DE PROTOCOLLEN VAN DE WIJZEN VAN SION TEKSTVERTALING J.
N IJ S S E
V A N / ^ | f
(Ci
(JAN STOUT EN BURG)
MET
INLEIDING
V A N ^ W
DR. P. M O L E N B R O E K
UITGAVE STICHTING 3DE
DE
DRUK
MISTHOORN
Over het ontstaan en den inhoud van de Protocollen der Wijzen van S i o n . ^ ^ j o i De Protocollen der wijzen van Sion vormen een volledftQlülgewerkt plan, waarin voor de joodsche ingewijden de richtlijneft^c/rden aangegeven tot voorbereiding en verwezenlijking van do JJS'aralK-' • republiek onder joodsche opperheerschappij. \ Vermoedelijk geschreven door den joodschen Zionil»e
Op 8 Mei 1921 schreef de Londensche „Times": „ W a t beteekenen deze Protocollen? Zijn zij echt? Welk boosaardig complot kan deze plannen hebben gesmeed en juicht nu over zijn overwinning? Zijn zij vervalscht? Vanwaar dan die griezelige profetische gave, die al ten deele in vervulling is gegaan en voor een deel nog haar vervulling tegemoet gaat? Hebben wij al die treurige jaren doorgevochten om de geheime organisatie der Duitsche wereldheerschappij op te blazen en te vernietigen, om achter deze een nog veel gevaarlijkere, want nog geheimere te ontdekken? Zijn wij door inspanning van eiken vezel van ons volkslichaam aan een Pax Germanica ontkomen om ons aan een Pax Judaica te onderwerpen?" Waarop het jodendom, zooals in dergelijke gevallen te doen gebruikelijk, in alle toonaarden „Vervalsching!" schreeuwde. Hiermee was echter ook de aandacht van de niet-joden op de Protocollen gevallen, en het jodendom, dat nu ontdekt was, kon niet meer verhinderen, dat men er zich mee ging bezig houden. Daarbij kwam, in korte trekken weergegeven, het volgende vast te staan: De eerste uitgaven verschenen in Rusland in 1901 en 1905, verzorgd resp. door Butmi en Prof. Nilus. Tevens werden zij afgedrukt in het Russische blad „Snamja". Destijds het bestaan van het joodsche vraagstuk niet of nauwelijks kennende, besteedde de groote „men" aan de Protocollen weinig of geen aandacht, terwijl tegelijkertijd het jodendom door opkooping algemeene verspreiding wist te verhinderen. In hun eigen joodsche litteratuur werd H E T recept toegepast, wanneer het om iets 2eer gevaarlijks gaat: doodzwijgen. Toen in 1917 de mensjewiki onder den vrijmetselaar prins Lwow en den jood Kerenski aan het bewind kwamen, trachtten dezen de 1
exemplaren, die ondanks de vroegere joodsche opkooperij toch nog v e r s p r e i d w a r e n g e w o r d e n , v e r n i e t i g d te krijgen, door tegen de bezitters heftige v e r v o l g i n g e n i n te stellen. L a t e r w e r d e n zelfs de bezitters met den k o g e l bedreigd; z ó ó zaten de joden er achter heen. elk bewijsstuk te vernietigen. E e n nieuwe uitgave w e r d , op last v a n den jood K e r e n s k i , in haar geheel v e r b r a n d . M e t het oog op de vroeger plaats gehad hebbende (beperkte) v e r s p r e i d i n g , moest dit vernietigen v a n bewijsstukken natuurlijk op een fiasco v o o r het jodendom uitloopen. In talrijke landen verschenen n i e u w e uitgaven en daarmee k w a m (na 1919) de zaak i n het m i d d e l punt v a n de publieke belangstelling te staan. A a n het jodendom bleef thans niets meer over dan te trachten de zaak zoo te verdraaien en te verheimelijken, dat de v r a a g over w a t w a a r en w a t o n w a a r was, w a a r o v e r het n u eigenlijk g i n g , en w e l k e personen er nu allemaal in gemoeid w a r e n , hoe langer hoe moeilijker te b e a n t w o o r d e n zou w o r d e n . W e l k middeltje dan ook prompt w e r d toegepast! In N e d e r l a n d gaf de N . R . C t . aan M e j . D r . C h a r l o t t e A . v a n M a n e n daartoe de gelegenheid. D e z e v o n d het maar verstandiger twee v a n de belangrijkste publicaties o v e r dit o n d e r w e r p , n.1. die v a n M m e . F r y en die v a n M o n s e i g n e u r Jouin onbesproken te.laten! N u eens beweerde het jodendom, dat de P r o t o c o l l e n een satyre w a r e n op N a p o l e o n III, d a n weer zouden zij door de geheime R u s s i sche politie op grondslag v a n de D i a l o g u e s zijn v e r v a a r d i g d , h n toen er een v e r k l a r i n g moest w o r d e n geconstrueerd, hoe dan de i i m e s correspondent te C o n s t a n t i n o p e l , P h i l i p G r a v e s , aan de „ D i a l o g u e s w a s gekomen, heette het, dat hij deze h a d gekregen v a n . . . . een gevluchten R u s , die dit levensgevaarlijke w e r k op zijn v l u c h t zou hebben meegesleept! T o e n Gottfried zur Beek zijn eerste Duitsche vertaling van de P r o t o c o l l e n uitgaf, beweerden de joden eerst, dat de i n h o u d louter fantasie van Z u r Beek was. E n toen Z u r Beek bekend maakte, dat de oorspronkelijke uitgave v a n P r o f . N i l u s zich onder N o . 3926 d l 7 fa de bibliotheek v a n het Britsche M u s e u m b e v o n d , v e r w i s s e l d e n de joden de twee middelste cijfers en informeerden, of onder N o . 3296 d l 7 bedoeld exemplaar a a n w e z i g w a s . H e t a n t w o o r d luidde natuurlijk ontkennend, en met dit „ n e e n " in hun handen doodverfden zij Z u r Beek als leugenaar. L a n g duurde o o k deze triomf met, w a n t in de volqende uitgave drukte Z u r Beek een gewaarmerkte v e r k l a r i n g v a n den E n g e l s c h e n bibliothecaris af, dat het er w è l was, w a a r m e e ook deze joodsche leugen was ontmaskerd. In F r a n k r i j k brachten nieuwe o n d e r z o e k i n g e n v o o r het jodendom nog meer onaangenaam licht i n de zaak, terwijl tevens „ L a V i e i l l e F r a n c e " en de „ R e v u e Internationale des S o c i é t é s secretes nieuwe uitgaven v a n de P r o t o c o l l e n op de markt brachten. In „ L a V i e i l l e F r a n c e " wees M m e . F r y den joodschen Z i o n i s t e n l e i d e r A s h e r G i n z b e r g ( A c h a d H a a m ) als den schrijver der P r o t o c o l l e n a a n . T o e n enkele D u i t s c h e bladen het stuk uit „ L a V i e i l l e F r a n c e " overnamen, w e r d e n zij door G i n z b e r g s a d v o c a a t te Berlijn. S a m m y G r o n e m a n n , a a n g e k l a a g d . H e t proces eindigde met een door de joden aangeboden vergelijk. G r o n e m a n n z o u „ b i n n e n k o r t " bewijzen, dat G i n z b e r g niet de schrijver der P r o t o c o l l e n w a s . O p dit bewijs w a c h t de w e r e l d heden nog! 2
In A m e r i k a w a s het de automobielfabrikant H e n r y F o r d , die in v e r b a n d met de P r o t o c o l l e n op het joodsche gevaar wees. Zijn boek „ T h e International Jew- a W o r l d - p r o b l e m " baarde veel opzien, doch onder joodsch-economischen druk (welk middel succes had, zelfs tegen een man als F o r d ! ) zag deze zich gedwongen het boek uit den handel te n e m é n . In 1933 w e r d de Z w i t s e r S y l v i o S c h n e l l door eenige joden a a n g e k l a a g d wegens het i n het openbaar te k o o p aanbieden v a n de P r o tocollen. D e joden meenden hier nog een kans te zien, er daarbij op rekenende, door hun politieke en financieele macht (denk ook aan de vrijmetselarij!) het recht w e l in hun r i c h t i n g te k u n n e n o m b u i g e n . In dit proces, dat later bekend is g e w o r d e n als „ h e t eerste B e r n e r proces" (1933—1935) en dat men geheel beschreven v i n d t b.v. in het uitstekende w e r k v a n den jodenkenner Oberstleutnant a. D . U l r i c h Fleischhauer: „ G e r i c h t s g u t a c h t e n zum Berner P r o z e s s " w a s rechter . . . de marxist M e i j e r , die niet onafzetbaar was, d o c h v o o r een tijdvak v a n v i e r jaren w a s gekozen. D e z e marxist hoorde alleen de getuigen v a n joodsche zijde, liet de getuigen v a n de andere partij eenvoudig niet toe, en v e r k l a a r d e aan het slot der v e r t o o n i n g de P r o t o c o l l e n v o o r „ S c h u n d l i t t e r a t u r " . D i t ondanks het feit, dat de zooeven genoemde U l r i c h Fleischhauer tegen de joodsche o n t k e n n i n g e n in aantoonde, dat de P r o t o c o l l e n bij gelegenheid v a n het Z i o n i s t e n c o n g r e s te B a z e l i n 1897 w a r e n behandeld. F l e i s c h h a u e r bewees n . l „ dat naast de zittingen v a n het officieele Z i o n i s t e n c o n g r e s geheime zittingen v a n de aan dat congres deelnemende joden plaats hadden gevonden, w a a r i n de P r o t o c o l l e n w a r e n besproken en goedgekeurd. H e t jodendom ontkende (natuurlijk ontkende het jodendom!), dat G i n z b e r g in Bazel was geweest, doch ook deze joodsche leugen w e r d ontmaskerd, en w e l door de „ J e w i s h E n c y c l o p e d i a " zelf, w e l k e over G i n z b e r g o.a. vermeldt: „ I n 1897 nam hij deel aan het Z i o n i s t i s c h C o n g r e s te B a z e l " . D e door de joden aangeklaagde S y l v i o S c h n e l l w e r d desondanks door den marxist M e i j e r tot een boete plus de proceskosten v e r o o r deeld en . . . . het jodendom juichte! D o c h het juichte weer te v r o e g . W a n t Schnell's advocaat, D r . Ruef, ging in hooger beroep, en daarbij w e r d , ditmaal v o o r een rechtbank met onafzetbare rechters, S c h n e l l vrijgesproken, terwijl de Z w i t s e r s c h e Staat de proceskosten kreeg te betalen. In de motiveering van dit vonnis gaf de rechtbank als haar oordeel te kennen, dat de politierechter het eerste proces op paden h a d gevoerd, die met de Z w i t s e r s c h e Justitie niets te maken hadden, en dat de rechtsstrijd omtrent de echtheid der P r o t o c o l l e n bij het gerecht te B e r n niet thuis hoorde. V e r d e r heette het in de uitspraak, dat w e l i s w a a r de P r o t o c o l l e n i n staat zijn, den lezer d a a r v a n tot een tegenstander v a n het jodendom te m a k e n , d o c h dat zij niet k u n n e n gelden als een p r i k k e l tot v e r r u w i n g of als een gevaar v o o r de zedelijkheid. D e z e uitspraak v o n d plaats op 1 N o v e m b e r 1937, 's m i d d a g s 2.30 uur. In de „ N e d e r l a n d s c h e " joodsch-maconnieke pers, o.a. i n „ H e t V a d e r l a n d " en i n de bladen v a n de z.g. „ A r b e i d e r s p e r s " v e r scheen nog dienzelfden a v o n d een bericht met het opschrift: „ I n t e r nationale joodsche k r i n g e n tevreden o v e r het B e r n e r P r o c e s " . V o l 3
gens joodsche methode w e r d , v ó ó r de werkelijke tekst v a n het v o n n i s b e k e n d k o n zijn, een v o l k o m e n o n w a r e b e s c h o u w i n g de w e r e l d r o n d geseind. O n v o o r z i c h t i g l i j k hebben zij daarbij in hun haast over „ i n t e r n a t i o n a l e joodsche k r i n g e n " gesproken. Z o o stapelde zich het eene bewijs tegen het jodendom op het andere. D o c h zelfs indien het aan al deze bewijzen zou ontbreken, dan nog w a r e het bewijs v a n de echtheid geleverd. D i t k l i n k t vreemd, en toch is het zoo. O m d a t het meest doorslaande bewijs i n de wereldgebeurtenissen en in de kleine, haast onopgemerkte dagelijksche gebeurtenissen ligt, w a a r v o o r men de richtlijnen i n de toen reeds opgestelde protocollen v a n a tot z v i n d t samengevat. Lees de P r o t o collen en stel door hun i n h o u d de echtheid vast! Schijnbaar is die aaneenschakeling v a n paragrafen droge litteratuur. In werkelijkheid is zij de boeiendste en tevens de meest ontstellende, die denkbaar is. Lees de P r o t o c o l l e n l a n g z a a m , en laat elke paragraaf goed tot I I d o o r d r i n g e n . V e r g e l i j k deze richtlijnen met dat, w a t i n d e r d a a d gebeurt en constateer dan, dat de v e r w e r k e l i j k i n g der joodsche w e r e l d heerschappij-plannen nog net op tijd w e r d v e r h i n d e r d door het inzicht en v o o r a l door de moedige d a a d v a n é é n man, den genialen leider A d o l f H i t i e r , die daardoor alle niet-joden v a n germaanschen z o o w e l als v a n anderen bloede tot onuitsprekelijken dank aan zich heeft verplicht.
4
De Protocollen van de Wijzen van Sion EERSTE
PROTOCOL.
1. L a t e n w e elk gepraat vermijden, maar iedere gedachte afzonderlijk onderzoeken en den toestand door vergelijkingen en gevolgtrekk i n g e n onder de loupe nemen. Ik z a l ons systeem z o o w e l v o l g e n s ons gezichtspunt uiteenzetten als volgens dat der niet-Joodsche opvatting. 2. H e t staat vast, dat de menschen met slechte instincten veel grooter in aantal zijn dan die met goede. D a a r o m bereikt men betere resultaten,
als men de menschen met
g e w e l d en
bangmakerij
regeert d a n met geleerde uiteenzettingen. 3. Ieder
mensch streeft
naar
de heerschappij; iedereen zou graag
dictator w o r d e n , als hij er de kans toe zag en slechts w e i n i g e n zijn bereid hun eigen belang aan het gemeenschappelijk welzijn op te offeren. 4. W i e heeft de roofdieren, die men menschen noemt, in toom gehouden? W i e heeft hen tot nog toe geleid? T o t aan het b e g i n v a n de sociale orde hebben zij zich o n d e r w o r p e n aan het r u w e en blinde g e w e l d ; later aan de wet, die niets anders is d a n dat zelfde geweld, alleen in anderen v o r m . Ik trek hieruit de conclusie, dat volgens de natuurwet het recht in het geweld ligt. 5. D e politieke vrijheid is geen feit, alleen m a a r een idee. M e n moet deze idee k u n n e n v e r w e r k e l i j k e n , z o o d r a men de v o l k s m a s s a ' s door het l o k a a s v a n een denkbeeld op zijn h a n d moet brengen, indien zij de bedoeling hebben om de heerschende partij omver te w e r p e n . D i t v r a a g s t u k is gemakkelijk op te lossen, als de tegenpartij haar macht put uit de vrijheidsidee — het zoogenaamde liberalisme — en ter w i l l e v a n deze idee iets v a n haar macht prijsgeeft. O p dat oogenblik z a l onze leer triomfeeren: z o o d r a de teugels v a n het b e w i n d zijn los geraakt, w o r d e n ze krachtens de natuurwet direct door andere h a n d e n gegrepen, omdat het b l i n d e g e w e l d v a n de massa geen dag zonder leider k a n zijn; de n i e u w e macht treedt eenvoudig in de plaats v a n de vroegere macht, die door het liberalisme v a n zijn k r a c h t w e r d beroofd. In onzen tijd is de macht v a n het goud i n de plaats gekomen v a n de heerschappij der liberale regeeringen.
E r w a s echter een tijd, dat men a a n
G o d geloofde. 5
6. D e vrijheidsidee is niet te v e r w e r k e l i j k e n , want niemand is i n staat om er het juiste gebruik v a n te maken. M e n behoeft het v o l k slechts korten tijd zichzelf te laten regeeren en het zelfbestuur verandert al heel gauw in teugelloosheid. V a n a f dit oogenblik ontstaan er twisten, die spoedig tot sociale oorlogen leiden; de staten gaan i n v l a m m e n op en hun heele grootheid v a l t tot asch ineen. 7. O f een staat zich n u al uitput onder de w e r k i n g v a n zijn eigen schokken of dat zijn binnenlandsche twisten hem aan vreemde vijanden overleveren, i n ieder g e v a l k a n hij als reddeloos verloren w o r d e n beschouwd: hij is in onze macht. D e heerschappij van het kapitaal, dat geheel in onze handen is, komt hem dan v o o r als een reddingsanker, w a a r a a n hij z i c h goedschiks of k w a a d s c h i k s moet vastklampen, w i l hij niet ten onder gaan. 8. W a n n e e r iemand volgens liberaal standpunt zulke o v e r w e g i n g e n v o o r immoreel zou houden, dan v r a a g ik hem: A l s iedere staat twee vijanden heeft, é é n in zijn eigen boezem en é é n vreemden, en wanneer het hem v e r o o r l o o f d is om zonder eenige moreele c o n sideratie tegen een vreemden vijand alle strijdmiddelen aan te w e n d e n , b.v. door hem zijn a a n v a l s - en v e r d e d i g i n g s p l a n n e n niet bekend te maken of hem 's nachts of met overmachtige strijdkrachten aan te p a k k e n , w a a r o m — v r a a g ik — zouden zulke middelen tegenover den veel gevaarlijker vijand, die de sociale orde en den w e l s t a n d verstoort, immoreel zijn? 9. K a n iemand met gezond verstand hopen om de volksmassa's met succes te leiden door vermaning of overreding, wanneer aan het v o l k , dat slechts o p p e r v l a k k i g denkt, de vrijheid tot tegenspraak is gegeven, die — ofschoon zij zinloos is — het v o l k verleidelijk voorkomt? 10. D e z e menschen laten zich uitsluitend leiden door hun bekrompen verlangens, hun bijgeloovige b e s c h o u w i n g e n , hun gebruiken en o v e r l e v e r i n g e n en hun i n t u ï t i e v e principes; zij zijn de speelbal v a n de strijdende partijen, die zich zelfs tegen de verstandigste overeenkomst verzetten. 11. Iedere beslissing v a n de massa hangt v a n toevalligheden af; ze heeft geen f l a u w begrip v a n de geheime kunst der politiek, neemt d a a r d o o r heel d w a z e beslissingen en legt zoodoende de kiem v a n de a n a r c h i e in de regeering. 12. P o l i t i e k heeft met m o r a a l niets gemeen. E e n heerscher, die zich door de m o r a a l laat leiden, handelt niet politiek en zijn gezag berust op z w a k k e grondslagen. 6
W i e heerschen w i l , moet gebruik
maken van list en huichelarij. Hoogstaande eigenschappen van een volk, zooals oprechtheid en rechtschapenheid, zijn in de politiek alleen maar zonde, want zij stooten de koningen gemakkelijker van hun troon dan zelfs de machtigste vijand. Zulke eigenschappen mogen dan al de kenmerken van de niet-Joodsche staten zijn, wij echter mogen ze in geen geval tot richtsnoer nemen. 13. Ons recht ligt in het geweld. Het woord recht is een leeg, ondefinieerbaar begrip. Het zegt alleen maar: Geef mij, wat ik wil, opdat ik daardoor kan bewijzen, dat ik de sterkere ben. 14. W a a r begint het recht, waar eindigt het? In een staat, waar de macht slecht georganiseerd is, waar de wetten en de regeering ten gevolge van de tallooze rechten, die het liberalisme in het leven heeft geroepen, onmachtig zijn geworden, vind ik een nieuw recht: namelijk door mij volgens het recht van den sterkere op de heele bestaande rechtsorde te storten en ze omver te werpen, de hand op de wetten te leggen, alle instellingen om te vormen en de baas te worden over hen, die aan ons hun rechten — die zij zich door geweld hadden verschaft — hebben overgedragen en van hun macht vrijwillig — uit liberalisme — afstand hebben gedaan. 15. Terwijl tegenwoordig alle machten wankelen, zal onze macht sterker zijn dan elke andere, omdat zij zoolang onzichtbaar zal blijven, totdat zij door geen enkele list meer kan worden ondermijnd. 16. Uit het voorbijgaande kwaad, dat wij nu moeten stichten, zal het goede te voorschijn komen van een onwankelbare regeering, die den regelmatigen loop van het nationale leven, welks raderwerk door het liberalisme werd verstoord, zal herstellen. Het doel heiligt de middelen. Laten wij bij onze plannen minder aandacht besteden aan het goede en het zedelijk hoogstaande dan aan het noodzakelijke en het nuttige. 17. Voor ons ligt een plan, waarop — zooals bij een krijgsplan — de weg is aangegeven, dien wij niet mogen verlaten zonder gevaar te loopen het werk van eeuwen in de war te sturen. 18. Om tot ons doel te geraken, moeten wij de gemeenheid, de veranderlijkheid en de wankelmoedigheid van de massa begrijpen en haar onbekwaamheid om de voorwaarden van haar eigen bestaan en haar eigen welvaart in te zien en te waardeeren. Men moet inzien, dat het volk niet oordeelen kan en dan weer naar rechts, dan weer naar links luistert. Een blinde kan een blinde niet leiden zonder hem in den afgrond te storten. Daarom kunnen de uit het volk omhooggeklommen afstammelingen van het gepeupel, al zijn ze ook nog zoo begaafd, door hun gebrek aan inzicht en gevoel voor
7
de hooge politiek, de menigte niet leiden zonder de heele natie i n het verderf te storten. 19. A l l e e n een persoonlijkheid, die v a n jongsaf v o o r de alleenheerschappij is opgevoed, k a n de w o o r d e n begrijpen, die uit het p o l i tieke alfabet w o r d e n g e v o r m d . 20. E e n v o l k , dat aan zichzelf, dat w i l zeggen aan de parvenu's uit zijn midden, is overgelaten, stort zich door de twist v a n naar de macht hongerende partijen en de daaruit v o o r t k o m e n d e w a n o r d e in het verderf. Is het de massa mogelijk om rustig en zonder k l e i n geestige jaloezie te oordeelen of de landszaken te behartigen, die met persoonlijke belangen niet v e r w a r d moeten worden? K a n zij zich w e r e n tegenover vreemde vijanden? D a t is onmogelijk. E e n plan, dat i n evenzooveel stukken w o r d t gescheurd als de massa k o p p e n telt, verliest zijn uniformiteit; het w o r d t onbegrijpelijk en onuitvoerbaar. 21. A l l e e n een onafhankelijk heerscher k a n zijn breed opgezette p l a n nen v o l v o e r e n en i n v l o e d uitoefenen op het r a d e r w e r k v a n de staatsmachine. D a a r u i t v o l g t , dat de regeering v a n een land, w i l zij nuttig en succesvol zijn, alleen in de handen v a n é é n enkelen v e r a n t w o o r d e l i j k e n man mag berusten. Z o n d e r absoluut despotisme is er geen b e s c h a v i n g ; zij is niet het w e r k v a n de massa, maar alleen v a n haar leider, w i e deze ook mag zijn. 22. D e massa is barbaarsch en zij bewijst dit bij iedere gelegenheid. Z o o d r a de massa de vrijheid tot zich trekt, verandert deze al heel g a u w i n anarchie, die de hoogste trap v a n het b a r b a r e n d o m is. 23. Z i e deze door den a l c o h o l versufte en door het wijngenot stompzinnig geworden dieren, die het recht om onbeperkt te zuipen gelijktijdig met de vrijheid v e r w o r v e n hebben. W i j mogen niet d u l den, dat de onzen tot dezen lagen trap afdalen. 24. D e niet-Joodsche v o l k e r e n zijn door den a l c o h o l versuft; versuft is hun jeugd door de studie v a n de klassieken en door vroegtijdige uitspattingen .waartoe ze door onze handlangers in de rijke huizen, zooals b.v. huisonderwijzers, dienstboden, opvoedsters, door onze handelsbedienden en door onze v r o u w e n i n de oorden v a n vermaak v a n de niet-Joden, w o r d e n v e r l e i d . T o t de laatsten reken ik ook de dames v a n gezelschap, die de liederlijkheid en de luxe v a n die v r o u w e n v r i j w i l l i g nabootsen. 25. O n s p a r o o l is: g e w e l d en arglist. U i t s l u i t e n d het g e w e l d zegeviert i n de politiek, in het bijzonder dan, als zij verborgen is i n het v o o r een staatsman onontbeerlijk talent. G e w e l d moet de basis 8
zijn, list en huichelarij regel v o o r de regeeringen, die niet geneigd zijn hun k r o o n aan de v e r t e g e n w o o r d i g e r s v a n de een of andere nieuwe macht te v e r l i e z e n . 26. D i t euvel is het eenige m i d d e l om tot het doel, tot het goede te geraken. D a a r o m mogen wij ons niet laten afhouden v a n o m k o o p i n g , b e d r o g en v e r r a a d , z o o d r a dit v o o r ons doel dienstig k a n zijn. In de politiek moet men eens anders eigendom zonder dralen afnemen, als men door dit m i d d e l o n d e r w e r p i n g en macht k a n bereiken. O n z e staat, die den w e g v a n de vreedzame v e r o v e r i n g volgt, z a l bewerkstelligen, dat de v e r s c h r i k k i n g e n v a n den oorlog w o r d e n v e r v a n g e n door de minder opvallende, maar veel meer afdoende terechtstellingen, die v o o r de instandhouding v a n de terreur, als m i d d e l om tot het doel v a n de blinde gehoorzaamheid te geraken, noodzakelijk zijn. R e c h t v a a r d i g e , maar onbuigzame gestrengheid is het belangrijkste machtsmiddel v a n een staat. 27. N i e t alleen ter w i l l e v a n ons eigen v o o r d e e l , maar ter w i l l e v a n onzen plicht om de o v e r w i n n i n g w e g te dragen, moeten wij aan het principe v a n g e w e l d en arglist vasthouden. D e z e op berekening berustende leerstelling is net zoo k r a c h t i g als de middelen w a a r v a n zij zich bedient. N i e t alleen door deze middelen, maar ook door de niets ontziende gestrengheid v a n onze leer zullen wij zegevieren en alle regeeringen aan onze opperheerschappij onderwerpen. H e t besef, dat wij o n b u i g z a a m zijn, z a l voldoende zijn om iedere weerspannigheid te doen ophouden. 28. W i j w a r e n de eersten, die het v o l k eenmaal de w o o r d e n vrijheid, gelijkheid en broederschap toewierpen, w o o r d e n , die sindsdien zoo dikwijls door onwetende papegaaien w e r d e n nagebrabbeld, die, door deze lokstem van overal vandaan aangetrokken, de welvaart v a n de w e r e l d , de w a r e persoonlijke vrijheid, die eens zoo goed tegen den druk v a n het gepeupel beschermd was, alleen maar v e r stoorden. M e n s c h e n , die zichzelf voor verstandig hielden, beseften den verborgen zin v a n deze w o o r d e n niet, v o e l d e n niet de tegenstrijdigheid d a a r i n . Z i j zagen niet, dat er in de natuur geen gelijkheid is, dat de natuur de ongelijkheid v a n het verstand, v a n het karakter, v a n het vernuft, i n afhankelijkheid v a n haar wetten heeft geschapen. D e z e menschen hebben niet begrepen, dat de massa een blinde macht is, dat door haar gekozen parvenu's i n de politiek net zoo b l i n d zijn als de massa zelf, dat de ingewijde, ook als hij een d o m k o p is, regeeren k a n , terwijl de niet-ingewijde, al is hij een genie, v a n de politiek niets begrijpt. D i t alles is den niet-Joden ontgaan. 29. O p deze grondslagen berustten intusschen de dynastieke regeerin9
gen. D e v a d e r droeg de geheimen v a n de politiek aan zijn z o o n over en w e l zoo, dat zij zelfs aan de andere leden v a n de regeerende familie niet b e k e n d w e r d e n , opdat n i e m a n d het geheim z o u v e r r a d e n . In den loop der tijden ging de beteekenis v a n de m o n delinge overdracht der staatskunst v e r l o r e n en dit verlies droeg tot het succes v a n onze zaak bij. 30. O n z e s l a g w o o r d e n vrijheid, gelijkheid en broederschap brachten met behulp v a n onze geheime agenten heele legioenen in onze rijen, die onze v l a g g e n met geestdrift droegen. Intusschen w a r e n deze w o o r d e n v o r m e n , die aan de w e l v a a r t v a n de niet-Joden k n a a g d e n , terwijl zij o v e r a l den vrede, de rust en de eensgezindheid verstoorden en de grondslagen v a n hun staten ondermijnden. W i j zullen later zien, dat dit tot onze zegepraal heeft geleid. O n der andere maakte dit het ons mogelijk de belangrijkste troef uit te spelen, namelijk de privileges te vernietigen, die een levensv o o r w a a r d e zijn v a n den niet-Joodschen adel en de eenige bescherming v o r m e n , die de naties tegenover ons hebben. 31. O p de puinhoopen v a n den bloeds- en geslachtsadel hebben wij den adel v a n het vernuft en het geld opgericht. T o t het v o o r n a a m ste kenteeken v a n deze nieuwe aristocratie v e r k l a a r d e n wij den rijkdom, die v a n ons afhankelijk is en de wetenschap, w a a r v a n onze wijzen de r i c h t i n g bepalen. 32. O n z e zegepraal w e r d overigens nog gemakkelijker gemaakt door de omstandigheid, dat wij in den omgang met de menschen, die ons onontbeerlijk toeschenen, altijd de gevoeligste kanten van den menschelijken geest beroerden, zooals b.v. o n t v a n k e l i j k h e i d v o o r w e l d a d e n , berekening, begeerte en o n v e r z a d i g b a a r h e i d i n materieele behoeften; elk v a n deze menschelijke z w a k h e d e n is geschikt om de energie te v e r s t i k k e n , terwijl hierdoor de w i l v a n de menschen dienstbaar w o r d t gemaakt aan hem, die hen v a n hun energie berooft. 33. H e t begrip vrijheid maakte het mogelijk de massa's er v a n te o v e r tuigen, dat de regeering alleen maar de rentmeester
is v a n den
eigenaar v a n het land, dus v a n het v o l k , en dat men dezen bestuurder even gemakkelijk k a n v e r w i s s e l e n als een paar afgedragen handschoenen. D e afzetbaarheid v a n de v o l k s v e r t e g e n w o o r digers bracht dezen in onze macht; hun v e r k i e z i n g hangt v a n ons af.
