RAAD VA DE EUROPESE UIE
Brussel, 20 mei 2009 (26.05) (OR. en)
B PU
8723/4/09 REV 4
LI
LIMITE
C
CRIMORG 63 MIGR 43 EFOPOL 86 OTA van: aan: Betreft:
het voorzitterschap het COREPER/de Raad Ontwerp-conclusies van de Raad inzake de oprichting van een informeel EU-netwerk van nationale rapporteurs of gelijkwaardige mechanismen ter bestrijding van mensenhandel
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, GELET OP de belangrijkste Europese documenten die betrekking hebben op de vaststelling van nationale rapportagemechanismen en deze aanmerken als essentiële voorwaarde voor doeltreffend beleid ter voorkoming en bestrijding van mensenhandel, zoals: de ministeriële verklaring van Den Haag van 1997 over Europese richtsnoeren voor doeltreffende maatregelen ter voorkoming en bestrijding van vrouwenhandel met het oog op seksuele uitbuiting, en met name deel III.1.4, de aanbevelingen in het verslag van de Deskundigengroep mensenhandel van de Europese Commissie aan de EU-lidstaten van 22 december 2004, - het werkdocument van de Europese Commissie "Evaluatie van en toezicht op de uitvoering van het EU-plan inzake de beste praktijken, normen en procedures bij de voorkoming en bestrijding van mensenhandel" (COM(2008) 657 def.), en met name punt 3.1,
8723/4/09 REV 4
adw/NGS/mv DG H 2B
Conseil UE
1
LIMITE L
- het voorstel voor een kaderbesluit van de Raad inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de bescherming van slachtoffers, en tot intrekking van Kaderbesluit 2002/629/JBZ, dat op dit ogenblik in de Raad wordt besproken, en waarin in artikel 13 wordt voorgesteld dat de lidstaten de nodige maatregelen nemen om nationale rapporteurs aan te wijzen of andere gelijkwaardige mechanismen vast te stellen,
en
GEZIEN de vele bestaande Europese en internationale projecten en gegevensbanken, zoals:
het door de Europese Commissie gefinancierde project 2004-2007 "Bestrijding van mensenhandel vanuit kandidaat-lidstaten en buurlanden van de EU naar de EU: operationeel netwerk en multidisciplinair opleidingsproces" ("Fight against Trafficking in Human Beings to the EU from EU Accession and Neighbouring Countries: Operational Network and Multidisciplinary Training Process"),
het gezamenlijke project van de EG en de IAO van 2008, bedoeld om de Delphi-methode toe te passen als een reeks operationele definities die middels online-bevraging van deskundigen moeten worden gebruikt, en die resulteren in een lijst van operationele indicatoren welke aansluiten op het Protocol van Palermo,
het gezamenlijke EU-actieplan 2006-2010 inzake de ontwikkeling van een algemene en coherente EU-strategie voor het meten van de omvang van de criminaliteit en het strafrecht (COM(2006) 437 def.), waarin de ontwikkeling van EU-statistieken inzake mensenhandel als een van de prioriteiten wordt aangemerkt, en wordt gesteld dat de deskundigengroep die is opgericht om de Commissie bij te staan, stappen heeft gezet om indicatoren en maatregelen te ontwikkelen die zouden kunnen worden gebruikt om tendensen te bewaken en vergelijkingen tussen de lidstaten te kunnen uitvoeren,
de algemene gegevensbank inzake mensenhandel van de IOM, een genormaliseerd instrument voor het beheer van gegevens inzake mensenhandel, dat het beheer vergemakkelijkt van de rechtstreekse bijstand in het kader van de IOM en van de reïntegratieprocessen, en dat de ervaring van slachtoffers van mensenhandel in kaart brengt,
8723/4/09 REV 4
adw/NGS/mv DG H 2B
2
LIMITE L
- de conclusies van de ministeriële slotconferentie "Richtsnoeren voor het verzamelen van gegevens over mensenhandel, met inbegrip van vergelijkbare indicatoren" ("Guidelines for the collection of data on trafficking in human beings, including comparable indicators") van 23 en 24 februari 2009, die in samenwerking met de IOM en met de steun van de Europese Commissie door het Oostenrijkse ministerie van Binnenlandse Zaken zijn geïmplementeerd 1,
"Mensenhandel: gegevensverzameling en geharmoniseerd informatiebeheersysteem" ("Data Collection and Harmonized Information Management System" (DCIM-EU)), in 2008 door het CIDM opgezet, en een soortgelijk, door het CIDM uitgevoerd project in Zuidoost-Europa,
- het door de EU gefinancierde project "Mensenhandel: gegevensverzameling en geharmoniseerde informatiebeheersystemen" ("Trafficking in Human Beings: Data Collection and Harmonised Information Managements Systems"), dat wordt uitgevoerd door het Portugese ministerie van Binnenlandse Zaken, in samenwerking met het CIDM en het Tsjechische, het Poolse en het Slowaakse ministerie van Binnenlandse Zaken,
INDACHTIG dat de voorkoming en bestrijding van mensenhandel een prioriteit van de Europese Unie blijft in haar streven om deze ernstige schending van de mensenrechten aan te pakken,
BEVESTIGEND dat de EU een architectuur moet opzetten voor haar interne uitwisseling van informatie over mensenhandel, zodat de lidstaten en andere bevoegde instanties en instellingen deel kunnen nemen aan de ontwikkeling van gerichte maatregelen, waarin rekening wordt gehouden met de mensenrechten van de slachtoffers van mensenhandel,
ZICH BEWUST VAN het gebrek aan betrouwbare en vergelijkbare gegevens en van het versnipperde karakter van de beschikbare informatie, zodat het niet mogelijk is het verschijnsel mensenhandel in de EU-lidstaten in zijn totaliteit te beschrijven,
WETEND dat vele lidstaten reeds een nationale rapporteur hebben aangesteld of een gelijkwaardig mechanisme hebben vastgesteld, en rekening houdend met de verschillende redenen waarom bepaalde door dergelijke instanties uitgevoerde taken in sommige lidstaten worden ondergebracht bij de nationale coördinator of een nationale task force, 1
8189/09 CRIMORG 51 MIGR 38 ENFOPOL 67.
