Cura
Jaargang 2 - april 2005
1
CURA IS EEN UITGAVE VAN HET JEROEN BOSCH ZIEKENHUIS. DIT MAGAZINE VERSCHIJNT VIER KEER PER JAAR
Goed geschakelde ketenzorg | 5 Zorg vol zin | 8 Prijskaartje aan levensduur? | 10
INHOUDSOPGAVE 2
Wat een kansen! Voorwoord van Frans Croonen, voorzitter Raad van Bestuur.
3
Glazen gevels? Buurtbewoners kijken naar de nieuwbouwplannen.
3
Locatie Carolus verkocht Sale and lease back.
5
Schakels uit de ketenzorg Over de samenwerking tussen huisarts, ziekenhuis, revalidatiecentrum, verpleeg- of verzorgingshuis en de thuiszorg.
7
Delier: angstaanjagende ervaring Een delier is lastig te diagnosticeren.
8
Wisselcolumn Zorg is vol zin, door Antoine Bodar.
KENNIS & WETENSCHAP
9
Galvanic-induced Body Sway Promotieonderzoek naar testmethode voor het evenwichtssysteem. 10 Dure medicijnen Mag budget een argument zijn voor het onthouden van aangetoonde effectieve behandelingen? 11 Het grijze gebied tussen care en cure Nieuwe functies nader omschreven. 13 U zegt Huisarts Swank over donorregistratie. 14 Herstel & Balans (Ex-)kankerpatiënten werken aan sociaal, geestelijk en lichamelijk herstel. 15 Decubituspreventie is basiszorg Decubituspercentage in het Jeroen Bosch Ziekenhuis op weg naar landelijke norm.
REVALIDATIECENTRUM TOLBRUG
16 Het effect van de Handmaster bij neuro-revalidatie Langetermijneffecten worden onderzocht. 17 Revalidatiecentrum Tolbrug mag blijven groeien 18 Heropening locatie Liduina Geheel vernieuwde locatie houdt open dag. 18 Dialyse op het heilig oog Afscheid nefroloog Jansen.
Wat een kansen! Ik geef het toe. Vaak heb ik in het verleden wat somber gesproken en geschreven over de organisatie van de ziekenhuiszorg. Over de complexe, professionele organisatie waarin veranderingen zo moeilijk zijn door te voeren. Over de bijzondere positie van de medisch specialisten, die teveel aan de eigen portemonnee dachten. Over de politieke overleg-arena, waarin de besluitvaardigheid tot een minimum was gedaald en de gekozen oplossingen suboptimaal bleven, zoals bij elk politiek compromis. Veel beweging was er niet in te krijgen. Maar ach, wat kon ons gebeuren? Een ziekenhuis gaat niet failliet en als het mis gaat, springt de overheid wel weer in de ring. Anderzijds…een ziekenhuisdirecteur die zijn nek ver uitstak, was al snel afgeserveerd. Dus het was ook een kwestie van overleven. Voor het eerst in lange tijd krijg ik het gevoel dat we aan het begin staan van een daadwerkelijke en belangrijke omslag van de organisatie van de ziekenhuiszorg. De maatschappelijke en politieke belangstelling voor de prestaties van de sector is groter dan ooit en de kritiek ook. De inzichten van de sector zelf en de erin
werkzame professionals, leiden tot het groeiend besef dat we op een aantal punten van dienstverlening achterlopen op wat maatschappelijk en professioneel wenselijk en noodzakelijk is. De rol die minister Hoogervorst daarin speelt, beschouw ik als stimulerend. Prikkelen met opmerkingen over marktwerking, concurrentie en terugtreden van een borgende overheid. Er is veel commentaar op te leveren en dat gebeurt dan ook, maar er gaat nu wel iets gebeuren en dat is voor mij het belangrijkste. En nu niet aarzelen en geen halffabrikaten afleveren maar doorpakken en niet bang zijn, alstublieft. Het Jeroen Bosch Ziekenhuis is er klaar voor en weet wat het te doen staat: Hard werken aan veiligheid, herinrichting van zorgprocessen, service en openheid. En dat ook nog allemaal in een nieuw gebouw. Wat een kansen! Frans Croonen, voorzitter Raad van Bestuur
[w.v.t.t.k.] Bewaking en beveiliging Het Jeroen Bosch Ziekenhuis heeft een vergunning gekregen waarmee het voldoet aan de eisen uit de Wet op de Particuliere Beveiligingsorganisaties en Recherchebureaus. Hiervoor moeten alle beveiligers hun diploma hebben of in opleiding zijn. Het gevolg is dat nu alle beveiligers een zilverkleurige V op hun uniform dragen. Daarnaast is het ziekenhuis sinds enige tijd erkend als leerbedrijf voor beveiligers door kenniscentrum Ecabo. Dit houdt in dat de afdeling stagiaires van de opleiding tot beveiliger niveau 2 mag begeleiden tijdens hun praktijkstage. MJ
19 Agenda 20 Jeroen Bosch Apotheek In mei opent deze poliklinische apotheek haar deuren. Coverfoto: Een impressie van de nieuwbouw van het Jeroen Bosch Ziekenhuis. Het hoge gebouw links op de foto is de huidige locatie Willem-Alexander. Foto: Deerns Raadgevende Ingenieurs BV en EGM Architecten (artikel op blz. 3).
2 | Cura, jaargang 2, nummer 1
Glazen gevels? In december jl. kwamen voor het eerst de buurtbewoners van de locatie Willem-Alexander kijken naar de nieuwbouwplannen van het Jeroen Bosch Ziekenhuis. Er waren 35 belangstellenden. Wim Matser, projectdirecteur Nieuwbouw, en architect Mario Hendrikx lichtten de bouwplannen toe. De plannen ontlokten wel wat vragen. Zo wilde iemand weten waar de traumahelikopter kan landen. Hendrikx: “’s-Hertogenbosch heeft geen traumacentrum. Dus eigenlijk hoeft hier geen landingsplek te zijn. We houden er in zoverre rekening mee dat er geen belemmeringen zijn, mocht een landingsplek ooit nodig zijn.” Schittering Bezorgdheid over hoe de gevels er uit komen te zien, was er ook. “Maakt u gevels van glas of glanzend metaal? Dit vraag ik omdat de ‘zilvervloot’ van het
Bossche Paleiskwartier gezien vanaf de Gement, enorm schittert.” Hendrikx antwoordde geruststellend: “We willen gevels maken van materiaal dat oogt als baksteen, het zal dus niet schitteren.” Parkeren blijft gevoelig Het parkeren was het heetste hangijzer. De aanwezigen vreesden dat ziekenhuisbezoekers in de buurt gaan parkeren, bijvoorbeeld omdat er te weinig parkeerplaatsen zijn. Hoewel Matser de aanwezigen garandeerde, dat er in de nieuwbouwplannen veel aandacht is voor dit onderwerp, kon hij deze vrees niet geheel wegnemen. SM
De buurtbewoners hadden wel wat vragen over de nieuwbouwplannen.
Het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) heeft de locatie Carolus verkocht. De nieuwe eigenaar van het terrein aan de Hervensebaan is een ontwikkelingscombinatie van AM Wonen (voorheen Amstelland MDC) en Rabo Vastgoed.
Sale and lease back Bij de verkoop is voor dezelfde constructie gekozen als in 1995 bij de locatie Groot Ziekengasthuis. Deze zogenaamde ‘sale and lease back’-constructie betekent dat het JBZ de locatie nu gaat huren tot aan 2011. Tegen die tijd moet het JBZ ervoor gezorgd hebben dat het Carolusterrein kaal wordt opgeleverd. Dat betekent dat het ziekenhuis zelf zorg moet dragen voor de sloop van de gebouwen. Tot de nieuwbouw van het ziekenhuis gereed is, blijft de ziekenhuisfunctie van locatie Carolus bestaan. Eén fase De nieuwbouw was aanvankelijk gepland in twee fasen, waarbij de locatie Carolus langer zou openblijven. Doordat de verkoopopbrengst hoger is dan de
boekwaarde van het terrein, kan de nieuwbouw van het ziekenhuis nu in één fase worden gerealiseerd, onder voorbehoud dat het ministerie van VWS hiervoor toestemming geeft. Vooral voor de patiënten zal dit grote winst betekenen. Zij hoeven dan na de geplande opening in 2009 nog maar naar één plek in ’s-Hertogenbosch. Woonwijk De combinatie AM-Wonen en Rabo Vastgoed wil na 2010 ongeveer 350 woningen gaan bouwen op het terrein. Men ziet kansen voor een groen woon- en verblijfsgebied, dat goed aansluit op de wegenring van ’s-Hertogenbosch en op station Oost.
