CORDAAN KWARTAAL #1 2015
Een nieuwe kijk
Nuttige informatie voor iedereen die een relatie met Cordaan heeft.
Een nieuwe lente, een nieuwe kijk Deze voorjaarseditie van Cordaan Kwartaal 2015 staat in het teken van ‘een nieuwe kijk’. Een nieuwe kijk op de zorgpraktijk, op duurzaamheid in de zorg, op het belang van mobili teit in het personeelsbeleid, op de jeugdzorg en nog veel meer onderwerpen. Het afgelopen jaar is hard gewerkt in het transitieprogramma ‘Klaar voor 2015’ om voor bereid te zijn op alle veranderingen in wet- en regelgeving en de gevolgen daarvan voor cliënten, medewerkers, organisatie en samenleving. In Cordaan Kwartaal nummer 2 van 2015, dat in juni zal verschijnen en tevens ons Jaarverslag 2014 vormt, gaan we uitgebreid in op de resultaten van het programma en de stand van zaken van het transitietraject. Dat loopt natuurlijk nog door en zal de komende jaren aandacht blijven vragen. De komende pagina’s richten we de kijker juist op zaken die in al het transitiegeweld niet naar de achtergrond mogen verdwijnen. We wensen ieder veel leesplezier en een prachtige lente. Eelco Damen, Henk Kouwenhoven, Joke van Lonkhuijzen Raad van Bestuur Cordaan
ZORG VOOR ELKAAR Cordaan wil meer samenwerking binnen de wijken en verbindingen tussen cliënten en buurtbewoners tot stand brengen. Daarom starten we deze zomer met de wijkcampagne ‘Zorg voor elkaar’. Vanaf augustus 2015 tot medio 2016 organiseren we in zo’n 25 wijken bijzondere activiteiten. Die activiteiten vergroten ieders mogelijkheden om mee te blijven doen, om mensen te ontmoeten en iets voor een ander te betekenen. Daarnaast biedt het Cordaan de kans om te laten zien welke zorg en ondersteuning wij daarbij kunnen bieden. Op 18 en 19 juni 2015 vindt op het Marineterrein de start van deze wijkge richte aanpak plaats met alle medewerkers, vrijwilligers en vele clienten van Cordaan. Zie voor meer informatie www.startmanifestatie.nl of zoek contact via
[email protected]
INHOUD Congres: ‘Een nieuwe kijk op de praktijk’
03
Mariëlle Rompa voorzitter Raad van Toezicht Cordaan
05
Cordaan Jeugd: “Het gezin heeft nu de regie”
07
Elkaar ontmoeten en meedoen
08
Nikki Kroon kiest voor de wijk
09
Mobiliteitsbureau: Pak het stuur als het over je loopbaan gaat!
10
Voorzieningen op De Werf: Van Cordaan, voor de wijk
12
Expert-team Palliatieve Zorg: “Onze krachten bundelen”
14
Zilver voor duurzaam Cordaan
16
Cordaan in een nieuw jasje: nieuw logo
17
Kennismaken met team Herstel
18
Congres: ‘Een nieuwe kijk op de praktijk’ Hoe kunnen zorginstellingen profiteren van de kennis van wetenschappers? Wat levert de wisselwerking tussen wetenschap, onderwijs en de zorgpraktijk op? Op zijn minst nieuwe en bruikbare inzichten voor de broodnodige vernieuwing van de langdurige zorg. Zo dachten Cordaan en de Universiteit van Amsterdam er in ieder geval over. Via hun samenwerkingsverband, het Long-Term Care Partnership (LTCP), organiseerden ze een landelijk congres op 22 en 23 januari 2015 in Hermitage Amsterdam. Onder de naam ‘Nieuwe kijk op de praktijk’ werd gedurende twee dagen een aantal grote thema’s door diverse sprekers belicht en met de ruim 250 deelnemers bediscussieerd.
Het eerste dagdeel van het congres ging over burgerschap en zorg. Jan Willem Duyvendak, hoogleraar sociologie bij de UvA, stelde kritische vragen bij het beleid van de overheid. “De participatiesamenleving gaat ervan uit dat burgers meer voor elkaar moeten doen, en het lijkt soms of de overheid vindt dat mantelzorg beter is dan professionele zorg.” Andere sprekers, bijvoorbeeld Marta Szebehely van de Stockholm University, vergeleken de situatie in Nederland met die in andere landen. De middag werd besteed aan het thema ‘zorgvernieuwing voor kwetsbare oude ren’. Louise Gunning, voorzitter van het college van bestuur van de UvA, gaf met herkenbare voorbeelden aan hoe belangrijk uitkomsten van onderzoek kunnen zijn voor de dagelijkse zorg. Henriëtte van der Horst van het VUmc vertelde over het Nationaal Programma Ouderenzorg (NPO), Susanne Smorenburg van Cordaan over de Transmurale zorgbrug tussen ziekenhuizen en VVT-instellingen, en een tiental jonge promovendi deelden in een carroussel hun recente bevindingen met de bezoekers van het congres. → →
| 03
De volgende dag stond de ochtend in het teken van de vermaatschappelijking van mensen met een ver standelijke beperking. Evelien Tonkens, hoogleraar Burgerschap en Humanisering, zette haar vraag tekens bij het vormgeven van burgerschap (ont plooiiing, contact, bijdragen en erkenning) van deze mensen in een wijk, als zij zelf de voorwaarden niet kunnen definiëren. Carlo Schuengel van de Vrije Uni versiteit Amsterdam toonde zich optimistisch vanwe ge de oprichting van de onderzoeksgroep Nationaal Programma Gehandicapten (NPG) ter verbetering van de begeleiding van mensen met een verstandelijke beperking. Andere invalshoeken kwamen van Henk Kouwenhoven van Cordaan, van strafrechtdeskun dige Marijke Malsch en van Femianne Bredewold van de Universiteit van Humanistiek. Rode draad uit de diverse lezingen was dat er heel wat haken en ogen
zitten aan de integratie in de maatschappij, en dat het alleen kan lukken als rekening wordt gehouden met de voorwaarden die mensen met een verstandelijke beperking daaraan stellen. In de middag werd de Verhalenbank Dementie gein troduceerd door Anne-Mei The, bijzonder hoogleraar Langdurige Zorg en Dementie aan de UvA. Zij betoogde dat een sociale benadering van mensen met dementie minstens zo belangrijk is als de biomedische. Na haar toelichting opende oud-kamervoorzitter Gerdi Verbeet de Verhalenbank door een verhaal over haar moeder te ‘storten’.
