Openbare versie De heer Ch.N.P. van Renynghe de Voxvrie onder meer h.o.d.n. Fidelity Finance GmbH TradingForex.com,TradingGoldex. corn en The Freedom Trading Club en
Datum
Pagina
TNT I van 13
Kopie aan
j a 1 dvocaat
Ons kenmerk
Ch.N.P. van Renynghe de Voxvrie, p/a I
Telefoon E-mail
Betreft
020
-
@afm.nl Last onder dwangsom de heer Ch.N.P. van Renynghe de Voxvrie
Geachte heer Van Renynghe de Voxvrie, Hierbij legt de Autoriteit Financiele Markten (AFM) een last onder dwangsom op aan de heer Ch.N.P. van Renynghe de Voxvrie, onder meer handelend onder de namen Fidelity Finance GmbH, TradingForex.corn (Limited),TradingGoldex.com, en The Freedom Trading Club (verder tezamen aangeduid als: Van Renynghe) wegens schending van de medewerkingplicht. De AFM licht dit hieronder toe. 1. Inleiding De AFM heeft geconstateerd dat Van Renynghe in strijd met het bepaalde in artikel 5:20 Algemene wet bestuursrecht (Awb) onvoldoende gevoig heeft gegeven aan een inforrnatieverzoek en rappel infomatieverzoeken van de toezichthouders van de AFM ex artikel 1:72, eerste lid, Wet op het financieel toezicht (Wft)juncto artikelen 5:16 en 5:17 Awb. Om deze reden heeft de AFM besloten om aan Van Renynghe op grond van artikel 1:79, eerste lid, Wft een last onder dwangsom op te leggen. Deze strekt ertoe dat Van Renynghe binnen zeven kalenderdagen de gespecificeerde informatie aan de AFM verschaft. De dwangsom bedraagt€ 15000 (zegge: vij ftienduizend euro) voor iedere kalenderdag of gedeelte daarvan na de genoemde begunstigingstermijn dat Van Renynghe niet voldoet aan deze last, tot een maximum van € 300.000 (zegge: driehonderdduizend euro). Als de dwangsom wordt verbeurd, maakt de AFM het besluit tot het opleggen van de last onder dwangsom openbaar op grond van bet bepaalde in artikel 1:99 Wft. Het onderhavige besluit is als volgt opgebouwd. Allereerst beschrijft Stichting Autoriteit Financiele Markten Karner van Koophandel Amsterdam, nr. 41207759 Reknr. ABN AMRO Bank Amsterdam Stichting Beheer Derdengelden Advocaten Autoriteit Financiële Markten Kenmerk van deze brief: I NT
Bezoekadres Vijzelgracht 50 Postbus 11723 • 1001 GS Amsterdam Telefoon 020 -79720 00 • Fax 020 -797 38 00 • www afm.nl
Datum Ons keninerk Pagina
NT 2 van 13
de AFM in paragraaf 2 de relevante feiten. Vervolgens wordt in paragraaf 3 een beoordeling van de feiten gegeven. In paragraaf 4 is het besluit beschreven. Tot slot volgt in paragraaf 5 de rechtsgangverwijzing. In de bijiage is het wettelijk kader opgenomen. 2. Feiten Bij brief van 28 februari 2012 (kenmerk TNT ) kondigden de toezichthouders van de AFM bun onderzoek bij Van Renynghe aan en vermeidden daarbij dat het toezichtonderzoek ter plaatse (OTP) zich richt op de naleving van onder meer de artikelen 2:55 en/of 2:96 Wft door Van Renynghe . Het OTP vond plaats op het adres te Van Renynghe maakt aldaar gebruik van een seminarruimte en tevens een kantoorruimte. In het bijzonder is het onderzoek erop gericht vast te stellen of Van Renynghe activiteiten verricht die vergunningplichtig zijn.
i.
