Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen
Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen
Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen | 1
Inhoud Inleiding
04
1 Samenvatting
04
2 De regelgeving
04
3 De voorbereiding
05
4 De steekproef
05
5 De controle
05
6 6.1 6.2 6.3
06 06
De resultaten De resultaten per 9 januari 2009 De resultaten van de controle vergeleken met andere bronnen Categorie van afgegeven labels
06 08
7 Definitie van publiek gebouw
08
8 Aanbevelingen
09
9 Bijlagen 9.1 De checklist 9.2 De steekproef
10 10 11
Colofon
12
Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen | 03
Inleiding Per 1 januari 2009 moeten alle overheidsgebouwen met een baliefunctie en met een gebruiksoppervlakte van meer dan 1000 m2 (= publieke gebouwen) een energieprestatiecertificaat (= energielabel) hebben en dit label moet op een voor het publiek duidelijk zichtbare plaats in het gebouw worden aangebracht. De VROM-Inspectie heeft van DGWWI de opdracht gekregen in januari 2009 een controle uit te voeren naar deze zichtbaarheid van het energielabel in publieke gebouwen. In dit rapport zijn de resultaten van het onderzoek neergelegd. De samenvatting daarvan is in hoofdstuk 1 opgenomen. Vervolgens wordt in hoofdstuk 2 stilgestaan bij de relevante regelgeving. Daarna worden in hoofdstukken 3 t/m 5 de voorbereiding, de steekproef en de uitvoering van de controle beschreven. In hoofdstuk 6 volgen de resultaten. Voordat in hoofdstuk 8 een aantal aanbevelingen wordt geformuleerd, wordt in hoofdstuk 7 stilgestaan bij de definitie van publiek gebouw in de regelgeving.
1 Samenvatting Op 7, 8 en 9 januari 2009 zijn door de VROM-Inspectie 102 publieke gebouwen (gemeentehuizen, provinciehuizen, gebouwen in eigendom van de Rijksgebouwendienst (Rgd) en gebouwen die worden gehuurd door de Rgd) gecontroleerd op de zichtbare aanwezigheid van het energielabel. In 16 van de 102 gecontroleerde publieke gebouwen was er op het moment van controle een energielabel zichtbaar voor het publiek opgehangen. Bij 27 gebouwen was wel een energielabel afgegeven, maar nog niet opgehangen. Bij 6 gebouwen in eigendom van de Rgd was wel een label afgegeven, maar worden deze gebouwen om diverse redenen herkeurd; het label is om deze reden niet zichtbaar aangebracht. Voor 7 gebouwen is om diverse redenen geen energielabel noodzakelijk. Bij de overige 46 gebouwen was (nog) geen energielabel afgegeven. Uit deze stand van zaken blijkt dat ten tijde van de controle in veel publieke gebouwen geen energielabel zichtbaar aanwezig was. Eén van de aanbevelingen aan DGWWI is dan ook om te overwegen een vervolgonderzoek te laten uitvoeren.
gebouwen een energielabel moeten hebben en dat dat energielabel zichtbaar in het gebouw moet zijn aangebracht. De energielabels zijn mogelijk in de categorie A t/m G, waarbij A het energiezuinigst is. De eigenaar krijgt dit energielabel door een gecertificeerd bedrijf de opdracht te geven het gebouw te keuren, waarna de eigenaar een energielabel ontvangt dat 10 jaar geldig is. De opgestelde energielabels moeten op grond van de Reg worden afgemeld in een centrale database, die in opdracht van VROM door SenterNovem wordt beheerd.
Het Besluit energieprestatie gebouwen (Beg) Deze algemene maatregel van bestuur is op 5 december 2006 gepubliceerd in het Staatsblad en wordt aangestuurd door artikel 1201 van de Woningwet. Artikel 2.4 van het Beg luidt: “De eigenaar van een gebouw met een totale gebruiksoppervlakte van meer dan 1.000 m2, waarin door een overheidsdienst of overheidsinstelling diensten aan het publiek worden verleend en dat met het oog daarop door een groot aantal personen wordt bezocht, heeft een energieprestatiecertificaat. De eigenaar brengt dit aan op een voor het publiek duidelijk zichtbare plaats in het gebouw. Bij ministeriële regeling kan worden bepaald dat de tweede zin van toepassing is op een of meer bij die regeling aan te wijzen onderdelen van het energieprestatiecertificaat.”
