Dienstbeschrijving SURFnet7
Auteur(s):
Richa Malhotra, Alexander van den Hil
Versie:
1.23
Datum:
Juni 2014
Radboudkwartier 273 3511 CK Utrecht
Postbus 19035 3501 DA Utrecht
030 - 2 305 305
[email protected] www.surfnet.nl
ING Bank NL54INGB0005936709 KvK Utrecht 30090777 BTW NL 0089.60.173.B01
Dienstbeschrijving SURFnet7
Inhoudsopgave 1 Inleiding ........................................................................................................................................... 4 2 Algemene beschrijving SURFnet7 ................................................................................................ 6 2.1 De fysieke aansluiting op SURFnet7 ....................................................................................... 7 2.2 Eén of meer diensten per fysieke poort ................................................................................... 9 3 SURFinternet ................................................................................................................................. 10 3.1 Inleiding .................................................................................................................................. 10 3.2 Standaard aansluitingen voor SURFinternet ......................................................................... 11 3.3 Uitwerking aansluitschema’s .................................................................................................. 12 3.4 IP Multicast............................................................................................................................. 16 4 Lichtpaden ..................................................................................................................................... 17 4.1 Inleiding .................................................................................................................................. 17 4.2 De voordelen .......................................................................................................................... 17 4.3 Internationaal ......................................................................................................................... 18 4.4 XaaS & Cloud......................................................................................................................... 18 4.5 Aansluitschema’s ................................................................................................................... 19 5 OnDemand lichtpaden .................................................................................................................. 23 6 SLS en karakteristieken van de dienstverlening ....................................................................... 24 7 Tarieven ......................................................................................................................................... 25 7.1 8.1 Aansluitmodellen .............................................................................................................. 25 7.2 Aanvullende diensten ............................................................................................................. 25
Deze publicatie is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Unported licentie Meer informatie over deze licentie vindt u op http://creativecommons.org/licenses/by/3.0/deed.nl
Dienstbeschrijving SURFnet7
8 Aanvraag, wijziging en storingen ................................................................................................ 28 8.1 Aanvraagprocedure................................................................................................................ 28 8.2 Contractduur .......................................................................................................................... 28 8.3 Levertijd.................................................................................................................................. 28 8.4 Wijzigingen ............................................................................................................................. 28 8.5 Storingen ................................................................................................................................ 28 8.6 Werkzaamheden .................................................................................................................... 29 9 Gebruikte afkortingen en begrippen ........................................................................................... 30
3/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
1
Inleiding
Voor u ligt de dienstbeschrijving van SURFnet7. In dit document vindt u alles over de netwerkdienstverlening die SURFnet zal aanbieden op het nieuwe netwerk SURFnet7. SURFnet7 maakt onder andere de volgende nieuwe functionaliteiten beschikbaar: • • • •
Hogere bandbreedtes: Aansluitingen tot 100Gbit/s mogelijk Efficiëntere verbindingen door multiplexing Meerdere netwerk services via 1 poort In de toekomst ook multipoint connectiviteitservices door middel van E-LAN’s.
De grote verbeterslag die SURFnet heeft bereikt met het SURFnet7 netwerk ten opzichte van SURFnet6 is dat er slechts 1 servicelaag nodig is voor zowel de SURFinternet als de SURFlichtpaden dienstverlening. Daarmee is een sterke vereenvoudiging van het netwerk en efficiënter gebruik van infrastructuur bereikt en is er bovendien ruimte ontstaan om de resilience van het netwerk te verbeteren. SURFnet7 biedt naast de hierboven beschreven nieuwe functionaliteit ook de diensten die reeds werden aangeboden in SURFnet6. Voor aangesloten instellingen is de migratie van diensten, met exact dezelfde specificaties, naar SURFnet7 hierdoor gewaarborgd. SURFnet7 zelf is echter geen eenvoudige 1-op-1 vervanging van SURFnet6. Het vervangt de SDH technologie door Carrier Ethernet technologie van Ciena, wat ook in de toekomst meer mogelijkheden biedt om het portfolio uit te breiden en nieuwe netwerkdiensten te introduceren. 1
Ook de instellingen en onderzoeksprojecten met groeiende bandbreedtebehoefte, zoals NEXPReS , 2 LHC , e.d., kunnen goed worden ondersteund met de introductie van 100GE interfaces. Eén van de grote verschillen tussen Ethernet en SDH netwerken is dat Ethernet netwerken statistische multiplexing als basiseigenschap heeft; een eigenschap die juist ontbreekt in SDH netwerken. Statistisch multiplexen is eigenlijk niet anders dat het efficiënt samenvoegen van datapakketjes, en is typisch in tegenspraak met gegarandeerde bandbreedte diensten. Echter, Carrier Ethernet heeft zich de laatste jaren zodanig ontwikkeld dat bandbreedte garanties gemanaged kunnen worden. Hierin ziet SURFnet een grote stap voorwaarts in het schaalbaar maken van het SURFnet7 netwerk, omdat “idle” bandbreedte nu efficiënt gebruikt kan worden. Dit leidt tot een efficiënt, duurzaam netwerk met de ruime, onbeperkte capaciteit waar ook de voorgangers van SURFnet7 al bekend om stonden. Ook biedt de SURFnet7 apparatuur de mogelijkheid om op 1 fysiek koppelvlak (1GE, 10GE of 100GE poort) meerdere diensten aan te bieden. Hiermee is het mogelijk om bijvoorbeeld de IP-dienst, een lichtpad en dynamische lichtpaden op 1 fysieke poort te termineren. Dit type aansluiting versnelt het opleverproces van bijvoorbeeld een lichtpad doordat er geen on-site handelingen meer verricht hoeven worden als de fysieke aansluiting eenmaal aanwezig is. Hoewel het in SURFnet7 mogelijk is om vaste lichtpaden te gebruiken, is het in dit netwerk vanzelfsprekend dat de genoemde netwerkdiensten ook door de ICT beheerder, de gebruiker of zelfs een applicatie opgezet kunnen worden. OnDemand activatie zorgt voor een kortere doorlooptijd en
1
Meer informatie over NEXPReS is te vinden op op http://www.nexpres.eu
2
Meer informatie over LHC is te vinden op http://public.web.cern.ch/public/en/LHC/
4/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
een eenvoudige provisioning van nieuwe netwerkdiensten. Zeker als dit in combinatie wordt gedaan met andere diensten zoals storage en computing biedt dit veel voordelen qua dynamiek. In deze dienstbeschrijving leest u alles over de diensten die beschikbaar zijn op SURFnet7. Heeft u behoefte aan verdere uitleg over SURFnet7 neemt u dan contact op met uw SURFnet accountadviseur.