10
TWEEDE
PROTOCOL.
1. V o o r onze doeleinden moet het tot eiken prijs vermeden w o r d e n , dat door oorlogen land wordt gewonnen; iedere oorlog wordt dus op economisch terrein overgebracht en de volkeren zullen de macht van onze overheersching erkennen. D e z e stand van zaken levert de tegenstanders uit aan onze internationale vertegenwoordigers, die over millioenen oogen beschikken, welke door geen landsgrenzen w o r d e n tegengehouden. D a n z a l ons internationaal recht de nationale rechten terzijde stellen en de volkeren net zoo beheerschen als het burgerlijk recht in de verschillende staten de betrekkingen tusschen de onderdanen onderling regelt. 2. D e ambtenaren, die wij — met inachtneming v a n hun heid tot slaafsche gehoorzaamheid
— zullen
geschikt-
uitzoeken,
moeten
van de hoogere staatskunst niets begrijpen. O p deze wijze zullen ze gemakkelijk tot pionnen in ons schaakspel w o r d e n gemaakt en zullen ze geheel afhankelijk zijn van onze wijze en geniale r a a d gevers, die van jongsaf w e r d e n opgevoed om de heele w e r e l d te regeeren. Z o o a l s U inmiddels weet,
hebben
deze
vakmenschen
van ons de kennis van de regeeringskunst geput uit onze politieke plannen, uit de lessen van de geschiedenis en uit de studie v a n alle opmerkenswaardige gebeurtenissen. D e niet-Joden trekken uit de historie geen practisch nut. maar zij laten zich leiden door de zuiver theoretische kennis, die zij zich eigen hebben gemaakt en die niet tot werkelijke resultaten k a n leiden. W i j behoeven ons om de niet-Joden niet te bekommeren. L a t e n zij nog maar een tijdje voortleven in de hoop op een nieuwe toekomst of in de herinnering aan vergane glorie. L a t e n zij zichzelf maar wijs maken, dat het geloof aan de theoretische wetten, dat wij h u n ingepompt hebben, v a n de grootste beteekenis is. T o t dit doel versterken wij ononderbroken door middel v a n onze pers het blinde vertrouwen in deze wetten. D e intellectueele niet-Joden zullen trotsch op h u n kennis zijn en haar net maken,
zoo toepassen
als onze vertegenwoordigers
hun
wijs
met de bedoeling hun geest te leiden in de richting, die
voor ons noodzakelijk is. 3. Gelooft U maar niet, dat onze beweringen slechts holle phrasen zijn. K i j k t
U
maar
eens naar het succes, dat D a r w i n , M a r x en
N i e t z s c h e ons opgeleverd hebben.
D e ontbindende
invloed
van
deze leerstellingen moest ons ten minste duidelijk zijn. 4. H e t is voor ons noodzakelijk met de i d e e ë n , karakters
en
de
moderne geestesrichtingen v a n de volkeren rekening te houden ten einde noch in de politiek noch in de regeering
fouten
te
begaan.
O n s systeem, dat aangepast moet w o r d e n aan de geaardheid v a n 11
de verschillende volkeren, waarmee wij in aanraking komen, z a l alleen dan succes hebben, als zijn practische toepassing uitgaat v a n de resultaten, die uit het verleden en tevens uit het heden voortkomen. 5. In de hedendaagsche staten is de pers een groote macht, waarmee men de openbare meening beheerscht. H a a r taak is het om te wijzen op de zoogenaamd noodzakelijke eischen. bekendheid
te
geven aan de klachten v a n het volk, ontevredenheid te w e k k e n en tot u i t d r u k k i n g te brengen. 6. D e pers belichaamt de zoogenaamde vrijheid. M a a r de staten hebben er geen kans toe gezien zich deze macht ten nutte te maken en dus is zij in onze handen gevallen. D o o r de pers verwierven wij onzen invloed, maar bleven daarbij toch op den achtergrond. 7. D a n k zij de pers hebben wij in onze handen het goud opgehoopt, ofschoon ons dit stroomen van bloed en tranen in onze gelederen kostte. Ieder offer van onzen kant weegt voor G o d echter even z w a a r als duizenden offers v a n de niet-Joden.
12
DERDE 1. Ik kan .
U
PROTOCOL.
verzekeren, dat wij thans nog maar weinige schreden
van ons doel zijn verwijderd. N o g maar een korte tijd en de cirkel van de symbolische slang, die het zinnebeeld v a n ons v o l k is, z a l
|
gesloten zijn. E n zoodra de cirkel zich sluit, zullen alle staten van
'
E u r o p a daarin als in een bankschroef geklemd zijn.
2. Spoedig zal de weegschaal van de grondwettelijke instellingen uit haar evenwicht geraken, want wij zullen haar ononderbroken uit haar evenwicht brengen, net zoo lang tot de balans v a n de w e e g schaal versleten is. D e niet-Joden dachten, dat ze die stevig genoeg hadden geconstrueerd en wachtten altijd tot de weegschaal weer in evenwicht zou komen. M a a r de draagbalken
v a n den
de regeerende personen, w o r d e n door hun ambtenaren terwijl
dezen
zich
door hun
steiger,
gehinderd,
onbeperkte en onverantwoordelijke
macht tot domheden laten meeslepen. D e z e macht hebben zij te danken aan
de terreur,
die i n de paleizen heerschte.
Daar
de
vorsten niet meer onmiddellijk met hun volk in v e r b i n d i n g staan, kunnen zij het ook geen opheldering meer geven of zich beschermen tegenover hen, die naar de macht hongeren. scherpzinnige macht
Z o o d r a wij
de
van de vorsten en de blinde macht van het
volk van elkaar gescheiden hebben, hebben zij iedere
beteekenis
verloren, w a n t eenmaal gescheiden, zijn zij even machteloos als de blinde zonder stok. 3. O m de eerzuchtigen tot misbruik van hun macht te verleiden, hebben wij alle krachten tegen elkaar opgezet,
terwijl wij hun
libe-
raal streven in de richting v a n de onafhankelijkheid voerden. T o t dit doel hebben wij tot iedere onderneming aangespoord, wij alle partijen van wapens voorzien, hebben wij de
hebben
heerschende
macht tot mikpunt v a n alle eerzucht gemaakt. W i j hebben van de staten
arena's voor hun
slechts
en wanorde
partijstrijd
en ineenstorting
gemaakt.
N o g korten
zullen overal hun
tijd
intrede
doen. 4. O n v e r m o e i d e kletsers hebben de zittingen v a n de volksvertegenw o o r d i g i n g e n in redenaarstournooien veranderd. Brutale j o u r n a listen en onbeschaamde schrijvers van smaadschriften v a l l e n doorloopend de regeeringsambtenaren
aan.
H e t misbruik van
macht
leidt ten slotte tot ineenstorting v a n de grondwettelijke instellingen en onder de slagen van de razend geworden massa stort alles tot p u i n h o o p e n ineen. 5. D e volkeren zijn door de armoede
veel vaster
aan
den
harden
arbeid geketend dan eens door slavernij en lijfeigenschap. H i e r v a n 13
k o n d e n zij zich op de een of andere manier bevrijden, maar van de ellende k a n men zich niet losmaken. D e rechten, die wij in de staatsregelingen hebben opgenomen, zijn voor de massa slechts schijnbare rechten, geen reëele. A l l e zoogenaamde rechten v a n het volk leven slechts in het rijk van de fantasie; in de practijk w o r d e n zij nooit verwerkelijkt. W a t kan het den over zijn w e r k gebogen, door zijn lot neergedrukten p r o l e t a r i ë r baten, als kletsers het recht hebben te spreken, als journalisten het recht hebben om naast ernstige dingen ook allen mogelijken onzin neer te schrijven? W a t beteekent voor het volk een grondwet, w a a r v a n het geen andere voord e d e n heeft, als de kruimels, die wij het over de tafel toewerpen, opdat het op onze vertegenwoordigers stemt? D e republikeinsche rechten zijn v o o r den arbeider een bittere hoon, daar de d w a n g v a n den dagelijkschen arbeid hem verhindert om er van te genieten en ze b e r o o v e n hem alleen v a n de zekerheid op een vast loon, afhankelijk als dit is v a n de w e r k s t a k i n g e n der ondernemers en der kameraden. 6. O n d e r onze leiding w e r d de adel verwoest, die de natuurlijke beschermer en de voedster v a n het v o l k w a s en w i e n s belangen onafscheidelijk met de w e l v a a r t v a n het v o l k zijn v e r b o n d e n . N a d a t v a n d a a g aan den dag de voorrechten v a n den adel te niet zijn gedaan, is het v o l k onder het juk v a n rijk g e w o r d e n woekeraars en parvenu's gekomen, die het onbarmhartig o n d e r d r u k k e n . 7. W i j zullen den arbeider toeschijnen als de bevrijders uit zijn o n d e r d r u k k i n g , terwijl wij hem uitnoodigen om toe te treden tot onze legers v a n socialisten, anarchisten en communisten. D e z e groepen helpen wij steeds voort, waarbij wij den schijn aannemen,
dat
wij hen w i l l e n helpen uit een gevoel v a n broederschap en humaniteit, deze I
door
onze socialistische vrijmetselarij
verkondigde
principes. 8. D e adel, die volgens wettelijk recht de arbeidskracht v a n de arbeiders opeischte, h a d er belang bij, dat de arbeiders goed gevoed, gezond en k r a c h t i g w a r e n . O n s belang vergt daarentegen de v e r slechtering v a n den toestand der niet-Joden. 9. O n z e macht berust op den v o o r t d u r e n d e n honger en z w a k t e v a n den arbeider, omdat hij daardoor aan onzen w i l w o r d t o n d e r w o r pen en noch kracht, n o c h energie z a l hebben om zich tegen onzen w i l te verzetten. D e honger verleent aan het kapitaal meer rechten over den arbeider dan destijds de wettelijke macht v a n de k o n i n gen aan den adel k o n verleenen. D o o r nood, afgunst en haat zullen wij de massa's leiden en ons v a n hun handen bedienen om alles te v e r m o r z e l e n w a t zich tegen onze plannen verweert.
14
10. Z o o d r a het oogenblik v a n de k r o n i n g v a n onzen w e r e l d v o r s t gekomen z a l zijn, zullen die zelfde handen alles w e g v a g e n w a t ons n o g i n den w e g staat. 11. D e niet-Joden hebben het v e r l e e r d om zonder onze wetenschappelijke r a a d g e v i n g e n te denken. D a a r o m zien zij de beteekenis niet in v a n bepaalde dingen, die wij ons v o o r b e h o u d e n tot het oogenblik, w a a r o p ons uur gekomen z a l zijn: dat namelijk al op de lagere scholen de eenige w a r e wetenschap moet w o r d e n o n d e r w e z e n , de wetenschap v a n den socialen o p b o u w v a n den staat en v a n de plaats v a n den mensch in de maatschappij, w e l k e wetenschap de arbeidsverdeeling en bijgevolg de onderscheiding v a n de menschen naar stand en beroep bevordert. Iedereen moet o n v o o r w a a r delijk weten, dat er ingevolge de veelsoortige w e r k z a a m h e i d v a n de menschen geen gelijkheid is, dat de menschen voor de wet niet in gelijke mate v e r a n t w o o r d e l i j k k u n n e n zijn, dat de v e r a n t w o o r delijkheid v a n hem, die door zijn handelingen een heele klasse b e nadeelt, niet dezelfde k a n zijn als de v e r a n t w o o r d e l i j k h e i d v a n hem, die door een m i s d a a d alleen zijn eigen eer kwetst. 12. D e w a r e wetenschap v a n den maatschappelijken o p b o u w , i n w e l ker geheimen wij de niet-Joden niet inwijden, z a l bewijzen, dat de verschillende w e r k z a a m h e d e n tot een bepaalden k r i n g beperkt moeten blijven, opdat uit de w a n v e r h o u d i n g tusschen o p v o e d i n g en arbeid geen onverdraaglijke onbillijkheid z a l ontstaan. In de erk e n n i n g v a n deze leer zullen de v o l k e r e n zich v r i j w i l l i g o n d e r w e r pen aan de regeerende macht en de door haar ingestelde sociale staatsorde. Bij den huidigen stand der wetenschap en bij de r i c h ting, die wij haar gegeven hebben, gelooft het v o l k b l i n d e l i n g s i n alles w a t gedrukt is en v e r t r o u w t de v o l k s m i s l e i d e r s , waarmee wij het dank zij zijn o n w e t e n d h e i d opgescheept hebben en het staat vijandig tegenover die klassen, die het v o o r hooger aanziet, terwijl het de beteekenis v a n de afzonderlijke roeping niet begrijpt. 13. D e z e haat z a l n o g toenemen door de economische crisis, w a a r d o o r het beursleven, de industrie en het bedrijf ten slotte l a m g e l e g d w o r den. M e t behulp v a n het goud, dat geheel in onze handen is, z u l len wij met alle v e r b o r g e n middelen een algemeene economische crisis i n het l e v e n roepen en heele legers arbeiders i n alle l a n d e n v a n E u r o p a gelijktijdig op de straat gooien. D e z e massa's zullen zich dan bloeddorstig storten op hen, die ze i n hun eenvoud v a n I jongsaf benijden en die ze dan eindelijk v a n hun eigendom k u n n e n berooven. 14. O n s z a l men geen k w a a d doen, omdat ons het oogenblik v a n den a a n v a l bekend z a l zijn en wij maatregelen getroffen zullen hebben . om de onzen te beschermen. 15
15. W e hebben bewezen, dat de v o o r u i t g a n g alle niet-Joden aan het rijk v a n het verstand zal o n d e r w e r p e n . Z ó ó zal onze machtsheerschappij zijn: zij z a l met rechtvaardige gestrengheid alle oproer o n d e r d r u k k e n en alle liberale opvattingen uit de regelingen v a n het staatkundig leven v e r d r i n g e n . 16. T o e n het v o l k zag, dat men het i n naam v a n de vrijheid de meest verschillende rechten en consessies gaf, verbeeldde het zich de baas te zijn en trok de macht tot zich. N a t u u r l i j k stootte het, zooals iedere blinde, op onoverkomelijke hindernissen. H e t ging op zoek naar een leider en daar het niet meer tot het vroegere bew i n d w i l d e terugkeeren, legde het zijn macht v o o r onze voeten neer. H e r i n n e r t U zich maar de F r a n s c h e R e v o l u t i e , w e l k e wij den naam v a n ,,de groote" gegeven hebben. D e g e h e i m e n v a n h a a r v o o r bereiding zijn ons w e l b e k e n d , w a n t zij w a s het w e r k v a n onze h a n den. Sinds dat oogenblik hebben wij de v o l k e r e n v a n de eene ontgoocheling i n de andere geleid, opdat zij zich v a n ons zouden afw e n d e n en hun toevlucht zouden zoeken bij den k o n i n g uit het ge'
slacht v a n S i o n , dien wij v o o r de w e r e l d gereed houden.
H
17. T e g e n w o o r d i g zijn wij als internationale macht onkwetsbaar, w a n t zoodra men ons in é é n staat aanpakt, ondersteunen andere staten ons. 18. D e onuitputtelijke gemeenheid v a n de niet-Joodsche v o l k e r e n w e r k t onze onafhankelijkheid in de hand, zij het dan ook, dat de v o l k e r e n v o o r het g e w e l d op de k n i e ë n k r u i p e n of bij z w a k h e d e n en fouten onverbiddelijk, maar bij misdaden toegeeflijk zijn, zij het dan ook, dat zij de tegenstrijdigheden v a n de vrijheid niet w i l l e n aannemen, zij het dan ook, dat zij tegenover de g e w e l d d a d i g h e i d v a n een o n v e r s c h r o k k e n despoot gedwee zijn tot het martelaarschap toe. Z i j v e r d r a g e n v a n hun tegenwoordige vorsten en ministers alle m i s b r u i k e n , v o o r de kleinste w a a r v a n zij t w i n t i g k o n i n g e n onthoofd zouden hebben. 19. H o e k a n men dit verschijnsel v e r k l a r e n , deze inconsequente gedragslijn v a n de massa's tegenover schijnbaar gelijksoortige gebeurtenissen? H e t k a n v e r k l a a r d w o r d e n uit het feit, dat deze dictators het v o l k door h u n v e r t e g e n w o o r d i g e r s laten influisteren, dat, indien zij niettemin den staat schade toebrengen, dit geschiedt om een hooger doel na te jagen, namelijk v o o r het welzijn v a n het v o l k , ten gunste v a n de broederschap, eensgezindheid en gelijkheid. H e t spreekt vanzelf, dat men het v o l k niet vertelt, dat deze samenvoeging tot é é n groote eenheid zich pas onder onze heerschappij z a l v o l t r e k k e n . E n zoo zien w e hoe het v o l k den rechtv a a r d i g e veroordeelt en den schuldige vrijspreekt, terwijl het zich
16
inpraat, dat het alles mag doen w a t het belieft. O n d e r zulke o m standigheden verwoest het v o l k iedere stabiliteit en v e r w e k t het bij iederen stap w a n o r d e . 20. H e t w o o r d vrijheid brengt de menschelijke samenleving in strijd met alle machten, zelfs met de natuur en met G o d . D a a r o m zullen wij, als wij de heerschappij v e r o v e r d ' hebben, dit w o o r d in het w o o r d e n b o e k v a n de menschheid doorhalen, omdat het het s y m bool is v a n het dierlijke geweld, dat de menschen in w i l d e beesten verandert. M a a r in ieder g e v a l : deze dieren slapen i n , z o o d r a zij door het bloed v e r z a d i g d zijn en dan laten ze zich gemakkelijk boeien. W a n n e e r men hun echter geen bloed geeft, slapen ze niet in en zullen ze vechten.
17
VIERDE
PROTOCOL.
