Directiebeoordeling CO2 prestaties 2015 1e halfjaar
Auteur: J. van Drunen Datum: 2 november 2015 Aspecten: 3.C.1, 2.B.4
G. van der Ven B.V. Aannemingsbedrijf Van Heemstraweg 2 5306 TA Brakel T 0418 - 671 510 E
[email protected] www.vanderven.nl
Inhoudsopgave 1.0
Inleiding ............................................................................................................................................................................................ 3
2.0
Evaluatie doelstellingen CO2 ........................................................................................................................................................ 3
2.1 Scope 1: Directe emissies.................................................................................................................................................................. 3 2.1.2 Diesel ........................................................................................................................................................................................... 3 2.1.3 Gas ............................................................................................................................................................................................... 3 2.2 Scope 2: Indirecte emissies.......................................................................................................................................................... 4 2.2.2 Woon-/werkverkeer .................................................................................................................................................................... 4 2.3 3.0
Verhouding CO2 uitstoot en draaiuren ................................................................................................................................... 5 Behaalde doelstellingen ................................................................................................................................................................. 5
3.1
Scope 1 ....................................................................................................................................................................................... 6
3.2
Scope 2 ....................................................................................................................................................................................... 6
3.3
Project voortgang doelstelling .................................................................................................................................................. 7
3.4
Veranderingen van invloed op gegevens ............................................................................................................................... 8
3.5
Verslechterde marges ............................................................................................................................................................... 8
4.0
Genomen maatregelen in 2015..................................................................................................................................................... 9
5.0
Te nemen maatregelen .................................................................................................................................................................. 9
6.0
Voortgang en trends ..................................................................................................................................................................... 10
7.0
Afwijkingen, corrigerende en preventieve maatregelen ........................................................................................................... 10
8.0
Communicatie................................................................................................................................................................................ 10
8.1
Interne communicatie .............................................................................................................................................................. 10
8.2
Externe communicatie ............................................................................................................................................................ 11
9.0
Audits .............................................................................................................................................................................................. 11
10.0
Verbeterpunten.............................................................................................................................................................................. 11
11.0
Conclusies ..................................................................................................................................................................................... 12
2
1.0 Inleiding G. van der Ven B.V. Aannemingsbedrijf hoopt per 1 december 2015 het CO2 bewust certificaat niveau 3 te behalen. Hiervoor is onder andere een emissie inventaris opgesteld met 2014 als basisjaar. De doelstelling is een vermindering van 10% CO2 uitstoot in 2020 ten opzichte van 2014 gerelateerd aan het aantal draaiuren. In deze voortgangsrapportage wordt de voortgang beschreven van de jaren 2014 tot en met 1e halfjaar 2015.
2.0 Evaluatie doelstellingen CO2 De te beoordelen periode is gelijk aan het boekjaar en loopt van 1 januari t/m 31 december. De gerapporteerde periode is: 1 januari t/m 30 juni 2015. De voortgangsrapportage over het eerste halfjaar van 2015 is beknopt, dit omdat de registratie van gegevens op een aantal punten nog verbeterd kan worden. De totale CO2 uitstoot lijkt op dit moment met 976,5 ton lager te liggen dan in 2014 (2.034 ton).