Cordaan en de UvA maken samen met mediapartner Skipr een boekje over alle inzichten en conclusies van dit belangrijke congres over de langdurige zorg. Dit boekje verschijnt in juni 2015 en zal in ieder geval worden verspreid aan alle lezers van Skipr en Lucide. Wie belangstelling heeft voor dit boekje kan zich melden via
[email protected] en krijgt het boekje dan (naar voorkeur digitaal of per post) toegestuurd.
Staatssecretaris Martin van Rijn sloot het congres af door te reflecteren op alle thema’s die tijdens het congres aan bod zijn gekomen. ←
| 04
Mariëlle Rompa voorzitter Raad van Toezicht Cordaan De Raad van Toezicht (de naam zegt het al) heeft als taak om toezicht te houden op o.a. de realisatie van de doelstellingen van Cordaan, op het beleid en beheer, op de kwaliteit van onze zorg en op de effiency van het bedrijf. Per 1 april 2015 heeft de Raad van Toezicht van Cordaan een nieuwe voorzitter. Mariëlle Rompa neemt de voorzittershamer over van waarnemend voorzitter Jenneke van Veen. Mariëlle heeft veel ervaring als toezichthouder. De zorg is voor haar bekend terrein, maar in de complexiteit van Cordaan en de problematiek van een grote stad ziet ze een nieuwe uitdaging. Mariëlle komt oorspronkelijk niet uit de zorg. Ze koos voor een studie kunstge schiedenis. Toen haar man aangaf graag een tijd als arts in Zimbabwe te willen gaan werken ging Mariëlle met hem mee. In eerste instantie voor een half jaar, want het was spannend. Zimbabwe, een land in burgeroorlog. Het zou echter de meest indrukwekkende tijd van haar leven worden, en haar wereldbeeld bepalen. “Je mag het zelf goed hebben, maar je moet wel altijd over je schouder blijven kijken of anderen het ook goed genoeg hebben.” Terug in Nederland ging ze opnieuw studeren. Ze kwam in de arbodienstverlening terecht. Ze was geïnteresseerd in mensen en in de relatie met hun werk. Daar ont stond al een link met de zorg, maar de stap naar die sector maakte ze pas echt toen ze in 2000 directeur werd van ActiZ. ActiZ is de brancheorganisatie voor zorgonder nemers in de markt van zorg, wonen en welzijn. In 8 jaar ActiZ heeft ze hard gewerkt om de budgetten voor de zorg veilig te stellen. Ze heeft zich ingezet voor verbetering van de kwaliteit en effectiviteit en voor het scheiden van wonen en zorg.
Terugkijkend op die periode is ze het meest tevreden met het feit dat de ouderen zorg echt een issue is geworden in het maatschappelijke debat. Nu steekt Mariëlle haar tijd in toezichthoudende functies. “Verschrikkelijk leuk, want je bent als toezichthouder intens betrokken bij het wel en wee van een organisatie, maar zonder de hektiek en de dagelijkse beslommeringen.” Ze heeft zin in haar nieuwe functie: “Ik ken de bestuurders, ik heb er vertrouwen in dat er constructief en openhartig gesproken kan worden over de toekomst van Cordaan.” Zij wil haar betrokkenheid graag in persoon tot uitdrukking brengen, zowel door aanwezig te zijn in de organisatie bij gebeurtenissen als door gesprek ken te voeren. “Als je elkaar vertrouwt kun je profiteren van elkaars nabijheid. Dan heeft het een positief effect als je elkaar spreekt over wat je hebt gezien. Wij zijn de ‘medehoeders’ van het welzijn van Cordaan. Dan moet je ook durven vragen wat er speelt en durven zeggen wat je ervan vindt.” ←
| 05
Cordaan Jeugd: “Het gezin heeft nu de regie” “Hoe kun je nu participeren in de maatschappij, als je in een situatie zit zoals wij?” Cordaan Jeugd heeft met wel vijf transities te maken, schreven we in de vorige Cordaan Kwartaal. Dat klinkt ingewikkeld en dat is het ook. Maar wat betekent dat in de dagelijkse praktijk? We kijken mee met ouder-kind adviseur Schelte Anema, die vanuit Cordaan én vanuit de Gemeente Amsterdam zicht heeft op de zorg voor de jeugd. Dat er nog knelpunten zijn, blijkt bij een informatieochtend voor ouders: “Ik krijg allemaal vage antwoorden!”
