Buurtbemiddeling De Bilt

Buurtbemiddeling De Bilt Jaarverslag 1 januari 2014 – 31 december 2014

Stichting MeanderOmnium Postbus 153 3700 AD ZEIST Helmi Kaskens Coördinator Buurtbemiddeling De Bilt Telefoon : 030 - 267 77 88 Email : [email protected] Internet : www.meanderomnium.nl/buurtbemiddeling

Jaarverslag 2014 Buurtbemiddeling De Bilt

2

INHOUDSOPGAVE

Inleiding

4

1.

Doelstelling en randvoorwaarden 1.1 Doelstelling 1.2 Randvoorwaarden

5 5 5

2.

Hoe werkt buurtbemiddeling? 2.1 Slagingskans grootst in vroeg stadium 2.2 Procedure en werkwijze 2.3 Hoe organiseren we buurtbemiddeling? 2.4 Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) 2.5 De vrijwillige bemiddelaars 2.6 PR en publiciteit

6 6 6 7 7 7 8

3.

De cijfers en resultaten van buurtbemiddeling in 2014 3.1 Aantal meldingen 3.2 Aantal meldingen per deelgemeente/wijk 3.3 Verwijzers 3.4 Aard van de klachten 3.5 Verhouding koop-/huurwoningen 3.6 Resultaten buurtbemiddeling 2014

9 9 9 10

4.

Succesfactoren 2014 4.1 Succesfactoren n.a.v. de opgestelde aandachtspunten voor 2014 4.2 Conclusies gezien vanuit de Benchmarkgegevens 4.3 Conclusies vanuit de algemeen gestelde doelen

13 13 13 14

5.

Financieel overzicht Buurtbemiddeling De Bilt 2014

15

6.

Aandachtspunten voor 2015

15


11 11

3

INLEIDING Terugkijkend op afgelopen jaar hebben we een aantal mooie resultaten geboekt. Een convenant met gemeente, SSW (de woningcorporatie), politie en Mens is in een afrondende fase en de samenwerking tussen Buurtbemiddeling De Bilt en SSW en Mens is versterkt. Ook is samenwerking gezocht met het Steunpunt Vluchtelingen De Bilt. Het aantal meldingen is gelijk gebleven met vorig jaar. Het project heeft wederom in 2014 erkenning gekregen van het CCV (Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid). Betere afstemming en verantwoording naar elkaar is onderdeel van onze afspraken. Een start is gemaakt om de samenwerking met de zorgpartners beter te stroomlijnen. In 2014 hebben we in toenemende mate te maken gehad met psychosociale problematiek, waarbij de samenwerking met zorgpartners hard nodig is. Bemiddeling op maat is een andere ontwikkeling die al een tijdje gaande is en daarbij hoort aandacht voor preventie. Uit de jaarlijkse benchmark dat het CCV uitvoerde, blijkt dat de inzet van zo’n 2.200 vrijwillige buurtbemiddelaars succesvol is: landelijk werd in 2013 gemiddeld 69% van de zaken opgelost. Ook het aantal projecten landelijk stijgt. Bestonden er in januari 2005 nog 62 buurtbemiddelingsprojecten, eind december 2014 bestaan er 178 projecten in 208 gemeenten. Er zijn inmiddels ook 16 projecten jongeren-buurtbemiddeling opgestart. In dit jaarverslag treft u cijfers over het aantal aanmeldingen, de aanpak en de resultaten van Buurtbemiddeling De Bilt. In 2014 is het aantal meldingen stabiel gebleven. Wat opvalt is een toename, ook landelijk, van het aantal zaken waar psychosociale problematiek een rol speelt. Dit doet een groot beroep op de inzet en expertise van onze vrijwillige bemiddelaars. Voortdurende aandacht, sturing en coaching op dit gebied is dan ook onontbeerlijk. Dit jaar hebben we in onze jaarlijkse training aan bemiddelaars speciaal aandacht besteed aan het omgaan met agressie en het omgaan met interculturele problematiek. Buurtbemiddeling De Bilt is inmiddels redelijk bekend in de gemeente De Bilt. Maar het kan altijd beter. Om onze bekendheid te verbeteren hebben we een nieuwe folder ontwikkeld en met een landelijke website www.problemenmetjeburen.nl zijn we beter vindbaar. Aansluiten bij de vraag van de burgers en verbinding maken met alle betrokkenen blijft essentieel. De plannen voor 2015 leest u in hoofdstuk 6.

