20 Redactioneel
In deze nieuwsbrief aandacht voor verkrachting en aan-
Verkrachting en aanranding
randing. Michael Reijnders
door Yvonne van Osch
van het team Verkrachting, Aanranding en Schennis der Eerbaarheid (VAS) van de Amsterdamse Jeugd- en Zedenpolitie vertelt meer over de procedure vanaf het moment van aangifte. Monique Braams gaat in op wat Slachtofferhulp voor een slachtoffer van aanranding of verkrachting kan betekenen. Verder zoals altijd een overzicht van de nieuwste publicaties op het gebied van seksueel geweld, waaronder
Verkrachtingszaken kunnen de gemoederen aardig in beweging houden. Zo is in Utrecht wel gebleken, waar een serieverkrachter die in de stad actief was, maandenlang het nieuws heeft bepaald. De groepsverkrachting in het Amsterdamse stadsdeel Westerpark zorgde niet alleen in de buurt voor grote onrust, maar was zelfs aanleiding tot het stellen van Kamervragen. En de gewelddadige verkrachting van een 23-jarige vrouw in het park van het Frederiksplein leidde tot buurtonderzoek waaraan maar liefst 25 rechercheurs meewerkten. Niet alle zaken komen uitgebreid in het nieuws. Bij de Amsterdamse Sociale Jeugden Zedenpolitie zijn vorig jaar in totaal 91 meldingen binnengekomen van verkrachting en is 102 keer aangifte gedaan. Van aanranding waren er 165 meldingen en 65 aangiften. Hieruit blijkt wel, dat zedenrechercheurs hun werk vrijwel geheel buiten de schijnwerpers van de media doen. Michael Reijnders is een van de rechercheurs van de Amsterdamse Zedenpolitie, die dagelijks te maken heeft met slachtoffers en daders van zedenzaken. In deze nieuwsbrief vertelt hij over de procedure en zijn ervaringen. Verder komt aan het woord Monique Braams, een van de vrijwilligers van Slachtofferhulp, gespecialiseerd in ondersteuning aan slachtoffers van zedenmisdrijven.
het evaluatieverslag van het Amsterdams Netwerk ter Bestrijding van Vrouwenhandel. In de agenda meer informatie over een themabijeenkomst over dit onderwerp, en in de rubriek wetenswaardigheden onder andere aandacht voor een nieuwe subsidie ter bestrijding van kinderporno. En tot slot de column van Simone
“Als zij dat zo voelt,
dan is het zo”
Michael Reijnders is een van de zeventien rechercheurs die zaken behandelt binnen het team Verkrachting, Aanranding en Schennis der Eerbaarheid (VAS) van de Amsterdamse Jeugd- en Zedenpolitie. De zaken die binnen het team aan de orde komen, zijn per definitie delicaat. Voor een goed verhoor van slachtoffers en daders, zo blijkt uit Michael’s ervaringen, kan de houding van de rechercheur bepalend zijn.
Timman met daarin dit keer de vaak opdringerige aandacht van de media in zedenzaken.
“Als slachtoffers binnenkomen bij het team”, vertelt een zeer bevlogen rechercheur, “ligt onze eerste prioriteit op het bieden van hulp. We vragen altijd: wat verwacht u van ons, wat
kunnen we voor u doen? Dat doen we in een intake-gesprek. De slachtoffers -in 95% van de gevallen gaat het om vrouwen of meisjes- kunnen zelf kiezen of zij alleen melding maken of
j u n i
02
ook aangifte willen doen. We vertellen altijd wat het betekent om aangifte te doen, emotioneel en praktisch. In praktische zin vraag je met een aangifte aan justitie de dader voor de rechter te brengen.” “Een reden om alleen een melding te doen kan zijn dat vrouwen ons willen waarschuwen maar verder geen sores willen. We respecteren dat altijd, maar wat voor mij wel vaststaat is dat je de gevolgen van het misbruik niet kunt ontlopen. Ik zie hier wel vrouwen die uren zijn verkracht door meerdere mannen en dan zeggen: ‘Ach, ik ben blij dat ik nog leef.’ Zo’n laconieke houding werkt misschien op dat moment, maar zal zich een keer wreken. Er zijn slachtoffers die iets komen vertellen wat jaren geleden is gebeurd, omdat het bijvoorbeeld in een therapie naar boven is gekomen. “Soms loopt het intake-gesprek direct over in een aangifte. Wil een slachtoffer er eerst over nadenken of ze aangifte doet, dan is het wel belangrijk dat eventuele sporen zo snel mogelijk worden veiliggesteld. Er kunnen bijvoorbeeld speekselsporen zijn, haarsporen, spermasporen. Een politiearts kan deze altijd ter plekke komen afnemen. Hij maakt dan ook een heel gedetailleerde omschrijving van het letsel, kijkt naar de gezondheid van het slachtoffer, naar de kans op zwangerschap of geslachtszieken. Ook hier geldt altijd: alleen als het slachtoffer dit wil.”
