1. GEBRUIKSAANWIJZING FICHES
PRINCIPE :
- Deze fiches horen bij het stripverhaal "Clara zet zich in" dat het proces van een democratische beslissing illustreert in een verhaal van 14 bladzijden. Ze gaan dieper in op de situaties die aan bod komen in het stripverhaal en willen een duidelijke en eenvoudige kijk geven op het Brussels Parlement. - Voor de realisatie van deze fiches hebben we zowel publicaties uitgegeven door het Brussels Parlement als andere onafhankelijke publicaties geraadpleegd. Wie dieper op het onderwerp wil ingaan of alles in de Belgische of internationale context wil situeren, zal hier de nodige informatie vinden. - De afdeling public relations en internationale betrekkingen van het Brussels Parlement organiseert ook bezoeken voor een jong (en minder jong) publiek om de werking van het parlement uit te leggen.
INHOUD
Nummer (van 1 tot 7) van de fiche Een fiche kan uit meerdere bladzijden bestaan. Het totaal van de fiches telt 14 bladzijden met in bijlage een tijdlijn
• 1. Gebruiksaanwijzing fiches bladzijden 1 tot 2
• 2. Zoom op het Brussels Parlement bladzijden 3 tot 5
• 3. Geschiedenis van de gewestelijke instellingen en bevoegdheden bladzijden 6 tot 7
• 4. Een multicultureel Gewest bladzijde 8
bladzijden 8 tot 10
• 6. Wat is een parlement? bladzijden 11 tot 12
• 7. Intentieverklaring bladzijden 13 tot 14 Nummer van de fiche en herhaling van de titel
FICHE 1 : GEBRUIKSAANWIJZING FICHES
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
Nummer van de bladzijde (De nummering van de bladzijden loopt over het geheel van de fiches door)
• 5. De Belgische instellingen
1
PRAKTISCH
• Hoe het stripverhaal bekomen : CLARA ZET ZICH IN: tweetalige versie (32 pagina's, recto-verso), A4 formaat, kleur Stuur uw aanvraag met : - het aantal gewenste exemplaren, - uw functie (leraar, directeur, particulier …), - de naam van uw instelling, uw naam en adresgegevens via mail naar
[email protected] of schriftelijk naar het volgende adres: Brussels Hoofdstedelijk Parlement 1005 Brussel Zodra uw vraag wordt ontvangen, krijgt u een bericht en kunt u uw exemplaren ophalen, elke werkdag van 9.00 tot 17.00 uur bij de receptie, Eikstraat 22, 1000 Brussel
• Hoe de fiches bekomen : Op onze website http://www.bruparl.irisnet.be
• Andere documentatie die gratis beschikbaar is bij het Brussels Parlement : - Tweetalige folder over het Brussels Parlement - Tweetalige brochure over het Brussels Parlement - Engelstalige brochure over het Brussels Parlement - Duitstalige brochure over het Brussels Parlement - De site van het Brussels Parlement http://www.bruparl.irisnet.be - Het tweetalig informatietijdschrift "Nieuwsbrief van het Brussels Parlement"
NUTTIGE NASLAGWERKEN - BELGIË VOOR BEGINNERS (J. Vande Lanotte, S. Bracke, G. Goedertier) Uitg. Die Keure 2005 - LA BELGIQUE POUR LES DÉBUTANTS (A. Gerlache, J. Vande Lanotte, M. Uyttendaele, S. Bracke, G. Goedertier), Ed. La Charte, Brugge, 2004; - BURGERSCHAP : EEN PRAKTISCHE GIDS Uitg. Regionaal Integratiecentrum Foyer Sint-Jans-Molenbeek, 2000; - CITOYENNETÉ : UN GUIDE PRATIQUE Ed. Centre Régional d'Intégration Foyer Molenbeek-St-Jean, 2000; - TOUT SAVOIR SUR LA RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE (G.Cerexhe, V.Lemaire) Ed. Story Scientia, Bruxelles, 1999; - LES INSTITUTIONS BRUXELLOISES: LEUR POSITION DANS LA STRUCTURE FÉDÉRALE DE L’ETAT, LEUR ORGANISATION, LEUR FONCTIONNEMENT, LEUR FINANCEMENT (P. Vanleemputten), Bruxelles, Bruylant, 2003; - HISTOIRE POLITIQUE DE LA BELGIQUE : FACTEURS ET ACTEURS DE CHANGEMENT (X. Mabille) Bruxelles: Centre de Recherche et d’Information Sociopolitiques, Bruxelles, 2000; - LA BELGIQUE DEPUIS LA SECONDE GUERRE MONDIALE (X. Mabille) Bruxelles: Centre de Recherche et d’Information Sociopolitiques, Bruxelles, 2003; - LA CITOYENNETÉ (V. de Coorebyter) Dossiers du CRISP, Bruxelles, 2002; - DOSSIER LES PARTIS POLITIQUES ET LE SYSTÈME ÉLECTORAL Actual Quarto, Averbode, mars 2003, bimestriel; - DOSSIER: LES PARTIS POLITIQUES ET LE SYSTÈME ÉLECTORAL Actual Quarto, Averbode, mars 2003, bimestriel; - WETBOEK publiek recht. 1 : Grondwet, federale instellingen, gemeenschappen en gewesten, rechtscolleges en controle-organen, internationale instellingen, rechten van de mens / Samengest. (J.Velaers), Antwerpen : Maklu; - DEMOCRATIE IN ADEMNOOD : Over legitimiteit, legitimatie en verfijning van de democratie, (HUBEAU Bernard, ELST Michiel (eds.)), Brugge, 2002, Die Keure; - HET VERDIEPEN VAN DE DEMOCRATIE, (Jos Verhulst), Brussel, 1998.
NUTTIGE INTERNET LINKS Enkel op afspraak: contacteer het secretariaat van de afdeling public relations en internationale betrekkingen.
