De Koerier van
[2011]
nr. 47
Brabants Heem 1
tweemaandelijks vlugschrift
brabantsheem_nr47.indd 1
26-5-2011 13:25:13
Brabants Heem van vrijwilligers, voor vrijwilligers Beste lezer,
2
We zijn al bijna halverwege het jaar en de vakantie nadert. Dat betekent overigens niet dat we stil gaan zitten. In tegendeel. Op last van de provincie verhuizen de erfgoedinstellingen binnen Den Bosch van de Parade naar de Waterstraat. Er is al veel ingepakt. Dat geldt op de eerste plaats voor Erfgoed Brabant, maar ook voor Brabants Heem dat daar een klein kantoortje en wat opslagruimte heeft. Het grote pijnpunt is dat op het nieuwe adres bijna geen opslagruimte aanwezig is. Er moet dus tot op net onverantwoordelijke af opgeruimd worden. De verhuis is voorzien op vrijdag 17 juni a.s. Op zaterdag 18 juni wordt er op de Parade door Erfgoed Brabant een veiling van kantoormeubelen en kasten gehouden voor heemkundekringen. Tegelijk zal Brabants Heem dan gratis restanten boeken uitdelen. U moet alles wel meteen meenemen. Verhuis- en uitdeeldatum zijn zeer voorlopig. Wat is het geval? Diezelfde week gaat de gemeente ’s-Hertogenbosch op de Parade nieuwe riolering aanleggen en tegelijk wordt dan archeologisch onderzoek gedaan naar het begijnhof dat eertijds op deze plaats lag waar later de Franse troepen gingen paraderen. Alle kans dus dat de straat opengebroken is en het pand niet bereikbaar. In dat geval wordt alles een week (?) uitgesteld. Bestuur, let dus op de datum. Secretaris, kijk goed in uw mailbox want de datum wordt u nog doorgegeven. Een mooie gelegenheid om na te zien of Brabants Heem uw juiste (mail)adres nog heeft. U heeft natuurlijk al in de schriftelijke mededelingen naar uw achterban doorgegeven dat De Koerier van Brabants Heem ook via de website Brabantsheem.nl te lezen is. Zo kunnen we alle 30.000 leden van heemkundekringen bereiken. JFr. juni 2011 het oude adres aan de Parade [foto’s Theo Cuijpers]
brabantsheem_nr47.indd 2
26-5-2011 13:25:14
MAATSCHAPPELIJKE STAGES Ook heemkundekringen kunnen een maatschappelijke stage aanbieden. Wat heb je als erfgoedinstelling zelf aan de maatschappelijke stage (MaS)? Kost het veel begeleiding voor weinig productie? Hoe kom je in contact met een stagemakelaar? Deze en nog vele andere vragen worden op 6 juni 2011 beantwoord. Erfgoed Brabant organiseert dan in samenwerking met Erfgoed Nederland een studiemiddag voor erfgoedinstellingen in Noord-Brabant op 6 juni 2011 in het Jheronimus Bosch Art Center, Jeroen Boschplein 2 (voorheen Hinthamerstraat 175) 5211 ML ’s-Hertogenbosch. De MaS wordt vanaf schooljaar 2011-2012 een verplicht onderdeel van het schoolcurriculum in het Voortgezet Onderwijs. Tijdens een maatschappelijkestage maken jongeren kennis met vrijwilligerswerk en de betekenis daarvan voor de samenleving. Programma: 13.00 – 13:30 uur 13:30 – 13:40 uur 13:40 – 13:50 uur 13:50 – 14:00 uur 14:00 – 14:45 uur 14:45 – 15:00 uur 15:00 – 16:15 uur 16:15 – 16:45 uur 16:45 – 17:30 uur
brabantsheem_nr47.indd 3
Ontvangst met koffie, thee en iets lekkers. Welkom door Patrick Timmermans, directeur Erfgoed Brabant. Introductie op de maatschappelijke stage door Mieke Mes, St.ZET. Maatschappelijke stage in de erfgoedsector door Florielle Ruepert. Inspirerende voorbeelden van de maatschappelijke stages in een panel-discussie. Panel: Josien Barten (Kilsdonkse Molen), Jolande van Meer (Gemeentemuseum Helmond), Marjo Leijten (stagemakelaar Bladel), Gerard Luijten (stagemakelaar Schijndel) en drie leerlingen met ervaring met MaS in erfgoedinstellingen. Pauze Workshops in groepen: hoe zou de MaS er in mijn organisatie uit kunnen zien? Monika Kowalewska en Tamara de Jong (stagemakelaars Den Bosch). De workshops worden zo ingedeeld dat stagemakelaars en medewerkers van erfgoedinstellingen uit dezelfde regio kunnen samenwerken. Uitkomsten van de workshop en afsluiting door de dagvoorzitter. Borrel met de mogelijkheid tot een rondleiding door het Jheronimus Bosch Art Center.
3
26-5-2011 13:25:14
Tijdens de workshop gaat u praktisch aan de slag. Tevens kunt u kennismaken met stagemakelaars uit Noord-Brabant, zij bemiddelen tussen vraag en aanbod van de maatschappelijke stage. U kunt zich tot 27 mei aanmelden voor deze middag via www.erfgoedbrabant.nl/mas. Na inschrijving ontvangt u direct een bevestiging. De deelname is gratis, maar aanmelden is verplicht. Heeft u vragen over deze studiemiddag neem dan contact op met Dieuwertje de Nigtere (06-18463101) of Ingeborg Schuster (06-10147257). In verband met de verhuizing van Erfgoed Brabant is het algemene telefoonnummer rond 1 juni wellicht moeilijk bereikbaar.
COLLECTIE REGISTRATIE SYSTEEM
4
In 2009 is er vanuit signalen uit het heemkundige werkveld in Noord-Brabant een behoefte geconstateerd aan een gemeenschappelijk collectieregistratie-systeem. Een aantal vertegenwoordigers van heemkundekringen heeft dit uitgewerkt in een adviesverzoek en dit voorgelegd aan het bestuur van Brabants Heem. Het adviesverzoek is door de vertegenwoordigers van de heemkundekringen als volgt geformuleerd: De HKK’s hebben behoefte aan een laagdrempelige en goedkope toepassing waarmee de werkzaamheden van hun werkgroepen en projecten ondersteund worden en hun collecties en archieven voor eenieder ontsloten kunnen worden met de voorwaarde dat elke Heemkundekring zijn autonomie behoudt en beschikt over een eigen onafhankelijke inrichting. Concreet gaat het om het opzetten van webgebaseerd collectieregistratiesysteem in combinatie met ondersteuning bij het registreren (aan de hand van de laatste moderne richtlijnen). De uitgangspunten voor dit systeem zijn door de heemkundekringen vastgelegd in een 11-tal basisprincipes. Het adviesverzoek leidde tot een aantal vergaderingen bij Erfgoed Brabant met alle betrokkenen waarbij verschillende opties, mogelijkheden en toepassingen uitvoerig besproken zijn. Naar aanleiding van de input uit deze vergaderingen heeft Erfgoed Brabant drie concrete voorstellen voorgelegd aan de desbetreffende heemkundekringen. Daaruit hebben de heemkundekringen een keuze gemaakt ter verdere uitwerking. Bij het gekozen voorstel hoorde een begroting waarbij de kosten verdeeld worden over drie partijen (de provincie via een subsidie, Erfgoed Brabant en Brabants Heem). Het bestuur van Brabants Heem heeft bijdrage van deze subsidie afhankelijk gemaakt van de vraag of er bij de kringen voldoende vraag was, ook al omdat er in HAZA een collectieregistratiesysteem zit. In
brabantsheem_nr47.indd 4
26-5-2011 13:25:14
een aantal regiovergaderingen is deze vraag voorgelegd en op basis daarvan heeft het bestuur tijdens haar laatste bestuursvergadering geconcludeerd dat het verantwoord was met de uitvoering van het voorstel van de werkgroep verder te gaan. Dit betekent dat met de bouw gaat worden begonnen en dat in de tweede helft van het jaar met een testversie door een aantal kringen kan worden gewerkt. In het voorjaar van 2012 kan een meer definitieve versie klaar zijn. Erfgoed Brabant wordt verantwoordelijk voor ondersteuning en scholing op het gebied van collectieregistratie. Geïnteresseerden in de nadere uitwerking kunnen deze opvragen bij Theo Cuijpers,
[email protected]. Het is ook mogelijk zich bij hem te melden als geïnteresseerde of als deelnemer van de werkgroep die verder de totstandkoming van het systeem gaat begeleiden.
TURFSYMPOSIUM ETTEN-LEUR EEN SUCCES Etten-Leur – Turf vind je in Drenthe en in Oost-Brabant leerden we vroeger op school. Dat er ook in West-Brabant in de middeleeuwen en zelfs tot ver in de achttiende eeuw in West-Brabant handen vol geld werd verdiend in de turfhandel weten niet veel mensen meer. 5
Om de historie van de turfwinning in West-Brabant aan de vergetelheid te ontrukken, hebben zeven West-Brabantse kringen de handen in elkaar geslagen om dit onderdeel van de economische geschiedenis een gezicht te geven.
brabantsheem_nr47.indd 5
26-5-2011 13:25:15
Het is een ‘viertrapsraket’ met een expositie over turf, een boekje met fietsroutes langs turfrelicten, een interactieve website over turf voor de hoogste groepen van de basisschool en de laagste klassen van het voortgezet onderwijs en tenslotte een boek over de turfwinning in West-Brabant. De expositie over de turfwinning trekt ondertussen door West-Brabant en zal komende zomer te zien zijn in Oud Gastel en Schijf. Heemkundekringen kunnen de expositie gratis lenen bij de werkgroep. De kosten van vervoer en andere bijkomende kosten zijn wel voor rekening van de kring die gebruik wil maken van het materiaal.
