Conditiemetingen volgens NEN 2767 M.J.C. Heijmans MRE
Even voorstellen… • • •
Marc Heijmans MRE Directeur PVM / Adviseur vastgoedmanagement Programmaleider / Docent: – – – –
Opleiding RgdBOEI Vastgoedinspecteur/-adviseur. Vastgoed Business School Haagse Hogeschool (HHS) Hogeschool Arnhem-Nijmegen (HAN)
•
Voorzitter normcommissie NTA 8027
•
Bereikbaar: – – –
06-53751645 of 010-2651902 Van Nelle Ontwerpfabriek 1-208
[email protected]
Programma 18 augustus • • • • • • • •
Inleiding: waarom onderhoudsinspecties? Korte geschiedenis van NEN 2767 Doel en toepassingsgebied NEN 2767 Uitgangspunten methodiek: conditiebepaling Lunch Conditiebepaling Risico bepaling Voorbereiding inspectie
Waarom onderhoudsinspecties?
Waarom onderhoudsinspecties? Niveau
Strategisch
Activiteit
Portefeuille management
Output
SVB
Complexplannen
Tactisch
Asset management
Meerjaren onderhoudsplannen
Proces
Plannen Monitoren Bijstellen Plannen Monitoren Bijstellen
Projectplannen
Operationeel
Property management
Jaarplannen
Plannen Monitoren Uitvoeren
Aanleiding opstellen beheerplan • Borgen van gevraagde kwaliteit • Reductie van onzekerheid, verkleinen van risico's! • Inzicht in kosten • Plannen van de uitvoering van activiteiten • Toezicht en verantwoording
Rol (technisch) beheerder 1.Huismeester 2.Controller 3.onderhandelaar 4.Ondernemer
5.Strateeg
• Technische ondersteuning bedrijfsproces
• Kostenbeheersing • Verbetering financiering
• Verlaging/beheersen huisvestingskosten • Risicobeheersing • Verbetering interne communicatie • • • • • • •
Versterken integraal management Versterken corporate identity Optimaliseren processen en producten Realiseren strategisch personeelsmanagement Realiseren bedrijfsdoelstellingen Ondersteunen cultuurveranderingen Bijdrage in bedrijfsstrategie
Onderhoudsconcept Calamiteit Correctief onderhoud
Klacht Storing
Beheer & Onderhoud
Vervanging
SAO GAO TAO
Inspectie
Preventief onderhoud
MC Aanvulling Wijziging Methodieken
Efficiënt onderhoud = Mix van onderhoud op klacht versus planmatig preventief onderhoud Totale Kosten aan onderhoud
€ x,--
Kosten van planmatig onderhoud Kosten van onderhoud op basis van klacht
€ 0,-Onderhoudsconcept
1
2
3
Invulling Risicomanagement
Reactief monitoren
Risico indicatoren/ methodieken
Actief monitoren
Onderzoek en analyse
Risico beheersen
Inspecties en correctieve acties
Trendanalyse
Evaluatie
Trendanalyse
10
Meten noodzakelijk
Problemen met inspecties • Veel variatie in uitkomsten van inspecties; • Verschil in inschatting (beleving?) van belang van gebreken en de gevolgen/risico’s; • Onduidelijke (of geen)protocol of instructie voor inspecteurs; • Detailniveau niet afgestemd op doel inspectie; • Kennis en kunde inspecteurs onvoldoende; • Ontbreken van een objectieve meetlat.
Problemen met inspecties •
•
Probleem: • De “mening” en “specialismen” van de inspecteur leiden tot een subjectieve weergave van de werkelijkheid. Oplossing: • Uniforme inspectiemethodiek & vooraf vastgestelde onderhoudsniveaus. Repareren Vervangen
Niets doen
Problemen met onderhoudsplanning • Detailniveau inspectie niet afgestemd op doel planning; • Onderhoudsplanning niet afgestemd op beleid en gewenst onderhoudsniveau; • Geen samenhang tussen financieel beleid en vastgoedbeleid; • Processen niet afgestemd op inspectie; • Kennis en kunde medewerkers (stokpaardjes, oogkleppen, etc.); • Software niet afgestemd of ingericht op gewenste werkwijze.