• Adresgegevens Om de documentatie te bekomen of een afspraak te maken voor een bezoek aan het Brussels Parlement : Via e-mail :
[email protected] Via brief : Brussels Parlement - public relations Eikstraat 22 1005 Brussel Per telefoon: 02.549.62.04 Per fax: 02.549.62.12
Officiële site van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: http://www.brussel.irisnet.be Officiële site van het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Gemeenschap (*) http://www.vlaanderen.be Officiële site van het Waalse Gewest http://gov.wallonie.be Officiële site van de Franstalige Gemeenschap http://www.cfwb.be Officiële site van de Duitstalige Gemeenschap http://www.dglive.be
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
• Hoe het Brussels Parlement bezoeken
(*) In Vlaanderen oefent de Gemeenschap de bevoegdheden uit van het Gewest
FICHE 1 : GEBRUIKSAANWIJZING FICHES
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
2
2. ZOOM OP HET BRUSSELS PARLEMENT Vanuit de ruimte bekeken kun je je moeilijk voorstellen hoe het leven van de mensen op onze planeet geregeld is. Het oppervlak van de aardbol is verdeeld in Staten. Elke Staat beslaat een bepaald territorium, waarbinnen bepaalde regels het leven van de bewoners organiseren. Als deze regels niet worden opgelegd door één of enkele personen, maar vastgelegd worden door de bewoners zelf, spreekt men over een democratie, van het Griekse dèmokratia: demos, volk, en kratein, heersen. Het is uiteraard niet altijd mogelijk op elk moment de verlangens van elke bewoner te weten; vandaar dat in moderne democratieën de bevolking personen kiest die haar moeten vertegenwoordigen. Dat noemt men de parlementaire of representatieve democratie. De gekozen personen - de verkozenen- vormen samen een parlement. "Het Oude Griekenland vond de Stadsstaat uit, de Polis, op basis van een gemeenschappelijk principe: politiek belangt het geheel van de "burgers" aan, het geheel van de mensen die actief deelnemen aan het stadsleven …" (Vincent de Coorebyter)
1
2
3
4
In een federale Staat zijn bepaalde regels slechts van toepassing op een deel van de bewoners, op een deel van het nationale territorium. De federale Staat bestaat met andere woorden uit min of meer zelfstandige entiteiten, soms "deelstaten" genoemd. Er zijn heel wat federale Staten in de wereld. Bijvoorbeeld: Duitsland : 16 Länder
Oostenrijk : 9 Länder
Canada : 10 provinciën
Zwitserland : 26 kantons
Australië : 6 Staten 2 autonome territoria
België : 3 Gewesten 3 Gemeenschappen
De Verenigde Staten van Amerika : 50 Staten 1 federaal district
België is een federale Staat. FICHE 2 : ZOOM OP HET BRUSSELS PARLEMENT
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
België is een democratie.
3
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is één van de deelgebieden van de Belgische Staat. Het heeft de bevoegdheid binnen bepaalde domeinen regels op te leggen die van toepassing zijn op het tweetalige gebied van de negentien Brusselse gemeenten. Sinds 1989 kiezen de Brusselaars ouder dan achttien jaar hun Brusselse volksvertegenwoordigers. Sinds 2004 zijn dat er negenentachtig: zeventien Nederlandstaligen en tweeënzeventig Franstaligen. In het Brussels Parlement worden wetten aangenomen, ordonnanties genoemd, binnen de gewestbevoegdheden. Deze wetten zijn dus de regels die binnen deze domeinen van toepassing zijn op de bewoners van het Gewest. (Zie de lijst van gewestbevoegdheden: fiche 3 bladzijde 7).
5
6
7
8
9
Nu praat je met je familie en je leerkrachten. Ze staan open voor jouw mening. Zij zijn het die bij de verkiezingen de vertegenwoordigers in het parlement kiezen. Op je achttiende krijg ook jij de kans rechtstreeks je keuze te maken. Je bent een burger van het Gewest, van je land, van Europa. Net zoals al je medeburgers heb je rechten en plichten. Je eerste plicht is de rechten van anderen niet te schaden.
FICHE 2 : ZOOM OP HET BRUSSELS PARLEMENT
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
Ooit beslis je misschien je in de politiek te engageren om deel te nemen aan de beslissingen die de toekomst van je Gewest in deze wereld sturen.
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
4
TWEE CITATEN OM OVER NA TE DENKEN
In 1947 verklaarde Winston Churchill, eerste minister van het Verenigd Koninkrijk van 1940 tot 1945 en van 1951 tot 1955:
"Democratie is de slechtst denkbare regeringsvorm, afgezien van alle andere die tot nog toe zijn uitgeprobeerd." "Many forms of Government have been tried, and will be tried in this world of sin and woe. No one pretends that democracy is perfect or all-wise. Indeed, it has been said that democracy is the worst form of Government except all those other forms that have been tried from time to time."
In de vijfde eeuw voor onze tijdrekening vroeg Aristoteles zich af :
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
"Wie is burger? Burger is degene die in staat is zowel te regeren als geregeerd te worden."
FICHE 2 : ZOOM OP HET BRUSSELS PARLEMENT
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
5
3. GESCHIEDENIS VAN DE GEWESTELIJKE INSTELLINGEN EN DE GEWESTELIJKE BEVOEGDHEDEN
België wordt onafhankelijk in 1830 en wordt een gedecentraliseerde unitaire Staat: de wetten gelden voor iedereen in heel het land, ook al zijn er bepaalde gezagsniveaus die ondergeschikt zijn aan de Staat (de provincie, de gemeente). Honderdvijfenzeventig jaar later telt België drie autonome Gewesten, drie autonome Gemeenschappen en een federale Staat.
Dat is het gevolg van onze ingewikkelde geschiedenis. En die begint al lang voor de Kon het niet wat oprichting van België ! ingewikkelder?
De geschiedenis leert ons dat de streken die het huidige België uitmaken, vaak overheerst werden door naburige landen. We werden geregeerd door de Romeinen, de Franken, de Fransen, de Spanjaarden, de Oostenrijkers en de Nederlanders. De oorspronkelijke bevolking werd sterk beïnvloed door al die culturen. Eeuwenlang was het Frans, ten koste van andere talen en lokale dialecten, de taal die gebruikt werd om onze gewesten te regeren. De bestuurders waren meestal Franstalige Brusselaars.
Dat verklaart ten dele waarom het Brussels Gewest in de koelkast bleef van 1980 tot 1989, terwijl de twee andere Gewesten al gevormd waren. Bovendien wilden de Vlaamse Brusselaars een voldoende vertegenwoordiging van hun gemeenschap in de gewestelijke beslissingsorganen. Er werd ook lang gediscussieerd over de begrenzing van het Brussels Gewest. Andere stadsgewesten hebben een gebied volgens hun economische impact. In Brussel beperkte men zich uiteindelijk tot de negentien gemeenten.
Voor 1970
In 1970: de grondwetsherziening In 1971 worden er drie cultuurgemeenschappen opgericht: - de Vlaamse Gemeenschap - de Franse Gemeenschap - de Duitstalige Gemeenschap De twee Gewesten: - het Vlaamse en het Waalse Gewest ontstaan in 1980. - het Brusselse Gewest moet nog wachten. Op 18 juni 1989 kiezen de Brusselaars voor het eerst de volksvertegenwoordigers van het Brussels Parlement. Deze wijzen de ministers aan die dan de eerste regering vormen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
1994
TITEL I HET FEDERALE BELGIË, ZIJN SAMENSTELLING EN ZIJN GRONDGEBIED Art. 1er België is een federale Staat, samengesteld uit de gemeenschappen en de gewesten. Art. 2 België omvat drie gemeenschappen : de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap. Art. 3 België omvat drie gewesten : het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse Gewest. Art. 4 België omvat vier taalgebieden : het Nederlandse taalgebied, het Franse taalgebied, het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en het Duitse taalgebied. Elke gemeente van het Rijk maakt deel uit van een van deze taalgebieden. De grenzen van de vier taalgebieden kunnen niet worden gewijzigd of gecorrigeerd dan bij een wet, aangenomen met de meerderheid van de stemmen in elke taalgroep van elke Kamer, op voorwaarde dat de meerderheid van de leden van elke taalgroep aanwezig is en voor zover het totaal van de ja-stemmen in beide taalgroepen twee derden van de uitgebrachte stemmen bereikt.
