Voorstel beslissing van de ledenvergadering: “De huidige bewoording van de Statuten van Marina Lipno, druzstvo/coöperatie wordt geheel vervangen door deze nieuwe tekst:
STATUTEN I. Handelsnaam en zetel van de coöperatie Artikel 1 Handelsnaam en zetel van de coöperatie 1. De handelsnaam van de coöperatie luidt: Marina Lipno, družstvo. 2. Onder deze naam is de coöperatie in het Handelsregister van de Arrondissementsrechtbank te České Budějovice geregistreerd, in deel Dr., inlegblad 444, identificatienummer 251 87 961. 3. De zetel van de coöperatie is te Lipno nad Vltavou 310, district Český Krumlov, postcode 382 78.
Artikel 2 Doel en rechtspositie van de coöperatie 1. De coöperatie is een verband van een niet besloten aantal personen, opgericht met als doel het ondernemen en het verzorgen van gemeenschappelijke belangen van haar leden waarvan een omschrijving door deze Statuten wordt bepaald. 2. Het voornaamste doel van de coöperatie en het voornaamste gemeenschappelijke belang van haar leden in het bijzonder is:
een optimale exploitatie en het behoud van het centraal functioneren van het recreatiepark Marina Lipno, dat zich in Lipno nad Vltavou, in het kadastraal gebied Slupečná (hierna te noemen “Recreatiepark” of alleen “Park”) bevindt, als enig functioneel en organisatorisch geheel, waar de coöperatie in de hoedanigheid van parkbeheerder alle benodigde diensten verzorgt en waarborgt en dit ongeacht of de afzonderlijke recreatieobjecten (appartementen) in eigendom van de coöperatie of haar leden zijn,
verzorging van het centrale algehele onderhoud van het Park alsmede van alle gebouwen die in feite een onderdeel van het Park vormen, ongeacht de juridische status van eigendomsrechten ten aanzien van deze gebouwen of ten aanzien van eenheden die in deze gebouwen bepaald zijn, inclusief de gemeenschappelijke en niet afscheidbare infrastructuur van het Park (voornamelijk het trafostation, de energetische leidingen, de communicatieleidingen en de elektronische communicatieleidingen voor overdracht van signalen van radio- en televisie-uitzendingen,
telefoon en internet),
behoud van de functionaliteit van alle gebouwen en van de infrastructuur in het Park en behoud van een onberispelijke uitstraling en technische staat van alle onderdelen van het Park,
centrale verzorging van alle benodigde uitrustingen en alle inrichtingen van het Park, zelfs die de gemeenschappelijke functie in het Park vervult, zoals het restaurant en bar, door de coöperatie in haar hoedanigheid van parkbeheerder ten behoeve van haar leden, in hun hoedanigheid van eigenaren of gebruiksgerechtigden van eenheden en de centrale verzorging van het financiële beheer en marketing van het Park.
3. De coöperatie is een rechtspersoon. Voor schending van haar verbintenissen is de coöperatie met haar gehele vermogen aansprakelijk. 4. De rechtsverhoudingen in de coöperatie worden door wettelijke en overige wettelijke voorschriften en deze Statuten geregeld. Het Bestuur van de coöperatie is gerechtigd om een intern reglement van de coöperatie uit te geven dat conform het voornaamste doel van de coöperatie en conform het voornaamste gemeenschappelijke belang van haar leden de aangelegenheden van de coöperatie nader regelt, zoals het gebruik, beheer, onderhoud, reparaties en de verzorging van orde en netheid in de gemeenschappelijke delen van het Park (ruimtes, voorzieningen en omgeving), betalingsverplichtingen van de leden en afbetalingen van de ledenbijdragen waarvan de ledenvergadering de hoogte vaststelt, gedragsbeginselen en beginselen van het samenleven op het Park, toegang tot het Park en overige interne aangelegenheden inzake de exploitatie en het reilen en zeilen van het Park.
Artikel 3 Ondernemingsdoel Het ondernemingsdoel van de coöperatie is: - beheer van het recreatiepark Marina Lipno - verhuur van recreatieobjecten en alles wat daarmede in verband staat - onderhoud van recreatieobjecten, gemeenschappelijke ruimten en de infrastructuur alsmede het verlenen van diensten die hiermede samenhangen - productie, handel en diensten zoals niet vermeld in de bijlagen 1 t/m 3 van de Beroepswet
Artikel 4 Basiskapitaal Het basiskapitaal van de coöperatie bestaat uit de optelsom van de ledeninleggen, voor de volstorting waarvan de coöperatieleden zich hebben verbonden.
Artikel 5 Inleggen van leden 1. De basisledeninleg bedraagt Kč 1.000,- (zegge: één duizend Tsjechische kronen). De oprichtende leden storten de basisinleg binnen 15 (vijftien) dagen na datum van het houden van de oprichtingsvergadering van de coöperatie. Nieuwe leden storten de basisinleg vol binnen 15 (vijftien) dagen na het indienen van hun schriftelijke aanmelding. 2. Een lid kan zich tot de volgende ledeninleggen verbinden uitsluitend op basis van een beslissing van de ledenvergadering. Wanneer echter een volgende ledeninleg ingebracht wordt door een coöperatielid, welk als lid conform art. 15 wordt toegelaten in plaats van een lid wiens lidmaatschap in de coöperatie verviel, wordt goedkeuring van de ledenvergadering niet vereist. 3. De ledeninleg van elk coöperatielid bestaat uit de optelsom van zijn volgestorte basisledeninleg en indien van toepassing, van een volgestorte volgende ledeninleg. Ingeval de basisledeninleg op basis van een beslissing van de ledenvergadering wordt verhoogd, kan voor de verhoging van de basisledeninleg de al volgestorte volgende ledeninleg niet worden gebruikt.
II. Lidmaatschap in de coöperatie Artikel 6 Totstandkoming van het lidmaatschap 1.
Leden van de coöperatie kunnen zowel natuurlijke als rechtspersonen zijn.
2.
Het lidmaatschap is niet afhankelijk van een arbeidsrelatie met de coöperatie.
3.
Over de toelating tot coöperatielid beslist het Bestuur op basis van een schriftelijke aanmelding van de belangstellende in het lidmaatschap en het bewijs van volstorting van de basisledeninleg.
