BELEIDSREGEL III-539 Bijlage 1 bij circulaire BY/yb/III/GGZ/00/04c
Loon- en materiële kosten
1.
ALGEMEEN
a.
h.
Deze beleidsregel is van toepassing op organen voor gezondheidszorg als vermeld in artikel 1, onder A, nummers 10 (psychiatrische ziekenhuizen) van het Besluit werkingssfeer WTG 1992 (Stb. 1991, nummer 732), laatstelijk gewijzigd bij Besluit van 19 februari 2000 (Stb. 2000, 105). Deze beleidsregel treedt in werking op 1 januari 2000 en werkt terug tot die datum indien de bekendmaking van de nederlegging van de beleidsregel in de Staatscourant na deze datum plaatsvindt. De termijn waarvoor deze beleidsregel geldt: onbepaald De in deze beleidsregel genoemde loonkosten zijn gebaseerd op salaris- en sociaalkostenniveau gemiddeld 1999 en voor wat betreft de materiële kosten op het prijspeil gemiddeld 1998. De termijn waarvoor de goedgekeurde beleidsregel III-478 met betrekking tot onderstaande onderwerpen en de onder 1.a aangeduide categorieën van organen van gezondheidszorg geldt, wordt gewijzigd van "onbepaald" in "tot en met 31 december 1999". De bij brief van 22 oktober 1999 (kenmerk TY/yb/III/99/194) aan de Minister van VWS aangeboden beleidsregel III-487 komt te vervallen. De goedgekeurde beleidsregel III-515 met betrekking tot onderstaande onderwerpen en de onder 1.a aangeduide categorieën van organen van gezondheidszorg komt te vervallen. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als "Beleidsregel loon- en materiële kosten".
2.
LOON- EN MATERIËLE KOSTEN
b.
c. d.
e.
f. g.
De bij de beleidsregel behorende definities zijn opgenomen in de separate Beleidsregel definities geestelijke gezondheidszorg. 2.1. Budgetmaximum voor loon- en materiële kosten inclusief zorg-op-maat 2.1.1 Het budgetmaximum voor loon- en materiële kosten en kosten van zorg-op-maat kan uitsluitend muteren op grond van: a. Aanvaardbare loon- en prijsstijgingen; b. Door de overheid beschikbaar gestelde ruimte voor volume uitbreiding of intensiveringen; c. Door de overheid opgelegde kortingsmaatregelen; d. Een wijziging van de toegelaten capaciteit. Hierbij wordt voor de berekening van de budgetmutatie uitgegaan van de landelijk gemiddelde cijfers met betrekking tot de bezettingsgraad, de zorgzwaarte en het aantal eerste opnamen per bed. In geval sprake is van een meerjarig traject van beddenreductie, waarover met overheid en/of verzekeraars bindende afspraken zijn gemaakt, kan de reductie van verpleegdagen zich beperken tot het aantal waarbij voor de resterende bedden in jaar t, op basis van het aantal verpleegdagen waarop het budgetmaximum is berekend (basis 1995), een bezettingsgraad van 100% worden bereikt. De verpleegdagen waarop het budgetmaximum is berekend worden in de COTG rekenstaat weergegeven onder de berekeningsdagen. Met betrekking tot uitbreidingen van polikliniekruimten waarvoor een vergunning is verstrekt door de Minister van VWS, het aantal erkende bedden of het aantal erkende deeltijdplaatsen wordt maximaal rekening gehouden met een ingroeiperiode van één jaar. 2.1.2 Indien de productieafspraken en de afspraken zorg-op-maat leiden tot een onderschrijding van het budgetmaximum, is deze onderschrijding voor dat jaar niet aanvaardbaar. Voor het daaropvolgende jaar is het bedrag van de onderschrijding weer beschikbaar voor het maken van productieafspraken of afspraken zorg-op-maat.
2 Beleidsregel III-539
2.1.3 Voor het jaar 2000 zijn met betrekking tot de onder b van lid 2.1.1 genoemde reden de volgende mutaties van het budgetmaximum van toepassing. Met ingang van 2000 gelden nieuwe beleidsregels voor de forensisch psychiatrische afdelingen. Als gevolg hiervan nemen de kosten in het budget voor de behandeling van deze patiënten toe met ƒ 41.000,– per FPA-bed. Het budget van de desbetreffende instellingen wordt hiermee aangepast.