2 De regelgeving De Europese Richtlijn Energieprestatie van gebouwen (Energy Performance of Buildings Directive (EPBD)) is in Nederland omgezet in het Besluit energieprestatie gebouwen (Beg) en de Regeling energieprestatie gebouwen (Reg). In het Beg is geregeld dat per 1-1-2009 alle publieke 04 | Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen
1B ij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen voorschriften worden gegeven met het oog op de nakoming van voor Nederland verbindende internationale verplichtingen die betrekking hebben op of samenhangen met onderwerpen waarin bij of krachtens deze wet is voorzien.
In de toelichting van het Beg wordt aangegeven dat onder een overheidsdienst of overheidsinstelling zowel onderdelen van de centrale overheid als van medeoverheden worden begrepen: dus ministeries, provincies, gemeenten, rechtbanken en waterschappen, maar ook gemeentelijke sportaccommodaties. Onderwijsgebouwen, de gebouwen voor de gezondheidszorg en gebouwen die onder de Monumentenwet vallen, vallen niet onder de definitie. Voor de toepassing van het artikel is bepalend of er diensten aan een groot aantal bezoekers van het betreffende gebouw worden verstrekt of kunnen worden verstrekt: voor gebouwen waarin uitsluitend zogenoemde backoffice taken worden verricht, behoeft geen energielabel te worden verstrekt en aangebracht. Maar een ministerie, waar in de hal informatiemateriaal verkrijgbaar is, moet worden beschouwd als een gebouw waar diensten aan een groot aantal bezoekers worden verstrekt. In de Regeling energieprestatie gebouwen (Reg) is aangegeven hoe het energielabel er feitelijk uit behoort te zien. Tevens is in artikel 4 van de Reg geregeld dat bij publieke gebouwen tenminste het onderdeel van het energielabel waarin de energieklasse is vermeld (het bekende meerkleurenblad), op een duidelijk zichtbare plaats in het gebouw moet zijn opgehangen.
3 De voorbereiding
Tenslotte is in december 2008 door de VROM-Inspectie een steekproef getrokken van 100 publieke gebouwen verspreid over Nederland uit een populatie van gemeentehuizen, provinciehuizen en gebouwen van de rijksoverheid (zowel eigendom als huur).
4 De steekproef Ten behoeve van de controle is een steekproef getrokken uit een populatie van gemeentehuizen, gebouwen in eigendom van de Rgd, gebouwen die door de Rgd ten behoeve van overheidsinstanties worden gehuurd, en provinciehuizen. Deze populatie is kleiner dan op grond van de definitie uit het Beg verwacht mag worden: waterschappen en overige gemeentelijke gebouwen worden expliciet niet bij de actie betrokken. Het zou teveel tijd en moeite kosten om de bestanden van dit soort gebouwen compleet en accuraat te krijgen. Daarbij hebben gemeentehuizen en provinciehuizen binnen de gemeente/provincie een voorbeeldfunctie: het zijn representatieve gebouwen waar in veel gevallen relatief veel publiek naar binnen komt. In totaal bevat de steekproef 100 publieke gebouwen. De onderverdeling is: 50 gemeentehuizen (van totaal 443) 2 provinciehuizen (van totaal 12) 19 rijksgebouwen in eigendom (van totaal 193) 29 rijksgebouwen gehuurd (van totaal 223)
Eind september/begin oktober 2008 heeft WWI aangegeven graag een snel en kort onderzoek te willen naar de zichtbaarheid van energielabels bij publieke gebouwen in januari 2009. Daarop zijn de voorbereidingen voor dit onderzoek gestart. Dit heeft in november 2008 geleid tot een projectplan. Daarbij hebben de projectleider en WWI afgesproken een steekproef te trekken uit in principe alle gebouwen die vallen binnen de definitie uit het Beg. Aangezien er geen totaallijst van deze gebouwen voorhanden is, is afgesproken voor de praktische uitvoering de steekproefpopulatie te beperken tot gemeentehuizen, provinciehuizen, gebouwen in eigendom van de Rijksgebouwendienst (Rgd) en gebouwen die de Rgd huurt. De Rgd heeft een lijst aangeleverd van gebouwen die in eigendom zijn van de Rgd en waarvoor in 2008 een project is uitgevoerd voor het verkrijgen van energielabels. Tevens heeft de Rgd een lijst aangeleverd van gebouwen die de Rgd ten behoeve van overheidsinstanties huurt.
