N° P 309 169
ECHO BIMENSUEL - TWEEMAANDELIJKS - Tijdschrift
België – Belgique P.B. - P.P. 7500 Tournai 5/118
P309169
Bureau de dépôt : 7500 Tournai
Autorisation de fermeture: 5/182
JUNI - JULI - AUGUSTUS 2010 - Nr. 696
Afz.: Gen. Bernheimlaan, 18/20 - 1040 Brussel
Een aanzet om door de bomen nog het bos te zien
BRUSSELSE CRIMINALITEIT HERONTDEKT Het weekend van 6 en 7 februari vormde voorlopig het orgelpunt in het debat over (on)veiligheid in Brussel. In het wekelijkse actualiteitendebat op zondagmiddag werd er op zowat alle televisiezenders van VRT tot RTBF en RTL uitvoerig ingegaan op voormelde problematiek.
WELZIJN OP HET WERK – DE OPDRACHTEN VAN HET COMITÉ VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING OP HET WERK. Vele van onze vakbondsafgevaardigden zetelen in een basisoverlegcomité. Vaak vragen ze zich af welke bevoegdheden zij hebben bij de uitvoering van deze functie en hoe ver hun bevoegedheid reikt.
Beste vrienden,
D
e verlofperiode van dit jaar wordt overschaduwd door de actuele politieke toestand waarin het land zich bevindt. Inderdaad onze toekomst wordt gehypothekeerd door de openlijke standpunten die bepaalde politieke partijen erop nahouden in verband met bepaalde van onze verworven rechten. Meer bepaald denk ik aan de pensioengerechtigde leeftijd die voor sommigen onder ons iets vroeger is voorzien dan voor de meesten van de collegas die na 2001 zijn aangeworven. Zo stellen wij vast dat sommige partijen openlijk beweren dat de leeftijd waarop de militairen met pensioen kunnen vertrekken (56 jaar) niet langer houdbaar is! Men beweert in het wilde weg dat minstens tot 65 jaar zal moeten gewerkt worden, zodat elke politieambtenaar geviseerd wordt! Men heeft het (nog) niet over bepaalde politiemensen gehad maar als men de leeftijd bij het leger in vraag stelt .... Als gelijk welke regering een initiatief in die richting neemt zal het aan ons zijn om “kort op de bal” te spelen en gepast te reageren. Wetende dat er bepaalde economische wetmatigheden en realiteiten niet zomaar kunnen genegeerd worden zal het dus een moeilijke klus worden om onze statutaire rechten te verzoenen met de verzuchtingen van de politiek. Samen met u heb ik ook kennis genomen van standpunten in de stijl van : - slechts één derde (1/3) van de mensen te vervangen die op pensioen gaan! En dit zou voor het ganse openbaar ambt gelden. Men lijkt geobsedeerd door de gedachte dat er bij de overheid teveel mensen werken. Dat er veel te veel bureaucratie is die dringend moet afgeslankt worden. Wij kunnen ons enkel en alleen akkoord verklaren dat er teveel bureaucratie is maar niet dat er teveel politiepersoneel zou zijn. De waarheid en de realiteit leert ons dat er in tijden van economische crisis veel meer onrust is en dat de criminaliteit stijgt, en de enigen die deze fenomenen in de hand moet houden is net het politiepersoneel. Recente spijtige gebeurtenissen leren ons ook dat bij sommige lagen of groeperingen die leven onder de bevolking er steeds minder en minder respect is voor de gevestigde instellingen in ons land. Het onveiligheidsgevoel die manifest aanwezig was bij sommige delen van de bevolking lijkt nu ook over te slaan naar bekleders van de hoogste ambten zoals de magistraten. Plots worden zij zich ervan bewust dat ook zij slachtoffer kunnen worden van op hol geslagen individuen en is er hun paniekroep naar meer bescherming en beveiliging. Zoals steeds wordt gekeken naar de politiediensten om hierop een gepast antwoord te geven, en zoals steeds zal men ook pogen hieraan gevolg te geven. Men moet echter weten dat het steeds moeilijker wordt 1
100198_EchoPoliceNL.indd 1
29/06/10 10:47
om altijd maar blindelings “JA” te blijven zeggen als men vaststelt dat “de politiek” ook bij de politie van plan is om slechts één op de drie te vervangen bij pensionering. Wij zeggen dus duidelijk : NEEN ! Als men steeds méér vraagt vanwege de politiediensten zowel op het vlak van criminaliteitsbeheersing als op het vlak van het handhaven van de openbare orde en veiligheid, dan zou het bijna misdadig zijn daarvoor niet de nodige effectieven te voorzien. Het NSPV zal die boodschap op ondubbelzinnige wijze overmaken aan de volgende regering. Reeds meer dan twee jaar geleden heeft het NSPV aangeklaagd dat er een manifest personeelstekort was (en nog steeds is) bij alle diensten van de federale politie. Reeds sedert meer dan twee jaar reageert de overheid (in dit geval de onderscheiden directeurs-generaal) met lapmiddelen zoals interne verschuivingen – detacheringen – tijdelijke versterkingen etc..., m.a.w. men blust de ene brand na de andere, men vult de ene put door een andere te graven. Recentelijk nog moesten wij vaststellen dat om een dringend personeelstekort bij SPC aan te pakken mensen van het CIK (interventiekorps) werden gedetacheerd, wetende dat ze op elk ogenblik kunnen worden weggeroepen! Bij de federale politie is men werkelijk meester geworden in het betere oplapwerk, in pleisters aanbrengen op een houten been. Men detacheert niet gespecialiseerd personeel naar gespecialiseerde eenheden met als gevolg dat die mensen daar niet (kunnen) “renderen” en eerder als een blok aan het been worden ervaren. Dit wekt niet alleen wrevel op bij de leden van die eenheden maar tevens bij die mensen die er naartoe worden gezonden, immers zij beheersen de materie niet of onvoldoende. De gevolgen van dit stuntelig personeelsbeleid binnen de federale politie is echter ook voelbaar binnen de lokale politie vermits zij minder zullen kunnen rekenen op de inbreng van het CIK (interventiekorps), immers zij kunnen niet op twee plaatsen tegelijk zijn. Wij moeten echter toegeven dat het huidige “kunst en vliegwerk” ingegeven wordt door de budgettaire beperkingen waaraan de federale politie momenteel wordt onderworpen. Deze beperkingen en de aangekondigde bezuinigingen op personeelsvlak zullen er ongetwijfeld toe leiden dat er op een bepaald ogenblik “NEEN” zal moeten gezegd worden, of TROP is TEVEEL!! Inplaats dat de “top” van de federale politie eens klaar en duidelijk zegt waarop het staat, poogt men ons weeral eens warm te maken opdat wij het personeel zouden overtuigen dat ze meer flexibiliteit aan de dag moeten leggen, dat ze nog meer gemotiveerd nog meer taken uitvoeren en niet teveel op hun rechten te staan als hun statuut wordt verkracht! Tijdens een informele ontmoeting tussen de commissaris-generaal en de representatieve vakbonden heeft het NSPV duidelijk laten verstaan dat voor ons de maat stilaan vol is, dat wij niet meer dulden dat het personeel als een citroen wordt uitgeperst. Tijdens diezelfde ontmoeting vernamen wij ook dat er wordt nagedacht over hoe sommigen (Oud-Korpschefs , liaisonofficieren, officieren einde mandaat) zouden kunnen worden ingezet “op een voor hen geschikte” plaats. Het komt erop neer dat men voor hen op zoek is naar een regeling met behoud van bepaalde privileges. Voor ons is het duidelijk : Het statuut is er voor iedereen, en het is uitgesloten dat wij aan favoritisme gaan doen en nog minder dat wij zomaar cadeau’s gaan geven aan sommigen die reeds voldoende werden gepriviligeerd in het verleden. Niemand van die mensen werd verplicht om mandaathouder te worden of liaisonofficier te worden in het buitenland. Elkeen van hen heeft gepostuleerd met voldoende kennis van zaken en ze kunnen zoals iedereen postuleren voor vacante bedieningen. Voorkeursbehandelingen zijn voor ons uitgesloten en we zullen daarop toezien! Beste vrienden, zoals u merkt komt er voldoende op ons af in de komende maanden en daarom is het misschien wel aangewezen dat wij even verpozen tijdens deze vakantiemaanden om er nadien met evenveel enthousiasme en veel goede moed tegenaan te gaan.
