Checklist -opmaak Marjan -inhoudsopgave opmaak Marjan -paginanummers links en rechts -nalezen en aanvullen eindsprint – Marjan "Bewoners Organisatie Spoorwijk"
1
Een eeuw Spoorwijk [foto over voor-en achterkant; titel en subtitel boven en onder op de foto]
En al meer dan 30 jaar
Inhoudsopgave 1Voorwoord ............................................................. 3 2Herinneringen van een eeuw: de jaren 1912-1940 ...... 4 2.1Spoorwijk 100 jaar ............................................ 4 2.2Geworteld in het Haagse Spoorwijk ..................... 4 2.3Spoorwijk - Een Legendarisch Haagse wijk .......... 10 2.4Waterstoker .................................................... 11 2.5De markt, vlak voor de oorlog ........................... 12 2.6Oude mensjes uit Spoorwijk .............................. 14 2.7Weg na 68 jaar huren ....................................... 14 2.8Herinneringen zijn vlakbij. ................................ 16 2.9Spannende oorlog ............................................ 17 3Op volle stoom vooruit: de jaren ’40-’70 ................... 18 3.1De jaren 40 ..................................................... 18 3.2Boter, kaas en eieren ........................................ 20 3.3Godendrank .................................................... 20 3.4en de jaren vijftig en verder .............................. 21 3.5Wasmachineman .............................................. 23 3.6De jaren ’60 ................................................... 24 3.7Stadskinderen ................................................. 26 3.8Familiekroniek ................................................ 27 4Rangeerfoutjes - vanaf de roerige 80-er jaren ............ 29 4.1Terugblik op 30 jaar.......................................... 29 4.2Toespraak Rob Reimerink BOS 30 jaar ................ 29 4.3Inval in de wijk ............................................... 36 4.4Bezuinigingen .................................................. 37 3
4.5De Keet .......................................................... 38 4.6Sluiting bibliotheek ........................................... 38 4.7Nooit willen missen........................................... 39 5Op het goede spoor: vanaf 1987 .............................. 41 5.1Hof van Heden ................................................. 41 5.2Speech van minister Dekker ............................. 41 5.3Spoorwijk schudt zijn rode daken af .................... 45 5.4Schooltijd ....................................................... 53 5.5Laantjes en pleintjes ......................................... 54 5.6Hoogtepunten BOS 25 jaar 26.01.2008 ............... 57 5.7Vlindertuin geopend op 22.06.2011 .................... 59 5.8JOPplein Opening 24.09.2010 ........................... 60 5.9Nagenieten B.O.S. 30 jaar. ................................ 61 5.10Kleurrijk Festival 2012 .................................... 63 5.11Opknapbeurt groenstrook Hildebrandstraat ........ 64 5.12Kunst in de Wijk. ............................................ 64 5.13Nieuw bestuur 2013. ...................................... 64 5.14Het woord aan het nieuwe bestuur. ................... 65 5.15Vrijwilligers zetten zich vanuit de Bewonersorganisatie in ......................................... 67 5.16Gediplomeerd. ............................................... 67 6De eindsprint: toekomstblik .................................... 68 6.1Aanpak Grijze plek .......................................... 68 6.2De Gymzaal is al klaar. ...................................... 68 7Nawoord .............................................................. 69
1
Voorwoord
Spoorwijk is als Haagse wijk al meer dan honderd jaar in ontwikkeling. Ooit begonnen als bestemmingsplan onder hoede van Berlage in 1912, is het opgebouwd, gegroeid, wederopgebouwd en opnieuw opgebloeid. Al meer dan dertig jaar is de Bewoners Organisaties Spoorwijk (BOS) actief in de wijk. Dit boekje is er om u warm welkom te heten. Met herinneringen over de laatste honderd jaar. Met dingen die in de wijk spelen. En hoe wij er met zijn allen van kunnen genieten. We wensen u heel veel leesplezier, en nog veel meer genot van Spoorwijk! Namens de bewonersorganisatie Spoorwijk Marjan Wesselingh Voorzitter.
5
2
Herinneringen van een eeuw: de jaren 1912-1940
2.1
Spoorwijk 100 jaar
Op 29 Oktober 2011 vond voor het eerst een reünie plaats van heel veel oud-Spoorwijkers. Met mensen van wel bijna honderd jaar. Honderden kwamen een kijkje nemen hoe Spoorwijk er nu bij ligt en wat iedereen in al die jaren heeft gedaan. Velen deelden hun herinneringen en een deel daarvan vindt u terug in dit boekje.
2.2
Geworteld in het Haagse Spoorwijk
Toespraak van Tineke van Nimwegen ter gelegenheid van de reuniebijeenkomst 100 jaar Spoorwijk.
Dames en heren, bewoners en oud-bewoners van Spoorwijk, Wat een opkomst op deze bijzondere zaterdag in De Wissel. De voorzitter van de bewonersorganisatie, Marcel Keus, sprak daar zojuist zijn verheugdheid en verwondering al over uit. Velen van u zijn uit alle delen van het land en uit alle delen van deze stad naar Spoorwijk gekomen om het 100-jarige bestaan te vieren. Op Limburg en Zeeland na zijn alle provincies hier in De Wissel vertegenwoordigd. De bewoners van nu ontvangen u daarvoor met open armen en men heeft alles uit de kast getrokken om er een sfeervolle dag van te maken. Ik vind het eervol om straks met u deze bijzondere dag te openen en u vraagt zich wellicht af wat een wethouder van Midden-Delfland (de dorpen Den Hoorn, Schipluiden en Maasland) hier doet. Mijn betrokkenheid met de wijk dateert vanaf 1990 toen ik als Haags gemeenteraadslid aantrad en direct met Spoorwijk te maken kreeg. Tot 2007 woonde ik ook in het stadsdeel Laak waar ik als dochter van melkboer Van Wieringen in de wijk Schipperskwartier werd geboren en er met mijn broers opgroeide. Later werden ook onze kinderen in deze wijk groot gebracht. Ook na mijn aantreden in MiddenDelfland is onze band blijven bestaan en is er belangstelling over en weer. Dat doet ook de relatie tussen stad en land en land en stad goed. Je bent en blijft
7
in onze Metropoolregio betrokken bij elkaar en dat is van belang.
Op 22.06.1987 werd het Bewonersplatform Spoorwijk opgericht.
Over de geschiedenis van Spoorwijk
Deze wijk werd 100 jaar geleden aan de rand van Den Haag met Rijswijk gebouwd als een “tuinwijk” voor ambtenaren en arbeiders. Net als de Molenwijk werd de wijk een Koperen Knopenwijk genoemd. Het
stedenbouwkundig plan van de wijk was indertijd vernieuwend en heeft nog steeds herkenbare patronen. Vanaf de start was er in de wijk een plek voor onderwijs, sport, spel, religie (katholiek en protestant) en er was sprake van gemeenschapszin. Uit de tentoonstelling blijkt hoe rijk het sociale en het verenigingsleven was en ik zie velen van u knikken. In Spoorwijk werd veel gevierd en was het heerlijk voor een kind om op te groeien. In de jaren 80 van de vorige eeuw ging het minder goed met de wijk vanwege de uittocht van gezinnen naar grotere woningen elders. Een té grote instroom uit stadsvernieuwingsgebieden was er mede de oorzaak van dat Spoorwijk uit balans raakte. De wijk kreeg te maken met veel sociale problematiek en onleefbare situaties. Toen ik met de fractievoorzitter in 1990 de wijk bezocht luidden de klokken als gebaar van boosheid naar de lokale overheid. Voor de bewonersorganisatie was de maat vol en er moest heel snel iets gebeuren. Met steun van de hele Haagse gemeenteraad is hen dat ook gelukt en werd de wijk van stadsvernieuwingswijk, krachtwijk een prachtwijk. Vele diepte- en hoogtepunten zijn daarmee gepaard gegaan. De brand in een van de kerken, jeugdproblematiek, maar ook de bouw van deze Wissel, het nieuwe baken voor de wijk. Een ander hoogtepunt is het Hof van Heden, het schitterende wijkpark dat de wijk rijker is geworden. Door ook meer koopwoningen te mengen met sociale woningbouw is de wijk er sterker op geworden en is de draagkracht vergroot. De bevolking is natuurlijk flink veranderd, maar de gemeenschapszin en de sociale betrokkenheid zijn nog steeds heel groot. Multiculturaliteit lijkt tegenwoordig een besmet woord te zijn, maar door de samenwerking van bewoners, 9
verenigingen, kerken, de tempel, de moskeeën en vele anderen is Spoorwijk een krachtige multiculturele wijk geworden waar Den Haag en de regio TROTS op is. Bewonerskracht
Velen van u hebben dié periode van diepte en doorzetten niet meegemaakt. Door velen werd op Spoorwijk neergekeken. Het is de kracht van de wijk geweest en haar bewoners die heeft gezorgd voor de dag van vandaag, een levenslustige en vitale honderdjarige wijk. Twee mannen en één vrouw waren toen de “vaders en moeders” van de wijk, Piet van Gogh, Joop Hoekstra en Tilly van Bergen Henegouwen. Mensen die er niet meer zijn, mensen die door hun inzet de wijk vanaf de wortels omhoog hebben getrokken. Mag ik van u allen voor hen een groot applaus.
Piet van Goch Joop Hoekstra De wortels hebben zich vertakt en nieuwe actieve bewoners dienden zich aan, vier van hen wil ik vandaag speciaal aan u voorstellen vanwege hun grote verdienste
voor de wijk: Ramazan Odek, als puber vanuit Turkije naar de wijk gekomen en al 25 jaar aan de slag voor zijn buurt. Trees Hoekstra en haar dochter die zijn doorgegaan in de sporen van haar man en haar vader. En natuurlijk tot slot Ria Groot, de nieuwe “moeder” van de wijk, de vrouw ook die met hart en ziel deze reünie heeft georganiseerd. Mag ik uw speciale applaus voor deze mensen. Verliefd, verkering, verloofd of getrouwd?
Ik zie dat velen van u reikhalzend naar de ander staat uit te kijken en ben benieuwd hoeveel van u indertijd in Spoorwijk verkering met elkaar kregen. Steek uw hand eens op! Zo, dat is een flink aantal, ik schat zeker 60! Wij zijn natuurlijk bijzonder geïnteresseerd in het verhaal daarachter en de bewonersorganisatie wil graag dat u daarover schrijft en mailt naar
[email protected]. Via de website www.spoorwijk.org kunt u volgen wat er met deze verhalen gebeurt. Ik hoop dat het contact leidt tot een nieuwe relatie van u met uw oude buurt, want dat is goed voor uw persoonlijke wortels en de wortels van Spoorwijk! En daarmee opende Tineke van Nimwegen de Reünistendag van het 100-jarige Spoorwijk.
11
2.3
Spoorwijk - Een Legendarische Haagse wijk
Spoorwijk, een legendarische naam voor een speciale wijk in Den Haag
Het bovenstaande boek is een zeer persoonlijke herinnering aan Spoorwijk van iemand die er zijn hele leven heeft gewoond. Zoals hij het zelf zegt: "Het is het fijne gevoel dat je hebt als je denkt aan je mooie jeugdtijd, ondanks de tweede wereldoorlog die er tussen zat."
De beroemde architect Berlage had al langere tijd een bouwplan klaar voor Spoorwijk, desondanks heeft de gemeente nog gewacht met bouwen tot halverwege jaren twintig. De naam Spoorwijk is ontleend aan de spoorlijn van Den Haag naar Rotterdam. De wijk ligt keurig in een bocht van die lijn. Het werd een wijk met vrij kleine arbeidershuizen. Een mooie moderne wijk, geheel in lijn met de nieuwe visies op de woningbouw zoals die in het begin van de twintigste eeuw in geheel Europa ingang begonnen te vinden. De foto's geven een wereld weer die niet meer bestaat. Op straat spelen zonder autoverkeer! Loop in gedachten, aan de hand van de foto’s door Spoorwijk en herinner je vrienden, vriendinnen, leraren uit je jeugd Een boeiend fotoboek, verzameld en geschreven door Wim van den Burg. www.uitgeverijbetelgeuze.nl
2.4
Waterstoker
Ik ben in 1933 geboren en woonde sinds 1939 in Spoorwijk, in de Schoolmeesterstraat. Ons gezin bestond uit acht personen: vier meisjes en twee jongens. In de Van de Broekstraat zat waterstoker-kruidenier Hummel. Daar konden de moeders warm water halen voor de was of badwater, alhoewel onze moeder altijd warm water op het gas maakte met een wasketel. De heerlijkheid van een douche in huis bestond nog niet. Eén keer per week ging je in de teil en verder waste je je met koud water. Toen wij wat ouder werden, mochten de oudsten naar het badhuis in de Paets van Troostwijkstraat. In de Capedosestraat was een snoepwinkel. Die heette de Zoete Inval en daar drukten wij als kinderen onze neusjes 13
plat tegen de ruit vanwege al de heerlijkheden. In de oorlog werd de Capedosestraat omgedoopt tot Arie Prinsenstraat, maar na de oorlog werd het weer Capedosestraat. Ik was op de Jeroenschool bij de nonnen in de Rosseelstraat.
