Cultuur te koop De commodificatie van cultuur in reisbrochures
Naam: Leonie Wingen Studentennummer: 0104736 Scriptiebegeleider: Alex Strating Datum: 10 September 2006
De toerisme-industrie stimuleert en profiteert van de commodificatie van cultuur. Commodificatie is een proces waarbij materiële zaken en activiteiten worden beoordeeld in termen van hun handelswaarde, waarbij ze goederen en diensten worden. (Cohen 1988: 380) De commodificatie van zowel culturen als mensen is nodig om een cultuur aan toeristen te kunnen ‘verkopen’ en om toeristen van hun behoeftes te kunnen voorzien, in de vorm van andere plaatsen en levensstijlen. (Meethan 2001: 92, 142) De invloed van toeristische commodificatie op de lokale cultuur van de toeristenbestemming is een veel besproken thema in de literatuur over toerisme. Maar de commodificatie van een cultuur begint al in het thuisland, waar de toerist de keuze voor de vakantiebestemming maakt. Het idee dat de toerist heeft van andere landen en culturen wordt grotendeels bepaald door beelden. De toerismeindustrie levert een grote bijdrage aan een positieve beeldvorming over andere culturen. Aan de hand van beelden presenteren reisbrochures toeristenbestemmingen als een simpele formule, bestaande uit een aantal herkenbare symbolen. Op deze wijze maken de reisbrochures culturen consumeerbaar voor toeristen en bieden zij een voorproefje van de aangeboden handelswaar. De toerisme-industrie is een markt met verschillende doelgroepen. Verschillende reisorganisaties bieden variërende reizen aan, om te voldoen aan de uiteenlopende wensen van de verschillende toeristen. In deze scriptie richt ik mij op cultureel toerisme. Culturele toeristen reizen naar bestemmingen om iets over een andere cultuur te leren en om een andere cultuur te ervaren. Vaak zijn zij op zoek naar iets dat verschilt van hun eigen cultuur. Authenticiteit vormt daarbij een sleutelbegrip. In deze scriptie bespreek ik de theorieën over de rol van authenticiteit in toerisme en de invloed van toerisme op de lokale cultuur. Vervolgens onderzoek ik hoe de reisbrochures voor culturele reizen het idee van authenticiteit gebruiken om een cultuur te vermarkten. Aan de hand van beelden en beschrijvingen uit twintig reisbrochures onderzoek ik hoe culturele reizen worden vermarkt. Hierbij kijk ik naar de boodschap die de reisbrochures overbrengen en welke methoden zij hiervoor gebruiken. De resultaten toets ik vervolgens aan de besproken theorieën over de toeristische commodificatie en consumptie van cultuur.
De verre ander in stereotypen Het idee van de verre ander als exotisch en vreemd noemt Edward Said ‘Oriëntalisme’ (1991). Het Oriëntalisme is een manier van denken over anderen en hun culturen, gebaseerd op het
1
onderscheid dat de Westerlingen maakten tussen het Westelijke en het Oostelijke deel van de wereld. Het Oosten werd gezien als een vreemde en geheel andere wereld dan het Westen. Said (1991) beschrijft dat het Oosten tot één uniform object is gemaakt door het Westen, met de daarbij behorende generalisaties en stereotypes. Westerlingen zagen de bewoners in het Oosten als primitief, barbaars, achtergesteld, simpel en onveranderlijk. Tegelijkertijd zagen zij de verre ander als exotisch, sensueel, erotisch, als één met de natuur en als de bewaarders van authenticiteit. Zowel de positieve als de negatieve stereotypering over de ander in het Oosten bestonden naast elkaar. Het stereotyperen van anderen helpt de gecompliceerde werkelijkheid te reduceren tot een simpele formule. Op basis van verschillende criteria delen mensen hun sociale omgeving op in groepen, om de wereld overzichtelijker en meer hanteerbaar te maken. Dit evaluatieproces leidt tot een bepaalde beeldvorming over jezelf en de groep waartoe iemand behoort. (Shadid in Gomes 2003: 3) Een stereotype bestaat uit kenmerken die worden toegeschreven aan sommige, veel of alle leden van een andere groep. Culturele stereotypen worden aangenomen, overgedragen en veranderd door informatie uit indirecte bronnen, zoals films, televisie, reisverhalen en reisbrochures. De massa media leveren een informatiestroom van stereotypen en stereotypering. (Gomes 2003:12) Deze stereotypen kunnen echter met elkaar botsen vanwege het verschil in boodschap, doel en de doelgroep van de informatieleverancier. Omdat reisbrochures stereotypen creëren of versterken met een marktgericht doel, zijn de beelden die zij geven over andere culturen en volken uitsluitend positief. Hun beelden van vrolijke, vriendelijke en zorgeloze mensen in een vredige omgeving botsen veelal met de beeldvorming die wordt overgebracht in het nieuws over geweld, armoede en corruptie. Verschillende stereotypen kunnen echter naast elkaar blijven bestaan en los van elkaar een eigen leven leiden. Ter voorbeeld het land Guatemala waarover het nieuws meestal beelden van gewelddadige guerrillastrijders levert, terwijl de reisbrochures een geweldloze en vrolijke samenleving presenteren.
Cultureel toerisme In de antropologie van toerisme is veel onderzoek gedaan naar de percepties, motivaties en interpretaties van toeristen en hun bestemmingen. Tevens is veel onderzoek verricht naar de invloed en gevolgen van toerisme op de samenlevingen en culturen van de toeristenbestemmingen en naar de relatie tussen toeristen en de bewoners van deze
2
toeristenbestemmingen. MacCannell is één van de eersten die zich verdiepte in de wereld van de toerist om deze te analyseren. In zijn klassieke werk ‘the Tourist’ (1976) stelt MacCannell dat toeristen op zoek zijn naar de exotische ander in een vreemde en meer authentieke wereld. Deze zoektocht ziet MacCannell als een reactie op de ontevredenheid met de moderniteit die homogenisatie, instabiliteit en inauthenticiteit produceert. De vraag naar authenticiteit is in dit perspectief een postmoderne reactie op de afname van verscheidenheid en verschil. Hierdoor ontstaat volgens MacCannell de behoefte aan ‘het echte leven’ van traditionele en premoderne anderen. Cohen (1988) bekritiseert MacCannell op het punt dat zijn beeld van de toerist als zoekende naar authenticiteit voornamelijk een idee is uit de jaren ’60. In de context van de postmoderne wereld zijn MacCannell’s noties volgens Cohen niet meer hanteerbaar. Cohen stelt dat verschillende toeristen in verschillende mate van intensiviteit op zoek zijn naar authenticiteit, afhankelijk van hun vervreemding met moderniteit. Tevens zijn niet alle toeristen even bezorgd om de echtheid van de gepresenteerde authenticiteit tijdens hun toeristische ervaringen. Omdat er verschillende soorten toeristen bestaan stelt Cohen dat je niet kunt spreken van ‘de toerist’. Hij deelt de toeristen op in vijf verschillende categorieën, gebaseerd op hun verschillende motivaties en verwachtingen van de toeristische ervaring; de existentiële toerist wil ontsnappen aan moderniteit en opgaan in de wereld van de ‘vreemde’ ander. Contact met de lokale bevolking en het ervaren van authenticiteit is bij deze toerist een belangrijk criterium. Dit soort toerisme komt overeen met de categorie experimenteel toerisme, waarbij de toerist experimenteert met verschillende potentiële bronnen van authenticiteit. Ook voor de ervaringstoerist is de authentieke ervaring belangrijk, wat zij willen opdoen door te participeren in het ‘authentieke’ leven van de lokale bevolking. Het recreatietoerisme geeft minder om authenticiteit en maakt het niet uit of aangeboden producten en optredens van lokalen voor het toerisme dienen. De vermaaktoerist beschrijft Cohen tot slot als de toerist die zich geheel niet bezig houdt met authenticiteit en tijdens de vakantie slechts op zoek is naar ontspanning en vermaak. De existentiële, experimentele en ervaringstoerist zijn de categorieën waarbij de zoektocht naar de ‘vreemde’ ander en authenticiteit een belangrijke rol speelt. Deze soorten van toerisme komen overeen met wat Van den Berghe (1994) etnisch toerisme noemt. Volgens hem betekent etnisch toerisme het actief zoeken naar authenticiteit en soms intiem contact met inheemse bewoners van een andere etniciteit of culturele achtergrond. Ook beschrijvingen van cultureel toerisme komen hiermee sterk overeen; ‘To be a cultural tourist is to attempt…to go beyond idle leisure and to
3
return enriched with knowledge of other places and other people even if this involves ‘gazing’ at, or collecting in some way, the commodified essence of otherness.’ (Meethan 2001:128) John Urry categoriseert toeristen op basis van consumptie. In 1990 introduceert hij de term ‘tourist gaze’. Hiermee stelt hij dat toeristen culturen consumeren door te staren naar landschappen, gebouwen, monumenten, culturele tradities, mensen en andere aspecten van cultuur. Ook door het consumeren van lokaal eten, drinken en het gebruik maken van goederen en diensten ervaren de toeristen de andere cultuur. Urry legt uit dat de toeristische gaze niet universeel, maar zeer veranderlijk is. Ze verschilt per sociale categorie en historische periode. Verschillende toeristen hebben verschillende verwachtingen van hun reisbestemming. Hij maakt onderscheid tussen de collectieve en de romantische gaze. De collectieve gaze vertegenwoordigt de trekpleisters voor massatoeristen, zoals drukke stranden en winkelstraten. De aantrekkingskracht van deze plekken is de aanwezigheid van vele mensen. Deze vorm van toeristische consumptie past bij het recreatie- en vermaaktoerisme. De romantische gaze vertegenwoordigt daarentegen de toerist die op zoek is naar een gevoel van authenticiteit. De nadruk ligt hierbij op de onverstoorde of onaangetaste natuurlijke schoonheid, privacy en een persoonlijke, semi-spirituele relatie met het object van de gaze. De beschrijving van de romantische gaze komt sterk overeen met de beschrijvingen van existentieel, experimenteel, ervarings-, etnisch en cultureel toerisme op het punt dat deze toeristen op zoek zijn naar authenticiteit en exoticiteit. Om verwarring te voorkomen zal ik deze vorm van toerisme verder aanduiden onder één term; cultureel toerisme. Ik kies voor de term cultureel toerisme, omdat het een minder beperkende beschrijving van de toerist vereist en omdat het een veel gebruikt begrip is in zowel de literatuur over toerisme, als in de toerisme-industrie.
