Concernv ers lag
2010
Concernverslag 2010
Inhoudsopgave Jaarverslag Introductie
1
1. Algemeen 1.1 Samenstelling van bestuur 1.2 Bestuurlijke hoofdlijn 1.3 Financiële hoofdlijn
5.2 Veiligheid en Handhaving
248
6.2 Bestuur
255
6.3 Publieke dienstverlening
258
3
7.3 Organisatie en bedrijfsvoering
261
4
8.1 Wonen
266
8.2 Openbare ruimte
271
28
2. Paragrafen
8.3 Groen- en recreatievoorzieningen
279
8.4 Water
285
2.1 Bedrijfsvoering
43
8.5 Milieu
294
2.2 Vermogenspositie en weerstandsvermogen
59
8.6 Verkeer en Vervoer
304
2.3 Verbonden partijen en subsidierelaties
67
8.7 Ruimtelijke kwaliteit
317
2.4 Onderhoud kapitaalgoederen
80
9.1 Economische ontwikkeling
325
2.5 Grondbeleid
91
9.2 Brainport
329
2.6 Lokale heffingen
98
2.7 Financiering en treasury
103
2.8 Projecten
106
2.9 Burgerjaarverslag
115
Jaarrekening 5. Jaarrekening
3. Thema’s
5.1 Programmarekening
333
3.1 Meedoen
122
5.2 Toelichting programmarekening
336
3.2 Brainport
129
5.3 Balans
349
3.3 Actieve jeugd (inclusief Talentcentres)
132
5.4 Toelichting balans
352
3.4a Wijkvernieuwing
138
5.5 Specifieke uitkeringen en Brabantstad
367
3.4b Wonen
143
3.5 Bereikbaarheid
146
6. Overig
3.6 Burgerparticipaties
156
Controleverklaring
369
3.7 Duurzaamheid en klimaatbeleid
160
Afkortingen
371
3.8 Arbeidsmarktbeleid
164
3.9a Design
168
3.9b Licht
173
3.10 Strijp-S
181
3.11 Veiligheid
186
3.12 Cultuur Totaal
191
4. Programmaonderdelen 1.1 Inkomensondersteuning
193
1.3 Werk en inkomen
197
2.3 Maatschappelijke zorg
203
2.4 Inburgering en diversiteit en emancipatiebeleid
206
2.5 Welzijn
211
2.8 Eén in gezondheid
216
3.1 Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren
219
3.2 Pedagogische infrastructuur fysiek
225
4.3 Sportparticipatie Eindhovense bevolking
231
4.5 Culturele basisinfrastructuur
237
4.6 Laboratorium- en Designstad
241
5.1 Parate dienstverlening en crisisbeheersing
244
Introductie Voor u ligt het Concernverslag van de gemeente Eindhoven over het jaar 2010. Met dit verslag leggen wij, als college van burgemeester en wethouders, aan de gemeenteraad verantwoording af over het gevoerde beleid in 2010. Het concernverslag is een belangrijk controle instrument van de Raad.
Het Concernverslag verschaft inzicht aan de burgers, maatschappelijke instellingen en bedrijven in de geleverde prestaties van het afgelopen jaar. De gemeente werkt met geld van de samenleving. De samenleving verwacht daarvoor terecht iets terug. Het is daarom onze plicht te laten zien of de plannen zijn gerealiseerd of niet, wat de kosten waren en wat we hebben geleerd voor de toekomst.
Het Concernverslag is onderverdeeld in het jaarverslag, de jaarrekening en de accountantsverklaring. Deze indeling is voorgeschreven door het Besluit Begroting en Verantwoording. Het Jaarverslag kent nagenoeg dezelfde indeling als de programmabegroting. Dezelfde onderwerpen, hoofdstukken en paragrafen komen ook in dit jaarverslag terug. In dit verslag wordt verantwoording afgelegd over zaken die in de programmabegroting zijn voorgenomen. Het Jaarverslag bestaat uit vier hoofdstukken. In het algemene deel – hoofdstuk 1 – leest u de bestuurlijke hoofdlijn met daarin kort aangegeven wat we hebben bereikt in 2010. Verder treft u hier algemene informatie aan over het gemeentelijk bestuur en wordt in hoofdlijnen ingegaan op de jaarrekening. In hoofdstuk 2 wordt stilgestaan bij de door de voorschriften (Besluit Begroting en Verantwoording) verplichte paragrafen: bedrijfsvoering, vermogenspositie en weerstandsvermogen, verbonden partijen, onderhoud kapitaalgoederen, grondbeleid, lokale heffingen, financiering en treasury. De paragraaf “projecten” is opgenomen om de raad specifiek te informeren over dit onderwerp. Daarnaast is er collegiaal in het college voor gekozen om de wettelijke verplichting van rapportage aan de raad over dienstverlening en burgerparticipatie, op te nemen in het jaarverslag in de vorm van een paragraaf Burgerjaarverslag. Het volgende onderdeel – hoofdstuk 3 – is genaamd thema’s. In dit hoofdstuk wordt verantwoording gegeven over de bestuurlijke programma’s. Deze programma’s hebben de strategische agenda gevormd voor de bestuursperiode 2007-2010. Omdat er in 2010 verkiezingen zijn geweest, wordt in dit Concernverslag voor de laatste keer verantwoording gegeven over deze programma’s. In hoofdstuk 4 zijn de reguliere programmaonderdelen beschreven. Alle activiteiten van de gemeente Eindhoven zijn in één van de programmaonderdelen van hoofdstuk 4 terug te vinden. Dit in tegenstelling tot de informatie die is opgenomen in de hoofdstukken 2 en 3. Dit zijn per onderwerp dwarsdoorsneden van informatie die impliciet onderdeel uitmaakt van hoofdstuk 4. Hoofdstuk 5 bevat de feitelijke jaarrekening volgens de voorschriften (BBV). Hierin staan de rekening van baten en lasten, de balans, de toelichtingen daarop en de verantwoording voor specifieke uitkeringen. Hierbij wordt vaak verwezen naar de Concernrekening 2010 bijlagen, waarin uitgebreidere cijfermatige toelichtingen zijn opgenomen als onderbouwing van de gegevens in het Concernverslag. Tot slot wordt het Concernverslag in hoofdstuk 6 afgesloten met de accountantsverklaring en een afkortingenlijst.
In een aparte productenverantwoording zijn de producten uitgewerkt, waarmee wij als college de door de gemeenteraad vastgestelde programmaonderdelen van hoofdstuk 4 hebben uitgevoerd. De vaststelling hiervan is voorbehouden aan het college.
Burgemeester en wethouders van Eindhoven 26 april 2011
-1-
-2-
Algem een
1
1.1 Samenstelling van bestuur 1.2 Bestuurlijke hoofdlijn 1.3 Financiële hoofdlijn
1. Algemeen Samenstelling bestuur Door de gemeenteraadsverkiezingen in het voorjaar van 2010 is de samenstelling van het college van burgemeester en wethouders en de portefeuilles gewijzigd. Het college van burgemeester en wethouders trad na de verkiezingen aan in de volgende samenstelling: De heer R. van Gijzel Burgemeester integrale veiligheid, handhaving en toezicht, juridische zaken, communicatie, externe betrekkingen en burgerzaken
Mevrouw drs. M.C.T. Fiers (PvdA) Wethouder van wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie wonen, wijkvernieuwing, burgerparticipatie en stadsdeelgericht werken, ruimtelijke ordening stedelijke ontwikkeling (o.a. projecten Meerhoven, Strijp S, Stationsgebied en vergunningverlening)
De heer H. Brink (VVD) Wethouder van economie, werk en beroepsonderwijs economische zaken, Brainport / MKB / marktzaken, beroeps- en hoger onderwijs, arbeidsmarktbeleid, sociale zaken, re-integratie en sociale werkvoorziening, externe ICT, BOR en studentenstad
Mevrouw drs. M.-A. Schreurs (D66) Wethouder van innovatie, cultuur en openbare ruimte cultuur, design, innovatie, vastgoed en grondbedrijf, openbare ruimte (water, groen, licht inclusief onderhoud) cultureel erfgoed, monumenten en archeologie
Mevrouw drs. H.T.M. Scholten (Groen Links) Wethouder van jeugd, welzijn en zorg welzijn / WMO, armoedebeleid, gezondheidszorg, jeugdbeleid, primair en voortgezet onderwijs / voorschoolse educatie / Spil, diversiteit / inburgering en dierenaangelegenheden
De heer ir. G.C.S.M. Depla (PvdA) Wethouder van financiën, dienstverlening en organisatie financiën, organisatie / personeel, dienstverlening, bedrijfsvoering / ICT, minder regels / goed geregeld en inkoop
De heer ir. J.B. Helms (VVD) Wethouder van mobiliteit, milieu, sport en evenementen mobiliteit, verkeer en vervoer, Eindhoven Airport, duurzaamheid en milieu, afvalstoffenbeleid, sport en recreatie, toerisme en evenementen, Citymarketing, BrabantStad
-3-
1. Algemeen 1.1 Bestuurlijke hoofdlijn 2010 heeft in het teken gestaan van de verkiezingen, de vorming van een coalitie tussen PvdA-VVD-D66 en Groen Links en het uitwerken van een coalitieprogramma, het in gang zetten van een forse ombuigingsoperatie en de uitwerking hiervan in concrete bezuinigingsvoorstellen en de uitwerking van het Meerjaren Investeringsplan. Alle sectoren hebben hieraan hun medewerking gegeven door het leveren van de benodigde input. Ondanks deze bijdrage en het beslag op de beschikbare capaciteit is er daarnaast veel uitgevoerd in de stad. Hierna wordt op hoofdlijnen aangegeven wat er aan activiteiten is geweest in 2010 en wat er is bereikt.
Werk en inkomen Armoedebeleid Het aantal aanvragen omtrent Armoedebeleid is in 2010 fors gestegen. De grootste stijging is te onderkennen bij de reductieregeling. Het niveau van aantal toekenningen ligt nog steeds fors boven het niveau van 2008. De inzet van het PIT-team en partners in de stad heeft tot gevolg dat het bereik is toegenomen. Het grote aantal aanvragen en toekenningen heeft in 2010 tot twee gevolgen geleid. Er is een tekort ontstaan op beschikbare budgetten. Hierbij springt zeker het beschikbare budget voor de reductieregeling in het oog. Het tweede gevolg is dat om te kunnen blijven voldoen aan het kwaliteitshandvest van de gemeente Eindhoven en de wet Dwangsom er personeel is ingehuurd. Hoewel er reeds flink is ingezet op het efficiënt verwerken van aanvragen wordt er in 2011 gestart met onderzoek naar verbetering van de processen en de dienstverlening.
Schuldhulpverlening 2010 is een roerig jaar geweest voor de afdeling Schuldhulpverlening. Door de financiële crisis is het aantal burgers met een schuldproblematiek sinds 2008 sterk toegenomen. Daarnaast zijn de schuldproblemen die de burger heeft een stuk complexer geworden. Door deze twee ontwikkelingen zijn de wachtlijsten toegenomen. Dit betekent dat op het moment dat cliënten zich aanmelden, zij op een wachtlijst komen te staan. Om de wachtlijsten te beperken is er in 2010 fors ingezet op extra inhuur van personeel. Dit heeft de wachtlijsten enigszins beheersbaar gemaakt maar heeft ook een behoorlijk beslag gelegd op de middelen van de Schulddienstverlening.
Naast het ophogen van tijdelijke formatie wordt er ook gekeken naar de taken die de afdeling Schulddienstverlening uitvoert. Door het ministerie is aangegeven dat per begin 2011 een nieuwe wetgeving omtrent Schuldhulpverlening in werking zou gaan. De invoering van de wetgeving is inmiddels uitgesteld naar later in 2011. Dit neemt niet weg dat er kritisch gekeken wordt naar taken. Een onderzoek is gestart naar de taken van de stadsbank, de pilot budgetbeheer en de regionalisering van schuldhulpverlening. Wanneer dit onderzoek is afgerond en de nieuwe wetgeving in dienst zal treden zal het college en de raad gevraagd worden om besluiten hieromtrent te nemen.
Werk en Inkomen Het aantal cliënten is achtergebleven bij de verwachtingen. De groei is mede beperkt gebleven door extra investering in uitstroom naar werk en een afname van het aantal aanvragen. Daarnaast liggen hier economische redenen aan ten grondslag én is een proces in gang gezet waarbij de poortwachtersfunctie is geoptimaliseerd.
De ambitie met betrekking tot uitstroom naar werk is gerealiseerd en overtroffen. Dit wordt o.a. veroorzaakt door betere inzet van de participatiemiddelen. Het schaarser worden van participatiemiddelen dwingt ons voor de komende jaren nog meer om effectiever in te zetten om zo gelijktijdig de uitkeringsafhankelijkheid te verlagen en de zelfredzaamheid te verhogen.
-4-
Zorg en Welzijn De aanpak van de maatschappelijke opvang en de verslavingszorg verloopt hoofdzakelijk volgens de richtlijnen van het Stedelijk Kompas. In 2010 is daar een implementatieplan aan toegevoegd dat de realisatie van de doelstellingen in 2014 moet verzekeren. Alle ketenpartners hanteren inmiddels de vastgestelde werkwijze voor de aanlevering van de individuele trajectplannen waar het Stedelijk Kompas op draait. Voorbereidingen om nieuwe voorzieningen in gebruik te kunnen nemen zijn deels afgerond en deels in volle gang. Voor de huisvesting van zwerfjongeren is een afzonderlijk project van start gegaan, waarvoor afspraken met de woningcorporaties zijn gemaakt. De aanpak van straatprostitutie via Levenskracht is na de aanloopperiode in het jaar daarvoor in 2010 echt op stoom gekomen, waardoor het aantal vrouwen dat nog actief is op de Tippelzone sterk is verminderd.
In 2010 is de aanzet tot een integraal Antillianenbeleid gemaakt. Deze zal in het eerste kwartaal van 2011 afgerond worden door de sector Veiligheid in samenwerking met de afdeling Jeugd. Het MOE-lander beleid is geschreven en ligt begin 2011 bestuurlijk voor. De pilot preventieve aanpak eergerelateerd geweld is succesvol afgerond (met uitloop tot juni 2011) en ingebed in de reguliere lijnen.
Op het thema emancipatie en participatie is in 2010 de adviescommissie migranten vrouwen geïnstalleerd. Deze commissie adviseert het college gevraagd en ongevraagd op vraagstukken over de participatie , emancipatie en integratie van migrantenvrouwen en meisjes in Eindhoven. Het project 1001 kracht wil de participatie van vrouwelijke migranten in een kwetsbare positie bevorderen via empowerment door vanuit de vrouwen zelf, vraaggericht, dichtbij en met inzet van eigen kracht te werken. In 2010 zijn alle activiteiten volgens deze principes uitgevoerd en daarmee zijn ruim 850 vrouwen bereikt.
In 2010 zijn bij het anti discriminatiebeleid 178 discriminatiemeldingen in behandeling genomen en gerealiseerd (norm 200).
Gemeente Eindhoven biedt een basisvoorziening aan vreemdelingen die geen recht hebben op overheidsopvang maar wel in een procedure zitten, of werken aan een toekomstperspectief gericht op terugkeer of een verblijfsvergunning. In 2010 is dit voor de komende jaren structureel geregeld net zoals de bemiddeling van illegalen naar medische zorg. Daarnaast worden statushouders gehuisvest en begeleid zodat zij kunnen integreren in de Nederlandse samenleving.
In 2010 is door gerichte inzet (spreekuren, belronden, huisbezoeken) inzicht verkregen in de gevolgen van de Pakketmaatregel AWBZ (aantallen, doelgroepen, problematieken, alternatieven). We hebben geleerd wat mensen met (lichte) beperkingen nodig hebben om mee te kunnen (blijven) doen. In 2011 wordt daarom verder geïnvesteerd in eigen kracht, informele zorg en collectieve voorzieningen Wmo, zoals het realiseren van Huiskamers Plus (Wmo dagbesteding) op een aantal plaatsen in de stad.
In het kader van het gehandicaptenbeleid is in 2010 de quick-scan inclusief beleid in SRE-verband uitgevoerd, inclusief beleid via inbedding in Toegankelijkheidsoverleg ingevoerd, en gestart met het project gericht op de ontwikkeling van een internetapplicatie over de Toegankelijkheid van gebouwen.
Het Seniorenperspectief heeft in 2010 helaas de georganiseerde seniorendag vanwege het warme weer moeten annuleren. Andere zaken konden wel doorgaan: de voorbereidingen van het Thuishuis zijn vrijwel afgerond, de uitgifte van de eetpuntengids, het project Zilveren Kracht is gestart.
-5-
1. Algemeen De voorbereidingen voor Europees Jaar van de Vrijwilligers in 2011 zijn van start gegaan, met op 7 december 2010 een applausmarathon die gedurende het jaar 2011 zal leiden tot momenten van waardering (applaus) voor de inzet van vrijwilligers. In 2010 zijn de werkende mantelzorgers en de jonge mantelzorgers met een apart programma uitgenodigd voor de dag van de mantelzorg.
Het Regionaal Dementie Ondersteuningsnetwerk heeft afgelopen jaar ingezet op de verbinding tussen partners die zich richten op de burgers met dementie en hun mantelzorgers. In samenwerking met Alzheimer ZOB en de bibliotheek zijn themabijeenkomsten gepland en is bijvoorbeeld een Bieb-in-a-box ontwikkeld met als thema Dementie/geheugenproblematiek. Het project Dienstencheque is eind 2010 formeel van start gegaan met de oprichting van de stichting en het aanstellen van een coördinator.
Er wordt op gebiedsniveau steeds meer vraaggericht gewerkt. Vanuit de vraag van burgers wordt in de bestuurlijk aangewezen gebieden in samenspraak tussen de gebiedscoördinatoren van GBO en de teammanagers van de Lumens Groep invulling gegeven aan de inhoud en inzet van de werksoorten opbouwwerk, seniorenwerk en emancipatiewerk in de wijken.
Vanuit de gemeente wordt steeds meer gestuurd op een meer outreachende wijkgerichte aanpak van het algemeen maatschappelijk werk van de Lumens Groep. Dit gebeurt binnen de krachtteamaanpak in de wijken de Bennekel, Doornakkers, Woensel-West en daarnaast in een aantal specifieke wijken. LG gaat steeds meer werken met multidisciplinaire teams in wijken.
Inburgering Om volwaardig te kunnen participeren in de Eindhovense samenleving krijgen inburgeraars voorzieningen aangeboden om kennis te verwerven van de Nederlandse taal en samenleving, om zo het benodigde inburgeringsdiploma te kunnen behalen. De Eindhovense inburgeringstrajecten zijn duaal. Dat wil zeggen dat trajecten op gebied van taalvaardigheid en (indien nodig) participatie gelijktijdig worden ingezet. In 2010 zijn nieuwe contracten afgesloten die aansluiten bij deze duale benadering.
De afweging om inzet te plegen gericht op de ‘kansrijke’ inburgeraars (vrijwillige en gemotiveerde inburgeraars) versus de inburgeraars in het BPI-bestand waarbij de inschatting gemaakt wordt dat succesvol inburgeren lastig tot nihil zal zijn, is in 2010 onderwerp van gesprek geweest en zal in 2011 worden voortgezet.
Voorzieningen Wmo Voor wat betreft de individuele voorzieningen is het product hulp bij het huishouden de grootste kostenpost. Het aantal klanten dat gebruik maakt van hulp bij het huishouden neemt nog steeds toe evenals het aantal geleverde uren per persoon. Op bestuurlijk nivo is reeds middels het werkprogramma Samen werkend aan morgen! uitgesproken dat er een gedifferentieerd tarief voor het product hulp bij het huishouden wordt ingevoerd. In 2010 is een aanvang genomen om te komen tot beleidskeuzes die leiden tot een nieuw contract met aanbieders hulp bij het huishouden per 1 januari 2012.
In 2010 is hard gewerkt aan de aanbesteding collectief vraagafhankelijk vervoer. Ondanks alle inspanningen van alle partijen is de implementatie niet goed verlopen. In 2011 zal het proces worden geëvalueerd.
In 2010 is het fundament gelegd om de focus te verschuiven naar een gesprek met de klant waarin de vraag wordt verhelderd, resultaten worden vastgesteld en afspraken worden gemaakt over oplossingen. De kanteling wordt in 2011 verder uitgewerkt om zodoende de druk op dure individuele voorzieningen te laten afnemen.
-6-
Onderwijs en Jeugd Vanuit het jeugd- en jongerenwerk is in 2010 geïnvesteerd in een wijkgericht, gevarieerd en vraaggericht programma voor jeugd in de vrije tijd op jeugdvriendelijke tijden. Dit is uitgevoerd door kinder- en jongerenwerk, in samenwerking en afstemming met combinatiefunctionarissen, sport-, vrijwilligersorganisaties en buurtinitiatieven. Het monitoren van de jeugdgroepen is op wijkniveau georganiseerd. Hierdoor worden signalen eerder opgepikt en vroegtijdig actie ondernomen. In Blixembosch is een start gemaakt met het realiseren van een zelfstandig jongerencentrum. Het stedelijk JC Dynamo heeft 74.000 bezoekers bereikt, 7.000 meer dan in 2009. Ruim 200 jongeren participeren als vrijwilliger en zijn als zodanig medeverantwoordelijk voor het succes en het gevarieerde aanbod. In speelpark de Splinter zijn zo’n 50 vrijwilligers actief en zijn er ruim 120.000 bezoekers geteld.
De handhaving op de kinderopvang borgt de kwaliteit van de opvang in kinderdagverblijven, peuterspeelzalen en bij gastouders. In 2010 hebben veel gastouders zich geregistreerd, waarbij ze aan de geldende kwaliteitseisen voldoen.
Plusopvang is kinderopvang op sociaal medische indicatie, in combinatie met professionele opvoedingsondersteuning in het gezin. In 2010 is deze regeling verbeterd voor wat betreft de toeleiding, kwaliteit, efficiëntie en het integraal samenwerken tussen alle professionals die betrokken zijn bij het gezin. Van deze opvang maakte ruim 220 kinderen gebruik.
Binnen de Jeugdgezondheidszorg is de omslag gemaakt naar een meer vraaggerichte en doelgerichte werkwijze van de basis- en maatwerktaken, waarbij extra aandacht is voor het vroegtijdig signaleren van problemen in de opvoeding en het vroegtijdig ondersteunen van zorg- en doelgroepkinderen. In 2010 is er een flinke stijging in het bereik van zorgkinderen en –gezinnen, waarbij in de begeleiding sprake is van een toegenomen integrale samenwerking in de keten zorg-welzijn-onderwijs.
Opgroei- en opvoedondersteuning richt zich op het vergroten van de zelfredzaamheid van jeugdigen op langere termijn, het vergroten van de opvoedcompetenties en draagkracht van ouders en het voorkomen en verminderen van problemen bij jeugdigen en gezinnen. Uit onderzoek in 2010 is gebleken dat zowel het bereik van gezinnen, als de kwaliteit van de opvoedondersteuning de laatste twee jaren flink is toegenomen onder alle bevolkingsgroepen. In 2010 ondersteunden we ruim 5.300 ouders/gezinnen en 6.280 professionals. Opvoed- en opgroeiondersteuning sluit aan op intensievere vormen van ondersteuning aan kind en gezin en op de ontwikkelingen binnen de jeugdzorg.
Het Centrum Jeugd en Gezin is een samenwerking van instellingen die in Eindhoven diensten en hulp aanbieden bij opvoeden en opgroeien. Vanuit de stedelijke locatie vindt er coördinatie van de opvoedingsondersteuning en van de hulpverlening aan jongeren en gezinnen complexe problematiek. In 2010 verscheen de voortgangsrapportage CJG 2007 – 2010 waaruit blijkt dat er veel is geïnvesteerd en bereikt. Bijvoorbeeld de invoering Triple P en coördinatie van zorg en het inregelen van goede signalering en routing van risicokinderen en – gezinnen. In 2010 werd de nieuwe website van het CJG en de nieuwe folderlijn CJG geïntroduceerd. Er vonden circa 400 casusoverleggen plaats met betrekking tot gezinnen met complexe problematiek. Het CJG beantwoorde circa 2.200 vragen van professionals en ouders en organiseerde negen informatie- en themabijeenkomsten. Vanuit de aanpak Marokkaanse-Nederlandse risicojeugd werd geïnvesteerd in individuele- en groepsbegeleiding positief opvoeden Triple P, informatiebijeenkomsten over opvoeden en opgroeien, onderwijs en arbeid en een expertmeeting voor professionals. Daarnaast zijn de activiteiten van het Marokkaans Platform verder uitgewerkt en is geïnvesteerd in de straatwachters.
-7-
1. Algemeen Ten aanzien van de uitwerking van de “educatieve agenda 12-“ zijn de volgende thema’s aan de orde geweest: SPIL, VVE, segregatie, peuterwerk, zorgadviesteams en passend onderwijs. Ten aanzien van VVE is een startnotitie vastgesteld welke vervolgens wordt uitgewerkt. Ten aanzien van SPIL heeft een evaluatie plaatsgevonden. De zorgadviesteams in het onderwijs zijn verder versterkt. Ten aanzien van segregatie heeft een congres plaatsgevonden en heeft de raad uitgangspunten vastgesteld.
Binnen het raamwerk van de locale educatieve agenda 12+ zijn de onderwerpen terugdringen voortijdig schoolverlaten gecombineerd met passend onderwijs, sleutelbegrippen geworden. Bij het eerste sleutelbegrip ging het vooral om het behalen van de te realiseren doelstellingen en bij het laatste om het anticiperen op ingrijpende veranderingen. In 2010 zijn in een voorjaarscongres de best practices met elkaar gedeeld, maar er zijn ook adviezen verzameld waar op verscheidene organisatorische niveaus aan gewerkt kan worden. Deze adviezen geven structuur aan het te ontwikkelen beleid.
Inmiddels beschikken alle scholen over een ZorgAdviesTeam waarin kinderen, waar het niet zo goed mee gaat, besproken kunnen worden en tevens bekeken kan worden of het kind en natuurlijk ook diens opvoeders met extra zorg een eind op weg kunnen worden geholpen. In dit jaar is deze zogenoemde zorgstructuur volledig operationeel gemaakt en is de aansluiting met het Veiligheidshuis en het Centrum voor Jeugd & Gezin gerealiseerd.
Daarnaast zijn de bestaande voorzieningen: de Rebound, School23 en de e/SMS geherdefinieerd als ‘plusvoorzieningen’. Een plusvoorziening is een organisatie die steun biedt aan overbelaste jongeren, met de doelstelling om hen terug te leiden naar het onderwijsleerproces. Indien het niet lukt de jongeren te leiden naar de beroepspraktijk, dan is er de voorkeur via een duaal leertraject de jongere alsnog in staat te stellen om een startkwalificatie te halen.
De gemeente ondersteunt en faciliteert nieuwe initiatieven op het gebied van techniekeducatie en promotie. Voor de gemeente was dit een signaal om nog een nieuw initiatief te lanceren. Naar aanleiding van een motie uit de raad om talentgelden ook in te zetten op het ondersteunen van bètatechnische talenten heeft de gemeente de High Tech Room gelanceerd. De High Tech Room is bedoeld voor high-potentials in het vwo, die mogelijkerwijs een universitaire opleiding in het technische beroependomein ambiëren. Alles wijst erop dat de High Tech Room een Eindhovense kweekvijver is voor bètatechnisch talent en dat het bedrijfsleven er geïnteresseerd in lijkt te zijn, om dit talent aan zich te binden.
Onderwijshuisvesting Via de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Eindhoven en overige bestaande beleidskaders vindt aan de hand van door schoolbesturen ingediende aanvragen, bekostiging plaats van huisvestingsvoorzieningen. Op 19 januari 2010 heeft de raad de verordening voorziening huisvesting onderwijs gemeente Eindhoven vastgesteld. Tevens is het programma en overzicht 2010 voorzieningen huisvesting onderwijs door B&W vastgesteld en uitgevoerd. Daarnaast zijn diverse aanvragen voor voorzieningen in de onderwijshuisvesting met een spoedeisend karakter afgewikkeld.
Doordecentralisatie Medio 2010 is gestart met het proces om te komen tot doordecentralisatie. In overleg met de schoolbesturen zijn de visie, kaders en uitgangspunten in concept vastgesteld. Dit dient nog afgestemd te worden met de raad in 2011. De planvorming loopt vertraging op door de financiële vertaling en maatwerkafstemming met schoolbesturen.
-8-
Spilcentra Eind december 2009 is de jaarschijf van 2010 vastgesteld. Medio 2010 zijn totaal 42 SPIL-centra inhoudelijk gerealiseerd. Dat wil zeggen dat deze SPIL-centra een gezamenlijk vastgesteld pedagogisch plan hebben en op een aantal terreinen samenwerken. Van deze 42 SPILcentra zijn er totaal 20 die ook daadwerkelijk fysiek tot SPIL zijn omgevormd. Dat wil zeggen kinderopvang, peuterwerk en basisschool.
Bij het Spilbeleid zijn knelpunten geconstateerd ten aanzien van achterstanden in de realisatie (en inbedding) van de spilcentra, vastlegging van informatie en dossiervorming spil. Naast de reeds bestaande regiegroep Spil (verantwoordelijk voor de pedagogische plannen), is in 2010 Projectmanagement Spil opgericht. Projectmanagement Spil is gericht op fysieke en exploitatie gerelateerde onderwerpen (voorbeeld is huur en vaststellingsovereenkomsten).
Momenteel vindt aanpassing van de huur- en vaststellingovereenkomst plaats zowel, privaatjuridisch (huurrecht), fiscaal juridisch en publiek juridisch (onderwijshuisvesting). Afronding van de concept overeenkomsten begin 2011, waarna de huur kan worden geïncasseerd. Vooruitlopend hierop hebben de partners reeds een voorschotnota ontvangen.
VMBO Het streven is om 3 ongedeelde VMBO’s in 2012 gerealiseerd te hebben. Het schoolgebouw VMBO Botenlaan is opgeleverd eind 2010. De sporthal op de Botenlaan wordt naar verwachting eind 2011 opgeleverd. Het Stedelijk College heeft een voorontwerp gereed voor het VMBO op het SEN. De planvorming van dit VMBO en het VMBO Piuslaan loopt vertraging op door het zoeken naar voldoende dekking om de plannen te realiseren.
Internationale school Op 15 januari is de aanbestedingsstrategie vastgesteld. Voorafgaand aan dialoogfase 1 is richting de 3 geselecteerde consortia een richtprijs gecommuniceerd. Daarnaast is er in de maand januari van 2010 door de Stichting en de gemeente een budgetovereenkomst opgesteld, welke door het college van B&W is geaccordeerd op 9 februari 2010. In deze budgetovereenkomst is een indicatief budget opgenomen voor de aanbesteding van de Campus (NCW € 51 miljoen). De aanbesteding PPS Campus Internationale School Eindhoven, welke op 26 februari 2010 van start is gegaan, heeft inmiddels dialoogfase 2 afgerond. Op 8 oktober 2010 zijn de 3 consortia uitgenodigd voor Dialoog 3. Deze uitnodiging houdt het communiceren van een prijs in. Deze is in november 2010 gecommuniceerd. De gesprekken van dialoog 3 hebben december 2010/januari 2011 plaatsgevonden. De gunning zal hierna plaatsvinden. Het moment van gunning is het laatste moment waarop de gemeente en de stichting kunnen besluiten door te gaan of niet. Gunning is niet verplicht. De gemeente en de stichting kunnen door voortschrijdend inzicht besluiten niet tot gunning over te gaan. De school zal in 2012 worden opgeleverd. Uitvoering van het project zal pas starten nadat alle middelen van het bedrijfsleven zijn toegezegd (€ 4 miljoen). Eind 2010 is hiervan € 3,7 miljoen toegezegd.
-9-
1. Algemeen Kunst, cultuur en sport Cultuur Totaal in 2010 Halverwege 2010 heeft de adviescommissie Cultuur Totaal haar advies voor de gewenste ontwikkelingen op het gebied van kunst en cultuur in de toekomst en de scan van het culturele veld afgeleverd. 2011 is door het college aangemerkt als overgangsjaar waarin de instellingen (met uitzondering van de instellingen op het gebeid van Cultuurhistorie) in principe zo veel mogelijk dezelfde subsidie krijgen als in 2010, met uitzondering van enkele instellingen welke in 2011 reeds een bezuiniging kregen opgelegd.
Het advies van de commissie Cultuur Totaal bood te weinig aanknopingspunten voor het verstrekken van subsidie aan instellingen daarom heeft het college in het najaar van 2010 besloten inhoudelijke visies te gaan ontwikkelen met het culturele veld teneinde in de eerste helft van 2011 te komen tot het inhoudelijk toetsingskader voor subsidieaanvragen voor 2012.
In 2010 is er gepoogd meer in contact te komen met de andere domeinen. Dit is slechts in beperkte mate gelukt bijvoorbeeld in de voorbereiding van een project voor jongeren en cultuur in Gestel dat in 2011 tot uitvoering moet komen, daarnaast zijn individuele instellingen bezig geweest met het zoeken van toenadering tot de andere domeinen (voorbeeld: Paard dat Vliegt, Muziekgebouw).
Sport Eind 2008 is door de gemeenteraad de sportnota 2008-2015 ‘Hé, ga je mee?’ vastgesteld. In dit beleidskader zijn voor een aantal thema’s, de ambities van de sector Sport en Bewegen opgenomen. Deze ambities hebben hun uitwerking in de diverse collegeproducten binnen PO 4.3. Sportparticipatie Eindhovense Bevolking.
Thema: Ondernemend burgerschap
b
Gebiedsgerichte programma’s in de wijken
Bij gebiedsgericht programmeren wordt per buurt of wijk bekeken hoe sport- en bewegingsaccommodaties en activiteiten passen in het totale wijk- of buurtconcept. De inspanningen zoals deze zijn vastgelegd in de buurtcontracten 2010 zijn als zodanig ook uitgevoerd door de drie sportgebieden en hebben een bijdrage geleverd aan de verhoging van de sportparticipatie van de Eindhovense bevolking.
b
Cruyff Courts
In de sportnota is een taakstellend aantal Cruyff Courts vastgelegd. In 2010 zijn er Cruijff Courts aangelegd aan de Kaeriuslaan en op het Arnaudinaplein. Door realisatie hiervan zijn inmiddels 6 Cruyff Courts in Eindhoven aanwezig. Het 7e en 8e Cruyff Court worden in 2011 gerealiseerd. We blijven achter op de taakstelling van 10 omdat we gemeentelijk afhankelijk zijn van de medewerking (ic. goedkeuring) van stichting Cruyff Courts KNVB Velden.
b
Fontys
Vanaf 2009 trekken Fontys en gemeente Eindhoven samen op om invulling te geven aan de komst van Fontys Sporthogeschool naar Eindhoven. De bouw van de accommodatie is fysiek al zichtbaar ( bouw gestart september 2010). Daarnaast is gestart met het concretiseren van de toegevoegde waarde van de sporthogeschool Fontys voor de gemeente Eindhoven. Het gaat hierbij met name om de volgende aandachtsvelden: Gezonde en actieve leefstijl (sportparticipatie), preventieve gezondheidszorg en talentherkenning (presteren en excelleren). Daarnaast zal op het gebied van innovatie en onderzoek naar nieuwe sportmethodieken een bijdrage geleverd kunnen worden aan de Eindhovense breedtesport.
- 10 -
b
Mobiliteitsplannen sportconcentratiegebieden
Een intensief gebruik van sportconcentratiegebieden, legt met name druk op de parkeergelegenheid in deze gebieden. Deze problematiek wordt betrokken bij de strategische mobiliteitsagenda welke is aangekondigd in het coalitieakkoord “Werken aan morgen”. Met de ontwikkeling van deze agenda is in 2010 een aanvang gemaakt.
Thema: Sociale betrokkenheid, stad die bindt
b
Sportparticipatie allochtone jongeren
Voor het bevorderen van de deelname door niet Westerse allochtone jongeren is van 2006 t/m 2010 het project “Sports United” uitgevoerd. Het project werd bekostigd met GSB middelen. Het project is financieel afgewikkeld in 2009. Inhoudelijk eindigde het project ultimo 2010. Voor de uitvoering van het project zijn afspraken gemaakt met 9 verschillende sportbonden. In totaal 37 Eindhovense sportverenigingen hebben op lokaal niveau het project mede mogelijk gemaakt, waardoor de doelgroep aan sportactiviteiten heeft deelgenomen om kennis te maken met Sport. Op basis van metingen van BIO is de sportdeelname onder niet westerse allochtone jongeren van 4 tot 23 jaar t.o.v. 2008 gestegen met 6 %.
Thema: Netwerkstad, stad die verbindt
b
Combinatiefunctionaris
In 2010 heeft verdere uitbouw plaatsgevonden van de combinatiefunctionarissen ten behoeve van een samenhangend aanbod van onderwijs, sport en cultuur. Deze functies zijn gericht op kinderen tot 18 jaar en verbinden sport en cultuur op brede scholen ook buiten schooltijd en verstevigen het buitenschoolse sport- en cultuuraanbod. Ook worden sportverenigingen versterkt zodat zij een rol kunnen spelen voor brede scholen, naschoolse activiteiten, (kwetsbare) doelgroepen en de (kracht)wijken. Eind 2010 waren er 22 fte aan combinatiefunctionarissen hiervoor actief. Eindhoven mag in totaal 26 fte aanstellen.
b
Talentencentra
Eindhoven profileert zich nationaal en internationaal als Sportstad met de aanwezigheid van een Centrum voor Topsport en Onderwijs (CTO). Aan het CTO zijn zes sportbonden met 8 sportdisciplines gekoppeld, te weten: zwemmen, schoonspringen, judo, turnen, trampolinespringen, ijshockey, bouldering en honkbal. De disciplines turnen en trampolinespringen worden decentraal gefaciliteerd in Den Bosch. Bij CTO Eindhoven trainen inmiddels 110 sporters, binnen 8 disicplines in 6 trainingsaccommodaties. Het CTO is een initiatief van het Ministerie van VWS en NOC*NSF. Andere belangrijke partners binnen het CTO zijn: Olympisch Netwerk Brabant, KNZB, KNGU, Judobond, IJshockeybond, NKBV, KNBSB, Fontys Hogeschool, TU/e, ROC, Pleincollege Sint-Joris, Koning WillemI college, Rodenborgh College, Topsupport, Sportmax, SMA Jeroen Bosch, en de woningcorporaties Wooninc, Woonbedrijf, Zayaz en Brabant Wonen.
De meerwaarde van het CTO voor de stad is de bijdrage die het centrum op termijn levert of kan leveren aan doelen op het gebied van: sport en innovatie, sportstimulering (‘zien sporten, doet sporten’), kwaliteitsimpuls breedtesport, verenigingen en bewegingsonderwijs, onderwijsvernieuwing (maatwerk en e-learning), profilering van Eindhoven als sportstad (ook internationaal), kwaliteitsverbetering aangepaste sporten, aanbod sportevenementen, aanwezigheid hoogwaardige sportaccommodaties en last but not least stadspromotie via de evenementen. De aanwezigheid van het CTO Eindhoven maakt de stad aantrekkelijker en interessanter voor haar burgers maar ook voor (internationale) sporters, sportgerelateerde instellingen, toeristen en evenementen. Een voorbeeld hiervan is de Fontys Sporthogeschool die zich in 2012 gaat vestigen op Genneper Parken en mede door de aanwezigheid van het CTO gekozen heeft voor
- 11 -
1. Algemeen Eindhoven. Volleybalbond Nevobo huurt om dezelfde reden vanaf 2011 kantoorruimte op Genneper Parken. Door het CTO acteert Eindhoven binnen het brede netwerk van de sport en maakt de stad onderdeel uit van de Olympische ambitie die door het Rijk is geformuleerd. In het kader van het provinciaal plan ‘Road to London’ is de kans groot dat het CTO een rol gaat vervullen bij de voorbereidingen van buitenlandse teams voor de Olympische Spelen 2012 in London.
Thema: Brainport, stad van vernieuwing, kennis en techniek
b
Fieldlabs
Anno 2010 is er in Eindhoven een tweetal locaties waar overheid, bedrijven, kennisinstellingen en de sportsector samenwerken aan innovaties met een directe link naar de praktijk (toegepast onderzoek). De ontstane samenwerkingsverbanden zijn aan te merken als Fieldlabs. Fieldlab De Tongelreep (zwemmen), en Fieldlab Breedtesport op Sportcomplex Eindhoven Noord zijn in 2010 operationeel. Ook op het gebied van aangepaste (top)sport werken in Eindhoven bedrijven, kennisinstellingen en de sportsector in een vergelijkbare gouden driehoek samen met de overheid aan innovaties. Waar het aangepast sporten betreft is de gezondheidssector als vijfde partner betrokken. In 2010 zijn belangrijke initiatieven genomen om in 2011 te komen tot realisatie van het Fieldlab ‘aangepast sporten’.
Van Abbemuseum Inhoudelijke doelstellingen van het museum zijn volledig bereikt. Het navigeren tussen gastvrijheid, kennisuitwisseling, vernieuwing en radicaliteit – om tot de meest vooraanstaande musea voor hedendaagse kunst in de wereld te behoren – is in 2010 door het zeer diverse aanbod binnen het programma “Play Van Abbe – het museum in de 21e eeuw” goed gelukt. Twee citaten, die dit verduidelijken:
[Quote uit de pers Janneke Wesseling, NRC, 30-04-2010: “Je zou denken dat zo’n programma het publiek afschrikt, maar het tegendeel is waar. Het is tegenwoordig altijd druk in het Van Abbe. Mensen lezen de tekstborden en informatieblaadjes, ze bekijken video’s met lange interviews met conservatoren, ze reageren op de tentoonstellingen op papier of via internet, ze wonen filmvertoningen en lezingen bij.”]
[Quote uit pers: Rutger Pontzen, Volkskrant, 16-04-2010: “Of Museummodules een wel of niet geslaagde tentoonstelling is, doet er op zichzelf niet toe. Het geeft wel aan dat het Van Abbe tegenwoordig het enige grote museum in Nederland is, dat zich niet alleen wat aankleding betreft, maar ook inhoudelijk opnieuw wil uitvinden”. ]
Bezoekersaantallen (doelstelling behaald, subdoelstelling “verhoging van inkomsten uit ticketverkoop” niet behaald) Het museum heeft meer dan 121.000 bezoekers kunnen tellen, terwijl er 72.500 waren begroot. Met het programmapartnerschap met GLOW zijn er rond 33.500 bezoekers tijdens GLOW geweest. Door samenwerking met Flux/S, Dynamo rond 9.000 bezoekers in de stad, door presentatie in het buitenland (voorbeeld: Shanghai) zijn er 5.320 bezoekers bereikt.
Uitdaging is niet het bereiken van veel bezoekers, maar het behalen van de geprognosticeerde gemiddelde ticketprijs. De inkomsten uit ticketverkoop komen onder druk te staan en vormen een structureel probleem. Veel bezoekers worden bereikt door de museumnacht met gratis toegang op donderdagavond en andere acties met vrij entree. Daarbij komen ook nog bezoekers met verlaagd entree zoals museumjaarkaarthouders, vrienden en studenten.
- 12 -
Samenwerking met derden (Subsidiegevers, Promotors, MADe) (doelstelling behaald en uitgevoerd) In 2010 zijn alle doelen voor het werven van subsidies voor tentoonstellingsprojecten, aankopen en extra projecten bereikt. In totaal een bedrag van € 1.145.000 geworven. De Promotors van het Van Abbemuseum hebben ook in 2010 aankopen fors gesteund. De MADeClub ontwikkelt conform prognose. In 2010 is er voor het eerst een kleine winst behaald uit de MADe-memberships.
Samenwerking met andere culturele instellingen, bedrijven, onderwijs (doelstelling behaald en uitgevoerd) Nauwe samenwerking met Muziekgebouw, Flux/S (presentaties op Strijp-S), MU, Dynamo, Onomatopee, DDW, Brainport, CKE (museumlessen), Philips Research, Maxima Medisch Centrum, GGzE, Designhuis, Baltan Laboratories, Fontys, De Appel curatorenopleiding, Technische Universiteit Eindhoven, Universiteit van Amsterdam, De Appel en BAK .
Educatie en Bemiddeling (doelstelling behaald en uitgevoerd) 23.000 mensen bereikt met standaard educatief aanbod in het museum – zoals cursussen, rondleidingen, KinderKunstClub, themabijeenkomsten, muziekcursussen in samenwerking met het muziekgebouw etc. (zie ook collegeproduct)
8.400 leerlingen in basis- en voorgezet onderwijs bereikt – mede mogelijk gemaakt door sponsoring van Rabobank Eindhoven – Veldhoven (begrote aandeel: 7.000 leerlingen).
Wijkproject in Woensel West opgezet – van start gegaan met het betrekken van burgers bij kunstenaarsprojecten in de wijk – langdurig project met een looptijd van 3 jaar.
Aankopen / bruikleen: (doelstelling behaald en uitgevoerd) 67 werken wereldwijd in bruikleen gegeven (winst uit bruikleen werkzaamheden € 35.000). 27 nieuwe werken voor de collectie aangekocht.
Bezoekersprofiel (korte schets) 46% bezoekers uit Zuid-Nederland, waarvan 38% uit Brabant 43% uit de rest van Nederland 11% uit het buitenland 75% komt direct van thuis 15% zijn vakantiegangers (alle beeldende kunst musea in NL: 28% vakantiegangers) 10% overig 78% van de bezoekers komt voor het Vanabbemuseum als geheel 1.514 1.514 followers op twitter 1.009 1.009 vrienden op facebook 127 Gemiddelde verblijfsduur in het museum in minuten ( alle beeldende kunst musea in NL: 111 minuten)
- 13 -
1. Algemeen Van Abbemuseum intern: Ziekteverzuim (structureel probleem, doelstelling vermindering ziekteverzuim niet behaald) Het opvangen van langdurig zieke medewerkers, van zwangerschap- en ouderschapsverlof binnen de sector Van Abbemuseum, die grotendeels op één man/vrouw afdelingen draait, begint een structureel probleem te worden. De afgelopen twee jaar waren er gemiddeld 2 zwangerschappen en 2 langdurig zieken op te vangen (vaak zware ziektes). Als kleinere sector is het opvangen hiervan zonder begrotingsoverschrijding bijna onmogelijk. Ook voor 2011 hebben wij weer twee zwaar zieke medewerkers op sleutelfuncties, waar het onmogelijk is deze helemaal niet te vervangen.
Managementplan 2011- 2015 (niet uitgevoerd) Het beleids- en managementplan 2006-2010 moet vervangen worden door een vervolgplan. Het deelplan voor collectie is gereed, maar in het nieuwe beleids- en managementplan willen wij de uitkomsten van het grootschalige programma Play van Abbe verwerken. Wij verwachten in het voorjaar 2011 het nieuwe beleids- en managementplan te kunnen presenteren, dat gebaseerd is op ervaringen uit het Play van Abbe programma, maar dat ook de nieuwe uitdagingen van landelijke en gemeentelijke bezuinigingen mede bekijkt. Aandachtspunten Aansluiting met rapportage over bestuurlijke programma’s. Met onze programmering sluiten wij volledig aan bij de doelstellingen die binnen het bestuurlijke programma “cultuur totaal” geformuleerd zijn:
b b b b b
Kunst en Cultuur draagt bij aan de uitstraling en het vestigingsklimaat in Eindhoven Kunst en Cultuur draagt bij aan de ontwikkeling en het stimuleren van talenten Kunst en Cultuur komt ten goede aan de gehele bevolking Eindhovenaren maken zowel passief als actief gebruik van culturele voorzieningen in de stad De relatie tussen Kunst en Cultuur en andere domeinen is meer zichtbaar. (sociaal, economisch, ruimtelijk)
Aansluiting met gegevens uit de stadsmonitor 2010. Met onze programmering, bemiddeling, educatieve activiteiten, samenwerking met diverse partijen in de stad (en ook buiten de stad en internationaal) sluiten wij aan bij de doelstellingen van “cultuur, design en licht”, maar dragen ook bij aan de doelstellingen van “actieve jeugd en onderwijs”, “meedoen en zorg” en “burgerparticipatie”.
Design in 2010 Op 4 maart 2010 is de beleidsnota en het uitvoeringsprogramma “Creating a Caring Society” in de gemeenteraad vastgesteld. Met ingang van 2010 was voor het eerst voorzien in structurele subsidies voor de Dutch Design Week, de Dutch Design Awards en de Graduation Show van de Design Academy. De Dutch Design Week heeft een groei vertoond van 115.000 bezoekers in 2009 naar 150.000 bezoekers in 2010. De waardering van bezoekers is gemiddeld 7,8. In 2010 is een uitgebreid Dutch Design Week Businessprogramma ontwikkeld gericht op de interactie van designers, bedrijven en maatschappelijke instellingen rondom concrete vraagstukken. Met als doel, bedrijven en organisaties de meerwaarde van Design(ers) te laten ervaren bij de ontwikkeling van producten en diensten. De Dutch Design Awards hebben een verdere professionaliseringsslag gemaakt welke in 2011 verder doorgezet zal worden. Door de gemeenteraad is bij de begrotingsbehandeling 2010 per amendement € 1 miljoen incidenteel vrijgemaakt voor Design in 2010. Ook was per amendement afgedwongen dat het Designhuis nog minimaal 6 maanden zou open blijven. Circa 70% van dit incidentele bedrag is besteed aan drie tentoonstellingen alsmede ontmoetingsactiviteiten in het Designhuis in de periode december 2009 tot en met januari 2011. 20% is besteed aan interne organisatiekosten, 10% aan Designprojecten binnen Cultuur Totaal. Het open houden van
- 14 -
het Designhuis is dan ook ten koste gegaan van nieuwe initiatieven om design(ers) in te zetten bij de aanpak van maatschappelijke vraagstukken. Door de Design Academy Eindhoven, het Design Platform Eindhoven, de TU/e Industrial Design, Brainport Development en de gemeente Eindhoven is vanaf 2009 gewerkt aan de totstandkoming van een gemeenschappelijke service- en uitvoeringsorganisatie van en voor het Designspeelveld (kennisinstellingen, bedrijven, designers en overheden) in Eindhoven. In juli 2010 was de oprichting van de coöperatieve vereniging Design Coöperatie Brainport een feit.
Er zijn enkele initiatieven ontwikkeld (groen, HOV2, schulddienstverlening en stadsvisie) om designers te betrekken bij gemeentelijke vraagstukken. De meerwaarde voor betrokken designers is echter beperkt omdat nauwelijks mogelijkheden aan hen geboden worden om betaald opdrachten te verrichten (bij openbare aanbesteding komen ze niet in aanmerking). In zijn algemeenheid is er nog maar minimaal sprake van dat binnen de eigen portefeuilles (sociaal, werk, wonen, duurzaam) èn budgetten gewerkt met Eindhovense designers in de aanpak van vraagstukken.
Openbare orde en veiligheid Ontwikkeling nieuw beleidskader veiligheid voor 4 jaar In 2010 is gestart met de uitvoering van het actieplan Integrale Veiligheid 2010/2011, welke door B&W is vastgesteld op 1 december 2009. In dit actieplan wordt ingezet op de 9 vastgestelde prioriteiten uit het beleidskader Integrale Veiligheid. Hieronder zijn begrepen woninginbraken, auto-inbraken, overvallen, fietsendiefstal, relationeel geweld en georganiseerde criminaliteit. De prioriteiten worden op stadsdeelniveau, in het centrumgebied en gemeentebreed uitgevoerd. Het afgelopen jaar is ingezet op verbreding van de inzet op veiligheid, zowel vanuit de sector OOV, de directie veiligheid als de overige direct betrokken sectoren GBO, MM en VTH. De aanpak risicojeugd is in netwerkverband gedeconcentreerd naar de wijken waar zich de problemen voordoen. Met GBO, VTH en politie zijn afspraken gemaakt over de aanpak van vermogensdelicten (fietsendiefstal, auto-inbraken, woninginbraken en overvallen), en risicojeugd binnen de buurten waarvoor een buurtcontract is opgesteld en voor de wijken die als actiegebied zijn gekwalificeerd. Hiermee lift de aanpak mee op het organiserend vermogen dat in die gebieden aanwezig is. Aan het beleidskader Integrale Veiligheid is een doelstelling van reductie op de aangiften en overlastmeldingen van 20% in 4 jaar. Voor het jaar 2010 was een reductie begroot van 5%. Eind 2010 kon een resultaat op 7 speerpunten worden genoteerd van 15% reductie.
Vergunning, toezicht en handhaving In 2010 hebben de ontwikkelingen met betrekking tot openbare orde, vergunningen en toezicht en handhaving in het teken gestaan van het verbeteren van het naleefgedrag van burgers en bedrijven en daarmee het leveren van bijdragen aan het verbeteren van de veiligheid en leefbaarheid en aan de realisatie van andere beleidsdoelstellingen. Denk bijvoorbeeld aan milieudoelstellingen, bouwkwaliteit, brandveiligheid, leerplicht, rechtmatigheid uitkeringen en ordentelijk gebruik van de openbare ruimte. Met de uitvoering van de toezichtstaken is een bijdrage geleverd aan de veiligheid en leefbaarheid voor de gebruikers van de stad.
Ten behoeve van het gemeentebrede toezicht- en handhavingsprogramma 2010 zijn alle relevante interne en externe partners bevraagd naar de gewenste inzet van toezicht- en handhaving om de gemeentelijke ambities uit diverse bestuurlijke programma’s te kunnen verwezenlijken. Op 17 februari 2010 zijn de speerpunten voor het gemeentebrede programma voor toezicht en de handhaving bestuurlijk vastgesteld.
- 15 -
1. Algemeen Naast de uitvoering van vele bestaande gemeentelijke veiligheidstaken heeft 2010 vooral in het teken gestaan van het ontwikkelen en uitvoeren van nieuwe veiligheidstaken die vanwege de terugtrekking van de inzet van de politie moeten landen binnen de gemeentelijke organisatie. Hiertoe zijn gemeentebrede en gebiedsgerichte actieplannen opgesteld. Een deel van de acties hebben een toezichthoudend en handhavend karakter gekregen. De bestaande veiligheidstaken zijn gericht op de aanpak van woonoverlast, risicovolle bedrijven, constructieve veiligheid, brandveiligheid aanpak woonoverlast, jeugdoverlast, taxitoezicht en cameratoezicht. Nieuwe taken zijn de inzet tegen vermogensdelicten (woninginbraken, fietsendiefstallen, overvallen en auto-inbraken). Ook is een bijdrage geleverd aan de realisatie van andere doelstellingen met betrekking tot. milieu, bouwkwaliteit, brandveiligheid en overlastsituaties (APV).
De uitvoering van de gevraagde taken is conform planning verlopen.
Burger en Bestuur Klanttevredenheidsonderzoek, nieuwe dienstverlening In juni is door TNS NIPO een klanttevredenheidsonderzoek afgerond. Het onderzoek is onderdeel van Benchmarking Publiekszaken 2010. De gemeente Eindhoven scoort op het gebied van dienstverlening aan de publieksbalie een 7,8. Dit is hoger dan de waardering voor de gemiddelde gemeente in dezelfde grootteklasse. Vorig jaar werd de dienstverlening in de gemeente Eindhoven beoordeeld met een 8,1. Met een 7,8 neemt de gemeente Eindhoven een 20e plaats in op de ranglijst van in totaal 98 deelnemende gemeenten aan de benchmark. Gebiedsgericht werken In 2010 heeft gebiedsgericht werken in het teken gestaan van verbetering ondersteuning en facilitering van bewonersorganisaties, waarbij aandachtspunten waren het ontwikkelen van mogelijkheden van uitbreiding van zeggenschap van bewoners en het toepassen van samenspraak, dit middels de verordening Samenspraak en Inspraak en de diverse Samenspraakplannen. Hiermede is een sterke impuls gegeven aan het bevorderen van burgerparticipatie. Voorts heeft de coördinerende en initiërende rol vanuit de stadsdeelteams geleid tot een verbeterde samenwerking intern en extern. De totstandkoming van bijvoorbeeld de steunpunten en buurtcontracten is hiervan het bewijs. De komende jaren zal die samenwerking nog extra aandacht vergen. Het signaleren en analyseren van problemen en kansen heeft in 2010 zijn beslag gekregen in 24 buurtanalyses, terwijl de overige buurten met behulp van de buurtthermometer een globale analyse hebben ondergaan. Op basis van deze 24 analyses zijn 15 actiegebieden (buurten of onderdelen daarvan) door het college aangewezen. Samen met de 10 wijkvernieuwingsgebieden zijn voor 2011 in totaal 24 buurtcontracten opgesteld. Samen met bewoners en professionals krijgen problemen en kansen in die gebieden extra aandacht. Voorts is onder regie van de stadsdeelteams uitvoering gegeven aan de gemeentelijke werkplannen en buurtcontracten 2010.
Bestuur In 2010 heeft een verdere versterking plaatsgevonden van de externe oriëntatie van de gemeente Eindhoven. Onder andere is de Netwerk Academy ontwikkeld en heeft een eerste tranche van deze leergang plaatsgevonden. Dit ter versterking van de gemeentelijke oriëntatie op Den Haag. Met de kennisinstellingen is een begin gemaakt van de herijking van de GSB-convenanten in de context van het lokaal innovatieprogramma. Naar verwachting zal dit in 2011 leiden tot een nieuwe convenantsperiode. Tevens hebben wij in de BrabantStad-samenwerking, naast de inzet op de Samen Investeren-projecten, de eerste aanzetten gemaakt om te komen tot een nieuwe Strategische Agenda BrabantStad. Voorbereidingen zijn getroffen om een impuls te geven aan de regionale samenwerking in het algemeen en in het stedelijk gebied in het bijzonder. In G32-verband bekleedt Eindhoven sinds medio 2010 het voorzitterschap van de werkgroep Europa. De samenwerking op de Europese agenda heeft sowieso een stevige impuls gekregen met de verhuizing van kantoor Brussel naar een groter pand, waardoor de
- 16 -
mogelijkheid is gecreëerd dat andere partners bij de gemeente inhuizen. Onder andere Brainport Development en BrabantStad maken van deze mogelijkheid gebruik.
Tenslotte heeft 2010 in het teken gestaan van het opleveren van de verantwoordingsinformatie van GSB-III en het FOCUS-programma. Alle daartoe benodigde stukken zijn voorzien van een accountantsverklaring en zijn tijdig bij het Rijk ingediend. Vaststelling door Rijk respectievelijk Europa wordt in de loop van 2011 verwacht.
Bedrijfsvoering en organisatie 2010 stond in het teken van het nieuwe college en de bezuinigingen. Voor bedrijfsvoering is met de bezuinigingen een heroverweging ingezet langs vier lijnen: vergroten efficiency organisatie, versoberen bedrijfsvoering, verhogen van kwaliteit en effectiviteit en omschakeling naar een organisatie waarin het concernbelang centraal staat en gemeentebreed wordt gedacht.
Het nieuwe organisatiemodel voor de gemeente is verder doorontwikkeld en er is besloten een viertal kleinere sectoren (klantcontactcentrum, servicecentrum, kabinet en het directoraat Veiligheid) op een logische manier functioneel aan te haken bij grotere sectoren. Daarnaast is – conform eerdere besluitvorming – een start gemaakt met het ontmantelen van de sector ondersteuning stadspleinen. Met deze doorontwikkeling wordt een efficiencyslag nagestreefd (beperking aantal sectoren, terugdringen overhead, vergroten mobiliteit tussen managers).
Op het gebied van bedrijfsvoering, sturing en beheersing zijn de formatie en bezetting (na de reorganisatie van 1 januari 2009) op orde gebracht en is er een vacaturestop ingevoerd met halfjaarlijkse openstellingen. Verder is de registratie en de ‘compliance’ bij inhuur derden verbeterd en heeft een uitlijning van opdrachtgever- en opdrachtnemerschap plaatsgevonden. Tot slot zijn er verbeteringen doorgevoerd op het gebied van personeel, zoals de strategische personeelsplannen en de Taskforce Inhuur Derden.
De ingezette samenwerking binnen interne dienstverlening (service centrum, juridische zaken, personeel & organisatie, informatisering & beheer, administratie/inkoop/huishoudelijke dienst en communicatie) is organisatorisch ingebed middels het instellen van serviceteams.
In de managementcontracten zijn afspraken gemaakt tussen de individuele sectorhoofden en een directieraadlid. De afspraken omvatten ondermeer (organisatorische en personele) doorontwikkeling, kwaliteits- en efficiencyverbetering en sturing op bedrijfsvoeringaspecten. Ter ondersteuning hiervan is periodiek (intern) gerapporteerd in het ‘dashboard bedrijfsvoering’ over onder meer telefonische bereikbaarheid, postafhandeling, ziekteverzuim, budgetten, inzet van vast en tijdelijk personeel, etc. De resultaten worden besproken tussen sectorhoofd en directieraadlid. In 2010 is gestart met het geven van gerichte adviezen per speerpunt van het dashboard, om zo handvatten te bieden voor een verbeterslag. Deze sturing en advisering hebben duidelijke verbeteringen tot gevolg gehad.
De rol en positie van de sector Servicecentrum binnen Interne Dienstverlening (en ten opzichte van de klanten/collega’s) is zeer nauw verweven met het specifieke karakter van die interne dienstverlening, met als direct doch afgeleid doel de collega’s optimaal in staat te stellen de dienstverlening aan de externe klant te verzorgen binnen de vastgestelde kaders en richtlijnen. In 2010 kwamen zo’n 50.000 standaard klantvragen bij het Servicecentrum binnen. Ongeveer 20.000 op het gebied van ICT en 30.000 betreffende Services.
- 17 -
1. Algemeen In 2010 is binnen de sector SC veel tijd besteed aan de verdere ontwikkeling van de uitgangspunten van het samenwerkingsmodel. Samen met de andere sectoren van Interne dienstverlening is een begin gemaakt met de opstart van het Serviceoverleg waarin adviseurs van alle sectoren Interne Dienstverlening participeren. Intensief overleg met lijnmanagers en andere betrokkenen moet leiden tot een uniforme werkwijze voor wat betreft registratie en afhandeling van klantcontacten. Binnen het Serviceloket wordt momenteel volop gewerkt aan de doorgroei naar een meer gekwalificeerde en professionele Servicedesk.
Binnen het Bedrijfsbureau heeft het updaten van de Producten en Dienstencatalogus zijn beslag gekregen. Het project “Geavanceerde PDC” is in 2010 gestart, hierbij is sprake van een beter in het Multichannelconcept passende tool ter vergroting van de mate waarin klanten zelf digitaal hun dienstverlening kunnen regelen (Self-service-concept) en bovendien een vraagbaak vormt voor de overige kanalen. In 2011 zal dit project afgerond worden. Met de sector Communicatie vindt intensief overleg plaats over de wijze waarop in een intranet omgeving het nieuwsmedium PINO, de producten en diensten catalogus en de servicewijzer ontsloten moeten worden.
Voor huisvesting was het jaar 2010 een druk jaar, de verhuizingen als gevolg van Eindhoven Eén zijn uitgevoerd, de nieuwe huisvesting voor het Veiligheidshuis (NRE-gebouw) is gereed gekomen en de panden Esplanada (Begeijnenhof 35) en Waagstraat zijn verlaten. Eind 2010 is elke sector dicht bij elkaar en logisch ten opzichte van elkaar gehuisvest. Daarnaast is het Inwonersplein in het Stadskantoor verbouwd en uitgebreid en is in het KBC het Expat-center geopend waarin verschillende gemeentes en publieke instanties samenwerken. Tot slot is het Werkplein in Mercado uitgebreid met 12 extra werkplekken voor het UWV. Voor de lange termijn huisvesting van de organisatie zijn het plan van aanpak en de criteria voor de locatiekeuze vastgesteld door de raad. De volgende stap is een besluit over de locatiekeuze, deze is eind 2010 nog in volle gang en zal naar verwachting in het voorjaar 2011 door de raad genomen worden.
Ruimtelijk Per 1 juli 2008 is de nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening van kracht met instrumenten als structuurvisie, digitale bestemmingsplannen en grondexploitatie. In december 2009 heeft de raad ingestemd met een interim-structuurvisie. Deze legt de ruimtelijke hoofdstructuur van Eindhoven vast en bevat een overzicht van alle bestaand thematisch beleid.
In 2010 is hard gewerkt aan het ontwikkelingsplan voor de A2-zone, onder de naam Brainport Avenue. En dan met name aan het deelplan Landelijk Strijp. Dit bestaat op haar beurt weer uit drie onderdelen:
b b b
een hoogwaardig bedrijventerrein onder de naam “Brainport Innovatie Campus”; het bijbehorende bereikbaarheidsplan ten behoeve van. auto, fiets en HOV; het “Groen-blauwe drieluik” voor de juiste inbedding in het landschap en de verbinding tussen het Stadspark en het Groene Woud.
In de WestCorridor, de Dommelzone en het Centrumgebied zijn de lopende ruimtelijke ontwikkelingen in 2010 verder voortgezet. Spraakmakende projecten in deze zones zijn Strijp S en Stadionkwartier in de WestCorridor, High Tech Campus in de Dommelzone en oplevering Lichttoren in het Centrum.
Openbare ruimte Ter verbetering van een aantrekkelijk woon- werk- en leefklimaat is uitvoering gegeven aan het reguliere onderhoud onder andere door het uitvoeren van het integraal reinigingsbestek en het cyclisch- en groot onderhoud. Dit heeft in 2010 onder andere geleid tot het uitvoeren van een groot aantal projecten op het gebied van wegen, civiel technische kunstwerken en openbare verlichting.
- 18 -
Voorbeelden zijn de herinrichting van het Trudoplein, de Mecklenburgstraat/Mauritsstraat en de Leenderweg binnen de Ring. Op het gebied van verlichting zijn ook diverse specifieke projecten (zoals De Duurzame Detaillist en de Fatih Moskee ) uitgevoerd die een direct verband hebben met duurzaamheid, versterking van de identiteit en belevingswaarde van de openbare ruimte. Hiermee is een bijdrage geleverd aan het behalen van de basiskwaliteit van de openbare ruimte. Deze basiskwaliteit is helaas nog niet in alle wijken gerealiseerd. Ondanks de financiële impuls vanuit NRE middelen zijn de budgetten niet toereikend om de achterstand weg te werken. Dit heeft gevolgen voor de curatieve middelen: er zijn meer onvoorziene spoedreparaties nodig, waardoor overschrijdingen ontstaan. De thema’s duurzaamheid, toegankelijkheid, design en burgerparticipatie zijn in het beheer van de openbare ruimte en bij projecten betrokken. De opgave voor burgerparticipatie in de openbare ruimte is nog niet afgerond. Ook voor de komende jaren zijn er nog volop verbeteringen te realiseren. Hiermee is een bijdrage geleverd aan een duurzame openbare ruimte.
In 2010 is veel aandacht uitgegaan naar de aanpak en het terugdringen van zwerfafval. Het plusproject ‘integrale aanpak zwerfafval’ is gestart waarbij scholen, wijkorganisaties en bewoners meer bij de aanpak van zwerfafval worden betrokken. Verder is een onderzoek uitgevoerd naar de beleving van zwerfafval (welke locaties worden door bewoners en bezoekers als meest vervuild ervaren en wat zorgt daarvoor). Voor beide projecten heeft de gemeente een subsidie ontvangen van Agentschap NL. In 2010 zijn drie integrale zwerfprojecten uitgevoerd. Op het Frans Lehar-plein, Winkelcentrum Woensel en Winkelcentrum Eckart is de zwerfafvalproblematiek door middel van maatwerk aangepakt. Ondernemers, bewoners en diverse sectoren binnen de gemeente zijn gekomen tot een gezamenlijke aanpak om de problemen te verminderen.
Verkeer en vervoer
b
Een betere bereikbaarheid van de stad en regio voor alle verkeers- en vervoersmiddelen
In 2010 is de laatste hand gelegd aan de ombouw van de randweg A2. Voor de autobereikbaarheid van de stad heeft dit een zeer positieve invloed. Daarnaast zijn enkele BBZOB-maatregelen (Beter Bereikbaar Zuid-Oost Brabant) uitgevoerd die de doorstroming van het autoverkeer hebben verbeterd. De belangrijkste maatregel is de groene golf op de Leenderweg-Ring. Er is een start gemaakt met de reconstructie van de Meerenakkerweg-Beemdstraat, die gaat fungeren als nieuwe toegangsweg naar de stad. De ombouw van de rotonde Heerbaan tot kruispunt “Hovenring” is gegund. Tevens is een aantal verkeerlichten vervangen die enerzijds de doorstroming van het verkeer verbeteren en anderzijds een positief effect hebben op het verminderen van het aantal black spots. In de planvorming is verder gewerkt aan het Netwerk-programma Brabantstad en is het Bereikbaarheids-plan Brainport Innovatie Campus vastgesteld. Beide plannen bevatten diverse maatregelen die de komende jaren uitgewerkt moeten worden, met als doel om de bereikbaarheid van de stad te verbeteren.
b
De verandering van de modal split (de verdeling tussen de verschillende vervoerwijzen)
De in 2009 vastgestelde HOV-strategie, OV-agenda en Actieplan Fiets! zijn in 2010 verder uitgevoerd. Op het busstation Neckerspoel zijn enkele maatregelen uitgevoerd waardoor de capaciteit vergroot is. Tevens is een start gemaakt met de realisatie van een snelle openbaar vervoer-verbinding op de Karel de Grotelaan en zijn 65 bushaltes beter toegankelijk gemaakt. Andere openbaar vervoerplannen zitten nog in de planfase, zoals de tweede HOV-lijn (waarvoor in 2010 een voorlopig ontwerp is vastgesteld voor het gedeelte Sterrenlaan), de verbreding van de stationstunnel, de implementatie van een nieuw prioriterings-systeem voor bussen bij verkeerslichten en de wensbus. Ten behoeve van de fietsers zijn in 2010 diverse nieuwe fietspaden aangelegd: langs de Kanaaldijk Zuid, in de Roostenlaan en in de Quinten Matsyslaan-Kanaaldijk Noord. Ook is de kwaliteit van diverse fietspaden verbeterd: in de Aalsterweg, de Leenderweg, de Berlagelaan, de Dr. Cuyperslaan, de Van Leeuwenhoekstraat en de Karel de Grotelaan. Op bijna 20 locaties zijn nieuwe geautomatiseerde fietsenklemmen geplaatst die met de stadspas gebruikt kunnen worden. Ook is een nieuwe recreatief
- 19 -
1. Algemeen fietsrondje Eindhoven op straat gerealiseerd. De uitvoering van al deze maatregelen moet de veranderde modal split in de komende jaren tot stand brengen.
b
Een grotere verkeersveiligheid
Door het opheffen van black spots, duurzaam veiligere wijken en systematische aandacht voor kwetsbare deelnemers. In 2010 is een uniform plan opgesteld voor de aanpak van schoolomgevingen. Enkele schoolomgevingen zijn inmiddels verkeersveilig ingericht. Er is een black spot studie gedaan naar de kruispunten in Eindhoven waar veel ongevallen gebeuren. Een aantal van deze black spots is aangepakt door mee te liften met de vervanging van de verkeerslichten (bijvoorbeeld Tongelresestraat – Ring). Enkele subjectief onveilige punten, punten waar de burgers zich onveilig voelen zijn aangepakt. Een voorbeeld daarvan is de herinrichting van ’t Hofke. Door mee te liften met onderhoudswerkzaamheden zijn een aantal straten duurzaam veilig ingericht.
Groen Het reguliere onderhoudsprogramma is in 2010 uitgevoerd. Binnen het uitvoeringsprogramma is in 2010 bijzonder veel aandacht besteed aan de promotie van het groen in Eindhoven. Dit uitte zich onder meer door het behalen van de tweede plaats in de competitie ‘Entente Florale’ (groenste stad van Nederland) en de bijzondere vermelding voor ambitie en beleid. In 2010 is in het bijzonder geïnvesteerd in de speelvoorzieningen verspreid over heel Eindhoven. De hondenlosloopterreinen zijn nagenoeg gereed, waarmee het hondenbeleid eenduidiger kan worden geëffectueerd. In 2010 is de planvorming opgesteld voor en/of uitvoering gegeven aan de renovatie van verschillende parken (onder andere het Bonifatiuspark) en boomstructuren van Eindhoven, de binnenstad (Catharinaplein), Landelijk Strijp, Dommeldal en De Hogt (met name in relatie tot de onderdoorgang onder knooppunt De Hogt ).
Water In het kader van water hebben diverse activiteiten plaatsgevonden. In 2010 is het Gemeentelijk rioleringsplan 2011-2014 opgesteld, in november is dit plan door de gemeenteraad vastgesteld. De afkoppelprojecten Genderbeemd, Woenselse Heide-Oost en Tempel West zijn in uitvoering. Voor de aanleg van de waterstructuren Eindhoven Noord en de Burgh is in 2010 de planvorming afgerond. Voor de nieuwe Gender is de planvoorbereiding voor het deel Lodewijk Napoleonlaan – Willemstraat eveneens afgerond in 2010. De start van de uitvoering van deze waterstructuren is gepland in 2011. Deze projecten dienen voor de afvoer van afgekoppeld regenwater dat daardoor niet meer in het riool terechtkomt. Voor de bestrijding van de grondwateroverlast is het project Genderbeemd in uitvoering. Voor Gijzenrooi wordt gewerkt aan de planvoorbereiding. Verder is in samenwerking met de waterpartners (Waterschap, provincie en Brabant Water) invulling gegeven aan preventie van verdere overlast door de onttrekkingen Vredeoord en Aalsterweg in stand te houden en verder te optimaliseren. Voor het Beatrixkanaal is de besluitvorming over het opwaarderen tot vaarklasse 3, afgerond. Gestart is met de voorbereiding van de werkzaamheden. Voor het terugdringen van de vuiluitworp via de overstorten van het rioolstelsel bij hevige neerslag, is in samenwerking met waterschap De Dommel gestart met het project Kallisto. Dit om te komen tot een optimalisatie van de gehele waterketen en een doelmatig (gezamenlijk) investeringsprogramma.
Milieu Op basis van de in het eerste kwartaal van 2010 aan de raad voorgelegde verkenning Milieuambities 2010-2013, is in 2010 aan Milieu gewerkt vanuit het raadsprogramma 8.5 Milieu en vanuit het bestuurlijke programma Duurzaamheid en Klimaatbeleid. In het coalitieakkoord Werken aan Morgen zijn de speerpunten van de verkenning Milieuambities door het college overgenomen.
- 20 -
Milieu wordt benaderd vanuit 6 thema’s. te weten: Afvalbeheer, Bodembeheer, Externe veiligheid, Geluid, lucht en Duurzaamheid & Klimaatbeleid. Met de thema’s Afvalbeheer, Bodembeheer, Externe veiligheid, Geluid en Lucht (gebaseerd op wettelijke verplichtingen) is gewerkt aan verbetering van de fysieke kwaliteit van en leefbaarheid in de stad. Het project ondergrondse afvalinzameling is in 2010 voorspoedig verlopen. De verwachting is dat de plaatsing in 2011 wordt afgerond. De inzameling van kunststofafval verloopt boven verwachting. Het project sanering Geluid loopt tot 2015. Met VROM en ProRail is duidelijkheid verkregen over het te realiseren scherm en spoordempers in Tongelre. In 2011 zal een en ander besteksgereed worden gemaakt zodat de maatregelen in 2012 gerealiseerd kunnen worden. Daarbij zal ook een groot aantal woningen worden nageïsoleerd. Het project luchtkwaliteit (schone lucht) loopt tot 2015. Met ingang van 2010 wordt de kwaliteit van de lucht op 30 plaatsen in de stad gemeten/gemonitord. De ingestelde Milieuzone voor het vrachtverkeer is geëvalueerd. De handhaving is sterk verbeterd. Gebleken is dat de kwaliteit van de lucht is verbeterd, maar achter blijft bij de doelen. Het project Bodemsanering is in 2010 geëvalueerd en op basis van met het rijk afgesproken convenant omgezet in een nieuw programma voor de periode 2011-2014. Dit programma is in december 2010 door het college (behoudens de middelen ISV III en Brede doeluitkering) vastgesteld. Het gemeentebrede project Externe veiligheid 2007-2010 is afgerond en er is met Brabant Veiliger een nieuw programma 2011-2014 voorbereid. De risico’s in de stad zijn qua aantal en omvang tastbaar kleiner geworden. Ook is de beheersbaarheid ervan verbeterd. De verbeterwensen ten aanzien van beheersbaarheid van de bestaande stad zijn ten aanzien van het spoor, de Randweg en De Hurk met de Veiligheidsregio in kaart gebracht. Daarover moet nog besluitvorming plaatsvinden.
Het coalitieakkoord geeft aan dat duurzaamheid en daarbinnen specifiek het klimaatbeleid, een belangrijk aandachtspunt voor de komende jaren is. De afgelopen jaren is reeds een start gemaakt met het programma Duurzaamheid en klimaatbeleid. Er is een Uitvoeringsprogramma klimaatbeleid opgesteld, een routekaart op weg naar energieneutraliteit ontwikkeld en de ambitie om energieneutraal te worden in de periode 2035 – 2045 is vastgesteld. In 2010 is geconstateerd dat de gestelde ambities niet gehaald kunnen worden met de huidige aanpak en uitvoeringssnelheid. Zoals aangekondigd in het coalitieakkoord is daarom een uitwerking opgesteld voor de komende vier jaar op gebied van duurzaamheid met aandacht voor de eigen organisatie en partners in de stad. Deze uitwerking is in april 2011 vastgesteld door de raad.
Naast het uitvoeren van de wettelijk taken zijn in 2010 additionele taken uitgevoerd. Zo zijn er voorbereidingen getroffen voor het terughalen van een gedeelte van het personeel, dat nu wordt ingehuurd, van de SRE Milieudienst. De Biovergisting van GFT-afval en de oprichting van een lokaal duurzaam energiebedrijf zijn voorbereid. Het beleid voor zendmasten en hoogspanningsleidingen is inzichtelijk gemaakt, geactualiseerd en uitgevoerd. De rookgasafvoer van de KWS asfaltcentrale is in samenwerking met het bedrijf en de provincie verhoogd. Er is gewerkt aan het verbeteren van het rendement van de regionale milieusamenwerking voor Eindhoven en de regionale agenda 2011-2014 is mede voorbereid. De Alderstafel is mede mee voorbereid ten aanzien van het mogelijk maken van groei van burgerluchtvaart en leefbaarheidsaspecten (beperken van effecten van defensievluchten, operationaliseren geluidmeetsysteem, ontsluiten klachtensysteem, initiëren gezondheidsonderzoek samen met de GGD). Tot slot hebben we de commissie Veiligheid en milieu voor luchthaventerrein Eindhoven geadviseerd.
Belangrijke ontwikkelingen, grondexploitaties/ MPG Onderstaande tabel geeft de totale programma’s weer die in de planexploitaties zijn gerealiseerd en welke ten tijde van het MPG 2011 (vanaf september 2010) nog worden verwacht:
- 21 -
1. Algemeen Tabel: Programma uit planexploitaties Programma:
Totaal
Gerealiseerd t/m 2009
Prospectie
Rest 2010
2011
2012 en
vanaf 2010 (vanaf 1 sept.)
verder
Grondgebonden woningen (in stuks)
6.661
3.610
2.997
43
173
2.781
Appartementen (in stuks)
5.950
897
5.053
32
496
4.525
420.154
111.084
309.070
1.200
10.861
297.009
1.164.616
303.181
861.435
0
65.854
795.581
255.054
89.210
165.844
380
17.297
148.167
2
Kantoren (in m BVO) 2
Bedrijfsterreinen (in m ) 1
2
Overig (in m BVO)
Deze aantallen komen voort uit de afzonderlijk lopende planexploitaties. Ook verschillende andere sectoren, waaronder Economie en Cultuur en Gebiedsontwikkeling, genereren verwachte cijfers aan benodigde woningen, kantoorruimte en bedrijventerreinen. De vergelijking van in bovenstaande tabel genoemde cijfers van de verschillende programma’s voor de komende jaren met de verwachte cijfers naar benodigd programma van de sectoren laat op verschillende onderdelen een mismatch zien. Met name de vraag naar appartementen en kantoorruimte lijkt dan te overdadig in de planning van de afzonderlijke planexploitaties te zitten.
Het resultaat van deze conclusie is dat er van uit moet worden gegaan dat de in bovenstaande tabel genoemde programma’s uit de afzonderlijke planexploitaties op onderdelen te hoog zijn en dat de afzet van met name appartementen en kantoren niet in dit tempo gerealiseerd zal worden. Het is echter binnen de huidige bestuurlijk meegegeven kaders niet mogelijk om aan te geven welke planexploitaties, in welke mate, niet kunnen voldoen aan hun verwachte programmaoplevering. Of een bepaald programma van een planexploitatie volgens planning kan worden afgezet is namelijk afhankelijk van verschillende factoren. Denk aan factoren als doelgroep, ligging, bereikbaarheid en stedenbouwkundige uitstraling van de locatie waar de planexploitatie betrekking op heeft. Voor een deel zal dit dus ook pas blijken uit de praktijk wanneer geprobeerd zal worden om bijvoorbeeld nieuwbouw appartementen in de voorverkoop aan de consument aan te bieden. Duidelijk is echter dat prioritering van plannen om daarmee de overcapaciteit uit de afzonderlijke planexploitaties aan te pakken, geen eenmalige activiteit is.
Hierna wordt kort ingegaan op een aantal belangrijke projecten die in 2010 in uitvoering waren.
Meerhoven De meest omvangrijke planexploitatie betreft de Vinex-locatie Meerhoven. In het kader van de stadsbrede prioriteringsdiscussie heeft het project Meerhoven bovendien de hoogste prioriteit gekregen. Naar verwachting loopt het plan door tot 2032 (in MPG 2010 was dit nog 2027). Het concrete bouwprogramma voor Meerhoven omvat in totaal zo’n 5.900 woningen, 230.000 m2 bvo kantoren en 975.000 m2 bvo bedrijven. Achtereenvolgens is van de woningen circa 60% gerealiseerd, van de kantoren circa 20% en van de bedrijven circa 17%. Hierbij dient opgemerkt te worden dat afgelopen jaar is besloten de plannen voor kantoorlocatie Land Forum voor 10 jaar vooralsnog uit te stellen. Bovendien zal Park Forum Oost een ander segment krijgen, aangezien er voor de komende 10 jaar al voldoende van dit segment2 is. Onderzocht wordt of alternatieve invullingen voor deze gebieden mogelijk zijn.
1
Onder “overig” in de tabel wordt verstaan de maatschappelijke functies, winkels en overige commerciële dienstverlening.
2
Dit betreft het segment hoogwaardige en technologische innovatie (Brainport) bedrijven
- 22 -
Afgelopen jaar is een Plan van aanpak Meerhoven3 opgesteld. In dit Plan van aanpak is het probleem van de tegenvallende afzet inzichtelijk gemaakt en zijn acties benoemd waarmee maximaal gestuurd wordt op de zaken waar invloed op kan worden uitgeoefend om de schade te beperken. Daarin is geconstateerd dat mogelijkheden om het project positief te beïnvloeden liggen op het gebied van het vergroten van de aantrekkingskracht van Meerhoven en het doorvoeren van financiële, programmatische en organisatorische acties.
Ondanks uitgezette acties en organisatorische prioriteit blijft Meerhoven een zeer risicovol plan. Dit heeft alles te maken met de lange looptijd en relatief grote kosten en opbrengsten die hiermee gemoeid gaan.
Tongelresche Akkers Het project Tongelresche Akkers (Berckelbosch) is een wijk met circa 900 koopwoningen en sportvoorzieningen. In de zuidoosthoek komt een woonwagencentrum terug. Het bestemmingsplan is inmiddels goedgekeurd en in 2007 is gestart met de bouw. Inmiddels zijn 159 woningen opgeleverd en zijn de voetbal- en tennisvoorzieningen gedeeltelijk verplaatst. Afronding van de verplaatsing is afhankelijk van het vrijmaken van de bestaande woonwagenlocaties. Het verhuizingproces naar het nieuwe woonwagencentrum is thans in volle gang. Door de crisis ondervindt realisering van het plan vertraging. In het kader van de stimuleringsregelingen is voor een deelplan bestaande uit 40 woningen reeds subsidie verkregen en de woningen zijn gerealiseerd. Daarnaast is nog een deelplan bestaande uit 32 woningen in aanmerking gekomen voor subsidie, maar daarvoor moet nog gestart worden met de bouw.
Blixembosch Noord-Oost In het project Blixembosch Noordoost worden zo’n 430 woningen gerealiseerd en daarnaast is zo’n 7.000 m2 (BVO) ten behoeve van onderwijshuisvesting gerealiseerd. Op 8 juni 2010 heeft het college besloten het Definitief Ontwerp Stedenbouwkundig Plan (DOSP) en de bijbehorende herijkte grondexploitatie vast te stellen. Voor de realisatie is het van belang om te zorgen dat het plan crisisproof kan worden uuitgevoerd en dat risico-beheersing steeds een voorwaarde is voor de start van een volgende fase van planontwikkeling. Het geprognosticeerde resultaat voor de grondexploitatie ten behoeve van het MPG 2011 is fors lager dan geraamd in de op 8 juni vastgestelde exploitatie en is bovendien ook fors lager dan de opgelegde taakstelling. Oorzaken daarvan zijn een tegenvaller in de afrekening van de aanleg van de geluidswal Castiliëlaan, het naar achteren schuiven van de planning met 1 jaar en het verplaatsen van een deel van het te realiseren programma van fase 3 naar een extra fase. De grondexploitatie kent daarnaast een aantal projectspecifieke risico’s. In de eerste plaats is het nog onduidelijk of de geluidswal tegen de kwaliteit en kosten kan worden gerealiseerd zoals eerder aangenomen. Bovendien moeten er nog keuzes gemaakt worden in de manier van ontsluiting van het project. Hierdoor bestaat het risico dat het project vertraging oploopt in de overgang van DOSP naar uitvoering.
Stadionkwartier Het project Stadionkwartier bestaat uit het realiseren van kantoorontwikkeling, parkeervoorzieningen en ca. 500 woningen. In de exploitatieovereenkomst die met de ontwikkelaar is gesloten, zijn met name afspraken gemaakt ten aanzien van de over te dragen openbare ruimte. Daarvoor is een garantie afgesproken, waarmee de risico’s zijn afgedekt. De ontwikkeling geschiedt voor het overige geheel voor rekening en risico van de ontwikkelaar. De bouwvergunning voor de woningen en de parkeergarage is verleend en de bouw is inmiddels gestart. De bouwaanvraag voor de kantoren volgt later zodra er een afnemer is gevonden.
3
Plan van Aanpak Meerhoven, d.d. juli 2010.
- 23 -
1. Algemeen Sportconcentratiegebied Eindhoven Noord (SEN) In het gebied (SEN) speelt een aantal ruimtelijke ontwikkelingen waaronder initiatieven van derden, wensen vanuit de gemeente, maar ook concrete knelpunten zoals sociale onveiligheid en een veroudering van het gebied moet worden tegengegaan. Hiervoor is een masterplan opgesteld dat door de raad is vastgesteld.
GDC Noord In de Noordwest hoek van Eindhoven ligt het bedrijventerrein GDC Noord. Het betreft een bedrijventerrein ten behoeve van bedrijven met een milieufunctie of goederendistributiefunctie (logistiek). Dit project kent een drietal exploitatieovereenkomsten (de voorloper van de huidige anterieure overeenkomsten) waarbij drie eigenaren van grote percelen op eigen terrein ontwikkelingen entameren. De gemeente dient nog enkele percelen te verwerven of middels exploitatieovereenkomst te contracteren. Er dient nog een ontsluiting op de A2 (buiten de scope van de grondexploitatie) en enkele infrastructurele werkzaamheden op het project zelf gerealiseerd te worden.
Doornakkers Het binnenstedelijke project Centrum Doornakkers is gericht op de realisatie van een nieuw centrum. Meerdere functies worden ontwikkeld op het grensgebied van de bestaande krachtwijk. Doornakkers en de nieuwe wijk Tongelresche Akkers.
Door de Europese Commissie is onderzoek gedaan naar de vermeende onrechtmatigheid van de gunning van het project aan de ontwikkelaar door de gemeente. De Europese Commissie heeft de zaak aanhangig gemaakt bij het Europese hof door een verzoekschrift in te dienen. Dit verzoekschrift is inmiddels binnen. Bouwvergunningen en leges In 2010 hebben de ontwikkelingen met betrekking tot de bouwvergunningen en leges zich voornamelijk gericht en in het teken gestaan van het:
b
De klant staat centraal (‘excellente dienstverlening’). Het vergunningverleningproces dient efficiënt te zijn ingericht en er dient actief te worden gecommuniceerd met klanten.
b
Beïnvloeden van ruimtelijke kwaliteit via het proces van vergunningverlening en het houden van toezicht op uitvoering;
Vergunningverlening is er in eerste plaats voor de burgers en bedrijven, wij streven ernaar om binnen de gestelde termijnen en op een professionele en klantvriendelijke manier bouwvergunningen te verlenen. Gestreefd wordt om de kosten en opbrengsten voor Vergunningen zoveel mogelijk in evenwicht te houden.
In 2010 is het vergunningsproces nog efficiënter gemaakt en hard gewerkt aan het verbeteren van de dienstverlening. Zo is het casemanagement (de aanvrager krijgt 1 aanspreekpunt) definitief ingevoerd, is het aantal soorten flitsvergunningen uitgebreid en is bij het inwonersplein een VTH loket ingericht. Verder is een inloopspreekuur welstand ingericht, wat zeer positief wordt gewaardeerd door klanten (5e plek voor wat betreft welstand in landelijke klantenmonitor). Doordat het vergunningenproces efficiënter is gemaakt, is de doorlooptijd voor vergunningen gedaald. Uit de klantenmonitor blijkt dat de klanttevredenheid sterk is gestegen, mede door de blijvende aandacht voor dienstverlening .
Wet Omgevingsvergunning (WABO) Per 01-10-2010 is landelijk de omgevingsvergunning (WABO) ingevoerd, de invoering was ruim een half jaar vertraagd. De WABO maakt het mogelijk om één omgevingsvergunning aan te vragen voor een 25-tal vergunningen en toestemmingen op het gebied van natuur, milieu, bouwen en ruimte. Voor de klant is dit een grote verbetering van de dienstverlening, voor de gemeente vraagt het extra afstemming en coördinatie.
- 24 -
Doel van de WABO is geweest om de administratieve lasten van aanvragers ter verkleinen. Deze lasten zijn niet opgeheven, maar verplaatst naar de gemeente, die nu verantwoordelijk is (geworden) voor de onderlinge afstemming van de verschillende disciplines en toetskaders
Leges Aanvankelijk zijn we, op basis van de monitoringsgegevens van het 1e kwartaal 2010 uitgegaan van een verwacht tekort over 2010 van € 0,8 miljoen. In juli 2010 is de prognose bijgesteld tot een tekort van circa € 3 miljoen. Het tekort wordt veroorzaakt door de gevolgen van de kredietcrisis. Doordat er eerder dan verwacht sprake bleek van een licht herstel heeft dit in 2010 geleid tot een uiteindelijk nadeel van € 1,9 miljoen.
Het aantal bouwaanvragen wijkt niet af van andere jaren, wel zorgt de kredietcrisis voor meer gewijzigde en kleine aanvragen. Er is een teruggang van grote aanvragen/bouwprojecten merkbaar als gevolg van de kredietcrisis. Voor de legesinkomsten zijn we juist in grote mate afhankelijk van deze grote bouwprojecten. Deze projecten blijven in 2010 achter.
Naar verwachting zullen de gevolgen van de kredietcrisis zeker nog voorlopig voelbaar zijn tot 2014. In het dossier Hoogte en rechtmatigheid kosten/opbrengsten vergunningen (gereed medio jaar 2011) zal VTH de financiële implicaties voor de komende jaren meenemen. De effecten hiervan zullen met ingang van 2011 zichtbaar zijn.
Woningbouw en integrale gebiedsontwikkeling In 2010 heeft alles inzake woningbouw en integrale gebiedsontwikkeling in het teken gestaan van doorvertalen van Programma Wonen naar de verstedelijksafspraken, onderzoek doen naar transformeren van kantoren naar wonen, intensiveren onderzoek naar kwalitatieve woonbehoefte studenten en kenniswerkers, aanjagen van de woningbouw middels rijks- en provinciale stimuleringsregelingen, evalueren van wijkvernieuwingsgebieden en visiteren van krachtwijken.
Economische ontwikkeling Nederland en Brainport( met Eindhoven als centrumstad) lijken in de loop van 2010 redelijk te zijn opgekrabbeld uit de wereldwijde financiële crisis. Brainport zelfs bovengemiddeld, met name als het gevolg van de weer sterk verbeterde exportresultaten. Dit beperkt zich overigens wel tot het bedrijfsleven. Met name een bedrijf als ASML, toch wel algemeen beschouwd als boegbeeld van de conjunctuurgevoelige maakindustrie doet het weer heel goed. Dit heeft meteen gevolgen voor de keten aan toeleveranciers die meevaren op het succes van ASML. Al met al is de crisis dan ook minder diep gegaan dan voorheen verwacht werd. Helaas gaat dit niet op voor de quartaire sector met in de hoofdrol de overheid. Ook de bouw heeft het nog moeilijk. Bovendien is het economisch herstel nog fragiel. De huidige opleving steunde immers tot voor kort nog voor een deel op tijdelijke factoren, zoals stimulerende overheidsmaatregelen en monetaire prikkels.
In de economische ontwikkeling van Eindhoven en Brainport spelen kennis, innovatie, technologie en creativiteit een centrale rol. De uitdaging is om Brainport door te ontwikkelen tot een technologische topregio van wereldformaat. Dit moet positief uitwerken voor het vestigingsklimaat en de arbeidsmarkt, niet overigens alleen van Eindhoven maar voor de hele regio. De gemeente faciliteert dit onder meer door middel van een goed investerings- en vestigingsklimaat en citymarketing. Doelstelling daarbij is een evenwichtige en duurzame economische groei in termen van toegevoegde waarde, groei van de werkgelegenheid en versterking van de internationale concurrentiepositie en vestigingsklimaat. Het hier gevestigde bedrijfsleven, en dan vooral de zogenoemde hightechindustrie, maar ook
- 25 -
1. Algemeen de vele kennisinstellingen dragen hier aan bij zoals bijvoorbeeld aan de Technische Universiteit, het Holst Centre en TNO-automotive. Zij leveren stuk voor stuk een belangrijke bijdrage aan de versterking van de waardeketens tussen kennis- en productiestructuur.
Met de term diversificatie wordt de transformatie bedoeld van een regio met een overwegend dominante maakindustrie naar een internationaal georiënteerde kennisregio waarin de zakelijke en consument gerichte dienstverlening is toegenomen. De afgelopen jaren is er sprake van een verschuiving richting zakelijke en consument gerichte dienstverlening (in verhouding tot de industriële werkgelegenheid). Dit houdt dus in dat de werkgelegenheid dus minder afhankelijk wordt van de zeer conjunctuurgevoelige maakindustrie. Verdere diversificatie wordt ondermeer behaald via het stimuleren van ondernemerschap, wat zich vervolgens uit in een toenemend aantal startende ondernemers. Samen met nieuwvestigers (bestaande bedrijven die zich in Eindhoven vestigen) zorgen starters voor de instroom van nieuwe bedrijvigheid. Het aantal starters is, op basis van cijfers over de eerste drie kwartalen van 2010 flink toegenomen. De totale werkgelegenheid nam in Eindhoven in 2010, zoals reeds voorspeld naar aanleiding van de crisis, iets af. Gelukkig niet in de mate zoals werd verwacht maar desalniettemin betekent dit toch een, hopelijk tijdelijke, aderlating.
Verbetering van het vestigingsklimaat vindt in Eindhoven plaats middels facilitering van ruimtelijke en infrastructurele aard op korte en lange termijn (winkelstrips, bedrijventerreinen, kantoorlocaties). Vanwege de economische crisis en het grote aanbod aan bedrijventerreinen in de regio is er in 2010 zeer weinig grond uitgegeven. Ondanks deze lage uitgifte zijn er wel verschillende bedrijven geholpen met huisvestings- en locatieverzoeken. Vanwege het grote aanbod aan locaties voor bedrijventerreinen en voor kantoorlocaties zijn verschillende plannen, zoals Land Forum, Park Forum Oost en Esp Noord voorlopig stopgezet. De inspanningen zijn voornamelijk gericht op het optimaliseren van de bestaande bedrijventerreinen, onder meer door gebiedscontracten en het verbeteren van de kwaliteit van de openbare ruimte. Niet alleen zijn de inspanningen gericht op de ruimtelijk economische aspecten, ook is ingezet op het ‘op de kaart zetten’ van Brainport/Eindhoven, bij de World Expo, bij handelsmissies, de Provada , Regio Businessdagen. Verder zijn er weer 2 ‘Eindhoven netwerkt’ bijeenkomsten geweest zijn de Dutch Design Week Business en de Food Inspiration Month georganiseerd. In 2010 stond ook de dienstverlening naar de ondernemers centraal. Het Expat Center heeft aansluiting gezocht bij de provincie Limburg en de grootste steden daar. Ook is het Expat Center verder uitgebreid met meerdere doelgroepen en met meer partijen, zoals de belastingdienst. Ook is in 2010 de zoektocht naar een structurele financiering begonnen.
Een andere faciliterende actie is om met gerichte lobby, samen met de regionaal opererende NV Brainport Development, richting Den Haag en Brussel het belang van het investeren in Brainport voor heel Nederland duidelijk te maken. Inmiddels heeft dit onder andere ertoe geleid dat Brainport is genoemd in het regeerakkoord en er vanuit de ministeries volop aandacht is voor deze regio. Ook de presentatie van Brainport 2020 geeft daar blijk van. Het neerzetten van de stad en de regio als kennisintensieve hotspot heeft eveneens geresulteerd in een benoeming in de top 7 van meest slimme regio’s.
Evenementen 2010 was voor Eindhoven een druk evenementenjaar. Vanaf maart tot en met eind december was de evenementenkalender goed gevuld. Dit was vooraf niet allemaal gepland. Eindhoven haalde 3FM Serious Request succesvol binnen, terwijl de voorbereidingen van andere grootschalige evenementen al volop in gang waren gezet. Naast het jaarlijks terugkerende Koninginnedag vond ook in de zomer van 2010 ook het WK voetbal plaats. Om dit feest kracht bij te zetten richtte Eindhoven op het 18 septemberplein het Hyundai Fanpark in waar de wedstrijden van het Nederlands elftal op een groot scherm door tienduizenden fans zijn bekeken. Het behalen van de finale was vooraf door weinigen voorspeld en het festijn in de binnenstad duurde maar voort.
- 26 -
Het evenementenjaar 2010 eindigde letterlijk op een hoogtepunt tijdens de week van Serious Request toen op kerstavond het ingezamelde recordbedrag van € 7.135.707 door de drie dj’s tijdens het spetterende eindfeest bekend werd gemaakt. Dit resultaat is mede tot stand gekomen doordat particulieren en diverse organisaties uit de stad en regio een groot aantal ludieke acties tot stand gebracht hebben.
Brainport De centrale opgave van de regio Brainport met Eindhoven als centrumstad is “de transitie van industriële mainport naar toptechnologieen designregio”. Dit met een minder conjunctuurgevoelige economische groei waarbij de leefbaarheid van de stad behouden en versterkt wordt en een zo groot mogelijk deel van de beroepsbevolking ingeschakeld wordt. Te onderscheiden subdoelen zijn:
b
Diversificatie van de economische structuur binnen Brainport: Transformatie van een regio met een overwegend dominante maakindustrie naar een internationaal georiënteerde kennisregio waarin de zakelijke en consument gerichte dienstverlening is toegenomen;
b b b
Zorgen voor een aantrekkelijke(re) stad: goed investerings- en vestigingsklimaat voor bedrijven; Voldoende aanbod aan personeel: verkleinen discrepantie tussen vraag- en aanbod op de arbeidsmarkt; Het stimuleren van ondernemerschap.
Op de verschillende subdoelen zijn in 2010 goede resultaten geboekt. Met name in de relatie met de medeoverheden. Er is vervolg gegeven aan de succesvolle lobby voor het voor onze stad en regio belangrijke pakket crisismaatregelen in 2008 en de kabinetsopdracht Brainport 2020. Daarnaast heeft Brainport een prominente plaats gekregen – met name voor wat betreft de MIRT- en de kennis- en innovatieagenda - in het recente regeerakkoord. Daarmee maakt Brainport onderdeel uit van het kabinetsbeleid in deze regeerperiode. De resultaten tekenen zich af op de schaal van onze regio en stad. Vergelijken wij dat met positionering van Brainport in 2005, dan vinden wij dat een prestatie. Daarnaast groeide de afgelopen jaren de landelijke en Europese erkenning van Brainport. Vanuit de regiokantoren in Den Haag en Brussel is Brainport actief betrokken bij de ontwikkeling en uitwerking van beleid bij Rijks- en Europese overheden.
Tevens is onder de vlag van het gemeentelijke programma een groot scala aan projecten ondernomen. Zoals geconstateerd naar aanleiding van de evaluatie hebben wij twijfels over de effectiviteit van het gemeentelijk programma de voorbij jaren. De inhoudelijke koers van de gemeente is op dit gebied onvoldoende zichtbaar geweest door de veelheid van en diversiteit aan de daarin ondernomen projecten. Hoewel de projecten op zichzelf kennelijk wel waardevol waren, zijn de maatschappelijke opbrengsten van deze projecten erg divers geweest en moeilijk individueel meetbaar gebleken. Er was gebrek aan focus. Voor ons is dit een belangrijke reden om het eigen gemeentelijk programma met ingang van 2011 als zodanig te beëindigen en de focus die wij hebben op innovatie en het versterken van het Brainportprofiel van de stad integraal op te nemen in de verschillende beleidsterreinen.
- 27 -
1. Algemeen
1.3 Financiële hoofdlijn In deze paragraaf geven wij inzicht in het financiële resultaat over 2010 van de gemeente Eindhoven en de daaruit voortvloeiende financiële positie. Vervolgens schetsen wij kort de belangrijkste hoofdoorzaken die het financiële resultaat hebben veroorzaakt.
Financieel resultaat Het onderstaande financiële overzicht van de gemeente Eindhoven laat zien dat er in de realisatie 2010 totaal € 813,2 miljoen is uitgegeven terwijl er € 782,1 miljoen was begroot, € 763,2 miljoen aan inkomsten is ontvangen waarbij er € 726,8 miljoen was begroot, en per saldo € 49,6 miljoen is onttrokken aan reserves en er € 55,2 miljoen was begroot. Per saldo resteert er in de jaarrekening een nadeel van € 0,3 miljoen.
Bedragen (x € 1.000)
Primitieve
Gewijzigde
Rekening 2010
Afwijking
begroting
begroting
Exploitatielasten
735.898
782.077
813.162
31.085 N
Exploitatiebaten
717.347
726.844
763.248
36.404
V V
Exploitatiesaldo
18.551 N
55.233 N
49.914 N
5.319
Mutaties reserves
20.913 V
55.220 V
49.633 V
5.587 N
2.362 V
13 N
281 N
268 N
Resultaat
Verklaring afwijkingen en rekeningresultaat Zoals hiervoor al aangegeven zijn er zowel op de lasten, baten en mutaties reserves afwijkingen ontstaan ten opzichte van de gewijzigde begroting. Hierna volgt een verklaring voor deze afwijkingen en voor het rekeningresultaat.
Bij een groot gedeelte van de afwijkingen is er sprake van een zogenaamde resultaatneutrale afwijking waarvoor tussentijds geen begrotingswijziging is opgesteld. Hierbij moet gedacht worden aan bijvoorbeeld het ontvangen van inkomsten die doorgesluisd worden naar een derde partij, hogere uitgaven welke gedekt worden door een onttrekking aan een daarvoor bestemde reserve, hogere uitgaven waarbij deze worden doorbelast naar een derde partij, kosten welke in eerste instantie binnen de exploitatie worden geboekt maar vervolgens geactiveerd worden op de balans en hogere dan wel lagere uitgaven welke gecompenseerd worden door daarvoor bestemde hogere dan wel lagere inkomsten. Enkele concrete voorbeelden hiervan in 2010 :
b b
Ontvangen middelen van het Rijk ten behoeve van WSW; Voordeel in de lasten als gevolg van temporisering van investeringen in onderwijshuisvesting. Het voordeel wordt gestort in de reserve huisvesting;
b b b b
Kosten van strategische verwervingen en voorbereidingskosten welke geactiveerd worden op de balans; De resultaten van de projecten maatschappelijk nut welke worden verrekend met reserves; Uitvoering van diverse projecten waarbij de kosten worden doorbelast naar een derde partij; Een niet juiste GSB-raming. Zowel de inkomst als de bijbehorende uitgave zijn niet gerealiseerd in 2010.
Een uitgebreidere toelichting is terug te vinden in hoofdstuk 4 van dit Concernverslag bij de financiële analyse van de programmaonderdelen.
- 28 -
Worden de resultaatneutrale afwijkingen buiten beschouwing gelaten, dan resulteren alleen nog de afwijkingen die geresulteerd hebben in het nadelig rekeningresultaat van € 0,3 miljoen. Hieronder wordt een overzicht weergegeven van de belangrijkste van deze afwijkingen. Per post wordt hierna een korte toelichting gegeven. Ook hier verwijzen wij u voor een uitgebreidere toelichting naar hoofdstuk 4 van dit Concernverslag.
(bedragen x € 1.000, V=voordeel, N=Nadeel) Personeelslasten
2.115 N
Kapitaallasten
4.445 V
Algemene uitkering
5.962 V
Dekking negatieve reserve bouwgrondexploitatie
7.721 N
Meeropbrengsten onroerende zaakbelasting
1.591 V
Lagere opbrengsten leges bouwvergunningen
1.941 N
Gevolgen strenge winter
2.700 N
Minimaregelingen
1.276 N
Participatiebudget
1.200 V
Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)
1.200 V
Resultaat Sportgebieden
1.650 N
Gebiedsgericht werken
1.492 V
Onderwijs en Jeugd
3.669 V
Per post wordt hierna een korte toelichting gegeven:
Personeelskosten Na aanvullende dekking van € 8,9 miljoen ontstaat op de personeelskosten gemeentebreed een nadeel van ruim € 2,1 miljoen. In belangrijke mate (€ 1,9 miljoen) is dit nadeel ontstaan bij kosten inhuur. Belangrijke componenten hierbij zijn een toename van cliënten bij schulddienstverlening waardoor meer inhuur nodig dan voorzien (€ 1,5 miljoen) en een groter aantal projecten bij Realisatie en Beheer waardoor voor € 0,7 miljoen meer werd ingehuurd.
Kapitaallasten Gemeentebreed ontstaat op de kapitaallasten een voordeel van € 4,4 miljoen. Dit na correctie van een bijdrage uit reserves en voorzieningen welke hierdoor eveneens verminderen. De oorzaak van de lagere kapitaallasten is volledig het gevolg van temporisering c.q. vertraging van investeringen. Hierbij kan worden genoemd: temporisering huisvesting onderwijs, vertraging realisatie Spilcentra, vertragingen bij investeringen wijksporten en sportaccommodaties en een latere uitvoering van ondergrondse afvalcontainers. Verder is bij de eigen bedrijfsvoering sprake van uitstel c.q. vertraging van verbouwingen dienstgebouwen, investeringen automatisering, werkplekken meubilair en vervanging financieel systeem. Algemene uitkering De uitkering gemeentefonds kent voor de jaren 2008 en 2009 een gezamenlijk nagekomen voordelig resultaat van € 0,229 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door een nacalculatie van de verdeelsleutels voor de WMO. Op basis van de decembercirculaire kent de algemene uitkering 2010 een voordelig resultaat van € 3,79 miljoen waarvan € 0,14 voor de WMO. Besloten is om voor onderwerpen die niet meer tot uitgaaf leiden in 2010 geen bestedingsbudgetten toe te kennen.
- 29 -
1. Algemeen
Dekking negatieve reserve bouwgrondexploitatie De reserve Bouwgrondexploitatie is voor het tweede jaar op rij in de negatieve cijfers gekomen, waardoor een aanvulling uit de algemene middelen van € 7,7 miljoen noodzakelijk was. De oorzaken van deze negatieve cijfers zijn drieledig:
b
De huidige financiële crisis laat het grondbedrijf niet ongedeerd. Het effect van de kredietcrisis raakt de bouwsector hard. Prijzen
b
Daarnaast heeft de gemeente Eindhoven ook te maken met het opraken van uitleglocaties. De gebieden die voor landbouwprijzen
staan onder druk, verkopen blijven ver achter met als gevolg dat er weinig nieuwe projecten gerealiseerd worden;
werden gekocht en waar vervolgens voor een veel duurdere categorie werd ontwikkeld raken op. Toekomstige ontwikkelingen zullen vooral binnenstedelijk zijn, met bijkomende hogere kosten voor verwerving en bouw- en woonrijp maken tot gevolg;
b
De gemeente Eindhoven wordt ook nog eens geconfronteerd met een behoorlijke mismatch tussen vraag en aanbod. Er is een grote overcapaciteit in programma’s, met name binnen de programma’s appartementen en kantoren.
Meeropbrengsten onroerende zaakbelasting Als gevolg van afwijkingen ten opzichte van de gehanteerde uitgangspunten in de OZB-tariefvaststelling 2010, is een meeropbrengst onroerende zaakbelasting gerealiseerd. De waarde van het WOZ areaal bij woningen en niet-woningen is o.a. hoger dan bij de tariefvaststelling ingeschat. Daarnaast is het aantal verminderingen bij woningen lager dan werd ingeschat. Verder is in het begrote bedrag in onvoldoende mate rekening gehouden met het accres.
Lagere opbrengsten leges bouwvergunningen In 2010 is € 1,941 miljoen minder aan bouwleges ontvangen. Dit is het gevolg van de kredietcrisis waardoor minder aanvragen voor grotere bouwwerken. In het dossier “Hoogte en rechtmatigheid kosten/opbrengsten vergunningen” worden de financiële complicaties voor de komende jaren meegenomen en voorstellen voor mogelijke oplossingen.
Gevolgen strenge winter Doordat niet alle wegen aan de basiskwaliteit voldoen is ten gevolge van de strenge vorst vorstschade ontstaan. Alleen de noodzakelijke reparaties (vakken) zijn uitgevoerd. De extra kosten ten gevolge van vorstschade bedragen € 1,25 miljoen. Ten gevolge van de strenge winter zijn er meer strooiacties uitgevoerd dan gemiddeld (79 werkelijk t.o.v. 20 begroot). Daarnaast zijn extra kosten gemaakt omdat er als gevolg van een tekort aan strooizout een marktwerking op de prijzen ontstond. Totale extra kosten hierdoor € 1,45 miljoen. Minimaregelingen Het jaar 2010 begon verhoudingsgewijs met een hoog aantal nog te behandelen aanvragen. De voorwaarden voor de Reductieregeling zijn vanaf 2009 versoepeld. Daardoor is beter bereik gerealiseerd. Ook door inzet PIT en samenwerking met partners in de stad is het bereik toegenomen. Door verruiming van de regeling is een tekort van € 0,997 miljoen ontstaan. Vanaf 1 januari 2009 is de Langdurigheidstoeslag (LDT) regeling gedecentraliseerd. De gelden zijn overgeheveld van macrobudget WWB-I deel naar het Gemeentefonds. Deze middelen zijn echter ontoereikend om de uitgaven/kosten voor de LDT te dekken (ook al in 2009). Hierdoor is een nadeel van € 0,279 miljoen ontstaan.
- 30 -
Participatiebudget Er is sprake van een overschot Participatiebudget ad € 1,2 miljoen. Voor € 0,9 miljoen wordt dit veroorzaakt doordat gedurende de 2e helft van het jaar, een strakkere sturing op het Participatiebudget heeft plaatsgevonden. Verder is er een financieel voordeel van € 0,3 miljoen op het participatiebudget als gevolg van het achterblijven bij de verwachting van de realisatie uitvoering Wet Inburgering.
Wet Maatschappelijke Ondersteuning In 2010 is het gemiddelde bedrag per verstrekte woonvoorziening aanzienlijk gedaald, waardoor het gemiddelde bedrag per verstrekking in 2010 16% lager ligt dan in 2009. De invoer van een inkomensafhankelijke toets heeft in 2009 al een dalende lijn in het aantal voorzieningen ingezet, deze is in 2010 gecontinueerd. Hierdoor ontstaat een voordeel van ruim € 1,3 miljoen. Op mobiliteit (vervoersvoorzieningen, scootmobielen, rolstoelvoorzieningen) ontstaat een incidenteel voordeel van € 0,71 als gevolg van een BTW teruggaaf bij het CVV. Bij Hulp bij het huishouden (HBH) vindt met name als gevolg van de toenemende vergrijzing een stijging van het aantal aanvragen plaats van 9%, terwijl voorts meer zorguren worden geconsumeerd. Hierdoor doet zich een nadeel voor van € 0,8 miljoen.
Resultaat sportgebieden Op energiebudgetten is sprake van een overschrijding van € 1,1 miljoen welke wordt veroorzaakt door met name de gestegen prijzen voor grondstoffen voor onze traditionele installaties alsmede de Bio massa centrale Tongelreep. De prijsstijgingen overstijgen al jaren de gemeentelijke indexering van de energiebudgetten. Daarnaast is de Bio massa centrale Ir. Ottenbad nog niet in gebruik genomen maar wel als zodanig in de begroting verwerkt. Door het wegvallen van subsidiemogelijkheden voor de BIO massacentrale Ottenbad is gezocht naar alternatieve duurzame energie (hout). Hierdoor is een forse vertraging ontstaan in de realisatie van een nieuwe energievoorziening. Door achterblijvende bezoekersaantallen c.q. verschuiving van bezoekersaantallen van recreatie naar verenigingen (Tongelreep, IJssportcentrum) en de achterblijvende verhuur van het Indoor Sportcentrum Eindhoven zijn de inkomsten € 0,556 miljoen lager dan geraamd.
Gebiedsgericht werken De subsidieverstrekking aan bewonersorganisaties in 2009 zijn in 2010 afgerekend. Bij de afrekening is gebleken dat over 2009 € 0,33 miljoen teveel is bevoorschot en derhalve in 2010 alsnog is verrekend. Door herprioritering in het sociale domein hebben een aantal projecten geen doorgang gevonden waardoor een bedrag van € 0,95 miljoen is vrijgevallen. Ten aanzien van Veiligheid & Leefbaarheid zijn er de afgelopen jaren minder steunpunten gerealiseerd als waar bij de start rekening mee gehouden is. Hierdoor resteert een voordeel van € 0,21 miljoen.
Onderwijs en Jeugd Door de komst van de Wet Oke zijn de plannen voor de Voor- en Vroeg Schoolse Educatie ( VVE) bijgesteld. Hierdoor is een vertraging in de uitrol van VVE ontstaan waardoor minder is uitgegeven dan begroot. De bestemde middelen om het opleidingsniveau van de leidsters op het gebied van voorschoolse educatie op een hoger niveau te krijgen, zijn door vertraging evenmin uitgegeven. Verder zijn er een aantal reserves vrijgevallen omdat deze niet meer nodig zijn voor het doel waarvoor deze beschikbaar waren en de knelpunten voor 2011 inmiddels structureel zijn opgelost.
- 31 -
1. Algemeen Verklaring afwijking gewijzigde begroting ten opzichte van de primitieve begroting In het volgende financiële overzicht zijn de grotere afwijkingen tussen de gewijzigde en de primitieve begroting opgenomen. Deze worden veroorzaakt doordat gedurende het jaar 2010 begrotingswijzigingen door het college / raad zijn goedgekeurd. Onder andere is er sprake van een zogenaamde verzamelwijziging die bestaat uit diverse begrotingswijzigingen uit 2009 met structurele gevolgen die niet meegenomen zijn in de primitieve begroting 2010. Daarnaast worden via begrotingswijzigingen middelen ingezet vanuit diverse reserves (dit betreft eigen middelen). Tenslotte wijzigt de begroting door het ontvangen van middelen van derden en de inzet daarvan.
In de Concernrekening 2010 Bijlagen is een totaaloverzicht opgenomen van alle openbare begrotingswijzigingen welke door het college / raad zijn goedgekeurd.
Grote afwijkingen tussen primitieve en gewijzigde begroting Afwijking in €1.000 + = toename - = afname toelichting afwijking
lasten
baten
+880
+2.681
mutaties
Saldo
reserves Het ISV3 (2010-2014) bedraagt voor Eindhoven € 13.4 miljoen. Deze
+1.884
0
-83
middelen zijn via de septembercirculaire 2009 aangekondigd. Een bedrag ad € 2.681.000 (PO7.3) wordt ingezet voor middelen ISV 3 (PO8.5, PO8.7) Raadsvoorstel actualisatie van de begroting collegeproduct 2.3.1 en 5.2.2
+2.255
+2.255
0
0
-9.218
0
in het kader van Vrouwenopvang. De ontvangen middelen van VWS ad. € 2.255.489 worden ingezet door de sectoren Mens & Maatschappij en sector Openbare Orde en Veiligheid voor de continuering van het bestaand beleid en zullen als volgt verdeeld worden; Stichting Neos een bedrag € 1.196.000 PO2.3 en stelpost vrouwenopvang OOV € 1.059.000 PO5.2. Vaststellen van het jaarverslag en de jaarrekening van de gemeente Eindhoven over 2009. Om de middelen ad € 15.490.000 die bij de jaarrekening 2009 gestort zijn in de reserve “reserveringen 2009” te kunnen inzetten in 2010 en verder, worden deze met een begrotingswijziging onttrokken uit de reserve.
- 32 -
+9.218
Afwijking in €1.000 + = toename - = afname toelichting afwijking
lasten
baten
Raadsvoorstel tot het instellen van de reserve internationale school;
+1.000
+10.829
mutaties
Saldo
reserves
Instellen van een reserve Internationale School Eindhoven. Alle
+20.329
0
-10.500
beschikbare middelen voor de Campus Internationale School Eindhoven worden op een zelfde plaats gezet (PO3.2) zodat vandaar onttrekkingen kunnen plaats vinden in het kader van de verplichtingen die volgen uit het DBFMO contract. De bedragen die reeds zijn ontvangen worden aan de reserve toegevoegd. Septembercirculaire
+2.147
+2.147
0
0
+3.476
+1.122
-2.354
0
-8.389
+1.364
+9.753
0
De in de septembercirculaire toegekende middelen worden in de begroting verwerkt. Het betreft de volgende onderdelen; Budget jeugdwerkloosheid 2010 € 1.638.158 PO1.3 Budget aandachtswijken 2010 € 17.000 PO8.6 Budget pilot vermindering overlast en verloedering in verband met coffeeshops 2010 € 645.000 PO5.2 Uitgavenstelpost WMO 2010 - € 153.079 PO7.3 Algemene uitkering 2010 € 2.300.158 PO7.3 Algemene uitkering WMO 2010 - € 153.079 PO7.3 Spoedaanvragen onderwijshuisvesting ihkv de uitvoering van het project frisse scholen Het ministerie van OCW stelt op grond van een eenmalige regeling subsidie beschikbaar voor verbetering van het binnenklimaat van scholen, in de vorm van cofinanciering. Voor het Primair Onderwijs loopt de subsidie via de gemeente. In totaal kost de uitvoering € 3.476.000 PO3.2 Bijdrage van het Rijk € 1.121.500 PO3.2 Dekking uit de reserve Huisvesting onderwijs €2.354.500 PO3.2 Raadsvoorstel tot het vaststellen van de reserveringen 2010 Er wordt een reserve reserveringen 2010 ingesteld. In deze reserve wordt het grootste gedeelte van de reserveringen 2010 gestort. Een gedeelte van de reserveringen 2010 wordt teruggestort in de reserves waar de budgetten oorspronkelijk uit kwamen. In 2011 worden deze bedragen onttrokken aan de reserves en beschikbaar gesteld op diverse exploitatiebudgetten.
- 33 -
1. Algemeen Vermogenspositie Ten opzichte van 20094 is de vermogenspositie van de gemeente Eindhoven met € 29,8 miljoen gedaald.
De reservepositie is per saldo met € 49,9 miljoen gedaald. Gestort werd € 52,2 miljoen; onttrokken werd € 102,1 miljoen. Hierna worden de mutaties in reserves groter dan € 1 miljoen toegelicht.
Naam reserve
Mutatie 2010 Bedragen x € 1 miljoen -/- = onttrekking, + = storting
Strategische impulsen
-18,4
Reserveringen 2009
-11,1
Maatschappelijk nut in ontwikkeling
-10,3
Huisvesting Onderwijs
-8,2
Sportpark Botenlaan
-8,0
Herstructurering NRE
-5,0
GSB
-2,4
Kinderopvang
-2,4
Groenvoorziening
-1,5
Verbeterplan bedrijfsvoering
-1,3
Kapitaallasten Parktheater
-1,3
Uitvoering WMO
-1,2
NRE-middelen onderhoud projecten
-1,2
Brainport
+1,5
Mobiliteitsfonds
+1,6
BBZOB
+2,4
Saldireserve specifiek
+2,7
Maatschappelijk nut projecten
+2,9
Hovenring bovenwijks
+5,0
Eigen kapitaal
+5,9
Reserveringen 2010
+9,1
Internationale school
+12,6
De voorzieningen zijn ten opzichte van 2009 met € 20,1 miljoen gestegen. Dit is met name het gevolg van de herrubricering van het restant van de voorziening Afwaardering netwerkbedrijven (€18,9 miljoen) als gevolg van de verkoop van Endinet BV medio 2010. In 2009 werd de voorziening gepresenteerd aan de activa-zijde als correctie op de deelneming Endinet BV. Na verkoop van Endinet BV is de restant-voorziening opgenomen aan de passiva-zijde onder de voorzieningen.
4
Inclusief Brandweer en Crisis Bestrijding (BCB). Dit in verband met de ontvlechting van BCB uit de gemeentelijke organisatie per 1 januari 2010 (zie hoofdstuk 5.4).
