Competentiekaarten Praktijkleren Medewerker dierverzorging
Aequor
Ede, december 2008
Inleiding Als u zich wel eens hebt afgevraagd hoe u een deelnemer binnen het bedrijf beter kunt begeleiden bij het leerproces, dan bieden deze Competentiekaarten Praktijkleren mogelijk uitkomst. Het is een hulpmiddel om tijdens het leren in de praktijk te gebruiken. Dit document bevat de competentiekaarten voor de Medewerker dierverzorging. De deelnemer voert niet alleen (beroeps)taken uit, maar dient zich ook correct te gedragen naar de klant en de collega’s. Dit alles in de dagelijkse beroepssituatie. Welke handelingen en “gedragingen” belangrijk zijn, hebben wij op een rij gezet. Daarbij kijkt u vooral naar de ontwikkeling van de zogenoemde competenties. U kunt daarvoor de competentiekaarten gebruiken en hierop aantekeningen maken. Deze competentiekaarten zijn gebaseerd op de nieuwe competentiegerichte kwalificatiestructuur, die binnen het scholenveld wordt gebruikt. Binnen deze kwalificatiestructuur zijn kwalificatiedossiers ontwikkeld die de diplomavereisten voor alle reguliere MBO-opleidingen beschrijven. In het stappenplan leest u hoe de kaarten gebruikt kunnen worden. Hou er wel rekening mee dat in de kaarten beschreven wordt wat het gewenste gedrag is aan het einde van de opleiding! Heeft u een extra exemplaar nodig voor een volgende deelnemer dan kunt u deze via onze website www.aequor.nl printen (klik bij het gedeelte ‘bedrijven’ op ‘downloads’. Vervolgens kunt u de gewenste set competentiekaarten kiezen).
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 3
Stappenplan voor de begeleiding van deelnemers
1. start met de leerdoelen Bespreek bij het begin van de stageperiode met de deelnemer wat zijn leerdoelen zijn en hoe hij die denkt waar te maken. Motiveer de deelnemer om zijn ambities waar te maken maar wees wel realistisch. Laat de deelnemer zijn leerdoelen benoemen in uitwerking deel 1: leerdoelen. Geef de deelnemer een exemplaar en houd er ook een voor uzelf.
2. competenties ontwikkelen Begeleid stap voor stap. Leg de lat na iedere stap wat hoger om een volgend doel te halen. De competentiekaarten in uitwerking deel 2 kunnen u daarbij helpen: ze geven de essentie weer van het hele beroep. Ze gaan uit van kerntaken, onderverdeeld in werkprocessen. Een overzicht van deze kerntaken en werkprocessen vindt u op bladzijde 3. Deze werkprocessen bestaan uit (beschrijvingen van) competenties. Bespreek met de deelnemer en eventueel de begeleider van school aan welk(e) werkproces(sen) (of welke competenties daarbij) hij in een bepaalde periode gaat werken. Geef de deelnemer meerdere malen feedback (minimaal 3 beoordelingsmomenten) bij de diverse werkprocessen. U kunt uw beoordeling kwijt op de competentiekaarten zelf. Moedig de deelnemer aan, help/ondersteun hem indien nodig en geef hem voldoende complimenten als blijk van waardering (al gaat iets nog niet helemaal zoals het moet). Ook verbeterpunten zijn belangrijk om te noemen, maar wees niet te kritisch. Als de deelnemer een werkproces nog onvoldoende beheerst bij een beoordelingsmoment, blijft het een doelstelling voor de volgende periode. Bedenk dat een startende deelnemer nu nog niet op het gewenste niveau is en de ervaring heeft die later verwacht kan worden. De competentiekaarten geven u een algemeen en schematisch beeld van het beroep. De beroepsbeschrijving vindt u op bladzijde 4. Uw eigen bedrijfssituatie kan daar van afwijken. U kunt zonodig onderwerpen toevoegen of andere accenten leggen. Besteed regelmatig tijd aan de persoonlijke leerdoelen van de deelnemer, zoals vermeld in uitwerking deel 1.