Politie De Amsterdamse Jeugd- en Zedenpolitie behandelt alle zedenzaken van het district Amsterdam Amstelland met uitzondering van de zaken uit Amstelveen en kent vier afdelingen: Verkrachting, Aanranding & Schennis der Eerbaarheid, Seksuele Kindermishandeling, Kinderporno en Vrouwenhandel & Prostitutie. Van verkrachting werd vorig jaar 91 keer een melding gedaan en 102 keer een aangifte. In 80% van alle verkrachtingszaken kent de dader het slachtoffer. Van aanranding waren er in 2001 165 meldingen en 65 aangiften. Van het aantal veroordelingen zijn bij de politie geen cijfers bekend. Voor meer informatie over het werk van politie en justitie bij seksueel geweld zijn er verschillende brochures verkrijgbaar op het politiebureau. U kunt hiervoor ook bellen met de infolijn 06 8051.
INSTINCTIEF HET BESTE Zelfbeschikking, respect. Het opnemen van de aangifte gaat verder dan een kopje koffie en het intikken van gegevens zoals je weleens in politiefilms ziet. “Je krijgt hier geregeld mensen die alle controle kwijt zijn. Schuldgevoel speelt bijna altijd een rol, bijna alle vrouwen denken dat ze het verkeerd hebben gedaan. ‘Ik had daar niet moeten lopen’, zeggen ze, of ‘ik had andere kleren aan moeten trekken’. Het zijn meestal irreële gedachten, maar ik zal nooit zeggen dat het onzin is, want als zij dat zo voelt, dan is het zo. Ik vraag wel altijd waarom. Zeggen ze ‘Ik had moeten gillen,’ dan vraag ik ‘Waarom heb je het niet gedaan?’ Ik denk dat vrouwen vaak instinctief het beste doen. Negen van de tien keer zullen ze niet vechten, hooguit proberen ze te onderhandelen. Ze vragen de dader een condoom te gebruiken, voorzichtig te doen, bieden aan hem af te trekken. Gillen ze wel, dan is dat in die situatie vaak ook het beste.”
Openbaar Ministerie Het OM en de politie hebben gezamenlijk initiatief genomen tot de oprichting van een Telefonisch Informatiepunt Slachtoffers. De aangever kan hier terecht met vragen over de zaak zoals: is de dader inmiddels bekend, welke instantie heeft de zaak in behandeling, wordt de zaak door de rechter behandeld en hoe gaat dit. Voor arrondissement Amsterdam is het telefoonnummer: 020 541 3939
• nummer 20 •
OP ZOEK NAAR SPOREN “Als het om het opsporingsonderzoek gaat, schatten we eerst de kansen in. Sperma op zich bewijst niet veel meer dan dat er sprake is geweest van seks. En relatie tussen eventueel letsel en verkrachting is ook moeilijk aan te tonen, omdat iemand op veel manieren letsel kan oplopen. Vaak gaan we meteen kijken op de plek waar het gebeurd is en nemen we bewijsstukken in beslag, bijvoorbeeld een laken. We zoeken ook getuigen op. Heeft iemand lawaai gehoord, horen gillen, een auto keihard horen wegrijden?” “Ja, het is soms haar woord tegen het zijne. Je kijkt dan naar verschillende aspecten. Is het al eerder gebeurd? Ja. We gaan naar haar moeder, vragen of haar iets aan haar dochter opgevallen is. Heeft ze abortus laten plegen? Gaan we naar de abortuskliniek. Nul en nul en nul is één, zeggen wij altijd. Maar vergis je niet, het is heel veel bureauwerk. We luisteren telefoons af, kijken naar analoge feiten uit het archief, leggen alles vast.” “Slachtoffers zijn er van alle leeftijden, van alle rangen en standen en van alle kleuren. En het enige wat je eigenlijk over de daders kunt zeggen is dat ze doorgaans niet met een sterke moraal zijn opgevoed. Als er al een trend is, is het dat ze steeds jonger worden. We zien hier zelfs jongetjes van elf jaar.”
