het magazine van de belgische ontwikkelingssamenwerking
dimensie
Mensenrechten, een haalbaar ideaal ? Thematische fiche Het dodelijke prijskaartje van onze kleding In Bangladesh Het recht van de vrouwen in Marokko Een verslag De rol van de media Jongeren zetten zich in Nr 3 / 2013 • TWEEMAANDELIJKS mei-juni-juli 2013 • P308613 • AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X
Overzicht mei-juni-juli 2013
4/5 >
Het dodelijke prijskaartje
van goedkope T-shirts
8/9 >
12/14 >
in Marokko
hoeders van de democratie in hun land
Rechten van vrouwen
De media:
DUBBELE CENTRALE PAGINA > THEMATISCHE FICHE
Mensenrechten 6-7 De rechten van gevangenen in Burundi verdedigen 10-11 Alle kinderen hebben recht op ontplooiing 19 De wijkpolitie van start in Burundi! 2 0-21 Grove misdaden blijven niet langer onbestraft 22 Naar een versterking van de mensenrechten in Marokko 23 Zuid-Korea wil iets terugdoen
2 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
2 4-25 Mali : Cultuur tegen intolerantie 26-27 Move for Africa : opdracht vervuld! 28 Belg Peter Piot : krijgt prijs in Japan 29 Justitie in Tunesië in de steigers 30-31 Puntkomma 32 Jaarverslag 2012 is beschikbaar
Gratis abonnement op : www.dimensie-3.be of per mail aan :
[email protected] Wil je de laatste nieuwsjes over de Belgische Ontwikkelingssamenwerking kennen? Volg ons op facebook (Diplomatie.Belgium) of op www.dg-d.be
3
dimensie Mensenrechten: zo simpel en toch…
T © 2013 Bloomberg
Tweemaandelijks tijdschrift uitgegeven door de Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp (DGD) Redactie:
DGD
Karmelietenstraat, 15 B-1000 Brussel Tel. +32 (0)2 501 48 81 E-mail :
[email protected] www.diplomatie.be • www.dg-d.be Redactiesecretariaat: Elise Pirsoul, Chris Simoens, Mia Van Aken Layout en productie: www.mwp.be De artikels geven niet noodzakelijk het officiële standpunt weer van DGD of van de Belgische regering. Overname van de artikels is toegestaan mits bronvermelding en een kopie voor de redactie. Dimensie 3 verschijnt 5 maal per jaar om de 2 maanden, behalve in de zomer. Gedrukt op 100% gerecycleerd papier. Abonnement: Gratis in België. In het buitenland enkel de elektronische versie.
Eind april besteedden de media veel aandacht aan de instorting van een textielfabiek in Bangladesh, waarbij duizend werknemers het leven lieten. Het drama legde de vinger op de moeilijke omstandigheden waarin miljoenen arbeiders dagelijks moeten werken. Toch is dit niet nieuw en ook geen alleenstaand geval. Een t-shirt voor 5 euro op een Belgische markt heeft vaak een hoge menselijke prijs… die we bereid zijn te betalen. Maar je hoeft daarom niet naar een ander continent te gaan, ook hier in de straten van onze steden lopen we elke dag, met een “normale onverschilligheid” mensen voorbij die geen huis, werk, nationaliteit hebben… Dat de mensenrechten een van de pijlers van de moderne staten zijn, neemt niet weg dat ze vaak als ideale waarden en minder als een verplichting worden beschouwd. En wie waarden zegt, bedoelt een debat waarbij sommige beginselen in twijfel worden getrokken of met elkaar in tegenspraak lijken te zijn: vraag is hoe stakingsrecht en economische ontwikkeling, het recht op veiligheid en de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer met elkaar in overeenstemming te brengen? Om een antwoord te geven op de vraag of het werkelijk gaat om universele waarden, moet eraan worden herinnerd dat de landen die de Universele Verklaring in 1948 opstelden, slechts een klein deel van de wereld vertegenwoordigden. Niettegenstaande dit debat, zijn mensenrechten de pijler van de moderne democratieën en van het welzijn van de burgers. De (rechts)staten zijn er de eerste bouwmeester van. Dat is dan ook de reden waarom de ontwikkelingssamenwerking bij de internationale agentschappen, het maatschappelijk middenveld en de partnerlanden aandringt op het creëren van geëigende structuren om de fundamentele rechten in hun land toe te passen. De mensenrechten behelzen alle aspecten van het leven (werk, onderwijs, gezondheidszorg, ontspanning, huwelijk, veiligheid, justitie, mobiliteit, conflicten, opinie, enz.) en gelden voor iedereen. We hebben in dit nummer dan ook een selectieve invalshoek moeten hanteren. De thematische fiche doet een poging om de oorsprong van de mensenrechten te schetsen, een reportage in Marokko toont welke inspanningen de regering en verenigingen zich getroosten om het lot van vrouwen in dat land te verbeteren; media in het Zuiden getuigen over hun rol en hun strijd voor de opbouw van een democratische pluraliteit; artikels beschrijven de acties die worden ondernomen met betrekking tot de rechten van het kind, justitie, veiligheid, enz. Het is nu eenmaal zo dat achter elke eis, elke onrechtvaardigheid, elke actie van de samenwerking mensenrechten schuil gaan. De redactie
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 3
editoriaal
Eind april, een textielfabriek in Bangaldesh stort in en doodt meer dan duizend arbeiders, wat de pers overal ter wereld gehaald heeft. Dit drama heeft het werk van duizenden mensen in erbarmelijke omstandigheden in het licht gesteld.
oen ik het rapport las bekroop me een gevoel van onbehagen: “Jaarlijks sterven er wereldwijd 2,6 miljoen kinderen aan ondervoeding, oftewel 300 kinderen per uur”. Een gruwelijke realiteit, weergegeven in harde cijfers, die al ontelbare keren werden genoemd en gehoord. Ditmaal kreeg de menselijke dimensie evenwel de overhand op de harde cijfers, en de eetlust in het vooruitzicht van de volgende maaltijd moest plaats ruimen voor een gevoel van misselijkheid. Genoeg te eten hebben in een wereld die meer dan voldoende middelen heeft lijkt zo evident. Hoe kun je dat dan rijmen met het idee dat miljoenen kinderen (en volwassenen) niets te eten hebben? Door de ondertekening van de Universele Verklaring van de rechten van de mens (zie hoofdpagina) hebben de meeste landen op de planeet het recht op voedsel verankerd als een fundamenteel recht, waar niet aan kan worden getornd, dat geldt voor elk individu, ongeacht zijn situatie, kleur, herkomst. Inderdaad, het hongervraagstuk is een structureel probleem dat niet zo makkelijk kan worden opgelost en dit is een extreem voorbeeld, ver van ons bed. Toch vind je overal sporen van schendingen van de mensenrechten, ook dicht bij huis: in je kleerkast, in je straat, op je bord…
Het dodelijke
prijskaartje
van goedkope T-shirts Op 24 april stortte een textielfabriek in Bangladesh in. Ruim 1100 arbeiders - vooral vrouwen - vonden er de dood. Blijkbaar werken 65 jaar na de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens nog steeds tientallen miljoenen mensen in erbarmelijke omstandigheden.
O
ok in november 2012 lieten 112 mensen het leven bij een brand in een Bengaalse textielfabriek. Tussen 2006 en 2012 zouden in totaal zo’n 500 textielarbeiders omgekomen zijn, door instortingen en branden. ‘Waardig werk’ is duidelijk geen onbelangrijk thema. De Schone Kleren Campagne en achACT – Belgische vertegenwoordigers van de Clean Clothes Campaign - vechten al jaren tegen de uitbuiting van werknemers in het Zuiden. Maar echte veranderingen verlopen heel moeizaam. Wat is er aan de hand?
Prijzenslag
© Africa Studio - Fotolia
Het behoort tot onze economische logica dat bedrijven streven naar zo laag mogelijke productiekosten. Want om hun marktaandeel te behouden of te vergroten in vergelijking met hun concurrenten moeten ze hun producten zoals kledij zo goedkoop mogelijk op de markt brengen. Hun aandeelhouders verwachten immers een serieuze winst op korte termijn. En de consumenten – wijzelf dus - zijn uit op betaalbare en, als het enigszins kan, spotgoedkope kleren. Dankzij de globalisering kunnen multinationals overal ter wereld terecht. Dus gaan ze op zoek naar die plek waar ze het voordeligst hun producten kunnen (laten) maken. De lage lonen zijn meestal doorslaggevend, zeker voor het pure handwerk in arbeidsintensieve sectoren zoals textiel. Maar de multinationals laten het werk wel over aan onderaannemers: lokale bedrijven die vaak aan zeer scherpe voorwaarden moeten voldoen.
4 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
Niet alleen een lage prijs, maar ook een snelle en flexibele productie en een hoge kwaliteit. Grote distributieketens (het Amerikaanse Walmart, Carrefour…), hard discounters (Aldi, Lidl…) en grote kledingconcerns (H&M, C&A…) zijn hier machtige spelers. Door de moordende concurrentie doen de overheden in veel ontwikkelingslanden er alles aan om aantrekkelijk te zijn en zo orders binnen te rijven. Ze creëren gunstige fiscale tarieven, soms in speciale exportzones, en leggen vakbondsrechten aan banden, ook al hebben ze soms een internationale conventie ondertekend. De arbeiders werken in onveilige gebouwen met te veel verdiepingen en riskante elektriciteitsleidingen, vaak worden ze opgesloten om diefstal te vermijden.
Armen de dupe Zo viel Bangladesh in de smaak bij kledingconcerns nadat China iets te duur was geworden. De textielindustrie genereert er jaarlijks 14,5 miljoen euro, 17% van het nationaal inkomen. Dat is zo belangrijk dat de Bengaalse overheid niet snel geneigd is iets aan de arbeidsomstandigheden te verbeteren. Bovendien zetelen tientallen textielbaronnen in het parlement. Vakbondswerk is aartsmoeilijk, sommigen bekopen het met de dood. En een handvol inspecteurs voor duizenden fabrieken die bovendien slechts lage boetes kunnen opleggen, afschrikwekkend is dat niet. Wie is de dupe? Straatarme ongeschoolde Bengalen, veelal vrouwen, die het platteland ontvluchtten op zoek naar een
© focusbangla
Mensenrechten
Bengalezen wachten op nieuws van hun vermist familielid aan de afsluiting rond het ingestorte Rana Plazagebouw.
toekomst in de stad. Ze komen terecht in overvolle textielbedrijven en verdienen zowat 30 euro per maand, een hongerloon, maar beter dan wat ze in hun dorp verdienden. Soms huren 4 à 5 vrouwen met de helft van hun loon samen een barak van enkele vierkante meter. Omdat ze in shifts werken, slapen ze er ook in shifts. Om wat bij te verdienen doen ze overuren waarvoor ze extra betaald worden. De werkdruk wordt onmenselijk hoog. De multinationals laten wel ‘audits’ uitvoeren, maar volgens de ngo’s wordt daar weinig mee gedaan. Overigens, hoe betrouwbaar zijn de auditfirma’s die de kledingconcerns daarvoor inspannen? En geeft een kort evaluatiebezoek wel een correct beeld van de werkomstandigheden?
Akkoord Misschien heeft de omvang van het drama dit keer echt iets wakker geschud. Bij het schrijven van dit artikel hebben een aantal firma’s (waaronder H&M, C&A, Zara, Aldi, Lidl en Carrefour) een akkoord ondertekend dat de veiligheid van de werknemers in de Bengaalse textielindustrie moet garanderen. De Bengaalse overheid wil het minimumloon verhogen en en vakbondwerk vergemakkelijken. Hopelijk beseffen ook de Westerse consumenten nu beter wat voor ellende er achter een goedkope T-shirt schuil kan gaan. Ze kunnen hun stem laten horen door petities te tekenen zoals die van de Clean Clothes Campaign. Want Westerse merken zijn wel degelijk gevoelig voor imagoschade. En de huidige, uiterst beperkte niche van
‘ethische kledij’ weegt veel te licht. Echte verandering komt er alleen als ook de modegiganten meestappen. Mohammed Yunus, de Bengaalse vader van het microkrediet, stelde voor om 50 cent extra te vragen per kledingstuk, een bedrag dat de consumenten hopelijk niet afschrikt. Het geld kan een fonds spijzen dat de Bengaalse textielarbeiders bijstaat. Dat kledingconcerns Bangladesh verlaten is in elk geval geen oplossing, zeker als ze elders dezelfde gruwelijke praktijken toepassen. De textielindustrie is te belangrijk voor Bangladesh, en hun job zou voor de 3,6 miljoen Bengaalse textielarbeiders echt een springplank moeten zijn om uit de extreme armoede te raken.
Meer dan textiel En dan te beseffen dat de instorting van het Rana Plazagebouw maar het topje van de ijsberg toont. Want er is meer dan de textielsector, er is meer dan Bangladesh. Dergelijke fenomenen zien we ook bij de productie van elektronica zoals smartphones en tablets, plastic speelgoed zoals barbiepoppen, sportgerief en zo meer. Vaak in China, maar ook in Nicaragua, Thailand, Cambodja, Pakistan, Vietnam… De jacht naar de laagste productiekosten eist een zware tol. Ook wij hebben te lijden onder een economische crisis, maar onze leefomstandigheden zijn meestal paradijselijk in vergelijking met de straatarme werkers in het Zuiden. Kunnen we nog dulden dat vandaag tientallen miljoenen mensen werken in een semi-slavernij? Chris Simoens
België zet zich in voor waardig werk
M
inister voor Ontwikkelingssamenwerking Labille heeft het onlangs nog benadrukt: ‘De ‘waardig werk’-agenda van de Internationale Arbeidsorganisatie ILO moet een essentiële pijler worden in het nieuwe ontwikkelingsmodel.’ Waardig werk is immers cruciaal om een einde te maken aan extreme armoede en honger. ILO is een belangrijke partner voor de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. Het is de voornaamste internationale organisatie die zich inzet voor menswaardige arbeid in de wereld. Het unieke aan de instelling is dat er drie groepen bijeenkomen: regeringen, werknemers en werkgevers. Ze heeft al tal van conventies gerealiseerd die de lidstaten vervolgens omzetten in eigen wetgeving: vrijheid van vereniging en onderhandelen, verbod op kinderen dwangarbeid, bestrijding van discriminatie… Al betekent de ondertekening door een land niet altijd dat dat land de conventie ook toepast. Daarom voert het ILO regelmatig controles uit. Maar zoals Luc Cortebeeck, huidig voorzitter van de werknemersgroep in ILO, zei: ‘In ontwikkelingslanden moet je vaak tevreden zijn met kleine stapjes’ (Dimensie 3, 2/2012).Voor de periode 2013-2015 geeft België 13,3 miljoen euro aan het ILO. Ook andere partners van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking zetten zich in voor waardig werk, onder meer Wereldsolidariteit (verbonden aan het ACV), Fos (Socialistische solidariteit), Oxfam Solidariteit en de vakbonden. Van 2008 tot 2010 wijdden deze organisaties samen met de koepels 11.11.11 en CNCD-11.11.11 er een intensieve campagne aan. De Schone Kleren Campagne en achACT zijn thematische koepelgroeperingen die ondersteund worden door diverse partners van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking.
online www.ilo.org / www.wereldsolidariteit.be / www.fos-socsol.be / www.oxfamsol.be / www.schonekleren.be & www.achact.be / www.11.be & www.cncd.be
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 5
© CTB/Rosalie Colfs
De rechten van gevangenen in Burundi verdedigen De afgelopen jaren raakten de gevangenissen in Burundi overvol. Menselijke waardigheid was ver te zoeken. Daarom stak de Belgische Ontwikkelingssamenwerking, via zijn ontwikkelingsagentschap (BTC) justitie in Burundi een handje toe. Met verbluffende resultaten. Centrale gevangenis van Mpimba - de mannenkoer zonder infrastructuur voor sport en herintegratie.
