) ?VVg\Vc\'("YZXZbWZg'%&'
=Zii^_YhX]g^[ikVcYZAK6<
L^ZWZiVVaiYZgZ`Zc^c\4 Kg^_ZkZhi^\^c\d[addchaVV[ 4 :ZghiZ]jaeW^_aZihZahX]VYZ DkZgZZc`dbhiZcijhhZc\ZaYZc\ZcZZh`jcYZ
Is iemand u voor geweest?
Stuur dan een e-mail naar
[email protected]
Vraag de USB-dokter van Sibbing & Wateler aan door een e-mail te sturen naar
[email protected] o.v.v. uw naam, adres, telefoonnummer, e-mailadres, specialisme, einddatum opleiding en huidige werksituatie. Vermeld als onderwerp: consult USB-dokter.
CONSULTEER DE USB-DOKTER VAN SIBBING & WATELER Heeft u uw opleiding tot specialist bijna afgerond? Consulteer dan de USB-dokter van Sibbing & Wateler. Deze verwijst u door naar nuttige informatie over tal van financiële vraagstukken die tijdens uw opleiding niet of nauwelijks aan de orde komen. Sibbing & Wateler is een onafhankelijk financieel adviesbureau, gespecialiseerd in de praktijkbegeleiding van vrije medische beroepsbeoefenaren, waaronder medisch specialisten. VRAAG DIRECT AAN: Wilt u de USB-dokter consulteren? Stuur dan direct de antwoordkaart in!
PRAKTIJKVESTIGINGEN MAATSCHAPSCONTRACTEN PRAKTIJKFINANCIERINGEN FINANCIËLE PLANNING VERZEKERINGEN PENSIOENEN HYPOTHEKEN
Telefoon: T elefoon: (0318) 544 044 - www.sibbing.nl
SI SIBBING BBING & WATELER IIS SH HOOFDSPONSOR OOFDSPONSOR VAN D DE E LVAG LVAG..
VOORWOORD
Colofon Redactie Daniël Dresden, hoofdredacteur Lisette Kunz, hoofdredacteur Heidi Wals, eindredacteur Carina Bethlehem Saskia Bulk Anika Dam Anna Roukens Anouck Visscher Ralph Hartman, adviseur Redactieadres Postbus 20058, 3502 LB Utrecht T (030) 670 27 05, F (030) 670 27 00 E
[email protected] Dagelijks bestuur LVAG Suzanne Booij, voorzitter Gabie de Jong, secretaris Jikke Omloo, penningmeester Charlotte de Bruin, lid Laurien Daniels, lid Christian Donken, lid Katrien Greefhorst, lid Lieve Knarren, lid Wout van der Meij, lid Niene Peek, lid Secretariaat LVAG Postbus 20058, 3502 LB Utrecht T (030) 670 27 05, F (030) 670 27 00 E
[email protected] I www.lvag.nl Adreswijzigingen Adreswijzigingen kunnen worden doorgegeven aan de eigen (junior) wetenschappelijke verenigingen. Daarvan ontvangt de LVAG de verzendgegevens Uitgever LVAG, Utrecht Pre-press en drukwerk Centrum Drukwerk, Utrecht Fotografie omslag Jeroen van den Boer Ontwerp Advertentie-exploitatie Cross Advertising Westerkade 2 3116 GJ Schiedam T: 010 – 7421023 E:
[email protected] W: www.crossmedianederland.com Abonnementen AIOS is het tijdschrift van de Landelijke Vereniging voor Medisch Specialisten in opleiding (LVAG). Het tijdschrift wordt vier keer per jaar uitgegeven en is gratis voor alle aios in Nederland. Als u AIOS niet ontvangt, neem dan contact op per email
[email protected]. Abonnementen: Nederland e 20,- incl. btw. Overig buitenland e 30,-. Losse nummers e 6,- incl. btw, excl. verzendkosten. Abonnementen kunnen op elk gewenst tijdstip ingaan. De eerste abonnementsperiode loopt tot het eind van het kalenderjaar. Daarna wordt het abonnement telkens stilzwijgend met een jaar verlengd. Opzeggingen dienen ten minste twee maanden voor de aanvang van een nieuwe abonnementsperiode te worden gericht aan het redactie-adres. Oplage: 5.700 ISSN: 0928-611X Jaargang 23 © 2012 LVAG. Alle rechten voorbehouden. Artikelen geven de mening weer van auteurs en niet noodzakelijkerwijs van LVAG c.q. AIOS. Niets uit dit tijdschrift mag openbaar worden gemaakt door middel van druk, microfilm of welke wijze dan ook, zonder toestemming van de uitgever.
Financiën Hier ligt alweer de laatste AIOS van dit jaar voor jullie. En wat voor een jaar! De zorg was behoorlijk in het nieuws. Het kabinet moet bezuinigen. Ook de aios zou deze bezuinigingsronde niet ongeschonden doorkomen. Eerst was er in mei het IBO-rapport (Interdepartementaal beleidsonderzoek) met voorstellen voor ingrijpende bezuinigingen op het Opleidingsfonds. De media pakte het rapport massaal op. Dat betekende plotseling nachtwerk voor de LVAG. Als belangenbehartiger van aios waren we natuurlijk snel gevonden en zaten we aan de telefoon met het NRC en Radio 1. Er waren interviews, werd volop getwitterd en er was zelfs een heuse aios actie-avond! Het kabinet Rutte I viel echter vlak na de uitkomst van dit rapport en heeft er dus helemaal geen standpunt over ingenomen. Demissionair minister Schippers maakte dit ook duidelijk op de aios actie-avond. “Ik sta hier namens mezelf en de VVD. En wij zijn tegen.” We zijn ondertussen een paar maanden verder en inmiddels is Rutte II beëdigd. Dat betekent niet veel goeds voor de aios. Over het profijtbeginsel staat er niets in het akkoord, maar op pagina 57 van het regeerakkoord, je moet goed zoeken, staat het: het aantal jaren van publieke bekostiging van de opleiding tot medisch specialist wordt in lijn gebracht met het Europees minimum. Dat kan betekenen dat opleidingen 2 jaar minder geld krijgen van de overheid! En wie gaat dat dan betalen? Als dit echt doorgang zal vinden, zal het leiden tot protesten en vragen over de kwaliteit van de toekomstige medisch specialistische zorg. Al met al een onzekere toekomst. In ieder geval blijft de LVAG de belangen van aios zo goed mogelijk behartigen, zeker in dit veld dat behoorlijk in beweging is. Maar hiervoor hebben we ook jullie stem nodig. Dus laat van je horen! En dan hebben we het nog niet gehad over ons toekomstig salaris of over het thema van deze AIOS, onze financiën. Hopelijk kunnen we jullie kennis alvast vergroten, tips geven en klaar stomen voor een goede financiële toekomst! Suzanne Booij, voorzitter LVAG
Inhoud LVAG nieuws - verkorting financiering opleiding LVAG nieuws Vrijgevestigde of loonslaaf Van DBC naar DOT Opleidingsprijs 2012 Eerste hulp bij letselschade Vooroordelen - orthopedie versus sportgeneeskunde Korting opleiding - wie betaalt de rekening? Creatieve schrijvers gezocht LAD - Een samen~werkend 2013 gewenst Geld in geneeskunde De prijslijst Dokken voor je doktersopleiding Colunm Saskia Bulk, voor de laatste keer
pag. 2 3 5 8 10 12 14 16 17 18 19 21 22 24
december 2012
1
VERENIGINGSNIEUWS
LVAG-nieuws In deze rubriek houdt het LVAG bestuur je op de hoogte van alle nieuwtjes die voor jou als aios van belang zijn. Het nieuwe kabinetsbeleid houdt de gemoederen natuurlijk bezig, maar er is ook nog genoeg ander nieuws. Gabie de Jong, secretaris LVAG
Onrust verkorting financiering opleiding medisch specialisten Op de Aios Actie Avond op 22 augustus in het LUMC is er in groten getale geprotesteerd tegen een eigen bijdrage van aios voor de opleiding tot medisch specialist. Aanleiding hiervoor was een IBO-rapport (Interdepartementaal Beleidsonderzoek) van het Ministerie van Financiën, waarin drie voorstellen waren opgenomen om te bezuinigen op het Opleidingsfonds. Die avond sprak mw Schippers - toen in de hoedanigheid van de nummer 2 op de lijst van de VVD - al haar enthousiasme uit over één van de voorstellen in het rapport: het verkorten van de opleiding tot de EU-minimumnormen. Deze norm is gebaseerd op een EU-richtlijn uit 1975, die destijds is opgesteld om minimale eisen te definiëren voor arbeidsmigratie binnen Europa. Dit document zegt dus niets over kwaliteitseisen betreffende de opleidingen. Het voorstel van een eigen bijdrage lijkt voorlopig, mede dankzij alle inspanningen van de LVAG en De Jonge Orde (DJO), van tafel. In het huidige regeerakkoord is echter wél een verkorting van de financiering van de opleiding opgenomen. Dit zou een verkorting in opleidingsduur van 1 à 3 jaar kunnen betekenen, ofwel een korting die kan oplopen tot vijftig procent. Naast de al eerder bekend gemaakte algehele korting van 90 miljoen, levert dit een bezuiniging op van 270 miljoen euro, wat neerkomt op één derde van het totale bedrag dat voor de medisch specialistenopleidingen beschikbaar is. Kwaliteit onder druk De Jonge Orde en de LVAG zijn er van overtuigd dat dit bezuinigingsvoorstel ernstige consequenties heeft voor de kwaliteit van de opleiding. De opleidingen zijn immers onlangs al korter geworden dankzij Europese regelgeving. Door de nieuwe Arbeidstijdenwet is de gemiddelde werkweek verkort van 58 naar maximaal 48 uur. Daarnaast zijn veel van de vervolgopleidingen voor klare medisch specialisten ín de opleiding tot medisch specialist geïncorporeerd. Bovendien zijn er essentiële competenties aan de opleiding toegevoegd. De aios moet zich niet alleen bekwamen in medische competenties, maar tegenwoordig ook in algemene, zoals doelmatigheid, patiëntveiligheid en samenwerken. Ook mag wel verondersteld worden dat het vak aanzienlijk specialistischer is geworden ten opzichte van 1975, waarbij een brede basis echter ongekend belangrijk blijft. Alternatieven? Het is begrijpelijk dat de media-aandacht tot nu toe vooral is toegespitst op de inkomensafhankelijke zorgpremie, wat de Nederlander direct in de portemonnee voelt. De maatregel van verkorting is echter mogelijk veel schadelijker, aangezien deze direct de kwaliteit van onze Nederlandse gezondheidszorg schaadt. De zorgen van de LVAG en DJO zijn al kenbaar gemaakt aan de betrokken politici van VVD en PvdA en bij de ambtenaren van VWS. In tijden van crisis is het onvermijdelijk dat er bezuinigd moet worden, zo ook op medisch specialisten en medisch specialisten in opleiding. Om verlies van zorgkwaliteit, en dús schade voor de patiënt te voorkomen, zullen er alternatieve oplossingen moeten komen voor dit financiële gat van drieëndertig procent. Als er in Den Haag onvoldoende aandacht blijkt voor deze zaak, zal het opnieuw noodzakelijk zijn het geluid van de aios te laten horen, met dezelfde slagkracht als afgelopen augustus! Namens de LVAG en de Jonge Orde, Wout van der Meij (LVAG) en Bas Hammer (DJO)
2
december 2012
VERENIGINGSNIEUWS
Geen profijtbeginsel, wel verkorting van de opleiding In oktober 2012 is het regeerakkoord van de VVD en de PvdA gepubliceerd. Hoewel het eerder veel genoemde voorstel om de aios mee te laten betalen aan de opleiding niet is terug te vinden, wordt wel een ander onderdeel uit het IBO-rapport van het Ministerie van Financiën genoemd, namelijk: ‘Het aantal jaren van publieke bekostiging voor medisch specialistische vervolgopleiding wordt geharmoniseerd tot de opleidingsduur zoals geformuleerd in de EU-richtlijn voor erkenning van beroepskwalificaties (2005/36/EU). De herziening van het curriculum gaat met invoeringskosten gepaard. Structureel levert deze maatregel vanaf 2020 een besparing op van 180 miljoen euro.’ De LVAG heeft haar visie en argumenten hierover op een rijtje gezet. Dit is gepubliceerd in het NRC van 15 november 2012. Je vindt dit artikel op pagina 16 en 17 van deze AIOS.