1. Iedere republiek doorloopt verschillende o n t w i k k e l i n g s p h a s e n . D e eerste komt overeen met de eerste dagen v a n razernij v a n een met b l i n d h e i d geslagen mensch, die naar rechts en links waggelt. D e tweede phase is die v a n de demagogie, w a a r u i t de anarchie ontstaat; deze leidt tot het despotisme en niet naar een wettig, door verantwoordelijkheid gebonden despotisme, doch naar een despotisme, dat verborgen en onzichtbaar, maar toch voelbaar is. H e t staat in het algemeen onder leiding v a n een geheime organisatie, die des te gewetenloozer handelt, als zij in het verborgene w e r k t met verschillende agenten, w i e r v e e l v u l d i g e w i s s e l i n g niet alleen onschadelijk, maar b o v e n d i e n v o o r d e e l i g is, omdat dit de o r g a n i satie ontheft van de besteding v a n haar geldmiddelen ter belooning v a n langjarige diensten. 2. W i e en w a t zou een onzichtbare macht ten v a l kunnen brengen? Juist hierin ligt de kracht v a n onze heerschappij. D e zichtbare v r i j metselarij heeft slechts ten doel om onze bedoelingen te verbergen. H e t krijgsplan v a n onze onzichtbare macht, ja zelfs haar zetel zullen v o o r de w e r e l d altijd o n b e k e n d blijven. 3. D e vrijheid zou onschadelijk kunnen zijn en in de staten zonder gevaar v o o r de w e l v a a r t der v o l k e r e n kunnen w o r d e n toegepast, indien zij zou berusten op het geloof aan G o d en de broederschap v a n de menschen en indien zij zich verre zou houden v a n het denkbeeld der gelijkheid, w e l k e in strijd is met de wetten der schepping, w a a r i n het principe v a n de ondergeschiktheid is vastgelegd. D o o r zulk een geloof beheerscht. zou het v o l k onder toezicht v a n de geestelijkheid vreedzaam en bescheiden aan de h a n d v a n zijn zielenherders verder gaan en zich onderwerpen aan de door de G o d d e lijke v o o r z i e n i g h e i d getroffen verdeeling v a n de aardsche goederen. O m deze redenen moeten wij onvoorwaardelijk het geloof verwoesten, het fundamenteele bewustzijn v a n G o d en den H e i l i g e n Geest uit de ziel v a n de C h r i s t e n e n r u k k e n en het geloof v e r v a n gen door materieele o v e r w e g i n g e n en behoeften. 4. O m den niet-Joden geen tijd te laten tot nadenken en beschouw i n g e n , moeten wij hun gedachten afwentelen op handel en bedrijf. D a n zullen alle v o l k e r e n slechts op hun eigen v o o r d e e l bedacht zijn en daarbij
den gemeenschappelijken
vijand niet op-
merken. 5. M a a r om de vrijheid v a n de niet-Joodsche samenleving v o l l e d i g te kunnen ontbinden en vernietigen, moet men de speculatie tot fundament v a n de nijverheid maken; zoodoende zullen de schatten, 18
die de nijverheid aan den bodem onttrekt, niet i n handen v a n de industrieelen blijven, maar door speculatie i n onze z a k k e n v l o e i e n . 6. D e verbitterde strijd om de macht in het economisch leven z a l een ontgoochelde, koude en hartelooze samenleving in het leven roepen. D e z e samenleving z a l absoluut afkeerig zijn v a n de hoogere staatskunst en v a n den godsdienst. D e zucht naar het goud z a l haar eenige l e i d r a a d zijn. M e t het goud z a l ze een w a r e n eeredienst uitoefenen wegens de materieele v o o r d e d e n , die het verschaffen k a n . D a n zullen de onderste klassen van de niet-Joden in onzen strijd tegen de intellectueele niet-Joden — onze concurrenten in den strijd om de macht — ons v o l g e n , niet om goed te doen, zelfs niet om rijkdommen te v e r o v e r e n , maar uitsluitend en alleen uit haat tegen de bevoorrechten.
19
VIJFDE PROTOCOL. 1. W e l k e n regeeringsvorm k a n men geven aan een maatschappij, w a a r i n de omkoopbaarheid overal doorgedrongen is, w a a r i n men slechts met handige streken en bedrieglijke middelen v e r m o g e n verwerft, w a a r i n de tuchteloosheid heerscht, w a a r i n de moraal slechts w o r d t beschermd door bestraffing en strenge wetten, maar niet door v r i j w i l l i g aangenomen principes, w a a r i n de gevoelens v o o r v a d e r l a n d en godsdienst door wereldburgerlijke b e s c h o u w i n gen w o r d e n verstikt? W e l k e n anderen regeeringsvorm k a n men aan zulke samenlevingen geven als dien v a n het despotisme, w e l k e n ik U later z a l beschrijven? 2. W e zullen een stevige centralisatie v a n de regeering i n het leven roepen o m alle sociale krachten bij ons te vereenigen. D o o r nieuwe wetten zullen w e het politieke leven v a n onze onderdanen regelen als het r a d e r w e r k v a n een machine. D e z e wetten zullen l a n g zamerhand alle vrijheden en concessies, die door de niet-Joden w e r d e n aangehouden, weer terugnemen. O p deze wijze z a l onze heerschappij
zich o n t w i k k e l e n tot een oppermachtig
despotisme,
dat te allen tijde en op alle plaatsen in staat z a l zijn om den nietJoden, die zich verzetten of ontevreden zijn, het zwijgen op te leggen. 3. M e n z a l ons tegenwerpen, dat zulk een despotisme niet i n overeenstemming is met de huidige o n t w i k k e l i n g v a n de b e s c h a v i n g . Ik zal het tegendeel bewijzen. 4. Z o o l a n g de v o l k e r e n in de vorsten de zuivere u i t v l o e i i n g v a n den G o d d e l i j k e n w i l zien. o n d e r w e r p e n ze zich zonder morren aan het absolutisme, maar sedert het oogenblik, dat wij hun de gedachte aan hun eigen rechten ingoten, b e s c h o u w d e n zij de vorsten slechts als eenvoudige stervelingen. D e goddelijke genade v i e l v a n
de
hoofden der koningen af en toen wij den volkeren het geloof i n G o d hadden ontnomen, w e r d de vorstelijke macht op straat gegooid; zij w e r d als het w a r e publiek eigendom, w a a r v a n wij ons meester maakten. 5. V e r d e r : D e kunst om z o o w e l de massa's als de menschen afzonderlijk te regeeren met v o o r g e w e n d e t h e o r i e ë n en phrasen, met sociale maatregelen en andere vernuftige middelen, w a a r v a n de niet-Joden niets begrijpen, v o r m t eveneens een deel v a n ons regeeringsgenie en berust op de juiste ontleding v a n de begrippen, op n a u w k e u r i g e b e s c h o u w i n g en op z o o ' n fijn bevattingsvermogen, dat wij op dit gebied geen gelijkwaardige tegenstanders hebben; evenmin k u n n e n zij zich met ons meten op het gebied v a n politieke 20
plannen of met b e t r e k k i n g tot onze eensgezindheid.
A l l e e n de
J e z u ï e t e n zouden ons op deze punten k u n n e n evenaren, maar het gelukte ons hen in de oogen v a n de gedachtelooze
menigte i n
w a a r d e te doen dalen, omdat zij een zichtbare organisatie v o r m e n , terwijl wij met onze geheime organisatie op den achtergrond blijven. W a t beteekent overigens de vorst voor de wereld? Is het haar niet hetzelfde of hij nu het hoofd van de K a t h o l i e k e n is of de vorst uit het geslacht van Sion? M a a r ons. -het uitverkoren volk, laat deze vraag niet onverschillig. 6. K o r t e n tijd zou een wereldomvattende vereeniging v a n de nietJoden ons onder haar macht kunnen brengen; maar in dit opzicht loopen w e geen gevaar, w a n t wij zijn beschermd door hun diepgaande oneenigheid, w e l k e r wortels niet meer uitgetrokken kunnen w o r d e n . G e d u r e n d e t w i n t i g eeuwen hebben w e de persoonlijke en nationale belangen v a n de niet-Joden met elkaar in strijd gebracht en geloofs- en rassenhaat gekweekt. D a a r o m z a l geen regeering ergens hulp v i n d e n , omdat iedereen gelooven z a l , dat een v e r b o n d tegen ons haar eigen belangen zou k u n n e n schaden. W i j zijn reeds te sterk; met ons moet men rekening houden. D e regeeringen kunnen v a n d a a g aan den dag nog niet de onbeteekenendste overeenkomst sluiten zonder dat wij niet heimelijk in het spel zijn. 7. Per me reges regnant, door mij regeeren de k o n i n g e n . O n z e p r o feten hebben v e r k o n d i g d , dat wij door G o d zijn uitverkoren om over de heele w e r e l d te heerschen. G o d zelf heeft ons de gave geschonken om dit w e r k te v o l b r e n g e n . W a n n e e r het vijandelijke k a m p vernuftig zou zijn, dan z o u het met ons k u n n e n vechten. D e strijd zou o n b a r m h a r t i g zijn, zooals de w e r e l d er nog nooit een aanschouwd
heeft.
D e genialiteit v a n
de
niet-Joden
is
echter
achtergebleven. 8. H e t heele r a d e r w e r k v a n de regeeringsmachine hangt af v a n é é n motor, die i n onze h a n d is en deze motor is het goud. D e w e t e n schap v a n de staathuishoudkunde, door onze wijzen uitgevonden, toont sinds lang de macht v a n het goud over de tronen aan. 9. O m de vrije hand te hebben, moet het k a p i t a a l het monopolie v a n handel en industrie bezitten; dit w o r d t ook al door een onzichtbare h a n d i n alle l a n d e n v a n de w e r e l d v e r w e r k e l i j k t . D i t v o o r r e c h t zal den industrieelen een politieke macht geven, maar het v o l k onderdrukken. 10. O p het oogenblik is het v a n meer belang om het v o l k te o n t w a p e nen dan om het in den o o r l o g te voeren; het is v a n meer belang de opgezweepte hartstochten tot ons v o o r d e e l uit te buiten dan ze tot
21
bedaren te brengen, v a n meer belang om zich meester te maken v a n de gedachten v a n anderen en er zich v a n te bedienen dan ze ter zijde te stellen. 11. H e t wezenlijkste probleem v a n onze regeering is de publieke opinie door critiek te v e r z w a k k e n , den menschen het denken af te leeren, omdat het weerleggen tegenstand uitlokt en den geest door holle phrasen zonder zin en begrip op zijwegen te leiden. 12. T e allen tijde hebben de v o l k e r e n en de i n d i v i d u e n w o o r d e n v o o r daden genomen, w a n t zij vergenoegen zich met den schijn en letten er zelden op of de beloften i n het openbare leven ook v e r v u l d w o r d e n . D a a r o m zullen onze regelingen een aantrekkelijk uiterlijk hebben, dat met welbespraakheid de w e l d a d e n v a n den vooruitgang zal aantoonen. 13. W e zullen ons de liberale beschouwingen v a n alle partijen en r i c h tingen t o e ë i g e n e n en ze overbrengen op onze sprekers, die zoo lang moeten spreken tot alle toehoorders afgemat zijn en afkeer gevoelen. 14. O m zich v a n de openbare meening meester te maken, moet men deze v ó ó r alles geheel en al in de w a r te brengen, terwijl men van alle kanten op de meest verschillende manieren o n d e r l i n g tegenstrijdige b e s c h o u w i n g e n tot u i t d r u k k i n g brengt, totdat de nietJoden geen w e g meer weten i n den d o o l h o f en ten slotte tot het inzicht komen, dat het het beste is om i n politieke kwesties er heelemaal geen meening op na te houden. O p dit terrein heeft het v o l k niets te maken, het is voorbehouden v o o r hen, die de leiding hebben. D a t is het eerste geheim. 15. H e t tweede geheim, dat v o o r het succes v a n onze regeering n o o d zakelijk is, bestaat d a a r i n om de fouten, gewoonten, hartstochten en regels v a n den dagelijkschen omgang z o o d a n i g te v e r m e n i g v u l digen, dat n i e m a n d meer in den chaos thuis is en de menschen elkaar niet meer begrijpen. D e z e politiek z a l er ook toe bijdragen in alle partijen tweedracht te zaaien en alle gezamenlijke krachten, die zich niet aan ons w i l l e n o n d e r w e r p e n , te ontbinden; zij z a l iedere persoonlijke w i l s k r a c h t ontmoedigen. 16. E r is niets gevaarlijkers dan de persoonlijke energie; wanneer zij v e r s t a n d achter zich heeft, is ze machtiger dan millioenen menschen, w a a r o n d e r we tweedracht hebben gezaaid. W e moeten daarom de o p v o e d i n g v a n de niet-Joden daarheen leiden, dat zij v a n iedere o n d e r n e m i n g , die energie vereischt, hun handen in hopelooze onmacht aftrekken. 22
17. D e krachten, die zich onder de heerschappij v a n onbeperkte v r i j heid o n t w i k k e l e n , v e r l i e z e n h u n sterkte zoodra zij op de vrijheid van anderen stuiten; daaruit ontstaan moreele schokken, ontgoochelingen en m i s l u k k i n g e n . 18. M e t al deze middelen zullen wij de niet-Joden dermate o n t m o e d i gen, dat zij zich ten slotte g e d w o n g e n gevoelen ons om een internationale regeering te verzoeken, die — zonder a a n w e n d i n g v a n g e w e l d — in staat z a l zijn alle regeeringen v a n de w e r e l d op te s l o k k e n en een opperste regeering te v o r m e n . In de plaats v a n de tegenwoordige regeeringen zullen wij iets geweldigs neerzetten, dat zich de administrateur v a n de opperste regeering z a l noemen. Z i j n handen zullen zich naar alle kanten als tangen uitstrekken en het z a l zoo'n kolossale instelling zijn, dat alle v o l k e r e n zich aan haar moeten o n d e r w e r p e n .
23
ZESDE PROTOCOL. 1. Z e e r spoedig zullen we geweldige monopolies oprichten, v e r g a a r b a k k e n v a n reusachtige rijkdommen, w a a r v a n zelfs de groote vermogens v a n de niet-Joden op de een of andere manier afhankelijk zullen zijn en w e l zoodanig, dat zij, alsmede het crediet v a n de staten, reeds den eersten dag na een politieke ineenstorting v e r dwijnen. L a t e n de hier aanwezige heeren economen de beteekenis v a n deze gedachte eens o v e r w e g e n . 2. W e moeten met alle mogelijke middelen de beteekenis v a n onze opperste regeering tot aanzien brengen, terwijl wij haar doen voorkomen als de beschermer en weldoener v a n al diegenen, die zich v r i j w i l l i g aan haar o n d e r w e r p e n . 3. D e niet-Joodsche adel is als politieke macht v e r d w e n e n ; daarmee behoeven w e geen rekening meer te houden. M a a r als grondbezitter is hij nog gevaarlijk v o o r ons, omdat hij door zijn natuurlijke hulpbronnen onafhankelijk is. D a a r o m moeten wij hem tot eiken prijs zijn landerijen afnemen. 4. H e t beste middel hiervoor is om de grondbelastingen te verhoogen, om het grondbezit met schulden te b e z w a r e n . D e z e maatregelen zullen het grondbezit in een toestand v a n o n v o o r w a a r d e l i j k e afhankelijkheid brengen. D e niet-Joodsche aristocraten, die v a n oudsher niet i n staat zijn om zich met w e i n i g tevreden te stellen, zullen spoedig te gronde gericht zijn. 5. Tegelijkertijd moeten wij den handel en de industrie zoo goed mogelijk voorthelpen en in het bijzonder de speculatie, wier v o o r naamste taak het is om als tegenwicht tegenover de industrie te dienen. Z o n d e r speculatie zou de industrie de particuliere v e r mogens vermeerderen en den toestand v a n den l a n d b o u w v e r beteren, terwijl zij den l a n d b o u w zou bevrijden v a n de schulden, die door de leeningen v a n de g r o n d b a n k e n zijn ontstaan. D e industrie moet den l a n d b o u w z o o w e l v a n de arbeidskrachten als van het kapitaal berooven en ons door de speculatie het geld v a n de heele w e r e l d toevoeren. H i e r d o o r zullen alle niet-Joden tot p r o l e t a r i ë r s afdalen en zich v o o r ons buigen om ten minste nog het recht op het l e v e n te behouden. 6. O m de industrie v a n de niet-Joden te verwoesten, zullen wij de speculatie en de zucht naar een alles verslindende luxe o n t w i k k e l e n . 7. W i j zullen het arbeidsloon verhoogen zonder dat dit den arbeiders eenig v o o r d e e l zou k u n n e n brengen, omdat w e gelijktijdig 24
een
prijsstijging teweeg zullen brengen voor alle artikelen v a n dagelijksch gebruik; als o o r z a a k zullen wij den achteruitgang v a n l a n d b o u w en veeteelt v o o r w e n d e n . 8. W e zullen verder de grondslagen v a n de productie ondermijnen, terwijl wij de arbeiders v o o r de anarchie en den a l c o h o l o n t v a n kelijk maken en met alle middelen de intellectueele klasse v a n de niet-Joden uit het l a n d v e r d r i j v e n . 9. O p d a t de niet-Joden den w a r e n stand v a n z a k e n niet ontijdig zullen inzien, zullen wij onze eigenlijke plannen verbergen het motief om de arbeidersklasse te helpen en onze '
achter
hoogstaande
economische principes tot aanzien te brengen.
25
ZEVENDE
PROTOCOL.
1. D e v e r g r o o t i n g v a n de militaire macht en v a n de politie is een noodzakelijke a a n v u l l i n g v a n ons p l a n . W e moeten bereiken, dat er buiten ons in alle staten alleen nog maar p r o l e t a r i ë r s m a s s a ' s , eenige ons toegenegen millionairs en politie en soldaten zijn. 2. In heel E u r o p a en evenzoo i n de andere werelddeelen, moeten w e gisting, tweedracht en haat o p w e k k e n ; daaruit ontstaan twee v o o r d e d e n . Eenerzijds z a l dit tot g e v o l g hebben, dat alle landen respect v o o r ons hebben, daar ze w e l weten, dat wij naar believen w a n o r d e v e r o o r z a k e n en de orde weer kunnen herstellen. Z o o d o e n d e zullen alle landen er aan w e n n e n ons als een noodzakelijk k w a a d te beschouwen. In de tweede plaats zullen onze kuiperijen alle draden v e r w a r r e n , die wij tusschen de regeeringen door middel v a n de politiek, door middel v a n economische v e r d r a g e n of v a n financieele regelingen hebben gesponnen. O m tot ons doel te geraken, moeten w e bij de onderhandelingen en transacties groote s l u w h e i d a a n w e n d e n ; in de zoogenaamde officieele taal echter zullen w e precies omgekeerd handelen en ons eerbaar en tegemoetkomend v o o r d o e n . O p deze wijze zullen de v o l k e r e n en de regeeringen v a n de niet-Joden, die we er aan g e w e n d hebben de dingen zoo te zien, zooals wij hun die afschilderen, ons nog als de weldoeners en redders v a n de menschheid beschouwen. 3. Bij iederen tegenstand tegen ons moeten wij in staat zijn den o o r l o g te v e r k l a r e n en w e l door den nabuurstaat v a n den staat, die ons heeft d u r v e n tegenstreven; zouden de nabuurstaten zich echter verstouten zich tegen ons te vereenigen, dan moeten wij een algemeenen o o r l o g ontketenen. 4. In de politiek is de zekerste w e g tot succes de geheimhouding v a n de ondernemingen; de handelingen v a n een diplomaat moeten met zijn w o o r d e n niet overeenstemmen. 5. W e moeten de regeeringen v a n de niet-Joden d w i n g e n te handelen volgens dit plan, dat wij in zijn geheele breedte hebben b e r a a m d en dat zijn doel al nadert. D a a r b i j zullen w e ondersteund w o r d e n door de openbare meening, w a a r v a n wij ons door de grootmacht ,,pers" al hebben meester gemaakt. O p w e i n i g uitzonderingen na, waarmee w e geen r e k e n i n g behoeven te houden, is de pers feitelijk al v a n ons afhankelijk. 6. O m ons systeem [
van
de o n d e r w e r p i n g v a n
de
niet-Joodsche
regeeringen i n E u r o p a i n é é n z i n samen te vatten: w e zullen é é n v a n hen onze macht door aanslagen, dat w i l zeggen door terreur, d o e n v o e l e n en als allen zich tegen ons zouden verheffen, dan zullen w e hen met A m e r i k a a n s c h , C h i n e e s c h of Japansch geschut
, 26
antwoorden.
ACHTSTE
PROTOCOL.
1. W i j moeten ons meester m a k e n v a n alle strijdmiddelen, w a a r v a n onze tegenstanders zich zouden kunnen bedienen. W e moeten onze toevlucht nemen tot juridische spitsvondigheden en vernuftige interpretaties in alle gevallen, w a a r i n w e beslissingen zullen nemen, w a n t het is v a n belang een besluit in zulke b e w o o r d i n g e n te kleeden, dat het zich v o o r d o e t als uiting v a n de verhevenste grondslagen der moraal en v a n het recht. 2. O n z e regeering moet zich omgeven met alle machtsmiddelen der b e s c h a v i n g , in w e l k e r m i d d e n zij z a l w e r k e n . Z i j z a l publicisten, e r v a r e n rechtsgeleerden, regeeringspersonen en diplomaten tot zich trekken en ten slotte mannen, die op onze v a k s c h o l e n een afzonderlijk v o o r b e r e i d e n d hooger onderwijs hebben genoten. 3. D e z e mannen zullen alle geheimen v a n het dagelijksch l e v e n k e n nen en de politieke z i n s w e n d i n g e n v a n alle talen begrijpen en zij zullen v e r t r o u w d zijn met het diepere w e z e n v a n de menschelijke natuur en haar gevoeligste snaren, die zij zullen moeten bespelen. T o t deze snaren behooren de geestesrichting v a n de niet-Joden, hun goede en slechte eigenschappen, hun ijver en h u n ondeugden en de bijzonderheden v a n de afzonderlijke standen en beroepen. 4. H e t spreekt vanzelf, dat deze krachtige medewerkers v a n onze regeering niet gehaald moeten w o r d e n uit de niet-Joodsche k r i n g e n , die g e w e n d zijn hun regeeringsarbeid te v e r r i c h t e n zonder zich om het nut h i e r v a n te bekommeren. D e ambtenaren v a n de niet-Joden teekenen zonder te lezen; ze doen hun dienst ter w i l l e v.an eigen v o o r d e e l of uit persoonlijke eerzucht. 5. W e zullen onze regeering met een heele w e r e l d v a n economen omgeven. D i t is de reden, dat de economie het belangrijkste onderw i j s v a k bij de Joden is. W e zullen verder o m r i n g d zijn door een z w e r m v a k m e n s c h e n uit de b a n k w e r e l d , industrieelen en k a p i t a listen, in het bijzonder echter door millionnairs, omdat uiteindelijk alles door cijfers beslist w o r d t . 6. Z o o l a n g het nog gevaarlijk z o u zijn om de v e r a n t w o o r d e l i j k e functies in onze staten aan onze Joodsche broeders toe te wijzen, zullen wij deze t o e v e r t r o u w e n aan menschen, w i e r verleden en karakter zoodanig zijn, dat tusschen hen en het volk een afgrond gaapt; menschen, die in geval v a n o v e r t r e d i n g v a n onze v o o r schriften hun v e r o o r d e e l i n g of v e r b a n n i n g tegemoet k u n n e n zien: dit om te bereiken, dat zij zich g e d w o n g e n v o e l e n onze belangen tot aan den laatsten ademtocht te v e r d e d i g e n . 27
NEGENDE
PROTOCOL.
1. Bij de toepassing v a n onze beginselen moet U het k a r a k t e r v a n het v o l k i n a a n m e r k i n g nemen, i n w e l k s m i d d e n U zich b e v i n d t en w e r k t . E e n algemeene, uniforme toepassing v a n deze beginselen k a n geen succes hebben, zoolang wij de v o l k s o p v o e d i n g niet hebben o m g e v o r m d . G a a n we echter met haar toepassing v o o r z i c h t i g te w e r k , d a n zult U zien, dat er geen tien jaar n o o d i g zijn om zelfs het koppigste k a r a k t e r te v e r a n d e r e n en wij zullen dan é é n volk meer tellen onder hen, die zich al aan ons onderworpen hebben. 2. Z o o d r a onze heerschappij tot stand gekomen z a l zijn, zullen w e onzen l i b e r a l e n strijdkreet „vrijheid, gelijkheid en broederschap" niet door een anderen strijdkreet v e r v a n g e n , maar door w o o r d e n , die alleen maar een idee u i t d r u k k e n . W e zullen zeggen: „ h e t recht op vrijheid, het recht op gelijkheid en het recht op broederschap": daarmee zullen w e de koe bij de horens p a k k e n . 3. Feitelijk hebben w i j , behalve onze eigen regeering, alle regeeringen , a l verwoest, a l zijn vele wettelijk nog a a n w e z i g . W a n n e e r v a n d a a g aan den dag de een of andere staat, w e l k e ook, tegen ons optreedt, d a n gebeurt dit slechts op formeele gronden, maar met ons v o l l e medeweten, ja zelfs met onze v o l l e instemming, w a n t h u n anti-semitisme is v o o r ons noodzakelijk om onze broeders uit de lagere k r i n g e n bijeen te houden. Ik w i l U dat niet nader uiteenzetten, w a n t dit o n d e r w e r p hebben wij reeds meermalen besproken.
