Actuele feiten en Achtergronden over europese AAnbestedingen
september 2015 / nr. 6
N tender
I
E
THERMOMETER
U
W
S
B
R
I
EUROpESE aaNBESTEdINgEN
samen
6
3 circulair inkopen doe je
4 Evaluatie aanbestedingswet 2012 5 aanbestedende diensten
terughoudend in het delen van kennis
6 dE ZaaK: Vrijheid bij vormgeving opdracht
beknot door strenge eisen aan motivering
5057
F
in dit nu mme r :
1 de proof of concept in de aanbestedingsfase IN NEdERlaNd gEpUBlIcEERdE
E
8 gEZIEN?!
4792
de proof of concept in de aanbestedingsfase
2565 2441
2592
2351
2014
2015
JaNUaRI-15 aUgUSTUS OpdRacHTEN gUNNINgEN bron: tenderplus Aanbestedingsinformatie, www.tenderplus.nl
de kenmerken en voordelen
de proof of concept of poc is een in de IT-wereld gangbare methode om aan te tonen dat de oplossing van een IT-aanbieder voldoet of kan voldoen aan de specificaties die de klant vraagt. Ook in aanbestedingsprocedures wordt de poc steeds vaker ingezet om na (voorlopige) gunning de inschrijving van de winnende inschrijver aan de tand te voelen. dit blijkt echter met enige regelmaat voor problemen te zorgen. In dit artikel wordt aan de hand van enkele uitspraken een aantal tips gegeven voor de toepassing van de poc in aanbestedingsprocedures.
Zoals in de eerste tender nieuwsbrief van dit jaar te lezen viel, leveren ict-opdrachten regelmatig problemen op bij de overheid.1 een van de problemen die zich voordoen is dat de aanbestedende dienst na gunning van de ict-opdracht constateert dat de aangeboden oplossing in realiteit toch minder goed aansluit bij de eisen en wensen van de aanbestedende dienst. Juist daar kan een ‘proof of concept’ nuttig zijn, nu hiermee de leverancier in de gelegenheid wordt gesteld om op een proefopstelling de haalbaarheid van zijn oplossing aan te tonen. het kan hierbij gaan om het aantonen van de werking van de software, maar ook om het functioneren van de software binnen de randvoorwaarden van de aanbestedende dienst, zoals aantallen gebruikers, architectuur, hardware en het beschikbare budget.
aanbesteden van een ict-opdracht, deze uiteraard niet zaligmakend is. Zo kan software zich anders gedragen op een testomgeving dan op een productieomgeving, wat de relevantie van de poc beperkt.2 daarnaast kan in sommige gevallen slechts een deel van de functionaliteit worden aangetoond, zodat de poc uiteindelijk weinig zekerheid biedt dat de oplossing ook daadwerkelijk voldoet aan de eisen en wensen. met het aantonen van enkel de basisfunctionaliteit ben je er niet, nu juist de aanvullende functionaliteit voor een langere ontwikkelings- of implementatiefase kan zorgen en de kosten fors kan verhogen. ten slotte betekent het toepassen van een poc dat de aanbestedingsprocedure langer zal duren en dat het ook langer duurt voordat de aanbestedende dienst aan definitieve gunning van de opdracht toekomt.
voordat ik enkele tips geef voor de toepassing van een poc in een aanbestedingsprocedure moet worden bedacht dat, hoewel een poc een aanbestedende dienst kan ondersteunen in het
1 Kan een poc succesvol worden toegepast? de eerste afweging die een aanbestedende dienst moet maken is of een poc voor een specifieke opdracht kan worden gebruikt. is er sprake
TEN dER N IEUWS B RIE F – SE pTE MBE R 2 015
Tender_15_06.indd 1
van een inzet van een (grotendeels) standaardoplossing of wordt er overwegend maatwerk gevraagd? in dat laatste geval zal het minder voor de hand liggen om een poc toe te passen. ook moeten de kosten van een poc worden afgezet tegen de omvang van de opdracht, nu de kosten in redelijke verhouding moeten staan tot het voorwerp van de opdracht.3 indien de poc hoge kosten meebrengt kan de aanbestedende dienst overwegen om hiervoor een vergoeding aan te bieden aan de uitvoerend leverancier. 2 Waar in de aanbestedingsprocedure wordt de poc toegepast? gelet op de kosten van een poc en het doel ervan ligt het voor de hand om deze na voorlopige gunning, maar vóór de definitieve gunning, te laten plaatsvinden. nu de poc aanvullende kosten meebrengt, is het doelmatig om deze (in beginsel) slechts door één partij te laten uitvoeren, dus volgend op de voorlopige gunning. Aangezien de aanbestedende dienst bij een negatieve uitkomst van de poc in de regel afscheid zal willen nemen 1
25/08/15 10:54 AM
van die leverancier, moet de poc bij voorkeur plaatsvinden voor de definitieve gunning. in de praktijk wordt een enkele keer de poc uitgevoerd onder de definitieve overeenkomst, waarin een beëindigingsmogelijkheid is gekoppeld aan een negatief resultaat van de poc. in dat geval moet echter specifiek worden bepaald dat de aanbestedende dienst kan teruggrijpen op de overige inschrijvingen van de gevoerde aanbesteding omdat anders een nieuwe procedure moet worden opgestart.4 3 Wat is het doel van de poc, en hoe ziet de procedure eruit? Als een aanbestedende dienst ervoor kiest een poc toe te passen moet vervolgens worden bepaald wat het doel is van de poc en hoe de procedure eruit ziet. een poc wordt toegepast om de leverancier te laten aantonen dat de aangeboden oplossing voldoet aan de eisen en wensen van de aanbestedende dienst. dit betekent naar mijn idee dat de uitkomst van de poc een ja of nee moet zijn: of de leverancier toont aan dat de oplossing voldoet of binnen de vastgelegde implementatietermijn kan voldoen aan de eisen en wensen, of deze doet dat niet. Wanneer dat laatste het geval is, zal de aanbestedende dienst voorafgaand moeten hebben bekendgemaakt welke vervolgstappen in dat geval worden genomen. dit gaat in de praktijk nog wel eens mis. in een procedure die leidde tot de uitspraak van de voorzieningenrechter rechtbank noord-nederland van 12 februari 2014 (montad/sovf)5 was door de aanbestedende dienst voorgeschreven dat na voorlopige gunning de beheeromgeving van de winnende leverancier zou worden onderworpen aan een controle op functionaliteit. na deze poc zou op basis van de resultaten daarvan worden beoordeeld of de leverancier nog steeds de meest voordelige inschrijving had. bij een positief resultaat zou de aanbestedende dienst definitief aan deze leverancier gunnen. in plaats van een beoordeling of de leverancier ook daadwerkelijk in staat is om aan de opgegeven functionaliteit te voldoen, betekende de hier gekozen aanpak een hertoetsing van de inschrijving om te bezien of deze nog steeds de economisch meest voordelige inschrijving was. dit levert echter een scheve vergelijking op: de leverancier wiens inschrijving in de poc volledig is getoetst ziet zijn werkelijke systeem getoetst, terwijl de systemen van de overige inschrijvers slechts op papier worden getoetst en dus mogelijk ook niet voldoen aan de gestelde eisen. dit lijkt me in strijd met het gelijkheidsbeginsel, en een redelijk geïnformeerde en normaal oplet2
Tender_15_06.indd 2
tende en zorgvuldig handelende inschrijver zal voorafgaand aan het indienen van de inschrijving hiertegen moeten protesteren. 4 Wat gebeurt er bij een negatief resultaat? het spreekt voor zich dat wanneer een poc wordt toegepast, de procedure daarvoor op transparante wijze moet worden gedeeld met de inschrijvers. de aanbestedende dienst moet in het aanbestedingsdocument duidelijk de te volgen procedure uiteen zetten, waarbij wordt aangegeven wanneer de poc plaatsvindt, wanneer deze wordt beoordeeld en wat er gebeurt wanneer het resultaat van de poc negatief is. dat laatste zal vaak bestaan uit het laten uitvoeren van een poc door de leverancier wiens inschrijving als tweede is geëindigd, maar hierbij moet ook een procedure worden opgesteld wanneer ook deze poc tot een negatief resultaat leidt.