De locatie Carolus is verkocht volgens een ‘sale and lease back’-constructie.
BI
Cura, jaargang 2, nummer 1 | 3
(advertenties)
Gerda Rouvoet
Stichting Voorzieningen Lichamelijk Gehandicapten (VLG)
“Mijn leven, mijn keuze”
Haarwerkspecialiste Klantenbehandeling, Kwaliteit en Discretie staan op de eerste plaats in mijn bedrijf. Leverancier van uiteenlopende haarwerken (pruiken) heren, dames en kinderen Specialisatie van uiteenlopende technieken Landelijk erkend door het Ministerie van Volksgezondheid en Sport Top Haarwerkers Gilde Nederland
Heeft u te maken met een Niet Aangeboren Hersenletsel of een lichamelijke-, meervoudige handicap en heeft u vragen op het gebied van vrijetijdsbesteding, werk of wonen? Stichting VLG bekijkt samen met u wat uw wensen en mogelijkheden zijn en samen komen wij tot een vorm van ondersteuning die zo goed mogelijk bij uw vraag aansluit. Ondersteuning wordt in vele variaties geboden. Bij u thuis of op één van de locaties verspreid in de regio Noordoost-Brabant.
Erkend leverancier Erkenningsregeling HEI Erkend leverancier ziekenfonds en particulier Erkend leerbedrijf K.O.C. Tel. 073 - 6568652 Tel. 06 - 51069595
www.gerdarouvoet.nl
[email protected]
Stichting VLG Berlicumseweg 8 5248 NT Rosmalen tel: 073 691 09 80
[email protected] www.stichting-vlg.nl
HED I K HUI ZERW EG 9
W W W. L I V I T. N L
DEN BOSCH
T EL (073) 6 2 7 9 2 0 0
Blijven genieten. LIVIT PRO-& ORTHESEN
TOORNEND SCHOENEN
VOLANTE KOUSEN
LIVIT Orthopedie is met 36
zoals pro- & orthesen, ortho-
voor de juiste oplossing voor
voor al uw orthopedische
vestigingen landelijk actief in
pedische maatschoenen en
iedere functiebeperking; zowel
hulpmiddelen.
het aanmeten en leveren van
therapeutische elastische kou-
confectie als maatwerk.
orthopedische hulpmiddelen,
sen. Onze vakmensen zorgen
LIVIT Orthopedie: hét adres
STREVEN NAAR GOED LEVEN.
4 | Cura, jaargang 2, nummer 1
Patiënten met een cerebrovasculair accident (CVA, ook wel herseninfarct) krijgen doorgaans met verschillende zorgorganisaties te maken: huisarts, ziekenhuis, revalidatiecentrum, verpleeg- of verzorgingshuis en/of thuiszorg.
Schakels uit de ketenzorg In de regio ’s-Hertogenbosch hebben deze organisaties zich gebundeld in de CVA zorgketen. Zij hebben afspraken gemaakt over het diagnosticeren, behandelen en begeleiden van patiënten. Maanden in ziekenhuisbed Marian van Zagten, neuroloog in het Jeroen Bosch Ziekenhuis, over de zorgketen: “De zorg is inhoudelijk door de verschillende organisaties op elkaar afgestemd en de doorstroming is verbeterd. Voorheen lag een patiënt wel eens twee maanden in een ziekenhuisbed, omdat er geen plaats was in een verpleeghuis. Om de doorstroming te verbeteren, zijn er afspraken gemaakt met verpleeghuizen en Revalidatiecentrum Tolbrug over de opname van CVA-patiënten. Daarnaast is er op onze verpleegafdeling een verpleegkundige, Carla van de Griend, die de zorg rondom deze patiënten coördineert. Vanaf het moment dat de patiënt binnenkomt, bekijkt zij samen met de betrokkenen wat de volgende stap wordt, na de ziekenhuisopname. Dat leidt tot een snellere doorstroming én een duidelijke verbetering van de kwaliteit van zorg.” Volgens Van Zagten is het wel zaak om de zorgketen in de gaten te houden: “We moeten veel aandacht aan de borging besteden, anders valt de keten snel uiteen.” Huisbezoeken Vivent Thuiszorg is één van de schakels uit de keten. Manager Gespecialiseerde Verpleging Ton Vissers: “Wij garanderen nu bijvoorbeeld dat CVA-patiënten worden geholpen, zonder dat ze hoeven te wachten. Daarnaast leggen we desgewenst huisbezoeken af aan CVApatiënten.” Neurologieverpleegkundige Leny van Haag: “Patiënten geven zelf aan of ze behoefte hebben aan de huisbezoeken. Eenmaal thuis, komen er bij een patiënt vaak vragen naar boven die er in het ziekenhuis, verpleeghuis of revalidatiecentrum nog niet waren. En de gevolgen van een CVA zijn vaak ingrij-
Verpleegkundige Carla van de Griend coördineert in het ziekenhuis de zorg rond CVA-patiënten.
pend. Soms laat het geheugen verstek gaan en vaak is er de angst voor herhaling, ook bij de familieleden.” De huisbezoeken hebben een ondersteunende en signalerende functie. Als Leny ziet dat het niet goed gaat met een patiënt, kan ze ervoor zorgen dat hij wordt teruggeplaatst in de keten. In de keten moesten goede afspraken worden gemaakt over de verwijzing van patiënten. Vissers: “In het begin werden niet alle patiënten aan ons doorgegeven. Maar dat is nu al veel beter.” Niet alleen ‘revalideerbare’ patiënten Verpleeghuis Liduina (Zorggroep Elde) in Boxtel heeft zich ook bij de keten aangesloten. Verpleeghuisarts Bart van Lange: “Het grote verschil is dat we nu álle CVA-patiënten opnemen. Voorheen selecteerden we alleen revalideerbare patiënten, die nog zicht hadden op terugkeer in de thuissituatie. Nu zien we dat
we ook voor de zwaardere patiënten best nog wat kunnen betekenen.” Van Lange merkt dat door de afspraken in de zorgketen, de informatievoorziening beter is en de zorg in de verschillende instellingen uniformer. “Dat is onder andere te danken aan het transmurale overdrachtsdossier dat wordt gebruikt.” Waar volgens hem meer aandacht aan besteed kan worden, is de dagbehandeling in het verpleeghuis: “De verwijsfunctie naar de dagbehandeling zou beter kunnen. Het grote voordeel van de dagbehandeling is de multidisciplinaire aanpak, waarbij we veel aandacht besteden aan problemen waar mensen thuis tegenaan kunnen lopen.” SBR
Cura, jaargang 2, nummer 1 | 5
In heel de gezondheidszorg wordt gewerkt aan de kwaliteit van zorg. Dat geldt ook voor de ongeveer zeventig laboratoria voor pathologie die Nederland rijk is. Het laboratorium van het Jeroen Bosch Ziekenhuis is het vijfde in Nederland dat het kwaliteitskeurmerk van het CCKL ontvangt.
Laboratorium gecertificeerd doen en wanneer wij, wie, welke informatie sturen en waarom.”
ment is nu voor iedereen onmiddellijk toegankelijk, niemand werkt dus meer met verouderde documenten.”
Documentatie De verregaande protocollering vraagt om een goede documentatie. Het lab werkt met het DKS (Documentenbeheer voor Kwaliteitssystemen). Van Weerden: “Met DKS is er volledige beschikbaarheid op allerlei werkplekken. Een vernieuwd docu-
Patholoog Jan Broekman vindt het voldoen aan een geaccrediteerd kwaliteitssysteem vooral belangrijk “om te kunnen aantonen wat je doet en dat je dat goed doet, met een kwaliteitskeurmerk.” BI
(advertentie)
Jan Broekman (links) en Theo van Well nemen het kwaliteitscertificaat in ontvangst.