De zoektocht naar Authenticiteit MacCannell (1999) verklaart dat het verlangen naar authenticiteit integraal in de structuur van modern bewustzijn ligt; het is een interne reactie op de differiëntatie en vervreemding, die de moderne maatschappij met zich meebrengt. De moderne kapitalistische samenlevingen vervreemden de mensen van hun authentieke sociale relaties en van hun traditionele materiële cultuur. Deze relaties en cultuur gaan verloren door de overgang van traditioneel handarbeid naar massaproductie. Oftewel, door de industrialisatie verliest de moderne mens zijn traditionele wortels. Hierdoor ontstaat de behoefte aan authentieke ervaringen en beelden, die
4
niet aangetast zijn door het modernisme. (ibid: 92) De toerist gaat op zoek naar authenticiteit en hoe ‘vreemder’ de ander is, hoe meer bevredigend de toeristische ervaring. (Van den Berghe 1994: 8) De toeristische sector presenteert bepaalde culturen daarom als exotisch en losstaand van de moderniteit. Toeristen kunnen daar de ‘ongetemde ander’ meemaken in hun natuurlijke gedrag en authentieke gewoontes. (Meethan 2001: 91) Cohen stelt dat deze ‘primitieve ander’ het idee van authenticiteit vermarkt: ‘Otherness and authenticity are united in a desire to ensure that culture and ethnicity are preserved. It is the promotion of primitiveness within which authenticity becomes the principal commodity.’ (Cohen in Mowforth and Munt 1998: 62) Van den Berghe (1994) stelt dat toeristen op zoek naar de authentieke ander de inheemse bewoners tot spektakel maken. Hij gebruikt hiervoor de term ‘touree’, wat object van nieuwsgierigheid betekent. De touree wordt als het ware tentoongesteld aan de toerist en wordt op deze wijze, of hij wil of niet, onderdeel van de toeristische consumptie gemaakt. Van den Berghe stelt dat tourees alleen authentiek blijven wanneer ze hun gedrag niet bewust laten beïnvloeden door de aanwezigheid van de waarnemende toerist. Hierin ligt volgens hem de grote ironie van cultureel toerisme; de aanwezigheid van toeristen verpest de touree en vernietigt haar authenticiteit. De aanwezigheid van andere toeristen verpest niet alleen de lokale prijzen en de inheemse bewoners voor de culturele toerist, het is eveneens het levende bewijs dat de zoektocht naar authenticiteit in gevaar is: ‘The more tourists a place has, the less “real” it becomes, “Authenticity” and “touristy” are antithetical adjectives.’ (Van den Berghe 1994: 140-141) Om deze reden moet de culturele toerist steeds verder om op zoek te gaan naar authenticiteit. Cultureel toerisme blijkt een zelfvernietigend verschijnsel, omdat het datgene vernietigt waarnaar het op zoek is. Het probleem van toeristen om de ware authenticiteit van de primitieve ander te ervaren verduidelijkt MacCannell aan de hand van Goffman’s theorie over een frontstage en een backstage op toeristenbestemmingen. Frontstage is hierbij de ontmoetingsplaats voor toeristen en de lokale bewoners en backstage is de plek waar lokale bewoners zich terugtrekken van de toeristen. De afwezigheid van toeristen in de mysterieuze backstage maakt deze plek ‘echt’ en daarom aantrekkelijk voor de culturele toerist; ‘…back regions are still the places where it is popularly believed the secrets are’. (MacCannell 1999: 93) Voor toeristen wordt daarom vaak een backstage in scène gezet. Producten gemaakt voor de toeristenmarkt worden als ‘echte’ culturele producten verkocht en culturele activiteiten en optredens worden voor toeristen in scène gezet. Deze nagemaakte of opgevoerde vorm van echtheid wordt aangeduid met de term ‘staged authenticity’. In haar boek ‘Staging Tourism’ 5
(1999) vergelijkt Jane Desmond het bekijken van de lokale bevolking op grond van fysieke en culturele verschillen met een bezoek aan de dierentuin: ‘...in tourist shows, the “real” people, or in the case of the animal industries, “real” animals, are there to be seen, heard, met and usually literally touched in some way.’ (Desmond 1999: 15) In tegenstelling tot Desmond bekijkt Meethan het optreden voor toeristen vanuit het oogpunt van de lokale bevolking. Hij stelt dat de lokale bevolking vaak een bewust onderscheid maakt tussen het opvoeren van culturele tradities voor de toeristische consumptie en voor de interne consumptie. Hiermee bewaren de lokale bewoners hun afstand met de toeristen. (Meethan 2001: 157) MacCannell (1999) stelt dat toeristen vaak deelnemen aan georganiseerde tours, omdat deze een makkelijke toegang verschaffen voor plekken die meestal gesloten zijn voor buitenstaanders. Tegelijkertijd speelt bij toeristische tours een bepaalde mate van gemaaktheid een rol. Deze gemaaktheid kan de toerist wel of niet ervaren en de toerist die de gemaaktheid erkend kan zich hier wel of niet aan storen. Veel toeristen nemen de gemaaktheid voor lief, omdat ze op deze wijze toch lokalen of inheemsen ontmoeten en traditionele gebruiken en optredens krijgen te zien en kunnen ervaren. ‘And once tourists have entered touristic space, there is no way out for them so long as they press their search for authenticity.’ (ibid: 106) Culturele toeristen, die geïnteresseerd zijn in ervaringen met ‘het echte leven’ en oprecht contact met de inheemse bewoners zoeken, zijn altijd gedoemd dit niet te bereiken. De term “toerist” wordt daarom steeds vaker gebruikt als beschrijving voor iemand die tevreden lijkt met zijn valse authentieke ervaringen. (ibid: 94) Urry gebruikt hiervoor de term post-toerist. De post-toerist is tevreden met en geniet van de vele spelletjes die kunnen worden gespeeld met betrekking tot de echtheid. De post-toerist beseft dat er geen authentieke toeristische ervaring bestaat. (Urry 1997: 140) In vergelijking stelt Cohen dat toerisme een spelvorm, waarbij zowel de uitvoerders als het publiek de gemaaktheid van de authenticiteit accepteren. (Cohen 1988: 383)
Commodificatie van cultuur en verlies van authenticiteit Bij verschillende onderzoeken naar de ontwikkeling van toerisme wordt aangenomen dat moderniteit inherent en universeel negatief is voor het behoud van de traditionele aspecten van een cultuur: ‘Modernity is viewed as both the antithesis and rampant destroyer of the authentic’. (Meethan 2001: 91) Volgens MacCannell kan de toerisme-industrie een cultuur niet ‘verkopen’ zonder negatieve effecten. De toeristische zoektocht naar authenticiteit gaat
6
altijd gepaard met de commodificatie van cultuur en volgens hem leidt juist dit tot verlies of vernietiging van de authenticiteit. MacCannel noemt het commodificatieproces daarom destructief voor authentieke en lokale culturele tradities, producten en relaties. (ibid: 91) Greenwood deelt deze visie in het artikel ‘Culture by the Pound’ (1989), waarin hij zich concentreert op het gebruik van ‘lokale kleur’ in toerisme en de invloed hiervan op de samenleving. Lokale kleur noemt Greenwood de promotie van een gecommodificeerde versie van lokale cultuur. Hij legt uit dat het behandelen van lokale cultuur als handelswaar een fundamentele eigenschap van het kapitalistische systeem is, waarin alles een prijs heeft en kan worden gekocht en verkocht. Lokale cultuur kan bijvoorbeeld worden verkocht in de vorm van optredens voor de toerist. Wanneer toeristen de lokale bevolking van geld voorzien voor hun ‘optredens’ of ‘diensten’, krijgen deze activiteiten een winstaspect. Dit leidt volgens Greenwood voor de lokale bewoners tot de onteigening van hun cultuur. Wat volgens hem moet worden onthouden is dat cultuur iets is waar mensen impliciet in geloven. Door cultuur tot deel van het toerisme pakketje te maken, wordt het tot een expliciete en betaalde uitvoering gemaakt. Greenwood concludeert dat de lokale bewoners hierdoor niet meer in hun cultuur kunnen geloven zoals daarvoor en dat ze door het toerisme de ware betekenis van hun cultuur verliezen. Culturele uitvoeringen veranderen hierdoor in een ‘staged authenticity’: Culture is being packaged, priced, and sold like building lots, rights -of - way, fast food, and room service, as the tourism industry inexorably extends its grasp. For the monied tourist, the tourism industry promises that the world is his/hers to use. All the “natural resources”, including cultural traditions, have their price, and if you have the money in hand, it is your right to see whatever you wish. (Greenwood 1989: 179) Hij voegt hieraan toe dat het behandelen van cultuur als een natuurlijke bron of handelswaar waarop toeristen recht zouden hebben, de culturele rechten van de mens schendt. Evenals MacCannell stelt Greenwood dat de commodificatie van lokale cultuur in de toeristenindustrie fundamenteel destructief is. Cohen ziet deze visie op commodificatie van cultuur als een over-generalisatie. Cohen (1988) geeft enkele voorbeelden die deze stelling ontkrachten, zoals volksmuzikanten die voor extern publiek voor geld spelen waarbij de betekenis van hun muziek hierdoor niet afneemt. Cohen stelt zelfs dat de commodificatie van een cultuur heel positief kan zijn, omdat toerisme culturele producten in stand kan houden, die anders zouden zijn verdwenen:
7
