lad1van9
REGLEMENT tevens inhoudende het REGLEMENT van de EXAMENCOMMISSIE voor studiejaar 2014/2015 DIT REGLEMENT VERVANGT ALLE VOORGAANDE REGLEMENTEN
PREAMBULE Door de Stichting Opleiding Medewerkers in het Notariaat (hierna ook aan te duiden als SOMN of 'stichting') worden opleidingen verzorgd ten behoeve van werknemers, niet zijnde notaris of kandidaatnotaris, die op een notariskantoor werkzaam zijn. De Stichting organiseert, bij voldoende deelname, drie opleidingen: een introductiecursus; een opleiding tot notarieel secretaresse; een opleiding die opleidt tot de Akte van Bekwaamheid als Notarisklerk. De introductiecursus bestaat uit ongeveer 20 lesuren, te verdelen mede in overleg met de opleider. De opleiding tot notarieel secretaresse duurt één jaar. De opleiding tot notarisklerk duurt vier jaar. DE EXAMENS ALGEMEEN Het eerste, tweede en derde studiejaar van de klerkenopleiding worden afgerond met een schriftelijke toets, af te nemen tijdens de laatste les, om, bij een voldoende resultaat te worden toegelaten tot het mondelinge tentamen. Het vierde jaar wordt eveneens afgerond met een schriftelijke toets, tijdens de laatste les, om, bij een voldoende resultaat te worden toegelaten tot het mondeling tentamen. Indien ook dat mondeling tentamen voldoende is wordt men toegelaten tot het afsluitende (mondelinge) examen. De opleiding tot notarieel secretaresse kan worden afgerond met een schriftelijke toets. 1. De schriftelijke toetsen worden afgenomen tijdens de laatste les van het betreffende jaar, al dan niet, onder toezicht van degene die de toets heeft opgesteld en de secretaris examencommissie of een ander bestuurslid van de SOMN. 2. De schriftelijke toetsen die onvoldoende zijn gemaakt, (een en ander zoals hierna beschreven) wordt schriftelijk herkanst in een speciale bijeenkomst uiterlijk binnen 24 dagen nadat de 1e schriftelijke toets is afgenomen. 3. De schriftelijke toetsen die voldoende zijn gemaakt geven toegang tot een mondeling tentamen van ongeveer 30 minuten voor de jaren 1, 2, 3 en 4. In het mondeling tentamen worden alleen vragen gesteld over de lesstof van het betreffende studiejaar. Dit tentamen zal worden afgenomen 14 dagen nadat de schriftelijke toets en ook de eventuele schriftelijke hertoetsing heeft/hebben plaatsgevonden en voldoende is/zijn. 4. Het 4e jaar wordt afgesloten met een mondeling examen van ongeveer 40 minuten waarbij de lesstof van de jaren 1, 2, 3 en 4 in zijn geheel wordt geëxamineerd en vindt plaats na 15 augustus doch uitsluitend indien het resultaat van de schriftelijke (her)toets en het mondelinge tentamen voldoende zijn. 5. De diploma-uitreiking vindt zoveel mogelijk plaats op de laatste zaterdag van de maand september.
