n e id u Z t e h it u m e t s Een
Inleiding Een stem uit het Zuiden Tegenwoordig is er steeds meer sprake van het begrip Migratie en Ontwikkeling. Van dat begrip was tien jaar geleden, toen ik voor de Protestantse Kerk in Nederland de portefeuille vluchtelingen en asielzoekers in Nederland onder mijn hoede kreeg, nog geen sprake. Vanaf het begin was er sprake van het begrip terugkeer. Het was ook in die tijd dat er onder toenmalig staatssecretaris van Justitie Job Cohen druk gewerkt werd aan een wettelijk kader voor terugkeer, wat uiteindelijk leidde tot de terugkeernota, waarmee de acties voor een pardon werden gestart. Al in die tijd ging ik te rade bij collega’s die zich bezighouden met ontwikkelingssamenwerking in Afrika en andere werelddelen. Ik dacht bij hen hulp te kunnen krijgen voor terugkeer van niet toegelaten vreemdelingen. Ik werd snel wijzer. In gebieden waar een oorlog beëindigd was, moesten vele tienduizenden mensen geholpen worden bij de reïntegratie vanuit de vluchtelingenkampen in de regio. “Laat die paar mensen toch hier, was de mededeling, hier zijn de problemen niet, je
3 denkt toch niet dat we kunnen zeggen: “laat al die duizenden maar wachten, want we hebben er twintig uit Nederland”. Bovendien was er steeds de mededeling: het zijn niet de armsten die naar Nederland komen. We hoeven hen echt niet te helpen. Dit laatste wordt ook vaak gezegd vanuit de overheid. Degenen die vanuit Afrika hier naartoe komen, zijn niet de armsten. Het zijn gelukzoekers. Deze termen rechtvaardigen het harde beleid en de harde woorden die er vallen als het gaat om mensen zonder verblijfspapieren. Inmiddels is het begrip Migratie en ontwikkeling een feit, er worden op ministeries bijeenkomsten rondom dit thema gehouden, er is een jaarlijks terugkerend Global Forum Migration and Development. In Nederland worden vanuit het ministerie van Justitie voorbereidende bijeenkomsten gehouden waarbij vele migrantenorganisaties meepraten over de thema’s. Maar het lijkt erop dat het hierbij in Nederland en Europa gaat over de vraag hoe je kunt voorkomen dat steeds meer mensen Europa inreizen en hoe je ervoor kunt zorgen dat degenen die hier zonder verblijfsdocumenten zijn hier weg gaan.
Veel organisaties worden opgetuigd om deze mensen te verleiden tot terugkeer. Ook in onze organisatie zijn we gaan nadenken over de manier waarop we kunnen bijdragen aan een perspectiefvoller bestaan van de niet toegelaten vreemdelingen. Maar sprekend met een collega van de afdeling ontwikkelingssamenwerking hoorde ik ook nu weer: Ghana is meer geholpen met een illegaal verblijvende Ghanees in de Bijlmer dan met een Ghanees die terugkeert uit Europa. In Europa is er nu een Europees terugkeerbeleid. Dit vervangt ook in Nederland het nationale beleid. Op het moment dat dit terugkeerbeleid in de Europese commissie werd goedgekeurd – nu twee jaar geleden - ontvingen ICCO & Kerk in Actie een stroom van protesten van organisaties in Latijns-Amerika en Afrika. Deze wet was discriminerend. De Europeanen die zelf de hele wereld veroverden, die overal heen gaan en elk land binnen kunnen: zij hebben de arrogantie om dit niet toe te staan aan mensen uit minder rijke landen. Schande riepen ze erover uit.
Als de armsten uit ontwikkelings landen zoekend naar perspectief naar Europa komen, kan men dan spreken over gelukszoekers?
Opgeteld zijn er heel wat redenen om eens aan Afrikaanse kerkleiders te vragen hoe zij tegen migratiethema’s aankijken. Welke werkelijkheid zien zij in Afrika? Vooral omdat opvalt dat het meeste beleid op het brede terrein van migratie en vreemdelingen wordt geschreven vanuit een Nederlandse en Europese werkelijkheid. Deze werkelijkheid kijkt vooral naar aantallen niet-westerse vreemdelingen in Nederland, en de mate waarin dit aantal acceptabel wordt gevonden door de samenleving, door het electoraat.
werking gesproken wordt over perspectief voor de armsten in ontwikkelingslanden? Als de armsten uit ontwikkelingslanden zoekend naar perspectief naar Europa komen, kan men dan spreken over gelukszoekers? Om dan de allerarmsten in detentiecentra op te sluiten, soms voor maanden, waarbij ze verzwakken en niet alleen hun perspectief hier er niet meer is, maar evenmin het perspectief in het land van herkomst, dat er eigenlijk toch al niet was, veranderd in hulpeloosheid en machteloosheid, een bestaan in schuld en schande?
Hoe ziet de Afrikaanse werkelijkheid eruit? Zijn het echt de rijkere mensen die vanuit Afrika naar Europa komen? Hoe gerechtvaardigd zijn de harde woorden, ook vanuit de politiek, die over niet toegelaten vreemdelingen klinken? Is het reëel dat vanuit ontwikkelingssamen-
Dit boekje bevat geen onderzoeksgegevens, en kan dus ook niet als zodanig gelezen worden, maar het zou wel kunnen uitnodigen tot het doen van onderzoek. In dit boekje proberen we mensen uit het Zuiden mee te laten praten over onderwerpen die hier in het Noorden, en uiter-
4 aard ook in het Zuiden, spelen. Een stem uit het zuiden, waarvan we hopen dat het ooit een roep uit het Zuiden wordt, een roep die wordt gehoord, en die aanleiding zal zijn om de criminalisering van migratie tegen te gaan, niet meer te willen. Dat die criminalisering er op dit moment in Europa is, blijkt uit een rapport van de Council of Europe van februari 2010. Om dit tegen te gaan zal de stem vanuit het Zuiden hard nodig zijn. Naast de stem vanuit het Zuiden hebben we een aantal conclusies en aanbevelingen geformuleerd. Deze aanbevelingen zijn niet uitputtend maar een duwtje in de goede richting, de belangrijkste aanbeveling is: laat mensen uit het Zuiden mee spreken als het gaat om dit voor hen zo belangrijke beleid. Ze zijn niet het electoraat hier, maar zij zijn de mensen die ons kunnen helpen onze menselijke waardigheid hier te behouden. Onze waardigheid hangt immers af van de manier waarop we omgaan met de waardigheid van hen die het minder hebben getroffen. Of, om het bijbels te zeggen: “Ik was vreemdeling, en gij hebt mij geholpen.” Geesje Werkman
“Met sterke economieën en banen in Afrika zullen de meeste jongeren in Afrika blijven” Aan het woord is de Ghanese geestelijke bisschop dr. Robert Oboagye-Mensah, van de Methodisten kerk in Ghana. Tot voor kort was hij voorzittend bisschop van de Ghanese Methodisten Kerk, nu is hij vice- president van de All African Conference of Churches, voor de subregio West-Afrika.