In de eerste klas zat ik bij juffrouw Florie. Het was een schat. Als je goed je best deed, kreeg je een boterham van haar. Voor mij was het een feest als ik aan de beurt was, thuis hadden wij het niet breed. Ik ben twee keer in een kolonie geweest in Boxtel. Deze was voor katholieke Haagse bleekneusjes. Daar ging je voor zes weken naartoe en als je niet genoeg aankwam, kwamen daar nog eens zes weken bij. Dat overkwam mij bijna, en ik vond het verschrikkelijk. Maar dat kon je niet naar huis schrijven, want wat je schreef werd gecontroleerd.
Wil Krens-Litzouw | Hengelo
2.5
De markt, vlak voor de oorlog
Hoewel wij in het oosten des lands wonen, zijn en blijven wij toch echte Hagenaars. Wij zijn er geboren en getogen en kennen het Haagje zoals het was. Ik werd geboren aan de Hildebrandstraat in Spoorwijk, en vanaf mijn vijfde, vlak voor de oorlog, verhuisden wij naar het Hoflandplein no 7, een nieuw huis, op de derde etage, dat toen erg hoog was, één van de hoogste huizen van Den Haag. We hebben het daar ook allemaal gezien, de gloed aan de hemel van het brandend Rotterdam, de bommen die vielen op het Bezuidenhout en de luchtaanvallen en zoeklichten boven Ypenburg.
Hildebrandstraat 1922 De laatste keer dat wij Den Haag bezochten - en natuurlijk ons oude buurtje - zag ik met schrik, dat het gedeelte Hoefkade tussen de katholieke kerk en het Hoflandplein geheel was verdwenen en daarmee kwamen veel herinneringen boven. De jaren vlak na de oorlog, ik 15
was toen tien jaar, leerde ik boodschappen doen op de Hoefkade en natuurlijk op de Haagse Markt, alwaar de fam. Otten en Simonis toch wel heel bekend waren. Voor de markt kreeg ik extra advies van mijn moeder, niet naar de mooie voorste appels kijken, maar achter in de kist want die kwamen op de weegschaal! Mijn boodschappenlijst was lang en als ik van de drie gulden in de portemonnee één kwartje overhield had ik goed mijn boodschappen gedaan.
Connie Ruijfrok-Plooij 2.6
Oude mensjes uit Spoorwijk
Ik ben van 1926 dus al een oude dame. Ook ik heb mijn hele jeugd in spoorwijk gewoond. Dus ik weet er alles van. Ook de oorlog meegemaakt, maar wat waren wij saamhorig met elkaar. Toen ik mijn man leerde kennen (hij woonde in de Schilderswijk) en we zijn getrouwd in 1953. Ik woonde in de Busken Huetstraat en een paar huizen verderop woonde een fam, v.d.Berg (toevallig is mijn meisjesnaam ook v.d.Berg) en daar kwam ik in de oorlog veel over de vloer.en de oudste zoon heette Pim en daar ben ik vlak na het bombardement van het Bezuidenhout met hem op voedseltocht geweest naar het oosten van het land, maar heb ik nog veel herinneringen aan. Maar Pim v.d. Berg ben ik uit het oog verloren en weet helemaal niet meer waar hij nu woont. Misschien leest hij dit en ik zou het leuk vinden hem nog eens te ontmoeten. Hij moet nu ook rond de 75 jaar zijn. Spoorwijk is erg veranderd het is haast niet meer te herkennen. Wij wonen nu in Zeeland daar is het allemaal nog wat rustiger en wij wonen er graag. Pim had nog broers Dick, Hans en nog een waarvan mijn de naam is ontschoten. Groet D. Linnemann-v.d.Berg. Hoedekenskerke Zld.
2.7
Weg na 68 jaar huren
Mevrouw Koot (74) was een meisje van pas zes jaar toen ze met haar ouders huurwoning nummer 84 betrok in de Guido Gezellestraat. Het is een van die vele leuke straten die Spoorwijk tot zo'n wijk hebben gemaakt waar saamhorigheid troef is.
Op nummer 84 werd het almaar voller. Ze had er al het leven geschonken aan vier kinderen, toen haar moeder overleed. "Mijn vader heeft ze alle vijf nog meegemaakt", vertelt mevrouw Koot nu. Een grote familie, dus veel kostgangers die destijds ieder een setje huissleutels kregen en nu nog hadden om ma te kunnen bezoeken. Deze week gaf mevrouw Koot met pijn in haar hart alle sleutels in één grote verzamelbos terug aan haar huisbaas, Meijer. Makelaar-taxateur Roger Meijer, van het door zijn - veel te vroeg overleden - vader opgerichte makelaarskantoor G.A.A. Meijer op de Thomsonlaan, verraste mevrouw Koot in haar oude voortuin met een zware pot vol duurzame bloemen, een boekenbon en een felicitatiekaart in verband met de nieuwe woning die ze zojuist heeft betrokken in De Wissel.
17
Meijer: "Ik heb vaker meegemaakt dat mensen heel lang in dezelfde huurwoning bleven. Tot nu toe was voor mijn kantoor het record echter 55 jaar. Maar 68 jaar is echt heel bijzonder". Om zijn door kinderen en kleinkinderen van mevrouw Koot bijgewoonde tuinspeech geestig te vervolgen met: "Makelaars zijn niet blij met zulke lange huurperiodes. Die zijn gebaat bij een goede doorstroming". Zo om de zeven jaar verhuizen, dat is goed voor de woningmarkt. De makelaar trof de woning (à 533,80 huur) in goed onderhouden staat aan. De kinderen van mevrouw Koot, van wie enkelen in de buurt wonen, hebben er veel aan vertimmerd en zelfs van een uitbreiding voorzien. "We hadden ook best een lift in de woning willen aanbrengen", vertelde zoon John. Dit omdat de knieën van zijn moeder niet best meer zijn en zij geen trappen meer kan lopen. Maar om straks gedwongen plaatsing in een afgelegen wooncentrum te voorkomen, is nu al vrijwillig voor De Wissel gekozen. Vanuit haar nieuwe driekamerwoning kijkt mevrouw Koot sinds enkele dagen vanuit een schuine hoek uit op haar oude huurwoning. "Ik vind het heel erg dat ik eruit moest. Ik ben daar ingetrouwd, heb er mijn kinderen gekregen en heb er mijn ouders verloren. Het is in deze straat altijd gezellig geweest". En: "Meneer Meijer, wat doen we nou met de post die er nog eventueel komt?" "Oh, u mag nog best even één sleutelsetje terughebben", reageerde de jonge makelaar sportief. Meijer weet nog niet of nummer 84 straks wordt verkocht of weer verhuurd. Mw. Koot
2.8
Herinneringen zijn vlakbij.
Samen in de keuken deden ome en ik de was. In een grote teil met stamper. Boenen, spoelen, en dan nog een keer met een zakje blauwsel. Daarna door de wringer en als de kleren droog waren mocht ik helpen strijken.
IJzeren strijkbouten op de potkachel en oppassen dat je de theedoek niet schroeide. Buiten op het muurtje, nu begroeid met klimop, kreeg ik de eerste reep chocolade. Van een bevrijder, een Canadese militair. Nog steeds woon ik in het huis waar ik geboren ben Mijn ouders namen in 1938 de woning aan de Laan van Meerdervoort over. Het was een rusthuis met veel oude dames. Opa en oma kwamen mee uit Spoorwijk. Na de oorlog speelden we in de tankgracht. De oude dames in het huis maakten plaats voor families uit NederlandsIndië. Omdat mijn moeder nog steeds de warme maaltijden verzorgde werd er vaak Indisch gegeten. Heerlijk! In mijn lagere-schooltijd brachten we bezoekjes aan Heck op het Spui, of aan Krul voor een theecomplet (voor mij limonade) met gebakjes. Met opa genoot ik van de kermis op Prinsjesdag en zelf won hij meestal de hoofdprijs met het slaan van een grote hamer op de ‘Kop van Jut’. Van de Watersnoodramp in 1953 herinner ik me het opkomen van de vloed, het strand, de weggeslagen bunkers; je staat zo tot je knieën in het water. De middelbare schooltijd is vijf jaar plezier. Op schoolavonden mag er niet gedanst worden, maar we organiseren zelf dansavondjes bij ons thuis. Met 45-toeren plaatjes op een nieuwe pick-up: ‘Midnight’ van Paul Anka en ‘Jailhouse Rock’ van Elvis werden grijs gedraaid. In de jaren zestig is het trouwen en werken. Je bent nu volwassen. In ons huis aan de Laan van Meerdervoort wonen nu vier generaties. Alweer de was: kleine babytruitjes van onze dochter, grote flanellen borstrokken van opa, nylon kousen (heel voorzichtig behandelen) van moeder en bruine legeroverhemden van manlief. De foto’s genomen voor hetzelfde witte huis sieren de schoorsteen. Van ‘38 tot ‘95. Van ikzelf tot kleindochter. Herinneringen ze zijn vlakbij. Kokkie van Dijk-Engelen,
19
2.9
Spannende oorlog
Toen de oorlog uitbrak, was ik net tien jaar. De term mobilisatie had ik spannend gevonden, niet wetende wat het betekende. Geboren en getogen in de Camera Obscurastraat 12 (Spoorwijk) en later op 36. Ons gezinnetje was niet groot; ik was nog alleen en in mei 1941 werd plotseling een zusje geboren. Doordat mijn vader mij van school haalde en ik een moorkop mocht uitzoeken, was het iets feestelijks. De oorlog was nog jong en we hadden er nog niet zon erg in. Nijpender werd het in 1944, de hongerwinter. Op school in de Busken Huetstraat kreeg ik I.K.B.-voeding door mijn astma /bronchitis-aanvallen. Mager als ik was, wist ik wel van aanpakken.
De V1’s kwamen vaak in Overvoorde naar beneden. Wij waren daar veel om de noodkachel die pappa had gemaakt, met het hout van stammetjes te vullen. Op zusjes wandelwagentje vervoerden wij dat. Een klein trapje zette mijn vader tegen de bomen op, maar ook dat werd door anderen verzaagd tot brandstof. We leden veel honger; suikerbieten en bloembollen en de weinige bonnen waren alles wat we hadden. Af en toe was er een feestelijke dag bij de gaarkeuken en werd het pannetje halfvol geschept. Ik moest in de rij staan als 14-jarige. Pappa lag met hongeroedeem op bed. En ik viel niet zo
snel flauw in de rij van wachtenden... Haastte ik mij naar huis tot er een jongen riep: "Hé zus, wat eten we vandaag?" Zo onschuldig als ik was, tilde ik de deksel op en ...een graai met zijn hand en de inhoud was op wat restjes na verdwenen. Het huilen stond mij nader dan het lachen. Van de Ruyterschool ging ik naar de huishoudschool om te leren voor kinderverzorgster. Maar wassen, koken en strijken gingen mij niet goed af. De kookjuffrouw is zenuwpatiënt van mij geworden. Mijn kinderverzorgsterdiploma heb ik niet gehaald. Op vaders advies ging ik naar Wilson’s Limonadefabriek (Amsterdamse Veerkade). De hele dag staten opstellen van de flesjes van de kratten die verkocht werden. Zonder telmachine. Na een jaar of drie ging ik naar de drukkerij Leussen in de Hofwijckstraat. Bij Zeven Provinciën (Javastraat) bleef ik tot mijn trouwen.
H.J. Vaz-Diaz-Meershoek Lees ook nog het boekje Leven in Spoorwijk (opbouwwerker Marko Fehres 1993) met veel herinneringen uit het verleden.
21
3
3.1
Op volle stoom vooruit: de jaren ’40-’70
De jaren 40
Ontzettend leuk om verhalen van de mensen uit Spoorwijk en Laakkwartier te lezen. Zelf heb ik er een ontzettend leuke tijd gehad. Een tijd om nooit te vergeten. In 1940 ben ik op de Laakkade geboren en direct hierna zijn wij verhuisd naar de Burgersdijkstraat. Wij woonden op de hoek van de Laakkade tegenover de slagerij van Bos. De dochter heette Trijnie en zij was ongeveer 8 jaar ouder dan ik. Boven de slagerij woonde tante Jos. Een fantastische vrouw die bij iedereen zeer goed lag. Voorts woonden bij ons op het portiek de familie Liothard (Etienne, Lucienne, Kazmira, René en Michelien) Met Lucien was ik bevriend en wij gingen heel vaak in de straat putvoetballen. Voorts woonden in de straat de familie Driessen. met Bep Driessen heb ik nog verkering gehad, maar ja dit was een onmogelijke liefde, want zij was Katholiek en ik Ned. Hervormd en in die tijd was dit voor de ouders absoluut niet toegestaan. Ik heb begrepen dat Bep haar naam later heeft gewijzigd in Lisbeth. Wat van haar is geworden weet ik helaas niet. In de straat woonden ook de gebroeders Simmers, Henk, Cock en ? . Alle drie hadden ze een BMW-motor. Dat was voor mij en mijn vrienden smullen geblazen. Sporten was zeer belangrijk in die tijd en toen Holland Sport tot stand kwam gingen mijn vriend Boudewijn Pape en ik daar voetballen. (Na 45 jaar heb ik weer contact met hem!) 5x per week op de fiets naar Duindigt! Daarvoor had ik bij Cromvliet gespeeld en weer later bij RVV Rijswijk. Wat een fantastische vereniging was dit. 3x achter elkaar werden we kampioen met spelers zoals Herman Groen, Floor Fritz e.a. En wat te denken van ijshockey-periode van HOKIJ?!! Met spelers als Pico, Pat Adair, Mc.Guire, Carl Forster, Van Dommelen, Klein e.a.