3. beeld over het totaal Kijk steeds na afloop van een periode naar het totale beeld: Hoe ver is de deelnemer? Wat is zijn ontwikkelproces? Voer hierbij een voortgangsgesprek met de deelnemer om uw bevindingen aan de deelnemer duidelijk te maken, almede om de deelnemer zijn ervaringen te laten vertellen. U kunt uw totaalbeeld weergeven in uitwerking deel 3: beeld over het totaal.
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 4
Overzicht kerntaken en werkprocessen Medewerker dierverzorging * Kerntaak
Werkproces
1. Voert en verzorgt dieren
1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Draagt zorg voor voer- en watervoorziening
Verzorgt dieren Monitort dieren Hanteert dieren Registreert en rapporteert
2. Verzorgt leef- en werkomgeving
2.1 Draagt zorg voor hygiëne 2.2 Onderhoudt leef- en werkomgeving * voor een beschrijving van de gehele beroepengroep zie bijlage
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 5
Beroepsbeschrijving
De medewerker dierverzorging werkt op een productiebedrijf waar dieren gehouden worden voor melk, vlees, pels of eieren. Hij kan ook werkzaam zijn in een asiel, pension of kennel. In andere gevallen werkt hij op een paardenhouderij of op een bedrijf waar paarden gehouden worden voor recreatie of sport. Zijn werkzaamheden hebben betrekking op het voeren en verzorgen van de dieren en het schoonmaken en onderhouden van de werk- en leefomgeving. Daarnaast past hij de kwaliteitssystemen en procedures van het bedrijf toe. De medewerker dierverzorging heeft vooral een uitvoerende en signalerende rol en voert werkzaamheden onder begeleiding uit. Hierbij volgt hij de instructies op van zijn leidinggevende. Hij heeft de verantwoordelijkheid voor zijn eigen werk. Het werk van de medewerker dierverzorging wordt gekenmerkt door routinematige handelingen, waarbij het werken met levende dieren een continue oplettendheid vereist. Hij dient regelmatig terug te koppelen naar leidinggevende en/of collega’s. Hij heeft een proactieve houding en moet steeds rekening houden met het welzijn van de dieren en met de veiligheid van mens en dier. Verder neemt hij ook milieu en arbeidsomstandigheden in acht bij al zijn werkzaamheden. In die bedrijven waar dat aan de orde is, wordt van hem een klantvriendelijke houding verwacht. Van de medewerker dierverzorging wordt verwacht dat hij bedrijfsinformatie vertrouwelijk behandelt.
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 6
Uitwerking Deel 1. Persoonlijke leerdoelen Deel 2. Competentiekaarten Deel 3. Beeld over het totaal
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 7
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 8
Deel 1. Persoonlijke leerdoelen Op deze pagina kunt u samen met de deelnemer opschrijven wat de deelnemer op uw bedrijf goed wil oefenen en leren beheersen. Het kan gaan om onderwerpen waarmee de deelnemer nog wat moeite heeft of onderwerpen die heel belangrijk zijn. Het is goed voor uzelf en voor de deelnemer om te weten waar de deelnemer aan wil werken en waar zijn interesse ligt. Iedere keer als u met de deelnemer een leerdoel hebt besproken kunt u uw paraaf zetten.
Leerdoelen van:
Datum 1
Datum 2
Datum 3
Ik wil tijdens deze praktijkperiode werken aan ….