Helmi Kaskens Projectcoördinator Buurtbemiddeling De Bilt


4

1

DOELSTELLING EN RANDVOORWAARDEN

In onderstaand schema treft u de uitgangspunten aan van het project. Deze uitgangspunten gebruiken we voor de jaarlijkse evaluatie.

1.1.1 Doelstelling Projectdoel 1e niveau 2e niveau

3e niveau

1.2

Vergroten van het welbevinden van de inwoners van de gemeente De Bilt door het integraal benaderen van veiligheid- en leefbaarheid problemen. Verbeteren van de leefbaarheid in de buurt, van de sociale cohesie (solidariteit) en stimuleren van actief burgerschap (zelfredzaamheid). Herstel van de onderlinge Bevorderen van wederzijds Toewerken naar afspraken communicatie c.q. relatie respect en benoemen van die voor beide partijen wederzijdse belangen aanvaardbaar zijn Vermindering werklast/ Vermindering werklast/ Vermindering werklast/ kosten politie kosten SSW kosten anderen

Randvoorwaarden

Om succesvol buurtbemiddeling in te kunnen zetten is bekendheid bij verwijzers en inwoners nodig, naast uiteraard de kwaliteit van de vrijwilligers. Een goede projectcoördinatie is nodig om dit te bewerkstelligen. Samenwerkingsafspraken met verwijzers (Politie, BOA, SSW) Activiteiten  convenant met gemeente, politie, Mens, SSW waarin de samenwerkingsafspraken zijn vastgelegd  instellen van stuurgroep Buurtbemiddeling  structureel overleg (deelname aan diensten overleggen)  terugmeldingen aan verwijzers van ervaringen en resultaten  afstemming met verwijzers over vraag en problematiek  uitbreiding van diensten buurtbemiddeling verkennen: mogelijke samenwerking jongerenwerk De Bilt  spreekuur bij dienstencentra Mens Evaluatie  jaarlijkse evaluatie met stuurgroep Bekendheid buurtbemiddeling bij inwoners De Bilt vergroten Activiteiten  nieuwe folders/flyers  partkijkervaringen delen met inwoners  voorlichting geven aan/presentaties houden voor derden  actief op Twitter  artikelen aanleveren/adverteren in plaatselijke nieuwsbladen  landelijke website www.problemenmetjeburen.nl Evaluatie  rapportage jaarcijfers Deskundigheidsbevordering Kwaliteitsbevordering projectcoördinator Activiteiten  aansluiting project bij Centrum voor Criminaliteit preventie en Veiligheid  regionaal coördinatorenoverleg Intervisie  deskundigheidsbevordering  vakliteratuur Evaluatie  jaarlijks functioneringsgesprek Jaarverslag 2014 Buurtbemiddeling De Bilt

Kwaliteitsbevordering buurtbemiddelaars  teamoverleg/intervisie, 6 maal per jaar  deskundigheidsbevordering, jaarlijkse scholing, omgang met agressie en interculturele communicatie  individuele coaching  vakliteratuur  evaluatiegesprekken met vrijwilligers 5

2

HOE WERKT BUURTBEMIDDELING?

2.1 Slagingskans grootst in vroeg stadium Buurtbemiddeling heeft de meeste kans van slagen als bewoners tijdig aan de bel trekken en verwijzers in een zo vroeg mogelijk stadium doorverwijzen naar buurtbemiddeling. Het motto is dan ook Woonoverlast? Buurtbemiddeling eerst!. Want, in een zo vroeg mogelijk stadium van de overlast waarin de verhoudingen niet zijn geëscaleerd, kunnen buren vaak nog een normaal gesprek met elkaar voeren. Dat is een stuk lastiger als de emoties hoog opgelopen zijn en partijen aan hun standpunten vasthouden. Belangrijk is dus dat mensen elkaar weer en blijvend durven aanspreken en dat ze iets van elkaar kunnen verdragen. Een getrainde buurtbemiddelaar kan mensen goed begeleiden om weer met elkaar in gesprek te gaan.