Altijd gingen we naar (Scheveningen) Holland Sport op Houtrust kijken, met spelers als Mick Clavan, Bertus de Harder, Henk Schouten, Wim Landman en v.a. (Gemeente Bestuur waarom hebben jullie die club om zeep geholpen??) In 1958 ben ik in dienst gegaan bij de Kon.Luchtmacht in West Duitsland. Daar heb ik bijna twee jaar gediend bij de 1e Groep Geleide Wapens. Een fantastische tijd. Voor ik in dienst ging kreeg ik verkering met Ria van Velzen. Zij woonde in de Van Musschenbroekstraat. Helaas ben ik er nooit in geslaagd om haar huidige adres te achterhalen. Ik zou heel graag nog eens met haar willen spreken.
Later leerde ik mijn huidige vrouw kennen. Zij was verpleegster bij o.a. dr. Schmitz in de polikliniek bij de Oranjekerk op de Gouverneurlaan. Toen wij trouwden zijn wij in de Keggestraat in Spoorwijk gaan wonen. Op zolder in een oude van dagen woning bij de fam. Lether. Ontzettend aardige mensen. Een periode die heel erg gezellig was. In 1963 vertrokken wij uit Den Haag naar 23
Capelle a/d IJssel. Oh, oh Den Haag, mooie stad achter de duinen, ik zal je nooooooit vergeten! Rob van Wieringen
3.2
Boter, kaas en eieren
Van alle bekende straatfiguren die met paard en wagen hun waren uitventten (groenteboer Losheid, zand zeep en soda Beukers), was Allie Knijnenburg een van hen. Mijn vader deed van voor 1940 tot 1970 in boter, kaas en eieren. Hij liep met paard en wagen met bovenop stenen kippen door vele wijken van Den Haag. Onder andere het Zuiderpark, Spoorwijk, Laakkwartier, de Schilderswijk en voor de Tweede Wereldoorlog ook Scheveningen. De vier paarden die Allie gehad heeft noemde hij allemaal Josje. Onderweg kreeg Josje van de klanten genoeg te eten en als het Josje te lang duurde dan pikte hij de plantjes uit de vensterbanken van de mensen bij wie het raam open stond (dat kon toen nog). Josje en de wagen werden gestald in het Oog in ‘t Zeilstraatje, een zijstraat van de Boekhorststraat. Na 1950 werd er ook in de nieuwbouwwijken Moerwijk, Morgenstond, Bouwlust en Berestein gevent. Dat was nodig omdat de huizen eerder klaar waren dan de winkels. Allie Knijnenburg is in 1965 gestopt met het venten met paard en wagen omdat het verkeer steeds drukker werd. Allie is nog zo’n vier jaar met een VW-bus doorgegaan met venten. Toen hij 69 was is hij gestopt met werken.
A. Knijnenburg Den Haag 3.3
Godendrank
Vlak na de oorlog zat ik op de kleuterschool. Wij wisten niet wat melk was en moesten een kopje meenemen.
Daarin werd op school een lepel wit poeder aangelengd met water; goed roeren en drinken. Een godendrank, zo lekker. Als verrassing kregen we melkpoeder mee. Een van mijn eerste verjaardagen mocht ik vieren met roomboter en honing op brood. Wij woonden in een ambtenarenbuurt. Je hoorde niet te komen in het gedeelte dat achter de Noordpolderkade lag, ook niet in Spoorwijk. Wat je natuurlijk toch deed als er een vriendinnetje woonde. De katholieke kerk had daar veel te vertellen met veel eigendommen: van huizenblokken, klooster met kapel, tot kerk, parochiehuis en tuin. Thuis hadden wij een distributieradio: een luidspreker en een grote knop met een paar keuzezenders. Het geluid was heel goed en werd na opheffing node gemist. De hoorspelen werden driftig beluisterd. Allemaal rond de radio geschaard voor Monus de man van de maan die sprong in het heelal, en natuurlijk de familie Doorsnee. Ergens in de jaren vijftig kreeg ik een nieuw klasgenootje uit Indië. We raakten bevriend en zijn dat nog steeds. Mijn vader zat na de oorlog 2,5 jaar in Indonesië. Heel wat verhalen en foto’s bracht hij mee. Wat ik mij ook kan herinneren is zoiets als een dorpsgek. Lange tijd liep zo’n iemand, ‘Gekke Willem’, door de Spuistraat. Een lange lijzige man, met lange jas. Hij deed geen vlieg kwaad en had er veel plezier in om door het uitsteken van zijn lange tong, jonge meisjes de stuipen op het lijf te jagen. Gillende keukenmeiden...en gekke Willem lag dubbel.
C.A.M. de Vree-Sies, 3.4
en de jaren vijftig en verder
Heel wat straten in Spoorwijk zijn de laatste jaren ten prooi gevallen aan de slopershamer. Zoals de Gerrit Witsestraat, de Camera Obscurastraat en een gedeelte van de Beetsstraat en de Hildebrandstraat. Langzaam maar zeker komen daar nieuwe huizen voor in de plaats. Kortom, Spoorwijk zal de komende tijd een volledige 25
metamorfose ondergaan. Het is deze wijk waarin ik mijn jeugdtijd heb doorgebracht. Tot 1942 woonden we in de Hasebroekstraat, waarna ik met mijn ouders en mijn acht jaar oudere zus naar de Oltmansstraat verhuisde. Bijna vier jaar was ik toen.
Na de oorlog bezocht ik de openbare lagere school in de Beetsstraat. Het hoofd was de heer Hundepool. Ik kwam te zitten in de klas van juffrouw Morrison en eerder of later had ik de wat strenge juffrouw Ratelband als onderwijzeres. Enkele namen van kinderen uit mijn klas herinner ik me nog. Zo was er een meisje, Nita de Graaf heette ze. Ze woonde ook in de Oltmansstraat, maar dan in het gedeelte tussen de Alberdingk Thijmstraat en de Beetsstraat. Verder herinner ik me drie jongens: Hans Snaterse die pal naast de school woonde, Gerrie de Roode uit de Camera Obscurastraat en Jørjøm Zwennes. Was hij jaren geleden niet de te raden persoon in het tvprogramma ‘Wie van de Drie’? Hij gaf zich uit als chef-kok van restaurant ‘t Goude Hooft. Het was de tijd, direct na de oorlog, dat de melkboer vroeg in de morgen nog aan huis kwam. Voor ons was dat de heer Nijbakker. Hij had zijn melkzaak in de
Beetsstraat. Als kruidenier hadden we de heer Van den Bos, wiens winkel was gevestigd op de hoek van de Potgieterstraat en de Oltmansstraat. Naar mijn weten had hij voor de oorlog een kruidenierszaak in een ander gedeelte van Spoorwijk, waar hij ook brood verkocht. Daarom werd hij jaren daarna ‘Bakkertje Bos’ genoemd. Een van de oudste winkels in Spoorwijk was de galanteriewinkel van de familie Talen in de Alberdingk Thijmstraat. Van de oudste dochter, Geesje Talen, heb ik in de jaren ‘50 nog accordeonles gehad. Later heeft dochter Lenie de winkel van haar ouders overgenomen. In verband met de sloop van de panden waarin haar winkel gevestigd was, verhuisde Lenie naar een leegstaand pand op de hoek van de Multatulistraat en de Alberdingk Thijmstraat. Eind juli van dit jaar besloten Lenie en haar man de deuren van hun winkel voorgoed te sluiten. Zover een greep uit herinneringen van mijn jeugd in Spoorwijk. In 1972 verhuisden van de Oltmansstraat naar een flat in de Stieltjesstraat in het Laakkwartier. En daar woon ik nog steeds.
Joop van den Berg
27
3.5
Wasmachineman
In februari 1951 ik was vijf jaar en verhuisde ik met ouders en zus naar de Melis Stokelaan. Ons huis op de tweede etage lag tegenover het Zuiderpark. Bij de Betje Wolffstraat die toen nog in aanbouw was. Er was in deze winkelstraat één winkel open, de kruidenierswinkel van Koopman. Toen we nog in Spoorwijk woonden, zat ik op de kleuterschool in de Van Oosterwijk Bruinstraat . Daar had ik het prima naar mijn zin, dus werd er besloten dat ik daar zou blijven tot ik naar de grote school zou gaan. Mijn vader bracht me ‘s morgens achter op de fiets. Ik herinner me dat ik het altijd zo griezelig vond als er net een trein over het viaduct bij de Goeverneurlaan denderde. Maar ja, ik zat veilig bij vader, mij kon niets gebeuren. ‘s-Middags liep ik helemaal terug en ik zie nog mijn moeder ongerust op het balkon op de uitkijk staan. In september was het moment dat ik naar de lagere school moest. De Roemer Visscherstraat telde twee scholen in aanbouw: een christelijke en een openbare. Ik ging naar de openbare. Maar er was een probleem: er was maar één lokaal, terwijl er twee eerste klassen stonden te trappelen met elke ruim vijftig kinderen. Dus ging ik de ene week ‘s morgens en de andere week ‘s middags naar school. Ik weet niet meer hoe lang dat geduurd heeft, maar ik heb diepe bewondering voor onze onderwijzeres juffrouw Franssen, want met Kerstmis kon ik al lezen. Voor zover ik weet had haast niemand toen een eigen wasmachine. Maar er was een firma die de portieken schoonmaakte en ook wasmachines verhuurde. Maandag was wasdag, dus werd op zondagavond de was op het fornuis in een grote teil met soda in de week gezet, op een zacht pitje. Maandagochtend moest pa uiteraard helpen om de teil naar de badkamer te sjouwen en dan maar hopen dat de wasmachineman ook echt kwam. En ja hoor, daar kwam de bakfiets van de firma Jelle
Schoonlingen, volgeladen met die vierkante Hooverwasmachines. Die man nam zo’n machine op zijn nek en bracht hem naar de tweede etage. Daar was alles in gereedheid gebracht; het water kookte (want die machines konden niet zelf verwarmen) en de wringer op z’n bok met een teil eronder stond ook al te wachten. Je moest wel meteen aan de slag, want de huurtijd was beperkt. Soms had mijn moeder pech en kwam hij niet of veel te laat. Het gebeurde ook een keer dat de machine vol zand zat. Hoeveel de wasmachine kostte weet mijn moeder, die inmiddels negentig jaar is, niet meer.