lad2van9 De door de voorzitter van de examencommissie in overleg met de secretaris van de Examencommissie aan te wijzen personen verrichten de hierna te melden werkzaamheden met betrekking tot de vermelde tentamens en examens: het opstellen van de schriftelijke toetsen; het afnemen van mondelinge tentamens/examens van de klerkencursus; het opstellen van de schriftelijke herkansingstoetsen; het afnemen van mondelinge hertentamens/herexamens; het beoordelen van de door de cursisten gemaakte werkstukken; het vaststellen van het uiteindelijke resultaat. Door het bestuur van de stichting wordt, rekening houdend met het vorenstaande, het volgende examenreglement vastgesteld:
lad3van9
REGLEMENT ARTIKEL 1 Examencommissie: Er is een Examencommissie beroepsopleiding medewerkers in het notariaat, hierna te noemen: “de Examencommissie”. a. De leden van de Examencommissie worden door het bestuur van de stichting telkens voor één jaar benoemd met uitzondering van de voorzitter examencommissie en de vice-voorzitter van de examencommissie. Deze worden voor de periode van drie achtereenvolgende jaren benoemd. Deze benoeming geschiedt in overleg met de Examencommissie. Het bestuur van de stichting benoemt uit de leden van de Examencommissie een voorzitter alsmede een plaatsvervanger van de voorzitter. Het aantal leden van de Examencommissie wordt door het bestuur in overleg met de voorzitter van de Examencommissie vastgesteld. b. De voorzitter alsmede zijn plaatsvervanger/vice-voorzitter worden door het bestuur van de stichting, na aanbeveling van de Examencommissie, in functie benoemd, met dien verstande dat het bestuur van de stichting na afloop van deze periode de aftredende voorzitter en zijn plaatsvervanger, dadelijk kunnen herbenoemen voor een volgende periode. c. Het bestuur van de stichting benoemt een van de bestuursleden van de stichting tot secretaris van de Examencommissie. De secretaris mag zijn werkzaamheden onder eigen verantwoordelijkheid delegeren. d. Een lid van de Examencommissie dat langer dan drie jaar niet meer in de notarispraktijk werkzaam is, zal niet meer worden herbenoemd. Het bestuur houdt zich evenwel het recht voor om in de Examencommissie personen te (her)benoemen die niet werkzaam zijn in het notariaat doch waarvan kennis en expertise een duidelijke bijdrage aan het functioneren van de commissie kunnen leveren. e. Een lid van de Examencommissie kan door het bestuur van de stichting worden ontslagen na overleg met de voorzitter van de Examencommissie (dan wel zijn plaatsvervanger indien het de voorzitter zelf betreft) doch eerst nadat het betreffende lid van de Examencommissie door het bestuur is gehoord. f. Een opleider kan door het bestuur, in overleg met de voorzitter van de examencommissie voor 1 jaar worden benoemd c.q. herbenoemd. De opleider mag niet deelnemen aan het opstellen en afnemen van tentamens van hetzelfde jaar dat hij/zij lesgeeft. ARTIKEL 2 Vergaderingen: a. De secretaris van de Examencommissie zal in overleg met de voorzitter van de Examencommissie, indien gewenst, de leden van de Examencommissie voor een vergadering bij een roepen. Het bestuur van de stichting zal tenminste 1 maal per jaar een overleg met de voorzitter van de Examencommissie voeren. b. De agenda voor een vergadering wordt samengesteld door de secretaris van de examencommissie in overleg met de voorzitter van de Examencommissie. c. Wanneer de voorzitter dan wel ten minste drie andere leden van de Examencommissie van mening zijn dat er een (extra) vergadering gewenst is, zal hij/zullen zij daartoe, onder opgave van het onderwerp waarover men wil vergaderen, verzoeken aan de secretaris van de Examencommissie een vergadering bijeen te roepen. De secretaris zal alsdan zorg dragen voor een oproep aan alle leden van de Examencommissie. De voorzitter is te allen tijde zelf bevoegd een vergadering van de Examencommissie bijeen te roepen. Hij stelt de secretaris daarvan in kennis. Evenzo is de secretaris bevoegd zelf een vergadering van de Examencommissie bijeen te roepen. Hij stelt de voorzitter daarvan in kennis.