de voorlopige gunning zou starten, (ii) deze een geplande doorlooptijd van circa zes werkweken zou hebben en (iii) deze pas als afgerond mocht worden beschouwd wanneer volledige acceptatie en decharge had plaatsgevonden. ondanks deze heldere uitgangspunten is toch discussie ontstaan over de startdatum van de poc en daarmee over de vraag wanneer de termijn voor de poc was afgelopen.7 naast het vastleggen van de aanvang, looptijd en einde van de poc zou ik aanbestedende diensten daarom willen meegeven dat ook wordt gedocumenteerd wanneer in de praktijk wordt gestart met de poc, welke wijzigingen worden overeengekomen (indien van toepassing) en wanneer de poc is afgerond, waarbij ook een brief ter vaststelling van het feit dat de poc niet tijdig is afgerond relevant is voor het achteraf kunnen aantonen van het tijdig handelen van de aanbestedende dienst.
ook dit gaat in de praktijk nog wel eens verkeerd. in de hiervoor genoemde uitspraak (montad/ sovf) was slechts bepaald dat na de poc de aanbestedende dienst ‘zal bepalen hoe de aanbestedingsprocedure verder zal verlopen’. hier is dus allerminst duidelijk wat zou gebeuren nadat wordt geoordeeld dat de oplossing van de leverancier die een poc mag uitvoeren niet blijkt te voldoen. mag dan de leverancier wiens oplossing op de tweede plaats in de voorlopige gunning is geëindigd een poc uitvoeren? en wat gebeurt er wanneer ook die poc niet blijkt te voldoen? deze onduidelijkheden werden door de voorzieningenrechter – wat mij betreft volledig terecht – in strijd met het transparantiebeginsel geacht. overigens lijkt ook dit me iets waartegen een redelijk geïnformeerde en normaal oplettende en zorgvuldig handelende inschrijver voorafgaand aan het indienen van de inschrijving moet protesteren.
mr. O.a. Sleeking
5 Hoe lang mag de poc-fase duren? Zoals hiervoor al is aangegeven zorgt het toepassen van een poc voor een langere looptijd van de aanbestedingsprocedure. om de vertraging die de poc meebrengt te beperken is het van belang om van te voren te bepalen binnen welk tijdsbestek de poc moet zijn uitgevoerd en wat de gevolgen zijn wanneer de poc niet op tijd is afgerond. het spreekt voor zich dat dergelijke eisen vervolgens ook moeten worden nageleefd. de procedure die leidde tot de uitspraak van de voorzieningenrechter rechtbank limburg van 20 oktober 2014 vormt een mooi voorbeeld van het niet naleven van de voorgeschreven procedure.6 in de aanbestedingsdocumenten was bepaald dat (i) de poc binnen vijf dagen na
4. de aanbestedende dienst moet in dat geval, om
Kennedy Van der laan
Noten 1. Zie het artikel ‘ict-(be)grip overheid moeizaam’, mr. s.f.m. corvers en mr.drs. c.m. Jobse, Tender Nieuwsbrief 2015, 1. 2. er kunnen bijvoorbeeld verschillen ontstaan doordat de software in productie door meer gelijktijdige gebruikers wordt gebruikt, er mogelijk sprake is van andere hardware en de interfaces met andere applicaties problemen kunnen geven. met de poc kan met name de werking van de software an sich worden aangetoond. dit zegt weinig over de robuustheid van het systeem, het functioneren onder belasting en de mate waarin de software te koppelen is aan andere applicaties. deze punten zullen in de (acceptatie)tests tijdens de implementatie moeten worden geverifieerd. 3. Zie artikel 1.10, 1.13 en 1.16 Aw, alsmede par. 3.8 gids proportionaliteit. een of meerdere overige inschrijvers op ‘het wachtbankje’ te plaatsen, een langere gestanddoeningstermijn vragen aan de inschrijvers en in het aanbestedingsdocument vastleggen dat de aanbestedende dienst na het beëindigen van de overeenkomst wegens het niet slagen van de poc een beroep kan doen op de overige inschrijvingen. naar mijn idee is deze aanpak onnodig complex en brengt deze de nodige risico’s met zich. 5. voorzieningenrechter rechtbank noord-nederland, 12 februari 2014, ecli:nl:rbnne:2014:710 (montad/sovf). 6. Zie voorzieningenrechter rechtbank limburg van 20 oktober 2014, ecli:nl:rblim:2014:8877. 7. Zie mijn noot bij deze uitspraak in JAAN 2015/68. T ENd ER NIEU WS B R I E F – S E pT E M BE R 2 0 1 5
25/08/15 10:54 AM
circulair inkopen doe je samen Sinds 2013 kun je er als inkoper niet meer omheen: ‘circulair inkopen’. Zo is er een ‘green deal’ en kun je bijna niet op een inkoopcongres of -bijeenkomst staan zonder dat het thema op de agenda staat. dat inkopers een sleutelrol vervullen in het aanjagen van een circulaire economie, daarover lijken de meningen gelijk, maar wat is circulair inkopen nou precies, en kun je wel circulair inkopen met een lineair aanbestedingsproces? circulaire economie de ‘circulaire economie’ streeft een economisch systeem na waarin ketenpartners samenwerken om de waarde van materialen en producten gedurende hun levensduur te maximaliseren om zodoende de derving van grondstoffen te beperken. met deze definitie maken wij onderscheid tussen drie aspecten: (1) de technische aspecten van het product, (2) het procesmatige aspect, en (3) het economische aspect.