One has to bear in mind that commoditization often hits a culture not when it is flourishing, but when it is actually already in decline, owing to the impingement of outside forces preceding tourism. Under such circumstances, the emergence of a tourist market frequently facilitates the preservation of a cultural tradition which would otherwise perish’. It enables its bearers to maintain a meaningful local or ethnic identity which they might otherwise have lost. (Cohen 1988: 382) Volgens Cohen is authenticiteit geen statische categorie. Culturele producten, die niet als authentiek worden beschouwd kunnen jaren later wel als authentiek worden ervaren. (ibid: 379) Ook Meethan stelt dat authenticiteit niet in één universele en onveranderlijke categorie kan worden ondergebracht. (Meethan 2001: 90) Hij legt uit dat authenticiteit kan worden gecreëerd en gerecreëerd in toevallige omstandigheden. Bijvoorbeeld om politieke of ideologische stellingen op te houden of om aan de behoeftes van de toerisme-industrie te voldoen. Het is daarom onterecht om de toeristische commodificatie te veroordelen in termen van een verlies van authenticiteit of culturele verscheidenheid. (ibid: 89,143) Volgens Meethan is de dichotomie tussen niet-modern als authentiek en modern als niet-authentiek een veel voorkomende, maar verkeerde aanname bij toerisme-onderzoek. (ibid: 90) Als voorbeeld gebruikt hij MacCanell’s visie, waarin commodificatie vervreemding veroorzaakt. Deze vervreemding van ‘het echte leven’ vernietigt of verstoord volgens MacCannell de ‘dieptegangen’ van niet-gecommodificeerde vormen van authentieke sociale relaties. Meethan bekritiseert MacCannell deze visie, waarin moderniteit de toerist van ‘het echte’ leven vervreemd waardoor de toerist dit vervolgens gaat zoeken bij niet-moderne samenlevingen. Meethan stelt dat de wereld niet kan worden opgedeeld in moderne en nietmoderne samenlevingen en dat culturen, in een wereld van globalisatie, geen gesloten eenheden zijn zonder veranderingen en invloeden van buitenaf. (ibid: 164-165) Tevens bekritiseert Meethan MacCannell op het punt dat hij toerisme beschouwt als een product van de moderniteit of als een reactie hiertegen, omdat toerisme mensen en plaatsen commodificeert. Meethan stelt dat in deze visie toeristen tot slachtoffers van moderniteit worden gemaakt, wiens keuzes en gedrag worden gestuurd door externe factoren: Tourism, involving as it does the commodification of people and place is therefore either seen as a symptom of some malaise caused by modernity, or as a compensatory mechanism for such ills. Now to argue that tourism is a response to this presumed or perceived state of affairs, as a quest for the ‘other’, is to reduce the complexities of 8
social interaction to a crude form of social causation: we act the way we do because the structure compels us to do so. (ibid.) De besproken theorieën tonen de verschillende visies op de relatie tussen toerisme en het behoud van lokale cultuur. Ik sluit mij aan bij de visie van Meethan, die stelt dat culturen geen gesloten eenheden zijn, waardoor de invloed van toerisme op de lokale cultuur onvermijdelijk is. Toerisme is echter niet de enige factor van invloed op cultuur en haar invloed is niet per definitie negatief. Dit komt overeen met Cohen’s visie, waarin toerisme als positieve factor kan worden ervaren voor het behouden van culturele tradities. Toerisme is voor veel culturen een belangrijke bron van inkomsten en zoals Cohen stelt kunnen bepaalde aspecten van een cultuur dankzij het toerisme overleven. Tevens sluit ik me aan bij Meethan’s argument dat mensen actief handelende wezens zijn. Uit de verschillende soorten toerisme en het ruim variërende aanbod van verschillende reizen, blijkt dat toeristen individuele keuzes maken op basis van individuele wensen
Presentatie van cultuur Om een cultuur te kunnen verkopen wordt haar complexiteit gereduceerd tot een herkenbare formule om consumptie ervan te vergemakkelijken. Specifieke kenmerken van een cultuur en haar bevolking worden gerepresenteerd als een serie symbolen die worden verkocht als normatieve beschrijvingen van een cultuur. (Meethan 2001: 126) Deze symbolen kunnen bijvoorbeeld bestaan uit beelden van cultureel erfgoed, tropisch landschap of de lokale bevolking in klederdracht. Door middel van deze tekens representeren fragmenten een geheel: They become symbolic structures, reifying culturally formed images as observed realities, rendering them ‘objects’. In this process the signifier and the signified collapse into one another, the physical subject itself becomes indivisible from its symbolic or metaphorical meaning, the symbol becomes reality...The stillness and disconnectedness of the photograph allows the viewer to gaze, his or her control unchallenged, on the objectified subject. (Edwards 1996: 200) MacCannell stelt dat toeristenattracties tekens zijn, omdat het eerste contact dat de bezoeker heeft met een bezienswaardigheid meestal de representatie ervan is. (MacCannell 1999: 110)
9
Representaties van bezienswaardigheden worden in het thuisland van de toerist al aangeboden en evenals MacCannell stelt Urry (1997) dat deze beelden de consumptie of gaze van toeristen grotendeels bepalen. Reisliteratuur, ontvangen ansichtkaarten, muziek, reclame, films, kranten, tijdschriften en televisie bieden beelden van andere landen en culturen en sturen de gaze. Deze beelden creëren verwachtingen van de toeristische ervaringen: Such practices provide the signs in terms of which the holiday experiences are understood, so that what is seen is interpreted in terms of these pre-given categories. (Urry 1997: 132) Toeristen gaan op zoek naar het eerder voorgestelde beeld of datgene wat tot een symbool van de cultuur is gemaakt om deze in het echt te ervaren. Ze blijven bij deze elementen stilstaan om ze vervolgens te objectificeren door middel van foto’s, ansichtkaarten, filmopnamen en souvenirs. Hierdoor wordt de gaze eindeloos gereproduceerd en vastgelegd. (ibid: 132-133) Moreover, the gaze is constructed through signs and tourism involves the collection of such signs. (ibid: 133) De aangeboden symbolen bepalen voorafgaand aan de toeristische ervaring wat belangrijk is om te zien en vast te leggen. Hierbij stelt Urry dat de ‘tourist gaze’ zich richt op kenmerken van een cultuur of plaats die verschillen van de dagelijkse ervaringen in het thuisland. (ibid: 132) Bij de promotie van culturen speelt tevens de commodificatie van idealen een belangrijke rol. (Meethan 2001: 98) Deze commodificatie begint bij de reisbrochures, die culturen aanbieden in positieve beelden en teksten. Hierbij benadrukken ze de culturele verschillen en verkopen ze het als unieke kenmerken van de bestemming: ‘Places are seeking to distinguish themselves from each other through generating narratives of an imagined past, presented as definitive, essential characteristics.’ (ibid: 99)
Beelden uit reisbrochures De toerisme-industrie heeft profijt van positieve beelden over de bestemmingen die zij aanbieden. Het is daarom noodzakelijk dat de toerisme-industrie een eigen waarheid creëert over de bestemmingen die zij verkopen. Deze waarheid bestaat naast de negatieve beelden gepresenteerd door bijvoorbeeld het nieuws. De positieve beeldvorming in reisbrochures is van grote invloed op de verwachtingen van de toerist. De beelden geven als het ware een voorproefje van de toeristische ervaring:
10
[Tourism] is a collection of projected images which establishes the boundaries of experience. The images define what is beautiful, that should be experienced and with whom one should interact. (Papson, 1981) Understanding the people of tourism is thus, above all else, an analysis of images. (Dann 1996: 79) Voor mijn onderzoek naar de commodificatie van cultuur in reisbrochures heb ik gebruik gemaakt van twintig reisbrochures die culturele reizen aanbieden naar verre bestemmingen. Deze brochures zijn afkomstig van veertien verschillende reisorganisaties. Het betreft 3 reisbrochures van Koning Aap Reizen (Afrika & Midden- Oosten, Azië en Latijns-Amerika), 3 van de Jong Intra Vakanties (Maleisië & Indonesië, Thailand en Zuid-Afrika), 2 van Travel Trend (Azië en Midden-Amerika), 2 van WRC-Reizen (Thailand en India) 2 van SNP (Verre groepsreizen en individuele verre reizen naar Afrika, Midden en Zuid-Amerika, MiddenOosten, Azië, Himalaya en Oceanië) 1 van Sawadee Reizen (Midden-Oosten & Noord-Afrika, Afrika, Centraal Azië, Zuid-Oost Azië & Nieuw-Zeeland en Latijns-Amerika), 1 van Shoestring (Azië, Afrika, Latijns-Amerika en Midden-Oosten), 1 van Summum Reizen (Afrika, Zuid-Amerika, Oceanië, en Arabië), 1 van Baobab Reizen ( Latijns-Amerika, Afrika, Midden-Oosten, Azië en Oceanië), 1 van Djoser (Afrika, Azië, Midden-Oosten, Oceanië en Latijns-Amerika), 1 van SRC Cultuurvakanties (Afrika, Azië, Oceanië, Midden- en ZuidAmerika en het Caribisch gebied), 1 van Oad Reizen (Afrika) en 1 van Neckermann (Afrika). Lokale bevolking De onderzochte reisbrochures voor culturele reizen beelden veelvuldig de lokale bevolking van de betreffende bestemmingen af. Deze presentatie komt het meeste voor in de vorm van portretfoto’s. (Zie bijlage, figuur 1 t/m 6) De portretfoto heeft als effect dat het de ander humaniseert. Het brengt de persoon op de foto dichterbij en maakt daarmee de persoon ‘echter’ en menselijker. Dit effect wordt versterkt wanneer de gefotografeerde als individu is gefotografeerd en het gezicht duidelijk in beeld is. Ook toont het portret de ‘sameness of man’, een boodschap van universele broederschap. (Lutz & Collins 1993:96-97) Portretfoto’s gebruikt in reisbrochures maken een lokale bewoner tot een stereotype van de bevolking en tot een symbool van de cultuur, dat verwisselbaar is met andere kenmerken van de betreffende cultuur. Op deze wijze worden lokale mensen onderdeel van het ‘product’.(Urry 1990:1) Foto’s met grotere groepen komen veel minder voor in de onderzochte reisbrochures. Deze foto’s zijn onpersoonlijker en scheppen een beeld van generalisatie en overzicht. De lokale 11