5/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
2
Algemene beschrijving SURFnet7
SURFnet7 maakt gebruik van 11.000 km glasvezelverbindingen binnen Nederland en voor verbindingen met naburige landen. De verbindingen tussen de 21 corelocaties, verspreid over het land, worden belicht met CPL (Common Photonic Layer) optische apparatuur van Ciena. Met deze apparatuur kunnen de glasvezelverbindingen worden belicht met maximaal 88 verschillende golflengtes die 10 Gbps kunnen transporteren. Instellingen kunnen direct aangesloten worden op deze corelocaties. Daarnaast lopen vanaf deze locaties ook zogenaamde GigaMan verbindingen en/of regioringen. Deze ringen verbinden de kleinere PoP’s met de corelocaties om daar instellingen aan te sluiten.
Figuur 1 – SURFnets glasvezelverbindingen
6/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
De glasvezelverbindingen, de optische apparatuur en de Carrier Ethernet apparatuur van Ciena zorgen samen met de 2 Juniper corerouters in Amsterdam voor een state of the art netwerk met de volgende uitgangspunten:
2.1
•
Geen belemmeringen in capaciteit Het netwerk biedt ruim voldoende bandbreedte om data-intensieve researchprojecten en ICTtoepassingen te kunnen bedienen;
•
Efficiënt Er wordt op een efficiënte wijze gebruik gemaakt van de apparatuur, glasvezels en andere resources waardoor kosten in de hand gehouden kunnen worden zonder daarbij op performance in te leveren;
•
Gemak en laagdrempeligheid SURFnet7 biedt met OnDemand lichtpaden de mogelijkheid om snel netwerkdiensten te activeren of te deactiveren naar een willekeurige locatie binnen het SURFnet7 netwerk en in de toekomst ook daarbuiten;
•
Continuïteit Het netwerk is voorzien van dubbel uitgevoerde apparatuur en redundante elektrische voedingen. Hiermee worden storingen door defecten en spanningsuitval zoveel mogelijk voorkomen;
•
Klaar voor integratie met cloud providers Snelle verbindingen met het Internet en met het optische knooppunt NetherLight zorgen ervoor dat SURFnet7 een perfect transportnetwerk is voor high performance cloud services. Door gebruik te maken van lichtpaden wordt ook de veiligheid bij community of private clouds gewaarborgd.
De fysieke aansluiting op SURFnet7
De fysieke aansluiting is het koppelvlak op een patchpaneel (ODF) binnen een SURFnet PoP (Point of Presence) waar de instelling haar apparatuur op aansluit. De fysieke aansluiting is tevens het demarcatiepunt van de infrastructuur tussen enerzijds het SURFnet-netwerk en anderzijds het netwerk van de instelling. De apparatuur die geplaatst wordt binnen een SURFnet PoP wordt met tenminste twee geografisch gescheiden glasvezelverbindingen opgenomen in het SURFnet netwerk. Dit om uitval van diensten te voorkomen bij een vezelbreuk of onderhoud aan de glasvezels.
7/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Voor de fysieke aansluiting bestaan de volgende mogelijkheden: 1 Gigabit per seconde, ofwel 1 Gbit/s aansluiting: Aansluiting conform Ethernetstandaard IEEE 802.3z Interface instellingszijde
Vezeltype en connector op
Maximale afstand
ODF 1000Base-SX
Multi-Mode fiber, SC/PC
500 meter
connector 1000Base-LX
Single-Mode fiber, SC/PC
5 kilometer
connector 1000Base-ZX
Single-Mode fiber, SC/PC
70 kilometer
connector
10 Gigabit per seconde, ofwel 10 Gbit/s aansluiting Aansluiting conform Ethernetstandaard IEEE 802.3ae Interface instellingszijde
Vezeltype en connector op
Maximale afstand
ODF 10GBase-SR
Multi-Mode fiber, SC/PC
100 meter
connector 10Gbase-LR
Single-Mode fiber, SC/PC
10 kilometer
connector
3
100 Gigabit per seconde , ofwel 100 Gbit/s aansluiting conform Ethernetstandaard IEEE 802.3ba Interface instellingszijde
Vezeltype en connector op
Maximale afstand
ODF 100Gbase-LR4
Single-Mode fiber, SC/PC
10 kilometer
connector
Afhankelijk van de functionele of redundantie eisen van de dienst, zoals beschreven in de volgende hoofdstukken, kunnen meer fysieke aansluitingen worden afgenomen.
3
100 Gbit/s aansluitingen komen in de loop van 2013 beschikbaar.
8/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
2.2
Eén of meer diensten per fysieke poort
De fysieke aansluiting kan worden gebruikt voor één enkele netwerkdienst. Deze poort wordt SSP (Single Service Port) genoemd. In dit geval wordt de volledige bandbreedte toegewezen aan deze dienst. Daarnaast is het ook mogelijk een poort af te nemen waarop meer netwerkdiensten tegelijk kunnen worden afgenomen. Bij deze MSP aansluiting (Multiple Service Port) wordt de beschikbare bandbreedte verdeeld. Hoeveel bandbreedte kan worden gebruikt voor een bepaalde dienst wordt bij het activeren van de dienst ingesteld. De verschillende diensten worden van elkaar gescheiden door VLAN tags (IEEE 802.1Q). Op iedere MSP kunnen tot 10 verschillende diensten worden getermineerd. Doordat meerdere lichtpaden op één MSP poort getermineerd worden, wordt efficiënt omgegaan met interfaces. Een MSP van bijvoorbeeld 10G is daarmee een goed alternatief voor meerdere 1G lichtpaden. Daarnaast kan een dienst eenvoudig worden toegevoegd aan een MSP zonder dat hardware geïnstalleerd dient te worden. Zie hieronder een voorbeeldindeling van een fysieke poort in meerdere netwerkdiensten. Het is mogelijk een geheel andere indeling van services en bandbreedtes te maken op een MSP.
SURFlichtpad
SURFlichtpad
SURFlichtpad
OnDemand lichtpad
Vrij
2 Gbit/s
1 Gbit/s
2 Gbit/s
3 Gbit/s
2 Gbit/s
10 Gbit/s MSP Interface
Figuur 2 – Meer netwerkdiensten per poort
In de volgende hoofdstukken worden SURFnets netwerkdiensten behandeld. Ook wordt daarbij aangegeven of deze diensten beschikbaar zijn op een MSP aansluiting.
