BEOORDELINGSRAPPORT Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding Master in Leadership in Education – MLE deeltijd Fontys Hogescholen
Lange Voorhout 14 2514 ED Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E
[email protected]
BEOORDELINGSRAPPORT Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding Master in Leadership in Education – MLE deeltijd Fontys Hogescholen CROHO nr. 70077
Hobéon Certificering Datum 31 oktober 2012 Auditteam drs. G.J. Stoltenborg – voorzitter dr. H.P. Brandsma – lid W.J.J. van Brecht – lid prof. dr. P.W.M. Mahieu – lid R. Akkerboom – studentlid. Secretaris drs. R.F. Stapert
INHOUDSOPGAVE 1.
BASISGEGEVENS
1
2.
SAMENVATTING
3
3.
INLEIDING
5
4.
OORDELEN OP NIVEAU VAN DE STANDAARDEN
7
5.
ALGEMEEN EINDOORDEEL
6.
AANBEVELINGEN
BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE
I II III IV V VI
Scoretabel Opleidingsspecifieke eindkwalificaties Schematisch overzicht opleidingsprogramma Programma, werkwijze en beslisregels Lijst geraadpleegde documenten Overzicht auditteam
25 257 279 311 315 357 389 41
BASISGEGEVENS
NAAM INSTELLING
Fontys Hogescholen
status instelling resultaat instellingstoets kwaliteitszorg NAAM OPLEIDING registratienummer croho domein/sector croho oriëntatie opleiding niveau opleiding aantal studiepunten (ec’s)
bekostigd niet van toepassing Master in Leadership in Education – MLE 70077 educatie hbo master (tot 01-01-2012) 70 ec’s (per 01-01-2012) 60 ec’s (tot 01-01-2012) 1 : 23,6 (per 01-01-2012) 1 : 19,4 geen tot 01-01-2012: Driebergen-Rijsenburg per 01-01-2012: Eindhoven deeltijd Leren en Innoveren 30 maart 2012
docent-student ratio afstudeerrichtingen locatie
2009-2010 5
2010-2011 -
2007-2008 -
2008-2009 -
2009-2010
2010-2011
2007-2008 2
2008-2009 1
2009-2010 -
2010-2011 -
2007-2008 17
2008-2009 21
2009-2010 5
2010-2011 -
MLE 1 Totaal
MLE 2
contacturen
2008-2009 21
ec’s
2007-2008 17
belastingsuren
2010-2011 11
contacturen
2009-2010 5
ec’s
2008-2009 22
belastingsuren
ec’s
MLE1, MLE2 en MLE3 cohorten 2010-2012
2007-2008 19
contacturen
variant relevante lectoraat datum audit / opleidingsbeoordeling IN- EN UITSTROOM Instroom Cohort 2005-2006 2006-2007 21 16 Diploma na 2 jaar Cohort 2005-2006 2006-2007 16 13 Diploma na 3 jaar Cohort 2005-2006 2006-2007 2 Uitval Cohort 2005-2006 2006-2007 5 1 Totaal diploma behaald Cohort 2005-2006 2006-2007 16 15 1 CONTACTUREN
MLE 3
21
102
588
23
105
644
30
301
840
30
350
840
26
93
MLE1 en MLE2: cohort 2012-2013 Totaal
1
belastingsuren
1.
Het gemiddeld aantal klokuren per week aan geprogrammeerde contacttijd, voor ieder jaar van de opleiding.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 1
728
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 2
2.
SAMENVATTING
Als in deze samenvatting wordt gesproken over ‘huidige’ doelstelling en ‘huidige’ opleiding dan wordt daarmee impliciet verwezen naar de transitiefase waarin de MLE-opleiding verkeert. Zie hoofdstuk 3 ‘Inleiding’. 1. Beoogde eindkwalificaties De huidige doelstelling van de MLE-opleiding laat zich als volgt kort samenvatten: het opleiden van hooggeschoolde professionals die als excellente schoolleiders (1) leiding kunnen geven aan de ontwikkeling van schoolorganisaties tot lerende organisaties en aan de innovatie van het basisonderwijs binnen die organisaties en die (2) een bijdrage kunnen leveren aan de verdere ontwikkeling van de beroepsgroep. Reikwijdte, oriëntatie en niveau van de doelstelling heeft de MLE-opleiding zichtbaar gemaakt in ‘beoogde eindkwalificaties’, die corresponderen met de complexe eisen die het werkveld en de omgeving waarbinnen school opereert, stellen aan een hooggekwalificeerde ontwikkelingsgerichte schoolleider. Sterke punten zijn voorts, dat het doen van onderzoek thans een prominente plaats inneemt in de beoogde eindkwalificaties en dat de MLE-opleiding de beoogde eindkwalificaties zodanig heeft gedifferentieerd en geconcretiseerd, dat zij inderdaad kunnen dienen als richtinggevend kader voor het opleidingsprogramma en voor het toetsen & beoordelen. Overigens is de verwevenheid met het werkveld (via docenten, gastdocenten en studenten alsook via de intensieve samenwerking met scholen en met werkveldorganisaties in het primair onderwijs) zodanig sterk dat de eventuele noodzaak tot herijking en/of actualisering van de doelstellingen een telkens terugkerend gespreksonderwerp is. In alle opzichten gaat het hier om eindkwalificaties die qua niveau passen bij een masteropleiding en die qua oriëntatie volledig recht doen aan wat het werkveld verwacht. Het oordeel van het auditteam over ‘de beoogde eindkwalificaties’ luidt dan ook: goed. 2. Onderwijsleeromgeving De opleiding biedt een ambitieus en veeleisend programma aan op een hoog niveau, waarbinnen interactie met het werkveld een vanzelfsprekend element is, met extra aandacht voor op praktijk georiënteerd onderzoek waar de studenten overigens (in de vernieuwde opzet van de opleiding) goed op worden voorbereid, ook in methodologisch opzicht. In de inhoud & leerdoelen worden de focus en het niveau van de opleiding (het opleiden van hooggeschoolde leidinggevenden in het PO) zichtbaar. Mede dankzij het sterk op ervaringsleren gerichte didactisch concept, waarbij de student individueel en samen met andere studenten via interactie met de eigen beroepspraktijk, via zelfreflectie en interactieve peer-reflectie zich steeds verder ontwikkelt als beroepsbeoefenaar, is de opleiding erin geslaagd de reikwijdte, oriëntatie en het niveau van de doelstellingen zichtbaar te maken in de inhoud en de vormgeving van het programma. Ook dankzij het zeer deskundig en betrokken docentencorps met zijn vele contacten in het werkveld, is de opleiding in staat tot het realiseren van een hoogwaardige opleiding die een belangrijke rol zal (kunnen) spelen in de verdere ontwikkeling van de kwaliteit van basisscholen en van het basisonderwijs daarbinnen. Het oordeel van het auditteam is dan ook zeer positief wat tot uitdrukking zou moeten komen in een kwalificatie ‘goed’. Omdat de huidige opleiding nog slechts aan het begin van de uitvoering staat –het 1e jaar is gedeeltelijk uitgevoerd– volstaat het auditteam thans met de formele kwalificatie ‘voldoende’.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 3
3. Toetsing en beoordeling Het systeem van toetsen wordt gekenmerkt door enerzijds een grote variëteit aan toetsvormen die telkens corresponderen met de aard van de te toetsen competenties en anderzijds de grote nadruk op systematische inhoudelijke en persoonlijke feedback, waardoor het toetsen & beoordelen een substantieel leereffect heeft. Ook worden in de toetsing, en dan met name in de gespecificeerde beoordelingscriteria, de focus en het niveau van de opleiding (het opleiden van hooggeschoolde leidinggevenden in het PO) zichtbaar. De uitvoeringskwaliteit van het toetsen & beoordelen wordt zeker gesteld door gerichte afspraken, intervisie, studiedagen steekproefsgewijze controle en interventies onder de regie van de examencommissie en systematische kwalitatieve feedback vanuit de studentfocusgroepen. Kortom: het systeem van toetsen & beoordelen bestrijkt alle eindkwalificaties en voorziet in valide en betrouwbare (toets)opdrachten, in transparante beoordelingskaders en in systematische, leereffectieve feedback. Het auditteam beoordeelt het systeem dan ook als ‘goed’. Met betrekking tot het tweede aspect van deze standaard (‘gerealiseerde eindkwalificaties) geldt, dat de eindwerkstukken qua onderzoeksvraagstelling en onderzoeksopzet aanvaardbaar zijn, maar toch nog niet het ambitieuze niveau bereiken van de eigen MLE opleidingsdoelen. Het auditteam kwalificeert het eindniveau (de gerealiseerde eindkwalificaties) als ‘voldoende’. Dit aspect weegt voor het auditteam zwaarder dan het systeem van toetsen & beoordelen. Het eindoordeel onder deze standaard is dan ook: voldoende. Algemene conclusie De kracht van de huidige masteropleiding MLE ligt in (i) haar heldere visie op de ontwikkeling van leiderschap in het primair onderwijs en in (ii) de hechte banden met de beroepspraktijk, (iii) het sterke accent op onderzoek, gericht op de ontwikkeling van de kwaliteit van de beroepspraktijk, (iv) het hoge niveau van de conceptuele en instrumentele scholing en (v) een coherent en leereffectief assessmentsysteem. Deze sterke kenmerken zijn zichtbaar in de samenstelling en kwaliteit van het docententeam, in de doelstelling, inhoud en de werkvormen van het programma en in de opzet van de onderzoekslijn binnen het huidige programma. Op deze wijze maar ook dankzij de deskundigheid en de sterke betrokkenheid van het docentencorps, heeft Fontys een programma ontworpen dat meer dan voldoende basis biedt voor het opleiden van professionals (in casu masters) die het basisonderwijs, de basisscholen en hun eigen beroepspraktijk op een hoger plan kunnen brengen. 31 oktober 2012
drs. G.J. Stoltenborg, voorzitter
drs. R.F. Stapert, secretaris
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 4
3.
