176

Statenvoorstel nr. PS/2008/176

Warmtenet Twente

Datum

GS-kenmerk

Inlichtingen bij

11 maart 2008

0035009

Arnout Potze, telefoon 038 499 75 66 [email protected]

Aan Provinciale Staten

Onderwerp Besluitvorming ondersteuning in het Warmtenet Twente (hierna te noemen Warmtenet)

Bijlagen I.

Ontwerpbesluit nr. PS /2008/176 (bijgevoegd)

1

Samenvatting

Het Warmtebedrijf Hengelo i.o. (hierna te noemen Warmtebedrijf) gaat de komende 20 jaar warmte leveren aan circa 5.000 woningen en 400.000m2 kantoorgebouwen. Twence verzorgt het warmteaanbod vanuit de afvalverbrandingsinstallatie. Het Warmtebedrijf wordt opgericht door de gemeente Hengelo voor de distributie en levering. Met Twence worden momenteel gesprekken gevoerd voor een participatie van minimaal 15% van de aandelen van het Warmtebedrijf. De duurzame warmte levert een reductie van 150-200 kton CO2. Dat is 25 - 30% van de huidige klimaatdoelstellingen van de provincie Overijssel; een significante impuls aan de CO2emissiereductie en verduurzaming van de energievraag in de provincie. Het Warmtenet is een uniek samenkomen van locatieontwikkeling, herstructureringsopgaven en verduurzaming van het energieaanbod. Er zijn echter financiële risico’s. Vanwege de verwachte aanloopverliezen heeft het Warmtebedrijf de provincie om ondersteuning gevraagd. Marktpartijen zijn in het verleden gevraagd om het Warmtenet te exploiteren. Hiervoor bestond onvoldoende interesse. Vervolgens zijn partijen gevraagd om een participatievoorstel te doen. Uit een onlangs gehouden marktscan blijkt in de markt wel interesse te bestaan voor participatie. Marktpartijen stellen bij participatie harde voorwaarden voor het rendement op hun participatie en vragen zekerheden met betrekking tot de afzetgebieden voor warmtelevering. Vooralsnog blijkt uit het businessplan nog een te laag rendement op de investeringen om nu al een participatievoorstel aan de marktpartijen voor te leggen. Daarnaast gelden nog onzekerheden met betrekking tot de afzetgebieden (in zowel aantallen woningen als de realisatieplanning). Gedeeltelijke afdekking van de financiële risico’s door de provincie wordt door de marktpartijen gezien als een belangrijke voorwaarde om te participeren. Het Warmtebedrijf kent op basis van zijn businesscase omstreeks 2010 een maximale financieringsbehoefte van bijna € 31 miljoen. De aanloopverliezen bedragen ca € 3,6 miljoen. De gemeente Hengelo heeft de provincie daarvoor ondersteuning gevraagd. Beoogd wordt vanuit de provincie een bijdrage aan het Warmtenet te leveren van € 1,8 miljoen. Deze bijdrage kan in de vorm van een achtergestelde lening, dan wel een aandeelhouderschap plaatsvinden. Wij hebben gezien het strategisch belang een voorkeur voor een actieve deelname als aandeelhouder om in de startfase van het Warmtebedrijf de uitbreiding (naar buurgemeenten) en daarmee de reductie van fossiele CO2 te vergroten.

Andere provinciale ondersteuningsvormen zijn onderzocht, maar zijn uit oogpunt van doelmatigheid en effectiviteit minder geschikt. Hierover bent u in de notitie PS/2007/797 reeds op de hoogte gesteld. Het blijft voor het Warmtebedrijf noodzakelijk om andere participanten te zoeken. Ondersteuning van het Warmtenet sluit aan op de doelstellingen uit het Coalitieakkoord en de invulling van het Energiepact. Realisatie van het Warmtenet resulteert in een hecht en niet-vrijblijvend netwerk van gemeente, ontwikkelaars, woningbouwcorporaties, energieleveranciers en bedrijfsleven. Het Warmtenet en de provinciale participatie dragen bij aan de realisatie van de provinciale doelstellingen op het gebied van energie en klimaat. Met provinciale ondersteuning wordt de oprichting van het Warmtebedrijf mede mogelijk gemaakt. Hierdoor wordt een wezenlijke bijdrage geleverd aan het verduurzamen van de energievraag op regionaal niveau. Door de inbreng van de Provincie wordt het tevens mogelijk de milieuwinst van het project verder te laten toenemen door ook verder gelegen gebieden aan te sluiten en worden andere partijen gestimuleerd tot participatie, wat tot betere inkoop- en leveringsvoorwaarden van warmte kan leiden. Gezien de tijdsdruk die rust op de planning van deze unieke kans wordt u verzocht in te stemmen met de ondersteuning van het Warmtebedrijf, vooruitlopend op de subsidieregeling van het Energiepact en de uitwerking in de Perspectiefnota. Besluitvorming over dit project wordt daarmee naar voren geschoven in de tijd ten opzichte van andere projecten. Dit sluit aan bij de wens van de Staten om te versnellen op belangrijke doelen.