Het is een indringende vraag van een moeder. En die vraag komt helder aan bij iedereen die is samengekomen voor de informatiebijeenkomst over zorg voor de jeugd in Osdorp. Op de informatiebijeenkomst zijn een stuk of dertig moeders afgekomen, plus een enkele vader. Dat is veel meer dan waarop was gerekend. Maar gelukkig is de ruimte flexibel en zijn er genoeg tafels en stoelen om bij te schuiven. De transitie van de Jeugdwet is per 2015 een feit, en dat levert heel wat vragen op. VAN DE DAKEN Om die vragen te beantwoorden is een flinke delegatie present. Medewerkers van het Zorgkantoor, ouder-kind adviseurs van de gemeente, en medewerkers van Cordaan Jeugd. Ook Hanneke Vrielink is er, directeur van Cordaan Jeugd. Ze zit de bijeenkomst voor en reageert op de moeder die zojuist haar situatie op tafel legde: “Dit zijn de verhalen waarvoor we hier komen. Wij willen die knelpunten horen, de gemeente moet dit horen. Jullie moeten dit van de daken roepen.’ Veel van de vragen vandaag gaan over indicatiestelling. Hoe gaat de aanvraag voor de herindicatie van de Wet langdurige zorg (Wlz)? Moeten ouders zelf in actie komen? Een moeder geeft aan dat ze bij de gemeente van het kastje naar de muur wordt gestuurd met haar vragen: “Ik krijg allemaal vage antwoorden als ik ze bel!” “Het is belangrijk dat we dit horen” zegt Mariëtte van Bilderbeek, beleidsadviseur bij Cordaan. → →
| 06
“We willen ouders de gelegenheid geven hun vragen rechtstreeks aan het Zorg kantoor en de gemeente te stellen. Op sommige vragen die hier gesteld zijn is nog geen precies antwoord. De gemeente gaf aan dat ze hopen dat dat snel beter gaat. Dat medewerkers beter geïnformeerd zijn, of weten waar de informatie te halen is. Ons levert het veel informatie op over de knelpunten die ouders ervaren. En ouders spreken hun waardering uit voor dit soort bijeenkomsten. Zij voelen steun en dat geeft vertrouwen.” REGIE BIJ HET GEZIN Dat ouders zich bemoeien met de Jeugdzorg is grote winst, aldus ouder-kind adviseur Schelte Anema: het betekent dat ze de regie nemen. Schelte is sinds de transitie van de Jeugdzorg drie dagen per week als ouder-kind adviseur bij de Gemeente Amsterdam in dienst. Ook is hij nog een dag per week actief in zijn functie in het Intensieve Gezins Begeleiding team van Cordaan. Vanuit beide functies heeft hij goed zicht op de nieuwe Jeugdzorg. “Er wordt nu al een verschil zichtbaar. Vroeger zag je veel versnipperde zorg, veel individuele trajecten voor het kind. Sinds de transitie komt de regie veel meer bij het gezin te liggen. Wij gaan ook met een andere basisbejegening naar het gezin. Vroeger keek je: dit en dit is nodig en dan: bam, dat zetten we in. Nu formuleert het gezin zelf een hulpvraag. Vanuit die hulpvraag bouwen we op. Zo voelt het gezin zich verantwoordelijk.” Ouder- en kindadviseurs als Schelte werken in een groot netwerkteam, dat problemen snel en met korte lijnen kan oplossen. Schelte: “We werken nu veel meer samen. In expertiseteams, met mensen van Cordaan, van Jeugdzorg, GGZ, de GGD-arts, de huisarts, gedragsdeskundigen, een jeugdpsycholoog. Zo zijn er
korte lijnen en kun je problemen klein houden. Dat is grote winst, dat merk ik nu al. Ik zit twee dagen per week als ouder-kind adviseur op een school. Daar ben je een eerste stap voor ouders en kind en zie je zorgen veel eerder. En omdat we de regie veel meer bij het gezin leggen, wordt het probleem nu gedragen vanuit het gezin. Daardoor kun je als hulpverlener een stapje terug doen. De familie pakt het wel op want ze voelen zich verantwoordelijk. En dan ben je als hulpverlener niet meer zo hard aan het werk: zij zijn hard aan het werk!” ←
CORDAAN JEUGD: KLAAR VOOR DE TOEKOMST Via het ‘In voor Zorg’-traject heeft Cordaan Jeugd zich voorbereid op de transities in de Jeugdzorg. Dat heeft geleid tot een nieuwe positionering van Cordaan Jeugd, dat nu klaar is voor de toekomst. De resultaten van het traject kort op een rijtje: • De bedrijfsvoering bij Cordaan Jeugd is transparant. • Cordaan Jeugd blijft alle zorgvormen aanbieden, óók het niet rendabel te maken aanbod zoals het logeren. • De ambulante gezinsdiensten werken binnen Cordaan Jeugd integraal en vanuit alle disciplines samen in kleine gebiedsgerichte zorgnetwerken. • Cordaan Jeugd neemt deel aan de OuderKindTeams en is regievoerder na mens de VG Jeugd-aanbieders in de regio in de gesprekken met de gemeente Amsterdam. De samenwerking met partners in de stad is versterkt. • (Uit Factsheet Cordaan In Voor Zorg)
| 07
Elkaar ontmoeten en meedoen
Vanaf dit jaar is de gemeente verantwoordelijk voor de dagbesteding, ook voor mensen met een psychiatrische achtergrond. Werk en dagbesteding zijn belangrijk, omdat het mensen structuur, sociale contacten en een plek biedt waar ze optimaal kunnen functioneren en hun eigen kracht beter leren benutten. Cordaan biedt haar cliënten met een psychiatrische achtergrond al jaren zo’n plek op drie locaties, de dagactiviteitencentra (voorheen DAC’s) Centrum Kijkduin, Meer en Oever en Wingerdweg. Deze DAC’s zijn inmiddels omgevormd naar centra waar ontmoeting en participatie centraal staan. De gemeente wil dat Cordaan in de centra met minder budget méér mensen opvangt. Niet alleen cliënten met een indicatie, ook anderen moeten gebruik kunnen maken van de inloopfunctie.
SAMENSTURING Petra Nieuwlaat, manager dagbesteding GGZ, is posi tief over de hervormingen die de overheid heeft inge zet: “Twee jaar geleden zijn wij al gaan nadenken over het anders vormgeven van dagbesteding. Dat hebben we samen met HVO Querido gedaan, want die heeft in de stad vier vergelijkbare centra. Vanaf het begin heb ben we zo veel mogelijk medewerkers en deelnemers in het denkproces meegenomen. Het resultaat past helemaal in de visie van de gemeente. Het gaat in onze centra steeds meer over ‘samensturing’: deelnemers en medewerkers werken samen aan een veilige com munity waar iedereen zichzelf kan zijn. Bij een aantal deelnemers veroorzaakt dit een omslag die ze anders niet hadden gemaakt”.
waar ze zich een nieuwe werkwijze eigen maken. Om de deelnemers meer ruimte te geven moeten ze o.a. leren de sturing los te laten. Als participatiecoaches staan ze ten dienste van de deelnemers die bezig zijn de regie over het leven terug krijgen. Samen met hen geven ze het centrum vorm. Petra: “In al zijn eenvoud is dit zo’n mooi model: de professional en de deelnemer die naast elkaar werken om te zorgen dat het centrum draait. Iedereen is wel kom, ook de allerkwetsbaarste groepen. Je wordt er gezien, je bent nodig en draagt verantwoordelijkheid. Terugvallen is mogelijk. Je mag er ook wel eens een dag niét zijn, maar dan word je echt gemist!” ←
PARTICIPATIECOACH Het centrum is 40 tot 60 uur per week open. Naast professionele krachten zijn er altijd buurt- en lot genoten aanwezig. Er komen gerust zo’n 50 tot 60 mensen per dag, ook tijdens de kerst- en andere feest dagen. Ze kennen elkaar over het algemeen allemaal. De medewerkers volgen voor hun nieuwe functie als participatiecoach een ondersteuningsprogramma,
Cordaan wil voor deze centra een andere benaming dan ‘DAC’ en ‘Centrum voor Ontmoeting en Parti cipatie’. Studenten Communicatie en Journalistiek gaan de komende tijd twee of drie namen testen onder cliënten, bezoekers, wijkbewoners en de ge meente. Medio juni 2015 zal duidelijk worden hoe we de centra voortaan gaan aanduiden.