INLEIDING
Fontys Pabo Eindhoven – FPE De masteropleiding Master in Leadership in Education (MLE) is onderdeel van de Fontys PABO Eindhoven (FPE). FPE verzorgt ook de bachelor opleiding Leraar Basisonderwijs (pabo) en de masteropleiding Leren en Innoveren (MLI). Aan FPE is het lectoraat Leren en Innoveren verbonden. FPE zal in de loop van 2012 een nieuwe weg inslaan. Samen met de Fontys PABO Tilburg en de Fontys Pedagogische Opleidingen ‘s-Hertogenbosch (FPOH) gaat FPE verder in één instituut: Fontys Hogeschool Kind & Educatie (FHKE). Ook de hbo bachelor opleiding Pedagogisch Management Kinderopvang (PMK) zal deel uitmaken van FPA. Master in Leadership in Education – MLE De hbo-masteropleiding MLE is in 2007 gestart onder regie van de Christelijke Hogeschool Windesheim in een samenwerkingsverband met Fontys Hogescholen en de Stenden Hogeschool. De opleiding is gestart als driejarige deeltijdopleiding en omvatte 70 ec’s. Het eerste jaar fungeerde als een pre-master waarin een aantal basisvakken werd aangeboden. Het samenwerkingsverband van Fontys Hogescholen met Stenden Hogeschool en Hogeschool Windesheim is per 1 september 2011 beëindigd. Sindsdien is MLE gepositioneerd binnen de (Afdeling Zakelijke Dienstverlening van) FPE. De MLE-opleiding verkeert in een transitiefase. MLE heeft thans een nieuw tweejarig programma ontwikkeld met een omvang van 60 ec’s. Deze transitie betreft vooral: Vernieuwing van het competentieprofiel: Het huidige werkveld vraagt expliciet om een opleiding voor excellente schoolleiders in plaats van bovenschools managers, waar MLE in de aanvang op was gericht. Aan schoolleiders is wel zowel kwalitatief als in kwantitatief opzicht een groeiend tekort. De nieuwe opleiding MLE focust zich op het ontwikkelen van (toekomstige) schoolleiders tot excellente schoolleiders. De basis voor de inhoudelijke vernieuwing van het curriculum wordt gevormd door het vernieuwde competentieprofiel, waarin de competenties van de Nederlandse Schoolleiders Academie (NSA) zijn verwerkt. Versteviging van de onderzoekscomponent: empirisch gefundeerd praktijkgericht onderzoek draagt bij aan de schoolontwikkeling en leidt tot een meer onderzoekende houding van leraren. Het inzetten van praktijkgericht onderzoek is daarmee een belangrijk kwaliteitsinstrument van de schoolleider: schoolleiders moeten niet alleen in staat zijn zelf praktijkgericht onderzoek uit te voeren en te verbinden aan de schoolontwikkeling, maar ook leiding kunnen geven aan onderzoek. Praktijkgericht onderzoek loopt om deze reden als een rode draad door de vernieuwde MLE-opleiding. De MLE-opleiding beoogt de professionaliteit van de leidinggevende in het Primair Onderwijs (PO) te verhogen. De positionering van de MLE-opleiding naast de MLI-opleiding biedt de mogelijkheid om de inhoudelijke componenten innovatie en onderwijsvernieuwing wederzijds te versterken. Beide opleidingen behouden natuurlijk wel een eigen profiel. MLE is gericht op de expert in leidinggeven, die in staat is organisatieontwikkeling en onderwijsvernieuwing innovatief op te zetten en te begeleiden enerzijds en goed ondernemerschap in de praktijk vorm te geven anderzijds. MLI is gericht op de excellente leraar, die als spil in een onderwijsorganisatie, in staat is op een verantwoorde wijze eenvoudige en complexe onderwijsvernieuwingen te initiëren, uit te voeren en te begeleiden.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 5
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 6
4.
OORDELEN OP NIVEAU VAN DE STANDAARDEN
4.1.
Beoogde eindkwalificaties
Standaard 1: De beoogde eindkwalificaties van de opleiding zijn wat inhoud, niveau en oriëntatie geconcretiseerd en voldoen aan internationale eisen. Toelichting NVAO: De beoogde eindkwalificaties passen wat betreft niveau (bachelor–master) en oriëntatie (hbo–wo) binnen het Nederlands kwalificatieraamwerk. Zij sluiten bovendien aan bij de actuele eisen die in internationaal perspectief vanuit het beroepenveld en het vakgebied worden gesteld aan de inhoud van de opleiding.
Bevindingen Inleiding De MLE-opleiding verkeert, zoals gezegd, in een transitiefase. Bij de start van de opleiding in 2007 was de opleiding gericht op de (15) zogeheten Berenschot competenties die vooral ontwikkeld waren vanuit het profiel ’bovenschools manager’, een functie die rond 2000 is ontstaan. Voor schoolleiders die wilden doorgroeien naar de functie van bovenschools manager, was een passende opleiding noodzakelijk. Daarna, echter, hebben schoolbesturen hun eis ten aanzien van een specifieke opleiding voor bovenschools manager laten vallen. Sterker nog, het huidige werkveld vraagt expliciet om excellente schoolleiders in plaats van bovenschools managers. Reden voor de MLE-opleiding zich met ingang van 2012 te richten op het scholen en ontwikkelen van (toekomstige) schoolmanagers tot excellente schoolleiders. Een herijking van de beoogde eindkwalificaties met als referentiepunt het profiel van de ‘excellente schoolleider’ was derhalve noodzakelijk en de Berenschot competenties werden losgelaten. Tijdens de audit heeft het auditpanel uitvoerig over deze herijking gesproken met zowel het opleidingsmanagement als de docenten en daaruit is het panel gebleken, dat de ingezette heroriëntatie van de MLE-opleiding binnen de opleiding door alle betrokkenen wordt gedragen. Een niet onbelangrijke constatering omdat ‘draagvlak’ een wezenlijke voorwaarde voor succes is. Uit de gesprekken tijdens de audit bleek voorts, dat de docenten ook rechtstreeks betrokken zijn geweest bij de nadere concretisering en specificering van deze heroriëntatie zoals die in de verschillende documenten waar in het onderhavige rapport naar wordt verwezen, is vastgelegd. De basis voor deze herijking en dus ook voor de inhoudelijke vernieuwing van de MLEopleiding, wordt gevormd door het beroepsprofiel en competentieprofiel dat is ontwikkeld en vastgesteld door de Nederlandse Schoolleiders Academie (NSA), het onafhankelijk instituut van en voor leidinggevende in het primair onderwijs. De NSA stimuleert en bewaakt de beroepskwaliteit en bevordert de deskundigheid van schoolleiders in het primair onderwijs. Het instituut onderhoudt de beroepsstandaard voor schoolleiders via een beroepsregister voor schoolleiders. Beoogde eindkwalificaties De opleiding MLE heeft haar beoogde eindkwalificaties vastgelegd in het Beroeps- en Opleidingsprofiel MLE ‘De Excellente Schoolleider’. De opleiding onderscheidt een vijftal domeinen waarbinnen de competenties worden benoemd. Acht hiervan zijn overgenomen uit het NSA-competentieprofiel. De opleiding heeft hieraan 9e competentie toegevoegd: onderzoek. Het bereik van de beoogde eindkwalificaties (competenties) laat zich als volgt samenvatten:
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 7
Domein Onderwijs Organisatie Omgeving Daadkracht Denkkracht
Competentie Gerichtheid op het primaire proces Organisatieontwikkeling Organisatiebeleid en -beheer Onderwijsondernemerschap Interpersoonlijk competent Aansturing professionals Zelfsturing Intrapersoonlijk competent Onderzoek
Bovenstaand schema omvat, naar het oordeel van het auditteam, alle facetten van de functie schoolleider. De MLE-opleiding heeft vervolgens elke competentie in het document “Nieuw Toetskader MLE 2012-2013” nader gedifferentieerd en geoperationaliseerd. Zij heeft dat, naar het oordeel van het auditteam, voortreffelijk gedaan en wel op een wijze die enerzijds de inhoud, reikwijdte en complexiteit van de functie schoolleider inzichtelijk maakt en die anderzijds volledig recht doet aan het niveau van die functie. Het auditteam wil dit illustreren met een voorbeeld uit het domein ‘Organisatie’ dat op de volgende pagina in extenso wordt weergegeven.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 8
Domein Organisatie
Competentie2 Organisatieontwikkeling
ontwikkelen en levend houden van een gezamenlijk gedragen visie op onderwijs, opvoeding en organisatie op basis van actuele theorieën m.b.t. onderwijs, opvoeding, organisatie, leiderschap, communicatie, verandermanagement en kennismanagement actief betrekken van alle geledingen bij het proces van schoolontwikkeling en gemeenschapsvorming o aanmoedigen van initiatieven en experimenten o bouwen aan een leefbare, inspirerende en betekenisvolle schoolgemeenschap in maatschappelijke en levensbeschouwelijke zin vanuit de (gezamenlijk gedragen) visie veranderingsplannen definiëren, implementeren, evalueren en borgen o vertalen van organisatiedoelen in gewenst professioneel gedrag o helder afbakenen van rollen, taken en verantwoordelijkheden o helder definiëren van gewenst resultaat o bewaken van de voortgang van projecten en processen o rapporteren over de kwaliteit van de uitvoering actief betrekken van anderen bij besluitvormingsprocessen; verantwoorden van gemaakte keuzen & besluiten; waar nodig doortastend optreden
Organisatiebeleid en –beheer
doelgericht en kwaliteitsbewust handelen o inzet van tijd, mensen en middelen koppelen aan visie en strategische doelen o overlegsituaties effectief maken o optimaal benutten van geboden beleidsruimte o mobiliseren van hulpbronnen en middelen o organiseren van inspraak en medezeggenschap o informatie toegankelijk maken voor alle betrokkenen organiseren van systematische zelfevaluaties o vaststellen van normen voor de onderwerpen van zelfevaluatie o gebruik maken van relevante managementinformatie en kwaliteitsinstrumenten o tevredenheid meten van leerlingen, leraren / medewerkers en ouders en de uitkomsten daarvan analyseren, interpreteren en vertalen naar actie o proces en uitkomsten verantwoorden in kwaliteitsdocumenten waarborgen van veiligheid en welzijn in school o organiseren van periodieke risico-inventarisaties leidend tot vervolgacties o organiseren van een overzichtelijke, ordelijke en schone (school)omgeving o voorzien in adequate klachtenprocedure(s) o voorzien in gekwalificeerde vertrouwenspersonen en bedrijfshulpverleners realiseren efficiënte bedrijfsvoering o opstellen, uitvoeren, bewaken en verantwoorden van (meerjaren) plannen en begrotingen o voorzien in een deugdelijke leerlingen-, personeels- en financiële administratie o voorzien in en toegankelijke en overzichtelijk archivering die voldoet aan privacyen andere van toepassing zijnde controle-criteria.
Internationale afstemming Zoals gezegd, komen acht van de negen de MLE-competenties overeen met de (landelijk vastgestelde) NSA-competenties. Deze NSA-competenties sluiten nauw aan op internationaal geaccepteerde principes van ‘leadership practices’ (“Succesful school leadership”, K. Leithwood e.a., 2006).