Andere financiering aios
Per 1 januari 2013 komt er een wijziging in de financiering van de meeste medische vervolgopleidingen. In het huidige systeem valt het Opleidingsfonds onder een subsidieregeling vanuit het ministerie van VWS. Vanaf 2013 zal deze subsidie moeten worden aangevraagd bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) in de vorm van een beschikbaarheidsbijdrage. Het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) zal de beschikbaarheidsbijdrage uitbetalen. De belangrijkste verandering is dat de NZa de beschikking zal vaststellen op basis van de daadwerkelijke bezetting gedurende het jaar. Deze zal niet voorafgaand, maar aan het einde van het betreffende kalenderjaar worden vastgesteld. Een voordeel van deze verandering is dat de aios ook tussentijds van opleidingskliniek kan wisselen voor bijvoorbeeld een etalagestage. De ‘31 oktober’-regeling komt dus te vervallen. Daarbij moest jaarlijks voor 31 oktober de invulling van de opleiding voor het daaropvolgende kalenderjaar bij de MRSC bekend en geaccordeerd zijn. Eventuele veranderingen van het opleidingsschema zullen altijd tijdig moeten worden doorgegeven en moeten goedgekeurd worden door de registratiecommissie. Dit duurt enkele weken voordat een wijziging is verwerkt. Een ander belangrijk gevolg van de wijziging van financiering is dat het in de toekomst niet meer mogelijk zal zijn om een aios bij disfunctioneren te vervangen met behoud van financiering. Lees meer op www.nza.nl. Bron: www.dejongeorde.nl
App doelmatig voorschrijven Met het ministerie van VWS zijn afgelopen jaar afspraken gemaakt over het doelmatiger voorschrijven van medicatie. In totaal moet er voor 30 miljoen euro worden bezuinigd door meer generieke medicatie voor te schrijven. De Orde van Medisch Specialisten heeft hiervoor een app ontwikkeld: ‘de receptprijs’. Met deze app kun je eenvoudig opzoeken wat een geneesmiddel kost. Bovendien geeft de app een overzicht van therapeutisch gelijkwaardige alternatieven. Via www.orde.nl, zoekterm ‘app doelmatig voorschrijven’ kan de app worden gevonden. Ook te downloaden via de appstore.
december 2012
3
VERENIGINGSNIEUWS
Nieuwe voorzitter KNMG: Rutger Jan van der Gaag Op de AIOSdag 2012 werd de opleidingsprijs 2012 dit jaar uitgereikt door de nieuwe voorzitter van de KNMG per 1 januari: Rutger Jan van der Gaag. Van der Gaag is op dit moment voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie en in het dagelijks leven hoogleraar klinische kinder & jeugdpsychiatrie. Zijn toespraak was doorspekt met humor en voorbeelden uit de dagelijkse praktijk. De LVAG hoopt op een goede en vruchtbare samenwerking.
AIOSdag en Opleidingsprijs 2012 Op 3 november organiseerde de LVAG samen met De Jonge Orde, de Orde van Medisch Specialisten en de LAD voor de 21e maal de landelijke AIOSdag. Het was wederom een succesvolle en druk bezochte dag, waar je als aios dingen kunt leren die je niet op de werkvloer leert. Zit jij aan het begin van je opleiding en vraag je je af hoe dat zit met part-time werken of een portfolio? Of zit je in de laatste jaren van je opleiding en hoor je dingen als goodwill, loondienst of maatschap en weet je eigenlijk niet wat dat betekent? Bezoek de volgende AIOSdag in april 2013! Op pagina 10 en 11 vind je meer informatie over de Opleidingsprijs 2012 die tijdens de AIOSdag werd uitgereikt aan klinisch geriater dr. Paul Jansen.
Competentieprofiel voor (plaatsvervangend) opleiders Het College Geneeskundige Specialismen heeft deze zomer een praktisch en compact competentieprofiel voor opleider en leden van de opleidingsgroep goedgekeurd. In dit document vind je wat de functie-eisen van opleiders zijn, waarbij onder andere scholing van opleiders nadrukkelijk genoemd wordt. Het competentieprofiel is te vinden op www.knmg.nl, zoekterm ‘competentieprofiel’.
4
december 2012
THEMA FINANCIËN
Vrijgevestigde of loonslaaf? Als jonge klare ben je in deze barre tijden al lang blij dat je je niet meer uit het stuwmeer hoeft te pompen, maar voordat je het weet verzuip je in je nieuwe bestaan als medisch specialist. Want wat wil je: vrijgevestigd of in loondienst? En valt er eigenlijk wel wat te kiezen? Twee jonge klare redactieleden aan het woord. Saskia Bulk en Anika Dam
De vrijgevestigde Redactielid Anika Dam heeft als jonge klare gynaecoloog een plek gevonden in de maatschap gynaecologie van het VieCurie te Venlo.
Ongeveer een jaar voor het uur ‘U’ begonnen met het opstellen van dé brief en deze met mijn opleider (enigszins gepokt en gemazeld in sollicitatieland, weliswaar vanaf de andere kant) besproken. Wat zet je wel en niet in je CV? Hoe verklaar je dat je door wil in de benigne gynaecologie en bekkenbodem terwijl je uit fertiliteitsland komt? Vervolgens het sturen van open sollicitaties en het reageren op elke vacature die er in een (opleidings-)ziekenhuis te vinden is. Al gauw kom je er achter dat de invloed van de ruige tijden waarin we leven wel echt merkbaar is. Er is niet altijd een chefplek achter de hand voor als je nog geen vaste plek vindt. En hoe bepaal je of jij die plek wel wilt? Waar baseer je dat op? Je beslissing van nu heeft nogal wat impact op de toekomst. Wil je loondienst of ga je perse voor de volgens sommige achterhaalde maatschap? Ik besluit daar niet op te selecteren. Na diverse gesprekken in diverse uithoeken van het land, waarbij ik vooral gewoon maar mezelf heb meegenomen, kom ik in Venlo: superleuk gesprek, de sfeer voelt goed. Twee dagen meelopen; het voelt nog steeds goed. En wat blijkt: het is wederzijds!
Eenmaal uitge’jumpt’ moet ik wel aan de bak. Want plots trekt het mistgordijn op en opent zich de wereld van de maatschap: goodwill (wat je de vertrekkende partij betaalt om in de maatschap te mogen komen), kapitaalstand, AOV (arbeidsongeschiktheidsverzekering), is de rechtsbijstand van het ziekenhuis wel toereikend? Moet ik niet een BV oprichten? Daarvoor heb je echt het advies nodig van een praktijkadviseur en een accountant. Help! Het duizelt me helemaal van alle goed bedoelde adviezen en tipjes van evenzovele sluiers die opgelicht worden. Tijd voor een specialist, want ik mag dan bijna gynaecoloog zijn, maar in de financiële wereld ben ik niet meer dan ‘Dorothy on the yellow brick road’ (uit The Wonderful Wizard of Oz, red.). Ik heb na mijn T-biljet fase namelijk niet veel met belastingaftrek te maken gehad als zijnde in loondienst en als armzalige huishuurder. Een afspraak is snel geregeld met de VvAA. Je hebt daarnaast natuurlijk ook nog Sibbing & Wateler en als kleine speler nog De Raadgevers, maar ik heb sinds het begin van mijn studie het magazine Arts en Auto, en al mijn verzekeringen via de VvAA. Daarbij ben ik in het oranje getrouwd, dus men kan zich een voorstelling
‘Er is niet altijd een chefplek achter de hand voor als je nog geen vaste plek vindt’ maken van mijn voorkeur voor deze kleur. Tot zover de zeer beredeneerde keuze voor een praktijkadviseur. Rekenen Bij het oriënterende gesprek krijg ik er bij wijze van uitzondering - de binnendienstmedewerker gratis bij. En lang-
december 2012
5
THEMA FINANCIËN zaam wordt duidelijk wat er allemaal bij komt kijken: de goodwill, waarover onderhandeld moet worden, en de kapitaalstand, die makkelijk op kan lopen tot een ton (in hele euri’s). Okée dan, uhhh wat is dat? Kapitaalstand staat eigenlijk voor uitstaande rekeningen: nog niet gedeclareerde DOT’s dus. Ah, DBC, DOT, dat is wat bekender vaarwater. Het is dus zo dat ieder maat-
Sommige specialismen hebben het zichzelf moeilijk gemaakt door de jonge klaren keuzestress te geven. Ga je academisch of perifeer? En als je perifeer gaat, ga je dan in loondienst of in een maatschap? Anderen hebben het gewoon veel makkelijker gedaan. In de klini-
‘In het buitenland is alles anders’ ‘De toekomst voor de vrijgevestigde specialisten vanaf 2014 is nog verre van zeker’ schapslid een kapitaalstand opbouwt en de vraag is of je dat financiert bij binnenkomst of dat je je erin werkt. Goed: de interne rekeningmachine tikt al door naar 2 3 ton (nog steeds hele euri’s). Nu maar hopen dat de maatschap goede afspraken heeft kunnen maken bij het stafconvent... En dan resteren alleen nog alle verzekeringen voor als je niet meer kan, mag of wil werken: de AOV of arbeidsongeschiktheidsverzekering en de pensioenopbouw, verplicht ondergebracht bij Stichting Pensioenfonds Medisch Specialisten (SPMS). Tot zover marktwerking voor specialisten. Gelukkig worden er nog geen bedragen genoemd. De claimverzekering is grotendeels gedekt door het ziekenhuis en de rechtsbijstand is gelukkig collectief door de maatschap geregeld. Want je zult maar voor de tuchtraad moeten komen (of strafrechtelijk vervolgd zoals recent gebleken) of erger nog... onenigheid krijgen met je maten.
sche genetica mag je niet eens perifeer werken, want de genetica valt onder de Wet op Bijzondere Medische Verrichtingen (WBMV). Genetici werken daarom allemaal in de academie en dus werken wij allemaal in loondienst. CAO’tje erbij en klaar is Klara. Dacht ik…
En dan ook nog verhuizen Als je dan denkt dat dat het wel zo’n beetje was, komen daar nog kosten bij: slechts 10-15 uur voor het onderhandelen over de goodwill en het opstellen van het maatschapscontract (à € 150,- per uur). Langzaamaan krijg ik het idee dat je maar weinig overhoudt van die winstuitkering... Hoog tijd om te kijken of we niets aan de belasting kunnen ontfutselen en dus op naar de accountant. Of die komt bij je thuis, onder eigen tarief dus. Dan weten we wat we overhouden en of er nog een huis vanaf kan... Als de geruchten waar zijn, zou de bank daar nog wel eens moeilijk over kunnen doen, aangezien de goodwill uiteindelijk zo maar zou kunnen verdampen nu de toekomst voor de vrijgevestigde specialisten vanaf 2014 nog verre van zeker is. Voorlopig nog maar even huren dus...