opleidingen of hogere beroepsopleidingen die het hen mogelijk maakten een goede baan te vinden met veel betere lonen en meer vooruitzichten dan dat zij in hun geboorteland zouden hebben. Vanuit Ghana neemt de migratie af door een ontwikkeling van beter bestuur. “
Dr. Mensah kent geen statistieken over de aantallen mensen die naar Europa migreren, maar, zegt hij: “gedurende mijn tijd als bisschop-president was ik in de gelegenheid veel Ghanezen, vooral Methodisten, te ontmoeten die naar Europa en Amerika gingen. Enkelen van hen gingen naar Europa om verder te studeren, maar de meesten gingen om economische redenen. Zij wilden goede banen, en betere levensomstandigheden. De meeste mensen die ik in Europa ontmoette, waren naar Europa getrokken vanwege armoede in hun thuisland. Hoewel er ook onder hen migranten waren met academische
Schulden Hij vertelt dat de meeste, vooral arme mensen, een substantiële hoeveelheid geld bijeen moeten brengen, vaak leningen, om de reis naar Europa te kunnen betalen. Daarom laten veel mensen die vertrekken hun familie met hoge schulden achter. Deze schulden moeten betaald worden als men in Europa is gearriveerd, en werk heeft. Hoe eenvoudig of moeilijk het is om met mensensmokkelaars in contact te komen, is de bisschop niet bekend. Maar er zullen volgens hem ongetwijfeld non gouvernementele organisaties (Ngo’s) in Afrika zijn die hier veel van weten.
5 Het gesprek komt op mensenhandel. “Dat is echt aan de orde in heel West-Afrika. Veel mensen zijn onvoldoende ontwikkeld en hebben te weinig kennis van zaken om te weten welke risico’s ze lopen”, zegt dr. Mensah. “Er worden mooie verhalen verteld over werk en veel geld en het lijkt vaak zo mooi dat men het ook echt wil geloven. Dat hangt samen met de zoektocht naar lotsverbetering. Het komt ook voor dat de familie iemand uitzendt in de verwachting dat zij er allemaal een beter bestaan door zullen krijgen. Ik word hier echt treurig van. De meeste mensen hebben er geen weet van wat hen te wachten staat. Sommigen denken het wel te weten, maar vergissen zich in wat hen te wachten staat. Het zijn vooral jonge vrouwen die het risico lopen om in handen van mensenhandelaren, traffickers, te vallen. Deze handelaars beloven jonge mensen dat er een goede en goedbetaalde baan in Europa voor hen klaar ligt, als ze met hen meegaan naar Europa. Ik waarschuw jonge mensen dat het niet eenvoudig is om in Europa een baan te krijgen en dat de levensstandaard er hoog en het leven er erg duur is. Daarom moeten ze
6 wantrouwig zijn tegenover iedereen die met deze lucratieve aanbiedingen bij hen komt.” Geld sturen De bisschop vertelt dat er in Ghana grote sommen geld binnen komen als remittances, overboekingen naar familieleden. Dit is van grote positieve invloed op de economie van het land. Sommige migranten sturen geld om hun schulden af te lossen, het geld dat ze al gehad hebben en hebben geïnvesteerd in hun reis naar Europa. Maar het gebeurt ook dat de remitances naar de familie gaan om schoolgeld te betalen, of om een huis mee te bouwen. Dit zijn echt investeringen. Ook worden arme families financieel gesteund in hun dagelijkse levensbehoeften. Soms wordt er geld gestuurd voor projecten in dorpsgemeenschappen, dan komt het een heel dorp ten goede.
Soms zullen mensen goed kunnen terugkeren als ze een genoeg geld meekrijgen om een bedrijfje te kunnen starten.
Niet toegelaten Het is een schande als mensen niet worden toegelaten en teruggestuurd worden. Ik weet van enkele families die vreselijk teleurgesteld waren en met hoge schulden zaten toen de migrant teruggekeerd was, zonder mogelijkheden om dit af te lossen. Mensen zouden soms zelf terug willen keren als ze konden. Twee zaken zijn daarbij belangrijk: 1) wat kan de betrokkene bijdragen voor de familie en de gemeenschap of wat is de last die ze meebrengen voor familie en gemeenschap en 2) een huis/thuis (a home) is echt heel belangrijk. Vaak is dit slechts weggelegd voor de middenklasse. Maar gezichtverlies kan een grote rol spelen. Men is mislukt of erger. Als men slachtoffer is geweest van mensenhandel is er vaak geen plaats meer voor hen waar ze naar toe kunnen. Zij zullen op straat moeten leven en kunnen in handen komen van de pornografie. Vooral in de omgeving van Accra. Voor hen is een veilig thuis het belangrijkst. Natuurlijk moeten ze ook leven en werk vinden, maar zonder veilig thuis is dat niet mogelijk. Wij proberen iets voor hen te doen
via The Board of Social Responsibility, waar ook wordt gezorgd voor scholing van straatkinderen. Hulp verlenen aan slachtoffers van mensenhandel kan bedreigend zijn en moet dus vertrouwelijk en veilig plaatsvinden. Meewerken Soms zullen mensen goed kunnen terugkeren als ze een genoeg geld meekrijgen om een bedrijfje te kunnen starten. Hierbij zou men de mensen zelf kunnen laten meewerken aan het opbouwen van huizen in de vorm van projecten met lokale organisaties. Dan dragen ze ook bij aan de opbouw van de gemeenschap. We hebben allemaal een morele verantwoordelijkheid. Daarom is het belangrijk om samen te werken, lokaal én internationaal. Eigenlijk moet Europa de Afrikaanse landen helpen om hun eigen sterke economie op te bouwen. Daarvoor is het onder andere nodig dat er eerlijkere handelsbetrekkingen met Afrika komen, handelsbetrekkingen die de Afrikaanse landen ten goede komen. Als de Afrikaanse economieën sterk en levendig zijn en er daardoor banen voorhanden zijn, zullen de meeste jongeren er de voorkeur aan geven om in hun land van herkomst te blijven.