Marijke van Dijk-van Hagen. Den Haag 3.6
De jaren ’60
In de jaren ‘60 heb ik enkele jaren in Spoorwijk gewoond, een toen ook al beruchte wijk. In de dagelijkse praktijk gebeurde er weleens wat, doch een onbekommerde jeugd was er in die tijd nog goed mogelijk. Spoorwijk was bijzonder vanwege de vele betaalbare eengezinswoningen. De wijk was ontworpen naar een stedenbouwkundig plan van Berlage dat veel ruimte liet voor tuintjes, parkjes en poortjes. Dat maakte het een leuke omgeving om te spelen. In de jaren zestig werden voor het eerst doucheruimtes gebouwd in de beknopte huisjes omdat die bij de bouw nog niet bestonden. In die tijd kocht mijn moeder nog gewoon in buurtwinkels als de Vivo in de Guido Gezellestraat en slager Waslander op de Van Zeggelenlaan. Pas later kwam de concurrentie van onder meer één van de eerste Konmars in de Waldorpstraat. Een supermarkt bezoeken was toen een uitje. De Goeverneurlaan was er voor de extra boodschappen. Zo nu en dan mocht ik een modelbouw vliegtuigje of huisje uitzoeken bij speelgoedwinkel Wonderland. In die tijd besefte ik nog niet wat de op de muren van de Jeroenschool gekalkte namen van beatgroepen als Q65 betekenden. Op een gegeven moment werd ik gevraagd bij de verkenners op de zolder van de Jeroenschool. Vreselijk was het: ‘overleven’ met hout, knopen en zakmessen terwijl net de nieuwste Engelse en
29
Amerikaanse televisieseries op de Nederlandse televisie kwamen. Nog voor een uniform besteld kon worden, was ik er alweer vanaf en zat ik avond aan avond aan de buis gekluisterd. Het is jammer dat de wijk later verloederd is en uiteindelijk door de omvang van de huisjes niet volledig behouden kon blijven. John van Markwijk Leidschendam
De Jeroenkerk voor de afbraak
3.7
Stadskinderen
Stadskinderen, een van hen ben ik. Mijn naam is Aat van der Meij 1949 geboren in de Joris van der Haagenstraat, direct daarop in 1951 zijn wij verhuisd naar de Multatulistraat in Spoorwijk, van daaruit naar de Camera Obscurastraat, en van daaruit weer naar de Oltmansstraat naast de poort, om de hoek hadden wij het winkelplein met onder anderen
Bakker Baas, Lenie Talen, Hakkert de groenteman, Van Voorts de kruidenier, twee sigarettenwinkels waarvan een met de naam Zurich deze middenstander werd altijd gepest, slagerij Pleite en nog meer winkels. Mijn kleuterschool was in de Douwes Dekkerstraat waar ook clubhuis de Fram zat. Ik zat op circus het Kraaiennest, was trommelslager en kreeg les van de heer van Dijk. Daarna ging ik naar de Busken Huetschool van juffrouw Casstanje en juffrouw Nagel. Ik was een jaar of acht of negen - precies weet ik het niet meer - toen mijn klasgenootje Willy van der Langenberg kwam te overlijden. Wij zijn met de gehele klas naar de begrafenis geweest, die zeer emotioneel voor mij was. Ik denk er nog regelmatig met emotie aan terug. Mijn vader werkte toen bij Ruton later Philips wij zijn in 1959 verhuisd naar Hoogeveen, daar heeft mijn vader bijna twee jaar gewerkt en is daar helaas op 36 jarige leeftijd overleden. In 1961 zijn wij toen teruggekeerd naar Spoorwijk en zijn gaan wonen in de Jonathanstraat 37, daar heb ik ook mijn eerste verkering gekregen met Corrie Onderwater zij woonde ook in de Jonathanstraat nummer 20 (mijn god wat zou ik haar nog eens graag ontmoetten). Wij gingen regelmatig naar Don Bosco, bij de paters Nelissen en Langeman keken film of hadden disco: wat was het er gezellig. Zoiets vergeet je absoluut nooit meer ik heb een ontzettend goede herinnering aan spoorwijk en rij er nog regelmatig doorheen, in de hoop er nog bekenden te zien, zoals Corrie, maar helaas tot nu toe geen resultaat. Zelf woon ik al meer dan dertig jaar in Zoetermeer, buiten mijn wens om heb ik alles wat mijn hartje begeert
Aat van der Meij Zoetermeer 3.8
Familiekroniek
Onze roots (voor de oorlog) lagen in de wijk laakkwartier/Spoorwijk, onder meer in de Douwes Dekkerstraat -Capedosestraat. Sport was bij ons een heel belangrijke factor in de familie (met name voetbal), maar ook handbal, wat door de vrouwen beoefend werd bij AHC 28. Voetbal was echter bij ons de favoriete sport. Met zes broers speelden we in de vereniging Vios. In de avonduren trainden wij op de
31
speelweide in het Zuiderpark en reden dan met gevaar voor eigen leven mee op de treeplank of de koppeling achterop de trams.
Bij terugkomst van het voetballen in het Zuiderpark lesten we onze dorst bij melkzaak van Konijnenburg in de Frederik Ruysstraatstraat via een gezamenlijke kan melk. Geld voor voetbalkleding en schoeisel werd met moeite door de ouders bijeen gebracht. Broer Karel was voor ons het grote voorbeeld als voetballer; hij ging later van Vios naar ADO, waar hij nog steeds aan verbonden is in diverse activiteiten, en jaren achtereen furore maakte als aanvoerder in het eerste elftal van ADO. Een zwager van ons (Leo v.d. Kroft ) was een bekende scheidsrechter. Uitgaan deden we in Scheveningen aan het Gevers Deynootplein, De Fles, Pia Beck, Pam Pam, Palace de Dance, Prinsesse Paviljoen; en in de stad bij Rutecks, Corona, Heck, De Fles, Tokkybar, enkele bars in het Achterom, Bierkelder, 't-Zuid, broodje van Dootje, De Apendans. In onze eigen buurt vertoefden wij op zaterdagavond ook veel in de Panchobar en dancing Regina aan de Thomsonlaan en cafetaria De Plu hoek Goudenregenstraat Laan van Meerdervoort. De aanschaf van de eerste bromfiets was ook heel bijzonder. Met de bromfiets en een club vrienden op vakantie naar België en Luxemburg, overnachten in tenten en bij de boeren. Muziek was ook een bepalende factor in ons gezin (het zit in de genen), vooral marsmuziek. Vermoedelijk van grootvader mee gekregen, die kapelmeester was bij de Cavalerie in de Frederikstraat. In de Fahrenheitstraat lag het repetitiegebouw van de PTT Harmonie en een keer per week maakten zij een muzikale rondwandeling door de buurt en dat was voor ons een hele happening. Wij werden lid van de
Harmonie Crescendo in de Scheeperstraat. Op een gegeven moment verhuisden we naar een nieuwbouwwoning in de wijk Bouwlust (Zonneoord), als eerste flatgebouw achterin de polder waar nog geen vervoer naar toe was. Naast ons woonde Erica Terpstra met haar ouders. We zagen haar elke morgen (met haar hond) de deur uit gaan om te gaan trainen op Kijkduin. Door privéomstandigheden verhuisden we binnen een jaar naar een andere woning in de Ermelostraat in de Zuiderparkbuurt. We waren zelfs met zes broers lid van het beroemde Trompetter en Jachthoornkorps Prins Bernhard in Scheveningen, opgericht in 1954 door de reders Voois. Jaren achtereen behaalden we met dit korps grote successen, zowel in het binnen als in het buitenland. Later is er nog een showgroep bij gekomen, PB Showgirls, wat nog meer bijdroeg tot de successen, waar dochters van leden lid van werden. Hoogtepunt voor het korps was de muzikale deelname aan de film ‘Soldaat van Oranje’. Helaas door een gebrek aan leden werd het korps na 30 jaar bestaan te hebben in 1984 ontbonden. Daarna zijn we met vier broers lid geworden van zowel de Haagsche Koninklijke Shelharmonie als de Drumfanfare Rode Kruis Korps te Den Haag, en hebben daar tot 1997 in gespeeld als trombonist/baritonist. Vervolgens zijn we met drie broers lid geworden van het Haags Dag Orkest, waar we het nog steeds erg naar ons zin hebben. Joop Jansen
Alberdingk Thijmplein 33
4
Rangeerfoutjes - vanaf de roerige 80-er jaren
4.1
Terugblik op 30 jaar
Ex-Spoorwijker Rob Reimerink begon zijn carrière als opbouwwerker in 1979 en werd als opbouwwerker in Spoorwijk weer actief vanaf 1981. Hij is degene die uiteindelijk de basis heeft gelegd voor de bewonersorganisatie. Hier zijn toespraak van 08.12.2012.
4.2
Toespraak Rob Reimerink BOS 30 jaar
Ik ben evenals de één van de eerste opbouwwerkers Henk van der Staak, van de generatie van de jaren 45 50. De generatie van Spoorwijks Belangen. De muziektent op het plein. Spelen op straat. Van wielrennen in de periode van de Tour de France op je oude fiets, van gymnastiekdemonstratie op het Albertingk Thijmplein op Koninginnedag. De generatie van de woonmaatschappelijkwerkster die de linnenkast kwam controleren en bij de winkelier op de hoek navroeg of je wel op tijd betaalde. Als dat in orde was dan kon je een huis huren in Spoorwijk. Ik ben ook van de generatie dat de Katholieke woningbouwvereniging Verbetering zij ons streven bij voorkeur aan Roomse mensen hun woningen verhuurde. De wijk die Koperenknopenbuurt werd genoemd. Maar ook wel het Rooie dorp. Niet alleen vanwege de rode daken maar ook vanwege de politieke gezindheid. Dat duurde tot de nieuwbouwwijken Morgenstond en Bouwlust aantrekkingskracht kregen. Huizen met een douche en grote ramen. Lekker ruim en licht. Spoorwijkers gingen verhuizen. Andere mensen gingen de straten bewonen. Dat ging allemaal heel gemoedelijk. Tweede helft jaren 60 moest het Zomerhof gesloopt worden, de kleine huisjes aan de Stieltjesstraat Tak van Poortvlietstraat. Spoorwijk was de wijk waar deze mensen een nieuw onderdak kregen. Spoorwijkers gingen nog sneller verhuizen. De
leeggekomen woning moest gerenoveerd worden. Spoorwijkers gingen nog eens sneller verhuizen. Zo snel dat de aannemer het niet meer kon bijbenen. Er kwam leegstand, er kwamen krakers, er kwamen brandjes en er waren vernielingen, het werd onveilig. Spoorwijkers gingen nog sneller verhuizen er kwam nog meer leegstand in afwachting van renovatie. Spoorwijk was omgetoverd tot een bouwput waar niemand meer wilde wonen. Alleen als je snel een huis wilde hebben voor een lage huur dan huurde je in Spoorwijk. Ook de gemeente realiseerde zich dat het zo niet langer kon. Uit Amerika werd het fenomeen comunity worker geïntroduceerd. Hier werd het opbouwwerker genoemd. Iemand die de wijk weer sociaal moest gaan opbouwen. Zoals gezegd één van de eerste was Henk van der Staak. Geboren en opgegroeid in de Guido Gazellestraat. Hij legde met contact met bewoners die Spoorwijk nog een warm hart toe droegen. Zoals mevrouw Kiesenberg, meneer de Went, Piet van Goch en mevrouw Rolink, om er een paar te noemen. Zij namen ook het initiatief tot de realisatie van de Wijkplaats en om een wijkkrant uit te geven. De wijkkrant kreeg de verheffende naam ……..Sboedel. Ook de Werkwinkel kwam er op de hoek van het Ledeganckplein en de v. Zeggelenlaan. Een winkelpand waar de kantoorboekhandel annex bibliotheek Luctor et emergo in had gezeten.
35
Na een paar jaar dag en nacht werken werd Henk overspannen en na een paar maanden nam Frans Jacobs het over. Frans was anders dan Henk. Hij was meer een bestuurder. Hij had alles goed georganiseerd en wist precies waar wat was opgeborgen en wie wat had gezegd. Er kwam een overleggroep. Dienstverleners, de wijkcontactambtenaar en een paar wijkbewoners gingen met elkaar praten over oplossingen voor de Spoorwijkse problemen. Er kwamen werkgroepen zoals een werkgroep verkeer. De renovatie liep op zijn eindje. Maar de klachten waren niet van de lucht. Geluidoverlast van buren. De directeur van het gemeentelijk woningbedrijf gaf de firma Phillips er de schuld van. Die maakte immers apparatuur dat je erg hart kon zetten. Er werd actie gevoerd voor een narenovatie om de kwaliteit van de woningen te verbeteren. Spanningen liepen op. Spoorwijk had nog steeds een slechte naam. Een naam van rellen met de jaarwisseling en woninginbraken. Een onveilige wijk. Alleen als je een huis moest hebben dan teneinde raad een huis in Spoorwijk. Voor veel gastarbeiders was dat een mogelijkheid om aan gezinsvereniging te gaan doen. Er kwamen andere culturen wonen. Mensen verstonden elkaar niet meer. Nog meer spanningen. In 1981 besloot Frans er mee te stoppen en op het stadhuis een baan te nemen. Er kwam een sollicitatie procedure met bewoners op gang. Ik solliciteerde.. Ik zie de mensen nog tegen over mij zitten. De heren Hendriks en van Leeuwen en de dames Kiesenberg en van der Toorn. Tot mijn verbazing en vreugde werd ik gekozen. Later vroeg ik waarom zij mij hadden gekozen. Antwoord: ik kwam uit Spoorwijk, ik had niet veel ervaring; had gewerkt in de continudienst, ik had gewerkt met mijn handen en ik was vrijwilliger geweest in de wijk waar ik woonde.
In die wijk had ik Henk van der Staak leren kennen en het opbouwwerk leren kennen. Mijn keuze was gemaakt, dit wilde ik ook en zo kwam ik in Spoorwijk. Een van de eerste en belangrijke actie was de bezetting van de kamer van burgemeester Schols. Door deze actie kwam Spoorwijk concreet onder de aandacht van het gemeentebestuur.
