dichtbij PersoneelsMAGAZINE Broeders van Liefde
Verschijnt 5 keer per jaar feb - apr - jun - okt - dec 1ste jaargang
APRIL 2010 | NR. 2
Meer jongeren met problemen
Wat kunnen we eraan doen? “Muziek is het sterkste communicatiemiddel ter wereld”
Dichtbij sprak met Jean Bosco Safari
4
Opvoedingstips
In de kappersstoel van Veerle Persone
els Broeders van Liefkaart | de Jan Janssens
Exclusieve personeelsactie bij DreamBaby en DreamLand
O.C. Broeder Eberg iste Vurste
www.dichtbijm agazine.be
Inhoud 3 Edito 4 Kort – telex 6 Vaste stek
“Patiënten luchten hier hun hart”
8 Gespot 10 Toch dichtbij 12 Anders bekeken
Didier De Vreese is pastor in de gevangenis
13 Dossier
Meer jongeren met problemen
6
17 Column 18 In balans
Triple P
20 Van alle markten thuis
Exclusieve actie bij DreamBaby en DreamLand
18
21 Aan het woord
Artiest Jean Bosco Safari
21
25 In memoriam 26 Etcetera
www.dichtbijmagazine.be in één oogopslag
27 Wedstrijd De vraag Tip 28 In beeld
Georges Reyns
13 Persone
els Broeders van Li kaart | efde
Personeelsacties Dichtbij pakt uit met 2 nieuwe lentevoordelen. Zo krijg je met je personeelskaart bij DreamBaby en DreamLand mooie kortingen op speelgoed, trampolines en zwembaden. En op de speciale verkoopsdagen van Luxor krijg je kortingen van 20 tot 25% op alle tuinmeubelen en accessoires. Surf snel naar www.dichtbijmagazine.be! 2 > dichtbij April 2010
Jan Janssens O.C. Broeder Ebe rgiste Vurste
www.dichtbijma gazine.be
Edito
Colofon dichtbij PERSONEELSMAGAZINE BROEDERS VAN LIEFDE
Verschijnt 5 keer per jaar feb - apr - jun - okt - dec 1ste jaargang
APRIL 2010 | NR. 2
Meer jongeren met problemen
Wat kunnen we eraan doen?
> Hendrik Delaruelle werkt op het Provincialaat als coördinator van de sector welzijn en buitengewoon onderwijs. Hij is ook lid van de Raad van Bestuur. Hendrik woont in Ledeberg met zijn vrouw en zijn 3 kinderen. Hij zet zich in voor Amnesty International en luistert graag naar jazz- en operamuziek.
“Muziek is het sterkste communicatiemiddel ter wereld”
Dichtbij sprak met Jean Bosco Safari
4
Opvoedingstips
In de kappersstoel van Veerle Personeelskaart |
Broeders van Liefde
EXCLUSIEVE PERSONEELSACTIE BIJ DREAMBABY EN DREAMLAND
“Even machteloos en boos, daarna samen verder…” Zonet belde een directeur me met de mededeling dat er geen oplossing gevonden is voor Peter*. Peter is een jongen van 11 jaar met een verstandelijke beperking en zeer ernstige psychische stoornissen. Hij werd in de steek gelaten door zijn ouders en heeft niemand meer. De opvoeders en therapeuten zijn in hun engagement naar Peter zeer ver gegaan. Zij verdienen alle respect. Tegelijkertijd moeten we onder ogen zien dat voor deze doelgroep de personeelsnorm te laag is. Hier zouden de school, het psychiatrisch ziekenhuis en het medisch pedagogisch instituut moeten samenwerken. Maar de regelgeving bemoeilijkt dat, waardoor we Peter niet langer kunnen helpen. Een doorverwijzing naar een kinderpsychiatrische afdeling is verantwoord, maar daar kunnen ze hem niet opnemen omdat er een ellenlange wachtlijst is. Wat nu? Ik weiger me over te geven aan mijn gevoel van machteloosheid en verontwaardiging van het moment. We zoeken hoopvol verder naar een oplossing voor Peter. Ik maak me geen zorgen. In afwachting van definitieve hulp zullen onze medewerkers zich blijven engageren. Zoals Peter zijn er velen. Daarom wil ik dit maatschappelijk aan de kaak stellen. De overheid moet dergelijke zorg garanderen. De verschillende sectoren welzijn, geestelijke gezondheidszorg en onderwijs moeten de kans krijgen om intersectoraal, in een regelluwe context, samen te werken. Want samen is veel mogelijk. Hendrik Delaruelle
Alle medewerkers van de Broeders van Liefde in België ontvangen ‘Dichtbij’ (Vlaanderen) of ‘Approches’ (Wallonië). De Broeders van Liefde zijn een congregatie en organisatie die de begeleiding en de verzorging opneemt voor kinderen, jongeren en volwassenen, in de sectoren onderwijs, verzorgingsinstellingen (geestelijke gezondheidszorg en ouderenzorg) en welzijn (orthopedagogische zorg, kinderdagverblijven en beschutte/sociale werkplaatsen) en buitengewoon onderwijs.
Redactieraad Lieven Claeys, Katrien Debreuck, Jan Decoene, Karen Godfrin, Luc de Kezel, Jan Permentier, Br. Veron Raes, Jacques Van Daele, Freddy Van Hyfte, Joke Verbeke (redactiesecretariaat), Edwin Vercruysse en Hugo Vermeren.
Hoofdredacteur en verantwoordelijke uitgever Br. Veron Raes - Stropstraat 119 - 9000 Gent. Dichtbij is een uitgave van de v.z.w. Provincialaat der Broeders van Liefde.
Abonnement Dichtbij verschijnt 5 keer per jaar en is gratis voor alle medewerkers van de Broeders van Liefde. Wilt u een abonnement? Neem dan contact op met het redactiesecretariaat. Oplage: 11.500 ex.
Redactiesecretariaat Wie wil meewerken aan Dichtbij neemt het best contact op met het redactiesecretariaat. Joke Verbeke, Stropstraat 119, B-9000 Gent T 09 241 19 98
[email protected]
Vormgeving Kliek Creatieve Communicatie
Druk Drukkerij De Windroos
www.dichtbijmagazine.be *Om privacyredenen is ‘Peter’ een fictieve naam. dichtbij April 2010 > 3
Kort Dieren in Nesten in Zelzate Redactie > Jan Herreman Fotografie > Kenny V.D.
Het Eén-programma ‘Dieren in Nesten’ maakte een reportage in 9 delen over het CAT-project in het psychiatrisch centrum Sint-Jan-Baptist in Zelzate. CAT staat voor Canine Assisted Therapy. Het is een therapievorm die binnen het ziekenhuis werd ontwikkeld om met de forensische patiëntendoelgroep aan de slag te gaan. Zorgvuldig geselecteerde asielhonden worden in het project opgenomen en functioneren als co-therapeut. Onder begeleiding van een ervaren hondeninstructeur krijgen ze een
basisgehoorzaamheidstraining. Ze leren ook alternatief en aangenaam gedrag aan, ter vervanging van lastig of onaangenaam gedrag. Wanneer de hond de basis gehoorzaamheidstraining doorlopen heeft, opnieuw sociaal aanvaardbaar gedrag vertoont en klaar is voor de maatschappij, wordt een nieuw adoptiegezin gezocht. > P.C. Sint-Jan-Baptist, Suikerkaai 81, 9060 Zelzate De reeks op tv is jammer genoeg voorbij, maar meer info over het project vind je op www.4dogs.be.
> De honden uit het CAT-project zijn co-therapeut.
STAN gaat Dichtbij achterna Redactie > Jan Bogaerts
‘Dichtbij’ is niet het enige nieuwe personeelsmagazine in de organisatie. Ook het psychiatrisch centrum SintAmedeus uit Mortsel pakte onlangs uit met een gloednieuw tijdschrift: STAN. STAN wil positief bijdragen aan de betrokkenheid, het wij-gevoel en de fierheid van alle medewerkers van Sint-Amedeus en vzw de Link. Net als ‘Dichtbij’ moet het blad dus ‘dicht bij’ de medewerkers staan. Net dit jaar bestaat het ziekenhuis 115 jaar. > P.C. Sint-Amedeus, Deurnestraat 252, 2640 Mortsel Sint-Amedeus is een psychiatrisch centrum bestaande uit een psychiatrisch ziekenhuis en een psychiatrisch verzorgingstehuis verspreid over 4 campussen.
Telex 1 jaar lang feest in K.I. Woluwe
K.I. Woluwe bestaat dit jaar 175 jaar en dat wordt gevierd. Het feestjaar werd onlangs ingezet met een academische zitting. Maar dat is niet alles: op 25 mei komt prinses Mathilde er op bezoek en ook het Lentefeest van 5 juni staat in het teken van dit jubileum. Bovendien vindt de zondagsviering die op 29 augustus wordt uitgezonden op Eén plaats in de kapel van K.I. Woluwe.
IICT bestaat 10 jaar
Niet alleen is het dit jaar 250 jaar geleden dat Kanunnik Petrus Jozef Triest geboren werd, het IICT, het Internati-
4 > dichtbij April 2010
onal Institute Canon Triest, bestaat 10 jaar. Daarom organiseerde het instituut eind maart een academische zitting. Het thema was ‘Caritas: de rode draad van de sociale leer van de Kerk’. Op dezelfde dag werd de tentoonstelling over Kanunnik Triest in het Vormingscentrum Guislain geopend. De tentoonstelling toont verschillende aspecten van het veelzijdige leven van Triest. Ze loopt nog tot het einde van het jaar in het museum Dr. Guislain in Gent.
Approches gelanceerd
Ook bij onze Waalse collega’s is het oude personeelsblad verdwenen. ‘De Tout Coeur’ werd er vorige maand
vervangen door ‘Approches’. Het nieuwe magazine verschijnt 4 keer per jaar en wordt gedrukt op 1.400 exemplaren.
Huize Vincent geopend
In Tielrode werd onlangs het woon- en zorgcentrum Huize Vincent geopend. Huize Vincent is uniek in ons land: het is het eerste woon- en zorgcentrum dat onderdak kan bieden aan 30 dove senioren. Bij de bouw moest daarmee natuurlijk rekening gehouden worden. Zo flikkert er een lamp als er iemand aanklopt en in de gangen hangen er spiegels, zodat de bewoners weten of er iemand achter hen loopt of niet.