2

Inleiding, probleemstelling, uitwerking

2.1

Het Warmtenet

Het Warmtenet levert in de toekomst warmte aan bijna 5.000 woningen en ruim 400.000m2 kantoorgebouwen. De realisatie spreidt zich uit over een periode van ruim 20 jaar. Twence verzorgt het warmteaanbod vanuit de afvalverbrandingsinstallatie. Het Warmtebedrijf wordt opgericht door de gemeente Hengelo voor de distributie en levering. Met Twence worden momenteel gesprekken gevoerd voor een participatie van minimaal 15% van de aandelen van het Warmtebedrijf. Het Warmtenet levert een bijdrage van 25-30% aan de huidige klimaatbeleidsdoelstelling en van de provincie Overijssel, hetgeen overeenkomt met een reductie van 150 tot 200 kton CO2. Daarmee wordt een significante impuls gegeven aan CO2emissiereductie en verduurzaming van de energievraag in de provincie. In het warmtenet komen locatieontwikkeling, herstructureringsopgaven en een duurzaam energieaanbod samen. Een project van dergelijke omvang en resultaten is uniek voor de regio. Nevenstaand is het Warmtenet Hengelo schematisch weergegeven. Het Warmtenet is een majeur, concreet project, dat resulteert in duurzame, niet vrijblijvende samenwerkingsrelaties tussen gemeenten, energieleveranciers, woningbouwcorporaties, bedrijfsleven, ontwikkelaars en de provincie, passend in de context van het Energiepact.

2.2

Probleemstelling

De aanleg van Warmtenet heeft een geraamde investeringsbehoefte van maximaal € 31 miljoen. Deze dient te worden terugverdiend door de Bijdrage Aansluitkosten die het Warmtebedrijf in rekening brengt bij de ontwikkelaars en eigenaren van de aan te sluiten woningen en kantoren, alsmede via de energieopbrengsten gedurende de exploitatie. Het meest realistische scenario voor de ontwikkeling van het Warmtenet leidt tot aanloopverliezen in de ordegrootte van € 3,6 miljoen. De gemeente Hengelo kan deze investering en dit risico niet zelfstandig dragen en heeft de provincie gevraagd om financiële ondersteuning. In het ontwerpbesluit in de bijlage bij deze notitie vragen wij om uw instemming met de beoogde ondersteuning. Financiële risico’s De realisatie van het Warmtenet kent diverse planmatige, economische en technische risico’s die kunnen resulteren in een significant exploitatietekort, hogere aanloopverliezen en/of de hogere en/of langere voorfinanciering van het project. Risico’s die de hoogte van de rentabiliteit van het warmtenet bepalen, vallen uiteen in 3 categorieën: > Minder inkomsten uit het Warmtenet, als gevolg van onder andere een lager aantal aansluitingen, dan wel een lagere warmteprijs; > Uitlopen van de planning van de aanleg van het Warmtenet, als gevolg van onder andere een lagere ontwikkelingsnelheid locaties (planvorming en aansluitingen), of vertraging van ruimtelijke ordeningsprocessen; > Hogere investeringen in het Warmtenet, zoals tegenvallers bij de aanleg of tijdens de exploitatie (vervangingsinvesteringen, onderhoud). Risico’s zijn het grootst voor wat betreft de categorieën Inkomsten en Planning. De hoogte van de investeringen zijn vooraf redelijk nauwkeurig in te schatten, omdat engineeringsstudies zijn uitgevoerd.