pagina 2
Slachtoffer hulp: TERUGKOPPELING Michael verbaast zich na zes jaar niet vaak meer. “Wat je kúnt verzinnen, dat gebeurt ook, daar maak ik me geen illusies over. Cynisch word ik er niet van omdat mijn wereld groter is dan wat ik hier meemaak. Woede voor een dader voel ik ook zelden. Ik ben oprecht geïnteresseerd. Ook bij hem is er waarschijnlijk een triest verhaal, ik vind dat hij behalve straf ook hulp verdient. Word je wel door woede overmand, dan loop je even weg, neemt je collega het even over, dat werkt ook wel vaak goed. Grote zaken doe je altijd met zijn tweeën. Die verhoren worden ook opgenomen en uitgetypt. Soms zit er een psycholoog in de andere kamer die kan adviseren via het computerscherm.” “Het verhoor duurt soms dagen. Je moet proberen tot de dader door te dringen. Het moet hem duidelijk worden dat een bekentenis iets oplevert. Dat hij eindelijk kan zeggen dat hij spijt heeft, dat hij hulp kan krijgen, verder met zijn leven kan. Komt dat moment, dan zijn het vaak heel emotionele toestanden.” "Helaas hebben wij geen zicht op het uiteindelijke aantal veroordelingen. Er is geen terugkoppeling en tegen de tijd dat de zaak voorkomt zijn wij al honderd zaken verder. Ja, ik vind absoluut dat dat beter moet. Dat wij bij justitie informatie krijgen over zaken en dat er een standaardkoppeling is zodat wij daarop ook kunnen sturen.” “Ik ben blij met het tevredenheidsonderzoek dat binnenkort onder cliënten wordt gehouden (uitgevoerd door TransAct, red.). Het is leuk om te weten als een zaak gunstig is uitgepakt, maar ik ben nog veel meer benieuwd naar wat misgaat. Al zijn wij zelf nog zo enthousiast, ik vind niet dat we ons werk zó moeten blijven doen omdat wíj denken dat we het goed doen.”
pagina 3
“ Blijven praten” Bij elke aangifte zal de politie het slachtoffer wijzen op de mogelijkheden van Slachtofferhulp. Monique Braams is een van de vrijwilligers van Slachtofferhulp die gespecialiseerd zijn in zedenzaken. Zij geeft praktische, juridische en emotionele ondersteuning. Als het helpt, luistert ze met liefde twintig keer naar hetzelfde verhaal. Elke dinsdag houdt Monique samen met een collega van Slachtofferhulp kantoor aan het hoofdbureau van politie in de Marnixstraat. Michael en zij lopen regelmatig bij elkaar in en uit. Wat beiden in de omgang met slachtoffers meemaken, vertoont sterke overeenkomsten. “Ik zie Nederlandse slachtoffers”, zegt Monique, “Surinaamse, Antilliaanse, Marokkaanse, in mindere mate Turkse slachtoffers. Ze zijn van alle leeftijden, maar ik denk toch dat het zwaartepunt ligt op heel jonge meisjes, van 14, 15, 16 jaar. In de afgelopen drie jaar heb ik drie keer een man gesproken. Alledrie de keren hebben ze weer afgehaakt. Allochtone vrouwen haken ook vaak af onder druk van de omgeving. ‘We lossen het zelf wel op’, zeggen ze dan. ‘We moeten de vuile was niet buitenhangen.’ ‘Hij is toch best goed voor de kinderen.’” “Ja, het gaat om alle zaken: verkrachting binnen het huwelijk of de relatie, incest met vader, oom of neef, vriendjes, buurman, de spreekwoordelijke enge man uit de bosjes. Het gaat om alle vormen van geweld: messen, vuurwapens, touwen, verbaal…
En altijd zijn vrouwen bang dat ze het hebben uitgelokt.” HOUVAST KWIJT Slachtofferhulp is niet voor iedereen geschikt. “Zijn slachtoffers te erg in de war, dan beginnen wij er niet aan, dan verwijzen we door naar de Riagg of een zelfstandig psycho-therapeut. Er is nu bij het AMC een psychotraumateam voor heel ernstige gevallen. Meestal weet je al iets van de zaak via politie. Als het nodig is, kun je vijf of zes gesprekken doen. Je begint met inventariseren, een beetje structuur in het verhaal brengen. Vaak help je met technische dingen: het voegingsformulier voor de rechtszaak, het schadefonds.” “Boosheid? Nee, daar zijn slachtoffers in dit stadium nog niet aan toe. Als ze hier komen, zijn ze nog veel te veel bezig te bevatten wat er is gebeurd. Vaak blijven ze het verhaal vertellen, zelfs tot twintig keer toe. Dat is goed, hoe meer ze praten, hoe beter. Luisteren is een vorm van erkenning en erkenning is heel belangrijk. In hun omgeving horen ze al vrij snel ‘Hou er nou maar over op’, hier niet.” Wat er beter kan? Michael noemde het probleem ook al. “Wat ik heel erg vind, is dat er voor jonge meisjes die slachtoffer zijn geworden en met wie het thuis niet meer gaat, zo weinig plaats is voor opvang. Het duurt maar en het duurt maar, ze raken elk houvast kwijt, verdwalen compleet, het is zo zonde.”
