‘De paus der armen’, een jezuïetentruc? De denkwereld van Jorge Bergoglio In De Standaard van 23 maart 2013 schreef Paul Goossens de column ‘Marketing van een paus’. Hij was, zei hij, benieuwd of de ‘paus der armen’ meer was dan een ‘jezuïetentruc’. Dat was 10 dagen na de pausverkiezing. Toen werd ‘een eerste indruk’ in de media breed uitgesmeerd, maar we wisten nog niet veel. Nu zijn we een jaar verder en weten we al meer, maar nog niet alles.
Wollig? Goossens schreef: “Op een moment dat de macht van natiestaten en vakbewegingen door de globale markten wordt uitgehold en er aan de fundamenten van de welvaartsstaat wordt gemorreld, moet een sociaal bewogen Kerk de mechaniek die de armoede veroorzaakt en ongelijkheid stimuleert, aantonen en aanklagen. Het blijft intrigeren dat de Kerk in ethische kwesties wel durft harde standpunten in te nemen en de contramine op te zoeken, maar in het sociale debat wolligheid en niet zelden opportunisme verkiest. Een Kerk die de liefdadigheid wil overstijgen en de armen wil emanciperen, hen rechtvaardigheid en gelijke kansen geven, weet dat ze in de controverse terechtkomt. Dan begeeft ze zich immers op het terrein van de politiek en zijn botsingen met de rijken onvermijdelijk…” Zijn de sociale uitspraken van paus Franciscus wollig? Naar aanleiding van ‘Evangelii Gaudium’ (de vreugde van het evangelie- EG), zijn ‘Apostolische Exhortatie’ van 24 november 2013 en zowat beschouwd als zijn programmaverklaring , krijgt hij alvast forse kritiek van ultra’s als Andrew Napolitano, de ‘katholieke’ nieuwsanalist van de Amerikaanse TV-zender Fox News, en van Geert Wilders. Deze laatste is kwaad op Franciscus omdat hij stelt dat de “waarachtige islam en een adequate interpretatie van de Koran zich tegen ieder geweld verzetten” (EG nr.253). Volgens Napolitano slaat de paus de plank mis met zijn kritiek op de vrije markt.1 En CNN kende aan paus Franciscus de ‘kartonnen medaille’ toe, toegekend voor het verkopen van grote economische onzin2. Maar oordeelt u zelf aan de hand van volgende zinsneden. De volledige citaten waaruit ze genomen zijn met hun verwijzing, vind je op www.docs/2014/03/31/bergoglio-citaten.doc3: “nee tegen een economie van uitsluiting en ongelijkheid” zeggen. Deze economie doodt (…)Vandaag valt alles onder het spel van de competitiviteit en de wet van de sterkste, waar de machtige de zwakkere opeet (…) De aanbidding van het oude gouden kalf heeft een nieuwe en meedogenloze versie gevonden in het fetisjisme van het geld en de dictatuur van een economie zonder gezicht… In dit systeem dat ernaar neigt om alles op te slokken met het doel de winsten te vergroten, blijft alles wat broos is, zoals het milieu, weerloos ten overstaan van de belangen van de vergoddelijkte markt, die in een absolute regel zijn veranderd. 1
www.katholieknieuwsblad.nl/nieuws/item/4908 Frei Betto, Francisco y los cambios en la Iglesia Católica. http://alainet.org/publica/alai492w.pdf 3 De vertaling van de ‘Bisschoppenconferentie van België’ (Licap), vertoont gebreken. Ik volg RK.documenten.nl. http://www.rkdocumenten.nl/rkdocs/index.php?mi=600&doc=4984 2
(…) omdat het maatschappelijke en economische systeem in de wortel onrechtvaardig is (…) een kwaad dat zich heeft genesteld in de structuren van een maatschappij. Zolang men de problemen van de armen niet radicaal oplost door af te zien van de absolute autonomie van de markten en de financiële speculatie en door de structurele oorzaken van de ongelijkheid aan te pakken zullen de wereldproblemen niet opgelost worden(….) De ongelijkheid is de wortel van de maatschappelijke kwaden (…). Wij mogen niet meer vertrouwen in de blinde krachten en de onzichtbare hand van de markt (…)de economie mag niet meer haar toevlucht nemen tot middelen die een nieuw vergif zijn, zoals wanneer men de winstgevendheid wil vergroten door de arbeidsmarkt te reduceren en zo nieuwe uitgeslotenen te scheppen.