Problemen met onderhoudsplanning • Probleem: • De feiten komen niet overeen met de afgeleide feiten. Een onderhoudsplan is een interpretatie van de werkelijkheid • Oplossing: • Training van inspecteurs en voorkomen “beleids-beslissingen” in het veld
Een oplossing ………
Conditiemeting volgens NEN 2767
Programma • • • • • • • • •
Inleiding: waarom onderhoudsinspecties? Korte geschiedenis van NEN 2767 Doel en toepassingsgebied NEN 2767 Uitgangspunten methodiek: conditiebepaling Lunch Conditiebepaling Risico bepaling Rapportage Voorbereiding inspectie
Ontwikkeling conditiemeting in NL • • • •
• • •
Basis in Engeland “Housing Condition Surveys” 1983 Introductie in NL voor “Kwalitatieve Woningregistratie” (KWR) 1985 door Rijks Gebouwen Dienst (Rgd) doorontwikkeld naar gebouwen 1992-1996 internationaal onderzoek naar conditieverloop “Condition Assessment and Maintenance Strategies for Buildings and Building Components” 2002 Initiatief door Rgd voor ontwikkelen norm 2005 Introductie NEN 2767 2010/2013 Actualisatie norm
Delen NEN 2767 • NEN 2767-1:2011+C1:2013 nl, Conditiemeting van bouw- en installatiedelen - Deel 1: Methodiek. • NEN 2767-2:2008 nl, Conditiemeting van bouw- en installatiedelen - Deel 2: Gebrekenlijsten. • NEN 2767-3:2009, Conditiemeting van bouw- en installatiedelen - Deel 3: Aggregatie conditiescores tot Technische Index. • NEN 2767-4: Conditiemeting van Infrastructuur.
Wie gebruiken NEN2767 in NL? • Rijksoverheid – Rijksgebouwendienst, Rijkswaterstaat, Defensie • Woningbouwcorporaties • Lagere overheden – Provincies, gemeenten • (Commerciële) vastgoedbeheerders – Scholen, zorginstellingen, beleggers, verzekeraars • Aannemers, adviseurs
Programma • • • • • • • • •
Inleiding: waarom onderhoudsinspecties? Korte geschiedenis van NEN 2767 Doel en toepassingsgebied NEN 2767 Uitgangspunten methodiek: conditiebepaling Lunch Conditiebepaling Risico bepaling Rapportage Voorbereiding inspectie
Doel en toepassingsgebied NEN 2767 • NEN 2767 schept uniformiteit in de conditiescores per bouw- en installatiedeel door een waarde die de degradatie uitdrukt. • NEN 2767 brengt inzicht en eenheid in de soorten gebreken en de gebrekenparameters ernst, omvang en intensiteit. • NEN 2767 geeft inzicht in de aangetroffen gebreken en is uitgangspunt voor een prioriteitsstelling: een rangorde in noodzaak van herstel van de aangetroffen gebreken. • NEN 2767 is een toetsingsmiddel en sturingsmechanisme voor organisatieonderdelen die gericht zijn op beheer en onderhoud..
Directe toepassingen vanuit NEN 2767 • het in beeld brengen van de bestaande conditie van de gebouwenvoorraad; • het opstellen van een meerjarenonderhoudsplanning; • het verdelen van het onderhoudsbudget; • het meten en controleren van onderhoudscondities; • het ondersteunen van vastgoedbeheer en -beleid; • het op gang brengen en vergemakkelijken van de communicatie over de gewenste conditie.
Meer indirecte toepassingen vanuit NEN 2767 • het opstellen van een activiteitenplan op basis van het meerjarenonderhoudsplan; • het uitwerken van een meerjarenonderhoudsplan naar een jaarplan; • het in beeld brengen van te verwachten kosten bij het nastreven van een bepaald kwaliteitsniveau; • het uitvoeren van projectvoorbereiding en invullen van bestekken; • het opstellen van (resultaatgerichte) onderhoudscontracten; • het overdragen van verantwoordelijkheden bij aanvang of beëindiging van (resultaatgerichte) onderhoudscontracten.
Wat regelt NEN 2767 niet • NEN 2767 stelt geen (ontwerp)eisen aan bouw- en installatiedelen. • NEN 2767 geeft geen eisen voor de vorm van uitvoering van een inspectie; • NEN 2767 gaat niet over de beoordeling van bouw- en installatiedelen; in NEN 2767 gaat het om een registratie van gebreken aan bouw- en installatiedelen. • NEN 2767 geeft niet aan of een bouw- of installatiedeel moet worden vervangen of gerepareerd.
Resultaat NEN 2767 inspectie • Consistente management informatie: – Inzicht in (technische)kwaliteit van object/installaties; – Inzicht in onderhoudsbehoefte; – Inzicht in onderhoudskosten: meerjarenplanning; – Risico’s bij uitstel van maatregelen.
Voorbeelden
Programma • • • • • • • • •
Inleiding: waarom onderhoudsinspecties? Korte geschiedenis van NEN 2767 Doel en toepassingsgebied NEN 2767 Uitgangspunten methodiek: conditiebepaling Lunch Conditiebepaling Risico bepaling Rapportage Voorbereiding inspectie
Toestandsmeting • Inventarisatie en inspectie van de huisvesting
Toestandsmeting: eenduidig objectief Feitelijk Gewenst
Welke onderdelen meten we?
