De Status van de Vloer en de schoonheid van de aarde (1) [07-10-2013]
In zeven afleveringen bekijkt interieurexpert PIET VAN DER WERF de vloer van twee kanten. We duiken we onder de vloer, keren hem om, zweven erop naar het morgenland, zoeken de grenzen op, maar uiteindelijk zal de vloer onder onze voeten verdwijnen.
Platte Grond Soms is het aantal lagen dat ons contact met de aarde scheidt groter dan je zou vermoeden. De aarde is koud, vuil en vol gaten en bulten, en hoe vlakker en hoe beter afgedekt hoe liever. Bouwkundig gezien bestaat de vloer van het gemiddelde huis uit een kruipruimte, de grond afgedekt met puin of zand, een balkenlaag, eventueel met isolatiemateriaal, een planken dekvloer, een afdekfolie, ondervloer en dan vloerbedekking, zwevende dekvloer, parket of plavuizen enzovoort. Dat was ooit anders. Verpaupering onder de bevolking van de 19e eeuw is aanleiding voor de autoriteiten om iets te doen aan de woonomstandigheden. De eerste Woningwet wordt in 1902 aangenomen en daarin wordt ten aanzien van de vloer gesproken over “het hoogtepeil van den vloer der beneden-woonvertrekken” en de “hechtheid van vloeren”. Maar het is pas in 1941 dat Fennechien Kok als laatste haar plaggenhut met lemen vloer in het Groningse Alteveer verlaat. De technische uitvoering van de woningwet is uitgewerkt in het Bouwbesluit; een woud aan regelgeving. De regelgeving bijt zichzelf soms in de eigen staart. Zo werd op zeker moment door de Voedselen warenautoriteit gesteld dat de keukenvloer van horecagelegenheden een glad, gemakkelijk schoon te houden oppervlak moest hebben. De Arbo-dienst anderzijds, stelde dat het oppervlak van diezelfde vloer niet glad mocht zijn wegens gevaar voor uitglijden.
Uitglijden Wat uitglijden en struikelen betreft: gaan we terug naar de eerste helft van de 18e eeuw, dan zien we dat het bij studenten gebruikelijk was om op de sociëteit samen de trends op het gebied van mode, pruiken maar ook de inrichting van het huis te bespreken en daarbij
te oefenen in het elegant lopen over de verschillende soorten vloerbedekking. De Vuile Aarde Op de archipels in de Stille Zuidzee wordt de bodem onder de voeten als onrein beschouwd. Daarom zit men gehurkt en niet met het achterste op de grond, zoals dat te zien is bij beschermbeelden van voorouderfiguren uit die regio. Met de komst van het christendom, de islam, maar met name het boeddhisme is men meer en meer van die gewoonte afgestapt. Christelijk verheven op een stoel zitten, of, zoals Boeddha, in kleermakerszit op de grond, met hooguit een doek of kussen ertussen. De Thora schrijft: “Voorts alle kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt, zal een verfoeisel zijn; het zal niet gegeten worden.” (Leviticus 41). Moederliefde komt voort uit de aarde in oude matriarchale religies, en kennen we als de godin Gaia bij de oude Grieken. De schoonheid van de aarde wordt overal anders opgevat.
Heilige Grond De mooiste vloer ter wereld zou zich bevinden in de Duomo van Siena, althans volgens Giorgio Vasari. Op 57 vlakken zijn met name Bijbelse taferelen afgebeeld in mozaïek, waar de pelgrims op blote knieën hun laatste meters overheen kropen. Dat kruipen overigens, was dat uit godvrezendheid voor de Grote daar boven? Of uit eerbied voor Moeder Aarde? Maar diezelfde aarde, die door de Paus gekust wordt, daaronder bevind zich toch ook het schimmenrijk van de Tartaros, en daar in de onderwereld huist toch ook de Duivel?
In de volgende aflevering gaan we de diepte in en kijken we wat er zich onder de vloer afspeelt, en wordt de vloer vervolgens tot hemel verheven.
