Door: Natascha van Wijk & Audrey Roelfzema
Inleiding
Geachte leerkracht, De kinderen van uw klas zijn geselecteerd om deel te nemen aan het namen lezen op 27 januari 2010. Hierbij zullen zij een deel van de namen voordragen van Joden die vanuit Rotterdam via Loods 24, de plek waar Rotterdamse Joden werden ‘verzameld’, gedeporteerd zijn naar Kamp Westerbork en van daaruit verder op transport zijn gesteld naar de vernietigingskampen. Om de kinderen goed voorbereid deel te laten nemen, hebben wij een lessenserie van 3 lessen ontwikkeld die in de klas kunnen worden aangeboden. In deze handleiding vind u een beschrijving van de lessen en de materialen die u hierbij nodig heeft.
Die er was, Die er is, Die er altijd zal zijn. Westerbork. Nederland was in 1944 bijna "Jodenvrij". Een museum met 107.000 namen. 102.000 vermoorde mensen. Een uniek mens met een eigen gezicht, een eigen verhaal. een baby, kinderen gescheiden van hun vader of moeder, een oma. Een verhaal achter elke naam, geen eigen graf. Zolang je naam nog uitgesproken wordt ben je niet dood. Een treinrails met twee uiteinden de lucht in verbogen. Hier vandaan vertrekt nooit meer een trein. 102.000 stenen. In de vorm van Nederland. 102.000 vermoorden mensen. Het initiatief om op 27 januari 2010 alle namen voor te lezen van de omgekomen Joden uit Nederland is groots. Het ontroerd mij. Alle namen, 102.000 maal de moord op een uniek mens met een naam en een gezicht. Wereldwijd wordt op die dag de moord op 6 miljoen Joden herdacht. Van 23 januari tot 27 januari zullen de namen worden voorgelezen van hen die geen eigen graf hebben. Het mag nooit meer zover komen. Marion van Laar
Les 1 Jodenvervolging
Doel van de les:
- De kinderen weten wat de Jodenvervolging tijdens de Tweede Wereldoorlog inhield. - De kinderen weten wat de Jodenvervolging voor gevolgen had voor de Joodse gemeenschap in Nederland. Tijdsduur 1. Ophalen voorkennis: 2. Inleiding: 3. Informatief deel en verwerken: 4. Nabespreking:
10 minuten 10 minuten 15 minuten 10 minuten
1. Ophalen voorkennis Vertel de kinderen dat zij een les zullen krijgen over Jodenvervolging. Maar wat is eigenlijk Jodenvervolging? En wanneer vond dit plaats? Schrijf in het midden van het bord ‘Jodenvervolging’. Geef de kinderen allemaal een vel papier en laat hen in 5 minuten een woordweb maken met in het midden ‘Jodenvervolging’. Als de vijf minuten om zijn, vertellen de kinderen wat zij allemaal hebben opgeschreven. Schrijf deze allemaal op het bord, zodat er één groot woordweb van de klas ontstaat. 2. Inleiding http://www.schooltv.nl/beeldbank/clippopup/20040426_onderduiken01 Laat de kinderen bovenstaand filmpje van Schooltv Beeldbank zien. Bespreek met de kinderen wat zij in het filmpje hebben gezien. Laat de kinderen zich verplaatsen in Chiel en Mirjam uit het filmpje. Hoe zouden zij het vinden wanneer zij op verschillende plaatsen geweigerd zouden worden, een ster te moeten dragen of gearresteerd te worden om wie je bent? Zou dat nu in Nederland nog kunnen? 3. Informatief deel Bezoek met de kinderen de internetpagina van het verzetsmuseum. http://www.verzetsmuseum.org/kinderen/nl/voorkant/jodenvervolging Wanneer er een computerlokaal in de school aanwezig is, kunnen de kinderen alleen of in tweetallen achter de computer. Wanneer dit niet het geval is, kunt u de tekst kopiëren en uitprinten. In het linkermenu kunnen de kinderen kiezen uit verschillende aspecten van de Jodenvervolging. Laat de kinderen met informatie van de website het woordweb dat zij eerder hebben gemaakt aanvullen. Eventueel kunnen de kinderen afbeeldingen uitprinten die zij straks kunnen gebruiken. Na 15 minuten gaan de kinderen verder werken in tweetallen. Elk tweetal krijgt een groot vel papier. Hierop gaan zij een groot woordweb maken, met een logische opbouw, over de Jodenvervolging. De afbeeldingen die zij eerder hebben uitgeprint, kunnen erbij worden geplakt of er worden tekeningen bij gemaakt.