Psychiatrie is boeiend Redactie > Joke Verbeke fotografie > Emmy De Boos
Werken in de geestelijke gezondheidszorg schrikt jongeren soms af, omdat hun beeld van de sector niet strookt met de realiteit. Om hen te laten kennismaken met dit boeiende werkveld organiseerden Vormingscentrum Guislain, het instituut voor verpleegkunde en VDAB op 12 maart voor de eerste keer een grote zorgbeurs. Via uiteenzettingen, infostanden en contacten met ex-patiënten en personeel hoopten ze het taboe op psychisch ziek zijn te verkleinen. Er kwamen meer dan 300 deelnemers op af.
> De bewoners van Borgwal zijn trots dat hun project in de kijker gezet wordt.
Ampersandprijs voor zwerfvuilteam Borgwal Redactie > Veerle Neyt fotografie > Veerle Neyt
> Op de zorgbeurs kregen jongeren info over de geestelijke gezondheidszorg.
P.C. Ziekeren haalt tweede prijs Gezondheid en Onderneming
De jury van de Prijs Gezondheid en Onderneming van de Europese Club voor de Gezondheid heeft aan P.C. Ziekeren de tweede prijs van de Belgische Sectie van de Europese Club ex aequo met een andere laureaat toegekend. De prijs bedraagt 1.500 euro.
Kim en Tia op bezoek in Merksem
4 meisjes uit het laatste jaar van het Sint-Eduardusinstituut in Merksem organiseerden midden maart een grote aflossingsloop voor het goede doel: de
Elke week gaan ploegjes van het ortho-agogisch centrum Broeder Ebergiste op pad om zwerfvuil op te ruimen. Telkens worden er zo’n 3 PMD-zakken en 3 restafvalzakken opgehaald. Mensen met een beperking die een belangrijke rol spelen in het bestrijden van één van de meest storende elementen in ons landschap, dat is vrijwilligerswerk met een meerwaarde! Het project verschaft zinvol werk, vergroot de zichtbaarheid van de bewoners en zorgt voor integratie. Ook het milieu vaart er wel bij. Daarom kreeg de ploeg van CD&V Gavere de tweede Ampersand-
renovatie van een sporthal in Bukavu (Congo). Ook de leerlingen van de derde graad van het Sint-Michielscollege en het Gemeentelijk Instituut in Brasschaat deden mee. De aflossingsloop werd een groot succes, onder meer door de aanwezigheid van Kim Gevaert en Tia Hellebaut, die het startschot gaven. Het initiatief bracht zo’n 3.000 euro op.
Sint-Idesbald organiseert 2de hartstochtconcert
Op zaterdag 5 juni organiseert O.C. Sint-Idesbald voor de 2de keer een concert rond het thema ‘hartstocht’. Met de opbrengst wordt de kapel verbouwd tot polyvalente ruimte. Het geld van het
prijs* voor het meest verdienstelijke vrijwilligersproject van de gemeente. De zwerfvuilploeg kreeg een officiële oorkonde, een mand rijkelijk gevuld met Gaverse streekgerechten en natuurlijk veel felicitaties. > O.C. Broeder Ebergiste, Leenstraat 31-35, 9890 Vurste Ortho-agogisch centrum Broeder Ebergiste biedt volwassenen met een verstandelijke beperking kwaliteitsvolle ondersteuning op maat op vlak van wonen en/of dagbesteding. Belangrijke aandachtspunten zijn het streven naar de meest aangewezen en meest haalbare vorm van inclusie en het positief beïnvloeden van de beeldvorming van de doelgroep in de maatschappij.
1ste concert, vorig jaar, ging naar vloerbekleding, 45 stoeltjes, een beamer en een projectiescherm. Maar daar kan dus nog wat bij.
Tweede leven voor oude ziekenhuisbedden
Hilde De Meyer, verpleegkundige in het P.C. Zoete Nood Gods in Lede, ging met het BFAST-team naar Haïti. Ze leerde er de vzw PICARO kennen, die oude ziekenhuisbedden een nieuw leven geeft, onder meer in een ziekenhuis in Egypte. Veel mensen slapen er nu nog op de grond. Heb je afgedankte ziekenhuisbedden met matras, contacteer dan
[email protected].
dichtbij April 2010 > 5
Vaste stek
Vroeger had de psychiatrie een slechtere naam. Nu is dit voor de meeste mensen een gewoon ziekenhuis. Er wordt wel eens over gegrapt. Als iemand in de familie wat raar doet zeggen ze ‘neem die maar mee naar je werk!’.”
Wassen, knippen én een babbeltje doen
Veerle De Soete
« Patiënten luchten hier hun hart » > Na jaren in ‘gewone’ kapsalons, kwam Veerle terecht in Sint-Amandus Beernem.
Als je denkt aan een behandeling in een psychiatrisch ziekenhuis denk je aan verpleegkundigen, psychiaters en psychologen. Niet aan een kapster. Toch is ook zij erg belangrijk voor patiënten. Want iedereen weet: als je er goed uitziet, voel je je ook beter. Veerle De Soete werkt als kapster in het psychiatrisch centrum Sint-Amandus in Beernem. En is daar heel graag gezien. Redactie > Joke Verbeke Fotografie > Filip Erkens
I
k ben hier 9 jaar geleden terechtgekomen, na de geboorte van mijn derde dochter. Ik werkte in een kapsalon en wou meer thuis zijn. Daarom heb ik hier gesolliciteerd. Niet als kapster, wel als poetsvrouw in de keuken. Na een paar 6 > dichtbij April 2010
maanden zijn ze me komen vragen of ik niet in het kapsalon wou staan. Dat heb ik eerst een paar jaar samen met een collega gedaan, maar nu sta ik hier alleen.” Ik vraag me af wat de reacties zijn als ze vertelt waar ze nu werkt. “Die vallen mee hoor.
Het is een heus kapsalon waar Veerle werkt: er is een wachthoekje met ‘boekskes’, er hangen posters aan de muur met foto’s van kapsels, er staat een wastafel en er hangen grote spiegels. “Ik doe alles”, vertelt Veerle, “van wassen, knippen en een permanent leggen tot kleuren en baarden knippen. Sommige mensen komen gewoon langs voor een gesprek.
»In het begin was ik wat bang.» Er is ook iemand die me elke dag een koekje brengt voor bij de koffie.” Net als in ieder ander salon rinkelt de telefoon regelmatig en wipt er af en toe iemand binnen om een afspraak te maken. “Nee, nu kan je niet komen”, zegt Veerle aan een man die graag zijn haar wil laten knippen. “Ik zal een briefje meegeven voor de verpleging, want de vorige keer was je het vergeten hé”. Tegen mij zegt ze: “Er zijn vaak mensen die hun afspraak vergeten. Ze kunnen dat niet onthouden.”
Tot 25 klanten per dag Veerle heeft heel wat klanten, want bijna alle patiënten komen bij haar. Als het druk is komen er tot 25 mensen per dag langs. “Patiënten die in het weekend naar huis gaan blijven bij hun vaste kapper, maar de anderen komen bij mij. Voor sommigen ga ik zelf naar de afdeling. Maar als ze kunnen en mogen komen ze naar hier, want het is toch de bedoeling dat ze dat in de toekomst ‘buiten’ ook doen hé.” “In het begin was ik wat bang, omdat ik nog nooit contact had gehad met
De meeste klanten kent Veerle bij de voornaam. En als zij op het domein rondloopt, herkent haast iedereen haar. “Ik haal er veel voldoening uit. Mijn werk is gevarieerd en het is toch wat zinvoller dan in een gewoon kapsalon. Ik hoop dat ik de patiënten kan helpen om zich een beetje beter te voelen.” Dat lukt, denk ik: één van de 2 vrouwen wiens haar Veerle net gewassen en gebrusht heeft, is de hele tijd erg stil geweest, maar als ze het kapsalon verlaat, lacht ze naar Veerle. “Voor sommige patiënten ben ik soms even belangrijk als een verpleegkundige of een dokter.” n
»Ik hoop dat ik hen kan helpen om zich wat beter te voelen.»
> Veerle wast, knipt, brusht én biedt een luisterend oor.
psychiatrische patiënten. Maar dat was niet nodig, want over het algemeen zijn ze erg lief. Er zijn wel eens moeilijke mensen bij, die bijvoorbeeld verbaal agressief zijn. Dat is mentaal niet altijd even gemakkelijk, maar je wordt dat gewoon. Met schizofrene patiënten die denken dat ze iemand anders zijn praat ik intussen gewoon mee. Er zijn ook mensen die nooit iets zeggen. Na 9 jaar begin ik ze te kennen. En zij mij ook natuurlijk.”
Geen hanenkammen Hanenkammen mag Veerle niet knippen. “Het moet deftig zijn. Er is eens een man geweest die blonde lokjes wou. Een maand later liep iedereen op de afdeling met blonde lokjes rond. Daarom moeten de patiënten eerst toestemming krijgen van de begeleiding voor een speciaal kapsel. Op sommige afdelingen kunnen hanenkammen en kale strepen bijvoorbeeld
Wie is Veerle De Soete
niet, omdat die agressief gedrag kunnen uitlokken.” Of er nog dingen zijn waarmee ze rekening moet houden? “Veel mensen kunnen moeilijk wachten. Daarom zorg ik ervoor dat ze dat niet hoeven te doen: als ze binnenkomen kunnen ze meteen gaan zitten om hun haar te laten wassen.”
Begrip en geduld Intussen zijn er 2 vrouwen binnengekomen. Met de ene slaat Veerle een praatje over het weer. Daarna helpt ze de andere dame, die moeilijk te been is, uit haar rolstoel en brengt ze haar naar de kapperstoel, met veel begrip en geduld. “Ik doe het heel graag. Ik heb een goed contact met de patiënten. Ze luchten hier hun hart wel eens. Als ze het niet eens zijn met de verpleging zullen ze dat hier uitspreken. Maar ze vertellen natuurlijk niet alles. En ik weet ook niet of ik alles moet geloven wat ze hier zeggen.”
