Armoederapport Lier
17 oktober 2011
Ons Gedacht is een project van Samenlevingsopbouw Antwerpen provincie Kluizestraat 37 2500 Lier 03/488 22 72
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] www.samenlevingsopbouw.be
2
Armoederapport Lier
Inleiding
5
1.
Armoede ervaren in Lier
6
2.
Achtergrondinfo: Een kijk op armoede
2.1.
Wat is armoede?
12
2.2.
Armoedemeting
12
2.3.
Armoedebarometer Decenniumdoelen 2017
13
2.3.1.
Decenniumdoelen
13
2.3.2.
Armoedebarometer
13
2.3.3.
Gegevens
13
2.4.
Interfederale armoedebarometer
14
2.5.
De oorzaken van armoede
14
2.6.
Een kijk op armoedebestrijding
15
3.
Cijfergegevens
3.1.
Demografie
16
3.1.1.
Bevolkingsloop
16
3.1.2.
Leeftijd
19
3.1.3.
Huishoudens
22
3.1.4.
Vreemde nationaliteit
25
3.2.
Gezondheid
28
3.2.1.
Mensen in armoede hebben meer gezondheidsproblemen
29
3.2.2.
Mensen in armoede hebben minder toegang tot de gezondheidszorg
29
3.2.3.
Geestelijke gezondheidsproblemen en de toegankelijkheid van de geestelijke gezondheidszorg
31
3.2.4.
Weg vinden in de maatregelen en voorzieningen
32
3.3.
Werk
32
3.3.1.
Werkzoekenden/werkloosheidsgraad
32
3.3.2.
Werkzoekenden volgens geslacht, leeftijdsgroep en nationaliteit
33
3.3.3.
Aantal niet-werkende werkzoekenden (NWWZ) die behoren tot een kansengroep. 33
Armoederapport Lier
12
16
3
3.4.
Inkomen
34
3.4.1.
Jaarlijks inkomen
34
3.4.2.
Tegemoetkomingen personen met een handicap en zorgverzekering
37
3.4.3.
Leefloon
37
3.4.4.
Schuldhulpverlening
39
3.4.5.
Gewaarborgd Inkomen Bejaarden (GIB) en Inkomensgarantie Ouderen (IGO)
39
3.5.
Wonen
41
3.5.1.
Sociale huurwoningen
41
3.5.2.
Ongeschikt of onbewoonbaarverklaringen
42
3.5.3.
Focus op wonen 5
43
3.6.
Onderwijs en vorming
44
3.6.1.
Basisonderwijs
44
3.6.2.
Secundair onderwijs
45
3.7.
geboortes in kansarme gezinnen
46
3.8.
Voorlopige conclusie
47
4.
Maatschappelijke dienstverlening in Lier
4.1.
Wat is maatschappelijke dienstverlening?
48
4.2.
Dienstverleners onder de loep door mensen in armoede
49
4
48
Armoederapport Lier
Inleiding Halverwege 2010 vroeg de stad Lier ons om een armoederapport op te maken. Ze wilde een beeld krijgen van armoede in Lier en van de bevindingen van mensen in armoede zelf. Indien mogelijk aangevuld met enkele concrete beleidsaanbevelingen. We besloten op deze vraag in te gaan en tegen de dag van verzet tegen armoede een armoederapport af te leveren. In februari 2011 startten we met het opstellen van het armoederapport, de eerste Ons Gedacht was een brainstorming oefening. Hier werd nogmaals bevestigd dat er ook in lier armoede is, en vooral verborgen armoede in een mooi uitziend stadje. Tevens werd er opgemerkt: “Je moet eerst voor jezelf toegeven dat je hulp nodig hebt alvorens hulp te gaan zoeken.” In maart, april, mei en juni 2011 vonden er enerzijds individuele gesprekken met mensen in armoede en anderzijds maakten we analyses van de maatschappelijke dienstverleners OCMW, Cultureel Centrum, het VDAB en het CAW. We bekeken de sterktes, de zwaktes , de kansen en de valkuilen van deze diensten. Op 1 mei 2011 kwamen we even naar buiten met getuigenissen van mensen in armoede op de werelderfgoeddag in Vlaanderen met als thema Armoede. Er stonden kartonnen dozen met gedichten en je kon er luisteren naar geluidsfragmenten met het antwoord op de vraag: “Wat betekent armoede voor jou? In juni 2011 sloten we het Ons Gedacht werkjaar af met een eindexamen. De centrale vraag hier was: “Waar moeten de politiekers zeker rekening mee houden naar de volgende verkiezingen toe?” Tijdens de zomermaanden werd alles geïnventariseerd en gegoten in 15 stellingen. Deze stellingen werden op het Ons Gedacht weekend in augustus 2011 grondig besproken. In september 2011 nodigden we medestanders uit en deden ditzelfde proces nog eens over met gemengde groepen, arm en niet arm. Tenslotte kregen de mensen in armoede het laatste woord op 4 oktober 2011 en ze kozen deze beste 8 stellingen: We kozen ervoor om een rapport in twee delen te maken. In een eerste deel gaan we door op beleving. Vanuit de acht stellingen brengen we het verhaal van mensen in armoede in Lier. Een tweede deel is minder toegankelijk. Het bevat achtergrondinformatie die nuttig kan zijn voor beleidsmakers of beleidsbeïnvloeders. In dit deel staan we eerst stil bij het concept armoede. Nadien geven we enkel cijfers weer en zoemen we in op drie aspecten van maatschappelijk dienstverlening. Enkel conclusies ronden dit tweede rapport af. Concrete beleidsaanbevelingen zal je in dit rapport nog weinig vinden. In een eerste fase concentreerden we ons op de problematiek die mensen in armoede ervaren. De komende maanden willen we hier verder mee aan de slag gaan en beleidsvoorstellen formuleren. Hiermee willen we in het voorjaar van 2012 naar buiten komen. Dit rapport wil meer mensen overtuigen om werk te maken van armoedebestrijding in Lier; Wij hopen op deze manier meer mensen ervan te overtuigen dat armoede een onrecht is. Samen kunnen we dit onrecht aanpakken.
Ons Gedacht Samenlevingsopbouw Antwerpen provincie
Armoederapport Lier
5
1.
Armoede ervaren in Lier Samen mensen in armoede – aangevuld met de inzichten van medestanders – formuleerden we acht stellingen die weergeven hoe mensen in armoede hun leven in armoede ervaren. De acht stellingen zullen dienen om het gesprek aan te gaan in het kader van de dag van verzet tegen extreme armoede. Vanuit de acht stellingen krijgt armoede een beeld:
DE CENTRALE SLOGAN IS: ARMOEDE, OOK IN LIER!
Ooit zei iemand tegen mij: “Er is geen armoede in Lier”. De cijfers van dit rapport spreken voor zich, er is wel degelijk armoede in Lier. In onze vereniging waar armen het woord nemen, horen we dagelijks verhalen over armoede. Lier is een mooie stad, Lier straalt geen armoede uit, tijdens individuele gesprekken horen we dikwijls dat dit het ook moeilijk bespreekbaar maakt. “Lier is geen grote stad. De inwoners kennen elkaar en dit vormt een goede basis voor roddels. Daarom heb ik het moeilijk gehad, om er voor uit te komen dat ik arm was. Toegeven dat ik hulp nodig had en het niet alleen kon, was de eerste stap, maar enorm moeilijk om te zetten. Ik was geen persoon die makkelijk hulp vroeg, maar ik heb nu wel geleerd dat dit soms iets is wat ik gewoon moet doen. Ik kende in het begin geen andere mensen die in armoede leefden, ze waren er wel, maar ik zag of vond ze niet. Dit maakte het moeilijk voor mij, er was niemand die ik om raad kon vragen of kon vragen waar ik naartoe moest gaan. Ik heb het zelf moeten uitzoeken.“
6
Armoederapport Lier
ARMOEDE DRAAIT NIET ALLEEN OM GELD!
Geld blijft natuurlijk een belangrijke rol spelen in armoede. Toch draait armoede niet alleen om het geld! Het gaat veel breder, het gaat ook om een gebrek aan eigenwaardegevoel. Als nooit iemand benoemde wat je waard bent, begin je te twijfelen aan jezelf. Als je geen familie, vrienden of een ander netwerk rond jou hebt, voel je je al snel minderwaardig. Toen we enkele jaren geleden werkten rond cultuurparticipatie merkten we dat een grote drempel de kostprijs van het inkomkaartje is. Sinds enkele jaren is er de Gomorpas in Lier, waardoor deze drempel is weggewerkt. We merken echter nog altijd dat er nog drempels zijn voor mensen in armoede, het is nog altijd niet vanzelfsprekend om jezelf dingen te gunnen die je niet gewoon bent. “Via Ons Gedacht ben ik bij Kunstproeven terecht gekomen. Hier leerde ik dat ik ook dingen kan. Dingen die voor anderen misschien logisch en vanzelfsprekend zijn, maar het betekende enorm veel voor mij dat ik ze nu ook deed. In het begin waren het geen echte kunstwerken maar dat maakte ook niet uit. Hier heb ik mijn eerste stappen gezet richting cultuur. We zijn naar voorstellingen geweest met de groep, musea gaan bezoeken en verschillende andere dingen. Ik heb hier verschillende keren aan deelgenomen, daardoor was het makkelijker om de stap te zetten om alleen te gaan. “
U BENT ONS GEKLAAG BEU, WIJ DE ARMOEDE!
Armoederapport Lier
7
In de beginperiode van Ons Gedacht werkten we rond geldbeheer. Veel mensen zagen hun kans om hun hart eens goed te luchten. We maakten noteerden toen vooral de negateive punten en trokken hiermee naar het OCMW. Dit gaf ons het label van klagers. Dit jaar noteerden we de zwaktes maar ook de sterktes, we bekeken de kansen van het OCMW en de valkuilen. We bespraken deze nota met de werkers van het OCMW en we traden in dialoog met Hans Goedemé, stafmedewerker van het OCMW. Mensen in armoede namen het woord. Zo willen ze in de toekomst verder werken. Mensen in armoede willen erkend worden als volwaardige gesprekspartner. Want zolang er armoede is in Lier, willen we de dialoog openhouden. “Vroeger vond ik mezelf helemaal niet arm. Ik benoemde dat ook zo niet. Door bij Ons gedacht te komen, geef ik mezelf wel dat label. Sindsdien durf ik ook mijn mond opentrekken en niet alleen voor mezelf. Beleidsmakers zien dit misschien als geklaag, maar als we niet vooruit geraken, mogen we dit toch zeggen ….?”
NIEMAND KIEST VOOR EEN LEVEN IN ARMOEDE!
We horen het vaak zeggen op Ons Gedacht vergaderingen, “Ik heb er ook niet voor gekozen om hier te zitten”. Dit hoor je zowel uit de mond van generatiearmen, zij die de armoede erfden van hun kansarme ouders, maar ook uit de mond van de nieuwe armen, zij die door omstandigheden in armoede zijn geraakt. In beide situaties is armoede iets dat je overkomt. Leven in armoede is voor niemand een bewuste keuze. Werkloos zijn is geen ‘rustige manier van geld krijgen’, het is best frustrerend om geen kans te krijgen om bij te dragen aan de samenleving. “Ik weet nog goed hoe het voelde om werkloos te zijn. Ik voelde mij vooral nutteloos, ik droeg niets bij aan de samenleving. Een hele dag zat ik thuis en deed niks. Terwijl alle andere mensen ’s morgens opstonden om naar hun werk te gaan en ’s avonds thuis kwamen met het gevoel van iets gedaan te hebben. Langs de andere kant had ik geen energie en motivatie om recht te staan en op zoek te gaan naar iets om te doen. Ik had zoveel jaren lang gesolliciteerd, zonder succes. Ik had het allemaal opgegeven. Ik was leeg. “
8
Armoederapport Lier
ARMOEDE, NIET ALTIJD JE EIGEN SCHULD!