Van land naar land
in de hoop op asiel Sydia Nduma, staflid bij de Wereldraad van Kerken op de afdeling Justice, Diakonia and Responsibility for Creation, komt uit Zambia, in Centraal-Afrika, en is lid van een Baptistenkerk. Ze heeft in Afrika gewerkt bij een non-gouvernementele organisatie (Ngo), met vluchtelingen ten tijde van oorlogen. Ik vraag haar waarom mensen van Afrika naar Europa vertrekken. Ze vertelt: “Vooral ten tijde van oorlogen heb ik grote vluchtelingenstromen gezien in Afrika. Mensen vluchtten eerst vooral binnenlands (zogeheten IDP’s, internally displaced persons) en daarna over de grenzen naar buurlanden, waar ze dan in grote vluchtelingenkampen verbleven. De laatste jaren zie je dat mensen van land naar land trekken in de hoop op asiel. Gebrek aan hoop op asiel doet hen verder trekken”. Hier in Europa ziet Sydia Nduma dan weer dat mensen als ressettlement vluchteling (uitgenodigde vluchteling) aankomen.
Goed opgeleid Sydia Nduma ziet ook een andere stroom, van goed opgeleide mensen, uit Zambia vertrekken. Het gaat om leerkrachten, artsen en verpleegkundigen. Voordat de apartheid afgeschaft werd in Zuid-Afrika vertrokken ze naar Botswana, later naar Zuid-Afrika, en verder naar de Verenigde Staten of Europa. In Zambia was er gratis scholing, waardoor veel mensen werden opgeleid, maar velen van hen vertrokken na hun opleiding naar het buitenland. “Ook zie je dat de overheid vrij veel scolarships heeft”, vertelt Sydia Nduma, “veel studenten uit Zambia studeren over de gehele wereld. Zolang de economie in Zambia goed is, gaan ze als afgestudeerden weer naar huis, maar als het economisch perspectief slechter wordt, blijven de afgestudeerden in andere landen, in andere werelddelen”. Er wordt in Zambia wel gezegd, dat er meer hoog opgeleide artsen uit Zambia buiten Zambia te vinden zijn dan in het land zelf. Chinezen
7 houden de ziekenhuizen in Zambia draaiende en artsen die in de publieke ziekenhuizen werkten, openen privéklinieken. Er is een braindrain van publieke gezondheidzorg naar particuliere zorg. Dan is er nog een migratiestroom van mensen die hiv-geïnfecteerd zijn. Ze vragen asiel aan in de hoop op goede medische zorg. Vroeger kregen deze mensen zeker een status, maar tegenwoordig krijgen ze die verblijfsvergunning niet meer. Mensensmokkel Als ik vraag naar mensensmokkel vertelt Sydia Nduma dat het voor de hoog opgeleide migranten niet nodig is om hier gebruik van te maken. Hoger opgeleiden gaan via de gewone wegen en zorgen voor legale visa et cetera. Daarnaast heb je de stroom van de rijkere armen. In Zambia is er niet een middenklasse. Er zijn rijken en armen, maar er is binnen de groep armen wel sprake van een groep rijkere armen. Zij lenen geld van familie en vrienden en beloven dit geld terug te betalen als ze in Europa zijn. Deze groep maakt wel gebruik van diensten van smokkelaars, en loopt dan het risico bedrogen uit te komen, omdat bijvoorbeeld het visum niet klopt of er soms helemaal geen visum is. Dan
8 blijven ze achter met een torenhoge schuld, die ze niet meer kunnen aflossen. Er is in Zambia geen documentatie over mensenhandel, trafficking. Wel is er sprake van het ronselen van mensen op het platteland voor huishoudelijk werk, vooral in het zuiden. Maar er is geen documentatie over. Als er al sprake is van mensenhandel in Zambia zal het over heel kleine aantallen gaan, denkt Sydia.
Remittances zijn erg belangrijk voor Zambia. Ze spelen voor heel veel mensen een cruciale rol. De families van migranten in Europa zijn afhankelijk van de remittances die naar hen worden gestuurd. Het geld gaat naar de families en wordt gebruikt voor scholing, voedsel en brandstof. Vooral prijzen van voedsel en brandstof rijzen de pan uit. Vaak gaat het geld naar een persoon die de verantwoordelijkheid draagt voor gezin of familie. En naar ouders natuurlijk. Maar het kan ook gebeuren dat een gezinslid, de man of vrouw, in Europa verblijft en het geld naar het eigen achtergebleven gezin in Zambia gaat. De overheid in Zambia bemoeit zich niet met remittances, in tegenstelling tot bijvoorbeeld Marokko of Kaapverdië, waar de overheid belang hecht aan remittances en de binding met het thuisland van in Europa wonende migranten. Als mensen hier niet mogen blijven, bijvoorbeeld de niet toegelaten mensen met hiv/aids, worden ze door de familie in Zambia weer in de armen gesloten. Illegale migratie In de samenleving van Zambia is illegale migratie, anders dan in West-Afrika, eigenlijk
Van land naar land in de hoop op asiel | 9 geen probleem. Mensen gaan legaal. Wat wel een punt is zijn de uitzettingen uit Europese landen. Vaak worden menen uitgezet naar landen waar ze helemaal niet vandaan komen. Het tegengaan van illegale migratie kan eigenlijk alleen door legale migratie mogelijk te maken. Mensen komen tot illegale migratie als ze geen andere wegen zien. Het verkrijgen van visa voor Afrikanen is zeer moeilijk en kostbaar. “Eigenlijk is dat raar”, zegt Sydia, “Europeanen reizen over de hele wereld. Ze krijgen visa, komen overal, maken deel uit van de global village, maar Afrikanen krijgen tot die zelfde global village geen toegang, door het opwerpen van allerlei muren. Hierdoor zie je dat smokkelaars hun kans grijpen. Ze zien het gebrek aan toegang tot die global village, en verschaffen het dan, althans die belofte doen ze. Als je illegaal in Europa komt, ga je niet terug, want dan kan je niet weer terug naar Europa. Als mensen legaal naar Europa kunnen komen en ook weer terug kunnen gaan, zonder dat hen de toegang wordt ontzegd, maak je circulaire migratie mogelijk. Als je het alleen
mogelijk maakt aan hoog opgeleide mensen om als arbeidsmigrant te komen, dan doe je aan klassisme, en heb je geen oog voor de rechten van de lager opgeleiden. Als kerken moeten we hiervoor gaan lobbyen, immers mensen die door de wereld trekken, is toch iets dat bij kerken hoort.” Klassisme Het huidige migratiebeleid stimuleert institutioneel racisme, en promoot klassisme. Je kunt het zien als je op reis gaat. Als een Europeaan of Amerikaan naar Noorwegen gaat, dan krijgt ze een bij de ambassade een grote glimlach en een visum voor jaren. Als Sydia naar Noorwegen gaat vanuit Genève, en hiervoor naar de Noorse ambassade gaat, krijgt ze een frons, en vragen over de verzekering, en of haar lichaam indien ze in Noorwegen sterft wel terug kan naar Zwitserland. “Als je op reis bent dan ‘ben’ je je paspoort. Het maakt veel verschil tijdens controles, voor visa et cetera waar je vandaan komt. Hoe vaak komt het niet voor dat conferenties verstoken worden van Afrikaanse deelnemers, omdat zij geen visum krijgen. Je wordt ook naar je paspoort behandeld bij grenscontroles, op
Het huidige migratiebeleid stimuleert institutioneel racisme, en promoot klassisme.