Slachtoffer hulp In 2001 hebben de Amsterdamse medewerkers van Slachtofferhulp 121 slachtoffers van zedenzaken ondersteund, iets meer dan een kwart van alle slachtoffers die een melding of aangifte van verkrachting, aanranding of exhibitionisme bij de politie hebben gedaan. Voor meer informatie: www.slachtofferhulp.nl
j u n i
02
Column
OMGAAN MET DE PERS De GG&GD Amsterdam vierde afgelopen jaar haar 100-jarig bestaan. Aanleiding voor de verschillende media om aandacht aan het geneeskundige en gezondheidsaanbod van de dienst te besteden. Vara Radio zond een hele week uit vanuit de Centrale Hal van de GG&GD. Live interviews werden afgewisseld met vooraf opgenomen reportages, over onder andere een bezoek aan de methadonbus, en mee op controle in een tatoeshop. Als GG&GD'er vond ik het een leuk programma om naar te luisteren, je realiseert je weer dat de organisatie midden in de maatschappij staat, en dat je veel betrokken collega's om je heen hebt. De vraag aan mij was om iets over het Steunpunt te vertellen. Er valt veel te vertellen over de diverse activiteiten van het Steunpunt, maar al snel werd duidelijk waar de aandacht naar uitging. In de weken daarvoor was de verkrachtingszaak in stadsdeel Westerpark breeduit en van alle kanten belicht in de media. Termen en uitdrukkingen als doofpotpolitiek, onder de pet houden, stil houden en verzwijgen zijn in bijna alle berichten terug te vinden. En naar aanleiding van één van de activiteiten van het Steunpunt, casemanagement bij het scenario zedenzaken en maatschappelijke onrust, was het gesprek ook snel op dit onderwerp gebracht. Nou heeft het Steunpunt in Westerpark geen scenario gedraaid, dus inhoudelijk daarop reageren kon ik niet. Maar dit weerhield de interviewster er niet van door te zagen over waarom er niet standaard een persbericht naar buiten wordt gebracht in dit soort zaken. Dit wekte enigszins mijn irritatie. Er wordt totaal voorbij gegaan aan de vraag waarom en met welk doel de pers geïnformeerd zou moeten worden. De belangen van de betrokkenen, met name de slachtoffers, moeten daarbij in overweging worden genomen. Het gebeurt naar mijn idee nu zo vaak dat de pers vindt dat zij recht heeft op alle informatie en wel onmiddellijk. Krijgt zij dit niet, en komt ze er toch achter, dan wordt nieuws gemaakt: de zaak zou 'in de doofpot' zijn gestopt. Met als gevolg dat de onrust dan pas echt groot wordt. Nou wil ik niet de pers alleen de schuld geven. Het is tenslotte een maatschappelijk fenomeen, dat wij als burgers overal van op de hoogte willen zijn en geïnformeerd willen worden. Niet zo lang daarna belde de voorlichter van de GG&GD mij op. Interesse van de pers over een onderwerp rondom vrouwenhandel was reden voor hem om met het Steunpunt te bellen over wat ons standpunt in de desbetreffende zaak was. Dan kon hij dat vervolgens terugspelen naar de pers. En toen realiseerde ik mij hoe fijn het is om een afdeling in huis te hebben met professionele woordvoerders. Die ervaring hebben in het omgaan met de pers. Die het stadium van mijn bovengenoemde irritatie allang voorbij zijn. Sterker nog, die er uiteindelijk voor zorgen dat journalisten tevreden en begripvol, maar soms met weinig informatie, weer ophangen!
