LC COURANT PAGINA 1
Elektronische leeromgeving biedt grote voordelen
Sport: spel, plezier, onderwijs, regelen en trainen
Girlsday over techniek voor meiden van Zonegge
Jaargang 15 juni 2010
4
LC COURANT Nr
‘De verhalen van toen zijn vaak ook de verhalen van nu.’ Robbert Roodsant was als leerling te braaf. Pagina 5 ‘Mooi dat zo’n druk stel ook ineens heel ernstig kan zijn.’ Marleen van Rijn is blij met haar mentorklas. Pagina 4 ’Uiteindelijk vond ik de politiek dynamischer dan het onderwijs.’ Bob Roelofs is nu griffier bij de provincie. Pagina 2
COLOFON LC Courant is een uitgave van het Liemers College. Redactie Anja Jansen, Wilbert Landman, Corinne Muizelaar en Babette van Weelden. Productie De Reus’ Communicatie & Publiciteit. Fotografie Voermans van Bree en anderen. Drukwerk Advadi Drukkerij. Oplage 3600 exemplaren. Reacties? Vragen? Suggesties? Neem contact op met de redactie. Dat kan via
[email protected].
Postbus 412 6900 AK Zevenaar Telefoon: 0316 - 58 38 00 www.liemerscollege.nl
Locatie Didam Dijksestraat 12 6942 GC Didam Locatie Heerenmäten Heerenmäten 6 6904 GZ Zevenaar Locatie Vestersbos Vestersbos 4 6901 BV Zevenaar Locatie Zonegge Zonegge 07-09 6903 EP Zevenaar
Elektronische leeromgeving biedt grote voordelen ICT wordt steeds belangrijker in het onderwijs. Dat geldt zeker ook voor het Liemers College. Op elke vier leerlingen is er een computer, leerlingen werken met lesmateriaal dat klaarstaat op de server of internet, in veel lokalen hangt een digitaal schoolbord, de studiewijzer is steeds vaker digitaal, we communiceren via de computer en sommige docenten nemen digitaal toetsen af. Naast deze digitale hulpmiddelen werkt het Liemers College met een elektronische leeromgeving, die TeleTOP heet. Een elektronische leeromgeving [ELO] wordt in het onderwijs - van basisonderwijs tot en met hoger onderwijs - gebruikt als een middel om het onderwijs te organiseren en te structureren. De ELO zelf levert geen inhoud [content] aan het onderwijs. Dat doen uitgevers, onderwijsontwikkelaars, docenten en andere bronnen. De docent zet die inhoud in de ELO. Het is dus een digitale omgeving [vaak webbased], die leerlingen en docenten in staat stelt tot directe communicatie en interactie.
Een belangrijk voordeel van TeleTOP is dat iedereen onafhankelijk van plaats of tijd kan beschikken over lesmateriaal. Leerlingen kunnen dus zowel op school als thuis zelfstandig aan de slag. Docenten en leerlingen zelf kunnen de activiteiten volgen en resultaten van de leerling vastleggen en zichtbaar maken. Dan gaat het niet alleen om cijfers voor toetsen, maar ook om de inbreng van een leerling in een groepsactiviteit. De ELO legt vast wanneer een leerling op welk onderdeel was ingelogd en wat zijn of haar bijdragen waren aan forumdiscussies of chatsessies. Dit moet in de toekomst leiden tot een portfolio met onder andere resultaten, leerdoelstellingen en reflecties op het eigen leerproces. De ELO is voor de school ook handig, omdat de administratieve organisatie wordt vergemakkelijkt. Een rapport is snel gemaakt als alle resultaten zijn gedigitaliseerd. Daarnaast kunnen jaaragenda’s, roosters en roosterwijzigingen, en PTA’s [programma’s van toetsing en afsluiting] in de ELO worden opgenomen. Last but not least blijkt uit landelijk onderzoek dat veel leerlingen liever op een computer werken dan met boeken en losse papieren. Ze vinden het prettig dat ze alle benodigde spullen meteen bij de hand hebben. Alle genoemde voordelen waren niet vanaf dag één zichtbaar. Het Liemers College koos in 2007 voor TeleTOP als educatieplatform. In 2008 is een actieplan gemaakt, waarin staat wat we met TeleTOP gaan doen en hoe we de ELO optimaal kunnen gebruiken. Voor de docenten is een ‘driefasenontwikkelingsmodel’ opgezet. Met dit model kunnen docenten zich individueel en samen met collega’s professionaliseren in het gebruik van TeleTOP. Veel is geïnvesteerd - en zal nog geïnvesteerd moeten worden - in het vullen van de ELO. TeleTOP is ook voor ouders van belang, want ouders kunnen thuis op de computer alles zien wat er in de ELO staat en wat er toegankelijk is voor hun kind: de studiewijzer, opdrachten, [digitale] toetsen, vakplanners van alle vakken, werkstukken etc. Door TeleTOP kan dus doelgerichter gewerkt worden. De docent heeft meer mogelijkheden, want naast boeken kan hij ook beschikken over eigen lesmateriaal of materiaal dat collega’s van binnen of buiten de school hebben ontwikkeld. De administratieve rompslomp wordt verminderd. De leerling heeft altijd inzicht in wat hij of zij moet doen. Het leren wordt minder tijd- en plaatsgebonden en biedt meer keuze- en differentiatiemogelijkheden. En ouders hebben een beter inzicht in het leerproces van hun kind.
WAAR ZIJN ZE GEBLEVEN?
BOB ROELOFS, LERAAR GESCHIEDENIS [1986-2002]
‘Drukke mensen hebben meer tijd’ Een oud-docent van het Liemers College die veel mensen wel kennen, is Bob Roelofs. Hij is in de eerste plaats griffier van de provincie Gelderland, maar daarnaast is hij presentator van het televisieprogramma Zakencircuit op Kanaal 13, maker van de jaarlijkse nieuwsquiz van de Gelderlander en schrijver. Zijn eerste boek gaat over de geschiedenis van het Huis der Provincie. Samen met Jan de Vries schreef hij Canon van Arnhem. Het motto van Bob Roelofs: drukke mensen hebben meer tijd. Voor de LC Courant blikt hij terug op zijn tijd als geschiedenisleraar op het Liemers College, dat hij nog steeds een warm hart toedraagt [de deuren van het provinciehuis staan altijd open voor leerlingen en medewerkers].
LC COURANT PAGINA 2
“In 1986 kwam ik voor vier maanden als invaller voor het eerst op het Liemers College. Het jaar daarop was er een vacature op het Liemers College en werd ik gevraagd te solliciteren. Eerst als geschiedenisdocent en later werden de uren uitgebreid met lessen
maatschappijleer. Ik heb in alle leerjaren met veel plezier gewerkt. Uiteindelijk ben ik voornamelijk in de bovenbouw van havo en vwo terechtgekomen. Naast lesgeven was ik met veel plezier mentor, ook in alle leerjaren. Het leuke daaraan is
Actiedag voor onderwijs in Bosnië groot succes Onder het motto One for One hield het Liemers College in Didam op woensdag 21 april samen met woonzorgcentrum Meulenvelden een actiedag voor de stichting 4WD Supporting Bosnia. De opbrengst was maar liefst 11.700 euro. Op het grote binnenplein van Meulenvelden stonden kraampjes voor activiteiten, zoals oud-Hollandse spelen, snuffelen bij tweedehands boeken, puzzelen met babyfoto’s van docenten, schminken en zelf armbanden maken. Rondom het gebouw waren luchtkussenattracties opgebouwd waar kinderen zich konden uitleven. Ook de autowasstraat liep goed. Onder begeleiding van [live-]muziek liepen de bezoekers van de actiemarkt op hun gemak rond. De leerlingen lieten zich niet onbetuigd door geld uit te geven bij de activiteiten van hun medeleerlingen. Verder was er een fietstocht van 21 kilometer. Bijna alle leerlingen werden gesponsord door familie, buren, vrienden en bekenden. Op een speciale kaart vulden de sponsoren in hoeveel geld ze ervoor over hadden als de leerling de fietsroute zou uitrijden. De leerling die het meeste geld ophaalde, kon een iPod winnen. Deze ging naar Bryan Buit [D1B], die ruim 200 euro ophaalde. Het doel van de actiedag was zoveel mogelijk jongeren in Bosnië onderwijs te bieden. Door de oorlog leven veel Bosniërs nog altijd in armoede. Ze hebben geen geld om hun kinderen naar school te laten gaan, terwijl een kind al voor 50 euro een jaar naar school kan. Het opgehaalde geld wordt rechtstreeks naar Bosnië gebracht door stichting 4WD Supporting Bosnia. Alle sponsoren en bezoekers worden bedankt voor hun gulle bijdragen.
