De Siamees
Land van herkomst: Thailand Andere benamingen: Royal Cat of Siam
Een ‘heer’ die wit geboren wordt
E
en afbeelding van dit zeer oude ras is reeds te vinden in een manuscript uit 1350 afkomstig uit Ayuthia, de toenmalige hoofdstad van Siam, het huidige Thailand. De Duitse bioloog Pallas maakte al in het begin van de negentiende eeuw een beschrijving van witte katten met donkere extremiteiten, die leefden in Centraal Azië. In Siam was het ras gereserveerd voor de koninklijke familie en werden ze zorgvuldig binnen het koninklijke paleis gehouden. Ondertussen werden echter twee Siamezen, van onbekende oorsprong, met succes in het Crystal Palace in Londen in 1871 tentoongesteld. In 1884, kreeg sir Owen Gould, Brits consul in Bangkok, het koppel Pho en Mia in zijn bezit. Hij nam ze mee naar huis en vertrouwde ze toe aan zijn zuster (mevrouw Veley). Uit Pho en Mia werden de eerste, in 1885 gekroonde, kampioenen geboren. In datzelfde jaar bracht August Pavie, een Franse diplomaat, vanuit Bangkok twee katten naar Frankrijk. Ze waren door de heer Paire, residerend Frans minister in Siam, aan de Plantentuin (Jardin des Plantes) cadeau gedaan. In Parijs schreef in 1893 de heer Oustalet, professor aan het Natuurhistorisch Museum, een artikel over de "Katten van Siam" die door de schoondochter van president Carnot teruggebracht waren. In 1889, publiceerde H. Weir “Our Cats and all about them” met hierin een hoofdstuk gewijd aan de Siamezen. De eerste standaard werd door de G.C.C.F. in 1892 opgesteld. De eerste rasclub werd in Engeland in 1901 opgericht. De 'koninklijke' Siamees begon aan een briljante loopbaan. In 1890 werden de eerste Siamezen in de Verenigde Staten geïntroduceerd. Sinds 1920 geniet de Siamees een zeer grote populariteit. De huidige morfologie van het dier staat wel ver af van het originele type dat massiever en ronder was. Scheel kijken, geknikte staarten en zelfs groene ogen waren toen toegestaan. Sindsdien heeft een gecontroleerde esthetische selectie de rastrekken verfijnd. De kop is driehoekig geworden, de staart knikloos en dus langer en het scheel kijken werd gedeeltelijk geëlimineerd.
221
De Siamees ALGEMENE
KENMERKEN
Middelgrote, lange en slanke kat, oosters type, tenger, gracieus, lenig en gespierd. Gewicht: 2,5 tot 5,5 kg.
VACHT
KOP Middelgroot, driehoekig waarvan de zijden van de neus tot aan de toppen van de oren reiken. Een gelijkzijdige driehoek bij de Siamezen van het Britse type, gelijkbenig bij het Amerikaanse type. In zijaanzicht is de schedel lichtjes convex. Vlakke kaken, maar vollere wangen zijn bij volwassen katers toegestaan. Fijne snuit. Lange, rechte neus zonder stop. Geen pinch. Stevige kin die op dezelfde lijn ligt
als het puntje van de neus.
OREN Groot, breed aan de basis, ver uit elkaar staand, puntige toppen, voortzetting van de lijnen van de driehoek die de kop vormt.
OGEN Middelgroot, amandelvormig van het oosterse type, schuin geplaatst. Kleur: zo diep blauw als maar mogelijk is.
HALS Lang, slank, gracieus en lichtjes gebogen.
LICHAAM Lang, slank van het oosterse type (buisvormig). De schouders en de heupen zijn even breed. Fijne botten. Stevige spieren.
POTEN Lang, slank. Fijne botten en spieren. Kleine, ovale voeten.
STAART Lang, dun, smal aan de basis, dunner naar het uiteinde.