Bij de gebouwen in eigendom van de Rgd zijn de penitentiaire inrichtingen, tbs-klinieken en dergelijke buiten de steekproef gehouden. Bij de gebouwen die de Rgd huurt, zijn gebouwen waarvan in de lijst is aangegeven dat die geen label behoeven, buiten beschouwing gehouden.
In december 2008 is ten behoeve van de uitvoering van het onderzoek een informatiemap opgesteld voor de deelnemers. Tevens is voor de registratie van de controlegegevens een vragenlijst opgesteld die is opgenomen in Holmes, het registratiesysteem van de VROM-Inspectie.
De controles zijn onaangekondigd uitgevoerd aan de hand van een checklist2. Globaal is de volgorde als volgt: 1. controle of er een energielabel zichtbaar voor publiek is aangebracht;
5 De controle Op 6 januari 2009 heeft de startbijeenkomst plaatsgevonden van het programma Bouwen aan kwaliteit van de directie Uitvoering van de VROM-Inspectie. Tijdens die bijeenkomst is door de projectleider een korte instructie gegeven voor de uitvoering van de controle. Op 7, 8 en 9 januari zijn alle medewerkers van het programma op pad gegaan om bij 100 publieke gebouwen de zichtbaarheid van de energielabels te controleren.
2 zie bijlage 9.1
Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen | 05
2. zo ja, controleren of het de juiste versie is; 3. zo nee, vragen aan de balie of er iemand aanwezig is die weet of er wel een energielabel verstrekt is (gebouwbeheerder); 4. indien iemand aanwezig is, dan zijn er 2 mogelijkheden: a. energielabel is verstrekt, maar nog niet aangebracht: vragen waarom dat nog niet is gebeurd en wanneer dat wel gaat gebeuren; b. energielabel is niet verstrekt; 5. indien niemand aanwezig is, dan volgt nog een check op het bestand van SenterNovem en de reacties van eigenaren van overheidsgebouwen zoals die bij het Platform energielabel publieke gebouwen binnen zijn gekomen. De controles zijn ter plekke uitgevoerd en niet door middel van telefonisch contact. Ter illustratie van de noodzaak van deze fysieke controle: tijdens een controle constateert de VI-medewerker dat er geen energielabel zichtbaar is aangebracht. Hij wordt telefonisch in contact gebracht met de gebouwbeheerder om de vraag te kunnen beantwoorden of er wel een energielabel is afgegeven, maar nog niet opgehangen. De gebouwbeheerder weet niet dat de VI-medewerker ter plekke is en antwoordt dat het energielabel zichtbaar is aangebracht. Als de VI-medewerker vervolgens aangeeft zelf ter plekke te zijn en niets te zien, wijzigt de gebouwbeheerder zijn antwoord en zegt toe het label zo snel mogelijk aan te laten brengen.
6 De resultaten Bij de controle zijn enkele wijzigingen doorgevoerd op de steekproef. Bij een tweetal locaties waren meerdere adressen aangegeven. Dit heeft ertoe geleid dat er 2 gebouwen meer zijn gecontroleerd (een gemeentehuis en een gehuurd rijksgebouw).