6
Een van de onderdelen van de promotie van het turfproject West-Brabant was op 7 april een symposium in Etten-Leur waar zo’n honderd belangstellenden uit de regio aan deelnamen. Dagvoorzitter Ans van den Berg, de oud-burgemeester van Bergen op Zoom en nauw betrokken bij de herontwikkeling van de West-Brabantse waterlinie opende de middag in de Nieuwe Nobelaer in Etten-Leur. Na haar sprak Cor Rops, de voorzitter van de werkgroep Herleving Turfwinning West-Brabant. Hij vertelde over het project waar de zeven kringen aan werken. Sjoerd Kluiving uit Leiden stond stil bij de gevolgen van de turfwinning voor het West-Brabantse landschap. Voor het noordwestelijk deel van de provincie kreeg men te maken met overstroming door de ontvening van het gebied ten behoeve van de zoutwinning. Direct gevolg was dat hele dorpen ten prooi vielen aan de zee. Dorpen die later niet meer werden opgebouwd. Karel Leenders, DE deskundige op het gebied van West-Brabantse turf, sprak over de winning van zout uit de turf. Dat zou was door overstromingen in het veen gekomen en werd eruit gehaald door het veen uit te graven en de turf vervolgens tot as te verbranden. Uit de as werd door toevoeging van zeewater een pekel bereid waaruit door indamping zout verkregen werd. De zel-as werd gebruikt om het land op te hogen. In West-Brabant werd die as ook wel ‘keetspek’ genoemd en de stad Steenbergen is bijvoorbeeld op zo’n laag zel-as gebouwd. Aan het eind van de middag rondde Ans van den Berg de middag af met een korte samenvatting en een aansporing aan de leden van de werkgroep om vooral door te gaan met de activiteiten op het gebied van turf. René Hermans
brabantsheem_nr47.indd 6
26-5-2011 13:25:15
GEMEENTEN LATEN KANSEN LIGGEN Een raadpleging die Vereniging NOV samen met Mezzo (een mantelzorgorganisatie) heeft gehouden onder organisaties voor vrijwilligerszorg en vrijwilligerscentrales toont aan dat in tenminste 18% van de gemeenten de vrijwilligersorganisaties niet betrokken zijn bij het opstellen van beleidsplannen. Gemeenten laten hier kansen liggen. Ondersteuningsorganisaties van het vrijwilligerswerk zijn immers bij uitstek de experts, van hun kennis wordt te weinig gebruik gemaakt. Uit de raadpleging blijkt ook dat een aantal belangrijke activiteiten voor vrijwillige inzet door veel gemeenten niet worden opgenomen in het vrijwilligersbeleid. NOV en Mezzo zetten zich er al langer voor in dat gemeenten de vrijwilligersorganisaties intensiever betrekken bij het opstellen van beleid op prestatieveld 4 van de Wmo. Dit is kennelijk niet voldoende. Naast heemkundekringen staan een aantal specialistische vormen van vrijwilligerszorg onder druk. NOV en Mezzo maken zich grote zorgen over het voortbestaan van vriendendiensten, buddyzorg, vrijwillige thuishulp en georganiseerde burenhulp met name voor kwetsbare groepen als mensen met psychische of psychiatrische problemen, voor mensen die chronisch ziek zijn of voor mantelzorgers met een dementerende partner. Het ontwikkelen en onderhouden van deze specialistische kennis wordt door slechts 13% van de gemeenten in hun beleidplannen opgenomen. De zorgelijke signalen die NOV en Mezzo eerder van lidorganisaties ontvingen over gemeenten die onvoldoende beleid formuleren worden nu door de resultaten van de raadpleging bevestigd. Binnenkort zullen deze uitkomsten met het Ministerie van VWS en met de VNG besproken worden.
7
BIJ ELKE GRAFHEUVEL EEN PATATKRAAM? In april vierde de Kommanderij van Gemert haar 70-jarig bestaan. En hoe is zo’n platina feest beter te vieren dan met een geheel gerenoveerde heemkamer en met een Brabantbreed symposium over Cultuurhistorie? Over die zeer geslaagde middag het volgende: Centraal stond de vraag aan de vormgevers van de toekomst: “Hoe houdt u rekening met de cultuurhistorie? “ Cultuurhistorie wordt immers steeds afgewogen tegen de hoge investeringen in tijd en geld. Dan weegt de (wiens?) economie zwaar. Wat meestal niet gewogen wordt, is de beleving van mensen, hun behoefte aan een landschap met smoel en een omgeving die hun identiteit uitdraagt. Welzijn is meer dan welvaart (geld) en duurt langer.
brabantsheem_nr47.indd 7
26-5-2011 13:25:15
8
Cultuurhistorie vraagt zelden om de duurste oplossing. Maar als je nooit naar cultuurhistorie kijkt , dan zie je ook niet dat er meer sociale, cultuurhistorische alternatieven zijn. Daarvan zijn er die middag een aantal getoond die nog renderend zijn ook: de Romeinse limes, een stijlvol opgekalefaterd winkelcentrum.1 In een kosten-batenanalyse blijkt dat een band met ons cultuurhistorisch verleden een strategische meerwaarde kan hebben. Daarbij kun je denken aan de ge- foto Wim Renders bruikswaarde, de verbruikswaarde en de belevingswaarde van de inwoners. Maar ook aan de economische aspecten van toerisme en recreatie. Overigens moet je dat laatste niet teveel uitmelken: teveel bezoekers maakt de recreatieve waarden juist kapot. Zo ook laten te veel mooie huizen bij elkaar de huizenprijzen stijgen. Voor het landschap geldt hetzelfde als voor archeologie en monumenten: het is allemaal door mensenhand geschapen; pleiten voor behoud (als het waardevol is) betekent niet dat je ontwikkeling tegengaat. Behoud en ontwikkeling kunnen in één scenario, zoals de Belvedèreprojecten laten zien. Maar zonder ‘behoud’ stap je uit de stroom van de cultuur. Na afloop van de middag met uitstekende inleiders werden Ad Otten en Jan Timmers, amateurs en toch erkende deskundigen, maar vooral leraren die een verhaal kunnen uiten overdragen, terecht koninklijk onderscheiden. JFr
foto Wim Renders 1 Niet dat in Deventer, waar men half voor totale vernieuwing en half voor renovatie koos. Half-half wordt altijd tweemaal niks.
brabantsheem_nr47.indd 8
26-5-2011 13:25:15
MUSEUM VAN HET JAAR Het Gallo-Romeins Museum van Tongeren is Europees Museum van het jaar geworden. Het Airborne Museum in Oosterhout was ook voor 2011 genomineerd. The European Museum of the Year Award bestaat sinds 1977 en is bestemd voor musea die de afgelopen twee jaar zijn gebouwd of vernieuwd. Het Openluchtmuseum Arnhem won de prijs in 2005. Het Gallo-Romeins Museum in Tongeren is het eerste Belgische museum dat de prestigieuze prijs krijgt. Het museum presenteert de geschiedenis van het leven van de mens vanaf de prehistorie tot de nieuwe middeleeuwen. De jury noemde de vernieuwde presentatie ‘elegant en fantasierijk’ met een goede, gelaagde opbouw van het lange en complexe verhaal. De tentoonstellingen ‘hebben autoriteit, maar zijn niet autoritair’, aldus de jury.
BELEID EN PRAKTIJK Het Nederlands Centrum voor Volkscultuur heeft een boekje uitgegeven voor heemkundekringen: Beleid en praktijk (Utrecht, 2011), geschreven door Herman Meddens. Daarin vindt een bestuur alles wat men wil weten over aansprakelijkheid, verzekeringen en het actief maken van vrijwilligers. Ook financiën en mediabeleid (dagelijkse PR) komen aan bod. Goede ideeën te over voor een beleidsplan, het uitgeven van een tijdschrift of boeken, digitalisring en collectievorming van museale voorwerpen. Het is niet verwonderlijk dat er vooral Brabantse voorbeelden worden gegeven. Voor op het nachtkastje van elk bestuur.
9
IN HET SPOOR VAN BINCK Bij zijn terugtreden als bestuurlid heeft Cees van der Wielen uit Alphen het zilveren draaginsigne van Brabants Heem uitgereikt gekregen. Cees is in 1966 als piepjong onderwijzer tot het bestuur toegetreden en was dus 45 jaar bestuurslid. Hij heeft zich vooral bezig gehouden met archeologie, als schrijver en medewerker aan boekuitgaven, lid van de redactie van De Runstoof, als lid van de straatnamencommissie. Als onderwijsman beheert hij de Romeinse leskist en werkt hij in het Oudheidkundig Streekmuseum. Deze promotor van de heemkundekring Carel de Roij organiseert ook nog de jaarlijkse middagen met volksmuziek en diverse excursies. Hij blijft dat allemaal doen, alleen niet meer als bestuurslid.
brabantsheem_nr47.indd 9
26-5-2011 13:25:15
IN BERLICUM: HARRY WIJGERGANGS
10
Ook Harry Wijgergangs (Veghel, 1933) nam afscheid na ruim 16 jaar als bestuurslid, waarvan 15 jaar als penningmeester. Tijdens de algemene ledenvergadering reikte Ad Jacobs (midden) van Brabants Heem de verdiende zilveren speld uit aan “het geheugen van Middelrode”. Heemkunde is voor Harry en zijn vrouw Stientje nog altijd ‘werken met mensen”. De Historische Vereniging Berlicum Middelrode is in zijn tuin opgericht (1994). Als sleutelbeheerder is hij vrijwel elke donderdag aanwezig in de heemruimte van het dorpshuis, als vraagbaak en anders bezig met het digitaliseren van documentatie (o.a. bidprentjes). Harry Wijgergangs (rechts) is nog steeds een zeer actieve heemkundige. Hij was mede-auteur van een boek over de lokale oud-Indiëgangers, een boek over de NCB en redactielid van “Aachterum”. Zelf schreef hij “Emigranten”, een omvangrijk boek over iedereen die uit Berlicum en Middelrode emigreerde. Als goed organisator is hij niet weg te denken bij voorstellen aan de gemeente (mo0numenten) en bij tentoonstellingen en andere publieksactiviteiten.