Samenlevingsopbouw ondersteunt maatschappelijk kwetsbare groepen bij het werken aan gemeenschappelijk ervaren problemen van uitsluiting en achterstelling. We versterken deze groepen waardoor mensen terug meer greep krijgen op de eigen situatie en hun omgeving. Hierdoor kunnen mensen (terug) deelnemen aan het beleid. Hiertoe doen we ook aan “politiek”. We willen dat de samenleving meer kansen biedt voor iedereen. Hiertoe zijn beleidskeuzes nodig. We werken aan / ijveren voor maatschappelijke structuren die armoede daadwerkelijk tegen gaan omdat we overtuigd zijn dat armoede niet alleen de schuld is van de mensen zelf. “Voor de hogere klasse is op ziekenkas gaan een burnout, voor de middenklassers een depressie, bij mensen in armoede noemen ze het profiteren.”
PAS OP, SEBIET BEN JE OOK ARM!
Bij Ons Gedacht zitten mensen die vroeger helemaal niet in armoede leefden. Door gebeurtenissen buiten hun eigen wil om, zijn zij in armoede beland.
Armoederapport Lier
9
We noemen dit nieuwe armoede. Iedereen loopt het gevaar om bij de groep van mensen in armoede te belanden. Generatiearmen zijn geboren in een gezin in armoede. Hun leven is vaak één lange strijd om hieruit te geraken. Een moeizame strijd die maar enkele winnen. En eens iemand uit de armoede ontsnapt, is er steeds de angst om terug te vallen. “Dit verhaal doet mij denken aan mijn eigen verleden. Ik heb in armoede geleefd, ik heb moeten rondkomen met weinig geld. Het is niet gemakkelijk geweest voor mij, er zijn slechte periodes geweest en er zijn er nog slechtere geweest. Ik ben er ondertussen uit geraakt, maar ik besef goed dat ik er nooit volledig uit zal zijn. Nu zit ik op de grens arm - niet arm, er mag niks gebeuren of ik val terug in die put. Het is enorm frustrerend om voortdurend met die angst te leven terug te vallen. “
ARMOEDE IS EEN ONRECHT!
België is een welvarende democratie waar in principe ieders recht op een menswaardig bestaan gegarandeerd is. Maar de realiteit is anders. Door sociale uitsluiting en maatschappelijke achterstelling blijven nog veel mensen verstoken van hun grondrechten. Hun stem wordt niet gehoord. Ze leven vaak in wijken en dorpen waar de leefbaarheid in het gedrang komt. Samenlevingsopbouw / Ons Gedacht organiseert die maatschappelijk kwetsbare groepen. Samen met hen pakken opbouwwerkers gemeenschappelijke problemen aan die te maken hebben met grondrechten of met de leefbaarheid in hun buurt, stad, dorp of streek. De focus ligt op de verbetering van de kwaliteit van het leven en het samenleven. We doen dit omdat armoede een onrecht is! “Toen heb ik Ons Gedacht leren kennen. Een paar mensen die ik op een avond had leren kennen, vertelden mij erover. Ik dacht dat het wel een goeie manier zou zijn om mensen te leren kennen. Meer had ik er in de eerste plaats niet echt van verwacht, maar het is toch helemaal anders uitgedraaid. Ik heb er meer geleerd dan ik op voorhand kon denken. Ik was een paar keer mee geweest naar de vergaderingen. In het begin durfde ik niet echt veel te zeggen, maar ik luisterde wel naar alles en iedereen. Het deed me goed om te horen dat er mensen in dezelfde situaties zaten als ik. Ik vond steun en vertrouwen bij de anderen, maar zeker ook raad en hulp op alle vlakken die je je maar kan inbeelden. Na een paar keer durfde ik mijn mening te delen met de anderen en zelf te vertellen over wat ik al allemaal het meegemaakt. De mensen luisterden naar mij! Dit was onvoorstelbaar voor mij, ik had dit nog nooit eerder meegemaakt. De mensen vonden mij niet dom! Dat was een fantastisch gevoel, ik kon ook vergaderen en over dingen meepraten. “
10
Armoederapport Lier
ARMOEDE, EEN LAST OM TE DRAGEN!
We horen dikwijls in onze vereniging dat het niet simpel is om het label “in armoede” te dragen. Armoede is sociale uitsluiting, armoede heeft een grote invloed op alle verschillende vlakken van het leven. “ Uit volgende getuigenissen komt naar boven dat armoede een zware last is om te dragen. “Als je tevreden bent met wat je hebt kan je er nog iets van maken” “Als je een laag budget hebt, ben je sociaal arm, omdat je geen budget meer hebt.” “Er zijn verschillende soorten armoede, je heb t generatiearmoede, dat je erin geboren wordt, maar je hebt ook nieuwe armoede, er ineens in belanden.” “Lier is een kleine stad, iedereen kent iedereen.” “Bij de sociale kruidenier willen mensen verbergen dat ze van daar komen, ze voelen zich minderwaardig.” “Je eigen lichaamshouding is belangrijk, als je je minder voelt heb je sneller het gevoel dat je kleiner bent.” “Naar buiten komen helpt je vooruit!” “In de psychiatrie heb je niet eens zelf een sleutel van je kamer, …” “Armoede is veel meer dan geen geld hebben!” “Mensen in armoede moeten heel veel regelen, als je bewindvoering hebt of budgetbeheer, ben je afhankelijk van regels en procedures.” “Armoede is als een spiegeleitje een feestmaaltijd wordt!”
Armoederapport Lier
11
2.
Achtergrondinfo: Een kijk op armoede
2.1.
Wat is armoede? Over het begrip armoede werd de voorbije jaren in wetenschappelijke kringen veel geschreven. Toch ontbreekt het nog steeds aan een algemeen aanvaard begrippenkader. Bijgevolg worden er meerdere definities en uiteenlopende termen gehanteerd. In de Vlaamse context (in beleid, praktijk en onderzoek) is er echter een ruime eensgezindheid omtrent twee inzichten die we als uitgangspunt nemen. Ten eerste stellen we dat armoede relatief is. Dit betekent dat armoede tijd- en plaatsgebonden is. Met andere woorden dienen we rekening te houden met de algemene levensstandaard die in een bepaalde samenleving gangbaar is. Ten tweede erkennen we dat armoede multidimensioneel is. Dit betekent dat armoede betrekking heeft op meerdere levensdomeinen zoals huisvesting, onderwijs, gezondheidszorg… Deze twee inzichten worden vervat in de definitie van armoede geformuleerd door Vranken: ‘Armoede is een netwerk van sociale uitsluitingen dat zich uitstrekt over meerdere gebieden van het individuele en collectieve bestaan. Het scheidt de armen van de algemene leefpatronen van de samenleving.’
2.2.
Armoedemeting Het feit dat er geen eenduidigheid bestaat over het begrip armoede, maakt dat er ook geen consensus bestaat over de manier waarop we armoede meten. We spreken van een directe of indirecte meting. Voorstanders van de indirecte meting kijken in hoofdzaak naar de middelen die noodzakelijk zijn om deel te nemen aan het maatschappelijk leven. In dit geval is het beschikbaar inkomen de belangrijkste indicator. Voorstanders van een directe meting van armoede kiezen voor deprivatie-indicatoren die rechtstreeks peilen naar de levensstandaard en het consumptieniveau. Daarnaast kan de meting van armoede kwantitatief en kwalitatief benaderd worden. Bij een kwantitatieve benadering leggen we ons toe op de armoede in cijfers. Een kwalitatieve benadering brengt de leefwereld van armoede in kaart. Bij de ontwikkeling van dit armoederapport willen we ons vooral toeleggen op het in kaart brengen van het multidimensionele karakter en het kwalitatieve aspect van armoede in Lier. Daarom zullen we in hoofdzaak directe indicatoren selecteren om Lierse armoede in kaart te brengen.
12
Armoederapport Lier
2.3.
Armoedebarometer Decenniumdoelen 2017 1
Op 3 april 2007 lanceerde een platform van armoedeorganisaties en sociale bewegingen de ‘Decenniumdoelen 2017. Geef armoede geen kans.’ Vanuit de vaststelling dat in België 1,5 miljoen mensen in armoede leven en de inkomensongelijkheid blijft toenemen, roepen deze organisaties de overheden op om voorrang te geven aan de strijd tegen armoede.
2.3.1.
Decenniumdoelen Decenniumdoelen 2017 schuift zes beleidsdoelstellingen voor de komende tien jaren naar voren:
2.3.2.
Een halvering van de gezondheidsongelijkheid tussen arm en rijk.
Een halvering van het aantal gezinnen waar niemand werkt.
Voor elk gezin, ongeacht de samenstelling, minstens een inkomen dat de Europese armoederisicodrempel bereikt.2
Een toename van het aantal goede en betaalbare huurwoningen met 150.000 eenheden, waarvan minstens de helft sociale woningen zijn.
Een daling tot 3% van laaggeletterdheid en laaggecijferdheid bij jongeren, in alle onderwijsvormen en voor alle jongerengroepen.
Mensen in armoede verbreden hun netwerken.
Armoedebarometer De ontwikkeling van de zes doelen wordt jaarlijks opgevolgd via de armoedebarometer. Het gaat over meetbare indicatoren die de evolutie van de armoedesituatie in Vlaanderen opvolgt. De zes barometers hebben dus betrekking op de domeinen gezondheid, arbeid, inkomen, wonen, onderwijs en samenleven. De armoedebarometer is samengesteld uit primaire en secundaire indicatoren. De primaire indicatoren geven vooral de sociale toestand van subpopulaties weer. De secundaire indicatoren geven meer inzicht in de aard van de problematiek en ondersteunen de primaire indicatoren (zie bijlage 1: gegevenstabellen opvolgingsrapport armoedebarometer 2010).
2.3.3.
Gegevens De nulmeting van de gegevens vond plaats in 2008. In 2009 vond een eerste meting plaats. In 2010 volgde de tweede actualisering. De gegevens die voor 2010 reeds geactualiseerd werden, zijn als bijlage (Bijlage 1: Gegevenstabellen opvolgingsrapport Vlaamse armoedebarometer 2010) terug te vinden in tabellen naast de resultaten van 2009 en 2008. Deze gegevens worden hier niet verder geanalyseerd. Voor een uitgebreide en beleidsaanbevelende analyse verwijzen we naar het opvolgingsrapport 2010 van onderzoeksgroep OASeS. In het tweede
1 ABVV, ACV, ACW, Minderhedenforum, Samenlevingsopbouw Vlaanderen, Socialistische Mutualiteiten en socioculturele verenigingen, Steunpunt Algemeen Welzijnswerk, Verbruikersateljee, Vlaams Netwerk van verenigingen waar armen het woord nemen, Vlaams Minderhedencentrum, Welzijnszorg en Cera 2
De Europese armoedegrens is de EU-SILC-norm (Statistics on Income and Living Conditions). Deze ligt op 60% van het mediaan equivalent inkomen. Voor een alleenstaande bedraagt deze 899 EUR per maand. Voor elke bijkomende volwassene wordt dat bedrag met 50% verhoogd, en voor elk kind met 30%.
Armoederapport Lier
13
deel van dit rapport zal bij de vergelijking en toetsing van gegevens dieper ingegaan worden op de lokale context in Lier.
2.4.
Interfederale armoedebarometer De interfederale armoedebarometer werd voor het eerst voorgesteld in 2009 in opdracht van de toenmalige staatssecretaris voor Armoedebestrijding Jean-Marc Delizée. Dit instrument heeft als voornaamste doel om het verschijnsel armoede beter bekend te maken in België. De Armoedebarometer toont aan hoe wijdverspreid armoede wel niet is en verduidelijkt enkele essentiële kenmerken ervan. Één burger op zeven in ons land leeft onder de armoedegrens. Armoede wordt vaak gekarateriseerd door onvoldoende inkomsten. In werkelijkheid betekent armoede meer dan louter geldgebrek en heeft het betrekking op alle aspecten van het leven van mensen in armoede. Door hun kwetsbaarheid liggen grondrechten en basisbehoeften zoals gezondheidszorg, werk, onderwijs, huisvesting, enz., voor hen immers vaak ver buiten hun bereik. De interfederale armoedebarometer is net als de Vlaamse armoedebarometer thematisch opgebouwd. Deze thema’s lopen grotendeels gelijk: inkomen en schuld, gezondheidszorg, werk, onderwijs, wonen en deelname. De barometer wordt jaarlijks gepubliceerd. Voor de recentste resultaten verwijs ik naar de interactieve editie van de interfederale armoe3 debaromter voor 2010 .
2.5.