| 08
Nikki Kroon kiest voor de wijk
Cordaan Thuiszorg heeft afgestudeerde HBO-V’ers hard nodig in de wijk. Daarom kunnen verpleegkundigen kiezen uit diverse inwerk programma’s binnen de thuiszorg, passend bij hun werkervaring. Ook een traineeship behoort tot de mogelijkheden, met coaching door ervaren wijkverpleegkundigen. Vanaf je achtste al de wens om in het ziekenhuis te werken. Afgestudeerd HBO Verpleegkunde. Dan een teleurstellende afstudeerstage-ervaring in een Amster dams ziekenhuis. Hoe nu verder? Voor die vraag staat Nikki Kroon. Ze neemt een woest besluit. Eerst maar eens een heel andere ervaring opdoen. Ze gaat werken in de winkel van het Van Gogh Museum. Best leuk voor een tijdje, maar dan begint het toch te kriebelen. Ze komt in contact met Cordaan Thuiszorg. Daar hoort ze over de mogelijkheid om via een traineeship kennis te maken met het werk van wijkverpleegkundige. Tegelijkertijd is dit een verkorte opleiding om zelfstandig als wijkverpleegkundige aan de slag te gaan. Ze gaat het doen. Nikki voelt zich inmiddels thuis in haar wijk. De keuze voor het ziekenhuis was gebaseerd op een beeld dat ze had van ‘reality’-televisie over ziekenhuizen. Zeg maar programma’s als Ingang Oost en Vinger aan de Pols.
“De tijdsdruk en het geringe contact met patiënten viel me tegen toen ik eenmaal stage liep. Uiteindelijk bleek het ziekenhuis voor mij niet de juiste werkplek te zijn” “De opleiding HBO-V is sterk gericht op werk in het ziekenhuis. Aan werken in de wijk wordt weinig aandacht besteed. Nu weet ik dat ik daar een verkeerd beeld van had. Werken in de wijk is super aantrekkelijk. Van indiceren tot ziekenhuisverplaatste-zorg. En relaties onderhouden met andere hulpverleners in de wijk.” Nikki werkt nog onder begeleiding van twee ervaren wijkverpleegkundigen. Ze is blij dat ze deze kans heeft gepakt. “Mijn opleiding HBO-V biedt me een prima basis. Alle verpleegkundige handelingen zijn me bekend. Maar ik leer nu in snel tempo bij wat je in de wijk aan extra bagage nodig hebt.” ←
| 09
Mobiliteitsbureau: pak het stuur als het over je loopbaan gaat!
Adviseurs Mobiliteit en Loopbaan Eva Weel, Ans Beenke en Nienke Masker vormen met z’n drieën het mobiliteitsbureau van Cordaan. “Wij zijn er voor alle medewerkers die over hun loopbaan willen of moeten nadenken”, vat Eva kort samen.
“Het kan zijn dat iemand eigenlijk wel eens iets an ders zou willen doen, of merkt dat de huidige baan op termijn te zwaar wordt. Misschien moet iemand re-integreren in ander werk of weet hij dat zijn func tie gaat vervallen.” De mobiliteitsadviseurs gaan met ieder individueel in gesprek. Ze kijken naar wensen en competenties en naar passende opleidingen. “Het is ‘t beste als je zelf al regelmatig met je loop baanplanning bezig bent. Bijvoorbeeld door in een jaargesprek met leidinggevenden aan te kaarten dat je toe bent aan iets anders, eens mee te lopen op een andere afdeling, te gaan praten met iemand met een andere functie. Vraag jezelf één keer per jaar af of je nog op de goede plek zit en of je je werk nog leuk vindt.” “Je auto krijgt toch ook jaarlijks een opfrisbeurt?”, zo vergelijkt Nienke. “We kunnen helpen daar een plan voor te maken. Dat is veel beter dan pas bij het mobi liteitsbureau aankloppen als je ‘in shock’ bent omdat je je baan gaat kwijtraken. Dan gaat er veel tijd ver loren met het rouwproces, met de onzekerheid.”
De adviseurs vinden het belangrijk dat mensen zelf nadenken over wat ze zouden willen of zouden kun nen. “We hebben helaas geen bak met banen klaar staan. Wij willen mensen in hun kracht zetten. Ze zijn het beste af met een baan waar hun competenties, eigenschappen en vaardigheden goed kunnen inzet ten. Dat kan dus ook een baan buiten Cordaan zijn.” Wat de adviseurs concreet voor de mobiliteitskan didaten doen is heel wisselend. “Soms helpen we iemand alleen op weg via een gesprek, soms onder steunen we heel praktisch met het updaten van een CV. We geven voorlichting aan groepen, we bieden outplacementtrajecten aan. We werken o.a. samen met een bureau dat een soort ‘genen-kaart’ van je aanlegt, via een verkort onderzoek wordt dan dui delijk welke competenties en capaciteiten je in huis hebt.” Ze kijken heel bewust welke inspanningen de meeste resultaten opleveren. En hoe iemand zo snel mogelijk zelf het stuur pakt en de regie neemt over zijn eigen loopbaan. → →
| 10
EVA WEEL
ANS BEENKE
Natuurlijk zoeken de mobiliteitsadviseurs ook naar een nieuwe plek binnen Cordaan, maar dat wordt steeds lastiger. Het ‘absorptievermogen’ van de organisatie neemt af. Gelukkig zijn de afgelopen tijd veel collega’s van Facilitaire Zaken herplaatst, mede werkers van de financiële- of personeelsadministratie werken nu op het medisch secretariaat, achter de receptie of op locatie. Collega’s die niet meer in de zorg kunnen werken doen de opleiding tot doktersas sistente, verzorgenden leren op kosten van Cordaan voor kraamverzorgster. Het mobiliteitsbureau regelt ook (tijdelijke) detachering, zoals laatst voor één van onze koks.
cliënten met dementie. Ook kan er voor outplace ment of jobfinding teruggevallen worden op exter ne partners, zoals Randstad. Het mobiliteitsbureau neemt deel aan diverse netwerken buiten Cordaan. Dit leidt over en weer tot werkervaringsplaatsen of een ‘goed woordje’ voor kandidaten in een sollicita tieprocedure.
