h o s p i c e r o t t e r d a m
DE VIER VOGELS
JAARVERSL AG
2010
HET LICHT
Onze diepste angst is niet dat we inadequaat zijn. Onze diepste angst is dat we bovenmatig krachtig zijn. Het is ons licht, niet onze duisternis die ons het meest beangstigt.
We vragen onszelf: Wie ben ik om briljant te zijn, fantastisch, getalenteerd, fabuleus? Maar wie ben jij om dat niet te zijn?
Je bent een kind van God. Je klein voordoen dient de wereld niet. Er is niets verlichts aan inkrimpen, zodat andere mensen zich niet onzeker zullen voelen in jouw buurt. We zijn bedoeld om te schitteren zoals kinderen doen. Wij zijn bedoeld om de glorie van God te manifesteren die binnen in ons is. Die is niet slechts in enkelen van ons, die is in iedereen.
En wanneer wij ons licht laten stralen, geven wij onbewust aan andere mensen toestemming om hetzelfde te doen. Aangezien wij bevrijd zijn van onze angst, zal onze aanwezigheid automatisch anderen bevrijden.
Tekst van Marianne Williamson Uitgesproken door Nelson Mandela tijdens zijn inaugurele rede in 1994
Van de voorzitter
Met genoegen bieden we u ons jaarverslag 2010 aan. Het is mooi om terug te kunnen kijken op het werk dat in 2010 verzet is. U treft in dit jaarverslag hiervan een proeve aan. Met hand, hoofd en hart aanwezig zijn voor mensen die in Hospice De Vier Vogels hun laatste dagen leven. De focus van alle bijdragen in dit jaarverslag ligt bij de bewoners en hun naasten. Zij zijn de reden van ons bestaan als Hospice. Het hospicewerk is mensenwerk. In het jaar 2010 namen we afscheid van vrijwilligers en mochten we nieuwe vrijwilligers verwelkomen. Ook traden er in 2010 twee nieuwe bestuursleden en een nieuwe coördinator aan. Steeds weer zijn mensen geïnspireerd om bij en met ons te komen werken. Dat is iets waar we blij mee zijn. In het voorjaar van 2010 bereikte ons het bericht dat één van de pioniers van het eerste uur, Nel Parqui is overleden. Wij gedenken haar persoon en werk voor het hospice met een dankbaar hart. In Rotterdam en omgeving zijn inmiddels veel goede mogelijkheden voor verblijf voor terminaal zieke mensen. Er is ook nog steeds nieuw aanbod in ontwikkeling. Hospice De Vier Vogels heeft hierin een heel eigen plaats. Wij willen vanuit ons hospice onze know-how graag delen en uitdragen en daarbij ook van anderen leren. We willen onze kwaliteit van werken hoog houden. Dat is onder andere mogelijk door voldoende financiële middelen. De subsidie van VWS is een goede basis. Maar de omvang van de subsidie loopt jaarlijks terug. We zijn dan ook blij dat er gulle gevers zijn die onze manier van werken ondersteunen met een donatie of een schenking. We danken allen die in welke vorm dan ook ons werk in het afgelopen jaar mogelijk hebben gemaakt. Hopelijk vindt u in dit jaarverslag de inspiratie om dit te blijven doen! Ine Corbeth het bestuur
De uitstraling van het Hospice Wat is het toch dat mensen ervaren als zij de drempel overstappen en het hospice binnenkomen? Regelmatig horen we hier iets van terug: de rust, een fijne sfeer, een stilte of een gevoel van warmte. Het is niet gemakkelijk onder woorden te brengen. Eén bezoekster die met haar zieke man kwam kijken zei het zo: ‘Ik zou wel uren in deze serre willen blijven zitten, er straalt zo’n vrede en rust uit van dit huis.’ En dat in zulke verdrietige omstandigheden. Je zou het de uitstraling van het hospice kunnen noemen. Het is iets wat we bewaken en waar we ons met elkaar graag voor inzetten. In 2010 vonden er 37 opnames plaatst. Er overleden 30 bewoners in huis. We verbinden ons met een bewoner al voor binnenkomst en dit duurt tot aan het uitdragen en de uitvaart. De periode in het hospice is een kwetsbare periode en wij mogen daarin meelopen. Zes bewoners vertrokken naar elders. Eén van deze zes woont nu in zijn eigen huis. Zijn ziekte is niet over, maar hij kan met wat hulp weer zelfstandig wonen. In het hospice is hij tot rust gekomen en nu geniet hij van zijn gezin en de kleine dingen van het leven. Aangezien er geen enkele aanwijzing was dat dit kon gebeuren, kun je van een klein wonder spreken. Een andere bewoonster kreeg heimwee naar haar woonplaats in Zeeland. Nadat zij met de Ambulance Wens naar haar huis was gereden om te kijken, wist ze het zeker: ze ging terug. De zorg thuis werd goed georganiseerd met 24-uurszorg en zij is thuis volgens haar wens overleden. In de maanden dat ze in het hospice verbleef konden haar kinderen, die in Rotterdam woonden, gemakkelijk en veelvuldig bij haar zijn.