2.2 Normbedragen loon- en materiële kosten
MATERIËLE LOONKOSTEN KOSTEN In guldens PER TOEGELATEN INSTELLING -
polikliniek psychiatrisch ziekenhuis
105.256,77 137.919,21
0 80.467,34
28.477,83
8.282,99
89.114,47
6.957,00
45.620,58 33.481,31 28.707,04 26.051,06
6.957,00 6.957,00 5.717,38 5.717,38
58.902,22 38.449,21 35.572,41 87.452,82
10.189,16 10.189,16 6.200,01 6.200,01
14.140,41 16.642,16 16.556,26 10.796,06
3.521,50 3.521,50 3.147,69 3.521,50
540,96 540,96 1.524,83 4.411,80 2.132,38
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
PER TOEGELATEN BED -
-
-
voor voor • • • voor voor voor •
• voor
alcohol- en/of drugsverslaafden kinderen en jeugdigen: ZIZ-bedden (zeer intensieve zorg) BOPZ-bedden (bijzondere opnemingen psychiatrische ziekenhuizen) 1 overige bedden voor kinderen en jeugdigen volwassenen en ouderen herstellingsoord functie forensische psychiatrie: forensisch psychiatrische klinieken • 0 t/m 55 bedden • vanaf 56 bedden voor forensisch psychiatrische afdelingen SGA
PER TOEGELATEN DEELTIJDBEHANDELINGSPLAATS -
voor voor voor voor
alcohol- en/of drugsverslaafden kinderen en jeugdigen volwassenen en ouderen forensische psychiatrie
PER EERSTE OPNAME 1
voor voor voor voor voor
alcohol- en/of drugsverslaafden kinderen en jeugdigen volwassenen en ouderen forensisch psychiatrische klinieken forensisch psychiatrische afdelingen
ook van toepassing op klinische psychotherapie voor kinderen en jeugdigen en op klinische gezinsbehandeling
3 Beleidsregel III-539
MATERIËLE LOONKOSTEN KOSTEN In guldens PER VERPLEEGDAG -
-
-
-
-
voor alcohol- en/of drugsverslaafden: A.1.1 groepsgewijze behandeling met beperkte begeleiding A.1.2 groepsgewijze behandeling met volledige begeleiding A.1.3 individuele behandeling met beperkte begeleiding A.1.4 individuele behandeling met volledige begeleiding A.1.5 behandeling met continue tot zeer intensieve bescherming A.1.6 crisisinterventie voor kinderen en jeugdigen: K.1.1 behandeling met beperkte tot volledige begeleiding1 K.1.2 behandeling met continue tot zeer intensieve bescherming K.1.3 stabilisatie met beperkte tot volledige begeleiding K.1.4 stabilisatie met continue tot zeer intensieve bescherming K.1.5 zeer intensensieve. behandeling met beperkte tot volledige begeleiding K.1.6 zeer intensieve behandeling met continue tot zeer intensieve bescherming voor volwassenen en ouderen: V.1.1 klinische kortdurende zorg met beperkte begeleiding V.1.2 klinische kortdurende zorg met volledige begeleiding V.1.3 klinische kortdurende zorg met intensieve begeleiding/bescherming V.1.4 herstellingsoordfunctie V.2.1 structuurbiedend met beperkte begeleiding V.2.2 structuurbiedend met volledige begeleiding V.2.3 veranderingsgericht met beperkte begeleiding V.2.4 veranderingsgericht met intensieve begeleiding 2 V.2.5 crisisbehandeling met intensieve begeleiding/bescherming voor forensische psychiatrie F1.1 resocialisatie FPA F1.2 behandeling FPA F1.3 long stay (basis) FPK F1.4 long stay (intensief) FPK F1.5 resocialisatie FPK F1.6 behandeling FPK voor SGA