Ze zijn maar met z’n drieën, maar ze werken nauw samen met de personeelsadviseurs. Als er veel gere organiseerd wordt hebben ze het ontzettend druk, dan begeleiden ze ieder wel 35 collega’s. Toch lukt het altijd nog nieuwe kansen te creëren. Zo wordt nu onderzocht welke mogelijkheden er zijn om zorgme dewerkers niveau 1 en 2 de mogelijkheid te bieden zich bij te scholen als ‘zorgkappers’, met name voor
De mobiliteitsadviseurs vinden het van groot belang dat iedereen met een goed gevoel terugkijkt op hun loopbaan bij Cordaan, ook al is het werk gestopt. Eva: “Ze moeten het gevoel hebben dat er toch goed voor ze is gezorgd, dat ze goed zijn begeleid en dat ze instrumenten aangereikt hebben gekregen voor hun verdere loopbaan.” Nienke voegt eraan toe: “Het zou mooi zijn als er per medewerker een persoonlijk loopbaanbudget beschikbaar zou zijn. Dan hoeft een leidinggevende er geen slapeloze nachten van te hebben als hij akkoord geeft op het volgen van een opleiding.” ←
NIENKE MASKER
Het mobiliteitscentrum biedt interne workshops van steeds 3 uur aan waaraan iedereen mag deel nemen. Goedkeuring van de leidinggevende is geen voorwaarde, ook al is het aan te raden je deelna me wél te bespreken. Op dit moment worden de volgende workshops gegeven: Mindmappen, Het curriculum vitae (CV), LinkedIn voor beginners, Lin kedIn voor gevorderden, Netwerken, Het sollicita tiegesprek en Eerste indruk en presentatie. Zie voor meer informatie en aanmelding de pagina P&O/ mobiliteit op intranet. Je kunt ook mailen naar
[email protected] of contact leggen met één van de mobiliteitsadviseurs.
| 11
Voorzieningen op De Werf: van Cordaan, voor de wijk Op dit moment wordt volop bekeken of Cordaan-locatie De Werf in Amsterdam-Noord intensiever kan worden gebruikt door wijkbewoners en andere Amsterdammers. De Werf is een ruim terrein met een aantal kleine woonlocaties voor mensen met een verstandelijke beperking die begeleiding nodig hebben. Het terrein ligt midden in een woonwijk in Tuindorp Oostzaan, dichtbij het NDSM-terrein, de Buiksloterham en de Bongerd. Eigenlijk is het een mini-wijk binnen een wijk. De Werf probeert de verbinding met omwonenden te versterken. Twee nieuwe ontwikkelingen zorgen voor een grote stap in de goede richting.
OPENING HUISARTSENPRAKTIJK Sinds een aantal weken is huisartsenpraktijk Molkenboer gevestigd in ’t Anker aan de Klinkerweg 71. Jasper Molkenboer en Maaike van Rooden bieden – samen met hun doktersassistenten Joyce en Sandry – zeer persoonlijke huisartsen zorg. Niet alleen aan bewoners van De Werf, maar ook van ver daarbuiten. Hun praktijk trekt natuurlijk veel patiënten naar het terrein. De huisartsen werken al jaren intensief en met plezier samen met onze thuiszorgteams die vanuit De Werf thuiszorg bieden in Kadoelen, de Molenwijk en Tuindorp Oostzaan. AANLEG SPECIAL CRUYFF COURT Van een hele andere orde is de aanleg van een ‘Special Cruyff Court’, waarvan straks alle wijkbewoners gebruik kunnen maken. In overleg met de buurt en stadsdeel Noord legt de Johan Cruyff Foundation hier voor Cordaan een prachtig sportveld aan, midden op het terrein van De Werf. Het gaat om een groot veld van 42 bij 28 meter, met kunstgras en oranje voetbaldoelen. Het wordt omheind met een hoog blauw hekwerk, zodat buren geen last hebben over overvliegende ballen. Er kan niet alleen op gevoetbald en getennist worden, bij wijze van uitzondering heeft de Cruyff Foundation in dit geval ook nog gezorgd voor basketbalpalen boven de goals. Op het voetpad rond het Cruyff Court worden enkele fitness-toestellen geplaatst. Die zijn ook geschikt voor gebruik door ouderen, zelfs door rolstoelgebrui kers. Verder komen er drie oefenveldjes met verschillende ondergronden. → →
| 12
Daardoor zijn ze ideaal zijn voor allerlei oefeningen, bijvoorbeeld onder begeleiding van een fysiothera peut. De Johan Cruyff Foundation realiseert sociaal veilige plekken voor kinderen en bewoners uit de buurt om samen te kunnen bewegen, sporten en spelen. Er zijn inmiddels bijna 200 Cruyff Courts in 16 verschillen de landen. Zo’n 30 daarvan zijn aangepaste ‘Special Cruyff Courts’, voor kinderen met een handicap. Het is vrij uniek dat een Speciale Cruyff Court ook toegan kelijk is voor mensen uit de buurt, zoals bij Cordaan op De Werf. 6 VS 6 Op 24 maart presenteerden Sandra Weijdema, manager Sport en Bewegen bij Cordaan, en Ivo Smit, account manager van de Cruyff Foundation, de plannen voor het Cruyff Court. Op de uitnodiging waren niet alleen Cordaancollega’s en Werfbewoners, maar ook buurt bewoners afgekomen. Naast enthousiaste reacties kwamen er ook vragen: “Hoe zit het met parkeer plaatsen? Komen er geen hangjongeren op af? Wie ruimt rommel en eventuele hondenpoep op?” Sandra beantwoordde alle vragen geduldig: “We maken goede afspraken met de buurtregisseur en met het stadsdeel. De Groengroep van De Werf gaat het Court netjes on derhouden. Er komen extra vuilnisbakken.” Volgens Ivo blijft de Cruyff Foundation graag betrokken: “Wij bieden pakketten om jaarlijks een ‘6 vs 6’-kampioenschap voor kinderen van de basisscholen te kunnen organiseren. Ook ondersteunen we met ons Community Program jongeren tussen de 14 en 21 jaar die daardoor zelf een evenement voor kinderen uit de wijk leren organise ren”. Dock-jongeren en stichting Prisma gaan hierbij helpen. Dit sprak de bewoners aan: “Dan sponsoren wij die ‘6 vs 6’ door voor de winnaars t-shirts te doneren!”
