Cultuurhistorische analyse van de Peelse Loop
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________
Cultuurhistorische analyse van de Peelse Loop
Onderzoek naar de cultuurhistorische en landschappelijke betekenis van het stroomgebied van de Peelse Loop tussen het Peelkanaal en de Aa.
adviesbureau voor landschap en cultuurhistorie Herenstraat 19A 4175 CC Haaften tel 0418-594141
Het onderzoek is uitgevoerd door: Drs. Adriaan Haartsen 15 november 2013
Opdrachtgever: Waterschap Aa en Maas
2
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________
Inhoud 1. Inleiding 2. Natuurlijke wordingsgeschiedenis 3. Bewoning en ontginning 3.1 Prehistorie 3.2 Middeleeuwen en nieuwe tijd 3.3 Ontwikkelingen tussen 1800 en 1950 3.4 Ontwikkelingen na 1950 4. De Peelse Loop nader beschouwd 4.1 Ontwikkelingen na 1800 4.2 Het waterschap en de werken aan de beken 5. Waardering 5.1 Het stroomgebied als geheel 5.2 Elementen langs de beek 6. Conclusies en aanbevelingen 6.1 Conclusies 6.2 Aanbevelingen 7. Bronnen -
-
-
pagina 4 pagina 7 pagina 11 pagina 11 pagina 11 pagina 13 pagina 20 pagina 22 pagina 22 pagina 25 pagina 28 pagina 28 pagina 30 pagina 39 pagina 39 pagina 40 pagina 42
3
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________
1. Inleiding In opdracht van de heer Mark Kerkhoff van Waterschap Aa en Maas is een cultuurhistorische en landschappelijke analyse opgesteld van het stroomgebied van de Peelse Loop. Doel van de analyse is een beeld te geven van de ontwikkelingsgeschiedenis van het gebied en de landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteiten te beschrijven en te waarderen. Het conceptrapport is op 22 oktober 2013 besproken met de heren Jan Timmers en Ruud Wildekamp uit Gemert.
De Peelse Loop, zoals weergegeven op de kaart van Hendrik Verhees (1794). Doonheide is op de kaart aangegeven als Lankvelt. Bron: BHIC collectie kaarten en tekeningen van het Streekarchief Langs Aa en Dommel nr 5A140.
Cultuurhistorie en ruimtelijke ordening Cultuurhistorische elementen en structuren zijn belangrijke aspecten van stad en landschap. Ze dragen bij aan de herkenbaarheid, ze vormen oriëntatiepunten en ze zorgen ervoor dat bewoners en bezoekers zich met een stad, dorp of streek kunnen identificeren. In de laatste twee decennia is de maatschappelijke belangstelling voor cultuurhistorie en landschap sterk gegroeid en, in het verlengde daarvan, voor de identiteit en het eigen karakter van de dagelijkse leefomgeving. Deze belangstelling heeft onder meer geleid tot de rijksnota Belvedere (1999) en tot diverse beleidsnota’s van provincies. In deze nota’s wordt de nadruk gelegd op het tweesporenbeleid: enerzijds behoud van waardevolle cultuurhistorische aspecten, anderzijds ontwikkelingsgericht omgaan met het erfgoed. Cultuurhistorische waarden werden vroeger vooral gezien als een planologische sta-in-de-weg. Sinds het verschijnen van de nota Belvedere is echter het besef gegroeid dat het erfgoed boeiende mogelijkheden biedt voor het landschap van de toekomst. Het kan een bron van inspiratie vormen voor ruimtelijke ontwikkelingen. De relatie tussen cultuurhistorische waarden – ook wel aangeduid als cultureel erfgoed – en de ruimtelijke ordening is vastgelegd in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro), die op 1 januari 2012 in werking zijn getreden. De Wro spreekt van een samenhangende 4
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ afweging van alle belangen – inclusief cultuurhistorie. In het Bro is de opdracht aan overheden verwoord om “rekening te houden met aanwezige cultuurhistorische waarden en in de grond aanwezige of te verwachten monumenten”. Voor nieuwe bestemmingsplannen betekent dit onder meer (bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed): •
•
In de toelichting van het bestemmingsplan dient een beschrijving te worden opgenomen van de wijze waarop met de in het gebied aanwezige cultuurhistorische waarden en in de grond aanwezige of te verwachten archeologische monumenten rekening is gehouden. De opsteller en vaststeller van het bestemmingsplan is daarmee dus verplicht om breder te kijken dan alleen naar het facet archeologie. Ook de facetten historische (steden)bouwkunde en historische geografie dienen te worden meegenomen in de belangenafweging. Hierbij gaat het om zowel beschermde als niet formeel beschermde objecten en structuren. In de planregels dient een omgevingsvergunningstelsel voor aanlegactiviteiten te worden opgenomen voor bodemingrepen. In het bestemmingsplan moet expliciet aangegeven worden voor welke ingrepen een omgevingsvergunning verplicht is.
Op de topografische en militaire kaart uit ca 1850 is het toenmalige stroomgebied van de Peelse Loop weergegeven. De beek ontsprong in het Zwarte Water, liep langs de buurtschappen Wolfsbosch, Doonheide en Deel naar het westen en mondde bij Koks uit in de Aa.
De Peelse Loop in kort bestek De Peelse Loop is een ca 14 km lange beek die begint bij het Peel- of Defensiekanaal en globaal in westelijke richting stroomt om bij de buurtschap Koks uit te monden in de rivier de Aa. Het stroomgebied van de beek maakt deel uit van de overgangszone tussen de Peel en de Centrale Slenk. Het landschap bestaat uit zwak glooiende dekzandafzettingen in het westen en het voormalige veen- en moerasgebied van de Peel in het oosten. Het reliëf in dit golvende dekzandlandschap wordt nog versterkt door de Peelrandbreuk en enkele zijbreuken, waaronder de Storing van Handel. Vanaf het huidige begin van de Peelse Loop tot de monding bij Koks is het hoogteverschil ongeveer 13 meter. 5
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Het westelijke deel van de Peelse Loop is een van oorsprong natuurlijke beek die gevoed werd met water uit het grote hoogveen- en moerasgebied in het oosten. De beek liep oorspronkelijk van het Zwarte Water naar het noordwesten en boog bij Wolfsbosch naar het westen af. Voordat de beek uitmondde in de Aa nam het nog het water op van de Rooije Asch1. Van het Zwarte Water tot bij Wolfsbosch liep de beek in het begin van de negentiende eeuw door de heidevelden van de Rije, de rand van de Gemertse Peel. Verder stroomafwaarts stroomde de beek door het oude cultuurland van de buurtschappen Wolfsbosch, Doonheide en Deel en mondde bij Koks uit in de Aa. Vanaf het midden van de negentiende eeuw is het gebied ten oosten van Wolfsbosch ontgonnen. Het heide- en moeraslandschap veranderde in een mozaïek van landbouwpercelen en bossen. Ook het grote ven het Zwarte Water werd omgezet in landbouwgrond2. Het overtollige water uit dit nieuwe cultuurland werd afgevoerd via sloten die aangesloten werden op de Peelse Loop. Het stroomgebied werd dus uitgebreid in oostelijke richting. Hierdoor veranderde het hydrologische regime van de beek. De beek kreeg meer water te vervoeren en had te maken met veel hogere piekafvoeren dan daarvoor. Mogelijk zijn de houtwallen bij Wolfsbosch aangelegd om het water van de beek te keren. Door de aanleg van het Peelkanaal en het Koordekanaal in de jaren ’30 van de vorige eeuw veranderde de waterstaatkundige situatie. Via een sluis kon Maaswater worden ingelaten vanuit het Peelkanaal in het Koordekanaal. Omstreeks 1950 is het Koordekanaal aangesloten op de bovenloop van de Peelse Loop.
Het landschap ten noorden van de Koksedijk, gezien vanaf de Esdonkse Dijk naar het westen. Tot enkele jaren geleden liep de Peelse loop door het land naar de Aa. Nu loopt de beek naar het noorden, parallel aan de Esdonkse Dijk, en buigt bij de Serisweg af naar het westen, om bij Koks weer in zijn oude bedding te komen. Deze recente wijziging van de loop is uitgevoerd in het kader van de aanleg van een ecologische verbindingszone langs de beek.
1 2
Ook wel Rooijassche Loop genoemd. Op de kadasterkaart van ca 1830 staat het Zwarte Water al niet meer als open water, maar als heide aangegeven.
6
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________
2. Natuurlijke wordingsgeschiedenis De ontstaansgeschiedenis van het plangebied wordt bepaald door breuken3 in de ondergrond. Door Gemert loopt de Peelrandbreuk, een grote breuk die zich tot diep in de aardkorst uitstrekt en de begrenzing vormde tussen het veen- en moerasgebied van de Peel in het oosten en de Centrale Slenk ten westen ervan. Ten oosten van Gemert liggen enkele zijbreuken, die de zogeheten Horst van Handel begrenzen. Door bewegingen van de ondergrond langs de breukvlakken zijn hoogteverschillen ontstaan die op sommige plaatsen nog in het terrein herkenbaar zijn. Bij de Scheiweg bijvoorbeeld is de trede in het terrein bij de Horst van Handel duidelijk te zien. Op de meeste plaatsen echter zijn de hoogteverschillen door egalisatie verloren gegaan.
De breuklijnen ten oosten van Gemert.
Geologisch profiel van de ondergrond met de drie breuklijnen in het stroomgebied van de Peelse Loop. Door Gemert loopt de Peelrandbreuk, de beide andere breuklijnen begrenzen de zogeheten Horst van Handel.