SYNDICALE ECHO
COLOFON De “ECHO” is het tweemaandelijks tijdschrift van het Nationaal Syndicaat van het Politie- en Veiligheidspersoneel. Alle leden ontvangen een exemplaar. Niet leden en geïnteresseerden kunnen intekenen op een jaarabonnement door het storten van 75€ op rekeningnummer 310-1145118-22 van het NSPV. De adresgegevens worden behandeld in overeenstemming met de Wet op de Privacy. (Wet 08/12/1992) Verantwoordelijke uitgever Philip Van Hamme Eindredactie en lay-out Eddy De Blaere Vertalingen Bénédicte Poncelet (NL-> FR) Eddy De Blaere (FR -> NL) Tekeningen Dirk Van der Auwera
De redactie staat open voor vragen en suggesties van de lezers. U kan deze zenden naar : Redactie Echo Generaal Bernheimlaan 18/20 1040 BRUSSEL : 02/644.65.00 Fax : 02/644.67.93 :
[email protected] Breng tevens een bezoek aan onze website http://www.nspv.be
Philip VAN HAMME Nationaal voorzitter 2
100198_EchoPoliceNL.indd 2
29/06/10 10:47
DOCTRINE NSPV
H
et Nationaal Syndicaat van het Politie- en Veiligheidspersoneel beoogt de vrijwaring en de bestendige verbetering van de beroeps-, de materiële , sociale en morele toestand van haar leden en van de oprustgestelden van de politie- en veiligheidsdiensten. Het NSPV wil de persoon zelf als lid van de politiediensten tot zijn recht laten komen, wil de nadruk leggen op hun werk onder al zijn vormen en wil de emancipatie van hen als mens valoriseren. De emancipatie kan zich slechts realiseren in de maatschappij zelf. Het NSPV wil komen tot de volledige integratie van het collectief «politie » in de maatschappij door het bewerkstelligen van menselijke, professionele, openbare en syndicale relaties. De menselijke relaties omvatten het geheel van sociale contacten. Het bestuderen ervan is het geheel van het sociale gedrag overschouwen en de regels ervan bepalen die het mogelijk maken om een maximum aan personen een kans te geven. Inzake ons vakbondsniveau houdt dit in dat men de onderneming en haar sociale structuren dient aan te passen aan de mensen opdat deze zich volledig zouden kunnen ontplooien. De menselijke relaties mogen echter geen vorm van morele oplichting zijn, geen hypocriet middel zijn de mens weg te leiden van zijn diepste streven. Het ontwikkelen van goede menselijke relaties eist een klimaat van vertrouwen, een eerlijke informatie, een hechte samenwerking, een actieve deelname, een oprechte achting en eist dat niemand beschouwd wordt als een werktuig maar als een medewerker. Om het werk te laten renderen is het noodzakelijk om regels op te stellen (bij ons de tucht) en moet er een hiërarchische ketting gevormd worden. Deze tucht en deze hiërarchische ketting strekken er enkel toe te komen tot een efficiënte werkorganisatie om uiteindelijk het gemeenschappelijk welzijn te maximaliseren. De mens is niet perfect maar hij is voor verbetering vatbaar. Dit betekent : •
Voor ons : dat het onze taak is te streven naar “altijd beter te doen”.;
•
Voor onze chefs : dat zij de mensen moeten aanvaarden met hun gebreken en alles in het werk moeten stellen om ze te begeleiden en raad te geven.
Wij kunnen ons ontplooien en ons volledig op ons werk toeleggen, een werk dat meer en meer beroep doet op ons gezond verstand en ons hart dan op een passieve gehoorzaamheid. Samengesteld uit elementen van de politie- en veiligheidsdiensten welke de veiligheid waarborgen van de grondwettelijke orde, welke borg staan voor de uitvoering van de vrijheid van de burgers en de openbare rust – die slechts kunnen uitgevoerd worden krachtens wetten en in alle onafhankelijkheid – wil het NSPV zich eveneens onafhankelijk opstellen. Dit betekent echter geen persoonlijk syndicalisme maar een sociale actie die zich situeert in het kader van een gehele syndicale beweging. Om deze doelen te realiseren die het NSPV zich heeft gesteld wil het NSPV syndicale betrekkingen aanknopen met de overheid, met de federale en lokale overheden, met de parlementairen, vertegenwoordigers in de parlementaire commissies alsook met andere sociale groeperingen welke dezelfde doelen nastreven, het respect voor de persoon, de herwaardering van het werk in al zijn vormen en de emancipatie van het individu voor zover de verandering van de bestaande voorwaarden worden overwogen in respect voor de grondwet, de wetten en de democratie. Het is meer dan 40 jaar geleden dat de doctrine van het NSPV werd uitgewerkt, werd goedgekeurd en dan ooit actueel is.
meer
Christian Lorent Nationaal secretaris
100198_EchoPoliceNL.indd 3
29/06/10 10:47
VAKANTIEVERLOF, OMSTANTIGHEIDSVERLOF … Wanneer mag ik mijn verlof nemen, wat is een omstandigheidsverlof, een dwingende reden, … ? Veel vragen die met de regelmaat van de klok terugkomen en welke aantonen dat er slechts een vrij fragmentarische kennis is of zelfs verkeerde inschatting van de statutaire en reglementaire beschikkingen. Het lijkt ons dan ook niet overbodig om uw aandacht te vestigen op bepaalde punten.
De overdracht van het vakantieverlof Dit onderwerp is reeds vele malen besproken geweest in de vorige oplages van de Echo. Ik zal me dan ook beperken tot de laatste wijziging die de overdracht van het jaarlijks vakantieverlof betreft. In het raam van de herevaluatie van het statuut werd beslist dat het jaarlijks vakantieverlof zonder enige verdere formaliteit kan worden genomen tot 1 april van het volgende kalenderjaar. (het jaar X + 1). Anderzijds werd in het raam van het sectoraal akkoord 2009-2010 besloten dat de personeelsleden die het jaarlijks vakantieverlof van het jaar X niet hebben kunnen opnemen voor het einde van de overdrachtsperiode (van 1 januari van het jaar X+1 tot en met 31 maart van het jaar X+1) omwille van een ziekteverlof, al dan niet ingevolge een arbeidsongeval of een zwangersschapsverlof tijdens die overdrachtsperiode, het jaarlijks vakantieverlof kunnen overdragen
tot 1 april van het jaar X+2. Inwerkingtreding : 1er januari 2009 en is dus ook van toepassing op het overgedragen jaarlijks vakantieverlof van Voorbeeld 1 Voorbeeld 2 Een voltijds tewerkgesteld personeelslid verkreeg Een voltijds personeelslid verkreeg 32 dagen 32 dagen vakantieverlof op 1 januari 2010. In jaarlijks vakantieverlof op 1 januari 2010. In principe kan dit verlof genomen worden tot 1 principe kan dit verlof genomen worden tot 1 april 2011. april 2011. Op 12 december 2010 raakt betrokkene zwaar Op 20 december moet het personeelslid dringend gewond tengevolge een verkeersongeval worden geopereerd. Op dat ogenblik beschikt waardoor hij langdurig met ziekteverlof is, meer betrokkene over een saldo van 10 dagen jaarlijks bepaald tot en met 10 april 2011. vakantieverlof. Na een ziekteverlof van een Op het ogenblik van het ongeval beschikt het viertal weken, hervat het personeelslid het werk personeelslid nog over 10 dagen vakantieverlof. op 17 januari 2011. Aangezien het personeelslid zijn saldo van 10 Aangezien het personeelslid de mogelijkheid dagen omwille van zijn ziekteverlof tijdens heeft om het saldo van 10 dagen jaarlijks de overdrachtsperiode niet heeft kunnen vakantieverlof nog op te nemen voor 1 april opnemen voor 1 april 2011, kan dit saldo worden 2011, is in dat geval geen verdere overdracht na overgedragen tot 1 april 2012 die datum mogelijk. 2008 naar 2009 en van 2009 naar 2010. Concreet betekent dit dat de personeelsleden die het jaarlijks vakantieverlof van het jaar 2008 of 2009 niet hebben kunnen opnemen voor 1 april van het jaar 2009 of respectievelijk 2010 omwille van een ziekteverlof, al dan niet ten gevolge van een arbeidsongeval, of een zwangerschapsverlof tijdens de overdrachtsperiode (van 1 januari 2009 tot en met 31 maart 2009 of, respectievelijk, van 1 januari 2010 tot en met 31 maart 2010), dit alsnog kunnen opnemen tot en met 31 maart 2011.