dat je leerlingen kunt volgen en zien worden wie ze zijn. Ook de laatbloeiers komen dan tot hun recht. In elke klas heb ik het als een uitdaging gezien om de schoonheid van het vak duidelijk te maken: van leerjaar 1 - ‘wat heb je nou aan geschiedenis?’ - tot leerjaar 6 - de voorbereiding op het examen. De klassen zijn mij niet zo zeer bijgebleven, maar veel meer de leerlingen. Ik heb ze altijd ervaren als zeer aanspreekbaar. Gelukkig had ik nooit ordeproblemen. Dat maakt het lesgeven heel prettig. Ik heb nog wel contacten met oud-leerlingen. Zo kwam ik een oudleerling tegen als docent van mijn eigen dochter. Een meisje dat als droom had een
café te beginnen, is nu eigenares van café ‘Absoluut’ op de Korenmarkt in Arnhem. Een jongen die al vroeg geïnteresseerd was in ICT heeft nu een eigen ICT-bedrijf. Ik adviseerde Gerrie Elfrink in V5 de politiek in te gaan. Nu is hij wethouder in Arnhem. En niet te vergeten de oud-leerlinge die nu les geeft op het Liemers College. Het is misschien leuk om het verhaal van Björn te vertellen. Voordat internet bestond, werden roosterwijzigingen voor alle locaties op één plaats uitgewerkt en dan gefaxt naar de andere locaties. Björn kreeg het voor elkaar om de fax met de wijzigingen voor de volgende dag na te maken en op de locatie Juvenaat op te hangen. Natuurlijk had zijn klas het eerste uur vrij. Daar stond dus een docent in een lokaal zonder leerlingen. De wijze waarop de school reageerde, vond ik erg positief. Hij is aangesproken, maar het werd ook gewaardeerd. Uiteindelijk had hij de zwakte van het systeem duidelijk gemaakt. Maar het moest natuurlijk wel bij die ene keer blijven. In mijn tijd op het Liemers College heb ik ook nog een poging gewaagd op het toneel. De school is altijd erg met toneel bezig geweest, maar dat was toch niet echt iets voor mij. Ik vond het erg leuk, maar ontdekte dat ik niet kan toneelspelen. Ik heb in totaal zeventien jaar op het Liemers College gewerkt. Ik vond het lesgeven fantastisch en mis de contacten met leerlingen. Maar mijn interesse werd breder. Ik zat al enkele jaren in de gemeenteraad van Arnhem en ik leefde daardoor een beetje in twee werelden. Uiteindelijk vond ik de politiek dynamischer dan het onderwijs. De schooljaren begonnen op elkaar te lijken. Ik had het eigenlijk wel gezien. Ik vond de politiek spannender. In 2003 kwam de functie van griffier bij de provincie vrij. Ik heb gesolliciteerd en tot mijn verbazing werd ik uitgenodigd voor een gesprek. Als je wordt uitgenodigd, dan maak je een kans. Het werd een fulltimebaan. Ik moest uit de gemeenteraad en stoppen met lesgeven. Als griffier ondersteun je de Statenleden en ben je de rechterhand van de Commissaris van de Koningin.”
Zonder woordenboek weten wat ‘xenofoob’ of ‘antropocentrisch’ is DOOR STIJN TER HEERDT [HV6B]
Stijn ter Heerdt heeft de gymnasiumopleiding op het Liemers College gevolgd. Vorige maand deed hij eindexamen in onder andere Grieks en Latijn. Voor de LC Courant blikt hij terug op de lessen in de klassieke talen. Hij heeft er geen spijt van. In de brugklas kwam ik erachter dat ik erg goed in talen was. Dus was de keuze om in het tweede jaar Latijn erbij te doen gauw gemaakt. Al snel bleek het een goede keuze: ik vond het een leuk vak en was er aardig goed in, wat natuurlijk mooi meegenomen is. In de derde nam ik Grieks erbij. Ik vond beide vakken leuk, omdat er veel geschiedenis bij komt kijken en je een heleboel feiten te weten komt. Zo leer je bijvoorbeeld hoe de Olympische Spelen ontstaan zijn en lees je de oorspronkelijke teksten over de Trojaanse oorlog [met natuurlijk het paard van Troje]. Door de leuke lessen en de enthousiaste leraren besloot ik om examen te doen in beide vakken. Daarop werd ik door iedereen voor gek verklaard, want zeg nou zelf: waarom zou je examen doen in twee talen die, behalve door een paar paters, nergens meer worden gesproken? Bovendien krijg je met één klassieke taal ook al je gymnasiumdiploma. Toch heb ik er geen spijt van. Je hebt wel degelijk wat aan Latijn en Grieks. In voor ons bekende talen [Nederlands, Duits, Frans en Engels] komen woorden en grammaticaonderdelen voor uit deze twee talen. Waar anderen het woordenboek moeten pakken bij woorden als xenofoob en antropocentrisch, begrijpen wij, leerlingen met Grieks, deze woorden meteen. Je leert niet alleen de taal, ook de Romeinse en Griekse cultuur komen uitgebreid aan bod. In de 21ste eeuw is kennis van deze culturen handig: toen we het over Romeinse retorica [welsprekendheid] hadden, bekeken we een rede van George Bush. We ontdekten dat zijn praatje precies zo was ingedeeld als de Romeinen al meer dan tweeduizend jaar geleden deden. De lessen waren leuk en gevarieerd. Om het stoffige imago van de oude talen weg te nemen, wordt veel gebruik gemaakt van het internet. Omdat er maar weinig mensen in één klas zitten [bij onze jaarlaag Grieks maar drie], word je echt betrokken bij de les en moet je actief meedenken. Dit heeft natuurlijk ook een nadeel, want als je de te bespreken tekst niet vertaald
hebt, val je al snel door de mand. Dan kun je niet meepraten over de tekst. Er zit één klein nadeel aan de klassieke talen. Vooral in de bovenbouw is het veel werk om alle Latijnse en Griekse teksten te leren. Bij de schoolexamens en het centraal examen krijg je een tekst voorgeschoteld, die je eerder in de les hebt vertaald. Je moet dan zonder woordenboek allerlei vragen over de inhoud beantwoorden. Het leren van al die teksten kost veel tijd. Daarom was ik erg blij dat er twee weken tussen het centraal examen Latijn en Grieks zaten. Het leukste van het gymnasium is dat er veel extra activiteiten zijn. Zo ga je in de derde klas naar een museum en in de vierde naar Trier, waar veel Romeinse opgravingen zijn [helaas werd dit uitstapje pas voor de eerste keer georganiseerd toen ik al in de vijfde zat]. Ook zijn we naar een moderne versie van het klassieke toneelstuk Oedipus geweest. Het hoogtepunt van het gymnasium was voor iedereen de Romereis. Een week lang met je klasgenoten alle beroemde gebouwen zien [zoals het Colosseum en het Forum Romanum], waarover je vier jaar lang gelezen en gehoord hebt, heerlijke pizza’s en ijsjes eten en over sfeervolle Romeinse pleintjes lopen. Mijn conclusie: ik ben blij dat in de gymnasiumopleiding op het Liemers College heb gevolgd.
RECENSIE Tijdens de projectdagen in mei namen de derdeklassers deel aan Cross Your Borders [CYB]. Dit is een driedaags onderwijsproject over mondiale onrechtvaardigheid. Doel van het project is jongeren op een aansprekende manier bewust maken van armoede en onrecht in de wereld en ze enthousiast te maken om hiertegen in actie te komen. Het project wordt jaarlijks op zestig tot tachtig middelbare scholen in heel Nederland gehouden. Het wordt uitgevoerd door enthousiaste studenten, die dit doen als vrijwilligerswerk naast hun studie of als stage voor hun opleiding. Sjaquelina Geutjes en Wilrieke Kremer uit HH3B doen verslag.