6.1 De resultaten per 9 januari 2009 In 16 van de in totaal 102 gecontroleerde publieke gebouwen was er op het moment van controle een energielabel zichtbaar voor het publiek opgehangen (zie tabel 1). Bij 27 gebouwen was wel een energielabel afgegeven, maar nog niet opgehangen. Bij 6 gebouwen in eigendom van de Rgd was wel een label afgegeven, maar worden deze gebouwen om diverse redenen3 herkeurd; het label is om deze reden niet zichtbaar aangebracht. Voor 7 gebouwen is om diverse redenen geen energielabel noodzakelijk. Bij de overige 46 gebouwen was (nog) geen energielabel afgegeven. Bij 7 gebouwen is sprake van een situatie waarbij geen label noodzakelijk is. Het gaat hierbij om 3 monumenten, 3 06 | Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen
leegstaande panden4 en 1 gemeentelijk gebouw waarvan de publieksfunctie is komen te vervallen. Daar waar (nog) geen energielabel was afgegeven, is gevraagd naar de reden. Vaak werd aangegeven dat de procedure om te komen tot een label wel al in gang was gezet, maar nog niet was afgerond (zie tabel 2). Zo is in Noord-Holland door de provincie en 27 gemeenten collectief opdracht gegeven om de provinciale en gemeentelijke gebouwen te labelen. Aangezien dit gepaard gaat met een Europese aanbesteding, kon het daadwerkelijk labelen van de gebouwen pas begin 2009 starten. Ook werd in enkele gevallen aangegeven dat het gebouw recentelijk zal worden gerenoveerd en dat de eigenaar pas na renovatie een energielabel wil aanvragen. Bij 1 gemeentehuis dat nieuw is gebouwd en in 2008 is opgeleverd, is geen energielabel aangevraagd5. Van de overige 17 gebouwen (gemeentehuizen en door de Rgd gehuurde gebouwen) is onbekend waarom er (nog) geen energielabel is afgegeven. Daarbij moet worden opgemerkt dat bij de gebouwen die de Rgd huurt de plicht tot aanvragen bij de gebouweigenaar ligt en de huurder (Rgd) niet kan afdwingen dat er een label komt.
6.2 D e resultaten van de controle vergeleken met andere bronnen De resultaten zijn vergeleken met de gegevens van SenterNovem (afgemelde energielabels) en met de reacties van gemeenten zoals die zijn binnengekomen bij het Platform energielabel publieke gebouwen. In tabel 3 staat in de tweede kolom het aantal labels zoals dat uit de controle naar voren is gekomen. Dit is dus een optelling van de zichtbare labels en de afgegeven, maar nog niet zichtbare labels. Bij de panden die de Rgd huurt zijn er meer labels afgemeld bij SenterNovem, dan dat uit de controle bleek. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat er geen informatie kon worden gegeven door een gebouwbeheerder. Bij de gebouwen in eigendom van de Rgd is bij 2 van de 19 gecontroleerde panden geconstateerd dat ze leeg staan. Blijkbaar is er bij één daarvan toch een label afgegeven en afgemeld.
3 Zo zijn nieuwe technieken in recente gebouwen nog niet goed gehonoreerd in de voorgeschreven beoordelingsmethode. 4 Bij één locatie bleek het te gaan om 3 gebouwen (eigendom Rgd). Twee daarvan stonden leeg, het derde gebouw bleek in gebruik als school, waarvoor de verplichting vanuit het Beg niet geldt. Deze locatie is bij de resultaten als “niet nodig” opgenomen. 5 Dit gebouw moet echter wel een energielabel hebben, zie hoofdstuk 7.
controle
zichtbaar
%
afgegeven, maar niet zichtbaar
%
niet nodig
%
geen
%
Tabel 1 Totaaloverzicht resultaten6
gemeentehuizen
51
8
16
12
24
5
10
26
51
provinciehuizen
2
0
0
1
50
0
0
1
50
eigendom RGD
19
5
26
12
63
2
11
0
0
huur RGD
30
3
10
8
27
0
0
19
63
Totaal
102
16
16
33
32
7
7
46
45
Tabel 2 Redenen van ontbreken energielabel totaal
renovatie/opdracht gegeven
niet aangevraagd
onbekend
gemeentehuizen
26
18
1
7
provinciehuizen
1
1
0
0
eigendom Rgd
0
0
0
0
huur Rgd
19
9
0
10
Totaal
46
28
1
17
totaal gecontroleerd
totaal afgegeven (controle)
bij SN afgemeld
als publiek gebouw
gemeentehuizen
51
20
20
16
provinciehuizen
2
1
1
0
eigendom Rgd
19
17
18
5
huur Rgd
30
11
15
7
Totaal
102
49
54
28
Tabel 3 Vergelijking controle met afmeldgegevens SenterNovem.