bewoners in groter aantal worden meestal gepresenteerd als onderdeel van een traditioneel straatbeeld of tijdens een cultureel feest of optreden. Tevens dragen ze vaak traditionele klederdracht. Deze foto’s creëren een beeld van eenheid en stereotypen van de betreffende bevolking. Bij veel bestemmingen worden kinderen en jonge vrouwen het meest geportretteerd. Zij verbeelden sterker het gevoel van vriendelijkheid en puurheid en staan dichterbij de natuur. Opvallend zijn de veel voorkomende beelden van vrouwen met een baby op hun rug. Deze beelden komen het meest voor bij de presentatie van Indiaanse bevolkingsgroepen. (Zie bijlage, figuur 7 t/m 9) Tevens zijn vrouwen bij de verbeelding van sommige bestemmingen populair omdat zij in tegenstelling tot de mannen opvallende traditionele klederdracht dragen in het dagelijkse leven. De reisbrochures beelden tevens vaak oudere mensen af. Hun ouderdom ‘bewijst’ hun culturele wijsheid en creëert een sterk gevoel van authenticiteit. Het afbeelden van mannen is populair bij bestemmingen waar mannen een bepaalde culturele klederdracht tonen zoals in India. Elke reisbrochure over India presenteert mannen met een tulband en krulsnor als ‘typisch’ Indiaas en maakt ze op deze wijze tot herkenbaar symbool van de Indiase cultuur. (Zie bijlage, figuur 10) Een ander voorbeeld zijn de Boeddhistische monniken in hun opvallende oranje kledij en kortgeschoren haar. (Zie bijlage, figuur 11 en 12) Omdat deze monniken in meerdere landen voorkomen vormen zij in de reisbrochures een populair symbool voor verschillende bestemmingen: Thailand, Nepal, Tibet, China en Sri Lanka. De populariteit van deze monniken als cultureel kenmerk blijkt tevens uit het gegeven dat veel reisbrochures herhaaldelijk foto’s van de monniken presenteren bij dezelfde bestemming. Het dragen van klederdracht maakt ‘de ander’ authentiek en exotisch en presenteert de lokale bevolking als een herkenbaar culturele bezienswaardigheid. Opvallend is ook dat de reisbrochures de lokale bewoners vaak afbeelden met een brede glimlach. De glimlach verwijst naar de positieve karaktereigenschappen van de bevolking en de verwelkoming van toeristen. Tevens projecteert de glimlach van de geportretteerde het idee van een gelukkig leven en idealiseert het ‘de ander’. (Lutz & Collins 1993: 96) Daarbij verwijzen portretfoto’s naar de echtheid en authenticiteit van ‘de ander’: The smiling, welcoming faces of ‘happy friendly locals’ … are pictures easily related to at a human level which can operate both collectively and individually; as Tagg has pointed out ‘the portrait is a sign whose purpose is both the description of an individual and the inscription of social identity’ (Tagg 1988:37). Thus the appeal lies at one level in both its own individuality and in that of the consumer, for Handler has 12
suggested (1986:2) that the individual has a central place in the understanding of reality and hence authenticity. (Edwards 1996: 214) Bij het bestuderen van de beelden uit de reisbrochures valt op dat de lokale bevolking nimmer als werkzaam in de toeristische sector wordt afgebeeld, met uitzondering van de rol als reisleider. Op deze wijze ontkennen de brochures de toeristische sector of presenteren ze het als zijnde zeer kleinschalig. De lokale bevolking wordt voornamelijk afgebeeld als werkzaam in de handarbeid en op de markten. Ze verkopen lokale etenswaren en handgemaakte producten. Bij verschillende bestemmingen dragen vrouwen manden of kruiken op hun hoofd. Tevens staan de lokale bewoners herhaaldelijk afgebeeld met werk-, last- of kapitaaldieren. Veelvoorkomende foto’s zijn van de lokale bevolking in het Midden-Oosten en Noord-Afrika met kamelen en Inca’s met berggeiten. (Zie bijlage, figuur 13 t/m 15) De afwezigheid van machinale massa productie creëert het beeld van een traditionele premoderne arbeidsmarkt. Toeristen zijn in deze context steeds afwezig, waardoor een ‘authentiek’ straatbeeld wordt overgebracht en de productie voor toerisme wordt ontkend. In Dann’s onderzoek naar de beeldvorming van toeristenbrochures in het artikel ‘The People of Tourist Brochures’ (1996) maakt hij gebruik van 11 verschillende zomervakantie brochures, afkomstig uit het Verenigd Koninkrijk. Hij onderzoekt 5172 foto’s, waarvan op 3915 foto’s mensen staan afgebeeld. Bij de beelden met mensen maakt hij onderscheid tussen toeristen, lokale bewoners en lokale bewoners samen met toeristen. Dann deelt de beelden van de lokale bevolking vervolgens op in de volgende subcategorieën: ‘lokale bewoners als decor’, ‘lokale bewoners als culturele kenmerken’, ‘lokale bevolking als bedienden’, ‘lokale bevolking als entertainers’, ‘lokale bewoners als verkopers’, ‘lokale bewoners als verleiders’, ‘lokale bewoners als bemiddelaars’, ‘lokale bewoners als vertrouwd’ en ‘lokale bewoners als toeristen’. De meeste foto’s van de lokale bevolking uit mijn onderzoek passen bij de door Dann gepresenteerde categorieën ‘lokale bewoners als decor’ en ‘lokale bewoners als culturele kenmerken’. De categorie ‘lokale bewoners als decor’ betreft de beelden waarin een lokale bewoner of bewoners (in klederdracht) worden toegevoegd aan foto’s van landschap of stadszicht, om het beeld ‘levendiger’ en ‘echter’ te maken. De geportretteerden vertegenwoordigen de rest van de bevolking en vervangen zelfs het oorspronkelijke uitzicht. (Dann 1996: 70) De lokale bevolking verandert hiermee in een toeristische bezienswaardigheid. Tevens stelt Dann dat reisbrochures de aanwezigheid van lokale bewoners toevoegen om de authenticiteit van het beeld te versterken. (ibid.) Het gebruik van de lokale bevolking als decor betekent volgens Dann dat de personen vaak niet worden erkend 13
als zijnde mensen, maar worden getoond als: ‘stage extras, artists’ models, objects which have replaced people, to be gazed at with impunity.’ (ibid.) Objecten en personen worden inwisselbare stereotypen. De categorie ‘lokale bevolking als culturele kenmerken’ maakt de bewoners tot symbool van de bestemming. De geportretteerden symboliseren het primitieve. Bijvoorbeeld met behulp van geverfde lichamen, traditionele dansen en andere uitvoeringen met betrekking tot geloof, traditie en ritueel verwijzen de bewoners naar hun cultuur. De categorieën gesteld door Dann met betrekking tot de lokale bevolking zijn gebaseerd op het beeldmateriaal van zijn onderzoek. Deze categorieën passen echter niet bij de resultaten uit mijn onderzoek. Beelden van bijvoorbeeld de lokale bevolking als bedienden of toeristen komen in mijn onderzoek niet voor. Uit zijn onderzoek concludeert Dann tevens dat beelden van de lokale bevolking zonder toeristen weinig voorkomen. In vergelijking met de categorieën ‘geen mensen’, ‘toeristen’, ‘toeristen en lokale bewoners’, komt de categorie ‘lokale bewoners’ het minst voor met een percentage van 6.7%. De categorie ‘toeristen’ heeft een opvallende meerderheid met een percentage van 60.1%. Ook deze resultaten komen niet overeen met de resultaten uit mijn onderzoek, waarin de beelden van de lokale bevolking de meerderheid vormen en foto’s van toeristen weinig voorkomen. De verschillen in resultaat kunnen worden verklaard door het verschil in onderzoeksdomein. In ‘The People of Tourist Brochures’ maakt Dann gebruik van een breed scala reisbrochures met verschillende toeristische doelgroepen. In mijn onderzoek richt ik mij enkel op reisbrochures voor cultureel toerisme. De verbeelding van de ander blijkt bij deze vorm van toerisme een grotere rol te spelen dan bij massatoerisme of verstrooiings- en vermaaktoerisme. Culturele uitingen: tradities en gebruiken De onderzochte reisbrochures verbeelden culturele gewoontes en gebruiken veelal in de vorm van lokale producten en klederdracht. De verbeelding van indianen in kleurrijke klederdracht komt in elke reisbrochure over Mexico, Guatemala, Bolivia en Peru terug. De Boliviaanse bolhoed, gedragen door Indiaanse vrouwen in Bolivia, presenteren de reisbrochures als typisch voor de Boliviaanse cultuur. Evenals de bolhoed in Bolivia verschijnt de rieten driehoekshoed telkens bij de verbeelding van de Vietnamese en Indonesische bevolking. De Himba-vrouwen vertegenwoordigen in elke reisbrochure het land Namibië. Deze vrouwen smeren zich in met oker en vet en worden vermarkt als unieke en exotische bezienswaardigheden van de bestemming. Ook de Afrikaanse Mursi vrouwen die een schotel 14