De grootste groep van de 40 vrijwilligers geeft zorg aan het bed. Zij doen ook de dagelijkse boodschappen, verzorgen de maaltijden, doen de was en alles wat nodig is om een flink huishouden te laten draaien. Zij komen vier uur, twee maal per week, en houden zo een stevige verbinding met alles wat gaande is. Naast het eerder genoemde werk zijn er nog vele extra taken die door vrijwilligers gedaan worden, zoals het verzorgen van de bloemen, het
onderhouden van de tuin en het huis en het doen van de maandelijkse ‘grote’ boodschappen . Met veel aandacht, zorg en grote inzet van iedereen kwam en komt alles steeds weer voor elkaar. We hebben afscheid genomen van tien vrijwilligers en verwelkomden zeven nieuwe mensen. We kwamen in aantal iets te kort. Dit komt mogelijk doordat in Rotterdam meerdere huizen hun deuren hebben geopend en zich richten op specifiek palliatief terminale zorg. Net als in ons hospice werken zij met vrijwilligers. Wij danken ons bestaan voor een belangrijk deel aan de inzet van vrijwilligers en we zullen elke mogelijkheid benutten om nieuwe mensen aan te trekken. Tegelijkertijd hebben we er vertrouwen in, dat er altijd mensen zijn met de wens om dit bijzondere werk te doen. In januari namen we bijzonder afscheid van Hennie van Ginkel en Gerda Korstanje. Twee initiatiefrijke dames, die vanaf het prille begin aan het hospice verbonden zijn geweest. Zij hebben helpen vormgeven aan menig nieuwe ontwikkeling, waarvan de start van de Werkgroep Waken en Laatste Zorg een belangrijke is. Zij kenden alle hoeken van het huis, zorgden voor serviesgoed, handdoeken, en veel meer. Zij hielpen mee met het organiseren van alle vieringen door het jaar heen. Wij missen hen, maar zien meteen dat na hun vertrek andere vrijwilligers een deel van de bezigheden invullen met hún eigenheid en talenten.
In 2010 was er een mooi aanbod aan scholing. Er werden twee thema avonden georganiseerd. De eerste avond werd gepresenteerd door Maarten Fransen van het N.I.S. We bekeken een film over rituelen rondom sterven en rouwen in verschillende culturen. Het was interessant en ondersteunend, omdat we hier in de praktijk mee te maken hebben. Dit jaar ontvingen wij islamitische en hindoestaanse bewoners; zij brachten een heel eigen sfeer met zich mee. De tweede avond had als thema ‘Spirituele Zorg’ en werd geleid door Ingrid Dey, geestelijk begeleidster in Hospice Heuvelrug. In april hadden we studiedagen met de titel: ‘Zingeving als Helende Kracht’. De dagen werden begeleid door Marijke Holt en Annie Birken. Zij zijn trainers van het Rigpa studieprogramma ‘Spiritual Care’ en geïnspireerd door het gedachtegoed van Christine Longaker.