Het Laboratorium voor Pathologie van het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) werkt ook voor Ziekenhuis Bernhoven en voor huisartsen in de regio. Op 30 november 2004 is het lab geaccrediteerd door de CCKL, een stichting die zich bezighoudt met de bevordering van de kwaliteit van laboratoriumonderzoek. Voordelen Clustermanager Theo van Well: “Doordat alle procedures en afspraken vastliggen in één systeem is er veel meer duidelijkheid voor alle medewerkers. Dit betreft niet alleen werkvoorschriften maar ook
6 | Cura, jaargang 2, nummer 1
procedures met betrekking tot beleid, personeelsmanagement, veiligheid etc..” Kwaliteitsfunctionaris Pieter van Weerden: “Je kunt sneller iets terugvinden en er zijn meer ijkmomenten. Ook het inwerken van nieuwe medewerkers is eenvoudiger nu alles is geprotocolleerd. Een mooi voorbeeld van de voordelen van de protocollaire kwaliteitsborging is de uitwisseling van gegevens tussen het laboratorium, de GGD en de huisartsen in het kader van het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. Wij kunnen nu precies aantonen wat we doen en hoe we dat
Oudere patiënten kunnen bij een ziekenhuisopname nogal eens de kluts kwijt zijn. Voor henzelf, maar ook voor familie en vrienden is dat een angstaanjagende ervaring. Vaak denkt men dat hun dierbare dement is geworden, maar sinds kort wordt deze toestand herkend als een delier.
De aanwezigheid van bijvoorbeeld de eigen bril en wekker
Delier:
zorgt voor een vertrouwde omgeving voor de patiënt.
angstaanjagende ervaring Jeroen Gorrissen van de afdeling Algemene Chirurgie legt uit: “Een delier is een staat van verwardheid, die vooral voorkomt bij patiënten ouder dan zeventig jaar. Hierbij kunnen fysieke oorzaken zoals koorts, pijn, ondervoeding, medicijnwisselingen en slechtziendheid een rol spelen. Maar ook factoren als stress, angst en oververmoeidheid hebben invloed. Deze staat van verwardheid is géén dementie, het gaat gewoon weer over. We herkennen deze gemoedstoestand nu beter en weten wat we eraan kunnen doen.” Gedragsverandering De benadering van de potentieel delirante patiënt heeft een gedragsverandering van de hele afdeling gevergd. Verpleegkundig coördinator Kemper: “Je bent alert op wat een patiënt eet en drinkt. Je let op aanwezigheid van bril, gehoorapparaat, de eigen wekker, of het eigen horloge. Je hangt een kalender op een zichtbare plek en zorgt ervoor dat de patiënt zoveel mogelijk met dezelfde verpleegkundige te maken heeft. Door deze protocollaire maatregelen is er veel verbeterd, zowel in de uitvoering als in de
samenwerking met de artsen. Schreeuwende, infuusuittrekkende delirante patiënten hebben we hier bijna niet meer.” Lastige diagnose Maar een delier komt niet alleen voor bij een ziekenhuisopname. In de thuissituatie, of in de verpleeg- en verzorgingshuizen kan een delier zich net zo goed voordoen en wordt het lang niet altijd als zodanig herkend. Verpleegkundig specialist Geriatrie Miran van Eijk: “Kenmerk van een delier is het wisselende verloop. Daardoor is de diagnose voor huisartsen, die de patiënt slechts kort zien, vaak moeilijk te stellen.” Preventief ingrijpen Van Eijk: “In de ziekenhuizen, op de afdelingen waar medewerkers specifiek zijn geschoold, wordt de risicopatiënt eerder herkend. Daar wordt inmiddels veel eerder preventief ingegrepen. Bovendien wordt er nauwkeuriger verslag gedaan wanneer een patiënt delirant geworden is. Wanneer de geriater in zo’n geval gebeld wordt, kan deze uitstekend geïnformeerd worden. Tenslotte is ook de informatievoorziening aan de familie erg verbeterd.”
Klink van de hemelpoort Daar kan mevrouw van Doormale over meepraten. Twee keer al kreeg haar man een delier. “Je schrikt ontzettend, zo’n eerste keer’, vertelt ze, “maar ze hebben me uitgelegd wat een delier is. Dat stelde me onmiddellijk gerust. En het gaat snel weer over, binnen enkele dagen was hij weer de oude.” Bij zijn tweede delier werd ze ’s morgens vroeg gebeld. Ze spoedde zich naar het ziekenhuis en trof er een paniekerige echtgenoot aan, die haar niet eens herkende. ”Maar hij werd wel rustig vanaf het moment dat ik er was. Ik heb z’n hand vastgehouden en ben de hele dag gebleven. Naderhand is gebleken dat hij er zich van bewust was, dat hij ‘even weg’ was geweest. Hij zegt zelf: ‘Ik weet af en toe niet meer wat ik aan het doen ben’. Als er een hemelpoort is, dan heeft mijn man de klink al meerdere keren in zijn hand gehad.” BI Op 23 mei organiseert de afdeling Chirurgie van de locatie Groot Ziekengasthuis het symposium ’De zorg om de potentieel delirante patiënt’. Zie ook de Agenda op pag. 19.
Cura, jaargang 2, nummer 1 | 7
wissel column
Zorg is vol zin In zorg gaan zorgzaamheid en bezorgdheid samen zoals handen en hart. Zorg is vol zin. Maar zin of geen zin hebben in zorg is eerst een eigentijdse kwestie. Eeuwen lang werd zorg eenvoudigweg opgevat als plicht - de plicht die eenieder kon overkomen in wiens omgeving een zieke of oude zorg behoefde. En omdat gezinnen meesttijds hecht en groot waren, maakte een zieke of oude daarvan op natuurlijke wijze deel uit. Voor zover zieken of ouden toch niet thuis verzorgd konden worden, bekommerden anderen zich om hen. Veelal uit roeping. Tegenwoordig wordt zorg veeleer overgedragen aan deskundigen. Zij beoefenen zorg als beroep. Toch stel ik mij voor, dat velen ook heden hun beroep tevens als roeping ervaren. In het zorgberoep trilt de zorgroeping mee. Talent tot zorgen wordt zo vervulling van levenszin. Zieken of ouden bezoeken is iets anders dan zieken of ouden verzorgen. Bezoeken is even, verzorgen is steeds. Verzorgen gebeurt niet slechts met de handen maar ook met het hart, niet slechts deskundig omtrent het te verzorgen lijf maar ook deskundig omtrent de te verzorgen geest. Beide deskundigheden gedijen alleen in liefde, in liefdevolle nabijheid die geduld en troost met zich meevoert. Wie kent God? De mens die in liefde verzorgt, heeft weet van God. De kwaliteit van een samenleving toont haar hoogte van beschaving naar de maat waarmee zij over zieken en ouden denkt en met zieken en ouden omgaat. Verzorging van zwakken is de haar te nemen maat. Dit beduidt in enen dat een samenleving, die zich zelf acht, verzorgers hoog acht. Want het is hun roeping in bekwaamheid Gods liefdesgebod gestalte te geven. In de allerzwaksten, blijvende evenbeelden van God, licht Hij Zelf het allermeest op. Eerbied voor hen is eerbied voor God. Verzorging van hen is de kus van Gods mond. Antoine Bodar
8 | Cura, jaargang 2, nummer 1
[w.v.t.t.k.]
1500ste Joint Care patiënt
Onlangs nam de vijftienhonderdste patiënt deel aan het gezamenlijk herstelplan van de afdeling Orthopaedie van het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ), loc. Groot Ziekengasthuis. Dit herstelplan, waarin een aantal patiënten samen een revalidatieprogramma doorloopt, wordt ook wel Joint Care genoemd. De geprotocolleerde behandeling van mensen die een heup- of knievervangende operatie moeten ondergaan, is gestart in maart 1998. De behandeling heeft geleid tot verhoging van de kwaliteit van zorg en tot verkorting van de ligduur. De patiënten blijken bij navraag tevreden te zijn. In navolging van het succes in het JBZ, werken al vele Nederlandse en Europese ziekenhuizen met dit verpleegsysteem. Voor meer informatie over Joint Care kunt u contact opnemen met Leo Peters, unithoofd Orthopaedie, tel. (073) 699 25 01.
(advertentie)
Verwersstraat 15C 5211 HS 's-Hertogenbosch t.073-6144777 f.073-6124185
w w w.v e n n i x i n t e r i e u r o n t w e r p . n l
BETER
HUIS
K E N N I S
&
W E T E N S C H A P
Galvanische vestibulaire stimulatie is een testmethode voor het evenwichtsorgaan om functiestoornissen beter te lokaliseren. Op 17 september 2004 promoveerde KNO-arts Susanne Balter op deze testmethode. Doelstelling van haar onderzoek was om een galvanische test te ontwikkelen voor een brede, klinische toepassing.