BUSINESS MODEL = INCENTIVE TECHNISCHE ASPECTEN
PROCESMATIGE
ECONOMISCHE
ASPECTEN
ASPECTEN
over de technische aspecten van circulariteit is reeds veel geschreven.1 dit betreft onder andere het verantwoord toepassen van recyclebare grondstoffen, maar ook het modulaire ontwerp dat het mogelijk maakt om eenvoudig onderdelen te vervangen of producten hoogwaardig te recyclen. maar hoe weet je zeker dat de ingekochte cradle2cradle-stoel niet uiteindelijk op de afvalberg eindigt? dat weet je alleen zeker als het proces na gebruik van de stoel is georganiseerd: de sleutel ligt in het aan elkaar verbinden van ketenpartners. een economisch systeem (zoals de circulaire economie) creëer je nooit alleen. de waardemaximalisatie van het product in eerste instantie, en als materialen in tweede instantie, moet worden nagestreefd in samenwerking met partners. Je creëert dan als het ware een kleinschalig economisch systeem met ketenpartners waar andere regels gelden. immers , je hebt elkaar nodig om de waardemaximalisatie na te streven, en dat betekent dat je bijvoorbeeld met elkaar risico’s gaat beheersen in plaats van ze door te schuiven naar een partner. TEN dER N IEUWS B RIE F – SE pTE MBE R 2 015
Tender_15_06.indd 3
het is daarom van belang om te kijken wie de partners in het systeem zijn, want niet iedereen is geschikt voor zo’n vorm van samenwerking. het is goed om na te gaan welke partijen zijn betrokken bij de productie, de levering, het onderhoud en de hoogwaardige recycling, en juist die (keten) partners wil je aan elkaar verbinden. Als aanbestedende dienst wil je onderdeel zijn van het ‘systeem’; en dus niet een bilaterale relatie aangaan, maar juist een samenwerking met een consortium van partijen die elkaar aanvullen en gezamenlijk het kleinschalige economische systeem vormen. het economische aspect is vrij simpel: circulair inkopen moet uiteindelijk een aantrekkelijke en kostenefficiënte optie zijn qua totale kosten van gebruik, dus inclusief onderhouds- en beheerskosten. het business model vormt het incentive voor alle (keten)partners om gezamenlijk de waardemaximalisatie van producten en materialen na te streven. veelbesproken is het leasemodel waarbij de producent eigenaar blijft van de producten en wordt betaald voor de prestatie; maar er kan ook gewerkt worden met een retourwaardemodel, waarbij er een waarde wordt gekoppeld aan de producten aan het einde van de eerste gebruikerstermijn. voor beide modellen geldt dat de leverancier er belang bij heeft om de producten of materialen hoogwaardig te hergebruiken en opnieuw waarde te genereren uit het product.
circulair inkopen Aanbestedingen zijn niet strijdig met het versnellen van de circulaire economie. het is echter wel van belang dat aanbestedingen op een andere manier worden ingestoken: als een middel om langetermijnsamenwerking tussen opdrachtgever en opdrachtnemer(s) te faciliteren. laten we de stoel eerder uit dit artikel weer nemen als voorbeeld: in een traditionele aanbesteding zou het doel zijn een kwalitatief hoogwaardige stoel in te kopen voor een goede prijs. in een circulair inkoopproces gaat het om het vinden van een partner die niet alleen een kwalitatieve stoel aanbiedt
die gemaakt is van (theoretisch) oneindig herbruikbare grondstoffen, maar ook een partner die gedurende de technische levensduur van die stoel het preventieve en correctieve onderhoud doet, en na de technische levensduur de verantwoording neemt over de hoogwaardige recycling van de stoel. de partner of partners nemen daarbij de verantwoordelijkheid voor de gehele technische levensduur van de stoel; de aanbestedende dienst wordt maximaal ontzorgt. dit vraagt andere competenties van de inkoper: geen standaardisatie, maar creativiteit, het denken in gezamenlijke belangen en dus ook begrip hebben en kunnen tonen over wat de aanbieders in beweging brengt. deze beweging komt alleen tot stand wanneer je als opdrachtgever een authentieke wens hebt om een bijdrage te leveren aan een duurzamere wereld, en dus een antwoord weet te geven op de waarom-vraag.2 voor de aanbieders moet het duidelijk zijn waarom de opdrachtgever circulair wil inkopen, en wat de opdrachtgever hiermee wenst te bereiken. Alleen dan kunnen de opdrachtnemer(s) vertrouwen op een goed partnerschap. pas na het beantwoorden van de waarom-vraag is het van belang om na te denken over de watvraag. bij circulair inkopen is het echter van belang om niet zozeer technische specificaties op te stellen (bijvoorbeeld door aan te geven welke stoel met welke bekleding je wenst in te kopen) maar een functionele vraag te geven aan de markt (de functie van een bureaustoel). de zoektocht gaat immers uit naar een opdrachtnemer die de expertise heeft om de opdrachtgever te ontzorgen voor een langere periode. Qua aanbestedingsprocedure zijn wij doorgaans voorstander van een niet openbare procedure, en in sommige gevallen zelfs een concurrentiegerichte dialoog. de selectiefase richt zich daarbij altijd op het vinden van de juiste partner(s) die qua mindset en visie op de circulaire economie passen bij de opdrachtgever. Wat wij vaak zien is dat opdrachtgevers geneigd zijn om dit onderwerp te vatten in ervaringseisen, echter is het dan lastig om écht onderscheidend vermogen te toetsen. lees verder op pagina 8> 3
25/08/15 10:54 AM
Evaluatie aanbestedingswet 2012 Op 1 april 2013 is de aanbestedingswet 2012 (hierna: aanbestedingswet) in werking getreden. In de wet is geregeld dat de Minister van Economische Zaken binnen twee jaar na inwerkingtreding van de wet de doeltreffendheid en de effecten van de wet in de praktijk onderzoekt. Op 8 juli 2015 heeft de Minister de evaluatie en de Kabinetsreactie op de onderzoeksresultaten aan de Tweede Kamer aangeboden.1 in de memorie van toelichting bij de Aanbestedingswet worden vijf ambities genoemd: verbeteren van de toegang van ondernemers tot overheidsopdrachten, uniformeren van de aanbestedingspraktijk, ruimte bieden aan innovatie en duurzaamheid, verlagen van administratieve lasten en verbeteren van de naleving van de aanbestedingsregels. om de doeltreffendheid en de effecten van de Aanbestedingswet te onderzoeken is besloten te kijken naar de vooruitgang op die vijf terreinen. om hier inzicht in te krijgen zijn, via een europese aanbesteding, drie externe onderzoeken uitgezet. hierin is zowel gekeken naar kwantitatief meetbare ontwikkelingen als naar de ervaringen bij aanbestedende diensten en ondernemers met de wet. de onderzoeken focussen vanzelfsprekend op de Aanbestedingswet en de bepalingen daarin, maar omdat in de laatste jaren veel discussie is geweest over contractmanagement en de invulling van sociale en milieuvoorwaarden zijn ook deze aspecten meegenomen hoewel die strikt genomen buiten de werkingssfeer van de wet liggen. daarnaast is door het ministerie van economische Zaken zelf onderzoek gedaan naar de ontwikkeling van de aanbestedingsrechtspraak.