Wegen naar maatschappijverandering? In vergelijking met het traditionele kerkelijk spreken zijn het behoorlijk straffe uitspraken. Maar Franciscus wijst geen concrete wegen tot maatschappijverandering aan. Hij insisteert wel sterk op ‘nieuwe evangelisatie’, op vreugdevolle evangeliserende aanwezigheid in deze wereld. In die zin sluit hij aan bij het thema van de 5de Algemene Vergadering van de bisschoppen van Latijns-Amerika en de Caraïben (CELAM) die in 2007 in het Braziliaanse mariaoord Aparecida plaatshad: “Discipelen en missionarissen van Jezus Christus opdat onze volkeren in Hem leven zouden hebben: Ik ben, de Weg, de Waarheid en het Leven (Joh. 16,4)”. Een mondvol. In Evangelii Gaudium vinden we veel over ‘armen’, maar weinig over strijd, zelforganisatie, armen die zichzelf bevrijden… Bergoglio verwacht veel van politici en van dialoog, hij zet in op cultuur en volksvroomheid. Opnieuw een aantal sprekende passages: (…) Geld moet dienen en niet heersen! De paus heeft allen lief, rijk en arm, maar heeft de plicht in naam van Christus eraan te herinneren dat de rijken de armen moet helpen (…) (EG 58) “Ik vraag God dat het aantal politici mag toenemen die in staat zijn een authentieke dialoog aan te gaan erop gericht de diepe wortels en niet de uiterlijke vorm van de kwaden van onze wereld te genezen! (…) Ik bid de Heer dat Hij ons meer politici schenkt die de maatschappij, het volk, het leven van de armen werkelijk ter harte gaan! (…) Ik ben ervan overtuigd dat er vanuit een openheid voor transcendentie een nieuwe politieke en economische mentaliteit zou kunnen groeien (EG 205) Een geëvangeliseerde volkscultuur bevat waarden van geloof en solidariteit die de ontwikkeling teweeg kunnen brengen van een rechtvaardigere en gelovige maatschappij en een bijzondere wijsheid bezit die men met een blik vol van dankbaarheid moet weten te herkennen. (EG 68) Het is tijd om te weten hoe men in een cultuur die de voorkeur geeft aan de dialoog als vorm van ontmoeting, vorm moet geven aan het zoeken naar consensus en overeenstemming, zonder dit echter te scheiden van de zorg voor een rechtvaardige maatschappij, in staat tot herinnering en zonder uitsluiting. De voornaamste schepper, het historisch subject van dit proces, is het volk en zijn cultuur, niet een klasse, een fractie, een groep, een elite. Wij hebben geen behoefte aan een project van weinigen dat gericht is op weinigen, of aan een verlichte of plaatsvervangende minderheid die
zich een collectief gevoelen toe-eigent. Het betreft een overeenkomst om samen te leven, een sociaal en cultureel contract. (EG 239, vetjes zijn van mij J.S.).