Galvanic-induced Body Sway De galvanische vestibulaire stimulatie geeft de mogelijkheid om het linker en rechter evenwichtssysteem apart te stimuleren en het maakt, volgens de huidige literatuur, onderscheid tussen de functie van het evenwichtsorgaan en de zenuw. HO U D I N G S C O N T R O L E Het evenwichtssysteem is een multisensorisch systeem. De drie belangrijkste pijlers zijn het zien, de propriocepsis (het voelen) en het evenwicht. De informatie van deze pijlers wordt geïnterpreteerd in het centrale zenuwstelsel dat daaruit leert, eraan adapteert en compenseert. Het evenwichtssysteem zorgt voor een optimale beeldstabilisatie, houdingscontrole en ruimtelijke oriëntatie. Het onderzoek waarover mijn proefschrift rapporteert, concentreert zich op houdingscontrole. LI C H A A M S Z W A A I Het evenwichtsorgaan is aan beide kanten in het rotsbeen gelegen en is het meest nauwkeurige systeem van alle sensorische informatie voor instandhouding
van het houdingsevenwicht. Bij galvanische vestibulaire stimulatie wordt middels elektroden, die achter de oren en in de nek worden geplaatst, een door de computer gecontroleerde elektrische (galvanische) stimulus gegeven. Dit heeft een lichaamszwaai tot gevolg (body sway). Met behulp van een krachtenplatform wordt deze lichaamszwaai berekend in graden. TU R N S T E R S E N W A G E N Z I E K E N Allereerst werd de testmethode gestandaardiseerd. We zagen dat er gewenning aan de stimulus optrad, waardoor bij herhaling van de test de reacties, lichaamszwaai, steeds verder afnamen. Van dit interessante fenomeen bestudeerden we het voorkomen bij wagenzieken en turnsters. Van de wagenzieken werd verwacht dat ze mogelijk langzamer zouden gewennen aan de stimulus en van de turnsters werd verwacht dat ze mogelijk sneller zouden gewennen. Antwoord op deze vragen zou een bijdrage kunnen leveren aan de behandelingsmogelijkheden voor de groep wagenzieken.
PAT I Ë N T E N M E T E E N V E S T I B U LAIR SCHWANNOOM
Om een antwoord te krijgen op de vraag waar de stimulatie nu precies aangrijpt, bestudeerden we als laatste patiënten met een vestibulair schwannoom (een tumor uitgaande van de evenwichtszenuw). De patiënten werden voor en na een operatie - verwijdering van de tumor met doorsnijding van de evenwichtszenuw - getest. RE S U LTAT E N De resultaten toonden dat een continue 1-cosinus stimulatie van 0,5 Hz en 2 mA de meest reproduceerbare responsies gaf. De gewenning aan de stimulus bleek niet gerelateerd aan wagenziekte of intensieve motorische training, zoals in de turnsport. Dit betekent dat beide groepen een vergelijkbaar vermogen hebben om een irrelevante, niet bewegingsziekte-provocerende, galvanische stimulus te negeren als gezonden. De Lees verder op pagina 10 > Cura, jaargang 2, nummer 1 | 9
K E N N I S
&
W E T E N S C H A P
Susanne Balter
Vervolg van pagina 9 >
resultaten bij de patiënten met een vestibulair schwannoom toonden dat er pre-operatief geen significante verschillen waren tussen patiënten en gezonden. Post-operatief blijkt de aangedane zijde echter wel significant verminderd prikkelbaar. De geopereerde zijde, met doorsnijding van de evenwichtszenuw, bleek echter niet in alle gevallen onprikkelbaar, wat betekent dat er ook een zekere prikkeling van het centrale evenwichtssysteem optreedt. Dit laatste was tot dat moment nooit eerder in de literatuur beschreven. Samenvattend maakt de ontwikkelde stimulatie- en analysemethode klinische toepassing van de galvanische test mogelijk. Gewenning aan galvanische stimulatie is mogelijk het gevolg van een leerproces, wat echter niet gecorreleerd is aan fenomenen als wagenziekte en intensieve evenwichtstraining. Tot slot beïnvloedt galvanische stimulatie het vestibulair systeem zowel perifeer als centraal. Susanne Balter, Keel-, Neus- en Oorarts.
10 | Cura, jaargang 2, nummer 1
In de media is de laatste tijd veel ophef over dure medicijnen. Het gaat dan vooral om levensverlengende medicijnen voor kankerpatiënten. Ziekenhuizen zouden niet genoeg geld hebben om dure medicijnen te gebruiken. NRC Handelsblad kopte op 12 februari zelfs ‘Ziekenhuis verbiedt dure medicijnen’. Maar wat is duur? Is drie weken langer leven voor € 15.000,- duur?
Drie weken langer leven voor In het actualiteitenprogramma Nova vertelde een arts onlangs dat veertig procent van de ziekenhuizen deze dure medicijnen niet aan haar patiënten verstrekt. De hele discussie suggereert dat de patiënt zelf op zoek moet naar het ziekenhuis dat de beste medicijnen levert. Hans Pruijt is als internist werkzaam in het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ). Als eerste wil hij graag kwijt “dat het Jeroen Bosch Ziekenhuis deze medicijnen vooralsnog wèl verstrekt voor de behandelingen die het aanbiedt.” LANDELIJKE VERSCHILLEN Pruijt: “Er is een speciale lijst voor dure geneesmiddelen. Wanneer een middel eenmaal op deze lijst staat, kunnen verzekeraars deze middelen vergoeden tot maximaal vijfenzeventig procent. Maar dit is geen landelijke regel. Er zijn ook verzekeraars die maar dertig procent vergoeden en andere vergoeden helemaal niets. De overblijvende
percentages, en dat gaat om flinke bedragen, moet het ziekenhuis zelf betalen. Dat is ook één van de problemen, want dat geld is er vaak niet. Wanneer de beroepsgroep vindt dat een specifiek medicijn bij een bepaalde behandeling zijn waarde heeft aangetoond, dan vind ik dat de vergoeding voor die behandeling volledig en landelijk hetzelfde zou moeten zijn.” NOODZAKELIJKHEID Pruijt heeft zitting in de landelijke commissie BOM (Beoordeling Oncologische Middelen), die nieuwe, dure geneesmiddelen beoordeelt op hun werkzaamheid. Hierbij wordt gebruik gemaakt van vooraf vastgestelde criteria die door de beroepsgroep zijn goedgekeurd. “Het gaat vooral om dure medicijnen voor specifieke vormen van kanker. In deze beoordeling worden de kosten van het geneesmiddel niet meegenomen omdat wij vinden dat wij als artsen niet op de stoel van
K E N N I S
&
W E T E N S C H A P
Rituximab is een duur geneesmiddel bij de behandeling van een Non-Hodgkin lymfoom.
Beroepsgroepen in de gezondheidszorg ondergaan momenteel grote veranderingen. Zo kan iedereen te maken krijgen met een nurse practitioner, een physisian assistent en een verpleegkundig specialist.
€ 15.000,-? de politiek moeten gaan zitten. Over de noodzakelijkheid van een behandeling kun je van mening verschillen. Ik vind dat je voor een behandeling met curatieve intentie meer mag investeren dan in de palliatieve fase. Bij palliatieve zorg staat, naast levensverlenging, veel meer de kwaliteit van leven voorop. Maar is drie weken langer leven € 15.000,- waard? Of zes weken? Of…?” VERZEKERD? Pruijt vindt dat budget nooit een argument mag zijn voor het onthouden van aangetoonde effectieve behandelingen. Dit standpunt wordt gedeeld door de Raad van Bestuur van het JBZ. “Dat ongewisse budget is nu juist de reden dat men verzekerd is. De verzekeraar moet de belangen van de verzekerden dienen, maar de zorg voor de patiënt wordt onder druk gezet door financiële argumenten.” BI
Het grijze gebied tussen care en cure Sissi Grosfeld is als nurse practitioner werkzaam bij het cluster Chirurgie voor de oncologische patiënten. “Ik werk op de polikliniek Mamacare. Dit houdt in dat ik bij vrouwen met borstproblematiek de medische intake doe en vervolgonderzoek coördineer. Samen met de chirurg spreek ik het beleid af. Ik neem anamneses af en doe lichamelijk onderzoek. Ook verricht ik medische handelingen, zoals het puncteren van wonden. Verder begeleid ik patiënten na een ‘slecht nieuws gesprek’. Als nurse practicioner combineer ik medische en verpleegkundige taken.” TOTALE OUDERENZORG Miran van Eijk volgde de opleiding tot verpleegkundig specialist met als afstudeerrichting ouderenzorg. Ze is werkzaam voor het cluster Geriatrie, maar is betrokken bij de totale ouderenzorg in het Jeroen Bosch
Ziekenhuis. “Mijn functie heeft globaal vijf taakgebieden. De eerste is de directe patiëntenzorg, waarvoor ik zorgprogramma’s ontwikkel en ondersteuning bied bij de verpleegkundige spreekuren. De tweede is deskundigheidsbevordering van verpleegkundigen. Dan is er het verpleegkundig consulentschap. Wanneer bijvoorbeeld een patiënt ergens in het JBZ een delier krijgt, kunnen verpleegkundigen en artsen mij om advies vragen. Het vierde taakgebied bestaat uit innovatie en zorgbeleid en als laatste implementeer ik verpleegkundig onderzoek. Ik richt mij niet direct op patiënten, maar meer op verpleegkundigen die ouderen verplegen. In tegenstelling tot de nurse practicioner en de physician assistant heb ik totaal geen medische taken.” Lees verder op pagina 12 >
Cura, jaargang 2, nummer 1 | 11
K E N N I S
&
W E T E N S C H A P
Neeltje Libotté is physician assistant.