MET RECHT TERUGKIJKEN Juridische zaken Gedurende het afgelopen halfjaar heeft de hkk De Willemstad bij de Raad van State gedeeltelijk gelijk gekregen en de hkk De Vonder uit Asten helaas geen gelijk. Het geval van De Willemstad kent u uit De Koerier nr. 45 (Heemkunde, een beetje folklore?). De heemkundekring was door de bestuursrechter niet als belanghebbende partij erkend, omdat ze verouderde statuten had met een te vage doelstelling. Uit de geformuleerde doelstelling moet blijken dat de kring het algemeen belang nastreeft en dat dus vertegenwoordigt. Daarom geen termen als “heemkundebeoefening in de ruimste zin” en “studie van” want dat wordt vooral gezien als eigenbelang. In ’t Koeriertje is met de notaris al eerder gepleit voor een formulering van de doelstelling in woorden als “zorg voor monumenten, bodemarchief en landschap; zorg voor behoud en functioneel maken van cultuurhistorie” en vergelijkbare bewoordingen voor onze verantwoordelijkheid voor welbevinden en identiteitsbeleving. Gelukkig is de terminologie van de statuten niet het enige criterium dat bepaalt of een heemkundekring in een zaak op mag komen voor wat zij als algemeen belang ziet. Ook de feitelijke werkzaamheden
brabantsheem_nr47.indd 10
26-5-2011 13:25:16
van de heemkundekring bepalen die afweging. In hoogste instantie kon De Willemstad duidelijk maken hoe zij zich met educatie (lessen en voorlichting), stadswandelingen, museumbeheer en talrijke vormen van overleg met de gemeente altijd ingezet heeft voor de gemeenschap. Misschien heeft wel de doorslag gegeven dat de heemkundekring een aantal jaren geleden al met dezelfde statuten als procespartij was erkend door de Raad van State zelf als hoogste rechter. De hoge bestuursrechter heeft ook inhoudelijk een uitspraak gedaan over het meningsverschil tussen geWillemstad meente en heemkundekring. Is de aantasting van de vesting Willemstad door tegen de onneembare en nooit ingenomen omwalling een stalen trap te plaatsen (nb een toegang) nu wel of niet acceptabel? Is dat gewoon een kwestie van smaak? Hier heeft de heemkundekring ongelijk gekregen, omdat de kring geen eigen deskundigenrapport kon zetten tegenover het advies van de regionale welstandscommissie aan de gemeente. Daarbij zag de Raad m.i. over het hoofd dat de enige echte deskundige, de Menno van Coehoornstichting, negatief geadviseerd had. Weliswaar met weinig argumenten maar die had de welstandscommissie ook niet. De Menno van Coehoornstichting wil (begrijpelijk) wel als getuigedeskundige optreden maar niet als procespartij of als medestander.
11
De afwijzing van de bezwaren tegen het herziene bestemmingsplan Woongebieden Asten is harder aangekomen. In het ontwerp wilde de gemeente Asten het bodemarchief in de bebouwde kom niet beschermen. De gemeente baseerde zich op de Archeologische Waardenkaart van de provincie (die hier geen waarden verwacht) en voerde aan dat binnen de bebouwde kom de bodem al zoveel verstoord is, dat het de hoge kosten van onderzoek niet waard is. De heemkundekring bracht naar voren dat de provinciale kaart niet alleen verouderd is, maar dat de provincie zich ook nooit met de bebouwde kom bemoeit. Op grond van andere kaarten zijn er wel degelijk archeologische verwachtingen binnen het bestemmingsplan. De staatsreden ontkenden dat niet, maar vonden wel dat het gemeentebestuur die gegevens niet per se hadden hoeven gebruiken. Daarmee lijkt de Raad van State af te wijken van wat in andere kamers in eerdere zaken beslist had. Maar geen geval is precies hetzelfde.
brabantsheem_nr47.indd 11
26-5-2011 13:25:16
In bestuursrecht heeft de onpartijdige bestuursrechter twee partijen voor zich. Tenzij het om een querulant gaat, is de zwakste partij de persoon of instantie die tegen het grote, machtige bestuursapparaat in beroep gaat. Vanwege die ongelijkheid dient de bestuursrechter extra kritisch te zijn naar de overheid toe. Om evenwicht te behouden zou de bewijslast vooral bij de beslissende overheid moeten liggen. Dat zou inhouden dat de rechter niet mag uitgaan van de vooronderstelling: het bestuursbesluit is altijd juist, tenzij u wel heel hard kunt aantonen dat zulks niet het geval is. Juist als het om inschattingen gaat (de mogelijkheid van archeologische vondsten) moet de redelijkheid bepalend zijn.
12
Een nog lopende zaak is een Bestemmingsplan Buitengebied. Hier speelt de vraag of de bodem in agrarische bouwblokken in het verleden al niet zoveel vergravingen en verstoringen gekend heeft, dat zelfs beperkt kijken of er toch geen archeologische sporen zijn, niet zinnig is. Steeds meer komt het wetenschappelijk inzicht naar voren dat verstoringen in het verleden nooit zo diep gaan, als met de enorme rioleringen en funderingen van tegenwoordig. Er kunnen dus nog sporen onder de verstoring aanwezig zijn. Maar wetenschappelijk nog interessanter zijn de verstoringen zelf. Een paalspoor of een voorwerp is als een foto. Een verstoring is een film: Waarom werd hier gebouwd, begraven etc.? Wat is het verschil met eerder, wat is het verschil met later? Het is net als in de volkskunde: de traditie is leuk, de verandering van de traditie is veel interessanter en veelzeggend. En dus maar hopen dat de rechters de nieuwste archeologische inzichten bijhouden. Bij het verschil van inzicht rond de monumentale waarde van de St. Jozefkerk in Kaatsheuvel is de verwachting dat de Raad van State zich eveneens op het standpunt van de deskundigen zal stellen. Het gaat om een vrij moderne kerk van architect C. de Bever. Parochiebestuur en bisdom zien er geen monumentale waarde in en willen het gebouw slopen. De stichting Erfgoed Kaatsheuvel met de rechtbank van Breda en de deskundigen (STAB-advies) aan zijn zijde, vindt deze unieke kerk juist een topmonument. De definitieve uitspraak volgt begin juli. Jan Franken
brabantsheem_nr47.indd 12
26-5-2011 13:25:16
PIET MEIJERS Bij de laatste bijeenkomst heeft de Raad van Aangeslotenen afscheid genomen van Piet Meijers als bestuurslid. Piet heeft heel veel betekenis gehad voor de stichting Brabants Heem en daarmee voor de aangesloten heemkundekringen, speciaal die in West-Brabant. Een groot deel van zijn vijfjarige zittingsperiode is hij coördinator geweest van de twee westelijke regio’s, de grootste en de op éen na grootste, en daarmee van de halve provincie. Hij vertegenwoordigde Brabants Heem (o.a.) in de Monumentenfederatie en in de Stichting Cultuurhistorie West-Brabant. Hij heeft de portefeuille Archeologie (met cursussen) opgezet en vervolgens de portefeuille Monumenten. Als voormalig onderwijsmanager had hij een goed inzicht in termijnplanning. Daardoor was hij de drijvende kracht achter de jaarlijkse heidag, de dag dat het stichtingsbestuur zich bezint op taken, activiteiten en toekomst. Toen ik Piet kort voor zijn pensionering ging vragen om toe te treden tot het bestuur, was hij snel enthousiast. Nog vóór hij een half jaar mee kon draaien als kandidaat-bestuurslid, moest hij afhaken omdat bij hem een ernstige ziekte ontdekt was. Hij is daar in anderhalf jaar helemaal bovenop gekomen, en toen pakte hij de telefoon: “Ik had toch iets beloofd. “ Dat is Piet ten voeten uit. Hij gaat zich na ruim vijf jaar, meer met inhoudelijke heemkundige zaken bezighouden. Hij blijft enthousiasmerend gids in de basiliek van Oudenbosch. Maar het bestuur van Brabants Heem (en de lezers van De Koerier) zullen hem zeker erg missen. Jan Franken
13
SAMENWERKEN MET GEMEENTEN In het nieuwe bestel met ‘Malta’ en de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz) is de verantwoordelijkheid voor het bodemarchief bijna helemaal bij de gemeenten komen liggen. Dat betekent dat lokale vrijwilligers (en die vind je vooral bij de heemkundekringen) door een goede samenwerking met hun gemeente, mede inhoud kunnen geven aan het archeologie- en monumentenbeleid. De bescherming van archeologische, monumentale en cultuurhistorische waarden wordt altijd gekoppeld aan ruimtelijke plannen: bestemmingsplannen, bouw-, aanleg- en sloopvergunningen enz. Gemeente hebben wettelijk een archeologische zorgplicht gekregen. Tegelijk hebben ze ook een grote mate van beleidsvrijheid. In bestemmingsplannen mag de gemeenteraad
brabantsheem_nr47.indd 13
26-5-2011 13:25:16
14
bepalen welk gebied een archeologische waarde heeft of kan hebben: hoge verwachting, aannemelijke of lage verwachting. Ze bepalen ook hoe die waarde(n) beschermd worden: afblijven, een oppervlakkig of een grondig onderzoek om zekerheid te krijgen, of geen onderzoek (geen waarde). Beleidsvrijheid betekent echter niet: willekeur. Wie ziet erop toe dat een gemeente niet wegduikt voor kosten? Niet de provincie. De provincie kan wel archeologische attentiegebieden aanwijzen, maar dan gaat het alleen om archeologie van provinciaal belang. De Rijksdienst in Amersfoort waakt alleen over archeologie van nationaal belang. Rijks- en provinciale archeologen zien wel met pijn in het hart dat het niet altijd goed gaat, maar ze mogen door de wet niet opkomen voor lokale archeologische belangen. In het huidige (dit jaar te evalueren) bestel is de bescherming van de bodem (en van gewone monumenten) dus voor een groot deel afhankelijk van de keuzes die de gemeenten maken. Archeologievrijwilligers en heemkundekringen horen dan (als actieve burgers) hun gemeente te stimuleren tot en te stimuleren bij een goed archeologiebeleid. Ze kunnen dat doen door een combinatie van - meedenken en steun geven aan het tot stand komen van het archeologiebeleid; - meedoen: versterken van participatie en daarmee van draagvlak. In hoeverre kunnen kringen of vrijwilligers meeweken aan het opstellen van het gemeentelijk beleid? Dat kan door de gemeente van informatie te voorzien, door mee te doen in een klankbordgroep (als die er is), door controles in het veld. Wacht –als het even kan- niet tot de gemeente een inspraakprocedure start. Dan ligt er een volledig uitgewerkt voorstel. U kunt daarop een zienswijze indienen, maar dat is al een reactie en ambtenaren veranderen hun stukken niet graag. Betrokkenheid vooraf wordt door de gemeenteraad meestal op prijs gesteld. Hebben gemeenten nog geen beleid? Vraag dan om een gemeentelijk (archeologie)beleid. Soms hebben gemeenten wel een beleid, maar zijn de heemkundekringen daarbij niet betrokken. Dat kan bijv. in het geval van een stads- (of streek-) archeoloog. Bouw dan een goede relatie op met die professionele archeoloog. Een structurele positie voor de heemkundekring is profijtelijk voor die functionaris en voor de heemkunde in uw gemeente. Dit artikeltje is helemaal gebaseerd op de publicatie en de gegevens van Tonnie van de Rijdt- van de Ven, voorzitter van de AWN, zoals iedereen kan lezen in Westerheem 60-2, april 2011 (zeer aanbevolen). Zij pleit ook voor een goede samenwerking tussen plaatselijke afdelingen van de AWN (Archeologische Werkgemeenschap Nederland) en heemkundekringen. Alle stellingnames en interpretaties zijn voor mijn rekening. Jan Franken