224
Kort, fijn, dicht, zijdeachtig, glanzend, vlak aanliggend. Bijna geen ondervacht. Kleur: de vacht wordt gekenmerkt door gekleurde extremiteiten (points): gezicht (masker), oren, ledematen en staart. De kleur van de points moet zo effen mogelijk zijn. Een duidelijk contrast tussen de points en de rest van het lichaam. Alle Siamezen zijn colourpoints. De klassieke kleuren (erkend door de C.F.A.) zijn: - Seal point: donkerbruine aftekeningen (points), de ondergrond is eierschaalwit of licht beige. - Blue point: staalblauwe points, sneeuwwitte of blauwwitte ondergrond. - Chocolate point: melkchocoladekleurige points, ivoorkleurige ondergrond. - Lilac point (frost point): licht rozeachtig grijze points, vaalwitte tot ivoorkleurige ondergrond (magnolia). De Siamees, kan ook de volgende kleuren hebben maar wordt daar dan colourpoint. Shorthair genoemd (In Nederland noemen we alle Oosterse Korthaar
katten met colourpoint aftekening Siamees): - Red point: de points zijn goudrood, de ondergrond is wit met een abrikoosgele schaduw. - Cream point: de points zijn crèmekleurig, de ondergrond wit met een crèmekleurige schaduw. - Tortie point: Voorbeeld: seal tortie, blue tortie, chocolate tortie etc. Tortietekening op de points. - Tabby point: ringen op de poten en de staart, gestreept masker etc. - Particolour: zuiver witte vlekken op een deel van het masker, de poten en het lichaam. Siamezen worden wit
geboren. Vanaf de vijfde dag verschijnen de points. De koudste zones van het lichaam verdonkeren. Vandaar dat een buitenlevende Siamees in de winter donkerder zal zijn dan een Siamees die binnen leeft. De definitieve kleur wordt rond 12-15 maanden bereikt. Het is ook zo dat met het vorderen van de leeftijd de dieren donkerder worden. Ghostmarkings moeten bij volwassen dieren verdwenen zijn.
OPMERKINGEN Toegestane kruisingen met andere rassen: Balinees, Oosters Korthaar, Oosters Langhaar (Mandarin), en de Burmees om de Tonkinees te verkrijgen.
Vandaag de dag kennen we verschillende types Siamezen: - Het Amerikaanse type: kop in de vorm van een gelijkbenige driehoek, smalle schedel, de ogen zijn nog slechts spleetvormig, enorme oren, spectaculaire hals, lang en slank buisvormig lichaam, eindeloos lange poten. Dit is het hypertype, supertype of extreme type. - Het Engelse type: tussen het oude en het Amerikaanse type in: kop in de vorm van een gelijkzijdige driehoek, grote oren,
lang maar niet extreem lichaam. Het grote publiek, vooral in Frankrijk, verkiest dit type. Trouwe Siamees fokkers hebben Siamezen gefokt die niet aan de actuele rasstandaard beantwoorden en die dus nieuwe namen hebben: - Apple Head of Apple Face (appelhoofd), het oude type met een rondere kop teruggefokt door Amerikaanse fokkers die zich verenigd hebben in de in 1987 gestichte Traditional Cat’s Association (T.C.A.).
- Het oude of Thai type: teruggefokt in Duitsland door Siamezen met Brits Kortharen en eenkleurige Europese katten te kruisen.
FOUTEN Te bleke ogen. Duidelijke afwijking van de staart. Onvolmaakte vacht. Diskwalificatie: ogen van een andere kleur dan blauw. Witte vlekken in de points behalve bij de particolours. Duidelijke vlekken op de buik.
KARAKTER/BIJZONDERHEDEN De Siamees "prins der katten" (F. Méry), is wellicht de meest extraverte van alle gedomesticeerde katten. Hij bezit een vulkanisch, onvoorspelbaar temperament. Hij is begiftigd met een sterk karakter en kan in alles flink overdrijven. Noch rustig noch kalm, hij is ideaal gezelschap wanneer men een nadrukkelijk aanwezige kat op prijs stelt. Overgevoelig, emotioneel, hij houdt van gezelschap. Hij verafschuwt eenzaamheid en onverschilligheid. Het deprimeert hem wanneer men hem negeert. In alle gevallen zal hij zijn baas met zijn krachtige en schorre stem lastig vallen. Hij is uiterst spraakzaam. Zal zijn baas overal volgen in de hoop dat deze zich met hem bezighoudt. Exclusief, erg bezitterig, loopt over van genegenheid, soms jaloers. Sociaal, speelt graag met kinderen, maar stelt het gezelschap van soortgenoten niet steeds op prijs. Deze kouwelijke kat houdt van comfort en van het leven in een appartement. De puberteit van de poes begint vroeg, rond vijf maanden kan de eerste krolsheid al optreden. Krolse periodes volgen om de twee weken, zonder seksuele rustperiode in de herfst en de winter. Het ras bezit een hogere vruchtbaarheid dan gemiddeld voor de soort. De kittens die overactief en onverschrokken zijn moeten zorgvuldig opgevoed worden. De vachtverzorging beperkt zich tot een of twee borstelbeurten per week.
(▼) F.I.Fe
(■) L.O.O.F.
(★) C.F.A.
(◆) T.I.C.A.
225
226