Algemene gegevens | Boekjaren’. 2. begin bij periode: dit is de periode waarin gestart moet worden met de boekingen. Unit4 Multivers XL gaat ervan uit dat de voorliggende periodes van het jaar afgesloten zijn. Ook kunt u de inrichting van de administratie nog wijzigen voordat u boekingen invoert. Alle vaste (stam)gegevens van de huidige administratie worden naar de modeladministratie gekopieerd. Bij het aanmaken van een nieuwe administratie kunt u aangeven dat de nieuwe administratie op de modeladministratie gebaseerd moet worden. Als u kiest voor 'Modelbedrijf' en u selecteert de zojuist aangemaakte modeladministratie, krijgt het nieuwe bedrijf alle stamgegevens van het model. De aangemaakte modeladministratie wordt als bestand opgeslagen. Voorafgaande aan de door u opgegeven code worden de letters 'mvl' toegevoegd, gevolgd door de landcodes van de administratie (n, b of w) en de extensie .scr. Dus het bestand van de aangemaakte (Nederlandse) modeladministratie hebt u bijvoorbeeld de code 'SFD' meegegeven. De bestandsnaam wordt dan: mvlnusfd.scr. Alle standaard meegeleverde en door uzelf aangemaakte modeladministraties worden lokaal in de directory: c:\Program files\Unit4\Unit4 Multivers\Data geplaatst. U kunt modeladministraties handmatig uit deze directory verwijderen (bijvoorbeeld met behulp van Windows Verkenner), back-uppen of kopiëren.
1.4
Sluiten van een administratie
Sluit de huidige administratie met ' | Administratie sluiten' of klik op in de werkbalk 'Snelle toegang'. Het lege scherm van Unit4 Multivers XL wordt getoond, en er wordt geen nieuwe administratie geopend. Deze knop kunt u alleen gebruiken als er een administratie geopend is. De huidige administratie wordt meteen gesloten, ook als u zich in een programma bevindt. Als er wijzigingen aangebracht zijn, vraagt Unit4 Multivers XL eerst of u de wijzigingen wilt opslaan. De huidige administratie wordt meteen gesloten, ook als u zich in een programma bevindt. Als er wijzigingen aangebracht zijn, vraagt Unit4 Multivers XL eerst of u de wijzigingen wilt opslaan.
1.5
Kopiëren administratie
U kunt van uw bestaande administratie(s) ook een kopie maken. Bij het kopiëren van administraties worden alle (database)gegevens gekopieerd, dus ook eventueel aanwezige (financiële) gegevens. Wanneer u vaak gelijkwaardige administraties aanmaakt kan het nuttig zijn om een 'lege' (model)administratie aan te maken die u gebruikt als basis voor het kopiëren.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 4 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
1. 2. 3. 4.
Sluit eerst de eventueel geopende administratie in Unit4 Multivers XL Open 'Beheer | Kopiëren' Voer het nummer van de te kopiëren administratie in of selecteer de administratie in het zoekscherm Voer in de rubriek 'Doel administratie' het nieuwe administratienummer en de bedrijfsnaam van de nieuwe administratie in (verplichte velden). Voer desgewenst een zoeknaam voor de nieuwe administratie in. Unit4 Multivers XL genereert automatisch het databasenummer (het hoogste bestaande nummer +1) De nieuwe zoeknaam en het nieuwe administratienummer mogen nog niet voorkomen.
5.
Klik op
1.6
.
Verwijderen administratie
U kunt een administratie alleen verwijderen als er geen gebruikers zijn die de betreffende administratie geopend hebben. Als u een administratie geopend hebt wordt deze automatisch gesloten. Nadat een andere administratie verwijderd is en het programma 'Verwijderen administratie' wordt gesloten, wordt de administratie weer geopend. Als de openstaande administratie zelf verwijderd werd, opent het scherm 'Openen administratie'. 1. 2.
Sluit een eventueel geopende administratie en ga naar ' Beheer | Verwijderen administratie'. Kies de administratie die u wilt verwijderen door te klikken op de pijl naast het vak 'administratie'
3.
Klik op en bevestig de vraag of u de administratie werkelijk wilt verwijderen De geselecteerde administratie wordt dan direct verwijderd. U kunt een eenmaal verwijderde administratie alleen nog terugzetten wanneer u er een back-up van hebt (zie: Terugplaatsen van uw administratie).
4.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 5 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
2
Het veiligstellen van uw administratie
Bij het veiligstellen van uw database is het van belang dat ook de laatste wijzigingen worden meegenomen en dat de connectie van het database-bestand en Unit4 Multivers XL beschikbaar blijft. Vandaar dat het maken van een back-up uit twee stappen bestaat: het veiligstellen en in tweede instantie, het back-uppen van de veiliggestelde bestanden. Met name de connectie van de database met Unit4 Multivers XL wordt (onder andere) beheerd door het Log-bestand. De log-gegevens worden beheerd door SQLBase Server (het database-programma dat altijd tegelijk met Unit4 Multivers XL geopend moet zijn. Het is daarom niet veilig om alleen een back-up van uw database-bestand te maken en deze als back-up te bewaren. Zodra u daarna Unit4 Multivers XL opnieuw start en u opent uw administratie, worden immers nieuwe gegevens in het Log-bestand weggeschreven. Wilt u nu vervolgens de geback-upte database terugzetten in de betreffende map (dus de originele database overschrijven), kloppen de gegevens niet langer. U zult bij het openen van de administratie een foutmelding krijgen en Unit4 Multivers XL wordt afgesloten. Wanneer u zonder meer probeert om een back-up van de database(s) te maken als er nog gebruikers met Unit4 Multivers XL aan het werk zijn of als nog ergens op een werkstation de SQLBase Server draait, krijgt u een melding dat de bestanden in gebruik zijn. Hierdoor kan een back-up fouten bevatten of volledig corrupt raken. Daar om is er een aparte mogelijkheid in Unit4 Multivers XL om de databases veilig te stellen, zelfs wanneer gebruikers in Unit4 Multivers XL aan het werk zijn (maar uiteraard niet in de administratie die veiliggesteld moet worden). U kunt hiermee de gegevens opslaan en vervolgens van de veiliggestelde bestanden een back-up maken. Het bestand dat tijdens het veiligstellen wordt aangemaakt krijgt de naam van de oorspronkelijke database (bijvoorbeeld Mvl00002) en de extensie '.BK4'. Dus Mvl00002.BK4 is het veiliggestelde bestand van de administratie 00002. Unit4 Multivers XL maak een bijbehorend logbestand aan dat u nodig hebt om de back-up terug te kunnen zetten.
2.1
Achtergronden van het veiligstellen en back-uppen van uw administratiegegevens
Unit4 Multivers XL slaat de administratiegegevens per administratie op in een database. Bij een standaardinstallatie onder Windows 7 of hoger staan alle programmabestanden in C:\Progam Files\UNIT- en gegevensbestanden in de volgende directory: 'C:\Program Files (x68)\UNIT4\\ Unit4 Multivers\..'. De gegevensbestanden voor uw administratie, de documenten in uw administratie, de logbestanden en andere gegevens staan in C:\ProgramData\UNIT4\Unit4 Multivers\... MvlSyst.dbs In de mappen '\Data' en '\Log' staan ook de databases en de logbestanden voor 'MvlMain' en 'MvlSyst'. Hier liggen de vaste gegevens/tabellen van Unit4 Multivers L opgeslagen. Mvlsyst wordt automatisch geüpgraded na de (her)installatie wanneer een gebruiker voor de eerste keer in Unit4 Multivers L inlogt. In Mvlsyst staan de vaste programmatabellen van het pakket. U hebt hier als gebruiker geen invloed op. MvlMain.dbs In deze database staan de gebruikersinstellingen zoals administratiegegevens, gebruikersgegevens en rechten, licentiegegevens en de importgegevens. Dit zijn de gegevens die per bedrijf/gebruiker zullen verschillen. Het is daarom ook van belang om van deze database regelmatig een back-up te maken.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 6 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
2.2
De gegevens van uw administratie veiligstellen
1.
Open 'Beheer | Veiligstellen' U krijgt de vraag om een eventueel openstaande administratie wilt sluiten. Deze administratie wordt na afloop van het veiligstellen weer geopend.
2.
Geef aan of u een gebruikersadministratie (administratiegegevens) wilt veiligstellen of de besturingsgegevens. De gebruikersadministratie is de database van de administratie (bijvoorbeeld mvl00001 + het logbestand). De besturingsgegevens zijn de pakketinstellingen die gelden voor alle gebruikers (dus niet de gebruikersinstellingen per werkstation) en de formulieren (mvlmain + het Logbestand). Alleen de gebruiker 'SYSTEEM' kan de besturingsgegevens veiligstellen. U moet dan in Unit4 Multivers XL inloggen als gebruiker 'Systeem'.
3.
Geef aan op welke locatie u de veiliggestelde bestanden wilt laten opslaan. U kunt de bestanden lokaal of op een server opslaan. U kunt u met een lege map (directory) selecteren. Deze lege map moet eerst op de harde schijf worden aangemaakt. Dit moet buiten Unit4 Multivers XL om gebeuren. U kunt slechts één back-up in een directory opslaan. Wanneer Unit4 Multivers XL in de opgegeven directory al een back-up bestand aantreft, krijgt u hiervan een melding. Wanneer u een oud veiliggesteld bestand van dezelfde administratie bewust wilt overschrijven, selecteert u de optie 'Bestaande bestanden overschrijven'. U kunt ook een gecomprimeerd bestand laten maken. Dit bestand kunt u rechtstreeks versturen via de e-mail (niet beschikbaar in de online-versie van Unit4 Multivers XL ). Het gecomprimeerde bestand kunt u ook opslaan in een lokale map of op een externe schijf (bijvoorbeeld een memory stick). Bij het maken van een gecomprimeerde back-up wordt altijd ook een 'gewone' back-up gemaakt. Zet deze nooit in dezelfde map als de gecomprimeerde back-up. Anders krijgt u een foutmelding bij het terugplaatsen.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 7 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
5.
Klik op om de bestanden veilig te stellen. De geselecteerde database wordt weggeschreven naar een back-up bestand op de door u aangegeven locatie met de naam 'Mvlxxxxx.BK4', waarbij 'xxxxx' het nummer van de administratie is, dus bijvoorbeeld 'Mvl99999.BK4'. Het bijbehorende *.logbestand wordt ook naar de gekozen directory gekopieerd.
Het *.BK4-bestand en het 'logbestand' moeten altijd bij elkaar blijven om de back-up nog te kunnen gebruiken. Zonder het logbestand kan een back-up binnen Unit4 Multivers XL niet teruggezet worden. Het *.BK4-bestand en het logbestand moeten van dezelfde datum en tijd zijn. Het is ook mogelijk dat er meerdere logbestanden aanwezig zijn. Deze logbestanden moeten altijd bij elkaar blijven, samen met het *.BK4-bestand!!
2.3
Het veiligstellen van uw instellingen
Behalve uw administratiegegevens, worden in Unit4 Multivers XL ook veel instellingen vastgelegd. 1. 2.
Systeeminstellingen (mvlsyst.dbs + Log-bestand) Pakketinstellingen voor alle gebruikers (mvlmain.dbs + logbestand).