Op 28 februari 2012 voeren de toezichthouders onderzoek uit op het kantoor van Van Renynghe. Bij de aanvang van het onderzoek is een gesprek gevoerd met Van Renynghe over de reikwijdte van het onderzoek. Voor zover hier van belang heeft Van Renynghe tijdens dit gesprek het volgende verklaard: “5. De AFM vordert een omschrijving van definancie!eproducten en/of diensten die u aanbiedt aan Nederlandse consumenten (...) WU zjn traders- wij z/n i/c en de beleggers die ik traden -. Wij handelen op deforex mar/ct. De instappende cons ument wordt geInforineerd over deviezen, kopen en verkopen, etc. Meestal worden eigen fondsen ge/den gebruikt. Soms wordt met anderefondsen gehandeld. A/s er naar een huis ofauto wordt gehandeld, heet dat een home ofcar lease genoemd. Dit wordt middels een private placement agreement gedaan. Twee private personen zUn (co-)investeerder. Er wordt een offerte ofprognose gemaakt op de wensen van de k/ant op een bepaald moment een bepaald bedrag te hebben. Dan wordt er een contract tussen de investeerder en ‘ons opgesteld. Dc investeerder betaalt zjn dccl op de depositorekening van Fidelity Finance. Met ‘ons’ hedoel ik Fidelity Finance. Wat wj aanbieden is ‘on margin’ spec uleren op deviezen. (...) Sommige conswnenten wordenjaarlUks, sommige maandel/ks uitbetaald. (...) Er wordt geld gestort op de rekening van Fidelity. 1k trade vervo/gens met het geld van de consumenten met diverse part(/en (...). 6. Wat is/4jn iwam, rechtsvorm(en) en adres(sen) van uw ondernemingen? (...) Fidelity Finance GmbH in Zug. Zwitserland. (...) 1k beheer de rekening van Fidelity Finance. 1k heb een ‘power ofattorney’ om te handelen voor de vennootschap Fidelity Finance. (...) Doel van de vennootschap is het traden en investeren in projecten en het houden van de rekening. (...) 8. Wat is het bankrekeningnummer waarop beleggers hun inleg kunnen overmaken ten aanzien van de aanbieding die u hen vanavond doet? Op de rekening van Fidelity Finance, het rekeningnummer staat op de contracten, deze zjn in Zwitserland. (...). 9. Op welke naam staat dit bankrekeningnummer? Hem’ re/air staat op naam van Fidelity Finance GmbH.” —
‘
In dit gesprek is aangekondigd dat de AFM voomemens is onderzoek te doen en ten behoeve hiervan mondelinge inlichtingen vordert van Van Renynghe. Tijdens het onderzoek ter plaatse zijn —met toestemming van Van
Datum
Ons keninerk Pagma
TNT 3 van 13
Renynghe en met inachtneming van de WerlcwUze AFM inzien en kopièren van digitale gegevens kopieen gemaakt van digitale gegevens (zie brieven van 28 februari 2012 met kenmerken TNT TNT Daamaast heeft tijdens de AFM het OTP administratie gegevens ve en bescheiden ingezien en gekopieerd ten ). behoeve van het onderzoek. Uit de in de kantoorruimte aangetroffen zakelijke aantekeningen en overige stukken volgt dat Van Renynghe digitaal toegang heeft tot diverse bankrekeningen.’ ‘
‘—
Op 28 februari 2012 is tevens een informatieverzoek uitgereikt aan Van Renynghe (zie brief van 28 februari 2012 met kenmerk TNT het Informatieverzoek). Punt 4 van dit informatieverzoek luidt ais volgt: “4.
Kopieen van bankafschrflen alle bankrekeningen van alle onderneniingen die door de heer Van Renynghe gedreven worden vanaf I januari 2010 tot en met heden.”
Op 2 maart 2012 heefi een gesprek bij de AFM plaatsgevonden tussen drie toezichthouders van de AFM en Van Renynghe, in aanwezigheid van diens advocaat mr. Tijdens dit gesprek is afgesproken dat de AFM een nader informatieverzoek aan Van Renynghe zal richten. Toegelicht is verder dat het toezichtonderzoek van de AFM ook ziet op naleving van artikel 2:65 van de Wft. Op 13 maart 2012 heeft de AFM Van Renynghe een nader informatieverzoek op grond van de artikelen 5:16 en 5:17 van de Awb (kenmerk TNT ; het Nader Informatieverzoek) toegezonden. In dit verzoek verzoekt de AFM, in aanvulling op het informatieverzoek van 28 februari 2012, inzage in bankafschriften van de bankrekeningen die worden genoemd in de zakelijke aantekeningen van Van Renynghe. Punten 8 tot en met 16 van dit informatieverzoek luiden als volgt: “8. De AFM verzoekt u in ieder geval kopieen c. q. print outs rekeningoverzichten te verstrekken van alle bankrekeningnummers c.q. accounts die worden aangehouden c.q. gebruikt voor hetgeldi’erkeer met betrekking tot de aan Nederlandse personen aangeboden diensten en/ofproducten. Dit verzoek omvat ook eventuele rekeningen die ii’orden gebruikt voor ‘trading’ met door Nederlandse personen ingelegde gelden. Dit verzoek omvat bankrekeningen waar u gemachtigde van bent ongeacht op welke naam deze worden aangehouden.De AFM verzoekt u in ieder geval de achterpunten 9 en 17, hierna, gegevens en bescheiden in kopie te verstrekken. 9. De AFM verzoekt u kopieen c.q. print outs van de bankafschrfien van het ban krekeningnummer 10. DeAFMverzoekt u kopieen c.q. print outs van de bankafschrften van de bj {aangehouden bankrekeningen, toevoeging AFM] te verstrekken. 11. De AFM ontvangt graag de rekeningnummers en kopieen van bankafschrflen van uw rekeningen van de “Deposit Account” en “Margin Account(s)” van het “PPFProgram In de zakelijke aantekeningen staan onder meer digitale toegangscodes venneld van bankrekeningnurnmers bij en vermeid. Uit de afschriften van de bankrekeningen die door Van Renynghe erilof Fidelity Finance Sari worden aangehouden bij de kan worden afgeieid dat daaraan een e-banking faciliteit is gekoppeld. Verder biijkt uit een e-mailwisseiing van 22 juni 2011 tot en met 24 augustus 2011 (van digitaai overschrijvingen regelt.
aan onder meer
)dat Van Renynghe
Datum Ons kemnerk Pagina
INT 4 van 13
12. Kopieen c. q. print outs van bankafschrften van de rekeningen die u en/of Fidelity en/of enige andere waar u bj betrokken bent bij te Zwitserland aanhouden, met rekeningnumniers
(a)I
13. 14.