2
In cursief: een expliciete verwijzing naar kenniscomponent / kennisbasis.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 9
Leadership practices Setting directions vision – group goals – expectations – communication
Redesigning the organization families and communities – culture – structure – connections
Developing people intellectual stimulation – modelling – individual support
Managing the instruction program resource allocation – staffing – buffering – monitoring
MLE-competenties Gerichtheid op het primaire proces Onderwijsondernemerschap Organisatieontwikkeling Organisatiebeleid en-beheer Organisatieontwikkeling Zelfsturing Intrapersoonlijk competent Interpersoonlijk competent Aansturen professionals Gerichtheid op het primaire proces Aansturen professionals
De bekwaamheidseisen van de NSA zijn vervolgens uitgewerkt, mede op basis van internationaal onderzoek (cfr. K. Leithwood e.a., 2006) naar de kwaliteiten van schoolleiders die op basis van wetenschappelijk onderzoek aantoonbaar van invloed zijn op de kwaliteit van de school. Door de eindkwalificaties van de opleiding MLE te verbinden aan de NSA-bekwaamheidseisen van de MLE-opleiding sluiten de beoogde MLE-eindkwalificaties ook nadrukkelijk aan bij thema’s die ook in de schoolleidersopleiding van landen als Canada, Australië, de Verenigde Staten van Amerika, Groot-Brittannië en Schotland aandacht krijgen. Bijvoorbeeld: ‘opbrengstgericht leidinggeven’, ‘moral leadership’ en ‘professionele leergemeenschap’. De NSA is internationaal verbonden met schoolleidersopleidingen in andere landen, zowel binnen als buiten Europa en zoekt thans aansluiting bij ENIRDELM: een Europees netwerk van opleiders van schoolleiders en opleiders van schoolmanagement. Jaarlijks of tweejaarlijks organiseert ENIRDELM bijeenkomsten waarbij onderlinge afstemming plaatsvindt over internationale ontwikkelingen op het gebied van onderzoek en competentieontwikkeling. Of de MLE-opleiding zich internationaal wil profileren, is afhankelijk van haar ambitie. Hoe dit ook zij, van alle masteropleidingen, dus ook van de MLE-opleiding mag worden verwacht dat haar afgestudeerden in staat zijn een substantiële bijdrage te leveren aan de verdere ontwikkeling van schoolleiderschap. Internationale oriëntatie (‘het gericht over de grenzen kijken’) en het actief gebruik maken van internationale bronnen zijn daarbij onontbeerlijk. Ook die dimensie vindt het auditteam expliciet terug in de beoogde eindkwalificaties en zij werd ook tijdens de audit door de opleiding sterk benadrukt als zijnde een element dat onontbeerlijk is voor de vorming van excellente schoolleiders. Onderzoek De MLE-opleiding heeft in haar beoogde eindkwalificaties de onderzoekcompetenties uitvoerig beschreven en wel vanuit twee perspectieven: competenties waarover de schooleider moet beschikken om zelf onderzoek te kunnen uitvoeren en competenties waarover de schoolleider moet beschikken om onderzoek dat door derden (bijvoorbeeld de medewerkers / leraren) wordt uitgevoerd, te initiëren, te sturen, te begeleiden en te beoordelen.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 10
Aan de hand van onderstaand overzicht moge duidelijk worden, dat de MLE-opleiding de onderzoekcompetentie in concrete deelaspecten heeft gedifferentieerd op een wijze die, naar het oordeel van het auditteam, inzicht verschaft in de aard, reikwijdte en functie van de onderzoekcompetentie waarover een excellente schoolleider dient te beschikken. Het auditteam is daar zeer positief over.3 Onderzoek
systematisch beoordelen van complexe situaties en vraagstukken daarbij meerdere perspectieven hanterend en uiteenlopende oplossingsstrategieën tegen elkaar afwegend formuleren van relevante, heldere, duidelijk afgebakende, richtinggevende probleemstellingen formuleren als basis voor praktijkgericht onderzoek uitwerken van probleemstelling in een passende en consistente onderzoeksopzet daarbij gemotiveerd en beargumenteerd kiezen voor methode en technieken van onderzoek zelfstandig en in teamverband uitvoeren van praktijkgericht onderzoek vanuit een multidisciplinair perspectief daarbij de eigen grenzen kennend die het inschakelen van expertise van derden noodzakelijk maakt constructief-kritische benadering van theorieën en bevindingen uit eerder wetenschappelijk onderzoek, de relevantie ervan voor het onderwijs beoordelen, onderlinge verbanden herkennen, inzichten op verantwoorde wijze toepassen onderzoeksresultaten interpreteren en in een (bredere) context plaatsen, resultaten van onderzoek verbinden met bevindingen uit ander nationaal en internationaal onderzoek en daaruit conclusies trekken aanpak en resultaten van eigen onderzoek presenteren ten overstaan van collega-leerkrachten en onderzoekers, verduidelijken hoe onderzoeksresultaten (kunnen) bijdragen aan de organisatieontwikkeling en/of aan de professionele ontwikkeling van de medewerkers onderzoeksresultaten verbinden aan de onderwijspraktijk en vertalen naar de consequenties voor beleid kritisch evalueren van de effecten van onderzoeksresultaten in de praktijk de totstandkoming en uitvoering van onderzoeksprojecten leiden en de kwaliteit ervan beoordelen
Masterniveau In de beoogde eindkwalificaties heeft de MLE-opleiding de master niveaukenmerken bij de respectieve competentie geëxpliciteerd. Bijvoorbeeld:3
Gerichtheid op het primaire proces: anticiperen op ontwikkelingen door achterhaalde concepten te herkennen en nieuwe onderwijsconcepten, praktijken en leermiddelen te onderzoeken en in te voeren.
3
Onderwijsondernemerschap: organiseren van een betekenisvol netwerk rond de school. Organisatieontwikkeling: het ontwikkelen van een gezamenlijk gedragen visie op onderwijs op basis van actuele theorieën m.b.t. onderwijs, opvoeding, organisatie, leiderschap, communicatie, verandermanagement en kennismanagement. Zelfsturing: (1) ontwikkelen van eigen opvattingen over goed onderwijs, goede school, goed leiderschap in relatie tot maatschappelijke en pedagogische tradities, actuele onderwijskundige inzichten en levensbeschouwelijke stromingen, (2) herkennen en analyseren van dilemma’s en daarin stelling nemen, (3) het delen van expertise en ervaring met anderen om aldus de ontwikkeling van de beroepsgroep te bevorderen alsook het imago van het onderwijs. Intrapersoonlijk competent: (1) kritisch gebruik van informatiebronnen om van daaruit informatie te selecteren en te ordenen naar bruikbaarheid, betrouwbaarheid en relevantie en de bevindingen met anderen te delen, (2) systematisch onderzoeken en beoordelen van complexe situaties en vraagstukken in het licht van de actuele situatie en van mogelijke ontwikkelingen, (3) hanteren van verschillende actuele theoretische perspectieven bij het tijdig signaleren van knelpunten en mogelijke oplossingsstrategieën verkennen en tegen elkaar afwegen. Aansturing professionals: medewerkers resultaatgericht laten werken door doelmatig gebruik te maken van actuele theoretische perspectieven op het gebied van samenwerking, groepsdynamica en effectieve organisatie.
In cursief: expliciete kenmerken van masterniveau.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 11
Validatie De MLE-beoogde eindkwalificaties sluiten naadloos aan bij het landelijk vastgestelde NSAcompetentieprofiel dat op zijn beurt in nauw overleg met het werkveld (Basisonderwijs, PO-Raad, Pedagogische Centra) is ontworpen en dat voorts in lijn ligt met internationaal geaccepteerde noties over ‘effective leadership in education’ en de daarbinnen onderscheiden ‘leadership practices’. Op regionaal niveau heeft de Werkveldadviesraad van de MLE-opleiding de beoogde eindkwalificaties geaccordeerd. In deze Adviesraad hebben vertegenwoordigers van het regionale werkveld zitting. Het betreft o.a. schoolleiders en bovenschools managers van schoolbesturen uit de regio. Overigens beveelt het auditteam de opleiding aan zich niet al te zeer te focussen op de grote schoolbesturen, maar ook de kleinere besturen actief te betrekken in haar netwerk. Daarmee zal de opleiding meer recht kunnen doen aan de managerial en bestuurlijke diversiteit binnen het PO. Functionaliteit De MLE-opleiding heeft –het auditteam meldde het reeds– de beoogde eindkwalificaties vastgelegd in haar “Nieuw Toetskader MLE 2012-2013”. In dit ‘Toetskader’ heeft zij deze eindkwalificaties gedifferentieerd en gespecificeerd op een wijze die een onmiddellijk verband legt met de eisen die de MLE-opleiding aan haar studenten stelt. In die zin heeft de MLEopleiding de beoogde eindkwalificaties zodanig concreet gemaakt, dat zij inderdaad richtinggevend zijn voor de inrichting van het toetsen en beoordelen (wijze van toetsen; beoordelingscriteria) en, daarmee samenhangend, voor de inhoud en vormgeving van het curriculum. Anders gezegd, de beoogde eindkwalificaties weerspiegelen niet alleen het beroepsprofiel van de excellente schoolleider, maar zij zijn ook onderwijskundig functioneel. Weging en Oordeel Om zijn oordeel over de ‘beoogde eindkwalificaties’ te funderen heeft het auditteam zich met opzet niet beperkt tot het samenvattend parafraseren van deze eindkwalificaties, maar heeft het bij wijze van voorbeeld enkele onderdelen min of meer in extenso gepresenteerd. Uit deze voorbeelden blijkt, dat de beoogde eindkwalificaties (1) volledig recht doen aan internationaal geaccepteerde leiderschapsconcepten en aan reikwijdte, complexiteit, inhoud, niveau en context van de functie schoolleider, (2) volledig recht doen aan het belang van ‘onderzoek’ voor de verdere ontwikkeling van de beroepsgroep en van het betreffende onderwijs, (3) herkend en gedragen worden door het werkveld, (4) valide zijn als onderwijskundig instrument voor de inrichting van het curriculum en van het toetsen & beoordelen. Het auditteam kwalificeert ‘de beoogde eindkwalificaties’ dan ook als goed. Met daarbij (nogmaals) de positieve connotatie, dat uit de gesprekken tijdens de audit is gebleken dat alle betrokken volledig achter het vernieuwde opleidingsprofiel en de daarmee samenhangende vernieuwde inrichting van het curriculum staan.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 12
4.2.