6 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
I
n tal van Afrikaanse landen leidt het plaatsgebrek in de gevangenissen tot toestanden die indruisen tegen de menselijke waardigheid. De gevolgen zijn ‘een gebrek aan hygiëne, onvoldoende of slecht eten, nauwelijks toegang tot medische zorg, gebrek aan fysieke of educatieve activiteiten en de onmogelijkheid om de gezinsbanden in stand te houden’ 1. De situatie is rampzalig voor de gedetineerden en heeft onherroepelijk een impact op hun psychische en fysieke gezondheid en hun kansen op re-integratie. Daarbij komt dat de beklagenswaardige omstandigheden in de gevangenissen kunnen leiden tot gewelduitbarstingen die de publieke orde in het gedrang kunnen brengen. Burundi vormt geen uitzondering op deze regel. De penitentiaire inrichtingen in Burundi, allemaal tijdens de kolonisatie gebouwd voor een bevolking van toen amper 2 miljoen inwoners, zijn verouderd. Alle gevangenissen samen tellen 4050 plaatsen, wat niet volstaat voor een land van meer dan 8 miljoen inwoners dat net een burgeroorlog achter de rug heeft.
© CTB/Rosalie Colfs
Mensenrechten
Gecoördineerde strategieën bepalen
de slachtoffers, het risico op recidive voorkomt en de re-integratie van de veroordeelde vergemakkelijkt. Ladislas De Coste (CTB)
Gevangenisbevolking 2009-2013
Verbluffende resultaten
12.000 11.000 10.000 9.000 8.000 7.000 Okt-12
Feb-13
Jun-12
Okt-11
Feb-12
Jun-11
Okt-10
6.000 Feb-11
De resultaten zijn verbluffend. De Burundese gevangenissen hebben nu een bezettingsgraad van 159% en het land staat meer dan 30 plaatsen hoger in de wereldrangschikking (157/198) 1! Door de reeks maatregelen kwam er meer plaats, maar een doeltreffend beheer van de gevangenispopulatie is er nog niet mee bereikt. Vrijheid is nog niet de regel, en al te vaak worden mensen ten onrechte in voorlopige hechtenis genomen. Daarom geeft het programma de komende vier jaar steun aan de magistraten om de doelstellingen van de strafwetgeving te verwezenlijken: een voor iedereen begrijpelijke straf uitspreken die tegemoetkomt aan de belangen van
Jun-10
Het programma Justitie van BTC voorzag in een technische en financiële steun aan het ministerie om een oplossing te bieden voor deze prangende situatie. Dat leidde tot maatregelen zoals gratieverlening, een ad-hoccommissie “voorwaardelijke vrijlating” en hiërarchische inspecties. In 2010 en 2012 kwamen veel gedetineerden in twee vrijlatingsgolven vrij. Maar de statistieken spreken voor
zich: ook de structuren moeten aangepakt worden, wil men blijvende effecten behalen. Het programma was dan ook gericht op een mentaliteitswijziging van de actoren die voorlopige hechtenis en repressieve straffen te pas en te onpas toepassen.
Okt-09
Van woorden naar daden
Centrale gevangenis van Mpimba - een mannencel 'goed uitgerust' met muskietennetten
Feb-10
In augustus 2009 waren er in Burundi voor het eerst meer dan 11.000 gedetineerden. De limiet van wat aanvaardbaar is werd overschreden. De bezettingsgraad in de gevangenissen (internationale indicator) bedroeg 258% (www.prisonstudies.org), wat Burundi een van de laatste plaatsen in de wereldrangschikking (193ste/198) opleverde. Het ministerie van Justitie in Burundi was zich bewust van de humanitaire crisis en de schending van de fundamentele rechten van de gedetineerden en besliste samen met zijn ontwikkelingspartners om van de terugdringing van de overbevolking in de gevangenissen een topprioriteit te maken. De strategie wordt uitgevoerd op verschillende niveaus: sensibilisering van de gedetineerden, opleiding van de bewakers, versterking van de capaciteit van de gerechtelijke instellingen, uitbouw van de infrastructuur, sterkere coördinatie.
erklaring van Kampala over de detentieomstandigV heden in Afrika, in Les recommandations africaines pour la réforme pénale, éd. PRI, p. 12. 2 Deze grafische voorstelling is gebaseerd op de rangschikking die het International Center for Prison Studies bekendmaakte op 31/03/2013. 1
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 7
van vrouwen in Marokko Sinds begin 2000, na de ‘zware jaren’ (vanwege de repressie onder het regime van Hassan II), maakt de Marokkaanse civiele samenleving een gunstige ontwikkeling door en zagen een aantal mensenrechtenverenigingen het levenslicht. De rechten van vrouwen die door ngo’s voor vrouwenzaken en voor mensenrechten aan de kaak werden gesteld, gingen erop vooruit dankzij het nieuwe familiewetboek (de Moudawana). Dat Marokkaanse wetboek is een van de meest vooruitstrevende van de Arabische moslimlanden, ook al is het ingegeven door de ‘filosofie die aan de sharia ten grondslag ligt’. Vrouwen ondervinden dus nog altijd beperkingen op juridisch, economisch, politiek en sociaal gebied. Familiewetboek De regering die in 1998 aan de macht kwam, gaf de situatie van vrouwen een nieuwe dynamiek. Ze stelde een Plan national d’intégration des femmes au développement (Panfid) op. Maar de behoudsgezinde leden van de regering verzetten zich tegen dat plan zodat het tot in 2002 dode letter bleef. Naar aanleiding van de massale mobilisatie voor de modernisering van de status van vrouwen, riep Koning
Mohammed VI een adviescommissie in het leven die in 2004 de laatste hand legde aan de herziening van het familiewetboek. Het parlement keurde de resulterende tekst bij consensus goed. Meteen een stapje verder richting democratie. De Moudawana voorzag belangrijke hervormingen. Zo werd de huwbare leeftijd voor beide seksen vastgelegd op 18 jaar en polygamie quasi onmogelijk gemaakt.
De plattelandsvrouw is de hoeksteen van onze samenleving. “Landbouw is ingebed in het Marokkaanse erfgoed. Toch is de ontwikkeling van de civiele participatie, en met name van vrouwen, op het platteland een heikel punt. Opvoeding is essentieel. We moeten voorkomen dat ouders kleine meisjes verbieden om naar school te gaan. De plattelandsvrouw is de hoeksteen van onze samenleving. Ze is evenwel zeer kwetsbaar door de lage alfabetisering, en de moeizame toegang tot gezondheid en onderwijs. Door plattelandsvrouwen te begeleiden verbetert ook het product (inachtneming van de voorschriften, duurzaamheid…) en helpt men de plattelandsbevolking, de kinderen en het gezin.” Fatima Rafi, algemeen secretaris van de Union Nationale des femmes Marocaines
8 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
© Marc Laplasse/DGD
© Marc Laplasse/DGD
Rechten
Echtscheiding is voortaan een recht voor mannen én vrouwen; kinderen genieten in alle omstandigheden bescherming. Onlangs nog, in februari 2013, stond het Marokkaanse ministerie van Justitie en Vrijheden toe dat de straffen in geval van seksueel geweld verzwaard werden. Daartoe werd artikel 475 van het Strafwetboek herzien dat een verkrachter vrijstelde van straf wanneer hij met zijn minderjarig slachtoffer in het huwelijk trad.
Maatschappelijke weerstand Jammer genoeg laat de uitvoering van het Familiewetboek nog te wensen over. Een deel van de bevolking is immers wel op de hoogte van het bestaan ervan, maar is niet vertrouwd met de inhoud. Het hoge analfabetisme, de culturele normen en de traditie maken het vrouwen vaak onmogelijk om hun rechten af te dwingen of aangifte te doen van een misdrijf waarvan ze het slachtoffer waren, zoals verkrachting, seksuele uitbuiting, partnergeweld enz. Bovendien hebben de rechtsinstanties zelf zich negatief uitgelaten over het familiewetboek en staan ze dus niet zelden in de weg van de uitvoering ervan. Gelukkig zijn er verenigingen die zich inzetten voor slachtoffers van geweld, kleine meisjes die als dienstmeid worden ingezet, ongehuwde moeders enz. Zij zijn het die vrouwen begeleiden om een mentaliteitswijziging te bewerkstelligen. De goedkeuring van rechtvaardige wetten draagt weliswaar bij tot vooruitgang, maar de tradities zijn hardnekkig. Onderwijs, economische ontwikkeling en sociale rechtvaardigheid staan nog steeds bovenaan de prioriteitenlijst. En daar kan de Belgische Ontwikkelingssamenwerking wat aan doen met behulp van rechtstreekse financieringsprogramma’s. Mia Van Aken
Mensenrechten
De coöperatieve vrouwenvereniging van de oase van Toug Rih
© Marc Laplasse/DGD
De vereniging Oum El Banine (“moeder van de kinderen”) in Agadir
Deze kinderen zijn geen paddenstoeltjes die vanzelf uit de grond gerezen zijn! Mahjouba Edbouche, voorzitster van de vereniging
L
Sensibilisering is een zeer doeltreffend wapen Jamilla Daouah, verantwoordelijke van de sensibiliseringscampagne
Het project is zeer moeilijk uit moreel en financieel oogpunt, mijn werk werd niet altijd gewaardeerd en er liepen allerlei petities. Ik ben blij dat de wijk, de inwoners, de kruidenier, de slager en zo meer geen probleem hebben met onze aanwezigheid hier. “Het is van het grootste belang dat de samenleving zich bewust is van het werk dat we hier doen, dat het taboe geleidelijk aan verdwijnt. Want dat helpt ons om grondig te werk te gaan. Jaarlijks komen een honderdtal vrouwen in het opvanghuis terecht. We zorgen voor hen, voor hun baby’s is er een kinderdagverblijf en we doen inspanningen om deze vrouwen opnieuw in de maatschappij te integreren en ze, zo nodig, voor de rechtbank te verdedigen.” “We ondernemen ook actie om de ongehuwde moeder met haar familie te verzoenen. En in onze strijd om te voorkomen dat de kinderen worden afgestaan, zetten we nu een zeer doeltreffend wapen in: sensibilisering”, zegt Jamilla Daouah, verantwoordelijke van de sensibiliseringsacties die verschillende bevolkingsgroepen probeert bewust te maken van het probleem. “De Belgische Ontwikkelingssamenwerking legt de klemtoon op sensibilisering”, zegt Mourad Guidiri, lokaal attaché voor de Belgische Ontwikkelingssamenwerking in Marokko. “Door de bewustwording bij bepaalde bevolkingsgroepen te vergroten proberen we de verdere uitbreiding van deze problematiek te voorkomen. Zowat 12.000 mensen werden gesensibiliseerd via conferenties, studiedagen en bewustmakingscampagnes.” MVA
andbouw is nagenoeg de enige bron van inkomen voor oasebewoners. Maar hoewel in de dadelpalmplantages naast mannen ook vrouwen dadelpalmen onderhouden, bestuiven en dadels oogsten of verpakken, zijn er amper vrouwelijke landbouwers. Als echtgenote van een landbouwer, ontvangen zij immers geen loon. De oprichting van de coöperatieve vrouwenvereniging van de oase van Toug Rih, gesteund door de Belgische Ontwikkelingssamenwerking, is een goede zaak voor de vrouwen van Tata, een oase in het zuiden van Marokko, nabij de Algerijnse grens. MVA
“We zijn met 13 vrouwen, tussen 25 en 52 jaar, die er de voorkeur aan geven ter plaatse in deze coöperatieve te werken, eerder dan elders te werken of uitsluitend huishoudelijke taken te verrichten. We leveren gebak en traditioneel brood op bestelling en houden ons bezig met het verpakken en op de markt brengen van couscous. Dankzij ons werk hebben we een stabiel inkomen en genieten we meer autonomie. De opbrengst van het project wordt ook aangewend om onze producten beter aan de man te brengen. Er wachten ons nog voldoende uitdagingen. We moeten inspanningen blijven leveren om de mensen te doen inzien dat vrouwen ook werken en hen ervan te overtuigen eerder onze producten te kopen dan andere. Maar we merken dat er stilaan een mentaliteitswijziging op gang komt.” © Marc Laplasse/DGD
I
n Agadir -een toeristische maar ook industriële stad die vooral leeft van visserij en landbouw-, zoeken arme jonge meisjes werk als meid of arbeidster. De onzekere arbeidssituatie en de gevaren van de straat vormen een bedreiging. Deze jonge meisjes worden daar al snel het slachtoffer van. Sommigen raken zelfs ongewenst zwanger. Mahjouba Edbouche vertelt zeer enthousiast over de vereniging Oum El Banine, waarvan ze de voorzitster is. Heel normaal, vermits zij zelf dit opvanghuis voor ongehuwde moeders en hun kind heeft opgericht en ijvert voor de professionele reintegratie van ongehuwde moeders. Deze ngo die in 2001 in het leven werd geroepen en medegefinancierd wordt door de Belgische Ontwikkelingssamenwerking heeft de fakkel overgenomen van de stichting Terre des Hommes. Mahjouba Edbouche : “Mijn werk bij Terre des Hommes heeft mij de ogen geopend voor de problemen, om niet te zeggen de dramatische situatie van ongehuwde moeders die vaak worden verstoten door hun partners, hun familie en de maatschappij. Toen ik de vereniging oprichtte, heb ik personeel in dienst genomen en een huis gehuurd, en kreeg ik hulp van een aantal privédonoren. Het is jammer dat er in de Marokkaanse civiele samenleving nog niet echt sprake is van netwerking, er bestaan weliswaar andere soortgelijke centra maar we werken los van elkaar.
Dankzij ons werk hebben we een stabiel inkomen en genieten we meer autonomie. En onze mannen? Die hebben er geen bezwaar tegen.
Rabia Bannaalat, Voorzitster van de coöperatieve vereniging
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 9
Alle kinderen hebben recht op ontplooiing
UNICEF komt wereldwijd op voor de rechten van kinderen. Maar wat verstaat u juist onder kinderrechten? Het gaat in de eerste plaats om de meest elementaire rechten zoals het recht op bescherming tegen fysiek geweld. Maar het omvat ook het recht om zich te ontplooien: recht op onderwijs, water enzovoort. Allemaal rechten die het kind in staat stellen om ook in slechte omstandigheden te overleven. En om zich te ontwikkelen tot volwaardige volwassenen die een degelijke bijdrage kunnen leveren aan de maatschappij. Hoe zijn de kinderrechten geëvolueerd sinds pakweg 1980? De kindersterfte ligt veel lager, veel meer kinderen gaan naar school en tal van landen hebben wetten aangenomen om de rechten van kinderen te beschermen. Maar er is ook nog veel te doen. Heel wat kinderen zijn om één of andere reden achtergebleven: de armsten, meisjes, kinderen met een handicap, van etnische minderheden, in conflictsituaties. Is UNICEF in die periode van strategie veranderd? Omdat we vaststelden dat ondanks al onze inspanningen er stelselmatig kinderen uit de boot vielen, stellen we de laatste jaren de gelijkheidsbenadering centraal (equity): alle kinderen moeten dezelfde mogelijkheden krijgen om zich te ontplooien, ook de meest gemarginaliseerde kinderen.