> Veerle is 41 > Ze woont met haar man en haar 3 dochters van 16, 11 en 9 in Brugge. > In haar vrije tijd kookt ze, leest en knutselt ze veel en gaat ze kamperen. > Na 3 sterfgevallen in korte tijd probeert ze meer van dag tot dag te leven.
> P.C. Sint-Amandus, Reigerlostraat 10, 8730 Beernem Dit is het grootste psychiatrisch centrum van de organisatie Broeders van Liefde.
dichtbij April 2010 > 7
Gespot
8 > dichtbij April 2010
Daar is de lente Fotografie > Layla Aerts
Dat de lente in het land is, dat zullen deze medewerkers van De Winning in Lummen geweten hebben! Terwijl de collega’s uien planten, hebben ze op de kijk-, doe- en zorgboerderij letterlijk de handen vol met de eerste lammetjes. In De Winning kunnen mensen uit kansengroepen terecht die moeilijk werk vinden op de gewone arbeidsmarkt. Ze worden er zorgvuldig opgeleid en begeleid. Maatschappelijk verantwoord ondernemen met respect voor mens én dier dus.
dichtbij April 2010 > 9
Toch dichtbij
Op bezoek bij de collega’s in het Zuiden De Zuidreis 2010 in beeld 8 medewerkers van de Broeders van Liefde zijn voorgoed veranderd. Hun bezoek aan Rwanda en Congo met de zesde Zuidreis heeft een diepe indruk nagelaten. Ze bezochten er 12 dagen de projecten van Caraes en maakten kennis met de broeders en medewerkers die er werken en leven. Christine Bentein van het BuSO Sint-Idesbald in Roeselare bundelde voor Dichtbij haar meest intense ervaringen in een fotodagboek. Redactie > Christine Bentein FOTOGRAFIE > De Zuidreizigers
Ik ben nog nooit in een psychiatrische instelling geweest in België. Ik geef grif toe: het is even slikken. Vele patiënten vragen om aandacht, smekend bijna. Ik weet niet altijd hoe ik daarop moet reageren. Voor mij is dit een heel intense ervaring. Ik ben er rotsvast van overtuigd dat hier goed werk geleverd wordt, ondanks de beperkte middelen en mogelijkheden.
Zondagochtend. De kerk zit vol kleurrijk geklede mensen. Meisjes met plechtige communiekleedjes, vrouwen met typisch kleurrijke jurken aan, groepen jongeren in schooluniform, een koortje vooraan en misdienaartjes. Wij krijgen meer aandacht dan de pastoor vooraan. Nu ja, blanken zien ze ook niet elke dag!
> Christine én de andere reizigers maakten over hun ervaringen een uitgebreid verslag. Je vindt het op onze website www.dichtbijmagazine.be. Elk jaar krijgen 8 personeelsleden van de Broeders van Liefde om tegen kostprijs projecten in Rwanda en Congo te bezoeken. Misschien ook iets voor jou? Surf naar www.zuidreis.be.
10 > dichtbij April 2010
Op bezoek in het centrum Home de la Vièrge des Pauvres te Gatagara. We springen eens binnen in de keuken. Hoe is het mogelijk om hier in ongezonde stookomstandigheden voor zoveel mensen eten klaar te maken? En toch zie je de kookploeg stevig roeren in die immense ketels. Ze hebben toch de grootste pret! Elke dag rijst met bonen. Ik durf zelfs niet denken aan de reacties van onze Westerse leerlingen.
Mijn eerste kennismaking met Broeder Johan, de man van de Zuidactie “Bora Shabunda”. M’n waardering voor zijn werk stijgt naarmate ik z’n gedrevenheid zie en zijn verhalen hoor over zijn inzet tijdens de genocide, in de vluchtelingenkampen, bij het opstarten van Sosame, bij de werking van het psychiatrisch instituut, bij de nieuwbouw in Shabunda… Zelf zegt hij: “ik heb niet gekozen om hier in Bukavu te zijn, het lot heeft me hier gebracht.” Een feest met de plaatselijke medewerkers. Sommige personeelsleden hebben zelf een handicap. Ik zit naast een receptionist, Ignace. Hij heeft een handicap, is getrouwd, heeft 4 kinderen en woont in het centrum zelf. Je voelt zó: iedereen telt hier!
Na een schoolbezoek trekken we met Emmerance, zelf leerkracht in het Institut Technique Fundi Maendeleo, de heuvel op. Helemaal achteraan het schooldomein staan 9 ‘chaletjes’. Hier woont ze samen met haar man en 7 kinderen. Hoe meer ik hoor en voel hoe Emmerance leeft en werkt voor haar gezin, voor haar wijk, voor haar school, hoe meer bewondering ik krijg voor haar. Ik vraag me af of ik ook zoveel moed zou hebben.
Altijd opnieuw fascineert me de weg en de beweging errond: knalrode aarde, de vele lemen huisjes en hutjes, het heuvellandschap, de bananenbomen en andere zuiderse begroeiing, de vastgebonden geitjes aan bomen, de honderden mannen, vrouwen, kinderen te voet langs die baan, vrachten dragend op hun hoofd of rug, de veel te zwaar beladen fietsen, …
Op het binnenplein staan een tiental blinden klaar achter djembé’s. Wij worden verwelkomd op een heerlijke muzikale manier. Het pakt me zo, ik krijg een krop in m’n keel. Kloppen ze al de emoties van de laatste dagen uit mij? Ik heb geleerd: hulp en kennis doorgeven naar het Zuiden is geen eenrichtingverkeer meer. Wij kunnen ook veel van hen leren! dichtbij April 2010 > 11
Anders bekeken
Didier De Vreese en de universiteit van het leven Als mijn vrouw telefoon krijgt op zondagmorgen, moet zij altijd zeggen: “mijne man zit in ‘t gevang”. Hoe ik daar terechtkwam? Wel, als leraar Nederlands-Engels wou ik na meer dan 30 jaar lesgeven wel eens iets anders doen. Via een vrouwelijke cipier kwam ik te weten dat men een leraar Nederlands zocht om les te geven aan allochtonen in de gevangenis. Ik solliciteerde en werd na meer dan een jaar geselecteerd. Ik vond mijn liefde om les te geven, die ik een beetje kwijt was, helemaal terug in de gevangenis: wat een respect, wat een concentratie, wat een motivering... Ik bloeide weer helemaal open. Maar mijn liedje was vlug uitgezongen, want na een jaar nam een andere instantie het over. Ik vertelde aan de culturele dienst dat ik toch zo graag in de gevangenis zat en vroeg of ik daar niet kon blijven. “Wat wil je doen”, vroeg men mij, en ik antwoordde prompt: “steek mij maar in de aalmoezeniersdienst”. Daar zit ik nu nog steeds. Ik werk er samen met Ives Demey, redemptorist, en Johan Van Wassenhove, diaken, en ik ben de pastor, de vrijwillige pastorale medewerker in de rooms-katholieke aalmoezeniersdienst. Ik vul er mijn dagen met missen mee helpen organiseren, voorbeden maken, lector zijn, bezinningen mee begeleiden, gespreksavonden mee ondersteunen, koren binnenleiden, en vooral celbezoeken doen: dat is het boeiendste!
Moordenaars, verkrachters, pedofielen, dieven, oplichters... het zijn allemaal mensen met problemen, die vooral veel hulp en steun nodig hebben, begeleiding, therapie in plaats van straf. Als leerlingenbegeleider op school had ik al wel wat gehoord en meegemaakt, maar dit is maar klein bier vergeleken met wat je op cel hoort en ziet. Dat is de universiteit van het leven... Ik probeer vooral luisterend oor te zijn voor de gedetineerden en geïnterneerden, vertrouwenspersoon, vaderfiguur, klaagmuur, pispaal soms, het maakt me niet uit, als ik maar kan helpen: een brief schrijven, vertalen, wat postzegels of omslagen uitdelen, een beetje tabak geven, maar ook een paternoster of kruisje meegeven, of bijbels, of andere tekstjes bezorgen. Telefoontjes doen is ook één van onze bezigheden, praten en ondersteunen dus. Vooral in de C-vleugel kom ik graag: bij de internés, de psychiatrische patiënten. Dat zijn echt de grootste sukkelaars, de meest kwetsbaren, uit vaak kansarme en zwaar erfelijk belaste milieus: hun authenticiteit is vaak ontroerend. Ik kaart er soms mee omdat ze soms niet in staat zijn tot serieuze gesprekken, maar hun vriendschap en vertrouwen is aandoenlijk... En vooral verslavend! Een dag zonder gevangenis is een verloren dag, zou je haast denken. Met bijzondere dank aan mijn vrouw voor zoveel begrip voor zoveel uithuizigheid...
I Didier De Vreese (57) is leerkracht in het Sint-Paulusinstituut te Gent. Naast zijn vrijwilligerswerk als pastor in de gevangenis doet hij ‘nog enkele andere dingetjes’ om de tijd te doden: poëzie schrijven en voorlezen, asielzoekers helpen, atletiek geven aan 55-plussers en Nederlands aan AFS-studenten. Op 30 maart organiseerde hij een gesponsorde marathonloop voor de Zuidactie. 12 > dichtbij April 2010
DOSSIER
Meer zorgvragen bij jongeren Wat kunnen we eraan doen?