ambassades. Dat is een grote zorg. Ernstig is in dit kader ook de opmerking in een officieel Europees stuk over arbeidsmigratie: de reguliere migrant komt en doet het werk dat de autochtonen niet willen doen Als dit uitgangspunten worden voor beleid werk je discriminatie en racisme in de hand. Het gaat dan immers over twee soorten mensen?” Grap Tot slot vertelt ze me een grap: in Europa hebben ze het altijd over de migranten die Europa overspoelen. Het beeld dat je hierdoor krijgt, is dat van Europeanen die stil zitten en zitten blijven waar ze zitten, terwijl mensen uit andere werelddelen bewegen. Een vertekend beeld, de werkelijkheid is anders, aldus Sydia.
11
Het Joodse Pesach begint met:
“Mijn vader was een Aramese migrant” Dr. Simon Kossie, president van de Methodistenkerk in Benin, kent geen exacte getallen van migratie naar Europa. De mensen die hij over dit onderwerp sprak, vertelden dat ze zouden vertrekken of dat ze de wens hadden om te vertrekken. De reden daarvoor was dat ze geen idee hadden hoe ze hun levensomstandigheden in Afrika zouden kunnen verbeteren.
van jongere broers en zussen van de migrant, maar ook voor de gezondheidszorg van familieleden. Als er meer geld is, worden er huizen gebouwd voor familieleden. Dan kunnen er ook activiteiten in hun dorp worden gesteund, zoals de bouw van scholen en gezondheidscentra. Of het schoolgeld voor de allerarmsten van het dorp wordt met remittances betaald.
Meestal gaat het om jonge mensen die naar Canada of Europa gaan. Ze proberen door hun vertrek naar Europa te overleven, zoals ieder mens dat zou doen. Helaas zijn er ook, vooral jonge, vrouwen die denken dat ze in Europa huishoudelijk werk zullen vinden, maar die terecht komen in de mensenhandel. We spreken ook over remittances, bedragen die geregeld naar familie in het land van herkomst worden overgemaakt. Deze overboekingen komen volgens dominee Kossie in de eerste plaats en vooral ten gunste van familieleden. Bijvoorbeeld voor het schoolgeld
Terug Als iemand teruggestuurd wordt naar het land land waar hij vandaan is gekomen, wordt hij of zij als een verliezer gezien. Ds. Kossie vertelt: “Een jonge vrouw uit Togo was naar haar land teruggestuurd, onvrijwillig, en werd hierdoor erg pijnlijk getroffen. Gelukkig werd ze geholpen met het vinden van een baan en kon ze heel langzaam reïntegreren.” Europese landen zouden volgens ds. Kossie in dialoog moeten gaan met migranten in plaats van hen te vernederen door hen terug te sturen. “De wereld heeft altijd migratie gekend, en veel
Europeanen zijn zelf gemigreerd, maar zij waren in gelukkiger omstandigheden dan huidige migranten”, merkt ds. Kossie op. “De rechten van huidige migranten worden door de autoriteiten met voeten getreden. Zo lang mensen zoeken naar een betere toekomst zal migratie blijven bestaan. Het is noodzakelijk om migratie een menselijk gezicht te geven. Voor de kerk is het hierbij belangrijk om aan de woorden te denken waar het Joodse Pesach mee wordt ingeluid: “Mijn vader was een Aramese migrant…”
De rechten van huidige migranten worden door de autoriteiten met voeten getreden.