Definiëren van de provincierol Besluitvorming over ondersteuning vanuit het Energiepact aan het Warmtenet is naar voren geschoven in de tijd, ten opzichte van andere aanvragen. Hierover bent u in de notitie PS/2007/797 reeds op de hoogte gesteld. De redenen hiervoor zijn de tijdsdruk die rust op de planning van deze unieke kans, het grote milieurendement en de financiële doelmatigheid van de bijdrage. De perspectiefnota brengt de andere kansen in Overijssel in beeld, die op de lange(re) termijn passen binnen de kaders van het Energiepact. Ingegeven door wens van de Staten om te versnellen op belangrijke doelen, wordt u verzocht in te stemmen met de ondersteuning van het Warmtebedrijf, vooruitlopend op de subsidieregeling van het Energiepact en de uitwerking in de Perspectiefnota. Met participatie in het Warmtebedrijf maakt de Provincie de toekomstige benutting van warmte in Hengelo en aanpalende gemeenten (Borne) mogelijk en schept zij mogelijkheden voor vergroting van het milieuvoordeel. Er is sprake van een substantiële meerwaarde voor dit project als gevolg van de provinciale bijdrage. De Provincie maakt de realisering van de CO2-reductie en het verduurzamen van de energievraag op regionaal niveau mede mogelijk. Participatie door de provincie vindt plaats vanuit het Energiepact. Participatie resulteert in het versterken van het netwerk van en een niet vrijblijvende, samenwerking tussen gemeente, ontwikkelaars, woningbouwcorporaties, energieleveranciers en bedrijfsleven. De provinciale ondersteuning legt het initiatief bij, stelt vertrouwen in en levert ruimte voor lokale overheden en andere organisaties in het verduurzamen van de energievoorziening, dit resulteert in een doelmatig provinciaal samenspel met andere bestuurslagen. Kortom, participatie in het Warmtebedrijf leidt tot een concrete invulling van de Groene Alliantie, zoals bedoeld in het Coalitieakkoord en de ambities van het Energiepact. Ook in andere plaatsen (Deventer, Zwolle) werken gemeente en energieaanbieder een Warmtenet uit. Het Warmtebedrijf in Hengelo is echter uniek vanwege de omvang van het warmteaanbod, de combinatie met herstructurering in de buurt en daarmee het milieueffect.

2.3

Procesverloop

Voor de totstandkoming van dit Statenvoorstel is nauw samengewerkt met de gemeente Hengelo en Twence. Externe partijen zijn geconsulteerd die ervaring hebben met de realisatie van een Warmtenet en de provinciale rol, zoals de provincie Noord-Holland. Ook is een marktscan gehouden waarin bij partijen (energie(diensten)bedrijven, investeerders en ontwikkelaars) de bereidheid is gepeild om te participeren in het Warmtebedrijf. Juridische toetsing heeft plaatsgevonden op de mogelijkheden voor provinciale ondersteuning.

3

Overwogen oplossingsrichtingen en alternatieven

Bij het vaststellen van de ondersteuning en de rol door de provincie Overijssel is het volgende in ogenschouw genomen. De gemeente Hengelo heeft aangegeven dat het Warmtenet er gaat komen. Het Hengeloos college vraagt aan de Raad in het besluit rond de oprichting van het Warmtebedrijf vertrouwen te hebben in het vinden van participanten, teneinde de risico’s financieel af te dekken. Hierbij noemt Hengelo prominent de provincie.

3.1

Toegevoegde waarde provinciale participatie

De provincie beoogt dit project te ondersteunen, vanwege de bijdrage aan het maatschappelijk nut en de mogelijkheden het (milieu-)effect van het project te vergroten en haar eigen milieudoelstellingen mede in te vullen. Uitgangspunt voor participatie door de provincie is om niet het gehele risico financieel af te dekken. De toegevoegde waarde voor de provincie van een bijdrage aan het Warmtenet is: 1. Op (financieel) doelmatige wijze haar klimaat-/milieudoelstellingen mede te realiseren 2. Het mede mogelijk maken van de milieuwinst van dit project en zich op energieambities te profileren 3. Vorming van vitale, duurzame coalities en netwerken tussen marktpartijen en overheden, waaronder het aanhalen van banden met gemeentelijke overheid 4. Vertrouwen te tonen in het project, hetgeen andere partijen kan overtuigen om ook een positie in te nemen en bijvoorbeeld participatie te (her-)overwegen 5. Middels partiële afdekking van de risico’s co-participatie noodzakelijk te laten blijven


6. 7. 8.