- 34 -
Jaarrekeningbeeld 2010 De middelen van de gemeente en de wijze van besteding ervan naar raadsprogramma’s is als volgt:
Omschrijving (bedragen x € 1.000) + = nadeel - = voordeel 1 Inkomen
Uitgaven
Inkomsten
Gewijzigde
Gewijzigde
Saldo Gewijzigde
begroting
Rekening
begroting
Rekening
begroting
Rekening
2010
2010
2010
2010
2010
2010
193.367
202.088
-150.836
-158.199
42.531
43.889
2 Zorg en Welzijn
95.962
88.039
-16.484
-12.211
79.478
75.828
3 Onderwijs en Jeugd
79.492
73.091
-24.484
-16.002
55.008
57.089
4 Kunst, cultuur en sport
78.792
78.854
-20.737
-22.785
58.055
56.069
5 Openbare orde en veiligheid
29.339
30.165
-3.882
-4.121
25.457
26.044
6 Burger en bestuur
44.235
42.288
-5.601
-5.284
38.634
37.004
7 Bedrijfsvoering en organisatie
31.171
29.008
-351.124
-356.705
-319.953
-327.697
219.525
258.701
-151.163
-185.456
68.362
73.245
10.194
10.929
-2.533
-2.485
7.661
8.444
8 Ruimtelijk 9 Economische ontwikkeling Mutaties reserves TOTAAL
97.301
120.775
-152.521
-170.408
-55.220
-49.633
879.378
933.937
-879.365
-933.656
13
281
- 35 -
1. Algemeen De uitgaven en inkomsten onderverdeeld naar categorieën zijn in 2010 als volgt:
Uitgaven bedragen x € 1.000
begroting
1 Personeelslasten (incl. inhuur) 2 Kapitaallasten/financieringslasten
Percentage
Gewijzigde
Gewijzigde Rekening
begroting
Rekening
2010
2010
2010
2010
151.249
162.304
17%
17%
90.309
77.200
10%
8%
3 Subsidies en overdrachten
304.749
306.033
35%
33%
4 Overig
235.770
267.625
27%
29%
97.301
120.775
11%
13%
879.378
933.937
100%
100%
5 Storting in reserves Totaal
Inkomsten
Percentage
Gewijzigde
Gewijzigde
begroting
Rekening
begroting
Rekening
2010
2010
2010
2010
1 Alg. uitkering gemeentefonds
262.487
268.449
30%
29%
2 Overige rijksbijdragen
183.047
178.690
21%
19%
94.723
94.814
11%
10%
4 Overig
186.587
221.295
21%
24%
5 Onttrekkingen aan reserves
152.521
170.408
17%
18%
879.365
933.656
100%
100%
3 Belastingen en heffingen
Totaal
- 36 -
Het overzicht van algemene dekkingsmiddelen en het bedrag voor onvoorzien geeft het volgende beeld:
Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Realisatie
Realisatie
Gewijzigde
Realisatie
2008
2009
begroting
2010
Afwijking
2010 (1)
(2)
(3)
(4)
5=4–3
38.735
39.711
39.227
40.818
1.591 V
Lokale heffingen waarvan de besteding niet gebonden is. - OZB - Hondenbelasting - Precariorechten - Baatbelasting
Algemene uitkeringen
852
899
878
909
31 V
1.003
910
782
565
217 N
36
-2
0
9
9V
215.734
238.827
262.487
268.449
5.962 V
300
244
300
438
138 V
Dividend - BNG - Rente beleggingen garantieproducten
1.572
1.572
1.272
1.272
0
- Eindhoven airport
57
57
57
0
57 N
- Essent
59
58
6
70
64 V
- Endinet
0
0
0
0
0
17.237
0
0
0
0
1.363
1.052
700
700
0
3.022
3.892
2.125
1.823
302 N
17.213
18.375
21.861
18.378
3.483 N
227
162
227
24
203 N
297.410
305.757
329.922
333.455
3.533 V
- Endinet (voorheen PUF) nagekomen dividend - Rente beleggingen
Overige algemene dekkingsmiddelen Rente eigen kapitaal Rente belegde reserves
Onvoorzien
Totaal
- 37 -
1. Algemeen Toelichting algemene dekkingsmiddelen en het bedrag voor onvoorzien De algemene dekkingsmiddelen vormen de basis om de uitgaven in het kader van de verschillende programmaonderdelen te dekken. In het voorgaande overzicht is aangegeven uit welke onderdelen deze algemene dekkingsmiddelen bestaan. Hieronder volgt voor de belangrijkste onderdelen een toelichting op het verschil tussen het in 2010 begrote en gerealiseerde bedrag.
Lokale heffingen Bij de lokale heffingen wordt een onderscheid gemaakt tussen de heffingen waarvan de besteding gebonden is en waarvan de besteding niet gebonden is. Deze laatste zijn in voorgaand overzicht meegenomen. De afwijking tussen de begroting en realisatie 2010 bij de OZB opbrengst wordt verklaard door afwijkingen ten opzicht van de gehanteerde uitgangspunten in de OZB-tariefvaststelling 2010. Daarnaast is het aantal verminderingen lager dan ingeschat. Voorts is in het begrote bedrag onvoldoende rekening gehouden met het accres. Door tegenvallende nieuwbouw is de opbrengst precariobelasting voor bouwketen welke korter dan een jaar op locatie staan lager dan begroot. Daarnaast is in 2010 een creditnota van € 122.000 geboekt die betrekking had op 2009.
Algemene uitkering De uitkering gemeentefonds kent voor de jaren 2008 en 2009 een gezamenlijk nagekomen resultaat van € 229.191 (V). Dit wordt helemaal veroorzaakt door een nacalculatie van de verdeelsleutels voor de WMO. Voor 2010 is € 136.166 (V) meer voor de WMO ontvangen. Wegens het late tijdstip van bekendmaking bij de decembercirculaire kon hiervoor geen bestedingsbudget meer worden toegekend. De algemene uitkering 2010 kent een voordelig resultaat van € 3.656.749 (V). Besloten is om voor onderwerpen die niet meer tot uitgaaf leiden in 2010 geen bestedingsbudgetten toe te kennen. De betreffende gelden worden ingezet voor afdekking van het bij de tweede turap geprognosticeerde jaarrekeningtekort. Bij de verzameluitkeringen (gebundelde doeluitkeringen van het Rijk) blijkt een gezamenlijk voordeel van € 1.940.791 (V). De verzameluitkeringen zijn abusievelijk gedeeltelijk elders begroot. Tegenover deze inkomstenpost staan diverse uitgaven, gespreid over meerdere collegeproducten.
Overige algemene dekkingsmiddelen Door een eerdere stelselwijziging (BBV) wordt geen rente meer bijgeschreven voor reserves en voorzieningen, maar valt de rente vrij ten gunste van de algemene middelen. De stand van de reserves en voorzieningen is lager dan waar in de begroting rekening mee is gehouden.
Onvoorzien Jaarlijks wordt in de begroting een bedrag van € 227.000 opgenomen voor onvoorziene lasten, voor niet begrote uitgaven die onvoorzien, onvermijdbaar en onuitstelbaar zijn. Gedurende het jaar 2010 is € 24.000 beschikbaar gesteld voor afscheid en installatie wethouders.
- 38 -
Inzet NRE middelen In 2005 hebben de aandeelhoudende gemeenten van Endinet (destijds NRE) middelen ontvangen uit de herfinanciering van het bedrijf. Onze gemeente kreeg hieruit € 259 miljoen. De middelen die nodig waren voor het structureel sluitend houden van de begroting (€ 100 miljoen) zijn gestort in de reserve beleggingen. De vrij beschikbare middelen (€159 miljoen) zijn gestort in de reserve Strategische Impulsen. In latere jaren zijn hieraan rente (€ 5 miljoen) en nagekomen dividend (€16 miljoen) toegevoegd, zodat er in totaal € 180 miljoen beschikbaar was voor diepte-investeringen.
De NRE middelen zijn vanaf 2006 tot en met 2010 gefaseerd beschikbaar gesteld. In de afgelopen jaren zijn plannen ontwikkeld om de extra incidentele middelen op een duurzame wijze in te zetten op de gebieden:
b b
basiskwaliteit onderhoud openbare ruimte (rood, groen, grijs en blauw) cofinanciering uitvoeringsprogramma Brainport (inclusief topvoorzieningen, licht en toepassing van technologie bij design en sport)
b b b b b b
fysieke infrastructuur thematisch (mobiliteit, luchtkwaliteit) en gebiedsgericht (integrale wijkvernieuwing) sociale basiskwaliteit van wijken (sociale component wijkvernieuwing en leefbaarheid) innovatie VMBO (inhoudelijk en impuls huisvesting) klantgerichtere dienstverlening (één loket, klantcontactcentrum, bedrijfsverzamelgebouw) herijking minimabeleid (impuls preventie en eenmalige inkomensondersteuning) en meedoen knelpunten/onvoorzien
In de jaarrekening over 2010 wordt een eindverantwoording gegeven over de inzet van de middelen. Een groot deel van de middelen zijn de afgelopen jaren van de reserve Strategische Impulsen overgeheveld naar de exploitatie van de sectoren. De reserve Strategische impulsen heeft eind 2010 een stand van € 45 miljoen. Dit is met name nog bestemd voor onderwijshuisvesting. Ook op andere gebieden zijn nog niet alle middelen uitgegeven. Deze middelen blijven (in andere reserves) gereserveerd voor specifieke doelen. Een klein deel, met name restantbudgetten, valt vrij.
In de Concernrekening 2010 bijlagen is een totaaloverzicht “verantwoording NRE middelen” opgenomen, waarbij per project de stand van zaken is vermeld. Op hoofdlijnen kan gezegd worden dat van de beschikbare middelen tot en met 2010 een bedrag van circa € 100 miljoen is besteed. Het merendeel van de resterende € 80 miljoen is reeds geclaimd en zal in de komende jaren nog besteed worden aan onder andere onderhoud van de stad, onderwijshuisvesting en infrastructuur.
Met de aanpak van het achterstallig onderhoud aan wegen, straten en pleinen hebben we de afgelopen jaren een kwaliteitsimpuls aan de openbare ruimte gegeven. Met de NRE middelen zijn onder meer de Roostenlaan, Velddoornlaan, Boutenslaan, Pastoor Petersstraat, Mecklenburgstraat, De Klercklaan en het Trudoplein opnieuw ingericht. Ook zijn de Leenderweg, Karel de Grotelaan, Hondsruglaan, Halve Maanstraat, Hastelweg en de Petrus Dondersstraat aangepakt. Van enkele projecten is de planning vanwege de complexiteit uitgelopen. Na afronding van de Zwaanstraat, Heezerweg, Kruisstraat en het Wilhelminaplein is alles uitgevoerd wat begroot was. Het Gerardusplein, Philips de Jong park, Bonifatiuspark, Severijnpark en de dierenweides Neushoornstraat/Lindenlaan zijn voorbeelden van groenprojecten die nog tot afronding moeten komen. Ook de middelen voor vaarwegen moeten nog worden ingezet.
De beschikbare NRE middelen binnen het uitvoeringsprogramma Brainport zijn grotendeels ingezet voor de ontwikkeling van Brainport. We hebben invulling gegeven aan promotie van en versterking van de toptechnologieregio Brainport, mede door onze aanwezigheid in Brussel. Het regionale bedrijfsleven is gestimuleerd en gefaciliteerd met onder meer adviezen, huisvesting en financiering. Binnen de
- 39 -
1. Algemeen lichtstrategie zijn bijdragen geleverd aan de ontwikkeling en uitvoering van veel lichtprojecten, zoals ‘De Betekenaar’, de lichtbelevingsruimte ‘Sensis’, het aanlichten van de Trudokerk en de Florafontein en het (succesvolle) bidbook voor LUCI.
In het kader van de fysieke infrastructuur hebben de gerealiseerde projecten van verkeer en vervoer bijgedragen aan een betere bereikbaarheid, een verschuiving in de modal split (verdeling auto-fiets-openbaar vervoer) en een grotere verkeerveiligheid. Qua fietsvoorzieningen kunnen met name worden genoemd: de Nachtegaallaan, Berlagelaan, Van Leeuwenhoeklaan, Dr. Cuyperslaan, Kanaaldijk Zuid en fietsrekken in het centrum en de Genneper Parken. Daarnaast zijn de Willemstraat, Zeelsterstraat en het Marconiplein aangepakt. Er zijn al diverse verkeersregelinstallaties vervangen, maar dit is nog niet afgerond. Ook de realisatie van het transferium Tradeforum en de projecten Kronenhoef en Muzenlaan wachten nog op voltooiing. Het actieprogramma lucht, waarin ook andere middelen beschikbaar zijn, loopt tot en met 2014. Met de NRE middelen is inmiddels een Milieuzone gerealiseerd.
Ook hebben we extra ingezet op de integrale wijkvernieuwing, zowel op de fysieke als de sociale component. Zo zijn onder andere burgerparticipatie, bewonersondersteuning, buurtsubsidies, speelvoorzieningen, veiligheidsimpulsen, buurtbemiddeling en kleinschalige verkeersvoorzieningen mogelijk gemaakt, mede door de inzet van 5 gebiedsprogrammeurs.
Voor de VMBO’s is het streven om er drie te realiseren. Er zijn voorbereidingskredieten verstrekt voor de planvorming van de drie afzonderlijke VMBO’s. Het schoolgebouw VMBO Botenlaan is opgeleverd oktober 2010. Het Stedelijk College heeft een voorontwerp gereed voor het VMBO op het Sportcomplex Eindhoven Noord (SEN). De planvorming van het VMBO SEN en het VMBO Piuslaan lopen vertraging op door het zoeken naar voldoende financiële dekking om de plannen te realiseren. Voor de Internationale School is een aanbestedingsstrategie vastgesteld en gestart. Wanneer tot gunning wordt overgegaan, kan de school in 2012 worden opgeleverd.
Onze digitale dienstverlening is met NRE middelen sterk verbeterd. Via de website zijn informatiebronnen en het digitaal loket voor de burger altijd bereikbaar. Met het inrichten van een Klantcontactcentrum, een Digipanel en een systeem voor meldingen openbare ruimte wordt de dienstverlening beter gegarandeerd.
Om de kolomvrije samenwerking tussen de gemeente Eindhoven, het UWV en het CWI te bewerkstelligen heeft een verbouwing van het Mercado-gebouw plaatsgevonden.
Ook het Inwonersplein is inmiddels gerealiseerd. De integrale dienstverlening Wmo heeft hierin een plaats gekregen. Bij de herijking van het minimabeleid is daarnaast extra ingezet op vergroten van het bereik van ouderen en jongeren en de armoedegezant. En konden we met de NRE middelen de toegenomen vraag naar minimaregelingen opvangen. Ook bij meedoen, talentcentres en actieve jeugd is veel bereikt, met name door stimulering van activiteiten op het gebied van sport en kunst en cultuur, als ook uitbreiding van het schoolmaatschappelijk werk en invoering van het elektronisch kinddossier.
Tenslotte hebben we ook op losse onderwerpen NRE middelen ingezet, zoals ICT, cultuurverandering, veiligheidshuis, design en knelpunten in de culturele sector.
- 40 -
Bedragen
Aandachtsgebieden
Budget Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie Resultaat Totaal
2006
2007
2008
2009
2010
totaal
Aandachtsgebieden 2006
17.950
4.363
3.863
3.939
2.009
1.154
15.328
2.622 V
5.000
885
1.061
560
195
2.701
2.300 V
Brainport
5.000
1.802
1.810
244
1.205
48
5.109
109 N
Fysieke infrastructuur
1.500
614
217-
1.103
Sociale basiskwaliteit in de wijken
2.000
528
290
1.106
76
76
2.076
76 N
Klantgerichte dienstverlening
2.450
534
544
546
6
415
2.045
405 V
Herijking minimabeleid
2.000
375
380
527
615
1.897
103 V
Burger en Bestuur
4.248
200
753
1.278
1.323
3.553
695 V
Veiligheidshuis
1.000
90
171
267
528
472 V
Stadsdeelgericht werken
3.248
110
582
1.011
1.323
3.025
223 V
Werk en Inkomen
16.250
2.249
3.297
6.110
45
11.700
4.550 V
Brainport, organisatie en uitvoering
16.000
2.197
3.249
6.110
2
11.557
4.443 V
250
52
48
43
143
107 V
15.640
197
11.752
856
112
12.917
2.723 V
11.597
796
12.392
2.608 V
x € 1.000 2006
Basiskwaliteit openbare ruimte Cofinanciering uitvoeringsprogramma
2007-2009 I.
2007-2009 II.
1.500
Eén-loketfunctie en accountmanagement
2007-2009 III. Jeugd en Sociale agenda Huisvestingsimpuls VMBO/ISE Woonservice-zones
240
137
137
103 V
Knelpunten culturele sector
400
60
155
60
112
387
13 V
47.569
2.237
3.623
23.092
7.551
36.503
11.066 V
2007-2009 IV. Ruimte en Wonen Integrale wijkvernieuwing, ruimtelijk Integrale wijkvernieuwing, sociaal Openbare ruimte
2008-2010 V.
15.000
5.250 4.884
564
1.083
1.342
947
3.935
949 V
1.004
1.128
15.829
6.530
24.491
6.625 V
670
1.412
671
74
2.827
2.492 V
74.900
7.716
6.402
2.131
16.249
58.651 V
4.750
657
1.125
1.782
2.968 V
1.000
Overige inzet NRE-middelen
5.319
Meedoen Talentcentres
5.250
31.116
Vaarwegen OostBrabant
Intensiveringen
5.250
1.000 V
700
142
524
665
35 V
Actieve jeugd 12-
3.600
1.113
667
1.780
1.820 V
Actieve jeugd 12+
4.800
900
1.100
2.000
2.800 V
Woon/wijkvernieuwing
4.500
3.569
3.569
931 V
119
119
331 V
55
1.431
69 V
200
900 V
Burgerparticipatie
450
Duurzaamheid en klimaatbeleid
1.500
1.376
Licht
1.100
200
- 41 -
1. Algemeen Bedragen
Aandachtsgebieden
x € 1.000
Totaal Design
400
Strijp-S
500
2006
2007
2008
2009
2010
320
totaal 320
80 V 100 V
150
250
400
Nieuwe dienstverlening (incl VTH)
1.870
De Ander Centraal
1.542
366
801
375
1.542
2.850
650
459
1.331
2.440
I/ICT
2010
Budget Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie Resultaat
Huisvestingsimpuls VMBO/ISE
46.338
Overige inzet NRE-middelen
3.500
TOTAAL
180.057
1.870 V
410 V 46.338 V
4.363
- 42 -
8.745
31.080
39.746
3.500
3.500
15.816
99.750
80.307
Paragra fen
2
2.1
Bedrijfsvoering
2.2
Vermogenspositie en weerstandsvermogen
2.3 Verbonden partijen en subsidierelaties 2.4 Onderhoud kapitaalgoederen 2.5 Grondbeleid 2.6 Lokale heffingen 2.7 Financiering en treasury 2.8 Projecten 2.9 Burgerjaarverslag
2. Paragrafen De rekening kent net als de begroting zeven verplicht voorgeschreven paragrafen. Op verzoek van de raad is paragraaf 8 ‘projecten’ toegevoegd. Daarnaast is er collegiaal in het college voor gekozen om de, nu nog wettelijke verplichting van rapportage aan de raad over dienstverlening en burgerparticipatie, op te nemen in het Concernverslag in de vorm van een Burgerjaarverslag. Hierin wordt kort ingegaan op dienstverlening, burgerparticipatie, beroep- en bezwaar en klachten.
De paragrafen in dit hoofdstuk zijn: 1.
Bedrijfsvoering
2.
Vermogenspositie en Weerstandsvermogen
3.
Verbonden partijen en subsidierelaties
4.
Onderhoud kapitaalgoederen
5.
Grondbeleid
6.
Lokale heffingen
7.
Financiering en treasury
8.
Projecten
2.1 Bedrijfsvoering Organisatie en bedrijfsvoering 2010 stond in het teken van het nieuwe college en de bezuinigingen. Voor bedrijfsvoering is met de bezuinigingen een heroverweging ingezet langs vier lijnen: vergroten efficiency organisatie, versoberen bedrijfsvoering, verhogen van kwaliteit en effectiviteit en omschakeling naar een organisatie waarin het concernbelang centraal staat en gemeentebreed wordt gedacht.
In de managementcontracten zijn afspraken gemaakt tussen de individuele sectorhoofden en een directieraadlid. De afspraken omvatten ondermeer (organisatorische en personele) doorontwikkeling, kwaliteits- en efficiencyverbetering en sturing op bedrijfsvoeringaspecten. Ter ondersteuning hiervan is periodiek (intern) gerapporteerd in het ‘dashboard bedrijfsvoering’ over ondermeer telefonische bereikbaarheid, postafhandeling, ziekteverzuim, budgetten, inzet van vast en tijdelijk personeel, etc. De resultaten worden besproken tussen sectorhoofd en directieraadlid. In 2010 is gestart met het geven van gerichte adviezen per speerpunt van het dashboard, om zo handvatten te bieden voor een verbeterslag. Deze sturing en advisering hebben duidelijke verbeteringen tot gevolg gehad.
Huisvesting Voor huisvesting was het jaar 2010 een druk jaar, de verhuizingen als gevolg van Eindhoven Eén zijn uitgevoerd, de nieuwe huisvesting voor het Veiligheidshuis (NRE-gebouw) is gereed gekomen en de panden Esplanada (Begijnenhof 35) en Waagstraat zijn verlaten. Eind 2010 is elke sector bij elkaar en logisch ten opzichte van elkaar gehuisvest. Daarnaast is het Inwonersplein in het Stadskantoor verbouwd en uitgebreid en is in het KBC het Expat-center geopend waarin verschillende gemeenten en publieke instanties samenwerken. Tot slot is het Werkplein in Mercado uitgebreid met 12 extra werkplekken voor het UWV.
Voor de lange termijn huisvesting van de organisatie zijn het plan van aanpak en de criteria voor de locatiekeuze vastgesteld door de raad. De volgende stap is een besluit over de locatiekeuze, deze is eind 2010 nog in volle gang en zal naar verwachting in het voorjaar 2011 door de raad genomen worden.
- 43 -
2. Paragrafen In 2010 is een centrale coördinator aangesteld om de aansturing van de gemeentelijke huisvesting te verbeteren en de kosten terug te dringen. Dit vooruitlopend op en in afstemming met de lange termijn huisvesting van de gemeentelijke organisatie.
Personeel Na 2009 (‘de basis op orde’) is 2010 het jaar geweest van consolideren, uitbouwen en borgen van de ontwikkeling van de sector P&O. Het nieuwe coalitieakkoord 2010-2014 ‘Werken aan morgen’ en de bezuinigingsopgave hebben in 2010 het nodige van P&O gevraagd.
In 2010 is een start gemaakt met het voorbereiden van een omvangrijke bezuinigingsoperatie. Dit heeft ondermeer gevolgen voor (de omvang van) het gemeentelijke personeelsbestand (inclusief inhuur). De sector P&O faciliteert dit traject op organisatorisch en personeelsgebied, met het leveren van hoogwaardig advies en ondersteuning. In 2010 is gewerkt aan de doorontwikkeling van de organisatie (beperking aantal sectoren, terugdringen overhead, vergroten mobiliteit tussen managers), de maatregelen op het gebied van formatie en inhuur (strategische personeelsplanningen, vacaturestop, halfjaarlijkse vacaturerondes, taskforce inhuur derden) en de ontwikkeling van het Strategisch HRM-beleid (analyse van organisatiemodellen m.b.t. de inzet van vast– en flexibel personeel).
P&O heeft het carrièreplein doorontwikkeld (onder andere opleidingen, re-integratie, werkervaringsplaatsen, loopbaanontwikkeling en arbeidsmobiliteit), bedrijfs- en werkprocessen beschreven en een volgende stap gezet in de digitalisering. Het vervoersmanagement eigen personeel is uitgevoerd. Daarnaast is de advisering geprofessionaliseerd en is er een medewerkerstevredenheidsonderzoek uitgevoerd. Tot slot is een slag gemaakt in de bedrijfsvoering van de eigen sector (personeelsinformatie managementsysteem) en in de dienstverlening aan de klant (selfservice concept toegepast op de P&O-jaarcyclus en het melden van agressie op het werk). Dit naast de reguliere dienstverlening van P&O zoals de backoffice-diensten, personeelsadvies en beleidsadvies op de P&O-specialismen (arbeidsvoorwaarden/rechtspositie, ARBO en re-integratie, arbeidsrecht, diversiteit en functiewaardering).
Ziekteverzuim Het ziekteverzuim blijft licht schommelen. In 2009 is het met 0,85% gestegen ten opzichte van 2008 naar 5,88 % (in 2009 was dit landelijk 5,5% bij de grote gemeenten exclusief de G4). In 2010 is het ziekteverzuim wat gedaald naar 5,35%.
De norm van 5% die de Directieraad hanteert in 2010 (Dashboard) ligt onder het gemiddelde werkelijke ziekteverzuim bij de gemeente Eindhoven van de afgelopen jaren.
Per sector is een analyse uitgevoerd van het ziekteverzuim. Daar waar er aanleiding toe was is met ondersteuning van P&O een plan van aanpak voor verbetering gemaakt.
Personele zorglijst Begin 2009 stonden ruim 60 medewerkers op de zorglijst. In de afgelopen twee jaar is er voor 48 van hen een structurele oplossing gevonden. Eind 2010 stonden nog 26 medewerkers op de lijst. Voor 10 daarvan dient nog actieve bemiddeling plaats te vinden, 9 zitten in een lopend traject en 7 kandidaten hebben een langdurige tijdelijke klus. In 2011 zal hier een categorie aan toegevoegd worden, te weten medewerkers waarvan functie/taken komen te vervallen als gevolg van de gemeentebrede bezuinigingen.
Personeelsbeleid
b
Het strategisch HRM-beleid is bedoeld als het strategisch inhoudelijk kader, waarmee er meer gestuurd kan worden op inhoudelijke ambities en de vereisten die dit stelt aan organisatie en personeel. In 2010 is een analyse van organisatiemodellen
- 44 -
uitgevoerd met betrekking tot de inzet van vast– en flexibel personeel. De visie op de ontwikkelingen die op ons afkomen en op de organisatie en het personeel is bijna gereed (besluitvorming voorjaar 2011);
b
Het plan van aanpak carrièreplein vormt het actuele kader voor de uitvoering op HRM-gebied en omvat de onderdelen werving & selectie, WEP, traineeships, mobiliteit, loopbaanbegeleiding, opleiding, introductie, exit, generatiemanagement, talent scouting en diversiteit;
b
Beleid op het gebied van ARBO, Veilige Publieke Taak en BHV (bedrijfshulpverlening) is gereed voor besluitvorming (1e kwartaal 2011);
b
Voor het uitvoeren van het stagebeleid is de functie van stagecoördinator voor twee jaar verlengd.
Fte’s januari 2010
31 december 2010
Formatie
2.013 fte
2.044 fte
Bezetting
1.955 fte
1.979 fte
De formatie op 31 december 2010 ligt hoger dan in januari 2010, omdat op een aantal plaatsen in de organisatie sprake was van permanente inhuur en dit gecorrigeerd is op de eigen formatie. Op deze wijze worden de totale personeelskosten van de gemeentelijke organisatie teruggebracht.
In 2010 is een volledige externe vacaturestop ingesteld en een stop op het intern en extern invullen van beleidsfuncties tot 1 juli 2011. Er blijft ruimte voor het openstellen van vacatures, dit gebeurt beperkt in halfjaarlijkse vacaturerondes. De eerste ronde was op 1 oktober 2010. In de jaarrekening 2010 wordt door de vacaturestop een bezettingsverschil (niet ingevulde vacatures) verklaard van ruim €3 miljoen positief. Als gevolg van een aantal negatieve effecten is het uiteindelijke tekort op de kosten eigen personeel € 0,25 miljoen. Er is in 2010 fors geïnvesteerd in de strategische personeelsplanningen. Deze zijn allen nagenoeg afgerond en geven het formatieplaatje per sector per 1 januari 2012 weer en welke maatregelen getroffen worden om dan binnen de beschikbare formatie te zitten. Deze worden in nauwe samenhang bezien met de strak gehanteerde vacaturestop en met de inhuur van derden.
Stages In het coalitieakkoord is de ambitie verwoord het aantal stageplaatsen in de gemeentelijke organisatie te verdubbelen. In een tijd van laagconjunctuur is het voor starters op de arbeidsmarkt van groot belang om werkervaring op te kunnen doen. Dat de organisatie het belang van stages onderkend blijkt uit de stijging van het aantal stagiairs in schooljaar 2009-2010, een verdubbeling van het aantal stagiaires heeft plaatsgevonden ten opzichte van schooljaar 2008-2009. December 2009 is een stagecoördinator aangesteld, In 2010 is een stagewijzer opgesteld, de stageregistratie is geprofessionaliseerd, een workshop voor stagebegeleiders heeft plaatsgevonden en een start is gemaakt met de opbouw van een netwerk van stagecoördinatoren.
Functiewaardering Het formele FUWA-traject (functiewaarderingstraject) is afgerond. De laatste restpunten (reparatie van pensioenen) worden thans afgewikkeld. Het nu bestaande functiehuis wordt zorgvuldig beheerd.
- 45 -
2. Paragrafen Carrièreplein Binnen het carrièreplein is in 2010 ingezet op uitvoering: loopbaanadvies ( ± 85 intakegesprekken), personele zorglijst, opleidingen (start opleidingscoördinator), stageprogramma, coaching (12 coachingstrajecten) en mentorprogramma voor nieuwe medewerkers (50). In het kader van nieuw te ontwikkelen uitvoeringsbeleid is de focus gelegd op generatiemanagement en uitstroom .
Medewerkerstevredenheidsonderzoek Medio 2010 is een medewerkerstevredenheidsonderzoek uitgevoerd met het onderzoeksinstrument InternetSpiegel. In totaal zijn 2.127 medewerkers benaderd waarvan er 1.467 (69%) hebben gereageerd. Deze resultaten zijn vergeleken met een benchmark uit de publieke sector bestaande uit ruim 150 organisaties, waaronder 74 gemeenten. Geconstateerd is dat er sprake is van een gemiddelde algemene tevredenheid. Naar voren kwam dat 86% van de respondenten tevreden is over de baan en 71% over de organisatie. Dit is een hogere tevredenheid over de organisatie vergeleken met 2006. De detailresultaten zijn verspreid en toegelicht en inmiddels zijn per sector vervolgtrajecten in gang gezet.
Taskforce Inhuur Derden Om de uitgaven op het terrein van Inhuur Derden onder controle te krijgen is in de loop van 2010 een Taskforce Inhuur Derden opgericht. Deze taksforce heeft in 2010 gewerkt aan het aanpassen van de begroting 2011, op basis van de resultaten 2e TURAP, raming inhuur derden en vrijvallende bestemmingsreserves. Een realistische raming/budget is gegeven van inhuur derden voor 2011 en het toezicht op inhuur is geregeld.
Informatisering en beheer Behaalde bedrijfsresultaten 2010:
b
Werken onder architectuur: referentie architectuur is beschreven, het werken onder deze architectuur zal in 2011 geborgd worden binnen de verschillende werkprocessen.
b
Procedures: intake proces van de afdeling BKP (beleid, kaderstelling en programmering) is beschreven waardoor aanvraag en beoordeling zijn geborgd. In de loop van 2011 worden de processen binnen de afdelingen R&O (projecten) en B&E (beheer) beschreven waardoor uitvoer en ondersteuning transparant worden.
b
Software Asset Management (SAM): is een instrument voor het beheren van applicaties (kwalitatief en kwantitatief). De inrichting is nagenoeg afgerond. Het beheerproces is in ontwikkeling. Door personele mutaties heeft het proces enige vertraging opgelopen. Door SAM is het mogelijk om de kosten van software beter te sturen en zal de bezuiniging uit “operatie broekriem” vanaf 2011 gerealiseerd worden.
b
Informatiebeveiliging: geplande activiteiten zijn, vanuit de beveiligingscirkel, gerealiseerd. Procedures hieromtrent worden uitgewerkt en geïmplementeerd (er is een informatie beveiligingsbeleid opgesteld). De handhaving vindt momenteel plaats door regelmatig uitgevoerde security scans. Continuïteit wordt in 2011 zowel procedureel als technisch aangepakt (opdracht vanuit ministerie.
b
Roadmap: naar aanleiding van de bezuinigingen is besloten dat nieuwe investeringen in ICT zichzelf terug moeten verdienen. Via het programma “Slim Werken” zal aan de hand van business cases worden bepaald, waar innovaties mogelijk zijn. Voor het overige zal nog op zeer beperkte schaal aan wensen van sectoren tegemoet gekomen worden. Een nieuwe roadmap zal medio 2011 vorm krijgen.
b
Samenwerking TU/e: met de TU/e is een samenwerkingsverband gesloten op gebied van kennisuitwisseling. Tevens wordt er gebruik gemaakt van wederzijdse opslagcapaciteit van servers . In geval van nood gaan er geen gegevens verloren voor beide instanties.
- 46 -
b
Telefonie: door het inrichten van het Klant Contact Centrum/Antwoord en telefoonnummer 14040 worden de afspraken met burgers beter bewaakt en de dienstverlening beter gegarandeerd. In het kader van kostenbesparing toetst I&B op verzoek van de Directie Raad het gebruik/verbruik van blackberry en GSM.
b
Digitaliseren: sinds december 2010 werkt gemeente Eindhoven alleen nog met digitale inkoop facturen. De verwachting is dat leveranciers sneller betaald worden.
b
Implementatie van nieuwe kassa systemen en PIN afhandeling op alle sport accommodaties. Eindhoven is initiatiefnemer voor een landelijk forum op het gebied van Sport Management Informatie.
b
Ondersteuning grote sportevenementen in de stad o.a.: WK zwemmen gehandicapten, EK korte baan zwemmen, BID WK voetbal 2018, Marathon Eindhoven. I&B heeft ervoor gezorgd dat de randvoorwaarden (telefonie, ICT) geborgd zijn.
b
Digitaal publiceren van ruimtelijke plannen waardoor het voor de burger gemakkelijker wordt om commentaar te leveren of vragen hierover te stellen.
b b
Digitale afvalkalender 2011 online beschikbaar gesteld aan de inwoners van de gemeente Eindhoven. De afdelingen Post en Archief zijn gereorganiseerd. Waardoor de burgerpost sneller de organisatie ingaat en gevolgd wordt op tijdige beantwoording. Dit wordt middels management informatie vanuit I&B gevolgd.
b
Het verbeteren van de toegankelijkheid van informatiebronnen via de website. Via het digitaal loket kan de burger steeds meer rechtstreeks producten aanvragen en met onze organisatie communiceren.
b
De invoering van het nieuwe systeem voor Meldingen Openbare Ruimte, waarbij de burger rechtstreeks meldingen kan inschieten, wordt afgerond in 2011. Klant merkt in 2010 al de effecten.
b b
Experimenten met het gebruik van sociale media rond o.a. gebiedsgericht werken en in de communicatie (Twitter). Het middels de Stadspas ontsluiten van voorzieningen, variërend van sportaccommodaties, parkeervoorzieningen tot en met vuilcontainers.
b
Burgers hoeven minder gegevens aan te leveren omdat de gemeente gebruik maakt van reeds bekende informatie die is vastgelegd in de basisregistraties. Hierbij wordt onder andere gebruik gemaakt op www.eindhoven.nl.
Administratie, Inkoop, Huishoudelijke dienst en Catering De sector richt zich op verschillende dienstverlenende taken van de interne organisatie, zoals uit de naam blijkt. In 2010 zijn van de voornemens de volgende zaken gerealiseerd:
b
Het project digitaliseren inkoopfacturen is eind 2010 met succes afgesloten. Alle sectoren kunnen de circa 80.000 facturen nu digitaal verwerken. De volgende stap, namelijk de ontwikkeling van elektronische facturen zal in 2011 verder worden uitgewerkt.
b
De contractenmodule waarin alle inkoopcontracten ondergebracht worden, is verbeterd en verder aangevuld zodat de verantwoordelijke sectoren de lopende contracten daarmee inzichtelijk hebben en goed kunnen beheren.
b
Met betrekking tot de rechtmatigheid en doelmatigheid van de gemeentelijke inkoop zijn er nog een aantal zorgpunten. De inkoopdiagnose per inkooppakket is flink verbeterd en de relatie tussen de inkopen en de contracten is nu beter inzichtelijk. Maar er is nog geen volledig beeld van de rechtmatigheid en doelmatigheid omdat de afdeling inkoop nog niet bij alle inkopen betrokken is. Er is wel gewerkt om de verschillende systemen op elkaar aan te laten sluiten.
b
De instrumenten, standaardformulieren en procedures voor inkoop zijn beschikbaar gekomen via intranet, zodat de noodzakelijke aanbestedingen op efficiënte wijze door de verantwoordelijke sectoren kunnen worden uitgevoerd. Eind 2010 is ook het nieuwe inkoop- en aanbestedingsbeleid door B&W vastgesteld. Hierin zijn de aandachtsgebieden inzake duurzaamheid en specifiek social return en het belang van MKB verder uitgewerkt en geactualiseerd. Bij alle (Europese) aanbestedingen worden de criteria voor social return en duurzaamheid expliciet meegenomen.
- 47 -
2. Paragrafen b
In 2010 is gewerkt aan de verbetering van de kwaliteit van de jaarrekening in samenwerking met Control. De planning was verder uitgewerkt en alle stukken voor het jaarrekeningdossier waren digitaal beschikbaar. De reacties van de gemeentelijke accountant waren heel positief.
Juridische Zaken In 2010 is in het kader van juridische kwaliteitzorg, uitvoering gegeven aan het actieplan voor 2010. Er is een Quick-scan uitgevoerd naar de juridische kennis en risico’s binnen de sectoren. De resultaten van deze scan worden vertaald naar verbeteracties per sector. Met de implementatie wordt in 2011 gestart. Hiermee wordt beoogd risico’s te beperken en de bewustwording voor juridische aspecten te vergroten Verder is het project ‘inrichting decentrale wettenbank’ dit jaar afgerond met als resultaat dat alle regelgeving van de gemeente Eindhoven gepubliceerd wordt op www.overheid.nl. Dit is een wettelijke verplichting. In dit kader is het verordeningenbestand geïnventariseerd en gepubliceerd zodat deze regelgeving in 2011 voor iedereen toegankelijk is. In haar algemene adviesrol heeft de afdeling Advies werkzaamheden verricht ten aanzien van majeure projecten zoals onder andere de internationale school, citymarketing, design en Fontys Hogeschool. Op basis van het door de raad vastgestelde deelnemingenbeleid is in 2010 gestart met de evaluatie van dit beleid. Deze evaluatie geeft inzicht in het vastgelegde kader dat gehanteerd wordt bij oprichtingen, toezicht op de opgerichte rechtspersoon, informatieverstrekking hierover naar de raad en de borging van dit proces in het ambtenarenapparaat. Op basis van de evaluatie worden -indien nodig- voorstellen tot wijzigingen in het gehanteerde kader aan de raad voorgelegd. Tenslotte wordt er intensief meegewerkt aan het optimaliseren van de interne dienstverlening in samenwerking met de andere betrokken sectoren.
Bij de Afdeling Bezwaar en Beroep zijn in 2010 ruim 1.750 bezwaarschriften binnengekomen en zijn er circa 1.780 bezwaarschriften afgedaan. In het afgelopen jaar heeft de recessie een merkbare invloed gehad op de hoeveelheid ingediende bezwaarschriften. Zo is het aantal bezwaarschriften dat betrekking had op verleende bouwvergunningen gehalveerd (124 bezwaren in 2009, 61 bezwaren in 2010). Het aantal bezwaarschriften dat betrekking had op sociale aangelegenheid is daarentegen in 2010 gestegen naar ruim 1.100 bezwaarschriften. De stijging die zich in 2009 inzette (1.051 bezwaren, 949 bezwaren in 2008) als gevolg van de recessie heeft zich in 2010 doorgezet. Daarnaast deed zich een toename voor met betrekking tot bezwaarschriften gericht tegen handhavingsbesluiten met betrekking tot bouwzaken. Ook was er sprake van een ruime verdubbeling van het aantal bezwaarschriften dat zich richtte op verleende en geweigerde omzettingsvergunningen (gestegen van 49 bezwaren in 2009 naar 109 bezwaren in 2010).
Ondanks de stijging van het aantal bezwaarschriften is het percentage bezwaren dat tijdig kon worden afgehandeld opnieuw toegenomen. 79% van de bezwaarschriften werden binnen de wettelijke termijn afgedaan (2009 was dit 75%). Het aantal zaken dat via de ‘andere aanpak’ (minnelijk overleg) kon worden opgelost bedroeg circa 35%. De komende jaren zal meer aandacht worden besteed om in het primaire besluitvormingstraject mediationvaardigheden te gaan toepassen. Daarmede worden niet alleen juridische procedures voorkomen maar dit leidt ook tot een grotere klanttevredenheid, doordat er een betere uitleg wordt gegeven over een genomen besluit, of dat nieuwe aspecten kunnen leiden tot een herziening van het bestreden besluit.
Ook bij de gerechtelijke procedures is de recessie merkbaar. Zo is het aantal gerechtelijke procedures toegenomen (309 in 2010, 274 in 2009). Deze stijging betreft vooral procedures met betrekking tot sociale aangelegenheden.
- 48 -
Bestuurlijke communicatie en stadspromotie De sector Communicatie is verantwoordelijk voor de algemene communicatie voor de gemeenteraadsverkiezingen. Tijdens de formatie heeft de sector een ondersteunende rol vervuld bij het schrijven van een helder, begrijpelijk coalitieakkoord en zijn de partijen ondersteund in hun externe communicatie. Het nieuwe college en de gemeenteraad zijn zowel intern als extern begeleid bij de introductie in de stad en de gemeentelijke organisatie. Via de pers, eigen media en werkbezoeken zijn de activiteiten van het college van b&w en de gemeenteraad over het voetlicht gebracht.
Extern Meer dan 2.500 bezoeken door ruim 1.900 mensen, ruim 500 reacties met verschillende ideeën en bijna 250 reacties op ingebrachte ideeën. Dat is de opbrengst van de site www.eindhoven.nl/bezuinigen. De interne campagne Operatie Broekriem heeft 565 bezuinigingsvoorstellen opgeleverd. De campagne heeft extern en intern gezorgd voor bewustwording van de noodzaak om te bezuinigen en heeft daarnaast dus ook veel bruikbare tips opgeleverd hoe de gemeente slimmer en anders kan werken.
De sector Communicatie heeft bijvoorbeeld op communicatief vlak meegewerkt aan ‘Het Glazen Huis’, WK Zwemmen voor gehandicapten, Het Nieuwe Werken/Huisvestiging en de aanpak van drugscriminaliteit. Voor de opening van het Inwonersplein en het vernieuwde concept van Dienstverlening is de communicatiecampagne ontwikkeld en geïmplementeerd.
Intern De Studio (een productiebureau voor vormgeving, dtp en tekstschrijven) heeft een goed eerste half jaar achter de rug. De doelstellingen beter (eenduidige toepassing huisstijl) en goedkoper (minimaal 35% onder het markttarief) zijn gehaald. De stroomlijning van de organisatie is een voorbeeld van een van de interne communicatietrajecten. De sector Communicatie heeft plenaire bijeenkomsten georganiseerd, het management geadviseerd en gestimuleerd vragen ‘in de lijn’ te beantwoorden en de berichtgeving via Pino ter hand genomen.
Bestuurlijke informatievoorziening en onderzoek Door middel van onderzoek, statistiek en het bundelen van kennis wordt bruikbare en betrouwbare kennis geleverd ten behoeve van het gemeentelijk beleid en bestuur. In de Eindhovense Stadsmonitor, die voor de derde keer verscheen, is een overzicht gegeven van de staat van de stad. Leidraad hiervoor waren de bestuurlijke thema’s en raadsprogramma’s in de programmabegroting zodat dus de belangrijkste beoogde maatschappelijke effecten van het gemeentelijk beleid aan bod kwamen. De uitkomsten van de buurtthermometer, gecombineerd met de kennis over de buurt vanuit professionals samen met bewonersorganisaties, hebben via de buurtanalyses de basis gevormd voor de aanwijzing van bestuurlijke actiegebieden. Het Digipanel, die ruim 4.500 personen telt, is 16 keer ingezet. Zeven keer ten behoeve van de gemeenteraad, de rest ten behoeve van het college van burgemeester & wethouders. In 2010 is een inwonersenquête uitgezet onder grote groepen Eindhovenaren. Deze informatie is gebruikt voor de stadsmonitor maar tevens voor monitoren op terreinen van integratie, openbare ruimte, veiligheid, leefsituatie, milieumonitor en verkeer & vervoer en milieu. Op de website staan diverse gegevens, rapporten en overige publicaties . De statistische informatie is digitaal toegankelijk gemaakt en gebruikers kunnen zelf tabellen aanpassen/opvragen en deze informatie rechtreeks verwerken in grafieken en kaarten. Daarnaast is op veel terreinen onderzoek gedaan, extern onderzoek begeleid, zijn bestaande gegevens geanalyseerd en gepresenteerd en kon worden verwezen naar andere relevante onderzoeken en informatie.
- 49 -
2. Paragrafen Implementatie Rekenkameronderzoeken Sinds 2004 zijn diverse rekenkameronderzoeken uitgevoerd. Hierna wordt per rekenkameronderzoek aangegeven hoe procesmatig met het implementeren van de aanbevelingen is omgegaan en wat de stand van zaken is van de implementatie.
Grip op het Apparaat Op 21 september 2010 heeft de rekenkamercommissie de uitkomsten van haar onderzoek kosten gemeentelijk apparaat aangeboden aan de gemeenteraad door het rapport "Grip op het apparaat". De aanbevelingen zijn door zowel de gemeenteraad als het college overgenomen. Het college heeft bij het sluiten van het coalitieakkoord al het toenemende belang van goed inzicht in en sturing van de organisatie onderkend. In het akkoord is dan ook een hoofdstuk "Financiën helder en op orde" opgenomen. De uitgangspunten die door het college zijn geformuleerd sluiten aan bij of vinden hun weerklank in het rekenkamerrapport. Het college heeft vervolgens op 21 december 2010 het Verbeterplan Bedrijfsvoering vastgesteld. Dit plan geeft een gedeeltelijk overzicht van de verbetermaatregelen en -initiatieven op het gebied van bedrijfsvoering en bevat de volgende onderdelen: de Startnota Bedrijfsvoering; het Strategisch HRM beleid; de bijdrage van de Taskforce Inhuur Derden; de plannen voor 2011 omtrent verbetering van het sturingsinstrumentarium met betrekking tot de managementcontracten en sectorplannen; verbetervoorstellen betreffende het draaiboek van de begroting; plannen voor controlprojecten die moeten bijdragen aan een betere sturing van de organisatie.
Verkoopproces NRE In 2009 zijn, na twee eerdere pogingen, opnieuw de mogelijkheden verkend voor verkoop van alle (gemeentelijke) aandelen in het regionale energienetwerkbedrijf Endinet. Ondertussen was ook alle besluitvorming genomen voor de bijstorting van eigen vermogen, mocht een verkoop onhaalbaar blijken. In december 2009 is voor de verkoop van Endinet een Akkoord op Hoofdlijnen gesloten met Alliander. Na het boekenonderzoek is in maart van 2010 een definitieve Koopovereenkomst gesloten. De goedkeuring van de minister van Economische Zaken is verkregen. Op de beoogde datum van overdracht, 1 juli 2010, zijn de aandelen overgegaan naar Alliander. De netto-koopsom van € 136,2 miljoen is door de notaris aan de gemeenten uitgekeerd. De gemeente Eindhoven ontving € 113,3 miljoen voor haar aandelenpakket van 83,2%. Samen met een ingecalculeerde onttrekking uit de risicovoorziening van € 12,6 miljoen kon de boekwaarde van de aandelen (€ 125,9 miljoen) worden afgeboekt. Uit de eindbalans van Endinet zijn geen verrekeningen voortgekomen. Wel moet nog prudent worden omgegaan met de inzet van de ontvangen middelen. Naast de afgegeven garanties en beperkte vrijwaringen is het risico met betrekking tot de regulering van de gasaansluittarieven niet aan Alliander overgedragen. In 2013, of zo veel later als de tarieven definitief zijn vastgesteld, kan nog een aanpassing van de koopsom plaatsvinden.
Vervolgonderzoek exploitatie Pop-Ei In september 2009 heeft de Rekenkamercommissie op verzoek van de Raad onderzoek verricht om meer inzicht te krijgen in de ontwikkelingen bij Pop-Ei (op de voor de Raad relevante punten). De RKC heeft de volgende zaken onderzocht: de kwaliteit van de begrotingen, de procesvolgorde, de verdeling van verantwoordelijkheden en de risico’s.
De aanbevelingen van de rekenkamer waren de volgende: Wees bewust van de (grote) invloed die verandering van huisvesting heeft op de exploitatie van de gesubsidieerde instelling. In het verlengde van de aanbevelingen uit het onderzoek in 2007 over exploitatiebegrotingen is het gewenst zo spoedig mogelijk helder inzicht te verkrijgen in de afspraken die momenteel gelden voor de bepaling van de huur van de instellingen en de vigerende toepassing over de instellingen heen. Wat is de basis (bijvoorbeeld kostendekkende karakter) welke uitzonderingen zijn daarop, om welke redenen?
- 50 -
Bij de voorbereiding dient de procesvolgorde aangehouden te worden; laat geen voorstel de raad passeren zonder een degelijke en onafhankelijke exploitatietoets; met een ondernemingsplan en een integrale financiële vertaling van de activiteiten. Wees bewust van de condities voor een succesvolle exploitatie, waaronder de kwaliteit van het management. Risico’s zijn niet uit te sluiten, maar breng de risico’s in beeld en stel corrigerende maatregelen zoveel mogelijk vooraf vast. Laat na de planvorming duidelijk vastleggen wie waarvoor verantwoordelijk is en maak binnen de gemeente een projectleider verantwoordelijk voor de follow-up van wat is overeengekomen. Deze projectleider heeft de overall regie en rapporteert via de oorspronkelijk verantwoordelijke wethouder.
Deze aanbevelingen worden in praktijk gebracht bij de planvorming rond Plaza Futura en de verhuizing naar Strijp S. Aanbevelingen 2 t/m 5 worden als onderdeel in de voorbereiding van het raadsdossier meegenomen. De laatste aanbeveling dient nog in praktijk gebracht te worden.
Welzijnsbeleid gemeente Eindhoven Naar aanleiding van het rekenkamer onderzoek is het programma Nieuw Sociaal Beleid gestart. Begin 2011 wordt het plan van aanpak verwacht en verder uitgewerkt.
Parktheater In december 2008 heeft de Rekenkamercommissie op verzoek van de Raad onderzoek verricht naar de procesgang rond het rapport van Ernst & Young inzake het Parktheater. De conclusie van de RKC is dat het proces geen schoonheidsprijs verdient en ze heeft een aantal aanbevelingen gedaan zodat bijgedragen wordt aan een doeltreffender, doelmatiger en rechtmatiger gemeentebestuur.
De volgende aanbevelingen zijn gedaan:
b
De gemeenteraad dient vanwege haar controlerende rol meer dan nu het geval is bij ‘hoofdpijndossiers’ de verantwoordelijk portefeuillehouder daarover periodiek inhoudelijk te bevragen en aanvullend actief te monitoren op welke wijze de afhandeling van het dossier plaatsvindt of plaats gaat vinden.
b
Indien besloten wordt tot nader onderzoek, dient naast opzet en uitvoering transparantie meer aandacht te krijgen, zeker indien de onderzoeken plaatsvinden op initiatief van organen die behoren tot de publieke sector. De volgende aanbevelingen hebben dan ook tot doel de procesgang van toekomstige onderzoeken adequaat te laten verlopen:
-
Bezint eer ge begint: de opdracht (wat moet worden gedaan) dient, uitgaande van een heldere probleemdefinitie (wat willen we weten), te worden opgesteld. Hierbij dient met name te worden bezien of bij het onderzoek, gezien aard en karakter, deelonderzoeken worden onderscheiden en of de uitvoering in fasen plaatsvindt.
-
Indien de rol of het functioneren van het college of een van haar leden subject van onderzoek is dan wel zou kunnen worden, dient de opdracht voor een onderzoek aan een extern bureau te worden verstrekt door de gemeenteraad, ter vermijding van (de schijn van) belangenverstrengeling.
-
Bij het selecteren van een onderzoeksbureau dient naast onderzoekservaring, deskundigheid en kwaliteit vooral ook haar onafhankelijkheid expliciet te worden meegenomen (vermijding van “enig conflict of interest”).
-
Bij de start dienen verwachtingen van opdrachtgever en opdrachtnemer schriftelijk te worden vastgelegd. Belangrijke aandachtspunten zijn de te hanteren professionele onderzoeksstandaard, de beschikbaarheid van informatie, dossier- en documentbeheer, de wederhoorprocedure en de wijze waarop het definitieve rapport door het bureau wordt uitgebracht.
- 51 -
2. Paragrafen -
Voordat met de uitvoering van de opdracht wordt aangevangen dient duidelijk te zijn wie, zowel ambtelijk als bestuurlijk, projectverantwoordelijk is. De ambtelijke verantwoordelijke is met name belast voor de dagelijkse bewaking van het project (voortgang, aanspreekpunt voor onderzoeker) en voor de informatievoorziening aan de bestuurlijke projectverantwoordelijke.
-
Indien het onderzoek dat toelaat dient de gemeenteraad gedurende het onderzoek periodiek, pro-actief te worden geïnformeerd over de voortgang van het onderzoek en over de tussentijdse bevindingen. Daarmee wordt beoogd zo veel als mogelijk transparant te zijn.
b
Er is behoefte aan richtlijnen voor daadwerkelijk implementatie van de aanbevelingen. Daarom dient een draaiboek te worden ontwikkeld voor doeltreffend en doelmatig handelen. De rekenkamercommissie zal dit draaiboek in 2009 opstellen.
De eerste en laatste aanbeveling komen voor rekening van de Raad (1e diamantje) danwel de rekenkamer zelf (3e diamantje). In haar evaluatieverslag geeft de rekenkamer aan dat in samenwerking met de afdeling JZ de ‘Handreiking onderzoek’ is opgesteld. De andere aanbevelingen ten aanzien van de wijze van opdrachtverlening zijn overgenomen door het ambtelijk apparaat en toegepast indien er sprake is van dergelijke opdrachten.
Eindhovense Sportraad Op basis van het rapport van de Eindhovense Rekenkamercommissie “quick scan naar de taken van en de waardering voor de Eindhovense Sportraad” en motie M2 van 28 oktober 2008 heeft de gemeenteraad in september 2009 een besluit genomen tot herpositionering van de Eindhovense Sportraad. In 2010 is uitvoering gegeven aan dit besluit. De ESR ontvangt in de periode 2010 – 2012 per jaar € 80.000 extra subsidie om de noodzakelijke kwaliteitsslag (zowel inhoudelijk als organisatorisch) te maken. In 2010 is een aanvang gemaakt met de opzet van de nieuwe taakstelling en bureauorganisatie van de ESR.
Gemeentelijk beleidsproces In december 2008 heeft de gemeenteraad ingestemd met het rekenkameronderzoek “Sturen op de achterbank”. Belangrijkste vervolgstap is het dat er een richtsnoer voor beleidscreatie en -implementatie wordt opgesteld. De raad wordt hier actief bij betrokken.
In 2010 is er een bijeenkomst met de rekenkamer geweest waarin een “format” is besproken waarlangs de beleidsontwikkeling toekomstig kan plaatsvinden. Dit format is aangevuld met opmerkingen die vanuit die sessie naar voren zijn gekomen. Om te bezien of deze nieuwe werkwijze ook daadwerkelijk een verbetering is, is ervoor gekozen om de koppeling te leggen met het rekenkameronderzoek “Twee werelden”. Het vernieuwde welzijnsbeleid zal in de vorm van een pilot volgens de nieuwe werkwijze worden vormgegeven.
Begrotingsproces In het rapport wordt geschetst hoe een proces voor de totstandkoming van een programmabegroting nieuwe stijl eruit kan zien. Gesteld wordt dat aan het begin van een nieuwe collegeperiode helderder, concreter en sneller te formuleren wat de politieke doelen zijn van het nieuwe college. Update en bijsturing van de strategische plannen gebeurt door middel van de jaarcyclus.
In april 2010 is het huidige college gestart. Basis is het coalitieakkoord ‘Werken aan morgen’. Het college heeft in september 2010 haar speerpunten voor 2011 gepresenteerd in het raadsvoorstel bij de Programmabegroting 2011-2014. In december zijn de ambities, intensiveringen en bezuinigingen voor de periode 2012-2015 aan de raad aangeboden.
- 52 -
De planning- en controlcyclus is aangescherpt. De kadernota zal nu ook een actuele raming van de personeelskosten bevatten, alsmede de ruimte voor investeringen (MIP). In het begrotingsboek worden direct de effecten van het raadsvoorstel bij de begroting verwerkt. Begrotingswijzigingen worden op 4 vaste momenten in het jaar gebundeld aangeboden, waarna de actuele begrotingsstaten in de vorm van een boekje ‘werkbegroting’ beschikbaar zullen zijn.
Met deze verbeteringen kan het college effectiever sturen op het realiseren van doelstellingen binnen de financiële kaders; de raad is beter in staat om voorstellen te beoordelen en haar controlerende taak uit te voeren.
Minimabeleid (armoede) In december 2006 heeft de Rekenkamer haar rapport ‘van reddingsboei naar zwemles’ gepresenteerd. Vernieuwing van beleid en uitvoering waren de centrale thema’s. De belangrijkste punten waren: b
Versterk het inzicht in effectiviteit en efficiency door strategische hoofddoelstellingen (maatschappelijke effecten) op te stellen;
b
De doelgroep is heel divers, de doelstellingen van het beleid zouden dus , per doelgroep gedifferentieerd moeten worden;
b
Randvoorwaarden: eigen verantwoordelijkheid en mensen;
b
Stel Taskforce vernieuwing armoedebeleid in;
b
Verdiep inzicht in doelgroepen;
b
Bezie kritisch die instrumenten met uitvoeringskosten >30%;
b
Ontwikkel een communicatiestrategie toegespitst op de verschillende doelgroepen;
b
Vereenvoudig waar mogelijk de regels.
Na deze conclusies is een brede Taskforce Armoede in het leven geroepen met de vraag om tot aanbevelingen te komen voor vernieuwing van het armoedebeleid en de uitvoering daarvan. In 2008 zijn de negen aanbevelingen verschenen in de rapportage “armoede de stad uit – verbindingen herstellen”, en gepresenteerd aan de Commissie MZFPO. Eind 2008 is de stad uitgenodigd om mede vorm te geven aan de meest overkoepelende aanbeveling: de Armoedegezant.
Samen met de stad heeft de invulling en werving van de Armoedegezant gestalte gekregen. Dit was een uniek proces en heeft ertoe geleid dat per 1 oktober 2009 de Armoedegezant & Ko van start zijn gegaan. Om het gezamenlijke proces met de stad te continueren worden de Armoedegezant & Ko ondergebracht in een stichting die in januari 2010 is opgericht. In 2010 is er samen met de stad gewerkt aan een inventarisering en prioritering van de belangrijkste knelpunten. In 2010 is opgehaald en veel nadruk gelegd op samenwerking, in 2011 gaat het om resultaten bereiken, wederom in samenwerking met partners. Denk hierbij aan de routekaart. In december 2011 zal bekeken worden, met de stad, of de Armoedegezant & Ko een zinvolle bijdrage leveren aan de bestrijding van armoede in de stad.
Naast de Taskforce en de Armoedegezant, is er de afgelopen jaren veel gebeurd op het gebied van armoede. Regelingen zijn inderdaad vereenvoudigd waar mogelijk, uitvoeringskosten zijn teruggebracht, preventief werken heeft vorm gekregen, en er is veel oog voor samenwerken, zowel binnen de gemeente alsook met alle partners onderling. Want zoveel is duidelijk: we kunnen armoede in Eindhoven effectief aanpakken maar dan wel in gezamenlijkheid.
- 53 -
2. Paragrafen De huidige coalitie investeert in mensen en stuurt op eigen kracht. De gedachte is dat iedereen mee moet kunnen doen en werk is de beste manier. Maar ook sociale participatie, stimuleren van mensen (via inkomensondersteuning) en individueel maatwerk, zijn daarin belangrijk. Eind 2010 heeft het college van B&W een voorstel voor het vervolg van het armoedebeleid besproken. In maart 2011 zal dit voorstel in de Raad geagendeerd worden.
Programma Dienstverlening. Algemeen / Ontwikkelingen Het jaar 2010 was voor het programma Dienstverlening een overgangsjaar. In lijn met het Coalitieakkoord 2010-2014 “Werken aan Morgen” is door het college in 2010 een nieuw meerjarig programma Dienstverlening opgesteld, als vervolg op het programma dienstverlening 2007-2009. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan de doelstelling uit het Coalitieakkoord. We willen dat onze burgers, ondernemers en partners de gemeente zien als een professionele dienstverlener, waar je gemakkelijk ingang vindt. Goede dienstverlening vergroot het vertrouwen in de overheid. De “Checklist Dienstverlening” van het ministerie van BZK en de VNG vormt de kapstok voor het nieuwe programma Dienstverlening. Deze checklist is opgebouwd uit 5 herkenbare doelstellingen, geformuleerd als de “5 beloften aan de burger”: 1.
Onze dienstverlening is mensgericht
2.
Burgers kunnen hun zaken snel en zeker regelen
3.
Altijd de juiste deur: optimale ketensamenwerking
4.
We vragen gegevens slechts eenmaal op
5.
We zijn transparant en aanspreekbaar
Het nieuwe programma Dienstverlening “Dienstverlenen doen we zó! 2010-2014” is op 20 juli jl. door het college goedgekeurd. Over de financiering van het programma wordt jaarlijks besloten. Voor 2010 heeft het programma een budget van € 350.000 ontvangen en voor 2011 € 460.000. De zware bezuinigingsopdracht waar onze gemeente voor staat heeft grote invloed op de wijze waarop het programma Dienstverlening invulling kan geven aan verbetering van de dienstverlening. De financiële bomen groeien niet meer tot in de hemel. En toch moeten wij juist nu investeren in dienstverlening. Dit levert duidelijke baten op. Financiële baten omdat een betere dienstverlening en efficiënter werken prima samen gaan. Maar belangrijker nog: maatschappelijke baten. Verbeteren van de dienstverlening vergroot het vertrouwen in de overheid.
Activiteiten Verbouwing Inwonersplein met elektronische aanmeldzuilen Het Inwonersplein is het derde en laatste Stadsplein dat aangepast wordt aan de eisen die door de gemeente Eindhoven aan dienstverlening worden gesteld. In oktober 2010 is het verbouwde Inwonersplein geopend. Bezoekers melden zich bij de elektronische aanmeldzuilen en geven door middel van een touchscreen aan voor welk product/dienst zij komen. Dit voorkomt onnodig wachten bij de receptie. Uiteraard helpen gastvrouwen en -heren daar waar nodig bij het gebruik van de elektronische aanmeldzuilen. Voor de gemeente is het internet het voorkeurskanaal en gaat zij op een intensiever gebruik hiervan sturen. Toch blijken burgers vaak de voorkeur te geven aan de “traditionele” kanalen (balie en telefoon). Om deze voorkeuren te beïnvloeden zal door de gastvrouwen/ -heren actief kanaalsturing worden toegepast. Een belangrijke taak van de gastvrouw/ -heer is mensen uitleggen dat ze in de toekomst
- 54 -
voor dezelfde klantvraag ook op de website terecht kunnen. Dat betekent meer gemak voor onze burgers. Voor de gemeente betekent dit een verhoogde efficiency.
Nieuwe openingstijden en Werken op afspraak op het Inwonersplein Om de dienstverlening op het Inwonersplein verder te verbeteren zijn per 1 juli 2010 nieuwe openingstijden ingevoerd bij het Inwonersplein en kan er voor veel zaken een afspraak gemaakt worden. Bij het maken van de afspraak wordt direct aangegeven welke documenten bezoekers moeten meenemen. Daardoor is de wachttijd bij de aanvraag kort, veelal minder dan de normtijd van 5 minuten. Doordat het werken op afspraak wordt gestimuleerd, is het totaal aantal afspraken sterk gestegen. In 2010 hebben bijna 34.000 mensen het Inwonersplein op afspraak bezocht. In het derde kwartaal van 2010, na de invoering van de nieuwe openingstijden, bezocht 1 op de 4 bezoekers het Inwonersplein op afspraak, terwijl dit in 2009 minder dan 1 op de 10 was. Burgers moeten nog wel wennen aan het feit dat het aantal uren vrije inloop nu beperkt is.
Kanaalsturing Kanaalsturing is een logische vervolgstap in de doorontwikkeling van de gemeentelijke dienstverlening. De kanalen zijn inmiddels redelijk tot goed op orde. De volgende stap is het sturen van burgers naar de juiste kanalen. Er is een memo “Stand van zaken kanaalsturing” en een strategieplan “Kanaalsturing” opgesteld. Deze beschrijven welke kanalen en doelgroepen momenteel bediend worden, welke knelpunten hierbij optreden en welke kansen (lijst van tiental kansrijke projecten) voor verbetering bestaan. In de “Stafsessies” is als taakstelling een structurele besparing van € 480.000 vanaf 2012 vastgesteld. De huidige functionaliteiten van www.eindhoven.nl en het Digitaal loket bieden momenteel onvoldoende basis voor maximale realisatie van onze geformuleerde doelstellingen op het gebied van kanaalsturing. Het fundament voor kanaalsturing is het zo effectief en efficiënt mogelijk inrichten van alle primaire en ondersteunende processen die daarbinnen plaats hebben met behulp van inzet van ICT en digitalisering. Sturen richting het digitale kanaal heeft pas zin als producten online aan te vragen zijn en geheel elektronisch afgehandeld kunnen worden. Pas dan zal de beoogde efficiëntie gerealiseerd worden.
Omgevingsloket online Per 1 oktober 2010 zijn alle 25 losse vergunningen voor de leefomgeving gebundeld tot één omgevingsvergunning. Voordeel voor de aanvrager is ook dat hij zijn aanvraag kan indienen bij één loket, het Omgevingsloket Online (OLO). De gemeente behandelt de aanvraag in één procedure en neemt ook maar één besluit.
Aansluiting regiogemeenten op 14 040 Per 1 januari 2011 heeft gemeente Geldrop Mierlo ook 14040 ingevoerd. Voor Eindhoven betekent dit ook een verandering. Bellers naar 14040 horen een spraakkeuze menu waar men de naam van de gemeente dient in te spreken om automatisch doorgeschakeld te worden naar de juiste gemeente.
Nieuw klantcontactregistratiesysteem Het KCC callcenter heeft in 2010 het klantcontact registratiesysteem Key2klantcontact in gebruik genomen. Deze applicatie stelt de medewerker in het callcenter in staat om klantvragen en antwoorden te registreren, terugbelnotities voor de backoffice vast te leggen en de beantwoording hiervan te bewaken.
- 55 -
2. Paragrafen Webvisie “Eén op het Web” In 2010 is de webvisie “Eén op het Web” goedgekeurd door het college van B&W. Het internet wordt voor gemeenten van steeds groter belang als dienstverleningskanaal, maar ook als medium voor communicatie en interactie met inwoners, ondernemers, maatschappelijke organisaties en andere overheden. Zo biedt bijvoorbeeld Web 2.0 5 voor de elektronische overheid een aantal kansen die ook de gemeente Eindhoven graag wil pakken. Daarnaast groeien de kwaliteitseisen die inwoners en ondernemers aan de e-overheid stellen mee met nieuwe maatschappelijke en technologische ontwikkelingen. De nieuwe vormgeving van Eindhoven.nl is de uitkomst van een complex interactieproces tussen allerlei belanghebbenden en partijen en omvat de volgende 4 domeinen: e-service, e-democracy, e-community en e-city. Prioriteit bij de realisatie van de webvisie ligt bij het domein e-service (digitale dienstverlening).
Postvisie Post blijft voor gemeenten van groot belang als dienstverleningskanaal maar ook als medium voor communicatie en interactie met burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en andere overheden. Een nieuwe postvisie is in november 2010 door de Directieraad vastgesteld en gaat als kader dienen voor nieuwe initiatieven om het proces van postafhandeling verder te verbeteren en te digitaliseren. Het doel van de visie op postafhandeling is een duidelijke beantwoording van burgerbrieven6, met een correcte bejegening naar burgers binnen redelijke termijnen (tijdigheid).
Outputindicatoren
b
Doelstelling: Dienstverlening wordt beoordeeld met minimaal een 7. Resultaten 2010: balie Inwonersplein 7,8; digitaal loket 7,8; telefoon 7,1.
b
Er is een nieuwe update van het kwaliteitshandvest “Dienstverlenen doen we zó!” met de servicenormen van de gemeente Eindhoven. Dit handvest is door het overheidsprogramma Burgerlink (een initiatief van het ministerie van BZK) gekozen tot het Beste Kwaliteitshandvest 2010.
b
In de dienstverleningsmonitor wordt maandelijks gerapporteerd over de dienstverleningsprestaties aan de Directieraad en de verantwoordelijke wethouder. Halfjaarlijks wordt deze monitor ook verzonden aan het college van B&W en de Raad.
b b
76% van de 294.757 binnengekomen telefoontjes wordt binnen 20 seconden beantwoord. Om de dienstverlening voor onze burgers te verbeteren zijn per 1 juli 2010 nieuwe openingstijden ingevoerd bij het Inwonersplein en kan er voor de meeste zaken een afspraak worden gemaakt.
b b b b b b
5
Het aantal gemaakte afspraken is sterk gestegen: van de 218.421 bezoekers van het Inwonersplein waren bijna 34.000 op afspraak. 84% van de bezoekers op afspraak waren binnen 5 minuten aan de beurt. 76% van de bezoekers bij vrije inloop waren binnen 20 minuten aan de beurt. Van alle afgehandelde brieven is 78% tijdig beantwoord. In slechts 42% van de gevallen is er een ontvangstbevestiging verstuurd. Het digitale loket is uitgebreid met een aantal functionaliteiten als omgevingsloket online.
Web 2.0 is een verzamelnaam voor een groot aantal verschillende internettoepassingen die met elkaar gemeen hebben dat ze een beroep doen op het delen van kennis, informatie en ervaringen in open en sociale netwerken van gebruikers die voortdurend met elkaar communiceren.
6
Als we het over burgerbrieven hebben, hebben we het ook over brieven van ondernemers en instellingen.
- 56 -
b
Smartphone: vanaf juni 2010 is het mogelijk om met een smartphone meldingen openbare ruimte te doen. Dit is een groot succes: in 6 maanden zijn er al ruim 1200 smartphonemeldingen gedaan. Dit is 8,6% van het totaal aantal meldingen!
Relaties met andere programma’s In algemene zin mag geconcludeerd worden dat het tempo van de noodzakelijke veranderingen fors achterblijft bij de vraag vanuit het programma Dienstverlening en de sectoren. Er zijn een aantal ICT speerpunten gedefinieerd om de innovaties te kunnen ondersteunen:
b
Front-office/Mid-office voorzieningen(FoMo): In 2010 zijn een aantal voorzieningen gerealiseerd en vooral veel technische voorbereidingen getroffen: Klantcontactregistratie (Key2klantcontact); nieuwe applicatie voor e-formulieren (SIM), een aantal aanbestedingen en leverancierskeuzes, landelijke pilot VraagAntwoordCollectie (kennisbank) op het domein Werk en Inkomen. Relevante koppelingen om zaakgericht te kunnen werken zijn nog niet gerealiseerd.
b
Basisregistraties: (Her-)gebruik en kwaliteitsborging van basisgegevens (personen, bedrijven, adressen, gebouwen, etc):
-
De basisregistratie BAG is ingericht en aangesloten op de landelijke voorziening. Het project kernregistratie van gebruikers is in het 2e kwartaal 2010 van start gegaan. Project wordt maart 2011 afgerond. Datamonitor: De datamonitor geeft periodiek inzicht in de datakwaliteit en is een instrument om in de beheerfase periodiek inzicht te verschaffen in de datakwaliteit.
-
Opstellen businesscase Basisregistraties. Om inzicht te krijgen in de besparingen is een business case opgesteld. In 2010 zijn de noodzakelijke voorbereidingen getroffen om de gemeentelijke basisregistraties in 2011 op elkaar aan te sluiten.
b
Digitalisering: Scanning en digitalisering van documenten, beheer en gebruik van metadata. Inrichting digitaliseringspakket DMS/RMA is succesvol afgerond. Dit betreft zowel de inrichting van het pakket, de benodigde techniek, de organisatie (waaronder functioneel beheer) en het afsluiten van een SLA met de leverancier. Basis voor archiefinrichting is afgerond. Eerste proces gedigitaliseerd, te weten afhandeling van inkoopfacturen. Eerste verkenning digitale handtekening uitgevoerd.
b
Telefonie: Vervanging gemeentelijke telefoniecentrale (2010) en vanaf 2011: Eén nieuwe centrale als vervanging van de verzameling historisch gegroeide maar wel verschillende oplossingen. Ontwikkelingen op gebied van infrastructuur: serverpark, netwerk, werkplekconcept, Europese aanbesteding voor de vervanging van de centrale servers, centrale opslagapparatuur en centrale backup programmatuur. De gemeente Eindhoven gaat gebruik maken van de computerruimte bij de TU/e en vice versa. Deze samenwerking is bekrachtigd met het ondertekenen van een Intentieverklaring tot Samenwerken door wethouder Staf Depla en lid van college van de TU/e.
Programma De Ander Centraal Het jaar 2010 was het laatste jaar van het programma de ander centraal (DAC). De activiteiten werden beïnvloed door personele factoren waardoor fors minder capaciteit beschikbaar was. Belangrijke aandachtspunten in 2010 waren de huisvestigingsplannen en – in relatie daarmee – de plannen voor Het Nieuwe Werken (HNW). In dat kader zijn diverse lunchlezingen en themabijeenkomsten georganiseerd. Andere activiteiten van DAC betroffen bijdragen aan de projecten “Op de post” en “Heldere Taal”, het jaarlijkse cabaret, aandacht voor sociale media, en de introductiedagen voor nieuwe medewerkers.
- 57 -
2. Paragrafen Een belangrijk en omvangrijk project was E-missie, gericht op ideeën- en verbetermanagement. De vier pilots leverden veel bruikbare ideeën op en droegen bij aan een cultuur waarbij de kennis en de inzichten van de werkvloer optimaal worden benut. Drie pilots kregen op verzoek van de betreffende sectorhoofden een vervolg. Op basis van de evaluatie van de pilots krijgt E-missie mogelijk een breder vervolg.
Ontwikkelingen in 2011 Verdere ontwikkeling van de gemeentelijke dienstverlening met name gericht op innovatief gebruik van ICT in de bedrijfsvoering en de dienstverlening wordt de belangrijkste focus voor de komende jaren. Hiertoe is besloten een programma “Slim Werken” te starten. Dit gaat gevolgen krijgen voor de huidige opzet van het programma Dienstverlening. Er is namelijk behoorlijke overlap in de doelstellingen van beide programma’s. De consequenties worden in kaart gebracht en een voorstel zal aan het college worden voorgelegd.
- 58 -
2.2
Vermogenspositie en weerstandsvermogen
Vermogenspositie De omvang van het eigen vermogen en voorzieningen van de gemeente Eindhoven per 31 december 2010 is € 500,3 miljoen. Het eigen vermogen omvat de algemene reserves inclusief Eigen Kapitaal, bestemmingsreserves en het resultaat 2010. De voorzieningen zijn onderdeel van het vreemd vermogen. Vanaf 2006 is, mede door de inzet van onze reserves voor het realiseren van beleidsdoelen, sprake van een daling van het vermogen. Ten opzichte van 20097 is de vermogenspositie van de gemeente Eindhoven met € 29,8 miljoen gedaald. Deze afname wordt voornamelijk veroorzaakt door onttrekkingen uit de reserves voor een bedrag van € 49,9 miljoen uit onder meer de reserves Huisvesting onderwijs, Maatschappelijk nut en Strategische Impulsen.
De voorzieningen zijn ten opzichte van 2009 met € 20,1 miljoen gestegen. Dit is het gevolg van de verkoop Endinet. In 2009 is de voorziening Afwaardering netwerkbedrijven gesaldeerd met de boekwaarde van de aandelen Endinet. Na verkoop is het restantsaldo van deze voorziening wederom toegevoegd aan het totaal van de voorzieningen en dient ter afdekking van het risico van een mogelijke prijsaanpassing in 2013.
Omvang reserves en voorzieningen per 31 december ( x € 1.000)
800.000 700.000 600.000
Voorzieningen Bestemmingsreserves Algemene reserves Resultaat
500.000 400.000 300.000 200.000 100.000 0 -100.000
2006
-200.000
7
2007
2009
2010
2008
Inclusief Brandweer en Crisis Bestrijding (BCB). Dit in verband met de ontvlechting van BCB uit de gemeentelijke organisatie per 1
januari 2010 (zie hoofdstuk 5.4).
- 59 -
2. Paragrafen Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen enerzijds de weerstandscapaciteit, zijnde de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente kan beschikken om niet begrote kosten te dekken en anderzijds alle risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd of die niet tot afwaardering van activa hebben geleid en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie. Belangrijkste buffer voor het kunnen opvangen van de risico’s is voor de gemeente Eindhoven het Eigen Kapitaal. In de nota Vermogenspositie is een minimum voor het Eigen Kapitaal van € 50 miljoen vastgesteld. Dat moet voldoende zijn voor het tweemaal afdekken van de algemene risico’s en het eenmalig afdekken van de overige risico’s. De raad heeft bepaald dat als de reserve beneden het minimum van € 50 miljoen komt, maatregelen getroffen moeten worden om de reserve weer aan te vullen. Daarnaast zal aan de hand van de ontwikkeling van de risico’s regelmatig moeten worden nagegaan of het gekozen minimum voor het Eigen Kapitaal nog in overeenstemming is met de risico’s.
Weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit bestaat uit de volgende onderdelen:
b
Vrij besteedbare reserves (algemene reserves)
In tegenstelling tot de bestemmingsreserves zijn de algemene reserves vrij te besteden. Op dit moment zijn er de volgende algemene reserves: het Eigen Kapitaal welke een eindstand kent van € 47,0 miljoen, de Saldireserve Algemeen met een eindstand € 1,2 miljoen en de Reserve beleggingen met een stand van € 36,4 miljoen, totaal € 84,6 miljoen. In 2011 zal het Eigen Kapitaal, conform het coalitieakkoord van april 2010, worden aangevuld met € 1,4 miljoen uit de Endinetreserve. Echter, vanwege de overboeking naar de reserve overhead projecten (€ 2,3 miljoen in 2009, die in 2010 niet kan worden teruggestort) blijft het Eigen Kapitaal onder het minimum van € 50 miljoen.
b
Onbenutte belastingcapaciteit
Vanaf 1 januari 2008 zijn gemeenten vrij om de OZB-tarieven zelf te bepalen, zolang het totaal van de extra OZB-opbrengst van alle gemeenten maar beneden de macronorm blijft. Voor 2010 is deze norm op 4,3% gesteld. De stijging bedroeg in Eindhoven in 2010 in totaal 0,64%. Eindhoven is in 2010 derhalve binnen de norm gebleven. Vanuit deze benadering kan worden gesteld dat er bij de OZBopbrengst (woningen en niet-woningen tezamen) sprake is van een onbenutte capaciteit van ongeveer € 1,4 miljoen. Dit is gebaseerd op een maximale stijging van 0,64% naar 4,3% van de begrote belastingopbrengst groot € 39 miljoen.
b
Post onvoorzien
In 2010 bedroeg het budget voor onvoorziene incidentele zaken € 227.000. Van dit bedrag is € 24.000 ingezet in het kader van de wisseling van het college.
b
Stille reserves
Stille reserves zijn meerwaarden van activa die te laag of tegen nul zijn gewaardeerd, maar direct verkoopbaar zijn als dat gewenst is. Een volledig inzicht hierin ontbreekt. Wel kunnen de volgende onderwerpen worden aangemerkt als stille reserves:
-
Kunstvoorwerpen Van Abbemuseum: verzekerde waarde € 144 miljoen; Niet bedrijfsgebonden onroerende zaken: verschil tussen opbrengstwaarde en boekwaarde € 17,2 miljoen.
De kunstvoorwerpen van het Van Abbemuseum worden hier vooralsnog als pm-post opgenomen, omdat de verkoop hiervan niet aan de orde is. De stille reserve van de niet bedrijfsgebonden onroerende zaken (zoals woningen en diverse overige eigendommen) komt tot uitdrukking in geval van verkoop en worden daarom hier als pm-post opgenomen.
- 60 -
b
Ruimte op de begroting c.q. binnen de realisatie
In de bepaling van de weerstandscapaciteit dient een eventueel begrotingsoverschot te worden meegenomen. Het begrotingsoverschot van 2010 bedraagt nihil.
Geconcludeerd kan worden dat de weerstandscapaciteit gedurende 2009 is toegenomen met € 5,8 miljoen. Deze toename wordt met name verklaard door de storting van het rekeningresultaat 2009 in het Eigen Kapitaal.
Recapitulatie Weerstandscapaciteit (in € 1 miljoenen)
Algemene Reserves Onbenutte belastingcapaciteit
Ultimo
Ultimo
2010
2009
84,6
79,1
1,4
0,7
Onvoorzien
0,2
0
Stille reserves
pm
pm
Ruimte begroting Totale weerstandscapaciteit
0
0,6
86,2
80,4
Risico’s De te kwantificeren risico’s voor 2010, excl. risico’s grondbedrijf zijn financieel te vertalen tot een totaal van circa € 8,1 miljoen. Voor deze risico’s is een weerstandsvermogen nodig van € 16,2 miljoen. Dit is gebaseerd op de systematiek dat het weerstandsvermogen ongeveer tweemaal de hoogte van de te kwantificeren algemene risico’s bedraagt. Voor de risico’s van het grondbedrijf is berekend dat een weerstandsvermogen van € 51,1 miljoen benodigd is. In de gehanteerde berekenwijze wordt dit risico 1 x meegenomen. Voor alle risico’s samen betekent dit dat een weerstandsvermogen nodig is van € 67,3 miljoen. Hoewel het weerstandsvermogen hiervoor toereikend is, ligt het Eigen Kapitaal in 2010 onder het eerder vastgestelde minimum van € 50 miljoen. Maatregelen dienen te worden genomen om het Eigen Kapitaal weer op het minimum niveau te brengen.
- 61 -
2. Paragrafen Overzicht risico’s Combinet Programmaonderdeel 2.5 Welzijn Schadekans: onbekend Financieel risico: Er is een claim ingediend van € 1,5 miljoen exclusief wettelijke rente.
In 1999/2000 is het collectief Wvg-vervoer aanbesteed. De gunning vond plaats aan vervoerder Combinet. Over de aanbesteding en de wijze van uitvoering is een conflict ontstaan dat heeft geleid tot een juridische procedure tot aan de Hoge Raad. Deze heeft op 26 januari 2006 uitspraak gedaan. De Hoge Raad heeft de uitspraak van het Hof niet ongedaan gemaakt. De strekking van deze laatste uitspraak is dat de gemeente Eindhoven bij de invoering van het CVV, in strijd met de overeenkomst, aan Wvg-ers de mogelijkheid gegeven heeft om te kiezen voor een vrij besteedbaar bedrag voor vervoerskosten in plaats van deelname aan het CVV systeem. Het Hof heeft voorts uitgesproken dat in een schadestaat procedure uitgezocht moet worden in welke gevallen al dan niet terecht een alternatieve vervoersvoorziening geboden is. Combinet zal hiervoor een procedure aanhangig moeten maken bij de Rechtbank te ’s-Hertogenbosch. In september 2008 heeft Combinet een claim ingediend. In november 2009 is op deze claim door Combinet nog een aanvulling ingediend. De gemeente heeft een eigen schadeberekening gemaakt, welke afwijkt van de claim van Combinet. Om uit de impasse te komen is aan Combinet verzocht om het geschil op te lossen door bindende arbitrage.
Van Dungen Automaten BV Programmaonderdeel 5.2 Veiligheid en handhaving Schadekans: onbekend Financieel risico: onbekend
Er is een procedure gestart bij het gerechtshof ’s-Hertogenbosch. Het college heeft een exploitatievergunning geweigerd. Van Dungen meent dat hij hierdoor schade heeft geleden en heeft de gemeente aansprakelijk gesteld. De zaak wordt thans in hoger beroep behandeld, nadat de claim in eerste aanleg is afgewezen. Het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch heeft op 1 februari 2011 de claim van Van Dungen ook afgewezen. Cassatie door Van Dungen is nog mogelijk.
Voorziening APPA Programmaonderdeel 6.2 Bestuur Schadekans: mogelijk Financieel risico: € 2 miljoen
De gemeente Eindhoven heeft geen voorziening getroffen voor de toekomstige pensioenverplichtingen ten opzichte van (voormalige) wethouders. De gemeente Eindhoven maakt de keuze om deze lasten jaarlijks op te vangen in de begroting. Hierbij ontstaat het risico dat zich bij waardeoverdracht of overlijden van wethouders incidentele niet begrote lasten voordoen.
- 62 -
Geldlening project (HEJA) Programmaonderdeel 7.3 Organisatie en bedrijfsvoering Schadekans: mogelijk Financieel risico: pm
Door het college is in 2009 besloten om in het kader van een project een geldlening van € 10 miljoen te verstrekken onder de voorwaarde van het vestigen van het recht van hypotheek. Eind december 2009 is een voorschot betaald op deze lening van € 6 miljoen. In 2010 is tot zekerheid voor de terugbetaling van deze geldlening een eerste recht van hypotheek gevestigd op de gronden en de opstallen in aanbouw ten gunste van de gemeente Eindhoven. Het risico is daarmee sterk gereduceerd.
Risico Verwijderen koperen netwerk / verglazing Programmaonderdeel 7.3 Organisatie en bedrijfsvoering Schadekans: mogelijk Financieel risico: € 0,6 miljoen
In de loop van 2005 is de realisatie van de aansluiting van alle gemeentelijke gebouwen op glasvezel via de BRE (Breedband Regio Eindhoven) tot stand gekomen. In beperkte mate wordt nog gebruik gemaakt van het koperen netwerk. In verband met zogenaamde verglazing (toepassingglasvezel) moet uit milieuoverwegingen de koperen infrastructuur worden verwijderd op het moment dat deze niet meer wordt gebruikt. Op basis van grove inschattingen loopt de gemeente met het verwijderen van de gehele bekabeling een risico van € 600.000. Aangenomen moet worden dat de gemeente als juridisch eigenaar alleen voor deze kosten opdraait.
Planschadevergoeding Bosrijk- Waterrijk Programmaonderdeel 8.1 Wonen Schadekans: mogelijk Financieel risico: pm
Als gevolg van de keuze van de Gemeente om een nieuwe weg in Bosrijk aan te leggen heeft Consortium Bosrijk planschade geleden. Ter afdekking van deze planschade is aan Consortium Bosrijk een ontwikkelingsmogelijkheid in Waterrijk in het vooruitzicht gesteld. Indien het Consortium Bosrijk in de ontwikkeling Waterrijk minder ontwikkelresultaat zou behalen dan 5%, zal de gemeente dit mindere financiële deel compenseren aan het Consortium Bosrijk. De gesprekken met het consortium bevinden zich in een afrondende fase.
Aanbesteding Doornakkers Programmaonderdeel: 8.1 Wonen Schadekans: onbekend Financieel risico: €4 miljoen of meer
In oktober 2009 heeft de Europese Commissie een met redenen omkleed advies uitgebracht aan de Nederlandse staat, waarbij de Europese Commissie zich op het standpunt stelt dat de Nederlandse staat in de context van de gunning van een concessieovereenkomst voor openbare werken door de gemeente Eindhoven de verplichtingen die voortvloeien uit het Europese Verdrag niet is nagekomen. In de Raadsinformatiebrief van 9 oktober 2009 is de raad hierover geïnformeerd. De Nederlandse staat heeft, in overleg met de gemeente Eindhoven, op 7 december 2009 haar reactie aan de Europese Commissie
- 63 -
2. Paragrafen kenbaar gemaakt. Deze houdt in dat de staat namens de gemeente van mening is dat er geen sprake is van een concessieovereenkomst maar van louter een grondverkoop, waarbij de gemeente uitsluitend publiekrechtelijke eisen heeft gesteld. De gemeente heeft het contract dan ook niet aangepast. Op 3 juni 2010 heeft de Europese Commissie besloten de zaak aanhangig te maken bij het hof van Justitie van de Europese gemeenschap. De Europese Commissie heeft dit inmiddels gedaan in december 2010. Een uitspraak kan jaren op zich laten wachten.
Gebreken afwatering parkeergarage Kennedytoren Programmaonderdeel 8.6 Verkeer en Vervoer Schadekans: waarschijnlijk Financieel risico: pm
In de directe omgeving van de parkeergarage Kennedytoren is qua afwatering een aantal gebreken geconstateerd die impact hebben op de exploitatie van de parkeergarages. De huidige getroffen maatregelen zijn voor de exploitant niet afdoende. De gemeente en de exploitant praten over de oplossingen van dit probleem.
PPS Parkeergarages Programmaonderdeel 8.6 Verkeer en Vervoer Schadekans: mogelijk Financieel risico: pm
In het kader van de PPS Parkeergarages – een project waarbij het beheer en de exploitatie van alle bebouwde parkeergarages van de gemeente zijn overgedragen aan P1 – loopt nog een geschil over de parkeergarage Mathildelaan. In verband met een grondaankoop van Philips in de nabijheid van deze parkeergarage zijn aan Philips abonnementen voor 45 parkeerplaatsen voor onbepaalde tijd toegezegd. Volgens de gemeente is deze verplichting bij de aanbesteding aan private partijen bekend gemaakt, zodat zij met deze verplichting in hun aanbieding rekening konden houden. P1 bestrijdt dit. De gesprekken tussen de gemeente en P1 hebben nog niet tot een definitieve conclusie geleid. De uitkomst is nog onzeker, wat een financieel risico betekent.
Risico’s grondbedrijf Programmaonderdeel 8.7 Ruimtelijke Kwaliteti Schadekans: mogelijk Financieel risico: pm
Het gemeentelijk grondbeleid en gemeentelijke planexploitaties kennen vaak complexe en langdurige processen. Dat brengt de nodige financiële en andersoortige risico’s met zich mee. Sterker nog, de risico’s van het grondbedrijf bepalen het grootste gedeelte van het benodigde weerstandsvermogen van de gemeente Eindhoven. Zowel op project- als op totaalniveau vindt risicomanagement plaats.
De bepaling van de risico’s en de daarvoor benodigde weerstandscapaciteit, wordt voor de lopende projecten gedaan aan de hand van een onderscheid in project- en marktrisico’s. Projectrisico’s zijn direct gekoppeld aan een specifiek project en marktrisico’s zijn projectoverstijgende risico’s als gevolg van externe marktontwikkelingen. Deze externe marktontwikkelingen hebben op grote projecten als Meerhoven en Blixembosch Noord-Oost natuurlijk wel het meeste effect. De marktrisico’s worden dan ook voor het grootste deel bepaald door deze projecten.
- 64 -
Voor de bepaling van de risico’s en de daarvoor benodigde weerstandscapaciteit voor de voorraadprojecten moet onderscheid gemaakt worden in de projecten waarbij de grond in eigendom is van de gemeente Eindhoven en projecten waarbij op grond en op initiatief van externe partijen ontwikkelingen plaatsvinden (kostenverhaalprojecten). Bij deze tweede categorie, waarbij op grond en op initiatief van externe partijen ontwikkelingen plaatsvinden, bestaat namelijk het risico dat vooraf ingeschatte (en met de externe partij overeengekomen) te verhalen gemeentelijke apparaatskosten worden overschreden. Overige risico’s zijn doorgaans voor rekening en risico van de ontwikkelaar.
De projectrisico’s zijn in projecten en de marktrisico’s op totaalniveau bepaald en vervolgens (voor zover mogelijk) gekwantificeerd8. De uitkomst daarvan is het totale overzicht van risico’s en gelijk aan de benodigde weerstandscapaciteit vanuit de planexploitaties en voorraadprojecten. In de projecten wordt een deel van deze risico’s al afgedekt via de post onvoorzien, vandaar dat deze hiermee gecorrigeerd moet worden om tot de totaal benodigde weerstandscapaciteit van de lopende projecten te komen. Gelijk aan vorig jaar is ook nu weer gekozen voor een ‘basis risico scenario’ en een ‘worstcase risico scenario’ voor zowel de project- als voor de marktrisico’s.
Basis risico scenario
b
Voor de marktrisico’s wordt bij het basisscenario uitgegaan van een vertraging in de projecten van 2 jaar. Bovendien een 5% lagere opbrengststijging en een hoger rentepercentage van 0,5%. Voor dit MPG betreft dit scenario een opbrengstenstijging van -5% en een rentepercentage van 5%.
b
Voor de projectrisico’s betreft het basisscenario het minimumbedrag dat de projectexperts toekennen aan een bepaald projectrisico.
Worst case scenario
b
Voor de marktrisico’s wordt in het ‘worstcase scenario’ uitgegaan van een vertraging van 4 jaar. De mediaberichten geven aan dat het nog heel goed mogelijk is dat in een meest negatief scenario de financiële crisis nog 4 jaar effect heeft op de vastgoedmarkt. Naast een vertraging in de gronduitgifte van 4 jaar wordt er in dit scenario rekening gehouden met een 10% lagere opbrengstenstijging en een hoger rentepercentage van 1,0%. Voor dit MPG betreft dit scenario een opbrengstenstijging van -10% en een rentepercentage van 5,5%.
b
Voor de projectrisico’s betreft het worst case scenario het maximumbedrag dat de projectexperts toekennen aan een bepaald projectrisico.
De uitkomst van de optelsom van de gekwantificeerde projectrisico’s bedraagt circa € 14,1 miljoen (basisscenario) en € 27,9 miljoen (worstcase). Ten opzichte van voorgaande jaren is de gekwantificeerde uitkomst van de projectrisico’s in het basisscenario aanzienlijk toegenomen (met circa € 12,5 miljoen) als gevolg van het beter kwantificeren van projectrisico’s (waaronder inschatting van risico’s middels een scenarioanalyse voor Meerhoven en uitvoerige risicosessies voor Strijp S). De uitkomst van de optelsom van de gekwantificeerde marktrisico’s bedraagt circa € 27 miljoen (basis) en € 52,7 miljoen (worstcase). De totale marktrisico’s zijn ten opzichte van vorig jaar met circa € 8,0 miljoen in het basisscenario afgenomen omdat in een aantal projecten, waaronder Blixembosch Noord-Oost programma-aanpassingen (minder programma en dus verlaging marktrisico’s) hebben
8
Om de risico’s te kwantificeren dient een minimum en maximum bedrag genoemd te worden en een kans dat het risico zich daadwerkelijk voordoet. Hierbij is de volgende verdeling gehanteerd: 10% (klein risico), 30% (gemiddeld risico), 50% (aannemelijk risico), 60% (groot risico).
- 65 -
2. Paragrafen plaatsgevonden. Ook nu weer wordt circa 50% meegenomen als benodigde weerstandscapaciteit, want de marktrisico’s zullen zich naar verwachting niet allemaal tegelijkertijd en in de volledige hoedanigheid voordoen.
Voor de voorraadprojecten op grond en op initiatief van externe partijen (kostenverhaalprojecten), bestaat het risico dat de van te voren vastgestelde bijdragen (en gecontracteerd met ontwikkelaar) aan gemeentelijk apparaatskosten worden overschreden. Hiervoor dient ook aanspraak gemaakt te worden op het weerstandsvermogen van de gemeente. Aan benodigde weerstandscapaciteit wordt circa € 2,5 miljoen verwacht. In onderstaande tabel worden deze cijfers nog eens weergegeven.
De benodigde weerstandscapaciteit wordt als volgt bepaald
Basisrisico scenario
Worstcase risico
Benodigde
Ondergrens
Scenario
weerstandscapaciteit
50% van de marktrisico's van lopende projecten
€
27.000.000
€
52.700.000
€
100% van projectrisico's
€
14.100.000
€
27.900.000
Benodigde weerstandscapaciteit lopende projecten
minus reeds gereserveerd in post onvoorzien Subtotaal:
39.850.000
€
21.000.000
€
12.300.000-
€
48.550.000
Benodigde weerstandscapaciteit voorraadprojecten
€
2.500.000
Totaal benodigde weerstandscapaciteit
€
51.050.000
In de jaarrekening 2009 was de benodigde weerstandscapaciteit berekend op circa €42 miljoen. Het verschil ten opzichte van vorig jaar zit hem in enerzijds de toename in projectgebonden risico’s. De totale marktrisico’s zijn anderzijds iets afgenomen omdat in een aantal projecten, waaronder Blixembosch Noord-Oost programmaoptimalisaties hebben plaatsgevonden.
- 66 -
2.3 Verbonden partijen en subsidierelaties Verbonden partijen Een verbonden partij is een rechtspersoon waarin de gemeente zowel bestuurlijk, als financieel een belang heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan een zetel in het bestuur of een stemrecht. Met een financieel belang wordt bedoeld dat de gemeente middelen beschikbaar stelt, die zij mogelijk kwijt is, in geval van faillissement van de verbonden partij. Om die reden kunnen naast vennootschappen (N.V. en B.V.’s) ook stichtingen tot verbonden partijen behoren, ingeval de gemeente Eindhoven in het stichtingsbestuur zitting heeft en er financieel is bijgedragen in de oprichting van de rechtspersoon (stichtingskapitaal). Bovendien kan het zijn dat met de verbonden partijen tevens een subsidierelatie bestaat. In dit verband kan bijvoorbeeld genoemd worden het Muziekgebouw en het Parktheater.
Alle verbonden partijen worden getoetst op bestuurlijke en financiële indicatoren. De bestuurlijke indicatoren richten zich voornamelijk op het aanwezig zijn van de statuten en een ondernemingsplan en het voldoen van deze documenten aan de beleidsuitgangspunten. De financiële indicatoren betreffen het eigen vermogen, het financieel resultaat en het liquiditeitsratio.
De verbonden partijen zijn gesplitst in 2 categorieën. Voor de categorie 1 partijen geldt dat de gemeente Eindhoven een significant bestuurlijk en financieel belang heeft in de verbonden partij. Als beslissende maatstaf is genomen een financieel belang in een verbonden partij dat groter is dan 1% van de gemeentelijke begroting. De categorie 2 verbonden partijen daarentegen zijn partijen met een gering financieel belang. De gemeente kan op deze verbonden partijen niet of nauwelijks invloed van betekenis uitoefenen.
In 2008 is gestart met het “Team Verbonden Partijen” om bij te dragen aan een betere beheersing en coördinatie van de verbonden partijen. Ook in het verslagjaar heeft dit een vervolg gekregen. Het team verbonden partijen verzamelt en beoordeelt informatie uit deelnemingen, houdt toezicht op formele procedures, adviseert het College omtrent uitoefening van alle bevoegdheden van de gemeente en haar functionarissen en ziet er op toe dat periodiek wordt overlegd met de verbonden partijen.
Het Team is interdisciplinair samengesteld, waardoor brede advisering vanuit de financiële, juridische en inhoudelijke disciplines kan plaatsvinden. Concrete resultaten zijn merkbaar in de advisering tijdens de Algemene Vergaderingen van Aandeelhouders (AVA’s), waarin vanuit het aandeelhoudersbelang aandacht voor de risico’s is gevraagd. Gedacht kan worden aan een verhoogd “ondernemingsrisico” in relatie tot de economische recessie en de vertaling ervan naar het benodigd respectievelijk beschikbaar weerstandsvermogen. Ook is in de AVA’s aandacht gevraagd voor de meerjaren prognose / -verwachting in het kader van de continuïteit.
Voor een aantal verbonden partijen is een sluitende exploitatie voor de komende jaren een aanzienlijke uitdaging. Mede in dit kader is risicomanagement voor de bedrijfsvoering, alsmede het toezicht hierop door de Raad van Commissarissen (RvC) van essentieel belang. Ook voor het komend jaar zal risicomanagement bij de verbonden partijen centraal staan.
In 2011 zal het deelnemingenbeleid worden geëvalueerd en voor zover noodzakelijk worden geactualiseerd. De doelstelling van de evaluatie is om een beeld te schetsen van de effecten van het deelnemingenbeleid in relatie tot het doel van dat beleid, namelijk het bieden van verbetering van de tot 2006 bestaande bestuurspraktijk rondom het aangaan het beheren van deelnemingen, het verkrijgen van meer inzicht in de verbonden partijen en het verkrijgen van meer grip op de verbonden partijen.
- 67 -
2. Paragrafen In onderstaande tabel wordt ingegaan op de financiële positie van de verbonden partijen, alsmede wordt inzicht gegeven in de zeggenschapsverhoudingen. Het zogenaamde weerstandsvermogen kan worden gezien als financiële buffer voor het opvangen van onvoorziene ondernemingsrisico’s. Mede in relatie tot de nu bekend zijnde ontwikkelingen en risico’s zou de financiële positie bij de verbonden partijen in het algemeen als toereikend mogen worden geacht.
Opbouw financiële positie en zeggenschapsverhoudingen verbonden partijen
(peildatum 1 januari 2010, bedragen x € 1.000 ) Naam Verbonden partij
Vreemd vermogen
Eigen Vermogen
Aandeel gemeente Eindhoven
Categorie 1: Endinet BV Flight Forum BV Flight Forum CV
in % 689.938
111.306
83,24%
92.651
49
18
50%
9
5.081
10.447
50,90%
5.317
28.938
26.129
24,50%
6.402
82
70-
50%
35-
683
3.723
34%
1.266
50
53
50%
27
23.189
2.000
50%
1.000
Parktheater Eindhoven N.V.
5.307
1.744
100%
1.744
Muziekgebouw Eindhoven N.V.
8.345
616
100%
616
Bedrijvencentra Regio Eindhoven B.V.
4.394
1.643
12,50%
205
Twice B.V.
7.362
1.043
25%
261
NV Brainport Development
3.529
3.742
12,50%
468
Eindhoven Airport N.V. Wonen Boven Winkels Eindhoven NV Breedband Regio Eindhoven B.V. Park Strijp Beheer BV Park Strijp CV
GR Werkvoorziening Regio Eindhoven (Ergon)
11.497
6.273
75%
4.705
191.669
11.862
30,20%
3.582
GR GGD Brabant Zuidoost
10.720
2.705
13,89%
376
GR Veiligheidsregio Zuidoost Brabant
15.198
2.141
28%
600
4.718
290
75%
217
GR SRE
GR CURE GR Industrieschap Eindhoven-Son (Ekkersrijt)
385
452
50%
226
Stichting City Dynamiek Eindhoven
1.519
458
-
-
Stichting Brainport Development
2.594
35-
-
-
245
0
-
-
0
323
-
-
n.v.t.
n.v.t.
-
-
Stichting Eindhoven Fiber Exchange (EFX ) Stichting Cultuurfonds Strijp S Stichting Park Management Park Forum i.o.
- 68 -
Naam Verbonden partij Categorie 2: Enexis Holding N.V. (Essent) BNG Stichting Middenstands- en bedrijfshuisvesting Stichting Twice support Eindhoven Stichting COELO Stichting Stedenlink Stichting Cultuur en Bedrijf Stichting Technology Liaison Eindhoven Region (Teler) Stichting Essent Sustainability Development i.o.
Vreemd vermogen
Aandeel gemeente Eindhoven
Eigen Vermogen
in %
5.259.000
3.913.000
0,02%
587
102.243.000
2.253.000
0,30%
6.759
74
5.224
-
-
211
2.406
-
-
91
324
-
-
61
23
-
-
380
45
-
-
166
0
-
-
n.v.t.
n.v.t.
-
-
VNG
48.039
51.813
-
-
OVO UA
27.965
11.387
-
-
De belangrijkste ontwikkelingen in 2010 van de verbonden partijen worden onderstaand weergegeven. Volledigheidshalve wordt nog verwezen naar de concernrekening 2010 Bijlagen waarin nadere informatie omtrent doelstellingen en financiële gegevens van alle verbonden partijen zijn opgenomen. Ten aanzien van de financiële gegevens van de verbonden partijen over het jaar 2010 kon ten tijde van het samenstellen van deze concernrekening nog niet worden beschikt. Om die reden is volstaan met een verwijzing naar de jaarcijfers van voorgaand jaar, waarbij de beschikbare tussentijdse en prognosecijfers 2010 van verbonden partijen zijn gebruikt om risico’s, dan wel belangrijke ontwikkelingen betreffende het verslagjaar 2010 te monitoren.
Endinet B.V. Endinet BV beheert de energienetwerken voor elektriciteit en gas. Van oudsher zijn overheden aandeelhouder. In 2009 zijn, na twee eerdere pogingen (Endesa, MEIF), opnieuw de mogelijkheden verkend voor verkoop van alle (gemeentelijke) aandelen in het regionale energienetwerkbedrijf Endinet. Ook was alle besluitvorming genomen voor de bijstorting van eigen vermogen, mocht een verkoop onhaalbaar blijken. In december 2009 is voor de verkoop van Endinet een Akkoord op Hoofdlijnen gesloten met Alliander. Na het boekenonderzoek is in maart van 2010 een definitieve Koopovereenkomst gesloten. De goedkeuring van de minister van Economische Zaken is verkregen. Op de beoogde datum van overdracht, 1 juli 2010, zijn de aandelen overgegaan naar Alliander. De netto-koopsom van € 136,2 miljoen is door de notaris aan de gemeenten uitgekeerd. De gemeente Eindhoven ontving € 113,3 miljoen voor haar aandelenpakket van 83,2%. Samen met een ingecalculeerde onttrekking uit de risicovoorziening van € 12,6 miljoen kon de boekwaarde van de aandelen (€ 125,9 miljoen) worden afgeboekt. Uit de eindbalans van Endinet zijn geen verrekeningen voortgekomen. Wel moet nog prudent worden omgegaan met de inzet van de ontvangen middelen. Naast de afgegeven garanties en beperkte vrijwaringen is het risico met betrekking tot de regulering van de gasaansluittarieven niet aan Alliander overgedragen. In 2013, of zo veel later als de tarieven definitief zijn vastgesteld, kan nog een aanpassing van de koopsom plaatsvinden.
Flight Forum Gemeente Eindhoven en Schiphol Real Estate participeren samen in Flight Forum BV. Flight Forum BV is beherend vennoot in de CV Flight Forum. Flight Forum CV is een samenwerkingsverband tussen de gemeente Eindhoven en Schiphol Real Estate met als doelstelling een hoogwaardige, luchtvaart gerelateerd, bedrijventerrein te realiseren bij Eindhoven Airport.
- 69 -
2. Paragrafen De situatie van Flight Forum is ook in 2010 beïnvloed door de omstandigheden op de bouw- en vastgoedmarkt. De reeds uitgegeven grond aan Onis Vastgoed voor een hotel / facilitair centrum op cluster 1 is nog niet formeel overgedragen. Wel is cluster 8 verder in ontwikkeling genomen, waarbij ook de koopovereenkomst met Cleanfuel aanleiding is geweest tot verdere planontwikkeling voor een biobrandstoffen-uitgiftepunt. Ook zijn gesprekken gestart met Onis Vastgoed voor de vestiging van een bovengrondse parkeergarage op cluster 8. Aan het eind van het jaar is toch weer enige beweging in de markt ontstaan, hetgeen heeft geresulteerd in belangstelling, zowel voor de bedrijvenclusters als voor het kantorencluster. Dit heeft tot nu toe echter nog niet geleid tot concrete aanbiedingen. De gemeente Eindhoven heeft inmiddels besloten de ontwikkeling van Land Forum en Park Forum Oost tijdelijk te bevriezen en voorrang te geven aan de afronding van Flight Forum. Dit besluit kan voor 2011 aanleiding zijn tot toenemende belangstelling voor kantoorkavels op Flight Forum.
De marktomstandigheden zijn in het afgelopen jaar nauwelijks gewijzigd, hetgeen ertoe heeft geleid dat een eventuele opheffing van Flight Forum per 31 december 2010 niet aan de orde is.
De belangrijkste uit te voeren activiteiten in 2011 zullen zijn:
b b b b b b b
Het begeleiden van de ontwikkeling van cluster 8, zowel inhoudelijk als procedureel Het begeleiden van de realisatie van het hotel / facilitair centrum Exploitatie en mogelijke verkoop van de parkeergarage Het opzetten van een parkmanagementorganisatie Eventueel omvormen van Flight Forum CV/BV naar Flight Forum Light Het reageren op vragen en kansen vanuit de markt Uitvoering geven aan het marketing- en communicatiebeleid
Aan de hand van de tussentijdse cijfers t/m 3e kwartaal 2010 kan geconcludeerd worden dat het verslagjaar 2010 verliesgevend wordt afgesloten (circa € 300.000), vanwege het achterblijven van de gronduitgiften. In de begroting 2010 werd nog uitgegaan van een positief resultaat van € 558.000. In 2010 is mede om die reden geen tussentijdse winstuitkering verricht. Ultimo 2010 is in totaal € 7 miljoen aan tussentijdse winstuitkering ontvangen (2008: € 2 miloen en 2009: € 5 miljoen).
Eindhoven Airport N.V. In 2010 heeft Eindhoven Airport de grens van twee miljoen passagiers doorbroken. In 2010 vlogen 2,14 miljoen passagiers van en naar Eindhoven Airport. Dat was een kwart meer dan in 2009 (1,712 miljoen passagiers). De toename is vooral het gevolg van het aantal nieuwe bestemmingen. Vanaf Eindhoven Airport kan worden gevlogen naar 32 lijndienstbestemmingen, hetgeen in 2009 er nog 23 waren. Voor het jaar 2011 ligt een groei in het aantal vliegreizigers met circa 15% in het verschiet. Vorenstaande positieve ontwikkeling in het aantal passagiers betekent dat het jaar 2010 naar verwachting met een positief resultaat zal worden afgesloten.
Eindhoven Airport mag in de komende jaren gaan groeien (adviezen Alders Tafel). Het aantal vliegbewegingen (vertrek of aankomst) mag in de komende jaren van nu nog circa 18.000 per jaar met 25.000 extra vliegbewegingen worden uitgebreid. De bedoeling is dat deze groei in twee stappen gaat. Tot 2015 mag de luchthaven 10.000 extra vliegbewegingen per jaar toestaan. Daarna komen er nog
- 70 -
eens 15.000 vliegbewegingen bij. De luchthaven moet wel een stevig pakket aan maatregelen nemen voor de beperking van hinder en de verduurzaming van de luchthaven.
Bovenop de terminal van Eindhoven Airport wordt een Tulip Inn hotel gebouwd. Met de bouw van het 120 kamer tellende hotel zal na de zomer 2011 worden begonnen. In het 1e kwartaal 2013 kan met de exploitatie ervan worden gestart. Met de uitbreiding van de aankomst- en vertrekhal, de herinrichting van de terminal en de bouw van een hotel is een investering van € 26 miljoen benodigd.
Wonen boven winkels Eindhoven N.V. In de binnenstad van Eindhoven is sprake van structurele leegstand boven de winkels. Het stimuleren van wonen in het centrum in het algemeen en in het bijzonder wonen boven winkels is al lange tijd een wens van de gemeente. Hoofddoelstelling is het bevorderen van wonen in de binnenstad van Eindhoven. Daarnaast wordt tevens bijgedragen aan het vergroten van de leefbaarheid en sociale veiligheid van de binnenstad. Doelstelling is om in Eindhoven zoveel mogelijk daarvoor in aanmerking komende etages boven winkels geschikt te maken voor bewoning. Een en ander op basis van het “programma voor wonen boven winkels in Eindhoven 2006-2010”. Het streven is over een periode van vier jaren(2008-2012) 100 tot 120 wooneenheden te realiseren. De gemeente Eindhoven en Stichting Woonbedrijf SWS Hhvl zijn ieder voor 50% belanghebbende in de naamloze vennootschap “Wonen boven Winkels Eindhoven NV”. De financiële betrokkenheid beloopt voor elk van beide aandeelhouders op een bedrag van € 1,5 miljoen, voor een deel in de vorm van aandelen (€ 22.500), voor het restant in de vorm van een achtergestelde lening (€ 1.477.500).
Breedband Regio Eindhoven (BRE) De samenwerking van 23 organisaties, waaronder de gemeente Eindhoven ten aanzien van de inkoop en eigen gebruik van glasvezel in ondergebracht in de BRE. Door bundeling van vraag naar breedbandverbindingen en daarin de bijdrage (voor eigen gebruik) van de gemeente Eindhoven werden de voordelen van “eigen” verbindingen toegankelijk voor een groot aantal bedrijven en instellingen (prijs/prestatie). Operations wordt ingevuld door de bestaande organisatie Endinet/Alliander. Als belangrijke ontwikkelingen kunnen worden genoemd:
b b b
Besturing als gevolg van wisselende directies/overnames Endinet/Alliander Invloed van marktbelang Alliander Waarde van het netwerk als gevolg van de (beoogde) verdergaande verglazing van Eindhoven
Park Strijp Doel is het Stedelijk belang bij de ontwikkeling van Strijp-S veilig te stellen; Park Strijp Beheer BV is de beherende vennoot van Park Strijp CV. De vennootschap Park Strijp CV heeft als doel de verwerving, (her-)ontwikkeling, exploitatie en vervreemding van registergoederen gelegen in plangebied Strijp S. Via Park Strijp Beheer B.V. is het bestuurlijk belang van de gemeente gewaarborgd. Naast het beheer en verhuur van gronden en panden, verkoop bouwvelden en voorbereidende werkzaamheden ten behoeve van de herontwikkeling van het gebied Strijp S is er in 2010 ook heel veel fysiek en zichtbaar werk verricht. In 2010 is gestart met de renovatie van de gebouwen Hoge Rug, is gestart met bouwveld E (wonen)), is het eerste deel van de Torenallee aangelegd, is de Philitelaan opengesteld, de portiersloge opgeleverd, zijn de eerste bomen aangeplant langs de Philitelaan, is en de aansluiting op de Beukenlaan geopend. Verder hebben zich in 2010 diverse nieuwe huurders op Strijp-S gevestigd zoals de Fotoacademie, ROC Eindhoven en taloze kleine zelfstandigen/bedrijfjes
Strijp S heeft relatief minder last van de effecten van de recessie dan andere projecten. Dit komt omdat het gebied veel veerkracht en flexibiliteit kent. Enerzijds vanwege de ruimte in het bestemmingsplan, maar belangrijker nog door de aanwezigheid van bestaande
- 71 -
2. Paragrafen gebouwen. Deze gebouwen kunnen (en hebben soms al) door vertraging een tijdelijk nieuw leven gekregen. Het feit dat Strijp-S is opgenomen in de crisis en herstelwet, biedt ook mogelijkheden. Daarnaast worden op Strijp-S op basis van contractuele afspraken gebouwen en bouwvelden volgens een vastgesteld tijdspad verkocht. In 2010 zijn bouwvelden I en J van eigenaar gewisseld. Hierdoor ligt het project financieel redelijk op schema en is er nog steeds sprake van een kostendekkende exploitatie. Natuurlijk wordt Strijp-S ook geconfronteerd met de gevolgen van de crisis, waardoor gezocht wordt naar creatieve oplossingen van onder andere de parkeerproblematiek en het beter en langer benutten van de bestaande gebouwen en ‘tijdelijkheid ‘ als een kans te zien. Zowel voor gebouwen als voor de openbare ruimte. Om dit effect zo veel mogelijk te beperken lopen bouwveld E en bouwveld F (inclusief herontwikkeling Nat-lab) mee in de stimuleringsmaatregel van Rijk en provincie.
Parktheater Eindhoven N.V. Op basis van de rapportage van Ernst & Young inzake de financiële situatie van het Parktheater zijn er maatregelen genomen op het gebied van de governance structuur, financiën en bedrijfsvoering. Op basis hiervan is er intensief gemonitord en door de financieel manager van de gemeente is de administratie op orde gekomen. Door het Parktheater is verder invulling gegeven aan de strategie in het Ondernemingsplan. Concreet betekende dit onder andere het versterken van het kostenbewustzijn, het scherper inkopen, het handhaven van de afname van de personeelsformatie en beter cashmanagement. De maatregelen hebben een positief effect op het bedrijfsresultaat. Het besluit om een deel van de incidentele subsidie van € 3,8 miljoen terug te vorderen heeft gevolgen voor de omvang van het weerstandsvermogen van het Parktheater. Daarnaast wordt de fiscale huur zonder compensatie vanaf 1 januari 2011 in rekening gebracht. Dat betekent een extra kostenpost van € 165.000 per jaar. Met het Parktheater is overeengekomen dat zij de extra huurkosten 2011 en 2012 gecompenseerd krijgen van de gemeente. De extra huurkosten voor 2013 en 2014 zullen binnen de exploitatie van de vennootschap worden opgevangen. Voor de extra huurkosten na 1 januari 2015 zal in 2014 een besluit worden genomen. Voor een deel van de kosten van het gebruikersonderhoud is een ingroeimodel afgesproken door de sector G&V van € 50.000 in 2010 naar € 130.000 in 2013. Het Parktheater zal meer geld kwijt zijn aan kosten voor huur en onderhoud dan geraamd. De omvang van het net opgebouwde weerstandsvermogen kan daardoor geringer worden.
Muziekgebouw Frits Philips Eindhoven N.V. Het Re-design project (verbouwing entree) is in de zomer van 2010 gerealiseerd. De opening ervan heeft op 8 oktober 2010 plaatsgevonden. In de begroting 2010 van het Muziekgebouw zijn verschillende financiële risico’s benoemd waaronder de financiële consequenties van de verbouwing en de culturele stadsfoyer. Muziekcentrum verwachtte in september 2010 een verwacht tekort van € 150.000 over 2010. Op dit moment zijn nog niet alle financiële consequenties van de verbouwing in beeld, mede in relatie tot de exploitatie van het Muziekgebouw. Het Eigen Vermogen van het Muziekgebouw is naar verwachting voldoende groot om de financiële tegenvallers te kunnen opvangen.
Bedrijvencentra Regio Eindhoven B.V. De gemiddelde bezettingsgraad van de diverse bedrijvencentra ligt in het algemeen op koers, zeker gelet op de negatieve invloeden van de recessie. Voor het jaar 2010 worden lagere resultaten (bezettingsgraden) verwacht. Op grond van de tussentijdse cijfers per 1 oktober 2010 zal het jaar 2010 naar verwachting toch nog met een positief exploitatieresultaat worden afgesloten. In 2011 wordt een uitgebreide promotiecampagne en een diversificatie van huisvestingsmogelijkheden getracht de negatieve trend in het bedrijfsonroerendgoed (met reguliere formules) te doorbreken en het jaar af te sluiten met een neutraal exploitatieresultaat.
- 72 -
Brainport Operations en NV REDE zijn per 1 januari 2010 gefuseerd. Dit heeft geen gevolgen voor de waarde van het aandelenkapitaal van de gemeente Eindhoven in BRE, hierin is voorzien als onderdeel van de besluitvorming in B&W en raad met betrekking tot de nieuwe fusieorganisatie Brainport Development. Het aandeel van NV Rede in BRE is overgedragen aan Brainport Development.
Twice B.V. In 2008 is het plan uitgewerkt om op het TUE terrein een aantal nieuwe en oude technostarterscentra (Multi media Paviljoen, Twice en Catalyst) onder het gemeenschappelijk beheer van Twice BV te brengen. De constructie houdt in dat de Stichting Twinning Support dan ook de exploitatieverliezen van alle drie de centra voor haar rekening zal nemen. In 2010 is ingestemd met de toetreding van de TUE, via TU/e Holding BV, als aandeelhouder in Twice. Dit in verband met de vestiging van Catalyst op het TUE-terrein. De gemeente Eindhoven is in de vorige AVA van Twice reeds akkoord gegaan met de verdere planvorming met betrekking tot de ontwikkeling van een High Tech bedrijvencentrum (Catalyst) op het TUE-terrein. Inmiddels is het ontwikkelingsproces in volle gang. In Eindhoven wordt naast de realisatie van het nieuwe thematische bedrijvencentrum Catalyst op het TU/e terrein (2011) ook een tweede Bèta op de High Tech Campus in 2012 opgeleverd. Dit zal gezien het profiel van de regio, de vastgoedtrend en en het hoge aantal geïnteresseerde vestigers niet leiden tot een verhoogd risicoprofiel voor de aandeelhouders.
NV Brainport Development Begin 2010 is de juridische fusie tussen NV REDE en Brainport Operations BV voltooid. SRE, de gemeenten Einhoven, Helmond, Veldhoven enerzijds (aandeelhouders A) en stichting Brainport (aandeelhouder B) beschikken elk over 50% van de aandelen in NV Brainport Development. De gemeente Eindhoven heeft 15,2 % van de A-aandelen. De zeggenschapsrechten zijn zo verdeeld dat aandeelhouder B zeggenschap heeft in de strategie van de onderneming en in de voordracht van een 3-helix samengestelde Raad van Commissarissen. De aandeelhouders B hebben recht op het opgebouwde en op te bouwen vermogen van de vennootschap: het eigen vermogen, de waarde van haar deelnemingen en (als eerste) de verdeling van de winst. In een fusie-overeenkomst is een contractuele voorziening getroffen die erop neerkomt dat de aandeelhouder B zich conformeert aan het stemgedrag van de aandeelhouders A, wanneer de algemene vergadering van aandeelhouders een voorstel wordt gedaan over de vaststelling van jaarrekening en –verslag.
GR Werkvoorziening Regio Eindhoven (Ergon) De gemeenten Eindhoven, Heeze-Leende, Valkenswaard, Veldhoven en Waalre zijn de verbonden partijen in deze Gemeenschappelijke Regeling. Met de gemeente Geldrop-Mierlo bestaat een inkooprelatie. De begroting 2010 ging uit van een nulresultaat. Het financieel resultaat over 2010 bedraagt voorlopig € 711.000 positief. Dit resultaat wordt met name veroorzaakt door een bijzondere bate als gevolg van een claim en een hogere WSW subsidie door de verhoging van de taakstelling.
Gemeenschappelijke Regeling Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE) In 2010 is een begin gemaakt met het ontwikkelen van een nieuwe Regionale Agenda. Relevant daarbij is het kabinetsvoornemen om de Wgr+ af te schaffen. Hiermee zou dan ook de noodzaak tot verplichte samenwerking komen te vervallen.
GR GGD Brabant Zuidoost De gemeente Eindhoven maakt samen met de 20 andere gemeenten in de regio Brabant Zuidoost deel uit van de Gemeenschappelijke Regeling GGD BZO. De nieuwe huisvesting voor de GGD BZO heeft enige vertraging opgelopen, waardoor de GGD BZO ook in 2011 nog gehuisvest blijft in de “GGD-toren”.
- 73 -
2. Paragrafen
GR Veiligheidsregio Zuidoost-Brabant De Brandweerzorg Eindhoven is met besluit van 21 december 2010, vanaf 1 januari 2010 geheel ontvlochten uit de gemeentelijke organisatie en daarmee definitief ondergebracht in de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Zuidoost-Brabant. De ontstane discrepantie in de begroting 2012 (en verder) van de gemeente Eindhoven en de begroting van de Veiligheidsregio vraagt echter nog de aandacht. In het Algemeen Bestuur van de GR wordt een structureel tekort van € 0,3 miljoen, op basis van bestaand beleid, aan de orde gesteld, met als inzet om deze structurele afwijking binnen de begroting van de GR in te passen. Het voornemen is, om indirect op de brandweerzorg te besparen door de parate dienst ook op andere taken in te zetten.
Gemeenschappelijke regeling Centrum Uitvoering Reinigingstaken Eindhoven en omgeving (CURE) In 2009 is met een Raadbesluit opdracht aan het College gegeven om te starten met de voorbereidingen van een nieuwe gemeenschappelijke regeling, in samenwerking met de huidige partners Valkenswaard en Geldrop-Mierlo voor de periode na 2013.
Gemeenschappelijke regeling industrieschap Eindhoven-Son (Ekkersrijt) De doelstelling van het industrieschap is gericht op de revitalisering van het bedrijventerrein en benutting van de ontsluiting aan het Wilheminakanaal. De invulling van de BOR opgave (10 hectare bedrijventerrein) voor Son & Breugel wordt ingevuld op Ekkersrijt, de locatie van De Rooij. De planning hiervan wordt gekoppeld aan de ruit rond Eindhoven die komt te liggen tussen het toekomstig te ontwikkelen Esp Noord en Ekkersrijt / locatie De Rooij. In 2010 is besluitvorming voorbereid over beëindigen / in standhouden van het industrieschap na 2014. Dit in verband met de herijking van het BOR convenant en de invulling van de ambitie van Eindhoven om meer bindende afspraken te maken over segmentering, ontwikkeling en uitgifte van bedrijventerreinen. Voorlopige insteek is instandhouden industrieschap Ekkersrijt tot duidelijk is hoe de bindende afspraken er in de stedelijke regio uit gaan zien. Onderzoek tot het mogelijk maken van een langshaven aan het Wilhelminakanaal. Het onderzoek wordt momenteel uitgevoerd door Ecorys.
Stichting City Dynamiek Eindhoven Met het oog op de ontwikkeling van de nieuwe citymarketingorganisatie zal aandacht worden geschonken aan de relatie van de gemeente en de stichting citydynamiek, en de daaraan verbonden (herziene) afspraken.
Park Management park forum i.o. Doelstelling is het behoud van kwaliteit van het bedrijventerrein Park Forum en een uniforme uitstraling waardoor de vitaliteit van het terrein lang in stand gehouden wordt en het moment van toekomstige revitalisering zo lang mogelijk wordt uitgesteld. In 2011 worden de stichtingen voor parkmanagement opgericht en de daarbij behorende ondernemersverenigingen. Vanwege het achterblijven van de uitgifte van bedrijventerrein is de oprichting van de stichtingen voor parkmanagement en de ondernemersverenigingen vertraagd.