Naar voren kwam onder meer de vraag: ‘Kun je vanuit eigen ervaringen, in rust voor een ander er zijn?’. Een oefening in het zelf verbeelden van iemand die ziek is en niet kan spreken, maakte vele gevoelens los. Het was een boeiende dag, waarin we werkten om begrip en zinvolheid in verschillende situaties in ons zelf te kunnen ervaren. Voor zes nieuw binnengekomen vrijwilligers werd een bijeenkomst georganiseerd om in ons werk te verdiepen, op persoonlijk vlak met elkaar kennis te maken en onze eigen ervaringen rondom de dood en het afscheid nemen uit te wisselen. De intensieve basiscursus ‘Leven en Werken met Verlies’ werd door vijf vrijwilligers gevolgd. We werken in het hospice met een vast team van verpleegkundigen van Thuiszorg Rotterdam. In 2010 hebben zich geen veranderingen voorgedaan en de prettige samenwerking met de vijf verpleegkundigen heeft zich voortgezet. We hielden twee maal een bijeenkomst in huis voor het hele team, zodat zij naast de vele telefonische overdrachten, elkaar ook in ontspannen sfeer konden ontmoeten. Van de aanvullende zorg die het hospice de bewoners aanbiedt, springen zoals elk jaar de ritmische inwrijvingen, gegeven door Ruth Cooiman, er uit. Bijna alle bewoners ontvingen deze zachte ontspannende verzorging twee maal per week. Tevens leerde zij een flink aantal vrijwilligers hoe je een voetinwrijving geeft. Vooral in de avonduren, voor het slapen gaan, is deze extra aandacht aan bewoners heel welkom. Daarnaast was de ontspannende harp muziek van Hilly Bol regelmatig in huis te horen. Van andere hospices kwam tweemaal de vraag hoe wij de aanvullende zorg georganiseerd hebben. Continuïteit en professionaliteit zijn voor onze aanvullende zorg - ritmische inwrijving, harpspel, therapeutisch schilderen, levensverhaal, familiegesprek, aromatherapie en laatste zorg - belangrijk en dit kan alleen maar als er bereidheid is om hier in te investeren. Gelukkig is die bereidheid er in hospice De Vier Vogels. Het is zichtbaar dat deze specifieke zorg bijdraagt aan de rust en een gevoel van veiligheid bij bewoners tijdens de laatste weken van hun leven. Mooi is het, als dit door andere hospices opgepikt wordt. We zien dat ook als een vorm van uitstraling.
In november kregen we een kans om ons elfjarige bestaan op een royale manier te vieren. Het Fonds NutsOhra bood ons een bedrag van € 5.000 aan, speciaal te besteden aan de vrijwilligers. Zo konden we onszelf vieren op de elfde van de elfde . Wij bekeken met elkaar de indrukwekkende film Departures en nuttigden een mooie maaltijd in restaurant de Machinist. Ook de Kerst konden wij dankzij de gift van dit fonds uitgebreider vieren met een stemmig kerstcadeau voor allen en een heerlijk kerstdiner. Na een open sollicitatie ronde is in juli Leonie Hendriks als vierde coördinator gestart. Zij werkte eerder als vrijwilligster. Suzanne, onze oudste coördinator, is minder gaan werken om ruimte te maken voor een vierde vrouw. Het verdelen van de achterwachten over vier coördinatoren geeft meer ruimte en rust. Onze samenwerking met het bestuur heeft een andere vorm aangenomen. Ieder houdt persoonlijk contact met één bestuurslid. Dit vindt eens in de twee maanden plaats en vaker indien nodig. Onze aandacht gaat verder uit naar de netwerken binnen Rotterdam en landelijke organisaties. Palliatieve zorg is in ontwikkeling en op deze manier blijven wij als klein huis op de hoogte én onderhouden we contact met andere huizen en instellingen.