—
(b) (c) (d) (e) eventuele andere bij deze bank aangehouden bankrekeningen. Kopieen c.q. print outs van bankafschrUien van uw rekening(èn,) bj Kopieen c. q. print outs van bankafschrfien van uw rekening b de te Zwitserland met rekeningnummer De AFM ver:oekt u daarnaast kopieen c.q. print outs te verstrekken van eventuele andere rekeningen die u aanhoudt b/ deze bank. Kopieen c. q. print outs van bankafschrflen van uw rekeningen bj de te Belgie met rekeningnummers en en een kopie van de akte van opening van de rekening(en)) indien en voor zover u deze heeft gebruikt c.q. gebruikt voor ow zakelUke activiteiten. Kopieen eq. print outs van bankafschrfien van uw rekeningen en die van Fidelity bj de te Zwitserland met rekeningnummers
II.
15.
I
16.
I. I
(a)
(e) uw ‘current acco lint Pound Sterling (GBP) “; U) even tuele andere rekeningen die door u en/ofFidelity en/of een andere organisatie waar u betrokken bent worden aangehouden bU
I”
Omdat de reactietermijn van het Informatieverzoek van 28 februari 2012) op 13 maart 2012 is verstreken, heeft de AFM aan Van Renyiighe op 14 maart 2012 een herhaald informatieverzoek op grond van de artikelen 5:16 en 5:17 van de Awb (kenmerk INT ) toegezonden. Op 15 maart 2012 heeft Van Renynghe een reactie per e-mail gestuurd op het Informatieverzoek van 28 februari 2012. De door Van Renynghe verstrekte informatie is volgens de AFM op een aantal punten onvoldoende. Van Renynghe verstrekt geen mzage in de gevraagde bankafschriften met als motivering: “Wegens geen te dr/ven ondernemingen/bedrijven kan ik geen kopieen maken bankafschrften van bankrekeningen van onderneniingen/bedrven maken. “Deze redengeving is, gelet op de verkiaring van Van Renynghe op 28 februari 2012 in antwoord op vraag 6, onjuist. De AFM heeft aan Van Renynghe op 15 maart 2012 een rappel (kenmerk 1NT ) toegezonden in aanvulling op het op 14 maart 2012 aan Van Renynghe toegezonden Herhaald Informatieverzoek. Van Renynghe heeft per e-mail van 21 maart 2012 gereageerd op de herhaalde informatieverzoeken. Van Renynghe verstrekt ook bij die gelegenheid de gevraagde bankgegevens niet aan de AFM. Op 26 maart 2012 is een laatste rappel (kenmerk INT ) gestuurd met betrekking tot het Informatieverzoek van 28 februari 2012 waarin Van Renynghe in de gelegenheid wordt gesteld uiterlijk voor 29 maart om 10 uur alsnog aan het informatieverzoek te voldoen. Dit laat.ste rappel bevat, voor zover hier van belang, de volgende toelichting:
Datum Ons kemiierk Pagina
INT 5 van 13
‘In aanvulling daarop merkt de AFM op dat uw reactie op in het bjzonder vraag 4 niet valt te rUm en met uw verkiaring van 28februari 2012. In ons gesprek van 28februari 2012 hebben wU aan u gevraagd: “Wat is/zjn de naam, rechtsvorln(”en,.) en adres(sen) van uw ondernemingen?” U hebt daarop, voor zover hier van belang, geaniwoord: “Fidelity Finance GmbH in Zug, Zwiterland (...).“ Tf dens datzelfde gesprek hebt u voorts toegelicht dat u een belang heeft in deze vennootschap en beschikt over een ‘power ofattorney” om te handelen voor deze vennootschap. Bovendien hebt u aangegeven dat u de rekening van Fidelity Finance beheert. De AFM leidt hieruit en ook uit de overige tot haar beschikking staande gegevens af dat u wel dege1k gebruik maakt van diverse bankrekeningen in het kader van één of ineerdere ondernemingen aithans in de uitoefening van een beroep en/of bedrUf Daar komt nog bj dat het informatieverzoek achter punt 4 in het nader informatieverzoek van 15 maart 2012 nader is omschreven. U bent veiplicht om gevorderde kopieën c. q. print outs van de bankafschrfien van de desbetreffende bankrekeningen te verstrekken aan de AFM.” Aan het Nader Informatieverzoek van 13 maart 2012 diende Van Renynghe uiterlijk op 27 maart 2012 te voldoen. Op 28 maart 2012 heeft de AFM een reactie per e-mail ontvangen. Van Renynghe verstrekt de gevraagde bankgegevens niet. In zijn reactie stelt Van Renynghe met betrekking tot de bij punten 10 en 12 gevraagde informatie dat hij geen online toegang meer zou hebben tot de e-banking faciliteit. De AFM heeft op 28 maart 2012 rond 16 uur via de raadsman mr. het verzoek aan Van Renynghe gericht, aannemelijk te maken dat hij niet in staat zou zijn de gevraagde bankgegevens aan de AFM te verstrekken bij gebreke van toegang tot de e banking faciliteit voor 29 maart 2012 om 10 uur (bijvoorbeeld door een