Bevindingen rapporten uit de onderzoeken blijkt dat de wet voor verbetering heeft gezorgd. de korte periode tussen inwerkingtreding en evaluatie heeft invloed op de onderzoeksresultaten. doordat er nauwelijks tijd is geweest gewend te raken aan de nieuwe regelgeving is op enkele punten het potentieel van de wet niet benut. ook zijn ondervraagden negatiever vanwege veranderende regelgeving. door handig gebruik te maken van openbaar toegankelijke data uit tenderned en data van het centraal bureau voor de statistiek kan een betrouwbaarder cijfer worden gegeven over de gunning van overheidsopdrachten aan het mKb. dit percentage is tussen 2012 en 2014 voor europese procedures licht gestegen, van 59% naar 63% wanneer wordt gekeken naar ondernemers met minder dan 250 werknemers, en van 45% naar 49% voor ondernemers met minder dan 100 werknemers. de ontwikkeling in het 4
Tender_15_06.indd 4
percentage inschrijvers uit het mKb zegt meer over de toegang van het mKb. Als opdrachten meer geschikt zijn voor het mKb zouden zij meer moeten inschrijven, wat niet noodzakelijkerwijs betekent dat ze meer opdrachten winnen. helaas waren alleen voor 2014 data beschikbaar over inschrijving en niet over 2012. de ontwikkeling ten aanzien van inschrijving was daarom op dit moment niet in kaart te brengen. dat zal in de toekomst wel mogelijk zijn door verdere digitalisering van de aanbestedingspraktijk. uit het onderzoek komt naar voren dat de gids proportionaliteit een belangrijke bijdrage levert aan de proportionaliteit van de aanbestedingspraktijk. ook het aanbestedingsreglement werken en de eigen verklaring werden door ondervraagde ondernemers en aanbestedende diensten positief beoordeeld, beide hebben bijgedragen aan uniformering. voor wat betreft de toepassing van het gunningscriterium economisch meest voordelige inschrijving (emvi) en de toepassing van sociale voorwaarden lijkt nog niet het volledige potentieel uit de wet te worden gehaald. ondernemers gaven aan de minimumtermijn tussen de laatste nota van inlichtingen en de deadline voor inschrijving niet ruim genoeg te vinden. in de Kabinetsreactie is aangekondigd dat de mogelijkheid wordt onderzocht deze termijn van zes naar tien dagen te verlengen met het wetsvoorstel ter implementatie van de europese aanbestedingsrichtlijnen. berekend is dat de lasten per jaar sinds 2012 zijn afgenomen met €157 miljoen voor ondernemers en €27 miljoen voor aanbestedende diensten door de eigen verklaring, tenderned en gebruik van lichtere procedures. door onvoldoende verkregen data bij de nalevingsmeting is het vrijwel niet mogelijk representatieve onderzoeksresultaten te presenteren over de naleving van de aanbestedingsregels. hoewel vooraf werd gedacht dat de wet tot aanzienlijk meer rechtszaken zou leiden, is het aantal rechtszaken stabiel gebleven. uit de rapporten blijkt dat de ervaren problemen bij aanbesteden niet zozeer zitten in de wet, maar vooral in de toepassing daarvan. tegelijkertijd noemen aanbestedende diensten de houding van bedrijven als een van de grootste ergernissen en noemen bedrijven de houding van
aanbestedende diensten als een van de grootste ergernissen.
Beter aanbesteden vanwege het feit dat ervaren problemen vooral volgen uit toepassing van de regels en dat er sprake is van ergernissen over en weer, zal het Kabinet inzetten op het verbeteren van de kwaliteit van aanbestedingen. hiermee kan toepassing van onder meer emvi, contractvoorwaarden en social return on investment worden verbeterd en kan worden bijgedragen aan een positiever aanbestedingsklimaat. in de komende maanden zal worden gesproken met aanbestedende diensten en ondernemers om antwoord te krijgen op enkele vragen. Waar is behoefte aan om de kwaliteit van aanbesteden te verbeteren? hoe kan het ministerie van economische Zaken hierbij ondersteuning bieden? een mogelijkheid is het concentreren van aanbestedingskennis in de regio’s. daarnaast kan een betere positie voor inkopers leiden tot kwalitatief betere aanbestedingen. ook kan het van belang zijn dat aanbesteden bij bestuurders onder de aandacht wordt gebracht. het ministerie wil initiatieven ondersteunen die leiden tot beter aanbesteden, zowel door het faciliteren van pilots als door het faciliteren van het breder op ambtelijk en bestuurlijk niveau delen van de meerwaarde en de positieve ervaringen met aanbesteden. ook zal worden gekeken naar meer praktische hulpmiddelen, zoals niet bindende standaarddocumenten. nadat de inventarisatie naar de behoefte is afgerond zal worden bezien welke instrumenten het meest passend zijn. de minister heeft toegezegd de tweede Kamer voor het einde van het jaar te informeren over de voortgang hiervan. mr. M.S. Kirchner en mr. g. van dam Ministerie van Economische Zaken
Noot 1. Kamerstukken ii, 2014/2015, 34 252, nr. 1, te raadplegen via http://www.rijksoverheid. nl/onderwerpen/aanbesteden/documentenen-publicaties/kamerstukken/2015/07/08/ kamerbrief-uitkomsten-van-de-evaluatie-van-deaanbestedingswet-2012.html. T ENd ER NIEU WS B R I E F – S E pT E M BE R 2 0 1 5
25/08/15 10:54 AM
aanbestedende diensten terughoudend in het delen van kennis Eind vorig jaar zijn alle marktconsultaties, uitgevoerd tussen oktober 2013 en september 2014, geanalyseerd. Verslagen worden regelmatig niet beschikbaar gesteld en soms zelfs niet eens opgesteld. Opvallend veel marktconsultaties worden gehouden in de sectoren IcT en Bouw, maar wel met veel terugkerende onderwerpen, die leiden tot veel vergelijkbare inzichten. dit is voor de inkopende overheid een gemiste kans. actief delen van kennis uit marktconsultaties tussen aanbestedende diensten verbetert de kwaliteit van de marktconsultatie en vermindert de lasten voor het bedrijfsleven. gelijkheidsbeginsel
ook voert rijkswaterstaat de meeste marktconsultaties uit. over de onderzochte periode twaalf. in de tabel staan de aanbestedende diensten met de meest uitgevoerde marktconsultaties.