De loonslaaf Saskia Bulk heeft als afgestudeerd klinisch geneticus een baan gevonden in het Franstalige Luik.
6
december 2012
Klara is nog niet klaar…. Want om maar eens te beginnen, wanneer ben je medisch specialist, en wanneer ben je universitair medisch specialist? Als universitair medisch specialist blijk je ook onderwijs en/of onderzoek te doen. In de kleine lettertjes van de CAO UMC staat echter dat ze je
THEMA FINANCIËN
als universitair medisch specialist gedurende drie jaar mogen inschalen als medisch specialist. En dat is geen loos onderscheid, want het salaris van de universitair medisch specialist begint zo’n 500 euro hoger dan waar dat van de ‘gewone’ medisch specialist ophoudt. En als er nog ruimte is voor onderhandeling het volgende: waar het verschil tussen de laagste en de hoogste schaal voor de medisch specialisten 1.000 euro bruto bedraagt, is het verschil tussen de laagste en de hoogste schaal voor de universitair medisch specialisten bijna 3.000 euro (van bijna 7.000 euro bruto tot bijna 10.000 euro bruto). En bij nadere bestudering van de CAO, blijk je ook nog extra vakantiedagen te kunnen krijgen, als de productietargets gehaald worden. Ah, daarom lijken al mijn bazen chronisch op vakantie te zijn. Ik wil perifeer! Ik zie opeens visioenen van een Jaguar, een bootje en een inwonende nanny voor me! Mijn fantasieën duren tot ik een kleine vergelijking van de CAO UMC met de CAO ziekenhuizen ga maken. Daar loopt de schaal voor medisch specialisten ongeveer gelijk met die van de universitair medisch specialisten, maar dan gaat de schaal van medisch spe-
cialisten zo’n 1.000 euro verder. Acuut ben ik voor een lobby om ons genetici los te weken uit de WBMV, zodat ik ook perifeer mag gaan werken en perifeer mag verdienen. Onderhandelingspositie Ik weet nog van de goede oude tijd, ‘vroeguh’, dat een jonge klare patholoog eens zo goed onderhandeld had over zijn salaris, dat het afdelingshoofd vervolgens de hele staf een forse salarisverhoging moest bieden; dat startsalaris was tot zijn spijt niet geheim gebleven. Maar ik weet nu helemaal niet wat mijn aanstaande collega’s verdienen. In tijden van krapte op de arbeidsmarkt kun je claims leggen qua instaptrede, werktijden (want voor dit mooie salaris moet je wel even hard blijven werken als je als aios al deed, 40 tot 48 uur dus), parttime werken, reiskostenvergoeding, etc. Tegenwoordig mag je blijkbaar blij zijn, als je als universitair medisch specialist uitbetaald wordt als medisch specialist. En de nogal mutsige gedachte dat het fulltime gezien nog altijd 2000 euro bruto meer is dan mijn huidige aios-salaris is natuurlijk funest voor mijn onderhandelingspositie.
‘Visioenen van een Jaguar, een boot en een nanny’ Barema Jammer genoeg ben ik zo dom om in het buitenland te willen gaan werken. Daar blijken van die nuttige zaken, als CAO-boekjes (bij ons makkelijk te vinden via bijvoorbeeld www.orde.nl), niet zo makkelijk verkrijgbaar te zijn. Ik heb er anderhalve dag over gedaan om te vinden wat de Belgische variant van CAO is (de clou bleek om niet te zoeken op het woord salaris, maar op het woord ‘wedde’ - dan blijkt CAO een barema of barême te zijn, wat dan weer letterlijk salarisschaal betekent). Bij mijn salarisonderhandelingen ben ik hartelijk uitgelachen om mijn vragen om verhuisvergoeding, reiskostenvergoeding of eventuele 13e maand. Dat bleek niet vastgelegd te zijn in de Barema, en daarmee bestond het dus ook niet. Maar ik krijg wel een toeslag, omdat ik meer dan twee kinderen heb, en ik krijg mijn eigen, vaste parkeerplek. Je moet je status als arts ook ergens mee hoog houden!
december 2012
7
THEMA FINANCIËN
De financiële jungle van de gezondheidszorg
Van DBC naar DOT Dat de kosten van de gezondheidszorg de laatste jaren flink de pan uit zijn gerezen, is vast niemand ontgaan. De miljoenen vliegen om je oren, net als DBC’s en tegenwoordig DOT’s. Voor de gemiddelde aios is de financiële kant van de gezondheidszorg er niet bepaald helderder op geworden. AIOS vroeg Cora ten Damme, unitmanager 2e lijns somatische zorg van directie Cure van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) om verheldering. Lisette Kunz
De NZa is de marktmeester in de zorg, die tarieven en budgetten reguleert. Daarnaast is de NZa toezichthouder op de zorg: ze probeert de zorg voor consumenten betaalbaar te houden en van goede kwaliteit te laten zijn. Met dit toezicht ziet de NZa erop toe dat de polis van de zorgverzekeraar helder is voor de consument, zodat deze met vertrouwen naar zorgaanbieders kan gaan. Geldstromen Ik dacht als ‘zorgaanbieder’ niet te maken te hebben met de NZa, maar niets blijkt minder waar: alles draait om geld en dus om de NZa. Hiervoor is het nodig om te weten hoe de geldstromen in de gezondheidszorg in elkaar zitten. De DBC (diagnosebehandelingcombinatie) kan opgedeeld worden in een kostencomponent en een honorariumcomponent. “De kostencomponent bestaat uit twee delen” vertelt Ten Damme. “In de ziekenhuiszorg is 70 procent van de prijzen vrij. Dat betekent dat voor dit vrije segment de ziekenhuizen en verzekeraars onderhandelen over de prijzen van behandelingen. Voor de overige 30 procent, het zogeheten gereguleerde segment, bepaalt de NZa het maximumtarief. De honorariumcomponent voor de specialist wordt bepaald door de NZa en kent een maximumtarief.” Bij het bepalen van de honorariumtarieven zijn de wetenschappelijke verenigingen van de verschillende specialismen en de Orde van Medisch Specialisten actief betrokken. “Zij overleggen met de NZa over de gemiddelde tijdsduur van de verrichtingen die zij doen. Op basis daarvan berekent de NZa de honorariumtarieven, zodat deze passen binnen het Budgettair Kader Zorg dat de minister jaarlijks vaststelt.” Ten Damme geeft aan dat
8
december 2012
Cora ten Damme
er vanaf 2012 een beheersplafond voor de vrijgevestigd medisch specialisten geldt van ruim twee miljard euro. “De NZa berekent per ziekenhuis een honorariumplafond voor de vrijgevestigde specialisten, om de kosten van de zorg te beperken. Eerder werden grote overschrijdingen gemaakt, doordat artsen te veel declareerden, waarop de minister in 2010 en 2011besloot tot forse kortingen. Om kostenoverschrijdingen en overschrijdingen te voorkómen, heeft ieder ziekenhuis nu een honorariumplafond voor de vrijgevestigde specialisten. Als een ziekenhuis bijvoorbeeld twee miljoen euro te besteden krijgt en boven dit plafond declareert, moet zij het teveel gedeclareerde bedrag terugbetalen aan het zorgverzekeringsfonds. Het bedrag dat instellingen kunnen declareren, zou voldoende moeten zijn. Door invoering van deze volumebegrenzing is gepoogd rust te krijgen in de medische sector.”
THEMA FINANCIËN
Van DBC naar DOT “De patiënt staat indirect centraal bij de NZa”, laat Ten Damme weten over de plaats van de zorgvragers. “Wij proberen de zorg betaalbaar, toegankelijk en transparant te houden voor de consument.” Toch gebeurt het wel eens dat partijen de Wet Marktordening Gezondheidszorg (WMG) overtreden. De NZa kan dan op diverse manieren in actie komen, zoals met een indringend gesprek, brief of zelfs het opleggen van een boete. “In het verleden is een boete van vijf ton gegeven aan een ziekenhuis dat hogere DBC-codes declareerde dan nodig was, het zogenoemde upcoding.” Dit jaar is de term DBC veranderd naar DOT (DBC’s Op weg naar Transparantie). Deze switch is gemaakt om het voor specialisten eenvoudiger te maken hoe en wat
Zorgdriehoek ze kunnen declareren. Bij de DBC waren er ruim 40.000 diagnoses, terwijl bij DOT er nog ‘maar’ 4.400 diagnoses zijn. Daarnaast declareer je bij DOT achteraf wat je ook daadwerkelijk hebt gedaan. Deze prestatiebekostiging geeft volgens Ten Damme een beter beeld van de werkelijk gemaakte kosten. Een ander voordeel is dat het huidige DOT-systeem minder fraudegevoelig is dan DBC’s. “Fraude is niet onmogelijk, want men kan nog
’Bij DOT zijn er nog ‘maar’ 4.400 diagnoses’ steeds niet-uitgevoerde activiteiten registreren of DBC’s upcoden. Gelukkig is met DOT de situatie sterk verbeterd.” Vanaf komend jaar zijn er opnieuw aanpassingen in DOT, zoals de invoering van de Zorgvraagindex (ZVI). Deze geldt alleen voor de revalidatiegeneeskunde. “In de ZVI worden patiëntspecifieke kenmerken
beschreven naast de diagnose”, legt ze uit. “Bij revalidatiegeneeskunde is de diagnose namelijk minder voorspelbaar voor het verloop van het behandeltraject. Met de ZVI probeert men patiënten te groeperen en een beter gemiddelde te maken voor een DBC.”