Enexis (voorheen Essent) Als gevolg van de Splitsingswet is energiebedrijf Essent in 2009 gesplitst in een netwerkbedrijf (Enexis) en een handelsbedrijf. Het handelsbedrijf is verkocht aan energieleverancier RWE. Voor de afwikkeling van deze transactie zijn een aantal (tijdelijke) BV’s opgericht. Per balansdatum is de gemeente Eindhoven feitelijk aandeelhouder van Enexis Holding BV, Vordering op Enexis BV, Verkoop Vennootschap BV, Essent Milieu Holding NV, Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV, CBL Vennootschap BV en Claim staat Vennootschap BV. Gezien het geringe belang in elk van deze (tijdelijke) BV's zijn deze deelnemingen samengevat onder de noemer Enexis.
- 74 -
Subsidierelaties Naast de verbonden partijen, zoals hiervoor vermeld, heeft de gemeente Eindhoven met een groot aantal organisaties een subsidierelatie. Het verstrekken van subsidies gebeurt op grond van een wettelijk voorschrift dat regelt welke activiteiten voor subsidie in aanmerking komen. Subsidies worden verstrekt op grond van de “subsidieverordening gemeente Eindhoven”. Deze verordening bevat paragrafen met algemene bepalingen en specifieke subsidieregelingen. In de subsidieverordening is opgenomen waaraan een subsidieaanvraag moet voldoen.
Vanwege een mogelijk afbreukrisico worden in deze paragraaf de instanties genoemd die een subsidie van de gemeente Eindhoven ontvangen van € 350.000 of meer.
Overzicht financiële positie (peildatum 1 januari 2010) Naam subsidierelatie
Vreemd vermogen1
Eigen vermogen1
Subsidie gemeente Eindhoven
x € 1.000
x € 1.000
Stichting Openbare Bibliotheek Eindhoven
3.576
2.056
6.007
Stichting Centrum voor de Kunsten
7.198
1.493
4.506
NV Muziekcentrum Eindhoven
8.345
616
4.236
411
506
451
5.307
1.744
3.003
Stichting Film- en theatercentrum Plaza Futura
426
-114
686
Stichting Cultureel centrum de Effenaar
851
356
907
Stichting Museum Kempenland
101
372
500
Stichting De Krabbedans NV Parktheater
Stichting Historisch Openluchtmuseum
Jaarlijks
Incidenteel
(x € 1.000)
(x € 1.000)
1.363
- 37
592
Lumens Groep
11.446
3.421
18.703
Stichting Neos
8.674
2.089
9.128
49.178
13.803
3.625
1.058
248
417
Stichting GGD Brabant Zuidoost
10.501
2.705
2.515
Stichting Zuidzorg
14.821
14.464
3.505
Korein
14.062
5.664
494
53
-3.733
400
NV Rede
3.529
3.742
1.962
VVV
1.824
331
353
163.037
19.432
2.607
Novadic Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven
Omroep Eindhoven
Stichting GGZE Leger des Heils Humanitas Stichting Jeugd Preventie Project Stichting St Annaklooster 1
4.097
184
1.053
15.910
7.071
190
181
87
259
2.494
4.166
488
1.900
414
350
De bedragen voor Eigen en Vreemd vermogen hebben betrekking op het jaar 2009. De gegevens over 2010 zijn in mei 2011 bekend.
- 75 -
2. Paragrafen Hieronder worden de belangrijkste ontwikkelingen weergegeven van de subsidierelaties in het jaar 2010.
Ontwikkeling Subsidies in relatie tot de voorgenomen bezuinigingen Voor het jaar 2011 en verder zal een aantal instellingen te maken krijgen met de bezuinigingen. Onder andere de Stichting Openbare Bibliotheek Eindhoven, Stichting Centrum voor de Kunsten, Stichting Museum Kempenland, Stichting Historisch Openlucht Museum Eindhoven en Lumensgroep zullen een lagere subsidie ontvangen dan het jaar 2010.
Stichting Openbare Bibliotheek Eindhoven (BE), inclusief Krabbedans Taak van de BE is het exploiteren van een kwalitatief hoogwaardige en breed toegankelijke openbare bibliotheek in Eindhoven, bestaande uit 1 centrale vestiging en bibliotheekvoorzieningen verspreid over Eindhoven. Taken van Krabbedans zijn het beheren, exploiteren en actualiseren van de collectie ten behoeve van de kunstuitleen en het beheren van de stadscollectie. De Openbare Bibliotheek Eindhoven is in 2010 een fusie met de Krabbedans aangegaan.
Stichting Film- en theatercentrum Plaza Futura Taak van Stichting Film- en theatercentrum Plaza Futura is het aanbieden van een niet-commercieel pluriform film- en theaterprogramma van goede kwaliteit voor alle geledingen van de bevolking van de gemeente Eindhoven. Het verwachtte tekort 2010 en het negatief eigen vermogen is door een incidentele subsidie afgedekt. De raad heeft daartoe in oktober 2010 het besluit genomen. De aanpassing van de theaterzaal naar multifunctionele zaal maakt de Leenderweg beter exploitabel. Plaza Futura heeft echter tijd nodig voor de reorganisatie en het opbouwen van weerstandsvermogen.
Stichting Cultureel Centrum De Effenaar Stichting Cultureel Centrum De Effenaar speelt een actieve rol in de (jongeren)cultuur door het (laten) aanbieden van een breed scala van kwalitatief hoogstaande, vernieuwende en grensverleggende culturele activiteiten gebaseerd op de centrale taak muziek met crossovers naar andere vormen van kunstuitingen die met muziek te maken hebben. Het collegebesluit om vanaf 1 januari 2011 fiscale huur in rekening te brengen zal effect hebben voor het resultaat 2011. De huurovereenkomst is nog niet ondertekend. De Effenaar is in 2009 gestart met het opbouwen van vermogen voor het 40-jarig jubileum in 2011.
Stichting Museum Kempenland Eindhoven Subsidie aan Stichting Museum Kempenland is verstrekt voor het exploiteren van een museum voor cultureel erfgoed van Eindhoven en de regio. In 2010 heeft de rechter een ontslagvergoeding voor de voormalige directeur van de stichting vastgesteld. In de najaarsrapportage is in de prognose een tekort van € 152.939 opgenomen. Met het oog op de subsidieverlening voor 2011, de onduidelijkheid over de depotfunctie en huisvestingskosten vormen genoemde ontwikkelingen veel risico’s voor de financiële exploitatie. Vanwege de exploitatietekorten in 2009 en 2010 is het weerstandsvermogen sterk verminderd. Verder is in september 2010 besloten over de manier waarop het erfgoed anders georganiseerd en zichtbaar gemaakt gaat worden. Hierdoor is voor Historisch Openlucht Museum Eindhoven (HOME) (inclusief uitvoering van het programma volkscultuur) en museum Kempenland gezamenlijk begrotingstechnisch in 2011 en 2012 € 850.000 beschikbaar en vanaf 2013 voor een bedrag van € 700.000. In 2011 zullen de effecten van de begrotingstechnische aanpassing voor de exploitatie van HOME en museum Kempenland inzichtelijker worden.
- 76 -
Lumens Groep Activiteiten van de Lumens Groep omvatten o.a. maatschappelijk werk, bestrijding discriminatie, vrijwilligerswerk, seniorenwerk, opbouwwerk, beheer VTA's, peuterspeelzalen, kinderwerk, jeugd- en jongerenwerk, en opvoedingsondersteuning. De gemeente draagt (tot ca. 2018) de kosten van de wachtgeldverplichtingen van de Lumens Groep. Daartoe is een voorziening gevormd van € 1,5 miljoen. Naast de structurele subsidie heeft de gemeente in 2010 een (incidentele) subsidie aan de Lumens Groep verstrekt van ongeveer € 6,5 miljoen. Eind december 2010 heeft de gemeente de incidentele bezuiniging van € 1,4 miljoen op het weerstandsvermogen via de beschikking 2011 verwerkt. De Lumens Groep heeft hier bezwaar op aangetekend en geeft aan dat in combinatie met de komende structurele bezuinigingen van € 2 miljoen haar continuïteit mogelijk in gevaar kan komen.
Nieuwe Eindhovense Opvang Stichting (NEOS), Eindhoven Taken van NEOS zijn het voorkomen van dak- en thuisloosheid en het inzetten op adequate zorg en ondersteuning aan mensen met meervoudige problematiek. In 2010 is het Ritahuis omgebouwd naar een AWBZ voorziening. In 2010 heeft Neos besloten om het zorghotel te gaan exploiteren en zal de verpleegafdeling worden overgeheveld naar de AWBZ voorziening. In 2010 is de stap gezet richting een transparanter productenoverzicht. In 2011 zal aandacht uitgaan naar individuele trajecten op cliëntniveau, waardoor juiste zorg op maat geleverd kan worden.
Stichting Novadic Kentron Subsidie wordt verstrekt voor preventie, zorg, opvang en resocialisatie door middel van voorzieningen en activiteiten voor (potentieel) kwetsbare verslaafde mensen. Het doel van Stichting Novadic Kentron is het voorkomen en aanpakken van overlast veroorzaakt door verslaafden. Vanwege de onduidelijkheid in de kostprijsdiscussie is voor 2010 het tarief van 2009 aangehouden. Het bedrag is daardoor lager dan wat is aangevraagd. Zowel financieel als inhoudelijk is er discussie ontstaan over het productenaanbod van Novadic-Kentron.
Korein Eindhoven B.V. Binnen Opvang Nieuwe Stijl kunnen kinderen, op basis van begeleidingsbehoefte, opgevangen worden in reguliere groepen, observatiegroepen of structuurgroepen. Plusopvang en kinderopvang op sociaal medische indicatie (SMI) zijn vormen van specifieke opvoedingsondersteuning, met als doelen het vergroten van de opvoedingscompetenties en draagkracht van ouders, en het voorkomen en verminderen van (ontwikkelings-)problemen bij kinderen (0-12 jaar) en gezinnen. In 2010 is het (inhoudelijk) beleid uitgevoerd zoals afgesproken in de doorontwikkeling 2009. Bij opvang in een reguliere groep, op indicatie Plusopvang/SMI, is de intentie om in 2011 afspraken te maken met andere kinderdagverblijven. Aanleiding hiervoor is vereenvoudiging van administratieve en juridische processen tussen Korein (hoofdaannemer) en de overige kinderdagverblijven. In 2011 wordt een concept wijziging van de verordening Kinderopvang (2004) gemaakt, met als doel het updaten van de verordening.
Brainport Development (inclusief NV Rede) Per 1 januari 2010 zijn NV REDE, Economische Ontwikkelingsmaatschappij Regio Eindhoven en Brainport Operations BV, de uitvoeringsorganisatie van Stichting Brainport, gefuseerd. Gezamenlijk vormen ze ‘Brainport Development', een ontwikkelingsmaatschappij nieuwe stijl. Brainport Development richt zich op het versterken van de economische structuur van de toptechnologieregio Brainport, belangrijke economische pijler van de Nederlandse economie. In 2010 is dus geen sprake meer van een subsidierelatie met NV REDE.
- 77 -
2. Paragrafen Regio VVV Subsidiebijdrage ter ondersteuning van de promotie van (de regio) Eindhoven in het algemeen en informatieverstrekking aan bezoekers in het bijzonder. Vanaf 2012 stopt de SRE de subsidieverstrekking aan Regio VVV voor de basistaken (€ 0,51 per SRE inwoner). Daarnaast wordt de projectsubsidie voor de wervende promotietaak over 2011 (€ 0,25 per SRE inwoner) vooralsnog door de SRE niet betaalbaar gesteld. De Regio VVV heeft aangegeven dat deze besluiten kunnen leiden tot financiële problemen (faillissement). Door de Regio VVV tijdig om te bouwen naar nieuw model dat Zuidoost-Brabant splitst in de Kempen, De Peel en het Stedelijk Gebied kan het faillissement worden voorkomen. De bedoeling is dat het Eindhovense onderdeel van de VVV wordt geïntegreerd in de nieuwe citymarketing organisatie. De gemeentelijke subsidie aan de regio VVV is specifiek voor de promotie van Eindhoven (inclusief ontvangst en informatieverstrekking aan bezoekers).
Stichting GGZE Subsidie aan Stichting GGZE is verstrekt voor Outreachende dienstverlening, Collectieve preventie, cliëntondersteuning, E-sms en empowerment. Voor de aanvraag 2011 is uitgebreid overleg geweest met de regiogemeenten. Dit omdat wij als centrumgemeente ook verplichtingen hebben in het kader van de besteding van OGGZ gelden. (Dit zijn gelden die de centrumgemeente ook krijgt namens de regio). De wensen en verwachtingen vanuit regiogemeenten zijn meegenomen in de opdrachtformulering richting GGzE (uiteraard in afstemming met de voor Eindhoven geldende beleidskaders). Begin 2011 zal gemeente Eindhoven samen met GGzE alle afzonderlijke activiteiten beter in beeld brengen om te komen tot scherpere formulering inzake kwantitatieve en kwalitatieve inzet en effecten (aantal uren, bereik aantal cliënten, duur van inzet/traject per cliënt etc.).
Vereniging Humanitas district Zuid Homestart (0-6 jaar) en Doorstart (6-14 jaar) van Humanitas bieden gezinsgerichte opvoedingsondersteuning met behulp van getrainde vrijwilligers. De ondersteuning duurt gemiddeld 15 maanden en ondersteunt moeilijk bereikbare gezinnen uit diverse culturele en sociale milieus. Het betreft gezinnen die tijdelijk overbelast zijn en waarbij de ondersteuning gericht is op het vergroten van het zelfvertrouwen van ouders en/of kinderen en het versterken van hun sociale relaties. Hierdoor kan de draagkracht weer vergroot worden en de opvoedingscompetenties weer toenemen. De gevraagde subsidiebedragen in 2010 voor de projecten Homestart en Doorstart lagen fors hoger dan eerdere jaren. Veelvuldig overleg en een kostenanalyse heeft geleid tot de lagere beschikkingsbedragen. Hierop heeft Vereniging Humanitas bezwaar ingediend. De Commissie Bezwaar en Beroep heeft de bezwaren niet-ontvankelijk bevonden.
Stichting Jeugd Preventie Project Doel van de inzet is de zelfredzaamheid van de cliënten vanuit de (mogelijke) beperkingen zo optimaal mogelijk te realiseren zodat zij zo zelfstandig mogelijk in hun leefomgeving kunnen blijven functioneren. De Stichting JPP is begin 2010 geliquideerd. De activiteiten van de stichting zijn in 2010 voortgezet in Coöperatie “Jeugdprogramma Zuid Oost Brabant”.
- 78 -
Stichting St Annaklooster Het project Rentree van de Stichting Sint Annaklooster heeft tot doel om een gevarieerd en op maat toegesneden begeleidings- en zorgtraject te realiseren voor de doelgroep om te komen tot resocialisatie in de maatschappij, om hiermee overlastgevend gedrag en recidive te voorkomen. Aan 30 ex-gedetineerde veelplegers werd in 2010 een traject geboden. Er wordt gestreefd naar een nietrecidivepercentage van 60. Vanwege wijziging in managementsamenstelling is er in 2009 een tijdelijke kwalitatieve terugval geweest in de begeleiding en waren er onduidelijkheden rond de financiële verantwoording over 2009. In 2010 zijn harde verbeterafspraken gemaakt. Bij een eventueel vervolgaanvraag 2011 zal een integrale aanpak worden gekozen, waarbij wordt gekeken naar de verschillende mogelijkheden van financiering. Hierdoor wordt dubbele financiering voorkomen en zal één beschikking richting Stichting St Annaklooster worden verleend.
- 79 -
2. Paragrafen 2.4 Onderhoud kapitaalgoederen Algemeen De paragraaf onderhoud kapitaalgoederen geeft via een dwarsdoorsnede van de jaarrekening , inzicht in de mate van onderhoud en de daarmee gemoeide financiële lasten. Het onderhoud van de kapitaalgoederen behelst een substantieel deel van de middelen.
De kapitaalgoederen zijn te verdelen in:
b b b b
Openbare ruimte: wegen en kunstwerken; Openbare ruimte: groen; Openbare ruimte: water; Onderhoud gebouwen.
Het onderhouden van de kapitaalgoederen waarborgt de continuïteit van de voorzieningen. Het onderhoud is verdeeld in:
b b b
Cyclisch onderhoud: dagelijks of cosmetisch onderhoud op basis van aanwezig onderhoudsplannen; Curatief onderhoud: de drie O’s Onvoorzien, Onvermijdbaar en Onuitstelbaar zijn hierbij van toepassing; Technisch meerjaarlijks onderhoud: bijvoorbeeld: renoveren en vervangen riool, asfaltrenovaties, herinrichten, verlichting en verkeersinstallaties.
Openbare ruimte (m.u.v. water en groen) Onderhoud Wegen (verharding/inrichtingselementen)
Kerncijfers en overige gegevens Elementenverharding
9.300.000 m2
Asfaltverharding
3.700.000 m2
Halfverharding Aantal lichtpunten
250.000 m2 43.300
Werkelijke kosten onderhoud in 2010 ten opzichte van begrote kosten Voor onderhoud van de kapitaalgoederen (wegen, terreinen, verlichting, civieltechnische kunstwerken) is in de begroting 2010 een bedrag van € 9.131.000 begroot. De werkelijke kosten bedragen € 7.335.100. Van de middelen is 80,4% in 2010 daadwerkelijk omgezet in projecten/uitgegeven. Naast de middelen voor het feitelijk onderhoud van de kapitaalgoederen, zijn er ook curatieve middelen t.b.v. de kapitaalgoederen. Deze middelen worden ingezet om de veiligheid van de openbare ruimte te garanderen (gebaseerd op onvoorzien, onvermijdbaar en onuitstelbaar). Inzet van deze middelen geeft een signaal over hoe het staat met het onderhoud van de stad. In 2010 is er sprake van een overschrijding van €1.729.845. Er zijn 2 keer zoveel curatieve kosten geweest dan er budget beschikbaar was (overschrijding 100%). Voornaamste verklaring is de (curatieve) reparaties die aan de wegen uitgevoerd moesten worden ten gevolge van vorstschade (als gevolg van achterstallig onderhoud).
Verklaring afwijking werkelijke kosten/begrote kosten Ten opzichte van het begrote bedrag voor 2010 is sprake van een afwijking van 19,6%. Belangrijkste verklaring voor het feit dat niet alle budgetten zijn uitgegeven is dat in 2010 geen reserveringen mochten worden aangegaan. Het budget voor groot onderhoud staat jaarlijks geraamd in de exploitatie. Normaliter wordt dit geld volledig ingezet tbv groot onderhoud projecten die in het verslagjaar
- 80 -
starten. De onderhoudsprojecten worden integraal voorbereid en uitgevoerd en burgerparticipatie wordt toegepast. Voor grote onderhoudsprojecten moet “gespaard” worden. In 2010 resteert geld in de exploitatie omdat dit nog niet weggezet kon worden in projecten, maar bedoeld was voor grote projecten die vanaf 2011 zouden gaan lopen. In 2011 zal opnieuw worden bezien of de huidige exploitatiebudgetten kunnen worden opgenomen in een voorziening groot onderhoud zodat restant gelden aan het eind van het jaar niet vrijvallen. Omdat de restantmiddelen 2010 niet gereserveerd zijn, kunnen in 2011 minder onderhoudsprojecten worden opgestart en zullen de achterstanden verder oplopen. Voor de middelen voor onderhoud van de kapitaalgoederen wegen, terreinen en verlichting betekende dat er voor € 1.795.900 minder werkzaamheden zijn uitgevoerd dan noodzakelijk waren. De achterstanden lopen hierdoor verder op. Daarnaast legt dit een extra claim op de budgetten voor 2011 en verder: voor projecten waarvoor gespaard moest worden drukken nu extra op de begroting van 2011, waardoor er in 2011 minder nieuwe projecten kunnen worden uitgevoerd.
Nadere toelichting over het uitgevoerde onderhoud in 2010 in relatie tot het geplande onderhoud 2010 Het onderhoud van kapitaalgoederen kan onderverdeeld worden in:
b
Curatief onderhoud: noodzakelijk onderhoud om de veiligheid van de openbare ruimte te garanderen (gebaseerd op onvoorzien, onvermijdbaar en onuitstelbaar);
b b
Cyclisch jaarlijks onderhoud, zoals reparaties halfverhardingen, onderhoud bruggen/tunnels etc; Technisch meerjaarlijks onderhoud zoals groenrenovaties, herinrichtingen, herstraten etc.
Voor de kapitaalgoederen is het cyclisch onderhoud en het technisch meerjaarlijkse onderhoud relevant. Projecten die vanuit het onderhoudsprogramma voor 2010 gepland waren, zijn uitgevoerd of in uitvoering. In 2010 zijn o.a. de fietspaden lang de dr. Berlagelaan (1 zijde), Winston Churchillaan en Dr Cuijperslaan (1 zijde) geasfalteerd. Aan de aansluiting van de Aalsterweg op de A2 is groot onderhoud gepleegd (in combinatie met de werkzaamheden van Rijkswaterstaat). Diverse straten (7) zijn herstraat. Tevens is groot onderhoud uitgevoerd aan 10 civieltechnische kunstwerken. De uitvoering van en aantal belangrijke NRE onderhoudsprojecten die in 2009 gestart zijn, is in 2010 afgerond, zoals de Meckleburgstraat/Mauritsstraat en Leenderweg binnen de Ring. In 2010 is verder het Trudoplein heringericht. Er is in 2010 gestart met de uitvoering van de projecten Petrus Donderstraat, Halve Maanstraat, Hastelweg buiten de Ring. Met de uitvoering van de projecten Heezerweg binnen de Ring, Kruisstraat/Woenselse Markt en Zwaanstraat wordt in 2011 gestart.
Onderhoudsachterstanden In 2010 is het onderhoud van de openbare ruimte opnieuw geëvalueerd. Uit de evaluatie en uit de kwaliteitsmonitor (onderdeel van de evaluatie) blijkt dat de financiële impuls van de laatste jaren een vooruitgang in de kwaliteit van de kapitaalgoederen laat zien: de achterstanden op het gebied van kunstwerken zijn weggewerkt tot 6,3% (was 34% in 2007) en voldoet nu aan de doelstellingen. Voor de civieltechnische kunstwerken geldt wel dat de komende jaren hoge kosten gemaakt moeten worden om nieuwe achterstanden te voorkomen. Dit heeft te maken met het feit dat een groot aantal kunstwerken een leeftijd heeft bereikt dat groot onderhoud/vervanging noodzakelijk is. De achterstanden op het gebied van elementverharding zijn gezakt van 36% in 2008 naar 32% in 2010. De achterstanden op het gebied van asfalt zijn gezakt van 31% in 2008 naar 27% in 2010. Ook op het gebied van openbare verlichting is een positief stijgende lijn te zien: de achterstanden op het gebied van armaturen bedroeg in 2008 32% en in 2010 30,9%. De lichtmasten voldoen met een achterstand van 7,4% aan de doelstellingen (maximaal 10% mag afwijken van de basiskwaliteit) Deze positieve trend wordt veroorzaakt door de € 25 miljoen NRE middelen die van 2006 t/m 2010 beschikbaar is gesteld en extra onderhoudsbudget dat vanaf 2007 (€ 2,5 miljoen vanaf 2008) beschikbaar is gesteld. Deze laatste impuls is ten gevolge van bezuinigingen echter verlaagd naar € 1,2 miljoen.
- 81 -
2. Paragrafen Vanaf 2011 zijn er geen NRE middelen meer beschikbaar voor onderhoud van de openbare ruimte. De beschikbare budgetten zijn niet voldoende om achterstanden verder weg te werken. Dit is de oorzaak van de overschrijding van de curatieve middelen. Met de (puur voor onderhoud) beschikbare budgetten kon in 2010 12% van de openbare ruimte aangepakt worden.
Uitvoering projecten maatschappelijk- en economisch nut ter verbetering van kapitaalgoederen Naast onderhoudsmiddelen wordt de openbare ruimte ook verbeterd door het uitvoeren van maatschappelijk nut- en economisch nut projecten. In de periode 2009-2012 is vanuit afkoppelprojecten ± 83 hectare openbare ruimte opnieuw ingericht, waarbij ook het onderhoud wordt aangepakt. In 2010 is een groot aantal straten in Woenselse Heide, Tempel West, Genderbeemd en Doornakkers vanuit rioolvervanging aangepakt. Ook zijn in de wijkvernieuwingsgebieden diverse straten heringericht.
Ontwikkelingen Door nieuwe technieken op het gebied van rioolonderhoud (relining) zijn in de toekomst minder reconstructies van riolen en bovenliggende wegen nodig. De bijdrage aan de kwaliteitsverbetering van de wegen door rioolonderhoud zal hierdoor afnemen. Een groot aantal civieltechnische kunstwerken heeft een leeftijd bereikt dat groot onderhoud noodzakelijk is om de kunstwerken in stand te houden. De kosten voor onderhoud van de kunstwerken lopen de komende jaren dus op. Voor openbare verlichting staat een duurzame huishouding, het voorkomen van lichtvervuiling en lichthinder en het toepassen van innovatie centraal. Dit betekent dat er naar gestreefd wordt dat oude lichtmasten/armaturen vervangen wordt door LED verlichting. Op dit moment is LED verlichting nog niet beschikbaar voor het verlichten van brede woonstraten. Dit betekent dat het vervangen van lichtmasten/armaturen een vertraging oploopt.
Risico’s Door bezuinigingen zullen de onderhoudsachterstanden minder snel weggewerkt worden. Dit kan leiden tot verhoging van het aantal meldingen/klachten en aansprakelijkheidsstellingen en leidt tot hogere kosten. Tevens kan de tevredenheid over het onderhoud in de stad afnemen. Ten gevolge van de strenge winter in 2009 en het achterstallig onderhoud is in 2009 voor € 500.000 aan vorstreparaties uitgevoerd, in 2010 zijn de kosten om gaten in het wegdek ten gevolge van vorst te repareren nog veel hoger: € 1.500.729. Indien de strenge weersomstandigheden zich de komende jaren vaker zullen voordoen, zullen de curatieve middelen hierdoor vaker overschrijden.
Water Onderhoud Water (inclusief riolering en oeverbescherming) Kerncijfers en overige gegevens riool rioolkolken gemalen oppervlaktewater
1.204 km 81.270 stuks 148 stuks 57 km lengte
Werkelijke kosten onderhoud in 2010 ten opzichte van begrote kosten Voor onderhoud van kapitaalgoederen (riolering, gemalen oppervlaktewater) is in de begroting 2010 een bedrag van € 6.413.000 opgenomen. De werkelijke kosten bedragen € 6.308.587. Dit zijn de kosten voor exploitatie onderhoud inclusief de personele lasten en exclusief de kapitaallasten, afdracht BCF en mutatie voorziening.
- 82 -
Verklaring afwijking werkelijke kosten/begrote kosten De voornaamste verklaring van de afwijking is dat het reinigen en inspecteren van stamriolen voor 2010 nog niet geheel is afgerond. Dit omdat vanwege het faillissement van de aannemer een nieuwe aanbesteding nodig was. Werkzaamheden worden in 2011 afgerond. Daarnaast is er een afwijking van de curatieve inzet van middelen en personele lasten. Er zijn namelijk veel kolken met wortelingroei hersteld. Daarnaast is in 2010 bij het vervangen van een huisaansluiting niet langer alleen de gemeenteput vervangen maar de hele aansluiting tot aan het hoofdriool (niet bij asfaltwegen). Gebleken is dat indien alleen de gemeenteput wordt vervangen de klachten vaak terugkomen en dan via een nieuwe opdracht nogmaals moeten worden opgelost.
Nadere toelichting over het uitgevoerde onderhoud in 2010 in relatie tot het geplande onderhoud 2010 Het onderhoud kan onderverdeeld worden in:
b b
cyclisch jaarlijks onderhoud: kolken reinigen rioolgemalen reinigen; periodiek reinigen en onderhouden oppervlaktewater; curatief onderhoud: naar aanleiding van klachten. Noodzakelijk voor goed laten functioneren van het rioolsysteem en het oppervlaktewatersysteem;
b
meerjaarlijks onderhoud zoals reinigen en inspecteren (stam)riolen.
Het meerjaarlijks onderhoud van het reinigen en inspecteren van de stamriolen kent een kleine uitloop naar 2011 als gevolg van de nieuwe aanbesteding. Verder is volledig uitvoering gegeven aan de onderhoudswerkzaamheden. In het nieuwe GRP 2011-2014 is rekening gehouden met de afronding van de reiniging en inspectie stamriolen in het voorjaar van 2011.
Onderhoudsachterstanden Met uitzondering van een kleine uitloop van de werkzaamheden voor het reinigen en inspecteren van de stamriolen van 2010 naar 2011, is er geen achterstand. Opgemerkt wordt dat het reinigen en inspecteren van de wijkriolen middels een cyclus van 2 jaar wordt aanbesteed. Hierdoor is er in 2010 wat minder km geïnspecteerd en zal dit in 2011 wat meer zijn.
Uitvoering projecten maatschappelijk nut ter verbetering van kapitaalgoederen De grondwateronttrekkingen Vredeoord en Aalsterweg zijn in stand gehouden en er is in samenwerking met de waterpartners gewerkt aan een verdere optimalisatie van de (toekomstige) inrichting van de grondwateronttrekking Aalsterweg / Genneperparken.
Specifiek voor riolering: GRP 2008-2010, investeringen en exploitatie Kengetallen/Prestatie-indicatoren met
Begroot 2010
Jaarrekening
Afwijking t.o.v.
2010
begroting
4.240 m
3.604 m
-836 m
125 km
80 km
-45 km
129.000 st
162.540 st
33.540 st
489 st
489 st
0 st
€ 6.413.000
€ 6.308.587
€ 81.205
streefwaarden 1. Investeringen Rioolvervanging 2. Exploitatie Inspectie en reiniging riolen Reiniging kolken Reiniging en inspectie rioolgemalen Financiële uitputting exploitatie activiteiten
- 83 -
2. Paragrafen Ontwikkelingen In november 2010 is het GRP 2011-2014 door de gemeenteraad vastgesteld. In 2011 zal in samenspraak met (9) gemeenten in de regio Eindhoven en het waterschap nader onderzoek worden gedaan om invulling te geven aan Doelmatig Waterbeheer. Dit conform landelijk afspraken gemaakt door de VNG en Unie van Waterschappen en zoals in het regeerakkoord opgenomen.
Groen Onderhoud Groen Kerncijfers en overige gegevens Stedelijke bomen
80.000 st
Bomen buitengebied
15.000 st
Stedelijk groen
625 ha
Buitengebied
540 ha
Speelplekken
700 st
Werkelijke kosten onderhoud in 2010 ten opzichte van begrote kosten Begrote kosten 2010
€ 12,8 miljoen
Werkelijke kosten 2010
€ 13,5 miljoen
Verklaring afwijking werkelijke kosten/begrote kosten Het verschil tussen de begrote en werkelijk kosten ontstaat met name door:
b b b
Onvoorziene extra kosten door stormschade van 14 juni 2010; Onvoorziene kosten bij plaagdierbestrijding (met name eikenprocessierups); Onvoorzien toegerekende arbeidskosten door methodeverandering toerekening interne arbeidsuren.
Nadere toelichting over het uitgevoerde onderhoud in 2010 in relatie tot het geplande onderhoud 2010 Er heeft onderhoud plaatsgevonden, groot onderhoud en curatief aan bomen, groen en speelvoorzieningen. Zo zijn onder meer de bomen op kwaliteit gecontroleerd, ingeboet en gesnoeid (waaronder een deel van het Henry Dunant-park), nagenoeg conform beheercyclus (een deel is wegens vroeg intreden van het winterse weer eind 2010 doorgeschoven naar 2011). Er heeft onderhoud (o.a. onkruidverwijdering) en inboet plaatsgevonden van beplantingsvakken. Het gras is onderhouden (onder meer gemaaid) conform beeldbestek. Onder andere op basis van periodieke technische controle heeft in overleg met omwonenden, conform planning partiële reparatie, renovatie en vervanging plaatsgevonden van het speelvoorzieningenbestand.
Onderhoudsachterstanden Op veel bomen dreigt met name ten aanzien van groeiplaatsruimte onderhoudsachterstand te ontstaan, waardoor de groendoelstellingen in gevaar komen. Een inhaalslag op onderhoudsachterstanden wordt deels in de periode 2009-2012 gemaakt met behulp van de inzet van aanvullende incidentele middelen voor investeringsprojecten (waarbij direct ook het achterstallig onderhoud wordt aangepakt).
- 84 -
Uitvoering projecten maatschappelijk nut ter verbetering van kapitaalgoederen Zodra middelen uit de groenreserve worden aangewend voor vervangingsprojecten worden deze overgeheveld naar projecten. In 2010 is dit o.a. gebeurd voor bomenvervanging Antwerpenlaan Bruggelaan en boomvervanging Gagelstraat.
Ontwikkelingen Het bestrijden van de eikenprocessierups krijgt inhoudelijk en door de jaarlijkse terugkeer steeds meer het karakter van regulier onderhoud. Echter deze kosten zijn niet geraamd in het huidige budget.
Risico’s Veel van de projecten zijn afhankelijk van cofinanciering vanuit rijk, provincie en SRE. Ervaring uit het verleden leert echter dat cofinanciering van 40% - 50% reëel is. Voor de jaren 2009 tot en met 2012 is jaarlijks € 1,3 miljoen beschikbaar uit incidentele middelen voor renovaties en projecten. Dit is conform de motie die is aangenomen bij de behandeling van de begroting 2008. Met ingang van 2013 zijn ook (structureel) middelen nodig om groen op peil te kunnen houden.
Gemeentelijke gebouwen Eigen huisvesting Kerngegevens en overige gegevens In de categorie “Eigen huisvesting” zijn alle panden opgenomen waar het bestuur en de eigen (ambtelijke-) organisatie is gehuisvest. Het betreft hier het Stadhuis, GGD-toren, gebouw Mercado. Daarnaast heeft de gemeente voor de eigen huisvesting de volgende panden aangehuurd:, Kennedy Business Center, Waagstraat en Stadhuisplein 10 (stadskantoor). In 2009 is het pand aan de Frederik van Eedenplein in de grondexploitatie opgenomen.
Ambtelijk huisvestingsplan Voor huisvesting was het jaar 2010 een druk jaar, de verhuizingen als gevolg van Eindhoven Eén zijn uitgevoerd, de nieuwe huisvesting voor het Veiligheidshuis (NRE-gebouw) is gereed gekomen en de panden Esplanada (Begijnenhof 35) en Waagstraat zijn verlaten. Eind 2010 is elke sector bij elkaar en logisch ten opzichte van elkaar gehuisvest. Daarnaast is het Inwonersplein in het Stadskantoor verbouwd en uitgebreid en is in het KBC het Expat-center geopend waarin verschillende gemeentes en publieke instanties samenwerken. Tot slot is het Werkplein in Mercado uitgebreid met 12 extra werkplekken voor het UWV. Voor de lange termijn huisvesting van de organisatie zijn het plan van aanpak en de criteria voor de locatiekeuze vastgesteld door de raad. De volgende stap is een besluit over de locatiekeuze, deze is eind 2010 nog in volle gang en zal naar verwachting in het voorjaar 2011 door de raad genomen worden.
Beoordeling uitgevoerde onderhoud en verklaring afwijkingen Het geplande onderhoud is nagenoeg allemaal uitgevoerd met uitzondering van de € 2 miljoen aan onderhoudswerkzaamheden voor de GGD toren. De werkzaamheden aan de gevel van de GGD-toren zijn uitgesteld en planmatig doorgeschoven, onder andere in verband met de gemeentelijke reorganisatie. Voor het onderhoud aan de eigen huisvesting is geen splitsing gemaakt tussen gebruiker en eigenaar en worden nu alle kosten ten laste gebracht van één voorziening.
- 85 -
2. Paragrafen Stand van de onderhoudsvoorzieningen eind 2010 en beoordeling ervan voor toekomstig onderhoud In 2007 is het dossier voor de herschikking van de onderhoudsmiddelen goedgekeurd door het college. Door de herschikking en door het inzetten van extra middelen zijn de middelen toereikend voor het reguliere onderhoud voor de komende 10 jaar. Iedere 5 jaar vindt deze beoordeling plaats. Voor het onderhoud gebouwen van de Regionale Brandweer Eindhoven worden de planningen opgesteld door de sector Grond en Vastgoed. Uitvoering van deze werkzaamheden vindt plaats onder verantwoordelijkheid van de Brandweer. De Brandweer heeft de panden in eigendom en gebruik.
Maatschappelijke huisvesting Het maatschappelijk vastgoed bij de gemeente Eindhoven is verdeeld in een aantal categorieën (doelgroepen):
Sportgebouwen Onderhoudsanalyse Het eigenaarsonderhoud wordt onder regie van de sector Grond en Vastgoed uitgevoerd, het gebruikersonderhoud is onder verantwoordelijkheid van de Sector Sport en bewegen. Het onderhoud is uitgevoerd conform de planningen. De stand van de eigenaars voorzieningen per 31-12-2010 en de toekomstige stortingen zijn voldoende voor het eigenaarsonderhoud voor de komende 10 jaar. Ook de gebruikersvoorzieningen zijn voor de totale sportsector toereikend voor de komende 10 jaar.
Risico’s Niet van toepassing.
Lopende (nieuwbouw-) projecten De lopende nieuwbouwprojecten zijn: b
Fontys Sporthogeschool op Genneper Parken;
b
Sportaccommodatie Botenlaan.
De volgende nieuwbouwprojecten zijn in 2010 afgerond: b
Sportaccommodatie Hondsheuvels;
b
Verbouwing Sportmedisch centrum Genneper Parken;
b
Schoolgebouwen (incl. Spilcentra/brede scholen/bruikleenscholen).
Schoolgebouwen (incl. Spilcentra/brede scholen/bruikleenscholen) Kerngegevens en overige gegevens Dit betreft alle schoolgebouwen waarvoor de gemeente de wettelijke zorgplicht draagt. Schoolbesturen zijn in de meeste gevallen juridisch eigenaar van het schoolgebouw en zijn zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van de schoolgebouwen. In het geval de gemeente juridisch eigenaar is, spreken we van bruikleenscholen. Schoolbesturen ontvangen rechtstreeks van het Rijk een vergoeding, hierin zit ook een component voor onderhoud. Door de sector Grond & Vastgoed worden geen onderhoudsplanningen opgesteld voor deze schoolgebouwen. Voor het schoolbestuur Salto worden op projectbasis werkzaamheden (o.a. de onderhoudsplanning) uitgevoerd. Voor een aantal onderhoudscomponenten kunnen de schoolbesturen een verzoek indienen bij de gemeente voor vergoeding van groot onderhoud. Een aantal onderhoudscomponenten, vastgelegd in de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente
- 86 -
Eindhoven, komen namelijk voor rekening van de gemeente. Dit geldt alleen voor de schoolgebouwen in het primair en speciaal onderwijs, bij het voortgezet onderwijs is de voorziening onderhoud doorgedecentraliseerd. In de Wet op het Primair Onderwijs (WPO), de Wet op de Expertisecentra (WEC) en Wet op het Voortgezet Onderwijs (WVO) staat vermeld wie waarvoor verantwoordelijk is. Zo is de gemeente ook verantwoordelijk voor de betaling van verzekeringen van de schoolgebouwen evenals voor de bekostiging van belastingen (onroerende zaken).
Onderhoudsanalyse Onderhoud bruikleenscholen: Op basis van de onderhoudsplicht bij bruikleenscholen vanuit de gemeente vindt jaarlijks klein onderhoud plaats bij diverse bruikleenscholen. Hiervoor is een onderhoudsvoorziening ingesteld waarin jaarlijks € 0,4 miljoen wordt gestort. In 2010 is voor € 0,8 miljoen aan onderhoud gepleegd.
Overig onderhoud schoolgebouwen: De overige onderhoudskosten hebben betrekking op onderhoud welke jaarlijks middels een programma worden toegekend. Schoolbesturen dienen hiervoor een aanvraag in en zijn na toekenning verantwoordelijk voor de uitvoering. Dit houdt in dat de gemeente ook afhankelijk is van het schoolbestuur als het gaat om de financiële afrekening. Ook voor dit onderhoud is een voorziening ingesteld ter afdekking van de kosten. In 2010 is voor € 2,4 miljoen aan onderhoud uitgevoerd/gedeclareerd en de jaarlijkse storting bedraagt € 1,3 miljoen.
Schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor het uitvoeren van de onderhoudsactiviteiten (bouwheerschap ligt bij schoolbestuur) en ook verantwoordelijk voor de financiële afrekening ervan. De gemeente is afhankelijk van het schoolbestuur als het gaat om de financiële afrekening. Hierdoor kunnen de onderhoudskosten van jaar tot jaar behoorlijk fluctueren. De jaarlijkse stortingen in de hiervoor beschikbare onderhoudsvoorziening zijn voldoende om toekomstig onderhoud uit te (laten) voeren.
Risico’s Via de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Eindhoven en overige bestaande beleidskaders vindt aan de hand van door schoolbesturen ingediende aanvragen, bekostiging plaats van huisvestingsvoorzieningen. Tot op heden is geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot het instellen van een bekostigingsplafond. Sinds de decentralisatie (1997) naar de gemeente van de verantwoordelijkheid van de bekostiging van adequate huisvesting van het onderwijs is bekend dat de middelen welke door het Rijk beschikbaar worden gesteld op langere termijn ontoereikend zullen zijn (reserve huisvesting onderwijs, egalisatiereserve). In deze reserve zijn de afgelopen jaren regelmatig incidenteel gelden gestort, echter vanaf 2014 worden aanzienlijke structurele tekorten voorzien. Op dit moment vindt gemeentebreed, middels het meerjareninvesteringsplan (MIP), heroverweging van prioritering c.q. herallocatie van middelen plaats. De schoolbesturen zijn in de regel bouwheer van de investeringen
Lopende (nieuwbouw)projecten Evenals voor onderhoud zijn schoolbesturen ook verantwoordelijk voor het aanvragen van (vervangende) nieuwbouw. Na goedkeuring hiervan wordt het bouwheerschap en dus ook de verantwoordelijkheid bij het schoolbestuur neergelegd. De investeringen zijn in aantal en omvang afhankelijk van de aanvragen. Grondslag voor het aanvragen en toekennen/afwijzen is de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Eindhoven.
- 87 -
2. Paragrafen Welzijnsaccommodaties (o.a. Kinderdagverblijven , Vrijetijdsaccommodaties, Dynamo, etc) Kerngegevens en overige De meeste panden waarin een welzijnsorganisatie is opgenomen, worden door de gemeente verhuurd aan de betreffende instellingen. De gemeente verzorgt het eigenaarsonderhoud, de instelling verzorgt het gebruikersonderhoud. De ROA (Regeling Opvang Asielzoekers) panden vormen hierop een uitzondering. De beheerskosten van deze panden worden ten lasten van de aflopende onderhoudsvoorziening gebracht.
Onderhoudsanalyse In verband met de herontwikkelingsplannen voor het Karregat (Urkhovenseweg) heeft er over 2010 slechts correctief onderhoud plaats gevonden. De middelen in de voorziening zijn voor de uitvoering van de herontwikkeling. Hierover dient nog besluitvorming plaats te vinden. Onderhoudsvoorziening ROA-panden is aflopend aangezien de ROA-regeling ook afloopt (uitsterfconstructie). Er vindt geen storting plaats in deze voorziening. De verwachting is dat de middelen toereikend zijn voor de nog aanwezige ROA-panden.
Per 1 januari 2008 zijn de circa 70 vrijetijdsaccommodaties en kinderdagverblijven in eigendom bij de gemeente Eindhoven ondergebracht. Over 2009 en 2010 is een inhaalslag gemaakt voor het onderhoud inzake de om niet in eigendom overgenomen objecten van de Lumensgroep. Vooralsnog zijn door de begrotingstechnische vertaling van de onderhoudsactiviteiten en verhoogde storting, op termijn de onderhoudsvoorzieningen niet toereikend. In 2012 zal conform de gemeentelijke systematiek de onderhoudsvoorzieningen integraal beoordeeld worden. Het pand aan het Catherinaplein 21 (Dynamo) is in 2005 in gebruik genomen. Aan het pand wordt het eigenaarsonderhoud uitgevoerd. Het gebruikersonderhoud vindt plaats onder verantwoordelijkheid van de Lumensgroep. Het eigenaarsonderhoud is toereikend voor de komende 10 jaar. Voor de overige welzijnspanden is onderhoudsvoorziening en storting in de voorzieningen toereikend voor de komende 10 jaar.
Risico’s Met een aantal woningbouwcorporaties zijn afspraken gemaakt over gecombineerd gebruik en exploitatie van enkele buurtontmoetingsruimten.
Lopende (nieuwbouw-) projecten De Urkhovenseweg (’t Karregat) zal volledig worden gerenoveerd.
Kunst en cultuur gebouwen (waaronder Van Abbemuseum) Kerngegevens en overige De panden van kunst en cultuur die eigendom zijn van de gemeente worden verhuurd aan de instellingen. De gemeente verzorgt het eigenaarsonderhoud en de instelling verzorgt het gebruikersonderhoud. Voor het Van Abbemuseum heeft, als gemeentelijke instelling, wel een splitsing plaatsgevonden tussen eigenaarsonderhoud en gebruikersonderhoud. Aan het Van Abbemuseum wordt een gebruiksvergoeding in rekening gebracht voor de eigenaarslasten. Deze vergoeding is gelijk aan alle eigenaarskosten op basis van de begroting (conform systematiek sector Sport en Bewegen). Het gebruikersonderhoud vindt over het algemeen onder regie van de sector Grond en Vastgoed plaats en wordt doorbelast op basis van werkelijke uitgaven.
- 88 -
Onderhoudsanalyse In verband met de herontwikkeling van Plaza Futura is de onderhoudsplanning 2008-2017 bijgesteld tot een curatieve onderhoudsplanning. De gereserveerde middelen kunnen mogelijk worden ingezet voor de herontwikkelingsplannen. Hierover dient nog bestuurlijke besluitvorming plaats te vinden. De onderhoudsvoorzieningen zijn toereikend voor de komende 10 jaar. Na vaststelling van de nieuwe beheersystematiek, zal samen met het gebruikersonderhoud een nieuwe totaalbeoordeling aan de raad worden aangeboden.
Lopende (nieuwbouw-)projecten In 2010 is de renovatie aan de buitenkant van Museum Kempenland voortgezet. Hiervoor is ook een bijdrage van het SRE (€ 250.000) beschikbaar gesteld. Het project zal in 2011 worden afgerond.
Het Muziekgebouw (voormalige Muziekcentrum) heeft in 2010 het project Redesign afgerond. Na het Redesignproject zal een nieuwe onderhouds- en investeringsplanning worden opgesteld, conform de nieuwe beheersystematiek.
Vastgoed Ruimtelijke ordening Kerngegevens en overige Dit betreft vastgoed dat om redenen van Ruimtelijke Ontwikkeling tijdelijk behoort tot de vastgoedportefeuille.
Onderhoudsanalyse Onderhoud en beheer vindt plaats bij de sector Grond en Vastgoed. Tot op heden werd voor deze panden alleen noodzakelijk onderhoud voor instandhouding verricht, aangezien de bestemming niet altijd duidelijk was. Doordat deze objecten vaak langer in eigendom blijven dan voorzien, is het in enkele gevallen noodzakelijk gebleken om alsnog renovatie werkzaamheden uit te voeren. De kosten onderhoud en renovatie komen rechtstreeks ten lasten van collegeproduct 8.7.4 Grondexploitatie. Aangezien hiervoor geen planningen en voorzieningen zijn, leidt dit tot fluctuaties. Voor 2010 is als gevolg van de uitvoering van een aantal renovatieprojecten en administratieve verwerking ervan bijna € 1,3 miljoen (2009: € 1,4 miljoen) uitgevoerd aan onderhoudswerkzaamheden. Dit bedrag is ten laste gebracht van collegeproduct 8.7.4 Grondexploitatie. In 2010 is er een categorisering op basis van looptijd opgesteld voor het onderhoud van deze panden, zodat er betere sturing en beheersing van de kosten mogelijk is.
Overige Vastgoed Kerngegevens en overige Dit betreft alle overige vastgoed niet behorend tot voorgaande groepen, zoals woningen, begraafplaatsen, monumenten, dienstwoningen, overige bedrijfspanden. Hierbij is sprake van marktconforme exploitatie op basis van functie, kwaliteit en locatie van het gebouw.
Onderhoudsanalyse Onderhoud van het overig vastgoed wordt betaald uit de diverse voorzieningen, zoals overige eigendommen, dienstwoningen en de voorziening monumenten. De totale stand van de voorziening was per 1 januari 2010 € 5.125.406. De stand onderhoud eind 2010 bedraagt € 4.538.029. De totale storting 2010 in de voorziening bedroeg € 814.000 en de totale onttrekking € 1.401.377. Onderhoud heeft plaatsgevonden conform de planningen.
- 89 -
2. Paragrafen Door de aanpassingen van de planning van een aantal panden in curatief onderhoud (alleen het klachtenonderhoud) wordt er geen tekort van de onderhoudsvoorziening voorzien. Nadat bekend is wat de plannen voor deze panden zijn, kan er echter weer druk op het budget komen te staan, indien er geen andere dekking tegenover staat (zoals bijdragen van de gebruiker).
Risico’s De panden met monumentenstatus zullen de komende jaren extra aandacht behoeven. Begin 2010 is er een plan van aanpak voor de monumenten aan het bestuur aangeboden. Hierin is een inventarisatie opgenomen om inzicht te krijgen in de noodzakelijke en gewenste activiteiten en de daaraan gekoppelde kosten. Daarna zal een onderhouds- en financieringsplan aan de raad worden aangeboden.
Lopende nieuwbouwprojecten In 2010 is gestart met de verbouwing van de panden aan de Genneperweg.
- 90 -
2.5 Grondbeleid Missie en Doelstellingen De sector Grond & Vastgoed heeft en geeft overzicht over het (totale) eigendom van de gemeente en wil door het creatief inzetten van haar eigendom en haar eigendomspositie, gebruikmakend van de tot haar beschikking staande publiekrechtelijke en privaatrechtelijke instrumenten, een doorslaggevende rol spelen in het realiseren van de ruimtelijke en maatschappelijke doelstellingen van de Gemeente Eindhoven.
Visie op het grondbeleid Het gemeentebestuur heeft aangegeven dat zij maximale invloed wil uitoefenen op de ruimtelijke ontwikkeling van haar stad. Dit wil zij bereiken met zowel de ter beschikking staande publiekrechtelijke als privaatrechtelijke instrumenten.
Doelstellingen grondbeleid Om het gewenste bestuurlijke ambitieniveau te realiseren is regie noodzakelijk. Het Grondbedrijf, meer in het bijzonder de Meerjaren Prognose van het Grondbedrijf (MPG) speelt hierbij een sleutelrol. De doelstellingen van het grondbeleid zijn:
b b b b
Het zorgvuldig toedelen van de schaarse gronden aan gewenste functies, bekeken vanuit het maatschappelijk oogpunt; Het verhogen van de ruimtelijke kwaliteit en het duurzaam gebruik van gronden stimuleren; Het vergroten van de zeggenschap van burgers bij het gebruik van gronden; Het bevorderen van een rechtvaardige verdeling van de lasten en baten over de gebruikers, eigenaren, ontwikkelaars en overheid.
Wijze waarop het grondbeleid is uitgevoerd Via het grondbedrijf worden gemeentelijke eigendommen strategisch in positie gebracht om ambities waar te maken. Zodra bestuurlijke ambities via programmalijnen voldoende zijn uitgekristalliseerd in projecten (investerings- en grondexploitatieprojecten), voorziet het MPG in de belangrijkste bestuursinformatie rond de grondexploitatieprojecten. Voor lopende planexploitaties maakt het MPG de volgende zaken inzichtelijk:
b b b b b
Planning uitgesplitst in jaarschijven; Programma voor woningbouw, kantoren en bedrijventerreinen; Financiën, kosten-opbrengsten-plansaldi, gekapitaliseerd totaal van plansaldi en de voorziening verliesgevende exploitaties; Projectrisico’s, projectspecifieke risico’s, marktrisico’s; Het verloop van de reserve bouwgrond-exploitaties.
Daarnaast bepaalt het MPG op basis van de risico’s het benodigde weerstandvermogen van het Grondbedrijf. Op basis van deze gegevens kan het bestuur vervolgens keuzes maken en zo nodig bijsturen.
Groepsindeling in de planexploitaties In het MPG 2011 wordt de indeling gevolgd van de in het MPG 2010 geïntroduceerde Strategie Matrix Grondbedrijf. Deze indeling maakt het mogelijk om op verschillende niveaus analyses te kunnen maken over het gevoerde en te voeren grondbeleid en de lopende planexploitaties. Daardoor kunnen zowel op planexploitatie- als op totaalniveau strategische keuzes en bijsturingsacties transparanter met het bestuur worden besproken en ter besluitvorming worden voorgelegd. De planexploitaties zijn primair op basis van importantie voor onze stad en secundair op het risicoprofiel in vier groepen onderverdeeld.
- 91 -
2. Paragrafen Deze vier groepen zijn: Groep 1: Planexploitaties met een hoge importantie en hoog risicoprofiel; Groep 2: Planexploitaties met een hoge importantie en laag risicoprofiel (het ideale profiel); Groep 3: Planexploitaties met een lage importantie en hoog risicoprofiel; Groep 4: Planexploitaties met een lage importantie en laag risicoprofiel.
Prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie Het MPG 2011 is op 15 februari 2011 bestuurlijk vastgesteld. Het totaal verwachte resultaat bedraagt op basis van eindwaarde (EW) € 26,8 miljoen en op basis van netto contante waarde (NCW) € 40,3 miljoen. Dit resultaat zal naar verwachting en bij ongewijzigde omstandigheden, in de komende jaren vrijvallen via de Reserve Bouwgrondexploitaties. Ten tijde van de jaarrekening 2009 (gebaseerd op MPG 2010) werd nog een EW verwacht van € 64,2 miljoen en een NCW van € 54,4 miljoen. In onderstaand overzicht is de opbouw van dit verwachte resultaat, uitgesplitst naar de groepen uit de Strategie Matrix Grondbedrijf, terug te vinden.
Naam
Groep I
Saldo (EW)
Saldo (EW)
grondbedrijf 2011
grondbedrijf
(€)
2010 (€)
-23.353.703
16.799.303
NCW 2011 (€)
NCW 2010 (€)
-2.336.648
14.995.181
Groep II
153.396
421.447
118.034
337.155
Groep III
-2.959.866
-5.940.438
-3.959.209
-6.328.324
Groep IV
52.972.831
52.919.900
46.433.760
45.369.634
Totaal
26.812.660
64.200.213
40.255.937
54.373.647
Bovenstaand overzicht sluit aan op het overzicht uit het MPG 2011. Hierbij is nog geen rekening gehouden met de planexploitaties die bij deze jaarrekening worden afgesloten.
Afgelopen jaar zijn er bij enkele planexploitaties veranderingen van enige omvang (lees: een bedrag van minimaal € 500.000 in NCW) opgetreden. Hieronder een overzicht van deze exploitaties. positief bedrag = gunstigere plansaldo t.o.v. MPG 2010 negatief bedrag = ongunstiger plansaldo t.o.v. MPG 2010 Naam
Mutatie >
planexploitatie
€ 500.000
Meerhoven (035)
- € 12.364.969
Oorzaak
De negatieve effecten van de kredietcrisis vertalen zich dit jaar in nog eens een verlenging van 5 jaar in de looptijd van het plan. Bovendien is het programma verder uitgefaseerd in de tijd, wat inhoudt dat programma’s en bijbehorende kosten en opbrengsten zich spreiden over een langere periode. De financiële consequenties zijn aanzienlijk; € 31 miljoen negatief effect, waarvan circa € 26 miljoen door extra rentelasten. Verder hebben reeds doorgevoerde acties conform plan van aanpak de nodige financiële consequenties:
-
Opbrengsten Park Forum Oost zijn als gevolg van een wijziging in het programma en marktsegment, naar beneden toe bijgesteld. Dit heeft een negatief effect van circa € 7,4 miljoen tot gevolg;
- 92 -
Naam
Mutatie >
planexploitatie
€ 500.000
Oorzaak
-
Als gevolg van de verlenging in looptijd van het project zullen extra voorbereidingskosten moeten worden gemaakt. Dit heeft een negatief gevolg van circa € 3,4 miljoen;
-
Diverse kostenbesparende maatregelen hebben een positief effect van € 8 miljoen gehad;
-
Met de ontwikkelaar is een overeenkomst m.b.t. de afkoop van gemaakte kosten in Trade Forum gesloten. Dit heeft een negatief effect van € 1,3 miljoen gehad.
Blixembosch Noord-
- € 5.373.320
Oost (382)
Het geprognosticeerde resultaat van de grondexploitatie is met een netto contante waarde (2010) van € 6.2 miljoen € 3,4 miljoen lager dan de grondexploitatie welke bij het DOSP is vastgesteld. Bovendien is dit resultaat op eindwaarde 2017, € 5,4 miljoen lager dan de door het college van burgemeester en wethouders vastgestelde taakstelling. Oorzaken hiervan zijn dat in het MPG 2011 uitgegaan is van onder andere hogere gerealiseerde voorbereidingskosten in 2010 dan geraamd, het naar achteren schuiven van de planning met 1 jaar en het naar achteren verplaatsen van een (beperkt) deel van het programma.
Bedrijventerrein GDC
€ 3.120.662
Noord (079)
De positieve bijstelling van de prognose voor GDC Noord wordt veroorzaakt doordat enerzijds de hoofdinfrastructuur grotendeels is aangelegd door de ontwikkelaar. De kosten hiervan zijn vervolgens verrekend met de door haar aan de gemeente te betalen exploitatiebijdrage. Per saldo dalen hierdoor zowel kosten als opbrengsten. Anderzijds is de kostenraming geactualiseerd, waarbij aanbestedingsvoordeel is gehaald. Dit leidt per saldo tot een neerwaartse bijstelling van € 2 miljoen. Aangezien in dit project tot op heden meer opbrengsten dan kosten zijn gemaakt levert het verder uitstellen van dit project een rentevoordeel op van € 1 miljoen. Tenslotte is, gezien de huidige planfase, de post onvoorzien verminderd met € 1 miljoen.
Centrum Doornakkers
€ 938.076
(178)
Op basis van de aanbestedingsresultaten zijn de kosten van het bouw- en woonrijp maken verlaagd. Gezien de huidige fase is tevens de post onvoorzien neerwaarts bijgesteld. Een rentevoordeel completeert het verschil van de positieve bijstelling.
Bedrijventerrein GDC
€ 1.204.328
Acht Zuid (036)
Deze voordelige bijstelling is veroorzaakt door een meevaller in de kosten van onderzoek naar en ruimen van explosieven. Verder is een niet geraamde subsidie ontvangen. En tenslotte is als gevolg van vertraging in de uitgifte het eindjaar opgeschoven van 2010 naar 2011. Gezien de positieve boekwaarde betekent dit een rentevoordeel in de exploitatie.
Churchilllaan /
€ 906.825
Op basis van de aanbestedingsresultaten zijn de kosten van het bouw- en woonrijp maken
Montgomerylaan
verlaagd. Gezien de huidige fase is tevens de post onvoorzien neerwaarts bijgesteld.
(037)
Een rentevoordeel completeert het verschil van de positieve bijstelling.
Puttensedreef (Putten) (302)
€ 2.208.523
Ook in dit project is de positieve bijstelling veroorzaakt door voordelige aanbestedingsresultaten en verlaging van de post onvoorzien
- 93 -
2. Paragrafen Gerealiseerde winstneming ten opzichte van begroting en onderbouwing hiervan In het MPG 2010 is aangekondigd dat in 2010 een aantal planexploitaties zouden worden afgesloten, begroot ad € 12,0 miljoen. Op basis van het MPG 2011 zijn vervolgens 23 locaties werkelijk afgesloten voor een bedrag van € 2,3 miljoen. Dit verschil is te verklaren doordat meer verliesgevende exploitaties vervroegd zijn afgesloten.
Dit is als volgt opgebouwd: Omschrijving:
Resultaat:
Afsluiten 11 winstgevende planexploitaties
€ 2.674.718 V
Afsluiten 12 verliesgevende planexploitaties
€ 12.743.130 N
Vrijval voorziening nadelige planexploitaties i.v.m. afsluiten verliesgevende
€ 12.365.568 V
projecten Totaal resultaat n.a.v. afsluiten planexploitaties
€ 2.297.156 V
Daarnaast hebben nog een aantal incidentele grondverkopen plaatsgevonden voor een bedrag van € 0,2 miljoen. Hierdoor is in 2010 € 9,5 miljoen minder aan winstneming gerealiseerd dan begroot. Het resultaat van afgesloten planexploitaties loopt via het beheerresultaat van collegeproduct 8.7.4.
Voorraad en strategische verwervingen In 2010 is er een uitbreiding geweest aan strategische verwervingen van 13,5 miljoen. Het saldo aan strategische verwervingen bedraagt ca. 32 miljoen. Momenteel vinden er geen strategische verwervingen plaats omdat er een stop op het verwervingsbudget zit. Dit komt doordat de rente ten laste komen van de reserve bouwgrondexploitatie en deze momenteel niet toereikend is.
Het weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen geeft de relatie aan tussen de risico’s waar geen maatregelen voor zijn getroffen en de weerstandscapaciteit die de gemeente heeft om de (eventueel) bijkomende niet begrote kosten op te kunnen vangen. De bepaling van de risico’s en de daarvoor benodigde weerstandscapaciteit, wordt voor de lopende projecten gedaan aan de hand van een onderscheid in project- en marktrisico’s. Projectrisico’s zijn direct gekoppeld aan een specifiek project en marktrisico’s zijn projectoverschrijdende risico’s als gevolg van externe marktontwikkelingen. De uitkomst van de optelsom van de gekwantificeerde projectrisico’s bedraagt circa € 14,1 miljoen (basisscenario) en € 27,9 miljoen (worstcase). Ten opzichte van voorgaande jaren is de gekwantificeerde uitkomst van de projectrisico’s in het basisscenario aanzienlijk toegenomen (met circa € 12,5 miljoen) als gevolg van het beter kwantificeren van projectrisico’s (waaronder inschatting van risico’s middels een scenarioanalyse voor Meerhoven en uitvoerige risicosessies voor Strijp S ). De uitkomst van de optelsom van de gekwantificeerde marktrisico’s bedraagt circa € 27 miljoen (basis) en € 52,7 miljoen (worstcase). De totale marktrisico’s zijn ten opzichte van vorig jaar met circa € 8,0 miljoen in het basisscenario afgenomen omdat in een aantal projecten, waaronder Blixembosch Noord-Oost programma-aanpassingen (minder programma en dus verlaging marktrisico’s) hebben plaatsgevonden. Ook nu weer wordt circa 50% meegenomen als benodigde weerstandscapaciteit, want de marktrisico’s zullen zich naar verwachting niet allemaal tegelijkertijd en in de volledige hoedanigheid voordoen.
Voor de voorraadprojecten op grond en op initiatief van externe partijen (kostenverhaalprojecten), bestaat het risico dat de van te voren vastgestelde bijdragen (en gecontracteerd met ontwikkelaar) aan gemeentelijk apparaatskosten worden overschreden. Hiervoor dient ook aanspraak gemaakt te worden op het weerstandsvermogen van de gemeente. Aan benodigde weerstandscapaciteit wordt circa € 2,5 miljoen verwacht. In onderstaande tabel worden deze cijfers nog eens weergegeven.
- 94 -
De benodigde weerstandscapaciteit wordt als volgt bepaald
Basisrisico scenario
Worstcase risico
Benodigde
Ondergrens
Scenario
weerstandscapaciteit
50% van de marktrisico's van lopende projecten
€
27.000.000
€
52.700.000
€
100% van projectrisico's
€
14.100.000
€
27.900.000
€
21.000.000
€
12.300.000-
Benodigde weerstandscapaciteit lopende projecten
minus reeds gereserveerd in post onvoorzien Subtotaal:
39.850.000
€
48.550.000
Benodigde weerstandscapaciteit voorraadprojecten
€
2.500.000
Totaal benodigde weerstandscapaciteit
€
51.050.000
Reserve Bouwgrondexploitaties Ten tijde van het vorige MPG (2010) werd nog voorspeld dat de Reserve Bouwgrondexploitatie vanaf 2010 weer positief zou worden, nadat deze bij de jaarrekening 2009 voor het eerst negatief was geworden en met € 8,0 miljoen uit de algemene middelen was aangevuld. In de loop van dit jaar werd duidelijk dat dit echter niet de realiteit zou zijn en bij de tweede turap werd melding gemaakt van een mogelijk nieuwe negatieve stand van de Reserve Bouwgrondexploitaties bij de jaarrekening van 2010. In het MPG 2011 werd de verwachting uitgesproken dat dit tekort bij de jaarrekening zou oplopen tot € 8,3 miljoen. Dit blijkt nu € 7,7 miljoen werkelijk bij de jaarrekening te zijn. In onderstaand figuur is de relatie tussen het collegeproduct tot de Reserve Bouwgrondexploitaties opgenomen, met daarin de mutaties in de reserve.
Eventuele rechtstreekse mutaties in reserve
Reserve Bouwgrondexploitaties
T=0 = jaarrekening 2009 € 0,0 miljoen
T=0 = Dotatie vanuit Algemene Middelen € 8,0 miljoen
Gebeurtenissen gedurende een jaar (van T=0 tot T=1)
Mutaties voorzieningen nadelige resultaten planexploitaties
€ 6,0 miljoen
Resultaten afgesloten planexploitaties en voorraadprojecten (zowel positief als negatief)
-€ 10,0 miljoen
Collegeproduct 8.7.4. Overig Opbrengsten en kosten van bebouwde & onbebouwde eigendommen ( plangerelateerd ), -Rentelasten van de strategische verwervingen -Niet projectgebonden apparaatskosten -Overige.. (restkosten voor onderzoek e.d.)
-€ 3,7 miljoen
Beheerresultaat =Collegeproduct 8.7.4
Reserve Bouwgrondexploitaties T=1
- 95 -
-€ 7,7 miljoen T=1 = jaarrekening 2010
2. Paragrafen b
De mutatie op de voorziening nadelige planexploitaties van € 6,0 miljoen bestaat uit een vrijval vanuit de voorziening wegens afgesloten verliesgevende planexploitaties waarvoor eerder verlies was genomen van € 12,4 miljoen en een storting in de voorziening wegens toegenomen verliezen in de resterende planexploitaties van € 6,3 miljoen.
b
In 2010 werden, zoals eerder hiervoor weergegeven, 23 planexploitaties afgesloten. Dit leverde een nadelig resultaat op van € 10,0 miljoen.
b
Het overig beheerresultaat van collegeproduct 8.7.4 bedraagt € 3,7 miljoen nadelig. Dit bestaat voornamelijk uit: - Resultaat uit beheer bebouwde eigendommen:
€ 0,2 miljoen voordelig;
- Huuropbrengsten uit BOE:
€ 0,6 miljoen voordelig;
- Rente op strategische verwervingen:
€ 0,6 miljoen nadelig;
- Niet projectgebonden apparaatskosten:
€ 3,3 miljoen nadelig;
- Overige:
€ 0,6 miljoen nadelig.
Dit resulteert in de onderstaande verlooptabel Reserve Bouwgrondexploitaties:
Impact op Reserve Bouwgrondexploitaties in € mln. Toevoegingen
2010
Af te sluiten planexploitaties
2011
2012
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
16,2
3,0
16,2
18,6
5,5
11,0
0,0
0,0
0,0
Reeds afgesloten planexploitaties Voorziening nadelige resultaten grondexploitaties
12,4
Dotatie vanuit algemene middelen
7,7
3,3
4,6
20,1
19,5
7,6
16,2
18,6
5,5
11,0
0,0
0,0
8,0
16,1
4,1
4,1
4,1
4,1
4,1
4,1
4,1
4,1
0,8
0,8
0,9
0,9
0,9
1,0
1,0
1,1
1,1
1,5
1,5
2,3
2,3
2,3
2,3
2,3
2,3
2,3
Afboeken voorbereidingskredieten
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
0,3
Onvoorzien
0,9
0,9
0,9
0,9
0,9
0,9
0,9
0,9
0,9
Totaal der toevoegingen
8,0
Onttrekkingen Af te sluiten planexploitaties
10,0
Reeds afgesloten planexploitaties
0,0
Beheerresultaat
3,7
Voorziening nadelige resultaten grondexploitaties
6,3
Rente op voorziening nadelige resultaten grondexploitaties Rente op strategische verwervingen
0,0
Totaal der onttrekkingen
20,1
19,5
7,6
8,4
8,4
8,4
8,5
8,5
8,6
8,6
Eindsaldo voorgaande jaar
0,0
0,0
0,0
0,0
7,9
18,1
15,2
17,7
9,1
0,6
Totaal der toevoegingen
20,1
19,5
7,6
16,2
18,6
5,5
11,0
0,0
0,0
8,0
Totaal der onttrekkingen
20,1
19,5
7,6
8,4
8,4
8,4
8,5
8,5
8,6
8,6
Saldo verloop exploitatiereserve MPG 2011
0,0
0,0
0,0
7,9
18,1
15,2
17,7
9,1
0,6
0,0
- 96 -
Bij bovenstaande tabel moeten de navolgende kanttekeningen worden geplaatst:
b
Het saldo verloop Reserve Bouwgrondexploitatie 2010 laat een bedrag zien van € 7,7 miljoen negatief. Dit is echter conform de richtlijn van het BBV niet mogelijk. Derhalve is in bovenstaand overzicht opgenomen dat de Reserve Bouwgrondexploitaties wordt aangevuld vanuit de algemene middelen;
b
Het beheerresultaat overig zal naar verwachting in 2011 zorgen voor een onttrekking van circa € 16,1 miljoen. Hierin zijn de bedragen € 9 miljoen voor de 3 vmbo’s en € 3 miljoen voor de ISE verwerkt;
b
Bovenstaande tabel geeft een doorkijk van de exploitatiereserve tot 2019. Na 2016 worden er echter tot 2032 vooralsnog bijna geen projecten (en dus planexploitaties) afgesloten hetgeen ertoe leidt dat het saldo verloop Reserve Bouwgrondexploitaties vanaf 2017 fors zal dalen en negatief zal worden, tenzij er nieuwe planexploitaties worden gemaakt die in 2019 of later worden afgesloten.
Voorziening Nadelige resultaten grondexploitaties Naast een groot aantal planexploitaties met een verwacht positief resultaat kent de gemeente Eindhoven ook planexploitaties met een verwacht nadelig resultaat. De noodzakelijke investeringen zijn nodig om de gemeentelijke ambities en doelstellingen te verwezenlijken. Voor deze exploitaties dienen bij de vaststelling ervan middelen worden toegevoegd aan de voorziening nadelige planexploitaties. Het saldo van deze voorziening dient gelijk te zijn aan het totaal van de verwachte nadelige resultaten binnen de lopende planexploitaties (dus groep 1, 2, 3 en 4). De noodzakelijke aanvullende voorzieningen als gevolg van de herijking van de lopende en de in voorbereiding zijnde planexploitaties komen ten laste van de Reserve Bouwgrondexploitaties.
Tot en met de jaarrekening 2009 is voor het nemen van een voorziening voor de planexploitaties het principe gehanteerd dat het voorziene verlies op eindwaarde9 wordt genomen op het moment dat het wordt voorzien. In het MPG 2011 is echter besloten om binnen de planexploitaties aansluiting te zoeken met de algemeen geldende waarderingsgrondslag van voorzieningen binnen de gemeente Eindhoven; het waarderen op Netto Contante Waarde10.
De voorziening nadelige resultaten grondexploitaties bedraagt per ultimo 2010 € 27,6 miljoen (jaarrekening 2009: € 33,7 miljoen). Dit wordt als volgt veroorzaakt:
b b
Beginstand voorziening nadelige resultaten grondexploitaties: € 33,7 miljoen; Vrijval voorziening nadelige resultaten grondexploitaties i.v.m. het afsluiten van verliesgevende planexploitaties waar eerder verlies voor genomen was: € 12,4 miljoen;
b
Toename van verliesgevende planexploitaties € 6,3 miljoen. Zou tegen EW gewaardeerd zijn dan was dit nog € 28,9 miljoen hoger geweest. Door de waardering tegen NCW zal nu jaarlijks rekening gehouden moeten worden met een dotatie vanuit de reserve bouwgrondexploitaties naar de voorziening nadelige resultaten grondexploitaties van circa € 0,8 miljoen.
9
Een resultaat op eindwaarde wil zeggen het saldo van kosten en opbrengsten op de verwachte eindtermijn, dus inclusief rente.
10
Een resultaat op Netto Contante Waarde wil zeggen het saldo van kosten en opbrengsten op de verwachte eindtermijn, terug gerekend naar nu (peildatum); exclusief rente dus.
- 97 -
2. Paragrafen 2.6
Lokale heffingen
Werkelijke versus geraamde inkomsten (bedragen x 1.000) Belastingsoort
Realisatie 2008
Realisatie 2009
Gewijzigde
Realisatie 2010
Afwijking
begroting 2010 Onroerende zaakbelasting
38.735
39.711
39.227
40.818
1.591V
Precariobelasting
1.003
910
782
565
217N
Hondenbelasting
852
899
878
909
31V
(OZB)
Baatbelasting
36
-2
0
9
9V
1.780
1.459
1.338
1.511
173V
Standplaatsgeld autobussen
12
13
12
13
1V
Kanaalrechten
42
38
33
28
5N
7.489
7.504
9.098
7.743
1.355N
Toeristenbelasting
Parkeerbelasting Leges*
8.017
11.750
12.063
9.863
2.200N
23.977
23.291
24.658
25.057
399V
16.267
15.551
15.622
15665
43V
Begraafplaatsrechten
570
555
666
562
104N
Marktgelden
541
552
610
556
54N
Afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Rioolrechten
* Het betreft de leges, inclusief de leges burgerzaken.
Nadere verklaring grote verschillen werkelijke en geraamde inkomsten Afwijkingen groter dan €250.000 of groter dan 10% van het begrote bedrag en groter dan €100.000 dienen te worden toegelicht. Belastingsoort
Afwijking x
Nadere toelichting
€ 1.000 Onroerende zaakbelasting
1.591V Als gevolg van afwijkingen ten opzichte van de gehanteerde uitgangspunten in de OZB-tariefvaststelling 2010 (o.a. de waarde van het WOZ areaal bij woningen en niet-woningen is hoger dan bij de tariefvaststelling ingeschat; daarnaast is het aantal verminderingen bij woningen lager dan ingeschat) is een meeropbrengst onroerende zaakbelasting gerealiseerd. Voorts is in het begrote bedrag onvoldoende rekening gehouden met het accres. De totaal begrote opbrengst voor 2010 bedraagt € 39.227.000.
Precariobelasting
217N Minder opbrengsten precariobelasting. Het negatieve resultaat wordt met name veroorzaakt door de precariobelasting niet-kohieren (facturen). Deze hebben o.a. betrekking op bouwketen welke korter dan een jaar op locatie staan. Door tegenvallende nieuwbouw zijn op dit terrein minder opbrengsten gerealiseerd.
- 98 -
Daarnaast is in 2010 een creditnota geboekt die betrekking had op 2009 (122N). Parkeerbelasting
1.355N De parkeergarage Stadskantoor is tijdens werkdagen gesloten voor publiek gebruik, behalve in het weekend. Daardoor zijn er wel beperkte opbrengsten, maar veel minder dan begroot (157N). Er is sprake van een structureel tekort van € 900.000 tengevolge van het wegvallen van terreinen in de afgelopen jaren (€ 500.000), het indexeren van de begroting zonder een tariefsverhoging door te voeren (€ 300.000) en gemiste inkomsten ten gevolge van het tijdelijk vervallen van parkeerplekken i.v.m. werkzaamheden (€ 100.000). Daarnaast is er een incidenteel tekort van € 300.000 ten gevolge van de economische crisis. Inmiddels is duidelijk dat ten opzichte van 2009 de economische crisis nog meer effect heeft dan in 2009. Ten opzichte van 2009 zijn er in de eerste 3 kwartalen van 2010 10% minder parkeertransacties geweest. In het laatste kwartaal is er ten opzichte van 2009 een stijging van 15% van de parkeertransacties te zien, dit kan het opgelopen tekort echter niet meer compenseren. Tevens zijn er gedurende een lange inwerkperiode problemen geweest met de handhaafterminals. Hierdoor is de betalingsbereidheid gezakt. Tot slot blijkt dat op een aantal parkeerterreinen zwervers dagkaartjes doorverkopen waardoor extra inkomstenderving ontstaat. Als gevolg van de implementatie en aanpassing van het parkeervergunningensysteem in 2010 is er een meeropbrengst met betrekking tot vergunningen parkeren gerealiseerd (292V). Minderopbrengst naheffingsaanslagen bedraagt(68N).
Toeristenbelasting
173V Het aantal overnachtingen in 2010 is hoger dan begroot. Als gevolg van diverse renovaties/verbouwingen/nieuwbouw van hotels in voorgaande jaren heeft er een toename plaatsgevonden in het aantal hotelovernachtingen in vergelijking tot 2009.
Leges
2.200N Voor wat betreft de bouwleges is aanvankelijk, op basis van de monitoringsgegevens van het 1e kwartaal 2010, uitgegaan van een verwacht tekort van € 800.000. In juli 2010 is de prognose bijgesteld tot een tekort van circa € 3.000.000. Het tekort wordt veroorzaakt door de gevolgen van de kredietcrisis. Doordat er eerder dan verwacht sprake bleek van een licht herstel heeft dit in 2010 geleid tot een uiteindelijk nadeel van € 1.941.000. In het dossier Hoogte en rechtmatigheid kosten/opbrengsten vergunningen (gereed medio 2011) zal VTH de financiële implicaties voor de komende jaren meenemen en komen met voorstellen voor mogelijke oplossingen. Het resterende nadelige resultaat € 259.000 heeft betrekking op de overige leges.
- 99 -
2. Paragrafen Afvalstoffenheffing en
399V Afvalstoffenheffing; er zijn meer objecten in de aanslagheffing
reinigingsrechten
betrokken dan begroot (155V). Daarnaast is het aantal verminderingen minder dan begroot (50V). Meeropbrengst voorgaande belastingjaren bedraagt 78V. Reinigingsrechten; er zijn meer objecten in de aanslagheffing betrokken dan begroot (167V). Daarnaast is het aantal verminderingen hoger dan begroot (82N). Meeropbrengst uit voorgaande belastingjaren (31V).
Begraafplaatsrechten
104N Doordat de tarieven in het verleden niet voldoende aangepast zijn aan de verlengde termijnen voor grafrechten en er meer crematies dan begravingen plaatsvinden waren de inkomsten structureel te hoog geraamd. De kosten voor het verlengen van het plaatsen van urnen zijn fors lager dan die bij begraven.
Beleid en tarifering Bij de aanpassing van de tarieven wordt jaarlijks nagegaan of er aanleiding bestaat voor een algemene verhoging, zodat de opbrengst van de gemeentelijke belastingen en rechten in de pas blijft bij de kostenontwikkeling. Op basis van de Kadernota 2010-2013 en de Programmabegroting 2010-2013 dient in dat kader te worden uitgegaan van een tariefsverhoging (volgens de reguliere index systematiek) van 0,64% voor het jaar 2010. In de verordeningen marktgelden, precariobelasting, begraafplaatsrechten, hondenbelasting, standplaatsgeld autobusdiensten en kanaalrechten is voor het belastingjaar 2010 uitgegaan van een tariefsverhoging van 0,64%
Voor wat betreft de onroerende zaakbelastingen dient de waarde ingevolge de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) als grondslag voor de aanslag OZB. Voor het belastingjaar 2010 gaat het daarbij om de waarde naar peildatum 01-01-2009. Vanwege de waardedaling van de niet-woningen in Eindhoven heeft dit voor de onroerende zaakbelastingen niet-woningen geresulteerd in een stijging van de tarieven. Voor wat betreft de woningen heeft een (geringe) daling van de tarieven plaatsgevonden.
Voor wat betreft de rioolheffing is het volgende van belang. De modelverordening rioolrechten is in 2010 vervangen door de modelverordening rioolheffing. Als gevolg hiervan hoeft het individuele profijt van de heffing door de gemeente niet meer te worden aangetoond. Conform het gemeentelijk rioleringsplan (GRP) worden de tarieven jaarlijks geïndexeerd.
Voor wat betreft de afvalstoffenheffing is gekozen voor een geleidelijke tariefsontwikkeling over meerdere jaren om grote sprongen in de tarieven te voorkomen. Door inzet van de egalisatievoorziening is de tariefstijging beperkt. De tarieven stijgen wel meer dan de prijsindex. Ten aanzien van de afvalstoffenheffing die is verschuldigd voor het achterlaten van colli, zijn de tarieven gehandhaafd op een kostendekkend niveau. De tarieven zijn niet geïndexeerd.
Voor wat betreft het tarief reinigingsrecht heeft een stijging plaatsgevonden. Met deze stijging wordt kostendekkendheid beoogd.
Het tarief toeristenbelasting is in 2010 niet geïndexeerd.
- 100 -
Voor belastingjaar 2010 zijn de tarieven voor parkeren bij parkeermeters en automaten gehandhaafd op het niveau van belastingjaar 2009. Met ingang van 01-03-2010 is echter een mobiliteitstoeslag ingevoerd en daarnaast is het dagtarief in het centrum en de rest van de stad verhoogd.
Ten aanzien van vergunningen is een verhoging toegepast van 0,64%.
Tarieven De tarieven van de belastingsoorten waarmee nagenoeg alle huishoudens en bedrijven van doen hebben worden hier weergegeven. Belastingsoort
Tarief in 2008 Tarief in 2009 Tarief in 2010
Onroerende zaakbelasting 1) Woningen - eigenaar
1,87
0,07255
0,07240
- gebruiker
3,03
0,11865
0.12253
- eigenaar
3,79
0,14832
0.15316
- eigenaar
131
136
137
- gebruiker
181
188
189
- eenpersoonshuishouden
176
188
200
- meerpersoonshuishouden
285
-
-
- tweepersoonshuishouden
-
258
263
- driepersoonshuishouden
-
289
299
- vierpersoonshuishouden (of meer)
-
298
322
222
200
250
Niet-woningen
Rioolheffing
Afvalstoffenheffing 2)
Reinigingsrechten 3) - reinigingsrecht bedrijfspanden 1)
Het tarief met betrekking tot onroerende zaakbelasting in 2008 betreft een tarief per € 2.500 waarde. Het tarief in 2009 en 2010 betreft een percentage van de waarde.
2)
In 2008 gold met betrekking tot de afvalstoffenheffing een onderscheid tussen één- en meerpersoonshuishoudens. Per 2009 is een verder onderscheid aangebracht.
3)
Het tarief met betrekking tot reinigingsrecht bedrijfspanden betreft een tarief inclusief BTW.
- 101 -
2. Paragrafen Vergelijking overige gemeenten Net als vorig jaar betalen Eindhovenaren, in vergelijking met 36 andere grote gemeenten, weinig aan woonlasten (onroerende zaakbelasting, rioolheffing en reinigingsheffing). Dit is te lezen in het jaarlijkse belastingoverzicht van het Centrum voor Onderzoek van de lagere Overheden (COELO)In vergelijking tot vorig jaar (33e plaats) staat Eindhoven nu op plaats 32. Dit betekent dat de woonlasten in 31 andere grote gemeenten hoger zijn. De gemiddelde woonlasten zijn in 2010 gestegen met € 3,40 tot € 610. In Eindhoven bedragen de woonlasten € 558.
Uitvoering kwijtscheldingsbeleid De voorwaarden waarbinnen de gemeente kwijtschelding van belastingen en heffingen kan verlenen zijn omschreven in de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990. Deze ministeriële regeling is tevens van toepassing verklaard op de gemeentelijke belastingen. Kwijtschelding is in de gemeente Eindhoven mogelijk voor de volgende heffingen: afvalstoffenheffing, rioolheffing, onroerendezaakbelastingen woningen, hondenbelasting en begraafplaatsrechten. De overige gemeentelijke belastingen en/of heffingen komen niet voor kwijtschelding in aanmerking.
Er wordt geen kwijtschelding verleend indien:
b b b
er voldoende betalingscapaciteit is om de aanslag te kunnen voldoen er sprake is van overwaarde van de eigen woning; dit bedrag wordt mee genomen in de berekening vermogen er sprake is van in het bezit zijn van een auto of saldo bankrekening waarvan de waarde/saldo hoger is dan de gestelde norm
De betalingscapaciteit wordt bepaald door berekening van het netto besteedbare inkomen waarvan de kosten van bestaan worden afgetrokken. Als kwijtscheldingsnorm hanteert de gemeente Eindhoven de maximaal toegestane norm van 100% van de bijstandsnorm. Is de aldus vastgestelde betalingscapaciteit positief, dan mag 80% hiervan voor de belastingbetaling worden opgeëist. De rest kan worden kwijtgescholden.
Afwijkingen t.o.v. begroting 2010 In de begroting over 2010 was een bedrag van € 1,576 mln geraamd aan kwijtschelding afvalstoffenheffing. De realisatie over 2010 bedraagt € 1,393 mln (2009: € 1,392 mln). Realisatie blijft achter bij de begroting maar is vergelijkbaar met de realisatie 2009. Het aantal (deels) toegewezen kwijtscheldingsverzoeken is ten opzichte van 2009 afgenomen. Daarnaast was in de begroting over 2010 een bedrag ad € 69.000 geraamd met betrekking tot kwijtschelding hondenbelasting. Uiteindelijk is in 2010 € 66.569 (2009: € 64.517) aan kwijtschelding gerealiseerd.
- 102 -
2.7
Financiering en treasury
Renteontwikkelingen De focus in kredietcrisis is in 2010 verschoven van de banken naar de Europese landen. Door alle steunmaatregelen zijn de schuldenlasten van de overheden fors toegenomen, wat bij de landen Portugal, Italië, Ierland, Griekenland en Spanje tot te hoge begrotingstekorten heeft geleid. De lange rente (10-jaars swap) daalde van 3,5% naar een historisch diepte punt van 2,3% in september. Echter zorgen over de terugbetaalcapaciteit van deze landen in combinatie met een toenemende inflatie angst vanwege steeds meer tekenen van economisch herstel, leidde tot hogere niveaus van de lange rente (3,3% eind 2010). De Europese Centrale Bank (ECB) hield haar officiële rentetarief het gehele jaar op een record laag niveau van 1,0%. De korte rente (voor 3 maanden) steeg van 0,7% eind 2009 naar 1,0% eind 2010, rond het niveau van de ECB-rente. Dit duidt er op dat banken elkaar weer geld beginnen te lenen. Vooralsnog zijn er echter geen tekenen dat de ECB haar rentetarief op korte termijn zal verhogen.
Renteresultaten Het Financieringsfonds is de interne bank van de gemeente. Dit betekent dat alleen het Financieringsfonds opereert op de geld- en kapitaalmarkt. Over het kapitaalbeslag ten behoeve van investeringen wordt het omslagpercentage in rekening gebracht. Dit percentage is een mix van de kosten voor eigen vermogen, aangetrokken langlopende geldleningen en de kosten voor kortlopende middelen voor zover deze zijn gebruikt voor de voorfinanciering van investeringen. Voor 2010 bedraagt de voorcalculatorische omslagrente 4,75%. Het nacalculatorisch omslagpercentage komt in 2010 uit op 3,55%. Dit is 1,20% lager dan in de begroting werd aangenomen, hetgeen een voordeel betekent van € 2,8 miljoen. Tegenover dit voordeel staan verspreid over de diverse producten ook nadelen. Het resultaat van de kortgeldfinanciering komt uit op een voordeel van € 0,9 miljoen. Het totale renteresultaat bedraagt € 3,7 miljoen positief ten opzichte van de begroting. In onderstaande tabel wordt een vergelijking gemaakt tussen het voorcalculatorisch en het nacalculatorisch omslagpercentage in de afgelopen 5 jaar:
Jaar
Voor-
Na-
calculatorisch
calculatorisch
2006
5,00
4,86
2007
4,75
4,43
2008
4,75
4,10
2009
4,75
3,61
2010
4,75
3,55
Liquiditeiten Sinds het laatste kwartaal 2009 is de liquiditeitsbehoefte van de gemeente toegenomen. De oorzaak ligt met name in de achtergebleven inkomsten door lagere netto inkomsten uit het grondbedrijf. De gemeentelijke liquiditeitsbehoefte is met name gefinancierd met kasgeldleningen. De te betalen rente op 1 tot 4 weeks kasgeld was zeer laag (gemiddeld 0,41%). Naast kasgeldleningen werd voor de financiering van de kort geldbehoefte ook gebruik gemaakt van het rekening courant krediet bij onze huisbankier tegen een vergelijkbaar rentetarief. In het kader van de liquiditeiten is in de wet Financiering decentrale overheden (Fido) bepaald dat de gemiddelde netto-vlottende schuld per kwartaal de kasgeldlimiet (€ 65 miljoen) niet mag overschrijden. De wet bepaalt tevens dat de gemeente aanvullende maatregelen moet nemen wanneer de kasgeldlimiet in 3 achtereenvolgende kwartalen wordt overschreden.
- 103 -
2. Paragrafen
De gemiddelde netto liquiditeitsbehoefte in 2010 was:
Kwartaal
1
2
3
4
Liquiditeitsbehoefte ( x € 1 miljoen)
196
211
109
100
Begin 2010 werd de kasgeldlimiet overschreden maar gezien de te verwachten verkoopopbrengst Endinet medio 2010, in combinatie met de toen bestaande beleggingsportefeuille van € 112 miljoen, zijn op dat moment geen maatregelen getroffen om de kortlopende schuld te verminderen. Eind juni is de verkoopopbrengst van de aandelen Endinet en de uitkering uit het BTW compensatiefonds ontvangen, waardoor de positie in kasgeldleningen is gehalveerd. Desondanks werd eind juni de kasgeldlimiet 3 opeenvolgende kwartalen overschreden. Een verzoek tot ontheffing van de kasgeldlimiet is door de toezichthouder provincie Noord-Brabant afgewezen. Dit besluit noodzaakte de gemeente tot het aantrekken van lange financiering. Eind november is een lineaire lening van € 65 miljoen aangetrokken met een looptijd van 4 jaar tegen een rentepercentage van 1,95% Hierdoor werd op dat moment aan de kasgeldlimiet voldaan. De laatste weken van het jaar is de uitgavenstroom echter groter geweest dan de inkomstenstroom waardoor ultimo 2010 er wederom sprake is van een overschrijding van de kasgeldlimiet. Dit betekent dat de gemeente in 2011 aanvullende maatregelen moet en zal treffen om aan de wet Fido te voldoen. Uiterlijk in het tweede kwartaal 2011 zal opnieuw een lange financiering worden aangetrokken, zodat de kasgeldlimiet niet opnieuw 3 kwartalen wordt overschreden.
Ontwikkeling leningenportefeuille Per 31 december 2010 heeft de gemeente Eindhoven een bedrag van € 207 miljoen opgenomen aan langlopende leningen. Hiervan is € 77 miljoen doorgeleend aan woningbouwcorporaties die in Eindhoven actief zijn. Een bedrag van € 49 miljoen betreft de projectfinanciering voor de herontwikkeling van Strijp S. In 2010 is voor het eerst na jaren van afbouw een bedrag voor de eigen reguliere financieringsvraag opgenomen ter grootte van € 65 miljoen. Het betreft een lineaire lening met een looptijd van vier jaar. Elk jaar wordt ca. € 16 miljoen afgelost wat gelijke tred houdt met de vrijval van de beleggingsportefeuille. In 2010 zijn geen nieuwe materiële langlopende leningen verstrekt. Het totaal bedrag aan verstrekte leningen komt ultimo 2010 uit op € 102 miljoen.
Opgenomen leningen (x € 1 miljoen) Projectfinanciering Strijp S Eigen financiering
01-01-2010
Mutatie
31-12-2010
56
-7
49
0
+65
65
Totaal eigen financiering
56
+58
114
Voor doorlening aan woningbouw
82
-5
77
Overig
13
+3
16
151
+ 56
207
84
-7
77
6
0
6
11
-2
9
Totaal opgenomen leningen
Verstrekte leningen (x €1 miljoen) Leningen aan woningbouw Leningen aan projectontwikkelaars Lening aan Strijp S CV Overige verstrekte leningen (starters, bijstand etc) Totaal verstrekte leningen waarvan tijdelijk kort gefinancierd
- 104 -
9
+1
10
110
-8
102
15
-6
9
De renterisiconorm in de wet Fido schrijft voor dat het totaal aan aflossingen van leningen en renteherziening op leningen in één jaar niet meer is dan 20% van het begrotingstotaal. Voor Eindhoven is dat in 2010 € 153 miljoen. Per 31 december 2010 heeft de gemeente ook een bedrag van € 39 miljoen aan directe garanties verleend voor leningen die verstrekt zijn aan instellingen die in Eindhoven actief zijn op het gebied van woningbouw, gezondheidszorg, cultuur en sport. In 2010 zijn twee nieuwe garanties verleend voor een bedrag van € 1,3 miljoen aan een projectontwikkelaar en aan een instelling gericht op stimulering van duurzaamheid. Vanwege tijdelijke liquiditeitsproblemen heeft de gemeente een rekening courant krediet verstrekt aan het Muziekcentrum tot eind 2011. De discrepantie werd veroorzaakt doordat de kosten voor de verbouwing al gemaakt moesten worden, terwijl een grote Europese subsidie ter dekking hiervan pas in 2011 wordt uitbetaald. Ultimo 2010 was € 0,5 miljoen opgenomen.
Beleggingen Onder meer als gevolg van de ontvangsten uit de verkoop en herstructurering van NRE is de gemeente Eindhoven (in 2004 en 2006) overgegaan tot het beleggen van gelden. Deze beleggingen voldoen aan de wet Financiering decentrale overheden (Fido) en het Treasurystatuut van de gemeente. Dat wil zeggen dat de kredietwaardigheid van de tegenpartijen voldoende hoog is en dat de hoofdsom van de beleggingen aan het einde van de looptijd gegarandeerd is. De gemeente heeft belegd in obligaties en garantieproducten. Uit de obligatieportefeuille valt tot en met het jaar 2011 gemiddeld € 20 miljoen per jaar vrij. De garantieproducten bestaan ook voor een groot gedeelte uit obligaties (90%), maar een klein deel van de inleg (10%) mag belegd worden in aandelengerelateerde producten. De beleggingen in garantieproducten vallen vrij in de jaren 2012 tot en met 2015 met minimaal € 14 miljoen per jaar. In 2014 valt ook het garantieproduct uit 2004, met een inleg van € 15 miljoen, vrij.
Per 31 december 2010 geeft de beleggingsportefeuille van de gemeente Eindhoven het volgende beeld: Beleggingsportefeuille van de gemeente Eindhoven
x € 1 miljoen
Obligaties
17,3
Garantieproducten
81,5
Waarde per 31-12-2010
98,8
Waarde per 31-12-2009
112,0
Verschil:
-13,2
Waarvan aflossing obligaties incl. rente
-17,7
Waarvan marktwaardeverschil garantieproducten
+4,8
Waarvan marktwaardeverschil obligaties incl. rente
-0,3
Renterisicobeheer Ultimo 2010 maakt de gemeente Eindhoven geen gebruik van derivaten. Naast de aflossing van obligaties is in 2010 een bedrag aan rente en dividend uit de nog lopende portefeuille ontvangen van € 5,2 miljoen. De stijging van de korte rente heeft een negatief effect op de waarde van de resterende obligatieportefeuille (met een looptijd van enkele maanden). Door de daling van de rentes met langere looptijden en de stijging van de aandelen koersen laat de garantieportefeuille een positieve marktwaarde ontwikkeling zien. De portefeuille is in principe gekocht om aan te houden tot de einddatum. Hierdoor wordt het marktwaardeverschil niet daadwerkelijk gerealiseerd. De gehele beleggingsportefeuille staat tegen nominale (eind)waarde op de balans. Voor twee garantieproducten geldt een gegarandeerd minimumrendement, dat jaarlijks wordt toegevoegd aan de balanswaardering.
- 105 -
2. Paragrafen 2.8
Projecten
Algemeen Projecten leggen een groot financieel beslag op de beschikbare middelen. Bij projecten is een onderscheid te maken tussen projecten waar inkomsten uit tarieven tegenover staan (denk hierbij aan de rioleringsprojecten) en projecten in maatschappelijk nut (bijv. reconstructie van wegen en openbare verlichting). Daarnaast gaat er zeer veel geld om in het grondbedrijf. Binnen het grondbedrijf worden de uitgaven in principe door uitgifte van gronden terugverdiend. In dit hoofdstuk geven wij een inhoudelijke toelichting op de stand van zaken.
Hieronder volgt samenvattende informatie voor de volgende projecten:
b b b b
projecten Grondbedrijf projecten met Economisch nut projecten met Maatschappelijk nut projecten Vastgoed
In de concernrekening 2010 bijlagen is voor de belangrijkste projecten die in 2010 in uitvoering waren een nadere analyse per project opgenomen: toelichting op de afwijkingen in planning, inhoud of financiën en vermelding van mogelijke knelpunten en/of bijsturingmaatregelen.
N.B.: De kleuren in de in deze paragraaf opgenomen overzichten hebben een iets andere betekenis dan de kleuren die zijn opgenomen bij de programmaonderdelen (hoofdstuk 4), namelijk:
Groen
Geel
Project loopt conform de laatst door het bestuur vastgestelde kaders.
Er zijn afwijkingen die niet leiden tot bijstelling van de bestuurlijke kaders en de informatie heeft voor het bestuur een informatief karakter.
Rood
Er zijn afwijkingen op het vlak van planning, inhoud, financiën en/of er zijn knelpunten/ bijsturing welke bestuurlijk relevant worden geacht. De financiële afwijkingen kunnen zowel voor- als nadelig zijn.
- 106 -
Projecten Grondbedrijf In het algemeen zijn er een aantal oorzaken te benoemen waarom prognoses binnen (jaarschijven) van een projectbegroting afwijken van de realisatie.
Bij planexploitaties is het zo dat kosten en opbrengsten vooraf, en vervolgens jaarlijks opnieuw, ingeschat moeten worden. Er wordt dan telkens een nieuwe inschatting gemaakt van de nog resterende kosten en opbrengsten, ervan uitgaande dat met huidig prijsniveau deze kosten en opbrengsten gerealiseerd zouden worden. Naast het inschatten van de hoogte van kosten en opbrengsten moet er ook telkens een inschatting gemaakt worden over het moment waarop deze kosten en opbrengsten zich daadwerkelijk voor doen. Ook hier is kenmerkend dat deze inschatting nauwkeuriger gemaakt kan worden naarmate het project verder gevorderd is. De praktijk wijst daarnaast uit dat diverse factoren invloed hebben op deze fasering. Factoren die slechts deels door de gemeente beïnvloed kunnen worden. De invloed van een ander moment van kosten en opbrengsten dan begroot kan aanzienlijk zijn en wordt bepaald door een tweetal factoren: 1.
De omvang van de reeds gedane voorinvesteringen (boekwaarde) die nog terug verdiend moeten worden; verder uitstel van opbrengsten heeft gevolgen voor de rentekosten die aan de boekwaarde doorberekend worden;
2.
Wanneer kosten later gerealiseerd zullen worden dan is het aannemelijk dat de geldontwaarding ervoor gezorgd heeft dat er sprake zal zijn van toename van kosten.
Bovenstaande heeft ook gevolgen voor afwijkingen tussen geraamde kosten en opbrengsten in een jaarschijf en de realisatie van kosten en opbrengsten daarin. Daarnaast zijn er een aantal actuele redenen te vermelden waarom afwijkingen zijn ontstaan: 1.
Door op het einde van een project gebruik te maken van de mogelijkheid om restbudgetten over te boeken, kunnen projecten die grotendeels gerealiseerd zijn maar nog wachten op een paar laatste transacties (bijvoorbeeld verkoop van een laatste restkavel en nog de inrichting van een laatste stukje openbare ruimte), nu vroeger worden afgesloten. Dit heeft ertoe geresulteerd dat een aantal projecten eerder dan verwacht zijn afgesloten;
2.
In het dossier “prioritering” is van een aantal projecten aangegeven dat ze eerder afgesloten dienen te worden;
3.
De kredietcrisis heeft ervoor gezorgd dat de verkoop van gronden stagneert. Hierdoor stijgt de rente die doorberekend wordt aan projecten die een hoge boekwaarde kennen. Wanneer opbrengsten later gerealiseerd gaan worden, zal tevens geprobeerd worden om nog te maken kosten ook pas later te laten plaats vinden. Hierdoor wordt het risico beperkt dat kosten niet meer terugverdiend kunnen worden en worden rentekosten beperkt. Dit heeft wel over het algemeen nadelige consequenties voor de hoogte van de kosten. Door de geldontwaarding zullen die namelijk toenemen. Bovendien zal vertraging van een project over het algemeen tot hogere voorbereidingskosten leiden, aangezien er langer aan een project gewerkt zal worden.
Voor het totaal van de grondbedrijfprojecten dalen de jaarlasten 2010 € 61,9 miljoen, de jaarbaten dalen met € 93,8 miljoen. De daling in zowel kosten als opbrengsten komt daarmee vooral voor rekening van Meerhoven.
Voor de gezamenlijke Meerhoven-projecten geldt dat de jaarlasten 2010 met € 19,2 miljoen worden onderschreden, en de jaarbaten dalen met € 35,0 miljoen.
Een andere uitschieter in de financiële afwijking ten opzichte van de jaarschijf 2010 is GDC-Noord. Voor dit project zijn de jaarlasten voor € 13,0 miljoen vanwege bovenvermelde redenen niet uitgegeven. Aan jaarbaten geldt dat € 4,8 miljoen minder inkomsten zijn gegenereerd dan verwacht.
- 107 -
2. Paragrafen Vanwege heroverwegingen van het huidige ontwerp van Bouwveld F Strijp-S Torenallee (Natlab) heeft dit project vertragingen opgelopen waardoor kosten van € 20,5 miljoen en opbrengsten van €14,3 worden doorgeschoven naar de toekomst. Het project Additionele infra Strijp S heeft in 2010 € 10,6 miljoen minder inkomsten gegenereerd dan was geprognosticeerd. De voornaamste reden hiervoor is de in de grondexploitatie ten onrechte begrote GRP (Gemeentelijke Riolerings Plan) bijdrage geweest. Ten behoeve van de reconstructie Glaslaan-Mathildelaan zijn naast bijdragen van de Provincie en Park Strijp inmiddels gelden beschikbaar gesteld uit de reserve Maatschappelijk Nut. De afwijkingen op Financiën totale project zijn de verschillen in eindwaardes van de projecten. Hierbij zijn de verschillen tussen het vorige MPG 2010 (Meerjarenprognose Grondexploitaties) en de MPG 2011 overgenomen.
Projecten Grondbedrijf Nr
ID-nr
1
011-00
2 3 4 5
012-00 013-00 034-00 035-00
6
035-01
7 8
035-02 035-03
9
035-04
10
035-05
11
035-06
12
035-08
13
035-09
14 15
035-11 036-00
16 17 18 19 20
037-00 042-00 049-01 079-00 139-00
21
170-00
22
177-00
23
177-01
24
178-00
25
214-00
26
294-00
27
302-00
28 29 30 31
382-00 414-00 419-00 428-00
32 33 34 35
444-00 452-00 466-00 474-00
36 37
520-00 520-08
38
613-00
Omschrijving ID-nummer
Smalle Haven Emmasingelcomplex - De Admirant Emmasingelcomplex - Lichttoren Kantoren Eindhoven Airport Meerhoven: Algemeen Woningbouw Meerhoven: Zandrijk Woningbouw Meerhoven: Grasrijk Woningbouw Meerhoven: Bosrijk Woningbouw Meerhoven: Waterrijk Woningbouw Meerhoven: Meerrijk Bedrijventerrein Meerhoven: Landforum Bedrijventerrein Meerhoven: Park Forum Bedrijventerrein Meerhoven: Flight Forum Woningbouw Meerhoven: Landhof (CPO) Bedrijventerrein GDC Acht Zuid Wonen+kantoren Churchilllaan / Montgomerylaan Winkelcentrum Woensel Realisatie KBC Toren Bedrijventerrein GDC Noord Woningbouw Jerusalemlaan Bedrijventerrein Acht Kapelbeemd Wonen+kantoren+voorzieningen Strijp S Additionele infra Strijp S – S Phlirelaan/Torenallee Wonen+winkels Josef Israelslaan (Centrum Doornakkers) Woningbouw Tongelresche Akkers In voorbereiding kantoorgerecht Romagna Woningbouw Puttensedreef (Putten) Rijkswegenknooppunt A50-A58 en Blixembosch Noordoost Binnengebied t Hofke Cederlaan/Ekkerstraat Hoogstraat/Lambertusstraat Sportterrein Sportpark Eindhoven-Noord Tongelrestraat 498 en 500 Acht-Swalmstraat Lievendaal (Polynorm) Haalbaarheidsstudie Stationsdistrict Holiday Inn Bouwveld F Strijp S-Torenallee (Natlab)
Budget x € 1.000
Oorspronkelijke einddatum
Verwachte einddatum
Lasten
Baten
Resultaat
Jaarlasten
Jaarbaten
29.137
2010
2011
38 V
78 V
116 V
268 V
1010 N
2.995 1.548 -18.030 867.090
2011 2010 2012 2027
2011 2011 2011 2032
339 V 77 V 90 N 130.028 N
83 N
439 V 504 V 223 V 10.162 V
145 N
32 V 2044 V
256 V 77 V 58 N 127.984 N
15.116 V
0
15.116 V
410 V
73 N
442 V 104 V
42.484 V 964 N
307 V 444 V
2.333 N 4.953 N 16.190 N
Afwijkingen tov. laatste informatie bestuur: Planning
Inhoud Financiën totale project:
-24.290
2027
2032
-111.383 13.498
2027 2027
2032 2032
42.042 V 1.068 N
Knelpunten
Jaarschijf
-50.397
2027
2032
17.653 V
17.653 V
5.399 V
-18.949
2027
2032
10.642 V
10.642 V
1.486 V
750
2027
2032
5.975 N
5.975 N
108 V
32 V 119 N
44.096
2027
2032
12.425 V
7.824 N
4.601 V
77 N
517 V
17.679
2027
2032
6.142 V
67 V
6.209 V
348 V
106 N
11.063 -6.996
2027 2010
2032 2011
45 N 875 V
140 N 288 V
185 N 1.163 V
639 V 79 V
12.288 N 62 N
-987 16.396 9.890 19.873 1.260
2012 2010 2010 2015 2014
2013 2011 2011 2015 2011
875 V 124 V 678 V 6.667 V 39 N
20 V 18 V 655 N 2.811 N
895 V 142 V 23 V 3856 V 39 N
1.132 V 340 V 673 V 12.997 V 551 V
1.198 N 4.823 N 2.090 N
3.709
2013
2013
163 N
163 N
98 V
1.000 N
977 N
183.886
2018
2018
1.640 N
1.640 V
1.227 N
5.846 N
30.884
2018
2018
14. 716 V
14.716 N
2.237 V
10.569 N
3.964
2018
2012
465 V
455 V
920 V
401 V
2.546 V
11.032
2014
2016
301 N
1104 V
803 V
299 N
6.374 N
127
2011
2014
4N
4N
139 V
1.887 N
4.552
2014
2014
1.845 V
43 N
1.802 V
182 V
1.627 N
25.133 615 248 1.119
2020 2013 2012 2012
2022 2013 2013 2012
7.770 N 58 N 132 V 159 V
1.259 V 15 V 83 V
6.511 N 58 N 147 V 242 V
3.678 V 181 V 28 N 70 V
5.339 N 720 N 47 V 523 V
4.798 258 31 809
2010 2012 2012 2011
2012 2014 2013 2011
48 N 21 N 21 N 253 N
48 N 21 N 21 N 293 N
903 V 33 V 31 V 11 N
2.000 N 325 N 646 N 406 N
1037 50
n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t.
427 N 29 V
427 N 29 V
895 N 29 V
75.035
2013
2016
5.205 N
40 N
- 108 -
5.205 V
20.523 V
14.355 N
Bijsturing
39
730-00
Strijp R
50
n.v.t.
n.v.t.
546 N
546 N
546 N
Projecten met economisch nut Onderstaand is een overzicht van de stand van zaken van de Economisch Nut projecten opgenomen. Nr:
ID-nr
Omschrijving ID-nr.
Budget
x
Oorspr. Eind-
€ 1.000
Ver-wachte einddatum
datum
Afwijkingen tov. laatste informatie bestuur: Planning
Inhoud
Financiën totale project: Lasten Baten Resultaat
1
010-01
Riolering vervanging Kennedylaan
2.044
2010
2011
V 100
V 100
2 3
204-06 208-00 208-01
Afkoppelen Heizoom Beatrixkanaal Beatrixkanaal opwaardering vaarklasse 3 onderdeel aanvoer
4.656 4.895 3.312
2010 2015 2014
2011 2010 2014
N 321
N 321
4
208-02
Beatrixkanaal opwaardering vaarklasse 3 onderdeel bedrijvigheid Beatrixkanaal opwaardering vaarklasse 3 onderdeel haven Beatrixkanaal opwaard.klasse 3 FUP Gest. Ontg., Ooievaarsnest en Hanevoet-zd. Nieuwe Gender Rioolvervanging Bergbezinkbassin Kosmoslaan GRP 2004 - diversen Riolering aanleg Doornakkers cluster 1 GRP 2005 - diversen GRP 1999 - diversen Ongerioleerde panden Vonderkwartier - schoonwaterstelsel Afkoppelen Woenselse Heide en Tempel West Grondwateroverlast en afkoppelen Genderbeemd Afkoppelen Lievendaal GRP: Integrale wijkvernieuwing Afkoppelen De Tempel Afkoppelen bedrijventerrein Vaalserbergweg Afkoppelen sportterrein Woensel Noord Afkoppelen Doornakkers cluster 2 Afkoppelen Kanaalzone bedrijventerrein Afkoppelen Strijp R,S,T en Stadionkwartier Afkoppelen Dr. Dorgelolaan Afkoppelen diverse projecten Afkoppelen Kruidenbuurt Rioolvervanging Stratum 2007 Relining Woensel-Zuid 2007 Herinrichting De Klerklaan Rioolvervanging 2008 Rioolvervanging, afkoppelen en herinrichting Rioolvervanging 2009 Rioolvervanging 2010 GRP: aanpak grondwateroverlast Grondwateroverlast Genderdal fase 2 Grondwateroverlast Gijzenrooi Sturing afvalwater Eindhoven Waterstructuur Stratum Waterstructuur Eindhoven Noord waterstructuur De Burgh eo Restvolume 2010 Restvolume 2011 Restvolume 2012
10.378
2014
2014
V321
V 321
N 450
N 450
N 153 N 230 V 17 V 95
N 153 N 230 V 17 V 95
V 107
V 107
N 1480
N 1480
V 2293 N 2223
V 2293 N 2223
N 25 V 100 V 35 V 316
N 25 V 100 V 35 V 316
208-03 5
208-04 282-01
6 7
282-02 282-03
8
328-00 328-01
9 10 11 12
329-00 459-00 459-02 461-01 533-02
13
533-03
14 15 16
533-04 533-06 533-07 533-08
17
533-09
18 19
533-10 533-11 533-12
20 21 22 23 24 25 26
533-14 533-15 533-16 590-02 590-03 590-06 590-07 590-08
27 28 29 30
590-09 590-10 600-01 600-03
31 32 33 34 35 36 37 38
600-04 602-01 603-02 603-03 603-04 675-00 676-00 677-00
3.011
2014
2014
1.500 4.899
2014 2009
2014 2011
8.485 1.765
2015 2010
2018 2011
3.321 7.790
2011 2010
2011 2011
1.620 4.468 1.597 2.116 13.308
2011 2009 2009 2009 2012
2012 2010 2011 2010 2012
10.591
2012
2013
790 5.305 1.022 2.414
2012
2010 2018 2015 2014
361
n.n.b 2015 2012 2011
Knelpunten
Bij-sturing
2012
2.293 777
Vervallen 2015
2015
874
2015
2013
400 666 500 306 1.259 1.100 2.408 5.677
2009 2015 2010 2009 2009 2009 2010 2012
2012 2015 2012 2010 2011 2010 2012 2012
6.121 4.926 692 1.015
2011 2011 2009 2012
2012 2012 2010 2015
N 30
N 30
N 120
N 120
879 447 455 2.726 2.264 742 2.353 2.712
2010 2011 2009 2011 2010 2010 2011 2012
2012 2014 2012 2014 2013 2010 2010 2010
V 530 N 418 N 300 N 350
V 530 N 418 N 300 N 350
V 742 V 2353 V 2712
V 742 V 2353 V 2712
In bovenstaande tabel is gerapporteerd over de economisch nut projecten met als basis nog het oude GRP 2007-2010. De economisch nut projecten betreffen allen projecten die onderdeel uitmaken van het Gemeentelijk RioleringsPlan (GRP). Het volume van de investeringen, zoals dat vastgesteld is in het GRP, is uiteengezet in de verschillende economisch nut projecten. In december 2010 is door uw Raad het nieuwe Rioleringsplan 2011-2014 vastgesteld. In dit nieuwe rioleringsplan is in de planning reeds rekening gehouden met
- 109 -
2. Paragrafen de vertragingen die opgelopen zijn, zoals vermeld bovenstaand bij de diverse lopende projecten. Tevens zijn financiële knelpunten en verwachte resultaten op de investeringen van de lopende projecten in dit nieuwe GRP 2011-2014 verdisconteerd.
Zoveel als mogelijk wordt in de stad integraal geprogrammeerd. Daarbij wordt geprobeerd om de aanpassingen/investeringen in groen, water en de overige openbare ruimte zoveel als mogelijk op elkaar af te stemmen. In een aantal gevallen (o.a. Heizoom, Nieuwe Gender, Kosmoslaan, riolering Doornakkers, Kruidenbuurt ) loopt de planning uit omdat de afstemming met de bewoners/derden of intern met de diverse sectoren over de planvorming langer heeft geduurd dan vooraf verwacht. Daarnaast loopt in een aantal gevallen (o.a. ongerioleerde panden, Vonderkwartier, De Klerklaan) de planning een jaar uit omdat er nog sprake is van een financiële afwikkeling. Het werk op straat is al klaar, maar er dienen nog laatste kwaliteitstoetsen (oplevermomenten) plaats te vinden. Deze kunnen leiden tot herstelwerkzaamheden zoals bijvoorbeeld het geval is bij Relinen riolering Woensel Zuid, Gestelse Ontginning Ooievaarsnest en Hanevoet Zuid en rioolvervanging Stratum. Pas na de definitieve oplevering kan het project financieel worden afgewikkeld. Tot slot was in een aantal gevallen sprake van capaciteitsproblemen waardoor prioriteiten gesteld moesten worden en een aantal projecten vertraagd zijn ( o.a. Kennedylaan, Vaalserbergweg,sportterrein Woensel Noord, Dorgelolaan, de aanleg van de diverse waterstructuren zoals Eindhoven Noord-, De Burgh, Stratum en de Gender)
Grote financiële afwijkingen doen zich met name voor bij het afkoppelen van bedrijventerrein de tempel en bedrijventerrein kanaalzone. Er is nog weinig ervaring opgedaan in het afkoppelen van bedrijventerreinen. De opgestelde financiële raming is destijds gebaseerd op de kennis van dat moment. Inmiddels kan op basis van een uitgevoerd soort vergelijkbaar afkoppelproject (Achtse Barrier) vast worden gesteld dat de oorspronkelijke raming van deze projecten te laag is. Het project afkoppelen Doornakker cluster 2 is vervallen omdat uit onderzoek en berekeningen is gebleken dat ter plaatse afkoppelen niet noodzakelijk was. De restvolumes van de jaarschijven 2010,2011,2012 vervallen in het nieuwe GRP omdat deze daar zijn ingezet voor concreet benoemde projecten. Een gedetailleerde toelichting per project is opgenomen in de Concernrekening 2010 bijlagen.
- 110 -
Projecten met maatschappelijk nut Per saldo laat de projectenparagraaf Maatschappelijk nut een te verwachten nadelig resultaat zien van circa € 560.000. Dit nadelige resultaat is als volgt geanalyseerd. Het project de Bergen heeft een nadelig resultaat van € 332.000. In 2010 heeft de portefeuillehouder verzocht om aanvullende dekkingsbronnen te zoeken maar deze zijn niet gevonden. Het project wordt in 2011 afgesloten met dit nadelige resultaat ten laste van collegeproduct 8.7.5. Voor het resultaat op de overige projecten, per saldo € 228.000 nadelig, moet in 2011 dekking worden gevonden.
Uitvoering van maatschappelijk nut projecten heeft in 82 gevallen vertraging opgelopen. Er zijn diverse oorzaken voor de vertragingen: projectuitvoering is gereed echter financiële afwikkeling heeft nog niet plaatsgevonden (b.v. door subsidieafrekening of nog uitvoeren van kwaliteitstoetsen), einddatums zijn nog niet aangepast in bronbestand, kredietcrisis en capaciteitsproblemen.
Begin 2011 zal er een nieuw Meer Jaren Investeringsprogramma (MIP) worden vastgesteld door het college. In het MIP vindt een integrale afweging plaats van alle lopende en nog op te starten ruimtelijke projecten. Nr:
1
2 3
4 5
6 7
8 9 10 11
12 13 14 15
16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31
ID-nr
Omschrijving ID-nummer
Budget x € 1.000
Oorspr. Einddatum
Verwachte einddatum
004-00 005-00 024-xx 054-04 054-08
Openbaar vervoervoorziening CVA 1e+2e tranch Wegreconstructie Halvemaanstraat IWV Lakerlopen - algemeen Onderh. A. Fokkerweg / De Schakel Karel de Grotelaan
53.789 2.470 14.608 1.693 5.020
2013 2012 2013 2010 2012
2013 2012 2013 2011 2015
054-10 054-12 054-17 066-00 068-00 085-02 129-xx 134-00 136-00 146-00 149-00 150-00 150-01 154-01 173-00 185-01 185-03 197-xx 221-02 228-00 236-00 270-01 273-00 274-00 275-00 284-00 285-00 286-00 292-06 306-00 322-07 326-00 336-00 337-00 341-00 343-00 345-00 352-00 356-00 357-00 379-xx 385-00 386-00 389-00
Herinrichting Ventweg Botenlaan asfalteren diverse straten 2007 Onderhoudsprogramma 2008 herstraten IWV Kruidenbuurt Verkeersveiligheid Collseweg e.o. Wonen+kantoren Marconilaan / Baekelandplein Bodemsanering - diversen Wegreconstructie High Tech Campus IWV Bloemenbuurt Zuid IWV De Barrier IWV Drents Dorp IWV Woensel West Spilcentrum Woensel West Programma verkeersregelinstallaties IWV Philipsdorp MIP: Fietsmaatregelen MIP: Mobiliteit Geluidssanering - Gevel: begeleiding Uitvoeringsprogramma klimaatbeleid 2009 - 2012 Werken voor vakdiensten Herinr. OR 18 Septemberplein Woensel N.: extra beh. midd. '03 (bomen) IWV Bennekel IWV Oud Woensel IWV Genderdal Fietsvoorziening Nachtegaallaan Wegreconstructie Meerenakkerweg (onderdoorgang) Verkeersveiligheid Duurzaam Veilig - fase 3 Heraanplant inboet bomen 2007 Inrichting buitengebied Landelijk gebied Gijzenrooi Verv. Verlichting div. straten Gest. Ontginning Inrichting buitengebied Ehv. Kanaal - buiten gem.grens Herinr. OR Mecklenburgstraat/ Mauritsstraat Wegreconstructie Rotonde Tilburgseweg Reconstructie Montgomerylaan Parkeerregulering Belanghebbenden Parkeer Route Informatie Systeem (PRIS) Herinr. OR Geestenberg Wegreconstructie Hastelweg (buiten de Ring) Herinr. OR Wilhelminaplein 2e HOV-lijn Algemeen Verkeersveiligheid Trudoplein Integraal ontwikkelingsplan Genneperparken Herinrichting park Groenstrook Lieve de Keylaan
346 350 1.110 13.385 954 6.545 13.445 11.612 4.402 8.004 3.526 8.960 5.769 3.015 1.545 424 252 6.073 1.645 2.587 15.020 443 4.441 2.203 1.246 2.671 13.967 1.154 377 362 480 3.050 1.935 1.649 3.210 295 2.333 325 2.196 2.202 2.076 45 795
2010 2011 2010 2013 2010 2011 2011 2010 2014 2012 2011 2017 2009 2010 2016 2010 2010 2010 2012 2011 2010 2009 2018 2015 2012 2010 2011 2010 2010 2009 2009 2010 2010 2010 2010 2010 2009 2011 2011 2010 2010 2010 2010 2010
2011 2011 2011 2013 2011 2011 2014 2011 2014 2012 2013 2017 2011 2011 2016 2010 2010 2014 2012 2011 2011 2011 2018 2015 2012 2011 2011 2012 2011 2011 2011 2011 2011 2011 2011 2011 2012 2011 2011 2012 2011 2011 2011 2011
- 111 -
Planning
Afwijkingen tov. laatste informatie bestuur: Inhoud Knelpunten Financiën totale project: Lasten V 1.450
Baten N 1.450
V 575
N 575
N 58
V 57
Resultaat
*
*
V 128 N 35 N 27 N 301
N1
V 128 N 35 N 27 N 175
N 476
V 375
V 375
V 34
V 34
N 146 N 280
V 280
N 146
N 147 V 87
N 69
N 147 N 18
Bijsturing
2. Paragrafen Nr:
ID-nr
Omschrijving ID-nummer
Budget x € 1.000
Oorspr. Einddatum
Verwachte einddatum
Planning
Afwijkingen tov. laatste informatie bestuur: Inhoud Knelpunten Financiën totale project: Lasten
32 33 34 35
392-00 394-00 396-00 403-xx 405-00 408-01 408-02 418-00 422-00 483-00 488-00 490-00 494-00 497-00 506-01 508-00 510-00 513-00
Herinrichting Genderpark Studie Leenderweg (binnen de Ring) Openbaar vervoervoorz. Orpheuslaan VRI voor OV Plan van aanpak luchtkwaliteit NRE-mid 2007 Grondwateroverlast Verkeersveiligheid Verkeersveiligheid 2005 - 2006 Wegreconstructie Villapark Verkeersveiligheid Black-spots Herinr. OR Kanaalzone (bedr.terr. De Kade) Geluidsbelastingkaarten en actieplannen Bewegwijzering Bedrijventerreinen Wegreconstructie Zwaanstraat Wegreconstructie Pastoor Petersstraat Focus Investeringsfonds (FIF): voorbereiding en beheer Gem.brede uitvoering externe veiligheid Groendomein Wasven Inrichting buitengebied Aanschotse Beemden
1.600 1.500 943 4.986 5.527 659 808 345 2.426 4.641 374 730 1.500 1.100 287 2.438 408 20
2012 2010 2010 2015 2015 2010 2010 2011 2010 2012 2010 2010 2012 2010 2010 2011 2010 2009
2016 2011 2015 2015 2015 2013 2013 2011 2011 2011 2014 2012 2012 2011 2011 2011 2011 2016
46
529-00 540-00
Programma Licht - 2006 Herinrichting Petrus Donderstraat
4.217 1.325
2011 2011
2013 2011
47 48 49 50
541-00 542-00 549-00 551-00 555-xx 565-00 571-00 581-00 584-00 585-00 587-00 615-00 616-00 617-00 622-00 626-00 629-00
3.205 1.125 950 722 6.457 550 40 500 532 802 1.568 1.394 542 532 100 252 217
2010 2010 2010 2010 2011 2009 2010 2009 2010 2010 2012 2010 2009 2010 2009 2009 2011
2011 2011 2011 2011 2011 2015 2011 2012 2011 2013 2013 2012 2012 2012 2011 2012 2011
2.635 16.130 4.332
2011 2011 2010
2012 2013 2013
36 37 38
39 40 41 42 43 44 45
62 63 64
633-00 634-00 635-00
Herinrichting Tilburgseweg Herinrichting Velddoornweg Herinrichting Roostenlaan (Floralaan-west tot snelweg) Lichtnaald Beukenlaan Beter Bereikbaar Zuid-Oost Brabant implementatie concessie 2009 Eindhoven Ontwikkelingsvisie De Bergen Fietsvoorzieningen Fietsprojecten 2006 Graffitibestrijding Eindhoven Groenvoorziening Philips de Jongpark Baggeren waterpartijen Reconstructie kruising Boschdijk Marathonloop Fietspad Welschapsedijk Nrd Brabantlaan Verplaatsing kinderboerderij ivm verbreding A2 Bouwborden bij projecten Verkeerscirculatieplan Woensel Noord-Oost Reconstr.Aalsterweg-A.Coolenlaan verlengde linksaf strook Halteplan Toegankelijk OV 2008-2010 Reconstructie Beemdstraat-Meerenakkerweg onderhoud verkeerslichten 2008 - 2010
65 66 67 68 69 70 71 72 zie 36
636-00 637-00 638-00 639-00 641-00 642-00 643-00 646-00
Herinrichting Kreeftstraat Herinrichting Poeijersstraat Herinrichting Woenselse Markt - Kruisstraat Herinrichting OHP 2008 Herinrichting diverse ventwegen Hondenlosloopterreinen Bonifatiuspark Actieprogramma Fiets 2008 - 2011
491 721 2.240 420 262 500 350 1.362
2009 2009 2012 2009 2010 2009 2010 2012
2011 2011 2012 2012 2011 2011 2011 2015
647-00 651-00
681 1.325
2011 2010
2014 2011
73
652-00
2.825
2010
2011
74
652-01 652-02 654-00
250 1.269 1.124
2010 2012 2013
2013 2012 2013
1.144 473 1.102 1.158 311
2013 2010 2010 2010 2010
2013 2011 2011 2012 2011
1.158
2010
2012
250 475 281 309 262 351 707 285
2009 2010 2011 2013 2012 2012 2012 2011 2009 2010
2012 2012 2015 2013 2012 2012 2012 2011
51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61
75 76 77 78
654-01 655-00 655-01 656-00 658-00
Luchtkwaliteit NRE 2008 - 2010 Herstraten voetpaden Uitvoeringsprogr.groen en recreatie 2008-2009 op div lokaties Cofinanciering Reailisatie Stadspoort Landbouw Philips Fruittuin diverse groenprojecten RoCK ( Regions of Connected Knowledge ) RoCK - WP 40544 Openbaar vervoersvoorz. EindhovenDusseldorf Asfaltprogramma 2009 Deklaagvervanging Fransebaan herstraatprogramma 2009 Vervanging bomen 2009
79
661-00
OHP 2009 herstraten diverse wegen
80 81 82
663-00 667-00 672-00 681-00 681-01 681-03 681-05 682-00 683-00 684-00
Groenrenovatie Philips van Lenneppark Mensen Wensen budget Wegwijs A2 BAPTS (Booosting Advantaced Public Transport Systems BAPTS WP 1 P + R plus BAPTS WP 3 doelgroepgerichte OV benadering BAPTS WP 4 B doorontwikkeling stadspas IWV Krachtwijk Doornakkers Reconstructie Huizingalaan Speelvoorzieningen 2008-2010
83 84
N 35
- 112 -
Resultaat
V 100
V100
V 35
V 100 V 589
V 100 N 592
N3
N 120
N 120
V 250
V 250
N 332
N 332
N 313
V 236
N 42
N 77
N 42
* N 230
2010
Baten
V 230
V 50
V 50
N 72
N 72
N 416
V 416
N 183 N 23
V 70
N 183 V 47
Bijsturing
Nr:
ID-nr
Omschrijving ID-nummer
Budget x € 1.000
Oorspr. Einddatum
Verwachte einddatum
Planning
Afwijkingen tov. laatste informatie bestuur: Inhoud Knelpunten Financiën totale project: Lasten
85 86 87 88 89 90 91 92 93
685-00 692-00 693-00 695-00 703-00 704-00 705-00 706-00 707-00
Innovatie bussen op vloeibaar aardgas Vervangen van openbare verlichting door LED verlichting Hovenring Tijdelijke herinrichting Stationsplein Deklaagvervanging Marathonloop Herinrichting Donizettilaan en Mendelssohnlaan Herinrichting St. Josephlaan Onderhoudsprogramma 2010 Design in de openbare ruimte
711-00 712-00 714-00 716-00 717-00 724-00
Verkeersveiligheidsmaatrgelen 't Hofke Uitbreiding geautomatiseerde fietsenstallingen Transferium Land- en Tradeforum OR rondom VMBO Botenlaan Gebiedsgericht werken voor ondernemers Drempelprojecten onderhoud
300 1.151 26.513 699 397 394 265 2.053 250
2010 2010 2013 2010 2011 2011 2011 2011 2010
2014 2015 2013 2011 2012 2012 2012 2011 2012
280 692 488 1.275 276 1.178
2011 2011 2012 2012 2012 2013
2012 2011 2012 2012 2012 2013
- 113 -
Baten
Resultaat
Bijsturing
2. Paragrafen Projecten vastgoed De projecten Vastgoed worden op totaal kosten en baten gerapporteerd. De verwachte totale afwijking voor de gerapporteerde Vastgoed projecten bedraagt € 528.000 nadelig. Dit als gevolg van verwachte extra kosten die noodzakelijk zijn om de projecten te verwezenlijken.