Op de laatste dag moesten we het filmpje presenteren aan de klas. Er kon niet gekozen worden voor een PowerPoint. Hierdoor moesten we op een andere creatieve manier aan de gang. Een landenspecialist stelde ons vragen naar aanleiding van de presentatie. Hiervoor kregen we een cijfer en er werden bioscoopbonnen uitgereikt voor de beste presentatie van alle derdeklassers. Het was best een leuk project. We hebben veel dingen geleerd over Kenia, bijvoorbeeld
dat arme mensen in Kenia autobanden recyclen en daar schoenen van maken. Handig, want die schoenen slijten niet. Het maken van het filmpje was echt hilarisch. Een van ons werd met schmink en kleding omgetoverd in een straatkind uit Kenia. In het parkje filmden we alle scènes. De mobieltjes werkten niet altijd even goed. Dat was irritant. Soms moesten we een paar keer opnieuw opnemen voordat de scène er helemaal op stond. De eerste dag was de saaiste dag van
het project. Er werd vooral veel uitgelegd en besproken en, zoals de meeste docenten van HH3B al weten, gaat dat niet altijd goed. Het saaiste moment was dan ook toen we die boekjes moesten lezen. We moesten veel lezen en onthouden in een te korte tijd. Dus onze tip voor de volgende keer is: minder lezen en luisteren om het interessant te houden voor de leerlingen. Verder was het oké.
Eindoordeel
‘We stonden wel een beetje voor gek in het parkje...’ DOOR SJAQUELINA GEUTJES EN WILRIEKE KREMER [HH3B]
Op de eerste projectdag was er een klassikale inleiding en werd je geconfronteerd met de problemen in de wereld. Daarna kreeg je met je groepje een land toegewezen waarover je informatie moest zoeken. Ons groepje kreeg Kenia. De overige landen waren Angola, Afghanistan, Peru en Burkina Faso. De informatie die we vonden, presenteerden we vervolgens aan elkaar. Omdat er veel problemen zijn die voor armoede kunnen zorgen en deze per land verschillen, moesten we kiezen wat volgens ons het belangrijkste probleem is in Kenia. Voor de presentatie op de derde dag besloten we een filmpje te maken. Dag twee: workshops en het afmaken van de presentatie. Elk groepje kon kiezen uit Capoeira, Henna, Salsadansen of Muziek maken met afval [percussie]. De workshops vonden wij het leukst. We hadden gekozen voor Capoeira, omdat we niet wilden dansen, muziek maken met afval ons vies leek en Henna helaas al vol was. Achteraf was het een goede keuze, ook al stonden we een beetje voor gek in het parkje. Gelukkig was de vrijwilliger die ons Capoeira leerde een aardige jongen.
DOOR KAREN OOSTERINK [THEATERDOCENT]
Haal de scholen naar de schouwburg en laat ze van elkaar genieten. Dat is het idee achter het driedaagse jongerentheaterfestival Podiumlust, dat op 14, 15 en 16 april - na maandenlange voorbereidingen - voor de tweede keer werd gehouden in Het Musiater in Zevenaar. Podiumlust was ook dit jaar een groot succes. Het festival is in het leven geroepen om de schooltoneelproducties van de locatie Heerenmäten aan een groter publiek te laten zien. Aan de voorstellingen is een dagprogramma toegevoegd met workshops en theateractiviteiten, zodat ook gewerkt wordt aan het speelniveau van de leerlingen. Het programma was verder gevuld met theaterdocenten en gastsprekers uit het hele land.
Door het succes van vorig jaar stroomden de aanmeldingen binnen en moest er zelfs gewerkt worden met een wachtlijst. Het klinkt misschien gek, maar daar zijn we trots op. Naast het Liemers College zelf deden dit jaar mee: de Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen, Scholengemeenschap Het Rhedens uit Dieren en het Christelijk College Schaersvoorde uit Aalten. Het zijn stuk voor stuk scholen die veel aandacht besteden aan toneel en theater en die dus ook een productie kunnen leveren. Het was heel boeiend om elkaars spel en vormgeving te bekijken. De regisseurs konden repertoire uitwisselen. Behalve de deelnemers van de scholen waren er ook 25 ‘losse’ leerlingen, die zich individueel hadden aangemeld. Onder hen waren veel leerlingen van de andere locaties van het Liemers College. Het was best bijzonder om van 2vmbo tot en met 6-vwo met hetzelfde bezig te zijn. De onderbouwleerlingen konden ook alvast kennismaken met de toneelgroep en theaterklas van Heerenmäten. De sfeer was weer heel goed en misschien wel het best samengevat door een leerling die zei: “Van 9.00 tot 23.00 uur bezig zijn met toneel, wat een droom. Dit festival zorgt ervoor dat ik er honderd procent zeker van ben dat ik van toneel en/of theater mijn beroep ga maken. Dank jullie wel.” Kijk op www.podiumlust.nl voor foto’s, het gastenboek en het programma.
LC COURANT PAGINA 3
Podiumlust: trots op een wachtlijst
Drummen met afval.
Zonegge heeft ‘Spijt’ Er zijn veel dingen waarvan je spijt kunt hebben. De leerlingen maakten er een musical over, die ze op 14 en 15 juni opvoerden. De toepasselijke titel was Spijt. De zaal genoot met volle teugen. Er zijn veel dingen waar je spijt van kunt hebben. Als je een slecht cijfer haalt, heb je vaak spijt dat je niet beter geleerd hebt. Je kunt spijt hebben dat je dat ene leuke meisje nooit verkering hebt gevraagd. De docenten Dirk-Jan Gunneman, Martina Geurds, Marius de Boer en Gerwin Putman hebben Spijt, de musical. De musical is een toneelversie van het bekende boek van Carry Slee. De tekst is aangepast door Wijnand Oosterhof. “Door sommige stukjes tekst te vervangen door een passend liedje hebben we van een mooi toneelstuk een leuke musical gemaakt”, aldus Dirk-Jan Gunneman. In maart zijn de audities begonnen. Omdat de musical al in juni zou worden opgevoerd, begonnen de repetities snel. Soms was het oefenen lastig, zeker als er de volgende dag proefwerken op het programma stonden of als het mooi weer was. Toch was de opkomst meestal goed en kreeg het stuk steeds meer vorm. Vida Dansstudio verzorgde de dans in het stuk. Veertien enthousiaste leerlingen oefenden buiten schooltijd in de dansschool. De muziek was uiteraard een belangrijk bestanddeel. Solo’s werden afgewisseld met gezamenlijke zang, begeleid door piano, gitaar en drums. Nieuwsgierig naar meer foto’s? Kijk op www.liemerscollege.nl.
TOPKLASSE!
‘Mooi dat zo’n druk stel ook ineens heel ernstig kan zijn’ De topklasse is deze keer klas HH4A van mentor Marleen van Rijn. Ze vertelt openhartig over haar klas en hoe de leerlingen lief en leed met elkaar en met hun mentor delen. De boodschap die Marleen aan haar klas meegeeft, valt gezien de reacties op de stelling vast en zeker in goede aarde.
LC COURANT PAGINA 4
Kun je iets vertellen over de klas? “De klas is heel gezellig en druk. Maar ze zijn wel goed te corrigeren. Als je duidelijk je grenzen aangeeft, dan accepteren ze dat. Ze hebben dat nodig. De meeste dames zijn erg op hun uiterlijk, zitten bijna de hele dag te tutten met hun haren. De lipgloss is soms niet aan te slepen. De jongens daarentegen doen zich soms nog wat kinderlijk voor. Maar naar elkaar toe is iedereen heel sociaal. Ze denken aan elkaar.” Welke eigenschappen moet een goede mentor bezitten? “Ik denk dat betrokkenheid het allerbelangrijkst is. Daar zit alles in. Even een praatje met ze maken als de leerlingen het lokaal binnenkomen en belangrijke dingen van ze onthouden. Als iemand ziek geweest is of als iemand een bezoek heeft gebracht aan een specialist, dan even navragen hoe het gaat. Ook hoort bij betrokkenheid: er altijd voor ze zijn. De deur staat dus altijd open. Op school, maar ook na school. Ze kunnen altijd bellen of mailen. Hoe erg het ook is, of juist als het helemaal niet erg is, en heel stom lijkt om te bellen; een mentor moet daarvoor open staan. Natuurlijk lukt dat niet altijd, maar het is wel mijn streven. Zo probeer ik als mentor te zijn.”