Vervolg van pagina 11 >
ONDERZOEK EN DIAGNOSE Neeltje Libotté volgt op dit moment de masteropleiding tot physician assistant. Ze is werkzaam binnen het specialisme Reumatologie. “Het takenpakket van physician assistants bestaat uit het verrichten van lichamelijk onderzoek en het stellen van een diagnose. Verder voeren zij operaties uit onder supervisie van een arts en behandelen zij aandoeningen. Het uitvoeren van medisch-technische handelingen is ook een taak van de physician assistant. Voor patiënten is physician assistant een moeilijke term. Ik vertel ze dat ik in opleiding ben bij de reumatologen. Ik zeg wel eens dat ik ondersteunend geneeskundige ben, al dekt dat niet exact de lading.” JB/OT
‘Taakherschikking’ > De nieuwe beroepen komen onder andere voort uit verschuiving van verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Deze zogenaamde ‘taakherschikking’ vindt zijn oorsprong in een verondersteld tekort aan medisch specialisten. Alhoewel de drie nieuwe beroepen een daadwerkelijke bijdrage leveren aan de kwaliteit van zorg, is het in de praktijk nog niet altijd duidelijk wie waarvoor verantwoordelijk is.
12 | Cura, jaargang 2, nummer 1
Nieuwe en vertrekkende specialisten Nieuwe specialist Naam: drs. A.T.C. van der Weij (Annemieke) Specialisme: Kindergeneeskunde Studie: Geneeskunde te Leiden (1988 - 1995) Specialisatie: Kindergeneeskunde in Leiden/Den Haag (1997 - 2003). Hierna subspecialisatie kinderhematologie/-oncologie in UMC St. Radboud te Nijmegen. Bijzonder aandachtsgebied: kinderhematologie/-oncologie. Waarom het Jeroen Bosch Ziekenhuis: Mooie combinatie van interessante en uitdagende vakinhoudelijke kant met opleidingsaspecten, plus de prettige sfeer.
Afscheid psychiater Van Waalwijk van Doorn Op 27 januari 2005 heeft de heer Van Waalwijk van Doorn, als psychiater in dienst van de GGZ en werkzaam in het Jeroen Bosch Ziekenhuis, zijn praktijk beëindigd. Hij is gebruik gaan maken van de OBU-regeling.
[w.v.t.t.k.]
Geen Spoedeisende Hulp meer op locatie Liduina
Formeel is er reeds sinds 1988 geen afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) meer op de locatie Liduina van het Jeroen Bosch Ziekenhuis (toen nog Liduina Ziekenhuis). Desondanks komen tot op de dag van vandaag patiënten naar de locatie Liduina met spoedeisende hulpvragen. Verantwoorde medische en verpleegkundige spoedeisende zorg kan hier echter niet worden gegarandeerd. Daarom is besloten dat vanaf 15 maart 2005 geen patiënten meer voor spoedeisende hulp op de locatie Liduina worden behandeld. Zij worden vanaf die datum verwezen naar de SEH-afdelingen van de locaties Carolus en Groot Ziekengasthuis.
Onder de titel ICT Werkt in de Zorg is in 2002 in het Jeroen Bosch Ziekenhuis een grootschalig project van start gegaan. Het ontwikkelen van elektronisch leren (e-learning) was één van de belangrijkste doelstellingen binnen dit project, dat financieel wordt ondersteund door het Europees Sociaal Fonds.
Onderwijs per computer Vanwege het internationale karakter van dit project werd opgedane kennis en ervaring uitgewisseld met partners uit Italië en Frankrijk. Dat gebeurde op een ‘transnational meeting’ in december 2004. Het
project wordt in mei afgesloten met een symposium, waarin teruggeblikt wordt op de afgelopen drie jaar en de daarin behaalde resultaten.
>
Het afsluitende symposium van ICT Werkt in de Zorg is op 21 april 2005. Gastspreker
is Coen J.M. Free, voorzitter College van Bestuur Koning Willem I College te ’s-Hertogenbosch. Zie de agenda op pag. 19 voor meer informatie.
Inmiddels is e-learning een belangrijke vorm van onderwijs geworden. Daarom zal op het symposium ook vooruitgekeken worden naar de mogelijkheden die ICT en onderwijs voor het Jeroen Bosch Ziekenhuis kunnen betekenen. BI
U ZEGT
Tijdens de transnational meeting werden ervaringen uitgewisseld met partners uit Italië en Frankrijk.
(advertentie)
V IVENT STAAT VOOR: • Kraamzorg • Jeugdgezondheidszorg • Cursussen en servicediensten • Verpleeghuiszorg • Verzorgingshuiszorg • Thuiszorg • Voeding en dieet • Alarmering • Thuiszorgwinkels • Maaltijdservice
één nummer voor alle diensten
0900 515 25 35
Voorheen Thuiszorg regio ’s-Hertogenbosch en Dimens
Donorregistratie Onlangs stemde de tweede kamer tegen het wetsvoorstel voor een Actief Donor Registratiesysteem (ADR). Dit systeem houdt in dat mensen na hun overlijden automatisch donor worden, tenzij zij hebben aangegeven dat niet te willen. De Tweede Kamer vindt dat deze beslissing door mensen zelf genomen moet worden. Wat vindt u? De heer Swank, huisarts in Zaltbommel, staat naar eigen zeggen “merkwaardig ambivalent ten opzichte van ADR. Als huisarts word je min of meer verondersteld hier een duidelijk standpunt over te hebben, maar dat heb ik niet. Natuurlijk is het heel erg belangrijk dat iemand zijn of haar organen doneert. Aan de andere kant vind ik dat een stervensproces zo rustig en passief mogelijk dient te verlopen. Voor de nabestaanden kan zo’n naderende donatie toch onrust teweegbrengen. Het voorstel van Hoogervorst, die opperde om bij transplantaties voorrang te geven aan orgaandonoren, heeft in al z’n ruwheid ook wel iets. Logisch gesproken moet je wel heel erg voor actieve donorregistratie zijn.”
Postbus 1700, 5200 BT ’s-Hertogenbosch • www.vivent.nl
Cura, jaargang 2, nummer 1 | 13
Kanker. Het is een ingrijpende ziekte. Behandelingen zijn vaak langdurig en intensief, zowel lichamelijk als emotioneel. Het is voor (ex-)patiënten vaak moeilijk om hun leven weer op te pakken en door te gaan met alledaagse dingen, zoals werken en boodschappen doen.
Op zoek naar herstel en balans Samen met het Vicki Brownhuis en het Integraal Kankercentrum Zuid biedt het Jeroen Bosch Ziekenhuis het landelijke Herstel & Balans-programma aan. Het is een multidisciplinair programma waarbij onder meer fysiotherapeuten, verpleegkundig specialisten Oncologie, psychologen en maatschappelijk werkers betrokken zijn. Sociaal, geestelijk en lichamelijk (Ex-)kankerpatiënten die aan Herstel & Balans deelnemen, komen in een groep van acht deelnemers. Drie maanden lang volgen zij een programma dat zich richt op sociaal, geestelijk en lichamelijk herstel. Naast conditie- en krachttraining onder begeleiding van fysiotherapeuten, is er eens in de twee weken een themabijeenkomst, waarin met name psychosociale aspecten aan bod komen. Het doel is niet om mensen te zeggen hoe ze dingen moeten aanpakken.