lad4van9 ARTIKEL 3 Bevoegdheid voorzitter/secretaris Examencommissie: De voorzitter en de secretaris van de Examencommissie zijn te allen tijde bevoegd om tijdens een mondeling (her)tentamen of een mondeling (her)examen maatregelen te treffen die niet zijn voorzien bij dit reglement, dan wel anderszins gewenst/noodzakelijk zijn. Dit geldt ook bij de schriftelijke (her)toetsen. ARTIKEL 4 Werkzaamheden Examencommissie: a. De voorzitter van de Examencommissie zal in overleg met de secretaris van de Examencommissie de werkzaamheden verdelen voor wat betreft het (laten) opstellen door de opleiders van de schriftelijke toelatingstoetsen, waarbij rekening zal worden gehouden met het tijdschema waarbinnen de schriftelijke- en de mondelinge tentamens/examens zullen worden afgenomen b. De secretaris van de Examencommissie regelt het toezicht bij alle tentamens. De secretaris van de Examencommissie stelt de data van de mondelinge herkansingen vast in overleg met de voorzitter van de Examencommissie. c. Bij de te houden schriftelijke toelatingstoetsen zal de secretaris Examencommissie danwel een ander lid van het bestuur van de SOMN aanwezig zijn en de opsteller van de toets. d. Na afloop van een schriftelijke toets wordt het gemaakte werk zo spoedig mogelijk - doch uiterlijk binnen zeven dagen - door de betreffende opleider nagekeken waarna die opleider het werk doorzendt aan zijn mededocent voor een tweede correctie. Ook deze tweede correctie vindt plaats binnen zeven dagen. e. De voorzitter van de Examencommissie kan bij mogelijke twijfel te allen tijde worden ingeschakeld bij de beoordeling van de schriftelijke toetsen, zijn oordeel is doorslaggevend. f. De voorzitter en de secretaris van de Examencommissie alsmede de schrijver van de schriftelijke (her)toets zijn geheimhouding verplicht omtrent alles wat de kandidaten tot inlichting zou kunnen strekken aangaande de voor te leggen schriftelijke toetsen. ARTIKEL 5 Tentamen / Examenstof De schriftelijke toetsen worden afgestemd op de leerdoelen opgenomen in de studiegids 2013/2014. ARTIKEL 6 Beoordeling a. Het door de kandidaten gemaakte werk (toets) wordt, aan de hand van de (model-)antwoorden casu quo uitwerkingen, beoordeeld door de schrijver (docent) van de toets die vervolgens de uitwerking van het gemaakte werk aan zijn mede-docent ter hand stelt ter medebeoordeling. Deze mede beoordeling is verplicht. b. Iedere schriftelijke toets wordt door ieder van de docenten afzonderlijk van commentaar voorzien op een apart formulier, dat niet wordt doorgezonden naar de mede-docent. c. Het beoordeelde werk wordt met beide formulieren toegezonden aan de secretaris van de Examencommissie. d. De model-antwoorden casu quo uitwerkingen worden zo spoedig mogelijk na de schriftelijke toets op de website van de stichting gepubliceerd.
lad5van9 ARTIKEL 7 Toets/tentamens eerste jaar klerkenopleiding a. Het eerste jaar wordt afgesloten met een schriftelijke toets tijdens de laatste les van het betreffende cursusjaar over het in dat cursusjaar gedoceerde lesstof. b. De schriftelijke toets voor het eerste jaar wordt beoordeeld met cijfers van 1 tot en met 10. De cijfers worden gegeven tot één decimaal achter de komma, met inachtneming van hetgeen bepaald is in artikel 10. c. De kandidaat die het cijfer 6,0 of meer behaalt wordt toegelaten tot het mondelinge tentamen. d. De kandidaat die minder dan het cijfer 4,0 behaalt wordt afgewezen. e. 1. De kandidaat die het cijfer 4,0 of meer behaalt doch minder dan 6,0 krijgt de mogelijkheid van een schriftelijke herkansing. De herkansing zal plaats vinden uiterlijk binnen 24 dagen nadat de 1e schriftelijke toets is afgenomen. 2. Als de kandidaat het cijfer 6,0 of meer behaalt voor de herkansing, dan wordt de kandidaat alsnog toegelaten tot het mondeling tentamen. Bij een cijfer van minder dan 6,0 is de kandidaat afgewezen. f. De kandidaat die voor het mondeling tentamen een voldoende heeft gehaald, is geslaagd voor het betreffende jaar en wordt toegelaten tot het volgende studiejaar. g. Indien de kandidaat voor het mondelinge tentamen geen voldoende behaalt heeft hij recht op herkansing van het mondelinge tentamen. Deze mogelijkheid tot herkansing heeft hij niet indien de kandidaat is toegelaten tot het mondelinge tentamen op basis van de herkansing van de schriftelijke toets. ARTIKEL 8 Toets/tentamens tweede en derde jaar klerkenopleiding a. Het tweede jaar wordt afgesloten met een schriftelijke toets tijdens de laatste les van het