Omstandigheidsverloven Vooreerst moeten we verduidelijken dat niet elke omstandigheid, hoe uitzonderlijk of hoe occasioneel zij ook moge zijn, kan leiden tot een omstandigheidsverlof. De lijst van omstandigheidsverloven is hernomen in ons statuut door middel van een uitvoerige lijst. Daar zijn in opgenomen, de omstandigheden, de band tussen het personeelslid alsook de duur van het omstandigheidsverlof. Voor het omstandigheidsverlof dat wordt toegekend naar aanleiding van de bevalling van de echtgenote van het personeelslid of van de persoon met wie het personeelslid op het tijdstip van de gebeurtenis samenleeft, wordt dat verband geacht aanwezig te zijn binnen de 4 maanden te rekenen vanaf de datum van de bevalling. Voor de overige omstandigheidsverloven wordt dat verband geacht aanwezig te zijn binnen een periode van 1 maand na de omstandigheid. Voorgaande neemt niet weg dat een personeelslid het omstandigheidsverlof opneemt na de periode waarin het verband geacht wordt aanwezig te zijn. In dat geval zal het personeelslid evenwel moeten aantonen dat er effectief een verband bestaat tussen de gebeurtenis en het ogenblik waarop het verlof wordt genomen. 4
100198_EchoPoliceNL.indd 4
29/06/10 10:47
Enkel de opgesomde omstandigheidsverloven zijn voorzien. Elk ander evenement niet hernomen op deze lijst dat aan een ander personeel overkomt geven in principe geen aanleiding tot een omstandigheidsverlof. Het is dus nodig om aandacht te hebben voor de band tussen het personeelslid en de gebeurtenis. Vb : tussen de echtgenote van de broer van de echtgenote van het personeelslid en het personeelslid is er evenwel geen sprake van aanverwantschap. Zij is immers noch een bloedverwant van de echtgenote van het personeelslid noch de echtgenote van een bloedverwant van het personeelslid. Bij haar overlijden wordt aan het personeelslid dan ook geen omstandigheidsverlof toegekend.
Verlof wegens overmacht (maximum 4 dagen per jaar) Dit verlof wordt geregeld verward met een omstandigheidsverlof. Over wat gaat het ? Het personeelslid krijgt een verlof wegens overmacht indien het een gevolg is van een ziekte of een ongeval overkomen aan volgende personen en met wie het personeelslid onder hetzelfde dak woont : de echtgenoot, de persoon met wie hij samenleeft, een kind van de persoon met wie hij samenleeft, een bloed- of aanverwant, een persoon opgenomen met het oog op adoptie of op de uitoefening van de pleegvoogdij. Door overmacht moet worden verstaan, een gebeurtenis die onvermijdelijk, onvoorzienbaar is en buiten de wil van het betrokken personeelslid plaatsvindt. In princip wordt de overmacht beperkt tot 1 dag behalve in gevallen die een afwijking rechtvaardigen.
Staking openbaar vervoer, klimatologische omstandigheden, verkeersongeval …… Overmacht ? Bij een onaangekondigde staking, moet het personeelslid alle mogelijkheden aanwenden die binnen zijn bereik liggen om vooralsnog de dienst te vervoegen (bvb. carpoolen met een collega, zelf met de wagen komen,…). Biedt het personeelslid zich met vertraging op de dienst aan, dan zullen de diensturen zoals voor die dag ingeschreven in het dienstrooster, worden aangerekend. Hiertoe moet wel een attest van de NMBS (i.g.v. treinstaking) of een verklaring op eer (van andere openbare vervoersdiensten) worden voorgelegd. Bevindt
het
personeelslid
zich
in
de
PROVINCIE WEST VLAANDEREN
De functie van provinciaal voorzitter voor West-Vlaanderen is vakant. De kandidaturen worden ingewacht ten laatste tegen 20 juli 2010. Hiertoe wordt een schrijven gericht aan het Nationaal Bureel met de kandidatuur onder gesloten omslag onder vermelding “verkiezingen WVL Provinciaal voorzitter”” De verkiezingen.zelf zullen doorgaan op 09 september 2010 te HARELBEKE
absolute onmogelijkheid om de dienst aan te vatten en kan het een rechtvaardiging (attest NMBS of verklaring op eer) voor zijn afwezigheid voorleggen, dan worden de uren aangerekend die normaal waren ingeschreven in het dienstrooster. De verantwoordelijken moeten, vooral in dat laatste geval, aandacht besteden aan de oprechtheid van de verklaringen van hun medewerkers (is het openbaar vervoer voor de medewerker in kwestie zijn gebruikelijk vervoermiddel, heeft hij de nodige inspanningen geleverd om zich daadwerkelijk op het werk aan te bieden, enz.). Voor wie de dienst niet heeft vervoegd en hiervoor geen geldig attest of verklaring kan voorleggen, wordt geen dienstprestatie aangerekend. Bij een aangekondigde staking wordt het personeelslid verondersteld de nodige schikkingen te hebben kunnen treffen om hetzij de dienst op het voorziene uur aan te vatten, hetzij verlof/ recuperatie te nemen. Hetzelfde principe wordt gehanteerd vanaf de tweede dag van de staking die aanving als een onaangekondigde staking. In geen geval wordt hier een niet-gepresteerde dag als dienstprestatie aangerekend. 5
100198_EchoPoliceNL.indd 5
29/06/10 10:47
PERSOONLIJK DOSSIER Wellicht heeft u reeds horen praten over het persoonlijk dossier of misschien heeft u uw persoonlijk dossier reeds ingekeken. Maar, kent u de wetgeving en uw rechten in verband met het persoonlijk dossier? Weet u wat een persoonlijk dossier moet bevatten ? Wie heeft recht op inzage ? Kent u de digitalisering van het persoonlijk dossier ? Wat verstaat men onder een persoonlijk dossier ? Het persoonlijk dossier is een dossier dat alle stukken bevat betreffende de administratieve situatie van het personeelslid. Wie maakt het persoonlijk dossier ? Het persoonlijk dossier wordt gemaakt door de eerste overheid onder dewelke het personeelslid valt. (zowel operationeel als administratief en logistiek kader. Wie beheert de persoonlijke dossiers ? De persoonlijke dossiers worden bijgehouden en bewaard door de overheid waarvan de betrokken personeelsleden afhangen. Welke is de wettelijke basis waarop de overheid kan steunen om een dossier op te maken en te beheren ? Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus Koninklijk besluit 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (RPPol) Bijlagen 1 tot 22 van het Ministerieel besluit van 28 december 2001 tot uitvoering van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (UBPol) Hoe is het persoonlijk dossier samengesteld ? Het persoonlijk dossier is samengesteld uit acht mappen met als opschrift : 1° Map I : Administratie; 2° Map II : Opleidingen; 3° Map III : Mobiliteit; 4° Map IV : Loopbaan; 5° Map V : Evaluaties - Tucht - Ordemaatregelen; 6° Map VI : Gegevens met een medisch karakter; 7° Map VII : Mandaten; 8° Map VIII : Varia. Met uitzondering van de fardes « Administratie » en « Varia » bestaat elke map uit ondermappen en/of stukken : Farde I
Administratie : Inventaris Laatste individuele fiche (geïnformatiseerd) Inventaris van de overgaven van het persoonlijk dossier voor raadpleging of verandering van de overheid belast met de bijwerking van het dossier. Inventaris van de stukken waarvan het personeelslid een kopie heeft ontvangen
Farde II
Opleidingen Ondermap II/A : Basisopleidingen Ondermap II/B : Stagedossiers Ondermap II/C : Voortgezette opleidingen Ondermap II/D : Opleidingen gebonden aan een bevordering Ondermap II/E : Functionele opleidingen Ondermap II/F : Andere brevetten, getuigschriften of attesten van opleidingen
Farde III
Mobiliteit Ondermap III/A : Mobiliteitsdossiers Ondermap III/B : Tijdelijke inplaatsstellingen Ondermap III/C : De herplaatsingen