België wordt een federale Staat. Uittreksel uit de Belgische grondwet
FICHE 3 : GESCHIEDENIS VAN DE GEWESTELIJKE INSTELLINGEN EN DE GEWESTELIJKE BEVOEGDHEDEN
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
België had drie gezagsniveaus: - de Staat, de provincies en de gemeenten. De provincies en de gemeenten waren ondergeschikte gezagsniveaus onder controle van de Staat. Maar mettertijd en door sociale, culturele en economische evoluties bleken deze machtsniveaus onvoldoende: Vlaanderen wilde autonomie op het vlak van cultuur en taal en Wallonië een grotere economische autonomie. Deze eisen moesten wel leiden tot het ontstaan van nieuwe instellingen.
6
3. GESCHIEDENIS VAN DE GEWESTELIJKE INSTELLINGEN EN DE GEWESTELIJKE BEVOEGDHEDEN
Gemeenschaps-, gewestelijke en federale bevoegdheden België behoudt bepaalde gemeenschappelijke wetten voor alle Belgen. Dat zijn de federale bevoegdheden. In heel wat domeinen die met hun grondgebied te maken hebben, beslissen de Gewesten. Dat noemt men de gewestelijke bevoegdheden. Voor de domeinen betreffende de personen en de cultuur zijn het de Gemeenschappen die beslissen. Dat zijn de gemeenschapsbevoegdheden.
- financiën en munt - justitie en binnenlandse veiligheid (politie) - landsverdediging (leger) - sociale zekerheid - de nationale aspecten van buitenlandse zaken (onder meer België vertegenwoordigen in andere landen), de economie, transport (treinen b.v.), verbinding (autowegen), volksgezondheid, werk …
GEWESTELIJKE BEVOEGDHEDEN De Gewesten beslissen in de volgende domeinen die eenzelfde grondgebied betreffen: - ruimtelijke ordening (zones bepalen waar gebouwd wordt, industriezones, landbouw, groene ruimte …) en stedenbouw (te respecteren regels bij bouw) - leefmilieu (afvalbeheer, vervuiling …) - plattelandsvernieuwing (landbouwzones moderniseren). - natuurbescherming (oprichting van natuurreservaten, natuurparken …) - huisvesting - waterbeheer (beheer van de rivieroevers, dammen …) - regionale economie - energie (verdeling, verbruik, soorten energie) - reglementering, financiën en controle van de gemeenten, provincies en intercommunales - werkgelegenheid - openbare werken (herstel van bepaalde wegen, bruggenbouw) - regionaal transport (bus b.v.) - landbouw - wetenschappelijk onderzoek - buitenlandse betrekkingen (o.a. het Gewest vertegenwoordigen in andere landen).
GEMEENSCHAPSBEVOEGDHEDEN De Gemeenschappen beslissen -maar steeds wat een bepaald grondgebied betreft- in de domeinen die betrekking hebben op personen die dezelfde taal spreken en dezelfde cultuur delen. - cultuur (tentoonstellingen, musea) en taal (taalregels, woordenschat) - onderwijs (scholen) - audiovisuele media (televisie, radio, film) - jeugd (activiteiten) - ontspanning (pretparken) - toerisme (bezoek en onthaal in ons land) - beroepsopleiding (opleiding om een beroep te leren, een taal) - volksgezondheid en hulp aan personen (ziekenhuizen) - internationale betrekkingen (o.a. de Gemeenschap vertegenwoordigen in andere landen)
______________________________
Over de bevoegdheden van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: Brochure: Het Brussels Parlement (blz 16 tot 19) Officiële website van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest http://www.brussel.irisnet.be Officiële website van de Vlaamse Gemeenschap http://www.vlaanderen.be Officiële website van de Franse Gemeenschap http://www.cfwb.be Officiële website van de Duitstalige Gemeenschap http://www.dglive.be Officiële website van het Waals Gewest http://www.gov.wallonie.be
FICHE 3 : GESCHIEDENIS VAN DE GEWESTELIJKE INSTELLINGEN EN DE GEWESTELIJKE BEVOEGDHEDEN
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
FEDERALE BEVOEGDHEDEN De wetten zijn dezelfde voor alle Belgen in de volgende domeinen:
7
4. EEN MULTICULTUREEL GEWEST In België is ongeveer één persoon op tien van vreemde afkomst. In Brussel is dat zelfs één op drie. Dit is het gevolg van zijn geschiedenis en van de aanwezigheid van meer dan elfhonderd internationale instellingen en tweehonderd ambassades. De samenstelling van het Brussels Parlement weerspiegelt deze multiculturele realiteit.
NEDERLANDSTALIGEN EN FRANSTALIGEN De meerderheid van de Brusselaars zijn mensen van Franstalige of Nederlandstalige afkomst.Ze werden in de loop van hun geschiedenis beïnvloed door talloze culturen. Vóór België bestond, werd onze streek eeuwen geleden immers bezet door verschillende landen: Spanje, Oostenrijk, Nederland, Frankrijk (zie fiche 3/tijdlijn). ARBEIDERS België kende twee grote immigratiegolven. Op het einde van de Tweede Wereldoorlog moest ons land weer opgebouwd worden. Er was een bijzondere inspanning nodig om de koolmijnen te exploiteren. Door de oorlog en de werkomstandigheden waren er immers niet genoeg Belgen om in de koolmijnen te werken. België sloot toen een akkoord met Italië: Italiaanse arbeiders waren welkom om in onze mijnen te werken. Duizenden Italiaanse families kwamen zich in België vestigen. Maar als gevolg van zware ongelukken in de mijnen met heel wat slachtoffers, zette Italië de emigratie naar België stop. Daarna werden vooral Marokkanen en Turken aangespoord om in onze mijnen te komen werken. In 1974 meende onze regering dat er teveel geïmmigreerde arbeiders waren. Het parlement stemde een wet die het verblijf van vreemdelingen streng reglementeerde. Aangezien gezinshereniging al was toegelaten, bleven heel veel vreemde families die reeds in België gevestigd waren hier. ASIELAANVRAGERS Heel veel mensen vragen asiel in België omdat ze bedreigd worden in hun land (politieke vluchtelingen) of omdat ze er geen bestaansmiddelen hebben (economische vluchtelingen). Er komen zo duizenden mensen per jaar naar ons land, waarvan er heel wat blijven. BRUSSEL EEN STAD VAN HANDEL EN DIENSTEN Heel veel bedrijven, zowel binnen- als buitenlandse, doen zaken in Brussel. Er worden heel veel congressen georganiseerd in de hoofdstad. BRUSSEL, HOOFDSTAD VAN EUROPA
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
Brussel werd aangewezen als zetel voor grote Europese instellingen en internationale organisaties zoals de NAVO (Noord Atlantische Verdragsorganisatie). RESULTAAT: EEN MULTICULTURELE SAMENLEVING Dit alles verklaart het multiculturele aspect van Brussel. Daar moest rekening mee gehouden worden voor de werking ervan. In vergelijking met het Waalse of het Vlaamse Gewest heeft het Brussels Hoofdstedelijk Gewest erg verschillende noden in verschillende domeinen.