3.2

Dat provinciale participatie kan leiden tot het scheppen van ruimte en randvoorwaarden voor een betere inkoopprijs, inkoop- en verkoopvoorwaarden van de warmte Om gemeentelijke risicovolle initiatieven voor verduurzaming te stimuleren en lokale overheden de ruimte te geven voor ontwikkeling van dergelijke initiatieven Hiermee de speelruimte voor milieuwinst van dit project in de toekomst te vergroten, omdat: a. de aansluiting van enkele verder gelegen locaties (bijvoorbeeld Borne) heroverwogen zullen worden b. innovatieve, aanvullende toepassingen op haalbaarheid zullen worden uitgewerkt, zoals het aanbieden van duurzame koeling aan woningen en utiliteit.

Participatie en ondersteuning door andere partijen

In de periode 2003 – 2006 zijn verschillende financiële alternatieven voor de realisatie van het Warmtenet door de gemeente Hengelo onderzocht en afgewogen. Hengelo heeft onderzoek gedaan en onderhandeling gevoerd om marktpartijen te vinden die de exploitatie van het Warmtenet op zich kunnen nemen. De gebruikelijke marktpartijen (traditionele energiebedrijven als Essent, NUON etc.) zijn hiertoe niet bereid gevonden, vanwege het beoogde rendement in relatie tot de risico’s, zoals in 2.2 beschreven. De gemeente Hengelo heeft voor de ontwikkeling van het Warmtenet subsidie aangevraagd bij de Unieke Kansen Regeling (VROM). Ondanks dat de aanvraag positief ontvangen is zal er in deze tender naar alle waarschijnlijkheid geen bijdrage vanuit deze regeling komen, vanwege de overschrijving van de beschikbare subsidiegelden. In een volgende tender (naar alle waarschijnlijkheid rond de zomer 2008) zal de gemeente Hengelo opnieuw indienen. Ook BNG is benaderd voor financiële ondersteuning. Hoewel Hengelo nog wacht op de definitieve toekenning is het perspectief voor deelname van BNG veelbelovend. In november 2007 is de vraag uitgezet onder marktpartijen (energiedienstenbedrijven, beleggers en ontwikkelaars) of zij bereid zijn te participeren in het Warmtenet op basis van de huidige plannen en afspraken. Uit een onlangs gehouden marktscan blijkt in de markt wel interesse te bestaan voor participatie. Marktpartijen stellen bij participatie harde voorwaarden voor het rendement op hun participatie en vragen zekerheden met betrekking tot de afzetgebieden voor warmtelevering. Vooralsnog blijkt uit het businessplan nog een te laag rendement op de investeringen om nu al een participatievoorstel aan de marktpartijen voor te leggen. Daarnaast gelden nog onzekerheden met betrekking tot de afzetgebieden (in zowel aantallen woningen als de realisatieplanning). Gedeeltelijke afdekking van de financiële risico’s door de provincie wordt door de marktpartijen gezien als een belangrijke voorwaarde om te participeren. Marktpartijen wensen met open vizier en met inzicht in de financiële gegevens, planningen, afspraken en kenmerken van het project doorpraten over de mogelijkheden voor participatie. De informatie die overlegd is aan de marktpartijen in de consultatie was voor harde uitspraken nog te beperkt (noodgedwongen om geen aanbestedingsobstakels op te werpen).

3.3

Ondersteuning door provincie

De provincie Overijssel heeft eerder € 156.000 gesubsidieerd ten behoeve van de voorbereiding voor de aanleg van het Warmtenet. De bijdrage is bedoeld voor de financiering van het aanloopverlies van het project en bijdrage was gebaseerd op de netto contante waarde van 50% van de extra rentelasten op de investeringen en had alleen betrekking op de realisatie van het Warmtenet voor Hart van Zuid. Op dit moment ondersteunt de provincie Overijssel de ontwikkeling van het Warmtenet Hengelo door vanuit haar organisatie een projectleider Warmtenet aan te stellen. Overweging van de provinciale ondersteuningsvorm Hengelo heeft de provincie verzocht om aanvullende financiële ondersteuning. Daartoe is onderzocht welke vorm hiervoor het meest geschikt is. Geconcludeerd is dat minder toepasselijk zijn: > Subsidie door de provincie: voor projecten die niet rendabel zijn, daarvan is in dit geval geen sprake; ter stimulering van innovatie, een warmtenet is een bewezen techniek; kan in een aantal gevallen niet worden gecombineerd met andere bijdragen. > Lening door bank, met provinciale garantstelling: provincie kan geen aanspraak maken op bereiken van klimaatdoelstellingen; provincie draagt niet bij aan toekomstige rol bij vorming vitale, duurzame coalities geen mogelijkheden voor provinciale benefit sharing, bij meevallende opbrengsten financiële risico voorfinanciering en hoogte rentelasten blijven onveranderd.


