Meerkeuzevragen 1.
2.
3.
4.
5.
Tot welke computergeneratie behoort een werkplekmachine? A
II
B
III
C
IV
Wat is het kenmerkende verschil tussen een computer van de 4e generatie en computers van eerdere generaties? A
Rekencapaciteit
B
Geheugengrootte
C
Datacommunicatie
D
Multimedia
Welk soort computer wordt voornamelijk op afdelingsniveau gebruikt? A
Mainframe
B
Minicomputer
C
Microcomputer
D
Laptop
Welk deelproces volgt in het proces informatieverzorging direct na het vastleggen van gegevens? A
Bewerken van gegevens
B
Verwerken van gegevens
Binnen welk toepassingsgebied gaat het onder andere om het maken van berekeningen bij een productontwerp? A
Administratieve automatisering
B
Kantoorautomatisering
C
Fabrieksautomatisering
6.
De gegevens van een bestelling worden rechtstreeks automatisch ingevoerd in een factureringsprogramma. Is hier sprake van een CAD/CAM-toepassing?
7.
8.
9.
A
Ja
B
Nee
Welk begrip hoort niet bij de hardware? A
Invoerapparatuur
B
Uitvoerapparatuur
C
Geheugens
D
User interface
Kunnen in de centrale machines gegevens worden opgeslagen? A
Ja
B
Nee
“……… en dan moet je het printersymbool aanklikken”. Over welk soort interface gaat het hier?
10.
A
CUI
B
GUI
Waar worden ingevoerde gegevens in ieder geval opgeslagen? A
CVE
B
Intern geheugen
C
Extern geheugen
D
Registers
11.
12.
Waar, in de CVE, wordt een instructie in eerste instantie opgeslagen? A
ALU
B
CPU
C
Register
D
ROM
Een bit kan twee toestanden aannemen. Is deze bewering juist?
13.
14.
A
Ja
B
Nee
Welk begrip heeft NIET te maken met een eigenschap van geheugens? A
Byte
B
Mhz
C
MIPS
Een slot vormt de verbinding tussen de centrale machine en randapparatuur. Is deze bewering juist?
15.
A
Ja
B
Nee
Hoe kunnen reisreserveringen het beste worden verwerkt? A
On-line, batch
B
Off-line, batch
C
On-line, realtime
D
Off-line, realtime
16.
Een fileserver is een computer die vooral wordt gebruikt voor de centrale opslag van gegevens. Is deze bewering juist?
17.
A
Ja
B
Nee
Vul de volgende zin aan: Randapparatuur wordt verdeeld in invoerapparatuur, uitvoerapparatuur en ………
18.
A
interfaces.
B
externe geheugens.
C
controllers.
Een gescande tekst kan worden omgezet naar een digitale tekst. Is deze bewering juist?
19.
20.
A
Ja
B
Nee
Wat is een correcte omschrijving van het begrip resolutie? A
Het mogelijke aantal pixels op een beeldscherm
B
Het mogelijke aantal pixels per cm2
C
Het mogelijke aantal dots per inch (DPI)
Vul de volgende zin aan: Een chipcard bevat een microprocessor én een ……… A
ROM-geheugen.
B
RAM-geheugen.
C
Cache-geheugen.
21.
22.
Waartoe dient een leespen? A
Het lezen van OCR - schrift
B
Het lezen van barcode
C
Het lezen van handgeschreven tekst
Een plasmascherm werkt met vloeibare kristallen. Is deze bewering juist?
23.
24.
25.
A
Ja
B
Nee
Wat is een belangrijk voordeel van een impactprinter ten opzichte van een nonimpactprinter? A
Er wordt niet met inkt gewerkt
B
De teksten en afbeeldingen worden per pagina afgedrukt
C
Er kunnen doorslagen mee worden gemaakt
Wat is het eigenlijke doel van het formatteren van een schijf? A
Het verwijderen van de huidige inhoud van de schijf
B
Het maken van een back-up van de huidige inhoud van de schijf
C
De schijf gereedmaken voor gegevensopslag
Uit hoeveel sporen bestaat een cilinder van een harddisk, die uit 5 schijven bestaat? A
5
B
8
C
10
26.