Individuele gebruikersinstellingen zoals venster- en zoekscherminstellingen en opties worden in de 'Windows-registry' opgeslagen. Bij een Multi-user installatie op een netwerk staan deze instellingen dus lokaal op de werkstations en niet op de server. Afhankelijk van de instellingen in Unit4 Multivers XL die op het werkstation zijn ingevoerd, kunt u dus werken met verschillende gebruikersinstellingen. Individuele gebruikersinstellingen worden bij een herinstallatie of update niet overschreven, tenzij u Unit4 Multivers XL eerst van uw systeem had verwijderd. Individuele gebruikersinstellingen liggen dus niet per gebruiker vast maar per werkstation in de registry. Wanneer u als gebruiker op een ander werkstation dan gebruikelijk in Unit4 Multivers XL inlogt, kunt u dus niet 'uw eigen' instellingen meenemen. U moet ze op dat werkstation weer apart instellen. Hieronder wordt beschreven welke instellingen in de verschillende databases worden opgeslagen. Bij het databasebeheer is er een groot onderscheid tussen een installatie op een netwerk met een aantal werkstations (cliënts) en een single user-installatie op een lokale pc. Mvlsyst.dbs Hier liggen de vaste gegevens/tabellen van Unit4 Multivers XL opgeslagen. Mvlsyst wordt automatisch geüpgraded na de installatie wanneer een gebruiker voor de eerste keer in Unit4 Multivers XL inlogt. In Mvlsyst staan de vaste programmatabellen van het pakket. U hebt hier als gebruiker geen invloed op. MvlMain.dbs In deze database staan de gebruikersinstellingen zoals administratiegegevens, gebruikersgegevens en rechten, licentiegegevens en de importgegevens (afhankelijk van de pakketversie en de beschikbare modules). Tabel
Inhoud
ADMINISTRATIES
Administratiegegevens
GEBRUIKERADMIN
Administraties per gebruiker
GEBRUIKERS
Gebruikersgegevens
IMPORTBATCH
Importbatches
IMPORTBATCHTXT
Importbatchomschrijvingen
IMPORTFPRIO
Importprioriteiten
IMPORTFUNCT
Importfunctie-omschrijvingen
IMPORTKENM
Importkenmerken
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 8 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
IMPORTSPEC
Importspecificaties
IMPORTTYPESPEC
Importspecificatietypes
IMPORTVELDEN
Importvelden
IMPORTVELDENTXT
Importveldomschrijvigen
LICENTIEGEGEVENS
Licentiegegevens pakket
PARAMETERS
Parameter en versie MVLMAIN
RECHTEN
Rechten per groep/programma
RECHTENGROEP
Rechtengroepen
Dit zijn de gegevens die per administratie/gebruiker zullen verschillen. Het is daarom ook van belang om van deze database regelmatig een back-up te maken. Het veiligstellen van MVLMain (de besturingsgegevens) gaat op dezelfde wijze als waarop u de administratie veiligstelt. Alleen de gebruiker 'SYSTEEM' kan de besturingsgegevens veiligstellen. U moet dan in Unit4 Multivers XL inloggen als gebruiker 'Systeem'.
2.4
Het veiligstellen van uw gebruikersinstellingen
Veel persoonlijke voorkeuren die door individuele gebruikers worden ingesteld in Unit4 Multivers XL , worden opgeslagen in de Windows-registry. Bij een normale herinstallatie of een update van het pakket, blijven deze instellingen behouden. Maar wanneer u Unit4 Multivers XL eerst volledig van uw systeem verwijderd hebt of bij een (her)installatie op een 'schoon' systeem, zult u alle gebruikersinstellingen opnieuw moeten invoeren. Wel bestaat er een mogelijkheid om de opgeslagen instellingen in de Windows-registry te back-uppen en indien nodig terug te plaatsen. Het bewerken van de Windows-registry houdt het risico in dat belangrijke instellingen van programma's en uw besturingssysteem verloren gaan en kan inhouden dat uw systeem instabiel wordt of zelfs geheel niet meer werkt. Voor eventuele gevolgen van het bewerken van de Windows-registry aanvaardt Unit4 geen enkele aansprakelijkheid. Er wordt dan ook geen support op verleend. Het back-uppen van de gebruikersinstellingen in de Windows-registry gaat als volgt (Windows7®):
1.
Open de app "Regedit.exe" in Windows.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 9 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
2.
Open het volgende directory-pad: HKEY_CURRENT_USER | Software. In de mappenlijst staat de map 'Unit4'
3.
Selecteer deze map. Hierin staan de gebruikersinstellingen.
4.
Open het menu 'Bestand | Exporteren' Hiermee exporteert u de geselecteerde sleutels van de registry naar een bestand.
5.
Geef de map op waar het bestand moet worden opgeslagen en geef het bestand een naam. In het veld 'Geselecteerde subsleutel' kunt u nakijken of u de juiste registry-sleutels hebt geselecteerd. Klik op om het bestand op te slaan.
U hebt nu de gebruikersinstellingen van het betreffende werkstation opgeslagen en u kunt er een back-up van maken. Het bestand kunt u eventueel weer terugzetten in de registry met 'Bestand | Importeren'.
Selecteer dan het juiste bestand en klik op 'Open'.
Werkt u op meerdere werkstations, kunt u op deze wijze gebruikersinstellingen op één werkstation invoeren. Vervolgens kopieert u het Windows-registry bestand naar de andere werkstations en importeert de instellingen daar in de registry. Hiermee kunt u er voor zorgen dat op elk werkstation dezelfde instellingen staan, zonder dat deze overal handmatig hoeven worden ingesteld.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 10 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
De instellingen in de Windows-registry zijn uiteraard een 'momentopname'. Alle aanpassingen die gedaan zijn nadat de instellingen uit de registry zijn geëxporteerd, gaan bij het opnieuw importeren verloren.
2.5
Back-uppen van de veiliggestelde bestanden
Nadat de veiliggestelde bestanden op uw harde schijf of server zijn gezet zult u ze, net als al uw andere belangrijke gegevens moeten back-uppen. Dit kan op dezelfde wijze als waarop u een back-up van uw andere gegevens maakt.
2.6
Terugzetten van uw administratie
Er is in Unit4 Multivers XL een speciaal programma beschikbaar om veiliggestelde bestanden (administraties of besturingsgegevens) terug te zetten zodat u gewoon verder kunt werken in uw administratie, met de beschikbare gegevens vanaf het moment waarop de administratie veiliggesteld werd. Een back-up kan alleen teruggezet worden als deze ook in Unit4 Multivers XL is gemaakt. Er mag niemand meer in de terug te plaatsen administratie aan het werk zijn (Multi-user omgeving). U krijgt de vraag om een eventueel openstaande administratie wilt sluiten. Deze administratie wordt na afloop van het terugplaatsen weer geopend. U krijgt een melding dat de administratie niet teruggezet kan worden als er nog andere gebruikers in de administratie ingelogd zijn.
1. 2. 3.
Open 'Beheer | Terugplaatsen database'. U kunt kiezen voor het terugzetten van een administratie (bijvoorbeeld mvl00002 + het bijbehorende logbestand) of van de besturingsgegevens (mvlmain.BK4 + het bijbehorende logbestand). U kunt ook een gecomprimeerde back-up vanaf een externe schijf of vanuit een lokale map terugplaatsen. Geef aan op welke locatie de back-upbestanden staan. Dit kan lokaal of op een server zijn. Unit4 Multivers XL zoekt naar zowel de veiliggestelde database als het bijbehorende Log-bestand. Zonder het bijbehorende log-bestand kan de administratie niet worden teruggezet en zult u de hulp in moeten roepen van de supportafdeling van Unit4.
4.
Klik op
Klik op automatisch.
. Nu verschijnt de vraag of u de bestaande database wilt overschrijven. om de back-up terug te zetten. Nadat de back-up is teruggezet sluit het programma
Als Unit4 Multivers XL de bestanden op de opgegeven locatie niet kan vinden of wanneer het logbestand ontbreekt, krijgt u hiervan een melding. U kunt de administratie dan niet terugzetten. Controleer of het back-up bestand en het bijbehorende logbestand op de opgegeven locatie staan. Bij het terugplaatsten van een administratie moet de betreffende administratie wel al bij Unit4 Multivers XL 'bekend' zijn. U kunt dus niet 'zomaar' een administratie terugzetten als het databasenummer niet in Unit4 Multivers XL bekend is. Hebt u nu, bijvoorbeeld door een ernstige systeemfout of een kapotte harde schijf, Unit4 Multivers XL opnieuw moeten installeren, zullen er geen administraties meer aanwezig zijn. Wanneer u dan na de installatie voor de eerste maal start, verschijnt de melding dat u geen rechten hebt op een of meer administraties, of dat er geen administraties on-line zijn. Wanneer u dan een veiliggestelde administratie probeert terug te zetten, zult u eerst de betreffende (bestaande) administratie moeten opgeven:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 11 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Maar ook in het zoekscherm zult u uw administratie niet terugvinden. Voor elke administratie die u wilt terugzetten, moet u nu eerst een 'lege administratie' aanmaken in Unit4 Multivers XL met het hetzelfde databasenummer. Zie hiervoor Aanmaken nieuwe administratie en kies voor het aanmaken van een lege administratie. Geef in het onderstaande venster bij 'Databasenummer' het nummer van de terug te zetten administratie op.
Als deze (lege) administratie eenmaal is aangemaakt, kunt u met 'Administratie terugplaatsen' de gewenste administratie terugplaatsen.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 12 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
3
Het beheren van uw administratiegegevens
De betrouwbaarheid van uw administratiegegevens kunt u controleren en zo nodig voor verschillende doeleinden exporteren. Denk daarbij aan een export naar Unit4 Audition of voor uw debiteurenbeheer. Ook het maken van een auditfile voor de belastingdienst is van belang. Dit komt in dit hoofdstuk aan de orde.
3.1
Controle van de administratiedatabase
In dit programma kunt u de integriteit van de database / administratie controleren. Unit4 Multivers XL kan de volgende controles invoeren op het evenwicht van de administratie. Technische databasestructuur en integriteit van de database Controleert de database op het ontbreken van tabellen, kolommen, indexen, sleutels en zgn. triggers en views. Gevonden fouten kunnen hersteld worden met 'Fouten automatisch herstellen'. Vrije velden Controleert of de gedefinieerde vrije velden en tabellen voorkomen in de tabel waar ze bij horen. Bijvoorbeeld vrije velden van debiteuren moeten voorkomen bij de tabel Rel_deb. Evenwicht grootboektotalen Controleert of de debet- en creditsaldi per grootboekrekening met elkaar overeenkomen en of de saldi overeenkomen met de onderliggende periodetotalen. Saldi financiële dagboeken Controleert of de saldi van de financiële dagboeken overeenkomen met de financiële mutaties. Dossiertotalen per periode Controleert of deze totalen overeenkomen met de totalen van de mutaties. Rekeningtotalen per periode Controleert of deze totalen overeenkomen met de totalen van de mutaties. Evenwicht grootboektransacties Controleert van het debet- en creditsaldo per grootboektransactie. Deze controle kan dus enige tijd in beslag nemen. Openstaande posten debiteuren Er vindt een controle plaats tussen de tabellen Grootboekmutaties. Met name de mutaties die betrekking hebben op debiteuren en het saldo in de tabel Debfactsaldo. Deze controle vindt plaats per boekjaar. Het is mogelijk om de foutsituatie te herstellen. Openstaande posten crediteuren Er vindt een controle plaats tussen de tabellen Grootboekmutaties en dan met name de mutaties die betrekking hebben op crediteuren en het saldo in de tabel Credfactsaldo. Deze controle vindt plaats per boekjaar. Het is mogelijk om de foutsituatie te herstellen. Volgnummers Controleert in de tabellen Dagboek en Grootboekmutaties per dagboekcode of de volgnummers kloppen. Voorraadgegevens Controleert de voorraadgegevens (module Voorraad & Bestelregistratie), waaronder: Reservering verkoop (koppeling inkoop/verkoop) Er vindt een controle plaats tussen de tabellen Factopdrachtregel en Vrk_Ink_Koppeling. Als de verkooporderregel gekoppeld is aan een inkooporder, dan mag de orderregel niet gereserveerd staan. Dus in de kolom AantalGereserv mag geen waarde staan. Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 13 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Het is mogelijk om de foutsituatie te herstellen. Reservering inkoop (koppeling inkoop/verkoop) Er vindt een controle plaats tussen de tabellen Inkooporderregel en Vrk_Ink_Koppeling. Als de inkooporderregel gekoppeld is aan een verkooporder, dan mag de orderregel niet gereserveerd staan. Dus in de kolom AantalGereserv mag eventueel geen waarde staan. Staat die er wel, dan wordt de regel niet afgekeurd, omdat dit betekent dat die regel ook een bestelling voor de voorraad is en niet direct alleen voor een verkooporder. Het is mogelijk om de foutsituatie te herstellen. Activa Controleert of er incompleet ingevoerde activa in de database voorkomen (status X). U kunt ze verwijderen. Het uitvoeren van de controles 1. 2. 3.