>

Concurrente lening door de provincie: biedt het Warmtebedrijf cq. de gemeente Hengelo geen verlaging van het risico op de investering financiële risico voorfinanciering en hoogte rentelasten blijven onveranderd.

De meest geschikte ondersteuning vormt een achtergestelde lening of een participatie als aandeelhouder door de provincie . Dit levert op de meest doelmatige wijze de afdekking van de financiële risico’s met betrekking tot de voorfinanciering en aanloopverliezen. Voor beide opties is het uitgangspunt dat de provincie aan het einde van de participatie of de looptijd weer beschikt over de gealloceerde middelen en zij, onder de beoogde voorwaarden, kan delen in een eventueel meevallende exploitatie. Beide opties dragen bij aan versterking van het eigen vermogen van het Warmtebedrijf. In geval van aandeelhouderschap zijn er meer mogelijkheden vorm te geven aan de ontwikkeling van het bedrijf ( bijv. milieudoel, uitbreiding net, financieel rendement). Daarin ligt een strategisch belang dat maakt dat wij een voorkeur hebben voor het participeren als aandeelhouder. Participatie voor 1,8 miljoen Voorgesteld wordt om voor 20 % (= 1,8 miljoen) als aandeelhouder te participeren in het Warmtebedrijf, dan wel in de vorm van een achtergestelde lening. Aan de hand van een nadere uitwerking in overleg met de overige participanten en na toetsing aan staatssteunvragen zal GS bepalen of de voorkeur voor aandeelhouderschap realiseerbaar is, dan wel teruggevallen wordt op een renteloze achtergestelde lening. Verder wordt voorgesteld voor het risico van deze participatie en de eventueel niet verkregen rentes een voorziening te treffen vanuit de middelen voor het Energiepact. In de Dynamische Investeringsagenda 2007 – 2011 is voor het Energiepact een bedrag van € 12 miljoen opgenomen. Daarvan is in 2008 € 1,5 miljoen geraamd. Aanvullend daarop wordt nu € 1,8 miljoen opgenomen voor de voorziening Warmtebedrijf Twente. Het betreft dus het naar voren halen van middelen van na 2008 naar dit begrotingsjaar. De technische uitwerking hiervan zal plaatsvinden via een begrotingswijziging bij de Perspectiefnota in het voorjaar van 2008. Voorwaarden aan en zekerheden voor participatie in het Warmtebedrijf Aan de achtergestelde lening of een aandeelhouderschap wordt een aantal voorwaarden verbonden: er dient een contract over warmtelevering tussen het Warmtebedrijf en Twence te worden afgesloten; in het contract tussen Warmtebedrijf en Twence worden afspraken gemaakt inzake de marktconformiteit van de warmteprijs (hoogte, mogelijke ontwikkeling en indexering); in het contract tussen Warmtebedrijf en Twence worden afspraken gemaakt inzake de houdbaarheid van de tarieven en het ondervangen van de risico’s met betrekking tot de ontwikkeling van de Warmtewet; tussen afnemers en het Warmtebedrijf worden afspraken inzake de tariefstelling, gebaseerd op het niet-meer-dan-anders-principe, in een (leverings)contract vastgelegd; de tariefstelling voor afnemers zal ook in de toekomst bij tariefwijzigingen (indexatie of andersgewijs) minimaal gebaseerd zijn op het niet-meer-dan-anders principe; Het Warmtebedrijf monitort de CO2-reductieresultaten die met het project worden bewerkstelligd en koppelt dit terug jaarlijks ten behoeve van de provinciale begrotingscyclus aan de provincie die de centrale monitoring van CO2-reductie verzorgt; opstellen van een communicatiestrategie voor het Warmtebedrijf en de provincie, de behaalde milieuwinst, de samenwerking, elkaars rol, etc.; wanneer andere participanten in het Warmtebedrijf het financiële risico, dat de achtergestelde lening beoogt af te dekken, deels of geheel eveneens afdekken, dan wordt dit proportioneel op de achtergestelde lening van de provincie in mindering gebracht; de mogelijkheden om het Warmtenet uit te breiden naar andere gemeenten en delen van Hengelo worden verkend en uitgewerkt Staatssteun Bij een aandeelhouderschap of een achtergestelde lening tegen niet-marktconforme voorwaarden is er in beginsel sprake van staatssteun die gemeld moet worden bij de Europese Commissie, tenzij er sprake is van de-minimissteun of een beroep kan worden gedaan op een van de zogenaamde groepsvrijstellingen. Door de huisadvocaat is reeds vastgesteld dat van enige groepsvrijstelling naar alle waarschijnlijkheid geen sprake zal zijn. Derhalve zal door de provincie een melding bij de Europese Commissie moeten worden gedaan. De Europese Commissie zal de steun toetsen op verenigbaarheid met de gemeenschappelijke markt.