Welke onderdelen meten we? Waar zijn we verantwoordelijk voor? Relevante bouw- en installatiedelen: • Geven bij disfunctioneren aanleiding tot grote kostenconsequenties • Leggen door omvang of korte levensduur een groot beslag op het onderhoudsbudget • Zijn beleidsmatig van belang uit oogpunt van milieu, arbeidsomstandigheden, cultuur, etc.
•
Gebouw
Proces
• NL-SfB elementencodering
Functie
Element
Blik op portefeuille Waar is men verantwoordelijk voor?
• Vastleggen objectinfo/detailniveau • (nen 2699) – – – – – – – – –
Per locatie Per pand, complex, woning, vhe Per gebouwdeel Per verdieping Per functionele eenheid Per ruimte Per huurder Per bouwdeel/installatie ……..
32
Inventariseren Relatie inspectie- en inventarisatiediepte en begrotingsniveau • inventarisatie en inspectie moeten in verhouding staan tot het doel waarvoor de resultaten ingezet moeten worden • inventarisatie- en inspectieresultaten dienen als input voor de begroting. • Hoe nauwkeuriger de inspectie, hoe beter de begroting kan worden opgesteld
Niveaukenmerk Kostenkengetallen per:
Kwaliteitsgegevens op het niveau van:
Begrotingsniveau 1. Geheel bouwwerk of ruimtelijke delen
Aan het gebruik gerelateerde
Gebouw
eenheid
2. Elementclusters
Elementcluster
Ruimtelijke delen
3. Elementen
Element
Een ruimte of element
4. Technische oplossingen
Technische oplossingen
Technische oplossingen
In NEN 2634 is de relatie vastgelegd tussen de begrotingsniveaus en de daaraan gerelateerde input van kwaliteitsgegevens. Deze norm is in 2013 vervangen door NEN 2699
33
Inventariseren Inventariseren: Benoeming van (ge)bouwdelen • gebouw/complex niveau • ruimtelijke delenniveau • elementniveau NL-SfB • bouwdeelmateriaalcombinaties/ onderdelen
34
Inventariseren Organisatiespecifiek
• Standaard Elementen Lijst (RVB)
NLSfB
• Elementencodering
Overig
• SROW, BOO-code, geen code • STABU, …..
NL-SfB elementencodering Inventariseren: Benoeming van (ge)bouwdelen • gebouw/complex niveau • ruimtelijke delenniveau • elementniveau NL-SfB • bouwdeelmateri aal-combinaties/ onderdelen
(1-) onderbouw
(2-) bovenbouw
(11) bodemvoorzieningen
(21) buitenwanden
(31) buitenwandopening
(22) binnenwanden
(32) binnenwandopening
(23) vloeren
(33) vloeropeningen
(13) vloeren op grondslag
(3-) afbouw
(4-)afwerkingen
(43) vloerafwerkingen
(24) trapconstructie
(16) fundering constructie
(17) paalfunderingen
(27) daken (28) hoofddraagconstr.
DAKEN
(37) dakopeningen
(47) dakafwerkingen
Inventariseren: Benoeming van (ge)bouwdelen • gebouw/complex niveau • ruimtelijke delenniveau • elementniveau NL-SfB • bouwdeelmateriaa l-combinaties/ onderdelen
(5-) Wtb. (51) warmte Installatie
(6-) E(61) centrale installatie. elc. Voorz.
(7-) vaste (71) vaste verkeersinrichting voorzieningen
(52) afvoeren
(62) krachtstroom
(72) vaste gebruiksvoorzieningen
(53) water
(63) verlichting
(73) vaste keukenvoorzieningen
(54) gassen
(64) communicatie
(74) vaste sanitairvoorzieningen
(55) koudeopwekking
(65) beveiliging
(75) vaste onderhoudsvoorzieningen
(56) warmtedistributie
(66) transport
opwekking
(57) luchtbehandeling (58) regeling klimaat, sant.