betreffende cursusjaar bestaande uit een aangifte voor de erfbelasting of delen daaruit en vragen betreffende de aangifte voor de erfbelasting. b. Het derde jaar wordt afgesloten met een schriftelijke toets tijdens de laatste les van het betreffende cursusjaar, bestaande uit onderdelen van een akte en/of vragen met betrekking tot het maken van een akte. c. De schriftelijke toets voor het tweede- en derde jaar wordt beoordeeld met cijfers van 1 tot en met 10. De cijfers worden gegeven tot één decimaal achter de komma, met inachtneming van hetgeen bepaald is in artikel 10. d. De kandidaat die het cijfer 6,0 of meer behaalt wordt toegelaten tot het mondelinge tentamen. e. De kandidaat die minder dan het cijfer 4,0 behaalt wordt afgewezen. f. 1. De kandidaat die het cijfer 4,0 of meer behaalt doch minder dan 6,0 krijgt een schriftelijke herkansing. De herkansing zal plaats vinden uiterlijk binnen 24 dagen nadat de 1e schriftelijke toets is afgenomen. 2. Als de kandidaat het cijfer 6,0 of meer behaalt voor de herkansing, dan wordt de kandidaat alsnog toegelaten tot het mondeling tentamen. Bij een cijfer van minder dan 6,0 is de kandidaat afgewezen. g. De kandidaat die voor het mondeling tentamen een voldoende behaalt wordt toegelaten tot het volgende studiejaar. h. Indien de kandidaat voor het mondelinge tentamen geen voldoende behaalt heeft hij recht op
lad6van9 herkansing van het mondelinge tentamen. Deze mogelijkheid tot herkansing heeft hij niet indien de kandidaat is toegelaten tot het mondelinge tentamen op basis van de herkansing van de schriftelijke toets. ARTIKEL 9 Tentamens/examens vierde jaar a. Het vierde jaar wordt afgesloten met een schriftelijke toets en zal worden afgenomen tijdens de laatste les van het betreffende cursusjaar over de in dat cursusjaar gedoceerde lesstof. b. De toets voor het vierde jaar wordt beoordeeld met cijfers van 1 tot en met 10. De cijfers worden gegeven tot één decimaal achter de komma, met inachtneming van hetgeen bepaald is in artikel 10. c. De kandidaat die het cijfer 6,0 of meer behaalt is geslaagd en wordt toegelaten tot het mondeling tentamen hetwelk de lesstof bevat van jaar 4. d. De kandidaat die minder dan het cijfer 4,0 behaalt wordt afgewezen. e. 1. De kandidaat die het cijfer 4,0 of meer behaalt doch minder dan 6,0 krijgt een schriftelijke herkansing. De herkansing zal plaatsvinden uiterlijk binnen 24 dagen nadat de 1e schriftelijke toets is afgenomen. 2. Als de kandidaat het cijfer 6,0 of meer behaalt voor de herkansing, dan wordt de kandidaat alsnog toegelaten tot het mondeling tentamen. Bij een cijfer van minder dan 6,0 is de kandidaat definitief afgewezen. f. De kandidaat die voor het mondeling tentamen een voldoende behaalt wordt toegelaten tot het mondeling afsluitende examen waarbij zal worden geëxamineerd over de gehele lesstof van de jaren 1, 2, 3 en 4. (het hiervoor in dit artikel bepaalde is overigens van overeenkomstige toepassing). g. Indien de kandidaat voor het mondelinge examen geen voldoende behaalt heeft hij recht op herkansing van het mondelinge examen. Deze herkansing heeft hij ook indien de kandidaat is toegelaten tot het mondelinge examen op basis van de herkansing van de schriftelijke toets. ARTIKEL 10 Referaat en huiswerkopgaven De resultaten van twee referaten en tweemaal huiswerkopgaven van de kandidaat van het afgelopen studiejaar zullen meewegen op de volgende wijze: Een referaat of ingeleverde huiswerkopgaven zullen door de docent beoordeeld worden met onvoldoende, voldoende of goed. Een voldoende geeft recht op 0,1 punt per referaat of ingeleverde huiswerkopgaven en een goed geeft recht op 0,2 punt per referaat of ingeleverde huiswerkopgaven. Indien de kandidaat voor het tentamen een cijfer heeft behaald dat is gelegen tussen 3,2 en 3,9 of is gelegen tussen 5,2 en 5,9 zullen de punten die zijn toegekend aan de referaten en ingeleverde huiswerkopgaven, als hierboven beschreven, meetellen bij het uiteindelijk behaalde cijfer voor het tentamen. ARTIKEL 11 Algemeen a. Een kandidaat mag niet meer dan twee achtereenvolgende jaren het tentamen voor het eerste jaar of het examen van de secretaresseopleiding afleggen, met inachtneming van het bepaalde in artikel 7 sub g. b. Een kandidaat die voor het eerste jaar is geslaagd dient vanaf dat tijdstip de opleiding binnen vier jaar af te ronden op de wijze als hiervoor is vermeld. Het afsluitend examen voor het vierde jaar mag in ieder geval twee achtereenvolgende jaren worden afgelegd.