in totaal werden 177 marktconsultaties tussen oktober 2013 en september 2014 gepubliceerd op tenderned. de aanbestedende diensten zijn benaderd met het verzoek hun verslagen te delen. het doel was om op deze wijze meer inzicht te krijgen in de kennisbehoefte van aanbestedende diensten en te onderzoeken of relevante marktkennis tussen aanbestedende diensten onderling wordt ontsloten. vanuit het gelijkheidsbeginsel veronderstelde ik dat verslagen van marktconsultaties zeer gemakkelijk te verkrijgen zouden zijn. en dat de verslagen ook waardevolle inzichten zouden bevatten voor professioneel aanbesteden in de verschillende sectoren. een marktconsultatie is immers een kostbaar instrument om marktkennis te vergaren. dus zal dit wel voor de meest prangende vragen worden ingezet, zo was de veronderstelling.
IcT en Bouw de verslagen van de marktconsultaties in de ict en bouw zijn nader bestudeerd. in de ict zijn 29 marktconsultaties uitgevoerd, waarbij 11 verslagen zijn gedeeld en in de bouw 19 marktconsultaties en zijn 9 verslagen beschikbaar zijn gesteld.
Marktconsultaties IcT een belangrijke informatiebehoefte bij aanbestedende diensten bij ict-opdrachten was het peilen van de interesse. Andere veel terugkomende aanleidingen voor marktconsultaties zijn het toetsen van de technische haalbaarheid, de integratie met bestaande ict-systemen, de wijze van specificeren en het onderzoeken van Weinig verslagen gedeeld alternatieve oplossingen. de aanbestedende diensten van 88 marktde ict-marktpartijen lijken een sterke voorkeur consultaties reageerden op de oproep met 58 te hebben voor functioneel specificeren en staan verslagen. het gevolg was dat voor 33% van de negatief tegenover het opdelen in percelen. ook marktconsultaties een verslag was ontvangen. geven marktpartijen aan dat aanbestedende in 11% van de gevallen had men wel een verslag diensten in het bestek afspraken moeten maken opgesteld maar wilde men dit niet openbaren, over eventuele toekomstige licenties. opvallend en in 11% van de gevallen was (nog) geen verslag vaak vragen marktpartijen aandacht voor cultuur, opgesteld. een veelgehoord argument was dat houding en gedrag bij de aanbestedende dienst. het verslag bedrijfsvertrouwelijke informatie zou Zo kwam ik de volgende aanbeveling tegen over bevatten. Als positieve uitzondering viel rijkshet beleggen van het opdrachtgeverschap bij waterstaat op. rijkswaterstaat stelt van vrijwel de interne organisatie van ict-opdrachten: ‘het alle marktconsultaties verslagen beschikbaar. betrekken van de relevante gebruikers Verslagen aanbestedende Uitgevoerde in het ontwikkeltraject om onnodige beschikbaar dienst marktlatere wijzigingen te voorkomen’. ook gesteld consultaties kwam ik aanbevelingen tegen over het rijkswaterstaat 12 9 implementatietraject: ‘werk deze goed Kerndepartementen 8 1 uit, voorafgaand aan de aanbesteding’. gemeente Amsterdam
7
2
belastingdienst
6
0
gemeente rotterdam
6
1
gemeente Almelo
4
0
TEN dER N IEUWS B RIE F – SE pTE MBE R 2 015
Tender_15_06.indd 5
Marktconsultaties Bouw evenals bij ict richten marktconsultaties in de bouw zich vooral op het
peilen van de interesse en het toetsen van de haalbaarheid. toch is er een opvallend verschil. voor bouwopdrachten is men op zoek naar een duidelijke risicoverdeling en heldere kaders. er wordt veel vaker gesproken over financiële haalbaarheid van een project, bijbehorende aanbestedingsstrategie, beoogde contractvorm en risicoverdeling. marktpartijen hebben, naast een heldere risicoverdeling, behoefte aan garanties en financieringszekerheid voor complexe opdrachten. verder willen ze duidelijke kaders, waarbinnen ze de vrijheid hebben om tot een oplossing te komen. de bouw lijkt in tegenstelling tot ict positief te staan tegenover het opdelen in percelen. ook lijkt een marktconsultatie in de bouw een goed instrument om alternatieve oplossingen te inventariseren. in bijna alle verslagen staat dat de marktpartijen nieuwe ideeën aandroegen zolang dit hun concurrentiepositie niet schaadde.