De breuken begrenzen ‘horsten’ en ‘slenken’. Een horst is een zone die relatief hoog ligt, een slenk is een laagte die langs de breuken is weggezakt. 3
7
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ De bewegingen langs het breukvlakken zijn niet altijd even heftig geweest. De laatste geologische perioden beweegt het gebied ten oosten van de Peelrandbreuk zich gemiddeld 0,3 mm per jaar naar boven en gaat het gebied ten westen ervan naar beneden. Toch zijn de breuken maar nauwelijks te zien in het terrein. Dit komt omdat de hoogteverschillen voortdurend zijn weggewerkt door rivierafzettingen, door afzetting van dekzand en (recent) door de mens. Lange tijd heeft een voorloper van de Rijn in het pleistoceen (de periode van de ijstijden) door de Centrale Slenk gestroomd en daar een dik pakket zand afgezet. Door de werking van breuken stroomopwaarts in Duitsland kreeg de Rijn een veel oostelijker gelegen bedding. Daarna stroomde de Maas een tijdlang door het gebied, tot ook deze rivier door bewegingen van de ondergrond naar het oosten verschoof. De laatste 400.000 jaar hebben de grote rivieren geen invloed meer op het gebied gehad. Op de Horst van Handel liggen de Maasafzettingen nog aan of dicht onder de oppervlakte, elders zijn ze bedekt met zand- en leemlagen uit de ijstijden. De ijstijden Tijdens de laatste drie ijstijden werd het noorden van ons land twee keer met landijs bedekt. In het zuiden was geen sprake van een landijsbedekking, hier was het landschap te vergelijken met een poolwoestijn, of in nattere perioden, met een toendra. Door de wind werden zand- en leemlagen afgezet. In deze tijd ontstond ook de brede, west-oost lopende dekzandrug die wel bekend staat als de MiddenBrabantse rug. Bij Koks loopt de Aa door een vrij nauwe doorgang tussen deze rug en de Peelhorst. Het grootste deel van het plangebied bestaat uit zwak golvende dekzandruggen. De beken, die in de buurt van de breuken ontsprongen, zochten een weg in de laagten van het dekzandreliëf. In tijden van grote wateraanvoer traden de beken buiten hun oevers en zetten zand en beekleem af. Deze afzetting vond ook nog na de laatste ijstijd, in het holoceen plaats (gooreerdgronden en beekeerdgronden). Holoceen Na afloop van de laatste ijstijd, zo’n tienduizend jaar geleden, werd het klimaat warmer en vochtiger. De beken zetten zandige leem af in de beekdalen. Geleidelijk werd het grootste deel van het gebied bedekt met bos. Op de hogere, voedselarme gronden groeide eiken-berkenbos, langs de beken en in de laagten elzenbroek. In het laaggelegen gebied bij de samenvloeiing van de Peelse Loop en de Aa bevond zich een drassige laagte. Verder naar het oosten ging het dekzandlandschap over in het veenen moerasgebied van de Peel. In het begin van het holoceen bestond het gebied van de Peel uit een zwak golvend dekzandgebied met hier en daar ondiepe meertjes. Vanuit deze meertjes is de veenvorming begonnen. De aanvankelijk geïsoleerde veentjes breidden zich uit en uiteindelijk ontstond het enorme veengebied van de Peel, met een oppervlakte van ongeveer 100.000 ha. Het veenpakket werd zo dik dat de planten voor hun voedingsstoffen alleen op het regenwater aangewezen waren. Onder dergelijke voedselarme omstandigheden kunnen maar weinig planten groeien. Planten die optimaal aan deze extreme situaties zijn aangepast zijn de verschillende soorten veenmossen. Het zijn planten die in hoogvenen voorkomen en daar dikke veenpakketten kunnen vormen. De Peel was tot in het midden van de negentiende eeuw een kletsnat gebied. Het overtollige neerslagwater sijpelde geleidelijk naar de randen van het moeras. Hier ontsprongen tal van beken, meestal in de wijstgebieden4 bij de breuken, die het diepe kwelwater en het Peelwater afvoerden naar de Aa. Een van deze beken is de Peelse Loop, die ontsprong in het Zwarte Water, een ven of meerstal (veenmeer) ten oosten van de Storing van Handel. Verder naar het westen gaande nam de Peelse Loop nog het water van de Rooijassche Loop op om uiteindelijk bij buurtschap Koks in de Aa uit te stromen. Samenvattend kunnen we stellen dat, voor de komst van de mens, het landschap van het plangebied voorgesteld kan worden als een uitgestrekt licht golvend landschap, dat bestond uit een dekzandvlakte die doorsneden wordt door de dalen van de Aa en een aantal zijbeken, waaronder de Rips en de 4
Zie pagina 10: kwelgebieden en wijstverschijnselen.
8
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Peelse Loop. De beekdalen bestonden uit broekbos, een nat bos van elzen, essen en wilgen op een venige bodem. De drogere delen van het terrein waren ingenomen door eiken-berkenbos. Op de meest vruchtbare delen stond eiken-beukenbos. Naar het oosten gaande ging het landschap geleidelijk over in broekbos en vervolgens in veen. Toen de mens zich in het gebied vestigde veranderde het landschap. Op de gunstigste plekken werden akkers aangelegd. De broekbossen in de lagere delen werden gekapt ten faveure van wei- en hooilanden. In de randzone van het veen verdween het bos door het kappen van hout en door intensieve begrazing. Er ontstonden uitgestrekte heidevelden, die als een brede band tussen het oude cultuurland en het veen lag. Deze heidevelden werden gebruikt voor het weiden van schapen en het steken van plaggen. Hierdoor ontstonden verstuivingen met duintjes. Ten westen van Handel ligt een stuifzandgebied (Strijbosch en Kranerijt), net als ten zuiden van De Mortel. Ook het landgoed Stippelberg bestaat grotendeels uit voormalig stuifzand. Deze gebieden zijn in de twintigste eeuw bebost.
Bodemkaart van het stroomgebied van de Peelse Loop. In het oostelijke deel bestaat de bodem voornamelijk uit podzolgronden en gooreerdgronden, gevormd onder heide. Verder naar het westen liggen de enkeerdgronden (donkerbruin) van de akkercomplexen van Gemert en de gehuchten eromheen. De lichtgele vlakken zijn stuifzanden uit de middeleeuwen of nog recenter, waarvan de Stippelberg de meest uitgestrekte is.
9
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Kwelgebieden en wijstverschijnselen De breuken in de ondergrond hadden niet alleen gevolgen voor het reliëf, maar ook voor de waterhuishouding. Het bijzondere feit heeft zich voorgedaan dat de hoger gelegen gronden ten oosten van de breuken natter waren dan die ten westen ervan. Dit komt doordat de breukzone zelf relatief ondoorlatend is. Door de bewegingen van aardlagen langs het breukvlak zijn lemige en kleiige afzettingen als het ware uitgesmeerd over het breukvlak. Hierdoor wordt de oost-west gerichte grondwaterstroming bemoeilijkt. De lagen aan de oostkant van de breuk hellen af in westelijke richting. Het water stroomt dus ondergronds naar het westen en komt dan bij de breuklijn, waar het niet verder kan. Het gevolg is dat er in de zone oostelijk van de breuk sterke kwel optreedt en de gronden vanouds heel nat waren. Ten westen van de breuk trad veel minder kwel op en waren de gronden, hoewel lager gelegen, veel droger. De kwelplekken staan lokaal bekend als spring, spreng of sprenk, verder naar het noorden spreekt men van wijst. Overigens is het niet zo dat de kwel in de zone langs de breuk overal even sterk was. Er waren tal van relatief kleine gebieden waar een sterke kwel optrad; op andere plaatsen was dat veel minder het geval. Sterke kwel langs de Storing van Handel voedde bijvoorbeeld de heilige bron in Handel. Door ingrepen in de waterhuishouding in de tweede helft van de vorige eeuw manifesteren de wijst- of sprenkgebieden zich tegenwoordig veel minder duidelijk dan vroeger het geval was. Plaatsen waar kwel voorkomt zijn te herkennen aan de rode of roodbruine kleur van de bodem van beken en sloten. Het grondwater heeft in de ondergrond ijzerverbindingen opgelost uit de zandlagen. Als dit water aan de oppervlakte komt oxideert het ijzer: dit geeft de roodbruine kleur.
IJzerrijke kwel in een bermsloot in Doonheide. Door oxidatie van ijzer is de bodem van de sloot roodbruin gekleurd.
10
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________
3. Bewoning en ontginning 3.1 Prehistorie Voor de ontwikkeling van het landschap zoals we dat nu kennen zijn de prehistorische perioden en de Romeinse tijd niet van belang geweest: er zijn geen grafheuvels of andere zichtbare elementen in het terrein achtergebleven. Wel is het mogelijk dat er onder de verschillende akkercomplexen bij Gemert sporen van vroegere bewoning te vinden zijn. De akkercomplexen zijn soms waardevolle archeologische schatkamers. Door de dikke laag opgebracht materiaal zijn eventuele bodemsporen en gebruiksvoorwerpen altijd beschermd geweest tegen beschadiging door ploegen of andere agrarische activiteiten. Soms gaan de sporen onder de akkers terug tot het neolithicum, maar veel vaker worden sporen ontdekt van de ijzertijd en de perioden erna. Dit is bijvoorbeeld gebleken uit de opgraving die is uitgevoerd onder een oude akker aan de westkant van Bakel (Achter de Molen). Ook in Milheeze, Esp en in Gemert zelf (Oude Bakelsedijk) zijn onder oude akkers resten van oude bewoning teruggevonden.
Topografische kaart van de Meierij van Noord-Brabant ca 1830-1850, een bewerking van de kaart van Hendik Verhees uit 1794. BHIC, collectie kaarten en tekeningen van het Rijksarchief in Noord-Brabant nr 33.
3.2 Middeleeuwen en nieuwe tijd Over de vroege geschiedenis van Gemert is nog niet veel bekend. Waar de plaatsnaam Bakel al in akten uit het begin van de achtste eeuw wordt genoemd, is de oudste vermelding van Gemert pas uit de twaalfde eeuw5. Het dorp, waarvan het oudste deel net aan de westkant (en dus de droge kant) van de Peelrandbreuk ligt, zal ongetwijfeld al enige ontwikkeling hebben doorgemaakt toen het eerste (houten) kasteel werd gebouwd, waar de heren van Gemert hun residentie hadden. In 1366 schonk de laatste telg uit het geslacht Van Gemert de heerlijkheid aan de Duitse Orde. Een nieuw kasteel werd gebouwd dat als Commanderij dienst deed en van waaruit de bezittingen in de omgeving werden bestuurd. Verschillende boerderijen maakten deel uit van de Commanderij, waaronder de boerderij Koks bij de Kolman e.a. melden in het Noord-Brabantse deel van ‘Monumenten in Nederland’ dat Gemert in de negende eeuw zou zijn ontstaan, maar voeren geen argumenten voor deze stelling aan.
5
11
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ samenvloeiing van de Peelse Loop en de Aa. Hier lag tevens een brug over de Aa als onderdeel van de oude verbindingsweg tussen Gemert en Erp. Rondom Gemert zijn, vermoedelijk in de dertiende en veertiende eeuw, diverse kleinere gehuchten tot ontwikkeling gekomen. Sommige daarvan zijn uitgegroeid tot dorpen, zoals De Mortel en Handel, andere zijn bescheiden van omvang gebleven. Hiertoe behoren de gehuchten langs de Peelse Loop: Wolfsbosch, Doonheide, Deel en Pandelaar aan de zuidkant van de beek en Verreheide en Esdonk aan de noordkant6.
Deel van de kaart van Henricus Hondius, 1639. De grens tussen het cultuurland rondom Gemert en het veengebied van de Peel is duidelijk aangegeven. De Peelse Loop zou, als we het kaartbeeld van Hondius mogen geloven, het water afvoeren van een reeks vennen. Bron: BHIC, collectie kaarten en tekeningen van het rijksarchief in NoordBrabant nr 55.