lad7van9 c. Zowel bij een schriftelijke (her)toets als bij het mondelinge tentamen/examen mag gebruik gemaakt worden van niet becommentarieerde wetboeken. d. De herkansing van een schriftelijke toets betreft een zelfde onderdeel als de afgelegde toets, dus in bv het 3e jaar weer bestaande uit onderdelen van een akte en/of vragen met betrekking tot het maken van een akte. e. Het mondeling tentamen/examen alsmede het mondelinge hertentamen/herexamen wordt bijgewoond door een notulist die verslag opmaakt. Indien een notulist ontbreekt, wordt het verslag gemaakt door een van de examinatoren. f. Het mondelinge (her)tentamen/mondelinge (her)examen is niet openbaar. ARTIKEL 12 Bekendmaking resultaten: De uitslagen van de schriftelijke toetsen dienen uiterlijk twee weken na de schriftelijke toets bekend te zijn bij de secretaris van de Examencommissie. De secretaris van de Examencommissie dient de uitslag onverwijld schriftelijk door te sturen naar het secretariaat van de Stichting. De uitslag wordt uitsluitend schriftelijk medegedeeld aan de cursist. Het hiervoor bepaalde onder artikel 12 is ook van toepassing op de schriftelijke hertoetsing, met dien verstande dat de uitslag van de hertoetsing binnen 1 week bekend moet zijn bij de secretaris examencommissie. ARTIKEL 13 Beroep: Er is beroep mogelijk. a. Er is schriftelijk beroep (aangetekend schrijven) mogelijk bij de voorzitter van de Examencommissie. b. Een afgewezen kandidaat die niet minder dan het cijfer 3,7 heeft behaald voor een schriftelijke toets, niet zijnde de schriftelijke hertoetsing, kan in beroep gaan bij de voorzitter van de Examencommissie, binnen zeven dagen nadat de uitslag aan hem bekend is gemaakt. c. De voorzitter van de Examencommissie beoordeelt het gemaakte werk zonder daarbij kennis te nemen van het commentaar van de oorspronkelijke correctoren. Het bepaalde in artikel 6 leden c en d is van overeenkomstige toepassing. d. Tegen de uitspraak van de voorzitter van de Examencommissie is geen hoger beroep mogelijk. e. De voorzitter van de Examencommissie doet binnen zeven werkdagen na de indiening van het beroep uitspraak. f. Het beroep dient bij aangetekend schrijven te worden gezonden aan: Stichting Opleiding Medewerkers in het Notariaat T.a.v. de voorzitter van de Examencommissie Postbus 14 3420 DA Oudewater ARTIKEL 14 Aanwezigheid a. Wanneer een kandidaat, opgeroepen voor een schriftelijke toets om zeer dringende redenen niet aanwezig kan zijn op de dag van de toets, kan de voorzitter van de Examencommissie in overleg met de secretaris van de Examencommissie beslissen om de kandidaat op een andere wijze dan wel op een ander tijdstip alsnog de schriftelijke toets af te nemen.