Wanneer en hoe dan wel? een marktconsultatie is het zwaarste instrument dat een aanbestedende dienst kan inzetten om marktkennis te vergaren. voordat hiervoor wordt gekozen zijn twee toetsen van belang, te weten hoe complex of risicovol en hoe uniek is de aanbesteding. in de meest complexe en unieke aanbesteding lijkt mij een marktconsultatie nog altijd een zeer geschikt instrument. echter, om deze keuze te onderbouwen zal er een ladder van steeds zwaardere instrumenten voor het verzamelen van marktkennis moeten worden beklommen. gebruik eigen inzichten en ervaringen, raadpleeg openbare bronnen en vakgenoten. onderzoek verslagen van uitgevoerde marktconsultaties, bezoek vergelijkbare marktconsultaties en ga in dialoog met vakgenoten. ga pas hierna extern op zoek naar marktkennis bij externe experts. door deze ladder te beklimmen gaan aanbestedende diensten actiever op zoek naar lees verder op pagina 8> 5
25/08/15 10:54 AM
cOlOFON Redactie: mr. i.A.h. dolmans-budé Dolmans-Budé Legal B.V. m.J.f. van der Keur Tender Services Group, Den Haag prof. mr. g.W.A. van de meent Loyens & Loeff advocaten, Amsterdam mr. l.J.W. sueters Bartels Sueters Aanbestedingsadvocatuur BV, ’s-Hertogenbosch ir. h.l.J.m. Wijnen PIANOo, Den Haag
dE ZaaK
Vrijheid bij vormgeving opdracht beknot door strenge eisen aan motivering
mr. A.W. van Wijngaarden International Tender Services BV, Raalte Eindredactie: marit hazeleger e-mail:
[email protected] Uitgever: virginie Wagenaar tel.: (020) 515 93 98 e-mail:
[email protected] abonnementen: Abonnementen: € 210,00 p.j. (incl. btW) losse nummers: € 29,50 (incl. btW) bij betaling via acceptgiro zullen wij een bedrag van € 2,50 (incl. btW) aan kosten in rekening brengen. Abonnementen lopen automatisch door, tenzij uiterlijk 30 dagen voor de vervaldatum bij onze klantenservice wordt opgezegd via telefoonnummer (0314) 35 83 58. aanvraag abonnementen/wijzigingen: Klantenservice: (0314) 35 83 58 e-mail:
[email protected] www.kennisbankinkoopenaanbesteden.nl de artikelen in de tender nieuwsbrief worden gearchiveerd in de kennisbank inkoop en Aanbesteden van reed business bv. de nederlandse vereniging voor Aanbestedingsrecht fungeert als forum voor vraagstukken op het gebied van het nationale, europese en internationale aanbestedingsrecht. international tender services bv adviseert, begeleidt en traint overheden en nutsbedrijven ter optimalisering van hun inkoopprocessen en aanschaffingen in het kader van de implementatie van wettelijke eg-aanbestedingsvoorschriften. Aan de totstandkoming van deze uitgave is de uiterste zorg besteed. voor informatie die nochtans onvolledig of onjuist is opgenomen, aanvaarden redactie en uitgever geen aansprakelijkheid. voor eventuele verbeteringen van de opgenomen gegevens houden zij zich gaarne aanbevolen. niets uit deze uitgave mag worden overgenomen of vermenigvuldigd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. uw opgegeven gegevens kunnen worden gebruikt voor het toezenden van informatie en/of speciale aanbiedingen door reed business bv en speciaal geselecteerde bedrijven. indien u hiertegen bezwaar heeft, stuurt u een briefje naar reed business bv, t.a.v. Adresregistratie, postbus 808 7000 Av doetinchem.
aanbestedende diensten hebben geen volledige vrijheid bij het formuleren van de opdrachten die zij wensen te verstrekken. Hun vrijheid wordt – algemeen gesteld – ingeperkt door de gehoudenheid de aanbestedingsrechtelijke beginselen van gelijke behandeling, transparantie, non-discriminatie en proportionaliteit in acht te nemen. Meer concreet wordt deze vrijheid beknot door het bepaalde in de artikelen 2.75 en 2.76 aanbestedingswet 2012 (technische specificaties), alsmede artikel 1.5 aanbestedingswet 2012 (het clusterverbod en het splitsingsgebod).
in de zaak waarover de voorzieningenrechter van de rechtbank midden-nederland te oordelen kreeg, had een ziekenhuis de levering van 72 verschillende typen medische hulpmiddelen ter waarde van ca € 16.000.000 per jaar als één opdracht in de markt gezet met als voornaamste reden te komen tot een verlaging van de aanschafkosten.1 dit wordt door de voorzieningenrechter gesanctioneerd. het ziekenhuis dient de aanbestedingsprocedure te staken. de zaak is interessant omdat de aanbestedende dienst – universitair medisch centrum utrecht (hierna: umc utrecht) – in de aanbestedingsstukken vrij uitgebreid beargumenteert waarom zij de opdracht op de door haar gekozen wijze heeft vormgegeven. Aan deze keuze ligt een intern onderzoek ten grondslag, alsmede een intensieve samenwerking met interne stakeholders op basis waarvan umc utrecht haar behoefte tot aanschaf van medische hulpmiddelen volledig in kaart heeft gebracht. ook heeft umc utrecht voorafgaand aan de aanbestedingsprocedure een marktconsultatie gehouden. Al deze inspanningen baten de aanbestedende dienst echter niet. de procedure doorstaat de toetsing aan genoemde artikelen in de Aanbestedingswet 2012 niet.
de feiten tender nieuwsbrief is een uitgave van reed business bv, Amsterdam © 2015 issn: 1384-2838 6
Tender_15_06.indd 6
umc utrecht schaft momenteel jaarlijks zo’n 20.000 verschillende medische hulpmiddelen aan bij zo’n 520 verschillende leveranciers. deze 20.000 verschillende medische hulpmiddelen
zijn ingedeeld in ongeveer 95 verschillende medische productgroepen. de jaarlijkse aanschafkosten vertegenwoordigen een bedrag van circa € 49.000.000 per jaar. om te komen tot een verlaging van de aanschafkosten heeft umc utrecht in januari 2015 een europese openbare aanbestedingsprocedure georganiseerd voor de inkoop van 72 productgroepen medische hulpmiddelen. doel van de aanbesteding is het sluiten van een raamovereenkomst met nog slechts één of enkele leveranciers. in een vooraf uitgevoerde marktconsultatie is vastgesteld dat het uitgevraagde assortiment medische hulpmiddelen breed verkrijgbaar is bij meerdere toeleveranciers. umc utrecht wenst dat de deelnemers aan de aanbestedingsprocedure inschrijven met producten die het ziekenhuis thans ook al gebruikt (identieke producten). voor onbekende producten geldt dat umc utrecht eerst zelf de gelijkwaardigheid daarvan zal moeten vaststellen, voordat het verantwoord is de betreffende producten in te zetten. dit betekent dat de producten eerst zullen moeten worden getest door gebruikers. dat is een arbeidsintensief proces dat de nodige kosten met zich brengt. bovendien ontstaat in de transitiefase een minder veilige situatie voor de patiënt. in de aanbestedingsdocumentatie wordt daarom gevraagd naar bepaalde bekende merknamen. naar aanleiding van vragen die de deelnemers in het kader van de nota van inlichtingen hierover hebben gesteld heeft umc utrecht achter T ENd ER NIEU WS B R I E F – S E pT E M BE R 2 0 1 5
25/08/15 10:54 AM
de merknamen de woorden ‘of gelijkwaardig’ toegevoegd. hierdoor is het mogelijk om ook niet-identieke producten aan te bieden. naar het oordeel van umc utrecht is sprake van één opdracht. indien en voor zover sprake zou zijn van samenvoeging van verschillende opdrachten, is die samenvoeging volgens umc utrecht ‘niet onnodig’. de opdracht is niet opgedeeld in percelen, omdat de uitgevoerde marktconsultatie zou hebben uitgewezen dat er geen logische indeling in verschillende percelen mogelijk is.
