Planproductie 2015 regio Maastricht Heuvelland Op verzoek van de gemeenten Maastricht Heuvelland wordt in onderstaande notitie een kort overzicht gegeven van de activiteiten die Mondriaan verslavingspreventie in 2015 voor de regio zal uitvoeren. Aan deze activiteiten en projecten werden uren gekoppeld. Belangrijk hierbij is in gedachten te houden dat jongeren uit de dorpen veelal in een andere gemeente naar school gaan, uitgaan of lid zijn van een vereniging. Hierdoor is de inzet van uren en het bereik in deze gemeenten groter, maar komt de uitvoering ook jongeren uit andere gemeenten ten goede. Voor alle gemeenten zijn door middel van aanvullende financiering meer activiteiten en projecten te realiseren. Voor meer achtergrondinformatie over de doelstelling en inhoud van de diverse projecten wordt verwezen naar de ‘Terugblik 2013-2014 Verslavingspreventie Mondriaan’ en naar het ‘Productenboek’. Deze beide notities zijn in de bijlagen opgenomen. Uitgangspunt bij het uitvoeren van preventieactiviteiten in de regio Maastricht Heuvelland is het landelijke Basispakket preventie. Dit pakket is verwerkt in de onderstaande clusters:
Domein Vrije tijd: Peereducation: Doel van peer to peer education is: 1. Verhogen van kennis over genotmiddelen. 2. Beïnvloeden van normen en waarden 3. Bevorderen van veilig(er) gebruik. In het kader van peer to peer education wordt samengewerkt met de Hogeschool Zuyd, social work. Hier worden de peers jaarlijks geworven. Opvallend is dat organisatoren van evenementen en festivals Mondriaan verslavingspreventie steeds beter weten te vinden. Er vindt ondersteuning plaats in het voortraject en er wordt ingezet op peereducatie tijdens het evenement zelf. Aanvragen van evenementen en festivals die toegankelijk zijn voor jongeren vanaf 16 jaar krijgen voorrang in verband met de leeftijdsverhoging naar 18 jaar voor het verstrekken van alcohol. Speerpunten 2015: Deelname aan Bruis. Deelname aan Inkom. Deelname aan Essential Dream in onder andere Gulpen/Valkenburg. Deelname aan Ouw wieverbal Valkenburg. Uitvoeren van uitgaansmonitor. Monitoring (inclusief DIMS): DIMS: Het Drugs Informatie en Monitoring Systeem (DIMS) heeft als doel zicht te krijgen op de verschillende drugsmarkten in Nederland en de veranderingen die zich daar voordoen. DIMS verzamelt daarom in opdracht van het ministerie van VWS informatie over de markt van illegale uitgaansdrugs in Nederland. Doordat de drugsmarkt op deze manier in de gaten gehouden wordt, kan het DIMS alarm slaan wanneer er op deze markt drugsmonsters worden aangetroffen die een acuut gevaar voor de volksgezondheid vormen (een REDalert). Daarbij heeft het DIMS een intern waarschuwingssysteem waarbij gericht kan worden gewaarschuwd per gebied/provincie als het beter is om er landelijk geen ruchtbaarheid aan te geven. DIMS levert als drugsmonitor een bijdrage aan de onderbouwing van het landelijke
1
en lokale drugs- en preventiebeleid en aan Europese registratie- en waarschuwingssystemen. Voor de afdeling Verslavingspreventie heeft deelnemen aan het DIMS nog een extra doelstelling, namelijk persoonlijk contact met de gebruiker waarin op een laagdrempelige manier informatie verstrekt kan worden, opdat de consument/aanleveraar tot een gedegen afweging kan komen. In 2015 zal de uitvoering worden gecontinueerd en wordt nog een medewerker geschoold. Rapid Assesment en Response (RAR), veldonderzoek: De RAR is een vorm van actieonderzoek, exploratief en inductief, met een doorlopend proces van dataverzameling en analyse. De beleidsrelevantie van de bevindingen heeft prioriteit. De focus van de RAR ligt niet op wetenschappelijke methodologische perfectie. Het is een op de doelgroep toegespitst praktisch instrument dat relatief snel ingezet en uitgevoerd kan worden. De kracht van de RAR ligt vooral in het bij elkaar brengen van relevante gegevens en kennis van verschillende - deels bestaande bronnen. De doelgroep wordt bepaald in overleg met de opdrachtgever en mogelijk de geformeerde klankbordgroep. Voorbeelden: jongeren in het uitgaanscircuit, jongeren op hangplekken of jongeren in bepaalde wijken. Doelstelling bij het uitvoeren van een RAR is het in een relatief korte periode van 6 tot 8 maanden inzicht krijgen in een bepaalde problematiek en de verspreiding hiervan in een bepaald gebied of regio. Op basis van de verkregen informatie worden aanbevelingen op het gebied van interventies, voorzieningen en regels gedaan. Het uitvoeren van een RAR is niet opgenomen in de reguliere begroting. Indien uitvoering gewenst is dient dit aanvullend