brabantsheem_nr47.indd 14
26-5-2011 13:25:16
uit de media TON BEUMER GEËERD Voorzitter Ton Beumer (74) van heemkundekring Willem van Strijen uit Zevenbergen is gehuldigd door heemkundekoepel Brabants Heem. De zeer enthousiaste Ton Beumer is sinds 1995 voorzitter van de vereniging. Niemand kan beter een vergadering leiden of contacten onderhouden met de overheid. Daarnaast organiseert hij excursies, exposities, lezingen en andere publieksactiviteiten. Gezien zijn leeftijd wil Ton Beu- De heer en mevrouw Beumer bedanken de vereniging mer later in het jaar de voorzittershamer neerleggen, maar eerst moet de opvolging goed geregeld zijn. De opvolger hoeft niet zo charismatisch te zijn maar zal karakter genoeg hebben om het op de eigen wijze te doen. Ook de kring Fijnaart en Heiningen maakte bekend dat het zilveren draaginsigne is uitgereikt aan Jan Kleinepier. Hij is sinds 1992 vrijwilliger. • Bron: BNde Stem, 26 maart 2011
15
DE PRAKTIJK IN UW GEMEENTE Cursussen Cultuurhistorie II: de praktijk in uw gemeente. De eerste cursussen Cultuurhistorie voor Zand-Brabant en voor West-Brabant zijn een groot succes geworden. Dat geldt eveneens voor de vervolgcursus “Cultuurhistorie II: de praktijk in uw gemeente”, die met ruim 40 betrokken deelnemers in Tilburg het maximum voor de zaalomvang liet zien. De aangekondigde herhaling in West-Brabant (Breda, eerst in maart-april; later een nieuwe poging voor juni) is echter niet doorgegaan. Er was geen belangstelling. Dat is geen probleem, scholing moet zichzelf overbodig maken. Wanneer intussen de heemkundekringen zich voldoende toegerust vinden om als volwaardig gesprekspartner van de gemeente en haar ambtenaren op te kunnen treden, dan is het goed. Dan kunnen de kringbesturen zich tegenover hun opvolgers en de komende generaties verantwoorden dat ze gedaan hebben wat ze konden bij de eerste, bepalende gemeentelijke cultuurbeleidsplannen ooit. Op het moment dat het belang van een heemkundekring botste met het belang van een particulier of van een gemeente wordt het politiek. Een goede band met bestuurders kan preventief werken. Maar je moet als historische vereniging ook oppassen dat je niet ingepakt wordt of gecommitteerd. Wees
brabantsheem_nr47.indd 15
26-5-2011 13:25:16
nooit te bang op een eigen zienswijze bij de gemeente in te leveren of er mee naar de pers te gaan. Een heemkundekring is geen toevallige actiegroep. Een heemkundekring heeft, zoals in haar statuten staat, de plicht om op te komen voor het algemeen belang. Ze is ingesteld om het cultuurlandschap te behoeden. Een enkele keer moet je daarvoor op de barricaden. Maar een professionele gemeente begrijpt de rol van de heemkunde en laat de persoonlijke verhoudingen niet verstoren door een zakelijk verschil van mening. De kringen die Cultuurhistorie II gevolgd hebben, hebben in ieder geval hierover voorbeelden en handreikingen gehad van ervaringsdeskundigen op het gebied van wettelijke regels, praktijkregels en strategisch overleg met de overheid. De mensen uit de kringen kunnen naast het cursusverslag blijvend steunen op twee uitgaven als handreikingen voor vrijwilligers voor hun samenwerking met gemeenten: het boek “Verleden wordt heden” en de brochure “Hoe beschermen we ons archeologisch erfgoed?” Net als de cursus was dit informatiemateriaal gratis. Elk van deze boekwerken is door Brabants Heem ook uitgereikt aan de kringen die deelnamen aan (respectievelijk) de voorlaatste en de laatste bijeenkomst van de Raad van Aangeslotenen. • JFr 16
MEROVINGEN Lange tijd waren de Merovingische periode (7de en 8ste eeuw: 600-800) en de Karolingische periode (800-1000) in Noord-Brabant archeologisch gezien witte vlekken. En ineens wordt die leemte in onze kennis flink opgevuld: merovingische vondsen in Helmond, Goirle, in Alphen, in Berkel-Enschot. Natuurlijk moeten de verslagen nog geschreven worden, moet de discussie nog beginnen en zal het even duren voor we heldere conclusies kunnen uitspreken over onze voorouders en het leven in die tijd. Maar op de duur vormen ook deze perioden een statie in de canon van Brabant. Ik beperk me hier tot een signalement van de zeer recente opgraving in Enschot-Heukelom in mei van dit jaar. De laatste jaren is er veel noodzakelijk archeologisch onderzoek verricht binnen de gemeente Tilburg. Tussen Bosscheweg en Enschotsebaan bleek vorig voorjaar een nagenoeg aaneengesloten bewoningscontinuïteit aanwijsbaar: IJzerijd, mogelijk Romeinse tijd, Merovingisch-Karolingisch en Hoge Middeleeuwen. Waterputten en boerderijsilhouetten met kenmerken die per periode verschillen. Merkwaardig gevoeg werd er geen enkel soort grafveld gevonden op dit bouwterrein. Later in het jaar baarde een grote opgraving opzien op of bij het hoogste punt van Tilburg, het Willem-II-stadion. Ook daar kon bewoningscontinuïteit aangetoond worden van IJzertijd en zeker Romeinse tijd tot de moderne tijd. Bij de aanleg van de Bechtweg (dat is de weg komend van Eindhoven of Breda –knooppunt De Baars- richting Tilburg-Noord en de Efteling) was men 16 jaar geleden al gestoten op de sporen van enkele huizen uit de Merovin-
brabantsheem_nr47.indd 16
26-5-2011 13:25:16
gische tijd en van een inheemse boerderij uit de Romeinse tijd. Vanwege de verkeersdruk moet de Bechtweg nu verdubbeld worden. Dat is de reden dat er naast het bestaande talud nog een smalle strook is onderzocht, waar het nieuwe verbrede talud moet komen. Als verwacht hebben stadsarcheoloog Guido van den Eynde en de onderzoekers van de universiteit van Amsterdam nog meer silhouetten van Merovingische huisplattegronden gevonden, en ook drie waterputten en een aantal spikers (schuurtjes). Omdat het nu om een totaal van 13 woningen gaat, kan men van een nederzetting spreken. Daarbij moet men bedenken dat er steeds alleen gezocht is in een smalle strook die loodrecht staat op nabijgelegen de Leij en de zandrug ten noorden daarvan. Wie weet wat er nog in de breedte ligt, onder de akkers die men terecht met rust laat. Die situering over de zandrug heen en ten noorden van de Leij maar loodrecht daarop doet Van den Eynde voorlopig veronderstellen dat de nederzetting langs een oude weg gelegen was die hier de beek kruist. Nog geen 50 m ten noorden van deze nederzetting uit Willibrordus’ tijd troffen de archeologen onverwacht een grafveld aan uit de IJzertijd. Dat is wel even een millennium eerder. En toch, alsof men het voelde of wist, heeft zich daar de nederzetting niet over heen gezet. Men heeft (weer in zo’n smalle strook) 15 crematies aangetroffen: tien in of bij een urn, en enkele niet. 17
Die laatste verbrandingsresten zijn gebruikelijk in een doek begraven geweest. In die tijd kon men nog geen hoge temperaturen bereiken. Daarom zijn de resten nooit as maar verkoold bot en nog te determineren naar leeftijd en geslacht. Drie urnen zijn nog onbeschadigd, een heeft een versiering door inkepingen met de nagel, en juist die gave urnen maken de datering zo zeker. En grote (15 m doorsnee) en een kleine ringgreppel (3 m) om een urnbegraving heen, zijn waarschijnlijk de enige geweest in deze vlakke dodenakker van voor Christus. Terug naar de Merovingische nederzetting. Die ligt op een 600 m van de opgraving langs de Enschotse Baan. Dit vroeg-frankische gehucht langs de Bechtweg is zeer waarschijnlijk de voorganger geweest van de bewoning
brabantsheem_nr47.indd 17
26-5-2011 13:25:16
aan de Bollekensakker (Enschotse Baan). De zwervende erven uit de IJzertijd werden veel later de zwervende dorpjes van de Franken. Toen de grond uitgeput was, verplaatste men zich van de Leij naar de Bollekensloop. Dat was niet ver van de Enschotse toren, waar de eerste (houten) kerk gestaan moet hebben. Wellicht moet daar, bij de voormalige Michaelkerk, ook de begraafplaats van de christenen na 700 gevonden worden. Het zou goed zijn als de opgravingen langs de Bechtweg en langs de Enschotse Baan als één project onderzocht worden en in één publicatie gepresenteerd. Mogelijk is april 2012 haalbaar. Jan Franken
18
MAAND VAN DE GESCHIEDENIS De maand van de geschiedenis is het grootste historische evenement van Nederland. Een maand lang staat het hele land in het teken van geschiedenis. Honderden instellingen organiseren voor een breed publiek speciale activiteiten rond een wisselend thema, dit jaar ‘Ik en wij’. De achtste editie in oktober 2011 is uitgebreid van een week naar een maand, zodat de deelnemers nog meer mogelijkheden krijgen om activiteiten te organiseren en te bezoeken. Doel en doelgroep Het primaire doel is de geschiedenis van Nederland op een aansprekende manier toegankelijk maken voor een breed publiek: van geïnteresseerde museumbezoekers en leerlingen tot groepen die doorgaans niet in musea of culturele instellingen komen. Door het brede scala aan activiteiten tijdens de Maand van de Geschiedenis is er voor elk wat wils. Instellingen De Maand van de Geschiedenis biedt een platform voor honderden instellingen en organisaties op het gebied van geschiedenis, cultuur en actualiteit: musea, kunst- en cultuurinstellingen, boekhandels, bibliotheken, archieven, gemeenten en heemkundige en historische verenigingen. Activiteiten De instellingen organiseren tijdens de Maand van de Geschiedenis een zelf bekostigde activiteit binnen of buiten hun eigen locatie rond het thema Ik en wij: van lezingen tot fietstochten, van archeologische opgravingen tot wedstrijden, van multimediale rondleidingen tot tentoonstellingen. De activiteiten zijn toegankelijk voor publiek en/of onderwijs en worden aangemeld op maandvandegeschiedenis.innl.nl (vanaf april 2011). De instellingen communiceren op hun website, in drukwerk en in agenda’s dat de activiteit onderdeel is van de Maand van de Geschiedenis. Ondersteuning Het Nationaal Historisch Museum biedt culturele instellingen ondersteuning bij de ontwikkeling van hoogwaardige activiteiten rond het jaarthema Ik en wij: het adviseert over het opzetten van activiteiten, draagt inhoudelijke ideeën aan, brengt partijen samen, stelt zijn netwerk ter beschikking, verzorgt documentatie, organiseert workshops, stelt beelden, logo’s, persberichten en gratis promotiemateriaal ter beschikking en voert een omvangrijke mediacampagne.