12
13
Het gaat om een toekomst Ik spreek met Vivi Akakpo, bestuurssecretaris van de sectie Vrouwen en Migratie van de All African Conference of Churches. Vivi woont in Nairobi, maar komt oorspronkelijk uit Togo. Globaal gezien willen Afrikanen graag naar Europa of Amerika emigreren, vertelt ze. Veel jonge mensen verlaten hun land om naar Europa of de Verenigde Staten te vertrekken. Maar ze gaan ook naar andere Afrikaanse landen, waar ze hopen meer mogelijkheden voor hun toekomst te zullen vinden. Ze hopen verder te kunnen studeren of een baan te vinden. Je ziet die wens vertaald in lange rijen bij de visa-diensten van de ambassades. Toch wijzen statistieken uit dat slecht 1 procent van de bewoners uit Afrika emigreert. Braindrain De ervaringen uit heel Afrika wijzen uit dat vooral veel hoog opgeleide mensen Afrika verlaten om een leven op te bouwen in een ander continent. Hierdoor ontstaat een braindrain: hoger opgeleiden vertrekken, terwijl lager
opgeleiden achterblijven. Maar in Afrika verlaten ook laag opgeleiden het continent. Laag opgeleiden vertrekken vaak, omdat ze iemand kennen van wie de poging om te emigreren is geslaagd. Iemand die een baan heeft gevonden in Europa of in de Verenigde Staten. Vivi geeft een voorbeeld: “Een vrouw die naar Canada was gemigreerd en daar een baan had gevonden, haalde haar broer en zus, die laag opgeleid waren, naar Canada. De broer was chauffeur en de zus was huisvrouw. Uit het feit dat ze niet terug zijn gekomen naar Afrika, blijkt dat dit waarschijnlijk is gelukt”. Er zijn voorbeelden van families die botje bij botje leggen om een familielid naar Europa te kunnen sturen. Dit gebeurt vooral in Oost-Afrika. De bedoeling hiervan is dat er geld wordt overgemaakt naar de achterblijvende familie, een soort belegging. We praten door over illegale migratie. Het is niet eenvoudig om een mensensmokkelaar te vinden die je naar Europa brengt. Smokkelaars kunnen zorgen voor een paspoort en de organi-
satie van de reis, maar dit kost erg veel. Soms betalen mensen vooraf 2.000 dollars, en dan is de smokkelaar opeens verdwenen met het geld. Mensen maken hiervoor veel schulden, die na verloop van tijd moeten worden terugbetaald. Als deze mensen op kosten van hun familie weggaan, maken de forse schulden het, als ze niet worden toegelaten, heel moeilijk om terug te komen. Dit brengt ook grote emotionele problemen met zich mee. Geen visum Vivi Akakpo geeft nog een voorbeeld: “Een jonge, universitair geschoolde man, hij was inmiddels ingenieur, werkte als leraar. Hij spaarde geld om zijn studie in Europa voort te zetten. Dit lukte hem niet legaal, want hij kreeg geen visum. Hij verloor zijn baan en al zijn geld ging zitten in zijn pogingen om weg te komen. Hierdoor werd hij zeer depressief en maakte hij een eind aan zijn leven.” Vivi is zeer geëmotioneerd als ze dit verhaal vertelt. Als ik dit opmerk, vertelt ze dat ze deze man erg goed kende. Voor migranten uit Afrika is er een reëel gevaar dat ze in handen vallen van mensenhandelaars. Door hun sterke wens om weg te gaan, geloven
14 ze verhalen, die achteraf niet blijken te kloppen. De wens om weg te komen, brengt dit risico met zich mee. Dit geldt vooral voor vouwen en kinderen. Vivi Akakpo vertelt: “Hier in Afrika, kun je bijvoorbeeld, als je een aantal kinderen hebt, een dochter van een ander inhuren om je te helpen met het huishouden. Daarbij kan gaan om zeer jonge meisjes. De moeder van zo’n meisje ziet dit als een kans voor haar dochter om weg te komen. Mensenhandelaren maken hier slim gebruik van, en daardoor kan het gebeuren dat zulke meisjes door criminele netwerken naar de seksindustrie worden verhandeld. Ons gesprek komt op remittances, het geld dat migranten overmaken naar familie in het land van herkomst. In Togo gaan remittances naar de familie, vertelt Vivi Akakpo. Maar in Mali komen deze remittances ten gunste van hele gemeenschappen. Vaak gaat het om grote sommen geld. “Kijk bijvoorbeeld maar hoeveel overboekingskantoren er zijn van Western Union. Er zijn altijd mensen in die kantoren, er is altijd bedrijvigheid. Vooral met Kerst, de start van het schooljaar en Pasen”, zegt Vivi Akakpo.
Het gaat om een toekomst | 15 Gedwongen terugkeer Ik vraag haar hoe familie, of het dorp waaruit de migrant afkomstig is, ermee omgaat als iemand niet in Europa mag blijven en bijvoorbeeld gedwongen terugkeert naar zijn of haar land. “Het is een schande als mensen teruggestuurd worden”, vertelt ze, “ook een schande voor de familie. Als een familie iemand in Europa of de Verenigde Staten heeft, is men daar trots op. Daarom is het een schande voor de gehele familie als de emigratie eindigt met onvrijwillige terugkeer. Degene die dit overkomt, zoekt dan naar de eerstvolgende mogelijkheid om weer weg te gaan, om te migreren, de waardigheid te herstellen.” In een documentaire vertelde iemand hoe hij illegaal in Nederland was, en moest terugkeren. Vanaf het moment dat hij terug kwam, had hij geen werk meer, en ook geen inkomsten. Zijn moeder moest voor hem zorgen. Zelf kaartte hij de hele dag met vrienden. Hij had zijn menselijke waardigheid totaal verloren. Hij wilde maar een ding: migreren en een baan vinden, zodat hij geld naar zijn moeder kon sturen. Door de gezamenlijke charters, de overeenkomsten vanuit Europa die mensen terugsturen, worden mensen in landen achtergelaten waar
ze niet vandaan komen. Er zijn voorbeelden van mensen die door Europese staten op het vliegtuig zijn gezet naar een ver land en niet het geld hebben om naar huis te komen. Zij doen er dan jaren over om weer in hun land en bij hun familie terug te komen. Op die manier worden binnenlandse vluchtelingen (IDP’s) gecreëerd door het Europese migratiebeleid, dan wel door de uitvoering ervan. Welk beleid zou Europa moeten voeren? Vivi Akakpo vindt dat migratie een vrije keus zou moeten zijn. “Als iemand wil migreren, moet dit mogelijk zijn. We spreken immers over globalisering. Met goederen en geld gaat dat heel eenvoudig, maar als het om mensen gaat wordt er ineens moeilijk gedaan”, merkt Vivi Akakpo op. “Het gaat tenslotte over de mobiliteit van mensen. De Verenigde Staten, maar ook een Europees land als Frankrijk zijn gebouwd op migratie.” Daarnaast zou Europa meer moeten doen aan de aanpak van oorzaken van de migratie. “Als je het mogelijk maakt om legaal te migreren, wordt illegale migratie een halt toe geroepen. Als je heel veel dammen opwerpt, en zo legale migratie onmogelijk maakt, neemt het aantal illegale migraties toe”, stelt Vivi Akakpo.