‘Een DBC houdt dus alleen rekening met welke zorg wordt geleverd, niet door wie’ Academie versus periferie Een DBC-tarief hangt samen met de tijd, zwaarte en profiel van de DBC. De NZa is autonoom in het maken van de tarieven, maar overlegt wel met diverse partijen. “Een DBC geeft een gemiddelde prijs van een behandeling van diagnose tot ontslag, dus voor het hele zorgtraject. Dit betekent dat een academisch ziekenhuis dezelfde vergoeding krijgt voor een patiënt met een pneumonie als een perifeer ziekenhuis, mits deze dezelfde behandeling krijgt. De DBC houdt rekening met de zorgzwaarte. Zo zijn er zwaardere producten die bijvoorbeeld overwegend in academische ziekenhuizen worden uitgevoerd. Een DBC houdt dus alleen rekening met welke zorg wordt geleverd, niet door wie.” Het invoeren van DOT’s heeft bij veel aios niet de hoogste prioriteit. Toch is het belangrijk dat de juiste DOT voor de juiste patiënt wordt geregistreerd. “Het ziekenhuis krijgt zo volledige informatie, anders kan er niet gedeclareerd worden”, vult Ten Damme aan. “Zonder registratie is er immers geen afleiding van het ziektebeeld en dus geen uitbetaling, omdat bij DOT de bepaling van het juiste DBC-zorgproduct pas achteraf plaatsvindt. Bij specialisten in loondienst is het belangrijk voor de betaling aan het ziekenhuis, maar voor vrijgevestigde specialisten heeft dit invloed op het verdiende honorarium en dus direct op hun inkomen!” Kunnen aios en specialisten zelf de kosten van de gezondheidszorg beperken? “Belangrijk is dat er gepaste zorg wordt geleverd, zonder overbehandeling of upcoding. Verder kunnen kosten worden bespaard door een betere samenwerking met de eerstelijns zorg en door het doelmatiger voorschrijven van medicijnen. Daarmee valt zeker winst te behalen.”
december 2012
9
VERENIGINGSNIEUWS
Dr. Paul Jansen winnaar van de Opleidingsprijs 2012
Opleidingsprijs 2012 Sinds 2009 reiken de LVAG en De Jonge Orde samen de Opleidingsprijs uit aan de beste opleider van Nederland. De prijs is in het leven geroepen om waardering uit te spreken voor de opleiders. Dit jaar stond de prijs in het teken van persoonlijk leiderschap. Klinisch geriater dr. Paul Jansen is erg betrokken bij zijn aios en kan geweldig presenteren. Katrien Greefhorst en Niene Peek, bestuur LVAG
Gezien het huidige opleiden, waarbij het focus ligt op competentiegericht opleiden met al zijn type feedback en beoordelingen, is het soms lastig om nog een persoonlijke invulling in te bouwen en oog te hebben voor de individuele aios en zijn/haar behoeften. Dat opleiden en opgeleid worden leeft onder aios is gebleken uit de enthousiaste en vele nominaties die wij dit jaar binnen kregen. Meer dan honderd opleiders werden door hun aios genomineerd. De vragenlijst richtte zich naast kwaliteit van de opleiding ook op werkomstandigheden en sfeer op de werkvloer.
Genomineerden: dr. Anneke ten Brinke, dr. Paul Jansen en dr. Herbert Stel.
10
december 2012
VERENIGINGSNIEUWS
2 Nominaties Uit de aanmeldingen is door de vakjury, bestaande uit verschillende belangrijke spelers uit het veld, een selectie gemaakt. Drie opleiders waren op de AIOSdag op 3 november in de Domus Medica, om te strijden voor te eervolle titel Opleider van het Jaar, te weten: l Dr. Anneke ten Brinke, longarts in MC Leeuwarden; l Dr. Herbert Stel, patholoog in Tergooiziekenhuizen te Blaricum; en l Dr. Paul Jansen, klinische geriater in UMC Utrecht. Na drie creatieve en inspirerende presentaties mocht Paul Jansen zich de beste opleider van het land noemen. De aios uit het UMCU reageren blij en enthousiast als ze horen dat Paul Jansen de prijs heeft gewonnen.
Naast een bronzen beeld werd een geldbedrag van 7.000 euro uitgereikt ten behoeve van opleidingsverbetering. Ten Brinke werd tweede en Stel derde. Ook zij gingen met een geldbedrag naar huis, om hen ook voor hun inzet in opleidingsland te belonen. Winnaar Paul Jansen Paul Jansen wordt vooral gewaardeerd vanwege zijn betrokkenheid en aandacht voor de persoonlijke situatie van de aios: ze voelen zich gesteund tijdens de opleiding. Hij wordt gezien als rolmodel op het gebied van opleiden en wetenschap, zowel regionaal als landelijk. Hij heeft uitstekende didactische kwaliteiten. Jansen is blij met de aandacht voor een van de kleinere vakgebieden. Hij pleit dan ook voor betere bekendheid van de klinische geriatrie, onder andere door het integreren van een coschap geriatrie tijdens de basisopleiding, aangezien dit nog niet overal in Nederland geïntroduceerd is We zijn erg benieuwd hoe de opleidingsgroep van de klinische geriatrie in het UMC utrecht de prijs gaat besteden om hun opleiding nog verder te verbeteren. Hopelijk horen we dat over een jaar bij de 5e uitreiking van de opleidingsprijs. Terugblik door Didi Braat, winnaar Opleidingsprijs 2011 Didi Braat, gynaecoloog in het UMC St Radboud, sprak over haar ervaringen na het winnen van de Opleidingsprijs. “De Raad van Bestuur heeft het gewonnen bedrag verdubbeld, om ziekenhuisbreed een tijdsbestedingsonderzoek onder aios te ontwikkelen. In dit onderzoek hebben aios kernactiviteiten, ondersteunende activiteiten en overige activiteiten geregistreerd. Hieruit blijkt met name veel inefficiëntie op de werkvloer, zoals verouderde/incompatibele ICT-faciliteiten, wachten op patiënten, langdurig visite lopen en het voorbereiden van patiëntenbesprekingen. Er is zowel op afdelingsniveau als op managementniveau voldoende verbetering mogelijk, om een betere verdeling van werkprocessen te bewerkstelligen. Aios worden weleens als passanten gezien, maar zij zien wat er speelt op de werkvloer en we zouden beter naar ze kunnen luisteren!”
Winnaar Opleidingsprijs 2012: dr. Paul Jansen.
december 2012
11
THEMA FINANCIËN
Eerste hulp bij letselschade Een drukke poli, je loopt uit. Je checkt snel je patiëntenlijst, geen tijd meer om het EPD in te duiken. “Mevrouw de Bruin”, roep je de wachtkamer in, maar in plaats van een oudere dame staat een man op, strak in het pak. Niet begrijpend schud je zijn uitgestoken hand, “Brechtelds”, zegt hij, “letselschadeadvocaat”. Ik kom námens mevrouw de Bruin'. Anouck Visscher
Als ontevreden patiënt kun je je gram halen bij de klachtencommissie van het ziekenhuis of de tuchtrechter van een medisch tuchtcollege. Steeds vaker hopen patiënten echter via een civielrechtelijke procedure geldelijk gecompenseerd te worden voor een (vermeend) verwijtbare fout of complicatie. Ontstaat er een 'claimcultuur' in Nederlandse ziekenhuizen? En zo ja, hoe moet je daar als aios mee omgaan?
moedigen tv-programma's als Radar of Medische Missers aan het er niet bij te laten zitten als er bij een behandeling iets fout is gegaan. Tot slot voelen mensen ook meer noodzaak voor zichzelf op te komen, omdat de overheid sociale voorzieningen terugdringt.” Een factor die volgens Meyst meespeelt, is dat allerlei letselschadespecialisten of -belangenbehartigers (nietadvocaten) slim op de toenemende bereidheid tot claimen inspringen en hun diensten steeds zichtbaarder en op een no cure no pay basis aanbieden.
'Je mag je fout toegeven'
Jacqueline MeystMichels Jacqueline Meyst-Michels is als vennoot verbonden aan advocatenkantoor Van Benthem & Keulen in Utrecht. Ze specialiseerde zich in gezondheidsrecht, met nadruk op medische aansprakelijkheid en letselschade en treedt in zaken op als verdediger van de hulpverlener, de instelling of op verzoek van de aansprakelijkheidsverzekeraar van een ziekenhuis. Meyst vindt niet dat er in Nederland sprake is van een claimcultuur, maar bevestigt wel de trend dat patiënten of hun nabestaanden de laatste decennia vaker een schadeclaim indienen. Meyst: “De patiënten van nu zijn mondiger dan vroeger en plaatsen artsen niet meer op een voetstuk. Kritiek op je behandelaar is meer gangbaar. Daarnaast
12
december 2012
'Ik wist het niet'! “Aan de meeste zaken liggen vaak gebrekkige communicatie of informatieverstrekking van de arts naar de patiënt toe, ten grondslag”, zo vertelt Meyst. “Een arts is volgens de wet verplicht om te voldoen aan de eis van informed consent. Maar hoe gedetailleerd je de patiënt voorlicht is een grijs gebied en kan per arts verschillen. Achteraf kan een patiënt claimen niet gewezen te zijn op een (zeldzame) complicatie die zich voordeed, waarvan hij zegt dat als hij had geweten het risico te lopen, hij niet had ingestemd met de ingreep.” Amerikaanse toestanden Hoe ver zijn we op deze manier nog verwijderd van angstige artsen en ambulance chasers? Krijgen we zo langzamerhand niet te maken met 'Amerikaanse toestanden': rechtszaken waarin patiënten miljoenen schadevergoeding eisen; artsen die zich op alle mogelijk manieren indekken en patiënten contracten laten ondertekenen als bewijs dat ze op alle risico's van een ingreep gewezen zijn? Volgens Meyst zal het zo'n vaart niet lopen: “In Nederland kennen we de punitive damages niet, een schadevorm waarin de instelling die aansprakelijk zou zijn gestraft kan worden voor het begaan van de fout an sich; een dergelijke regeling stelt burgers in staat hoge bedra-
THEMA FINANCIËN
gen te claimen. Wel zie je een ontwikkeling richting een meer defensieve geneeskunde, waarbij artsen - soms op dringend verzoek van een patiënt zelf - toch maar die extra scan doen 'voor het geval dat'. Een onwenselijke situatie, gezien de toch al hoge zorgkosten.”
denten moet reageren. Het tweede deel schetst hoe verzoeken rondom schadevergoeding door belangenbehartigers en verzekeraars op een juiste manier kunnen worden afgewikkeld.
Toch kunnen de bedragen van schadeclaims in Nederland net zo goed flink oplopen. Een patiënt mag alle schadeposten claimen die hij aantoonbaar kan maken als gevolg van de medische fout, bijvoorbeeld verlies van inkomen vanaf de periode dat het incident plaatsvond tot aan de pensioenleeftijd. Ook eventuele verzorging of hulp aan huis kan verhaald worden op de aansprakelijkheidsverzekering van het ziekenhuis indien de eis wordt toegewezen. Meyst vertelt: “Onderschat het niet: dat zijn hele hoge kosten. Stel dat er met een kind iets gebeurt, waardoor het continue verpleging thuis nodig heeft die ouders zelf leveren, maar waardoor zij eigen inkomsten mislopen. In Nederland kennen we claims van tonnen en in extreme gevallen komen ze boven de miljoen euro uit. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de emotionele schade, in de vorm van smartengeld. De hoogte van dergelijke immateriële schade wordt door de rechter bepaald met behulp van de 'smartengeldgids', waarin staat welke bedrag aan welk leed gekoppeld werd in voorgaande gevallen. Bij een hoge dwarslaesie kun je dan denken aan circa 150.000 euro.”