Farde IV
Loopbaan Ondermap IV/A : De bevorderingen Ondermap IV/B : De baremische loopbaan Ondermap IV/C : Andere stukken met betrekking tot de loopbaan
6
100198_EchoPoliceNL.indd 6
29/06/10 10:47
Farde V
Evaluaties – tucht - ordemaatregelen Ondermap V/A : De evaluatiedossiers Ondermap V/B : De nog niet uitgewiste tuchtstraffen en de relevante tuchtdossiers Ondermap V/C : De ordemaatregelen
Farde VI
Gegevens met een medisch karakter Ondermap VI/A : Documenten met betrekking tot het medisch profiel Ondermap VI/B : Documenten met betrekking tot de medische schifting Ondermap VI/C : Inschrijvingsfiche van de ziekteverloven Ondermap VI/D :Documenten met betrekking tot de disponibiliteit wegens ziekte Ondermap VI/E : Documenten met betrekking tot de gedeeltelijke medische vrijstellingen die een invloed kunnen hebben op de uitvoering van de dienst Ondermap VI/F : Documenten met betrekking tot de arbeidsongevallen en de beroepsziekten
Farde VII
Mandaten Een ondermap per mandaatdossier Varia Inventaris Stukken
Farde VIII
Moet er op het persoonlijk dossier buiten de naam, voornaam en stamnummer van het personeelslid nog een andere specifieke vermelding staan ? Op het dossier moet het woord « PRIVE » vermeld worden Wie heeft het recht mijn persoonlijk dossier in te kijken ? Wanneer heb ik het recht mijn dossier te raadplegen ? Heb ik recht op een kopie van mijn persoonlijk dossier. Moet deze kopie betaald worden ? Enkel de bevoegde overheid mag mijn persoonlijk dossier raadplegen. Het personeelslid of de persoon aan wie hij/zij volmacht heeft gegeven heeft het recht op inzage van het dossier alsook het recht op een kosteloos afschrift. Deze consultatie gebeurd altijd onder controle van de overheid. Heeft mijn evaluator het recht om mijn persoonlijk dossier in te kijken om een evaluatie op te maken ? Neen, de evaluator heeft enkel en alleen toegang tot de farde evaluatie die als volgt is samengesteld : Een inventaris van de stukken Het verslag van het planningsgesprek In voorkomend geval, het functioneringsgesprek De evaluatie(s) met vermelding onvoldoende De twee laatste evaluatieverslagen Alle nuttige stukken met betrekking tot de lopende evaluatieperiode. Mar de overheid op eigen initiatief of op aanvraag van het personeelslid stukken wegnemen of toevoegen aan het dossier ? Elke verwijdering of toevoeging van stukken aan het dossier moet ter kennis gebracht worden van betrokken personeelslid. Ingeval van een toevoeging zet het betrokken personeelslid een paraaf onderaan de bladzijde voor kennisname. Een nieuwe inventaris wordt opgemaakt. Bestaan er verschillende soorten inventaris in het persoonlijk dossier ? In het persoonlijk dossier zijn twee soorten inventaris
: een inventaris zoals in de fardes « Administratie » en « Divers » en een inventaris van de onderfardes. De wijze van opmaak is dezelfde voor alle inventarissen. Wat gebeurt er met het persoonlijk dossier ingeval van mobiliteit, herplaatsing of detachering ? Buiten het geval van een detachering volgt het persoonlijk dossier het betrokken personeelslid Wat doet de overheid met een persoonlijk dossier in geval van een definitieve ambtsontheffing of ambtsneerlegging van een personeelslid ? In geval van een definitieve ambtsontheffing of ambtsneerlegging bewaart de verantwoordelijke overheid het dossier voor een periode van vijf jaar. Na deze termijn wordt het bewaard in het archief Hoever staat het de digitalisering van het persoonlijk dossier ? In een nabije toekomst zal uw persoonlijk dossier gedigitaliseerd en bewaard worden in een programma GALoP (Geïntegreerde Administratie van de Logistiek en het Personeel). Ter herinnering, GALoP bevat de volgende hoofdfunctionaliteiten: Agenda : beheer van geplande activiteiten en reële prestaties Personeel : beheer van de personeelsgegevens Eenheid : beheer van de eenheidstructuur Catalogi : beheer van referentietabellen Rapporten en vergoedingen : model 9 bis en verschillende rapporten Activiteiten :beheer van de activiteiten Logistiek : beheer van het materiaal Communicatie : beheer van elektronische documenten (F021, …) Statistieken : beheer van de statistische modellen Systeem : beheer van het “systeem” parameters Prikken : aanmaak van reële prestaties (via prikklok) Maryse WARZEE Permanent afgevaardigde 7
100198_EchoPoliceNL.indd 7
29/06/10 10:47
Enkele beschouwingen alvorens zelf te reageren
Lachen met en klagen over de flikken Het is zowat gemeengoed geworden om geregeld de spot te drijven met gezagsdragers (in het bijzonder geüniformeerde). De leden van de poltie horen daar vanzelfsprekend bij. Dat burgers zich ook sneller blijken te beklagen over het optreden van de politie in hun omgeving is ook gekend. Toch beseffen nog te weinig politiemensen dat niet alleen hun reacties op die feitelijkheden niet altijd gesmaakt worden maar dat die reacties ook nadelige financiële gevolgen kunnen veroorzaken. Immers indien in zulke gevallen een rechtbank de schadeclaim van een politieambtenaar afwijst, impliceert dit ook een veroordeling van de betrokken politieambtenaar tot betaling van een deel van het ereloon van de advocaat van de tegenpartij. Uit de praktijk blijkt dat de grote meerderheid politieleden zich dat nog altijd niet realiseert.
H
et hoeft geen betoog dat de wijze waarop onze maatschappij omgaat met gezagsdragers de laatste decennia sterk is geëvolueerd. Meer en meer is de nadruk komen te liggen op de voorbeeldfunctie en de onkreukbaarheid die van elke gezagsdrager wordt verwacht. Dat geldt niet alleen in de uitoefening van de functie maar ook daarbuiten. Het volstaat een blik te werpen op de actualiteit van de laatste 2 jaar om dat vast te stellen, ook voor wat betreft gezagsdragers bij de politie. Iedereen herinnert zich ongetwijfeld nog de fotomontage die verscheen in het weekblad Humo begin november 2008 met afbeeldingen die een seksuele relatie suggereerden tussen de commissaris-generaal van de federale politie en een secretaresse. Het begrip canapébevordering werd er nogal letterlijk uitgebeeld. Op klacht van beide betrokkenen besliste de (plaatsvervangende) voorzitter van de rechtbank in Brussel op 4 november 2008 de stopzetting van de verkoop van het weekblad op straffe van een dwangsom van 250 per exemplaar. In de juridische vakliteratuur leidde voormelde beslissing al tot kritische bemerkingen (zie o.m. Juristenkrant 12 november 2008 “Humo uit de rekken : censuur door de rechter ?”). In een recenter artikel las ik opnieuw kritiek op een reactie vanuit de politie naar aanleiding van een sketch door een stand-upcomedian (zie Karel Michiels, Lachen met de flikken, De Standaard 29 april 2010, p27). Hierbij werden twee politieinspecteurs van een politiezone gehekeld omdat de betrokken komiek meende dat hij door hen onterecht was beboet. De grap werd door de korpschef van de zone niet gesmaakt en leidde tot een klacht wegens smaad tegenover de politiezone en beledigingen ten aanzien van de betrokken politieinspecteurs. Iets wat de auteur van het artikel deed stilstaan bij de almaar langere tenen in onze maatschappij en het volstrekte gebrek aan humor en relativeringsvermogen bij sommige mensen. Een overreactie en verdoken vorm van censuur waren geluiden die je kon opvangen vanuit de comedywereld. Geopperd werd dat als die lijn werd doorgetrokken, geen enkele komiek straks nog een deftige show kon maken.