Wat is het leukste dat je met deze klas hebt meegemaakt? “Tja, leuke momenten zijn er genoeg. Dat wordt nog moeilijk kiezen. Ik kan wel het mooiste vertellen wat er is gebeurd. Dat was het gesprek dat Roos Freriks hield over haar overleden broer. Roos is vorig jaar vanuit het vwo in deze havoklas gekomen. Het was voor haar dus grotendeels een nieuwe klas en haar medeleerlingen kenden haar levensverhaal niet. Ze wilde eerst dat ik als mentor er in de klas iets over zou vertellen, maar na een kort gesprekje hebben we besloten dat ik alleen een inleiding zou houden, zodat zij het zelf verder kon afmaken. Tijdens een mentoruur hebben we toen alle leerlingen bij elkaar laten komen. Ik heb verteld dat de klas serieus moest zijn en goed moest luisteren en dus niet moest ouwehoeren. Ook heb ik een stuk voorgelezen uit een interview dat Roos aan een tijdschrift heeft gegeven. Daarna heeft Roos heel kalm en nuchter zelf verder verteld. De klas zat met open mond te luisteren. Ze waren onder de indruk. Ik vond het zelf erg spannend of het wel goed zou gaan, maar de wisselwerking tussen Roos en de klas was goed. Het was heel fijn voor haar. Het was mooi om te zien dat zo’n druk stel ook ineens heel ernstig kan zijn.” Heb je nog een boodschap, iets dat je wilt meegeven aan de klas? “Geniet van het leven. Dat klinkt misschien heel cliché, maar dat is toch het belangrijkst. En dat ze zo lang mogelijk moeten studeren. Werken kan altijd nog. Maak er iets van, zou ik zeggen, maar dat doen ze al.”
Van links naar rechts: Jolien Peters, Lisette Degens, Lisa Pruijn, Kirsten Degens, Joey Mulder [de lange jongen die er een beetje achter staat], Bram de Ridder, Diede Balduk, Marrit Boogaars, Roos Freriks, Leonie Engelberts, Anouk van Kraaij, Joan Janssen, Daphne van der Pol, Wietske Berendsen, Marleen van Rijn [docente], Monique Elfrink, Lisa Smits, Fenna Heijnen, Joey ter Bogt, Frederiek Stadler, Esmée Visser, Linde Kaandorp, Kyra Melgers, Floor Hoksbergen, Steven Reijmer, Bart Bosch, Dirk Sloot, Danitsia Beijkirch, Stef van Welie, Dennis Scheers, Mark Wilde en Niels Bergervoet. Sam Kinkelaar en Lisette Degens waren tijdens het interview afwezig. Sam Kinkelaar ontbreekt ook op de foto.
Klas HH4A over vijftien jaar Altijd leuk om te weten is hoe leerlingen denken [hopen] dat hun leven er over vijftien jaar uitziet. Ook klas HH4A heeft deze vraag beantwoord. Reizen blijkt populair en dan vooral naar Amerika. Bram de Ridder: “Over vijftien jaar woon ik een aardig huis met mijn mooie, lieve vrouw en kinderen. Ik zit op een kantoor reclame te verzinnen en verdien daar aardig mee. Ik heb veel van de wereld gezien. Verder ben ik een trouw voetbalsupporter en inwoner van Doetinchem.” Steven Reijmer: “Ik woon in Nederland en heb een baan die iets met sport te maken heeft. Ik heb een groot huis met een tuin, een vrouw en misschien kinderen. Ook maak ik verre reizen, bijvoorbeeld naar Amerika.” Bart Bosch: “Ik woon in een penthouse in New York, ben eigenaar van een goedlopend bedrijf en heb een gelukkig gezin.” Frederiek Stadler: “Ik heb een goed betaalde baan in het buitenland en ik heb ook nog de loterij gewonnen. Daardoor kan ik drie strandhuizen en een personal trainer betalen.” Esmée Visser: “Ik heb veel van de wereld gezien en ik heb een managementfunctie in de mode.” Fenna Heijnen: “Ik woon in een mooie villa met zwembad in Spanje.” Joan Janssen: “Over vijftien jaar woon ik in een leuk vrijstaand huisje met veel weiland, samen met mijn vriend. Ik heb één kind, wil er misschien meer en werk drie dagen in de week. Op mijn werk doe ik iets met kinderen.” Dirk Sloot: “Ik heb een baan als econoom en een gezin met kinderen. Ik wil graag meer zien van Amerika.” Joey Mulder: “Dan ben ik onderwijzer en woon ik met mijn gezin in een rijtjeshuis. Ik ga vaak op bezoek bij familie in Dubai. Als ik genoeg geld heb, koop ik daar een vakantiehuis.” Roos Freriks: “Over vijftien jaar woon ik hopelijk in een mooi groot huis en werk ik als kinderpsychologe. Misschien ben ik getrouwd en heb ik kinderen. Ik reis veel en ben gelukkig.” Jolien Peters: “Ik vind reizen heel leuk en wil naar zo veel mogelijk landen.” Lisa Pruijn: “Ik hoop dat ik dan kleuterjuf ben. Ook lijkt het me leuk om af en toe een reis te maken naar bijvoorbeeld Amerika.” Kirsten Degens: “Ik ben tolk in de Spaanse taal en ik reis veel over de wereld.” Monique Elfrink: “Ik heb een eigen ranch in Australië of een penthouse in New York. Ik heb een leuke man en een goede, succesvolle carrière.”
Dit is de laatste LC Courant van het schooljaar 2009-2010. De zomervakantie staat dus voor de deur, maar duurt die vakantie niet erg lang? Zeven weken! Daar kunnen best een paar weken vanaf. Toch? Bram de Ridder: “Absoluut mee oneens. Dan is het eigenlijk net zo’n meivakantie of zo. Het moet echt een vakantie zijn om naar uit te kijken.” Monique Elfrink: “Echt niet! We hebben al veel te veel schooluren, dan houd je helemaal geen leven meer over.” Kirsten Degens: “Nee, echt niet. Het is fijn om even niet aan school te denken en vier of vijf weken vakantie is daar te kort voor.” Joey ter Bogt: “Die vakantie mag van mij best korter, dan leer je meer.” Jolien Peters: “Nee, vind ik niet. Ik vind nou al dat de vakantie te snel is afgelopen, dus ik wil hem echt niet korter. Je moet goed uitgerust zijn om daarna weer aan een nieuw jaar te beginnen. Joey Mulder: “No way! Want je verveelt je nooit en daar werk je een heel jaar voor.” Lisa Smits: “Ik zou geen kortere zomervakantie willen, want dan wordt de vakantie veel te kort. Die zeven weken hebben we echt wel nodig.” Dirk Sloot: “Alleen als we die weken ergens anders in het jaar weer terugkrijgen.” Stef van Welie: “Ik vind dat de leerlingen dat zelf democratisch mogen beslissen, omdat het ónze vakantie is.” Danitsia Beijkirch: “Ze zouden het wel kunnen inkorten, maar dan moeten we die weken wel op een ander moment in het jaar terugkrijgen.” Wietske Berendsen: “Nee, we moeten al zo lang werken. Er moet ook tijd zijn om uit te rusten, te feesten en op vakantie te gaan. Zeven weken is al te kort.” Bart Bosch: “Helemaal voor! Dan hebben we minder werkdruk.” Steven Reijmer: “Ja mag best, als er vier weken bij de kerstvakantie bijkomen.”
NOW WE’RE TALKING!
Wie is Robbert Roodsant? Leraar klassieken, vader van drie zoons, bergwandelaar, perfectionist, vogelliefhebber, ex-dominee, cultuurminnaar.
De klas over de klas Wat mentor Marleen van Rijn vindt van HH4A weten we al, maar wat vindt de klas zelf van de klas. De mening van Monique, Lisa, Daphne, Mark, Danitsia, Wietske, Linde, Bram en Dennis. Monique Elfrink: “Gezellig, lekker veel praten, leuke mensen waarmee je kunt lachen, geen ruzies.” Lisa Pruijn: “Het is een leuke en gezellige klas, maar soms iets té.” Daphne van der Pol: “Het is wel een leuke klas. Sommige mensen zijn leuker dan andere.” Mark Wilde: “Iedereen is aardig tegen elkaar en er wordt veel gelachen.” Danitsia Beijkirch: “Druk, maar wel gezellig. We hebben in de lessen en erbuiten veel lol. Als het nodig is, kunnen we ook serieus zijn en dingen aan elkaar vertellen.” Wietske Berendsen: “Het is een grote klas en we kunnen heel veel lawaai maken, maar het is wel gezellig. We hebben het heel leuk met iedereen.” Linde Kaandorp: “Elke dag, elk uur is gezellig.” Bram de Ridder: “De klas is niet te serieus en er zijn nooit problemen.” Dennis Scheers: “Er is elke les wel iets om slap van te liggen.”