in hun onderlip dragen en andere Afrikaanse stammen met een opvallende klederdracht zijn populair in de reisbrochures. Andere voorbeelden zijn de Aboriginals met hun geverfde lichamen en de Noord-Thaise bevolkingsgroep die koperen nekringen dragen. Lokale klederdracht is een culturele uiting die duidelijk te verbeelden is en de gepresenteerde cultuur en haar bevolking duidelijk ‘anders’ en uniek maakt. (Zie bijlage, figuur 16 t/m 24) Lokale klederdracht staat tevens symbool voor een geheel vreemde levensstijl, lokaliteit of wereldbeeld en suggereert de stabiliteit en tijdloosheid van de geportretteerde cultuur. (Lutz & Collins 1993: 92-93) De herhaaldelijke presentatie van lokale klederdracht in reisbrochures bewijst dat dit een populaire bezienswaardigheid is voor cultureel toerisme. Evenals klederdracht presenteren reisbrochures lokale producten zoals voedsel en drank als typisch kenmerk van een cultuur. Populair zijn de beelden van markten, waar de lokale bewoners lokale producten aanbieden, zoals exotisch fruit, groente of gehele gerechten. Koffiebonen en cacao vertegenwoordigen Midden- en Zuid-Amerika, terwijl thee als cultureel kenmerk van Sri Lanka wordt gepresenteerd door de verbeelding van theeplantages. Bij Vietnam en Indonesië wordt rijst tot cultureel symbool gemaakt door afbeeldingen van rijstplantages. Het Midden-Oosten en Noord-Afrika presenteren beelden van kruiden en specerijen aangeboden op markten, terwijl bij Cuba sigaren en rum worden gepresenteerd als specifieke kenmerken van de bestemming. (Zie bijlage, figuur 24 t/m 28) De reisbrochures presenteren lokale producten als kenmerk van de bestemming, omdat ze daar worden gekweekt of geproduceerd en een belangrijk onderdeel van de betreffende cultuur vormen. Deze lokale producten gelden daarmee als ‘typische’ culturele kenmerken van de bestemmingen. Ditzelfde geldt voor gemanufacteerde lokale producten, zoals parasolletjes, gevlochten manden, potten van aardewerk en andere gebruiksvoorwerpen. Tevens verbeelden de brochures producten en activiteiten die het straatbeeld tekenen. Voorbeelden zijn de oude Amerikaanse sleeën in Cuba, straatmuzikanten in Latijns-Amerika en de Tango in Argentinië. (Zie bijlage, figuur 29 en 30) Het verbeelden van het dagelijkse leven en het straatbeeld creëren het idee dat je een kijkje neemt in het ‘echte leven’ van de lokale bevolking. Deze verbeeldingen verwijzen naar de echtheid en authenticiteit van de bestemmingen: ‘Pictures of the everyday suggest a level of intimacy of experience which appeals directly to the tourist’s desire for the authentic.’ (Edwards 1996: 209) Naast het afbeelden van lokale producten en het dagelijkse leven, besteden meerdere reisbrochures aandacht aan de verbeelding van lokale gebruiken, speciale gelegenheden en tradities zoals, dansfeesten, rituelen en carnaval. Tradities en rituelen zijn aantrekkelijk voor de culturele toerist, omdat zij de sleutel zijn tot het verleden en het begrijpen van een cultuur. 15
(Lutz & Collins 1993: 91) De reisbrochures verbeelden in veel kleur en spektakel de culturele tradities en presenteren ze als typisch kenmerk van de betreffende cultuur. Deze culturele tradities komen meestal niet voor in de cultuur van de toeristen en zijn daarom exotisch en interessant. Geschminkte gezichten en danskleding van de lokale bevolking zijn zeer populair om speciale culturele tradities te verbeelden, evenals de uitvoering van het feest of de dans door de lokalen. (Zie bijlage 31 t/m 36) Ook hier creëert de afwezigheid van toeristen een authentiek beeld van de traditie. Vaak hebben tradities, lokale gebruiken en culturele uitingen betrekking op religie. Veelvoorkomend zijn de beelden van Hindoestanen bij de Ganges-rivier in India. De reisbrochures vermarkten dit bedevaartsoord als plek, waar je de Hindoestaanse religie en Indiase cultuur kunt ervaren door je te wassen met het heilige water uit de rivier. Ook foto’s van Boeddhistische monniken, tempels, Boeddhabeelden en Boeddhistische gebedsmolens gepresenteerd bij verschillende Aziatische bestemmingen verwijzen naar de religie. Tevens vertegenwoordigen beelden van moskeeën herhaaldelijk het Midden-Oosten. Religie wordt op deze wijze gepresenteerd als cultureel kenmerk van de bestemming. (Zie bijlage 37 t/m 38) Bezienswaardigheden: erfgoed en architectuur De onderzochte reisbrochures voor culturele reizen schenken ongeacht reisorganisatie bij elke bestemming aandacht aan lokale bezienswaardigheden. Beelden van gebouwen en cultureel erfgoed brengen de boodschap van uniekheid. De bezienswaardigheid kan alleen dáár bezocht worden en wordt op deze wijze tot een symbool van de cultuur gemaakt. Meethan zegt over erfgoed: It not only defines that which is seen as the embodiment of authenticity, both material and imagined, but it also creates the conditions in which symbolic value, having been identified, isolated and made tangible, can become the next commodity for sale on the tourist market. (2001:106) Bij sommige bestemmingen speelt de verbeelding van erfgoed een belangrijkere rol dan bij andere. Het herhaaldelijk presenteren van bepaalde bezienswaardigheden maken deze de belangrijkste culturele kenmerken van de bestemming. Opvallend zijn de vele overeenkomsten tussen de verschillende reisorganisaties die dezelfde cultuur ‘verkopen’. Verschillende reisbrochures presenteren grotendeels dezelfde culturele kenmerken bij 16
bepaalde bestemmingen. Het beeld van het culturele erfgoed wordt hierdoor een zeer kenmerkend symbool van de bestemming. Het betreft voornamelijk foto’s van tempels, ruïnes en beelden. Voorbeelden zijn de steeds wederkerende foto’s van Maya-tempels en ruïnes in Mexico en Guatemala, de piramides in Egypte en Boeddhistische tempels en beelden in Thailand, Sri Lanka, China, Nepal en Tibet. (Zie bijlage, figuur 39 t/m 41) Bezienswaardigheden met een belangrijke rol in de geschiedenis van de cultuur zijn zeer populair in de reisbrochures. Deze bezienswaardigheden zijn tastbare schakels naar het verleden en verwijzen naar de authenticiteit van de betreffende cultuur. Bezienswaardigheden met een opvallend grote omvang worden ook vaak gepresenteerd in de reisbrochures. Hetzelfde grote Boeddhabeeld aanwezig in het grootste Boeddhistische tempelcomplex Borobudur gebruikt elke reisbrochure bij de presentatie van Java. (Zie bijlage, figuur 42) Het is daarmee een populair toeristisch symbool en specifiek kenmerk voor Java. Ditzelfde geldt voor het grote witmarmeren mausoleum de Taj Mahal, dat de reisbrochures presenteren als cultureel kenmerk van India. (Zie bijlage, figuur 43) Andere voorbeelden zijn de grootste piramide, de grootste vulkaan en de hoogste wolkenkrabber. Deze bezienswaardigheden worden vermarkt als uniek en ‘de moeite waard’, omdat ze nergens anders in deze grootte te vinden zijn. Deze uniekheid vermarkten de reisbrochures ook op andere punten, zoals het oudste regenwoud ter wereld, het oudste reisdoel ter wereld, het Zuidelijkste puntje van de bewoonde wereld en de diepste vallei van de wereld. De reisbrochures benadrukken tevens de uniekheid van bezienswaardigheden bij zeldzame creaties, zoals de Chinese muur, het Chinese terracotta leger en de uit vulkaansteen gehouwen Maosi-beelden op het Paaseiland. (Zie bijlage, figuur 44 t/m 45) Bij zowel het Borobodur als de Taj Mahal benadrukken meerdere reisbrochures dat deze bezienswaardigheden tot de zeven wereldwonderen behoren. Tevens maakt reisorganisatie Baobab bezienswaardigheden uniek door ze ‘het achtste wereld wonder’ te noemen. Dit geldt voor zowel de ‘verborgen’ Jordaanse stad Petra, als voor de historische plaats Aksum in Ethiopië. Bij enkele bestemmingen maken de reisbrochures moderne gebouwen tot symbool van de bestemming. Maleisië wordt een aantal keer vertegenwoordigd door de hoogste tweelingtoren ter wereld in de hoofdstad Kuala Lumpur. (Zie bijlage, figuur 46) Bij de presentatie van Australië plaatsen meerdere reisbrochures een afbeelding van hetzelfde moderne operagebouw in Sydney. (Zie bijlage, figuur 47) Slechts één keer vertegenwoordigt de skyline met hoge wolkenkrabbers van Shanghai de moderne kant van China. Op deze wijze schenken de brochures aandacht aan de moderniteit van de bestemmingen. Deze moderniteit wordt echter altijd gepresenteerd als één kant van de cultuur. De andere kant bewaart de 17