De Status van de Vloer en de Schoonheid van de Aarde (2) [11-10-2013]
Pushing the Daisies Tijdens opgravingen in de Levant heeft men cirkelvormige woningen ontdekt waar de graven van zich onder de vloer van de woning bevonden. Men wilde vermoedelijk dicht in de buurt van de overleden dierbaren vertoeven. In oude kerkgebouwen maakt zich een eigenaardige sensatie van je meester als je over de eeuwenoude afgesleten grafzerken heen loopt. Wie rijk was verwierf hier een graf, onder een kunstzinnig gehouwen hardstenen zerk met familiewapen gevat in rolwerk of kwabornamenten. Dikwijls werden doden bijgezet waarbij niet altijd even zorgvuldig gehandeld werd. Wegens de ondraaglijke stank die dit teweeg bracht en uit hygiënische overwegingen is onder invoering van het Burgerlijk Wetboek in 1804 het begraven in kerken verboden geworden. Sindsdien liggen alle begraafplaatsen buiten de historische stadsgrenzen, en wordt men in de open lucht begraven: ‘Pushing the daisies’, zoals de Amerikanen zeggen.
De Vloer als Spiegel van de Hemel In de Gouden Eeuw wordt op doeltreffende wijze aan de vloer een hemelse status verleend. Geometrische patronen van zwart Belgisch hardstenen kaders en wit carraramarmeren ‘à livre ouvert’ gezaagde platen volgen de indeling van de cassettenplafonds. Er zijn hardstenen vloerontwerpen bekend, zoals die van Pieter Post, die in de hedendaagse architectuur niet zouden misstaan. De burgerzaal in het stadhuis van Amsterdam, heden het Paleis op de Dam, is spectaculair wat de hardstenen en marmeren vloeren betreft. In drie enorme cirkels worden het westelijk en oostelijk halfrond afgebeeld, en het hemelgewelf.
Discovloer In 2005 werd de discovloer uit de film Saturday Night Fever geveild voor een kleine 190.000 Amerikaanse dollar. In de muziekzaal van buitenplaats Hofwijck bij Den Haag vinden we de 17e-eeuwse variant. Constantijn Huygens had deze witte- en zwarte hardstenen vloer ontworpen op de driekwartsmaat, waarmee hij een harmonieuze ruimte wilde bewerkstelligen.
Zand Erover In 1656 schrijft Huygens het volgende liedje:
De steenen in het sand, en weer sand op de steenen! Het schynt de menschen meenen Haer’ huijsen moeten zijn, als stof van dobb’len thoon, Aen weersij’n even schoon. Al sinds de middeleeuwen is het gebruikelijk om zand over de vloer te strooien, waarmee gemorste etensresten en ander huisvuil gemakkelijker worden opgeveegd, en dit is tot heden gebruikelijk in veel cafés. Een merkwaardiger fenomeen uit die tijd is het strooien van sierlijke patronen met fijn wit zand over de hard- stenen of betegelde vloer, zoals nog tot in de twintigste eeuw te zien in de hal van het raadhuis van Edam. De reden hiervoor zou zijn dat een argeloze bezoeker (of inbreker!) op die manier een spoor achter zou laten. In het apocriefe verhaal over Bel en de Draak uit het deuterocanonieke boek Daniël toont Daniël
door een dunne laag as over de vloer heen te strooien aan dat het koperen afgodsbeeld van de Babylonische god Bel niet degene is die het eten nuttigt wat de priesters hem iedere avond voorzetten. Als Daniël de koning de volgende dag mee neemt naar de ruimte treffen ze voetsporen van de priesters aan in de aslaag, waarop de koning de priesters en hun gezinnen laat doden. De koning schenkt het beeld van de god Bel aan Daniël die het vernielt en zich vervolgens met andere apocriefe zaken bezig gaat houden, zoals het doden van een draak middels het toewerpen van te hete koekjes.
Volgende aflevering meer: over kindervoetenmarmer, en de horizontale en verticale houten vloer.