verklaring van de desbetreffende bank). In aanvulling daarop is nog een rappel gestuurd (kenmerk: [NT ). De termijnen die door de AFM zijn gesteld om aan het Informatieverzoek en het Nader Informatieverzoek te voldoen zijn inmiddels verstreken. Van Renynghe heeft tot op heden geweigerd om de gevorderde bankgegevens aan de AFM te verstrekken. Op 29 maart 2012 om 10 uur is van Renynghe aanwezig bij de AFM voor een gesprek met de AFM in het kader van het lopende toezichtonderzoek. De reikwijdte van het AFM onderzoek is onder verwijzing naar onder meer de gesprekken van 28 februari 2012 en 2 maart 2012 en de eerdere correspondentie daarbij duidelijk toegelicht aan Van Renynghe. De AFM geeft aan dat de informatieverzoeken van groot belang zijn voor het onderzoek van de AFM. Dc AFM geeft aan dat onder andere vraag 4 uit het informatieverzoek van 28 februari 2012 en vragen 9 tIm 16 uit het informatieverzoek van 13 maart 2012 van belang zijn voor het onderzoek. De AFM meldt dat aangeboden is de vragen aan Van Renynghe te verduidelijken, hij heeft geen gebruik willen maken van de mogelijkheid om een toelichting op de vraag te verzoeken. Van Renynghe geeft aan te begrijpen waar de vragen betrekking op hebben. De AFM constateert dat de verzochte informatie niet door Van Renynghe is aangeleverd, deze informatie is door Van Renynghe niet aan de AFM verstrekt. De AFM heeft tij dens dit gesprek gevorderd van Van Renynghe om aisnog per direct de gevraagde infonnatie te verstrekken aan de AFM. Van Renynghe is daartoe door de AFM onder andere in de gelegenheid gesteld om, in aanwezigheid van zijn advocaat, in een aparte ruimte via een stand alone computer met intemetaansluiting ten kantore van de AFM digitaal inzage te nemen in de gevraagde bankgegevens en daarvan print outs en/of kopieen te maken. Van Renynghe stelt zich op het standpunt dat hij niet aan dit verzoek van de AFM kan voldoen, omdat hij geen digitale toegang heeft tot zijn bankgegevens. —
—
Datum Ons kenmerk Pagina
INT 6 van 13
3. Beoordeling van de feiten De AFM heeft signalen ontvangen dat Van Renynghe mogelijk de artikelen 2:55 enlof 2:65 en/of 2:96 Wft overtreedt. Om te kunnen vaststellen of en in hoeverre sprake is van een overtreding, is het noodzakelijk dat de in voomoemde informatieverzoeken gevraagde informatie aan de AFM wordt verstrekt. In het bijzonder is kennisname van de bankgegevens daarvoor nodig. Het dient te worden opgemerkt dat de AFM aan Van Renynghe een toelichting heeft gegeven over de reikwijdte van het onderzoek. De AFM heeft de gevraagde informatie tot op heden niet van Van Renynghe ontvangen. Daarmee heefi Van Renynghe het bepaalde in artikel 5:20 Awb overtreden. De AFM merkt op dat besloten is om (direct) een last onder dwangsom op te leggen omdat Van Renynghe niet heeft voldaan aan een wettelijke verplichting om gegevens te verstrekken. De AFM kan daarom, gelet op artikel 4:8, tweede lid, van de Awb, reeds afzien van de hoorplicht. De AFM heeft geconstateerd dat Van Renynghe in strijd met het bepaalde in artikel 5:20 Awb onvoldoende gevoig heeft gegeven aan het informatieverzoek van de toezichthouders van de AFM ex artikel 1:72, eerste lid, Wet op het financieel toezicht (XVft) juncto artikelen 5:16 en 5:17 Awb. De zienswijze van Van Renynghe houdt het volgende in: Met betrekking tot de vragen 9 tot en met 16 van het Herhaald Informatieverzoek: 9. De AFM verzoeki u kopieen c. q. print outs van de bankafschrften van het bankrekeningnuminer
I.
Zienswijze:. Van Renynghe bevestigt zijn eerder gegeven antwoord. Van Renynge verwijst naar zijn email van 28 maart 2012 (de Reactie) waarin hij heeft geantwoord op vraag 9. Hierbij geeft hij ook aan dat hij geen digitale toegang heeft tot dit rekeningnummer. JO. De AFM verzoekt u kopieen c.q. print outs van de bankafschrUien van de b(j [aangehouden bankrekeningen, toevoeging AFM] te verstrekken Zienswijze: Zie de Reactie. 11. De AFM ontvangt graag de rekeningnummers en kopieen van bankafschrflen van uw rekeningen van de “Deposit Account” en “Margin Account(s)” van het “PPFProgram Zienswijze: Van Renynghe verwijst naar de Reactie en geeft aan dat deze rekeningen niet bestaan. 12. Kopieën c.q. print outs van bankafschr,fien van de rekeningen die u en/ofFidelity en/ofenige andere organi’atie_waar U b/ betrokken bent bU te Zwitserland aanhouden, met rekeningnummers “.