8723/4/09 REV 4
adw/NGS/mv DG H 2B
3
LIMITE L
ONDER VERWIJZING NAAR de door de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken tijdens de zitting van 8 en 9 november 2007 aangenomen conclusies van de Raad, waarin benadrukt wordt dat mensenhandel voortdurend moet worden bestreden, en nota nemend van de verklaring van Porto,
BEVESTIGEND dat de verzameling en uitwisseling van relevante gegevens over mensenhandel een prioriteit blijft,
neemt de volgende conclusies aan:
1. Alle lidstaten wordt verzocht deel te nemen aan een informeel en flexibel EU-netwerk van nationale rapporteurs of gelijkwaardige mechanismen (hierna " netwerk") om het inzicht in het verschijnsel mensenhandel te verbeteren, en om de Unie en haar lidstaten te voorzien van objectieve, betrouwbare, vergelijkbare en actuele strategische gegevens inzake mensenhandel.
2. Het netwerk staat open voor EU-instellingen en -agentschappen; relevante internationale instellingen, zoals de OVSE, het UNODC, de IOM, de IAO, de speciale VN-rapporteur inzake mensenhandel, in het bijzonder vrouwen- en kinderhandel, en het CIDM kunnen worden uitgenodigd om als waarnemer aan het netwerk deel te nemen.
3. Het netwerk moet dienen als forum voor het uitwisselen van ervaring en beste praktijken op het gebied van het voorkomen en bestrijden van mensenhandel op EU-niveau. Persoonsgegevens of onderzoeksresultaten kunnen alleen worden uitgewisseld indien het nationaal recht van de betrokken lidstaat dit toestaat.
4. Het netwerk vormt een aanvulling op overeengekomen activiteiten die berusten op de bestaande EU-instrumenten en die door de bestaande EU-structuren worden uitgevoerd. Het netwerk mag met name de samenwerking op het gebied van wetshandhaving en de justitiële samenwerking niet doorkruisen, bijv. door onderzoeksresultaten, met inbegrip van persoonsgegevens uit te wisselen.
5. Elke lidstaat wordt verzocht om, volgens nationale voorwaarden, een nationale rapporteur aan te wijzen of een gelijkwaardig mechanisme vast te stellen, die of dat onder meer tot taak heeft informatie te verzamelen en advies te verstrekken over mensenhandel en aan de activiteiten van het netwerk zal deelnemen.
8723/4/09 REV 4
adw/NGS/mv DG H 2B
4
LIMITE L
6. Voor een goede werking van het netwerk wordt de nationale rapporteurs of gelijkwaardige mechanismen met name verzocht:
-
bij te dragen tot de uitwisseling van beste praktijken en van ervaringen op nationaal en Europees niveau;
-
bij te dragen aan lopende acties om (…) indicatoren en criteria te ontwikkelen die ten goede komen aan de vergelijkbaarheid en de samenhang van de informatie, en deel te nemen aan de ontwikkeling van activiteiten van de Europese Unie die verband houden met statistieken inzake mensenhandel;
-
bij te dragen aan het verzamelen en analyseren van de nodige kwalitatieve en kwantitatieve gegevens over mensenhandel, die door de nationale rapporteurs of gelijkwaardige mechanismen tijdens hun werkzaamheden zijn vergaard, met volledige inachtneming van de toepasselijke regelgeving betreffende de bescherming van persoonsgegevens.
7. De Commissie wordt verzocht het netwerk te ondersteunen en verslag uit te brengen over de vorderingen. Het voorzitterschap zou, in samenwerking met de Commissie, de activiteiten moeten coördineren en de vergaderingen van het netwerk moeten voorzitten.
______________
8723/4/09 REV 4
adw/NGS/mv DG H 2B
5
LIMITE L