“Wat zijn ze weer lastig vandaag”. Of “vroeger was het toch gemakkelijker”. Het zijn dingen die wel eens door je hoofd flitsen. In je functie als leerkracht, begeleider, opvoeder of gewoon als ouder. Je bent zeker niet de enige. Heel wat mensen hebben het gevoel dat kinderen en jongeren steeds meer te kampen hebben met gedrags- en emotionele stoornissen. Problemen lijken ook op almaar jongere leeftijd voor te komen en almaar erger te worden. REDACTIE > Joke Verbeke FOTOGRAFIE > De Sleutel
MEER JONGEREN MET PROBLEMEN
Frustratie In de klas zit bijvoorbeeld een leerling met een leerstoornis, of één van de kinderen die je begeleidt heeft naast een mentale beperking ook een psychiatrische problematiek. Het zijn problemen waarbij je je vaak machteloos voelt, omdat je niet altijd de kennis óf bevoegdheid hebt om ze aan te pakken. En dat leidt tot frustratie. Want de hulp van een andere sector inroepen is niet evident. Dat bewijzen deze getuigenissen. “Vanuit het gewoon onderwijs vraagt men soms de hulp van de geestelijke gezondheidszorg bij traumatische gebeurtenissen. Maar het valt niet binnen het gewone takenpakket van de geestelijke gezondheidszorg om aan deze terechte vragen tegemoet te komen.” “Een kind wordt vanuit de Bijzondere Jeugdbijstand doorverwezen naar een orthopedagogisch centrum omwille van een verstandelijke beperking. Die blijkt er eigenlijk amper te zijn. Het kind vertoont wel zeer ernstige psychiatrische stoornissen. Het heeft niemand in zijn omgeving. Ons orthopedagogisch centrum kan de ondersteuning niet geven, de kinderpsychiatrie zit tjokvol… wat doen we?” “In één van onze orthopedagogische centra wordt een kind op maandag doorverwezen naar een K-dienst (kinderpsychiatrie), die het kind op woensdag doorstuurt naar een observatie- en oriëntatiecentrum (Bijzondere Jeugdzorg). Dat centrum werkt toevallig onder de vleugels van dat eerste orthopedagogisch centrum. Waar zijn we mee bezig?” dichtbij April 2010 > 13
DOSSIER Oorzaken en oplossingen?
Wablief? Sociologische invalshoek: de sociologie bestudeert mensen en hun gedrag en houdt daarbij rekening met hun omgeving: de maatschappij waarin ze leven, de gezinsstructuur die ze kennen en de normen en waarden die er heersen. Existentiële invalshoek: heeft te maken onze ‘existentie’, ons ‘zijn’. De existentiële context gaat uit van zingevingsvragen zoals ‘wie ben ik eigenlijk?’, ‘wat doe ik hier?’ en ‘wat is mijn plaats hier?’. Medisch-biologische invalshoek: gedrags- en emotionele problemen kunnen ook een lichamelijke (neuro-biologische) oorzaak hebben. Dit is één van de onderzoeksdomeinen van de medischbiologische wetenschap. Pedagogische invalshoek: deze invalshoek benadert de problematiek specifiek vanuit de opvoedings- en onderwijscontext (al dan niet binnen een gespecialiseerde setting). 14 > dichtbij April 2010
Gevallen als deze hebben ons als organisatie Broeders van Liefde aan het denken gezet. We stellen ons al een tijd de vraag hoe we de expertise van het onderwijs, het buitengewoon onderwijs, de orthopedagogische centra en de geestelijke gezondheidszorg kunnen verbreden. En vooral: hoe kunnen we aan kruisbestuiving doen? Om hierop een antwoord te zoeken organiseerden we eind vorig jaar een rondetafel. 4 werkgroepen dachten vanuit 4 invalshoeken (psycho-pedagogisch, existentieel, sociologisch en medisch-biologisch) na over de oorzaken van de toenemende zorgvragen én over de kansen en de beperkingen om er iets aan te doen. Nu wordt er binnen de organisatie verder nagedacht over concrete initiatieven. Binnenkort gaan we daarover in overleg met gebruikersorganisaties, het middenveld, vakorganisaties, de politiek, …
Collega’s getuigen Wij vroegen aan 6 collega’s hoe zij dit alles ervaren in hun werksituatie. Ze komen uit verschillende sectoren en uit verschillende regio’s: Wouter Degryse en Steven Vanderiviere zijn opvoeders in respectievelijk de adolescentenleefgroep en de pubercluster van orthopedagogisch centrum Sint-Idesbald (Roeselare), Claudine De Norre is directrice en leerkracht in Vrije Kleuterschool (Brakel), Greet Leduc is orthopedagoge in het BuSO Sint-Ferdinand (Lummen), Dirk Decaluwé is coördinator 1ste en 2de graad in het Technisch Instituut SintLaurens (Zelzate) en Mark Frederickx is teamcoördinator van de K-dienst (kinder- en jeugdpsychiatrie) van het P.C. Broeders Alexianen (Tienen).
Met welke problemen krijgen we te maken? “Wij ervaren dat jongeren het steeds moeilijker hebben om hun schoolloopbaan tot een goed einde te brengen. Spijbelen is een probleem dat zeer moeilijk aan banden te leggen is. Het is negatief gedrag dat je moet veroordelen en dat gesanctioneerd moet worden. Vaak zien we dat jongeren ook weglopen van de maatregelen die genomen worden na hun spijbelgedrag. Voor je het weet beland je in een vicieuze cirkel, waarin je ziet dat jongeren al hun verantwoordelijkheden naast zich neer leggen.” Wouter Degryse “Veel ouders gaan met 2 uit werken en zijn ’s avonds te moe om nog kwalitatieve tijd door te brengen met hun kinderen. Diezelfde kinderen zijn een stuk mondiger geworden en kloppen met hun zorgen en vragen elders aan. De plaats waar ze het grootste deel van de dag doorbrengen, hun school, heeft daardoor een stukje van deze opvoedende taak overgenomen. Dat leerlingen mondiger geworden zijn is een positieve evolutie. Ze praten gemakkelijker over hun problemen en dagelijkse zorgen. Onze niet te onderschatten taak is hen daar op de juiste manier mee te leren omgaan... een hele uitdaging die beslist de moeite waard is.” Dirk Decaluwé
MEER JONGEREN MET PROBLEMEN
“Vroeger zei men: ‘ik heb een kind in mijn klas dat moeilijk kan stilzitten’, maar nu krijgt alles een naam. De maatschappij verwacht ook meer van jongeren: de druk is zo groot dat ze die niet meer kunnen verwerken. En er is ook een zekere normvervaging. Jongeren hebben minder schroom om regels en grenzen te overschrijden.” Greet Leduc “We merken vooral dat de complexiteit van de problemen stijgt: één probleem staat meestal niet alleen. We hebben meer en meer te maken met jongeren die verschillende drugs gebruiken en zogenaamde ‘multiprobleemgezinnen’. Niet alleen gemarginaliseerde gezinnen trouwens, maar ook ‘gewone’. Mark Frederickx “Ik illustreer even met het verhaal van Jan. Hij heeft zijn echte vader nooit gekend. Met zijn mama heeft Jan een hechte relatie, hoewel hij nooit lang bij haar heeft gewoond. Zijn internaatsleven kunnen we omschrijven als moeilijk. Hij is voor weinig groepsactiviteiten te motiveren, steelt en maakt dingen stuk. Er zijn voortdurend discussies en crisissen. Als opvoeder van Jan is het vooral moeilijk om te blijven investeren in hem. Het lijkt wel of alle moeite bij voorbaat verloren is. Het brengt niks op, het is als een groot bodemloos vat dat je niet opgevuld krijgt.” Steven Vanderiviere
Hoe pakken we het nu aan? “Jan gaat af en toe preventief naar de time outleefgroep, waar er geen of minder andere jongeren zijn. Als er tijd voor is doet hij iets met zijn begeleider, zonder andere kinderen. Momenteel gaat Jan niet naar school maar naar een zorgboer. Dat loopt heel goed.” Steven Vanderiviere “Wij overleggen vaak in team, hebben een goede band met het CLB en krijgen GON-begeleiding (het GON of geïntegreerd onderwijs is bedoeld om leerlingen met een handicap of met leer- en opvoedingsmoeilijkheden de lessen te laten volgen in een school voor gewoon onderwijs, nvdr). We zoeken zelf naar zoveel mogelijk informatie en volgen bijscholingen.” Claudine De Norre “De juiste aanpak vinden is vaak zeer complex. Hoe doorbreek je vluchtgedrag dat al een gewoonte geworden is? Hoe ga je om met jongeren die niet lijken te willen investeren in hun toekomst? Hoe motiveer je hen, terwijl je hun vluchtgedrag moet aanpakken en afkeuren?” Wouter Degryse “Onze leerkrachten volgen bijscholingen en krijgen ondersteuning. We wisselen ervaringen uit met het hele team. We houden jongeren zoveel mogelijk op school en geven ze veel
nieuwe kansen. Maar als dat niet voldoende is, bekijken we in samenspraak met externe partners zoals de geestelijke gezondheidszorg en het CLB wat we nog kunnen doen. We hebben nu met verschillende partners een denktank opgericht over schooluitval.” Greet Leduc “We hebben met onze dienst al verschillende pogingen gedaan om buiten ons eigen kader te denken. Zo hebben we in een samenwerkingsverband met O.C. Sint-Ferdinand geprobeerd ons aanbod voor jongeren met een drugsproblematiek te vertalen naar jongeren met een mentale beperking. Het werd al snel duidelijk dat elke sector zijn eigen taal en focus heeft, en dat het belangrijk is om elkaar goed te leren kennen.” Mark Frederickx “We hebben voor bepaalde klasgroepen op vrijdag het titularisuurtje. Daar bespreekt men met de klas de afgelopen week, want sommige problemen of moeilijkheden kunnen zorgen voor het disfunctioneren van een hele klasgroep. Door hiervoor tijd vrij te maken werken we preventief en voorkomen we erger. Voor extra hulp kunnen we rekenen op het CLB en enkele externen zoals plaatselijke psychologen en thuisbegeleiding. Maar soms lukt het eens niet… dan kan je niets anders zeggen dan: ‘dit overschrijdt onze draagkracht’.” Dirk Decaluwé dichtbij April 2010 > 15
DOSSIER Wat kunnen we anders doen? “Wanneer we over schoolvervangende programma’s spreken, raken we voor een stuk ook aan het domein van de sector welzijn. Op dat niveau is het soms nog wat zoeken hoe sector onderwijs en sector welzijn nog beter in overeenstemming kunnen komen. Het is wel een geruststelling te horen dat andere scholen en voorzieningen die problemen ook ondervinden. Het is fijn om expertise uit te wisselen en van elkaar te kunnen leren. We krijgen er binnen de organisatie ruimte voor om te experimenteren, vind ik. Ik hoor dat één van de voorstellen op het directieseminarie (zie elders in dit dossier) was om een expertisenetwerk op te richten. Dat vind ik een goed idee, want als we dit van op ons eigen eilandje moeten doen, redden we het niet.” Greet Leduc
MEER JONGEREN MET PROBLEMEN
“Dankzij het zorgbeleid dat we door de jaren heen hebben opgebouwd kunnen we de toenemende zorgvraag aan. Dan gaat het vaak over complexere zorgvragen: begeleiding van leerlingen met ASS, ADHD, dyslexie, hulp bij gameverslaving, begeleiding in een rouwproces, onderwijs aan huis, zelfverwonding, … Het kan altijd beter, daarom zou een netwerk binnen de eigen organisatie met mensen uit verschillende sectoren geen slechte zaak zijn.” Dirk Decaluwé “In Brakel werken we met verschillende scholen samen, maar hier is geen psychiatrisch ziekenhuis of een school voor buitengewoon onderwijs. Overleg met die sectoren zou nochtans ook goed van pas komen.” Claudine De Norre “Wat zeker zou helpen om Jan uit zijn moeilijke situatie te halen is een kleinere leefgroep. Om de crisissen te
verminderen willen we er toe komen dat Jan zelf inziet waar zijn problemen liggen en tegen welke muren hij telkens opnieuw botst. Maar dat is heel tijdrovend; het vraagt veel geduld en individuele tijd. Het zou ook goed zijn om zijn mama meer te betrekken bij de hulpverlening, bijvoorbeeld door middel van thuisbegeleiding, gezinsgesprekken,…” Steven Vanderiviere “We moeten meer netwerken: samenwerkingsverbanden opzetten met MPI’s, met scholen, … Zo kunnen we van onderuit bewijzen dat we willen en kunnen samenwerken. Het is ook aan de overheid om het hokjesdenken te verlaten. We horen ministers vaak praten over ‘zorg op maat’, maar dat blijft beperkt tot één sector. Veel jongeren krijgen geen kansen meer, maar wij willen voor de lastigsten gaan. En dat kunnen we niet alleen.” Mark Frederickx
Problematiek besproken op directieseminaries Heb je je al afgevraagd wat jouw directie is gaan doen in Houffalize? Wel, begin februari en eind maart vonden daar de directieseminaries plaats. Thema was ‘Inspiratoren en begeleiders binnen een lerende organisatie’. Op het programma stonden lezingen van gedelegeerd bestuurder Raf De Rycke, Prof. Paul Gemmel, Jef Colruyt en van lingerieproducent Herman Van de Velde. Zij vertelden vanuit hun ervaringen over inspirerend leiderschap. Er werd ook uitgebreid aandacht geschonken aan de bevindingen van de rondetafels. Alle directieteams konden concrete voorstellen doen om intersectorieel samen te werken. Op www.dichtbijmagazine.be vind je extra info. 16 > dichtbij April 2010
Column > Herman Wouters werkt in een voorziening voor mensen met een mentale beperking. Hij heeft een dochter die ook als orthopedagoog afstudeerde, een zoon die momenteel vrijwilligerswerk doet in Guatemala, een dochter die Nederlands geeft aan allochtone mama’s in Brussel en een zoon die theatermaker is.