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 9
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 10
Deel 2. Competentiekaarten
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 11
Kerntaak 1 Voert en verzorgt dieren Werkproces 1.1 Draagt zorg voor voer- en watervoorziening Omschrijving: De medewerker dierverzorging draagt onder begeleiding zorg voor de voer- en watervoorziening voor de jonge en volwassenen dieren, waarbij hij alert is op dierenwelzijn en werkt binnen de kaders van het voor het bedrijf geldende zorgsysteem. Hierbij zorgt hij voor de voermiddelen. Hij leidt het voerrantsoen af van het voerschema. Hij signaleert en meldt eventuele storingen in de werking van voerapparatuur en watervoorziening. Hij controleert de voer- en wateropname. Hij overlegt met zijn leidinggevende over de werkzaamheden en signaleert knelpunten in het proces. Beheersingscriteria (competenties zijn schuingedrukt) Hij voorziet de jonge en volwassen dieren van voer en water in lijn met de geldende ethische maatstaven voor dierenwelzijn. Hij voorziet de dieren van voer en water volgens de voor het bedrijf geldende zorgsystemen en past wettelijke richtlijnen en veiligheidsvoorschriften toe die gelden voor het werk. Hij werkt in het tempo dat nodig is om de dieren op tijd van voer en water te voorzien en is alert op afwijkingen/storingen aan apparatuur. Hij gebruikt voerapparatuur, watervoorziening en het voer efficiënt en effectief zonder verspilling en/of schade. Hij overlegt tijdig en regelmatig met zijn collega’s en leidinggevende over het voeren en de watervoorziening en hij meldt afwijkingen bij zijn leidinggevende. Hij controleert op basis van zijn vakdeskundigheid voer- en wateropname van de jonge en volwassen dieren en bepaalt in overleg in hoeverre en welke specifieke maatregelen genomen moeten worden rekening houdend met verschillen in voeradvies, conditie en productiestadium.
Feedback
Datum1
Datum 2
Datum 1
Datum 2
Datum 3
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Datum 3
Complimenten
Verbeterpunten
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 12
Kerntaak 1 Voert en verzorgt dieren Werkproces 1.2 Verzorgt dieren Omschrijving: De medewerker dierverzorging verzorgt onder begeleiding het exterieur van de jonge en volwassenen dieren, waarbij hij alert is op dierenwelzijn en diergezondheid en werkt binnen de kaders van de voor het bedrijf geldende zorgsystemen. De medewerker dierverzorging assisteert deskundigen (onder anderen dierenarts) bij specialistische (be)handelingen, onder andere bij het geboorteproces. Hij overlegt met zijn leidinggevende over de werkzaamheden en signaleert knelpunten in het proces. Beheersingscriteria (competenties zijn schuingedrukt) Hij verzorgt de jonge en volwassen dieren in lijn met de geldende ethische maatstaven met betrekking tot dierenwelzijn. Hij verzorgt de dieren volgens de voor het bedrijf geldende zorgsystemen en past wettelijke richtlijnen en veiligheidsvoorschriften toe die gelden voor het werk. Hij levert bij het verzorgen van het exterieur werk af dat voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen. Hij gebruikt de materialen en middelen efficiënt, kostenbewust en met zorg voor dier en omgeving. Hij overlegt met zijn collega’s en leidinggevende over het verzorgen van jonge en volwassen dieren en meldt afwijkingen en knelpunten tijdig aan zijn leidinggevende. Hij verzorgt het exterieur van de jonge en volwassen dieren bedreven en hij assisteert deskundigen bij specialistische (be)handelingen om gezondheid, conditie en welzijn te bevorderen.
Feedback
Datum1
Datum 2
Datum 1
Datum 2
Datum 3
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++ -- / - / + / ++
-- / - / + / ++ -- / - / + / ++
-- / - / + / ++ -- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Datum 3
Complimenten
Verbeterpunten
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 13
Kerntaak 1 Voert en verzorgt dieren Werkproces 1.3 Monitort dieren Omschrijving: De medewerker dierverzorging monitort op bedreven wijze de dieren waarbij hij de conditie van dieren controleert en afwijkingen en ziekten signaleert en werkt volgens procedures en voorschriften. Bij gesignaleerde afwijkingen raadpleegt hij de leidinggevende. Beheersingscriteria (competenties zijn schuingedrukt) Hij monitort dieren na instructie volgens de voor het bedrijf geldende procedures en voorschriften en past wettelijke richtlijnen, dierenwelzijn en veiligheidsprincipes toe die gelden voor het werk.
