Vestigingsspecifiek pedagogisch werkplan Zo aan de Van Nijenrodestraat / dagopvang
Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding
1 2
Onze pedagogische doelstelling Basisdoelen Pedagogische uitgangspunten
2 2 2
Pedagogisch Werkplan Dagopvang Stamgroepen Drie pijlers Het “Zo Stoplicht” Verlaten stamgroep Samenvoegen van stamgroepen Pauzetijden Minder bezetting Opendeurenbeleid Vierogenprincipe Wennen
3 3 4 4 4 4 5 5 5 5
Wennen voor nieuwe kinderen Overstap naar de nieuwe groep Wennen op de nieuwe groep
5 6 6
Achterwacht Openingstijden Soorten opvang Fysieke omgeving Inrichting locatie binnen Inrichting locatie buiten Activiteitenaanbod Vakanties Voor vragen en/of opmerkingen kunt u terecht bij:
6 6 6 7 7 7 8 9 9
Voorwoord Voor u ligt het vestiging specifiek pedagogisch werkplan voor 2015 van Zo aan de Van Nijenrodestraat. Het pedagogisch beleid van Zo Kinderopvang is beschreven in het pedagogisch beleidsplan. Dit beleidsplan is samengevat in de brochure Uw kind, onze zorg meer dan waard, die u van ons heeft ontvangen. Desgewenst kunt u op aanvraag ook het hele beleidsplan ontvangen van de vestigingsmanager. In dit plan zijn de vestigingsspecifieke zaken beschreven, o.a. hoe onze locatie eruit ziet, op welke wijze er invulling gegeven wordt aan het dagprogramma, op welke zaken wij verbijzonderen t.o.v. het centrale pedagogische beleid en welke (vestiging specifieke) regels wij hanteren. Ook kunt u lezen welke activiteiten er in 2015 worden georganiseerd en welke thema’s aan bod zullen komen. Dit plan geeft ook de rode draad die we het gehele jaar zullen volgen. Het plan is opgesteld door de vestigingsmanager i.s.m. de pedagogisch medewerkers van de locatie zelf, degenen die dagelijks met de kinderen werken en daardoor het beste juist die kleine details kunnen benoemen die nodig zijn om een eigen, veilige en geborgen omgeving te creëren voor de kinderen van waaruit zij zich kunnen ontwikkelen. Wij wensen u veel plezier bij het lezen van dit vestigingsspecifieke pedagogisch werkplan van Zo aan de Van Nijenrodestraat. Mocht u nog vragen hebben, dan staan mijn team en ikzelf graag voor u klaar. Els Visser en Angelique Geboers Vestigingsmanager Zo aan de Van Nijenrodestraat
1
Inleiding Bij Zo kinderopvang werken wij volgens de visie die vastgelegd is in ons pedagogisch beleidsplan. Dit centrale beleidsplan is gebaseerd op de wetenschappelijke inzichten en draagt de visie uit waar wij voor staan. In dit werkplan benoemen we daarom alleen de zaken waar wij als vestiging in verbijzonderen. Hieronder geven wij kort onze pedagogische doelstelling, de basisdoelen en pedagogische uitgangspunten weer. Voor een uitgebreide beschrijving van het pedagogisch handelen en de visie waarop dit gebaseerd is, verwijzen wij u naar het pedagogisch beleidsplan.
Onze pedagogische doelstelling De pedagogische doelstelling van de organisatie is het bieden van hele- en halve dagopvang aan kinderen van 0 tot 4 jaar, buitenschoolse opvang aan kinderen van 4 tot 12 jaar en avondopvang aan kinderen van 0-12 jaar in een geborgen omgeving met een opvoedingsklimaat die het kind veiligheid en de uitdaging bieden, waarin het individuele kind met zijn of haar eigenheden in de ontwikkeling van zijn of haar persoonlijke en sociale competenties volledig tot ontplooiing kan komen. Op de locatie Zo aan de van Nijenrodestraat wordt hele dagopvang aan kinderen van 0 tot 4 jaar geboden en buitenschoolse opvang aan kinderen van 4 tot 12 jaar.