De belangrijkste vraag W
e zagen het klooster langzaam uitsterven. De paters, onze buren, hebben een groot domein op de heuvel. Hun oprit ligt naast onze tuin. Toen bekend werd dat ze hun klooster gingen verkopen, had de buurt toch wat vragen. We mochten tot dan toe wandelen op hun terrein en jongeren gebruikten elke dag de lange oprijlaan als kortere binnenweg om naar school te fietsen. We volgden dus met een meer dan gewone belangstelling wat er met de gebouwen zou gebeuren. Eerst was er iemand die er een bejaardentehuis van wilde maken en dat leek ons uitstekend – met heel de buurt daar onze oude dag doorbrengen – maar het ging niet door. Dan speelde een immobiliënkantoor met de gedachte om er appartementen van te maken. Uiteindelijk werd het een afkickcentrum voor jonge drugsgebruikers.
»Ik aarzelde om mijn vraag te stellen.» In de buurt werd er druk gespeculeerd. Iemand wist stellig dat onze eigendommen in waarde zouden verminderen. Konden we er nog wel gaan wandelen? En wat met de fietsers? Enkele weken geleden organiseerde het centrum een informatievergadering voor de omwonenden, waar we ook al onze vragen zouden kunnen stellen. Mijn vrouw en ik gingen er naartoe.
zouden terugtrekken om ernstig na te denken over hun leven en hopelijk een andere richting uit te gaan. Fysieke arbeid, een goed geregeld dagritme en sport waren enkele pijlers van de behandeling. Dan mochten we vragen stellen. Of we daar nog steeds konden komen wandelen? Dat was geen probleem en ook de fietsers mochten blijven. Toen de verantwoordelijke van het centrum vertelde dat ze voor het uitzicht verschillende hoge bomen zouden vellen, was één van de buren bezorgd dat men vanuit het klooster inkijk zou krijgen in zijn badkamer. Zelf vroeg ik me af hoe laat het personeel ’s morgens begon te werken. We slapen met het raam open en als van ’s ochtends vroeg al verschillende wagens de heuvel op rijden, zou dat kunnen storen. Eigenlijk was het een pietluttige vraag en ik aarzelde vooraleer ik ze durfde te stellen, maar ik deed het uiteindelijk toch. Zo waren er hier en daar nog kleine bezorgdheden van mensen uit de buurt, onooglijk in vergelijking met de uitdagingen voor het centrum om deze jongeren op een ander spoor te zetten. Toen stond er een man uit het publiek op en zei tegen de coördinator: “ Wij hebben nu onze vragen kunnen stellen, maar misschien hebt u ook vragen aan de buurt. Wat verwachten u van ons als steun voor jullie werk met die jongeren?” En dat was – dacht ik daarna – eigenlijk de belangrijkste vraag.
De samenkomst vond plaats in de vroegere refter van het klooster. Eerst gaf de architect van de verbouwing een uiteenzetting over de historiek van de heuvel. Uit middeleeuwse geschriften bleek dat hier ooit een man die opgejaagd werd door een wolf, in een boom vluchtte. Hij vertelde ook dat je bij klaarlichte hemel de vlam van de petrochemie in de haven van Antwerpen kon zien, zo’n 50 kilometer verderop, en dat hij tevreden was dat het klooster een sociale bestemming zou krijgen, om in de geest van de paters te blijven. Er zouden twee leefgroepen komen van jongeren die zich enkele maanden uit de maatschappij op deze heuvel dichtbij April 2010 > 17
In balans
Triple P
4 tips om positief op te voeden Kinderen opvoeden is boeiend, daar is iedereen het over eens. Maar het is niet altijd gemakkelijk. Op school leer je Frans, wiskunde en aardrijkskunde, maar opvoeden moet je zelf leren, met vallen en opstaan. Triple P kan je daarbij helpen. Triple P staat voor ‘Positive Parenting Program’. Het is een Australisch opvoedingsondersteunend programma waarmee je je kinderen op een positieve manier leert opvoeden. Dat doe je door een goede band op te bouwen, door aandacht te hebben voor gewenst gedrag, door het contact met je kind te gebruiken om het nieuwe vaardigheden aan te leren en door op een consequente en besliste manier te reageren op ongewenst gedrag. Hilde De Leeuw en Erna Brusselmans zijn Triple P-trainer in het orthopedagogisch centrum Clara Fey in Brecht. Zij geven je enkele basistips. Redactie en Fotografie > Joke Verbeke en Triple P
18 > dichtbij April 2010
Een goede band opbouwen met je kind Tip 1
Zorg voor quality time
Zorg dat je beschikbaar bent voor je kind. Verschillende keren per dag tijd doorbrengen werkt beter dan één keer per week een hele dag vrij te maken. Toon je kind dat je er bent als het je nodig heeft. Dat stelt hem of haar gerust. Komt je kind je iets tonen, vragen of vertellen? Stop dan even met jouw activiteit en geef aandacht aan je kind. Het voorkomt ook dat het later op een vervelende manier aandacht vraagt.
Tip 2
Hou gesprekjes met je kind
Veel praten met elkaar stimuleert de taalontwikkeling van je kind én is goed voor jullie band. Voer veel korte gesprekjes. Je kind leert zich beter uitdrukken en voelt dat je aandacht hebt voor zijn of haar leefwereld. Bovendien leren ze van de manier waarop jij naar hen luistert ook hoe zij naar anderen moeten luisteren.
Tip 3
Toon genegenheid
Kinderen hebben lichamelijk contact nodig om te groeien en te bloeien. Liefde en aandacht zijn even belangrijk als eten en drinken. Laat je kind merken dat je van hem of haar houdt door dat vaak te zeggen en te tonen. Je kind knuffelen geeft een gevoel van veiligheid en geborgenheid. Hou wel rekening met wat je kind graag heeft en doe ook alleen dingen die je zelf graag doet. Is je kind bijvoorbeeld niet zo’n knuffelbeer? Aai het dan eens over het hoofd of geef een high-five of een schouderklopje.
Gewenst gedag aanmoedigen Tip 4
Zeg aan je kind heel duidelijk wat het goed doet
Iedereen betrapt er zichzelf wel eens op: in plaats van je kind te belonen als het iets goed gedaan heeft, zeg je voortdurend wat het niét mag doen. Het is beter om te vertrekken vanuit wat goed gaat. Positieve aandacht geven zal positief gedrag stimuleren. Je kind aanmoedigen en complimentjes geven motiveert het ook om nieuwe dingen te leren en zich te ontwikkelen. Zeg dus niet “goed zo!” maar wel “Fijn dat je de tafel gedekt hebt!”.
Er zijn een aantal strategieën om positief gedrag te stimuleren en een goede band met je kind te creëren en er zijn er om op een consequente en duidelijke manier in te gaan op ongewenst gedrag. Wil je er meer over weten? Surf naar www.triplep.be. Op www.triplepmagazine. be kan je het gratis Triple P-magazine aanvragen, met getuigenissen van onbekende en bekende ouders zoals Bart Peeters en Martine Prenen.
ok te tip o n s t a a l Pas de e bij vriende o eens t ollega’s! en c
> Sinds Hilde en Erna de opleiding tot Triple P-trainer volgden, probe- ren ze ook positiever om te gaan met familie, vrienden en collega’s.