2.2

Procedure en werkwijze

Aanmelding Intake (traject 1)

Selectie bemiddelaars Huisbezoek buur 1 (traject 2)

Huisbezoek buur 2 (traject 3) Bemiddelingsgesprek (traject 4)

Pendelbemiddeling (traject 5) Coaching buur 1 (traject 6) Afspraken Nazorg

      

op eigen initiatief op doorverwijzing van politie, BOA, gemeente, woningcorporatie, Mens coördinator doet een telefonische intake coördinator geeft informatie en eventueel advies coördinator schat in of aanmelding geschikt is voor bemiddeling coördinator verwijst eventueel door (warme overdracht) coördinator stelt een team van twee bemiddelaars samen

 buurtbemiddelaars gaan in gesprek met buur 1 (hulpvrager / melder)  buurtbemiddelaars vragen toestemming aan buur 1 om buur 2 te benaderen met als doel een gezamenlijk bemiddelingsgesprek  Indien buur 1 geen gesprek wenst met buur 2 kunnen bemiddelaars informatie en advies geven aan buur 1  buurtbemiddelaars gaan in gesprek met buur 2 ('veroorzaker')  buurtbemiddelaars vragen buur 2 mee te werken aan een bemiddelingsgesprek  buur 1 en buur 2 gaan met elkaar in gesprek op neutrale locatie  bemiddelaars bevorderen wederzijds respect en benoemen de wederzijdse belangen  buurtbemiddelaars bewaken het proces en streven naar een oplossing waar beide buren tevreden over zijn  als een bemiddelingsgesprek niet tot de mogelijkheden behoort, kan pendelbemiddeling worden ingezet  als buur 2 niet mee wil werken, kunnen de bemiddelaars coaching aanbieden aan buur 1  de gemaakte afspraken worden, op verzoek, op papier gezet  de bemiddelaars informeren na 5-6 weken of de situatie werkelijk verbeterd is

Alle stappen in het hele proces hebben maar één doel: het weer op gang brengen van een goede communicatie tussen buur 1 en buur 2. Alle trajecten kunnen we hiervoor inzetten. Doel is dat buren zelf (weer) in staat zijn om tot een oplossing te komen. In lang niet alle situaties is een bemiddelingsgesprek nodig om te komen tot die oplossing. Het succes van buurtbemiddeling zit hem dus in het herstellen van de communicatie en niet in het volledig doorlopen van alle stappen in het proces van bemiddeling.


6

Twee trajecten vragen bijzondere aandacht: Traject 5 pendelbemiddeling Indien buur 2 wel mee wil werken, maar niet bereidt is tot een gezamenlijk gesprek, dan bieden we de mogelijkheid tot pendelbemiddeling. Hiervoor hebben de bemiddelaars een speciale scholing ontvangen. Traject 6 coaching In een aantal gevallen wil buur 2 niet meewerken. In die situaties bieden we vanaf 2012 aan buur 1 de mogelijkheid om een of twee coaching gesprekken te voeren. Dit gesprek is vooral gericht op de zaken waar buur 1 wél invloed op uit kan oefenen. We gaan hierbij uit van het herstel van de eigen kracht van buur 1. De bemiddelaars hebben hiervoor een speciale scholing ontvangen.

2.3

Hoe organiseren we buurtbemiddeling?

Projectcoördinator De projectcoördinator draagt zorg voor een adequate uitvoering van het project Buurtbemiddeling en ondersteunt en begeleidt de vrijwilligers. Naast de telefonische intake van aanmeldingen en het uitzetten van deze bemiddelingszaken bij de bemiddelaars, is het een belangrijke taak van de coördinator om buurtbemiddeling breed bekend te maken en te houden, zowel bij verwijzers als bij de inwoners van gemeente De Bilt. De coördinator heeft regelmatig overleg met contactpersonen van de verwijzende instellingen en houdt hen op de hoogte van relevante meldingen en ontwikkelingen. Tweewekelijks, op donderdag is er overleg met buurtbemiddeling Zeist/Bunnik. Tijdens deze overleggen worden praktijkervaringen en ideeën uitgewisseld. Ook worden de mogelijkheden tot samenwerking en/of uitwisseling bekeken. Regio-coördinatorenoverleg en intervisie Drie keer per jaar neemt de coördinator Buurtbemiddeling deel aan het regio-coördinatorenoverleg. De regio’s De Bilt, Amersfoort, Leusden, Culemborg, Rivierenland, Wijk bij Duurstede en Zeist/Bunnik zijn hierin vertegenwoordigd. De bijeenkomsten dragen deels het karakter van uitwisseling van informatie en deels van intervisie in het kader van de deskundigheidsbevordering. In 2014 hebben de coördinatoren gezamenlijk een training motiverende gespreksvoering gevolgd en deelgenomen aan een workshop. Een van de coördinatoren neemt deel aan het landelijk overleg buurtbemiddeling van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid.

