Nr. 14 juli/augustus 2014 (ed.4) jaar 3 Beste knotter, Met het 0-nummer meegerekend, is dit al weer de 15e uitgave van onze nieuwsbrief. Menigeen zal gedacht hebben, dat we dit aantal niet zouden halen. Dankzij voldoende copij kunnen we voort-zetting volhouden. Aarzel dus niet om een bijdrage ( in welke vorm dan ook ) te leveren ! ● In dit nummer aandacht voor een heel fraai plantje: de klokjesgentiaan. ● Hans van der Zwet kan eindelijk zijn verhaal kwijt en brengt dat via de Boomstam bij jullie over op blz. 2 en 3. ● Door ziekte kon er geen reguliere verslaggeving van de werkzaamheden in het veld gedaan worden. Ad van Nuenen heeft op voortreffelijke wijze deze taak overgenomen. Vanaf blz. 3 tot op blz. 6 kun je lezen wat men in de maanden mei en juni heeft gedaan.
Aandacht voor:
Klokjesgentiaan ( Gentiana pneumonanthe ) Familie : Gentiaanfamilie Een fraai plantje dat we in de zomermaanden in een nat gedeelte van het oude hooiland van de Kievit in Harmelen kunnen aantreffen is de klokjesgentiaan. “gentiana” is vernoemd naar Gentius , koning van Illyrië, die de gele gentiaan zou hebben aanbevolen als geneesmiddel. “pneumonanthe” is afgeleid van het Griekse pneuma (=long) en “anthos” (=bloem). Deze plant is een lage tot middelhoge ( 15-60 cm), meestal slanke, een of meerstengelige, overblijvende zomerbloeier, waarvan de hoofdbloei in de nazomer valt. De stengels zijn min of meer vierkantig. De bladeren zijn lijnvormig, soms vrij breed lancetvormig. Bloeistengels dragen aan de top één bloem, daarnaast vaak nog een aantal bloemen die alleen of met twee bij elkaar in de bladoksels staan. De grondkleur van de bloem is donker hemelsblauw, aan de binnenkant met groene stipjes en van buiten met 5 groene lengtestrepen. Af en toe komen er witbloemige exemplaren voor.
● Een nieuwe rubriek (Buitendien) tref je aan op blz. 6. ● Reint heeft weer voldoende inspiratie gevonden en neemt ons mee in zijn bezinning. Blader naar blz. 7, 8 en 9. ● Tenslotte rondt Dries deze nieuwsbrief af met zijn rubriek Binnenste buiten…… ● Bijdragen aan het Buitenblad in de vorm van foto’s, artikelen, interviews enz. blijven natuurlijk welkom ! Graag voor half september voor het september/oktobernummer. Het liefst per mail:
[email protected]
Agenda: 30 augustus – bbq op de Buitenplaats
Al in de nazomer ontspruiten aan de wortelstok nieuwe scheuten. ’s Winters groeien deze scheuten – ook als ze onder water staan – verder uit, waarbij ze vaak een eind over de grond kruipen alvorens omhoog te buigen. Opmerkelijk is haar vermogen onder sterk zure omstandigheden te kunnen leven en haar tolerantie voor zware metalen. Waardplant Onder de vlinders die de klokjesgentiaan als voedselplant gebruiken, is het gentiaanblauwtje befaamd om zijn merkwaardige symbiose met steekmieren. Van weinig vlinders is de aanwezigheid zo makkelijk vast te stellen en wel door de rijtjes eitjes op de buitenkant van de bloemen. De witte eitjes zijn afgeplat-bolvormig met een kleine indeuking aan de top. Alleen bloemen die duidelijk boven de vegetatie uitsteken, zijn voor de vlinders bereikbaar. Rupsjes die uit het ei komen, boren zich door de bloemkroon heen in het vruchtbeginsel en voeden zich met de zaadknoppen. Na 3 vervellingen zijn ze ruim 3 mm lang en roodachtig met zwarte
1
kop. Ze zeggen dan hun voedselplant vaarwel en beginnen een zwerftocht. Hebben ze geluk, dan worden ze door een steekmier gevonden en in het mierennest gebracht. De belangstelling van de mieren is te danken aan het zoete vocht dat het rupsje uitscheidt. De mieren voeren de rups alsof het een soortgenoot betreft. Na de verpopping komt het meest riskante moment van de samenwerking: als de vlinder uit de pop komt, verspreidt hij een “nestvreemde” geur en wordt dan als vijandig element door de mieren aangevallen. Maar gewoonlijk vindt de verpopping in de morgenuren plaats als de mieren nog niet erg op dreef zijn en meestal kan de vlinder zich uit de voeten maken. De klokjesgentiaan kan meer dan 30 jaar oud worden. Ze komt voor in blauwgrasland, tussen kort gras, hei en veenmoerassen op natte, zure grond. Ten gevolge van ontginning en ontwatering gaat zij steeds verder achteruit. In Nederland is de soort wettelijk beschermd en staat op de Rode Lijst. De plant werd vroeger gebruikt bij besmettelijke ziekten en bij de behandeling van insektenbeten. De bloemen kunnen worden gebruikt voor het vervaardigen van blauwe verfstof.