Ochtendstress wordt meer kwali-tijd Christel Segers (coördinerend en raadgevend arts Huize Mariatroon, Dendermonde) is moeder van drie ‘energieke’ kinderen: Arthur (11), Rosalie (10) en Corneel (7). Sinds ze een aantal basisprincipes van Triple P toepast, begint de dag van haar gezin aangenamer. “Als zelfstandige heb ik de luxe om de kinderen meestal zelf naar de lokale dorpsschool te brengen. Voordat zij en ikzelf uit de veren zijn, is manlief reeds vertrokken voor zijn dagtaak. Er was lang veel onvrede over de manier waarop de klassieke ochtendrituelen verlopen. De badkamer was vaak het strijdtoneel van discussies en onhebbelijkheden tussen de kinderen. Triple P hielp mij om het op een andere manier aan te pakken. Ten eerste sta ik iets vroeger op dan de kinderen en zorg ik dat ik zelf klaar ben. Meestal ligt de kledij van de kinderen ook al klaar. Waar ik vroeger snel een aantal zaken regelde, tracht ik nu bij de kinderen te zijn. Toen ze vroeger alleen in de badkamer vertoefden, waren er geregeld plagerijen en andere negatieve manieren om aandacht te vragen. Nu maak ik ze één voor één wakker en zo heb ik voor alledrie een beetje exclusieve aandacht. In de badkamer praten we nog even over de dag die komt en dan is het tijd voor de volgende wekbeurt. Ik maak de kinderen ook steeds in dezelfde volgorde wakker: eerst Rosalie, dan Corneel en ten slotte Arthur. Arthur is ‘s morgens vaak humeurig. Dat mag tot op een bepaalde hoogte. Er zijn vaste afspraken. Het ontbijt kan maar starten als iedereen is gewassen en aangekleed en de schooltassen moeten de dag voordien al klaar zijn. De badkamermomenten zijn nu vaak een stuk aangenamer en gezelliger. Ik geef hen daarvoor ook geregeld een pluim. Natuurlijk gaat het af en toe wel eens mis. Dan moet het betrokken kind even terug naar zijn of haar kamer. Dankzij Triple P zijn onze ochtenden minder stresserend en zijn we zelfs vroeger op school. Er gaat immers minder tijdrovende energie verloren.” dichtbij April 2010 > 19
Van alle markten thuis Exclusieve actie bij DreamBaby en DreamLand
Persone
els Broeders van Li kaart | efde Jan Janssens O.C. Broeder Ebe rgiste Vurste
www.dichtbijma gazine.be
Als personeelslid van de Broeders van Liefde en lezer van ‘Dichtbij’ kan je profiteren van een exclusieve voorjaarsactie bij DreamLand en DreamBaby. Je krijgt er nog tot eind mei exclusieve kortingen op het assortiment tuinartikelen, zwembaden, speelgoed en andere voorjaars- en zomerbenodigdheden. Profiteer ervan om je tuin nu in te richten, zodat je helemaal klaar bent voor de lente!
Wat moet je doen? Surf naar www.dichtbijmagazine.be, klik door naar ‘personeelsacties’ en druk de speciale voordeelkaart van DreamLand af. Geef bij elke aankoop de voordeelkaart af, samen met je personeelskaart. De kortingen worden automatisch verrekend en zijn zeer duidelijk zichtbaar op je kasticket. De kaart is geldig tot en met 31 mei in alle DreamLand- en DreamBaby-winkels.
Welke kortingen krijg je? > 5% op barbeques > 7 % op rijtuigen > 10 % op speelgoed > 10 % op tenten en slaapzakken > 10 % op teakhouten tuinmeubelen > 10 % op kunststof tuinmeubelen > 15 % op grote zwembaden > 15 % op trampolines
Maak je tuin klaar voor de zomer Bij LUXOR, een groothandel in tuinmeubelen, organiseert speciale verkoopsdagen waar je als personeelslid van de Broeders van Liefde 20% tot 25% korting krijgt op alle tuinmeubelen en accessoires. Er is ruime keuze uit meer dan 100 verschillende tuinmeubelen en accessoires: ligzetels, tuinbanken, parasols, tafels en stoelen in teak, ratan, bangkirai, aluminium of batyline. Bij je aankoop krijg je een bijkomende korting van € 0,15 per kilometer als de afstand tussen je woonplaats en de plaats van verkoop meer dan 20 kilometer bedraagt. Levering aan huis is mogelijk tegen betaling. Pas op: je kan enkel cash of met bankcheque betalen. Een overzicht van alle verkoopsdagen vind je op www.dichtbijmagazine.be. 20 > dichtbij April 2010
Aan het woord
De man die Beatle wilde worden Dichtbij sprak met Jean Bosco Safari
Jean Bosco Safari was 6 toen hij van Rwanda verhuisde naar België. Zijn moeder had hem afgestaan voor adoptie en zo was hij terechtgekomen bij een echtpaar uit Merksem. Na een heuse cultuurshock en 6 jaar lagere school belandde hij op de secundaire school Sint-Eduardus van de Broeders van Liefde. Ook al was dat geen onverdeeld succes, hij ontdekte er wel zijn ware roeping: de muziek. Want ook al is hij naast songwriter en zanger ook filosoof, tekenaar, schilder en verhalenverteller, muziek blijft zijn grootste passie. REDACTIE > Joke Verbeke FOTOGRAFIE > management Jean Bosco Safari en Joke Verbeke
dichtbij April 2010 > 21
“Ik word later een Beatle” dichtbij: Hoe is het allemaal begonnen? “In 1963 zag ik het licht door de Beatles. Ik was 9 en was zo overweldigd dat ik intuïtief zelf een Beatle wilde worden. 3 jaar later, op mijn twaalfde, zat ik met een flesje melk naast mijn kameraad Luc. Plots vroeg hij: ‘Jean, wat ga jij later worden?’. Ik was zo overdonderd dat ik de vraag retourneerde en vroeg: ‘wat wil jij worden Luc?’. Hij zei meteen: ‘ik moet daar niet over nadenken, ik word voetballer’. En ik dacht spontaan: ‘ik ga een Beatle worden’. Van mijn negende tot mijn twaalfde, toen Luc me die vraag stelde, moet ik dus met die intentie hebben rondgelopen. Maar toen ik dat op mijn twaalfde uitsprak werd dat gevoel een gedachte, een soort mentaal plan. Dat was een gouden moment voor mij. Ik speelde geen gitaar, ik kon niets, maar ik zei ‘ik ga muzikant worden’. Ik heb toen ook gezegd dat ik Paul McCartney zou ontmoeten. En dat is ook gebeurd. Ik geloof dus heel sterk in de kracht van de geest. Maar ik geloof vooral dat de geest je intentie ook moet uitspreken.”
»Ik geloof heel sterk in de kracht van de geest.» dichtbij: Na enkele gelukkige jaren in de lagere school ben je naar Sint-Eduardus gegaan, maar dat viel tegen? “Ik was een creatieve jongen en met creativiteit gingen ze nogal strak om. Ze noemden je bijvoorbeeld bij je achternaam. Ik was ineens ‘Vijdt’ in plaats van ‘Jean’ en dat gaf mij een gevoel van afstand. Ten tweede: de les tekenen was meetkunde geworden. Ik was een tekenaar en ik miste dat. En de mentaliteit van lesgeven was wat meer academisch, terwijl ik een zeer persoonlijke aanpak gewend was. Ik heb gerevolteerd toen, waardoor ik mijn eigen ruiten heb ingegooid bij mijn leraar wiskunde. Ik was te kritisch over zijn methode van lesgeven.” 22 > dichtbij April 2010
dichtbij: Zijn er je ook positieve dingen bijgebleven? “De lessen geschiedenis, de lessen Nederlands en Engels, al wat neigde naar culturele activiteiten, daar heb ik toch wel wat van meegepikt. Zo heb ik uit de les geschiedenis altijd onthouden hoe de Romeinen hun rijk hebben opgebouwd: door zich langzaam te haasten, ‘festina lente’. Ik voelde me zelf ook een beetje een schildpad in haast. Ik heb daar ook veel sport gedaan. En ik heb er mijn muzikale soulmate ontmoet: Jan Fraeyman, de latere gitarist van de groep Scooter. Hij was een serieus muzikaal onderlegde jongen en hij heeft mij toch wel een fond meegegeven. Zijn methode van gitaarspelen, de manier waarop hij dat kon uitleggen, dat was een goeie basis. Hij kende ook muziek die ik nooit zou beluisteren. Dat is ook Sint-Eduardus voor mij.” dichtbij: Maar het is er fout gelopen? “Daarna ben ik naar Sint-Lodewijk gegaan, want in mijn derde jaar was ik gebuisd. Dat had natuurlijk ook te maken met mijn groeiende drang naar artiest willen worden. Naarmate ik ouder werd begon ik een foute reflex op te bouwen: om artiest te zijn moest je bijvoorbeeld niet studeren, vond ik. Die reflex had ik beter niet gehad, maar ik bent zo overtuigd van wat ik kon… zonder zelfs ooit bewijs geleverd te hebben dat ik gitaar kon spelen! Dat is wel mooi: hoe intentie en overtuiging nog niet direct om resultaat vragen, maar de overtuiging wel al meer dan 100 procent aanwezig is.”