De oorzaken van armoede De levensverhalen van mensen in armoede zijn zeer divers. Sommigen worden geboren in een gezin dat met armoede geconfronteerd wordt en slagen er in hun hele leven niet in om die armoede achter zich te laten. Anderen starten met meer kansen aan hun leven maar worden met armoede geconfronteerd na ziekte of andere tegenslag. De oorzaken van armoede zijn dan ook zeer complex. Afhankelijk van het referentiekader dat iemand hanteert, verandert ook het accent. De oorzaak van armoede kan op drie niveaus gesitueerd worden:
Het niveau van de hele samenleving: de organisatie van de samenleving zorgt ervoor dat mensen in armoede in armoede blijven en dat er steeds opnieuw mensen in armoede bij komen.
Het niveau van de organisaties en diensten: Mensen in armoede ervaren uitsluiting op heel veel verschillende plaatsen waar ze komen: op school, in bedrijven, bij verenigingen, in de buurt …
Het niveau van de arme zelf: De oplossing die mensen in armoede geven aan problemen werken niet altijd. Ze worden niet altijd aanvaard door de samenleving. Het permanent uitgesloten worden wreekt zich op het zelfvertrouwen van de arme.
Als Samenlevingsopbouw – Ons Gedacht willen we de nadruk van armoede leggen op het niveau van de hele samenleving. Het is niet aanvaardbaar dat een welvarende samenleving als de onze zo een grote groep mensen onvoldoende kansen geeft. We willen hierbij het aandeel van het individu niet volledig negeren. Soms maakt het individu keuzes die later aanleiding
3
http://www.mi-is.be/be_nl/02/armoedebarometer/
14
Armoederapport Lier
geven tot armoede. Het is echter belangrijk om de aanleiding voor de keuzes en voor de gevolgen ervan te kennen. Het individu reageert op basis van zijn eigen referentiekaders die onder andere het gevolg zijn van een jarenlang opgroeien in de samenleving Naast deze drie niveaus van armoede, kan ook een ‘ongeval’ mensen tot armoede brengen. Dit ongeval kan zowel individueel (bijvoorbeeld werkloosheid of een arbeidsongeval) als collectief zijn (bijvoorbeeld een slechte economische situatie). Deze ongevallen hebben ongetwijfeld hun invloed op de armoedesituatie van mensen, het zou echter fout zijn hier te veel gewicht aan te geven. Bepaalde ongevallen doen zich immers meer voor bij een bepaalde groep van mensen. Bovendien is er een merkbaar verschil in de kracht om aan deze tegenslagen het hoofd te bieden. Beiden zijn geen toeval, maar zijn het gevolg van sociale uitsluiting.
2.6.
Een kijk op armoedebestrijding Armoedebestrijding moet ook op deze drie niveaus gevoerd worden. Als Samenlevingsopbouw / Ons Gedacht willen we initiatieven op deze drie niveaus aanmoedigen.
Armoedebestrijding is een taak van het lokale en bovenlokale beleid. Als Samenlevingsopbouw willen we dan ook het beleid stimuleren om maatregelen te nemen die de reproductie van armoede moet tegen gaan en die de kansen van mensen in armoede om uit de armoede te geraken vergroten. Daarnaast willen we bestuurders op elk niveau aansporen om bij elke beleidsbeslissing de impact op mensen in armoede te evalueren.
Organisaties en diensten: mensen in armoede nemen minder dan anderen deel aan verschillende organisaties en diensten. Ze stromen meer dan proportioneel uit zonder diploma, nemen minder deel aan culturele activiteiten, zijn minder aanwezig in het verenigingsleven … Het is echter net voor hen dat deelname een belangrijke hefboom kan betekenen. Vandaar dat we aandacht vragen voor het verhogen van de kansen om te participeren. Hiervoor is drempelverlagend werken nodig.
De arme zelf: De persoon die in armoede leeft, heeft nood aan meer mogelijkheden om zijn leven vorm te geven. Dit vereist een persoonlijke groei van de persoon zelf. Om zelf aan de eigen armoedesituatie te werken : a.
Vereist geloof in het eigen kunnen en de kracht hebben om aan de eigen situatie te kunnen werken.
b.
Vereist inzicht hebben in de eigen situatie en anderen kunnen mobiliseren om mee te werken aan de verbetering ervan.
c.
Vereist deelname aan brede sociale verbanden.
ARMOEDE IS EEN ONRECHT, EEN ZAAK DIE ÉÉNIEDER AANBELANGT!
Armoederapport Lier
15
3.
Cijfergegevens Met dit cijfergedeelte willen we vertrekkend van objectieve informatie, een kijk geven op armoede in Lier. We verzamelden, net als de Vlaamse en interfederale barometer, cijfers over verschillende domeinen. Deze domeinen zijn gezondheid, werk, inkomen, wonen, onderwijs/vorming en vrijetijdsparticipatie. We leiden het geheel in met enkele demografische kenmerken van Lier. Per domein werden een aantal indicatoren met bijhorende gegevens opgenomen. De gegevens werden verzameld op basis van verschillende databanken. Heel wat gegevens uit deze databanken werden geïntegreerd in het Sociaal kompas van het steunpunt Sociale Planning van de provincie Antwerpen. Daarnaast werd de gemeentelijke profielschets van lokale statistieken geconsulteerd. Naast de indicatoren en gegevens over de zes domeinen, werden er een aantal demografische gegevens opgenomen om de lokale situatie beter te duiden.
3.1.
Demografie
3.1.1.
Bevolkingsloop INWONERS(EVOLUTIE) gemeente LIER Vlaanderen Prov. Antwerpen
[1] 31.815 5.912.382 1.637.857
[2] 33.492 6.161.600 1.715.707
[3] 34.372 6.197.778 1.735.731
[4] 167,7 24.921,8 7.785,0
[5] 5,27 4,22 4,75
[6] 33.930 6. 251.983 1.744.862
[1] Aantal inwoners (1 jan 1998) (sociaal kompas) [2] Aantal inwoners (1 jan 2008) (sociaal kompas) [3] Aantal inwoners (1 jan 2018) (sociaal kompas) [4] Aantal inwoners: gemiddelde evolutie per jaar (1998...2008) (FOD economie) [5] Aantal inwoners: gemiddelde jaarlijkse evolutie per 1000 inwoners (1998...2008) (FOD economie)
[6] Aantal inwoners (1 jan 2010) (FOD economie)
Realtieve groei aantal Inwoners (1998-2018) 110 108 105,3
105 100
100
95 1998
2008 Lier
16
Vlaanderen
2018 Prov Antwerpen
Armoederapport Lier
NATUURLIJKE BEVOLKINGSAANGROEI gemeente Lier Vlaanderen Prov Antwerpen
[1] 350,4 63517,6 18570,8
[2] 10,6 10,4 11
[3] 325,8 56,764,4 15992,4
[4] 9,85 9,34 9,47
[5] 24,6 6753.2 2578.4
[6] 0.85 1.06 1.53
[1] Geboorten: gemiddeld aantal per jaar (2003...2008) [2] Geboorten: gemiddeld aantal per jaar per 1000 inwoners (2003...2008) [3] Overlijdens: gemiddeld aantal per jaar (2003...2008) [4] Overlijdens: gemiddeld aantal per jaar per 1000 inwoners (2003...2008) [5] Gemiddelde natuurlijke bevolkingsaangroei (2003...2008) [6] Gemiddelde natuurlijke bevolkingsaangroei per 1000 inwoners (2003...2008)
MIGRATIESALDO gemeente Lier Vlaanderen Provincie Antwerpen
[1] 223 34.115 11.373
[2] 9,4 -111,3 -394.9
[3] 0,28 -0,02 -0,23
[1] Migratiesaldo: inwijking-uitwijking (2007) [2] Migratiesaldo: gemiddeld (2003...2008) [3] Migratiesaldo: gemiddeld aantal per jaar per 1000 inwoners (2003...2008)
TOELICHTING Tussen 1 januari 1998 en 1 januari 2008 stijgt het bevolkingsaantal van 31 815 naar 33 492. In absolute cijfers betreft het een stijging van 1 677 bewoners, een relatieve stijging van 5,3%. Hiermee is de bevolkingsaangroei in Lier groter dan in Vlaanderen en in de provincie Antwerpen. Als we deze bevolkingsloop verder analyseren, kunnen we stellen dat de bevolkingsgroei eerder een migratoire dan een natuurlijke groei betreft. Zo is de natuurlijke bevolkingsaangroei beperkt en lager dan in Vlaanderen / in de provincie Antwerpen. Het migratiesaldo ligt echter significant hoger.
Armoederapport Lier
17
Mediaan Provincie Antwerpen: 4,68 Vlaanderen: 4,22 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog
Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Turnhout Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Arendonk
Vosselaar
Malle
Mol Retie
-4,88 - 0,00
Schoten
Antwerpen
0,01 - 3,00
Zoersel
Schilde
Lille Kasterlee
3,01 - 4,22
Zwijndrecht
4,23 - 4,68
Mortsel
7,01 - 10,00
Ranst Grobbendonk
Boechout
Herentals
Edegem
Meerhout
Lier Berlaar
Puurs
Duffel
Rumst
Balen
Herenthout
Niel Boom
Geel
Olen
Nijlen
Hove Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle Lint Bornem
Vorselaar
Zandhoven
Wommelgem Borsbeek
4,69 - 7,00
10,01 - 14,41
Dessel
Wijnegem
Westerlo
Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Aantal inwoners: gemiddelde jaarlijkse evolutie per 1000 inwoners (1998...2008)
Mediaan Provincie Antwerpen: 0,28 Vlaanderen: -0,02 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog
Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Turnhout Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Arendonk
Vosselaar
Malle
Mol Retie
-4,56 - -3,64
Schoten
Antwerpen
-2,88 - -1,08
Schilde
Zoersel
Lille Kasterlee
-0,92 - -0,01 0,08 - 0,28
Zandhoven
Wommelgem
Mortsel
1,03 - 2,70
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem Hove Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle Lint Boom Puurs
Balen
Meerhout
Lier Duffel
Rumst
Geel
Herenthout
Berlaar
Willebroek
Olen
Nijlen
Niel Bornem
Vorselaar
Ranst
Borsbeek
0,28 - 0,94
2,70 - 5,05
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Westerlo
Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Migratiesaldo: gemiddeld per 1000 inwoners (2003...2007)
18
Armoederapport Lier
3.1.2.
Leeftijd LEEFTIJDSKLASSEN (20 JAAR) / LEEFTIJDSKLASSEN (AANDEEL) gemeente Lier Lier percentages Vlaanderen percentages Prov Antwerpen percentages
[1] 7.097 21,2 22,1 22,4
[2] 8.286 24,7 25,3 25,6
[3] 9.569 28,6 29 28,8
[4] 6.655 19,9 18,9 18,6
[5] 1.885 5,6 4,7 4,7
[1] 0-19 jarigen: aantal (1 jan 2008) [2] 20-39 jarigen: aantal (1 jan 2008) [3] 40-59 jarigen: aantal (1 jan 2008) [4] 60-79 jarigen: aantal (1 jan 2008) [5] 80+ jarigen: aantal (1 jan 2008)
BEVOLKINGSPIRAMIDE Bevolkingspiramide Lier – 2008
Armoederapport Lier
19
Bevolkingspiramide België – 2010
GRIJZE DRUK gemeente LIER Vlaanderen Provincie Antwerpen
[1] 45,25 39,51 40,09
[2] 47,83 43,49 42,79
[3] 53,68 53,64 52,09
[4] 5,85 10,14 9,31
[1] Grijze druk: 60+ jarigen, in procent van 20-59 20 jarigen (1 jan 1998) [2] Grijze druk: 60+ jarigen, in procent van 20-59 20 jarigen (1 jan 2008) [3] Grijze druk: 60+ jarigen, in procent van 20-59 20 jarigen (1 jan 2018) [4] Grijze druk: lange termijn evolutie (2008...2018)
TOELICHTING Lier vertoont toont qua leeftijdsklassen een beeld dat vergelijkbaar is met het Vlaamse/ Belgische. Belgische De bevolkingspiramide toont een oververtegenwoordiging rtegenwoordiging van de veertig-plussers veertig aan. Dit is significant sterker in Lier dan in de rest van Vlaanderen. Ook het aandeel ouderen is groter. Dit maakt de grijze druk groter in Lier dan in de rest van Vlaanderen. Het cijfer over de lange termijn evolutie geeft aan dat het aandeel 60-plussers 60 in de toekomst trager zal stijgen dan in de rest van Vlaanderen. Dit is ongetwijfeld het nu al hoh ge aandeel van deze bevolkingsgroep. Volgens de prognose voor 2018 zal de Lierse Liers situatie dichter bij het Antwerps / Vlaams gemiddelde komen te liggen.