De Status van de Vloer en de schoonheid van de aarde (3) [16-10-2013]
Jackson Pollock en het Kindervoetenmarmer In het atelier van de Amerikaanse ‘splatter-paint’-kunstenaar Jackson Pollock (1912-1956) is de aanwezigheid van de kunstenaar nog voelbaar door de veelkleurige verfresten op de vloer. ‘Is this a painting?’ vroeg hij zijn vrouw toen hij haar zijn allereerste, op de houten vloer van het schuurtje vastgetackte doek liet zien, bezaaid met druipers verf in alle kleuren.
In Nederland vind men op diverse plaatsen historische vloeren van zogenaamd ‘vinger- en voetenmarmer’. Op een houten vloer liet men, naar men zegt, kindertjes op blote voeten door de verf heen lopen, om aldus een patroon te creëren dat ergens iets had van de adering van marmer.
Kouwe Voeten Op het schilderij ‘Brieflezende vrouw’ van Gabriel Metsu uit circa 1660 zien we een vrouw zitten op een houten ‘zoldertje’. Voor het podium ligt een ronde Genemuider biezen mat op de roodwitte tegelvloer. Voor kabinetten werd in boerderijen een betegelde verhoging gemaakt die men in Staphorst ‘bergiens’ noemt. Historisch gezien komen hardstenen of betegelde vloeren veel minder voor dan oude schilderijen ons willen doen geloven.
Hout In het Trippenhuis in Amsterdam weerspiegeld de houten vloer het plafondpatroon op de wijze zoals de eerder beschreven hardstenen vloeren. De oudste vermelding van een Nederlandse parketvloer met ingelegde motieven in verschillende tropische houtsoorten is die in het appartement van Amalia van Solms in Huis Nieuburg bij Rijswijk. De 17e eeuwse prinses van Oranje was afkomstig uit het keurvorstendom Heidelberg en speelde een hoofdrol in de ontwikkeling van de ‘corporate identity’ van het Nederlandse stadhouderlijk hof. Onder haar hoede zijn een aantal belangrijke paleizen gebouwd, en zodanig ingericht dat de macht van de Oranjes je niet kon ontgaan.
Het Onderaardse Woud De mooiste houten vloer trof ik aan in een schuur in het Duitse Bentlage: Een eenvoudige kopshouten werkplaatsvloer, gemaakt van strak tegen elkaar geplaatste verticale balkjes hout. Deze vloer zou het scherpe gereedschap sparen wanneer het op de grond viel. Dit soort vloeren werden ook aangelegd onder overkapte opstelplaatsen voor paarden. Deze vloeren kunnen veel gewicht verdragen, zijn stroef voor paardehoeven en geluidsarm bovendien.
‘Maar Dido keek Aeneas niet eens aan. Zonder een woord te zeggen draaide ze zich om en verdween tussen de sombere bomen van het onderaards woud.’ De stad Amsterdam is, zoals bekend, gebouwd op een onderaards woud van houten palen. De uit de landen rond de Oostzee afkomstige bomen vertegenwoordigen hier de Baltische wouden: niet alleen verticaal maar ook horizontaal in de vorm van planken vloeren. In Kasteel Amerongen ligt een planken vloer die zich over de volle lengte uitstrekt over de vloer van dertien meter lengte. Er werden zeer hoge eisen aan de delen gesteld. Zo mochten er geen noesten of kwasten in zitten. De volle breedte van de boom werd gebruikt, en de planken lopen dus over de hele lengte toe en zijn daarom om-en-om tegen elkaar in gelegd.
Evolutie in Revolutiebouw Vanaf de jaren vijftig wordt er met betonnen palen geheid, en de planken vloer werd mettertijd vervangen door een ‘broodjes-vloer’: prefab-betonplaten gecombineerd met piepschuim. Naoorlogse schaarste jaagt innovatie aan, en het materiaal wordt zo dun mogelijk toegepast. Er toont zich over de tijd heen een ware vorm-evolutie in de broodjes-vloer. Het gieten van dekvloeren komt meer in zwang en daarmee het gebruik van tapijt, want beton is koud. Maar voordat we het over moderne vloerbedekking gaan hebben pakken we een perzisch tapijt en vliegen we in de volgende aflevering eerst even naar het Morgenland.