Een aantal van de hospice medewerkers maakten dit jaar een sterfgeval in hun persoonlijke omgeving mee. Hierbij bleken de opgedane ervaringen in het werk een belangrijke rol te spelen voor alle betrokkenen. Wij worden geraakt door ons werk. We nemen het mee de wereld in en kunnen ‘er zijn’ met toewijding en aandacht als een dierbare komt te overlijden. Daarmee wordt de kring groter en dat is mooi. De uitstraling van het hospice wordt in ons zelf en daarbuiten gevoeld en dat is iets om dankbaar voor te zijn. Suzanne van Westenbrugge, Simone de Kuyper, Karin Oldenampsen, Leonie Hendriks coördinatoren
Over kleine en grote stappen Een terugblik na anderhalf jaar als huisarts in het hospice. Sinds het vertrek van Frans Reijnders ben ik als tweede huisarts betrokken bij het hospice, naast Renée Hooijen. Ik werk als huisarts in het gezondheidscentrum Mathenesserlaan, waar Frans ook werkte. Daarnaast werk ik bij de huisartsopleiding in Utrecht voor anderhalve dag per week. Mijn gezin bestaat uit man en drie kinderen; verder is er thuis mijn cello die ik graag bespeel, liefst in kamermuziekverband. Wat maakt het werk als huisarts in het hospice nu zo boeiend en bevredigend? Dit vraag ik me zelf wel eens af en nu bij het schrijven hiervan opnieuw. Het antwoord varieert: elke bewoner brengt me weer nieuwe ervaringen, soms goede, soms lastige. Als vaste huisarts ken je de patiënt vóór de laatste fase van zijn of haar leven vaak al vrij goed. Er is al eens gesproken over het levensperspectief en wat daar allemaal bij speelt. Soms ook niet. Maar komt iemand in het hospice zonder eigen huisarts dan gaat dit allemaal versneld. Je kent iemand helemaal niet en rolt als het ware direct een intense fase in. Deze start lijkt eigenlijk heel onnatuurlijk, maar het blijkt ook een kans te zijn: voorbij ditjes en datjes, meteen waar het in het leven echt om gaat. Wie ben jij? Wat houdt je bezig? Hoe kan ik er voor je zijn? En daarbij is de informatie vanuit vrijwilligers, verpleegkundigen, coördinator en aanvullende zorg bijzonder waardevol, de puzzelstukjes worden aangereikt. Nooit is de puzzel af, maar er ontstaat al snel een beeld, waarmee je aan de slag kan en een beetje kunt aanvoelen wat deze persoon/bewoner en de naasten nodig hebben. Daarmee is het als team werken ook meteen benoemd: ieder draagt iets bij. Die diversiteit is wonderlijk, van concreet en tastbaar tot soms onbenoembaar. Hier deel van uitmaken en kleine stappen zetten om het mysterie dat leven (in de ruimste zin) heet te begrijpen, dat is waar ik het voor doe. Met dank aan allen! Carien Dagnelie huisarts
Nachtvogels Het hospice verpleegkundig team bestaat uit vijf ‘zusters’. Twee hiervan werken alleen overdag, de andere drie hoofdzakelijk in de nacht, met af en toe een dagdienst in het weekend of als het nodig is. Het werken in de nacht is heel anders dan het werken overdag… De dagdiensten kennen over het algemeen een aantal vaste handelingen die, afhankelijk van de bewoner, over de dag verdeeld worden; de lichamelijke verzorging is iets wat elke dag terugkomt, regelmatige medicatie toediening, overleg met huisartsen, coördinatoren, overdracht aan de vrijwilligers enz, enz. De nachtdienst heeft dit veel minder; soms wordt er nog wel wat slaap- of pijnmedicatie toegediend aan het begin van de nacht, maar daarna is de nachtzuster vooral ‘aanwezig’ voor al wat zich in de nachtelijke uren aandient. Er is tijd voor de bewoners. ‘Wij kunnen veel steun geven, bijvoorbeeld door een luisterend oor te bieden, of een schouder om op uit te huilen, soms ook met adviezen; we zijn elk moment van de nacht oproepbaar’, aldus een van de verpleegkundigen. Het is stil in huis ’s nachts… Het lichte kraken van de vloeren klinkt in de nacht plots veel harder dan overdag. De nachtzusters kennen de krakende plekken onderhand en bewegen behoedzaam door het huis. Ze blijven dichtbij de bewoners, in een verpleegkundigen kamer, die zich tussen de kamers van de bewoners bevindt, zo afgestemd dat zelfs een verandering in de ademhaling opgemerkt kan worden. ‘Wij waken en zijn alert op mogelijke problemen’. 10
Waar er overdag veel mensen in huis en rond de bewoners zijn, is in de nacht de zuster de enige hulpverlener in huis. ‘Dit wil niet zeggen dat we in deze verantwoordelijkheid alleen zijn. Er is altijd een coördinator die achterwacht heeft en die zelfs midden in de nacht gebeld kan worden voor hulp of adviezen. Daarnaast kan ook de thuiszorg meldkamer ingeschakeld worden, of de huisartsenpost’.