9/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
3
SURFinternet
3.1
Inleiding
De dienst SURFinternet vormt met een aansluiting op SURFnet7 de basis voor veilige en snelle toegang tot het Internet. Bij het aansluiten kan gekozen worden uit een fysieke aansluiting van 1, 10 of 4 100 gigabit per seconde. De mogelijkheden hiervoor zijn besproken in hoofdstuk 2.1. Uiteraard ondersteunt SURFinternet op SURFnet7 zowel IPv6 als IPv4. Daarnaast ondersteunt het netwerk multicast. Ook internationaal is de SURFinternet dienst goed ontsloten. Naast vele peerings over de 60 Gbit/s verbinding met de Amsterdam Internet Exchange (AMS-IX) en de 10 Gbit/s verbinding met NL-IX heeft SURFnet7 koppelingen met: • • • •
Europese research netwerken via GÉANT LINX (London Internet Exchange) BNIX (Belgium National Internet Exchange) Diversen (waaronder Google en diverse ISP’s)
60 Gbit/s 10 Gbit/s 10 Gbit/s ~60 Gbit/s 5
Voor al het overige verkeer heeft SURFnet koppelingen met upstream providers : • •
KPN GTT
2x 10 Gbit/s 2x 10 Gbit/s
Deze aansluitingen tezamen zorgen voor een optimale connectiviteit met het gehele Internet. De logische aansluiting De logische IP-aansluiting bestaat uit de volgende varianten van IP die in de dienstverlening worden onderscheiden: • • • •
IPv6 Unicast IPv4 Unicast IPv6 Multicast IPv4 Multicast
Bovenstaande protocollen kunnen in combinatie op de fysieke IP-aansluiting worden geleverd. De routerapparatuur van de aangesloten instelling die direct met het SURFnet-netwerk is verbonden krijgt vanuit SURFnet één of, indien noodzakelijk, meerdere IP adressen toegewezen. Dit kunnen IPv6 adressen en/of IPv4 adressen zijn. SURFnet is geregistreerd houder van deze IP adressen en belast met de administratie, afhandeling en beheer van deze SURFnet-adressen. Reeds aangesloten instellingen die gebruik maken van IPv4, maar nog niet van IPv6 kunnen ondersteuning krijgen bij de uitrol van IPv6 binnen het instellingsnetwerk. SURFnet biedt deze ondersteuning in de vorm van een supportteam. Dit supportteam kan zonder meerkosten 2 dagen onsite hulp bieden bij de planvorming en de configuratie van IPv6.
4
100 Gbit/s aansluitingen komen in de loop van 2013 beschikbaar.
5
In de loop van 2012 worden deze koppelingen opgewaardeerd naar 20 Gbit/s.
10/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Adresruimte & DNS De IP-ranges, benodigd voor de adressering van systemen binnen het instellingsnetwerk, worden 6 door SURFnet verstrekt. Het verstrekken van IPv6 adresruimte zal aan de hand van een nummerplan soepel verlopen. Vanwege de schaarste aan IPv4 adressen zal duidelijk beargumenteerd moeten worden hoeveel adressen benodigd zijn en waarvoor deze ingezet zullen worden. De verstrekte adresruimte wordt ook geregistreerd bij RIPE. De instelling is zelf verantwoordelijk voor het verzorgen van (reverse) DNS voor de IP-range die voor haar op het Internet wordt gerouteerd. SURFnet zal zorg dragen voor benodigde koppeling voor reverse DNS en biedt daarbij op verzoek een secundaire (back-up) DNS server. Meer informatie is te vinden op de SURFnet website bij de diensten SURFinternet en SURFdomeinen. Routering De routering zorgt voor de uitwisseling van informatie met betrekking tot de onderlinge bereikbaarheid van netwerkcomponenten en IP-netwerken. Afhankelijk van een aantal factoren (zoals locatie en apparatuur) zijn de volgende mogelijkheden beschikbaar voor routering tussen SURFnet en de aangesloten instelling: •
Statische routering; SURFnet zal vanuit het netwerk de toegewezen IP-ranges naar de instelling routeren en de instelling dient de route richting SURFnet op te zetten. Het Virtual Router Redundancy Protocol (VRRP) zal worden ingezet aan de SURFnet-zijde (en optioneel aan instellingszijde) om resilience te bieden over de twee paden tussen de instellingsrouter en de SURFnet routers.
•
BGP routering; hierbij dient de instelling zelf haar IP-ranges door het BGP protocol te adverteren. SURFnet zal met deze informatie beveiligingsmaatregelen nemen ter voorkoming van foutief geadverteerde IP-ranges. Bij BGP routering is het overigens niet noodzakelijk om de volledige internet BGP routing tabel te gebruiken.
•
Voor aansluitingen met BGP routering is tevens Bidirectional Forwarding Detection (BFD) beschikbaar. Door gebruik te maken van het BFD protocol wordt, indien er een storing op de primaire verbinding optreedt, aanzienlijk sneller op het secundaire (back-up)pad overgeschakeld.
3.2
Standaard aansluitingen voor SURFinternet
In het SURFnet-netwerk zijn drie standaard IP aansluitschema’s. In de volgende tabel staan deze beschreven: Schema
Naam Aansluiting
Fysieke aansluiting
Routering
A
Protected statisch
1x 1/10/100G of op
Statisch (VRRP aan
MSP
SURFnet zijde)
1x 1/10/100G of op
BGP (2 sessies; 1 sessie
B
Protected BGP
per SURFnet corerouter) +
6
Een handleiding voor het opstellen van een IPv6 nummerplan is beschikbaar op http://www.surfnet.nl
11/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Schema
C
Naam Aansluiting
Redundant BGP
Fysieke aansluiting
Routering
MSP
optioneel BFD
1 x 1/10/100G + 1 x
BGP (2 sessies; 1 sessie
1/10/100G (via 2
per SURFnet
gescheiden
corerouter/instellingsrouter)
instellingsrouters).
+ optioneel BFD
Ook in combinatie met MSP’s mogelijk
• •
Nb1. Bij de logische aansluiting kan uit alle varianten worden gekozen (IPv6/IPv4/combi) Nb2. Buiten deze schema’s is eventueel maatwerk mogelijk.
De kenmerken van elk schema zijn in onderstaande tabel weergegeven. Schema
Naam Aansluiting
A
Protected statisch
B
Protected BGP
C
Redundant BGP
Schema
Beschrijving
A
1 fysieke interface VRRP op SURFnet routers gescheiden werkende en beschermende route
B
1 fysiek interface BGP (+optioneel BFD) gescheiden werkende en beschermende route
C
2 fysieke interfaces BGP (+optioneel BFD) twee gescheiden werkende routes
3.3
Uitwerking aansluitschema’s
Aansluitschema’s en levermogelijkheden In deze paragraaf zullen de aansluitschema’s nader worden toegelicht. In overleg met de afdeling Account Advisering van SURFnet kan uit de beschikbare aansluitschema’s worden gekozen.