20
Armoederapport Lier
Mediaan Provincie Antwerpen: 22,44 Vlaanderen: 22,08 Essen
Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog
Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Turnhout Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Malle
Arendonk
Vosselaar
Mol Retie
Schoten
Antwerpen
Zoersel
Schilde
19,59 - 20,74
Lille Kasterlee
21,04 - 22,08
Zwijndrecht
22,14 - 22,44
Ranst
Borsbeek
22,45 - 23,00
Mortsel
23,04 - 23,97
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Meerhout
Lier Berlaar
Puurs
Duffel
Rumst
Balen
Herenthout
Niel Boom
Geel
Olen
Nijlen
Hove Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle Lint Bornem
Vorselaar
Zandhoven
Wommelgem
24,07 - 25,52
Dessel
Wijnegem
Westerlo
Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
0-19 jarigen: percentage inwoners (1 jan 2008)
Mediaan Provincie Antwerpen: 4,27 Vlaanderen: 4,69 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog
Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Turnhout Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Arendonk
Vosselaar
Malle
Mol Retie
2,54 - 2,97
Schoten
Antwerpen
3,03 - 3,89
Schilde
Zoersel
Lille Kasterlee
3,95 - 4,27
Zwijndrecht
4,27 - 4,69
Zandhoven
Wommelgem
Mortsel
5,00 - 5,99
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem Hove Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle Lint
Puurs
Willebroek
Balen
Meerhout
Lier Duffel
Rumst
Geel
Herenthout
Berlaar Boom
Olen
Nijlen
Niel Bornem
Vorselaar
Ranst
Borsbeek
4,77 - 5,00
6,06 - 6,25
Dessel
Wijnegem
Westerlo
Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
80+ jarigen: percentage inwoners (1 jan 2008)
Armoederapport Lier
21
3.1.3.
Huishoudens PRIVATE EN COLLECTIEVE HUISHOUDENS4 gemeente LIER Vlaanderen Provincie Antwerpen
[1] 14.040 2.480.108 704.119
[2] 32.369 5.944.228 1.649.748
[3] 2,31 2,40 2,34
[4] 452 71.796 19.064
[1] Private huishoudens: aantal (1 jan 2004) [2] Personen in private huishoudens: aantal (1 jan 2004) [3] Gemiddeld aantal personen per privaat huishouden (1 jan 2004) [4] Personen niet verblijvend in private huishoudens: aantal (1 jan 2004)
ALLEENSTAANDEN ZONDER KINDEREN gemeente LIER Vlaanderen Provincie Antwerpen
[1] 1.981 340.860 108.711
[2] 2.575 400.372 121.146
[3] 4.556 741.232 229.857
[4] 32.45% 29,89% 32,64%
[1] Alleenstaande mannen zonder kinderen: aantal (1 jan 2006) [2] Alleenstaande vrouwen zonder kinderen: aantal (1 jan 2006) [3] Alleenstaande vrouwen en mannen zonder kinderen: aantal (1 jan 2006) [4] Aandeel alleenstaande vrouwen en mannen zonder kinderen tov totale huishoudens( 1 jan 2006)
ALLEENSTAANDEN MET KINDEREN gemeente LIER Vlaanderen Provincie Antwerpen
[1] 57 12.087 3.497
[2] 417 72.087 22.179
[1] Alleenstaande vader met max 5 kinderen: aantal (1jan 2006) [2] Alleenstaande moeder met max 5 kinderen: aantal (1jan 2006)
4
Kloostergemeenschappen, rusthuizen, weeshuizen, verplegingsinrichtingen, gevangenissen
22
Armoederapport Lier
ALLEENSTAANDEN ZONDER KINDEREN + ALLEENSTAANDEN MET KINDEREN gemeente LIER Vlaanderen Provincie Antwerpen
[1] 5.030 825.946 255.533
[2] 35,02 32,70 35,72
[1] Alleenstaande mannen en vrouwen, alleenstaande vaders en moeders met max 5 kinderen: aantal (1 jan 2006) [2] Alleenstaande mannen en vrouwen, alleenstaande vaders en moeders met max 5 kinderen, in procent van de huishoudens (1 jan 2006)
TOELICHTING Bij het aantal alleenstaanden en alleenstaande ouders met kinderen, scoort Lier haast gelijk aan de provincie. De provincie Antwerpen scoort hier significant hoger dan de rest van Vlaanderen. Deze groep wordt gekenmerkt door een verhoogd armoederisico (cfr. armoedebarometer Decenniumdoelen).
Armoederapport Lier
23
Mediaan Provincie Antwerpen: 2,52 Vlaanderen: 2,40 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog
Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Turnhout Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Arendonk
Vosselaar
Malle
Mol Retie
Schoten
Antwerpen
Zoersel
Schilde
Lille Kasterlee
2,04 - 2,30 2,30 - 2,40
Mortsel
2,51 - 2,60
Ranst Grobbendonk
Boechout
Herentals
Edegem
Meerhout
Lier Berlaar
Boom
Duffel
Rumst
Balen
Herenthout
Niel
Puurs
Geel
Olen
Nijlen
Hove Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle Lint Bornem
Vorselaar
Zandhoven
Wommelgem Borsbeek
2,40 - 2,51
2,60 - 2,79
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Westerlo
Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Gemiddeld aantal personen per privaat huishouden (1 jan 2004)
Mediaan Provincie Antwerpen: 26,30 Vlaanderen: 32,70 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog
Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Turnhout Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Arendonk
Vosselaar
Malle
Mol Retie
Schoten
Antwerpen
20,35 - 22,76
Schilde
Zoersel
Lille Kasterlee
23,07 - 24,66
Zwijndrecht
25,12 - 26,30
Zandhoven
Wommelgem
Mortsel
32,79 - 39,44
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem Hove Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle Lint Boom Puurs
Balen
Meerhout
Lier Duffel
Rumst
Geel
Herenthout
Westerlo
Berlaar
Willebroek
Olen
Nijlen
Niel Bornem
Vorselaar
Ranst
Borsbeek
26,34 - 32,70
50,64
Dessel
Wijnegem
Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Percentage huishoudens met geringere bestaanszekerheid (2006)
24
Armoederapport Lier
Vreemde nationaliteit BEVOLKINGSSAMENSTELLING NAAR NATIONALITEIT gemeente Lier Vlaanderen Provincie Antwerpen
[1] 32.572 5.852.550 1.594.385
[2] 1.358 399.433 150.477
[3] 33.930 6. 251.983 1.744.862
[1] Aantal Belgische inwoners (1 jan 2010) [2] Aantal Vreemde inwoners (1 jan 2010) [3] Aantal inwoners (1 jan 2010) gemeente Lier Vlaanderen Provincie Antwerpen
[1] 179 102.923 44.170
[2] 62 36.330 5.624
[3] 151 57.050 15.009
[4] 368 45.425 21.430
[5] 67 33.176 13.368
[6] 162 44.088 18.105
[1] Inwoners met vreemde nationaliteit (HDI > 0.9, Nederland): aantal (1 jan 2007) [2] Inwoners met vreemde nationaliteit (HDI > 0.9, Zuid-Europa): aantal (1 jan 2007) [3] Inwoners met vreemde nationaliteit (HDI > 0.9, andere landen): aantal (1 jan 2007) [4] Inwoners met vreemde nationaliteit (HDI < 0.9, Marokko, Turkije): aantal (1 jan 2007) [5] Inwoners met vreemde nationaliteit (HDI < 0.9, Europa excl. Turkije): aantal (1 jan 2007) [6] Inwoners met vreemde nationaliteit (HDI < 0.9, andere landen): aantal (1 jan 2007)
Belg Lier niet-Belg Lier Aandeel nietBelg: Lier Aandeel nietBelgVlaanderen Aandeel nietBelg Provincie Antwerpen
2007
2006
2005
2004
2003
2002
2001
2000
1999
1998
De selectie van landen met een (zeer) hoge sociale ontwikkeling steunt op de Human Development Index van de Verenigde Naties. In 2005 hadden 29 landen een index hoger dan 0,9 en wel alle vroegere West-Europese landen en negen andere landen. Het aandeel van die landen in de wereldbevolking bedroeg 15 %.
1997
3.1.4.
30.376 30.532 30.779 30.877 31.248 31.424 31.652 31.835 31.968 32.242 32.223 1.325 1.281 1.284 1.313 1.139 1.031 991
986
979
1.030 1.036
4,18% 4,03% 4,00% 4,08% 3,52% 3,18% 3,04% 3,00% 2,97% 3,10% 3,11% 4,87% 4,86% 4,86% 4,93% 4,71% 4,60% 4,67% 4,78% 4,91% 5,15% 5,40% 6,52% 6,51% 6,50% 6,57% 6,19% 5,92% 6,05% 6,25% 6,45% 6,84% 7,21%
Armoederapport Lier
25
008%
Aandeel niet-Belg Lier
006%
Aandeel niet-Belg Vlaanderen
004% 002%
Aandeel niet-Belg – Provincie Antwepren
1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007
000%
Top vijf vreemdelingen, toestand op 1 januari 1997 en 2007, Lier 1997 nationaliteit: Turkije nationaliteit: Marokko nationaliteit: Nederland nationaliteit: Verenigd Koninkrijk nationaliteit: Duitsland
2007 nationaliteit: Turkije nationaliteit: Nederland nationaliteit: Marokko nationaliteit: Verenigd Koninkrijk nationaliteit: Duitsland
602 290 156 86 28
256 179 112 55 45
VREEMDELINGEN DIE BELG WERDEN 2001 Lier Lier per 100 inwoners Vlaams Gewest per 100 inwoners Provincie Antwerpen per 100 inwoners
231
2001 169
2002 97
2003 68
2004 92
2005 61
2006 71
2007 80
0,72% 0,52% 0,30% 0,21% 0,28% 0,19% 0,21% 0,24% 0,42% 0,44% 0,29% 0,21% 0,21% 0,21% 0,22% 0,23% 0,62% 0,78% 0,45% 0,31% 0,30% 0,29% 0,32% 0,35%
26
Oude Belgen
Nieuwe Belgen + nageslacht Nageslacht nieuwe Belgen Nieuwe Belg geworden Vreemdelingen
Vreemde afkomst
LIER Vlaanderen Prov. Antwerpen LIER % Vlaanderen % Prov. Antwerpen %
Totale bevolking
AANTAL INWONERS VAN VREEMDE AFKOMST NAAR NATIONALITEIT, 2008
33.492 6.161.600 1.715.707 100,0% 100,0% 100,0%
30.259 5.345.355 1.402.567 89,3% 86,7% 81,6%
2.448 463.516 183.889 7,3% 7,5% 10,7%
3.233 816.245 313.140 10,7% 13,3% 18,4%
660 141.207 54.474 2,0% 2,3% 3,2%
1.788 322.310 129.414 5,3% 5,2% 7,5%
1.131 354.370 132.415 3,4% 5,8% 7,7%
Armoederapport Lier
Totaal Europese Unie
Andere landen Europa
Turkije apart
Totaal Azie
Marokko
Totaal Afrika
Totaal Amerika
Totaal Oceanie
Niet-EuRopese afkomst
LIER Vlaanderen Prov. Antwerpen LIER % Vlaanderen % Prov. Antwerpen %
794 377.074 120.788 0,2% 0,2% 0,2%
90 24.171 9.969 0,1% 0,2% 0,3%
1.198 95.639 26.345 3,6% 1,6% 1,5%
396 86.571 37.682 1,2% 1,4% 2,2%
378 117.376 71.860 1,1% 1,9% 4,2%
564 176.209 93.805 1,7% 2,9% 5,5%
44 20.830 8.094 0,1% 0,3% 0,5%
0 531 196 0,0% 0,0% 0,0%
2.203 379.781 166.122 6,6% 6,2% 9,7%
Cijfers met betrekking tot vreemde nationaliteit geven slechts een zeer beperkt beeld over de aanwezige etnisch-culturele diversiteit. Naturalisaties en geboorten uit in België verblijvende vreemdelingen verdwijnen uit de nationaliteitsstatistieken. Jan Hertogen maakte prognoses op basis van het aantal vreemdelingen op basis van nationaliteit en het aantal Belgwordingen na 1945. Vervolgens wordt een 'reproductiecoëfficient' toegepast. Voor Europese vreemdelingen wordt een periode van 48 jaar verrekend om hun aanwezigheid te verdubbelen, voor niet-Europese 24 jaar. De cijfers van Hertogen zijn vaak betwist. Andere informatie over de afkomst van vreemdelingen is echter niet beschikbaar.