Akkers, potstallen en woeste gronden In de loop van de middeleeuwen nam de bevolking toe en werd het bodemgebruik intensiever. De inrichting en de manier waarop men het land benutte sloten nauw aan op de oorspronkelijke terreingesteldheid. De oude eikenbossen, die vroeger gebruikt werden om de varkens te weiden, verdwenen geleidelijk om plaats te maken voor akkers en heidevelden. De wat hoger gelegen gronden bij de boerderijen werden gebruikt als akkers. Door de eeuwenlange bemesting met stalmest, vermengd met strooisel en heideplaggen, kregen de akkers een bolle ligging en groeiden aaneen tot grotere complexen. Kleinere oude akkercomplexen liggen bij Koks, Esdonk en Verreheide. Tussen Gemert en de Peelse Loop groeiden de akkers van Deel, Doonheide en Wolfsbosch uit tot één groot bouwlandcomplex. In de lagere delen van het terrein werd het broekbos omgezet in hooi- en weiland. De graslanden lagen in de laaggelegen delen, langs de Aa, de Peelse Loop en de Rooijassche Loop. Hier en daar lagen ook percelen hakhout. Er zijn geen aanwijzingen dat de graslanden langs de Peelse Loop vroeger bevloeid werden, zoals op andere plekken in de beekdalen in de omgeving wel gebeurde. Het zure Peelwater was vermoedelijk niet geschikt voor bevloeiing.
6
P. Kleij en J. Timmers, 2001. De landschappelijke context en vroegste bewoning. In: A. Thelen (red), Het Hooghuis te Gemert. Bijdrage tot de geschiedenis van Gemert deel 27, Gemert 2001. Zie ook Jan Kolen e.a., 2004. De biografie van Peelland.
12
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Op de hogere, minder vruchtbare gronden lagen de heidevelden. Vooral in het oosten, in de brede randzone van de Peel, kwamen uitgestrekte heidevelden voor. Het veengebied zelf, de Gemertse Peel, werd gebruikt om schapen te weiden, bijen te houden en op kleine schaal turf te steken. Ontginnen en het aanplanten van bos was verboden op de gemeenschappelijke gronden. Wel werden in de loop van de eeuwen delen van de heide verkocht om te worden ontgonnen. In de Franse tijd kwamen de gemeenschappelijke gronden in het bezit van de gemeenten. Het eigendom van de Gemertse Peel werd echter betwist: zowel domeinen als de gemeente Gemert maakte er aanspraak op. De heidevelden verloren door de komst van kunstmest aan het eind van de negentiende eeuw hun betekenis voor het boerenbedrijf. De gemeenschappelijke heidevelden werden verkocht en ontgonnen, er werden nieuwe boerderijen gebouwd en een groot deel van de heidevelden veranderde in bos en landbouwgrond.
Akkercomplexen (donkerbruin) langs de Peelse Loop tussen Wolfsbosch en Koks. Stiboka, 1981.
Grenzen en landweren De Gemertse Peel was eigendom van de heren van Gemert en is later geconfisqueerd door de hertog van Brabant. Na de Tachtigjarige Oorlog was het veengebied eigendom van de Staten-Generaal. De gebruiksrechten van het gebied waren in de loop van de late middeleeuwen verdeeld tussen de verschillende dorpsgemeenschappen. Dit leidde herhaaldelijk tot conflicten. Veel grenzen waren omstreden en werden uiteindelijk vastgelegd door grenspalen. De huidige provinciegrens is pas definitief bepaald in 1716, bij het ‘Tractaat van Venlo’. Ouder is de grens tussen Gemert en Bakel: die is in 1544 eeuw vastgelegd. Andere grenzen werden gevormd door de landweren. Er zijn in ieder geval twee landweren ten noorden van Gemert aangelegd, vermoedelijk in de dertiende of veertiende eeuw: ter plaatse van de Landmeerse Loop en langs de Peelse Loop.
3.3 Ontwikkelingen tussen 1800 en 1950 Lange tijd was er weinig verandering in het nederzettingspatroon en het gebruik van het land. De landbouwgronden werden geleidelijk uitgebreid door bescheiden boerenontginningen. Door kleinschalige turfwinning verschoof de grens van het veengebied langzamerhand naar het oosten, maar groot en ingrijpend waren de veranderingen lange tijd niet. Aan het eind van de achttiende eeuw veranderde dit. In de decennia vóór 1800 worden nieuwe landbouwgronden ontgonnen die een planmatig karakter hadden en duiden op een gezamenlijke ontginningsactiviteit. In de loop van de negentiende eeuw nam in ons hele land de druk toe om het areaal landbouwgrond uit te breiden door
13
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ de woeste gronden te ontginnen. Aanvankelijk kreeg deze gedachte weinig bijval, omdat de woeste gronden een belangrijke rol speelden in de agrarische bedrijfsvoering. De mest van de dieren op de boerderij, vermengd met heideplaggen en strooisel, was essentieel voor het op peil houden van de vruchtbaarheid van de akkers. In de tweede helft van de negentiende eeuw ging er op agrarisch gebied echter het één en ander veranderen. Het aandeel van rogge werd geleidelijk minder ten gunste van aardappelen, boekweit en haver. Schapen werden minder belangrijk in de bedrijfsvoering, vooral omdat de gemeenschappelijke heidevelden verdeeld werden, maar ook door de lage wolprijzen als gevolg van de goedkope importwol uit Australië en Nieuw-Zeeland. Het potstalsysteem bleef nog lang in zwang, maar vanaf de jaren '70 van de negentiende eeuw begint de toepassing van guano en kunstmest steeds belangrijker te worden. Door de landbouwcrisis omstreeks 1870 werd het accent in de landbouw verlegd in de richting van de veehouderij. Als reactie op de grotere vraag naar slachtvee werd de varkenshouderij belangrijker; de betere afzetmogelijkheden voor boter gaven impulsen aan de melkveehouderij. Ook pluimvee ging een grotere rol spelen. Van vrijwel zelfvoorzienend veranderde de landbouw in marktgericht. Dat kon alleen maar plaatsvinden doordat de wegen aanmerkelijk verbeterd werden. De oude weg van Gemert naar Erp, en vandaar naar Veghel en ’sHertogenbosch, werd in 1850 verhard. In 1866 volgde de Peeldijk, de verbinding van Gemert met Sint Antonis en Boxmeer. In 1860 was ook de weg naar Beek en Donk (en de Zuid-Willemsvaart) verhard. Rond 1880 volgden de wegen naar Boekel en Bakel7. De Peeldijk
Het oude, kleinschalige cultuurlandschap bleef tot in de twintigste eeuw in stand. De beslotenheid van de elzen- en wilgensingels langs de graslanden kwam echter onder druk te staan toen de behoefte aan geriefhout afnam, leerlooierijen chemische looimiddelen gingen gebruiken in plaats van het uit eikenschors gewonnen run, en door het gebruik van prikkeldraad. De introductie van het prikkeldraad had gevolgen voor het landschap. Waar men vroeger voor goede perceelsscheidingen was aangewezen op goed onderhouden singels of houtwallen, kon men nu volstaan met een aantal paaltjes en een rol prikkeldraad. Opmerkelijk is dat al in het begin van de vorige eeuw op de achteruitgang van het karakteristieke landschap werd gewezen, en wel door pater Van den Elsen uit Gemert. Van den Elsen was voorman van de Noord-Brabantse Christelijke Boerenbont van 1896 tot omstreeks 1920. Hagen, houtwallen, singels en bosjes moesten volgens hem behouden blijven omdat ze de band tussen de boer en zijn land bevestigden. Het slopen van dergelijke elementen zou maar leiden tot een materialistisch landschap en zou een stimulans zijn voor vanuit de stad geïnitieerde zedenverwildering! Maar ook voor de zangvogels en als beschutting voor het vee zag hij het nut van singels, hagen en houtwallen in. In dezelfde periode mengde zich een andere geestelijke in het debat: kapelaan, later pastoor H.W. Roes. Deze schreef in 1913 het volgende: "Heggen is jammer van de plaats! Hout brengt niets op! Er uit er mee, met al die eiken- en elzenheggen". 7
Thissen, 1993, pagina 43.
14
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ De ontginning van de Peel In het midden van de negentiende eeuw waren uitgestrekte heidevelden aan de rand van de Gemertse Peel eigendom van de gemeente Gemert. Geleidelijk werd de grond opgedeeld in percelen en verkocht8. Het veengebied ten oosten daarvan was ‘betwist gebied’: zowel de Nederlandse staat (Dienst der Domeinen) als de gemeente maakte er aanspraak op. In 1871 kwam men tot een overeenkomst: de grond werd in enkele tranches verkocht en vijfzesde van de opbrengst kwam ten goede aan de gemeente. Voordat de verkoop plaatsvond was de grond opgedeeld in rechthoekige kavels en waren wegen op de kaart ingetekend. De kopers werden verplicht de wegen volgens dit patroon aan te leggen.
Boerderij aan de oostkant van De Rips.
Een groot deel van de gronden die na 1871 werden verkocht kwam in handen van grootgrondbezitters, die het als belegging kochten. Aanvankelijk was het belangrijkste oogmerk om de grond te ontginnen en in te planten met bos. De eerste experimenten, onder andere van notaris Van Kemenade uit Gemert, werden geen succes. De ontwatering was slecht en oerbanken in de bodem belemmerden een goede groei van de bomen. Vanaf 1890 werd de Nederlandse Heidemaatschappij ingeschakeld bij de ontginning en bebossing. Men groef nieuwe sloten voor de ontwatering en de bodem werd gespit, later geploegd, om storende lagen te doorbreken. Tot ca 1900 was de ontginning vrijwel uitsluitend gericht op de aanleg van nieuwe bossen, later kwam het accent meer op nieuwe landbouwgrond te liggen. Met de ontginningen zijn nieuwe wegen aangelegd. Wegen, waterlopen en sloten vormen een rationeel patroon dat sterk afwijkt van het kleinschalige oude cultuurlandschap rondom Gemert. Nieuwe bewoners vestigden zich in het gebied en op de kruispunten van doorgaande wegen ontstonden de dorpen Elsendorp en De Rips. Veel wegen hebben een laanbeplanting van vooral Amerikaanse eiken. Op de netkaart van de Topographische en Militaire Kaart uit 1838 zijn op de heide bij het Zwarte Water percelen ingetekend. Verschillende percelen bij het Zwarte Water en in De Rije, ten noorden ervan, waren toen al met bos beplant. De dekzandrug westelijk van het Zwarte Water was door de gemeente bebost.