gefinancierd te worden. Individuele preventie: Binnen dit cluster kunnen op verzoek van gebruikers zelf en van intermediairen preventieve adviesgesprekken plaatsvinden over genotmiddelen. Daarnaast vallen de moti-4 gesprekken en de gesprekken op de alcoholpoli onder dit cluster. Om dit onderdeel een extra boost te geven is een externe subsidie aangevraagd. Moti-4: Moti-4 is een geïndiceerd preventieaanbod bestaande uit 4 individuele motiverende gesprekken voor jongeren met beginnend problematisch middelengebruik en gesprekken met ouders of begeleiders. Het uiteindelijke doel is problematisch gebruik voorkomen en waar mogelijk terugdringen. Deze interventie is in de databank van het Centrum Gezond Leven erkend als ‘theoretisch goed onderbouwd’. Momenteel vindt onderzoek plaats naar de effectiviteit van deze interventie. Begin 2015 komen de onderzoeksgegevens beschikbaar. Aanleiding om Moti-4 te ontwikkelen was de grote behoefte van ketenpartners en ouders aan laagdrempelige, kortdurende hulp voor jongeren. Speerpunten voor 2015: Meer moti-4 trajecten in het algemeen en in het bijzonder in het voortgezet- en mbo onderwijs. Afronden onderzoek. Versie 2.0, LVB en gamen verder ontwikkelen. APP ontwikkelen
2
Alcoholpoli: In het kader van het nazorgtraject ‘Jeugd en alcohol na alcoholintoxicatie Spoed Eisende Hulp (SEH)’ wordt samengewerkt met onder andere het Academisch Ziekenhuis Maastricht. Dit traject richt zich op het verbeteren van nazorg aan jongeren die met een alcoholintoxicatie terecht zijn gekomen bij de SEH. Met de jongere wordt een kortdurende interventie gericht op gedragsverandering met betrekking tot drinken van alcohol uitgevoerd. Met de ouders vindt een gesprek plaats gericht op gedragsverandering met betrekking tot alcoholspecifieke opvoeding. Speerpunten 2015: Samenwerking versterken. Interventie evalueren en indien nodig bijstellen. Outreachende verslavingspreventie: In het kader van outreachende preventie worden jongeren tijdens hun vrijetijdsbesteding benaderd. Het betreft onder andere hangplekken, jongerencentra, coffeeshops en uitgaansgelegenheden. Er wordt samengewerkt met ketenpartners, zoals jongerenwerkers van Trajekt, Bureau Jeugdzorg, politie, Halt, scholen en gemeenten. Doelstelling is voorkomen dat experimenteren met genotmiddelen ontaardt in problematisch gebruik of afhankelijkheid. Dit gebeurt onder andere door jongeren objectieve voorlichting te geven over de risico’s van gebruik. Vanuit diverse wijken kwamen signalen (vooral van jongerenwerkers) dat tiener- en/of jongerengroepen in de wijk risicovol experimenteren met middelen of beginnend problematisch gebruiken. Gestart werd met het geven van laagdrempelige voorlichting. Ook werd aangesloten bij een sociaal wijkteam. Om de preventieve boodschap nog beter gedragen te krijgen in de wijken zal scholing aan buurtvrijwilligers en andere sleutelfiguren in de wijk aangeboden worden. Door de inzet van outreachende preventie zijn de meeste netwerkpartners goed op de hoogte van het aanbod. Vooral het gesprekkentraject Moti-4 voor jongeren wordt door het netwerk veel gevraagd. Speerpunten 2015: Trainen van buurtvrijwilligers en ander sleutelfiguren in de wijk. Samenwerking met het netwerk versterken. Toename van aantal moti-4 trajecten. Project Wittevrouwenveld Maastricht In de zomer van 2013 vond in Wittevrouwenveld een RAR onderzoek plaats. Hier kwam onder andere uit naar voren dat inzet van een outreachend preventiewerker gewenst was. Inmiddels is het onderzoek afgerond en is er één jaar inzet geleverd. Dit project wordt gecontinueerd. Speerpunten 2015: Meer jongeren bereiken, vooral de jongere tieners. Focus op bereiken ouders. Uitgaan en genotmiddelen: Regionaal alcoholmatigingsproject ‘Jeugd, Alcohol en Omgeving’. In dit project wordt nauw samengewerkt met de gemeenten in Zuid Limburg en in regio Maastricht Heuvelland. In het Preventie- en Handhavingsplan zijn concrete doelstellingen opgenomen ten aanzien van het verminderen van alcoholgebruik door jongeren. Dit vraagt om een aanpak, gericht op: Bewustwording en ondersteuning van ouders en andere opvoeders, norm versterken. Versterken van handhaving leeftijdsgrens door diverse alcoholvertrekkers, zowel professionele als verenigingen (instructies IVA en Barsmart). Regionale samenwerking gemeenten (versterken handhaving)
3
Monitoren van afname alcoholgebruik met onderzoeken. Speerpunten 2015: Activiteiten, Barsmart cursussen en IVA’s bij o.a. sportverenigingen uitvoeren. Project Leef als een PROF NIX18 verder uitzetten. Deelname IK PAS promoten.