Bevrijdingstheologie? Met dit laatste citaat botsen we op een hele controverse omtrent bevrijdingstheologie. Het begon al in 1968 na de tweede Algemene Vergadering van de CELAM in Medellin (Colombia). De ‘optie voor de armen’ stond er centraal en kerkelijke basisgemeenschappen kregen de zegen. Het slotdocument van Medellin wordt zowat beschouwd als het grondcharter van de bevrijdingstheologie. Algauw echter kwam de toen oplevende bevrijdingtheologie onder verdenking te staan en werd ze beschuldigd van ‘marxistische ontsporingen’. In 1979 had de 3de Algemene Vergadering van de CELAM plaats in Puebla (Mexico) met als thema: ‘evangelisatie van de cultuur’. De min of meer onuitgesproken agenda bestond echter in het doorvoeren van een correctie op Medellin. In de 11 jaar tussentijd, waren door Rome genoeg conservatieve bisschoppen benoemd om de progressieven van een meerderheid af te houden. In tegenstelling tot Medellin ging in Puebla niet zoveel aandacht naar de tegenstelling onderdrukkers – onderdrukten, wél naar de manier waarop ‘de christelijke cultuur uitgehold werd door secularisering en materialisme’. Kort gezegd: de marxistische consciëntisering brengt geen redding (want marxisme is atheïstisch en zonder God kan men de wereld niet redden), dat kan je wel verwachten van een geëvangeliseerde volkscultuur. Van toen af aan beleed de Latijns-Amerikaanse kerk niet meer ‘de optie voor de armen’ –een partijdige keuze in een maatschappelijk conflict- , maar wel de ‘voorkeursoptie voor de armen’ –een liefdevolle ‘voorkeur’ maar niet een keuze in het maatschappelijk krachtenveld. Een veroordeling van de bevrijdingstheologie werd in Puebla nipt vermeden, maar kwam er wel in 1984 met de Instructie ‘Libertatis Nuntiandi’, ondertekend door Joseph Ratzinger die toen prefect van de Congregatie voor de Geloofsleer was. Evangelii Gaudium maakt duidelijk dat paus Franciscus meer uit het Pueblavaatje tapt dan uit dat van Medellin. Hij leunt eerder aan bij wat al eens de ‘Argentijnse lijn van de bevrijdingstheologie’ genoemd wordt of de ‘theologie van het volk’. Deze ‘teología del Pueblo’ is verbonden met namen als Juan Carlos Scannone, Bergoglio’s theologieprofessor en ordebroeder, en Lucio Gera. In een recent Engelstalig boek over paus Franciscus, zegt Scannone: “In de Argentijnse bevrijdingstheologie wordt de marxistische sociale maatschappijanalyse niet gebruikt, maar eerder een historischculturele analyse die niet gebaseerd is op klassenstrijd als determinerend principe om maatschappij en geschiedenis te verklaren (…) Ik denk dat de Argentijnse lijn van de bevrijdingstheologie, die door sommigen ‘theologie van het volk’ wordt genoemd, ons helpt het pastorale werk van Bergoglio als bisschop te begrijpen…”4
Aparecida Daarstraks had ik het over de Algemene Vergadering van de CELAM in Aparecida. Jorge Mario Bergoglio, aartsbisschop van Buenos Aires en hoofd van de Argentijnse bisschoppenconferentie heeft daar een prominente rol gespeeld. Hetgeen hem volgens sommige bronnen de Stoel van Petrus heeft opgeleverd. Bergoglio presideerde in Aparecida de commissie die belast was met de redactie van het einddocument. De Italiaan Sandro Magister, bekend journalist en vaticanoloog, doet het verhaal 4
http://www.cahtolicworldreport.com/Blog/2573. Over ‘la téología del pueblo’, zie http://www.mercaba.org/FICHAS/Teologia_latina/perspectivas_eclesiologicas.htm