4.
Een coöperatielid kan ook lid zijn van een andere coöperatie.
5.
Het lidmaatschap komt ook tot stand door een contractuele overdracht van het
coöperatieaandeel conform art. 12 van deze Statuten.
6.
In geval van overdracht van een coöperatieaandeel komt het lidmaatschap van de verkrijger
tot stand per eerste dag van een kwartaal dat na het verlenen van de toestemming met de overdracht van het coöperatieaandeel door het Bestuur, resp. door een ledenvergadering na eventueel beroep, volgt.
Artikel 7 Afbetaling van ledeninleg 1. De geldelijke ledeninleggen kunnen in de kas van de coöperatie eenmalig worden volgestort of in termijnen conform een overeenkomst worden afbetaald alsook in contanten in de kas van de coöperatie of per bankoverschrijving op een bankrekening van de coöperatie. 2. Niet-geldelijke inleggen worden op een door de ledenvergadering van de coöperatie vastgestelde wijze gewaardeerd, op basis van deskundige taxaties. 3. De basisledeninleg dient altijd alleen middels geldmiddelen vergoed te worden, in contanten in de kas van de coöperatie, of per bankoverschrijving op een bankrekening van de coöperatie. Alle overige manieren van vergoedingen van de basisledeninleg of een verhoging hiervan zijn uitgesloten. 4. De coöperatie is verplicht aan elk lid een schriftelijk bewijs van het volstorten van zijn ledeninleg af te geven waarop de gegevens over de hoogte en het tijdstip van de afbetaling van een dergelijke inleg vermeld dienen te zijn.
Artikel 8 Ledenlijst 1. De coöperatie is verplicht een lijst van al haar leden bij te houden waarin naast de naam en de zetel van het lid of de naam en de woonplaats van het lid, eventueel een ander door het lid aangegeven correspondentieadres, de dag en de wijze van het ontstaan of het beëindigen van het lidmaatschap in de coöperatie en de hoogte van de ledeninleg, voor het volstorten waarvan het lid zich heeft verbonden, dienen te staan alsook in hoeverre de ledeninleg is gestort. 2. De ledenlijst dient bij het accepteren van elke wijziging geactualiseerd te worden. 3. De voorzitter van het Bestuur maakt het iedereen, die een rechtsbelang bewijst, mogelijk om de lijst ter inzage te krijgen. 4. Elk coöperatielid heeft het recht op inzage in de lijst en de afgifte van een bewijs van zijn lidmaatschap en van de inhoud van zijn inschrijving in de lijst te verlangen. De leden hebben niet het recht de lijst ter beschikking aan derden af te geven.
Artikel 9 Einde van het lidmaatschap 1. Het lidmaatschap in de coöperatie eindigt door een schriftelijke overeenkomst, uittreding, royering,
faillietverklaring betreffende het
vermogen van het
lid, afwijzing van het
insolventievoorstel wegens onvoldoend vermogen van het lid, verder door betekening van de kennisgeving van een niet succesvolle herhaaldelijke veiling in het kader van de procedure ter
uitvoering van een beslissing of in de executie of, indien de lidmaatschapsrechten en verplichtingen niet overdraagbaar zijn, door een rechtsgeldige verordening inzake de uitvoering van een beslissing door middel van het aantasten van de lidmaatschapsrechten en -verplichtingen of door een rechtsgeldigheid van het executiebevel tot het aantasten van de lidmaatschapsrechten en verplichtingen na het verstrijken van de termijn vermeld in de oproep tot nakoming van de vereiste verplichting volgens het bijzondere wettelijke voorschrift en indien in deze termijn het voorstel tot het schorsen van executie uitgegeven werd, na de rechtsgeldigheid van de beslissing betreffende dit voorstel, verder door beëindiging van de coöperatie zonder een wettelijke opvolger, beëindiging van de rechtspersoon die coöperatielid is of door overlijden van het lid. 2.
Een lid kan worden geroyeerd, als hij herhaaldelijk en ondanks een waarschuwing zijn
ledenverplichtingen schendt, met name als hij individuele bepalingen van de geldende Statuten van de coöperatie systematisch schendt of als huurder de af te dragen betaling voor het gebruik van het object, dat hij op grond van diens ledenaandeel gebruikt of exploiteert, niet voldoet, ook niet binnen 3 (drie) maanden nadat hij na een vruchteloze verstrijking van de betalingstermijn hiervan door het Bestuur schriftelijk tot betaling is gemaand en op de mogelijkheid van royering attent is gemaakt. Een lid kan ook dan worden geroyeerd, indien hij rechtsgeldig veroordeeld is voor een opzettelijk strafbaar feit, welk hij tegen de coöperatie of een coöperatielid heeft gepleegd. De dag van de beëindiging van het lidmaatschap wordt door het Bestuur van de coöperatie bepaald. Het lidmaatschap wordt door het uittreden beëindigd, uiterlijk na het verstrijken van zes maanden na datum wanneer het lid schriftelijk zijn uittreden aan de voorzitter van het Bestuur van de coöperatie heeft bekend gemaakt, tenzij de voorzitter van het Bestuur of het Bestuur een eerdere termijn van lidmaatschapsbeëindiging heeft vastgesteld. Het coöperatielid kan zijn uittreding uit de coöperatie schriftelijk intrekken met goedkeuring van het Bestuur en dit tot de dag van de beëindiging van zijn lidmaatschap in de coöperatie. 3. Het lidmaatschap van natuurlijke personen eindigt ook door overlijden. De erfgenaam van de met het lidmaatschap verbonden rechten en verplichtingen kan de coöperatie vragen om als lid toegelaten te worden. Het Bestuur kan een dergelijke aanvraag niet afwijzen, zolang de erfgenaam de voorwaarden van het lidmaatschap vervult. Een erfgenaam, die geen lid wil worden, heeft het recht op een vereffeningsaandeel.