4. Nabespreking Wat hebben wij van deze les geleerd? Een aantal tweetallen presenteert hun woordweb voor de klas. Laat de kinderen hierbij ook vertellen wat in hun eerste woordweb stond en wat zij er later, na het zien van het filmpje en het bezoeken van de site, eraan hebben toegevoegd. Laat de andere kinderen hierop reageren door Tops en Tips.
Les 2 Westerbork Doel van de les: - De kinderen weten de functie van Westerbork in de Tweede wereldoorlog. - De kinderen kunnen zich inleven in de mensen die hun tijd moesten doorbrengen in het kamp Westerbork. Tijdsduur: 1. Ophalen voorkennis: 2. Inleiding: 3. Informatief deel: 4. Nabespreken:
10 minuten 10 minuten 30 minuten 10 minuten
1. Ophalen voorkennis De vorige les heeft u het met de kinderen over de jodenvervolging gehad. Samen met de kinderen kijkt u terug naar deze les. Wat weten de kinderen nog? Hebben de kinderen nog meer informatie gezocht? Hebben de kinderen het er thuis erover gehad? Met hun overgrootouders bijvoorbeeld? Na het ophalen van de voorkennis bereidt u de kinderen erop voor dat we vandaag verder gaan met de les. 2. Inleiding: Zorg ervoor dat de kinderen onderstaand gedicht allemaal kunnen lezen. Dit kan op het digitale schoolbord, maar u kunt de kinderen ook zelf allemaal het gedicht op papier geven. U laat de kinderen eerst het gedicht zelf lezen. U vraagt de kinderen na een paar minuten wat voor gevoel het gedicht geeft. Lees dan het gedicht klassikaal voor. U bespreekt dan samen met de kinderen waar dit gedicht over zou kunnen gaan. De kinderen zullen dan met allerlei ideeën komen. Beperkt de kinderen hier absoluut niet in. Het is goed dat de kinderen erover na leren denken. Stuur de kinderen naar het onderwerp concentratiekampen en werkkampen. U vertelt de kinderen dat deze les over het kamp Westerbork zal gaan. Westerbork is ook de titel van het gedicht. Na het gedicht kunt u alvast inventariseren wat te kinderen al weten over werkkampen. De kinderen hebben in de vorige les hier ook al iets over gehoord.
3. Informatief deel: In dit deel van de les geeft u de kinderen informatie over het kamp Westerbork. Wij geven u alleen de informatie die u kan geven aan de kinderen. Het is uw eigen keus, in welke vorm u de informatie aan de kinderen geeft. Dit kan een interactieve les zijn, waarbij u de kinderen erg betrekt in uw verhaal. U kunt de tekst ook in een powerpoint zetten als u een digitaal schoolbord in de klas heeft. Dit maakt de informatie wel levendig, aangezien u ook beeldmateriaal in de powerpoint kunt zetten. U kunt er ook voor zorgen om de informatie op papier aan de kinderen te geven en het zo klassikaal te lezen. De informatie vindt u hieronder. Aan het einde van de handleiding vindt u nog een lijst met handige internetsites. Deze kunt u altijd raadplegen, als u meer informatie wilt hebben.