12/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Schema A: Protected statisch In schema A sluiten instellingen aan met één fysieke poort op het SURFnet-netwerk. De instelling zet vanuit haar interne netwerk een statische default route op naar het SURFnet VRRP adres op de logische router (zie figuur). SURFnet zet vanaf beide corerouters een statische route van de bij de instelling behorende IP-range richting de instellingsrouter.
Core Router A
Core Router B
Logische router
SURFnet7 Carrier Ethernet Netwerk
SURFnet
Routing
Instelling Fysieke verbinding
Fysieke router
Figuur 2 – Protected statisch
In dit schema alloceert SURFnet één /64 IPv6 en één /29 IPv4 nummerblok op de koppeling tussen de instellingsrouter en de SURFnet corerouters.
13/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Schema B: Protected BGP In schema B sluiten instellingen aan middels één fysieke poort op het SURFnet-netwerk.
Core Router A
Core Router B
SURFnet7 Carrier Ethernet Netwerk
Routing
SURFnet Instelling
Fysieke verbinding Vlans Fysieke router
Figuur 3 – Protected BGP
Voor de routering dient BGP te worden geconfigureerd op beide routers van SURFnet en de router van de instelling. De instelling en SURFnet zetten hiervoor twee BGP peerings op. Één peering tussen de instellingsrouter en SURFnet router A en Één peering tussen de instellingsrouter en SURFnet router B. Het verkeer van de aangesloten instelling wordt in het SURFnet-netwerk in twee VLANs geplaatst. Een VLAN tussen de instellingsrouter en SURFnet router A en een VLAN tussen de instellingsrouter en SURFnet router B. De VLANs zullen zodanig worden geconfigureerd dat zij qua infrastructuur over geheel gescheiden routes lopen. Binnen elk van deze VLANs wordt een BGP sessie opgezet. Optioneel kan gebruik gemaakt worden van BFD om de eventuele overschakeling naar het back-up pad aanzienlijk sneller te laten verlopen. De router van de aangesloten instelling dient echter wel BFD voor BGP te ondersteunen om hiervan gebruik te kunnen maken. In dit schema alloceert SURFnet twee /64 IPv6 en twee /30 IPv4 nummerblokken ten behoeve van de BGP peerings.
14/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Schema C: Redundant BGP In schema C sluit de instelling met twee fysieke interfaces (door middel van tweede fysiek gescheiden routers) aan op het SURFnet-netwerk.
Core Router A
Core Router B
SURFnet7 Carrier Ethernet Netwerk Routing Fysieke verbinding
SURFnet Instelling
Instellings router A
Instellings router B
Figuur 4 – Redundant BGP
Voor de routering dient BGP te worden geconfigureerd op beide routers van SURFnet en op beide routers van de instelling. De instelling en SURFnet zetten hiervoor twee BGP peerings op. Één peering tussen instellingsrouter A en SURFnet router A en Één peering tussen instellingsrouter B en SURFnet router B. Optioneel kan gebruik gemaakt worden van BFD om de eventuele overschakeling naar het back-up pad aanzienlijk sneller te laten verlopen. De router van de aangesloten instelling dient echter wel BFD voor BGP te ondersteunen om hiervan gebruik te kunnen maken. In dit schema alloceert SURFnet voor twee /64 en twee /30 IPv4 nummerblokken ten behoeve van de BGP peerings.
15/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
3.4
IP Multicast
Multicast maakt het mogelijk dat een datastroom, bijvoorbeeld real-time multimediatoepassingen, van een server naar meerdere ontvangers efficiënt door het netwerk wordt getransporteerd. Hierbij wordt een voor ontvangers identieke datastroom slechts 1 maal over een verbinding getransporteerd. Als een instelling van IP Multicast gebruik wenst te maken, zal op de koppeling met de instelling het PIM-SM protocol geconfigureerd worden. Ook dient binnen het instellingnetwerk het PIM-SM protocol gebruikt te worden en een Rendez-vous-point geïnstalleerd te worden. SURFnet biedt ondersteuning bij de configuratie van multicast in de vorm van een supportteam. Dit supportteam kan zonder meerkosten 2 dagen on-site hulp bieden bij het activeren van multicast.
16/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
4
Lichtpaden
4.1
Inleiding
Het SURFnet7-netwerk maakt gebruik van Carrier Ethernet technologie om lichtpaden op te zetten tussen verschillende eindpunten in het netwerk. Deze lichtpaden zijn niet beperkt tot de landsgrenzen 7 maar kunnen via NetherLight , het pan-Europese GÉANT-netwerk of de cross-border verbindingen van SURFnet gekoppeld worden met buitenlandse (research-)netwerken die in toenemende mate dezelfde functionaliteit bieden. Een lichtpad kan eenvoudig omschreven worden als een punt-punt verbinding. Voor ieder lichtpad wordt capaciteit in het netwerk beschikbaar gesteld. Tevens worden lichtpaden ‘aangelegd’ over zo optimaal mogelijke routes om de latency en jitter van de verbinding zo laag mogelijk te houden. Lichtpaden worden in een aantal varianten aangeboden, waarbij onder andere de mate van resilience en de geboden capaciteit kunnen variëren. SURFnet biedt lichtpaden met een Ethernet koppelvlak. Lichtpaden op dedicated poorten zijn beschikbaar met de volgende bandbreedtes: 10 Gbit/s, 1 Gbit/s, 750 Mbit/s, 500 Mbit/s en 250 Mbit/s. Daarnaast is het ook mogelijk om meerdere lichtpaden over 1 interface te transporteren via MSP’s. Om protectie te bieden tegen storingen en vezelbreuken zijn verschillende varianten beschikbaar. De mogelijkheden worden in dit hoofdstuk besproken.