Het werken in de nacht is bijzonder en de contacten zijn soms intens. In de stilte en rust van de nacht kunnen betekenisvolle momenten ontstaan voor zowel de bewoner als de verpleegkundige, en ook voor familieleden als die ’s nachts in huis zijn. ‘Wat ik fijn vind is dat je vaak echt contact hebt. Iemand van zo nabij meemaken van ‘leven naar sterven’ is heel bijzonder en elk sterven is uniek.’ ‘Het is vaak verassend te horen van de bewoners hoe goed ze het hier hebben en dan voel ik me trots dat ik hier werk en mijn steentje heb mogen bijdragen.’ Ana, Irene, Marieke, Saskia, Vanda Hospice verpleegkundig team & Thuiszorg Rotterdam
11
Mijn vriendin
Thuis overleden en toch een beetje hospice.
12
Precies een jaar geleden is ze overleden, mijn vriendin, ze was pas vijfenvijftig jaar oud. Ze had borstkanker met uitzaaiingen onder andere naar de hersenen. Een lange weg is ze gegaan: van ziekenhuis naar ziekenhuis, van kuur naar kuur. Ze was vol goede moed en het was altijd fijn met haar een ontmoeting te hebben. Onze vriendschap van twintig jaar, verdiepte zich alleen maar. Zij en haar man waren geïnteresseerd in mijn werk in het hospice, misschien toen toch ook al omdat je niet weet wat je nog te wachten staat. Vanaf september 2009 was het duidelijk dat genezing niet meer mogelijk was. Ze zag het onder ogen maar verheugde zich nog op een reis die ze samen met haar man en kinderen wilde maken. De reis kon ze niet meer maken, wel een weekend, niet te ver weg. Vanaf kerst 2009 lag ze thuis in de woonkamer, dus niet meer in haar eigen bed. Telkens “kleine” stapjes achteruit, steeds maar weer. De laatste week kon ze zelfs haar vinger niet meer optillen. Viermaal per dag kwam er thuiszorg met twee mensen om haar op haar andere zijde te leggen, bijna altijd bijgestaan door haar man. Ze wist niet zeker of het kon maar hoopte dat ze thuis mocht sterven. Er waren veel mensen om haar heen. Maandenlang stond er vijf dagen in de week iemand met eten op de stoep voor het hele gezin. De laatste maand mocht ik iedere maandag bij haar zijn. Dat was fijn. We spraken als het kon, niet te lang, vaak met humor, altijd in liefde. Wat hield ik van haar, van haar prachtige blauwe ogen. Mijn ervaring in het hospice kwam mij goed van pas: ik kon nog eens wat navragen bij onze verpleegsters, die weten immers zoveel meer dan gemiddeld over palliatieve medicatie en zorg. En zelf zit ik bij de Laatste Zorggroep, waar ik mijn ervaring heb opgedaan met het verzorgen en opbaren van een overledene. Mijn vriendin had mij gevraagd ook bij haar de laatste zorg te doen als het moment daar was. De laatste week was er ook ’s nachts verpleging in huis. Die laatste week was ik in gedachten steeds bij haar. Ook hield ik bij elke afspraak die ik maakte een slag om de arm, omdat ik klaar stond om haar na het overlijden te verzorgen. Ze is overleden met haar gezin om zich heen.