authentieke en traditionele cultuur. De reisorganisatie Baobab beschrijft Hong Kong als een ‘metropool van uitersten: van hypermoderne techniek tot oeroude Chinese cultuur’. Deze erkenning van moderniteit wordt echter niet verbeeld in de brochure. De beelden van de moderne aspecten van de bestemmingen zijn zeer schaars in de onderzochte reisbrochures. Landschap, natuur en exotische dieren in het wild Evenals bezienswaardigheden presenteren de reisbrochures de natuur als kenmerk van de bestemming. Landschappen als witte stranden, jungles, gebergten, vulkanen, watervallen en ander natuurpracht vermarkten het ‘verre’, ‘vreemde’ en ‘exotische’ uitzicht. Ook dieren in het wild, zoals olifanten, apen, tijgers, dolfijnen en exotische vogels vertegenwoordigen de toeristenbestemmingen. Populair zijn vooral de dieren die alleen in een bepaald gebied voorkomen en daarom als unieke bezienswaardigheden worden vermarkt. Voorbeelden zijn de koala, de kangoeroe, de panda en de Sumatraanse olifant. De brochures tonen dieren in hun natuurlijke omgeving en soms in contact met de lokale bevolking of met een toerist. Tevens staan wilde dieren vaak symbool voor de safari en verwijzen ze naar de toeristische ervaring. Zoals Urry (1990) stelt richt de toeristische consumptie zich op datgene wat verschilt van het dagelijkse leven in het thuisland van de toerist. De reisbrochures presenteren de natuurgebieden zowel in de aanwezigheid van één of een klein aantal toeristen, met één of meerdere lokale bewoners of in gehele afwezigheid van mensen. De beelden met toeristen benadrukken en vermarkten de toeristische ervaring met de natuur. De toerist wordt bijvoorbeeld afgebeeld op de rug van een olifant of kameel, op de top van een berg of in het tropisch regenwoud. (Zie bijlage, figuur 48 t/m 50) De beelden met lokale bewoners in de natuur benadrukken de authenticiteit van zowel de bevolking als de natuur. Ondanks de verbeelding van mensen in de natuur creëren deze foto’s een beeld van ongerept en onaangetast natuurschoon. Dit mede door de afwezigheid van enige vorm van verkooppunten en andere vormen van commercie en kapitalisme. Op deze wijze wordt een pure en unieke ervaring met de natuur gepresenteerd. Beelden van de natuur zonder de aanwezigheid van mensen verwijzen echter het meest naar een onverstoorde en ongerepte natuur. Elk van de onderzochte reisbrochures biedt de combinatie van natuur en cultuur bij iedere bestemming. Per bestemming verschilt echter of de nadruk meer op cultuur of natuur ligt. Beelden van de natuur hebben de overhand bij bestemmingen met een grote diversiteit aan exotische dieren en landschap. Vooral bij Costa Rica benadrukt elke reisbrochure de 18
natuur en krijgen de culturele kenmerken weinig of geen aandacht. Beelden van de jungle, exotische vogels en apen vertegenwoordigen de bestemming. De meeste reisbrochures presenteren witte stranden met een blauwe zee als kenmerk bij onder meer de landen Mexico, Belize, Brazilië, Thailand en Sri Lanka. Deze beelden vormen echter slechts een klein onderdeel van het gehele aanbod. De meeste aandacht gaat uit naar culturele kenmerken in de onderzochte reisbrochures. Bij andere landen is gebergte een belangrijk handelskenmerk, zoals de Andes in Peru en Bolivia, de Himalaya in India, Nepal en Tibet. Ook bij Argentinië en Venezuela worden het gebergte en de watervallen als typisch kenmerk van de bestemming gepresenteerd. Beelden van woestijngebieden, meestal in aanwezigheid van kamelen, komen in de reisbrochures telkens terug bij Noord-Arika, Egypte en de Gazastrook. Hiermee maken de brochures woestijn en kamelen tot herkenbare symbolen van deze bestemmingen. Ook vulkanen zijn een populair handelskenmerk en worden gepresenteerd als toeristische bezienswaardigheid. De reisbrochures vermarkten de vormen van landschap als exotisch, mystiek, avontuurlijk en paradijselijk. Beelden van verschillende soorten landschap en natuur worden vaak binnen dezelfde reisbestemming gepresenteerd om de aanwezige contrasten te benadrukken. Bijvoorbeeld door beelden van rustieke gebergten naast verlate paradijselijke stranden te plaatsten. Toeristische ervaringen: contact, avontuur en comfort Veel van de onderzochte reisbrochures voor culturele reizen bieden verschillende soorten reizen per bestemming aan. Groepsreizen presenteren andere toeristische ervaringen dan zelfstandige reizen. Zelfstandige reizen verbeelden de toeristische ervaring vaak door foto’s met de aanwezigheid van één of twee toeristen, meestal omgeven door natuur. Bij het afbeelden van één of twee toeristen wordt de puurheid en uniekheid van de ervaring meer benadrukt. De aanwezigheid van andere toeristen is bij deze reizen minder aantrekkelijk. Groepsreizen verbeelden de toeristische ervaring meestal in de vorm van een tour. De gepresenteerde tours zijn vaak actief en avontuurlijk, zoals het maken van een jungletocht, een kanotocht of het beklimmen van een vulkaan. De tours bestaan altijd uit kleine groepjes toeristen. In de reisbrochures komen deze toeristen nooit in contact met toeristen buiten hun tour. Op deze wijze verwijzen de reisbrochures ook hier naar de authenticiteit van de ervaring. Sommige reisorganisaties besteden meer aandacht aan de toerist in beeld dan andere, maar over het algemeen is het in de reisbrochures voor culturele reizen niet populair om toeristen af
19
te beelden. De beelden van reisorganisatie Djoser presenteren een wereld zonder toeristen. De afwezigheid van toeristen creëert een geheel authentiek en puur beeld van de bestemmingen. De gids van een groep is vaak een lokale bewoner en in veel reisbrochures is dit de enige verbeelding van contact tussen de toerist en de lokale bevolking. Uit de reisgids Baobab blijkt de vraag van toeristen naar authentieke ervaringen en contact met de (inheemse) lokale bevolking uit de keuze voor accommodatie tijdens de rondreis: ‘De accommodatie is zo gekozen dat je weinig andere toeristen tegenkomt, waardoor het gemakkelijk is om contact te leggen met de vriendelijke Basutho-bevolking.’ Ditzelfde geldt voor de reisorganisatie Sawadee, waarbij de toeristen tijdens bepaalde rondreizen bij de bevolking thuis overnachten. De reisorganisatie Summum richt zich ook op het contact tussen de toerist en de lokale bevolking; ‘De studenten in Hue willen graag een praatje maken en samen thee drinken.’ Deze contacten krijgen echter weinig of geen aandacht in beeld. In het artikel ‘The People of Tourist Brochures’ (1996) concludeert Dann dat het contact tussen toeristen en lokale bewoners nauwelijks aandacht krijgt, omdat beelden van toeristen samen met de lokale bevolking nauwelijks voorkomen in reisbrochures. Hieruit blijkt dat dit contact niet wordt aangemoedigd. Hoewel de beelden uit mijn onderzoek niet in hoge mate aandacht besteden aan dit contact, blijkt uit de teksten en de programmering van de reizen dat dit contact wel degelijk wordt aangemoedigd. Ook het ruim gepresenteerde beeldmateriaal van de lokale bevolking in vergelijking met de schaarse verbeelding van toeristen lijkt dit contact te stimuleren. Het onderzoek van Dann toont echter slechts een klein percentage beelden met de lokale bevolking. Wegens het verschil in onderzoeksdomein tussen beide onderzoeken, kan ik concluderen dat bij cultureel toerisme de vraag naar contact met lokale bewoners groter blijkt dan bij massatoerisme of vermaak- en verstrooiingstoerisme. Uit de resultaten van mijn onderzoek is gebleken dat de culturele toerist wil ervaren hoe de lokale bevolking leeft door bij hen thuis te overnachten of door te overnachten in bijvoorbeeld een authentiek klooster of een oud plantagehuis. Maar naast het ervaren van het ‘primitieve’ of ‘authentieke’ leven blijkt uit meerdere brochures dat de culturele toerist ook gehecht is aan haar comfort. Sommige reisbrochures besteden ruim de aandacht aan de aanwezigheid van comfort voor de toeristen. Ze bieden authentieke ervaringen aan in combinatie met comfortabele accommodatie. Dit blijkt uit de reisbrochures Oad Reizen, de Jong Intra Vakanties en Neckermann, die een aparte bijlage verschaffen met aanvullende informatie en foto’s van de aanwezige accommodatie. De reisorganisatie Summum besteed veel aandacht aan comfort tijdens de reis in teksten zoals ‘comfortabel op safari aan zee’ en ‘spectaculaire comfortabele rondreis’. Ook de groepsreizen aangeboden door reisorganisatie 20
SNP schenken aandacht aan het comfort: ‘fantastische lunches worden onderweg geserveerd’ en ‘comfortabele en bijzondere accommodatie’. Comfort is bij deze reisorganisaties een belangrijk onderdeel van de reis. Hieruit blijkt dat veel culturele toeristen wel de authenticiteit van de exotische en primitieve ander willen ervaren, maar tegelijkertijd het comfort van moderniteit vragen. Opvallend is dat de literatuur over cultureel toerisme en de zoektocht naar authenticiteit nauwelijks of geen aandacht besteedt aan deze behoefte aan comfort van de toeristen. Tevens valt uit het onderzoek op dat de reisbrochures een veilig beeld van de toeristenbestemming creëren met een vriendelijke lokale bevolking. Beelden presenteren de bestemmingen in afwezigheid van geweld, gevaar, criminaliteit en de politieke situatie. Enkel bij de reisbestemming Cuba verwijzen meerdere brochures naar de politieke situatie met beelden van de communistische verzetsstrijder Che Guevara. Op deze wijze wordt het communistische regime gecommodificeerd tot een product voor de toerisme-industrie. Vanwege de schaarse aanwezigheid van communistische landen en het spraakmakende verschil met de Westerse politiek kan het communisme worden verkocht als ‘anders’ en ‘vreemd’. Tevens presenteert de reisorganisatie Koning Aap Noord-Korea als unieke toeristenbestemming vanwege haar socialistische regime: ‘Het land is immers voor velen ontoegankelijk. Daadoor is het juist natuurlijk reuze fascinerend om er wel heen te kunnen gaan.’ De reisorganisatie vermarkt de geslotenheid van de bestemming. Een niet-toeristische bestemming is namelijk aantrekkelijk voor culturele toeristen. Ondanks de verwijzingen naar de politieke situatie in Cuba en Noord-Korea, negeren de brochures ook bij deze bestemmingen de aanwezigheid van geweld of gevaar.