brabantsheem_nr47.indd 18
26-5-2011 13:25:16
Mediacampagne De mediacampagne rondom de Maand van de Geschiedenis richt zich op landelijkeen regionale media: tv, radio, nieuwsbladen, tijdschriften, websites, agenda’s, blogs en andere nieuwe media zoals twitter en facebook. Het bereik in free publicity is zeer groot. Daarnaast wordt ingezet op advertenties en spots op de 13 regionale radiozenders. De Geschiedeniskrant, een samenwerking met de Volkskrant en Historisch Nieuwsblad, besteedt veel aandacht aan het programma. Jaarthema 2011 ‘Ik en wij’ Rond 1900 was je in de eerste plaats katholiek, socialist of protestant. En je behoorde tot een stand of klasse. Wie anno 2011 een Nederlander vraagt wat en wie hij is, krijgt uiteenlopende antwoorden te horen, zoals homo of hetero, oud of jong, allochtoon of autochtoon, spiritueel of rationeel, levensgenieter of tobber. Zijn al die verschillende Nederlanders in staat om van de Maand van de Geschiedenis gezamenlijk een feest te maken? Hoe kunnen instellingen daaraan bijdragen? Op maandvandegeschiedenis.innl.nl is een inspiratiedocument beschikbaar. HEKSEN In het volksgeloof kwamen (en komen) heksen voor. In alle culturen, bij alle volkeren en door alle tijden heen hebben mensen de behoefte gehad om onverklaarbare gebeurtenissen toch te verklaren. Onbegrijpelijk, duister, nietnatuurlijk? Blijkbaar zijn er krachten of personen die het buiten-natuurlijke kunnen laten gebeuren. Die noemen we ‘heksen’, of ‘tovenaars’ als het mannen zijn. Met hun magie kunnen ze iemand ziek maken of juist genezen, gebeurtenissen voorspellen en beïnvloeden. Ze hebben hun speciale krachten (dacht men oorspronkelijk) te danken aan geesten. Maar wanneer aan het eind van de middeleeuwen de Kerk zich ermee gaat bemoeien, kunnen geesten die buiten de natuurlijke gang van zaken staan, alleen maar duivels zijn. Werden heksen met hun geesten oorspronkelijk het bos ingejaagd of verbannen, door de inquisitie worden ze vanwege het duivelse aspect vervolgd. Het volkse bijgeloof werd serieus genomen. Men dacht aan een verbond met de duivel, ook op seksueel gebied. Omdat de satan als een mannelijke sater werd gezien, werden vooral vrouwen voor heks versleten. Wanneer je er wat vreemd uitzag, vreemd deed of wanneer je concurrent een bloedhekel aan je had, kon je al snel als heks beschuldigd worden. Bij de ondervraging hoorde ook martelen en dan kwam er natuurlijk altijd een bekentenis. Het beste was snel te bekennen, aangeven dat je je wilde beleren en de duivel laten uitdrijven. Het was onverstandig om te zeggen: hou op met die flauwe kul en principieel vol te houden dat je van de duivel geen kwaad wist. Dan liep je kans ter dood veroordeeld te worden en dat betekende de brandstapel. Gelukkig ging het niet om levend verbranden. Een veroordeelde heks werd eerst gewurgd. De verbranding was nodig om te
brabantsheem_nr47.indd 19
19
26-5-2011 13:25:17
voorkomen dat de duivel door toverkracht zijn heks weer tot leven zou wekken. Op het eind van de 16 en het begin van de 17de eeuw komen ook in onze streken heksenverbrandingen voor. Het lijkt er bijna op dat men de sensatie nog een tijdje heeft willen voortzetten, nadat het afliep met de ketterverbrandingen (soms wel levend). De overeenkomst is opvallend: onverbeterlijk en een band met de duivel. Een plaatselijke vijand kon voordeel hebben bij je uitschakeling als heks, maar ook de schepenbank en de lokale schout kon profiteren van verbeurdverklaring en van een afschrikwekkend gezagsdrager. Tegen een roep als heks kon je beschermen door een proces wegens smaad aan te vragen. Tegen een veroordeling kon je (als je connecties had) in beroep bij de Staten in Den Haag of Brussel. De heren daar waren al humanist en hebben altijd verdachten in hoger beroep vrijgesproken. Maar soms kreeg je die kans niet, omdat het bijgelovige volk zich snel liet ophitsen en zelf effectief aan heksenjachten deelnam of die op touw zette. In de bekentenissen van vermeende heksen zien we vooral vaste bijgeloofzaken als ziek maken of jezelf veranderen in een dierlijke gedaante (net als de duivel), samenzweren (heksensabbat) en seksueel verkeer met de duivel. Er is in de bekentenissen weinig invloed van ‘geleerde’ boeken als de Heksenhamer en de heksenverschijnselen die daar in staan. Het blijft een volks gebeuren. 20
Een in mei 2011 verschenen proefschrift toont aan dat de verplaatsing op een stok of bezemsteel vanuit de prentkunst in het volksgeloof komt. De eerst bekende tekening van een heks op een bezemsteel is van Pieter Brueghel de Oude. Zijn heks gaat door de schoorsteen (van ouds de verbinding met de geesten en zwarte piet). Ook de kat en de pad als begeleiders en duivelsymbolen ontbreken niet. Op bijgaand fragment naar Brueghel [Cock 1565] is ook een tovenaar te zien die rituelen uitvoert in en magische cirkel. Een congres over Heksen in NoordBrabant en de Belgische Kempen vindt plaats op zaterdag 8 oktober in Helmond of Deurne. In de volgende Koerier vindt u een programma en het inschrijfbiljet. (JFr)
brabantsheem_nr47.indd 20
26-5-2011 13:25:17
• Literatuur: o.a. Ben Janssen: Heksenstreken, in: Het dansmeisje en de Lindepater. Volksverhalen uit de Meiierij en de Peel. 1978; Renilde Vervoort: Vrouwen op den besem ende derghelijck ghespoock Nijmegen2011 OUDSTE BOERDERIJ IN NEDERLAND STAAT IN BEST Of het een rijksmonument of gemeentelijk monument gaat worden is nog onduidelijk. Maar zeker is dat de eeuwenoude stal die in Best is ontdekt van enorme monumentale waarde is. Van buitenaf is er niks bijzonders aan de boerderij van de familie Scheepers aan de Oirschotseweg 117 in Best te zien. Maar uit een eerste onderzoek van de jaarringen van het hout blijkt dat het gebint dateert uit omstreeks 1261. Blijkens de jaarringen en het ontbreken van sporen van hergebruik ligt het voor de hand dat de boerderij in hetzelfde jaar gebouwd is. “Dit is een unieke vondst. In heel Nederland is tot nu toe nog nooit zo’n oude boerderij 0ntdekt. Absoluut niet”, aldus Jud ith Toebast, specialist landelijke bouwkunde van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. “Mogelijk is er zelfs in Duitsland niet zo’n oude boerderij gevonden. “Met name voor bouwhistorici is de vondst bijzonder, aldus Toebast. Rond de 13e, 14e eeuw stopt men in Nederland met het ingraven van dragende palen voor een boerderij; tegen die tijd zijn er nieuwe constructies ontwikkeld die van zichzelf zo ‘stijf’ zijn dat verankering in de grond niet meer nodig is. Men gebruikt vanaf die tijd een constructie waarbij het gebint op veldkeien komt te staan, waardoor het hout minder snel rot. Met die verandering wordt het moeilijker om de ontwikkeling van de boerderijen te volgen. “Archeologen kunnen voor die tijd paalsporen in de grond terugvinden”, vertelt Toebast. “Van de boerderijen die daarna zijn gebouwd is bijna niets meer terug te vinden. Ze zijn in de loop der eeuwen door brand getroffen of ingrijpend verbouwd. We zitten echt met een gat in de tijd. Daarom is deze boerderij in Best zo waardevol.” • Bron: ED mei 2011 en www.omroepbrabant.nl, 5-05-2011, Albert Bos
21
BOXTEL Een paar jaar geleden heb ik het idee geopperd om in Boxtel het verleden beter “beleefbaar” te maken. Dat project hebben we toegespitst op de Romeinen in Het Groene Woud. Het project is onlangs afgerond, we hebben een fietstocht met vijf fraaie informatiepanelen gerealiseerd. We hebben een 24 pagina’s tellende brochure gemaakt. Er zijn twee grote mooie tentoonstellingen over Romeinen in Het Groene Woud opgezet. Met name het passend maken van ons idee aan alle subsidie-eisen heeft een aantal kwartalen gekost, maar uiteindelijk is er dan meer dan € 100.000 beschikbaar om mee aan de slag te gaan. De subsidiënten willen telkens hooguit 50% van het projectbudget steunen. We hebben uiteindelijk de uren van
brabantsheem_nr47.indd 21
26-5-2011 13:25:17
vrijwilligers gecalculeerd met een fictief uurloon en dan is iedereen opeens tevreden. De subsidiënten drongen ook aan op meer samenwerking. En ook dat heeft prima gewerkt in ons project. Heemkundekringen van Haaren, Gemonde, Sint Michielsgestel en Boxtel hebben plezierig samen gewerkt met de regioVVV van de Meierij. Dit project heeft ook een samenhangend verhaal over Romeinen in Het Groene Woud opgeleverd. Dit is allemaal te downloaden van de site www.hetgroenewoud.com/romeinen.nl Zie ook www.romeinentocht.nl en www.heemkundeboxtel.nl • Dik Bol (uit AVKP-actueel nr. 40, mei 2011)
22