Basisdoelen De pedagogische doelstelling van de organisatie is onder te verdelen in vier basisdoelen: 1. Het bieden van een gevoel van veiligheid aan het kind 2. Het bevorderen van persoonlijke competentie 3. Het bevorderen van sociale competentie 4. Het bijdragen aan socialisatie van het kind: aanbieden van regels, normen en waarden
Pedagogische uitgangspunten Als basis van bovenstaande pedagogische doelstelling hanteert de organisatie de volgende pedagogische uitgangspunten: Respect voor de individuele ontwikkeling van ieder kind. Een goede samenwerkingsrelatie met de opvoeders c.q. ouders/verzorgers. De opvang in een groep heeft toegevoegde waarde voor de individuele ontwikkeling van kinderen. De pedagogisch medewerk(st)ers hebben een voorbeeldfunctie en een actieve rol in het overdragen van maatschappelijke normen en waarden aan kinderen. De visie van de organisatie bij het overnemen van de zorg en opvoeding van het kind wordt gevormd door de pedagogische doelstelling gestoeld op de uitgangspunten.
2
Pedagogisch Werkplan Dagopvang Stamgroepen Samenstelling stamgroep/basisgroep In onze vestiging zijn vier kinderdagopvanggroepen. We kiezen één stamgroep voor de kinderen. Dit bevordert de continuïteit en veiligheid voor kinderen. ( bij hoge uitzondering en in overleg/ en met toestemming van ouders wordt hiervan afgeweken) 1. Baby/dreumesgroep de Ballonnen, 3 vaste pedagogisch medewerkers per week, maximaal 9 kinderen per dag. Kinderen tot ongeveer 2 jaar. 2. Baby/dreumesgroep de Rammelaars, 3 vaste pedagogisch medewerkers per week, maximaal 9 kinderen per dag. Kinderen tot ongeveer 2 jaar. 3. Peutergroep de Vliegers, 3 vaste pedagogisch medewerkers per week, maximaal 11 kinderen per dag. Kinderen van ongeveer 2 jaar tot 4 jaar. 4. Peutergroep de Stunters, 3 vaste pedagogisch medewerkers per week, maximaal 14 kinderen per dag. Kinderen van ongeveer 2 jaar tot 4 jaar. De leeftijdsopbouw van de dagopvanggroepen wijkt af van het algemeen beleid van Zo. Dit is ontstaan naar aanleiding van aanhoudende problemen bij het doorstromen van kinderen. In de inrichting van de groepsruimtes wordt hier rekening mee gehouden door de aandachtspunten, zoals die in het algemeen beleid beschreven staan voor alle leeftijden die op de groep vertegenwoordigd zijn, aanwezig te laten zijn. Deze aandachtspunten richten zich onder andere op het speelgoedaanbod en de beschikbare ruimte voor beweging en (samen)spel. Bij de personeelsbezetting wordt zorggedragen voor stabiliteit en continuïteit, met dagelijks twee vaste pedagogisch medewerkers per groep. Bij wisselende kindaantallen en ziekte of vakantie van medewerkers kan inzet van een andere medewerker nodig zijn. Hierbij wordt altijd eerst getracht een medewerker van de eigen vestiging in te zetten. Als dit niet mogelijk is, wordt gekeken of op een andere vestiging een pedagogisch medewerker gemist kan worden. Mocht dit ook niet mogelijk zijn, dan wordt inval geregeld vanuit de flexpool van Zo. Als ook hier niet uit geput kan worden, zal een uitzendkracht worden ingezet, vanuit een uitzendbureau waarmee Zo een samenwerkingsverband heeft. Ter illustratie het personeelsrooster. Door teruglopende bezetting wordt op sommige dagen met één pedagogisch medewerkster gewerkt of wordt een groep samengevoegd. Bij eventuele verschuiving of samenvoegingen van een medewerkster naar een andere groep wordt ervoor gezorgd dat alle kinderen die op die dag op die groep aanwezig zijn, de andere pedagogisch medewerkster kennen. Er is dus altijd een basisleidster aanwezig voor alle kinderen, zoals vanuit de toetsingskaders verwacht wordt.
Naam groep Ballonnen
Maandag Daniëlle
Rammelaars
Jessica Rowan Lindsey Salima Kelly Sandra
Vliegers Stunters
Dinsdag Selma Carina Ilona& Rowan Patricia
Woensdag Selma
Kelly Sandra
Kelly
Rowan Lindsey
3
Donderdag Daniëlle Selma Rowan& Jessica
Vrijdag Selma& Carina
Patricia Lindsey Kelly Sandra
Patricia Lindsey Kelly Salima
Jessica & Ilona
Bij de toegangsdeur naar elke groep hangt een mededelingenbord waarop de naam van de groep staat en de namen van de medewerkers die er werken, zodat het voor ouders duidelijk is welke medewerker wanneer op welke groep staat. U kunt bij de toegangsdeur naar de groep ook lezen wanneer een medewerker b.v. vakantie heeft of ziek is en er iemand komt invallen.