FICHE 4 : EEN MULTICULTUREEL GEWEST
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
8
5. DE BELGISCHE INSTELLINGEN
We leven in een democratie
België is een representatieve en parlementaire democratie. Dat betekent dat de wetten, door iedereen te respecteren regels, opgesteld worden door de vertegenwoordigers van het volk. Die vertegenwoordigers worden gekozen door verkiezingen en vormen samen het parlement. Toch kunnen de vertegenwoordigers van het volk niet zomaar naar willekeur handelen. België is ook een rechtsstaat. In tegenstelling tot de landen waar de dictator zijn regels met geweld oplegt, hebben in een rechtsstaat de politieke instellingen (parlementen, regeringen, …) geen onbeperkte macht. Behalve wanneer ze die veranderen, moeten ze bij het uitoefenen van hun macht een aantal rechtsregels respecteren. De verkozenen vertegenwoordigen de gehele bevolking. De burgers die niet akkoord zijn hebben het recht en de mogelijkheid zich op democratische wijze te verzetten door de daden van de politieke instellingen te bekritiseren met woorden of door hun stemrecht te gebruiken.
HOE DE MACHT VERDELEN ? Democratie houdt in dat de macht niet aan één enkele persoon of aan een groep van personen wordt toevertrouwd. Het houdt ook in dat niet alle macht wordt toevertrouwd aan één enkel orgaan. In onze representatieve en parlementaire democratie zijn er drie machten: de wetgevende, de uitvoerende en de gerechtelijke macht. Ze zijn gescheiden en oefenen verschillende functies uit. Er is "scheiding van machten": - de parlementsleden werken wetten uit, nemen ze aan en controleren de regering (de wetgevende macht); - de ministers en staatssecretarissen passen de wetten toe en nemen alle beslissingen om dat te bewerkstelligen (de uitvoerende macht); - de gerechtshoven en rechtbanken zien erop toe dat de wetten correct worden toegepast en lossen conflicten op (de gerechtelijke macht). Deze drie machten houden mekaar in evenwicht.
Als ik de koning was … De koning heeft niet alle macht. Ah ... Wel, als ik dan eerste minister was … De eerste minister is verantwoording verschuldigd aan het parlement. Ja, goed. Als ik dan parlementslid was, zou ik een wet verzinnen die … Je kunt dan altijd een wet voorstellen, maar niet in je eentje beslissen. Maar wie beslist dan?
De machten zijn verdeeld en houden mekaar in evenwicht.
In België is het staatshoofd (het hoofd van het land) de koning. Ook al is hij het hoofd, toch kan hij niet alleen beslissen. Met de regering oefent hij de uitvoerende macht uit. De koning is niet verantwoordelijk voor zijn daden. Het is de regering die verantwoording verschuldigd is aan het parlement.
WIE DOET WAT ? De wetten worden goedgekeurd in het parlement. VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
Het parlement bestaat uit volksvertegenwoordigers, die rechtstreeks verkozen worden door de meerderjarige burgers. De wetten worden uitgevoerd door de regering. De regering bestaat uit ministers en soms ook staatssecretarissen. Het parlement benoemt en controleert de regering.
FICHE 5 : DE BELGISCHE INSTELLINGEN
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
9
3
GEWESTEN
:
BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST VLAAMS GEWEST WAALS GEWEST
3 G EMEENSCHAPPEN : VLAAMSE GEMEENSCHAP FRANSE GEMEENSCHAP DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
OVER PARLEMENTEN EN REGERINGEN
- Het parlement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bestaat uit Nederlandstalige en Franstalige volksvertegenwoordigers, verkozen bij de gewestelijke verkiezingen. Sinds 2004 is het aantal verkozenen per taalgroep vastgesteld op 72 Franstaligen en 17 Nederlandstaligen. - De regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bestaat uit 5 ministers, aangewezen door het parlement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Aan de regering werden nog drie staatssecretarissen toegevoegd, eveneens aangeduid door het parlement. In de regering is er een gelijk aantal Franstalige en Nederlandstalige ministers, met uitzondering van de ministerpresident. - Het Waals parlement is samengesteld uit 75 afgevaardigden, verkozen tijdens de gewestverkiezingen in Wallonië. - De Waalse regering is samengesteld uit ministers aangewezen door het Waalse parlement. - Het parlement van de Franstalige Gemeenschap is samengesteld uit alle volksvertegenwoordigers van het parlement van het Waals Gewest en 19 Franstalige volksvertegenwoordigers van het parlement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. -De regering van de Franstalige Gemeenschap is samengesteld uit ministers aangewezen door het parlement van de Franstalige Gemeenschap. - Het Vlaams parlement is samengesteld uit 118 volksvertegenwoordigers, verkozen tijdens de gewestverkiezingen in Vlaanderen en 6 Nederlandstalige volksvertegenwoordigers voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. We herinneren eraan dat het Vlaams Parlement tegelijk gewestelijke en gemeenschapsbevoegdheden uitoefent. - De Vlaamse regering is samengesteld uit ministers aangewezen door het Vlaams parlement.
- De regering van de Duitstalige Gemeenschap bestaat uit ministers aangewezen door het parlement van de Duitstalige Gemeenschap. - Het federaal parlement bestaat uit een Kamer van Volksvertegenwoordigers en een Senaat. De Kamer van Volksvertegenwoordigers bestaat uit volksvertegenwoordigers verkozen door alle Belgische burgers. De Senaat bestaat uit senatoren deels verkozen door de burgers en deels aangewezen door de parlementen van de Gemeenschappen en door de andere senatoren. - De federale regering is samengesteld uit een door de koning benoemde eerste minister, ministers en staatssecretarissen. Er zijn evenveel Franstalige als Nederlandstalige ministers, met uitzondering van de eerste minister. Er kunnen niet meer dan 15 leden zijn. HETZELFDE SYSTEEM, DICHTBIJ DE BEWONERS Het Vlaamse en het Waalse Gewest bestaan elk uit vijf provincies. Elke provincie wordt bestuurd door een provincieraad, samengesteld uit verkozenen (wat min of meer hetzelfde is als een parlement) en door een bestendige deputatie die deze raad aanwijst (het equivalent van een "regering"). De politieke structuur die het dichtst bij de inwoners staat is de gemeente. Bij gemeenteraadsverkiezingen kiezen de bewoners een gemeenteraad (wat op een parlement lijkt), samengesteld uit gemeenteraadsleden. De gemeenteraad duidt een college aan ("regering"), samengesteld uit schepenen ("ministers") en een burgemeester ("eerste minister"). Maar noch de provincie, noch de gemeente zijn deelentiteiten: ze zijn onderworpen aan de controle van de federale Staat en de Gewesten. NIET STEEDS DEZELFDEN De verkiezingen hebben regelmatig plaats. Dan kunnen nieuwe kandidaten op de kieslijsten staan.Wie de instelling wenst te verlaten, komt niet langer op. De bevolking heeft dus de mogelijkheid de samenstelling van het parlement te wijzigen en personen te kiezen die andere ideeën of overtuigingen hebben.