'Indekken gebeurt steeds vaker: een extra scan voor het geval dat'
Aansprakelijkheid als aios Als aios ben je een BIG-geregistreerde hulpverlener en zowel tucht-, civiel- als strafrechtelijk aansprakelijk voor je eigen handelen. Wat moet je doen als een patiënt op hoge poten naar je toekomt? Meyst stelt gerust: ”Aios kunnen fouten maken waarvoor ze aansprakelijk zijn, maar er zal zelden een civiel- of strafrechtelijke uitspraak komen waarin ze veroordeeld worden. Hun opleidingsinstelling is centraal aansprakelijk en zal daarom altijd als verantwoordelijke worden aangesproken door de patiënt. Een eventuele schadeclaim zal je als aios nooit hoeven op te hoesten: je valt onder de aansprakelijkheidsverzekering van je opleidingsinstelling.” Desondanks meent Meyst dat het aios en specialisten vaak ontbreekt aan voldoende kennis van de verschillen tussen tucht-, civiel- en strafrechtelijke claims, laat staan over hoe om te gaan met een klagende patiënt. Twee jaar geleden is daarom de zogenaamde 'Gedragscode Openheid Medische incidenten' (GOMA) opgesteld, die kan helpen in het bepalen van je attitude na een gemaakte fout. De GOMA bestaat uit twee delen, waarbij het eerste deel handvatten geeft over hoe de zorgverlener op inci-
Meyst raadt alle aios aan de GOMA door te nemen: “In de GOMA staat bijvoorbeeld dat een arts zijn fouten mag toegeven, zonder dat dit gevolgen heeft voor de aansprakelijkheid. Dat is nog steeds een ingewikkeld
G edragscode Gedragscode Openheid medische medische incidenten; Openheid betere afwikkeling Medische (goma) Aansprakelijkheid (goma) deletselschaderaad.nl
stuk, want als een arts aan een patiënt een fout toegeeft dan kan de patiënt denken: 'Mooi, de aansprakelijkheid is erkend, dus nu kan ik een schadeclaim indienen'. Dat is niet zo en daarom is het belangrijk dat de arts het op de juiste wijze verwoordt: 'Ik vind dat ik een fout heb gemaakt, maar ik kan zelf niet beoordelen of ik daar nou echt aansprakelijk voor ben. Dat moet de jurist van het ziekenhuis doen of eventueel de aansprakelijkheidsverzekeraar'.” Wie weet leidt het erkennen en bespreken van de fout met de patiënt al tot het achterwege blijven van een schadeclaim. Meer lezen over GOMA? www.deletselschaderaad.nl
december 2012
13
VOOROORDELEN
Orthopedie versus sportgeneeskunde Juist de vakgebieden die heel dicht bij elkaar staan, oordelen vaak het felst over elkaar. In deze rubriek laten we twee assistenten aan het woord over hun eigen vakgebied met vooroordelen en dat van de ander. Nu zijn dat Iris Busscher, aios orthopedie, en Feikje Riedstra, aios sportgeneeskunde, beiden werkzaam in het UMC Groningen. Ze bespreken openhartig enkele vooroordelen, die niet altijd hun eigen mening zijn. Daniël Dresden
Orthopedie Aios: Iris Busscher, 30 jaar Studie: geneeskunde, UMC Groningen 2000-2007 Opleiding: sinds juli 2012 Duur van specialisatie: 6 jaar Onderzoek: proefschrift ‘A non fusion scoliosis correction device’ (2010) Vooroordelen over orthopedie
‘Orthopedie: nieuwe heup erin, en klaar’ Orthopeden zijn 100% doeners, geen denkers. Feikje: “Om even een cliché op tafel te gooien: het lompe, hakken en zagen hoort wel bij de orthopedie. Overdag opereren ze heupen en knieën en thuis hebben ze vaak een oldtimer om aan te sleutelen. Als er niets te repareren valt, dan is het voor hen klaar en staat de patiënt op straat. Natuurlijk is de tijdsdruk bij de orthopeed hoger, maar ze zouden ook in zo’n geval soms best wat vaker adviezen kunnen geven.” Iris: “Velen vinden dat wij maar hakkende en zagende artsen zijn, lompe chirurgen die niet verder kijken dan het bot. Een vooroordeel is dat het allemaal stoere kerels zijn met de houding: probleem oplossen, en klaar. We hebben ook veel poli’s. Veel behandelingen gebeuren conservatief, ook in een academisch ziekenhuis. In de periferie is het denk ik wel vaker: nieuwe heup erin, en klaar. Maar meestal is het echt niet zo kort door de bocht.”
14
december 2012
Orthopedie is nog steeds een mannenbolwerk, waar enkele ‘manwijven’ werken. Iris: “Er zijn nog steeds veel mannen in de orthopedie. Ik denk dat slechts 10% vrouw is. Wij hebben nu dertien assistenten, van wie drie vrouwen. Het worden er wel meer, maar dat gaat langzaam. Bij chirurgie zie je nu veel meer vrouwen. Dat gaat sneller. Orthopedie is een heel technisch en een best zwaar vak. Dus ik denk dat daarom niet zoveel vrouwen er voor kiezen.” Feikje: “Er lopen bij de orthopedie inderdaad veel minder vrouwen rond, mogelijk omdat dit het minder precieze, zwaardere deel van de chirurgie is?” Wat zijn twee orthopeden die een ECG beoordelen? Een dubbelblind onderzoek. Iris, lachend: “Dat is wel waar. We lossen over het algemeen niet veel ‘interne’ problemen zelf op. Maar, wij zien ook wel eens iemand op de cardiologie liggen met een orthopedisch probleem en vragen ons af: waarom hebben ze dat niet anders gedaan? Elk specialisme heeft zijn eigen eilandje. Hoe meer je superspecialiseert, hoe meer je dat krijgt.” Feikje: “Dat is wel hoe de orthopedie vaak bekend staat: een specialisme wat zich beperkt tot het beoordelen en opereren van gewrichten en botten. Verder wordt er niet gekeken.”
VOOROORDELEN
Sportgeneeskunde Aios: Feikje Riedstra, 30 jaar Studie: bewegingswetenschappen, RUG 2000-2005; geneeskunde, UMC Groningen 2005-2009 Opleiding: sinds 2010 Duur van specialisatie: 4 jaar Onderzoek: n.v.t. Vooroordelen over sportgeneeskunde
‘Sportgeneeskunde: ze tellen niet helemaal mee’ Sportartsen wilden eigenlijk orthopeed worden, maar waren niet goed genoeg in opereren. Iris: “Voor de sportgeneeskundigen die ik ken, geldt dat niet zo. Over revalidatieartsen heb ik nog veel meer vooroordelen dan over sportartsen. Als wij niks meer kunnen, dan sturen we de patiënt naar een revalidatiearts.” Feikje: “Orthopedie lijkt me zeker een mooi specialisme. Alleen denk ik dat het op een gegeven moment wat eenzijdig wordt. De breedte van de sportgeneeskunde houdt het juist interessant. Er is sprake van een uitlopende patiëntenpopulatie: van jong tot oud, beginnende sporter tot topsporter, helemaal gezond of chronisch ziek. Je werk varieert van spreekuur, sportmedische testen tot sportmedische begeleiding.” Sportgeneeskunde is niet een echt specialisme. Het is geschikt voor de degenen die niet voor de orthopedie of revalidatiegeneeskunde in aanmerking kwamen. Feikje: “Sportgeneeskunde is in de race om een specialisme te worden. Ik denk dat we dat zeker verdienen. Als sportarts ben je specialist op het gebied van het evenwicht tussen
belasting en belastbaarheid bij sport en bewegen en dat is een heel breed onderwerp. Naast het hebben van kennis van het houdings- en bewegingsapparaat moet je ook weten om te gaan met onder andere cardiologische en pulmonale problemen die bij sporten een rol kunnen spelen. Dat is de reden dat tijdens de opleiding ook cardiologie en longgeneeskunde ruim aan bod komt.” Iris: “Ik weet eigenlijk niet of het inmiddels een erkend specialisme is. Ik denk dat dat nu wel begint te veranderen, maar dat er nog wel het vooroordeel bestaat ze nog steeds niet helemaal meetellen.” Sportartsen vallen tussen wal en schip: als iemand tijdens het sporten écht letsel oploopt, dan gaan ze naar de orthopeed. Iris: “Het zit overal een beetje tussenin. Dat zie je ook in hun opleiding. Ik denk niet dat er veel huisartsen zijn die een patiënt direct naar een sportarts doorverwijzen, tenzij de patiënt daar zelf om vraagt.” Feikje (met een knipoog): “Omgekeerd geldt ook dat als een patiënt letsel oploopt, dat niet geopereerd hoeft te worden, ze bij de orthopedie juist tussen wal en schip vallen. Door middel van adviezen kan je deze mensen vaak verder helpen. We moeten proberen om een meerwaarde voor elkaar te zijn.” Wat zou je het meeste missen, als je het andere specialisme had gekozen? Iris: “Opereren, want dat doen sportartsen natuurlijk niet. Ook zou ik missen dat je concreet iets kan dóén. Ik heb het idee dat dat bij sportartsen niet zo gebeurt.” Feikje: “De sportgeneeskunde is zo breed: van inspanningstest tot knieonderzoek, van een overtrainde sporter tot een sporter die belemmerd wordt door kortademigheidsklachten. Ik heb serieus nagedacht over de orthopedie, maar deze veelzijdigheid heeft er onder andere toe geleid dat ik voor mijn vak heb gekozen.”