Beschrijvingen uit reisbrochures Beschrijvingen of uitspraken over de bestemmingen in de reisbrochures spelen evenals de beelden in op het idee van een exotische en unieke wereld. Dit idee wordt verkocht met beschrijvingen als ‘tropisch paradijs’ en het veelvuldig gebruikt van bijvoeglijke naamwoorden, zoals cultuurrijk, mysterieus, kleurrijk, wonderbaarlijk en avontuurlijk. Het idee van een premoderne en authentieke wereld wordt bij verschillende bestemmingen vermarkt met beschrijvingen als ‘de weg naar het stenen tijdperk’, ‘terug in de tijd’, ‘reis door het verleden’, ‘dichtbij het traditionele leven’, ‘een eiland waar de tijd heeft stilgestaan’, ‘tocht door de oertijd’, ‘een tijdloze stam’, ‘ver weg van de Westerse wereld’ en ‘in de
21
Omovallei is de Westerse beschaving nauwelijks doorgedrongen’. Tevens spelen de teksten in op de wens van culturele toeristen om backstage te komen en het ‘echte leven’ van de inheemse bevolking te consumeren. Voorbeelden hiervan zijn teksten als ‘ontdek de geheimen van ...’, ‘in de geest van...’, ‘de schatten van...’ en ‘de stille kracht van ...’. Bij het beschrijven van de aanwezige natuur op de bestemmingen is het zeer populair om de ongereptheid te benadrukken met teksten als: ‘Overrompeld door de adembenemende natuur...schoonheid en ongereptheid’ . Beelden van witte stranden, watervallen, bergen, oerwoud en wilde dieren onderbouwen deze teksten. In veel gevallen verkoopt alleen het beeld de boodschap. Vergelijkbaar met de beelden zijn de beschrijvingen in de reisbrochures altijd positief en benadrukken ze bij de meeste bestemmingen herhaaldelijk de vriendelijkheid van de bevolking. Uitspraken als ‘In dit land van ‘mariachi’s’ en ‘vriendelijk glimlachende Mexicanen, die u al snel als een ‘amigo’ beschouwen zult u zich ongetwijfeld thuis voelen’, ‘Land van de eeuwige glimlach’. ‘een vriendelijke bevolking’, ‘de gastvrije bevolking’ en ‘welkom’ passen bij de beelden van breed glimlachende lokale bewoners. Meer dan in beelden is het in de reisbrochures zeer populair om in tekst de contrasten en verscheidenheid binnen de bestemmingen te benadrukken. Beschrijvingen als ‘Land van de zes continenten’, ‘land van contrasten’, ‘een continent in één land’, ‘vier jaargetijden in één dag’ en ’tropische contrasten’ maken de diversiteit van de toeristische ervaring een belangrijk handelskenmerk voor de verschillende bestemmingen. Verschillende reisorganisaties gebruiken deze beschrijvingen bij verscheidene bestemmingen. Ook verwijzen teksten specifiek naar de contrasten binnen de natuur met teksten zoals: ‘Door de jungle, over de bergen naar het strand’. Ditzelfde geldt voor contrasten binnen de cultuur: ‘verscheidenheid aan volkeren’ en ‘een mozaïek van volkeren’. De contrasten worden gecommodificeerd en gesymboliseerd tot kenmerk van de bestemming. De combinatie van cultuur en natuur is tevens een populaire formule die elke reisbrochure bij de meeste bestemmingen gebruikt. Ter voorbeeld de volgende beschrijvingen: ‘exotische cocktail van carnaval, samba, amazone en strand’ en ‘Wildlife, ongerepte natuur, authentieke volkeren, hagelwitte stranden’. De combinatie van het moderne en het traditionele wordt bij enkele bestemmingen ook als handelskenmerk gebruikt, in zowel beeld als geschrift. Deze contrasten worden in inleidende teksten beschreven en benadrukt door kopteksten als ‘Proef traditie, ervaar vooruitgang’. Het volgende voorbeeld is een inleidende tekst, waarin de combinatie van zowel modern en traditioneel als natuur en cultuur wordt aangeboden en de verscheidenheid daarbinnen:
22
Thailand is een land van contrasten. Het kenmerkt zich door sierlijke Boeddhistische tempels en moderne steden, afgelegen vakantieparadijsjes en bruisende badplaatsen, ongerepte witte stranden en ruige gebergten. Thailand is in veel opzichten zeer modern, maar tegelijkertijd opvallend traditioneel. Opmerkelijk is ook de landschappelijke variatie; rond het centrale laagland liggen grillige gebergten, die vooral in het noorden een enorme ongereptheid uitstralen. Ook cultureel is de verscheidenheid groot. Zo zijn daar het bruisende Bangkok met haar indrukwekkende en kleurrijke tempels en in het uiterste noorden de nog in primitieve omstandigheden levende bergstammen. Maar alle contrasten ten spijt heeft Thailand een heel eigen gezicht, gekenmerkt door de eeuwige glimlach van de Thai, die op zichzelf een vakantie in het land zeer de moeite waard maakt. (Travel Trend, 2006) Slechts enkele reisorganisaties besteden in kopteksten aandacht aan de toeristische ervaringen. Deze teksten staan vaak in combinatie met een bijpassend beeld, zoals een foto van Afrikanen met pijl en boog begeleid door de tekst ‘we ontmoeten de Hadzabe die nog met in gif gedoopte pijlen jagen’. De reisorganisatie Summum besteed in kopteksten veel aandacht aan comfort tijdens de rondreizen. De verhoudingen tussen beeld en geschrift kan per reisorganisatie verschillen. SRC, SNP en WRC-Reizen maken in verhouding tot de andere brochures weinig gebruik van beeldmateriaal en besteden veel aandacht aan het beschrijven van de (rond)reizen. Baobab, Djoser en Koning Aap maken veel gebruik van tekst, waarin ze nadere informatie geven over de culturele kenmerken van de bestemmingen. Travel trend, Shoestring en Sawadee maken in hun reisbrochures in verhouding tot de andere reisorganisaties het meeste gebruik van beeldmateriaal en gebruiken weinig uitbreidende informatie in geschrift. De teksten ondersteunen de boodschap die de beelden overbrengen. De teksten en de beelden in de reisbrochures dragen meestal dezelfde boodschap en vullen elkaar aan. In een enkel geval komen de beelden weinig of minder overeen met hetgeen beschreven in de brochures. Dit geldt voor de reisbrochures van reisorganisatie SNP, waarin de tekst vooral de culturele aspecten van de bestemming behandeld, terwijl de beelden meer gericht zijn op de natuur.
23
Conclusie Uit mijn onderzoek naar de commodificatie van cultuur in reisbrochures valt op dat authenticiteit een grote rol speelt bij cultureel toerisme. De reisbrochures verbeelden nauwelijks moderne gebouwen en presenteren een wereld zonder moderne massaproductie of massaconsumptie. Ook negeren ze vaak het aanwezige toerisme op de aangeboden bestemmingen. Toeristen vormen nooit een onderdeel van het straatbeeld en de lokale bevolking wordt nimmer afgebeeld als zijnde werkzaam in de toerisme-industrie, met een enkele uitzondering van de rol als reisleider. Beelden van traditioneel handarbeid en lokale markten zonder toeristen hebben de overhand. Het afbeelden van traditioneel arbeid creëert het idee van authenticiteit. Doordat de onderzochte reisbrochures beelden hiervan veelvuldig presenteren, blijkt dat ze voldoen aan de wensen van de culturele toerist. Hieruit kan ik concluderen dat de vervreemding van de authentieke sociale relaties en de traditionele materiële cultuur wellicht nog steeds aanleiding geeft tot een zoektocht naar authenticiteit. Uit de resultaten van mijn onderzoek blijkt tevens dat het idee van de verre ander als ‘vreemd, primitief, exotisch en cultuurrijk’ (Said 1991) hedendaags nog steeds aanwezig is in het gedachtesysteem. De toerisme-industrie speelt op dit idee in, maakt er gebruik van, reïficeert en versterkt het. Een veel voorkomende methode in de onderzochte reisbrochures, is het presenteren van de lokale bevolking van de toeristenbestemmingen in traditionele klederdracht en in een omgeving zonder moderne kenmerken. Hiermee wordt verwezen naar de authenticiteit van de primitieve ander. De reisbrochures vermarkten de lokale bewoners van toeristenbestemmingen als primitief, exotisch en authentiek. Zij vertegenwoordigen een premoderne, statische en traditionele cultuur, waar de culturele toerist op zoek naar is. Het romantische beeld van de ander als bewaarders van authenticiteit, gebruikt in de toerismeindustrie kan daarom worden gezien als een hedendaagse vorm van Oriëntalisme. De invloed van toerisme op de authenticiteit van de lokale cultuur en de lokale bevolking van toeristenbestemmingen is moeilijk te herleiden uit reisbrochures, omdat reisbrochures deel uitmaken van de oriënterende fase van de toerist. Wel blijkt uit de veelvuldige beelden van culturele optredens, tradities en andere uitingen van cultuur gepresenteerd in de reisbrochures, dat deze aantrekkelijk zijn voor cultureel toerisme. Of de authentieke waarde van een cultuur verloren gaat kan ik op basis van dit onderzoek niet beoordelen. Op grond van de besproken theorieën sluit ik mij aan bij de visie van Meethan, die stelt dat in een wereld van globalisatie culturen onvermijdelijk veranderen door invloeden
24