Onderwijsleeromgeving
Standaard 2: Het programma, het personeel en de opleidingsspecifieke voorzieningen maken het voor de instromende studenten mogelijk de beoogde eindkwalificaties te realiseren. Toelichting NVAO: De inhoud en vormgeving van het programma stellen de toegelaten studenten in staat de beoogde eindkwalificaties te bereiken. De kwaliteit van het personeel en van de opleidingsspecifieke voorzieningen is daarbij essentieel. Programma, personeel en voorzieningen vormen een voor studenten samenhangende onderwijsleeromgeving.
Bevindingen Programma in afbouw Het programma dat vanaf de aanvang van de opleiding in 2007 is uitgevoerd (hierna te noemen het ‘oude’ programma), wordt thans afgebouwd totdat de instroom van september 2010 is afgestudeerd. Het ‘oude’ programma, met name gericht op competenties samenhangend met het functie ‘bovenschools management’ bestaat uit de volgende themalijnen: School en Omgeving: inhoudelijk gericht op het voeren van strategisch beleid, het kennen van, het (actief) opereren in, en het omgaan met de omgeving van de organisatie School en Leiderschap: gericht op de aansturing van de schoolorganisatie, financieel management en communicatie School en Vernieuwing: gericht op invoering van vernieuwingen, verandermanagement en projectmanagement School en Kwaliteit: gericht op het concept ‘kwaliteit’ en het kwaliteitsdenken Praktijkgericht onderzoek: gericht op het ontwerpen en uitvoeren van praktijkrelevant onderzoek Huidige programma Inhoud, vorm en structuur De MLE-opleiding heeft haar onderwijs thans ingevuld en gestructureerd tot een nieuw programma dat, naar het oordeel van het auditteam volledig in lijn is met en recht doet aan de thans vigerende ‘beoogde eindkwalificaties’, zoals beschreven onder Standaard 1. In het huidige programma heeft de MLE-opleiding de actuele inzichten op het gebied van leiderschap, samengebracht in de context waarbinnen de schoolleider PO opereert. En dan gaat het om de school waaraan hij leiding geeft en om de omgeving waarbinnen de school functioneert. Die hierboven bedoelde actuele inzichten hebben betrekking op, bijvoorbeeld: het ontwikkelen van en leiding geven aan de school als een professionele leer-/werkgemeenschap, het ondersteunen, faciliteren en aansturen van gekwalificeerde professionals, de gerichtheid op onderwijsondernemerschap en mede in verband daarmee op het opbouwen en onderhouden van een betekenisvol netwerk, het ontwikkelen van een effectief intern kwaliteitszorgsysteem, mede in relatie tot de opbrengstgerichtheid van het onderwijsleerproces en, last but not least: de gerichtheid op de eigen leiderschaps- en onderzoekscompetenties. Die gerichtheid op de onderzoekscompetenties wordt in het huidige programma zichtbaar in de brede praktijkgerichte onderzoekscomponent, die is ingericht vanuit het uitgangspunt dat onderzoek expliciet moet bijdragen aan de schoolontwikkeling en de effectiviteit van de onderwijsleerprocessen
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 13
daarbinnen. Dat is, naar het oordeel van het auditteam, een substantiële verbetering ten opzichte van de smallere invulling van de onderzoekscomponent in het ‘oude’ programma. Het opleidingsprogramma is in onderstaand schema weergegeven en kent een viertal inhoudelijke leerlijnen, die corresponderen met de leiderschapspraktijken van Leithwood uit het beroeps- en opleidingsprofiel. In alle vier de leerlijnen, zo is het auditteam gebleken na bestudering van het onderwijsprogramma, komen die actuele inzichten expliciet aan de orde, inhoudelijk, maar ook in de respectieve werkvormen.
Het programma start met het onderdeel Introductie. Hierin is opgenomen een individueel, selectief en ontwikkelingsgericht assessment, waarvan de uitslag individueel besproken wordt. Het programma kent de volgende leerlijnen: Organisatie inrichten o Thema’s (o.a.): missie, visie, duurzaam onderwijs, internationale ontwikkelingen, structuur, cultuur, schoolplan, opbrengstgericht werken, INK. Richting geven o Thema’s (o.a.): wet- en regelgeving, politiek & PO-innovatiethema’s, schoolomgevingsfactoren, bestuurlijke kaders. Leidinggeven aan het onderwijsprogramma o Thema’s (o.a.): opbrengstgericht leiderschap, effectief en professioneel leren, kwaliteitszorg. Mensen ontwikkelen o Thema’s (o.a.): Human Dialogue Development, analyse ontwikkelbehoefte van de school, het team en de individuele medewerkers, talentontwikkeling, ontwikkeling en implementatie personeelsbeleid. Onderzoek o Conceptueel (o.a.): onderzoekcyclus, methodologie, data-analyse &-interpretatie
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 14
o
Vaardigheden (o.a.): effectieve en valide literature-search, data-collectie.
Persoonlijk leiderschap o Training gericht op inzicht in eigen drijfveren, gedrag en de effecten ervan, via koppeling van theorie, reflectie op eigen gedrag en ervaringen uit de eigen praktijk.
De laatstgenoemde twee leerlijnen volgen de andere leerlijnen van het eerste en het tweede jaar als een zogenaamd (flankerende) lintprogramma. Het tweede jaar omvat, naast de lintmodules, het vervolg van de leerlijn ‘Leidinggeven aan het onderwijsprogramma’ en de leerlijn ‘Mensen ontwikkelen’ en wordt afgerond in de Integratiefase, waarin studenten door middel van een rapport verslag doen van hun onderzoeksbevindingen. Daarnaast dienen zij in een opleidingsportfolio hun competenties aan te tonen. In dit portfolio, dat zij gedurende de opleiding hebben samengesteld, beschrijven zij hun persoonlijke ontwikkeling m.b.t. de ‘beoogde eindkwalificaties’ en tonen zij aan te beschikken over de daarmee verband houdende competenties. Sterk punt in het programma is, naar het oordeel van het auditteam, de lintvorm die een vervlechting mogelijk en vanzelfsprekend maakt tussen enerzijds de inhoudelijke leerlijnen (de vier leiderschapspraktijken) en anderzijds het praktijkgericht onderzoek (leerlijn V) en de ontwikkeling van persoonlijk leiderschap (leerlijn VI). Tijdens de audit heeft het auditteam expliciet aandacht besteed aan deze vervlechting. En daaruit kwam het volgende naar voren: de vervlechting impliceert om te beginnen de temporele afstemming van de vaardigheden in leerlijn V met de andere leerlijnen. In de vaardighedenlijn worden specifieke vaardigheden zoals effectieve en valide literature-search op een zodanig moment getraind dat zij onmiddellijk na de training ook toegepast kunnen worden in de parallel aangeboden inhoudelijke leerlijnen. De verbinding tussen leerlijn V en de andere leerlijnen betekent ook dat kennis die verworven is in de inhoudelijke leerlijnen, gebruikt wordt als voorbeeldmateriaal in leerlijn V. Deze wisselwerking versterkt het zwaluwstaartconcept van het curriculum. Artikelen die in die leerlijnen bestudeerd worden, kunnen ook op hun methodologische kwaliteit beoordeeld worden. Ten slotte impliceert deze verbinding ook dat de in de inhoudelijke leerlijnen verworven inzichten bouwstenen leveren voor de ontwikkeling van het eigen onderzoeksplan (2e studiejaar). In dat plan dient ook een eerste theoretische verkenning van de onderzoeksthematiek te worden beschreven. Daarbij moet de student gebruik maken van de in de overige leerlijnen verworven inzichten in relatie tot de vraagstukken op de eigen school. De afstudeeropdracht ten slotte fungeert als een proeve van bekwaamheid aangezien de student hier zelfstandig een aan de eigen beroepspraktijk gerelateerd onderzoek uitvoert. Op deze wijze worden zowel kennisbasis en vakliteratuur geïntegreerd in de paradigma’s zoals: lerende organisatie, zelfsturing, reflectieve en autonome professionals, professionele leergemeenschap. Naast de op onderzoek gerichte vaardigheden besteedt de opleiding aandacht aan de ontwikkeling van specifiek op leiderschap gerichte beroepsvaardigheden. Deze zijn verankerd in de eindkwalificaties en zij zijn zowel in het ‘oude’ als in het huidige programma geoperationaliseerd. Het gaat dan om bijvoorbeeld: (i) onafhankelijk en kritisch oordelen, (ii) effectief communiceren, (iii) samenwerken in multidisciplinaire verbanden, (iv) motiveren, stimuleren en sturen, (v) managen van projecten, (vi) ‘leren leren’ en (vii) reflecteren. Deze vaardigheden komen, naar het oordeel van het auditteam expliciet terug in de verschillende programmaonderdelen, via de inhoud van de betreffende onderdelen, via het werken & leren in de praktijk (interactie beroepspraktijk) en via de uitvoering van onderzoek.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 15
Anders gezegd, de in het beroeps- en competentieprofiel gedefinieerde beroepskwalificaties zijn thematisch, inhoudelijk en in termen van vaardigheden in het opleidingsprogramma geoperationaliseerd tot specifieke en (via de vervlechting) onderling samenhangende opleidingscomponenten.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 16