In 82 begonnen de gesprekken om tot een bewonersorganisatie te komen. In deze oprichtingscommissie zaten o.a. mevrouw Kiesenberg, de heren van Schijndel, van Gogh en Hoekstra. De hulp werd ingeroepen van de sociaalraadsvrouw. Zij vertaalde de wensen van de oprichtingscommissie in statuten. De bewonersorganisatie was een feit maar nog niet af. Van het bureau opbouwwerk had ik ook de opdracht gekregen om de Spoorwijker van buitenlandse afkomst er bij te betrekken. Ik kreeg contact met een meneer Allal. Hij wilde voor de kinderen lessen Arabisch en lessen in de Koran organiseren. Zijn vraag was of er ruimte was waar dat kon. Die was er niet, nog niet. De Jeroenschool, de 37
oude katholieke jongensschool aan de Rosseelstraat, was in gebruik als wisselschool. Scholen die tijdelijk ruimte nodig hadden vonden hier onderdak. Nadat de laatste school daar weg was werd het onttrokken aan onderwijsdoeleinden. Hier lag een kans voor de bewoners organisatie om hun grote wens: een Wijk en Dienstencentrum, om dat doel te bereiken. Wethouder Vink zag het wel zitten en stelde het gebouw beschikbaar voor wijkactiviteiten. De bewonersorganisatie ging twee lokalen gebruiken. Inmiddels was er ook een studiehuis gekomen waar wijkbewoners hun lagere school kennis konden opfrissen en uitbreiden. Er was les in Nederlands als tweede taal voor buitenlanders. Meneer Allal kon gebruik maken van lokalen op de 1e etage. Maar kon dat alleen als er een rechtspersoon was. Er werd een Marokkaanse vereniging opgericht met behulp van collega Buaffie van het regionaal centrum buitenlanders. Ysalam was een fijt. Een voorwaarde was dat zij moesten participeren in de bewonersorganisatie. De Turkse Spoorwijker bleef niet achter. Meneer Kaya nam het initiatief en de Turkse vereniging kreeg ook ruimte. En ook de Hindoestaanse Surinaamse bewoners kregen hun vereniging en ruimte. Het gebouw kreeg de naam : de Wissel en na een tijdje een conciërge om de boel in de gaten te houden. Freek de Jonge, niet die van de TV maar een Spoorwijker. De bewonersorganisatie kreeg handjes en voetjes en een multicultureel draagvlak. Een jaar later organiseerde de bewonersorganisatie een buurtfeest. Het Alberdingk Thijmplein was voor een dag het centrum van de wijk. Alle organisaties in de wijk, winkeliers en alle bewonersverenigingen deden mee. De brandweer zette een muziektent op waarop alle culturen in de wijk iets lieten zien van hun cultuur. Het was een groot succes. Wijkbewoners zeiden tegen mij en tegen de organisatie dat zij het ongelofelijk vonden dat zoiets nog mogelijk was in Spoorwijk. Een wijk die ieder jaar toch
wel een paar keer negatief in het nieuws kwam, kwam nu eens positief in het nieuws.
Ik denk dat vanaf dat moment er duidelijk een opgaande lijn voor Spoorwijk is ingezet. Met inzet van veel wijkbewoners, dienstverleners, jongerenwerk, ambulant jongerenwerk, club en buurthuizen en de scholen. Spoorwijk werd stadsvernieuwingsgebied en extra geld om woningen op te knappen en de omgeving te verbeteren. Er werden plannen ontwikkeld om dit gebouw te realiseren. Hoewel dat niet zonder slag of stoot is gegaan. Soms voelden bewoners zich in het overleg bedonderd en overdonderd door de ambtenaren. Maar kijk maar om u heen, wandel maar eens door de wijk en zie wat er is veranderd. Ik wil jullie feliciteren met je doorzettingsvermogen en vasthoudendheid. In de laatste Spoorwijzer las ik dat u de gemeente aanspoort om de heren van Gogh en Hoekstra op de één of andere manier te herdenken. Graag zou ik daar Anna Kiesenberg aan toe willen voegen. Zij werd de moeder 39
van Spoorwijk genoemd. Tot op hoge leeftijd heeft zij jaren lang actie gevoerd om Spoorwijk op de rails te krijgen en was zij betrokken bij de totstandkoming van de Wijkplaats en bij het realiseren van de Bewonersorganisatie. Niet voor niets werd zij de moeder van Spoorwijk genoemd. Een naam die zij aan de Turkse bewoners heeft te danken. Ana is het Turks voor moeder. 30 jaar Bewonersorganisatie Spoorwijk is niet niks. Ga zo door en maak er nog eens 30 jaar bij. Gefeliciteerd met dit resultaat en sterkte en wijsheid en vasthoudendheid toegewenst.
Lees ook het een en ander terug in het jubileumboekje bewonersorganisatie Spoorwijk 25 jaar (opbouwwerker Laurens Vanderbos 2007).
4.3
Inval in de wijk
Maar ook nu nog worden er wel eens rangeerfoutjes gemaakt. Gelukkig word er nog altijd hard aan de veiligheid gewerkt. 15 aanhoudingen na politieactie Spoorwijk De bende gebruikte volgens het Openbaar Ministerie de lijst van 500 rijkste mensen van het blad Quote om te bepalen waar ze ging inbreken. Onder meer oud-minister Herman Heinsbroek was een van de slachtoffers. Uit zijn woning in Den Haag zijn onder meer dure horloges en contant geld gestolen, volgens justitie door deze bende. De bende werd begin oktober opgerold tijdens een politieactie in Spoorwijk. Vijftien verdachten werden toen opgepakt, waarvan er negen langer moesten blijven zitten.
De Quote 500-bende had volgens justitie een eigen manier van werken, die steeds hetzelfde was. Slachtoffers werden uitgezocht aan de hand van de Quote 500, een lijst waarin de 500 rijkste Nederlanders staan vermeld met hun geschatte vermogen. De bende opereerde vanuit de Haagse wijk Spoorwijk, waar ze in de Hildebrandstraat hun ‘hoofdkwartier’ hadden.
41
Informatiebijeenkomst Buurtpreventie Team in Spoorwijk In Spoorwijk wordt een Buurtpreventie Team (BPT) gestart. Er wordt gezocht naar wijkbewoners die iets aan een veilige woonomgeving te willen doen. Alvorens aan de slag te kunnen gaan, werd er een informatie bijeenkomst georganiseerd. Deze was in oktober 2012 bij Wijkcentrum de Wissel. Deze avond werd geleid door Elsbeth van der Ven van Stichting Boog. Op dit moment hebben ongeveer 37 bewoners aangegeven interesse te hebben. Inval Hildebrandstraat De politie hield dinsdagavond 5 juni 2012 om 21.45 uur drie personen in een woning aan de Hildebrandstraat aan. Het gaat om een 30-jarige Hagenaar die verdacht wordt van betrokkenheid bij een schietincident in de regio in 2010. De politie hield ook de twee in de woning aanwezige vrouwen aan.
Ongeveer vijftig omstanders gooiden dinsdagavond stenen en zwaar vuurwerk naar de politie. Agenten waren op zoek naar een dertigjarige verdachte die mogelijk vuurwapengevaarlijk was en probeerden de verdachte te arresteren in zijn huis aan de Hildebrandstraat. Veel
buurtbewoners kwamen naar buiten om te kijken wat er aan de hand was. De man kon pas worden gearresteerd toen de straat werd afgezet. De mobiele eenheid en politiehonden moesten de menigte op afstand houden. De burgemeester van Den Haag Jozias van Aartsen (VVD) laat weten blij te zijn met de arrestaties. Hij noemde het gedrag van de omstanders donderdag nog 'onacceptabel'. 'Het is goed dat deze raddraaiers zijn opgepakt.' Aanhoudingen bij actie tegen drugsoverlast De politie heeft bij een actie tegen drugshandel en overlast op de Potgieterstraat in Den Haag vijf mensen aangehouden. In vijf huizen werden huiszoekingen gedaan. Tientallen bolletjes harddrugs en duizenden euro’s contant geld zijn in beslag genomen. Ook werden een stroomstootwapen, peperspray en een gestolen laptop aangetroffen en in beslag genomen. Volgens de politie maken de jongens deel uit van een groep die wordt verdacht van de handel in verdovende middelen, en het plein aan de Potgieterstraat daarbij vermoedelijk als ontmoetingsplek gebruikt.
4.4
Bezuinigingen
De gemeente Den Haag zal ook moeten gaan bezuinigen. Vandaar dat wethouder Karsten Klein alle wijken ging bezoeken om het een en ander toe te lichten. In Spoorwijk zal De Keet de deur moeten sluiten. In heel Den Haag gaan er zo'n 22 buurthuizen dicht. Ook dreigt de gemeente per wijk 3 van de 4 ondersteuners weg te bezuinigen! Veel professionals van BOOG en MOOI zullen dan hun baan verliezen. De tijden van de herverdeling van de welzijnsgelden zijn weer teruggekeerd. Voor een volle publieke tribune stemden de collegepartijen PvdA, VVD, D66 en CDA voor de bezuiniging van 10 miljoen euro op de 43
welzijnsorganisaties. De oppositiepartijen waren tegen omdat zij vinden dat de besparing vooral de armsten in de stad treft. Ook vrezen zij dat de leefbaarheid in de wijken achteruitgaat. Wethouder Klein garandeerde wel dat er geen buurthuis dicht gaat, voor er een alternatieve locatie is gevonden voor de activiteiten. Zo kan het werk dat gedaan werd in de wijkcentra die moeten sluiten, blijven bestaan. Bezuinigingen zijn op dit moment de rode draad bij het nemen van maatregelen door de gemeente. Een aantal daarvan raken de sector Kunst, Cultuur en sport in de Haagse wijken. Maar bovenal het Welzijnswerk daar gaat flink de hakbijl in. Terwijl juist deze professionals de broodnodige ondersteuning leveren aan de vrijwilligers in deze eerder genoemde sectoren. De achterliggende gedachte bij deze bezuinigingen betreft het feit dat de huidige accommodatie niet voldoende wordt benut. Hierdoor is de gedachte ontstaan een aantal locaties qua activiteiten samen te voegen.
4.5
De Keet
Bij de bezuinigingen werd onder meer gekeken naar de sluiting van wederom flink wat buurtcentra en de bezuinigingen op locaties zoals het Moedercentrum, Vadercentrum Adam etc. En ook de aangekondigde sluiting van De Keet in Spoorwijk vanwaar uit activiteiten worden georganiseerd. Die beogen o.a. jongeren te activeren om bezig te zijn met sport, muziek en andere zaken waarbij zij hun talenten kunnen benutten en een zinvolle tijdsbesteding hebben. Het juist niet aanwezig zijn van dergelijke zaken leidt tot verveling en de daaruit voortvloeiende en niet altijd gewenste "neveneffecten". Gebleken is dat een afdoende aanbod van dergelijke activiteiten hun positieve effecten bewijzen. Kort hiervoor ging nog de Noodkreet op over vervelende zaken in Vinex Ypenburg, dit juist door gebrek aan die activiteiten.
4.6
Sluiting bibliotheek
De gemeenteraad heeft in 2011 ingestemd met de sluiting van zes wijkbibliotheken. Het gaat om de filialen Benoordenhout, Statenkwartier-Duinoord, Bouwlust, Moerwijk, Schilderswijk en Spoorwijk. Wethouder Ingrid van Engelshoven bespaarde daarmee 2 miljoen euro. Den Haag kreeg begin 2013 zes buurtbibliotheken. Deze vestigingen vervingen de zes wijkfilialen die werden wegbezuinigd. De operatie kost 24 banen, zonder gedwongen ontslagen. Wethouder Ingrid van Engelshoven moest van de gemeenteraad op zoek naar alternatieven voor de te sluiten bibliotheken. Daarom zijn er nu buurtvestigingen die een aantal uren in de week open zijn en door vrijwilligers bemand worden. Naast het uitlenen van boeken blijven ook zaken als de naschoolse opvang en huiswerkbegeleiding bestaan. De 45
PvdA is erg tevreden, maar GroenLinks zegt dat deze alternatieven de volwaardige bibliotheken niet kunnen vervangen. De bibliotheken die gesloten werden stonden in de Schilderswijk, Bouwlust, Moerwijk, Spoorwijk, Statenkwartier en het Benoordenhout. Tegen de sluiting werd in verschillende wijken actie gevoerd.
In Spoorwijk is de buurtbibliotheek geopend in de OASE in De Wissel.
4.7
Nooit willen missen
Spoorwijk had een goede en een slechte kant! De vooroordelen zijn de wereld nog steeds niet uit. Ik heb er gewoond van 1965 t/m 1972 in het slechte gedeelte, de Oltmansstraat. Voor geen prijs had ik dit willen missen. Het was er toen schoon, alles functioneerde gewoon, het Alberdingk Thijmpleintje zat
vol met winkels, de leefgemeenschap als zodanig was toen nog in evenwicht. Opgroeiende jeugd was rijkelijk aanwezig. Voor vermaak werd of kon toen niet worden gezorgd, maar daar deden we zelf het nodige aan. Wel was er vlakbij in Rijswijk Don Bosco en later de FRAM aan de D. Dekkerstraat, alwaar Ome Gerrit een strak inlaatbeleid voerde. Broodjes en patat eten bij Fakkel, racen op de Lange Kleiweg, crossterrein aan begin Huis te Landelaan en de eigen hangplek op het portiek Alberdingk Thijmstraat. Inclusief de emmers water over je hoofd als er te veel lawaai werd gemaakt. ‘s Avonds zwemmen in de Put, natuurlijk aan de verkeerde kant, namelijk over het hek aan de Generaal Spoorlaan. En niet te vergeten de Raadhuiskelder onder het stadhuis te Rijswijk, compleet met toen nog betaalbare live acts. Zakken vol herinneringen: brommers, onderdelen, verdwaald fotootje, namen, geurtjes, meisjes, geluid, R.R.-broeken. Tegenwoordig geeft fietsen door Spoorwijk een onprettig gevoel. De sfeer is er ooit uitgerenoveerd. De saamhorigheid bestaat niet meer in nieuwbouw. Het prettigste stuk van Spoorwijk is overleden.