*
4. Feitelijk zijn er v o o r ons geen hinderpalen meer. O n z e opperste regeering bevindt zich i n een buitenwettelijke positie, die men gevoeglijk met het machtige en energieke w o o r d „ d i c t a t u u r " bestempelen k a n . Ik k a n met een gerust geweten beweren, dat wij tegenw o o r d i g reeds de wetgevers zijn, wij spreken recht, wij vellen d o o d vonnissen en begenadigen, wij zitten als legeraanvoerders hoog te p a a r d . 5. W i j zullen met vaste h a n d regeeren, w a n t in onze handen b e v i n den zich de puinhoopen v a n een eens machtige partij, die thans aan ons is o n d e r w o r p e n . W e bezitten onbegrensde eerzucht, brandende hebzucht, onverbiddelijke w r a a k z u c h t en diepen haat. V a n ons gaat een alles v e r s l i n d e n d e terreur uit. 6. In onzen dienst staan mannen v a n alle d e n k r i c h t i n g e n en leerstell i n g e n . M a n n e n , die de m o n a r c h i e weer w i l l e n invoeren, demagogen, socialisten, communisten en alle soorten v a n utopisten; wij hebben hen allen v o o r ons wagentje gespannen; ieder v a n hen ondermijnt v a n a f zijn plaats de laatste puinhoopen v a n de v r o e 28
gere macht en probeert de bestaande rechtsorde omver te w e r p e n . '
A l l e staten lijden onder zulke kuiperijen; zij roepen om rust, zij zijn b e r e i d v o o r den v r e d e alles op te offeren; wij echter zullen h u n den v r e d e niet schenken alvorens zij onze opperheerschappij openlijk en volkomen zullen hebben erkend.
7. H e t v o l k z a l kreunen en de oplossing v a n de sociale v r a a g s t u k k e n langs den w e g v a n een internationale overeenkomst v e r l a n g e n . D e v e r s p l i n t e r i n g in partijen heeft ons deze in handen gespeeld, w a n t om een partijstrijd te steunen is er geld n o o d i g en dit is alleen i n ons bezit. 8. W i j zouden k u n n e n vreezen, dat de regeeringen z i c h met de blinde macht van het volk zouden verbinden, maar wij hebben alle n o o d zakelijke maatregelen tegen zulk een mogelijkheid getroffen; tusschen deze twee k r a c h t e n hebben w e een muur opgericht en w e l in de gestalte v a n de terreur, die beiden om beurten uitoefenen. 9. O p deze manier blijft de blinde macht v a n het v o l k onze steun. A l l e e n wij zullen leider zijn en het naar ons doel leiden. 10. O p d a t de h a n d v a n dezen b l i n d e zich niet uit onze o m a r m i n g z a l bevrijden, moeten wij v a n tijd tot tijd met het v o l k i n v e r b i n d i n g treden, zoo al niet persoonlijk, dan toch door b e m i d d e l i n g v a n onze trouwste landen. Z o o d r a onze heerschappij e r k e n d is, zullen wij op.de openbare pleinen met het v o l k praten en het in politieke v r a a g s t u k k e n onderwijzen i n den z i n , die ons bevorderlijk toeschijnt. W i e zou k u n n e n nagaan w a t er in de dorpsscholen onderw e z e n wordt? W a t echter de v e r t e g e n w o o r d i g e r s der regeeringen of de vorst zelf aan het v o l k zullen zeggen, dat z a l zonder m a n keeren direct i n den heelen staat b e k e n d zijn, w a n t het w o r d t door de stem v a n het v o l k g a u w v e r b r e i d . 11. O m de instellingen v a n de niet-Joden niet ontijdig te v e r w o e s t e n , pakten wij ze v o o r z i c h t i g aan; w e namen de afzonderlijke regeer i n g s t a k k e n v a n het staatsmechanisme in bezit. D e z e ambtsgebieden w a r e n vroeger streng, maar billijk afgebakend; wij echter v e r v i n g e n haar door een organisatie v a n vrije w i l l e k e u r . Z o o v e r anderden wij de rechtspraak, het kiesrecht, de pers, de i n d i v i d u e e l e vrijheid en i n het bijzonder het o p v o e d i n g s w e z e n , den hoeksteen v a n de vrijheid. 12. W i j hebben de jeugd v a n de niet-Joden versuft en b e d o r v e n , terw i j l wij haar o p v o e d d e n v o l g e n s principes en t h e o r i e ë n , die ons als v a l s c h b e k e n d w a r e n , maar die wij haar opzettelijk op het hart hebben gedrukt. 29
13. Over de bestaande wetten heen hebben we verrassende resultaten bereikt, terwijl wij ze zonder wezenlijke wijziging door tegenstrijdige interpretaties misvormden. W e hebben ze langs den weg der interpretatie eerst verdraaid, daarna echter geheel vertroebeld, zoodat de regeeringen in een dusdanig verwarde wetgeving geen weg meer weten. Daaruit ontwikkelde zich de theorie van de rechtspraak volgens vrije beoordeeling. 14. LI zult tegenwerpen, dat men zich tegen ons gewapenderhand zal verzetten, als men ontijdig merkt waar het om gaat. Voor dit geval bezitten we zoo'n verschrikkelijk middel, dat zelfs de dappersten daarvan sidderen. Spoedig zullen in alle hoofdsteden ondergrondschen zijn gebouwd, van daar uit zullen we alle steden met hun instellingen en documenten in de lucht doen vliegen.
30
TIENDE
PROTOCOL.
1. D i t m a a l begin ik met een herhaling v a n het vroeger gezegde en i k verzoek U zich te herinneren, dat de regeeringen e n de v o l k e r e n alleen op den schijn v a n de dingen letten. H o e zouden zij ook den dieperen z i n begrijpen, als h u n vertegenwoordigers slechts aan praten denken? V o o r onze politiek is het heel belangrijk om dit bijzondere feit te beseffen. D i t besef z a l ons v a n nut zijn, als wij zullen spreken over de verdeeling v a n de macht, de vrijheid v a n het w o o r d , de pers, de gewetensvrijheid, het recht v a n v e r e e n i g i n g en v e r g a d e r i n g , de gelijkheid v o o r de wet, de onschendbaarheid v a n den eigendom en v a n de w o n i n g , de belasting en de terugw e r k e n d e k r a c h t v a n de wetten. D a t zijn allemaal v r a a g s t u k k e n , w a a r o v e r men tegen het v o l k nooit openlijk mag spreken. I n g e v a l men ze echter n o o d g e d w o n g e n moet uiteenzetten, mag men ze niet afzonderlijk opsommen, d o c h men moet alleen maar in het algemeen v e r k l a r e n , dat de grondslagen v a n het moderne recht door ons erkend w o r d e n . D e beteekenis v a n deze terughoudendheid ligt daarin, dat een niet openlijk uitgesproken p r i n c i p e ons de v r i j heid laat het een of andere punt er uit te nemen zonder dat iemand het merkt, terwijl men een eenmaal uitgesproken principe ruiterlijk zou moeten h a n d h a v e n . 2. H e t v o l k heeft een bijzondere voorliefde en een groote achting v o o r politieke g e n i e ë n en beantwoordt hun daden v a n g e w e l d met w o o r d e n als: „ W a t een gemeene streek, maar h a n d i g gedaan"! of: „ H e t is een boevenstreek, maar goed i n elkaar gezet en w a t een moed!" 3. W i j houden er r e k e n i n g mee, dat wij alle v o l k e r e n tot ons zullen trekken met de o p r i c h t i n g v a n het nieuwe fundamenteele gebouw, w e l k s plan wij o n t w o r p e n hebben. D a a r o m moeten wij mannen zoeken, die met vermetelheid en geestkracht zijn toegerust en die de b e k w a a m h e i d bezitten o m alle hinderpalen, die ons i n den w e g zouden kunnen staan, te o v e r w i n n e n . 4. A l s wij onze staatsomwenteling v o l t r o k k e n hebben, dan zullen we tot de v o l k e r e n zeggen: „ A l l e s is tot nu toe slecht gegaan, allen hebben geleden. W i j echter nemen nu de o o r z a k e n v a n U w k w a l e n w e g : de nationaliteiten, de grenzen, de veelsoortigheid v a n den , muntstandaard. Z e k e r , gij zijt vrij ons te veroordeelen, maar z a l U w oordeel r e c h t v a a r d i g u i t v a l l e n , als ge het velt v o o r d a t ge onderzocht hebt w a t wij v o o r U w welzijn deden?" D a n zullen ze ons toejuichen en ons met v u r i g enthousiasme i n triomf op hun schouders dragen. H e t algemeen kiesrecht, w a a r v a n wij ons bedienden als middel o m tot onze macht te geraken en waarmee we 31
de onderste lagen v a n de maatschappij g e l u k k i g gemaakt hebben — die n u door vereenigingen en dergelijke medeleden der menschheid w e r d e n — z a l zijn r o l v o o r den laatsten keer spelen in den eensgezinden wensch om ons — voordat men over ons oordeelt —te leeren kennen. 5. T o t dit doel moeten wij alle menschen naar de stembus leiden, zonder onderscheid v a n stand en vermogen, om de heerschappij v a n de absolute meerderheid te verkrijgen, die wij door m i d d e l v a n de beschaafde standen alleen nooit zouden kunnen bereiken. 6. T e r w i j l wij op deze manier alle menschen v a n de w a a r d e v a n hun persoonlijkheid o v e r t u i g d hebben, zullen we de beteekenis v a n de Christelijke familie en haar opvoedenden i n v l o e d vernietigen. 7. W e zullen verhinderen, dat hoogbegaafde mannen zich op den v o o r g r o n d dringen; onder onze leiding z a l het gepeupel niet toestaan, dat zij zich doen kennen, niet eens, dat ze spreken, want het is g e w e n d alleen te luisteren naar ons, die hem zijn gehoorzaamheid en oplettendheid betalen. Z o o zullen we v a n het v o l k een zoo b l i n d meegaande macht maken, dat het niet i n staat is zich te b e w e g e n zonder de leiding v a n onze vertrouwensmannen, die wij op de plaats v a n hun tegenwoordige leiders zetten. H e t v o l k zal zich aan dit systeem onderwerpen, omdat het z a l weten, dat v a n deze nieuwe leiders belooningen, geschenken en alle w e l d a d e n zullen afhangen. 8. H e t regeeringsplan moet geheel gereed uit é é n enkel brein v o o r t komen, want de eenheid z o u er aan ontbreken, als meerdere k o p stukken er aan meegewerkt zouden hebben. D a a r o m mogen w e zelf het p l a n kennen, maar mogen er nooit over spreken, opdat geen afbreuk z a l w o r d e n gedaan aan zijn v e r h e v e n beteekenis, den samenhang v a n de afzonderlijke deelen, de practische w a a r d e en de geheime beteekenis v a n elk punt afzonderlijk. Z o u z o o ' n p l a n aan een algemeene bespreking en stemming w o r d e n o n d e r w o r p e n , dan zou het onvermijdelijk alle sporen vertoonen v a n de o p v a t tingen v a n menschen, die niet tot zijn dieperen z i n en samenhang kunnen d o o r d r i n g e n . O n z e plannen moeten scherp en logisch opg e b o u w d zijn. D a a r o m mogen we den genialen arbeid v a n onzen leider de menigte niet v o o r de voeten w e r p e n en mogen hem zelfs niet aan een engeren k r i n g ter h a n d stellen. 9. D e z e plannen zullen de bestaande regelingen v o o r l o o p i g niet o m ver w e r p e n . Z i j zullen alleen v e r a n d e r i n g brengen in de economische principes en dientengevolge in hun verdere o n t w i k k e l i n g , die haar w e g volgens onze richtlijnen z a l nemen. 32
10. In bijna alle staten v i n d e n we i n verschillende v o r m e n dezelfde instellingen: de volksvertegenwoordiging, de ministers, den senaat, den r a a d v a n state, de wetgevende en uitvoerende l i c h a m e n . Ik behoef U de betrekkingen v a n deze instellingen o n d e r l i n g niet te v e r k l a r e n , omdat zij U w e l b e k e n d zijn. L e t U er slechts op, dat elk v a n deze instellingen betrekking heeft op de een of andere belangrijke functie v a n de regeering. M e t het w o o r d „ b e l a n g r i j k " bedoel ik hier de functie en niet de instelling; dus niet de instellingen, maar de w e r k z a a m h e d e n , die zij omvatten, zijn het g e w i c h tigste. D e z e instellingen hebben alle w e r k z a a m h e d e n v a n de regeering o n d e r l i n g verdeeld: de administratie, de w e t g e v i n g en de uitvoerende macht. Z i j v e r v u l l e n in het staatslichaam dezelfde taak als de organen i n het menschelijk lichaam. A l s wij é é n l i d v a n de staatsmachine beschadigen, z a l de staat — evenals het menschelijk lichaam — ziek w o r d e n en sterven. 11. N a d a t we het staatslichaam het gif v a n het liberalisme ingegeven hadden, is zijn heele politieke toestand v e r a n d e r d ; de staten w e r d e n door een doodelijke ziekte, de ontbinding v a n het bloed, aangetast; men behoeft slechts het einde v a n hun doodsstrijd af te wachten. 12. U i t het liberalisme zijn de constitutioneele staten, die de eenige nuttige regeeringsvorm v o o r de niet-Joden zijn, v o o r t g e k o m e n ; ze traden i n de plaats v a n de vroegere a u t o c r a t i e ë n . Z o o a l s U zelf w e l weet, is de staatsregeling niets anders dan de school v o o r oneenigheden, tweedracht, twisten en o n v r u c h t b a r e n partijstrijd, i n é é n w o o r d : de school v o o r alles w a t aan den staat de k r a c h t v a n haar i n d i v i d u a l i t e i t ontneemt. H e t spreekgestoelte en evenzoo de pers hebben de regeeringen gedoemd tot w e r k l o o s h e i d en machteloosheid en zij w e r d e n daardoor v a n geen nut en o v e r b o d i g . E e r s t daardoor w e r d de eeuw v a n de republieken mogelijk en wij v e r v i n g e n den vorst door het caricatuur v a n een president, dien wij k o z e n uit de v o l k s m a s s a , midden uit onze creaturen en s l a v e n . D a t was de bom, die wij onder de niet-Joden — of liever nog — onder alle niet-Joodsche v o l k e r e n legden. 13. In de naaste toekomst zullen wij de constitutioneele v e r a n t w o o r delijkheid v a n de presidenten i n v o e r e n . D a n zullen wij ons bij de u i t v o e r i n g v a n onze handelingen geen b e p e r k i n g e n opleggen, o m dat onze strooman de v e r a n t w o o r d e l i j k h e i d z a l dragen. W a t is er ons aan gelegen, als de rijen v a n diegenen, die naar de macht streven, dunner w o r d e n en wanneer er onlusten ontstaan, omdat men' geen president k a n v i n d e n , onlusten die ten slotte het l a n d ondermijnen?
33
14. O m dit resultaat te bereiken, zullen wij zorgen voor de v e r k i e z i n g v a n die presidenten, in w i e r verleden de een of andere zwarte plek is. D e angst v o o r onthullingen en de wensch, die ten slotte ieder mensch — die aan de macht gekomen is — heeft, n.1. om zijn voorrechten en de aan zijn ambt v e r b o n d e n voordeelen en onderscheidingen te behouden, zullen trouwe uitvoerders v a n onze bevelen v a n hen maken. 15. D e v o l k s v e r t e g e n w o o r d i g i n g zal den president kiezen, ondersteunen en verdedigen; wij echter zullen aan dit instituut het recht ontnemen wetten te maken of te veranderen; dit recht zullen wij verleenen aan den v e r a n t w o o r d e l i j k e n president, die een speelbal in onze handen z a l zijn. D e president zal zeer zeker het mikpunt v a n alle aanvallen w o r d e n . O m zich te k u n n e n verdedigen, zullen wij hem daarom het recht verleenen buiten de afgevaardigden om een beroep te doen op het volk, d.w.z. de beslissing v a n ons blindelings toegewijde meerderheid te verkrijgen. 16. B o v e n d i e n zullen wij hem het recht o v e r d r a g e n den staat v a n beleg te doen v e r k l a r e n . D i t laatste voorrecht zullen wij daarom in het leven roepen, omdat de president als hoofd v a n het leger het recht moet hebben de nieuwe republikeinsche grondwet, w a a r v a n hij de verantwoordelijke vertegenwoordiger is, te verdedigen. 17. O n d e r deze omstandigheden z a l de sleutel tot het heiligdom in onze handen liggen en niemand buiten ons z a l de wetgeving leiden. 18. Z o o d r a we de nieuwe republikeinsche grondwet i n g e v o e r d hebben, zullen wij verder de v o l k s v e r t e g e n w o o r d i g i n g het recht v a n interpellatie ontnemen, onder het v o o r w e n d s e l , dat het staatsgeheim in acht moet w o r d e n genomen. 19. O o k zullen w e het getal der afgevaardigden
tot een m i n i m u m
terugbrengen. D a a r d o o r v e r m i n d e r e n .we ook naar evenredigheid de politieke hartstochten. 20. T o t de bevoegdheden v a n den president behoort ook de benoeming v a n de voorzitters en vice-voorzitters v a n de v o l k s v e r t e g e n w o o r d i g i n g en v a n den senaat. In plaats v a n de doorloopende zittingen zullen wij den vergaderingsduur v a n de v o l k s v e r t e g e n w o o r d i g i n g tot eenige maanden beperken. B o v e n d i e n z a l de president als drager v a n de uitvoerende macht het recht hebben de v o l k s v e r t e g e n w o o r d i g i n g bijeen te roepen of te ontbinden en in dit laatste g e v a l het o p n i e u w bijeen roepen te verdagen. 21. O p d a t de president echter v a n w e g e al deze duidelijk onwettige handelingen niet ter v e r a n t w o o r d i n g w o r d t geroepen, nog v o o r 34
wij onze plannen uitgevoerd hebben, zullen wij de ministers en overige ambtenaren uit de o m g e v i n g v a n den president v e r l e i d e n zelfstandig maatregelen te nemen, w a a r v o o r ze zelf de v e r a n t w o o r delijkheid dragen. W i j zullen echter adviseeren deze taak aan den senaat of den r a a d v a n state of den ministerraad toe te v e r t r o u w e n en niet aan afzonderlijke personen. 22. D e president zal de bestaande wetten, die v o o r verschillende interpretaties vatbaar zijn, in den door ons gewenschten z i n uitleggen; hij z a l ze buiten w e r k i n g stellen, zoodra wij hem op de n o o d zakelijkheid zullen wijzen; hij z a l het recht hebben v o o r l o o p i g e besluiten te nemen met kracht v a n wet en zelfs om de grondwet te veranderen, beide onder v o o r w e n d s e l v a n staatsbelang. 23. D e z e maatregelen zullen het ons mogelijk maken allengs alles te vernietigen, w a t wij in den tijd. dat we naar de macht noodgedwongen
in de
staatsregelingen
moesten
grepen,
opnemen;
we
zullen hierdoor ongemerkt tot terzijdestelling v a n alle grondwetten geraken, zoodra de tijd gekomen z a l zijn alle regeeringen onder ons gezag te brengen. 24. D e erkenning v a n ons gezag k a n al v o l g e n v ó ó r d a t de g r o n d wetten terzijde w o r d e n gesteld, wanneer de v o l k e r e n — afgemat door onlusten en het v o l k o m e n m i s l u k k e n v a n de staatsleiders, welke m i s l u k k i n g e n door ons teweeg w e r d e n gebracht — zullen uitroepen: „ Z e t hen af, geeft ons een w e r e l d v o r s t , die in staat is ons allen te vereenigen en de o o r z a k e n v a n onze vijandschap, d.z. de staatsgrenzen, godsdiensten, staatsschulden te verwijderen; een k o n i n g , die ons vrede en rust schenkt, w e l k e wij onder onze tegenw o o r d i g e heerschers en regeeringen niet k u n n e n v i n d e n . " 25. G i j weet zelf zeer goed, dat men — om de massa tot zulke eischen te brengen — o n o n d e r b r o k e n in alle l a n d e n de b e t r e k k i n g e n tusschen v o l k en regeering moet v e r w a r r e n en de geheele w e r e l d door oneenigheid, vijandschap, haat, ja zelfs door k w e l l e n d e ontberingen, door honger en door ziekten, die wij bij hen v e r o o r z a k e n door het inenten met bacillen, zoo moet afmatten, dat de niet-Joden geen anderen uitweg uit hun ellende zien dan zich aan ons geld en aan onze overheersching v o l k o m e n te o n d e r w e r p e n . 26. A l s we den v o l k e r e n tijd geven om op adem te komen, dan komt het gunstige oogenblik misschien nooit weer.
E L F D E PROTOCOL. 1. D e R a a d v a n State z a l tot taak hebben de macht van de regeering te onderstrepen; hij z a l slechts in schijn een w e t g e v e n d lichaam zijn, i n werkelijkheid zal hij echter een redactiecommissie zijn voor het u i t w e r k e n der wetten en regeeringsverordeningen. 2. E e n wezenlijk deel v a n het p r o g r a m v a n onze staatsregeling bestaat daarin, dat wij de wetten maken, dat wij recht spreken en dat tegelijkertijd de administratie in onze handen is. D e z e w e r k z a a m h e i d zullen wij uitoefenen 1. door voorstellen aan het wetgevend l i c h a a m ; 2. door verordeningen v a n den president in den v o r m v a n algemeene besluiten, door terzijdestelling v a n den senaat en door beslissingen v a n den raad v a n state in den v o r m v a n ministerieele besluiten; 3. op het geschikte oogenblik in den v o r m v a n een staatsgreep. 3. N u wij ons plan in groote trekken o n t w o r p e n hebben, w i l l e n wij de afzonderlijke maatregelen uiteenzetten, w a a r v a n wij ons tot den o p b o u w v a n onzen staat i n o n z e n geest zullen bedienen. H i e r t o e behooren de vrijheid van drukpers, het recht van vereeniging en v e r g a d e r i n g , de gewetensvrijheid, het kiesrecht en vele andere dingen, die uit de menschelijke gedachtenwereld moeten verdwijnen of g r o n d i g moeten w o r d e n v e r a n d e r d , zoodra de nieuwe staatsregeling a f g e k o n d i g d zal zijn. Slechts op het juiste o o g e n b l i k zullen wij onze v e r n i e u w i n g e n er door kunnen krijgen en w e l om de volgende reden. W a n n e e r de v e r a n d e r i n g met groote gestrengheid w o r d t doorgevoerd, k a n ze v a n w e g e de vrees v o o r v e r anderingen, w e l k e er kort geleden geweest zijn, tot w a n h o o p voeren; wanneer we daarentegen concessies doen, z a l het v o l k zeggen, dat wij onze fouten ingezien zouden hebben en dit zou het geloof aan de onfeilbaarheid v a n onze regeering verwoesten of men z a l zeggen, dat w e bang zijn en slechts gedwongen concessies doen, w a a r v o o r n i e m a n d ons dankbaar z a l zijn, omdat men ze v o o r v a n z e l f s p r e k e n d houdt. H e t een of het ander zou de nieuwe staatsregeling schaden. 4. O p den d a g v a n haar a f k o n d i g i n g , als de v o l k e r e n door den juist v o l v o e r d e n staatsgreep nog geheel versuft en angstig en radeloos zijn, moeten zij erkennen, dat wij zoo sterk, machtig en o n k w e t s baar zijn, dat wij ons over hen niet meer b e z o r g d behoeven te maken, dat wij niet alleen geen acht meer zullen slaan op hun b e s c h o u w i n g e n en wenschen, maar dat wij v o o r b e r e i d zijn op ieder oogenblik en op iedere plaats eiken tegenstand en elke demonstratie te o n d e r d r u k k e n . D e v o l k e r e n moeten weten, dat wij de geheele macht met é é n slag tot ons hebben getrokken en dat wij 36
onze macht in geen geval met hen zullen deelen. D a n zullen zij de oogen
sluiten
en
geduldig
het
verloop
der
gebeurtenissen
afwachten. 5. D e niet-Joden zijn een kudde schapen, wij zijn de w o l v e n . E n weet gij wat er v a n de schapen w o r d t , als de w o l v e n de kudde b i n n e n dringen? Z i j zullen hun oogen weer sluiten, omdat wij hun de teruggave van al hun geroofde vrijheden zullen beloven, zoodra wij alle vijanden van den vrede neergeveld hebben en de partijen tot onmacht zullen hebben veroordeeld. Ik geloof, dat ik U niet behoef te vertellen hoe lang zij op den terugkeer v a n h u n vrijheden zullen wachten. W a a r o m hebben wij deze geheele politiek uitgevonden en den niet-Joden bijgebracht, zonder hen i n staat te stellen haar dieperen zin te onderscheiden, als het niet was om langs omwegen datgene te bereiken w a t ons verstrooid volk langs den rechten w e g niet zou kunnen bereiken? 6. D a t was de grondslag v a n onze organisatie v a n de vrijmetselarij, welker plannen deze beesten van niet-Joden i n ht geheel niet vermoeden; wij nemen hen niettemin in onze loges op. opdat zij h u n broeders zand in de oogen strooien. 7. D e genade v a n G o d heeft ons. zijn uitverkoren volk, over de geheele w e r e l d verstrooid en in deze schijnbare zwakte v a n ons ras ligt heel onze kracht, die ons v a n d a a g aan den dag op den drempel van de wereldheerschappij heeft
gebracht.