Wat is de toekomst van je eigen vakgebied? Iris: “Door de vergrijzing komen er steeds meer mensen met artrose, die een nieuwe heup nodig hebben. Daarom zitten wij denk ik wel veilig. Maar met de bezuinigingen en het afschaffen van maatschappen is het best moeilijk. Ik zie bij orthopeden die net klaar zijn met hun opleiding, dat ze nu al moeilijk een baan kunnen vinden. Maar dat is bij de chirurgie nog veel erger. Ik ben blij dat ik niet nu al klaar ben. Ik hoop dat het over vier jaar beter is.” Feikje: “In 1975 begon de eerste sportarts in Nederland aan zijn medische specialisatie. Sportgeneeskunde is dus nog een relatief jong vak maar zeker aan het groeien. Om de gezondheidsrisico’s en blessurekosten bij sport te verlagen, is een goede preventie en adequate behandeling van sportblessures belangrijk. Ook is er sprake van een zeer hoog percentage bewegingsarmoede in Nederland, wat leidt tot ongeveer achtduizend sterfgevallen per jaar door te weinig bewegen. Bewegen is een medicijn dat nog onvoldoende wordt voorgeschreven, maar waarvan het belang gelukkig steeds duidelijker en bekender wordt. Daarom heb ik alle hoop op een mooie toekomst voor de sportgeneeskunde!”
december 2012
15
VERENIGINGSNIEUWS
Korting opleiding medisch specialist
Wie betaalt de rekening? aan het licht komen, met een hogeDE LANDELIJKE VERENIGING VOOR re mate van kosteneffectiviteit MEDISCH SPECIALISTEN IN OPLEIDING (LVAG) EN als resultaat. Kortom, transparantie zal er dus voor zorgen dat DE JONGE ORDE (DJO) DENKEN MEE. medisch specialisten opgeleid kunHet kabinet wil bezuinigen en kijkt weer naar de zorg. Ziekenhuizen zijn reeds gekort, de burger betaalt een deel, en bij de medisch specialisten valt niets meer te halen. Of toch? Rutte en Samsom stellen in hun regeerakkoord voor om 'het aantal jaren van publieke bekostiging voor medisch specialistische vervolgopleiding te harmoniseren tot de opleidingsduur zoals geformuleerd in de EU-richtlijn voor erkenning van beroepskwalificaties'. Wie deze zin leest, zal denken: 'De duur van de medisch specialisten opleiding wordt ingekort'. Echter, dit is onmogelijk zonder verlies van kwaliteit in de medisch specialistische zorg. Ook Rutte en Samson begrijpen dit. Het gaat deze bezuinigende regeringsleiders dan ook niet om tijd, maar wél om geld. In hun voorstel wordt de opleidingsdúur namelijk niet direct verkort, maar de financiering hiervan wél. Een bezuinigingsmaatregel dus, die kan oplopen tot een korting van maar liefst drieëndertig procent. Erg onaantrekkelijk en zeker niet zonder risico's voor de patiënt. Dus, nu Rutte en Samson het scalpel hante-
16
december 2012
ren, stellen wij de vraag: “Wie betaalt de rekening”? De patiënt moet buiten schot blijven, de aios kan het niet betalen en van de zorgverzekeraars is geen financiële toeschietelijkheid te verwachten. De LVAG en DJO denken graag mee om die vraag wél te beantwoorden en stelt drie mogelijke oplossingen voor. Kosteneffectiviteit door transparantie De overheid betaalt ziekenhuizen om de opleiding tot medisch specialist mogelijk te maken. Dit geld, ongeveer € 130.000,- per aios per jaar, wordt voor een deel besteed aan salaris voor de aios. Waar de rest blijft is onduidelijk. Of dit geld efficiënt aan de opleiding wordt besteed, weet dus niemand. De LVAG en DJO denken van niet. Hierin hebben zowel de overheid als de ziekenhuizen een taak. De overheid zal ziekenhuizen moeten verplichten om inzage te geven in hun bestedingen aan de specialistenopleiding. Zodra ziekenhuizen hier gehoor aan geven, kan de doelmatigheid bepaald worden. Mogelijkheden tot bezuinigen zullen ongetwijfeld
nen worden voor minder geld, maar mét behoud van opleidingsduur, dus met behoud van kwaliteit.
De aios als trainee De aios is, net als een trainee in het bedrijfsleven, een werknemer die wordt opgeleid voor een topfunctie met grote verantwoordelijkheden. Gedurende de laatste jaren van hun opleiding, bepalen aios voor een deel zelf wat ze leren en waar ze dat doen. Op www.opleidingsetalage.nl etaleren ziekenhuizen zichzelf met mooie stagebeschrijvingen, met als doel die financieel aantrekkelijke aios binnen te halen. Indien de overheid deze laatste opleidingsjaren niet meer wil betalen, is de beurt aan de ziekenhuizen om te investeren in hun toekomstig medisch specialisten. Doen de ziekenhuizen dit goed, dan zouden aios wellicht bereid zijn, net als die trainees in het bedrijfsleven, na het beëindigen van hun opleiding enkele jaren in datzelfde ziekenhuis topzorg te blijven leveren. Bij verpleegkundigen en legerartsen gebeurt dit al. De stap naar de medisch specialisten in opleiding is dus klein. Bijkomend voordeel is dat het ziekenhuis investeert in haar
VERENIGINGSNIEUWS
eigen medisch specialisten van de toekomst. Dit motiveert niet alleen tot opleiden op hoog niveau, maar geeft ziekenhuizen ook de mogelijkheid om de opleiding aan te passen aan hun eigen medisch specialistische behoeften. De ziekenhuizen zullen dus een grotere financiële verantwoordelijkheid moeten nemen voor de opleiding van hun toekomstige toppers, ten voordele van de ziekenhuizen zelf. De aios aan zet De ultieme oplossing ligt echter elders. De medische specialistenopleidingen zijn recent geherstructureerd. De nadruk is komen te liggen op het behalen van competenties en de eigen verantwoordelijkheid van de aios hierin. Dit is een goede
ontwikkeling, echter specialisten in opleiding kunnen mede vanwege financiële afhankelijkheid nog steeds niet 'stemmen met de voeten'. Zodoende kunnen opleidingsklinieken onder de maat presteren zonder dat de aios hier concreet iets aan kunnen doen. Dit komt de kwaliteit van opleiding, en dus de kwaliteit van de toekomstige medisch specialistisch zorg, niet ten goede. De LVAG pleit er dan ook voor om de verantwoordelijkheid écht bij de aios te leggen. Geef het opleidingsgeld, dat nu ongezien in ziekenhuizen verdwijnt, uit waar het hoort. Geef het aan de aios. Geef de aios een beurs, waarmee hij of zij in eigen salariskosten kan voorzien én opleiding kan inkopen bij ziekenhuizen. Dan wordt oplei-
den weer een voorrecht, en zullen ziekenhuizen elkaar pas écht beconcurreren. Deze concurrentie zal leiden tot transparantie en efficiëntere besteding van opleidingsgelden, resulterend in een hoge kwaliteit van opleiding tegen een lagere prijs. Bovendien zullen aios elkaar onderling beconcurreren om toegelaten te worden tot de beste opleidingsklinieken. Hiervoor zullen ze nóg beter presteren voor, tijdens én na afronding van hun opleiding tot medisch specialist. Wout van der Meij, bestuurslid LVAG
Creatieve schrijvers gezocht Ben je arts (niet) in opleiding tot medisch specialist of een (bijna) afgestudeerde coassistent? Is schrijven je passie en wil je je horizon verbreden? Kom dan bij de redactie van AIOS! We zoeken een redacteur en columnist. Wij willen onze redactie, die bestaat uit twee hoofdredacteuren, een eindredacteur, vijf redacteuren en een contactpersoon vanuit de LVAG, uitbreiden. De redactie, dus ook jij als redacteur, is verantwoordelijk voor de inhoud, vormgeving en verdere ontwikkeling van het tijdschrift. Je houdt je bezig met onderwerpen als arbeidsomstandigheden, opleiding, zorgkwaliteit, wetenschap, rechtspositie en onderzoek. Je schrijft artikelen (o.a. thema-artikelen en artikelen voor vaste rubrieken) en interviews. Wij zoeken We zijn op zoek naar een enthousiaste en creatieve a(n)ios of (bijna) afgestudeerde coassistent, die affiniteit heeft met taal en schrijven, graag wil samenwerken en vier
maal per jaar de redactievergadering in Utrecht wil bijwonen.
alles wat maar raakvlakken heeft met a(n)ios.
Wij bieden Je maakt deel uit van een professionele en gedreven redactie. Je kunt je stempel drukken op het tijdschrift dat 5.700 a(n)ios lezen. Je kunt meer halen uit je schrijfkunst. Je wordt begeleid door twee hoofdredacteuren en de eindredacteur. En je verbreedt je kennis over
Interesse Interesse? Mail dan zo snel mogelijk je motivatie en eventueel je cv naar
[email protected]. Meer informatie? Neem dan contact op met Lisette Kunz of Daniël Dresden, hoofdredacteuren,
[email protected] of
[email protected]
AIOS is de officiële uitgave van de Landelijke Vereniging voor Medisch Specialisten in Opleiding (LVAG). Het richt zich op artsen (niet) in opleiding tot medisch specialist. Het tijdschrift bestaat naast het verenigingsnieuws uit artikelen en berichten die betrekking hebben op de maatschappelijke, rechtspositionele en economische belangen van a(n)ios in Nederland en het functioneren van de opleiding tot medisch specialist. AIOS komt vier maal per jaar uit.
december 2012
17
Alvast 'n samen~werkend '13 gewenst! Het was een pittig jaar, 2012. Of je nu aios bent, anios - of nog onderweg naar het artsexamen gaandeweg lijkt de toekomst er anders uit te gaan zien dan bij de start van je loopbaan voorzien. Dat 'anders' zal in 2013, helaas, niet veranderen. Zeker dan wint 'samen sterk' aan belang. Ralph Hartman, LAD Evenals de andere organisaties die de belangen van jonge (a.s.) artsen behartigen, stelt de LAD zich teweer tegen plannen en maatregelen die riskant zijn voor de positie van de beroepsgroep. Of het nu gaat om de eigen bijdrage van aios aan hun opleiding, verkorting van de opleidingsduur of de langstudeerboete - steeds maken we voor onze achterban helder wat dit voor hen nu precies inhoudt en wat de risico's zijn. Dagen en acties en ..... Zoals gezegd - dat doen we niet alleen. Dat kunnen we ook niet solo, al hebben organisaties bijvoorbeeld de LAD - dat idee misschien ooit wel gehad. Dubbelop is ook niet goed, zoals bij de AiosDag van LAD en samenwerkingspartner VvAA in april van dit jaar. Weliswaar succesvol, maar gelijktijdig met de dag van Jonge Orde, LVAG en OMS. Niet voor herhaling vatbaar. Dus trokken we in november gezamenlijk op. En dat zullen we blijven doen. Dat 'samen' gold ook zo'n twee maanden eerder. Ooit meer dan 1.000 aios bijeen gezien? Dan was je dus ook in Leiden op die gedenkwaardige 22ste augustus. Bij de AiosActieAvond van DJO, LVAG, OMS en LAD. Eén plan verdween in de prullenbak (de eigen bijdrage aan de opleiding). Maar het andere idee (verkorting van de opleidingsduur) staat glashard in het regeerakkoord.
18
december 2012
De LAD is het van harte eens met de stellingname van LVAG en Jonge Orde, over alle consequenties van dit onzalige plan. We hoeven dat niet dunnetjes over te doen, maar we versterken elkaar. Ook door dit in overleg- en onderhandelingssituaties, in cao-land en daarbuiten, aan de orde te stellen.
Nog geen lid? Kijk dan op artsennet.nl/lad. Vanaf de homepage is je Triplelidmaatschap snel geregeld.
Synergie Het samengaan van delen levert meer op dan de som der delen. De oude Grieken noemden dat al 'synergie'. Extra noodzakelijk bijvoorbeeld ook omdat, anders dan in het nabije verleden, perspectief op werk met een toekomst-bestendige (rechts-)positie minder vanzelfsprekend is. Triple Niet de betere Belgische bieren, maar wel bedoelen LAD, OMS en DJO hiermee de lidmaatschapsvorm sinds afgelopen zomer waarbij je als aios voor E 10 per maand lid kunt worden van de drie belangenbehartigers. Met alle lidmaatschapsvoordelen bij elkaar opgeteld. Dit introductie-aanbod geldt vooralsnog tot 1 januari a.s.