Artikel 10 Ledenrechten 1. Elk lid heeft het recht: a)
in de besluitvorming betreffende de coöperatieactiviteiten en in de controle op de
activiteiten van de coöperatie direct of door bemiddeling van een orgaan van de coöperatie deel te
nemen, b)
in de coöperatieorganen te kiezen en/ gekozen te worden,
c)
aan de voordelen deel te nemen zoals die door de coöperatie aan haar leden conform de
Statuten en besluiten van de coöperatieorganen worden verstrekt en dit voornamelijk betreffende het gebruik van de gemeenschappelijke delen en van de infrastructuur in het Park en te genieten van de diensten verstrekt door de coöperatie in het kader van het beheer en exploitatie van het Park en dit op grond van de voorwaarden en tegen prijzen vastgesteld door het Bestuur van de coöperatie; deze voorwaarden en prijzen dienen zodanig te worden vastgesteld dat deze niet op het behalen van een langdurige winst door de coöperatie of de aan haar gelieerde ondernemingen of personen gericht zijn alsook diens cumulatie voor andere doelen dan voor het vervullen van het hoofddoel van de coöperatie en van het gemeenschappelijke belang van de coöperatieleden, d) in vermogensrechtelijke zin aan de onderneming van de coöperatie deel te nemen e) in de winst uit ondernemingsactiviteiten van de coöperatie deel te nemen, f)
een vereffeningsaandeel bij de beëindiging van het lidmaatschap in de coöperatie te
verkrijgen, met toepassing van de bepaling in artikelen 14 en 15 van de Statuten, g)
het recreatieobject te gebruiken waarop de aangegane overeenkomst betrekking heeft, indien
dit recreatieobject niet reeds in eigendom van het coöperatielid of diens opvolger overgedragen werd, h)
het recreatieobject, waarop de aangegane overeenkomst over het gebruik betrekking heeft,
bij voorrang in zijn eigendom te verkrijgen, ingeval dit door de coöperatie vervreemd wordt. 2. Een lid, dat een volgende andere ledeninleg in de coöperatie heeft volgestort, heeft het recht op vestiging van uitsluitend gebruiksrecht op het recreatieobject in eigendom van de coöperatie waarop het lidmaatschapsaandeel van dit lid betrekking heeft. Hetzelfde recht heeft een coöperatielid welk het lidmaatschapsaandeel middels overdracht of overgang van een in de voorafgaande zin genoemd coöperatielid of zijn opvolger heeft verkregen. Dit recht wordt teniet gedaan door overdracht van het recreatieobject in eigendom van het lid.
Artikel 11 Ledenverplichtingen 1. Elk lid heeft de volgende verplichtingen: a)
gebruiker te zijn of het eigendomsrecht te hebben ten aanzien van tenminste één recreatieobject in het Park,
b)
gebruiker – exploitant te zijn van de commerciële ruimte vervullende de gemeenschappelijke en voor het image van het Park onmisbare functie, te weten het Parkrestaurant (eenheid nr. 100/9, in het gebouw nr. 100, gebouwd op het perceel nr. 79/16, in
het kadastraal gebied Lipno nad Vltavou, gemeentedeel Supecna) en bar (eenheid nr. 100/10, in het gebouw nr. 100, gebouwd op het perceel nr. 79/16, in het kadastraal gebied Lipno nad Vltavou, gemeentedeel Supecna), vormende essentieel onderdeel van de voorzieningen van het Park, waarbij hij als de gebruiker of exploitant verplicht is om conform de doelstelling, aard en functie van deze voorziening, deze voorziening onder de handhaving van marktconforme voorwaarden, in de volle omvang en conform de primaire doelen van het Park, vermeld in artikel 2 van deze Statuten en in het gemeenschappelijke belang en ter tevredenheid van de coöperatieleden, te exploiteren. c)
zich te gedragen en de rechten van een coöperatielid uit te oefenen conform het hoofddoel van de coöperatie en het gemeenschappelijke belang van de leden vermeld in de Statuten en dit tevens en onverminderd in het geval dat het recreatieobject, ten aanzien waarvan vroeger met het coöperatieaandeel het gebruiksrecht was verbonden, al in eigendom van het oorspronkelijke coöperatielid of diens opvolger werd overgedragen,
d)
de Statuten na te leven en de besluiten van de coöperatieorganen, genomen binnen hun bevoegdheid, te vervullen,
e)
behoorlijk en tijdig de ledeninleg, of de verhoging van de basisledeninleg, af te betalen,
f)
alle wijzigingen van de gegevens, in te schrijven in het door de coöperatie bijgehouden ledenlijst, per direct te melden,
g)
de bepalingen van het interne reglement van de coöperatie na te leven,
h)
aan de coöperatie het eigen e-mail adres door te geven,
i) een bijdrage te betalen voor het beheer en onderhoud van het Park ter hoogte en in termijnen zoals door de ledenvergadering vastgesteld; de totale bijdrage van alle leden wordt vastgesteld op basis van de jaarlijkse opgestelde begroting met het oog op de verwachte kosten in verband met beheer en onderhoud van het Park en de planning tot het aanleggen van reserves voor het beheer en onderhoud in de toekomstige jaren en goedgekeurd door de ledenvergadering. Op elk lid valt een evenredig deel hiervan naar rato van het aantal stemmen van het lid, vastgesteld volgens artikel 19 lid 2 van de Statuten; de bijdrage wordt betaald op de wijze, die het bestuur bepaalt en aan de leden van de coöperatie mededeelt. j) coöperatieleden, die het gebruiksrecht of exploitatierecht op een object in eigendom van coöperatie hebben, zijn verplicht aan de coöperatie een vergoeding voor dit
de
gebruiksrecht dan
wel exploitatierecht te betalen, in de hoogte en in termijnen zoals door de ledenvergadering is vastgesteld. 2.
De vergoeding volgens het voorafgaande lid wordt door de ledenvergadering zodanig
bepaald dat deze economisch gerechtvaardigde kosten over het recreatieobject omvat, inclusief het aanleggen van reserves voor een vergoeding ervan, verminderd met andere belaste inkomsten van
de coöperatie dan de door coöperatieleden te betalen vergoedingen voor het gebruik van recreatieobjecten en dat deze geen winst omvat. In deze vergoeding zijn de prijzen voor diensten, die door leden apart vergoed worden, niet inbegrepen. 3.