4.2
De voordelen
Een lichtpad biedt vooral een oplossing in situaties waarin er speciale eisen gelden op het gebied van capaciteit, kwaliteit en/of veiligheid. Lichtpaden bieden de volgende voordelen: 1. Bandbreedte/capaciteit De maximale bandbreedte van verbindingen via lichtpaden is gegarandeerd. Lichtpaden zijn beschikbaar met snelheden van 250 Mbit/s, 500 Mbit/s, 750 Mbit/s, 1 Gbit/s en 10 Gbit/s. 2. Transparantie Een lichtpad is onafhankelijk van de daarover te gebruiken protocollen. SURFnet biedt lichtpaden aan met een Ethernet koppelvlak. 3. Kwaliteit Lichtpaden worden gebouwd met behulp van Carrier Ethernet technologie in combinatie met optische apparatuur. Deze technologie is eenvoudiger en daardoor robuuster dan traditionele Ethernet technologie, zoals gebruikt in LAN’s, waardoor de beschikbaarheid hoger is. Gegevens gaan daarbij direct naar de eindbestemming waarbij de gegevensstromen een hoge mate van stabiliteit kennen. De latency is hierdoor voorspelbaar en jitter is verwaarloosbaar. De maximale delay van een lichtpad in het SURFnet domein, gemeten van poort tot poort, is minder dan 10 milliseconden waarbij wordt
7
Meer informatie over NetherLight is beschikbaar via http://www.netherlight.net/
17/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
uitgegaan van de maximale geografische afstand over het netwerk die een lichtpad kan volgen (bijvoorbeeld van Groningen naar Maastricht). 4. Veiligheid Een lichtpad is een directe verbinding tussen twee eindpunten, buiten het gerouteerde Internet om. De veiligheidsproblemen die voorkomen op het Internet doen zich bij toepassing van lichtpaden niet voor omdat van een lichtpad erg veilig is. 5. Internationale uitbreidbaarheid Lichtpaden hoeven niet te eindigen aan de grens van het land of bij de grens van SURFnet. Meer informatie over de internationale mogelijkheden van lichtpaden staan beschreven in het volgende hoofdstuk.
4.3
Internationaal
SURFnet biedt mogelijkheden om internationaal punt-punt verbindingen op te zetten door middel van lichtpaden. In steeds meer landen bieden researchnetwerken lichtpad functionaliteit of bereiden zich voor op het leveren hiervan. Hoewel er intensief wordt gewerkt aan het standaardiseren van provisioning van internationale lichtpaden is het internationaal koppelen van lichtpaden nog maatwerk. Per verzoek wordt door SURFnet uitgezocht of een bestemming buiten SURFnet door middel van een lichtpad bereikbaar is. Voor lichtpaden naar bestemmingen binnen Europese NREN’s zijn lichtpaden beschikbaar via het Europese GÉANT-netwerk en/of via de cross-border verbindingen van SURFnet in Hamburg, Brussel, Geneve, Parijs, Londen, Aken en Hasselt. 8
Lichtpaden worden internationaal met elkaar ook verbonden via Open Lightpath Exchanges . Het door SURFnet opgerichte NetherLight in Amsterdam heeft zich ontwikkeld tot een van de grootste Open Lichtpad Exchanges in de wereld. Voor bestemmingen buiten Europa kan via NetherLight gekoppeld 9 worden met participanten in GLIF (Global Lambda Integrated Facility) .
4.4
XaaS & Cloud
Meer en meer worden ICT diensten afgenomen in de cloud als ‘Software as a Service’ (SaaS), ‘Platform as a Service’ (PaaS) of ‘Infrastructure as a Service’ (IaaS). Vooral bij de laatste twee varianten bestaat vaak de behoefte aan een snelle verbinding naar deze cloud aanbieder en/of inbedding in de eigen infrastructuur. Lichtpaden zijn bij uitstek geschikt voor deze toepassingen. Door de bandbreedte garanties en de lage latency van lichtpaden kan bijvoorbeeld storage en computing ontsloten worden vanuit de cloud naar het campusnetwerk. Doordat lichtpaden hun data transporteren via Ethernet verbindingen is het tevens mogelijk om de IP-adressen van de eigen instelling te gebruiken. Het is zelfs mogelijk om diensten logisch achter een eigen firewall te plaatsen. Bovenstaande mogelijkheden zijn afhankelijk van wat een aanbieder van cloud services kan leveren. SURFnet levert aanbieders, die in staat zijn om via Ethernet hun diensten te leveren, een aansluiting
8
Deze open exchanges staan ook bekend als GOLE (GLIF Open Lightpath Exchange).
9
Meer informatie over GLIF is beschikbaar via http://www.glif.is/
18/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
op NetherLight. Via NetherLight kan een lichtpad opgezet worden tussen de dienstaanbieder en de afnemende instelling. Kijk voor meer informatie op www.netherlight.net
4.5
Aansluitschema’s
Aansluitschema’s en levermogelijkheden lichtpaden Om de continuïteit te waarborgen biedt SURFnet een aantal mogelijke opties voor het resilient uitvoeren van netwerken met behulp van lichtpaden. • • • •
Schema A: Enkelvoudig lichtpad Schema B: Protected lichtpad Schema C: Redundant lichtpad Schema D: OPN, combinaties van lichtpaden
Deze varianten worden in de volgende paragrafen besproken. SURFnet biedt ondersteuning bij de inzet van lichtpaden in de vorm van een supportteam. Dit supportteam kan zonder meerkosten 2 dagen on-site hulp bieden bij onderwerpen rondom ontwerp, beveiliging, inbedding binnen campusinfrastructuur van lichtpaden e.d. Schema A: Enkelvoudig lichtpad Een enkelvoudig lichtpad biedt een verbinding over het SURFnet netwerk die enkelvoudig is uitgevoerd. SURFnet raadt het gebruik van enkelvoudige lichtpaden echter af in verband met onderbrekingen bij onderhoudswerkzaamheden en storingen aan fibers. In specifieke gevallen waarbij deze onderbrekingen acceptabel zijn kan deze vorm ingezet worden. Enkelvoudige lichtpaden kunnen zowel op een dedicated interface als op een MSP worden aangeboden.
SN7 Node SN7 Node SN7 Node
SN7 Node
SURFnet7 Carrier Ethernet Netwerk
SN7 Node
SN7 Node Actief pad
Figuur 5 – Enkelvoudig lichtpad
19/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Schema B: Protected lichtpad Een protected lichtpad biedt resilience door gebruik te maken van een zogenaamde werkende en een beschermende route in het netwerk. Wanneer op het werkende pad een incident – zoals een vezelbreuk – optreedt schakelt de apparatuur in het SURFnet-netwerk automatisch over naar het andere pad, zodat de onderbreking minimaal blijft. Nadat een de verstoring verholpen is, zal het lichtpad terugvallen naar het originele pad. Hierdoor gebruikt het lichtpad altijd de kortste route en dus de laagst mogelijke latency. In tegenstelling tot een redundant lichtpad is de capaciteit van het lichtpad in het netwerk enkelvoudig beschikbaar, maar wordt de protectie in dit geval door het netwerk geborgd. Ook beschermt een protected lichtpad, door de enkelvoudige aansluiting, niet tegen uitval van apparatuur op de eindlocaties.