8. E r is niet veel meer noodig om op deze basis het gebouw op te richten.
37
TWAALFDE
PROTOCOL.
1. H e t w o o r d „ v r i j h e i d " , dat men op verschillende manieren kan verklaren, leggen wij zoo uit: V r i j h e i d is het recht om te doen w a t de wet toestaat. D e z e uitlegging v a n het begrip legt de vrijheid volledig in onze hand, omdat de wet datgene z a l vernietigen of oprichten w a t wij — volgens de boven ontwikkelde richtlijnen — voor gewenscht houden. 2. M e t de pers zullen wij op de volgende wijze te w e r k gaan. W e l k e rol speelt thans de pers? Z i j dient er toe de hartstochten van de menschen te doen oplaaien of het zelfzuchtige streven der partijen te bevorderen. Z e is hol, onrechtvaardig en leugenachtig. D e meeste menschen weten in het geheel niet waartoe de pers eigenlijk dient. 3. W i j zullen haar een toom aanleggen en den teugel strak voeren. O p dezelfde wijze zullen wij met andere d r u k w e r k e n handelen, w a n t het zou geen enkel nut hebben, als we alleen een w a k e n d oog over de pers laten gaan, maar de aanvallen v a n de boeken en brochures buiten beschouwing laten. W i j zullen de producten van de publieke opinie, die thans nog veel geld kosten, door middel v a n de censuur tot een bron van inkomsten voor den staat maken. W e zullen een speciale krantenbelasting heffen en bij het oprichten v a n kranten en drukkerijen waarborgsommen eischen om zoodoende onze regeering te vrijwaren voor iederen aanval door de pers. W o r d e n wij niettemin toch aangevallen, dan zullen wij zonder genade geldstraffen opleggen. Belasting, waarborgsommen en geldstraffen zullen den staat reusachtige inkomsten opleveren. Z e k e r , de partijbladen laten zich door geldboeten niet bang maken, maar bij den tweeden aanval zullen wij ze eenvoudig onderdrukken. N i e m a n d z a l onze onfeilbaarheid in regeeringsaangelegenheden ongestraft kunnen aantasten. A l s voorwendsel voor het den kop i n d r u k k e n van een krant, zullen wij zeggen, dat het betreffende blad de openbare meening zonder reden heeft opgezweept. Ik verzoek U er op te letten, dat er onder de kranten, die ons aanvallen, ook zullen zijn, die wij zelf opgericht hebben; deze zullen echter uitsluitend die punten aanroeren, welker verandering wij zelf zullen voorstaan. 4. G e e n bericht z a l zonder onze voorkennis openbaar w o r d e n . D i t resultaat hebben wij thans reeds daardoor bereikt, dat alle berichten uit de geheele w e r e l d bij een aantal persbureau's samenk o m e n . D e z e zullen geheel in ons bezit o v e r g a a n en slechts datgene b e k e n d m a k e n w a t wij hun v o o r s c h r i j v e n . 38
5. W a n n e e r we het thans reeds verstaan hebben de gedachtenwereld v a n de niet-Joodsche k r i n g e n z o o d a n i g te beheerschen, dat bijna alle menschen de wereldgebeurtenissen alleen nog maar zien door de gekleurde brillen, die wij hun opgezet hebben; wanneer er reeds nu geen slagboomen meer zijn, die ons zouden kunnen v e r h i n d e r e n binnen te dringen in datgene w a t de niet-Joden in hun domheid staatsgeheimen noemen, hoe z a l het pas dan w o r d e n , als wij de aardsche goden in den persoon v a n onzen w e r e l d v o r s t zullen zijn? 6. K e e r e n wij tot de toekomst der pers terug. W i e uitgever, d r u k k e r of boekhandelaar w i l w o r d e n , moet een v e r g u n n i n g hiertoe hebben, w e l k e in g e v a l v a n twijfel onmiddellijk w o r d t i n g e t r o k k e n . 7. D o o r z u l k e maatregelen w o r d t het instrument v a n het denken tot o p v o e d i n g s m i d d e l in de hand v a n onze regeering, die het niet meer zal toestaan, dat de massa over de zegeningen v a n den v o o r u i t gang v a l s c h w o r d t ingelicht. W i e U w e r z o u niet weten, dat deze bedriegelijke zegeningen regelrecht tot droomerijen leiden, w a a r u i t de anarchistische v e r h o u d i n g e n v a n de menschen onder elkaar en tegenover de o v e r h e i d geboren w o r d e n , omdat de v o o r u i t g a n g of liever de gedachte v a n den v o o r u i t g a n g de meest verschillende voorstellingen v a n de zelfstandigheid heeft voortgebracht zonder hun grenzen vast te stellen. A l l e zoogenaamde liberalen zijn anarchisten, zij het dan niet i n hun handelwijze, dan toch i n hun denken. Ieder v a n hen jaagt het drogbeeld v a n de v r i j h e i d n a en komt i n de w i l l e k e u r terecht, waarbij hij slechts protesteert ter w i l l e v a n het protesteeren. 8. T h a n s zullen wij ons met de boeken bezighouden. W i j zullen ze, evenals alle d r u k w e r k , met zegelbelasting naar het aantal b l a d zijden belasten en w a a r b o r g s o m m e n eischen. B o e k e n met minder dan 30 bladzijden w o r d e n dubbel belast. D e z e zullen we r a n g s c h i k k e n onder de brochures om eenerzijds het aantal v a n deze geschriften, die het ergste gif uitstrooien, i n te perken, anderzijds om de schrijvers er toe te brengen zulke o m v a n g r i j k e geschriften te produceeren, dat men ze alleen reeds door den hoogeren prijs w e i n i g z a l lezen. W a t wij daarentegen zullen uitgeven om de menschen i n de door ons gewenschte r i c h t i n g op te v o e d e n , z a l heel goedkoop zijn en door iedereen gelezen w o r d e n . D e belasting z a l de ijdele schrijfwoede tot zwijgen brengen en door de vrees v o o r bestraffing w o r d e n de auteurs v a n ons afhankelijk. W a n n e e r menschen tegen ons w i l l e n schrijven, zullen ze geen uitgever v i n d e n . V o o r d a t een w e r k w o r d t aangenomen, moet de uitgever of d r u k k e r zich tot de o v e r h e i d w e n d e n om de d r u k v e r g u n n i n g te verkrijgen. O p deze wijze zullen wij v a n te v o r e n v a n iederen
39
tegen ons gerichten a a n v a l op de hoogte komen en wij zullen hem daardoor onschadelijk maken door over het betreffende o n d e r w e r p een v e r k l a r i n g te publiceeren. 9. D a a r boeken en kranten de twee belangrijkste opvoedingsmiddelen zijn, z a l onze regeering v a n het meerendeel der bladen eigenares zijn. D a a r d o o r w o r d t de schadelijke i n v l o e d v a n de pers uitges c h a k e l d en wij verschaffen ons een buitengewonen i n v l o e d op de stemming onder het v o l k . W a n n e e r we de vestiging v a n tien kranten toestaan, zullen we zelf dertig kranten uitgeven, enz. H e t publiek mag d a a r v a n niets vermoeden. O n z e kranten moeten daarom schijnbaar de meest tegenstrijdige richtingen en meeningen v e r t e g e n w o o r d i g e n om v e r t r o u w e n te w e k k e n en de tegenstanders tot zich te trekken; dezen zullen dan i n de v a l loopen en onschadelijk zijn. 10. O p de eerste plaats zullen de officieele kranten staan, die de opdracht zullen krijgen steeds onze belangen te v e r t e g e n w o o r d i g e n ; hun i n v l o e d z a l daarom naar v e r h o u d i n g o n b e d u i d e n d zijn. 11. O p de tweede plaats zullen de semi-officieele bladen komen, die de o n v e r s c h i l l i g e n en l a u w e n v o o r ons zullen w i n n e n . 12. O p de derde plaats zullen de bladen v a n de v o o r g e w e n d e o p p o sitie staan; minstens é é n b l a d moet scherp tegenover ons staan. O n z e tegenstanders zullen dit schijnbare verzet voor echt houden en hun kaarten v o o r ons openleggen. 13. O n z e kranten zullen tot de meest uiteenloopende richtingen behooren; er zullen aristocratische, republikeinsche, ja zelfs anarchistische bladen zijn, natuurlijk slechts, zoolang de huidige staatsregelingen nog bestaan. E v e n a l s de Indische G o d W i s c h n u zullen deze bladen honderd handen hebben, w a a r v a n elke h a n d afzonderlijk den wisselenden polsslag v a n de openbare meening z a l betasten. M e t iederen polsslag zullen zij de publieke opinie leiden in de richting, die ons w e l g e v a l l i g is, w a n t een o p g e w o n d e n mensch verliest gemakkelijk zijn v e r m o g e n tot oordeelen en is o n d e r h e v i g aan iedere soort v a n b e ï n v l o e d i n g . D e z e domkoppen, die gelooven de meening v a n hun krant te verdedigen, zullen in w e r k e l i j k h e i d slechts onze meening, of in ieder geval een, die ons w e l g e v a l l i g is, v e r d e d i g e n . Z i j zullen gelooven, dat zij hun partijblad v o l g e n en zullen in w e r k e l i j k h e i d slechts de v l a g v o l g e n , die wij v o o r hen laten w a p p e r e n . 14. O m ons leger v a n kranten in dezen z i n te leiden, zullen wij de organisatie met groote z o r g v u l d i g h e i d moeten regelen. O n d e r de aanduiding
40
persgenootschap
zullen
wij
de
vereenigingen
van
auteurs samenvoegen tot é é n geheel, w a a r i n onze v e r t e g e n w o o r digers ongemerkt w a c h t w o o r d en strijdkreet zullen vaststellen. 15. O n z e bladen zullen over onze politiek o p p e r v l a k k i g — zonder ooit op den dieperen zin in te gaan — over en weer schrijven en aan de officieele bladen polemische schermutselingen leveren om ons daardoor in staat te stellen ons over datgene w a t w e i n de eerste publicaties niet duidelijk konden zeggen, n u duidelijker uit te d r u k k e n . N a t u u r l i j k zullen w e dat echter alleen dan doen, wanneer het v o o r ons v o o r d e e l i g is. 16. D e z e a a n v a l l e n zullen tegelijkertijd daartoe dienen het v o l k te doen gelooven, dat het vrijheid v a n spreken bezit. O p deze manier zullen onze vertegenwoordigers kunnen beweren, dat de vijandelijke pers slechts kletst, omdat ze geen zakelijke argumenten tegen onze maatregelen k a n aanvoeren. 17. D o o r deze v o o r de openbare meening niet te onderscheiden methodes, zullen wij haar aandacht en haar v e r t r o u w e n w i n n e n . M e t behulp v a n deze methodes zullen wij de openbare meening in alle politieke v r a a g s t u k k e n naar believen o p w i n d e n of kalmeeren, overtuigen of v e r w a r r e n , terwijl wij nu eens w a r e dan weer valsche berichten publiceeren, nu eens dingen beweren, dan weer recht zetten, al naar hun indruk op het publiek: steeds zullen wij den grond voorzichtig betasten alvorens er den voet op te zetten. W i j zullen onze tegenstanders zeker o v e r w i n n e n , omdat hun als gevolg v a n onze maatregelen geen kranten ter b e s c h i k k i n g staan, w a a r i n zij hun meening vrij zouden kunnen v e r d e d i g e n . W i j zullen niet eens g e d w o n g e n zijn ze definitief te w e e r l e g g e n . T e g e n de proefballonnetjes v a n onze semi-officieele kranten zullen wij zoo noodig in de kranten v a n de derde groep energiek optreden. 18. D e tegenwoordige journalistiek is een soort vrijmetselarij. A l l e leden v a n de pers zijn onder elkaar door het beroepsgeheim verb o n d e n . E v e n a l s bij de waarzeggers in de oudheid geeft geen v a n deze leden het geheim prijs, wanneer zij h i e r v o o r geen opdracht krijgen. G e e n krantenschrijver z a l het w a g e n het geheim te verraden, w a n t n i e m a n d w o r d t tot dit beroep toegelaten, wanneer hij in zijn verleden geen duister plekje heeft. D i t z o u direct aan den dag gebracht w o r d e n . Z o o l a n g deze smet slechts aan enkelen bekend is. trekt het aanzien v a n den journalist de meeste menschen aan en men v o l g t hem met v e r r u k k i n g . 19. W i j houden bijzonder sterk r e k e n i n g met de p r o v i n c i e . H e t is v o o r ons noodzakelijk, dat we daar v e r w a c h t i n g e n w e k k e n , die lijnrecht tegenover die v a n de groote stad staan; den grooten steden zullen 41
we wijs maken, dat het daarbij zou gaan om zelf bedachte, niet b e ï n v l o e d e i d e e ë n v a n de p r o v i n c i e . H e t is duidelijk, dat de bron v a n deze i d e e ë n altijd dezelfde zal zijn; ze zal de onze zijn. Z o o lang we nog niet de volle macht bezitten, zal het v o o r ons n o o d zakelijk zijn, dat de groote steden van de meening van de provincie afhankelijk zijn, d.w.z. v a n de meening der meerderheid, die door onze vertrouwensmannen gemaakt wordt. O p beslissende oogenb l i k k e n mogen de groote steden dan de v o l d o n g e n feiten niet meer bespreken, omdat ze reeds door de meerderheid in de p r o v i n c i e s w e r d e n goedgekeurd. 20. W a n n e e r we het tijdperk v a n onze nieuwe heerschappij zullen binnentreden, zullen wij de pers niet meer toestaan berichten over misdaden te publiceeren. H e t v o l k moet gelooven, dat de nieuwe leiding iedereen zoo v o l k o m e n bevredigt, dat zelfs de misdrijven hebben opgehouden. A a n het daglicht gebrachte misdrijven zullen slechts aan de slachtoffers en aan de toevallige getuigen bekend zijn.
42
DERTIENDE
PROTOCOL.
1. D e zorg v o o r het dagelijksch b r o o d legt den niet-Joden het zwijgen op en maakt hen tot onze toegewijde dienaren. D i e g e n e n v a n hen, die we bij onze pers aanstellen, zullen volgens de voorschriften over alles schrijven w a t wij i n de officieele bladen niet openlijk kunnen bespreken; tijdens de hierdoor ontstane o p w i n d i n g zullen wij de ons nuttig lijkende maatregelen d o o r v o e r e n en het publiek v o o r het v o l d o n g e n feit stellen. N i e m a n d z a l het terugnemen v a n zoo'n maatregel d u r v e n eischen, v o o r a l niet, als wij hem als een verbetering v a n den huidigen toestand zullen voorstellen; o v e r i g e n s zal de pers de aandacht direct op nieuwe v r a a g s t u k k e n richten, omdat wij immers, zooals U weet, de menschen er aan gewend hebben v o o r t d u r e n d naar iets nieuws te zoeken. E e n i g e hersenlooze politieke avonturiers zullen zich op deze nieuwe v r a a g stukken storten, zonder te beseffen, dat zij geen flauw begrip hebben v a n datgene w a a r o v e r zij w i l l e n spreken. D e v r a a g s t u k k e n v a n de hoogere politiek zijn v o o r n i e m a n d begrijpelijk, uitgezonderd v o o r diegenen, die ze al sinds eeuwen hebben voortgebracht en b e ï n v l o e d . 2. U i t dit alles zult U begrijpen, dat wij slechts daarom de publieke opinie v o o r ons w i l l e n w i n n e n om het w e r k v a n onze staatsmachine te v e r l i c h t e n . E n U zult daaruit eveneens leeren, dat wij bij deze of gene gelegenheid slechts de goedkeuring v a n onze w o o r d e n binnenhalen, niet echter v a n onze daden. O n o n d e r b r o k e n v e r k o n d i g e n w i j , dat steeds alleen de hoop en de z e k e r h e i d het algemeen welzijn te dienen, maatstaf is bij al onze maatregelen. 3. O m de al te onrustige menschen v a n de politieke v r a a g s t u k k e n af te leiden, zullen wij schijnbare nieuwe v r a a g s t u k k e n op den v o o r grond stellen: economische v r a a g s t u k k e n . L a t e n zij hun w o e d e op dit gebied maar uitrazen. D e massa's stemmen er in toe w e r k l o o s te blijven en uit te rusten v a n hun v o o r g e w e n d e politieke activiteit — waartoe wij hen overigens slechts o p g e v o e d hebben om met hun hulp de niet-Joodsche regeeringen te bestrijden — men hun nieuwe bezigheden verschaft,
wanneer
w e l k e zij v o o r politiek
belangrijk houden. 4. O p d a t de massa's niet tot rustig nadenken komen, zullen wij ze door verstrooiing, spelen en ontspanning v a n hartstochten afleiden. Spoedig zullen wij alle mogelijke wedstrijden uitschrijven op het gebied v a n de kunst en v a n de sport. D e belangstelling v o o r deze dingen zal hen dan definitief afleiden v a n de v r a a g s t u k k e n , w a a r in onze belangen tegenstrijdig zijn aan de hunne. T e r w i j l de menschen langzamerhand het zelfstandige denken a f k e r e n , zullen 43
zij ten slotte geheel in de lijn v a n onze i d e e ë n spreken, omdat wij de eenigen zullen zijn, die nieuwe d e n k r i c h t i n g e n naar v o r e n brengen; v a n z e l f s p r e k e n d alleen door bemiddeling v a n zulke personen, die er niet v a n verdacht w o r d e n met ons in verstandhouding te staan. 5. D e r o l v a n de liberale dwepers z a l definitief zijn uitgespeeld, zoodra onze heerschappij erkend is. T o t dat moment zullen zij ons goede diensten bewijzen. D a a r o m zullen wij de gedachten v a n de massa ook verder afleiden op fantastische t h e o r i e ë n , die nieuwerwetsch en schijnbaar v o o r u i t s t r e v e n d zijn; want met het s l a g w o o r d , , v o o r u i t g a n g " hebben wij dezen d o m k o p p e n v a n niet-Joden het hoofd op h o l gebracht en er is onder hen geen een, die z a l begrijpen, dat dit w o o r d altijd o n w a a r is, als het niet om materieele behoeften gaat, omdat er slechts é é n w a a r h e i d is, die lijnrecht tegenover het w o o r d v o o r u i t g a n g staat. E v e n a l s iedere verkeerde gedachte dient de v o o r u i t g a n g er toe de w a a r h e i d te verduisteren, opdat n i e m a n d ze z a l onderscheiden dan w i j , het u i t v e r k o r e n volk, de beschermers der w a a r h e i d . 6. W a n n e e r onze heerschappij gevestigd zal zijn, zullen onze sprekers over de groote v r a a g s t u k k e n der menschheid spreken, die de heele w e r e l d hebben bewogen, totdat zij ten slotte onder onze w e l d a d i g e leiding k w a m . W i e zou dan a r g w a a n koesteren, dat a l deze v r a a g s t u k k e n door ons volgens een politiek p l a n w e r d e n uitgedacht, dat door zooveel eeuwen heen n i e m a n d geraden heeft?
44
VEERTIENDE PROTOCOL. 1. Z o o d r a wij de wereldheerschappij v e r k r e g e n hebben, zullen w i j geen ander geloof dulden dan dat aan onzen eenen G o d , met w i e n ons lot v e r b o n d e n is, omdat wij het u i t v e r k o r e n v o l k zijn en o m dat door onzen G o d ons lot met dat v a n de geheele w e r e l d samenhangt. O p "dezen grond moeten wij alle andere religies v e r n i e t i g e n . W a n n e e r ook het aantal der godloozen zou vermeerderen, dan z a l deze overgangstoestand onze plannen toch niet in de w a r sturen, veel meer den toekomstigen generaties tot v e r m a n i n g dienen; zij zullen de leerstellingen v a n den m o z a ï s c h e n godsdienst hooren, w e l k s stellige en w e l o v e r d a c h t e a a n w i j z i n g e n met de o n d e r w e r p i n g v a n alle v o l k e r e n in v e r v u l l i n g zullen gaan. D a a r d o o r zullen wij de geheimzinnige w a a r h e i d bewijzen w a a r o p de geheele kracht v a n onzen godsdienst berust. 2. D a n zullen wij bij iedere gelegenheid verhandelingen publiceeren, w a a r i n wij onze zegenrijke regeering met die v a n het v e r l e d e n zullen vergelijken. D e voordeelen v a n den vrede, v e r o v e r d door eeuwen v a n onrust, zullen het zegenrijke karakter v a n onze heerschappij doen u i t k o m e n . D e fouten v a n de niet-Joodsche regeeringen zullen wij i n de felste k l e u r e n afschilderen. W i j zullen z o o ' n afkeer tegen ze v e r w e k k e n , dat de v o l k e r e n de lijfeigenschap zullen verkiezen boven de rechten v a n die veelgeroemde vrijheid, welke hen slechts heeft g e k w e l d en de bronnen v a n het menschelijke bestaan heeft uitgeput en die alleen door een troep a v o n turiers w e r d uitgebuit, die niet w i s t e n hoe zij haar moesten geb r u i k e n . D e nuttelooze revoluties waartoe wij de niet-Joden dreven om hun regeeringen te ondermijnen, zullen hen dermate vermoeien, dat zij er de v o o r k e u r aan zullen geven v a n ons alles te v e r d r a g e n , alleen om geen n i e u w e onrust te moeten d o o r m a k e n . S p e c i a a l zullen wij de historische fouten v a n de niet-Joodsche regeeringen onderstrepen, die, tegen alle beter weten in, de menschheid z o o v e e l eeuwen lang g e k w e l d hebben, vage plannen v a n sociaal v e r k r e g e n vrijheden najoegen, zonder te merken, dat deze plannen de algemeene v e r h o u d i n g e n v a n de menschelijke samenleving niet v e r beterden, alleen maar verslechterden. 3. D e geheele kracht v a n onze beginselen en maatregelen z a l daarin bestaan, dat w e ze i n de lichtende tegenstelling tot het gevallen systeem v a n de oude „ s o c i e t e i t s v e r h o u d i n g e n " zullen stellen. 4. O n z e filosofen zullen alle gebreken v a n den Christelijken godsdienst bespreken; nooit z a l iemand echter onzen godsdienst v a n u i t zijn w a r e gezichtspunten aan een beoordeeling o n d e r w e r p e n , o m 45
dat n i e m a n d hem ooit begrijpen z a l , uitgezonderd de onzen, die nooit zijn geheim zullen v e r r a d e n . 5. In de zoogenaamde vooruitstrevende landen hebben wij een onbeduidende, smerige, a f s c h u w w e k k e n d e literatuur geschapen. D e z e literatuur zullen wij nog eenigen tijd na de instelling v a n onze heerschappij onderhouden om de tegenstelling tot ö n z e uiteenzettingen en leerstellingen te laten u i t k o m e n . O n z e wijzen, tot de l e i d i n g v a n de niet-Joden opgevoed, zullen redevoeringen, plannen, v e r h a n d e l i n g e n en opstellen ontwerpen, met behulp w a a r v a n wij de geesten b e ï n v l o e d e n en i n de r i c h t i n g v a n die i d e e ë n zullen leiden, die wij hun w i l l e n ingieten.
46
VIJFTIENDE
PROTOCOL.