- Het parlement van de Duitstalige Gemeenschap is samengesteld uit 25 rechtstreeks verkozen volksvertegenwoordigers.
FICHE 5 : DE BELGISCHE INSTELLINGEN
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
In België zijn er meerdere parlementen en meerdere regeringen. Dat maakt het allemaal zeer ingewikkeld. Het is een gevolg van de geschiedenis van ons land, de culturele mengelmoes van zijn bewoners en de complexiteit van eenieders rechten en plichten (zie fiche 3 - Geschiedenis van de gewestelijke instellingen en hun bevoegdheden). Er zijn gemeenschaps-, gewestelijke en federale parlementen en regeringen.
10
6. WAT IS EEN PARLEMENT ?
Fiche 5 legt de rol uit van een parlement. Maar wie werkt er nu concreet? Wat doet men er? We nemen het voorbeeld van het Brussels Parlement.
WIE MAAKT DEEL UIT VAN HET PARLEMENT ? Om in een parlement te zetelen, moet je verkozen worden. Elke politieke partij stelt een lijst met kandidaten op. Bij gewestverkiezingen, die om de vijf jaar plaatsvinden, stemmen de burgers voor de kandida(a)t(en) van hun keuze binnen éénzelfde lijst. De kandidaten die voldoende stemmen verzamelen zijn verkozen. Zij worden volksvertegenwoordigers. Het geheel van volksvertegenwoordigers vormt het parlement. In het Brussels Parlement zijn er tweeënzeventig Franstalige volksvertegenwoordigers en zeventien Nederlandstalige volksvertegenwoordigers om de burgers van de twee taalgemeenschappen te vertegenwoordigen. Ze worden op aparte lijsten verkozen. HOE WERKT HET PARLEMENT ?
Een Bureau voor het algemeen beheer Na de verkiezingen wijzen de volksvertegenwoordigers een voorzitter aan, een eerste ondervoorzitter, die tot een andere taalgroep moet behoren dan de voorzitter, drie ondervoorzitters en tien secretarissen. Volgens het systeem van de evenredige vertegenwoordiging van de taalgroepen en politieke fracties vormen zij het Bureau van het Parlement. Wat is zijn rol ? Het Bureau neemt alle nuttige beslissingen om de goede werking van het Parlement te verzekeren. Het staat ook in voor de benoeming van het personeel. Het Bureau aangevuld met de voorzitters van de erkende politieke fracties vormt het Bureau in uitgebreide samenstelling. Het Bureau in uitgebreide samenstelling bereidt de vergaderingen van het Parlement en de Verenigde Vergadering voor en stelt de dagorde op. De voorzitter bekleedt protocollair de eerste plaats in het Gewest. In zijn handen leggen de gewestelijke ministers en staatssecretarissen hun eed af.
De voorzitter zit de plenaire vergadering van het Parlement voor. Hij geeft het woord aan de verschillende volksvertegenwoordigers en leidt de discussies. Hij beslist of en wanneer er wordt gestemd en herstelt de orde in de vergadering wanneer dat nodig is. De voorzitter leidt ook de werkzaamheden van het Bureau. Hij vertegenwoordigt het Parlement bij officiële plechtigheden, persconferenties en interviews.
Commissies die ontwerpen en voorstellen onderzoeken De verschillende volksvertegenwoordigers worden naargelang hun kennis en specialiteit verdeeld over de commissies. De commissies bestuderen wetsontwerpen en wetsvoorstellen (*). Ze bespreken en bekijken of ze aanvaardbaar zijn. Een parlementslid kan een amendement op het ontwerp van de regering of op het voorstel van het parlementslid indienen. De commissies in het Brussels Parlement zijn dus kleine werkgroepen van vijftien personen die de ontwerpen en voorstellen van ordonnantie bestuderen vooraleer ze in het Parlement in een plenaire vergadering worden behandeld. Er zijn zeven commissies (zie internetsite www.bruparl.irisnet.be).
Diensten die instaan voor de werking Naast de volksvertegenwoordigers zijn er diensten die de volksvertegenwoordigers helpen om in goede omstandigheden te werken. De diensten staan in voor de verslaggeving van de commissievergaderingen en de plenaire vergaderingen. Ze zorgen er voor dat de dossiers worden voorbereid, vertaald en naar de betrokken personen worden verstuurd. Ook het onderhoud en de uitrusting van de gebouwen (netheid, verwarming, verlichting,...), het personeelsbeheer, het beheer van de rekeningen, de informatisering, de organisatie van de rondleidingen en de publicaties van het parlement behoren eveneens tot het takenpakket van de diensten. De huidige samenstelling van het parlement kan geraadpleegd worden op de site w w w . b r u p a r l . i r i s n e t . b e (rubriek "volksvertegenwoordigers").
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
(*) In Brussel ordonnanties genoemd
FICHE 6 : WAT IS EEN PARLEMENT
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
11
WAT DOET HET BRUSSELS PARLEMENT ? Het parlement heeft vier belangrijke taken: - Ordonnanties bespreken en goedkeuren, die de regels vormen die aan alle Brusselaars in bepaalde domeinen opgelegd worden. - begrotingen aannemen die het mogelijk maken de politieke keuzes uit te voeren, met andere woorden deze regels toe te passen. - een regering installeren die de ordonnanties zal toepassen en indien nodig zal voorstellen nieuwe aan te nemen. - de regering controleren.
DE WEG VAN EEN ORDONNANTIE
1. Een idee Wanneer een van de leden van de regering of van het parlement een idee heeft, wordt dit idee in een document uitgelegd en gedetailleerd en aan het parlement voorgelegd. Het is een ontwerp of een voorstel van ordonnantie dat een bepaald aantal regels vastlegt en de wijze uitlegt waarop ze moeten worden toegepast. De volksvertegenwoordigers nemen kennis van de tekst en bespreken die.
De rol van het parlement is belangrijk. Wanneer de begrotingen worden aangenomen, krijgt het parlement een algemeen zicht op de werking van de regering, m.a.w. op degenen die de wetten toepassen. Wanneer de financiële middelen in een domein verhoogd worden, betekent dit dat men in dit domein gedurende een jaar lang extra inspanningen wil leveren. Aangezien de beschikbare financiële middelen beperkt zijn, is het normaal dat wanneer bepaalde budgetten verhogen andere verminderen. Dat wordt elk jaar opnieuw besproken. De commissie financiën bestudeert de begrotingsontwerpen en legt die aan het hele parlement uit. Het parlement bespreekt die en er worden eventueel amendementen ingediend. Vervolgens stemmen de volksvertegenwoordigers voor of tegen de begrotingen. Door de begrotingen aan te nemen, staan ze de regering toe de inkomsten te innen en het beleid dat ze voorstelt, uit te voeren.