Deelnemers krijgen handvatten aangereikt, zoals bepaalde ontspanningstechnieken, waarmee ze na afsluiting van het programma blijven werken aan hun herstel en balans. Bij een aantal bijeenkomsten worden ook partners en andere naasten van de deelnemers betrokken. Voor hen zijn de gevolgen namelijk ook vaak ingrijpend. Uit metingen en een enquête blijkt, dat het programma haar nut heeft bewezen. Spierpijn van het lachen Een belangrijk element van het Herstel & Balans-programma is het lotgenotencontact. Het loopt als een rode draad door het programma. Dit wordt benadrukt als ik in de pauze van de conditietraining aanschuif bij een Herstel & Balans-groep. ‘Het onderlinge contact’, is het eerste wat wordt gezegd als ik vraag wat de deelnemers het belangrijkste vinden. De verschillende extreem korte (advertentie)
14 | Cura, jaargang 2, nummer 1
kapsels maken zonder omhaal duidelijk waarom deze mensen hier zijn. De grote gemene deler wordt als zeer waardevol ervaren. “Hier kun je je verhaal kwijt bij mensen die het echt begrijpen, omdat ze hetzelfde meemaken.” Sommigen vinden het programma extreem zwaar, anderen putten er juist energie uit. Eén opmerking speelt nog een paar dagen door mijn hoofd: “Spierpijn van het lachen”, verzucht één deelneemster. “Ik heb in tijden niet meer zo gelachen!” SBR
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met één van de coördinatoren van Herstel & Balans in het JBZ: Patricia Hendricks, tel. (073) 699 22 44 of (073) 699 88 18, e-mail:
[email protected]. Sylvia Verhage, tel. (073) 699 63 30, e-mail:
[email protected]. U kunt ook kijken op www.herstel-en-balans.nl.
“Decubituspreventie is gewoon basiszorg!”
Decubitus op weg naar landelijke norm In 2004 heeft het Jeroen Bosch Ziekenhuis een project uitgevoerd om decubitus bij patiënten te verminderen. Het project heeft positieve resultaten opgeleverd. Het aantal mensen met doorligwonden is sinds mei 2004 afgenomen van 8,4 naar 5,7 procent.
Dan worden er interventies bedacht en uitgevoerd. Bij elke volgende meting - er wordt voortdurend gemeten - wordt vastgesteld of die interventies resultaat hebben gehad. Zo niet, dan stoppen we ermee; zijn er wèl resultaten geboekt, dan gaan we ermee door.” Van Wezel wijst op het belang van een ziekenhuisbrede aanpak. “Op deze manier ontstaat een gezamenlijk doel en gaan afdelingen elkaar stimuleren. Je merkt dat elke bijeenkomst inspireert. Men denkt ‘Als het op die afdeling lukt, waarom zou het dan bij ons ook niet lukken?’ Ook nu het project is gestopt, gaan de interventies door. En dat is te danken aan het enthousiasme van de afdelingen en de teams.”
Decubituspreventie behoort tot de basiszorg.
Decubitus kent een graduele indeling. Bij de eerste graad spreekt men van rode vlekken op het lichaam. In de stadia 2 tot en met 4 is sprake van wonden in steeds ernstiger mate. De landelijke norm voor ziekenhuizen is dat minder dan 5 procent van de opgenomen patiënten decubitus mag hebben. Onlangs is besloten om eerste graad decubitus niet meer op te nemen in de tellingen. Cijfers Maar wat zeggen cijfers nu eigenlijk? Elk ziekenhuis schermt met cijfers, sommige meten mèt en andere weer zonder de eerste graad decubitus. Bovendien verschilt de manier van meten
nogal eens. Projectleider Peter van Druten: “Je weet inderdaad vaak niet waar die cijfers voor staan. Een vergelijking met andere ziekenhuizen is dus nauwelijks te maken. Maar we doen het als JBZ niet slecht. Wij zijn namelijk het enige ziekenhuis dat decubitus ziekenhuisbreed aanpakt met behulp van de doorbraakmethodiek. We zijn zelfs gevraagd een voorbeeldpresentatie te houden voor de landelijke commissie van het project Sneller Beter.” Doorbraakmethode Van Druten licht de doorbraakmethode toe: “Elke afdeling heeft zijn eigen project en doet een eigen een nulmeting.
Verantwoordelijkheid van de patiënt Het JBZ scoort nu 5,7 procent. De landelijke doelstellingsnorm ligt op minder dan 5 procent. Van Wezel: ”Die norm is een grote uitdaging. Om dat percentage te halen is een complete cultuuromslag nodig. Centraal moet staan dat we de schade voor de patiënt zoveel mogelijk beperken. Decubituspreventie is gewoon basiszorg!” Van Druten: “Er zijn net 600 nieuwe matrassen besteld. Dat betekent dat de cijfers nu zouden moeten dalen. Maar ook met die matrassen gaat het niet vanzelf. Je moet wel alert blijven.” Van Wezel voegt daar nog aan toe dat de patiënt zelf ook een verantwoordelijkheid heeft. “Die moet begrijpen dat de op zichzelf onaangename wisselligging noodzakelijk is voor decubituspreventie.” BI
Cura, jaargang 2, nummer 1 | 15
In december 2004 heeft het College voor zorgverzekeringen (CVZ) het Revalidatiecentrum Tolbrug opdracht gegeven tot de uitvoering van een landelijk onderzoek naar het gebruik en effect van de NESS Handmaster bij patiënten met een cerebrovasculair accident (CVA).
Evidence based handelen in de neurorevalidatie halfzijdige verlamming, waarbij de arm meer is aangedaan dan het been. Tevens ontwikkelen patiënten vaak problemen als spasticiteit en/of pijn, al of niet in combinatie met vegetatieve stoornissen aan de verlamde zijde.
De Handmaster (illustratie: Ness Europe BV)
De Handmaster is een orthese voor de onderarm, die elektrostimulatie toepast op de buig- en strekspieren in de onderarm. Als effect wordt aangegeven een afname van spasticiteit, pijn, oedeem en contracturen van de bovenste extremiteit na een CVA. Dit effect is echter nog onvoldoende wetenschappelijk onderbouwd. Kenmerkend beeld Het CVA is de meest voorkomende oorzaak van hersenletsel en een belangrijke oorzaak van blijvende functionele beperkingen en maatschappelijke participatieproblemen in de westerse wereld. Een kenmerkend beeld is de spastische
16 | Cura, jaargang 2, nummer 1
Effectstudie In 2003 hebben K. Santegoets, agio revalidatiegeneeskunde, en dr. J.W.G. Meijer, revalidatiearts, beide werkzaam in het Revalidatiecentrum Tolbrug, besloten het gebruik van dit hulpmiddel verder te onderzoeken middels een landelijke inventarisatie. Dit gebeurde in samenwerking met de werkgroep CVA Nederland (WCN) en prof. dr. A.C.H. Geurts van het UMC St Radboud. Hiervoor werden landelijk patiënten geïncludeerd. Op dat moment ontbraken echter de middelen om het langetermijneffect van de Handmaster te onderzoeken. Mede op verzoek van de minister van VWS is er door CVZ een aanvullende opdracht gegeven aan het onderzoeksteam van Revalidatiecentrum Tolbrug voor een effectstudie naar de Handmaster. Hierdoor is het mogelijk geworden dat E. van Dun, fysiotherapeut, bij een groep patiënten het effect in kaart is gaan brengen. De projectorganisatie wordt ondersteund door het management van het Revalidatiecentrum Tolbrug.
Resultaten Met behulp van de resultaten van dit onderzoek, kan een genuanceerd beeld ontstaan van het toepassingsgebied van dit hulpmiddel in de praktijk en wordt bijgedragen aan het evidence based handelen in de revalidatiegeneeskunde. Voor de betrokken medewerkers van Revalidatiecentrum Tolbrug biedt het de mogelijkheid om landelijk contacten te leggen en onderzoekservaring op te doen. Van de extra middelen die het onderzoek genereert, kan aanvullende scholing en verder onderzoek worden gefinancierd. De resultaten van het onderzoek zullen begin 2006 beschikbaar zijn. JW Meijer, revalidatiearts
De gezondheidszorg wordt overal geconfronteerd met tekorten en
schaarste. Het motto is ‘meer voor minder’. Het hulpaanbod moet efficiënter en doelmatiger om zodoende de kosten binnen de perken te houden.