UIT HET LEVEN GEGREPEN In het dagelijks leven van een politiefunctionaris gaat het er doorgaans meer direct en zonder veel omwegen aan toe. Dat mocht ook deze inspecteur ondervinden toen hij wou overgaan tot het beboeten van de bestuurder van een fout geparkeerd voertuig. Het kostte de verbalisant niet alleen een vrij agressieve reactie van de bestuurder maar enkele dagen later kwam een brief toe bij de burgemeester en korpschef van verbalisant. Die brief omvatte niet alleen een uitvoerige klacht over de houding en het optreden van verbalisant maar ook een petitie van de buurtbewoners die zich aansloten bij de geformuleerde klachten in de brief. Dit gebeuren alsook het navolgend intern onderzoek in de politiezone grepen verbalisant dermate aan dat hij geruime tijd volledig werkonbekwaam was wat als arbeidsongeval werd aanvaard. Nadat het intern onderzoek geen dysfuncties kon aantonen vanwege verbalisant diende deze op zijn beurt klacht in maar de klacht werd door het bevoegde parket geseponeerd. Verbalisant kon zich in die beslissing van het parket moeilijk terugvinden en besloot de klager rechtstreeks te laten dagvaarden voor de correctionele rechtbank wegens lasterlijke aangifte. In zijn vonnis van 4 november 2009 oordeelde de correctionele rechtbank van Kortrijk dat de inhoud van het schrijven van klager geen spontane met kwaadwillig opzet geformuleerde valse aantijging bevatte zoals vereist in geval van dergelijk misdrijf. De rechtbank stelde dat de brief een reactie was op een bekeuring wegens een parkeerinbreuk waarbij in hoofdzaak het parkeerbeleid werd bekritiseerd en daarnaast opmerkingen werden geformuleerd omtrent het optreden van verbalisant. Volgens de rechtbank bleek nergens uit dat er enig opzet zou zijn om verbalisant te schaden. De valse aantijgingen die verbalisant meende te ontwaren, berustten volgens de rechtbank op indrukken en meningen waarvan het valse karakter trouwens niet was komen vast te staan. Niet alleen werd verbalisant zijn eis daarom afgewezen als ongegrond maar hij werd tevens veroordeeld tot betaling aan de tegenpartij van de rechtsplegingsvergoeding die werd begroot (zoals gebruikelijk in dergelijke gevallen) op 1.200 .
8
100198_EchoPoliceNL.indd 8
29/06/10 10:47
TE TREKKEN LESSEN Het is een normaal gegeven dat de rechtspraak zich enigszins aanpast aan de wijzigende opvattingen in een samenleving. Alzo wordt aanvaard dat in onze moderne maatschappij de burger mondiger is geworden en aldus uiting mag geven aan zijn ongenoegen door het nut van een bepaald optreden van de politie in twijfel te trekken of door de houding en het gedrag van politiefunctionarissen te bekritiseren. Vele rechtbanken en hoven zijn trouwens van mening dat van een politieambtenaar een hogere morele weerbaarheid mag worden verwacht dan van een doorsnee burger. Dat betekent dat een politieambtenaar geacht wordt bestand te zijn tegen enige mate van (zelfs onterechte) kritiek. Het feit dat die kritieken aanleiding kunnen geven tot interne onderzoeken of onderzoeken door toezichtsorganen (zoals de algemene inspectie of het Comité P) hoort daar ook bij. Het begrip frustratietolerantiedrempel zoals dat in bepaalde profielen voor sommige functies is omschreven, sluit hierbij nauw aan. Alleen al om voormelde reden dient het gebruik van de klacht met burgerlijke partijstelling met grotere zorgvuldigheid en selectiviteit te worden toegepast. Het vereist niet alleen een voorafgaande juridische afweging maar ook een opportuniteitsafweging. Op juridisch vlak dient eerst te worden ingeschat of de klachten ten laste van een politieambtenaar een misdrijf kunnen uitmaken. Voor bijna alle misdrijven is een moreel bestanddeel vereist en in geval van klachten zoals aangehaald ten laste van politieambtenaren beschikt de rechter doorgaans over een ruime appreciatiebevoegdheid bij het beoordelen van dat moreel bestanddeel. Daarenboven dient te worden nagegaan in hoever het opportuun is een procedure aan te spannen gelet op het procesrisico en rekening houdend met een kosten baten analyse. Immers sinds de inwerkingtreding op 21 april 2007 van de wet op de verhaalbaarheid van de erelonen is het principe dat van “the winner takes it all”: de partij die in het ongelijk wordt gesteld door de rechtbank, zal daardoor niet alleen opdraaien voor de proceskosten en de eigen advocatenkosten maar ook voor de advocatenkosten die de winnende partij wordt geacht te hebben gemaakt. Uit een enquête die 1 jaar na de nieuwe wet werd gehouden, bleek dat vooral particulieren de dupe zijn van die wet waarvan het merendeel het bestaan en de gevolgen niet of onvoldoende kent. Om die reden verdient het ten stelligste aanbeveling om niet eigengereid te handelen en zelf allerlei klachten met burgerlijke partijstelling te formuleren maar voorafgaand beroep te doen op onze juridische bijstand en advies te vragen over voormelde aspecten. Op die wijze kunnen mogelijk heel wat onaangename verassingen worden uitgesloten na afloop van de gevoerde gerechtelijke procedures. Gert Cockx Vaste afgevaardigde Beheerder juridische bijstand
NULTOLERANTIE
E
nkele weken geleden werden twee “boefjes” opgepakt voor het vernielen van autoruiten. Bij het overbrengen voor verhoor kwam het tot een schermutseling met twee ‘grote broers’ en enkele metgezellen van de betrokken vandalen. De politieagenten moesten de vandalen laten lopen doch na een enorme vechtpartij konden de twee “hulpvaardige broers” toch ingerekend worden. Wat niemand voor mogelijk zou houden gebeurde : na contact met de parketmagistraat mochten de twee “beschikken”. Zij waren als het ware nog vroeger naar huis dan onze collega’s. De betrokken agent hekelde de parketmagistraat door zijn frustratie weer te geven in het proces-verbaal : “Ik ben gefrustreerd (…) De twee voelen zich geheel straffeloos. Ik hoopte als ik de media en de politici zo hoorde dat hier nultolerantie zou heersen. Ik stel me enorme vragen omtrent mijn beroep in deze maatschappij” Het NSPV heeft uiteraard gereageerd naar de overheid. Er is geen respect voor het werk van de politiemensen met of zonder nultolerantie. Het parket van zijn kant zegt via haar woordvoerder dat zij “ook maar mensen zijn die soms slechte beslissingen nemen”. Bovendien zou de nultolerantie op betrokken locatie niet gelden. En ook nog : “Wij zullen nooit iedereen kunnen aanhouden, er is geen plaats genoeg. Ook het parket doet niet wat het zou willen doen” Als we die laatste zinnen uitgesproken door de parketwoorvoerder bekijken lijkt het ons minstens de 100ste keer dat we deze woorden moeten aanhoren. Laat het duidelijk zijn dat deze 100 keren gespreid zijn over ettelijke jaren. (lees regeringen) Heren en dames politiekers, zonder te willen refereren naar de verkiezingen die voor de deur staan. Wordt wakker !!! Stop u niet weg achter jarenlange loze beloftes,kom uit uw schelp en doe er iets aan !!! O ja, ik zou het nog durven vergeten te vermelden : vergeet de nultolerantie, het komt lachwekkend over, de nultolerantie bestaat niet en zal op deze manier nooit bestaan. Eddy De Blaere Nationaal afgevaardigde 9
100198_EchoPoliceNL.indd 9
29/06/10 10:47
MET PENSIOEN EN EEN MAXIMUM INKOMEN VERWERVEN. (bron: eigen documentatie, cdvu, pdos, B.S., vsvw.)
•
Hoeveel mag of kan ik bijverdienen?
•
Hoever kan ik gaan met de opbouw van mijn pensioen?
Een aandachtspunt die vele vragen oplevert.