Geef aan welke controle(s) u wilt laten uitvoeren. Het programma gaat ervan uit dat u alle controles wilt laten uitvoeren Voer dit programma met enige regelmaat uit om het evenwicht in uw administratie te controleren. Geef aan of fouten automatisch hersteld moeten worden Afhankelijk van de hoeveelheid gegevens in de database en het aantal controles kan het proces langer duren en enige tijd in beslag nemen. Eventuele fouten worden aangegeven met rood kruis. Uitgevoerde controles die in orde zijn bevonden worden aangegeven met een groen vinkje. Niet alle fouten kunnen altijd automatisch hersteld worden. Soms zult u de gevonden fout(en) zelf moeten herstellen. Met het programma 'Controleren administratie' weet u dan echter wel in welke richting u moet zoeken.
4.
Na de controle kunt u met opgenomen zijn.
3.2
een logboek openen waarin details van eventuele problemen
Aanmaken Auditfile voor belastingcontrole (Nederlandse administratie)
De Auditfile is een hulpmiddel bij het aanleveren van gegevens uit uw grootboekadministratie ten behoeve van de controle door de Belastingdienst. Met de Auditfile beschikt de Belastingdienst over alle door haar gewenste gegevens uit uw administratie en kan zij de controles snel en efficiënt uitvoeren. U hoeft dan bij een belastingcontrole minder tijd te besteden aan het opzoeken en tonen van de administratieve gegevens. Om de financiële gegevens in een leesbare vorm bij de Belastingdienst te krijgen worden de gewenste gegevens geëxporteerd en opgeslagen in de zogenaamde Auditfile. Dit (ascii-)bestand heeft een voor de Belastingdienst leesbaar formaat. De Belastingdienst beschikt over een speciaal comprimeerprogramma waarmee u uw Auditfile op schijf kunt opslaan en naar de Belastingdienst kunt versturen. U kunt de aangifte ook in XML-formaat naar de Belastingdienst sturen. U kunt verschillende opties kiezen: 1. U laat de opties ongemoeid, kiest het boekjaar en de periode en klikt op . U maakt nu een ascii-bestand aan voor de belastingdienst. 2. U kiest voor ‘XML export’ en selecteert geen versie. U maakt nu een Auditfile 3.2 bestand aan voor de belastingdienst. 3. Nu kunt u een auditfile maken op basis van het Referentie Grootboekschema (RGS) door in het scherm het juiste rubrieksschema te kiezen (zie hierboven). U kunt er ook voor kiezen om de ‘Openingbalance’ te exporteren naar de auditfile. Standaard staat hier de keuze op ‘Nvt’ (niet van toepassing). U kunt dan het juiste schema opgeven. U gebruikt deze optie als u wel versie 3.2 van de auditfile gebruikt, maar niet het RGS (Referentie GrootboekSchema).
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 14 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Aanmaken Auditfile 1. Start het menu 'Extra | Aanmaken Auditfile voor belastingcontrole'. 2. Geef de locatie op waar het bestand moet worden opgeslagen. Als de gekozen directory niet bestaat krijgt u een foutmelding. De Auditfile krijgt de naam van de database van uw administratie (bijvoorbeeld: MVL00002.adf) en wanneer in de directory al een Auditfile van de administratie aanwezig is wordt u gevraagd of u het bestaande bestand wilt overschrijven. Het is ook mogelijk om de gegevens in XML-formaat naar de belastingdienst te sturen. U selecteert dan het veld 'XML-export'. De bestandsnaam krijgt nu de extensie *.xaf. U kunt dan kiezen voor 'Versie 3.2', die voldoet aan de laatste standaard van de belastingdienst of voor de beginbalans.
3.
Het jaartal (boekjaar) wordt niet in de naam van het bestand opgenomen. Een Auditfile van een voorgaand boekjaar kan op deze wijze overschreven worden. Selecteer het juiste boekjaar en geef desgewenst de periodes waarover de Auditfile opgemaakt moet
4.
worden op. Klik op De Auditfile wordt aangemaakt Nadat het bestand is aangemaakt verschijnt een scherm met een samenvatting van de gegevens van de Auditfile. Klik op
3.3
om het programma af te sluiten.
Exporteren rekeningsaldi t.b.v. Unit 4 Audition
Unit 4 Audition is hét pakket voor het snel en foutloos aanmaken van accountantsrapporten en jaarverslagen. Dit pakket kan de balansgegevens van alle Nederlandse financiële pakketten inlezen en de kolommenbalans en het rapport automatisch genereren. Met behulp van de speciale 'Export-wizard' exporteert u de rekeningsaldi van uw balans in Unit4 Multivers XL naar een bestand, dat vervolgens gemakkelijk door uw accountant ingelezen kan worden in Unit4 Audition. Het bestand wordt in csv-formaat (comma separated value) opgeslagen en krijgt de extensie '.csv'. 1. 2. 3. 4. 5.
Start ‘Extra | Exporteren t.b.v. Unit 4 Audition' Geef het gewenste boekjaar op en tot en met welke periode u de saldi wilt exporteren Geef aan of u per grootboekrekening of per kostenplaats wil exporteren. Als u kiest voor 'Export per kostenplaats', kunt u in het volgende scherm een reeks van kostenplaatsen selecteren Geef in het volgende venster of u ook 'nulregels' wilt exporteren. Als u dit vakje aankruist, worden ook de gegevens van de rekeningen geëxporteerd waarvoor geen saldi aanwezig zijn Geef in het volgende venster de locatie op: klik op [Bladeren] om een bestaande directory op te geven Unit4 Multivers XL geeft zelf de bestandsnaam aan het exportbestand.
6. Klik op om de rekeningsaldi naar het aangegeven bestand te exporteren. Het bestand stuurt u op per e-mail of per modem naar uw accountant die met Unit 4 Audition werkt. Deze kan uw saldi dan direct in Audition inlezen.
3.4
Exporteren t.b.v. 'De lage landen factoring'
U kunt gemakkelijk exportbestanden maken ten behoeve van uw debiteurenbeheer bij 'De Lage Landen'. Deze functie is ondergebracht in de module: 'Factoring'. Speciaal voor de exportbestanden naar De Lage Landen, kunt u op het tabblad 'Talen' in 'Onderhoud | Algemene gegevens | Basisgegevens' de ISO-code van de buitenlandse talen opgeven. U kunt debiteuren uitsluiten van de factoring. Op het tabblad 'Basis I' in 'Onderhoud | Debiteuren' kunt u aangeven dat de debiteur van de factoring wordt uitgesloten. Deselecteer dan het veld 'Opnemen in factoring'. In 'Onderhoud | Algemene gegevens | Bedrijfsgegevens' hebt u uw klantnummer (DLL) van De Lage Landen ingevuld. In 'Extra | Export | Exporteren t.b.v. factoring' kunt u met behulp van een wizard de
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 15 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
benodigde bestanden genereren. Hiervoor moet u eerst een directory aanmaken waarin u de exportbestanden kunt opslaan. Als u het klantnummer niet hebt ingevoerd verschijnt bij het openen van de export-wizard melding. 1.
Open 'Extra | Export | Exporteren t.b.v. factoring' en geef de directory van uw exportbestanden op
2.
Klik op overschrijven
3. 4.
Klik in het laatste scherm op . De aangemaakte bestanden kunt u nu naar 'De Lage Landen' sturen.
. Als er al exportbestanden in de directory staan wordt u gevraagd of u deze wilt
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 16 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
4
Gebruikers en gebruikersrechten
Om gebruik te kunnen maken van Unit4 Multivers XL moet u in het programma als gebruiker bekend staan. Er zijn twee soorten gebruikers in Unit4 Multivers XL : 1. 'gewone' gebruikers; 2. de beheerder van Unit4 Multivers XL , de gebruiker 'SYSTEEM' U kunt aan de gewone gebruikers gebruikersrechten toekennen. Wanneer u Unit4 Multivers XL start, opent het programma met een loginscherm en stelt de automatisch de inlognaam van het werkstation/de computer of het netwerk voor. Als u onder deze naam als gebruiker bekend bent in Unit4 Multivers XL , kunt u de voorgestelde gegevens gewoon laten staan, uw eventuele wachtwoord opgeven en op klikken. Wilt u als beheerder inloggen geeft u als gebruiker 'SYSTEEM' op. De beheerder heeft binnen Unit4 Multivers XL altijd alle rechten. U kunt de rechten van de beheerder zelf niet wijzigen. Standaard heeft de gebruiker SYSTEEM geen wachtwoord. Zorg er dus voor dat u een wachtwoord aan deze gebruiker koppelt. Ook Unit4 kan dit wachtwoord niet achterhalen. Er is een herinstallatie nodig wanneer u het wachtwoord vergeet en dus niet meer als beheerder kunt inloggen. In een Multi-user omgeving richt u het gebruikersbeheer als volgt in: 1.
2.
Maak rechtengroepen aan, gebaseerd op de verschillende werkzaamheden die medewerkers met Unit4 Multivers XL mogen uitvoeren. Bijvoorbeeld: een medewerker van de debiteurenadministratie mag een aantal overzichten en rapporten niet inzien of afdrukken. U maakt dan een rechtengroep 'Debiteurenadministratie' aan en schakelt de rechten bij de verschillende onderdelen van 'Info' en 'Rapporten' uit. U maakt de gebruikers voor Unit4 Multivers XL aan en koppelt elke gebruiker aan een rechtengroep. U kunt geen gebruikerscodes gebruiken die met een cijfer beginnen! U kunt in de gebruikersnaam wel bijzondere tekens gebruiken. Bij het aanmaken van een nieuwe gebruiker is het niet verplicht om de rechten(groep) op te geven. Doet u dit niet, heeft de betreffende gebruiker alle rechten binnen Unit4 Multivers XL.
3.
Koppel een administratie aan de gebruiker. U kunt niet tweemaal onder dezelfde gebruikersnaam inloggen. Ook niet op verschillende systemen.