1. W a n n e e r wij met behulp van de door ons overal op denzelfden dag voorbereide revoluties — en nadat alle regeeringen h u n onbek w a a m h e i d hebben erkend — eindelijk aan de macht zijn gekomen — het zal nog eenigen tijd duren, misschien een eeuw — dan zullen wij er voor zorgen, dat tegen ons geen samenzweringen w o r d e n gericht. 2. T o t dit doel zullen wij allen ter dood laten brengen, die de komst van onze regeering met de wapens in de h a n d begroeten. Iedere nieuwe oprichting v a n het een of andere geheime genootschap z a l eveneens met den d o o d w o r d e n gestraft. D e thans bestaande ons bekende geheime genootschappen, die ons goede diensten bewezen hebben en nog bewijzen, zullen wij opheffen. H u n leden zullen naar ver v a n E u r o p a gelegen deelen der aarde w o r d e n gezonden. 3. O p deze manier zullen wij handelen met de niet-Joden, die tot vrijmetselaarsloges behooren en daarvan te veel weten. D i e g e n e n , die wij om de een of andere reden zullen sparen, zullen onder den voortdurenden druk staan te w o r d e n uitgewezen. W e zullen een wet uitvaardigen, volgens welke alle oud-leden v a n de geheime genootschappen uit E u r o p a , den zetel v a n onze regeering, verbannen zullen w o r d e n . D e besluiten v a n onze regeering zullen definitief zijn en zonder mogelijkheid tot hooger beroep. 4. D e niet-Joodsche samenleving, w a a r i n wij de kiemen v a n de tweedracht en de tegenstrijdigheid hebben gelegd, kan alleen door onbarmhartige maatregelen, die van onbuigzame kracht zijn, weer in orde w o r d e n gebracht. Daarbij mag het op het aantal offers, dat voor het toekomstig welzijn gebracht moet w o r d e n , niet aankomen. H e t is de plicht v a n iedere regeering, die zich op haar bestaansrecht beroept, niet alleen haar voorrechten te genieten, maar ook haar taak te vervullen, a l kost die ook nog zooveel offers. 5. W i l een regeering o n w r i k b a a r staan, d a n moet zij het aanzien van haar macht versterken en dit aanzien w o r d t slechts door een alles overtreffende onbuigzaamheid v a n de macht bereikt, die het teeken moet dragen van een geheimzinnige onkwetsbaarheid, de uitverkorenheid door G o d . Z o o w a s tot in den laatsten tijd de onbeperkte heerschappij van de Russische tsaren ingesteld, onze eenige vijand in de geheele w e r e l d naast het P a u s d o m . H e r i n n e r t U zich het voorbeeld van het i n bloed gedrenkte Italië, dat S u l l a — die dit bloed vergoot — geen haar krenkte; het volk, dat hij gepijnigd h a d , verafgoodde hem en zijn onverschrokken terugkeer 47
naar Italië maakte hem onkwetsbaar. H e t volk vergrijpt zich niet aan hem, dien het door zijn moed en zijn geestkracht in den ban doet. 6. V o o r d a t wij echter tot de macht zijn gekomen, zullen wij in alle landen der w e r e l d vrijmetselaarsloges oprichten en vermeerderen. W i j zullen in deze loges allen halen, die in het openbare leven een vooraanstaande rol spelen of k u n n e n spelen. D e z e loges zullen het voortreffelijkste middel zijn om inlichtingen te verkrijgen en invloed uit te oefenen. 7. W i j zullen alle loges in è è n hoofdleiding samenvatten, die alleen aan ons bekend z a l zijn en uit onze wijzen z a l bestaan. D e loges zullen hun voorzitters hebben om de eigenlijke leidende personen te verbergen; slechts dezen hebben het recht het w a c h t w o o r d uit te geven. In deze loges zullen wij alle revolutionnaire en vrijzinnige elementen vereenigen. Z i j zullen uit alle lagen v a n de maatschappij zijn samengesteld. D e meest geheime politieke plannen zullen ons reeds op den dag van hun ontstaan bekend zijn en tot onze beschikking staan. Bijna alle politie-autoriteiten, zoowel van de staats- als ook v a n de internationale politie, zullen leden v a n de loges zijn, omdat h u n diensten voor ons onontbeerlijk zijn; want de politie is i n de gelegenheid niet slechts maatregelen tegen weerspannigen te nemen, maar ook onze eigen handelingen te verbergen en voorwendsels tot ontevredenheid te scheppen. D e meesten, die tot geheime genootschappen toetreden, zijn gewoonlijk eerzuchtigen, avonturiers en in het algemeen menschen, die voor alles te krijgen zijn, bij w i e het ons niet veel moeite z a l kosten hen voor onze plannen te w i n n e n . 8. W a n n e e r het tot onlusten komt, dan beteekent dat, dat wij er behoefte aan hadden ze op te w e r k e n , om een al te groote eensgezindheid te vernietigen. K o m t het tot de een of andere samenz w e r i n g , dan z a l het hoofd er van niemand anders zijn dan een van onze trouwste dienaren. 9. H e t is natuurlijk, dat alleen ons volk de w e r k z a a m h e i d van de vrijmetselarij k a n leiden, omdat alleen wij weten, waarheen wij haar leiden en wat het einddoel v a n ieder harer handelingen is. D e niet-Joden daarentegen weten niets, niet eens de onmiddellijke resultaten; zij zijn gewoonlijk met de oogenblikkelijke bevrediging van h u n eigenliefde bij de doorvoering van hun plannen tevreden en merken niet, dat deze plannen niet van hen afkomstig zijn, maar hun door ons w e r d e n ingegeven. 10. D e niet-Joden treden tot de loges toe uit louter nieuwsgierigheid of in de hoop een voordeel te verkrijgen of om over hun o n v e r v u l 48
bare droomen voor een publiek te kunnen spreken. Z e smachten naar uiterlijk succes en bijval, waarmee we steeds vrijgevig zijn. W i j gunnen h u n gaarne dit succes om h u n zelfvoldaanheid uit te buiten; dan nemen de menschen onze inblazingen in zich op zonder zich daarvan bewust te zijn; zij zijn in h u n ingebeelde onkwetsbaarheid er ten vo'le v a n overtuigd, alleen hun eigen gedachten en niet die van anderen te hebben geuit. G i j . mijne heeren, kunt U in het geheel niet voorstellen, tot welk een belachelijken graad v a n onnoozelheid men zelfs de intelligentste niet-Joden brenger k a n , wanneer men hun ijdelheid streelt en hoe gemakkelijk het aan den anderen kant is hen door den geringsten tegenslag — zij het ook slechts door het uitblijven van bijval — te ontmoedigen en hen tot onderdanige gehoorzaamheid te brengen, zoodra ze daarvan maar weer resultaat verwachten. E v e n a l s de onzen ieder succes, dat hen niet tot hun doel leidt, geringschatten, evenzoo zijn de nietJoden ter wille v a n een uiterlijk succes bereid al h u n plannen op te offeren. D e z e karakteristieke trek der niet-Joden verlicht ons buitengewoon onze taak hen te leiden. D e z e schijnbare tijgers hebben zielen als lammetjes en door h u n schedels waait de w i n d . 11. W i j hebben hun een stokpaardje
gegeven, namelijk den droom,
dat de afzonderlijke persoonlijkheid in een symbolische eenheid, in het collectivisme, moet opgaan. Z i j hebben niet begrepen zullen nooit begrijpen, dat deze droom in tegenspraak
en
is met de
grondwetten der natuur, die vanaf de schepping der w e r e l d alleen van elkander verschillende wezens heeft voortgebracht om iedereen zijn bijzondere persoonlijkheid te verleenen. Bewijst niet het feit, dat wij de niet-Joden tot zulk een waanidee brachten, met verbluffende duidelijkheid, hoe w e i n i g h u n verstand in vergelijking met het onze o n t w i k k e l d is? D i t is de zekerste w a a r b o r g voor ons succes. 12. H o e scherpzinnig w a r e n toch onze oude wijzen, toen zij zeiden, dat men, om een doel te bereiken, voor geen middel zou mogen terugschrikken en de offers niet zou mogen tellen. W i j hebben de offers van deze beesten v a n niet-Joden nooit geteld en, ofschoon wij velen v a n de onzen moesten offeren, hebben wij ons v o l k z o o ' n machtige positie in de w e r e l d verschaft, w a a r v a n het nooit zou hebben durven droomen. D e naar verhouding geringe offers der onzen hebben ons volk voor den ondergang b e w a a r d . 13. D e d o o d is het onvermijdelijke einde van alle menschen. H e t is beter het einde te verhaasten v a n hen, die zich tegen ons w e r k verzetten d a n ons einde, daar wij de scheppers v a n dit w e r k zijn. In de vrijmetselaarsloges vellen wij doodvonnissen op een manier, 49
dat niemand buiten de loges ook maar de geringste v e r d e n k i n g kan opvatten. N i e t eens de slachtoffers zelf vernemen hun veroordeeling; zij allen sterven, zoodra het noodzakelijk is, schijnbaar een natuurlijken dood. D a a r dit den logebroeders bekend is, durven zij niet daartegen op te treden. D o o r deze maatregelen hebben wij in de vrijmetselarij iedere tegenspraak in de kiem gesmoord. T e r w i j l wij voor de niet-Joden het liberalisme prediken, houden wij ons volk en onze vertrouwenslieden onvoorwaardelijk gehoorzaam. 14. O n d e r onzen invloed w e r d de handhaving der wetten van de nietJoden tot een minimum beperkt. H e t aanzien der wetten w e r d door het liberalisme, dat wij ook op dit gebied tot aanzien brachten, ondermijnd. In alle politieke en grondwettelijke twistpunten beslissen de rechtbanken volgens onze aanwijzingen en zien de dingen in het licht, dat ons belieft. W i j maken hiervoor gebruik van de bemiddeling van personen, w a a r v a n niemand vermoedt dat zij met ons in relatie staan, van courantenberichten en v a n andere middelen. Z e l f s de leden van den senaat en van het staatsbestuur volgen onze adviezen blindelings op. 15. H e t zuiver dierlijke verstand van de niet-Joden is tot ontleding van een begrip en tot waarneming onbekwaam; en nog minder kunnen zij van te voren zien waartoe een bepaalde manier om een zaak voor te stellen, dient. In dit onderscheid van den geestelijken aanleg tusschen de niet-Joden en ons kunnen wij het teeken van onze uitverkorenheid door G o d en onze boven de anderen uitstekende natuur herkennen. D e niet-Joden laten zich alleen door een dierlijk instinct leiden. Z i j zien w e l . maar zij zien niet vooruit, zij kunnen niets uitvinden, behalve zuiver materieele dingen. D a a r u i t blijkt duidelijk, dat de natuur zelf ons tot de heerschappij over de w e r e l d voorbestemd heeft. 16. Z o o d r a de tijd van onze openlijke heerschappij gekomen is en wij op de zegeningen van onze regeering kunnen wijzen, zullen wij alle wetten veranderen. O n z e wetten zullen kort, duidelijk en onveranderlijk zijn en geen enkele interpretatie noodig hebben, zoodat iedereen ze begrijpen k a n . 17. D e meest in het oog springende eigenschap v a n deze wetten z a l de gehoorzaamheid tegenover de overheid zijn, die wij tot den hoogsten graad zullen o n t w i k k e l e n . D a n zal tengevolge v a n de verantwoordelijkheid van allen tegenover den oppersten vertegenw o o r d i g e r der macht ieder misbruik van de wetten ophouden. 18. H e t machtsmisbruik door de lagere ambtenaren z a l zoo streng gestraft w o r d e n , dat iedereen den lust zal verliezen zijn kracht i n 50
deze richting te beproeven. W i j zullen alle handelingen van onze regeeringsambtenaren, v a n w i e de gang der staatsmachine
afhan-
kelijk is, met de grootste aandacht nagaan, w a n t tuchteloosheid in de regeering leidt tot algemeene wanorde. E l k geval v a n onrechtmatigheid
of
misbruik z a l tot
afschrik
van
anderen
gestraft
w o r d e n . Iedere heling, iedere ongeoorloofde verstandhouding der ambtenaren z a l na de eerste voorbeelden v a n strenge bestraffing verdwijnen. 19. H e t aanzien van onze heerschappij vereischt afdoende, d.w.z. harde straffen bij de geringste overtreding, die het aanzien v a n de overheid zou kunnen schaden. Z o u iemand voor zijn fout al te streng gestraft zijn, dan z a l hij net zijn als een soldaat, die op het s l a g veld van de regeering in dienst van de overheid, de grondwet en de wetten is gevallen; w a n t deze laten niet toe, dat zij, die het schip van staat besturen, persoonlijke v o o r d e d e n hooger stellen dan h u n publieke plichten. 20. O n z e rechters zullen weten, dat zij, wanneer zij met dwaze goedertierenheid te w e r k gaan, het beginsel van het recht
schenden,
volgens hetwelk begane fouten streng moeten w o r d e n gestraft
en
toegevendheid niet is toegestaan. M i l d h e i d k a n men in het p r i v é leven uitoefenen, maar niet in den openbaren dienst, die de o p voedende grondslag in het staatsleven is. 21. O n z e rechters zullen slechts tot hun 55e jaar i n functie blijven en w e l om de volgende twee redenen; in de eerste plaats omdat oude menschen hardnekkiger aan hun dogma's vasthouden en minder bekwaam zijn om zich aan nieuwe beschikkingen te onderwerpen, in de tweede plaats, omdat daardoor een snellere mutatie v a n de rechters schikken.
mogelijk w o r d t Wie
zijn
en
functie
dezen
zich
behouden
meer
naar
ons
zullen
w i l , z a l ons blindelings
moeten gehoorzamen. In het algemeen zullen wij onze
rechters
kiezen uit diegenen, die weten, dat het h u n plicht is te straffen en de wetten toe te passen, maar niet tot schade v a n den staat liberale i d e e ë n te h u l d i g e n , zooals de niet-Joden tegenwoordig denken dat goed is. 22. D e uitwisseling v a n ambtenaren z a l er ook toe bijdragen den k o r p s geest te vernietigen en hen toegedaan te maken aan de regeering, van w i e hun lot afhangt. D e nieuwe generatie v a n rechters z a l zijn opgevoed in het bewustzijn, dat handelingen, w e l k e de bestaande orde in de wederzijdsche betrekkingen tusschen onze onderdanen zouden k u n n e n verstoren, niet geduld mogen w o r d e n . 23. H e d e n ten
dage
zijn
de niet-Joodsche
misdaden inschikkelijk, omdat
rechters
tegenover
zij v a n hun plichten geen
alle juiste
51
voorstelling hebben en de regeeringen er bij de benoeming v a n rechters te w e i n i g op letten, hun dat plichtsgevoel in te prenten en hun op de beteekenis van hun taak te wijzen. Z o o a l s het dier zijn jongen op roof uitstuurt, zoo geven de niet-Joden aan hun onderdanen winstgevende posities, zonder hen over het doel van hun posities in te lichten. D a a r o m zullen hun regeeringen zichzelf door hun eigen ambtenaren vernietigen. 24. W e zullen uit deze feiten verdere leering trekken voor onze regeering. W e zullen het liberalisme verdrijven uit alle belangrijke regeeringsposten, w a a r v a n de sociale opvoeding v a n onze onderdanen afhangt. O p zulke plaatsen zullen wij uitsluitend slechts die personen zetten, die wij voor onzen regeeringsdienst speciaal opgeleid hebben. 25. O p de tegenwerping, dat het ontijdig ontslag van oudere ambtenaren den staat veel geld kost, antwoorden w i j , dat wij allereerst zullen probeeren voor hen een particuliere betrekking te v i n d e n als vergoeding voor het verlies en dat in de tweede plaats a l het geld van de w e r e l d in ons bezit zal zijn, zoodat wij uitgaven niet behoeven te schuwen. 26. O n s absolutisme z a l in al zijn handelingen consequent zijn. D a a r o m zal onze opperste w i l w o r d e n g e ë e r b i e d i g d en zonder tegenspraak w o r d e n doorgezet. W e zullen noch van mopperen noch v a n ontevredenheid nota nemen; elk verzet tegen ons z a l tot afschrik v a n anderen getraft w o r d e n . 27. H e t recht van beroep behouden wij ons slechts voor onze eigen doeleinden voor; voor het overige echter zullen wij het afschaffen, w a n t bij het volk mag de gedachte niet opkomen, dat de door ons benoemde rechters een onjuist oordeel hebben geveld. Z o u zoo iets voorkomen, dan zullen wij zelf het vonnis vernietigen, gelijktijdig echter den rechter, die tegen zijn taak niet opgewassen was, zoo voorbeeldig straffen, dat z o o n geval niet meer z a l v o o r k o m e n . Ik herhaal nog eenmaal, dat wij over iederen stap v a n onze ambtenaren zullen w a k e n , opdat het volk met ons tevreden zij, want het heeft recht op een goede regeering en goede ambtenaren. 28. O n z e regeering z a l den schijn w e k k e n van een patriarchale, vaderlijke voogdij, die onze vorst uitoefent. O n s volk en onze onderdanen zullen in hem een vader aanschouwen, die zich om alle behoeften, alle handelingen en alle betrekkingen tusschen de onderdanen onderling en in verhouding tot de regeering, zal bekommeren. D a n zullen zij van de gedachte, dat men deze voogdij en heerschappij niet k a n ontberen, als men in vrede en rust w i l leven,
52
dermate doordrongen zijn, dat zij de alleenheerschappij van onze regeering met een aan verafgoding grenzende vereering zullen erkennen, in het bijzonder als zij er zich van overtuigd hebben, dat onze ambtenaren de bevelen v a n den vorst slechts blindelings zullen uitvoeren. Z i j zullen gelukkig zijn, dat wij hun geheele bestaan hebben geregeld, zooals wijze ouders doen, die hun k i n deren in plichtsgevoel en gehoorzaamheid opvoeden. W a n t de volkeren zullen evenals hun r e g e e r i n g ë n in de geheimen v a n onze politiek voor eeuwig onmondige kinderen blijven. 29. Z o o a l s U ziet, grondvest ik ons despotisme op het recht en op den plicht. H e t recht om plichtsvervulling te eischen is de voornaamste plicht van een regeering, die voor haar onderdanen een vader w i l zijn. Gelijktijdig bezit zij het recht van den sterkere, opdat zij de menschheid naar de door de natuur gewilde ordening, d.i. gehoorzaamheid, leiden k a n . A l l e s op deze w e r e l d bevindt zich in een verhouding van ondergeschiktheid, alles is onderworpen hetzij aan een mensch, hetzij aan de omstandigheden, hetzij aan den eigen aanleg, maar in ieder geval aan een sterkere. W i j moeten zonder dralen afzonderlijke personen kunnen offeren, als zij de bestaande orde schenden, want in de voorbeeldige bestraffing v a n het k w a a d ligt een groote opvoedende kracht. 30. W a n n e e r de k o n i n g van I s r a ë l op zijn geheiligd hoofd de k r o o n zet, die heel E u r o p a hem zal aanbieden, z a l hij de patriarch van de wereld zijn. H e t getal der onvermijdbare offers, die hiervoor w e r d e n gebracht, zal nooit zoo groot w o r d e n als het aantal offers, dat in den loop der eeuwen door de vorsten v a n de niet-Joodsche staten uit zucht naar macht en strijdlust w e r d gebracht. 31. O n z e k o n i n g zal met het volk steeds i n v e r b i n d i n g staan. H i j z a l er tribunale redevoeringen voor houden, w e l k e r roem zich terstond over de geheele w e r e l d zal verbreiden.
53
ZESTIENDE
PROTOCOL.
1. In het streven elke aaneensluiting van krachten buiten de onze te vernietigen, zullen wij voor alles de hoogescholen geheel veranderen en ze op nieuwe grondslagen opbouwen. H u n rectoren en professoren zullen volgens nauwkeurige geheime plannen w o r d e n voorbereid, w a a r v a n ze niet mogen afwijken. Z e zullen met bijzondere zorg w o r d e n uitgekozen en volledig van de regeering afhankelijk zijn. 2. U i t het onderricht zullen we het staatsrecht en alle politieke vraagstukken weren. D e z e dingen zullen alleen aan een klein aantal bekwame mannen w o r d e n onderwezen, die uit den kring der i n gewijden zullen w o r d e n gekozen. U i t de hoogescholen mogen geen onervarenen voortkomen, die staatsrechtelijke vraagstukken behandelen alsof het blij- of treurspelen zijn en zich met politieke vraagstukken bemoeien, w a a r v a n hun vaders al niets begrepen hebben. 3. H e t verkeerde inzicht van de meeste menschen in politieke v r a a g stukken kweekt alleen utopisten en slechte staatsburgers; U kunt dit aan de opvoeding van de niet-Joden merken. W i j moesten in hun opvoeding alle principes leggen, waarmee we de orde van hun maatschappij van haar kracht beroofden. Z o o d r a wij echter tot de macht gekomen zijn, zullen wij uit hun opvoeding alle onderwijsobjecten weghalen, welke v e r w a r r e n d zouden kunnen w e r k e n . W e zullen de jeugd tot gehoorzame kinderen van de overheid maken, die hun k o n i n g als steunpilaar en hoop v a n den vrede en de rust liefhebben. 4. In plaats v a n het onderwijs in de klassieken en de. oude geschiedenis, welke meer slechte dan goede voorbeelden biedt, zullen wij de studie v a n de problemen der toekomst stellen. W e zullen uit de gedachten van de menschen alle gebeurtenissen van het verleden bannen, die ons onaangenaam zijn en slechts die bewaren, w e l k e de fouten van de niet-Joodsche regeeringen aantoonen. V r a a g stukken van het practische leven, van de maatschappelijke ordening, van de onderlinge betrekkingen der menschen, den strijd tegen het e g o ï s m e , dat het zaad van het k w a a d zaait, en soortgelijke opvoedingsvraagstukken zullen in ons leerplan de eerste plaats innemen. 5. H e t onderwijs zal voor ieder beroep anders zijn en mag in geen gevai uniform w o r d e n gemaakt. Deze wijze van behandeling van het vraagstuk is van bijzonder belang. E l k e stand moet een streng omlijnde opvoeding krijgen al naar zijn taak en zijn arbeidsveld. 54
Sterke geesten hebben altijd de kunst verstaan en zullen haar altijd verstaan zich tot een hoogere positie op te werpen; maar afgezien van zulke op zichzelf staande uitzonderingen zou het dwaas zijn menschen in hoogere klassen te laten komen, die anderen de posities wegnemen, w a a r o p dezen volgens geboorte en beroep recht hebben. G i j , mijne heeren weet zelf, welk een onheil het voor de niet-Joden w e r d , dat zij deze onzinnigheid toelieten. 6. O p d a t de vorst de harten van zijn onderdanen verovere, moet gedurende zijn heerschappij, het geheele volk zoowel in de scholen als op de openbare pleinen over zijn beteekenis, zijn handelingen en zijn goede bedoelingen onderwezen w o r d e n . 7. W i j zullen iedere manier van vrijheid van onderwijs wegnemen. D e scholieren zullen het recht hebben zich met hun ouders in de schoolgebouwen als in een club te verzamelen; in deze bijeenkomsten zullen de professoren in hun vrijen tijd zoogenaamde vrije lezingen houden over de betrekkingen van de menschen onderling, over de principes van het goede voorbeeld, over de nadeelen van onbeperkte concurrentie en over de filosofie van nieuwe, de w e r e l d tot nu toe onbekende leerstellingen. D e z e leerstellingen zullen wij verheffen tot artikelen des geloofs en ons er van bedienen om de menschen tot onzen godsdienst te bekeeren. N a b e ë i n d i g i n g van mijn uiteenzettingen over ons tegenwoordig en toekomstig program z a l ik u de grondslagen van mijn t h e o r i e ë n bekendmaken. 8. W e weten door de ervaring van meerdere eeuwen, dat de menschen voor hun ideeën leven en zich door deze laten leiden, dat zij deze i d e e ë n alleen door de opvoeding in zich opgenomen hebben en dat zij zich op iederen leeftijd onder toepassing van verschillende middelen met hetzelfde succes laten opvoeden. In het besef van deze feiten zullen wij tot ons voordeel het laatste zweempje v a n het zelfstandige denken uitwisschen, dat wij al sinds lang in de voor ons noodzakelijke richting hebben geleid. D e onderdrukking van het denkvermogen uit zich reeds in het zoogenaamde aanschouwelijk onderwijs, dat van de niet-Joden leerzame dieren zal maken, die niet denken, maar een aanschouwelijke voorstelling noodig hebben o m een zaak te begrijpen. In F r a n k r i j k heeft reeds een v a n onze meest op den v o o r g r o n d tredende vertrouwensmannen, Bourgeois, zich aan deze nieuwe onderwijsmethode gegeven.
55
ZEVENTIENDE
PROTOCOL.