Simone Timman Simone Timman is beleidsmedewerkster bij het Steunpunt Seksueel Geweld Amsterdam.
Publicaties SEKSUEEL MISBRUIK Horn, J.E. van, R.A.R. Bullens, T.A.H. Dorelijers en M. Jäger. Aard en omvang seksueel misbruik en prostitutie minderjarige allochtone jongens. Een verkennend onderzoek. Verslag van een onderzoek uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Justitie naar aanleiding van signalen uit de hulpverlening dat bepaalde groepen allochtone jongens een relatief grotere kans hebben om slachtoffer te worden van seksueel geweld en prostitutie. Amsterdam, Leiden, FORA Forensische Diagnostiek, 2001, 91 p., te bestellen bij FORA Leiden; T: 071 522 7355. VROUWENHANDEL Erning, K. van, en S. Timman. Evaluatie Amsterdams Netwerk ter Bestrijding van Vrouwenhandel 1998-2001. Het Steunpunt Seksueel Geweld heeft samen met de Dienst Welzijn Amsterdam een evaluatieverslag gemaakt over de ontstaansgeschiedenis en het functioneren van het Netwerk tegen Vrouwenhandel in de eerste twee jaar van haar bestaan. Te lezen is hoe slachtoffers worden opgevangen en hoe de samenwerking tussen de verschillende organisaties gestalte krijgt. Amsterdam, Steunpunt Seksueel Geweld, 40 p., te bestellen voor € 4,50 bij het Steunpunt Seksueel Geweld op T: 020 555 5227.
• nummer 20 •
Korvinus, A.G. mr. Mensenhandel; Eerste rapportage van de Nationaal Rapporteur. Hierin wordt een beeld geschetst van de stand van zaken op het gebied van mensenhandel in Nederland. Ook worden wet- en regelgeving ten aanzien van mensenhandel en hulpverleningsinstellingen en belangenorganisaties beschreven. Den Haag, Bureau Nationaal Rapporteur Mensenhandel, 2002, ISBN 9090158707, 231 p. MEERSPORENHULP Steunpunt Bestrijding Seksueel Geweld Leeuwarden. Eindverslag van het project 'Meersporenhulp na seksueel misbruik'. Verslag van het eenjarig project waarbij de ontwikkelde samenwerking van verschillende instellingen rond seksuele kindermishandeling wordt beschreven. Leeuwarden, Stichting Pandoer, 2002, 19 p., te bestellen bij Steunpunt Bestrijding Seksueel Geweld Leeuwarden, T: 058 234 8500. SEKSUEEL MISBRUIK IN PASTORALE RELATIES Hulp en Recht na Seksueel Misbruik in Pastorale Relaties heeft naar aanleiding van de praktijkervaringen haar aanbod en procedure bij klachten over seksueel misbruik binnen pastorale relaties herzien. De herziene informatiebrochure Hulp en Recht bij klachten seksueel misbruik en klachtenprocedure is te bestellen bij de landelijke Instelling Hulp en Recht, T: 030 230 7097.
SEKSUEEL GEWELD Lünnemann, mr. K.D. en mr. D.J.G. Piechocki. Seksueel Geweld betaald gezet. Juridische gids civiel- en strafrechtelijke schadevergoedingsmogelijkheden. Verslag van een jurisprudentieonderzoek inzake civielrechtelijke schadevergoeding aan slachtoffers van seksueel geweld. Het is een overzichtelijk en helder geschreven publicatie die ook voor de leek informatief is. Bevat tevens een praktische handleiding voor rechtshulpverleners. Nijmegen, Ars Aequi Libri Clara Wichmann Instituut, 2001, ISBN 9069163187, 342 p. PRIVÉ GEWELD Onder verantwoordelijkheid van de Directeur-generaal Preventie, Jeugd en Sanctiebeleid van het Ministerie van Justitie is Privé geweld – Publieke zaak. Een nota over de gezamenlijke aanpak van huiselijk geweld (2002) uitgegeven. Hierin worden concrete acties van rijksoverheid en landelijke organisaties op het gebied van huiselijk geweld beschreven. Ook is in het kader van het landelijk project 'voorkomen en bestrijden huiselijk geweld' het Model handelingsprotocol & randvoorwaarden zorgprogramma's (2002) uitgebracht. Beide publicaties zijn te bestellen via www.huiselijkgeweld.nl of afdeling Criminaliteitspreventie, Ministerie van Justitie, Directie Jeugd en Criminaliteitspreventie, postbus 20301, 2500 EH Den Haag.