95,04 120,35 162,82 178,24 246,41 341,02
24,65 24,65 24,65 24,65 24,65 24,65
214,58 302,51 270,68 358,55
24,65 24,65 24,65 24,65
363,64
24,65
469,62
24,65
124,19 177,71
22,22 22,22
280,24 56,47 54,35 147,28 88,15 163,14 232,47
22,22 12,03 22,22 22,22 22,22 22,22 22,22
307,23 411,12 312,90 478,57 406,84 518,55 495,01
24,22 24,22 24,22 24,22 24,22 24,22 24,22
112,70 156,59
12,31 12,31
288,94 180,94 220,65
24,65 24,65 24,65
107,22 156,63 132,10
11,11 11,11 11,11
187,30 24,49 67,24 230,76
11,11 11,11 11,11 12,32
PER DEELTIJDBEHANDELING -
-
-
1 2
voor alcohol- en drugsverslaafden: A.2.1 deeltijdbehandeling A.2.2 deeltijdbehandeling met beperkte begeleiding voor kinderen en jeugdigen: K.2.1 opname en observatie 1 K.2.2 algemene en gezinsbehandeling met geringe begeleiding K.2.3 algemene en gezinsbehandeling met begeleiding op afstand voor volwassenen en ouderen: V.3.1 structurerende deeltijdbehandeling V.3.2 structurerende deeltijdbehandeling met beperkte begeleiding V.3.3 psychotherapeutische deeltijdbehandeling V.3.4 psychotherapeutische deeltijdbehandeling met beperkte begeleiding V.4.1 stabilisatie V.4.2 rehabilitatie voor forensisch psychiatrische behandelingen
ook van toepassing op klinische psychotherapie voor kinderen en jeugdigen en op klinische gezinsbehandeling eveneens van toepassing op de woon/werkvoorzieningen voor volwassen autisten
4 Beleidsregel III-539
MATERIËLE LOONKOSTEN KOSTEN In guldens PER POLIKLINISCHE VERRICHTING -
-
-
voor • • • • • • • voor • • • • • • • voor • • • • • •
kinderen en jeugdigen (per cliënt): nieuwe inschrijving intakecontact orthodidactisch/psychodiagnostisch psychotherapiecontact groepscontact psychotherapie behandeling/begeleidingscontact groepscontact behandeling/begeleiding volwassenen en ouderen (per cliënt): nieuwe inschrijving intakecontact psychodiagnostisch/neuropsychologisch onderzoek psychotherapiecontact groepscontact psychotherapie behandeling/begeleidingscontact groepscontact behandeling/begeleiding forensische psychiatrie (per cliënt): nieuwe inschrijving intakecontact psychotherapiecontact groepscontact pschotherapie behandeling/begeleidingscontact groepscontact behandeling/begeleiding
PER 10.000 POLIKLINISCHE VERRICHTINGEN
26,71 394,73 641,25 180,19 111,05 103,46 67,38
7,20 7,20 7,20 7,20 7,20 7,20 7,20
26,71 180,32 520,19 117,38 74,68 97,52 63,17
3,60 3,60 3,60 3,60 3,60 3,60 3,60
26,71 510,90 241,72 147,13 126,04 91,55
3,60 3,60 3,60 3,60 3,60 3,60
24.490,01
10.723,84
5 Beleidsregel III-539
Kosten opleiding tot psychiater/psychotherapeut/GZ-psycholoog verpleegkundig specialist
en
GGZ-
-
In het budget van een algemeen psychiatrisch ziekenhuis met een A-opleidingsbevoegdheid wordt per assistent in opleiding (conform de registratie door de Specialisten Registratie Commissie) ƒ 27.328,40 aan loonkosten opgenomen.
-
In het budget van een algemeen psychiatrisch ziekenhuis met een B-opleidingsbevoegdheid wordt per assistent in opleiding (conform de registratie door de Specialisten Registratie Commissie) ƒ 13.664,20 aan loonkosten opgenomen.