Liever een GV dan een BV dichtbij: Hoe zijn je eerste stappen in de muziek verder gelopen? “De 3 jaar die daarop volgden ben ik toch blijven contact houden met Jan en zo zijn wij gegroeid tot een groepje. Het waren niet meer de 3 akkoordenliedjes van vroeger, ik werd ineens in de samenzang gesmeten, in moeilijkere gitaarpartijen en zo. En toen zaten we ineens in de jaren ’70. Ik heb mijn studies niet afgemaakt. In mijn laatste jaar ben ik gestopt; ik
»Ik ben geboren als Jean Bosco Safari, dus kan ik het best ook zo sterven.»
was het beu om zo onder stress te staan. Op mijn eenentwintigste ben ik alleen gaan wonen. Ik ben naar SintLucas in Brussel gegaan maar heb er enkele zeer traumatische ervaringen opgelopen. Toen bleek dat de jury bestond uit onze titularis en zijn zoon van 13, ben ik opgestapt, samen met 5 anderen.” dichtbij: Wat heb je dan gedaan? “Ik ben werk gaan zoeken. Ik had een gigantisch afrokapsel en daardoor wilden ze me nergens. Maar op een mooie dag ging ik naar een houthandel in de haven, waar ze een magazijnier zochten. Toen ik binnenkwam kreeg ik de job meteen. Maar toen die man mijn handen zag zei hij ‘jij bent geen werkman hé’ en hij vroeg mij of ik een droom had. Ik zei: ‘ik denk dat striptekenaar het beste is wat ik kan worden’. Hij beloofde mij om de job 3 dagen voor mij te houden. Als ik werk vond als striptekenaar moest ik niet meer terugkeren, vond ik geen werk, dan kreeg ik de job. Op dat moment klonk dat zoals die parabel van de
vertrokken: eerst als Kid Safari en daarna als Jean Bosco Safari.” dichtbij: Waarom heb je je naam eigenlijk veranderd? “Op een bepaald moment kreeg ik van mijn ouders de adoptiedocumenten te lezen. En daar stond in dat Jean Bosco Safari de naam Jean Vijdt zou krijgen. Toen dacht ik: ‘ik kan beter een authentieke naam nemen. Ik ben geboren als Jean Bosco Safari, dus kan ik ook best sterven als Jean Bosco Safari’. Dat leek mij een mooi eenheidsprincipe. Dan ben ik geswitcht, puur op basis van authenticiteit.
Allemaal één
> De zoektocht naar zijn roots komt in de muziek van Jean Bosco Safari duidelijk aan bod.
kreupele: ‘gooi uw krukken weg, sta op en wandel’. En toen gebeurde het meest wonderbaarlijke. Ik ging de stad in en kwam een Rwandese jongen tegen die ik goed kende en die gewerkt had bij een leerling van Willy Vandersteen. Hij was door Vandersteen zelf gevraagd, dus zijn plek kwam vrij. Toen ik zijn ex-baas belde gaf hij mij meteen werk. Wonderlijk. Dat heb ik een jaar gedaan. Het leuke was dat ik dan zelf een kans kreeg om bij Willy Vandersteen te gaan werken. Dat heb ik 7 jaar gedaan.” dichtbij: Wat heeft je daar dan doen stoppen? De muziek? “De muziek, ja. Want dat was natuurlijk een gedroomde situatie: ik had een inkomentje waarmee ik kon rondkomen én waarmee ik ondertussen een project kon voorbereiden. In 1980 kwam dat uit. Het was een internationale release van een album, toen nog vinyl, met de groep Heartbreak. Maar toen we uiteindelijk onze elpee af hadden en die gingen voorstellen in Parijs, merkten we dat
onze manager geen Frans kende. Dat heeft ons de das omgedaan. Tegen dat we een nieuwe manager hadden was de groep gesplit. Dus ben ik 2 jaar gaan werken in een nachtcentrale, bij een telesecretariaat.
»Toen ik mijn moeder ging zoeken is er iets veranderd in mij.» Toen ik daar in ’86 wegging dacht ik ‘nu ga ik van muziek mijn beroep maken’. Ik ben covers beginnen spelen. In ’87 begon dat echt goed te marcheren en in ’90 heb ik een cd kunnen met de gitarist van Tina Turner als producer. Dat was een schot in de roos. Ik werd ook meteen een BV. Niet dat ik daar zo gelukkig mee was: ik ben liever een GV, een gewone Vlaming. Maar ik was
dichtbij: Authenticiteit is erg belangrijk in je werk. “Dat voelt het beste. Als ik iets maak en ik moet dat live brengen… je kunt niet liegen tegen een publiek. Alle stappen die ik tot hiertoe heb gezet waren authentiek. Soms ben ik misschien wel te ver gaan graven of te oppervlakkig geweest, maar de teksten zijn altijd vertolkingen geweest van wat er in mij leefde. Ik wilde niet zomaar vrijblijvend wat verhaaltjes vertellen. Soms was de muzikale benadering minder authentiek, omdat we rekening hielden met trends. Dat doe ik nu minder.” dichtbij: Ook de zoektocht naar jezelf en naar je roots is belangrijk? “In 1996 ben ik voor het eerst naar Rwanda geweest. Ik voelde dat ik mij al die tijd had ingekapseld. Ik wou eigenlijk niet herinnerd worden aan mijn roots. Ik was gelukkig met mijn pleegouders en als mensen mij vroegen of ik een Belg was zei ik meestal ‘neen, ik ben een Antwerpenaar’. Later ben ik voor een tweede keer naar Rwanda gegaan, met het televisieprogramma Spoorloos. Toen ben ik mijn moeder gaan zoeken en is er wel iets veranderd in mij. Ik merkte dat ik een aantal mechanismen aan het creëren was die niet klopten, typische mechanismen voor een kind dat ter adoptie is afgestaan en een beetje zijn weg kwijt was. Uiteindelijk ben ik nog een derde keer naar Rwanda gegaan, om verschillende dichtbij April 2010 > 23
in balans te krijgen. En dat is voor iedereen anders.”
Wie is Jean Bosco Safari > Jean Bosco Safari werd op 10 mei 1954 geboren in Rubago, Rwanda. Toen hij 6 was werd hij geadopteerd door een Vlaams echtpaar in Merksem en kreeg hij de naam ‘Jean Vijdt’. Hij woont nog steeds in Antwerpen. Zijn levensdoel? De eenheid der dingen doorgeven via zijn muziek.
plekken uit mijn eerste levensjaren te zoeken. De volgende stap is: mijn vader zoeken.” dichtbij: Op je site las ik dat je een gevoel van eenheid wil scheppen. Waarom? “Omdat het zo is: wij zijn allemaal één. Wij bestaan allemaal uit frequenties. Communicatie gebeurt via frequenties. Het lijkt raar, maar als ik naar die plant kijk en ik wil echt op die golflengte komen, dan moet ik dat enkel willen. Dat vraagt natuurlijk oefening, want we zijn zo ver van de natuur afgedwaald dat dat niet zonder slag of stoot gaat. Dus je moet daarop trainen. En hoe doe je dat? Door daar zoveel mogelijk mee bezig te zijn. Dus als u mij niet kent en ik ken u niet en wij kunnen geen tijd spenderen om via een gesprek wat af te tasten, dan gaan wij elkaar ook nooit begrijpen. Zo eenvoudig is het. De Indianen bijvoorbeeld vonden het maar heel normaal dat alles één was. Voor hen was de natuur een bondgenoot, wij wáren de natuur. Die eenheid der dingen, die mij zo aantrekt, is ook gelieerd aan de muziek, omdat muziek het sterkste communicatiemiddel is ter wereld. Wat is de opdracht? Dat allemaal 24 > dichtbij April 2010
dichtbij: Maar met je muziek lukt dat wel? “Ja. Ik ben heel blij en ik dank ook de hemel dat ik dat mag doen, dat ik die verbinding mag maken via muziek, en dat maakt ook dat ik soms minder bezig ben met hitparademuziek of met media. Mijn leven is enorm vereenvoudigd door die visie, want ik was redelijk uit evenwicht geraakt de laatste jaren.”
2010 als jaar van de eenvoud dichtbij: Dat is ook het thema van je laatste cd Private Revolution? “Die gaat over alles proberen in balans te trekken, over ‘private revolutie’. Ik ben filosofisch ingesteld, ik ben een artistieke mens, ik ben tekenaar, schilder, verhalenverteller, muzikant, in plaats van bedrijfsleider. Ik heb 15 jaar gedacht dat ik dat kon en ik ben er uiteindelijk achtergekomen dat de eenvoud meer mijn weg is. Maar op die weg naar eenvoud heb ik wel ontzettend veel fouten gemaakt. Ik ben bereid mezelf die fouten te vergeven, maar dat kan je ook alleen maar doen door resultaat.
»Ik dank de hemel dat ik dit mag doen.» Private Revolution gaat daarover, over de kleine revolutietjes die je als mens voor jezelf probeert in orde te krijgen. Ik geef nu huisconcerten. In de slipstream van de eenvoud, want 2010 is het jaar van de eenvoud voor mij, heb ik ook huiskamerconcerten ingelast, met unplugged-versies van mijn cd. Iedereen kan daarvoor inschrijven.” dichtbij: Give a little bit of your light, zing je in één van je songs. Kan iedereen iets betekenen voor een ander? “Wat mij er ondanks heel wat tegenslagen en foute beslissingen en handelingen altijd heeft door gehaald, is mezelf gelukkig te kunnen maken, zonder op iemand anders te rekenen.
Ondanks je stommiteiten moet je kunnen zeggen ‘ik start weer van nul, ik ga proberen mezelf licht te geven, ruimte te geven, zodat ik een beetje reserve kan opbouwen, want stel dat ik iemand tegenkom met wie ik dat wil delen, dan moet ik ook kunnen geven, niet alleen krijgen’. ‘Give a little bit of your light’: als je een beetje over hebt, als je zelf al een stukje gelukkig bent, dan kan je ook een stukje meegeven. Je moet daar niet veel voor doen, je moet gewoon wat schijnen, er zijn, gelukkig zijn. En daarom is het volgens mij heel belangrijk dat scholen die positiviteit promoten. Hoe? Door meer accent te leggen op eigenwaarde, waardoor iedereen het gevoel krijgt ‘zelfs al kom ik uit een minder bedeelde startpositie, toch krijg ik de kans om mijn eigenwaarde goed te krijgen’. Ik heb dat zelf aan den lijve ondervonden, maar ik heb dat toch kunnen ombuigen, via mijn muziek.” dichtbij: Ook jij probeert, via je BVschap, iets te betekenen? Als spreker bijvoorbeeld. “Mijn moeder was dement. Ze was een heel fiere, creatieve vrouw die opeens bijna onmerkbaar in die fase van dementie was overgegaan. Ik ben daarom gaan getuigen op een boekvoorstelling over dementie. Ik steun ook de Ruiseleedse Don Bosco-broeder Guido Icket. Bij mijn laatste reis naar Rwanda kwam ik terecht in zijn ‘ kringloopschool’, De wezen die er les krijgen starten een kleine business en worden leraar. Zo geven ze de kennis weer door. Ik vond dat fantastisch. Terug in België werd ik toevallig door die mensen gecontacteerd en zo ben ik daar in gerold. Ik ben Ruiseleedse ereburger geworden en dit jaar gaan we voor hen muziek maken. Heel leuk.” n
Jean Bosco Safari had heel wat interessants te vertellen, meer dan wat we konden publiceren. Het volledige interview kan je lezen op www.dichtbijmagazine.be. Jean Bosco Safari’s concertagenda vind je op www.jeanboscosafari.be. Via de site kan je inschrijven voor zijn huiskamerconcerten met unplugged-versies van zijn laatste cd, Private Revolution. Je kan er ook fragmenten beluisteren, foto’s en video’s bekijken en zijn songteksten nalezen.