Armoederapport Lier
30.918 31.181 31.393 31.596 31.574 31.704 31.623 31.705 31.815 32.064 32.191 32.389 32.456 32.643 32.821 32.947 33.272 33.259 33.492
29.455 29.581 29.694 29.844 29.794 29.797 29.683 29.645 29.675 29.761 29.730 29.862 29.855 29.948 30.058 30.127 30.305 30.230 29.913
1.463 1.600 1.699 1.752 1.780 1.907 1.940 2.060 2.140 2.303 2.461 2.527 2.601 2.695 2.763 2.820 2.967 3.029 3.579
621 588 614 604 615 703 710 771 736 771 783 806 806 1.270
1.279 1.342 1.435 1.527 1.670 1.731 1.796 1.818 1.942 1.977 2.034 2.126 2.157 2.203
Vluchtelingen afkomst
NietEuropese afkomst
Europese Afkomst
Vreemde afkomst
4,7% 5,1% 5,4% 5,5% 5,6% 6,0% 6,1% 6,5% 6,7% 7,2% 7,6% 7,8% 8,0% 8,3% 8,4% 8,6% 8,9% 9,1% 10,7%
Oude Belgen
1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008
totale bevolking
Jaar
% vreemde afkomst
AANTAL EN AANDEEL INWONERS VAN VREEMDE AFKOMST NAAR NATIONALITEIT
6 10 12 9 17 26 20 12 16 14 3 35 65 107
27
1994
1996
1998
2000
2002
2004
2006
4,7%
5,4%
5,6%
6,1%
6,7%
7,6%
8,0%
8,4%
8,9%
10,7%
7,8%
8,6%
9,6%
10,4%
11,3%
12,2%
13,1%
14,5%
16,2%
18,4%
6,3% 13,3%
6,8% 14,0%
7,4% 14,7%
7,9% 15,2%
8,5% 15,9%
9,2% 16,6%
9,9% 17,7%
10,7% 18,8%
11,9% 20,1%
13,3% 21,6%
25%
Lier
20% Provincie Antwerpen
15% 10%
Vlaanderen
05% 2008
2005
2002
1999
1996
1993
1990
00%
België
TOELICHTING Cijfers met betrekking tot vreemde nationaliteit geven slechts een zeer beperkt beeld over het armoederisico van bepaalde etnisch-culturele minderheden. Het armoederisico voor huishoudens van allochtone afkomst is groter dan voor de traditioneel Belgische huishoudens. Volgens het Joint Report on Social Inclusion van de EU is België met 52,6% koploper voor wat betreft het verschil tussen het armoederisico van Belgen en van mensen met minstens één ouder die niet in België geboren is ( (European Commission, 2010). Dit werd al eerder aangetoond door een onderzoek van Van Robaeys, Vranken, Perrin en Martiniello (2007). Zij diversifieerden de groep personen van buitenlandse herkomst. Ze toonden aan dat 55,6% van de Belgische Marokkanen in 2001 over een inkomen beschikte dat lager was dan 60% van het mediaan inkomen, tegenover 12,7% bij de totale Belgische bevolking.
3.2.
Gezondheid Om het grondrecht gezondheid in Lier te illustreren willen we gebruik maken van de omgevingsanalyse die Samenlevingsopbouw Antwerpen provincie vzw maakte over de toegankelijkheid van de gezondheidszorg in Lier. We bespraken dit thema op de Ons Gedachtvergaderingen, we praatten met sleutelfiguren van verschillende diensten en organisaties en we deden gezondheidsbabbels met bezoekers van sociale kruidenier ’t Hofke, dienstencentrum De Waaier van het OCMW, D’ Amandelboom en Ons Gedacht. Hieronder de belangrijkste conclusies.
28
Armoederapport Lier
2008
1992
Lier Provincie Antwerpen Vlaanderen België
1990
PERCENTAGE INWONERS VAN VREEMDE AFKOMST
3.2.1.
Mensen in armoede hebben meer gezondheidsproblemen De gezondheidsbabbels leveren de volgende resultaten: Maar liefst meer dan 3/4de van de bevraagden ervaart specifieke gezondheidsproblemen.
De meest voorkomende problemen zijn Rugpijn 31 / 77 Psychische problemen 30 / 77 Hoge bloeddruk 19 / 77 Artrose 15 / 77 Hartproblemen 8 / 77 Diabetes 7 / 77 Totaal 77 / 77 Wanneer we de bevraagden hun eigen gezondheid laten inschatten zien we dat nog niet de helft zich gezond voelt.
Zich al dan niet gezond voelen Voelt zich gezond Voelt zich soms gezond, soms ongezond Voelt zich ongezond Geen antwoord Totaal
37 / 77 11 / 77 26 / 77 3 / 77 77 / 77
We zien de conclusies uit de literatuur bevestigd in Lier: armoede knaagt zowel aan de geestelijke als de fysieke gezondheid van mensen.
3.2.2.
Mensen in armoede hebben minder toegang tot de gezondheidszorg UITSTELLEN GEZONDHEIDSZORGEN Uit de gezondheidsbabbels blijkt dat heel wat mensen gezondheidszorgen uitstellen.
Uitstellen gezondheidszorgen Ja 43 / 77 Neen 33 / 77 Geen antwoord 1 / 77 Totaal 77 / 77 De gezondheidszorgen die uitgesteld worden zijn (mensen mochten verschillende zorgverstrekkers aanduiden): Huisarts (26), Tandarts (25), Kinesist (16), Ziekenhuisopname (13), Specialist (11), Psycholoog of psychiater (10), Gynaecoloog (9), …
Armoederapport Lier
29
Uit de gezondheidsbabbels blijkt dat slechts 22% van de bevraagden hun huisarts met de derdebetalersregeling5 werkt.
Al dan niet met derdebetalersregeling werken Ja, werkt met derdebetalersregeling Neen, werkt niet met derdebetalersregeling Weet niet of huisarts met derdebetalersregeling werkt Wordt geregeld via het OCMW Geen antwoord Ziekenkas is niet in orde Totaal
17 / 77 29 / 77 21 / 77 7 / 77 2 / 77 1 / 77 77 / 77
FINANCIËLE PROBLEMEN TEN GEVOLGE VAN GEZONDHEIDSZORGEN Uit de gezondheidsbabbels blijkt dat heel wat mensen schulden hebben ten gevolge van gezondheidszorgen.
Hebben van een afbetalingsplan Ja 30 / 77 Neen 43 / 77 Geen antwoord 4 / 77 Totaal 77 / 77
EVENTUELE MAATREGELEN OCMW Het OCMW van Lier werkt niet met een medische kaart6. Er zijn geen systematische maatregelen. D.w.z. dat er geen algemene regel is maar dat het OCMW zoekt naar een gepaste dienstverlening per individuele situatie. Soms gebeurt er een individuele ten laste neming van ziekenhuisfacturen. De ten laste neming kan geheel of gedeeltelijk zijn. Er gebeurt opvolging en er wordt gekeken wat de resultaten zijn. Het OCMW geeft soms ook apotheektoelagen; (soms 100%, soms 50%). Een voorwaarde is wel dat cliënten een globaal medisch dossier hebben bij een huisarts. Uit de gezondheidsbabbels blijkt dat het OCMW slechts bij een beperkt aantal bevraagden ooit tussenkwam bij medische kosten. Dit terwijl toch een groep bevraagd werd die in precaire financiële omstandigheden leeft.
5
Wanneer de huisarts de derdebetalersregeling toepast moet de patiënt enkel het remgeld betalen. De huisarts regelt de rest van het geld rechtstreeks met het ziekenfonds van de patiënt. Zo moet de patiënt geen geld meer voorschieten.
6
Dit is een document waardoor het OCMW zich er t.a.v. de zorgverlener toe verplicht om de kosten van (bepaalde) medische prestaties gedurende een bepaalde termijn ten laste te nemen.
30
Armoederapport Lier
Ooit tussenkomst OCMW voor medische kosten Ja 14 / 77 Neen, nooit gevraagd 48 / 77 Neen, gevraagd maar niet gekregen 12 / 77 Geen antwoord 3 / 77 Totaal 77 / 77 Voor mensen zonder papieren is de toegankelijkheid van de gezondheidszorg een probleem. Voor hen bestaat de procedure “dringende medische hulp”. Sleutelfiguren ervaren problemen bij de toepassing van deze procedure. Zij vinden dat het OCMW effectiever zou moeten werken voor mensen zonder papieren. Er zou meer directere begeleiding moeten zijn zodat mensen zonder papieren beter hun weg zouden vinden. De papierwinkel voor mensen zonder papieren zou minder moeten zijn. Ook het OCMW zelf vindt de procedure ‘dringende medische hulp’ moeilijk.
TANDZORG Uit de gezondheidsbabbels blijkt dat tandzorg een groot probleem is. Slechts 35% gaat naar de tandarts voor een preventief onderzoek. 47% gaat enkel als hij/zij tandpijn heeft.
Gaat naar de tandarts Alleen bij pijn (Soms) preventief Heeft geen tanden meer Gaat nooit naar de tandarts Geen antwoord Totaal
3.2.3.
36 / 77 27 / 77 6 / 77 3 / 77 5 / 77 77 / 77
Geestelijke gezondheidsproblemen en de toegankelijkheid van de geestelijke gezondheidszorg Zowel mensen in armoede als hulpverleners geven aan dat de problemen op vlak van geestelijke gezondheid erg groot zijn. Tegelijkertijd zijn er grote problemen wat de toegankelijkheid van de geestelijke gezondheidszorg betreft. Het aanbod van de geestelijke gezondheidszorg is onvoldoende gekend bij veel mensen. Uit de gezondheidsbabbels blijkt dat slechts één op drie van de bevraagden weet waar hij eventueel terecht wanneer hij met zichzelf in de knoop zit. Of het psychisch moeilijk heeft.
Al dan niet kennen van plekken waar je terecht kan met psychische problemen Ik weet het niet 28 / 77 Ja 26 / 77 Neen 17 / 77 Geen antwoord 6 / 77 Totaal 77 / 77 De plaatsen die mensen kennen zijn (mensen mochten meerdere plaatsen aangeven): d’ Amandelboom (5), Centrum Geestelijke Gezondheidszorg De Pont (5), Ons Gedacht (4), Straathoekwerk (3), PAAZ (3), Psycholoog (2), Huisarts (2), Psychiatrisch ziekenhuis Duffel (1),
Armoederapport Lier
31
Psychiatrisch ziekenhuis Boechout (1), Klimop in Boechout (1), CAW (1), Tele-onthaal (1), OCMW (1), Sociaal restaurant (1), Basisschakel (1), DLO (1)
3.2.4.
Weg vinden in de maatregelen en voorzieningen Bij de gezondheidsbabbels geeft bijna de helft van de mensen aan dat ze de weg niet vinden naar de voordelen en de rechten die er bestaan voor mensen met een laag inkomen.
Weg vinden Ja Neen Tussenin Geen Antwoord Totaal
32 / 77 38 / 77 4 / 77 3 / 77 77 / 77
Als mensen hun weg vinden dan is dit dankzij volgende organisaties of diensten: OCMW (11), Ziekenfonds (6), Internet (4), Dienstencentrum (3), Ons Gedacht (3), Straathoekwerk (2), Opleiding ervaringsdeskundige in armoede en sociale uitsluiting (1), Sociale dienst van het ziekenhuis (1), Advocaat (1), Rechtenverkenner (1), CAW (1), Folders (1), werk (1)
3.3.
Werk
3.3.1.