HUWELIJK IS BELOFTE ’N ECHT PAAR TE ZIJN Waarom moet een echte bruidstaart niet alleen zoet maar ook bitter smaken? Waarom mag een bruidsboeket geen rode rozen maar wel witte anjers bevatten? Daarover kan Ineke Strouken, directeur van het Nederlands Centrum voor Volkscultuur, goed vertellen. Dit jaar bestaat de Burgerlijke Stand 200 jaar. Napoleon liet alles opschrijven. “Napoleon was een echte controlefreak’ zegt Strouken. Zij heeft zich verdiept in het huwelijk, dat overigens veel ouder is dan 200 jaar. De oudste huwelijken zijn afspraken tussen families. Die werden met het geven van het ja-woord bezegeld in het portaal van de kerk. Daarna werd in de kerk aan God om bescherming gevraagd. Een bruidspaar dat geen geld genoeg had voor zo’n kerkelijk huwelijk sprong over een puthaak die door beide moeders werd vastgehouden. In moderne hekserijen kennen we nog het over de bezemsteel springen. Het huwelijk is volgens Strouken niet meer dan een belofte dat je de rest van het leven als een echt paar zal doorbrengen. Dit is later geformaliseerd. Het was toen een zakelijk huwelijk waarbij de partnerkeuze bepaald werd door de familie. Er werd onderhandeld over wat het paar kreeg als ze door de ouders ‘uit huis werden gezet’. Daar komt het woord uitzet vandaan. Ook andere vraagstukken werden uit onderhandeld: wat zal het echtpaar later erven: wat als er geen kinderen komen. Soms werden deze afspraken op papier gezet, belangrijk was dat het paar van gelijke stand was. Daar komt de uitdrukking vandaan “Bunder bij bunder leggen”. Een huwelijk moest boerengrond opleveren. Als het leeftijdsverschil heel groot was kreeg het paar in de huwelijksnacht ketelmuziek te horen: dan werd onder het raam veel kabaal gemaakt. Dat was de manier waarop de omgeving het paar onvruchtbaarheid toe wenste. Overdag werd met kaf gestrooid, het onvruchtbare deel van het koren. Dat was heel erg want kinderen waren hard nodig voor de oude dag. Strouken kan enthousiast vertellen over de symbolen en rituelen van het huwelijk. Ook over het romantische huwelijk dat in de 19de eeuw de plek in nam van het zakelijke huwelijk. Met verliefdheid als basis. Tijdens haar lezing laat Strouken ook een show van bruidsmode door de jaren heen zien. Ze geeft
brabantsheem_nr47.indd 22
26-5-2011 13:25:17
uitleg bij de ontwikkelingen van kleuren, de kousenband, de sluier, het bruidsboeket en sieraden. • Bron: BN De Stem, 19-03-2011, Frank Timmers WATERSCHAP DE DOMMEL Waterschap de Dommel besteedt steeds meer aandacht aan archeologie. In het stroomgebied van de Dommel lopen tal van projecten om beken en rivieren weer meanderend te maken. Een plan voor de Beerze ter hoogte van de Kampina is onlangs bekend gemaakt. Na aandrang van onze heemkundekring (Boxtel) is daar serieuze archeologische begeleiding voorzien. Bij het hermeanderen van de kleine Aa tussen Boxtel en Esch wordt momenteel druk gegraven. De actieve begeleiding gebeurd door bureau BAAC. De minder kansrijke delen werden tot voor kort door ons amateurs nagelopen. Op het oog en met metaaldetectoren werden alle graafwerkzaamheden geïnspecteerd. Er waren weinig sporen te vinden. Maar nadat we meer dan 10 ontstekingen uit de Tweede Wereldoorlog gevonden hadden, moesten er nieuwe afspraken gemaakt worden. Het waterschap heeft nu een gespecialiseerd bureau ingehuurd wat laag voor laag afzoekt naar munitieresten. Toch is het verheugend dat het waterschap nut en noodzaak van archeologie steeds meer gaat inzien. • Dik Bol (uit AVKP-actueel nr. 40, mei 2011) 23
KEMPISCH STREEKFESTIVAL OP 3 JULI IN HILVARENBEEK Op zondag 3 juli zal voor de tweede keer het Kempisch Streekfestival worden gehouden, dit keer op het Vrijthof in Hilvarenbeek. Tijdens het evenement kunnen bezoekers kennis maken met de Kempische ondernemers en instellingen, proeven van streekproducten en genieten van muziek, cultuur, educatie en kinderactiviteiten. Speciale aandacht is er dit jaar voor het Landinrichtingsproject De Hilver. De succesvolle eerste editie vorig jaar in Reusel krijgt dus dit jaar een vervolg. De organisatie is door het Streekhuis Kempenland in handen gelegd van de Stichting Kempen Goed. De voorbereidingen zijn in volle gang. Alle bedrijven, instellingen en vereningingen in De Kempen is inmiddels gevraagd of ze willen deelnemen aan het evenement via een standje of een activiteit. Ook de AVKP is van de partij en geeft dankzij Theo van de Vleuten een kijkje in de keuken van de archeologie.. Vanaf het Vrijthof zullen bezoekers ook het gebied van Landinrichting De Hilver worden ingeleid. Per fiets, huifkar of wandelend zijn er routes en excursies door het gebied om het resultaat van de Landinrichting te laten zien. Wie meer wil weten kan contact opnemen met Charlotte Michielsen van Kempen Goed, e-mail:
[email protected]
brabantsheem_nr47.indd 23
26-5-2011 13:25:17
24
BREDA NASSAUSTAD WIL VAREND TURFSCHIP De Stichting Breda Nassaustad gaat onderzoeken of het haalbaar is een varend Turfschip van Breda te bouwen. Het zou een ‘spraakmakend en smaakmakend visitekaartje’ voor Breda moeten worden. Het bestuur van de stichting richt zich daarbij op twee jaartallen: 2014 en 2018. In 2014 wil Breda stad van Beeldcultuur en Erfgoed zijn en voor 2018 ambieert Brabant de titel Europese Culturele Hoofdstad. “Maar zelfs als de nominatie niet wordt omgezet in een titel, draagt het project bij aan een verrijking van het Bredase economische en toeristische klimaat, omdat het veel extra publiek zal trekken. Het kan aanleiding zijn voor aanvullende Turfschipactiviteiten, zoals een (openlucht)musical of nagespeelde verovering van Breda”, aldus het bestuur. De bouw van het schip zou volgens de stichting kunnen plaatsvinden op de Nieuwe Prinsenkade. Het bestuur: “Daar ligt een stuk havenkade dat wellicht geschikt te maken is. Er kan zelfs gedacht worden over het bouwen op een drijvende bouwplaats, op een ponton, tegen de kademuur. De Prinsenkade bestaat in 2013 vierhonderd jaar. Dat zou een mooi startsein zijn voor de eerste bouwactiviteiten. Tussen 2014 en 2018 zou de tewaterlating kunnen plaatsvinden. De bouw op zich is al een attractie. De tewaterlating kan landelijke nieuwswaarde hebben: het Turfschip van Breda terug op de plaats van vierhonderd jaar geleden. Nadat het schip voor diverse promotiedoeleinden is gebruikt, kan het worden afgemeerd aan de Prinsenkade. Aan de kade kan een kleinschalig bezoekerscentrum worden gebouwd, waar het verhaal van Breda en het Turfschip wordt verteld (maar ook de Tachtigjarige Oorlog en de Nassaus kunnen aan bod komen). Vervolgens bezoek je het schip en het ruim (waar in de originele versie de soldaten verstopt hebben gezeten). Geluidseffecten en beeldsimulaties kunnen de sfeer van toen aan boord versterken. Terug op de kade word je op het spoor gezet van andere te bezoeken instellingen en activiteiten in de stad.” • Bron: www.bndestem.nl, 14-05-2011, door Rosé Lokhoff EINDE MOSTERDMANNEKE? Na ruim 150 jaar zet het Mosterdmanneke een punt achter de Tilburgse mosterd. Mosterdmanneke Frans van de Wouw is gestopt. Het goede nieuws is dat kaasboer Gert Jan van der Heijden doorgaat met het mosterdrecept uit 1870. Dat komt van de familie Elen en de zaadjes worden nog steeds met maalstenen geplet. Waarschijnlijk is het recept ouder en heeft voorvader J.Elen het recept meegebracht uit België. Hij is begonnen met in Tilburg mosterd uit te venten. Zijn zoon Frans zette de traditie voort en eigenlijk is hij het bekende Mosterdmanneke (1891-1960). Deze keurig geklede man ging tot 1960 met een tonnetje mosterd langs de huizen en was in Tilburg een markante verschijning. In 1961 ging de handel naar zijn neef Emiel van de Wouw en 15 jaar geleden heeft broer Frans de zaak overgenomen. Om 10 liter fijne
brabantsheem_nr47.indd 24
26-5-2011 13:25:17
mosterd te maken moeten de maalstenen een uur draaien. De laatste jaren is de afzet beperkt tot 26 winkels: slagers, vis- en kaasboeren. • Bron: BD, 18-02-2011, Joke Knoop BESTEMMEN EN HERGEBRUIK Weer verwerft BOEi een watertoren. Opnieuw heeft BOEi een watertoren in bezit gekregen. Op 1 april 2011 heeft de gemeente Den Bosch de karakteristieke vierkante watertoren aan het Hinthamereinde verkocht aan BOEi, de nationale maatschappij tot behoud van industrieel erfgoed. De toren stamt uit 1885, meet 13x13 meter en is 33 meter hoog. Omdat een brand vlak voor de aankoop de staat van het monument niet heeft verbeterd, is BOEi direct gestart met sloop- en restauratiewerken. In 2013, en mogelijk al eerder, is de toren klaar voor nieuwe bewoners. Aangezien het project zichzelf helemaal moet kunnen bedruipen, komen er waarschijnlijk kantoorruimfoto: Theo Cuijpers tes en een horecagelegenheid. Ook is een lift voorzien voor het schitterend uitzicht dat bezoekers op het dakterras kunnen hebben. De herbestemming van de watertoren is onderdeel van de integrale herontwikkeling van het historische centrum van Den Bosch.