10 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
Boekt u succes op vlak van gender? Gaat u dan specifiek op zoek naar Jazeker, dat merk je goed op lokaal niveau. de kinderen die achterblijven? Laatst was ik in Niger om gelijke kansen Voor elk land maken we een analyse. We voor meisjes te bevorderen. We spraken hebben ook een systeem ontwikkeld waarer met een reeks betrokkenen over de rol mee we de toestand kunnen opvolgen. In van het onderwijs. Niet alleen met de cenOeganda bijvoorbeeld, kunnen jongeren trale en lokale overheid, maar ook met de via sms ideeën en commentaar geven op traditionele en religieuze allerlei ontwikkelingsinitialeiders. Als je daar een contieven. Dat laat toe om de sensus vindt, bereik je echte voornaamste hindernissen veranderingen voor meisjes. te bepalen die de ontwikJe merkt dan ook dat in die keling van kinderen in de omstandigheden meisjes weg staan. Zo kunnen kinlanger naar school gaan. deren zich verstandelijk We zien dus zeker voorminder goed ontwikkelen uitgang, maar slechts heel als ze te weinig essentiële geleidelijk. voedingsstoffen opnemen. Of als de geboorte van het kind niet geregistreerd Hoe is het gesteld Als meisjes langer werd, heeft het moeilijker met het geweld tegennaar school toegang tot onderwijs en over kinderen? gezondheidszorg. Eens Geweld is nog altijd een gaan, hebben ze de hindernis(sen) bepaald wereldwijd probleem. We meer tijd om zich zijn, werk je programma’s denken altijd meteen aan als individu te uit die zich daar specifiek extreme vormen van geweld ontplooien. op richten. zoals genitale verminking, maar er zijn ook andere vorYoka Brandt men, ook in Europa, zoals Gender – gelijke seksueel geweld tegen kansen voor jongens kinderen. Alleen is het lastien meisjes – is een ger om daar een harde databank over te belangrijk aandachtspunt voor hebben dan over andere onderwerpen. UNICEF. Maar hoe pakt u dat aan Daarom is het essentieel dat de regerinin samenlevingen waar nogal gen meewerken. Want als een regering rigide wordt vastgehouden aan bereid is om onderzoek te doen over de traditionele rolverdeling: India, geweld tegen kinderen in haar land, kunmoslimlanden, Afrika...? nen we gemakkelijker de achterliggende Dat hangt sterk af van de context, maar in oorzaken achterhalen: lagere inkomens, de meeste gevallen is onderwijs de sleutel. niet naar school gaan, meisjes die achterAls meisjes toegang krijgen tot onderwijs, gesteld worden, kinderarbeid… dan kunnen ze zich beter verweren tegen de belemmeringen die ze in hun leven We proberen nu de regeringen aan te zetontmoeten. Kijk naar kindhuwelijken: als ten om iets te doen aan het probleem. Zo meisjes langer naar school gaan, huwen heeft de Tanzaniaanse regering onlangs ze later en krijgen ze ook later kinderen. alle spelers bij elkaar geroepen - het Daardoor hebben meisjes meer tijd om ministerie van Onderwijs, Sociaal Welzijn zich als individu te ontplooien. Ze kunen andere - om de cijfers te bekijken en nen zich ontwikkelen tot betere moeders, in kaart te brengen welke acties het best betere volwassenen. ondernomen kunnen worden. © JMCorhay/DGD
Al sinds 1946 ijvert het VN-Kinderfonds UNICEF voor de rechten van kinderen. Hoe is de situatie vandaag? We vroegen het aan Yoka Brandt, vicedirecteur van UNICEF.
© UNICEF/NYHQ2012-1942/Dormino
Kinderrechten
UNICEF zet kinderen met een handicap centraal in 2013.
UNICEF wordt gemakkelijk geassocieerd met kinderen. Komen ook adolescenten aan bod? UNICEF werkt met een life cycle approach waar de drie fasen aandacht krijgen: peuters, schoolgaande kinderen en adolescenten. In elke fase hebben de kinderen andere problemen en behoeven ze ook een aangepaste aanpak. Adolescenten bevinden zich in een zeer kwetsbare positie. Ze zijn zich aan het ontwikkelen tot volwassenen en ondervinden daarbij specifieke problemen. Meisjes die volgens
de traditie een vroeg huwelijk moeten aangaan, jongens die klaargestoomd worden voor de arbeidsmarkt en daar tegen allerlei problemen aanlopen, zeker als die arbeidsmarkt er niet is. Hoe begeleidt u adolescenten op weg naar het volwassen zijn? Weer is onderwijs een belangrijke hefboom voor bewustwording. Zeker voor meisjes die in de puberteit hun seksualiteit ontdekken en daardoor kwetsbaar worden. Het beste is een veilige
UNICEF en België, een stevig partnerschap UNICEF, het Kinderfonds van de Verenigde Naties, komt al sinds 1946 op voor de rechten van kinderen - wie ze ook zijn, waar ze ook zijn. Leidraad zijn de 54 artikelen in het VN-verdrag inzake de Rechten van het Kind: bescherming, onderwijs, gezondheidszorg, huisvesting, gezonde voeding… België schenkt jaarlijks ruim 18 miljoen euro aan het kernbudget van UNICEF. Maar door de besparingen is dat voor 2013 teruggeschroefd tot 10 miljoen euro. Daarnaast zijn de bedragen voor humanitaire hulp in noodsituaties zeer variabel: 21 miljoen euro in 2011 en slechts 1,75 miljoen euro in 2012. Ook deze daling is onder meer te wijten aan de economische crisis. ‘Gelukkig heeft de budgetdaling niets te maken met een gebrek aan vertrouwen in onze organisatie’, zegt een opgeluchte vice-directeur Brandt. ‘Ondanks de crisis behouden België en UNICEF een stevig partnerschap. Meer nog, België blijft een modeldonor. Al hopen we dat er snel een kentering komt in de budgetbeperkingen.’ ‘Kernbijdragen’ zoals België die verstrekt, zijn zo interessant omdat het fondsen zijn die UNICEF vrij kan toewijzen waar ze het hardst nodig zijn. Er wordt dus niet vooraf vastgelegd waarvoor ze besteed moeten worden. ‘Heel praktisch, en daarom hopen we dat ook andere donorlanden de kernfinanciering toepassen’, aldus Brandt. België en UNICEF delen ook dezelfde prioriteiten in hun beleid, zeker nu de nieuwe wet over Ontwikkelingssamenwerking zoveel aandacht heeft voor mensen- en kinderrechten. Voor 2013 heeft België voor humanitaire hulp alvast 500.000 euro toegezegd ter bestrijding van ernstige ondervoeding in Mali en 1 miljoen euro voor bescherming in de regio van de Grote Meren.
www.unicef.org - www.unicef.be
omgeving te creëren waarin je zaken gemakkelijk bespreekbaar kunt maken. Hoe creëert u een ‘veilige omgeving’ in een Afrikaans land? Je kan bijvoorbeeld meisjes als gelijken bij elkaar brengen in groepjes waar ze vrij kunnen praten over hun problemen. En ook tips geven waar ze terecht kunnen met hun vragen. Al lost UNICEF de problemen zelf niet op – bijvoorbeeld van de arbeidsmarkt – we kunnen jongeren wel de weg wijzen. Welke veranderingen wilt u voor de Millenniumdoelen na 2015? Omdat er nog zoveel achterblijvenden zijn, moeten in elk geval kinderen centraal staan: de doelen zijn er voor iedereen en niet alleen voor de meer bevoorrechten. We staan er ook op dat in de hele discussie over ‘post-2015’ (“waar moeten we naartoe met de Millenniumdoelen na 2015?” – nvdr) geluisterd wordt naar kinderen en jongeren. Zodat ze zich kunnen uitspreken over wat volgens hen de voornaamste prioriteiten zijn voor die agenda. Chris Simoens
Meer weten over UNICEF en onderwijs ‘Het eindigt niet met lager onderwijs alleen’ ‘Bijleren, ook in noodsituaties’- Dimensie 3, 4/2012
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 11
Mensenrechten
De media :
hoeders van de democratie in hun land Het zijn vooral de media die zorgen voor een vlotte informatiestroom tussen overheid en burgers, ze fungeren als medium. Door hun pluralisme en onafhankelijkheid zijn ze de hoeders van de democratie. Of ze nu monddood worden gemaakt of vrij hun mening kunnen uiten, onder druk worden gezet of vrij informatie kunnen verstrekken, dienst doen als instrument van ontwikkeling of verzoening , actief zijn in Burundi, Soedan, het gebied van de Grote Meren of Bangladesh, de media vertellen over hun dagelijks avontuur. EP en CS
Soedan
Het helende effect van vrije informatie Bijna vijftien maanden geleden lanceerden we The New Nation, de eerste nationale krant voor het pas onafhankelijk geworden Zuid-Soedan. 5.000 exemplaren worden gratis bedeeld aan alle scholen, radiostations en lokale besturen.
D
moeders’ geeft praktische tips aan zwangere ankzij The New Nation kan ik iets vrouwen en moeders. En ons onderwijskagoedmaken met de Zuid-Soedatern beklemtoont het belang van onderwijs nezen. In 1988 werkte ik als hulpvoor meisjes en portretteert topstudentes verlener in een kamp in Kenya. Daar moest en succesvolle vrouwen. ik de uitgehongerde Soedanese kinderen selecteren die bij ons voedsel kregen. De Een krant kan ook bijdragen tot een sterniet uitgekozen kinderen kere democratie, meer transstierven een pijnlijke honparantie en de strijd tegen gerdood. Door die indrincorruptie. The New Nation gende ervaring gaf ik mijn berichtte uitvoerig over de relatief comfortabel leven in brief van de president aan 85 België op en werd journalist (ex-)ministers waarin hij hen in Afrika. vroeg 4 miljard dollar gestolen overheidsfondsen terug te Vandaag probeer ik met storten. Ook de rapporten van The New Nation een land de financiële inspectie over vooruit te helpen dat, na 40 misbruik van overheidsgeld jaar oorlog, tot de armste kregen uitgebreid aandacht. En en minst ontwikkelde ter Een krant kan via opiniestukken en vox pop wereld behoort. Want ken- ook bijdragen krijgt de bevolking inspraak nis en informatie kunnen tot een sterkere in cruciale thema’s. fantastische instrumenten zijn voor ontwikkeling en democratie, meer Een krant kan bovendien meneconomische groei. Zo transparantie en senrechtenschendingen aan leert ons landbouwkatern de strijd tegen de kaak stellen. Zo voerden de bevolking stapsgewijs we met The New Nation een corruptie. hoe ze hun eigen voedsel campagne tegen de afschuEls De Temmerman kunnen verbouwen om welijke praktijk van gedwonondervoeding tegen te gen kinderhuwelijken. Bijna gaan – een vaardigheid die ze na geneeen vijfde van de meisjes in Zuid-Soedan raties in vluchtelingenkampen hadden huwt voor de leeftijd van 15 jaar. Zij verleerd. worden door hun ouders verkocht aan de hoogste bieders – vaak oudere manOns gezondheidskatern meldt de uitbraak nen die de grootste bruidschat kunnen van epidemieën en sensibiliseert mensen hoe betalen. Dit leidt in veel gevallen tot ze zichzelf en hun kinderen kunnen bescherpartnergeweld omdat vrouwen als bezit men. Onze reeks ‘Red de Zuid-Soedanese
12 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
worden beschouwd, en tot verminking of dood van jonge moeders omdat ze te jong zijn om kinderen te baren. The New Nation is bovenal ontstaan uit het geloof dat exposure en de uitwisseling van ervaringen gezond zijn voor een na-oorlogse samenleving die worstelt met de trauma’s uit het verleden. De waarheid openbaren en vertellen, zoals in Zuid-Afrika na de Apartheid, heeft een helend effect. Onze correspondenten binnen Zuid-Soedan hebben we zelf opgeleid, niet alleen in nieuwsgaring en schrijven maar ook in media-ethiek en waarden. Ik durf te zeggen dat wij een buitengewoon geëngageerd en bekwaam team van journalisten hebben. Onze mensen delen mijn passie voor een journalistiek die de geschiedenis nauwkeurig optekent en die zo bijdraagt tot meer openheid, meer transparantie en een rechtvaardiger en meer vreedzame samenleving. Els De Temmerman
België is van mening dat onafhankelijke media wereldwijd garant staan voor democratie, ontwikkeling, vrede en veiligheid. De media in de ontwikkelingslanden kregen van België dan ook financiële steun, met name meer dan 12.000.000 EUR voor de media in het Gebied van de Grote Meren tussen 2003 en 2010. Zowel het Burundese dagblad “Iwacu”, het Soedanese dagblad “New Nation”, als het persagentschap “Infosud” van het Syfianetwerk (waarnaar in deze artikels wordt verwezen) ontvingen financiële steun. EP
© Reporters sans frontières
De persvrijheid in de wereld in 2013 ■ ■ ■ ■ ■
Goed Eerder goed Problematisch Moeilijk Zeer moeilijk
Rangschikking op basis van persvrijheid Reporters zonder grenzen stelt elk jaar een rangschikking naar persvrijheid op. Een overzicht van de rangschikking 2013. Na de omwentelingen die op verschillende plaatsen werden teweeggebracht door de “Arabische Lente” en nadat de protestbewegingen in 2011 van zich lieten horen, lijkt het erop dat de media in 2013 weer meer aan de hand lopen van de politieke regimes van hun land. De rangschikking wordt aangevoerd door drie Europese landen (Finland, Nederland en Noorwegen). Onderaan de lijst staan drie landen met een dictatoriaal regime (Turkmenistan, NoordKorea, Eritrea). Uit de studie blijkt dat de regio Europa het best scoort op het gebied van persvrijheid. Daarna volgen de regio’s Amerika, Afrika, Azië en de Stille Zuidzee, Oost-Europa en Centraal-Azië. Niettegenstaande de Arabische Lente, bekleedt de regio Noord-Afrika/Midden-Oosten de laatste plaats. Ingevolge de gebeurtenissen in Mali inn 2012 tekent dit land (99e , 74 plaatsen achteruit) de sterkste terugval op. In Syrië (176e , 0), het land waar in 2012 het grootst aantal journalisten het leven lieten, is een niets en niemand ontziende informatieoorlog aan de gang.
“De rangschikking toont duidelijk dat democratieën een betere bescherming bieden voor de vrije productie en verspreiding van feitelijke informatie dan de landen waar ook de andere mensenrechten met voeten worden getreden” zegt de algemeen secretaris van Reporters zonder grenzen. “In landen met een dictatoriaal regime zijn informatieverstrekkers en –producenten het voorwerp van wrede represailles tegen henzelf en tegen de mensen uit hun naaste omgeving. In tal van democratische landen worden informatieverstrekkers en –producenten geconfronteerd met de economische crisis die de sector van de pers treft en met belangenconflicten. Hoewel hun situatie niet altijd vergelijkbaar is, is een eerbetoon aan al diegenen die niet toegeven aan de druk, hier op zijn plaats.”
http://fr.rsf.org/press-freedom-index-2013,1054.html
Burundi
De Burundese democratie opbouwen met een integere pers De Burundese oppositie boycotte de laatste democratische verkiezingen. Door de terugtrekking van de oppositie werd de facto een soort eenpartijstelsel gecreëerd en al snel ging de heersende partij - zich bewust van haar macht en van de controle over het parlement – elke vorm van kritiek verwerpen en een ‘vast denkbeeld’ opleggen.