Informatie Westerbork Westerbork Vlakbij het dorp Westerbork in de provincie Drente, bezat de Nederlandse overheid een stuk heide omgeven door bossen. Deze geïsoleerde plaats leek ideaal voor de bouw van een kamp om Joodse vluchtelingen die uit Duitsland kwamen te herbergen. Het lag op redelijke afstand van Westerbork zodat de dagelijkse gang van zaken in dit dorp niet verstoord zou worden, vooropgesteld, dat er toezicht werd gehouden op deze vluchtelingen.Er waren toen veel Joodse asielzoekers die weg vluchtte uit Duitsland. Ze werden in Nederland opgevangen in het kamp. In het kamp stonden verschillende woonbarakken. In zo’n woonbarak zaten vaak wel 350 mensen op elkaar gepakt. De kleine kinderen zaten bij hun moeders in een barak, de oudere jongens zaten in barakken met hun vaders. Je kunt je voorstellen dat het in zo’n barak erg druk en lawaaiig was. Er waren ook maar weinig kranen, dus als mensen zich wilde wassen moesten ze in een lange rij staan voordat ze aan de beurt waren. Hetzelfde als ze eten kregen. Een of twee mensen schepten het eten op, iedereen moest in een lange rij op zijn of haar beurt wachten. Van de Duisters moest het kamp er –ondanks al het prikkeldraad – als een gewone stad uitzien. Er was bijvoorbeeld een ziekenhuis, een theater en een bibliotheek, kinderen gingen naar school. Er werden sportwedstrijden georganiseerd, feesten gevierd en er was zelfs een synagoge, een Joodse kerk. De Duitsers deden expres alsof het kamp een gewone stad was. De gevangen dachten dat het allemaal wel weer goed zou komen. Ze wisten helemaal niet wat hun te wachten stond. Als ze dat allemaal hadden geweten zou er paniek uit gebroken zijn. Westerbork stond onder leiding van de SS. Maar soms moesten de gevangen voor een groot deel zelf de leiding nemen. Sommige gevangenen gaven dus leiding aan andere gevangen. Het ene slachtoffer gaf leiding aan het andere slachtoffer. Een hele rare situatie dus. Iedereen in het kamp wilde graag een baantje, want dat betekende dat je langer in het kamp kon blijven en dus meer kans had om in leven te blijven. Wie namelijk geen baantje had wist dat hij of zij sneller op transport zou moeten. Op een ‘Stammliste’ stonden de namen van de gevangen die op de hogere posten zaten om het kamp draaiende te houden. Als je hier op stond hoefde je minder bang te zijn voor deportatie. Het kamp was niet alleen een doorgangskamp voor Joodse mensen, maar ook voor zigeuners, homoseksuelen en verzetsmensen. De bestemming De mensen die naar kamp Westerbork moesten verbleven daar vaak niet erg lang. Vaak maar enkele dagen. Daarna werden ze maar kampen in Oost-Europa gedeporteerd. Deporteren is, mensen naar een concentratiekamp brengen. Elke week vertrok er van het kamp een trein. Die treinen gingen naar concentratiekampen in Oost-Europa, zoals bijvoorbeeld Auschwitz. Daar werden veel mensen vermoord. Niemand wist precies waar ze heen zouden gaan als ze mee moesten met de transporten. Er gingen allerlei verhalen het kamp rond over wat er op de eindbestemming zou gebeuren. Maar niemand wist wat ze moesten geloven. Zeker wisten de mensen wel dat het in een concentratiekamp als Auswitchz nog veel erger was dan in Westerbork. Iedereen leefde dus met angst dat ze daar op een zeker dag naar toe moesten. 107.000 mensen zijn met 93 transporten vanuit kamp Westerbork weggevoerd. Vanaf begin 1943 vertrok er iedere dinsdag een uit goederenwagons bestaande trein, met gemiddeld 1000 mensen. De reis in de trein duurde 3 dagen. Er werden ruim 60.000 mensen weggevoerd naar Auschwitz. Slechts 5000 mensen daarvan overleefde dit.. Er waren nog zo'n 900 gevangenen in het kamp achtergebleven. Alle andere mensen werden vermoord in gaskamers. De
gevangen werden opgesloten in een kamer, waar dodelijk gas in werd gelaten. Langzaam overleden alle mensen dan aan het gas. Ook Anne Frank en haar familie hebben een paar dagen op Westerbork gewoond, maar zijn helaas ook overleden in concentratiekampen.