Ze vertelt nog een verhaal: “Ik ontmoette een jongeman van 28 jaar. Op zijn zesde verliet hij het ouderlijk huis. Zijn alleenstaande moeder had de avond ervoor gekookt, maar het eten werd niet gaar. Daarom gingen zijn broertje en hij naar bed. De volgende ochtend realiseerde hij zich dat hij de vorige dag niet had gegeten. In de pan waarin zijn moeder had geroerd, bleken alleen maar stenen te zitten. Er was helemaal geen eten. Als zesjarig jongetje is hij vervolgens vertrokken. Hij leefde op straat, hij trouwde op straat. Het ging erg slecht met hem, totdat een kerkelijke organisatie hem en zijn vrouw onder haar hoede nam. Zijn vrouw bleek hiv/aids te hebben. Toen hij dit hoorde kocht hij vergif, om een eind aan zijn leven te maken. Hij veronderstelde namelijk, en niet zonder reden, dat hij nu zelf ook aids zou hebben. Voordat hij zijn voornemen om zichzelf te vergiftigen uitvoerde, ontmoette hij echter een pastor die met hem sprak en die hem overhaalde om een hiv-test te doen. Die test bleek negatief uit te vallen: hij had geen aids. Nu werkt hij voor dezelfde organisatie waarvoor de pastor werkt en haalt mensen van de straat.” Vivi besluit met: “Het gaat om een toekomst, Geesje, mensen willen een toekomst voor ogen zien”.
Europa lijkt het land van beloften William Temu, programmamanager bij de Wereldraad van Kerken in Genève en afkomstig uit Tanzania, is van oorsprong Rooms-katholiek, maar voelt zich een oecumenische christen. Hij werkt en woont al 28 jaar buiten Tanzania en heeft onder andere voor een ontwikkelingsorganisatie in Nairobi (Kenia) gewerkt. Hij spreekt vooral over zijn ervaringen in Oost-Afrika. Vanuit Oost-Afrika vertrekken mensen vooral naar de Verenigde Staten, Canada en Engeland. Omdat die Engelstalige landen zijn, zijn dit voor de hand liggende landen voor migratie. Jonge mensen gaan echter naar Europa. Meestal vertrekken ze vanwege een gebrek aan economisch perspectief in Oost-Afrika. Europa lijkt dan het land van beloften. Smokkelaars en handelaren vormen volgens Temu een ernstig probleem. Laatst trof hij in een kerk in Genève een jongen aan uit Congo. Omdat hij hem kende, begroette hij hem. Maar de jongen bezwoer hem niet te laten merken dat ze elkaar kenden, want voor de asielprocedure ‘kwam hij uit Sudan’. De jongen had 5.000 dollars betaald voor de tocht naar Europa,
met het advies de Sudanese identiteit aan te nemen. Hoe dit mogelijk was bij de Zwitserse autoriteiten is Temu een raadsel. Maar de smokkelaars die aan het uitzichtloze leven van Afrikanen verdienen vindt hij een gevaar. Harambe Op mijn vraag of het niet de armsten zijn die proberen om te migreren, lacht William Temu. Hij legt me het begrip ‘harambe’ uit. Arme mensen zamelen in hun familie-, vrienden- en kennissenkring geld in: hier honderd dollar, daar honderd dollar. Van dit geld gaat een zoon of dochter studeren in de Verenigde Staten of in Europa. Daar is de hele familie trots op. De dochter of zoon krijgt geld mee voor het eerste jaar. In het tweede jaar moet de jongere het zelf maar uitzoeken, waardoor hij of zij vervolgens illegaal in het land van studie verblijft. Zelf heeft de heer Temu acht neven en nichten die illegaal in de Verenigde Staten wonen. Veel mensen in Afrika vinden het vreemd dat Temu’s dochter in Kenia studeert. Zijn jongste dochter is arts in Tanzania en studeert daar ook. Ze
17 voelde zich niet thuis in de Verenigde Staten. Succesvol kan je in Afrika net zo goed zijn als in Europa. Als illegaal in Europa of de Verenigde Staten leef je in angst. Een van de neven van William Temu heeft als illegaal vijftig Amerikanen in dienst bij het bedrijf dat hij heeft opgezet in de Verenigde Staten. Maar hij is altijd bang dat hij als illegaal ontdekt wordt, hij leeft in angst. “Ik zeg altijd, pak je spullen en ga naar huis!”, zegt Temu. Mensensmokkel en mensenhandel Mensensmokkelaars zijn onderdeel van criminele netwerken die in contact staan met andere netwerken in Europa en de Verenigde Staten. Zo weten ze bijvoorbeeld dat het handig is om je in Zwitserland als Sudanees voor te doen. Hoewel er in Oost-Afrika geen oorlog is, is er in het continent Afrika wel veel werkloosheid, honger en ziekte. De smokkelaarsnetwerken weten de mensen te vinden die door een gebrek aan toekomstperspectief radeloos zijn. In Oost-Afrika is het erg riskant om als vrouw verhandeld te worden voor de prostitutie. Voor bootvluchtelingen is er het gevaar om op weg naar Europa overboord te worden gegooid of om te verdrinken, doordat de boten niet
18 zeewaardig zijn. Temu herinnert zich nog goed het verhaal van de jongens die op grote hoogte doodvroren, nadat ze zich onder een vliegtuig hadden verstopt. Een illegale reis naar Europa is risicovol, terwijl legale migratie vrijwel onmogelijk is. Legaal, maar crimineel Met de legale migratie is Temu overigens ook niet zo gelukkig. Het is hem een doorn in het oog dat artsen en verpleegkundigen naar Groot-Brittannië en Australië vertrekken. Mensen die zijn opgeleid in Afrika, met geld uit Afrika, gaan naar rijke landen, terwijl er in Afrika een tekort is aan artsen en verpleegkundigen. Voor de landen van herkomst staat hier niets tegenover. Dat vindt William Temu pas crimineel en uitbuitend voor de armere landen. Dit gaat ten koste van de zieken, de patiënten en de armen in Afrika, aldus Temu. Remittances In Afrika overleven velen doordat familie uit andere werelddelen of een ander land in Afrika geld overmaakt. Dit noemt men ‘remittances’. In het gebied waar Temu vandaan komt, is voorgeschreven dat je zorgt voor zijn kinderen