8
15
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ In de inrichting van de ruimte (vooral wat betreft percelering en bewoningspatroon) was er een duidelijk onderscheid tussen de landgoedontginningen en de kleinschaliger ontginningen, zoals de Klotterpeel, de Jodenpeel en de omgeving van het Zwarte Water. Door de ruilverkaveling zijn de verschillen tussen de ontginningsblokken minder duidelijk geworden. Grote ontginningsblokken aan de oostkant van de gemeente: De Krim is een jonge heideontginning met landbouwgronden, productiebossen met naaldhout en heiderelicten met vennen. In ieder geval één van de vennen is een pingoruïne, een komvormige depressie met een ringwal, ontstaan in de laatste ijstijd. Het gebied is verkaveld en gedeeltelijk ontgonnen in de periode 1890-1940. De naaldbossen in het gebied, Gemeentebos geheten, zijn aangeplant in het kader van de werkverschaffingsprojecten in de jaren ’30 van de twintigste eeuw. De percelering is vrij regelmatig blokvormig. Enkele rechte wegen doorkruisen het gebied. Landgoed De Vossenberg bestaat uit landbouwgrond en enkele bossen. Het is door notaris Van Kemenade omstreeks 1882 bebost. De ontginning was geen succes, de aangeplante dennen werden door brand geteisterd en het gebied stond lange tijd bekend als ‘Het verbrande bos’. De familie Groskamp stichtte landgoed De Vossenberg in 1915 en ontgon het gebied opnieuw. Voor de bewoners uit Noord-Nederland is in de buurtschap Vossenberg een protestantse kerk gebouwd (1927). De Klotterpeel is een ven dat omringd wordt door natte heide en gemengd bos. In 1850 lag het ven in de uitgestrekte moerasvlakte van de Peel, nu is het een natuurgebied te midden van landbouwgronden en de bossen van het Beestenveld en de Stippelberg. Diverse zandpaden kwamen bij het ven samen, zoals de weg van Milheeze naar Oploo en de weg van Gemert en De Mortel via de Hazenhut naar Venray9. Op het kruispunt stond een handwijzer. In 1900 was een strook grond ten noorden van de Gemertse Dijk ontgonnen en waren in het veen diverse rechte wegen uitgezet, onder andere de weg van Milheeze naar De Rips. In 1939/1940 is het Koordekanaal midden door het ven aangelegd en zijn loopgraven gegraven langs de Hazenhutsedijk.. Cleefswit is een landgoed van ongeveer 145 ha. Het is een jonge heideontginning, met lanen, landbouwgronden en productiebossen met naald- en loofhout. Het gebied is in 1889 ontgonnen in opdracht van notaris Van Kemenade. Omdat de ontginning mislukte is het gebied in de periode 1908-1915 opnieuw ingericht door de N.V. Landbouwmaatschappij Cleefswit. De geomorfologie van het gebied weerspiegelt zich in de ontginning. De hoger gelegen gronden, op zogenaamde "sikkelduinen", zijn grotendeels bebost. De tussenliggende lager gelegen gronden, waar vroeger vennen lagen, bestaan hoofdzakelijk uit landbouwgronden. Op een aantal plaatsen in het gebied staan (langgevel)boerderijen uit de periode van de ontginning. Het gebied is door doorgaande wegen en waterlopen verdeeld in vrij regelmatige blokvormige percelen. In de nattere delen van het terrein is de percelering strookvormig. De Sijp is een landgoed dat werd ontgonnen door de Heidemaatschappij in opdracht van Abraham Ledeboer, die het gebied in 1894 kocht. Het bestaat uit bossen en landbouwgrond. De Stippelberg is een landgoed met park/tuin, eiken- en beukenlanen, naald- en loofbossen en heiderelicten, gelegen in het grootschalige jonge ontginningslandschap van De Peel. Net als De Sijp was De Stippelberg eigendom van Abraham Ledeboer. Kern van het landgoed is een monumentale villa in de stijl van de Delftse School (1942). Verder op het landgoed een monumentale boswachterwoning (ca. 1890, ca. 1925). Villa en boswachterswoning liggen aan een slingerweg met een beplanting van exoten. Aan de Oude Bakelse Dijk bevinden zich heiderelicten met jeneverbessen. Het Beestenveld, grenzend aan De Stippelberg, werd ook door Ledeboer aangekocht. In 1893 kreeg de Heidemaatschappij opdracht om het gebied in exploitatie te nemen. Er werden ontwateringsloten gegraven en wegen aangelegd, de bodem werd bewerkt, waarbij oerbanken werden gebroken. Het gebied werd ingeplant met naaldhout en op enkele plaatsen ook loofhout. Kenmerkend voor het gebied zijn de vele stuifzandduintjes, de rastervormige percelering en diepe ontwateringssloten. In het noordelijke deel van het gebied liggen nog restanten van het Koordekanaal, in 1939/1940 gegraven als onderdeel van de Peel-Raamstelling.
Door de vervening en de ontginningen veranderde de waterhuishouding. Vroeger werkte het Peelgebied als een grote spons, waar het neerslagwater opgeslagen werd in het enorme moeras en heel geleidelijk, 9
De huidige Hazenhutsedijk. Zie Jan Timmers, 2012. De verdwenen Venrayse dijk.
16
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ via de beekjes die aan de rand van het veen ontsprongen, werd afgevoerd naar de Aa. Door de vervening en de ontginning verdween deze sponswerking. De vele nieuwe sloten in het landbouwgebied werden aangesloten op de Peelse Loop en voerden het regenwater veel sneller af, waardoor de piekafvoeren veel groter werden dan voorheen het geval was. De voortdurende wateroverlast van de Aa en haar zijrivieren mede als gevolg van de ontginningen leidden uiteindelijk tot de oprichting van het waterschap ‘Stroomgebied van de Aa’. In de tweede helft van de twintigste eeuw zijn verbeteringswerken aan de Peelse Loop uitgevoerd. De Peel-Raamstelling In de 1939-1940 van de vorige eeuw kwam de Peel-Raamstelling tot stand als verdediging tegen een mogelijke Duitse aanval. Er werd een veertig kilometer lange verdedigingslinie aangelegd tussen Grave en Budel-Dorplein. De linie bestaat uit een reeks kazematten, voor een deel langs bestaande waterlopen (onder andere langs de Zuid-Willemsvaart), inundatiegebieden en een speciaal aangelegde tankgracht, het Peelkanaal, ook wel Defensiekanaal genoemd. Dit kanaal ligt tussen Griendtsveen en Mill, waar het aansluit op de Raam. Met behulp van stuwen is het kanaal in verschillende panden verdeeld. Aan weerskanten van het kanaal bracht men prikkeldraadversperringen aan. Aan de westkant van het kanaal wierp men een wal op; tussen de wal en het kanaal werden kazematten gebouwd (de zogeheten S-kazematten of stekelvarkens, zoals ze in de volksmond heten). De S-kazemat is een lichte kazemat met drie schietgaten. Ze waren bewapend met één lichte mitrailleur en lagen tussen de 200 à 400 meter van elkaar af om zowel flankerend als frontaal vuur uit te kunnen brengen. Deze kazematten waren kwetsbaar vanwege de geringe afmetingen en de grote schietgaten. Veel zijn er dan ook uitgeschakeld door een directe treffer in een van de schietgaten. Tussen de kazematten lagen veldversterkingen en loopgraven. Op enkele strategische plekken bouwde men grotere kazematten van gewapend beton voor zware mitrailleurs (de zogeheten B-kazematten) en kazematten met een gietstalen koepel, ook voorzien van een zware mitrailleur (G-kazematten). In totaal zijn er in 19391940 maar liefst 383 kazematten gebouwd. Peelkanaal met verdedigingswal bij de N277 ten oosten van De Rips.
De aanleg van het Koordekanaal10 Het Koordekanaal diende als extra verdedigingslinie als de defensielinie van het Peelkanaal doorbroken zou worden. Dit was uitsluitend een tankgracht, kazematten zijn hier niet gebouwd. Het kanaal is gegraven vanaf de Hazenhut aan het Peelkanaal en zou in een grote boog, ten westen van De Rips en ten oosten van Elsendorp, bij Venhorst weer uitkomen bij het Peelkanaal. Deze zogeheten hoofdweerstandslinie bestond uit een kanaal met een diepte van 1,80 meter met aarden versterkingen aan de zuid- en westkant. Ook was voorzien in mijnenvelden en draadversperringen. Het water in het kanaal kwam via een regelbare stuw met duiker uit het Peelkanaal; zes vaste stuwen moesten ervoor zorgen dat het water in het Koordekanaal de gewenste diepte zou behouden. De aanleg van het ruim 13 kilometer lange kanaal begon eind oktober 1939. Het geplande tracé verliep verspringend van het Defensiekanaal naar het ven en natuurgebied De Klotterpeel. Door het ven is het kanaal in rechte lijn doorgetrokken naar de Kruisberglaan ten zuiden van De Rips en met een duiker verbonden met het tracé door de bossen van het Beestenveld. Met enkele hoeken ging het door deze 10
Deze paragraaf is gebaseerd op een schriftelijke bijdrage van de heer Ruud Wildekamp, 22 oktober 2013.
17
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ bossen naar de weg ‘Langs de Palen’. Vervolgens verliep het noordwaarts, onder de weg Elsendorp naar De Rips (N277) door, om af te buigen om Elsendorp heen over het terrein van de Annahoeve, ook bekend als de Dompt. Uiteindelijk zou het Koordekanaal tweehonderd meter voorbij de Ganzenweg, in de Beugense Peel, eindigen.
Aanleg van het Koordekanaal en één van de aanliggende veldversterkingen. Bron: Ruud Wildekamp.
De uitgegraven grond diende op de zuidelijke/westelijke oever te worden gedeponeerd om als borstwering te fungeren en als basis voor de veldversterkingen van hout en zand(zakken) die de militairen daar dienden aan te leggen. Direct op de zuidelijke/westelijke oever werden de veldversterkingen beschermd door een vijf tot zes meter brede prikkeldraadversperring. Op verschillende plaatsen werden loopgraven aangelegd, zoals langs de Hazenhutsedijk.
Restanten van loopgraven ten zuiden van het Koordekanaal, langs de Hazenhutsedijk. Foto: Jan Timmers.
18
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Het Koordekanaal was nog niet af toen de Duitse troepen ons land binnenvielen. Toen op 8 mei 1940 de Duitse inval aanstaande was en de Peel-Raamstelling werd bemand besloot men het werk aan het Koordekanaal te stoppen. Op dat moment waren grote delen tussen het Beestenveld en Elsendorp nog niet gereed. Ook ontbraken een stuk ten noorden van de Annahoeve in Elsendorp en een deel in de Beugense Peel. Het zuidelijke deel tussen de aansluiting met het Defensiekanaal tot de weg van Elsendorp naar De Rips (de huidige N277) was nog niet overal op de gewenste diepte gebracht. Ook de geplande duikers voor de bestaande waterlossingen waren nog niet gerealiseerd. Deze waren nodig omdat het Koordekanaal, in tegenstelling tot het Defensiekanaal, niet tevens bestemd was voor de afwatering van het aanliggende deel van het Peelgebied. Omdat de duikers nog niet gereed waren was de ontwatering van de Jodenpeel, het Beestenveld en de Sijp danig verstoord. Door de aanleg van het Defensiekanaal was het noordelijke deel van de Jodenpeel, dat behoorde tot het waterschap de Maaskant, van haar oorspronkelijke afwatering afgesneden. Overtollig water daar zocht nu zijn weg naar het Koordekanaal door sloten van het waterschap het Stroomgebied van de Aa, die daar niet op berekend waren. In het voorjaar bleven de landerijen langer nat dan voorheen. Een andere bron van ergernis voor de aangrenzende landbouwers waren de opgeworpen zandwallen en gronddepots die deels als borstwering hadden gediend. Ook de gebouwde stellingen en draadversperringen beperkten de boeren in hun bedrijfsvoering. Daardoor kwamen verschillende boeren in financiële problemen. Enkele maanden na de capitulatie werden de stellingen en draadversperringen aan het Defensiekanaal en het Koordekanaal opgeruimd. Voor deze werkzaamheden had de Rijksdienst voor de Werkverruiming toestemming gegeven voor de inzet van werkelozen. De financiering werd gedaan door de afdeling Defensieschade van het Departement van Financiën. Daarmee waren de problemen met de waterhuishouding echter nog niet opgelost. In juni 1940, na de capitulatie waardoor de defensiefunctie van het kanaal was komen te vervallen, door de betrokken waterschappen het voorstel gedaan om het Koordekanaal ook te bestemmen voor de afwatering van de streek. In december 1940 ging het Waterschap de Aa akkoord met het plan om het Koordekanaal te verbinden met de Landmeerseloop en zo af te laten wateren naar de rivier de Aa. Dit is echter niet gerealiseerd en in 1942 kwam er een nieuw plan om alleen het zuidelijke deel van het Koordekanaal af te maken en te laten afwateren op de Peelse Loop. Op 15 april 1944 kwam er een uitgewerkt plan om deze verbinding met de Aa te realiseren. Het geplande tracé van het Koordekanaal. Bron: Ruud Wildekamp.