De coöperatie is gerechtigd om eenzijdig haar vordering op het coöperatielid vanwege de
betaling van de bijdragen voor het beheer en onderhoud van het Park, welke vordering van het coöperatielid op de coöperatie dan ook, te verrekenen.
Artikel 12 Overdracht van het coöperatieaandeel 1. Het lid mag zijn lidmaatschapsaandeel overdragen aan een ander lid of aan een derde, die geen lid is, maar enkel met de toestemming van het bestuur van de coöperatie. De overdracht van het lidmaatschapsaandeel waarmee het recht op gebruik van een recreatieobject gebonden is op een ander lid van de coöperatie, is niet aan de toestemming van het bestuur onderworpen. 2. Het Bestuur is verplicht omtrent het wel of niet verlenen van goedkeuring een beslissing te nemen en het lid hieromtrent binnen 30 dagen na datum van ontvangst van het verzoek om toestemming, schriftelijk in kennis te stellen. Tegen een afwijzende beslissing van het Bestuur kan een lid beroep vragen op een eerstvolgende ledenvergadering. 3. Indien de goedkeuring van de overdracht van het coöperatieaandeel niet verleend wordt, is een dergelijke overdracht van het coöperatieaandeel niet efficiënt. Door de overdracht van het coöperatieaandeel, conform art. 6 lid 6 van de Statuten, wordt de verkrijger van het coöperatieaandeel een coöperatielid in dezelfde omvang van rechten en verplichtingen als het overdragende lid. 4. Rechten en verplichtingen van een lid ten opzichte van de coöperatie, gebonden met het recreatieobject, kunnen slechts overgedragen en verkregen worden als een geheel.
Artikel 13 Verplichting tot vergoeding 1. Leden zijn niet aansprakelijk voor verbintenissen van de coöperatie. 2. Leden zijn verplicht, indien het door een verlies van de coöperatie volgens de jaarrekening wordt vereist, het niet afbetaalde deel van hun inleg nog vóór de vervaldatum, conform de beslissing van de ledenvergadering, vol te storten. 3. De leden zijn verplicht aan het beheer van het Park bij te dragen in een hoogte en termijnen vastgesteld door de ledenvergadering in de vorm van een kostenquote, op basis van de door de ledenvergadering goedgekeurde begroting.
Artikel 14 Vereffeningsaandeel 1. Bij de beëindiging van het lidmaatschap, gedurende het voortbestaan van de coöperatie, heeft het tot dan bestaande lid aanspraak op een vereffeningsaandeel. 2. Een vereffeningsaandeel van een lid, dat op het moment van de beëindiging van zijn lidmaatschap volgens de aangegane overeenkomst gebruiker was van een bepaald recreatieobject in eigendom van de coöperatie, is gelijk aan de hoogte van de volgende ledeninleg van een nieuw lid dat als coöperatielid toegelaten wordt in plaats van het lid wiens deelname beëindigd is, op een wijze zoals genoemd in Artikel 15, verminderd met de kosten, doelmatig besteed voor het verkrijgen van een dergelijk nieuw lid. Wanneer de toelating van een nieuw coöperatielid en de volstorting van zijn volgende ledeninleg op deze wijze niet binnen 23 (drieëntwintig) maanden na datum van de lidmaatschapsbeëindiging plaatsvindt, is het vereffeningsaandeel gelijk aan de hoogte van de basisledeninleg van het lid wiens lidmaatschap beëindigd is. 3. Een vereffeningsaandeel van een lid, dat op het moment van beëindiging van zijn lidmaatschap conform de aangegane overeenkomst geen gebruiker van een bepaald recreatieobject in eigendom van de coöperatie was, is gelijk aan de hoogte van zijn basisledeninleg. 4. Aanspraak op een vereffeningsaandeel, dat volgens de eerste zin van lid 2 van dit artikel bepaald werd, is te vergoeden binnen 1 (één) maand na datum van volstorting van de volgende inleg van het nieuwe coöperatielid, dat toegelaten is in de plaats van het lid, wiens deelname beëindigd is, op een wijze volgens Artikel 15, echter uiterlijk binnen 24 (vierentwintig) maanden vanaf de datum van zijn lidmaatschapsbeëindiging. Aanspraak op een vereffeningsaandeel, dat volgens de tweede zin van lid 2 van dit artikel werd bepaald, is binnen 24 (vierentwintig) maanden na datum van lidmaatschapsbeëindiging te vergoeden. 5. Aanspraak op een vereffeningsaandeel, dat volgens lid 3 van dit artikel werd bepaald, is binnen 6 (zes) maanden na datum van lidmaatschapsbeëindiging te vergoeden. 6. Het vereffeningsaandeel wordt in geld uitgekeerd, tenzij vóór de vervaldatum van het vereffeningsaandeel tussen de gerechtigde en de coöperatie een andere afspraak plaatsvindt waarvoor een schriftelijke vorm niet is vereist.