Werkzoekenden/werkloosheidsgraad NWWZ Lier Werkenden Lier Beroepsbevolking Lier Bevolking op beroepsactieve leeftijd Lier Activiteitsgraad Lier Activiteitsgraad Vlaanderen Activiteitsgraad Provincie Antwerpen Werkzaamheidsgraad Lier Werkzaamheidsgraad Vlaanderen Werkzaamheidsgraad Provincie Antwerpen Werkloosheidsgraad Lier Werkloosheidsgraad Vlaanderen Werkloosheidsgraad Provincie Antwerpen
32
2003 1.058 13.722 14.781 20.108
2004 1.140 13.944 15.084 20.184
2005 1.217 14.038 15.255 20.306
2006 1.132 14.211 15.343 20.402
2007 918 14.408 15.326 20.488
2008 831 14.666 15.497 20.659
2009 1.047 14.633 15.680 20.788
73,51 72,64
74,73 73,56
75,13 74,14
75,2 74,07
74,8 73,84
75,01 74,24
75,43 74,58
71,69
72,6
73,28
73,25
73,04
73,45
73,95
68,24
69,08
69,13
69,65
70,32
70,99
70,39
67,17
67,64
67,99
68,42
69,19
69,93
69,43
65,45
65,84
66,23
66,68
67,6
68,41
67,87
7,16 7,53
7,56 8,05
7,98 8,29
7,38 7,62
5,99 6,30
5,36 5,81
6,68 6,91
8,71
9,31
9,62
8,97
7,45
6,86
8,22
Armoederapport Lier
De werkloosheidsgraad betreft de procentuele verhouding tussen de niet-werkende niet werkzoekenden tot de beroepsbevolking. Lier.
Werkzoekenden volgens geslacht, leeftijdsgroep en nationaliteit
EU-15 EU-12 EVA Rest van Europa Amerika Azië Afrika Overige
3.3.3.
355 3 0 11 2 19 10 1
296 4 0 9 2 43 23 0
407 1 0 16 3 32 18 3
399 3 0 16 0 51 34 0
506 1 0 6 3 18 12 1
494 2 0 8 0 30 18 1
461 2 0 10 1 23 24 2
mannen
vrouwen
2011 mannen
vrouwen
2010 mannen
2009 mannen
Lier
vrouwen
2008
vrouwen
3.3.2.
494 3 0 9 3 19 6 1
Aantal niet-werkende werkende werkzoekenden (NWWZ) die behoren tot een kansengroep. De VDAB focust expliciet op enkele kansengroepen (jonge werkzoekenden (<25 jaar), oudere werkzoekenden (>=50 jaar) , langdurig werkzoekenden (>= 1 jaar), laaggeschoolde werkzoewerkzo kenden, allochtone werkzoekenden , arbeidsgehandicapte werkzoekenden) werkzoekenden op de arbeidsmarkt. Via Arvastat, een statistische verwerking verwerking van kengetallen die de VDAVB ter beschikking stelt, kunnen statistieken van het aantal werkzoekenden die behoren tot een kansengroep opgesteld worden.
Armoederapport Lier
33
3.4.
Inkomen
3.4.1.
Jaarlijks inkomen Vlaanderen Aandeel aangiften kleiner dan 10.000 euro Aandeel aangiften tussen 10.001 euro en 20.000 euro Aandeel aangiften tussen 20.001 euro en 30.000 euro Aandeel aangiften tussen 40.001 euro en 50.000 euro Aandeel aangiften groter dan 50.000 euro Totaal
34
75% 20% 5%
64% 25% 11%
50% 21% 29%
47% 18% 35%
87% 13%
89% 11%
67% 33%
74% 26%
80% 20%
76% 24%
806 100,00 184 356 266 562 181 63 391 156 259 708 98 565 241 627 179
68% 100,00%
74.149 52,60%
66.750 47,40%
70% 100,00%
23% 44% 33%
16% 44% 40% 65% 26% 9%
18% 45% 36%
70% 22% 8%
21% 46% 33% 71% 21% 8%
49% 19% 32%
49% 19% 33%
48% 18% 35%
48% 18% 34%
88% 12%
85% 15%
88% 12%
86% 14%
70% 30%
65% 35%
68% 32%
66% 34%
78% 22%
81% 19%
78% 22%
80% 20%
Totaal
20% 42% 38%
Vrouwen
25% 46% 29%
Mannen
381 47,30
Totaal
425 52,70
Totaal
NWWZ in min. één kanAandelen Leeftijd < 25 jaar 25 t/m 49 jaar >= 50 jaar Studies Laaggeschoold Middengeschoold Hooggeschoold Werkloosheidsduur < 1 jaar 1 tot 2 jaar >= 2 jaar Nationaliteit EU Niet-EU Origine Autochtonen Allochtonen Arbeidsgehandicapt Niet arbeidsgehandicapt Arbeidsgehandicapt
Vrouwen
sep/11
Vlaanderen
Mannen
Lier
68% 24% 8%
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
15%
16%
18%
19%
19%
19%
17%
16%
36%
35%
34%
33%
32%
31%
31%
30%
22%
22%
21%
21%
21%
22%
22%
23%
7%
7%
7%
7%
7%
7%
7%
7%
9%
10%
10%
10%
10%
11%
12%
13%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
Armoederapport Lier
Provincie Antwerpen Aandeel aangiften kleiner dan 10.000 euro Aandeel aangiften tussen 10.001 euro en 20.000 euro Aandeel aangiften tussen 20.001 euro en 30.000 euro Aandeel aangiften tussen 40.001 euro en 50.000 euro Aandeel aangiften groter dan 50.000 euro Totaal Lier Aandeel aangiften kleiner dan 10.000 euro Aandeel aangiften tussen 10.001 euro en 20.000 euro Aandeel aangiften tussen 20.001 euro en 30.000 euro Aandeel aangiften tussen 40.001 euro en 50.000 euro Aandeel aangiften groter dan 50.000 euro Totaal
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
16%
16%
19%
19%
19%
19%
18%
16%
36%
35%
34%
33%
32%
32%
31%
30%
22%
22%
21%
21%
22%
22%
22%
23%
7%
7%
6%
6%
6%
6%
6%
7%
9%
9%
9%
10%
10%
11%
12%
13%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
12%
13%
19%
18%
18%
18%
17%
16%
38%
37%
35%
34%
33%
32%
32%
31%
23%
24%
21%
22%
22%
23%
23%
23%
7%
7%
6%
6%
6%
6%
6%
7%
9%
10%
9%
9%
10%
11%
11%
12%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
2004
2005
2006
2007
2008
14.766
15.122
15.628
16.295
16.861
14.057
14.526
15.080
15.663
16.323
14.061
14.503
15.029
15.604
16.248
Gemiddeld inkomen per inwoner (Lier) Gemiddeld inkomen per inwoner (Vlaanderen) Gemiddeld inkomen per inwoner (Prov. Antwerpen)
Armoederapport Lier
35
Gemiddeld inkomen per inwoner 17500,0 17000,0 16500,0 16000,0 15500,0 15000,0 14500,0 14000,0 13500,0 13000,0 12500,0
Gemiddeld inkomen per inwoner (Lier) Gemiddeld inkomen per inwoner (Vlaanderen) 2004 2005 2006 2007 2008
Aandeel aangiften kleiner dan 10.000 euro 20% 18%
Lier
16% 14% 12% 10%
Provincie Antwerpen Vlaanderen
TOELICHTING Het mediaan equivalent inkomen (Europese armoedegrens) ligt op 899 euro per maand, 10 788 op jaarbasis (deze ligt op 60 % van het mediaan equivalent inkomen, cfr. armoedebarometer Decenniumdoelen).
Dit betekent dat een alleenstaande met een inkomen lager dan 10 788 euro volgens de Europese armoedegrens in armoede verkeert. Wetende dat in 2008, 16 procent van de inkomens lager ligt dan 10 000 euro, dat het hier niet noodzakelijk enkel om alleenstaanden gaat (voor elke bijkomende volwassene wordt dat bedrag met 50 % verhoogd, voor elk kind met 30 %) en dat Lier 35 % alleenstaanden met of zonder kinderen telt, gaat het hier om cijfers die kunnen wijzen op de aanwezigheid van een groep met een verhoogd armoederisico. Daarnaast hebben fiscale gegevens hun beperking. Zo is niet iedereen belastingplichtig. Ten tweede is een fiscaal huishouden niet hetzelfde als een feitelijk huishouden. Ten derde moeten bepaalde onderdelen van het beschikbare (gezins-) inkomen niet opgegeven worden in de aangifte. Naast de Europese armoedegrens die arbitrair vastgelegd wordt, is er de Vlaamse budgetstandaard ontwikkeld door Storms en Van den Bosch (2009). Volgens deze budgetstandaard bedraagt het totaal budget om menswaardig deel te nemen aan de (Vlaamse) samenleving 976 euro voor een alleenstaande per maand. Voor een koppel bedraagt dit 1 296 euro. Op jaarbasis gaat het respectievelijk over 11 712 euro en 15 552 euro. Ook hier kunnen we concluderen dat een inkomen van 10 000 euro niet toereikend is om menswaardig deel te nemen aan de samenleving.
36
Armoederapport Lier
Ten slotte stellen we vast dat de inkomensongelijkheid tussen 2000 en 2007 toegenomen is in Lier. Dit leiden we af uit het feit dat het aantal inkomens lager dan 10 000 euro met 4% gestegen zijn. Het aantal inkomens hoger dan 50 000 euro zijn gestegen met 3%.
3.4.2.
Tegemoetkomingen personen met een handicap en zorgverzekering Lier Provincie Antwerpen Vlaanderen Lier Provincie Antwerpen Vlaanderen
[1] 320 18.300 67.638 [6] 442 21.636 96.471
[2] 414 19.249 87.344 [7] 871 37.101 145.410
[3] 734 37.549 154.982 [8] 1.313 58.737 241.881
[4] 27.164 1.372.541 4.944.809 [9] 6.548 299.175 1.089.307
[5] 2,70 2,74 3,13 [10] 20,05 19,63 22,21
[1] Tegemoetkoming personen met een handicap, integratietegemoetkoming en/of vervangingsinkomen (recht ontstaan voor 65 jaar): aantal (2008) [2] Tegemoetkoming hulp aan bejaarden (recht ontstaan na 65 jaar): aantal (2008) [3] Tegemoetkoming personen met een handicap: aantal (2008) [4] >=18 jarigen: aantal (1 jan 2008) [5] Tegemoetkoming personen met een handicap, in procent van >=18 jarigen (2008) [6] >=65 jarige begunstigden tegemoetkoming aan personen met een handicap: aantal (2007) [7] >=65 jarigen met een lopende dossier Vlaams Zorgfonds: aantal (2007) [8] >=65 jarigen met tegemoetkoming aan personen met een handicap of lopend dossier Vlaams Zorgfonds: aantal (2007) [9] >=65 jarigen: aantal (1 jan 2007) [10] >=65 jarigen met tegemoetkoming aan personen met een handicap of lopend dossier Vlaams Zorgfonds, in procent van >=65 jarigen (2007)
3.4.3.
Leefloon Lier aantal leefloontrekkers Lier aantal leefloontrekkers / 1000 inw. Provincie Antwerpen aantal leefloontrekkers / 1000 inw. Vlaanderen aantal leefloontrekkers/ 1000 inw.
Armoederapport Lier
1999 106
2001 103
2003 99
2005 74
2007 105
2008 117
2009 131
2010 154
3,31
3,18
3,03
2,25
3,16
3,49
3,89
4,54
5,92
4,58
5,40
4,66
4,36
4,29
4,65
4,70
4,36
3,45
3,87
3,62
3,58
3,64
4,02
4,13
37
7 Lier aantal leefloontrekkers / 1000 inw.
6 5 4
Provincie Antwerpen aantal leefloontrekkers / 1000 inw.
3 2
Vlaanderen aantal leefloontrekkers/ 1000 inw.
1 0 1999 2001 2003 2005 2007 2008 2009 2010
Leefloontrekkers naar afkomst
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Belgen Buiten EU Binnen EU Onbekend Totaal
1999
Lier
102 1 4 1 108
98 1 4 0 103
99 1 2 0 102
96 6 2 0 104
90 6 3 0 99
72 6 3 0 81
66 6 2 0 74
75 13 3 0 91
90 12 4 0 106
92 20 4 0 116
102 24 5 0 131
118 25 11 0 154
Aantal leefloontrekkers <25 jaar Aandeel leefloontrekkers <25 jaar
38
2010
2009
2008
2007
2006
2005
2004
2003
2002
2001
2000
Lier
1999
Jonge leefloontrekkers
21
18
24
28
26
19
15
26
32
34
38
43
20 %
18 %
22 %
27 %
25 %
23 %
19 %
28 %
30 %
28 %
27 %
27 %
Armoederapport Lier
3.4.4.