Hangende de beoordeling van de niet-marktconforme achtergestelde lening mag deze lening onder deze voorwaarden niet worden aangegaan in verband met het stand-still beginsel. De beoordeling van de Europese Commissie zal zich toespitsen op een toetsing aan het milieusteunkader (Communautaire kaderregeling inzake staatssteun ten behoeve van het milieu, PbEG 2001, C37). De investering in een Warmtebedrijf heeft de Commissie reeds eerder aan dit milieusteunkader getoetst met betrekking tot het Warmtebedrijf Rotterdam. Blijkens deze beschikking valt de investering in de onderhavige zaak in het toepassinggebied van dit milieusteunkader, aangezien deze het mogelijk maakt dat industriële activiteiten en warmte worden gerealiseerd met een geringere energietoevoer. (Besluit Commissie inzake Warmtebedrijf Rotterdam, 18 december 2006, N452/2006). Toetsing door de Europese commissie zal, na gezamenlijke melding door Hengelo en Overijssel circa 6 maanden duren. Marktconforme achtergestelde lening als overbrugging Omwille van de projectvoortgang (noodzakelijke aanbestedingen door het Warmtebedrijf voor de transportleiding en contracten met ontwikkelende partijen) is het noodzakelijk het Warmtebedrijf nu reeds te faciliteren met een bijdrage aan het startkapitaal en niet de toetsing door de Europese commissie af te wachten De enige mogelijkheid daarvoor is om het Warmtebedrijf nu een (achtergestelde) lening te verschaffen met marktconforme voorwaarden. Na goedkeuring door de Europese commissie kan deze dan dit najaar worden omgezet in een aandeelhouderschap of een renteloze lening. Vanuit staatssteunperspectief wordt hiermee het risico op onrechtmatige staatssteun geminimaliseerd. Het aanbod voor de achtergestelde lening door de Bank Nederlandse Gemeenten (Euribor (dagkoers: 6 maand Euribor= 4,35%) plus 1,5 % voor de achtergestelde lening, totaal 5,85%) wordt hiervoor als marktconform uitgangspunt genomen. Hiermee is op voorhand echter geen 100% obstakelvrije weg bij de Europese Commissie gegarandeerd. Daarom zal bij de melding aan de Europese Commissie worden aangegeven dat indien de Europese Commissie van mening is dat onder de BNG-voorwaarden ook sprake is van ongeoorloofde staatssteun, aan het Warmtebedrijf met terugwerkende kracht het verschil tussen de dan reeds in rekening gebrachte rente en het marktconforme rentetarief volgens de Europese Commissie, alsnog zal worden doorberekend aan het Warmtebedrijf.

4

Communicatie

Met de gemeente Hengelo is afgesproken dat de ondersteuning van het Warmtenet door de provincie naar voren komt in alle communicatie-uitingen die te maken hebben met ontwikkeling van het Warmtenet en mijlpalen. De wijze waarop, de onderwerpen en de momenten van communiceren zal in goed overleg tussen participanten worden bepaald. De gemeente Hengelo en de provincie Overijssel leggen gezamenlijk de hand aan een communicatieplan.