1. H e t beroep van advocaat kweekt koude, wreede, koppige menschen zonder principes, die zich bij iedere gelegenheid op een onpersoonlijk, zuiver wettelijk standpunt stellen. Z i j zijn gewend bij hun verdediging alles slechts vanuit het gezichtspunt v a n hun voordeel en niet vanuit dat van het publieke welzijn te beoordeelen. Z e slaan over het algemeen geen enkele verdediging af en probeeren de vrijspraak tot eiken prijs door te drijven, waarbij zij zich van juridische draaierijen bedienen; daardoor bederven zij de zeden van de rechtspleging. W e zullen daarom het arbeidsveld van dit beroep beperken en zijn leden tot overheidsambtenaren maken. D e advocaten zullen evenals de rechters het recht hebben met de partijen in verbinding te staan; de rechtszaken zullen hun toegewezen w o r d e n en zij zullen ze aan de bepalingen moeten toetsen; zij zullen hun cliënten op grond van de resultaten van het vooronderzoek verdedigen. Z i j zullen hun honorarium bepalen zonder acht te slaan op het resultaat van de verdediging. O p deze manier zullen wij een fatsoenlijke onpartijdige verdediging verkrijgen, die niet geleid w o r d t door het loeren op voordeel, maar uit overtuiging. D a t zal ook de thans gebruikelijke omkooping wegnemen, waardoor hij wint, die meer betaalt. 2. W i j hebben er al groote zorg aan besteed de christelijke geestelijkheid in de oogen van het volk omlaag te halen en haar w e r k z a a m heid, die ons anders ernstige hinderpalen i n den w e g zou k u n n e n leggen, te ondermijnen. H a a r invloed op het volk vermindert van dag tot dag. 3. T e g e n w o o r d i g w o r d t overal de geloofsvrijheid erkend. Daaruit vloeit voort, dat ons nog slechts w e i n i g e jaren scheiden v a n het tijdstip, w a a r o p de christelijke godsdienst v o l k o m e n ineen z a l storten. M e t de andere godsdiensten zullen wij nog gemakkelijker tot hetzelfde doel geraken, maar het is nog te v r o e g om daarover te spreken. W e zullen de geestelijkheid met zulke n a u w e grenzen omgeven, dat zij in vergelijking met haar vroegeren i n v l o e d in de toekomst zoo goed als heelemaal geen i n v l o e d meer z a l hebben. 4. W a n n e e r het oogenblik gekomen is het P a u s d o m definitief te vernietigen, z a l de v i n g e r v a n een onzichtbare h a n d de v o l k e r e n op den Pauselijken stoel wijzen. A l s de v o l k e r e n zich echter op den Paus zouden storten, d a n zullen wij als zijn schijnbare beschermer optreden om bloedvergieten te v e r h i n d e r e n . D o o r deze afleidingsmanoeuvre zullen wij tot in het binnenste v a n het V a t i c a a n d o o r d r i n g e n , v a n w a a r w e niet eerder zullen wijken v o o r we zijn macht v o l l e d i g v e r n i e t i g d hebben. 56
5. D e k o n i n g v a n I s r a ë l zal de ware P a u s v a n de w e r e l d , de patriarch v a n de internationale kerk zijn. 6. Z o o l a n g wij de jeugd nog niet in de leerstellingen des geloofs, die na een overgangstijd tot onze geloofsleer zullen leiden, onderw e z e n hebben, zullen wij de bestaande k e r k e n niet openlijk v e r v o l g e n , maar ze door critiek en o p l e i d i n g tot twijfel aan het geloof bestrijden. In het algemeen z a l onze pers over alle regeeringszaken, over godsdienstvraagstukken en over de o n b e k w a a m h e i d der nietJoden onthullingen brengen e n w e l i n de meest verachtelijke uitd r u k k i n g e n om alles op z o o ' n manier omlaag te halen, zooals alleen ons geniaal v o l k in staat is dat te doen. 7. O n z e heerschappij z a l gelijken op die v a n den Indischen god W i s c h n u . H o n d e r d armen zullen de veeren v a n de sociale machine vasthouden. W e zullen alles zien zonder de h u l p v a n de officieele politie, die, zooals wij haar v o o r de niet-Joden hebben uitgezocht, t e g e n w o o r d i g den regeeringen het zien maar belet. V o l g e n s ons p r o g r a m z a l een derde v a n de onderdanen over de anderen w a k e n , uit zuiver plichtsgevoel, om den staat v r i j w i l l i g e diensten te bewijzen. H e t z a l dan niet meer eerloos zijn een spion of aangever te zijn. O n g e g r o n d e aanklachten zullen echter streng gestraft w o r d e n , opdat v a n dit recht geen gebruik w o r d t gemaakt. 8. O n z e vertrouwenslieden zullen w e uit de hoogste en de laagste klassen van de maatschappij kiezen, uit genotzieke ambtenaren, uit uitgevers, drukkerij-eigenaars, boekhandelaren, w i n k e l b e d i e n d e n , arbeiders, koetsiers, dienstboden enz. D e z e politie z a l niet het recht hebben zelfstandig te handelen, maar heeft tot eenige taak getuigendiensten te bewijzen en berichten te v e r s t r e k k e n . H e t toetsen v a n hun v e r k l a r i n g e n en de daarop berustende arrestaties zullen de taak v a n een groep v e r a n t w o o r d e l i j k e politie-organen zijn; de arrestaties zelf zullen door de gendarmerie en door de plaatselijke politie w o r d e n uitgevoerd. 9. W i e over datgene, w a t hij over politieke dingen ziet of hoort, niets bericht, z a l wegens heling w o r d e n gestraft. E v e n a l s onze geloofsbroeders reeds thans v e r p l i c h t zijn uit eigen beweging allen uit hun gemeente b e k e n d te maken, die v a n het geloof afvallen of in strijd met de gemeente handelen, evenzoo zullen i n ons wereldrijk alle onderdanen verplicht zijn den staat op de aangegeven manier te dienen. 10. Z u l k een organisatie z a l alle m i s b r u i k e n v a n de ambtelijke macht, elke o m k o o p b a a r h e i d , k o r t o m alle fouten v e r w i j d e r e n , zooals onze t h e o r i e ë n die den niet-Joden tot gewoonte hebben gemaakt. H o e 57
zouden wij anders ons doel — de niet-Joodsche regeering tot w a n orde te brengen — kunnen bereiken? E e n v a n de belangrijkste middelen v o r m e n de ambtenaren; h u n moet men het mogelijk maken hun slechte gevoelens te o n t w i k k e l e n , h u n ambtelijke macht te misbruiken en de o m k o o p b a a r h e i d te laten domineeren o m daarmee anderen aan te steken.
58
ACHTTIENDE
PROTOCOL.
1. W a n n e e r wij het v o o r noodzakelijk zullen houden verscherpte politiemaatregelen te nemen - het gevaarlijkste gif v o o r het a a n zien v a n den staat - zullen wij met behulp v a n b e k w a m e redenaars kunstmatig onlusten en uitingen v a n ontevredenheid te voorschijn roepen. D e z e redenaars zullen bij velen instemming v i n d e n . D i t echter z a l ons als v o o r w e n d s e l dienen om h u i s z o e k i n g e n en bew a k i n g e n te laten uitvoeren door onze vertrouwenslieden, die wij in de niet-Joodsche politie geplaatst hebben. 2. D a a r de meeste opruiers als het w a r e uit liefde v o o r de kunst der samenzwering handelen, zullen wij ons om hen niet bekommeren, zoo lang zij niet tot de daad o v e r g a a n . W i j zullen ons er toe beperken, hen door spionnen i n het oog te doen houden. M e n moet in a a n m e r k i n g nemen, dat het aanzien der regeering verdwijnt, wanneer zij zoo dikwijls samenzweringen tegen zich ontdekt. W a n t dit sluit de bekentenis v a n de onmacht of, w a t nog erger is, v a n het eigen onrecht i n . G i j weet, dat wij het aanzien v a n de vorsten der niet-Joden ondermijnden door talrijke aanslagen, w e l k e wij door onze v e r t r o u w e n s l i e d e n , blinde schapen v a n onze kudde, lieten uitvoeren; met behulp v a n een paar liberale frasen k a n men hen gemakkelijk tot een m i s d a a d verleiden, v o o r a l wanneer men er een politiek tintje aan geeft. W i j zullen de regeeringen d w i n g e n hun onmacht te bekennen door het feit, dat zij openlijke beschermingsmaatregelen nemen; w a n t daardoor zullen wij hun aanzien verwoesten. 3. O n z e vorst zal door een onzichtbare w a c h t beschermd w o r d e n , want nooit mogen wij ook maar de gedachte laten b o v e n k o m e n , dat hij niet in staat zou zijn iederen opstand neer te slaan of dat hij zich d a a r v o o r zou moeten verbergen. W a n n e e r wij z o o ' n gedachte zouden toestaan, zooals de niet-Joden dat deden en nog doen, dan zouden wij daarmee het d o o d v o n n i s v o o r onzen vorst — en zeker v o o r zijn dynastie — onderteekenen. 4. O n d e r strenge bewaring van den uiterlijken schijn z a l onze vorst zijn macht slechts gebruiken tot het welzijn v a n het v o l k , nooit echter tot zijn eigen v o o r d e e l of dat v a n zijn huis. N e e m t hij deze houding in acht, dan z a l zijn macht g e ë e r b i e d i g d en door zijn onderdanen zelf gerespecteerd w o r d e n ; zij zullen hem vereeren met de gedachte, dat het welzijn v a n iederen burger en v a n de maatschappelijke orde v a n hem afhangt. E e n bescherming v a n den k o n i n g door zichtbare machtsmiddelen zou de erkenning v a n de z w a k h e i d v a n zijn heerschappij zijn. 59
5. O n z e vorst z a l , wanneer hij zich onder het v o l k begeeft, steeds door een aantal schijnbaar n i e u w s g i e r i g e mannen en v r o u w e n omgeven zijn, die schijnbaar t o e v a l l i g de eerste rijen innemen en de o v e r i g e menschen onder v o o r w e n d s e l tot h a n d h a v i n g der orde op een bepaalden afstand v a n hem zullen houden. D i t goede v o o r beeld z a l v o o r de menschen aanleiding zijn zich op den achterg r o n d te houden. Z o u de een of andere adressant zich door de menigte w i l l e n dringen om zijn aangelegenheid naar v o r e n te brengen, dan moeten de eerste rijen het verzoekschrift overnemen en v o o r zijn oogen aan den vorst o v e r r e i k e n . Iedereen z a l dan weten, dat alle verzoeken hem bereiken en dat hij zich met alle kwesties bezighoudt. D e macht v a n den vorst geniet alleen dan aanzien, als het v o l k kan zeggen: „ A l s de k o n i n g het maar w i s t " , of „ D e k o n i n g z a l het h o o r e n " . 6. M e t de instelling van een officieele garde verdwijnt het geheimzinnige aanzien v a n de macht; iedereen, die over een zekere stoutmoedigheid beschikt, heeft dan praatjes, en de o p r o e r l i n g , die zich v a n zijn kracht bewust is, loert slechts op de gelegenheid een aanslag te plegen. A a n de niet-Joden hebben wij het w e l i s w a a r geheel anders gepredikt, maar wij weten, w e l k e k w a d e gevolgen de openlijke beschermingsmaatregelen v o o r hen hadden. 7. W i j zullen misdadigers bij de eerste min of meer gegronde v e r d e n k i n g i n hechtenis nemen; de vrees v o o r een vergissing mag er niet toe leiden, dat menschen, die v a n een politiek misdrijf verdacht zijn, ontvluchten, w a n t deze daden zullen wij werkelijk onverbiddelijk bestraffen. H e t k a n misschien geoorloofd zijn bij gewone misdrijven op de beweegredenen in te gaan; geen v e r o n t s c h u l d i g i n g echter is er v o o r personen, die zich met politieke v r a a g s t u k k e n bezig houden, w a a r v a n niemand, met uitzondering v a n de regeering, iets k a n begrijpen. N i e t eens alle regeeringen zijn i n staat de w a r e staatskunst te begrijpen.
60
NEGENTIENDE PROTOCOL. 1. O f s c h o o n wij niemand toestaan zich met politiek te bemoeien, toch zullen w e de rapporten en voorstellen a a n de regeering a a n moedigen, die een verbetering v a n den toestand v a n het v o l k betreffen. O p deze wijze zullen wij de misstanden onder of de i d e e ë n v a n onze onderdanen leeren kennen; de laatste zullen wij dan uitvoeren of afwijzen op een manier, die het onverstand v a n de bedenkers v a n deze i d e e ë n in het licht z a l stellen. 2. O p s t a n d e n zijn niets anders dan het blaffen v a n een kleinen h o n d tegen een olifant. Is een regeering, niet alleen met b e t r e k k i n g tot haar politie, maar ook i n sociaal opzicht goed georganiseerd, dan blaft de h o n d alleen tegen den olifant, omdat hij diens sterkte niet kent. H e t is v o l d o e n d e door een v o o r b e e l d de beteekenis v a n deze sterkte te bewijzen en de h o n d z a l direct ophouden te blaffen en met de staart k w i s p e l e n zoodra hij den olifant ziet. 3. O m den politieken misdadiger den schijn v a n den held te ontnemen, zullen wij hem op dezelfde b e k l a a g d e n b a n k zetten als dieven, moordenaars of andere gemeene misdadigers. D a n z a l de openbare meening beide c a t e g o r i e ë n v a n misdadigers in haar v o o r s t e l l i n g s w e r e l d met elkander v e r w a r r e n en met dezelfde v e r achting behandelen. 4. W i j hebben ons moeite getroost — en ik geloof met succes — om de niet-Joden er v a n af te houden politieke misdadigers op deze manier te behandelen. M e t deze bedoeling hebben wij door de pers, door openbare r e d e v o e r i n g e n en door goed samengestelde leerboeken de geschiedenis v a n het martelaarschap —• dat de oproerlingen om zoo te zeggen v o o r het publiek welzijn op zich genomen hebben — geprezen. D e z e lofzang heeft de aanhangers v a n het liberalisme vermeerderd en duizenden niet-Joden in de rijen v a n onze kudde gebracht.
61
TWINTIGSTE PROTOCOL. 1. Nu zullen wij spreken over het financieele program, dat ik bewaard heb tot het slot van mijn voordracht, omdat dit onderwerp het moeilijkste en het meest beslissende is in onze plannen. Voordat ik begin zou ik U willen herinneren aan wat ik reeds eerder terloops aanhaalde, n.I. dat alles zich slechts in een kwestie van cijfers zal oplossen. 2. Zoodra onze heerschappij gekomen is, zal onze autoritaire regeering alleen reeds uit drang naar zelfbehoud vermijden, het volk te hooge belastingen op te leggen; want zij zal nooit vergeten, dat zij de rol van den vader en beschermer te spelen heeft. Niettemin moeten de noodige middelen verkregen worden, daar het beheer van den staat veel kost. Daarom moet de kwestie van het evenwicht in de staatshuishouding met bijzondere zorg behandeld worden. 3. Onze regeering zal van de wettelijk vastgelegde fictie uitgaan, dat alles wat zich in het gebied van den staat bevindt, eigendom van den koning is, een veronderstelling, die zonder meer in de daad kan worden omgezet. De regeering zal daarom overgaan tot het onteigenen van de vermogens in baar geld, zoodra zij dat voor de regeling van den geldomloop noodzakelijk acht. Daaruit volgt, dat het beste middel de invoering van een progressieve vermogensbelasting is. Op deze manier kunnen belastingen zonder onbillijke verdrukking of benadeeling worden geheven volgens een met de grootte van het vermogen overeenkomend percentage. De rijken moeten inzien, dat zij verplicht zijn een deel van hun overvloed ter beschikking van den staat stellen, omdat deze hun de zekerheid van het resteerende vermogen en een eerlijke winst waarborgt; ik zeg uitdrukkelijk „eerlijk", want de controle over het eigendom zal den roof onder het mom van wettelijkheid onmogelijk maken. 4. De sociale verandering moet van boven komen, want de tijd daarvoor is rijp en zij is als waarborg voor den vrede noodzakelijk. 5. Het opleggen van belastingen aan de armen legt de kiem voor de revolutie en is schadelijk voor den staat, die zoodoende op de jacht naar het kleine het grootere voordeel prijsgeeft. Afgezien daarvan vertraagt de vermogensbelasting het tempo van aangroeien der privé vermogens, waarvan wij de vermeerdering totnutoe opzettelijk bevorderd hebben, opdat zij een tegenwicht vormen tegen de sterkte van de niet-Joodsche regeeringen en hun financiën. 62
6. Een progressieve belasting zal hoogere baten afwerpen dan een voor allen gelijke belasting, die ons echter thans van pas komt om onrust en ontevredenheid onder de niet-Joden te wekken. 7. De macht, waarop onze koning zal steunen, zal bestaan in het evenwidht van de staatshuishouding en uit den waarborg voor den vrede; tot dit doel is het noodzakelijk, dat de bezittenden wat van hun inkomsten opofferen om den goeden gang van de staatsmachine te verzekeren. De uitgaven van den staat zullen door diegenen bestreden worden, die dit het gemakkelijkst kunnen dragen. 8. Zulke maatregelen zullen den haat van de armen tegen de rijken wegnemen, omdat de armen dan zullen inzien, dat de rijken de voor den staat noodzakelijke hulpbronnen en de steunpilaren van vrede en welvaart zijn en dat slechts de rijken de middelen voor het gedijen van den staat ter beschikking stellen. 9. Opdat de hoogere klassen over de nieuwe belastingen niet al te veel klagen, zullen wij hun nauwkeurige rapporten uitbrengen over de besteding van de gelden, uitgezonderd natuurlijk de bedragen, die op de uitgaven van den troon en de administratie betrekking hebben. 10. Onze vorst zal geen privé vermogen hebben, omdat toch alles, wat zich in den staat bevindt, hem toebehoort; twee verschillende vermogens van den koning zouden met elkaar in tegenspraak zijn, omdat de omstandigheid, dat hij privé vermogen zou bezitten, zijn recht op het eigendom, dat zich in het bezit van anderen bevindt, zou opheffen. 11. Alleen de troonopvolger zal door den staat onderhouden worden. De overige leden van de koninklijke familie moeten in den staatsdienst of een ander beroep gaan om een recht op een inkomen te verkrijgen. Het voorrecht tot de koninklijke familie te behooren, geeft niemand het recht op staatskosten te leven. 12. Op het verwerven van eigendom en erfenis zal een progressieve zegelbelasting worden geheven. Voor iedere overdracht van eigendom, hetzij in baar geld, hetzij in andere waarden, die niet gezegeld is, moet de vroegere eigenaar vanaf den dag van de overeenkomst tot aan den dag van de ontdekking der belastingontduiking een procentueele belasting betalen. De overdrachtsakten moeten wekelijks aan de plaatselijke belastinginstantie voorgelegd worden onder opgave van den voor- en familienaam en woonplaats van den ouden en nieuwen eigenaar. De door de overheid te registreeren koop is alleen vanaf een bepaald bedrag 63
noodzakelijk; bedrijven i n artikelen v o o r 'het dagelijksch gebruik zullen slechts aan een kleine, procentueele zegelbelasting onderh e v i g zijn. 13. R e k e n t U uit hoeveel de opbrengst v a n deze belastingen de ontvangsten v a n de niet-Joodsche staten z a l overschrijden. 14. D e staat moet een bepaald reservefonds bezitten; alles w a t b o v e n dezen ruggesteun uitgaat, moet weer in omloop w o r d e n gebracht. M e t deze overschotten zullen openbare w e r k e n w o r d e n uitgev o e r d . D e terhandneming v a n zulke met staatsmiddelen uitgevoerde w e r k e n z a l de arbeidersklasse vast met den staat en den vorst v e r b i n d e n . E e n deel v a n deze gelden zal v o o r prijzen v o o r u i t v i n d i n g e n en prestaties op het gebied der productie a a n g e w e n d worden. 15. B u i t e n deze bedragen mag geen geld in de staatskas achtergehouden w o r d e n , w a n t het geld is voor de circulatie bestemd en iedere belemmering i n de circulatie v a n het geld k a n den gang v a n de staatsmachine storen; het geld is de olie v o o r het raderw e r k v o o r den staat; ontbreekt de olie, dan hapert het mechanisme. 16. D e v e r v a n g i n g v a n een deel v a n b a a r geld door waardepapier heeft precies z o o ' n storing v e r o o r z a a k t . D e gevolgen v a n dit feit zijn reeds v o l d o e n d e voelbaar. 17. W e zullen ook een rekenkamer instellen; de regeering z a l daardoor ieder oogenblik een n a u w k e u r i g overzicht over de inkomsten en uitgaven v a n den staat ter b e s c h i k k i n g hebben; uitgezonderd is slechts de nog niet afgesloten rekening over de loopende m a a n d en de nog niet overgelegde afrekening over de v o r i g e m a a n d . 18. D e eenige persoon, die geen v o o r d e e l heeft v a n de p l u n d e r i n g v a n de staatskas, is haar eigenaar, de vorst. D a a r o m z a l de door hem uitgeoefende controle de v e r s p i l l i n g en v e r k w i s t i n g v a n staatsgelden onmogelijk m a k e n . 19. D e representatieve plichten, die den vorst v a n zijn kostbaren tijd berooven, zullen wij afschaffen, opdat hij genoeg tijd v o o r zijn staatsbezigheden over heeft. Z i j n macht z a l niet meer afhankelijk zijn v a n de gunstelingen, die den troon alleen om de pracht en de p r a a l w i l l e n omgeven, maar uitsluitend v o o r hun eigen v o o r d e e l zorgen en niet v o o r dat v a n den staat. 20. T e r w i j l wij het geld uit de circulatie haalden, hebben wij i n de niet-Joodsohe staten economische crises i n het l e v e n geroepen. Reusachtige bedragen w e r d e n zoo den staten o n t t r o k k e n en deze zagen z i c h g e d w o n g e n , dezelfde kapitalen, die door ons w e r d e n 64
opgehoopt, als leeningen v a n ons aan te nemen. D e z e leeningen beteekenen een z w a r e n last v o o r de staten, die er n u rente v o o r moeten betalen en v a n ons schuldenaars zijn. 21. D e samentrekking v a n de industrie in handen v a n het k a p i t a a l , die de kleine bedrijven vernietigde, zoog alle productieve v o l k s krachten en daarmee ook den rijkdom v a n de staten op. 22. T e g e n w o o r d i g houdt de geldcirculatie geen v e r b a n d meer met het zielenaantal en k a n daarom geen rekening houden met de behoeften v a n de arbeiders. D e uitgifte v a n n i e u w geld moet gelijken tred houden met den groei v a n de b e v o l k i n g , waarbij o o k de kinderen meegeteld moeten w o r d e n , daar ook v o o r hen v a n a f den dag hunner geboorte geld n o o d i g is. D e reorganisatie v a n de g e l d circulatie is een l e v e n s v r a a g v o o r de heele w e r e l d . 23. U weet, dat de gouden standaard verderfelijk w e r d v o o r de staten, die hem a a n v a a r d d e n , w a n t hij k a n de behoefte aan geld niet bevredigen, te minder nog toen wij ons best deden zooveel mogelijk goud aan den omloop te onttrekken. 24. O n z e regeering moet een standaard invoeren, die op de arbeidskracht berust, waarbij het om het even is of het geld uit papier of uit hout bestaat. W e zullen het geld uitgeven naar de doorsneebehoeften v a n de onderdanen en de hoeveelheid geld bij iedere geboorte vermeerderen en bij ieder sterfgeval v e r m i n d e r e n . E l k e p r o v i n c i e , elke gemeente moet deze berekeningen overnemen. 25. O p d a t de afzonderlijke overheden
op tijd
in het bezit v a n
door hen benoodigde gelden k o m e n , zullen de bedragen
de
en de
dag van de verzending door de regeering bij verordening w o r d e n vastgesteld; zoodoende z a l de b e v o o r r e c h t i n g door de ministeries v a n de eene o v e r h e i d ten nadeele v a n de andere terzijde w o r d e n gesteld. 26. D e voorloopige ramingen v a n de staatsinkomsten
en
-uitgaven
zullen naast elkaar gelegd w o r d e n , opdat men beide met elkander vergelijken k a n . 27. H e r v o r m i n g e n , die wij in de financieele instellingen v a n de nietJoden w i l l e n invoeren, zullen wij voorstellen op een manier, die n i e m a n d verontrust. W e zullen de n o o d z a k e l i j k h e i d v a n deze v e r a n d e r i n g e n voorstellen als gevolgen v a n den chaos, w a a r i n de financieele h u i s h o u d i n g v a n de niet-Joodsche staten terecht is gekomen. W e zullen bewijzen, dat de hoofdoorzaak v a n dezen ongezonden toestand daarin is gelegen, dat men aan het begin v a n ieder jaar een begrooting opstelt, die v a n jaar tot jaar a a n -