Bezwaar twee partijen, die geen inschrijving hebben ingediend, hebben bezwaar tegen de aanbestedingsprocedure en starten elk een kort geding, waarin zij een gebod tot staking van de aanbestedingsprocedure vorderen. eén partij, die wel een inschrijving heeft ingediend, voegt zich aan de zijde van een van de eisende partijen. in beide procedures is één gezamenlijke mondelinge behandeling gehouden. volgens de bezwaarmakers wordt onrechtmatig gebruik gemaakt van merk- en productnamen, zonder dat daarvoor een objectieve rechtvaardiging bestaat en is sprake van schending van het clusterverbod en het splitsingsgebod.
Het oordeel van de voorzieningenrechter Bevoordeling identieke producten het aanbestedingsrecht beoogt eerlijke concurrentie te bevorderen. mede daarom schrijft artikel 2:76 van de Aanbestedingswet voor dat bij de specificatie van een opdracht prestatie-eisen of functionele eisen moeten worden gebruikt, of verwezen moet worden naar europese of nationale normen. in beginsel mag niet worden verwezen naar een fabricaat of merk. een uitzondering is slechts geoorloofd als een voldoende nauwkeurige en begrijpelijke beschrijving van de opdracht anders niet mogelijk is, en dan nog onder de voorwaarde dat de vermelding van het fabricaat of merk wordt vergezeld door de woorden ‘of gelijkwaardig’. umc utrecht heeft – na bezwaar van de deelnemers – de woorden ‘of gelijkwaardig’ achter de in de aanbestedingsstukken opgenomen merknamen toegevoegd. ter zitting heeft zij desgevraagd echter aangevoerd dat zij nog steeds – om de hierboven opgesomde redenen (waarborging kwaliteit zorg, patiëntveiligheid en TEN dER N IEUWS B RIE F – SE pTE MBE R 2 015
Tender_15_06.indd 7
kostenbesparing) – beoogt identieke producten met bepaalde merknamen geleverd te krijgen. bovendien hebben aanbieders van alternatieve producten, die niet identiek maar wel gelijkwaardig zijn, ook na wijziging van de aanbestedingsleidraad door de gehanteerde gunningssystematiek nog steeds geen reële kans om de opdracht gegund te krijgen. umc utrecht slaagt er niet in de voorzieningenrechter op basis van de aangedragen rechtvaardigingsgronden te overtuigen. de voorzieningenrechter oordeelt dat het feit dat de kosten zo hoog kunnen oplopen vooral het gevolg is van het grote aantal producten dat umc utrecht in de procedure wenst uit te vragen. bovendien zijn kosten van validatie/conversie inherent aan iedere inkoopprocedure waarbij wordt overgestapt naar een ander merk. umc utrecht heeft volgens de voorzieningenrechter niet aannemelijk gemaakt dat een functionele omschrijving voor alle producten en productgroepen niet mogelijk zou zijn. uit het vonnis volgt dat het aanbestedende diensten niet is toegestaan te vragen naar producten en merken waarmee zij op basis van eerdere ervaringen vertrouwd zijn geraakt. ook al heeft de aanbestedende dienst geen behoefte aan vernieuwing/innovatie, dan nóg is zij op grond van de regelgeving verplicht om aanbieders van alternatieve producten en merken een reële kans te bieden om voor de opdracht in aanmerking te komen. dit dient niet alleen formeel in de omschrijving van de technische specificaties tot uitdrukking te worden gebracht, maar ook materieel gezien moet de gunningssystematiek eerlijke mededinging mogelijk maken. Het clusterverbod en het splitsingsgebod op grond van artikel 1.5 Aanbestedingswet 2012 is het aanbestedende diensten niet toegestaan opdrachten onnodig samen te voegen (‘clusteren’ genoemd). van clusteren is sprake indien een aanbesteder een aantal door de markt te leveren prestaties samenvoegt en die als één opdracht in de markt zet, terwijl hij die prestaties ook als afzonderlijke opdrachten had kunnen aanbesteden. indien de aanbestedende dienst er (toch) voor kiest twee of meer opdrachten samen te voegen, dient dit te worden gemotiveerd in de aanbestedingsstukken. daarbij dient aandacht te worden besteed aan de in artikel 1.5 lid 1 genoemde aspecten: (a) samenstelling van de relevante markt en invloed van de samenvoeging op toegang tot de opdracht voor het mKb; (b) organisatorische
gevolgen en risico’s van de samenvoeging; (c) mate van samenhang van de opdrachten. umc utrecht heeft in de aanbestedingsstukken aan al deze aspecten aandacht besteed. dat er geen gevaar bestaat voor het sub (a) genoemde aspect, onderbouwt zij zelfs door te verwijzen naar (de voorlopige resultaten van) een vooraf gehouden marktconsultatie. hieruit zou volgen dat het uitgevraagde assortiment breed verkrijgbaar is bij meerdere leveranciers. de voorzieningenrechter oordeelt echter dat de motivering van umc utrecht onvoldoende is, zodat niet aannemelijk is gemaakt dat sprake is van gerechtvaardigde clustering. de voorzieningenrechter acht de uitkomst van de marktconsultatie niet overtuigend, gelet op het betoog van de partij die zich in de procedure heeft gevoegd. deze partij wijst er onder meer op dat op de nederlandse markt geen enkele onderneming zal zijn die het gehele uitgevraagde basisassortiment medische hulpmiddelen zal kunnen leveren. ten aanzien van het sub (b) genoemde aspect oordeelt de voorzieningenrechter dat umc utrecht ten onrechte enkel aandacht heeft besteed aan de financiële en logistieke voordelen voor umc utrecht zelf. op de organisatorische gevolgen en risico’s van de omvang van de opdracht voor ondernemers wordt in de aanbestedingsdocumentatie niet op toereikende wijze ingegaan. van samenhang (het aspect sub (c)) is volgens de voorzieningenrechter – gelet op de variatie in productsoorten – geen sprake. Artikel 1.5 lid 3 Aanbestedingswet 2012 verplicht tot het opdelen van een opdracht in percelen, tenzij de aanbestedende dienst kan motiveren waarom hij dit ‘niet passend’ acht. de enkele opmerking in de aanbestedingsleidraad dat uit de marktconsultatie geen logische indeling in percelen zou zijn gebleken, acht de voorzieningenrechter geen toereikende motivering. uit het vonnis volgt dat er sinds de inwerkingtreding van de Aanbestedingswet 2012 strenge eisen worden gesteld aan de motivering die een aanbestedende dienst ten grondslag legt aan diens beslissing om een opdracht op een bepaalde wijze vorm te geven. hiermee kan niet (langer) lichtzinnig worden omgegaan! mr. B.J.H. Blaisse-Verkooijen pot Jonker advocaten te Haarlem
Noot 1. vzr. rb. midden-nederland 19 juni 2015, ecli:nl:rbmne:2015:4685. 7
25/08/15 10:54 AM
gEZIEN?! Second opinion door Brenninkmeijer voormalig ombudsman Alex brenninkmeijer heeft van minister dijsselbloem opdracht gekregen een second opinion uit te voeren naar de rol van de ns bij de aanbesteding van openbaar vervoer in limburg eerder dit jaar. dijsselbloem en de raad van commissarissen van de ns zijn dit overeengekomen, zo laat hij in zijn brief aan de tweede Kamer weten. Abellio limburg, dochter van ns, heeft de betreffende aanbesteding oneerlijk gewonnen. Abellio beschikte namelijk over informatie over de exacte vervoerscijfers per lijn. dit is informatie waarover eigenlijk alleen de huidige concessiehouder, veolia limburg, kon beschikken. voormalig veolia limburg-directielid rené de beer heeft deze informatie gelekt.
