Beleidsplan periode 2011-2014 Openbare Bibliotheek Amsterdam ‘De openbare bibliotheek, een betrouwbare partner' Van de bibliotheek naar mijn bibliotheek ‘Voorspellen is moeilijk, vooral als het om de toekomst gaat’. De uitspraak van de Amerikaanse schrijver Mark Twain heeft ruim een eeuw na dato niets aan zeggingskracht ingeboet, en zeker niet in dit tijdperk waarin ontwikkelingen in de informatie- en communicatietechnologie leiden tot een sterk veranderende samenleving. Een nieuwe maatschappijvorm, die in het teken staat van baanbrekende digitale innovatie. De snelheid en diepte van dit proces zijn even ingrijpend als revolutionair, waarbij niemand weet wat het eindresultaat zal zijn. Toch is één ding duidelijk: de burger van nu leeft, leert en participeert in toenemende mate in twee werelden: de fysieke en de virtuele. Voor het verwerven van kennis en informatie zal het belang van laatstgenoemde omgeving verder toenemen, zoveel is eveneens helder. Ook het ‘kennisdelen’ zal met de groei van virtuele netwerken meer en meer aan belang winnen. Het spreekt voor zich dat de openbare bibliotheek, als barometer van het media- en informatiegedrag van burgers, niet alleen een afspiegeling vormt van deze trend, maar daarin ook een gidsfunctie wil vervullen. Niet in de laatste plaats omdat digitalisering van informatieoverdracht en mediagebruik alsmede de daaruit voortvloeiende wijzigingen in het producten- en dienstenaanbod van de bibliotheek - voor de Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA) leidend zijn
bij het formuleren van een nieuwe visie op de inrichting van het bibliotheekwerk gedurende het tweede decennium van de eenentwintigste eeuw. Belangrijkste richtsnoer bij het bepalen van de beleidskeuzes en het daarop afgestemde handelen van de OBA zijn de wensen van de consument. Wat verwacht de burger van de bibliotheek? Dat wil zeggen: de klant van nu en die van de toekomst. Behalve een bibliotheek die een afspiegeling is van de door de gebruiker ervaren behoefte, wil deze bovenal gemaksdiensten: maatwerk als antwoord op zijn of haar vraag en die informatie bij voorkeur (thuis) ‘afgeleverd’ krijgen. Als OBA streven wij er uiteraard naar dat de service en producten die wij bieden van de hoogste kwaliteit zijn. Daar komt bij dat een gebruiker een vestiging in de toekomst voornamelijk zal bezoeken als hij/zij daar van meerdere diensten tegelijk kan gebruikmaken. De verschillende media moeten elkaar in het gebruik ondersteunen. Anders gezegd: de komende jaren zal de bibliotheek haar aanbod meer en meer contextualiseren. Maar er nog een tendens zichtbaar: het aantal leden van de bibliotheek neemt af. Het aantal uitleningen daalt eveneens. Tegelijkertijd stijgt het aantal bezoekers, zowel van de fysieke als de digitale bibliotheek, evenals het gebruik van onze virtuele diensten. Dat is verheugend, want de bibliotheek werkt hard aan het scheppen van een optimaal verblijfsklimaat. Daardoor vertoeven bezoekers langer dan voorheen in de bibliotheekvestigingen. Dat stelt hoge en nieuwe eisen aan de gebouwen van de OBA die wij waar mogelijk hopen te realiseren.
Complicerende factor is dat de bibliotheek de komende periode minder inkomsten zal genieten uit overheidsmiddelen (subsidies). Dit betekent dat de OBA zich krachtiger gaat oriënteren op het verwerven van eigen inkomsten uit de markt, bij voorkeur voor een langere periode teneinde continuïteit te creëren. Door het krimpende budget, zal de bibliotheek meer dan voorheen keuzes moeten maken. Keuzes die betrekking hebben op marktsegmentering én de invulling van het media- en dienstenaanbod. De keuze die de OBA met het oog op haar gebruikers maakt, is dat zij er in de eerste plaats wil zijn voor haar leden en hun informatiebehoeften. Binnen die groep is er extra aandacht voor de doelgroepen kinderen, jongeren en laaggeletterden. Om de nadelige effecten van bezuinigingen op te vangen, kiest de OBA daarnaast voor het uitwerken van alternatieven voor de bibliotheekvestigingen zoals wij die tot op heden kennen. Onderzoek wordt bijvoorbeeld gedaan naar de toepasbaarheid van nieuwe concepten, zoals de ‘plug-in’-bibliotheek (een onbemande zelfbedieningsbibliotheek met een keur aan digitale mogelijkheden), specifieke service- en afleverpunten, mogelijkheden tot het downloaden van informatie thuis en vernieuwende vormen van vraagafhandeling. Daarin worden de mogelijkheden die mobiele telefonie - zoals smart phones - biedt eveneens meegenomen. Liever dan van bedreigingen spreekt de OBA van kansen die zich – met het oog op de komende jaren – zullen voordoen. Zo zijn de geschetste ontwikkelingen perspectiefrijk als het gaat om de potentie zich met onze instelling nog steviger in de samenleving te verankeren.