Domein Onderwijs: De gezonde school en genotmiddelen (DGSG): De gezonde school en genotmiddelen is een preventieprogramma ontwikkeld door het Trimbos instituut voor het basisonderwijs, het (speciaal) voortgezet onderwijs en het MBO over roken, alcohol en drugs. Het programma richt zich op de leerling en zijn directe omgeving en bestaat uit vier pijlers: 1. Educatie: voorlichting aan leerlingen over roken, alcohol en drugs en trainen van leerkrachten. In het voorlichtingsmateriaal voor de leerlingen is aandacht voor kennis, houding en gedrag. Veel aandacht gaat daarbij uit naar groepsdruk en weerbaarheid. 2. Vroegsignalering: signaleren en begeleiden van leerlingen die (beginnende) problemen hebben met gebruik. 3. Regelgeving: bevorderen van een schoolbeleid met regels en afspraken over roken, drinken en gebruik van drugs op en rond school 4. Ouderbetrokkenheid: opvoedingsondersteuning aan ouders over roken, drinken en gebruik van drugs door hun kinderen. Dit gebeurt door informatie en opvoedtips te geven via ouderavonden, websites en folders. Basisonderwijs: In de regio Maastricht Heuvelland zijn alle basisscholen in het begin van het nieuwe schooljaar op de hoogte gesteld van het aanbod voor 2014-2015. Dit aanbod richt zich met name op de leerlingen van groep 7-8 en hun ouders. Het doel is leerlingen voorbereiden op de overstap naar het voortgezet onderwijs. Met een aantal scholen in de regio vindt momenteel overleg plaats over uitvoering van een project dit schooljaar. Speerpunten voor 2015: Meer scholen die deelnemen aan DGSG basisonderwijs. Waarborgen van de continuïteit op deelnemende scholen. Participatie door ouders verbeteren. Voortgezet onderwijs: Met bijna alle scholen in regio Maastricht Heuvelland zijn contacten. Elke school maakt op zijn eigen wijze gebruik van het DGSG VO aanbod. Het aanbod bestaat onder andere uit elearningmodules voor leerlingen, deskundigheidsbevordering voor docenten, ouderavonden en moti-4 trajecten. Ook kunnen in overleg interventies worden ontwikkeld en uitgevoerd, bijvoorbeeld in het kader van projectweken of campagnes (NIX18). Daarnaast worden de contactpersonen regelmatig geïnformeerd over nieuwe ontwikkelingen door middel van een nieuwsbrief. Op diverse momenten in het schooljaar wordt extra aandacht gevraagd voor het bespreken van alcoholgebruik. De ouders zijn de doelgroep en de scholen faciliteren. De boodschap is: bespreken van alcoholgebruik met je kind is noodzaak.