onder de titel: “Wanneer Bergoglio de bevrijdingstheologen versloeg”5. Het ging om de bevrijdingstheologische methodiek van het zien-oordelen- handelen6 waarvan gezegd werd dat ze, traditiegetrouw, ook in deze conferentie gevolgd zou worden. Groot was de verbazing toen in het ontwerp van einddocument, voorafgaand aan het eerste deel (het zien) een hoofdstuk over ‘de missionaire discipelen’ was ingelast. Vandaar het voorstel om dit hoofdstuk te verplaatsen naar het begin van het tweede deel (het oordelen) waar het meer op zijn plaats was. Hoewel dat voorstel gesteund werd door de voorzitters van 16 bisschoppenconferenties, wist Bergoglio de meerderheid te overtuigen om tegen het voorstel te stemmen. Zijn argumentatie kwam hierop neer. Zien? Oké. Maar het ‘zien’ is afhankelijk van de ogen waarmee je kijkt. Je moet daarbij vertrekken van een geloofs-visie en niet vanuit een sociologische blik. Want met die ‘sociologische blik’ kan je verschillende kanten uit, je kan de realiteit zowel vanuit een marktvisie als met een marxistische bril bekijken. Dat conflict in Aparecida was in Franciscus’ ogen niet zomaar een akkefietje maar een zaak van groot belang. Tijdens zijn verblijf in Rio de Janeiro, naar aanleiding van de Wereldjongerendagen, is hij er op 28 juli jl. op teruggekomen. Hij richtte toen het woord tot de vertegenwoordigers van de Latijns-Amerikaanse bisschoppenconferenties, waarin hij hen waarschuwde voor het ‘sociologiserende reductionisme’ dat in Aparecida overwonnen werd en dat vandaag nog steeds voor de Kerk een bekoring is. Franciscus is overtuigd van het uitzonderlijk belang van het einddocument van Aparecida. Niet alleen voor Latijns-Amerika, maar ook voor de hele katholieke Kerk7. Betekenisvol detail: de paus heeft het einddocument aan verschillende Latijns-Amerikaanse leiders cadeau gedaan8.
Het schaakbord Onder de hele ‘marketing’ van een paus’ (Paul Goossens) en het televisietheater rondom de pauskeuze afgelopen jaar, blijft echter, onder het mom van openbaarheid, een groot secreet liggen: dat van het conclaaf. Het is de Braziliaanse feministische theologe Ivone Gebara die er ons, twee dagen na de pausverkiezing, in een kritische opiniestuk attent op maakte.9 Ook de Heilige Stoel en de Vaticaanse staat spelen hun rol op het geopolitieke schaakbord. Een pauskeuze is dan een uitgelezen moment om zijn stukken te verplaatsen. De zetten worden in alle geheim, onder meer in het conclaaf, besproken. Is het toeval dat de Pool Karol Wojtyla in 1978 tot paus werd gekozen en dat 11 jaar later het communistische Oostblok in elkaar stortte? Is het toeval dat er in een tijd dat in LatijnsAmerika door het aantreden van linkse regeringen en door de strijd van vele sociale bewegingen van alles in beweging komt, een Argentijnse kardinaal wordt gekozen? Die bewegingen, waaronder de feministische, zijn vaak ontstaan vanuit bevrijdingstheologische inspiratie en stellen eisen die de kerkelijke hiërarchie zorgen baren. Een kardinaal van het eigen continent, recht in de leer maar met mededogen voor wie faalt, die door zijn eenvoud de harten verovert, die een pleidooi voor de armen houdt, maar tegelijkertijd in staat is gebleken de ‘gevaarlijke’ scherpte uit de bevrijdingstheologie te
5
Quando Bergoglio sconfisse i teologi della liberazione. http://chiesa.espresso.repubblica.it/articolo/1350613 Ook in een Franse, Engelse en Spaanse versie. 6 Trits afkomstig van Jozef Cardijn. Schematisch komt her hierop neer: zien = de realiteit in ogenschouw nemen en analyseren; oordelen = het licht van het evangelie laten schijnen over wat vastgesteld werd; handelen = wat staat ons bijgevolg te doen. 7 Ibidem als noot 6. 8 Victor Codina, Un nuevo clima pastoral, in vida pastoral, jan-feb 2014. www.vidapastoral.com9 [Nuevo Papa] La geopolítica del secreto. http://site.adital.com.br/site/noticia.php?lang=ES&cod=74179&langref=ES&cat=24
halen, is dan de geknipte persoon. Is dat een juiste voorstelling van zaken? De vraag mag gesteld worden.