2.4 Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (het CCV) fungeert als landelijk aanspreekpunt voor buurtbemiddeling. Het biedt ondersteuning, ontwikkelt instrumenten en zorgt voor de kwaliteitsbewaking. Gegevens over bemiddelingen worden ingevoerd in het landelijk registratiesysteem van het CCV, mede ten behoeve van de benchmark.

2.5 De bemiddelaars Buurtbemiddeling draait om vrijwilligers. Getrainde, vrijwillige bemiddelaars dragen het project. Het team bestaat uit 14 enthousiaste vrijwilligers. Dit jaar hebben we afscheid genomen van drie vrijwilligers en hebben vier nieuwe bemiddelaars de basistraining gevolgd en zijn tot het team toegetreden.


7

De kwaliteit van buurtbemiddelingen is sterk afhankelijk van de inzet en deskundigheid van de vrijwilligers. We investeren veel om de kwaliteit van de vrijwilligers te onderhouden en te verstevigen. Alle vrijwilligers hebben de Basiscursus Buurtbemiddeling gevolgd en zijn ervaren op het gebied van communicatie en/of coaching. Intervisie en deskundigheidsbevordering zijn vaste onderdelen van de teambijeenkomsten. In 2014 kwamen we vijf keer bij elkaar en hebben we aandacht besteed aan:  intervisie  bemiddeling waarbij interculturele communicatie een rol speelt  omgaan met agressie Tevens heeft de coördinator met een aantal bemiddelaars een individueel evaluatiegesprek gevoerd. Verdiepingstraining bemiddelaars In september hebben we een verdiepingstraining georganiseerd over het omgaan met agressie en het thema “interculturele communicatie”.

2.6 PR en publiciteit Buurtbemiddeling De Bilt heeft in 2014 geregeld de publiciteit opgezocht.  Twee keer een artikel in de Stadspers.  In De Vierklank is een artikel verschenen ‘Buurvriendelijk de zomer door’.  Op Buurtlink werden berichten geplaatst.  Deelname aan de diensten overleggen in De Bilt en Maartensdijk om contacten te leggen en te onderhouden.  Contact is gelegd met jongerenwerk De Bilt en servicecentrum Maartensdijk.  Regelmatig zijn Twitter berichten verstuurd.  Stand op de jaarlijkse vrijetijdsmarkt. Structurele PR  Buurtbemiddeling De Bilt is te vinden op de website van MeanderOmnium en de gemeente De Bilt.  Buurtbemiddeling De Bilt is te vinden op de landelijke website www.problemenmetjeburen.nl.  De brochure Buurtbemiddeling De Bilt ligt op vaste verspreidingspunten.


8

3

DE CIJFERS EN RESULTATEN VAN BUURTBEMIDDELING IN 2014

3.1

Aantal meldingen

In 2014 kwamen er in De Bilt 55 aanmeldingen binnen. Vergeleken met de landelijke cijfers uit de benchmark CCV betekent dat het aantal aantal meldingen in De Bilt in 2014 iets hoger ligt dan het landelijk gemiddelde. Benchmarkgegevens over 2013 In een stad met 78.000 inwoners (36.400 huishoudens) zijn 90 zaken aangemeld  12% is niet geschikt voor buurtbemiddeling en/of wordt doorverwezen  82% van de zaken doorloopt het BB proces en wordt afgerond  6% is na 31 december 2013 nog in behandeling Na afronding blijkt:  van de geschikte zaken wordt 69% opgelost  van de geschikte zaken wordt 26% opgelost in een gesprek  via aparte gesprekken met beide buren wordt 20% opgelost  via het intakegesprek door de coördinator wordt 20% opgelost

3.2

Aantal meldingen per deelgemeente/wijk

De aanmeldingen over 2014 waren als volgt verdeeld over de volgende wijken: Wijk gemeente De Bilt Westbroek Hollandsche Rading Maartensdijk Groenekan De Leijen Bilthoven Zuid-Oost Bilthoven Zuid-West De Bilt West De Bilt Oost De Bilt Noord TOTAAL

2009 1 2 3 1 4 0 5 4 2 3 25

2010 1 4 3 0 3 5 12 3 3 4 38

2011 0 2 6 3 2 3 15 2 7 1 41

2012 2 3 5 1 4 3 18 5 7 4 52

2013 0 4 3 3 7 5 16 8 6 4 56

2014 1 0 8 1 5 4 16 16 1 3 55

In dit overzicht is te zien dat in 2014 buurtbemiddeling in alle wijken is ingezet. De meeste meldingen komen uit Bilthoven Zuid-West en een toename is te zien in De Bilt West (onder andere Burgemeester Heemstrakwartier).