De jaren na de oorlog De laatste trein vertrok op 13 september 1944. Op 12 april 1945 werd het kamp door Canadese soldaten bevrijd. In 1945 is Nederland bevrijdt. Officieel gebeurde dat op 5 mei. Nog steeds vieren we 5 mei, bevrijdingsdag. De dag ervoor, 4 mei herdenken we tijdens de Dodenherdenking alle mensen die in de Twee Wereldoorlog zijn omgekomen. Op 5 mei ’45 mochten niet meteen alle mensen het kamp uit. Niet heel Nederland was al bevrijd. Bovendien was de kans op besmettelijke ziekte groot. Eerst moesten alle kampbewoners medisch onderzocht worden. Maar daarna waren ze vrij, en mochten ze weer gaan en staan waar ze wilden. Na de het einde van de oorlog in ’45 werd kamp Westerbork nog gebruikt. Mensen die beschuldigd werden van samenwerking met de Duitse bezetters werden in Westerbork onder gebracht. In 1951 werd Westerbork een woonplaats voor vluchtelingen uit het Zuiden van de Molukken. In de jaren '60 was het kamp Westerbork weer leeg. Op het terrein waar vroeger kamp Westerbork lag zijn ook verschillende monumenten geplaatst, om zo alle gebeurtenissen in kamp Westerbork en de Tweede Wereldoorlog te herdenken. Kamp Westerbork was een doorgangskamp van waaruit meer dan honderdduizend mensen zijn gedeporteerd. Van hen keerden 102.000 niet terug. Om al deze 102.000 mensen te herdenken zijn er 102.000 stenen geplaatst. De stenen staan symbool voor de gedeporteerde mensen. Het nationale monument bestaat uit een spoorrails. Een rails van wel 90 meter lang, voor een monument heel lang. De rails staat symbool voor de deportaties vanuit Westerbork.
U kunt de les interactiesf maken door de volgende vragen aan de kinderen te stellen: - Waarom was het juist fijn een geïsoleerde plaats te hebben voor een doorvoerkamp? - Wat zijn homoseksuelen? - Waarom wilden de Duitsers het kamp er zo gewoon mogelijk uit laten zien? - Waarom mochten de mensen pas na lange tijd uit het kamp na de bevrijding? 4. nabespreken Na deze informatie kunt u de kinderen vragen wat ze van zulke kampen vinden, wat voor gevoel de kinderen bij deze evrhalen krijgen. De kinderen zullen nu misschien met meer informatie komen dan voor uw verhaal. Na de informatie kunt u nog een aansluitende les geven als u tijd over heeft. Aansluitende lessuggesties: - De kinderen maken een informatieposter over het museum Westerbork. - De kinderen maken een poster met informatie over Westerbork van vroeger. - De kinderen maken een presentatie voor andere klassen, waarin informatie staat over Westerbork en de jodenvervolging in de tweede wereldoorlog. - De kinderen bedenken toneelscènes die zich konden afspelen in de tweede wereldoorlog.
Les 3 Herdenken
Doel van de les: - Kinderen weten wat herdenken is. - Kinderen kunnen voorbeelden geven waarop mensen herdenken. Tijdsduur: 1. Ophalen voorkennis: 2. Inleiding: 3. Informatief deel: 4. Nabespreken:
10 minuten 10 minuten 15 minuten 10 minuten
1. Ophalen voorkennis: Voordat u de les begint haalt u eerst de voorkennis op, over de lesstof die u vorige keren behandeld heeft. Als eerste zullen de kinderen de vorige les gaan herhalen. Bespreek goed wat de kinderen vorige keer hebben geleerd en wat is blijven hangen van het onderwerp Westerbork. Hebben de kinderen er thuis nog over gesproken? Zijn ze al achter meer informatie gekomen? Daarna kijkt u nog even kort terug naar de allereerste les over de jodenvervolging.
2. Inleiding: U begint de les met het bericht op de volgende bladzijde. Dit bericht leest u samen met de kinderen. Aan het einde van het bericht vertelt u de kinderen dat zij mee zullen helpen met de namen lezen van de mensen die zijn omgekomen en in kamp Westerbork hebben gezeten. U vraagt de mening van de kinderen over het namen lezen en u maakt de kinderen enthousiast als ze dan nog niet zijn.