Drie pijlers Het “Zo Stoplicht” Zo onderscheidt drie pijlers die zij van belang acht in de zorg voor continuïteit voor de kinderen. Deze drie pijlers zijn: 1. de vaste pedagogisch medewerker, 2. de vaste groepsruimte en 3. de vaste groepsgenoten. Zo heeft met deze pijlers het “Zo Stoplicht” ontwikkeld. Als kinderen buiten hun eigen groep gaan spelen of wanneer wij groepen samenvoegen, dan doen we dat aan de hand van het “Zo-stoplicht”. Ons streven is dan om minimaal één van de drie pijlers voor het kind in stand te houden, zodat een kind aan die ene pijler een gevoel van continuïteit en veiligheid kan ontlenen.
Verlaten stamgroep De kinderen spelen het grootste gedeelte van de dag op hun eigen stamgroep met gesloten deuren. Ze verlaten hun stamgroep als ze naar onze buitenruimte gaan of als ze gaan wandelen met de wandelwagens en/of bolderkar. We gaan dan naar het park, de speeltuin, of een rondje wandelen door de wijk. Ook kan de dagopvang de BSO-ruimte gebruiken voor extra activiteiten. Bij hoge uitzondering dient de BSO-ruimte als uitwijkmogelijkheid. Als er onvoorzien meer dan 14 peuters aanwezig zijn, kan de halve groep (max. 8 kinderen) uitwijken naar de BSO-ruimte. Het kan zijn dat kinderen hun stamgroep ook verlaten bij het samenvoegen van stamgroepen (zie hieronder).
Samenvoegen van stamgroepen Opstarten en afsluiten Tijdens het opstarten en het afsluiten van de dag voegen wij stamgroepen korte tijd samen. We beginnen en eindigen de dag op Zo aan de Van Nijenrodestraat met twee medewerkers, op elke verdieping één. We vangen de kinderen van de twee baby/dreumesgroepen van 7.30 uur tot 8.00 uur en van 18.00 uur tot 18.30 uur gezamenlijk op in een van deze twee groepen (op de eerste verdieping) en de kinderen van de twee peutergroepen tijdens genoemde tijden op één van de peutergroepen (op de begane grond). Om 8.00 starten weer twee medewerkers, waarna alle groepen gesplitst worden en alle kinderen naar de eigen groep gaan. Bij deze werkwijze houden we rekening met de drie pijlers. Als een pedagogisch medewerker van de Ballonnen een openingsdienst heeft, start zij op in de groepsruimte van de Rammelaars en vice versa. De kindjes van de Ballonnen die binnen komen, zien direct hun eigen pedagogisch medewerker en hebben dus één pijler waaraan ze een gevoel van veiligheid en continuïteit kunnen ontlenen. De kindjes van de Rammelaars worden opgevangen in hun eigen groepsruimte, waardoor ook voor hen één pijler overeind wordt gehouden. Deze zelfde werkwijze wordt toegepast tijdens het samenvoegen op de peutergroepen.
Pauzetijden In de pauzetijden (13.00 - 15.00 uur) hebben alle medewerkers een uur pauze, waarbij wij er altijd voor zorgen dat minimaal de helft van de aanwezige medewerkers aanwezig is. De pauzetijden zijn van 13.00-14.00 uur en van 14.00-15.00 uur. De meeste kinderen slapen rond deze tijden en er is altijd 1 medewerker per groep aanwezig. Mocht er een groep minder bezet zijn waardoor er 1 medewerker aanwezig is dan neemt een aantal medewerkers 40 minuten pauze zodat er te allen tijde minimaal de helft van de aanwezige medewerkers in het pand aanwezig is.
4
Minder bezetting In sommige situaties (bijvoorbeeld schoolvakanties of lagere bezetting) besluiten we om groepen samen te voegen. We streven er ook dan naar om één van de genoemde pijlers te behouden voor de kinderen om hun psychologische veiligheid te garanderen. Samenvoegen gebeurt altijd met de groep van dezelfde verdieping, dus baby/dreumesgroepen met elkaar of peutergroepen met elkaar.