6 De percentages zijn indicatief, met uitzondering van de kolomtotalen
In het bestand van SenterNovem wordt ook bijgehouden of de afgemelde energielabels betrekking hebben op publieke gebouwen (laatste kolom). Dit wordt door de energieadviseurs echter niet altijd goed aangegeven. Bij 28 van de 54 afgemelde gebouwen is aangegeven dat het gaat om een publiek gebouw. Met name bij de gebouwen in eigendom van de Rgd wordt in veel gevallen door de energielabeladviseur, die het gebouw afmeldt, niet aangegeven dat het om een publiek gebouw gaat. Op 1 oktober 2008 is door toenmalig minister Vogelaar een brief aan alle gemeenten gestuurd met het verzoek vóór 1 november 2008 te berichten dat in de betreffende gebouwen het energielabel voor 1 januari 2009 op een zichtbare plaats zal zijn aangebracht. De reacties van de gemeenten zijn verzameld door het Platform energielabel publieke gebouwen. Tot nu toe (stand begin februari 2009) is van 121 gemeenten (van de totaal 443) een reactie met de stand van zaken binnengekomen. Daarnaast is van 12 gemeenten alleen een ontvangstbevestiging ontvangen. Van de 51 gemeenten die in de steekproef voor dit onderzoek zijn meegenomen, was van 5 gemeenten een reactie met de stand van zaken binnen. Drie daarvan gaven aan mee te doen met de collectieve actie in Noord-Holland (zie 6.1). Eén gemeente heeft aangegeven dat het gemeentehuis een rijksmonument is en één gemeente heeft aangegeven dat het label op 1 januari zichtbaar zou zijn aangebracht. De controle wees bij deze gemeente echter uit dat het label weliswaar was afgegeven, maar ten tijde van de controle nog niet zichtbaar was aangebracht.
6.3 Categorie van afgegeven labels Hoewel geen doel van dit onderzoek, is in de checklist toch de vraag opgenomen in welke categorie het energielabel is afgegeven. Van de in totaal 43 afgegeven labels zijn er 12 (28%) een A of B-label. De overige gebouwen scoren lager. Bij deze gebouwen kan het zinvol zijn maatregelen te nemen die leiden tot een verbetering van de energiezuinigheid.
7 Definitie van publiek gebouw Tijdens de voorbereiding van, maar ook tijdens het onderzoek is door de projectleider geconstateerd dat de definitie van publieke gebouwen in het Beg en welke gebouwen daar onder moeten worden geschaard tot verschillende interpretaties leidt. Met andere woorden: de definitie van publieke gebouwen is slecht handhaafbaar. Het gaat met name om de terminologie “veel publiek”. De Rijksgebouwendienst heeft voor de gebouwen die zij in eigendom heeft de definitie zeer ruim geïnterpreteerd. In het projectplan “EPBD-inspecties”8 is bij de selectie voor de realisatie van energielabels uitgegaan van gebouwen: • waar de Rgd eigenaar is; • waar het bruto vloeroppervlak (bvo) > 1000 m2 en • waar aan het object geen monumentenstatus is gekoppeld. Deze aanpak heeft geleid tot een lijst van 365 objecten. Bij de voorbereiding van het onderzoek naar de zichtbaarheid van energielabels heeft de projectleider geconstateerd dat een groot deel van de objecten penitentiaire inrichtingen, tbs-inrichtingen en dergelijke is. Bij WWI is daarop de vraag neergelegd of deze gebouwen vallen onder de verplichting van artikel 2.4 van het Beg. Naar aanleiding van het antwoord van WWI dat deze gebouwen niet toegankelijk zijn voor publiek en dat er niet veel bezoekers zijn, is besloten ze niet te betrekken bij de steekproef. Bij de eigenaren van gebouwen die de Rgd huurt, wordt de definitie van publiek gebouw anders geïnterpreteerd. In de lijst die de Rgd ten behoeve van dit onderzoek heeft 7 Met uitzondering van de 6 gebounwen in eigendom van de Rgd waar een herkeuring moet plaatsvinden. 8 Projectplan EPBD-inspecties, Rgd, R. Jhingoer, 1-8-2007 ten behoeve van het verkrijgen van energielabels voor rijksgebouwen in eigendom van de Rgd.