2. Onderzoek in de commissie
3. Bespreking en stemming: "voor" of "tegen" in plenaire vergadering De volksvertegenwoordigers nemen kennis van de tekst en bespreken hem. Ze geven hun mening in een plenaire vergadering. Ze kunnen ook amendementen voorstellen. Wanneer de discussie over het ontwerp of voorstel van ordonnantie afgelopen is, gaat men over tot een stemming in plenaire vergadering. Als het aantal volksvertegenwoordigers dat "voor" stemt groter is dan het aantal "tegen" stemmers, wordt de tekst aangenomen. Het wordt een ordonnantie die moet worden toegepast. Opdat de stemming geldig zou zijn, moet de meerderheid der verkozenen (de helft plus een) aanwezig zijn. Alle door het Brussels Parlement aangenomen ordonnanties kunnen geraadpleegd worden op de site www.bruparl.irisnet.be (rubriek "parlementaire activiteiten-publicaties") HOE WORDT EEN BEGROTING OPGESTELD ? De regering bereidt twee begrotingsontwerpen voor: een inkomstenbegroting en een uitgavenbegroting. De inkomsten (het geïnde geld) komen hoofdzakelijk van belastingen. De uitgaven vertegenwoordigen de kosten in de verschillende bevoegdheidsdomeinen (zie fiche 3).
FICHE 6 : WAT IS EEN PARLEMENT
De mening van een specialist
HOE WORDT DE REGERING GEÏNSTALLEERD ? Eén van de eerste zaken die het parlement doet na de verkiezingen is de ministers en de staatssecretarissen van de regering kiezen. In geval van belangrijke onenigheid heeft elke minister het recht ontslag te nemen. De volksvertegenwoordigers kunnen ook gebruik maken van hun recht (door een proces van discussie en stemming) om een minister te verplichten ontslag te nemen. Het parlement moet in dat geval een opvolger voorstellen voor de ontslagnemende minister of staatssecretaris.
HOE CONTROLEERT HET PARLEMENT DE REGERING ? De volksvertegenwoordigers kunnen de regering controleren door vragen te stellen over haar beleid. Deze vragen kunnen in sommige gevallen gevolgd worden door een discussie. Dat zijn de interpellaties. De vragen worden mondeling of schriftelijk gesteld. De ministers zijn verplicht erop te antwoorden. De ministers van hun kant hebben het recht zich tot het parlement te richten als ze dat wensen. Het is onmisbaar voor de goede werking van een land, een Gewest of een Gemeenschap dat het parlement en de regering elkaar vertrouwen.
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
Dit ontwerp of voorstel wordt eerst onderzocht door een in dat domein bevoegde commissie (leefmilieu, huisvesting, werkgelegenheid …). De commissie vergadert om degenen die de tekst hebben voorbereid te horen. Ze kan specialisten ter zake raadplegen om meer informatie over het onderwerp te krijgen. Ze kan de tekst wijzigen met amendementen. De discussie kan meerdere vergaderingen in beslag nemen. Het is ook mogelijk het advies te vragen van de Raad van State. Dit is een structuur waar specialisten nakijken of het voorstel niet in tegenspraak is met bijvoorbeeld een andere wettekst. Wanneer het werk in de commissie voltooid en gestemd is, wordt het aan het parlement in plenaire vergadering voorgelegd.
12
7. INTENTIEVERKLARING: VAN HET STRIPVERHAAL NAAR DE FICHES De school is een mini-samenleving. Door het werk van een klasafgevaardigde te volgen, volgen we de weg van een idee tot de realisatie ervan. Clara brengt het democratisch debat over het idee van Tom op gang. Dit voert haar mee in een lang en moeilijk proces. Het overleg, het luisteren naar de andere en het bundelen van de krachten bevorderen de goede werking van een groep. Dit geldt zowel voor een school, een Gewest of voor één of meerdere landen. Het avontuur toont het belang van het democratisch proces en illustreert tegelijkertijd de complexiteit ervan. Er kan een vergelijking gemaakt worden tussen wat een volksvertegenwoordiger in het parlement doet en wat Clara doet als afgevaardigde op school.
DE KEUZE VAN DE FIGUREN De figuren symboliseren:
• Het engagement Clara vertegenwoordigt de inzet van een verkozene voor de gemeenschappelijke zaak. Haar persoonlijke motivatie in dit verhaal is haar vrienden te bewijzen dat haar taak als klasafgevaardigde zijn nut heeft. Ze wil het project erdoor krijgen.
• De frustratie tegenover de instelling Tom vertegenwoordigt de “rebel”. Hij heeft moeite om zich in de kleine gemeenschap die de school is in te passen. Slecht geïnformeerd denkt hij er zelfs niet aan de mogelijkheden te gebruiken die de instelling hem biedt.
• Het comfortabele cynisme Nico is de persoon die over de "Staat" praat als was het iets totaal vreemd voor hem. Hij veroordeelt en wijst al wat niet goed is met de vinger, maar engageert zichzelf nooit… tot hij een goed idee heeft.
• De burgers Jan en Khalid kiezen het kamp van de sceptici zoals Nico. Ze zijn in feite niet van slechte wil, maar het ontbreekt hen aan engagement. In de loop van het verhaal begrijpen ze echter wat Clara aan het realiseren is en vanaf dan steunen ze haar actief. Hun enthousiasme en dat van tientallen anderen maakt de zaken mogelijk.
• De oppositie VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
Olivier is het beeld van de burgeroppositie. Zijn argumenten zijn doordacht en hij verdedigt die zonder toegevingen. Dit ondanks zijn sympathie voor het project dat Clara voorstelt.
• De instelling De directeur leidt de debatten. Hij legt zich neer bij het democratische proces en geeft toe aan de meerderheid wanneer die haar interesse betoont voor het project van Clara.
FICHE 7 : INTENTIEVERKLARING: VAN HET STRIPVERHAAL NAAR DE FICHES
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
13
Hierbij het doel van het stripverhaal, bladzijde per bladzijde. Deze fiche kan gekoppeld worden aan bladzijde 12 van de fiches (fiche 6) met als titel DE WEG VAN EEN ORDONNANTIE.
1. CLARA ALS AFGEVAARDIGDE :
9. HET PROCES BEGINT
"... het algemeen belang interesseert me. Ik wil me voor iets inzetten." Clara beslist een actieve rol te spelen in de school, ook al krijgt ze sarcastische opmerkingen van haar vrienden. Sommige burgers stellen zich ten dienste van de maatschappij om die te laten functioneren.
Clara is ervan overtuigd dat het debat een oplossing zal brengen en ze krijgt het zover dat het voorstel niet definitief wordt verworpen.
2. EEN GOED IDEE De leraar ondervraagt de klas (we zien verder in het stripverhaal dat de directie de hele school aanmoedigt om mee na te denken). De politieke instellingen zijn ontworpen om ideeën en opmerkingen van de bevolking te ontvangen via organen zoals het parlement.