Deze waterloop, die het Koordekanaal aansloot op de Peelse Loop in het Zwarte Water, zou de periodieke
19
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ wateroverlast verhelpen. Tot uitvoering hiervan is het door het oorlogsgeweld niet gekomen. In de herfst van 1944, tijdens de bevrijding van de gemeente Gemert, bleek hoe slecht het met de afwatering van het gebied van De Sijp en het Zwarte Water gesteld was. In de Sijp hadden de Duitsers een vliegveld aangelegd, waarbij enkele afwateringssloten gedempt werden en het terrein was geëgaliseerd. Direct na de bevrijding nam de Royal Canadian Air Force dit vliegveld in gebruik. Door de aanhoudende regens en hebben zij slechts enkele dagen van het veld gebruik kunnen maken en zijn toen naar Volkel vertrokken. De wateroverlast op het vliegveld was reden voor de Britse militaire autoriteiten bij de Provinciale Waterstaat aan te dringen op een snelle verbetering van de situatie. Daarop werden de kavelsloten en de bovenloop van de Peelse Loop verbreed. Gedurende de winter daarop verergerde de toestand echter toen ook het gebied van het Zwarte Water wateroverlast kreeg en de weg van Elsendorp naar De Rips gedeeltelijk onder water kwam te staan. Pas na de oorlog is de situatie verbeterd, waarbij het zuidelijke deel van het Koordekanaal werd verbonden met de Peelse Loop en delen van het kanaal ten noorden van de huidige N277 werden gedempt. Tussen het Peelkanaal en de Klotterpeel volgt de Peelse Loop grotendeels het tracé van het kanaal; in de Klotterpeel en in het Beestenveld zijn delen bewaard gebleven.
Een deel van het Koordekanaal ligt in de Klotterpeel. De Peelse Loop is om het natuurgebied heen geleid om te voorkomen dat het gebiedsvreemde water de ecologische waarden aantast.
3.4 Ontwikkelingen na 1950 Na de Tweede Wereldoorlog vond schaalvergroting in de landbouw plaats. De gemengde bedrijven, met een gemiddelde grootte van zo'n 10 hectare, konden uiteindelijk niet overleven. Ontmenging van het gemengde bedrijf, specialisatie in melkveehouderij, kippen- en varkensfokkerij en vergroting van de bedrijven maakten deel uit van de schaalvergroting die zich in het hele land in de landbouwsector voordeed. De bedrijfsvoering raakte steeds meer los van de grond, extra veevoer werd van elders aangevoerd. De resterende grond kwam grotendeels in dienst te staan van de veehouderij; traditionele landbouwgewassen verdwenen uit het bouwplan om plaats te maken voor 'nieuwe' producten als maïs.
20
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Het westelijke deel van het stroomgebied van de Peelse Loop maakte deel uit van de ruilverkaveling Bakel. Dit leidde onder andere tot wijzigingen in de waterhuishouding en de percelering. Bron: Paul Thissen, 1993.
Grote delen van het agrarische landschap werden opnieuw ingericht en vormgegeven in het kader van de ruilverkaveling Bakel, die in 1971 is gestemd en grotendeels in de jaren '80 van de vorige eeuw is uitgevoerd. De smalle, vaak strookvormige akkers en graslandpercelen werden samengevoegd tot grotere blokvormige kavels; de verspreid gelegen percelen van de boeren werden geconcentreerd. De afgelopen jaren zijn intensieve veehouderijbedrijven geconcentreerd in Elsendorp. Voor natuur en landschap zijn en worden maatregelen uitgevoerd die de ecologische betekenis van het gebied vergroten en de landschappelijke belevingswaarde ten goede komen. Langs de Peelse Loop is in het kader hiervan een ecologische verbindingszone aangelegd. De stedelijke ontwikkeling van Gemert heeft aanvankelijk geleid tot uitbreidingen in zuidelijke en oostelijke richting. Inmiddels heeft het dorp zich ook in noordelijke richting uitgebreid en is het gebied tussen de Molenbroekse Loop en Doonheide bebouwd. Bij Wolfbosch is sinds 1975 het bedrijventerrein Wolfsveld tot ontwikkeling gekomen.
De Peelse Loop ten oosten van de Handelseweg, langs het bedrijventerrein Wolfsveld.
21
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________
4. De Peelse Loop nader beschouwd
Het stroomgebied van het natuurlijke deel van de Peelse Loop op de topografische en militaire kaart van 1838.
4.1 Ontwikkelingen na 1800 De kadasterkaarten en Oorspronkelijk Aanwijzende Tafels van omstreeks 1830 en de oudste topografische kaart uit 1838 geven een beeld van de toenmalige staat van de ontginningen en het bodemgebruik van de gronden langs de Peelse Loop. Bij de monding in de Aa lag het gebouwencomplex van de boerderij Koks. Het complex was in 1830 eigendom van Domeinen, maar behoorde voor 1794 tot de Commanderij van de Duitse Orde in Gemert. Tot aan de Esdonkse Dijk lagen aan weerskanten van de Peelse Loop smalle percelen grasland, omgeven door elzensingels, hakhout en enkele akkers. Tussen de Esdonksedijk, waar de beek een bocht maakte, en de Boekelseweg lagen smalle percelen veelal haaks op de beek. Aan de huidige wegen De Wind en Groenesteeg (Deelse Kampen) stonden enkele losse boerderijen. In het westelijke deel, vlak bij de Esdonksedijk, lagen de meeste graslandpercelen. Hier, dicht bij de samenvloeiing van de Peelse Loop en de Aa, was het ook het natst. Meer naar het oosten was een mozaïek van akkers, grasland en enkele bospercelen aanwezig. Hier loopt de beek door de oude bouwlanden van de buurtschappen Deel en Doonheide11. Ten noorden van Doonheide vormt de beek de grens tussen de bouwlanden en de vroegere heidevelden van de Kranerijt, die in 1830 al bebost waren. Tussen Deel en Handelsedijk loopt de beek parallel aan een landweer die hier heeft gelegen12. De Peelse Loop maakte deel uit van deze verdedigingswal en is waarschijnlijk bij de aanleg rechtgetrokken. De landweer bestond uit een aarden wal met aan weerskanten greppels. Tussen de noordelijke greppel en de beek lagen zeven rijen struikelkuilen13. In 1840 bestonden deze gehuchten uit respectievelijk 40 huizen met 269 inwoners en 23 huizen met 104 inwoners (Van den Hoven, 1997, pagina 283). 12 De landweer is ten westen van de Lieve-Vrouwesteeg archeologisch onderzocht. De precieze ouderdom kon niet worden vastgesteld, maar wel werd duidelijk dat de wal is aangepast of vernieuwd tijdens de Tachtigjarige Oorlog. 13 Volgens het informatiebord bij de opgravingsplek. 11
22
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Verder stroomopwaarts, voorbij de Handelseweg, lag de buurtschap Wolfsbosch14. De gronden tussen de Peelse Loop en de Scheiweg, waar nu het bedrijventerrein Wolfveld ligt, staan op de kadasterkaart aangegeven als ‘Den Uitlegger’. Kennelijk betrof het kort tevoren gerealiseerde boerenontginningen langs de beek, bestaande uit enkele akkers, bosjes, twee percelen grasland en heide. Ten noorden van de beek lag een perceel heide van de Gemeente Gemert. Bij Wolfsbosch kwam een klein zijbeekje uit in de Peelse Loop, de Rooijassche Loop. Deze beek ontsprong ten westen van het Cleefswit, en stroomde door natte heidevelden (van Domeinen en de Gemeente Gemert) en particuliere hakhoutpercelen naar het westen. Tussen de beek en de Peeldijk, de weg van Gemert naar Oploo en St.-Anthonis15, lag een complex graslanden van verschillende eigenaren, waarschijnlijk een gezamenlijke ontginning uit omstreeks 1800. Het is opmerkelijk dat de Peelse Loop (en vroeger ook de Rooijeassche Loop) bij Wolfsbosch sterker meandert dan in de rest van de loop. Dit heeft waarschijnlijk te maken met het geringe verval op de Horst van Handel. Kadasterkaart uit ca 1832 met het toenmalige bodemgebruik bij de kruising van de Peelse Loop met de Storing van Handel. Paars: heide; geel: bouwland; lichtgroen: weiland; donkergroen: bos (voornamelijk hakhout en één perceel dennenbos); oranje: openbare weg (paden); rood: boerderij met erf. Bron: www.watwaswaar.nl.
Ten oosten van Wolfsbosch kruist de Peelse Loop de breuklijn van de Storing van Handel16. Op de kadasterkaart is te zien dat het gebied ten zuiden van de beek in 1832 al grotendeels geperceleerd en in landbouwkundig gebruik was. De kleine heidepercelen en het grote heideveld ten noorden van de beek waren eigendom van de Gemeente Gemert. Ten westen van de breuk stonden twee – in middels verdwenen – boerderijen met akkers, weilanden en enkele hakhoutbosjes. Direct aan de beek lag de boerderij van Andries Jan van Duynhoven, de andere was eigendom van Heico Gerrit van Dommelen. Ten oosten van de breuk (het nattere deel van het gebied) stonden toen geen boerderijen. Met uitzondering van een groot bouwlandperceel was het bodemgebruik hier hakhout en grasland. De aanwezigheid van de grote akker is opmerkelijk. Kennelijk was de kwel hier niet zo hevig dat er geen akkerbouw kon plaatsvinden. Voorbij het punt waar de Peelse Loop de Rooije Hoefsedijk kruist strekte zich in het begin van de negentiende eeuw de heide uit. De omgeving van het Zwarte Water was eigendom van de Gemeente Gemert. Overigens was het Zwarte Water in 1830 al geen ven meer: op de kadasterkaart staat het aangegeven als heide17. In 1838 was de dekzandrug ten westen van het Zwarte Water door de gemeente bebost18. De Klotterpeel en het Cleefswit waren gezamenlijk eigendom van de gemeente en Domeinen. Hier stonden volgens Van den Hoven in 1840 15 huizen met 75 inwoners. de kadasterkaart is deze Peeldijk aangegeven als de ‘Grand Chemin de Gemert à St.-Anthonie’. In verband met de voorgenomen aanleg van een vistrap is voor dit gebied een afzonderlijk advies geschreven (Haartsen, 2013). 17 Het heideperceel is op de oudste kadasterkaart aangegeven als ‘Lieu dit Zwarte Water’, de plaats die het Zwarte Water wordt genoemd. 18 Deze dekzandrug, die in de midden steentijd bewoond werd, is tijdens de ruilverkaveling geheel geëgaliseerd. Hierbij zijn de steentijdvindplaatsen verloren gegaan. 14
15 Op 16
23
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Deze heidevelden met vennen waren ongeperceleerd. Er stonden twee schaapskooien van Hendrik van de Laar, boer te Gemert.