4.1
Aanmaken en onderhouden van gebruikers
In 'Beheer | Gebruikers' onderhoudt u de gegevens van gebruikers. U kunt een rechtengroep koppelen aan gebruikers en aangeven tot welke administratie(s) de gebruiker toegang heeft.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 17 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Tabblad 'Gebruiker' Hier onderhoudt u gebruikersgegevens. U kunt gegevens invoeren, wijzigen of verwijderen. Voor nieuwe gebruikers kunt u een standaardwachtwoord invullen. Het wachtwoord kan door de gebruiker achteraf eventueel gewijzigd worden in 'Wachtwoord wijzigen'. U kunt geen gebruikerscodes gebruiken die met een cijfer beginnen! En u kunt in de gebruikersnaam geen bijzondere tekens gebruiken. Alleen de _ (underscore) is toegestaan. Hierop wordt door Unit4 Multivers XL niet gecontroleerd. Wanneer u geen specifieke rechtengroep aan een gebruiker koppelt, krijgt de gebruiker alle rechten voor alle programma's Windowsgebruiker U kunt Unit4 Multivers XL openen zonder dat u hoeft in te loggen.Als u slechts met één gebruiker werkt en deze gebruiker (SYSTEEM) heeft géén wachtwoord énu werkt met slechts één licentie, logt u automatisch in. Voldoet u echter niet aan deze voorwaarden kunt u op een Windows-PC zorgen dat u ook automatisch inlogt. Koppel hiervoor de gebruiker aan de naam (en het domein) waarmee u Windows start en inlogt op het netwerk. Nu opent het pakket zonder naar de gebruiker(snaam) en wachtwoord te vragen. Druk op om de inlognaam op te vragen. Bij een desktopinstallatie wordt de Windows-inlognaam gebruikt.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 18 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Als u deze functie gebruikt samen met de gebruikersparameter: 'Automatisch inloggen', opent ook automatisch de laatst gebruikte administratie. Rechtengroep Koppel de gebruiker aan een bestaande rechtengroep. In het kader 'Laatste gebruik pakket' ziet u eventueel de in- en uitlogtijden van de gebruiker. Wachtwoord. Hier kunt u het bestaande wachtwoord van een gebruiker wijzigen, of een wachtwoord voor een nieuwe gebruiker opgeven. Vrijgeven Standaard mag een gebruiker die ingelogd was in het geval dat Unit4 Multivers crashte, bijvoorbeeld door een stroomstoring, opnieuw inloggen. Maar door deze optie uit te schakelen kan dit niet en moet de gebruiker 'Systeem' de geblokkeerde gebruiker vrijgeven met de knop geval actief.
. Deze knop is in dat
Tabblad 'Administraties' Dit tabblad toont tot welke administratie(s) een gebruiker toegang heeft. Ga naar het tabblad 'Administraties' en klik op 'Toevoegen'. Er verschijnt een zoekscherm met de beschikbare administraties.
4.2
Aanmaken en wijzigen rechtengroepen
In Unit4 Multivers XL kunt u rechtengroepen aanmaken en vervolgens gebruikers aan een groep koppelen. U kunt een gebruiker slechts aan één rechtengroep koppelen. Aan elke groep kunt u specifieke toegangsen bewerkingsrechten toekennen. Door eenmaal aangemaakte groepen te selecteren kunt u bestaande rechten ook wijzigen of groepen verwijderen. U kunt de optie 'Rechten op alle programma's aanzetten' gebruiken om een rechtengroep alle rechten te geven en vervolgens kunt u de programma's waarvoor u de groep geen rechten wilt geven, uitschakelen. Als u de optie uitschakelt, worden alle rechten voor alle programma's uitgeschakeld en kunt u alleen de gewenste rechten voor die groep selecteren.
1. 2. 3. 4.
Start het menu 'Beheer | Rechten' Voer de naam en omschrijving van de nieuwe rechtengroep in Ga naar het tabblad 'Rechten' en stel de toegangs- en wijzigrechten per programma voor deze rechtengroep samen. De zojuist aangemaakte groep heeft in eerste instantie alle rechten voor alle programma's Ga naar het tabblad 'Gebruikers' en koppel de juiste gebruikers aan de rechtengroep. Als een gebruiker voordien al aan een andere rechtengroep gekoppeld was, vervallen de rechten van de 'oude' groep en worden de nieuwe rechten toegekend Ook de Systeembeheerder (standaard de gebruiker SYSTEEM) kan aan een rechtengroep
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 19 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
gekoppeld worden. Maar u kunt de toegangs- en wijzigrechten voor de programma's 'Beheer | Gebruikers' en 'Beheer | Rechten' voor de systeembeheerder niet blokkeren. Doet u dit wel, verschijnt een melding en de wijziging wordt niet doorgevoerd. De gebruiker SYSTEEM kan dus altijd rechtengroepen aanpassen 5.
Sla de gegevens op.
4.3
Werken met meerdere licenties
Speciaal voor een ASP-omgeving waarin Unit4 Multivers XL draait, kunt u met verschillende licenties werken. U kunt dan bijvoorbeeld werken met een XL-licentie, een licentie voor een andere modulesamenstelling en een licentie voor Unit4 Multivers Small, of Unit4 Multivers Large. U hebt Unit4 Multivers XL dan maar éénmaal op een centrale (ASP-)server staan waarvan ook de overige licenties gebruik maken. De eerst aangemaakte licentie (de door u als eerste geïnstalleerde versie) is altijd de 'defaultlicentie'. Voor de functionaliteit maakt het niet uit welke versie uw default-licentie is. Licentiegegevens Deze licenties koppelt u met 'Extra | Licenties'. In het scherm 'Onderhoud licenties' ziet u een overzicht van de beschikbare licenties. Met opgeven.
opent u het licentiescherm waarin u nieuwe licentiegegevens kunt
Gebruikers Op het tabblad 'Gebruikers' kunt u bestaande gebruikers aan de licentie toevoegen. U kunt een gebruiker slechts aan één licentie koppelen. De gebruiker 'Systeem' is weliswaar gekoppeld aan de standaardlicentie maar kan, als hij toegang heeft tot alle administraties, via die administraties voor alle licenties de beheerstaken uitvoeren. U kunt een licentie verwijderen in 'Extra | licenties' of vanuit het licentiescherm in 'Extra | Huidige licentie'. U kunt een gebruiker slechts aan één licentie koppelen. De gebruiker 'Systeem' heeft toegang tot alle administraties. Overschrijden van het aantal gebruikers Unit4 Multivers XL controleert het totaal aantal gebruikers van alle licenties. Als het aantal ingelogde gebruikers hoger is dan het totaal aantal gebruikers van alle licenties, krijgt u hiervan een melding en kunt u niet inloggen. Ook controleert Unit4 Multivers XL het aantal gebruikers per licentie. Als het aantal gebruikers van een bepaalde licentie wordt overschreden krijgt u hiervan een melding en is inloggen in die licentie onmogelijk.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 20 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
5
Koppelingen leggen met Microsoft Office 2007 en 2010
U kunt gegevens uit Unit4 Multivers XL koppelen aan de software die deel uitmaakt van Microsoft Office 2007 of 2010, zoals de tekstverwerker 'MS Word' en het spreadsheetprogramma 'MS Excel'. Als u gebruik maakt van Microsoft Word, kunt u in dit programma gegevens uit Unit4 Multivers XL inlezen en die in een Word-document gebruiken. Op die manier kunt u bijvoorbeeld gemakkelijk mailings maken. Verandert er iets in uw administratiegegevens, dan kunt u uw Word-document met één druk op de knop ‘verversen’. De nieuwe gegevens staan er dan meteen in. Als u gebruik maakt van Microsoft Excel, kunt u in dit programma gegevens uit Unit4 Multivers XL inlezen en die in een Excel-werkblad gebruiken. Op die manier kunt u bijvoorbeeld gemakkelijk verhelderende overzichten en tabellen maken. Verandert er iets in uw administratiegegevens, dan kunt u uw Excelwerkblad met één druk op de knop ‘verversen’. De nieuwe gegevens staan er dan meteen in. Het koppelen van gegevens uit de administratie aan velden in een Word-document bestaat uit een aantal stappen: 1. 2. 3. 4.
In Microsoft Word een document of ( standaard)brief maken Gegevens uit de database van uw administratie ophalen Gegevensvelden plaatsen in Microsoft Word Gegevens ophalen uit de administratie
Het koppelen van gegevens uit de administratie aan een spreadsheet in Excel bestaat uit drie stappen. 1. 2. 3.
Een(draai)tabel openen Gegevens uit de database van uw administratie ophalen Gegevensvelden plaatsen in de (draai)tabel
In De koppeling met MS Word 2007/2010 en De koppeling met Microsoft Excel 2007/2010 wordt uitgegaan van Office 2010. Daar waar nodig worden de verschillen met Office 2007 getoond. Voor het overige is de werkwijze gelijk tussen beide versies van MS Office.
5.1
De koppeling met Microsoft Excel 2007/2010
De schermafbeeldingen die hier gebruikt worden, zijn afkomstig van Microsoft Office 2010. Daar waar belangrijke verschillen zijn met Office 2007 worden ze apart vermeld. 1.
Open MS Excel en ga naar het tabblad 'Gegevens' en kies in de rubriek 'Externe gegevens opalen', voor 'Van andere bronnen'.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 21 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Microsoft Excel 2007: In Office 2007 kiest u eerst voor 'Externe gegevens ophalen' en vervolgens voor 'Van andere bronnen'.
Het volgende scherm verschijnt:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 22 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
2.
Schakel de optie ..
uit.
Het kan zijn dat verschillende databases dubbel getoond worden. Klik dan op . In het optiescherm deselecteert u de optie dat de DSN's uit het register ook in de lijst opgenomen moeten worden.
Beide bovengenoemde opties hoeft u maar eenmaal uit te schakelen.
3.
Kies de gegevensbron 'Unit 4 Multivers'. Nu opent het programma 'Microsoft Query' en ziet u het volgende invoerscherm:
- De servernaam is MVSERV. - Selecteer de administratie van waaruit u de gegevens wilt ophalen. In dit voorbeeld 'MVL00001'.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 23 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
- Het wachtwoord voor de ODBC-connectie is ODBC, tenzij u in Unit4 Multivers XL zelf dit wachtwoord gewijzigd hebt. 4.
Nu kunt u de tabellen uit de administratie selecteren van waaruit u de gegevens wilt ophalen. Bijvoorbeeld de tabel 'Debiteur'.
5.
Met
plaatst u de tabel in MS Query en kunt u de gewenste velden in de query plaatsen.
U kunt op dezelfde wijze meerdere tabellen selecteren en van daaruit de gewenste velden plaatsen.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 24 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
6.
Om de geselecteerde tabelgegevens in MS Excel op te nemen, kiest u in het menu 'Bestand' voor 'Gegevens weergeven in Microsoft Excel.
7.
U komt nu in het scherm 'Gegevens importeren'. Voor instructies over de mogelijkheden bij het importeren in MS Excel, verwijzen wij u naar de handleiding of de online help bij dat pakket.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 25 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
5.2
De koppeling met MS Word 2007/2010/2013
Maak eerste een standaarddocument in MS Word. Hier wordt als voorbeeld MS Word 2010 genomen. Bijvoorbeeld een brief. Wanneer u bij voorbaat weet dat een standaardbrief meer dan eens gebruikt zal moeten worden, sla het document dan op als Documentsjabloon (.dotx of .dotm). Het bestand wordt dan opgeslagen inclusief de databasevelden vanuit Unit 4 Multivers. De databasegegevens die in de brief moeten komen, gaat u inlezen vanuit Unit4 Multivers XL aan de hand van een directe koppeling. Voor het leggen een dergelijke koppeling maakt Microsoft gebruik van een ‘tussenliggend’ pakket, namelijk Microsoft Query.