W
ie denkt dat gepensioneerden stil blijven zitten na hun op ruststelling of minder actief geworden zijn komen wel sterk bedrogen uit. Voor sommigen gepensioneerden begint dan pas, hun tweede jeugd en ontpoppen ze zich als succesvolle zelfstandigen, of zelfs beheerders in vennootschappen. Of het nu is om iets meer inkomen te hebben bij het pensioen, of om zich te kunnen handhaven in de toekomst nu die onzeker geworden is, of is het om een bepaalde levensstandaard of status te kunnen behouden: men wil er het fijne van weten, vooral financieel. Ook is vrijwilligerswerk een uitkomst en verzetten zich tegen het passief op rust zijn. Anderen willen hun opgebouwde ervaring nog ten dienste stellen van hun bedrijf of een V.Z.W. en zijn tevreden met een bescheiden bijkomend inkomen. Ter aanmoediging van de kunst kunnen kunstenaars rekenen op een gunstige regeling. Heb je wat talent om in een orkestje te spelen of te schilderen of zo iets dan kun je genieten van wat meer inkomen en dan nog zonder rekening te moeten houden voor sociale en fiscale inhoudingen. Voor hen die blijven verder werken na hun 60ste zit er ook een belangrijke pensioenbonus in. Het overwegen waard? Onderhavig artikel zal u de nodige informatie geven. Er werd rekening gehouden met de laatste indexaanpassing van oktober 2008.
Algemene regel. Om te kunnen genieten van de cumulregel bij een beroepsinkomen, moet men in de eerste plaats gepensioneerd zijn. Dus, niet met brugpensioen zijn of een vervanginkomen genieten. Dat “gepensioneerd zijn” zorgt bij onze ambtenaren voor verwarring. De mogelijkheid om vervroegd op pensioen te gaan is niet te vergelijken met een brugpensioen uit de privésector. Het pensioen van het personeel van de politiediensten en hun rechthebbenden wordt geregeld door de wet van 30 maart 2001, art. 5. Die bepaalt dat een pensioen kan verleend worden op de eerste dag van de maand die volgt op de datum waarop ten volle de leeftijd van 58 jaar wordt bereikt . De overgangsbepaling (art. 10 van dezelfde wet) laat toe dat ex rijkswachters volgens de graad, op pensioen kunnen gaan vanaf de 1ste van de maand van de eerstvolgende trimester na die bepaalde leeftijd. (54, 56 of 58 jaar)
Hoeveel mag ik nu bijverdienen? Hoeveel men mag bijverdienen hangt af van verschillende zaken. Men moet rekening houden met onder andere de leeftijd; de ambtshalve op pensioenstelling; de uitgeoefende beroepsactiviteit; kunstenaar; politiek mandaat. Voor het overlevingspensioen zijn er dan weer andere bedragen van toepassing. Zo zal een gepensioneerd rijkswachter die ambthalve gepensioneerd is (54, 56, …) kunnen genieten van een gunstiger cumulregeling dan de collega die in het nieuwe statuut gestapt is. In dit geval, dien ambtshalve op rust gesteld vóór de leeftijdsgrens van 65 jaar (bijvoorbeeld ex-Rijkswacht sommige militairen) en men niet gepensioneerd is wegens lichamelijke ongeschiktheid, zijn de grensbedragen van toepassing die gelden voor de pensioentitularissen ouder dan 65 jaar. Vóór de leeftijd van 65 jaar wordt het pensioen niet geschorst bij het overschrijden van de toegelaten grensbedragen, maar verminderd met 10% of maximum 20%. Vanaf de leeftijd van 65 jaar is men eveneens onderworpen aan dezelfde regels als de andere gepensioneerden. 10
100198_EchoPoliceNL.indd 10
29/06/10 10:47
Rustpensioenen overlevingspensioenen
-
1. Rustpensioen gecumuleerd met een
beroepsactiviteit als werknemer of als ambtenaar. Indien het een beroepsactiviteit is die onder toepassing valt van de wetgeving op de arbeidsovereenkomsten (privé-sector) of van een soortgelijk wettelijk of reglementair statuut (overheidsdienst), is dergelijke activiteit toegelaten voor zover het brutoberoepsinkomen per kalenderjaar het toegelaten grensbedrag niet overschrijdt. Onder brutoberoepsinkomen moet worden verstaan alle elementen die deel uitmaken van de bezoldiging:
OPMERKING: U mag een beroepsactiviteit slechts uitoefenen na voorafgaandelijke verklaring ! Vanaf 1 januari 2006 is de voorafgaandelijke aangifteplicht niet meer nodig voor de gepensioneerden die de volle leeftijd van 65 jaar hebben bereikt, met uitzondering van het jaar waarin het pensioen ingaat. De formulieren voor de voorafgaandelijke verklaring kan gedownload worden via internet of je kan ze ook vragen op ons secretariaat – sector oprustgestelden.
•
het loon (met inbegrip van het loon voor de betaalde feestdagen en het gewaarborgd week- of maandloon),
•
de voordelen in natura (met uitsluiting van de maaltijdcheques),
•
het vakantiegeld, de eindejaarspremie, enz.
•
en dit vóór elke inhouding inzake sociale zekerheid of belastingen. Aard van de uitgeoefende activiteit:werknemer, ambtenaar, mandaat, ambt of post Jaargrens van het toegelaten brutoberoepsinkomen (2009) in EUR: Vóór de leeftijd van 65 jaar:
Vanaf de leeftijd van 65 jaar:
Zonder kinderlast:
7.421,57
21.436,50
Met kinderlast (*):
11.132,37
26.075,00
(*) Opgelet: «kinderlast» verschilt van het begrip «kind ten laste» in de fiscale wetgeving!
2. Rustpensioen gecumuleerd met een beroepsactiviteit als zelfstandige. Indien het een beroepsactiviteit is als zelfstandige of helper die de onderwerping aan het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandige tot gevolg heeft of als echtgenoothelper, is deze activiteit toegelaten voor zover het jaarlijks netto beroepsinkomen het toegelaten grensbedrag niet overschrijdt. Dit nettoberoepsinkomen wordt bekomen door het brutoberoepsinkomen te verminderen met: •
de bijdragen betaald aan het stelsel van de sociale zekerheid van de zelfstandigen;
•
de beroepsuitgaven of -lasten;
•
(desgevallend) de beroepsverliezen;
•
zoals deze door de Administratie Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit (AOIF) in aanmerking worden genomen voor de vaststelling van de aanslag voor het betrokken jaar. Aard van de uitgeoefende activiteit: zelfstandige (of vrij beroep) Jaargrens van het toegelaten nettoberoepsinkomen (2009) in EUR: Vóór de leeftijd van65 jaar:
Vanaf de leeftijd van 65 jaar:
Zonder kinderlast:
5.937,26
17.149,19
Met kinderlast (*):
8.905,89
20.859,97
(*) Opgelet: «kinderlast» verschilt van het begrip «kind ten laste» in de fiscale wetgeving!
3. Een overlevingspensioen gecumuleerd met een beroepsactiviteit als werknemer
of als ambtenaar. Indien het een beroepsactiviteit is die onder toepassing valt van de wetgeving op de arbeidsovereenkomsten (privésector) of van een soortgelijk wettelijk of reglementair statuut (overheidsdienst), is dergelijke activiteit toegelaten voor zover het brutoberoepsinkomen per kalenderjaar het toegelaten grensbedrag niet overschrijdt. Bruto beroepsinkomen: zie rustpensioenen 1. hierboven.
11
100198_EchoPoliceNL.indd 11
29/06/10 10:47
Aard van de uitgeoefende activiteit: werknemer, ambtenaar, mandaat, ambt of post Jaargrens van het toegelaten brutoberoepsinkomen (2009) in EUR Men geniet enkel één (of meerdere) overlevingspensioen(en) van de openbare sector of in een ander pensioenregime en u bent jonger dan 65 jaar:
65 jaar of ouder:
Zonder kinderlast:
17.280,00
21.436,50
Met kinderlast (*):
21.600,00
26.075,00
Men geniet (een) overlevingspensioen(en) van de openbare sector of in een ander pensioenregime dat (die) u cumuleert met één of meerdere rustpensioen(en) en u bent jonger dan 65 jaar:
65 jaar of ouder:
Zonder kinderlast:
7.421,57
21.436,50
Met kinderlast (*):
11.132,37
26.075,00
(*) Opgelet: «kinderlast» verschilt van het begrip «kind ten laste» in de fiscale wetgeving!