C) (g) (h) (i)
C) even tuele andere bj deze bank aangehouden bankrekeningen. Zienswijze: Zie de Reactie. 13. Kopieen c. q. print outs van bankafschr/ien van uw rekening(en) bj Zienswijze: Zie de Reactie.
•
Datum Ons keninerk Pagina
TNT 7 van 13
14. Kopieën c. q. print outs van bankafschrflen van uw rekening b/ de te Zwitserland met rekeningnummer De AFM verzoekt u daarnaast kopieen c. q. print outs te verstrekken van even tuele andere rekeningen die u aanhoudt bU deze bank. Zienswijze: Zie de Reactie. Het betreft een prepaid creditcard. Van Renynghe houdt geen rekening bij deze bank. 15. Kopieen c.q. print outs van bankafschrflen van uw rekeningen bU de te Belgie met rekeningnummers en en een kopie van de akte van opening van de rekening(en)) indien en voor zover u deze heeft gebruikt c. q. gebruikt voor mv zakelUke activiteiten. Zienswijze: Zie de Reactie. De rekeningen van Van Renynghe bij deze bank zijn priverekeningen. 16. Kopieen c.q. print outs van bankafschrfien van uw rekeningen en die van Fidelity bU de te Zwitserland met rekeningnummners a. b. C.
d. e.
f
uw ‘current account Pound Sterling (GBP) “; even tuele andere rekeningen die door u en/ofFidelity en/of een andere organ isatie waar u bi/ betrokken bent worden aangehouden bU
I
Zienswijze: Zie de Reactie. Van Renynghe meldt dat de bankrekening vermeld onder a. een privérekening betreft en dat de andere genoemde bankrekeningen zakelijke rekeningen betreffen. Van Renynghe geeft aan dat hij tot geen enkele bank.rekening digitaal toegang heeft. Van Renynghe kan nu niet aannemelijk maken dat hij geen digitaal toegang heeft, hij kan dit wel op een later moment aannemelijk maken. Van Renynghe wil niet zeggen tot welke bankrekeningen hij wel digitaal toegang heeft. Van Renynghe geeft aan dat de AFM reeds over alle voor haar onderzoek benodigde informatie beschikt. Tevens geeft Van Renynghe aan dat hij de vragen van de AFM naar waarheid beantwoord heeft. Gelet op de toelichting van Van Renynghe zal de AFM op dit moment geen digitale inzage verlangen. De AFM legt een last op met een redelijke begunstigingstennijn van zeven kalenderdagen. De vragen 11, 13 en 15 van het Nader Informatieverzoek worden buiten de last gelaten. De AFM komt later terug op deze vragen. Voor wat betreft vraag 14 zal de last zo worden geformuleerd dat Van Renynghe binnen de begunstigingstermijn aannemelijk maakt dat hij geen rekening aanhoudt bij maar slechts een debit card heeft.
•,
De AFM waarborgt de zorgvuldige behandeling van de opgevraagde gegevens. De opgevraagde gegevens zijn redelijkerwijs noodzakelijk voor de vervulling van de taak van de AFM, namelijk om vast te kunnen stellen of Van Renynghe de hierboven genoemde bepalingen naleefi. De AFM beschikt over signalen, die erop duiden dat Van Renynghe mogelijk de hiervoor genoemde bepalingen uit de Wft overtreedt. De door de AFM verzochte gegevens zijn nodig voor de beoordeling van de activiteiten van Van Renynghe. Daaruit kan de precieze inhoud en omvang van de activiteiten van Van Renynghe worden afgeleid en inzicht worden verkregen in de feitelijke gedragingen van Van Renynghe en in diens samenwerking met derden c.q. investeerders.
Datum Ons kenmerk Pagma
TNT 8 van 13
De AFM is dan ook van mening dat het verzoek informatie te verstrekken evenredig is. Van Renynghe heeft het in zijn macht om de gevraagde gegevens (digitaal) te verstrekken aan de AFM. Hoewel de AFM een aantal keren gemotiveerd heeft verzocht om de gevraagde bankgegevens heeft Van Renynghe niet voldaan aan de verzoeken tot verstrekking daarvan. Van Renynghe weigert de gevraagde gegevens te verstreklcen. Van strijd met het bepaalde in artikel 5:13 Awb is volgens de AFM dan ook geen sprake. De AFM is van oordeel dat conform artikel 4:8 en artikel 4:11, aanhef en onder a en onder b, Awb de hoorplicht buiten toepassing kan worden gelaten en direct kan worden overgegaan tot het geven van een last onder dwangsom. 4. Besluit Op grond van bet voorgaande heeft de AFM besloten aan Van Renynghe een last onder dwangsom op te leggen wegens overtreding van het bepaalde in artikel 5:20 Awb, teneinde het hiema beschrevene te bewerkstelligen: Binnen zeven kalenderdagen na dagtekening van dit besluit aisnog te voldoen aan de punten 9 10 ( van het Nader Informatieverzoek 13 maart ), 12 ( ) en 16 b tot en met f 2012 (kenmerk 11’JT ). Van Renynghe kan hieraan bijvoorbeeld voldoen door zich te wenden tot het desbetreffende bankfihiaal en de gevraagde bankinformatie op te vragen en aan de AFM te overhandigen.