65
groeit; dan verlangt men een supplement, dat al n a drie maanden uitgegeven is; h i e r o p w o r d t een aanvullingsbudget gesloten en ten slotte begeert men nog een v e r d e r crediet om de eindafrekening te kunnen opmaken. D a a r de begrooting voor het daaropvolgende jaar naar de totale r e k e n i n g v a n het afgeloopen jaar w o r d t opgesteld, bedraagt het jaarlijksche verlies vijftig procent en de begrooting v e r d r i e v o u d i g t zich alle tien jaren. D a n k zij dezen gang v a n zaken, w e l k e n de niet-Joodsche regeeringen i n hun zorgeloosheid hebben toegepast, zijn hun schatkisten leeg. D e daarop v o l g e n d e leeningen hebben het restant opgeslokt en alle staten aan het bankroet gebracht. 28. U zult w e l begrijpen, dat wij z o o n economie, zooals wij haar den niet-Joden aanbevolen, bij ons niet zullen dulden, 29. Iedere staatsleening bewijst z w a k t e en gebrek aan begrip v o o r de rechten v a n den staat. D e leeningen hangen als het z w a a r d v a n D a m o c l e s boven het hoofd der vorsten, die. in plaats v a n de benoodigde gelden rechtstreeks bij de onderdanen i n den v o r m v a n een belasting te halen, met uitgestrekte handen bij onze b a n k e n komen bedelen. B u i t e n l a n d s c h e leeningen zijn als bloedzuigers, die men v a n het staatslichaam niet k a n verwijderen, o f het zou moeten zijn dat zij v a n z e l f afvallen of dat de staat ze met g e w e l d afschudt. M a a r de niet-Joodsche staten schudden deze bloedzuigers niet v a n zich af, integendeel, zij vermeerderen nog hun aantal, zoodat zij aan deze v r i j w i l l i g e aderlating ten slotte te gronde moeten gaan. 30. W a t is in w e r k e l i j k h e i d een leening, v o o r a l een buitenlandsche anders dan een aderlating? E e n leening bestaat uit staatsschuldverbintenissen, die de v e r p l i c h t i n g inhouden tot het betalen v a n een bepaalde rente, in v e r h o u d i n g tot de grootte v a n het opgenomen kapitaal. Bedraagt de rente 5 procent, dan heeft de staat i n den loop v a n 20 jaar ten o v e r v l o e d e alleen aan rente een bedrag betaald, gelijk aan het bedrag der leening, i n 40 jaar een dubbel zoo h o o g bedrag, i n 60 jaar het d r i e v o u d i g e en de schuld zelf blijft altijd nog onbetaald. 31. H i e r u i t v o l g t , dat de staat langs den w e g der den armen
de laatste cent
ontneemt,
belastingheffing
alleen om aan
vreemde
kapitalisten, v a n w i e hij het geld leende, rente te betalen, in plaats v a n de benoodigde bedragen door m i d d e l v a n een belasting
die
geen rente kost, uit het eigen v o l k s v e r m o g e n bijeen te brengen. 32. Z o o l a n g de leeningen in het b i n n e n l a n d w e r d e n opgenomen
lieten
de niet-Joden eenvoudig het geld uit den zak v a n de armen in dien v a n de njken v l o e i e n . T o e n wij echter door o m k o o p i n g personen 66
kregen om i n het b u i t e n l a n d geld op te nemen, v e r d w e n e n alle rijkdommen v a n de staten in onze kassen en de niet-Joden w e r d e n aan ons schatplichtig. 33. D o o r de n a l a t i g h e i d in de l e i d i n g der staatszaken, door de o m k o o p baarheid v a n de ministers, door de o n b e k w a a m h e i d in economische v r a a g s t u k k e n , hebben de regeeringen v a n de niet-Joden hun landen dermate i n de schuldslavernij v a n onze b a n k e n gebracht, dat zij hun schulden nooit zullen kunnen betalen. G i j , mijne heeren, zult begrijpen, w e l k e moeite en geldelijke offers ons het v e r o o r z a k e n v a n dezen toestand heeft gekost. 34. S t o r i n g e n i n het geldverkeer zullen wij niet dulden; daarom zullen er geen verschillende staatsschuldverbintenissen meer zijn, een enkele uitgezonderd, die é é n procent rentend z a l zijn; deze lage rente z a l den staat niet meer de aderlating door bloedzuigers doen ondergaan. H e t recht tot uitgifte v a n w a a r d e p a p i e r e n z a l uitsluitend w o r d e n toegestaan aan de industrieele maatschappijen, w i e n het niet z w a a r z a l vallen uit h u n w i n s t rente te betalen, terwijl de staat uit zijn leeningen geen w i n s t k a n t r e k k e n , daar hij die alleen opneemt om zijn uitgaven te bestrijden, maar niet om z a k e n te doen. 35. Z u l k e industriepapieren z a l de staat ook koopen; op deze manier verandert hij v a n een rente betalenden schuldenaar, die hij tegenw o o r d i g is, in een schuldeischer. D e z e maatregel z a l storingen in het geldverkeer, klaplooperij en gemeenheid onmogelijk m a k e n , die ons in den tijd der heerschappij niet wenschelijk v o o r k o m e n . 36. D e o n b e k w a a m h e i d v a n den z u i v e r dierlijken gedachtengang v a n de niet-Joden ligt duidelijk v o o r de h a n d ; ze leenden bij ons geld tegen rente en dachten er niet aan, dat zij hetzelfde b e d r a g , v e r meerderd met de rente, uit de schatkist moesten nemen om de schuld aan ons in te lossen. Z o u het niet veel eenvoudiger geweest zijn, het geld door de belastingbetalers te doen opbrengen, w i e n zij geen rente moeten betalen? D a t juist bewijst het o v e r w i c h t v a n onzen geest, dat wij er i n geslaagd zijn den niet-Joden de 'beteekenis v a n de staatsleeningen zoo v o o r te stellen, dat zij d a a r i n zelfs v o o r d e e l v o o r zichzelf zagen. 37. Gesteund door eeuwenlange ervaringen, w a a r v a n de grondslagen door de niet-Joodsche staten zijn gelegd, zullen onze instellingen zich vafl de hunne door duidelijkheid en doelbewustheid onderscheiden en iedereen v a n de nuttigheid v a n onze v e r a n d e r i n g e n o v e r t u i g e n . Z i j zullen een einde m a k e n aan de misstanden, met behulp w a a r v a n wij de niet-Joden i n onze macht hielden, maar die i n ons koninkrijk niet meer geduld zullen w o r d e n . 67
38. W e zullen de wijze v a n v e r r e k e n i n g z o o d a n i g instellen, dat noch de vorst, n o c h de geringste ambtenaar ook maar het kleinste bedrag ongemerkt aan zijn bestemming k a n onttrekken of v o o r een ander dan het door ons v o o r g e s c h r e v e n doel k a n a a n w e n d e n . 39. M e n k a n niet regeeren zonder een vast p l a n . Z e l f s helden gaan te gronde, als zij niet weten w a a r h e e n hun w e g hen voert en als ze niet evenredig uitgerust zijn. 40. D e vorsten der niet-Joden, die wij door representatieve plichten, feesten en besprekingen v a n de v e r v u l l i n g v a n hun vorstelijke plichten afhielden, dienden onzen vorst slechts als w a n d s c h e r m . D e rapporten v a n de hovelingen en ambtenaren, die den v o r s t i n het openbaar v e r t e g e n w o o r d i g e n , w e r d e n i n w e r k e l i j k h e i d door onze v e r t r o u w e n s l i e d e n samengesteld; ze bevatten voornamelijk bloote beloften op b e z u i n i g i n g e n v a n den staat en op verbeteringen, w a a r d o o r de kortzichtige massa ten v o l l e w e r d tevreden gesteld. D e lezers v a n onze rapporten zouden w e l hebben kunnen v r a g e n : „ H o e moeten bezuinigingen bereikt worden? Soms door nieuwe belastingen?" M a a r zij stelden zulke v r a g e n niet. G i j , mijne heeren, weet, waartoe deze zorgeloosheid heeft geleid en i n w e l k een financieel w a r n e t de staten zijn geraakt, trots de w o n d e r b a a r lijke arbeidskracht v a n hun v o l k e n .
68
EEN-EN-TWINTIGSTE
PROTOCOL.
1. A a n mijn laatste b e s c h o u w i n g w i l ik n u een uitvoerige uiteenzetting o v e r de binnenlandsche leeningen toevoegen. O v e r de buitenlandsche leeningen z a l ik niet meer spreken; ze hebben onze z a k k e n met het geld v a n de niet-Joden volgepropt; in onzen staat echter zullen er geen buitenlanders meer zijn. 2. W i j hebben de o m k o o p b a a r h e i d v a n de staatsambtenaren en de nalatigheid v a n de vorsten benut om onze gelden twee-, drie- en m e e r v o u d i g terug te krijgen, terwijl wij den regeeringen der nietJoden meer geld leenden dan zij onvoorwaardelijk noodig hadden. W i e zou ons dat kunnen nadoen? Ik zal mij nu met de bijzonderheden v a n de binnenlandsche leeningen bezig houden. 3. A l s een staat een leening w i l aangaan, dan stelt hij inteekenlijsten op. O p d a t de uitgegeven staatspapieren door iedereen genomen kunnen w o r d e n , w o r d t de nominale waarde v a n honderd tot d u i zend gulden vastgesteld. D e n eersten inteekenaren w o r d t voorgehouden, dat ze niet alles toegewezen krijgen. D e n volgenden dag komt het tot een prijsstijging; naar men voorgeeft, wegens grootere v r a a g . N a eenige dagen maakt men bekend, dat de staatskassen overvol zijn en dat men niet meer weet w a t met het geld aan te vangen. W a a r o m neemt men het dan aan? D e inteekening overschrijdt nu het gevraagde bedrag meermalen; en hierin ligt het bijzondere succes, want het publiek heeft daarmee zijn v e r t r o u w e n in de regeering te kennen gegeven. 4. M a a r als de comedie afgeloopen is, staat men voor een ongehoorde schuld. O m de rente te k u n n e n betalen, neemt de staat zijn toevlucht tot een nieuwe leening, die de totnutoe bestaande schuld niet wegneemt, maar integendeel vermeerdert. A l s het vertrouwen in den staat dan eindelijk uitgeput is, moet men door nieuwe belastingen niet eens de leeningen, maar alleen de rente van de leeningen dekken. D e z e belastingen veroorzaken dus een schuld, waarmee men een andere schuld betaalt. 5. D a n komt de tijd v a n de conversie, w a a r d o o r echter alleen de rentevoet w o r d t verlaagd en niet de schuld w o r d t gedelgd; b o v e n dien is zij alleen met toestemming v a n de schuldeischers door te voeren. Bij de a a n k o n d i g i n g van een conversie moet men de schuldeischers vrijlaten óf er i n toe te stemmen öf hun geld terug te vorderen. A l s iedereen zijn geld terugeischte. zou de staat in zijn eigen net gevangen w o r d e n en zou niet in staat zijn de terugbetalingsvorderingen na te komen. G e l u k k i g zijn de niet-Joden in geldzaken w e i n i g bedreven en hebben zij nog altijd aan koers69
verliezen en renteverlagingen de voorkeur gegeven boven de onzekerheid van nieuwe beleggingen. D a a r d o o r gaven zij den regeeringen meer dan een keer de gelegenheid zich v a n een schuld van meerdere millioenen te ontdoen. Bij buitenlandsche leeningen durven de niet-Joden op deze wijze niet te handelen, daar zij w e l weten, dat wij onze gelden gezamenlijk zouden terugtrekken, w a t het staatsbankroet ten gevolge zou hebben; de v e r k l a r i n g van de onmacht tot betalen van den staat zou tegelijk den volkeren bewijzen, dat tusschen hen en hun regeeringen iedere gemeenschappelijke band ontbreekt. 6. Ik vestig U w aandacht op dit feit en ook op het volgende: tegenw o o r d i g zijn alle binnenlandsche leeningen in zoogenaamde zwevende schulden omgezet, dat zijn schulden, die binnen een korter of langer tijdsverloop afbetaald moeten w o r d e n . D e z e leeningen w o r d e n onder absorbeering v a n de i n de staatsbanken of de spaarbanken liggende gelden opgenomen. D a a r deze gelden de regeering lang genoeg ter beschikking staan, w o r d e n zij tot betaling v a n de rente der buitenlandsche leeningen aangewend en in de plaats daarvan deponeert de regeering een zelfde bedrag in schuldbrieven. M e t zulke pandbrieven w o r d e n alle verliezen in de schatkisten der niet-Joodsche staten goedgemaakt. 7. Z o o d r a wij de wereldheerschappij verkregen zullen hebben, zullen al deze zwendelpractijken ophouden, omdat zij onze belangen niet dienen; eveneens zullen wij alle effectenbeurzen sluiten, omdat wij niet zullen dulden, dat het aanzien van onze heerschappij door koersschommelingen van onze staatspapieren geschokt wordt. D o o r een wet z a l w o r d e n vastgesteld, dat de nominale waarde tegelijkertijd de koerswaarde is en dat er geen schommelingen mogen zijn. Iedere koersstijging heeft een koersdaling ten gevolge en wij hebben daarom koersstijgingen in het leven geroepen om den koers der waardepapieren v a n de niet-Joden omlaag te d r u k k e n . 8. W e zullen de beurzen vervangen door machtige staatscredietinstellingen, welker taak het zal zijn den koers van de industriepapieren al naar de wenschen v a n de regeering te bepalen. D e z e instellingen zullen in staat zijn op een enkelen dag industriepapieren tot een waarde v a n 500 millioen op de markt te werpen of aan te koopen. O p deze wijze zullen alle industrieele ondernemingen afhankelijk v a n ons w o r d e n . U kunt u voorstellen, welk een macht wij ons daardoor zullen verschaffen.
70
T W E E ËN TWINTIGSTE
PROTOCOL.
1. In alles w a t ik U totnutoe uiteengezet heb. deed ik moeite U een indruk v a n de vroegere en de tegenwoordige gebeurtenissen te geven e n U aan te toonen hoe alles in den stroom v a n het lot meegolft. Spoedig zult U de gevolgen herkennen. Ik heb U bekend gemaakt met de geheimen v a n onze verhoudingen tot de nietJoden en van onze finantieele politiek. Ik heb er slechts w e i n i g aan toe te voegen. 2. In onze handen bevindt zich de grootste macht v a n den tegenw o o r d i g e n tijd: het geld; binnen twee dagen kunnen wij ieder gewenscht bedrag terugtrekken. M o e t e n wij dan nog bewijzen, dat onze heerschappij door G o d voorzien is? Z o u d e n wij bij zulk een rijkdom niet i n staat zijn het bewijs te leveren, dat al het kwade, dat wij i n den loop van zooveel eeuwen moesten doen, ten slotte toch tot de w a r e welvaart en tot de alomvattende orde geleid heeft? M i s s c h i e n zullen er nog eenige geweldige maatregelen noodig zijn, maar uiteindelijk z a l de orde w o r d e n ingesteld. 3. W e zullen bewijzen, dat wij de weldoeners zijn, die de gekwelde wereld vrede en vrijheid hebben gegeven; we zullen haar gelegenheid geven zich in de rust en den vrede te verheugen, maar onder de uitdrukkelijke voorwaarde, dat onze wetten w o r d e n gerespecteerd. Gelijktijdig zullen wij allen opheldering geven, dat de vrijheid niet in zedeloosheid en teugelloosheid en dat 's menschen kracht en w a a r d i g h e i d nooit in de v e r k o n d i g i n g van revolutionnaire principes, zooals b. v. de gewetensvrijheid en de algemeene gelijkheid, kan bestaan, evenzoo, dat de persoonlijke vrijheid nooit het recht geeft zichzelf of anderen door opruiende redevoeringen op te w i n d e n . D e w a r e vrijheid bestaat i n de onschendbaarheid v a n den persoon. D e w a a r d i g h e i d v a n de menschen bestaat in de erkenning v a n hun rechten, maar niet in fantastische ideeën over de beteekenis van hun ik. 4. O n z e heerschappij z a l roemrijk zijn, omdat zij machtig z a l zijn en regeeren en leiden zal; ze zal zich niet op sleeptouw laten nemen door partijleiders en volksredenaars, die holle w o o r d e n uitschreeuw e n , die ze voor hun principes uitgeven, maar die zuiver u t o p i e ë n zijn. O n z e heerschappij z a l de gebiedster zijn over de orde, die het heele geluk v a n de menschen uitmaakt. H e t hooge aanzien v a n deze heerschappij z a l bij het v o l k mystieke aanbidding en vereering o p w e k k e n . W a r e macht mag voor geen recht, niet eens voor goddelijke recht, terugwijken; niemand mag het w a g e n haar te na te komen om haar ook maar het kleinste stukje té ontrooven. 71
DRIE-EN-TWINTIGSTE
PROTOCOL.
1. O m de volkeren aan gehoorzaamheid te wennen, moet men ze tot bescheidenheid opvoeden; daarom moet de productie v a n luxe artikelen ingekrompen w o r d e n . D a a r d o o r zullen we de moraal verbeteren, die door den wedijver in pronkzucht bedorven w e r d . 2. W e zullen den handenarbeid weer bevorderen om de grootindustrie te benadeelen; dit is ook daarom noodzakelijk, omdat de fabriekseigenaren dikwijls, zij het ook onbewust, hun arbeiders in staatsvijandigen z i n beinvloeden. 3. E e n volk, dat zich alleen met kleinbedrijf bezighoudt, kent geen werkloosheid; het is aan de bestaande maatschappelijke orde vast verknocht en ondersteunt daarom de regeering. W e r k l o o s h e i d is het grootste gevaar voor de regeering. V o o r ons zal de w e r k l o o s heid haar rol uitgespeeld hebben, zoodra de macht in onze handen is. 4. D e drankzucht z a l eveneens wettelijk w o r d e n verboden en als misdaad tegen de menschheid gestraft w o r d e n , omdat de mensch onder invloed van den alcohol tot een w i l d dier w o r d t . 5. D e volkeren, ik herhaal het nog eens, gehoorzamen alleen maar blindelings aan een sterke, volkomen onafhankelijke macht, die zich met het z w a a r d in de hand tegen iederen socialen opstand verdedigt. W a a r o m zouden de menschen een k o n i n g met een engelenziel noodig hebben? Z e moeten in hem de belichaming van de kracht en de macht zien. 6. D e tegenwoordige regeeringen leiden hun bestaan temidden v a n een door ons zedeloos gemaakte maatschappij, die zelfs de macht v a n G o d loochent en w a a r de vlam van de anarchie uitslaat. O n z e vorst moet daarom voor alles dit verterende vuur blusschen en tot dit doel de huidige samenleving, zij het ook door v e r d r i n k i n g in eigen bloed, opheffen om haar dan in de gedaante van een goed georganiseerd leger weer te laten opstaan, die elke het staatslichaam bedreigende besmetting bewust z a l bestrijden. 7. O n z e vorst z a l door G o d zijn uitverkoren de zinlooze krachten te vernietigen, die geleid w o r d e n door een dierlijk drijven en niet door het verstand, door de r u w h e i d en niet door de menschelijkheid. D e z e krachten vieren thans hun o v e r w i n n i n g , terwijl zij onder den schijn van het recht en de vrijheid roof en gewelddadigheden uitoefenen. Z e hebben iedere maatschappelijke orde vernietigd om nu ó p hun puinhoopen den troon van den k o n i n g der Joden 72
op te richten. M a a r hun rol z a l uitgespeeld zijn, zoodra onze vorst de regeering overneemt. D a n moeten zij v a n zijn p a d w e g g e v a a g d w o r d e n , opdat geen hindernis overblijft. 8. D a n zullen wij den volkeren kunnen zeggen: D a n k t G o d en buigt U voor hem, die op zijn voorhoofd het teeken der voorzienigheid draagt en wiens ster G o d zelf leidt, opdat niemand buiten hem de menschheid v a n al het k w a a d v é r l o s s e .
73
VJJER-EN-TWINTIGSTE
PROTOCOL.
1. Ik ga n u over tot de middelen, w a a r d o o r het H u i s D a v i d voor de eeuwigheid gewaarborgd z a l zijn. O n z e methode z a l op dezelfde principes berusten, die voor onze wijzen in alle wereldvraagstukken maatgevend w a r e n , hetgeen beteekent, dat wij den gedachtengang van de geheele menschheid zullen bepalen, 2. M e e r d e r e medeleden van het H u i s D a v i d zullen de k o n i n g e n en hun opvolgers op hun ambt voorbereiden, waarbij de laatsten niet volgens het recht van de erfopvolging, maar volgens hun bijzondere bekwaamheid uitverkoren w o r d e n . Z i j zullen hen i n de diepste geheimen van de staatskunst en v a n onze plannen inwijden, waarbij wij alle voorzichtigheidsmaatregelen zullen treffen, dat niemand anders van deze geheimen iets te weten komt. H i e r d o o r z a l bereikt w o r d e n , dat ieder de overtuiging krijgt, dat de regeering alleen aan hen k a n w o r d e n toevertrouwd, die in de geheimen van de staatskunst zijn ingewijd. 3. A l l e e n deze uitverkorenen zullen i n de uitvoering de ervaring van eeuwen berustende — plannen, in de politieke, economische en sociale verhoudingen v a n de wetten onderricht zijn, die de natuur zelf om de betrekkingen v a n de menschen te regelen.
v a n onze •— op onze kennis v a n en in den geest heeft opgesteld
4. D e onmiddellijke nakomelingen v a n den k o n i n g w o r d e n v a n de troonopvolging uitgesloten, als zij gedurende hun opvoeding lichtzinnigheid, weekhartigheid en soortgelijke eigenschappen vertoonen, die hen voor de regeering onbekwaam maken of het aanzien van den troon kunnen schaden. 5. O n z e wijzen zullen de teugels der regeering alleen aan hen toevertrouwen, die de bekwaamheid bezitten, met onvoorwaardelijke standvastigheid, ja, zoo noodig zelfs met wreedheid te regeeren, 6. In geval v a n ziek w o r d e n of van verlies der w i l s k r a c h t moet de k o n i n g de teugels der regeering in andere, meer bekwame handen leggen. 7. D e plannen van den k o n i n g voor het heden, nog meer echter die voor de toekomst, zullen zelfs aan zijn naaste raadgevers onbek e n d zijn. A l l e e n de k o n i n g zelf en drie ingewijden zullen de plannen voor de toekomst kennen. 8. In den persoon des konings, die met onbuigzamen w i l meester over zichzelf en over de menschheid z a l zijn, zullen allen de belichaming 74
van het lot en zijn onbekende
paden zien. N i e m a n d z a l weten
w a t de k o n i n g met zijn bevelen bereiken w i l ; niemand z a l zijn onbekenden w e g d u r v e n kruisen. 9. V a n z e l f s p r e k e n d moet de geestelijke hoogheid v a n den k o n i n g overeenstemmen met de beteekenis v a n de hem toevertrouwde plannen. D a a r o m z a l de k o n i n g den troon eerst bestijgen, als onze wijzen zijn bekwaamheden hebben vastgesteld. 10. O p d a t het volk zijn k o n i n g kent en liefheeft, moet hij op de openbare pleinen voor hen spreken. D i t leidt tot de zeer noodzakelijke vereeniging van de twee krachten, die wij tegenwoordig door de terreur v a n elkaar scheiden. D e z e terreur was voor ons totnutoe onvermijdelijk, want alleen dank zij hun scheiding k o n d e n wij de beide krachten aan ons onderwerpen. 11. D e k o n i n g der Joden mag zich niet door hartstocht en zeker niet door zinnelijkheid laten beheerschen; dierlijke drijfveeren, die zijn geestelijke bekwaamheden zouden kunnen v e r z w a k k e n , mag hij nooit laten opkomen. Z i n n e l i j k h e i d vernietigt meer dan elke andere hartstocht de bekwaamheden van den geest en de k l a a r h e i d v a n den blik; zij leidt het denken naar de slechtste en meest dierlijke zijde der menschelijke natuur. 12. D e wereldvorst uit het heilige geslacht D a v i d s , de zuil der menschheid, moet al zijn persoonlijke neigingen aan het welzijn van zijn volk opofferen. O n z e vorst moet het voorbeeld der onberispelijkheid zijn.
Onderteekend door de vertegenwoordigers van Sion van den 33en graad.
75
SOCIAAL-POLITIEK WEEKBLAD LEIDSCHESTRAAT 85, AMSTERDAM-C. TELEFOON No. 38895
-
POSTGIRO 322600
H o o f d r e d a c t e u r : J. N I J S S E Redacteuren: Dr. P. MOLENBROEK en A . v. d. OORD
Abonnementsprijs voor Nederland f 1.25 p. kwartaal; of f 4.75 per jaar Buitenland f6.— per jaar; alles franco per post — Losse nummers 10 cents —
Adt/edettUdadei/a* afv cum/xaa^