Onderwijsconcept en begeleiding De centrale notie is ‘ervaringsgericht leren’: integratie van concrete ervaringen met cognitieve processen. Naar het oordeel van het auditteam past deze benadering bij uitstek in een professionele masteropleiding waarin de interactie tussen enerzijds de ervaringen binnen de eigenberoepspraktijk en anderzijds de op verdere ontwikkeling, professionalisering en reflectie gerichte opleidingsambiance het leidend beginsel is: een cyclisch proces van handelen (concrete ervaringen), bezinnen (observeren en reflecteren), denken (conclusies trekken) en beslissen (leidend tot nieuw gedrag). Omdat de interactie tussen enerzijds de opleiding en anderzijds de werkplek van de student een cruciaal element is in de opleiding, is de kwaliteit van die werkplek van het grootste belang is en moet de borging van die kwaliteit object van aanhoudende zorg zijn. De opleiding zou consequenter dan zij tot op heden doet, direct moeten nagaan of de werkplek van de student adequaat is, waarmee het auditteam bedoelt te zeggen dat de opleiding consequent moet controleren of de werkplek van de student inderdaad de geëigende ambiance biedt waarbinnen de student zich verder kan ontwikkelen tot ‘excellente schoolleider’. Binnen het model speelt ‘studiebegeleiding ‘ een prominente rol. De MLE-opleiding voert die begeleiding als volgt uit. (1) Verplichte (studieloopbaan) begeleidingsgesprekken (3 à 4 maal per jaar) met individuele studenten, mede aan de hand van de door hen op te bouwen portfolio’s; (2) (Studie) begeleiding van leergroepen op initiatief van de studieloopbaanbegeleider dan wel op initiatief van de leergroep. (3) Individuele begeleiding in leerlijn V door de onderzoeksdocenten (op van tevoren geplande formatieve feedback momenten) bij de voorbereiding en uitvoering van het onderzoek. (4) Individuele begeleiding door expertdocenten in de andere leerlijnen bij het opleveren van te beoordelen ‘producten’. Sterk punt in deze begeleiding is, naar het oordeel van het auditteam, het feit dat de MLEopleiding de begeleiding uitvoert niet naast het scholingstraject, maar als een integraal onderdeel ervan. Zeker bij deze opleiding die hoge eisen stelt aan haar studenten en die door hen ook als intensief en zwaar wordt gepercipieerd, is de kwaliteit van de begeleiding cruciaal. De studenten beoordelen de kwaliteit van de begeleiding zeer positief en brengen dat ook tot uitdrukking in hun oordeel over de studeerbaarheid van het programma. Het zware, veeleisende programma is, naar hun oordeel, mede dankzij de begeleiding studeerbaar. Iets wat in het hoge onderwijsrendement ook zichtbaar wordt. Docenten Het masterteam bestaat uit de academic director, een opleidingscoördinator, twee lectoren en zes expertdocenten. Daarnaast kent de MLE-opleiding een ‘flexibele schil’ bestaande uit een wisselend aantal in specifieke onderwerpen gespecialiseerde gastdocenten. Het masterteam is verantwoordelijk voor het onderwijs en het onderzoek dat in de masteropleiding wordt uitgevoerd. De vaste kern bestaat uit een tweetal docentrollen namelijk: Expertdocenten en Studiebegeleiders. De expertdocenten fungeren als inhoudelijk expert in één of meer leerlijnen. Als expert geven zij onderwijs, geven zij feedback op de ontwikkeling van de studenten en beoordelen zij de studentproducten. Ook treedt de expertdocent op als onderzoeksbegeleider bij het onderzoek dat de masterstudent uitvoert. Zij voeren onderwijsevaluaties uit, doen de examinering (summatieve assessment van de leerlijnen en afstudeeronderzoek) en bewaken het (afstudeer)niveau van het onderwijs samen met de lector. De studiebegeleiders monitoren de ontwikkeling van de student. Zij hebben bij de aanvang van de masterstudie een groepsintake met de studenten; verzorgen het onderwijs tijdens de introductie en integratiefase en geven feedback op het portfolio en het persoonlijk ontwikkelplan dat de student tijdens zijn studie ontwikkelt.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 17
Het auditteam heeft een hooggekwalificeerd en zeer betrokken docentencorps ontmoet. De leden van het masterteam zijn bijzonder deskundig in hun respectieve disciplines en hebben veel ervaring in het onderwijs. Uit de door het auditteam geraadpleegde cv’s van de 10 rechtstreeks bij de ontwikkeling en uitvoering van de MLE-opleiding betrokken leden van het masterteam blijkt voorts, dat zij allen een wo-achtergrond hebben. Drie van hen zijn bovendien gepromoveerd en één is in de afrondende fase van haar proefschrift. Voorzieningen Door het verhuizen van de MLE-opleiding naar Eindhoven wordt de opleiding vanaf 1-9-2012 uitgevoerd in het gebouw van de FPE en kan zij gebruik maken van alle daar aanwezige ruimtelijke en ICT-voorzieningen. De gehanteerde werkvormen maken het noodzakelijk dat de opleiding kan beschikken over meerdere lokalen (en gesprekskamers). Welnu, dat is het geval. De studenten worden in de gelegenheid gesteld om gebruik te maken van de faciliteiten van de mediatheek van FPE. Via hun persoonlijke studentenkaart hebben studenten toegang tot de mediatheek en overige ondersteunende voorzieningen. Overigens merkt het auditteam hier op, dat voor MLE-studenten de toegang tot de bibliotheek onvoldoende is geregeld. Het gaat hier om deeltijdstudenten die, ook al volgen zij het onderwijs buiten de ‘normale’ voor voltijdstudenten geldende tijden, gebruik moeten kunnen maken van alle voorzieningen, dus ook van de bibliotheek. De opleiding beschikt over N@tschool (een teleleerplatform) voor de communicatie tussen de opleiding en de studenten en de studenten onderling. Via N@tschool hebben studenten ook toegang tot de digitale mediatheek van Fontys Hogescholen. Ook wordt gebruik gemaakt van de volgende instrumenten en services: Fontys studentenportal Fontys sms-dienst Blogs: Blogger en Wordpress voor volgen van formatieve feedback. Facebook, Twitter en LinkedIn voor community building. Onderzoekssoftware (bijv. SPSS voor statistiek). Weging en Oordeel De MLE-opleiding biedt een samenhangend en veeleisend programma aan op een hoog niveau, waarbinnen interactie met het werkveld en interactie tussen de studenten een vanzelfsprekend element is, met grote aandacht voor kwalitatief onderzoek waar de studenten overigens goed op worden voorbereid, ook in methodologisch opzicht. De focus en het niveau van de opleiding (het opleiden van hooggekwalificeerde professionele schoolleiders die binnen de beroepspraktijk een bijdrage kunnen leveren aan de verdere ontwikkeling van de kwaliteit van de basisschool-organisaties) worden zichtbaar in de inhoud & leerdoelen. Mede dankzij het consequent uitgewerkte didactisch concept, waarbij de inbreng van de student cruciaal is, is de opleiding erin geslaagd de reikwijdte, oriëntatie en het niveau van de beoogde eindkwalificaties zichtbaar te maken in de inhoud en de vormgeving van het programma. In termen van onderzoek, discipline- en werkveldkennis & -ervaring en in termen van didactische bekwaamheid is de kwaliteit van het docenten ruimschoots voldoende. Het auditteam wil daar nog een belangrijke kwaliteit aan toevoegen: het team is intellectueel en emotioneel zeer betrokken bij de opleiding.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 18
De wijze waarop Fontys aan de onderhavige masteropleiding een duidelijke richting, een samenhangende structuur en een relevante en veeleisende inhoud geeft alsmede de kwaliteit en betrokkenheid van het masterteam dat het programma uitvoert, leiden bij het auditteam tot het oordeel, dat Fontys met de onderhavige opleiding een masteropleiding in uitvoering heeft genomen die qua onderwijsleeromgeving volledig voldoet aan de eisen die in deze standaard 2 aan de orde zijn. Een kwalificatie ‘goed’ ligt dan ook in de rede. Echter, omdat de feitelijke uitvoering van de vernieuwde opleiding nog niet in de volle breedte kan worden beoordeeld – zij is immers pas sinds januari 2012 in uitvoering – volstaat het auditteam ermee zijn positieve waardering voor de ‘onderwijsleeromgeving’ uit te drukken in een kwalificatie voldoende.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 19
4.3.
Toetsing en gerealiseerde eindkwalificaties
Standaard 3: De opleiding beschikt over een adequaat systeem van toetsing en toont aan dat de beoogde eindkwalificaties worden gerealiseerd. Toelichting NVAO: Het gerealiseerde niveau blijkt uit de tussentijdse en afsluitende toetsen, de afstudeerwerken en de wijze waarop afgestudeerden in de praktijk of in een vervolgopleiding functioneren. De toetsen en de beoordeling zijn valide, betrouwbaar en voor studenten inzichtelijk.