Tabel 4 Categorie van de afgegeven labels (zichtbaar en niet-zichtbaar)7 gemeentehuizen
A
B
C
D
E
F
G
onbekend
4
1
2
3
2
2
4
2
1
provinciehuizen eigendom Rgd
3
huur Rgd
2
Totaal
9
2
1 3
2
1
2
1
3
6
7
5
4
7
08 | Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen
2
1
2
2
aangeleverd, is van een aantal eigenaren aangegeven dat zij niet van plan zijn een energielabel aan te brengen. Belangrijkste reden hiervan is het feit dat er volgens die eigenaren niet veel publiek naar deze gebouwen komt en dus volgens hen geen publieksfunctie heeft.
8 Aanbevelingen
Dat ook gemeenten stoeien met de definitie blijkt uit de reactie van één van de gemeenten waar tijdens dit onderzoek het gemeentehuis is gecontroleerd. Deze gemeente was nog bezig met een offerteaanvraag voor het labelen van gemeentelijke gebouwen en vroegen aan de VI-medewerker welke soort gebouwen onder de definitie vallen. Als voorbeeld van twijfelgevallen werden genoemd een bibliotheek, een wijkgebouw en een sociaal-cultureel centrum.
Uit de stand van zaken per medio januari 2009 blijkt dat er nog in veel gebouwen geen energielabel zichtbaar aanwezig is. Vaak is door de eigenaar/beheerder aangegeven dat het proces wel in gang is gezet, maar dat de datum van 1 januari 2009 niet haalbaar is gebleken. Het is daarom te overwegen om een vervolg¬onderzoek uit te laten voeren.
Verder heeft de projectleider aan de voorzitter van het Platform energielabels publieke gebouwen de vraag voorgelegd of artikel 4.1 van het Beg van toepassing is op publieke gebouwen. Dit artikel luidt: “Voor een gebouw waarvoor tussen 1 juli 2002 en het tijdstip van inwerkingtreding van dit artikel een Energie Prestatie Advies is uitgebracht dat voldoet aan de Tijdelijke regeling energiepremie 2003 zoals deze laatstelijk luidde voor haar intrekking, kan aan de in artikel 2.1 gestelde verplichtingen worden voldaan door het verstrekken van dit advies, mits dit niet ouder is dan tien jaar.” In de toelichting van het besluit is aangegeven dat artikelen 2.1 tot en met 2.3 van toepassing zijn op alle gebouwen, dus ook overheidsgebouwen.
Uit de resultaten en conclusies kunnen de volgende aanbevelingen worden geformuleerd.
De regelgeving ten aanzien van publieke gebouwen zoals neergelegd in het Beg verdient de nodige verduidelijking. Dit betreft zowel de definitie van een publiek gebouw (met name de term ‘veel publiek’ leidt tot verschillende interpretaties) als de op publieke gebouwen van toepassing zijnde artikelen. Deze verduidelijking is mogelijk door het Beg aan te passen en/of via voorlichting beter inzichtelijk te maken wat er onder de verplichting voor publieke gebouwen wordt verstaan. De registratie in het databestand van SenterNovem is niet eenduidig gebleken. Niet altijd wordt expliciet aangegeven dat het om een publiek gebouw gaat. De oorzaak daarvan ligt, voor zover kan worden nagegaan, bij het registreren door de energieadviseurs. Voordat een utiliteitsgebouw wordt afgemeld, zal meer dwingend door hen de vraag moeten worden beantwoord of het gaat om een publiek gebouw of niet.