2.1 Scope 1: Directe emissies De directe emissie van CO2 is gemeten en berekend op 964,56 ton. 2.1.1 Benzine
Het benzineverbruik is zeer klein ten opzichte van diesel. Dit komt omdat alle voertuigen rijden op diesel. Benzine wordt alleen gebruikt voor het gebruik van klein materieel. 2.1.2 Diesel
Binnen Van der Ven is brandstof de grootste veroorzaker scope 1 van CO2 uitstoot met een aandeel van 97% (937 ton). Diesel wordt verbruikt door vrachtwagens, shovels en kranen, maar ook door de auto’s. Het brandstofverbruik wordt middels tankregistratie per voertuig/materieelstuk geregistreerd. Tevens wordt aan de hand van de inkoopfacturen het brandstofverbruik gecontroleerd. Daling CO2 uitstoot in 2015 met 4% is te verklaren door minder draaiuren van het materieel en de vrachtwagens, maar ook door aanschaf van 15 nieuwe, zuinigere auto’s/busjes. Door middel van de nieuwsbrief en toolboxmeeting is al aandacht gevraagd om te letten op het brandstofverbruik. Daarnaast is onder het personeel een enquête uitgevoerd betreffende het brandstofverbruik met als doel de bewustwording te vergroten. 2.1.3 Gas
Ten behoeve van het verwarmen van het kantoor en de gebouwen op de hoofdvestiging heeft het in het 1e halfjaar van 2015 verbruikte gas een uitstoot van 25 ton CO2 veroorzaakt (3%). Wat in eerste instantie bij de de gasfacturen opviel was een enorme stijging van het gasverbruik. Na onderzoek is gebleken dat de interpretatie van de facturen gasleveranties niet juist is geweest. Ten onrechte is er vanuit gegaan dat de facturen van gasleverancier op 1 bulktank op het adres Van Heemstraweg 2 betrekking hebben. Dit blijkt echter onjuist. Bij het bepalen van het gasverbruik dient dus op de factuur gecontroleerd te worden welke 3
bulktank gevuld is. Bovendien hoeft hierdoor geen rekening meer te worden gehouden met privégebruik gemiddeld gezin omdat een aparte tank voor het privé gebruik geplaatst is.
Scope 1 - 2014 3%
15%
aardgas
Scope 1 1e halfjaar 2015 3% 14%
82%
wagenpark
aardgas
materieel en projecten
wagenpark 83%
2.2 Scope 2: Indirecte emissies De indirecte emissie van CO2 is gemeten en berekend op 11,9 ton. 2.2.1 Elektriciteit
Het elektriciteitsverbruik is in 2015 verhoudingsgewijs gelijk gebleven. De meterstanden zijn tot op heden niet maandelijks bijgehouden. Daardoor is het moeilijk de voortgang te meten. Per 1 oktober 2015 zullen de meterstanden maandelijks worden opgenomen zodat het inzicht beter wordt. De in het 1e halfjaar van 2015 verbruikte elektriciteit heeft 0,9 ton CO2 emissie (7,5%) veroorzaakt. Op de locatie Van Heemstraweg 2 wordt 100% groene stroom van Green Choice ingekocht. De CO2-uitstoot is berekend aan de hand van het via de leverancier beschikbare stroometiket.
2.2.2 Woon-/werkverkeer
Het grootste deel van de indirecte emissie, te weten 11 ton CO2 (92,5%) is toe te wijzen aan het brandstofverbruik van het woon/werkverkeer. Bij Van der Ven bestaat vrijwel al het woon/werkverkeer uit vervoer per auto. Met het openbaar vervoer is het kantoor niet bereikbaar is. Incidenteel maken werknemers gebruik van hun privéauto om een werkbezoek te brengen. De CO2 uitstoot voor het woon-/werkverkeer is redelijk stabiel. Over het eerste halfjaar is een lichte daling van de uitstoot te zien. Verwachting is dat CO2 uitstoot voor deze post verder zal dalen, omdat in 2015 een zogenaamde pool-auto is aangeschaft voor algemeen gebruik.
Scope 2 - 2014 7%
Scope 2 1e halfjaar 2015 7%
elektriciteit
elektriciteit woonwerkverkeer woonwerkverkeer 93%
93%
4
2.3
Verhouding CO2 uitstoot en draaiuren
De eerste 6 maanden van 2015 is er 0,12 ton CO2 uitstoot gegenereerd per draaiuur. In 2014 was dit 0,10 ton CO2. Het is lastig hieruit een conclusie te trekken, het eerste halfjaar 2015 waren beduidend minder projecten in uitvoering dan in dezelfde periode in 2014. Waarschijnlijk wordt de hogere uitstoot per draaiuur veroorzaakt door zwaardere werkzaamheden waardoor het dieselverbruik toeneemt in vergelijking tot lichte werkzaamheden. Voor wat betreft project 14v7146 Diefdijklinie is het trekken van conclusies op basis van de uitstoot per draaiuur per kwartaal ook lastig. De uitstoot en aantal draaiuren zijn sterk afhankelijk van de fase waarin het project zich bevindt en het soort werkzaamheden dat uitgevoerd moet worden.