Opendeurenbeleid Wij werken met gesloten deuren. In pauzetijden en aan begin of eind van de dag staan de deuren wel vaak open, omdat we dan met minder pedagogisch medewerkers alle groepen in de gaten houden. Ook kan het voorkomen dat bij uitstapjes een bijvoorbeeld een kook activiteit de peutergroepen en/of babygroepen dit gezamenlijk doen.
Vierogenprincipe We passen op onze vestiging het vierogenprincipe toe. Alle toegangsdeuren naar de groepen hebben een strook glas in de deur, waardoor je zeer gemakkelijk de groepen op kunt kijken. Tijdens de haal- en brengmomenten zijn er veel ouders op de groepen aanwezig en doordat alle groepen aan minimaal één andere groep grenzen, is er sprake van een zeer open werksfeer. Medewerkers lopen zeer regelmatig bij elkaar binnen om bijvoorbeeld iets door te geven, een knutselwerkje op te halen of een telefoontje door te geven. Hierdoor is de drempel heel laag en is het mogelijk om elkaar op bepaalde gedragingen aan te spreken. Ook loopt de vestigingsmanager regelmatig over de groepen. - Tijdens de pauzes gaat een leidster minimaal twee keer op de aangrenzende groep kijken. Als een leidster alleen op de groep staat, wordt er zowel in de ochtend als in de middag ook minimaal een keer op de aangrenzende groep gekeken. Als er inval werkzaam is, wordt tijdens de pauze ook minimaal twee keer bij de inval gekeken. Als de peuters gaan slapen, zit er géén inval bij hen op de slaapkamer. Dit wordt gedaan door een vaste leidster. Op de slaapkamers hangen camera’s waarvan de beelden op de groep zichtbaar zijn. Als nog niet alle kinderen slapen als de vaste leidster van een peutergroep met pauze gaat, meldt zij dit aan de collega van de aangrenzende groep, zodat zij het controlemoment zo snel mogelijk kan laten plaatsvinden. De meld code kindermishandeling wordt jaarlijks besproken met het team.
Wennen Wennen voor nieuwe kinderen Twee weken voordat de opvang start zal het kind twee ochtenden komen wennen. De wenafspraak wordt schriftelijk vastgelegd en gecommuniceerd door de vestigingsmanager. U ontvangt van ons mondeling de volgende informatie: o Hoe ziet de procedure van het wennen er uit. o Het tijdstip waarop de ouder samen met het kind wordt verwacht o Wij hebben in principe alles in huis voor de verzorging, maar handig om mee te nemen bij de eerste wenochtend zijn: bij baby’s: voeding indien het kind andere voeding dan de verstrekte voeding krijgt, speentje, eigen flesje en speen wanneer u dit wilt. reservekleding iets vertrouwds van thuis: een knuffeltje of doekje waaraan het kind gehecht is kopie van de vaccinatiegegevens o Hoe laat u het kind , na een paar uur op de groep geweest te zijn weer kunt ophalen.
5
Overstap naar de nieuwe groep Voorafgaand aan de overstap naar de volgende groep vertelt de Pm’er aan de ouders wanneer en naar welke groep het kind over gaat en hoe de wen procedure er uit ziet. De medewerk(st)ers stelt u voor aan de PM’ers van de nieuwe groep. De PM’er van de nieuwe groep geeft u een rondleiding door de groepsruimte en de slaapruimte (indien van toepassing) en legt aan u uit hoe een dag op de nieuwe groep eruit ziet en welke regels er gelden. Wennen op de nieuwe groep Op de eerste dag van de wenperiode wordt het kind door een PM’er van de oude groep naar de nieuwe groep gebracht. De PM’er blijft even samen met het kind op de nieuwe groep. Daarna blijft het kind in de nieuwe groep en gaat de medewerk(st)er terug naar de oude groep, na duidelijk gezegd te hebben tegen het kind dat het straks weer teruggebracht wordt naar de eigen groep. De PM’ers van de nieuwe groep houden het kind tijdens de eerste wendagen extra in het oog. Een van de PM’ers van de peutergroep brengt het kind weer terug naar de eigen groep en geeft een overdracht hoe het wennen is gegaan. Naar aanleiding van deze eerste wendag wordt in samenspraak met de oude en nieuwe medewerk(st)er een indeling gemaakt van de wenperiode. Deze periode is afhankelijk van het kind en diens reactie op de nieuwe medewerk(st)ers, groepssamenstelling en omgeving. In ieder geval moet de wenperiode minimaal uit drie opgebouwde dagen bestaan. Ook wanneer het de eerste dag goed is gegaan wordt de volledige wenperiode afgerond. Om de kinderen die komen wennen goed te kunnen begeleiden en de veiligheid van de andere kinderen te kunnen waarborgen kunnen er maximaal 2 kinderen tegelijkertijd wennen op een nieuwe groep. Een wenperiode naar een volgende groep neemt 2 weken in beslag, en de afspraken worden ook schriftelijk vast gelegd door de vestigingsmanager.