Uit wat voor milieu kom jij? Uit een behoorlijk serieus, traditioneel christelijk gezin. Mijn vader is predikant en de laatste vijftien jaar steeds ‘rechtser’ [of ‘zwaarder’ zoals kerkmensen zeggen] geworden. Ik ben ‘links’ de [protestantse] kerk uitgewandeld. Mijn vader denkt rechtlijnig; dat geeft hem veel houvast. Hij is ook zorgzaam voor zijn kinderen, maar dan vrij rationeel. Mijn moeder is vooral een lieve, zorgzame moeder. Ze is standvastig en soms ook koppig. Lijk je op je moeder? Of op je vader? Uiterlijk sterk op mijn vader. Innerlijk heeft mijn moeder een genetisch stempel op mij gezet. Wat doe je op het Liemers College? Ik ben toevallig hier op school terechtgekomen. Ik had besloten als predikant te stoppen. Dezelfde avond hoorde ik dat het Liemers College een docent klassieke talen zocht. Eén telefoontje en twee gesprekken later was ik ‘docent’. Op proef, maar van die stap heb ik geen minuut spijt gehad. Sterker nog: ik voel me er honderd procent happy bij. Naast het lesgeven ben ik steeds meer gaan organiseren: projecten, museum- en theaterbezoek, de Romereis... Hoe lang al en hoe lang nog? Niet ál, maar pás negen jaar. Zo voelt het. Ik heb geen idee hoelang ik dit blijf doen. Ik leef niet met langetermijnplanningen. Uit ervaring weet ik dat je leven echt van de ene op de andere dag totaal kan veranderen. Ik leef vandaag. Een gezond carpe diem, zeg maar. Wat móeten ze zeggen op jouw afscheidsreceptie? Ik vind het niet zo belangrijk wát er gezegd wordt. Ik zou het geweldig vinden als de mensen er zouden zijn met wie ik heb gewerkt: collega’s en vooral ook leerlingen. Ik hoop natuurlijk dat ik een steen verlegd heb in de rivier. Wat doe je in je vrije tijd? Tijd aan mijn drie zoons besteden. Eén woont er bij mij, de andere twee bij hun moeder. Daarnaast bundel ik mijn vrije tijd in vakanties. Liefst naar de bergen, zo hoog mogelijk. Op de tweede plek: de culturele hotspots van de wereld. Rome is geweldig, Florence is super, maar even lief zijn me Granada, Toledo en Cordoba. Ook wil ik graag terug naar Zuid-Amerika, waar ik ooit voor studie [Chili] en adoptie [Colombia] was. Verliefd, verloofd, getrouwd? Het eerste en laatste wel, maar lang geleden. Het middelste heb ik altijd onzin gevonden [kind van de jaren zeventig]. Ik heb geen vaste relatie, wel een mooie vriendschap. Wat heb jij met de oudheid; allemaal oude stenen toch? Stenen zijn verhalen. Op het Forum Romanum zie je niets als je er geen verhalen bij hoort. De verhalen van toen zijn vaak ook de verhalen van nu; over liefde en bedrog, over recht en machtswellust, over zin en onzin van het leven.
Waarom zouden veel meer leerlingen Latijn en Grieks moeten krijgen? Wij hebben al veel leerlingen die dit doen [150 op ons gymnasium]. Dus niet per se meer, maar wel zo veel mogelijk. We proberen alle leerlingen die mogelijk een gymnasiumdiploma kúnnen halen, te bereiken. Vanuit het idee: haal uit de kinderen wat erin zit. Daarachter ligt de overtuiging dat het verrijkend is, een uitdaging en vaak ook leuk. Jouw definitie van de perfecte leerling? Eigenzinnig, aanspreekbaar, leergierig, verder durven denken dan de gegeven kaders. Een leerling is een lerend mens. Dat is iets anders dan braaf doen wat de meester zegt. Ik wil graag jongeren helpen met nadenken, met wijzer worden [niet slimmer, want dat zijn ze al], met inzicht verruimen. In hoeverre was jij die perfecte leerling? Niet, volgens mijn omschrijving hierboven. Ik was te braaf. Ik geloof niet dat ik het ooit een docent lastig gemaakt heb. Ik durfde niet echt verder te denken, me vrij te ontwikkelen. Iets wat ik zo veel leerlingen nu wel zie doen. Wie is jouw idool? Een onmogelijke vraag voor mij. Ik wist het vroeger op school al niet. Ik heb wel enorme bewondering voor mensen die iets heel goed kunnen. Een geweldig doelpunt , een pianovirtuoos, een optreden van Queen of de stem van Bocelli kunnen mij wel idolaat maken. Vertel eens over je ergste blunder? Mijn gehoor is aan één kant slecht. Soms komt daar een oorontsteking bovenop en dan hoor ik echt weinig. Ooit raakte ik in zo’n periode in gesprek met een leerlinge. Ze vertelde dat ze een moeilijke tijd doormaakte en ook nog dat ze zwanger was. Geschokt ging ik naar de coördinator. Deze was totaal verbaasd. We hebben het meisje goed in de gaten gehouden. Problemen bleek ze wel te hebben, maar zwanger was ze niet. Ik ben heel blij dat we er niet over zijn gaan praten. Welke dagdroom zou je het liefst laten uitkomen? Wonen en werken in een land met een warmer klimaat. Als ik met de Palermo-uitwisseling in oktober heerlijk in een T-shirtje op Sicilië rondloop en we gaan na schooltijd nog zwemmen bij Mondello, dan voel ik wel een beetje jaloezie. Dus dat wordt wachten op de global warming of emigreren. Met wie op school zou je wel eens willen ruilen? Ik stel me die vraag alleen in omgekeerde zin: met wie wil ik niet ruilen? Dat zijn er heel veel. Ik heb gewoon het leukste baantje van de school. Wie hoef jij nooit meer te zien? Ik weet wel een paar namen, maar ik voel niet de behoefte om die te noemen. Wees gerust: al wie dit leest, is het niet. Tenslotte: vertel één geheim dat niemand weet? Vroeger deed ik heel veel aan vogels kijken. Ik nam ook zieke vogels mee naar huis, die dan van mijn ouders in de douche mochten bivakkeren [ze wisten dat ze meestal binnen drie dagen dood waren]. Nog interessanter vond ik schedels. Beide interesses combineerde ik: de dode vogels begroef ik totdat ik de stralend witte schedel kon ‘oogsten’.
LC COURANT PAGINA 5
De stelling
Fenna met Nederlandse vlag in miljoenen huiskamers Misschien heeft u Fenna Heijnen op 14 juni op de televisie gezien. Ze komt uit Didam en droeg op het WK voetbal voor de wedstrijd van Oranje tegen Denemarken de Nederlandse vlag. Dankzij haar inzet voor de Mission Olympic Challenge was Fenna in nog miljoenen andere huiskamers over de hele wereld te zien.
Girlsday over techniek voor meiden van Zonegge DOOR ROEL VAN LEEUWEN [DOCENT NATUUR-SCHEIKUNDE]
Het Liemers College is dit schooljaar voor het eerst deelnemer aan het universumprogramma. Het doel van dit programma is havo- en vwo-leerlingen stimuleren om te kiezen voor een exact profiel.
LC COURANT PAGINA 6
Daarnaast wil het universumprogramma de doorstroming naar technische opleidingen op hogescholen en universiteiten verbeteren. Ook het aantal meisjes dat kiest voor techniek moet omhoog. In het kader van het universumprogramma worden diverse activiteiten georganiseerd. Op de locatie Zonegge hebben leerlingen meegedaan aan een girlsday. Meer dan tachtig meisje uit de eerste klas gingen op bezoek bij de Hogeschool
HELPERS WEG!
van Arnhem en Nijmegen [HAN] in Arnhem. Ze konden kiezen uit verschillende workshops. Een aantal girls heeft hard gewerkt aan het maken van hun eigen solar cooker. Dat is een apparaat, waarmee je op zonneenergie kunt koken. Bij Scratch your world bleken sommige leerlingen echte computerkunstenaars. Ze maakten met het programma scratch fantastische animaties en filmpjes. Andere workshops waren Het ei van Columbus en Maak een milieuvriendelijke gadget. Het was een superleuke dag, die hopelijk heeft bijgedragen aan het veranderen van het saaie en suffe imago van de bètavakken.
Tessa Hermsen en Robin Berendsen [Z2M] hebben zelf een verslag gemaakt. “Wij hebben meegedaan aan een project van school. We gingen speeddaten met vrouwen met een technische opleiding, omdat veel jonge meisjes een verkeerd beeld hebben van een technische opleiding. Eerst kregen we een PowerPoint-presentatie. We ontdekten via een quiz dat meisjes net zo goed zijn in techniek, biologie, natuurkunde, scheikunde en wiskunde als jongens. Er waren zes vrouwen die allemaal een andere technische opleiding deden. Iedereen mocht vijftien minuten met een van deze vrouwen speeddaten. Ze legden uit welke opleiding ze hebben gedaan en welke beroepsmogelijkheden ze hebben. Wij vonden dit project leuk en leerzaam. De vrouwen lieten zien dat je met een technische opleiding heel veel kunt bereiken. Bijna alle beroepen kun je daarmee kiezen. Door dit project hebben wij een hele andere kijk op deze opleiding gekregen. Wij vinden dat ieder meisje goed moet nadenken over deze opleidingen en de mogelijkheden.”