I
n deze context werden de civiele samenleving en de privémedia tegen wil en dank de enige kanalen voor vrije meningsuiting. De betrekkingen tussen de regering en de media vertroebelden vrijwel onmiddellijk, te meer daar de media de wantoestanden onder het regime aan de kaak stelden (corruptie, schending van mensenrechten, enz.). Het is in deze moeilijke context dat de krant Iwacu vorm krijgt. Het Iwacu-project werd in 2008 opgestart door een groep verbannen journalisten van de Burundese diaspora in België. Antoine Kaburahe, die het project coördineert,
besliste om naar zijn land terug te keren en er, met subsidies van de Belgische FOD Buitenlandse Zaken, de krant te lanceren. Hutu- en Tutsi-journalisten (jammer genoeg is er geen Twa-journalist) verbonden zich ertoe in hun werk blijk te geven van integriteit en professionaliteit. Iwacu draagt alle Burundese meningen uit en niet alleen de politieke. Iwacu schenkt aandacht aan economie, justitie, gezondheidszorg, milieu, cultuur, kortom aan alles wat bij het leven in Burundi hoort. Met zijn verslaggeving in het Frans, in het Kirundi en op het internet wil Iwacu de
opbouw van de democratie ondersteunen door middel van kwaliteitsvolle artikels over goed bestuur, corruptiebestrijding en eerbiediging van de mensenrechten. Door terug te grijpen naar wat leeft bij het volk slaagt Iwacu erin de problemen die het ware Burundi betreffen in het licht te stellen. Vandaag is Iwacu een gewaardeerd communicatiemiddel voor al wie een positieve stem wil laten horen; verenigingen die strijden voor mensenrechten en tegen corruptie en slecht bestuur, ngo’s die in Burundi actief zijn, enz. Antoine Kaburahe, coördinator van Iwacu
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 13
Mensenrechten
GROTE MEREN
Betere informatie voor een betere verzoening Infosud Belgique werd vijftien jaar geleden opgericht als persagentschap dat zich toespitst op de Noord-Zuid problematiek en ontwikkeling in de ruime zin van het woord.
I © Syfia Grands Lacs
nfosud Belgique is lid van het netwerk Syfia international en zijn redacties maken, op het terrein, reportages over problemen en uitdagingen die te maken hebben met de ontwikkeling van het land. Ze schrijven artikels en, dankzij een Belgisch samenwerkingsproject ondersteunen ze ook de opleiding van journalisten in Burundi, de DR Congo en
Rwanda, in samenwerking met het schoolagentschap Syfia Grands Lacs. In de drie landen waar het project loopt, ondervinden journalisten bij de uitoefening van hun beroep tal van moeilijkheden: druk uit politieke hoek en van de politie, bedreigingen en intimidatie, economische en sociale druk, ook binnen de eigen redactie. De journalisten die weinig vertrouwd zijn met de basisregels van het beroep en die in hun werk veel hindernissen moeten nemen, laten zich vaak leiden door geruchten en laster of doen aan autocensuur. Dit doet afbreuk aan hun onafhankelijkheid en aan de uitoefening van de persvrijheid. Syfia Grands Lacs werkt met een zestigtal correspondenten in Burundi, Rwanda en in een aantal provincies van de DR Congo, die per week zes à tien artikels schrijven. In het kader van het project werd een systeem van afstandsonderwijs opgezet
dat wordt aangevuld met workshops ter plaatse. In de oefeningen en de workshops komen alle aspecten van het beroep aan bod: ethiek en deontologie, bronnen, verzamelen en verwerken van informatie, redactionele vaardigheden en de verschillende journalistieke genres. Syfia Grands Lacs zoomt vooral in op situaties op het terrein en de leefomstandigheden van de bevolking en minder op institutioneel nieuws. In de landen waar recent een conflict was of nog heerst, wordt tijdens de opleiding de klemtoon gelegd op de sociale verantwoordelijkheid van de journalisten. Er wordt ook gewezen op de eisen die aan journalisten worden gesteld: een kritische afstand bewaren, eerlijke informatie verstrekken en alles steeds grondig verifiëren. Het leitmotiv luidt: aanklagen zonder te schaden. Infosud Belgique
Bangladesh
Van monddood tot relatieve vrijheid 25 jaar geleden kregen mensen in verafgelegen gebieden in Bangladesh de krant pas de dag erna. Vandaag krijgt elke Bengaal, waar hij ook woont, de krant ’s morgens vroeg. Tot 1997 waren er alleen staatstelevisie en –radio met propagandanieuws. Nu zijn er 25 private tv-kanalen en veel radiostations. Bovendien hebben miljoenen mensen GSM en internet.
De media zijn belangrijk, zeker in een jonge democratie waarin de regering van tijd tot tijd autoritair optreedt en de oppositie gewelddadig kan zijn. Met vallen en opstaan is de gedrukte pers vandaag behoorlijk vrij geworden. Toch slaagt de overheid erin om af en toe een krant te verbieden. Nadelig is ook dat sommige kranteneigenaars politieke banden hebben, maar de kranten houden zich sterk. En dat is nodig. De kranten spelen een pioniersrol in de strijd voor goed bestuur en de bescherming van de mensenrechten. Zo zijn de studies van Transparency International gebaseerd op wat de Bengalese kranten over corruptie publiceren. Kranten durven ook berichten over onrechtmatige
14 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
moorden door het leger en de politie. Dankzij de media komen dergelijke incidenten veel minder voor.
Televisie: in kinderschoenen Televisie is nog jong. De regering heeft nog steeds de macht om een privaat tvkanaal te sluiten en dat gebeurt dan ook © Channel I
Gedrukte pers: hoeksteen van democratie en goed bestuur
Channel I is een van de oudste en voornaamste tv-kanalen in Bangladesh.
geregeld. Tv-eigenaars zijn daardoor vaak extra voorzichtig. Maar de journalisten zelf gebruiken ‘journalistieke truukjes’ om de mensen toch de waarheid te vertellen. Ook het eigenaarschap is niet altijd even koosjer. Wie aan de macht is schenkt al te graag de tv-licenties aan de eigen mannetjes die dan in de pas moeten lopen. Soms steunt een tv-zender een oppositiepartij met valse argumenten en zet haar zo aan tot extreme beslissingen. Gelukkig is er verbetering op til. Momenteel werkt de regering richtlijnen uit voor de tv-kanalen. De journalisten vragen ook met aandrang dat een regering nooit bevoegd mag zijn om een tv-kanaal te sluiten. Zahid Newaz Khan, nieuwseditor Channel I
mensenrechten
Thematische fiche
MENSENRechten
een haalbaar ideaal? Mensenrechten: veelbesproken, soms misbruikt, vaak geschonden, gedeeltelijk gerespecteerd. Ze belichamen het ultieme ideaal van de mensheid. Tezelfdertijd zijn ze een waarschuwing voor staten die geneigd zijn ze met voeten te treden. Als zodanig vormen ze een van de pijlers van duurzame ontwikkeling en van het menselijk welzijn in de wereld. Hierna volgt een kort overzicht van de waarden, de geschiedenis, de bescherming en de toepassing van de mensenrechten wereldwijd. Maar ook van de beperkingen en discussies die ze nog steeds oproepen. Voorloper van de universele rechten De mensenrechten zoals we die vandaag kennen zijn het resultaat van een Westers ontwikkelingsproces. Toch vinden we ook elders analoge begrippen terug: • Wereldwijd is gewoonterecht (ontstaan uit de gewoonte) van toepassing op justitie, veiligheid en de gemeenschapsorganisatie. De inhoud ervan hangt af van de context. • Het Charter van Mandé / Kouroukan Fouga is een van de eerste verwijzingen naar mensenrechten. Volgens de overlevering werd het handvest in 1236 bij de troonsbestijging van de keizer van Mali afgekondigd. Het bevat al een aantal beginselen zoals de eerbiediging van het menselijk leven, individuele vrijheid en justitie. Het zou de aanzet hebben gegeven tot de afschaffing van de slavernij, die destijds wijdverbreid was. Vooral gezins- en gemeenschapswaarden komen erin tot uitdrukking. • In India liet koning Ashoka (-269, -232) edicten etsen waarin hij politiek en moraal op een lijn probeerde te brengen. Ze omvatten onder andere de gelijkheid voor de wet. • The United States of America Declaration: de Amerikaanse Revolutie bevrijdde de Noord-Amerikanen van de Engelsen en gaf gestalte aan een federale republiek met nieuwe instellingen. Haar democratische idealen vonden hun weerslag tot in Europa. Daarnaast leverde de Amerikaanse Revolutie een aantal vernieuwende teksten zoals de Onafhankelijkheidsverklaring en de Grondwet waarin rechten zoals het recht op vrijheid, het recht op gelijkheid en het recht op het nastreven van geluk zijn vastgelegd. • De Franse Revolutie (1789) betekende de overstap van een maatschappij van bevelen en privileges naar een republiek. De Déclaration des droits de l’Homme et du citoyen omvatte individuele natuurlijke rechten plus de voorwaarden voor de uitvoering ervan. Veel van deze beginselen worden later overgenomen in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens: gelijkheid, vrijheid, het recht op eigendom, veiligheid… •H et Verdrag van Genève werd onder impuls van Henri Dunant, de stichter van het Rode Kruis, in 1864 ondertekend. Het is een van de eerste internationale initiatieven dat de bescherming beoogt van een welbepaalde categorie personen, namelijk soldaten die in oorlogstijd gewond raakten.
1948, Universele Verklaring van de Rechten van de Mens Na WOII en de ontdekking van de gruwel van de concentratiekampen kwam er een kentering: de menselijke waardigheid was tijdens de oorlog al te gortig met voeten getreden. De naties sloegen de handen in elkaar om de vrede te waarborgen. Dat leidde tot de oprichting van de Organisatie van de Verenigde Naties in 1945. Deze stelde in 1948 de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens op. In een aantal aanvullende verdragen en protocollen komen andere onderwerpen aan bod: rechten van vrouwen, rechten van het kind, foltering, slavernij, enz. (zie hoofdpagina).
Reikwijdte en grenzen van de universele mensenrechten • Nog elke dag herinneren de nieuwsberichten ons eraan dat beginselen zoals het recht op waardig werk, een behoorlijke levenskwaliteit en voedsel lang niet overal in de wereld worden geëerbiedigd. In het Noorden laten het recht op huisvesting, werk en het vrij verkeer van personen ook nog te wensen over. • De staten die meeschreven aan de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens vertegenwoordigden slechts een deel van de wereldwijde bevolking. Sommigen durven het universele karakter van deze Verklaring dan ook in twijfel te trekken. Ze zou vooral ingegeven zijn door individualistische waarden. • De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens is niet bindend. En de mechanismen waardoor de staten toezicht op elkaar kunnen uitoefenen (zoals de Raad van Europa), bieden niet voor alle problemen een oplossing. Bovendien werden tal van verdragen door belangrijke leden van de VN niet bekrachtigd, wat hun toepassing verhindert. • De staten kunnen een uitzondering inroepen als er sprake is van een bedreiging voor de openbare orde. Deze veiligheidsredenen worden soms te pas en te onpas aangevoerd. • We kennen het gezegde: ‘Onze vrijheid stopt waar de vrijheid van de andere begint’. Volledige vrijheid heeft uiteraard zijn grenzen, maar deze worden vaak nog op nationaal niveau vastgelegd: het gebruik van politiegeweld, euthanasie, vrijheid van wapendracht, abortus, …
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 15
Thematische fiche
MENSENRechten
De Universele Verklaring van de (samengevat)
De Algemene Vergadering van de VN erkent dat de onvervreemdbare rechten van de mensengemeenschap de grondslag vormen voor vrijheid, gerechtigheid en vrede in de wereld. De Rechten van de Mens moeten worden beschermd door de suprematie van het recht.
Artikel 1 Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren.
Artikel 12 Iedereen heeft recht op de bescherming van het privéleven.
Artikel 13 Iedereen heeft het recht zich vrijelijk te verplaatsen en welk land ook te verlaten, en naar zijn land terug te keren.
Artikel 14 Iedereen heeft het recht om in andere landen asiel te zoeken.
Artikel 15 Iedereen heeft het recht op een nationaliteit.
Artikel 16 Elke volwassene heeft het recht om te huwen en een gezin te stichten. Mannen en vrouwen hebben gelijke rechten wat het huwelijk betreft.
Artikel 17
Artikel 2 Iedereen heeft aanspraak op alle rechten en vrijheden.
Artikel 3 Iedereen heeft recht op leven, vrijheid en onschendbaarheid van zijn persoon.
Artikel 4 Niemand zal in slavernij gehouden worden.
Artikel 5 Niemand zal onderworpen worden aan folteringen, noch aan een wrede of onterende behandeling.
Artikel 6 Iedereen heeft, waar hij zich ook bevindt, het recht als persoon erkend te worden voor de wet.
Artikel 7 Allen zijn gelijk voor de wet en hebben zonder onderscheid aanspraak op gelijke bescherming door de wet.
Artikel 8
Iedereen heeft recht op eigendom.
Artikel 18 Iedereen heeft recht op vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst.
Artikel 19 Iedereen heeft recht op vrijheid van mening en meningsuiting.
Iedereen heeft recht op rechtshulp.
Artikel 20
Artikel 9
Iedereen heeft recht op vrijheid van vreedzame vereniging en vergadering.
Niemand zal onderworpen worden aan willekeurige arrestatie, detentie of verbanning.
Artikel 21
Artikel 10
Iedereen heeft het recht om deel te nemen aan het bestuur van zijn land.
Iedereen heeft recht op een eerlijke behandeling van zijn zaak.
Artikel 22
Artikel 11
Iedereen heeft recht op maatschappelijke zekerheid en sociale en culturele rechten, die onmisbaar zijn voor zijn waardigheid.
Iedereen, heeft recht op vermoeden van onschuld.
16 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
Thematische fiche
MENSENRechten
Rechten van de Mens Artikel 23
Voldoende voedsel is een recht en toch … … lijden bijna 1 miljard mensen honger terwijl de aarde tot nog toe voldoende voedsel geeft (75 % van de mensen die honger lijden zijn landbouwers en hun gezinnen).
Iedereen heeft recht op arbeid, op rechtmatige en gunstige arbeidsvoorwaarden, op bescherming tegen werkloosheid, op een rechtvaardige beloning, welke hem een menswaardig bestaan verzekert en hij heeft het recht om zich bij een vakvereniging aan te sluiten.
Artikel 24 Iedereen heeft recht op rust en vrije tijd.
Artikel 25 Iedereen heeft recht op een levensstandaard, die hoog genoeg is voor zijn gezondheid en zijn welzijn, meer bepaald voeding, kleding, huisvesting, geneeskundige verzorging en de noodzakelijke sociale diensten.
Artikel 26
Humanitaire inmenging … … is de idee dat sommige extreme situaties uitzonderlijk kunnen rechtvaardigen dat geraakt wordt aan de soevereiniteit van de staten. Ngo’s zoals Artsen zonder Grenzen, passen dit beginsel toe wanneer ze zich toegang verschaffen tot landen die in een ernstige crisis verkeren.
Het Verdrag over de eliminatie van discriminatie ten opzichte van vrouwen (CEDAW, 1979) … … is ongetwijfeld de meest belangrijke overeenkomst inzake de rechten van vrouwen. Het verbiedt elke vorm van discriminatie van vrouwen in het politieke, openbare, economische, sociale en culturele leven, en op vlak van het burgerlijk recht, met inbegrip van het huwelijksrecht en het familierecht.
Overeenkomsten en aanvullende protocollen Iedereen heeft recht op onderwijs.
Artikel 27 Iedereen heeft het recht om vrijelijk deel te nemen aan het culturele leven van de gemeenschap.
Artikel 28 Iedereen heeft recht op een zodanige orde, dat de rechten en vrijheden, in deze Verklaring genoemd, daarin ten volle kunnen worden verwezenlijkt.
Artikel 29 Iedereen heeft plichten jegens de gemeenschap.