4. Een overlevingspensioen gecumuleerd met een beroepsactiviteit als zelfstandige. Indien het een beroepsactiviteit is als zelfstandige of helper die de onderwerping aan het koninklijk besluit nr.38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandige tot gevolg heeft, is deze activiteit toegelaten voor zover het jaarlijks netto beroepsinkomen het toegelaten grensbedrag niet overschrijdt. Nettoberoepsinkomen: zie rustpensioen 2 hierboven. (zelfstandige) Aard van de uitgeoefende activiteit:zelfstandige (of vrij beroep) Jaargrens van het toegelaten nettoberoepsinkomen (2009) in EUR Men geniet enkel één (of meerdere) overlevingspensioen(en) van de openbare sector of in een ander pensioenregime en men is: jonger dan 65 jaar:
65 jaar of ouder:
Zonder kinderlast:
13.824,00
17.149,19
Met kinderlast (*):
17.280,00
20.859,97
U geniet (een) overlevingspensioen(en) van de openbare sector of in een ander pensioenregime dat (die) u cumuleert met één of meerdere rustpensioen(en) en u bent jonger dan 65 jaar:
65 jaar of ouder:
Zonder kinderlast:
5.937,26
17.149,19
Met kinderlast (*):
8.905,89
20.859,97
(*) Opgelet: «kinderlast» verschilt van het begrip «kind ten laste» in de fiscale wetgeving!
5. Rustpensioen/overlevingspensioen en weerslag van het beroepsinkomen. De grenzen van de toegelaten beroepsinkomsten worden per kalenderjaar beoordeeld, behalve: •
voor het jaar waarin het pensioen ingaat
•
voor het jaar waarin een cumulatie van meerdere pensioenen ingaat
•
voor het jaar waarin u de leeftijd van 65jaar bereikt.
1.1. 5.1. Overschrijding van de jaargrens met ten minste 15%? Wanneer men de jaargrens met tenminste 15% overschrijdt, wordt de uitbetaling van het pensioen voor het betrokken kalenderjaar volledig geschorst, zelfs wanneer de beroepsbezigheid zich niet over het volledige jaar uitstrekt. 1.2. 5.2. Overschrijding van de jaargrens met minder dan 15%? Wanneer men de jaargrens met minder dan 15% overschrijdt, wordt het pensioenbedrag verminderd naar rato van het percentage waarmee de inkomsten deze jaargrens overschrijden.
Opgelet! We vestigen uw aandacht er op dat iedere verhoging van het beroepsinkomen (bv. voor een loontrekkende: een loonsverhoging, indexaanpassing, iedere verhoging van toeslagen of premies) belangrijke financiële gevolgen heeft wanneer daardoor de jaargrenzen worden overschreden.
12
100198_EchoPoliceNL.indd 12
29/06/10 10:47
1.4. 5.3.
Bepalen van het grensbedrag voor het jaar waarin het pensioen ingaat:
Het toepasselijke grensbedrag wordt vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller (T) gelijk is aan het aantal gehele maanden dat begrepen is tussen de ingangsdatum van uw pensioen en het einde van dat jaar en de noemer (N) gelijk is aan 12. 5.4. 1.5. Bepalen van het grensbedrag voor het jaar waarin een cumulatie van meerdere pensioenen ingaat: In dit geval wordt het jaar in twee perioden verdeeld. Zowel voor de periode begrepen tussen 1 januari van dat jaar en de laatste dag van de maand die aan de ingangsdatum van het nieuwe pensioen voorafgaat, als voor de resterende periode van het jaar, wordt het toepasselijke grensbedrag vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller gelijk is aan het aantal maanden die iedere periode omvat en de noemer gelijk is aan 12. De op deze wijze vastgestelde grensbedragen worden vergeleken met de werkelijk ontvangen inkomsten voor elk van die perioden. 1.6. 5.5.
Bepalen van het grensbedrag voor het jaar waarin men de leeftijd van 65 jaar bereikt:
In dit geval wordt het jaar in twee perioden verdeeld. Zowel voor de periode begrepen tussen 1januari van dat jaar en de laatste dag van de maand van uw 65ste verjaardag, als voor de resterende periode van het jaar, wordt het toepasselijke grensbedrag vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller gelijk is aan het aantal maanden die iedere periode omvat en de noemer gelijk is aan 12. De op deze wijze vastgestelde grensbedragen worden vergeleken met de werkelijk ontvangen inkomsten voor elk van die perioden.
VRIJWILLIGERSWERK Vele gepensioneerden hebben de weg gevonden naar het vrijwilligerswerk. Zij stellen zich ten dienste van voetbalploegen , VZW’s, Jeugdbewegingen, enz. Vrijwilligerswerk heeft een evolutie doorgemaakt van ouderwets naar een begeerd maatschappelijk kapitaal. En kapitaal dient beschermd te worden, temeer omdat het hier om mensen gaat die zich dagelijks belangeloos inzetten voor anderen. Alhoewel vrijwilligerswerk belangloos of onbaatzuchtig mag klinken blijft de minder sympathieke regel “ voor niets gaat de zon op” van toepassing. Men moet rekening houden dat vrijwilligerswerk bepaalde risico’s inhoud. Er zijn daarvoor bepaalde voorwaarden die men in acht moet nemen. Ook wat verzekering betreft moet men de regels volgen. En alsof het nog niet ingewikkeld genoeg was is er nog het verschil tussen vrijwilligers en bestuursvrijwilligers in een vzw. (wet van 3 juli 2005.) Een volgende maal daar meer over. Vergoeding In feite kan men de keuze maken tussen een vaste of forfaitaire kostenvergoeding. De vaste vergoeding bestaat gewoon uit het vergoeden van de bewezen onkosten. De forfaitaire kostenvergoeding is geplafonneerd en gekoppeld aan index. Voor 2010 gelden de volgende bedragen: •
€ 30,22 maximum/dag
•
€ 1.208,75 maximum/jaar
Kilometervergoeding: (geldig van 1 juli 2009 tot juni 2010): € 0,3026)
PENSIOENBONUS De bonus werd ingevoerd in 2001. Hij bedraagt 0,125 procent per gewerkte maand voor wie doorwerkt tussen 60 en 62 (1,5 procent per jaar) en 0,1675 per maand voor wie tot 63, 64 of 65 werkt (2 procent per jaar). Wie tot 65 volhardt, en blijft werken krijgt 9 procent extra, bovenop de normale pensioenverhoging die het gevolg is van langer werken (meer dienstjaren, een hogere wedde als berekeningsbasis). Volgens de pers zou het systeem te weinig gekend zijn waardoor er weinig gebruik van maken. Of zit daar iets anders achter? Of is werken bij de politie werkelijk zo zwaar dat men gebruik maakt van zijn toegeëigende pensioenleeftijd voor zijn 60ste dus? In ieder geval geven wij hier een overzicht van de mogelijkheid het pensioen wat de hoogte in te drijven.
13
100198_EchoPoliceNL.indd 13
29/06/10 10:48
Leeftijd 60-61 61-62 62-63 63-64 64-65
Bonus per jaar 1,5 % + 1,5 % + 2,0 % + 2,0 % + 2,0 %
Totaal +3% +5% +7% +9%
1. 1.
Het pensioencomplement wegens leeftijd
1. 2. Een pensioencomplement wegens leeftijd wordt toegekend aan de personeelsleden van de overheidssector die hun loopbaan verderzetten na de leeftijd van 60 jaar. Hier ligt de klemtoon op “verder werken” Men moet gewoon zijn dienst verder zetten.
Het «leeftijdscomplement» wordt toegekend voor iedere maand dienst gepresteerd vanaf 1januari 2001 door een personeelslid dat de leeftijd van 60 jaar reeds heeft bereikt. Het complement komt overeen met een percentage van het jaarlijks pensioenbedrag. Dit percentage is variabel naargelang de leeftijd. Voor een personeelslid dat in dienst blijft tot de leeftijd van 65 jaar, kan de totale verhoging oplopen tot 9% (zie tabel). Voorbeeld: voor een personeelslid van wie het jaarlijks pensioenbedrag 15.000,00 EUR bedraagt aan spilindex 138,01 (bedrag berekend op basis van de weddeschalen vóór indexatie), zullen de 12 maanden werkelijke diensten gepresteerd tussen zijn 60ste en 61ste verjaardag, een pensioencomplement opleveren van 225,00 EUR per jaar (12 x 0,125/100 x 15.000,00). Het personeelslid dat in dienst blijft tot de leeftijd van 65 jaar zal aanspraak kunnen maken op een complement van minimum 1.080,00 EUR (24 x 15,00 EUR + 36 x 20,00 EUR) aan spilindexcijfer 138,01. Aan de huidige index (eind september 2008) komt dit overeen met een bedrag van 1.604,77 EUR (1.080,00 EUR x 1,4859).