groeiplaatsen
Bron: Nederlandse oecologische flora ( Weeda, Westra, e.a.) Wikipedia ( beeldmateriaal )
In de rubriek De Boomstam wordt een (aspirant)lid uitgenodigd te verhalen wat de beweegredenen zijn een deel van de vrije tijd in te zetten voor het landschapsbeheer…..
....aan wie zal ik in de toekomst die boomstam eens doorgeven…?
In deze nieuwsbrief verhaalt Hans van der Zwet
Foto: Daan v.d. Elst
Ik ben in 1956 geboren en heb een redelijk onbekommerde jeugd gehad. Onbekommerd tot mijn negende levensjaar want toen heb ik een bijzonder ernstig auto-ongeluk gehad. Heb vele weken in coma gelegen en ben volgens artsen door het oog van de naald gekropen. Het enige wat ik nog van die tijd herinneren kan, is dat mijn klasgenootjes van de derde klas lagere school met een Palmpasen stok op bezoek kwamen in het ziekenhuis. Mijn onlangs overleden moeder noemde het toentertijd een Gods wonder. Na een huwelijk dat meer dan 20 jaar stand hield en waaruit wij 1 zoon op deze wereld hebben gezet, liep ook ik met mijn ziel onder de arm. Geen betaald werk en geen relatie meer. Wat nu ? Hoewel ik wel ooit een katholieke opvoeding heb gehad, deed ik daar eigenlijk al tientallen jaren niets meer aan. Sterker; ben ook niet voor de kerk getrouwd en onze zoon is ook niet gedoopt. Maar toch, wie zou mij nu beter raad kunnen geven dan mijnheer pastor, die betrokken was bij de lagere school van onze zoon. Heb met de goede man gepraat en hij bood mij een baantje aan op de pastorie bij zijn kerk. Iets administratiefs of zo. Dit werd eigenlijk niets, omdat daar al iemand voor was, maar wel werd ik binnen de kortste keren koster, koorlid en 1 x per week gastheer bij de pastorie. De pastorie is dan open voor mensen die verlegen zitten om een praatje, kopje koffie, garantstellingen voor de noodopvang voor daklozen, en allerlei andere klusjes. In de pastorie zat toen ook o.a. Arie van Leeuwen die werkte voor de Algemene Hulpdienst; een organisatie die mensen helpt met bijv. ziekenhuisbezoek, de tuin of boodschappen doen. Arie was ook betrokken bij onze vereniging en via hem ben ik begonnen bij LBVDM, voor het eerst, toen nog, op de Balije.
