Aankondiging bijeenkomst ‘Quick & Dirty: Hoe sneller en meer gegevens over toxiciteit van stoffen genereren?’ Hierbij nodigen wij u uit voor een middagbijeenkomst van de sectie Arbeidstoxicologie van de Nederlandse Vereniging voor Toxicologie en de Contactgroep Gezondheid en Chemie Plaats: Datum:
Golden Tulip Hotel Central in Den Bosch, Burg. Loeffplein 98, 5211 RX Den Bosch http://www.hotel-central.nl/nl/central.htm - 7 min lopen van NS-station Den Bosch Donderdag 12 maart 2015
Deelname is gratis en vooraf aanmelden is NIET nodig. Een bewijs van deelname kan alleen verstrekt worden aan leden van de CGC en NVT. Op 25 september 2014 heeft de sectie Arbeidstoxicologie een symposium georganiseerd over “De toekomst van grenswaarden voor stoffen in het beroep”. Daar kwam aan de orde dat het afleiden van veilige grenswaarden voor stoffen, gebaseerd op toxicologisch onderzoek, te traag verloopt. Voor de meer dan 14.000 stoffen die zijn geregistreerd voor REACH, zijn er bijvoorbeeld minder dan 1.000 met een goed onderbouwde grenswaarde en zo’n 1.800 DNELs, waarvan niet altijd duidelijk is hoe ze precies zijn afgeleid. Toxicologische gegevens zijn ook nodig om met alternatieve analysemethoden, zoals met control banding, grenswaarden te kunnen schatten. De risicobeoordeling van chemische stoffen vraagt om veel onderzoek. Dierproeven zijn tijdrovend en duur en het draagvlak ervoor in de samenleving is gering. Epidemiologisch onderzoek is nog duurder en tijdrovender, en kan bovendien alleen ‘achteraf’ inzicht bieden in de effecten van de betreffende stof – als het kalf verdronken is, dempt men de put… Recente ontwikkelingen in de toxicologie bieden de mogelijkheid dat de risicobeoordeling sneller, effectiever en met minder dierproeven kan. Met behulp van deze zogenaamde Intelligent Testing Strategies integreert men kennis en gegevens over de chemische structuur (computational chemistry), de kinetiek, de stofwisseling, systeembiologie, -omics data en gegevens over de toxiciteit van een stof. Een belangrijk uitgangspunt bij deze risicobeoordeling ‘nieuwe stijl’ is het groeperen van chemische stoffen (Substance Grouping), waarbij stoffen met een vergelijkbare chemische structuur en biologische respons ook een vergelijkbaar toxicologisch profiel hebben. Ontbrekende data voor een bepaalde stof kunnen dan worden ingevuld met data van structuuranalogen (met technieken zoals (Q)SAR en Read Across). Overeenkomsten in structuur bieden echter geen garantie dat er sprake is van een vergelijkbaar toxicologisch profiel. Daarom moeten de bevindingen worden geverifieerd met biologische tests. Deze tests bestaan op hun beurt - waar mogelijk - uit alternatieve experimentele in vitro modellen. Het uitgangspunt is: alleen testen wat echt noodzakelijk is. Het visioen voor de toekomst is hierbij dat nieuwe stoffen zullen worden ontwikkeld op basis van safe design. Een aantrekkelijk toekomstbeeld, maar hoe ver zijn we hierin eigenlijk, en hoe betrouwbaar zijn de nieuwe methoden? Kunnen ze de huidige risicobeoordeling al vervangen? Dat is het onderwerp van deze middag.
Programma: 13:00
Ontvangst met koffie/thee
13:30 - 13:45
Opening door de dagvoorzitter, Jeroen Terwoert Mededelingen vanuit de sectie Arbeidstoxicologie van de Nederlandse Vereniging voor Toxicologie en de Contactgroep Gezondheid en Chemie.
13:45 - 14:15
DIAMONDS project: de verschillende systemen/modellen waarmee inzicht in de toxiciteit van data-poor substances kan worden verkregen. Spreker: Dinant Kroese, TNO. REACH laat zien dat voor een groot aantal stoffen relevante informatie voor een risicobeoordeling ontbreekt. Daarbij gaat het vooral om de zogenaamde ‘complexe’ eindpunten, systemische toxiciteit bij chronische blootstelling en reproductie toxiciteit. Het genereren van die data gaat teveel tijd, geld en dierstudies vergen en is ook vanuit ethisch oogpunt ongewenst. Daarom zijn geheel nieuwe strategieën nodig, waarbij de enorme hoeveelheid informatie en kennis die in de afgelopen 50 jaar is gegenereerd optimaal wordt gebruikt.
14:15-14:45
Toxicogenomics; toepasbaarheid van deze methodieken voor de praktijk. Spreker: Danyel Jennen, Universiteit Maastricht. Toxicogenomics, de toepassing van genomics-gebaseerde technologieën in het toxicologische onderzoek, kan ons de hulpmiddelen verschaffen waarmee we de onzekerheden in de humane risicobeoordeling en in de groepering van stoffen op basis van ‘hazard’ kunnen verminderen. De presentatie laat zien hoe toxicogenomics gebruikt kan worden als alternatief voor dierproeven en in ‘read across’.