Helpers weg! is de rubriek in de LC Courant, waarin twee leerlingen met elkaar discussiëren over een heikel onderwerp. Deze keer is dat een onderwerp van alle tijden: moeten er wel of niet meer lessen lichamelijke opvoeding [LO] worden gegeven? Het woord is aan Casper Lenting en Danny Dijkstra.
Er moeten meer lessen lichamelijke opvoeding worden gegeven Tegen
Voor
DANNY DIJKSTRA [DH3A]
CASPER LENTING [DH3A]
“Ik ben tegen meer uren LO. Ik vind dat iemand zelf de verantwoordelijkheid heeft om te gaan sporten wanneer hij/zij het leuk vindt of zin heeft om te sporten. Als het verplicht wordt om te sporten, vinden veel leerlingen het automatisch ook minder leuk en is er minder motivatie. Je kunt beter een aantal optionele uren achter de hand houden, zodat de leerlingen zelf kunnen bepalen of zij op dat uur wel of niet willen komen. Uiteraard moet je de bestaande twee uur wel houden, want er moet wel wat gesport worden. En als je meer uren lichamelijke opvoeding invoert, krijg je automatisch meer uren school, waardoor de motivatie nog minder wordt. Een idee is misschien dat je een aantal uren weghaalt, bijvoorbeeld minder b- of z-uren en een uur minder wiskunde. Daar krijg je dan een aantal uren lichamelijke opvoeding voor terug. Leerlingen die vinden dat ze te weinig sporten, omdat ze bijvoorbeeld te dik zijn, kunnen zelf in hun vrije tijd bepalen wanneer zij gaan sporten en wat ze gaan doen. Als de lesuren veertig minuten duren in plaats van vijftig, kun je wel drie uur in plaats van twee uur lichamelijke opvoeding krijgen, maar er moeten niet te veel uren bij komen.”
“Ik ben voor meer uren lichamelijke opvoeding. Ik vind de lessen meestal leuk en het gaat altijd veel te snel voorbij. Je hebt namelijk tijd nodig om je om te kleden. Dat is al gauw vijftien minuten, dus dan heb je nog maar vijfendertig minuten over om te sporten. Als er nu één uur lichamelijke opvoeding bijkomt, kun je een blokuur gym maken. In een blokuur kun je veel meer doen. Je hebt dan honderd minuten min vijftien minuten omkleden is vijfentachtig minuten sporten. Stel, je hebt op een andere dag nog een uur, dan sport je zo’n honderdtwintig minuten per week. Dan krijg je ruim voldoende beweging. Er kan een uur van een ander vak af, of leerlingen kunnen zelf kiezen of ze een extra uur LO willen. Als we meer gymuren krijgen, blijven we beter in conditie. Heel veel kinderen doen buiten school niet aan sport. Dus die zijn afhankelijk van lichamelijke opvoeding op school en dat zijn nu te weinig uren. Ik weet nog een optie: stel dat alle lesuren veertig minuten duren in plaats van vijftig. Als je dan drie uur gym achter elkaar hebt, kom je ook aan honderdtwintig minuten [min vijftien minuten omkleden]. Dan hoeft er bij een ander vak geen uur af, als alle andere vakken ook veertig minuten duren.”
Fenna won samen met vijf anderen de finale van de Mission Olympic Challenge. Ze had zich ingeschreven via de gymsectie. Vijftig jongeren werden vervolgens uitgenodigd voor de eerste voorronde op Papendal. Die doorstond ze prima. De tweede en derde ronde gingen moeizamer, maar ze kwam toch in de finale. In de finale moest Fenna vanuit een studio in Amsterdam zo snel mogelijk naar het Olympisch Stadion reizen, aan de andere kant van de stad. Taxi’s, GPS of andere hulpmiddelen waren niet toegestaan. Fenna legde de route af in iets meer dan een uur en had de op één na snelste tijd. Dat leverde haar het felbegeerde ticket naar Zuid-Afrika op.
Toekomstmarkt In het begin van het komende schooljaar wordt op de locatie Heerenmäten een Toekomstmarkt Bèta gehouden voor de huidige leerlingen van havo-3 en vwo-3. De leerlingen en ouders worden geïnformeerd over opleidingen en banen in de zogenaamde N-profielen. Deze informatieavond valt samen met de algemene informatieavond voor nieuwe vierdeklassers.
‘Ik kende mijn leerlingen niet terug’
COLUMN
Zes weken Frankrijk
Docent wiskunde Huub Bours ging op 16 april kijken naar het Concert van je leven op het podium van de Reijermanzaal op de locatie Heerenmäten. Hij kende zijn leerlingen niet terug. Ik kwam binnen en zag een volle zaal met veel leerlingen, familie van leerlingen, docenten en een podium vol instrumenten. Natuurlijk ging ik helemaal vooraan zitten, want ik wilde graag zien hoe de leerlingen zouden performen. Ik had eerlijk gezegd geen idee. Ik zie als wiskundedocent de leerlingen netjes werken op hun stoel, achter een tafel en ploeteren op wiskundeopgaven. Nou, ik kan zeggen dat mijn mond gedurende de avond steeds verder open viel. Wat een muzikaal talent hebben de leerlingen. Wat mij het meest verbaasde, is het verschil tussen optreden tijdens een wiskundeles en het optreden dat ik die avond heb gezien. Enerzijds netjes opgaven maken en luisteren naar de uitleg, anderzijds het lef om voor een volle zaal te spelen en op professionele wijze te zingen en instrumenten te bespelen. Ik kende mijn leerlingen niet terug. Wat een jongens en meiden! Het enthousiasme en de gedrevenheid, waarmee leerlingen zongen en instrumenten bespeelden, was echt een belevenis. Toen Leon Vliegen vertelde dat dit optreden als schoolexamencijfer meetelt - wat ik niet wist - dacht ik: dit worden dikke tienen, want die hebben ze allemaal verdiend. Voor het volgende optreden raad ik iedereen aan om te komen, want het Concert van je leven is een van de hoogtepunten bij ons op school.
“Ik voel mij al volledig geaccepteerd” Op het Liemers College kom je regelmatig studenten van lerarenopleidingen tegen. Ze lopen stage, zodat ze onder deskundige begeleiding de fijne kneepjes van het leraarvak leren. In de vorige LC Courant vertelden de Duitse stagiaires Björn Janssen en Jens Heuser over hun ervaringen. Deze keer komt Janneke Jegen aan het woord. “De stagecoördinator omschreef de school als ‘open’, ‘sociaal’ maar ook als een ‘koud buffet’. Die metafoor zal ik niet snel vergeten. Hiermee duidde hij op de vele mogelijkheden die het Liemers College je biedt als docent om buiten je vakgebied te werken, zoals bijdragen aan het voorbereiden van een studiereis. Ikzelf houd me graag met verschillende dingen tegelijk bezig en heb een enorm breed scala aan interesses. Dus wat dat betreft, voelde ik me meteen goed op mijn plaats. Dit positieve gevoel bleef zich manifesteren toen ik ook werkelijk de mensen mocht ontmoeten die in deze dynamische school werken. Collegadocenten zijn gezellig en behulpzaam [in no time was ik opgenomen in het carpoolclubje dat ‘s ochtends van Nijmegen naar Zevenaar pendelt] en leerlingen hebben me volgens mij al volledig geaccepteerd. Ze kletsen namelijk gevraagd en ongevraagd honderduit, zijn aan het uitvissen waar mijn grenzen liggen, maar hebben me ook gemist toen ik een dagje ziek was. Onder de hoede van mijn begeleidster Annelies van Manen heb ik al heel wat uurtjes les mogen observeren, al voorzichtig enkele lessen zelf mogen geven en ik ben er zeker van dat ik me onder haar coaching in het komende jaar zal ontwikkelen tot een docent die graag dingen uitprobeert.”