Schuldhulpverlening DE CENTRALE VOOR KREDIETEN AAN PARTICULIEREN De Centrale voor kredieten aan particulieren van de Nationale Bank van België registreert alle kredieten die door natuurlijke personen voor privé-doeleinden worden afgesloten alsook de eventuele wanbetalingen met betrekking tot deze kredieten. Kredietgevers dienen haar verplicht te raadplegen voordat ze een krediet toekennen. De Centrale voor kredieten aan particulieren is een instrument in de strijd tegen de overmatige schuldenlast. Uit het algemeen rapport 2010 van de Centrale voor kredieten blijkt dat het uitstaand achterstallige bedrag in België veel sneller groeit dan het aantal achterstallige betalingen. Met andere woorden: er zijn meer mensen met grotere betalingsmoeilijkheden. Daarbij doen steeds meer mensen beroep op collectieve schuldenregeling (+ 11,5 % in 2010)
SCHULDHULPVERLENING OCMW in 2010 klopten 354 gezinnen aan bij het OCMW met schuldenproblemen. Sedert 2010 organiseert het OCMW van Lier – naast advocaten – een aanbod van ‘collectieve schuldenregeling’. In 2010 begeleidde het OCMW 30 gezinnen. Over het aantal gezinnen dat door advocaten begeleid wordt hebben we geen kengetallen.
3.4.5.
Gewaarborgd Inkomen Bejaarden (GIB) en Inkomensgarantie Ouderen (IGO) gemeente LIER Vlaanderen Provincie Antwerpen
[1] 359 59.610 14.672
[2] 303,7 54.443,7 13.205,7
[3] 6.509,0 1.082.477,7 297.920,7
[4] 4,67 5,03 4,43
[1] Gewaarborgd inkomen bejaarden of inkomensgarantie ouderen : aantal (2007) [2] Gewaarborgd inkomen bejaarden of inkomensgarantie ouderen: gemiddeld aantal (2005...2007) [3] >=65 jarigen: gemiddeld aantal (2005...2007) [4] Gemiddeld aantal >=65 jarigen met gewaarborgd inkomen bejaarden of inkomensgarantie ouderen, in % van gemiddeld aantal >=65 jarigen (2005...2007)
Armoederapport Lier
39
Mediaan Provincie Antwerpen: 0,25 Vlaanderen: 0,59 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog
Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Turnhout Beerse
Brasschaat
Arendonk Oud-Turnhout
Vosselaar
Malle
Mol
0,09 - 0,15 Retie
0,15 - 0,20
Schoten
Antwerpen
0,20 - 0,25
Schilde
Zoersel
Lille Kasterlee
0,25 - 0,39 0,40 - 0,59
Zandhoven
Wommelgem
Mortsel
0,81 - 0,92
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem Hove Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle Lint Boom Puurs
Balen
Meerhout
Lier Duffel
Rumst
Geel
Herenthout
Berlaar
Willebroek
Olen
Nijlen
Niel Bornem
Vorselaar
Ranst
Borsbeek
0,59 - 0,72
1,07 - 1,59
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Westerlo
Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Leefloners: percentage van de 18-64 jarigen (2005...2007)
40
Armoederapport Lier
3.5.
Wonen
3.5.1.
Sociale huurwoningen [1] 533 68.755 15.292
Lier Provincie Antwerpen Vlaanderen
[2] 246 70.118 30.058
[3] 779 138.873 45.350
[4] 14.362 2.525.849 715.477
[5] 5,42 5,50 6,34
[1] Sociale huurhuizen: aantal (2006) [2] Sociale huurappartementen: aantal (2006) [3] Sociale huurwoningen (huis of appartement): aantal (2006) [4] Huishoudens: aantal (2006) [5] Huishoudens in sociale woning, in procent van huishoudens (2006)
EVOLUTIE VAN HET AANDEEL SOCIALE WONINGEN sociale verhuringen Aandeel soc. verhuring tov totaal aantal huishoudens leegstand andere verhuringen Totaal
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
661
659
686
728
729
740
799
810
817
4,79%
4,73%
4,88%
5,13%
5,07%
5,13%
5,48%
5,52%
48
59
77
44
47
81
66
53
46
3
3
3
3
3
3
0
0
0
712
721
766
775
779
824
865
863
863
1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
sociale verhuringen
Armoederapport Lier
2010
2009
2008
2007
2006
2005
2004
2003
2002
Totaal
41
SVK WOONKANS 2006 29 21
SVK woningen SVK woningen in Lier
2007 36 25
2008 36 24
2009 52 34
2010 63 43
SOCIAAL OBJECTIEF LIER Huishoudens op 01 januari 2008 Sociaal huuraanbod volgens de nulmeting Aandeel sociaal huuraanbod volgens de nulmeting Stap 1: De Provinciale Verdeling voor Antwerpen Stap 2: de beperking van het sociaal huuraanbod tot een aanbod sociale woningen van 9% (richtcijfer voor 2020, behoudens afwijkingen voor 2025) Stap 3: Bijkomende inhaalbeweging behoudens afwijkingen (richtcijfer voor 2025)
242 0
Ongeschikt of onbewoonbaarverklaringen
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
Aantal panden ongeschikt en/of onbewoonbaar verklaard
1999
Lier
1998
Het aantal panden die in het technisch verslag of ongeschikt, of onbewoonbaar, of ongeschikt en onbewoonbaar werden verklaard varieert van jaar tot jaar. Deze beoordeling wordt door de gewestelijk ambtenaar aan de burgemeester doorgegeven als advies.
0
0
27
25
35
15
5
0
8
10
25
41
42
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
0
1998
Aantal panden in de inventaris
1997
Lier
1996
Aantal panden die uiteindelijk in de inventaris (ongeschikt/onbewoonbaar) worden opgenomen na het besluit van de burgemeester.
1995
3.5.2.
14 554 846 5.81% 242
1
7
12
7
20
16
5
10
0
8
7
4
3
14
Armoederapport Lier
Mediaan Provincie Antwerpen: 3,66 Vlaanderen: 5,50 Essen
Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog
Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Turnhout Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Arendonk
Vosselaar
Malle
Mol Retie
0,00 - 0,50
Schoten
Antwerpen
0,80 - 1,90
Schilde
Zoersel
Lille Kasterlee
2,05 - 3,66 3,78 - 5,50
Zandhoven
Wommelgem
Mortsel
10,17 - 13,78
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Lint
Lier
Puurs
Duffel
Rumst
Willebroek
Balen
Meerhout Berlaar
Boom
Geel
Herenthout
Niel Bornem
Olen
Nijlen
Hove
Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle
Vorselaar
Ranst
Borsbeek
5,81 - 9,65
16,21
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Westerlo
Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Huishoudens in sociale woning: percentage (2006)
3.5.3.
Focus op wonen 5 In het onderzoek van de provincie Antwerpen hoorde Lier op vier van de 7 indicatoren tot de 10 zwakste gemeenten uit de provincie Antwerpen. Lier scoorde zwak op criterium 1: het aandeel oude woningen t.o.v. het totale aantal woningen(% gebouwd voor 1961), op criterium 2: het aandeel huurwoningen t.o.v. het totale aantal woningen, op criterium 3: het aandeel woningen zonder klein comfort t.o.v. het totale aantal woningen en op criterium 7: het % woningen met dubbele beglazing t.o.v. het totale aantal woningen. Dit maakt van Lier één van de elf rode gemeenten (Met de meest negatieve woonscore). Lier staat hier op de laatste plaats.
Armoederapport Lier
43
3.6.
Onderwijs en vorming
3.6.1.
Basisonderwijs GOK IN HET LAGER ONDERWIJS Lier Provincie Antwerpen Vlaanderen Lier % Provincie Antwerpen % Vlaanderen %
[1] 3318 48612
[2] 770 22589
[3] 639 18905
[4] 193 8455
[5] 12 608
[6] 7 427
[7] 538 16601
[8] 341 16632
645344
151521 23% 46%
125271 19% 39%
39495 6% 17%
5261 0% 1%
1774 0% 1%
108506 16% 34%
76762 10% 34%
23%
19%
6%
1%
0%
17%
12%
[1] Aantal leerlingen [2] Aantal inidicatorleerlingen [3] Aantal GOK - leerlingen [4] Gezin leeft van vervangingsinkomen [5] Leerling tijdelijk of permanent buiten het eigen gezinsverband opgenomen door een gezin of persoon, een voorziening of een sociale dienst, met uitzondering van de internaten gefinancierd of gesubsidieerd door het departement Onderwijs van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap [5] Ouders behoren tot de trekkende bevolking [7] Moeder is niet in het bezit van een diploma van het secundair onderwijs, een studiegetuigschrift van het tweede leerjaar van de derde graad van het beroepssecundair onderwijs of van een daarmee gelijkwaardig studiebewijs (= DM); [8] De taal die gebruikt wordt voor de gangbare communicatie in het gezin is niet het Nederlands (= TNN). Bijna 1 op 5 van de leerlingen – die in Lier school lopen – behoort tot de ‘GOK categorie’. Dat cijfers is gelijk aan het Vlaams gemiddelde,
44
Armoederapport Lier
3.6.2.
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Lier - Aantal leerlingen in het lager onderwijs Lier - Aantal leerlingen met schoolse vertraging Lier - % schoolse vertraging - jongens Lier - % schoolse vertraging meisjes Lier - % schoolse vertraging - totaal Vlaanderen % schoolse vertraging Prov. Antwerpen % schoolse vertraging
2004
2003
AANTAL LEERLINGEN IN GEWOON LAGER ONDERWIJS
2.163
2.154
2.152
2.090
1.851
1.806
1.726
1.697
447
446
443
422
315
323
308
312
22,6
21,89
21,53
21,34
18,54
19,51
18,26
19,24
18,66
19,47
19,6
18,98
15,44
16,26
17,44
17,54
20,67
20,71
20,59
20,19
17,02
17,88
17,84
18,39
14,74
14,87
15,06
15,09
14,88
15,08
15,29
15,45
16,69
16,88
17,02
16,88
16,47
16,79
17,01
17,16
Secundair onderwijs AANTREKKINGSKRACHT VAN DE GEMEENTE gemeente Lier
[1] 2.245
[2] 4.673
[3] 38
[4] 0
[5] 95
[6] 127
[1] Aantal leerlingen die wonen in Lier en school lopen in Lier (gewoon secundair onderwijs) [2] Aantal leerlingen die school lopen in Lier (gewoon secundair onderwijs) [3] Aantal leerlingen die wonen in Lier en school lopen in Lier (deeltijds beroepssecundair onderwijs) [4] Aantal leerlingen die school lopen in Lier (gewoon secundair onderwijs) [5] Aantal leerlingen die wonen in Lier en school lopen in Lier (buitengewoon secundair onderwijs) [6] Aantal leerlingen die school lopen in Lier (buitengewoon secundair onderwijs)
Armoederapport Lier
45
SCHOOLSE VOORSPRONG / ACHTERSTAND Schoolse voorsprong
Op leeftijd
Vlaanderen Lier
0,88% 0,75%
64,03% 63,17%
Schoolse achterstand 1 jaar 2 jaar 25,71% 7,27% 26,09% 8,06%
Totaal +2 jaar 2,12% 1,66%
100% 100%
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
[1] Aantal Lier [2] Aandeel Lier [3] Aandeel Vlaanderen [4] Aandeel Prov. Antwerpen [5] Groei Lier [6] Groei Vlaanderen [7] Groei Prov. Antwerpen
2000
geboortes in kansarme gezinnen 1999
3.7.
gemeente
6 1,9 4,5
8 2,4 4,7
8 2,6 5,2
9 2,7 5,5
9 2,5 5,7
10 3,1 5,6
8 2,2 5,6
10 2,9 6,1
13 3,7 6,7
12
4,9
5,2
6,5
7,6
8,2
8,5
9,1
9,6
10,0
100 100 100
126 104 106
137 116 133
142 122 155
132 127 167
163 124 173
116 124 186
153 136 196
195 149 204
[1] ] Aantal geboortes in kansarme gezinnen in Lier. [2] Aandeel geboortes in kansarme gezinnen op het totaal aantal geboortes (in %) in Lier. [3] Aandeel geboortes in kansarme gezinnen op het totaal aantal geboortes (in %) in Vlaanderen. [4] Aandeel geboortes in kansarme gezinnen op het totaal aantal geboortes (in %) in de provincie Antwerpen. [5] Groei van het aandeel geboortes in kansarme gezinnen op het totaal aantal geboortes (1999 = 100) in Lier. [5] Groei van het aandeel geboortes in kansarme gezinnen op het totaal aantal geboortes (1999 = 100) In Vlaanderen. [5] Groei van het aandeel geboortes in kansarme gezinnen op het totaal aantal geboortes (1999 = 100) in de provincie Antwerpen.