NLSfB voorbeeld: Buitenwandafwerkingen (41.1) omschrijving verzameling van afwerkingen van de buitenzijde van buitenwanden, gerekend vanaf de wandconstructie functie bescherming en verfraaiing inbegrepen benodigde materialen, arbeid, materieel en hulpconstructies • isolerende, akoestische en brandwerende afwerkingen • gevelbekledingen en betimmeringen • bepleisteringen • betegelingen • schilderafwerkingen uitgezonderd • afwerkingen op de binnenzijde van buitenwanden • afwerkingen, die één geheel vormen met de buitenwand • voorzetwanden met een buitenspouwblad functie meeteenheid buitenwandafwerkingen worden gemeten in m²
Inventariseren (Nen 2767-2, Nen 3699) Inventariseren: Benoeming van (ge)bouwdelen • gebouw/complex niveau • ruimtelijke delenniveau • elementniveau NL-SfB • bouwdeelmateriaalcombinaties/ onderdelen
Elementcode: 21.10.03
HS 21 Buitenwanden PR 10 Niet constructief MAT 03 Metselwerk Omschrijving: metselwerk
Elementcode: 27.10.01 HS 27 Dakconstructies PR 10 Niet constructief MAT 01 Hout Omschrijving: boeiboorden 39
Voorbeeld deel 2 NEN 2767
Traditionele inspectie
Conditiemeting
Uitgangspunt is veroudering van elementen • Conditie afhankelijk van veroudering (gebrekenbeeld)
Aanvangskwaliteit
Conditieverloop Monitoren kwaliteit
Technische staat (conditiescore)
Corrigeren kwaliteitstekorten
Corrigeren kwaliteitsverliezen
Narooikosten
Temporiseren kwaliteitsverliezen
Bouwfase
Gebruiksfase
Oplevering
Calamiteiten Tijd
Visuele inspectie….. ……..Met hulp van alle zintuigen en “eenvoudige” meetmiddelen Bouwkundig visueel — digitale afstandsmeter; — rolbandmaat (10 meter); — waterpas; — kompas; — zaklamp; — verrekijker; — spiegel; — scheurenloep/scheurenkaart; — glasdiktemeter; — zakmes/priem; — hamer; — digitale fotocamera; — ladder (opvouwbaar);
Bouwkundig beperkt specialistisch — betondekkingsmeter; — schmidthamer; — phenolphtaleine testvloeistof (carbonatatiediepte); — accuboormachine; — endoscoop; — voeghardheidsmeter; — verflaagdiktemeter; — vochtmeter; — karsten buisset.
Conditie afhankelijk van: • Gebrekenbeeld: • • • • •
Type gebrek (ernst) Omvang gebrek Ontwikkelingsstadium gebrek (intensiteit) Totale gebrekenbeeld (aggregatie) Theoretische veroudering (installaties)
Conditiescores Conditie
Omschrijving
Toelichting
1
Uitstekende conditie
Incidenteel geringe gebreken
2
Goede conditie
Incidenteel beginnende veroudering
3
Redelijke conditie
Plaatselijk zichtbare veroudering Functievervulling van bouw- en installatiedelen niet in gevaar
4
Matige conditie
Functievervulling van bouw- en installatiedelen incidenteel in gevaar
5
Slechte conditie
De veroudering is onomkeerbaar
6
Zeer slechte conditie
Niet meer te classificeren onder conditie 5
Conditie 1 Uitstekend • Nieuwbouw of met nieuwbouw vergelijkbare kwaliteit. – Geringe vervuiling of graffiti bekladding als incident en incidenteel zeer geringe mechanische beschadigingen mogen als ze niet bedreigend zijn voor de functionaliteit van het element. – Incidenteel mag een goed uitgevoerde en duurzame reparatie worden aangetroffen. – De basiskwaliteit is goed en deugdelijk.
Conditie 2 Goed • Een bouw- of installatiedeel dat kenmerken van een beginnende veroudering heeft. – Incidenteel kan er ernstige materiaalaantasting worden aangetroffen in de vorm van corrosie of beginnende slijtage. – De “nieuwbouwglans” is er duidelijk af. Het element kan duidelijk in- of uitwendige vuilaanhechting vertonen. – Incidenteel kan een storing voorkomen. – Plaatslijk mogen goed uitgevoerde duurzame reparaties worden aangetroffen.
Conditie 3 Redelijk • Een bouw- of installatiedeel, waarvan het verouderingsproces duidelijk op gang gekomen is. – Functionele gebreken en gebreken aan constructies komen incidenteel voor. – Het element kan plaatselijk ernstige materiaalaantasting vertonen of een duidelijke slijtage. – Verouderingsprocessen beginnen zich duidelijk te manifesteren. Het element kan een sterke tot zeer sterke vervuiling vertonen. – Storingen kunnen meer dan incidenteel voorkomen. – Ook de basiskwaliteit kan matig zijn door materiaalkeuze, ontwerp of minder goede uitvoering.
Conditie 4 Matig • Het element dat sterk onderhevig is aan het verouderingsproces. – – – –
Functionele gebreken doen zich regelmatig voor. Incidenteel is het element onbruikbaar. Plaatselijk tot regelmatig komen gebreken aan materialen voor. Onderdelen kunnen vrijwel verdwenen zijn als deze het primaire functioneren niet bedreigen. – Storingen kunnen met enige regelmaat optreden. – Verouderingsprocessen zijn sterk gevorderd. Ook de basiskwaliteit kan oorzaak zijn. – Er is dan sprake van zeer matig werk, structurele fouten in materiaalkeuze, ontwerp en uitvoering.