De voorzitter van het Platform energielabels publiek gebouwen heeft de vraag op zijn beurt weer voorgelegd aan DGWWI. Het antwoord luidt: “Nederland heeft voor gebouwen jonger dan 10 jaar bepaald dat –mits aanwezigeen EPC-berekening in de plaats staat voor een label. Ofwel: in plaats van een label kan bij transactie worden volstaan met een EPC-berekening. Deze keuze is destijds door het Kabinet gemaakt om enerzijds de administratieve lasten te beperken, anderzijds vanuit de wetenschap dat deze categorie gebouwen een energetische kwaliteit vertegen¬woordigt van tenminste label A of B. Een uitzondering van het niet hoeven hebben van een “echt” label betreft de publieke gebouwen jonger dan 10 jaar, die per 1-1-2009 een zichtbaar label behoeven.” DGWWI geeft in haar antwoord aan dat publieke gebouwen per 1-1-2009 in alle gevallen een energielabel moeten hebben. Een duidelijke verwijzing naar tekst of toelichting van het Beg wordt echter niet gegeven.
Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen | 09
9 Bijlagen
9.1 De checklist 1. Welk type publieksgebouw is gecontroleerd? 0 ministerie 0 provinciehuis 0 gemeentehuis 0 rechtbank 0 overig, namelijk......................................................................
2. Welk adres heeft het publieksgebouw? straat:........................................................................... postcode:...................................................................... plaats:...........................................................................
8. Welke categorie heeft het energielabel? 0 A 0 B 0 C 0 D 0 E 0 F 0 G 0 nvt
Toelichting op de checklist
3. Wat is de datum van de controle? datum:...................................................................
Bij vraag 4: ook als het label wel is aangebracht, maar op een moeilijk zichtbare plaats, dan moet als het antwoord ‘nee’ worden ingevuld. In de toelichtende vraag 5 kan dan worden aangegeven of het er helemaal niet is of dat het op een moeilijk zichtbare plaats hangt.
4. Is het energielabel zichtbaar aangebracht? 0 ja 0 nee
Bij vraag 6: als het antwoord bij vraag 4 ‘ja’ is, dan is het antwoord op vraag 6 automatisch ook ‘ja’. Vul ‘nee’ ook in als nog niet duidelijk is of er een label is verstrekt.
5. Indien het antwoord op vraag 4 ‘nee’ is: is er helemaal geen energielabel aangebracht of hangt het op een plaats die moeilijk zichtbaar is? 0 helemaal niet aangebracht 0 moeilijk zichtbaar
6. Is er een energielabel afgegeven? 0 ja 0 nee
7. Heeft het aangebrachte energielabel de juiste vorm? 0 ja 0 nee 0 nvt
10 | Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen
Bij vraag 7: in de oorspronkelijke regeling was een ander model van het certificaat opgenomen dan in de gewijzigde regeling van 2007. Belangrijke checkpunten zijn: • Staat er ‘energielabel’ in de kop? • Staat rechtsboven de gebruiksfunctie conform Bouwbesluit 2003 aangegeven? • Wordt het gebruiksoppervlakte genoemd? Vraag 8 valt eigenlijk buiten de scope van de controle, maar is wel leuk om te weten.