De bovenloop van de Peelse Loop en het aangrenzende deel van de Gemertse Peel op de kaart van 1838. Bron: Uitgeverij Nieuwland, 2008.
De kaart van 1838 geeft al een ander beeld. De hele omgeving van het Zwarte Water was geperceleerd, en hoewel het grootste deel van het gebied nog is aangegeven als heide waren ook diverse percelen met bos beplant – zowel door particulieren als door de gemeente. Het gemeentelijke bos, gelegen op een dekzandrug ten westen van het Zwarte Water, is verkocht in 1888. In de tweede helft van de negentiende eeuw is vrijwel alle grond van de gemeente (ruim 1400 ha) en de gronden die de gemeente en domeinen samen bezaten (bijna 1700 ha) verkocht. Vanwege het geldgebrek van de gemeente was de eigen grond al voor 1871 verkocht; de gezamenlijke bezittingen werden in drie rondes geveild (1875, 1879 en 1895)19. De laatste veiling betrof de Sijp, het hele gebied werd gekocht door de Twentse textielfabrikant A. Ledeboer. De watergangen die bij de ontginning zijn aangelegd werden aangesloten op de Peelse Loop. De ontginningen voor 1900 hadden vooral tot doel de heide om te vormen tot bos. De oudere bebossingen van de gemeente en van notaris Van Kemenade waren geen succes omdat er geen maatregelen genomen waren om de waterhuishouding en de bodem te verbeteren. De eigenaren die grote oppervlakten heide in het oosten van de gemeente hadden verworven namen voor de ontginning de in 1889 opgerichte Nederlandse Heidemaatschappij in de arm. Deze organisatie legde wegen en waterlopen aan en verbeterde de bodem, zodat de nieuwe bossen en landbouwgronden beter konden renderen.
19
Paul Thissen, 1993, pagina 94.
24
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Gaandeweg veranderde het heide- en vennenlandschap in een bos- en landbouwgebied. Tegenwoordig zijn de heidepercelen in De Krim en de Aarlese Peel en het natuurgebied De Klotterpeel de laatste restanten van de vroeger zo uitgestrekte woeste gronden. Het rationele patroon van grootschalige ruimten en evenwijdig lopende wegen en watergangen overheerst, maar hier en daar zijn oude elementen in de nieuwe inrichting van het landschap opgenomen, zoals de Grensweg tussen Gemert en Bakel en enkele schapenpaden in het Cleefswit. Oude wegen over de heide werden rechtgetrokken, zoals de Peeldijk en de Hazenhutsedijk. Ook is er onderscheid tussen de grote landgoedontginningen en de kleinschaliger ingerichte ontginningen van bijvoorbeeld de Jodenpeel en het gebied rond het Zwarte Water.
Het jonge ontginningslandschap is een mozaïek van open ruimten en uitgestrekte bossen.
4.2 Het waterschap en de werken aan de Aa en de Peelse Loop In 1856 werd de noodzaak van de oprichting van een waterschap voor het stroomgebied van de Aa en het Peelgebied ingezien. Dit idee stuitte echter op grote bezwaren bij de gemeenten. Weliswaar werd in 1864 het Waterschap Beneden-Aa opgericht, maar dat omvatte slechts 360 ha. Het duurde tot 1920 voordat de Staten van Noord-Brabant het reglement van het Waterschap De Aa zouden goedkeuren. Het waterschap De Aa Beneden Helmond is officieel in 1922 opgericht. De oppervlakte bedroeg aanvankelijk ongeveer 40.000 hectare en omvatte de gronden die uitsluitend op de Aa beneden Helmond en haar zijvieren afwateren in 24 gemeenten of gedeelten daarvan. Hiertoe behoorde ook het stroomgebied van de Peelse Loop. Na korte tijd kwam de behoefte aan uitbreiding van het waterschap. De meer stroomopwaarts gelegen gronden waren nog niet in waterschapsverband opgenomen. Deze gebieden hadden zelf weinig of helemaal niet te lijden van wateroverlast, maar loosden wel hun overtollige water op de rivier de Aa en waren zodoende mede oorzaak van de steeds slechter wordende toestand in het benedengebied van de rivier de Aa. Dus werd bij Statenbesluit van 21 januari 1926 het waterschap uitgebreid met de Peelgronden in Noord-Brabant tot een oppervlakte van ongeveer 81.400 hectare. De naam werd gewijzigd in waterschap Het Stroomgebied van de Aa. Het waterschap strekte zich rondom de Aa en haar zijrivieren uit van de Limburgse grens tot aan ’sHertogenbosch en bereikte haar huidige grootte van ongeveer 84.000 hectare. Plannen om het grondgebied uit te breiden tot Meijel en Nederweert in Limburg in de jaren 1931-1936 zijn niet doorgegaan. Verbeteringswerken Wateroverlast en overstromingen in het dal van de Aa waren niet nieuw. Reeds in het verleden liet de
25
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ waterstaatstoestand in het stroomgebied veel te wensen over en waren er klachten over wateroverlast, vaak in relatie met de stuwen bij de watermolens. De reden van de oprichting van het waterschap was de toenemende wateroverlast ten gevolge van de steeds voortgaande ontginning van de Peelgronden. Daardoor kregen de Aa en haar zijbeken zoveel meer water te verwerken dat de toestand onhoudbaar werd. Het waterschap heeft als doel de regelmatige afvoer van het water in het stroomgebied van de Aa te bevorderen en de hoogte van de waterstand in de Aa en haar zijbeken voor zover mogelijk of nodig te regelen. Om dit doel te bereiken zijn bestaande waterleidingen in onderhoud genomen en nieuwe werken uitgevoerd.
De stuw in het Peelkanaal zorgde voor het water in het Koordekanaal. Tegenwoordig worden de regelbare stuw en aftakduiker gebruikt om water in te laten in de Peelse Loop. Deze stuw is juist ten noorden van de voormalige Hazenhut gebouwd en ligt tegenwoordig op het terrein van de luitenant-generaal Bestkazerne, de voormalige vliegbasis De Peel. Foto Ruud Wildekamp.
Met de daadwerkelijke uitvoering van nieuwe werken werd gestart in 1926. Het waterschap begon bij ’sHertogenbosch met de verbetering van de Aa, en gaandeweg werden daarna de meer stroomopwaarts gelegen riviervakken aangepakt. In 1949 kwam het vak tussen Beek en Donk en Keldonk gereed, het riviervak waarin de Peelse Loop uitmondt. Ook de zijbeken van de Aa werden aangepakt. In de periode van 1938 tot 1954 zijn verbeteringen uitgevoerd aan de Peelse Loop, die mede noodzakelijk waren geworden door de aanleg van het Koordekanaal en de aansluiting van het Koordekanaal op het oude deel van de Peelse Loop in het Zwarte Water. De beek kreeg een ruimer profiel en bij de Rooije Hoefsedijk werden een stuw en een gemaaltje aangelegd. De situatie die rond 1950 ontstond was dat de Peelse Loop vanaf de aftakking van het Peelkanaal bij de vroegere Hazenhut via de Klotterpeel en het Beestenveld tot de N277 het tracé van het Koordekanaal volgde. Dit is grotendeels nog het geval, behalve dat de beek tegenwoordig om het natuurgebied Klotterpeel wordt geleid om te voorkomen dat gebiedsvreemd water in het natuurgebied terecht komt en
26
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ de kwetsbare flora en fauna bedreigt. Vanaf de N277 loopt de omstreeks 1954 gegraven verbinding naar het Zwarte Water. Vanaf dat punt volgt de beek de oude loop. In het kader van de ruilverkaveling Bakel zijn in de jaren ’80 van de vorige eeuw diverse stuwen aangelegd om de afwatering beter te reguleren en om verdroging van de landbouwgronden tegen te gaan.
Stuw in de Peelse Loop ter hoogte van de Boekelseweg.
Omstreeks 1995 is de Molenbroekse Loop op de Peelse Loop aangesloten. Deze beek ontspringt ten zuiden van de oude buurtschap Wolfsbosch en loopt langs de noordkant van Gemert naar het westen. Vroeger mondde de beek ten westen van Gemert uit in de Rips. Het nieuw gegraven deel van de beek loopt van Deel naar het noordwesten en komt ten noorden van de Groeneweg uit in de Peelse Loop. De meest recente wijzigingen in de Peelse Loop zijn aangebracht in verband met de ecologische verbindingszone langs de beek. In het kader hiervan zijn poelen en natuurvriendelijke oevers aangelegd en is een de nieuwe bedding van de Peelse Loop gegraven tussen de Esdonkse Dijk en de uitmonding in de Aa bij Koks.
27
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________
5. Waardering Bij de waardering van landschappelijke en cultuurhistorische aspecten kunnen verschillende abstractieniveaus worden gehanteerd. In deze analyse is gekozen voor twee niveaus: het stroomgebied als geheel en de individuele elementen.
5.1 Het stroomgebied als geheel De huidige Peelse Loop heeft tussen het Defensiekanaal en de uitmonding in de Aa een lengte van ongeveer 17 km. Dit betekent dat de beek vergeleken met de natuurlijke situatie van omstreeks 1800 meer dan twee keer zo lang is en dat het gebied dat op de beek afwatert aanzienlijk groter is geworden. De beek doorkruist verschillende landschappen die allemaal hun eigen geschiedenis en hun eigen ruimtelijke kenmerken hebben. Deze landschappen zijn: • Het militaire landschap van de Peel-Raamlinie. Belangrijkste elementen zijn het Defensiekanaal met wal en kazematten, de resten van het Koordekanaal en de loopgraven bij de Klotterpeel; • De jonge ontginningslandschappen de landgoederen bij De Rips en Elsendorp, met een rationeel patroon van wegen en waterlopen en een afwisseling van open landbouwgebieden, grote bossen en enkele heidevelden en vennen; • Het ontginningslandschap van ca 1850 rondom het vroegere Zwarte Water, minder strak geordend dan de jongere ontginningsgebieden; • Het oude cultuurlandschap van de gehuchten ten noorden van Gemert, gekenmerkt door een relatieve kleinschaligheid en een grote landschappelijke diversiteit.
Open landschap langs de Rooijassche Loop ten oosten van de Heideweg.