I)
De dwangsorn bedraagt € 15.000 (zegge: vijftienduizend euro) voor iedere kalenderdag of gedeelte daarvan na de genoemde begunstigingstermijn dat Van Renynghe niet voldoet aan voornoemde last, tot een maximum van € 300.000 (zegge: driehonderdduizend euro). De vastgestelde hoogte van de dwangsom en het maximaal te verbeuren bedrag staan in redelijke verhouding tot de zwaarte van het geschonden belang en de beoogde werking van de dwangsom. Het feit dat ondanks herhaald verzoek de gevorderde informatie niet is verstrekt c.q. onvoorwaardelijk verstrekt zal worden, heeft immers tot gevoig dat de AFM niet kan beoordelen of en zoja, in hoeverre sprake is van overtreding van enige bepaling uit de Wft of onderliggende regelgeving. De AFM wordt daardoor belemmerd in de adequate uitoefening van haar toezicht. De AFM heeft bij het bepalen van de hoogte van de dwangsom rekening gehouden met de verklaring van Van Renynghe dat consumenten tussen € 500.000 tot € 1.000.000 aan hem ter beschikking hebben gesteld. De dwangsom is na het verbeuren onmiddellijk opeisbaar door de AFM. Het maken van bezwaar schorst de werking van de beschikking niet. De AFM zal de eventuele kosten van aanmaning tot betaling van de verbeurde dwangsorn, eventuele kosten van invordering en de eventuele wettelijke rente voor rekening van Van Renynghe doen komen. Als de dwangsom wordt verbeurd, zal de AFM het besluit tot het opleggen van de last onder dwangsom openbaar maken. Dit gebeurt op grond van artikel 1:99, eerste lid, Wft. De AFM heeft geen aanwijzingen dat eventuele openbaarmaking in strijd is of zou kunnen komen met het doel van het toezicht dat de AFM houdt op de naleving van de Wft. Als Van Renynghe binnen zeven kalenderdagen na het opleggen van de last bij de voorzieningenrechter van de
Datum Ons keninerk Pagina
TNT 9 van 13
Rechtbank Rotterdam een verzoek indient om de openbaarmaking op te schorten, wordt de openbaarmaking uitgesteld tot er een uitspraak is van de voorzieningenrechter. Als a. b. c.
het besluit openbaar wordt gemaakt, gebeurt dit door: publicatie op de website van de AFM; en publicatie in een persbericht; en, als dit naar bet oordeel van de AFM wenselijk is, publicatie van dit persbericht in één of meerdere landelijke en/of regionale dagbladen.
Ad a. Als dit besluit op de website van de AFM wordt gepubliceerd, worden eventuele vertrouwelijke gegevens verwijderd. De AFM is van oordeel dat in het onderhavige besluit de grijs gemarkeerde gegevens vertrouwelijk zijn. Die informatie zal dan ook in de publicatie worden afgeschermd. Indien Van Renynghe meent dat bepaalde andere gegevens ook als vertrouwelijk moeten worden aangernerkt, kan Van Renynghe dit binnen een termijn van zeven kalenderdagen na dagtekening van deze brief aan de AFM kenbaar maken. Ad b/c. Hierna volgt de tekst van bet persbericht dat de AFM zal publiceren als de dwangsom wordt verbeurd: “Autoriteit Financiële Markien (A FM) heeft op 29 rnaart 2012 een last onder dwangsoin opgelegd aan de heer Ch.N.P. Van Renynghe tie Voxvrie. Hij handelt onder meer onder de namen Fidelity Finance, TradingForeL corn, TradingGoldeLcorn. en The Freedom Trading Club. Hij voldoet niet aan de informatieverzoeken van de AFM. De AFM heeft de heer Van Renynghe de Voxvrie gevraagd am bankgegevens. De AFM heeft deze inform utie nodig om vast te kunnen stellen of en in hoeverre hU de Wet op hetfinancieel toezicht (Wft) naleefi en of er sprake is van vergunningplichtige activiteiten. In het kader van dit toezichtsonderzoek heeft de AFM op28 februari een onderzoek terplaatse gedaan tUdens een beleggingsseminar van de heer Van Renynghe de Voxvrie in Den Haag. Het informatieverzoek richt zich op de vraag of de heer Van Renynghe de Voxvrie beleggingsobjecten (artikel 2:55 Wft) en/of het recht van deelneming in een beleggingsinstelling (artikel 2:65 Wft) aanbiedt Ook onderzoekt de AFM of hU beleggingsdiensten verleent of beleggingsactiviteiten verricht (artikel 2:96 Wft). De heer Van Renynghe de Voxvrie heeft de verzochte infarmatie niet binnen de gestelde term Un geleverd en is daurom nu verplicht de dwangsom te betalen. De verzochte inform atie moet nag steeds aan de AFM worden verstrekt. De dwangsom bedraagt 615.000 voor iedere dug dat hi] niet voldoet aan deze last en kent een maximum van 6300.000. By vragen ofklachten kunt u contact opnemen met het Meldpunt Financië!e Maricten van de AFM: 0900-5400 540 (0,05 euro per minuut). De AFM bevardert eerlijke en transparantefinanciele markien. Wij zijn tie onaJhankelijke gedragstoezichthouder op tie markten van sparen, lenen, beleggen en verzekeren. De AFM bevordert zorgvuldigefinanciele diensiverlening aan consumenten eu ziet toe op een eerhjke en efficiente werking van