HUIDIGE SITUATIE
SITUERING
ONTWERP
ONTWERP
ONTWERP
ONTWERP
De bouw van het Cruyff Court start de week na Pasen en het veld zou begin mei 2015 al klaar moeten zijn. De feestelijke opening is gepland op woensdag 3 juni. “Komt Johan bij de opening?” was de enige vraag die nog niet kon worden beantwoord… ←
| 13
Expertteam Palliatieve Zorg: “Onze krachten bundelen” De vraag naar palliatieve zorg stijgt. Steeds meer mensen worden steeds ouder en we kunnen tot op hoge leeftijd steeds meer. Daardoor komt steeds vaker de vraag op: willen we dat allemaal? Om over zulke vragen na te denken werkt Cordaan aan een expertteam rondom palliatieve zorg. Daarin bundelen experts uit verschillende sectoren hun kennis en kracht. Hoe je door het samenvoegen van elkaars kennis sterker wordt, dat laten twee Cordaan experts vandaag in de praktijk zien. In de Riekerhof geven verpleegkun dige Daniëlle Faneyte en Markant coördinator Lobke Lentjes een training over palliatieve zorg. “In de palliatieve zorg kunnen we steeds meer” zegt Daniëlle, “we kunnen tot op hoge leeftijd van alles. Maar de vraag komt steeds vaker; willen we dat ook allemaal? Daar moet je met elkaar over nadenken, zodat je er ook over met patiënten in gesprek kan gaan. Wat geeft kwaliteit van leven? En kun je die kwaliteit vasthouden, bijvoorbeeld als je een chemokuur krijgt, en je hebt maar een kleine kans op verbetering?” KENNIS Daniëlle werkt bij Cordaan Thuiszorg als verpleegkundige met specialisatie Palli atieve Zorg. Vanuit haar expertise is ze gevraagd mee te denken aan het expert team. “Wat ik voor me zie is een groep mensen die met elkaar de ontwikkelingen bijhoudt en wetenschappelijke artikelen bespreekt. Er is zoveel; als wijkverpleeg
kundige of verzorgende kun je niet alles filteren, want je doet al alle zorg. En dat doen we vaak zonder dat we bedenken: is daar elders al ervaring mee? Een expertteam werkt overkoepelend: iedereen die affiniteit heeft met palliatieve zorg kan daarin kracht en kennis bundelen. Zo kun je met elkaar wat uniformiteit verkrijgen.”
“De basis is aansluiten bij de ander” Ook Lobke Lentjes is vanuit haar expertise gevraagd voor het expertteam in op richting. Daarin zit ook Efilay Eraslan, consulent palliatieve zorg binnen de VGZ, en Henny Otto vanuit V&V. Ieder draagt bij vanuit eigen sector, maar het team zal juist sector-overstijgend zijn, zegt Daniëlle. “Palliatieve zorg is een hot item. De markt groeit, de vraag naar palliatieve zorg stijgt. Natuurlijk zijn er specifieke vragen per sector, vanuit VGZ, vanuit GGZ, vanuit verpleeg- en verzorgingshuizen. Maar vol gens mij is het zo belangrijk de gezamenlijkheid te zoeken en niet te veel vanuit de eigen sector te denken. In de basis gaat het bij palliatieve zorg om bij de ander aan sluiten. Daarin kunnen we veel leren van elkaar. Bij palliatieve zorg probeer ik mijn verpleegkundige pet zoveel mogelijk af te laten. De handel-modus moet uit! Want ik kan wel bedenken wat allemaal goed is voor een cliënt, maar het gaat er juist om dat ik aansluit bij wat de cliënt belangrijk vindt. Mijn verpleegkundige kennis en ervaring breng ik pas dan in, als aanvulling.” → →
| 14
ONVOORWAARDELIJK Palliatieve zorg gaat heel erg over je eigen waarden achterwege laten, aldus Daniëlle. “En dat kunnen bij voorbeeld Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg (VPTZ) heel goed. Bij Cordaan komen die via Markant. Wat die vrijwilligers heel goed doen is zich aanpassen aan de situatie. Ik zie dat dat altijd fantastisch gaat. Mensen weten: de vrijwilliger komt echt voor jou. Je kunt er zonder belemmering een hulpvraag neerleggen. Een vrijwilliger levert onvoorwaardelijk ondersteuning in zo’n situatie. Mensen ervaren dat als heel waardevol. En dat is voor iedereen leerzaam.” Lobke Lentjes is coördinator van de vrijwilligers palli atief terminale zorg bij Markant, centrum voor man telzorg. “Onze vrijwilligers werken vanuit dezelfde motivatie als die waarmee verpleegkundigen en verzorgenden voor het vak kiezen, namelijk iets willen betekenen voor een ander. Maar de zorg is nu zo krap geworden dat de professionals heel taakgericht bij hun cliënten en bewoners binnenkomen. Terwijl vrijwilli gers juist contactgericht binnenkomen. Contact maken is hun taak en dat is iets anders. Bovendien kan een vrijwilliger vier uur achter elkaar bij een bewoner zijn, soms vaker per week als dat nodig is.” THUIS De meeste vrijwilligers bij VPTZ Amsterdam hebben zich ooit aangemeld om mensen die thuis wonen in de
laatste levensfase te ondersteunen. Maar tegenwoor dig, o.a. door het landelijke project ‘Laat niemand in eenzaamheid sterven’, komt er ook steeds meer vraag vanuit verpleeg-en verzorgingshuizen. Lobke: “Als je de laatste levensfase in een verpleeg- of verzorgingshuis doorbrengt, is dat natuurlijk ook thuis. De directie V&V van Cordaan heeft er nu zelfs voor gekozen de resulta ten en werkwijze van dit project in de hele sector V&V te implementeren.” Zo leidt ieders expertise tot versterking van het geheel. Dat is de essentie van het expertteam, en het ligt aan de basis van de training die Lobke en Daniëlle vandaag in de Riekerhof geven. Lobke: “Deze training gaat over de taakgerichtheid van verzorgenden en persoonlijk begeleiders. Want als bewoners in de laatste levensfa se komen, ontstaat soms de vraag; doen alle zorgta ken die de verzorging heeft er nog toe? Dat medische beleid, daar moet je met de bewoner en de familie over praten. Maar daar gaat het in die laatste levensfase niet alleen over. Ook spirituele, sociale en emotionele aspecten van iemands leven moeten bekeken worden. Het gesprek daarover initiëren, erover nadenken welke rol jij daarin hebt als verzorgende: dat is voor iedereen waardevol.” ←
DE VRIJWILLIGER PALLIATIEF TERMINALE ZORG Ingrid van Zwaaij werkt sinds anderhalf jaar voor Markant als vrijwilliger in de palliatief terminale zorg. Dat doet ze naast een betaalde baan in de zorg. “Het is fijn om bij iemand te kunnen zijn en niets te hoeven doen, niets anders dan ‘er zijn’. Daardoor is er ruimte om aandacht te besteden aan dat wat er leeft bij je cliënt, aan dat wat hem of haar bezielt. Dat kunnen angst, pijn of verdriet zijn, maar ook be hoefte aan humor of het delen van dierbare herin neringen. Soms, zeker als iemand veel pijn heeft of al dicht bij de dood lijkt, is liefdevolle aanwezigheid al genoeg, of het vasthouden van iemands hand. Voor mij is het belangrijk om daarin niet alleen dicht bij mijn cliënt te zijn, maar zeker ook dicht bij mezelf.”
