DE SPELREGELS TOEWIJZINGVOORSTEL 2017 VOOR DE OPLEIDINGEN PUBLIEKE GEZONDHEIDSZORG Januari 2016 1.
Inleiding
Op grond van artikel 3, lid 3 van de “Subsidieregeling opleidingen publieke gezondheidszorg 2013-2017” stelt de minister van VWS Publieke Gezondheid en Veiligheid Nederland (PGV Nederland), ActiZ en de Koepel Artsen Maatschappij en Gezondheid (KAMG) in de gelegenheid om uiterlijk 15 juli voorafgaande aan het subsidiejaar een toewijzingsvoorstel uit te brengen voor de opleiding arts maatschappij en gezondheid met de profielen infectieziektebestrijding, jeugdgezondheidszorg, medische milieukunde of tuberculosebestrijding. Dit document bevat de spelregels voor het zorgvuldig en transparant tot stand brengen van het toewijzingsvoorstel voor 2017. 2.
Spelregels en verantwoordelijkheden De minister van VWS bepaalt elk jaar de maximale instroom voor de opleidingen arts maatschappij en gezondheid met de profielen infectieziektebestrijding, jeugdgezondheidszorg, medische milieukunde of tuberculosebestrijding die voor subsidie in aanmerking komt. De toewijzende instanties zijn zelf verantwoordelijk voor het toewijzingsvoorstel per zorgopleiding1. Het toewijzingsvoorstel heeft uitsluitend betrekking op de instroomplaatsen. Hierbij wordt 1 instromer gelijkgesteld aan 1 fte. PGV Nederland en ActiZ zijn verantwoordelijk voor de verdeling over alle erkende opleidende zorginstellingen, niet alleen over lidinstellingen. PGV Nederland stelt een toewijzingsvoorstel op volgens een met ActiZ en de 2 KAMG afgesproken toewijzingsprotocol, dat ter toetsing aan VWS wordt voorgelegd. Zij betrekt daarbij andere relevante organisaties, zoals beroepsorganisaties, opleidingsinstituten en de registratiecommissie.
Het toewijzingprotocol voorziet tenminste in:
1
een klachten- en geschillenprocedure3; een verdeelmechanisme met objectieve en toetsbare criteria en transparante procedures; beslisregels om overschrijding van de maximaal beschikbare aantallen te voorkomen;
Mede namens ActiZ voor de opleiding jeugdgezondheidszorg 1e en 2e fase. Zie bijlage 1 voor de VWS checklist Toewijzingsprotocollen. 3 Het toewijzingsvoorstel is een advies aan de Minister. De Minister dient zich er bij het vaststellen van het plan van te vergewissen dat het advies zorgvuldig tot stand is gekomen. Omdat PGV Nederland mede namens ActiZ en KAMG verklaart dat het toewijzingsvoorstel conform het toewijzingsprotocol tot stand is gekomen, mag de Minister er van uitgaan dat er bij de totstandkoming van het toewijzingsvoorstel consensus tussen de verschillende partijen is bereikt. Indien achteraf blijkt dat dit niet het geval is, kan de Minister strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel verweten worden. Om dit te voorkomen, is een klachtenprocedure van belang. Klachten zijn denkbaar in de volgende situaties: De opleidende zorginstelling is van mening dat het toewijzingsvoorstel op basis van onjuiste feiten tot stand is gekomen; De opleidende zorginstelling is van mening dat het toewijzingsvoorstel niet transparant en/of toetsbaar tot stand is gekomen; De opleidende zorginstelling is van mening dat is afgeweken van het toewijzingsprotocol; De opleidende zorginstelling voelt zich onzorgvuldig of onbehoorlijk bejegend. 2
een procedure en rekenregels als veldpartijen samen geen overeenstemming bereiken; het verschaffen van inzicht in de wijze waarop wordt omgegaan met zorginstellingen met nieuwe opleidingserkenningen.