CO2-uitstoot Van der Ven 0,13
Ton CO2 per draaiuur
0,12 0,12 0,11 0,11 0,10 0,10 2014
1-2015
3.0 Behaalde doelstellingen In 2015 is het eerste halfjaar verhoudingsgewijs minder CO2 uitstoot geweest dan in het eerste halfjaar van 2014. In vergelijking met 2014 is dit een daling van 4%, terwijl het aantal draaiuren is gedaald met 16%. Uit de voortgang blijkt dat met name het materieel en de vrachtwagens verantwoordelijk zijn voor de daling van de uitstoot. Gezien het feit dat het aantal draaiuren flink gedaald is, is het verklaarbaar dat de uitstoot hierdoor ook flink daalt. Het verbruik van gas in flessen is flink toegenomen, dit komt voornamelijk door veel laswerkzaamheden op een project. Zoals het er nu uitziet zal het gebruik van aardgas over 2015 hoger uitkomen dan over 2014. Dit is te verklaren doordat er meer medewerkers aanwezig zijn geweest op de werf waardoor meer locaties verwarmd moeten worden. Het doel om in 6 jaar 10% minder CO2 uitstoot de produceren per draaiuur, lijkt vooralsnog niet gehaald te worden.
5
Emissies Scope 1 Aardgas Gas (flessen) Benzine Gasolie (diesel vrachtwagens) Gasolie (diesel materieel) Gasolie (diesel personenauto) Gasolie (diesel wagenpark) Scope 2 Elektriciteit Zakelijk gebruik privé-auto’s Totaal scope 1 en 2
3.1
e
2014
2015 1 halfjaar
48,9 3,86 8,09 339,00 1.303,00 307,00
25 2,64 4,5 148,66 644,80 46 93
1,81 23
0,9 11
2.034
976,5
Scope 1
Verlagen van de CO2-uitstoot met 9% in 2020 ten opzichte van 2014 welke betrekking heeft op de volgende meest materiële emissies door:
Het verbruik van brandstof door het materieel te reduceren met 2% in 2020 t.o.v. 2014 1e Halfjaar 2015 is totaal 245.653 liter brandstof verbruikt door het materieel ten opzichte van 508.384 liter in 2014. Wanneer we het aantal liters aan het aantal draaiuren relateren betekent dit: in 2014 26,11 liter per draaiuur, in 2015 30,27 per draaiuur. In 2020 zou door het materieel 25,59 liter brandstof per draaiuur verbruikt mogen worden om een daling van 2% op het verbruik te realiseren. Als we uitgaan van 245.653 x 2 = 491.306 zal de doelstelling niet behaald worden.
Het aantal gereden km’s te reduceren met 5% in 2020 t.o.v. 2014
1e Halfjaar 2015 zijn 1.020.637 km verreden, in heel 2014 1.528.254. Veel minder km’s zijn door vrachtwagens verreden, dit komt door grotere projecten met een langere uitvoeringstijd dus minder logistieke verhuizing van het ene naar het andere project. Ook liggen de projecten dichterbij Brakel ofwel minder reisafstanden. Auto’s hebben juist veel meer km gemaakt doordat een aantal projecten juist verder van Brakel (Scheveningen) af zijn. Het doel om in 2015 reeds een daling te realiseren zal naar het er nu naar uitziet zeker niet behaald gaan worden. Carpoolen meer promoten! We zien wel een daling van het privégebruik eigen auto door de aanschaf van de pool-auto.
3.2
Scope 2
Verlagen van de CO2-uitstoot met 1% in 2020 ten opzichte van 2014 welke betrekking heeft op de volgende meest materiële emissies door:
Het elektriciteitsverbruik op de vestiging te verminderen met 1% in 2020 t.o.v. 2014
Verbruik in 2014: 9.603 kwh, 1e halfjaar 2015: 4.746 kwh Om een vermindering van 1% te realiseren zou in 2020 9.593 kwh verbruikt mogen worden. Als we uitgaan van 4.746 x 2 = 9.492 kwh zou de doelstelling al dit jaar behaald kunnen worden. Op voorhand werd verwacht dat we op het stroomverbruik weinig zouden kunnen 6
besparen. Gezien bovenstaande informatie kan men zich afvragen of de doelstelling voldoende ambitieus is. Wellicht de overweging waard om de doelstelling aan te scherpen voor het volgende jaar?