SN7 Node SN7 Node SN7 Node
SN7 Node
SURFnet7 Carrier Ethernet Netwerk
SN7 Node
SN7 Node Back-up pad Actief Pad
Figuur 6 – Protected Lichtpad
Protected lichtpaden kunnen zowel op een dedicated interface als op een MSP worden aangeboden.
20/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Schema C: Redundant lichtpad Een redundant lichtpad kan gecreëerd worden door middel van twee enkelvoudige paden, waarbij gebruik wordt gemaakt van volledig gescheiden geografische routes. De aansluiting bestaat aan beide zijden uit twee poorten en in feite is er daardoor sprake van een dubbele capaciteit van het lichtpad zolang beide paden operationeel zijn. Het realiseren van resilience is in dit geval de verantwoordelijkheid van de gebruiker(s) van het lichtpad. Deze variant is bij uitstek geschikt voor instellingen die ook in hun lokale infrastructuur beschikken over een redundant uitgevoerde configuratie. Redundante lichtpaden kunnen zowel op een dedicated interface als op een MSP worden aangeboden.
SN7 Node SN7 Node SN7 Node
SN7 Node
SURFnet7 Carrier Ethernet Netwerk
SN7 Node
SN7 Node Actief pad Actief Pad
Figuur 7 – Redundant Lichtpad
21/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Schema D: OPN’s Met behulp van lichtpaden kan een Optical Private Network (OPN) worden opgezet. Een Optical Private Network (OPN) is een privaat netwerk samengesteld uit vaste lichtpaden waarvan het gebruik geheel wordt bepaald vanuit de toepassing, door de eigenaar van die toepassing. Zo kan een instelling met meerdere vestigingen met behulp van een OPN de nevenvestigingen op transparante wijze koppelen aan de hoofdvestiging, waardoor een eenvoudig te beheren landelijk of zelfs internationaal dekkend netwerk ontstaat. Indien een instelling een OPN wil realiseren zal in samenspraak met SURFnet een optimaal ontwerp worden vastgesteld. Enkelvoudige, redundante en protected lichtpaden vormen daarbij de bouwstenen voor een OPN. Door het gebruik van MSP’s kan efficiënt gebruik gemaakt worden van poorten op locaties waar meerdere lichtpaden binnenkomen. In de onderstaande figuur is een willekeurig OPN afgebeeld. Lichtpaden kunnen in verschillende varianten qua type en bandbreedte worden samengevoegd om aan de eisen voor bijvoorbeeld de ontsluiting van dislocaties te voldoen.
SN7 Node
SN7 Node
SN7 Node
SURFnet7 Carrier Ethernet Netwerk
SN7 Node
SN7 Node
SN7 Node
Figuur 8 – Meerdere lichtpaden vormen samen een OPN
22/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
5
OnDemand lichtpaden
Bij een OnDemand lichtpad wordt een MSP in het netwerk aan een instelling toegekend, samen met de mogelijkheid deze poort te configureren. De VLANs op deze interface kunnen, zolang deze niet in gebruik zijn door een andere service, door de gebruiker zelf worden ingezet als begin of eindpunt van een lichtpad naar een willekeurige andere poort binnen het SURFnet netwerk, mits deze geschikt is voor OnDemand lichtpaden. De eigenaar van de poort (typisch de ICT beheerder van de instelling die de poort afneemt) wijst hiertoe de eindpunten toe aan een gebruikersgroep. Deze gebruikersgroepen kunnen OnDemand lichtpaden opzetten tussen de VLANs die aan hen zijn toegewezen. Dit kan door middel van een webinterface of een API. Het opzetten van een OnDemand lichtpad – na eenmalige aanmelding – geschiedt binnen enkele ogenblikken. OnDemand lichtpaden hebben qua kwaliteit, transparantie en veiligheid exact dezelfde karakteristieken als vaste lichtpaden. Ze worden door SURFnet aangeboden met een bandbreedte tot 10 Gbit/s en zijn standaard protected uitgevoerd (zie 4.5.2). De gebruiker kan zelf de bandbreedte voor een bepaalde of onbepaalde tijd reserveren en configureren zolang deze op zowel beginpoort als de eindpoort beschikbaar is. Wanneer de periode waarin het OnDemand lichtpad gereserveerd is verstreken is, wordt het automatisch weer afgebroken en de bandbreedte beschikbaar gesteld voor nieuwe sessies.
23/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
6
SLS en karakteristieken van de dienstverlening
De karakteristieken van de netwerkdiensten van SURFnet, zoals beschikbaarheid, delay en jitter, zijn gespecificeerd in de SURFnet Service Level Specificatie. De meest recente versie van de SLS is te vinden op: http://www.surfnet.nl/sls/
24/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
7
Tarieven
7.1
8.1 Aansluitmodellen
In de periode 2013 – 2016 is voor instellingen de volgende standaard aansluiting voorzien. •
Voor universiteiten – Leading edge 10 of 100 Gbit/s redundante IP interface 10 Gbit/s MSP
•
Voor overige instellingen – State of Art 1 of 10 Gbit/s IP interface 1 Gbit/s MSP (Voor instellingen aangesloten bij stichting SURF muv MBO’s)
7.2
Aanvullende diensten
Dit hoofdstuk bevat de tarieven van diensten die aanvullend op de basisaansluiting geleverd kunnen worden. De genoemde bedragen zijn het tarief per maand. SURFinternet De IP aansluiting maakt deel uit van het basistarief. De invulling hiervan verschilt per doelgroep. Aanvullend hierop kunnen de volgende opties worden afgenomen: Poort
Inzet
Extra IP poort 1Gbit/s
redundantie naast bestaande 1Gbit/s poort
€ 1,013
Extra IP poort 10Gbit/s
redundantie naast bestaande 1 of 10G bit/s poort
€ 2,025
Extra IP poort 100Gbit/s
redundantie naast bestaande poort
Op aanvraag
Upgrade IP poort 10Gbit/s
vervanging 1Gbit/s
€ 2,025
Upgrade IP poort 100Gbit/s
vervanging 1Gbit/s
Op aanvraag
Upgrade IP poort 100Gbit/s
vervanging 10Gbit/s
Op aanvraag
SURFlichtpaden Vaste SURFlichtpaden worden o.a. aangeboden op SSP (single service port) interfaces. Er kan daarbij gekozen worden voor enkelvoudige, protected of redundante varianten zoals beschreven in hoofdstuk 4.5. De bedragen voor lichtpaden kunnen in twee vormen gefactureerd worden: •
per eindpunt waarbij per betrokken instelling 50% van de hieronder genoemde tarieven in rekening worden gebracht of
25/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
•
per lichtpad waarbij bij de aanvragende instelling de hieronder genoemde tarieven in rekening worden gebracht.