als een broer overlijdt. Vanaf het moment dat een jongere broer van Temu stierf, was Temu de pleegvader van diens kinderen, met de plicht de kinderen discipline bij te brengen en voor hun financiën te zorgen. Hij betaalt voor de scholing van de kinderen. Daardoor, zegt hij, investeert hij in menselijk kapitaal. Hij heeft ook een geadopteerde zoon in Tanzania die chauffeur is. Daardoor doet Temu mee in de oprichting van een transportbedrijf. Een broer van Temu heeft zitting in het bestuur van dit bedrijf en kan daardoor een oogje in het zeil houden. Voor de geadopteerde zoon is er, ook in de toekomst, een inkomen. Zo gaat er geld naar en door Afrika. Er is immers geen gemeentelijke Dienst Sociale Zaken. “Dit is de Afrikaanse wijze van ‘sociale zaken’. Er is geen studiefinanciering, dit is de Afrikaanse studiefinanciering. Er is vaak honger en dit voorziet in een oplossing tegen honger. Op die manier werken remittances”, zegt Temu. In Tanzania bedragen remittances 5 procent van het Bruto Nationaal Product. In veel Oost-Afrikaanse landen is dit vele malen hoger. Temu heeft er moeite mee als ‘het Noorden’ remittances meetelt bij het halen van de millenniumdoelen. Hij vindt dat hypocriet. “Het gaat
om privégeld, om te voldoen aan persoonlijke plichten: het is het sociale vangnet van Afrika. Mensen uit Afrika betalen hier veel voor. Ik ga bijvoorbeeld niet op vakantie. Ik koop niet nog een pak, want ik voorzie in de afdeling Sociale Zaken van Afrika”, merkt Temu op. Terugkeer en preventie illegale migratie Als mensen die naar Europa gingen terugkeren, zijn ze terug bij af of erger. Waar moet je heen als je alles wat je had hebt verkocht om naar Europa te gaan? Daarbij heb je een sociaal probleem: je komt immers met lege handen terug. Als je 2.000 dollars hebt om terug te gaan, koop je iets om indruk te maken, maar wat stelt dat voor? Als Europa zijn beloftes voor investeringen in ontwikkelingssamenwerking zou nakomen en zijn markten toegankelijk zou maken voor Afrikaanse producten, het dumpen van goederen in Afrika tegen zou gaan en zou investeren in aidsbestrijding in Afrika, dan zouden dat de beste investeringen zijn om illegale migratie tegen te gaan, aldus Temu. Position Paper Kerk in Actie inzake Vreemdelingendetentie, ten behoeve van rondetafelgesprek 18 februari 2009
Europa lijkt het land van beloften | 19 Toetsen Vreemdelingendetentie mag slechts een ultiem middel zijn. Nu al is het zo dat detentie slechts plaats vindt als er zicht op uitzetting is en er een vermoeden bestaat dat de vreemdeling zich aan uitzetting zal onttrekken. Kerk in Actie heeft twijfels over de toepassing van deze criteria omdat: • sommige mensen in bewaring worden gezet als ze zich melden, hiertoe opgeroepen middels een brief, en • meer dan 50 procent van de in bewaring gestelde vreemdelingen uiteindelijk op straat gezet wordt, en Nederland dus niet verlaat. 1. Een betere toetsing van de criteria is wenselijk. 2. Er zou meer gebruik kunnen worden gemaakt van het buiten schuld-criterium. Uiteraard gaat het in voorkomende gevallen ook om het niet meewerken van de uit te zetten vreemdeling, maar niet in alle gevallen is hiervan sprake. 3. Daarnaast zou geprobeerd moeten worden om meer gebruik te maken van andere middelen, zoals garantstelling.
Beschadiging Bij vreemdelingenbewaring kun je spreken van een totalitair instituut zoals beschreven door Erving Goffmann (1922-1982) in zijn boek “Asiel”, met de daarbij horende gevolgen voor de vreemdelingen, vooral als ze langere tijd in zo’n instituut verblijven, waarvan de belangrijkste zijn: • verlies van identiteit; • verlies van menswaardigheid, zelfrespect. • Dit gegeven wordt gestaafd door de verhalen die Kerk in Actie hoort van justitiepastores en in de ontmoeting met vreemdelingen die in bewaring zaten. Redenen om: 1. Geen minderjarigen in detentie te zetten. Immers, zij moeten nog identiteit en zelfrespect opbouwen. Het is niet waardig om dit proces van jonge mensen af te breken en te vernietigen, ook al wordt dit niet beoogd. 2. Geen mensen in detentie te zetten die getraumatiseerd zijn. Bij hen zijn zowel identiteit als eigenwaarde vaak al beschadigd. Een verdere beschadiging dient te worden voorkomen. Onlangs vertelde een hoofd van een detentiecentrum dat steeds meer
zwakke groepen in de vreemdelingendeten tie verbleven. 3. Geen chronisch zieken en gehandicapten in de bewaring. Bewaring is zeker voor deze groep geen adequate plek. Regime Het motief om over te gaan tot vreemdelingen bewaring is het voorhanden zijn van de vreemdeling, zodat deze kan worden uitgezet. Simpel gesproken zou dus een muur om hen heen volstaan. Daarom is het vreemd dat de vreemdelingen aan een zo streng regime worden blootgesteld. Zoals: 1 uur bezoek, geen mobiele telefoon. Het regime heeft geen enkele relatie met de reden tot bewaring. Eind januari 2009 had Kerk in Actie overleg met pastors en kerkelijk werkers in Duitsland. Gezamenlijk is er toen benoemd wat er voor de vreemdelingen, indien ze zonder strafrechtelijke redenen worden opgesloten, minimaal voorhanden moet zijn. We kwamen, mede omdat dit in enkele Duitse inrichtingen al de huidige situatie is, op het volgende: - vrije toegang tot tolken - psychologisch onderzoek aan het begin van de detentieperiode
20 Een en ander lijkt veel, maar nogmaals, deze mensen moeten slechts beschikbaar zijn en zitten niet strafrechtelijk vast. Dit vastzitten duurt soms maanden, zoals bij Surinamers, bij wie de ambassade meestal pas na 8 maanden bereikbaar is. Omdat de richtlijn ‘Removal en detention’ Europees is vastgelegd, zou het goed zijn om ook de richtlijnen voor vreemdelingendetentie op dit niveau vast te leggen.