102.000 namen lezen Een gesproken monument
Op 27 januari 2010 is het vijfenzestig jaar geleden dat het vernietigingskamp Auschwitz werd bevrijd. Wereldwijd wordt op die dag de moord op zes miljoen Joden herdacht. Van hen kwamen er 102.000 uit Nederland. Evenals de weggevoerde Sinti en Roma werden ze naamloos omgebracht in Auschwitz, Sobibor, Theresienstadt, Bergen-Belsen en al die andere verschrikkelijke oorden. 102.000 maal de moord op een uniek mens met een naam en een gezicht. Hun namen uitspreken doet meer dan alleen de herinnering houden. Het voelt, zoals Carla Josephus Jitta schreef over het voorlezen van De 102.000 namen dat in 2005 plaatsvond, 'als een grote verbondenheid met de mensen die aanwezig waren bij het lezen van de namen. Het horen van de namen van mijn ouders en de naam van de zuster van mijn vader, voelde als een opluchting. Alsof je ineens mocht uitspreken wat nooit uitgesproken mocht worden.' Van 23-27 januari 2010 zullen de namen worden voorgelezen van hen die geen eigen graf hebben: 102.000 keer een vader, een moeder, een oma, een broer, een nicht, een vriend.... Het begin zal gelijktijdig in alle provincies gebeuren. Daarna wordt het lezen voortgezet op hun laatste verblijfplaats op Nederlandse bodem: kamp Westerbork. In de afsluiting zullen de hoogste groepen van alle basisscholen in ons land worden betrokken. 102.000 Namen en Gezichten: een bijzonder monument in kamp Westerbork
3. informatief deel In dit deel van de les praat u met de kinderen over herdenken. Waarom herdenken mensen? Hoe zien de kinderen herdenken voor zich? Hebben de kinderen al een keer herdacht? Praat ook met de kinderen over herdenkingsmonumenten. Kennen de kinderen soms een monument? Om de kinderen een idee te geven hoe je kan herdenken kunt u de onderstaande filmpjes laten zien. http://www.youtube.com/watch?v=hJfX3p6LJYo (herdenking Michael Jackson) http://www.youtube.com/watch?v=_HyvZgAZspo (herdenking Koninginnedag 2009) http://www.youtube.com/watch?v=9-4qrawR0zw&feature=related (dodenherdenking) Bij elk filmpje kunt u samen met de kinderen de kenmerken van herdenken benoemen. De kinderen zullen na de filmpjes wel met meer voorbeelden komen.
4. nabespreken Na de filmpjes kunt u met de kinderen voorbereiden op het “namen lezen”. Als u de lijst met namen al heeft, kunt u deze oefenen met de kinderen, aangezien er best lastige namen bij zullen zitten. Lessuggesties: - De kinderen oefenen met verschillende stijlen van muziek en zoeken gevoelens hierbij. - De kinderen oefenen in een dramales met verschillende emoties. - De kinderen maken uitnodigingen en posters voor de herdenking. - Oefenen met presenteren voor een publiek. - De kinderen oefenen met typische joodse namen.
Handige sites: http://www.westerbork.nl/ http://www.hetklokhuis.nl/lees/dossiers/read/dossier_intro.cfm?did=651913D5-508B-E26179117E1A232A4FEE http://www.youtube.com/watch?v=afU8lLQe_qg&feature=related (een filmpje, over het Westerbork van tegenwoordig. Dit geeft een goed beeld hoe weinig er nog van over is)
Handige boeken om voor te lezen: - “Alleen beer mocht niet mee” van Vivian den Hollander. Een acht jarig meisje komt in de Tweede wereldoorlog in Indie in een Japans kamp terecht en maakt daar veel verdrietige, maar soms ook vrolijke dingen mee. (bovenbouw) - “Roosje Weiss” van Roberto Innocenti Casterman. Nadat Roosje tijdens de Tweede Wereldoorlog een kamp met joodse kinderen ontdekt heeft, gaat ze er elke dag heen om hen eten te brengen. Prentenboek met aquarellen in donkere kleuren die de sombere sfeer van die tijd weergeven. (alle klassen)google - “Samen sterk” van Donna Jo Napoli. Twee Italiaanse jongens worden tijdens de Tweede Wereldoorlog tewerkgesteld in een Duitse werkkamp, waar ze gruwelen van de oorlog ervaren. ( alleen groep 8) - “Het dagboek van Anne Frank” Anne Frank en haar familie heebben ook een paar dagen op Westerbork gewoond. Leuk is het dan een paar verhalen van Anne Frank voor te lezen.