5

Voorstel

Uw Staten wordt voorgesteld in te stemmen met: 1. Het voorgenomen GS-besluit een marktconforme achtergestelde lening ter hoogte van € 1,8 miljoen te verstrekken. Deze lening wordt verstrekt met een rente ter hoogte van de Euribor dagkoers (20 februari 2008: 6 mand Euribor = 4,35%) plus 1,5%. De lening wordt aan het einde van de looptijd terugbetaald door het Warmtebedrijf i.o.. Deze marktconforme achtergestelde lening dient ter overbrugging van de eerste zes maanden in afwachting van een besluit van de Europese Commissie over de geoorloofde steun aan het Warmtenet. 2. Het voorgenomen GS-besluit hiervoor met het Warmtebedrijf een leenovereenkomst op te stellen, waarin de voorwaarden voor de lening worden overeengekomen; 3. Het voorgenomen GS-besluit de marktconforme lening om te zetten in een aandeelhouderschap, onder de voorwaarde dat de Europese Commissie definitief heeft uitgesproken dat deze financiële bijdragen tot een maximum van € 1,8 miljoen niet worden aangemerkt als ongeoorloofde staatssteun. Als aandeelhouderschap op complicaties stuit, het beschikbaar stellen van een renteloze achtergestelde lening met een looptijd van 15 jaar als terugvaloptie te hanteren. Ook daarvoor geldt de voorwaarde van goedkeuring door de Europese Commissie.


Uw Staten wordt voorgesteld het volgende te besluiten: 1. Een voorziening te vormen om het risico van de achtergestelde lening ad € 1,8 miljoen af te dekken. 2. Dit bedrag te dekken uit de middelen ad € 12 miljoen die in de dynamische investeringsagenda 2007 – 2011 voor het Energiepact beschikbaar zijn gesteld en € 1,8 miljoen extra voor 2008 te labelen. 3. De technische uitwerking hiervan bij de Perspectiefnota in het voorjaar 2008 via een begrotingswijziging te laten plaatsvinden. 4. De eventuele gederfde rente (van circa € 90.000,-/jaar) bij het verstrekken van een renteloze achtergestelde lening wordt jaarlijks ten laste gebracht van de middelen van het Energiepact van dat lopende jaar. In het laatste jaar van het Energiepact wordt de resterende rente gekapitaliseerd en ten laste gebracht van de middelen van dat jaar. Gedeputeerde Staten van Overijssel,

voorzitter, G.J. Jansen

secretaris, H.A. Timmerman


Bijlage I

Ontwerpbesluit nr. PS /2008/176

Provinciale Staten van Overijssel, gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten d.d. 11 maart 2008 kenmerk

stemmen in met: 1.

2. 3.

Het voorgenomen GS-besluit een marktconforme achtergestelde lening ter hoogte van € 1,8 miljoen te verstrekken. Deze lening wordt verstrekt met een rente ter hoogte van de Euribor dagkoers (20 februari 2008: 6 mand Euribor = 4,35%) plus 1,5%. De lening wordt aan het einde van de looptijd terugbetaald door het Warmtebedrijf i.o.; Het voorgenomen GS-besluit hiervoor met het Warmtebedrijf een leenovereenkomst op te stellen, waarin de voorwaarden voor de lening worden overeengekomen; Het voorgenomen GS-besluit de marktconforme lening om te zetten in een aandeelhouderschap, onder de voorwaarde dat de Europese Commissie definitief heeft uitgesproken dat deze financiële bijdragen tot een maximum van € 1,8 miljoen niet worden aangemerkt als ongeoorloofde staatssteun. Als aandeelhouderschap op complicaties stuit, het beschikbaar stellen van een renteloze achtergestelde lening met een looptijd van 15 jaar als terugvaloptie te hanteren. Ook daarvoor geldt de voorwaarde van goedkeuring door de Europese Commissie.

besluiten: 1. 2.

3. 4.

Een voorziening te vormen om het risico van de achtergestelde lening ad € 1,8 miljoen af te dekken. Dit bedrag te dekken uit de middelen ad € 12 miljoen die in de dynamische investeringsagenda 2007 – 2011 voor het Energiepact beschikbaar zijn gesteld en € 1,8 miljoen extra voor 2008 te labelen. De technische uitwerking hiervan bij de Perspectiefnota in het voorjaar 2008 via een begrotingswijziging te laten plaatsvinden. De eventuele gederfde rente (van circa € 90.000,-/jaar) bij het verstrekken van een renteloze achtergestelde lening wordt jaarlijks ten laste gebracht van de middelen van het Energiepact van dat lopende jaar. In het laatste jaar van het Energiepact wordt de resterende rente gekapitaliseerd en ten laste gebracht van de middelen van dat jaar.

Zwolle, Provinciale Staten voornoemd,

voorzitter,

griffier,


176

Recommend Documents