De ochtend na haar overlijden heb ik de laatste zorg gegeven, samen met de begrafenisondernemer, mijn ex-collega van het hospice. Tijdens de uitvaartdienst zong Joan Baez: ´Gracias a la vida que me ha dado tanto’; namens mijn vriendin zong ze, dankbaar voor het leven dat haar zoveel had gegeven. Iik ben dankbaar dat ik in het laatste stuk van haar leven zo nabij heb mogen zijn en van alles heb kunnen geven wat ik ervaren en geleerd heb in vijf jaar werken als vrijwilligster in het hospice. En zo heeft ons werk ook haar uitstraling buiten de deur. Jobien Burgers- van Schuppen vrijwilligster
13
Financieel verslag 2010 Het afgelopen jaar werd afgesloten met een fors tekort op de exploitatie. Was er in 2009 nog sprake van een bescheiden claim op de reserves van €9.839, voor 2010 moet voor een bedrag van in totaal €53.754 aanspraak worden gedaan op de reserves. Belangrijke oorzaak is gelegen in de sterk afgenomen subsidie van VWS. De subsidie voor 2010 ligt met €42.080 bijna 25% lager dan de subsidie verstrekt in 2009. Daarnaast liggen de baten uit fondsenwerving en schenkingen ook een stuk lager dan in 2009. Deze baten vormen jaarlijks een belangrijk deel van onze inkomsten. In 2009 bestond ruim 26% van onze inkomsten uit schenkingen door fondsen met een goed doel, kerken, bedrijven, bewoners, familie van bewoners en natuurlijk niet te vergeten onze ruim 350 trouwe donateurs. In 2010 is het bedrag aan schenkingen in totaal €47.534. Dit bedrag is €25.985 lager dan in 2009. In totaal hebben beide posten €68.065 minder inkomsten gegenereerd dan in 2009. Bij onveranderd beleid van VWS, structureel doorvoeren van kortingen op de subsidie in de komende jaren, zullen andere inkomstenbronnen verkend moeten worden. Aanvullend moet de fondsenwerving de komende jaren meer aandacht krijgen. De kostenkant van de exploitatie laat geen negatieve ontwikkelingen zien. De personeelskosten liggen op het niveau van 2009. Kanttekening hierbij is wel dat de uitgaven voor scholing van vrijwilligers beduidend lager ligt dan in 2009. 14
De overige lasten zoals huisvestingskosten, organisatiekosten en de bewonersgebonden kosten liggen op het niveau van 2009 indien we de eenmalige kosten in dat jaar voor de lustrumviering en voor aanschaf van inventaris niet meerekenen. Marc van den Heuvel penningmeester
Balans per 31 december 2010 Activa Passiva Vorderingen e 1.745 Eigen vermogen e - 63.152 Liquide middelen 60.771 Schulden 125.668 e 62.516 e 62.516
Exploitatierekening over 2010 Baten Subsidie VWS e Baten uit fondsenwerving Vergoedingen voor verblijf en overige diensten Financiële baten Totaal e
2010 2009 130.612 e 172.693 47.534 73.519 29.238 26.006 869 5.171 208.253 e 277.389
Lasten Personeelskosten e Afschrijvingen vaste activa Financiële lasten Kosten huisvesting Organisatiekosten Bewonersgebonden kosten Kosten lustrumviering Totaal e
2010 2009 191.298 e 189.178 0 0 2.677 2.708 17.300 25.862 20.871 22.289 29.861 30.411 0 16.780 262.007 e 287.228
Resultaat
e - 53.754
e - 9.839
Resultaatbestemming Egalisatiereserve e - 47.260 e - 10.844 Algemene reserve - 6.494 1.005 e - 53.754 e - 9.839
15
Gegevens bewoners over 2010
2010
2009
opnames vrouwen mannen
37 20 17
34 20 14
overleden in het hospice vertrokken naar elders
30 6
32 2
leeftijd bewoners jongste oudste
46 92
46 95
34 dgn 2 dgn 141 dgn
34,5 dgn 3 dgn 158 dgn
81%
77%
aanmeldingen uit ziekenhuis via familie/vrienden/zelf via huisarts/TZ via steunpunt mantelzorg
11 12 13 1
12 6 11
woonplaats bewoners Rotterdam of regio buiten de regio
28 9
33 1
diagnose een vorm van kanker anderszins
34 3
32 2
gemiddelde opnameduur kortste opname langste opname bezettingspercentage
16
Niet doorgegane opnames en aanvragen 2009 1 Te laat en te ziek aangemeld • overleden vóór opname
2 Mensen met een keuze wel aangemeld, maar proberen het thuis vol te houden (zij overleden thuis binnen drie maanden) • willen niet op een wachtlijst en zoeken een andere plek • willen liever naar verpleeghuis of zorghotel •
10
11 7 12
subtotaal
30
3 Aanvragen niet kunnen honoreren • enkel euthanasie wens • prognose langer dan drie maanden • spoed en geen plek
0 3 34
subtotaal
37
4 Aanvragen om informatieover plek of over wie we zijn • verder niets meer van gehoord
32
totaal
109 17
NB: bij 10 mensen die niet gekomen zijn hadden we al wel een intake gedaan.