Achterwacht Op onze vestiging zijn altijd minimaal 2 medewerkers aanwezig. Om deze reden maken wij geen gebruik van een achterwacht. Mocht een medewerker onverhoopt ziek zijn wanneer zij een dienst vanaf 7.30 uur heeft dan is de vestigingsmanager hier altijd van op de hoogte en wordt deze vroege dienst altijd ingevuld door een collega.
Openingstijden De dagopvang van Zo aan de Van Nijenrodestraat is dagelijks geopend van 7.30 tot 18.30 uur.
Soorten opvang Wij bieden bij Zo aan de Van Nijenrodestraat dagopvang voor kinderen van 0 tot 4 jaar en buitenschoolse opvang voor kinderen van 4 tot 12 jaar. Vanaf september 2014 wordt er op de BSO ook voorschoolse opvang aangeboden. Voor de bso is een apart pedagogisch werkplan beschikbaar.
6
Fysieke omgeving Inrichting locatie binnen De peutergroepen bevinden zich op de begane grond. Tussen deze twee groepsruimten bevindt zich een deur, voorzien van een strook glas. Beide peutergroepen hebben een aparte slaapruimte. De slaapruimte van de Vliegers is niet aangrenzend aan de groepsruimte, die van de Stunters wel. De pedagogisch medewerkers van de Vliegers kunnen met behulp van een babyfoon altijd horen wat er in de slaapruimte gebeurt. Voor beide peutergroepen geldt dat er naast de bedden op de genoemde slaapkamers gebruik wordt gemaakt van stretchers op de groepsruimte. Beide peutergroepen hebben een deur die naar de buitenruimte leidt. De baby/dreumesgroepen bevinden zich op de eerste etage. Ook deze twee groepen zijn van elkaar gescheiden middels een deur met een strook glas erin. Beide baby/dreumesgroepen hebben een eigen slaapkamer. Een slaapruimte van de Ballonnen is aangrenzend de ander niet, die van de Rammelaars is aangrenzend. Het pand is middels twee deuren toegankelijk. Ouders met kinderen op de baby/dreumesgroep de Ballonnen of op peutergroep de Vliegers maken gebruik van de linker toegangsdeur. Ouders met kinderen op de baby/dreumesgroep de Rammelaars of op peutergroep de Stunters maken gebruik van de rechter toegangsdeur. Dit is geen strikte regel, maar wordt wel veelal zo toegepast. Als ouders meerdere kinderen op de dagopvanggroepen hebben, staat het hen vrij een van beide ingangen te gebruiken. Beide deuren zijn voorzien van een unieke cijfercode die alleen aan ouders en vaste medewerkers van Zo aan de Van Nijenrodestraat bekend wordt gemaakt.