2
En je eerste klus vergeet je natuurlijk nooit; dit was branden op De Kievit. Het moet nu zo een 10 jaar geleden zijn. Na wat psychische en verslavings-perikelen woon ik nu, samen met anderen, op een antroposofische landgoed-zorgboerderij in Driebergen. Inmiddels ben ik 7 dagen per week of in het landschap of op het landgoed. Op het landgoed was m.i. sprake van behoorlijk wat achterstallig onderhoud en ik heb me heerlijk kunnen uitleven. Ruim twee jaar heb ik hier voornamelijk geruimd (m.n. bramen en brandnetels) maar ook onderhoud greppels, knotten en afzetten van elzensingels, opknappen van bosjes en het vellen van een berkenrij. Inmiddels ben ik begonnen aan de Veldgids Nederlandse Flora - planten determineren en hoop volgend jaar alle vegetatie op het landgoed te kunnen benoemen. Heb nu ook contact met www.knnv.nl , de vereniging voor veldbiologie. Ook tracht ik voorzichtig de biodiversiteit op het landgoed te vergroten. Tevens werk ik op het naastgelegen perceel van het Utrechts Landschap en nabij het hertenkamp van de gemeente Heuvelrug en ook ben ik zeer regelmatig, los van de vereniging, te vinden op het terrein van stichting De Kievit. Ik geef de boomstam door aan onze allrounder Daan van der Elst. Hans bezig met het vergroten van de biodiversiteit Foto: Jan Kleymans
Van de werkvloer In mei hebben we het zaag- en klief programma afgewerkt. 1 mei, op de dag van de arbeid, waren er 8 enthousiastelingen. Op donderdag 8 mei en vrijdag 9 mei respectievelijk 5 en 8 vrijwilligers. Ondanks dat het efficiënt is en hout het hele seizoen wordt uitgeleverd, betreurt Koos het dat hij zich niet verlekkeren kan op een enorme berg haardhout. Pech, Koos. Onder leiding van Tom is de Buitenwand opnieuw gevuld. Met de illustratieve boomsoorten van Hans is de wand weer zeer de verenigingwaardig. Overigens is er geen lid, die alle boomsoorten kent. Dus, dit is nog een studie waard. Enige improvisatie was nodig. Nooit is het zaag/kloof seizoen zo snel verlopen. Het zomerprogramma start normaal enkele weken later. Het maaien van het Essenlaantje ( bij de Hamtoren ) is daarom iets eerder gedaan. Silvio was het hier kennelijk niet mee eens. Bij het starten aldaar rookte hij uit alle poriën en spoot er olie uit. Bij de reparateur liet hij zich weer van de goede kant zien. Kennelijk was de motor de verkeerde kant ingedraaid. Dit was volgens Koos eerder gebeurd. Helaas was Koos niet aanwezig en had het ter plaatse opgelost kunnen worden. Met de 8 personen is de klus echter wel geklaard. Donderdag 16 mei waren er 8 vrijwilligers, naast enkele kleine klussen op de Buitenplaats is er voor de Buitenplaats een deel gemaaid en afgehooid. De buren zijn hierbij voorzien van hooi voor hun pony’s . Op 22 mei is de bosakker gemaaid en afgehooid. Het maaisel is afgevoerd. De struiken op de helling er boven zijn met bosmaaiers keurig “bijgemaaid”. De ontwikkelingen op de bosakker worden nauwgezet bekeken door Reint en Ad. Een eenvoudige oplossing, die past bij het doel, is er echter niet. Een cultivator van de gemeente werd uitgeprobeerd op de bosakker. Hij kwam echter de harde grond niet in en dat ondanks alle inventieve constructies achter Rucker.
3
Later is de bosakker door de firma Van Lint gefreest. De dag hierna zijn de drie andere veldjes bij de Buitenplaats gemaaid en afgehooid. Met 6 mensen was dit nog een hele klus. Silvio had echter weinig zin. Twee messen zaten vast in het maaisel en een andere was krom en functioneerde in het geheel niet. Op zaterdag hadden we een heel interessante excursie. Zie hiervoor het verslag op de website. Hemelvaartsdag 29 mei is er niet gewerkt. 30 mei is er toch weer gezaagd en gekloofd, het hout kwam van een van de buren. Verder is er achterstallig onderhoud gedaan en de eerste vracht voor de zaterdag geladen. Er stonden toen 3 vrachten gepland.
De zaterdag voor Pinksteren is er niet gewerkt. Donderdag 5 juni, maaien en hooien bij De Tol. Aanvankelijk schitterend weer. Aan het eind van de werkdag, de bus was net naar de Stits, een enorme stortbui. Koos dook in een speelgoedtreintje. De rest moest hun onderkomen zoeken onder de tennistafel en een kruiwagen.
Vrijdag 6 juni is het overige hooi van De Tol naar de Stits gebracht. Er is hout bezorgd en gemaaid en gehooid bij de Buitenplaats. Kortom een zeer productieve dag voor 8 enthousiastelingen.
Dinsdag 10 juni is er met 2 man onder de bezielende leiding van Reint enkele delen van de akker van de Kievit gemaaid. Anne had een lekke band en was volstrekt stuurloos. Opnieuw blijkt dat we werken met te lichte maaimachines voor ons werk. Gelukkig was onze Tolk aanwezig met een bosmaaier, zodat de klus kon worden geklaard.