Bevindingen De wijze waarop de MLE-opleiding het ‘Toetsen & Beoordelen’ uitvoert, maakt in elke fase van de opleiding manifest welk kennis- en prestatieniveau zij feitelijk van haar studenten eist en welk kennis- en prestatieniveau haar studenten feitelijk bereiken. Het proces ‘toetsen & beoordelen’ vormt dan ook de ruggengraat van de opleiding. Maar er is meer. De opleiding hanteert als uitgangspunt in haar assessment-systeem het feedbackmodel van Hattie & Timperly (zie § ‘De nieuwe opleiding’) en daardoor zijn de assessments die de opleiding uitvoert zelf onderdeel van het leer- en ontwikkelingsproces van de studenten. Algemeen kenmerk Op basis van zijn analyse van de documentatie die het ‘toetsen & beoordelen’ beschrijft (OER, Studiewijzers, Nieuwe Toetskader 2012-2013, Richtlijnen Portfolio, Richtlijnen Afstudeerwerkstuk) constateert het auditteam het volgende. Alle leerplanonderdelen worden getoetst volgens de criteria die naar het oordeel van het auditteam concreet en specifiek zijn geformuleerd en uitdrukkelijk gerelateerd zijn aan de te toetsen (deel)competenties waar het betreffende leerplanonderdeel op is gericht. Daardoor voorziet het systeem in valide toetsen. Dit is overigens mede dankzij het feit, dat de opleiding de beoogde eindkwalificaties zo nauwkeurig heeft uitgewerkt. Iets wat het auditteam onder standaard 1 reeds meldde. De wijze van toetsen binnen de opleiding correspondeert met de visie van Fontys, waarbij de nadruk ligt op het zelf construeren van kennis en ervaring, reflectie en feedback. In de opleiding wordt dan ook gebruik gemaakt van uiteenlopende vormen van toetsen, waarbij – en dat is, naar het oordeel van het auditteam, terecht – vooral eigen verwerking en inzichten centraal staan (werkstuk, essays, praktijktoetsen, opdrachten, projecten, beroepsproducten), presentaties, portfolio en (reflectie)verslagen. De ‘oude’ opleiding Binnen de MLE-opleiding in afbouw werden vier vormen van leren onderscheiden, waarbij steeds het werken en leren van de student binnen de context van de beroepspraktijk als uitgangspunt werd genomen. Een vorm van toetsing werd gekozen in de vorm van een (of meer) concrete praktijkrelevante opdracht(en). Elke onderwijseenheid kende de volgende vormen: kennisgerichte toetsen (begripsvorming): thematoets, literatuurtoets; verwerkingstoetsen (ervaren en experimenteren): opdrachten en verslagen, plannen van aanpak e.d. reflectietoetsen Daarnaast kende de opleiding in het afstudeertraject: een onderzoeksgerichte geïntegreerde toets portfoliobeoordeling
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 20
Kwaliteitsborging kennisgerichte toetsing: Toetsdoelen en beoordelingscriteria werden door de vakdocent geformuleerd. In het docententeam vond overleg plaats over de te hanteren assessmentcriteria en de wijze waarop deze werden toegepast. De toegepaste beoordelingscriteria waren opgenomen in de studiehandleidingen. Kwaliteitsborging verwerkingstoetsen: Bij de verwerkingstoetsen stond de integratie van kennis in de beroepspraktijk centraal. Passend bij het vraagstuk waaraan de studenten werkten stelden de studenten beoordelingscriteria op. Hiervoor gebruikten zij onder meer feedback uit hun eigen intervisiegroep. Docenten bespraken in collegiale consultatie de plannen en realisatie van deze plannen van de studenten om kwaliteit van de normstelling te bewaken. Kwaliteitsborging reflectietoetsen: De kwaliteit van de reflectietoetsen werd bewaakt door de intervisiegroepen. De student gebruikte de intervisiegroep om de kwaliteit van reflectie te verbeteren. Daarnaast werd via het portfolio de totale leerwinst en de wijze waarop de student dit zelf waardeerde zichtbaar. De nieuwe opleiding Zoals reeds vermeld, hanteert de MLE-opleiding het feedbackmodel van Hattie & Timperly als uitgangspunt bij haar assessmentsysteem. En het gaat dan om feedback op de taak, op de verwerking van de taak, op zelfregulering en op de persoon. Dit model impliceert, dat assessment niet naast het leerproces plaatsvindt, maar onderdeel is van het leerproces. Het auditteam acht de keuze voor dit leer-effectieve assessment zeer verantwoord. Bovendien sluit dit model ook goed aan bij de grote aandacht in het werkveld voor de ‘lerende organisatie’. Met andere woorden, voor de opleiding voorziet het feedbackmodel in een methode om de ontwikkeling, voortgang en prestaties van haar studenten te meten en te waarderen, terwijl het voor de studenten een methode is die zij ook in hun eigen beroepspraktijk kunnen toepassen t.b.v. de ontwikkeling van de medewerkers. Aldus slaat de opleiding twee vliegen in één klap. Vanaf 1-1 2012 kent de opleiding de volgende toetsen: integrale grotere beroepsproducten (bijv. plannen van aanpak en schoolorganisatieanalyses); skills assessments (bijv. assessment van beoefenen van leiderschapsstijlen); kennisverwerkingsopdrachten (bijv. literatuurstudies); onderzoeksopdrachten (bijv. kwalitatieve en kwantitatieve analyse en onderzoekrapport). Kwaliteitsborging De MLE-opleiding borgt de kwaliteit van de assessments via intensieve consultaties van studentfocusgroepen, via regelmatige onder de verantwoordelijkheid van de examencommissie uitgevoerde steekproeven uit student-producten en de herbeoordeling daarvan door lectoren en tijdens specifiek daartoe ingerichte studiedagen via reflectie op de uitvoering, bespreking en verbeteringen rondom het borgen van het afstudeerniveau en het bewaken van het niveau van summatieve producten in de respectieve leerlijnen. De expertdocent is de eigenaar van de summatieve toets en de lector/ academic director fungeert als referent. Over de beoordeling van de toets producten vond en vindt structureel collegiale consultatie plaats. In het nieuwe onderwijsprogramma zijn hiervoor maandelijkse docent-overleggen ingepland.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 21
Portfolio In het eerste assessment (voortgangsassessment, einde eerste leerjaar) moet de student in de vorm van essays een proeve van bekwaamheid afleggen. Daarnaast dient hij één essay uit te werken naar een probleemstelling voor nader onderzoek in de eigen praktijksituatie. Na een eerste beoordeling van de expertdocenten dient de lector de probleemstelling in het assessment goed te keuren. Dit assessment moet met goed gevolg zijn afgesloten alvorens de student aan het daadwerkelijke onderzoek kan beginnen. In het tweede en afsluitende assessment (afstuderen, einde tweede leerjaar) dient de student zijn afstudeerwerk en zijn persoonlijke competentieontwikkeling te verdedigen respectievelijk te verhelderen ten overstaan van de opleiding, de leergemeenschap waarvan hij deel uitmaakt en een externe gecommitteerde (vertegenwoordiging van de werkveldcommissie). In beide assessments presenteert de student zijn portfolio aan zijn studiebegeleider. De kwaliteit van de portfolio’s wordt bewaakt door de studiebegeleiders, die de portfolio’s van elkaars groepen bekijken en samen de resultaten van de studenten bespreken. De bevindingen worden besproken in het overleg van de kerndocenten en tevens met de opleidingscoördinator. Door deze vorm van collegiale consultatie wordt de bewaking van de objectiviteit en het niveau van de beoordeling geborgd. Het portfolio dat voor beoordeling in het afstudeertraject wordt aangeboden, heeft daardoor al een intensieve screening ondergaan. In het afstudeertraject is vervolgens naast de inbreng van medestudenten, de studiebegeleider, de opleidingscoördinator ook het oordeel van de externe gecommitteerde van belang. Het auditteam is van oordeel dat de 5 portfolio’s die het heeft ingezien, laten zien dat zij qua bereik en diepgang het masterniveau weerspiegelen en dat de beoordeling door de opleiding zorgvuldig is uitgevoerd. Het afstuderen De kwaliteit van het afstudeerwerk wordt geborgd op de volgende wijze: Gedurende het onderzoeksproces spelen medestudenten uit de intervisiegroep een rol als sparringpartner. Studenten werken met behulp van een onderzoeksplan, dat door hun begeleider dient te worden goedgekeurd. Indien de begeleider twijfelt aan de kwaliteit van het plan vindt collegiale consultatie of consultatie van een lector plaats. Beoordeling van afstudeerwerk vindt plaats met beoordelingsformulieren waarop de beoordelingscriteria zijn weergegeven. In het curriculum van de opleiding in afbouw werd de beoordeling uitgevoerd door de begeleider en een gecommitteerde. Vervolgens werd de scriptie inclusief beoordeling voorgelegd aan de lector, die de inhoudelijke en methodische kwaliteit van het onderzoek toetste. Na beoordeling van de lector vond de definitieve vaststelling van het eindcijfer plaats. In het programma vanaf 1-1-2012 vindt het afstudeeronderzoek in leerlijn V plaats. Deze leerlijn start direct aan het begin van de opleiding en wordt uitgevoerd door een koppel van twee docenten die gezamenlijk de beoordelingen verzorgen. Aan het einde van het eerste leerjaar vindt een inhoudelijke beoordeling van de onderzoeksvragen plaats door de docenten en de lector. Bij de eindbeoordeling wordt een gecommitteerde betrokken. De lector beoordeelt steekproefsgewijs de beoordelingen.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 22
Gerealiseerde eindkwalificaties Het auditteam merkt op, dat de opleiding een goed uitgewerkt beoordelingskader hanteert waarin zij de functie en reikwijdte van de vereiste master afstudeerwerkstukken helder heeft vastgelegd op een wijze die past bij het masterniveau, en waarin zij voorts de inhoudelijke en formele criteria zorgvuldig specificeert. Voor de beoordeling van het gerealiseerde niveau van de eindwerkstukken heeft het auditteam uiteindelijk alle 22 afstudeerwerkstukken van de afgelopen twee studiejaren bestudeerd. Het gaat hier om afstudeerwerkstukken van studenten uit de ‘oude’ opleiding, met een relatief smalle en beperkte onderzoekslijn, zoals het auditteam reeds eerder in dit rapport meldde. Het auditteam beoordeelt 20 afstudeerwerkstukken als voldoende en twee (uit het ‘oude’ cohort) als onvoldoende. De 20 afstudeerwerkstukken die het auditteam als voldoende kwalificeert, zijn qua probleemstelling relevant en voldoende complex en in hun onderzoeksaanpak methodologisch aanvaardbaar. De analyse van de gebruikte literatuur is weliswaar soms beperkt, maar helder. Dat geldt ook voor de analyse, presentatie en interpretatie van de onderliggende gegevens. De relatie tussen analyse en conclusies is inzichtelijk en de werkwijze en het theoretisch kader zijn in de betreffende werkstukken opgenomen. Overigens verwacht het auditteam dat het niveau van de eindwerkstukken van de studenten uit de ‘nieuwe’ opleiding hoger zal liggen, omdat de onderzoeklijn daarin aanzienlijk is versterkt. In dit opzicht beveelt het auditteam aan het lectoraat actief te betrekken bij de uitvoering van de onderzoeksleerlijn. Meer in het algemeen is het auditteam van oordeel dat de verhoging van de kwaliteit van de door de studenten uit te voeren onderzoeken de niet aflatende aandacht van de opleiding verdient. Weging en Oordeel Het auditteam is van oordeel dat de MLE-opleiding een goed werkend assessmentsysteem heeft en dat zij daardoor zeer wel in staat is vast te stellen of haar studenten het masterniveau hebben bereikt. Sterk punt vindt het auditteam de consequente toepassing van het feedbackmodel van Hattie & Timperly dat in feite assessment maakt tot (ook) een krachtig leerinstrument. De opleiding zorgt ervoor dat het toetsen & beoordelen valide en betrouwbaar verloopt, dankzij duidelijke beoordelingskaders, systematische kwalitatieve feedback via intervisie, studentfocusgroepen, steekproefsgewijze herbeoordelingen en door het inzetten van meerdere (ook externe) beoordelaars. De Examencommissie en de onder haar verantwoordelijkheid opererende toetscommissie spelen hierin aantoonbaar een belangrijke en sturende rol. Op basis van de door het auditteam geraadpleegde eindwerkstukken, komt het auditteam tot de conclusie dat de beoogde eindkwalificaties op een aanvaardbare wijze worden gerealiseerd. Reden voor het auditteam te concluderen tot een oordeel ‘voldoende’.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 23
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 24
5.
ALGEMEEN EINDOORDEEL
Algemene conclusie De MLE-opleiding biedt een goed en helder gestructureerd programma aan dat direct aansluit op de set landelijk vastgestelde eindkwalificaties enerzijds en op de behoefte aan hoogwaardige schoolleiderscapaciteit in het Primair Onderwijs anderzijds. De kracht van de MLE-opleiding ligt in (a) de hechte banden met de beroepspraktijk, (b) het inzicht in de ontwikkelingen binnen het PO, (b) het sterke accent op onderzoek, gericht op de ontwikkeling, verdieping en professionalisering van het ‘schoolleiderschap’ en (c) het hoge niveau van de vakinhoudelijke scholing. Deze kenmerken zijn zichtbaar in (i) de samenstelling van het docententeam, (ii) de doelstelling, inhoud en werkvormen van het programma, (iii) de inrichting van onderzoekscomponent, (iv) het weldoordacht didactisch concept en (v) een zorgvuldig uitgebalanceerd systeem van toetsen & beoordelen. Advies m.b.t. accreditatie Gelet op de kwaliteit van de opleiding, is het auditteam van mening, dat de MLE-opleiding in aanmerking komt voor een accreditatie voor een periode van zes jaar.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 25
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 26
6.