PALLIATIEVE ZORG OF PALLIATIEF TERMINALE ZORG? In publicaties over palliatieve zorg -en ook in dit ar tikel- worden beide termen gebruikt: palliatieve zorg en palliatief terminale zorg. Er is wel onderscheid in betekenis: palliatieve zorg is gericht op een cliënt die te maken heeft met een levensbedreigende aandoe ning; genezing is niet mogelijk. De laatste fase van het leven met die ziekte heet de palliatief-terminale fase. Daarin is het streven om zoveel mogelijk kwali teit van leven te behouden, onder meer door zorg te richten op comfort en verlichten van pijn en aan dacht voor lichamelijke en spirituele hulpvragen.
‘LAAT NIEMAND IN EENZAAMHEID STERVEN’ In het project ‘Laat niemand in eenzaamheid sterven’ werken VPTZ-organisaties - bij Cordaan onderge bracht bij Markant- samen met zorgorganisaties aan goede zorg voor bewoners ln de laatste levensfase. Het project traint verzorgenden in aandachtsvolle zorg en er zijn instrumenten ontwikkeld die verzor genden helpen om het gesprek over het naderende overlijden aan te gaan. VPTZ-vrijwilligers krijgen extra training rond dementie en het samenwerken met zorgorganisaties.
| 15
Zilver voor duurzaam Cordaan
Cordaan behaalde op 4 maart jl. als eerste organisatie binnen de langdurige zorg in Amsterdam het Zilveren certificaat Milieuthermometer Zorg. Zilver voor drie locaties van Cordaan: Kadoelerbreek, Slotervaart en De Gooijer. Dit milieucertificaat ‘De Milieu thermometer Zorg’ is specifiek voor de zorg ontwikkeld door het Milieuplatform Zorg en de Stichting Milieukeur.
Janna Pekarova, beleidsadviseur Kwaliteit Arbo Milieu & Veiligheid (KAM&V) binnen Cordaan, heeft met een aantal collega’s drie jaar lang hard voor dit keurmerk gewerkt. Zij vertelt hoe het allemaal begonnen is: “In 2011 heeft de gemeente Amsterdam duurzaamheids beleid op de agenda gezet bij de Amsterdamse zorg instellingen. De gemeente werkt al jaren aan duur zaamheid, in hotels, in de horeca, bij banken, en nu ook in de zorg. Amsterdam wil graag de ‘groenste’ gemeente van Amsterdam worden. In een convenant met de ge meente hebben we met enkele andere zorginstellingen afgesproken ‘voor brons te gaan’. Gaandeweg zagen we de voordelen van het zilveren keurmerk. Nu zijn we extra trots dat we dat – als enige - hebben gered!” Er is gekozen voor de locaties Slotervaart, Kadoeler breek en De Gooijer vanwege hun omvang en diver siteit, maar het is nadrukkelijk de bedoeling dat ook andere locaties gaan volgen. Voor het keurmerk zijn veel maatregelen nodig die milieuwinst opleveren. Er zijn ruim 125 eisen waaraan moet worden voldaan. Een deel daarvan is verplicht en leidt tot een bronzen keurmerk. Andere maatregelen zijn optioneel en nodig om zilver of zelfs goud te behalen. Janna: “Waar je dan allemaal aan moet denken? Maatregelen die energie en water besparen. Door vervoersbewegingen te ver
minderen luchtvervuiling tegengaan. Door goed naar de catering te kijken afval en verspilling van eten ver minderen. Het milieu minder belasten door te kiezen voor andere reinigingsmiddelen. Via onze inkoopvoor waarden kinderarbeid tegengaan en ga zo maar door.” Janna heeft gedurende het traject ontdekt dat cen trale sturing via stuur- en projectgroepen hier niet optimaal werkte. Met kleine teams per locatie lukte het wél om stap voor stap alle maatregelen voor het keurmerk door te nemen en te implementeren. De collega’s KAM&V, Pieter Koolhaas voor De Gooijer, Reinoud Haga voor Slotervaart en Jan Bartels voor Kadoelerbreek, kregen een trekkersrol. Samen met locatiemanagers als Sanne Bosboom en Susanne Lageveen en hun facilitaire collega’s als Xander van der Meeren en Aalt van den Brink volbrachten zij de klus. Deze teams werden tijdens de feestelijke uit reiking van het keurmerk dan ook nadrukkelijk in het zonnetje gezet. ←
| 16
Cordaan in een nieuw jasje: nieuw logo Bij het ontstaan van Cordaan in 2005 kreeg de organisatie een nieuwe naam en logo. Dit logo kennen we allemaal. Het blauwe woord Cordaan met de groene ‘O’ werd ontwikkeld in een periode waarin zakelijkheid leidend was in vormgeving. Het logo paste prima bij de tijdsgeest en de nieuw ontstane organisatie.