Op 12 en 13 juni is er respectievelijk met 9 en 8 mensen gewerkt op het Dijkgraafpad.
Op zaterdag 14 juni mochten we Dennis begroeten, een vriend van Alex. Heel erg welkom, Dennis.(3e van links) Je ging er je eerste dag al heel stevig tegen aan. Er werd hout afgeleverd; ook werd hij opgeleid in het zagen en klieven. Dit onder de bezielende leiding van Alex.
4
19 en 20 juni zijn we verder flink te keer gegaan op het Dijkgraafpad. Maaien, afhooien, overhangend hout zagen en branden. Fijn dat Hans van Aartrijk, enkele kilo’s zwaarder, de energie had om toezicht te houden. Ook Frans heeft zijn steentje 2 dagen bijgedragen. Hij leek op de fiets te zijn gekomen, maar had zijn bus stiekem om de hoek geparkeerd.
Verontruste automobilisten op de A12 belden de brandweer; het vuur moest daarop worden getemperd.
Frans houdt intussen zijn bus in de gaten
Anne was terug van de reparateur en werd door Reint uitgetest. Zaterdag 21 juni heeft Hans van der Zwet het kampvuur verder afgewerkt. Ook werd er een vracht hout bezorgd.
Zaterdag 21 juni heeft Hans van der Zwet het kampvuur verder afgewerkt. Ook werd er een vracht hout bezorgd. Donderdag 26 juni stond de Groenedaalseweg in Harmelen op het programma. Koos zette bij het eerste maairondje Silvio muurvast in de kant van de vijver. Alle scenario’s werden bekeken. Uiteindelijk bleken toch voldoende paardenkrachten de oplossing te moeten bieden. De klus met 9 personen in Harmelen was boven verwachting snel geklaard. In de middag is daarom begonnen met het maaien en afhooien bij de poelen in de Buitenhof. Op vrijdag is dit met 8 mensen afgerond. Ondanks dat, zowel Anne als Silvio vastliepen in het natte gras en riet. Met enig gevloek werden deze problemen echter ook weer opgelost. Daarnaast is rond de Bosakker gemaaid en zijn de fruitbomen vrij gezet van opgaand onkruid. Met de gespitte en gefreesde akker ziet het er nu weer heel verzorgd uit. Helaas lukt het dit jaar niet meer om er een goed gewas op te krijgen.
5
Reint zal hierover een duidelijk verhaal doen met achtergronden en beperkingen. De eerste vracht voor zaterdag is geladen. Zaterdag 28 juni is er een boom bij een buur omgezaagd en daarbij hout opgehaald. Daarnaast zijn er twee vrachten hout bezorgd. Tekst: Ad van Nuenen
Foto’s: Jan Kleymans
In de (nieuwe) rubriek Buitendien kun je allerlei wetenswaardigheden betreffende werk(gebied), nieuws over natuur(beleid) enz. enz. lezen. De ene keer heeft het een positieve lading, de andere keer een wat minder positieve. Het is in ieder geval bedoeld om je op de hoogte te houden….. In deze nieuwsbrief de ontwikkelingen in Queeckhoven, gemeente Stichtse Vecht (Breukelen )
Buitendien foto: Hans van Aartrijk
Bejaarde leden van onze vereniging kennen Queeckhoven nog uit de tijd dat er tientallen lieden van diverse knotgroepen tegelijkertijd aan het werk waren. Dat één en ander niet ongevaarlijk was, kwam doordat menigeen gewapend met kettingzaag zeer enthousiast bomen aan het omzagen was. Gevolg was dat tegelijkertijd meerdere bomen “ van onderen gingen”, zodat men links, rechts, van achter en van voor en ook van boven in de gaten moest houden. De bekende politicus G. waterperoxyde W. zou zeggen: “een tsunami van…” In die tijd was er zelfs een grote tent midden in het essenhakhout opgetrokken, waarin men gezamenlijk kon eten. De laatste jaren wordt er gelukkig veel kleinschaliger gewerkt. Zoals jullie natuurlijk weten, heeft de beruchte essentaksterfte in 2010 ook Nederland bereikt. Vanaf het winterseizoen 2012 heeft onze vereniging op advies van het Bosschap beheer (zagen) van essenhakhout achterwege gelaten. Helaas heeft dat de ziekte niet doen verminderen; integendeel, de aantasting van de essen is gewoon doorgegaan. In het Buitenblad 12 staat een artikel, waarin beschreven wordt hoe nu verder te gaan. Een paar weken geleden