1.
Start de wizard ‘Samenvoegen’ met ‘Verzendlijsten | Afdruk samenvoegen starten’ en het volgende menu verschijnt:
2.
Kies voor 'Stapsgewijze wizard Afdruk samenvoegen. in het scherm komt aan de rechterkant de wizard die u door de stappen leidt.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 26 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
3.
Klik op 'Volgende: Begindocument' en kies vervolgens voor het document dat u al open hebt staan.
4.
Klik op 'Volgende: Adressen selecteren' en in het volgende scherm op 'Bladeren...'
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 27 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
5.
Klik in het scherm dat opent voor 'Extra' (links onderaan) en vervolgens voor MS Query.
Microsoft Word 2007
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 28 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
In deze versie gaat u ook naar de knop 'Extra' en kiest u voor 'MS Query':
6.
Nu opent het programma 'MS Query' en kunt u in het scherm de ODBC-verbinding met Unit4 Multivers XL selecteren.
Schakel de optie ..
uit.
Het kan zijn dat verschillende databases dubbel getoond worden. Klik dan op . In het optiescherm deselecteert u de optie dat de DSN's uit het register ook in de lijst opgenomen moeten worden.
Beide bovengenoemde opties hoeft u maar eenmaal uit te schakelen. 7.
Log in in de database. Bij een Client-Server installatie kiest u voor MVSERV en selecteert u het gewenste administratienummer. Bij een Desktop-installatie is de servernaam 'MVLOCAL'. De User name is ODBC. Als u in Unit4 Multivers XL het ODBC-wachtwoord niet hebt aangepast, is ook het wachtwoord ODBC.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 29 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
8.
Nu kunt u de tabellen uit de administratie selecteren van waaruit u de gegevens wilt ophalen. Bijvoorbeeld de tabel 'Debiteur'.
9.
Met
plaatst u de tabel in MS Query en kunt u de gewenste velden in de query plaatsen.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 30 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
U kunt op dezelfde wijze meerdere tabellen selecteren en van daaruit de gewenste velden plaatsen.
10.
Als u de gegevensvelden hebt geselecteerd keert u met 'Bestand | Gegevens naar Microsoft Word' terug en ziet u de geïmporteerde gegevens. Zie verder de handleiding bij MS Word voor de verwerking en de plaatsing van de gegevens in uw document.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 31 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 32 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
6
Outlook Add-in
In Unit4 Multivers wordt de oude koppeling tussen MS Outlook en Unit4 Multivers via de E-mailscanner niet meer meegeleverd. In plaats daarvan is een Outlook add-in ontwikkeld waarmee u heel eenvoudig uw mailcorrespondentie in uw documentbeheer kunt beheren. De koppeling werkt alleen in versie 2010 en 2013 van MS Outlook. De add-in kan alleen werken bij een lokaal geïnstalleerde versie van MS Outlook, waarbij de gebruiker (van Unit4 Multivers) de rechten heeft op het gebruik. De koppeling werkt alleen bij een lokale Outlook versie. Niet met Exchange, Webaccess en dergelijke, of bij gebruik met meerdere gebruikers. Na de installatie van de add-in in MS Outlook blijft de functionaliteit daarvan uiteraard ongewijzigd. Maar er wordt een extra tabblad aan het lint toegevoegd.
6.1
De installatie van de Outlook add-in
Zie hiervoor ook de installatiehandleiding. Tijdens de installatie van Unit4 Multivers moet u voor de Outlook add-in, de ‘aangepaste’ installatie kiezen
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 33 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
en vervolgens ook de installatie van de add-in opgeven:
Dan wordt de add-in mee geïnstalleerd met Unit4 Multivers XL.
6.2
De instellingen van de Outlook add-in
6.2.1
De instellingen
Na de installatie kunt u met het scherm ‘Instellingen’ de toegang tot Unit4 Multivers instellen.
Klik op
. Nu verschijnt het scherm ‘Instellingen’
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 34 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Geef hier uw gebruikersnaam in Unit4 Multivers en uw wachtwoord op en klik op . Nu kunt u uw administratie selecteren. De koppeling slaat een kopie van de e-mail in een aparte map op, inclusief de bijlage. Hiervoor moet u vooraf een map aanmaken op uw harde schijf. Navigeer in het scherm naar deze map of typ het bestandspad. Deze map bevat de door u verzonden mail en de ontvangen mail, die in Unit4 Multivers is opgeslagen..
Klik op . Nu zijn de instellingen aangemaakt en kunt u de add-in gebruiken. U kunt ontvangen en verzonden mailtjes via het tabblad ‘Unit4 Multivers’ in MS Outlook importeren in het documentbeheer van Unit4 Multivers. Het gaat om mail in de verzonden- en de ontvangen mail. Mail die nog als ‘Concept-mail’ opgeslagen is, wordt niet verwerkt omdat daarvan het e-mailadres nog niet is vastgelegd. U krijgt dan de volgende melding:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 35 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
6.3
Mail opslaan in Unit4 Multivers
6.3.1
Mail opslaan bij een bestaande relatie en een bekend mailadres
Klik op het tabblad Unit4 Multivers in MS Outlook op
.
Nu verschijnt een scherm waar de gegevens van de document-link staan. (voorbeeld voor als u Documentbeheer gebruikt)
of onderstaand scherm als u gebruik maakt van Document management.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 36 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
U kunt een omschrijving meegeven en een of meer trefwoorden (zie de helpfile voor een uitleg van het documentbeheer).
Klik op om de mail in Documentbeheer of Document management op te slaan. Mocht de naam (documentnaam) van de mail al bestaan krijgt u deze melding:
Let op! U kunt deze melding krijgen als er een mailwisseling plaatsvindt waarop u of uw relatie op dezelfde mail reageert. Geef in dat geval in het veld ‘Documentnaam’ een andere naam op of, bij mailwisselingen, bijvoorbeeld een volgnummer.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 37 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
6.3.2
Actie aanmaken bij het opslaan van de e-mail
U kunt vanuit het scherm ‘E-mail opslaan’ met aanmaken:
ook rechtstreeks een actie in Unit4 Multivers
U ziet hier dezelfde gegevens voor een actie als die binnen Unit4 Multivers gevraagd worden. U kunt ook een actie aanmaken voor meerdere gebruikers in Unit4 Multivers.
Klik op
en selecteer de gebruiker(s) voor wie de actie bestemd is.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 38 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Klik op . . Als de actie is opgeslagen krijgt u deze melding:
6.3.3
Een e-mail opslaan met een onbekend mailadres voor een bekende relatie
Als u een e-mail ontvangt of verstuurt, maar het e-mailadres is niet bekend in Unit4 Multivers, krijgt u het volgende scherm:
Klik op Nu verschijnt een scherm waarin u de relatie kunt selecteren
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 39 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Typ een (deel van) de (zoek)naam van de relatie of van zijn vestigingsplaats en klik op :
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 40 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Klik op
6.3.4
als de juiste relatie gevonden is.
Meerdere e-mails opslaan in Unit4 Multivers
U kunt meerdere mails selecteren en tegelijk opslaan in het documentbeheer. U krijgt dan een ‘tussenscherm’ waarin de geselecteerde e-mails getoond worden:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 41 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
U kunt e-mails hier ook deselecteren.
Klik op om de e-mails op te slaan. In de kolom ‘Resultaat’ wordt getoond of dit gelukt is en zo niet, wat het probleem bij een e-mail is
6.3.5
Een nieuwe relatie aanmaken vanuit MS Outlook
Klik op
In het scherm dat opent vult u de gegevens in van de nieuwe relatie. Alleen de zoeknaam en het e-mailadres is verplicht. Het e-mailadres wordt opgehaald uit de geselecteerde mail, maar kan hier gewijzigd worden.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
.
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 42 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Klik na het invoeren van de gegevens op
.
Nu is de relatie opgeslagen in ‘Relatiebeheer’ in Unit4 Multivers. Maar nog niet alle gegevens zijn compleet. U kunt in Unit4 Multivers zelf de gegevens verder aanvullen.
6.4
Een relatie in Unit4 Multivers openen vanuit MS Outlook
U kunt vanuit een e-mail, de bijbehorende relatiegegevens vanuit Unit4 Multivers openen in het dashboard voor relaties (zie hoofdstuk Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.).
Selecteer in MS Outlook de e-mail van (of voor) de relatie en klik in het tabblad Unit4 Multivers op
. Nu opent het dashboard voor deze relatie:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 43 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Hier hebt u direct een overzicht over de relatiegegevens en de gevoerde correspondentie.
Let op! Om ook uw opgeslagen mailwisseling te zien moet u in de groep ‘Contactmomenten’ ook de optie ‘Documenten’ geselecteerd hebben. Unit4 Multivers zie de e-mails die in ‘Documentbeheer’ zijn opgeslagen, als documenten. De documenten, acties of notities zelf zijn niet vanuit dit scherm te openen.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 44 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
6.5
Een mailadres uit Unit4 Multivers opvragen in een e-mail
Als u in MS Outlook een nieuwe e-mail aanmaakt, kunt u in het mailtje het tabblad ‘Unit4 Multivers’ openen:
Met
opent het volgende scherm:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 45 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Selecteer de juiste administratie en klik op Nu openen alle relaties en contactpersonen van deze administratie. U kunt ook in het zoekveld daaronder de naam van de gewenste contactpersoon opgeven en op klikken.
U kunt verschillende contactpersonen en relaties selecteren. De mailadressen worden in de adresbalk ‘Aan->’ geplaatst en kunt u van daaruit naar de ‘Cc->’ of ‘Bcc->’ kopiëren. Deze werking is gelijk aan die van MS Outlook.
6.6
Een afspraak vanuit MS Outlook als actie opnemen in Unit4 Multivers
U kunt een afspraak in uw agenda in MS Outlook plannen en koppelen aan een actie in Unit4 Multivers. Bij het maken van de afspraak wordt de actie dan automatisch aangemaakt.
Open in MS Outlook een bestaande, of een ‘nieuwe afspraak’. U ziet dat onder in het afsprakenscherm de optie ‘Afspraak als actie in Unit4 Multivers opnemen’ zichtbaar is.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 46 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 47 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Selecteer deze optie. Nu opent het scherm waarmee u een relatie kunt zoeken:
Selecteer de relatie. Nu verschijnen de afspraakgegevens voor de relatie onder in het scherm. Daar kunt u de gegevens voor de actie aanvullen (bijvoorbeeld de gebruiker/gebruikers en de Contactpersoon).