25
DE LAATSTE BARAK VAN KAMP VUGHT De restauratie van barak I in Vught wordt een probleem. De subsidie van twee ton van het Ministerie van welzijn dreigt niet door te gaan. Het hele project zou acht ton kosten en kan zonder de bijdrage van het ministerie niet doorgaan. De laatste originele barak van Kamp Vught is in zeer slechte staat. In het SS-concentratiekamp Vught (een doorgangslager) zaten tussen januari 1943 en september 1944 ruim 31.000 mensen gevangen. Van hen zijn 750 mensen in het kamp overleden, van wie de helft door executie. Het ministerie wil wel het Kamp Westerbork (Drenthe) 1,6 miljoen geven om over de voormalige woning van de commandant een overkapping te plaatsen. • Bron: BD, maart 2011, Petra Dircks
brabantsheem_nr47.indd 25
26-5-2011 13:25:17
MONUMENTENLIJST BIJNA VOLTOOID Nog een gemeentelijk monument en dan is het voorlopig even genoeg. Het is de begraafplaats aan de Bredaseweg in Roosendaal die nog aan de imposante lijst wordt toegevoegd. Dat betekent dat vlak voor de samenvoeging en verschraling van de welstand- en monumentencommissie Roosendaal zijn juweeltjes heeft veiliggesteld. Dat was in het verleden wel anders. De eerste globale inventarisatie leverde liefst 900 mogelijk waardevolle objecten op. Daarvan zijn er honderdvijftig uitgekozen en later nog eens twintig aan toegevoegd. In mei 2011 staat de teller exact op 68 rijksmonumenten en 331 gemeentelijke monumenten. Sinds kort zijn veel panden op de gevel voorzien van een schildje. Verrassend veel bewoners dat monumentenschildje op de gevel van hun woning erg leuk. Het is niet verplicht maar opmerkelijk veel bewoners stemde toe. Aan monumenten wordt zowel architectonischeals stedenbouwkundige- en cultuurhistorische waarde toegekend. Meestal zijn ze ook zeldzaam en gaaf. • Bron: Bn De Stem 28-02-201, Govert van Veen
26
HEEMKUNDIGE ALS ARCHEOLOOG Toon Antonis van de partij ‘Samenwerking’ van Reusel- De Mierden stelt voor om locale deskundigen uit de heemkundekringen te betrekken bij het bepalen van de archeologische waarde van gronden en panden. Daarmee wordt, meent hij, de vele kennis die lokaal aanwezig is benut. Hij denkt daarbij aan leden van de heemkundeverenigingen. Die zitten meestal ook in de monumentencommissie. Antonis doet zijn voorstel omdat de Monumentenwet verandert. Zo hoeft er niet meer bij ieder perceeltje wat gegraven wordt archeologisch onderzoek te worden gedaan. Wat vooral belangrijk is dat aan een gebied een bepaalde waarde wordt toegekend. Daarvoor zouden heemkundigen hun kennis kunnen inzetten, aldus Antonis. • Bron: BD, februari 2011 WATERPUTTEN IN HAAREN Met de vondst van twee waterputten, de plattegrond van een huis of schuur en restanten van een gracht lijken in Haaren resten te zijn blootgelegd van een boerenhoeve uit de middeleeuwen. De vondsten stammen bij benadering uit de 13de en 14de eeuw. Archeoloog Hans Koopmanschap van bureau Oranjewoud noemt de gevonden putten, plattegrond en gracht bijzonder. In de grootste put die het dichtst ligt bij de nog bestaande boerderij aan de Tempeliersweg zijn ook scherven aangetroffen afkomstig uit de Duitse Eifel, die zo op ’t eerste oog rond 1200 gedateerd worden. “Een echte precieze datering komt later, na dit veldonderzoek” zegt Koopmanschap. De wanden van de waterputten waren van uitgeholde eikenhouten bomen. Ook daar een globale datering van 1200. De vraag dringt zich op of die waterputten
brabantsheem_nr47.indd 26
26-5-2011 13:25:17
niet geconserveerd moeten worden om ze te bewaren voor het nageslacht. Een woordvoerder van de gemeente Haaren wil daar niet op vooruit lopen. “Er zijn niet zoveel waterputten in deze staat gevonden. Ik kan me voorstellen dat een archeoloog het bijzonder vindt. Maar bij conservering praat je toch al gauw over een bedrag met vier nullen”, zegt hij. • Bron: BD, maart 2011, Marcel Linssen WIE WAT BEWAART, HEEFT WAT In Tilburg is een nieuwe stichting opgericht met activiteiten voor jong en oud: en die heet. “Wie wat bewaard, heeft wat”. Het dienstenpakket van de stichting ligt op het gebied van erfgoed en wordt aangeboden aan verzorgings- en behandelcentra. Het gaat steeds om lezingen met een kleine presentatie van erfgoed. Een variant zijn de huiskamergesprekken in verzorgings- en behandelcentra. Aan een kleine groep worden voorwerpen getoond en gaan de toehoorders m.b.v. inleidende verhalen terug in de tijd. Al snel neemt iedereen deel aan de gesprekken over vroeger. Deze workshops brengen welzijnsmedewerkers en heemkundigen bij elkaar. Ook worden tijdelijke exposities samengesteld. Naast de activiteiten voor senioren organiseert de stichting ook schoolprojecten voor basisscholen en VMBO- en MBO-scholen. Weer maken leerlingen, uitgaande van voorwerpen en daarbij horende verhalen, een reis door de tijd. Zo ontwikkelt de stichting “Wie wat bewaard, heeft wat” momenteel themakisten, die een basis kunnen zijn voor gesprekken. Het e-mailadres is:
[email protected] • Bron: De Tilburgse Koerier,10-03-2011
27
MOLENAAR MET VERNUFT Carel van Herpt (68) beheert twee molens in Goirle en zette de Noord-Brabantse Molenstichting op poten. Hij is door De Hollandse Molen gehuldigd. Geruisloos draaien de kammen van de machinerie naadloos in elkaar. De techniek is basaal, maar tegelijk erg ingenieus. Zo verwoordt Carel van Herpt, techneut van huis uit, wat molens voor hem betekenen. “Kastelen en boerderijen zijn monumenten” verteld hij, “ maar molens zijn dynamische monumenten. Hier in Goirle draaien de wieken iedere week. In actie blijven dat is goed voor de toestand van de molens”. Carel is sinds 1982 met de Goirlese molens bezig. Hij was medeoprichter van de stichting die de molens beheerd en tot voor kort voorzitter van die stichting. Daarnaast stond hij ook aan de wieg van de Noord-Brabantse Molenstichting. Hij heeft zorgen over de molens in Brabant. “Een vijfde van de molens staat in deze provincie “ verteld hij “, maar 80% van het budget vloeit naar andere provincies”. De poldermolenaars werken van oudsher als groep samen. Maar in Brabant kent de ene molenaar zijn collega van 2 kilometer verderop niet eens”. Alle molens in Goirle gaan met de tijd mee. Ze leveren meel aan twee bakkers en twee boerderijwinkels in de gemeente. Sinds kort wordt ook spelt gemalen,
brabantsheem_nr47.indd 27
26-5-2011 13:25:17
dat graan is nodig voor mensen met een glutenallergie. “Voor de inkomsten hoeven we het niet te doen, maar de molens moeten gewoonweg draaien”. • Bron: BD, 12-03-2011, Bas Vermeer 28
EEN HALVE METER DIEPGRAVEN Oirschotse boeren mogen tot een diepte van een halve meter ploegen op hun grond zonder archeologisch onderzoek te doen. De vergunningsvrije zone is van 100 tot 900 hectare uitgebreid. Officieel gaat het om grond van hoge archeologische waarde, maar volgens B & W is de kans klein dat er echt iets belangrijk wordt beschadigd. Op aandrang van de Z.L.T.O. is de erfgoedkaart en het archeologisch beleidsplan gewijzigd. Daar stond 30 cm. in en de wet suggereert 40 cm. Voor boomtelers en boeren is 30 cm bewerkingsdiepte niet te doen. Verder kost het ondernemers duizenden euro’s om te laten onderzoeken of er iets in de grond zit. In feite is zo’n onderzoek waarschijnlijk weinig zinvol want de meeste grond is al lang flink omgewoeld, aldus Z.L.T.O. In de laatste twintig jaar is er slechts één keer iets gevonden in een gebied dat nu door de Provincie van hoge archeologische waarde wordt gezien. • Bron: BD, 29-04-2011 DODENDRAAD FASCINEERT SCHOOLJEUGD Er stond 2.000 Volt op de dodendraad tussen België en Nederland in de Eerste Wereldoorlog. “In huis hebben we 220 Volt” weet een van de leerlingen van de Basisschool in Baarle-Nassau. De Dodendraad in Zondereigen (een gehucht onder Baarle-Nassau) is nu een vredesmonument. Leden van de