De volgende projecten laten een afwijking zien:
Verbouwing Popei: door failliet verklaring van de huurder van dit pand is de BTW van de gemaakte kosten wellicht niet terug te vorderen bij de belastingdienst, en drukken als kosten op het project. Verwachte overschrijding hierdoor is € 146.000. Een bezwaarschrift aan de belastingdienst hierover is nog in behandeling.
Biomassacentrale Tongelreep: voor dit project is een subsidie ontvangen die abusievelijk vrijgevallen is in de algemene middelen van de gemeente Eindhoven. Hierdoor ontstaat op het project een financieel tekort van € 213.000.
B&O gebouw De Barrier: een nadeel van € 169.000 wordt verwacht als gevolg van een prijspeilcorrectie. Het nadeel wordt opgevangen in de egalisatiereserve onderwijshuisvesting. Projecten vastgoed Omschrijving ID-nummer
Budget x € 1.000
Oorspr. einddatum
Verwachte einddatum Planning
Afwijkingen tov. laatste informatie bestuur: Inhoud Knelpunten Financiën totale project: Lasten
Verbouwing Popei
4.650
2010
2011
Renovatie Ventose flat
12.268
2012
2013
Sportmedisch centrum Tongelreep
7.559
2010
2011
Sport en turnhal (Vijfkamplaan) Nieuwbouw sportaccomodatie Botenlaan
5.600
2010
2010
8.900
2011
2011
Kinderboerderij Philips van Lenneppark
885
2009
2011
Nieuwbouw Hondsheuvel Herontwikkeling Genneper parken 142 169 171
4.743
2010
2010
2100
2011
2011
Biomassacentrale Tongelreep
4700
2010
2011
Bio energiecentrale Ottenbad
2000
2010
2011
B&O gebouw de Barrier
1744
2010
2012
2e Indoor sporthal Gennerper Parken
6950
2012
2012
Steentjeskerk
1064
2010
2011
- 114 -
Baten
Resultaat
146 N
146 N
213 N
213 N
169 N
169 N
Bijsturing
2.9
Burgerjaarverslag
Er is wederom voor gekozen om het burgerjaarverslag op te nemen in het concernverslag. In deze paragraaf wordt kort ingegaan op dienstverlening, burgerparticipatie, klachten en bezwaarschriften.
Dienstverlening 2010 Publieksdienstverlening 2010 De publieksdienstverlening is in 2010 op peil gebleven. De dienstverlening aan de publieksbalie heeft stevig onder druk gestaan door de verbouwing en inrichting van de begane grond van het Stadskantoor naar het Inwonersplein. Hetzelfde geldt voor de telefonische bereikbaarheid: met de komst van de nieuwe telefooncentrale moesten alle toestellen opnieuw geprogrammeerd worden en het inregelen van het nieuwe callcenterplatform is een lastige klus gebleken. Beide geven druk op de prestaties. Daarnaast is door het KCC de eerstelijns contacten van de sector Werk (i-casemanagers) overgenomen wat nog enige tijd zal vergen totdat alle callcentermedewerkers hierop volledig zijn ingeleerd. Voor 2011 houden we de dienstverlening op niveau, maar we gaan onze inzet hierop versoberen door slimmer te gaan werken. Er zal een steeds zwaarder accent komen te liggen op het goedkoper (slimmer) inrichten van onze dienstverleningsprocessen, bijvoorbeeld door sterker in te zetten op digitale dienstverlening.
Publieksbalies Onze burgers (218.421) waardeerden in 2010 een bezoek aan het Inwonersplein met een rapportcijfer 7,8. Dit is hoger dan de waardering voor de gemiddelde gemeente in dezelfde grootteklasse. Uit de gemeentelijke dienstverleningsmonitor blijkt dat van de gemiddeld 18.200 mensen die maandelijks het Inwonersplein bezochten 84% inderdaad bij een afspraak niet langer dan vijf minuten hoefden te wachten en 76% bij vrije inloop niet langer dan twintig minuten hoefden te wachten (de norm is voor beide 80%). Voor de maandelijkse gemiddeld 680 bezoekers aan het Ondernemersplein is dat100%. Voor de circa 7.200 bezoekers gemiddeld per maand aan het Werkplein is dat ook 100%.
Om de dienstverlening voor onze burgers te verbeteren zijn per 1 juli 2010 nieuwe openingstijden ingevoerd bij het Inwonersplein en kan er voor de meeste zaken een afspraak gemaakt worden, bijvoorbeeld het aanvragen van een reisdocument, rijbewijs of uitreksel. Bij het maken van de afspraak wordt direct aangegeven welke documenten bezoekers moeten meenemen en, niet te vergeten, is de wachttijd bij de aanvraag kort, veelal minder dan de normtijd van 5 minuten. Doordat het werken op afspraak wordt gestimuleerd, is het totaal aantal afspraken sterk gestegen. In 2010 hebben bijna 34.000 Eindhovenaren het Inwonersplein op afspraak bezocht. In het derde kwartaal van 2010, na de invoering van de nieuwe openingstijden, bezocht 1 op de 4 bezoekers het Inwonersplein op afspraak, terwijl dit in 2009 minder dan 1 op de 10 was. Burgers moeten nog wel wennen aan het feit dat het aantal uren vrije inloop nu beperkt is.
www.eindhoven.nl Het digitaal loket trok in 2010 gemiddeld 17.180 bezoekers. Onze bezoekers waardeerden de dienstverlening van het digitaal loket met een rapportcijfer 7,8 in een grootschalig klanttevredenheidsonderzoek dat medio 2010 is uitgevoerd door TNS NIPO. Ook in 2010 is het digitaal loket verrijkt met nieuwe webfunctionaliteiten. Zo is op 1 oktober het omgevingsloket online in de lucht gegaan. Het omgevingsloket biedt burgers en ondernemers online informatie bij het oriënteren op de omgevingsvergunning, de mogelijkheid om 24 uur per dag, digitaal een vergunning aan te vragen en statusinformatie over de aanvraag te bekijken.
- 115 -
2. Paragrafen Telefoon Ook de waardering voor de telefonische bereikbaarheid is met een 7,1 goed. Het aantal binnengekomen telefoontjes bedroeg 294.757. Uit de gemeentelijke dienstverleningsmonitor blijkt dat in 2010 76% van de telefoontjes binnen 20 seconden werd opgenomen (de norm is 80%). Door invoering van een klantcontact registratiesysteem, waarmee klantvragen en antwoorden kunnen worden geregistreerd en terugbelnotities kunnen worden vastgelegd en antwoorden bewaakt, zal het telefoniekanaal naar verwachting verder renderen in 2011.
Zoals gesteld is in december de telefonische bereikbaarheid gedaald als gevolg van de nieuwe telefonie-centrale en later ook (in januari 2011) de overname van eerstelijns contacten van de sector Werk (i-casemanagers). Inmiddels hebben Publiekszaken/KCC en I&B de knelpunten helder in beeld die de verrminderde bereikbaarheid veroorzaken. Hierop worden in drie richtingen verbeteracties doorgevoerd: hardware (oplossen van de “bugs” uit het nieuwe telefoonsysteem), software (inregelen van managementinformatie zodat gestuurd kan worden op de prestaties) en organisatorisch (aanscherpen van de afspraken over de overname van eerstelijns contacten van de sector Werk, instructies van de nieuwe telefoonstellen gemeentebreed onder de aandacht brengen).
Post In 2010 zijn er 68.801 poststukken ontvangen en officieel geregistreerd. Uit “De dienstverleningsmonitor” blijkt dat van alle afgehandelde brieven 78% tijdig is beantwoord. In 2010 is er een forse inhaalslag gemaakt met het wegwerken van alle openstaande poststukken. Maar het postproces hapert nog steeds. De manier waarop tussentijdse informatie wordt verschaft over de voortgang van afhandeling (bijv. ontvangstbevestigingen en verdagingsberichten) schiet nog tekort, ondanks de diverse verbeteringen die de afgelopen jaar zijn doorgevoerd. In slechts 42% van de gevallen wordt er een ontvangstbevestiging verstuurd. Dit is een onwenselijke situatie en een ernstige tekortkoming in de dienstverlening naar burgers toe. Digitalisering van de poststromen zal weliswaar beter zicht geven op waar poststukken zich bevinden, maar tijdige afhandeling is en blijft een kwestie van doen.
Kwaliteitshandvest “Dienstverlenen doen we zó” Wij zijn onze burgers en ondernemers graag zo goed mogelijk van dienst. Daarom hebben we een kwaliteitshandvest opgesteld met daarin concrete normen waaraan onze service moet voldoen. Met dit kwaliteitshandvest maken we duidelijk waar de gemeente voor staat, wat burgers en ondernemers mogen verwachten en ook wat zij zelf kunnen doen om snel en goed geholpen te worden. In 2010 is het kwaliteitshandvest van de gemeente Eindhoven door het overheidsprogramma Burgerlink (een initiatief van het ministerie van BZK) gekozen tot het Beste Kwaliteitshandvest 2010.
Samenwerking Tue op ICT-gebied Bij veel nieuwe stappen die we zetten op dienstverleninggebied komt ICT kijken. Om hierin de juiste ondersteuning te kunnen bieden voor onze stad en regio zijn de gemeentelijke ICT-sector en haar collega-afdeling bij de TU/e een samenwerking aangegaan. Onderdeel van de samenwerking is het gebruik maken van elkaars computerruimtes zodat er uitwijklocatie is bij mogelijke calamiteiten. Ook is afgesproken om de ICT infrastructuur aan elkaar beschikbaar te stellen en kennis en vaardigheden op ICT-gebied uit te gaan wisselen.
Burgerparticipatie Het verbeteren van de samenwerking met burgers, maar ook op het stimuleren en activeren van mensen om mee te doen, mee te werken en mee te denken aan stad, buurt of wijk en hen daartoe voldoende in staat stellen staan centraal bij burgerparticipatie. Waar mogelijk worden inwoners vroegtijdig betrokken bij ontwikkelingen, inwoners gestimuleerd om zelf actief te zijn en daarbij waar nodig te ondersteunen.
- 116 -
Hiermee willen we bereiken dat de betrokkenheid en het zelforganiserend vermogen van burgers toeneemt (actief burgerschap). Daarnaast wil de gemeente dat burgers zich gehoord en serieus genomen voelen en dat er beter beleid wordt gemaakt (interactief beleid). Als we naar een aantal effecten kijken van de inspanningen van het afgelopen jaar dan is daar een, wellicht bescheiden, verbetering waar te nemen.
Meldingen openbare ruimte April 2010 is Eindhoven als eerste gemeente in Nederland gestart met het melden via de smartphone. Belangrijke reden hiervoor is in het kader van burgerparticipatie, systeeminnovatie en kwaliteitshandvestdienstverlening een zeer laagdrempelig, transparante manier van melden van onderhoudsklachten door bewoners, bezoekers van Eindhoven.
Het melden is een succes omdat al 8% (ongeveer 2.500 meldingen per jaar) inmiddels via de smartphone verloopt. Het voordeel van de smartphone melding is dat de bewoner ook automatisch een statusupdate krijgt van zijn/haar melding.
Binnenkort zal ook de blackberry ontsloten worden voor de applicatie 'buitenbeter' zodat het personeel van de gemeente Eindhoven met een blackberry ook kan gaan melden. Het resultaat zal zijn een meer opgeruimde openbare ruimte.
2006
2008
2009
14%
18%
19%
% Eindhovenaren dat zich verantwoordelijk voelt voor buurt of wijk
54%
57%
60%
% Eindhovenaren dat zich goed geïnformeerd vindt over de buurt of wijk
32%
41%
38%
% Eindhovenaren dat meedenkt en meepraat over ontwikkelingen in of buurt of wijk
17%
19%
21%
% Eindhovenaren dat het belangrijk vindt om zelf invloed uit te oefenen op zaken die
67%
70%
70%
% Eindhovenaren dat zich serieus genomen voelt door de gemeente bij plannen in de buurt, wijk
voor buurt of wijk van belang zijn (cijfers uit de inwonersenquête gemeente Eindhoven 2006, 2008 en 2009)
In 2010 zijn er onlangs een drietal rapporten afgerond die zijn uitgevoerd in het kader van het uitvoeringsprogramma burgerparticipatie 2008-2010.
Onderzoek Interactie in actie 2 De praktijk van samenspraak in 2008 en 2009 is in vervolg op een eerder onderzoek uit 2007 opnieuw onderzocht door de Universiteit van Tilburg en Fontys Hogescholen. Het onderzoeksrapport schetst een – over het algemeen – positief beeld. Ten opzichte van de resultaten uit 2007 is bovendien over de gehele linie een verbetering waar te nemen. Het algeheel rapportcijfer dat deelnemers aan de gemeente geven stijgt van 6,5 naar 6,8.
Zeggenschap Er is onderzoek gedaan naar de mogelijkheden en voorwaarden voor overdracht van zeggenschap naar burgers met betrekking tot de inrichting , het beheer en het toezicht op de openbare ruimte. Een studie is gedaan naar landelijke en Eindhovense initiatieven op dit
- 117 -
2. Paragrafen terrein. Dit resulteerde onder andere in een aantal kaders en randvoorwaarden die samengevat kunnen worden in een achttal kernwaarden.
Gedragsregels Er is gezocht naar vormen van betrokkenheid en verantwoordelijkheid van bewoners bij de leefbaarheid in de buurt. Concreet stelde het project zich tot doel na te gaan of het maken van ‘gedragsafspraken’ tussen bewoners onderling kan bijdragen aan het vergroten van de leefbaarheid in het portiek, de straat of het plein op de korte, maar ook op de lange termijn. Conclusie van de studie is dat dit soort projecten zeker een bijdrage kan bieden aan de verbetering van de leefbaarheid mits ingepast in en onderdeel van een bredere aanpak van de buurt. Daarnaast biedt het onderzoek een handreiking voor het werken met gedragsregels in Eindhoven.
Andere activiteiten die in 2010 hebben plaatsgevonden zijn: Digitale Webwijzer Samenspraak Naar aanleiding van de vaststelling van de verordening Samenspraak en Inspraak in september 2008 is een interne Routeplanner Samenspraak ontwikkeld, heeft de interne cursus ‘De weg naar samenspraak’ plaatsgevonden, waaraan ruim 150 medewerkers hebben deelgenomen en is de digitale Webwijzer Samenspraak ingericht.
Buurtcontracten Buurtcontracten zijn er voor alle buurten die extra aandacht nodig hebben: de wijkvernieuwings- en actiegebieden. Het buurtcontract geeft aan wát elke organisatie wáár en wannéér in de wijk gaat doen om de leefbaarheid in de buurt te vergroten. De gemeente heeft de regierol in de totstandkoming van de buurtcontracten. Naast de (professionele) partnerorganisaties nemen de bewonersorganisaties deel aan voorbereiding en de overlegstructuren die de voortgang van de buurtcontracten volgen. Met de buurtcontracten wil de gemeente niet alleen de acties in de wijk bundelen, maar ook dat de bewoners zich meer betrokken voelen bij hun buurt en dat hun invloed op wat er in de buurt gebeurt, groter wordt. In 2010 zijn er 24 buurtcontracten gerealiseerd: ’t Hool, Barrier, Bennekel, Bloemenbuuurt Zuid, Burghplan, Doornakkers, Drents Dorp, Genderdal, Jagershoef, Kerstroosplein, Kronehoef, Kruidenbuurt, Lakerlopen, Lievendaal, Limbeek, Mensfort, Oud Woensel, Philipsdorp, Rapenland Zuid, Sintenbuurt, Tivoli, Vaartbroek, Vlokhoven, Woensel West.
Burgerparticipatie 2011-2014 In november 2010 hebben er een 5-tal samenspraakactiviteiten plaatsgevonden voor het realiseren van het nieuwe programma Burgerparticipatie 2011-2014. In 2011 is dit nieuwe programma gereed.
Klachten De Algemene wet bestuursrecht (Awb) kent het hoofdstuk Klachtrecht. Met dit hoofdstuk stelt de wetgever de burger in staat om een klacht in te dienen als hij zich door een bestuurder of ambtenaar niet correct behandeld voelt. Een klacht kan op verschillende manieren worden ingediend, per brief, e-mail, telefonisch, persoonlijk of via de website. In de wet staan de voorwaarden opgenomen waar een klacht aan moet voldoen, zoals het feit dat de aanleiding van de klacht niet langer dan een jaar geleden heeft plaatsgevonden. Verder is het voor het in behandeling nemen van de klacht van belang dat duidelijk omschreven wordt om welke gedraging het gaat en, indien mogelijk, welke bestuurder of ambtenaar in het geding is. Als een klacht niet aan de wettelijke eisen voldoet, kan de gemeente de klacht niet in behandeling nemen.
- 118 -
Klachten over de laatste 5 jaar 2006
2007
2008
2009
2010
Aantal in behandeling genomen klachten
225
233
204
265
360
Informeel afgehandeld
50%
77%
74%
85%
89%
Formeel afgehandeld
50%
23%
26%
15%
11%
(Deels) gegrond
54%
32%
57%
36%
36%
Ongegrond
40%
56%
39%
56%
61%
Geen oordeel
6%
12%
4%
8%
3%
Afgehandeld binnen 6 weken
66%
72%
63%
72%
Afgehandeld binnen 10 weken
78%
88%
83%
87%
Aantal klachten In 2009 was er ten opzichte van voorafgaande jaren al sprake van een flinke stijging van het aantal klachten. Deze stijging heeft zich in 2010 voortgezet. Ten opzichte van 2009 steeg het aantal klachten in 2010 met 36%. Deze stijging lijkt vooral te maken te hebben met de economische crisis en daarmee met het toenemende aantal klantcontacten bij de sectoren Werk & Inkomen en Zorg & Inkomen. In 2010 hadden veel klachten betrekking op deze sectoren, waarvan de medewerkers beslissingen voorbereiden die de primaire levensbehoefte van mensen aangaan. Emotionele spanningen kunnen daarbij oplopen en het indienen van een klacht kan daar een gevolg van zijn.
Afhandeling klachten Sinds de laatste 3 à 4 jaar zet de gemeente sterk in om bij het afhandelen van klachten aan te sluiten bij de wensen van de klager. Ervaring leert dat een klager niet altijd prijsstelt op een formeel afhandelingstraject. Vaak wil de klager dat zijn klacht op een meer informele manier snel uit de wereld geholpen wordt. Het aantal informeel afgehandelde klachten is in 2010 ten opzichte van voorafgaande jaren opnieuw toegenomen. Als een klager over de uitkomst van een informele afhandeling niet tevreden is kan de klacht alsnog een formele afhandeling krijgen. Blijft een klager bedenkingen houden bij de manier waarop de gemeente met zijn klacht om is gegaan dan kan hij terecht bij de Ombudscommissie Zuidoost-Brabant. In 2010 hebben 5 klagers dit gedaan.
De percentages (deels)gegrond, ongegrond en geen oordeel betreffen de klachten die formeel zijn afgehandeld en waarover het college van burgemeester en wethouders een oordeel geeft. In 2010 ging het om 38 klachten.
De wet stelt een termijn aan de afhandeling van klachten. In principe dient een klacht binnen 6 weken afgehandeld te zijn. Er bestaat een mogelijkheid om deze termijn met opgave van reden met 4 weken te verlengen naar 10 weken. In 2010 is er ten opzichte van 2009 sprake van een lichte vooruitgang met het tijdig afhandelen van klachten. Echter door de tijdelijke onderbezetting van het aantal klachtenbehandelaren is het niet gelukt meer klachten binnen de uiterste termijn van 10 weken af te handelen. Sinds medio januari 2011 is het team van klachtenbehandelaren voltallig. Dit betekent dat in 2011 het percentage tijdig afgehandelde klachten moet toenemen.
Toekomst klachtenafhandeling Om de klachtenafhandeling beter te kunnen volgen en mogelijke verbeteringen binnen de klachtenprocedure tijdig te kunnen signaleren en doorvoeren zal er in 2011 gewerkt worden met een aantal prestatie-indicatoren. Ook zal via een vragenlijst de
- 119 -
2. Paragrafen tevredenheid van de klagers gemeten worden. Daarnaast zal er in 2011 extra aandacht zijn voor het verbeteren van de dienstverlening op grond van de ingediende klachten. Een klacht is immers een graadmeter van de klantgerichtheid van de organisatie.
Bezwaarschriften Het totaal aantal bezwaarschriften is in 2010 ten opzichte van 2009 min of meer gelijk gebleven. Wel heeft de recessie een merkbare invloed gehad. Zo is het aantal bezwaarschriften dat betrekking heeft op verleende bouwvergunningen gehalveerd, terwijl de bezwaarschriften, betrekking op sociale aangelegenheid aanmerkelijk zijn toegenomen. Dit laatste is een gevolg van een toename van uitkeringsaanvragen. Het afgelopen jaar is opnieuw het aantal bezwaarschriften dat tijdig kon worden afgedaan toegenomen. In 2009 werd 75% tijdig afgedaan, in 2010 is 79% van de bezwaren tijdig afgedaan. Het aantal zaken dat via de ‘andere aanpak’, via een minder formeel traject (minnelijk overleg), kon worden opgelost bedroeg ca. 35%. In 2009 was dit nog 37,5%.
De ontwikkeling van de ingediende bezwaarschriften over de afgelopen jaren laat het volgend beeld zien:
Jaar
Ingekomen
Afgedaan
Tijdig
Andere aanpak
2007
1.672
2008
1.595
1.504
694 (46%)
350 (20%)
1.627
1.034 (62%)
530 (33%)
2009
1.765
1.601
1.200 (75%)
600 (37,5%)
2010
1.755
1.780
1.400 (79%)
620 (35%)
Onderstaande cijfers geven een beeld van de gerechtelijke procedures over de afgelopen jaren.
Jaar
Ingekomen
Afgedaan
Gegrond
Ingetrokken
2007
299
426
136 (32%)
54 (13%)
2008
246
246
71 (29%)
45 (18%)
2009
276
232
61 (27%)
63 (27%)
2010
309
248
90 (36%)
45 (18%)
Het aantal ingekomen gerechtelijke procedures is het afgelopen jaar gestegen. Hier speelt de recessie eveneens een rol, omdat de stijging met name betrekking heeft op procedures betreffende sociale aangelegenheden. Dit vloeit voort uit het toenemend aantal uitkeringsaanvragen en de hieruit voortvloeiende bezwaarprocedures.
- 120 -
Th e m a ' s
3
3.1 Meedoen 3.2 Brainport 3.3 Actieve jeugd (inclusief Talentcentres) 3.4 Wonen / wijkvernieuwing 3.5 Bereikbaarheid 3.6 Burgerparticipaties 3.7 Duurzaamheid en klimaatbeleid 3.8 Arbeidsmarktbeleid 3.9 Design en licht 3.10 Strijp S 3.11 Veiligheid 3.12 Cultuur Totaal
3. Thema’s Bestuurlijke programma’s Inleiding In dit hoofdstuk wordt verantwoording afgelegd over de bestuurlijke programma’s. Deze programma’s, 12 in totaal, hebben de strategische agenda gevormd voor de bestuursperiode 2007-2010 en zijn door het vorige college vanuit het coalitieakkoord ‘Eindhoven Eén’ bij de programmabegroting 2007 als zodanig geformuleerd. Omdat er in 2010 verkiezingen zijn geweest en er inmiddels een nieuw coalitieakkoord is opgesteld, wordt in dit Concernverslag voor de laatste keer verantwoording gegeven over de 12 programma’s. In dit hoofdstuk wordt aangegeven welke doelen we met deze speerpunten hebben nagestreefd en de activiteiten die we daarvoor in 2010, en in de gehele bestuursperiode 2007-2010, hebben uitgevoerd.
Het betreffen de volgende bestuurlijke programma’s Meedoen
3.1
Brainport
3.2
Actieve jeugd (inclusief Talentcentres)
3.3
Wonen / wijkvernieuwing
3.4
Bereikbaarheid
3.5
Burgerparticipaties
3.6
Duurzaamheid en klimaatbeleid
3.7
Arbeidsmarktbeleid
3.8
Design en licht
3.9
Strijp S
3.10
Veiligheid
3.11
Cultuur Totaal
3.12
- 121 -
3. Thema’s 3.1 Meedoen Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: L Scholten
Commissie
: Sociale zaken (MZFPO)
Relatie met andere programma’s Het programma Meedoen is thematisch en heeft daardoor veel raakvlakken met andere speerpuntprogramma’s, diensten en projecten binnen de gemeente Eindhoven. Naast de inbedding in Mens en Maatschappij zijn er duidelijke raakvlakken met het Zorg en Inkomen alsook met gebiedsgericht werken, de krachtwijken en burgerparticipatie. Meedoen wil dicht bij de bewoners en de buurten opereren. Daar waar de nood het hoogst is, bijvoorbeeld door een opeenstapeling van problemen, zal het zwaartepunt komen te liggen. Daarnaast is er een verband met het programma Arbeidsmarktbeleid. Meedoen gaat immers om participatie in de samenleving en de meest evidente vorm daarvan is het hebben van betaald werk of vrijwilligerswerk als opstap naar betaald werk. Ook is er een raakvlak met het programma Actieve Jeugd. Jeugd is een speciale aandachtsgroep binnen het programma Meedoen vanuit het perspectief dat preventie essentieel is om toekomstige sociale uitsluiting te voorkómen. Daarom zijn de te ontwikkelen activiteiten in het kader van de Aboutalebgelden ook aan het programma Meedoen toegevoegd. Los van de bestuurlijke programma’s zijn er veel raakvlakken met andere onderdelen binnen de gemeente, zoals diversiteitbeleid, de Wet maatschappelijke ondersteuning, de Wet werk en bijstand, inburgering, lokaal gezondheidsbeleid, Cultuur Totaal, Stedelijk Kompas en seniorenperspectief.
Doelen Het programma Meedoen is een tijdelijk bestuurlijk programma: het bestuur legt met het programma een accent en doet dat gedurende de looptijd van 2008 tot en met 2010. Het jaar waarover gerapporteerd wordt is een afsluitend jaar geweest: activiteiten en financieringen liepen ten einde en ook het bestuur wisselde.
Het motto van Meedoen is: Iedereen doet mee en ieder talent telt. We willen uitsluiting door sociale, financiële, psychische of fysieke problemen tegengaan en de zelfredzaamheid en de talenten van inwoners versterken door:
b b b b
Het vergroten van de deelname aan het sociale leven; Het verbeteren en ondersteunen van de inkomenssituatie; Het vergroten van de normatieve integratie (waarden, normen en binding met de samenleving) Het verbeteren van de toegang tot en beschikbaarheid van allerlei voorzieningen.
Het programma Meedoen moet ertoe leiden dat de inwoners van Eindhoven voelen én ervaren dat ze erbij horen. De hoogste nood zit bij de kwetsbaren in onze stad: de dak- en thuislozen; chronisch zieken en gehandicapten; mensen met een laag inkomen; jongeren; senioren en laaggeletterden in de Nederlandse taal. Zowel sociaal als financieel nemen we drempels weg. Uiteindelijk moet dit ertoe bijdragen dat minder Eindhovenaren zich eenzaam voelen, dat mensen hun talenten kennen en benutten en dat meer inwoners actief meedoen in onze samenleving. Het resultaat van het programma Meedoen bestaat uit de optelsom van het resultaat van de afzonderlijke activiteiten. Soms zijn dit heel concrete cijfers, zoals bijvoorbeeld het aantal deelnemers aan de Ontdek je Talent trainingen. Soms ook gaat het om een meer procesmatig resultaat, bijvoorbeeld wanneer we een manifestatie organiseren om het thema ‘eigen kracht’ in relatie tot armoede te introduceren bij de partners.
- 122 -
Het programma Meedoen is medio 2007 in het leven geroepen. Het jaar 2008 stond vooral in het teken van opbouw, zowel inhoudelijk, procedureel alsook het netwerk opbouwen. In 2009 was het voornaamste doel om resultaten te behalen, waarbij 2010 vooral in het teken zal staan van afronding en overdracht naar de verschillende sectoren. Al bij presentatie van het uitvoeringsplan Meedoen werd opgemerkt dat de inhoud overduidelijk relevant was en dat het meten van resultaten bij een dergelijk programma ingewikkeld zou zijn. Dat klopt. Het blijft lastig te meten hoeveel mensen nu daadwerkelijk meedoen, hoeveel kinderen door het programma Meedoen meer kansen hebben gekregen, etc. De leefsituatie-index alsook de stadsmonitor en armoedemonitor geven een kwantitatieve en vergelijkbare indicatie hoe het gesteld is met de thema’s van Meedoen in Eindhoven. De grote lijn hierin is positief; we doen veel in Eindhoven en het heeft effect! Kijken we naar de inhoud, dan kunnen we stellen dat de vernieuwingslijn zorgvuldig is samengesteld en dat meer nog dan gepland is uitgevoerd. De rechtvaardiging voor de activiteiten ligt dan ook niet zozeer in de achteraf gemeten prestaties maar veeleer in de zorgvuldige keuze vooraf en de grondige en deskundige uitvoering gedurende de looptijd van het programma. En er is meer; er is meer gedaan en meer bereikt met het programma Meedoen. Want naast de inhoud die we hierboven beschreven hebben heeft Meedoen heel veel tot stand gebracht op procesniveau. Zo is intern binnen de gemeente themagericht samenwerken tot stand gekomen. Ook extern, met partners in Eindhoven, is samenwerking verstevigd en is een thema leidend gemaakt in tegenstelling tot een organisatie. Het gevoel dat de gemeente en organisaties in de stad samen armoede en participatie op moeten pakken heeft wortel gevat. Daarmee is een gezonde basis gelegd voor verdergaande samenwerking in de toekomst. Ook landelijk en Europees is de samenwerking opgezocht. Het vergroten van de scope maakt vaak beter zichtbaar waar we mee bezig zijn. En wat is opgevallen is dat Eindhoven daar trots op kan zijn!
Effectindicatoren, meer Eindhovenaren gaan participeren.
Leefsituatie-index
2006
2007
2008
2009
2010
103
104
105
106
105
-10
-10
-9
-8
-8
-7
-7
-7
-9
-7
-6
-6
-11
-10
-10
-8
7%
5%
5%
4%
15%
11%
10%
8%
15%
12%
10%
11%
% dat niet meedoet van niet westerse allochtonen
14%
8%
5%
6%
8%
% dat niet meedoet van 65-plussers
19%
16%
16%
15%
13%
7%
6%
5%
6%
5%
Alle Eindhovenaren (stedelijk gemiddelde) Afwijking van gemiddelde voor degenen met een laag inkomen Afwijking van gemiddelde voor degenen met een lage (of geen) opleiding Afwijking van gemiddelde voor de niet-westerse allochtonen Afwijking van gemiddelde voor de 65-plussers
-9
-7
-7 -8
Niet meedoen1 % Eindhovenaren dat niet meedoet (stedelijk gemiddelde) % dat niet meedoet van Eindhovenaren met een laag inkomen % dat niet meedoet van Eindhovenaren met maximaal basisschool
4%
9%
10%
Sociaal isolement % Eindhovenaren in een sociaal isolement2
- 123 -
3. Thema’s % 65-plussers in een sociaal isolement
10%
8%
6%
9%
5%
-
941
-
-
739
1.146
1.415
1.265
-
-
32%
35%
-
37%
Het aantal dak- en thuislozen in Eindhoven neemt af Het aantal feitelijke dak- en thuislozen Overlast van deze groep vermindert Meldingen bij politie van overlast door doelgroep3 % Eindhovenaren dat aangeeft dat openbare dronkenschap en/of drugsoverlast voorkomt in de buurt Dronken mensen op straat: komt vaak voor (%)
8,1%
Drugsoverlast: komt vaak voor (%)
5,1%
De sociale cohesie neemt toe % Eindhovenaren dat vindt dat de mensen in de buurt
60%
op een prettige manier met elkaar omgaan perceptie van sociale kwaliteit van de woonomgeving4
5,9
5,9
-
5,8
- Niet gemeten / cijfer niet beschikbaar 1
Niet meedoen wordt bepaald aan de hand van vragen in de inwonersenquête. Het gaat om de vragen of men
werkt, studeert, vrijwilligerswerk verricht, sport en/of uitgaat. Als men geen van al deze activiteiten verricht is sprake van ‘niet meedoen’. 2
Sociaal isolement wordt vastgesteld in de inwonersenquête op basis van stellingen als "er zijn mensen met wie ik
goed kan praten", "ik voel me van andere mensen geïsoleerd", "er zijn mensen bij wie ik terecht kan" et cetera. 3
Optelsom van politiecategorieën overlast van/door dronkenschap, drugs/medicijnen, prostitutie en gestoorden.
4
Sociale cohesie wordt vastgesteld in de inwonersenquête op basis van stellingen als "de mensen kennen elkaar in
deze buurt nauwelijks", "in deze buurt gaat men op een prettige manier met elkaar om”, ik woon in een gezellige buurt met veel saamhorigheid” en “ik voel mij thuis bij de mensen in deze buurt”.
Meedoen betekent het participeren in (maatschappelijke) verbanden / activiteiten als werk, opleiding en uitgaan. Kijken we naar het percentage dat meedoet, dan zien we dat vooral 65-plussers achterblijven en in iets mindere mate de andere drie onderscheiden groepen. Voor alle Eindhovenaren is de score gelijk gebleven; de verschillen die we bij de onderscheiden groepen zien ten opzichte van vorig jaar zijn niet significant. Het percentage Eindhovenaren in een sociaal isolement is ongeveer hetzelfde gebleven. Onder 65-plussers is dit echter afgenomen.
- 124 -
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
Uitvoering conform raming verlopen.
….. (0)
=
Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld.
….. (-/-) =
Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Verbinding Diversiteit
Toevoeging: project 1001-kracht: veel
(1.a Vrijwilligerswerk – Interculturalisatie; 1.b Allochtone ouderen;
empowerment activiteiten. +
1.c Overlegorgaan OVAA; 1.d Senioren / thuishuizen; 1.e Ex-Ama project (voortzetting); 1.f Ex-Ama project (huiskamer); 1.g Diversiteit:
Ex-Ama is structureel geworden, OVAA loopt door.
voorlichting divers; 1.h Integratie monitor); Beleidsprogramma Senioren – perspectief
Eetpuntengids, zilveren kracht, voorbe+
reiding Thuishuis en annulering georganiseerde seniorendag t.g.v. het weer.
Beloning systeem inburgering
Vanaf eind 2009 zijn de eerste +
inburgeraars geslaagd. Zij hoeven geen eigen bijdrage te betalen.
Stedelijk Kompas
Financiering vanuit Meedoen t/m 2009
(5.a Bemensing coördinatiepunt; 5.b Monitoring en registratie
+
t.b.v. opstart. Inhoudelijke info over 2010
systeem SK; 5.c projectleider; 5.d Aanschaf apparatuur)
in raadsprogramma 2.3
Divers
Programmamedewerker slechts deel van
(6.a Wmo: Bundeling doelgroepen vervoer; 6.b Wmo: analyse ondersteuning gehandicapten bij deelname sport; 6.c Programma
+
jaar op budget Meedoen t.g.v. andere functie intern.
manager Meedoen parttime; 6.d Programma medewerker parttime) Vernieuwing Frontline sturing (achter de voordeur)
Tussenevaluatie, monitoring en
(7.a Kruidenbuurt: evaluatieonderzoek; 7.b Woensel-west; 7.c De
+
Bennekel; 7.d Doornakkers; 7.e Monitoring frontlinesturing; 7.f Deskundigheidsbe- vordering; 7.g Uitrol andere wijken)
voorbereiding (inhoudelijk en bestuurlijk) van de eindevaluatie in mei 2011 en de opties voor doorinnovatie.
Laaggeletterden
Aanvalsplan Laaggeletterdheid, pilot met +
(8.a Project met Woonbedrijf; 8.b Deskundigheids bevordering keten Mercado; 8.c Projecten in de buurt met ROC (en partners))
Trudo t.b.v. screening op laaggeletterdheid
Project Turkse en Marokkaanse vrouwen: ‘ontdek je talent en doe
Afgerond in 2009. Uitvoering voor +
mee’ (methodiek en pilot de Bennekel)
mannen-/ vrouwentrajecten was in 2010 regulier,
- 125 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Dienstbare wijken: activering en zorg verlenen in de wijk
0
Na lange voorbereidingsfase van start gegaan in 2010, als pilot.
Communicatie
Nog een aantal wijkkranten voor
(11.a Stedelijke Meedoen campagne: diverse activiteiten; 11.b
Meedoen. Overige activiteiten waren vorig 0
Periodieke Roundtable met organisaties; 11.c Periodieke Roundtable met inwoners; 11.d Meedoen is een feest; in
jaar al gestopt en 11.b t/m d stonden niet geprogrammeerd
samenwerking met partners in de stad) Follow up aanbevelingen Taskforce; bijvoorbeeld de keuze voor een Armoedegezant die in het najaar 2009 daadwerkelijk aan de slag
Oprichting Stichting voor de 0
gaat. Dit is een grote activiteit en een uniek proces omdat de
armoedegezant en ambtelijke ondersteuning, opstellen vervolg
partners in de stad een belangrijke rol spelen
armoedebeleid
Divers
Europees jaar bestrijding armoede en
(13.a Seminar Eurocities: social inclusion; 13.b Sociaal restaurant;
stedenestafette in Eindhoven. Peer review
13.c Talentencentra (in te vullen met Actieve Jeugd; Talentencentra);
+
13.d Kwalitatief onderzoek naar participatie; 13.e Flexibel in te
tbv armoede in Spanje. Talentencentra bij Actieve Jeugd
vullen) De uitwerking van de Aboutaleb gelden binnen de landelijke
Afronding van de activiteiten en/of de
campagne “arme kinderen doen mee”. In dit kader is bijvoorbeeld het jeugdcultuurfonds opgericht, heeft het jeugdsportfonds een
financiering (bv jeugdcultuurfonds) +
bijdrage gehad, kan het T+Huis haar activiteiten voortzetten, en is de Stichting Hengel geholpen. Bij het opstellen van het WMO-
Bijdrage aan het tekort op het WMO-uitvoeringsprogramma in 2010
uitvoeringsprogramma 2010 bleek er een +
tekort te zijn van 1,2 miljoen. Onderdeel van de hiervoor benodigde aanvullende dekking is een bijdrage van 577.000 vanuit het programma MEEDOEN.
Activiteiten 2008 t/m 2010 Terugkijkend kunnen we stellen dat het programma Meedoen haar uitvoeringsprogramma ruimschoots uitgevoerd heeft. We zeggen ruimschoots omdat er uiteindelijk nog meer activiteiten opgepakt zijn dan in eerste instantie bedacht was. Denk hierbij aan de Aboutaleb gelden en de invulling daarvan alsook aan de Talentencentra. Waar Meedoen in haar startfase vooral gericht was op het bijeen brengen van losse, bestaande, activiteiten, heeft het programma zich ook weten te bewegen op het gebied van innovatie. De bestaande activiteiten zijn in de verbindingslijn ondergebracht en hadden een hoofdzakelijk financiële relatie met het programma. Daarnaast is de ‘vernieuwingslijn’ opgezet en hierin hebben we nieuwe thema’s en methodieken ontwikkeld. Denk maar aan de Achter de voordeur aanpak met de krachtwerkers, laaggeletterdheid en de armoedegezant.
- 126 -
In maart 2010, bij het vertrek van het vorige college, is er ten behoeve van de Raad een informatienota verschenen waarin ruimschoots teruggeblikt werd op de activiteiten van het programma Meedoen. In die nota wordt inhoudelijk de balans op gemaakt voor wat betreft het programma. Dat kon op dat moment omdat de activiteiten voor 2010 slechts afrondend zouden zijn. Voor deze verantwoording voert het te ver om al die informatie weer op te nemen. We volstaan dan ook met de aanvulling over de activiteiten die tussen maart 2010 en het einde van het jaar hebben plaatsgevonden.
Achter de Voordeur In 2010 heeft de nadruk enerzijds op de uitvoering gelegen en daarnaast ook op het leereffect van deze 2-jarige pilot. Het project stopt immers door per juni 2011. Voor een maximaal leereffect en een goede formule voor voortzetting van de sterke punten is veel aandacht geschonken aan de invulling van de evaluatie. Het landelijk experiment waaraan Eindhoven deelneemt, heeft veel toegevoegde waarde gehad. Met de convenantpartners is afgesproken hoe er geëvalueerd wordt. Begin 2011 zal de kwalitatieve en kwantitatieve dataverzameling starten, alsook een analyse naar het effect van de aanpak via de zogenaamde maatschappelijk-kosten-baten-analyse (MKBA).
Talentencentra De workshops op scholen van Flowprovider zijn erg enthousiast ontvangen en scholen willen zelf met deze activiteit verder gaan. Stichting Hengel en de Womens Fight Club gaan door met hun activiteiten na de financiële impuls vanuit Meedoen.
Laaggeletterdheid In oktober 2010 is het aanvalsplan Laaggeletterdheid aan het college gepresenteerd. Eén van de activiteiten die vervolgens opgestart is, is een project samen met corporatie Trudo waarin huurders die gescreend zijn op laaggeletterdheid direct deel kunnen nemen aan cursussen basisvaardigheden en digitale vaardigheden.
Armoedegezant De armoedegezant heeft in 2010 veel geïnvesteerd in het samenbrengen van het maatschappelijk middenveld om gezamenlijk vast te stellen waar de grootste conflicterende regels en meest schrijnende gebrek aan regie/samenwerking zich bevindt. Daarmee is een start gemaakt van de routekaart die in 2011 verder uitgewerkt zal worden. Deze zal toegespitst worden op gezinnen met kinderen. Daarnaast wordt er geïnvesteerd in het stimuleren en organiseren van de inzet van vrijwilligers en het informele netwerk om mensen pro-actief te helpen wanneer financiële problemen dreigen te ontstaan.
Nieuwe horizon In het coalitieakkoord 2010-2014 is veel aandacht voor armoede en wordt de noodzaak aangegeven om te investeren in eigen kracht, samenwerking, en een goed vangnet. De uitgangspunten voor een aanpak van armoede, die voortbouwt op de ontwikkelingen van afgelopen jaren en het geleerde in Meedoen, zijn vastgelegd in een voorstel dat in maart 2011 aan de Raad voorgelegd zal worden.
Intensiveringen 2008-2010 Vanuit de programmabegroting 2008 -2010 is voor de jaren 2008 tot en met 2010 is € 4.750.000 toegekend. Voormalig WZI heeft vanuit de NRE-gelden € 250.000 gereserveerd voor innovatie in aanpak en projecten van Meedoen. Vanuit het eerdere programma talentcentres (nu onderdeel van Actieve Jeugd) wordt jaarlijks € 40.000 gereserveerd ten behoeve van participatie activiteiten passend
- 127 -
3. Thema’s bij het programma Meedoen. Opgesplitst naar de twee lijnen betekent dit dat er € 3.533.000 beschikbaar is voor activiteiten in de lijn van verbinding en € 1.447.000 voor vernieuwende activiteiten. In 2010 zijn de activiteiten in de verbindingslijn begroot op € 673.000 en in de vernieuwingslijn op € 397.000.
De budgetten zijn te vinden op de volgende collegeproducten:
b b b b b
CP 1.1.03 - Minimabeleid CP 2.3.01 – Maatschappelijke opvang CP 2.4.03 – Diversiteitsbeleid CP 2.4.05 - Inburgering CP 2.5.06 – Woonservicezones
Nu, begin 2011 is het programma financieel afgerond. Inhoudelijk lopen de achter de voordeur aanpak en de Armoedegezant nog door in 2011. Dat wordt financieel ofwel door de staande organisatie uitgevoerd ofwel is financieel al afgerond.
- 128 -
3.2 Brainport Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: H Brink
Commissie
: Bestuurlijke en Economische Zaken
Relatie met andere programma’s Brainport is verbonden met nagenoeg alle bestuurlijke programma’s, waarvan met name te noemen zijn: actieve jeugd, bereikbaarheid, duurzaamheid en klimaatbeleid, arbeidsmarktbeleid, woningbouw, design en licht, Strijp-S, veiligheid en cultuur totaal. Tussen deze bestuurlijke programma’s is sprake van een wederkerigheid, in de zin dat ze bijdragen aan elkaars doelen.
Doelen De centrale opgave van de regio Brainport met Eindhoven als centrumstad is “de transitie van industriële mainport naar toptechnologieen designregio”. Dit met een minder conjunctuurgevoelige economische groei waarbij de leefbaarheid van de stad behouden en versterkt wordt en een zo groot mogelijk deel van de beroepsbevolking ingeschakeld wordt. Te onderscheiden subdoelen zijn: - Diversificatie van de economische structuur binnen Brainport: Transformatie van een regio met een overwegend dominante maakindustrie naar een internationaal georiënteerde kennisregio waarin de zakelijke en consument gerichte dienstverlening is toegenomen; - Zorgen voor een aantrekkelijke(re) stad: goed investerings- en vestigingsklimaat voor bedrijven; - Voldoende aanbod aan personeel: verkleinen discrepantie tussen vraag- en aanbod op de arbeidsmarkt; - Het stimuleren van ondernemerschap.
Versterking vestigingsklimaat Effectindicatoren Rapportcijfer ondernemingsklimaat Aantal starters/startende-ondernemingen Werkgelegenheidsontwikkeling
Realisatie 2007 Realisatie 2008 Realisatie 2009 Begroting 2010 Realisatie 2010 6,9
-
6,9
7,2
6,9
1.550
1.780
1.790
2.000
1.950
142.520
143.430
144.920
145.000
142.600
Ontwikkeling werkloosheid**
9.019
6.215
6.100
nb
9.195
Jeugdwerkloosheid**
9,6%
7,1%
8,3%
nb
11,6
Ontwikkeling arbeidsparticipatie
65,4
67,4
66,8
nb
nb
**= cijfers voor Eindhoven
- 129 -
3. Thema’s Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
Uitvoering conform raming verlopen.
….. (0)
=
Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld.
….. (-/-) =
Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Subsidie aan brainport development
Eindhoven is een van de vaste financiers van Brainport Development. Hiermee +
wordt de realisatie van de Brainport Navigator, de regionale innovatie-agenda, mede gefinancierd. Afgerond. Voorstel is om gegeven twijfels
Gemeentelijke projecten
over de effectiviteit van een separaat gemeentelijk programma met Brainportgerelateerde projecten- het eigen 0
gemeentelijk programma met ingang van 2011 als zodanig te beëindigen en de focus op innovatie en het versterken van het Brainport-profiel van de stad integraal op te nemen in de verschillende beleidsterreinen.
Activiteiten 2007 t/m 2010 Het bestuurlijke programma Brainport bestond uit 2 componenten:
b
Een financieringsrelatie met Brainport Development tbv het Meerjaren Uitvoeringsplan Stichting Brainport/Brainport Development 2007-2010;
b
Het uitvoeren van eigen gemeentelijke projecten op basis van jaarlijks door de raad vastgestelde jaarschijven.
Uit de evaluatie, die ultimo 2010 naar de raad gestuurd is, blijkt ten aanzien van beide onderwerpen het volgende:
Financieringsrelatie Brainport Development: De activiteiten die Brainport Development, mede door ons gefinancierd, ondernomen heeft zijn succesvol te noemen. Onder meer de succesvolle lobby voor het voor onze stad en regio belangrijke pakket crisismaatregelen in 2008, de kabinetsopdracht Brainport 2020 aan de burgemeester van einde 2009, en niet in de laatste plaats de bijzondere plaats die Brainport –met name voor wat betreft de MIRTen de kennis- en innovatieagenda- in het recente regeerakkoord heeft gekregen. Daarmee maakt Brainport onderdeel uit van het
- 130 -
kabinetsbeleid in deze regeerperiode. De resultaten tekenen zich af op de schaal van onze regio en stad. Vergelijken wij dat met positionering van Brainport in 2005, dan vinden wij dat een prestatie. Het succes van Brainport betreft ook de daarin gevonden unieke triple helixsamenwerking. Dat stelt ons in staat te voldoen aan onderkende belang van netwerken en het vereiste snelle, pro-actieve schakelen op de agenda’s van Den Haag en Brussel. Op basis hiervan is de raad dan ook voorgesteld om de financieringsrelatie met Brainport Development te continueren. Tegelijk met het succes van Brainport zijn er op het vlak van de governance belangrijke verbeterpunten. De governancestructuur is immers complex. Met name het nadrukkelijker in positie brengen van de raad verdient de aandacht. De raad moet optimaal in de gelegenheid gesteld worden om aan te geven wat de kaders zijn voor de gemeentelijke rol in de triplehelix samenwerking en welke resultaten daarin verwacht worden. Vanaf 2011zal in de jaarplancyclus van de stichting Brainport expliciet de kaders voorgelegd worden zodat de portefeuillehouder Economische Zaken de prioriteiten en ambities kan meegeven. Daarmee wordt ook de verantwoordelijk wethouder Economische Zaken beter in positie wordt gebracht.
Gemeentelijk programma: Onder de vlag van het gemeentelijke programma is een groot scala aan projecten ondernomen. Zoals geconstateerd naar aanleiding van de evaluatie hebben wij twijfels over de effectiviteit van het gemeentelijk programma de voorbij jaren. De inhoudelijke koers van de gemeente is op dit gebied onvoldoende zichtbaar geweest door de veelheid van en diversiteit aan de daarin ondernomen projecten. Hoewel de projecten op zichzelf kennelijk wel waardevol waren, zijn de maatschappelijke opbrengsten van deze projecten erg divers geweest en moeilijk individueel meetbaar bleken. Er was gebrek aan focus. Voor ons is dit een belangrijke reden om het eigen gemeentelijk programma met ingang van 2011 als zodanig te beëindigen en de focus die wij hebben op innovatie en het versterken van het Brainport- profiel van de stad integraal op te nemen in de verschillende beleidsterreinen. Wij zijn van mening dat Brainport niet zozeer een apart gemeentelijke programma vraagt, maar een identiteit is van stad en regio, die geschraagd moet worden door ons handelen in de breedte. Waar er raakvlakken bestaan tussen (het ontwikkelen van) gemeentelijk economisch beleid en een (in de afgelopen periode met name regionaal) triple helix programma als Brainport gaan wij een nadere aanscherping aan brengen in de taakverdeling tussen de gemeentelijke Sector Economie en Cultuur en Brainport Development. Daarbij mag verwacht worden dat de binnenkort te verschijnen visie en het uitvoeringsprogramma Brainport 2020 ook zal leiden tot een herijking van de taakverdelingen. Wij zullen dit betrekken bij de -in de tijd gelijk oplopende vormgeving van de door ons gezochte intensievere, operationele samenwerking binnen het stedelijk gebied, omdat wij ook daarin synergie willen bereiken.
Intensiveringen Met eerdere besluitvorming is voor het programma voor de jaren 2007-2010 een totaal bedrag van € 16 miljoen beschikbaar, verdeeld over:
b b
Meerjaren Uitvoeringsplan Stichting Brainport/Brainport Development 2007-2010: jaarbudget € 1,87 miljoen; Meerjaren Uitvoeringsplan Brainport Eindhoven : jaarbudget € 2,13 miljoen.
Naast deze € 16 miljoen wordt voor de realisatie van het Eindhovense Brainport-programma in brede zin ook een beroep gedaan op eigen investeringsmiddelen, NRE-gelden als extra financieringsbron en reguliere begrotingsmiddelen.
Buiten de gemeente Eindhoven kent Brainport als brede strategie meerdere financieringsbronnen te weten SRE, gemeente Helmond, het Financieringsfonds Stedelijk gebied, provincie etc.
- 131 -
3. Thema’s 3.3 Programma Actieve Jeugd Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: L Scholten
Commissie
: Onderwijs, Jeugd, Sport, Cultuur
Relatie met andere programma’s Het programma Actieve Jeugd heeft raakvlakken met bijna alle andere programma’s. Actieve Jeugd is in hoge mate betrokken bij de programma’s Meedoen(voorkomen van en terugdringen van sociale uitsluiting, arbeidsmarktbeleid, signaleren van multiprobleemsituaties in het gezin), Brainport (kennisontwikkeling, stimulering techniekeducatie, talentontwikkeling en maximale ontplooiing) , Veiligheid (aanpak risicojeugd; terugdringen overlast en criminaliteit zodanig dat ontplooiingsmogelijkheden weer de overhand krijgen), Gebiedsprogramma’s (o.a. inzet van jongerenwerk op maat per stadsdeel) en Vastgoed (afstemmen over o.a. onderwijshuisvesting en ruimte voor jongeren).
Doelen We willen bereiken dat alle jongeren in Eindhoven hun talenten optimaal herkennen en ontwikkelen op zo’n manier dat ze uitgroeien tot zelfstandige, sociaal betrokken burgers. We vinden het belangrijk dat ze met plezier invulling geven aan hun persoonlijke ontwikkeling en dat ze daarbij ook een actieve bijdrage leveren aan het sociaal klimaat in Eindhoven. Dit wordt vertaald in de volgende subdoelstellingen:
b
Domein Zorg: Ouders en kinderen met hulpvragen worden eerder, beter en sneller geholpen
b
Domein Onderwijs: Jongeren zijn door hun passende opleiding goed in staat te starten op de arbeidsmarkt.
b
Domein Vrije Tijd: Jongeren verkrijgen middels passende en plezierige vrijetijdsbesteding een goed evenwicht tussen inspanning en ontspanning
b
Domein Talentontwikkeling: Door hun talent optimaal te ontplooien, ontwikkelen jongeren zich tot zelfstandige, zelfbewuste en participerende burgers.
b
Domein Maatschappelijke participatie: Jongeren leveren een actieve bijdrage aan het maatschappelijke leven in Eindhoven.
Effectindicatoren Aantal voortijdig schoolverlaters Participatie aan sport (4-11 jaar; 4 jaarlijks)
Realisatie 2007 Realisatie 2008 Realisatie 2009 Begroting 2010 Realisatie 2010 681
678
585
515
*
-
79%
-
85%
83%
Participatie aan sport (15-23 jaar)
68%
72%
69%
75%
70%
Participatie aan kunst en cultuur (15-23 jaar)
92%
89%
93%
91%
91%
Participatie aan vrijwilligerswerk (15-23 jaar)
27%
36%
37%
40%
37%
* betreft schooljaar 2009/2010 waarvan de cijfers nog niet bekend zijn. Echter nu al bekend dat de voorlopige cijfers over 2009/2010 veel ongunstiger zijn.
- 132 -
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
Uitvoering conform raming verlopen.
….. (0)
=
Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld.
….. (-/-) =
Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Ten behoeve van doelgroep 12Versterking en vernieuwing van bestaande beleid
Er is stedelijk projectmanagement SPIL
( SPIl, educatieve agenda12-, centrum jeugd en gezin)
ingevoerd. Er is een handboek SPIL ontwikkeld. Ketensamenwerking SPIL en CJG vastgesteld. Van de 60 basisscholen zijn er 40 inhoudelijk SPIL en zijn er 20 fysiek daadwerkelijk onder een dak gerealiseerd. Educatieve agenda 12- is door de raad vastgesteld. Centra thema’s zijn: onderwijsachterstand/VVE , zorg, +
doorlopende leerlijnen, segregatie, gezondheid en veiligheid. Centrum Jeugd en gezin is geëvalueerd jaarplan 2011 is vastgesteld. Kernactiviteiten van het centrum: regie op de zorgstructuur, casusbespreking (doorzettingsmacht) bij complexe gezinnen, snelle inzet van interventiemaatregelen, opvoedingsondersteuning, expertise ten behoeve van vrijwilligers en professionals.
Implementatie van VVE-plan (Voor- en vroegschoolse educatie) als onderdeel van taal- en kennisontwikkeling
De VVE-beleidskaders zijn door de raad +
vastgesteld. Deze worden uitgewerkt per SPIL-centrum. Medio 2011 zal een uitwerkingsprogramma gereed zijn.
Aanpak segregatie en bevorderen integratie
Beleidskaders voor de periode zijn door de +
raad vastgesteld. SPIL-centra met een extra opgave zetten activiteiten in die leiden tot beoogde resultaat
- 133 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Gezonde leefstijl
Regionale aanpak alcohol 16- is gestart. +
Tegengaan obesitas is gestart. Programma gezonde basisschool is gestart.
Het versterken van de zorgstructuur op scholen en het zorgen voor
De resultaten van de landelijke Integraal
aansluiting van die zorgstructuur op het Centrum Jeugd en Gezin
Toezicht Jeugdzorg-pilot (uitgevoerd in +
Eindhoven) zijn verwerkt in een nota Ketenregie SPIL en is inmiddels geïmplementeerd in de SPIL-centra.
Talentontwikkeling binnen en buiten school.
In december 2009 is de raad op de hoogte gebracht van de ontwikkelde plannen en +
de realisatie van talentontwikkeling op het terrein van sport, cultuur, techniek en meedoen.
Ten behoeve van doelgroep 12+ Uitvoeren actieplan Terugdringen Voortijdig Schoolverlaten: gericht
Eindhoven is trekker van het regionaal
op een sluitende aanpak van voortijdig schoolverlaten.
convenant VSV. De (landelijke) doelstellingen worden niet volledig gehaald. Opening ESMS vond plaats begin 2010. Uitbreiding van capaciteit jongerencoaching is gerealiseerd. +
Onderwijsmonitor VO gerealiseerd. Plan ontwikkeld voor Plusvoorziening (rebound, school 23, esms), en uitgevoerd. Rapport met betrekking tot regionale aanpak autisme werd opgeleverd, vervolg is opgepakt door het samenwerkingsverband VO/VSO.
Ontwikkeling van talent: bevorderen dat kinderen ontdekken waar
In december 2009 is de raad op de hoogte
zij goed in zijn en de kans bieden zich binnen de eigen
gebracht van de ontwikkelde plannen en
mogelijkheden optimaal te ontplooien. Uitgangspunt daarbij is: elk
+
talent – en elke vorm van talent- telt.
de realisatie van talentontwikkeling op het terrein van sport, cultuur, techniek en meedoen.
Uitbouwen van het CJG tot een spilfunctie voor alle preventieve
Het CJG is een wettelijke verplichte
jeugdtaken inclusief een sluitend signaleringssysteem en het
sleutelvoorziening in de regievoering over
coördineren van zorg bij multiprobleemgezinnen
+
risicojeugd en risicogezinnen. Het stedelijk overleg ter zake complexe gezinscasussen kreeg in 2010 ruim 300
- 134 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/casussen voorgelegd. Drie keer was bestuurlijk opschalen noodzakelijk. Alle betrokken professionals in de stad zijn bijgeschoold middels het preventieve Triple P programma. Eind 2010 vond evaluatie CJG plaats als opmaat voor het in middels vastgestelde programma 2011. Uitvoeren pilot opvoedingsondersteuning binnen het voortgezet onderwijs Het schoolmaatschappelijk werk binnen het voortgezet onderwijs wordt uitgebreid (een dekkend netwerk, ook binnen het MBO)
+
+
Uitvoeren pilot project aanpak risicojeugd
Op twee VMBO’s loopt een pilot opvoedingsondersteuning. Is volledig gerealiseerd.
In 2009 heeft de gemeenteraad de nota +
Aanpak Marokkaanse Nederlandse risicojongeren vastgesteld.. Het gehele project wordt medio 2011 geëvalueerd.
Realiseren van een Jongerenloket voor jongeren vanaf 12 jaar waarin
De oorspronkelijke doelstelling (trajecten
zowel onderwijs (beroeps- en opleidingskeuze, schoolbegeleiding)
voor jeugd met complexe problematiek)
als arbeid (stageplaatsen), als vrije tijd (verenigingsleven, urban
wordt met name gerealiseerd in de unit
culture mogelijkheden) en zorgthema’s laagdrempelig voor
+
jongeren onder de aandacht komen en van waaruit integraal
Ambulant van het Regionale Jongerenloket.
casemanagement wordt uitgevoerd om uitval te voorkomen c.q. op te vangen met partners in de stad Verdiepen en herpositioneren van jeugd- en jongerenwerk
De raad heeft in 2009 de nota Jeugd- en jongerenwerk vastgesteld en de formatie +
is structureel op sterkte gebracht.
In de nota jongerenwerk (raad juni 2009)
Verbeteren en uitbreiden van Ruimte voor Jongeren
is ook aandacht besteed aan het aspect van de fysieke voorzieningen. Op basis van werkzaamheden van een specifieke +
raadswerkgroep is een uitspraak gedaan over mogelijke uitbreiding in Woensel en aandacht voor Blixembosch. Voorziening in Blixembosch zal begin 2011 worden geopend.
- 135 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Bieden van een experimenteerruimte voor jongeren: we willen
Met aanvulling vanuit de Aboutaleb –
jongeren ruimte geven te experimenteren met hun creatieve-,
gelden is het project “knutselexpeditie”
+
maatschappelijke- en ondernemingsvaardigheden. Hun eigen
binnen krachtwijken uitgezet waardoor
ideeën en uitwerking staan hierbij centraal.
experimenteerruimtes zijn gecreëerd
Bieden van gezinscoach in Multiprobleem gezinnen
Er zijn in het Centrum voor jeugd en gezin inmiddels 5 gezinscoaches aangesteld die +
werken op basis van vrijwillige deelname en 2 VIG-coaches die werken op basis van dwang/drang.
Meerjaren afspraken met onderwijs in Lokale Educatieve Agenda’s
De raad heeft een educatieve agenda 12+
(LEA’s)
en een educatieve agenda 12+ voor een periode van 3 jaar vastgesteld.
Incidenteel plan actieve
mutaties
mutaties
mutaties
jeugd
2008
2009
2010
1.500.000
500.000-
500.000-
500.000-
849.000
349.000-
Actieve jeugd en Kunst en Cultuur
735.000
245.000-
Inrichting/exploit. OBE Meerhoven
219.000
207.000-
6.000-
6.000-
Subsidiering Stg Jeugdsportfonds EHV
300.000
100.000-
100.000-
100.000-
stimulering beweginsonderw & breedtesportact.
600.000
400.000-
400.000-
400.000-
duale sportdocenten
600.000
Fin. uitbr. schoolmaatschappelijk werk 2008-2009
900.000
300.000-
300.000-
Startnotitie centrum jeugd en gezin Combinatiefuncties Nota jongerenwerk raad
500.000245.000-
VVE en schakelklassen
245.000-
300.000-
Electronisch kinddossier
435.000
Exploitatie bruisend Dynamo
300.000
T-huis BW
150.000
Actieve jeugd/talentcenters
800.000
LEA
268.000-
111.000-
56.000-
60.000-
240.000150.000-
200.000-
235.000-
365.000-
1.800.000
Overschrijding
12.000
Totaal:
9.200.000
- 136 -
12.000-
2.569.000-
1.957.000-
2.874.000-
Structureel Bedrag Jongerenloket
200.000
Ruimte voor Jongeren
150.000
PvA Marokkaanse risicojongeren
220.000
Jeugd- en jongerenwerk
600.000
Gezinscoaches
180.000
E-SMS (stelpost)
150.000
subtotaal 12 plus structureel
Bedrag
1.500.000
Spil
500.000
Bibliotheek
75.000 2.075.000
- 137 -
3. Thema’s 3.4a
Wijkvernieuwing
Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: M Fiers
Commissie
: Wonen en Ruimte
Relatie met andere programma’s Wijkvernieuwing is een onderdeel van het raadsprogramma Wonen. Het heeft veel relaties met de andere reguliere en bestuurlijk programma-onderdelen, zoals participatie, jongerenwerk, arbeidsmarktbeleid, meedoen, ruimtelijke kwaliteit (met name met het onderdeel integrale gebiedsontwikkeling), economie, burgerparticipatie en veiligheid.
Doelen De gemeente en de woningcorporaties hebben reeds in 2000 drie algemene beleidsdoelen van wijkvernieuwing opgesteld. Een vierde beleidsdoel is toegevoegd met het raadsbesluit van 6 maart 2007 inzake de evaluatie Integrale Wijkvernieuwing 2005. 1.
De leefbaarheid van de meest bedreigde wijken dient verbeterd te worden;
2.
De ruimtelijke segregatie moet worden tegengegaan;
3.
De verhouding huur-koop moet veranderen ten gunste van meer koop (het gaat hierbij om de diversiteit in het woningaanbod – in prijs, eigendomscategorie, maat en vorm – in stadsdelen, wijken en buurten te bevorderen);
4.
Het bevorderen van ‘sociale stijging’ (de wens van individuele bewoners om vooruit te komen).
Er is veel gebeurd en er is veel bereikt in de Eindhovense integrale wijkvernieuwing! De bewoners van de wijken waar de fysieke aanpak in de afrondende fase is aangekomen zijn trots op hùn nieuwe wijk en woningen. De uitstraling van de wijk is sterk verbeterd, de variatie in woningtypen en huishoudens is groter en het is er een stuk prettiger wonen. In de wijken waar de aanpak op de planning staat, hebben de bewoners hùn stem de afgelopen periode flink laten gelden. Delen van de plannen zijn onder invloed daarvan aangepast en binnenkort zullen ook deze wijken aangepakt worden. Het sociale domein heeft zich verder ontwikkeld en de krachtwijken zijn hierbij vruchtbare ontwikkelplaatsen gebleken. Vele verschillende beleidsinterventies zijn in deze wijken ontwikkeld, veelal door of met bewoners. De participatie is goed op gang gekomen, bewoners nemen meer en meer verantwoordelijkheid en werken samen aan de wijk. Ook de samenwerking kent stevige impulsen. De buurtonderneming in Woensel-West is hiervan een goed voorbeeld. Verbetermogelijkheden zijn er ook. Bij de ontwikkeling van de aanpak, in het proces tussen wijkwerkers onderling en in de samenwerking met bewoners. Een opgave voor de toekomst is er zeker nog, soms alleen sociaal of fysiek, soms integraal. Op de verbetermogelijkheden en de toekomstige opgave wordt in dit raadsvoorstel hieronder ingegaan.
- 138 -
Effectindicatoren
Realisatie
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2007
2008
2009
2010
2010
Wijkvernieuwings-
Stedelijk
gebieden
gemiddelde
Evaluatie van de eigen woning
7.1
7,4
_
6.8
Mrt’11
Perceptie sociale kwaliteit van
6.4
6,9
_
6.4
Mrt’11
5.0
4,1*
_
5.2
Mrt’11
de woonomgeving Verloedering Overlast WOZ-waarde Gestand. huishoudeninkomen
3,6
3,0*
_
3.8
Mrt’11
162.000
202.000
182.000
194.000
Mrt’11
18,5
22,3
-
-
-
99
104
102
102
101**
( x 1.000) Leefsituatie index Toelichting op de afwijking: * somscore: hoe lager hoe beter ** In 2010 is de leefsituiatie-index stedelijk ook met 1 punt gezakt tov 2009, van 106 naar 105
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
….. (0)
=
….. (-/-) =
Uitvoering conform raming verlopen. Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/de uitvoering centraal: De nadruk zal liggen op uitvoering. Dit geldt
De wijkvernieuwing is vol op stoom. De
zowel voor de drie krachtwijken, als voor de andere
resultaten zullen begin 2011 aan de raad
wijkvernieuwingsgebieden. Het gaat hierbij om uitvoering ‘Fysieke’
worden voorgelegd in de evaluatie IWV.
wijkvernieuwing en het continue proces van ‘Sociale’
De komende periode zullen zelfs enkele
wijkvernieuwing.
wijken afgebouwd worden. Een voorstel +
hiertoe zal in het kader van de evaluatie genomen worden. De Krachtwijken
b b b
Woensel West De Bennekel (2e tranche) Doornakkers
Woensel West en de Bennekel zijn vanuit
- 139 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/de IWV gestart, waarbij voor Woensel West in den beginne al een status aparte gold. In 2007 zijn deze wijken door minister Vogelaar benoemd tot de zogenaamde krachtwijken. Dit geldt ook voor Doornakkers (in de start van IWV was Doornakkers benoemd als aandachtsgebied (evenals Bloemenbuurt Noord). Mede door de Sociale herovering (Pechtold-gelden) is ook Doornakkers een Krachtwijk geworden. Voor de drie Krachtwijken geldt dat het ingezette beleid op de zogenaamde doorbraakthema’s in ieder geval tot en met 2018 wordt doorgezet. Buurtonderneming Woensel West: Voor de uitvoering van de
De buurtonderneming Woensel West is
wijkvernieuwings- en krachtwijkaanpak in Woensel West hebben wij
een goed voorbeeld van nieuwe
samen met de gezamenlijke corporaties, in Woensel West
samenwerkingsvormen, is geëvalueerd
vertegenwoordigd door Trudo, de sturing in de wijk gelegd. Om dit
door onderzoeksbureau RIGO (11
te bereiken is gekozen voor het model van een buurtonderneming.
wijkvernieuwingsgebieden) en door het
Het doel van de onderneming is doorzettingsmacht in de wijk en op de werkvloer te organiseren om resultaat te halen waarin de
+
Rijk (krachtwijken). Deze resultaten gebruiken we om de toekomstige opgave op te pakken.
wijkbewoners hun maatschappelijke positie verbeteren. In 2009 heeft deze buurtonderneming Woensel West zijn beslag gekregen. In 2010 zullen we de resultaten evalueren. Bij gebleken succes willen we deze werkwijze ook in andere gebieden implementeren. Werkplannen en buurtcontracten: In de drie krachtwijken hebben
De contracten waren 1 januari 2010
we in 2008 en 2009 een proces doorlopen van werkplannen en
gereed en de uitvoering van de
buurtcontracten. Hierin staat de inzet van alle partners beschreven. De bewoners hebben hier een stevige stem in. Voor 1 januari 2010
buurtcontracten voor 2010 zijn afgerond. +
Tevens zijn de buurtcontracten 2011
staan voor alle IWV gebieden en IWV-Krachtwijken werkplannen en
verbeterd en worden ondertekend in
buurtcontracten gepland. In 2010 zal de uitvoering van deze
januari 2011.
werkplannen en buurtcontracten centraal staan.
- 140 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Sociale stijging: Er moet meer oog komen voor de ambities van
Uit de evaluatie IWV blijkt dat het sociale
bewoners om vooruit te komen in het leven. Bewoners moeten
domein aangestuurd wordt vanuit
kansen krijgen zichzelf te ontwikkelen zodat zij hun sociaal-
generieke beleidsinterventies zonder (een
economische positie kunnen verbeteren. Met wijkvernieuwing
grote mate van) gerichtheid op die wijken
werken wij ook aan méér treden op de 'ladder' van het onderwijs,
-/-
die aangepakt worden. Bij de evaluatie
werken, wonen en vrije tijd. Dit gedachtegoed past goed bij onze
IWV worden voorstellen ter verbetering
ambitie ‘Meedoen; voorkomen van sociale uitsluiting en isolement’.
gedaan.
Ook in 2010 zetten wij in op stijgingsroutes die vooruitkomen in kleine stapjes binnen de wijknieuwingsgebieden mogelijk maken. Doorbraakthema’s wijkactieplannen: Met de krachtwijkenaanpak
De plannen zijn opgesteld. Voor de drie
willen we werkgelegenheid creëren en ondernemersschap
Krachtwijken geldt dat het ingezette
stimuleren, de problemen achter de voordeur oplossen,
beleid op de zogenaamde
doorzettingsmacht tonen en aandacht voor schoon heel en veilig. Daarnaast hebben wij per wijk een specifiek thema benoemd. In
+
doorbraakthema’s in ieder geval tot en met 2018 wordt doorgezet.
Doornakkers staat het stimuleren van gezondheid centraal, in De Bennekel gaat het om kansen voor jeugd en in Woensel West om het spil-centrum als centrale plek voor de buurt. Problematiek achter de voordeur: Wij zullen inzetten op de
Begin 2011 volgt de evaluatie achter de
problematiek Achter de voordeur. In 2008 is een start gemaakt met
voordeur met daarin de leerpunten voor
de basis werkwijze, draagvlak creëren en het organiseren van de
het vervolg.
uitvoering. In 2009 zijn we samen met alle partners georganiseerd aanwezig in de wijken. Het doorbreken van verkokering en bureaucratie, het toewerken naar andere werkwijze en
0
samenwerkingsvormen en het leveren van toegesneden maatswerk zijn de fundamenten van de aanpak. We organiseren in een experiment van 2 jaren (medio 2009 – medio 2011) coördinatie en het totaaloverzicht. Per 1 mei 2009 zijn 3 krachtwerkers aangesteld voor de praktische uitvoering in het veld. Burgerparticipatie: Het rijk stelt middelen beschikbaar voor
Het waardebonnensysteem in de
bewonersinitiatieven. Voor de Krachtwijken, maar ook voor overige
krachtwijken werkt goed, ook buiten de
wijken in Eindhoven. Wij willen deze middelen inzetten volgens een waardebonnensysteem. De bewoners van de wijken kunnen een
+
krachtwijken.
beroep doen op een waardebon. Daarmee komen ze in de gelegenheid hun eigen initiatieven voor hun buurt financieren. Dit wordt 2e kwartaal 2011, in verband met
Evaluatie IWV 2010: In 2010 wordt de IWV-aanpak geëvalueerd. Deze evaluatie zal inzicht bieden in een drietal onderwerpen: de
-/-
effecten, het proces en de mening van de wijkbewoners over
afstemming met corporaties waardoor het in tijd is vertraagd.
- 141 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/resultaten van de wijkvernieuwing. Daarnaast zullen wij aan de evaluatie een externe visitatie verbinden. De resultaten moeten handvatten bieden voor het formuleren van de opgaven die er na 2010 nog liggen in de betreffende wijken. Uit de evaluatie moeten lessen te trekken zijn voor de te volgen werkwijze en voor de wijze waarop bewoners een plek krijgen bij vernieuwingsprocessen in hun buurt. Het plan van aanpak van de evaluatie 2010 is besproken met de commissie wonen en ruimte. ‘Afbouw’ IWV-status: In 2010 werken we aan een plan van aanpak voor de ‘afbouw’ van de IWV-status. Enkele buurten naderen de eindfase. Deze afbouw heeft allerlei consequenties en dienen goed
Besluitvorming hierover is gekoppeld aan -/-
begeleid te worden.
de evaluatie IWV. Door vertraging van de evaluatie (zie hierboven) schuift dit door naar 2011.
Activiteiten 2007 t/m 2010 Uitvoering van Raadsbesluit inzake Integrale Wijkvernieuwing (maart 2007):
b b b b
een deel van de resterende sociale opgave in de tien aangewezen plangebieden; een deel van de fysieke opgaven in de aangewezen plangebieden Philipsdorp, Genderdal en de Bennekel; particuliere woningverbetering in (de randen van) de 10 wijkvernieuwingsgebieden; sociale en economische wijkvernieuwing.
Intensiveringen Jaarlijks vindt actualisering van de financiële opgave van integrale wijkvernieuwing plaats. Wij willen juist in deze tijd de inzet in de integrale wijkvernieuwing op peil houden. De basis-financiering van de inzet voor krachtwijken (€ 300.000 voor 10 jaar) is reeds in de begroting voorzien en vraagt geen extra inzet. Op basis van de systematiek van de jaarlijkse behoeftebepaling dient jaarlijks een bedrag gereserveerd te worden voor de concrete uitvoering in het opvolgende jaar. Voor 2010 was een bedrag ad € 3.365.000 gereserveerd.
- 142 -
3.4b Wonen Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: M Fiers
Commissie
: Wonen en Ruimte
Relatie met andere programma’s De relatie met het raadsprogramma wonen is groot. In dit raadsprogramma zijn de afspraken over woningbouwproductie, doelgroepen, woonkwaliteit en leefbaarheid vastgelegd. Het programma Woningbouwproductie is in feite een klein onderdeel van het totale programmaonderdeel en bedoeld als extra stimulans ten opzichte van het reguliere programmaonderdeel. Tevens bestaat een relatie met de programma’s Burgerparticipatie (met betrekking tot de inspraakprocedures), Duurzaamheid en klimaatbeleid (o.a. duurzaamheid voor de woningen) en Strijp S (als onderdeel van de woningbouwopgave die gerealiseerd dient te worden), Diversiteit (o.a. huisvesting voor allochtone ouderen). Ten slotte bestaat natuurlijk een duidelijke relatie met het programma Wijkvernieuwing en het rijksprogramma Krachtwijken.
Doelen Wij willen zorgen voor een kwalitatief en kwantitatief goed woningaanbod. Onder andere door het vergroten en versnellen van de woningbouwproductie. Daarbij streven we naar een gemiddelde woningproductie van 1.500 woningen per jaar in de periode 2005-2010 (afspraken van SRE met het Rijk). Van deze opgave dienen in totaal (binnen de netto uitbreiding) 1.340 woningen in de sociale sector gerealiseerd te worden. Het nieuwbouwprogramma 2005-2010 is voor de gemeente Eindhoven als volgt onderverdeeld:
b b b b
Uitleglocaties : Bebouwd / uitbreiding / centrum:
3.500 850
Bebouwd / uitbreiding / overig:
1.250
Bebouwd / vervanging:
1.900
(o.a. binnen wijkvernieuwing)
Totaal zijn er bruto 6.301 woningen opgeleverd, netto 3.833 woningen, in de jaren 2005 t/m 2010.
Effectindicatoren
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
992
1.771
787
529
1.463
436
Ntb
295
619
463
308
351
In de periode 2005-2010 een totaal aantal opgeleverde woningen van 7.500 . Dit is inclusief de woningen die binnen wijkvernieuwing gesloopt en nieuw gebouwd worden (bruto) Een voldoende groot aanbod van betaalbare huur- en koopwoningen binnen de nieuwbouw: 1.340 woningen in de periode 2005-2010 (netto) De omzetting van 2.000 woningen van huur naar koop voor 20052010 In de periode 2005-2010 zullen in totaal 2.067 woningen worden gesloopt en ongeveer 1.500 woningen zullen een ingrijpende woningverbetering ondergaan (vervangende nieuwbouw)
- 143 -
3. Thema’s Toelichting op de afwijking Eindhoven heeft de laatste jaren een enorme groei van de woningvoorraad gekend. De woningbouwproductie is decennia niet zo hoog geweest. Er is nu wel enige terugval (2010), maar de productie is redelijk op pijl gebleven. In Eindhoven zijn met de stimuleringsregelingen van het rijk, provincie en gemeente in de afgelopen 1,5 jaar heel veel woningen gestart met de bouw. Alleen al door de stimuleringsregelen zijn er meer dan 1300 gestart (een deel daarvan wordt overigens in 2011 opgeleverd). Eindhoven heeft in regionaal verband afspraken gemaakt over de woningbouw. Voor de periode van 2010 tot 2015 betekent dat er bruto 3785 woningen bijgebouwd moeten worden, netto 2785. Met 787 bruto toevoegingen zitten we dus goed op schema.
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
….. (0)
=
….. (-/-) =
Uitvoering conform raming verlopen. Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Uitgevoerd. Door middel van 2e en 3e
Actief monitoren op de projecten die gebouwd worden, om op basis hiervan zoveel mogelijk te stimuleren waar nodig.
+
tranche rijksgelden 1389 woningen extra gestimuleerd.
De gemeente zet zich volop in, om in samenwerking met diverse
Uitgevoerd; per 2 maanden wordt er met
regionale partners, de gevolgen van de kredietcrisis zoveel mogelijk
de externen gesproken en eea
te beperken. Op het gebied van de woningbouw onderhoudt de
uitgewisseld.
gemeente Eindhoven intensieve contacten met de bouwers in de stad; corporaties, ontwikkelaars, makelaars en andere partijen. Ook wordt in regelmatige frequentie een Ronde Tafelgesprek gehouden
+
met belangrijke stakeholders op de Eindhovense woningmarkt. Daarnaast is de gemeente in gesprek met de Provincie en het Rijk om in het kader van de stimulering van de woningbouwproductie het maatregelenpakket zo optimaal mogelijk te benutten.
Activiteiten 2007 t/m 2010 De gemeente zet zich volop in, om in samenwerking met diverse regionale partners, de gevolgen van de kredietcrisis zoveel mogelijk te beperken. Op het gebied van de woningbouw onderhoudt de gemeente Eindhoven intensieve contacten met de bouwers in de stad; corporaties, ontwikkelaars, makelaars en andere partijen. Ook worden regelmatig Ronde Tafelgesprekken gehouden met belangrijke stakeholders op de Eindhovense woningmarkt. De gemeente is verder in gesprek met de Provincie en het Rijk om in het kader van de stimulering van de woningbouwproductie het maatregelenpakket zo optimaal mogelijk te benutten.
- 144 -
Er zijn door de Rijksstimuleringsregeling en provinciale stimulering 1389 woningen gestart met bouwen voor 2011. Er zijn meerdere miljoenen verkregen die ingezet zijn voor garanties, leningen, bijdragen in openbare ruimten. Er zijn voor de periode 2010-2015 nieuwe afspraken gemaakt voor de woningbouwproductie in Eindhoven. Dit is ook geland in de verstedelijkings-afspraken, die met het Rijk en SRE zijn gemaakt.
- 145 -
3. Thema’s 3.5 Bereikbaarheid Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: J Helms
Commissie
: Milieu, Mobiliteit, Vastgoed en Participatie (MMVP)
Relatie met andere programma’s Een uitstekende bereikbaarheid is één van de pijlers van Brainport. De ‘basics op orde’ betekent investeren in maatregelen die én de bereikbaarheid van economische toplocaties (A2-zone, Stationsomgeving) verbeteren én de leefbaarheid in de hele stad verbeteren. Het programma Bereikbaarheid sluit daarmee naadloos aan bij de ruimtelijke agenda van Brainport. Het programma ‘Duurzaamheid en klimaatbeleid’ sluit aan bij het bevorderen van duurzame vervoerssystemen en richt zich in relatie tot bereikbaarheid o.a. op het stimuleren van het gebruik van alternatieve brandstoffen en de beperking van uitstoot van schadelijke stoffen en CO2. Mobiliteit is een middel dat bewoners, bezoekers en bedrijven in staat stelt om een bijdrage te leveren aan maatschappelijke doelstellingen en om deel te nemen aan de maatschappij. Vanuit dit uitgangspunt betekent ‘Meedoen’ dat via het programma Bereikbaarheid openbare voorzieningen worden aangeboden aan grote groepen, maar ook dat kansen worden geboden aan specifieke doelgroepen. Aanknopingspunten met ‘Actieve Jeugd’ zijn verkeerseducatie en het stimuleringsbeleid voor fietsen. Relaties met ‘Burgerparticipatie’ zijn er onder meer via mobiliteitsmanagement bij bedrijven en instellingen en cofinanciering van grote projecten door externe partners. Via het raadsprogramma Verkeer en Vervoer wordt (de uitvoering van) het programma afgestemd met de programma’s Openbare Ruimte, Groen, Water, Milieu, Economie, Wonen en Ruimtelijke Kwaliteit.
Doelen Het programma is gericht op de volgende, samenhangende doelen:
b
Een betere bereikbaarheid van de stad en regio voor alle verkeer- en vervoermiddelen. Wij werken volgens de “Zevensprong van Verdaas”: door een betere benutting van de bestaande infrastructuur (afstemming met ruimtelijke ontwikkelingen, prijsbeleid, toepassing van mobiliteitsmanagement en dynamisch verkeersmanagement), betere aansluitingen van verbindingen (overstap- en overslagmogelijkheden) en, waar nodig, capaciteitsuitbreidingen van (bestaande) infrastructuur.
b
De verandering van de modal split (de verdeling tussen de verschillende vervoerwijzen) ten gunste van fiets en openbaar vervoer door hoge kwaliteit van het infrastructurele netwerk. In 2020 moet de volgende verschuiving plaats hebben gevonden: - het aandeel openbaar vervoer stijgt van 8% naar 12%; - het aandeel fiets stijgt van 24 naar 25%; - het aandeel auto daalt van 68 naar 62%.
b
Een grotere verkeersveiligheid door het opheffen van black spots, duurzaam veilige wijken (leefbaarheid) en systematische aandacht voor kwetsbare deelnemers. De doelstelling is om te komen tot een daling van het aantal letselongevallen van 25% in 2010 ten opzichte van het peiljaar 2000.
b
Een betere luchtkwaliteit (NOx, fijn stof) door het treffen van milieumaatregelen, in (regionale) samenwerking met alle beheerders van infrastructuur en marktpartijen. Wij streven naar een afname van het gemotoriseerd verkeer binnen de Ring met 30% in de periode 2008-2011.
- 146 -
Effectindicatoren
Realisatie
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2007
2008
2009
2010
2010
Bereikbaarheid Gemiddelde (traject)snelheid op het hoofdwegennet in en rond Eindhoven Drukte op het wegennet in Eindhoven Modal split Vervoerskeuze (fiets, openbaar vervoer of auto)
Begroting
- aandeel fiets
2020
- aandeel openbaar vervoer - aandeel auto
24%
27,5%
25%
nnb
9,5%
10,0%
12%
nnb
68,0%
62,5%
62%
nnb
6
7
9
nnb
133
94
166
nnb
Verkeersveiligheid Aantal verkeersslachtoffers - aantal verkeersdoden - aantal ziekenhuisgewonden Luchtkwaliteit Afname van het gemotoriseerd verkeer binnen de Ring Aantal luchtkwaliteitknelpunten Aantal mensen dat wordt blootgesteld aan luchtverontreiniging Luchtkwaliteit, aantal in- en uitrijdende (vracht)auto’s
Begroting
per dag op de invalswegen binnen de ring:
-
2015
Montgomerylaan Kennedylaan
17.237
17.098
15.792
Dorgelolaan
20.006
22.615
18.746
Geldropseweg
16.341
17.233
15.987
Leenderweg
11.438
10.922
10.329
Aalsterweg
12.877
-
9.788
Hoogstraat
15.288
14.848
18.069
Karel de Grotelaan
13.521
15.648
6.661
Boschdijk
12.050
-
11.257
7.090
7.208
7.032
125.848
105.572
88.094
113.661
100
84
70
90
totaal index
- 147 -
3. Thema’s Luchtkwaliteit, milieuzone:
Begroting 2010
- % vrachtwagens in de milieuzone met schone (tenminste een euro-4-klasse) motor
34%
43%
90%
55%
63%
68%
90%
75%
- % vrachtwagens in de milieuzone met schone (tenminste een euro-4-klasse) motor of een gecertificeerd roetfilter
Toelichting op de afwijking Bereikbaarheid Bij vaststelling van de begroting 2010 was er nog geen effectindicator met betrekking tot de bereikbaarheid. Op dit moment wordt er een bereikbaarheidsindex ontwikkeld die zich hoofdzakelijk op het personenvervoer richt via de hoofdvervoerwijzen auto, fiets, lopen en openbaar vervoer. De focus komt te liggen op het aantal c.q. het aandeel gebruikers naar vervoerwijze, verliestijd en beleving. Aanvullend wordt goederenvervoer opgenomen. De focus hierop is uitsluitend gericht op aantal naar vervoerwijze.
Modal split De gegevens van 2010 zijn nog niet bekend. Uit de cijfers van 2009 blijkt dat de doelstelling mbt het aandeel fiets al in 2009 behaald is. Echter er is wel een achteruitgang ten opzichte van 2008. Het autogebruik laat een forse daling zien. Enerzijds heeft dat te maken met de economische crisis en de ombouw van de randweg. Anderzijds doordat binnen Eindhoven het gebruik van de fiets is toegenomen. Buiten Eindhoven heeft men vaker gebruik gemaakt van het openbaar vervoer. Als de economie weer gaat aantrekken zal dit weer leiden tot een toename van het autogebruik.
Verkeersveiligheid De ongevalgegevens van 2010 zijn pas in april 2011 bekend. Daarom zijn deze cijfers nog niet opgenomen. Uit de cijfers van 2008 en 2009 (en de voorgaande jaren) blijkt dat het aantal verkeersdoden de afgelopen jaren vrij constant is gebleven. Het aantal ziekenhuisgewonden vertoont een dalende lijn. Uit de realisatie 2009 blijkt dat de doelstelling van 2010 al in 2009 behaald was. Dat is mede het resultaat van de aanpak van de 20 grootste black spots waar de afgelopen jaren in geïnvesteerd is.
Luchtkwaliteit Ten opzichte van 2008 is de hoeveelheid gemotoriseerd verkeer binnen de ring met 10% gedaald. Met uitzondering van de Aalsterweg is de hoeveelheid verkeer op alle invalswegen binnen de ring in 2010 afgenomen. Er heeft een verplaatsing van verkeer plaatsgevonden van de Leenderweg naar de Aalsterweg. Vooral op de Hoogstraat is de daling van het gemotoriseerd verkeer zeer fors: -57%. Het lijkt er op dat deze verschuivingen en afname het gevolg is van reconstructies van nabijgelegen wegen. De vastgestelde doelstelling mbt de milieuzone is in 2010 niet behaald. Daarom zal de handhaving de komende jaren geïntensiveerd worden.
- 148 -
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
Uitvoering conform raming verlopen.
….. (0)
=
Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld.
….. (-/-) =
Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE 2010
CONFORM PROGRAMMA BEGROTING + of 0 of -/Bereikbaarheid Vaststellen en uitvoeren van Mobiliteitsagenda
De ontwikkeling van de Mobiliteitsagenda neemt door de
Eindhoven inclusief monitoringsysteem
complexiteit en de vele in- en externe afstemming meer 0
tijd in beslag dan verwacht. In 2011 komt er een samenspraakproces met de stad en het bestuur over maatregelenscenario’s. Deze vertraging heeft geen inhoudelijke nadelige gevolgen.
Uitwerken van het Netwerkprogramma BrabantStad in
Voor de Noordoostcorridor is de PlanMer opgesteld en
de deelprogramma’s Externe Bereikbaarheid, OV-
voor de grenscorridor N69 is, vooruitlopend op de
netwerk, Dynamisch Verkeersmanagement, Stedelijke Bereikbaarheid en overkoepelende projecten ( 2009-
PlanMer, een afsprakenkader vastgesteld. Het +
2012)
deelprogramma Dynamisch Verkeersmanagement heeft voor 2011 enkele concrete projecten voor Eindhoven opgeleverd die in 2011 aangepakt gaan worden.
Uitwerking van de pilot MIRT-verkenning
Voor de Noordoostcorridor is de PlanMer opgesteld en
Zuidoostvleugel BrabantStad (als deelprogramma van
voor de grenscorridor N69 is, vooruitlopend op een
het Netwerkprogramma BrabantStad), inclusief
PlanMer, een afsprakenkader vastgesteld.
financieringsmogelijkheden (2009-2012), naar concrete planstudies op de diverse onderdelen, zoals o.a. de voltooiing van de Grote Ruit, de realisatie van het
+
regionale netwerk van HOV- en doorstroomassen en de verbetering van (inter)nationale spoorverbindingen Optimale benutting van bestaande weginfrastructuur
Op het kruispunt Hurksestraat / Noord Brabantlaan zijn
door realisering van BBZOB-maatregelen (Beter
doorstromingsmaatregelen getroffen en op de Ring –
Bereikbaar Zuidoost-Brabant) en het realiseren van
Aalsterweg –Leenderweg is een groene golf gerealiseerd.
doorstroomassen voor het openbaar vervoer (tot 2011)
+
Het pakket van maatregelen wordt jaarlijks tegen het licht gehouden waardoor de doseerinstallatie op de Leenderweg niet meer noodzakelijk was.
- 149 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE 2010
CONFORM PROGRAMMA BEGROTING + of 0 of -/-
Realisering van het Uitvoeringsprogramma Verkeersregelinstallaties (VRI), onder andere gericht op een betere doorstroming van het autoverkeer op de
Uitvoeringsprogramma loopt. Een groot deel van de +
kruispunten op de Ring zijn inmiddels op het gewenste niveau.
Ring Realisatie van de ongelijkvloerse kruising Aalsterweg –
De realisatie van de ongelijkvloerse kruising Aalsterweg –
Ring, met doorkijk naar de kruising Leenderweg – Ring. Gekoppeld aan de tweede HOV-verbinding
Ring is in tijd vooruit geschoven. Prioriteit is gelegd bij het -/-
realiseren van HOV2. Dit heeft, voor zover we nu kunnen overzien, nog geen inhoudelijke negatieve gevolgen.
Aansluitingen op de Randweg van de A2-zone:
- Aansluiting Eindhoven Airport: Het Ministerie van
planvorming voor de aansluiting van
Infrastructuur en Milieu heeft middels een brief van 23
Veldhoven/Meerhoven/bedrijventerrein De Hurk
oktober jl. laten weten dat het Ministerie akkoord is met
(ontvlechtingsvariant) en verkenning voor de
de realisering van de aansluiting A2/Airport-noord met als
aansluiting van Eindhoven Airport/GDC (verwerven van
voorwaarde dat de overige onderdelen van het
bestuurlijk draagvlak en externe financiering)
Bereikbaarheidsplan ook gerealiseerd worden. - Aansluiting Meerenakkerweg: In 2010 is als onderdeel +
van de Tracéprocedure de Milieu Effect Rapportage / Ontwerp Tracébesluit- procedure doorlopen. Hiertegen zijn meerdere zienswijzen ingediend welke door Rijkswaterstaat in samenwerking met de gemeente Eindhoven zijn behandeld. Conform planning zal het Tracébesluit in januari 2011 genomen gaan worden. Beide aansluitingen maken deel uit van de integrale afweging die zal plaatsvinden op basis van het het MIP.
Verkenning naar het nieuwe station Eindhoven Airport
Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft eind 2010
inclusief de verbinding met de luchthaven
besloten dat er vanaf 2011een verkennende studie dient +
plaats te vinden naar het station Eindhoven Airport. Afhankelijk van de resultaten hiervan kan een planstudie volgen.
Uitvoering van het Europees project RoCK (het
De Tweede Kamer heeft zich bij verschillende
realiseren van een aansluiting van Eindhoven op het
gelegenheden uitgesproken voor verbetering van
hogesnelheidstreinnetwerk in Duitsland als voortzetting van HST Connect, t/m 2013) en het
+
grensoverschrijdend treinverkeer. Voor de verbindingen Eindhoven-Venlo-Düsseldorf en Eindhoven-Heerlen-
verkrijgen van bestuurlijk draagvlak voor het
Aachen is uit diverse studies duidelijk geworden wat er
doortrekken van de HSL-shuttle Antwerpen – Breda
moet gebeuren om de verbindingen te realiseren, zodat in
- 150 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE 2010
CONFORM PROGRAMMA BEGROTING + of 0 of -/naar Eindhoven
2011 concrete plannen en claims bij Nederlandse en Duitse overheden kunnen worden neergelegd. Verder is er gewerkt aan vergroting van bestuurlijk draagvlak aan beide zijden van de grens.
Opstellen van een meerjarig uitvoeringsplan voor toepassing van dynamisch verkeersmanagement
Vanwege het ontbreken van financiële middelen voor -/-
maatregelen uit het uitvoeringsplan is het plan niet vastgesteld. Verdere afweging vindt plaats op basis van het MIP.
Actief werven van externe financieringsmogelijkheden
De financiering van de opwaardering van het
voor de opwaardering van het Beatrixkanaal naar
Beatrixkanaal is rond na positieve besluiten over
vaarklasse III (inclusief verbetering van de Beatrixhaven)
subsidieaanvragen Quick Wins Binnenhavens (bij het +
voormalige ministerie verkeer en waterstaat) en OP Zuid (Europees Fonds voor Regionale ontwikkeling). De werkzaamheden kunnen nu worden uitgevoerd (eind 2013 gereed).
Modal split Mobiliteitsmanagement en verknoping Verder onderzoek naar mogelijkheden van (tijdelijke)
Voorlopig ontwerp transferium Trade Forum is
transferia met aansluitende vervoerssystemen naar de stad (bv. bij de High Tech Campus, Strijp S) en
vastgesteld. In 2011 valt besluit over daadwerkelijke 0
uitvoering, afhankelijk van de beschikbare middelen en
planvorming c.q. realisatie van een tijdelijk transferium
het zicht op een acceptabele exploitatie. Gebrek aan
op Trade Forum
middelen heeft geleid tot vertraging van het project.
Uitbreiden van betaald parkeren voor
Er is betaald parkeren met een regeling ingevoerd in de
belanghebbenden binnen de Ring als een meerderheid van de bewoners daarom vraagt
‘oude haven”, de Jacob Catslaan, de Joop den Uylstraat, +
de Houtstraat en een deel van de Kruisstraat. De uitbreidingen zijn afhankelijk van behoefte van en draagvlak bij de bewoners.
Mobiliteitsmanagement bij voorbeeldbedrijven, (kennis)instellingen en de gemeentelijke organisatie (vervolg Wegwijs A2, deelname project Spitsmijden,
Wegwijs A2 is opgeschaald naar heel Brabant: BRAMM. +
Spitsmijden loopt en het vervoerplan is geïmplementeerd.
implementatie vervoerplan gemeente Eindhoven) Openbaar vervoer Uitvoeren ‘Eindhoven Eén OV-agenda’
Vanwege het ontbreken van voldoende financiële 0
middelen loopt de uitvoering van al deze maatregelen achter op de planning. De onderstaande zaken zijn wel uitgevoerd.
- 151 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE 2010
CONFORM PROGRAMMA BEGROTING + of 0 of -/-
ruimtelijk-economische pijler: - HOV2: voor het tracé Nuenen – WC Woensel is een voorlopig ontwerp vastgesteld, de realisatie van de ongelijkvloerse kruising Aalsterweg wordt uitgesteld en voor het deel Genneper Parken is het definitieve tracé vastgesteld; - opstart overleg verkenning nieuw station Eindhoven Airport - P&R Tradeforum; businesscase gestart; besluitvorming 1e kwartaal 2011 - er is een voorlopig ontwerp voor de Stationspassage Eindhoven i.s.m. ProRail en NS Poort ontwikkeld
vervoerkundige pijler: - in 2010 is een nieuw prioriteringssysteem voor bussen bij verkeerslichten getest (KAR); - start verbetering doorstroming HOV CS-Airport en Karel de Grotelaan - reisinformatie: start ontwikkeling ov-fietsplanner (onderdeel Europees project BAPTS) - stadsdeel-/wijkgericht ov: verkenning doelgroepgericht vervoer (i.s.m. sector MM, SRE, Hermes, voorbereiding en start pilot Wensbus (onderdeel van Europees project BAPTS) - verlenging pilot nachtnet met 2 jaar (2011-2012) - onderzoek mogelijkheid aanvullend nachtbusvervoer i.s.m. Provincie (resultaat negatief vanwege doelmatigheid en kosten) - capaciteitsmaatregelen Neckerspoel (jan-jun)
sociaal-maatschappelijke pijler: - uitvoering derde jaar Halteplan Toegankelijkheid - uitvoering Gratis met de bus voor 12- en 65+ - pilot rolstoeltoegankelijkheid i.s.m. Woonservice en Hermes
- 152 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE 2010
CONFORM PROGRAMMA BEGROTING + of 0 of -/- verkennend onderzoek en opstart pilot Wensbus (zie voorgaand) Verdere planvorming voor de tweede HOV-verbinding
Voor het deel Sterrenlaan is het voorlopig ontwerp
van Nuenen via Winkelcentrum Woensel en het NS-
vastgesteld. De overige trajecten zitten al wel in de
station naar de High-Techcampus (start uitvoering eerste deel in 2010), inclusief de voertuigkeuze.
planvorming, maar daarvan is het voorlopig ontwerp nog +
niet gereed. De realisatie van de ongelijkvloerse kruising
Gekoppeld aan de realisatie van de ongelijkvloerse
Aalsterweg – Ring is in tijd vooruit geschoven. Dit heeft,
kruising Aalsterweg – Ring
voor zover we nu kunnen overzien, nog geen inhoudelijke negatieve gevolgen.
Het realiseren van doorstroomassen voor het openbaar vervoer (tot 2011)
+
Er is een start gemaakt met de realisatie van de doorstroomas Karel de Grotelaan.
Europees project BAPTS (Boosting Advanced Public
De diverse projecten die hier deel van uitmaken lopen
Transport Systems): gericht op betere benutting en
volgens planning. Via het project BAPTS zijn o.a. bijdragen
kwaliteitsverbetering van het HOV-netwerk (t/m 2011)
geleverd aan de voorbereiding van HOV2, inclusief de +
ontwikkeling van de 3D-omgeving in Virtueel Eindhoven, de invoering van Stadspasparkeren bij WC Woensel, de voorbereiding voor het Transferium Trade Forum en is er een studie gedaan naar de ontwikkeling van kleinschalig openbaar vervoer in wijken.
Inzet van nachtbussen
Onderzoek heeft uitgewezen dat de inzet van nachtbussen financieel niet haalbaar is ten opzichte van de -/-
doelmatigheid. Daarom zijn de nachtbussen niet ingezet. Dit leidt niet tot noemenswaardige inhoudelijke gevolgen.
Toegankelijk maken van bushaltes voor mensen met een functionele beperking (2009-2010)
In 2010 zijn 65 haltes toegankelijk gemaakt. In totaal zijn +
nu 200 haltes aangepast. In 2011 staan nog 45 haltes op de planning. De uitvoering loopt conform de planning.
Fiets Uitvoeren van het Actieplan Fiets!, met aandacht voor
Vanwege het ontbreken van financiële middelen loopt de
ontbrekende schakels, verbeteren van het comfort en
uitvoering niet helemaal volgens planning.
de directheid, verkeersveiligheid,
Ten behoeve van de fietsers zijn in 2010 diverse nieuwe
fietsparkeervoorzieningen, de fietsroute langs de Dommel en de communicatie en promotie van de fiets,
0
fietspaden aangelegd: langs de Kanaaldijk Zuid, in de Roostenlaan en in de Quinten Matsyslaan-Kanaaldijk Noord. Ook is de kwaliteit van diverse fietspaden
waar het project “leenbuggy’s” deel van uitmaakt
verbeterd: in de Aalsterweg, de Leenderweg, de Berlagelaan, de Dr. Cuyperslaan, de Van
- 153 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE 2010
CONFORM PROGRAMMA BEGROTING + of 0 of -/Leeuwenhoekstraat en de Karel de Grotelaan.
Op bijna 20 locaties zijn nieuwe geautomatiseerde fietsenklemmen geplaatst die met de stadspas gebruikt kunnen worden. Oplevering van deze nieuwe fietsklemmen vindt in het voorjaar van 2011 plaats. Verbeteren verkeersveiligheid Aanpak van vijf verkeersonveilige punten die uit de consultatieavonden naar voren zijn gekomen
0
Vaststellen en uitvoeren van het Actieplan Verkeersveiligheid
Vanwege het ontbreken van financiële middelen is uitsluitend de oversteek bij ’t Hofke aangepakt. Het actieplan is vanwege het ontbreken van financiële
0
middelen voor het totale plan nog niet vastgesteld. Ondanks dat, zijn er wel beperkte verkeersveiligheidsmaatregelen uitgevoerd.
Betere luchtkwaliteit Uitvoeren en evalueren van het Actieprogramma
Belangrijk doel uit Actieprogramma Luchtkwaliteit en
luchtkwaliteit en Mobiliteit, inclusief het aangescherpte
Mobiliteit is minder autoverkeer binnen de Ring: 15%
pakket maatregelen voor het Brabants
reductie om de Europese normen om uiterlijk per 1-1-
Saneringsprogramma Luchtkwaliteit (BSL)
2015 te realiseren, 30% vanuit overwegingen van volksgezondheid. Acties op het gebied van het stimuleren van fiets- en OV-gebruik en een betere doorstroming van +
autoverkeer op de Ring lopen volgens planning. Maatregelen die leiden tot minder (doorgaand) autoverkeer worden uitgewerkt in de Strategische Mobiliteitsagenda (2011). Hierbij valt te denken aan prioritering in de afstelling van verkeerslichten voor fiets, openbaar vervoer en voetganger, een parkeerstrategie en eventuele herindeling in de verkeersroutes en -ruimte.
Handhaving en monitoring van de milieuzone
De handhaving is in 2010 verder aangescherpt door ook
(stimulering schoon vrachtvervoer
rijdende voertuigen te controleren en zo nodig te bekeuren. Het kentekenonderzoek (aug.2010) heeft +
uitgewezen dat het aantal overtredingen is afgenomen tot ongeveer 20%. Daarnaast rijdt 5% in de milieuzone met een landelijke of gemeentelijke ontheffing. De effecten van de milieuzone op de uitstoot van fijn stof en NOx zijn positief;
- 154 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE 2010
CONFORM PROGRAMMA BEGROTING + of 0 of -/-
het effect op NO2 valt tegen vergeleken met oorspronkelijke prognoses doordat bepaalde types roetfilters in de praktijk minder effectief blijken te zijn. Uitvoering plan van aanpak efficiëntere bevoorrading
Actiepunten worden gezamenlijk verkend in de uitvoeringsagenda stedelijke distributie van de B5gemeenten. Ervaringen elders worden doorvertaald in +
Eindhovense projecten. Vervoerders nemen initiatieven tot bundeling van vrachten die het centrum als bestemming hebben. De gemeente heeft daarbij een faciliterende rol.
Activiteiten 2007 t/m 2010 Programma kent verschillende activiteiten in het kader van betere bereikbaarheid, verandering modal split, grotere verkeersveiligheid, en verbeteren luchtkwaliteit. Gedurende 2007 tot en met 2010 hebben de activiteiten zoals deze verwoord zijn in de bovenstaande tabel de rode draad binnen dit bestuurlijk programma gevormd. Het bestuurlijk programma bereikbaarheid heeft met name accenten gelegd binnen het bestaande programmaonderdeel verkeer en vervoer.
Intensiveringen Bereikbaarheid is een belangrijk speerpunt. In 2010 is de reserve mobiliteitsfonds ingesteld. Vanuit deze reserve worden maatregelen uit het de OV-agenda en het Actieplan Fiets! gedekt. Eenmalig is door de Raad bij de begroting 2010 € 1 mln. ter beschikking gesteld. Deze is gestort in de reserve. Structurele voeding van dit fonds komt uit een extra verhoging van de parkeerinkomsten.
- 155 -
3. Thema’s 3.6
Burgerparticipatie
Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: M Fiers
Commissie
: Mobiliteit, Milieu, Vastgoed en Participatie
Relatie met andere programma’s Burgerparticipatie heeft relaties met meerdere andere programma’s, zoals meedoen, actieve jeugd, wonen/ wijkvernieuwing, diversiteit en legt daarmee verbindingen. Het programma heeft ook een duidelijke relatie met de Wet maatschappelijke ontwikkeling, vooral waar het gaat om het versterken van actief burgerschap en het versterken van vrijwilligerswerk. Vanuit het programma burgerparticipatie willen we bijdragen aan meer samenhang, verbetering van bestaande processen/producten en het geven van een innovatie impuls.
Doelen
b b
Bewerkstelligen dat burgers zich door de gemeente gehoord en serieus genomen voelen Bewerkstelligen dat de betrokkenheid en het zelforganiserend vermogen van burgers toeneemt
Effectindicatoren
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010 *)
18%
19%
20%
57%
60%
63%
41%
38%
45%
19%
21%
30%
70%
70%
80%
% Eindhovenaren dat zich serieus genomen voelt door de gemeente bij plannen in de buurt of wijk % Eindhovenaren dat zich verantwoordelijk voelt voor buurt of wijk % Eindhovenaren dat zich goed geïnformeerd vindt over de buurt of wijk % Eindhovenaren dat meedenkt en meepraat over ontwikkelingen in buurt of wijk % Eindhovenaren dat het belangrijk vindt om zelf invloed uit te oefenen op zaken die voor buurt of wijk van belang zijn
Toelichting op de afwijking *) In 2010 is er wel een inwonersenquête geweest, alleen was hierin het onderwerp burgerparticipatie per abuis niet meegenomen. Hierdoor zijn er geen gegevens bekend over 2010.
- 156 -
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
Uitvoering conform raming verlopen.
….. (0)
=
Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld.
….. (-/-) =
Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Spelregels voor samenspraak en inspraak in werking; handleiding
-Verordening Samenspraak en Inspraak is
voor ambtenaren en brochure voor inwoners in gebruik
ingesteld - Interne Handleiding gemaakt. +
- Voorlichting heeft plaatsgevonden. - Ong. 150 medewerkers hebben aan een cursus over Samenspraak deelgenomen - Externe wegwijzer opgesteld.
Onderzoek naar verbetering van de informatievoorziening afgerond
- Twee onderzoeken naar verbetering
en start gemaakt met doorvoering van verbeteringen
communicatie met doelgroepen uitgevoerd en afgerond. +
- Diverse experimenten om specifieke doelgroepen te bereiken uitgevoerd en geëvalueerd. - Binnen de sector GBO zijn de wijkinfo’s gestroomlijnd.
Trainingen en cursussen voor ambtenaren geoptimaliseerd en
+
uitgebreid; “helpdesk” ingericht en ingebed
-Samenspraaktrajecten zijn uitgezet.
Inzicht in mogelijkheden/onmogelijkheden, randvoorwaarden en
- Een evaluatie is gemaakt van de
thema’s die zich lenen voor meer invloed (“zeggenschap”) inwoners
ervaringen die tot nu toe tav dit thema zijn opgedaan, zowel landelijk als in +
Eindhoven. - Een drietal experimenten zijn uitgevoerd rond dit thema en een aantal projecten zijn gevolgd.
Plan van aanpak voor invullen witte plekken en verbeteren
- De stedelijke netwerken zijn
representativiteit en kwaliteit stedelijke en gebiedsgerichte
overzichtelijk weergegeven
netwerken
+
- Een instrument (vragenlijst) is door de Tu/e ontwikkeld om de witte vlekken bij de stedelijke netwerken in beeld te krijgen.
- 157 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Stedelijk dekkende structuur van steunpunten (incl.
- Bij het opzetten en inrichten van
buurtinfowinkels) gerealiseerd
steunpunten in de stad is stedelijk ‘Het Vrijwilligerspunt`fysiek gerealiseerd. - Tot nu toe zijn er 18 buurtgerichte +
steunpunten operationeel en 9 buurtinfowinkels gecontinueerd. - Een handboek is opgesteld om de bewoners te ondersteunen bij het oprichten van een steunpunt.
Het (stedelijk) Vrijwilligerspunt! functioneert conform verwachting.
+
Inventarisatie van werkmethodieken om bewoners te activeren is
- In de Bennekel als
gemaakt. Afstemming met onder andere welzijnsorganisaties over
wijkvernieuwingsgebied en Woensel
gebruik en uitwisseling over de werkmethodieken heeft
Noord als actiegebied is bekeken welke
plaatsgevonden
+
(activerings)methodieken door verschillende partijen worden toegepast. - Een inventarisatie van verschillende activeringsmethodieken is gemaakt.
Nieuwe subsidiesystematiek stadsdeelgericht werken
- Het subsidiesysteem stadsdeelgericht +
geïmplementeerd en in uitvoering
werken is geïmplementeerd. - Het waardebonnensysteem is ingevoerd.
Pilots met experimenten met gedragsregels uitgevoerd en
- Verwey-Jonker heeft een inventarisatie
geëvalueerd
gemaakt van alle initiatieven mbt gedragsregels (zowel landelijk als in Eindhoven) - Conclusie van de studie is dat dit soort +
projecten zeker een bijdrage kan bieden aan de verbetering van de leefbaarheid mits ingepast in en onderdeel van een bredere aanpak van de buurt. Daarnaast biedt het onderzoek een handreiking voor het werken met gedragsregels in Eindhoven.
De interactieve processen zijn systematisch geregistreerd en
- Cocreatie ‘Maak het mee’ georganiseerd
geëvalueerd
om bewoners en professionals mee te -/-
laten denken over de manier waarop de digitale communicatie met de gemeente interactiever kan worden gemaakt.
- 158 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/- Op dit gebied valt verder nog veel te experimenteren. Komende jaren zullen we meer moeten gaan inzetten op het gebruik van nieuwe media. Burgers zijn goed geïnformeerd over de diverse mogelijkheden
- Een externe wegwijzer Burgerparticipatie
waarop de gemeente hen betrekt
+
is gemaakt. - Jaarverslag 2008 en 2009 zijn gemaakt en verspreid.
Activiteiten 2007 t/m 2010 Veel projecten zijn in 2010 succesvol afgerond, maar de structurele borging van burgerparticipatie blijft een stevig aandachtspunt voor de vervolgaanpak.
Intensiveringen Bij de programmabegroting 2008 -2011 is het bestuurlijk programma burgerparticipatie van middelen voorzien. In de programmabegroting 2009 -2012 worden geen extra middelen beschikbaar gesteld. De middelen zoals hier opgenomen zijn bestemd voor programmamanagement en voor een innovatieve impuls voor nieuwe zaken of additioneel op de financiering van lopende/beoogde activiteiten waarvoor elders in de begroting regulier middelen zijn voorzien.
- 159 -
3. Thema’s 3.7
Duurzaamheid en klimaatbeleid
Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: J Helms
Commissie
: Meerdere (primair Milieu Mobiliteit Vastgoed en Participatie)
Relatie met andere programma’s De doelstellingen binnen het programma Duurzaamheid en Klimaatbeleid zijn niet alleen verweven met, maar ook afhankelijk van de manier waarop aan kwaliteit/duurzaamheid in andere programma’s invulling wordt gegeven. Er zijn grote raakvlakken met andere programma’s zoals luchtkwaliteit, woningbouwproductie en groen en water. Steeds vaker is Duurzaamheid en Klimaatbeleid als geïntegreerd onderdeel binnen de andere programma’s.
Doelen Op programmaniveau wordt ingezet op de volgende doelen:
b b b b
Duurzaamheid en klimaatbeleid vaste en prominente plek binnen de educatieve agenda; Duurzaamheidscentrum operationeel; Stichting Duurzaam Eindhoven voldoet aan verwachtingen van duurzaamheidkatalysator; Samenwerking met bestaande partners (woningbouwcorporaties, projectontwikkelaars, onderwijsinstellingen, bedrijfsleven, burgers etc.) zijn op betreffende onderdelen verdiept;
b
Bovenlokale allianties zijn in kaart gebracht en vertaald naar concrete kansen.
Per pijler zijn de volgende doelen geformuleerd: A. Kwaliteit in Bouwen en Wonen 1.
Realiseren kwaliteit bij bouwen, renovatie en beheer (GPR, EPL, EPC, materiaalkeuze/duurzaam bouwen);
2.
Bereikbaarheid: ‘Voor iedere gelegenheid passend vervoer’;
3.
Goede en bekende voorbeeldfunctie gemeente;
4.
Een Levensloopbestendige Openbare Ruimte (10e prestatieveld WMO).
B. Duurzaam Ondernemen 1.
Ontkoppeling economische groei in relatie tot CO2 productie;
2.
Optimalisatie mobiliteit in relatie tot klimaatbeleid en lucht;
3.
Stimuleren Maatschappelijk verantwoord ondernemen;
4.
Klimaatprobleem is een kans voor Brainport;
5.
Goede en bekende voorbeeldfunctie gemeente.
C . Klimaatbeleid 1.
Vaststellen klimaatneutraal ambitie voor 2035-2045; - Stimuleren Energie-efficiency (inclusief energiebesparing); - Verhogen productie en gebruik duurzame energie;
2.
Goede en bekende voorbeeldfunctie gemeente.
- 160 -
Het bestuurlijk programma is ingesteld om bovenvermelde doelen een impuls te geven. Die waren, zijn of worden in een regulier raadsprogramma opgenomen (RP 8.5 Milieu. Geconstateerd kan worden dat het bestuurlijk programma aan de onder A en C vermelde doelen zeker een impuls heeft gegeven. Ter bevordering van de onder B gestelde doelen zijn diverse initiatieven genomen (uitreiken keurmerk duurzaamheid; op initiatief van raad bijeenkomst over Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen in ICSE medio 2010; Brabant energy netwerk, voorbereiding Regionale Agenda 2011-2014, voorbereiding impulsprogramma Duurzaamheid en klimaatbeleid met raadscommissie( december 2010) en dergelijke.
In 2010 zijn voorbereidingen getroffen voor intensivering van Duurzaamheid en klimaatbeleid. Daarbij wordt MVO verder uitgewerkt. In de begroting 2011 is, als onderdeel van de bezuinigingen, ruimte gemaakt voor een intensiveringsprogramma Duurzaamheid en Klimaat (€ 400.000). Dit is inmiddels op 12 april 2011 door uw raad vastgesteld.
Effectindicatoren
Realisatie
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2007
2008
2009
2010
2010
N.v.t.
Toelichting op de afwijking Het opzetten van een monitoringsinstrument is onderdeel van het Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid. Er is in 2010 onder leiding van Agentschap een start gemaakt met het opzetten van een landelijk monitorinstument. Die zal naar verwachting in de loop van 2011 beschikbaar komen.
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
….. (0)
=
….. (-/-) =
Uitvoering conform raming verlopen. Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE 2010
CONFORM PROGRAMMA BEGROTING + of 0 of -/Uitvoering van de communicatiestrategie Continuering Duurzaamheidsmakelaars Stichting Duurzaam Eindhoven
+ +
Communicatiestrategie is opgesteld en uitgevoerd. SDE heeft subsidie t/m 2012, toekomst vanaf 2013 wordt in 2011 vormgegeven. Brainportprogramma 2010 is in samenwerking tussen gemeente,
Uitwerking Brabant Energy Network
Brainport, SRE en provincie verder doorvertaald naar concrete +
samenwerking en projecten zoals o.m.: Lokaal (gemeente Eindhoven) - Positief besluit over plaatsen 22 laadpalen voor e-voertuigen in Eindhoven
- 161 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE 2010
CONFORM PROGRAMMA BEGROTING + of 0 of -/- Voorbereiden overgaan op eigen multi-fuel voertuigen - Voorbereiden Biovergisting GFT afval - Overgaan op aardgasvoertuigen door Cure - Realisatie Biocentrales Meerhoven, Ottenbad - Energy campus Tue (Solar, clean energy) Regionaal - Programma Regionale Energietransitie SRE 2011-2014 (SRE), ter versterking van lokale aanpak Energie neutraal Eindhoven 2045 - Automotive campus Helmond: electric vehicels Brabant breed (Provincie, BrabantSatd, B5) - Plan van aanpak voor stimuleren Electric vehicals en Smart Grids provincie Onderzoek/opzet gemeentelijk duurzaam
Raadsbesluit 4 maart 2010:
energiebedrijf
- duurzame-energiebedrijf is belangrijk middel tot energieneutraliteit; - duurzame-energiebedrijf is gericht op gemeentelijke regieen ontwikkelfunctie; 0
- Q2 een pve, daarna een ondernemingsplan. Vanwege complexiteit en te realiseren positieve businesscase is diepgaand onderzoek nodig, dat meer tijd vergt dan aanvankelijk ingeschat. Het programma van eisen van het op te richten lokaal duurzaam energiebedrijf Eindhoven wordt in april 2011 ter besluitvorming aan de raad voorgelegd. Na instemming kan een ondernemingsplan worden opgesteld.
Energiemaatregelen in gemeentelijke gebouwen
Dossier energiebesparende maatregelen is nog niet vastgesteld. 0
Wel zijn er daarop vooruitlopend in 3 gebouwen (zoals Van Abbe, Stadhuis) maatregelen genomen.
Uitvoering Sturings- en stimuleringsplan KWO
Realisatie van twee bio-energiecentrales en diverse KWO-installaties
+
+
Uitvoering stimuleringsprogramma loopt. Mogelijkheden zijn verkend tbv Blixembosch Nooroost, Strijp R, Botenlaan. Bouw biomassacentrales is gestart; KWO Botenlaan opgeleverd nov. 2010, overeenkomst KWO Strijp R op een haar na gevild, ondertekening verwacht februari 2011.