Inrichting locatie buiten De kinderen van de dagopvang spelen in onze eigen tuin/buitenruimte, die grenst aan ons pand. De tuin is omringd door een schutting, waarachter zich tuinen van de buren bevinden. De buitenruimte is te bereiken via de deuren aan de achterkant van ons pand. Eén van die deuren is de deur van de personeelskeuken op de begane grond. Deze ruimte wordt echter niet door kinderen gebruikt. De deur van deze keuken is dan ook altijd dicht of op een haak gezet, zodat kinderen vanuit de tuin geen toegang tot de keuken hebben. De beide peutergroepen hebben een deur naar de tuin. Kinderen van deze groepen kunnen zelfstandig naar de tuin, maar gaan altijd onder begeleiding van een pedagogisch medewerker naar buiten. De groepen spelen ofwel alleen of gezamenlijk buiten. De kinderen van de baby/dreumesgroepen gaan per één of twee kinderen onder begeleiding van een pedagogisch medewerker de trap af en via één van de peutergroepen naar de tuin. Bij het naar buiten begeleiden van de kinderen van de baby/dreumesgroepen helpen waar nodig en mogelijk ook medewerkers van de peutergroepen. Ook de bso grenst middels een deur aan de tuin. Echter, de kinderen van de bso maken geen gebruik van deze buitenruimte. De tuin is voorzien van een apart gedeelte voor de jongere kinderen. Dit gedeelte is van de rest van de tuin afgesloten door middel van een hekje. Op die manier kunnen de kleinsten ongestoord van de buitenruimte genieten. Als er geen baby’s in de tuin verblijven, kan het hekje open gezet worden en kunnen alle kinderen van de gehele tuin gebruik maken. In de tuin is een zandbak, een speelhuisje en een speeltoestel met kleine glijbaan aanwezig. Het buitenspeelmateriaal staat opgeslagen in een apart schuurtje. We hebben fietsjes, loopkarretjes, ballen etc. om mee te spelen. De pedagogisch medewerkers begeleiden de kinderen altijd bij het pakken van speelgoed uit het schuurtje. In de tuin is veel mogelijkheid tot ontdekken en natuur beleven, o.a. door moestuinbakken, verschillende ondergronden en mogelijkheid om tussen het groen te spelen. Er staat een grote boom in de tuin, die in de zomer voor schaduw zorgt. Eventueel worden extra parasols gebruikt.
7
Activiteitenaanbod Wij werken volgens het dagprogramma dat in ons algemeen beleid wordt omschreven. Het kan weleens zijn dat we iets later aan tafel gaan of naar bed gaan dan gepland, omdat de kinderen nog middenin hun spel zitten. Echter, de structuur van het dagprogramma is voor kinderen erg belangrijk en vormt te allen tijde de basis van waaruit wordt gepland en georganiseerd. Bij baby’s houden we het dagritme van thuis zoveel mogelijk aan. Dit doen wij in goed overleg met de ouders. Voor de oudere kinderen geldt dat alle momenten in het dagprogramma op een heldere, rustige manier worden aangekondigd. Vaak gebeurt dit in de vorm van een liedje of een versje. Kinderen worden op die manier niet onverwacht uit hun spel gehaald, maar krijgen de tijd om het spel af te ronden, gezamenlijk op te ruimen en over te gaan op het volgende onderdeel van het dagprogramma. De geboden structuur zorgt voor veel rust en duidelijkheid op de groep. Activiteiten worden bij Zo aan de Van Nijenrodestraat aangeboden met gebruikmaking van de zogenaamde activiteitenspin. Deze activiteitenspin wordt door de pedagogisch medewerkers gebruikt om activiteiten te organiseren die alle ontwikkelingsgebieden bij kinderen stimuleren. Dit gebeurt gecombineerd met een thema, dat per maand varieert. Op deze manier wordt zorggedragen voor een gevarieerd en ontwikkeling stimulerend activiteitenaanbod. Ook dragen deze activiteiten bij aan de basisdoelen die ten grond slag liggen aan onze pedagogische doelstelling. Activiteiten worden soms vooraf door de pedagogisch medewerkers voorbereid en gestructureerd aangeboden aan de kinderen, bijvoorbeeld als er knutselwerkjes gemaakt worden of een groepsspel wordt gedaan. Echter, er is ook regelmatig ruimte voor vrij spel, waarin de kinderen zelf keuzes mogen maken in het spel dat ze willen spelen. De pedagogisch medewerkers observeren en begeleiden kinderen in hun (samen)spel. Ook worden kinderen uitgenodigd en uitgedaagd elkaar en de pedagogisch medewerkers te helpen. Oudere kinderen kunnen de jongere kinderen in de groep helpen bij dingen die zij aan het leren zijn. Dit geeft de