Artikel 30
Aangezien de Universele Verklaring niet meer dan dertig artikels wijdt aan de algemene rechten, moesten er nog een aantal andere rechten in het leven worden geroepen. • Humanitaire rechten (beschermt de burgerbevolking in oorlogstijd) •D e volgende verdragen die uitvoering geven aan de Universele Verklaring: - Het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele rechten - Het Internationaal Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke Rechten. • E n voor verdragen m.b.t. specifieke schendingen van de mensenrechten of voor welbepaalde categorieën personen: - Het verdrag inzake de voorkoming en de bestraffing van genocide - Het verdrag tegen foltering en andere wrede of onterende behandeling of bestraffing - Het verdrag inzake de slavernij - Het verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen -H et Internationaal Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie - Het verdrag inzake de rechten van het kind
Geen enkele staat, groep of persoon heeft het recht om de rechten, in deze Verklaring genoemd, te vernietigen. Uittreksel uit PDHRE: (The People's Movement for Human Rights Education)
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 17
Thematische fiche
MENSENRechten
Regionale varianten Het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (2000) Dit Handvest vormt één juridisch bindende tekst waarin alle burgerrechten en sociale rechten van de personen die op het grondgebied van de Unie wonen, zijn vastgelegd. Het Charte africaine des droits de l’Homme et des Peuples Dit Charter is ingegeven door de Afrikaanse waarden en opvattingen. De familie is de hoeksteen van de maatschappij. Alle volkeren zijn gelijk, hebben recht op bestaan en op zelfbeschikking, en moeten vrijelijk over hun rijkdommen en hun economische ontwikkeling kunnen beschikken.
Instanties die toezicht houden op en zich inzetten voor de bescherming van de rechten van de mens De Verenigde Naties •H et Bureau van de Hoge Commissaris voor de rechten van de mens beschermt en bevordert mensenrechten, en voorkomt schendingen. • Rapporteurs onderzoeken mensenrechtenschendingen en klagen ze aan, in een bepaald land of rond een bepaald thema. Zo is onze landgenoot, Olivier De Schutter, speciaal VN-rapporteur voor het recht op voedsel. •D e gespecialiseerde VN-agentschappen: UNICEF (kinderen), UN Women (vrouwen), FAO (voedsel en landbouw), UNESCO (onderwijs, wetenschap en cultuur), ILO (arbeid), enz. • De Raad voor de Rechten van de Mens evalueert de mensenrechtensituaties wereldwijd met het ‘Universeel Periodiek Onderzoek’ op basis van informatie die staten, ngo’s en andere bronnen verstrekken. Het internationaal Strafhof (ICC) Het Internationaal Strafhof werd in 1998 opgericht op grond van het Statuut van Rome. Als permanente rechtsinstantie heeft het de taak mensen te berechten die worden beschuldigd van genocide, misdaden tegen de mensheid en oorlogsmisdaden (zie p. 20). Regionale rechtsinstanties • Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) werd in 1959 op grond van het Europees Verdrag inzake de Rechten van de Mens in het leven geroepen in het kader van de Raad van Europa. Het EHRM berecht staten die het Europees Verdrag inzake de Rechten van de Mens hebben bekrachtigd maar niet naleven. •H et Afrikaans Hof voor de Rechten van Mensen en Volken: ziet toe op de eerbiediging van het Afrikaans Handvest van de Rechten van de Mens en Volken, enz. Op nationaal niveau •D e nationale grondwetten vermelden vaak de Rechten van de Mens. Dat geldt ook voor België. De Raad van State ziet toe op de toepassing ervan.
18 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
• De universele bevoegdheid geeft een staat de mogelijkheid om sommige ernstige misdaden te vervolgen, ongeacht waar de misdaad werd begaan en ongeacht de nationaliteit van de daders of de slachtoffers. Deze wettelijke bepaling dient om te voorkomen dat ernstige misdaden ongestraft blijven, met name oorlogsmisdaden en misdaden tegen de mensheid die worden begaan in regio’s waar de inwoners geen passende wettelijke bescherming genieten. In België werd in 1993 een wet over de universele bevoegdheid goedgekeurd. • De civiele samenleving (onder meer de ngo’s) oefent toezicht en druk uit om de mensenrechten te doen eerbiedigen. Bijv. Amnesty international, de Liga voor de Rechten van de Mens, Human Rights Watch, het Rode Kruis, enz.
De mensenrechten in de Belgische Ontwikkelingssamenwerking Een deel van de ontwikkelingshulp wordt sinds het einde van de Koude Oorlog enkel gegeven als de regeringen van de partnerlanden de mensenrechten eerbiedigen. Het recentere begrip Benadering van ontwikkeling op basis van de Rechten van de Mens behelst de versterking van, enerzijds, de autoriteiten die toezien op de eerbiediging van de Rechten van de Mens en, anderzijds, van zij die rechten kunnen doen gelden. • De nieuwe wet over de Belgische Ontwikkelingssamenwerking van 2013 stelt mensenrechten centraal. Sinds 2013 ‘omvat ontwikkelingssamenwerking als prioritaire thema’s: 1° de rechten van de mens (en het kind); 2° fatsoenlijk en duurzaam werk; 3° de versterking van de maatschappij’ (art. 11). • De vier subthema’s zijn: -d e rechten van vrouwen: rechtvaardige toegang tot werk en een politiek ambt, seksuele en reproductieve rechten, … - de rechten van het kind: kinderarbeid, bescherming van minderjarigen, jeugdrechtsysteem, … - het recht op waardig werk: sociale bescherming, gelijke lonen voor man en vrouw, … - het recht van toegang tot de rechter: voorlopige hechtenis, bescherming van slachtoffers en getuigen, … • Tijdens de beleidsdialoog over de samenwerking die België met zijn partnerlanden voert komen mensenrechten uitvoerig aan bod, in lijn met de Overeenkomst van Cotonou (art. 8) die hulp afhankelijk stelt van de eerbiediging van de rechten van de mens. • België financiert UN Women, UNFPA (seksuele en reproductieve rechten), UNICEF en het VN-Bureau van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten. Elise Pirsoul Bibliografie : Les droits de l’homme, Danièle Lochak, Ed. La découverte, 2002 Les droits de l’homme sont-ils exportables ? Joseph Yacoub, Ellipses Éditions, 2005 Met dank aan M. Devys en F.Ceupens
Illustraties : Serdu
online Documenten : www.un.org/fr/rights www.europarl.europa.eu/charter/pdf/text_nl.pdf
Gespecialiseerde organisaties en instellingen : www.ohchr.org • www.unwomen.org www.unfpa.org • www.unicef.org
MENSENRECHTEN
De wijkpolitie van start in Burundi!
N
a de akkoorden van Arusha werd in 2004 de nieuwe Police Nationale du Burundi (PNB) opgericht. Deze organisatie met 20.000 eenheden zou enerzijds meer representatief 1 zijn voor de bevolking en anderzijds toch onder een en hetzelfde bevel staan. Al heel snel gaven de autoriteiten hun ambitie te kennen om van de PNB een moderne en professionele politie van de republiek te maken die dicht bij de burger staat. België was één van de eerste partners om deze nieuwe politie te steunen, via BTC en de Belgische Federale politie.
© CTB/Rosalie Colfs
Om Burundi te steunen bij de opbouw van een rechtsstaat, helpt de Belgische Ontwikkelingssamenwerking, via zijn ontwikkelingsagentschap (BTC) de Burundese nationale politie bij het ontwikkelen van een wijkpolitie.
Een wijkpolitie : van plan tot uitvoering
Veiligheid : belangrijke inzet in een ‘fragiel’ land Al werd de wijkpolitie in Burundi opgestart, er blijft nog een lange weg te gaan. De term ‘wijkpolitie’ komt voortaan wel voor in de meeste documenten van het ministerie en van externe actoren zoals de civiele samenleving en het parlement. En een toelichting over de taken van de politie, die op grote schaal wordt verspreid, geeft een aanzet tot een betere coördinatie van alle partners. Er blijven zwakke punten. Zo zouden bepaalde personen hun bevoegdheden
te buiten kunnen gaan en de rol van politieagent opnemen. Toch vormt het begrip ‘wijkpolitie’ een krachtig gegeven in de context van een fragiel land: voor het politieapparaat komt nu immers de veiligheid van de burgers centraal te staan en niet langer de veiligheid van de staat. Of zoals Max Weber het uitdrukte, moet een moderne staat in de eerste plaats een ‘monopolie op het gebruik van gewettigd geweld’ bewerkstelligen. Maar opdat het uitoefenen van geweld als gewettigd zou worden beschouwd, is vertrouwen in en erkenning van het rechtssysteem en de politie een vereiste. Is dit niet het geval, dan zal elke natie voortdurend aan de dreiging blootstaan om in conflictsituaties te belanden, wat dan weer het sociale en economisch leven in gevaar brengt. Het risico zal des te groter zijn, zo leert ons de Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger, naarmate deze ‘noodzakelijke waakzaamheid’ ten aanzien van
de openbare macht niet aanwezig is. Daarom moet ontwikkelingssamenwerking werken aan bestuurssectoren zoals politie, justitie en parlement. Met de wijkpolitie effende de Burundese politie het pad voor een grotere transparantie waarbij ze stap voor stap ruimte voor dialoog met de burgers creëert. De weg is inderdaad nog lang, maar als het land hulp krijgt om deze weg uit te stippelen, kan dat zijn ontwikkeling alleen maar versterken. Roberto Resmini (BTC)
1
olgens artikel 257 V van de nieuwe grondwet mag geen enkele etnie voor meer dan 50% vertegenwoordigd zijn.
Visie en opdrachten Veiligheid is een prioriteit in de maatschappij. Daarom werd de wijkpolitie rond deze beginselen opgebouwd: partnerschap; samenwerking met de bevolking; rekening houden met de behoeften en de verwachtingen van de bevolking; de definitie van de basistaken van de politie; verantwoording afleggen; toegankelijkheid, beschikbaarheid en zichtbaarheid; proactiviteit bij probleemoplossing; wettig gebruik van dwang; welzijn van het politiepersoneel en de-kazernering. Daarnaast moet elke politiepost de basistaken waarnemen: onthaal en voorlichting van de bevolking, slachtofferhulp, democratisch beheer van de publieke ruimte, enz.
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 19
© CTB/Rosalie Colfs
In 2009 verzoekt het Burundese ministerie van Openbare Veiligheid de Belgische Federale politie om haar wijkpolitie aan een interne audit te onderwerpen. Aan de hand van het verslag zet het ministerie een professionaliseringsproces in gang, waarbij het de steun van België en Nederland vraagt. Dat proces houdt allerlei activiteiten in voor opleiding, sensibilisering, ontwikkeling van beheersinstrumenten, verbetering van de arbeidsomstandigheden, enz. Zo werd het pilootproject van gemeentelijke veiligheidsplannen in elf politieposten getest. De lokale autoriteiten kregen de kans de problemen te onderkennen en activiteiten op te zetten rond thema’s als veiligheid op de weg, seksueel geweld, straatkinderen en diefstal van levensmiddelen. Het ministerie overweegt nu om deze activiteiten uit te breiden tot het hele grondgebied.
Grove misdaden blijven niet langer
onbestraft Met de oprichting van het Internationaal Strafhof in 2002 blijven genocide, oorlogsmisdaden en misdaden tegen de mensheid niet langer onbestraft.
© ICC-CPI/Jerry Lampen/ANP
De rol van het Internationaal Strafhof Thomas Lubanga aanhoort zijn veroordeling tot 14 jaar gevangenschap (juli 2012).
D
e conflicten in de 20ste eeuw - de bloedigste eeuw uit de menselijke geschiedenis - gingen vaak gepaard met regelrechte wandaden. Vooral na WOII groeide het besef dat men dat niet zomaar kon laten voorbijgaan. De geallieerden richtten dan ook de tribunalen van Neurenberg en Tokyo op om de oorlogsmisdaden van de Asmogendheden (Duitsland, Italië, Japan) te berechten. En in 1948 erkende de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (VN) de nood aan een permanent internationaal strafhof om soortgelijke gruwel te bestraffen. Het bleef voorlopig bij een intentie.
Niet verwarren ! Het Internationaal Gerechtshof is het belangrijkste gerechtelijke orgaan binnen de VN. Het buigt zich uitsluitend over gerechtsgeschillen tussen staten. Het Internationaal Strafhof valt niet onder de VN, maar onder een verdrag. Het berecht genocide, oorlogsmisdaden en misdaden tegen de mensheid. Het Joegoslavië-tribunaal is een tijdelijk gerechtshof van de VN dat de misdaden tijdens de oorlogen in Joegoslavië behandelt. Alle drie gerechtshoven bevinden zich in Den Haag (Nederland). Het Rwanda-tribunaal, ook een tijdelijk VN-tribunaal, bevindt zich in Arusha (Tanzania).
20 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
Maar de jaren 90 brachten nieuwe wreedaardigheden: de genocide in Rwanda en de oorlog in Joegoslavië. Weer werden tijdelijke tribunalen opgezet, onder de hoede van de VN. Tot in 1998 120 landen overeenkwamen om het eerste permanente internationaal strafhof op te richten. Wat op 1 juli 2002 een feit werd. Sinds 2002 heeft het Internationaal Strafhof zijn zetel in Den Haag (Nederland).
Het is een onafhankelijk strafhof dat niet onder de VN valt. Zijn rechtsgeldigheid steunt op een verdrag – het Statuut van Rome - dat tot nu toe door 122 landen werd bekrachtigd, waaronder België.
Grove misdaden Het Internationaal Strafhof is bevoegd voor drie soorten misdaden die de internationale gemeenschap aanbelangen:
Uitspraken en zaken Tot nu toe heeft het Hof twee uitspraken gedaan. In 2012 werd de Congolese expoliticus en militieleider Thomas Lubanga veroordeeld, onder meer voor het inzetten van kindsoldaten. Rebellenleider Ngudjolo Chui, eveneens uit DR Congo, werd vrijgesproken bij gebrek aan bewijzen. In acht landen worden zaken onderzocht: Soedan, DR Congo, Oeganda, de Centraal-Afrikaanse Republiek, Kenia, Libië, Ivoorkust en Mali1. Daarnaast worden een aantal situaties aan een vooronderzoek onderworpen in Afghanistan, Colombia, Korea, Georgië, Guinea, Honduras, en Nigeria.
Niet universeel Het Internationaal Strafhof ontsnapt zeker niet aan kritiek. Stemmen vooral uit Afrika vinden dat het Hof enkel uit is op Afrikaanse landen. Daar staat tegenover dat het wel degelijk situaties onderzoekt op andere continenten. Een zwak punt blijft
Ngudjolo Chui wordt vrijgesproken wegens gebrek aan bewijzen (mei 2012).
hoe dan ook dat het Hof in principe enkel actief kan zijn in landen die partij zijn bij het verdrag. Zo kan het Hof niet optreden in Syrië omdat dat land het verdrag niet bekrachtigd heeft. Enkel als Syrië alsnog het Hof zou erkennen of de VN-Veiligheidsraad de zaak zou doorverwijzen, kan het Hof een onderzoek over Syrië opstarten.
Ook een aantal grote kleppers zoals de VS, China en Rusland zijn nog geen partij. De drie landen nemen wel deel aan de vergaderingen als waarnemende staten. En de Amerikaanse president Obama heeft zich een duidelijk voorstander getoond van het Hof. Een ander teken van internationale erkenning is het feit dat de VN-Veiligheidsraad twee zaken (Soedan en Libië) naar het Hof heeft doorverwezen.
Uitbreiden of inperken?
© ICC-CPI/AP/Bas Czerwinski
genocide, misdaden tegen de mensheid en oorlogsmisdaden. Onder ‘genocide’ verstaat men wandaden tegenover een bevolkingsgroep, niet alleen door moord maar ook door bijvoorbeeld kinderen weg te halen of geboortes te voorkomen. Ook de termen ‘misdaden tegen de mensheid’ en ‘oorlogsmisdaden’ gaan verder dan moord. Onder meer gevangenneming, verkrachting, foltering en slavernij vallen er eveneens onder. Politici, ambtenaren en militaire bevelhebbers hebben geen immuniteit. Het Hof vervangt allerminst de nationale strafrechtsystemen, het vult ze aan. Enkel die zaken worden behandeld die de naties zelf niet kunnen of willen uitvoeren. Bij een aanklacht zal het Hof telkens nagaan of de natie zelf niet de zaak kan beslechten. Ook de slachtoffers van de misdrijven krijgen aandacht. Ze mogen deelnemen aan de procedures en hebben recht op schadeloosstelling. De deelnemende landen hebben daartoe een fonds opgericht.