Grootschalig gebruik van het instrument GPRgebouw in zowel nieuwbouw als bestaande bouw
Gebruik in nieuwbouw neemt toe, maar is nog geen common0
(huur en koop)
practice. In bestaande bouw is 1 pilot doorlopen. In 2011 starten bij alle corporaties meerdere pilots.
- 162 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE 2010
CONFORM PROGRAMMA BEGROTING + of 0 of -/-
Toepassing van duurzaam inkopen
In 2010 is een aanvang gemaakt met de implementatie van +
duurzaam inkopen. De raad heeft de ambitie vastgesteld om in 2010 75% duurzaam in te kopen en in 2015 100%.
Duurzame ontwikkeling van Eindhoven Airport (EA)
Aldersadvies maakt groei EA in 2 fasen mogelijk, mits hinderbeperkende maatregelen worden gerealiseerd en groei duurzaam is (airport zelf, landzijdig, luchtzijdig). Het advies is +
uitgewerkt in een programma “werkstromen” voor de periode tm 2014. Aldersadvies is eind december 2010 door het Kabinet overgenomen. De Alderstafel blijft in stand en monitoort de voortgang van de uitvoering van het programma. De raad heeft het streven naar energieneutraliteit in 2045
Routekaart en beleidsagenda Energieneutraliteit
vastgesteld. Daartoe is ingestemd met de “Routekaart naar een energieneutraal Eindhoven”. In het coalitieakkoord is uitgesproken dat wordt vastgehouden aan de ambitie van +
energieneutraliteit in 2045. Tegelijkertijd is geconstateerd dat de gestelde ambities niet gerealiseerd kunnen worden met de huidige aanpak. Een intensivering van beleid is noodzakelijk. Met het vaststellen van het raadsvoorstel “duurzaamheid’ op 12 april 2011 is hier nader vorm aan gegeven.
- 163 -
3. Thema’s 3.8 Arbeidsmarktbeleid Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: H Brink
Commissie
: Maatschappelijk Zorg Financiën en Personeel & Organisatie
Relatie met andere programma’s Het programma arbeidsmarktbeleid zit op het snijvlak van de programma’s Meedoen, Actieve Jeugd en Brainport. De programma’s raken en ondersteunen elkaar o.a. bij het begeleiden naar werk, maatschappelijke participatie, het bestrijden van jeugdwerkloosheid, talentontwikkeling en de dienstverlening aan jongeren via bijv. het jongerenloket. Steeds belangrijker wordt ook het stimuleren van economische ontwikkeling van stad en regio onder andere door regionale samenwerking.
Doelen
b b b
Schadelastbeperking Blijven investeren Versterken arbeidsmobiliteit
Effectindicatoren Doel (outcome)
Indicator
Realisatie
Realisatie
Realisatie
Realisatie
2007
2008
2009
2010
Laag opgeleide werklozen (als % van niet-werkende
3570
3.370
4.405
4.281
werkzoekenden totaal) (op 31
(57,4%)
(55,4%)
(47,9%)
(48,7%)
6.215
6.101
9.195
8.780
december) Niet-werkende werkzoekenden totaal Voorkomen van een tweedeling in de samenleving op het gebied van arbeidsmarktbeleid
(op 31 december) Niet-werkende werkzoekenden > 40 jaar (als % van niet werkende werkzoekenden totaal)
4.195
4.000
5.310
5.115
(67%)
(66%)
(58%)
(58%)
(op 31 december) Niet-werkende werkzoekenden < 27 jaar (als % van niet
443
505
1.067
1.129
werkende werkzoekenden
(7,1%)
(8,3%)
(11,6%)
(12.9%)
totaal) (op 31 december)
- 164 -
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
Uitvoering conform raming verlopen.
….. (0)
=
Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld.
….. (-/-)= Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/1. Schadelastbeperking
b
Op het Werkplein wordt integraal gewerkt.
Werkgevers
Werkgeversteam Werkplein Mercado gaat (pro)actief werkgevers
Dat geldt ook voor de
informeren over regelingen die kunnen helpen bij het in dienst
werkgeversbenadering, waaronder de
houden van medewerkers en het eventueel aannemen van nieuwe
servicepunten.
medewerkers onder bijzondere condities
Regelingen worden via contacten met de +
werkgevers onder de aandacht gebracht, maar ook via de website en via folders. Gedurende 2010 zijn een aantal regelingen ingevoerd die een financiële compensatie bieden bij indiensttreding of scholing.
b
Met werkloosheid bedreigde werknemers
Werknemers met werkloosheid bedreigd -
-
Van werk naar werk ondersteuning in de vorm van het
worden begeleid via het
faciliteren van collegiale in- en uitleen
mobiliteitscentrum en de reguliere
Van werk naar werk begeleiding door het
+
mobiliteitscentrum -
dienstverlening van het Werkplein. Onder andere door de inzet van het servicepunt
Inzet van gemeentelijke medewerkers in het
Leren en Werken wordt scholing
mobiliteitscentrum (afhankelijk van de duur en de
gefaciliteerd.
intensiteit van de crisis)
b
De dienstverlening op het werkplein
Nieuwe werklozen -
Aan nieuwe werklozen dient altijd een concreet aanbod te
Mercado is ingericht conform de
worden gedaan in de vorm van passende vacature of een
voorstaande opzet. Daarnaast wordt
scholingsaanbod -
De nieuwe werkloze is in de eerste plaats verantwoordelijk
+
steeds meer vorm gegeven aan digitale dienstverlening voor personen met een zeer korte afstand naar werk.
voor zijn eigen toekomst waarbij hij of zij wordt aangesproken op het creëren van een eigen perspectief richting nieuw werk
- 165 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/-
b
De ingang voor jongeren is het
Jongeren -
schoolgaande jongeren opleiding af laten ronden d.m.v.
Jongerenloket werkplein Mercado. Het
ondersteuning bieden bij creëren voldoende BPV plaatsen
Jongerenloket bestaat uit WPM, ROC,
-
Jongeren stimuleren aanvullend onderwijs te volgen
straks.nu en de unit ambulant. Hierbij ligt
b
de focus op terugkeer naar onderwijs of
Uitvallers -
Jongeren die voortijdig de school (hebben) verlaten
-
Werkloze of met werkloosheid bedreigde jongeren
het verder kwalificeren. BPV plaatsen +
worden gerealiseerd in samenwerking met het werkgevers team en de kenniscentra. Het door Eindhoven geregisseerde actieplan bestrijding jeugdwerkloosheid kent dezelfde doelen, waarbij er naast werk en onderwijs, specifieke aandacht is voor de kwetsbare jongeren (jongeren zonder startkwalificatie)
2. Blijven investeren
b
Het werkplein Mercado heeft een speciaal
Sectorale werkgeversbenadering
team dat contacten met werkgevers +
onderhoudt voor vacatures voor werkzoekenden. Zij werken (deels) branchegericht. In 2010 heeft deze ontwikkeling verder vorm gekregen.
b
instroombanen of te creëren instroommogelijkheden met
Deze activiteiten zijn belegd bij en worden
loopbaanperspectief en latente capaciteiten van inactieven die met talentontwikkeling tot wasdom kunnen worden gebracht
+
uitgevoerd door het team werkgeversbenadering en het servicepunt Leren en Werken.
b
Identificeren en mobiliseren stille reserves
Gezien de crisis en de toename van de -/-
instroom is hier geen extra inzet op gepleegd gedurende 2010.
3. Versterken arbeidsmobiliteit
b b
Transparantie van de arbeidsmarkt vergroten
Werkplein Mercado publiceert vacatures
Informatie voor werknemers aanbieden
+
- 166 -
via internet op een website die toegankelijk is voor iedereen
Intensiveringen Voor het bestuurlijke programma Arbeidsmarktbeleid zijn middelen beschikbaar vanuit het gemeentelijke Brainportprogramma en bedragen € 250.000 per jaar t/m 2010. De arbeidsmarktprojecten worden veelal gefinancierd uit programmabudgetten van de gemeente (p-budget), SRE, Provincie en bedrijfsleven (fondsen). Het budget dat direct aan het programma is gekoppeld , is benodigd voor afstemming en aansturing van het programma en de co-financiering van projecten.
- 167 -
3. Thema’s 3.9a Design Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: M-A Schreurs
Commissie
: Jeugd, Gezin, Onderwijs, Cultuur, Sport
Commissie:
: Bestuurlijke en Economische Zaken (Brainport)
Relatie met andere programma’s Het programma Design is een gemeentebreed programma dat een zeer groot aantal (reguliere) programmaonderdelen en andere bestuurlijke programma’s raakt. Met name te noemen zijn de programma’s Brainport, Cultuur Totaal, Strijp S en Licht en de programmaonderdelen economische ontwikkeling (creatieve industrie), openbare ruimte, groen- en recreatievoorzieningen. Er is hierbij sprake van wederkerigheid in de zin dat de programma’s bijdragen aan elkaars doelen. Regionaal (SRE) is het programma Design in Brainport van de ontwikkelorganisatie Brainport complementair aan het bestuurlijk programma design. Het zet in op de versterking en groei van de positie van Eindhoven als creatieve regio. De focus ligt daarbij op het versterken van design als zelfstandige economische sector en het ontwikkelen van ‘new business’ op het snijvlak van design en technologie.
Doelen Het beleidskader en uitvoeringsprogramma “Design in Eindhoven” 2009-2014 is thans in ontwikkeling en zal in het najaar aan de gemeenteraad aangeboden worden. Doelen en effectindicatoren zullen daarin worden geëxpliciteerd en uitgewerkt. De vier voorlopige (in het bidbook World Design Capital 2012 uitgewerkte) programmalijnen betreffen : 1.
Knowledge (kennis)
2.
Prosperity (welvaart, economische ontwikkeling)
3.
Resources (duurzaamheid)
4.
Quality of Life (kwaliteit van leven)
met als doelen:
b
het ontwikkelen, toepassen en overdragen van kennis, methoden en technieken om als regio te excelleren en onderscheidend te zijn en talent aan te trekken en te behouden;
b b b
het stimuleren van de inzet van Design & Technologie door bedrijven in de regio t.b.v. innovatie en het genereren van business; de inzet van design ten behoeve van een duurzamere gebruik van onze schaarse middelen (mens, natuur, milieu, kapitaal); de inzet van design t.b.v. sociaal-maatschappelijke doelstellingen en een goede kwaliteit van leven in onze stad (veiligheid, sociale cohesie, burgerparticipatie, diversiteit, wonen, zorg, mobiliteit, etc…);
b
(programmalijn)overkoepelend is een belangrijke doelstelling het versterken van het profiel van Eindhoven als Designstad.
Naast uitwerking, implementatie en monitoring van het uitvoeringsprogramma is een belangrijk doel het verwerven van voldoende externe financiering (via het financieringsfonds, de provincie, het rijk en Europa) om de benodigde activiteiten en projecten uit te kunnen voeren. Ambities zullen moeten worden bijgesteld indien de taakstelling inzake (externe) financiering niet wordt behaald.
- 168 -
Effectindicatoren
Realisatie
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2007
2008
2009
2010
2010
% creatieve industrie binnen totale werkgelegenheid
2,6%
2,6%
2,9%
-
3,2%
% creatieve industrie + designsector binnen Totale
5,6%
5,7%
6,0%
-
6,2%
-
-4%
55.000
80.000
115.000
>20.000
150.000
n.b.
7,6
n.b.
8
7,8
werkgelegenheid Groei aantallen designstudenten Aantal bezoekers Dutch Design Week Waardering bezoekers Dutch Design Week
Toelichting op de afwijking In 2010 heeft in opdracht van de gemeente een (extern) onderzoek plaatsgevonden naar de omvang van de creatieve industrie en de designsector in Eindhoven. Want alhoewel er sprake is van overlap worden in de TNO definitie van “Creatieve Industrie” niet alle ondernemingen meegenomen die wel tot de designsector zouden moeten worden gerekend (maar onder SBI codes vallen als “vervaardiging van meubels”, “ingenieurs technisch ontwerp en advies” en dergelijke).
Kijkt men naar de cijfers van 2010 t.o.v. 2009 dan blijkt het aandeel (%) van de “creatieve industrie + designsector” in de totale werkgelegenheid gestegen. In absolute aantallen is het aantal banen in de creatieve industrie en designsector in 2010 t.o.v. 2009 constant gebleven. Er is sprake van een hoger aandeel (%) van de totale beroepsbevolking omdat de totale werkgelegenheid in Eindhoven (en derhalve de werkgelegenheid in andere sectoren) is afgenomen.
Qua aantallen Designstudenten is thans puur de Design Academy en TU/e studenten gemeten (in 2001 dient onderzocht te worden welke opleidingen / studierichtingen op MBO en HBO niveau (bijvoorbeeld Eindhovense School, ROC en Fontys) tot de designsector gerekend zouden moeten worden en in de meting moeten worden meegenomen. Er is t.o.v. 2009 sprake van een lichte teruggang in aantallen studenten. Het blijkt absoluut geen doel van de Design Academy Eindhoven en van de TU/e om kwantitatief te groeien. Wel kwalitatief met als consequentie bijvoorbeeld strengere selectie (DAE).
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
….. (0)
=
….. (-/-) =
Uitvoering conform raming verlopen. Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Uitwerking beleidskader en bijbehorend uitvoeringsprogramma
Op 4 maart 2010 vastgesteld door +
- 169 -
gemeenteraad
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Financiering meerjarig programma Design in Eindhoven
In 2010 is via een amendement van de raad incidenteel € 1 miljoen beschikbaar gesteld voor Design. Middels de kadernota +
2010-2013 is voorzien in een structurele subsidie voor de Dutch Design week, De Dutch Design Awards en de Graduation Show van de Design Academy.
Gemeentebrede programmaorganisatie (en (door)ontwikkeling van
Enkele projecten waarbij designers zijn
projecten op de domeinen sociaal, wonen, werken, groen,
betrokken (Groen, HOV2,
duurzaam, etc.
schulddienstverlening). Er wordt nog 0
relatief beperkt binnen de eigen portefeuilles (Sociaal, werk, wonen, duurzaam) en budgetten gewerkt met Eindhovense designers in de aanpak van vraagstukken.
Graduation show en samenwerking Design Academy
Graduation show tijdens DDW 2010. 2 samenwerkingsprojecten (Stad in het +
Land en Land in de Stad). Start met samenwerkingsproject “De toekomst van de Toekomst”
Convenanten E+ met kennisinstellingen
De convenanten met de kennisinstellingen worden thans herijkt. +
Gebeurde tot op heden o.b.v. GSB-beleid (rijk) dat thans is afgelopen. E+ als format bestaat niet meer.
Dutch Design Week 2010
+
Dutch Design Awards 2010
Groei van 55.000 bezoekers in 2007 naar 150.000 bezoekers in 2010.
+
Doorontwikkeling designorganisatie(s) in Eindhoven: integratie
Design Coöperatie Brainport is opgericht
activiteiten van Design Connection Brainport (Brainport Development), het Design Platform Eindhoven / Dutch Design Week, de Dutch Design Awards en het Designhuis.
- 170 -
+
en operationeel
Activiteiten 2007 t/m 2010 De belangrijkste activiteiten die in de periode 2007-2010 ontwikkeld zijn betreffen:
b b
Ontwikkeling van de beleidsnota en uitvoeringsprogramma “Design in Eindhoven 2010-2014: Creating a Caring Society”; Verdere professionalisering van de Dutch Design Week (en groei van 55.000 in 2007 naar 150.000 bezoekers in 2010 en een waardering van 7 in 2008 naar 7,8 in 2010);
b
(In 2006) overname van de Nederlandse Designprijzen door de gemeente Eindhoven (van de gemeente Amsterdam). 2007-2010: doorontwikkeling, professionalisering en vergroten (inter)nationale bekendheid en erkenning. Thans bekend onder naam “Dutch Design Awards”. Naast prijzen en Award show tevens reizende tentoonstelling (met start op Stadhuisplein tijdens de Dutch Design Week);
b
I.s.m. Stichting Brainport, het Van Abbe Museum en Yksi Ontwerp: opzet en (door)ontwikkeling van het Designhuis. Nieuw exploitatiemodel per 2011 is in ontwikkeling (Pand wordt voor meervoudige programmering beschikbaar gesteld). Het Van AbbeMuseum, het Muziekgebouw Frits Philips en Design Coöperatie Brainport zullen gezamenlijk de programmering ter hand nemen);
b
Verstevigde samenwerking met de Design Academy Eindhoven en co-financiering Graduation Show als één van de hoogtepunten tijdens de Dutch Design Week. Ontwikkeling van gezamenlijke projecten waarbij door DAE oplossingen ontwikkeld zijn voor gemeentelijke (maatschappelijke) vraagstukken (“Who’s afraid of Eindhoven”inzake veiligheid, “Grey” inzake vergrijzing en het gebruik van de Openbare Ruimte, de Tippelzone, Stad in het Land en Land in de Stad);
b
Lead-partner in een groot Europees project (Admire) met 18 internationale partners : opzet en ontwikkeling van de “Design Management Europe Award”, waaronder een Europese uitreikingsceremonie in Eindhoven tijdens de DDW 2009);
b
Via (en in samenwerking met) Brainport Development: de ontwikkeling en uitvoering van een economisch programma voor Design (Design in Detail, Reizende tentoonstelling “Design in Brainport”, Design Cafés, Design Pressure Cookers, Creative Conversion Factory, etc.);
b
Competitie World Design Capital 2012 waarmee Eindhoven als finalist 47 (wereld) steden achter zich heeft gelaten en wereldwijd positie heeft gekregen als Designstad. In verlengde van finaleplaats, alliantie ondertekend met de stad Helsinki (medefinalist en winnaar) en samenwerkingsprojecten gestart (DDW/ Helsinki Design Week, Design Cares, PROUD);
b
Mede initiator (i.s.m. de TU/e Industrial Design, de Design Academy, het Design Platform Eindhoven en Brainport Development) van de verdergaande samenwerking van designorganisaties in de stad en het Designspeelveld. Dit is uitgemond is in de Coöperatieve Vereniging Design Coöperatie Brainport die in een gemeenschappelijke service- en uitvoeringsorganisatie de krachten gebundeld hebben en expertise delen bij de organisatie van de DDW, de Dutch Design Awards, programmering in het Designhuis en projecten als Design in Detail, International Podium voor Design, Open Innovation Space, MKB& Design, etc.;
b
Ontwikkeling van de Social Design Talent Award (studenten van TU/e Industrial Design en Design Academy Eindhoven).
Intensiveringen 2007-2009 In de periode 2007 t/m 2009 is op incidentele basis is geïnvesteerd in:
b
de Nederlandse Designprijzen : € 329. 789 in 2007, € 55.000 in 2008 (aangevuld met 250.000,- provinciale middelen i.h.k.v. Brabantstad) , € 155.000 in 2009 (aangevuld met € 150.000 provinciale middelen i.h.k.v. Brabantstad)11;
b
De Dutch Design Week: €154.667,90 in 2007, € 253.211 in 2008 (aangevuld met € 250.000 provinciale middelen i.h.k.v. Brabantstad), € 305.667 in 2009 (aangevuld met € 400.000 provinciale middelen in het kader van Brabantstad);
11
N.B. in 2011 zijn geen provinciale middelen i.h.k.v. Brabantstad meer beschikbaar.
- 171 -
3. Thema’s b b b
De Graduation Show van de Design Academy Eindhoven (€ 100.000 per jaar); Twee jaarlijkse convenantsprojecten met Design Academy Eindhoven ( à € 35.000 gemeentelijke bijdrage per project); Het Designhuis:
-
€ 384.000 besteed in 2007 t.b.v. de verbouwing van het Designhuis (aangevuld met € 250.000 vanuit Focus en € 440.000 uit het financieringsfonds van SRE);
-
€ 1.040.000 t.b.v. de activiteiten in de periode oktober 2007 t/m december 2008 (aangevuld met € 200.000 vanuit de provincie en € 60.000 van het financieringsfonds SRE);
b b
€ 739.745 voor de activiteiten in 2009 (aangevuld met € 100.000 van de provincie).
Competitie World Design Capital: € 200.000; Admire/Design Management Europe 2006-2009: investering gemeente Eindhoven € 835.000 (waarvan € 350.000 in de vorm van inzet ambtelijke uren). Co-financiering Europese Commissie: € 780.000.
2010 In 2010 zijn de volgende subsidies verstrekt:
b b b
Dutch Design Week: € 200.000 (aangevuld met € 150.000 provinciale middelen i.h.k.v. Brabantstad)12; Dutch Design Awards: € 200.00013; Graduation Show Design Academy Eindhoven: 100.000.
Door de raad is in December 2009 besloten voor 2010 € 1 miljoen extra incidenteel beschikbaar te stellen voor design. In samenhang met dit besluit is tevens de motie aangenomen om het Designhuis nog minimaal 6 maanden open te houden. Op 4 maart 2010 heeft de gemeenteraad ingestemd met het bestedingsvoorstel inzake deze incidentele € 1.000.000. In mei 2010 is de raad over de uiteindelijke besteding van de incidentele miljoen voor design geïnformeerd.
€ 200.000 is besteed aan organisatiekosten (€ 160.000 salariskosten, € 40.000,- handgeld/uitvoering programma Design) € 100.000 is besteed aan Cultuur Totaal (t.b.v. designgerelateerde projecten) € 700.000 is besteed aan het Designhuis (tentoonstellingen, vaste lasten en de afvloeiing van het personeel van de Stichting Designhuis). De besteding van deze middelen is gedeeltelijk gelopen via design Coöperatie Brainport, conform het collegebesluit de aansturing van het Designhuis onder te brengen bij deze (nieuwe) gezamenlijke service- en uitvoeringsorganisatie. De verhouding “direct aan stichting Designhuis” versus “ via Design Coöperatie Brainport”is enigszins gewijzigd in verband met de latere dan verwachte oprichting van Design Coöperatie Brainport.
Vanuit de convenantmiddelen (Reserve GSB) 2 convenantprojecten met de Design Academy Eindhoven gefinancierd à totaal € 70.000.
12
N.B. in 2011 zijn geen provinciale middelen i.h.k.v. Brabantstad meer beschikbaar.
13
Zie de voorgaande voetnoot.
- 172 -
3.9b Licht Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: M-A Schreurs
Commissie
: Wonen en Ruimte
Relatie met andere programma’s Met de vaststelling van de visie ‘Licht aan’ op 6 maart 2007 heeft het bestuur een strategisch document voor de (middel)lange termijn in handen gekregen dat zijn invloed heeft op de meeste bestuurlijke prioriteiten. Het Programma Licht speelt een belangrijke (wettelijk verplichte) rol in veel reguliere programmaonderdelen waarvan het Programma Openbare Ruimte en het Programma Ruimtelijke kwaliteit de belangrijkste zijn.
Doelen Een goed functionerende (sociaal en economisch) verantwoordelijke en hechte stedelijke samenleving vergt blijvende stimulans en actie door en voor iedereen. Gerichte, vernieuwende aandacht voor actuele en urgente thema’s als ‘de duurzame samenleving’ (waaronder energiebesparing, voorkomen van lichtvervuiling, verbeteren van fysieke- en sociale veiligheid) staat hierbij centraal. Vernieuwend door in het verlengde van Brainport meer werk te maken van ‘talentcentres’ (broedplaatsfunctie), design (innovatie) en Strijp-S (laboratoriumfunctie). Door de relatief onafhankelijke koers van het programma is het mogelijk voldoende (internationale) aandacht te vergaren waardoor het mogelijk is bijzondere, toonaangevende projecten te realiseren. Meetbaar door de resultaten die hierop geboekt worden en de (internationale) belangstelling hiervoor. Acceptabel door het vooroplopende duurzame karakter met een onderscheidende creatieve kwaliteit. Realistisch door de nadruk te leggen op in de tijd haalbare projecten in de volle breedte van het programma.
Effectindicatoren
Realisatie 2007
Realisatie 2008
Realisatie 2009
Begroting
Realisatie 2010
a = 65%
a = 75%
a = 70% a = 100%
a = 70%
b = 75%
b = 80%
b = 90% b = 100%
b = 80%
2010 1. Outcome: Een goed functionerende (sociaal en economisch)
Opm. In de
verantwoordelijke en hechte
begroting
(inter)nationaal
voor 2008 is
toonaangevende stedelijke
voor de
samenleving door
periode 2008
onafgebroken en innovatieve
– 2010 een
aandacht m.b.t. licht voor:
bedrag van
a.
actuele en urgente thema’s
€ 1,1 miljoen
als ‘de duurzame
opgenomen.
samenleving’
Administratief
(energiebesparing,
lopen
voorkomen lichtvervuiling,
sommige
fysieke- en sociale
projecten
veiligheid);
financieel
- 173 -
3. Thema’s Effectindicatoren
Realisatie 2007
Realisatie 2008
Realisatie 2009
Begroting
Realisatie 2010
2010 b. gemeentelijke thema’s als
door in 2011
eigenheid (identiteit) en
(verplicht
maatschappelijke
2010 >
betekenis.
uitvoering medio 2011).
2. Output-A: “samenhang der
A. Gloeilamp vrije
A. Safer Sustainable
A. Creating a
A. Catharina-
dingen”, benadering van het
hotel;
Streets;
Public Lighting
plein;
geheel door:
A. Ontwerp-
A. Strijp-S ziet het
Experience;
A. Creating a
a.
het gebalanceerd inzetten
prijsvraag TU/e;
Licht;
A. Groene
Public Lighting
op een diversiteit aan
B. HTC Viaduct;
A. Verduurzamen
Binnenstad;
Experience;
projecten binnen de
B. Kennispoort;
Openbare
A. Klimaat
A. Designing
domeinen uit de visie
B. De Witte Dame;
Verlichting;
Koplopers;
out Crime;
‘Licht aan’: A. Openbare
C. Kunstlicht in de
A. Reconstructie
A. Verduurzamen
A. Verduur-
Verlichting, B. Aanlichten,
Kunst;
Tilburgseweg;
Openbare
zamen Open-
C. Autonome projecten, D.
E. ‘City of Light
B. Sint
Verlichting;
bare Verlichting;
Lichtreclame, E.
2007’;
Catharinakerk;
A. VVV-locatie;
B. Fatih Moskee;
Evenementen, F.
E. GLOW 2007;
B. Het Spoelhuisje;
B. Fatih Moskee;
B. Frans
Kennisontwikkeling en
E. GLOW at TAC;
C. Routeontwerp A2;
B. Licht op CKE;
Leharplein;
overdracht;
E. STRP 2007
D. Abri Vervanging-
B. Muziekcentrum;
B. Muziek-
(Photonic
straject;
B. NS-Station;
gebouw;
voorsorteren op sociaal-
Textiles);
D. Signbeleid;
B. Van Abbe
B. NS-Station;
maatschappelijke
F. Boek
D. VVV-borden
Museum;
B. Van Abbe
ontwikkelingen met
‘Eindhoven – City
regulering;
C. Gevelverlichting
Museum;
geëngageerde
of Light’.
E. GLOW 2008;
Kennedytoren;
C. Brainport
lichtprojecten en –
E. ImageRadio 2008;
C. Hoogspanning
Avenue;
activiteiten;
E. Nacht van de
(Routeontwerp
C. Karel Van
b. het aanhaken op, c.q.
c. het communicatief inzetten
Nacht 2008;
A2);
Dijkbrug;
op de cultuurhistorische
F. City-People-Light
C. Lichtnaald;
C. Kunstwerk
betekenis van licht als
award;
D. Duurzame
Frans Gast;
consistent stukje DNA van
F. Fieldlab
Detaillist;
D. Abri’s;
Eindhoven.
Sportstimulering;
D. Pilot
D. Duurzame
F. Kenniscentrum
Reclameobject
Detaillist;
Licht;
(Van de Valk
D. Reclame-
F. LIMBA.
locatie);
drager Van de
D. Regulering VVV-
Valk;
borden;
D. Signbeleid;
D. Signbeleid;
E. De
E. GLOW 2009;
Betekenaar;
E. ImageRadio
E. Doe de
- 174 -
Effectindicatoren
Realisatie 2007
Realisatie 2008
Realisatie 2009
Begroting
Realisatie 2010
2010 2009;
Dommel;
E. Lichtjesroute 25
E. Dropstuff;
jaar;
E. ‘Eindhoven
E. Nacht van de
City of Light
Nacht 2009;
2010’;
E. STRP 2009;
E. GLOW 2010;
E. WK 2018;
E. Het Glazen
E. Zicht op Licht
Huis;
editie 2009;
E. Kunstlicht in
F. Fieldlab;
de Kunst; E. Lichtjesroute (verduurzamen); E. STRP 2010; E. WK 2018; F. Fieldlab;
3. Output-B: “over de grenzen
E. ‘Eindhoven City
A. LED Residential
heen”, bundeling van
of Light 2007’;
(Tramstraatkwartier); Public Lighting
A. Creating a
A. Creating a Public Lighting
krachten door:
F. Organisatie en
A. NW Europe
Experience;
Experience;
a.
het verbinden van het
hosting LUCI AGM
Interreg IV;
A. Voorzitterschap
A. E. ‘Eindhoven
wereldwijde netwerk van
2007;
B, BLISS project;
LUCI ‘Sustainable
City of Light 20;
Lichtsteden, innovatieve
F. Boek
A. BrabantStad
Development’
E. Dropstuff;
bedrijven en
‘Eindhoven – City
Verduurzamen
commissie;
10’BLISS;
kennisinstellingen aan
of Light’.
Openbare
A. NW Europe
F. Intelligent
Eindhoven, door
Verlichting;
Interreg IV
Lighting
toonaangevende
F. City-People-Light
B, BLISS;
Institute;
projecten;
award;
F. Lighthouse;
F. Living Labs
b. het spelen van een actieve
F. Kenniscentrum
F. Top Technology
Global;
rol in (trans)nationale
Licht;
Institute;
F. Lezingen en
projecten en initiatieven
F. Lezingen op LUCI
F. Lezingen /
Speednetwork
(zoals LUCI ‘Sustainable
AGM Mexico.
Workshop op LUCI
dating op LUCI
Development
AGM Korea;
AGM Frankrijk;
Commission’, NW Europe
F. Co-productie
F. Lancering
Interreg IV BLISS en PLUS,
LUCI Charter on
Interreg IVc
‘Samen investeren in
Sustainability.
PLUS project
BrabantStad’ en VROM
F. Spreker op
(Public Lighting
Koplopergemeenten);
Guangzhou
Strategies for
c. het consistent inzetten op
International
Urban Spaces,
“What’s next?”, wij zijn
LightingExhibition,
Eindhoven is
betrokken (leading in
China.
leadpartner.
- 175 -
3. Thema’s Effectindicatoren
Realisatie 2007
Realisatie 2008
Realisatie 2009
Begroting
Realisatie 2010
2010 technology) bij de innovaties die leiden tot de producten van morgen.
Toelichting op de afwijking De tabel laat zien dat de Outcome fluctueert (stagneert). Dit heeft een tweeledige oorzaak: 1.
Een structureel gebrek aan voldoende capaciteit binnen de gemeentelijke organisatie maakt het moeilijk om de benodigde c.q. gevraagde beleidskaders te (laten) formuleren die nodig zijn om doelstellingen (m.b.t. met name duurzaamheid) naar boven bij te stellen;
2.
De positie van programmamanagement binnen de gemeentelijke organisatie is medio 2010 onduidelijker geworden wat een (in)direct effect heeft gehad op het draagvlak en zekerheid zowel intern als vanuit externe partners en partijen.
Beide oorzaken zijn daarbij tevens in meer of mindere mate per project blootgesteld aan de gevolgen van de economische crisis en de besluiten die hiermee samenhangen.
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
Uitvoering conform raming verlopen.
….. (0)
=
Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld.
….. (-/-) =
Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/A.
Openbare Verlichting 1.
‘BLISS’, Better Lighting in Sustainable Streets (Interreg
Loopt op schema (Eindhoven is deelnemer
IVb, i.s.m. GB, BE, DU) uitvoering vanaf 2009, looptijd t/m
in het project, tempo wordt aangegeven
2013
door leadpartner St. Helens (UK); In 2010 +
zijn diverse projecten op Strijp-S gestart mbt de openbare verlichting, zoals ‘streetsigning’, ‘starry sky’ en de ontwikkeling van het Masterplan Light-S.
2.
3.
Greenspotlight
+
‘Creating a Public Lighting Experience’ (i.s.m. Park Strijp Beheer BV) uitvoering vanaf 2009, looptijd 15 tot 20 jaar;
Hangend verlichting in Jan van Lieshoutstraat uitgevoerd en opgeleverd in 2010. Masterplan is ontwikkeld en gaat als
+
onderlegger voor uitvoering en financiering dienen.
- 176 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/4.
Fieldlab Sportstimulering (LED verlichting op
Ontwikkeling en uitvoering Tennisveld,
Sportvelden)
Hockeyveld plus Voetbalveld (inclusief +
eerste LED verlichtte sportpark (Bennekel) van Nederland) Financiering deels uit ‘Samen investeren in BrabantStad)’ subsidie.
5.
‘Verduurzamen Openbare Verlichting’ (i.s.m. BrabantStad
Uitvoering fluctueert door beperkte
en B5 gemeenten) uitwerking vanaf 2009, looptijd t/m
mogelijkheden vanwege ontoereikend
2012
zijn LED oplossingen (verlichtingsniveau is lang niet altijd voldoende irt geldende 0
normen) . Dit heeft effect op de doelstelling waaronder de overeengekomen cofinanciering (zou grotendeels moeten komen uit omvang projecten).
B.
Aanlichten 6.
Muziekgebouw (i.s.m. sector Economie & Cultuur,
+
Muziekcentrum) uitvoering en oplevering 2010 7.
Steentjeskerk
Aanlichten Muziekgebouw uitgevoerd en opgeleverd in 2010. Initiatief Steentjeskerk is niet doorgezet
-/-
(geen gevolgen > is niet in programmabegroting opgenomen).
8.
Van Abbemuseum (i.s.m. Van Abbemuseum) uitvoering
Planontwikkeling gestart, looptijd +
vanaf 2010;
ontwerp en uitvoering 2011/2012 (schatting).
9.
Gildehuis (initiatief Sint Catharinagilde), advies
Door Catharinagilde in de ijskast gezet
uitgebracht in 2010
-/-
(geen gevolgen > is niet in programmabegroting opgenomen).
10.
Fatih Moskee (initiatief Moskee) uitwerking 2009,
+
uitvoering 2010 11.
NS –Station (in samenwerking met NS Poort)
Aanlichten Fatih Moskee uitgevoerd en opgeleverd in 2010. Vanwege eerder geplande reconstructie/renovatie van het NS Station zijn de aanlichtingsplannen in de ‘ijskast’
0
gezet (ideeën en plannen mbt aanvullende verlichting zijn wel als randvoorwaarde meegegeven aan projectorganisatie).
C.
Autonome projecten
- 177 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/12.
Licht en Kunst aan de A2, ‘Brainport Avenue’ (i.s.m.
Het geselecteerde project ‘Hoogspanning’
BrabantStad, SRE) start uitvoering vanaf 2009
is onmogelijk geworden nadat Tennet (eigenaar hoogspanningsmasten) -/-
onverwacht haar medewerking heeft ingetrokken De BrabantStad subsidie is teruggegeven na onvoldoende (financieel) draagvlak in de regio voor alternatief project.
D.
13.
Karel van Dijk brug (Prof. Holstlaan)
14.
Kunstwerk Frans Gast (Henri Dunantpark)
+
+
Lichtkunstwerk uitgevoerd en opgeleverd in 2010. Verlichting kunstwerk uitgevoerd en opgeleverd in 2010.
Lichtreclame 15.
Vervanging/verduurzamen alle Abri’s (i.s.m. City
Uitvoering uiterst twijfelachtig door
Dynamiek) start uitvoering 2010
langlopende discussie (sinds 2008) gemeente/City Dynamiek over DRI -/-
(Dynamische Reiziger Informatie) systeem. Bij hervatting zullen alle afwegingen mbt financiering opnieuw moeten worden gemaakt.
16.
Signbeleid (i.s.m. Uneto VNI – vakgroep Lichtreclame); besluitvorming in 2009 via separaat dossier
Als ‘Reclamebeleid Gemeente Eindhoven’ +
vastgesteld en in werking getreden vanaf maart 2010.
17.
Pilot Reclameobject A2 ‘Brainport Avenue’ (i.s.m.
Winnend ontwerp (prijsvraag vanuit SRE
ontwikkelaar, SRE, Brainport Development,
uit 2009) wordt doorontwikkeld en in 2011
DesignAcademy) uitvoering 2011 (Locatie Van de Valk)
+
uitgevoerd (via reguliere bouwaanvraag) Subsidie uit Financieringsfonds verkregen in 2010.
18.
De Duurzame Detaillist (i.s.m. Stichting Duurzaam
Pilot gericht op vervanging
Eindhoven, sector Economie & Cultuur) doorstart 2009, uitvoering pilot 2010
winkelverlichting in minimaal 7 winkels in +
de binnenstad is succesvol verlopen. Doorstart tot definitief project wordt onderzocht in 2011.
E.
Evenementen 19.
Eindhoven ‘City of Light 2010’ (i.s.m. diverse stakeholders)
Aanvullend op reguliere programma zijn +
voorbereiding 2009, uitvoering 2010
oa de volgende activiteiten/projecten georganiseerd c.q. opgestart: Pixpong
- 178 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/(KBC toren), ‘Goed dat je (verlicht) fietst’ (voorjaar), ‘Nieuw Licht!’ (met Stichting Lichjesroute) doorstart 2011, Snake (stageopdracht St. Lucas, Stadskantoor), ‘The Meaning of Light’ (onderzoeksproject ism BIO, uitvoering 2011), Dropstuff ‘museum zonder muren’ voor mediakunst (ism VanAbbe, uitvoering 2011), Stadsgedichten van de Stadsdichter (dec 2010). 20.
21.
22.
GLOW 2010 (i.s.m. City Dynamiek)
+
Lichtjesroute 2010
+
KunstLicht in de Kunst
Samensetlling festival en uitvoering is prima verlopen. Financiële injectie ten behoeve van verduurzamen lampjes. Laatste jaarlijkse financiële bijdrage en
+
advisering in relatie tot onvermijdelijke sluiting en ontmanteling.
23.
24.
STRP festival
+
Het Glazen Huis
Interactief licht&media kunstwerk in het kader van ‘City of Light 2010’. Actie ‘Eindhoven straalt voor het goede
+
doel’ verkoop van lampjes (financiering via sector communicatie).
25.
WK 2018
Op verzoek ontwikkelen en uitvoeren +
lichtactiviteiten mbt tot de Bid (financiering buiten programma Licht om).
E.
Kennisontwikkeling en Overdracht (voorheen
informatieverlichting) 26.
27.
Fieldlab Sportstimulering
+
Voorzitterschap LUCI ‘Sustainable Development
Ontwikkeling en uitvoering LED ‘hazen’ voor Nationaal Zwembad de Tongelreep. o.a. coproductie LUCI charter on
Commission’ (vanaf 2009)
+
sustainability en succesvolle lobby voor implementatie PLUS project als verbetering van LUCI missie.
28.
Ontwikkeling en toekenning NW Europe Interreg IVc
Eindhoven is leadpartner in een
project PLUS (Public Lighting strategies for Urban Spaces), looptijd tot 2013
+
kennisuitwisselingsproject tussen de steden: Lyon, Nice, Birmingham, Leipzig, Burgos, Bassano del Grappa, Patras, Iasi,
- 179 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Plovdiv, Tallin en Eindhoven ism LUCI. Doel is dmv workshops te leren van elkaars aanpak op het gebid van stedelijke verlichting. 29.
Living Labs Global award 2011
Eindhoven heeft een ontwerpopgave neergelegd bij het mondiale ‘Living Labs +
Global’ (Stockholm) mbt ‘Creating a Public Lighting Experience’ op Strijp-S. Jurering voorjaar 2011.
Intensiveringen In de begroting voor 2008 is voor de periode 2008 – 2010 een bedrag van € 1,1 miljoen opgenomen. Alle middelen zijn besteed of verplicht voor 1 januari 2011. Uitvoering van de projecten 1, 2, 4, 6, 17 (project 17 geldt alleen voor de onderdelen ‘The Meaning of Light’ (onderzoeksproject ism BIO, uitvoering 2011) en Dropstuff ‘museum zonder muren’ voor mediakunst (ism Van Abbe, uitvoering 2011) en 26 lopen door tot in of na 2011. Voor al deze projecten geldt dat ze binnen de begroting van € 1,1 miljoen zijn verplicht voor 1 januari 2010.
- 180 -
3.10
Strijp-S
Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: M Fiers
Commissie
: Ruimte & Vastgoed
De opgave in Strijp-S is uniek, maar ook complex. Strijp S is een zeer grote gebiedsontwikkeling met een forse programmatische opgave (met 27 ha de grootste binnenstedelijke ontwikkeling van Nederland). Om een vitaal en dynamisch onderdeel van onze stad te worden moet alle kansen benut worden, zoals huisvesting Plaza Futura. Wij hebben als gemeente daarbij verschillende rollen. Publiekrechtelijk en privaatrechtelijk. Stimulerend en regisserend. In de ontwikkeling van Strijp S kan een verbetering worden bereikt door, juist in deze lastige tijden, duidelijker te werken aan meer afstemming en integraliteit. Zowel intragemeentelijk als met onze partners. Behalve het feit dat deze unieke transformatie op zich al een bijzondere opgave is, spelen momenteel ook de effecten van de economische crisis een belangrijke rol. Ook de ontwikkelingen bij de woningcorporaties, onder andere discussie rondom huurgrenzen, hebben invloed op de ontwikkeling van Strijp-S. Binnen de heroverweging van grondexploitatie- en investeringsprojecten blijft Strijp-S een prioritair gebied.
Relatie met andere programma’s Strijp S heeft relatie met de reguliere programmaonderdelen Brainport, Cultuurtotaal, Woningbouwproductie, Licht, Design en Bereikbaarheid. Samen met de Stichting Brainport en onze eigen sector Economie en Cultuurleggen we de relatie met startende en nieuwe ondernemingen. Strijp-S levert een bijdrage aan de participatie van jongeren aan sport, kunst en cultuur (programma actieve jeugd). Daarnaast wordt techniek zichtbaar op Strijp-S. Het heeft als doel mensen en vooral jongeren te betrekken bij techniek. Strijp-S draagt ook substantieel bij aan de woningbouwproductie (programma Wonen). Door de aanleg van de HOV en de mogelijke upgrading van Station Beukenlaan wordt een woonwerkgebied gecreëerd dat optimaal is ontsloten en zal bijdragen aan de bereikbaarheid van dit plangebied. Hiermee kan de luchtkwaliteit toenemen en de files afnemen. Aan de ontwikkelaars op Strijp-S vragen we door middel van het richtlijnendocument om duurzaam te bouwen. Daarnaast wordt er bij de ontwikkeling van de openbare ruimte gepoogd duurzame materialen te gebruiken en energiezuinige oplossingen toe te passen. Het programma “Design en Licht” maakt volledig onderdeel uit van de doorontwikkeling van Strijp-S. Alle doelstellingen van dit programma kunnen -mits er middelen beschikbaar zijn- worden ondersteund door het programma Strijp-S.
Doelen De kwaliteitsverbetering van het Plangebied Strijp-S, de wijk en de stad door de herontwikkeling van de oude/huidige bedrijfsbestemming in wervende woon-, kantoor- en centrumfuncties zoals voorzien in het Masterplan (West 8, d.d. december 2001).
- 181 -
3. Thema’s
Effectindicatoren
Realisatie
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2007
2008
2009
2010
2010
1.
Binnen 15 jaar alle bouwvelden verkocht
Vooruitzicht conform
2.
Oplevering bouwveld F einde 4de kwartaal 2012
Voorbereiding voor
creatie Incubator/laboratorium Nat-Lab
gefaseerde realisatie
verwachting
(verwachte bouwperiode: zomer 2011-jaarwisseling 2014) 3.
de
Creatie 220 woningen voor einde 4 kwartaal
Voorbereiding voor
2012, bouwveld F
gefaseerde realisatie (verwachte bouwperiode: zomer 2011-jaarwisseling 2014). Woningaantal bijgesteld naar 190-200 eenheden.
4.
Tenminste 50.000 m² te ontwikkelen door gemeente waarvan 20.000 m2 Kunst & Cultuur en 30.000 m2 wonen voor 2015. Totaal voor 2015
5.
Gerealiseerd per einde 2010
50.000m2
50.000m2
50.000m2
b b
10.000m2
0
10.000m2
2
0
15.000m2
Totaal na een periode van 10 jaar
30.000m2
30.000m2
Gerealiseerd in 2010
0
0
Totaal voor 2022
2.500-3.000
2.500-3.000
Gerealiseerd in 2009
0
0
Kunst & Cultuur Wonen
15.000m
Ten minste 30.000 m² Bruto Vloer Oppervlak (BVO) samen met de marktpartijen aan commerciële invulling gerealiseerd hebben op Strijp-S na een periode van 10 jaar
b b 6.
Voor 2022 ten minste 2.000 woningen toevoegen aan de woningvoorraad van Eindhoven
b b
- 182 -
Toelichting op de afwijking De oplevering van Bouwveld F is vertraagd naar het 4e kwartaal van 2012. Tevens is de levering van bouwveld F ook 1 jaar opgeschoven zodat er geen bouwrente over 2009 in rekening wordt gebracht. De oorspronkelijke planning was te optimistisch gepland. Enerzijds is het bestemmingsplan Strijp S pas later dan voorzien vastgesteld en anderzijds is de planontwikkeling aangepast (1 jaar vertraging gezien de crisistijd) om risico’s meer in te perken.
Kunst en Cultuur is meer gerealiseerd dan begroot vanwege nieuwe initiatieven zoals de toezegging van 2 internationale ontwerpers en de ontdekfabriek.
De verwachte planning voor de toe te voegen woningen aan de woning voorraad is voor 2010 nihil, voor 2011 circa 100, voor 2012 en 2013 200 woningen per jaar. Voor de periode vanaf 2014 tot en met 2022 worden de overige woningen opgeleverd..
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
Uitvoering conform raming verlopen.
….. (0)
=
Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld.
….. (-/-) =
Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/1. Gebiedsontwikkeling publiek faciliteren
Nadat het bestemmingsplan in 2008 is vastgesteld zijn per bouwveld/afnemer de richtlijndocumenten verstrekt.
In 2010 heeft het ministerie op ons verzoek in het kader van de Crisis- en Herstel-Wet ons voor Strijp S ruimere mogelijkheden gegeven als aanzet voor +
een stukje vereenvoudiging van beschikkingenprocedures. Daarnaast en vervolgens hebben wij recent intern opdracht gegeven om te bezien wat wij lokaal nog verdergaand kunnen bijdragen. Dit vanwege de dubbele bijzonderheid i.c. uitdaging welke hier aan de orde is: transformatiegebied én kredietcrisis. In 2010 is de feitelijke start gemaakt met het in uitvoering nemen van bouwveld E
- 183 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/(Woonbedrijf) en de voorbereidingen getroffen voor bouwveld F (NatLab, gemeente). Momenteel wordt met de betrokken partijen gestudeerd op een gebiedsbrede oplossing van het parkeerprobleem op Strijp-S. Medio 211 moet dit tot resultaten leiden. 2. Grondexploitatie succesvol afronden (private rol) a)
Verminderen exploitatietekort door tijdelijke verhuur
De diverse tijdelijke verhuursituaties
leegstaande gebouwen; Doelstelling op schema
leverden een bijdrage aan het terug +
brengen van de tekorten, waardoor de verwachting gestand kan worden gedaan dat voor de gehele periode op 0 sluit.
b)
De totale exploitatie met een licht positief resultaat
2010 heeft geen verandering gebracht in +
afronden
de prognose van het resultaat ad enkele tonnen.
3. Bouwveld F (her)ontwikkelen (private rol) a)
Monumentale gedeelte bouwveld F restaureren en
De strategische oriëntatie en
aanpassen ten behoeve van de beoogde functie
besluitvorming rondom Plaza is (medio
verandering: centrum voor de creatieve economie
2011) vrijwel afgerond. Tevens is een 0
aanzet gemaakt om te komen tot een gefaseerde realisatie van deze oudbouw, welke fase na verwachting in de zomer van 2011 van start kan gaan.
b)
Ontwikkelen van het nieuwbouwgedeelte: 220 nieuwe
We zijn in overleg met onze partner in de
woningen; opdracht uitgezet bij architecten
SOK om mogelijk te komen tot een 0
splitsing van de ontwikkelverantwoordelijkheden tussen het monumentaal deel van het bouwveld en het woningbouwdeel. De ambitie van de Gemeente Eindhoven
4. Kunst, Cultuur en Design naar Strijp-S brengen (publieke rol)
om te komen tot een verweving van kunst +
en cultuur in de nieuwe wijk staat centraal in het masterplan. Ook woningbouwcorporatie Trudo timmert stevig aan de weg op dit domein.
- 184 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/a)
Oprichten en voortzetten van het privaat cultuurfonds
We zijn er eerder in geslaagd met partners
Strijp-S met behulp van gedelegeerde ontwikkelaars
in het gebied een cultuurfonds op te +
richten. Vervolgens zijn ook in 2010 in goed overleg aanvragen/initiatieven ondersteund
b)
Ondersteunen culturele initiatieven en activiteiten die een bijdrage leveren aan: versterken identiteit van StrijpS, betekenis geven aan Strijp-S als centrum van Brainport,
+
bevorderen internationale bekendheid Strijp-S en herontdekking van ons industrieel erfgoed 5.
Versterking economisch klimaat door stimulering van
Het faciliteren van startende en/of
vestiging en acquisitie van commerciële gebruikers en
innovatieve creatieve ondernemers is in
functies op Strijp-S
2010 doorgezet. Ten aanzien van de tijdelijke en definitieve vestiging van zowel commerciële als nietcommerciële gebruikers is er in 2010 een 0
gesprek opgestart om de gebieds- en bouwveld-promotie meer en meer gezamenlijk met de afnemers van de bouwvelden vorm te geven. In het voorjaar 2011 dient dit concrete vormen te krijgen waardoor het beeld van Strijp-S voor mogelijke gebruikers realistischer, aantrekkelijker en positiever wordt.
- 185 -
3. Thema’s 3.11
Veiligheid
Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: Burgemeester R van Gijzel
Commissie
: BEZ
Relatie met andere programma’s De veelomvattendheid van veiligheid maakt dat er met meerdere programma’s relaties zijn. Zonder uitputtend te zijn: Meedoen (o.a. sociale preventie, empowerment minderheden, participatie Stedelijk Kompas), Burgerparticipatie (o.a. samenwerking met actieve buurten, leefbaarheidsteams, buurtbemiddeling, Rein Welschen Veiligheidsprijs), Actieve Jeugd (o.a. jeugddoelgroepen, aanpak risicojeugd en samenwerking Centrum Jeugd en Gezin, jeugdprostitutie, jeugd en alcohol, gezinscoaching onder dwang, e-SMS), Strijp S (o.a. externe veiligheid).
Doelen De algemene, richtinggevende doelstellingen zijn: 1.
Verbeteren van het (objectieve) veiligheidsniveau in de gemeente Eindhoven;
2.
Verbeteren van de veiligheidsbeleving van de burgers.
Ad 1. We verhogen het objectief veiligheidsniveau van de gemeente Eindhoven door:
b
Terugdringen van geweldsdelicten, inbraak, autocriminaliteit en fietsdiefstal die met name door jeugdigen, veelplegers en verslaafden gepleegd worden;
b b
Aanpakken van relationeel geweld, bevorderen eerste meldingen en terugdringen recidive; Ketenbrede inzet op verbetering integratievoorwaarden en positie van risicogroepen, versterking horizontale samenwerking;
Ad 2. We zetten in op een verhoogde beleving van veiligheid en een verlaagde beleving van overlast en verloedering van Eindhovenaren in hun buurt of wijk.
Effectindicatoren
b
Realisatie
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2007
2008**
2009
2010**
2010**
doelstelling 1, verhoging objectief veiligheidsniveau:
Percentage zelf gemeld slachtofferschap van: - geweld
5,6%
mishandeling
2,0%
bedreiging - (poging tot) inbraak - autocriminaliteit
4,0% 9,0% 24,2%
diefstal
14,0%
(poging tot) inbraak - fietsdiefstal
15,0%
18,0% 13,2%
- 186 -
17,0%
Effectindicatoren
Realisatie
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2007
2008**
2009
2010**
2010**
Aantal 1e meldingen van huiselijk geweld en aantal recidive meldingen14.
b
doelstelling 2, verbetering van de veiligheidsbeleving:
Percentage inwoners van Eindhoven dat: - zich wel eens onveilig voelt in de eigen
23,1%
27,0%
- verloedering ervaart (schaalscore)
4,1
4,0
- overlast ervaart (schaalscore)
3,0
2,0
buurt
Toelichting op de afwijking ** Meting van cijfers We hebben in het bestuurlijk programma de targets bepaald aan de hand van de tweejaarlijkse bevolkingsenquête Leefbaarheid en Veiligheid. Deze is in 2007 voor het laatst gehouden en vervangen door de landelijk gestandaardiseerde Veiligheidsmonitor. Deze laatste is afgenomen in november/ december 2010 en kent dezelfde inhoud als zijn voorganger. Er is echter een methodische afwijking in het afnemen van het onderzoek. De Veiligheidsmonitor wordt deels schriftelijk en deels telefonisch afgenomen, hetgeen de uitkomsten moeilijk vergelijkbaar maakt met de uitkomsten van de eerdere, schriftelijke enquêtes Leefbaarheid en veiligheid. De uitkomsten van de Veiligheidsmonitor is in juni 2011 bekend.
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
Uitvoering conform raming verlopen.
….. (0)
=
Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld.
….. (-/-) =
Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Doorontwikkeling Front-office naar breed Veiligheidshuis,
Doorontwikkeling naar regionaal
functionele coproducties met
veiligheidshuis gestagneerd. RIEC-opzet in
partners, inzet op multidisciplinaire handhaving, BITE,
0
fraudebestrijding (RCF), BIBOB, aanpak en opzet RIEC (Regionaal
een stroomversnelling. Oriëntatie veiligheidsaanpak kantelt van een sector
Informatie en Expertisecentrum) afstemming sector VTH ,
OOV naar een centraal beleidsgestuurde
afstemming CJG, integrale wijkvernieuwing, verbreding
structuur.
14
Omdat onze aanpak onder meer gericht is op het uit de taboesfeer halen van huiselijk geweld, verwachten we in beginsel
een stijging van het aantal meldingen. Onze aanpak is tegelijkertijd gericht op een vermindering van recidive meldingen
- 187 -
3. Thema’s BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/basisinfrastructuur met partners in veiligheid en leefbaarheid
Lobby-aanpak naar provincie en rijk ‘Kansen in veiligheid’
Diverse bijeenkomsten rijk en VNG over aanpak veiligheidsvraagstukken, politie ontwikkelingen landelijk, uitwisselingen +
met andere managers integrale veiligheid, volgen van lezingen, netwerken, profileren van Eindhovens veiligheidsbeleid.
Versterking aanpak veelplegers waaronder aanpak jeugdige en
In 2010 onverkort ingezet. De
volwassen veelplegers, nazorg- en integratieprojecten veelplegers,
aanwezigheid van de outreachende
nazorg ex-gedeti-neerden onder wie bijzondere aandacht voor (ex)
veiligheidsmedewerkers staat qua capaciteit onder druk. Beëindiging van de
gedetineerde vrouwen met kinderen, na-detentie maatjesprojecten, 0
participatie in – en koppeling met Stedelijk Kompas,
tippelzone in 2011 zal extra inzet op toezicht vergen.
accountmanagement, uitbreiding opvang (alcohol en drugs) verslaafden, sluitend maken voorzieningen voor risicogroepen, bemoeizorg, outreachende veiligheidsinzet doelgroepen, tippelprostitutie Intensivering op risicojeugd, waaronder Blixembosch, Genderdal,
De aanpak risicojeugd is op
Woensel zuid etc
stadsdeelniveau aangestuurd. In de gebieden wordt datgene van de +
speerpunten aangepakt, waar de problematiek op onderdelen het hoogst is (hotspots) c.q. waar het verwachte rendement het hoogst is.
Werken met interventieteams op (jeugd)groepen, nieuw
Gerealiseerd en in plan “Jeugd en
casusoverleg harde kern risicojeugd
+
Veiligheid” opgenomen onder regie van Directie Veiligheid.
Uitvoering deelprojecten Polarisatie en Radicalisering;
+
Actieve bijdragen aan operationele knelpunten Stedelijk Kompas,
Onverkort voortgezet. e-SMS 0
Plan van aanpak Marokkaanse risicojeugd, frontlijnsturing,
In 2010 afgerond.
operationeel, kent beperkte knelpunten in
buurtcontracten, opzet e-SMS
instroom.
Veiligheidseffectrapportages
Enerzijds in kader van algemene veiligheid: binnenstad, Acht/Kapelbeemd +
Anderzijds in kader van aanpak overvallen: Woenselse Markt/Kruisstraat, Bredalaan, Biarritzplein, Roostenlaan.
- 188 -
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Inzet particuliere beveiliging;
Inzet vindt plaats op basis van +
mantelovereenkomst met beveiligingsorganisatie.
Bijdrage aan aanpak urgente bedrijvenlocaties, Maatregelen sociale preventie
KVO Acht/ Kapelbeemd, voorts sluit E&C +
namens de gemeente convenanten met groot aantal bedrijventerreinen, waarbij veiligheid een van de aandachtspunten is.
Bijdrage programma externe veiligheid
Regie aanpak externe veiligheid, ligt nu bij ORVM. Voorzitterschap platform externe +
veiligheid ligt nog wel bij OOV. De aanpak ligt op schema, wel is een zorgpunt dat de beschikbare middelen vanaf 2011 fors minder zijn.
Regie, uitbreiding en versterking aanpak relationeel geweld,
De aanpak relationeel geweld is
waaronder voorbereidingen ‘tijdelijk huisverbod’
uitgebreid met een ketenaanpak +
eergerelateerd geweld. De effectiviteit van het huisverbod wordt momenteel geëvalueerd. De ‘taskforce loverboys’, waarin potentiële
Innovatieve loverboyaanpak
en beginnende daders van +
loverboypraktijken via kritiekgesprekken en monitoring worden bejegend, heeft in 2010 minder caseload gehad dan het jaar daarvoor.
Realisatie/ doorstart cameratoezicht
+
De aanbesteding van cameratoezicht is conform raming verlopen en gerealiseerd.
Activiteiten 2007 t/m 2010 In 2007 is een start gemaakt met diverse activiteiten om het (objectieve) veiligheidsniveau in de gemeente Eindhoven te verbeteren evenals het verbeteren van de veiligheidsbeleving van de burgers. In 2008 is uitvoering gegeven aan diverse activiteiten, zoals krachtige uitbouw horizontale samenwerking Veiligheidshuis, inhoudelijk en wat betreft participatie partnerinstellingen, versterking aanpak veelplegers en verbreiding bereik en intensivering nazorg ex-gedetineerden, intensivering op risicojeugd (actieve bijdragen aan operationele knelpunten Stedelijk Kompas, Plan van aanpak Marokkaanse risicojeugd, frontlijnsturing, buurtcontracten, opzet e-SMS). Ook is in 2008 gestart met voorbereidingen voor versterking Bibob, aanpak en opzet RIEC en intensivering multidisciplinaire handhaving (BITE).
- 189 -
3. Thema’s In 2009 is een gemeentebrede veiligheidsanalyse opgesteld door het COT en aan de hand daarvan zijn in nauw overleg met de raad 6 prioriteiten opgesteld voor 4 jaar: vermogensdelicten (woninginbraak, overvallen, auto-inbraak en fietsendiefstal), risicojeugd, woonoverlast, geweld, veilig uitgaan en georganiseerde criminaliteit. Het Beleidskader integrale veiligheid 2010-2013, waarin ook de SMART targets op deze prioriteiten zijn beschreven, is op 17 november 2009 door de raad vastgesteld. De strategische en programmatische aansturing is in handen gelegd van een directeur veiligheid. Eind 2009 is het Beleidskader vertaald in een conceptjaaractieplan 2010-2011, dat op 1 december 2009 is vastgesteld door het College van Burgemeester en Wethouders. Uitgangspunt van dit jaaractieplan is om door interne- en externe samenwerking tot meer synergie in de aanpak te komen. In 2010 is verder uitvoering gegeven aan het Beleidskader integrale veiligheid en het jaaractieplan 2010-2011. Op alle speerpunten is uitvoering gegeven aan bestaande activiteiten, c.q. is de inzet uitgebreid. Voor 7 van de 9 speerpunten (voor ‘georganiseerde criminaliteit’ en ‘veilig uitgaan’ dienen nog indicatoren te worden ontwikkeld) zijn de indicatoren in 2010 gevolgd. Target voor dit jaar was een reductie op de aangiften en overlastmeldingen van 5%, zijnde een kwart van de doelstelling van 20% in 4 jaar. Eind 2010 kon een resultaat op de 7 speerpunten worden genoteerd van 15% reductie.
Intensiveringen Zie programmaonderdelen Veiligheid en Handhaving, Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren en Maatschappelijke zorg.
- 190 -
3.12
Cultuur Totaal
Programmaorganisatie Portefeuillehouder
: M-A Schreurs
Commissie
: Commissie Jeugd en Gezin, Onderwijs, Sport en Cultuur
Relatie met andere programma’s Het Cultuur Totaal programma heeft een relatie met andere bestuurlijke programma’s. Deze relatie zal bij de verdere uitwerking en concretisering van Cultuur Totaal steeds beter zichtbaar worden. Sterker nog: Cultuur Totaal gaat over het verbinden van Kunst en Cultuur met andere beleidsdomeinen.
b b b b b
Brainport (internationale programmering, creatieve industrie, vestigingsklimaat, productieklimaat); Meedoen (amateurkunst, cultuureducatie); Actieve jeugd (amateurkunst, cultuureducatie); Design en Licht (inhoudelijke link); Strijp-S (veel aansprekende projecten zijn culturele projecten waardoor gesteld kan worden dat culturele instellingen een belangrijke bijdrage leveren aan de gebiedsontwikkeling van Strijp-S).
Het Cultuur Totaal programma heeft ook met de reguliere programma’s een relatie, vanzelfsprekend met het programma Kunst, Cultuur en Sport maar ook met Welzijn, Wonen, Zorg, Onderwijs, Stedelijke ontwikkeling en economische zaken.
Doelen
b b b b b
Kunst en Cultuur dragen bij aan de uitstraling en het vestigingsklimaat van Eindhoven; Kunst en Cultuur dragen bij aan de ontwikkeling en stimulering van talenten; Kunst en Cultuur komen ten goede van de gehele bevolking; Eindhovenaren maken zowel passief als actief gebruik van culturele voorzieningen in de stad; De relatie tussen Kunst en Cultuur en andere domeinen is meer zichtbaar (sociaal, economisch, ruimtelijk).
Effectindicatoren
Realisatie
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2007
2008
2009
2010
2010
Bekendheid van Eindhoven als cultuurstad Tevredenheidscijfer:
7,5 (realisatie
7,5
Nb
4425
Nb
8
8
68%
68%
Nb
44%
45%
Nb
2006)
Aantal kunstenaars en vormgevers in de stad: Aantal instellingen met bijdrage aan positionering:
Eindhovenaren dat 1 of meer Eindhovense culturele instellingen bezoekt:
Eindhovenaren dat zelf cultureel actief is:
61% (realisatie 2006)
38% (realisatie 2006)
- 191 -
3. Thema’s Toelichting: Realisatiecijfers 2010 niet gemeten / cijfer niet beschikbaar. Instellingen met bijdrage aan positionering: Mu, Muziekgebouw Eindhoven, Tromp, Storioni, STRP festival, Area 51, Baltan, DDW (onderdeel Programma Design)
Activiteiten 2010 Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+)
=
Uitvoering conform raming verlopen.
….. (0)
=
Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld.
….. (-/-) =
Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
BIJGESTELDE PROGRAMMABEGROTING 2010
UITVOERING CONFORM
NADERE TOELICHTING OP REALISATIE
PROGRAMMA
2010
BEGROTING + of 0 of -/Doorontwikkelen van CultuurTotaal met daarbij verdere afstemming
We hebben hierin minder voortgang
en afspraken met Culturele instellingen gericht op het verder
geboekt dan beoogd was. Doordat de
ontplooien van initiatieven (lees: toename aan activiteiten) die
commissie Cultuur Totaal eind 2009 de
bijdragen aan de doelstellingen.
aanvragen heeft beoordeeld en hierbij vooral naar de artistieke inhoud heeft 0
gekeken is de aandacht voor verbinding met de domeinen in de activiteiten van de culturele instellingen enigszins verslapt. In de meeste afspraken met instellingen zijn wel afspraken over Cultuur Totaal opgenomen maar niet altijd even concreet.
Intensiveringen In de kadernota 2010 zijn geen extra middelen toegewezen voor het bestuurlijke programma Cultuur Totaal.
- 192 -
Pro gram m aond erd elen
4
1.1 1.3 2.3 2.4 2.5 2.8 3.1 3.2 4.3 4.5 4.6 5.1 5.2 6.2 6.3 7.3 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 9.1 9.2
Inkomensondersteuning Werk en inkomen Maatschappelijke zorg Inburgering en diversiteit en emancipatiebeleid Welzijn Eén in gezondheid Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren Pedagogische infrastructuur fysiek Sportparticipatie Eindhovense bevolking Culturele basisinfrastructuur Laboratorium- en Designstad Parate dienstverlening en crisisbeheersing Veiligheid en Handhaving Bestuur Publieke dienstverlening Organisatie en bedrijfsvoering Wonen Openbare ruimte (m.u.v. water en groen) Groen en recreatievoorzieningen Water Milieu Verkeer en Vervoer Ruimtelijke kwaliteit Economische ontwikkeling Brainport
Inkomen Raadsprogramma:
1 Inkomen
Programmaonderdeel:
1.1 Inkomensondersteuning
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Zorg & Inkomen
Wat hebben we bereikt Doelstelling: b Op een (pro)-actieve wijze terugdringen van het aantal personen met een financieel problematische situatie in de gemeente Eindhoven en het vergroten van het bereik van de minimaregelingen en de bijzondere bijstand.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
-
Bereik Minimaregelingen
13.333
13.866
14.100
14.862
-
Bereik Bijzondere Bijstand
12.690
13.383
15.000
10.721
-
% inwoners in traject bij schulddienstverlening
0,78%
0,83%
0,81%
0,73%
Toelichting afwijking effectindicatoren:
-
Bijzondere Bijstand: begroting 2010 hield bij bereik nog geen rekening met per 1 januari 2010 beëindigen van CZG. Daardoor is de begroting 2010 met 3000 aanvragen te hoog ingeschat.
-
Inwoners in SDV traject: doordat er nog zaken in de wacht staan is het percentage laag uitgevallen. Wanneer alle zaken in behandeling zijn genomen zal het percentage oplopen tot 0,84%
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Aanbieden van integrale schulddienstverlening door het inkomensondersteuningsloket (IO-loket).
Bij het Inkomensondersteuningsloket is pro-actief een quick-scan uitgevoerd op een mogelijke schuldsituatie van de burger die zich meldt bij het IO-loket. Daarnaast wordt er ook op het Werkplein +
een quick-scan uitgevoerd op een mogelijke schuldsituatie. Op basis van de uitkomst krijgt de burger advies op de problematiek door de medewerker PIT of wordt integraal overgenomen door medewerker van de afdeling schulddienstverlening.
Via het IO-loket aandacht besteden aan preventie door het
Zie de bovengenoemde beschrijving.
houden van adviesgesprekken en inzetten van wijkgerichte
+
budgetconsulenten.
- 193 -
Inkomen Raadsprogramma:
1 Inkomen
Programmaonderdeel:
1.1 Inkomensondersteuning
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Via het IO-loket verstrekken van kredieten aan personen die niet
Zorg & Inkomen
De gemeente Eindhoven verstrekt Persoonlijke
terecht kunnen bij reguliere, commerciële kredietverstrekkers.
leningen aan burgers wanneer deze niet elders 0
terecht kunnen. De realisatie zoals geprognosticeerd wordt niet behaald omdat beleid is om eerst naar andere oplossingen te zoeken.
Bieden van inkomensondersteuning door individueel bijzondere
+
bijstand te verstrekken. Inzetten van preventiemedewerkers om de doelgroep (proactief)
Middels inzet van het PIT team is de doelgroep actief
+
te benaderen.
benaderd.
Regelingen in het kader van het minimabeleid en de bijzondere
Door de pro-actieve benadering van het PIT team is
bijstand ruimhartig aan een brede groep aanbieden.
onderbenutting van het minimabeleid tegen gegaan.
+
Daarnaast is bij de beoordeling van de aanvragen ook uitgegaan van ruimhartig beleid.
Preventiemedewerker en budgetconsulenten, structurele
PIT heeft ook in 2010 budgetconsulenten ingezet
intensivering van € 200.000 vanaf 2009 en continuering 2010
+
om de schuldenproblematiek van de burgers aan te
(voorstel Kadernota 2010-2013).
pakken.
Outputindicatoren: Realisatie
- Toekenningen Minimaregelingen - Toekenningen Bijzondere Bijstand - Trajecten schulddienstverlening
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
9.509
12.652
10.159
12.739
8.831
9.525
10.500
7.107
1.532
1.794
1.700
1.559
Toelichting afwijking outputindicatoren: Toekenningen Minimaregelingen: Het jaar 2010 begon verhoudingsgewijs met hoog aantal nog te behandelen aanvragen. De voorwaarden voor de Reductieregeling zijn vanaf 2009 versoepeld; daardoor is beter bereik gerealiseerd; ook door inzet PIT en samenwerking met partners in de stad is bereik toegenomen.
Toekenningen Bijzondere Bijstand: Begroting 2010 hield bij toekenningen nog geen rekening met per 1 januari 2010 beëindigen van CZG. Daardoor zijn er meer toekenningen begroot dan zou moeten. In principe loopt de realisatie dus wel gelijk aan de begroting.
Trajecten schulddienstverlening: Door complexere multiprobleemzaken, alsmede uitgebreide inzet t.b.v. pilots, is doorstroming vertraagd. Er kunnen daardoor minder zaken worden opgepakt, hierdoor is een wachtlijst ontstaan.
- 194 -
Inkomen Raadsprogramma:
1 Inkomen
Programmaonderdeel:
1.1 Inkomensondersteuning
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Zorg & Inkomen
Wat heeft het gekost? Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 Exploitatielasten
Rekening 2010
22.038
Exploitatiebaten
N 1.269
3.664
2.823
N 841
V 2.074
V 2.221
V 147
N 16.300
N 18.263
N 1.963
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
Afwijking
23.307
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
reserves Collectieve Ziektekosten verzekering Gemeente
V 566
N 870
N 304
Baten: dit betreft een administratieve verschuiving van opbrengsten die onder de kosten zijn gesaldeerd. Lasten: Daarnaast betreft het (overloop) kosten die niet in 2009 zijn verantwoord. Programma Meedoen
V 301
V 301
N 279
N 279
N 997
N 997
Het doorgeschoven budget van 2009 is niet volledig besteed in 2010. Zo is het kwalitatief onderzoek naar participatie in het tweede jaar losgelaten. Het project dienstbare wijken (voorheen 'voor elkaar), wat tegenwoordig Dienstencheque Eindhoven heet, is goedkoper uitgevallen omdat door samenwerking met de woonservice zones bij GBO een koppeling met beschikbare middelen van de provincie gemaakt kon worden. Zie voor de verantwoording van het totale programma Meedoen het onderdeel “Thema’s – Bestuurlijk Programma Meedoen”. Langdurigheidstoeslag (LDT) Vanaf 1 januari 2009 is deze regeling gedecentraliseerd. De gelden zijn overgeheveld van macrobudget WWB-I deel naar het Gemeentefonds. Deze middelen zijn echter ontoereikend om de uitgaven/kosten voor de LDT te dekken (-ook al in 2009-). Reductieregeling Door verruiming regeling en stijging van het gebruik (-ook al in 2009-) zijn de kosten gestegen.
- 195 -
Structureel
Inkomen Raadsprogramma:
1 Inkomen
Programmaonderdeel:
1.1 Inkomensondersteuning
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Doorbelasting kosten sector Zorg en Inkomen
Zorg & Inkomen
N 625
N 625
Deze kosten zijn toe te rekenen aan dit programmaonderdeel in verband met overschrijding kosten inhuur personeel, opleiding en diverse goederen. Dit tekort is ook gepresenteerd in 2009. Door de economische crisis is het aantal aanvragen structureel toegenomen, de budgetten zijn nagenoeg gelijk gebleven. Dit resulteert in een tekort in de uitvoeringskosten. Tegenvallende renteopbrengsten bestaande leningen
N 106
N 106
N 50
N 50
V40
N 160
Nadeel baten t.g.v. tegenvallende renteopbrengsten langlopende leningen veroorzaakt door lagere rente en minder aangegane langlopende leningen. Dit laatste komt doordat er minder producten (vormen van leningen) worden aangeboden dan voorheen de stadsbank heeft gedaan. Opbrengsten Financieel beheer door afsluiten nieuwe leningen De lagere baten worden veroorzaakt doordat er minder Persoonlijke Leningen en Sanerings Kredieten zijn aangegaan. Hierdoor zijn er minder baten gegenereerd door achterblijvende provisies. N 237
Bijzondere bijstand De uitgaven stijgen mede door de gevolgen van de verslechterende
V 37
economische situatie waardoor cliënten voor meer kosten een beroep doen op de BB. De inkomsten uit Verhaal van uitkeringen (terugvorderingen en leningen) zijn hoger dan verwacht (baten). Noot: budget lasten DGG 21 – 65 jarigen staat voor 200K onder minimabeleid (administratieve verschuiving) en de betreffende uitgaven zijn hier verantwoord onder bijzondere bijstand. Algemeen Het structurele tekort wordt berekend op € 2,9 mln. Bij een verwachte stijging van de uitgaven in 2011 loopt het tekort verder op met 10% van de exploitatielasten. Dit betekent een totaal structureel tekort van ruim € 5,2 mln. Bij de begrotingsbehandeling in november 2010 heeft de raad voor dit PO een extra bedrag toegekend van € 4,75 mln. Op basis hiervan zou er een klein structureel tekort resteren. Overige afwijkingen: Totaal
- 196 -
N 35
V 145
V 147
V 257
N 1.269
N 841
V 147
N 1.963
Inkomen Raadsprogramma:
1 Inkomen
Programmaonderdeel:
1.3 Werk en inkomen
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Werk
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Een belangrijke doelstelling van het gemeentelijk beleid is het bevorderen van arbeidsparticipatie en het terugdringen van het aantal bijstandsgerechtigden. Echter, op dit moment is sprake van een wereldwijde recessie. Sinds eind 2008 zijn de gevolgen van de kredietcrisis ook langzaam zichtbaar geworden in de Brainportregio. Dit dwingt de gemeente om de doelstellingen die aanvankelijk waren geformuleerd bij te stellen. Het terugdringen van het aantal bijstandsgerechtigden zoals opgenomen in de begroting is niet realistisch. Ondanks alle inspanningen aan de poort zal een toename van het aantal bijstandsgerechtigden niet te voorkomen zijn.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
- < 65 jaar
4.847
4.531
5.900
5.434
- ≥ 65 jaar
685
723
885
0*
- aantal uitstroom naar werk
731
541
700
712
1.595
1.203
1.700
1.112
WWB-bestand (levensonderhoud) (stand ultimo van het jaar), waarvan
- aantal uitstroom niet arbeidsgerelateerd
Toelichting afwijking effectindicatoren: De groei van het aantal WWB-uitkeringen is mede beperkt gebleven door extra investering in uitstroom naar werk en een afname van het aantal aanvragen. Ten aanzien van dit laatste, hier liggen economische redenen aan ten grondslag (tussentijds herstel gedurende de zomerperiode) én is een proces in gang gezet waarbij de poortwachtersfunctie is geoptimaliseerd.
In totaal zijn in 2010 1.824 mensen uitgestroomd, waarvan 712 naar werk en 1.112 niet arbeidsgerelateerd. De ambitie met betrekking tot de uitstroom naar werk is gerealiseerd en overtroffen. Dit wordt o.a. veroorzaakt door betere inzet van de participatiemiddelen zoals Trabajo. De niet arbeidsgerelateerde uitstroom blijft achter bij de verwachtingen en is ook minder beïnvloedbaar (verhuizing, overlijden, beëindiging i.v.m. geen recht op bijstand).
* Vanaf 1-1-2010 is de uitvoering van de uitkering WWB vanaf 65 jaar overgenomen door de SVB.
- 197 -
Inkomen Raadsprogramma:
1 Inkomen
Programmaonderdeel:
1.3 Werk en inkomen
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Werk
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Aanbieden van een aanbod gericht op werk, activering en zorg
In samenwerking met het UWV Werkbedrijf,
samen met de ketenpartners Werkbedrijf UWV (integrale
kennisinstellingen en het bedrijfsleven is ingezet op
dienstverlening).
het aansluiten van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Middels de oprichting van +
verschillende servicepunten (waaronder Detailhandel, Horeca, Zorg en Welzijn en Leren en Werken) worden verbindingen gemaakt tussen de gemeente Eindhoven, het UWV en ketenpartners vanuit de arbeidsmarkt.
Re-integratie van personen die aangewezen zijn op een uitkering
Middels inzet vanuit het Participatiebudget wordt
in het kader van de WWB, Wwik, Ioaw en Ioaz.
vanuit verschillende invalshoeken ingezet op reintegratie en participatie (op de arbeidsmarkt). +
Vanuit de intake wordt de afstand tot de arbeidsmarkt bepaald middels de in 2010 geïntroduceerde Participatieladder. Op basis hiervan wordt het plan van aanpak bepaald wat betreft de reintegratie-mogelijkheden.
Bij die personen voor wie werk vooralsnog niet tot de
Voor personen voor wie een directe stap naar
mogelijkheden behoort bieden wij, indien mogelijk wijkgericht,
betaalde (reguliere) arbeid nog te groot is, wordt een
een aanbod op het gebied van zorg of activering (bijvoorbeeld
aanbod gedaan om middels kleine stappen iemand
begeleiding bij vrijwilligerswerk). +
voor te bereiden op reguliere arbeid. Vanuit trede 1 van de participatieladder (geïsoleerd leven) wordt zo getracht iemand naar trede 2 (sociale contacten buitenshuis), trede 3 (deelname aan georganiseerde activiteiten) en trede 4 (onbetaald werk) te krijgen.
Het garanderen van een minimuminkomen voor personen die op
Vanuit de wettelijke taak van de gemeente
geen enkele andere wijze in hun levensonderhoud kunnen
Eindhoven, wordt voldaan aan de plicht om alle
voorzien.
burgers van Eindhoven te voorzien van een +
minimuminkomen, indien zij hier zelf niet in kunnen voorzien. Daarbij wordt wel de doelstelling gehanteerd de bijstandsafhankelijkheid van deze burgers te verlagen en de uitstroom naar betaalde arbeid te vergroten.
- 198 -
Inkomen Raadsprogramma:
1 Inkomen
Programmaonderdeel:
1.3 Werk en inkomen
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Het verstrekken van uitkeringen conform de kaderstelling en de
Werk
De gemeente Eindhoven verstrekt uitkeringen +
daarvoor bestaande wetgeving.
(WWB, WwiK, IOAW, IOAZ, BBZ en de WIJ) conform de daarvoor geldende wetgeving.
Kolomvrije dienstverlening binnen Werkplein Mercado met als
In oktober 2009 is de kolomvrije en integrale
doel éénduidig de klant tegemoet te treden.
dienstverlening op Werkplein Mercado gestart. Vanuit deze optiek functioneert het Werkplein als een centraal punt voor alle werk en inkomens+
vraagstukken vanuit de Eindhovense burger, maar ook vanuit de regionale arbeidsmarkt. Bijvoorbeeld middels de servicepunten voor de verschillende branches, waarbij vraag en aanbod op gebied van werk of dienstverleningsvraagstukken bij elkaar worden gebracht.
Regionale samenwerking in de aanpak van arbeidsmarktbeleid.
Naast de verschillende servicepunten, wordt ook vanuit het SRE ingezet op verschillende specifieke projecten, waaronder Jeugdwerkloosheid/Taskforce +
Arbeidsmobiliteit en de opleidings- en werkcheques. Deze cheques worden (onder bepaalde voorwaarden) beschikbaar gesteld om de weg naar een betaalde baan te vergemakkelijken.
Facilitair bedrijf voor gesubsidieerde instellingen, structurele
Het facilitair bedrijf heeft gestalte gekregen middels
intensivering van € 215.000 vanaf 2011.
het neerzetten van het SupportPunt. Het Supportpunt verricht in opdracht van de gemeente Eindhoven ondersteunende diensten (op het gebied van onder meer administratie, communicatie en +
secretarieel) aan kleine kunst-, culturele- en welzijnsinstellingen met als doel een professionaliteit- en een efficiencyslag te bewerkstelligen. Daarnaast worden werkgelegenheidsprojecten ontwikkeld en uitgevoerd voor uitkeringsgerechtigden gericht op doorstroom naar regulier werk.
In 2010 zullen de ambities zoals opgenomen in de visie in het
De genoemde ambities zijn tot uiting gekomen
kader van het participatiebudget, verwezenlijkt moeten worden.
middels het uitvoeringsprogramma Participatie-
Hierbij is de focus op participatietrajecten (integrale trajecten)
budget 2010. Hierin zijn de re-integratie- en
met als doel economische zelfredzaamheid en worden
participatie-initiatieven verbijzonderd voor
inburgering en scholing als middelen gezien om economisch +
zelfstandig te kunnen worden.
jongeren, zelfstandigen, inburgeraars, bijzondere doelgroepen (zoals ex-gedetineerden en daklozen), scholing en werk met ondersteuning. In het kader van flankerend beleid is ook ruimschoots aandacht besteed aan ondersteunende maatregelen in de
- 199 -
Inkomen Raadsprogramma:
1 Inkomen
Programmaonderdeel:
1.3 Werk en inkomen
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Werk
toeleiding naar werk, zoals kinderopvang of schulddienstverlening (door de sector Zorg & Inkomen). Verdere uitbouw mogelijkheden participatiebudget.
In 2010 heeft de sector Werk te maken gekregen met een nieuwe financiële werkelijkheid. Waar in de afgelopen jaren sprake was van forse overschotten (en zelfs terugbetaling) is vanaf nu sprake van volledige uitnutting c.q. risico van overschrijding. 0
Daarom is in 2010 aangevangen met een proces van heroriëntatie, focus en prioritering. Dit heeft als doel met minder middelen, de zelfde resultaten te behalen. O.a. door inzet van trajecten die zich al bewezen hebben (best practices) en een nog doelmatigere inzet van beschikbare middelen.
Werk maken van participatie.
Participatie is er primair op gericht, de Eindhovense burgers die dit nodig hebben de instrumenten en bagage mee te geven om uiteindelijk (regulier ) betaalde arbeid te kunnen verrichten. Daarbij wordt +
expliciet rekening gehouden met de afstand tot de arbeidsmarkt. Waar nodig zal eerst geïnvesteerd worden op maatschappelijke participatie en begeleid werk trajecten, alvorens te kunnen uitstromen naar betaald werk.
Wet investeren jongeren, waarbij jongeren tot 27 jaar niet meer
In oktober 2009 is de Wet investeren in Jongeren in
in aanmerking komen voor bijstand maar voor een werk-
werking getreden. De gemeente Eindhoven biedt
leertraject. +
alle jongeren tot 27 jaar een werk-leeraanbod aan. Op basis van dit werk-leeraanbod, wordt vervolgens beoordeeld of iemand recht heeft op een (aanvullende) inkomensvoorziening op grond van de WIJ.
Wat heeft het gekost Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
171.329
178.781
N 7.452
Exploitatiebaten
147.172
155.376
V 8.204
N 228
V 650
V 878
N 24.385
N 22.755
V 1.630
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
- 200 -
Inkomen Raadsprogramma:
1 Inkomen
Programmaonderdeel:
1.3 Werk en inkomen
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Werk
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
reserves Realisatie BUIG (Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorziening aan
5.141 N
4.889 V
252 N
Nee
449 N
1.371 V
922 V
Nee
1.900 N
1.900 V
0
gemeenten) Het saldo BUIG wordt veroorzaakt door: - Een hoger aantal verstrekte uitkeringen bij zowel IOAW, IOAZ en WWIK dan begroot. - Ten aanzien van de Bbz heeft de gemeente recht op een aanvullende uitkering van € 806.000. - Een voordelige afwijking ten aanzien van de WWB 65+; begrotingstechnisch is rekening gehouden met uitvoering WWB 65+ terwijl deze vanaf 2010 door de Sociale Verzekeringsbank (SVB) is uitgevoerd. - Een lager aantal verstrekte uitkeringen WWB dan begroot. De 1e helft 2010 was sprake van een stijging. De 2e helft van 2010 liet echter een dalende trend zien van het aantal WWB uitkeringen. - Als gevolg hiervan is de ‘stelpost tekort uitkeringen’ ad € 4,65 miljoen niet ingezet; dit bedrag blijft gehandhaafd. Omdat dit bedrag niet ingezet is, wordt in de exploitatie een negatieve afwijking gerealiseerd ad € 4,65 miljoen. Zonder rekening houdend met de stelpost is dus sprake van een voordelige afwijking BUIG. Participatiebudget Er is sprake van een overschot Participatiebudget ad € 1,2 miljoen. Dit voordeel is enerzijds zichtbaar op PO 2.4 ad € 0,3 miljoen, anderzijds op dit programma-onderdeel ad € 0,9 miljoen. Voordelig saldo wordt veroorzaakt doordat gedurende de 2e helft van het jaar, strakkere sturing op het Participatiebudget heeft plaatsgevonden. WSW De taakstelling is in de loop van 2010 verhoogd. Als gevolg hiervan heeft extra inkoop plaatsgevonden en heeft de gemeente Eindhoven van het Ministerie extra middelen gekregen t.b.v. de uitvoerende instantie Ergon. Correctie BTW-BCF
521 V
We hebben bericht van de Belastingdienst ontvangen dat we alsnog een uitkering van € 520.600 krijgen als correctie op de eerder vastgestelde uitkering BTW-BCF over 2009. Dit naar aanleiding van een onderzoek dat we gehouden hebben naar de verwerking van facturen van Ergon inzake Trabajo etc. over de jaren 2009 en 2010. De correctie voor 2010 is in het regulier traject opgenomen.
- 201 -
521 V
Inkomen Raadsprogramma:
1 Inkomen
Programmaonderdeel:
1.3 Werk en inkomen
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Investeringsfonds Eindhoven.
Sector:
425 N
Werk
34 V
391 N
Nee
187 V
187 V
Nee
207 N
207 N
Bij de overgang van de betreffende regeling naar de sector Werk, is het budget waaruit de leningen worden verstrekt, niet overgeheveld. Doordat er in 2010 wel leningen zijn verstrekt, zorgt dit voor een negatief resultaat. Doorbelaste indirecte kosten en kinderopvang Betreft enerzijds voordeling afwijking i.v.m. lagere doorbelaste indirecte kosten, anderzijds nadelige afwijking a.g.v. niet begrote kosten kinderopvang. Cliëntvolgsysteem & ondernemerschap Er zijn kosten gemaakt in het kader van het cliëntvolgsysteem en het managementinformatiesysteem welke niet begroot zijn. Mutaties Reserves
878 V
878 V
Nee
Betreft enerzijds onttrekkingen en deels vrijval conform raadsbesluit. Overige afwijkingen Totaal
37 N
10 V
7.452 N
8.204 V
27 N 878 V
1.630 V
Wat zijn de risico’s Nieuwe risico’s: b De ontwikkeling van het WWB-bestand is mede afhankelijk van de wijze waarop de (met name) de regionale economie zich herstelt. Ondanks dat 2010 een minder grote stijging van het WWB-bestand heeft laten zien dan verwacht, is het herstel nog broos en moet 2011 resp. 2012 nog worden afgewacht.
b
In 2011 en volgende jaren dient rekening gehouden te worden met een verdere versobering van het Participatiebudget. Dit zal directe gevolgen hebben op de participatie en re-integratievoorzieningen binnen de gemeente Eindhoven.
- 202 -
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.3 Maatschappelijke zorg
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Wat hebben we bereikt Doelstelling: 1.
Afname van het aantal kwetsbare personen in een maatschappelijk problematische situatie.
2.
Vermindering van overlast veroorzaakt door kwetsbare personen in een maatschappelijk problematische situatie.
3.
Vermindering van relationeel geweld (waaronder slachtoffers van loverboys, eerwraak, huiselijk geweld).
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
- Het aantal feitelijk daklozen
739
- Het aantal residentieel daklozen
313
- Het aantal zwerfjongeren
170
- Het aantal dreigend daklozen
279
- Het aantal personen uit de doelgroep dat participeert in de
ntb
samenleving - Aantal meldingen van overlast in verband met dakloosheid
cijfers via veiligheidsmonitor veiligheids-
- Het aantal slachtoffers van relationeel geweld
cijfers
Toelichting afwijking effectindicatoren: Het aantal feitelijk, residentieel en dreigend daklozen is, net zoals het aantal zwerfjongeren, gebaseerd op de aantallen uit 2009 en staan gepubliceerd in het onderzoek van Intraval (2010).
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform Raming
Het organiseren van activiteiten en het inrichten van voorzieningen op het gebied van preventie, vroegtijdige signalering, opvang en ondersteuning voor mensen die in een maatschappelijk problematische situatie verkeren, zoals:
- 203 -
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.3 Maatschappelijke zorg
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Opvangvoorzieningen (Dagopvang, nachtopvang, 24-uurs
+
opvang en crisisopvang). Gedifferentieerde woonvormen (beschermd en begeleid wonen,
+
kleine leefgemeenschappen).
Mens & Maatschappij
Zijn beschikbaar via de partners van het Stedelijk Kompas. Zijn beschikbaar allemaal beschikbaar via de verschillende ketenpartners. Worden uitgevoerd via Neos, Leger des Heils,
Begeleidingstrajecten (dagstructurering, re-integratie +
maatschappelijke vaardigheden).
Novadic-Kentron, St. Annaklooster middels de reguliere subsidiecontracten.
Projecten gericht op sociale activering.
Worden uitgevoerd middels de projecten van Stichting de Boei. Daarnaast vinden er binnen de +
verschillende instellingen voor maatschappelijke opvang ook activiteiten plaats op het gebied van sociale activering.
Preventieactiviteiten (voorlichting scholen, JIP-bus, preventie
De preventieve huisuitzettingen worden uitgevoerd
uithuiszetting).
middels de woonoverlast teams. Daarnaast worden +
er verschillende activiteiten uitgevoerd op het gebied van voorlichting door o.a. de GGD en Novadic-Kentron.
Drang en Dwang aanpakmethoden in het kader van integrale
+
veiligheid.
Worden uitgevoerd middels het Preventie team Overlast Verslaafde (POV). Wordt uitgevoerd volgens implementatieplan van
Versterking van de ketenzorg en de persoonsgerichte benadering van dak- en thuislozenproblematiek (Stedelijk
+
Kompas)
het Stedelijk Kompas. Door middel van het cliëntvolgsysteem worden de problemen maar ook kansen op cliënt niveau inzichtelijk. Wordt uitgevoerd en toegepast middels het
Overgang van een aanbodgerichte naar vraaggestuurde aanpak. +
implementatieplan en via de opdrachtformuleringen en offertegesprekken met de verschillende ketenpartners.
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
169
520
254
- Aantal trajecten begeleid wonen.
64 (N-K) 82 (Neos) 23 (Lumens) 2
- Aantal opvangplekken voor maatschappelijke opvang 1. 1
De plekken voor begeleid wonen en opvang worden gerealiseerd door Neos, Leger des Heils, Lumens, St Annaklooster.
2
Indicator moet nog worden gedefinieerd om dit vervolgens uit het Cliënt Volg Systeem te kunnen afleiden.
Toelichting afwijking outputindicatoren: Aantal plekken begeleid wonen hoeft pas aan het einde van de looptijd van het Stedelijk Kompas te zijn gerealiseerd.
- 204 -
313
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.3 Maatschappelijke zorg
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Wat heeft het gekost Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
23.951
18.438
V 5.513
Exploitatiebaten
7.056
2.370
N 4.686
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
V 947
V 949
V2
N 15.948
N 15.118
V 830
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
V 4.774
N 4.774
Mutaties
Saldo
reserves GSB-raming
0
Betreft een niet juiste GSB-raming. Zowel de inkomst als de bijbehorende uitgave zijn niet gerealiseerd in 2010. Overschot door lagere vaststelling 2009
V 84
V 84
V 107
V 107
V 73
V 73
V 149
V 149
V 123
V 123
Middelen die overblijven doordat tussenstap uit middelen vanwege lagere vaststellingen in 2009. Trajectkostenvergoeding Stedelijk Kompas Eindhoven de verschillende instellingen hebben de mogelijkheid gehad om te facturen voor deelname aan de Traject Toewijzingscomissie. Hier is echter geen gebruik van gemaakt ondanks de toezegging. Outreachende veiligheidsmedewerkers Er was in 2010 een risico dat de gemeente Eindhoven een subsidie voor outreachende veiligheidsmedewerkers aan Novadic-Kentron moest uitkeren. Dit risico heeft zich niet voorgedaan en het hiervoor gereserveerde bedrag kan vrijvallen. Subsidie Dommelregio Subsidie aan de Dommelregio is niet verstrekt; het project werd gefinancierd vanuit de OGGZ middelen die we in 2008 beleidsarm hebben overgenomen. Vanuit het veiligheidshuis is besloten dit na 2009 niet meer te subsidiëren. Hierdoor vallen de middelen vrij. Daarnaast zijn er een aantal terugvorderingen over voorgaande jaren die een positief resultaat opleveren. Ondersteunende Begeleiding-psychosociaal Lagere besteding op de post OB-psychosociaal door lagere subsidie aan stichting de Boei en het uitblijven van de verwachte subsidieaanvraag van St. Annaklooster. Overige afwijkingen: Totaal
- 205 -
V 203
V 88
V2
V 293
V 5.513
N 4.686
V2
V 830
Structureel
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.4 Inburgering en diversiteit en emancipatiebeleid
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Oude en nieuwe inwoners - onafhankelijk van geslacht, etnische afkomst of seksuele geaardheid - zijn voldoende toegerust zodat zij als volwaardig burger (gelijke kansen) kunnen participeren in onze samenleving. Uit onderstaande resultaten op de effectindicatoren blijkt dat oude en nieuwe inwoners nog niet volgens onze streefwaarden zijn toegerust om als volwaardig burger te kunnen participeren.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
- % niet-westerse migranten dat niet meedoet is minimaal gelijk aan 6% - % Eindhovenaren dat vindt dat de mensen in de buurt op een
6%
8%
1
66%
60,1%
2
prettige manier met elkaar omgaan is minimaal gelijk aan 66%
Toelichting afwijking effectindicatoren: 1
In de leefsituatie-index zijn indicatoren opgenomen die betrekking hebben op een aantal (maatschappelijke) verbanden/activiteiten waaraan iemand kan deelnemen: a) werken en/of studeren; b) sporten; c) vrijwilligerswerk; d) culturele activiteiten; e) lidmaatschap van een vereniging. Maximaal kan men op alle 5 de terreinen meedoen, minimaal op geen enkel terrein.
2
In het verleden was de bron voor deze indicator de enquête leefbaarheid en veiligheid, nu is dat de rijkveiligheidsmonitor, Door wisseling van de bron is er een trendbreuk ontstaan.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Het stimuleren van initiatieven die gericht zijn op ontmoeting en
Hiervoor zijn subsidies verstrekt op grond van
dialoog tussen verschillende bevolkingsgroepen, sociale cohesie,
subsidieparagraaf 3.3.10 – samenleven in zorgzame
actief burgerschap en maatschappelijke emancipatie.
wijken en buurten. In hoeverre de gesubsidieerde +
subsidies daadwerkelijk hebben bijgedragen aan ontmoeting, dialoog, sociale cohesie, actief burgerschap en maatschappelijke emancipatie zal blijken uit de verantwoordingen die 1 mei ingediend
- 206 -
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.4 Inburgering en diversiteit en emancipatiebeleid
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
moeten zijn. Het verstrekken van subsidies/bijdragen aan activiteiten ter
+
bestrijding van discriminatie.
Subsidie verstrekt aan Lumens Groep voor het adviespunt discriminatie.
Het inzetten op preventie van discriminatie door het geven van
In 2010 is door gemeentelijke bezuiniging de
voorlichting aan en het kweken van bewustwording bij de
opdracht aan het adviespunt discriminatie
Eindhovense bevolking
teruggebracht tot de wettelijk verplichte taak. Dit betreft enkel nog de verplichting om als gemeente toegang te bieden tot een antidiscriminatie-/-
voorziening waar onafhankelijke bijstand verleend wordt en waar discriminatie klachten en meldingen geregistreerd worden. De preventieve- en voorlichtingsrol welke het adviespunt voorheen invulde wordt niet meer door de gemeente gesubsidieerd. Het adviespunt discriminatie vervult deze rol binnen
Het bieden van adequate en laagdrempelige ondersteuning bij (de beleving van) discriminatie: een professionele behandeling van meldingen en klachten waardoor mensen in de stad omgang
+
de overeengekomen kaders in het BCF met Lumens Groep.
met stadsgenoten als prettig ervaren. Het laten deelnemen van inburgeringsplichtigen en
De sector Werk heeft trajecten ingekocht. Deze
inburgeringsbehoeftigen aan een inburgeringstraject om
hebben de insteek om zoveel mogelijk middels het
taalvaardigheid Nederlands en kennis van de Nederlandse
inzetten van maatwerk trajecten inburgeraars te
samenleving te verwerven, en daarmee in onze samenleving
+
volwaardig te kunnen participeren.
begeleiden naar het behalen van het inburgeringsdiploma. Naast taal bevatten deze trajecten tevens ‘maatschappelijke’ elementen, waaronder de module ‘Kennis van de Nederlandse Samenleving’
Het bieden van basisvoorzieningen en begeleiding aan
Er zijn diverse projecten gesubsidieerd waaronder
rechtmatig in Nederland/ Eindhoven verblijvende
maatschappelijke begeleidingstrajecten en
vreemdelingen zonder verblijfsvergunning alsmede aan niet-
+
rechtmatig in Nederland / Eindhoven verblijvende
huisvestingstrajecten voor statushouders. Daarnaast zijn in 2010 projecten gesubsidieerd op het gebied
vreemdelingen die actief werken aan terugkeer naar het land van
van noodopvang, medische zorgbemiddeling,
herkomst.
toekomstperspectief en het huiskamerproject.
Het bieden van huisvesting aan statushouders c.q.
De woningbouwcorporaties zijn er niet in geslaagd
verblijfsgerechtigden (uit de asielprocedure).
-/-
om de taakstelling in zijn geheel te voldoen. In 2011 zal hier nog strakker op gestuurd gaan worden door de gemeente
- 207 -
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.4 Inburgering en diversiteit en emancipatiebeleid
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
900
850
200
178
- Minimaal 900 migrantenvrouwen maken via 1001 kracht (op zijn minst) kennis met vrijwilligerswerk.
- Behandeling van minimaal 200 discriminatieklachten en meldingen van burgers uit Eindhoven.
- Het bieden van opvang en woonbegeleiding van minimaal 24
24 (4)
36
1
900
971
2
Antilliaanse jongeren , waarvan minimaal 4 tienermoeders (Concept: afhankelijk van het rijksbeleid per 1 januari 2010)
- Aan 1.050 inburgeringsplichtigen en –behoeftige een inburgeringstraject aanbieden waarvan: - uitkeringsafhankelijk (samenlopers): 425 - overige inburgeringsplichtingen en behoeftige: 725
- 80% van de asielmigranten heeft na 2 jaar geen begeleiding
3
meer nodig van VWE (nulmeting vindt plaats in 2009 bij VWE, het aantal is afhankelijk van de toestroom van asielzoekers).
Toelichting afwijking outputindicatoren: 1
Gebaseerd op cijfers tot en met mei 2010 voor opvang tienermoeders en ambulante begeleiding van tienermoeders.
2
Eind 2009 is met het Rijk een nieuwe ambitie voor Inburgering 2010 neergelegd. Deze ambitie betreft 900 inburgeraars. In 2010 zijn 971 inburgeringstrajecten gestart. Hiermee is de ambitie gerealiseerd.
3
In 2009 is gezegd dat 80% van de asielmigranten na twee jaar geen begeleiding meer nodig hebben van Vluchtelingenwerk Eindhoven. Hier kan pas in 2011 iets over gezegd worden.
Wat heeft het gekost Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
11.396
9.930
V 1.466
Exploitatiebaten
6.052
5.965
N 87
Mutaties in reserves
V 598
V 589
N9
N 4.746
N 3.376
V 1.370
Saldo na mutaties reserves
- 208 -
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.4 Inburgering en diversiteit en emancipatiebeleid
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
reserves Eergerelateerd geweld
64 V
59 N
5V
Nee
89 V
89 V
Nee
67 N
67 N
Nee
103 N
103 N
Nee
126 N
126 N
Nee
87 V
470 V
Nee
Realisatie project Eergerelateerd Geweld is achtergebleven bij begroting. Met name subsidieaanvragen minder dan verwacht. Zwarte Tulp De realisatie van het project Zwarte Tulp (scholenaanpak binnen het project Eergerelateerd Geweld is achtergebleven bij de verwachting. Er is met drie scholen een intentieverklaring overeengekomen. Twee van deze scholen konden de projectaanpak van Zwarte Tulp niet in praktijk brengen. Opvang asielzoekers Er heeft een niet voorziene terugbetaling plaatsgevonden aan het COA over middelen die in 2008 zijn binnengekomen. Daarnaast is er door een verkeerde boeking in 2007 een debiteur open blijven staan die in 2010 is gecorrigeerd. Project toekomstperspectief De inkomsten ad € 69.000 zijn binnengekomen op programmaonderdeel 7.3 (als onderdeel van meerdere verzameluitkeringen) terwijl de raming op dit programma-onderdeel staat. Tegenover deze onderschrijding staat een overschrijding op het onderdeel verzameluitkeringen gemeentefonds. Het restant is de 3e tranche die zou worden uitbetaald door het Rijk in oktober 2010 en dit is doorgeschoven naar 1e kwartaal 2011. Inkomsten vanuit AZC Beatrixoord De inkomsten ad € 119.000 zijn binnengekomen op programmaonderdeel 7.3 (als onderdeel van meerdere verzameluitkeringen), terwijl de raming op dit programma-onderdeel staat. Tegenover deze onderschrijding staat een overschrijding op het onderdeel verzameluitkeringen gemeentefonds. De resterende € 7.000 is een afrondingsverschil in de inkomsten. 383 V
Trajecten inburgering Betreft saldo van de realisatie uitvoering Wet Inburgering welke is achtergebleven conform verwachting. Bij de 2e turap is de prognose naar beneden aangepast. Nu blijkt dat de realisatie nog iets sterker achtergebleven is dan begroot/bijgesteld. Dit wordt veroorzaakt doordat een inburgeringstraject uit meerdere modules bestaat en deze niet altijd in totaliteit worden afgenomen. Betreft anderzijds voordelig saldo ad € 170.000 inzake diverse overige inburgeringstrajecten.
- 209 -
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.4 Inburgering en diversiteit en emancipatiebeleid
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Doorbelaste indirecte kosten
Mens & Maatschappij
373 V
373 V
Nee
258 V
258 V
Nee
Nee
In verband met lagere indirecte kosten van de sector Werk is de doorberekening van de indirecte kosten naar de collegeproducten lager dan begroot. Salariskosten Sectorbreed zijn de salariskosten van de sector Werk begrotingstechnische gelijk aan de realisatie. Echter, er is sprake van een verschuiving tussen de collegeproducten. Als gevolg hiervan is bij dit programmaonderdeel sprake van een voordelige afwijking. Overige afwijkingen: Totaal
- 210 -
366 V
56 V
50 V
471 V
1.466 V
87 N
9N
1.370 V
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.5 Welzijn
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Wat hebben we bereikt Doelstelling: b Burgers wonen prettig in wijken samen en zijn tevreden over de contacten met medebewoners. Daarom
streven wij een sociale
infrastructuur na waar meer burgers, jong en oud, allochtoon en autochtoon, met beperking en zonder, gebruik van maken. Betrokkenheid van burgers is hierbij essentieel.
b
Eindhovenaren, jong en oud, allochtoon en autochtoon zetten zich blijvend in voor de kwaliteit van de samenleving en voor hun medebewoners. Zij weten zich daarin erkend en gewaardeerd.
b
Burgers zijn in staat hun leven zo zelfstandig als mogelijk richting te geven en te participeren. Zij worden gecompenseerd voor de beperkingen die zij ondervinden in hun zelfstandig functioneren en/of deelname aan het maatschappelijk verkeer.
Effectindicatoren:
-
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
-
5.8
5.9
*
5
4
6
**
De perceptie van het sociaal klimaat van de woonomgeving is minimaal 5,9
-
Het percentage Eindhovenaren dat niet meedoet (stedelijk gemiddelde) is maximaal 6%.
Toelichting afwijking effectindicatoren: *
% cijfers zijn in maart via BIO beschikbaar, daarom nu nog geen uitspraak mogelijk over halen doelstelling.
**
de doelstelling is gehaald, 4% blijft onder het maximum van 6%.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Het programmaonderdeel omvat de volgende prestatievelden van de Wmo: Ism Gebiedsontwikkeling en Lumens steeds meer
‘Bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid’ +
Samenleven in zorgzame en leefbare buurten en wijken.
gebiedsgericht werken tbv inhoud en inzet opbouwwerk, seniorenwerk en emancipatiewerk Er is een quick-scan inclusief beleid in SRE verband
‘Bevorderen van deelname aan het maatschappelijke verkeer en +
het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking’
uitgevoerd. Uitvoering inclusief beleid n.a.v. de resultaten wordt verder meegenomen in gemeente
Samenleven in zorgzame en leefbare buurten en wijken.
- 211 -
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.5 Welzijn
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
brede toegankelijkheidsoverleg. ‘Fysieke omgeving als voorwaarde voor participatie en
+
woonservice’.
Blijvende aandacht voor bereikbaarheid en toegankelijkheid Er is een dag van de mantelzorg georganiseerd en
‘Ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers’ Actieve en +
zorgzame burgers.
een start gemaakt met Europees jaar (2011) van de vrijwilliger.
‘Bieden van ‘Informatie, advies en cliëntenondersteuning’ voor
+
zover aanvullend op PO 6.3 Publieke dienstverlening’.
Nauwelijks uitvoerend maar wel beleidsondersteunend Aantal klanten en uren neemt toe. In toekomst wordt
‘Verlenen van (individuele) voorzieningen aan mensen met een +
beperking, zodat zij zelfstandig kunnen blijven functioneren of
een gedifferentieerd tarief ingevoerd.
kunnen meedoen aan het maatschappelijk verkeer’. De ‘vraag’ vormt uitgangspunt van het ‘ inclusieve’ beleid; de
Een aantal ontwikkelingen:
organisatie van het aanbod vindt zo dicht mogelijk bij de burger
- Wmo: de verschuiving van individueel naar collectief als ook de kanteling van het Wmo loket.
plaats: in buurten en wijken. Bij voorkeur middels een collectief
- Het nieuwe sociaal beleid (uitwerking 2 werelden)
aanbod, maar waar gewenst en noodzakelijk middels een
besteedt hier ruimschoots aandacht aan.
individueel aanbod. Dit aanbod vindt zoveel als mogelijk plaats in of vanuit (multifunctionele) centra, centraal in wijk en buurt
+
gelegen. Samenwerking in ketens en netwerken vormen de
- In 2010 is een advies mbt het maatschappelijk vastgoed opgeleverd op basis waarvan beleid en uitwerking plaatsvinden.
norm. Burgers worden aangesproken op hun eigen- en medeverantwoordelijkheid en -betrokkenheid. Daarbij worden deze actieve burgers optimaal ondersteund. De erkenning van en waardering voor hun inzet moet daarbij zichtbaarder en tastbaarder worden.
Dit gebeurt veelal via het maatschappelijk werk dat
Burgers voor wie meedoen op eigen kracht niet lukt +
ondersteunen middels de functies maatschappelijk werk,
meer outreachend(achter de voordeur) is gaan werken.
ouderenwerk, informatie en advies etc. Welzijnsaanbod in wijken en buurten door de Lumens Groep en
+
vele kleinere (specialistische) partners op onderdelen.
Er is een betere afstemming en samenwerking tussen wijken en buurten Blijvende aandacht voor het Steunpunt Mantelzorg
Door het bieden van ondersteuning aan mantelzorgers willen +
wij ervoor zorgen dat draaglast en draagkracht van
Verlicht. Ook aandacht vanuit Steunpunt dementie.
mantelzorgers in evenwicht blijft. Mensen die beperkingen ondervinden in hun zelfredzaamheid
Individuele verstrekkingen nemen nog steeds toe.
en maatschappelijke participatie compenseren door het verstrekken van voorzieningen op het gebied van: het voeren van een huishouden, het normale gebruik van de woning, het
+
verplaatsen in en om de woning en het zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel en medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aan te gaan.
- 212 -
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.5 Welzijn
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
-
7.1
6
2010 1 8.1
-
529
408
469
2
-
10,7
15,7
23,3
3
-
11,5
14,5
18,9
3
-
78
20-250
125
4
-
2500
20.000
6000
5
-
-
400
700
6
500
617
6
- Het opbouwwerk scoort minimaal een voldoende in het klanttevredenheidsonderzoek van de Lumens Groep.
- Minimaal 408 klanten doorlopen een traject bij de ouderenadviseur van de Lumens Groep.
- Minimaal 5% van de 65- plussers is nieuw ingestroomd in het vrijwilligerswerk.
- Minimaal 3% van de niet-westerse Eindhovenaren is nieuw ingestroomd in het vrijwilligerswerk.
- In 2008-2011 is een toenemend aantal vrijwilligersorganisaties (van 20 naar 250) in staat en bereid om jongeren te begeleiden als vrijwilliger c.q. maatschappelijk stagiaire.
- Eind 2010 zijn 20.000 vrijwilligerspassen en magazines verstrekt. Er zijn 400 contacten met mantelzorgers vanuit het steunpunt Mantelzorg verlicht en 500 aanvullende contacten door diverse andere organisaties op het gebied van mantelzorg.
Toelichting afwijking outputindicatoren: 1
Met een 8.1 als rapportcijfer voldoen we ruim aan de doelstelling van het scoren van een voldoende.
2
Met 469 klanten als resultaat zitten we 15% boven de te halen doelstelling.
3
De doelstellingen worden ruim gehaald. Bij het vrijwilligerspunt waar deze contacten worden gemeten is de registratie verbeterd, waardoor het aantal ingeschreven vrijwilligers “overig/onbekend” sterk is afgenomen en de groei naar 23,3% of 18,9% kan worden verklaard.
4
Het doel is om eind 2011 op 250 organisaties uit te komen, we zitten nu precies op de helft. Ten opzichte van 2009 hebben we een groei van 60%.
5
De geplande doelstelling van het verstrekken van vrijwilligerspassen via vrijwilligersorganisaties blijft achter bij de doelstelling voor 2010. Ten opzichte van 2009 is er wel sprake van een verdubbeling. Oorzaak dat de realisatie achter blijft ligt in het niet invullen van het benodigde aanvraagformulier. Blijkbaar is het vooral bij de wat grotere vrijwilligersorganisaties te veel rompslomp om de benodigde gegevens op te vragen en te verwerken voor haar leden. Hierdoor komen der minder aanvragen richting het vrijwilligerspunt.
6
De contacten met mantelzorgers liggen ver boven de gevraagde doelstelling.
- 213 -
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.5 Welzijn
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Wat heeft het gekost Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
52.341
51.531
V 810
Exploitatiebaten
3.251
3.776
V 525
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
V 3.356
V 3.463
V 107
N 45.734
N 44.293
V 1.441
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
reserves Woonvoorzieningen
V 1.322
N9
V 1.313
V 665
V 44
V 709
N 1.290
V 587
N 703
In 2010 is het gemiddelde bedrag per verstrekte woonvoorziening aanzienlijk gedaald. Het gemiddelde bedrag per verstrekking ligt in 2010 16% lager dan in 2009. De invoer van een inkomensafhankelijke toets heeft in 2009 al een dalende lijn in het aantal voorzieningen ingezet, deze wordt in 2010 gecontinueerd.
Doordat een woonvoorziening een grote impact (financieel) kan hebben en het aantal aanvragen sterk fluctueert per jaar is het financiële resultaat lastig in te schatten. Mobiliteit Het onderdeel mobiliteit (vervoersvoorzieningen, scootmobielen, rolstoelvoorzieningen) in totaliteit loopt iets uit op de begroting. Dit wordt echter ruimschoots gecompenseerd door een (deels) incidentele BTW teruggaaf bij het CVV ad € 710.000. Hulp bij het Huishouden (HBH) In de begroting van 2010 is niet voorzien dat er een stijging van 9% zou plaatsvinden t.o.v. 2009 in het aantal cliënten HBH. Daarnaast zijn de cliënten ook nog eens meer zorguren gaan consumeren. Zo heeft er een stijging plaatsgevonden van 3% t.o.v. 2009 in het gemiddelde aantal uren hulp bij het huishouden per cliënt per periode.
De van het CAK terug ontvangen eigen bijdrage is hoger dan verwacht. Zo is er in 2010 nog eigen bijdrage ontvangen over 2009 die niet was voorzien. Doordat het CAK in de toekomst haar rapportages gaat inrichten op transactiebasis i.p.v. kasbasis is de verwachting dat de te ontvangen eigen bijdrage HBH beter valt te prognosticeren.
- 214 -
Structureel
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.5 Welzijn
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Doorbelasting aan WMO voorzieningen
Mens & Maatschappij
N 824
N 824
Binnen de WMO is een toename van het aantal aanvragen en verstrekkingen. Dit heeft enerzijds te maken met de vergrijzing en anderzijds met een verruiming van het beleid in de achterliggende jaren. Hierdoor zijn de kosten voor inhuur personeel en opleiding overschreden. Vrijval reserve Meedoen conform reserveringsdossier 2010 Overige afwijkingen: Totaal
V 335
V 335
V 937
N 97
N 228
V 612
V 810
V 525
V 107
V 1.441
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: Combinet Claim Combinet: in 1999/2000 is het collectief Wvg-vervoer aanbesteed. De gunning vond plaats aan vervoerder Combinet. Over de aanbesteding en de wijze van uitvoering is een conflict ontstaan dat heeft geleid tot een juridische procedure tot aan de Hoge Raad. Deze heeft op 26 januari 2006 uitspraak gedaan. De Hoge Raad heeft de uitspraak van het Hof niet ongedaan gemaakt. De strekking van deze laatste uitspraak is dat de gemeente Eindhoven bij de invoering van het CVV in strijd met de overeenkomst, aan Wvg-ers de mogelijkheid gegeven heeft om te kiezen voor een vrij besteedbaar bedrag voor vervoerskosten in plaats van deelname aan het CVV-systeem. Het Hof heeft voorts uitgesproken dat in een schadestaat procedure uitgezocht moet worden in welke gevallen al dan niet terecht een alternatieve vervoersvoorziening geboden is. Combinet zal hiervoor een procedure aanhangig moeten maken bij de Rechtbank te ’s-Hertogenbosch. In september 2008 heeft Combinet een claim ingediend. In november 2009 is op deze claim door Combinet nog een aanvulling ingediend. De gemeente heeft een eigen schadeberekening gemaakt, welke afwijkt van de claim van Combinet. Om uit de impasse te komen is aan Combinet verzocht om het geschil op te lossen door bindende arbitrage.
Schadekans:
Onbekend
Risico:
Bestaand risico
Indicatie bedrag:
Combinet heeft een claim ingediend van €1,5 miljoen exclusief wettelijke rente.
WMO Binnen de Wmo zien we nog steeds een toename voor de individuele voorzieningen. De inzet ligt nu en in de toekomst juist op het collectieve aanbod. Die omslag van individueel naar collectief vereist een investering waarvan we op voorhand niet direct het effect zichtbaar kunnen maken.
- 215 -
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.8 Eén in gezondheid
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Wat hebben we bereikt Doelstelling: b Het bevorderen van een gezonde leefstijl en gezond gedrag b Het bevorderen van een gezonde sociale en fysieke woon- en leefomgeving b Het bevorderen van voldoende beschikbare en toegankelijke (eerstelijns)zorg Toelichting: zie voor de drie doelstellingen de effectindicatoren hieronder. Het bevorderen van gezond gedrag is een kwestie van lange adem. De resultaten uit de monitor van de GGD zijn zeer bemoedigend. Om een kompleet beeld te geven van de effecten van de 4 monitoren wordt door de GGD momenteel gewerkt aan een compleet overzicht van de effecten: volksgezondheids toekomst verkenningen (VTV). Hierin worden de landelijke ontwikkelingen en de regionale ontwikkelingen afgezet tegen de ontwikkelingen in Eindhoven. De VTV wordt in juni 2011 verwacht.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010 Het verschil in
- Het verschil in ongezonde leefstijl (ontbijten, inname fruit en groente, beweging, roken/drugs, alcohol, overgewicht, onveilige
ongezonde leefstijl is niet
seks) tussen hoge en lage SES-groepen (sociaal economische status) neemt niet verder toe (ten opzichte van de nulmeting in
verder toegenomen op
2005, de resultaten van de meting 2009 worden in 2010
één uitzondering
1)
bekend) .
na: overgewicht: opgelopen van 26 naar 33% - Ten aanzien van de zeven indicatoren voor de kwaliteit van leven
Alle indicatoren zijn gelijk
(fysiek functioneren, pijn, algemene gezondheidsbeleving, vitaliteit, sociaal functioneren, rolbeperkingen ten gevolge van emotionele gezondheidsproblemen, mentale gezondheid) moet gelden dat het verschil tussen de gemiddelde waarde voor de
gebleven of kleiner geworden.
buurten waar ‘Gezond in de Buurt’ wordt uitgevoerd en de gemiddelde waarde voor alle Eindhovense buurten niet groter is geworden (meting 2009, resultaten 2010) 1). Ten aanzien van elk van deze indicatoren geldt dat ze in geen enkele buurt toegenomen mogen zijn met meer dan 3% en boven het hoogst gemeten niveau van 2005 mogen uitkomen. Toegenomen of
- De mate waarin Eindhovenaren tevreden zijn over de aanwezigheid van eerstelijns zorgvoorzieningen en de kwaliteit van dienstverlening van deze zorgvoorzieningen is toegenomen (meting 2009, resultaten 2010) 1).
- 216 -
gelijkgebleven
2)
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.8 Eén in gezondheid
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
1)
Sector:
Mens & Maatschappij
Ieder jaar voert de GGD een gezondheidsmonitor uit voor een andere leeftijdsgroep, eerstvolgende meting vindt plaats in 2009 voor de volwassenen. De resultaten worden in 2010 bekend. De andere jaartallen gaan over andere leeftijdsgroepen (per leeftijdsgroep cyclus van 4 jaar).
2)
Toegenomen tevredenheid over: apotheek, tandarts, thuiszorg en maatschappelijk werk. Gelijk tevreden over huisarts, fysiotherapeut, verloskundige, consultatiebureau. Wat kwaliteit betreft is de Eindhovenaar meer tevreden over de huisarts. Overige eerstelijns werkers: gelijk gebleven.
De indicator overgewicht is toegenomen wanneer het voorkomen van overgewicht en obesitas vergeleken wordt tussen mensen met een lage opleiding, laag inkomen (LSES) en mensen met een hoge opleiding, hoog inkomen (HSES). De toename wordt veroorzaakt doordat er nog steeds een toename is van overgewicht onder de LSES groep en onder de HSES groep het percentage overgewicht stabiliseert. Deze trend is landelijk ook zichtbaar.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Accenten binnen het lokale gezondheidsbeleid. Binnen het
Resultaten worden gerapporteerd uiterlijk April
programmaonderdeel “Éen in gezondheid” zijn dat de volgende
2011. Deze waardering is gebaseerd op de marap van
projecten: -
“Familie Lekkerbek in balans” (overgewicht en diabetes)
-
“laat je niet flessen” en “de kater komt later” (overmatig
het derde trimester van de GGD. + +
alcoholgebruik) -
KIVPA (Korte Indicatieve Vragenlijst voor Psychosociale +
problematiek bij Adolescenten) -
“Gezond in de buurt” (verminderen gezondheidsverschillen +
tussen sociaaleconomische groepen) -
gezondheidswijzer plus (beschikbaarheid informatie m.b.t.
De GZW gaat naar het inwonersplein. Het proces om
zorg en zorgprojecten)
daar een plek te krijgen voor de vrijwilligers duurt 0
erg lang. Om deze reden hebben de vrijwilligers al geruime tijd deze taak niet naar behoren uit kunnen voeren.
-
allochtone zorgconsulent (toegankelijkheid (eerstelijns)zorg)
+
- 217 -
Zorg en Welzijn Raadsprogramma:
2 Zorg en Welzijn
Programmaonderdeel:
2.8 Eén in gezondheid
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
>10.000
19.300
10.000
1
Min. 2
< 300
200
Min. 300
- Aantal kinderen (en opvoeders) bereikt met publieksvoorlichting m.b.t. overgewicht
- Aantal locaties waar spreekuren plaatsvinden - Aantal kinderen dat begeleid wordt met motivatie-interventie m.b.t. overgewicht
7.894
- Aantal deelnemers dat jaarlijks wordt bereikt met activiteiten
Gemiddeld
rondom gezond in de buurt:
700
Waarvan bereikt d.m.v. publieksactiviteiten
550
Waarvan bereikt met incidentele thema activiteiten
120
Waarvan bereikt met structurele thema activiteiten
30 7
- Aantal activiteiten per buurt georganiseerd door ‘gezond in de buurt’ of waarbinnen gezond in de buurt een eigen onderdeel verzorgd
>800
- Aantal bereikte personen met de gezondheidswijzer
150
- Aantallen bereikt per praktijk d.m.v. inzet van allochtone zorgconsulenten Toelichting afwijking outputindicatoren:
De output wordt nog door de GGD aangeleverd. De verwachting is dat de output gerealiseerd is, met één uitzondering: de bereikte personen door de gezondheidswijzer. De gezondheidswijzer zou per 1 juli 2010 gaan werken vanuit het inwonersplein. Dit is echter nog niet gerealiseerd doordat procedures binnen de gemeente voor vertraging hebben gezorgd.
Wat heeft het gekost Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
8.274
8.139
V 135
Exploitatiebaten
125
100
N 25
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
V 588
V 588
V0
N 7.561
N 7.451
V 110
- 218 -
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.1 Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Bevorderen dat jeugdigen en hun ouders zich, op termijn, zo breed mogelijk ontwikkelen en zij verantwoordelijkheid kunnen dragen voor hun eigen leven en dat van anderen. De doelstelling omvat:
b
pedagogische interventies (methodiek) om groepen jongeren, maar ook individuele jongeren in het leefgebied vrije tijd te bereiken en te binden aan de samenleving met het doel om hen optimaal gebruik te laten maken van hun mogelijkheden en talenten.
b
kortdurende hulpverlening geboden ten behoeve van jongeren, ouders en leerkrachten bij psychosociale problemen die door of op scholen gesignaleerd worden met als doel de ontwikkeling van het kind niet te verstoren.
b
het organiseren van activiteiten die opvoeders helpen hun opvoedingskwaliteiten te benutten en te versterken en de opvoedingssituatie te verbeteren, waardoor er randvoorwaarden gecreëerd worden voor een goede ontwikkeling van jongeren.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2010
2010
515
566
2008
2009
Het aantal jongeren dat werkloos is *
150
414
Het aantal voortijdig schoolverlaters
678
595
Het % jongeren dat participeert aan sport (4-11 jaar 4-jaarlijks) *
79%
-
79%
83%
Het % jongeren dat participeert aan sport (15-23 jaar) *
72%
69%
72%
70%
Het % jongeren dat participeert aan kunst, cultuur (15-23 jaar) *
89%
93%
89%
91%
Het % jongeren dat participeert in vrijwilligerswerk (15-23 jaar) *
36%
37%
36%
37%
*
Bron: stadsmonitor. Cijfers voor werkloosheid zijn momenteel erg onzeker, vandaar voorlopig niet ingevuld. De overige percentages zijn ongewijzigd gehouden.