Revalidatiecentrum Tolbrug mag blijven groeien Revalidatiecentrum Tolbrug heeft het geluk dat zij, in tegenstelling tot andere instellingen in de zorg, de komende jaren mag uitbreiden. Dit betekent dat meer patiënten gebruik kunnen maken van een uitgebreider hulpaanbod. Groei > 50% De keuze voor deze uitbreiding dateert al van een aantal jaren terug. In het kader van de realisatie van de nieuwbouw in 2009, mag Revalidatiecentrum Tolbrug haar capaciteit in overeenstemming brengen met de omvang van de regio. Het revalidatiecentrum heeft toestemming om haar achterstand in de jaren tot 2009 in te lopen en dat betekent een groei van meer dan vijftig procent. Voor de medewerkers van Revalidatiecentrum Tolbrug is dit de uitdaging voor de komende jaren. Uitbreiding van poliklinische en klinische zorg Het accent ligt momenteel op de uitbreiding van de poliklinische behandeling. In 2004 is hiervan al vijftien procent gerealiseerd en voor 2005 wordt gepro-
De komende jaren kunnen meer patiënten gebruikmaken van een uitgebreider aanbod.
beerd om nog eens tien procent extra te bewerkstelligen. Daarnaast zijn er plannen om in samenwerking met Ziekenhuis Bernhoven, een poliklinisch aanbod in Oss op te starten. De uitbreiding van de klinische afdeling van 25 naar 36 bedden is gereserveerd voor de nieuwbouw in 2009, omdat daarvoor op de locatie Groot Ziekengasthuis in de komende jaren waarschijnlijk geen mogelijkheid bestaat.
verder ontwikkelt. Het accent komt voor de volwassenenrevalidatie te liggen op de neuro- en de pijnrevalidatie. Voor de kinderrevalidatie wordt de samenwerking met de Mytylschool Gabriël geïntensiveerd. Een goede samenwerking is in het belang van de revalidant en daarom wil Revalidatiecentrum Tolbrug een belangrijke schakelfunctie vervullen in de verschillende zorgketens.
Schakelfunctie in zorgketens Om de uitbreiding te kunnen waarmaken, wordt in deze maanden de huisvesting aangepast. Een andere belangrijke voorwaarde is dat het hulpaanbod zich
In Cura zullen wij de komende jaren aandacht besteden aan bestaande en nieuwe behandelprogramma’s. JV
Cura, jaargang 2, nummer 1 | 17
Op 21 april 2005 wordt de locatie Liduina van het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) in Boxtel officieel heropend. Deze opening, waarvoor de Boxtelse burgemeester Van Homelen de handeling zal verrichten, is alleen voor genodigden. Twee dagen later kan iedereen een kijkje komen nemen op de open dag.
Van facelift naar totale make-over De poliklinieken en de ring waar zij aan liggen, zijn in twee jaar tijd gerenoveerd en gemoderniseerd. Daarnaast is de inventaris vernieuwd en is er een nieuw luchtbehandelingsysteem aangelegd. De Centrale Hal, die het JBZ deelt met Zorggroep Elde, is vergroot en opgeknapt. Goed geoutilleerd Unithoofd Dagverpleging en poliklinieken Jacqueline van der Krabben: “Alle afdelingen en poliklinieken passeerden de revue in het functieverdeelplan. We hebben de ruimten efficiënter ingedeeld. En omdat we nu werken met nieuw materiaal, kunnen we ook betere zorg verlenen. Dit doet recht aan de patiënten en aan de mensen die op de
Maar uiteindelijk werd het een totale makeover.” Van der Krabben besluit: “Onze goed geoutilleerde locatie willen we natuurlijk graag aan iedereen laten zien tijdens de open dag op 23 april.” MA
Opening en open dag > De opening vindt plaats op 21 april 2005 van 17.00-19.00 uur (voor genodigden). Iedereen kan een kijkje komen nemen op de open dag op 23 april 2005 van 11.00-15.00 uur. U kunt komen kijken naar de vernieuwde poliklinieken,
locatie Liduina werken.” Verpleegkundige José Neggers: “In eerste instantie zou de locatie Liduina alleen een faceliftje krijgen.
de operatiekamer, de dagverpleging en de ruimten van de private zorg. Ook Zorggroep Elde locatie Liduina stelt haar deuren voor het publiek open.
In 1978 kwam hij uit Nijmegen, van het Radboud Ziekenhuis. Acht jaar werkte hij daar, voordat hij koos voor het Groot Ziekengasthuis (GZG) in Den Bosch. Bij het GZG, een niet-academisch ziekenhuis, lag de klemtoon op de patiëntenzorg. En daar lag ook het hart van Jansen.
Nefroloog Jansen neemt na 27 jaar afscheid
Dialyse op het heilig oog In een geanimeerd gesprek spreken we over zijn bestuurlijke functies, de maatschap, over het medicijn Epo en over hoe het ziekenhuis en de organisatie veranderd zijn. Maar het gaat Jansen uiteindelijk maar om één ding: “de zorg voor de patiënt, dat is de core business. En waar ik ook aan hecht is gelijkheid, je hebt elkaar als zorgverleners immers hard nodig. De zorg voor de patiënt is een gezamenlijke aangelegenheid!” Het heilig oog In 27 jaar zag Jansen met name vakinhoudelijk zaken verbeteren: “Vroeger had zowat elke dialysepatiënt koorts en was ziek tijdens zijn behandeling. De
18 | Cura, jaargang 2, nummer 1
dialyse was ongelooflijk primitief. Alles wat je deed, deed je zo’n beetje op het heilig oog. Er was een groot gebrek aan bewakingsmiddelen. Daarnaast zijn ook voeding en medicijnen verbeterd.” Winst Op de vraag waar dan nu nog de winst te halen valt, is Jansen duidelijk: “Er moet meer getransplanteerd worden, maar er is een tekort aan donoren. Zolang er niet meer getransplanteerd wordt, is vaker en langer dialyseren de enige manier om de zorg te verbeteren. Nachtdialyse, waar het Jeroen Bosch Ziekenhuis in januari mee is gestart, is hiervoor uitstekend geschikt.”
Een leven lang “Met dialysepatiënten heb je vaak een band. Je ziet ze twee tot drie keer per week. En sommigen ken ik al dertig jaar. Nu ik zelf ouder word, merk ik dat ik hun problemen steeds vaker mee naar huis neem.” Na een korte, peinzende stilte, besluit hij: “De meeste nierpatiënten houd je een leven lang. En hen zal ik verschrikkelijk gaan missen.” BI
Nefroloog Jansen neemt na 27 jaar afscheid van het JBZ
Agenda
COLOFON Cura is een uitgave van het Jeroen Bosch Ziekenhuis. Oplage: 2.500
In deze agenda worden bijeenkomsten vermeld,
Heropening locatie Liduina
die interessant zijn voor lezers van Cura. Hebt u
De verbouwde locatie Liduina van het Jeroen Bosch
een bijdrage voor de agenda?
Ziekenhuis in Boxtel wordt feestelijk heropend op
E-mail:
[email protected].
donderdag 21 april van 17.00 tot 19.00 uur (alleen voor genodigden). Op zaterdag 23 april kan iedereen een
Voorlichtingsbijeenkomsten
kijkje nemen in het gerenoveerde en gemoderniseerde
Onderstaand vindt u een overzicht van de voorlich-
gebouw, tijdens de open dag van 11.00 tot 15.00 uur.
tingsbijeenkomsten die zijn gepland in het tweede
Bezoekadres: Liduinahof 35, 5281 AD Boxtel.
kwartaal van 2005. Waarschijnlijk worden er nog meer gepland. Houd daarvoor de website www.jeroenbosch-
Symposium ICT Werkt in de Zorg
ziekenhuis.nl/agenda in de gaten. Hier vindt u ook
21 april 2005, 15.00 tot 20.00 uur, School voor de
meer informatie over de bijeenkomsten, die hieronder
Toekomst, Vlijmenseweg 2, ‘s-Hertogenbosch. Voor
staan vermeld. U kunt ook contact opnemen met het
medewerkers en medisch specialisten JBZ. Externen
bureau Patiëntenvoorlichting, tel. (073) 699 85 96.
alleen op uitnodiging.
te melden.
Minisymposium Osteoporose en fracturen
6 april 2005 > Bevallen op locatie Carolus, 20.30 -
26 april 2005, 16.30 - 18.30 uur, aula locatie Groot
22.00 uur, aula locatie Carolus.