Artikel 15 Toelating van een nieuw lid met als doel de uitkering van een vereffeningsaandeel 1. Bij beëindiging van het lidmaatschap van een lid dat op het moment van zijn lidmaatschapbeëindiging volgens de aangegane overeenkomst gebruiker was van een bepaald
recreatieobject in eigendom van de coöperatie, voor zover voor een dergelijk lid het recht op het vereffeningsaandeel ontstaat, is het Bestuur verplicht onverwijld redelijke moeite te doen om een nieuw lid voor de coöperatie te vinden, dat in de coöperatie zal komen in plaats van het lid wiens deelname beëindigd is, welk zich zou verbinden naast de basisledeninleg ook een volgende inleg te betalen, waardoor hij het recht zou krijgen om de overeenkomst over het gebruik van een bepaald recreatieobject in eigendom van de coöperatie aan te gaan, waarvan de gebruiker het voormalige lid was, in wiens plaats dit nieuwe lid in de coöperatie toetreedt, waarbij de belangstellende in het lidmaatschap de hoogte van de volgende inleg aanbiedt en deze hoogte evenredig met de waarde van de met het lidmaatschapsaandeel verbonden rechten zal zijn, met name rekening houdend met het recht op gebruik van het bepaalde recreatieobject in eigendom van de coöperatie. 2. Met het doel zoals genoemd in lid 1 van dit artikel is het Bestuur vooral verplicht op een gepaste wijze het lidmaatschapsaanbod te adverteren. 3. De belangstellenden in het lidmaatschap, aangeboden volgens dit artikel, dienen een schriftelijke aanmelding in bij de coöperatie waarin het verzoek om lidmaatschap in de coöperatie dient aangegeven te worden, met aanduiding van het recreatieobject in eigendom van de coöperatie, op het gebruik waarvan zij door het toelaten als coöperatielid na het aangaan van de overeenkomst over het gebruik het recht zouden krijgen, verder een onvoorwaardelijke verbintenis tot de volstorting van de basisledeninleg en een onvoorwaardelijke verbintenis een volgende inleg vol te storten, de grootte en de betalingstermijn van de volgende ledeninleg, welke niet langer dan 6 (zes) maanden na datum van de toelating als lid mag zijn en niet later mag eindigen dan 23 (drieëntwintig) maanden na datum van de lidmaatschapsbeëindiging van het voormalige lid, in wiens plaats dit nieuwe lid in de coöperatie toegelaten moet worden. De volwaarde van verbintenis tot volstorting van ledeninleggen door toelating als coöperatielid op basis van de onderhavige aanmelding wordt niet als een ontoelaatbare voorwaarde voor een aanmelding gezien. 4. Het Bestuur zal als coöperatielid diegene van de belangstellenden in het lidmaatschap toelaten die een geldige aanmelding indiende met het hoogst aangeboden bedrag van de volgende ledeninleg. 5. Het Bestuur kan alle aanmeldingen afwijzen om redenen dat geen van de in het lidmaatschap belangstellenden de volgende ledeninleg niet in de hoogte heeft aangeboden welke evenredig zou zijn met de waarde van de met het lidmaatschapsaandeel verbonden rechten, echter alleen na de voorafgaande schriftelijke goedkeuring door de persoon aan wie het vereffeningsaandeel van het voormalige coöperatielid uitgekeerd moet worden en in wiens plaats een nieuw lid toegelaten moet worden. 6. Over de toelating van één van de belangstellenden voor het lidmaatschap als coöperatielid of over de afwijzing van alle aanmeldingen dient het Bestuur verplicht binnen 6 (zes) maanden te beslissen die na datum van de lidmaatschapbeëindiging van het lid, in wiens plaats een nieuw lid toegelaten
moet worden, volgen. 7. Ingeval alle aanmeldingen afgewezen worden is het Bestuur verplicht de procedure volgens dit artikel te herhalen waarbij de in lid 6 van dit artikel genoemde termijn in geval van herhaling steeds 6 (zes) maanden bedraagt na datum van de voorafgaande beslissing over afwijzing van alle aanmeldingen, echter eindigt na het verstrijken van 23 (drieëntwintig) maanden na datum van de lidmaatschapsbeëindiging van het lid, in wiens plaats een nieuw lid toegelaten moet worden. De verplichting om deze procedure te herhalen eindigt met de verstrijking van de termijn voor betaling van het vereffeningsaandeel.
III. Organen van de coöperatie Artikel 16 Organen van de coöperatie 1. Organen van de coöperatie zijn: a) De ledenvergadering b) Het Bestuur c)
De Raad van Toezicht
Artikel 17 Leden van gekozen organen 1. In de organen van de coöperatie, met uitzondering van de ledenvergadering, kunnen slechts leden van de coöperatie ouder dan 18 jaar en de vertegenwoordigers van rechtspersonen, die coöperatielid zijn, gekozen worden. Een dergelijk rechtspersoon is dan verplicht de natuurlijke persoon, die in het coöperatieorgaan namens haar zal optreden, te volmachtigen. 2. De functieperiode van de leden van de gekozen organen is vier jaar. De leden van de gekozen organen kunnen in hun functies in aansluiting op hun eerste functieperiode slechts eenmaal gekozen worden. De ledenvergadering kan lid van een gekozen orgaan, die de functie in twee opvolgende periodes uitoefende, uitnodigen om zich in de te kiezen functie opnieuw kandidaat te stellen. In dat geval geldt de in de voorafgaande zin genoemde beperking niet.
Artikel 18 Functiebeëindiging van leden van een gekozen orgaan 1. Het coöperatielid dat in zijn functie is gekozen, kan zijn functie neerleggen, hij is echter verplicht dit aan de ledenvergadering te melden. Zijn functie eindigt op de dag waarop de ledenvergadering het aftreden besproken heeft. Dit orgaan moet het aftreden op de eerst volgende vergadering
bespreken die na kennisneming van het aftreden volgt, echter uiterlijk binnen drie maanden. Na een vruchteloos verstrijken van deze termijn wordt het aftreden als te zijn besproken beschouwd. 2. Een lid van het gekozen orgaan kan door de ledenvergadering van zijn functie ontslagen worden. De uitoefening van een functie eindigt door het nemen van het besluit tot ontslag. 3. Door lidmaatschapsbeëindiging in de coöperatie.
Artikel 19 Wijze van het nemen van beslissingen en het uitbrengen van stemmen op ledenvergaderingen van de coöperatie 1. De ledenvergadering van de coöperatie beslist middels een besluit. Voor de geldigheid van een besluit van de ledenvergadering van de coöperatie wordt een behoorlijke bijeenroeping hiervan vereist alsook de aanwezigheid van leden met een gewone meerderheid van stemmen en de goedkeuring door een gewone meerderheid van stemmen van de aanwezige leden, tenzij de wet of deze Statuten anders bepalen. 2. Bij het stemmen van een ledenvergadering vertegenwoordigt elk gebruiksrecht of elk eigendomsrecht van een coöperatielid, ten aanzien van een recreatieobject of een commercieel object, die functionele onderdeel van het Park vormen, één stem. 3. Elk lid heeft 1 stem, indien de ledenvergadering een beslissing neemt omtrent a) statutenwijziging, b) verhoging of verlaging van de basisledeninleg, c) goedkeuring van de verstrekking van financiële assistentie, d) vergoedingsverplichtingen, e) beëindiging van de coöperatie met liquidatie, f) uitgifte van schuldbetekenissen, g)
fusie, samenvoeging, verandering, splitsing of over een andere opheffing van de coöperatie of de wijziging van de rechtsvorm en
h)
het sluiten van overeenkomsten inzake overdracht, huur of verpanding van de onderneming van de coöperatie of diens deel en over andere belangrijke vermogensbeschikkingen.