heb ik Niels v.d. Berg, landschapscoördinator van de gemeente Stichtse Vecht gemaild om de situatie in het essenhakhout van Queeckhoven te bekijken. Vorig jaar augustus was ik er al een keer en had ik reeds geconstateerd dat het perceel 3, dat we in 2011 hadden gedaan, behoorlijk was aangetast door de schimmel. Met behulp van Niels’ machete vorderden we langzaam door de onderbegroeiing naar perceel 3. Dat perceel lag er nogal woest bij: na het vrijmaken van brandnetel, braam e.d. bleken er hoofdzakelijk kale essenstoven met wat dorre takken erop te staan. Perceel 1 (noord) , dat we in 2009 hadden gedaan, was ook behoorlijk aangetast, hier en daar echter nog redelijk uitziende essen, De hoge essen aan de zuidkant zagen er op het eerste gezicht goed uit, maar als je goed keek, zag je toch takken zonder bladeren. Opvallend was verder de opmars van esdoorn. Met Niels is afgesproken dat wij komend winterseizoen het beheer weer oppakken en uitgaan van het beheersplan dat Reint gemaakt heeft. We moeten dus “achterstallig” onderhoud gaan doen. De lege plek van perceel 3 willen we inboeten met andere boomsoorten. Niels zal e.e.a. bestellen. Zoals het er nu naar uitziet, is er dus veel werk te doen in Queeckhoven. Een overzicht: • inboeten van ca 200 bomen ( deze zijn ter grootte van bosplantsoen) • achterstallig onderhoud Nb. In de wilgengriend zullen we niet van jaar 2012 : perceel 2 en rand perceel 5 werken; dat is “vergeven” aan schoolvan jaar 2013 : perceel 4 en rand perceel 2 kinderen. van jaar 2014 : perceel 5 • een aantal grote esdoorns vellen • een enkele vergeten knotwilg knotten • overhangend hout verwijderen Hans van Aartrijk, werkvoorbereider
6
In de rubriek Reint vertelt………….. vertelt Reint over het hoe en waarom. In deze nieuwsbrief gaat het over het maaibeheer.
Een bezinning op ons maai- en hooiwerk in het zomerprogramma foto: Jan Kleymans
Ik wil vier onderwerpen onder de aandacht brengen die zowel van het bestuur en van onze leden , als van de gemeente Utrecht aandacht resp. actie vragen: 1- de overdracht van de coördinatiefunctie, 2- het gegeven dat de uitvoering voor enkele leden veel tijd vraagt; meer dan de drie werkdagen per week, 3- de (maai)machines zijn lang niet altijd goed gebruiksklaar te houden en functioneren door hun aard niet optimaal, 4- de resultaten van ons werk zijn uitstekend. Uit de opkomst op werkdagen blijkt dat onze leden er zin aan hebben. Ik wil kort in gaan op de eerste drie punten en wat langer op het vierde. 1- De overdracht naar Ad van Nuenen is in volle gang, maar complex ( in kennis, ervaring en tijd ). We hebben geopperd om hiervoor ook onder externen te zoeken, uiteraard ook in de vrijwilligerssfeer. Inmiddels zijn in diverse richtingen contacten gelegd. 2- Voorgaande jaren werd er meestal enkele dagen voorafgaande aan het afhooien gemaaid. Dit vraagt van de betrokken leden een extra werkdag. Momenteel blijkt het steeds problematischer dit uitgangspunt te volgen. Toch blijft dit van belang omdat: a- Op de afhooidag efficiënter kan worden begonnen. b- Het maaisel dan zaad kan afgeven; dit speelt minder in de voorzomer. c- Als maaisel later wordt verbrand, kan dit drogen; dit speelt minder in de nazomer. Ik heb goede hoop dat wij hiervoor in 2015 externe hulp met deskundigheid kunnen verwachten. Deskundigheid van de flora is nodig omdat, ondanks beheersplannen bij het maaien, keuzes moeten worden gemaakt. Wie ?....., blijft nog geheim. 3- Het machinepark wordt momenteel “doorgelicht”. Wellicht zal nog een investering worden voorgesteld. 