4
Speerpunten 2015: Participatie door ouders verbeteren. Bekendheid en uitvoering van moti-4 op school vergroten. Samenwerking intensiveren met scholen waar weinig contact mee is. Middelbaar beroepsonderwijs (MBO): Het aanbod voor het MBO is gestoeld op 4 peilers: 1. Deelnemers informeren en bewustmaken van hun gebruik/gedrag. Dit gebeurt onder ander door e-learning en gastlessen. 2. Consulteren en trainen van intermediaire in vroegsignaleren middelengebruik, gamen en gokken. 3. Bevorderen van ouderparticipatie bij de individuele preventie (moti-4). 4. Beleidsadvies MBO breed rondom alcohol en drugs Speerpunten voor 2015: Intermediaire benadering om te komen tot de meest adequate vroegsignalering van middelengebruik. Bij het Arcus is een korte lijn met het zorg- en adviesteam een aandachtspunt. Het is de wens om regulier aan te sluiten bij het zorg- en adviesteam. Bij Leeuwenborgh vindt overleg plaats over het integreren van onze inspanningen in het schoolbeleid, zodat de continuïteit gewaarborgd wordt. HBO en universiteit: In het kader van de introductie voor nieuwe studenten wordt deelgenomen aan de introductieprogramma’s. In dit kader worden IVA’s gegeven. Ook worden bijdragen geleverd aan diverse opleidingen bij deze onderwijsinstituten. Bij de Universiteit Maastricht wordt deelgenomen aan de werkgroep alcohol- en drugbeleid van het Studenten Service Centrum. Speerpunt 2015: Verder ontwikkelen van een gedegen alcohol- en drugsbeleid voor de Universiteit Maastricht.
Domein Thuis: Opvoedingsondersteuning Opgroeiende jongeren komen voor de keuze te staan of zij al dan niet met drugs willen experimenteren. Het goed begeleiden van deze experimenteerfase is van eminent belang. Ouders spelen hierbij een belangrijke rol. Uit vragen die ouders/opvoeders stellen aan de afdeling preventie blijkt dat zij zich vaak onzeker voelen in hun opvoedingsactiviteiten met betrekking tot het gebruik van genotmiddelen door (hun) kinderen. Ons aanbod richt zich op ouders en opvoeders van jongeren in de leeftijd van 12 tot 24 jaar, die nog geen alcohol of andere drugs gebruiken of hiermee experimenteren. Door middel van onder andere informatieverstrekking en consultatie, ouderavonden, oudercursussen krijgen ouders handvatten aangereikt om het thema alcohol en drugs met hun kind te bespreken. Ook werd in dit kader samenwerking met de Centra voor Jeugd- en gezin gezocht. Triple P Triple P 3 en 4 en Triple P 3 teens worden uitgevoerd door de afdeling verslavingspreventie. Zij maken deel uit van een programma voor opvoedingsondersteuning aan ouders met kinderen tot 16 jaar, waarbij preventie van (ernstige) emotionele- en gedragsproblemen bij kinderen centraal staat. De programma’s zijn gericht op het bevorderen van competent ouderschap en zelfvertrouwen van de ouder, mede daar waar het gaat om genotmiddelen. Speerpunt 2015: Intermediairen beter informeren over de mogelijkheid ouders te verwijzen.
5
Transgenerationele verslavingsproblematiek (KOPP/KVO) Jaarlijks krijgen in Nederland 1,6 miljoen kinderen en jongeren onder de 22 jaar te maken met een psychische ziekte en/of verslaving van hun vader of moeder. Deze kinderen lopen het risico om op korte of langere termijn zelf psychische en/of verslavingsproblemen te ontwikkelen. Om deze risico’s te verminderen is het preventieprogramma ontwikkeld. De KOPP/KVO preventieactiviteiten richten zich op verschillende leeftijdsgroepen. Centraal staan de beschermende factoren. De programma’s die plaatsvinden in dit kader zijn: Piep zei de muis; Doe-praatgroep 8-12 jaar; Tienergroep 12- 16 jaar; 16+ groep; Preventie op maat met kinderen; KopOpOuders; Triple P. Speerpunten 2015: Piep zei de muis regelmatig inzetten. Werving verbeteren.