Datum 1
Datum 2
Datum 3
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Hij monitort systematisch en zorgvuldig en signaleert hierdoor vroegtijdig afwijkingen en/of ziekten bij het dier.
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Hij meldt afwijkingen en schakelt leidinggevende of collega’s in indien nodig tijdig in om afwijkingen en/of ziekten te voorkomen.
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Hij signaleert op basis van vaktechnisch inzicht tijdig verschillen in gedrag, exterieur, voer- en wateropname en conditie.
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Feedback
Datum1
Datum 2
Datum 3
Complimenten
Verbeterpunten
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 14
Kerntaak 1 Voert en verzorgt dieren Werkproces 1.4 Hanteert dieren Omschrijving: De medewerker dierverzorging hanteert dieren en verplaatst ze, waarbij hij alert is op dierenwelzijn en werkt volgens procedures en voorschriften. Hij kiest hierbij voor de juiste materialen en middelen en gebruikt ze effectief. Hij voorkomt stress bij de dieren en hij stimuleert gewenst gedrag en corrigeert ongewenst gedrag van dieren. Hij overlegt met zijn leidinggevende over de werkzaamheden en signaleert knelpunten in het proces. Beheersingscriteria (competenties zijn schuingedrukt) Hij hanteert dieren in lijn met de geldende ethische maatstaven met betrekking tot dierenwelzijn. Hij hanteert de dieren na instructie volgens de voor het bedrijf geldende zorgsystemen en past wettelijke richtlijnen en veiligheidsvoorschriften toe die gelden voor het werk. Hij benadert de dieren op een correcte en systematische manier en richt zich tot in detailniveau op het uitvoeren van het werk, zodat ongewenst gedrag bij dieren zo veel mogelijk wordt voorkomen. Hij kiest de juiste materialen en middelen bij het hanteren van dieren en gebruikt ze verantwoord en effectief om stress bij dieren te voorkomen. Hij overlegt met zijn collega’s en leidinggevende over het hanteren van dieren en meldt afwijkingen en knelpunten tijdig aan zijn leidinggevende. Hij hanteert en verplaatst dieren correct, stimuleert gewenst gedrag en corrigeert ongewenst gedrag bij dieren waarbij hij ze op voor mens en dier verantwoorde wijze benadert. Feedback
Datum1
Datum 2
Datum 1 -- / - / + / ++
Datum 2 -- / - / + / ++
Datum 3 -- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Datum 3
Complimenten
Verbeterpunten
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 15
Kerntaak 1 Voert en verzorgt dieren Werkproces 1.5
Registreert en rapporteert
Omschrijving: De medewerker dierverzorging registreert gegevens met betrekking tot de voer- en watervoorziening en de voer- en wateropname, waarbij hij werkt volgens procedures en voorschriften. Ook registreert hij relevante informatie met betrekking tot de verrichte verzorgingswerkzaamheden. Hij rapporteert gegevens en bevindingen aan leidinggevende, collega’s en/of andere betrokkenen. Hij onderneemt actie bij het constateren van relevante afwijkingen. Beheersingscriteria (competenties zijn schuingedrukt) Hij verwerkt en registreert gegevens met betrekking tot voer- en watervoorziening, voer- en wateropname en de verrichte verzorgingswerkzaamheden accuraat.
Datum 1
Datum 2
Datum 3
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Hij registreert en rapporteert na instructie volgens de voor het bedrijf geldende procedures en voorschriften en past de wettelijke richtlijnen toe.
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Hij meldt belangrijke zaken direct om onmiddellijk actie te kunnen ondernemen.