De Status van de Vloer en de schoonheid van de aarde (4) [31-10-2013]
Ragfijn Arachne was een leerlinge van Pallas Athene, godin van de kunst, en kreeg van omstanders zoveel bewondering voor haar weefkunst, dat ze uit grootheidswaan haar meesteres uitdaagde tot een wedstrijd. De godin weefde het verhaal van Poseidon, met in de hoeken de armzalige stervelingen die het tegen de goden op hadden durven nemen. Arachne weefde in haar kleed alle buitenechtelijke avonturen van de goden. Als Athene uit woede het veel mooiere kleed van Arachne verscheurt, wil Arachne zich verhangen. Daarop veranderd Athene haar uit mededogen in een spin, zeggende: "Leef verder, maar leef wel aan een draad, stom kind!"
Abstract Wie het eigenaardige idioom van Oosterse tapijten wil verklaren en daarvoor naar het Oosten trekt, krijgt steevast als antwoord op de vraag waar de motieven vandaan komen: "Uit het Oosten". In een verkoopgids van meubelfabriek ‘Onder den Sint Maarten’ uit 1913 staat: ‘Maar
in Perzië (..) worden thans nog wel tapijten met dier-patronen (vogels) gemaakt, ... terwijl soms in Anatolische kleeden de gestileerde... vloo voorkomt.’ Met de drie laatste puntjes wil schrijver van het gidsje zijn verbazing uitdrukken. Behalve uit de regio China/Mongolië vinden de motieven vanzelfsprekend hun oorsprong in de natuur. Verfijndere Perzische tapijten hebben trouwens wel wat weg van een met herfstbladeren bedekt bospad, als je door je oogharen kijkt.
Het Paradijs Het in Perzië gelegen Hof van Eden is vaak het motief voor tapijten uit deze regio. Vogels, vee, wild, paarden en andere dieren sieren, naast florale en architectonische motieven zoals de wingerd en de mihrab, de tapijten. Voorts is er de ‘Boteh’, Een traan-achtige vorm die een geabstraheerd palmblad zou zijn, of een cipres. Ook wordt gezegd dat het een in bloed gedrenkte vuistafdruk betrof, waarmee analfabete Sultans hun officiële documenten ondertekenden. De lanen en borders van Arabische paleistuinen zien we terug in zogenaamde tuintapijten, en zoals veel oosterse motieven aanleiding vormen voor vroege West-Europese vormgeving, is deze indeling ook weer terug te vinden in de formele Franse baroktuinen van de vroege 18e eeuw.
"It really ties the room together" Tot in de negentiende eeuw waren tapijten uit de Oriënt vaak het kostbaarste bezit in huis. Als vloerbedekking raakt het pas in de negentiende eeuw in gebruik. Zoals te zien op oude schilderijen, bijvoorbeeld het portret van Dirck Wilree door Pieter de Wit, lagen de tapijten op de tafel. Dat gebruik treffen we tot op heden aan in bruine cafés. Onder invloed van het Nieuwe Bouwen en hygiëne raken overdadige stoffering en oosterse tapijten uit de mode, om pas bij de jaren zestig flower-power-generatie kortstondig in het interieur terug te keren. De jaren tachtig wordt de periode van het witte Berber-tapijt. Over Oosterse tapijten is zoveel leuks te vertellen dat we nog even doorvliegen. Volgende aflevering meer over foutjes, verf en 9-11.
De Status van de Vloer en de schoonheid van de aarde (5) [17-11-2013]
Foutjes Onder invloed van de Koran omstreeks het jaar 700 A.D. en het verbod op afbeelden van bestaande wezens, worden tapijten meer en meer geometrisch van aard, met arabesken en herati. Afhankelijk van hoe nauw de wever de letter van de Schrift neemt, komen er gestileerde dieren, planten of bomen toch wel voor. In een ogenschijnlijk perfect geometrisch tapijt vind je overigens als het goed is altijd een onregelmatigheid, opzettelijk ingeweven omdat alleen Allah is ‘perfect’ is. Daaruit volgt niet dat een onregelmatig geweven tapijt gemaakt zou zijn door een zeer godvrezende wever: een ‘luie lijn’ kan bijvoorbeeld ontstaan, als de wever zich niet verplaatst tijdens het werk. Dan ontstaat er een diagonale afwijking in het tapijt.