3.3

Verwijzers

Overlastklachten komen op verschillende manieren bij buurtbemiddeling terecht. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de verwijzers vanaf 2009. VERWIJZERS 2009 4 Gemeente 6 Wooncorporatie (SSW) 9 Politie 4 Zelfmelders 2 Overige organisaties Totaal 25 Jaarverslag 2014 Buurtbemiddeling De Bilt

2010 1 3 22 11 1 38

2011 14 4 16 6 1 41

2012 5 4 19 22 2 52

2013 10 4 13 29 56

2014 8 12 8 27 55

Pct. 14,5% 22% 14,5% 49% 0% 100 %

Benchmark 10%* 29% 23% 38% 100 % 9

Opvallend is een verschuiving in verwijzingen van de wooncorporatie SSW. Dit heeft waarschijnlijk te maken met het feit dat de wooncorporatie vanaf 2015 voor de helft het project financiert en de samenwerking met buurtbemiddeling intensiveert. Het percentage zelfmelders in nog steeds groot, zeker in vergelijking met het landelijk gemiddelde. Benchmarkgegevens over 2013 Vergeleken met andere projecten betalen in 88% van de gevallen gemeente en corporatie samen voor buurtbemiddeling. In de helft van die gevallen is de verdeelsleutel 50-50. Slechts 12% van de projecten wordt geheel gefinancierd door de gemeente. Benchmarkgegevens over 2013 In 2013 zien we dat de corporatie 4% minder doorverwijst (2007 en 2012: 33%). De corporatie stuurt kennelijk meer op zelfredzaamheid van bewoners en laat hen vaker zelf direct contact opnemen met Buurtbemiddeling in plaats van dat zij daarin een rol vervullen. De politie zet 23% van de meldingen door, net als in 2012. Ook de politie stimuleert kennelijk de zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid van bewoners. Vergeleken met 2007 (32%) bespaart dat naar verwachting de politie tijd en capaciteit. We zien dat het percentage zelfmelders ieder jaar stijgt. In 2007 kwam 23% van de aanmeldingen van bewoners; in 2013 is dat 38%. Buurtbemiddeling is beter bekend (en geaccepteerd) geworden, waardoor mensen de weg naar buurtbemiddeling zelf weten te vinden of sneller het advies van bijvoorbeeld de wijkagent opvolgen om zelf buurtbemiddeling in te schakelen.

3.4

Aard van de klachten

Buren komen met zeer uiteenlopende huis-, tuin-, en keukenconflicten bij buurtbemiddeling. Een overzicht van de binnengekomen soorten overlast in 2014. Ter vergelijk vanaf 2010. Aard van de klacht parkeerproblemen stankoverlast/troep bedreiging/intimidatie/lastig vallen/discriminatie/roddelen pesten/treiteren tuin-/grondverschil (geluids)overlast dieren (geluids)overlast kinderen (geluids)overlast personen geluidsoverlast apparatuur/audio schelden/verbaal geweld overige Totaal

2010 0 2

2011 2 2

2012 4 3

2013 4 4

2014 3 2

6

3

4

8

10

7 5 4 3 4 4

2 8 6 3 9 4

4 9 9 3 10 4

2 14 6 4 8 2

3 38

2 41

2 52

4 56

7 10 6 1 14 10 4 2 70

De aard van de melding uit 2009 is in deze tabel niet meegenomen, omdat toen per aanmelding soms meerdere categorieën werden geregistreerd. Vanaf 2010 werd alleen de hoofdklacht geregistreerd. In 2010 waren schelden, pesten/treiteren, bedreiging/intimidatie/lastig vallen de belangrijkste vorm van overlast (39%). Vanaf 2011 is bij de melding meer doorgevraagd over de achtergrond van deze vorm van overlast. Er zijn geen grote verschillen ten opzichte van 2011, de meeste klachten gaan over geluidsoverlast. Er is een lichte stijging met betrekking tot tuin- en grondgeschillen.