Conditie 5 Slecht • Een element, waarvoor het verouderingsproces onomkeerbaar is geworden. – Het element kan in aanzienlijke mate ernstige materiaalaantasting vertonen en/of een extreme slijtage. – Verouderingsprocessen zijn zo sterk gevorderd, dat het element niet meer naar behoren functioneert. – Door het regelmatig optreden van storingen ondervindt de gebruiker veel hinder. – De basiskwaliteit kan slecht zijn door ontwerp, uitvoering of materiaalkeuze. – Hierdoor treden regelmatig functionele gebreken op.
Conditie 6 Zeer slecht • Een zo slechte toestand dat deze niet meer is te classificeren onder conditie 5.
Het ene gebrek is de andere niet classificatie van gebreken noodzakelijk
Ernstige gebreken • Werking primair: gebreken waardoor het bouwdeel- of installatiedeel niet functioneert. Deze gebreken kunnen het gevolg zijn van primaire constructieve gebreken en materiaalintrinsieke gebreken. • Constructief primair: gebreken die de stabiliteit en vormvastheid van het bouw- of installatiedeel beïnvloeden. • Materiaalintrinsiek: gebreken die te maken hebben met degradatie van het materiaal waarvan het bouw- of installatiedeel gemaakt is. • Basiskwaliteit: onjuiste ontwerp- en materiaalkeuzen beïnvloeden de werking, of de toegepaste materialen of middelen voldoen niet aan de van toepassing zijnde wettelijke voorschriften.
Serieuze gebreken • Werking secundair: gebreken waardoor het bouw- of installatiedeel niet voldoende functioneert, voorbeelden hiervan is verlies van medium (installaties). • Constructief secundair: gebreken die de stabiliteit en vormvastheid van het bouw- of installatiedeel beïnvloeden, zonder het functioneren ervan direct aan te tasten. • Materiaaloppervlak: gebreken aan het oppervlak van de materialen waarvan het bouw- of installatiedeel is gemaakt. • Basiskwaliteit en veroudering onderdelen: gebreken aan onderdelen van het bouw- of installatiedeel die de functionaliteit van het bouw- of installatiedeel niet direct aantasten, bijvoorbeeld onjuiste dimensiekeuze (te groot, te klein e.d.).
Geringe gebreken • Onderhoud: werkzaamheden voor het op lange termijn operationeel houden van het bouw- en installatiedeel zijn niet uitgevoerd, bijvoorbeeld bewegende delen zijn van onvoldoende smeermiddel voorzien. • Afwerking: gebreken die de uitstraling van het bouw- of installatiedeel beïnvloeden, voorbeelden zijn beschadigingen en vervuiling. • Basiskwaliteit en veroudering subonderdelen: gebreken aan subonderdelen van het bouw- of installatiedeel die geen afbreuk doen aan het functioneren van het bouwof installatiedeel, bijvoorbeeld onjuiste montage van subonderdelen. • Verval: conditiemeting op basis van theoretische levensduur.
Classificatie gebreken
Gebrekenlijsten Nen 2767-2
• Uit te breiden volgens bijlage A NEN 2767-1
Voorbeeld gevel
Omvangbepaling • hoeveelheid waarin het desbetreffende gebrek zich manifesteert ten opzichte van de totale beschouwde hoeveelheid, uitgedrukt in een percentage, van het bouw- of installatiedeel volgens NEN 3699, • of het percentage van een bouw- of installatiedeel dat moet worden vervangen om het gebrek op te lossen • Bij ongelijksoortige onderdelen/meeteenheden (stuks, meter) behoort de hoeveelheid te worden bepaald door een percentage van de vervangingskosten van het deel waarin het desbetreffende gebrek zich manifesteert ten opzichte van de totale vervangingskosten van het bouw- of installatiedeel.
Omvangsklassen (tabel 2)
Intensiteit • Indicator die aangeeft in welk stadium het gebrek zich bevindt • De conditiemeting gaat uit van een onderverdeling van de intensiteit in drie klassen
Voorbeeld leidingnet: let op gegeven intensiteit en omvangbepaling!