Overlevering In sommige weverijen wordt tijdens het weven een voorbeeldtapijt achter of boven het werkstuk afgerold, wat kan leiden tot beeldvervorming, vergelijkbaar met mondelinge overlevering van verhalen. De vormentaal van tapijten is in ieder geval een van generatie op generatie overgeleverde beeldtaal. De kennis van de betekenis van gebruikte motieven en symbolen is goeddeels verloren gegaan.
De Nieuwe Wereld Het verven van de wol werd dikwijls verricht door Joden, wier receptuur van de verf onder grote geheimhouding stond. Naast plantaardige verfstoffen, zoals indigo uit de wede en rood uit de meekrap, gebruikte men het al bij de Inca’s bekende scharlaken-rood. Na de ontdekking door de Spanjaarden vond het zijn weg over land en zee tot aan lokale markten in het Midden-Oosten. In antieke tapijten komt het voor dat patronen zijn opgegeten door ongedierte, omdat de ene natuurlijke verfstof lekkerder is dan de andere. Na 1900 worden overwegend synthetische verfstoffen gebruikt, die minder mooi verouderen.
Terug naar het Westen Zoals in de geschiedenis vaker voorkomt, laten Europese opdrachtgevers, waaronder vorstenhoven, hun tapijten knopen in het Midden-Oosten. Voorbeelden zijn de Polonaisetapijten, met bloemmotieven alsook de wapenschilden van de Poolse vorstenhuizen. Anderzijds zijn er de 19e-eeuwse Zieglertapijten, geweven voor de Europese markt, en de Amerikaanse Sarouk, een oosters tapijt dat een chemisch bad onderging en opnieuw geverfd werd in kleuren volgens de 'American taste'. In dezelfde periode brengt Arts & Crafts-architect William Morris juist een hommage aan de
Oosterse tapijtkunst, met geheel eigen ontwerpen. Ook in Nederland worden de Oosterse tapijten geïmiteerd, zoals Deventer Smyrna’s, met extra brede rand zodat het tapijt op maat kon worden geknipt voor de daartoe bestemde ruimte. Noemenswaardig zijn de expressieve Amsterdamse School-tapijten van Th. A. C. Colenbrander (afbeelding).
Industrie Importeurs uit het westen hebben in de twintigste eeuw handelsposten in het Midden Oosten opgezet, veelal volgens bestaande lokale organisatie, waarbij de plaatselijke dorpshoofden als agent fungeerden tussen de wevers en de westerse afnemers. In de Europese kantoren werd een kwart ontwerp 1:1 uitgevoerd op een groot vel, waarna deze ter beoordeling op de vloer werd geprojecteerd in de kantoorruimte, middels een haakse opstelling van twee afzonderlijke spiegels. Onlangs kwam mij van zo’n handelaar, inmiddels op leeftijd, een fotoboek onder ogen dat op de linker pagina’s de originele antieke stukken toont en op de rechter pagina’s telkens het door de handelaar gekopieerde stuk uit de jaren 1960-70, in hanteerbare afmetingen voor het Europese huishouden. Het boek zou uiteindelijk niet misstaan in een afdeling kunsthistorische wetenschap van een universiteitsbibliotheek omdat het een van de laatste ontwikkelingen laat zien in deze tak van kunstnijverheid.
9-11 Minder vredelievende motieven treffen we aan in Afghaanse oorlogs-tapijten. Deze werden oorspronkelijk vervaardigd als verzetsdaad tegen de Russische invasie in 1979, en hebben als motieven tanks en kalashnikovs.
De incorporatie van landen en streken in de Sovjet-Unie heeft met name nomadische tapijtkunst de genadeslag toegebracht. Tapijten met militante motieven worden nog steeds vervaardigd, onder meer met als motief de aanslag op de Amerikaanse Twin-towers in 2001.
In de volgende aflevering wordt het tapijt kamerbreed en ook verkennen we de grenzen van de vloer.