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 48 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Als u de actiegegevens wilt verbergen, klikt u op het ‘minnetje’:
Met bevestigt u de afspraak en in Unit4 Multivers is nu voor de afspraak een actie aangemaakt.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 49 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Wijzigen van een afspraak in MS Outlook Let op dat wanneer u in MS outlook de afspraaktijd wijzigt door hem in de kalender te verslepen, deze wijziging niet wordt overgenomen in de actie in Unit4 Multivers. U kunt de actiegegevens wel wijzigen door de afspraak in MS Outlook te heropenen en aan te passen. Verwijderen van de koppeling verwijdert ook de actie Als u in MS Outlook de koppeling met de actiegegevens uitvinkt bij de afspraak, krijgt u de vraag of ook de actie in Unit4 Multivers verwijderd moet worden:
.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 50 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
7
Artikeletiketten afdrukken en samenstellen
Het programma ‘Afdrukken artikeletiketten’ in het menu ‘Rapport’ heeft alle mogelijkheden die u nodig hebt voor het maken en bewerken van etiketten. In Unit4 Multivers Large zullen dit vooral artikeletiketten zijn. Het programma ‘Afdrukken artikeletiketten in het menu ‘Rapport | Artikelen/Diensten’ is met name ingericht op het plaatsen van artikelgegevens, inclusief de barcode. Het programma bestaat uit twee onderdelen. U kunt op een eenvoudige manier de artikelen selecteren waarvoor u etiketten wilt afdrukken en per etiket het aantal etiketten opgeven. U kiest de gewenste lay-out (het etiketsjabloon) met de gegevens die u nodig hebt, en voor zover van toepassing, de gewenste (etiketten)printer. Vanuit de wizard kunt u uw etiketten ook ontwerpen en samenstellen. U kunt zelfs een geheel eigen etikettenformaat gebruiken. Welke gegevens u op het etiket wenst en de plaatsing ervan, hebt u volledig in uw eigen hand. U kunt etiketsjablonen ook vanuit andere programma’s en Multivers-administraties koppelen aan uw administratie. Het afdrukken van etiketten is als menuoptie beschikbaar in de volgende programma’s: - Aanmaken opdrachten - Afmelden magazijnbonnen - Goederenontvangst - Baliefacturering - Onderhoud Artikelen - Info Opdrachten - Info Voorraad/Prijzen.
7.1 1
Het afdrukken van artikeletiketten Open ‘Rapport | Artikel/Diensten | Artikeletiketten’. Het eerste scherm verschijnt:
Hier staat kort beschreven wat de functie van de wizard is.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 51 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Met de knop het programma wordt getoond.
kunt u een korte instructiefilm bekijken waarin de werking van
U kunt dit welkomstscherm ook uitschakelen zodat u de volgende keer direct in het tweede scherm komt als u het programma opent. Klik op 2
.
In dit scherm kiest u hoe u de selectie van de artikelen wilt maken waarvoor u etiketten wilt afdrukken.
U kunt, zoals u in Unit4 Multivers XL gewend bent, kiezen voor een reeks of een handmatige selectie van de artikelen. 3
‘Selectief’ Hebt u in het vorige scherm gekozen voor een handmatige selectie (‘Selectief’), verschijnt het volgende scherm:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 52 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
In dit scherm hebt u vrijwel dezelfde opties als in de overige zoekschermen van Unit4 Multivers XL. Klik met de rechter muisknop op een kolomkop en selecteer in het snelmenu wat u wilt doen. U kunt bijvoorbeeld de sorteervolgorde aanpassen van de geselecteerde kolom, u kunt groeperen en filteren.
Met de ‘Veldkiezer’ kunt u de beschikbare kolommen selecteren of uitschakelen in het scherm. Met de ‘Autofilter rij’ kunt u per kolom een zoeksleutel opgeven. Bijvoorbeeld:
Zo kunt u snel een selectie maken uit uw artikelbestand. Met de knop: ‘Alles selecteren’ selecteert u alle artikelen uit uw artikelbestand. Deze selectie betekent ook dat u uw tekstregels en niet-voorraadhoudende artikelen selecteert. Dat is wellicht niet altijd de bedoeling. In het volgende scherm kunt u dan het af te drukken aantal op ‘0’ zetten, zodat geen overbodige artikeletiketten geprint worden. Als u in het scherm eerst een deel van uw artikelen hebt geselecteerd en u kiest daarna voor , worden alsnog al uw artikelen uit uw artikelbestand geselecteerd en niet alleen de artikelen uit uw deelselectie. Vink in de kolom ‘Selecteer’ aan welke artikeletiketten u wilt afdrukken. ‘Opgegeven reeks’ Hebt u in het vorige scherm gekozen voor ‘Opgegeven reeks’, kunt u een reeks artikelnummers invoeren of, als u met ‘Voorraad & Bestelregistratie’ in Unit4 Multivers XL werkt, geeft u een of
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 53 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
meer artikelgroepen op. Klik op 4
.
In dit scherm legt u vast hoeveel etiketten per geselecteerd artikel u wilt afdrukken. Als u ‘0’ kiest wordt geen etiket afgedrukt.
U kunt eenvoudig per artikel opgeven dat u voor uw volledige (technische) voorraad een etiket van het artikel wilt hebben. Selecteer dan een regel in de tabel en klik op . Dan wordt het aantal automatisch als ‘Aantal’ opgenomen. Ditzelfde kunt u in één keer voor alle geselecteerde artikelen doen met de knop Klik op 5
.
Kies in het volgende scherm een sjabloon.
Klik op 6
.
.
In het volgende scherm kunt u de printopdracht geven en de gewenste printer kiezen.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 54 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Als u in vanuit dit scherm daadwerkelijk afdrukt, kunt u de printer kiezen, bepalen bij welk etiketnummer begonnen moet worden en legt u het aantal exemplaren vast. Maar u kunt ook vanuit het afdrukvoorbeeld printen. Voorbeeld op het scherm Als u een voorbeeld op het scherm toont, komt u op het tabblad ‘Afdrukvoorbeeld’. In het lint van dat tabblad, hebt u een scala van afdrukmogelijkheden en exportmogelijkheden tot uw beschikking.
Als u hier bijvoorbeeld op ‘Afdrukken’ klikt, kunt u de gewenste printer kiezen het afdrukbereik en het aantal exemplaren opgeven.
Met ‘Exporteren’ hebt u verschillende mogelijkheden om de etiketten naar het .pdf-formaat en andere bestandsformaten om te zetten en op te slaan in een bestand. Let op! Als u het afdrukvoorbeeld sluit, sluit ook de afdrukwizard. U bent dan ook de gemaakte selecties kwijt. Dus als u kiest voor het afdrukvoorbeeld is het, anders dan u gewend bent, verstandig om van daaruit ook daadwerkelijk te printen.
7.2
Etiketten aanmaken en bewerken
In stap 5 van paragraaf 7.1 kunt u een bestaand etiketsjabloon kiezen om direct af te drukken. Hebt u nog geen sjablonen, is dat veld leeg en zult u eerst een sjabloon moeten aanmaken of een bestaand sjabloon moeten importeren (koppelen aan de administratie). Hieronder geven we heel kort een overzicht van de belangrijkste mogelijkheden van de etiketontwerper aan de hand van een voorbeeld. Wij raden u aan om voor een verdere instructie met name de instructiefilmpjes te bekijken met
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 55 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
. U ziet daar bijvoorbeeld hoe u eenvoudig een etiket aanmaakt voor de etikettenprinter ‘Dymo’. Maar ook zijn er filmpjes voor andere formaten beschikbaar. U kunt de filmpjes ook vanuit de elektronische helpfile bekijken.
7.2.1 1
Nieuw etiketsjabloon aanmaken met behulp van de wizard Klik in het scherm voor de sjabloonkeuze van de wizard ‘Artikeletiketten afdrukken’ op de knop .
U komt dan in een scherm met een overzicht van de gekoppelde en aangemaakte etiketsjablonen:
De eerste keer zal dit scherm geen sjablonen tonen. 2
Klik hier linksboven op de knop ‘Nieuw etiket’ en kies in het snelmenu voor ‘Nieuw etiket met wizard’
Het volgende scherm opent:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 56 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
3
Selecteer een van de bestaande etiketten. U kunt in verreweg de meeste gevallen het etiketformaat en –merk in de wizard wel terugvinden. Van de bestaande etiketsoorten liggen de noodzakelijke eigenschappen al vast. In dit voorbeeld gebruiken we ‘AOne’, productnummer ‘28390 - Address’. Klik op
4
In het volgende scherm kunt u eventueel de maten aanpassen, maar dit zijn standaard-afmetingen en kunt u vrijwel altijd ongemoeid laten. Klik op
5
.
.
Nu komt u in het scherm waar u de etiketgegevens kunt toevoegen.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 57 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Links ziet u in de balk een groot aantal standaardelementen die u kunt toevoegen. Voor het maken van artikeletiketten zal de ‘Barcode’ van belang zijn. Rechts ziet u een groot aantal velden die u kunt opnemen in het etiket. Dit zijn database-elementen die uit uw artikelbestand worden overgenomen, bijvoorbeeld het artikelnummer of de omschrijving. Aan het gebruikte symbool kunt u zien of het een datumveld, een keuzeveld, een numeriek of alfanumeriek veld is. Maar ook, als u hiermee werkt, uw vrije velden voor artikelen. Icoontjes met een groene balk zijn uw vrije velden.
Midden in het scherm staat het etiket dat het sjabloon gaat vormen. Hierbinnen plaatst u de elementen en gegevens voor uw etiketten. In het voorbeeld hieronder nemen we de artikelnaam, het artikelnummer de barcode (zie de uitleg hieronder) en de eenheid op:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 58 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Bij het plaatsen van de gegevensvelden moet u altijd binnen de grenzen van het etiket blijven, anders wordt het niet goed afgedrukt. Het opnemen van de barcode. Het element ‘Barcode’ vindt u links in de balk met standaardelementen. Als u dit naar het etiket sleept kunt u de plaats bepalen. Maar nu moet de code (formaat) van de barcode worden ingesteld. In de etiketontwerper is dit een eigenschap. Standaard wordt Code 128 genomen, maar u kunt een andere code selecteren. U weet zelf wat voor code u gebruikt. Voor het instellen van de eigenschappen van het element ‘Barcode’, zorgt u dat dit geselecteerd is en gaat u vervolgens naar het tabblad ‘Eigenschappen’ rechtsonder in het scherm:
Hierna moet het element ‘Barcode’ gekoppeld worden aan de specifieke EAN-code van het artikel. Sleep hiertoe het veld EAN met de muis binnen het element ‘Barcode’ op het etiket. Als het icoontje zichtbaar is, dan is de barcode gekoppeld. Maar daarmee kloppen de afmetingen nog niet. Als u naar het afdrukvoorbeeld zou kijken, staat de barcode nog niet afgebeeld.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 59 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Zet bij de eigenschappen de ‘Gegevenskoppelingen’ nu de optie ‘Auto-module’ op ‘Ja’.
Let op! In het bovenstaande voorbeeld is het element ‘Barcode’ op het etiket gezet, zonder de afmetingen aan te passen. Met de Auto-Module wordt de lengte van de barcode wel aangepast aan het EANnummer, maar nog altijd moet het barcode veld groot genoeg gemaakt worden voor ook de langste barcodes. Dus maak voldoende ruimte voor de barcode als u dit element op het etiket plaatst. Dit geldt voor de lengte, maar ook voor de breedte. Afdrukvoorbeeld Met het afdrukvoorbeeld ziet u het resultaat. Het afdrukvoorbeeld krijgt u op het tabblad ‘Afdrukvoorbeeld’ linksboven in het scherm.
Daar zien de etiketten er bijvoorbeeld zo uit:
U kunt snel tussen de tabbladen switchen om uw aanpassingen te kunnen zien.
6
Sla het sjabloon nu onder een herkenbare naam op . Het bestand wordt opgeslagen in de map waar u ook uw rapporten heeft opgeslagen. Bij een standaardinstallatie onder Windows 7 of hogers dat ‘ProgramData \ Unit4 \ Unit4 Multivers | Etc
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 60 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
U kunt de Etiketontwerper nu afsluiten met het kruisje rechtsboven:
.