EEN LOGO DAT PAST BIJ DE ONTSTANE ORGANISATIE Cordaan is veranderd. Niet alleen qua vorm en omvang, maar vooral in de manier waarop we werken. We kiezen voor een nieuw Cordaan logo. Binnen de nieuwe huisstijl is ruimte voor een eigen gezicht voor onderdelen en met name voor de grote locaties. Dit geeft ruimte voor herkenbaarheid op locatieniveau, dichter bij de cliënt.
Nu bijna tien jaar later is er veel veranderd. De organisatie is gegroeid. In de jaren die volgden werden ook Stichting AGO en Stichting Prisma onderdeel van Cordaan. En in 2008 werd de bestuurlijke fusie tussen Amsterdam Thuiszorg en Cordaan een feit. In 2014 is ook Beth Shalom onderdeel geworden van Cordaan.
DE STAD EN HET HART Sinds 1683 is Cordaan uitgegroeid tot een grote, veelzijdige organisatie. Vanuit de oorsprong is ze sterk verbonden met Amsterdam. Deze binding wordt mooi weer gegeven in het nieuwe logo. In het ontwerp herken je een gestileerde versie van de stadsplattegrond en de regio. Waarmee symbolisch de relatie tussen ‘kern en gebied’ en de centrale rol van Cordaan in de regio wordt verbeeld. Ook is de verge lijking met de jaarringen van een boom te maken.
De veranderende organisatie, maar ook veranderingen in de zorg en de manier waarop we werken, hebben meegespeeld in de beslissing ons logo en de huisstijl te herzien.
In de kern draait alles wat wij doen om mensen. Essentieel is de menselijke maat, gevat in de warme uitstraling van het hart in ons logo. De nieuwe huisstijl wordt gefaseerd ingevoerd en zal geleidelijk op steeds meer plekken zichtbaar zijn. Deze Cordaan Kwartaal heeft de nieuwe jas al aan. ←
| 17
Kennismaken met team Herstel
Binnen de sector geestelijke gezondheidszorg van Cordaan is de herstel visie leidend. Herstel is niet altijd hetzelfde als volledig genezen. Herstel kan ook zijn: leren omgaan met, het verlichten van of aanvaarden van een situatie. Maar herstel kan ook betekenen dat begeleiding of behandeling leidt tot een zinvol leven met een beperking of een vorm van kwetsbaarheid. Binnen Cordaan worden cliënten geholpen haalbare doelen te stellen en op die manier de koers van het leven te (her)vinden.
Sinds begin 2015 is binnen Cordaan een nieuw team gevormd. Een team van ervaringsdeskundigen met een psychiatrische achtergrond. Het team Herstel. Dit team adviseert directie en managers over het beleid. Het team begeleidt groepen cliënten en benut eigen ervaringen om tot ‘herstel’ te komen. Dat gebeurt bijvoorbeeld via de cursus ‘Hey, doe je mee?’. Het team zoekt naar de kracht die een cliënt in zich heeft, streeft met hem naar empowerment en rehabilitatie. Op dit moment bestaat het team uit acht ervaringswerkers. Ieder vult de functie op zijn of haar eigen manier in. → →
| 18
CLAUDIA WAALBERG maakte na een opname in een psychiatrisch ziekenhuis wegens stresspsychoses kennis met de Wingerdweg. Daar ging ze op advies van een vriendin naar toe voor wat structuur en voor sociale contacten. In het begin maakte ze tasjes, maar ze kent de horeca en bemoeide zich al snel met de bar werkzaamheden. Ze is open en maakt makkelijk contact. Via coördinator Chantal Schiks kreeg ze de kans de cursus Herstel en de opleiding TOED (Trajectontwikke ling ervaringsdeskundigheid) te volgen. Nu is ze ervaringswerker. Ze werkte eerst een jaar op een vrijwilligerscontract bij het team Herstel, maar heeft inmiddels een baan als betaalde kracht bij Cordaan voor 32 uur per week. Samen met een collega begeleidt Claudia groepen deelnemers in het traject ‘Hey, doe je mee?’ Claudia: “Dat doe je altijd samen, zodat je kunt napraten en elkaar feedback kunt geven. Je hoort zoveel heftige en confronterende verhalen”. Ze organiseert activiteiten in de Week van de Psychiatrie, probeert mensen in bewe ging te krijgen. Ze plant, organiseert, werft deelnemers en geeft trainingen via een soort ‘meester-gezelconstructie’. Ze kan ook inspringen als het nodig is om de rela tie tussen een medewerker en een deelnemer te verbeteren. “Het is zwaar werk, maar ik leer enorm veel. Ik ben het type van ‘gooi mij maar in het water’. Ik spartel, maar daarna ga ik wel zwemmen!”.
PATRIQUE HIWAT is bezig met de voorbereiding van een ‘low tea’ in het kader van de week van de Psychiatrie op dagbestedingslocatie Wingerdweg. Hij is in 2012 als vrijwilliger op deze locatie begonnen met het naaien van tassen. Hoe wel hij tot 2008 prima had gefunctioneerd als tekenleraar en persoonlijk advi seur van bekende Nederlanders in een chique kledingzaak in de PC Hooftstraat, keerde het tij na een schokkende gebeurtenis. De onveilige situatie waarin hij zijn jeugd doorbracht bezorgde hem psychische problemen. Hij raakte zijn werk kwijt en belandde thuis. Op de Wingerdweg kon hij voor het eerst in zijn eigen tempo werken aan herstel. Nu heeft hij een dienstverband met Cordaan en zet hij zijn ervaring in om anderen te helpen. Patrique vertelt dat hij een brugfunctie vervult tussen medewerkers en cliënten, tussen instellingen, maar ook tussen Cordaan en diverse externe partijen. Hij zoekt bijvoorbeeld naar ervaringsplekken voor cliënten bij Nemo of restaurant Tolhuistuin. Team Herstel is actief op 10 locaties en probeert die te verbinden als het gaat om van elkaar leren en ervaringen delen. “Met grote kracht komt grote verantwoordelijkheid”, zegt Patrique, “als je kracht hebt moet je die op de juiste manier inzetten, verantwoordelijkheid nemen voor anderen. Daar gaat het over in dit leven.” ←
| 19
Colofon Teksten en fotografie: Communicatie Cordaan, Bas Jongerius Overige fotografie: Pauline Seij, Kijkduin Media, Michael Kooren Redactie: Monique Spreitzer Vormgeving: Forma Concreta Druk: DR&DV Media Services Cordaan © 2015 Postbus 1013 1000 BC Amsterdam