Datum
TNT lOvanl3
Ons kemnerk Pagina
kapitaa!markten. Oiis streven is het verirouwen van consumenten en bedrijven in deflnanciele markten te versterken, ook intern ationaaL Op deze manier draagt de AFM bU aan de welvaart en de economische reputatie van Nederland. Let op: de AFM kan, afhankelijk van de omstandigheden op het moment van publicatie, bovengenoemde publicatietekst wijzigen of aanvullen. 5. Hoe kunt u bezwaar maken? ledere belanghebbende kan tegen deze beschikking bezwaar maken door binnen zes weken na bekendmaking daarvan een bezwaarschrift in te dienen bij de AFM, t.a.v. Postbus 11723, 1001 GS, Amsterdam. Een bezwaarschrift kan ook per fax (alleen naar faxnummer 020 ), per e-mail (alleen naar e-mailadres •@afm.nI) of door middel van het formulier op de website van de AFM (www.afm.nl ) worden ingediend. Aan deze elektronische wijze van verzending stelt de AFM nadere eisen die op haar website worden toegelicht. Dat een bezwaarschrift niet aan andere AFM-faxnummers of AFM e-mailadressen wordt verzonden dan de hier genoemde, is één van die eisen. De AFM zal het bezwaarschrift alleen inhoudelijk in behandeling nemen als aan bedoelde eisen is voldaan. De AFM wijst erop dat het maken van bezwaar niets afdoet aan de verplichting om aan deze last onder dwangsom te voldoen en evenmin aan de eventuele veqilichting om verschuldigde dwangsommen te betalen. ,
Als u nog vragen heeft, kunt u contact opnemen met drs. Hoogachtend, Autoriteit Financiële Markten
IBijiage: Wettelijk Kader
op telefoonnummer 020
—
Datum
Ons kenmerk Pagma
INT 11 van 13
Bijiape: Het wettelijk kader Wft In artikel 1:72 Wft is het volgende bepaald: 1. Met het toezicht op de naleving van de bj en krachtens deze wet gestelde regels zUn belast de bU besluit van de toezichthouder aangewezen personen. 2. Van een besluit als bedoeld in het vorige lid wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.
In artikel 1:79 Wft is voor zover relevant het volgende bepaald: 1. Dc toezichthouder kan een last onder dwangsorn opleggen terzake van een overrreding van voorschrfien, gesteld ingevolge de in de blage bij di! artikel genoenide artikelen en de prospectusverordening alsmede terzake van overtreding van artikel 5.20 van de Algeniene wet bestuursrecht. —
—
2. (...) In artikel 1:99 Wft is het volgende bepaald: 1. De toezichthouder maakt een besluit tot het opleggen van een last onder dwangsoin ingevolge deze wet openbaar wanneer een dwangsom word! verbeurd, tenzU de openbaarmaking van het besluit in strijd is of zou kunnen komen met het doel van het door de toezichthouder uit te oefenen toezicht op de naleving van deze wet. 2. Indien wordt verzocht om een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:8] van de Algemene wet bestuursrecht, wordt de openbaarmaking van het besluit opgeschort totdat er een uitspraak is van de voorzieningenrech ter. In artikel 2:55 Wft is het volgende bepaald: 1. Net is verboden in Nederland zonder een daartoe door de Autoriteit Financieie Markten verleende vergunning beleggingsobjecten aan te bieden. 2. De Autoriteit Financiële Markten kan op aanvraag, al dan niet voor bepaalde tjd, ontheffing verlenen van het eerste lid indien de aanvragen aantoont dat de belangen die dit deel en het Deel Gedragstoezicht financiele ondernemingen beogen te beschermen anderszins voldoende worden beschermd. 3. Het eerste lid is niet van toepassing op het aanbieden van beleggingsobjecten, voor zover het betreft overeenkomsten die voor ] januari 2007 zjn aangegaan met betrekking tot beleggingsobjecten die op dat tdstip geen beleggingsobjecten waren als bedoeld in artikel ], onderdeel d, van de Wfd of ingevolge onderdeel m, onder 8°, van dat artikel waren aangewezen aisfinancieelpi-oduct. In artikel 2:65 Wft is het volgende bepaald: 1.
He! is verboden in Nederland een recht van deelneming in een beleggingsinstelling aan te bieden: a.
zonder dat de beheerder van de beleggingsinstelling een door de Autoriteit Financiële Markten verleende vergunning voor he! beheren van beleggingsinstellingen heeft; of
Datum Ons kemnerk Pagma
b.