De afgelopen decennia – ruwweg de periode na de Tweede Wereldoorlog – heeft het landschap belangrijke wijzigingen ondergaan, zoals de schaalvergroting in de landbouw en de uitbreiding van woonwijken en het bedrijventerrein Wolfsveld bij Gemert. Deze veranderingen hebben vooral het oude
28
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ cultuurlandschap beïnvloed: de kleinschaligheid en de herkenbare variatie van akkercomplexen en lager gelegen graslanden zijn hierdoor verminderd. De afname van elzensingels en (hakhout)bosjes hebben de landschappelijke beslotenheid doen afnemen. Ondanks deze veranderingen is de verscheidenheid van de verschillende landschappen die de Peelse Loop doorkruist nog steeds goed herkenbaar. Hierdoor heeft het hele stroomgebied van de beek een grote cultuurhistorische en landschappelijke betekenis en een grote belevingswaarde. In het oude natuurlijke deel van de Peelse Loop waren op maar liefst negen plaatsen wegen en paden die de beek kruisten: de Esdonkse Dijk, het Esdonkse kerkepad, de Boekelseweg de doorgang bij de landweer, de Lieve-Vrouwesteeg, de voormalige Handelseweg, de (huidige) Handelseweg, de Scheiweg en de Rooije Hoefsedijk. Hoe deze beekovergangen er vroeger hebben uitgezien weten we niet, mogelijk waren het voordes, al dan niet voorzien van stapstenen. Op de Bonnekaart van 1897 waren al de overgangen voorzien van duikers. De Peelse Loop zelf vertoont verschillende gezichten die samenhangen met de verschillende landschappen. Vanaf het Peelkanaal tot natuurgebied De Klotterpeel volgt de beek het tracé van het Koordekanaal, parallel aan de Hazenhutsedijk. De beek is om het natuurgebied heen geleid waardoor delen van het kanaal in de Klotterpeel en in het Beestenveld nu geen waterstaatkundige functie meer hebben. Ten westen van de Kruisberglaan is een deel van het Koordekanaal gedempt met afval. Bij de Emmalaan in het Beestenveld komt de omgeleide beek weer uit in het Koordekanaal en volgt dit tot de N277. Vanaf daar buigt de beek af naar het westen via de in 1954 gegraven verbinding, die min of meer parallel loopt aan de dr. De Quayweg. Bij het Zwarte Water sluit deze verbinding aan op de oorspronkelijke bedding van de Peelse Loop. Vanaf hier manifesteert de beek zich duidelijk als zodanig in het landschap, eigenlijk zoals dat vroeger ook het geval was. De beek loopt tamelijk recht tot aan de Rooije Hoefsedijk, buigt daar af naar het westen en gaat kronkelen. De beek stroomt hier over de Horst van Handel, die wordt begrensd door twee breuken. Bij de Handelseweg loopt de beek als vanouds recht in westelijke richting tot aan de Esdonkse Dijk. Het rechte beloop heeft te maken met het feit dat de beek hier de oude landweer volgde. De Peelse Loop heeft in de twintigste eeuw veranderingen ondergaan. In de periode 1938-1954 en tijdens de uitvoering van de ruilverkaveling Bakel zijn verbeteringswerken uitgevoerd. De beek is verbreed, hier en daar zijn bochten rechtgetrokken en er zijn ongeveer tien stuwen aangelegd. In het bedrijventerrein Wolfsveld is de beek gedeeltelijk overkluisd en dus niet meer als zodanig herkenbaar. De meest recente ingrepen zijn het aanleggen van poelen en natuurvriendelijke oevers. In dat kader is de benedenloop van de beek bij Koks verlegd. De stuwen in het natuurlijke deel van de loop zijn aangelegd in de jaren na de Tweede Wereldoorlog, inmiddels zijn ze automatisch bedienbaar. Ze zijn kenmerkend voor de zijbeken van de Aa. Tussen het Zwarte Water en de Aa is het verval ruim 8 meter, en het plaatsen van stuwen was nodig om de stroomsnelheid van het water te reguleren en – vooral – om verdroging van landbouwgronden en bospercelen te voorkomen. Bovenstrooms stammen de stuwen deels nog uit de oorlog. In het Koordekanaal waren vaste stuwen aangelegd, die tijdens de Duitse bezetting vervangen zijn door beweegbare. Enkele worden nog met de hand bediend20. De overige kunstwerken in de Peelse Loop, zoals duikers en bruggen, hebben qua materiaalgebruik, vormgeving of ouderdom geen bijzondere cultuurhistorische betekenis. De overgangen over de beek zijn echter van betekenis omdat ze de relatie van de beek met de historische infrastructuur illustreren.
20
Mededeling van de heer Ruud Wildekamp.
29
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________
5.2 Elementen langs de beek Naam element illustratie
waardering
Monding bij Koks
Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: hoog • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog
Bij Koks stroomt de Aa door een smalle doorgang in de Midden-Brabantse Rug. Vanouds was hier een brug over de rivier de Aa, waar in de 19e eeuw tol werd geheven. Bij Koks mondt de Peelse Loop uit in de Aa. Peelse Loop tussen Koks en Esdonkse Dijk
Beekbedding recent verlegd, kade en moeraszone aangelegd. Esdonkse Dijk
Historisch beloop, iets verhoogde ligging, laanbeplanting.
Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: laag Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: middel • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: laag • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: laag Totaalwaardering: laag Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: middel • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog
30
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Koksedijk
Historisch beloop, verhoogde ligging, oude verbinding, laanbeplanting. Groenesteeg
Historisch beloop, wegprofiel, laanbeplanting. Stuwen
Stuw bij de Esdonkse Dijk.
Molenbroekse Loop
Omstreeks 1995 werd de benedenloop van de Molenbroekse Loop verlegd en mondt nu uit in de Peelse Loop.
Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: hoog • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: middel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: middel • structurerende werking: middel • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: middel Totaalwaardering: middel Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: middel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: middel Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: varieert Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: middel • herinneringswaarde: laag Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: middel • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: laag • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: middel Informatiewaarde: middel Totaalwaardering: laag
31
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Betonnen bruggetje over de Molenbroekse Loop
Aangelegd omstreeks 1995. Peelse Loop tussen de Esdonkse Dijk en de Handelseweg
Vanouds had de beek hier een rechte loop, parallel aan de landweer. In het kader van de EVZ zijn enkele kronkels aangelegd die de historische waarde aantasten. Deelse Kampen
Secundaire bewoning vanuit Deel. Beekovergangen De negen plaatsen waar de beek overgestoken kon worden hebben grote cultuurhistorische waarde Beekovergang van de Boekelseweg. Het water loopt hier door een duiker.
Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: laag Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: laag • gaafheid: middel • architectuur: laag Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: laag Totaalwaardering: laag Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: middel • gaafheid omgeving: middel Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: middel • herinneringswaarde: laag Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: hoog • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: middel • architectuur: middel Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: hoog • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: varieert herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: varieert • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: varieert Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog
32
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Doonheide
Oud bebouwingslint, inmiddels onderdeel uitbreidingswijk. Landweer
Verdedigingswerk waar de Peelse Loop onderdeel van uitmaakte. Thans verdwenen, mogelijk kunnen delen gereconstrueerd worden. Lieve-Vrouwesteeg
Oud pad, mogelijk gebruikt als veedrift, vanuit Doonheide naar het noorden, onverhard.
Oude naam Kranerijtsche weg. Oude Handelseweg
De oude route van Gemert via Doonheide naar Handel werd geleidelijk minder belangrijk en is inmiddels grotendeels verdwenen. Onderzoeken of reconstructie zinvol is.
Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: middel • architectuur: varieert Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: hoog • gaafheid omgeving: middel Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: laag • herinneringswaarde: laag Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: laag • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: thans laag Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: middel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: middel • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: middel Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: laag • herinneringswaarde: middel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: laag • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: middel
33
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Handelseweg met statiekapellen
Cultuurhistorisch en religieus van groot belang als bedevaartroute. Lodderdijk
Deel van de weg Gemert-Handel, vroeger buurtschap. Peelseloopweg
Verbrede Peelse Loop in Wolfsveld
Vroeger liep een pad aan de noordkant van de Peelse Loop, van de Handelseweg naar de Esdonkse Dijk. Rond 1980 is dit pad grotendeels verdwenen; aan de westkant van de Handelseweg is een klein stuk bewaard gebleven.
Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: hoog • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: middel Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: middel • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: middel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: laag • gaafheid: middel • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: middel • structurerende werking: hoog • gaafheid omgeving: middel Informatiewaarde: middel Totaalwaardering: middel Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: middel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: middel • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: middel Belevingswaarde • herkenbaarheid: laag • herinneringswaarde: laag Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: laag • gaafheid: hoog • architectuur: laag Waardering context • samenhang: laag • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: laag Informatiewaarde: laag Totaalwaardering: laag
34
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Rooijassche Loop
Zijbeek van de Peelse Loop, in oostelijke richting rechtgetrokken en verlengd. Kronkelige loop in Wolfsbosch
Bij de Storing van Handel is de bedding van de Peelse Loop bochtig. De beek stroomt hier over de Horst van Handel.
Houtwallen Wolfsbosch
De functie van de houtwallen is nog niet bekend; mogelijk houden ze verband met de landweer bij Doonheide. Kruising Peelse Loop en Storing van Handel
Belevingswaarde • herkenbaarheid: middel • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: middel • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: middel • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: middel Informatiewaarde: middel Totaalwaardering: middel Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: middel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: laag Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: middel • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: middel • herinneringswaarde: laag Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: hoog • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog
35
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Scheiweg
Oud tracé, smalle weg, hoogteverschil bij breuk. Peeldijk
Zeer oude route door de Peel, rechtgetrokken (en opgehoogd?) in het begin van de 19e eeuw. Rooijasch
Oude route, mogelijk veedrift in het broek- en heidegebied van Rooijasch. Heideweg
Oude route, mogelijk veedrift, in het broek- en heidegebied van Rooijasch.
Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: laag Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: middel • structurerende werking: middel • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: middel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: hoog • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: laag • structurerende werking: hoog • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: middel Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: mideel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: laag • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: middel Totaalwaardering: middel Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: mideel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: laag • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: middel Totaalwaardering: middel
36
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Rooije Hoefsedijk
Oude route vanuit Gemert naar de Peel. Vroeger stond er een grenspaal bij de kruising met de Peelse Loop. Landschap van het voormalige Zwarte Water
Bij de ruilverkaveling is de percelering gewijzigd en is het gebied geëgaliseerd. De contouren van het oude ven zijn niet meer zichtbaar. Ontginningslandschap bij De Rips
Rationele indeling van de ruimte, afwisseling van open ruimten en (grote) bosgebieden. Peellinie
Bijzonder ensemble van Peelkanaal met verdedigingswal en kazematten.
Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: hoog • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: middel • structurerende werking: hoog • gaafheid omgeving: varieert Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: laag • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: middel • gaafheid: laag • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: middel • gaafheid omgeving: middel Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: middel Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: laag Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: laag • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: laag • structurerende werking: nvt • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: middel Totaalwaardering: middel Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: hoog • kenmerkendheid: laag • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog
37
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ Hazenhutsedijk
Oude route vanuit Beek, Gemert en Milheeze naar Venray. In de negentiende eeuw rechtgetrokken. Loopgraven
Onderdeel van het militaire landschap van de Peel-Raamlinie. Klotterpeel
Een van de laatste restanten van het vroegere landschap in de Bakelse en Gemertse Peel. Koordekanaal
Resten van de bijzondere tweede verdedigingslinie. Grote delen van het kanaal zijn nu onderdeel van de Peelse Loop.
Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: hoog • kenmerkendheid: middel • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: middel • structurerende werking: hoog • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: middel Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: middel • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: hoog • kenmerkendheid: laag • gaafheid: middel • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: laag • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: hoog • herinneringswaarde: middel Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: middel • kenmerkendheid: hoog • gaafheid: hoog • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: middel • structurerende werking: middel • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog Belevingswaarde • herkenbaarheid: middel • herinneringswaarde: hoog Waardering intrinsiek • zeldzaamheid: hoog • kenmerkendheid: laag • gaafheid: varieert • architectuur: nvt Waardering context • samenhang: hoog • structurerende werking: middel • gaafheid omgeving: hoog Informatiewaarde: hoog Totaalwaardering: hoog
38
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________
6. Conclusies en aanbevelingen
Klotterpeel.
6.1 Conclusies • •
• • • •
De Peelse Loop is een redelijk gave beek die het water van de Peel en het Peelkanaal afvoert in westelijke richting en uitmondt in de Aa. Het stroomgebied van de Peelse Loop is een landschappelijk en cultuurhistorisch waardevol en gevarieerd gebied. In het oosten ligt het militaire landschap van de Peel-Raamlinie en dat van de jonge ontginningen en de landgoederen, bij het Zwarte Water het ontginningslandschap uit het midden van de negentiende eeuw en vanaf Wolfsbosch loopt de beek door het oude cultuurlandschap ten noorden van Gemert. De kenmerken en de ontstaansgeschiedenis van deze verschillende landschappen zijn nog redelijk goed herkenbaar. Verschillende cultuurhistorisch waardevolle elementen begeleiden de beek. De beek bestaat uit een van oorsprong natuurlijk westelijk deel en een door de mens gegraven ‘bovenloop’ die gedeeltelijk bestaat uit het Koordekanaal. De resten van het in 1939-1940 gegraven Koordekanaal zijn van grote cultuurhistorische betekenis en vormen, samen met de loopgraven en de verdedigingslinie van het Peelkanaal, een bijzonder waardevol militair-historisch ensemble. De meanderende delen van de beek bij Wolfsbosch zijn cultuurhistorisch en aardwetenschappelijk waardevol omdat ze aangeven dat de beek hier over de Horst van Handel stroomt.
39
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ • • •
Het rechte beloop ten westen van de Handelseweg heeft te maken met de landweer die hier vroeger aan de zuidkant van de beek lag. De beek maakte hier dus deel uit van het stelsel van verdedigingswerken bij Gemert. De Klotterpeel is landschappelijk, cultuurhistorisch en aardwetenschappelijk waardevol omdat het één van de weinige restanten van het vroeger zo uitgestrekte heide- en moeraslandschap van de Peel is. Schaalvergroting in de landbouw en de uitbreidingen van Gemert hebben het karakter aangetast en de herkenbaarheid verminderd van het oude cultuurlandschap rond de gehuchten ten noorden van Gemert.
6.2 Aanbevelingen • • •
• • •
• • • • •
•
•
Behoud en – zo mogelijk – versterk de kenmerken van de verschillende delen van de Peelse Loop. Dit betekent dat in de door de mens gegraven bovenloop ook duidelijk de menselijk hand zichtbaar moet blijven. In dit gedeelte geen meanders, poelen en natuurvriendelijke oevers. Behoud het meanderende karakter van de Peelse Loop bij Wolfsbosch. De beek kruist hier de Horst van Handel en door het geringe verhang is de beek hier gaan meanderen. Accentueer de kruising van de Peelse Loop en de Storing van Handel. Als wordt overwogen de trede in het terrein beter zichtbaar te maken, betekent dit, in tegenstelling tot bij de Peelrandbreuk, dat het terrein aan de oostkant van de Storing van Handel wat verlaagd moet worden. Deze breuk begrenst immers de Horst van Handel, die ten opzichte van de omgeving omhoog gekomen is. Behoud het rechte deel van de bedding van de Peelse Loop tussen de Handelseweg en de Esdonkse Dijk. De cultuurhistorische betekenis van dit stuk is groot omdat het gekoppeld was cq deel uitmaakte van de landweer die aan de zuidzijde van de beek lag. Herstel een deel van de landweer en de doorgang bij Doonheide. Herstel de Peelse Loopweg, het pad dat vroeger aan de noordkant van de beek liep tussen de Handelseweg en de Esdonkse Dijk. Nu is nog maar een klein deel van het pad aanwezig. Overwogen kan worden om het pad ten oosten van de Boekelseweg, waar het door oude bouwlanden liep, het karakter van een holle weg te geven. Onderzoek de mogelijkheden, in samenhang met de plannen van de Noord-Om, voor herstel van een deel van de Oude Handelseweg, mogelijk in combinatie met een ‘historische’ beekovergang in de vorm van een voorde of stapstenen. Behoud de overige overgangen over de beek. Accentueer de verschillen tussen de oude akkercomplexen en de vroegere natte graslanden door in de lage delen haaks op de beek beplantingsstroken aan te brengen. Accentueer de contouren van het vroegere Zwarte Water door rondom ijle beplanting of kleine bosjes aan te leggen. Saneer het gedempte deel van het Koordekanaal ten westen van de Kruisberglaan, herstel dit deel van het kanaal inclusief borstwering op de zuidoever, en onderzoek hoe dit ‘nieuwe’ deel aangesloten kan worden op het nog bestaande gedeelte van het Koordekanaal, zodat er enige stroming in de afgekoppelde delen kan worden gerealiseerd. Overweeg tevens het herstel van het deel van het Koordekanaal ten oosten van de Klotterpeel dat thans gedempt is, ook hier inclusief borstwering op de zuidwestelijke oever. Realiseer een cultuurhistorisch wandelpad waarin de loopgraven, het Koordekanaal en de Klotterpeel worden opgenomen. Behoud het hydrologische geïsoleerde karakter van de Klotterpeel.
40
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________ • •
Plaats een nieuwe grenspaal aan de Rooije Hoefsedijk op het punt waar vroeger in de Gemertse Peel de grens lag tussen het peelgebied van de heren van Gemert en het gebied dat later door de hertog van Brabant in gebruik werd gegeven. Historische namen zijn belangrijk voor de herkenbaarheid en de beleving van het landschap. Als een historische naam niet meer wordt gebruikt is de kans groot dat de cultuurhistorische betekenis van het betreffende landschapselement geleidelijk vermindert. Een stuk van het oude Koordekanaal is functioneel opgenomen in de Peelse Loop en heeft van het waterschap ook die naam gekregen. We pleiten er sterk voor dit gedeelte van de waterloop weer de historische naam Koordekanaal te geven, zodat dit cultuurhistorisch waardevolle element beter herkenbaar en beleefbaar wordt.
Stuw in de Peelse Loop bij de samenvloeiing met de Molenbroekse Loop.
41
Cultuurhistorische analyse Peelse Loop _______________________
7. Bronnen Ancker, Hanneke van den, 2001. Het land van Gemert-Bakel in twee aardkundige fietsroutes. Gemert-Bakel. Bestuurlijk Platform Reconstructie Zandgronden Noord-Brabant, 2000. Pilot Gemert-Bakel. Deel 2: uitvoeringsplan. Tilburg. Bisschops, J.H., 1973. Blad Eindhoven Oost (51-O). Toelichtingen bij de Geologische Kaart van Nederland 1 : 50.000. Haarlem. Bont, Chr. de, 1993. Al het merkwaardige in bonte afwisseling. Een historische geografie van Midden en OostBrabant. Stichting Brabants Heem, Waalre. Burny, Joël, 1999. Bijdrage tot de historische ecologie van de Limburgse Kempen. Maastricht. Haartsen, Adriaan, 2012. Cultuurhistorische en landschappelijke effectanalyse beekherstel Esperloop. Haaften, Lantschapsstudies 124. Haartsen, Adriaan, 2013. Cultuurhistorische aspecten van de Peelse Loop ter plaatse van de Storing van Handel. Briefadvies. Hoven, Frank van den, 1997. De Topografische Gids van Nederland. Amersfoort. IJzerman, S.J., 2002. Algemeen Historisch-Geografisch Landschapsonderzoek, Gemeente Gemert-Bakel. Deelrapport van het historisch-geografisch onderzoek in het kader van de reconstructiepilot GemertBakel. Bilan, Tilburg. P. Kleij en J. Timmers, 2001. De landschappelijke context en vroegste bewoning. In: A. Thelen (red), Het Hooghuis te Gemert. Bijdrage tot de geschiedenis van Gemert deel 27, Gemert. Kolen, Jan e.a., 2004. De biografie van Peelland. De cultuurhistorische hoofdstructuur (CHS) van Peelland. Toelichting bij de kaart. Amsterdam. Kolman, Chris, Ben Olde Meierink & Ronald Stenvert, 1997. Monumenten in Nederland. Noord-Brabant. Zwolle/Zeist Schmitz, H. , 1993. Houtwallen, heggen en singels. Lijnvormige houtopstanden in Nederland. Uitgave Stichting Landelijk Overleg Natuur- en Landschapsbeheer (LONL). Stichting voor Bodemkartering, 1981. Bodemkaart van Nederland. Schaal 1 : 50.000. Toelichting bij kaartblad 51Oost Eindhoven. Wageningen Stichting voor Bodemkartering, 1967. Bodemkaart van Nederland. Schaal 1 : 50.000. Toelichting bij kaartblad 52West Venlo. Wageningen Staring Centrum & Rijks Geologische Dienst, 1990 Geomorfologische kaart van Nederland 1:50.000. Toelichting bij kaartblad 52 Venlo. Wageningen/Haarlem Stichting voor Bodemkartering & Rijks Geologische Dienst, 1977. Geomorfologische kaart van Nederland 1:50.000. Toelichting bij kaartblad 51 Eindhoven. Wageningen/Haarlem Thissen, P.H.M., 1993. Heideontginning en modernisering, in het bijzonder in drie Brabantse Peelgemeenten 1850-1940. Utrecht Timmers, Jan, 2008. Een landweer op de grens van de Vrije heerlijkheid Gemert. Gemerts Heem jrg 49 nr 3. Timmers, Jan, 2012. De landweer tussen Boekel en Gemert en de Logtwalpaal. Gemerts Heem jrg 53 nr 2. Timmers, Jan, 2012. Historisch groen in Gemert-Bakel. Gemerts Heem jrg 53 nr 3. Velden, Jacques van der, 2010. Gemert verklaard (2). Gemerts Heem jrg 51 nr 4. Wildeman, Ruud, 2013. Aanleg Koordekanaal. Schriftelijke mededeling. Witteveen & Bos, 2007. Nadere inventarisatie Wijstgebieden. Websites
http://chw.brabant.nl/chw/ http://Gemert-Bakel.nl www.watwaswaar.nl www.BHIC.nl
42