ASIELZOEKERS EN VLUCHTELINGEN Pharos en GGZ Nederland organiseren op 31 oktober en 1 november 2002 een werkconferentie over vluchtelingen en asielzoekers in de Geestelijke Gezondheidszorg. Beide instellingen doen een beroep op werkers in de ggz om ervaringen uit de praktijk die een positief effect hadden, te delen. Kosten deelname: € 185,-. Meer informatie op www.pharos.nl of via T: 030 234 9800. Vragen naar Nely de Leng, Agnes Verhulst of Evert Bloemen. THEMABIJEENKOMST VROUWENHANDEL Het Netwerk Tegen Vrouwenhandel organiseert op 3 oktober 2002 een themabijeenkomst over vrouwenhandel. De bijeenkomst is bedoeld voor maatschappelijk werkers en medewerkers van azc's, vrouwenopvang, politie, IND en Slachtofferhulp. Naast een plenair gedeelte zullen er
workshops over signalering, psychosociale hulpverlening en terugkeer projecten gehouden worden. Voor meer informatie bel met Simone Timman van het Steunpunt Seksueel Geweld, T: 020 555 5227. SITES www.korrelatie.nl Site van Stichting Korrelatie met informatie over onder andere seksueel misbruik. Naast de mogelijkheid voor een telefonisch hulpgesprek is het nu mogelijk vragen voor te leggen via e-mail. www.scharlakenkoord.nl Site het over preventieproject voor meiden van 13 tot 16 jaar, genaamd Beware of loverboys met informatie voor ouders, docenten, buurtwerkers, hulpverleners en jongerenwerkers.
Colofon
AGENDA
Nieuwsbrief nr 20, juni 2002 verschijnt 3 maal per jaar, oplage: 500 Uitgave
Steunpunt Seksueel Geweld Amsterdam Redactie
Vera Schüller, Marianne van Staa, Simone Timman, Marjolein Leguÿt. DTP
Yusuf Kho vormgevers IA BNO Amsterdam Verspreiding
gratis onder hulpverleners in Amsterdam e.o.. Gebruik van teksten en artikelen uit de nieuwsbrief met bronvermelding is toegestaan. Bel voor extra nummers:
Steunpunt Seksueel Geweld T: 020 555 5227 F: 020 555 5696 E:
[email protected]
Wetenswaardigheden KINDERPORNO In het kader van de stimuleringsregeling projectsubsidies criminaliteitspreventie 2002 kan projectsubsidie worden aangevraagd ter voorkoming en bestrijding van kinderporno. Te denken valt aan het geven van voorlichting op scholen tot het aanbieden van specifieke hulpverleningsprogramma's. Meer informatie op www.justitie.nl. Het is ook mogelijk om via de site een subsidie-aanvraagformulier te downloaden. GEWELD IN RELATIES TransAct biedt de mogelijkheid tot gratis ondersteuning in de vorm van consultatie of een trainingsaanbod ten
behoeve van projecten en activiteiten op het gebied van relatiegeweld. Meer informatie en aanvraagformulieren zijn te krijgen bij Peter van der Linden van TransAct, T: 030 232 6500 of
[email protected] VERWIJSGIDS SEKSUEEL GEWELD In augustus zal het Steunpunt Seksueel Geweld een geactualiseerde versie van de Verwijsgids Seksueel Geweld uitbrengen. Voor deze versie zijn ook instellingen aangeschreven die tot nu toe nog niet in de gids vermeld stonden. De gids is te bestellen voor € 17,- bij het Steunpunt Seksueel Geweld, T: 020 555 5227, maandag tot en met donderdag.
j u n i
02