brabantsheem_nr47.indd 28
26-5-2011 13:25:18
heemkundekring Amalia van Solms geven uitleg bij de Dodendraad die nu geen stroom meer bevat. Dit gaat feitelijk om de geschiedenis van een eigen straat. En dat maakt de leerlingen enthousiast. Zondereigen werd op 3 november 1914 door de Duitsers bezet. De andere enclaves van BaarleHertog bleven vrij-België. In juli 1915 komt er 2.000 volt op de Dodendraad te staan, die 300 km. lang is en vluchtelingen, deserteurs en spionnen moest tegenhouden. Er zijn hier 33 doden gevallen door die draad, verteld Herman Janssen van de heemkundekring. Maar in de Encyclopedie van de Eerste Wereldoorlog staat geen woord over Baarle. • Bron: BD, april 2011, Peter de Leeuw ABN EN DIALECT GEMIXED Met ingang van volgend jaar krijgt Goirle een Brabantse schrijversavond, waarop het zowel het algemeen bruikbaar Nederlands als de Brabantse dialecten aan bod komen. De schrijversavond is een initiatief van de werkgroep Göolse Taol van de heemkundekring Goirle. Het wordt een jaarlijks terugkerend evenement. Sjef Hoogendoorn van de werkgroep schrijft dan om de twee weken een column over dialect in het Goirles Belang onder de titel “Göolse School”. Hij is daarnaast de auteur van D’n Göolse Diksjenèèr. Oorspronkelijk wilde de organisatoren heel Midden-Brabant erbij betrekken maar daar zijn ze vanaf gestapt. Uiteindelijk mikken we op heel Brabant. Zulke avonden op Brabants niveau zijn er nog niet, maar het moet wel jaarlijks in Goirle gaan plaatsvinden. Men denkt aan zaal Ome Neeff , aan de Dorpsstraat omdat men een café-achtige ambiance zoekt. De Nacht van het Gedicht is er in Goirle mee op gehouden, maar men hoopt dat dit initiatief Avond van Brabant financieel haalbaar wordt. • Bron: BD, april 2011, Henk van Raak
29
HISTORISCHE VONDSTEN GILZE ZICHTBAAR De archeologische vondsten bij de kerk in Gilze worden zichtbaar in het straatbeeld. De fundering van de oude toren blijft te zien. De gevonden skeletten worden met symbolische grafstenen aangeduid. Het college vraagt 17.000 euro aan de gemeenteraad om dit plan en de extra archeologische kosten te betalen. Eind 2009 werden skeletten en funderingen van de oude toren gevonden. In Gilze leefde de wens om deze historie te behouden. • Bron: BD, 4-05-2011, Maartje Huijben MUSEUM DE DORPSDOKTER VIJENTWINTIG JAAR In 1984 legde dokter H. Ruhe in Hilvarenbeek de 1ste steen van het nieuw te bouwen museum De Dorpsdokter. In 1986 werd het museum officieel geopend met als kerncollecties De Dorpsdokter van Vroeger en de geschiedenis van Hilvarenbeek en Diessen. In 1989 schonk dr. Ruhe zijn collectie aan het museum. Daarna is deze collectie sterk uitgebreid, zodat we ook veel te
brabantsheem_nr47.indd 29
26-5-2011 13:25:18
weten komen van apotheker, tandarts, fysiotherapeut, EHBO en wijkverpleging. Met museum De Dorpsdokter heeft Hilvarenbeek een succesvol medisch, historisch museum binnen zijn grenzen, enig in zijn soort. Het ligt aan de voet van de molen Doornboom. Tijdens het Nationaal Museumweekend heeft het museum zijn 25-jarig bestaan gevierd met optredens van muziekgroepen en reuzen en middeleeuwse ridders. • Bron: Tilburgse Koerier, april 2011
30
HEEMKUNDEKRING ZOEKT BIDPRENTJES In 2010 is heemkundekring Carel de Roy begonnen met het scannen en op alfabet omschrijven van de ruim 4.000 aanwezige bidprentjes van de gemeente Alphen. De oudste bidprentjes zijn ruim 200 jaar oud. Deze activiteiten van de heemkundekring geven een mooi beeld van de inwoners van Alphen en Riel. Je ziet hele familiestambomen ontstaan. Ook zie je dat achternamen verdwijnen en anderen in beeld komen. Heel veel mensen weten niet wat ze met oude bidprentjes moeten doen. De mensen van een heemkundekring zijn altijd heel blij met overtollige bidprentjes voor hun archief. Zelfs bidprentjes waar mensen geen afstand van willen doen zijn interessant om het bestand zo volledig mogelijk te maken. Ze worden dan gescand en weer terug bezorgd. Op deze manier helpen de inwoners om alle namen uit een bepaalde gemeente voor het nageslacht te bewaren. • Bron: De Tilburgse Koerier, 17-03-2011 TOMADO-VITRINE IN BIBLIOTHEEK Industrieel Erfgoed is een van de aandachtsgebieden van de Heemkunde, en dus van heemkundekring Jan uten Houte. Ter ondersteuning van het onderwerp heeft de heemkundekring daarom een vitrine ingericht in het Historisch Informatie Punt van de bibliotheek in de Nieuwe Nobelaer. Aan de hand van voorwerpen, foto’s, ansichtkaarten en reclame is de ontwikkeling te zien van eenvoudige, handige keukenhulpjes tot de robot-marie. De handmatig aangedreven spullen zijn elektrische apparaten geworden en het merk heet nu Moulinex. Op 13 april jl. is er een lezing geweest en daarbij kreeg elk gezin een jampothouder aangeboden. • Bron: De Ettenleurse bode, 06-04-2011 TILBURGS HUUKSE: ötschaaje Zodde onderhaand nôg nie es ötschaaje, tis al zis uure gewist. Uitleg: zou je onderhand nog niet eens met werken ophouden, het is al zes uur geweest. • Bron: Gerard Steijns e.a. in: De Tilburgse Koerier
brabantsheem_nr47.indd 30
26-5-2011 13:25:18
TRENTS EN TRADITIES Vrijetijdshuis Brabant en Erfgoed Brabant organiseren op 30 juni in het Patronaat te Tilburg de Inspiratie- en ontmoetingsdag 2011. Tijdens deze dag staan trends & tradities binnen het erfgoed en de vrijetijdssector centraal. In het ochtendprogramma ontvangen Eric Kolen en Karin Bruers een aantal gasten en nemen op luchtige wijze de trends en cijfers met u door. ‘s Middags zijn er een aantal verdiepingspresentaties. Op deze dag wordt ook het publieksonderzoek Brabantse musea 2010 gepresenteerd.
levensloop
Programma 09.30 – 10.00 uur Inloop en ontvangst 10.15 – 12.00 uur Plenair programma: Een gezellig en vlot programma waar onder andere de trend Co-creatie besproken wordt. Terwijl u op de hoogte wordt gesteld, ziet u ook beelden en filmpjes ter ondersteuning om een beter beeld te krijgen. Daarnaast wordt er ook gebruik gemaakt van live muziek. 12.00 – 12.30 uur Kennismakingsronde 12.30 – 14.15 uur Lunch en inspiratiemarkt 14.30 – 15.15 uur Sessieronde 1 o.a. publieksonderzoek Brabantse musea 15.20 – 16.05 uur Sessieronde 2 o.a. zorgtoerisme 16.10 – 17.30 uur Borrel
31
U bent welkom op 30 juni in het Patronaat te Tilburg (achter de kerk van de Heuvel). Zie voor uitgebreid programma en aanmelden: www.inspiratiedagbrabant.nl
brabantsheem_nr47.indd 31
26-5-2011 13:25:18
32
Foto voorpagina: Piet Meijers, aftredend bestuurslid van Brabants Heem Foto achterpagina: het nieuwe adres van Brabants Heem in de Waterstraat (postbus ongewijzigd)
Brabants Heem wil de ondersteunende organisatie zijn voor 120 zelfstandige, Brabantse heemkundekringen. De stichting organiseert cursussen en studiedagen, zet netwerken op en geeft adviezen. Dat alles om de deskundigheid van de kringleden te bevorderen op alle terreinen waar dat nodig is. Verder stimuleert Brabants Heem nieuwe initiatieven en onderlinge samenwerking. Brabants Heem: van vrijwilligers voor vrijwilligers. Parallelle artikelen in de website: www.brabantsheem.nl Uitgave: Brabants Heem Redactie: Jan Franken, Philo IJpelaar Ontwerp en Drukwerk: Alle rechten voorbehouden. Niets in deze uitgave mag worden verveelvoudigd of openbaar gemaakt, in welke vorm ook. Hetzij elektronisch dan wel mechanisch door fotokopieën, scans of opnamen. Tenzij voorafgaande toestemming van de uitgever. De uitgever heeft er naar gestreefd om alle copyrights in deze uitgave te regelen. Wie meent alsnog rechten te kunnen doen gelden wordt verzocht contact op te nemen.
brabantsheem_nr47.indd 32
26-5-2011 13:25:19