Toelichting afwijking effectindicatoren: -
Het aantal voortijdig schoolverlaters neemt af ten opzichte van de realisatie in 2009. Dit is mede te danken aan maatregelen zoals deze ingezet worden via het Convenant VSV. Deze dragen echter (nog) niet bij aan het behalen van de begrote aantallen.
- 219 -
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.1 Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem.
Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Bevorderen van onderwijsdeelname van zowel leerplichtige -, als
In het kader van de verordening leerlingenvervoer
niet-leerplichtige leerlingen. Doelgroepen zijn leerlingen van
wordt schoolvervoer van leerlingen geregeld. De
primair onderwijs, voortgezet onderwijs en speciaal onderwijs.
+
organisatie hiervan loopt goed. Er bestaan wel aanzienlijk financiële structurele tekorten. In 2011 worden voorstellen gedaan om te bezuinigen.
Het vergroten van kansen: via gerichte taalactiviteiten voor de
Conform programma zijn alle activiteiten
voor- en vroegschoolse periode, via schakelklassen, project
gerealiseerd. In het kader van harmonisatie van
neveninstromers en schoolbegeleiding, dagarrangementen en
+
combinatiefuncties.
peuterspeelzalen en kinderopvang is de visie op VVE door de raad geactualiseerd. Uitwerking wordt medio 2011 verwacht.
Voorkomen van schooluitval/voortijdig schoolverlaten door het
Alle geplande reguliere activiteiten in dit kader
tegengaan van schoolverzuim en inzetten van aansprekende
hebben daadwerkelijk plaatsgevonden.
acties. In het kader van het bestuurlijk programma actieve jeugd (zie aldaar) is de eindhovense Sociaal Maatschappelijke School (eSMS) opgericht. Officiële opening vond plaats in maart 2010. + In het kader van het WRR-rapport “Vertrouwen in de school” stelt het rijk voor alle regio’s voor 2 jaar een incidenteel bedrag beschikbaar voor het intensiveren van het terugdringen van de uitval van “overbelaste jongeren”. De reeds bestaande voorzieningen worden hiermee versterkt: Rebound, eSMS en School 23. Het versterken van de aansluiting op de arbeidsmarkt en
Er is een regionaal Jongerenloket gerealiseerd met
talentontwikkeling.
daarin een Unit Ambulant die jongeren voor haar rekening neemt met een grote afstand tot de +
arbeidsmarkt.
Talentontwikkeling heeft binnen het bestuurlijk programma plaatsgevonden middels talentcentra op de terreinen: sport, cultuur, techniek en meedoen.
- 220 -
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.1 Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Het bevorderen van techniek in en vanuit het onderwijs door
+
techniek –projecten. Peuterwerk: ontwikkelingsstimulering en educatie voor kinderen
Mens & Maatschappij
De uitvoering geschiedt middels een subsidie aan stichting Jeugd en Beroep. Het peuterwerk is uitgevoerd conform het
van 2-4 jaar.
programma. Het peuterwerk en ook de kinderopvang +
zijn nauw betrokken bij de toekomstige VVEontwikkeling. Afgelopen jaar vonden hiertoe samenwerkingspilots plaats.
Kinderopvang op basis van Sociaal medische indicatie van 0-12
Van deze specifieke regeling is afgelopen jaar
jaar.
gebruik gemaakt door kinderen op basis van hun begeleidingsbehoefte in combinatie met +
opvoedingsondersteuning aan ouders. De regeling is afgelopen jaar op een aantal kritische punten verbeterd op basis van toeleiding, kwaliteit en efficiency. In de raad van juni 2009 is de nota Jongerenwerk
Jeugd en jongerenwerk: het aanbieden van vrijetijdsvoorzieningen, zowel binnen als buiten zodat jongeren
+
op kunnen groeien tot evenwichtige volwassenen en
vastgesteld. Ook in 2010 is hier uitvoering aangegeven.
participeren in de samenleving. Het verlenen van op preventie gerichte opvoed- en
Afgelopen jaar werd wederom een scala van
opgroeiondersteuning: gericht op jeugdigen met
activiteiten op dit vlak uitgevoerd: voorlichting,
opgroeiproblemen en ouders met opvoedproblemen, met
thema-avonden, spreekuren en website ontwikkeld.
prioriteit voor risicogezinnen.
Aan specifieke doelgroepen (o.a allochtonen) werd +
extra aandacht besteed. Alle medewerkers van onder meer CJG, Lumens, GGD en thuiszorg werden geschoold in het programma Triple P. Ten behoeve van project Baby Extra werd een congres georganiseerd.
Aanpak risicojeugd: vroegtijdig signaleren, doorverwijzen en
Jeugd Preventie Programma (JPP) wordt vanaf 2010
aanpakken van problemen bij jongeren ter ondersteuning in het
uitgevoerd door een samenwerkingsverband van
opgroeiproces tot participerende volwassenen.
jeugdzorg en welzijnswerk. Provincie en gemeenten +
financieren JPP beiden structureel. Aan het realiseren van een gedragen Aanpak Marokkaans Nederlands risicojeugd is veel aandacht besteed. Op 21 juli 2009 heeft de raad de LEA 12- en LEA 12+
Doorontwikkelen van het Spilconcept bij alle bestaande basisscholen.
+
vestgesteld. In 2010 zijn voorbereidende werkzaamheden uitgevoerd. Invulling dient vanaf 2011 plaats te vinden. In 2010 heeft een evaluatie van het CJG
In het (fysieke) Centrum voor jeugd en gezin komen de aanpak +
van de risicojeugd en de opvoedingsondersteuning bij elkaar.
plaatsgevonden en naar aanleiding daarvan heeft de Raad zich positief uitgesproken over de voorzetting
- 221 -
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.1 Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
van het centrum. Alle activiteiten in dit kader zijn uitgevoerd. Er is veel
De versterking van de schakels in de jeugdketen, wordt krachtig +
voortgezet. Hieronder valt Schoolmaatschappelijk werk (SMW),
vraag. Aandachtspunt blijft dan ook de beperkte
opvoedondersteuning (OO), gezinscoaches.
capaciteit bij met name de gezinscoaches.
In het kader van het aanvalsplan laaggeletterdheid 2006-2010
Het aantal laaggeletterden in taaltrajecten is de
van het ministerie van OC&W heeft de gemeente Eindhoven een
afgelopen jaren gestegen naar 356. Hiervan zijn139
intentieverklaring met de stichting ABC (belangenbehartiging
autochtoon en 217 allochtoon. Hoewel de werving
+
Alfabetisering; afdeling Brabant). Hierin is opgenomen dat
gericht is op autochtone laaggeletterden blijft deze
ernaar gestreefd wordt in 2010 161 laaggeletterden in traject te
doelgroep moeilijker te bereiken.
hebben (nulmeting 2006 is 60 laaggeletterden). Activiteiten zijn conform planning uitgevoerd. Medio
Via het “jongerenloket” bieden we jongeren een integrale +
dienstverlening op het gebied van werk, inkomen, opleiding
2011 zal een evaluatie van het jongerenloket plaatsvinden.
(w.o. stages en werkervaringsplaatsen) en vrije tijd .
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
20%
22%
25%
*
358
974
674
704
373
550
550
*
- % jongeren dat gebruik maakt van jongerenwerk - aantal trajecten schoolmaatschappelijk werk - aantal gezinnen waarvoor coördinatie van gezinsgerichte programma’s wordt ingezet * Niet bekend
Toelichting afwijking outputindicatoren: Er zijn 704 trajecten uitgevoerd binnen het schoolmaatschappelijk werk ten opzichte van de 674 begroot. Het verschil tussen 2009 en 2010 wordt veroorzaakt door een verlaging van het aantal per schoolmaatschappelijk werker (was 80 per fte in 2009 en is 55 in 2010). Reden hiervoor is dat in 2009 werd gesproken over ‘aantal klanten’ in de indicator en in 2010 is dit aangescherpt naar ‘aantal afgeronde trajecten’ om zo de daadwerkelijke output beter te kunnen monitoren.
- 222 -
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.1 Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
1.406
Totaal (netto) investering
Afwijking
459
V 947
Toelichting afwijking investeringen: Investeringsplanning van dit jaar voor de omheinde speeltuinen is niet gerealiseerd. Oorzaak is dat speeltoestellen die afgeschreven zijn in praktijk langer meegaan en dus niet direct bij het verstrijken van de levensduur vervangen worden. De investeringsplanning voor de komende jaren is hierop aangepast. De geplande investeringen voor 2011 zullen aanzienlijk lager zijn.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
40.478
38.048
V 2.430
Exploitatiebaten
8.928
8.245
N 683
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
V 4.803
V 7.003
V 2.200
N 26.747
N 22.800
V 3.947
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
reserves Onderwijsachterstanden: Door de komst van de Wet Oke zijn de plannen voor VVE opnieuw bij gesteld. Hierdoor is een vertraging in de
V 868
V 868
N 217
N 217
uitrol van VVE ontstaan. Hierdoor is minder uitgegeven dan begroot. Korein: begrotingstekort 2010 als gevolg van overschrijding van de maximale hoogte van de wettelijk tegemoetkoming voor kinderopvang (subsidieparagraaf 4.2.8). In 2011 wordt in overleg met sector Zorg & Inkomen gezocht naar een oplossing. RMC Voortijdig schoolverlaten: hogere kosten , met name door inhuur derden, worden gedekt door inkomsten van derden die niet geraamd waren. Het voordeel van 22k wordt veroorzaakt door inkomsten
N 182
V 204
V 22
N 115
N 115
N 123
N 70
waarvan de kosten op een andere kostenplaats geboekt zijn. De geraamde inkomsten van de provincie voor het project eSMS zijn niet gerealiseerd ivm afwijzing subsidieaanvraag. Deltaplan voorkomen voortijdig schoolverlaten: Inkomsten van de provincie zijn lager dan begroot als gevolg van een verrekening 2009, die niet was geraamd. De kosten zijn lager dan geraamd ivm vertraging die het project heeft
- 223 -
V 53
Structureel
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.1 Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren
Portefeuille:
Jeugd, welzijn en zorg
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Mens & Maatschappij
opgelopen. Onderwijsachterstanden/Versterking Peuterspeelzalen: De middelen zijn bedoeld om het opleidingsniveau van de leidsters op het gebied van voorschoolse educatie op een hoger niveau krijgen. Door
V 306
V 306
V 101
V 101
vertraging in de uitvoering van deze scholing zijn deze middelen niet uitgegeven. De werkelijke kapitaallasten zijn lager dan begroot omdat de er in 2010 minder investeringen zijn geweest dan begroot. Investeringsplanning van dit jaar voor de omheinde speeltuinen is niet gerealiseerd. Oorzaak is dat speeltoestellen die afgeschreven zijn in praktijk langer meegaan en dus niet direct bij het verstrijken van de levensduur vervangen worden. De investeringsplanning voor de komende jaren is hierop aangepast. De geplande investeringen voor 2011 zullen aanzienlijk lager zijn. De rijksbijdrage volwasseneneducatie 2010 is naar beneden bijgesteld door het ministerie. De begroting is hierop niet aangepast. De
V 607
N 524
V 83
rijksbijdrage wordt 1 op 1 ingezet bij het STER college. Verschil valt vrij. Dit betreft het Centrum Jeugd en Gezin (CJG). In 2010 is een overschot ontstaan doordat een deel van de activiteiten is bekostigd met provinciale middelen waar gemeentelijke middelen voorzien waren; een subsidie niet verleend is en een lager vastgestelde subsidie van 2009. Volgens het raadsbesluit (startnotitie CJG d.d. 30-10-2007, no.
V 459
N 459
V0
V 2.495
V 2.495
735.251) mogen overschotten en tekorten gemuteerd worden op de door de raad ingestelde reserve CJG. Dit overschot is benodigd voor de bekostiging van CJG activiteiten na 2011 doordat de bijdrage van het Rijk na 2011 nog onbekend is. Doordat er geen middelen meer aangewend worden voor het doel waarvoor deze beschikbaar waren en de knelpunten voor 2011 structureel zijn opgelost binnen de begroting is er een vrijval van een aantal reserves. Overige afwijkingen: Totaal
- 224 -
V 435
N 125
V 164
V 474
V 2.430
N 683
V 2.200
V 3.947
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.2 Pedagogische infrastructuur fysiek
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Grond & Vastgoed
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Schoolbesturen faciliteren ten behoeve van het realiseren van optimale huisvestingsvoorzieningen voor het primair, speciaal en voortgezet onderwijs. Dit gebeurt in samenwerking met de partners en met in achtneming van de wettelijke zorgplicht en bestaande beleidskaders. Onderscheid wordt gemaakt in huisvesting voor regulier onderwijs, spilcentra, VMBO’s en internationale campus. Op 19 januari 2010 heeft de raad de verordening voorziening huisvesting onderwijs gemeente Eindhoven vastgesteld. Tevens is het programma en overzicht 2010 voorzieningen huisvesting onderwijs door B&W vastgesteld en uitgevoerd. Daarnaast zijn diverse aanvragen voor voorzieningen in de onderwijshuisvesting met een spoedeisend karakter afgewikkeld. Ten aanzien van de SPIL centra zijn 42 spilcentra inhoudelijk gerealiseerd. Van de 3 VMBO’s is er 1 gerealiseerd. De internationale school zal vermoedelijk in 2012 gerealiseerd zijn.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Schoolbesturen faciliteren ten behoeve van het realiseren van
Via de verordening voorzieningen huisvesting
optimale huisvestingsvoorzieningen voor het primair, speciaal
onderwijs gemeente Eindhoven en overige
en voortgezet onderwijs.
bestaande beleidskaders vindt aan de hand van door +
schoolbesturen ingediende aanvragen, bekostiging plaats van huisvestingsvoorzieningen. Op 19 januari 2010 heeft de raad de verordening voorziening huisvesting onderwijs gemeente Eindhoven vastgesteld.
Doordecentralisatie: het vaststellen van kaders voor de gewenste
Medio 2010 is gestart met het proces om te komen
doordecentralisatie en dit uitwerken in doordecentralisatie-
tot doorcentralisatie. In overleg met de
overeenkomsten.
schoolbesturen zijn de visie, kaders en 0
uitgangspunten in concept vastgesteld. Dit dient nog afgestemd te worden met de raad (2011). De planvorming loopt vertraging op door de financiële vertaling en maatwerkafstemming met schoolbesturen.
De gemeente heeft zitting in de Regiegroep SPIL samen met
Medio 2010 zijn totaal 42 SPIL-centra inhoudelijk
partners. De taken van de regiegroep zijn het plannen,
0
inhoudelijk ontwikkelen en monitoren van spilcentra. De rol van
gerealiseerd. Dat wil zeggen dat deze SPIL-centra een gezamenlijk vastgesteld pedagogisch plan
de gemeente is het tijdig ter beschikking stellen van bekostiging,
hebben en op een aantal terreinen
sturing en bewaking van integrale gemeentelijke belangen.
samenwerken. Van deze 42 SPIL-centra zijn er totaal
- 225 -
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.2 Pedagogische infrastructuur fysiek
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Grond & Vastgoed
20 die ook daadwerkelijk fysiek tot SPIL zijn omgevormd. Dat wil zeggen kinderopvang, peuterwerk en basisschool. De ontwikkeling van het rijks VVE-beleid.
De ontwikkeling van het rijks VVE-beleid betreft voorschoolse educatie voor kinderen van 2,5 tot 4 jaar dat naadloos doorloopt in de vroeg voorschoolse periode van het basisonderwijs (4-6 jaar) en de facto een nulklas vormt voor het basisonderwijs. De huidige voorschoolse voorzieningen, kinderopvang +
en peuterspeelzaalwerk voor kinderen van 2,5 tot 4 jaar worden integrale voorschoolse groepen bij elke basisschool. De uitwerking van de SPIL-centra in relatie tot deze VVE kan leiden tot herziening van het huidige SPIL-beleid. De herziening van het huidige SPIL-beleid kan daardoor vertraging in de SPILontwikkeling veroorzaken.
het bekostigen van de onderwijshuisvesting conform
Aan de hand van de verordening voorzieningen
normsystematiek.
huisvesting onderwijs worden normbedragen voor +
huisvesting VMBO vastgesteld. Er heeft volgens de begroting geen besluitvorming voor bekostiging plaatsgevonden.
Sturen op realisatie van drie nieuwe VMBO’s in de periode 2009-
Het schoolgebouw VMBO Botenlaan is eind 2010
2012 met behulp van een integraal projectleider
opgeleverd. De sporthal op de Botenlaan wordt naar
(bouwheerschap VMBO bij schoolbestuur).
verwachting eind 2011 opgeleverd. De planvorming 0
van de overige 2 VMBO’s loopt vertraging op door het zoeken naar voldoende middelen. Hierdoor loopt de doelstelling van 3 gerealiseerde VMBO’s in 2012 wellicht in gevaar.
Internationale school: Uitvoering van de verordening betreft met
Op 15 januari 2010 is de aanbestedingsstrategie
name onderwijsvoorzieningen op het gebied van nieuwbouw,
vastgesteld. Daarnaast is in de maand januari 2010
uitbreiding en eerste inrichting; voor het primair onderwijs is dit
door de Stichting Primair en voortgezet onderwijs
aangevuld met groot onderhoud. Hierbij worden de
Zuid-Nederland in de gemeente een
economische investeringen niet ten laste van het budget
budgetovereenkomst opgesteld, welke door het
huisvestingsvoorzieningen onderwijs gebracht.
college van B&W is geaccordeerd op 9 februari 2010. +
In 2010 zijn de diverse dialoogfasen gehouden. Het moment van gunning zal in 2011 plaats vinden en dit is het laatste moment waarop de gemeente en de stichting kunnen besluiten door te gaan of niet. Gunning is niet verplicht. Uitvoering van het project zal pas starten na gunning en nadat alle middelen van het bedrijfsleven zijn toegezegd (€ 4 miljoen). Eind 2010 is hiervan € 3,7 miljoen toegezegd.
- 226 -
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.2 Pedagogische infrastructuur fysiek
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Grond & Vastgoed
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
100
100
100
100
100
100
100
100
100
100
100
100
32.928
32.979
32.789
33.490
% Afwikkeling binnen gestelde termijnen:
- Programma - Spoed - Jaarschijf Kerngegevens:
- Aantal leerlingen PO, (V)SO en VO Toelichting afwijking outputindicatoren:
De prognoses komen tot stand middels diverse gegevens die door de gemeente Eindhoven wordt aangeleverd bij Pronexus B.V.; bevolkingsgegevens, leerlingenaantallen, woningvoorraad en eventuele wijzigingen hierin. Ook de herkomstgegevens van leerlingen wordt in deze prognoses meegenomen. Aan de hand van deze gegevens heeft Pronexus B.V. nieuwe prognoses opgesteld die in de vorm van een rapport in oktober 2010 zijn verschenen. Dit resulteert in een aantal afwijkingen in aantallen leerlingen ten opzichte van het begrote aantal leerlingen en het aantal leerlingen dat in oktober 2010 middels de jaarlijkse oktobertelling is geregistreerd.
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 Totaal (netto) investering
Rekening 2010
83.464
Afwijking
17.941
V 65.522
Toelichting afwijking investeringen: De investeringen zijn in aantal en omvang afhankelijk van de aanvragen die door de schoolbesturen worden ingediend. Grondslag hiervoor is de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Eindhoven. Investeringen vinden geregeld later plaats dan gepland (o.a. vanwege planontwikkeling, gereedmelding of vergunningsprocedures) waardoor zogenaamde temporisering optreedt. De investeringen zijn voornamelijk gebaseerd op normvergoedingen. Indien zich hierin afwijkingen voordoen, worden de uit deze investeringen voortvloeiende kapitaallasten via de reserve huisvesting onderwijs afgewikkeld.
- 227 -
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.2 Pedagogische infrastructuur fysiek
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Grond & Vastgoed
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
39.014
35.042
V 3.972
Exploitatiebaten
15.556
7.756
N 7.800
Mutaties in reserves
V 1.836
V 6.529
V 4.693
N 21.622
N 20.757
V 865
Saldo na mutaties reserves
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
V 3.188
0
N 3.814
N 4.152
0
V 448
0
0
reserves Voor de post Huisvesting voorzieningen Openbaar Basis, Bijzonder Basis, Openbaar Speciaal, Bijzonder Speciaal en Voortgezet Onderwijs en Huisvesting Sportaccommodaties geldt dat de investeringen in aantal en omvang afhankelijk zijn van de aanvragen die door de schoolbesturen worden ingediend. Grondslag hiervoor is de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs. Investeringen vinden geregeld later plaats dan gepland (o.a. vanwege planontwikkeling of vergunningsprocedures) waardoor zogenaamde temporisering1) van investeringen optreedt. Het voordeel op de exploitatielasten wat hierbij
V 5.138
N 1.950
N 1.376
V 1.038
ontstaat wordt gestort in de reserve huisvesting onderwijs. Reserve huisvesting onderwijs. egalisatieresultaat 2010 is per saldo een onttrekking van € 7.669.000. Exploitatie Reserve brandveiligheid scholen. Hiervoor wordt de volgende systematiek gehanteerd: de uitgaven inzake brandveiligheid
N 448
worden ten laste gebracht van de reserve brandveiligheid scholen. Het aantal aanvragen varieert jaarlijks en derhalve niet te begroten. Exploitatie Reserve Schades en vandalisme. Hiervoor wordt de volgende
N 277
V 16
V 261
0
0
N9
N 600
V 707
V 98
0
systematiek gehanteerd: zowel de uitgaven als de inkomsten inzake schades en vandalisme worden ten laste en/of ten gunste gebracht van de reserve. Het aantal aanvragen varieert jaarlijks en derhalve niet te begroten. Vanuit de SRE is 80% van de subsidie tbv de Internationale School Eindhoven (ISE) ontvangen. Het restant bedrag ad € 600.000 volgt bij afwikkeling van de bouw. Doordat er een lager bedrag is ontvangen en omdat rente over periode 12 pas geboekt wordt in periode 1 van 2011 wordt er minder rente aan de reserve toegevoegd over het jaar 2010 (€ 107.000).
- 228 -
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.2 Pedagogische infrastructuur fysiek
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Lening van €7 miljoen voor ISE school van het ministerie is
Grond & Vastgoed
N 7.000
V 7.000
overgeheveld naar de reserve. Dit is gecorrigeerd. Als gevolg van temporisering van investeringen 1) voor de
0
kinderdagverblijven, etc. die nog niet gerealiseerd zijn, ontstaat een
V 888
V 888
V 313
V 313
0
0
voordeel op de kapitaallasten. Realisatie spilcentrum Grasrijk is uitgesteld, vanwege voortschrijdend inzicht aanbod van kinderen. Hierbij was het de bedoeling om een aantal units aan te huren. Dit is dus nu ook tijdelijk vertraagd tot dat het spilcentrum Grasrijk wordt gerealiseerd. Overige afwijkingen: Totaal 1)
N 257
V 696
V 91
V 530
V 3.972
N 7.800
V 4.693
V865
Het verschil tussen begroting en realisatie ontstaat door de zogenaamde ‘temporisering’ van uitgaven/investeringen. Tijdens de uitvoering/realisatie van deze voorzieningen doen zich ontwikkelingen voor waardoor de uitgaven/investeringen later worden gedaan dan begroot. Een voorbeeld van zo’n ontwikkeling is de vergunningsprocedure waarbij zienswijzen een belangrijke rol spelen. Het effect van de ‘vertragende’ nagenoeg niet te beïnvloeden ontwikkelingen wordt aangeduid met ‘temporisering’ van de uitgaven/investeringen. Concreet heeft dit tot gevolg dat de investering weliswaar begroot is in jaar X, maar de uitgaven pas feitelijk plaats vinden in (bijv.) jaar X+2. Het feit dat deze ‘temporisering’ op voorhand niet is in te schatten, maakt het onmogelijk om begroting en realisatie van uitgaven exact op elkaar af te stemmen.
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: Reguliere onderwijshuisvesting Schadekans:
waarschijnlijk
Risico:
bestaand
Risicobedrag:
oplopend
Sinds de decentralisatie (1997) naar de gemeente van de verantwoordelijkheid van de bekostiging van adequate huisvesting van het onderwijs is bekend dat de middelen welke door het Rijk beschikbaar worden gesteld op langere termijn ontoereikend zullen zijn (reserve huisvesting onderwijs, egalisatiereserve). In deze reserve zijn de afgelopen jaren regelmatig incidentele gelden gestort, echter vanaf 2014 worden aanzienlijke structurele tekorten voorzien. Op basis van een aangepaste prognose zal de reserve vanaf 2014 uitgeput raken. De schoolbesturen zijn in de regel bouwheer van deze investeringen. Indien schoolbesturen de aangegane verplichtingen (investeringen) uitvoeren conform de begroting, vindt geen temporisering plaats en zal het tekort ook daadwerkelijk binnen nu en een aantal jaren gaan ontstaan, maar omdat investeringen geregeld later plaats vinden dan gepland, treedt temporisering op. Hierdoor kan het begrote tekort ook later plaatsvinden dan 2014
Vertraging SPIL Schadekans:
mogelijk
Risico:
bestaand
Vertraging van de fysieke uitwerking van Spil in relatie tot de vastgestelde jaarschijven 2004 t/m 2010: Er is achterstand ontstaan in de realisatie van de spilcentra. Door onderstaande factoren ontstaat het risico dat de doelstelling niet kan worden gerealiseerd:
- 229 -
Onderwijs en Jeugd Raadsprogramma:
3 Onderwijs en Jeugd
Programmaonderdeel:
3.2 Pedagogische infrastructuur fysiek
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
b
Sector:
Grond & Vastgoed
Daar waar het extern bouwheerschap (bouwheerschap door het schoolbestuur) wordt gevoerd ontstaat achterstand (geen grip op uitvoering door gemeente) in de realisatie. Ongeveer 70% van de spilontwikkelingen betreft bouwheerschap bij het schoolbestuur.
b
Onderhoud aan onderwijsgebouwen staat on-hold daar waar gesproken wordt over een unilocatie. De bouwkundige kwaliteit van het onderhoud van de onderwijsgebouwen loopt snel achteruit.
b
Het afstemmen van wissellocaties wordt steeds problematischer door het samenkomen van diverse spilontwikkelingen die als gevolg van vertraging of versnelling op een nagenoeg gelijk tijdstip gerealiseerd kunnen worden.
Ongedeeld VMBO dekking ambities Schade kans:
waarschijnlijk
Het schoolgebouw VMBO Botenlaan is eind 2010 opgeleverd. De sporthal op de Botenlaan wordt naar verwachting eind 2011 opgeleverd. De planvorming van de overige 2 VMBO’s loopt vertraging op door het zoeken naar voldoende middelen. Hierdoor loopt de doelstelling van 3 gerealiseerde VMBO’s in 2012 wellicht in gevaar.
- 230 -
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.3 Sportparticipatie Eindhovense Bevolking
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Sport & Bewegen
Wat hebben we bereikt Doelstelling: b Eindhovenaren
stimuleren tot sport en bewegen en zorgen dat mensen blijven bewegen. Ieder op hun eigen niveau.
De realisatie van deze doelstellingen is opgenomen onder het aspect ‘Wat hebben we daarvoor gedaan’.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
- % sportparticipatie - bezoekersaantallen sportgebieden
67%
67%
70%
67%
6,4 milj.
6,25 milj.
6,4 milj.
6,4 milj.
Toelichting afwijking effectindicatoren: In 2008 heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de sportparticipatie van de Eindhovenaren. Dit cijfer is ook in 2010 opgenomen.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Exploiteren en beheren van sportvoorzieningen binnen De
Sportbedrijf de Karpen heeft een goed jaar achter de
Karpen.
rug. Zowel de verhuurde uren van sporthallen als gymlokalen zijn toegenomen ten opzichte van vorig +
jaar en liggen hoger dan begroot. Enerzijds als gevolg van actiever marktbenadering. Daarnaast heeft een strenge winter er toe geleid dat de vraag naar zaalhuur is toegenomen.
www.dekarpen.nl
Exploiteren en beheren van sportvoorzieningen binnen
De exploitatie van de gemeentelijke
sportcomplex Genneper Parken.
sportaccommodaties in het gebied Genneper Parken staat steeds verder onder druk. Hoofdoorzaken zijn: -/-
1. Tegenvallende en steeds verder teruglopende bezoekersaantallen / bezettingsuren; 2. Forse overschrijding op personele kosten; 3. Forse overschrijdingen op energie.
- 231 -
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.3 Sportparticipatie Eindhovense Bevolking
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Sport & Bewegen
De bezoekersaantallen Tongelreep zijn nagenoeg gehaald. Er is echter sprake van een verschuiving (trend) van recreatie- naar verenigingsbezoek. Waardoor de gemiddelde opbrengsten dalen. De aantallen van IJssportcentrum vertonen een licht stijgende lijn ten opzichte van het voorgaande jaar. De verhuurde uren in het Indoor Sportcentrum blijven achter bij de begroting. Het vertrek van ROC is niet opgevangen door andere ‘grootgebruikers’. Deze trend zal vanaf 2012 worden doorbroken als Fontys Sporthogeschool Eindhoven gebruik gaat maken van het ISE.
www.genneperparken.nl
Exploiteren en beheren van sportvoorzieningen binnen
Het geraamde aantal bezoekers van het Ir. Ottenbad
sportcomplex Eindhoven Noord.
is in 2010 verlaagd van 525.000 naar 450.000. Deze verlaging is doorgevoerd onder invloed van 1) landelijke trend, 2) Structurele ‘overloop’ bezoekers naar NZE Tongelreep. De bezoekersaantallen van het Ir. Ottenbad liggen momenteel nog onder de geraamde aantallen (450.000). Verwacht wordt echter dat dit aantal voor het ir. Ottenbad op termijn een realistische en uitdagende taakstelling zal blijken te zijn. -/-
De verhuurde haluren in het gebied hebben betrekking op de tennishal, sport- en turnhal en de petanquehal. De taakstelling voor de tennishal is niet gerealiseerd omdat de afgelopen jaren steeds meer mensen in het winterseizoen, buiten zijn gaan tennissen. Hierop is geanticipeerd door ombouw van Tennishal naar multifunctionele sporthal die nu ook door ROC wordt gebruikt. De bezetting op sport- en turnhal blijft ook achter op de taakstelling door het achterblijven van de vraag naar gebruik in de turnhal.
www.sen.eindhoven.nl
In 2010 zijn Cruijff Courts aangelegd aan de
Het aanleggen van kleinschalige sportinfrastructuur en trapveldjes.
+
Kaeriuslaan en op het Arnaudinaplein. Door realisatie hiervan zijn inmiddels 6 Cruyff Courts in Eindhoven aanwezig. Het beleid is in 2009 door de raad vastgesteld
Het aanleggen van sportoppervlakten deels boven basisnorm i.e. kunstgras en/ of all weather.
+
middels de sportnota ‘Hé, ga je mee?’ Binnen dit kader is in 2010 de nieuwe atletiekaccommodatie op sportpark de Hondsheuvels gerealiseerd. Als
- 232 -
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.3 Sportparticipatie Eindhovense Bevolking
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Sport & Bewegen
onderdeel van de herinrichting van sportpark Botenlaan is de accommodatie van EHV (Handbal) gerealiseerd. Er zijn kunstgrasvelden gerealiseerd voor voetbalverenigingen WVVZ en VV Gestel en een hockey kunstgrasveld op Genneper Parken. Sportdeelname bevorderen door: faciliteren en organiseren van
Een samenstel van initiatieven zijn gericht op
sportactiviteiten en ondersteunen van Eindhovense
faciliteren en ondersteunen van sportverenigingen. Voorop staat dat we door het exploiteren van de
sportverenigingen. +
gemeentelijke sportaccommodaties zorgen dat de sport voor de Eindhovenaren toegankelijk, bereikbaar en veilig is en blijft. Voor de buitensportverenigingen geldt dat zij op het gebied van onderhoud en schoonmaak ondersteunt kunnen worden door de zogenaamde ‘Arbeidspool Ergon’. Daarnaast heeft het activiteitenteam van Sportbedrijf de Karpen een diversiteit aan activiteiten op basisscholen, scholen voor voortgezet onderwijs en sportverenigingen.
www.sportformule.nl
Het ontwikkelen van sportevenementen:
Voor sportevenementen heeft de gemeente
(top)sportevenementen ontwikkelen als motor voor
Eindhoven in 2010 haar accommodaties en personeel
breedtesportontwikkeling, versterking stadspromotie en
beschikbaar gesteld. Deze kosten zijn financieel
economische ontwikkeling.
verrekend met de organisatoren of is bekostigd uit de bijdrage op basis van het vastgestelde +
evenementenbeleid. Aansprekende evenementen 2010 zijn: Het WK Zwemmen voor gehandicapten en het EK Zwemmen korte baan. Deze evenementen hebben een economische spin-off voor Eindhoven en de regio dat onder meer tot uitdrukking komt in stijgend aantal hotelovernachtigingen.
Aandacht vragen voor bewegingsonderwijs door inzet van
In 2010 is het beleid op het gebied van
“combinatiefuncties”.
bewegingsonderwijs voortgezet door inzet van bestaande en nieuwe combinatiefunctionarissen ten behoeve van een samenhangend aanbod van onderwijs, sport en cultuur. Deze functies zijn gericht +
op kinderen tot 18 jaar, verbinden sport en cultuur op brede scholen met sport en cultuur buiten schooltijd en verstevigen het buitenschoolse sport – en cultuuraanbod. Eind 2010 waren 22 fte aan combinatiefunctionarissen actief. Eindhoven mag in totaal 26 fte aanstellen.
- 233 -
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.3 Sportparticipatie Eindhovense Bevolking
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Sport & Bewegen
Outputindicatoren: Realisatie
- Verhuurde haluren in sporthallen - Verhuurde uren in gymzalen - Kosteneenheden* sportparken - Bezoekersaantallen zwem- en ijssportaccommodaties - Verleende subsidies Vrijwillig sporttechnisch kader - Verleende subsidies voor prijzen en bekers *
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
22.547
23.194
27.132
26.906
20.930
20.359
21.038
21.104
2.646
2.695
2.661
2.646
1.524.015
1.554.230
1.703.600
1.537.606
35
28
35
34
45
36
45
52
Ten behoeve van de kostensturing is een omrekeningsfactor ontwikkeld teneinde de sportparken onderling vergelijkbaar te maken en mutaties op de sportparken door te vertalen naar de taakstelling.
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 7.599
Totaal (netto) investering
Rekening 2010 3.372
Afwijking V 4.227
Toelichting afwijking investeringen: De afwijking op de investeringen zijn toe te schrijven aan:
-
Stagnatie in de ontwikkeling van Sportpark Tongelresche Akkers voor een bedrag van € 1.7 miljoen. Een krediet voor de Biomassacentrale is voor een bedrag van € 800.000 nog niet aangewend doordat betaalbaarstelling nog niet heeft plaatsgevonden i.v.m. conflict. Hierover loopt een juridisch geschil. Na afloop van dit juridisch geschil wordt duidelijk of middelen nog noodzakelijk zijn.
-
In verband met de onzekerheid rondom het voortbestaan van het IJssportcentrum en sporthal Tivoli, is een bedrag van € 392.000 niet aangewend om noodzakelijke investeringswerken, bij openstelling, uit te voeren.
-
Een krediet van € 418.000 is besteed maar elders binnen de gemeente verantwoord (kredieten IB). In 2011 worden deze uitgaven op het krediet verantwoord.
-
Het overige bedrag is samengesteld uit diverse uitgestelde investeringen bij sporthallen, wijksportparken en gymlokalen verdeeld over de gemeente Eindhoven. Deze investeringen zijn later gestart als gevolg van noodzakelijke onderhandelingen c.q. geen directe noodzaak tot uitvoering. Hierdoor hebben deze investeringen deels ook nog hun uitvoering in 2011.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 Exploitatielasten
Rekening 2010
Afwijking
41.359
37.110
Exploitatiebaten
18.786
17.801
N 985
Mutaties in reserves
V 5.585
N 123
N 5.708
N 16.988
N 19.432
N 2.444
Saldo na mutaties reserves
- 234 -
V 4.249
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.3 Sportparticipatie Eindhovense Bevolking
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Sport & Bewegen
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
reserves Het Besluit Begroting en Verantwoording schrijft voor dat de kosten
V 5.972
-
N 5.972
-
V 752
-
-
V 752
N 471
-
-
N 471
N 563
V 243
-
N 320
N 146
N 948
-
N 1.094
-
N 556
N 292
V 29
van de realisatie van sportvoorzieningen VMBO Botenlaan geactiveerd dienen te worden. De ingestelde reserve voor de realisatie is hiermede niet meer noodzakelijk en de middelen zijn overgeheveld naar de reserve Strategische impulsen. Voordeel op kapitaallasten voortkomend uit temporisering van investeringen zoals hierboven toegelicht. Doorbelasting van de kosten van de sectorafdeling Sport en Bewegen. Het gaat hier om niet begrote kosten in het kader van het weer in dienst nemen van ontslagen medewerker, minder inkomsten uit doorbelasting van uren aan projecten als gevolg van prioritering van werkzaamheden, en extra acquisitie van evenementen waarvoor geen financiële middelen beschikbaar zijn. De overschrijding op personeel wordt veroorzaakt door additionele kosten van de afdeling Marketing en Communicatie. Met name door de komst van sportevenementen (EK Zwemmen, WK gehandicapten) naar het gebied en de komst van Fontys heeft meer inhuur plaatsgevonden om werkzaamheden te kunnen realiseren. De aard van de accommodaties brengt met zich mee dat er voor diverse medewerkers, een waarnemingsvergoeding beschikbaar wordt gesteld. Deze kosten zijn niet geraamd in 2010. Ter vervanging van ziek personeel (o.a. kassieres) op de accommodaties (IJssportcentrum, Tongelreep), is additionele inhuur noodzakelijk gebleken op de reguliere werkzaamheden uit te voeren. De overschrijding op energiebudgetten wordt veroorzaakt door met name de gestegen prijzen voor grondstoffen voor onze traditionele installaties alsmede de Bio Massa centrale Tongelreep. De prijsstijgingen overstijgen al jaren, de gemeentelijke indexering van de energiebudgetten. Daarnaast is de Bio centrale Ir. Ottenbad nog niet in gebruik genomen maar wel als zodanig in de begroting is verwerkt. Door het wegvallen van subsidiemogelijkheden voor de BIO massacentrale Ottenbad is gezocht naar alternatieve duurzame energie (hout). Hierdoor is een forse vertraging ontstaan in de realisatie van een nieuwe energievoorziening. Door achterblijvende bezoekersaantallen c.q. verschuiving van
N 556
bezoekersaantallen van recreatie naar verenigingen (Tongelreep, IJssportcentrum) en de achterblijvende verhuur van het Indoor Sportcentrum Eindhoven zijn de inkomsten lager dan geraamd. De overschrijding op personeel wordt veroorzaakt doordat een
- 235 -
-
N 263
N 1.094
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.3 Sportparticipatie Eindhovense Bevolking
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Sport & Bewegen
taakstellende bezuiniging op grond van de aframing van de bezoekersaantallen niet is gerealiseerd. Daarnaast brengt de aard van de accommodaties met zich mee dat er voor diverse medewerkers, een waarnemingsvergoeding beschikbaar wordt gesteld. Deze kosten zijn niet geraamd in 2010. Op evenementen in Genneper Parken zijn in 2010 meer/duurdere
N 169
V349
-
V 180
N 721
N 65
-
N 786
N 310
-
-
N 310
V 197
N 37
V 264
V 424
V 4.249
N 985
N 5.708
N 2.444
evenementen (WK Zwemmen voor gehandicapten, EK Zwemmen korte baan) georganiseerd dan begroot. Dit heeft zijn weerslag op de omvang van de totale uitgaven en inkomsten, ten opzichte van de begroting Centrum voor Topsport en Onderwijs is begrotingstechnisch nog niet verwerkt. Een dossier is in wording. Daarnaast zijn de inkomsten niet op de sportbegroting verantwoord, maar elders binnen de gemeente (= algemene uitkering Gemeentefonds). In opdracht van de raad is het masterplan Genneper Parken deelgebied Zuid-Oost opgesteld. In 2010 zijn deze werkzaamheden afgerond. De gemaakte kosten zijn niet in de begroting opgenomen. Overige afwijkingen Totaal
- 236 -
N 1.094
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.5 Culturele basisinfrastructuur
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Economie & Cultuur
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Eindhovenaren stimuleren tot cultuurparticipatie en zorgen dat Eindhovenaren zowel actief als passief gebruik maken van de culturele voorzieningen in de stad.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
68%
Nb
68%
66%
44%
Nb
45%
Nb
Nb
Nb
7,2
Nb
- Eindhovenaren dat 1 of meer Eindhovense culturele instellingen bezoekt - Eindhovenaren dat zelf cultureel actief is - Tevredenheidscijfer
Toelichting afwijking effectindicatoren: In 2010 zijn de effectindicatoren (stadsmonitor) niet gemeten.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
conform Raming Activiteiten hebben plaatsgevonden
Het bevorderen van activiteiten op het gebied van +
podiumfunctie, expositiefunctie, cultuureducatie, kunstzinnige vorming en informatie.
Uitvoering heeft plaatsgevonden. Nieuwe ontwikkeling
Het zichtbaar maken van cultuurhistorie met focus op +
ontwikkeling als industrie en designstad en beleidsontwikkeling
samenwerking Home-Kempenland.
op het gebied van archeologie. Cultuur Totaal (bestuurlijk programma). Cultuurtotaal wil kunst
Halverwege 2010 heeft de adviescommissie Cultuur
en cultuur meer verbinden met de ambities van de gemeente
Totaal haar advies voor de gewenste ontwikkelingen
Eindhoven en de andere beleidsdomeinen binnen de gemeente.
op het gebied van kunst en cultuur in de toekomst en
Doelstelling is dat gesubsidieerde instellingen qua activiteiten
0
invulling geven aan het economische, sociale of ruimtelijke
de scan van het culturele veld afgeleverd. 2011 is door het college aangemerkt als overgangsjaar waarin de
domein. In 2009 is een aantal Cultuur Totaal projecten
instellingen (met uitzondering van de instellingen op
uitgevoerd en wordt een effectennota opgesteld waarin de
het gebeid van Cultuurhistorie) in principe zo veel
contouren van Cultuur Totaal duidelijker worden gesteld. In 2010
mogelijk dezelfde subsidie krijgen als in 2010.
- 237 -
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.5 Culturele basisinfrastructuur
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Economie & Cultuur
moeten alle gesubsidieerde instellingen zich inspannen om mee
Het advies van de commissie Cultuur Totaal bood te
te bewegen in de richting die de gemeente aangeeft met Cultuur
weinig aanknopingspunten voor het verstrekken van
Totaal. Het gaat om een geleidelijk proces.
subsidie aan instellingen daarom heeft het college in het najaar van 2010 besloten inhoudelijke visies te gaan ontwikkelen met het culturele veld teneinde in de eerste helft van 2011 te komen tot het inhoudelijk toetsingskader voor subsidieaanvragen voor 2012.
In het ruimtelijke domein wordt o.a. gezocht naar verbindingen
Zie hier boven.
0
van kunst en design met ontwikkelingen in de openbare ruimte. In het economische domein wordt gezocht naar een duidelijker
Zie hier boven.
0
benadering van de creatieve industrie vanuit de gemeente. In het sociale domein wordt o.a. gezocht naar de verbinding met
Zie hier boven.
0
emancipatie beleid, participatie en het diversiteitbeleid. Nieuwe koers Plaza Futura Leenderweg.
Plaza Futura heeft voor 2010 incidenteel € 114.465 subsidie ontvangen voor sanering van het negatief eigen vermogen en €256.000 voor het verwachtte tekort 2010 (10.R3891.001). Daarnaast is gestart met onderhoudswerkzaamheden aan de Leenderweg en de +
aanpassing van de theaterzaal naar een multifunctionele zaal. De zaal komt naar verwachting begin 2011 gereed. De verhuizing naar Strijp S is met de nieuwe variant, het Natlab, dichterbij gekomen. Medio 2011 wordt het plan voor het media cluster aan de Raad voorgelegd.
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
8
10
10
10
3
2
2
2
3
2
2
2
100
97
100
98
10
7
25
Nb*
Aantal culturele instellingen met:
- podiumfunctie (aantal podia) - expositiefunctie (incl. Van Abbemuseum) - cultuureducatie - Amateur-gezelschappen - Aantal activiteiten Cultuurtotaal Toelichting afwijking outputindicatoren: *
Op het moment van opstellen van de begroting was nog niet bekend dat er gewerkt zou gaan worden met een adviescommissie. Door de inschakeling van de commissie Cultuur Totaal is het anders gelopen dan voorzien en zijn er met instellingen geen concrete afspraken gemaakt over Cultuur Totaal projecten.
- 238 -
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.5 Culturele basisinfrastructuur
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Economie & Cultuur
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
544
Totaal (netto) investering
Afwijking
183
V 361
Toelichting afwijking investeringen: In het kader van de bezuinigingen wordt er door het Van Abbemuseum 320K bezuinigd op nieuwe investeringen. Als gevolg van temporisering is er een overig voordeel te zien 41K. In verband met langere technische dan economische levensduur worden er enkele installaties zoals een afzuiginstallatie en audiovisuele middelen pas in 2011 vervangen.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
32.338
36.831
N 4.493
Exploitatiebaten
1.474
4.372
V 2.898
V 95
V 1.882
V 1.787
N 30.769
N 30.577
V 192
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
-
-
V 500
-
-
V206
V206
V 200
-
-
-
V 83
-
reserves Ontvangen / verstrekte subsidie Muziekgebouw:
N 1.700
V 1.700
Zowel bij de lasten als bij de baten is sprake van een afwijking van € 1,7 miljoen. Dit betreft de subsidie van het SRE aan het muziekgebouw welke administratief via de exploitatie van de gemeente Eindhoven loopt (toelichting: het SRE verstrekt geen rechtstreekse subsidies aan instellingen, de subsidieverstrekking verloopt via de gemeente). Parktheater: afwikkeling verbouwing (interne verrekening (met sector
N 500
Grond & Vastgoed) gekoppeld aan een onttrekking aan de beschikbare reserve). Vrijval reserve: in verband met (definitieve) administratieve afwikkeling van de verbouwing van het Parktheater is de reserve Stadsschouwburg opgeheven. Door de vrijval van de restantmiddelen ontstaat een voordelige afwijking. PopEi: afwikkeling verbouwing (interne verrekening met sector Grond
N 200
& Vastgoed) gekoppeld aan een onttrekking aan de beschikbare reserve). Resultaat gemeentelijke bedrijfsvoering functie PopEi.
N 306
- 239 -
V 389
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.5 Culturele basisinfrastructuur
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Van Abbe: Deze geldstromen hebben betrekking op het verwerven van
Sector:
N 1.903
Economie & Cultuur
V 1.088
V 815
-
-
N 208
N 208
kunstwerken en het organiseren en realiseren van tentoonstellingen en laten een zeer actief beleid zien. Bij de baten is zichtbaar dat er veel subsidiegelden zijn geworven gedurende 2010 om extra budget te creëren voor de aankoop van kunst en het maken van tentoonstellingen. Deze baten en lasten zijn begrotingstechnisch niet verwerkt, maar passen in het beleidsinhoudelijke kader van het Van Abbemuseum. Archeologie: verrekening met het Grondbedrijf
N 208
In het najaar van 2010 heeft er uitgebreid onderzoek plaatsgevonden inzake het niet realiseren van de opbrengst bij Archeologie voor het bedrag van € 208.000,-. De tegenhanger van deze opbrengst voor Archeologie was de last welke bij het Grondbedrijf was opgenomen. Echter deze last is in 2009 geëlimineerd, als gevolg van de invoering van de GREX wet. De opbrengst bij Archeologie is echter begrotingstechnisch niet uit de administratie gehaald. Overige afwijkingen: Totaal
- 240 -
V 116
N 71
V 66
V 111
-
N 4.493
V 2.898
V 1.787
V 192
N 208
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.6 Laboratorium- en Designstad
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Economie & Cultuur, Strategie
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Eindhoven verder profileren als innovatieve cultuurstad, met een cultureel productieklimaat waarin onderzoek en vernieuwing in de beeldende kunst, design, podiumkunsten en nieuwe media centraal staan en waarin aanwezige kunstenaars en vormgevers (designers) graag werken en van buiten worden aangetrokken. Er worden experimentele, conceptuele, hoogwaardige en technologische designproducten ontwikkeld. In de Laboratorium- en Designstad Eindhoven is de kunstproductie en design zichtbaar voor een breed publiek.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
Nb
-
-
4.425 1)
58.450
Bezoekers instellingen 25.323
60.000
Bezoekers instell. Nnb
Aantal kunstenaars Zichtbaarheid (aantal bezoekers presentaties) Aantal ateliers / werkplekken 1)
(Aantal Projecten 30) 180
180
(Aantal Projecten 24) 220
222 2)
4425 kunstenaars/ designers in de regio Eindhoven komt oevereen met 5% van het totale aantal kunstenaars in Nederland. Een instrument om dit regelmatig te meten ten einde hier ook groei inzichtelijk te maken is nog niet voorhanden. In overleg met Stichting Ruimte wordt dit ontwikkeld.
2)
Kanaalstraat, Complex, Hemelrijken, Lidl, The Yard, Kronehoefstraat, TAC, Bergmankerkje.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
conform Raming Experimentele productie faciliteren en zichtbaar maken.
+
Bevorderen van doorgroei van kunstenaars en vormgevers naar
+
cultureel ondernemerschap. Uitstraling van Eindhoven als Designstad vergroten.
Activiteiten hebben plaatsgevonden. Activiteiten hebben plaatsgevonden (met name via fonds incidentele activiteiten).
+
Het verder uitbouwen van de relatie tussen cultuur en economie (beleid Creatieve industrie).
+
Eindhoven en de andere beleidsdomeinen binnen de gemeente.
veld. Halverwege 2010 heeft de adviescommissie Cultuur
Cultuur Totaal (bestuurlijk programma). Cultuurtotaal wil kunst en cultuur meer verbinden met de ambities van de gemeente
Nieuw beleid in ontwikkeling in samenspraak met het
0
Totaal haar advies voor de gewenste ontwikkelingen op het gebied van kunst en cultuur in de toekomst en de scan van het culturele veld afgeleverd. 2011 is door
Doelstelling is dat gesubsidieerde instellingen qua activiteiten
- 241 -
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.6 Laboratorium- en Designstad
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Economie & Cultuur, Strategie
invulling geven aan het economische, sociale of ruimtelijke
het college aangemerkt als overgangsjaar waarin de
domein. In 2009 is een aantal Cultuur Totaal projecten uitgevoerd
instellingen (met uitzondering van de instellingen op
en wordt een effectennota opgesteld waarin de contouren van
het gebeid van Cultuurhistorie) in principe zo veel
Cultuur Totaal duidelijker worden gesteld. In 2010 moeten alle
mogelijk dezelfde subsidie krijgen als in 2010.
gesubsidieerde instellingen zich inspannen om mee te bewegen in de richting die de gemeente aangeeft met Cultuur Totaal. Het
Het advies van de commissie Cultuur Totaal bood te
gaat om een geleidelijk proces.
weinig aanknopingspunten voor het verstrekken van subsidie aan instellingen daarom heeft het college in het najaar van 2010 besloten inhoudelijke visies te gaan ontwikkelen met het culturele veld teneinde in de eerste helft van 2011 te komen tot het inhoudelijk toetsingskader voor subsidieaanvragen 2012.
In het ruimtelijke domein wordt o.a. gezocht naar verbindingen
Zie hierboven.
0
van kunst en design met ontwikkelingen in de openbare ruimte.
Zie hierboven.
In het economische domein wordt o.a. gezocht naar een duidelijker benadering van de creatieve industrie vanuit de
0
gemeente en naar een bijdrage vanuit cultuur aan het vestigingsklimaat alsmede cultureel ondernemerschap. In het sociale domein wordt o.a. gezocht naar de verbinding met
Zie hierboven.
0
emancipatie beleid, participatie en het diversiteitbeleid.
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
33
30
30
24
3
4
8
Nb*
- Aantal subsidies voor experimentele activiteiten - Aantal activiteiten CultuurTotaal *
Op het moment van opstellen van de begroting was nog niet bekend dat er gewerkt zou gaan worden met een adviescommissie. Door de inschakeling van de commissie Cultuur Totaal is het anders gelopen dan voorzien en zijn er met instellingen geen concrete afspraken gemaakt over Cultuur Totaal projecten.
Wat heeft het gekost Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 Exploitatielasten
5.095
Exploitatiebaten Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
Rekening 2010
Afwijking
4.913
V 182
477
611
V 134
V 2.472
V 2.536
V 64
N 2.146
N 1.766
V 380
- 242 -
Kunst, Cultuur en Sport Raadsprogramma:
4 Kunst, Cultuur en Sport
Programmaonderdeel:
4.6 Laboratorium- en Designstad
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Maatschappij en cultuur
Sector:
Economie & Cultuur, Strategie
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
V 150
-
reserves Ontvangsten Brabantstad SIIB middelen die in 2009 al waren ingezet,
V 150
maar in 2010 zijn ontvangen. In 2009 had dit bedrag als ‘nog te ontvangen’ opgenomen moeten worden wat abusievelijk niet gebeurd is. Het voordeel in 2010 compenseert de nadelige afwijking in 2009. Studentenstad: middelen t.b.v. het driejarige project Studentenstad
V 99
V 99
Eindhoven welke zal eindigen in december 2011. Overige afwijkingen: Totaal
V 83
N 16
V 64
V 131
V 182
V 134
V 64
V 380
-
Wat zijn de risico’s Nieuwe risico’s: Brabantstad Culturele Hoofdstad 2018 Het risico bestaat, dat als gevolg van de voorgenomen bezuinigingen het draagvlak voor Brabant Culturele Hoofdstad 2018 bij de culturele instellingen niet de hoogste prioriteit zal hebben. Bovendien is het de vraag of € 10.000.000 kan worden vrijgemaakt binnen de gemeentelijke begroting als cofinanciering voor de provinciale bijdrage. Toelichting: Provincie Noord-Brabant stelt € 50 miljoen beschikbaar en vraagt vervolgens de B5 steden ieder €10 miljoen bij te dragen.
- 243 -
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.1 Parate dienstverlening en crisisbeheersing
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Control
Wat hebben we bereikt Doelstelling: b
Voorkomen en zoveel mogelijk beperken van crisissituaties, branden en ongevallen.
b
In geval van crisis, brand of ongeval, de menselijke en materiële schade zoveel mogelijk beperken.
Op 21 december 2010 heeft het college besloten tot de definitieve ontvlechting van de brandweerzorg uit de gemeentelijke organisatie, met terugwerkende kracht tot 1 januari 2010. Nadat het personeel al in juli 2008 is overgegaan naar de Veiligheidsregio Brabant Zuidoost is nu ook het materieel overgedragen en wordt de brandweerzorg in Eindhoven uitgevoerd op basis van een herziene dienstverleningsovereenkomst om bovengenoemde doelstellingen zo adequaat mogelijk uit te voeren.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Het aantal nodeloze alarmeringen is afgenomen,
Preventieve en repressieve brandweerzorg. +
maar blijft een probleem. Vanuit de Veiligheidsregio wordt hieraan expliciet gewerkt om terugdringen te verbeteren.
Preventieve en repressieve rampenbeheersing.
+
Aantal geplande oefeningen is gerealiseerd evenals oefening grootschalig optreden. Door het van kracht worden van het gebruiksbesluit
Bredere inzet van personeel en middelen om met name 0
vergunningverlening, toezicht en handhaving te optimaliseren.
blijft nog circa 15% van het aantal gebouwen gebruiksvergunningplichtig.
Verdere samenwerking met de partners in hulpverlening zowel
+
lokaal als bovenlokaal. Vergroten van het veiligheidsdenken en -bewustzijn bij de
+
betrokken partijen (waaronder burgers).
De Veiligheidsregio is een netwerkorganisatie
Project “Community safety”; bewustwordingsproces rondom veiligheid is in 2010 gestart. Repressieve kwaliteit is mede afhankelijk van goed
Naast samenwerking en veiligheid staan de komende jaren de kernbegrippen kwaliteit, beheer en beheersing voor de
0
brandweer en de rampenbestrijding centraal.
oefenen en dit meetbaar maken. Is niet geheel volgens planning verlopen; wel vooruitgang, planning is bijgesteld.
- 244 -
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.1 Parate dienstverlening en crisisbeheersing
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Control
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
2.830
2.530
2.390
2.689
31
18
40
10
REPRESSIE Basis brandweerzorg Uitrukken specialismen PREVENTIE Adviezen vergunning Aantal meldingen vergunningen Advisering vergunning derden Controle en handhaving bestaande objecten Controle en handhaving evenementen
92
21
25
45
Nvt
145
125
75
585
627
566
321
2.134
1.764
2.320
1193
355
235
600
752
255
287
280
230
(aantal meldingen; klein en groot) Tijdelijke vergunningen
Toelichting afwijking outputindicatoren: Uitrukken Totaal aantal uitrukken in gemeente Eindhoven = 2.689 inclusief nodeloze alarmeringen (1.424). Waarvan prio 1 = 2.109, prio 2 = 517, prio 3 = 37, prio > 3 = 26; uitrukken, waaronder specialismen, zijn niet planbaar. In de regio Zuidoost Brabant wordt uitgerukt op basis van operationele grenzen. Dit houdt in dat indien zich ergens een incident voordoet, het snelst aanwezige korps(en) wordt gealarmeerd en niet standaard het korps van de betrokken gemeente. De specialismen, alarmcentrale, VC-II, ROGS, WVD, specialistische voertuigen (watercontainer, HV, etc.), duiken, gaspakken zijn regionaal verdeeld over een aantal korpsen. Op basis van leidraad ongevallen gevaarlijke stoffen (2008) blijven de gaspakteams in Helmond en Eindhoven aanwezig. Het duikspecialisme wordt momenteel onderzocht. Inzet over de operationele grenzen heen en inzet van specialismen geschiedt financieel om niet.
Controles en handhaving bestaande projecten De formatie van Toezicht en Handhaving is aangepast obv de laatste bezuinigingsronde; de raming van de aantallen controles is hierop niet aangepast. Daarbij is besloten de frequenties van de controles in de risicoklasses C en D van de evenementen te verlagen. Het aantal controles is afgenomen in verband met de implementatie van de zienswijzeprocedure voor de afdeling juridische zaken van VTH (in overleg met de heer Kraakman). Dit houdt in dat voor controles in het kader van het gebruiksbesluit meer aandacht wordt besteed aan vakinhoudelijke sturing. In overleg met VTH is een proef gestart in 2010 om de zienswijze af te laten werken door de inspecteur zelf. De pilot is afgerond en zal in overleg met de gemeente Eindhoven worden ingepast in het werkproces van de afdeling. Deze zienswijze is binnen de afdeling verwerkt. Hiervoor heeft aanpassing van het controleplan plaats gehad in het laatste kwartaal van 2010. Inspecteurs zijn nu capaciteit kwijt aan panden die niet binnen de risicoklassering vallen van het controleplan. Hierdoor zal dan ook een afname herkenbaar zijn in de programmatische controles. Daarnaast is er een aanvang gemaakt met het project terugdringen nodeloze alarmeringen.
- 245 -
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.1 Parate dienstverlening en crisisbeheersing
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Control
Gebruiksvergunningen De gebruiksvergunningen zijn in de raming geschat op dit aantal naar aanleiding van de komst van het Gebruiksbesluit. Daarin is een aantal categorieën niet meer vergunningplichtig. Het aantal minder beoordeelde bouwaanvragen heeft duidelijk met de economische crisis te maken. Er worden minder grote bouwwerken uitgevoerd.
Advisering vergunning derden: Aantallen cumulatief indien opgenomen in de VROM-vergunning. Totaal aantallen afhankelijk van wijziging in wet- en regelgeving als ook door economische ontwikkeling bij ontwikkelaars.
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
-
Totaal (netto) investering
Afwijking
2.137
N 2.137
Toelichting afwijking investeringen: Dit betreft administratieve boeking i.v.m. de ontvlechting Brandweer. De panden van de brandweer blijven (vooralsnog) eigendom van de gemeente en zijn derhalve uit de administratie van de brandweer aan de administratie van de gemeente toegevoegd. Dit is een voordeel bij de administratie van de Brandweer.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
12.821
13.389
N 568
Exploitatiebaten
272
278
V6
N 12.549
N 13.111
N 562
V 46
V 46
Exploitatiesaldo voor mutaties reserves Stortingen in reserves Onttrekkingen uit reserves Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
V 46
V 46
N 12.503
N 13.065
Toelichting afwijking exploitatie
N 562
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
reserves De Veiligheidsregio heeft een nadelig resultaat van € 580.000 als
N 580
gevolg van: - verminderde leges-inkomsten ad € 280.000 - overschrijding inhuurbudget € 200.000 - meer uitgegeven aan nieuwe uniformen € 100.000 Als gevolg van het onderbrengen van de brandweer in de
- 246 -
N 580
Structureel
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.1 Parate dienstverlening en crisisbeheersing
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Control
gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant Zuidoost, dient de gemeent het tekort tbv Brandweerzorg Eindhoven bij te betalen. Met de VR is afgesproken dat zij het tekort a.g.v. de kostenoverschijding (ad € 300.000) zelf gaan oplossen maar mocht dit niet lukken dan is de rekening alsnog voor de gemeente en dus nagekomen resultaat 2010. Overige afwijkingen: Totaal
V 12
V6
V 18
N 568
V6
N 562
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: Discrepantie in de begroting van de Veiligheidsregio en de gemeentelijke begroting.
Nieuwe risico’s: De Veiligheidsregio heeft een nadelig resultaat behaald op het onderdeel Brandweerzorg Eindhoven van € 680.000. De oorzaak zit in de achterblijvende leges-inkomsten ad € 280.000 (in de tweede Turap is een nadeel van € 250.000 gemeld) daarnaast is er een overschrijding aan de kostenkant als gevolg van uitgaven voor nieuwe uniformen (+ € 100.000) en meer kosten voor inhuur derden als gevolg van het arbeidstijden besluit (+ € 200.000). Er vinden momenteel gesprekken plaats met de VR hoe ze deze tekorten gaan oplossen.
- 247 -
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.2 Veiligheid en handhaving
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Openbare Orde & Veiligheid, Mens en Maatschappij, Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu Gebiedsontwikkeling, Economie &Cultuur, Zorg & Inkomen Vergunning Toezicht & Handhaving
Wat hebben we bereikt Doelstelling Handhaving: Het verbeteren van het naleefgedrag van burgers en bedrijven en daarmee bijdragen aan het verbeteren van de veiligheid en leefbaarheid en aan de realisatie van andere beleidsdoelstellingen. Toezicht en handhaving efficiënt en integraal uitvoeren met als sleutelbegrippen: één aanspreekpunt, samenwerking met partners, transparant, snel, samenhangend en consequent.
Doelstelling Veiligheid: Eindhoven moet sociaal veiliger worden, in de eerste plaats op de vastgestelde prioriteiten uit het Beleidskader veiligheid. Daarnaast wordt veiligheid als een facet van vele beleidsvelden gezien, waarin preventief en randvoorwaardelijk stevig kan worden bijgedragen aan een veiligere stad. In het beleidskader integrale veiligheid 2010-2013 wordt een forse veiligheidsvergroting als strategisch doel gesteld, die zowel betrekking heeft op de objectieve veiligheid als op veiligheidsbeleving van de inwoners van Eindhoven. De veiligheidsbeleving wordt gemeten door de veiligheidsmonitor. Met het Beleidskader veiligheid 2010-2013 brengen we focus aan op 9 prioriteiten, zonder afbreuk te doen aan de inzet op de overige onder de noemer veiligheid belegde thema’s. Gekozen is voor een combinatie van persoonsgerichte en delictgerichte aanpak. De prioriteiten waarvoor deze doelstelling geldt, zijn vermogensdelicten (woninginbraak, auto-inbraak, overval en fietsdiefstal), woonoverlast en risicojeugd. Voor de prioriteiten geweld, veilig uitgaan en georganiseerde criminaliteit zijn meer bijzondere targets bepaald die in de loop van 2011 verder worden uitgewerkt. Werken aan veiligheid dient een verdere verschuiving te ondergaan van curatief en handhavend/ repressief optreden naar preventie en proactie. Middels het jaaractieplan 2010-2011 is verder uitvoering gegeven aan het Beleidskader Integrale Veiligheid. De doelstelling voor 2010 is een reductie van 5% op de aangiften en overlastmeldingen. Eind 2010 kon een resultaat op 7 speerpunten worden genoteerd van 15% reductie.
Effectindicatoren Veiligheid: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
Verbeteren van de veiligheidsbeleving van de Eindhovenaren - % Eindhovenaren dat zich wel eens onveilig voelt
-
-
- % Eindhovenaren dat zich wel eens onveilig voelt in de eigen buurt
-
27%
- Verloedering (0=weinig, 10 = vaak voorkomend)
-
4,0
- Overlast (0= weinig, 10= vaak voorkomend)
-
-
Toelichting afwijking effectindicatoren: Veiligheidsbeleving (% voelt zich wel eens onveilig in de eigen buurt) bedroeg in 2009 op basis van de eerste meting van de Veiligheidsmonitor 27%. Op basis van deze nulmeting dienen de targets voor 2011 en 2013 nog te worden bepaald. De resultaten van de Veiligheidsmonitor 2010 zijn pas in juni 2011 bekend. De effectindicatoren voor Handhaving zijn nog in ontwikkeling.
- 248 -
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.2 Veiligheid en handhaving
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Openbare Orde & Veiligheid, Mens en Maatschappij, Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu Gebiedsontwikkeling, Economie &Cultuur, Zorg & Inkomen Vergunning Toezicht & Handhaving
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Een verdere afstemming van handhavingactiviteiten
Met het fysiek samenbrengen van bijna alle
onderzoeken en waar mogelijk integraal handhavend optreden.
handhavingsexpertises binnen de sector VTH, is de samenwerking direct geïntensiveerd en wordt op relevante thema’s een signaalfunctie voor elkaar +
ingevuld. I.h.k.v. het Project Dienstverlening toezicht en handhaving met een looptijd tot 2015 krijgt de integrale benadering nadrukkelijk aandacht en wordt die manier van werken geborgd in werkprocessen en protocollen.
Opstellen van jaarlijkse gemeentebrede integrale
In 2010 is voor toezicht en handhaving een
handhavingprogramma’s.
programma opgesteld waarbinnen duidelijk speerpunten zijn benoemd en waarin de in te zetten 0
capaciteit in fte’s is vastgelegd. We spreken pas van een volwaardig programma in geval het programma ook voorziet in een planning gebaseerd op aantallen te controleren objecten en bedrijven, hetgeen in 2011 wel het geval zal zijn.
Handhaving op afgegeven vergunningsvoorwaarden.
+
Op alle verleende omgevingsvergunningen wordt toezicht uitgeoefend.
Doorontwikkeling sector VTH: de sector wordt ingericht en gaat
Deze taken krijgen nadrukkelijk aandacht i.h.k.v. het
werken volgens het kwaliteitshandvest “Dienstverlenen doen we
Project Dienstverlening toezicht en handhaving met
zo”; inrichting VTH loket voor burgers op het inwonersplein en
een looptijd tot 2015. Bedoelde taken zijn met enige
voor bedrijven op het ondernemersplein is in 2009 gebeurd. In
vertraging in gang gezet maar worden gefaseerd
2010 evaluatie van 1e fase en borging van behaalde resultaten.
conform vastgesteld tijdspad ingevoerd.
De uitvoering van casemanagement (zowel bij het aanvragen
0
van vergunningen als in geval van toezicht en handhaving krijgt de klant één vast aanspreekpunt die zijn ‘case’ afhandelt) is ingevoerd in 2009 en loopt door in 2010. Het onderzoek naar de samenhang en integraliteit voor klanten (‘Publiekswijzer’) loopt ook door in 2010. Uitvoering conform raming verlopen. Alle brieven in
Dienstverlening: ontwikkeling “1 in heldere taal”: deze training +
loopt door in 2010.
het kader van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO) zijn ingericht op Heldere
Er moet meer aandacht komen voor heldere en begrijpelijk taal,
- 249 -
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.2 Veiligheid en handhaving
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Openbare Orde & Veiligheid, Mens en Maatschappij, Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu Gebiedsontwikkeling, Economie &Cultuur, Zorg & Inkomen Vergunning Toezicht & Handhaving
zowel in mondelinge communicatie als brieven.
Taal. Doorloop in 2011
Dienstverlening: door middel van digitaliseren (onder andere
Doorloop in 2011. Project is ondergebracht bij de
door middel van handhelds) de informatiegestuurde toezicht en
werkgroep 'Kanaalsturing' van de gemeente.
handhaving verder ontwikkelen.
Verwachting is dat in de tweede helft 2011 onderzoek naar uitbreiding persoonlijke digitale +
dienstverlening zal plaatsvinden, waarbij ook gekeken wordt naar de koppeling tussen gegevens over bouwvergunningen en 'mijn zaken'-portaal. Realisatie is gepland voor 2012. Een groot deel van de handhelds is vervangen in 2010.
Invoering Wabo per 1-1-2010. Casemanagement (één
Invoering WABO per 1-10-2010. Coördinatie vraagt
aanspreekpunt voor vergunningen, toezicht en handhaving)
nog veel tijd, aantal aanvragen lijken vooralsnog niet
wordt in 2010 verder toegepast bij de Wabo. Via het Platform
terug te lopen door WABO.
Integrale Handhaving Eindhoven(PIHE) gestructureerde
0
afstemming verzorgen op het terrein van toezicht en handhaving gericht op een adequate (gebieds/ probleemgerichte) aanpak. Uitvoeren van het gemeentebrede toezicht- en handhaving-
Het programma is uitgevoerd conform planning. Er
programma 2010. De hiervoor geformuleerde ambitie en
zijn meer objecten en bouwwerken gecontroleerd
doelstellingen proberen we te realiseren door de uitvoering van
+
het gemeentebrede toezicht en handhavingprogramma 2010 dat volgens het hiervoor beschreven gemeentebrede
dan gepland als gevolg van de keuzes (prioriteiten) die zijn gemaakt voor wat betreft de inzet van de beschikbare capaciteit in 2010.
samenwerkingsconcept tot stand is gekomen. In 2010 is het programma voor toezicht en de
Het handhavingprogramma en veiligheidsprogramma uitvoeren.
handhaving gericht naar bestuurlijk vastgestelde speerpunten:
b b b b b
Aanpak verloedering in de stad Integrale veiligheid Gebiedsgerichte werkplannen Bestuurlijk gevoelige zaken Uitvoeren wettelijke taken op het gebied van bouwen, brandveiligheid, milieu.
0
Naast de uitvoering van vele bestaande gemeentelijke veiligheidstaken heeft 2010 vooral in het teken staan van het ontwikkelen en uitvoeren van nieuwe veiligheidstaken die vanwege de terugtrekking van de inzet van de politie moeten landen binnen de gemeentelijke organisatie. Hiertoe zijn gemeentebrede en gebiedsgerichte actieplannen opgesteld. Een deel van de acties heeft een toezichthoudend en handhavend karakter gekregen.
- 250 -
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.2 Veiligheid en handhaving
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Openbare Orde & Veiligheid, Mens en Maatschappij, Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu Gebiedsontwikkeling, Economie &Cultuur, Zorg & Inkomen Vergunning Toezicht & Handhaving
De bestaande veiligheidstaken zijn gericht op de aanpak van woonoverlast, risicovolle bedrijven, constructieve veiligheid, brandveiligheid aanpak woonoverlast, jeugdoverlast, taxitoezicht en cameratoezicht. Nieuwe taken zijn de inzet tegen vermogensdelicten (woninginbraken, fietsendiefstallen, overvallen en auto-inbraken) Omdat het jaar niet op alle T&H onderdelen is aangevangen met een getalsmatig ingestoken uitvoeringsprogramma, kan niet worden aangegeven dat de planning op alle onderdelen is gehaald. In 2011 wordt overigens wél gewerkt met kwantitatief ingestoken uitvoeringsprogramma.
Actuele ontwikkelingen veiligheid Het afgelopen jaar is ingezet op verbreding van de
Veiligheid wordt als een facet van vele beleidsvelden gezien.
inzet op veiligheid, zowel vanuit de sector OOV, de directie veiligheid als de overige direct betrokken sectoren GBO, M en M en VTH. De aanpak risicojeugd is in netwerkverband gedeconcentreerd naar de wijken waar zich de problemen voordoen. Met GBO en VTH zijn afspraken 0
gemaakt over de aanpak van vermogensdelicten (fietsendiefstal, auto-inbraken, woninginbraken en overvallen), en risicojeugd binnen de buurten waarvoor een buurtcontract is opgesteld en voor de wijken die als actiegebied zijn gekwalificeerd. Hiermee lift de aanpak mee op het organiserend vermogend dat in die gebieden aanwezig is. Over de aanpak van woonoverlast zijn nog aanvullende afspraken nodig. Sinds medio 2010 zijn een sectorberaad en een
Veiligheid als facetbeleid vergt een nieuwe aansturingstructuur
stuurgroep veiligheid ingesteld, ten behoeve van strategische afstemming van veiligheidsvraagstukken op de 9 speerpunten van beleid. Naar aanleiding van bestuurlijke zorgen over de -/-
voortgang van- en de wijze waarop gemeentelijk de aanpak van veiligheid wordt vormgegeven, is een proces van doorontwikkeling van de organsiatie van veiligheid gestart naar een afdeling veiligheid, waarin de directe en beleidsmatige sturing op de speerpunten van beleid geborgd is. De nieuwe organisatiestructuur zal naar verwachting in de loop
- 251 -
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.2 Veiligheid en handhaving
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Openbare Orde & Veiligheid, Mens en Maatschappij, Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu Gebiedsontwikkeling, Economie &Cultuur, Zorg & Inkomen Vergunning Toezicht & Handhaving
van het voorjaar staan. Voor 6 speerpunten, te weten vermogensdelicten (4),
Er wordt een focus aangebracht op 9 speerpunten.
risicojeugd en woonoverlast is de afspraak gemaakt om deze op stadsdeelniveau of op wijk/ buurtniveau aan te pakken op basis van aanwezig organiserend vermogen of de onveiligheidsscores op hotspots. De thema’s veilig uitgaan en (relationeel) geweld
0
zullen in 2011 prominent worden aangepakt. Met de aanpak van de georganiseerde criminaliteit is in de laatste maanden van 2010 in B5-verband een strategische start gemaakt met actieve steun van het rijk en de provincie. De inzet die nu wordt voorbereid wordt in het voorjaar 2011 operationeel gemaakt.
Over de voortgang wordt gecommuniceerd, onder andere door
De Eindhovense Veiligheidsindex is voor 7 van de 9
een Eindhovense Veiligheidsindex.
speerpunten gereed en zal in maart 2011 operationeel zijn. Hij zal tweemaal per jaar op de
+
gemeentewebsite worden geplaatst. Voor interne sturing zal een maandbericht op de speerpunten worden uitgebracht. Ook dit is conceptueel gereed.
Werken aan veiligheid dient een verdere verschuiving te
De uitrol van op preventiegerichte delictaanpak op
ondergaan van curatief / handhavend / repressief optreden naar
het vlak van vermogensdelicten maakt een doorstart
preventie en proactie.
in 2011 op buurt- en wijkniveau. Ten aanzien van de +
aanpak risicojeugd gaan handhaving en preventie hand in hand. In de aanpak van de georganiseerde criminaliteit ligt de focus vooral op repressie en harde, casuïstiekgerichte aanpak.
Outputindicatoren Handhaving: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
- Gecontroleerde objecten bouwtoezicht
900
1150
- Gecontroleerde panden Woontoezicht
400
634
1190
1207
- Gecontroleerde inrichtingen Milieutoezicht
Toelichting afwijking outputindicatoren: Het aantal gecontroleerde bouwvergunningen is meer dan begroot. De verwachte daling als gevolg van de kredietcrisis en de invoering van de WABO is lager dan verwacht. De WABO is weliswaar later ingevoerd (3e kwartaal), maar ook na invoering valt de verwachte daling mee. De kredietcrisis leidt in de praktijk niet tot minder aanvragen, maar tot meer gewijzigde (eenvoudige) en kleine aanvragen. Het aantal grote plannen is wel gedaald. Het aantal woonoverlast panden dat gecontroleerd is door de toezichthouders wonen is ook groter door efficiencyverbetering, uitbreiding van de capaciteit en prioriteit in dat team.
- 252 -
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.2 Veiligheid en handhaving
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Openbare Orde & Veiligheid, Mens en Maatschappij, Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu Gebiedsontwikkeling, Economie &Cultuur, Zorg & Inkomen Vergunning Toezicht & Handhaving
Outputindicatoren Veiligheid: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
-
-
Verbeteren van het veiligheidsniveau in Eindhoven - slachtoffers woninginbraak - % Eindhovenaren dat denkt dat inbraak in woning vaak voorkomt - aangiften inbraken per 1000 woningen - slachtoffers autocriminaliteit (eigen buurt) - aangiften diefstal af/uit auto - slachtoffers geweld - aangiften geweld
-
15,2%
25,3
26,2
-
17,9%
4.510
3.671
-
-
3.233
2.933
3821
- Reductie op de politiecijfers aangiften en overlastmeldingen *
*
95
85
Het indexcijfer (2005 t/m 2008 = 100) dient in de jaren 2010 tot en met 2013 jaarlijks met 5 procentpunten af te nemen. Eind 2010 bedroeg de index voor de speerpunten waarop indicatoren beschikbaar zijn (vermogensdelicten, jeugdoverlast, woonoverlast drank/ drugs en geweld/ mishandeling 85.
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 365
Totaal (netto) investering
Rekening 2010
Afwijking
31
V 334
Toelichting afwijking investeringen: in 2010 zijn er 30 hand helds aangeschaft, hier is een subsidie (in het kader van het project bapts) voor ontvangen van € 60.000. De aanschaf van de overige hand helds (20 stuks), nieuwe dienstfietsen en scooters is doorgeschoven naar latere jaren.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
16.518
16.862
N 344
Exploitatiebaten
3.610
3.843
V 233
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
V 371
V 242
N 129
N 12.537
N 12.777
N 240
- 253 -
Openbare Orde en Veiligheid Raadsprogramma:
5 Openbare Orde en Veiligheid
Programmaonderdeel:
5.2 Veiligheid en handhaving
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Openbare Orde & Veiligheid, Mens en Maatschappij, Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu Gebiedsontwikkeling, Economie &Cultuur, Zorg & Inkomen Vergunning Toezicht & Handhaving
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: Van Dungen Automaten BV Schadekans:
onbekend
Financieel risico:
onbekend
Een procedure bij het gerechtshof ’s-Hertogenbosch. Het college heeft een exploitatievergunning geweigerd. Van Dungen meent dat hij hierdoor schade heeft geleden en heeft de gemeente aansprakelijk gesteld. De zaak wordt thans is hoger beroep behandeld, nadat de claim in eerste aanleg is afgewezen.
- 254 -
Burger en Bestuur Raadsprogramma:
6 Burger en Bestuur
Programmaonderdeel:
6.2 Bestuur
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Kabinet
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Bij het besturen van de stad staan de volgende uitgangspunten centraal:
b b b b b b
Het bestuur voldoet aan geldende wet- en regelgeving (rechtmatigheid); Het bestuur zet beschikbare financiële middelen zo doelmatig mogelijk in; Het bestuur stelt heldere doelen en kijkt of die worden gehaald (doeltreffendheid); Het bestuur betrekt de burgers bij het besturen van de stad waar dit mogelijk en wenselijk is (burgerparticipatie); De door het bestuur genomen besluiten zijn voor de burger helder en toegankelijk; Binnen de externe gemeentelijke communicatie dient de raad meer zichtbaar, herkenbaar en bereikbaar te worden, waarbij wordt aangegeven dat de raad keuzes maakt die voor de bevolking van belang zijn.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming De centraal gestelde uitgangspunten bij het besturen van de stad worden kwalitatief getoetst. De toetsing van de uitgangspunten vindt als volgt plaats: Rechtmatigheid: controle door de accountant.
Controle op rechtmatigheid in 2010 wordt in het +
eerste kwartaal 2011 door de accountant uitgevoerd, bij de controle op de jaarrekening.
Doelmatigheid: college onderzoeken op basis van artikel 213a
+
gemeentewet en onderzoeken door de rekenkamercommissie.
De uitgevoerde 213a onderzoeken worden toegelicht in de paragraaf bedrijfsvoering. De rekenkameronderzoeken worden toegelicht in de
Doeltreffendheid: onderzoek door de rekenkamercommissie en +
beoordelen door de gemeenteraad op basis van jaarrekening en
paragraaf bedrijfsvoering.
jaarverslag. Burgerparticipatie: de gemeenteraad beoordeelt op basis van
+
het burgerjaarverslag.
- 255 -
Burgerparticipatie wordt in een aparte paragraaf in de jaarrekening verantwoord.
Burger en Bestuur Raadsprogramma:
6 Burger en Bestuur
Programmaonderdeel:
6.2 Bestuur
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Kabinet
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
749
Totaal (netto) investering
Afwijking
118
V 631
Toelichting afwijking investeringen: V 561: In 2010 is er maar gedeeltelijk gebruik gemaakt van het budget kleine verbouwingen VTA. V 70:
De overschrijding op het project RIS/BIS is teruggedrongen door een verdeling van de kosten met de sector I&B. Het budget voor
het project Stadhuis is in 2010 nauwelijks benodigd geweest. In 2011 zal het project verder ontwikkeld worden en daarmee zal er ook gebruik gemaakt worden van het beschikbare budget.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 Exploitatielasten
Rekening 2010
33.576
Exploitatiebaten
31.918
V 1.658
1.174
1.044
N 130
V 7.344
V 7.710
V 366
N 25.058
N 23.163
V 1.895
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
Afwijking
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
reserves Bestuursorganen en grifffie Stelpost Commissie Dijkstal was niet volledig benodigd vanwege
V 168
V168
accumulatie meerdere jaren en het besluit af te zien van uitbetaling van bepaalde vergoedingen. De Dijkstalmiddelen zijn in 2009 ontvangen vanuit het Rijk om de verhoging van de vergoedingen aan Raadsleden te kunnen dekken. Diverse posten t.b.v. de Raad en het College zoals: De formatie van het
V 109
N 10
V 63
N 55
V 99
college B&W 2010, Raad in beeld, Raadscommunicatie en gemeentelijke rekenkamer. Bestuurlijke samenwerking Diversen: Werkbudget brussel, reserve GSB, SRE. Voorbereidingskosten HTCE.
N 379
V 57
V 65 N 379
Mondiale bewustwording Project Chinandega.
V 103
N 105
N2
Contactsteden.
N 54
95 V
V 41
Stedenbanden en overige subsidies en bijdragen.
V 17
- 256 -
V17
Structureel
Burger en Bestuur Raadsprogramma:
6 Burger en Bestuur
Programmaonderdeel:
6.2 Bestuur
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Kabinet
Gebiedsgericht werken De subsidieverstrekking aan bewonersorganisaties in 2009 zijn in 2010
V 333
V 333
V 128
V 128
V 50
V 50
V 949
V 949
V 31
V 31
N 22
N 22
afgerekend. Bij de afrekening is gebleken dat over 2009 € 0,33 miljoen teveel is bevoorschot en derhalve in 2010 alsnog is verrekend. Niet uitgevoerde of vertraagde projecten.
Werkbudget Woonwagenzaken is niet benut in 2010. In 2011 is dit budget meegenomen in de bezuinigingen. Door herprioritering in het sociale domein hebben een aantal projecten geen doorgang gevonden waardoor een bedrag van € 0,95 miljoen is vrijgevallen. Budget Stadsdeelplannen/buurtthermometer is nagenoeg niet gebruikt. In 2011 is dit budget meegenomen in de bezuinigingen Het budget voor ID-banen wordt niet jaarlijks geïndexeerd, terwijl de kosten wel elk jaar stijgen. Burgerparticipatie:
V 84
N 30
V 54
N 148
V 148
0
N 96
V 96
0
V 116
V 94
V 210
Het geplande debatcentrum is niet doorgegaan. Vouchersysteem: Bij de reserveringen 2010 is rekening gehouden met een overschot van € 400.000. Er is in de laatste maanden meer uitgegeven dan verwacht. Het overschot komt hiermee lager uit. Speelvoorzieningen: Bij de reserveringen 2010 is rekening gehouden met een overschot van € 400.000. Er is in de laatste maanden meer uitgegeven dan verwacht. Het overschot komt hiermee lager uit. Veiligheid & Leefbaarheid: Er zijn de afgelopen jaren minder steunpunten gerealiseerd, als waar bij de start rekening mee gehouden is. Klantcontactcentrum
V 21
Overige afwijkingen: Totaal
V 21
V 185
N 55
V1
V 132
V 1.658
N 130
V 366
V 1.895
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: Voorziening APPA Schadekans: mogelijk Financieel risico: € 2 miljoen De gemeente Eindhoven heeft geen voorziening getroffen voor de toekomstige pensioenverplichtingen ten opzichte van (voormalige) wethouders. De gemeente Eindhoven maakt de keuze om deze lasten jaarlijks op te vangen in de begroting. Hierbij ontstaat het risico dat zich bij waardeoverdracht of overlijden van wethouders incidentele niet begrote lasten voordoen.
- 257 -
Burger en Bestuur Raadsprogramma:
6 Burger en Bestuur
Programmaonderdeel:
6.3 Publieke dienstverlening
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Publiekszaken
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Vanuit een efficiënte, correcte bedrijfsvoering bepalen van de identiteit van natuurlijke personen, het vastleggen van hun gegevens in een basisregistratie en het verstrekken van informatie en documenten daaruit.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
- Klanttevredenheid - Wachttijd korter dan 20 minuten
7,6
8,1
min. 8
7,8
82%
90%
80% van de klanten
79%
Toelichting afwijking effectindicatoren: In juni is door TNS NIPO een klanttevredenheidonderzoek afgerond. Het onderzoek is onderdeel van Benchmarking Publiekszaken 2010. De gemeente Eindhoven scoort op het gebied van dienstverlening aan de publieksbalie een 7,8. Dit is hoger dan de waardering voor de gemiddelde gemeente in dezelfde grootteklasse. Omdat het onderzoeksgebied is uitgebreid met de andere balies van het Inwonersplein is het niet meer mogelijk om een trendvergelijking van enkel de Burgerzakenbalies te maken. Wel constateren we dat de score vrij stabiel is en dat derhalve gesproken mag worden van een stevige basis.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Zo optimaal mogelijk zorg dragen voor de
+
persoonsinformatievoorziening. Vastleggen en bijhouden van rechtsfeiten op grond van de wet-
+
en regelgeving die betrekking heeft op natuurlijke personen. Gebruik van geregistreerde persoonsgegevens van
+
rechthebbenden ten behoeve van het verstrekken van informatie. Verstrekken van de diverse producten op het gebied van
+
burgerzaken. Organisatie van verkiezingen.
+
Redigeren en uitvoeren van gemeentelijke wet- en regelgeving +
op het gebied van burgerzaken (bijvoorbeeld straatnaamgeving, Privacy).
- 258 -
Bij het proces organisatie van verkiezingen is reeds aangesloten bij de hernieuwde werkwijze.
Burger en Bestuur Raadsprogramma:
6 Burger en Bestuur
Programmaonderdeel:
6.3 Publieke dienstverlening
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Publiekszaken
Outputindicatoren: Realisatie 2008
- Klantcontacten (2010 betreft aantal tickets) - Documentverstrekkingen - Inlichtingenverstrekkingen
Realisatie
Begroting
Realisatie
2009
2010
2010
223.000
200.000
198.000
110.000
110.000
106.000
23.000
20.000
20.000
Toelichting afwijking outputindicatoren: Voor wat betreft het aantal klantcontacten is uitgegaan van het aantal ‘tickets taken’ zoals dat uit het bavak-systeem volgt. Het daadwerkelijk aantal klantcontacten ligt hoger omdat meerdere klantcontacten per ticket kunnen plaatsvinden. Uitgaande van productaantallen bedraagt het aantal 216.000.
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
116
Totaal (netto) investering
Afwijking
101
V 15
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
10.659
10.370
V 289
Exploitatiebaten
4.427
4.240
N 187
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
V 983
V 979
N4
N 5.249
N 5.152
V 97
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
reserves Resultaat reserve Burgerzaken
V 394
-
N4
V 390
-
N 105
N 187
-
N 292
N 100 *
V 289
N 187
N4
V 97
N 100
Minder onttrokken uit de reserve burgerzaken; e.e.a. wordt met name veroorzaakt doordat besparingen zijn doorgevoerd op advertentie- en drukwerkkosten. Daarnaast is reeds aangesloten bij de hernieuwde werkwijze inzake het proces organisatie verkiezingen. Het bedrag dat minder is onttrokken is reeds ten bate gebracht van de algemene middelen. Overige afwijkingen: Totaal
- 259 -
Burger en Bestuur Raadsprogramma:
6 Burger en Bestuur
Programmaonderdeel:
6.3 Publieke dienstverlening
Portefeuille:
Burgemeester
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Publiekszaken
* Betreft structureel nadeel inzake de lasten categorie inlichtingen en overige documenten (afdrachten aan Rijk onvoldoende in begroting opgenomen).
- 260 -
Bedrijfsvoering en Organisatie Raadsprogramma:
7 Bedrijfsvoering en Organisatie
Programmaonderdeel:
7.3 Organisatie en bedijfsvoering
Portefeuille:
Financiën, dienstverlening en organisatie
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Control
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Het goed adviseren en ondersteunen van het bestuur en het ambtelijke management op het gebied van middelenbeheer (PIOFA) en control teneinde de bestuurbaarheid op het gebied van middelen, inhoud, processen en resultaten binnen de gehele organisatie te vergroten.
Effectindicatoren: Dit programmaonderdeel levert indirect een bijdrage aan alle te realiseren maatschappelijke effecten die bij andere programmaonderdelen zijn benoemd.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Het uitvoeren van ondersteunende activiteiten zoals Bestuur- & Managementondersteuning, P&O, Administratie, Inkoop, Huishoudelijke Diensten, informatievoorziening en automatisering, Juridische Zaken, Communicatie, Bestuurlijke +
informatievoorziening, Service Centrum, Vastgoed en Uitvoering gemeentelijke heffingen. Dit gebeurt op advies en aansturing van de Directieraad. De ondersteunende sectoren Strategie, Kabinet en Control hebben hierin een adviserende en ondersteunende rol. We investeren flink in organisatie-ontwikkelingen waarbij
In 2010 is een dossier in roulatie gebracht en de
gestreefd wordt naar overzichtelijke organisatie-eenheden met
stelpost is verwerkt in de begroting.
een clustering van terreinen die elkaar het meest raken. Dit moet leiden tot efficiencyvoordelen. Het college heeft voorgesteld (kadernota 2009-2012) gedurende 5 jaar een taakstellende
+
bezuiniging van € 300.000 op formatie door te voeren van 6 fte per jaar, totaal 30 fte’s waarmee uiteindelijk een structurele besparing wordt gerealiseerd van € 1,5 miljoen per jaar vanaf 2013.
- 261 -
Bedrijfsvoering en Organisatie Raadsprogramma:
7 Bedrijfsvoering en Organisatie
Programmaonderdeel:
7.3 Organisatie en bedijfsvoering
Portefeuille:
Financiën, dienstverlening en organisatie
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Control
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
124.124-
V 126.069
1.945
Totaal (netto) investering
Toelichting afwijking investeringen: De afwijking op de investeringen kan voor € 125.943 verklaart worden door een desinvestering met betrekking tot de aandelen Endinet. De aandelen zijn op 1 juli 2010 verkocht aan Alliander voor € 113,3 miljoen. Samen met een ingecalculeerde onttrekking aan de risicovoorziening Endinet van € 12,6 miljoen is de boekwaarde van de aandelen van € 125,9 miljoen teruggebracht naar nul.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
31.171
29.008
V 2.163
Exploitatiebaten
351.124
356.705
V 5.581
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
V 5.962
V 5.441
N 521
V 325.915
V 333.138
V 7.223
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
reserves Organisatie en bedrijfsvoering Middelen Personeelsgerelateerde storting in reserves (restant opleidingsgelden
339 N
339 N
en flexibele beloning), afspraak met Georganiseerd Overleg. Personeelskosten gemeentebreed (post-actieven en stelposten
294 V
294 V
cafetariamodel en seniorenmaatregelen), uitgaven bij de sectoren. Organisatie en bedrijfsvoering CS Algemene Uitkering Gemeentefonds
5.962 V
De uitkering gemeentefonds kent voor de jaren 2008 en 2009 een gezamenlijk nagekomen resultaat van € 229.191 (V). Dit wordt helemaal veroorzaakt door een nacalculatie van de verdeelsleutels voor de WMO. Voor 2010 is € 136.166 (V) meer voor de WMO ontvangen. Wegens het late tijdstip van bekendmaking bij de decembercirculaire kon hiervoor geen bestedingsbudget meer worden toegekend. De algemene uitkering 2010 kent een voordelig resultaat van € 3.656.749. (V) Besloten is om voor onderwerpen die niet meer tot uitgaaf leiden in 2010 geen bestedingsbudgetten toe te kennen. De betreffende gelden worden ingezet voor afdekking van het bij de tweede turap geprognosticeerde jaarrekeningtekort. Bij de verzameluitkeringen
- 262 -
5.962 V
0
Bedrijfsvoering en Organisatie Raadsprogramma:
7 Bedrijfsvoering en Organisatie
Programmaonderdeel:
7.3 Organisatie en bedijfsvoering
Portefeuille:
Financiën, dienstverlening en organisatie
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Control
(gebundelde doeluitkeringen van het Rijk) blijkt een gezamenlijk voordeel van € 1.940.791 (V). De verzameluitkeringen zijn abusievelijk gedeeltelijk elders begroot. Tegenover deze inkomstenpost staan diverse uitgaven, gespreid over meerdere collegeproducten. Stelposten: Kostenverschuiving GB, bezuinigingen Don sessies en
2.651 N
2.651 N
0
221 V
0
228 V
0
138 V
0
631 V
0
inhuur, ombuigingstaakstelling inkoop, slim investeren, achterblijvende investeringen, bezuinigingen formatie en korte ketensamenwerking. (Bij veel stelposten komt het voor-/nadeel terug bij andere programmaonderdelen). Kortgeldfinanciering (o.a. voordeel financiering vaste activa),
920 V
699 N
langgeldfinanciering (o.a. voordeel rente reserves, voordeel rente activa) en rente over eigen financieringsmiddelen (o.a. nadeel rente reserves). Saldo kostenplaatsen: De afwijking op overhead van dit collegeproduct
228 V
is te verklaren door het feit dat de begroting op dit product staat en de realisatie via de kostenverdeling is toegerekend naar (bijna) alle overige collegeproducten. De afwijking op overhead van dit product moet daarom in relatie gezien worden met de overschrijdingen op de andere collegeproducten. Dividenden NRE nieuw kapitaal en BNG.
6.500 V
Reserve: strategische impulsen, sportpark Botenlaan en verbeterplan
6.362 N
996 V
365 N
bedrijfsvoering. Vrijval voorziening FLO:
925 V
925 V
Door een wijziging in de berekeningswijze van de toereikendheid van de voorziening kan een deel ad €925.000 vrijvallen 575N
Voorziening FUWA nabetaling:
575N
In 2008 heeft het traject “functiehuis 2008” gespeeld. Als onderdeel daarvan zijn functies hergewaardeerd en hebben nabetalingen plaatsgevonden, in eerste instantie alleen van het nog verschuldigde salaris. Als resultaat van een bezwaarzaak heeft het college op advies van de bezwaarcommissie echter bepaald dat ook pensioenreparatie en uitbetaling van de wettelijke rente moet plaatsvinden. Uitbetaling van de wettelijke rente heeft in 2010 plaatsgevonden. Pensioenreparatie nog niet. Daarvoor moet een voorziening worden getroffen. Rijksgelden Groenimpuls via Verzameluitkering:
325N
325N
745V
103N
€ 325.000 is vrijgevallen in het rekeningresultaat. Omdat deze uitkering echter terugbetaald moet worden als er geen besteding onder ligt, dient het bedrag opgenomen te worden als vooruitontvangen. Biomassacentrale:
848N
In 2009 en 2010 zijn de kosten voor de biomassacentrale Meerhoven voorgefinancierd uit Meerhoven. Bij het uitzoeken van deze kosten
- 263 -
Bedrijfsvoering en Organisatie Raadsprogramma:
7 Bedrijfsvoering en Organisatie
Programmaonderdeel:
7.3 Organisatie en bedijfsvoering
Portefeuille:
Financiën, dienstverlening en organisatie
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Control
bleek er een verschil van mening wie (binnen de gemeente) deze kosten moest betalen. Met een B&W besluit zijn de kosten toegewezen aan diverse posten. Vastgoed Opbrengst beheervergoedingen is lager dan begroot doordat een
614 N
614 N
614 N
279 N
138 V
141 N
0
4.322 N
4.322 V
0
0
1.891 V
0
170 N
170 N
144 V
0
1.665 V
0
142 V
0 179 N
groot aantal objecten eigendom zijn geworden van de sector Grond en Vastgoed en de beheerkosten die voordien vergoed werden door de respectievelijke eigenaren van het vastgoed niet meer in rekening gebracht kunnen worden. Huurderving als gevolg van leegstand van diverse objecten en verhuur. Op de huuropbrengsten is een voordeel van € 138.000, het betreft huuropbrengsten die nog geactualiseerd dienen te worden. Projecten worden niet begroot. De kosten worden doorbelast aan derden. Hierdoor ontstaat een overschrijding van de kosten en opbrengsten. Doorberekende kosten 5-rubriek zijn hoger als begroot. Het voordeel in
1.891 V
de 5-rubriek wordt met name veroorzaakt door het voordeel op de kapitaallasten ad € 2,1 miljoen door temporisering van de investeringen. Doorbelasting van brandweer huur, betreft een omissie in de
170 N
begroting. Vrijval reserve WK Honkbal + afwijkende vrijval tbv afdekken
144 V
kapitaallasten conform realisatie. Uitvoering gemeentelijke heffingen Opbrengsten dwangbevelen, precariobelasting, OZB en
1.665 V
toeristenbelasting. Minder afschrijvings- en onderhoudskosten belastingsysteem.
142 V
Overige afwijkingen Totaal
- 264 -
133 N
6N
38 V
101 N
2.163 V
5.581 V
521 N
7.223 V
Bedrijfsvoering en Organisatie Raadsprogramma:
7 Bedrijfsvoering en Organisatie
Programmaonderdeel:
7.3 Organisatie en bedijfsvoering
Portefeuille:
Financiën, dienstverlening en organisatie
Commissie:
Financiën en Bestuur
Sector:
Control
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: Geldlening project (HEJA) Schadekans: mogelijk Financieel risico: pm Door het college is in 2009 besloten om in het kader van een project een geldlening van € 10 miljoen te verstrekken onder de voorwaarde van het vestigen van het recht van hypotheek. Eind december is een voorschot betaald op deze lening van € 6 miljoen. Omdat de garantstelling pas beschikbaar komt als de grondtransacties bij de notaris passeren (najaar 2010), heeft de moedermaatschappij van de projectontwikkelaar voor de tussenperiode een concerngarantie verstrekt. Aanvullend verstrekt de projectontwikkelaar een tijdelijke hypotheek op andere eigendommen tot de definitieve hypotheek gevestigd wordt.
Risico Verwijderen koperen netwerk / verglazing Schadekans: mogelijk Financieel risico: € 0,6 miljoen In de loop van 2005 is de realisatie van de aansluiting van alle gemeentelijke gebouwen op glasvezel via de BRE (Breedband Regio Eindhoven) tot stand gekomen. In beperkte mate wordt nog gebruik gemaakt van het koperen netwerk. In verband met zogenaamde verglazing (toepassingglasvezel) moet uit milieuoverwegingen de koperen infrastructuur worden verwijderd op het moment dat deze niet meer wordt gebruikt. Op basis van grove inschattingen loopt de gemeente met het verwijderen van de gehele bekabeling een risico van € 600.000. Aangenomen moet worden dat de gemeente als juridisch eigenaar alleen voor deze kosten opdraait.
- 265 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.1 Wonen
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
Wat hebben we bereikt Doelstelling: b Voldoende aanbod van (betaalbare) huur– en koopwoningen. b Realisatie van zoveel mogelijk gedifferentieerd samengestelde wijken en buurten, die voor iedereen een prettige en leefbare woonomgeving bieden (in de nieuwbouw binnen de grotere exploitatiegebieden zal het aandeel betaalbare huur- en/of koopwoningen gemiddeld op 30% moeten liggen).
b b b
Stevig stimuleren van collectief particulier opdrachtgeverschap. Een krachtige samenwerking met woningcorporaties, neergelegd in wederzijdse prestatieafspraken. Een sterke inzet op duurzaamheid zowel bij nieuwbouw als de bestaande woningvoorraad.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
992
1771
- Vervangende nieuwbouw
463
308
- Netto nieuwbouw
529
1463
- Nultredenwoningen
383
356
92
- Zorgwoningen
114
170
166
Nieuwbouw - Bruto nieuwbouw 1
787 351
2
436
Doelgroepen
- Woonwerkcombinaties 3 - Studentenhuisvesting - Short stayers - Wonen boven winkels
0
20
2
20
46
20
0
35
38
0
0
14
ntb
ntb
ntb
-
-
-
- Verkoop huurwoningen wcp’s
ntb
295
619
- Ingrijpende woningverbeter.wcp’s
ntb
864
589
0
0
0
- Huisvesting statushouders - Particulier opdrachtgeverschap Bestaande voorraad
- Particuliere woningverbetering 1
Dit betreft het totale woningbouwprogramma binnen de gemeentegrenzen van Eindhoven(inclusief de integrale wijkvernieuwingsopgave van ca 1000 woningen vervangende nieuwbouw). Daarnaast bouwen de omliggende gemeenten, op basis van de BSGE(BOR)afspraken, in de periode 2010-2015 nog 2077 woningen binnen hun gemeentegrenzen voor de Eindhovense opgave.
2
Wijkvernieuwingsprojecten (eerst gesloopt, vervolgens gebouwd).
3
Bij woonwerkcombinaties en short stayers wordt alleen de nieuwbouw gemonitord.
Toelichting afwijking effectindicatoren: Eindhoven heeft de laatste jaren een enorme groei van de woningvoorraad gekend. De woningbouwproductie is decennia niet zo hoog geweest. Er is nu wel enige terugval (2010), maar de productie is redelijk op pijl gebleven. In Eindhoven zijn met de stimuleringsregelingen van het rijk, provincie en gemeente in de afgelopen 1,5 jaar heel veel woningen gestart met de bouw. Alleen al
- 266 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.1 Wonen
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
door de stimuleringsregelen zijn er meer dan 1300 gestart (een deel daarvan wordt overigens in 2011 opgeleverd). Eindhoven heeft in regionaal verband afspraken gemaakt over de woningbouw. Voor de periode van 2010 tot 2015 betekent dat er bruto 3785 woningen bijgebouwd moeten worden, netto 2785. Met 787 bruto toevoegingen zitten we dus goed op schema.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Er zijn 787 woningen in 2010 opgeleverd in
Zorg dragen voor voldoende aanbod van (betaalbare) huur– en +
koopwoningen.
verschillende huur-, koopwoningen en voor doelgroepen. Er zijn verstedelijkingsafspraken gemaakt, waarin is
Met het Rijk en SRE worden in 2009 afspraken gemaakt over de +
woningbouwproductie vanaf 2010.
vastgelegd dat Eindhoven van 2010 tot 2015 3785 woningen bouwt.
Daar waar mogelijk leegstaande kantoren omzetten naar
Onderzoek afgerond en Raad over geïnformeerd. De
woningen.
beleggers van de leegstaande kantoorpanden 0
worden geconsulteerd en met de mogelijke stakeholders die geïnteresseerd zijn in huisvesting in contact gebracht. De praktijk blijkt echter weerbarstig. Projecten die binnen stuwende woningbouw en
Een duidelijke focus en hoge prioriteit in het +
vergunningverleningproces van de gemeente voor nieuwe
duurzaamheidsoffensief vielen, hebben prioriteit
locaties die in ontwikkeling zijn gebracht.
gekregen.
Daar waar de bouwvergunning verleend is wordt actief gestuurd
Er is zeer actief gestuurd op de start realisatie van +
op daadwerkelijke realisatie, door continu de vinger aan de pols
projecten in kader van de stimuleringsregeling van Rijk, provincie en gemeente.
te houden. De procentuele verdeling naar prijsklassen en eigendom van de bruto nieuwbouwproductie 2010-2015: Op de grotere woningbouwlocaties wordt 30% in de sociale
Zeker in tijden van de crisis wordt dit gehaald, we
sector gerealiseerd.
houden vinger aan de pols dat dit nu juist niet +
overschreden wordt (ivm de taakstelling tov van onze randgemeenten). Plannen waar meer sociaal komt, zoals bijvoorbeeld in Waterrijk 2b/2c worden gecompenseerd in andere plannen in Waterrijk.
- 267 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.1 Wonen
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
Convenant-afspraken gerealiseerd en concrete
Voldoende huisvesting voor doelgroepen zoals studenten, short stayers ,senioren en mensen met een functiebeperking. Hierover
+
zullen nadere concrete prestatieafspraken worden gemaakt met
projecten benoemd. Daarnaast hebben we met de corporaties voor 2010 prestatieafspraken gemaakt.
de corporaties. voor de periode 2010-2015. In 2010 zal een evaluatie van de startersregeling plaatsvinden.
-/-
Wordt 2e kwartaal 2011 in verband met prioritering in relatie tot de bezuinigingen. In bestuurlijk overleg wonen besproken en
Tweejaarlijkse rapportage over de effecten van de 0
woonruimteverhuur in 2010.
doorgeschoven naar 2011 i.v.m. afstemming corporaties.
Realisatie van zoveel mogelijk gedifferentieerd samengestelde wijken en buurten, die voor iedereen een prettige en leefbare woonomgeving bieden: De wijkvernieuwing is vol op stoom. In de evaluatie
Bij de integrale wijkvernieuwing zal de nadruk liggen op uitvoering. Het gaat hierbij om uitvoering ‘Fysieke’
+
wijkvernieuwing en het continue proces van ‘Sociale’
wijkvernieuwing worden de resultaten nader toegelicht. 2e kwartaal 2011 volgt een Raadsdossier
wijkvernieuwing.
over de evaluatie.
De uitvoering van de werkplannen / buurtcontracten vormen
Volgens afspraak is in 2010 gewerkt met
belangrijke instrumenten hierbij.
buurtcontracten voor alle bestuurlijk aangewezen +
gebieden. Volgend jaar wordt dit op eenzelfde wijze gedaan alleen worden de buurtanalyses om de 4 jaar gedaan in plaats van om de 2 jaar.
Stevig inzetten op de problematiek Achter de voordeur, waarbij
Volgens de tussenevaluatie door Daniel Giltayveth is
de gemeente Eindhoven samen met alle partners georganiseerd
de participatie goed op gang gekomen, bewoners
aanwezig zijn in de wijken. Het doorbreken van verkokering en
nemen meer en meer verantwoordelijkheid en
bureaucratie, het toewerken naar andere werkwijze en
+
samenwerkingsvormen en het leveren van toegesneden
werken samen aan de wijk, de achter de voordeur aanpak is inmiddels een gewaardeerde aanpak waarbij ook de vervolgstappen steeds meer
maatswerk zijn de fundamenten van de aanpak.
verankerd raken in de dagelijkse praktijken van de vele betrokken instanties. De resultaten van de evaluatie wijkvernieuwing in 2010 gaan
Wordt toegevoegd in Raadsdossier over evaluatie
handvatten bieden voor het formuleren van de opgaven die er
IWV in 2e kwartaal 2011. Er is wel een visitatie van de
na 2010 nog liggen in de betreffende wijken. Daarnaast moeten
-/-
uit de evaluatie lessen te trekken zijn voor de te volgen
Krachtwijken uitgevoerd.
werkwijze en voor de wijze waarop bewoners een plek krijgen bij vernieuwingsprocessen in hun buurt. Medio 2011 volgt een evaluatie met aanbevelingen
Aandacht voor collectief particulier opdrachtgeverschap. In de periode 2010-2015 zullen ca 800 woningen in collectief
0
particulier opdrachtgeverschap (CPO) worden gebouwd.
voor het vervolg. Zie hieronder projecten.
Enkele concrete projecten hierbij zijn: Landhof
-/-
- 268 -
Landhof heeft enige vertraging opgelopen, vanwege de onduidelijke kaders aan de voorkant t.a.v. CPO.
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.1 Wonen
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Bloemenbuurt-Zuid
Sector:
De plannen die in 2011 opgestart zouden worden
+
Polynormbuurt
zijn in 2010 al opgepakt.
+
Blixembosch Noordoost
Gebiedsontwikkeling
Geheel opgeleverd. Door complexe planvorming en discussie over extra
-/-
weg is het plan vertraagd. M.u.v. Trudo zijn met de corporaties voor 2010 en
Er worden bilaterale prestatieafspraken gemaakt tussen corporaties en gemeente. Dit gebeurt per jaarschijf maar ook
2010-2015 prestatieafspraken gemaakt. De
+
voor een voortschrijdend meerjarenprogramma van 5 jaar. Te
commissie is hierover geïnformeerd.
beginnen voor de periode 2010-2015. Duurzaamheid in de kwaliteit van bouwen en wonen.
In de prestatieafspraken is sinds 2008 een passage
Eind 2009 wordt het uitvoeringsplan Kwaliteit in bouwen en
gewijd aan duurzaamheid. Elk jaar wordt deze verder
wonen vastgesteld. Het uitvoeringsplan Kwaliteit in bouwen en
aangescherpt en in 2010 zijn enkele corporaties
+
wonen zal de komende jaren worden verankerd in
bereid om met pilots op gebied van duurzaamheid te
prestatieafspraken met de woningbouwcorporaties.
leren en op termijn dit breed te gaan implementeren.
Wat heeft het gekost Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
4.777
4.752
V 25
Exploitatiebaten
2.308
2.155
N 153
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
N 152
N 789
N 637
N 2.621
N 3.386
N 765
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
reserves Er zijn in 2009 meer huizen gebouwd dan begroot. Hierdoor is de
N 227
V 227
0
N 89
N 89
ontvangst van de rijksmiddelen (BLS-middelen) voor het woonprogramma over 2009 hoger dan begroot. Deze middelen worden na ontvangst doorgestort in de voorziening woonprogramma. De begrote opbrengt is gebaseerd op de stand van de voorziening in
Ja
2008. In 2010 is bijna het volledige bedrag uitgegeven aan startersleningen. De rente over het saldo is dus veel lager dan begroot. Achter de Voordeur:
V 61
V 61
Het werkbudget van de krachtwerkers is niet geheel nodig geweest in 2010. Begin 2011 volgt de evaluatie “Achter de voordeur” met daarin de leerpunten voor het vervolg. De begrote opbrengt is gebaseerd op de stand van de voorziening in
- 269 -
N 125
N 125
Ja
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.1 Wonen
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
2008. In 2009 is bijna het volledige bedrag uitgegeven aan startersleningen. De rente over het saldo is dus veel lager dan begroot. Huurgewenning IWV:
V 48
V 48
Er zijn is in 2010 maar zeer beperkt gebruik gemaakt van de regeling huurgewenning IWV. Het project IWV-Algemeen is afgesloten. Restant wordt ingezet voor
V 220
N 220
0
V 218
V 218
N 635
N 900
IWV-projecten. De regeling huurgewenning IWV is afgelopen. De reserve huurgewenning IWV is door de Raad opgeheven naar aanleiding van het reserveringsdossier 2010. Afwikkeling realisatie projecten IWV.
N 265
Bijdrage Rijksoverheid gehandicaptenregeling.
V 397
Overig Totaal
N 400
V 11
V13
V 25
N 153
N3 V24 N 637
N 765
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: Planschadevergoeding Bosrijk- Waterrijk Schadekans:
mogelijk
Financieel risico:
pm
Als gevolg van de keuze van de Gemeente om een nieuwe weg in Bosrijk aan te leggen heeft Consortium Bosrijk planschade geleden. Ter afdekking van deze planschade is aan Consortium Bosrijk een ontwikkelingsmogelijkheid in Waterrijk in het vooruitzicht gesteld. Indien het Consortium Bosrijk in de ontwikkeling Waterrijk minder ontwikkelresultaat zou behalen dan 5%, zal de gemeente dit mindere financiële deel compenseren aan Consortium. De gesprekken met het consortium bevinden zich in een afrondende fase. Aanbesteding Doornakkers Schadekans:
onbekend
Financieel risico:
€ 4 miljoen of meer
In oktober 2009 heeft de Europese Commissie een met redenen omkleed advies uitgebracht aan de Nederlandse staat, waarbij de Europese Commissie zich op het standpunt stelt dat de Nederlandse staat in de context van de gunning van een concessieovereenkomst voor openbare werken door de gemeente Eindhoven de verplichtingen die voortvloeien uit het Europese Verdrag niet is nagekomen. In de Raadsinformatiebrief van 9 oktober 2009 is de raad hierover geïnformeerd. De Nederlandse staat heeft, in overleg met de gemeente Eindhoven, op 7 december 2009 haar reactie aan de Europese Commissie kenbaar gemaakt. Deze houdt in dat de staat namens de gemeente van mening is dat er geen sprake is van een concessieovereenkomst maar van louter een grondverkoop, waarbij de gemeente uitsluitend publiekrechtelijke eisen heeft gesteld. De gemeente heeft het contract dan ook niet aangepast. Zie de Raadsinformatiebrief van 23 november 2009. Op 3 juni 2010 heeft de Europese Commissie besloten de zaak aanhangig te maken bij het hof van Justitie van de Europese gemeenschap. Een uitspraak kan jaren op zich laten wachten.
- 270 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.2 Openbare ruimte
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Zorgen voor een goede inrichting en goed onderhoud van de openbare ruimte. Met de onderhoudsimpuls dient een basiskwaliteit van de openbare ruimte voor alle wijken te worden behaald. Ook beogen we een grotere betrokkenheid van inwoners en instellingen bij de openbare ruimte.
Ter verbetering van een aantrekkelijk woon- werk- en leefklimaat is uitvoering gegeven aan het reguliere onderhoud o.a. door het uitvoeren van het integraal reinigingsbestek en het cyclisch- en groot onderhoud. Dit heeft in 2010 o.a. geleid tot het uitvoeren van een groot aantal projecten op het gebied van wegen, civiel technische kunstwerken en openbare verlichting. Op het gebied van verlichting zijn ook diverse specifieke projecten uitgevoerd die een direct verband hebben met duurzaamheid, versterking van de identiteit en belevingswaarde van de openbare ruimte. Hiermee is een bijdrage geleverd aan een aantrekkelijk woon- en werkklimaat en het behalen van de basiskwaliteit van de openbare ruimte. Deze basis kwaliteit is echter nog niet in alle wijken gerealiseerd: ondanks de financiële impuls zijn de budgetten niet toereikend om deze achterstand weg te werken. Dit heeft gevolgen voor de curatieve middelen: er zijn meer onvoorziene spoed reparaties nodig, waardoor overschrijdingen ontstaan. Door de thema’s duurzaamheid, toegankelijkheid, design en burgerparticipatie bij beheer en projecten te betrekken is een bijdrage geleverd aan een duurzame openbare ruimte. Dit heeft nog niet geleid tot structureel lagere kosten voor beheer, omdat het meerdere jaren duurt voordat de besparingen merkbaar zijn.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
% Eindhovenaren (zeer) tevreden
53%
65%
nvt 1)
% Eindhovenaren ontevreden
16%
15%
nvt 1)
6,2
6,2
6,6
6,4
6,3
6,3
6,6
6,6
64%
68%
nvt 1)
8%
13%
nvt 1)
tevredenheid
schoon/netjes
Tevredenheid onderhoud openbare ruimte Rapportcijfer
tevredenheid % Eindhovenaren (zeer) tevreden % Eindhovenaren ontevreden 1)
Tevredenheid inrichting openbare ruimte (wordt 1x per 4 jaar gemeten, voor het eerst weer in 2013)
Toelichting afwijking effectindicatoren: De tevredenheidscijfers worden 1x per 4 jaar gemeten. Er zijn dus geen tevredenheidspercentages over 2010. Het rapportcijfer voor heel en veilig wijkt ten opzichte van de realisatie in 2009 minimaal af. Er is een stijgende lijn zichtbaar, mogelijk als gevolg van de extra financiële impuls in de periode 2006-2010. Ten opzichte van de begroting 2010 is er met betrekking tot ‘schoon en netjes’ wel sprake van een afwijking. In de evaluatie onderhoud openbare ruimte 2010 is onderzocht wat hier de verklaring van is. De resultaten worden in 2011 gepresenteerd, waarna besluitvorming plaatsvindt over de benodigde bijsturingsacties.
- 271 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.2 Openbare ruimte
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Uitvoeren van het plan van aanpak over ‘burgerparticipatie in
Hier is o.a. invulling aan gegeven door het
openbare ruimte’. Het verder uitbreiden van experimenten als
beschikbaar stellen van het mensen wensen budget.
adoptie en initiatieven op het gebied van zelfwerkzaamheid om
Twaalf wensen van bewoners(organisaties) zijn
de betrokkenheid van bewoners en belanghebbenden bij het
vanuit dit budget gerealiseerd. Voorwaarde hierbij
beheer van de openbare ruimte te verhogen en het goed
+
ontsluiten van informatie over de openbare ruimte is hier een
was dat bewoners zelf moesten participeren. Aan de actie ‘blik opzij’ dan kan de veger erbij’ hebben in 2010 27 buurten meegedaan. De Kaboutercampagne
onderdeel van.
‘Goed Bezig’ heeft gedraaid om mensen te stimuleren in de openbare ruimte te participeren. In 2011 krijgt deze aanpak vervolg. Uitvoeren van de speerpunten uit de visie openbare ruimte. Bij
Bij de planvorming van projecten in 2010 is aandacht
de uitvoering van projecten ligt de nadruk op de thema’s
uitgegaan naar de betreffende thema’s o.a. door
toegankelijkheid, duurzaamheid (toepassen duurzame
toepassing van LED bij vervanging van lichtmasten
materialen, toepassen van voegvullingen en het verminderen
+
van energieverbruik van lichtmasten door toepassen van een
en toepassing van het handboek ‘verbeteren toegankelijkheid openbare ruimte’. Het handboek
duurzamere variant en het toepassen van selectief dimmen) en
Openbare Ruimte dat in 2010 is geïntroduceerd zorgt
burgerparticipatie.
voor verdere verankering van deze thema’s in het ontwerpproces van openbare ruimte projecten. De intensivering van het onderhoud in de
Uitvoeren van de wijkactieplannen in de krachtwijken op het gebied van de openbare ruimte, waarbij extra aandacht gegeven
+
wordt aan extra onderhoud in de openbare ruimte in deze
krachtwijken is gecontinueerd. Intensivering heeft tot zichtbare resultaten geleid (schonere en helere
wijken, onder andere door middel van inzet van het buurtbedrijf.
openbare ruimte).
Onderzoek naar de mogelijkheden om het buurtbedrijf niet
In 2010 zou een gezamenlijke opdrachtverstrekking
alleen in de krachtwijken maar ook daarbuiten in te zetten en bij
van gemeente en woningbouwcorporaties naar het
positieve uitkomst dit doorvoeren.
buurtbedrijf plaatsvinden. De woningbouwcorporaties hebben (om onduidelijke redenen) echter besloten nog niet te tekenen. -/-
Buurtbedrijf is wel in de krachtwijken ingezet, bovenstaande heeft in de krachtwijken dus geen gevolgen gehad. Streven is om de opdracht in maart 2011 te verstrekken. Door bovenstaande is nog niet onderzocht of het buurtbedrijf buiten de krachtwijken kan worden ingezet.
- 272 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.2 Openbare ruimte
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Het toepassen van design in de openbare ruimte moet de
Designers zijn bij verschillende soorten projecten
kwaliteit, beleving en het comfort van de openbare ruimte
betrokken, zoals de HOV 2 en het transferium.
verder verhogen. Design wordt als extra randvoorwaarde bij projecten in de openbare ruimte gehanteerd. Het netwerk inzake
+
Het handboek Openbare Ruimte dat in 2010 is geïntroduceerd zorgt voor verdere verankering van
design in de openbare ruimte zal hiervoor worden vergroot en
het thema in het ontwerpproces van openbare
intensiever worden benut.
ruimte projecten.
Uitvoeren van de volgende herinrichtings- en/of groot
De werkzaamheden aan de Karel de Grotelaan zijn in
onderhoudsprojecten: Heezerweg binnen en buiten de Ring,
2010 afgerond. De uitvoering van de Halve
Orpheuslaan, Huizingalaan, Karel de Grotelaan, Marathonloop.
Maanstraat is gestart. De planvorming voor de Marathonloop, Heezerweg binnen de Ring en 0
Orpheuslaan is in 2010 afgerond. Deze projecten worden in 2011 uitgevoerd. Vertraging is opgelopen door de complexiteit van de projecten. Het heeft geen gevolgen voor de totaal benodigde middelen en het te bereiken gewenste resultaat.
Naar aanleiding van de evaluatie onderhoud openbare ruimte
De aanbevelingen zijn uitgevoerd. In het tweede
(2008) worden concrete acties uitgevoerd om de
deel van 2010 is een nieuwe evaluatie van het
programmadoelstellingen te behalen: extra cyclisch onderhoud
onderhoud van de openbare ruimte opgesteld.
op veel bezochte locaties, stimuleren van acties ‘Blik opzij Veger
+
Besluitvorming hierover vindt plaats in 2011.
erbij’ en het houden van opruimacties en verbeteren klachtenafhandeling. In 2010 wordt opnieuw geëvalueerd om de effecten van de acties inzichtelijk te maken. Streeftijden zijn opgenomen in het handvest.
In 2010 wordt ten behoeve van het kwaliteitshandvest ‘dienstverlenen doen we zo’ streeftijden aangeven voor reparatie van defecten in de openbare ruimte die als melding worden
+
doorgegeven. Naar aanleiding van het Aanvalsplan Kredietcrisis worden 33
Aanvalsplan heeft niet geleid tot extra middelen voor
projecten uitgevoerd. Een aantal van deze projecten heeft
versnelde vervanging van openbare verlichting door
(in)direct betrekking op de openbare ruimte (onder andere
LED. Vervanging wordt nu in het reguliere
duurzamere en slimme openbare verlichting, wijkvernieuwing).
onderhoud meegenomen, hierdoor duurt het langer -/-
De projecten zullen een zichtbaar effect hebben in de openbare ruimte.
voordat alle verlichting vervangen is door LED. In de begroting 2011 is dit inhoudelijk verwerkt. Tevens wordt onderzoek gedaan naar de mogelijkheid van versnelde vervanging in samenwerking met externe partners.
Opstellen van een specifiek programma voor de openbare
Aan het programma is o.a. invulling gegeven door
ruimte gericht op realisatie van openbare ruimte projecten
het beschikbaar stellen van het mensen wensen
(groot en klein) waarvoor het initiatief vanuit de stad komt of
budget. Wensen van bewoners zijn vanuit dit budget
(mede) in de stad neergelegd wordt.
+
gerealiseerd. Voorwaarde hierbij was dat bewoners zelf moesten participeren. De initiatieven hebben met name betrekking op verkeersveiligheid en groen.
- 273 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.2 Openbare ruimte
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Opstellen en uitvoeren van een integraal onderhouds- en
Het integraal programma is in 2009 opgesteld en in
reconstructieprogramma, inclusief de onderhoudsimpuls om in
2010 uitgevoerd. Dit heeft echter nog niet overal tot
de gehele stad tot de afgesproken basiskwaliteit te komen.
de basiskwaliteit geleid, omdat hier onvoldoende middelen voor beschikbaar zijn. Het programma
0
2010 heeft wel een bijdrage geleverd aan het behalen van de basiskwaliteit. Om de basiskwaliteit te behalen zijn meer financiële middelen noodzakelijk.