14:45 -15:00
Pauze
15:00-15:30
Innovatieve teststrategieën in reproductie- en ontwikkelings toxiciteit. Spreker: Aldert Piersma, RIVM De klassieke risicobeoordeling voor de effecten van stoffen op de reproductie en de ontwikkeling is gebaseerd op waargenomen effecten in dierproeven. Innovatieve ontwikkelingen op het gebied van alternatieve testmethoden, moleculaire screening, zgn. ‘adverse outcome pathways’ en ‘intelligent testing strategies’ bieden mogelijkheden voor een beoordeling van hazard en risico die is gebaseerd op de achterliggende werkings mechanismen. Deze methoden geven meer informatie over hoe stoffen hun effecten veroorzaken, en het wordt verwacht dat ze de humane hazard en risicobeoordeling kunnen verbeteren. Diverse innovatieve benaderingen voor de hazard en risicobeoordeling van effecten op de reproductie en de ontwikkeling zullen worden gepresenteerd, en geïllustreerd aan de hand van gepubliceerd onderzoek.
15:30 - 16:00
Het afleiden van grenswaarden in de praktijk Spreker: Fenneke Linker, DSM Voor het afleiden van veilige grenswaarden maak je het liefste gebruik van een goed gevulde dataset, inclusief chronische ‘repeated dose’ studies. Echter, als het aantal gegevens beperkt is, moet je terugvallen op andere methoden. In deze presentatie zullen een aantal benaderingen uit de praktijk worden toegelicht (read across, MTD, HHB’s, OECD toolbox).
16:00 - 16:30
Discussie
16:30
Afsluiting
Over de sprekers:
Dr. E. Dinant Kroese (ERT), is senior scientist /toxicoloog bij TNO, met ruim 20 jaar ervaring in risicobeoordeling van chemische stoffen in het kader van nationale en EU regelgeving, waaronder deelname aan diverse EC and OECD werkgroepen (o.a. over GHS, opstellen teststrategieën en Technical Guidance) en recent voor het opstellen van guidance voor REACH. Sinds 2007 is hij vooral actief in projecten die innovatieve methoden ontwikkelen voor veiligheidsbeoordeling gheidsbeoordeling van chemicaliën (binnen EU Framework Programma’s, CEFIC LRI en [nationaal] ZonMW kaders), gebaseerd op integratie van computatieve chemie, omics /systeem biologie en toxicologische read-outs. outs.
Dr. Danyel Jennen is universitair hoofddocent hoofddoce in de toxico-informatica informatica en heeft veel ervaring in de werkvelden genomics en transcriptomics. Zijn werk op het gebied van toxicogenomics concentreert zich op het ontwikkelen van geïntegreerde -omics omics toepassingen met behulp van systeembiologische-/ toxicologische ologische benaderingen. Momenteel werkt hij aan Bayesiaanse netwerk analyse en het bouwen van functionele netwerken, gebaseerd op ‘multi ‘multi-omics’ en fenotype gegevens. Hiermee moet het begrip van de biologie van de effecten van toxische stoffen op in vitro celsystemen elsystemen verbeterd worden. Danyel heeft ervaring met verschillende tools voor de data-analyse analyse van de resultaten van microarrays, en de integratie van deze data met andere omics data. In diverse (inter)nationale projecten houdt hij zich bezig met bioinfor bioinformatica in relatie tot toxicogenomics in de beoordeling van carcinogeniteit en hepatotoxiciteit en hij is het hoofd van de groep bioinformatici binnen zijn afdeling.
Prof. Dr. Aldert H. Piersma is hoogleraar reproductietoxicologie bij IRAS – Universiteit Utrecht (sinds 2007), en senior onderzoeker bij het RIVM. Hij heeft biologie gestudeerd aan de Universiteit Utrecht en is gepromoveerd in de medische wetenschappen aan de Erasmus Universiteit. Verder erder deed hij een Postdoc aan het Hubrecht Instituut voor ontwikkelingsbiologie in Utrecht. Sinds 1988 is hij werkzaam als reproductietoxicoloog bij het RIVM. Het werk van zijn groep combineert fundamenteel reproductietoxicologisch onderzoek met advieswer advieswerk in nationale en internationale adviescommissies, zoals de Gezondheidsraad, en EU-, EU , OECD OECD- en WHOcommissies. Het voornaamste werkgebied is de ontwikkeling van innovatieve methoden voor de hazard en risicobeoordeling van effecten van stoffen op de reproductie reproductie en ontwikkeling, inclusief het ontwerp en de implementatie van alternatieve testmethoden zonder dierproeven en
moleculaire benaderingen van werkingsmechanismen, ten bate van een beter begrip van de toxiciteit van stoffen.
Ir. Fenneke Linker (ERT, RAH) is afgestudeerd aan de Landbouw Universiteit Wageningen in de richting milieu-effecten analyse met de afstudeervakken Toxicologie, Arbeidshygiëne en Biochemie. Zij is gecertificeerd arbeidshygiënist (RAH) en geregistreerd toxicoloog (ERT). Fenneke werkt als senior toxicoloog/arbeidshygiënist het DSM Expert Center en ondersteunt al gedurende ruim 18 jaar de DSM business-groepen, o.a. door het maken stofevaluaties t.b.v. benodigde beheersmaatregelen, het afleiden van interne grenswaarden, het opstellen van toxprofielen voor grondstoffen van biomedische toepassingen, bij REACH registraties (exposure scenario’s, gap analyses toxicologische eindpunten, test strategie, afleiden DNEL’s en PNEC’s, risk assessments), het opstellen van meetstrategieën en het beoordelen van blootstellingsmetingen.