46
Armoederapport Lier
AANDEEL
GEBOORTES IN KANSARME GEZINNEN OP HET TOTAAL AANTAL
GEBOORTES (IN %)
3.8.
Voorlopige conclusie Lier is een kleine stad met een oudere bevolking. Ondanks de hoge leeftijd van haar inwoners groeit het inwonersaantal meer dan in de rest van Vlaanderen. Dit is vooral het gevolg van inwijking. Net als in de rest van Vlaanderen groeit het aantal alleenstaanden. Het aandeel mensen van vreemde afkomst in Lier is kleiner dan in de rest van de provincie en in Vlaanderen. Dit is gedurende de voorbij twintig jaar zo geweest. Het verschil met de rest van Vlaanderen is gegroeid. De kloof tussen de rijkere Lierenaars en de armere is gegroeid door de jaren heen. Dit is zowel merkbaar in het inkomen (een stijgend aandeel lage inkomens, een stijgend aandeel leefloners …) als in het gebruik van gezondheidszorg (veel mensen in armoede geven aan gezondheidszorgen uit te stellen). Het aandeel van de sociale woningen is groeiend, doch blijft beneden het sociaal objectief waardoor een uitbreiding van het aantal sociale woningen aangewezen blijft, temeer daar Lier op diverse woonindicatoren slecht scoort. De schoolse vertraging is in Lier licht hoger dan in de rest van Vlaanderen, net als het aantal arbeidsgehandicapten. Kortom, Lier is een stad waar met de komst van een groeiende groep mensen met een laag inkomen de aandacht voor armoede meer dan noodzakelijk is.
Armoederapport Lier
47
4.
Maatschappelijke dienstverlening in Lier Vlaanderen kent tal van dienstverleners. Sommigen werken voor alle bewoners, anderen meer specifiek voor mensen in armoede. Mensen die in armoede leven komen vaak in aanraking met diverse dienstverleners. Sommige dienstverleners hebben een werking die meer aansluit bij de leefwereld van mensen in armoede dan anderen. Andere werkingen hebben een hogere drempel of creëren meer weerstand. Met de vereniging waar armen het woord nemen deden we een wandeling langs de belangrijkste dienstverleners voor mensen in armoede. De tocht bracht ons langs het CAW, het CLB en de VDAB. Het OCMW en het cultureel centrum werden virtueel bezocht. Voor de meest betrokken diensten (VDAB, OCMW, CLB, cultureel centrum en CAW) werd een SWOT analyse opgemaakt. Met het OCMW werd hierrond in dialoog gegaan.
CONCRETE TIJDSVERLOOP:
4.1.
22 februari 2011
eerste brainstorm
8 maart 2011
SWOT OCMW
22 maart 2011
SWOT analyse Cultureel Centrum
5 april 2011
SWOT analyse VDAB
19 april 2011
In dialoog met het OCMW over preventie- en groepswerk
3 mei 2011
SWOT analyse van wonen en armoede + brainstorming posteractie
17 mei 2011
SWOT analyse CAW en CLB
31 mei 2011
dialoogmoment met het OCMW nav SWOT analyse
14 juni 2011
Wat betekent het OCMW voor u?
Wat is maatschappelijke dienstverlening? Maatschappelijke dienstverlening oftewel public service delivery is het geheel van diensten die de overheden aan hun burgers leveren. Daarnaast wordt de term gebruikt voor het direct ondersteunen van inwoners die specifieke steun op sociaal gebied nodig hebben, zoals jongeren of ouderen, alleenstaande moeders e.d. In de Belgische Grondwet wordt het recht op maatschappelijke dienstverlening voor elke persoon gesteld naast het recht op sociale zekerheid, op bescherming van de gezondheid en op maatschappelijke, medische en juridische dienstverlening. Deze Grondwet stelt: "Elke persoon heeft recht op maatschappelijke dienstverlening. Deze heeft tot doel eenieder in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid. Om voor deze bijstand te zorgen, zijn er Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn opgericht." (Bron: "http://nl.wikipedia.org/wiki/Maatschappelijke_dienstverlening")
48
Armoederapport Lier
Maatschappelijke dienstverlening kan de vorm aannemen van sociale begeleiding en advies of van hulp in natura of financiële hulp. Dit laatste kan dan gaan om voedingsbonnen, tussenkomst in de verhuiskosten, ... Maatschappelijke dienstverlening moet iedereen helpen om zich te kleden, om te wonen, …. (bron: jaarboek armoede) De uiteindelijke bedoeling van de hulpverlening (en bij uitbreiding maatschappelijke dienstverlening) is tweeledig. In de eerste plaats wordt er gestreefd naar de realisatie van een menswaardig bestaan. In de tweede plaats dient de hulpverlening de cliënten ook te begeleiden naar zelfstandigheid. Dit laatste is een zeer belangrijk element wanneer men de armoede wil verlaten. Het vereist echter een zeer specifieke hulpverlening, die tijd en energie kost. (Bron: http://www.ua.ac.be/main.aspx?c=*OASES&n=70945&ct=67178)
4.2.
Dienstverleners onder de loep door mensen in armoede HET CULTUURCENTRUM Veel mensen in armoede zijn geïnteresseerd in cultuurdeelname. Het cultuurcentrum is hiervoor de partner bij uitstek. Cultuurdeelname kan je helpen bij je persoonlijke ontwikkeling, je leert er mensen kennen. Door nieuwe dingen te ontdekken kunnen mensen groeien in hun zelfvertrouwen. Mensen in armoede geven aan dat het aanbod van het cultuurcentrum wel aansluit bij hun verwachtingen. Er is een gevarieerd aanbod. Dankzij de Gomorpas is het aanbod betaalbaar. Met de rondleiding achter de schermen (de ‘meet and greet’) maakt een breder publiek kennis met de werking. Voor sommigen (vooral niet Gomors) blijft de financiële drempel echter hoog, zeker als je nog voor kinderopvang moet zorgen. Gelukkig heeft de stad een dienst die dit (deels) opvangt. Veel mensen in armoede zijn erg gevoelig om zich ‘out of place’ te voelen, bijvoorbeeld wanneer ze geen drankje kunnen betalen tijdens de pauze of na de voorstelling. Ze hebben het gevoel dat dit niets voor hen is, dat ze ‘scheef’ bekeken zullen worden. Niet iedereen is op de hoogte van het aanbod. Er moet nagedacht worden over een specifieke bekendmaking voor maatschappelijk kwetsbare groepen. Het is voor mensen in armoede een hele stap om het cultureel centrum binnen te gaan. Je hebt een culturele bagage nodig, van thuis uit of vanuit school.
HET OCMW Veel mensen in armoede krijgen te maken met het OCMW. Het is een begrip bij mensen in armoede. Ze weten het OCMW gemakkelijk te vinden. Het OCMW heeft een ruim aanbod voor tal van problemen. Ze beschikken over een schat aan informatie. De maatschappelijk werkers kunnen druk zetten op partners. Zo krijgen ze meer gedaan dan dat mensen in armoede zelf gedaan zouden krijgen. Dankzij de middelen die het OCMW mensen in armoede bezorgt kunnen jongeren studeren, kunnen anderen overleven. Ondanks de voor sommigen vlotte toegang blijft de drempel naar het OCMW voor veel mensen in armoede hoog. OCMW cliënteel krijgt vaak een stempel opgeplakt, de openingsuren zijn niet altijd haalbaar voor werkenden. De kwaliteit van het OCMW is erg afhankelijk van de maatschappelijk assistent die je voor je hebt. Niet elke werker is van alles even goed op de hoogte. Zeker het brede aanbod aan initiatieven in Lier is niet door iedereen gekend. Niet alle werkers hebben eenzelfde verbondenArmoederapport Lier
49
heid met de cliënt. Het groot aantal dossiers per werker is hier zeker niet vreemd aan. Veel OCMW cliënteel bouwen een band op met zijn maatschappelijk assistent, met soms een nieuwe afhankelijk tot gevolg. Het OCMW kan bovendien niet alle problemen oplossen. Aan het schrijnend tekort aan betaalbare woningen kan het OCMW weinig doen. De uitkeringen zijn veel te laag. Deze elementen van kritiek willen echter niet zeggen dat mensen in armoede niet geloven in de rol die het OCMW kan spelen; Ze kunnen mensen in armoede sterker maken, leren omgaan met geld, ondersteunen om sociaal in orde geraken, ondersteunen om schuldenvrij te worden … Het OCMW kan mensen in armoede ondersteunen richting werk, al dan niet via een opleiding. Mensen vragen van het OCMW dat het achter hun staat, dat hun gelooft. Ze geloven in een werking van het OCMW dat versterkend werkt, waarin je niet vast roest. Het OCMW moet de kracht van mensen in armoede gebruiken en hen zo – via hun eigenwaarde – laten groeien tot volwassen burgers.
DE VDAB Werk is een hefboom om uit de armoede te geraken. Het nodigt je uit tot een ‘normaal’ ritme, het geeft je terug zin in het leven. De weg naar werk is echter niet simpel. De VDAB begeleidt je op die moeizame weg. Er zijn voor mensen in armoede tal van struikelblokken die moeten genomen worden alvorens werken mogelijk is:
Je kan niet altijd de gevraagde ervaring voor leggen.
Als je wat ouder wordt heb je er gelegen.
Kinderopvang is niet altijd bereikbaar.
Voor mensen met een strafblad is het moeilijker om werk te vinden.
Mensen met psychiatrische problemen worden geweerd.
mensen in armoede zijn vaak niet zo mobiel als dat er momenteel verwacht wordt.
De kostprijs om te beginnen werken is groot (auto kopen, deftige kledij …)
De ervaringen die mensen in armoede hebben met betrekking tot de VDAB zijn zeer divers. Sommigen zijn zeer tevreden en roemen de kracht van de VDAB om dingen in orde te krijgen. Anderen hebben negatieve ervaringen (van het kasje naar de muur gestuurd, afspraken niet nakomen …).
HET C.A.W. Mensen in armoede zijn best te spreken over de kwaliteit van de dienstverlening van het CAW. Sommigen vonden via het CAW de weg naar Ons Gedacht. De geringe openingsuren maken dat mensen in armoede echter niet te spreken zijn over de bereikbaarheid. Dat maakt dat veel van de bevraagde bezoekers de weg naar het CAW nog niet vonden. Voor specifieke hulpverlening (justitiële hulpverlening, …) zijn de Lierenaars aangewezen op Mechelen.
50
Armoederapport Lier
HET CLB Het CLB is een dienstverlener die, voor die ouders met schoolgaande kinderen, dicht bij staat. Hun rol is zeer belangrijk omdat ze, door door te verwijzen naar ‘speciale afdelingen’ erg bepalend zijn voor de toekomst van kinderen. De ervaringen rond schoolorëntatie zijn er uiteenlopend. Soms wordt er te snel naar de ‘speciale afdelingen’ verwezen. Anderen vinden juist steun bi de VDAB om hun kind in het gewone onderwijs te houden. Het CLB is zeker bereikbaar. Je kan erbij terecht via de school of je kan er rechtstreeks op af stappen. Het is ook de dienstverlener die de vinger aan de pols kan houden in veel huishoudens. Soms komt de CLB medewerkster tot bij de mensen thuis. Ook over de rol van het CLB in het kader van het medisch schooltoezicht zijn de meningen verdeeld. Sommigen kregen van deze eerstelijns medische hulp een goedkoop, preventief signaal. Dankzij het CLB zijn veel kinderen correct en gratis gevaccineerd. Anderen klagen dan weer over de gebrekkige communicatie met de ouders.
Armoederapport Lier
51