Ziekengasthuis. Onderwerpen zijn onder meer:
13 april 2005 > Bevallen op locatie Groot
• maatschappelijke effecten van osteoporose;
Ziekengasthuis, 19.30 - 21.30 uur, aula locatie Groot
• opsporings- en behandelingsmethode osteoporose;
Ziekengasthuis.
• opzet van de osteoporose-fractuur polikliniek in het Jeroen Bosch Ziekenhuis;
tespatiënten, aanvang 20.00 uur, Rembrandtzaal
• detectie- en behandelprotocol.
Hoofdredacteur Sylvie Maas Eindredacteur Suzanne Bruijstens
Voor sommige bijeenkomsten dient u zich vooraf aan
19 april 2005 > Toekomstverwachtingen voor diabe-
Tekstbijdragen Mariëlle Aarts (MA) Susanne Balter Jolande Bastiaans (JB) Antoine Bodar Esther van Breugel Suzanne Bruijstens (SBR) Frans Croonen Berend Immink (BI) Marjolein Jacobs (MJ) Sylvie Maas (SM) Jan-Willem Meijer Jan Verbaal (JV)
locatie Carolus.
U kunt zich aanmelden via de aanmeldingskaart die u
23 april 2005 > Informatiebijeenkomst leveraandoe-
per post ontvangt. Eventueel kunt u een aanmeldings-
ningen, 10.30 - 15.45 uur, aula locatie Willem-
kaart aanvragen bij het secretariaat Reumatologie, tel.
Alexander.
(073) 699 28 86.
Foto’s Mariëlle Aarts Odette de Beer-Hendriks Suzanne Bruijstens Ruud van Genugten Berend Immink Marjolein Jacobs Jeroen Ooms Marc Venrooij Basisontwerp Waldo van Bokhoven BOWfor vormgeving Opmaak en drukwerk Drukkerij van Gerwen ’s-Hertogenbosch
25 april 2005 > Wat is dementie?19.30 - 21.30 uur, aula locatie Willem-Alexander.
Congres behandeling Mammacarcinoom
26 april 2005 > Diabetes en Stress, aanvang 20.00
18 mei 2005, 18.00 - 22.30 uur, Kasteel Maurick
uur, Rembrandtzaal locatie Carolus.
Meer informatie: dr. K. Bosscha, e-mail:
10 mei 2005 > Bestrijding van zenuwpijn bij borst-
[email protected].
kanker, 20.00 - 22.00 uur, aula locatie Groot Ziekengasthuis.
Symposium ’De zorg om de potentieel delirante patiënt’.
14 juni 2005 > Bevallen op locatie Groot
23 mei 2005, ontvangst v.a. 19.00 uur, aanvang 19.30
Ziekengasthuis, 19.30 - 21.30 uur, aula locatie Groot
uur, Koningstheater, ’s-Hertogenbosch.
Ziekengasthuis.
Belangstellenden kunnen zich aanmelden via
21 juni 2005 > Wat is dementie? 19.30 - 21.30 uur,
[email protected]. Bevestiging via plaatsbewijs.
aula locatie Willem-Alexander. IN DEZE RUBRIEK SCHRIJVEN PATIËNTENVOORLICHTERS VAN HET ZIEKENHUIS OM DE BEURT EEN STUKJE OVER HUN DAGELIJKS WERK.
CASE VAN EEN PATIËNTENVOORLICHTER
Stervensbegeleiding
Redactieleden: Corrie Baars Jolande Bastiaans Koop Bosscha Suzanne Bruijstens Saskia Byvanck Arla Heins Jacqueline van der Krabben Olaf Tan Jan Verbaal Redactieadres Jeroen Bosch Ziekenhuis locatie Willem-Alexander Afdeling Communicatie T: (073) 699 84 48/84 49 F: (073) 699 89 29 E:
[email protected] Cura is ook op de website van het ziekenhuis te vinden: www.jeroenboschziekenhuis.nl.
De telefoon gaat. Als ik opneem vraagt een man of ik informatie heb over stervensbegeleiding. Ik beloof hem, dat ik de informatie zo snel mogelijk toestuur. Een paar dagen later komt een man het bureau Patiëntenvoorlichting binnengelopen en vraagt aan mij: “Bent u die mevrouw die voor mij informatie heeft gezocht over stervensbegeleiding?” Als ik dit beaam, begint hij zichtbaar aangeslagen te vertellen dat zijn vrouw op sterven ligt. Samen zijn zij allerlei zaken aan het regelen voor als zij komt te overlijden. De man vindt het prettig om van mij nog enige mondelinge toelichting te krijgen op de toegezonden informatie. Voordat hij weggaat zegt hij: “De informatie die u mij heeft toegestuurd daar heb ik veel aan gehad, maar het luisterend oor dat u mij heeft geboden was zeker zoveel waard.” Het doet mij goed dat ik dit voor hem heb kunnen doen. Hieruit blijkt maar weer dat patiëntenvoorlichting een breed terrein bestrijkt.
De redactie van Cura stelt zich niet verantwoordelijk voor de vakinhoudelijke informatie in dit blad. Bij ingezonden stukken behoudt de redactie zich het recht voor om, zonder opgaaf van redenen, artikelen in te korten dan wel te weigeren. Ingezonden artikelen zonder naam worden niet geplaatst.
Esther van Breugel, medewerkster bureau Patiëntenvoorlichting Cura, jaargang 2, nummer 1 | 19
Vanaf mei kunnen patiënten in het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) meteen na het consult de voorgeschreven medicijnen meenemen. Dan opent de Jeroen Bosch Apotheek namelijk haar deuren in de hal van locatie Carolus.
Jeroen Bosch Apotheek Fons Duchateau, directeur van de ziekenhuisapotheek, vindt het voor de patiënt wel zo makkelijk als de medicijnen meteen vanuit het ziekenhuis meegenomen kunnen worden. “Patiënten krijgen steeds vaker een gecombineerde behandeling van parenterale en orale therapie. Met een poliklinische apotheek is de receptuur van verschillende specialisten makkelijker op elkaar af te stemmen.” Gelijk doorsturen “Nu komen we in de hal van de locatie Carolus. In de nieuwbouw willen we dicht bij de centrale huisartsenpost te zitten. Dan hoeven de mensen ’s avonds en in het weekend niet meer de hele stad door. De huisartsen wilden aanvankelijk niet in het ziekenhuis gaan zitten. Ze waren bang dat ze dan het werk van de Spoedeisende Hulp
zouden moeten overnemen. Maar die angst weegt niet op tegen de voordelen van het gelijk kunnen doorsturen van een patiënt.” Concurrentie De bestuurlijke verantwoordelijkheid voor de apotheek, dus ook voor winst of verlies, ligt bij het JBZ. De apotheek moet functioneren in een concurrerende markt. Volgens Duchateau valt het met die concurrentie voorlopig wel mee. “De overheid hanteert nu vaste vergoedingsprijzen. Maar de zorgverzekeraars gaan natuurlijk wel op zoek naar de goedkoopste aanbieder. Op den duur, als de zorgverzekeraar het steeds meer voor het zeggen gaat krijgen, zal het wel lastiger worden om deze service te bieden en het ook kostendekkend laten zijn.” BI
Waar willen wij u mee van dienst zijn? Pensioen advies/consultancy Praktijk- en woningfinancieringen Praktijkbemiddeling Beroepsverzekeringen: Arbeidsongeschiktheid Beroepsaansprakelijkheid Overige zakelijke verzekeringen
Inkomensbegrotingen: Bij overlijden Pensioen Arbeidsongeschiktheid
Raadgevend buro Buro Merks is een middelgroot objectief en onafhankelijk raadgevend buro voor medische beroepsbeoefenaren opgericht in 1973. Met een hecht team van 11 enthousiaste collega’s heeft Buro Merks haar specialismen, uitge-
Geïnteresseerd ? Belt u drs. Maurice Berkhout of Ronald van Oort
Correspondentie-adres:
breide vakkennis en jarenlange ervaring afge-
Postbus 1135 5200 BD ’s-Hertogenbosch Telefoon: 073 - 69 25 777 Telefax: 073 - 69 25 778 E-mail:
[email protected] Internet: www.buromerks.nl
stemd op de specifieke segmenten voor het medische beroep. Buro Merks is lid van de NVA en aangesloten bij de Nederlandse Orde van Pensioendeskundigen en Federatie van Financiële Planners.
20 | Cura, jaargang 2, nummer 1