Indien er een besluit van de ledenvergadering omtrent enige aangelegenheid vermeld in lid 3, aangenomen moet worden, is de ledenvergadering bevoegd tot besluiten, indien minstens tweederde van alle leden aanwezig is en de beslissing dient aangenomen te worden met minstens tweederde van de aanwezige leden.
Artikel 20 Ledenvergadering, wijze van oproeping van ledenvergadering 1. Het hoogste orgaan van de coöperatie is de vergadering van de coöperatieleden. 2. De ledenvergadering komt al naar gelang de behoefte bijeen zodat de leden de onder haar bevoegdheid behorende zaken kunnen bespreken, echter minstens eenmaal per jaar. 3. Het Bestuur roept de ledenvergadering bijeen, indien hierom door de Raad van Toezicht of minstens 10 % van de coöperatieleden, die minimaal een vijfde van alle stemmen hebben, verzocht werd. 4. De ledenvergadering wordt bijeengeroepen door het Bestuur van de coöperatie of een persoon die daartoe volgens de wettelijke voorschriften bevoegd is. De oproepende publiceert minstens 30 dagen voor het houden van de ledenvergadering de uitnodiging voor deze ledenvergadering op de internetsite van de coöperatie en stuurt deze tegelijkertijd aan de leden toe aan het adres zoals vermeld in de ledenlijst. Dit adres mag tevens het elektronische adres zijn (e-mail), indien het lid dit adres voor dit doel verstrekt heeft en voor de verzending naar dit e-mailadres toestemming heeft verleend. Door de publicatie van de uitnodiging wordt deze als betekend beschouwd. De uitnodiging dient op de internetsite tot aan het moment van het houden van de ledenvergadering gepubliceerd te staan. 5. De uitnodiging bevat tenminste: a. de naam en zetel van de coöperatie b.
de plaats en tijd van aanvang van de ledenvergadering; de plaats en tijd van aanvang van de ledenvergadering worden zodanig bepaald om de leden, in hun mogelijkheid hieraan deel te nemen, zo min mogelijk te beperken.
c.
de aanduiding of er een ledenvergadering of een vervangende ledenvergadering wordt bijeengeroepen, d. het programma van de ledenvergadering en
e.
de plaats waar het lid van de stukken, m.b.t. afzonderlijke zaken van het programma van de ledenvergadering, kennis kan nemen, indien deze niet bij de uitnodiging bijgevoegd werden.
Indien de Statuten gewijzigd moeten worden of de beslissing, die de statutenwijziging tot gevolge heeft, aangenomen zal worden, bevat de uitnodiging tevens het voorstel van deze wijzigingen of de conceptbeslissing. Op verzoek van de leden, die gerechtigd zijn om de bijeenroeping van een ledenvergadering te eisen, of van de Raad van Toezicht zal het Bestuur een door hen bepaalde (aangegeven) zaak op de agenda van de ledenvergadering plaatsen. 6. Een coöperatielid kan schriftelijk een ander coöperatielid of een andere persoon machtigen om hem op de ledenvergadering te vertegenwoordigen. 7. Als de ledenvergadering niet tot besluiten bevoegd is, roept degene die oorspronkelijk de
ledenvergadering bijeen heeft geroepen, indien het nog steeds noodzakelijk is, onverwijld op een vervangende ledenvergadering met hetzelfde programma en op dezelfde wijze als de oorspronkelijk bijeengeroepen ledenvergadering en middels een afzonderlijke uitnodiging. De vervangende ledenvergadering is bevoegd tot besluiten ongeacht de bepaling van art. 19 van de Statuten. Op dit feit moet men attent maken in de uitnodiging voor de vervangende ledenvergadering. 8. De ledenvergadering wordt geleid door de voorzitter van het Bestuur of een door de voorzitter van het Bestuur of de ledenvergadering daartoe aangewezen lid.
Artikel 21 Bevoegdheid van de ledenvergadering Onder de bevoegdheid van de ledenvergadering valt met name: a) statutenwijziging, b)
leden van het Bestuur en leden van de Raad van Toezicht van de coöperatie en diens
vervangers benoemen en ontslaan, en de voorzitter en vicevoorzitter van het bestuur van de coöperatie benoemen. c)
gewone jaarrekening goedkeuren,
d)
over de winstverdeling en -bestemming beslissen, eventueel over de wijze van het dekken
van verlies, e)
over de verhoging of verlaging van de basisledeninleg beslissen,
f)
over de basiskwesties van de conceptontwikkeling van de coöperatie beslissen,
g)
over de fusie, samenvoeging, verandering, splitsing of over een andere opheffing van de
coöperatie of de wijziging van de rechtsvorm beslissen, h)
over de verkoop of huur van de onderneming of diens deel en over andere belangrijke
vermogensbeschikkingen beslissen, i)
de begroting van de coöperatie, meerjarenplan van onderhoud en investeringen voor het
volgende jaar vaststellen.
Artikel 22 Verslag van de ledenvergadering 1. Van elke vergadering wordt een verslag opgemaakt waarin dient te staan: a) datum en plaats van de vergadering b) programma van de vergadering c) aangenomen besluiten d) uitslagen van stemmingen e) bezwaren van leden
2. De bijlage van het verslag bestaat uit een lijst van de aanwezigen op de vergadering, de uitnodiging hiervoor en de stukken die inzake besproken punten zijn overlegd. 3. Elk lid heeft het recht het verslag en de bijlagen hiervan voor inzage op te vragen. 4. Documenten die volgens de wet of de Statuten in de zetel van de coöperatie gepubliceerd dienen te zijn, worden ook in dat geval als gepubliceerd beschouwd, indien deze op de website van de coöperatie gepresenteerd zijn.
Artikel 23 Het Bestuur 1. Statutair orgaan van de coöperatie is het Bestuur van de coöperatie.