In memoriam
» De mensen van voorbij, zij worden niet vergeten. »
Broeder Dius Broos (1917 – 2010) Broeder Dius vertrok in 1951 naar Zuid-Afrika. Hij gaf er jarenlang les in ons college in Pietersburg en behaalde zonder zijn lessen stil te leggen een doctoraat in de letteren aan de Universiteit van Pretoria. Hij aanvaardde graag vertaalwerk, dat uitmuntte in degelijkheid. In 1985 werd hij even teruggeroepen naar Europa om in Rome overste van het generalaat en secretaris-generaal te worden. Maar in 1991 mocht hij terugkeren naar zijn geliefd Transvaal. Broeder Dius was een charmante medebroeder, voornaam in de omgang, aangenaam om mee samen te leven, steeds voorkomend om aan ieder-
een te geven wat hem toekwam. Hij was dan ook een graag geziene figuur. Met zijn werk in Zuid-Afrika heeft hij een fundamentele bijdrage geleverd aan de opdracht die de congregatie daar heeft opgenomen. In 2003 kwam Br. Dius definitief naar België. Hij mocht nog mooie jaren beleven in Lummen, waar hij zijn medemissionaris Br. Michael vond, die er was om voor hem te zorgen wanneer heel wat dingen wat moeilijk werden. In juni 2008 verhuisde hij naar Zelzate. Broeder Dius overleed op 5 februari in het rusthuis in Zelzate.
Anja De Groeve (1969-2010) Op 22 januari overleed Anja De Groeve. Ze was 40 jaar. Op 29 januari werd ze begraven in Assebroek. Tijdens de begrafenisdienst lazen haar collega’s deze tekst voor: Anja, Als een frisse wind raasde je door onze afdeling, Met wie al jaren zweeg, schreef je het mooiste gedicht, Met wie al tijden enkel nog sprak, maakte je het mooiste schilderij, Anja, je won ons respect,
“Alles komt altijd goed” Je hebt het ons wel honderd keer gezegd… “Alles komt altijd goed.” Jah, Anja,… Je hebt voor altijd een plaats verworven in al onze harten… En inderdaad, Alles komt altijd goed… Anja werkte op de afdeling Sint-Cornelius van het Psychiatrisch Centrum Sint-Amandus in Beernem.
Broeder Valery Bruylandt (1923 – 2010) Broeder Valery was een man die met zijn handen de congregatie heeft gediend. Na zijn religieuze opleiding werd hij kok. Verschillende huizen mochten van zijn kookkunsten genieten: Aalter, Zelzate, Essen, Temse, en Sint-Michiels-Brugge. Bijna 20 jaar mocht daar hij koken voor de juvenisten. Hij zorgde er ook voor de tuin en het Mussennest, dat een klein museum werd, en stond ook in voor het onderhoud in het huis. Br. Valery hield van humor, was dikwijls het gewilde slachtoffer van plagerijen en zorgde naast de voeding ook voor vreugde in het klooster. Na een verblijf in
Turnhout en Sint-Michiels mocht hij naar Brakel, zijn geboortestreek. In 1995 ging hij naar Sint-Job-in-’t-Goor, waar hij de zorg voor de kapel kreeg toegewezen en verantwoordelijk werd voor de kinderboerderij. Br. Valery was graag in de gemeenschap, was gekend en gewaardeerd voor zijn eenvoud en zijn religieuze bezieling. Hij zorgde voor gezelligheid en wist zo een bindende kracht te zijn voor zijn gemeenschap. Broeder Valery verbleef in het rusthuis in Zelzate en overleed op 23 maart in het ziekenhuis. dichtbij April 2010 > 25
Etcetera Wat heeft een website dat een magazine niet heeft?
www.dichtbijmagazine.be in een oogopslag ‘Dichtbij’ staat dicht bij jou, ook op het internet. De webstek www.dichtbijmagazine.be is dé place to be voor de medewerkers van de Broeders van Liefde.
Op de startpagina vind je extra achtergrondinformatie bij de artikels in ‘Dichtbij’. Extra dieettips, de link naar de website van Jean Bosco Safari of een oproep voor ‘de vraag’: je vindt het er allemaal.
‘In dit nummer’ geeft je een overzicht van alle nummers die al verschenen zijn. Naast afbeeldingen van de covers vind je er ook een korte inhoud.
Geef je graag je mening? Doe dan zeker mee met onze poll!
Klik op ‘personeelsacties’ voor een lijst van alle voordelen waarvan je als personeelslid van de Broeders van Liefde kunt genieten.
En natuurlijk kan je via de website ook meedoen aan onze wedstrijd.
In de rubriek ‘dossiers’ vind je achtergrondinformatie over de thema’s uit de dossiers.
De naam van het nieuwe personeelsmagazine was niet alleen in alle scholen en voorzieningen een goed bewaard geheim, maar ook op het Provincialaat. De voorbereiding moest dus in alle stilte gebeuren. Eens het zover was werd het eerste nummer officieel voorgesteld door Broeder Veron Raes, regionale overste en hoofdredacteur van ‘Dichtbij’.
> Stagiair Mathias maakt de pakketjes met suikerbonen.
> Het is zover: Dichtbij is geleverd!
Wedstrijd De wedstrijd in het eerste nummer van Dichtbij was een overdonderend succes. Carine De Coninck (Sint-Medardus, Ursel), Doreen Ceuppens (Sint-Amedeus, Mortsel), Raquel Argumedo (Het Roerhuis, Leuven) en Paul Naessens (BuSO Sint-Juliaan School aan de Waterkant, Gent) gaven 3 juiste antwoorden en mogen binnenkort hun prijs verwachten. Niet in de prijzen gevallen? Waag dan je kans met deze nieuwe wedstrijd. We geven een cadeaubon t.w.v. 20 euro bij AS Adventure en één bij Colruyt weg, een boek over de kunst van Broeder Max en een kaarsenpakket van De Gouden Otter, de winkel van O.C. Broeder Ebergiste. > Br. Veron onthult de naam voor de medewerkers van het Provincialaat.
1. Met welke dieren werkt het CAT-project in Zelzate? 2. Welke landen bezochten de deelnemers aan de Zuidreis? 3. Wat wou Jean Bosco Safari als kind worden? Stuur je antwoord vóór 19 mei naar Joke Verbeke (Dienst Communicatie Stropstraat 119 - 9000 Gent,
[email protected]) of doe mee op www.dichtbijmagazine.be
De vraag > Dichtbij ging zelfs mee op Zuidreis!
Heb je zelf een vraag voor iemand van de organisatie? Mail ze dan zeker naar
[email protected]!
Hoeveel bezoekers heeft de website www.fracarita.org dagelijks? Koen Cordier > netwerkverantwoordelijke O.C. Huize Terloo Bellingen en K.I. Woluwe Brussel Beste Koen, Gemiddeld werd onze website in de afgelopen maand 819 keer per dag bekeken. Uit onze cijfers blijkt dat de site vooral geraadpleegd wordt tijdens de weekdagen en dan vooral overdag, met de middag als topmoment. Heel wat mensen denken dat we onze bezoekersaantallen vooral halen uit medewerkers die de site als homepage hebben ingesteld, maar dat klopt niet. 40% komt via een zoekmachine op onze website terecht. Op een willekeurige dag, in dit geval donderdag 11 februari, werd www.fracarita.org 1.095 keer bezocht. Surfers bekeken gemiddeld 2,5 pagina’s, dat maakt dus meer dan 2.500 pagina’s in totaal. In de rubriek vacatures werd die dag tijdens 100 bezoeken 650 keer geklikt. De nieuwspagina leverde dan weer 478 bezoeken op. Een leuk weetje: 90% van onze bezoekers gebruikt Internet Explorer als browser. 7% surft met Mozilla Firefox en 2% met Safari. Vriendelijke groet, Erwin Keustermans, verantwoordelijke internet en intranet
> Dominique van de dienst gebouwen is érg nieuwsgierig.
> In Bovenbouw Emmaüs Aalter is de lancering aanleiding voor een heuse ‘Dichtbijparty’.
Tip Het begin van de lente staat voor veel mensen nog steeds synoniem met ‘de grote schoonmaak’. Want eens de eerste lentezon erdoor komt zie je plots hoe vuil de ramen zijn en hoeveel stof er door de kamer zweeft. Als je aan de grote schoonmaak begint, zorg dan dat je genoeg schoonmaakproducten in huis hebt. Maak eerst een plan van aanpak: waar wil je starten en hoeveel kan je doen op één dag? Zet een leuk muziekje op en denk tijdens het poetsen alleen aan leuke dingen. Vergeet niet dat vele handen licht werk maken: verdeel de taken. En last but not least: beloon jezelf achteraf! Dat maakt zo’n grote schoonmaak plots een pak minder lastig. Meer schoonmaaktips op www.dichtbijmagazine.be! dichtbij April 2010 > 27
In beeld Georges Reyns De ronde van Lummen FOTOGRAFIE > Layla Aerts
www.kliek.be ¬ 060123
Elke dag zie je Georges Reyns met zijn kleine vrachtwagen op ronde op de campus van orthopedagogisch centrum SintFerdinand in Lummen. Als het eten klaar is, verdeelt hij het aan de 12 leefgroepen op het domein en in de buitenhuizen. “Ik werk hier graag”, vertelt hij. “Je moet lichamelijk wel goed in orde zijn, want je bent de hele dag druk bezig met in- en uitladen. Maar het is afwisselend werk: ik kom overal en heb veel contact met de opvoeders van de leefgroepen. Schrijf ook zeker op dat ik goede collega’s heb. Zij maken het werk plezant!”