Fred Fransen
47
5
5.1
Op het goede spoor: vanaf 1987
Hof van Heden
Tussen 1990 en 2013 is er in Spoorwijk veel veranderd. Kerken en scholen werden gesloopt om plaats te maken voor woningen en de gehele Nannostraat maakte plaats voor een buurtpark om meer groen in de wijk te brengen.
5.2 Speech van minister Dekker bij de feestelijke afronding van de eerste fase van de vernieuwing van Spoorwijk in Den Haag op 24 januari 2005. Dames en heren,
Ik dank de heer van R. Eijkeren, directeur Vestia Den Haag Zuidoost, voor zijn welkomstwoord, ik dank de heer Lausberg voor zijn fraaie boekje 100 jaar spoorwijk en ik dank bovenal de Railsingers die mij zojuist welkom hebben geheten met het Spoorwijks volkslied. Eigenlijk ligt in deze ontvangst het succes van de Spoorwijkse aanpak besloten. Directeur van Eijkeren vertegenwoordigt daarin de fysieke kant van de vernieuwing, de sloop van verouderde woningen en de nieuwbouw van de eerste fase. De heer Lausberg staat met zijn boekje voor de geschiedenis, de onmisbare continuïteit van de wijk en de Railsingers gaven zojuist uiting aan hun verbondenheid met de Spoorwijk.
Die verbondenheid moeten we vanuit het verleden steeds opnieuw vormgeven met de jongere generatie. Dat is méér dan overdragen hoe we hier gewend waren de zaken 49
met elkaar te regelen. Dat is zoeken met mensen van heel diverse achtergronden en tradities naar het gemeenschappelijk belang: een wijk om trots op te zijn, een vertrouwd en veilig thuis voor iedereen, een plek waar mensen en initiatieven zich kunnen ontwikkelen. Ik hoef niemand hier te overtuigen van het belang van voortvarende stedelijke vernieuwing: zichtbaar resultaat boeken, daar gaat het om. Dat tastbaar resultaat is hier met de officiële afronding van de eerste fase in het vernieuwingsproces bereikt. Daarom ben ik blij hier vanmiddag met u te kunnen zijn. Ik hoop dat ná dit eerste resultaat de diversiteit in het bouwprogramma voor de volgende fasen verder zal kunnen groeien. Dat zal de nieuwe Spoorwijk sterker maken. Succesvolle stedelijke vernieuwing gaat in de eerste plaats over mensen en pas daarna over stenen. Dat is hier goed begrepen. Daarom is het zaak dat gemeenten en corporaties bewoners in een vroeg stadium bij het vernieuwingsproces betrekken. Dat betekent niet eindeloos blijven praten en ondertussen niks doen. Daarvoor zijn de problemen in veel wijken te groot. Om de enorme opgave een duidelijk speerpunt te geven zijn 56 prioritaire wijken, op voordracht van de gemeenten, aangewezen. Spoorwijk is één van deze bijzondere aandachtswijken. De eerste fase is hier vooral op eigen kracht voltooid. Ik hoop dat de instrumenten uit de 56-wijkenaanpak helpen om ook de volgende mijlpalen te bereiken. De wijk is het waard. Ik noem u een drietal bijzondere pluspunten van de Spoorwijk:
Dat is allereerst het wijkpark Hof van Heden. Om duidelijk te maken dat het ernst is met de vernieuwing van Spoorwijk is er bij de start van het proces voor gekozen een prachtig wijkpark aan te leggen voor de bewoners. Ik begrijp dat de intensieve beheersvorm van het park nu onder druk staat, maar ik ben blij dat er inmiddels voor dit jaar goede afspraken zijn gemaakt. Dit park is immers symbool van de vernieuwde Spoorwijk, waard om uitstekend onderhouden en beheerd te worden. Ook al omdat de wijk aantrekkelijk moet worden én blijven voor oude en nieuwe bewoners van diverse achtergronden en inkomenscategorieën. Voor allen geldt dat mensen bij hun woonkeuze niet alleen de woning maar ook de woonomgeving heel belangrijk vinden. Het tweede punt dat opvalt in deze wijk is de bijzondere aandacht voor duurzaamheid. Er wordt onder andere gebruik gemaakt van aardwarmte, warmtepompen en 51
zonne-energie met het doel om de een forse reductie van broeikasgas tot stand te brengen. Hieraan is ook vanuit het rijk een bijdrage geleverd in het kader van innovatieve projecten op het gebied van stedelijke vernieuwing. Duurzame stedelijke vernieuwing en energiebesparing zijn belangrijke zaken om je voor in te zetten. Het is dan ook mijn verwachting dat er veel geleerd kan worden van de ervaringen voor toepassingen in andere wijken. Als derde punt slot valt mij op dat Spoorwijk regelmatig in de prijzen valt bij de gemeente Den Haag. Spoorwijk heeft zelfs al twee keer de 'nieuwe stadsprijs' van de gemeente Den Haag gekregen: een keer voor het eerder genoemde park en nu recent voor het vernieuwingsproces op zich. En het aardige vindt ik hierbij dat Vestia het geldbedrag dat deze prijs oplevert weer zal besteden aan de openbare ruimte. Meer in het bijzonder aan een functioneel kunstwerk ik hou het nog even spannend van de bekende Rotterdamse kunstenares Dora Dolz dat ik straks mag onthullen. Tot slot wil ik iedereen die betrokken is geweest bij de totstandkoming van deze eerste fase van harte feliciteren met deze prachtige vernieuwde wijk. De bewoners wens ik bijzonder veel woonplezier toe en Vestia, Ceres en de gemeente Den Haag wens ik veel succes toe met de volgende fases van de vernieuwing van Spoorwijk. Uitvoeren en doorzetten voor tastbaar resultaat moet daarbij het motto zijn.
5.3
Spoorwijk schudt zijn rode daken af
Gonny ten Haaft − 07/05/2001 Trouw
Met iedere opgeleverde Vinex buurt verloedert er een stadswijk. Stedelijke vernieuwing, heet het antwoord. Maar die vernieuwing komt te traag op gang. Alle moeilijkheden, en mogelijke oplossingen, zijn te vinden in de Spoorwijk, na de Schilderswijk het armste deel van Den Haag. Alessandra, Ruby, Myla en Dionne - de meisjes - tekenden hoge huizen, kinderen op schommels en tulpen in het gras. Nelis, Thomas en Pascal - de jongens - schilderden een mooie villa omringd door groene bomen, met op steenworp afstand een disco voor de jeugd. Nu nog sieren deze muurschilderingen de Haagse Keggestraat, binnenkort staan hier grote containers met gruis en puin. Geen geschilderde fantasieën, maar een kale vlakte waar slopers hun werk doen.
De kinderen in de Haagse wijk Spoorwijk kregen de mogelijkheid hun droomwijk te schilderen van woningcorporatie Vestia. Vestia had zich toen al jaren, met de gemeente, over de perspectieven van deze wijk gebogen. Wat te doen met een wijk waar jaarlijks dertig procent van de bewoners verhuist? Waar veel huizen minder dan vijftig vierkante
53
meter groot zijn? Waar het inkomen ver onder het gemiddelde ligt en de werkloosheid er ver boven?
Na de Schilderswijk is Spoorwijk - grenzend aan de wijk Laak, de spoorlijn Amsterdam-Rotterdam en de gemeente Rijswijk - de armste wijk van Den Haag. Vroeger werd de wijk 'rode daken dorp' genoemd - naar de rode dakpannen én de vele socialisten die er woonden. Bouwtechnisch zijn deze huizen uit de jaren twintig niet eens zo slecht, maar voor een douche of wasmachine is er geen plaats. ,,Deze huisjes voldoen niet aan de eisen van deze tijd'', zegt Albert Olierook, gemeentelijk projectleider 'herstructurering' voor deze wijk. ,,Te veel mensen trekken weg, mensen met geld het eerst. Als gemeente moeten we vooruitkijken: al die Vinex-wijken die nu aan de rand van de stad gereedkomen, brengen grote verhuisbewegingen op gang.'' Het grootste deel van Spoorwijk is van de hand van Berlage. Pal naast het spoor ontwierp de bekende architect een tuindorp met louter laagbouw. Gemeenteambtenaren uit die tijd keurden zijn stratenpatroon goed, maar splitsten zijn ééngezinswoningen in
beneden- en bovenwoningen, om vierkante meters te sparen. Bovendien haalden zij nog wat van de kavels af, zodat de bewoners naar hun tuintjes konden fluiten. Wie nu via de Troelstrakade of de Neherkade de wijk binnenkomt, denkt geen moment meer aan een tuindorp. Benedenhuizen zijn dichtgetimmerd met blauwe staalplaten, bovenhuizen met houten schotten. Overdag laten bewoners hun hond nog uit in deze lugubere omgeving, 's avonds waagt zich hier hooguit de enkele huurder die tot het laatst blijft zitten. Kleine winkeliers vertrokken al eerder, meestal de eerste aanwijzing dat het voortbestaan van een wijk wordt bedreigd. De situatie in de vooroorlogse wijk Spoorwijk illustreert de enorme opgave waar veel gemeenten en woningcorporaties voor staan. Terwijl aan de randen van de stad in hoog tempo grote nieuwbouwwijken verrijzen, verloederen de oude wijken. Staatssecretaris Remkes (volkshuisvesting) ergert zich aan de traagheid waarmee de stedelijke vernieuwing verloopt. ,,Iedereen wacht op iedereen'', zei hij onlangs. Remkes moet tegelijk erkennen dat geldschieters uit de achterstandswijken wegblijven en zittende bewoners zich vaak eindeloos tegen sloop verzetten.
55
Sterker dan bij de eerste fase van de stadsvernieuwing (in de jaren tachtig) realiseren alle partijen zich dat de toekomst van een wijk niet verzekerd is als oude huizen door nieuwe zijn vervangen. Alleen als ook de sociale en economische problemen worden aangepakt, hebben zulke gigantische operaties zin. Hoe dat moet? Op een congres over stedelijke vernieuwing, volgende week, publiceren de Vereniging Nederlandse Gemeenten en de Stichting Habitat Platform een boek met handreikingen. Vaak zijn de ideeën niet eens zo ingewikkeld: in Spoorwijk werkt bijvoorbeeld een winkelmanager die ondernemers voor een nering in de wijk tracht te strikken. En waakt een leefbaarheidscoördinator voor toenemende vervuiling en criminaliteit, zeker nu de grote sloop begint. Want gesloopt gaat er worden. Woningcorporatie Vestia bezit tachtig procent van de huizen. Daarvan gaat driekwart (1300 van de 1700) tegen de vlakte. In de eerste fase worden 432 panden gesloopt, in de tweede en derde fase - in 2003 en 2005 - de rest. Hoeveel huizen er precies moesten verdwijnen, was maandenlang onderwerp van beraadslagingen tussen gemeente, corporatie en bewoners. Maar, wie zijn die bewoners, als de doorstroming zo hoog is dat jaarlijks drie van de tien huizen een nieuwe huurder krijgt? ,,Bij zulke grote herstructureringsplannen is het een probleem dat maar weinig wensen een binding hebben met de wijk'', erkent Hans Vliege, hoofd verhuur en beheer van Vestia. ,,We begonnen met een woonwensen-onderzoek, maar de respons was zo laag dat we er nauwelijks harde conclusies aan konden verbinden.'' Bovendien is 55 procent van de bewoners in Spoorwijk van allochtone afkomst. Voor gemeente en corporaties zijn allochtonen moeilijker te bereiken dan autochtonen. Op informatie-avonden over de sloop kwamen opvallend veel allochtonen, maar in een latere fase was hun inbreng schaars. Gelukkig kende Spoorwijk wel een bewonersplatform, waarvan de helft allochtoon is. Ook zo'n platform is echter niet representatief, zodat daarnaast een klankbordgroep met vijftig geïnteresseerde bewoners werd geformeerd.