Tabel 4 — Matrix resulterende conditiescores Ernstige gebreken Omvang Intensiteit
1) Incidenteel (<2%)
2) Plaatselijk (2% tot 10%)
3) Regelmatig (10% tot 30%)
4) Aanzienlijk (30% tot 70%)
5) Algemeen (≥ 70%)
1) Laag (beginstadium)
1
1
2
3
4
2) Midden (gevorderd stadium)
1
2
3
4
5
3) Hoog (eindstadium)
2
3
4
5
6
Serieuze gebreken Omvang Intensiteit
1) Incidenteel (<2%)
2) Plaatselijk (2% tot 10%)
3) Regelmatig (10% tot 30%)
4) Aanzienlijk (30% tot 70%)
5) Algemeen (≥ 70%)
1) Laag (beginstadium)
1
1
1
2
3
2) Midden (gevorderd stadium)
1
1
2
3
4
3) Hoog (eindstadium)
1
2
3
4
5
Geringe gebreken Omvang Intensiteit
1) Incidenteel (<2%)
2) Plaatselijk (2% tot 10%)
3) Regelmatig (10% tot 30%)
4) Aanzienlijk (30% tot 70%)
5) Algemeen (≥ 70%)
1) Laag (beginstadium)
1
1
1
1
2
2) Midden (gevorderd stadium)
1
1
1
2
3
3) Hoog (eindstadium)
1
1
2
3
4
Opgave - bouwkunde Welke gebreken constateren we?
mos- en algaangroei
afbladderen
houtrot
corrosie
67
Opgave - werktuigbouwkunde Welke gebreken constateren we?
Pomp maakt geluid
Corrosie
V-snaar gebroken
Uitdrogen
Opgave - elektrotechniek Welke gebreken constateren we?
Ophanging niet deugdelijk
Afschermkap ontbreekt
Losse kabels
Verlichtingsterkte afgenomen
Opgave - transporttechniek Welke gebreken constateren we?
Verwarming defect
Afscherming kabels
Veroudering besturing
Slijtage kabels
Conditiebepaling op basis van gebrekenbeeld Geaggregeerde conditiescore: over meerdere elementen
Conditiescore element(en) obv meerdere gebreken
Nen 2767-1: geagreegeerde conditiescore
Conditie element o.b.v. max. 1 gebrek Nen 2767-1 Bijlage B
Nen 2767-1: Ernst, omvang en intensiteit of o.b.v. Technische Levensduur
OPGAVE:
Element: trap Gebrek: ? Omvang: 60 % Ernst: ? Intensiteit:? Conditie : 4
bepaal de conditie
OPGAVE:
Element: afwerklaag Gebrek: ? Omvang: 15 %
Ernst: ? Intensiteit:? Conditie : 4
bepaal de conditie
OPGAVE:
Element: gevel Gebrek: ? Omvang: 9 % Ernst: ? Intensiteit:? Conditie : 1
bepaal de conditie
OPGAVE:
Element: kozijn Gebrek: ? Omvang: 20 % Ernst: ? Intensiteit:? Conditie : 4
bepaal de conditie
Conditiebepaling op basis van gebrekenbeeld Geaggregeerde conditiescore: over meerdere elementen
Conditiescore element(en) obv meerdere gebreken
Nen 2767-1: geagregeerde conditiescore
Conditie element o.b.v. max. 1 gebrek Nen 2767-1 Bijlage B
Nen 2767-1: Ernst, omvang en intensiteit of o.b.v. Technische Levensduur
Vangnetconstructie: bepalen conditie op basis van verouderingskromme
Let op: Alleen in specifieke gevallen te gebruiken: Nen 2767-2: alleen bij de elementen waarbij dit expliciet is vermeld door vermelding van technische levensduur icm het gebrek “verval”.
Maximale degradatie CVO=3, bij een maximale pve ondergrens CVO=3
Conditiebepaling op basis van gebrekenbeeld Geaggregeerde conditiescore: over meerdere elementen
Conditiescore element(en) obv meerdere gebreken
Nen 2767-1: geagreegeerde conditiescore
Conditie element o.b.v. max. 1 gebrek Nen 2767-1 Bijlage B
Nen 2767-1: Ernst, omvang en intensiteit of o.b.v. Technische Levensduur
Rekenmethodiek conditiemeting bij meer dan één gebrek volgens Nen 2767-1, bijlage B • De rekenmethodiek is noodzakelijk als er sprake is van meer gebreken of van series elementen met afwijkende condities; • Uitgangspunt is het maken van een uitsplitsing van het totale element(en) naar delen die overeenkomen met een bepaalde conditie op basis van: 1.
meer dan één gebrek op hetzelfde oppervlak
2.
meerdere gebreken van hetzelfde ernst en dezelfde intensiteit
3.
meerdere gebreken met een verschillend ernst of een afwijkende intensiteit
Conditiebepaling 1: meerdere gebreken op hetzelfde oppervlak • Bij de berekening van de conditiescore van een bouw- of installatiedeel met meer dan één gebrek op hetzelfde oppervlak met een verschillend belang en/of een verschillende intensiteit van de verschillende gebreken moet worden uitgegaan van het gebrek dat leidt tot de hoogste (= slechtste) conditiescore
Conditiebepaling 1: meerdere gebreken op hetzelfde oppervlak
• •
Serieus gebrek in een gevorderd stadium Ernstig gebrek in een gevorderd stadium
Conditie?