10. OVERLEG / 11. IMPASSE Iedereen praat erover. Uit overleg ontstaan vaak oplossingen. Maar in dit geval is er een oppositie. De debatten in het parlement zijn vaak omwille van de oppositie erg geanimeerd. Het gebeurt wel vaker dat sommige voorstellen opnieuw bestudeerd worden in het licht van nieuwe informatie of bezwaren. De politieke fracties moeten de belangen en ideeën uitdrukken van de bevolkingsgroepen die ze vertegenwoordigen. Het komt er op aan voor het collectieve belang te werken.
3. DE CONFRONTATIE Ook al is het een uitstekend idee, het moet ook op de juiste manier worden aangebracht. Tom stormt op de directeur af zonder zich om de details te bekommeren.Wil men in een groep begrepen worden, is het belangrijk zijn idee goed uit te leggen en bereid te zijn op vragen te antwoorden.
12. NICO LACHT Nico is steeds kritisch en neemt een spottende houding aan. Maar plots heeft hij een idee ! Tijdens een parlementair debat komt men dikwijls tot een gemeenschappelijk standpunt. Via de commissies raadpleegt men indien nodig experts die het best geplaatst zijn om een mening te geven.
4. DE KLASSENRAAD
5. HET DOSSIER VOORBEREIDEN Clara weet dat ze op de vergadering van afgevaardigden uitleg zal moeten geven en mogelijk het idee zal moeten verdedigen. In het parlement vertrouwt men de wetsvoorstellen toe aan een commissie die het dossier moet bestuderen voor het aan het geheel van afgevaardigden wordt voorgelegd in plenaire vergadering. 6. RAAD VAN AFGEVAARDIGDEN / 7. EERSTE DEBAT / 8. TEGENARGUMENTEN Iedereen is enthousiast, behalve Olivier die stevige tegenargumenten aanbrengt. Tijdens de discussies in het parlement gaat het net zo. De volksvertegenwoordigers discussiëren en verzetten zich indien nodig tegen het voorstel.
13. MOBILISATIE Niets ligt het project nog in de weg. De vader van Clara legt het idee als externe raadgever voor aan de inrichtende macht van de school. Er kunnen middelen vrijgemaakt worden voor het project. In het parlement stemt men voor of tegen. De uitvoering van de ordonnantie of de wet die wordt aangenomen, heeft kredieten nodig. De regering wijst deze kredieten toe. De begroting moet goedgekeurd worden door het parlement. 14. CONCLUSIES Waren al die moeite en al die discussies echt nodig opdat het concert zou plaatsvinden ? Het goede idee van Tom zou geen gevolg hebben gehad mocht Clara het niet in het proces van de democratische beslissing hebben ingepast. De realisatie van het voorstel blijkt moeilijk. Heel wat mogelijkheden werden onderzocht, zonder welke Nico nooit op zijn geniale idee zou zijn gekomen. Het concert gebeurt met de medewerking van de leerlingen, de leraars, de directie en de oudervereniging. Iedereen voelt zich betrokken bij het project dat het voorwerp was van een democratische beslissing. Hetzelfde gebeurt in ons Gewest.
FICHE 7 : INTENTIEVERKLARING: VAN HET STRIPVERHAAL NAAR DE FICHES
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER/ ERIC TOMAS, VOORZITTER
Clara verrast iedereen met haar voorstel om het idee van Tom voor te leggen. Ook al weerspiegelt het haar persoonlijke mening niet,toch is ze trouw aan haar rol als afgevaardigde. Ze houdt rekening met de mening van de meerderheid. De instelling staat in dienst van de burger. Het is een instrument.
14
blad 1 van 4 / TIJDLIJN /
an rv
Be
lgi
sc
hG
all
ië
(G
all
ia
Be
lgi
ca
),
e
en
IV
n
uw ee
n va
Ga
llia
Be
lgi
ca
bi
nn
en
500
de or de no t n). he re n de lle an va la n eV ke ig an id Fr t hu e De (h
450
r. Ch or vo
d II
400
Frankische monarchie
350
sa ae sC . liu dt Ju or or w do incie ing v er pro ov e er ins e v me n d Ro va en de t e Ein da
100
Romeins keizerrijk
50
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006 / VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: ERIC TOMAS, VOORZITTER
300
52 jaar 0
r. r. prong Ch Ch e oors or or aans vo vo erm 0 0 e of G 60 20 eltisch en en n van K ss e m am Tu St
-52
150
200
250
blad 2 van 4 / TIJDLIJN /
550
650
700
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006 / VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: ERIC TOMAS, VOORZITTER
600
750
800
n
1050
1100
ie dr t n he akt ti rd h in ma ië wo zic ië lg te n on Be ro re all u e eG d W n e en l d a ig di re Vla id en Ka dt hu ied an vin het eb k v be ; eg rij g en et lin rd n. . D : h rde wo ge teit . un ve al rin ali eld rd e jk z ha od de Ve dez nkri Lot e fe ver
9 97
1000
n s) t. va era ord g in mo l w eld en sse rm e ru ve in t B n el a ve ws w re u an ch (bo n v es a" te e g ell en rst -s am Ee oc d ru fun "B ste r Ee
950
3 ag va eld. Bij at Fra it van van den, zijn 84 Verdr verde deel ddeel uBegin vorm
900 Vo r s t e n d o m m e n
850
blad 3 van 4 / TIJDLIJN /
1150
1250
98 15
1650
69 13
85 15
1700
1 58 -1 48 79 16 15
1600
55 15
1500
77 14
1450
19 14
00 15
1550
. n en va n va om en . k av ten an ijk gr vat ilia e r n de m im its va . ax u en ë o en g nje M et D m lgi rd et r nin pa wt h wo h vo e Be ko S hu an k van II, an uw ig rij ië, le v s gv ee id d u o p nk ten n i r n t o de t h Fil oni Fra es rg on k n t X V r he n ew ou r c he oo de va g B de ee z de ie . g nde In m n an an n r j . o i e ), d en z ij v nin ille gv n dië d e p n n nd nn ko sch rto nd on o va ap rla ke e e a g l ch de er de er ur , d i e h er ele rs n it v . Bo e n Ne te rd ee tst ed va n u eren n ( ren aa N an n d oo h l e e ë v e i en ate nd c g g v rla i n rd de ch n e s i e i ep ld laa te nde nt rto ed an d ov w n r tro so t V v d e ke o j he e N e an ui er er go an n eP n e, r a h t v t e ed i s c . D ie lijk ch ou igd Sp nje de afs m o d n en lit ke do e B ns ko pa an re an v e G on or oa za e ië, r d oo en r. S id v ën. r d Sp n c fd s d urg e V ing nd oo t t ie ste he nci n ee hoo b e ilip B o go rd n d on ün lijk vi do ge lde or ië, ur aa n F de va e k M ke Pro d g Bo , w el ze va ië Gu do lg r e n n n an han de n B r te d an urg Ka . O idi va v e e v af ig de ge ge or g o n r j he g ia sb g rsla idi ed on en bo u r ize an sc za ar b Vr de Ver G e Bo M Ha Af ge Sla ve hu Ke Sp