Feedback
Datum1
Datum 2
Datum 3
Complimenten
Verbeterpunten
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 16
Kerntaak 2 Verzorgt leef- en werkomgeving Werkproces 2.1 Draagt zorg voor hygiëne Omschrijving: De medewerker dierverzorging reinigt en ontsmet ruimten, apparatuur, materialen en vervoermiddelen, waarbij hij werkt binnen de kaders van de voor het bedrijf geldende zorgsystemen en regelgeving. Ook zorgt hij voor persoonlijke hygiëne. Hij informeert bezoekers over hygiënische maatregelen en voert op aanwijzing extra hygiënische maatregelen uit ter voorkoming van (verspreiding van) ziekten. Hij overlegt met collega’s en leidinggevende over uit te voeren werkzaamheden. Beheersingscriteria (competenties zijn schuingedrukt) Hij geeft duidelijke instructies over de te nemen hygiënische maatregelen en het hygiëneprotocol aan externen en bezoekers van het bedrijf waardoor zij exact weten welke maatregelen zij moeten nemen. Hij reinigt en ontsmet de leef- en werkomgeving volgens de voor het bedrijf geldende procedures en past de wettelijke richtlijnen en veiligheidsvoorschriften toe die gelden voor het werk. Hij reinigt en ontsmet de ruimte waarbij hij voldoet aan de op het bedrijf gestelde kwalitatieve en kwantitatieve eisen en signaleert afwijkingen tijdig. Hij kiest op basis van de situatie de juiste wijze van reinigen en ontsmetten met bijbehorende middelen en gaat zorgvuldig, netjes en veilig om met de apparatuur en middelen. Hij houdt de verblijfsruimten voor dieren schoon en reinigt en ontsmet ruimten, apparatuur en materialen op bedreven wijze. Feedback
Datum1
Datum 2
Datum 1
Datum 2
Datum 3
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Datum 3
Complimenten
Verbeterpunten
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 17
Kerntaak 2 Verzorgt leef- en werkomgeving Werkproces 2.2 Onderhoudt leef- en werkomgeving Omschrijving: De medewerker dierverzorging realiseert een representatieve en veilige leef- en werkomgeving, waarbij hij werkt binnen de kaders van de voor het bedrijf geldende zorgsystemen en regelgeving. Hij helpt mee aan een adequate inrichting van de leefruimten en de (werk)omgeving. Hij verwijdert mesten afvalstoffen. Hij verzorgt (erf)beplanting op het terrein. Hij regelt het binnenklimaat. Hij signaleert en meldt onderhouds- en herstelwerkzaamheden en hij voert zelf eenvoudige onderhouds- en herstelwerkzaamheden uit. Hij meldt eventuele problemen aan de leidinggevende. Beheersingscriteria (competenties zijn schuingedrukt) Hij werkt volgens de voor het bedrijf geldende procedures op het gebied van hygiëne, veiligheid, gezondheid, dierenwelzijn, arbeidsomstandigheden, milieu en kwaliteit en past de wettelijke richtlijnen toe die gelden voor het werk. Hij kiest afhankelijk van de reparatie en/of het onderhoud de materialen en middelen waarbij hij rekening houdt met de mogelijkheden, voor- en nadelen, beschikbaarheid en kosten ervan en gaat zorgvuldig en netjes met de gebruikte materialen en middelen om, zorgt ervoor dat ze goed onderhouden zijn en bergt ze veilig op. Hij raadpleegt tijdig de leidinggevende bij gesignaleerde afwijkingen om de noodzakelijke onderhoudsmaatregelen te kunnen nemen. Hij voert op bedreven wijze reparaties en onderhoudswerkzaamheden uit aan ruimten, materialen, apparatuur en vervoermiddelen en verzorgt de beplanting en aankleding van het bedrijf.