Vrijwilligers in het hospice per eind 2010 Vrijwilligers in de zorg Winifred van den Berg Joke Bos Jobien Burgers Frank van Citteren Luuk Demmendal Ineke Douma Aad Franken Barbara Gen Jaqueline van der Graaf Floortje Groenendijk Annemarie de Haas Ria van den Hoogen Josje Hoogland Lieve Janssens Marianne de Jonge Lisette Kuijsters Annelies Kuijpers
Petra van Mil Eveline Mink Eddie Molenaar Koos Müller Marian van Nes Huib Quist Annette Rapati Anita Richters Karin Schami Tina Sluijter Ada Smit Gon Stalling Ina van Steensel Cynthia Tamboenan Janneke Verhaar Margo Vincken Doreen Woutersen
Invalkrachten Niesa van den Berg Jeannie Brinckman
18
Gieneke Kleijn
Vrijwilligers met tijdelijk verlof Christine Pans
Vrijwilligers niet aan het bed Marja ten Berg-Bos Therese van Tilburg Dick Wilschut
Administratief medewerker Birgit Janssen
Huishoudelijke hulpen Larissa Archipov Thea Assendelft
Celeste Gomes
Vertrokken Hennie van Ginkel Hans Gleijm Welmer de Groot Loes Hazelebach Anke van de Herberg
Anouch Kalousdian Gerda Korstanje Peter Kramers Gerda Olgers Els van der Schaft
19
Bestuur Ine Corbeth, voorzitter Moniek van der Lugt, secretaris Ewoud Pierhagen, penningmeester (tot 1 december 2010) Marc van den Heuvel, penningmeester (per 1 december 2010) Renée Hooijen, medisch coördinator Marjolein Vierhout, lid
Coördinatoren Leonie Hendriks Simone de Kuyper Karin Oldenampsen-Bodewes Suzanne van Westenbrugge
Huisartsen Renée Hooijen Carien Dagnelie Leo de Hoog
Verpleegkundigen (in dienst van Thuiszorg Rotterdam) Irene Borgstein Saskia Emanuelson Marieke Landuyt Ana Lopes Vanda Oliviera
Aanvullende zorg 20
Hilly Bol Loekie van der Burg Ruth Cooiman Els Molenaar
Twee berken De winter 2009/2010 was lang en koud. Op een zondagmiddag tijdens mijn dienst in het hospice stond ik op het balkon en zag de twee berken in de achtertuin staan, naast en bij elkaar. Ze gaven mij hoop, hoop dat de lente, de bloei en de warmte ons weer beloofd werden en toen schreef ik de volgende woorden: Zwijgzaam en stil maar naast elkaar Geborgen in de luwte van de drukke stad Verscholen achter bakstenen en mensenlevens Doof voor gerucht of lawaai De takken verstrengeld De wind laat ze elkaar af en toe liefkozen Een storm maakt ze sterk De lente geeft ze groene pracht trots gedragen De herfst kleurt vergankelijkheid Waarna in de kalmte van de kou De kracht wordt verzameld voor de ontluikende bloei En de lente wordt beloofd Altijd samen bij elkaar Naast elkaar nooit alleen Met eigen wortels in voedzame grond In de ondoorgrondelijke diepte van de aarde verbonden Ze lijken onafscheidelijk Sterren en wolken glijden over ze heen Getuigen van het steeds veranderlijke Zoals elk leven is Samen altijd anders in stilte ervaren De groei dankbaar aanvaard Om weer tot bloei te komen En morgen weer toekomst geeft Eddie Molenaar vrijwilliger
21
En altijd is het zo geweest dat de liefde haar eigen diepte niet kent dan op het uur der scheiding Kahil Gibran
Ontwerp > marco faasen , rotterdam
Stichting Hospice Rotterdam
Mathenesserlaan 424 b 3023 HE Rotterdam / Tel: (010) 244 95 52 / Fax: (010) 244 95 54 Email:
[email protected] / www.hospicerotterdam.nl ABN AMRO Bank: 51.95.55.872 / ING Bank: 35254 / KvK: 24285113