Conditiebepaling 2: meerdere gebreken van hetzelfde belang en dezelfde intensiteit
• Serieus gebrek in een gevorderd stadium • Totaal gebreken S-G op element x: 10+5+25= 40%
Conditie?
Rekenmethodiek conditiemeting bij meer dan één gebrek volgens Nen 2767-1, bijlage B • Situatie 1 of 2 is niet van toepassing. • Het bouw- of installatiedeel moet worden gesplitst in gedeelten waaraan één gebrek is en een resulterend gedeelte waaraan geen gebrek is. • Het gebrek komt dan in omvang voor ieder gedeelte met een omvangscore 5 (100 %) volgens tabel 2 voor. • De conditie per gedeelte moet dan worden bepaald met tabel 4. • Het gedeelte waaraan geen gebrek is, heeft een conditiescore 1. De conditiescore van het bouw- of installatiedeel wordt vervolgens bepaald met de methodiek uit bijlage B.
Rekenmethodiek conditiemeting bij meer dan één gebrek volgens Nen 2767-1, bijlage B • • • •
Serieus gebrek in een gevorderd stadium 8% Ernstig gebrek in een eindstadium 20% Gering gebrek in een eindstadium 5% Gering gebrek in een beginstadium 25%
Conditie?
Rekenmethodiek conditiemeting bij meer dan één gebrek volgens Nen 2767-1, bijlage B Om de totale conditie te bepalen van een samenstel van delen met een afzonderlijke conditie, moet de omvang van ieder deel worden gecorrigeerd door vermenigvuldiging met een correctiefactor conform tabel B.1, afhankelijk van de conditie van het deel.
stappen: • Splits de oppervlakken of de verzameling in delen met dezelfde conditie. Registreer maatgevende gebreken en omvang. • Bepaal het belang en de intensiteit, omvang = 100% • Het resterende deel van het element heeft conditie 1 • De gecorrigeerde omvang van de verschillende delen wordt opgeteld tot de gecorrigeerde totale omvang van het samenstel van delen. • Na deling van de gecorrigeerde totale omvang door de oorspronkelijke totale omvang ontstaat een uitkomst, die met behulp van tabel B.2 tot de bijbehorende conditie van het samenstel van delen wordt herleid.
Rekenmethodiek conditiemeting bij meer dan één gebrek volgens Nen 2767-1, bijlage B
86
Voorbeeld Een bouw- of installatiedeel kent het volgende gebrekenbeeld: • Een ernstig gebrek, houtrot, in eindstadium op 20 % van het oppervlak • Een serieus gebrek, beschadiging, in gevorderd stadium op 8 % van het oppervlak • Een gering gebrek, mosgroei, in eindstadium op 5 % van het oppervlak • Een gering gebrek, vervuiling, in beginstadium op 25 % van het oppervlak
Rekenmethodiek conditiemeting bij meer dan één gebrek volgens Nen 2767-1, bijlage B • • • •
Serieus gebrek in een gevorderd stadium 8% Ernstig gebrek in een eindstadium 20% Gering gebrek in een eindstadium 5% Gering gebrek in een beginstadium 25%
Conditie?
Rekenmethodiek conditiemeting bij meer dan één gebrek volgens Nen 2767-1, bijlage B • • • •
Serieus gebrek in een gevorderd stadium 8% Ernstig gebrek in een eindstadium 20% Gering gebrek in een eindstadium 5% Gering gebrek in een beginstadium 25% CV=4
CV=6 CV=4
Conditie?
CV=2
CV=1
Rekenmethodiek conditiemeting bij meer dan één gebrek volgens Nen 2767-1, bijlage B • Totaaloppervlak = 100 % • Herleiding leidt tot: •
20 % Conditie 6;
•
13 % Conditie 4;
•
25 % Conditie 2;
•
42 % Conditie 1.
• Uit de tabel B1volgt: • 20 x 2 + 13 x 1.3 + 25 x 1.02 + 42 x 1 = 40 + 16.9 + 25.5 + 42 = 124.4 • 124.4 / 100 = 1.244 • Uit tabel B2 is af te lezen: elementconditie = 4
Rekenmethodiek conditiemeting bij meer dan één gebrek volgens Nen 2767-1, bijlage B, met overlap
• •
Gering gebrek in een begin stadium 40%
Ernstig gebrek in een eindstadium 20% • Overlap is 5% CV=1
CV=6 CV=2
Conditie?