In alle gevallen wordt een lichtpad administratief gekoppeld aan de aanvragende instelling. Deze instelling is verantwoordelijk voor de afstemming met de overige betrokken instellingen en alleen deze instelling is gerechtigd om tussentijdse mutaties (eindpunten, capaciteit etc.) aan te vragen. Lichtpad
enkel
protected
redundant
Vast lichtpad 250Mbit/s
€ 253
€ 456
€ 506
Vast lichtpad 500Mbit/s
€ 506
€ 911
€ 1,013
Vast lichtpad 750Mbit/s
€ 759
€ 1,367
€ 1,519
Vast lichtpad 1Gbit/s
€ 911
€ 1,620
€ 1,823
Vast lichtpad 10Gbit/s
€ 2,025
€ 3,645
€ 4,050
Voor lichtpaden naar dienstleveranciers, aangesloten op NetherLight, gelden onderstaande tarieven. Deze lichtpaden worden altijd administratief gekoppeld aan de aanvragende instelling en worden ook in zijn geheel aan deze instelling gefactureerd. Lichtpad naar NetherLight
enkel
protected
redundant
Vast lichtpad 250Mbit/s
€ 203
€ 354
€ 405
Vast lichtpad 500Mbit/s
€ 405
€ 709
€ 810
Vast lichtpad 750Mbit/s
€ 608
€ 1,063
€ 1,215
Vast lichtpad 1Gbit/s
€ 709
€ 1,215
€ 1,418
Vast lichtpad 10Gbit/s
€ 1,013
€ 2,633
€ 3,038
Op Multi Service Poorten (MSP’s) kunnen combinaties van meerdere vaste of OnDemand lichtpaden worden getermineerd. Informatie hierover is te vinden in hoofdstuk 2.2 en hoofdstuk 5. Als deze lichtpaden naar andere MSP’s binnen het SURFnet netwerk of naar NetherLight worden opgezet zijn hier geen verdere kosten aan verbonden. Wordt een vast lichtpad aan één zijde getermineerd op een MSP, dan wordt op het tarief van dit lichtpad een korting van 50% gehanteerd. MSP’s zijn beschikbaar in de volgende varianten: MSP service poort
Tarief
MSP poort 1Gbit/s
€ 911
MSP poort 10Gbit/s
€ 2,025
Upgrade 1Gbit/s MSP naar 10Gbit/s
€ 1,114
26/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Internationaal Via internationale lichtpaden kunnen bestemmingen in het buitenland bereikt worden. De eigenaar van het eindpunt in het betreffende land dient hierbij separaat afspraken te maken met het NREN, de zusterorganisatie van SURFnet in dat land, over de connectie van de betreffende instelling met het netwerk aldaar. SURFnet zal hierbij vanzelfsprekend op verzoek een bemiddelende rol spelen. Internationale lichtpaden en OPN’s zijn maatwerk. SURFnets account adviseurs kunnen hiervoor prijsopgaven verzorgen. Disclocaties Naast een bestaande basisaansluiting op de hoofdlocatie van een instelling kunnen SURFnets diensten ook op andere locaties worden aangeboden. Hiervoor realiseert SURFnet een PoP op een dislocatie. In principe kan een reguliere dislocatie binnen heel Nederland worden gerealiseerd. Een Inner City dislocatie kan worden aangelegd binnen de gemeentegrenzen van de plaats waar de hoofdaansluiting zich bevindt. Onderstaande tarieven zijn per locatie. Nadat een locatie vier jaar is aangesloten op het SURFnetnetwerk wordt het tarief verlaagd met 50%. Dislocatie
Tarief
Inner-City (dislocatie binnen de gemeentegrenzen van de
€ 1266
hoofdaansluiting) Inter-City (dislocatie buiten de gemeentegrenzen van de
€ 2531
hoofdaansluiting)
27/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
8
Aanvraag, wijziging en storingen
8.1
Aanvraagprocedure
SURFinternet vormt de basisaansluiting op SURFnet7. Voor meer informatie of de aanvraag zelf kan contact op worden genomen met de afdeling Account Advisering van SURFnet. Account Advisering zal de instelling informeren over de tarieven en de aansluitprocedure. Eenmaal aangesloten kunnen de overige diensten aangevraagd worden via SURFdashboard. http://dashboard.surfnet.nl/
8.2
Contractduur
SURFlichtpaden en MSP’s op SURFnet7 kunnen aangevraagd worden voor een vooraf vastgestelde duur (project) of voor onbepaalde tijd, met een minimum van twaalf maanden. De opzegtermijn bedraagt een maand.
8.3
Levertijd
De levertijd van nieuwe diensten is afhankelijkheid van twee factoren. Indien op de betrokken locatie(s) een SURFnet PoP aanwezig is en er tevens voldoende capaciteit beschikbaar is op de SURFnet apparatuur dan bedraagt de levertijd indicatief 15 werkdagen. Indien op de betrokken locatie(s) een SURFnet PoP aanwezig is maar er onvoldoende netwerkcapaciteit c.q. vrije poorten beschikbaar zijn op de SURFnet-apparatuur, dan bedraagt de levertijd indicatief 35 tot 85 werkdagen Indien op een locatie nog geen SURFnet PoP aanwezig is, en dus niet met glasvezel verbonden is met het SURFnet-netwerk kunnen geen garanties worden gegeven ten aanzien van de levertijd en zal in overleg een levertijd bepaald worden. Oorzaak hiervan ligt in het feit dat er mogelijkerwijs een inkoop procedure zal moeten plaatsvinden teneinde de vereiste glasvezelinfrastructuur te verwerven. Verder zal er los van de vraag of deze procedure dient te worden meestal een vergunningsaanvraag (“graafvergunning”) ingediend moeten worden die eveneens de doorlooptijd zal beïnvloeden.
8.4
Wijzigingen
Voor de aanvraag van wijziging van netwerkdienstverlening van SURFnet, kan een instelling terecht bij de afdeling Account Advisering van SURFnet. Account Advisering zal de instelling informeren over de eventuele tariefswijzigingen en de wijziging in gang zetten.
8.5
Storingen
Storingen kunnen, door een daarvoor bevoegde persoon binnen de instelling, gemeld worden bij de SURFnet helpdesk.