10

Benchmarkgegevens over 2013 In 2012 en 2013 zijn in het CCV-registratiesysteem onderstaande klachten geregistreerd:  geluidsoverlast van personen en apparatuur/audio wordt het meest gemeld.  roddelen en ‘verstoorde relatie kunnen sinds 2013 geregistreerd worden.  uit het veld horen we dat de zaken de laatste jaren vaak complexer van aard zijn en dat er bijvoorbeeld vaker psychische problematiek op de achtergrond speelt. Dit kan sinds 2014 ook geregistreerd worden. Dat helpt bij het omzetten van signalen naar harde cijfer.  er is voor de eerste keer gevraagd naar het aantal complexe zaken binnen het totaal aan aanmeldingen. 15% van de aanmeldingen wordt als complex beoordeeld. Daarvan werd 71% in behandeling genomen. Er is sprake van een complexe casus als multi-problematiek* belemmerend is voor de communicatie tussen een of meerdere partijen. *meerdere factoren kunnen bepalend zijn, zoals: meervoudige problematiek, gewone moeilijke zaken die erg geëscaleerd zijn, (vermoeden van) psychische problematiek, licht verstandelijke beperking, mensen die niet goed kunnen communiceren, mensen met een gering zelfredzaam vermogen, mensen met een gebrek aan zelfreflectie.

 85% normale casus (waarvan 4% meerpartijenzaak is en bij 4% wordt coaching ingezet); 15% complexe casus (9% wordt aangemerkt als psychosociaal en 6% als multiprobleem). Het wordt steeds belangrijker om gezamenlijk op te trekken als er sprake is van psychosociale problematiek, dus met de gemeente en politie en hulpverleningsinstanties. In een project wordt bijvoorbeeld een plan van aanpak gemaakt om i.s.m. buddyzorg daklozen die een woning krijgen toegewezen, waarbij een zorgcontract getekend wordt, verplicht een cursus omgang met de buren/buurt te moeten volgen, onder begeleiding van buurtbemiddeling.

3.5

Verhouding koop-/huurwoningen

Koopwoningen Huurwoningen (SSW) Huurwoningen onbekend/particulier Totaal

2009 12 12 1 25

2010 20 18 0 38

2011 24 13 4 41

2012 31 19 3 52

2013 36 17 3 56

2014 25 29 1 55

In 2014 zien we een aanzienlijk toename van meldingen vanuit de huurwoningen.

3.6

Resultaten buurtbemiddeling 2014

Bij zes van de 55 meldingen heeft buurtbemiddeling geen vervolg kunnen aanreiken en is er geen oplossing gevonden. In alle andere gevallen heeft buurtbemiddeling een verschuiving in het conflict kunnen bewerkstelligen of (één van) de buren een volgende/andere stap kunnen aanbieden. In negen van de 55 meldingen waren buren 2 bereidt om met hun buren in gesprek te gaan op een neutrale locatie. In één geval maakten de buren graag gebruik van het nieuwe aanbod pendelbemiddeling en in drie gevallen namen de buren hun eigen verantwoordelijkheid en gingen zelf in gesprek met de buren. In vier gevallen zijn buren 1 doorverwezen naar een andere instantie of werden ze ondersteund door een nagesprek met één van de bemiddelaars. In alle gevallen heeft buur 2 het signaal gekregen dat er sprake is van een ongewenste situatie.


11

Eindresultaat Buurtbemiddeling De Bilt 1. Positief: informatie/advies gegeven coördinator 2. Opgelost na telefonische intake en huisbezoek(en) van bemiddelaars 3. Opgelost na bemiddelingsgesprek 4. Opgelost door verhuizing/verandering woonsituatie 5. Opgelost na coaching/pendelbemiddeling 6. Buren 1 zelf in actie/in gesprek met buren 2 7. Buren 1 zien af van bemiddeling 8. Buren 2 zien af van bemiddeling 9. Geen oplossing 10. Ongeschikt voor bemiddeling/door- of terugverwezen 11. Contactlegging onmogelijk 12. Nog in behandeling Totaal