vervolg van pagina 3>
geadviseerd wordt juist selectiecriteria op te stellen waarin de inschrijvers hun (onderscheidende) visie op de circulaire economie kunnen delen met de opdrachtgever. hier geldt dan ook: hoe beter de inschrijver weet aan te geven waarom hij een bijdrage wil leveren aan de circulaire economie, hoe hoger hij scoort. Wanneer je als opdrachtgever vermoedt dat consortiumvorming nodig is om een kleinschalig systeem op te zetten, kan dit ook worden gestimuleerd in de selectiefase door expliciet te vragen naar ervaringseisen in de verschillende disciplines. de ervaringseisen gaan dus niet over de circulaire economie – dat zou de markt onnodig klein maken. de uitkomst van deze fase
vervolg van pagina 5>
informatie uit uitgevoerde marktconsultaties. hiermee ontstaat er naar verwachting een structurele vraag naar inzichten uit consultaties. met als bijkomend voordeel dat aanbestedende diensten gemotiveerder zijn deze kennis onderling te delen. ook voor de markt is dit positief. Zij zullen specifieker bevraagd worden en alleen worden uitgenodigd voor een marktcon-
8
Tender_15_06.indd 8
voormalig ns-topman timo huges heeft in deze onregelmatigheden eveneens een rol gespeeld. huges zou een aan hem geadresseerde mail met concurrentiegevoelige informatie over vervoersbedrijf veolia hebben doorgestuurd naar ns-dochter Qbuzz (in handen van Abellio). dit is echter strikt verboden. het huidige onderzoek naar de rol van de ns in deze kwestie wordt uitgevoerd door advocatenkantoor de brauw. het advocatenkantoor is echter ook huisadvocaat van de ns. eerder heeft dijsselbloem gemeld niet te twijfelen aan de integriteit en kritische houding van de brauw. toch heeft hij nu besloten om een second opinion te laten uitvoeren. deze second opinion zal ná het onderzoek van de brauw plaatsvinden en wordt dus door brenninkmeijer uitgevoerd. Bron: Volkskrant, 10 augustus 2015
Nieuwe circulaire grensbedragen onder drempelwaarde
is de selectie van een aantal inschrijvers (of consortia) die de opdrachtgever vertrouwt met zijn functionele vraag. na de selectie vindt eventueel een dialoog plaats waarin de verschillende partners met elkaar in conclaaf gaan over de opgave en daarbij op zoek gaan naar de onderlinge complementariteit en de gezamenlijke toegevoegde waarde. de dialoog vindt alleen plaats als samenwerking tussen (keten)partners moet worden gestimuleerd. in de gunningsfase maken de aanbieders een concreet voorstel op de functionele vraag welke ten minste een onderbouwing bevat waarom het aanbod volgens de aanbieder(s) circulair is, hoe de onderlinge partners elkaar versterken, maar ook met welk business model zij de circulariteit wensen te borgen. door ook juist deze ruimte
bij de opdrachtnemer neer te leggen kan een gelijkwaardig partnerschap ontstaan dat als belangrijke basis fungeert voor de langetermijnsamenwerking. uiteraard is het vormgeven van het (prestatie) contract na definitieve gunning van belang om de prestaties en de samenwerking te borgen. maar als je de juiste partijen aan boord hebt, komt dat helemaal goed.
sultatie als ze daadwerkelijk invloed hebben op de aanbesteding.
conclusie met de huidige ad-hoc-aanpak blijft marktkennis in de hoofden van enkelen. Aanbestedende diensten leren bijna niet van de kostbare lessen van anderen waardoor ondernemers steeds opnieuw bevraagd worden met dezelfde vragen. het is zo voor aanbestedende diensten moeilijk echt
per 1 september 2015 gaat een nieuwe circulaire van kracht. deze circulaire ziet, op basis van de opdrachtwaarde, toe op de aangewezen aanbestedingsprocedure. het wijzigen van de circulaire gaat gepaard met een verandering van beleid met betrekking tot opdrachten met een waarde tussen de 33.000 en 50.000 euro. bij dergelijke opdrachten moet een afweging worden gemaakt of er één op één of meervoudig onderhands moet worden aanbesteed. deze afweging wordt gemaakt op basis van de afwegingsaspecten uit de gids proportionaliteit. Bron: PIANOo, 17 augustus 2015
c.c. van Oppen, MSc copper8
Noten 1. braungart & mcdonough (2002). Cradle to cradle: remaking the way we make things. north point press. 2. sinek (2011). Start With Why. penguin.
de diepte in te gaan. een ongewenste situatie. daarom adviseer ik om het voorbeeld van rijkswaterstaat te volgen en verslagen onderling beschikbaar te stellen. bij voorkeur moet dit centraal belegd zijn, zodat het zoeken naar een verslag geen bedeltocht wordt langs 4000 nederlandse aanbestedende diensten. Floris den Boer pIaNOo
T ENd ER NIEU WS B R I E F – S E pT E M BE R 2 0 1 5
25/08/15 10:54 AM