Sport: spel, plezier, onderwijs, regelen en trainen Op het Liemers College gebeurt veel op sportgebied. Keuzesport, Bewegen en regelen en deelname aan de Mission Olympic zijn belangrijke onderdelen van het onderwijsprogramma lichamelijke opvoeding. De gymdocenten stimuleren de leerlingen om mee te doen aan sport- en spelactiviteiten. Ze staan garant voor een gevarieerd en goed georganiseerd sportaanbod. Gevarieerd betekent bijvoorbeeld dat duiken, golfen en zeilen ook tot het assortiment behoren. En dat zijn nog maar drie van de dertig sporten waaruit leerlingen in het examenjaar bij keuzesport kunnen kiezen. Keuzesport wordt aangeboden in havo-5 en vwo-6. De sectie lichamelijke opvoeding is in 1986 met deze opzet begonnen. Sindsdien werken vele verenigingen en instellingen mee om de sportmiddagen mogelijk te maken. De vrijwilligers zijn zo enthousiast over hun sport en keuzesport, dat sommigen zelfs vrij nemen om met de leerlingen op deze middagen te kunnen trainen. Dat het sportonderwijs op het Liemers College vooruitstrevend is, blijkt uit meer dan alleen keuzesport. Ouders herinneren het zich vast nog gymles: in een rijtje wachten tot je aan de beurt bent bij verspringen, terwijl je in de tussentijd verveeld de gympies van je voorganger bestudeert. Die tijd is voorbij. Leerlingen geven elkaar les, bereiden een lessenserie voor en worden onder begeleiding van de docent getraind in organiseren, samenwerken en leiding geven. Dit Bewegen en regelen is een vast programma in havo-4, vwo-4 en vwo-5. De docenten werken samen in duo’s. De een begeleidt de leerlingen die zelf lesgeven, de ander begeleidt een groep bij sporten als schermen of volleybal. De leerling heeft dus veel keuze, afwisseling en eigen verantwoordelijkheid. Dat past in het huidige onderwijs, dat leerlingen stimuleert om zelf initiatieven te nemen en samen te werken. Dat het programma succes heeft, blijkt uit de minimale absentie en het enthousiasme van de leerlingen. Het inschrijven op TeleTOP voor keuzesport is een ‘sport’ op zich geworden. Voor je het weet, is je favoriete onderdeel vol. Het Liemers College neemt verder vaak deel aan sportevenementen buiten de school. Leerlingen die geen lid zijn van een sportvereniging kunnen zo toch mee naar een toernooi. Mission Olympic is een voorbeeld van zo’n sportevenement. Op 4 juni deed het Liemers College mee aan The School Finals in het Olympisch Stadion in Amsterdam. De school was goed vertegenwoordigd. Tijdens de veldloop liepen negentig lopers namens het Liemers College mee. De golfers behaalden onder leiding van Bas Godschalk en oud-collega Rob van Es een gedeelde tweede plaats. Het handbalteam werd vijfde van Nederland. Met een optreden van The Opposites werd een succesvolle dag afgesloten. Resultaten veldloop - Meisjes 1e klas: Eline de Jong 3e plaats, Laura Lodewijk 6e plaats. - Ploegenklassement meisjes 1e klas: 2e plaats voor Eline de Jong, Laura Lodewijk, Anne Ameling en Jilian Seevinck. - Jongens 3e klas: Melvin Seevinck 5e plaats, Jordan Strijbos 7e plaats. - Ploegenklassement jongens 3e klas: 2e plaats voor Melvin Seevinck, Jordan Strijbos, Harm te Koppele en Jeroen Fierens. Resultaten golf - Categorie t/m 15 jaar: Baktash Balwa en Glenn van Londen 3e plaats. - Categorie vanaf 16 jaar: Ivan de Vries en Cody Wegen 3e plaats [extra knap, omdat ze nog geen 16 jaar zijn]. Mission Olympic Mission Olympic is een project van NOC*NSF en Coca-Cola. Eind 2002 gingen zij samen de missie aan om jongeren meer te laten sporten. Begin 2003 werd Mission Olympic gelanceerd. Zo krijgen jongeren de kans om kennis te maken met allerlei sporten. Bij de opening van de Mission Olympic wordt de Olympische eed afgelegd. Dit jaar was de eer aan Maite Janssen uit klas HV4C, samen met Olympisch kampioene snowboarden Nicolien Sauerbreij en oud-Olympisch kampioene zwemmen, voormalig minister en oud-voorzitter van Nederlandse Sportfederatie Erica Terpstra.
“Zo, de grote vakantie komt er weer aan hé? Lekker zes weken naar Frankrijk zeker? En dan nog klagen over de lage salarissen ook. Tja, dat krijg je met zulke lange vakanties.” Iedere leraar kent deze ‘grappige’ opmerkingen, die bij voorkeur bewaard worden voor feestjes en verjaardagen. Altijd goed voor de sfeer. In het begin van mijn loopbaan verdedigde ik mij nog, het liefst met een belerend vingertje erbij: “Ja, maar een snipperdag opnemen is er niet bij. En je zult de leraren de kost moeten geven die in de vakantie nog een hoop werk doen.” Tegenwoordig haal ik mijn schouders op en volsta ik met: “Ja, lekker hé?” De vakanties van leraren; iedereen ziet ze als een uiterst aantrekkelijk aspect van het vak. Bij welk bedrijf kun je immers zes weken niet op je werk verschijnen? Dan moet je een sabbatical nemen, zodat je eindelijk die berg kunt beklimmen of dat boek kunt schrijven. Er zijn momenten in het schooljaar dat ik verlang naar een sabbatical. Bijvoorbeeld in de wintermaanden, als het om tien over acht ‘s ochtends buiten nog aardedonker is en de gezellige tl-lampen een net opgewarmd lokaal met dertig slaperige pubers verlichten en mevrouw Van Weelden de bijvoeglijke bijzin mag uitleggen. Boeiend! Of in de zomer als we het achtste uur met z’n allen het snikhete lokaal uit drijven, terwijl de hersenactiviteit inmiddels nul-komma-nul-nul-en-nog-wat is. Mijn leerlingen [en ik] kijken verlangend naar buiten. Hoezo activerende didactiek!?! Mijn grote vakantie is mijn mini-sabbatical, die nodig is om de energievoorraad aan te vullen, zodat ik weer klaar ben voor de donkere wintermaanden en de hete zomermaanden. Voor de leerlingen geldt trouwens hetzelfde, vooral als ze aan het einde van het schooljaar nog even een sprintje hebben moeten trekken om over te gaan. Dus mocht u de volgende keer een docent of leerling spreken zo tegen de tijd van de grote vakantie, volsta dan met: “Geniet van een welverdiende vakantie”. Dan wensen wij u een prettige werkdag. BABETTE VAN WEELDEN
LC COURANT PAGINA 7
DOOR HUUB BOURS [DOCENT WISKUNDE]
Bijna lege klassen door wiskundewedstrijd Laura Lodewijk uit klas Z1H heeft de jaarlijkse Kangoeroewedstrijd op de locatie Zonegge gewonnen. Dat betekent dat Laura ontzettend goed is in wiskunde en dus niet dat ze alles weet van Australische buideldieren [of bijzonder hoog kan springen]. Aan de wedstrijd doen altijd heel veel leerlingen mee. Dit jaar waren er zelfs zo veel aanmeldingen dat sommige docenten voor een bijna lege klas zaten. Iedere eerste en tweede klas van vmbo-kb tot en met vwo-havo was vertegenwoordigd. Na een uurtje zweten op de lastige opgaven begon het lange wachten op de uitslag. Uiteindelijk kreeg iedere deelnemer een certificaat, een kortingsbon, een tijdschrift en een wiskundepuzzel. Bovendien waren er voor ieder niveau van beide jaarlagen extra prijzen. De leerlingen met de hoogste score ontvingen een spelletje. Laura Lodewijk haalde met 99,42 procent de hoogste score van de school. Dat leverde haar een jaarabonnement op een tijdschrift op.
We hebben een Europees kampioene! Het Liemers College heeft veel leerlingen met een bijzonder talent. Sinds kort hebben we ook een Europees kampioene. Het gaat om de 12-jarige Kirsten van der Meer en haar sport is handboogschieten 3-D. Kirsten ging met haar moeder naar Stuhfelden in Oostenrijk en behaalde daar de eerste prijs. Handboogschieten 3-D houdt in dat er doelen tussen de 5 en 55 meter staan. De dieren [doelen] zijn op ware grootte gemaakt van zacht materiaal. Voor de kenners de scores van Kirsten: eerste dag derde met 16 punten achterstand op de eerste plaats, tweede dag rust, derde dag gedeelde eerste plaats, vierde dag eerste met 50 punten voorsprong, vijfde dag eerste plaats met 97 punten voorsprong. Kirsten eindigde met in totaal 1764 punten.