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
0,8%
1,6%
<6%
4,7%
2,3%
2,8%
<6%
3,7%
1,1%
0,7%
<1%
0,5%
3,8%
4,9%
<3%
5,5%
Niet meer dan 10% onder de basiskwaliteit in de hele stad Item: schoon/netjes
- Zwerfvuil op verharding - Onkruiden op verharding - Hondenpoep op verharding - Rommel in/rond afvalbakken - Glas en rommel rond glasbakken - Natuurlijk vuil op verharding - Natuurlijk vuil op meubilair - Natuurlijk vuil op kunstwerken - Graffiti - Beplakking/besmeuring
-
-
<10%
-
1,9%
1,6%
<10%
1,7%
2,7%
4,3%
<10%
1,5%
1,5%
1,4%
<10%
3)
11,0%
9,0%
<10%
9,1%
-
2,4%
<10%
1,5%
13,8%
22%
<10%
19,5%
1,6%
0,8%
<10%
0,7%
Item: heel/veilig
- Wegmarkering - Straatmeubilair - Straatnaamborden - Keerwanden - Wegbermen - Bebording - Civieltechnische kunstwerken 1) - Gesloten verharding 2) - Open verharding 2) - Openbare verlichting 2) - Armaturen - Masten 1)
inspectie 1x per 4 jaar, inspectie 2007: 34%
2)
uit evaluatie onderhoud openbare ruimte 2010
3)
meting niet valide
Toelichting afwijking outputindicatoren:
- 274 -
8,7%
19,6
<7%
15,5%
3,5%
5,9%
<10%
3)
-
-
<10%
-
8,7%
3)
<10%
0,9%
-
-
-
6,3%
31%
-
<10%
27%
32%
-
<10%
32%
-
-
< 10%
30,9%
-
-
< 10%
7,4%
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.2 Openbare ruimte
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Voor de items die vallen onder schoon en netjes voldoen nagenoeg alle items aan de doelstelling. Een lichte stijging van de cijfers is zichtbaar. Dit is te verklaren door het feit dat vanaf 2010 anders gemeten wordt: de straat wordt als 1 element gezien waar de doelstelling voor geldt, terwijl voorheen de doelstelling per vak (trottoir, fietspad, rijbaan) gemeten werd. Er is dus sprake van een strengere meting. De afwijkingen bij de items heel en veilig zijn te verklaren doordat de budgetten ontoereikend zijn om de gehele stad op basiskwaliteit te brengen/houden. Dit heeft op termijn mogelijk gevolgen voor de tevredenheid van bewoners.
Wat heeft het gekost Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 Exploitatielasten
26.196
29.437
Exploitatiebaten
Afwijking N 3.241
2.679
2.924
V 245
N 1.677
N 636
V 1.041
N 25.194
N 27.148
N 1.954
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
Rekening 2010
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
reserves Curatieve middelen: Doordat niet alle wegen aan de basiskwaliteit
N 1.928
V 30
N1898 Door de achterstanden
voldoen is ten gevolge van de strenge vorst vorstschade ontstaan.
is er sprake
Alleen de noodzakelijke reparaties (vakken) zijn uitgevoerd. Extra
van een
kosten tgv vorstschade bedragen 1.250.000 euro. De overschrijding
structurele
wordt verder veroorzaakt door meer schade aan verkeersmeubilair
overschrijding
(€ 200.000), meer clandestien vuil t.g.v. een toename van het aantal
Bedrag
meldingen(€ 150.000) en een preventieve curatieve ronde in stadsdeel
fluctueert
Gestel als pilot (€ 200.000). Het voordeel op de baten ontstaat als
jaarlijks o.a. afhankelijk
gevolg van verhaalde schades die niet begroot zijn.
van de strengheid van de winters.
Ten gevolge van de strenge winters zijn er meer strooiacties uitgevoerd
N 1.444
N 1.444
dan gemiddeld begroot is (79 werkelijk t.o.v. 20 begroot). Daarnaast zijn er extra kosten gemaakt omdat a.g.v. het tekort aan zout een marktwerking op de prijzen ontstond. Sleuven degeneratie en leges kabels en leidingen: Op het moment dat derden sleuven graven in het straatwerk van de gemeente t.b.v. het verleggen van kabels en leidingen, neemt de kwaliteit van het straatwerk af. Dit moet later weer hersteld worden door de gemeente. De inkomsten van derden en de kosten van herstel zijn niet begroot. Derden moeten een vergunning aanvragen om kabels en leidingen te
- 275 -
N 304
V 363
V 58
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.2 Openbare ruimte
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
leggen en onderhouden, zodat in de planning hier rekening mee gehouden kan worden. V 1.304
Onderschrijding projecten groot onderhoud:
V 1.304
Het budget van de groot onderhoud staat jaarlijks geraamd in de exploitatie. Normaliter wordt dit geld volledig ingezet t.b.v. groot onderhoud projecten die in het verslagjaar starten. De onderhoudsprojecten worden integraal voorbereid en uitgevoerd en burgerparticipatie wordt toegepast. Voor grote onderhoudsprojecten moet “gespaard” worden. In 2010 resteert geld in de exploitatie omdat dit nog niet weggezet kon worden in projecten, maar bedoeld was als dekking voor grote projecten die vanaf 2011 zouden gaan lopen. In 2011 zal opnieuw worden bezien of de huidige exploitatiebudgetten kunnen worden opgenomen in een voorziening groot onderhoud zodat restant gelden aan het eind van het jaar niet vrijvallen. Omdat de restantmiddelen 2010 niet gereserveerd zijn, kunnen in 2011 minder onderhoudsprojecten worden opgestart en zullen de achterstanden verder oplopen. Rioolaansluitingen (kosten en opbrengsten): Omdat er minder
V 136
N 300
N 164 Structureel door minder
huisaansluitingen gerealiseerd zijn dan begroot (o.a. door
nieuwbouw.
achterblijvende woningbouw)zijn zowel de kosten als de inkomsten
Tevens is het
lager. Het voordeel op de lasten is minder dan het nadeel op de baten
wenselijk de
omdat extra kosten zijn doordat er nog nagekomen kosten zijn van een
kosten en
project uit 2009. Daarnaast is er sprake van een aantal complexe
opbrengsten
aansluitingen terwijl er sprake is van standaardtarieven.
gelijk te trekken.
N 381
Indirecte kosten. Het nadeel op de indirecte kosten wordt met name door de sector RB en ORVM veroorzaakt. De sector ORVM heeft een nadeel van € 3,7 miljoen op de indirecte kosten. Dit bestaat uit een nadeel van € 3.891.063 op Eigen personeel en Inhuur en een voordeel ad € 32.834 op de overige posten. Op eigen personeel is sprake van 14,6 fte boventallige (N 1.055.594). Inhuur is niet begroot waardoor een nadeel ontstaat ( N 2.835.469). Voor een bedrag van € 1.142.656 wordt het nadeel gedekt doordat mensen aan de projecten werken( in werkelijkheid is % meer geschreven naar projecten. Hierdoor ontstaat een voordeel ad € 661.446 op de projecten, echter dat voordeel is gestort in de reserve overhead). Voor een bedrag ad € 2.639.721 wordt dit nadeel op de indirecte kosten doorberekend naar de Collegeproducten. Op de verschillende collegeproducten wordt dit nadeel gedekt door andere bronnen, zijnde de voorziening afval, voorziening riool, reserve reserveringen KWO, reserve revolving fund energiebesparende maatregelen,
- 276 -
N 381
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.2 Openbare ruimte
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
grondexploitatie. Totaal bedraagt deze dekking € 400.000. Uiteindelijk betekent dit dat er voor de sector ORVM een nadeel op de indirecte kosten resteert van € 2.242.794. Een deel daarvan komt terug in dit raadsprogramma. In maart 2010 is de claim op het cyclisch onderhoud van maart 2006
N 76
N 76
V 207
V 207
afgewikkeld. De kosten zijn hoger, omdat de wettelijke handelsrente moet worden betaald. Deze kon vooraf niet ingeschat worden. Onderhoud verkeerslichten: lagere kosten ivm minder defecten en minder schades/aanrijdingen en iets lagere energiekosten (mogelijk door iets andere standopname en nieuwe verkeerslantaarns die door ledseinen minder energie gebruiken). Huisuitzettingen: inkomsten en uitgaven niet begroot (vooraf niet in te
N 164
V182
V 18
schatten). Kosten worden gedekt door opbrengsten. Storting bijdrage in NRE projecten. In 2006 is NRE geld beschikbaar
N 658
V 658
0
V 383
V383
N 32
0
N 32
N 229
0
0
N229
N 195
0
0
N195 Structureel.
gesteld tbv een aantal projecten. Omdat er destijds nog sprake was van een andere organisatievorm en werkwijze zijn de ter beschikking gestelde gelden destijds in een reserve van de vakdienst gestort. Op basis van de huidige systematiek zijn de gelden nu vanuit de oude vakdienstreserve via de exploitatie gestort in de reserve Maatschappelijk nut in ontwikkeling. Dit was niet begroot. Vrijval restant reserve NRE 2006 onderhoudsprojecten (conform eerdere besluitvorming dient deze reserve vrij te vallen). Opbrengst kosten landbouwbedrijf: lagere opbrengsten doordat subsidie (€ 45.000) 2010 pas in 2011 wordt uitgekeerd (uiterlijk juli 2011) en dus in 2011 geboekt. Curatief onderhoud openbare verlichting: veel schades (uitgevallen lampen) t.g.v. vorst en meer reparaties door achterstallig onderhoud. Elektra: De budgetten in de begroting zijn in het verleden niet gestegen op basis van de werkelijk tariefstijging, maar op basis van een
Bedrag
vastgestelde index. De tarieven zijn nu weer aan het dalen, maar de
afhankelijk
energiekosten zijn nog steeds hoger dan de geraamde lasten waardoor
van verbruik.
een tekort ontstaat.
- 277 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.2 Openbare ruimte
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
De geprognosticeerde uitgaven in 2010 zijn niet gehaald als gevolg
Sector:
V 473
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
0
0
V 473
van:
- Te weinig capaciteit als gevolg van een vacature beheerder openbare verlichting gedurende drie maanden;
- Uitstel van werkzaamheden naar 2011 door vroege winterse omstandigheden (november 2010);
- Wel uitvoerbare taken zijn vanaf november niet meer uitgezet in opdracht van de directieraad ( collegeproducten met een geprognosticeerd tekort mochten geen nieuwe verplichting aangaan);
- Een aanbestedingsvoordeel voor het nieuwe beheerssysteem. Vanaf februari 2011 zullen de taken weer conform afspraken worden uitgevoerd, doordat de capaciteit is uitgebreid met een ENDINET medewerker. Overige afwijkingen: Totaal
V 18
V3
0
N 21
N 3.241
V 245
V 1.041
N 1.954
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: De huidige middelen voor groot onderhoud van de openbare ruimte zijn onvoldoende om de basiskwaliteit te behalen. Door de bezuinigingen en het eindigen van de financiële impuls vanuit de NRE middelen (2010) zal het moeilijker worden om de basiskwaliteit in de openbare ruimte te bereiken. Hierdoor nemen de kosten voor curatieve werkzaamheden toe, terwijl hier al een tekort op is. Door het toenemende aantal strenge winters is het budget voor gladheidbestrijding niet toereikend. Om overschrijdingen in de toekomst te voorkomen is het structureel verhogen van de budgetten noodzakelijk. Aangezien gladheidbestrijding een wettelijke taak is, kan het niet/onvoldoende uitvoeren van deze taak leiden tot bereikbaarheidsproblemen ((i.v.m. wegen die i.v.m. veiligheid afgesloten moeten worden) en/of aansprakelijkheidsstellingen.
- 278 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.3 Groen- en recreatievoorzieningen
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Het Groenbeleidsplan is in 2001 vastgesteld met als algemene doelstelling: ‘Het duurzaam veiligstellen en ontwikkelen van hoogwaardige groenstructuur met daarin passende functies en een aantrekkelijke woon- en werkomgeving als karakteristieke kwaliteit van Eindhoven’. Deze doelstelling is verder geconcretiseerd in een groenprogramma bestaande uit de onderstaande onderdelen zoals opgenomen bij de effectindicatoren.
Naast het reguliere onderhoudsprogramma en uitvoeringsprogramma is in 2010 is bijzonder veel aandacht besteed aan de promotie van het groen in Eindhoven. Dit uitte zich onder meer het behalen van de tweede plaats in de competitie Entente Florale, groenste stad van Nederland. Geïnvesteerd is er in het bijzonder in de speelvoorzieningen. Kostenoverschrijdingen voor de bomen zijn gemaakt voor de stormschade op 14 juli en het bestrijden van de eikenprocessierups.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
Het vergroten van de tevredenheid m.b.t. het groen in de woonen werkomgeving Minimaal 70% - Tevredenheid over de inrichting en onderhoud van het groen in de woonomgeving
81%
85%
tevreden
83%
11%
11%
Maximaal
11%
15% ontevreden Min. 70% - Tevredenheid over straatbomen
83%
83%
tevreden
82%
12%
12%
Max. 15%
12%
ontevreden Min. 70% - Tevredenheid over de inrichting en onderhoud van het park in de buurt
81%
85%
tevreden
83%
11%
11%
Max. 15%
11%
ontevreden
- Tevredenheid over de speelvoorzieningen in de buurt
72%
72%
18%
17%
Min. 70% tevreden Max. 15%
78% 14%
Min. 60% - Tevredenheid m.b.t. de aanpak hondenpoep
41%
38%
tevreden
41%
46%
45%
Max. 20%
43%
ontevreden De versterking van het imago van Eindhoven als groene stad - Het percentage bewoners dat Eindhoven een groene stad vindt
- 279 -
64%
62%
Minimaal 70%
64%
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.3 Groen- en recreatievoorzieningen
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Het duurzaam veiligstellen en ontwikkelen van de hoofdgroenstructuur - Het vergroten van het percentage bewoners dat jaarlijks een van de grote stadsparken bezoekt.
73%
72%
76%
72%
Minimaal 70%
74%
De ontwikkeling van het landelijke gebied ten behoeve van recreatie en natuur - Toename van het percentage bewoners dat in een bepaald jaar in het landelijke gebied heeft gefietst of gewandeld. - De huidige natuurwaarde (2005) van de door de gemeente Eindhoven beheerde gebieden wordt gehandhaafd en waar mogelijk verhoogd.
Minimaal 70%
75%
Conform
Conform
2005
2005
Toelichting afwijking effectindicatoren: De tevredenheid over de speelvoorzieningen is significant toegenomen. Een directe samenhang met de extra investeringen die in de speelvoorzieningen zijn gedaan de afgelopen jaren ligt hierbij voor de hand. Hoewel een lichte toename te zien is in het aangegeven gebruik van de parken en de buitengebieden, is het percentage mensen dat Eindhoven een groene stad vindt nauwelijks gestegen. Hoewel de tevredenheid over hondenpoep licht is gestegen, wordt de gestelde norm niet gehaald en blijft dit ook voor de komende jaren een aandachtspunt. Natuurwaarde: De natuurwaarden zijn in 2010 voor het tweede jaar op een aantal proefvlakken opgenomen. Alle proefvlakken worden onderzocht in een cyclus van 4 jaar. Pas in het vijfde monitorjaar (2013) kunnen de eerste vergelijkingen gemaakt worden wat betreft toename of afname van de natuurwaarden.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Beheren en waar nodig ontwikkelen van een aantrekkelijk groen woon- en werkklimaat als karakteristieke kwaliteit van Eindhoven: Motto in programmalijn groen is komende jaren 'uitvoering van
Uitvoeringsprogramma 2009 is nagenoeg afgerond
de uitvoering'. Er wordt jaarlijks een stevig
(2011 gereed). Uitvoeringsprogramma 2010 is
uitvoeringsprogramma opgesteld en bewaakt.
+
vastgesteld, wordt uitgevoerd en bewaakt. Uitvoeringsprogramma 2011 en 2012 worden voorbereid.
- 280 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.3 Groen- en recreatievoorzieningen
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
De uitvoering van projecten in het Groenprogramma worden
Burgerparticipatie is een standaardonderdeel van
steeds meer in samenspraak met burgers opgepakt
groenprojecten. Waar relevant worden
(burgerparticipatie). In het bijzonder zal aandacht worden
belanghebbenden betrokken bij planvorming en
gegeven aan de participatie en samenspraak in de realisatiefase
uitvoering. Voorbeelden van projecten in het kader +
en in het kader van beheer.
van beheer met samenspraak: Dunning H. Dunantpark, onderhoudsprogramma speelvoorzieningen. Ook inrichtingsprojecten als hondenlosloopterreinen en Keverberg zijn voorbeelden van burgerparticipatie.
In 2008 is het bomenbeleidsplan vastgesteld. In 2008 en verder
Inventarisatie is gemaakt, prioriteitenlijst van de te
werken wij dit nader uit in o.a. revitaliseringsplannen voor
revitaliseren bomen is in concept gereed (2010). In
bomen voor de gehele bebouwde kom van Eindhoven.
+
Daarnaast ontwikkelen wij richtlijnen voor “de juiste boom op de
2011 wordt begonnen worden met uitvoering van een eerste selectie.
juiste plaats”. Eind 2007 is een plan van aanpak speelvoorzieningen Eindhoven
Naast het reguliere beheer en onderhoud is tot en
zuid opgesteld. De uitvoering zal in 2008 starten en doorlopen
met 2010 een aantal jaren extra geld (vnl. NRE-
tot in 2010. Daarna zal tevens Eindhoven noord worden
gelden) besteed aan het actualiseren van het
opgepakt. Dit is reeds gestart in 2009.
+
speeltoestellenaanbod in overleg met omwonenden. In 2008 is Zuid gerealiseerd. Voor 2009 en 2010 is een uitvoeringsprogramma voor de hele stad opgesteld. Hiervan is eind 2010 50% tot 60% gereed. De afronding zal plaatsvinden in 2011.
Ook binnen de programmalijn groen is dienstverlening een
Afwikkeling klachten openbare ruimte via KCC en
speerpunt. Ten aanzien van dienstverlening worden voor 2010
gebiedsbeheer. Periodiek vindt terugkoppeling
heldere en toetsbare doelstellingen opgenomen in het
plaats en zo nodig worden uitvoeringskaders
kwaliteitshandvest.
+
bijgesteld. In het kader van de dienstverlening is gereageerd op vragen van burgers Voorzieningen voor honden zijn gerealiseerd. Pilot bomenwacht is opgezet.
Het verder versterken van het imago van Eindhoven als groene stad: In het groenprogramma zijn projecten opgenomen zoals
Het groen van Eindhoven en het groene karakter van
bijvoorbeeld de groenimpuls voor het centrumgebied en
Eindhoven in algemene zin is middels een aantal
prijsvragen om op deze wijze de bewustwording van de burger
specifiek op communicatie gerichte projecten (met
te vergroten onder andere door akties in het kader van “Dag van
medewerking van externe partners) onder de
het Park”.
aandacht gebracht. Zoals: de competitie Groenste +
stad van Nederland. (Eindhoven eindigde op de tweede plaats) en de buitenspeelavonden ‘voetbal in het groen’, rondleidingen tijdens de dag van het park en de boomfeestdag en uitreikingen ‘groene handdruk’. Daarbij is mede gebruik gemaakt van de media en de gemeentelijke website Eindhoven
- 281 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.3 Groen- en recreatievoorzieningen
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Verrassend Groen. Het duurzaam veiligstellen en versterken van de hoofdgroenstructuur op stedelijk niveau: Belangrijke projecten zijn het baggeren (raadsprogramma 8.4
Lopende projecten: Groenimpuls binnenstad
water) en herinrichten van de Dommel (2007-2009) en het
(greenspots reloaded en Catharinaplein)
realiseren van uitvoeringsplannen n.a.v. visies voor de Genneper
+
Parken en De Karpen. Tevens zal de visie Landelijk Strijp nader worden uitgewerkt.
Herinrichting Dommel, Genneper parken. Gerealiseerde projecten: Diverse groenbijdragen aan herinrichtingsprojecten uit uitvoeringsprgramma groen en faunapassages rond De Karpen.
Het versterken van het landelijke gebied ten behoeve van recreatie en natuur: Voor de reconstructie van het landelijk gebied is de verbinding
De voorbereiding van Stadspoort landbouw als
tussen stad en platteland een belangrijk thema. In dat kader
onderdeel van Landelijk Strijp, gaat voorlopig door.
ontwikkelen wij stadspoorten.
Realisatie in afwachting van definitieve besluitvorming in het MIP. Op de beoogde 0
stadspoort Mecc vindt heroriëntatie plaats. Doorgang Stadspoort Water is onzeker. In 2011 zal het concept van de stadspoorten geëvalueerd worden en zal een voorstel worden voorgelegd voor het vervolg. Gereed
Daarnaast is in samenwerking met het SRE een regionaal +
wandelroutenetwerk vastgesteld in 2008. In 2010 zal dit nader worden ontsloten richting het Groene Woud. Voor het Dommeldal tussen het Eindhovens Kanaal en
Gereed
Wilhelminakanaal is in samenwerking met Nuenen, Son en Breugel en het waterschap de Dommel in 2006 de natuurvisie
+
‘Dommeldal uit de verf’ vastgesteld en vertaald in een meerjarenprogramma. We willen nadrukkelijk ‘design’ verbinden aan ‘groen’. We maken
Verbinding groen en design heeft zich onder meer
hiertoe een plan van aanpak.
geuit in concrete projecten in de binnenstad als: +
greenspots en design Smalle haven . De verbinding tussen groen en design wordt in 2011 verder vormgegeven.
De aanbevelingen uit de evaluatie openbare ruimte (voor zover
0
betrekking hebbende op groen) zullen worden uitgevoerd.
- 282 -
Loopt, de evaluatie is eind 2010 ambtelijk afgerond.
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.3 Groen- en recreatievoorzieningen
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
99%
100%
90%
90%
96%
96%
90%
96%
94%
91%
90%
89%
85%
84%
90%
87%
98%
96%
90%
95%
90%
83%
90%
81%
82%
82%
90%
80%
88%
81%
90%
81%
91%
91%
90%
94%
83%
84%
90%
93%
79%
73%
90%
75%
Meting basiskwaliteit of hoger in 2007:
- Maaien gazons - Natuurlijk vuil in groen - Onkruiden in boomspiegels - Onkruiden in groen - Zwerfvuil in groen - Hondenpoep in groen - Technische staat boomspiegels - Technische staat sierbeplanting - Technische staat heesterbeplanting - Technische staat bosplantsoen - Technische staat gazon en grasvelden
Wat heeft het gekost Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
12.820
13.540
N 720
Exploitatiebaten
398
413
V 15
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
V 450
V 617
V 167
N 11.972
N 12.510
N 538
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
reserves Indirecte kosten:
N 534
Het nadeel op de indirecte kosten wordt met name veroorzaakt door de sectoren ORVM en RB. De sector ORVM heeft een nadeel van € 3,7 miljoen op de indirecte kosten. Dit bestaat uit een nadeel van € 3.891.063 op Eigen personeel en Inhuur en een voordeel ad € 32.834 op de overige posten. Op eigen personeel is sprake van 14,6 fte boventallige (N € 1.055.594). Inhuur is niet begroot waardoor een nadeel ontstaat (N € 2.835.469). Voor een bedrag van € 1.142.656 wordt het nadeel gedekt doordat mensen aan projecten werken (in werkelijkheid is meer geschreven naar projecten). Hierdoor ontstaat een voordeel ad € 661.446 op de projecten, echter
- 283 -
N 534
Structureel
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.3 Groen- en recreatievoorzieningen
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
dat voordeel is gestort in de reserve overhead). Voor een bedrag ad € 2.63.721 wordt dit nadeel op de indirecte kosten doorberekend naar de collegeproducten. Op de verschillende collegeproducten wordt dit nadeel gedekt door andere bronnen, zijnde de voorziening afval, voorziening riolen, reserve reserveringen KWO, reserve revolving fund energiebesparende maatregelen, grondexploitatie. Totaal bedraagt deze dekking € 400.000. Uiteindelijk betekent dit dat er voor de sector ORVM een nadeel op de indirecte kosten resteert van € 2.242.794. Een deel daarvan komt terug in dit raadsprogramma. Vrijvallen reserve. Omdat deze reserve weliswaar aan groen, maar niet
V 198
V 198
specifiek aan een project is gekoppeld in de afgelopen jaren, vervalt deze per 31 december 2010 op grond van de voorwaarden gesteld aan NRE-middelen en vloeien deze middelen terug in de algemene middelen van de gemeente. Curatieve kosten: Als gevolg van de stormschade van 14 juli 2010 zijn
N 228
N 228
N 146
N 146
V 70
V 70
de kosten voor rooien en opruimen van bomen fors hoger dan normaal Het komt weinig voor, maar bij extreem weer zullen altijd schades optreden, ondanks de goede staat waarin de bomen zich bevinden. Deze post is qua omvang en frequentie onvoorspelbaar en alleen beïnvloedbaar met middelen die niet in verhouding staan tot de eventuele schadeomvang. Plaagdierbestrijding: de overschrijding wordt veroorzaakt door de
Ja
bestrijding van de processierups. Dit vindt al enige jaren plaats in het voorjaar en bleek ook in 2010 noodzakelijk. Het niet uitvoeren is schadelijk voor de volksgezondheid. Deze kosten zijn niet opgenomen in het huidige budget voor plaagdierbestrijding. Indien geen extra budget ter beschikking wordt gesteld, betekent dit dat deze activiteit in de toekomst gestopt moet worden, ondanks de eventuele gevolgen voor de volksgezondheid. Loonsuppletie Ergon. Eenmalig voordeel in 2010 door nieuwe meerjarige afspraken tussen Ergon en de gemeente. Overige afwijkingen: Totaal
V 118
V 15
N 31
102
N 720
V15
V167
N538
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: Voor de jaren 2009 tot en met 2012 is jaarlijks € 1,3 miljoen beschikbaar uit incidentele middelen voor renovaties en projecten. Dit is conform de motie die is aangenomen bij de behandeling van de begroting 2008. Met ingang van 2013 zijn ook (structureel) middelen nodig om groen op peil te kunnen houden.
- 284 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.4 Water
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Goed zorgen voor riolering (inzamelen afvalwater en regenwater), oppervlaktewateren (goede waterkwaliteit en belevingswaarde), het Eindhovens- en het Beatrixkanaal, het grondwater (bestrijding en voorkoming van grondwateroverlast) en hemelwater. In 2010 is uitvoering gegeven aan activiteiten en projecten die een bijdrage leveren aan het realiseren van de doelstelling. De afkoppelprojecten in Eindhoven Noord om wateroverlast te voorkomen en welke tegelijkertijd een bijdrage leveren aan het verminderen van de vuiluitworp via overstorten, zijn volop in uitvoering. De planvorming voor de waterstructuren Eindhoven noord en de Burgh is afgerond. Met de waterpartners Brabant Water, Provincie en waterschap is gewerkt aan het instandhouden van de grondwaterwinningen Vredeoord en Aalsterweg en de voorbereidende werkzaamheden voor het uitbreiden van de winning Aalsterweg richting Genneperparken. Daarnaast zijn een aantal riolen vervangen en is invulling gegeven aan het reguliere beheer en onderhoud van het rioolstelsel en van oppervlaktewateren die onder de zorgplicht van de gemeente vallen. Met de vaststelling van het GRP 2011-2014 (gemeenteraad 30 nov. 2010) is vanaf 2011 de begroting en de planning bijgesteld.
Effectindicatoren: De doelstelling kent vier onderdelen, en voor ieder onderdeel zijn in 2007 meetbare indicatoren benoemd: 1. afvalwater (riooloverstorten), 2. oppervlaktewater (beleving en kwaliteit), 3. grondwater (overlast) en 4. hemelwater (water-op-straat). Daarnaast zijn aspecten als kosten voor de burger en de klachtenafhandeling opgenomen. Het betreft indicatoren die deels indirect via afgeleide (output)effecten zijn bepaald. Zo is het zuurstofgehalte van oppervlaktewater een maat voor de ecologische waarde in het water. Kengetallen/prestatie-indicatoren met streefgetallen De belevingswaardering van de burgers voor : a.
De afvoer van regenwater
b.
Inrichting openbare ruimte met water
c.
bewaking kwaliteit ‘openbaar water’
Realisatie
Nulmeting 2007
2008
Realisatie
Realisatie
Ambitie
2009
2010
2010
tevreden/
tevreden/
tevreden/
tevreden/
tevreden/
ontevreden
ontevreden
ontevreden
ontevreden
ontevreden
a. 56% / 29%
a. 66% / 23%
a. 67% / 21%
a. 71% / 19%
a. 60% / 20%
b. 86% / 8%
b. 87% / 8%
b. 90% / 6%
b. 92% / 5%
b. 60% / 20%
c. 80% / 12%
c. 79% / 13%
c. 82% / 11%
c. 87% / 8%
c. 60% / 20%
De effecten van nieuwe waterstructuren en de reductie van riooloverstorten op de gebruiks, belevings en ecologische waarden van het oppervlaktewatersysteem - Riooloverstortvolume (m3) per jaar en per piekgebeurtenis - score bij knelpuntanalyse methode riooloverstorten - zuurstofgehalte in Eindhovens water is voldoende voor een gezond eco-systeem
jaar: 835.000
onbekend
jaar: 812.000
jaar: 627.000
jaar: 393.000
piek: 180.000
onbekend
piek: 160.000
piek: 124.000
piek: 107.000
4 overstorten
2 overstorten
2 overstorten
1 overstort
geen
knelpunt
knelpunt
knelpunt
knelpunt
knelpunten
2 locaties
2 locatie
2 locatie
1 locatie
geen
knelpunten
knelpunten
knelpunten
knelpunt
knelpunten
- 285 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.4 Water
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Kengetallen/prestatie-indicatoren met streefgetallen
Sector:
Realisatie
Nulmeting
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Realisatie
Realisatie
Ambitie
2009
2010
2010 10 voldoen,
2007
2008
- de aanwezigheid van flora en fauna
2 wateren
3 voldoen,
3 voldoen,
3 voldoen,
gemeten met de stadswaterscan
voldoen,
8 niet,
8 niet,
8 niet,
3 niet,
10 niet,
5 deels
5 deels
5 deels
3 deels niet
Knelpunten
Knelpunten
Knelpunten
Knelpunten
Geen
2 en 3:
2 en 3:
2 en 3:
2 en 3:
knelpunten
- Woensel-N: 3
- Woensel-N: 3
- Woensel-N:
- Woensel-N:
2 en 3
-Gestel: 4
-Gestel: 2
3
2
- Tongelre: 3
- Tongelre: 3
-Gestel: 2
-Gestel: 1
- Strijp: 2
- Strijp: 2
- Tongelre: 3
- Tongelre: 1
- Centrum:
- Centrum:
- Strijp: 2
- Strijp: 1
Lokaal
Lokaal
- Centrum:
- Centrum:
Lokaal
Lokaal
4 deels niet Frequentie en gevolgen van water-op-straat Aantal en omvang knelpunten in hinder (Klasse 1) en overlast (Klasse 2 en 3)
De hoogte en heffingsgrondslag van de rioolrechten en waterheffing(en) Hoogte rioolrecht per huishouden t.o.v. landelijk gemiddelde
Eindhoven:
Eindhoven:
Eindhoven :
Eindhoven :
Blijvend
€ 129,-
€ 131,-
€ 136,-
€ 137,-
binnen
Landelijk:
Landelijk:
Landelijk:
Landelijk:
landelijk
€ 144,-
€ 153,-
€ 136,-
€ 140,-
gemiddelde
a. 5 gebieden
a. 4 gebieden
a. 2 gebieden
a. 2 gebieden
a. 2 gebieden
Aantal en grootte van gebieden met grondwateroverlast, aantal en soort klachten a.
resterende gebieden met te b. Klachten:
b. Klachten:
b. Klachten:
b. Klachten:
b. alle
b.
aantal, soort en afhandeling
2004: 57
2004: 57
2004: 57
2004: 57
klachten
klachten
2005: 59
2005: 59
2005: 59
2005: 59
adequaat
2006: 29
2006: 29
2006: 29
2006: 29
afgehandeld
2007: 15
2007: 15
2007: 15
2008: 24
2008: 24
2008: 24
2009: 29
2009: 29
treffen maatregelen
2010: 40 Toelichting afwijking effectindicatoren De belevingswaardering door burgers blijft in lijn met de voorgaande jaren hoog en is zelfs iets toegenomen. De ambitie kan wellicht worden bijgesteld. De overstortvolumina wijken af van de ambitie. Dit komt vooral doordat het verhard oppervlak opnieuw is bepaald en groter is. In het rioleringsmodel levert dit grotere overstortvolumina op. Hetzelfde is van toepassing voor het aantal (berekende) knelpunten van water op straat. Zoals in het op 30 november 2010 door gemeenteraad vastgestelde Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2011-2014 benoemd, zal bovenstaande tabel in 2011 worden aangepast op basis van het nieuwe GRP 2011-2014.
- 286 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.4 Water
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Vanwege capaciteitsproblemen is de aanleg van de
Vergroten, versterken van de belevingswaarde door het zichtbaar maken van water, door o.a. de aanleg van
0
waterstructuren (zoals de Nieuwe Gender), die tevens dienen
waterstructuren vertraagd. In het GRP 2011-2014 is de planning bijgesteld en heeft de financiële
voor opvang en afvoer van regenwater.
vertaling plaatsgevonden.
Aanpak van grondwateroverlastgebieden en inzet van
Aanpak grondwateroverlast Genderbeemd is in
grondwateronttrekkingen (bijvoorbeeld duurzaam
uitvoering. Voor het in stand houden van de
instandhouden van de drinkwaterwinning aan de Aalsterweg en
winningen Vredeoord en Aalsterweg wordt
de winning Vredeoord.
+
constructief overleg gevoerd met de waterpartners (Provincie, Waterschap en Brabant Water) om te komen tot een duurzame eindsituatie alsmede uitbreiding van de winning Aalsterweg .
Optimalisatie van beheer, onderhoud en inrichting van
Baggeren Gender en andere stadswateren die
oppervlaktewateren, bijvoorbeeld door het saneren van de
meeliften met het project Dommel door Eindhoven
waterbodems (zoals bij de vijver Engelsbergen).
(trekker waterschap) is vertraagd. Reden was discussie met aannemer over de hoeveelheden te 0
verwijderen slib. Uitvoering is gestart januari 2011. Het baggeren van de vijver Engelsbergen is afhankelijk van de voortgang van de herinrichting van het Genderpark waar het baggeren een onderdeel van is.
Het verminderen van water-op-straat en het verbeteren van de
De uitvoering van de afkoppelprojecten loopt
oppervlaktewaterkwaliteit door het afkoppelen van verhard
voortvarend. Het bergbezinkbassin Kosmoslaan is in
oppervlak (bijv. in Woenselse Heide) en het verminderen van
+
riooloverstorten (zoals door de realisatie van het bergbezinkbassin bij de Kosmoslaan).
2010 afgebouwd. De afvoerkoker van dit bassin wordt in 2011 aangelegd. Het bassin kan echter ook al zonder deze koker functioneren via de aanwezige afvoersloot.
Communicatie van activiteiten over het water in de stad. Onder
Alle inwoners van Eindhoven zijn middels een bijlage
andere in het kader van de subsidie regeling afkoppelen verhard
bij de afvalkalender geïnformeerd over goed
oppervlak en de landelijke campagne goed rioolgebruik (eind
rioolgebruik. De informatie over afkoppelsubsidie is
2009 begin 2010). Om het waterbewustzijn te vergroten zal in
0
weliswaar gecommuniceerd maar leidt niet tot een
aansluiting op de publiekscampagne “Nederland leeft met
intensief gebruik van deze regeling.
Water” een “Eindhoven leeft met Water” concept worden
Vanwege pioriteitstelling en menskracht is geen
ontwikkeld.
“Eindhoven leeft met Water” concept ontwikkeld.
- 287 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.4 Water
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Met behulp van de Watermonitor vindt adequate sturing plaats
Eind november 2010 is het GRP 2011-2014
op de voortgang en de effecten van maatregelen, inclusief
vastgesteld. Dit is de basis voor het volgen van de
meting per 1-1-2010 op effecten.
+
voortgang en de effecten. In 2011 zal op basis van dit plan de eerder genoemde effectindicatoren worden aangepast / geactualiseerd.
Het intensiveren van de uitvoering zetten we onverminderd
In 2010 is ca € 15,2 miljoen (inclusief bijdragen
voort. De investeringen in met name de verbeterprojecten zijn
derden) geïnvesteerd in GRP projecten. De financiële
voor de jaren 2009 en verder, voor zover mogelijk, versneld
bijdrage voor deze projecten vanuit het GRP is ca. €
waarmee een bijdrage wordt geleverd aan het bestrijden van de
12,99 miljoen, zie hieronder bij “Wat heeft het gekost
kredietcrisis. De outputindicatoren zoals onderstaand
onder investeringen”. Het restant is gefinancierd
opgenomen geven dan ook een stijgende lijn te zien.
vanuit andere programma’s en bijdrage subsidies
Bezuinigingen bij andere programma’s en / of ander partijen
GRP invest ering in miljoenen
kunnen tot vertraging leiden van de uitvoering van 18
“waterprojecten” die meeliften met andere ontwikkelingen
16
(bijvoorbeeld integrale wijkvernieuwing).
14 12 10 investering 8 6 4 2
0
0 2005
2006
2007 2008
2009
2010
j aar
Het bedrag van € 15,2 miljoen is minder dan in de oorspronkelijke begroting 2010 voorzien maar sluit wel aan bij de prognose zoals opgenomen in het GRP 2011-2014. De afwijking t.o.v. de oorspronkelijke begroting is met name toe te schrijven aan een beperkt aantal grotere projecten die vertraging hebben opgelopen. Dit zijn o.a. het rioolvervangingsproject (en afkoppelen) Kruidenbuurt zuid, de waterstructuren Eindhoven Noord, de Burgh en de Gender. In het GRP 2011-2014 is de planning en financiële consequenties reeds bijgesteld. De uitvoering van de ze projecten ligt op schema.
Afkoppelprojecten: Eindhoven-Noord (bedrijventerrein Achtse Barrier, Woenselse Heide-oost, Tempel-west), Doornakkers (ook
+
t.b.v. water-op-straat), Genderbeemd en in de
Wel geldt dat voor de wijkverniewingsprojecten de water- en / of rioleringsprojecten afhankelijk zijn van de uitvoering van de wijkvernieuwing.
wijkvernieuwingsgebieden.
- 288 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.4 Water
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
De grondwateroverlast in Genderbeemd (in combinatie met
Uitvoering in Genderbeemd loopt conform
afkoppelproject) en Gijzenrooi wordt aangepakt. Aanvullend
planning. De uitvoer van de aanpak van de
onderzoek is in 2009 uitgevoerd en hieruit voortkomende
+
grondwateroverlast in Gijzenrooi zal, zoals
activiteiten in andere gebieden worden opgenomen in het
opgenomen in het GRP 2011-2014, in 2011-2012
volgende GRP (vaststelling in 2010).
worden uitgevoerd.
Uitvoering geven (in samenspraak met waterschap) aan het
De Uitvoering van het project Dommel door
project baggeren en herinrichten Dommel door Eindhoven
Eindhoven is ca. 6 maanden vertraagd vanwege
inclusief het Afwateringskanaal en een aantal gemeentelijke
0
waterpartijen (uitvoering 2010-2012).
discussie met aannemer over hoeveelheden te verwijderen bagger. In januari 2011 is de uitvoering gestart, planning gereed eind 2012.
Na de afspraken die in 2008 zijn gemaakt over de duurzame
Voor het in stand houden van de winningen
instandhouding van de winning Aalsterweg, wordt ook voor de
Vredeoord en Aalsterweg wordt constructief overleg
winning Vredeoord verder invulling gegeven aan een duurzame
gevoerd met de waterpartners (Provincie,
instandhouding conform het Coalitieakkoord Eindhoven Eén,
+
Waterschap en Brabant Water) om te komen tot een
met een implementatieplan om ook deze laatste winning op
duurzame eindsituatie alsmede uitbreiding van de
lange termijn te laten functioneren met een nuttige aanwending
winning Aalsterweg.
van het water (drinkwater of anderszins). Verdere uitvoering en voorbereiding van de waterstructuren in
Plannen voor waterstructuren Eindhoven Noord en
de stad. Naast de Nieuwe Gender worden de waterstructuren De
De Burgh zijn gereed. De start uitvoering is vertraagd
Burgh e.o. en Eindhoven-Noord verder (in samenspraak)
omdat de planvorming langer heeft geduurd
uitgewerkt en gestart met de aanleg.
0
vanwege personele capaciteit. Aanbesteding wordt voorbereid; start uitvoering geplant in 2011 (eerder voorzien in 2010). In het GRP 2011-2014 is hierop geanticipeerd.
Uitvoering van ‘slimme investeringen’ door middel van sturing in
Het onderzoek naar de sturingsmaatregelen heeft
het rioolstelsel. Hiermee wordt de afvoer gereguleerd, waardoor
meer tijd in beslag genomen omdat middels een
de capaciteit van het stelsel optimaal wordt benut. In
meetcampagne het rioolmodel is getoetst. Het
samenwerking met waterschap De Dommel wordt onderzocht
onderzoek is afgerond. Implementatie m.b.v. een
om het functioneren van de rioolwaterzuivering te optimaliseren
pilot start in 2011. Dit is in het GRP 2011-2014
waardoor de vuiluitworp via de gemeentelijke overstorten kan
opgenomen.
worden teruggedrongen. Hierbij worden ook innovatieve
0
maatregelen bij overstorten betrokken. Deze maatregelen komen de waterkwaliteit ten goede.
In samenwerking met het waterschap wordt in het project Kallisto onderzocht hoe de gehele afvalwaterketen (rioolwaterzuiveringsinstallatie en alle hierop aangesloten rioolstelsel) kan worden gestuurd om zo min mogelijk water ongezuiverd op oppervlaktewater te lozen. Hiernaast wordt in dit project onderzoek gedaan naar innovatieve behandeling van ovestortwater.
Aanvullingen naar aanleiding van begrotingswijzgingen 2010 (in
Met de vaststelling (30 nov. 2010)van het GRP 2011-
te vullen door de sector):
2014 is de begroting en de planning bijgesteld.
- 289 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.4 Water
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Outputindicatoren: Realisatie
- Afkoppelen verharding - Rioolvervanging - Waterstructuur - Baggeren waterbodems - Inspectie en reiniging riolen - Reiniging kolken - Reiniging en inspectie rioolgemalen - Kosten verbetermaatregelen (x €1.000) - Kosten vervangingsinvesteringen (x € 1.000)
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
18,3 ha
22,5 ha
22,4 ha
11 ha
3.310 m
3.106 m
4.240 m
3684 m
1.355 m
907 m
2.810 m
307 m
3
3
3
0 m3
4.590 m
4.000 m
15.287 m
18 km
210 km
125 km
80 km
129.000 st
129.000 st
129.000 st
162.540 st
489 st
489 st
489 st
489 st
7.831
14.124
13.672
8.837
3.932
2.257
5.120
4.137
Toelichting afwijking outputindicatoren: De afwijking t.o.v. de oorspronkelijke begroting is met name toe te schrijven aan een beperkt aantal grotere projecten die vertraging hebben opgelopen. Dit zijn o.a. het rioolvervangingsproject (en afkoppelen) Kruidenbuurt zuid, de waterstructuren Eindhoven Noord, de Burgh en de Gender. Eindhoven Noord en de Burgh blijven achter vanwege capaciteitsgebrek (terugdringen inhuur). Realisatie van de nieuwe Gender is afhankelijk van de ontwikkelingen in het Emmasingelkwadrant en stationsgebied. Daarnaast zijn de af te koppelen verharde oppervlakken in de wijkvernieuwingsgebieden afhankelijk van de voortgang van de wijkvernieuwing en is het project Kruidenbuurt Zuid vertraagd omdat de planvoorbereiding meer tijd vraagt. De afwijking van het baggeren van de waterbodems komt door de opgelopen vertraging van het project Dommel door Eindhoven. Vertraging is opgelopen door discussie met de aannemer over de hoeveelheid te verwijderen bagger. Een aantal voor 2010 begrote rioolvervangingsprojecten worden in 2011 e.v. uitgevoerd. Constatering is dat de planvorming en voorbereiding van werken in veel gevallen meer tijd en inzet vergt dan vooraf geraamd.
Met de vaststelling (gemeenteraad 30 november 2010)van het GRP 2011-2014 is de begroting en de planning bijgesteld en zijn bovenstaande outputindicatoren achterhaald. De realisatie 2010 komt vrijwel overeen met de in het GRP 2011-2014 geactualiseerde geprognosticeerde bedragen 2010 die als basis diende voor het nieuwe GRP 2011-2014.
- 290 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.4 Water
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
18.792
Totaal (netto) investering
Afwijking
12.974
V 5.818
Toelichting afwijking investeringen: In 2010 is totaal ca € 15,2 miljoen (inclusief bijdragen derden) geïnvesteerd in GRP projecten. De financiële bijdrage voor deze projecten vanuit het GRP is ca. € 12,97 miljoen. Het restant is gefinancierd vanuit andere programma’s en bijdrage subsidies. Het bedrag van € 15,2 miljoen is minder dan in de oorspronkelijke begroting 2010 was voorzien maar sluit wel aan bij de prognose zoals opgenomen in het nieuwe GRP 2011-2014. Gedurende het jaar 2010 zijn op basis van het verwachte investeringsvolume voor 2010 de kapitaalslasten reeds afgeraamd. Abusievelijk is het krediet niet verminderd. De grootste financiële verschillen met de oorspronkelijke begroting komen voornamelijk door de vertraging van de uitvoering van de waterstructuren en enkele rioolvervangingen (zie verklaring bij de outputindicatoren). In het GRP 2011-2014 is de planning reeds bijgesteld en zijn de consequenties financieel doorvertaald.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
16.275
16.442
N 167
Exploitatiebaten
15.622
15.714
V 92
N 653
N 728
N 75
Mutaties in reserves
V0
Saldo na mutaties reserves
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
reserves Kapitaallasten riolen. Doordat het accent van de uitgaven in de laatste
V68
V 68
V 67
V 67
V 58
V 58
V230
V 230
maanden van 2010 is gelegen is de werkelijk uitgave iets minder dan begroot. Monitoring onderzoek communicatie. Een aantal onderzoeken zijn vanwege capaciteitsproblemen nog niet afgerond. Verder is de aanschaf van het rioolbeheerpakket vertraagd vanwege capaciteitsproblemen bij ICT. Reinigen en inspectie riolen. Het betreft werkzaamheden die met een 2 jarig bestek zijn aanbesteed. In de praktijk wordt in 2010 minder en in 2011 meer uitgevoerd terwijl in de begroting is uitgegaan van elk jaar evenveel. Reinigen en inspectie stamriolen: In verband met het faillissement van de aannemer was een nieuwe aanbesteding nodig. Werkzaamheden worden in 2011 afgerond. In 2011 zal dit leiden tot een (beperkte)
- 291 -
Structureel
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.4 Water
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
overschrijding van het beschikbare budget. Bij de jaarlijkse actualisatie van het kostendekkingsplan van het GRP wordt hiervoor een oplossing gezocht. Indirecte kosten:
N 302
N 302
N 148
N 148
Het nadeel op de indirecte kosten wordt met name veroorzaakt door de sectoren ORVM en RB. De sector ORVM heeft een nadeel van € 3,7 miljoen op de indirecte kosten. Dit bestaat uit een nadeel van € 3.891.063 op Eigen personeel en Inhuur en een voordeel ad € 32.834 op de overige posten. Op eigen personeel is sprake van 14,6 fte boventallige (N 1.055.594). Inhuur is niet begroot waardoor een nadeel ontstaat (N 2.835.469). Voor een bedrag van € 1.142.656 wordt het nadeel gedekt doordat mensen aan de projecten werken(in werkelijkheid is % meer geschreven naar projecten. Hierdoor ontstaat een voordeel ad € 661.446 op de projecten, echter dat voordeel is gestort in de reserve overhead). Voor een bedrag ad € 2.639.721 wordt dit nadeel op de indirecte kosten doorberekend naar de Collegeproducten. Op de verschillende collegeproducten wordt dit nadeel gedekt door andere bronnen, zijnde de voorziening afval, voorziening riool, reserve reserveringen KWO, reserve revolving fund energiebesparende maatregelen, grondexploitatie. Totaal bedraagt deze dekking € 400.000. Uiteindelijk betekent dit dat er voor de sector ORVM een nadeel op de indirecte kosten resteert van € 2.242.794. Een deel daarvan komt terug in dit raadsprogramma. Curatief kolken putten en riolen. Er zijn veel kolken met wortelingroei hersteld. Daarnaast is in 2010 bij het vervangen van een huisaansluiting niet langer alleen de gemeenteput vervangen maar de hele aansluiting tot aan het hoofdriool (niet bij asfaltwegen). Gebleken is dat indien alleen de gemeenteput wordt vervangen de klachten vaak terugkomen en dan via een nieuwe opdracht nogmaals moeten worden opgelost. De verwachting is dat door de inhaalslag van reparaties aan kolken dit niet structureel is. Extra baten rioolheffing vanwege naheffing.
V 43
V 43
Er is een subsidie op een reeds afgesloten project (afkoppelen
V 49
V 49
Kennedylaan) ontvangen waardoor bate. Mutatie egalisatie voorziening riolen. Deze regel is de sluitpost van collegeproduct 8.4.1 van de voor- en nadelen.
- 292 -
N 363
N 363
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.4 Water
Portefeuille:
Innovatie, design, cultuur en openbare ruimte
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Waterbeheersingslasten. Dit betreft de aanslagen van het waterschap.
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
V124
V 124
V 99
V 99
Dit betreft de aanslagen van het waterschap. Dit budget is opgenomen onder dit collegeproduct maar dit lijkt ten onrechte. In het najaar van 2010 is gestart met het uitzoeken of de waterbeheersingslasten momenteel bij een andere sector verantwoord zijn. Op het moment dat blijkt dat de betreffende sector daar geen budget voor heeft, dan zal dit budget naar de betreffende sector overgeheveld worden. Op het moment dat de sector wel budget heeft voor deze kosten, dan is het huidige budget daadwerkelijk over en dient middels een integrale afweging bepaald te worden wat met dit voordeel gedaan wordt. E.e.a. wordt vervolgd in 2011. Overige kleine afwijkingen Totaal
- 293 -
N 167
V92
N 75
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.5 Milieu
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Het milieubeleid in Eindhoven is gericht op:
1. 2. 3.
Integrale verbetering van de lokale milieukwaliteit en bijdrage aan leefbaarheid Bijdragen aan het oplossen van milieuproblemen op hogere schaalniveaus Duurzame ontwikkeling van de stad
Ad 1. Op diverse plekken in de stad zijn verbeteringen gerealiseerd door sanering van bodem, geluidhinder en risico’s externe veiligheid. De kwaliteit van de lucht in de stad wordt structureel gemeten en is dank zij effectievere handhaving in de Milieuzone verbeterd. De risico’s externe veiligheid in de stad zijn in aantal en omvang verder afgenomen en beter beheersbaar gemaakt. Ad 2. Het Klimaatprogramma 2009-2012 is in 2010 volgens planning uitgevoerd. Op basis van de in 2010 opgestelde midterm review is vastgesteld dat alle projecten zijn opgepakt en dat het merendeel van de projecten op schema ligt qua uitvoering. Tevens zijn op basis van de midterm review voorstellen tot bijstelling van de projecten in de resterende looptijd van het programma gedaan met het doel de outcome te optimaliseren. De energiebesparinglening voor particulieren is vanwege het grote succes verlengd. Op basis van het Coalitieakkoord Werken aan Morgen is een flinke impuls voorbereid voor verdere intensivering van het bereiken van een energieneutrale stad in 2045:
b b b b
Het programma duurzaamheid is door de raad op 12 april vastgesteld; in de gemeentebrede bezuinigingsslag is substantieel budget voor intensivering vrijgemaakt voor 2011 ( € 400.000); er zijn tastbare besparingen gerealiseerd in de eigen gebouwen (zoals Van Abbemuseum, Stadhuis); de intentie om dit ook bij andere door de gemeente gebruikte gebouwen uit te werken is omgezet in een concreet nog vast te stellen voorstel;
b
er zijn voorbereidingen gedaan voor de haalbaarheid van vergisting van het GFT afval en het oprichten van een lokaal duurzame energiebedrijf;
Ad 3. Het keurmerk duurzaam Eindhoven is door het bedrijfsleven goed ontvangen en (voor het eerst) uitgereikt aan 45 bedrijven. De mate van duurzaam inkopen bij de gemeente is geïnventariseerd en er is een aanpak voor verdere verduurzaming vastgesteld. Aan de Alderstafel is groei van burgerluchtvaart op Eindhoven Airport ten aanzien van verduurzaming concreet in een ter realiseren programma (luchthaven zelf, landzijde en luchtzijde) uitgewerkt.
- 294 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.5 Milieu
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
conform Raming Afval Uitvoeren regulier afvalbeheer
Volgens vastgestelde werkwijze en planning uitgevoerd. De inzameling van kunststof afval is succesvol +
geïntroduceerd. De service van inzamelen is op peil gebleven. Dank zij de hogere marktwaarde van gescheiden ingezamelde afvalstoffen blijven de kosten (en de reinigingsheffing) beheersbaar.
Project “Realisatie ondergrondse afvalcontainers”
Het project heeft bij de start (enkele jaren geleden)
intensiveren;
vertraging opgelopen a.g.v. een lang doorlopen 0
aanbestedingsprocedure. Die achterstand is enigszins ingelopen. Verwacht wordt dat het project in 2011 kan worden afgerond.
Bodem Uitvoeren van het programma bodemsanering
Volgens vastgestelde werkwijze en planning uitgevoerd. Voldaan is aan de met het rijk afgesloten convenant: voor +
2011 in kaart brengen van locaties met humane risico’s. Het resterend aantal te saneren locaties is afgenomen. Programma bodemsanering voor periode 2011-2014 is voorbereid.
Externe veiligheid Uitvoeren van het Besluit Externe Veiligheid inrichtingen
Risico’s zijn up-to-date in kaart, en zijn m.n. in
(BEVI), Wet luchtvaart, NVGS
woonomgeving (bedrijven en transporten) verder +
afgenomen en beter beheersbaar. Inzicht in risico’s zendmasten is met GGD geïnventariseerd en op gemeentelijke site ontsloten.
Uitvoeren acties voortvloeiend uit vaststelling Structuurvisie
De processen ter borging van de visie zijn beschreven en
Externe Veiligheid, zoals aanpassen van
zullen worden geïmplementeerd. De visie is bij in
bestemmingsplannen, onderzoek tot verbetering
behandeling zijnde bestemmingsplannen vertaald en
beheersbaarheid spoorzone, Randweg, de Hurk.
+
vastgelegd. Het onderzoek ter verbetering van beheersbaarheid in de bestaande stad is uitgevoerd. Vanwege het feit dat het eindbeeld Basisnet spoor nog niet is afgerond, moet besluitvorming nog plaatsvinden.
- 295 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.5 Milieu
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Verwacht wordt dat dit in 2011 kan worden afgerond. Geluid Uitvoeren plan van aanpak EU richtlijn omgevingslawaai;
+
Volgens vastgestelde werkwijze en planning uitgevoerd.
Uitvoeren van de programma’s Gevel- en Schermsanering in
Met het Rijk en ProRail is overeenstemming bereikt over
het kader van onderdeel Geluid Begeleiden
de sanering van geluidhinder spoor (schermen en dempers) in Tongelre. Daarmee is ook duidelijk welke +
woningen aanvullend geïsoleerd moeten worden. In 2011 zullen de bestekken gereed worden gemaakt zodat uiterlijk in 2012 kan worden begonnen met het realiseren van de maatregelen.
Lucht Intensivering thema lucht tbv projectmatige inzet BSL
Kwaliteit van de lucht wordt m.i.v. 2010 op 30 plaatsen in
gelden.
de stad gemeten en via de gemeentelijke site ontsloten. +
De geurhinder van KWS Asfaltcentrale is dank zij de gerealiseerde verhoging van de rookgasafvoer flink afgenomen. Het effect van de Milieuzone is dank zij effectievere handhaving verbeterd.
Uitvoeren van het programma luchtkwaliteit en mobiliteit
Om het einddoel, voldoen aan de normen in 2014, te bereiken moeten nog keuzes worden gemaakt in de wijze -/-
waarop de modal shift voor het realiseren van reductie van emissies van autoverkeer kan worden bereikt. Dit wordt betrokken bij de uitwerking van reeds aangekondigde mobiliteitsvisie.
Pilot-projecten schone lucht; groen langs wegen,
Aanpak is gericht op informeren en stimuleren. Tastbare
stadsdistributie etc.
resultaten zijn (nog) niet bereikt en zijn sterk afhankelijk van medewerking derden. Meerwaarde van de -/-
maatregelen wordt betwist vanwege de ogenschijnlijk scheve verhouding tussen omvang van de maatregelen in relatie tot beperkte verbetering van de gemeten luchtkwaliteit.
Duurzaamheid en Klimaat Uitvoeren Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid 2009-2012
Het programma is met ruim 70 projecten gericht op het
Uitvoeren 2e jaarschijf
(stimuleren van) besparen en duurzaam opwekken van energie in alle sectoren van de gemeentelijke organisatie, en bij burgers, bedrijven, instellingen e.d. De projecten +
zijn geëvalueerd op voortgang en effectiviteit. Geconstateerd is dat het programma globaal op schema ligt en dat het rendement ervan door bijstellingen kan worden verbeterd. De tussentijdse evaluatie wordt in 2011 ter besluitvorming aan het College aangeboden.
Uitvoeren routekaart naar ambitie Energieneutraliteit;
+
- 296 -
Volgens vastgestelde werkwijze en planning uitgevoerd.
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.5 Milieu
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Uitwerking voor eigen organisatie is in beeld gebracht en in gang gezet. Er is een programma in voorbereiding ter intensivering van de aanpak binnen de eigen organisatie en bij derden. Toepassen beleidskader Duurzaam Bouwen (gemeentelijke
Bij kaderstelling RO wordt de norm toegepast.
praktijk richtlijn ( GPR) van minimaal 7) 0
Consequente toepassing van de norm in het ontwerp van een bouwplan blijkt vanwege hogere kosten in praktijk lastig en wordt veelal niet bereikt.
Stimulering en sturing van Koude en Warmte Opslag
Bij diverse projecten (Blixembosch Noordoost, School Botenlaan, Strijp e.d.) is geprobeerd KWO toegepast te krijgen. Dat is vanwege hogere investeringskosten lastig 0
gebleken. Realisatie door gemeente als onderdeel van het te realiseren lokale duurzame energiebedrijf biedt betere kansen. Wordt voortgezet in 2011 i.h.k.v. uitvoeringsprogramma klimaatbeleid.
Uitvoeren Revolving Fund Klimaatmaatregelen
Volgens vastgestelde werkwijze en planning uitgevoerd. De energiebesparingslening voor particulieren is een groot succes en daarom ook verruimd. De uitvoering van +
de regeling is ondergebracht bij stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten. Zij zorgt ervoor dat de leningen worden terugbetaald.
Besluit over vervolg Stichting Duurzaam Eindhoven:
Besluit is nog niet genomen. Dat heeft nog geen
structurele subsidie;
gevolgen. Meerwaarde is onvoldoende in beeld en 0
financiële mogelijkheden voor een vervolg zijn mede vanwege bezuinigingen (nog) niet geregeld. Subsidie loopt t/m 2012. In 2011 zal er duidelijkheid komen over een vervolg.
Instrumenten Programmering Vaststellen nieuw Milieu programma 2010-2013
Het coalitieakkoord geeft aan dat duurzaamheid en daarbinnen specifiek het klimaatbeleid, een belangrijk aandachtspunt voor de komende jaren is. De afgelopen jaren is reeds een start gemaakt met het programma Duurzaamheid en klimaatbeleid. Er is een 0
Uitvoeringsprogramma klimaatbeleid opgesteld, een routekaart op weg naar energieneutraliteit ontwikkeld en de ambitie om energieneutraal te worden in de periode 2035-2045 is vastgesteld. In 2010 is geconstateerd dat de gestelde ambities niet gehaald kunnen worden met de huidige aanpak en uitvoeringssnelheid. Zoals
- 297 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.5 Milieu
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
aangekondigd in het coalitieakkoord is daarom een uitwerking opgesteld voor de komende vier jaar op gebied van duurzaamheid met aandacht voor de eigen organisatie en partners in de stad. Deze uitwerking is in april 2011 vastgesteld door de raad. VTH Uitvoeren van VTH taken Wet Milieubeheer en Wet
Volgens vastgestelde werkwijze en planning uitgevoerd.
+
bodembescherming (intensivering Externe Veiligheid) Extra inzet VTH-taken bodem bij grote (sanerings)projecten
Volgens planning uitgevoerd.
+
(o.a. Strijp S). Implementeren kwaliteitstaken binnen regulier taakveld
Toetsing wordt niet uitgevoerd omdat hieraan geen
VTH (o.a. GPR en revolving fund)
-/-
prioriteit is gegeven. Het gevolg is dat de beoogde energiereductie bij nieuwbouw niet wordt bereikt. .
Vervolmaken project milieuzonering (handhaving)
Handhaving is geïntensiveerd en dank zij inzet PDA’s
+
(kenteken herkenning) effectiever gemaakt.
Informatie en educatie Milieueducatie
+
Volgens planning uitgevoerd.
Milieucommunicatie en –informatie
De via de gemeentelijke site ontsloten milieu informatie +
is up-to-date gehouden en uitgebouwd voor de thema’s Duurzaamheid, Klimaat, en Zendmasten.
Besluitvorming over Natuur en Milieu Educatie in Eindhoven
Voorbereiding is opgepakt maar nog niet afgerond.
(Alida);
Ambities en mogelijkheden staan vanwege
0
bezuinigingen onder druk. Voorstel voor besluitvorming staat gepland voor 2011.
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
216
212
200
204
Aantal gerealiseerde hoogbouwcontainers
89
259
500
400
Vergunningen Wm incl. afvalvoorschriften
100%
100%
100%
100%
93%
93%
90%
Aantal locaties dat nog moet worden onderzocht
1395
1.414
1393
Aantal locaties dat nog moet worden gesaneerd
158
165
132
Aantal bestaande risicoknelpunten
4
<5
<5
Het aantal nieuwe risicoknelpunten
0
0
0
Afvalbeheer Aantal kg restafval per inwoner per jaar
Mechanisatie afvalinzameling
Milieubeheer Bodem
Externe Veiligheid
- 298 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.5 Milieu
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Geluid Percentage gemeentelijke geluidkaart up to date
95%
100%
100%
Aantal geluidbelaste woningen resteert (A-/raillijst)
510
510
510
100%
100%
100%
40%
40%
0%
1%
5%
<5%
Klimaat % centraal ingekochte energie gemeentelijke gebouwen Aandeel hiervan aan duurzame energie Percentage duurzame energie gemeentelijk totaalverbruik Toelichting afwijking outputindicatoren: Afval: De begrote reductie past in beeld van de neergaande trend van de afgelopen jaren. De reductie is in 2010 iets minder gebleken dan gedacht. De neerwaartse trend ontstaat doordat diverse afvalstromen steeds meer gescheiden worden ingezameld waardoor minder restafval resteert. Bodem: Er zijn meer onderzoeken afgesloten. Een aantal verdachte locaties (met potentiële verontreinigingen) blijkt niet vervuild, waardoor het aantal nog te saneren locaties meer is afgenomen. Klimaat: De begrote indicator is anders geïnterpreteerd. Het vermelde percentage in de begroting is een combinatie van ingekochte grijze stroom en de in het nationaal zwemstadion zelf opgewekte en verkochte groene stroom. Er wordt door de gemeente echter (nog) geen groene stroom ingekocht.
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 3.135
Totaal (netto) investering
Rekening 2010 4.953
Afwijking N 1.818
Toelichting afwijking investeringen: De investering heeft volledig betrekking op de op dit moment in aanbouw zijnde Biomassacentrale Meerhoven. De planning is dat deze in het 1e kwartaal 2011 wordt opgeleverd. In het 2e kwartaal wordt getest en dat deze medio 2011 definitief zal gaan draaien In het “aanvangsjaar” is de begroting nog niet correct verwerkt. In 2011 zal de exploitatieopzet en investering via een raadsdossier worden voorgelegd.aan het bestuur en worden verwerkt in de begroting. Vanwege de vertraging in het ondergronds brengen van de afvalcontainers is er in 2010 een overschot (333 mille).
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
33.280
34.113
N 833
Exploitatiebaten
27.628
28.838
V 1.210
Mutaties in reserves
N 1.888
N 1.896
N8
Saldo na mutaties reserves
N 7.540
N 7.170
V 370
- 299 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.5 Milieu
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
reserves Afval Marktwerking ( hoeveelheid en prijs afvalstromen):
V 73
V 601
V 674
N 240
0
N 240
V 333
0
V 333
V 183
0
V 183
V 40
V 115
V 155
V 283
V 283
0
N 169
Als gevolg van marktwerking op de prijzen en afwijking van de aangeboden hoeveelheden tav inzameling en verwerking ontstaat een afwijking op de lasten en baten van de diverse afvalstromen: gft, glas, oud papier, restafval, kunststofafval Beheer milieustraten Het budget van het beheer milieustraten bedrijven is op basis van de prognose bij de 2e turap verlaagd. Het budget had toegevoegd moeten worden aan het budget voor het beheer milieustraten huishoudens. Echter dit is abusievelijk begrotingstechnisch in de voorziening afval gestort waardoor nu een afwijking ontstaat. Kapitaalslasten De kapitaalslasten blijven achter omdat er sprake is van een uitloop ( agv vorst en personele wisseling) bij de plaatsing van de ondergrondse containers. Kwijtscheldingen huishoudens: Minder bewoners voldoen aan de criteria waardoor minder kwijtscheldingen Opbrengst en vermindering reinigingsrecht. Bedrijven zijn verantwoordelijk voor de afvoer van hun eigen afval .Zij kunnen gebruik maken van de gemeentelijke inzameldienst. In dat geval moeten ze reinigingsrecht betalen en ontvangen een aanslag. In 2010 zijn er meer aanslagen opgelegd hetgeen resulteert in een voordeel. Opbrengst afvalstoffenheffing Eindhoven hanteert 4 tarieven( afhankelijk van de gezinsgrootte). Als gezinnen kleiner worden, komen ze in een lager tarief en betekent dit minder opbrengst afvalstoffenheffing ( verminderingen) Het aantal verminderingen over 2010 is minder dan vooraf geprognosticeerd waardoor een voordelige afwijking ontstaat. Daarnaast is er sprake van een uitbreiding van het aantal gezinnen waardoor meer aanslagen zijn opgelegd. N 169
Onderhoud De belangrijkste post binnen het onderhoudsbudget is het onderhoud van de ondergrondse containers. Gedurende het jaar is deze post op basis van een bijgestelde prognose ( vanwege achterblijvende investeringen) afgeraamd. Echter de afroming van dit budget, ten
- 300 -
Structureel
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.5 Milieu
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
gunste van de voorzieningafvalstoffenheffing van het budget is te hoog waardoor nu een nadeel op het onderhoud ontstaat. Voorziening afvalstoffenheffing Bovenstaande resultaten worden allen afgewikkeld op de voorziening afvalstoffenheffing waardoor de storting in en de onttrekking aan de voorziening zullen afwijken. Huishoudens
N 266
N 266
Bedrijven
N 258
Indirecte kosten afvalbeheer
N 113
0
N 258 N 113
V 115
V 84
V 199
N 272
N 272
V 414
V3
Het nadeel op de indirecte kosten wordt met name door de sector RB en ORVM veroorzaakt. De sector ORVM heeft een nadeel van € 3,7 miljoen op de indirecte kosten. Dit bestaat uit een nadeel van € 3.891.063 op Eigen personeel en Inhuur en een voordeel ad € 32.834 op de overige posten. Op eigen personeel is sprake van 14,6 fte boventallige (N 1.055.594). Inhuur is niet begroot waardoor een nadeel ontstaat ( N 2.835.469). Voor een bedrag van € 1.142.656 wordt het nadeel gedekt doordat mensen aan de projecten werken( in werkelijkheid is % meer geschreven naar projecten. Hierdoor ontstaat een voordeel ad € 661.446 op de projecten, echter dat voordeel is gestort in de reserve overhead). Voor een bedrag ad € 2.639.721 wordt dit nadeel op de indirecte kosten doorberekend naar de Collegeproducten. Op de verschillende collegeproducten wordt dit nadeel gedekt door andere bronnen, zijnde de voorziening afval, voorziening riool, reserve reserveringen KWO, reserve revolving fund energiebesparende maatregelen, grondexploitatie. Totaal bedraagt deze dekking € 400.000. Uiteindelijk betekent dit dat er voor de sector ORVM een nadeel op de indirecte kosten resteert van € 2.242.794. Een deel daarvan komt terug op raadsprogramma. Overige afwijkingen afval
Milieu Met ingang van 1 januari 2010 ontvangt de gemeente het bodemsaneringsbudget vanuit het Rijk middels een decentralisatieuitkering in het gemeentefonds. De ontvangst van deze middelen is begroot, evenals de bijbehorende lasten die zich zullen voordoen. Voor 1 januari 2010 werd een separate apparaatskostenvergoeding ontvangen door de gemeente. Abusievelijk is deze oorspronkelijke apparaatskostenvergoeding in de begroting niet afgeraamd waardoor nu een nadeel ontstaat. Budgetgestuurde milieutaken (ORVM + VTH) inclusief kortingsregeling
- 301 -
N 411
Ja
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.5 Milieu
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
en eenmalige winstuitkering. Het besluit over terughalen van personeel van SRE Milieudienst heeft langer op zich laten wachten dan gepland. Daardoor zijn meer kosten gemaakt. Omdat langer is ingehuurd is de omvang van de kortingsregeling hoger dan gepland . -
VTH: In de planning voor 2010 is uitgegaan van de te verwachten korting van MDRE. Omdat inmiddels is besloten het personeel VTH van SRE terug te halen zal inhuur van SRE in de loop van 2011vervallen. De korting over het jaar 2010 wordt om die reden verwerkt in 2010: + € 414.000
-
V 446
ORVM: Dank zij eenmalige winstuitkering (+440) en actieve
V 49
V 495
sturing op beperken van kosten, juist boeken van uren op projecten en efficiënt werken (+6) en een hogere winstuitkering (+49) is een voordeel behaald
Indirecte kosten Milieubeheer. Het nadeel op de indirecte kosten wordt
N 394
N 394
met name veroorzaakt door de sectoren ORVM en VTH De sector ORVM heeft een nadeel van € 3,7 miljoen op de indirecte kosten. Dit bestaat uit een nadeel van € 3.891.063 op Eigen personeel en Inhuur en een voordeel ad € 32.834 op de overige posten. Op eigen personeel is sprake van 14,6 fte boventallige (N 1.055.594). Inhuur is niet begroot waardoor een nadeel ontstaat ( N 2.835.469). Voor een bedrag van € 1.142.656 wordt het nadeel gedekt doordat mensen aan de projecten werken( in werkelijkheid is % meer geschreven naar projecten. Hierdoor ontstaat een voordeel ad € 661.446 op de projecten, echter dat voordeel is gestort in de reserve overhead). Voor een bedrag ad € 2.639.721 wordt dit nadeel op de indirecte kosten doorberekend naar de Collegeproducten. Op de verschillende collegeproducten wordt dit nadeel gedekt door andere bronnen, zijnde de voorziening afval, voorziening riool, reserve reserveringen KWO, reserve revolving fund energiebesparende maatregelen, grondexploitatie. Totaal bedraagt deze dekking € 400.000. Uiteindelijk betekent dit dat er voor de sector ORVM een nadeel op de indirecte kosten resteert van € 2.242.794. Een deel daarvan komt terug in dit raadsprogramma Biomassacentrale Meerhoven.
N 465
In 2009/2010 is met behulp van een tijdelijke ketel voorzien in de warmte van 200 woningen in Waterrijk, in afwachting van de oplevering van de Biomassacentrale. Voor het huren en stoken van deze ketel worden kosten gemaakt € 465.000. Daarnaast leidt de investering in de bouw van de Biomassacentrale tot kapitaallasten van
- 302 -
V 200
N 265
Ja
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.5 Milieu
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
ca . € 113.000 (bedrag moet nog geboekt worden!). De geleverde warmte wordt betaald door de afnemers (bewoners), en het surplus wordt geleverd aan Essent. Dit levert een inkomstenbron op van € 200.000. In dit aanvangsjaar is de begroting nog niet correct verwerkt. In 2011 zal via een begrotingswijziging bij de 1e turap de exploitatieopzet in de begroting worden verwerkt. Overige afwijkingen Milieu:
V 28 Totaal Afval + Milieu
N 833
V 1.210
N8
V 28
N8
V 370
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: Binnen de begroting van milieu speelt het risico dat er naast de wettelijke taken, overeenkomstig de doelstellingen van de in 2009 doorgevoerde reorganisatie Eindhoven Een (het oprichten van expertisecentra), ook veel actuele taken (zoals Alderstafel, COVM, Lokaal duurzame energiebedrijf, vergisting GFT afval, risico’s zendmasten en hoogspanningsleidingen,KWS asfaltcentrale, Regionale Agenda e.d.) additioneel moeten worden uitgevoerd. Voor deze additionele taken is het budget echter ontoereikend. In 2011 zal inzichtelijk worden gemaakt welk structureel tekort op de milieubudgetten aanwezig is voor de periode tot en met 2014 als alle taken van het expertisecentrum Milieu gecontinueerd dienen te worden.
Nieuwe risico’s: In de organisatie wordt op verschillende plekken gewerkt aan maatregelen ten behoeve van de nagestreefde energietransitie. Met name maatregelen voor duurzame opwekking waren in het RP Milieu nog niet opgenomen, maar daar (omdat dit past bij het expertisecentrum Milieu) nu ondergebracht zullen gaan worden. In 2011 zal het voorstel in het kader van het Duurzaam Energiebedrijf Eindhoven hiertoe worden voorgelegd. De oprichting van het duurzaam energiebedrijf zal er toe bijdragen dat onderstaande huidige risico’s beheersbaar worden: -
Bestaande (nog) onvoldoende sturing op alle initiatieven voor duurzame energieopwekking, inkopen van energie e.d.;
-
Aansluiten van de in voorbereiding zijnde activiteiten met de doelen van het vastgestelde energiebeleid
-
verbeteren van het rendement van samenwerking bij de energietransitie (regionale agenda afstemmen op lokale doelen )
Echter tot aan het moment van de daadwerkelijke oprichting van het Lokaal Duurzaam energiebedrijf doen bovenstaande inhoudelijke risico’s zich nog voor.
- 303 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Een betere bereikbaarheid van de stad. “Beter bereikbaar” heeft onder andere betrekking op de inrichting van wegen en kruispunten én de afstelling/inrichting van verkeerslichten. Op basis van diverse beleidsplannen worden deze maatregelen uitgevoerd. Als gevolg van de complexiteit is de mobiliteitsagenda vertraagd. De grote investeringen worden afgewogen in het MIP. Hierover vindt in 2011 besluitvorming plaats waardoor in de uitvoering vertraging optreedt. De verandering van de modal split (de verdeling tussen de verschillende vervoerwijzen). In 2020 moet de volgende verschuiving ten opzichte van 2007 plaats hebben gevonden: - het aandeel openbaar vervoer stijgt van 8% naar 12%; - het aandeel fiets stijgt van 24 naar 26%; - het aandeel auto daalt van 68 naar 62%. De in 2009 vastgestelde HOV-strategie, OV-agenda en het Actieplan Fiets! zijn verder uitgevoerd binnen de daarvoor beschikbare middelen. De cijfers van de modal split van 2010 zijn nog niet bekend, maar op basis van de historische cijfers kan geconcludeerd worden dat er sprake is van een stijgende lijn.
Een grotere verkeersveiligheid door het opheffen van black spots, het inrichten van duurzaam veilige woonwijken en systematisch aandacht voor kwetsbare deelnemers. In 2010 moet het aantal letselongevallen ten opzichte van het peiljaar 2000 met 25% gedaald zijn. In 2010 is voortvarend gewerkt aan het verbeteren van de verkeersveiligheid in Eindhoven. Er is een uniform plan opgesteld voor de aanpak van schoolomgevingen. Er is een black spot studie gedaan naar de kruispunten in Eindhoven waar veel ongevallen gebeuren. Door mee te liften met onderhoudswerkzaamheden zijn een aantal straten duurzaam veilig ingericht.
Een betere luchtkwaliteit (NOx, fijn stof) door het treffen van milieumaatregelen, in (regionale) samenwerking met alle beheerders van infrastructuur en marktpartijen. Wij streven naar een afname van het gemotoriseerd verkeer binnen de Ring met 30% in de periode 2008-2011. Belangrijk doel uit Actieprogramma Luchtkwaliteit en Mobiliteit is minder autoverkeer binnen de Ring: 15% reductie om de Europese normen om uiterlijk per 1-1-2015 te realiseren, 30% vanuit overwegingen van volksgezondheid. Acties op het gebied van het stimuleren van fiets- en OV-gebruik en een betere doorstroming van autoverkeer op de Ring lopen volgens planning. Maatregelen die leiden tot minder (doorgaand) autoverkeer worden uitgewerkt in de Strategische Mobiliteitsagenda (2011).
Effectindicatoren:
Bereikbaarheid
Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
-
-
-
-
Modal split:
Begroting 2020
- aandeel fiets - aandeel openbaar vervoer - aandeel auto
- 304 -
30,0%
27,5%
26%
nnb
9,5%
10,0%
12%
nnb
60,5%
62,5%
62%
nnb
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Begroting
Luchtkwaliteit, aantal in- en uitrijdende (vracht)auto’s per dag
2015
op de invalswegen binnen de ring: - Montgomerylaan
17.237
17.098
15.792
- Kennedylaan
20.006
22.615
18.746
- Dorgelolaan
16.341
17.233
15.987
- Geldropseweg
11.438
10.922
10.329
- Leenderweg
12.877
-
9.788
- Aalsterweg
15.288
14.848
18.069
- Hoogstraat
13.521
15.648
6.661
- Karel de Grotelaan
12.050
-
11.257
7.090
7.208
7.032
Totaal
125.848
105.572
88.094
113.661
Index
100
84
70
90
- Boschdijk
Begroting Luchtkwaliteit, milieuzone:
2010
- % vrachtwagens in de milieuzone met schone (tenminste een
34%
43%
90%
55%
63%
68%
90%
75%
euro-4-klasse) motor - % vrachtwagens in de milieuzone met schone (tenminste een euro-4-klasse) motor of een gecertificeerd roetfilter
Begroting Verkeersveiligheid:
2010
- Aantal verkeersdoden - Aantal ziekenhuisgewonden
6
7
9
nnb
133
94
166
nnb
Toelichting afwijking effectindicatoren: Bereikbaarheid Bij vaststelling van de begroting 2010 was er nog geen effectindicator met betrekking tot de bereikbaarheid. Op dit moment wordt er een bereikbaarheidsindex ontwikkeld die zich hoofdzakelijk op het personenvervoer richt via de hoofdvervoerwijzen auto, fiets, lopen en openbaar vervoer. De focus komt te liggen op het aantal c.q. het aandeel gebruikers naar vervoerwijze, verliestijd en beleving. Aanvullend wordt goederenvervoer opgenomen. De focus hierop is uitsluitend gericht op aantal naar vervoerwijze.
Modal split De gegevens van 2010 zijn nog niet bekend. Uit de cijfers van 2009 blijkt dat de doelstelling m.b.t. het aandeel fiets al in 2009 behaald is. Echter er is wel een achteruitgang ten opzichte van 2008. Het autogebruik laat een forse daling zien. Enerzijds heeft dat te maken met de economische crisis en de ombouw van de randweg. Anderzijds doordat binnen Eindhoven het gebruik van de fiets is toegenomen. Buiten Eindhoven heeft men vaker gebruik gemaakt van het openbaar vervoer. Als de economie weer gaat aantrekken zal dit weer leiden tot een toename van het autogebruik.
- 305 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Luchtkwaliteit Ten opzichte van 2008 is de hoeveelheid gemotoriseerd verkeer binnen de ring met 10% gedaald. Met uitzondering van de Aalsterweg is de hoeveelheid verkeer op alle invalswegen binnen de ring in 2010 afgenomen. Er heeft een verplaatsing van verkeer plaatsgevonden van de Leenderweg naar de Aalsterweg. Vooral op de Hoogstraat is de daling van het gemotoriseerd verkeer zeer fors: -57%. Het lijkt er op dat deze verschuivingen en afname het gevolg is van reconstructies van nabijgelegen wegen. De vastgestelde doelstelling m.b.t. de milieuzone is in 2010 niet behaald. Daarom zal de handhaving de komende jaren geïntensiveerd worden.
Verkeersveiligheid De ongevalgegevens van 2010 zijn pas in april 2011 bekend. Daarom zijn deze cijfers nog niet opgenomen. Uit de cijfers van 2008 en 2009 (en de voorgaande jaren) blijkt dat het aantal verkeersdoden de afgelopen jaren vrij constant is gebleven. Het aantal ziekenhuisgewonden vertoont een dalende lijn. Uit de realisatie 2009 blijkt dat de doelstelling van 2010 al in 2009 behaald was. Dat is mede het resultaat van de aanpak van de 20 grootste black spots waar de afgelopen jaren in geïnvesteerd is.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Bereikbaarheid Vaststellen en uitvoeren van Mobiliteitsagenda Eindhoven,
De ontwikkeling van de Mobiliteitsagenda neemt
inclusief monitoringssysteem;
door de complexiteit en de vele in- en externe afstemming meer tijd in beslag dan verwacht. In 0
2011 komt er een samenspraakproces met de stad en het bestuur over maatregelenscenario’s. Deze vertraging heeft geen inhoudelijke nadelige gevolgen.
Uitwerken van het Netwerkprogramma BrabantStad in de
Voor de Noordoostcorridor is de PlanMer opgesteld
deelprogramma’s Zuidoostvleugel Brabantstad, Externe
en voor de grenscorridor N69 is, vooruitlopend op de
bereikbaarheid, Stedelijke bereikbaarheid, openbaar vervoer-
PlanMer, een afsprakenkader vastgesteld. Het
netwerk BrabantStad, Dynamisch Verkeersmanagement en
+
overkoepelende projecten (2009-2012);
deelprogramma Dynamisch Verkeersmanagement heeft voor 2011 enkele concrete projecten voor Eindhoven opgeleverd die in 2011 aangepakt gaan worden.
Uitwerking van de pilot MIRT-verkenning Zuidoostvleugel
Voor de Noordoostcorridor is de PlanMer opgesteld
Brabantstad (als deelprogramma van het Netwerkprogramma
+
Brabantstad), inclusief financieringsmogelijkheden (2009-2012),
en voor de grenscorridor N69 is, vooruitlopend op een PlanMer, een afsprakenkader vastgesteld.
- 306 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
naar concrete planstudies op diverse onderdelen, zoals o.a. de voltooiing van de Grote Ruit, de realisatie van het regionale netwerk van HOV- en doorstroomassen en de verbetering van (inter)nationale spoorverbindingen; Uitvoeren van de BBZOB-maatregelen (optimale benutting van
Op het kruispunt Hurksestraat / Noord Brabantlaan
bestaande weginfrastructuur);
zijn doorstromingsmaatregelen getroffen en op de Ring – Aalsterweg –Leenderweg is een groene golf +
gerealiseerd. Het pakket van maatregelen wordt jaarlijks tegen het licht gehouden waardoor de doseerinstallatie op de Leenderweg niet meer noodzakelijk was.
Vaststellen voorstudie verkeersstructuur op stedelijk niveau
Na afhaken van de investeerder is de integrale
(studie naar aanleiding van herinrichting Stationsgebied)
planvorming van het stationsgebied / Neckerspoel in de wacht gezet. De uitwerking van de visie en maatregelen worden ondergebracht in de MobiliteitsAgenda met o.a. Quick Wins voor het gebied Binnen de Ring. Deze vertraging heeft geen inhoudelijke nadelige gevolgen.
Vaststellen Bereikbaarheidsplan Brainport Innovatie Campus
Het Bereikbaarheidsplan is op 23 februari 2010 vastgesteld door het college van Burgemeester en Wethouders. Het betreft op dit moment nog een +
planstudie. De aansluiting A2/Airport maakt onderdeel uit van het plan. De uitvoering van de onderdelen in het plan maken deel uit van de integrale afweging in het MIP.
Vaststellen parkeervisie
Als gevolg van de vertraging van de Mobiliteitsagenda is de parkeervisie ook vertraagd. 0
Dit hangt namelijk nauw met elkaar samen. De vertraging levert geen inhoudelijke nadelige gevolgen op.
Ombouw van de randweg A2/A67;
De randweg is gereed en in 2010 officieel geopend.
Verder uitwerken van de plannen om twee nieuwe aansluitingen
- Aansluiting Eindhoven Airport: Het Ministerie van
op de randweg te realiseren (Meerenakkerweg en Eindhoven
Infrastructuur en Milieu heeft middels een brief van
Airport);
23 oktober jl. laten weten dat het Ministerie akkoord is met de realisering van de aansluiting A2/Airport+
noord met als voorwaarde dat de overige onderdelen van het Bereikbaarheidsplan ook gerealiseerd worden. - Aansluiting Meerenakkerweg: In 2010 is als onderdeel van de Tracéprocedure de Milieu Effect Rapportage / Ontwerp Tracébesluit- procedure
- 307 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
doorlopen. Hiertegen zijn meerdere zienswijzen ingediend welke door Rijkswaterstaat in samenwerking met de gemeente Eindhoven zijn behandeld. Conform planning zal het Tracébesluit in januari 2011 genomen gaan worden. Beide aansluitingen maken deel uit van het MIP. Uitvoering van het Europees project RoCK (het realiseren van een
De Tweede Kamer heeft zich bij verschillende
aansluiting van Eindhoven op het hogesnelheidstreinnetwerk in
gelegenheden uitgesproken voor verbetering van
Duitsland als voortzetting van HST Connect, t/m 2013) en het
+
verkrijgen van bestuurlijk draagvlak voor het doortrekken van de
grensoverschrijdend treinverkeer. Daarnaast loopt project volgens planning.
Hoge Snelheids Lijn-shuttle Antwerpen – Breda naar Eindhoven; Verder uitwerken van de plannen met betrekking tot de
Het definitief ontwerp van de ‘Hovenring’ en het
reconstructie van de rotonde Heerbaan; +
dekkingsplan is vastgesteld door het college van B&W. Het project is gegund. Begin 2011 worden de resultaten op straat zichtbaar.
Start uitvoering van een aantal grootschalige reconstructies op
De reconstructie van de Beemdstraat-
hoofdwegen, zoals de Beemdstraat-Meerenakkerweg, de
Meerenakkerweg is gestart. De besluitvorming
rotonde Heerbaan, de Huizingalaan, de Orpheuslaan en de
omtrent de resconstructie van de Orpheuslaan en de
Heezerweg;
Huizingalaan is onderdeel geworden van de integrale afweging die plaatsvindt op basis van het 0
MIP. De Heezerweg start begin 2011. Mogelijk uitstel van de reconstructie van de Huizingalaan en/of de Orpheuslaan betekent dat de kosten van de onderhoudswerkzaamheden de komende jaren toenemen, terwijl er reeds een tekort op curatieve budgetten is.
Vaststellen van een meerjarig uitvoeringsplan voor toepassing
Vanwege het ontbreken van financiële middelen
van dynamisch verkeersmanagement;
voor maatregelen uit het uitvoeringsplan is het plan -/-
Actief werven van externe financieringsmogelijkheden voor
niet vastgesteld. Verdere afweging vindt plaats op basis van het MIP. De financiering van de opwaardering van het
onderhoud en opwaardering van het Beatrixkanaal naar
Beatrixkanaal is rond na positieve besluiten over
vaarklasse III (inclusief verbetering van de Beatrixhaven).
subsidieaanvragen Quick Wins Binnenhavens (bij het +
voormalige ministerie verkeer en waterstaat) en OP Zuid (Europees Fonds voor Regionale ontwikkeling). De werkzaamheden kunnen nu worden uitgevoerd (eind 2013 gereed).
Verandering modal-split Mobiliteitsmanagement en verknopen: Uitvoeren ‘Eindhoven Eén OV-agenda’;
0
- 308 -
Vanwege het ontbreken van voldoende financiële middelen loopt de uitvoering van al deze
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
maatregelen achter op de planning. De onderstaande zaken zijn wel uitgevoerd.
ruimtelijk-economische pijler: - HOV2: voor het tracé Nuenen – WC Woensel is een voorlopig ontwerp vastgesteld, de realisatie van de ongelijkvloerse kruising wordt uitgesteld en voor het deel Genneper Parken is het definitieve tracé vastgesteld; - opstart overleg verkenning nieuw station Eindhoven Airport - P&R Tradeforum; businesscase gestart; besluitvorming 1e kwartaal 2011 - er is een voorlopig ontwerp voor de Stationspassage Eindhoven i.s.m. ProRail en NS Poort ontwikkeld
vervoerkundige pijler: - in 2010 is een nieuw prioriteringssysteem voor bussen bij verkeerslichten getest (KAR); - start verbetering doorstroming HOV CS-Airport en Karel de Grotelaan - reisinformatie: start ontwikkeling ov-fietsplanner (onderdeel Europees project BAPTS) - stadsdeel-/wijkgericht ov: verkenning doelgroepgericht vervoer (i.s.m. sector MM, SRE, Hermes, voorbereiding en start pilot Wensbus (onderdeel van Europees project BAPTS) - verlenging pilot nachtnet met 2 jaar (2011-2012) - onderzoek mogelijkheid aanvullend nachtbusvervoer i.s.m. Provincie (resultaat negatief vanwege doelmatigheid en kosten) - capaciteitsmaatregelen Neckerspoel (jan-jun)
sociaal-maatschappelijke pijler: - uitvoering derde jaar Halteplan Toegankelijkheid - uitvoering Gratis met de bus voor 12- en 65+ - pilot rolstoeltoegankelijkheid i.s.m. Woonservice en Hermes - verkennend onderzoek en opstart pilot Wensbus (zie voorgaand)
- 309 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Verdere planvorming voor de tweede HOV-verbinding van
Voor het deel Sterrenlaan is het voorlopig ontwerp
Nuenen via Winkelcentrum Woensel en het NS-station naar de
vastgesteld. De overige trajecten zitten al wel in de
High-Techcampus (start uitvoering eerste deel in 2010), inclusief
planvorming, maar daarvan is het voorlopig ontwerp
de voertuigkeuze. Gekoppeld aan de realisatie van de
nog niet gereed. De realisatie van de ongelijkvloerse
ongelijkvloerse kruising Aalsterweg – Ring;
0
kruising Aalsterweg – Ring is in tijd vooruit geschoven. Dit heeft, voor zover we nu kunnen overzien, nog geen inhoudelijke negatieve gevolgen. De definitieve uitvoering moet in het kader van de integrale afweging in het MIP nog besloten worden.
Europees project BAPTS (Boosting Advanced Public Transport
De diverse projecten die hier deel van uitmaken
Systems): gericht op betere benutting en kwaliteitsverbetering
+
lopen volgens planning.
van het HOV-netwerk (t/m 2011); Uitbreiden van betaald- en belanghebbendenparkeren binnen
Er is betaald parkeren met een regeling voor
de Ring;
bewoners ingevoerd in de "Oude haven", de Jacob +
Catslaan, de Joop den Uylstraat de Houtstraat en een deel van de Kruistraat. Daarnaast buiten de ring in 't Hool. De uitbreiding van betaald parkeren verloopt in samenspraak met bewoners.
Verhogen van de parkeertarieven in de openbare ruimte met de
De parkeertarieven zijn met ingang van 1 maart 2010
mobiliteitstoeslag en instellen mobiliteitsfonds.
verhoogd met een mobiliteitstoeslag van € 0,20 per parkeertransactie. Tevens is met ingang van 1 maart +
2010 een mobiliteitsfonds ingesteld. Het doel van het mobiliteitsfonds is het realiseren van ov- fiets- en parkeerprojecten. Het mobiliteitsfonds wordt gevoed met extra inkomsten uit betaald parkeren.
Openbaar vervoer: Verder uitwerken van de plannen met betrekking tot de twee
De diverse projecten die hier deel van uitmaken
Interreg-projecten RoCK en BAPTS (internationale verbinding per
+
lopen volgens planning.
spoor en HOV netwerk en stimulering van het gebruik ervan); Verder uitwerken van de plannen met betrekking tot de
- Aansluiting Eindhoven Airport: Het Ministerie van
realisatie van station Eindhoven-Airport;
Infrastructuur en Milieu heeft middels een brief van 23 oktober jl. laten weten dat het Ministerie akkoord is met de realisering van de aansluiting A2/Airportnoord met als voorwaarde dat de overige onderdelen +
van het Bereikbaarheidsplan ook gerealiseerd worden. - Aansluiting Meerenakkerweg: In 2010 is als onderdeel van de Tracéprocedure de Milieu Effect Rapportage / Ontwerp Tracébesluit- procedure doorlopen. Hiertegen zijn meerdere zienswijzen
- 310 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
ingediend welke door Rijkswaterstaat in samenwerking met de gemeente Eindhoven zijn behandeld. Conform planning zal het Tracébesluit in januari 2011 genomen gaan worden. Beide aansluitingen maken deel uit van het MIP. Inzet van nachtbussen;
Onderzoek heeft uitgewezen dat de inzet van nachtbussen financieel niet haalbaar is ten opzichte -/-
van de doelmatigheid. Daarom zijn de nachtbussen niet ingezet. Dit leidt niet tot noemenswaardige inhoudelijke gevolgen.
Realiseren van doorstroomassen voor het openbaar vervoer; + Toegankelijk maken van bushaltes voor mensen met een
Er is een start gemaakt met de realisatie van de doorstroomas Karel de Grotelaan. In 2010 zijn 65 haltes toegankelijk gemaakt. In totaal
functionele beperking; +
zijn nu 200 haltes aangepast. In 2011 staan nog 45 haltes op de planning. De uitvoering loopt conform de planning.
Verder uitwerken van de planvorming met betrekking tot de
Voor het deel Sterrenlaan is het voorlopig ontwerp
tweede HOV-verbinding van Nuenen via de binnenstad naar de
vastgesteld. De overige trajecten zitten al wel in de
High-Techcampus, met daaraan gekoppeld de realisatie van de
planvorming, maar daarvan is het voorlopig ontwerp
ongelijkvloerse kruising van de Aalsterweg met de Ring;
+
nog niet gereed. De realisatie van de ongelijkvloerse kruising Aalsterweg – Ring is in tijd vooruit geschoven. Dit heeft, voor zover we nu kunnen overzien, nog geen inhoudelijke negatieve gevolgen.
Realiseren van een HOV-baan in de Huizingalaan.
De realisatie van een HOV-baan (HOV3) is onderdeel geworden van de integrale afweging op basis van het MIP. Besluitvorming over de start van de realisatie moet dus nog plaatsvinden. Uitstel heeft -/-
tot gevolg dat er de komende jaren meer geïnvesteerd moet worden in onderhoudswerkzaamheden, waar al een tekort op is. De planvorming t.b.v. de reconstructie heeft voor een groot deel al plaatsgevonden.
Fiets: Uitvoeren van het Actieplan Fiets!, met aandacht voor
Vanwege het ontbreken van financiële middelen
ontbrekende schakels, verbeteren van het comfort en de
loopt de uitvoering niet helemaal volgens planning.
directheid, verkeersveiligheid, fietsparkeervoorzieningen, de
Ten behoeve van de fietsers zijn in 2010 diverse
fietsroute langs de Dommel en de communicatie en promotie 0
van de fiets, waar het project “leenbuggy’s” deel van uitmaakt.
nieuwe fietspaden aangelegd: langs de Kanaaldijk Zuid, in de Roostenlaan en in de Quinten MatsyslaanKanaaldijk Noord. Ook is de kwaliteit van diverse fietspaden verbeterd: in de Aalsterweg, de Leenderweg, de Berlagelaan, de Dr. Cuyperslaan, de
- 311 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Van Leeuwenhoekstraat en de Karel de Grotelaan. Op bijna 20 locaties zijn nieuwe geautomatiseerde fietsenklemmen geplaatst die met de stadspas gebruikt kunnen worden. Oplevering van deze nieuwe fietsklemmen vindt in het voorjaar van 2011 plaats. Verbeteren verkeersveiligheid Aanpak van vijf verkeersonveilige punten die uit de 0
consultatieavonden naar voren zijn gekomen; Uitvoeren van het Actieplan Verkeersveiligheid.
Vanwege het ontbreken van financiële middelen is uitsluitend de oversteek bij ’t Hofke aangepakt. Het actieplan is nog niet vastgesteld vanwege
0
ontbreken van structurele middelen. Ondanks dat, zijn er wel beperkt verkeersveiligheidsmaatregelen uitgevoerd.
Betere luchtkwaliteit Uitvoeren en evalueren van het Actieprogramma luchtkwaliteit
Belangrijk doel uit Actieprogramma Luchtkwaliteit
en Mobiliteit, inclusief het aangescherpte pakket maatregelen
en Mobiliteit is minder autoverkeer binnen de Ring:
voor het Brabants Saneringsprogramma Luchtkwaliteit (BSL);
15% reductie om de Europese normen om uiterlijk per 1-1-2015 te realiseren, 30% vanuit overwegingen van volksgezondheid. Acties op het gebied van het stimuleren van fiets- en OV-gebruik en een betere +
doorstroming van autoverkeer op de Ring lopen volgens planning. Maatregelen die leiden tot minder (doorgaand) autoverkeer worden uitgewerkt in de Strategische Mobiliteitsagenda (2011). Hierbij valt te denken aan prioritering in de afstelling van verkeerslichten voor fiets, openbaar vervoer en voetganger, een parkeerstrategie en eventuele herindeling in de verkeersroutes en -ruimte.
Handhaving en monitoring van de milieuzone (stimulering
De handhaving is in 2010 verder aangescherpt door
schoon vrachtvervoer; doorlopend);
ook rijdende voertuigen te controleren en zo nodig te bekeuren. Het kentekenonderzoek (aug.2010) heeft uitgewezen dat het aantal overtredingen is afgenomen tot ongeveer 20%. Daarnaast rijdt 5% in +
de milieuzone met een landelijke of gemeentelijke ontheffing. De effecten van de milieuzone op de uitstoot van fijn stof en NOx zijn positief; het effect op NO2 valt tegen vergeleken met oorspronkelijke prognoses doordat bepaalde types roetfilters in de praktijk minder effectief blijken te zijn.
- 312 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Uitvoering plan van aanpak efficiëntere bevoorrading
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
Actiepunten worden gezamenlijk verkend in de
centrumgebied
uitvoeringsagenda stedelijke distributie van de B5gemeenten. Ervaringen elders worden doorvertaald 0
in Eindhovense projecten. Vervoerders nemen initiatieven tot bundeling van vrachten die het centrum als bestemming hebben. De gemeente heeft daarbij een faciliterende rol.
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
- aantal VRI’s dat vervangen wordt door een nieuwe VRI met betere doorstromingsmogelijkheden voor alle vervoerwijzen
- aantal kilometers te asfalteren fietspad - aantal fietscampagnes - aantal nieuwe fietsparkeerplaatsen - aantal toegankelijk gemaakte bushaltes - aantal kilometers aangelegde HOV-baan Toelichting afwijking outputindicatoren: De outputindicatoren worden niet gemeten en zijn ook niet meer meegenomen in de begroting 2011. De indicatoren worden bepaald bij de uitwerking van de mobiliteitsvisie.
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 560
Totaal (netto) investering
Rekening 2010
Afwijking
360
V 200
Toelichting afwijking investeringen: De investeringen behorend bij PO 8.6 hebben betrekking op:
- de vervanging en aanschaf van parkeermeters en -automaten; - de vervanging en aanschaf van materialen ten behoeve van het fietsdepot. Parkeermeters en -automaten In 2010 is de pilot opgestart om de mogelijkheden te onderzoeken om stadspasparkeren te introduceren in de parkeergarages en de binnenstad van Eindhoven. Door lange afstemming met diverse partijen is de pilot in 2010 niet afgerond waardoor de benodigde
- 313 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
investering nog niet heeft plaatsgevonden. Inmiddels is er overeenstemming tussen de verschillende partijen en zal aanschaf van de benodigde apparatuur naar verwachting plaatsvinden in de eerste helft van 2011.
Fietsdepot Eind 2010 heeft het college besloten om een start te maken met het fietsdepot. Vanwege enkele praktische problemen met betrekking tot de locatie van het fietsdepot kan de daadwerkelijke start pas in 2011 plaatsvinden. De investeringen zullen in 2011 plaatsvinden.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 Exploitatielasten
Rekening 2010
Afwijking
9.980
9.975
Exploitatiebaten
10.857
11.099
V 242
Mutaties in reserves
V 2.051
N 442
N 2.493
Saldo na mutaties reserves
V 2.928
V 682
N 2.246
Toelichting afwijking exploitatie
V5
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties
Saldo
Structureel
N 1.423
N 900
reserves Inkomsten betaald parkeren
N 1.423
Er is sprake van een structureel tekort van €900.000 tengevolge van het wegvallen van terreinen in de afgelopen jaren (€500.000), het indexeren van de begroting zonder een tariefsverhoging door te voeren (€300.000,-) en gemiste inkomsten ten gevolge van het tijdelijk vervallen van parkeerplekken i.v.m. werkzaamheden (€100.000). Daarnaast is er een incidenteel tekort van €300.000 ten gevolge van de economische crisis. Inmiddels is duidelijk dat ten opzichte van 2009 de economische crisis nog meer effect heeft dan in 2009. Ten opzichte van 2009 zijn er in de eerste 3 kwartalen van 2010 10% minder parkeertransacties geweest. In het laatste kwartaal is er ten opzichte van 2009 een stijging van 15% van de parkeertransacties te zien, dit kan het opgelopen tekort echter niet meer compenseren. Tevens zijn er gedurende een lange inwerkperiode problemen geweest met de handhaafterminals. Hierdoor is de betalingsbereidheid gezakt. Tot slot blijkt dat op een aantal parkeerterreinen zwervers dagkaartjes doorverkopen waardoor extra inkomstenderving ontstaat. Voor het structurele tekort wordt een oplossing gezocht bij de verdere uitwerking van het mobiliteitsfonds. Profit sharing P1 parkeergarages en opbrengst PPS
N 220
In een contract met P1 is afgesproken dat de winst van de P1 parkeergarages boven een vastgesteld bedrag gedeeld wordt met de gemeente. De profit sharing van 2008 en 2009 is in 2010 ontvangen en conform raadsbesluit t.a.v. het instellen van het parkeerfonds gestort in
- 314 -
V 1.207
N 1.139
N 152
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
de reserve parkeerfonds. Hierdoor ontstaat een incidenteel voordeel op de baten en een nadeel op de mutatie reserves. N 363
Dynamisch verkeersmanagement
V 363
Het SRE heeft een aantal zaken mbt Dynamisch Verkeersmanagement uitgevoerd op Eindhovens grondgebied. Het SRE kon de subsidie (uit de tweede tranche Quick Wins Netwerkprogramma BrabantStad - 50%) hiervoor echter niet aanvragen, omdat dan zowel de subsidie als de eigen financiering uit de Brede Doeluitkering (BDU) zou komen, en dat mag niet. Daarom heeft Eindhoven de subsidie aangevraagd en de daarvoor benodigde eigen financiering van € 363.000 in het Regionaal (Brabants) Mobiliteitsfonds gestort op basis van de Bestuursovereenkomst ‘quick wins’. Mocht de subsidie niet worden verkregen, dan ontvangt Eindhoven haar eigen financiering terug van het SRE. V 1.614
Beter Bereikbaar Zuidoost Brabant (BBZOB)
N 1.614
Voor het project Hovenring was een storting van de cofinanciering geraamd van € 4 mln. Bij ontvangst van de beschikking bleek dat er dit jaar volstaan kon worden met een storting van € 2 mln. Het restant mag in 2011 gestort worden. Dit levert een voordeel van € 2 mln, waarvan B&W op 10 december 2010 heeft besloten dat dit niet wordt afgeroomd naar de algemene middelen. Bij de herijking van de lopende projecten BBZOB was een bedrag van € 1.069.000 geraamd als retour te ontvangen cofinanciering. Hiervan is een bedrag van € 683.000 daadwerkelijk ontvangen, het restant zal in 2011 worden teruggestort. Dit leidt tot een nadeel van € 386.000. Per saldo dus € 1.614.000,-.
De betaling en ontvangst van de cofinanciering wordt verrekend met de reserve BBZOB. Uit de reserve wordt per saldo € 1.614.000,- minder onttrokken, wat leidt tot een nadeel op het collegeproduct. N 279
Parkeervergunningen
V 292
V 13
In 2009 is een businesscase opgesteld voor het gehele proces van parkeervergunningen en fiscaal handhaven. De implementatie en aanpassing van het parkeervergunningensysteem heeft voor een groot deel plaatsgevonden in 2010. Vanaf 2011 zijn er nog een aantal werkzaamheden en kosten, maar dit zal per saldo (van inkomsten en uitgaven) leiden tot structurele extra opbrengsten. Bij de begroting 2012 kunnen deze effecten structureel ingeboekt worden. Indirecte kosten
N 642
Het nadeel wordt veroorzaakt door de sectoren ORVM en RB. De sector ORVM heeft een nadeel van € 3,7 miljoen op de indirecte kosten. Dit bestaat uit een nadeel van € 3.891.063 op Eigen personeel
- 315 -
N 642
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.6 Verkeer en vervoer
Portefeuille:
Mobiliteit, milieu, sport en evenementen
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
en Inhuur en een voordeel ad € 32.834 op de overige posten. Op eigen personeel is sprake van 14,6 fte boventallige (N 1.055.594). Inhuur is niet begroot waardoor een nadeel ontstaat ( N 2.835.469). Voor een bedrag van € 1.142.656 wordt het nadeel gedekt doordat mensen aan de projecten werken( in werkelijkheid is % meer geschreven naar projecten. Hierdoor ontstaat een voordeel ad € 661.446 op de projecten, echter dat voordeel is gestort in de reserve overhead). Voor een bedrag ad € 2.639.721 wordt dit nadeel op de indirecte kosten doorberekend naar de Collegeproducten. Op de verschillende collegeproducten wordt dit nadeel gedekt door andere bronnen, zijnde de voorziening afval, voorziening riool, reserve reserveringen KWO, reserve revolving fund energiebesparende maatregelen, grondexploitatie. Totaal bedraagt deze dekking € 400.000. Uiteindelijk betekent dit dat er voor de sector ORVM een nadeel op de indirecte kosten resteert van € 2.242.794. Een deel daarvan komt terug in dit raadsprogramma Overige afwijkingen Totaal
N 105
N 197
V 260
N 42
V5
V 242
N 2.493
N 2.246
Wat zijn de risico’s Bestaande risico’s: PPS Parkeergarages Schadekans:
mogelijk
Financieel risico:
pm
In het kader van de PPS Parkeergarages – een project waarbij het beheer en de exploitatie van alle bebouwde parkeergarages van de gemeente zijn overgedragen aan P1 – loopt nog een geschil over de parkeergarage Mathildelaan. In verband met een grondaankoop van Philips in de nabijheid van deze parkeergarage zijn aan Philips abonnementen voor 45 parkeerplaatsen voor onbepaalde tijd toegezegd. Volgens de gemeente is deze verplichting bij de aanbesteding aan private partijen bekend gemaakt, zodat deze met deze verplichting in hun aanbieding rekening konden houden. P1 bestrijdt dit. De gesprekken tussen de gemeente en P1 hebben nog niet tot een definitieve conclusie geleid. De uitkomst is nog onzeker, wat een financieel risico betekent.
- 316 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.7 Ruimtelijke kwaliteit
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
Wat hebben we bereikt Doelstelling: Hogere doel: inpassen en sturen van de ruimtelijk-fysieke gevolgen van sociaal-maatschappelijke en economische ontwikkelingen in de stad met het oog op een duurzame stadsontwikkeling. Operationele doel: het slagvaardig en klantvriendelijk toepassen van het beschikbare (publiek- en privaatrechtelijke) instrumentarium gericht op het behalen van een zo hoog mogelijke (ruimtelijke) kwaliteit.
Integrale Gebiedsontwikkeling en grondzaken Op stedelijk niveau is gewerkt aan het opstellen van het Meerjaren Investeringsprogramma (MIP, doorloop in 2011) en is de prioriteitennota + vastgesteld eind 2010. De structuurvisie heeft vertraging opgelopen, omdat gewacht worden op afronding van de stadsvisie 2040. Op stadsdeelniveau zijn de gebiedsprogramma’s per stadsdeel vastgesteld, een eerste aanzet voor programmering op stadsdeelniveau. Een haalbaarheidsstudie voor het Evoluon is in oktober 2010 vastgesteld door het college. Bestemmingsplannen en vergunningen Eindhoven was in 2010 de eerste gemeente die geheel aan de digitale standaard voor bestemmingsplannen en er wordt gewerkt aan een publieksvriendelijke presentatie van de plannen via www.eindhoven.nl. Per 1-10-2010 is landelijk de omgevingsvergunning (WABO) ingevoerd, de invoering was ruim driekwart jaar vertraagd. De WABO maakt het mogelijk om één omgevingsvergunning aan te vragen voor een 25-tal vergunningen en toestemmingen. Voor de klant is dit een verbetering van de dienstverlening, voor de gemeente vraagt het extra afstemming en coördinatie.
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Bovenlokaal (doorloper) intergemeentelijke structuurvisie Middengebied
0
Eindhoven - Helmond (SRE); (doorloper) A2-zone (SRE);
+
(doorloper) Nieuwe Woud (SRE, Son)
+
Ontwerp gereed. Besluitvorming 2e kwartaal 2011 in raad Ruimtelijke criteria opgesteld voor op te richten regionaal kwaliteitsteam In 2010 is de studie afgerond
Integrale gebiedsontwikkeling De structuurvisie is vertraagd, deze wacht op
Eindhovense Structuurvisie; 0
afronding stadsvisie 2040. In 2011 actualisatie uitvoeringsprogramma interim-structuurvisie.
- 317 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.7 Ruimtelijke kwaliteit
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
Politiek-bestuurlijke belangrijke gebiedsvisies op meso en micro niveau, bestaande uit doorlopers uit 2009 en één nieuwe in 2010 zijn: Besloten is om deze visie te schrappen. De integrale
(nieuw) Ontwikkelingsvisie Ring; -/-
afweging rondom de Ring komt terug in de op te stellen mobiliteitsvisie Er zijn geen consequenties, omdat de visie pas in de opstartfase was Beeldkwaliteitsplan is in concept klaar. Bp en
(doorloper) HOV II-as, de ruimtelijke inpassing van de noord0
zuidlijn;
stedenbouwkundig ontwerp in voorbereiding. Besluitvorming in 2011 Uitvoeringsprogramma Landelijk Strijp volgt na
(doorloper) Westcorridor/A2 zone: Landelijk Strijp en Strijp R en S;
0
besluitvorming MIP over de prioriteiten.
+
Strijp S en Strijp R: uitvoering conform planning Voorbereidende werkzaamheden voor verbreding
(doorloper) Centrumgebied, de uitwerking van de OV-knoop +
rond het station
OV tunnel gestart. Doorloop in 2011. Neckerspoel volgens prioriteitennota + on hold Klaar, echter pas besluitvorming na afstemming met
(doorloper) Kanaalzone 0
op te stellen mobiliteitsvisie in 2011. De vertraging heeft niet direct consequenties
Bestemmingsplannen Actualiseringen zijn complexe plannen (veel
Wettelijke taak: actualiseren van alle bestemmingsplannen eens in de 10 jaar;
+
bestemmingen, grote gebieden) en vragen veel onderzoek en communicatie. In 2010 zijn De Bergen en TU/e-terrein door de raad vastgesteld.
Herzieningen: als een gewenste ruimtelijke ontwikkeling niet
De uitvoering kon conform planning gebeuren
past in het bestemmingsplan.
dankzij inhuur. Afhankelijk van de conjunctuur of +
bestuurlijke prioriteiten komen er verzoeken binnen. In 2010 zijn 23 concrete initiatieven van een actueel publiekrechtelijk kader voorzien waarop vergunning is verleend.
een actief grondbeleid Uitvoering conform raming. In 2010 hebben er in
Strategische verwerving: de markt en het opraken van uitgeefbare gronden vraagt om extra inzet op strategische
+
verwerving. Een pro-actieve houding is gewenst om een
totaal ca. € 13,5 miljoen aan strategische verwervingen plaatsgevonden.
regiefunctie te behouden; Uitvoering conform raming. Het MPG 2011 is verder
Meerjarenprognose Grondexploitatie (MPG): het MPG beidt een actueel overzicht van lopende planexploitaties en
+
planexploitaties in voorbereiding. In 2010 wordt ingezet op het actualiseren
- 318 -
doorontwikkeld ten opzichte van voorgaande jaren en is bestuurlijk vastgesteld op 15 februari 2011.
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.7 Ruimtelijke kwaliteit
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
De Wro/grondexploitatiewet biedt de mogelijkheid om meer
Proces gestart voor het gaan gebruiken van de
sturing te krijgen. Met anterieure overeenkomsten (bij elke
plankostenscan en tevens het invoeren van de
ontwikkeling 1 woning en 1.000m2 bruto vloeroppervlak ) kan
procedure kleine initiatieven. Door de invoering van
+
de gemeente vooraf goede afspraken maken met ontwikkelaars.
de procedure worden deze ruimtelijke initiatieven als
Dit privaatrechtelijke spoor verdient de voorkeur boven andere
projecten behandeld en vindt er (financiële) sturing
instrumenten.
plaats.
vergunningenniveau Uitvoering conform raming. VTH-loket op
Verbetering van dienstverlening: er wordt sterk gestuurd op het verbeteren van de dienstverlening aan burgers en bedrijven,
Inwonersplein is ingericht, casemanagement is pilot-
+
onder meer via casemanagement en de training 1 in heldere taal.
fase ontgroeid en definitief ingevoerd. Alle brieven in het kader van de WABO zijn ingericht op Heldere Taal
Onderzoek naar mogelijkheden voor bescherming en
Eerste analyse uitgevoerd, loopt door in 2011. Er zijn
ontwikkeling van cultuurhistorische linten.
niet direct consequenties van de vertraging. Pilot0
onderzoek (Hoogstraat) is in voorbereiding, aanbevelingen worden nog opgesteld. 2e kwartaal 2011 bestuurlijke terugkoppeling..
Een jaarverslag van de commissie ruimtelijke kwaliteit wordt
Uitvoering conform raming
+
eind 2010 verwacht.
Evaluatie loopt. Terugkoppeling komt bij het dossier
Evaluatie Dirk Rozenburgprijs, wel of niet doorzetten van de Eindhovense architectuurprijs.
over totale ruimtelijk beleid in kader van
0
bezuinigingen. Er zijn geen consequenties van de lichte vertraging.
Bij gebleken succes uitbreiding van de mogelijkheden voor
Uitvoering conform raming. Het aantal soorten
+
flitsvergunningen.
flitsvergunningen is uitgebreid.
Aanpassing welstandsnota
Aanpassing welstandsnota loopt uit, omdat de invoering van WABO wordt meegenomen. Er zijn niet direct consequenties van deze vertraging. Evaluatie 0
proef welstandsvrij bouwen volgt in 2011. Beide onderwerpen komen terug bij de integrale aanpak van totale welstandsbeleid /ruimtelijke beleid i.k.v. bezuinigingen, planning dossier 2e kwartaal 2011.
Outputindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
4
3
2
4
2
3
2
2
1.457
1.362
900
1.150
- Visies - Stadsdebatten - Vergunningen Toelichting afwijking outputindicatoren:
In 2010 werd gewerkt aan een groot aantal gebiedsvisies. Veel (kleinere) plannen zijn in concept gereed, maar nog niet in besluitvorming. Grote ontwikkelingen zoals Landelijk Strijp lopen door in 2011. Het aantal vergunningen is meer als de prognose,
- 319 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.7 Ruimtelijke kwaliteit
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
destijds gingen we uit van de WABO per 1-1-2010 en de sterke gevolgen van de kredietcrisis. De WABO is later ingevoerd (1-10-2010), maar na invoering valt de verwachte daling mee. Ook de kredietcrisis leidt niet tot minder, maar meer gewijzigde en meer kleine aanvragen.
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
225
Totaal (netto) investering
Afwijking
18
V 207
Toelichting afwijking investeringen: Gronddepot: In 2010 heeft er een correctie plaatsgevonden ten opzichte van 2009 voor geluidswal Blixembosch NO.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 Exploitatielasten
Rekening 2010
Afwijking
116.197
150.442
N 34.245
Exploitatiebaten
91.671
124.312
V 32.641
Mutaties in reserves
V 16.445
V 8.814
N 7.631
Saldo na mutaties reserves
N 8.081
N 17.316
N 9.235
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
N 547
V 1.839
Mutaties
Saldo
reserves Gronddepot: Er heeft in 2010 een inhaalslag plaatsgevonden, waarbij
V 1.292
de vrijkomende grond van de geluidswal Blixembosch NO is overgeboekt. Dit was een correctie t.o.v. 2009. Doordat we het merendeel in eigen beheer uitvoeren hebben we meer inkomsten en kosten als begroot. Dit levert in 2010 een voordeel (extra baten) op van V 1839. Anderzijds levert dit een nadeel op van N 547, omdat er meer beheerskosten zijn geboekt voor het gronddepot. Planschadevergoedingen: Van het bedrag (€ 34.000) wat begroot is, is nog een klein restantbedrag over. Incidenteel is er in 2010 een groot nadeel op de post planschadevergoedingen. Er stond nog een vordering open uit 1999 van €759.741 Het betreft een planschadevergoeding over vliegbasis Welschap, die terugbetaald zou worden door het Ministerie van defensie. Echter door de rechtbank is in 2001 besloten dat defensie deze vergoeding niet terug hoeft te betalen aan de gemeente. Planschadevergoedingen maken geen deel uit van het project Meerhoven. Daarom is recent voorgesteld om deze vordering toe te rekenen aan de post planschadevergoedingen onder dit
- 320 -
N 755
N 755
Structureel
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.7 Ruimtelijke kwaliteit
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
raadsprogramma. Dit leidt nu in 2010 tot een nadeel van N 755. Leges: Aanvankelijk zijn we, op basis van de monitoringsgegevens van
N 1.941
N 1.941
het 1e kwartaal 2010, uitgegaan van een verwacht tekort op de bouwleges van € 800.000. In juli 2010 is de prognose bijgesteld tot een tekort van circa € 3.000.000,-. Het tekort wordt veroorzaakt door de gevolgen van de kredietcrisis.. Doordat er eerder dan verwacht sprake bleek van een licht herstel heeft dit in 2010 geleid tot een uiteindelijk nadeel van € 1.941.000. In het dossier Hoogte en rechtmatigheid kosten/opbrengsten vergunningen (gereed medio 2011) zal VTH de financiële implicaties voor de komende jaren meenemen en komen met voorstellen voor mogelijke oplossingen. Mutatie reserve bouwleges: In de begroting 2010 is een storting
V 491
V 491
geraamd van € 994.000 en een onttrekking van € 532.000. Per saldo zou er dus een bedrag ad € 462.000 gedoteerd dienen te worden. Deze dotatie heeft echter niet plaatsgevonden, waardoor er een voordeel t.o.v. de begroting ontstaat is van € 462.000. Reden van het achterwege blijven van de dotatie is het negatieve resultaat op de bouwleges ad € 1.941.000. Bovendien was de hoogte van de reserve per 1 januari in werkelijkheid nog maar € 29.000. De reserve was niet toereikend om het tekort te dekken en is daarom tot € 0 gereduceerd. In het dossier hoogte en rechtmatigheid kosten/opbrengsten vergunningen – wat in 2011 in eerste instantie aangeboden zal worden aan het college – zal de noodzaak, voeding en voorwaarden van de reserve bouwleges meegenomen worden.. Door de huidige markt omstandigheden zijn diverse kavels niet
N 5.152
N 5.152
0
V 1.020
N 35
0
0
0
verkocht waardoor minder projecten zijn verkocht. Het betreft hier de kosten en opbrengsten van de bebouwde
N 1.055
eigendommen. De kosten zijn hoger door verwervingen en niet gepland incidenteel onderhoud. De opbrengsten zijn hoger door extra huurinkomsten. Dekking ten behoeve van project Hovenring ten lasten van de
V 9.000
N 9.000
planexploitatie Meerhoven. Post onvoorzien minder hoeven aan te spreken
V 705
De projectgebonden personeelskosten zijn separaat in de begroting
N 28
V 3.999
V 677
0
V 3.999
0
opgenomen, echter worden deze in de projectkosten (zie hieronder) verantwoord. Projectkosten worden via de exploitatie afgewikkeld. Hierdoor ontstaat
N 7.813
V 7.175
N 638
0
V 11.699
N 12.250
N 551
0
V 1.275
N 1.000
V 275
0
een voordeel van de lasten ten opzichte van de begroting en een nadeel op de baten. Mutatie boekwaarde worden niet doorberekend aan projecten Strategische verwervingen worden als voorraad verantwoord. Voorbereidingskosten worden geactiveerd.
- 321 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.7 Ruimtelijke kwaliteit
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
Mutatie in reserve grondexploitatie
V 1.588
V 1.588
Nagekomen correcties. V 608
- Vrijval voorziening verliesgevende grondexploitaties - Extra verliesneming op planexploitaties
V 6.334
N 6.334
- Storting ad €7.7 mln in reserve Bouwgrondexploitaties MPG 2011 De begroting van de in exploitatie lopende projecten maatschappelijk
N 608
N 7.721
N 7.721
N 33.802
V 32.707
V 856
N 239
V 405
V 854
N 1.028
V 231
nut is niet conform de begrote afwikkeling in de reserve waardoor een saldo resteert Resultaat afgesloten projecten is niet begroot Afwikkeling saldo kostenplaats projecten (kosten zijn niet doorbelast
N 1.460
V 1.460
naar projecten maar op de reserve afgewikkeld) Resultaat op indirecte kosten
N 600
N 600
- De sector ORVM heeft een nadeel van € 3,8 miljoen op de indirecte kosten. Op eigen personeel is sprake van 14,6 fte boventallige (N €1 mln) en de inhuur is niet begroot (N € 2,8 mln). Voor een bedrag van € 1,2 mln wordt het nadeel gedekt door projectgelden en voor € 0,4 mln door andere bronnen. Hierdoor resteert voor de sector ORVM een nadeel op de indirecte kosten van € 2,2 mln die worden doorberekend aan de Collegeproducten. Een deel daarvan komt terug op dit Programmaonderdeel (N € 0,38 mln) - Er heeft een andere procentuele verdeling van de indirecte kosten plaatsgevonden over de collegeproducten waar de sector VTH een bijdrage aan levert. Dit leidt per saldo op dit programmaonderdeel tot een nadeel van € 0,22 mln. Overige afwijkingen: Totaal
V 39
N 192
N5
N 158
N 34.245
V 32.641
N 7.631
N 9.235
Wat zijn de risico’s Bestaande en nieuwe risico’s: Het gemeentelijk grondbeleid en gemeentelijke planexploitaties kennen vaak complexe en langdurige processen. Dat brengt de nodige financiële en andersoortige risico’s met zich mee. Sterker nog, de risico’s van het grondbedrijf bepalen het grootste gedeelte van het benodigde weerstandsvermogen van de gemeente Eindhoven. Zowel op project- als op totaalniveau vindt risicomanagement plaats.
De bepaling van de risico’s en de daarvoor benodigde weerstandscapaciteit, wordt voor de lopende projecten gedaan aan de hand van een onderscheid in project- en marktrisico’s. Projectrisico’s zijn direct gekoppeld aan een specifiek project en marktrisico’s zijn projectoverstijgende risico’s als gevolg van externe marktontwikkelingen. Deze externe marktontwikkelingen hebben op grote projecten als Meerhoven en Blixembosch Noord-Oost natuurlijk wel het meeste effect. De marktrisico’s worden dan ook voor het grootste deel bepaald door deze projecten.
