De Invloed van Self-efficacy en Optimisme op de Bevlogenheid, Organisatiebetrokkenheid, Arbeidstevredenheid en Verloopintentie van Verzorgenden in de Verpleeg- en Verzorgingshuizen
The Influence of Self-efficacy and Optimism on Engagement, Organizational Involvement, Job Satisfaction and Turnover Intention of Caregivers in Nursing Homes and Homes for the Elderly
Janny C.P. Taal-van den Hoek
Eerste begeleider: Dr. M. Reijnders Tweede begeleider: Dr. T. Houtmans December 2009 Faculteit Psychologie Afstudeerrichting Arbeids- en Organisatiepsychologie Open Universiteit Nederland
Inhoudsopgave
Samenvatting
3
Summary
5
1 Inleiding
7
1.1 Aanleiding
7
1.2 Achtergrond
8
1.3 Relevantie van het onderzoek
10
1.4 Opbouw van de scriptie
11
2 Literatuuronderzoek
11
2.1 Bevlogenheid
11
2.2 Het Job Demands-Resources model
13
2.3 Energiebronnen in de organisatie
14
2.4 Taakeisen
16
2.5 Persoonlijke hulpbronnen
17
2.6 Conceptueel model
20
2.7 Definities van de begrippen
21
2.8 Probleemstelling, deelvragen en hypothesen
23
2.9 Probleemstelling
23
2.10 Deelvragen
23
2.11 Hypothesen
23
3 Methode 3.1 Respondenten
24 24
3.2 Meetinstrumenten
25
3.3 Procedure
26
3.4 Analyse
27
4 Resultaten 4.1 Toetsing van de hypothesen
5 Discussie 5.1 Bevindingen en conclusies
28 29
34 35
5.2 Beperkingen van het onderzoek en aanbevelingen voor vervolgonderzoek 38 5.3 Praktische implicaties
Referenties
40
42
Bijlagen: 1. Vragenlijst
I
2. Brief aan respondenten
VII
3. Herinneringsbrief aan respondenten
VIII
De Invloed van Self-efficacy en Optimisme op de Bevlogenheid, Organisatiebetrokkenheid, Arbeidstevredenheid en Verloopintentie van Verzorgenden in de Verpleeg- en Verzorgingshuizen Janny C.P. Taal-van den Hoek
Samenvatting Nederland vergrijst in een hoog tempo. Voor de zorgsector heeft dit zowel gevolgen voor de zorg die geleverd moet worden als voor de personeelsvoorziening. Het is dan ook belangrijk om te onderzoeken hoe medewerkers gemotiveerd blijven. Hiermee kan voorkomen worden dat zij voortijdig de sector verlaten. De laatste jaren is er meer aandacht voor de positieve psychologie. Een van de positieve aspecten is ‘bevlogenheid’. In dit onderzoek wordt bevlogenheid opgevat als éénfactorconstruct met drie onderliggende dimensies, namelijk vitaliteit, toewijding en absorptie. Volgens Bakker (2002) is bevlogenheid het resultaat van een motivationeel proces, waarbij energiebronnen ertoe leiden dat werknemers toegewijd zijn aan hun werk, en zich binden aan de organisatie waar ze werken. Het doel van dit onderzoek is te onderzoeken hoe energiebronnen op het werk en organisatieuitkomsten gerelateerd zijn aan bevlogenheid en welke rol de persoonlijke hulpbronnen, Self-efficay en Optimisme, kunnen spelen in de relatie tussen Bevlogenheid en de organisatie-uitkomsten Arbeidstevredenheid, Organisatiebetrokkenheid en Verloopintentie. Het onderzoek is gebaseerd op het uitgebreide Job Demands-Resources model (Xanthopoulou, 2007). De steekproef bestaat uit 73 medewerkers van de OsiraGroep (een respons van 38%), allen werkzaam in de functie van verzorgende. In deze kwantitatieve studie met cross-sectioneel design is gebruik gemaakt van een vragenlijst om de data te verzamelen. Autonomie, Sociale steun, Ontplooiing en Organisatie-uitkomsten zijn gemeten met subschalen uit de Vragenlijst Beleving en Beoordeling van de Arbeid (Van Veldhoven, Meijman, Broersen & Fortuin, 2002). Om de persoonlijke hulpbronnen te meten, is voor Self-efficacy gebruik gemaakt van de General Self-Efficacy Scale van Schwarzer en Jerusalem (1995, in Schwarzer & Luszczynska, 2008) en voor Optimisme van de Life Orientation Test-Revised (Carver, 2007). Om