In de wizard ‘Artikeletiketten afdrukken’ kunt u nu dit sjabloon gebruiken.
7.3
Koppelen etiketsjablonen aan de administratie
De zelfgemaakte etiketsjablonen worden bij een standaardinstallatie onder Windows 7 of hoger opgeslagen in ‘ProgramData \ Unit4 \ Unit4 Multivers \ Etc . Bij het afdrukken van etiketten, kijkt de wizard in die map naar etiketsjablonen. Maar, net als de (aangepaste) rapporten zijn ook de etiketsjablonen gekoppeld aan een bepaalde administratie. Om ze binnen een administratie te kunnen gebruiken, moeten ze gekoppeld worden. Als u beschikt over elders aangemaakte etiketsjablonen of een algemeen sjabloon wilt aanpassen binnen uw administratie moet u twee dingen doen: Plaats het sjabloonbestand (*.repx) in uw rapportdirectory; Koppel het bestand aan uw administratie. 1
Open ‘Rapport | Artikelen/Diensten | Artikeletiketten’, maak een proforma-selectie zodat u de wizard doorloopt tot het scherm waarin u een sjabloon kiest en klik daar op de knop
2
.
In het scherm dat opent kiest u voor het snelmenu:
en daarbinnen voor ‘Koppelen bestaand etiket’. 3
Nu opent een scherm met een lijst van nog niet gekoppelde sjablonen. Selecteer het sjabloon dat u wilt koppelen en klik op
.
Nu kunt u het sjabloon binnen uw administratie gebruiken en bewerken.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 61 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
8
Formulierenbeheer
Om uw formulieren te kunnen beheren is het goed om te weten dat Unit4 Multivers XL twee soorten documenten kent: Standaardrapporten Dit zijn de overzichtsformulieren die gebruikt worden voor het maken van de overzichten (rapporten) in Unit4 Multivers XL . Bijvoorbeeld de kolommenbalans etiketten of debiteurenmutaties. Dit type formulieren kunt u niet rechtstreeks aanpassen. 'Externe' documenten en bestanden Dit zijn de formulieren voor uw klanten. Bijvoorbeeld facturen, verzamelfacturen aanmaningen, facturen offertes die u aan uw eigen situatie en huisstijl kunt aanpassen. De meegeleverde standaardformulieren zijn zodanig ontworpen dat ze in de meeste gevallen toereikend zullen zijn. Als u echter speciale wensen hebt, kunt u de formulieren aanpassen aan uw eigen bedrijfssituatie. Het formulier bevat alleen teksten en plaatjes, en de positie waarop gegevens afgedrukt zullen worden. De gegevens die afgedrukt worden, worden opgehaald uit de database van Unit4 Multivers XL . Als u bijvoorbeeld een factuuropdracht afdrukt, worden de factuuropdrachtregels en de debiteurgegevens uit Unit4 Multivers XL gehaald en afgedrukt op de positie die op het formulier aangegeven is. Rapportdirectory Deze formulieren en de standaardrapporten zijn losse bestanden die bij de installatie van Unit4 Multivers XL in een aparte directory worden geplaatst. Maar u kunt per administratie een 'eigen map' aanmaken en daar de formulieren en rapporten handmatig naar toe kopiëren. Zie ook 'Het vastleggen van de bedrijfsgegevens' en 'Het beheren van de rapportdirectory in een netwerk'. Alle formulieren, voor alle administraties die u hebt, worden onder Windows7 of hoger, geplaatst in de volgende map: C:\ProgramData\Unit4\ Unit4 Multivers\Etc. Dit geldt voor een standaardinstallatie, de plaats van de Etc-map kan in uw situatie anders zijn dan hier is beschreven. Formulier bewerken Wanneer u een formulier aanpast, bewerkt u in feite een bestand op uw computer. Het moet dus geopend, bewerkt en opgeslagen worden. Net als bij alle documenten die u op uw computer bewaart, geldt dat wanneer het gewijzigd is en u het bestand vervolgens onder dezelfde naam opslaat, de oorspronkelijke versie niet meer bestaat (tenzij u er een back-up van had gemaakt, of het bestand op meerdere plaatsen op uw harde schijf staat). Datzelfde geldt voor de door u aangepaste formulieren in Unit4 Multivers XL . Het gevolg is dat als u een formulier bewerkt en opslaat onder dezelfde naam, u niet langer de beschikking hebt over het oorspronkelijke document. Dat hoeft geen probleem te zijn, maar het kan er bij een herinstallatie of een update van Unit4 Multivers XL naar een hogere versie toe leiden dat uw wijzigingen verloren gaan omdat tijdens de installatie ook alle oorspronkelijke formulieren in de map '.. Etc\N' worden overschreven. Wij raden u dan ook aan om gewijzigde formulieren altijd gelijk na het openen in de Centura Report Builder altijd onder een andere naam op te slaan. Omdat er maar één plaats is waar Unit4 Multivers XL de formulieren opslaat en gebruikt, zult u uw eigen formulieren ook in dezelfde map moeten opslaan. U kunt dus geen subdirectories aanmaken voor uw formulieren. Het gebruik van vrije velden op formulieren Het onderstaande is van belang in de volgende situatie: U hebt meerdere administraties in Unit4 Multivers XL en in een of meer van deze administraties gebruikt u vrije velden
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 62 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
U kunt in Unit4 Multivers XL vrije velden van Relaties, artikelen en debiteuren/crediteuren en artikelen afdrukken op de volgende formulieren: Inkooporders Orderbevestigingen en proeffacturen Magazijnbonnen Offertes Pakbonnen Facturen Verzamelfacturen Baliefacturen Deze velden moet u zelf aan uw formulier toevoegen. U kunt vrije velden die u bij 'Artikel\diensten' aanmaakt, koppelen aan factuuropdrachten (verkooporders, factuuropdrachten en diensten), aan magazijnbonnen en/of aan offertes. Dat betekent dat de vrije velden ook op regelniveau in de betreffende boekingsprogramma's kunt zien. Het vrije veld (bijvoorbeeld het serienummer, verpakkingsdatum of garantiecode) wordt als nieuwe kolom aan het programma toegevoegd. Deze velden worden niet automatisch op de facturen, magazijnbonnen of offertes afgedrukt, maar u kunt ze wel aan het formulier toevoegen. Op het moment dat u in een administratie een willekeurig vrij veld gebruikt en u past een van uw formulieren aan, is dit formulier gekoppeld aan de administratie waarin het vrije veld is aangemaakt. U kunt deze formulieren dan niet meer in een andere administratie gebruiken. Het maakt niet uit of u het vrije veld ook werkelijk op een formulier gebruikt of niet. U moet een kopieformulier maken voor gebruik in uw andere administratie(s). Dit geldt voor de bovenstaande formuliersoorten en voor uw eigen formulieren maar niet voor de standaardrapporten (zoals de kolommenbalans of de openstaande posten uit het menu 'Rapport') die u in Unit4 Multivers XL gebruikt.
8.1
Het gebruik van de standaardformulieren
Het formulier zoals u dat kunt aanpassen, bevat alleen teksten, plaatjes en de positie waarop gegevens afgedrukt zullen worden. De gegevens die afgedrukt worden, worden opgehaald uit de database van Unit4 Multivers XL . Als u bijvoorbeeld een factuuropdracht afdrukt, worden de factuuropdrachtregels en de debiteurgegevens uit Unit4 Multivers XL gehaald en afgedrukt op de positie die op het formulier aangegeven is. Formulieren in Unit4 Multivers XL Soort
Formulier
Omschrijving
Aanmaning
rekoverz.qrp
rekeningoverzicht, adres rechts
rekoverzl.qrp
rekeningoverzicht, adres links
rekaanm1.qrp
aanmaning, adres rechts
rekaanm2.qrp
2e aanmaning, adres rechts
rekaanm1l.qrp
aanmaning, adres links
rekaanm2l.qrp
2e aanmaning, adres links
afdfcopd.qrp
proeffactuur, factuuropdracht, VZA links, FA rechts
dnstopd.qrp
proeffactuur, dienst WA links, FA rechts
orderbev.qrp
orderbevestiging, VZA links, FA rechts
Proeffactuur
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 63 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Factuur
Verzamel-factuur
factuur.qrp
factuur, korting, VZA links, FA rechts
factl.qrp
factuur, korting, VZA rechts, FA links
factaceu.qrp
factuur, korting, VZA rechts, FA links, acceptgiro
fctlzkrt.qrp
factuur, zonder korting, VZA rechts, FA links
fctrzkrt.qrp
factuur, zonder korting, VZA links, FA rechts
dienst.qrp
factuur, dienst, WA links, FA rechts
verzfact.qrp
verzamelfactuur (factuuropdracht), korting, FA links
vdienst.qrp
verzamelfactuur (dienst), FA links
FA = factuuradres (Adressoorten) WA = werkadres VZA = verzendadres Unit4 Multivers XL onthoudt het laatstgekozen formulier(nummer) en stelt dit de eerstvolgende keer dat u het overzicht afdrukt voor. Met name bij het direct verwerken en afdrukken van factuuropdrachten is dit gemakkelijk. U kunt voor (een groep) Debiteuren en Crediteuren een specifiek formulier ontwikkelen en dit koppelen aan de gewenste debiteur(en)of crediteur(en) . Wanneer u een overzicht of een factuur hebt afgedrukt met een ander formulier dan het gangbare, moet u bij een volgende keer het juiste formuliernummer opnieuw instellen. In ‘Extra | Formulieren | Onderhoud documenttypes’ geeft u aan waar u de afgedrukte formulieren opslaat en hoe u ze benoemt.
8.2
Stappen en handelingen bij het aanpassen van formulieren
De opzet van formulieren in Unit4 Multivers XL De standaardformulieren die in Unit4 Multivers XL gebruikt worden hebben een specifieke functie. Zo zijn er formulieren voor opdrachtbevestigingen/proeffacturen, (verzamel)facturen of aanmaningen. Elk formulier heeft zijn eigen functie binnen Unit4 Multivers XL en daarvoor zijn per formulier alleen de noodzakelijke en gewenste koppelingen gelegd met de database van de administratie. Maar niet alle koppelingen met de gegevens die bij een formulier mogelijk zijn, zijn daadwerkelijk in de meegeleverde standaardformulieren gelegd. U kunt deze koppelingen zelf op het betreffende formulier leggen. Hiervoor kunt u zelf de formulieren aanpassen. Het aanpassen van de formulieren in de Report Builder Het aanpassen van formulieren doet u in de speciale editor, de Report Builder. Dit pakket maakt het mogelijk om formulieren te ontwerpen en samen te stellen waarbij gebruik wordt gemaakt van de gegevens uit de administratie waarin het formulier wordt geopend. Er is dus een rechtstreekse koppeling tussen de gegevensvelden in de administratie en de editor. Om de bestaande formulieren te kunnen bewerken volgt u de volgende stappen: Selecteer het formulier vanuit Unit4 Multivers XL en open het formulier in de Report Builder.
Stap 1
Bewerk het formulier in de Report Builder Van de mogelijkheden die de Report Builder biedt, geven we hier de voornaamste onderdelen. In de helpfile staan meer onderwerpen en ook een aantal voorbeelden van functies en formules die u wellicht kunt gebruiken: Overzicht van de Report Builder (stap 2);
Stap 2
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 64 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Het verplaatsen/aanpassen van rubrieken (stap 2a); Een afbeelding (logo) en lijnen opnemen (stap 2b); Teksten invoegen (stap 2c); Gegevensvelden opnemen en werken met formules (stap 2d); Voorbeelden van het gebruik van formules.