AANBEVELINGEN
1. Om de kwaliteitsverhoging van de door de studenten uit te voeren onderzoeken op korte termijn reeds te realiseren zou de opleiding het lectoraat ook bij de uitvoering van de onderzoekslijn actief en intensief moeten betrekken 2. In aansluiting op aanbeveling 1, geeft het auditteam de opleiding dringend in overweging a. de onderzoeksopdrachten aan studenten scherper op output en resultaat te formuleren b. de studenten in het kader van hun inhoudelijke scholing telkens te confronteren met relevante onderzoeksartikelen uit vaktijdschriften – ook uit wetenschappelijke peer reviewed journals. Aldus snijdt het mes aan twee kanten: (i) ontwikkelen van vakinhoudelijke kennis & inzicht en (ii) ontwikkelen van affiniteit met, gevoel voor en inzicht in methodologisch verantwoord onderzoek. 3. Het auditteam beveelt de opleiding aan zich niet te zeer te focussen op de grote schoolbesturen, maar ook de kleinere besturen actief te betrekken in haar netwerk. Daarmee zal de opleiding meer recht kunnen doen aan de managerial en bestuurlijke diversiteit binnen het PO.
4. Een intensieve interactie met de master opleidingen Leren en Innoveren (MLI) en Special Educational Needs (SEN) is van groot belang voor de MLE-opleiding om de aansluiting met actuele ontwikkelingen te bewaren. Het auditteam beveelt de opleiding aan voor deze interactie consequent zorg te dragen. 5. Omdat de wisselwerking tussen enerzijds de opleiding en anderzijds de werkplek van de student een cruciaal element is in de opleiding, is de kwaliteit van die werkplek van het grootste belang is en moet de borging van die kwaliteit object van aanhoudende zorg zijn. De opleiding zou veel directer dan zij tot op heden doet, moeten nagaan of de werkplek van de student adequaat is, waarmee het auditteam bedoelt te zeggen dat de opleiding consequent moet controleren of werkplek van de student de geëigende ambiance biedt waarbinnen de student zich inderdaad verder kan ontwikkelen tot ‘excellente schoolleider’.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 27
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 28
BIJLAGE I
Scoretabel
Scoretabel hbo masteropleiding Master in Leadership in Education – MLE deeltijd Standaard
Standaard 1. De beoogde eindkwalificaties
Oordeel
Goed
Standaard 2. Onderwijsleeromgeving
Voldoende
Standaard 3. Toetsing en gerealiseerde eindkwalificaties
Voldoende
Algemeen eindoordeel
Voldoende
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 29
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 30
BIJLAGE II Onderwijs Organisatie Omgeving Daadkracht Denkkracht Domein
Specifieke MLE-eindkwalificaties Gerichtheid op het primaire proces. Organisatieontwikkeling. Organisatiebeleid & - Beheer. Ondernemerschap. Interpersoonlijk competent. Aansturen van professionals. Zelfsturing. Intrapersoonlijk competent. Onderzoek. Competentie4 Gerichtheid op het primaire proces
Onderwijs
rekening houden met / wegen van belangen, positie en verantwoordelijkheid van ouders en leraren adequaat beantwoorden van onderwijskundige vragen uit school en omgeving o anticiperen op ontwikkelingen door achterhaalde concepten te herkennen en nieuwe onderwijsconcepten, praktijken en leermiddelen te onderzoeken en in te voeren zorgdragen voor uitdagende en stimulerende leeromgeving o zorg dragen voor een curriculum en een passend onderwijsaanbod in lijn met actuele opvattingen over leren stimuleren van de kwaliteit van het pedagogisch-didactisch, vakinhoudelijk en organisatorisch handelen van leraren o gerichte consultaties en observaties uitvoeren met behulp van actuele instrumenten en technieken organiseren van open communicatie met ouders/verzorgers o rekening houden met de opvoedkundige en onderwijskundige grenzen van de school
Organisatieontwikkeling
Organisatie
ontwikkelen en levend houden van een gezamenlijk gedragen visie op onderwijs, opvoeding en organisatie op basis van actuele theorieën m.b.t. onderwijs, opvoeding, organisatie, leiderschap, communicatie, verandermanagement en kennismanagement actief betrekken van alle geledingen bij het proces van schoolontwikkeling en gemeenschapsvorming vanuit de (gezamenlijk gedragen) visie veranderingsplannen definiëren, implementeren, evalueren en borgen o vertalen van organisatiedoelen in gewenst professioneel gedrag o bewaken van de voortgang van projecten en processen actief betrekken van anderen bij besluitvormingsprocessen, gemaakte keuzen & besluiten verantwoorden, waar nodig doortastend optreden
Organisatiebeleid en –beheer
doelgericht en kwaliteitsbewust handelen o inzet van tijd, mensen en middelen koppelen aan visie en strategische doelen o overlegsituaties effectief maken organiseren van systematische zelfevaluaties waarborgen van veiligheid en welzijn in school realiseren efficiënte bedrijfsvoering o opstellen, uitvoeren, bewaken en verantwoorden van (meerjaren) plannen en begrotingen
Ondernemerschap
Omgeving
4
open staan voor nieuwe ideeën, bestaande aannames loslaten, vanuit ondernemerschap nemen van verantwoorde risico’s proactief handelen vanuit de eigen maatschappelijke positie en verantwoordelijkheid o het leggen en onderhouden van contacten met sleutelfiguren in de omgeving o het organiseren van een betekenisvol ondersteunend netwerk herkennen en systematisch onderzoeken van belangen, tegenstellingen en verschillen in opvatting en daaruit de kansen en bedreigingen voor de organisatie afleiden en tot actie omzetten bijdragen aan positieve beeldvorming van de school, het onderwijs en de omgeving uitleggen waar de school voor staat en adequaat omgaan met de media
Kenmerkende master competenties in cursief.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 31
Interpersoonlijk competent
Daadkracht
belangstelling en respect tonen voor de ander en in het handelen rekening houden met hun gevoelens, interesses en behoeften met behoud van professionele distantie en met inachtneming van de organisatiedoelen doelgericht communiceren en de eigen presentatie afstemmen op de verschillende gedrags- en interactiepatronen, doelen en doelgroepen o gebruikmaken van actuele kennis op het gebied van organisatie, leiderschap en communicatie o bewust gebruik van gesprekstechnieken en –interventies relativeren van ‘de waan van de dag’ bewust omgaan met kritiek, weerstand en conflicten en daarin duidelijk stelling nemen
Aansturen van professionals
medewerkers tot resultaatgericht werken brengen via doelmatig gebruik van actuele theoretische perspectieven op het gebied van samenwerken, groepsdynamica en effectiviteit van de organisatie klimaat scheppen waarin medewerkers zich veilig, geïnspireerd, gestimuleerd en gewaardeerd weten competentiegericht werken o in beeld brengen van de competenties van medewerkers en dat vervolgens als uitgangspunt nemen voor organisatieontwikkeling en persoonlijke ontwikkeling
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 32
Zelfsturing
ontwikkelen van eigen opvattingen over goed onderwijs, goede school, goed leiderschap in relatie tot maatschappelijke en pedagogische tradities, actuele onderwijskundige inzichten en levensbeschouwelijke stromingen het leggen van en relatie tussen het eigen handelen enerzijds en de inzet en prestaties van leerlingen en leraren anderzijds het verwoorden en ter discussie stellen van de eigen waarden, normen en opvattingen herkennen en analyseren van dilemma’s en daarin stelling nemen aangeven van eigen (on)mogelijkheden, planmatig en systematisch reflecteren op het eigen professioneel handelen, het organiseren van feedback om de effecten van het eigen handelen te evalueren en daaraan conclusies te verbinden voor de persoonlijke ontwikkeling het delen van expertise en ervaring met anderen om aldus de ontwikkeling van de beroepsgroep te bevorderen alsook het imago van het onderwijs
Intrapersoonlijk competent
Denkkracht
kritisch gebruik van informatiebronnen om van daaruit informatie te selecteren en te ordenen naar bruikbaarheid, betrouwbaarheid en relevantie en de bevindingen met anderen te delen tijdig signaleren van knelpunten en problemen systematisch onderzoeken en beoordelen van complexe situaties en vraagstukken in het licht van de actuele situatie en van mogelijke ontwikkelingen o hanteren van verschillende actuele theoretische perspectieven o gebruik maken van passende methoden voor dataverzameling en probleemanalyse o mogelijke oplossingsstrategieën verkennen en tegen elkaar afwegen passende oplossingen kiezen en vertalen naar acties en de uitvoering daarvan monitoren, evalueren en waar nodig bijstellen inschatten wanneer derden moeten worden ingeschakeld bij het voorkomen en/of oplossen van problemen
Onderzoek
systematisch beoordelen van complexe situaties en vraagstukken daarbij meerdere perspectieven hanterend en uiteenlopende oplossingsstrategieën tegen elkaar afwegend formuleren van relevante, heldere, duidelijk afgebakende, richtinggevende probleemstellingen formuleren als basis voor praktijkgericht onderzoek uitwerken van probleemstelling in een passende en consistente onderzoeksopzet daarbij gemotiveerd en beargumenteerd kiezen voor methode en technieken van onderzoek zelfstandig en in teamverband uitvoeren van praktijkgericht onderzoek vanuit een multidisciplinair perspectief daarbij de eigen grenzen kennend die het inschakelen van expertise van derden noodzakelijk maakt constructief-kritische benadering van theorieën en bevindingen uit eerder wetenschappelijk onderzoek, de relevantie ervan voor het onderwijs beoordelen, onderlinge verbanden herkennen, inzichten op verantwoorde wijze toepassen onderzoeksresultaten interpreteren en in een (bredere) context plaatsen, resultaten van onderzoek verbinden met bevindingen uit ander (inter)nationaal onderzoek en daaruit conclusies trekken aanpak en resultaten van eigen onderzoek presenteren ten overstaan van collegaleerkrachten en onderzoekers, verduidelijken hoe onderzoeksresultaten (kunnen) bijdragen aan de organisatieontwikkeling en/of aan de professionele ontwikkeling van de medewerkers onderzoeksresultaten verbinden aan de onderwijspraktijk en vertalen naar de consequenties voor beleid kritisch evalueren van de effecten van onderzoeksresultaten in de praktijk de totstandkoming en uitvoering van onderzoeksprojecten leiden en de kwaliteit ervan beoordelen