Cultuurkaart geeft cultuureducatie extra impuls De aandacht voor cultuur in het voortgezet onderwijs heeft een extra impuls gekregen door de cultuurkaart, die iedere leerling krijgt. Hierdoor is er meer geld voor cultuureducatie. Belangrijker is misschien nog wel dat de leerlingen het leuk vinden om binnen en/of buiten de school met cultuur in aanraking te komen en zich daarover een mening te vormen. De cultuurkaart geeft korting bij culturele activiteiten en in sommige winkels. Het ministerie van Onderwijs zet 15 euro op de kaart. Daarnaast krijgen CKV-leerlingen 10 euro per schooljaar van het VSB-fonds. Deze bijdrage wordt in gt-3, havo-4 en vwo-4 individueel besteed. In de onderbouw wordt het budget veelal collectief ingezet. Ieder schooljaar worden diverse culturele instellingen bezocht en/of andere culturele ‘kennismakingen’ georganiseerd. Door de komst van de cultuurkaart is het budget voor cultuureducatie beter verdeeld. Er is meer geld in de onderbouw te besteden en er kan een ‘doorlopende leerlijn’ naar de bovenbouw worden gerealiseerd. De leerlingen raken meteen al in de brugklas vertrouwd met kunst en cultuur [CKV-junior]. Een aantal culturele activiteiten komt jaarlijks terug. Zo gaan de leerlingen van vmbo-2 van de locatie Didam naar de Hoge Veluwe om de beeldentuin en het Kröller-Müller Mu-
Eerst naar Amsterdam en er dan een filmpje over maken DOOR YVONNE VAN DER WERFF [VWO-4]
LC COURANT PAGINA 8
Leerlingen van 4-vwo met ckv [cultureel-kunstzinnige vorming] in hun pakket gingen tijdens de jaarlijkse projectdagen op 19, 20 en 21 mei onder andere naar Amsterdam. De volgende dag werden in Zevenaar filmpjes gemaakt over het bezoek aan Amsterdam. Die werden een dag later gepresenteerd in het Filmhuis. Yvonne van der Werff vertelt hoe zij de projectdagen heeft beleefd. We moesten vooraf twee musea kiezen. Ik koos voor het fotografiemuseum Foam en muziektheater de Stopera. Hierdoor viel het Van Gogh Museum af. Doordat de bus vertraging had, konden we in het Foam niet alles zien. De rondleidster liet ons uit drie hallen een foto uitzoeken, waarna we moesten vertellen waarom die foto ons het meest aansprak. We moesten ook heel dicht bij een foto gaan staan. Dan zag je dat een foto is opgebouwd uit pixels en dat een scherpe foto van dichtbij toch echt niet scherp is. Onderweg van het Foam naar de Stopera hebben we nog even heerlijk in de zon kunnen zitten. In de Stopera mochten we een kijkje nemen onder, achter en naast het toneel, in de bergingsruimtes voor het decor, in de grimekamers, en we hebben een balletdanser zien oefenen. Ik vond het erg leuk, vooral omdat je dingen zag die je meestal in een theater niet kunt zien. Na de museumrondes hadden we een rondvaart door enkele grachten en een stukje langs de haven. Daarna hadden we ongeveer drie en een half uur vrije tijd, waarin we ook moesten eten. Dit was heel gezellig en er is flink geshopt. Om half acht gingen we de bus in. Rond kwart voor tien stonden we weer op school. De volgende dag moest je met je groepje een abstract filmpje maken over Amsterdam aan de hand van vijf ansichtkaarten die we in Amsterdam hadden verzameld. De kaarten moesten associatief aan elkaar gefilmd worden, voorzien van zelf uitgekozen muziek. De filmpjes zijn vrijdag gepresenteerd in het Filmhuis. Je kon heel duidelijk overeenkomsten en verschillen tussen de filmpjes ontdekken. Zo waren er twee groepjes met dezelfde kaart, die er toch allebei een compleet andere betekenis aan hadden gegeven. Omdat het allemaal abstracte filmpjes waren, was er geen script. Dat leverde veel spontane momenten op, waardoor de hele zaal soms in lachen uitbarstte. Vincent Baake en Jack Kaat voorzagen ieder filmpje van commentaar, waarbij de één meer lette op de beeldende aspecten en de ander vooral de montage en muziek analyseerde. Er waren ook nog leuke [en lekkere] prijzen te halen. Ik weet zeker dat iedereen het leuk heeft gevonden. Dat kon je aan de filmpjes zien. Het winnende filmpje van Ida van de Kamer,
Daniëlle Amelink, Guus Meijer, Alex Berkelder en Joshka Landsheer is als voorfilm in het Filmhuis vertoond. De tweede prijs ging naar Neomi Geurts, Angelique Dijks, Fayka Lenting, Maureen van Noort en Inge Rutten. De derde prijs is gewonnen door Marc van Huet, Jasper Gerritsen, Menno Rasing, Bram Schaars en Hendrik Raben. Esmee Lamers, Dianthe Beelen, Bianca Lemm, Dilyse Beelen en Marleen Barends kregen de troostprijs.
seum te bezoeken. Vooraf zijn er op school workshops om kennis te maken met stromingen en onderwerpen zoals kubisme, pointillisme, expressionisme en Vincent van Gogh. Verder zijn er toneelvoorstellingen op school, komt beeldend kunstenaar ‘Mamabart’ workshops geven en staat voor gt-3 het Afrika Museum in Nijmegen op het programma. Er zijn ook gemeenschappelijke activiteiten van Didam en Zonegge, zoals een workshop van Introdans voor leerjaar 2 van havo en vwo. Tijdens het project ‘wonen’ in de slotweek bezoeken de eerste klassen het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem. Leerlingen van bb-2 [Zonegge] gingen naar het Anne Frank Museum in Amsterdam en het museum voor Beeld en Geluid. Volgend jaar staat dit op de planning voor Didam.
HET LIEMERS COLLEGE IN DE KRANT
Over Podiumlust en ploeteren voor Grieks Over aandacht van de media heeft het Liemers College niet te klagen. Ook de afgelopen periode verschenen weer artikelen, vaak met foto’s, in de diverse dagen weekbladen. We hebben er een paar ‘uitgeknipt’. ‘Podiumlust brengt het beste van schooltoneel’ luidt de titel boven een verslag in de Gelderlander. Hiervan is geen woord gelogen. Samen met scholengemeenschap Het Rhedens, de Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen en het Christelijk College Schaersvoorde uit Aalten deed het Liemers College aan dit jaarlijks terugkerende evenement mee. Podiumlust is een succes en daarom keert het volgend jaar terug in Het Musiater. Op www.podiumlust.nl lees je in het gastenboek belevenissen en reacties. Wil je volgend jaar meedoen? Houd dan de site in de gaten. De Liemers wil zich profileren als regio voor transport en logistiek. Wat heeft dit met het
Liemers College te maken? Heel veel, want zestien leerling [vijftien jongens en één meisje] vormen de eerste lichting van vmbo-opleiding techniek, die eindexamen doet in transport & logistiek. Het bedrijfsleven en onderwijs slaan de handen ineen, onder andere op onze vmbo-opleiding. In ‘Op weg in de logistiek’ in de Gelderlander geven Albert Staring en Willy Staring tekst en uitleg. Het Liemerse College is onderdeel van stichting Quadraam. Het bestuur van de stichting overlegt met andere scholen in het land over de daling van het aantal aanmeldingen voor het vmbo. De Liemers en de regio Arnhem hebben landelijk gezien een grote terugloop. Marc Mittelmeijer, voorzitter van het college van bestuur van Quadraam, noemt het ‘wel logisch’ dat ouders en leerlingen kiezen voor de hoogst haalbare opleiding. “Je moet je beste kansen pakken. Maar ik vermoed dat iets te veel kinderen zichzelf een te grote kans geven op een hoger niveau. Die gaan naar een gecombineerde mavo-havobrugklas, in de hoop door te stromen naar het havo, maar komen daarna wellicht op het vmbo terecht.” Examen Grieks? Ga er maar aan staan. Vijftig uur leerwerk is eerder regel dan uitzondering voor dit examen. Maar dit ploeteren bleef niet onopgemerkt. Carlijn Genbergen, Charlotte Lenting en Stijn ter Heerdt worden geïnterviewd voor een artikel in de Gelderlander. Een pluim en een verdiend diploma krijgen zij van ons. De actiedag One for One wordt belicht in de Liemers Lantaren en de Gelderlander. Ook in deze LC Courant wordt deze succesvolle dag beschreven. Er is 11.700 euro opgehaald voor de stichting 4WD Supporting Bosnia. Meer weten? Kijk op: www.stichting4wdsupportingbosnia.nl.