- 322 -
0
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.7 Ruimtelijke kwaliteit
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
Voor de bepaling van de risico’s en de daarvoor benodigde weerstandscapaciteit voor de voorraadprojecten moet onderscheid gemaakt worden in de projecten waarbij de grond in eigendom is van de gemeente Eindhoven en projecten waarbij op grond en op initiatief van externe partijen ontwikkelingen plaatsvinden (kostenverhaalprojecten). Bij deze tweede categorie, waarbij op grond en op initiatief van externe partijen ontwikkelingen plaatsvinden, bestaat namelijk het risico dat vooraf ingeschatte (en met de externe partij overeengekomen) te verhalen gemeentelijke apparaatskosten worden overschreden. Overige risico’s zijn doorgaans voor rekening en risico van de ontwikkelaar.
De projectrisico’s zijn in projecten en de marktrisico’s op totaalniveau bepaald en vervolgens (voor zover mogelijk) gekwantificeerd (Om de risico’s te kwantificeren dient een minimum en maximum bedrag genoemd te worden en een kans dat het risico zich daadwerkelijk voordoet. Hierbij is de volgende verdeling gehanteerd: 10% (klein risico), 30% (gemiddeld risico), 50% (aannemelijk risico risico), 60% (groot risico)). De uitkomst daarvan is het totale overzicht van risico’s en gelijk aan de benodigde weerstandscapaciteit vanuit de planexploitaties en voorraadprojecten. In de projecten wordt een deel van deze risico’s al afgedekt via de post onvoorzien, vandaar dat deze hiermee gecorrigeerd moet worden om tot de totaal benodigde weerstandscapaciteit van de lopende projecten te komen. Gelijk aan vorig jaar is ook nu weer gekozen voor een ‘basis risico scenario’ en een ‘worstcase risico scenario’ voor zowel de project- als voor de marktrisico’s.
Basis risico scenario
b
Voor de marktrisico’s wordt bij het basisscenario uitgegaan van een vertraging in de projecten van 2 jaar. Bovendien een 5% lagere opbrengststijging en een hoger rentepercentage van 0,5%. Voor dit MPG betreft dit scenario een opbrengstenstijging van -5% en een rentepercentage van 5%.
b
Voor de projectrisico’s betreft het basisscenario het minimumbedrag dat de projectexperts toekennen aan een bepaald projectrisico.
Worst case scenario
b
Voor de marktrisico’s wordt in het ‘worstcase scenario’ uitgegaan van een vertraging van 4 jaar. De mediaberichten geven aan dat het nog heel goed mogelijk is dat in een meest negatief scenario de financiële crisis nog 4 jaar effect heeft op de vastgoedmarkt. Naast een vertraging in de gronduitgifte van 4 jaar wordt er in dit scenario rekening gehouden met een 10% lagere opbrengstenstijging en een hoger rentepercentage van 1,0%. Voor dit MPG betreft dit scenario een opbrengstenstijging van -10% en een rentepercentage van 5,5%.
b
Voor de projectrisico’s betreft het worst case scenario het maximumbedrag dat de projectexperts toekennen aan een bepaald projectrisico.
De uitkomst van de optelsom van de gekwantificeerde projectrisico’s bedraagt circa € 14,1 miljoen (basisscenario) en € 27,9 miljoen (worstcase). Ten opzichte van voorgaande jaren is de gekwantificeerde uitkomst van de projectrisico’s in het basisscenario aanzienlijk toegenomen (met circa € 12,5 miljoen) als gevolg van het beter kwantificeren van projectrisico’s (waaronder inschatting van risico’s middels een scenarioanalyse voor Meerhoven en uitvoerige risicosessies voor Strijp S ). De uitkomst van de optelsom van de gekwantificeerde marktrisico’s bedraagt circa € 27 miljoen (basis) en € 52,7 miljoen (worstcase). De totale marktrisico’s zijn ten opzichte van vorig jaar met circa € 8,0 miljoen in het basisscenario afgenomen omdat in een aantal projecten, waaronder Blixembosch Noord-Oost programma-aanpassingen (minder programma en dus verlaging marktrisico’s) hebben plaatsgevonden. Ook nu weer wordt circa 50% meegenomen als benodigde weerstandscapaciteit, want de marktrisico’s zullen zich naar verwachting niet allemaal tegelijkertijd en in de volledige hoedanigheid voordoen.
- 323 -
Ruimtelijk Raadsprogramma:
8 Ruimtelijk
Programmaonderdeel:
8.7 Ruimtelijke kwaliteit
Portefeuille:
Wonen, wijken, ruimte en burgerparticipatie
Commissie:
Ruimte en vastgoed
Sector:
Gebiedsontwikkeling
Voor de voorraadprojecten op grond en op initiatief van externe partijen (kostenverhaalprojecten), bestaat het risico dat de van te voren vastgestelde bijdragen (en gecontracteerd met ontwikkelaar) aan gemeentelijk apparaatskosten worden overschreden. Hiervoor dient ook aanspraak gemaakt te worden op het weerstandsvermogen van de gemeente. Aan benodigde weerstandscapaciteit wordt circa € 2,5 miljoen euro verwacht. In onderstaande tabel worden deze cijfers nog eens weergegeven.
De benodigde weerstandscapaciteit wordt als volgt bepaald Benodigde weerstandscapaciteit lopende projecten: 50% van de marktrisico's van lopende projecten 100% van projectrisico's minus reeds gereserveerd in post onvoorzien
Basis risico scenario
Worst case risico Benodigde weerstandscapacteit scenario
Ondergrens
Bovengrens
€ 27.000.000 € 14.100.000
€ 52.700.000 € 27.900.000
€ 39.850.000 € 21.000.000 -€ 12.300.000 € 48.550.000 € 2.500.000
Benodigde weerstandscapaciteit voorraadprojecten: Totaal benodigde weerstandscapaciteit
€ 51.100.000
In de jaarrekening 2009 was de benodigde weerstandscapaciteit berekend op circa €42,- miljoen. Het verschil ten opzichte van vorig jaar zit hem in enerzijds de toename in projectgebonden risico’s. De totale marktrisico’s zijn anderzijds iets afgenomen omdat in een aantal projecten, waaronder Blixembosch Noord-Oost programmaoptimalisaties hebben plaatsgevonden.
- 324 -
Economische Ontwikkeling Raadsprogramma:
9 Economische Ontwikkeling
Programmaonderdeel:
9.1 Economische ontwikkeling
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Economie & Cultuur
Wat hebben we bereikt Doelstelling: De centrale opgave van de regio Brainport met Eindhoven als centrumstad is “de transitie van industriële mainport naar toptechnologieen designregio”. Dit met een minder conjunctuurgevoelige economische groei waarbij de leefbaarheid van de stad behouden blijft en versterkt wordt en een zo groot mogelijk deel van de beroepsbevolking ingeschakeld wordt.
b
De ambitie van Brainport is te excelleren als Europese toptechnologie (kennis-) regio waarin innovatie de motor is voor duurzame economische en maatschappelijke ontwikkeling.
b
Diversificatie van de economische structuur: Transformatie van een regio met een overwegend dominante maakindustrie naar een internationaal georiënteerde kennisregio waarin de zakelijke en consument gerichte dienstverlening is toegenomen.
b b b
Zorgen voor een aantrekkelijke(re) stad: goed investerings- en vestigingsklimaat voor bedrijven. Voldoende aanbod aan personeel: verkleinen discrepantie tussen vraag- en aanbod op de arbeidsmarkt. Het stimuleren van ondernemerschap.
Effectindicatoren: Realisatie
Werkgelegenheidsontwikkeling (banen) (op 1 januari)
Realisatie
Begroting
2008
2009
2010
2010
143.400
145.360
-
142.600
7,2
6,9
Rapportcijfer ondernemingsklimaat
Realisatie
Aantal starters/startende ondernemingen
1.780
1.760
-
1.950
Werkloosheid (op 1 januari)
6.215
6.100
-
9.195
Uitgifte bedrijventerreinen
4,9 hectare
1,5 hectare
-
1,0 hectare
Bron: stadsmonitor 2010
Toelichting afwijking effectindicatoren: De verwachting was dat we in 2010 een 7,2 zouden behalen voor het ondernemersklimaat. Dit is een 6,9 geworden en is daarmee gelijk gebleven met de tussenmeting in 2007. Het gemiddelde van de G31 is 6,8. Vanwege de economische crisis en het grote aanbod aan bedrijfslocaties in de regio, is er slechts 1 hectare bedrijventerrein uitgegeven. De werkloosheid is, vanwege de economische crisis, nog steeds toegenomen. De crisis heeft ook gevolgen voor een toenemende werkloosheid. Het hoogtepunt van de crisis is voorbij en de verwachting is dat de werkloosheid weer af zal gaan nemen.
- 325 -
Economische Ontwikkeling Raadsprogramma:
9 Economische Ontwikkeling
Programmaonderdeel:
9.1 Economische ontwikkeling
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Economie & Cultuur
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Het opsporen van de vraag / behoeftes van het bedrijfsleven. Dit
Vanwege de economische crisis en het grote aanbod
houdt in dat we samen met het bedrijfsleven het
aan bedrijventerreinen in de regio is er in 2010 zeer
vestigingsklimaat voor de bedrijven willen verbeteren. Dit doen
weinig grond uitgegeven. Ondanks deze lage uitgifte
we door onder meer op het gebied van infrastructuur, ruimtelijke
zijn er wel verschillende bedrijven geholpen met
kwaliteit , grondbedrijf en veiligheid problemen op te lossen en +
kansen te verzilveren.
huisvestings- en locatieverzoeken. Samen met het grondbedrijf is nagegaan welke behoeften er vanuit het bedrijfsleven liggen voor nieuwe huisvesting en hoe daarop ingespeeld kan worden. Dit heeft geleid tot het schrappen van locaties en/of het anders invullen van locaties.
Het stimuleren van starters, met name allochtone starters en
De focus ligt op creatieve starters, dit vanuit de inzet
creatieve starters
van de accountmanager creatieve industrie. Er is 0
geen inzet op starters in het algemeen en allochtone starters. Daarvoor is geen formatie en budget beschikbaar.
Het opknappen van kleinschalige bedrijventerreinen en
De middelen uit de voormalige Stichting
winkelstrips
Middenstands- en Bedrijfshuisvesting zijn omgezet in een fonds die specifiek gericht is op kleinschalige bedrijvigheid en winkelstrips. Ondernemers kunnen +
subsidie krijgen voor het opknappen van hun bedrijfspand. Deze subsidie is eind 2010 van start gegaan. Daarnaast wordt in het kader van wijkeconomie ingezet op het opknappen van 2 verouderde winkelstrips op basis van de ‘wijk potentieel prognose’.
Het neerzetten van de stad en de regio als kennisintensieve +
hotspot. Op nationaal niveau veelvuldig onder de aandacht brengen van
Dit heeft geresulteerd in een benoeming in de top 7 van meest intelligente community’s. Brainport is genoemd in het regeerakkoord, vanuit
het belang van het investeren in Brainport voor heel Nederland. +
Gerichte lobby richting Den Haag en Brussel.
de ministeries is er volop aandacht voor deze regio. Brainport 2020 is in 2010 nagenoeg gereed en zal begin 2011 gepresenteerd worden.
- 326 -
Economische Ontwikkeling Raadsprogramma:
9 Economische Ontwikkeling
Programmaonderdeel:
9.1 Economische ontwikkeling
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Economie & Cultuur
Op internationaal niveau onder de aandacht brengen van de
De World Expo is geweest waar Eindhoven zich als
stad en regio bij bedrijven die zich hier in de stad en de regio
designstad heeft gepresenteerd. Ook zijn er
zouden willen vestigen.
verschillende handelsmissies geweest en zijn 40
+
ambassadeurs in Eindhoven ontvangen. Ook de Dutch Design Week (business) zet Eindhoven internationaal op de kaart.
Deelnemen aan verschillende beurzen waarbij de stad en het
De Provada en de Regio Business Dagen zijn
bedrijfsleven onder de aandacht wordt gebracht.
georganiseerd. Er zijn verschillende contacten
+
gelegd met bedrijven en vastgoedpartijen om die te interesseren in Eindhoven.
Herijking economische visie
In 2010 zijn de consultatieronden afgerond en 0
verwerkt. In 2011 wordt de visie voor vaststelling aangeboden.
Wat heeft het gekost Investeringen: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
312
Totaal (netto) investering
Afwijking
25
V 287
Toelichting afwijking investeringen: In 2010 was een investering in de infrastructuur t.b.v. breedband begroot (€ 285.000). Realisatie heeft niet in 2010 plaatsgevonden. In 2011 wordt ingestoken om tot een nadere overeenkomst met marktpartijen te komen. De betreffende is investering is doorgeschoven naar 2011.
Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010 Exploitatielasten
Rekening 2010
8.374
Exploitatiebaten Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
Afwijking
8.954
N 580
2.172
2.215
V 43
V 1.700
V 1.728
V 28
N 4.502
N 5.011
N 509
Toelichting afwijking exploitatie
Afwijking in € 1.000, V = voordeel, N = Nadeel
Lasten
Baten
Mutaties reserves
Binnen het programma-onderdeel 9.1 Economische ontwikkelingen zijn de belangrijkste afwijkingen tussen begroting en realisatie te constateren bij ‘Evenementen’. Dit betreft met name kosten voor evenementen zoals Koninginnedag, de (administratieve) afwikkeling in
- 327 -
Saldo
Structureel
Economische Ontwikkeling Raadsprogramma:
9 Economische Ontwikkeling
Programmaonderdeel:
9.1 Economische ontwikkeling
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Economie & Cultuur
verband met de verrekening van de toeristenbelasting en apparaatskosten met Stichting City Dynamiek Eindhoven (SCDE) en het niet realiseren van de begrote opbrengsten kermissen i.v.m. het contract met SCDE. In de begroting 2011 heeft inmiddels aanpassing van de begrote bedragen (inclusief verwerking van de bezuinigingsmaatregelen) plaatsgevonden (structurele afwijking is afhankelijk van de mate waarin de begrote bezuinigingsmaatregelen geëffectueerd gaan worden en is vooralsnog als PM vermeld). Afwijkingen per saldo:
Totaal
- 328 -
N 580
V 43
V 28
N 509
PM
N 580
V 43
V 28
N 509
PM
Economische Ontwikkeling Raadsprogramma:
9 Economische Ontwikkeling
Programmaonderdeel:
9.2 Brainport
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Strategie
Wat hebben we bereikt Doelstelling: De centrale opgave van de regio Brainport met Eindhoven als centrumstad is “de transitie van industriële mainport naar toptechnologieen designregio”. Dit met een minder conjunctuurgevoelige economische groei waarbij de leefbaarheid van de stad behouden blijft en versterkt wordt en een zo groot mogelijk deel van de beroepsbevolking ingeschakeld wordt.
b
De ambitie van Brainport is te excelleren als Europese toptechnologie (kennis-) regio waarin innovatie de motor is voor duurzame economische en maatschappelijke ontwikkeling.
b
Diversificatie van de economische structuur binnen Brainport: Transformatie van een regio met een overwegend dominante maakindustrie naar een internationaal georiënteerde kennisregio waarin de zakelijke en consument gerichte dienstverlening is toegenomen.
b b b
Zorgen voor een aantrekkelijke(re) stad: goed investerings- en vestigingsklimaat voor bedrijven. Voldoende aanbod aan personeel: verkleinen discrepantie tussen vraag- en aanbod op de arbeidsmarkt. Het stimuleren van ondernemerschap.
Ondanks alle slechte economische ontwikkelingen van de afgelopen 2 jaar is de werkloosheid tijdens de recessie veel minder gestegen dan verwacht. Veel werkgevers behielden personeel ondanks de slechte tijden. Uiteraard speelde hierbij dat zij, met de eerdere zeer krappe arbeidsmarkt in hun achterhoofd, zeer waarschijnlijk verwachten dat zij bij een opleving van de economie weer moeite zouden hebben om direct inzetbaar personeel te vinden. Maar ook de stimulans van de Regeling Werktijden en later de deeltijd WW hebben hier aan bijgedragen.
Het behalen van de doelstelling op dit programmaonderdeel wordt in belangrijke mate bepaald door de economische conjunctuur. Hoewel de economie met name in het laatste halfjaar in deze regio flink aantrekt, zijn niet alle doelstellingen gehaald. Dit betekent dat we ook de komende jaren onverminderd aandacht moeten hebben voor de economische structuurversterking van de regio en het optimaal faciliteren van het bedrijfsleven en kennisinstellingen om duurzame groei en werkgelegenheid voor de komende jaren veilig te stellen. Met de visie en het uitvoeringsprogramma Brainport 2020 is hier voor de komende jaren een belangrijke richtinggevende koers uitgezet.
Effectindicatoren: Realisatie
Realisatie
Begroting
Realisatie
2008
2009
2010
2010
-
6,9
7,2
6,9
Versterking vestigingsklimaat Rapportcijfer ondernemingsklimaat Aantal starters/startende ondernemingen
1.780
1.790
2.000
1.950
143.430
144.920
145.000
142.600
Ontwikkeling werkloosheid *
6.215
6.100
nb
9.195
Jeugdwerkloosheid *
7,1%
8,3%
nb
11,6
Ontwikkeling arbeidsparticipatie
67,4
66,8
nb
nb
werkgelegenheidsontwikkeling
* = cijfers voor Eindhoven
- 329 -
Economische Ontwikkeling Raadsprogramma:
9 Economische Ontwikkeling
Programmaonderdeel:
9.2 Brainport
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Strategie
Wat hebben we daarvoor gedaan Onderstaand is aangegeven in hoeverre de uitvoering conform raming is verlopen. Hierbij zijn de onderstaande kleuren / symbolen gebruikt: ….. (+) = Uitvoering conform raming verlopen. ….. (0) = Uitvoering is niet conform raming verlopen maar planning c.q. raming is bijgesteld. ….. (-/-) = Uitvoering is niet conform raming verlopen en realisatie is een probleem. Bijgestelde programmabegroting 2010
Uitvoering conform
Nadere toelichting op investeringen/realisatie 2010
Raming Doorlopende Brainportprojecten De inhoudelijke uitvoeringsprogramma’s Brainport van de +
Stichting en gemeente Eindhoven zijn in uitvoering genomen en worden gemonitoord. Het gemeentelijke programma richt zich met name op projecten
Afgerond. Voorstel is om –gegeven twijfels over de
op het gebied van duurzaamheid, mobiliteit, Industrial design en
effectiviteit van een separaat gemeentelijk
projecten waarin techniek en innovatie benut wordt voor de
programma met Brainport-gerelateerde projecten-
oplossing van maatschappelijke problemen.
0
het eigen gemeentelijk programma met ingang van 2011 als zodanig te beëindigen en de focus op innovatie en het versterken van het Brainport-profiel van de stad integraal op te nemen in de verschillende beleidsterreinen.
Gezien de huidige economische recessie zal zowel het
Dit is afgerond. Stad en regio zijn sterk uit de crisis
programma van Brainport Development als dat van de gemeente
gekomen, mede dankzij de einde 2008 ingezette
nadrukkelijk gericht zijn op de vraag hoe we zo snel en duurzaam mogelijk uit de huidige crisis kunnen komen.
lobby voor een pakket crisismaatregelen, waaronder +
de regeling rondom de deeltijd-WW en de Kenniswerkersregeling. Focus komt nu te liggen op het programma Brainport 2020.
Specifieke thema’s Arbeidsmarkt en innovatieprijs zijn afgerond.
People: Focus op de thema’s Onderwijs en ICT/breedband +
toepassingen. Hiertoe de volgende projecten uitvoeren:
Studentenstad zal afgerond worden in december
Arbeidsmarkt, Innovatieprijs en Studentenstad
2011 en loopt volgens planning.
Business: Focus op de thema’s wijkeconomie, acquisitie,
Beide projecten zijn afgerond.
kennisintensieve bedrijventerreinen en design. Hiertoe de
+
volgende projecten uitvoeren: MKB raad en Centre for entrepreneurship
Alle projecten zijn conform planning uitgevoerd.
Technology: Focus op de thema’s Energie/duurzaamheid en technology & Sport, Hiertoe de volgende projecten uitvoeren:
+
Congres sport en technologie en marathon & Innovatieve sportprojecten
- 330 -
Economische Ontwikkeling Raadsprogramma:
9 Economische Ontwikkeling
Programmaonderdeel:
9.2 Brainport
Portefeuille:
Economie, werk en beroepsonderwijs
Commissie:
Economie en Mobiliteit
Sector:
Strategie
Basics:
Internationale samenwerking en de 2 fieldlabs zijn
Focus op het thema: Cultuur in BP. Hiertoe de volgende
reeds gerealiseerd. Congres motie Brainport in 2028
projecten uitvoeren: Muziekgebouw van de toekomst, design
+
is gerealiseerd in februari 2010. Zaterdag 9 oktober
academy, internationale samenwerking, bruisende binnenstad,
2010 werd het compleet vernieuwde Muziekgebouw
fieldlab breedtesport en fieldlab zwemmen.
Eindhoven geopend.
Wat heeft het gekost Exploitatie: Bedragen x €1.000, V = Voordeel, N = Nadeel
Begroting 2010
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
1.820
1.974
N 154
Exploitatiebaten
361
270
N 91
V 1.459
V 1.532
V 73
N 172
N 172
Mutaties in reserves Saldo na mutaties reserves
- 331 -
- 332 -
Jaarrekening
5
5.1 Programmarekening 5.2 Toelichting programmarekening 5.3 Balans 5.4 Toelichting balans 5.5 Specifieke uitkeringen en Brabantstad
5. Jaarrekening In dit hoofdstuk wordt de jaarrekening van de gemeente Eindhoven weergegeven. De jaarrekening bestaat uit de programmarekening met toelichting en de balans met toelichting. De jaarrekening is opgesteld conform de op 1 januari 2004 in werking getreden wettelijke voorschriften, vastgelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording 2004.
In het hoofdstuk wordt veelvuldig verwezen naar de Concernrekening 2010 bijlagen waarin uitgebreidere cijfermatige toelichtingen zijn opgenomen als onderbouwing van de gegevens in dit hoofdstuk. Zie hiervoor het afzonderlijke boekwerk Concernrekening 2010 Bijlagen.
5.1 Programmarekening Hierna wordt de programmarekening van de gemeente Eindhoven weergegeven. Per programmaonderdeel zijn hier de cijfers van de gewijzigde begroting (begroting nadat hierin de begrotingswijzigingen zijn verwerkt) en de rekeningcijfers weergegeven. Daarnaast is tevens per programmaonderdeel aangegeven in hoeverre de rekening afwijkt van de gewijzigde begroting.
Grondslagen voor resultaatbepaling Voor de resultaatbepaling is conform het Besluit Begroting en Verantwoording 2004 het gemodificeerde stelsel van baten en lasten gehanteerd. Dat wil zeggen dat de baten en lasten zoveel mogelijk zijn toegerekend naar het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Verplichtingen c.q. risico’s zoals bijvoorbeeld vakantiegelden en pensioen-wachtgeldverplichtingen e.d. welke een jaarlijks gelijkblijvend volume kennen en in de (meerjaren)begroting worden afgedekt zijn hier een uitzondering op. Deze posten worden toegerekend aan het jaar waarin ze zijn uitbetaald. Afschrijving heeft plaatsgevonden op basis van de lineaire methode. Voor de investeringen ten behoeve van de afvalinzameling en parkeergarage KBC is de annuïtaire methode gehanteerd. De afschrijvingspercentages zijn gebaseerd op de verwachte levensduur. Voor de diverse soorten van activa zijn per soort afschrijvingspercentages vastgesteld. Afschrijvingen geschieden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Op grond is niet afgeschreven. Indien de waarde van een actief duurzaam vermindert in enig jaar, is deze waardevermindering onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Waardeverminderingen worden op het actief zelf in mindering gebracht. Indien een actief buiten gebruik is gesteld, is deze afgewaardeerd indien de restwaarde lager is dan de boekwaarde. De opbrengstwaarde van een actief dat buiten gebruik is gesteld is niet in mindering gebracht op een nieuw aan te schaffen actief, maar is als bijzondere bate verantwoord. Er is niet langer afgeschreven dan de vooraf vastgestelde termijn en niet verder dan dat de boekwaarde nihil is.
- 333 -
5. Jaarrekening Gewijzigde begroting 2010 X €1.000 Euro
Lasten 1
1.1 1.3
2.3 2.4 2.5 2.8
3.1 3.2
4.3 4.5 4.6
Inkomen Inkomensondersteuning Werk en Inkomen Zorg en welzijn Maatschappelijke zorg Inburgering, diversiteit en emancipatie Welzijn Eén in gezondheid Onderwijs en jeugd Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren Pedagogische infrastructuur Kunst, cultuur en sport Sportparticipatie eindhovense bevolking Culturele basisinfrastructuur Laboratorium- en designstad
Baten
Rekening 2010
Saldo voor Bestemming
Mutaties Reserves
Saldo na bestem.
3=1+2
4
5=3+4
2
Lasten 6
Baten 7
Saldo voor bestemming 8=6+7
22.038 171.329
-3.664 -147.172
18.374 24.157
-2.074 228
16.300 24.385
23.307 178.781
-2.823 -155.376
20.484 23.405
23.951 11.396
-7.056 -6.052
16.895 5.344
-947 -598
15.948 4.746
18.438 9.930
-2.370 -5.965
16.068 3.965
52.341 8.274
-3.251 -125
49.090 8.149
-3.356 -588
45.734 7.561
51.531 8.139
-3.776 -100
47.756 8.039
40.478
-8.928
31.550
-4.803
26.747
38.048
-8.245
29.803
39.014
-15.556
23.458
-1.836
21.622
35.042
-7.756
27.286
41.359
-18.786
22.573
-5.585
16.988
37.110
-17.801
19.309
32.338 5.095
-1.474 -477
30.864 4.618
-95 -2.472
30.769 2.146
36.831 4.913
-4.372 -611
32.459 4.302
12.821
-272
12.549
-46
12.503
13.303
-278
13.025
16.518
-3.610
12.908
-371
12.537
16.862
-3.843
13.019
5.2
Openbare Orde en Veiligheid Parate dienstverlening en crisisbeheersing Veiligheid en handhaving
6.2 6.3
Burger en Bestuur Bestuur Publieke dienstverlening
33.576 10.659
-1.174 -4.427
32.402 6.232
-7.344 -983
25.058 5.249
31.918 10.370
-1.044 -4.240
30.873 6.131
7.3
Bedrijfsvoering en organisatie Organisatie en bedrijfsvoering
31.171
-351.124
-319.953
-5.962
-325.915
29.008
-356.705
-327.697
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7
Ruimtelijk Wonen Openbare ruimte Groen en recreatievoorzieningen Water Milieu Verkeer en vervoer Ruimtelijke kwaliteit
4.777 26.196 12.820 16.275 33.280 9.980 116.197
-2.308 -2.679 -398 -15.622 -27.628 -10.857 -91.671
2.469 23.517 12.422 653 5.652 -877 24.526
152 1.677 -450 0 1.888 -2.051 -16.445
2.621 25.194 11.972 653 7.540 -2.928 8.081
4.752 29.437 13.540 16.442 34.112 9.975 150.442
-2.155 -2.924 -413 -15.714 -28.838 -11.099 -124.312
2597 26.513 13.127 728 5.275 -1.124 26.130
9.1 9.2
Economische ontwikkeling Economische ontwikkeling Brainport
8.374 1.820
-2.172 -361
6.202 1.459
-1.700 -1.459
4.502 0
8.954 1.974
-2.215 -270
6.739 1.704
782.077
-726.844
55.233
-55.220
13
813.162
-763.248
49.914
5.1
Totaal
- 334 -
Afwijking rekening – gewijzigde begroting X €1.000 Euro
Mutaties reserves 9
1.1 1.3
2.3 2.4 2.5 2.8
3.1 3.2
4.3 4.5 4.6
Inkomen Inkomensondersteuning Werk en Inkomen Zorg en welzijn Maatschappelijke zorg Inburgering, diversiteit en emancipatie Welzijn Eén in gezondheid Onderwijs en jeugd Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren Pedagogische infrastructuur Kunst, cultuur en sport Sportparticipatie eindhovense bevolking Culturele basisinfrastructuur Laboratorium- en designstad
Saldo na bestemming 10 = 8 + 9
Lasten 11 = 1 – 6
Baten 12 = 2 – 7
Saldo voor bestemming 13 = 11+ 12
Mutaties reserves 14
Saldo na Bestemming 15 = 13 + 14
-2.221 -650
18.263 22.755
1.269 N 7.452 N
841 N 8.204 V
2.110 752
N V
147 878
V V
1.963 1.630
N V
-949 -589
15.118 3.376
5.513 V 1.466 V
4.686 N 87 N
827 1.379
V V
2 9
V N
830 1.370
V V
-3.463 -588
44.293 7.451
810 V 135 V
525 V 25 N
1.334 110
V V
107 0
V N
1.441 110
V V
-7.003
22.800
2.430 V
683 N
1.747
V
2.200
V
3.947
V
-6.529
20.757
3.972 V
7.800 N
3.828
N
4.693
V
865
V
123
19.432
4.249 V
985 N
3.264
V
5.708
N
2.444
N
-1.882 -2.536
30.577 1.766
4.493 N 182 V
2.898 V 134 V
1.595 316
N V
1.787 64
V V
192 380
V V
-46
12.979
482 N
6 V
476
N
0
N
476
N
-242
12.777
344 N
233 V
111
N
129
N
240
N
5.2
Openbare Orde en Veiligheid Parate dienstverlening en crisisbeheersing Veiligheid en handhaving
6.2 6.3
Burger en Bestuur Bestuur Publieke dienstverlening
-7.710 -979
23.163 5.152
1.658 V 289 V
130 N 187 N
1.529 101
V V
366 4
V N
1.895 97
V V
7.3
Bedrijfsvoering en organisatie Organisatie en bedrijfsvoering
-5.441
-333.138
2.163 V
5.581 V
7.744
V
521
N
7.223
V
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7
Ruimtelijk Wonen Openbare ruimte Groen en recreatievoorzieningen Water Milieu Verkeer en vervoer Ruimtelijke kwaliteit
789 636 -617 0 1.896 442 -8.814
3.386 27.148 12.510 728 7.170 -682 17.316
N V V V V V V
128 2.996 705 75 377 247 1.604
N N N N V V N
637 1.041 167 0 8 2.493 7.631
N V V N N N N
765 1.954 538 75 369 2.246 9.235
N N N N V N N
9.1 9.2
Economische ontwikkeling Economische ontwikkeling Brainport
-1.728 -1.532
5.011 172
580 N 154 N
43 V 91 N
537 245
N N
28 73
V V
509 172
N N
-49.633
281
31.085 N
36.404 V
5.319
V
5.587
N
268
V
5.1
Totaal
25 3.241 720 167 833 5 34.245
- 335 -
V N N N N V N
153 245 15 92 1.210 242 32.641
5. Jaarrekening 5.2 Toelichting programmarekening Inleiding en leeswijzer De programmarekening geeft het volgende beeld:
Bedragen (x € 1.000)
Primitieve
Gewijzigde
begroting
begroting
Rekening 2010
Afwijking
Exploitatielasten
735.898
782.077
813.162
31.085 N
Exploitatiebaten
717.347
726.844
763.248
36.404
V
Exploitatiesaldo
18.551 N
55.233 N
49.914 N
5.319
V
Mutaties reserves
20.913 V
55.220 V
49.633 V
5.587 N
2.362 V
13 N
281 N
268 N
Resultaat
In de volgende paragrafen wordt een korte toelichting gegeven. In paragraaf 5.2.2 t/m 5.2.3 wordt een verklaring gegeven van het resultaat en de afwijkingen. Er wordt per programma-onderdeel ingegaan op de belangrijkste afwijkingen in paragraaf 5.2.4. Ten slotte wordt in paragraaf 5.2.5 ingegaan op een aantal belangrijke incidentele posten die invloed hebben op de baten en lasten van de rekening. Voor een uitgebreide toelichting verwijzen wij naar de Concernrekening 2010 Bijlagen.
Verklaring rekeningresultaat (na mutaties reserves) Financieel resultaat Het bovenstaande financiële overzicht van de gemeente Eindhoven laat zien dat er in de realisatie 2010 totaal € 813,2 miljoen is uitgegeven terwijl er € 782,1 miljoen was begroot, € 763,2 miljoen aan inkomsten is ontvangen waarbij er € 726,8 miljoen was begroot, en per saldo € 49,6 miljoen is onttrokken aan reserves en er € 55,2 miljoen was begroot. Per saldo resteert er in de jaarrekening een nadeel van € 0,3 miljoen.
Verklaring afwijkingen en rekeningresultaat Zoals hiervoor al aangegeven zijn er zowel op de lasten, baten en mutaties reserves afwijkingen ontstaan ten opzichte van de gewijzigde begroting. Hierna volgt een verklaring voor deze afwijkingen en voor het rekeningresultaat.
Bij een groot gedeelte van de afwijkingen is er sprake van een zogenaamde resultaatneutrale afwijking waarvoor tussentijds geen begrotingswijziging is opgesteld. Hierbij moet gedacht worden aan bijvoorbeeld het ontvangen van inkomsten die doorgesluisd worden naar een derde partij, hogere uitgaven welke gedekt worden door een onttrekking aan een daarvoor bestemde reserve, hogere uitgaven waarbij deze worden doorbelast naar een derde partij, kosten welke in eerste instantie binnen de exploitatie worden geboekt maar vervolgens geactiveerd worden op de balans en hogere dan wel lagere uitgaven welke gecompenseerd worden door daarvoor bestemde hogere dan wel lagere inkomsten. Enkele concrete voorbeelden hiervan in 2010 :
b b
Ontvangen middelen van het Rijk ten behoeve van WSW; Voordeel in de lasten als gevolg van temporisering van investeringen in onderwijshuisvesting. Het voordeel wordt gestort in de reserve huisvesting;
b b
Kosten van strategische verwervingen en voorbereidingskosten welke geactiveerd worden op de balans; De resultaten van de projecten maatschappelijk nut welke worden verrekend met reserves;
- 336 -
b b
Uitvoering van diverse projecten waarbij de kosten worden doorbelast naar een derde partij; Een niet juiste GSB-raming. Zowel de inkomsten als de bijbehorende uitgaven zijn niet gerealiseerd in 2010.
Een uitgebreidere toelichting is terug te vinden in hoofdstuk 4 van dit Concernverslag bij de financiële analyse van de programmaonderdelen.
Worden de resultaatneutrale afwijkingen buiten beschouwing gelaten, dan resulteren alleen nog de afwijkingen die geresulteerd hebben in het nadelig rekeningresultaat van € 0,3 miljoen. Hieronder wordt een overzicht weergegeven van de belangrijkste van deze afwijkingen. Per post wordt hierna een korte toelichting gegeven. Ook hier verwijzen wij u voor een uitgebreidere toelichting naar hoofdstuk 4 van dit Concernverslag.
(bedragen x € 1.000, V=voordeel, N=Nadeel)
Personeelslasten
2.115 N
Kapitaallasten
4.445 V
Algemene uitkering
5.962 V
Dekking negatieve reserve bouwgrondexploitatie
7.721 N
Meeropbrengsten onroerende zaakbelasting
1.591 V
Lagere opbrengsten leges bouwvergunningen
1.941 N
Gevolgen strenge winter
2.700 N
Minimaregelingen
1.276 N
Participatiebudget
1.200 V
Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)
1.200 V
Resultaat Sportgebieden
1.650 N
Gebiedsgericht werken
1.492 V
Onderwijs en Jeugd
3.669 V
Per post wordt hierna een korte toelichting gegeven: Personeelskosten Na aanvullende dekking van € 8,9 miljoen ontstaat op de personeelskosten gemeentebreed een nadeel van ruim € 2,1 miljoen. In belangrijke mate (€ 1,9 miljoen) is dit nadeel ontstaan bij kosten inhuur. Belangrijke componenten hierbij zijn een toename van cliënten bij schulddienstverlening waardoor meer inhuur nodig dan voorzien (€ 1,5 miljoen) en een groter aantal projecten bij Realisatie en Beheer waardoor voor € 0,7 miljoen meer werd ingehuurd.
Kapitaallasten Gemeentebreed ontstaat op de kapitaallasten een voordeel van € 4,4 miljoen. Dit na correctie van een bijdrage uit reserves en voorzieningen welke hierdoor eveneens verminderen. De oorzaak van de lagere kapitaallasten is volledig het gevolg van temporisering c.q. vertraging van investeringen. Hierbij kan worden genoemd: temporisering huisvesting onderwijs, vertraging realisatie Spilcentra, vertragingen bij investeringen wijksporten en sportaccommodaties en een latere uitvoering van ondergrondse afvalcontainers. Verder is bij de eigen bedrijfsvoering sprake van uitstel c.q. vertraging van verbouwingen dienstgebouwen, investeringen automatisering, werkplekken meubilair en vervanging financieel systeem.
- 337 -
5. Jaarrekening Algemene uitkering De uitkering gemeentefonds kent voor de jaren 2008 en 2009 een gezamenlijk nagekomen voordelig resultaat van € 0,229 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door een nacalculatie van de verdeelsleutels voor de WMO. Op basis van de decembercirculaire kent de algemene uitkering 2010 een voordelig resultaat van € 3,79 miljoen waarvan € 0,14 voor de WMO. Besloten is om voor onderwerpen die niet meer tot uitgaaf leiden in 2010 geen bestedingsbudgetten toe te kennen.
Dekking negatieve reserve bouwgrondexploitatie De reserve Bouwgrondexploitatie is voor het tweede jaar op rij in de negatieve cijfers gekomen, waardoor een aanvulling uit de algemene middelen van € 7,7 miljoen noodzakelijk was. De oorzaken van deze negatieve cijfers zijn drieledig:
b
De huidige financiële crisis laat het grondbedrijf niet ongedeerd. Het effect van de kredietcrisis raakt de bouwsector hard. Prijzen staan onder druk, verkopen blijven ver achter met als gevolg dat er weinig nieuwe projecten gerealiseerd worden;
b
Daarnaast heeft de gemeente Eindhoven ook te maken met het opraken van uitleglocaties. De gebieden die voor landbouwprijzen werden gekocht en waar vervolgens voor een veel duurdere categorie werd ontwikkeld raken op. Toekomstige ontwikkelingen zullen vooral binnenstedelijk zijn, met bijkomende hogere kosten voor verwerving en bouw- en woonrijp maken tot gevolg;
b
De gemeente Eindhoven wordt ook nog eens geconfronteerd met een behoorlijke mismatch tussen vraag en aanbod. Er is een grote overcapaciteit in programma’s, met name binnen de programma’s appartementen en kantoren.
Meeropbrengsten onroerende zaakbelasting Als gevolg van afwijkingen ten opzichte van de gehanteerde uitgangspunten in de OZB-tariefvaststelling 2010, is een meeropbrengst onroerende zaakbelasting gerealiseerd. De waarde van het WOZ areaal bij woningen en niet-woningen is o.a. hoger dan bij de tariefvaststelling ingeschat. Daarnaast is het aantal verminderingen bij woningen lager dan werd ingeschat. Verder is in het begrote bedrag in onvoldoende mate rekening gehouden met het accres.
Lagere opbrengsten leges bouwvergunningen In 2010 is € 1,941 miljoen minder aan bouwleges ontvangen. Dit is het gevolg van de kredietcrisis waardoor minder aanvragen voor grotere bouwwerken. In het dossier “Hoogte en rechtmatigheid kosten/opbrengsten vergunningen” worden de financiële complicaties voor de komende jaren meegenomen en voorstellen voor mogelijke oplossingen.
Gevolgen strenge winter Doordat niet alle wegen aan de basiskwaliteit voldoen is ten gevolge van de strenge vorst vorstschade ontstaan. Alleen de noodzakelijke reparaties (vakken) zijn uitgevoerd. De extra kosten ten gevolge van vorstschade bedragen € 1,25 miljoen. Ten gevolge van de strenge winter zijn er meer strooiacties uitgevoerd dan gemiddeld (79 werkelijk t.o.v. 20 begroot). Daarnaast zijn extra kosten gemaakt omdat er als gevolg van een tekort aan strooizout een marktwerking op de prijzen ontstond. Totale extra kosten hierdoor € 1,45 miljoen.
Minimaregelingen Het jaar 2010 begon verhoudingsgewijs met een hoog aantal nog te behandelen aanvragen. De voorwaarden voor de Reductieregeling zijn vanaf 2009 versoepeld. Daardoor is beter bereik gerealiseerd. Ook door inzet PIT en samenwerking met partners in de stad is het bereik toegenomen. Door verruiming van de regeling is een tekort van € 0,997 ontstaan. Vanaf 1 januari 2009 is de Langdurigheidstoeslag (LDT) regeling gedecentraliseerd. De gelden zijn overgeheveld van macrobudget WWB-I deel naar het
- 338 -
Gemeentefonds. Deze middelen zijn echter ontoereikend om de uitgaven/kosten voor de LDT te dekken (-ook al in 2009-). Hierdoor is een nadeel van € 0,279N ontstaan.
Participatiebudget Er is sprake van een overschot Participatiebudget ad € 1,2 miljoen. Voor € 0,9 miljoen wordt dit veroorzaakt doordat gedurende de 2e helft van het jaar, een strakkere sturing op het Participatiebudget heeft plaatsgevonden. Verder is er een financieel voordeel (€ 0,3 miljoen) op het participatiebudget als gevolg van het achterblijven bij de verwachting van de realisatie uitvoering Wet Inburgering.
Wet Maatschappelijke Ondersteuning In 2010 is het gemiddelde bedrag per verstrekte woonvoorziening aanzienlijk gedaald, waardoor het gemiddelde bedrag per verstrekking in 2010 16% lager ligt dan in 2009. De invoer van een inkomensafhankelijke toets heeft in 2009 al een dalende lijn in het aantal voorzieningen ingezet, deze is in 2010 gecontinueerd. Hierdoor ontstaat een voordeel van ruim € 1,3 miljoen. Op mobiliteit (vervoersvoorzieningen, scootmobielen, rolstoelvoorzieningen) ontstaat een incidenteel voordeel van € 0,71 als gevolg van een BTW teruggaaf bij het CVV. Bij Hulp bij het huishouden (HBH) vindt met name als gevolg van de toenemende vergrijzing een stijging van het aantal aanvragen plaats van 9%, terwijl voorts meer zorguren worden geconsumeerd. Hierdoor doet zich een nadeel voor van € 0,8 miljoen.
Resultaat sportgebieden Op energiebudgetten is sprake van een overschrijding van € 1,1 miljoen welke wordt veroorzaakt door met name de gestegen prijzen voor grondstoffen voor onze traditionele installaties alsmede de Bio massa centrale Tongelreep. De prijsstijgingen overstijgen al jaren de gemeentelijke indexering van de energiebudgetten. Daarnaast is de Bio massa centrale Ir. Ottenbad nog niet in gebruik genomen maar wel als zodanig in de begroting verwerkt. Door het wegvallen van subsidiemogelijkheden voor de BIO massacentrale Ottenbad is gezocht naar alternatieve duurzame energie (hout). Hierdoor is een forse vertraging ontstaan in de realisatie van een nieuwe energievoorziening. Door achterblijvende bezoekersaantallen c.q. verschuiving van bezoekersaantallen van recreatie naar verenigingen (Tongelreep, IJssportcentrum) en de achterblijvende verhuur van het Indoor Sportcentrum Eindhoven zijn de inkomsten € 0,556 miljoen lager dan geraamd.
Gebiedsgericht werken De subsidieverstrekking aan bewonersorganisaties in 2009 zijn in 2010 afgerekend. Bij de afrekening is gebleken dat over 2009 € 0,33 miljoen teveel is bevoorschot en derhalve in 2010 alsnog is verrekend. Door herprioritering in het sociale domein hebben een aantal projecten geen doorgang gevonden waardoor een bedrag van € 0,95 miljoen is vrijgevallen. Ten aanzien van Veiligheid & Leefbaarheid zijn er de afgelopen jaren minder steunpunten gerealiseerd als waar bij de start rekening mee gehouden is. Hierdoor resteert een voordeel van € 0,21 miljoen.
Onderwijs en Jeugd Door de komst van de Wet Oke zijn de plannen voor de Voor- en Vroeg Schoolse Educatie ( VVE) bijgesteld. Hierdoor is een vertraging in de uitrol van VVE ontstaan waardoor minder is uitgegeven dan begroot. De bestemde middelen om het opleidingsniveau van de leidsters op het gebied van voorschoolse educatie op een hoger niveau te krijgen, zijn door vertraging evenmin uitgegeven. Verder zijn er een aantal reserves vrijgevallen omdat deze niet meer nodig zijn voor het doel waarvoor deze beschikbaar waren en de knelpunten voor 2011 inmiddels structureel zijn opgelost.
- 339 -
5. Jaarrekening Mutaties reserves en voorzieningen Ten opzichte van 20091 is de vermogenspositie van de gemeente Eindhoven met € 29,8 miljoen gedaald.
De reservepositie is per saldo met € 49,9 miljoen gedaald. Gestort werd € 52,2 miljoen; onttrokken werd € 102,1 miljoen. Hierna worden de mutaties in reserves groter dan € 1 miljoen toegelicht.
Naam reserve
Mutatie 2010 Bedragen x € 1 miljoen -/- = onttrekking, + = storting
Strategische impulsen
-/- 18,4
Reserveringen 2009
-/- 11,1
Maatschappelijk nut in ontwikkeling
-/- 10,3
Huisvesting Onderwijs
-/- 8,2
Sportpark Botenlaan
-/- 8,0
Herstructurering NRE
-/- 5,0
GSB
-/- 2,4
Kinderopvang
-/- 2,4
Groenvoorziening
-/- 1,5
Verbeterplan bedrijfsvoering
-/- 1,3
Kapitaallasten Parktheater
-/- 1,3
Uitvoering WMO
-/- 1,2
NRE-middelen onderhoud projecten
-/- 1,2
Brainport
+ 1,5
Mobiliteitsfonds
+ 1,6
BBZOB
+ 2,4
Saldireserve specifiek
+ 2,7
Maatschappelijk nut projecten
+ 2,9
Hovenring bovenwijks
+ 5,0
Eigen kapitaal
+ 5,9
Reserveringen 2010
+ 9,1
Internationale school
+ 12,6
De voorzieningen zijn ten opzichte van 2009 met € 20,1 miljoen gestegen. Dit is met name het gevolg van de herrubricering van het restant van de voorziening Afwaardering netwerkbedrijven (€18,9 miljoen) als gevolg van de verkoop van Endinet BV medio 2010. In 2009 werd de voorziening gepresenteerd aan de activa-zijde als correctie op de deelneming Endinet BV. Na verkoop van Endinet BV is de restant-voorziening opgenomen aan de passiva-zijde onder de voorzieningen.
1
Inclusief Brandweer en Crisis Bestrijding (BCB). Dit in verband met de ontvlechting van BCB uit de gemeentelijke organisatie per 1
januari 2010 (zie hoofdstuk 5.4).
- 340 -
Toelichting resultaat per programmaonderdeel 2010 Op hoofdlijnen wordt hierna per programmaonderdeel ingegaan op de geconstateerde afwijkingen tussen de begroting na wijziging en de rekening. De programmaonderdelen, waar het saldo voor bestemming of na bestemming meer dan € 1,0 miljoen afwijkt van de gewijzigde begroting, worden toegelicht. Voor een uitgebreidere toelichting op de afwijkingen wordt verwezen naar hoofdstuk 4 Programmaonderdelen, onderdeel “Wat heeft het gekost?”.
PO 1.1 Inkomensondersteuning
1.963 N
Door verruiming regeling en stijging van het gebruik (-ook al in 2009-) zijn de kosten gestegen.
997 N
Tekort bij de uitvoeringskosten doordat het aantal aanvragen structureel is toegenomen door de
625 N
economische crisis terwijl de budgetten nagenoeg gelijk zijn gebleven. Door decentralisatie van de langdurigheidstoeslag worden de kosten niet meer volledig gedekt.
279 N
PO 1.3 Werk en Inkomen
1.630 V
Realisatie BUIG laat een nadeel zien welke te splitsen is in een voordeel inzake de dalende trend WWB
252 N
uitkeringen en WWB 65+ welke vanaf 2010 wordt uitgevoerd door de Sociale Verzekeringsbank en een nadeel inzake het niet inzetten van een stelpost tekort uitkeringen. Door strakkere sturing gedurende de 2e helft van het jaar op het participatiebudget is een voordeel
922 V
ontstaan. Er zijn diverse kosten gemaakt waar geen budget tegenover stond, o.a. inzake het clientvolgsysteem
598 N
en het managementinformatiesysteem en het verstrekken leningen investeringsfonds Diverse onttrekkingen en vrijval uit reserves.
878 V
Correctie op de eerder vastgestelde uitkering BTW-BCF over 2009.
521 V
PO 2.4 Inburgering, diversiteit en emancipatiebeleid Realisatie uitvoering Wet Inburgering is sterker achtergebleven dan verwacht. Dit wordt onder
1.370 V 470 V
andere veroorzaakt doordat niet alle modules van de inburgering worden afgenomen. Lagere doorbelaste kosten (verschuiving naar andere programma’s, de kosten wijken niet af) .
631 V
PO 2.5 Welzijn en maatschappelijke ontwikkeling
1.441 V
In 2010 is het gemiddelde bedrag per verstrekte woonvoorziening aanzienlijk gedaald. Dit wordt
1.313 V
veroorzaakt door de invoer van een inkomensafhankelijke toets. Bij het onderdeel mobiliteit (vervoersvoorzieningen, scootmobielen, rolstoelvoorzieningen) is er
709 V
sprake van een incidentele BTW teruggaaf bij het CVV. Bij Hulp bij het Huishouden is naast een stijging in het aantal cliënten ook sprake van meer zorguren
703 N
per cliënt. Hierdoor is een nadeel ontstaan dat voor een gedeelte teniet gedaan is door de van het CAK terug ontvangen eigen bijdrage die hoger is dan verwacht. Binnen de WMO is een toename van het aantal aanvragen en verstrekkingen. Dit heeft enerzijds te
824 N
maken met de vergrijzing en anderzijds met een verruiming van het beleid in de achterliggende jaren. 335 V
Vrijval Reserve Meedoen (afgerond).
- 341 -
5. Jaarrekening PO 3.1 Ononderbroken ontwikkelingslijn jeugd en jongeren
3.947 V
Vrijval van de reserves omdat middelen niet meer nodig zijn voor de gestelde doelen).
2.495 V
Vertraging in de uitrol Voor- en Vroegschoolse Educatie door komst Wet Oke .
1.174 V
PO 3.2 Pedagogische infrastructuur fysiek
865 V
Aanvragen van schoolbesturen wijken in aantal en omvang af van geraamd. Dit door temporisering
3.188 V
van investeringen. Het voordeel wat hierdoor ontstaat wordt gestort in reserve huisvesting
3.188 N
onderwijs. Lagere kapitaallasten wegens temporisering investeringen in kinderdagverblijven
888 V
Lagere uitgaven door vertraging realisatie spilcentrum Grasrijk in verband met voortschrijdend
313 V
inzicht in het aanbod van kinderen.
PO 4.3 Sportparticipatie Eindhovense bevolking
2.444 N
Voordeel kapitaallasten wegens temporisering investeringen.
752 V
Hogere personeelskosten door additionele kosten Marketing en Communicatie,
1.054 N
waarnemersvergoeding, vervanging ziekte en niet gerealiseerde taakstellende bezuiniging. Overschrijding energiebudgetten door gestegen grondstofprijzen en het nog niet in gebruik nemen
1.094 N
van de BIO-energiecentrale Ir. Ottenbad. Lagere inkomsten door achterblijvende bezoekersaantallen en achterblijvende verhuur.
556 N
Centrum voor Topsport en Onderwijs is begrotingstechnisch nog niet verwerkt.
786 N
PO 6.2 Bestuur
1.895 V
Lagere subsidievaststellingen over 2009 gebiedsgericht werken in 2010.
333 V
Besloten is om een groot deel van de activiteiten Sociale basiskwaliteit in 2010 niet uit te voeren.
949 V
Er zijn minder steunpunten gerealiseerd inzake Veiligheid en Leefbaarheid.
210 V
PO 7.3 Organisatie en bedrijfsvoering
7.223 V
Een voordeel op de algemene uitkering als gevolg van nacalculatie 2008/2009 (229 V) en
4.022 V
decembercirculaire 2010 (3.793 V). Bij de verzameluitkeringen is tevens sprake van een voordeel. De inkomsten hiervan zijn elders in de
1.941 V
begroting begroot. Tegenover deze inkomstenpost staan diverse uitgaven, gespreid over meerdere collegeproducten. Bezuinigingstelposten zoals: Kostenverschuiving GB, bezuinigingen Don sessies en inhuur,
2.423 N
ombuigingstaakstelling inkoop, slim investeren, achterblijvende investeringen, bezuinigingen formatie en korte ketensamenwerking. Bij veel van deze posten komt het voor-/nadeel terug bij andere programmaonderdelen. Op de rente van de kortlopende leningen, langgeldfinanciering, activa en eigen
221 V
financieringsmiddelen is een rentevoordeel gerealiseerd. Meeropbrengsten belastingen o.a. OZB, toeristenbelasting en precario.
1.665 V
In verband met temporisering bij o.a. vastgoed is een kapitaallastenvoordeel ontstaan.
1.891 V
Huurderving, minder doorberekende beheersvergoeding en doorberekende kosten naar derden.
925 N
Niet bestede bedragen uit de reserves (o.a. saldireserve specifiek) die vrijgevallen zijn.
775 V
- 342 -
Vrijval voorziening FLO door een wijziging in de berekeningswijze van de toereikendheid van de
925 V
voorziening. FUWA nabetaling: Als resultaat van een bezwaarzaak heeft pensioenreparatie en uitbetaling van de
575 N
wettelijke rente plaatsgevonden.
PO 8.2 Openbare ruimte (m.u.v. water en groen)
1.954 N
Curatieve middelen: hogere kosten als gevolg van extra noodzakelijke reparaties aan de wegen ivm
1.898 N
vorstschade (1.250 N), meer schade aan verkeersmeubilair (200 V), meer clandestien vuil (150 V) en een preventieve curatieve ronde in stadsdeel Gestel (200 V). Door de strenge winters zijn er meer strooiacties uitgevoerd en duurder zout ingekocht door
1.673 N
marktwerking en meer schades aan openbare verlichting. Voor onderhoudsprojecten zijn dit jaar geen restantmiddelen 2010 gereserveerd. De
1.687 V
restantmiddelen NRE-reserve zijn vrijgevallen.
PO 8.6 Verkeer en vervoer
2.246 N
Inkomsten betaald parkeren vallen structureel tegen tengevolge van onder andere het wegvallen van
1.423 N
terreinen in de afgelopen jaren. Daarnaast is er incidenteel minder inkomsten door het vervallen van parkeerplekken ivm werkzaamheden, inwerkperiode van de handhaafterminals en als gevolg van de economische crisis. Hogere doorberekende indirecte kosten veroorzaakt door o.a. hogere personeelskosten. Binnen dit
642 N
collegeproduct is er geen aanvullende dekking.
PO 8.7 Ruimtelijke kwaliteit
9.235 N
Inzake gronddepot heeft er een inhaalslag plaatsgevonden. Door het in eigen beheer uitvoeren
1.292 V
hebben we meer inkomsten en kosten dan begroot. Tekort leges als gevolg van de kredietcrisis.
1.941 N
Door de huidige marktomstandigheden zijn diverse kavels niet verkocht waardoor minder projecten
5.152 N
zijn verkocht. Voordeel op de projectkosten, oorzaak is voornamelijk de personeelskosten. Terugbetaling planschadevergoeding door Ministerie van Defensie heeft niet plaatsgevonden en
3.361 V 755 N
maakt geen deel meer uit van het project Meerhoven. Extra storting in de Reserve Bouwgrondexploitatie wegens negatieve stand veroorzaakt door kredietcrisis, opraken van uitleglocaties en mismatch tussen vraag en aanbod
- 343 -
7.721N
5. Jaarrekening Nadere toelichting belangrijke posten resultatenrekening Personeelskosten Het totaal van de personeelskosten wordt binnen de gemeente Eindhoven bepaald door de kosten van eigen personeel, overige personeelskosten en inhuur derden. Deze worden vervolgens verminderd met de opbrengsten voor het beschikbaar stellen van personeel.
Over 2010 zijn de werkelijke personeelskosten binnen de gemeente Eindhoven, na correctie voor aanvullende dekking, € 2,1 miljoen hoger dan begroot. Samengevat in een tabel:
(bedragen x € 1.000)
Begroting 2010
Salariskosten personeel Specifieke personeelskosten
Stelposten Vergoedingen detachering Totaal eigen personeel
Aanvullende
2010
dekking
Afwijking
(1)
(2)
(3)
4 = 1-2+3
123.333
126.877
-1.507
2.037 N
1.876
1.318
157
401 V
1.797
-1.797
125.209
129.992
-3.147
-1.655
-2.336
2
Personeelskosten tlv activa en voorzieningen Subtotaal eigen personeel
Realisatie
702
1.636 N 702 V 679 V
124.256
127.656
-3.145
255 N
Inhuur personeel
26.993
34.648
-5.795
1.860 N
Totaal personeel
151.249
162.304
-8.940
2.115 N
De afwijking eigen personeel (€ 255.000 nadeel) wordt veroorzaakt door:
b
Bezettingsverschil: Het saldo van de vacatures en de overbezetting bedraagt 57,46 fte voordelig. Als gevolg hiervan is een voordeel ontstaan van € 3,4 miljoen;
b
Niet geraamde personeelskosten: In de begroting zijn voor overwerk, bijdragen ziektekosten etc geen ramingen opgenomen. Als gevolg hiervan is een nadeel op het resultaat ontstaan van € 1,6 miljoen;
b b b
Niet geraamde personeelskosten ten laste investeringen en voorzieningen € 1,8 miljoen; Vervallen pseudo –inkomsten WW nadeel € 1,3 miljoen; Overige verschillen eigen personeel per saldo nadeel € 0,8 miljoen.
De afwijking en inhuur personeel (€ 1,86 miljoen nadeel) wordt veroorzaakt door:
b b b b b
Bodem en geluidsprojecten ORVM € 0,7 miljoen nadeel; Werk en OSP: minder uitkeringvertrekking € 0,7 miljoen voordeel; ZI: meer inhuur ivm meer cliënten schuldhulpdienstverlening nadeel € 1,5 miljoen; R&B: meer projecten uitgevoerd, nadeel € 0,7 miljoen; Overige verschillen per saldo voordeel € 0,3 miljoen.
- 344 -
Jaarrekening 2010 ten opzichte van de Jaarrekening 2009 Ten opzichte van de jaarrekening 2009 zijn de loonkosten van het eigen personeel exclusief voorzieningen (€ 118,4 miljoen) met € 8,0 miljoen gestegen tot € 126,4 miljoen. Deze stijging wordt verklaard door een stijging van de gemiddelde formatie met 60,5 fte (€ 3,6 miljoen) en overige verschillen (salarismaatregelen etc.) € 4,6 miljoen (3,7% van de geraamde loonsom).
Exclusief brandweer en voorzieningen is in de rekening 2009 een bedrag van € 34,1 miljoen aan inhuur opgenomen. In 2010 heeft eveneens tot een bedrag van € 34,1 miljoen aan inhuur plaatsgevonden.
- 345 -
5. Jaarrekening Kapitaallasten
De kapitaallasten over de materiële vaste activa binnen de gemeente Eindhoven laten over 2010 het volgende beeld zien. (bedragen x € 1.000):
Begroting 2010
Realisatie 2010
Afwijking
(1)
(2)
3=1-2
Afschrijvingen
26.318
19.377
6.941 V
Rente
29.682
24.808
4.874 V
Totaal Kapitaallasten
56.000
44.185
11.815 V
Voorzieningen/reserves /stelposten
22.593
17.215
5.378 N
T.l.v. resultaat na bestemming
33.407
26.970
6.437 V
Correctie rentecomponent
1.992 N
T.l.v. resultaat na rentecorrectie
4.445 V
De totale kapitaallasten van de materiële vaste activa laten in eerste instantie een voordeel zien van € 11,8 miljoen. Na correctie van dit voordeel door mutaties in reserves en voorzieningen, stelposten en rentecomponent blijft er een voordelig resultaat over van € 4,4 miljoen.
Hierna wordt een analyse gegeven van de belangrijkste oorzaken van de aangegeven afwijkingen. Het voordeel op het totaal aan kapitaallasten van € 11,8 miljoen wordt o.a. veroorzaakt door:
b
Temporisering huisvesting onderwijs (€ 2,2 miljoen V), vertraging realisatie Spilcentra (€ 2,8 miljoen V) en vertraging bij Wijksporten (€ 350.000 V) en Sportaccommodaties (€ 350.000 V) ;
b b
De werkelijke kapitaalslasten blijven achter bij latere uitvoering van de ondergrondse afvalcontainers( € 350.000 V); Uitgestelde en vertraagde investeringen t.b.v. verbouwingen dienstgebouwen, werkplekken meubilair en software financieel systeem ( € 600.000 V);
b b b b
Uitgestelde en vertraagde investeringen t.b.v. automatisering (€ 2,5 miljoen V); Uitgestelde en vertraagde investeringen t.b.v. Vastgoed voor dienstgebouwen, sport, kunst & cultuur en welzijn (€ 2,1 miljoen V); De rentekosten van de deelneming in Essent/PUF/Obragas zijn overschreden met (€ 350.000 N); Diverse overige verschillen < € 100.000 bedragen in totaliteit (€ 900.000 V).
Verder is er sprake van lagere bijdragen uit reserves en voorzieningen. Als voorbeeld kan hier genoemd worden:
b
De afwijkingen uit de investering voortvloeiende kapitaallasten voor huisvesting onderwijs wordt via de egalisatiereserve afgewikkeld (€ 4,1 miljoen N);
b
Door minder lasten riolen en minder lasten afvalstoffen is ook de mutatie uit de egalisatievoorziening riolen en egalisatievoorziening afvalstoffen per saldo lager (€ 400.000 N);
Opgemerkt wordt verder dat het voordeel (lagere kapitaalslasten) voortvloeiende uit de vertraging van het investeringstempo reeds ingecalculeerd is voor € 850.000 N, welke als stelposten zijn opgenomen.
Het resultaat na bestemming is met een rentecorrectie gecorrigeerd omdat de rentecomponent voor de gemeente budgettair neutraal in de begroting is verwerkt.
- 346 -
Incidentele baten en lasten In de rekening van baten en lasten zitten diverse incidentele baten en lasten. Deze baten en lasten hebben een eenmalig karakter en doen zich maximaal gedurende twee jaren voor. Hieronder wordt een overzicht gegeven van de incidentele baten en lasten die in het resultaat voor bestemming zijn verwerkt.
Incidentele baten
Realisatie 2010 (bedrag x € 1.000)
PO 2.5
Incidentele BTW-teruggave CVV (collectieve vervoersregeling)
PO 4.3
Bijdrage SRE aan investering Fontys Sporthogeschool
2.000
PO 4.5
Bijdrage SRE aan verbouwing Muziekcentrum
1.700
PO 8.6
Winstuitkering parkeergarages (profit-sharing P1-parkeergarages 2008 en 2009)
Incidentele lasten
710
920
Realisatie 2010 (bedrag x € 1.000)
PO 6.3
Extra uitgaven i.v.m. organisatie vervroegde Tweede Kamer verkiezingen
550
PO 7.3
Schadevergoeding verstrekt aan Pater Augustijnen
655
PO 8.7
Planschadevergoeding over vliegbasis Welschap welke niet meer ontvangen wordt van
760
het Ministerie van defensie
- 347 -
5. Jaarrekening
- 348 -
5.3
Balans
Op de volgende twee pagina’s wordt de balans van de gemeente Eindhoven weergegeven. Dit betreft de balans (zowel eind als beginbalans) exclusief BCB. Dit in verband met de ontvlechting van BCB uit de gemeentelijke organisatie per 1 januari 2010. Voor een nadere specificatie van de ontvlechting zie hoofdstuk 5.4 ‘Toelichting Balanscijfers inzake ontvlechting BCB’.
- 349 -
5. Jaarrekening ACTIVA Bedragen (x € 1.000)
01-01-2010
31-12-2010
Vaste activa
B02
Materiële vaste activa economisch nut, algemeen
417.521
454.971
Materiële vaste activa economisch nut, in erfpacht Totaal materiële vaste activa
1.770 419.291
1.770 456.741
Kapitaalverstrekking aan deelnemingen Af: voorziening afwaardering netwerkbedrijven B0311
Kapitaalverstrekking aan deelnemingen gesaldeerd
B0313
Kapitaalverstrekking aan gemeenschappelijke regelingen Kapitaalverstrekking aan overige verbonden partijen
B0321
Leningen aan woningbouwcorporaties
B0322 B0323 B033
B0312
134.156 -43.600
8.214 -90.556
8.214
0
0
0
0
84.196
78.379
Leningen aan deelnemingen
0
0
Leningen aan overige verbonden partijen
0
0
Overige langlopende leningen
26.006
23.899
B034
Overige uitzettingen
93.740
78.262
B035
Bijdragen aan activa in eigendom van derden
0
0
B036
Kapitaalverstrekking aan vakdiensten
2.397
0
B038
Belegde waarborgsommen
B03
Totaal financiële vaste activa
Totaal vaste activa
0
0
296.895
188.754
716.186
645.495
58.794
72.960
Vlottende activa B3111
Niet in exploitatie genomen bouwgronden
B3112
Grond- en hulpstoffen
B312
Onderhanden werk
B313
Gereed product en handelsgoederen
B314
Vooruitbetalingen
0
0
B31
Totaal voorraden
180.911
200.690
B111
Vorderingen op openbare lichamen
33.523
41.546
B112
Verstrekte kasgeldleningen
B113
Rekening-courant met niet-financiële instellingen
B114
Overige vorderingen
B115
Overige uitzettingen
17.191
16.750
B11
Totaal uitzettingen
92.553
94.342
B12
Totaal liquide middelen
144
5.091
B14
Rekening courant saldo tussen vakdiensten
0
0
B21
Overlopende activa (inclusief voorschotten)
20.236
18.566
293.844
318.689
1.010.030
964.184
39.415
38.481
Totaal vlottende activa TOTAAL ACTIVA Garanties uit waarborgstellingen: - borgstellingen
- 350 -
34
39
121.941
127.600
142
90
0
0
3.919
3.580
37.920
32.466
PASSIVA Bedragen (x € 1.000)
01-01-2010
31-12-2010
Vaste passiva B0411
Algemene reserves
79.131
84.557
B0412
Bestemmingsreserves (t.b.v. tarieven)
0
0
B0413
Diverse overige bestemmingsreserves
273.503
228.751
B0414
Reserves t.b.v. investeringen/afdekken kapitaallasten
B041
Reserves totaal
B042
Saldo exploitatie na mutatie reserves
B04
27.054
24.265
379.688
337.573
7.519
-281
Totaal eigen vermogen
387.207
337.292
B05
Totaal voorzieningen
140.819
163.046
B0621
Onderhandse leningen van binnenlandse
3.114
2.869
135.164
188.076
pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen B0622
Onderhandse leningen binnenlandse banken en overige instellingen
B0624
Overige binnenlandse sectoren
12.948
15.852
B063
Door derden belegde gelden
2.207
2.252
B064
Ontvangen waarborgsommen van derden
1.109
944
B067
Door CS ontv res + vz vakdienst
2.143
0
B06
Totaal vaste schulden
156.685
209.993
684.711
710.331
175.000
105.000
Totaal vaste passiva Vlottende passiva B131
Kasgeldleningen
B132
Postbankrekeningen
B133
Bankrekeningen
B134
Overige schulden
26.869
37.206
B13
Totaal netto-vlottende schulden
223.200
177.021
B22
Totaal overlopende passiva
102.119
76.832
Totaal vlottende passiva
325.319
253.853
TOTAAL PASSIVA
1.010.030
964.184
39.415
38.481
Verplichtingen uit waarborgstellingen: - borgstellingen
- 351 -
3.172
0
18.159
34.815
5. Jaarrekening 5.4 Toelichting balans Grondslagen van waardering Met ingang van 1 januari 2004 is het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) van kracht. De grondslagen en waardering, zoals binnen de gemeente Eindhoven gehanteerd, voldoen aan dit besluit. Onderstaand zijn de grondslagen per balanspost toegelicht.
Vaste activa De immateriële vaste activa worden in Eindhoven ineens ten laste van de rekening van baten en lasten gebracht en dus niet geactiveerd.
Bij de materiële vaste activa wordt een onderscheid gemaakt in investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut en investeringen met een economisch nut.
b
Investeringen in openbare ruimte met een maatschappelijk nut (bijvoorbeeld wegen): Deze brengen geen middelen op en er is geen markt voor het activum als zodanig. In Eindhoven worden deze investeringen niet geactiveerd maar worden ineens ten laste van de rekening van baten en lasten gebracht.
b
Investeringen met een economisch nut (bijvoorbeeld gronden, gebouwen en vervoermiddelen): Deze activa zijn verhandelbaar en/of kunnen bijdragen tot het genereren van middelen. Ze worden geactiveerd voor het bedrag van de investering, het zogenaamde bruto-activeren. Aftrek van eigen middelen (reserves) is niet toegestaan. Bijdragen van derden welke in directe relatie staan met het activum worden wel in mindering gebracht (netto-variant). Deze bijdragen worden eerst in een voorziening verantwoord en bij daadwerkelijke activering van het activum als vermindering op de aanschafwaarde verwerkt.
Niet geactiveerd worden:
b b b b b
BTW op activa indien deze compensabel is volgends de Wet op het BTW-compensatiefonds; Kunstvoorwerken met een cultuurhistorische waarde; Tekorten; Activa met een verkrijgingsprijs minder dan € 2.500 (met uitzondering van gronden en terreinen, deze worden altijd geactiveerd); Activa met een levensduur van maximaal twee jaar.
Waardering van de geactiveerde materiële vaste activa geschiedt op basis van de verkrijgingsprijs (inkoopprijs vermeerderd met de (losten van grond- en hulpstoffen, overige kosten die direct aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend, een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak dat aan de vervaardiging van het activum kan worden toegerekend) verminderd met de berekende afschrijvingen.
Financiële vaste activa Kapitaalverstrekkingen (deelnemingen, gemeenschappelijke regelingen) staan tegen de verkrijgingsprijs gewaardeerd (niet de eventuele hogere actuele of intrinsieke waarde). Deelnemingen worden wel tegen de marktwaarde gewaardeerd indien de marktwaarde lager is dan de verkrijgingsprijs.
- 352 -
Leningen en overige uitzettingen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Dat is de historische kostprijs minus de door derden gedane aflossingen.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden niet geactiveerd.
Vlotte activa Voorraden worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs verminderd met eventuele voorzieningen voor incourant. Indien de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs dient de marktwaarde als waardering te worden gebruikt (ook onder vermindering van eventuele voorzieningen voor incourant). Lopende grondexploitaties worden op de balans opgenomen als onderhanden werk.
Uitzettingen worden onder aftrek van eventuele voorzieningen voor oninbaarheid (dubieuze debiteren) gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Overlopende activa worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Vaste passiva Eigen vermogen wordt gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, dan wel tegen de contante waarde. In het laatste geval zal jaarlijks een toevoeging gelijk aan de rentevoet nodig zijn om de voorziening op de juiste hoogte te houden.
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de oorspronkelijke hoofdsom, verminderd met de gedane aflossingen.
Vlottende passiva De netto-vlottende schulden en de overlopende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
- 353 -
5. Jaarrekening Toelichting balanscijfers inzake ontvlechting dienst Brandweer en Crisis Bestrijding (BCB) Op 21 december 2010 heeft het college besloten tot de definitieve ontvlechting van de brandweerzorg uit de gemeentelijke organisatie. Dit met terugwerkende kracht tot 1 januari 2010. Nadat het personeel al in juli 2008 is overgegaan naar de Veiligheidsregio Brabant Zuidoost is nu ook het materieel overgedragen. Omdat de ontvlechting met terugwerkende kracht heeft plaatsgevonden heeft dit consequenties voor de beginbalans van de gemeente Eindhoven waardoor deze niet meer aansluit met de eindbalans van 2009. Hieronder zijn 3 kolommen opgenomen om de ontvlechting nader te specificeren. In de eerste kolom zijn de gepresenteerde cijfers (inclusief de dienst BCB) uit het concernverslag 2009 vermeld. De tweede kolom omvat de balanscijfers van de dienst BCB zelf. De derde kolom wordt gevormd uit het saldo van de eerste twee kolommen waarmee de aansluiting met de balanscijfers per 01-01-2010 in de balans verklaard is. De rubrieken waarin de BCB vertegenwoordigd is zijn apart vermeld. De overige rubrieken zijn getotaliseerd onder: Diversen rubriek B. ACTIVA Bedragen (x € 1.000)
Concernverslag
Correctie
Exclusief BCB
per 31-12-2009
BCB
per 01-01-2010
419.918
-2.397
417.521
-2.397
419.291
Vaste activa Materiële vaste activa economisch nut, algemeen Diversen rubriek B02 B02
1.770
1.770
Totaal materiële vaste activa
421.688
Diversen rubriek B03
294.498
0
294.498
0
2.397
2.397
294.498
2.397
296.895
716.186
0
716.186
B036
Kapitaalverstrekking aan vakdiensten
B03
Totaal financiële vaste activa
Totaal vaste activa
Vlottende activa Diversen rubriek B31 B3112
Grond- en hulpstoffen
B31
Totaal voorraden
180.877
180.877
57
-23
34
180.934
-23
180.911
Diversen rubriek B11
21.110
B111
Vorderingen op openbare lichamen
33.551
-28
33.523
B114
Overige vorderingen
37.935
-15
37.920
B11
Totaal uitzettingen
92.596
-43
92.553
B12
Totaal liquide middelen
146
-2
144
B14
Rekening courant saldo tussen vakdiensten
0
0
0
B21
Overlopende activa (inclusief voorschotten)
19.961
275
20.236
293.637
207
293.844
1.009.823
207
1.010.030
Totaal vlottende activa TOTAAL ACTIVA
- 354 -
21.110
PASSIVA Bedragen (x € 1.000)
Concernverslag
Correctie
Exclusief BCB
per 31-12-2009
BCB
per 01-01-2010
Vaste passiva
B041
Diversen rubriek B041
379.688
Reserves totaal
379.688
Diversen rubriek B04
379.688 0
379.688
7.519
7.519
B04
Totaal eigen vermogen
387.207
0
387.207
B05
Totaal voorzieningen
142.913
-2.094
140.819
Diversen rubriek B06
154.542
B067
Door CS ontv res + vz vakdienst
B06
Totaal vaste schulden
Totaal vaste passiva
154.542
0
2.143
2.143
154.542
2.143
156.685
684.662
49
684.711
Vlottende passiva Diversen rubriek B13 B132
Postbankrekeningen
B133
Bankrekeningen
B134
Overige schulden
B13
Totaal netto-vlottende schulden
B22
Totaal overlopende passiva
175.000
Totaal vlottende passiva TOTAAL PASSIVA
- 355 -
175.000
3.166
6
3.172
18.070
89
18.159
26.933
-64
26.869
223.169
31
223.200
101.992
127
102.119
325.161
158
325.319
1.009.823
207
1.010.030
5. Jaarrekening Specificatie per balansrekening – Vaste activa Specificatie van de vaste activa (afgerond op duizenden euro’s):
Omschrijving
Gronden en terreinen Woonruimten Bedrijfsgebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Vervoermiddelen Machines, apparaten en installaties Totaal materiële vaste activa
Boekwaarde 01-01-2010
Investeringen
Bijdragen van
Afschrijving /
Boekwaarde
derden
aflossing
31-12-2010
33.971.495
2.573.163
0
0
0
36.544.658
735.395
2.166
0
0
89.295
648.266
274.199.093
32.438.658
0
1.237.673
11.673.336
293.726.741
72.894.245
12.992.460
0
0
1.530.294
84.356.411
467.541
43.545
0
0
179.184
331.902
37.023.897
10.716.902
0
708.233
5.899.042
41.133.524
419.291.666
58.766.894
0
1.945.906
19.371.151
456.741.502
Kapitaal verstrekking aan deelnemingen
90.556.079
Leningen aan woningbouwcorporaties
84.195.918
1.221.609
Overige langlopende leningen
26.005.507
Overige uitzettingen
93.739.874
Kapitaalverstrekking aan vakdiensten
Desinvesteringen
82.342.559
8.213.520
7.038.681
78.378.846
2.857.093
4.963.239
23.899.361
1.272.000
16.750.000
78.261.874
2.641.175
2.641.175
0
Totaal financiële vaste activa
297.138.553
5.350.702
111.094.479
0
0
188.753.601
Totaal vaste activa
716.185.833
64.361.982
111.094.479
1.945.906
19.371.151
645.495.104
Stille reserve De kunstvoorwerpen van het Van Abbemuseum zijn niet in de balans opgenomen (de verzekerde waarde per 31 december 2010, inclusief bruiklenen, bedraagt circa € 151 miljoen). Tevens is sprake van een stille reserve (opbrengstwaarde is hoger dan de boekwaarde) met betrekking tot niet bedrijfsgebonden activa (zoals woningen en diverse overige eigendommen) van € 17,2 miljoen.
Investeringen De investeringen in de materiële vaste activa in 2010 bedragen per saldo € 60,9 miljoen. Dit bedrag wordt gevormd door een groot aantal mutaties van welke hierna een beperkte opsomming volgt:
b
Investeringen in bedrijfsgebouwen: Rapenland (€ 2,5 miljoen), Basisschool Grasrijk (€ 2,8 miljoen), Hondsheuvels (€3,6 miljoen) en Biomassa centrale (€ 2,3 miljoen);
b b
Investeringen in Grond-, weg- en waterbouw o.a. Rioleringen (€ 13,0 miljoen); Investeringen in Machines, apparaten en installaties o.a. Ondergrondse afvalcontainers (€ 2,5 miljoen).
- 356 -
Kapitaalverstrekking aan derden Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2009
31-12-2010
Endinet B.V. *) (voorheen PUF Participations BV)
125.942.559
0
125.942.559
Af: voorziening afwaardering netwerkbedrijven
-43.600.000
0
-43.600.000
Waardering netwerkbedrijven
82.342.559
0
82.342.559
82.342.559
0
82.342.559
Wonen boven winkels
22.500
22.500
0
50,00%
Muziekgebouw storting AK (EC)
45.378
45.378
0
100,00%
Stadsschouwburg storting AK (EC)
45.378
45.378
0
100,00%
82.455.815
113.256
11.345
11.345
0
0,02%
NV Eindhoven Airport
555.880
555.880
0
24,50%
BNG
429.000
429.000
0
0,30%
Deelneming Breedband (EC)
1.425.000
1.425.000
0
34,00%
Deelneming Park Strijp CV
1.000.000
1.000.000
0
50,00%
0
50,00%
0
50,90%
Deelneming in:
Verschil
Omvang deelneming
Specificatie netwerkbedrijven -
Specificatie deelnemingen Waardering netwerkbedrijven (zie hierboven)
Meerderheidsdeelneming in nom kapitaal
Enexis Holding NV (voorheen Essent) **)
Deelneming Park Strijp Beheer BV
10.000
10.000
Minderheidsdeelneming in nom kapitaal
3.431.225
3.431.225
Deelneming in FlightForum CV (035-09-13)
4.669.039
4.669.039
90.556.079
8.213.520
Totaal deelnemingen
*
Endinet BV beheert de energienetwerken voor elektriciteit en gas. Van oudsher zijn overheden aandeelhouder. In 2009 zijn, na twee eerdere pogingen, opnieuw de mogelijkheden verkend voor verkoop van alle (gemeentelijke) aandelen in het regionale energienetwerkbedrijf Endinet. Ook was al besluitvorming genomen voor de bijstorting van eigen vermogen, mocht een verkoop onhaalbaar blijken. In december 2009 is voor de verkoop van Endinet een Akkoord op Hoofdlijnen gesloten met Alliander. Na het boekenonderzoek is in maart van 2010 een definitieve Koopovereenkomst gesloten. De goedkeuring van de minister van Economische Zaken is verkregen. Op de beoogde datum van overdracht, 1 juli 2010, zijn de aandelen overgegaan naar Alliander.
De netto-koopsom van €136,2 miljoen is door de notaris aan de gemeenten uitgekeerd. De gemeente Eindhoven ontving €113,3 miljoen voor haar aandelenpakket van 83,2%. Samen met een ingecalculeerde onttrekking uit de risicovoorziening van €12,6 miljoen kon de boekwaarde van de aandelen (€125,9 miljoen) worden afgeboekt. Uit de eindbalans van Endinet zijn geen verrekeningen voortgekomen. Wel moet nog prudent worden omgegaan met de inzet van de ontvangen middelen.
- 357 -
-
5. Jaarrekening Naast de afgegeven garanties en beperkte vrijwaringen is het risico met betrekking tot de regulering van de gasaansluittarieven niet aan Alliander overgedragen. In 2013, of zo veel later als de tarieven definitief zijn vastgesteld, kan nog een aanpassing van de koopsom plaatsvinden. ** In Enexis is het netwerkdeel van het voormalige energiebedrijf Essent ondergebracht. Het commercieel deel van Essent is in 2009 verkocht aan RWE. Voor de afwikkeling van deze transactie zijn een aantal (tijdelijke) BV’s opgericht. Per balansdatum is de gemeente Eindhoven feitelijk aandeelhouder van Enexis Holding BV, Vordering op Enexis BV, Verkoop Vennootschap BV, Essent Milieu Holding NV, Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV, CBL Vennootschap BV en Claim staat Vennootschap BV. Gezien het geringe belang in elk van deze (tijdelijke) BV's zijn deze deelnemingen samengevat onder de noemer Enexis.
Leningen aan woningbouwcorporaties Van de aan woningbouwcorporaties verstrekte leningen (€ 78,4 miljoen) is € 48,2 miljoen ondergebracht bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Het WSW staat garant indien een woningbouwcorporatie in gebreke blijft met betrekking tot rente- en aflossingsverplichtingen.
Overige langlopende leningen De grootste langlopende leningen betreffen een lening van € 9,2 miljoen aan Strijp S in het kader van herrubricering deelnemingen en een lening van € 6,1 miljoen aan HEJA projectontwikkeling in het kader van realisering project Gerretsonlaan te Eindhoven.
Overige uitzettingen De gehele beleggingsportefeuille staat tegen nominale waarde op de balans en de hoofdsom van de beleggingen is gegarandeerd op het einde van de looptijd. Voor twee garantieproducten geldt een minimum gegarandeerd rendement.
(bedragen in euro's) Boekwaarde 31-12-2010 Effecten in verband met duurzame beleggingen
Beleggingen:
47.874
betreft 1 garantiebeleggingsproduct van € 15,0 miljoen en
71.000.000
4 garantiebeleggingsproducten van € 14,0 miljoen
Obligatie:
betreft vastrentende staatsobligaties en obligaties van banken.
250.000
in 2010 is €16, 8 miljoen overgeheveld naar de balansrekening BA 115 (verstrekte kortlopende leningen)
Nog te ontvangen opbrengsten in verband met garantiebeleggingsbeleggin garantiebeleggingsproducten.
6.964.000
Totaal BA034 Overige uitzettingen
78.261.874
- 358 -
Specificatie per balansrekening - Vlottende activa Voorraden
b
B3111 Niet in exploitatie genomen bouwgronden In de voorraden zijn begrepen de nog niet in exploitatie genomen bouwgronden van het Grondbedrijf voor een waarde van € 73 miljoen.
Onderhanden werk De balanspost ‘Onderhanden werk’ heeft betrekking op onderhanden projecten ( €0,4 miljoen) en op de bouwgrondexploitatie (€ 127,6 miljoen). In de prospecties (toekomstige opbrengsten) voor diverse planexploitaties is een aantal verliesgevende exploitaties naar voren gekomen. Ter dekking van de mogelijke verliezen is een voorziening gevormd. De voorziening verliesgevende planexploitaties (€ 27,6 miljoen) is in mindering gebracht op de boekwaarde van de post ‘Onderhanden werk’. In voorgaande jaren is de voorziening verliesgevende planexploitaties opgenomen tegen eindwaarde. In 2010 is ervoor gekozen om de berekende voorziening niet meer tegen eindwaarde maar tegen contante waarde op te nemen. De voorziening is contant gemaakt met de verwachte rentevoet. De voorziening zal in de komende jaren jaarlijks met de rentecomponent verhoogd worden om aan het einde van de looptijd het verwachte verlies te kunnen afdekken.
Voor een nadere specificatie van het verloop van de bouwgrondexploitaties wordt verwezen naar het overzicht “Bouwgrondexploitatie” in de Concernrekening 2010 Bijlagen.
Uitzettingen
b
B111 Vorderingen op openbare lichamen
De vordering heeft voornamelijk betrekking (€ 37,5 miljoen) op de met de fiscus te verrekenen BTW (waaronder de vordering op het landelijke BTW-compensatiefonds). Daarnaast staat er nog voor een bedrag van ongeveer € 4,1 miljoen open op het rijk, provincie, gemeentes en andere overheidsinstellingen.
b
B114 Overige vorderingen
Eind 2010 was de stand van deze vorderingen € 52,4 miljoen. Met betrekking tot deze uitstaande vorderingen is een voorziening dubieuze debiteuren van € 19,9 miljoen opgenomen. Dit resulteert in een netto bedrag van € 32,5 miljoen.
b
B115 Overige uitzettingen
Het saldo ‘overige uitzettingen’ ultimo 2010 heeft alleen betrekking op verstrekte kortlopende leningen. Hierop is in 2010 € 17,2 miljoen afgelost en €16,8 miljoen overgeboekt van overige langlopende leningen.
b
B12 Liquide middelen
(bedragen in duizenden euro’s) 31-12-2009
B121
Kassen
B122
Postbankrekeningen
B1247
Kruisposten
B12
Totaal liquide middelen
31-12-2010
110
92
30
4.993
4
6
144
5.091
Het totaal van de liquide middelen laat per 31 december 2010 een negatief saldo zien. De categorieën met een negatief saldo zijn terug te vinden aan de creditzijde van de balans onder de netto vlottende schulden.
- 359 -
5. Jaarrekening Overlopende activa (bedragen in duizenden euro’s) 31-12-2009
31-12-2010
B211
Overlopende activa publiekrechtelijke lichamen
9.659
9.498
B213
Overige overlopende activa
9.537
8.538
B215
Voorschotten
134
95
B224
Tussenrekening
906
435
B21
Totaal overlopende activa
20.236
18.566
Het saldo ‘overlopende activa publiekrechtelijke lichamen’ ultimo 2010 heeft voornamelijk betrekking op een nog te ontvangen bedrag van SRE inzake Verordening Inzet BLS middelen (€ 1,7 miljoen), inzake algemene uitkering (€ 1,0 miljoen), inzake Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen (€ 1,7 miljoen) en extra werkplekken WSW Ergon (€ 2,5 miljoen).
Onder de 'overige overlopende activa' vallen de vooruitbetaalde bedragen voor een bedrag van totaal € 2,6 miljoen, waarvan de grootste post huren betreft. Verder valt daar onder de rekening nog te ontvangen rente leningen u/g voor een bedrag van € 1,8 miljoen. Een andere grote post onder de overig overlopende activa betreft de categorie "overige nog te ontvangen bedragen" voor totaal € 4,3 miljoen, waarbij de grootste post huren betreft voor € 1,8 miljoen.
Bij de voorschotten zijn de grootste posten depotbedrag PTT post (€ 60.000) en voorschotten personeel (€ 25.000).
- 360 -
Specificatie per balansrekening – Passiva Eigen vermogen /reserves De stand van de reserves is in 2010 met € 42,1 miljoen afgenomen tot een bedrag van € 337,6 miljoen. In de staat van reserves (zie concernrekening 2010 Bijlagen) is een volledig overzicht van de mutaties in de reserves en een bijbehorende toelichting opgenomen. Onderstaand zijn de mutaties in de reserves groter dan € 5 miljoen vermeld.
Bedragen in miljoenen euro’s Omschrijving
Mutatie 2010 -/- = onttrekking + = storting
Reserve Eigen kapitaal
+ 5,9
De grootste storting heeft betrekking op het jaarrekeningresultaat 2009 (€ 7,5 miljoen). Tezamen met enkele andere stortingen en onttrekkingen leidt dit tot een toename van € 5,9 miljoen. Saldireserve specifiek
+ 2,7
Van de tientallen stortingen en onttrekking die zijn gedaan heeft de grootste post betrekking op overheveling van de reserve herstructurering NRE (€ 5 miljoen). Reserve strategische impulsen
-/- 18,4
In 2010 is € 10,5 miljoen ovegeheveld naar de reserve internationale school. Vanuit de reserve ontwikkeling sportpark Botenlaan heeft een correctie plaatsgevonden ten gunste van deze reserve (€ 8,9 miljoen). Reserve internationale school
+ 12,6
De mutatie bestaat uit bijdragen derden en overige middelen Reserve bouwgrondexploitaties
0
Dit jaar zijn er in deze reserve twee grote onttrekkingen en twee grote stortingen gedaan die tezamen met enkele kleinere mutaties hebben geleid tot een ongewijzigd saldo. Een storting (€ 9 miljoen) heeft betrekking op de planexploitatie Meerhoven ten behoeve van de reserve Hovenring en BBZOB (zie ook onttrekking). De andere (€ 7,7 miljoen) is gedaan ten laste van de algemene middelen om de negatieve stand van de reserve op te heffen. De onttrekkingen betreffen de dekking voor de reserve Hovenring en BBZOB (€ 9 miljoen) en de extra verliesneming op lopende planexploitaties (€ 6,3 miljoen) Reserve maatschappelijk nut in ontwikkeling
-/-10,3
De grootste onttrekking heeft betrekking op afwikkeling lopende projecten ( € 21,6 miljoen). Reserve herstructurering NRE
-/-5
Reserve is in 2010 opgeheven. Middelen worden ingezet tbv incidentele intensiveringen mjb 2010-2013 Reserve ontwikkeling sportpark Botenlaan
-/- 8
Reserve is opgeheven en de middelen zijn overgeheveld naar de reserve strategische impulsen Reserve bovenwijks Hovenring
+5
Storting cf begroting bijdrage Meerhoven voor de Hovenring Reserve huisvesting onderwijs Betreft een onttrekking ten behoeve van het exploitatiebudget 2010
- 361 -
-/- 8,2
5. Jaarrekening Voorzieningen
Specificatie van de voorzieningen (bedragen in duizenden euro’s)
B050
Overige voorzieningen
B051
Onderwijsvoorzieningen
B05
Totaal voorzieningen
31-12-2009
31-12-2010
136.607
159.894
4.212
3.152
140.819
163.046
Het saldo van de voorzieningen is in 2010 met € 22,2 miljoen toegenomen. In de staat van voorzieningen (zie concernrekening 2010 Bijlagen) is een volledig overzicht van de mutaties in de voorzieningen en een bijbehorende toelichting opgenomen. Onderstaand zijn de mutaties in de voorzieningen groter dan € 5 miljoen v ermeld.
Bedragen in miljoenen euro’s Omschrijving
Mutatie 2010
Voorziening afwaardering netwerkbedrijven
-/- 18,9
Een bedrag van € 12,6 miljoen is onttrokken voor het afboeken van de boekwaarde van de aandelen. De overige mutaties hebben betrekking op aanvulling van het geraamde dividend en de advieskosten Voorziening verwachte nadelige grondexploitatie
-/- 6,0
Onttrokken is € 12,4 miljoen in verband met het afsluiten van verliesgevende planexploitaties, naast de storting van € 6,3 miljoen voor de toenemende verliezen op lopende planexploitaties
Vaste schulden Het saldo van de vaste schulden per 31 december 201 bedraagt € 210 miljoen. In 2010 is € 14,2 miljoen van het aan vaste schulden openstaande bedrag afgelost. De rentelasten van de vaste schulden bedragen € 4,0 miljoen voor het jaar 2010.
Voor een nadere specificatie van de vaste schulden wordt verwezen naar de ‘staat van vaste schulden’ in de concernrekening 2010 Bijlagen. Daar staan de vaste schulden onderverdeeld in onderhandse leningen, door derden belegde reserves en ontvangen waarborgsommen van derden.
Netto-vlottende schulden
(bedragen in duizenden euro’s)
31-12-2009
31-12-2010
175.000
105.000
3.172
0
18.159
34.815
1.025
1.864
B131
Kasgeldleningen
B132
Postbankrekeningen
B133
Bankrekeningen
B1341
Schulden aan publiekrechtelijke lichamen
B1345
Afdrachtposten
10.083
11.021
B1346
Overige schulden
15.760
24.321
B13
Totaal netto-vlottende schulden
223.199
177.021
Het totaal van de liquide middelen laat per 31 december 2010 een negatief saldo zien. Zie ook vlottende activa.
- 362 -
Overlopende passiva
(bedragen in duizenden euro’s)
B221
Overlopende passiva publiekrechtelijke lichamen
B222
Overlopende passiva inzake vakdiensten
B223
Overige overlopende passiva
B224
Tussenrekeningen
B22
Totaal overlopende passiva
b
31-12-2009
31-12-2010
39.076
36.154
1.357
0
59.908
38.735
1.778
1.943
102.119
76.832
B221 Overlopende passiva publiekrechtelijke lichamen
Onder de balanscodering B221 zit de grootboekrekening 19411 Vooruitontvangen van publiekrechtelijke lichamen. Onder deze grootboekrekening zijn onder ander de overlopende posten inzake niet bestede middelen Rijk verantwoord voor een totaalbedrag van € 23,7 miljoen. Hieronder volgt het verloopoverzicht inzake het jaar 2010.
Niet bestede middelen van het Rijk Bedragen in €
Begin jaar
Vermeer-
Vermin-
Einde jaar
2010
deringen
deringen
2010
Min SZW voorschot SHV 2009
495.014,00
495.014,00
Provincie 100% VS woningen
333.000,00
333.000,00
Fase 2 Beatrixkanaal
760.000,00
760.000,00
30.000,00
30.000,00
Project kindermishandeling Jaarrek 2009 schadevergoeding VTH Subsidie SRE voor Muziekcentrum Afwik proj MNio 2009 197-04 Geluidafscherming Afwik proj MNio 2009 221-01 Klimaatbeleid Afwik proj MNio 2009 284-00 Fietsvoorziening
454.534,00
454.534,00
1.700.000,00
1.700.000,00
63.609,00
63.609,00
6.753,58
6.753,58
43.674,97
43.674,97
Afwik proj MNio 2009 403-00 Plan van aanpak luchtkwaliteit
6.821.376,87
1.224.526,88
6.821.376,87
Afwik proj MNio 2009 488-00 Geluidsbelastingkaarten
206.255,75
206.255,75
65.000,00
65.000,00
309.000,00
309.000,00
92.192,00
92.192,00
231.963,45
231.963,45
769,00
769,00
35.546,00
35.546,00
Afwik proj MNio 2009 652-01 Cofinanciering Stadspoort Afwik proj MNio 2009 654-01 RoCK Afwik proj MNio 2009 667-00 Mensen Wensen Bijdr.Min VWS 2010 Huur 1e kw 2010 Mercado Af te dragen a schoolbestuur De Barrier Terug te betal.subs aan Europa
77.000,00
77.000,00
Meldings-/coördineringsfunctie 2010
772.000,00
772.000,00
B5 Prov: VSV aansl.Vmbo-mbo
213.000,00
213.000,00
Bijdr.Friendships'park Nanjing
78.927,74
78.927,74
180.000,00
180.000,00
Project 134-00 Wegreconstructie High Tech
- 363 -
1.224.526,88
5. Jaarrekening Campus Rijkssubsidie 2010
4.128.150,00
4.128.150,00
Meldings-/coördineringsfunctie 2010
38.300,00
38.300,00
Subsidie Prov NB 80% Brabant scholennet
80.000,00
80.000,00
Subs.aanp tot brede scholen, verdelen'10
857.489,00
857.489,00
Max reserve W-deel 09 (naar vooruitontv)
7.909.731,88
7.909.731,88
LNV groenimpuls Ministerie v VWS uitkering BDU CJG 2010 Agentschap NL
325.000
325.000
210.509,04
210.509,04
1.767.502,00
1.767.502,00
Iristuinen
860.000,00
860.000,00
Gagelbosch
800.000,00
800.000,00
CRA Kanaaldijk
540.000,00
540.000,00
Cruydtkamer
410.000,00
410.000,00
Prov. 100% VS woningen
333.000,00
333.000,00
Het Groene Hof
326.800,00
326.800,00
restant RUPS middelen 2010 terugbet
124.456,00
124.456,00
47.641,00
47.641,00
subs NASB v Club- en schoolzorg tm 2012 subs NASB tbv Seniorenfit tm 2012
14.055,00
14.055,00
restant RUPS middelen 2010 terugbet
102.156,00
102.156,00
Vooruit ontv Prov BrabStad-deltaplan VSV
113.000,00
113.000,00
209 Prov NBr: Brabant Stad Deltaplan
106.000,00
106.000,00
1.365.000,00
1.365.000,00
subs Min.EZ+Prov+SRE Beatrixkanaal pj208 subs.Taskforce Arbeidsmobiliteit'11 SRE
300.000,00
300.000,00
2.000.000,00
2.000.000,00
subsidie ProvNBr tbv Innosportlab 2011
160.000,00
160.000,00
subsidie SRE tbv Innosportlab 2011
200.000,00
200.000,00
subs SRE tbv Breedband Sted.gebied
730.770,00
730.770,00
Afwik proj MNio 2010 652-01 Cofina
65.000,00
65.000,00
51.388,10
51.388,10
Afwik proj MNio 2010 085-02 Wonen+
226.890,00
226.890,00
In den Boomgaard
225.000,00
225.000,00
54.967,14
54.967,14
305.250,00
305.250,00
4.057,63
4.057,63
luchtkwaliteit
6.861.024,96
6.861.024,96
Afwik proj MNio 2010 405-00 Grondwateroverlast
1.221.285,68
1.221.285,68
Geluidsbelastingkaarten
155.767,50
155.767,50
Afwik proj MNio 2010 408-01 Verkeersveiligheid
332.995,51
332.995,51
168 SRE sporthogeschool
Afwik proj MNio 2010 653-00 Bestemmingsplan TU/E terrein
Afwik proj MNio 2010 729-00 Carma Afwik proj MNio 2010 654-01 RoCK - WP 1/1Openbaar Vervoersvrz Afwik proj MNio 2010 681-00 BAPTS Afwik proj MNio 2010 403-01 Plan van aanpak
Afwik proj MNio 2010 488-00
- 364 -
Afwik proj MNio 2010 326-00 Inrichting buitengebied Ehv stadskanaal
1.074.194,37
1.074.194,37
493.834,83
493.834,83
332.178,97
332.178,97
204.697,21
204.697,21
Afwik proj MNio 2010 197-03 Geluidssanering – schermen Afwik proj MNio 2010 555-04 Van Piusln/Bonif.ln nr Aalsterw Leenderw Afwik proj MNio 2010 497-00 Wegreconstructie Pastoor Petersstraat 25.983.287,24
b
23.668.947,82
25.983.287,24
23.668.947,82
31-12-2009
31-12-2010
47.498
26.097
B223 Overige overlopende passiva
Specificatie B223 Bedragen in duizenden euro’s 19413
Overige nog te betalen bedragen
19414
Overige vooruitontvangen bedragen
4.711
4.149
19416
Aanbetalingen grondverkopen
2.411
2.322
19421
Nog te betalen rente leningen
1.971
1.821
19427
SRE projecten
2.058
3.063
diverse
Overige posten
1.259
1.283
B223
Overige overlopende passiva
59.908
38.735
Op de balanscodering 19414 Overige vooruitontvangen bedragen is een bedrag opgenomen van € 881.820 inzake de BIO Massa Centrale Tongelre. Dit betreft een reeds geïncasseerde borgstelling in afwachting van de uitspraak van de Raad van Arbitrage inzake een door de gemeente Eindhoven geleden schade. Op dit moment is niet duidelijk of het betreffende bedrag eventueel nog terugbetaald moet worden.
Niet uit de balans blijkende financiele verplichtingen Specificatie van de gewaarborgde geldleningen:
(bedragen in duizenden euro’s)
Restant
Restant
per 1 jan.
per 31 dec
19.111
17.410
-1.701
Gezondheidszorg
9.211
8.741
-470
Cultuur
8.163
7.544
-619
695
616
-79
1.004
1.000
-4
635
476
-159
596
2.694
2.098
39.415
38.481
-934
Woningbouwgaranties gemeente
Sport Welzijn Kabeltelevisie Overige gewaarborgde geldleningengaranties Totaal borgstellingen
- 365 -
Mutatie 2010
5. Jaarrekening De stand van de garanties en de verplichtingen uit waarborgstellingen per 31-12-2009 wijkt af ten opzichte van 01-01-2010. Dit wordt veroorzaakt door niet geactualiseerde cijfers bij de geldnemers- en gevers.
Voor een nadere specificatie van de gewaarborgde geldleningen wordt verwezen naar de staat van borg- en garantstellingen in de concernrekening 2010 Bijlagen).
Overige niet uit de balans blijkende financiële verplichtingen / rechten:
b
Huurverlichtingen/lease- en huurcontracten
Overige niet uit de balans blijkende financiële verplichtingen betreffen langlopende huurverplichtingen in verband met gebouwen (€11,8 miljoen per jaar) en meerjarige lease- en huurcontracten (zoals lease printers en programmatuur) voor een jaarbedrag van € 900.000.
b
Leerlingenvervoer
Met ingang van het schooljaar 2006/2007 is op basis van een aanbesteding voor het leerlingenvervoer een contract met een nieuwe vervoerder aangegaan. De praktijk heeft uitgewezen dat de toenmalige vervoerder niet de vereiste kwaliteit kon bieden en het contract met de vervoerder is met ingang van 26 maart 2007 opgezegd. De gemeente heeft in september 2007 een schadeclaimprocedure gestart. De uitspraak inzake deze procedure is medio 2009 gegeven. In het vonnis van de rechtbank is op procedurele gronden de claim aan PZN-BBA toegekend en niet aan de gemeente Eindhoven. Daarop is in het najaar van 2009 besloten in hoger beroep te gaan welke procedure naar verwachting een vonnis zal geven in de loop van 2010. In 2010 is het tot een schikking gekomen tussen beide partijen waardoor het hoger beroep niet verder doorgezet is.
b
WMO
Voorzieningen in het kader van de WMO met betrekking tot de aanbesteding Tax bus cvv.
b
Beheer groen en recreatie voorziening
Betreft aan de Ergonbedrijven opgedragen werkzaamheden inzake Integraal Beheer van diverse stadsdelen, parken en krachtwijken. (€ 10,5 miljoen).
b
Licht
Betreft raambestek Endinet BV met open posten onderhoud Openbare Verlichting 201-2015. Jaaromvang € 900.000.
- 366 -
5.5 Specifieke uitkeringen en Brabantstad Specifieke uitkeringen Met ingang van het verantwoordingsjaar 2006 is door het rijk ten aanzien van specifieke uitkeringen het principe van single information single audit (sisa) geïntroduceerd. Sisa heeft als doel om de verantwoording over en de controle op specifieke uitkeringen van het rijk naar medeoverheden fors te vereenvoudigen. Single information houdt in dat het Rijk bij het vragen van informatie zoveel mogelijk aansluit bij de verantwoordingsmomenten van de medeoverheden zelf. Dit betekent dat in een bijlage bij de jaarrekening de verantwoordingsinformatie dient te worden opgenomen over specifieke uitkeringen. Met single audit wordt bedoeld dat voor de controle door de accountant gebruik wordt gemaakt van de reguliere controle van de jaarrekening door de accountant. SISA is van toepassing op ruim 100 specifieke uitkeringen. Hiervan zijn de volgende 31 uitkeringen voor de gemeente Eindhoven van toepassing. De regelingen worden verantwoord in een aparte bijlage als onderdeel van de Concernrekening 2010 Bijlagen.
A1
Verzameluitkering Justitie
B1
Regeling Opvang Asielzoekers
C2
Verzameluitkering Wonen Wijken en Integratie
C3
Brede Doeluitkering Sociaal, Integratie en Veiligheid (GSB/SIV)
C4
Tijdelijke Stimuleringsregeling Woningbouwprojecten 2009 2e tranche
C5
Tijdelijke Stimuleringsregeling Woningbouwprojecten 2009 3e tranche
D1
Regionale meld- en coördinatiecentra voortijdig schoolverlaten
D4
Regeling Brede Scholen 2009
D5
Regeling verbetering binnenklimaat primair onderwijs 2009
E3
Subsidieregeling sanering verkeerslawaai (inclusief bestrijding spoorweglawaai)
E5
Verzameluitkering Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
E6
Bodemsanering (excl. Bedrijvenregeling)
E9B
Programma Externe veiligheid
E11B
Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit
E27B
Brede doeluitkering Verkeer en Vervoer
E30
Quick Wins binnenhavens
F3
Verzameluitkering Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit
F6
Besluit subsidies herstructurering Topprojecten bedrijventerreinen (TOPPER-regeling)
F9
Nota Ruimte Project zone Eindhoven
G1C
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
G2
Gebundelde Uitkering
G3
Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)
G4
Wet Werkloosheidsvoorziening
G5
Participatiebudget
G6
Schuldhulpverlening
G7
Verzameluitkering Sociale Zaken en Werkgelegenheid
H1
Ministeriele regeling heroïnebehandeling
H4
Verzameluitkering Volksgezondheid Welzijn en Sport
H9
Verzameluitkering Jeugd en Gezin
H10
Brede doeluitkering Centra voor Jeugd en Gezin
- 367 -
5. Jaarrekening Specifieke uitkering via het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE), verwoordt in een aparte bijlage F10
Nota Ruimte Project zone Eindhoven Brainport Avenue
Brabantstad In december 2007 hebben het College van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant en de colleges van Burgemeester en Wethouders van de B5 steden Breda, Eindhoven, Helmond, ’s-Hertogenbosch en Tilburg een intentieverklaring getekend. Zij spreken hiermee af dat zij samen gaan investeren in een duurzame toekomst van de grote Brabantse steden. De zes partners investeren samen in projecten waarmee zowel gemeentelijke als Provinciale doelen worden gerealiseerd. De gemeente Eindhoven investeert samen met de Provincie in de volgende projecten:
E1.03
Meerenakkerweg
E1.04-E2004
Glow
E1.05-E2011
Eindhoven één in werk
E1.06-E2010
Internationale School Eindhoven
E1.07-E2009
Designhuis
E1.08-E2006
Internationale Programmering Van Abbemuseum en Muziekcentrum Eindhoven
E1.10-E2008
STRP festival
E1.11-E2005
Dutch Design Week
E1.12-E2014
Deltaplan Voortijdig Schoolverlaten
E1.13-E2015
Centrum Jeugd en Gezin
E1.14-E2016
Veiligheidshuis
E1.15
Vermaatschappelijking van de zorg / slimme zorg
E1.16
Biomassacentrale Ottenbad
E1.17-E2017
Verbinding Groene Woud
E1.18
Luchtkwalilteit
E2002
Brabant Schoolnet
E2003
Herstructurering fysieke Infrastructuur (Strijp S)
E2012
Strijp S
E2018
Biomassacentrale Meerhoven
E2019
Verduurzamen Openbare Verlichting (Ledverlichting)
E2022
Versterken talenten, Productie en Presentatie
De Provinciale subsidie is in twee tranches verstrekt en wordt jaarlijks bevoorschot conform geplande inzet. Op twee momenten in het jaar vindt er verantwoording plaats. Verantwoording gebeurt op sisa-achtige wijze. Dit houdt in dat in de jaarrekening van de gemeente een overzicht wordt opgenomen met daarin de geraamde en gerealiseerde bestedingen. Voor de verantwoording over het jaar 2010 wordt verwezen naar de Concernrekening 2010 Bijlagen.
- 368 -
O v erig
6
Controleverklaring Afkortingen
6. Overig Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Gemeenteraad van gemeente Eindhoven
Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2010 van gemeente Eindhoven gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2010 en de programmarekening over 2010 en de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen, alsmede de SISA-bijlage.
Verantwoordelijkheid van het College van Burgemeester en Wethouders Het College van Burgemeester en Wethouders van gemeente Eindhoven is verantwoordelijk voor het opstellen van de jaarrekening, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder de verordeningen van gemeente Eindhoven. Het College van Burgemeester en Wethouders is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het Besluit accountantscontrole decentrale overheden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van gemeente Eindhoven. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Flight Forum 840, 5657 DV Eindhoven, Postbus 6365, 5600 HJ Eindhoven T: 088 792 00 40, F: 088 792 94 18, www.pwc.nl ‘PwC’ is het merk waaronder PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. (KvK 34180285), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N.V. (KvK 34180284), PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. (KvK 34180287), PricewaterhouseCoopers Professional Services B.V. (KvK 51414406), PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK 34180289) en andere vennootschappen handelen en diensten verlenen. Op deze diensten zijn algemene voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen. Op leveringen aan deze vennootschappen zijn algemene inkoopvoorwaarden van toepassing. Op www.pwc.nl treft u meer informatie over deze vennootschappen, waaronder deze algemene (inkoop)voorwaarden die ook zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam.
- 369 -
6. Overig van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het College van Burgemeester en Wethouders van gemeente Eindhoven gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden 3% van de totale lasten en toevoegingen aan reserves. Deze goedkeuringstolerantie is door Gemeenteraad bij raadsbesluit van 21 september 2010 (kenmerk: I0.R3899.00I) vastgesteld. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening van gemeente Eindhoven een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2010 als van de activa en passiva per 31 december 2010 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties over 2010 in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder de verordeningen van gemeente Eindhoven.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 213 lid 3 onder d Gemeentewet vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening.
Eindhoven, 27 april 2011 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.
Origineel getekend door G.P.Th.M. Kloppenburg RA
- 370 -
AFKORTINGEN
BWT
Bouw- en Woning Toezicht
BWS
Besluit woninggebonden subsidies Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
ABBE
Van Abbemuseum
BZK
AIHD
Administratie, Inkoop & Huishoudelijke Dienst
CAK
Centraal Administratie Kantoor
AOW
Algemene OuderdomsWet
CIZ
Centrum Indicatiestelling Zorg
APV
Algemene Plaatselijke Verordening
CJG
Centrum Jeugd en Gezin
ATB
Automatische Treinbeïnvloeding
CKE
Centrum voor de Kunsten Eindhoven
AWBZ
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
COBSO
Commissie Openbaar Basis en Speciaal Onderwijs
BAG
Basisregistratie Adressen en Gebouwen
COELO
Centrum voor Onderzoek van de Economie van de
BANS
Bestuurs Akkoord Nieuwe Stijl
BAPTS
Boosting Advanced Public Transport Systems
COM
Communicatie
BBV
Besluit Begroting en Verantwoording
COP
Cultuur Ontwikkel Project
BBZ
Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen
CP
College Product
BBZOB
Beter Bereikbaar Zuid Oost Brabant
CPB
Centraal Planbureau
BCB
Brandweer en Crisis Beheersing
CRM
Custom Relation Management
BCF
BTW CompensatieFonds
CS
Concernstaf
BDU
Brede Doel Uitkering
COT
Instituut voor veiligheids- en crisismanagement
BDU SIV
Brede Doel Uitkering Sociaal Integratie en
CTO
Centrum voor Topsport & Onderwijs
Veiligheid
CTRL
ConTRoL
BERZ
Beperking Eigen Risico Ziektekosten
CURE
Centrum Uitvoering Reinigingstaken Eindhoven
BERZOB
BEreikbaarheid Zuid Oost Brabant
BIBOB
Wet Bevordering Integriteits Beoordelingen door
CVO
Centraal Verkeers Overleg
Openbaar Bestuur
CVV
Collectief Vraagafhankelijk Vervoer
Bureau Internationale Coördinatie
CWI
Centrum voor Werk en Inkomen
BIO
Beleids Informatie en Onderzoek
DAPZ
Dienst Algemene en Publieks Zaken
BITE
Bestuurlijke Interventie Team
DBFMO
Design, Build, Finance, Maintain and Operate
BIS
Bestuurlijke Informatie Voorziening
DIV
Documentaire Informatie Voorziening
BNG
Bank Nederlandse Gemeenten
DKD
Digitaal Klanten Dossier
BLEVE
Bailing liquid Expanding Vapour Explosion
DMO
Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling
BOR
Bestuurlijk Overleg Regiogemeenten
DNB
De Nederlandse Bank
BOR
Buurt Ontmoetingsruimten
DND
De Nieuwe Dienst
BPI
Bestand Potentieel Inburgeringsplichtigen
DOBA
Dienst Onderwijsbegeleiding Beroep en Arbeid
BPR
Basisadministratie Persoonsgegevens en
DR
Directieraad
Reisdocumenten
DSOB
Dienst Stedelijke Ontwikkeling en Beheer
Beroeps praktijk vorming
DUBO
Duurzaam Bouwen
BRE
Breedband Regio Eindhoven
DVM
Dynamisch Verkeers Management
BLS
Brabants Saneringsprogramma Luchtkwaliteit
DVO
Dienst Verlenings Overeenkomst
BLS
Besluit locatiegebonden subsidies
EC
Economie & Cultuur
BLISS
Better Lighting in Substainable Streets
ECB
Europese Centrale Bank
BSL
Brabants Saneringsprogramma Luchtkwaliteit
EFRO
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling
BSN
Burger Service Nummer
EFX
Eindhoven Fiber eXchange
BTW
Belasting Toegevoegde Waarde
EMU
Economische en Monetaire Unie
BIC
BPV
Lagere Overheden
en omgeving
- 371 -
6. Overig Energie Prestatie Adviezen
ICOON
EPL
Energie Prestatie Coëfficiënt
ICSE
International Center for Sustainable excellence
ERA
Eindhovens Referentie Architectuur
ICT
Informatie- en Communicatie technologie
ESF
Europees Sociaal Fonds
I/D-baan
Instroom-/Doorstroombaan
ESMS
Eindhovense Sociaal Maatschappelijke School
IJSCE
IJsSportCEntrum
ESR
Eindhovense Sportraad
IOAW
wet Inkomensverzekering Ouderen en
IOAZ
wet Inkomensverzekering Ouderen en
EPA
Inkoop Concernbreed Op Optimaal Niveau
gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werknemers
EZ
Economische Zaken
FA
Financiële Administratie
FEB
Financieel Economisch Beleid
FIDO
wet FInanciering Decentrale Overheden
IO-loket
Inkomens Ondersteuningsloket
FIFA
Fédération Internationale de Football Association
IPM
Informatie- en Proces Management
CMS
Curatief meldingensysteem
ISD
Inrichting voor stelselmatige daders
FLO
Functioneel Leeftijds Ontslag
ISE
Indoor Sportcentrum Eindhoven
FPU
Flexibele Pensioen Uitkering
ISI
Informatie Systeem Inburgering
GB
Grond Bedrijf
ISO
International Organization for standarization
GBA
Gemeentelijke Basis Administratie
ITJ
Intergraal Toezicht Jeugdzaken
GBO
GeBiedsOntwikkeling
IV3
Informatie Voor Derden
GDC
Gemeentelijk Distributie Centrum
IWV
Intergrale Wijkverniewing
GGD
Gemeentelijke GezondheidsDienst
IZA
Instituut Zorgverzekering Ambtenaren
gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Zelfstandigen
Stichting Geïntegreerde Geestelijke
JGZ
Jeugd Gezondheidszorg
Gezondheidszorg in Eindhoven en de Kempen
JPP
Jeugd Preventie Programma
GIOS
Groen in en om de stad
JZ
Juridische Zaken
GO
Georganiseerd Overleg
KAB
Kabinet
GOA
Gemeentelijk Onderwijs Achterstandsbeleid
KBC
Kennedy Business Centre
GOV
Gratis Openbaar Vervoer
KCC
KlantContactCentrum
GP
Gepardonneerde
KNAP
Kort Naschools Activiteiten Programma
GREX
Grondexploitatie
KWO
Koude- Warmte Opslag
GRP
Gemeentelijke RioleringsPlan
LEA
Lokale Educatieve Agenda
GS
Gedeputeerde Staten
LED
Light Emitting Diode
GSB
Grote Steden Beleid
MBO
Middelbaar Beroeps Onderwijs
GV
Grond & Vastgoed
MD
Management Development
HALT
Preventie en bestrijding van jeugdcriminaliteit
MDRE
Milieu Dienst Regio Eindhoven
HNG
Hypotheekfonds Noord Brabantse Gemeenten
MEC
Milieu Educatie Centrum
HOME
Historische Openlucht Museum Eindhoven
MEIF
Marcquarie European Infrastructure Fund
HOV
Hoogwaardig Openbaar Vervoer
MER
Milieu Effect Rapportage
HRM
Human Resource Management
MIRT
Meerjarenprogramma Infrastructuur Ruimte en
HST
High Speed Trians
GGzE
Transport
HVR
Hulp VerleningsRegio
MJUP
MeerJaren UitvoeringsProgramma
I&A
Informatisering & Automatisering
MM
Mens & Maatschappij
IB
Informatisering & Beheer
MMK
Medische MilieuKunde
IBS
Integraal Belasting Systeem
MMVP
Milieu Mobiliteit Vastgoed en Participatie
- 372 -
Maatschappelijk Nut In Ontwikkeling
PIT
Preventie Informatie Team
MO
dienst Maatschappelijke Ontwikkeling
PKB
ParKeer Bedrijf
Moe-ers
Midden- en Oost Europeanen
PM
ProjectManagement
MPG
Meerjaren Prognose Grondexploitaties
PMO
Preventief Medison Onderzoek
MVO
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
PO
Programma-Onderdeel
MZFPO
Maatschappelijke Zorg, Financiën, Personeel – en
PO
Primair Onderwijs
Organisatie
P&O
Personeel & Organisatie
NAP
Nationaal ActiePlan
PPS
Publiek Private Samenwerking
NCW
Netto Centrale Waarde
PM
Pro Memorie
NDFF
Nationale Databank voor Flora en Founa
PUF
Public Utility Fund
NEOS
Nieuwe Eindhovense Opvang Stichting
PUZA
PUblieksZAken
NOC/NSF
Nederlands Olympisch Comité Nederlandse Sport
RAP
Rechtspositioneel Arbeidsvoorwaarden Pannel
MNIO
Federatie
RB
Realisatie & Beheer
NRE
Nutsvoorziening Regio Eindhoven
RBC
Regionaal Breedband Consortium
NSL
Nationaal Samenwerkingsprogramma
RCF
Regionale Coördinatiepunten Fraudebestrijding
Luchtkwaliteit
RIB
Raadsinformatiebrief
NWA
NetWerk Analyse
RIE
Risico Inventarisatie en Evaluatie
NWW
Nieuwe Werkloosheidswet
RIEC
Regionaal Informatie en Expertise Centra
NWRO
Nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening
RI & E
Resico- Inventarisatie en Evaluatie
NZA
Nederlandse Zorgautoriteit
RIO
Regionaal Indicatie Orgaan
NZE
Nationaal Zweminstituut Eindhoven
RMC
Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaters
OB
Ondersteunende begeleding
OC&W
Onderwijs, Cultuur & Wetenschap
ROA
Regeling Opvang Asielzoekers
OGGZ
Openbare Geestelijke GezondheidsZorg
RO (wet)
Ruimtelijke Ordening
OOV
Openbare Orde & Veiligheid
ROC
Regionaal Opleidings Centrum
ORC
Organic Rankine Cycle
ROCK
Regions of connected knowledge
ORVM
Openbare Ruimte, Verkeer & Milieu
RPF
Regionale Platforms Fraudebestreding
OSP
Ondersteuning StadsPleinen
RSIW
Reserve Specifieke Infrastructurele Werken
OV
Openbaar Vervoer
RSS
Really Simply Syndication
OVAA
Overleg Allochtonen en Autochtonen
RUK
Regeling Uitkering Kinderopvang
OVU
Onderlinge Verzekering Overheid
S&B
Sport & Bewegen
OZB
Onroerende Zaak Belasting
SC
ServiceCentrum
PaVEM
Participatie van Vrouwen uit Etnische
SCDE
Stichting City Dynamiek Eindhoven
Minderheidsgroepen
SCP
Sociaal Cultureel Planbureau
Producten en Dienstencatalogus
SDK
StadsDeelKantoren
PGB
Persoonsgebonden Budget
SDT
StadsDeelTeam
PGE
Platvorm gehandicapten Eindhoven
SEN
Sportcomplex Eindhoven Noord
PI
Penitiaire inrichting
SES
Sociaal Economische Status
PIMS
Personeel informatie managementsysteem
SIIB
Samen investeren in Brabant
PIOFA
Personeel, Informatie, Organisatie, Financiën en
Sisa
Single information single audit
Administratie
SIV
Sociale Integratie en Veiligheid
PDC
- 373 -
6. Overig Stimulering Lokale Klimaat Initiatieven
WABO
Wet Algemene Bepaling omgevingsrecht
SMA
Sociaal Medische Adviezen
WEB
Wet Educatie en Beroepsonderwijs
SMART
Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realiseerbaar en
WEC
Wet op Expertisecentra
Tijdgebonden
WIJ
Wet Investeren Jongere
SOB
Stedelijke Ontwikkeling en Beheer
WIW
Wet Inschakeling Werkzoekenden
SOP
Stedelijke Ontwikkelings Plan
WK
Wereld Kampioenschap
SRE
Samenwerkingsverband Regio Eindhoven
WKK
Warmte Kracht Koppeling
STEP
Stichting Techniek Educatie en Promotie
Wmo
Wet maatschappelijke ondersteuning
STR
Strategie
WOM
Werk Opdracht Milieu
SVB
Sociale Verzekerings Bank
WOT
Woonontlastteam
SVE
Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven
WOZ
Waardering Onroerende zaken
SWOT
Strengths, Weaknesses, Oppurtunities and Threats
WPO
Wet op Primair Onderwijs
SZW
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
WRK
WeRK
TEN
Tennishal Noord
W&S
Werving en selectie
TNS
Taylor Nelson Sofres Nederlans Instituut voor
WSNP
Wet Sanering Natuurlijke Personen
NIPO
politieke opinie
WSW
Waarborgfonds Sociale Woningbouw
TTC
Traject toewijzingscommissie
WSW
Wet Sociale Werkvoorziening
TTOA
Taskforce Technologie Onderwijs Arbeidsmarkt
WTCE
World Trade Centre Eindhoven
TU/e
Technische Universiteit Eindhoven
WTV
Woon Tussen Voorziening
U&A
Uitvoering & Aansturing
WVG
Wet Voorziening Gehandicapten
UWV
Uitvoeringsinstituut Werknemers Verzekeringen
WVO
Wet op Voortgezet Onderwijs
V&P
Visie & Programmering
WWB
Wet Werk en Bijstand
VE
VolwassenEducatie
WWI
Wonen wijken intergratie
VGIS
Vas Goed InformatieSysteem
WWIK
Wet Werk en Inkomen Kunstenaars
VIP
Vreemdelingen Informatie Punt
WZI
dienst Werk, Zorg en Inkomen
VJN
VoorJaarsNota
ZI
Zorg & Inkomen
VMBO
Voorbereidend Middelbaar Beroeps Onderwijs
ZMLK
Zeer Moeilijk Lerende Kinderen
VNG
Vereniging Nederlandse Gemeenten
VO
Voortgezet Onderwijs
VRI
Verkeers Regel Installatie
SLOK
VROM
Ministerie van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
VSO
Voortgezet Speciaal Onderwijs
VSV
Vroegtijdig School Verlaten
VTA
VrijeTijdsAccommodatie
VTB
Verbreding Techniek Basisonderwijs
VTH
Vergunningen, Toezicht en Handhaving
VVE
Voor- en Vroegschoolse Educatie
VVTV
Voorwaardelijke Vergunning Tot Verblijf
VWE
Vluchtelingen Werk Eindhoven
VWS
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 374 -
Colofon Uitgave Gemeente Eindhoven Concernstaf Postbus 90150 5600 RB Eindhoven Bezoekadres Stadskantoor Stadhuisplein 10 5611 EM Eindhoven Telefoon: 14 040 E-mail:
[email protected] Internet: www.eindhoven.nl
Mei 2011
gemeente Eindhoven Stadhuisplein 10 Postbus 90150, 5600 RB Eindhoven Telefoon: 14 040 www.eindhoven.nl
[email protected]