2. Het Bestuur bestuurt de activiteiten van de coöperatie en beslist over alle zaken die volgens de wet of de Statuten niet aan de beslissing van een ander orgaan van de coöperatie onderhevig zijn. 3. Het Bestuur is het bestuurlijk orgaan van de coöperatie. 4. Het Bestuur voert de door ledenvergadering genomen besluiten uit en verantwoordt zich aan de ledenvergadering voor zijn activiteiten. 5. Het Bestuur bestaat uit vijf leden. De coöperatie wordt vertegenwoordigd door elk voorzitter en vice-voorzitter zelfstandig. Bij de juridische handelingen in schriftelijke vorm, vertegenwoordigen de coöperatie de voorzitter en de vice-voorzitter van het bestuur gezamenlijk of de voorzitter of de vice-voorzitter van het bestuur steeds met een ander lid van het bestuur gezamenlijk. 6. Het Bestuur vergadert naar behoefte, echter minimaal zes keer per jaar. Het Bestuur dient bijeen te komen binnen 10 (tien) dagen na betekening van een aanleiding daartoe door de Raad van Toezicht, indien op haar oproep de gebreken niet zijn verholpen. Het Bestuur wordt door de voorzitter of door een willekeurig lid van het Bestuur bijeengeroepen middels een schriftelijke uitnodiging die aan leden minimaal drie dagen voor de vergadering van het Bestuur verzonden dient te zijn. De bijeenroeping kan ook in een andere vorm plaatsvinden, mits alle bestuursleden hun schriftelijke instemming hiervoor geven. Het Bestuur kan data van regelmatige vergaderingen van het Bestuur vaststellen. De voorzitter en de vice-voorzitter van het bestuur van de coöperatie worden door de ledenvergadering benoemd. De voorzitter van het bestuur van de coöperatie organiseert en leidt de vergaderingen van het Bestuur. 7. Wijze van ondertekening namens de coöperatie: De bestuursleden ondertekenen namens de coöperatie zodanig dat zij bij de handelsnaam van de coöperatie hun eigen handtekening, met vermelding van eigen functie, plaatsen.
8. Voor het nemen van een beslissing door het Bestuur wordt instemming van een gewone meerderheid van stemmen vereist. 9. De ledenvergadering mag opvolgers benoemen die op de vrijgekomen plaats van een bestuurslid, volgens de door de ledenvergadering vastgestelde volgorde, komen. 10. Indien er geen opvolgers volgens voorafgaand lid gekozen worden, mag het Bestuur, waarvan het aantal niet onder de helft is gedaald, zelf de opvolgende leden tot aan de volgende ledenvergadering benoemen.
Artikel 24 De Raad van Toezicht 1. De Raad van Toezicht houdt toezicht op activiteiten van de coöperatie. Zij verantwoordt zich alleen aan de ledenvergadering en is onafhankelijk van beslissingen van overige organen van de coöperatie. 2. De Raad van Toezicht bestaat uit drie leden. De Raad kiest uit haar midden een voorzitter en vicevoorzitter. De vicevoorzitter vertegenwoordigt de voorzitter tijdens zijn afwezigheid. De voorzitter organiseert en leidt vergaderingen van de Raad. 3. De Raad van Toezicht vergadert naar behoefte, echter minstens eenmaal per drie maanden. De leden van de Raad worden door de voorzitter of door een willekeurig lid van de Raad middels een schriftelijke uitnodiging bijeengeroepen die zij minimaal zeven dagen voor de vergadering in ontvangst nemen. De Raad kan data van regelmatige vergaderingen zelf vaststellen. 4. De Raad van Toezicht is bevoegd van het Bestuur alle informatie over activiteiten van de coöperatie op te vragen. 5. De Raad van Toezicht vergadert minimaal twee keer per jaar met het Bestuur van de coöperatie. 6. De Raad van Toezicht geeft haar mening over de gewone jaarrekening en het voorstel betreffende winstverdeling of verliesdekking van de coöperatie, maakt het Bestuur attent op vastgestelde gebreken en eist verbeteringen. 7. De Raad van Toezicht is bevoegd alle informatie over de huishouding van de coöperatie bij het Bestuur op te vragen. Het Bestuur is verplicht onverwijld aan de Raad van Toezicht alle feiten mede te delen die ernstige gevolgen kunnen hebben voor de economie of positie van de coöperatie en haar leden. 8. De ledenvergadering mag opvolgers benoemen die op de vrijgekomen plaats van een lid van de Raad van Toezicht, volgens de door de ledenvergadering vastgestelde volgorde, komen. 9. Indien er geen opvolgers volgens het voorafgaande lid gekozen worden, mag de Raad van Toezicht, waarvan het aantal niet onder de helft is gedaald, zelf de opvolgende leden tot aan de volgende
ledenvergadering benoemen.
Artikel 25 Het stemmen van het Bestuur en de Raad van Toezicht 1.
Elk bestuurslid en elk lid van de Raad van Toezicht heeft één stem.
2. Vergaderingen van het Bestuur en de Raad van Toezicht zijn niet openbaar. Leden kunnen op basis van een schriftelijk gemotiveerd verzoek inzage vragen in verslagen van vergaderingen. 3. Wanneer alle leden ermee instemmen, kan een beslissing van deze organen ook buiten de vergaderingen genomen worden – schriftelijk of middels een ander communicatiemiddel. In dat geval worden stem uitbrengende leden van het orgaan als de op een vergadering aanwezige leden beschouwd. Het vaststellen van de beslissing vindt plaats op de eerste volgende vergadering van het onderhavige orgaan van de coöperatie.
IV. Boekjaar, jaarrekening, jaarverslag, wijze van winstbestemming en verliesdekking Artikel 26 Boekjaar Het boekjaar van de coöperatie is het kalenderjaar.
Artikel 27 Boekjaar, jaarrekening, jaarverslag, wijze van winstbestemming en verliesdekking 1.
De coöperatie is verplicht voor elk jaar een jaarrekening op te stellen.