Bevlogenheid te meten is gebruik gemaakt van de verkorte versie van de Utrechtse Werkbelevingslijst (Schaufeli & Bakker, 2004b). De resultaten bevestigen de meeste hypothesen. Bevlogenheid hangt positief samen met Autonomie, Ontplooiing, Arbeidstevredenheid en Organisatiebetrokkenheid. Een verrassende uitkomst is dat Sociale steun een negatieve samenhang vertoont met Bevlogenheid. Volgens de verwachting hangt Verloopintentie negatief samen met Bevlogenheid. De persoonlijke hulpbron Self-efficacy hangt positief samen met Bevlogenheid en modereert de relatie tussen Bevlogenheid en Verloopintentie, maar alleen bij medewerkers die hoog scoren op Self-efficacy. Optimisme hangt positief samen met Bevlogenheid, maar heeft geen modererend effect op de relatie tussen Bevlogenheid en Verloopintentie. Tot slot worden de beperkingen van dit onderzoek besproken en worden er aanbevelingen gedaan voor vervolgonderzoek.
Trefwoorden: autonomie, sociale steun, ontplooiing, bevlogenheid, arbeidstevredenheid, organisatiebetrokkenheid, verloopintentie
The Influence of Self-efficacy and Optimism on Engagement, Organizational Involvement, Job Satisfaction and Turnover Intention of Caregivers in Nursing Homes and Homes for the Elderly Janny C.P. Taal-van den Hoek Summary The population of the Netherlands ages quickly. For the care sector this has consequences for the care which must be provided and as well as for acquiring sufficient staff. Therefore, it is important to examine how employees stay motivated to prevent them leaving the sector prematurely. In recent years, more emphasis is placed on positive psychology. One of the positive aspects is ‘engagement’. According to Bakker (2002) engagement is the result of a motivational process, where job resources cause employees to be committed to their work, and bind them to the organization they work for. The purpose of this research is to examine how job resources and organizational outcomes are related to engagement. Also, the influence of the personal resources, Self-efficacy and Optimism, on the relationship between engagement and the organizational outcomes, Job satisfaction, Organizational involvement and Turnover intention has been studied. The study is based on the extended Job Demands-Resources model (Xanthopoulou, 2007). The sample consists of 73 employees of OsiraGroep (a response rate of 38%), all working in the function of caregiver. This quantitative study with a cross-sectional design used a questionnaire to collect data. Autonomy, Social support, Development and Organizational outcomes were measured by using subscales from the VBBA scale (Van Veldhoven, Meijman, Broersen & Fortuin, 2002). Selfefficacy was measured by using the General Self-Efficacy Scale by Schwarzer and Jerusalem (1995, in Schwarzer & Luszczynska, 2008) and Optimism was measured by using the Life Orientation TestRevised (Carver, 2007). Engagement was measured by using the shortened version of the Utrecht Work Engagement Scale (Schaufeli & Bakker, 2004b). The results confirm most hypotheses. Autonomy, Development, Job satisfaction and Organizational Involvement are positively related to Engagement. A surprising finding is that Social support has a negative relationship with Engagement. In line with expectations, Turnover intention is
negatively related to Engagement. The personal resource Self-efficacy has a positive relation with Engagement and moderates the relationship between Engagement and Turnover intention, but only for employees who score high on Self-efficacy. Optimism relates positively to Engagement, but has no moderating effect on the relationship between Engagement and Turnover intention. Finally, the limitations of this study are discussed and recommendations for further research are given.
Keywords: autonomy, social support, development, engagement, job satisfaction, organizational involvement, turnover intention