van buitenaf. Zoals Cohen stelt kan toerisme zelfs gunstig zijn voor het behouden van traditionele aspecten van een cultuur. Tevens is authenticiteit geen onveranderlijke categorie en kan authenticiteit op verschillende manieren worden ervaren. Bij het bestuderen van de reisbrochures voor culturele reizen valt op dat herhaaldelijk dezelfde soort afbeeldingen worden gebruikt. Bepaalde kenmerken van een cultuur typeren de bestemming en maken deze herkenbaar voor de toerist. Dit symboliseren van culturele kenmerken komt in de onderzochte brochures ongeacht reisbestemming en reisorganisatie voor op dezelfde elementen; de lokale bevolking als vreemde, exotische, authentieke en vriendelijke ander, culturele uitingen, lokale gebruiken en producten, lokaal erfgoed, de ongerepte natuur en exotische dieren in het wild. De reisbrochures vermarkten de kenmerken als unieke bezienswaardigheden, die alleen daar zijn te bezichtigen. Deze resultaten komen overeen met Urry’s stelling dat de toeristische consumptie zich richt op datgene wat verschilt met het dagelijkse leven in het thuisland van de toerist. De verschillen tussen de beelden gepresenteerd door variërende reisorganisaties zijn niet erg opvallend. Sommige reisorganisaties richten zich meer op het avontuur en de ervaring van de toerist, terwijl andere reisorganisaties de toerisme-industrie zoveel mogelijk ontkennen om een onaangetast authentiek beeld van de bestemming te creëren. De verschillen per bestemming zijn eveneens zeer klein. Dezelfde soort formules worden op elke bestemming toegepast, met inwisselbare symbolen van cultuur. Het enige verschil tussen de verschillende bestemmingen ligt bij de bepaalde specifieke kenmerken van de betreffende culturen die de reisbrochures aanbieden als symbool van de bestemming. De overeenkomsten tussen de beelden uit de onderzochte reisbrochures bevestigen dat ze culturen presenteren in een serie gecommodificeerde symbolen. Elke reisorganisatie presenteert de specifieke kenmerken van een bepaalde bestemming en past bij elke bestemming dezelfde formule toe. De beelden en beschrijvingen van de gepresenteerde culturen in de reisbrochures creëren het idee van een authentieke, traditionele en exotische wereld. Tegelijkertijd verbeelden de foto’s uit de reisbrochures het onontkoombare probleem van cultureel toerisme bij de zoektocht naar authenticiteit; om een puur authentiek beeld te creëren van een cultuur blijft de toerist afwezig in de verbeelding. Veel beelden uit de reisbrochures creëren op deze wijze het idee dat je als buitenstaander een kijkje in het leven van de lokale bevolking neemt. De toerist is in realiteit echter niet onzichtbaar en zodra de toerist in de foto stapt, verandert het plaatje, evenals de situatie. Nagebootste authenticiteit is in de reisbrochures onvermijdelijk om een authentieke situatie te creëren. De beelden worden als echt en natuurlijk gepresenteerd, maar het feit dat de lokale bevolking poseert voor een camera doet al 25
twijfelen aan de natuurlijkheid van de situatie op de foto. Het presenteren van nagemaakte authenticiteit speelt dus zowel tijdens de toeristische ervaring als bij het vermarkten van de reisbestemming een grote rol. In vergelijking met Dann’s onderzoek naar toeristenbrochures (1993) blijkt dat verschillende beelden verschillende soorten toerisme vermarkten. Uit mijn onderzoek blijkt dat binnen cultureel toerisme ook verschillende soorten doelgroepen bestaan. Zowel het beeldmateriaal als de teksten verwijzen naar verschillende toeristische wensen. Sommige reizen richten zich meer op de natuur of op avontuur, terwijl andere reizen zich meer op het contact met de lokale bevolking richten. Tevens verschillen de groepsreizen van zelfstandige reizen. Uit de teksten en beschrijvingen in de reisbrochures blijkt ook dat culturele toeristen tijdens hun reis waarde hechtten aan het comfort van thuis. Opvallend is dat dit comfort nauwelijks aandacht krijgt in de beelden. De foto’s presenteren het romantische beeld van de primitieve en exotische ander in een authentieke en cultuurrijke wereld. Deze beelden worden vaak begeleid door overeenkomstige kopteksten. Daarnaast besteden de reisbrochures in de teksten en beschrijvingen van de reis ruime aandacht aan het comfort van de toerist. In de beelden ziet de toerist de authenticiteit die hij tijdens zijn reis wil waarnemen. In de teksten leest de toerist dat hij van alle gemakken is voorzien tijdens zijn ervaringen met een meer authentieke en primitieve cultuur. De beelden voeden de emotie, terwijl de teksten de ratio informeren en wellicht geruststellen. Deze behoefte aan comfort van de culturele toerist krijgt echter geen aandacht in de besproken theorieën over cultureel toerisme. De dichotomie in reisbrochures tussen comfort en primitiviteit is vergelijkbaar met de dichotomie tussen modern en traditioneel. Zoals Meethan stelt is de dichotomie tussen traditioneel als authentiek en modern als niet-authentiek een veel gebruikte aanname in de toerisme-industrie. Deze stelling komt overeen met de resultaten van mijn onderzoek, waarin de reisbrochures met beelden van traditionele vormen van arbeid, traditioneel klederdracht en andere tradities het idee van authenticiteit vermarkten. De onderzochte reisbrochures voor culturele reizen presenteren slechts een enkele keer moderne kenmerken van de bestemming in beeld. Wanneer ze moderniteit verbeelden, presenteren ze deze altijd als contrast van traditie. Het aangeboden comfort tijdens de reis verwijst naar de moderniteit, terwijl de aangeboden ervaringen met een ‘primitieve’ cultuur of stam naar de authenticiteit verwijzen. Uit de resultaten van mijn onderzoek kan ik concluderen dat de reisbrochures voor culturele reizen culturen vermarkten als authentiek, terwijl ze tegelijkertijd de toeristen van modern comfort verzekeren op hun reisbestemming.
26
Bijlage
27
1. (de Jong Intra, 2006)
4.
2.
(Travel Trend, 2006) 3.
(Travel Trend, 2006) 5. (WRC-Reizen, 2006) 6.
7. (Oad Reizen, 2006) 8.
10. (Summum, 2006) 11.
(Travel Trend, 2006)
(Travel Trend, 2006) 28
9.
12.
(Koning Aap, 2006)
(Shoestring, 2006)
(Koning Aap, 2006)
(Djoser, 2006)
13.
16.
19.
23.
(Baobab, 2006)
(Travel Trend, 2006)
(Baobab, 2006)
20.
17.
14.
(Sawadee, 2006)
(Travel Trend, 2006) 18.
(Sawadee, 2006)
(Djoser, 2006) 24.
21.
(Djoser, 2006)
(Shoestring, 2006)
29
25.
15. (Shoestring, 2006)
(Koning Aap, 2006)
22.(Travel Trend, 2006)
(Summum, 2006)
26.
29.
32.
(Travel Trend, 2006)
27.
(Baobab, 2006)
28.
(Travel Trend, 2006)
30. (Shoestring, 2006)
31.
(WRC-Reizen, 2006)
35. (Neckermann, 2006) 36.
33.
(Travel trend, 2006)
(Sawadee, 2006)
30
34.
(Shoestring, 2006)
(Sawadee, 2006)
(Summum, 2006)
37.(Koning Aap, 2006) 38.(Koning Aap, 2006)
39.
(Baobab, 2006)
40.
42.
(Travel Trend, 2006)
43.
45.
48.
(Djoser, 2006)
(Oad Reizen, 2006)
49.
(SRC, 2006) 41.
(WRC-Reizen, 2006) 44.
46.
(Summum, 2006)
31
(Djoser, 2006)
47.
(WRC-Reizen, 2006)
(Koning Aap, 2006)
(SRC, 2006)
50.
(SNP, 2006)
Literatuurlijst
Cohen, Erik 1988 Authenticity and Commoditization in Tourism. In: Annals of Tourism Research 15 (3): 371-86 Berghe van den, Pierre L. 1994 The Quest for the Other. Ethnic Tourism in San Cristóbal, Mexico. Seattle & Londen: University of Washington Press Dann, Graham 1996 The People of Tourist Brochures. In: The Tourist Image: Myths and Myth making in Tourism. Ed. John Selwyn. John Wiley & Sons Ltd. Chicester: Wiley Desmond, Jane C. 1999 Staging Tourism. Bodies on display from Waikiki to Sea World. Chicago & Londen: University of Chicago Press Edwards, Elizabeth 1996 Postcards – Greetings from Another World In: The Tourist Image: Myths and Myth making in Tourism. Ed. John Selwyn. John Wiley & Sons Ltd. Chichester: Wiley Gomes, Patricia D. 2003 Over ‘natuurgenooten’ en ‘onwillige honden’: beeldvorming als instrument voor uitbuiting en onderdrukking in Suriname 1842-1862. Amsterdam: Aksant Greenwood, David J. 1989 [1977] Culture by the Pound. In: Hosts and guests. The Anthropology of Tourism. Ed. Valene L. Smith. Philadelphia: University of Pennsylvania Press Lutz, C.A. & Collins, J.L. 1993 Reading National Geographic. Chicago: University of Chicago Press
32
MacCannell, Dean 1999 [1976] The Tourist.A new Theory of the Leisure Class. Londen: University of California Press, Ltd. Meethan, Kevin 2001 Tourism in Global Society. Place, Culture, Consumption. Hampshire & New York: Palgrave Publishers Ltd. Mowforth, Martin and Munt, Ian 1998 Tourism and Sustainability. New Tourism in the Third World. Londen & New York: Routledge Said, Edward W. 1978 Orientalism. Londen & Henley: Routledge & Kegan Paul Ltd. Selwyn, Tom 1996 The Tourist Image: Myths and Myth making in Tourism. Ed. John Selwyn. John Wiley & Sons Ltd. Chichester: Wiley Urry, John - 1990 The Tourist Gaze. Leisure and Travel in Contemporary Societies. Londen: Sage - 1997 [1995] Consuming Places. Londen: Routledge
33