Het aantal gedeclareerde km’s te reduceren met 80% in 2020 t.o.v. 2014 In 2014 zijn 107.757 kilometers gedeclareerd. Dit zou betekenen dat in 2020 nog 21.551 kilometers gedeclareerd mogen worden. Over het1e halfjaar van 2015 zijn 49.534 kilometers gedeclareerd. Als we uitgaan van 2 x 49.534 = 99.068, dan zou dit jaar een daling van 8% gerealiseerd kunnen worden. Hieruit kunnen we concluderen dat we op de goede weg zijn de doelstelling te behalen.
3.3
Project voortgang doelstelling
De doelstelling voor project 14v7146 Diefdijk is in 2015 de CO-uitstoot met 2% te verminderen ten opzichte van 2014 gerelateerd aan het aantal draaiuren. Het blijkt lastig te zijn conclusies te trekken op basis van de uitstoot gerelateerd aan het aantal draaiuren. Het aantal draaiuren en dus ook de uitstoot zijn sterk afhankelijk van de fase waarin het project zich bevindt en het soort werkzaamheden dat uitgevoerd moet worden. Als we de doelstelling erbij pakken zou in 2015 een uitstoot van 0,7 ton CO2 per draaiuur toegestaan zijn om een vermindering van 2% te behalen. Wanneer we de gegevens erbij pakken, dan zou de doelstelling behaald worden.
14V7146 ton CO2 uitstoot 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
73
77,6 65,9 57,08 gasolie Q4-2014 gasolie Q1-2015 gasolie Q2-2015 gasolie Q3-2015
gasolie Q4- gasolie Q1- gasolie Q2- gasolie Q32014 2015 2015 2015
7
Ton CO2 per draaiuur
CO2-uitstoot 14v7146 Diefdijklinie 0,09 0,08 0,07 0,06 0,05 0,04 0,03 0,02 0,01 0 Q4-2014
3.4
Q1-2015
Q2-2015
Q3-2015
Veranderingen van invloed op gegevens
Het eerder door ons opgeworpen idee om de uitstoot te relateren aan de omzet is niet het juiste gebleken. Gezien de diversiteit van onze projecten, kan de omzet sterk oplopen zonder dat inzet van materieel benodigd is. Daarom is besloten om de CO2 uitstoot te relateren aan het aantal draaiuren. Voor het gasverbruik is gebleken dat niet uitgegaan kan worden van het overzicht uit de administratie. Handmatig dient per factuur gecontroleerd te worden op welke tank deze betrekking heeft om de gegevens zuiver te houden. Met name de registraties van de diverse gegevens kunnen op een aantal punten nog verbeterd worden. Hier zal eerst aandacht aan worden geschonken zodat de gegevens zo zuiver mogelijk zijn.
3.5
Verslechterde marges
Het zijn zware tijden voor de bouwsector en met name de GWW sector. Mede door het beleid van de overheid kwamen afgelopen paar jaar minder aanbestedingen op de markt, waardoor meer bedrijven deelnemen aan een aanbesteding. Dit zorgt ervoor dat bedrijven lager moeten inschrijven om de desbetreffende opdracht binnen te halen. Dit leidt ertoe dat de marges slechter worden. Aanschaf van nieuw zuiniger materieel wordt waar mogelijk uitgesteld. Alleen noodzakelijke investeringen worden gedaan. Ook voor komende jaren zijn de vooruitzichten op dit vlak nog niet veel beter.