lad8van9 b. Voor deelname aan deze bijzondere schriftelijke toets zijn extra kosten verschuldigd. De kosten van deelname zullen door het bestuur van de stichting zodanig worden vastgesteld dat deze volledig kostendekkend zijn. c. Wanneer een kandidaat, opgeroepen voor een mondeling tentamen/ hertentamen of een mondeling (her)tentamen/examen/(her)examen om zeer dringende redenen niet aanwezig kan zijn op de dag die in de oproeping staat vermeld, kan de voorzitter van de Examencommissie in overleg met de secretaris beslissen om de kandidaat het mondelinge tentamen/examen/ hertentamen of het (her)examen op een eerder of later tijdstip af te nemen. Het bepaalde in lid b. van dit artikel is van overeenkomstige toepassing. d. Alle toetsen, tentamens/examens dienen te worden gedaan in het betreffende jaar van de opleiding, tenzij uit medische omstandigheden of vanwege “zeer dringende redenen” het niet verantwoord is om de toets, het tentamen/examen af te leggen. Van deze medische omstandigheid moet blijken uit een attest van een (arbo)-arts. Het al dan niet aanwezig zijn van de "zeer dringende redenen" is ter beoordeling van de voorzitter en secretaris van de Examencommissie. e. Het verzoek tot uitstel van het afleggen van een toets/tentamen/examen/ (her)tentamen of (her)examen dient uiterlijk vijf dagen voor de in de oproep vermelde datum bij aangetekend schrijven te zijn ontvangen door het secretariaat van de Stichting Opleiding Medewerkers in het Notariaat, t.a.v. secretaris van de Examencommissie. ARTIKEL 15 Verslag Examencommissie: Ieder jaar, zo spoedig mogelijk na de (her)tentamens/examens/herexamens van het vierde jaar, wordt door de secretaris van de Examencommissie in samenwerking met de voorzitter van de Examencommissie een verslag opgemaakt. ARTIKEL 16 Vergoeding kosten: De leden van de Examencommissie en de in artikel 4 onder c bedoelde personen ontvangen een reis- en verblijfskostenvergoeding en ontvangen voorts een vergoeding voor het opstellen en nakijken van de schriftelijke toets/toetsen, welke vergoedingen jaarlijks door het bestuur van de stichting wordt vastgesteld. ARTIKEL 17 Bevoegdheid bestuur van de stichting In alle gevallen, waarin dit reglement niet voorziet, beslist de secretaris examencommissie uitsluitend in overleg met de voorzitter van de examencommissie. Het bestuur van de SOMN is te allen tijde gerechtigd om in incidentele gevallen dispensatie te verlenen of alternatieve maatregelen te nemen van het gestelde in dit reglement. ARTIKEL 18 Secretaresseopleiding a. De secretaresseopleiding wordt afgesloten met een schriftelijke toets, die 2 uur duurt. Deelname aan de toets is niet verplicht doch wordt wel geadviseerd. b. De toetst bestaat uit een aantal vragen en casussen betreffende de studiestof. c. De toets wordt beoordeeld met cijfers van 1 tot en met 10. De cijfers worden gegeven tot één decimaal achter de komma. d. De kandidaat die het cijfer 6,0 of meer behaalt is geslaagd. e. Een kandidaat die minder dan het cijfer 6,0 behaalt is afgewezen.
lad9van9 f.
De cursist die met succes heeft deelgenomen aan de toets ontvangt een certificaat.
g. De cursist die niet deelneemt aan de toets of is afgewezen ontvangt een bewijs van deelname, doch uitsluitend als de cursist minstens 16 lessen heeft gevolgd op de aangegeven data, het opgegeven huiswerk heeft ingeleverd en de twee referaten zijn gehouden. h.
1. De kandidaat die het cijfer 4,0 of meer behaalt doch minder dan het cijfer 6,0 krijgt een schriftelijke herkansing. 2. Als de kandidaat het cijfer 6.0 of meer behaalt voor de schriftelijke herkansing, dan is de kandidaat alsnog geslaagd. Bij een cijfer van minder dan 6,0 wordt de kandidaat afgewezen.
Voor de toetsen van degenen die de notarieel secretaresse opleiding hebben gevolgd gelden eveneens de algemene regels van dit reglement. SLOTARTIKEL Het reglement is openbaar en ligt ter inzage op het kantoor van de Stichting en is vastgesteld in april 2015.