2. 3. Beperkingen van het pensioenbedrag Hier moeten wij een onderscheid maken voor de pensioenen die ingegaan zijn na 01/01/2007. Aanvankelijk bleef de ¾ regel voor de pensioenbeperking van toepassing tot die datum. Het pensioenbedrag mag de 3/4 (relatief maximum - Wet 05-08-1978) van de wedde die als grondslag dient voor de berekening van het pensioen (= relatief maximum) niet overschrijden.
Opgelet: voor de pensioenen met ingangsdatum vanaf 01-01-2007: Het pensioenbedrag verhoogd met het "leeftijdscomplement" voor de na 31-12-2005 werkelijk gepresteerde diensten mag het relatief maximum wel overschrijden (tot maximaal 9/10 van de wedde die als grondslag dient voor de berekening van het pensioen). Toegekende tijdsbonificaties uit hoofde van hechtenis, deportatie, militaire oorlogsdiensten en ermee gelijkgestelde diensten hebben evenwel uitwerking tot maximaal 9/10 van die wedde. Geen enkel pensioen (met inbegrip van bonificaties, supplementen, complementen) mag meer bedragen dan 46.882,74 per jaar (absoluut maximum - Wet 05-08-1978). Dit jaarbedrag komt overeen met €5.805,26 bruto per maand aan de huidige index (1,4859 - eind september 2008).
4. Wat je wel moet weten. 3. Deze pensioenbonus heeft geen invloed op het overlevingspensioen. Wanneer de begunstigde komt te overlijden zal het overlevingspensioen berekend worden aan de hand van de referentiewedde en niet op de verworven pensioenbonus. Een vraag die gesteld wordt: het totaal maximum pensioen mag met de bonus, de 90% van de referentiewedde niet overschrijden. Hoe kan men daar aan komen als de percenten (75 % van de wedde en 9%bonus ) nog maar 84% bedragen? Hier moet men rekening houden met uitzonderingen. Zo bestaat de mogelijkheid, ook buiten het pensioenbonus systeem naar die 90% te gaan. (Bijvoorbeeld bij mijnwerkers kan het relatief maximum overschreden worden. Het absolute maximum kan niet overschreden worden. Marcel De Loof – nationaal afgevaardigde oprust gestelden (N)
14
100198_EchoPoliceNL.indd 14
29/06/10 10:48
NECROLOGIE
O
p 07 april, na een lange ziekte en juist één maand voor hun gouden huwelijksjubileum overleed Mevrouw Rita DEMAY, echtgenote van LAMBERT Roger, oud provinciaal voorzitter NSBP voor de provincie Namen en gedurende 18 jaar nationaal mandataris. Zij was de dochter van Jean DEMAZY die lid was bij het SNPGd Mevrouw demazy Rita? Echtgenote van de oud-voorzitter NSBP
Antwerpen
Hasselt
Op 23 april 2010, VANHEUSDEN Firmin, echtgenoot van Nijs Jacqueline. – 87 jaar
Op 13 maart 2010, LEDUC Corrie, echtgenote van Housen Maurice. – 77 jaar Op 18 april 2010, JANSSENS Anna, echtgenote van Kuylen Alex en moeder van Marcel – 89 jaar
Op 19 januari 2010, DE COCK Julia, weduwe van Meul Ernest. – 85 jaar Op 08 januari 2010, DIAS Gerard, 93 jaar Op 02 mei 2010, HILLAERT Albert, echtgenoot van Keisse Anna. – 88 jaar
Dendermonde Op 23 mei 2010, CORNELIS Jozef, echtgenoot van Heymans Jeanne. – 89 jaar Op 13 april 2010, HENDRICKX Jeanne, weduwe van Goosens Theophiel. – 86 jaar Op 09 april 2010, DE SMET Willy, echtgenoot van Van Peteghem Helena. – 69 jaar
Doornik Op 25 januari 2010, VAN RUYMBEKE Emilia, echtgenote van Jaumotte Maxime. – 85 jaar
Gent Op 21 maart 2010, WAUTERS Marnix,echtgenoot van Heirwegh Pia. – 54 jaar Op 04 juni 2010, VAN DEN BERGHE Marcel, weduwnaar Plasschaert José - 89 jaar Op 04 juni 2010, VAN HENDE Omer, echtenoot van Tetels Lucienne - 85 jaar
Ieper Op 14 mei 2010, DESCHEEMAEKER Michel, weduwenaar van Doornaert Paula. – 90 jaar
Mechelen Op 08 april 2010, WILLAERT Dora, weduwe van Lambrechts Josephus. – 84 jaar
WAARSCHUWINGSORDER voor de gepensioneerde leden!!!!
De 3° Dag van de gepensioneerden zal doorgaan op
19 oktober 2010 Feestzaal DE RIETGORS te TIELRODE/TEMSE! Verdere gegevens omtrent tijd, inschrijving en prijzen zullen persoonlijk aan de gepensioneerden worden overgemaakt! HOUDT DEZE DATUM NU REEDS VRIJ!
Oudenaarde
Marcel DE LOOF
Op 05 mei 2010, ROSSEELS Julienne, weduwe van Mys Firmin - 93 jaar
Turnhout Op 23 mei 2010, AERTS Joanna, weduwe Van Dael – 86 jaar Op 29 april 2010, LASTERS Eduard, echtgenoot van Faes Joanna. – 85 jaar
ONZE BLIJKEN VAN DEELNEMING AAN ALLEN DIE BETROKKEN ZIJN BIJ DEZE DROEVE GEBEURTENISSEN.
JUBILEUM Arthur en Liza DOM – VAN WEZENBEEK uit Brasschaat vierden op 25 mei hun briljanten huwelijksjubileum Het echtpaar GROENEN Jan en GEUKENS Rosa uit ESSEN vierden op 17 mei hun gouden huwelijksjubileum .Onze hartelijke gelukwensen.
15
100198_EchoPoliceNL.indd 15
29/06/10 10:48
Uw MasterCard Gold via NSPV? Nu slechts € 35/jaar! Overal aanvaard
Onbeperkte medische bijstand in het buitenland
Met 31 miljoen acceptatiepunten is MasterCard wereldwijd de meest gebruikte en aanvaarde kredietkaart. U kunt ze gebruiken voor aankopen, geldopnamen en betalingen op internet.
Uw geheime code en de ingebouwde chip waarborgen u optimale veiligheid.
Als kaarthouder van MasterCard Gold zijn u en uw familie automatisch gedekt voor een onbeperkte terugbetaling van medische kosten in het buitenland. Een groot verschil met uw klassieke bijstandsformule, waar er steeds een limiet staat op het uitgekeerde bedrag. Bovendien geldt deze dekking zelfs wanneer u de reisbiljetten niet betaalt via MasterCard. Een uniek voordeel!
Perfecte controle
Reisongevallen- en reisongemakkenverzekering
Optimaal beveiligd
U kunt uw uitgaven ook steeds online checken en behoudt volledige controle dankzij een maandelijkse bestedingslimiet.
Wanneer u uw vervoerbewijzen met uw kaart betaalt, geniet u bovendien gratis wereldwijd een dekking tegen reisongevallen- en reisongemakken (bv.: vertraging of diefstal van bagage, compensatie in geval van overbooking of vertraagde vlucht, ...).
; Ja, ik zou graag een inschrijvingsformulier voor een MasterCard via NSPV ontvangen aan € 35,00/jaar. Naam Adres
___________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________
Geboortedatum ________________________________ Lidnummer NSPV __________________________________ Faxnummer ___________________________________ E-mailadres ______________________________________ Terugfaxen naar 02/205.70.47 t.a.v. Christiane Broen of terugsturen naar
BCC Corporate T.a.v. Christiane Broen Haachtsesteenweg, 1426 1130 Brussel
Bijkomende vragen? Bel 02/205.87.87 of e-mail ons op
[email protected]
16
100198_EchoPoliceNL.indd 16 Pub NSPV NL indd 1
29/06/10 10:48 9/10/2009 18:00:03