Alles bijeen - vanuit de LAD alvast 'n samen~werkend 2013 gewenst! Met veel synergie. Als anios, aios en op alle verdere momenten in je loopbaan...
THEMA FINANCIËN
Geld in geneeskunde Geld en geneeskunde hebben meer overeenkomsten dan je op het eerste gezicht zou denken. Artsen verdienen best een dik belegde boterham, maar ze worden er meestal niet direct mee in verband gebracht. De volgende begrippen geven aan dat ook in de verschillende vakgebieden van de geneeskunde wel eens direct of indirect gerefereerd wordt aan geld. Anna Roukens
Geldrolvorming van erythrocyten: In het perifere bloed liggen erytrocyten over elkaar heen geplakt in een dun gedeelte van de bloeduitstrijk. Dit wordt veroorzaakt door een verhoogd eiwitgehalte. Geldrolvorming komt voor bij infecties en bij aanwezigheid van M-proteïne bij multipel myeloom.
Geld tellen: Deze term wordt gebruikt voor de grove tremor bij de ziekte van Parkinson, waarbij de vingers de beweging van ‘geld tellen’ maken.
De gouden standaard: Diagnostische methode die bij een bepaalde aandoening de grootste zekerheid geeft over het al dan niet aanwezig zijn van die aandoening.
Goudtherapie: Goudverbindingen werden in het verleden veelal toegepast bij reumatoïde artritis, juveniele idiopatische artritis en artritis psoriatica. De werking van ‘goud’ is onbekend, maar op hypothetische gronden wordt verondersteld dat het de fagocytose (van het pathologisch immuuncomplex) door macrofagen tegengaat, waardoor een schakel in de keten van autoimmuunprocessen bij reumatoïde artritis wordt geremd.
Zilverkleuring: Zilver wordt gebruikt om selectief bepaalde weefsels of structuren aan te kleuren in histologische coupes: in gelelektroforese en in polyacrylamidegels. Intraen extracellulaire structuren (DNA, collageen) en microorganismen zoals Helicobacter, Pneumocystis, Candida kleuren aan met zilver.
Staphylococcus aureus: Een grampositieve kok die ook bij gezonde mensen en dieren zich op de huid en slijmvliezen, zoals de neusholte, bevindt. De bacteriekoloniën van de S. aureus zijn goudgeel kleurig.
Nummulair eczeem: Een vorm van eczeem die wordt gekenmerkt door ronde (soms ovale) eczemateuze plekken. Nummulair eczeem kan idiopathisch zijn of kan deel uitmaken van atopisch eczeem.
december 2012
19
COLUMN:
MONEY TALKS... Je hebt van die momenten dat je wordt getriggerd door iets - zoals een
De dagen erna bleek hoe waterdicht dat compromis was... De in-
onbenullig popliedje - om wat van je af te schrijven. Zo hoorde ik op
komensafhankelijke premie voor de Zorgverzekering was feitelijk
5 november jl., de dag dat het nieuwe kabinet zou worden geïnstal-
al voldoende om een serieuze bom onder het kersverse kabinet te
leerd, op weg naar kantoor het nummer Dirty Cash van de Britse
leggen. Dit punt uit het regeerakkoord kreeg in de daaropvolgende
popgroep Adventures of Stevie V. Dat is geen hogere cultuur, maar
dagen en weken dan ook zoveel aandacht, dat de andere in het
stelt in tamelijk platte bewoordingen het materialisme in de wereld
akkoord opgesloten onderwerpen niet of nauwelijks aan bod kwamen.
ter discussie: money talks... Eén zo’n onderwerp dat a(n)ios zeker zou moeten aanspreken, is Natuurlijk zou op die bewuste maandag ook de beroemde bordes-
de verkorting van de opleidingsduur. Eerder dit jaar werd al eens
scène plaatsvinden. Tijdens het Radio 2 journaal wist een reporter
geopperd om aios zelf te laten bijdragen in hun opleidingskosten.
te vertellen dat de plaatsen van de nieuwe bewindslieden op de
Dat zou globaal neerkomen op € 13.400 per jaar per aios. Op de Aios
foto van tevoren op het bordes al worden gemarkeerd met stickers.
Actie Avond op 22 augustus jl. liet toenmalig demissionair minister
Daarbij is de importantie van de bewindspersoon bepalend. Minister
Schippers al weten tegen dit plan te zijn en dat gold ook voor een
Edith Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport nam een
meerderheid in de Tweede Kamer. Een alternatief - het inkorten van
vooraanstaande plaats in: tweede op de achterste rij. Poeh, poeh
de opleidingsduur - leverde slechts verontruste reacties op. In het
lekker belangrijk. Ze moest eens weten!
huidige regeerakkoord is het inkorten van de opleidingsduur echter tot kabinetsvoornemen verheven. Onder andere de OMS, inclusief de Jonge Orde, heeft zich vanaf dat moment stevig geroerd. De eigen bijdrage voor aios kan weliswaar niet op een kamerbrede meerderheid rekenen, voor het inkorten van de opleidingsduur zijn wél voorstanders te vinden, die zich beroepen op EU-richtlijnen. Kan het zo zijn dat de politiek tóch gaat voor inkorting van de opleidingsduur vanwege de besparing op opleidingskosten, om dan uiteindelijk onder druk van het professionele veld de opleidingsduur alsnog op het huidig niveau te houden? Echter, met de kanttekening dat de betrokken partijen - zoals aios, opleidende maatschappen en ziekenhuizen - dan wél zelf de daarmee samenhangende kosten dienen op te hoesten? De tijd zal het leren. Eén ding mag duidelijk zijn: ook 22 jaar ná de lancering van Dirty Cash geldt nog steeds: money talks...
Arie Brand Adviseur Sibbing & Wateler c.s. Kijk voor meer informatie op www.sibbing.nl
Een week eerder - op 29 oktober jl. - was het nieuwe regeerakkoord gepresenteerd. Die avond waren de twee hoofdrolspelers tijdens de formatiebesprekingen - Mark Rutte en Diederik Samsom - te gast in het tv-programma Pauw & Witteman. De twee politieke vrienden met het ‘ouwejongenskrentenbrood-stempel’ mochten daar de samenleving vertellen dat ze dankzij een periode van radiostilte een waterdicht compromis hadden gesloten.
THEMA FINANCIËN
De prijslijst De zorg moet goedkoper. Ook als aios moeten we hieraan bijdragen en krijgen vaak van onze opleiders diverse tips over hoe we kunnen besparen op de kosten. In dit artikel hebben we prijzen van een aantal veel aangevraagde onderzoeken voor je op een rijtje gezet. Anna Roukens
Als aios worden we voortdurend gemaand om zuinig te zijn, niet te veel onderzoeken aan te vragen en vooral het aantal opnamedagen te verkorten. Er worden geregeld onderzoeken gepubliceerd met tips om dit te bewerkstelligen. Het aantal ligdagen kan bijvoorbeeld significant verlaagd worden door bij opname de beoogde ontslagdatum al in te vullen op een white board aan het bed van de patiënt, zodat patiënt en familie hier alvast rekening mee kunnen houden. Het zal geen aios verbazen dat dit soms tot enige ergernis en lastige familiegesprekken leidt. Omdat aios geen financiële prikkel krijgen om te bezui-
nigen, blijft het een beetje abstract. Het spreekt natuurlijk voor zich dat geld over de balk gooien nooit goed is. Concreet betekent dit voor de aios: beter nadenken voor je een onderzoek aanvraagt en harder werken om de patiënt eerder naar huis of naar een andere zorginstelling te ontslaan. Om de kosten van ingrepen en onderzoeken wat inzichtelijker te maken volgt hier een lijst van afgeronde prijzen voor een aantal uiteenlopende diagnostiek. Voor de laboratoriumen radiologieonderzoeken zijn afgeronde CTG-tarieven1 weergegeven, die een indicatie zijn en worden aangepast in het nieuwe DOT-systeem.
CTG-tarieven Laboratoriumonderzoeken Prijs in € Cellen tellen in liquor 1 Creatinine 2 Amylase 2 Urinescreening kwalitatief zonder sediment 2 Microscopische beoordeling puncties 3 Arterieel bloedgas 5 Determinatie micro-organismen 5 C-reactieve proteïnen 5 CK-MB creatinefosfokinase iso-enzym 8 Troponine – cardiale isovorm 8 Antistoftiterstijging influenza A 9 Kruisproef m.b.v. indirecte Coombstest 10 Bèta-hCG 13 IgM antistoffen tegen elk micro-organisme 13 Alcohol – kwantitatief en identificatie 20 Spermaonderzoek uitgebreid 20 Antidepressiva – kwantificatie en identificatie 27 hCG kwantitatief uit serum 40 Auto-immuunziekten bijzonder CLB 40
Radiologieonderzoeken Prijs in € Buikoverzicht 45 Echo schildklier - hals 51 Echo buikorganen 51 Echo onderste extremiteit 51 CT onderzoek van de hersenen - schedel 160 CT thorax – hart – grote vaten 160 Endoscopische retrograde cholangiopancreatografie (ERCP) 196 MRI wervelkolom incl. hals 248 Flebografie van het been 248
Referentie 1. www.nza.nl
december 2012
21
THEMA FINANCIËN
Dokken voor je doktersopleiding In de VS, Groot Brittannië en in mindere mate Frankrijk en Italië moet je als student geneeskunde of aios flink in de buidel tasten om dokter of specialist te worden. Om welke bedragen gaat het daar eigenlijk? En wat voor gevolgen heeft het voor het latere (beroeps)leven? Een kijkje over de grens. Anouck Visscher
Dokter Izobel Stevens (‘Izzie’) uit Grey’s Anatomy kon haar studie geneeskunde betalen dankzij haar bijbaan als lingeriemodel. Haar collega Alex Karev maakte er een paar flauwe grappen over, maar zo begon ze wel schuldenvrij aan haar opleiding tot chirurg in Seattle Grace Hospital. Helaas is een dergelijke bekostiging van een opleiding niet voor iedereen weggelegd. Stel dat het voorstel doorgang vindt om aan artsen in opleiding tot specialist een bijdrage van gemiddeld 13.400 euro per jaar te vragen: wat heeft dat voor consequenties voor de medicus (in spe)? Somber scenario Een kijkje over de grens is misschien van voorspellende waarde. In de VS betalen studenten traditiegetrouw fors voor de vierjarige opleiding geneeskunde. ‘Skeptical Scalpel’, een Amerikaanse chirurg die wekelijks blogt op zijn eigen pagina, waarschuwt in een opiniestuk voor de kosten van zowel de public als de private ‘medschool’.1 Afgaande op informatie van de American Medical Association (AMA) is de gemiddelde schuld van de Amerikaanse geneeskundestudent bij het afstuderen 156.000 dollar (gegevens uit 2009), omgerekend bijna 120 duizend euro. Dat je daarna als resident wel gaat verdienen, zo schrijft Skeptical Scalpel, betekent in praktijk niet dat het je lukt om de gemaakte schulden al gedurende je opleiding tot specialist af te lossen. Het gemiddelde salaris voor de Amerikaanse aios chirurgie is 56.000 dollar per jaar (43.000 euro, dus vergelijkbaar met het Nederlandse aios-salaris), en dat stelt de resident ten hoogste in staat zijn rente over de
'Bijbaan als lingeriemodel' gemaakte lening betalen. Ben je na tien jaar opleiding uiteindelijk specialist en zou je als zelfstandige aan de slag willen, dan wachten er nog je praktijkkosten, de aanschaf van materiaal en de hoge kosten van de malpractice insurance (aansprakelijkheidsverzekering voor letselschadeclaims). Kortom, geheel zijn naam eer aandoend, kan Skeptical Scalpel concluderen: wil je dokter worden? Als je het ziet zitten
22
december 2012
om een forse schuld aan te gaan, die je nooit afbetaald krijgt ondanks een 60 tot 80-urige werkweek en je tien jaar van je leven in je opleiding wilt investeren: ja, dan is het echt iets voor jou! Rijke papa’s De Britse collegae hebben het op financiële vlak zo mogelijk nog een tikkeltje zwaarder dan de Amerikaanse artsen (in wording): niet alleen betalen ze fors collegegeld gedurende hun studie geneeskunde, ook worden ze geacht aanzienlijk bij te dragen aan hun opleiding. Tim Crocker-Buqué, voorzitter van de commissie van medische studenten binnen de British Medical Assocotion, wijst sinds zijn aantreden in 2009 regelmatig op de ontwikkeling dat straks alleen kinderen van rijke ouders het beroep van arts zullen uitoefenen.