Rekenmethodiek conditiemeting bij meer dan één gebrek volgens Nen 2767-1, bijlage B, met overlap
• De berekeningsmethode zoals uitgewerkt in bijlage B • Herleiding leidt tot: • 20 % conditie 6 • 35 % (40-5) conditie 2 • 45 % conditie 1
• Uit tabel B.1 volgt een optelling: 20 x 2 + 35 x 1.02 + 45 x 1 = 120.7 120.7/100= 1.207 • Hieruit volgt (tabel B.2): een conditiescore 4
Conditiebepaling op basis van gebrekenbeeld Geaggregeerde conditiescore: over meerdere elementen
Conditiescore element(en) obv meerdere gebreken
Nen 2767-1: geagreegeerde conditiescore
Conditie element o.b.v. max. 1 gebrek Nen 2767-1 Bijlage B
Nen 2767-1: Ernst, omvang en intensiteit of o.b.v. Technische Levensduur
Verdere aggregatie: bepaling van de conditie van een samenstel van elementen • Uitgangspunt is een weging op basis van de vervangingswaarde en de conditie van de elementen; • Correctiefactoren voor het relatief belang conform tabel B.1; • Uitkomst gecorrigeerde vervangingswaarde ten opzichte van oorspronkelijke vervangingswaarde via tabel B.2 te herleiden naar conditie.
Verdere aggregatie: voorbeeld • Bouw- of installatiedeel A Vervangingswaarde 2.000 correctiefactor 1,3
conditie 4,
• Bouw- of installatiedeel B Vervangingswaarde 4.000 correctiefactor 1,7
conditie 5,
• Bouw- of installatiedeel C Vervangingswaarde 5.000 correctiefactor 1,02
conditie 2,
• Gecorrigeerde totale waarde deel A t/m C = (2000 * 1,3) + (4.000 * 1,7) + (5.000 * 1,02) = 14.500 • Totale waarde deel 1 t/m 7 = 2.000 + 4.000 + 5.000 = 11.000 • Uitkomst deel A t/m C = 14.500 / 11.000 = 1,32 • Conditie samenstel van de bouwof installatiedelen A, B en C = 4
Oefeningen
Verouderingskromme: bepalen restlevensduur
Risico/prioriteiten Bij toepassing van de conditiemeting worden naast de kenmerken van gebreken organisatiespecifieke risico’s van gebreken geschat. Hiermee worden de mogelijke gevolgen van het eventueel niet oplossen van het gebrek aangegeven.
Nen 2767-1, Bijlage D (informatief) Rgd aspectprioriteitenmatrix
Risico/prioriteiten Nen 2767-1, Bijlage D (informatief)
Het effect wordt hierbij uitgedrukt in een driepuntsschaal. Onderscheid is gemaakt tussen geen of een zeer gering effect (1), een matig effect (2) en een sterk of ernstig effect (3). 99
Bepaling van ingrepen door de inspecteur
Soorten bewerkingen • 0 Onbekend/niet te bepalen Van toepassing als geen van de andere codes is te defniëren. • 1 Integrale vervanging, renovatie, modificatie • 2 Modificeren/verbeteren • 3 Toevoegen van nieuwe elementen, uitbreiden , vervolgsysteem • 4 Repareren • 5 Slopen en verwijderen • E Elders opgenomen
Kostenopgave door inspecteur
• Kengetallen, obv afzonderlijke acties, marge 510% • Toerekening kosten • Dubbele kosten
Voorbeeld inspectieformulier
Knelpuntenanalyse Gewenste kwaliteit
Feitelijke kwaliteit
B00: 32.2.3.2
B00: 32.2.3.2
Klasse 1
Klasse 4
Klasse 1
Klasse 4
Klasse 2
Klasse 5
Klasse 2
Klasse 5
Klasse 3
Klasse 6
Match?
Klasse 3
Klasse 6
B00: 32.2.3.2 Sanitaire ruimte (B00) 32- Functionele aspecten gebouw 32.3 Toegankelijkheid 32.3.2 Bereikbaarheid
Planvorming: Integrale aanpak
•Van behandeling van onderdelen...
...naar denken in het geheel
105
Het resultaat Onderhoud uitvoeren zodat: • voldaan wordt aan vigerende weten regelgeving; • storingen en achteruitgang in kwaliteit worden voorkomen; • geen ernstige gebreken optreden conform NEN 2767 (1 en 2); • functionele eigenschappen, veilig gebruik en de bedrijfszekerheid zijn gewaarborgd; • gebruikers een minimum aan overlast ondervinden.
Bedankt voor uw aandacht