1400
Absolute monarchie . . e la. n. . n e n d et n. re d en ke en t p n d el ere ag nig m re k bo an at re te de ru er de ab g ez w p ge t v mv ve u an t s or r Is r re s g o o r t t a en S Vl rd vo ë o wo hte ve an et An i rd de an re oc r o pa t h te wo en elg , n p wo ilips af v de d jaa r S to de an zer n B s r an ijn 3 de dië F ra ilia kei d e n, o et n z r 2 on on an e g im ts n de no t (m r aa n e uw rg k v d ax ui rla lan e en ve ulle ie M , D de ou elij van er it h nd ) o z pn en anje e Ne n B uw ter ed g u ë N rla en ella e o i n p g i ne th h i d e S de rm ab n z re he oc ns eg on n uid a a Ne vo Is e w g de or e d pa be ur g v t h se ië en om an do a, d Bo nin he an elg ht t k e S ngs Vla th e d i n i pa e B rec ech va ko , d are an id t e e S dig Alb Albr r v ch ria eur en arg s a d u n d ui n f M e a M n va t h ge van n b an r e an zij erl jft he rto d ve d n u bli ie he oo n v op ed go va er d ts d oo dt N e, n ov en aar de inz or nse es pe at ied De Bij rn roe kle ij w aa a t t w eb el, . H Sp rF e aa g d e ar nt d e II l n rK G an va ips ex ize te Fil Al Ke
1350
02 13 1300
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006 / VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: ERIC TOMAS, VOORZITTER
1200
89 17
1900
80 19
1980
2000
89 19
1990
70 19
1970
48 19
1960
3 88 -1 40 32 18 873 1 19
94 18
1850
99 30 17 18
15 18
1950
or vo op n at ats e ee . ta pla id es dt ijk n e be n kr to or n e e n ik en tw te de n ee ran e r e F e ë, Lu at. eis de .H m . in ni va an om sta uit en aal ht ren llo en t t z e a sd le e. a ac id Vla o i d t l e k W n n rd ële sb era em si in resu jkh ge ici laa t. uu . rin ed td eli dt ff nd tV ch ns e i r d ij k o k a tp nf e jp a l u d or i r e n r r aa nr r he ee ha t w s d de t F ng ,g len em n j te de e f n i n s t e a e e n n a l e a s s u e h N tie Oo e ot dri v t s on me an nt n, rg en et ec m nt n n a an n l a e b l h ran jn rle Fr r a i e b de n e hu ab or r d va an eF t z pa Het de d n Int Br e v he lei pe en v t ee er d . p n . n k m m e iz i rst e en ap ijg oe He t) aa en ng an o k e u h r l k i . c V lig ch kr uw br rv die e gd e e rte eg en 31 re d e e n ta ns n e 8 i vro rto n, d ew ns ee pe tg log n eiz nd 1 em al r h e n t e n k b a i e a a h s l or va e t h t r a Fra em hap g g j g se et sta . it o za de in en sti en en l) g nsc m die ële en it h he rug t u ge nn Ne kon ebb aa et om ici ti en aa e e a l t f e k ( n h ak et f g t w e u sc e V t d e . a m i n e t i lgi rs zw h t. M eo m f v ord en m ge ste tie de , to m h r t a o d er er o olu Be ke h a I w end rte ec es Ee str an is dt Vla n De t v nd ev e rij c r o i a . i r o v t g d s n ë n l z p m o i i m u o ew n r igd ten o nd w an . m na te ko en sse e a lg idt p rm ee n s e n a a s e s o d o o i m l u k G en r e t e e r B n a t e B r s n v v h e d L lij nt nje ko t e na Ve O n c n e r e n n e : i l e s e pa en de e ed alg On le ge van n ee le o ië hie d en de d m i e ) ë n N n a te em t " c e t: S d rd an ren tit ici po eli ng es elg ar ee et e t al lg ds arl a a i . ch lan d B n t t w H A off D wo v ke all jus 1 N " of p n o h e re er rs ing en et js, m t( el. ik ha ic g 97 Ho zijn . Ut Ned wi ss (lu er pr e) 1 re ch jke ht nd nh n i r n c i i u els ok g ta sre nd le o isch t i nr Sti aa va se de ds Br ng n n i o ss o rin e f m n l ë n t g an e e l i kie d. n a s o a i n l ru nu ge g m ra a t we ip gr m us ste nd er Oo jaa tie t B eft n re rd Sp rle ns he len lk eu inc eo rle Ro Ned in ta vo pa ce He he zij Ni pr (g pa Ve De De ge Na
13 17
92 17
1800
blad 4 van 4 / TIJDLIJN /
© SERAPHINE BVBA - BRUSSELS PARLEMENT/MAART 2006 / VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: ERIC TOMAS, VOORZITTER
98 19 18 19
62 19
94 19
Verlicht despotisme . , . e n. d. n g. 8) n. en er. et de er u. g) en n ht a i a 1 e e h d n e ee ten c s t n d ne er rla -19 gi ing lig et e jk as re ) ng s ap ië es i n e l n i a lle in xe p e r m 4 e t e r d N e m m k d va n b nne elg ew ew ne 191 ie en in jege ne l op nd ans s te n e a b e e d e r tB ng tie de ea m on an r e g s v g h F e t r n k o i e o e s l da e n en sa K er n l n r u O olu la k g k D jk en be erm aa nd n e lij en t e oo ev er rij ied en igd an e g . a b o e d j eli pp e v n b v l W m i d ë n t a e i t e r ed nk g a kk a ge vor ere em es ) kr est ne na ere ns e N Fra , n in ch h de elg de ru sch l n ) w e e w b m B t a n a m r D e n , t V ill Fra ijks bij itd en ge lig et m Vith ste or Vla m ach oor n. me he W l in va de enr 95 se tsta '. H lt u me or kt- er ev n aa n ste sl (v ne o n an a e t t ë k i o v i m e v u Na st 17 g an (e ste ge g e en as iev ss ds ta W een inc ap di s) Oo in ht n, S laa D lk et uit m an ts nit tu e n c u k i V w f an ver rov sch e o pe e en e e l on re e vo lij em de en se e 'k nd and ap n d ord s v o e P ng m Eup ed 90 er ne st o e e n r e n r e a e gië d ni ste ns ( we 18 em ns w lse am d m ma rder e g est ng el nig ko te ls t ( aa Vla in n J ra en en to n g o F t g w b , n e s C e B ere het va da r ij ee t ee eu t is, m ka e W ge no k i i t we e l m he m d f d i g V er e en n ag s e i j e a g a e i k g l t n d l n n d i e u g r l g (Sl e A e h D va ans st b sta ou on te Al an bb ze sta gr r t g d v l i le e en u On he or aa tin n (F ew ra nd eD en n et sw de ich pe ls G r rla d l g ige D td fe de an Be m Op hap sse ijg l r r c u Ne om e ëk de s l i ns Br Al ar Ne ee et elg a t B m .H m He ge ing De eger r
1750