Feedback
Datum1
Datum 2
Datum 1
Datum 2
Datum 3
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
-- / - / + / ++
Datum 3
Complimenten
Verbeterpunten
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 18
Deel 3. Beeld over het totaal
Wat is uw algemene indruk van de deelnemer t.a.v. het uitoefenen van het (gehele) beroep? Naast uw indruk m.b.t. het beheersen van (een aantal) van de zojuist geschetste werkprocessen die het beroep kenmerken, kunt u in uw oordeel meenemen in hoeverre een deelnemer met de voor het vak geldende beroepsdilemma’s om kan gaan. -
Doorwerken versus kwaliteit Zelfstandig handelen versus hulp inschakelen Doorwerken versus dierenwelzijn Veiligheid/milieu versus efficiëntie
Datum 1:
Datum 2:
Datum 3:
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 19
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 20
Bijlage Beschrijving van de beroepengroep Kwalificaties De kwalificatie Assistent medewerker voedsel en leefomgeving is bruikbaar is voor medewerkers op assistentenniveau in de sector voedsel en leefomgeving. De uitstroom assistent dierverzorger is specifiek op de dierverzorging gericht. Binnen de beroepengroep dierverzorging en veehouderij bestaan er 3 kwalificaties (beschrijving van een beroepengroep), die elk weer uitstromen hebben (herkenbare functies binnen die beroepengroep en de vereisten). Op het diploma van een deelnemer komt de naam van de kwalificatie én de uitstroom te staan. Kwalificatie Assistent medewerker voedsel en leefomgeving
Uitstroom Assistent dierverzorger (niveau 1)
Dierverzorging 2
Medewerker dierverzorging (niveau 2)
Dierverzorging 3/4
Dierverzorger melkvee (niveau 3) Dierverzorger hokdieren (niveau 3) Dierverzorger graasdieren (niveau 3) Dierverzorger recreatiedieren (niveau 3) Proefdierverzorger (niveau 3) Biotechnicus (niveau 4)
Dierenhouderij
Melkveehouder (niveau 4) Dierenhouder hokdieren (niveau 4) Dierenhouder graasdieren (niveau 4) Manager dierverzorging (niveau 4)
Voor meer informatie over de kwalificaties, zie www.mbo2010.nl. Klik op ‘kwalificatiedossiers’ en vervolgens op ‘bekijk dossier’.
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 21
Omschrijvingen van de uitstromen binnen de dierverzorging en veehouderij Assistent dierverzorger De Assistent dierverzorger functioneert op niveau 1. Hij werkt op een bedrijf waar dieren gehouden worden. Zijn werkzaamheden hebben betrekking op het voeren en verzorgen van de dieren en het schoonmaken en onderhouden van de werk- en leefomgeving. De assistent dierverzorger toont inzet en werkt zorgvuldig waarbij hij let op het welzijn van de dieren. Hij heeft een assisterende en uitvoerende rol met een beperkte uitvoeringsverantwoordelijkheid: hij is verantwoordelijk voor eigen werk, voor het correct gebruik van voorgeschreven materialen en middelen, voor de eigen veiligheid en voor de veiligheid van omstanders en dieren. Hij werkt onder toezicht of directe begeleiding en op basis van instructies, procedures en veiligheidsvoorschriften. De assistent dierverzorger voert routinematige werkzaamheden uit. Hij heeft algemene basiskennis en bezit basisvaardigheden om eenvoudige werkzaamheden uit te voeren. Kerntaken: - Voert werkzaamheden uit binnen de dierverzorgingssector Medewerker dierverzorging De medewerker dierverzorging functioneert op niveau 2. Hij werkt op een bedrijf waar dieren gehouden worden. In het algemeen hebben zijn werkzaamheden betrekking op het voeren en verzorgen van de dieren en het schoonmaken en onderhouden van de werk- en leefomgeving. Daarnaast past hij de kwaliteitssystemen en procedures van het bedrijf toe. De medewerker dierverzorging heeft vooral een uitvoerende en signalerende rol en voert zijn werkzaamheden onder begeleiding uit. Hierbij volgt hij de