De Status van de Vloer en de schoonheid van de aarde (6) [24-11-2013]
Routing In 1953 toont de architect J. Niegeman op een tekening een verkeerde routing in een woning, waarbij iemand met een theeblad de keuken uit loopt terwijl er in de gang een deur open vliegt. Wie een adviseur van Ahrend uitnodigt voor kantoormeubilair, krijgt een door de computer gegenereerd plan voor de indeling op basis van de bewegingen van het kantoorpersoneel, van desk naar printer, van koffie-automaat naar nooduitgang. 'Routing', de bewegingsruimte in huis, bepaalde in de 18e eeuw ook al het interieurbeeld. Stoelen stonden, indien niet in gebruik, langs de wanden van de muren, waarschijnlijk wegens schaarse lichtvoorzieningen in de nachtelijke uren. In de 19e eeuw krijgen alle meubelen wieltjes. Zitjes kunnen naar believen worden geformeerd en verplaatst van raam naar haardvuur. In winkels als Ikea en Albert Heijn is routing van invloed op het koopgedrag van de consument. Opmerkelijk in verband met routing zijn ook de onmogelijke vloerplannen van sitcoms, die de Baskische interieurarchitect Iñaki Aliste Lizarralde uittekent. Routing is, net als zichtlijnen, bepalend voor de indeling van het vloerplan.
De Grenzen van de Vloer Fundamenteel onderdeel van de twintigste-eeuwse architectuur wordt de beleving van de ruimte, waarbij het begrip ‘genius loci’ geïntroduceerd wordt: de locatie van de bewoner als bepalend
gegeven. Een gebouw werd voordien min of meer opgevat als een onderkomen, afgesloten door vier ‘decorwanden’ met gebruikersruimtes en een overkapping. Wat betreft de omgeving werd hooguit nog aandacht geschonken aan de tuin. Het paviljoen van Mies van der Rohe in Barcelona toont ons de continue beleving van binnen- en buitenruimte. Deze laat zich niet meer begrenzen door de gevelwanden. Middels glaswanden heft hij de visuele scheiding op tussen het binnen en buiten.
Plekken Helderheid en transparantie zijn ook in het Structuralisme van de architectuur van Herman Herzberger en van Aldo van Eyck belangrijk, met doorgangsruimtes en visueel contact tussen verschillende plekken in een gebouw. Zij verwierpen het begrip ‘interieur’, en binnen- en buitenruimte gaan in het ontwerp gelijk op, met gelijksoortige materiaalgebruik, zoals leistenen vloeren. In het Burgerweeshuis in Amsterdam wordt louter door hoogteverschillen in de vloer onderscheid gemaakt tussen doorgangsruimtes en verblijfsruimtes. Aldo van Eyck noemde zijn schets een ‘Partituur van het komen en gaan’. Niet de primaire functie van de ruimtes, maar de relatie tussen mensen was hier van belang. De architect Herman Herzberger schrijft in 1971: ‘ De straat moet weer Grote Woonkamer worden’.
Kamerbreed Terug naar de vloerafwerking van de woonkamer. Al sinds de tijden dat men vloeren afwerkte met leem, zoals de in aflevering 1 genoemde plaggenhutten, is men op zoek naar manieren en materialen om de vloer ‘kamerbreed’ af te werken. In de vorige aflevering hadden we het al over Deventer tapijten die op maat konden worden geknipt, en al in de 17e eeuw vervaardigde men vloerzeil. De laat 19e eeuwse uitvinding van linoleum werd, samen met het machinaal vervaardigde kamerbrede tapijt gemeengoed in de jaren 1950. De hiërarchische verdeling van een vloer met een midden (rozet), veld en boord of bies maakt plaats voor het gelijkheidsbeginsel. Het negentiende eeuwse "Horror Vacui" maakt plaats voor het "Less is More" van het Nieuwe Bouwen. Huizen worden in de twintigste eeuw ingericht op de stofzuiger en efficiency. "Une Machine à Habiter" (Le Corbusier), met Pastoe-meubelen op pootjes en lichte, verplaatsbare stoeltjes. Men woont sindsdien per strekkende meter: Nederland Carpetland. Vaste ameublementen en ‘knusse’ zitjes verdwijnen en maken plaats voor begrippen als ‘bewegingsvrijheid’ en ‘ruimtelijkheid’. Tegenwoordig is de vloer met de opkomst van de drempelloze gietvloer meer dan kamerbreed geworden. Het materiaal verspreidt zich vloeiend via doorgangen over het gehele oppervlak van het huis. Daarmee wordt de etage als één ruimte ervaren, slechts hier en daar doorsneden door wanden.