Het koppelen van het formulier in Unit4 Multivers XL.
8.3
Stap 3
Formulier selecteren om aan te passen (Stap 1)
Het hieronder gebruikte voorbeeld is gebaseerd op een factuuropdracht-formulier. U kunt de aanpassingen echter ook uitvoeren op het meegeleverde formulier voor de aanmaningen ('Rapport | Debiteuren | Aanmaningen'). Zie ook: Stappen en handelingen bij het aanpassen van formulieren en Formulierenbeheer in Unit4 Multivers XL. Formulier openen vanuit Unit4 Multivers XL Formulieren selecteert u in de betreffende afdrukwizards. U kunt bijvoorbeeld uw proeffactuur-lay-out kiezen of wijzigen door 'Afdrukken factuuropdrachten' te kiezen (menu: 'Taken | Facturering/Verkoop | Afdrukken opdrachten')
Doorloop de wizard door op opdrachten kunt kiezen.
Klik daar op
Klik op het tabblad met de taal waarin u de formulieren wilt afdrukken. U kunt hier alle talen kiezen die u zelf hebt aangemaakt in 'Onderhoud | Algemene gegevens | Basisgegevens' (tabblad 'Talen'). Op het tabblad worden de formulieren getoond die standaard meegeleverd worden. Het getoonde standaardformulier is afhankelijk van het programma waarin u zich bevindt; bijvoorbeeld in 'Afdrukken facturen' is dit het formulier 'Factuur.qrp' of 'Verzfact.qrp', in 'Aanmaningen' is dit het formulier 'Rekoverz.qrp', Selecteer het formulier dat u wilt bewerken. Er wordt een groot aantal standaardformulieren meegeleverd met Unit4 Multivers XL . U kunt per formulier maximaal 10 verschillende lay-outs definiëren, per taal. Als u vier talen gebruikt kunt u dus maximaal 40 lay-outs aanmaken.
Klik op het formulier dat u wilt aanpassen om het te selecteren en klik dan op
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
te klikken tot u bij het scherm komt waarin u de soort . Het volgende scherm verschijnt:
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
.
Pagina 65 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Nu opent de Report Builder met het geselecteerde formulier. U kunt het nu gaan bewerken (zie stap 2). Om te voorkomen dat het oorspronkelijke formulier overschreven wordt tijdens het bewerken, moet u het geopende formulier eerst onder een andere naam opslaan (menu 'File | Save as'). Als u de Report Builder voor de eerste maal start voor het aanpassen van een formulier, krijgt u een scherm waarin gevraagd wordt om het programma te registreren en te activeren.
Deze procedure is gratis, maar door de leverancier Gupta Technologies ® verplicht gesteld. U zult de procedure van het registreren eenmalig moeten doorlopen. Zie hiervoor: Uw Report Builder registreren en activeren.
8.4
De Report Builder: instellingen en scherm-lay-out (Stap 2)
Bij het aanpassen van een formulier gebruiken we de proeffactuur (Afdrukken opdrachten: AFDFCOPD.QRP). Hier staan de belangrijkste eigenschappen en instellingen van de Centura Report Builder. Algemene instellingen Sla het rapport allereerst onder een andere naam op.
Let op waar het opgeslagen bestand wordt geplaatst. Om het aangepaste rapport direct te kunnen gebruiken kiest u bij een standaardinstallatie voor: C:\ProgramData\Unit4\Unit4 Multivers\Etc\N. U kunt bewerkingen alleen uitvoeren in de zogenaamde ‘Design’-modus op het tabblad 'Report'.
. Hier kunt u heen en weer schakelen tussen de 'Design' en de 'Preview-modus'.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 66 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Voordat u een formulier gaat bewerken, kunt u een aantal standaardinstellingen controleren of instellen.
Op het tabblad 'Report', in de rubriek 'Format' kunt u met de knop 'Report Format' openen waarin u de pagina-instellingen (Page Layout) kunt controleren en aanpassen:
een scherm
De meeste opties in dit scherm wijzen zichzelf en zult u vrijwel nooit nodig hebben voor het aanpassen van de rapporten.
Met ‘Report | Report Preferences’ kunt u een aantal voorkeuren instellen voor standaardinstellingen van de ReportBuilder, waaronder de maateenheid.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 67 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
De tabbladen van het Lint Vanuit de menubalk kunt u de verschillende menu’s opstarten. In de werkbalken zijn de voornaamste menuopties ook met knoppen te selecteren: Het Lint kent 4 tabbladen, met elk een eigen set mogelijkheden: File
Hier vindt u de gebruikelijke opties voor het bestandsbeheer. Als u het rapport geopend hebt, moet u dit voordat u er mee aan de slag gaat, eerst onder een andere naam opslaan (zie: Formulierenbeheer) met de optie 'Save Report as'. Edit
Dit is het tabblad voor bewerkingen als kopiëren, knippen en plakken. View Dit tabblad geeft een aantal instellingen voor de wijze waarop het scherm wordt getoond. Zo kunt u de balk met objecten als 'Input items' en 'Input Variabelen' verbergen of tonen met de optie: 'Object tree':
Report Tijdens het bewerken van het rapport zult u dit tabblad het meest gebruiken. Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 68 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
8.5
Formulieren koppelen (Stap 3)
Nadat u een formulier hebt aangepast kunt u dit formulier aan een afdrukopdracht in Unit4 Multivers XL koppelen. Zorg dat het formulier in uw rapportdirectory staat. 1.
Ga in Unit4 Multivers XL naar de afdrukopdracht waarbij u het formulier wilt gebruiken (In dit voorbeeld is dit de proeffactuur die gebruikt wordt in 'Afdrukken factuuropdrachten'). Doorloop de wizard tot het volgende scherm:
2.
Klik op
. Het volgende scherm opent:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 69 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
3.
Bepaal welk nummer (1 t/m 10) u voor uw aangepaste formulier wilt gebruiken en selecteer de regel met dat betreffende nummer. Nu worden de knoppen Klik op
4.
en
actief.
. Het volgende selectiescherm verschijnt:
Selecteer in dit scherm het gewenste formulier (In dit voorbeeld is dit 'verz_fac.qrp') en klik op . Nu wordt het gekoppelde formulier op het geselecteerde nummer geplaatst:
5.
Klik weer op
. U keert nu weer terug in het scherm van de afdrukwizard:
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 70 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
6.
U wilt het formulier bijvoorbeeld alleen gebruiken bij factuuropdrachten. Selecteer dat bij deze opdrachten het nummer dat u zojuist aan uw formulier hebt toegekend (In ons geval is dat nummer 4). Vanaf dit moment zal Unit4 Multivers XL het geselecteerde formulier gebruiken bij het afdrukken van proeffacturen voor factuuropdrachten en verkooporders.
8.6
Het beheren van de rapportdirectory in een netwerk
Zie ook Formulierenbeheer in Unit4 Multivers XL voor het aanpassen van de standaardformulieren (zie:Formulier). Unit4 Multivers XL kent overzichten (rapporten) en formulieren. Rapporten worden gebruikt bij het afdrukken van bijvoorbeeld balansen, debiteurenoverzichten of mutatieoverzichten. Rapporten zijn van groot belang voor de financiële rapportage. Daarnaast kent Unit4 Multivers XL formulieren die gebruikt worden voor het afdrukken van bijvoorbeeld facturen, magazijnbonnen of aanmaningen. Met name voor formulieren zal het vaak voorkomen dat u ze wilt aanpassen. U wilt bijvoorbeeld uw bedrijfslogo op uw facturen of aanmaningen afdrukken. Of u wilt behalve de gegevens die Unit4 Multivers XL standaard voor u afdrukt, extra tekstregels of gegevens aan een formulier toevoegen. Bij het afdrukken van bijvoorbeeld een factuur, haalt Unit4 Multivers XL de gegevens uit de database. Daarvoor is het formulier(sjabloon) aan de database van de administratie gekoppeld. De overzichten (rapporten) en formulieren worden standaard meegeleverd en in één centrale directory opgeslagen. Nieuwe installatie: Bij de installatie van de client op de server worden de overzichten en formulieren standaard in de volgende directory opgeslagen: C:\ProgramData\Unit4\Unit 4 Multivers\Etc. Dit geldt voor een standaardinstallatie, u kunt tijdens de installatie deze map wijzigen. Rapportdirectory wijzigen Na de installatie kunt u met Opties in 'Extra | Opties, tabblad 'Afdrukken' de rapportdirectory wijzigen. Standaard staat hier het pad dat bij de installatie is opgegeven.
Als u hier een andere map opgeeft, moet u alleen de hoofdmap opgeven, niet de submap 'N' of 'F'. Maar u moet in de door u aangemaakte en toegewezen map wel de submap 'N' en/of 'F' aanmaken en daarin de rapporten en formulieren plaatsen. Zet de formulieren altijd in een submap 'N' (Nederlandse versie) of 'F' (Franse versie) van de hoofddirectory. Bij een update zal Unit4 Multivers XL zoeken naar de opgegeven rapportdirectory en naar de submap die bij de gebruikte taal van het pakket hoort (N of F). Vindt het installatieprogramma deze submap niet, maakt zij deze zelf aan. De oude standaardrapporten worden dan niet overschreven en u zult nieuwe rapporten niet terugvinden in uw netwerkdirectory. Als u in 'Extra | Opties' de rapportdirectory wijzigt, moet u dat voor bestaande administraties ook doen in 'Onderhoud | Algemene gegeven | Bedrijfsgegevens', tabblad 'Diversen' (zie ook hieronder). Hier staat nog het pad dat bij de installatie is opgegeven. U zult het gewijzigde pad in 'Extra | Opties' per client moeten wijzigen (het pad in 'Extra | Opties' is niet gebonden aan de administratie, maar aan de client. Als u op een later tijdstip een nieuwe administratie aanmaakt, wordt in die administratie automatisch het pad genomen dat u hebt opgegeven in 'Extra | Opties'.
Rapportdirectory per administratie U kunt per administratie een aparte map opgeven voor de formulieren en rapporten ('Onderhoud | Algemene gegevens | Bedrijfsgegevens', tabblad 'Diversen'). U moet dan alle rapporten en formulieren naar deze map kopiëren. Als u in de bedrijfsgegevens een aparte map opgeeft voor de administratie, hebben wijzigingen in het algemene pad dat u bij de opties opgeeft (zie hierboven) geen effect en blijft het administratie-specifieke pad bewaard. Dit maakt het mogelijk om per administratie met een aparte set (aangepaste) formulieren te werken.
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 71 van 72
Unit4 Multivers XtraLarge
Formulieren aanpassen Wanneer u besluit om formulieren te gaan aanpassen, zult u bij een netwerkinstallatie in de meeste gevallen willen dat vanaf alle werkstations dezelfde formulieren worden gebruikt. De standaardformulieren en rapporten worden tijdens een herinstallatie of bij een update altijd overschreven. Wijzigingen in formulieren die onder de oorspronkelijke naam zijn opgeslagen, gaan dan verloren. Sla gewijzigde formulieren daarom altijd onder een andere naam op!!
Unit4 Multivers Xtra Large 10.8.2
Deel VlI: Administratiebeheer
versie 1.0
Pagina 72 van 72