4- We kunnen vaststellen dat wij voor hooilandbeheer, zeker met goed functionerend gereedschap een overcapaciteit hebben. Als wij meer werk aan willen nemen, ligt het voor de hand dit te zoeken binnen “de bebouwde kom”. In het buitengebied worden interessante gebieden al beheerd door kattendoorn grotere natuurorganisaties, die, zeker in onze region, liever zelf beheren als ze de middelen hebben. Soms wordt een gebied noodgedwongen afgestoten, maar dat is hier momenteel (nog) niet aan de orde. Dat brengt ons bij de gemeente Utrecht. Wat is er van Utrecht te verwachten behalve bezuinigingen ? a- De dienst Stadsontwikkeling heeft het plan opgevat om meer aandacht te besteden aan bijzonder hooilandbeheer. Per wijk zal een veld worden geselecteerd, waarop passend beheer zal worden gevoerd. Dit zal worden opgedragen aan een gespecialiseerde aannemer, dan wel worden gevraagd uit te voeren aan een vrijwilligers(natuur)organisatie. Laten we afwachten wat hier voor Vleuten-De Meern/ Leidsche Rijn uit komt ( 2014-2015 ). b- De dienst Stadswerken heeft voor al het groenbeheer een meerjarencontract met een grote aannemer. Hier moet behoorlijk bezuinigd worden, waardoor het financieel niet mogelijk is om die aannemer bijzonder beheer te laten uitvoeren. Toch wordt het belang hiervan door Stadswerken in onze wijken ingezien, wat resulteerde in een bijzondere regeling met onze vereniging betreffende Joostenlaan en De Tol.
7
c- Utrecht is doende wijkgroenplannen op te stellen. De wijken Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern zijn in 2014-2015 aan de beurt. Hiervoor worden momenteel wensen van bewoners ( groepen ) geinventariseerd. Onze vereniging is m.i. te beschouwen als een bewonersgroep terzake. Wij voeren al jaren hooilandbeheer uit bij de Joostenlaan, De Tol en voorheen ook bij de Kantonnale weg en hebben hierbij hoog gescoord op floristische warden. Het is niet toevallig dat het hier steeds een licht kalkhoudende bodem betreft. Als wij ons werkpakket willen uitbreiden, ligt het voor de hand om soortgelijke percelen te zoeken.
kleine pimpernel
Een duik in de geomorfologie van het gebied. Vleuten, De Meern, Harmelen en Woerden zijn gebouwd op een “stroomrug” van de voormalige Rijn. Deze rivier heeft de afgelopen 8000 jaar door ons gebied gemeanderd en heeft er al dan niet kalkhoudend zand, grind en klei afgezet. Momenteel is van de rivier nog weinig over. De Vleutense en de Alendorper wetering en de Bijleveld zijn dichtgeslibde restgeulen, die kunstmatig worden open gehouden. De komst van de mens heeft niet alleen veel woning- en akkerbouw tot gevolg gehad, maar er is ook zeer veel klei afgevlet voor stenen en dakpannen en er is veel gegraven voor ophogingen, bijv. voor wegen.
Kaart uit “ De genese van het landschap in het zuiden van de provincie Utrecht” ( H.J.A. Berendsen ) De met een
І
in het gele deel van de kaart gemarkeerde plaatsen geven de plaatsen aan waar afgevlet is.
De met ● gemarkeerde plaatsen zijn bijzondere bebouwingen, zoals huize Harmelen en ridderhofstad Den Engh.
8
Als we nu willen zoeken naar potentieel interessante locaties voor hooilandbeheer en met name naar kalkrijke, dan zijn er twee voor de hand liggende mogelijkheden: a) Speuren naar locaties die nu al belovend zijn op flora, met name wegbermen. In het verleden heeft de Stichting Ecologisch Advies dat wel voor ons gedaan. Joostenlaan, De Tol en Kantonnale weg zijn toen “ontdekt”. b) Gebruik maken van de studie van Berendsen over de wordingsgeschiedenis van ons gebied. Ad a- St.E.A. is niet meer. We kunnen hulp zoeken bij de wetenschapswinkel van de universiteit Utrecht, de gemeente of de K.N.N.V. plantenwerkgroep. Ad b- het onder a gestelde kan hier ook gelden. Er is voor deze studie in de jaren ’75-’78 ongelofelijk veel veldwerk verricht met veel boringen tot max. 2 meter, boordichtheid 150-300 per km² !, waarbij ook het koolzure kalkgehalte is geschat met zoutzuur. Bronnen: St.E.A. - Groenelementen Vleuten, natuurwaarden en beheer; oktober 2005 H.J.A. Berendsen – De genese van het landschap in het zuiden van de provincie Utrecht Proefschrift, 1982
Pm.