Zal Franciscus de Kerk redden? Het is zeker dat Franciscus’ optreden een stijlbreuk tegenover zijn voorgangers betekent. Dat werd in de media voldoende onderstreept. Maar dat zal niet volstaan. Ik kan mij vinden in het antwoord van de Benedictijnse zuster Teresa Forcades uit Catalonië die aan de Humboldt universiteit in Berlijn theologie doceert. Op zaterdag 15 maart jl. publiceerde De Morgen een uitgebreid interview met haar. Daarin zei zij, naast andere zinnige dingen, het volgende: “Ik koester goede hoop dat hij (paus Franciscus, JS) de signalen van de basis opvangt. Als er verandering komt in de kerk, dan moet die van onder komen, niet van boven. Positieve veranderingen louter en alleen omdat je een goede paus hebt? Neen, daar geloof ik niet in. Veranderingen van bovenaf zijn solitaire, personalistische en dus autoritaire keuzes. De modernisering van Vaticaan II is er destijds niet gekomen omdat Johannes XXIII zo’n fantastische paus was, wel omdat hij de grondstroom in zijn kerk vatte”. In die zin is de wereldwijde bevraging van de gelovigen over het gezin in de katholieke kerk revolutionair. Dat had een paus nog nooit gedaan. De eerste resultaten laten al de enorme kloof zien tussen de mening van de gewone parochianen en de kerkelijke verordeningen op het vlak van moraal, seksualiteit en pastoraal. Wat er verder mee gaat gebeuren op de bisschoppensynode in oktober, is een andere zaak. Een ander belangrijk initiatief is de creatie van een internationale commissie van acht kardinalen om de Romeinse curie, het centrale bestuursapparaat van de katholieke kerk, te hervormen en de benoeming van een speciale onderzoekscommissie voor het in opspraak gekomen ‘Instituut voor Religieuze Werken’, alias de Vaticaanse bank. Bij de acht kardinalen zijn niet allen onbesproken. Voorzitter Oscar Rodríguez Madariaga uit Honduras staat dicht tegen het rechtse regime van zijn land en heeft de staatsgreep tegen president Zelaya gesteund. De Chileense kardinaal Errázuriz staat heel dicht bij de paus en staat ook bekend als een notoire vijand van de bevrijdingstheologie. En in de onderzoekscommissie naar de Vaticaanse bank figureert kardinaal Norberto Rivera, primaat van Mexico, die zich voor een federaal gerechtshof in Los Angeles moet verantwoorden omdat hij de Mexicaanse priester Nicolás Aguilar uit de wind heeft gehouden. Deze laatste werd beschuldigd van seksueel misbruik van meer dan honderd kinderen in VS.10 Als Franciscus de kerk wil redden zal hij echter ook zijn eigen job onder handen moeten nemen. Het probleem is immers ook het pausdom zelf. Een systeem dat alle macht aan één persoon toevertrouwt rijdt zich onvermijdelijk vast. Drieëntwintig jaar geleden reeds omschreef Rik Devillé het kerkinstituut als ‘de laatste dictatuur’. Het feit dat de man aan de top een innemende figuur is, verandert daar niets aan. Velen in de Katholieke kerk, ook in de hogere echelons, zijn zich van het probleem bewust. Meer hierover vindt men in de twee artikels die in voetnoot vermeld worden. 11 Zal Franciscus de Kerk redden? Uiteindelijk is dit een vraag van tweede orde. Veel belangrijker is de 10
Observatorio Eclesial, Francisco y la reforma de la Iglesia católica. www.adital.com.br/site/noticia_imp.asp?lang=ES&img=N&cod=79775 11 Meer hierover kan men lezen in Eduardo Hoornaert, Een katholieke kerk zonder paus?, www.dmkc.be; en in José Comblin, Les problèmes de gouvernement de l’église. http://www.culture-et-foi.com/critique/jose_comblin_eglise_problemes_gouvernement.htm
vraag of wij de wereld zullen redden. Want daar is het in evangelie en Bijbel om te doen, niet om een kerk of godsdienst. Een kerk die aan haar Schriften trouw wil blijven, komt in de controverse terecht. Dat heeft Paul Goossens goed begrepen.
Jan Soetewey (Deze tekst verscheen met kleine wijzigingen in DeWereldMorgen )