Overkoepelend: Beleidsadvies Beleidsadvies betreft het gevraagd en ongevraagd adviseren van beleidsmakers over het te voeren het beleid met betrekking tot alcohol, drugs, gamen en gokken. De doelgroep bestaat uit beleidsmakers, zowel op gemeentelijk en provinciaal niveau, als bij diverse instellingen en scholen die met misbruik van genotmiddelen in aanraking komen. Voorlichting op maat: In dit programma wordt ingehaakt op vragen uit de praktijk. In overleg met de aanvrager wordt een programma samengesteld en uitgevoerd. Tevens vallen consultatie en serviceverlening hieronder. Ook deelname aan de landelijke chatservice valt onder deze rubriek. Preventieprogramma Vroegsignalering Alcohol en andere drugs (PVA) Het Preventieprogramma Vroegsignalering alcohol en andere drugs is een speciaal aanbod, ontwikkeld om problematisch gebruik van alcohol en andere drugs eerder te signaleren. PVA ondersteunt iedereen die zorg verleent binnen de eerste- en tweede lijn. PVA werkt met kortdurende interventies, zoals een adviesgesprek, één of meer sessies met een zorgverlener of een vorm van zelfhulp. Het blijkt dat kortdurende interventies tot minder alcoholgebruik leiden. Screening op alcoholgebruik met aansluitend kortdurende interventies vermindert daarnaast ook problematisch gebruik. (Cuijpers, 2006). Ook bij problematisch gebruik van andere drugs worden kortdurende interventies ingezet. PVA richt zich op volwassenen met problematisch gebruik. Ouderen vormen een specifieke doelgroep waar aandacht voor is, omdat gebruik binnen deze groep de laatste jaren toeneemt. Het aanbod is gericht op zorgverleners en professionals en op de (probleem)gebruiker. Speerpunten 2015: Meer consultatie en advies voor de doelgroep ouderen. Meer zorgverleners informeren over problematisch alcoholgebruik bij ouderen. Deskundigheidsbevordering intermediairen: Open en Alert: Dit product is ontwikkeld door Mondriaan verslavingspreventie en het Trimbos-instituut en wordt landelijk uitgevoerd. In 2011 werd Open en Alert erkend als theoretisch goed onderbouwde interventie door het Centrum Gezond Leven van het RIVM. Open en Alert bestaat uit drie bouwstenen: Ontwikkelen van een duidelijk en breed gedragen alcohol- en drugsbeleid.
6
Deskundigheidsbevordering (scholing) zodat medewerkers kennis hebben van alcohol en drugs(gebruik) en vaardigheden beheersen voor het signaleren en bespreekbaar maken van middelengebruik. Opzetten van een structurele samenwerking met de regionale instelling voor verslavingszorg zodat er duidelijke afspraken zijn over consultatie, doorverwijzing en behandeling Open en Alert is beschikbaar voor jeugdhulpverlening, LVB-settings, jongerenwerk. Speerpunten 2015: Nieuwe groepen binnen de diverse settings trainen. Specifieke trainingen: Deskundigheidsbevordering vindt ook plaats op verzoek en richt zich dan op een specifiek thema. Verschillende intermediairen, die werken met mensen met een risico op verslaving of met een verslavingsachtergrond worden getraind in het signaleren van terugval of verergering van de problematiek. Door kennis over verslaving, comorbiditeit en motiverende gesprekstechnieken te vergroten worden handvatten aangereikt om deze doelgroep vroegtijdig te kunnen sturen en begeleiden. Hierdoor wordt verergering van de problematiek voorkomen. Een voorbeeld is de cursus voor re-integratiemedewerkers over het thema dubbele diagnose, die voor de gemeente Kerkrade werd ontwikkeld. Speerpunt 2015: Aanbieden van training dubbele diagnose aan andere gemeenten. Justitie/HALT: Met HALT zijn afspraken gemaakt over het uitvoeren van een gesprek als er genotmiddelen in het spel zijn bij een HALT-afdoening. Enkele keren per jaar vindt er overleg plaats. Speerpunt 2015: Aansluiten bij de landelijke ontwikkelingen in dit kader.
7
In onderstaande tabellen is het bovenstaande vertaald naar planproductie en urenverantwoording en een ureninschatting per gemeente voor 2015.
Planproductie en urenverantwoording
Domein Vrije Tijd
Onderwijs
Programma/Project Coffeeshops Veilig uitgaan (incl DIMS en int alcoholcampagne) Outreachend en individuele preventie (wijkgericht) Extra voor 2015 en 2016: Outreachende preventie (Wijkgericht Nieuw Malberg de Heeg) Jeugd en Jongerenwerk GSG (Schoolslag) VO GSG (Schoolslag) VMBO GSG (Schoolslag) BO ROC Scholen (Beroeps)
Aanvraag provincie
plan 49 309 383
333 295 560
Thuis
Opvoedingsondersteuning KVO
772
Overkoepelend
Serviceverlening Wijkgericht werken Intermediairen JHV en GGZ Campagnes
439
333
8
Urenschatting regio Maastricht Heuvelland (op basis van afgelopen jaren) Plaats
Urenschatting
Eijsden- Margraten 289 Gulpen-Wittem
263
Maastricht
1772
Meerssen
264
Vaals
266
Valkenburg
286
Totaal
3140
9