8
4.0 Genomen maatregelen in 2015 In 2015 zijn reeds een aantal maatregelen ten opzichte van 2014 genomen, bijvoorbeeld: Jaarlijkse analyse energierekeningen van de gebouwen 100% Groene stroom voor de hoofdvestiging Vervanging bestaande verlichting door LED-verlichting in gebouwen en keten Aanschaf nieuwe auto’s met gemiddelde CO2-uitstoot 150-110 gr/km Aanschaf nieuwe busjes met gemiddelde CO2-uitstoot 210-175 gr/km Aanschaf nieuwe mobiele werktuigen welke voldoen aan Tier IV/EURO5 Monitoring brandstofverbruik met jaarlijkse terugkoppeling naar bestuurders/machinisten Halfjaarlijks terugkerende toolboxmeeting m.b.t. energiemanagement Reisafstand weegt mee in selectieprocedure voor onderaannemers Bezit CO2-bewust certificaat van onderaannemers weegt mee in selectieprocedure onderaannemers Digitale verwerking facturenstroom Maandelijkse controle bandenspanning bij <25% van de auto’s, busjes en mobiele werktuigen Het machinepark wordt onderhouden conform fabrieksopgave en onderhoudsprogramma Toevoeging Ad Blue aan brandstof vrachtwagens Gebruik van rijplaten om de rolweerstand te verminderen
5.0 Te nemen maatregelen Om de doelstellingen te kunnen behalen worden de volgende maatregelen genomen. Maatregel Niet stationair laten draaien materieel Cursus het nieuwe draaien Aanschaf zuiniger auto’s/materieel Cursus het nieuwe rijden Carpoolen Elektriciteit Zonnepanelen
Besparing 8.814 liter brandstof
Besparing scope 1 28,5 ton CO2
Besparing scope 2 -
4.035 (1%) liter brandstof 30.319 (5%) liter brandstof 950,4 (1%) liter brandstof 475 (0,5%) liter brandstof 1% op aantal kwh (96) 40% op aantal kwh (3840)
13 ton CO2
-
97,93 ton CO2
-
3,07 ton CO2
-
-
1,53 ton CO2
-
0,01 ton CO2
-
0,7 ton CO2
De te nemen maatregelen zijn opgenomen in het energiemanagement actieplan.
9
6.0 Voortgang en trends Om de voortgang te kunnen meten is 2014 het basisjaar voor G. van der Ven B.V. Aannemingsbedrijf. De grootste CO2 uitstoot komt uit scope 1. Het brandstofverbruik veroorzaakt de grootste uitstoot, namelijk 97% ofwel 1.949 ton CO2. De uitstoot in 2015 is gemiddeld gezien lager dan die in 2014. Dit is te verklaren door de uitvoering van minder projecten met grondwerk. Het aantal draaiuren is lager, terwijl de CO2-uitstoot per draaiuur hoger is. Dit komt waarschijnlijk door de uitvoering van zwaardere werkzaamheden. Doordat G. van der Ven B.V. Aannemingsbedrijf pas net gestart is met de registratie van de CO2 uitstoot en er nog winst te behalen is in de metingen zullen echte resultaten pas eind van het jaar 2015 zichtbaar worden. Dan kan de uitstoot vergeleken worden met de draaiuren en kan er geconcludeerd worden of er een daling dan wel stijging gaande is. Sinds kort neemt de organisatie ook deel aan initiatieven welke moeten leiden tot een reductie van CO2 uitstoot. De uitkomsten uit deze initiatieven zullen intern besproken worden en getoetst worden op toepasbaarheid binnen de organisatie.
7.0 Afwijkingen, corrigerende en preventieve maatregelen Ten aanzien van de CO2 footprint en CO2 prestatieladder zijn nog geen afwijkingen, corrigerende of preventieve maatregelen vastgesteld.