© ICC-CP
Mensenrechten
Fatou Bensouda (Gambia) legt de eed af als Algemeen Aanklager (juni 2012).
Velen willen de bevoegdheden van het Hof uitbreiden tot onder meer terrorisme en piraterij. Anderen stellen dan weer dat het Hof al te veel taken op zich neemt. Er zou veel tijd verloren gaan met uit te zoeken of het land zelf niet het proces kan uitvoeren en met de schadeloosstelling van de vaak duizenden slachtoffers. Daarom zou het Hof zich beter beperken tot politieke leiders en militairen die nooit onpartijdig in hun eigen land kunnen berecht worden. Het is duidelijk dat het Internationaal Strafhof nog zijn definitieve vorm moet krijgen. Maar ondanks de onvolkomenheden heeft de internationale gemeenschap met het Hof een unieke instelling waardoor talrijke gruwelmisdaden niet langer straffeloos hoeven te blijven. Chris Simoens
België en het Internationaal Strafhof België steunt het Hof actief sinds zijn oprichting. Zo heeft ons land meerdere bilaterale akkoorden afgesloten met het Hof. Een ‘interdepartementale cel’ (of Belgian Task Force) komt regelmatig bijeen, vaak voor spoedzittingen om snel en adequaat een antwoord te geven op vragen voor samenwerking met verschillende organen van het Hof. Als partij van het Statuut van Rome betaalt België een verplichte jaarlijkse bijdrage (voor 2013 1,75 miljoen euro). Ook het Fonds voor hulp aan slachtoffers krijgt geld van België. De Belgische Chris Van Den Wyngaert is als rechter verkozen voor een mandaat van 9 jaar, dat in maart 2018 afloopt. Ook andere Belgen nemen belangrijke posten in binnen de overige organen van het Hof. Valérie Delcroix
1
e bekendste zijn : J.-P. Bemba, ex-vice-president D van DR Congo ; Laurent Gbagbo, ex-president van Ivoorkust en zijn echtgenote, Simone Gbagbo ; Omar Al-Bashir, de huidige president van Soedan, en U. M. Kenyatta, de huidige president van Kenia.
online www.icc-cpi.int
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 21
© Eduardo Luzzatti Buyé - Istockphoto
MENSENRECHTEN
Naar een versterking van de mensenrechten in Marokko Bijna twee jaar na de Arabische Lente in Noord-Afrika en het Midden-Oosten, toont een blik op de nieuwe Marokkaanse grondwet dat de democratische vooruitzichten in Marokko vorm beginnen aan te nemen. Economische, sociale en culturele rechten worden bevestigd Marokko wordt door de Wereldbank als een middeninkomensland beschouwd. Toch levert het land nog steeds een strijd tegen armoede en blijft de ongelijkheid groot. Niettegenstaande een aantal politieke en institutionele hervormingen waartoe een tiental jaren geleden de aanzet werd gegeven, hebben ook hier regelmatig volksdemonstraties plaats. Te midden van de chaos waarin de Arabische wereld terechtkwam staat de Mouvement du 20 février, de grootste protestbeweging, symbool voor de belangrijkste eisen inzake meer sociale rechtvaardigheid, daadwerkelijke toegang tot onderwijs, beroepsintegratie, gezondheid en justitie.
Sommige rechten betekenen ontegensprekelijk een doorbraak Zo is de officiële erkenning van het Amazigh (Berbers) en de gelijkstelling ervan met het Arabisch een langverwachte wijziging. Dat geldt ook voor de
22 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
bescherming van de Hassani-cultuur en de Hebreeuwse culturele identiteit. Man en vrouw worden als gelijke erkend, meteen is elke vorm van discriminatie jegens vrouwen verboden. De rol en het werk van niet-gouvernementele organisaties en van de civiele samenleving bekleden ook een prominente plaats. Een Nationale Raad voor de Rechten van de Mens en een bemiddelaar zullen beide instaan om de betrekkingen tussen de burger en de staatsstructuren te bevorderen. De klemtoon op mensenrechten ligt in de lijn met de bezorgdheden van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. De nieuwe Belgische ontwikkelingswet ziet immers de rechten - economische, sociale, culturele, politieke en civiele - als de pijlers van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. België zet dan ook zijn partnerschap met Marokko voort, vooral nu het land almaar meer inspanningen doet om uit te groeien tot een moderne rechtsstaat. Laura Strens
De nieuwe grondwet De vorige hervormingen werden aangevuld met de goedkeuring op 1 juli 2011, bij referendum, van een nieuwe grondwet die resoluut een democratisch ideaal nastreeft. Voor het eerst namen vertegenwoordigers van de civiele samenleving, vakverenigingen, politieke partijen en deskundigen mee aan de opstelling ervan, een aantal artikels werd gewijzigd. De nieuwe tekst bevat 180 artikelen, waarvan er meer dan twintig aandacht besteden aan de mensenrechten. Een belangrijke nieuwigheid is de erkenning van fundamentele rechten zoals burgerrechten en politieke rechten, goed bestuur, de rechten van vrouwen, de rechten van vreemdelingen en het petitierecht. Hoewel op een aantal punten ontegensprekelijk vooruitgang werd geboekt, blijven een aantal andere wijzigingen veeleer beperkt. Deze zullen dan ook grondiger moeten worden bestudeerd. De grote toetsing zal pas komen als de nieuwe grondwet ook wordt omgezet in organieke wetten.
Trends Studenten maken matrijzen klaar voor aluminium onderdelen, met de steun van UNDP (1971).
Zuid-Korea wil iets terugdoen
N
a de Koreaanse oorlog in 1953 begon Zuid-Korea aan een steile opgang. Het land plukte de vruchten van een vooruitstrevend economisch beleid, gericht op export. En het zette zijn ontwikkelingshulp – 13 miljard dollar tussen 1945 en 1999 – optimaal in. Zo is Zuid-Korea kunnen uitgroeien tot de eerste Aziatische ‘tijger’. In 1996 trad het toe tot de club van rijke landen: de OESO (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling).
Development Assistance Committee verbonden aan de OESO. Het DAC groepeert de meeste landen die officiële ontwikkelingshulp (ODA) geven. Momenteel heeft Zuid-Korea 26 partnerlanden, vooral in Azië (Bangladesh, Nepal, Cambodja, Indonesië, Laos, Vietnam, de Filipijnen…), maar ook in Afrika (DR Congo, Ethiopië…) en Latijns-Amerika (Bolivia, Colombia…). De laatste vijf jaar ging 51% van de bestedingen naar Azië, ook Afrika (met 15,8%) zit in de lift.
Hulp helpt
Mega draagvlak
Korea heeft aan den lijve ondervonden dat ontwikkelingshulp helpt. De Koreanen – politici, overheid én bevolking - zijn dan ook sterk gemotiveerd om zelf iets terug te doen. Al van in de jaren 70 begon het land zelf hulp te geven, toen nog onder de vorm van technische opleidingen. In 2011 besteedde het al 0,12% van zijn BNI of 1,325 miljard dollar aan ontwikkelingshulp, met de intentie O,25% te bereiken in 2015. In 2010 werd Korea lid van het DAC, het
Maar liefst 89% van de bevolking ondersteunt de Koreaanse overheid voor haar inspanningen in ontwikkelingslanden, een extreem hoog cijfer. Deze toewijding vindt ook zijn weerslag in de organisatie van de Koreaanse ontwikkelingssamenwerking. De meest in het oog springende structuur is ongetwijfeld het Comittee for International Development Cooperation (CIDC), het hoogste coördinerende orgaan. Daarin zetelen onder meer de ministers van 15 relevante ministeries naast 7 experten. Meteen een mooi instrument om beleidscoherentie mogelijk te maken.
Vandaag is de haven van Busan de 5de grootste containerhaven ter wereld.
Economie stimuleren
© UN Photo/Kibae Park
Korea wil in zijn ontwikkelingssamenwerking vooral de (groene) economische ontwikkeling stimuleren. Niet te
© UN Photo/M. Guthrie
Nog geen 20 jaar geleden ontving Zuid-Korea zelf ontwikkelingshulp. Omdat de hulp onmiskenbaar geholpen heeft, wil het land iets terugdoen. Vandaar dat het vandaag zelf een actieve donor is. Meteen een sterk signaal van een Zuiden in opgang. verwonderen, aangezien een dergelijk beleid het land zelf geen windeieren heeft gelegd. Vandaar dat een groot deel van de hulp gegeven wordt onder vorm van leningen, onder meer voor grote infrastructuurwerken. Korea vindt dat leningen de ontvangende landen aanzetten om een keurig belastingsstelsel uit te bouwen.
Brug naar BRICS Maar al bij al is Korea als nieuw donorland een voorbeeld en heeft het een brugfunctie naar andere nieuwe donorlanden zoals de BRICS: Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika. Deze landen staan zeer huiverachtig tegenover de traditionele ontwikkelingsagenda van het Noorden. Volgens hen stellen de klassieke donoren zich nog te paternalistisch op: “wij zullen u helpen!”. Zijzelf staan liever op gelijke voet met hun partnerlanden. Daarom houden zij zich verre van het DAC. Korea daarentegen is voorstander van een sterk DAC terwijl het toch trouw blijft aan zijn eigen visie op ontwikkelingssamenwerking. Om de nieuwe donoren toch nauwer te betrekken hebben de klassieke donoren een neutraal platform in het leven geroepen: het Globale Partnerschap voor een Doeltreffende Ontwikkelingssamenwerking. De inzet van Korea is onmisbaar om het Partnerschap te doen slagen. Korea was ook het gastland van de 4de Top over Doeltreffende Hulp in 2011, en heeft een grote impact op de ontwikkelingsagenda van de G20. De opkomst van Korea als donorland staat duidelijk symbool voor een Zuiden – of althans een deel ervan – dat opvallend in macht toeneemt (zie ook p. 30). Chris Simoens
online www.oecd.org/dac
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 23
Mali Cultuur tegen intolerantie Tegen obscurantisme, afgehakte handen, het opgelegde zwijgen, het verbranden van boeken, gesluierde vrouwen, kiezen ze voor woorden, muziek, theater. Ze zijn niet vergeten dat hun land ooit een smeltkroes was van culturen, godsdiensten, rassen, waar tolerantie met een hoofdletter werd geschreven. Voor hen is cultuur een dialoog met de andere. Een gesprek met Adama Traoré, theatermaker en promotor van verschillende culturen en Ibrahima Aya, schrijver en uitgever. Smeltkroes van culturen
© ulldellebre - Istockphoto
Mali vormt de brug tussen “Zwart” Afrika en de “Arabische” wereld in de Sahara, het is een land waar volkeren en rassen elkaar ontmoeten. De recente geschiedenis ligt helaas nog vers in het geheugen. Met een staatsgreep werd een eind gemaakt aan de democratie in het land, enkele maanden later bezetten gewapende islamitische fundamentalisten het noorden (2/3 van het land) waar ze met
harde hand optraden. Een groot deel van de bevolking zag zich gedwongen hun regio te verlaten. In Timboektoe, de culturele en historische plek bij uitstek aan de rand van de Sahara, bevindt zich een Koranuniversiteit waar meer dan 100.000 manuscripten worden bewaard die 9 eeuwen oud zijn. Hier werd een tolerante islam onderwezen die in het teken staat van de ontmoeting van culturen. Vanwege haar geografische ligging werd
Telkens onbeschaafde en integristische hordes een donkere schaduw wierpen op de zandvlakes van Timboektoe, stelde de universiteitsstad met 333 heiligen zijn private en openbare bibliotheken open om neen te zeggen. Ik wil deze traditie graag voortzetten. Ibrahima Aya
24 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
de stad al herhaaldelijk ingenomen. “Maar bij elke poging die werd ondernomen om de stad een strenge islam op te leggen, verzetten de inwoners zich. De stad gaf uiting aan haar verzet door de bibliotheken en manuscripten toegankelijk te maken. Ook deze keer slaagden ‘degenen die waren gekomen’ er niet in de inwoners van Timboektoe die al sinds de 9de eeuw de islam onderwijzen, te dicteren wat de mohammedaanse godsdienst is of moet zijn”, legt schrijver Ibrahima Aya uit.
CULTUUR
In dialoog treden met wie anders is “Het gebrek aan zelfstandig denken heeft de opkomst van de salafisten in de hand gewerkt”, herhaalt Adama Traoré opnieuw, als een credo. Hij voegt eraan toe. “Cultuur is de ruimte voor de uitwisseling van ideeën; cultuur is ook een dialoog die de erkenning vereist van wie anders is. Waarheid is een relatief gegeven. Je kunt niet discuteren met iemand die je misprijst. De fundamentalisten denken dat er maar één waarheid is. Ze weigeren in dialoog te treden.” “De crisis in Mali is een beschavingscrisis. De vijanden hadden het eerst gemunt op de manuscripten, dan op de culturele actoren, dan op de cultuuruitingen. Ze hebben het zelfstandig denken in de kiem gesmoord.” besluit de schrijver. De dichter verwoordt het als volgt: “Kunstenaar zijn betekent weerstand bieden, betekent het opgelegde zwijgen overstijgen. Vertellen over wat we zien, waardoor we de andere kunnen aanvoelen. Poëzie laat toe het onuitsprekelijke uit te drukken, onze vrijheid, ons patrimonium op te eisen, kortom wat we zijn”.
Weerstand bieden met cultuur “Toen ik me afvroeg hoe ik op het obscurantisme moest reageren, heb ik beslist aan te sluiten bij de traditie van Timboektoe dat bij
elke bedreiging zijn bibliotheken openstelde opdat de mensen de manuscripten opnieuw zouden lezen. Ik heb dus een bibliotheek gelanceerd met boeken uit de hele wereld met een dedicatie van de auteurs. Dit betekent, 'je staat er niet alleen voor, we zijn er ook, via de cultuur'. Dichters en schrijvers uit de hele wereld meldden zich present.” Zo komt het dat Ibrahima Aya, die een slecht voorgevoel had, in 2011 de “Bibliothèque des dédicaces de Tombouctou” (de bibliotheek van de opgedragen boeken) lanceert. Wanneer enkele maanden later de stad wordt geplunderd en de manuscripten worden vernield, geeft hij de gedichtenbundel “Voix hautes pour Tombouctou” uit. In december 2012 organiseerde Acte 7 ondanks de oorlog en als aanklacht het ‘Festival du théâtre des réalités’. Het thema was “Theater en weerstand”. Tussen twee theatervoorstellingen in moesten de artiesten en genodigden van het festival nadenken over de ‘rol van de civiele samenleving bij het indijken van het religieuze integrisme’. “Er waren ook Toeareg-artiesten uitgenodigd, maar de regering verhinderde hun komst. We hadden ze graag laten kennismaken met de bevolking uit Noord- en Zuid-Mali.” “We hebben ook culturele workshops in Segou georganiseerd”, zegt Adama Traoré. “We lieten kunstenaars uit de bezette gebieden voor een verblijf van een maand overkomen. Zo kwam een theaterstuk tot stand en een hoorspel voor de radio” vertelt Adama Traoré, artistiek directeur van het festival. “Er was al langer weerstand, nog voor de invasie van de salafisten, omdat het fundamentalisme al enkele jaren tot in
© Actesept
Monddood gemaakte artiesten De islamisten zijn gekomen… en onverdraagzaamheid werd tot regel verheven. Vrouwen moesten een sluier dragen, het dragen van traditionele sieraden werd verboden, van wie gitaar speelde, zouden de vingers worden afgesneden, van wie zong, de tong, muzikanten werden geslagen, menselijke afbeeldingen op schilderijen werden weggewist, de radiozenders werden verplicht Koranmuziek te spelen, bijeenkomsten werden verboden …“De mensen werd geweld aangedaan, het was een aanslag op hun kunst. De salafisten wilden de stilte opleggen en een andere houding ten aanzien van de wereld. Elke uitwisseling van ideeën werd verboden”, stelt Adama Traoré, toneelspeler en directeur van de culturele vereniging Acte 7, bedroefd vast. “Dat omhooggevallen generaals aan de macht konden komen, heeft te maken met een gebrek aan zelfstandig denken. Het samenlevingsproject werd gereduceerd tot insjallah”, voegt hij eraan toe. “Sinds 2010 voelde je de dreiging voor Timboektoe en zijn manuscripten dichterbij komen” merkt Aya op. Het fundamentalisme was voelbaar tot in Bamako. Grote terreinen werden voor veel geld opgekocht en omgevormd tot moskeeën “Vandaag zijn veel culturele ruimtes ingenomen door de fundamentalisten.Vóór 1991 en de structurele aanpassingsprogramma’s waren er 42 bioscoopzalen, vandaag is er nog maar eentje” zegt de toneelspeler boos.