- voortdurende mogelijkheid tot juridische ondersteuning - onafhankelijk sociaal-maatschappelijk werk - vrije toegang voor mensenrechtenorganisaties en NGO’s - opslaan en bewaren van bezittingen van de ingeslotenen - ruimschootse toegang tot communicatiemid-
delen (mobiele telefoon, internet) - ruime mogelijkheid tot het ontvangen van bezoek - geen separeercellen - mogelijkheden om betaald werk te doen en mogelijkheid om recreatieactiviteiten te doen - een zo groot mogelijke bewegingsvrijheid - gezond voedsel.
Opheffen van bewaring In gesprekken met vreemdelingen die in bewaring zaten, valt het Kerk in Actie op dat bij de opheffing van bewaring mensen vaak aan het einde van de dag (als het donker is en in de winter koud) op straat worden gezet. Zelfs het smeken: “Mag ik blijven tot morgen?” helpt niet. Kerk in Actie vindt dat ook bij het opheffen van bewaring de menselijke waardigheid van de vreemdeling in het oog dient te worden gehouden. Natuurlijk gaat dit niet in alle gevallen mis, maar ons zijn voorbeelden bekend. Met als uitschieter een bejaarde vrouw die in het donker in de vrieskou op straat werd gezet. Zoiets vinden we een voorbeeld van hoe een overheid haar waardigheid kan verliezen.
Uitleiding Stem uit het Zuiden Moet je aan de verhalen uit het Zuiden conclusies en aanbevelingen toevoegen? Deze verhalen geven immers veel verschillende adviezen. Veel van die adviezen gaan over een humaan bestaan, over menselijke waardigheid, die zich praktisch vertaalt in mogelijkheden tot scholing, goed voedsel en inkomsten uit arbeid, eigenlijk in het hebben van ontwikkelperspectief. Als dit alles in het Zuiden voorhanden zou zijn, dan zouden de noodzaak en de wens tot migratie kleiner worden. In plaats van steeds harder de ongetwijfeld miljarden euro’s uit te geven aan het bestrijden van niet-legale migratie, zou je dit geld ook kunnen besteden aan meer welzijn voor jongeren in het Zuiden. Daarmee worden dan direct ook de beloften ingelost die al zo vaak werden gedaan, zoals geldt ten aanzien van de millenniumdoelen. Ook veranderingen in de handelsverdragen zouden hier veel aan kunnen bijdragen. Maar dit betekent uiteindelijk wel dat je welvaart moet willen delen. Dat je niet de verhoudingen in stand houdt die ervoor zorgen
21 dat welvaart oneerlijk wordt verdeeld, en vervolgens via bevoogdende ontwikkelingssamenwerking de trots van al die arme landen onderuit haalt. Dit leidt er immers toe dat mensen, om zich trots te kunnen voelen, familieleden in de rijke wereld loodsen. In Nederland wordt inmiddels gelukkig wel, en in toenemende mate met migrantenorganisaties gesproken, maar het zou misschien goed zijn om ook een dialoog te starten met de mensen zonder verblijfstitel. Dit zou veel voorbereiding vergen, omdat zij al heel lang niet meer gewend zijn dat ze als gelijkwaardige gesprekspartner worden behandeld.
22 Er wordt geopperd dat de globalisering van goederen, diensten en geld in deze tijd een groot goed is: dit brengt welvaart, en Europa en andere delen van de wereld profiteren daarvan, is de gedachte. Maar hoort hier niet ook de globalisering van de arbeidskracht bij? Of wil Europa, inclusief Nederland, slechts de lusten van de globalisering en niet de lasten? Globalisering van arbeidskrachten wordt nu toegestaan als dit ten gunste komt van onze economieën. Uit de verhalen blijkt dat het vaak mensen uit de armste families zijn die naar Europa reizen. Dit is iets waar zeker rekening mee moet worden gehouden. Onze non gouvernementele organisaties (Ngo’s) voeren inmmers in veel landen projecten uit onder de allerarmsten. Zij zijn onze eerste zorg, dat zegt ook onze overheid. Maar als het gaat over beleid in Nederland, ten aanzien van die zelfde groep, de allerarmsten uit ontwikkelingslanden, dan sluit het beleid hen uit van alle voorzieningen. De allerarmsten komen uiteindelijk in de vreemdelingenbewaring terecht, omdat ze niet meewerken aan hun terugkeer naar de plaats
waar er geen toekomst voor hen is. Het hoeft geen betoog dat zulk beleid de plank mis slaat. Dit wordt onderstreept door de vele arme mensen met wie de kerken in de grote steden worden geconfronteerd. In deze kerken is bekend dat mensen er na elke periode in de vreemdelingenbewaring slechter aan toe zijn. Laat de werkelijkheid in het Zuiden meespreken, laat de het Zuiden meekijken, en maak pas dan beleid. Dan is een jongere die probeert een bestaan te verwerven in Europa, niet een illegaal, maar een jongere, wanhopig op zoek naar een bestaan. Dan is een moeder die hier met haar kinderen aankomt, zonder papieren, een heel goede moeder, want ze zoekt een leefbaar bestaan voor haar kinderen. Nu wordt ze vaak ten onrechte een gelukszoeker genoemd, en iemand die niet wil meewerken aan terugkeer. Het gaat om waardigheid, ook om onze waardigheid. Geesje Werkman
Colofon Samenstelling en redactie Geesje Werkman Eindredactie Henk van IJken Foto’s ACT Alliance (pagina……) Paul Jeffrey ACT Alliance (pagina’s……….. ) Joke Steeneveld (pagina…... ) Mica McCoy ACT Alliance (pagina……..) Jeff Rasmussen ACT Alliance (pagina……..) Martti Litunen ACT Alliance (pagina……) Uitgave Kerk in Actie Postbus 456 3500 AL Utrecht Tel. (030) 880 14 56 E-mail
[email protected] Internet www.kerkinactie.nl Vormgeving Ladenieus Communicatie te Houten Drukker Drukkerij Twigt te Woerden ICCO & Kerk in Actie zijn aangesloten bij de ACT Alliance, een wereldwijde coalitie van kerken en organisaties voor ontwikkelingssamenwerking, noodhulp en beleidsbeïnvloeding.