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 33
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 34
BIJLAGE III Schematisch overzicht MLE-programma
Eenheid
EC’s
Leerlijn I Leerlijn II
8 8
Leerlijn III
10
Leerlijn IV
8
Leerlijn V
15
Leerlijn VI
6
Integratie
5
Assessment op basis van School-ondernemingsplan Schoolspecifieke Kijkwijzer Visie-document Persoonlijke analyse op leiderschap Kritische analyse op opbrengst gericht leiderschap, professioneel leren (met data-analyse en data-feedback) en kwaliteitszorg Essay over HDD is leidend. Presentatie van het HRM / HRD plan aan een deel van de studiegroep Onderzoeksverslag. Onderzoeklogboek. Publicatie onderzoek in artikel. Professioneel statuut, waarin de eigen (stijl)keuzes in leiderschap worden beschreven, beargumenteerd en “bewezen” via 360-feedback- en reflectieverslag) POP in de vorm van een Blog en bijbehorende reflectie- en ontwerpopdrachten. Integratie: Aantonen behalen NSA competenties tijdens opleiding voor examencommissie-panel.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 35
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 36
BIJLAGE IV
Programma en werkwijze
Programma MLE-opleiding, Fontys Hogescholen, 30 maart 2012 Tijd 08.15 – 08.30 08.30 – 09.00 09.00 – 09.15
Gespreksonderwerpen Inloop & ontvangst auditteam Intern overleg auditteam Kennismaking MT en vaststellen agenda
09.15 – 10.00
MT/ CvB: Doelstellingen
10.00 – 10.15 10.15 – 11.30
Pauze Docenten: Samenhangende onderwijsleeromgeving
11.30 – 12.30
Studenten, o.a vanuit uit de opleidingscommissie
12.30 – 13.15
Lunch auditteam
13.15 – 13.45
13.45 – 14.30
Spreekuur docenten/studenten Rondleiding specifieke voorzieningen + inzien materiaal Lectoraat/lector(en)
14.30 – 15.30
Werkveldvertegenwoordiging
15.30 – 16.15
Examencommissie/toetscommissie
Alumni
Aspecten van nieuwe accreditatiestelsel benoemen Gespreksonderwerpen: - eigenheid opleiding - ambities - hbo-masterniveau - relatie beroepenveld -internationalisering - onderzoek / lectoraat Gespreksonderwerpen: - realisatie onderwijsleeromgeving - inhoud en vormgeving programma - eigen inkleuring programma - keuze werkvormen - onderzoekslijn / lectoraat - internationale component - beoordelen en toetsen - borging niveau - aansluiting instromers – - relatie docenten beroepenveld - deskundigheid docenten - specifieke voorzieningen Gespreksonderwerpen: - kwaliteit en relevantie programma - inspraak / medezeggenschap - studeerbaarheid - aansluiting - toetsen en beoordelen - kwaliteit docenten - specifieke voorzieningen - lectoraat Interne terugkoppeling
Gespreksonderwerpen: - Relatie lectoraat-opleiding rol bij curriculumontwikkeling, toegepast onderzoek, toetsbeleid, afstuderen, professionalisering docenten, internationalisering e.d. Gespreksonderwerpen: - contacten met opleiding over onder andere: actuele ontwikkelingen en doorvertaling naar programma - stage en begeleiding – onderzoekscomponent – niveau Gespreksonderwerpen: - bevoegdheden en taken examencommissie en toetscommissie - rol in de interne kwaliteitszorg toetsen & Beoordelen Gespreksonderwerpen: - kwaliteit en relevantie van de opleiding (programma, docenten) - functioneren in de praktijk of Vervolgopleiding
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 37
Tijd 16.15 – 16.30 16.30 – 16.45
16.45 – 17.45 17.45 – 18.15
Gespreksonderwerpen Interne terugkoppeling: bepaling pending issues / Inzien materiaal Pending issues (alle gesprekspartners zijn hiervoor beschikbaar) Inzien materiaal Interne terugkoppeling: bepaling beoordeling Mondelinge terugkoppeling
Werkwijze Oordeelsvorming Bij de beoordeling van de MLE-opleiding is het audit panel uitgegaan van het door de NVAO vastgestelde “Beoordelingskader accreditatiestelsel hoger onderwijs” van december 2010. Daarin staan de standaarden vermeld waarop een audit panel zich bij de beperkte opleidingsbeoordeling moet richten en de criteria aan de hand waarvan het audit panel zijn oordeel moet bepalen. Het audit panel heeft zijn oordeel gebaseerd op de bronnen vermeld in Bijlage V en op de bevindingen tijdens de visitatie op 30 maart 2012. De visitatie was gericht op een verificatie van de bevindingen uit de documentenanalyse en op het verkrijgen van aanvullende informatie over de inhoud van het programma. Dit geschiedde door gesprekken met vertegenwoordigers van de opleiding, studenten en het werkveld. De verificatie door het auditteam geschiedde door verscheidene malen hetzelfde onderwerp met verschillende geledingen te bespreken en aan de hand van additionele documentatie en ook - daar waar het de huisvesting en de materiële voorzieningen betreft - via eigen waarneming. Gesprekspartners Na overleg met de MLE-opleiding heeft het auditteam, met in achtneming van de daartoe strekkende regels van de NVAO en op basis van zijn documentanalyse en de daaruit voortvloeiende specifieke aandachtspunten, de keuze van de gesprekspartners vastgesteld. Open spreekuur Een open spreekuur maakte deel uit van het programma. Het auditteam heeft geconstateerd, dat de betreffende opleiding het open spreekuur tijdig en op correcte wijze onder de aandacht heeft gebracht van studenten en medewerkers. Rapportage Het audit panel heeft zijn bevindingen en zijn oordeel vastgelegd in een conceptrapport dat aan de opleiding werd voorgelegd voor een toets op eventuele feitelijke onjuistheden.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 38
BIJLAGE V
Lijst geraadpleegde documenten
Kritische reflectie MLE 2012 Idealisme in Learning Communities, prioriteiten en accenten Kwaliteitsagenda Fontys Hogescholen Onderzoeksambities Personeelsnota – HR ambities Organogram FPE Missie en Visie Koersdocument FPE Businessplan FPA Zelfevaluatie FPE Accreditatierapport NQA 2007 FPE Zelfevaluatie Lectoraat Leren en Innoveren Visie op Onderzoek FPA Jaarverslag Lectoraat Leren en Innoveren 2010 en Jaarverslag 2011 Onderzoeksplan Pabo s Dossier publicaties en activiteiten Lectoraat Leren en Innoveren 2011 Studiegids MLI 2011-2012 Model van de vier O’s TNO MLE 2005 Brief Beëindiging Samenwerkingsovereenkomst MLE 2011 NSA Competenties Hattie en Timperly 2007 Bestuursakkoord PO-raad Basis voor Presteren Leraar 2020 Beroeps- en Opleidingsprofiel MLE ‘De Excellente Schoolleider’ Beroepscompetentieprofiel Beroeps- en Competentieprofiel volgens MLE Nieuwe Toetskader MLE 2012-2013 OER MLE 2012-2013 Voorbeelden HBO-oriëntatie Leithwood 2006 Notulen Werkveld Adviesraad Studiewijzer MLE 2005-2008 / Studiegids MLE 2012 MLE Schematisch Internationalisering Intake MLE 2005-2008 Evaluatie MLE Cohort 2010-2011 en MLE-alumni Kwaliteitszorg MLE Herontwerp- en Kwaliteitsborging MLE 2011 Docententeam MLE 2012 Aanname-beleid FPA CVs MLE-team Panelrapport TNO MLE NQA 2007 Fraudebeleid FPA Exameninformatie MLE Geraadpleegde afstudeerwerkstukken o 2010: 1030308 – 1030317 – 1030309 – 1030311 – 1030312 – 1030313 – 1033338 1030314 – 1030315 – 1039130 – 1033339 – 1033340 – 1030316 – 983245 – 1036596 1033892 – 1030307 o 2011:1034218 – 1034213 – 1034216 – 1034204 – 1034197
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 39
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 40
BIJLAGE VI
Overzicht auditteam
Overzicht en korte functiebeschrijvingen panelleden
1
Stoltenborg is senior adviseur bij Hobéon en treedt regelmatig op als voorzitter van auditteams bij accreditatietrajecten in het hoger onderwijs en bij certificeringsprojecten in andere maatschappelijke sectoren. Stoltenborg is gecertificeerd lead auditor (LRQA QMS Lead Auditor Training Course, gebaseerd op ISO 9001:2008).
2
Mahieu is hoogleraar in de Opleidings- en Onderwijswetenschappen & Specifieke lerarenopleiding bij de Universiteit Antwerpen. Hij is tevens voorzitter van het Instituut voor Onderwijs en Informatiewetenschappen van de UA. Daarnaast was en is hij lid van een groot aantal gremia op het gebied van onderwijs(management) en lerarenopleidingen. Hij is hoofdredacteur van het blad ‘School en Samenleving’ en publiceert met grote regelmaat in (internationale) vaktijdschriften.
3
Brandsma is lector Duurzame schoolontwikkeling bij het Instituut Educatie en communicatie van de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden. Vanuit zijn functie als onderzoeker bij het Educatief Centrum Noord en Oost is hij verantwoordelijk voor adviesen onderzoekstrajecten in en rondom alle onderwijsniveaus. Daarnaast is hij recent betrokken bij de ontwikkeling en uitvoering van opleidingen voor schoolleiders en schoolbesturen.
4
Van Brecht voert de algemene directie van een samenwerkingsverband van 34 basisscholen en een school voor speciaal basisonderwijs met in totaal 7000 leerlingen in het Westelijke Weidegebied. Hij is tevens leidinggevende van het bovenschoolse managementteam en voorzitter van de directeurenraad van 15 schooldirecties. Daarnaast is hij lid van diverse besturen en commissies op het gebied van het (basis)onderwijs en (onderlinge) samenwerkingsverbanden.
5
Akkerboom is student van de opleiding Master Educational Leadership bij Penta Nova in Utrecht (een samenwerkingsverband van vijf hogescholen). Hij is tevens directeur van de P. Oosterleeschool in Den Haag, een basisschool met 450 leerlingen en 48 medewerkers.
De NVAO heeft op 14 maart 2012 de samenstelling van het auditpanel goedgekeurd: registratienr. 000278.
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 41
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 42
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 43
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 44
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 45
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 46
©Hobéon Beoordelingsrapport Beperkte opleidingsbeoordeling hbo masteropleiding MLE, Fontys Hogescholen – versie 1.0 47