2009

2010

2011

2012

2013

2014

%

2

4

2

10

16

10

18,2%

2

3

11

8

6

4

7,3%

5

11

10

7

11

9

16,4%

3

2

2

1

-

2

3,6%

-

-

-

-

1

1

1,8%

-

-

-

-

-

3

5,5%

2 2 1

1 12 1

2 9 2

3 8 3

1 6 5

3 8 6

5,5% 14,5% 11%

4

4

4

9

4

4

7,2%

4 25

38

1 41

1 52

56

5 55

0% 9% 100%

 In vier gevallen was buurtbemiddeling niet geschikt en werden buren doorverwezen of terugverwezen naar maatschappelijk werk, de woonstichting, politie of naar meldpunt Zorg & Overlast.  Van positief eindresultaat is sprake bij nummer 1 t/m 6. Dat is in 52,8% van de situaties.  In 31% van de situaties is geen sprake van een geslaagde bemiddeling.  9% van de meldingen was nog in behandeling. Van deze zaken is nu nog niet te zeggen of ze leiden tot een aantoonbare verbetering. Benchmarkgegevens over 2013 met gegevens van 178 projecten In 2013 is 69% van de zaken opgelost, d.w.z. dat er een aantoonbare verbetering is opgetreden. Eén derde wordt dus niet gezien als een geslaagde bemiddeling. Succesvolle bemiddelingszaken zijn dus niet alleen de daadwerkelijke bemiddelingsgesprekken, waarbij het hele bemiddelingsproces doorlopen wordt. Uit de cijfers blijkt ook dat buurtbewoners, vaak na telefonisch contact en/of na de huisbezoeken, zelf weer het heft in handen nemen om het conflict op te lossen. Soms gaan zij, door het praten over hun conflict, de zaak in een ander perspectief zien.


12

4

SUCCESFACTOREN

4.1

Succesfactoren n.a.v. de opgestelde aandachtspunten voor 2014

 Blijvend investeren in PR Buurtbemiddeling is in heel 2014 goed onder de aandacht gebracht. Berichten op Buurtlink, en 5 persberichten in diverse bladen en de nieuwe folders van Buurtbemiddeling en de landelijke website www.problemenmetjeburen.nl hebben hieraan bijgedragen.  Verbreding van het aanbod met jongerenbemiddeling Een eerste aanzet is gegeven voor samenwerking met jongerenwerk in De Bilt. Dit continueren we in 2015.  Deskundigheidsbevordering Hoe om te gaan met agressie en Interculturele communicatie In samenspraak met Maaike Ganzeboom van bureau Conflict- en agressiemanagement werd invulling gegeven aan een training Omgaan met agressie. Alle bemiddelaars hebben deze training ontvangen. Ook hebben bemiddelaars een training gekregen in Interculturele communicatie van drs. Ali al Hadaui Koek en Ei Mediation.  Afspraken over de samenwerking met de woonstichting SSW In 2014 zijn de afspraken rond de samenwerking geconcretiseerd en is een concept convenant opgesteld. Dit convenant wordt begin 2015 ondertekend. SSW gaat in 2015 het project voor de helft financieren. De andere helft van het project wordt gefinancierd door gemeente De Bilt.  Aansluiting bij Mens Een betere inbedding binnen het welzijnswerk De Bilt is wenselijk. In 2014 is hier nadere invulling aan gegeven en vond regelmatig overleg plaats. Buurtbemiddeling sluit aan bij de dienstenoverleggen en in 2015 start buurtbemiddeling samen met de wijkcontactambtenaar van gemeente De Bilt een spreekuur in Maartensdijk.

4.2

Conclusies gezien vanuit de benchmarkgegevens

Aantal aanmeldingen De Bilt hoger dan landelijk gemiddelde  Het landelijk gemiddelde ligt op 48 meldingen op gemiddeld 35.498 inwoners. In 2014 kwamen er 55 meldingen in De Bilt binnen, dit aantal ligt iets hoger dan het landelijk gemiddelde. Vooral het aantal zelfmeldingen in de Bilt is in verhouding tot andere projecten hoog.  Van de landelijk aangemelde én voor buurtbemiddeling in aanmerking komende zaken leidde gemiddeld 68% tot een positief resultaat. In De Bilt leidde 53% van de in aanmerking komende meldingen tot een positief effect in het conflict. Opgemerkt moet worden dat 9% van de aangemelde zaken nog in behandeling zijn.