THEMA FINANCIËN
Volgens Crocker-Buqué zal het daaruit voortvloeiende gebrek aan gemeleerdheid onder artsen het vak geen goed zal doen. De cijfers zeggen genoeg: slechts vier procent van de medisch studenten in Groot Brittannië is afkomstig uit de twee laagste sociaaleconomische klassen. Slechts elf procent heeft ouders met een semigeschoolde of ongeschoolde beroepsachtergrond.2 Deze percentages worden ieder jaar kleiner. Als Britse geneeskundestudent heb je bij je afstuderen een gemiddelde schuld van 20 duizend pond (bijna 25.000 euro). Een gemiddelde schuld, want degenen die ondersteuning van vader of moeder volledig ontberen halen gemakkelijk de 45 duizend pond (55,5 duizend euro). En stel je wilt chirurg worden, dan berekende de Association of Surgeons in Training (ASiT) in 2007 dat de aios daarvoor een derde van de totale 140.000 pond aan opleidingskosten moet ophoesten (omgerekend ruim 160.000 euro). In hun visiedocument vraagt de ASiT zich af of deze grote eigen bijdrage aan de opleiding tot chirurg getalenteerde - maar minder bedeelde potentiële aios ontmoedigt om voor de professie te kiezen? Het antwoord op die vraag lijkt duidelijk, zeker als men zich bedenkt dat het startsalaris van een Britse dokter een stuk lager ligt dan die van een Amerikaanse en het voor hen dus nog lastiger is hun lening af te betalen. Geen enkel ander land kent een dusdanig hoge bijdrage aan de geneeskundestudie of opleiding tot specialist. In Frankrijk en Italië betaalt de aios een relatief klein aandeel, (respectievelijk 4.000 en 1.000 euro per jaar.3,4 Maar in Nederland hebben we het pas echt goed voor elkaar: de kosten van de opleiding
komen volledig op conto van overheid en opleidingsinstelling.
'Een kijkje over de grens'
Hoe nu verder? De vraag is hoe lang we onszelf nog zo gelukkig mogen prijzen. Het voorstel om aios te laten meebetalen aan hun opleiding lijkt (voorlopig) van de baan, maar stel je voor dat iedere aios de in de media genoemde 50 tot 80 duizend euro bruto aan de opleiding zou moeten bijdragen. Die opleidingsschuld moet - naast een eventuele studieschuld - terugbetaald worden van het ‘exorbitante’ specialistensalaris. De kritiek van aios, studenten, specialisten en betrokken was destijds niet van de lucht. Op een hiervoor bestemde site schetste een oogarts uit Kortenhoef perspectief: “De aios van nu is meestal een vrouw, die tijdens haar opleiding ook nog kinderen moet krijgen en na haar opleiding hooguit parttime gaat werken. Voor die mensen is het leven gedurende soms wel 10 jaar geen vetpot. Ze krijgen een parttime assistentensalaris, moeten meestal veel voor woning en kinderopvang betalen, maken zeer lange dagen en hebben vaak nog de gedeelde zorg voor kinderen erbij. De financiële lasten van huisvesting, kinderopvang en vervoer zijn torenhoog. Om daar nu nog eens een zo groot bedrag vanaf te halen is een onzinnige gedachte. Juist in een tijd dat we naar berekening veel medisch specialisten tekort gaan komen wordt de opleiding nog eens extra onaantrekkelijk gemaakt.” Op moment van schrijven (november 2012) ziet het er naar uit dat er bezuinigd gaat worden middels het afschaffen van de basisbeurs voor alle studenten en het invoeren van een sociaal leenstelsel. Dit plan levert alsnog een schuld op, maar die schuld geldt ten minste alle studenten en niet alleen de medisch specialisten in spe. Voor ons als aios van nu prettig, maar voor de (co)assistenten van de toekomst die niet in aanmerking komen voor een bijbaan als lingeriemodel wel degelijk een zure appel.
Referenties 1. Lees de hele blog van Skeptical Scalpel via www.skepticalscalpel.blogspot.nl 2. Association of Surgeons in Training (ASiT) in 2007 www.asit.org, zoekterm ‘cost’ 3. Medisch Contact juli 2012/67;27: 1652-1654. 4. http://artsinspe.artsennet.nl, artikel: ‘Laat aios eigen bijdrage betalen’
december 2012
23
COLUMN
Verhuisplannen Saskia Bulk was tot voor kort in opleiding tot klinisch geneticus. In deze column en op twitter als @doktersaskia houdt ze ons voor de laatste keer op de hoogte van haar frustraties en genoegens als aios.
De opleiding tot klinisch geneticus duurt vier jaar. Dat heb ik redelijk weten uit te smeren door parttime te werken en nog even twee kinderen te werpen, maar zelfs mijn opleiding loopt ondertussen ten einde. Dit is geen goede tijd om bijna klaar te zijn met je opleiding. Voor jonge klaren is er in heel veel specialismen weinig tot geen uitzicht op een vaste baan. Cardiologen, chirurgen, urologen, ze gaan allemaal van tijdelijk contract naar tijdelijk contract. Voor de genetica ligt het misschien nog een tikkie slechter. Onze budgetten zijn bevroren of gekort, de tarieven voor de DBC’s zijn misschien gehalveerd (maar een definitieve uitspraak van het CTG laat nog steeds op zich wachten) en tussen 2011 en 2013 komen 25 jonge klaren op de markt. Er zijn in Nederland überhaupt minder dan 150 genetici, dus om daar 16% bij te gooien... Opgeleid voor de kat z’n K Het komt er dus op neer, ik ben blijkbaar voor de kat z’n K opgeleid. Ik heb een vak gevonden, waarvan ik helemaal gelukkig word en waar ik ontzettend goed in ben (dat denk ik in ieder geval), maar werk is er niet voor me. Wat moet je, als jonge klare zonder baan? Ik heb overwogen om dan maar een nieuwe opleiding te kiezen, ik ben ooit begonnen bij de pathologie en daar zou ik best naar toe terug kunnen keren. Mijn co-promoter was begin vijftig toen hij aan zijn opleiding begon, ouder dan zijn chef de clinique. Ik kan best voor mijn veertigste daar beginnen. Eerlijk gezegd wil ik eigenlijk geen patholoog meer worden. Ik zou altijd blijven balen dat het door een economische crisis niet was gelukt als geneticus. Toen heb ik overwogen om gezellig bij mijn buurvrouw te gaan werken als anios ouderengeneeskunde. Maar ik zou daar alleen maar de neiging hebben om de familieleden van de jong dementerenden te counselen over de erfelijkheid van dementie en allemaal DNA op te slaan ‘voor het geval dat’. Daar zou ik, en de dementerenden met mij, ook niet gelukkig van worden. Toen ik dreigde thuis te
24
december 2012
blijven en koekjes te gaan bakken met mijn kinderen, heeft mijn echtgenoot ingegrepen. Hij zag al voor zich dat zijn hele huis constant onder steeds exotischer koekjes bedolven zou raken, omdat ik me stierlijk zou gaan vervelen achter de mixer en de deeghaken. Buitenlandse markt Bij gebrek aan werk in Nederland voor ons (bijna) jonge klaren, zijn we dus voor de buitenlandse markt opgeleid. Het lijkt mij economisch bijzonder onverstandig van de overheid, maar het is wel de realiteit op dit moment. We worden opgeleid, maar de toekomst van de gezondheidszorg wordt door de geblokkeerde budgetten afgebroken, waardoor jonge klaren geen ervaring meer kunnen opdoen. Mijn advies: word over dertig jaar niet ziek, want dan zijn er misschien geen specialisten meer over. Op naar verweggistan In mijn vakgebied adverteren Engelse centra in Nederland om jonge klaren. Op congres ben ik afgelopen september door meerdere Duitse centra belaagd of ik alsjeblieft daar wilde gaan werken. In België willen ze Nederlandse artsen ook wel hebben. Ze zitten te springen om genetici - wel als ze mij willen hebben ;-). Ik vertrek per 1 december naar verweggistan. Liège, j’arrive!
Saskia gaat als klinisch geneticus werken in Luik. Deze keer echt haar allerlaatste column in AIOS. De redactie
Bent u benieuwd naar uw salaris als medisch specialist? BKV heeft een salariswijzer ontwikkeld voor basisartsen (ANIOS), AIOS en medisch specialisten. Dit biedt u de mogelijkheid om uw eigen salaris te benchmarken met het salaris van artsen binnen uw eigen en andere specialismen en functieniveaus. Daarnaast krijgt u inzicht in hoe de salarissen zich verhouden op verschillende aspecten, zoals regio, geslacht of leidinggevende verantwoordelijkheid. Kijk op: www.artsensalaris.nl.
Neem contact op
+31 888 - 22 55 88 of
[email protected]
Kijk voor de artsen salariswijzer van BKV op www.artsensalaris.nl
LVAG feliciteert het team van dr. Paul Jansen met de
o p l e i d i n g s p r i j s 2 01 2
DACHT JE DAT JE SPECIALIST WAS... ben je opeens ook ondernemer Zodra u tot een maatschap toetreedt of uw eigen praktijk start, bent u ook ondernemer. En krijgt u meer en meer met complexe financiële vraagstukken te maken. Zowel zakelijk als privé. Dan is het goed om te weten dat ABN AMRO de bank is die uw taal spreekt. Onze preferred bankers voor medici kunnen u uitstekend begeleiden bij uw nieuwe start. Bijvoorbeeld met adviezen over het afdekken van risico’s en uw financiering. Ga naar abnamro.nl/praktijkbegeleiding voor meer informatie. Gespecialiseerd financieel advies voor uw medische praktijk. Dat is advies anno nu.