oudere kinderen een gevoel van trots en de jongere kinderen vinden het vaak ook erg interessant door oudere kinderen geholpen te worden. Dit alles komt de zelfredzaamheid bovendien ten goede. Ook bij het opruimen van boodschappen of het klaarzetten van spullen wordt door pedagogisch medewerkers actief de hulp van kinderen ingeroepen. Kinderen vinden dit vaak erg leuk! Regelmatig maken wij een uitstapje buiten de vestiging. Zo gaan we bijvoorbeeld naar Arendsdorp, Hubertusduin, het bos, de kinderboerderij of het strand. De deelgebieden die in de activiteitenspin aandacht krijgen zijn: 1. natuur & fysieke omgeving 2. taal & communicatie 3. beeldende expressie 4. bewegen & zintuiglijk ervaren 5. geluid, muziek, dans & bewegen 6. samen spelen & samen leven 7. ordenen, meten & rekenen. Wekelijks krijgen de ouders een weekoverzicht toegestuurd, waarin wordt teruggeblikt op en vooruitgekeken naar de activiteiten op de vestiging. Daarnaast is op de groepen veel zichtbaar van wat er heeft plaatsgevonden of van het thema dat op dat moment wordt behandeld. Dit gebeurt bijvoorbeeld door raamschilderingen, knutselwerkjes en foto’s. Daarnaast wordt dagelijks op een bord op de groep opgeschreven wat er die dag aan activiteiten heeft plaatsgevonden. De dreumesen en peuters krijgen altijd een vork om mee te eten. Soms gebruiken ze de vork nog helemaal niet, maar eten ze met hun handen. De pedagogisch medewerker maakt de boterhammen klaar en snijdt ze in stukjes. Dan eten de kinderen hun boterhammen op. De pedagogisch medewerkers stimuleren de kinderen om met een vork te eten. Ook stimuleren we de kinderen om uit een beker te drinken. Ze beginnen met een tuitbeker als ze net dreumes zijn en naarmate ze ouder worden, wordt dit een beker. De kinderen krijgen een combinatie van appel, peer en banaan als fruithapje. Ook mogen de kinderen naar gelang hun leeftijd kiezen wat ze op hun boterham willen; plakje worst, plakje kaas, smeerkaas. Zo stimuleren we het zelf keuzen leren maken. Vanaf de
8
peutergroep mogen kinderen ook hun eigen boterham smeren. De pedagogische medewerker eet altijd 1 pedagogische boterham mee. Voorafgaand aan de maaltijd wordt altijd een liedje gezongen. Tijdens het eten wordt zoveel mogelijk rust bewaard, maar worden wel gesprekjes gevoerd met de groep kinderen. Kinderen wordt aangeleerd naar elkaar te luisteren en op hun beurt te wachten. De pedagogisch medewerkers spelen in op de verhalen van de kinderen door te vragen of andere kinderen erbij te betrekken. Ook kinderen die van nature niet veel aan het woord zijn, krijgen op die manier de ruimte hun verhaal te doen. Regelmatig (circa 1 keer per 2 weken) wordt er samen met de kinderen een warme maaltijd bereidt. Dit vindt plaats in de keuken van de BSO. Aan het begin en eind van de dag is er een overdrachtsgesprek met de ouders. Hierin vertellen we elkaar hoe het gegaan is. We vertellen ouders wat het kind gedaan heeft en wat ons is opgevallen in zijn gedrag en ontwikkeling. Op ons dagritmebord kan de ouder zien wat het kind gegeten en gedronken heeft en hoe lang het kind heeft geslapen. Alle kinderen hebben bovendien een eigen schriftje. Wekelijks schrijven de pedagogisch medewerkers hierin een stukje tekst, waarin aandacht wordt besteed aan wat het kind die week heeft gedaan, maar vooral aan wat hierin qua ontwikkeling zichtbaar is geweest. Die schriftjes geven we mee aan ouders en ouders wordt gevraagd hierin ook te schrijven over hoe het thuis met hun kindje gaat. Zo ontstaat er een mooi dagboek voor het kind. Op de groepen gelden bepaalde regels. Deze regels hangen bij de groep. Hierbij kun je denken aan rustig lopen op de groep, bij de vensterbanken met je voeten op de grond staan, opruimen voor elke maaltijd, etc.
Vakanties In de vakanties houden we ons in principe aan het dagritme zoals we dit ook buiten de vakanties doen. Omdat er tijdens vakanties vaak minder kinderen zijn, is de kans wel groter dat we binnen de vestiging groepen samenvoegen. Ook hebben we dan meer gelegenheid om met meerdere groepen een uitstapje te maken, b.v. naar het park of de kinderboerderij. Zo aan de Van Nijenrodestraat Van Nijenrodestraat 2-8 2597 RM Den Haag 070 328 23 01
Voor vragen en/of opmerkingen kunt u terecht bij: Vestigingsmanager: Els Visser E-mail:
[email protected] Tel.: 070 328 23 01
9