Aandachtspunten PGV Nederland zorgt ervoor dat alle betrokkenen bij het toewijzingsproces – waaronder in ieder geval de individuele opleidende zorginstellingen – adequaat en tijdig worden geïnformeerd over alle voor hen van belang zijnde aspecten van het toewijzingsproces. De opleidende zorginstellingen moeten expliciet de gelegenheid krijgen om hun zienswijze op het concepttoewijzingsvoorstel in te dienen. PGV Nederland geeft in het protocol de datum aan waarop de zienswijze uiterlijk moet zijn ingediend. Als opleidende zorginstellingen hiervan binnen de gestelde termijn geen gebruik maken, mag ervan uit worden gegaan dat zij akkoord zijn met het concept toewijzingsvoorstel. PGV Nederland moet de zienswijzen op het concept toewijzingsvoorstel vóór vaststelling van het definitieve toewijzingsvoorstel hebben behandeld en verwerkt. In dat kader moet PGV Nederland aan de instellingen die een zienswijze op het concepttoewijzingsvoorstel hebben ingediend, voorafgaand aan de vaststelling, een inhoudelijke reactie op hun zienswijze geven. PGV Nederland legt het toewijzingsvoorstel conform het door VWS voorgeschreven format aan VWS voor, voorzien van een verklaring dat zij het voorstel conform het protocol heeft opgesteld. Na vaststelling van het verdeelplan door VWS is dit het uitgangspunt voor de bekostiging van de opleidingsplaatsen per opleidende zorginstelling. Wijziging van het verdeelplan is niet mogelijk. PGV Nederland moet het toewijzingsvoorstel kunnen motiveren. Zij zorgt voor een administratieve organisatie op grond waarvan zij op verzoek, bijvoorbeeld bij bezwaar- en beroepsprocedures, het toewijzingsvoorstel per toewijzing aan een individuele opleidende zorginstelling kan onderbouwen. In het protocol is vastgelegd dat PGV Nederland desgevraagd de relevante informatie aanlevert aan VWS. De minister maakt de subsidieregeling, de spelregels en het verdeelplan openbaar via de website van VWS: http://www.subsidieregeling-pgopleidingen.nl/. 3.
Aanvullende opmerkingen
Regelgeving Voor het toewijzingsvoorstel en de daaraan ten grondslag liggende spelregels moet rekening worden gehouden met de Subsidieregeling opleidingen publieke gezondheidszorg 2013-2017 en de Algemene wet bestuursrecht. Tijdpad In bijlage 2 staat het voorgeschreven tijdpad. De minister publiceert de spelregels in januari 2016. De minister maakt de definitieve instroomaantallen in mei bekend. De minister ontvangt op uiterlijk 15 juli 2016 het toewijzingsvoorstel 2017 van PGV Nederland in het door VWS voorgeschreven format. De minister geeft op uiterlijk 15 augustus 2016 aan of het toewijzingsvoorstel worden overgenomen. Voorwaarde voor opname in het toewijzingsvoorstel Opleidende zorginstellingen die een opleidingsplaats willen in 2017, moeten voor de periode waarvoor opleidingsmiddelen worden aangevraagd beschikken over een erkenning voor de desbetreffende zorgopleiding. In de praktijk betekent dit
2
dat de zorginstelling, op 1 april 2016 erkend moet zijn als opleidende zorginstelling voor de desbetreffende zorgopleiding.
3
Bijlage 1 bij Spelregeldocument VWS Checklist Toewijzingsprotocollen
Ja
Algemeen
1
Juridisch houdbaar?
Zie bij 5, 6, 11, 12 en 13 hieronder.
2
Acceptabele administratieve lasten voor instellingen?
Specifiek
3
Relevante organisaties betrokken in het proces (beroepsorganisaties, opleidingsinstituten, registratiecommissies e.d.)?4
4
Verdeelmechanisme met objectieve en toetsbare criteria?
5
Transparante procedures met exacte expliciete deadlines?
6
Gelegenheid tot hoor-, wederhoor en zienswijze?
7
Beslisregels om overschrijding te voorkomen?
8
Rekenregels bij geen overeenstemming?
9
Aangegeven hoe om te gaan met nieuwe opleidingserkenningen?
10
Voldoende (aantoonbare) afstemmings- en overleg stappen in het proces?
11
Tijdsplanning opgenomen?
12
Administratieve organisatie?
13
Klachten- en geschillenprocedure?
4
Het is aan PGV Nederland te bepalen wie relevante partijen zijn.
4
Nee
Bijlage 2 bij Spelregeldocument
Tijdpad toewijzingsproces 2017
Activiteiten Communiceren spelregeldocument 2017 Vastleggen toewijzingsprotocol Bekendmaken definitieve instroomaantallen Toezenden toewijzingsvoorstel aan VWS Verdeelplan vaststellen
Wie
Uiterlijk
VWS
Februari 2016
PGV Nederland
Februari 2016
VWS
Mei 2016
PGV Nederland
15 juli 2016
VWS
15 augustus 2016
5
6