2.
3.
4.
NT l2vanl3
indien het een beleggingsmaatschapp betreft die geen aparte beheerder heeft, zonder dat de beleggingsmaatschapp een door de A utoriteit Financiële Markten verleende vergunning heeft.
Onverminderd het eerste lid, aanhef en onderdeel a, is het verboden in Nederland een recht van deelneming in een instelling voor collectieve belegging in effecten die een beleggingsmaatschapp is aan te bieden zonder dat de beheerder ten behoeve van die beleggingsmaatschappij een door de A utoriteit Financiele itlarkten daartoe verleende vergunning heeft. De Autoriteit Financiële Markten kan op aanvraag geheel ofgedeeltel’k, al dan niet voor bepaalde tUd, ontheffing verlenen van het eerste lid en van hetgeen in het Deel Gedragstoezichtjlnanciele ondernemingen is bepaald met betrekk-ing tot het aanbieden van rechten van deelneming in beleggingsinstellingen, indien de aanvrager aantoont dat de belangen die dit dee! en het Dee! Gedragstoezichtfinanciele ondernemingen beogen te beschermen anderszins voldoende worden beschermd. Net derde lid is niet van toepassing op het aanbieden van rech ten van deelnenung in instellingen voor collectieve belegging in effecten.
In artikel 2:96, lid 1, Wft is, voor zover hier van belang, het volgende bepaald: Het is verboden in Nederland zonder een daartoe door de Autoriteit Financiele Markten verleende vergunning beieggingsdiensten te verlenen of beleggingsactiviteiten te verrich ten. Awb In artikel 1:3 Awb is het volgende bepaald: 1. Under besluit wordt verstaan: een schrflelUke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechteljke rechtshandeling. 2. Under beschikking wordt verstaan: een besluit dat niet van algemene strekking is, met inbegrip van de afvvzing van een aanvraag daan’an.
3. (...). In artikel 4:8 Awb is voor zover relevant bet volgende bepaald: 1. Voordat een bestuursorgaan een beschikking geeft waartegen een belanghebbende die de beschikking niet heeft aangevraagd naar verwachting bedenkingen zal hebben, stelt het die belanghebbende in de gelegenheid zUn zienswjze naar voren te brengen indien: a) de beschikking zoo steunen op gegevens overfeiten en belangen die de belanghebbende betreffen, en b) die gegevens niet door de be!anghebbende zeif ter zake zUn verstrekt. 2. Net eerste lid geldt niet indien de belanghebbende niet heeft voldaan aan een wettelUke veiplichting gegevens te verstrekken. —
—
Datum Ons kenmerk Pagina
TNT 13 van 13
In artikel 5:13 Awb is het volgende bepaald: Een toezichthouder maakt van zUn bevoegdheden slechts gebruik voor zover dat redelUkerwUs voor de vers’ulling van zjn taak nodig is. In artikel 5:16 Awb is het volgende bepaald: Een toezichthouder is bevoegd inlichtingen te vorderen. In artikel 5:17 Awb is het volgende bepaald: 1. Een toezichthouder is bevoegd inzage te vorderen van zakelfke gegevens en bescheiden.
Inartike1 5:20 Awb is het volgende bepaald: 1. Een ieder is verplicht aan een toezichthouder binnen de door hem gestelde redelijke term U alle medewerking te verlenen die deze redelkerw/s kan vorderen bU de uitoefening van z/n bevoegdheden. 2. ZU die uit hoofde van ambt, beroep of wettelUk voorschrfl verplicht zjn tot geheimhouding, kunnen het verlenen van medewerking weigeren, voor zover dit uit hun geheimhoudingsplicht voortvloeit. In artikel 8:81 Awb is het volgende bepaald: 1. Indien tegen een besluit (...) voorafgaand aan een mogelk beroep bU de rechtbank bezwaar is geinaakt (..j, kan de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is ofkan worden in de hoofdzaak, op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwUlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
2.
(...).
3.
Indien voorafgaand aan een mogelk beroep bU de rechtbank bezwaar is gemaakt (...), kan een verzoek om voorlopige voorziening worden gedaan door de indiener van het bezwaarschrft (...) ofdoor de belanghebbende die geen recht heeft tot het instellen van administratiefberoep. De artikelen 6:4, derde lid, 6:5, 6:6, 6:14, 6:15, 6:17 en 6:21 zUn van overeenkomstige toepassing. De indiener van het verzoekschrfl die bezwaar heeft gemaakt dan we! beroep heeft ingesteld, legt daarb/ een afschrfl van het bezwaar- ofberoepschrfl over. Indien een verzoek om voorlopige voorziening is gedaan nadat bezwaar is gemaakt (...) en op dit bei’aar (...) wordt beslist voordat de zitting heeftplaatsgevonden, wordt de verzoeker in de gelegenheid gesteld beroep bU de rechtbank in te stellen. Het verzoek om voorlopige voorziening wordt gelkgesteld met een verzoek dat wordt gedaan hangende het beroep bij de rechtbank.
4.
5.