13

4.3

Conclusies vanuit de algemeen gestelde doelen

Kijkend naar de algemene doelstellingen van het project kunnen we de volgende conclusies trekken. Projectdoel 1e niveau 2e niveau

Conclusie 3e niveau Conclusie

Vergroten van het welbevinden van de inwoners van de gemeente De Bilt door het integraal benaderen van problemen m.b.t. veiligheid en leefbaarheid. Verbeteren van de leefbaarheid in de buurt, van de sociale cohesie (solidariteit) en stimuleren van actief burgerschap (zelfredzaamheid). Herstel van de onderlinge Bevorderen van wederzijds Toewerken naar afspraken die communicatie/relatie respect en benoemen van voor beide partijen aanvaardbaar wederzijdse belangen zijn Doel is behaald Doel is behaald Bij negen meldingen zijn afspraken gemaakt. Vermindering werklast/ Vermindering werklast/ Vermindering werklast/ kosten kosten politie kosten SSW anderen Kosten zijn achteraf in Een algemene besparing door:  de werklast is rekening gebracht bij de verminderd  voorkoming van juridische woningcorporaties. procedures  lagere kosten door 1 Gemiddeld is het aantal lagere inzet politie  oneigenlijke/indirecte uren per bemiddeling 7,5 klachtmelding bij gemeentelijke uur. De totale arbeidsinzet diensten volgens de ‘klassieke’  voorkoming van vandalisme en werkwijze van de agressief gedrag woningcorporatie is gemiddeld 4 uur per casus2

Samenwerkingsafspraken met verwijzers (politie, BOA, SSW) Activiteiten  structureel overleg (deelname aan diensten overleggen)  terugmeldingen aan verwijzers van ervaringen en resultaten  afstemming met verwijzers over vraag en problematiek  uitbreiding van diensten buurtbemiddeling verkennen: mogelijke samenwerking jongerenwerk De Bilt, inbedding Stichting Mens Evaluatie  jaarlijkse evaluatie met convenantpartijen Conclusie  de eerste drie doelen zijn behaald  aandachtspunt 2015 is verdere uitbreiding van diensten en relatie versterken met SSW, Mens en jongerenwerk De Bilt Bekendheid buurtbemiddeling bij inwoners De Bilt vergroten Conclusie  de doelen zijn behaald  in 2015 pr continueren en relaties versterken Deskundigheidsbevordering Kwaliteitsbevordering projectcoördinator Conclusie  de doelen zijn behaald

Kwaliteitsbevordering buurtbemiddelaars  de doelen zijn behaald  in 2014 continuering  inzetten op werving nieuwe vrijwilligers  jaarlijks evaluatiegesprekken voeren met de vrijwilligers

1

Het Hoofd Handhaving van de gemeente Roosendaal heeft twee burenconflicten uitgezocht en doorgerekend. Het bleek dat als buurtbemiddeling deze zaken had behandeld het de gemeente voor de ene zaak €3000,- en voor de andere zaak €9000,- bespaard zou hebben. 2 Uitgaande van een integrale uurprijs van €75,- betekent dat per melding een kostenbesparing van € 300,- voor de woningbouwcorporatie.


14

5

FINANCIEEL OVERZICHT BUURTBEMIDDELING DE BILT 2014

Financieel overzicht Buurtbemiddeling 2014

Begroot

Gerealiseerd

€

€

29.030

31.050

Werkplek

2.500

2.500

Scholing

3.000

2.841

Activiteit kosten

7.000

5.960

Overhead 15%

6.230

6.353

€ 47.760

€ 48.704

Periode 1 januari 2014 - 31 december 2014 Salariskosten

Totaal

6

AANDACHTSPUNTEN VOOR 2015

De aandachtspunten voor 2015 zijn:  Structureel overleg met de wooncorporatie SSW.  Instellen van een stuurgroep die twee maal per jaar bijeenkomt.  Structurele PR blijven voeren en uitbreiden.  Voorlichting aan potentiële verwijzers.  Uit ervaring blijkt dat het potentiële verwijzers niet altijd duidelijk is wanneer ze en in welke situatie ze buurtbemiddeling kunnen inschakelen. Het geven van informatie en voorlichting tijdens een persoonlijk werkbezoek is een effectieve manier om deze leemte op te vullen. We benaderen verschillende organisaties actief: Mens, Jongerenwerk, politie, wijkservicecentra, woonconsulenten en wijkbeheerders.  Cursus voor vrijwilligers in samenwerking met de Mediationbank over omgaan met conflicten.  Evaluatie van buurtbemiddeling bij buren die gebruik hebben gemaakt van de diensten van buurtbemiddeling. Evalueren of buurtbemiddeling bijgedragen heeft aan de leefbaarheid van de wijk/buurt.  Scholing en deskundigheidsbevordering aan vrijwilligers. Cursusdag Motiverende Gespreksvoering.  Samenwerking met Steunpunt Vluchtelingen De Bilt om de komst van nieuwkomers in de buurt beter te stroomlijnen.


15

Buurtbemiddeling De Bilt

Recommend Documents