8.0 Communicatie 8.1 Interne communicatie
Boodschap CO2 footprint
Verantwoordelijke(n) Verantwoordelijke CO2 reductie CO2 Verantwoordelijke reductiedoelstellingen CO2 reductie en maatregelen Beleid, Directie, doelstellingen, leidinggevenden aanpak (MT, directievergadering) Doelstellingen, Directie, aanpak leidinggevenden Mogelijkheden voor Verantwoordelijke individuele bijdrage, CO2 reductie huidig energieverbruik en trends CO2 reductietips Verantwoordelijke CO2 reductie
Communicatiemiddel Intranet, website, personeelsbijeenkomsten Intranet, website, personeelsbijeenkomsten
Planning Medio januari en medio juli Medio januari en medio juli
Uitvoerdersoverleg en 2 x per jaar managementbijeenkomsten Directiebeoordeling Startwerkinstructie
1 x per jaar Per project
Toolboxmeeting, werknemersoverleg, VAK-melding
2 x per jaar 2x per jaar Doorlopend
Nieuwsbrief
4x per jaar
10
8.2 Externe communicatie Boodschap CO2 footprint
Verantwoordelijke(n) Communicatiemiddel Planning Verantwoordelijke Website Medio maart CO2 reductie en medio september CO2 Verantwoordelijke Website Medio maart reductiedoelstellingen en CO2 reductie en medio maatregelen september communicatiedocumenten Verantwoordelijke Website Continu in initiatieven scope 1, 2 CO2 reductie update en 3. Mogelijkheden voor Verantwoordelijke Website, Medio maart individuele bijdrage, CO2 reductie nieuwsbrief en medio huidig energieverbruik en september trends Nieuwe ontwikkelingen op Verantwoordelijke Linkedin, twitter Ad hoc CO2-reductiegebied en CO2 reductie initiatieven
9.0 Audits Interne Audit Audit CI
Will2Sustain Eerland
14-09-2015 26-10-2015
Verslag versie 1 VEN-GD00T
10.0 Verbeterpunten Een verbeterpunt voor de organisatie is het toezicht op de genomen doelstellingen. Om deze reden is er binnen de organisatie een medewerker aangesteld welke verantwoordelijk is voor toezicht op de genomen doelstellingen en maatregelen, namelijk de KAM-coördinator. Het gasverbruik blijkt niet bepaald te kunnen worden door het administratieoverzicht. Er dient per factuur bekeken te worden op welke tank de factuur betrekking heeft. Ten behoeve van het privégebruik is een aparte tank geplaatst. Factuur elektriciteitsverbruik is niet gebaseerd op 1 jaar. Verbruik dient naar rato berekend te worden. Er ontbreekt een aparte meter voor het privégebruik, hier dient rekening mee te worden gehouden in het verbruik. Maandelijkse opname van de meterstand zal zorgen voor een beter inzicht. Een te groot deel van de verbruikte brandstof is ontraceerbaar. Er is teveel getankt zonder het juiste voertuignummer in te voeren in het tanksysteem. In 2015 zijn de tankmogelijkheden aangescherpt zodat tanken zonder autonummer niet meer mogelijk is en de registratie van het verbruik per voertuig sterk verbeterd.
11
11.0 Conclusies G. van der Ven B.V. Aannemingsbedrijf is hard op weg om tot reductie te komen. Doordat er een medewerker in de organisatie is aangesteld om toezicht te houden op het daadwerkelijk naleven van de genomen maatregelen en zij de registratiemogelijkheden sterk aan het verbeteren is laat de organisatie zien dat zij actief bezig is met dit onderwerp. Realistische conclusies over het effect van de maatregelen kunnen eind van dit jaar getrokken worden. Dit zal in de volgende beoordeling aan het eind van het jaar plaatsvinden. Aan de hand van deze conclusies zal er een plan van aanpak gemaakt worden voor 2016 en indien nodig zullen de doelstellingen aangepast worden. Betrokkenheid medewerkers De betrokkenheid van medewerkers bij duurzame ontwikkelingen werkt twee kanten op. De werknemers is bepalend voor het draagvlak van duurzame ontwikkeling. Hij/zij zal de werkzaamheden bewust duurzamer uitvoeren en hiermee verbeteringen bereiken. Daarnaast zullen initiatieven zich van binnenuit moeten ontwikkelen. De medewerker is degene die de bedrijfsprocessen het beste kent en de verbetermogelijkheden kan benoemen. De slagingskans voor duurzame projecten is beter wanneer medewerkers zich betrokken voelen bij de duurzame ontwikkeling van de organisatie. Het onderwerp duurzaamheid wordt met regelmaat op de agenda van diverse overleggen gezet, zoals de toolboxmeetings. Tevens worden intranetmogelijkheden benut om medewerkers met regelmaat te informeren.
12