Dat kan op drie manieren: als fysieke, als digitale maar ook als hybride bibliotheek. De OBA geeft op lokaal niveau inhoud aan die hybride bibliotheek. Naast het voorzien in een kwalitatief goede informatievoorziening, de kerntaak van de bibliotheek, zal de verankering op lokaal niveau onze volle aandacht krijgen. De inzet richt zich met name op het bevorderen van participatie door de burger aan het scala van maatschappelijke taken dat de bibliotheek verzorgt op het gebied van lezen en leren: taalontwikkeling, leesbevordering, mediawijsheid, cultuureducatie en debat. De keuze voor een ‘leven lang leren’ betekent dat wij de educatieve kerntaak in de komende periode zullen versterken. De missie van de bibliotheek blijft overeind. Nu en in de toekomst. Openbare bibliotheken zijn en blijven dé instellingen die burgers informeren en inspireren en die zelfbewust uitdragen dat zij door hun onderscheidend vermogen meer knowhow bieden hebben dan de nietselectieve ‘bieb’ van alleseter Google. De Openbare Bibliotheek Amsterdam is er voor alle inwoners van Amsterdam, Diemen en Ouderkerk en heeft bovendien een aanzuigende werking op de provincie Noord-Holland. Belangrijke waarden voor de gebruikers van de bibliotheek zijn respect en duurzaamheid. Duurzaamheid niet alleen met het oog op het milieu, maar ook in maatschappelijke relaties, in een samenleving die stoelt op kennis en begrip van en voor elkaar. Duurzaamheid en betrouwbaarheid liggen, anders gezegd, in elkaars verlengde. Een belangrijk thema om
uit te werken door de bibliotheek, omdat zij die betrouwbare partner wil zijn. De missie van de bibliotheek luidt: ‘De OBA biedt in de dynamische Amsterdamse samenleving vrije toegang tot informatie, kennis en cultuur voor iedereen, door het leveren van hoogwaardige bibliotheekdiensten voor educatie, participatie, ontmoeting en cultuurbeleving.’ In het kort: ‘De bibliotheek is hét centrum voor informatie en inspiratie’. Ook in de veranderende samenleving blijft deze missie onverminderd van kracht. In het besef dat de openbare bibliotheek er is voor alle burgers van Amsterdam en omstreken richt de bibliotheek zich de komende tijd, zoals gezegd, in de eerste plaats op haar leden. Op dit moment is 20% van de bevolking lid van de bibliotheek, maar wordt zij gebruikt door circa 40% van de Amsterdammers. Vanaf nu is ons streven erop gericht zoveel mogelijk bezoekers lid van de bibliotheek te maken en leggen wij de ambitie neer om het percentage leden te laten groeien van 20% naar 25%. Om dit doel te bereiken, worden aan het lidmaatschap meer voordelen verbonden dan tot nu toe. Binnen de ledengroep zal de bibliotheek zich in het bijzonder richten op kinderen, jongeren en laaggeletterden. De bibliotheek wil de hechte samenwerking, die er sinds jaar en dag met het onderwijs bestaat, uitbreiden naar strategisch niveau. Voor de bibliotheek betekenen de geschetste ontwikkelingen dat zij grosso modo muteert van een
centrum van informatie in een centrum voor communicatie. De bibliotheek is behalve een fysieke ook een – virtuele – plek waar informatie gevonden, beheerd en ontsloten wordt en waar gebruikers individueel of in groepsverband informatie en kennis vinden en delen en gelijkgestemden rond thema’s ontmoeten. Door de relatie met de leden interactiever te maken, weten wij meer van onze gebruikers en kunnen beter maatwerk leveren. De bibliotheek zal ruimer gebruikmaken van sociale media, ook met het doel om van mediamonologen sociale dialogen te maken. De bibliotheek wil in de toekomst haar dienstverlening op een hoogwaardig peil houden en voor iedere burger aansprekend en bereikbaar blijven. De maatschappelijke en digitale ontwikkelingen zijn zo omvangrijk en ingrijpend dat zij ons dwingen te innoveren, zowel op product-, concept-, als organisatieniveau. Het uitdagende aan deze innovatie is om, rekening houdend met een terugtredende overheid, tegen een maatschappelijk lage prijs een aansprekend en kwalitatief hoogwaardig dienstenaanbod te bieden, aangepast aan de eisen van deze tijd, waarbij het aanbod van de dienstverlening onder meer is afgestemd op de mobiliteit van onze gebruikers. Bovenstaand beeld laat zich vatten in vijf concrete thema’s waarvoor de OBA gedurende de komende beleidsperiode expliciet kiest. Thema 1: Diversiteit en differentiatie Ondanks minder subsidie wil de OBA het huidige hoogwaardige aanbod blijven bieden en bovendien inspelen op de trends en het gewijzigd informatie- en