Kan cultuur bijdragen tot een harmonieuze maatschappij ? Deze vraag stellen zich cultuurverenigingen uit Mali alsook internationale donatoren. Aldus heft het programma “Je danse donc je suis” (ik dans, dus ik besta) in Mali tot doel achtergestelde jongeren via het dansen te re-integreren met middelen van het programma Investing in People - EuropeAid. Dit programma onder leiding van Africalia en in samenwerking met de vereniging Donko Seko - Atelier danse et recherche chorégraphique, in Bamako heeft verbluffende resultaten opgeleverd. Donko Seko organiseert ook het festival Dense Bamako Danse, één van de belangrijkste dansevenementen in Afrika. Africalia Belgium financiert bovendien opleidingen van culturele journalisten in Afrika alsook de vereniging Cinéma Numérique Ambulant die rondtrekkende filmvoorstellingen brengt in 7 Afrikaanse landen, waaronder Mali. Voor Africalia vervullen kunst en cultuur een onmisbare rol in de duurzame en menselijke ontwikkeling. Deze ngo krijgt hoofdzakelijk subsidies van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking en ook van Europa. Africalia werkte tot in 2007 samen met Le festival des réalités, ondersteund door Acte 7 uit Bamako. EP
www.donkoseko.org www.africalia.be www.actesept.org
Bamako in de lucht hing. In juni 2011 hebben we een coalitie voor culturele diversiteit gevormd.”
Culturele dimensie en democratie “We hebben hulp nodig om de grondslag te leggen voor een democratie waarin expressie heilig is” vervolgt Adama Traoré. “Cultuur en onderwijs zijn de pijlers van de democratie”. En ook van ontwikkeling :“Ontwikkeling houdt in dat je de andere in zijn cultuur ziet. Als het niet mogelijk is zich in een andere cultuur te verplaatsen, kan er geen sprake zijn van ontwikkeling, maar enkel van economische groei.” “We hebben maar een kleine inbreng in deze strijd die we samen voeren. Als niemand ons helpt de weg van de ontwikkeling in te slaan, kiezen de mensen morgen de kant van de salafisten. En als de Sahel valt, zal Europa dit geweten hebben!”, besluit de toneelspeler. Elise Pirsoul
Een recente opvoering van Adama Traoré “Kaklara ou jamais à genoux”.
Donorconferentie voor Mali Op 15 mei 2013 vond in Brussel een donorconferentie voor Mali plaats. 108 landen en instellingen namen aan deze conferentie deel die in totaal 3,25 miljard euro bijeenbracht, een bedrag dat ver boven de verwachte 1,96 miljard euro ligt. De Belgische minister voor Ontwikkelingssamenwerking heeft actieve steun toegezegd voor het herstelproces in Mali. België zal een bijdrage leveren van 17,3 miljoen euro in 2013 en van 14,2 miljoen euro in 2014. Om de economische opleving in Mali te steunen, zal België een deel van zijn samenwerkingsprogramma aanpassen en een bijdrage leveren aan het ‘Plan pour la relance durable du Mali’ (plan voor de duurzame opleving van Mali). Maar het lenigen van humanitaire noden en onmiddellijke actie zullen niet volstaan om Mali duurzaam te stabiliseren. Daarvoor is een engagement op langere termijn nodig. België zal dan ook steun verlenen om het verkiezingsproces in de zomer van dit jaar tot een goed einde te brengen. Volgens de Belgische minister kan het vertrouwen van de bevolking in Mali enkel worden hersteld als er werk wordt gemaakt van de opbouw van sterke en legitieme instellingen die de bevolking van Mali in al haar diversiteit vertegenwoordigen.
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 25
SENSIBILISERING
: a c i r f A r Move fo
r e v t Opdrach Zes leerlingen van de école Provinciale d'Agriculture et des Sciences de Ciney werden door ‘Move for Africa’ gekozen om mee te werken aan een BTC-project in Benin dat tracht de levensstandaard van de landbouwers in de regio te verhogen. Hier volgt het verhaal van hun ervaringen ter plaatse.
Ontdekking van het landbouwleven in Benin De leerlingen bezoeken het landbouwproject ‘Steunfaciliteit voor de Landbouwfilières in Atacora-Donga’ van BTC en werken elke dag mee rond een bepaalde thematiek: groenteteelt, rijst, cashewnoten en interculturele uitwisselingen. Na een korte inleidende schets van het project in de voormiddag worden de jongeren overdag naar vooraf bepaalde plaatsen gestuurd: ui- en pimentpercelen, velden cashewnotenbomen, fabrieken voor de verwerking van deze cashewnoten, coöperatieve bedrijven waar rijst tot koekjes wordt verwerkt … Elke avond worden reportages met foto’s, video’s en getuigenissen van de deelnemers online gezet op de facebookpagina van de ‘Agribassadeurs de l'Espoir’ en wordt de dag nog eens overlopen.
26 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
© DR
C
otonou, 3 april 2013. De groep laat het drukke verkeer in de economische hoofstad van Benin achter zich en reist in wat voor een minibus moet doorgaan naar Natitingou, 200 km verderop in het uiterste noorden van het land. Anthony neemt alles in zich op wat hij langs de straat ziet. Hoopjes yamwortel op de velden langs de weg, een wachtende mangoverkoopster, strijkatelier ‘Onbevlekte ontvangenis’ en een vlechtjessalon, geiten, schapen en kippen die alle kanten opstuiven. Allemaal schetsen die samenvloeien tot een tafereel waarvan hij 48 uur geleden nog niet de aanzet had kunnen bedenken.
Ondanks de verlammende hitte en de nieuwe cultuur waaraan de jongens tijdens de bezoeken op het terrein moeten wennen, stellen ze zich heel nieuwsgierig en open op. Ze hebben begrepen dat dit geen vakantiereis is, maar dat neemt niet weg dat ze elke minuut ten volle genieten! Terwijl ze aandachtig observeren hoe men in Afrika de grond bewerkt, herkennen ze toch iets van eigen werkmethodes en herontdekken ze het beroep dat ze ooit misschien zullen uitoefenen.
Eerste indrukken Allen hadden ze het ‘veel erger’ verwacht toen ze voor het eerst voet zetten op het Afrikaanse continent. “In het begin dacht ik dat Afrika veel wilder was, ik had niet verwacht mensen te ontmoeten die zo gezellig, zo open zijn …”, geeft Anthony toe. “Fantastische ontmoetingen”, bevestigt ook Kévin. “Ik had echt grote armoede verwacht. Maar Afrika heeft indruk op mij gemaakt en is in mijn achting gestegen”, zegt Charles. Ze beseffen ook dat Afrika niet op hen heeft gewacht om al een hele weg af te leggen en dat dit ook het continent is van mensen die in waardigheid aan hun toekomst werken. “De vrouwen in Benin zijn echt moedig, ze verdienen meer respect. Ze zijn een echte pijler van de economie”, vertelt Dylan. Naast de gelukkige
momenten en de goede herinneringen die ze mee naar huis nemen, blijft het besef van de realiteit. Als ze een week na hun terugkomst moeten zeggen wat het moeilijkste was, antwoordt Julien: “De armoede heeft me enorm geraakt. Al die vrouwen die kilometers te voet moeten afleggen met een kind op de rug en een kruik water op het hoofd omdat ze geen stromend water hebben. Terwijl wij hier maar op een knop drukken en zelfs over heet water beschikken … Dat is verbijsterend.” De ervaring met ‘Move for Africa’ was vooral een geweldige gelegenheid om kennis te maken met andere mensen. Deze jonge leerlingen werden niet alleen warm gemaakt voor ontwikkelingssamenwerking en interculturaliteit, maar ze kregen ook de kans een andere wereld te ontdekken. ‘Opdracht volbracht’ dus! Harika Ronse, Junior assistant communicatie, BTC Benin Gebaseerd op een artikel uit de bijlage van ‘La Libre’ van 4 mei 2013
Volg de ‘Agribassadeurs de l'Espoir’ op hun facebookpagina en deel hun ervaringen in video’s en foto’s.
Athénée d’Ixelles met AS MAE
in Senegal
De Senegalese familie s die we hebben ontmoet, hebben ons doen inzien dat je niet veel nodig hebt, om ge lukkig te zijn. Dat heeft mij he t meest geraakt!
© JDIC Collège
Saint François & Institut du Condroz DIC Collège van Luik nin in Be met Vredeseilanden
© athénée royal d'Ixellesto
! d l u v r
© DR
n: een s zijn speelgoed aa on t ed bi en ng jo n baar Ee uwtje. Dit mooie ge to n ee n aa je lik eb sardin mensen: houding van deze is tekenend voor de geven alles. ze hebben niets en
n met Afrika Jongeren bewegefo cces. Niet r Africa was een su
een droomreis, Dit was voor mij en zullen mij al die beleveniss de dingen nu op bijblijven. Ik zie Juliette ier. een andere man
© Valentine Van Vyve
© DR
Move De eerste editie van holen namen deel en sc n ve ze n va en er ng itiatief dat minder dan 130 jo eede editie van dit in tw De a. rik Af or er vo bewogen zal nog een stap verd t, ze ge op rd we ue iq inden door La Libre Belg e with Africa plaatsv ov M am na de r n de gaan en on nt zich samen inzette ke te be al or vo en rk JT omdat samenwe ojecten. pr e lijk pe ap ch ns ee voor gem
de ngo ues van Luik met Lycée Saint-Jacq nin Be in e iqu Afr e Défi Belgiqu
Athenée Liège 1 met Dierenartsen zonder Grenzen in Rwanda
van Anderlecht Institut Emile Gryzon rundi het Rode Kruis in Bu
met
s doen beseffen Deze reis heeft on een pluspunt is en dat bescheidenheit ken. om hieraan te wer we doen ons best
Dankzij deze fantastische ervarin g kregen we de kans elkaar beter te leren kennen, dingen te delen, samen te werken en te ijveren voor meer solidariteit.
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 27
© Imperial College London/Tom Whipps
Gezondheid
Belg Peter Piot krijgt prijs in Japan De Belgische aidsdeskundige Peter Piot kreeg op 1 juni in Japan de Hideyo Noguchiprijs voor zijn onderzoek naar besmettelijke ziekten in Afrika.
S
inds 2006 kent de Japanse regering de Hideyo Noguchi Africaprijs toe aan ‘individuen of organisaties met uitzonderlijke verdiensten op het vlak van medisch onderzoek en medische dienstverlening in de strijd tegen besmettelijke en andere ziekten in Afrika’. De prijs is genoemd naar de Japanse bioloog die in 1928 stierf aan gele koorts in Ghana terwijl hij onderzoek verrichtte naar de ziekte. De Belgische dokter en wetenschapper Peter Piot is een wereldautoriteit op het vlak van onderzoek naar aids en de bestrijding ervan. Zo was hij van 1995 tot eind 2008 directeur van UNAIDS, de organisatie van de Verenigde Naties die wereldwijd aids bekampt. Sindsdien is Piot directeur van de London School of Hygiene and Tropical Medicine.
Ebola Peter Piot studeerde in 1974 af als arts aan de universiteit van Gent. In 1976 was hij een van de medeontdekkers van het ebolavirus in Zaïre, de huidige Democratische Republiek Congo. In 1980 behaalde hij een doctoraat in de microbiologie aan de Universiteit Antwerpen en begon zijn carrière aan het Instituut voor Tropische Geneeskunde in Antwerpen. In 2012 bracht hij zijn memoires uit: ‘Geen tijd te verliezen. Van ebola tot aids: een leven lang strijd tegen infectieziekten’. Hierin beschrijft de Belgische arts zijn merkwaardige internationale carrière: van jonge wetenschapper tot topmanager en hoofd van UNAIDS. Hij vertelt over
28 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
daalt het aantal personen dat jaarlijks de ziekte oploopt of eraan sterft. Nu komt het erop aan ervoor te zorgen dat de maatregelen een duurzaam effect blijven hebben. Daarvoor zijn verenigde krachten en zijn gevecht tegen aids en tegen de logge een goede werkverdeling nodig – zowel bureaucratie van staatshoofden en poliinternationaal als nationaal – op basis tieke leiders om hen ervan te overtuigen van een gedegen insteek voor hiv-aidsdat de tijd dringt. bestrijding in alle sectoren. En binnen de gezondheidssector is kwaliteitsvolle basisgezondheidszorg essentieel, met Aidspionier aandacht voor hiv-aids, seksuele gezondPeter Piot is een van de pioniers in de strijd heid en rechten en alle andere ziekten die tegen aids. Begin jaren 80 worden de eerste een hoge tol eisen. infecties met het toen nog onbekende hivvirus ontdekt. Eerst beperkt de epidemie Volgens aidsactivist Marc Heywood zijn we zich tot de westerse wereld, vooral onder amper halfweg in onze strijd tegen aids. druggebruikers en in de homoseksuele Vooral achtergestelde gestigmatiseerde gemeenschap, maar al groepen in landen gauw volgt de Afrikaanse met een gebrekkige pandemie. Piot vecht Nieuwe democratie lijden er tegen de stigmatisering ziekteverwekkers nog aan (Dimensie van seropositiviteit omdat 3, 1/2013). Maar ook zullen blijven discriminatie van de ziekte Peter Piot vindt dat informatiecampagnes, opduiken. We moeten we niet op onze laupreventie en behandeling dus gedurende vele weren kunnen rusbelemmert. ten: ‘Hoewel we vele jaren onze lokale en successen geboekt Als directeur van UNAIDS hebben, zijn besmetheeft Piot zich jarenlang globale inspanningen telijke ziekten verre ingezet om de farmaceu- volhouden. van onder controle, tische sector zo ver te vooral in Sub-Sahakrijgen om aidsmedicijraans Afrika. Nieuwe ziekteverwekkers nen tegen een lage prijs te verkopen in de zullen blijven opduiken. We moeten dus ontwikkelingslanden en de productie van gedurende vele jaren onze lokale en glogenerische geneesmiddelen aan te moebale inspanningen volhouden.’ digen. Maar hij beperkte zich niet tot de gezondheidssector alleen: UNAIDS stuurde Stefanie Buyst landen meer en meer aan op een multisectorale strategie en aanpak.