Hildebrandstraat anno 1931 Uiteindelijk legden deze bewoners een pakket van tien voorwaarden op tafel voor hun medewerking aan de herstructurering. Slechts twee van de tien eisen hadden direct met sloop en nieuwbouw te maken. ,,Gevaarlijke verkeerssituaties en drugsoverlast vonden de bewoners minstens zo belangrijk als de stedenbouwkundige schetsen'', zegt de voorzitter van het bewonersplatform, Leo Lausberg. ,,Gelukkig toonden de gemeente en corporatie daar begrip voor. Ook honoreerden zij onze eis een leefbaarheidscoördinator aan te stellen. Bij een eerder sloopproject merkten wij al dat een sloopgebied criminaliteit aantrekt. Toen was er elke dag brand, terwijl er nu, met die coördinator, nog niets is voorgevallen. Zelfs de meest verlaten straten zien er nog netjes uit.'' Aan de sloopplannen stelden de bewoners de eis dat er voldoende betaalbare huurhuizen op de lege plekken moesten komen. Een hele kluif, omdat de gemeente vooral midden- en hoge inkomens wilde
57
binnenhalen, en dus voor koophuizen opteerde. Na lang onderhandelen bereikten gemeente, corporatie en bewoners overeenstemming over vijftig procent huur en vijftig procent koop. ,,Nog een enorme verandering'', licht Olierook toe. ,,Er worden namelijk veel minder huizen teruggebouwd dan er stonden. Voor de 1300 sloophuizen komen er slechts 750 terug, waarvan de helft koop en de helft huur. Nu is slechts negen procent eigenaar van zijn woning, straks is dat 39 procent.'' Voor winkelmanager Marius Rijke is dit hét argument om ondernemers te lokken. Tot teleurstelling van de bewoners bleek uit onderzoek dat Spoorwijk te klein is voor een wijkwinkelcentrum. Wel lijkt het lonend om van de nu nog onsamenhangende rij winkels aan de Gouverneurlaan, een buurtwinkelcentrum te maken. In dezelfde periode dat honderden huizen - en dus een veelvoud aan potentiële klanten - uit de wijk verdwijnen, staat Rijke voor de taak winkeliers te werven. ,,Ik wijs hen er op dat de koopkracht in de toekomst behoorlijk stijgt'', vertelt Rijke. ,,Nu ligt die twintig procent onder het gemiddelde. Daarmee haal ik geen dure schoenenwinkel binnen.'' Rijke noemt schoenenwinkels, omdat die bovenaan de verlanglijst van de bewoners staan. Dus belde hij onlangs met een reeks Bristols en Schoenenreuzen, maar deze stelden als eis dat het winkeloppervlak 500 tot 1000 vierkante meter moest bedragen. Zulke grote panden ontbreken in Spoorwijk. De winkels zouden ook onvoldoende omzet hebben, omdat het marktgebied te klein is. Intussen kampt Rijke met een ,,overaanbod van vleeswaren en kip''. Terwijl het aantal allochtone winkels in de laatste jaren toenam, zijn hun assortimenten meer op elkaar gaan lijken. ,,We hebben allochtone bakkers, groenteboeren en slagers, maar ze verkopen allemaal hetzelfde. Juist in zo'n klein buurtwinkelcentrum moeten de winkels elkaar aanvullen.'' Er moet een winkeliers vereniging worden opgezet, zegt Rijke, want ook onder de winkeliers valt weinig sociale samenhang te bespeuren. ,,Ik ontdek steeds meer dat we met hele simpele dingen moeten beginnen. Gezamenlijke feestverlichting bijvoorbeeld, of een
feestelijke intocht van Sinterklaas. En het moet schoon zijn: er moet vaker worden geveegd, er moeten meer prullenbakken komen.''
Zowel de winkeliers, bewoners, corporatie als gemeente vinden het moeilijk de toekomstige bevolkingssamenstelling van Spoorwijk te voorspellen. Alle huurders van een slooppand hebben het recht terug te keren naar hun oude buurt, maar uit de eerste cijfers blijkt dat opvallend weinig mensen dit recht gebruiken. ,,Van de 432 huishoudens uit het gebied dat als eerste wordt gesloopt, zullen er naar schatting slechts vijftig terugkomen'', zegt Vliege. ,,In het begin zegt iedereen dat hij terug wil, nu blijkt dat de meesten definitief voor een andere wijk, of zelfs een andere gemeente, kiezen. Het valt als een kaartenhuis in elkaar.'' Bewonersvoorzitter Lausberg vertrouwt erop dat de wijk zo mooi wordt, dat huurders uit de panden die later worden gesloopt, wél voor terugkeer kiezen. Sterker nog, hij krijgt nu al telefoontjes van oudSpoorwijkers die interesse voor het nieuwe Spoorwijk tonen. Als
59
Spoorwijk zijn imago van achterstandswijk kwijtraakt, denkt Lausberg, komen die oude bewoners als eersten terug. Zelf woont hij nog steeds in het huis waar hij 63 jaar geleden werd geboren. Hij roemt de gebogen straten, die hij nog even spannend vindt als in zijn jeugd. ,,Toen na de oorlog wijken als Moerwijk, Morgenstond en Mariahoeve ontstonden, vond ik die vreselijk. Die rechttoe-rechtaan straten, net als in de Vinex-wijken. Hier is elke straathoek spannend, de horizon zie je nergens.'' Gelukkig, zegt Lausberg, komen er ook in de nieuwe opzet geen hoge flats. Het liefst hadden de bewoners ook de geplande appartementen van vier hoog langs het spoor tegengehouden, maar Vestia drukte dat plan door omdat de hoogbouw nodig is om de rest van de wijk tegen het spoorlawaai te beschermen. De grootste aderlating vindt Lausberg echter het verlies van de rode dakpannen. ,,Die strijd hebben we verloren, volgens de architect zijn die te duur. We hadden op veel punten punten inspraak, maar op de bestektekeningen niet. Juist dat rood is zo kenmerkend voor de wijk. Spoorwijk zonder rood: ik kan het me niet voorstellen.''
5.4
Schooltijd
Inmiddels woon ik met mijn gezin in België, niet omdat ik dit per se wilde, maar omdat het ons gewoon overkwam. Met veel plezier echter lezen wij, mijn echtgenote en ik, met enige regelmaat de rubriek Stadskinderen en vinden veel herkenning. Ik ben zelf van 1955. Geboren en getogen op de Laan van Meerdervoort. Op mijn kamer uit het raam zag ik de grote reklamezuil op de hoek van de Valkenboskade en de Laan. Deze werd door stoere mannen met grote reclamebilhetten beplakt. Zij gebruikten hiervoor een soort bezem en emmers met plaksel. Herinneringen heb ik aan de melkboer die trouw iedere dag langskwam, maar ook de scharensliep met paard en wagen, slagerij Bontebal en groenteman Fahner. Ik ging naar de kleuterschool in de Accaciastraat. Juffrouw Velders heeft zich over mij ontfermd en ik heb op vader en moederdag menig goedbedoeld rijmpje opgezegd. Ik ging niet naar de Gereformeerde Bavinckschool die vlak bij de kleuterschool lag, maar moest naar de Hervormde Prins Mauritsschool bij het Stokroosveld. Ik herinner me de geur, de houten banken en de inktpotjes. Een paar namen van leerkrachten: juffrouw Liefheid, die haar naam naar mij toe niet
waarmaakte, juffrouw Jongkees, die ineens naar Baarn vertrok, Mevrouw de Gruiter, de heer Kuyt en meneer Bouma, het hoofd. Hans van Dijk en Pieter van Stemvoort waren de jongens die mij meetroonden naar het fietsenhok en stiekum een plaatje van een schaars geklede dame lieten zien. Meer namen herinner ik me, Gonnie Mulder, Dick en Marieke Ludikhuizen, Ankie Beekhuizen, Anna ...., Tineke..........., en terwijl ik deze namen opschrijf merk ik dat ik heel benieuwd ben, hoe het deze 50’ers vergaat. De school in de Resedastraat is nu onderdeel van een groter geheel en het Stokroosveld is verkaveld. Toch is het karakter van de straten van de bloemenbuurt niet echt veranderd. Na mijn lagere school loopbaan werd ik aangenomen op de HBS-afdeling van de Christelijk Scholengemeenschap de Populier. In het tweede jaar invoering van de Mammoetwet. De school kraakte in al zijn voegen en er werd een gebouw extra betrokken. Het gebouw op de hoek van de Fahrenheitstraat. Martin Jol was één van mijn klasgenoten, al zal hij zich mij niet echt meer herinneren, ik hield niet zo van voetbal. Wel van muziek. Dé schoolband in die tijd was de ‘Sock Suspender’, die menige feestavond tot een groot succes maakte. Ik kan uren doorgaan met vertellen maar ik laat dat graag aan anderen over. Ik hoop natuurlijk op reacties. Wel moet ik nog kwijt dat op de Populier een meisje rondliep, dat mij toen niet zag staan en ik haar eigenlijk ook niet. Later kwam ik haar tegen toen ik een nieuwe betrekking op een school in Spoorwijk aanvaardde. Nu ben ik gelukkig met haar getrouwd. Bas van den Bosch-Mol (België)
5.5
Laantjes en pleintjes
Ik ben geboren in de Schaapherderstraat nummer 15 en heb er tot en met mijn 18de jaar gewoond. Achteraf bezien waren en zijn de huisjes erg klein, in ieder geval de gemeentewoningen, maar het was er altijd reuze gezellig. Veel vrienden en vriendinnen heb ik er altijd gehad, zoals Wim Pree, Henny en Akkie Leeflang, Henk en Riekie ‘sGravendijk, Rienus van der Heuvel, de jongens van De Wit, zoals Sjaak, Ben en Herman, Jan ten Aken en Jan van Donk. In onze jonge jeugd speelden we in het laantje – eigenlijk twee laantjes – met in het midden een driehoekig plantsoen. Het geheel werd begrensd door de achterzijden van de Schaapherderstraat, de Oltmansstraat en de Alberdinck Thijmstraat. Door de week waren de laantjes vrij toegankelijk, maar op zondag ging de poort die uitkwam in de Amazonestraat, op slot.
61
De lagere school was heel dichtbij. Vroeger heette de school gewoon de Alberdingk Thijmschool. Hoewel wij dat als kind nog niet wisten, is later die naam veranderd in Alberda-school. Nu is er in het gebouw iets anders gevestigd.
Straatvoetbal speelden we op het kruispunt van de Alberdingk Thijmstraat en de Amazonestraat. We werden daar nooit weggejaagd door omwonenden. Op school moesten we voordat we naar de klas gingen eerst in de rij staan. De leerlingen werden geteld. Ook maakte de meester wel eens een aanmerking. Bijvoorbeeld over het kammen van je haar: ‘Aan de achterkant wonen ook mensen Japie.’ In de eerste drie jaar stond juffrouw De Kleer voor de klas en de volgende drie jaar meester Klaas Mulder. Aan hem denk ik nog bijna dagelijks. Hij was iemand die heel makkelijk de aandacht van de kinderen kon vasthouden. We hebben veel van hem geleerd. Ook was hij de meester van de schooltuintjes aan het Hildebrandplein. Een tuintje kreeg je pas als je in de vierde klas zat. Zelf kweekte hij er ook wat groenten zoals tuinbonen. Die moesten wij dan af en toe toppen omdat ze volzaten met luis. Wij daarna dus ook. Meester Mulder woonde in de Braamstraat op no. 18, dat herinner ik mij nog wel. Tijdens de lagere schooljaren kreeg ik door het voetballen op straat andere vrienden. Met hen bracht ik die periode tot aan mijn diensttijd door. Wij kwamen altijd bij elkaar, zonder ook maar een afspraak te maken. Op het ‘Hoekie’, gelegen op de hoek van de Potgieterstraat en de Oltmansstraat no. 11. Daar woonde een van mijn vele vrienden:
Jan Bol. Op het pleintje ervoor, dat nu weg is, voetbalden we vele partijtjes. Op zomeravonden, met onder anderen Jan Donkervoort, Nol Koelemij, Chris de Kok, Jan Bol, Leo v.d. Haas en Theo Askamp. Het waren meestal partijtjes van drie tegen drie omdat het pleintje maar klein was. Vanuit het ‘Hoekie’ kreeg ik verkering met het meisje van het ijshalletje in de Van Koetsveldstraat. Haar naam is Henny Nieuwold. In de loop der jaren werden daar nogal wat ijsjes genuttigd. Later ben ik getrouwd met Sjaantje Engelbarts uit de Gerrit Witsenstraat en nog steeds. Zij was de dochter van de melkboer van de Sierkan die met paard en wagen in Spoorwijk liep. Trouwens, mijn vader heeft een paar jaar met de petroleumkar van de Automaat in Spoorwijk en het Laakkwartier gelopen. Onze ouders kenden elkaar daardoor al lang. Toentertijd waren er vele kleine zelfstandigen in Spoorwijk zoals de groentezaak van Koos de Wit op de hoek van de Alberdinck Thijmstraat en de Oltmansstraat, van Voorst de kruidenier, Jamin hoek Alberdinck Thijmstraat en Hazebroekstraat, Van Leeuwen de melkzaak bij de Multatulistraat, aan de overkant de kruidenierszaak van de Volharding en nog een groentezaak van Hakkert en ik vergeet er zeker nog een paar.
Spoorwijk, de Alberdingk Thijmstraat. Op de muur helemaal achteraan een bekende kreet uit die tijd: ‘Q65’.