mediagebruik. Om deze doelstelling te realiseren, komt er meer diversiteit in de presentatie en levering van onze producten. De OBA zal in de toekomst per stadsdeel minimaal één grote bibliotheekvestiging aanbieden waarin het totale dienstenaanbod beschikbaar is: informeren, leren en ontwikkelen, lezen en leesbevordering, culturele activiteiten en de mogelijkheid tot ontmoeting en debat binnen zeer ruime openingstijden, variërend van 48 tot 52 uur per week. Daarnaast zullen de kleinere vestigingen zich meer richten op de minder mobiele gebruikers in de wijk. Segmentering binnen het totaal aan vestigingen en binnen het werkgebied van de bibliotheek is mogelijk. Te denken valt aan een jeugd- of jongerenbibliotheek. Meer diversiteit kan eveneens betekenen dat vestigingen niet op zichzelf staan maar deel uitmaken van een groter geheel. Inkwartiering bij derden of van derden bij de bibliotheek is een optie. Thema 2: Waardering De meeste waardering wordt door de gebruikers toegekend aan de openingstijden van de Centrale Bibliotheek. De klant wil niets liever dan een bibliotheekvestiging die altijd open is. In de komende periode streven wij er daarom naar – waar mogelijk onze openingstijden te verruimen. Thema 3: Leden – interactie – gebruikersparticipatie De openbare bibliotheek is er, zoals gezegd, voor alle inwoners van Amsterdam, Diemen en Ouderkerk. Het aantal bezoekers neemt toe, constateerden we eerder al. Toch weten wij nog steeds te weinig van deze bezoekers; dit maakt het moeilijk aan te sluiten op hun wensen en behoeften.
Mede om die reden wil de bibliotheek zoveel mogelijk bezoekers lid maken van de bibliotheek. Aan dat OBAlidmaatschap zullen meer voordelen worden verbonden dan tot nu toe. Diversiteit in vormen en tarieven van lidmaatschap staan op de agenda voor de jaren 20112014. Ten gevolge van de verbindingen die in een co-creatief proces gesmeed worden, treedt er een multiplicatieeffect op. In concreto: er ontstaat een collectief rendement dat groter is dan de som der delen. De bibliotheek wil naast deelnemer ook facilitator zijn: het bieden van mogelijkheden aan gebruikers om met de bibliothecaris of met elkaar - gebruikmakend van onze gebouwen, onze mediacollecties en onze digitale bibliotheek - een proces aan te gaan waarin informatie gemaakt en gedeeld wordt. Aldus transformeert de bibliotheek van de bibliotheek naar mijn bibliotheek. De OBA wordt mijn OBA. Thema 4: Netwerken en samenwerken De OBA maakt deel uit van verschillende bibliotheeknetwerken en -platforms. In de komende periode zullen deze netwerken steeds hechter worden en zullen grenzen tussen de organisaties vervagen. De komst van de (digitale) Bibliotheek Nederland is in dit kader van strategisch belang. Een aantal taken, dat nu nog op lokaal niveau wordt uitgevoerd, zal op korte termijn landelijk worden verzorgd. Op dit moment investeert het rijk een aanzienlijke som in een landelijke digitale infrastructuur en de inzet van landelijke digitale informatiestromen. Vrijwel alle mediacollecties worden gedigitaliseerd, zowel op nationaal als internationaal niveau. In eerstgenoemde
categorie vervult de Koninklijke Bibliotheek een voortrekkersrol. De OBA volgt deze ontwikkelingen niet alleen op de voet, maar speelt daarin ook een entamerende rol. Daarnaast wordt het steeds belangrijker de unieke positie van de bibliotheek te manifesteren en te instrumentaliseren. Samenwerken met andere bedrijven en instellingen wordt vanuit verschillende overwegingen steeds belangrijker en zal dan ook nadrukkelijk nagestreefd worden. Thema 5: Leren en ontwikkelen De OBA wil haar educatieve kernfunctie verder tot ontwikkeling brengen. Van oudsher bestaat er een nauwe band met het onderwijs. Educatie bestrijkt echter meer: het hele terrein van leren en ontwikkelen, en wel een leven lang. Vanuit haar kerntaak informatie kan de bibliotheek op het gebied van een Leven Lang Leren tal van eigen producten ontwikkelen en aanbieden. Zij zal dit pad dan ook met verve bewandelen. Voorwaarde voor dit alles is uiteraard een gemotiveerd en gekwalificeerd personeelsbestand dat krachtdadig uitvoering geeft aan de realisatie van dit beleidsplan 2011-2014. Een flankerend HRM-beleid maakt derhalve integraal deel uit van het hier geschetste voornemen dat er voor moet zorgen dat de OBA in de komende jaren hét betrouwbare baken zal blijven in de woelige zee van informatie.