Strijd niet gestreden Vandaag is een nieuwe fase aangebroken: de jarenlange investeringen beginnen resultaten op te leveren. Voor het eerst
online www.cao.go.jp/noguchisho/ english/index.htm
Op stap met
Justitie
in Tunesië in de steigers Nabil (schuilnaam) kijkt me aan met ogen donker van woede: “We hebben met iedereen gesproken: politie, rechters, zelfs ministers. Maar allemaal zeggen ze: we kunnen niets doen. Als we geen antwoord krijgen, gaan we opnieuw de straat op, en deze keer zal het er hard aan toe gaan!” Zijn toon klinkt onmiskenbaar dreigend, en zijn pijn is immens groot. © ASF/ G. Van Moortel
De muren van Sidi Bouzid, waar de revolutie eind 2010 begon, getuigen van de strijd die nog steeds gaande is voor betere levensomstandigheden in Tunesië. December 2012.
D
eze ontmoeting heeft plaats drie maanden na die beruchte 14 januari 2011, de dag van de Tunesische revolutie, toen Ben Ali onder druk van de straat de macht uit handen moest geven en het land verliet. De broer van Nabil is wat ze hier noemen een ‘martelaar van de revolutie’. Hij bezweek onder de kogels van de politie die de betogingen probeerde te onderdrukken. Een brutale, onaanvaardbare dood. De familie zegt dat het voorval werd gefilmd. “De beelden tonen dat mijn broer koelbloedig werd vermoord, zonder aantoonbare reden. De politieman die de kogel afvuurde, is geïdentificeerd. De onderzoeksrechter beschikt over alle gegevens. Maar de politieman is nog steeds in functie!”, vervolgt de jonge man. Hoewel ik geen kennis heb van het dossier, klinkt het verhaal zeer geloofwaardig. Welke raad moet ik deze diepbedroefde familieleden geven? Terwijl ik opmerk dat geweld geen oplossing biedt en dat het beter is geduld te hebben, voel ik dat mijn woorden hun verdriet of hun gevoel van onrechtvaardigheid niet kunnen verzachten. Deze getuigenis illustreert een basisstelling van Advocaten zonder Grenzen (AdZG): geen nationale verzoening, sociale vrede of mogelijkheid tot wederopbouw zolang er geen gerechtigheid is geschied.
Dat is de grote opdracht die Tunesië te wachten staat. Het ‘systeem’ van Ben Ali stond bekend om zijn corruptie, zijn repressieve methodes en een justitie die in de greep was van de uitvoerende macht. Vraag is hoe de Tunesiërs na 40 jaar dictatuur tijdens deze broze overgangsperiode te begeleiden. Hoe gerechtigheid laten geschieden voor de misbruiken die werden begaan? Hoe eerherstel en schadevergoeding krijgen voor de slachtoffers? Dat zijn allemaal vragen waarop AdZG concrete antwoorden probeert te verstrekken. Sinds begin 2012 helpt onze organisatie de verenigingen van het maatschappelijk middenveld en de Tunesische advocaten duizenden schendingen van de mensenrechten uit het verleden in kaart te brengen. Dat is een taak die absoluut moet worden verricht nog vóór zaken zoals die van de broer van Nabil voor het gerecht worden gebracht. “Hier zijn het oude en het nieuwe rechtssysteem nauw met elkaar verweven,” zegt een advocate zonder omwegen. “Vaak is er zelfs geen sprake van een vermoeden van onschuld. In de ogen van de rechter is de verdachte al schuldig bevonden.” Daarom riep ons team een netwerk in het leven dat toeziet op de werking van de rechtsinstanties in het hele land, samen met de Ordre national des avocats tunisiens en la Ligue Tunisienne des Droits de l’Homme. Hun doel is: de gebrekkige werking van justitie onderzoeken en, vooral,
aanbevelingen formuleren met het oog op een betere eerbiediging van de rechten en vrijheden. Werkloosheid, onzekerheid en moeilijke leefomstandigheden: twee jaar na de ‘Arabische Lente’ heeft Tunesië nog altijd geen afdoend antwoord gevonden voor de pijnpunten die aan de basis lagen van de volksopstand die aan de broer van Nabil en tal van anderen het leven kostte. Ook wat dat aspect betreft, ondernemen we actie door opleidingen te organiseren zodat de advocaten over de rechten van kwetsbare groepen zoals de arbeiders in de textiel- en de mijnsector, kunnen onderhandelen en hen verdedigen. Tijdens een van mijn laatste bezoeken aan Tunis zei ons zendingshoofd me: “De frustraties en uitsluitingen moeten langs wettelijke weg worden geuit. Op die manier heeft de vreedzame overgang naar democratie kans op slagen.” Wat de verdediging van de civiele, politieke, economische of sociale rechten betreft, staat de Tunesische justitie in de steigers.
Wie ?
Lara Deramaix, Coördinatrice Strategie en Ontwikkeling, Advocaten zonder Grenzen
Wat ?
De toegang tot justitie voor de meest kwetsbare personen in postconflictlanden en/of ontwikkelingslanden bevorderen en steunen.
Waarom ?
Toegang tot justitie laat de slachtoffers van schendingen en misbruiken toe om hun mensenrechten te verdedigen, het draagt ook bij tot de opbouw van de rechtsstaat.
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 29
Puntkomma
Het Zuiden maakt opgang
Veel landen in het Zuiden ontwikkelen zich met een ongekende snelheid. Daardoor worden honderden miljoenen mensen uit de armoede getild en kunnen miljarden mensen toetreden tot een nieuwe globale middenklasse. Dat stelt het jongste Human Development Report van het VN-Ontwikkelingsprogramma UNDP.
I
onderwijs, gezondheidszorg en sociale n minder dan 20 jaar verdubbelden dienstverlening – en ze probeerden geleiChina en India hun economische delijk voordeel te halen uit de wereldoutput per capita. En tegen 2020 zal handel. Het goede nieuws betekent niet de gezamenlijke output van China, India dat we fluitend naar een en Brazilië groter zijn dan welvarende wereld toedie van de VS, Duitsland, Het Noorden stappen. Zo blijven er grote het Verenigd Koninkrijk, ongelijkheden binnen de Frankrijk, Italië en Canada. heeft meer landen. Maar de ontwikkelingsen meer het De wereldverhoudingen spurt gaat verder dan de Zuiden nodig. zijn drastisch verschoven. grote economieën van het Maar de wereldinstellinZuiden. Ruim 40 landen gen weerspiegelen die verandering nog waaronder Ghana, Chili, Thailand, Turniet. Zo heeft China - ’s werelds tweede kije, Bangladesh en Indonesië doen het economie - slechts een aandeel van 3,3% opvallend goed. in de Wereldbank, tegenover Frankrijk Opvallend is dat de succeslanden 4,3%. India, met ruim 1,2 miljard inwomeestal een gelijkaardig beleid voerden. ners, heeft niet eens een permanent zitje Ze investeerden sterk in hun mensen – via
Projectoproep
De Belgische Ontwikkelingssamenwerking lanceert een projectoproep omtrent ontwikkelingseducatie om het ondernemersveld in België te sensibiliseren aangaande millenniumdoelstelling 8 ‘Werken aan een mondiaal partnerschap voor ontwikkeling’ De projecten moeten plaatsvinden in België tussen 15.02.2014 en 14.02.2015. Er zijn drie indiendata voor dossieraanvragen vastgelegd. U vindt de volledige projectoproep en het aanvraagformulier op www.dg-d.be (luik sensibilisering)
30 mei-juni-juli 2013 I dimensie 3
in de VN-Veiligheidsraad. Ook Afrika – goed voor 1 miljard inwoners – is ondervertegenwoordigd. Als de wereldinstellingen niet volgen, gaat het Zuiden op zoek naar onderlinge samenwerking en alternatieve banken. Nu al klit het Zuiden meer en meer aan elkaar, niet alleen virtueel via mobiele telefonie en sociale media, maar ook door migratie. Het kan alle landen mee opwaarts stuwen. Ze worden immers steeds meer onderling afhankelijk. Het Zuiden heeft het Noorden nodig, maar meer en meer heeft ook het Noorden het Zuiden nodig.
online http://hdr.undp.org
Nieuwe overeenkomst met Benin
Op 28 februari 2013 werd een nieuw samenwerkingsprogramma tussen België en Benin goedgekeurd voor een totaalbedrag van 55 miljoen euro voor de periode 2013-2017. Net zoals bij de vorige programma’s zijn landbouw en gezondheidszorg de prioritaire sectoren.
B
elgië en Benin hebben uitstekende relaties. Dat weerspiegelt zich in een verdubbeling van de Belgische officiële hulp aan Benin in de afgelopen vijf jaar. Ook het uitvoeringspercentage van de samenwerkingsprogramma’s is aanzienlijk gestegen: van 6% in 2008 tot 51% in 2012. Toch staat Benin nog voor veel grote uitdagingen, zoals de versnelling van de hervormingen, de aanwakkering van de civiele maatschappij in haar rol als “burgerwacht”, de verbetering van het bestuur en het belang om elk verzet tegen verandering te counteren. Op al deze aspecten wil België blijven toezien.
© CICR
Boliviaanse indianen behalen FairWild-label Met de steun van het Belgische Trade for Development Center zijn de Boliviaanse Yuracare-indianen sinds november 2012 de trotse bezitters van het FairWild-label: een wereldprimeur. FairWild staat voor eerlijke producten die rechtstreeks uit de natuur geplukt worden. Voor de Yuracare-indianen uit het Amazonebekken was hun wilde cacao een veelbelovend product. Maar het behalen van het FairWild-label verliep niet van een leien dakje. Want naast de vereisten voor menswaardige arbeidsomstandigheden voor de plukkers en respect voor de natuur, zijn er ook scherpe criteria voor kwaliteit. Het Trade for Development Center (TDC) sprong met 88.500 euro bij. Daar werden onder meer opleidingen mee betaald, naast droog- en opslagplaatsen voor cacao. Tot het in november 2012 lukte: het FairWild-label was binnen! TDC is een programma van de Belgische Technische Coöperatie (BTC). © trade for development center
F
airWild is niet zomaar het zoveelste label: het vult een leemte. De criteria van de fair trade en biolabels volstonden immers niet voor wilde planten – of delen ervan – die rechtstreeks uit de natuur geplukt en dus niet gekweekt worden zoals noten, paddenstoelen en bessen. De plukkers mogen immers de natuur niet leegplunderen. Door een toenemende vraag in de voeding, de cosmetica en de geneeskunde drong de nood aan een label zich op. Het antwoord kwam in 2005 met FairWild, een Duits-Zwitsers initiatief. Vooral in Oost-Europa worden er wilde planten geplukt onder het FairWild-label: in Polen, Hongarije, Albanië, Bosnië-Herzegovina, Macedonië en Kazachstan. En nu ook in Bolivia. De mogelijkheid kwam er dankzij een hervorming door de Boliviaanse regering. De inheemse volkeren hebben nu het volle recht op hun voorouderlijke gronden. Daardoor kunnen zij de wilde planten die er groeien verhandelen.
CS
online www.rainforest-products.com www.fairwild.org www.befair.be
impact, nieuw BTC-magazine
IMPACT
Avril 2013 / Magazine thématique de la CTB - l’Agence belge de développement
santé
over de prioritaire sectoren Welke resultaten boekt BTC op het terrein? Hoe pakt het agentschap de interventies aan? Wat zijn de pijlers van haar werking op het terrein?
Het gloednieuwe BTC-magazine IMPACT geeft het antwoord op deze vragen. Elk nummer is gewijd aan een van de prioritaire sectoren van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. Het eerste nummer (april 2013) zet de gezondheidssector in de kijker; later volgen landbouw (najaar 2013), onderwijs (voorjaar 2014) en infrastructuur (najaar 2014). De titel IMPACT mag dan ambitieus lijken, uiteindelijk is het daarom dat ontwikkelingssamenwerking draait. Wat we doen, moet op duurzame wijze het leven van de mensen voor wie we werken, verbeteren. Experts van hoofdzetel en terrein doen uiteen hoe BTC dit probeert te realiseren, in de interventies, in de strategische aanpak en door expertise-uitwisseling. Bekijk het eerste nummer van IMPACT op: www.btcctb.org/nl/news/impact-gezondheidszorg
Internationaal verdrag over wapenhandel Het Rode Kruis België wees in de laatste Dimensie 3 op het groot aantal wapens dat wereldwijd in omloop is en op de noodzaak de wapenhandel te reglementeren. Dat is inmiddels gebeurd: een grote meerderheid binnen de Algemene Vergadering van de VN keurde op 2 april jongstleden het Internationaal Wapenhandelsverdrag goed (Arms Trade Treaty). Aan het verdrag gingen jaren voorbereidend werk en intense onderhandelingen vooraf. België en zijn partners legden duidelijke criteria vast voor de export van wapens, zoals de eerbiediging van de rechten van de mens. De export van wapens is verboden als er een risico is dat de wapens zullen worden gebruikt voor oorlogsmisdaden, misdaden tegen de mensheid of voor genocide. Voortaan moet men het risico inschatten of de geëxporteerde wapens zullen worden ingezet om geweld tegen burgers, met name vrouwen en kinderen, te plegen. België had er sterk op aangedrongen dat in de exportcriteria een clausule betreffende kindsoldaten zou worden opgenomen, zoals bepaald in de Belgische wetgeving. Het verdrag heeft een ruim toepassingsgebied en omvat naast oorlogswapens ook lichte en handvuurwapens, munitie en wapenonderdelen. Zowel de uitvoer, de invoer, de doorvoer als de tussenhandel worden gecontroleerd. Bedoeling is de handel in wapens transparanter te maken en aan iedereen dezelfde regels op te leggen. Het verdrag treedt in werking zodra het door 50 staten is bekrachtigd. In België werd de wet op 3 juni laatstleden getekend. België zelf is nog steeds gebonden door de gedragsregels inzake wapenhandel die binnen de Europese Unie van kracht zijn en die soms strenger zijn.
online http://www.dimensie-3.be/ magazine/2013-2/ > p24-25
dimensie 3 I mei-juni-juli 2013 31
Het Jaarverslag 2012 van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking laat u kennis maken met de evoluties en activiteiten in 2012.
2
012 was een bewogen jaar. Niet alleen werd de administratie DGD hervormd, ook de nieuwe ontwikkelingswet nam zijn aanloop, met een bijzondere aandacht voor mensenrechten en beleidscoherentie. Ondanks de budgettaire krimp in tijden van crisis, leverde dat toch een pluim op van het ontwikkelingscomité van de OESO. In deel 1 komt u meer te weten over deze evoluties.
Deel 2 belicht concreet de geografische programma’s en de humanitaire hulp, alsook de behaalde resultaten op het terrein. Niet alleen van de gouvernementele samenwerking via BTC, maar ook van de vele partners waaronder de ngo’s en de multilaterale instellingen. Van biologische cacao in Ecuador, een betere voedselzekerheid in Mali, opvang van Congolese vluchtelingen in Burundi tot de versterking van de rechtsstaat in de Arabische wereld: de succesverhalen zijn talrijk en gevarieerd. En deel 3 gaat in op Belgische activiteiten rond de Millenniumdoelen, dit keer met een focus op MDG 6 (aids, malaria), MDG 7 (duurzaam milieu) en MDG 8 (wereldpartnerschap voor ontwikkeling). Meteen werd voldaan aan de jaarlijkse rapportageverplichting aan het federaal parlement. ML
Het Jaarverslag 2012 is beschikbaar in het Nederlands en het Frans via www.dg-d.be of via het sturen van een mail naar:
[email protected]. Er kunnen ook samenvattingen bekomen worden in het Nederlands, Frans, Engels en Spaans via dezelfde website of mailadres.
DGD - directie-generaal ONTWIKKELINGSSAMENWERKING ontwikkelingssamenwerking EN HUMANITAIRE HULP Karmelietenstraat 15 • B-1000 Brussel Tel. +32 (0)2 501 48 81 • Fax +32 (0)2 501 45 44 E-mail :
[email protected] www.diplomatie.be • www.dg-d.be
© DGD/Thomas Hiergens
Jaarverslag 2012 is beschikbaar