In de laatste aflevering: de verdwijning van de vloer.
De Status van de Vloer en de schoonheid van de aarde (7) De Verdwenen Vloer We gaan ten onder, dat is zeker. Maar waaraan, daarover verschillen de meningen. De bijbel zegt in Hosea 4:6 (NBG): "Mijn volk gaat te gronde door het gebrek aan kennis. Omdat gij de kennis verworpen hebt, verwerp Ik u.." . Maar in het gelijknamige boek uit 1954 schrijft Max Dendermonde (zijn pseudoniem zou zijn afgeleid uit de Belgische plaatsnaam, die volgens hem weer zou staan voor "denderen over de monde") : "De wereld gaat aan vlijt ten onder" (tevens de titel van het boek). "Vlijt" zou in dit verband moeten worden opgevat als intellectuele kennis, of ijdelheid. Maar belangrijker in het kader van deze reeks is de vraag: waarónder vergaan wij?
Verlagen en Vervagen Laten we voor het zover komt, eerst eens kijken op welke wijze de vloer verlaagd en vervaagd. Reeds in de jaren 1960 begint de vloer te verzakken. Door de eerder genoemde architecten van Eyck en Herzberger wordt geëxperimenteerd met vloer-niveau's. Vloeren zijn deels trap, deels zitje. Het is ook de periode van de 'zitkuil', als het even kan afgewerkt met een kurkvloer. Deze vloer treft men, net als kamerbreed tapijt, nog zelden aan. In de vaart der volkeren, onderhevig aan modetrends, wordt telkens de bodem onder onze voeten uit getrokken. In opdracht van tapijtfabrikant Van Besouw uit Goirle maakt Benno Premsela in 1969 een "tapijt voor mensen die niet van tapijten houden". De gekleurde rug komt tevoorschijn door de ongekleurde poolrijen ten dele weg te laten. Simpel en briljant. Ook in het Winchesterhouse in San Jose, Californië, werden de vloeren weggehaald, om andere redenen. Wegens een vloek van de Indianen zou de sterfdatum van de weduwe van de geweermaker gelijk vallen met de oplevering van het huis. Ze liet daarom timmerlieden haar leven lang door bouwen. Daarbij was een parquetteur, die zijn vloeren na aanleg direct weer ging verwijderen om elders opnieuw te leggen. Bruynzeel zou in de jaren '30 adverteren met een parketvloer die eenvoudig mee verhuist kon worden, en ideaal zou zijn voor bijvoorbeeld studenten. In de jaren 1990 introduceert het Belgische bedrijf Quick-step het "klik-laminaat", en luidt de teloorgang van de parketvloer als gemeengoed in.
De Gapende Leegte In de architectuur van Zaha Hadid wordt de opvatting van plattegrond, opstand en overkapping volledig losgelaten. Vloeren verlopen in wanden, wanden worden plafonds en plafonds duiken naar beneden de grond in. De door de Franse filosoof Derrida bedachte term "Deconstructivisme" werd tijdens een expositie in 1988 door Philip Johnson toegepast op deze architectuur.
Met zijn architectenbureau OMA verwierf Zaha Hadid's leermeester Rem Koolhaas in 1998 een opdracht voor een villa nabij Bordeaux. Architectuurhistoricus Rob Dettingmeijer stelt in zijn artikel "De grot, de hut, de tent en de leegte" dat het carte-blanche van de opdrachtgever aanvankelijk leidde tot onvermogen bij het architectenbureau om tot een concreet ontwerp te komen. Dit kwam pas tot stand nadat de opdrachtgever invalide raakte na een ernstig verkeersongeluk. Een oplossing werd bedacht, waarbij een centraal beweegbaar plateau alle etages bereikbaar maakten voor de invalide man. Aldus ontstaat een opening door alle vloeren en plafonds heen, een "gapende leegte", aldus Dettingmeijer.