2. Het Bestuur van de coöperatie zorgt voor het opmaken van een jaarverslag betreffende de huishouding van de coöperatie waarin een overzicht van handelsactiviteiten over het laatste jaar en voorwaarden voor de toekomstige activiteiten zijn aangegeven. 3. Het Bestuur is verplicht het jaarverslag, de gewone jaarrekening met een voorstel voor vergoeding van winstverdeling en winstbestemming, eventueel met een voorstel voor verliesdekking ter bespreking aan de ledenvergadering voor te leggen. 4. De coöperatieleden kunnen het jaarverslag, de gewone jaarrekening en het voorstel voor winstverdeling en verliesdekking ter inzage opvragen. 5. Over de wijze van toepassing van de vergoeding van winstverdeling en -bestemming, eventueel over een voorstel betreffende de wijze van verliesdekking beslist de ledenvergadering middels haar besluit conform de geldende wetten. 6. De behaalde winst wordt door de coöperatie bij voorkeur voor nakoming van haar
belastingverplichtingen gebruikt.
V. Gemeenschappelijke- en slotbepalingen Artikel 28 Organisatie van de onderneming
1. De coöperatie kan de uitvoering van het onderhoud van het Park en de dienstverlening voor haar leden uitbesteden aan al dan niet aan haar gelieerde (rechts)personen of aan de Nederlandse “Stichting Ledenbelang Cooperatie Marina Lipno” 2. Het Bestuur beslist over het ontstaan en het beëindigen van arbeidsrechtelijke verhoudingen van werknemers van de coöperatie en bepaalt de omvang van de bevoegdheden van individuele, bij de coöperatie in dienst zijnde personen.
Artikel 29 Concurrentieverbod 1. Een bestuurslid mag niet ondernemen in het kader van enige bedrijfsactiviteit van de coöperatie en dit ook niet ten gunste van derden, noch in de handel van de coöperatie ten behoeve van een derde bemiddelen. 2.Een bestuurslid mag geen lid zijn van het statutaire orgaan van een andere rechtspersoon met dezelfde bedrijfsactiviteit of van een persoon in een vergelijkbare positie, tenzij het om een concern, vereniging van eigenaren of coöperatie gaat waarvan de leden uitsluitend andere coöperaties zijn. 3. Een bestuurslid mag niet tegelijkertijd lid van de Raad van Toezicht van de coöperatie of een andere persoon zijn die volgens de inschrijving in het handelsregister bevoegd is namens de coöperatie te handelen. 4. Concurrentieverbod, vermeld in dit artikel, geldt vergelijkbaar tevens voor de leden van de Raad van Toezicht.
Artikel 30 Aansprakelijkheid voor schade
1.
Indien door het niet nakomen van de zorgvuldigheid van een goede beheerder een schade
voor de coöperatie is ontstaan, kan de coöperatie deze schade op grond van de met de aansprakelijke persoon aangegane overeenkomst vereffenen; voor de werking van deze
overeenkomst is de toestemming van de ledenvergadering van de coöperatie vereist, aangenomen met tenminste tweederde meerderheid van stemmen van alle leden. 2. Elk lid is gerechtigd om namens de coöperatie een schadevergoeding te eisen van een lid van het orgaan van de coöperatie of de nakoming van diens eventuele verplichting die uit de overeenkomst, volgens het voorafgaande lid, voortvloeit. 3. Een lid heeft geen recht om schadevergoeding volgens lid 2 te eisen, indien hierover volgens lid 1 al besloten werd. 4. Voorafgaand aan de toepassing van het recht volgens lid 2, tegen een bestuurslid, informeert het lid de Raad van Toezicht, indien deze opgericht is; indien de toepassing van het recht tegen een lid van een ander orgaan van de coöperatie gericht is, wordt er over dit feit door het Bestuur geïnformeerd. Het geïnformeerd orgaan past het recht op schadevergoeding onverwijld toe na ontvangst van de informatie volgens de voorafgaande zin, anders mag het lid dit recht volgens lid 2 namens de coöperatie zelf toepassen.
Artikel 31 Deelname van de coöperatie in activiteiten van andere rechtspersonen 1. De coöperatie kan lid zijn van een andere rechtspersoon. Over dit lidmaatschap beslist de ledenvergadering van de coöperatie.
Artikel 32 Besluitvorming per rollam De besluitvorming per rollam wordt toegelaten. In geval van besluitvorming per rollam stuurt de coöperatie of een persoon, bevoegd om de ledenvergadering bijeen te roepen, de conceptbeslissing aan alle leden toe. De conceptbeslissing bevat: a) de tekst van de voorgestelde beslissing en de motivering hiervan, b)
de termijn voor de ontvangst van een reactie van een lid van 30 dagen; als aanvang van deze termijn is beslissend de betekening van het concept aan het lid, c) de onderliggende documenten benodigd voor het aannemen van een beslissing.
Indien het lid binnen de aangegeven termijn zijn toestemming met de conceptbeslissing niet bij de coöperatie indient, geldt dat hij het met het concept niet eens is. Indien de wettelijke voorschriften het bewijzen van een beslissing van de ledenvergadering middels een authentieke akte vereisen, heeft de reactie van het lid de vorm van een authentieke akte, waarin tevens de inhoud van de conceptbeslissing van de ledenvergadering, waarop de reactie betrekking heeft, wordt vermeld.
Een beslissende meerderheid wordt berekend over het totaal aantal stemmen van alle coöperatieleden. De uitkomst van de besluitvorming per rollam, inclusief de dag van het aannemen hiervan, wordt door de persoon, gerechtigd om de ledenvergadering op de door de wet en Statuten vastgestelde wijze bijeen te roepen, aan alle leden onverwijld na de dag van aanneming hiervan vermeld.
Artikel 33 Opheffing, liquidatie en wijziging van de rechtsvorm van de coöperatie 1.
De coöperatie is voor een onbepaalde tijd opgericht.
2.
De opheffing, liquidatie, fusie, splitsing en wijziging van de rechtsvorm van de coöperatie wordt door wettelijke voorschriften geregeld.
3.
In geval van de opheffing van de coöperatie en haar liquidatie wordt het liquidatiesaldo tussen de leden verdeeld op een wijze conform de wettelijke voorschriften.
Artikel 34 Onderwerping van de nieuwe Handelswet De coöperatie onderwerpt zich aan de Wet nr. 90/2012 Sb. inzake vennootschappen en coöperaties