28/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
8.6
Werkzaamheden
Bij het aanmelden van wijzigingen of storingen wordt door de Helpdesk een ticketnummer toegekend. Voor het afstemmen van werkzaamheden, planning, voortgang etc, met betrekking tot SURFnet7 kan direct contact opgenomen worden met het SURFnet NOC.
29/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
9
Gebruikte afkortingen en begrippen
Term
Definitie
AMS-IX
Amsterdam Internet Exchange – Een van de grootste knooppingen voor de uitwisseling van Internet verkeer ter wereld.
BFD
Bidirectional Forwarding Detection, zorgt voor snelle omschakeling van routes bij verstoringen
BGP
Border Gateway Protocol, protocol dat routeringsinformatie uitwisselt tussen netwerken aangesloten op Internet.
Carrier Ethernet
Deze technologie wordt gebruikt in SURFnet7. CE is op Ethernet gebaseerd, en geschikt gemaakt voor lange afstanden, grote hoeveelheden en betrouwbaarheid
Ciena
SURFnets levarancier voor het SURFnet7 netwerk. Ciena levert de Carrier Ethernet apparatuur.
Cloud
De dynamische invulling van IT-mogelijkheden (hardware, software of services) van derden over een netwerk
CPL
Common Photonic Layer. De laag in het SURFnet netwerk die het opdelen, koppelen en transport van optische verbindingen verzorgt
CBF
Cross border fiber, Glasvezel verbindingen die SURFnet koppelen aan netwerken in het buitenland
DNS
Domain Name System is het systeem en netwerkprotocol dat op het Internet gebruikt wordt om namen van computers naar numerieke adressen (IP-adressen) te vertalen.
E-LAN
Virtueel netwerk binnen SURFnet7. Met een E-LAN kan een SURFnet breed prive lan worden gebouwd
GigaMan
Glasvezelring binnen stedelijke gebieden. In gebruik om binnen een stad instellingen aan te sluiten op SURFnet
GLIF
Global Lambda Integrated Facility. Virtuele organisatie voor mondiale lichtpad connectiviteit tbv onderwijs en onderzoek.
GÉANT
Het pan-Europese netwerk voor onderwijs en onderzoek.
HSRP
Hot Standby Routing Protocol, zorgt voor een back-up bij uitval van een router (Als VRRP, maar dan Cisco variant)
Internet2
Netwerk voor onderwijs en onderzoek in de VS
IPv4
Het internetprotocol waarmee het Internet is gebouwd. Sinds 2011 is de voorraad IPv4 adressen op en wordt gemigreerd naar IPv6
30/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Term
Definitie
IPv6
Het internetprotocol van de toekomst. Aangezien de voorraad IPv4 adressen op is zal overgestapt worden op IPv6
MEF
Metro Ethernet Forum. Organisatie die zorg draagt voor de standaardisatie van Carrier Ethernet koppelvlakken
MSP
Multiple Service Port. Een poort waarmee aangesloten kan worden op het SURFnet netwerk. Deze poort kan meerdere diensten dragen bijvoorbeeld meerdere lichtpaden of lichtpaden en SURFinternet
NAT
Network Address Translation is het vertalen van IP-adressen en vaak ook TCP/UDP-poortnummers uit de ene gescheiden reeks in de andere. Een veel gebruikt doel is het toelaten van meerdere gebruikers van een netwerk tot het Internet via één IP-adres.
NetherLight
SURFnets knooppunt voor internationale lichtpaden. Ook worden op NetherLight dienstaanbieders verbonden met de SURFnet doelgroep dmv lichtpaden
NL-IX
Knooppunt voor de uitwisseling van IP verkeer binnen Nederland
Nummerblok
Reeks van IP-adressen
ODF
Optical Distribution Frame, Patchpaneel wat tevens het demarcatiepunt is tussen SURFnet en de aangesloten instelling
OPN
Optical Private Network. Stelsel van lichtpaden waarmee dislocaties worden ontsloten
PIM-SM
Protocol Independent Multicast - Sparse-Mode. Protocol voor het efficiënt transporteren van multicast verkeer
PoP
Point of Presence, Locaties waar SURFnet apparatuur heeft opgesteld. Op deze locaties kan worden aangesloten op het SURFnet netwerk
Regio Ring
Glasvezelverbinding om instellingen binnen een bepaalde regio te verbinden met SURFnet core-locaties.
Rendez-vous Point
De router met deze functie draagt zorg voor het uitwisselen van multicast sessies tussen domeinen
Redundantie
Het gebruiken van extra apparatuur of verbindingen die gebruikt kunnen worden in geval van verstoringen. Door redundantie word de resiliency van het netwerk vergroot.
Resilience
Resilience is het vermogen om ook onder of na moeilijke omstandigheden goed te functioneren. SURFnet streeft naar een optimale resilience
Reverse DNS
Reverse Domain Name System is het systeem en netwerkprotocol dat op het Internet gebruikt wordt om numerieke adressen (IP-adressen) naar namen van computers te vertalen.
SDH
Synchrone Digitale Hiërarchie (SDH) is een techniek die is ontwikkeld voor het
31/32
Dienstbeschrijving SURFnet7
Term
Definitie transport van digitale telecommunicatiesignalen over glasvezelkabels, koper of straalverbindingen. Ook gebruikt in SURFnet6
SLS
Service Level Specificatie
SSP
Single Service Port. Een poort waarmee aangesloten kan worden op het SURFnet netwerk. Deze poort draagt 1 dienst.
SURFdashboard
SURFdashboard toont de actuele status van SURFnet-diensten in één oogopslag
SURFdomeinen
SURFnet dienst voor DNS
SURFnet NOC
SURFnets Network Operations Center. Vanuit dit NOC wordt het netwerk 7x24u uur gemonitord en worden changes gecoördineerd
KPN
Een van SURFnets providers voor upstream Internet connectiviteit
GTT
Een van SURFnets providers voor upstream Internet connectiviteit
Upstream providers
Provider voor de afhandeling van Internet verkeer waar SURFnet geen directe peering mee heeft.
VLAN
Virtual Local Area Netwerk. Een VLAN bestaat uit een groep eindstations en switches die zich fysiek in één of meerdere netwerken kunnen bevinden, maar toch logisch gezien één enkele gemeenschappelijke LAN vormen.
VRRP
Virtual Router Redundancy Protocol, zorgt voor een back-up bij uitval van een router
XaaS
Verzamelnaam voor cloud diensten. Software, Platform, Storage, Infrastructure As A Service
32/32