9.2 De steekproef Gemeenthuizen 1 Keatsebaen 1 2 Kornoeljeplein 1 3 Dyksterbuorren 33 4 Raadhuisstraat 1 5 Tolberterstraat 66 6 Hoofdstraat Winsum 70 7 Schild 1 8 Burseplein 10 9 Markt 14 10 Burgemeester Jansenplein 1 11 Stadhuisplein 1 12 Raadhuisplein 1 13 Markt 3 14 Kolkstraat 27 15 Kasteellaan 22-24 16 Markt 1 17 Rheineplein 1 18 Zwolsestraat 16 19 Varsseveldseweg 2 20 Sint Annaplein 1 21 Wilhelminaplein 1 22 Von Clermontplein 15 23 Papenvoort 15 24 Markt 1 25 Beekstraat 54 26 Hoge Ham 62 27 Capucijnerplein 1 28 Raadhuisplein 1 29 Marktplein 20 30 Kerkplein 3 31 Geneindestraat 4 32 Markt 1 33 Amstel 1 34 Raadhuisplein 1 35 Stadhuisplein 1 36 Parelhof 1 37 Nieuwe Steen 1 38 Kasteelplein 5 39 Jan Ligthartstraat 4 40 Blekerijlaan 14 41 Nieuwstraat 41 42 Graaf Wichman 10 43 Westeinde 1 44 Kanaalweg 3 45 Hoofdstraat 115 46 Stadhuisplein 1 47 Voorstraat 31 48 Rhijngeesterstraatweg 13 49 Herenweg 4 50 Stenevate 10
Wommels Vries Menaldum Roden Leek Winsum Gn Rijssen Deventer Epe Hengelo Ov Almelo Tubbergen Lochem Nijkerk Gld Wijchen Hattem Borne Raalte Lichtenvoorde Oudenbosch Panningen Vaals Nuenen Zundert Weert Dongen Budel Nederweert Lith Reusel Valkenburg Lb Deurne Amsterdam Castricum9 Almere Heerhugowaard Hoorn Nh Montfoort Alkmaar Woerden Weesp Huizen Roelofarendsveen Middelburg Hillegom Zoetermeer Piershil Oegstgeest Noordwijkerhout Heinkenszand
Provinciehuizen 1 Martinikerkhof 12 2 Houtplein 33
Groningen Haarlem
Gebouwen in eigendom van Rgd 1 Jacob Catspln 3 2 Ter Apelervenen 3 3 Mandemaat 1 4 J.F. Kennedylaan 8 5 J.F. Kennedylaan 2 6 Laan van Westenenk 494 7 Laan van Westenenk 490 8 Schelmseweg 89 9 Waterweg 35 10 Graaf Engelbertlaan 165 11 Parklaan 17 12 Zuidwal 58 13 Raamplein 1 14 Passeerdersgracht 23-27 15 s Gravelandseweg 59 16 Antonie van Leeuwenhoeklaan 9 17 Plesmanweg 1 t/m 6 18 Duitslandweg 1 19 Kneuterdijk 1
Leeuwarden Ter Apel Assen Apeldoorn Apeldoorn Apeldoorn Apeldoorn Arnhem Nunspeet Breda Sittard ‘s-Hertogenbosch Amsterdam Amsterdam Hilversum Bilthoven s Gravenhage Ritthem ‘s-Gravenhage
Gebouwen gehuurd door Rgd 1 Willinkplein 19 2 Cascadepln 2-10 3 Noordzeelaan 40-44 4 Hanzelaan 310 5 Kooikersweg 1c 6 Stationsplein 9 7 Stadhuisplein 4 8 Prof Cobbenhagenln 9 9 Waagstraat 1 v/h Wal 28 10 Kleine Singel 1-3 11 IJsbaanpad 2 12 Arthur Van Schendelstraat 550 13 Saturnusstraat 35 14 Kingsfordweg 1 15 Herman Gorterstraat 75 16 Parnassusweg 103 17 Kruseman Van Eltenweg 2 18 Croeselaan 15 19 Tiberdreef 18+20 20 Westersingel 12 21 Parnassusplein 5 22 L Vijverberg 3 23 Enthovenplein 1 24 Spuiboulevard 348/356-358 25 Hanzeweg 5 26 Pr Clausln 20 27 Kousteensedk 2 28 Laan op Zuid 45 29 Wilhelminaplein 100 en 125
Emmen Groningen Zwolle Zwolle ‘s-Hertogenbosch Helmond Eindhoven Tilburg Eindhoven Utrecht Amsterdam Utrecht Hoofddorp Amsterdam Utrecht Amsterdam Alkmaar Utrecht Utrecht Rotterdam ‘s-Gravenhage ‘s-Gravenhage ‘s-Gravenhage Dordrecht10 Gouda ‘s-Gravenhage Middelburg Rotterdam Rotterdam11
9 Tijdens controle vervangen door gemeentehuis van Langedijk, Vroedschap 1 te Zuid-Scharwoude. 10 Gecontroleerd zijn Spuiboulevard 356-358 (huurpand Rgd) en Spuiboulevard 300 (gemeentekantoor) 11 Dit zijn 2 gebouwen, beide gehuurd door Rgd.
Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen | 11
Colofon Bestelgegevens Deze publicatie is te downloaden via www.vrom.nl onder vermelding van 9019 Datum publicatie Maart 2009
12 | Controle zichtbaarheid energielabels bij publieke gebouwen
VROM 9019 | maart 2009
Dit is een publicatie van: Ministerie van VROM Rijnstraat 8 | 2515 XP Den Haag | www.vrom.nl