1- Rivierduinen hebben botanisch veel te bieden, een hoge variatie per m². 2- Kattendoorn, kleine pimpernel, stalkruid, moesdistel, ruwe leeuwentand, agrimonie, aardaker enz. enz. 3- Aanwezigheid van kalk, calcium en magnesium zijn belangrijk. 4- Kalk ook aanwezig in moeilijk verweerbare mineralen in klei. 5- Ontkalking door regen in klei valt mee. 6- Geringe beschikbaarheid fosfaat is gunstig. 7- Onder grasland ontkalking groter dan onder akkerland. 8- Op 28 % van de meetpunten bevindt zich kalkhoudend materiaal op 10 cm beneden maaiveld ( Berendsen ).
Binnenste buiten…………
moesdistel moesdistel
We hebben op 30 mei weer onze jaarlijkse Algemene Leden Vergadering (ALV) gehad. 18 leden waren aanwezig. Hier de belangrijkste punten: -
De ALV spreekt zijn waardering uit voor de nauwkeurige en uitgebreide verslaglegging van de werkvoorbereider Hans van Aartrijk, die vanwege ziekte helaas niet aanwezig kan zijn. Het verslag geeft een goed beeld wat we doen en waarom we het doen.
-
Financieel staat de Vereniging er goed voor, o.a. door structurele inkomsten voor het zomerwerk. Wel zijn hoge kosten gemaakt voor de maaimachines. De vrachtwagen is ook een dure post. Alex Bos en Frans van Doorn gaan op zoek naar een nieuwe. Kees van Dijk en Tabe Tietema vormen de nieuwe kascommissie. De ALV roept belangstellenden op om de penningmeester te ondersteunen bij zijn werk. Het gaat om grote bedragen en met tweeën werken is veiliger.
-
Vanwege ziekte heeft Hans van Aartrijk zijn (bestuurs)werkzaamheden voor de Vereniging op dit moment moeten staken. Het bestuur is druk doende met het zoeken naar vervanging.
-
De ALV ziet voordelen in gedeeltelijke overkapping van de binnenplaats (zoals ook in het oorspronkelijke ontwerp opgenomen) en vraagt het bestuur verder onderzoek te doen bij
9
architect, constructeur, aannemer en gemeente naar financiële en technische mogelijkheden. Daan van der Elst en Johan de Boer gaan daarnaast op zoek naar alternatieve materialen voor de bekleding van de wand. Deze lijken inmiddels gevonden (Rock Panel Wood in plaats van Trespa: beter weerbestendig en de helft goedkoper). -
De ALV geeft de voorkeur aan het vieren van het 40-jarig jubileum op 30 augustus met een feestelijk aangeklede BBQ en een themadag over natuurlinten in het voorjaar van 2015 gezien de nodige voorbereidingstijd en de nodige aandacht voor continuïteit van het zomer- en winterprogramma.
-
Inge Poorthuis geeft een presentatie van de interviews die zij heeft gehouden met negen leden van de vereniging. Deze leden vertegenwoordigen de doorsnede van de vereniging. Er is veel verbeterd in sfeer en communicatie ten opzichte van twee jaar geleden; toch zijn er zorgpunten, zoals gemis aan kennis van natuur en ecologie, nieuw werk binnen halen door wegvallen van subsidies, borging van taken en leeftijdsopbouw van de vereniging. Een werkgroep bestaande uit Atja Apituley, Alex Bos, Tabe Tietema, Johan de Boer en Dries Willems gaan samen met Inge Poorthuis deze aandachtspunten verder uitwerken en omzetten in concrete acties.
-
Het rapport van Ninja Blok over de inventarisatie van de Buitenhof staat vanaf nu op de Website.
Dries Willems Voorzitter
10
11
12