-
Op basis van het door het Coördinerend Orgaan Nascholing en Opleiding in de Geestelijke Gezondheidszorg (CONO) aangewezen aantal opleidingsplaatsen wordt in het budget opgenomen: ƒ 27.328,40 - per GGZ-verpleegkundig specialist in opleiding - per GZ-psycholoog en psychotherapeut in opleiding ƒ 13.664,20
Onder loonkosten dient in dit verband te worden verstaan de bruto salariskosten, verhoogd met alle sociale kosten; deze hebben betrekking op het totale personeel (directie, administratie, civiele dienst, onderhoudspersoneel, direct-patiëntgebonden personeel, geestelijke verzorging, opleidingspersoneel en overig personeel), exclusief het wasserijpersoneel. De kosten wasserij zijn onderdeel van de materiële kosten. De loonkosten hebben eveneens betrekking op de kosten van personeel niet in loondienst, diensten van derden en de kosten van automatische informatieverwerking. Onder sociale kosten wordt in dit verband verstaan: onregelmatigheidstoeslag, overwerktoeslag, vakantietoeslag, wettelijke sociale lasten, suppleties die voortvloeien uit de geldende rechtspositie regeling (onder andere kosten van wachtgelden, kosten van functioneel leeftijdsontslag), pensioenpremie, inhoudingsregeling en ontvangen ziekengeld (gebaseerd op 6% ziekteverzuim). De toeslagen voor SGA- en forensische afdelingen hebben eveneens betrekking op de eventuele materiële kosten en afschrijvingskosten inventarissen voor deze afdelingen. Onder materiële kosten dient in dit verband te worden verstaan de kosten ressorterend onder de rekeningnummers 423 t/m 473 van het NZI-rekeningschema, met uitzondering van de energiekosten (voor zover geen betrekking hebbend op de eigen wasserij), onroerendgoedbelasting, milieuheffingen en huur terreinen en gebouwen (voor huren zie de Beleidsregel afschrijvingskosten). 2.3 Energiekosten, onroerend zaakbelasting en milieuheffingen 2.3.1. Structureel Voor energiekosten, onroerend zaakbelasting en milieuheffing wordt in het budget een bedrag opgenomen van ƒ 39,93 per normatieve vierkante meter. Voor de berekening van het in te calculeren bedrag wordt uitgegaan van dezelfde normatieve grootte van het vloeroppervlak als wordt toegepast bij de Beleidsregel instandhoudingsinvesteringen op het onderdeel jaarlijkse instandhoudingsinvesteringen. Als uitzondering hierop gaan mutaties in het normatieve vloeroppervlak niet per de eerstvolgende 1 januari in, maar op de mutatiedatum. 2.3.2 Herallocatie Het verschil tussen de kosten die in 1999 in het budget zijn opgenomen en de uitkomst van de normatieve berekening wordt eveneens in het budget verwerkt. Dit herallocatiebedrag blijft voorshands ongewijzigd. 2.4 Kwaliteitstoetsing in de GGZ door cliënten Ten behoeve van de kwaliteitstoetsing van GGZ-instellingen door vertegenwoordigers van patiënten/ cliënten zijn ter toevoeging aan het budget van de cliëntenraad de volgende bedragen beschikbaar: – algemene psychiatrie ƒ 0,098 per inwoner; – kinder- en jeugdpsychiatrie ƒ 0,005 per inwoner; – verslavingszorg ƒ 0,004 per inwoner. Voor instellingen met een landelijke of bovenregionale functie wordt uitgegaan van ƒ 61,26 per bed.
6 Beleidsregel III-539
2.5 Onderhoud In de onder hoofdstuk 2.3 te berekenen loonkosten en materiële kosten zijn de volgende bedragen opgenomen voor onderhoudskosten. MATERIËLE LOONKOSTEN KOSTEN In guldens PER ERKEND BED -
voor alcohol- en/of drugsverslaafden voor kinderen en jeugdigen voor volwassenen en ouderen
3.707,03 3.705,17 3.959,38
1.644,43 1.644,43 1.685,94
PER DEELTIJDBEHANDELINGSPLAATS
1.382,86
661,94
11.828,79
9.053,44
PER 10.000 POLIKLINISCHE VERRICHTINGEN
Onder onderhoudskosten dient in dit verband te worden verstaan: 1. de loonkosten van het personeel van de technische en agrarische dienst, de kleer- en schoenmakerij, stoffeerderij en matrassenmakerij en naaikamer; 2. de exploitatielasten, voor zover deze worden geboekt onder rekeningnummer 471: onderhoud terreinen, gebouwen en installaties.
4 december 2003 w:\seck3\word\rl\539.doc