63
Tegenover de school op het Alberdingk Thijmplein was er een apotheek en iets verderop richting Beetsstraat een bibliotheek. Tegenover ons ‘Hoekie’ zat kruidenier annex bakker ‘Bakkertje Bos’ en daar tegenover kapper Plaat op de hoek van de Oltmansstraat en de Jonathanstraat. Bij kapper Plaat haalden we eens een keer een kwajongensstreek uit. We tikten hard tegen zijn ramen toen het donker was en gooiden daarna een groot stuk glas dat we ergens gevonden hadden op hetzelfde moment stuk op straat. Denkend dat wij zijn ramen ingegooid hadden kwam hij ons achterna. De meesten van ons werden altijd geknipt door hem en als we er heen moesten hadden we het af en toe wel benauwd. De andere kapper, Beukers geloof ik, zat op de hoek van de Van Koetsveldstraat en de Kneppelhoutstraat. In de Beetsstraat, hoek Stastokstraat, was een melkzaak van de Sierkan en verderop in de Stastokstraat, richting Hildebrandplein, woonde een vrouw waar ik als kind de losse overhemdboorden van mijn vader moest brengen, voor schooltijd, om ze te laten wassen en te stijven. De meeste jongens van het ‘Hoekie’ voetbalden bij voetbalclub Cromvliet, een enkeling bij v.v. Laakkwartier. Als we niet moesten voetballen ‘s zondags, dan gingen we vaak naar bioscoop Rembrandt op het Lorentzplein. Na eerst een ijsje genomen te hebben bij IJscafetaria Indië op de hoek Goeverneurlaan/Van Zeggelenlaan. Langzamerhand moest de een na de ander zijn dienstplicht gaan vervullen en viel het ‘Hoekie’ uiteen. Vele jaren later hebben we nog eens een reünie gehouden en vele oude herinneringen opgehaald. Nu is Spoorwijk drastisch aan het veranderen, heel veel nieuwbouw, maar de Schaapherderstraat bestaat nog steeds. Ik wil iedereen die er nog nooit doorheen is gegaan aanraden dat toch eens te doen. Het lijkt enigszins op een hofje. Wij noemden het de ‘Schapenkooi’. Gelukkig bestaan er nog vele foto’s van het oude Spoorwijk zodat we tot in lengte van dagen er nog vele verhalen over kunnen blijven vertellen. Na de lagere school ben ik op de mulo in de Bloemfontijnstraat terechtgekomen en daarna op de schoenmakersschool in de Crispijnstraat maar dat is weer een heel ander verhaal. Jaap van den Berg
5.6
De scholen
In 1926 wordt een rooms-katholieke lagere school opgericht in de nieuwbouwwijk Spoorwijk die start in de openbare lagere school in de Busken Huetstraat. Pastoor de Jong geeft opdracht aan architect B.J. Koldeweij om nieuwe schoolgebouwen te ontwerpen. In 1930 is de Plechtige inwijding van de Jozefschool voor jongens in de Rosseelsstraat 98 en de Jeroenschool voor meisjes op nr 100. In 1971 wordt de Jozefschool gesloten vanwege terugloop van het aantal leerlingen. De Jeroenschool blijft bestaan. De Jeroen- en Mariakleuterschool doen mee met het contactscholenplan voor onderwijsstimulering in achterstandswijken. 1985 Integratie met de Maria kleuterschool tot R.K. Basisschool Jeroen. 1989-1990 sloop van het gebouw van de Mariakleuterschool in de dr. Schaepmanstraat, nieuwbouw woningen. Renovatie gebouw Rosseelsstraat 100. Feestelijke heropening.
1994 Sloop van de oude Jozefschool Rosseelsstraat 98
2006-2008 Sloop van het oude pand Rosseelsstraat 100 en realisering van nieuwbouw. Het adres is voortaan Guido Gezellestraat 51.
65
5.7
Hoogtepunten BOS 25 jaar 26 januari 2008
5.8
Vlindertuin geopend januari 2011
Helaas werkte het weer niet erg mee die dag. Met al die regendruppels was het lastig om droog te blijven. Af en toe moest er geschuild worden. Er was weliswaar een tentje in de Vlindertuin geplaatst, echter te klein voor alle bezoekers. Vandaar dat de toespraak en de prijsuitreiking plaats vond in de nieuwe woningen ter hoogte van de Hildebrandstraat. Na afloop van de prijsuitreiking werden de feestvierder getrakteerd op een lekkere taart. In de groenstrook van de Hildebrandstraat waren ook speciale speelattributen voor de kinderen en volwassenen.
67
En ook de inwendige mens werd niet vergeten. Er was genoeg te eten en te drinken en er was zelfs een overdekte BBQ.
5.9
JOPplein Opening september 2010
En de nieuwe naam van ons vernieuwde plein werd Jopplein. Dit als samenvoeging van de namen: Jonathanstraat, Oltmanstraat en Potgieterstraat.
5.10 En dan al weer B.O.S. 30 jaar. Op zaterdag 8 december 2012 vierde de bewoners in Spoorwijk het 30 jarig bestaan van de bewonersorganisatie B.O.S. In de middag was er een Kerstmarkt als aanloop naar het jubileum. De deelnemers leverde hiermee een bijdrage voor de voedselbank.
In de avond was er een feestavond voor de vrijwilligers.
69
5.11 Kleurrijk Festival 2012 In de zomer wordt tegenwoordig steevast een zinderend Kleurrijk Festival gehouden. Al meer dan 10 jaar een traditie! In 2012 voor het eerst in het Hof van Heden. Met alweer een super talentenshow. Want: Spoorwijk ’s got Talent!
5.12 Opknapbeurt groenstrook Hildebrandstraat In 2009 was er een informatiebijeenkomst voor de omliggende bewoners over de plannen van de groene zone langs het spoor in de Hildebrandstraat. Uiteindelijk werd niet alleen de Groenstrook aangepakt, maar ook werden er drie speelplekken met speeltoestellen aangelegd. En de reeds eerder ingerichte voetbalplek ter hoogte van station Moerwijk werd van verlichting voorzien.
5.13 Kunst in de Wijk Ondertussen is er ook ruimte voor Kunst in de Wijk gevonden. Zoals bij het JOP-plein.
71
En ook bij de oversteekplaats van de Max Havelaarstraat.
5.14 Nieuw bestuur 2013. Inmiddels is er een nieuw bestuur gekozen. Op dinsdag 26 maart 2013 vond in de Wissel de Jaarvergadering plaats van de Bewonersorganisatie. Hier kon u horen wat zij in 2011 en 2012 hebben gedaan en kon u als bewoner aangeven waar u behoefte aan heeft in de wijk. Ook werden er op deze avond nieuwe bestuursleden gekozen. Er werd deze avond afscheid genomen van supervoorzitter Marcel Keus. Uiteraard blijft hij wel doorgaan met het vrijwilligerswerk in de wijk.
5.15 Het woord aan het nieuwe bestuur. B.O.S. Toen en Nu. Op 20 december 1982 is de Bewoners Organisatie Spoorwijk bij de Notaris vastgelegd en nu 30 jaar later zijn wij nog steeds paraat. Ik heb zo’n 16 a 17 jaar als bestuurslid deel uitgemaakt van de organisatie. Ik heb veel veranderingen mee gemaakt ik zou er een boek over kunnen schrijven. Wat ik mij nog steeds goed kan herinneren is dat wethouder Noordanus op een klein
treintje binnen kwam rijden in de Ontmoetingruimte van de Wissel. De Wissel werd in 1993 geopend en daar zitten we nu nog steeds. Wat ik altijd een leuke ontmoetingslokatie vond was de Wijkwinkel in de Hasebroekstraat, maar daar kwam de stadsvernieuwing en ging BOS naar de Wissel.
Ja en de Heren Joop Hoekstra en Piet van Gogh hebben de organisatie groot gemaakt en zij waren de vaders van Spoorwijk. Helaas hebben zij ons 30-jarig bestaan niet meer mee kunnen maken. Nu word ik de moeder van Spoorwijk genoemd, aldus dat waren de woorden van Tineke van Nimwegen (zie haar toespraak 100 jaar Spoorwijk elders). Ik ben nog steeds actief bij B.O.S. want achter de Geraniums kan altijd nog. Ook medebestuurslid Trees Hoekstra kan er geen genoeg van krijgen. Maar wat wel eens uit de bus kan komen is de vraag, “Waar worden de namen van Joop en Piet ergens eens gerealiseerd als kunstwerk in Spoorwijk?”. Dat hebben zij namelijk verdiend. Ja, maar wanneer, daar zijn we al zo lang mee bezig en nu na 73
getrouwtrek, is er nog steeds niets te vinden om Joop en Piet te gedenken en een plaats te geven in Spoorwijk. Ik hoop dat de Gemeente hierover eens om de tafel gaat zitten, en Trees en haar kinderen kunnen verrassen tot een goed besluit. Ondertussen gaan Trees en ik gewoon door als bestuurslid van B.O.S. met hart en ziel !!!! Ik ben niet oud! Ik word wakker, Ik strek mijn armen, Beweeg mijn knieën, Draai mijn nek van links naar rechts, en alles maakt hetzelfde geluid...... krrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrraaaaaaaaaaaaaaaaakkkk!! Conclusie; van Trees Hoekstra en Ria Groot; Wij zijn niet oud, Wij zijn knapperig.
5.16 Gediplomeerd Inmiddels zijn de nieuwe bestuursleden voorzien van een Certificaat. Door de bezuinigingen en het daardoor wegvallen van professionele steun zullen zij mede hierdoor zelf hun weg kunnen vinden in de Civil Society.
5.17 Vrijwilligers zetten zich vanuit de Bewonersorganisatie in Spoorwijk (BOS) voor de belangen van de bewoners. Ik woon al 28 jaar in Spoorwijk en sinds 2009 vervul ik vrijwillig de functie van bestuurslid bij de Bewonersorganisatie Spoorwijk. Binnen het bestuur houd ik mij vooral bezig met het bezorgen van welkomstpakketten voor de nieuwe bewoners, de ontwikkeling nieuwbouw volgen en kunst in de wijk. Daarnaast hand- en spandiensten bij diverse activiteiten. In 2011 is de kunst in de wijk gerealiseerd in de Beetsstraat. Een vlindertuin, het symbool van de metamorfose van de wijk en als symbool van de kleurrijke inwoners. Een kunstwerk als herkenningspunt in de wijk, vóór en dóór de bewoners zelf, als blijk van de eigen betrokkenheid en inzet. Ik vind het fijn om een bijdrage te kunnen leveren en als bestuurslid zal ik er in elk geval alles aan doen de belangrijke rol bij de bewonersorganisatie verder te verstevigen.
Marijke Pawiro
75
6
6.1
De eindsprint: toekomstblik
Aanpak Grijze plekken
De laatste lege plekjes in de wijk worden nu al weer mooi gemaakt. De omgeving van Beetsstraat 200, waar voorheen het FRAM gebouw stond, wordt binnenkort met een tiental nieuwe huizen aangevuld.
Zo was het in 1963!
6.2
De Gymzaal is al klaar.
De nieuwe gymzaal van openbare basisschool de Spoorzoeker aan de Max Havelaarstraat is al in gebruik genomen.
6.3
De nieuwe tempel geopend
De nieuwe tempel heeft zich gevestigd in de oude Leerwerkbank aan het Alberdingk Thijmplein. In juni 2013 is hij feestelijk geopend door loco burgemeester Baldewsingh. Een mooie aanwinst voor Spoorwijk.
77
7
Nawoord
Geïnspireerd door het jubileumfeest (in verband met 30 jaar Bewonersorganisatie Spoorwijk) op 8 december 2012 ontstond het idee om weer eens een speciaal boekje uit te brengen over Spoorwijk. Hetgeen resulteerde in een rondreis vanuit het verleden naar de toekomst. Met name de nostalgische verhalen van de (oud)bewoners waren zeer indrukwekkend. Tijdens het verzamelen van het materiaal is toch wel gebleken dat er veel is veranderd en zeker ook is verbeterd. Veel van de arbeiderswoningen, ofwel de Rode-pannendaken, zijn verdwenen en hebben plaats gemaakt voor ruime moderne en eigentijdse woningen. Niet alleen het woningbestand is verbeterd, maar ook is er tijdens de ‘Grote Verandering’ veel aandacht geweest voor de leefomgeving. Het groen is flink aangepakt en ook de bestrating en de parkeervakken zijn onder handen genomen. Kortom: de wijk werd voor vele bewoners weer een plek om trots op te zijn. Het was een plezier om daar een boekje over te maken. Jan Hunck Eddy de Vries Bewoners Organisatie Spoorwijk Al meer dan 30 jaar!
[achterkant, tevens rest van de foto voorkant]
Dit boekje is uitgebracht door de Bewoners Organisatie Spoorwijk Met dank aan vele vrijwilligers, bewoners en supporters www.spoorwijk.org en
www.drukkerijdeniz.nl
79