"Man verdwijnt in gat onder huis In de Amerikaanse staat Florida is een man (36) in een gat verdwenen dat plotseling onder zijn slaapkamer ontstond. De politie gaat er vanuit dat hij is overleden[...]Het gat heeft een doorsnee van ongeveer 9 meter, maar volgens deskundigen kan het ondergronds een doorsnee van 30 meter hebben[...]'Sinkholes' komen relatief vaak voor in Florida. Door natuurlijke processen verdwijnt de poreuze ondergrond waardoor gaten ontstaan, die kunnen vollopen met water." (NOS.nl vrijdag 1 mrt 2013) De Bodem van de Kunst In de beeldende kunst probeert Maurizzio Catelan de bodem onder de gevestigde orde uit te trekken door letterlijk een gat in de vloer van Museum Boymans van Beuningen te maken. Een levensecht beeld van zichzelf kijkt door de vloer heen de zaal in. De Spaans-Nederlandse kunstenares Lara Almarcegui verwijderde de parketvloer van een galerie, om die daarna meteen weer terug te plaatsen. De grond als kunstmedium is al in de jaren 1960 ontdekt door kunstenaars als Carl Andre en Richard Long, en niet te vergeten Wim T. Schippers.
Drie Etages Wie in de Alte Pinakothek te München het schilderij van het Laatste Oordeel van Rubens bekijkt, ziet de drie etages waaruit het Bijbels universum is opgebouwd (hemel, aarde, en de onderaardse hel). De doden en onzaligen rijzen op vanuit de bodemloze diepte van de 'Sheol': Hebreeuws voor 'kuil' en in de Thora de plek waar de doden verblijven.
Wie het schilderij, dat in werkelijkheid bijna drie etages hoog is eens goed wil bekijken moet een paar stappen naar achteren nemen. Luister dan eens hoe lekker die oude parketvloer kraakt! Piet van der Werf 2013 _
Belangrijkste geraadpleegde bronnen en meer informatie: Het Nederlandse Interieur in Beeld 1600-1900 C.W. Fock e.a. Over de Vloer. Met voeten getreden erfgoed, E. Koldeweij e.a. Waanders Uitgevers. Zwolle / Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten, Zeist/Amersfoort 2008 Metamorfosen, Ovidius De OLV en de grafkapel voor Oranje-Nassau te Breda, C.W.G. van Wezel 2003 Van Neo-renaissance tot Post-modernisme, F.van Burkom e.a. 1996 Rugs and Carpets of the World, Ian Bennet Bijbel, vertaling Nedrlands Bijbelgenootschap, uitgave 1983 Max Dendermonde -De wereld gaat aan vlijt ten onder 1954 Rob Dettingmeier; Ruimte in de Architectuur: De grot, de hut, de tent en de leegte (uitgever jaar?) Jaarboek Monumentenzog 2001: interieurs belicht, "beschilderde houten vloeren", J. Van 't Hof, A. Reinstra "Achter gesloten Deuren-Bronnen voor het interieurhistorisch onderzoek 1800-1950", Jaarboek Cuypersgenootschap 2000 Wonen gisteren vandaag, D. van Sliedrecht e.a. 1957 Tijdschrift Gelders Erfgoed 1997-2 De Vloer in ons InterieurPaul Bromberg/Bruynzeel De Bouwkunst van ons Land;Het interieur-J.J. Vriend, 1950 VPRO-gids Augustus 2013 Elja Looijestijn NOS.nl DBNL.org KIT vaste collectie Museum Boymans van Beuningen Met dank aan: Laura Wielders (Museum Hofwijck), ir. Marcel van Keulen, Francien
Jongsma (mosaizm.com), Michael Kendjian (Makelaar Oosterse Tapijten TMV), Carel Helder (Torpedo Magazine en Torpedo Theater).