27.
28.
29.
30.
31.
Welk nadeel heeft een tape ten opzichte van een schijf? A
Gegevens kunnen niet worden gekopieerd
B
Gegevens kunnen niet worden verwijderd
C
Gegevens kunnen niet worden gewijzigd
Hoeveel diskettes hebben samen ongeveer evenveel opslagcapaciteit als een CDROM? A
4
B
15
C
450
Welk netwerk beperkt zich tot de eigen stad of regio? A
DAN
B
MAN
Welke van de onderstaande netwerken is een openbaar netwerk? A
Bedrijfsnetwerk
B
Telefoonnetwerk
Welke van de onderstaande netwerktopologieën werkt met een token? A
Point-to-point
B
Ring
C
Ster
Welke van de onderstaande netwerktopologieën lijkt op enkele gekoppelde sternetwerken? A
Busnetwerk
B
Boomnetwerk
C
Sternetwerk
32.
33.
34.
35.
36.
37.
Met welke eenheid wordt de transportsnelheid gemeten? A
Baud
B
Bps
C
Cps
Welke van de onderstaande is een voorbeeld van een DCC? A
Terminal
B
Netwerkkaart
C
Modem
Welke van de onderstaande media is galvanisch? A
Coax
B
Glasvezel
C
Infrarood
Welk type twisted pair-kabel is het beste beschermd tegen signalen van buitenaf? A
UTP
B
STP
C
FTP
Welk van de onderstaande media is optisch? A
Coax
B
Glasvezel
C
Infrarood
D
Radiofrequentie
Bij welk type opslagnetwerk kan de data die door een server of client wordt opgehaald niet goed worden gedeeld met andere servers of clients? A
SAN
B
NAS
38.
Bij een intercominstallatie is er altijd één partij die zendt en één die ontvangt. Hoe heet dit verbindingsprincipe?
39.
40.
41.
42.
43.
A
Simplex
B
Duplex
Welk signaal kan maar een begrensd aantal toestanden weergegeven? A
Digitaal
B
Analoog
Van welke schakeltechniek wordt gebruik gemaakt tijdens het telefoneren? A
Message switching
B
Circuit switching
C
Packet switching
Bij welke toegangsmethode moet een station dat wil gaan zenden wachten totdat er een speciaal teken langskomt? A
Polling
B
Contention
C
Token-passing
Welke van de onderstaande protocollen wordt gebruikt in glasvezelnetwerken? A
ATM
B
FDDI
C
GPRS
In welke laag van het OSI-model wordt gecontroleerd op fouten in het communicatieproces? A
Applicatielaag
B
Sessielaag
C
Netwerklaag
D
Datalinklaag
44.
45.
46.
47.
48.
Welke van de onderstaande lagen uit het OSI-model is applicatiegericht? A
Datalinklaag
B
Netwerklaag
C
Transportlaag
D
Sessielaag
Welke van de onderstaande lagen uit het OSI-model is netwerkgericht? A
Applicatielaag
B
Presentatielaag
C
Sessielaag
D
Transportlaag
Welke van de onderstaande netwerkcomponenten kan digitale signalen omzetten naar analoge signalen en omgekeerd? A
Modem
B
Switch
C
Repeater
Welke van de onderstaande netwerkcomponenten wordt uitsluitend gebruikt om signalen te versterken? A
Multiplexer
B
Repeater
C
Hub
Welke van de onderstaande netwerkcomponenten heeft functionaliteit op laag 2 van het OSI-model? A
Repeater
B
Hub
C
Switch
49.
Welke netwerkcomponent wordt gebruikt om twee netwerken te verbinden die niet met elkaar overeenkomen? A
Bridge
B
Router
C
Gateway
Antwoorden Vraag 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49
Antwoord C C B A C B D A B B C A C A C A B A A B B B C C B C D B B B B C B A C B A A A B C B D D D A B C C