instructies op van zijn leidinggevende. Hij is verantwoordelijk voor zijn eigen werk. Het werk van de medewerker dierverzorging wordt gekenmerkt door routinematige handelingen, waarbij het werken met levende dieren een continue oplettendheid vereist. Hij dient regelmatig terug te koppelen naar zijn leidinggevende en/of collega’s. Hij heeft een proactieve houding en moet steeds rekening houden met het welzijn van de dieren en met de veiligheid van mens en dier. Verder neemt hij ook milieu en arbeidsomstandigheden in acht bij al zijn werkzaamheden. Kerntaken: - Voert en verzorgt dieren - Verzorgt leef- en werkomgeving Dierverzorger graasdieren, dierverzorger hokdieren, dierverzorger melkvee, dierverzorger recreatiedieren, proefdierverzorger, biotechnicus De (proef)dierverzorger functioneert op niveau 3. De biotechnicus op niveau 4. De (proef)dierverzorger en biotechnicus hebben een signalerende en proactieve houding waarbij te allen tijde rekening wordt gehouden met de gezondheid en het welzijn van de dieren en met de veiligheid van mens en dier. Daarnaast zijn ze omgevingsgericht en zijn zich bewust dat hij bij hun handelen een positief beeld van het bedrijf en/of de instelling bij de klanten en/of bezoekers moet achterlaten. Bij de werkzaamheden houden zij rekening met de consequenties voor milieu en arbeidsomstandigheden. De (proef)dierverzorger en biotechnicus hebben een uitvoerende en signalerende rol en voeren uitvoerende werkzaamheden zelfstandig en vaak op eigen initiatief uit. Hierbij hebben zij een eigen verantwoordelijkheid, maar de eindverantwoording ligt bij de
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 22
ondernemer of bedrijfsleider (of voor de proefdierverzorger en biotechnicus: bij de onderzoeker). De biotechnicus heeft ook een adviserende rol ten aanzien van de opdrachtgever bij het vaststellen van de onderzoeksopzet en de inzet van proefdieren. Daarnaast hoort het bij zijn rol innovatief te zijn inzake de gehanteerde technieken en controlerend en coachend/begeleidend te handelen inzake de werkzaamheden van (beginnende) collega’s. Kerntaken: - Voert en verzorgt dieren - Begeleidt voortplanting - Verzorgt leef- en werkomgeving - Melkt vee (dierverzorger melkvee) - Verricht publieksgerichte werkzaamheden (dierverzorger recreatiedieren, biotechnicus) - Verricht proefdierwerkzaamheden (proefdierverzorger, biotechnicus) Dierenhouder graasdieren, dierenhouder hokdieren, melkveehouder, manager dierverzorging De dierenhouder functioneert op niveau 4. Hij is ondernemer/eigenaar of manager. Hij beschikt over uitgebreide product- en vakkennis. De dierenhouder voert zijn werk zelfstandig uit. Hij is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket en dat van de medewerkers. De dierenhouder werkt efficiënt, productiegericht en met respect voor mens, dier en product: hij houdt rekening met de wensen van de markt, het dierenwelzijn en de kwetsbaarheid en beperkte houdbaarheid van dierlijke producten. Ook houdt hij rekening met milieu-, veiligheids- en arbeidsomstandighedenvoorschriften. Veilig werken, milieubewust werken en ketendenken komen terug in zijn bedrijfsbeleid. De dierenhouder recreatiedieren is eindverantwoordelijk voor het bedrijf. Hij heeft een beleidsbepalende en een beleidsbewakende rol, doorgaans in een familiebedrijf. Daarnaast is hij organiserend en coördinerend bezig; afhankelijk van de omvang van het bedrijf heeft hij bovendien een coachende, adviserende en leidinggevende rol. Als ondernemer heeft hij verder een innovatieve en initiërende rol. Hij moet anticiperen op ontwikkelingen en wisselende omstandigheden. Hij houdt bij de beleidsvorming rekening met marktontwikkelingen, maatschappelijke ontwikkelingen en wetgeving. Het opstellen van goed beleid is doorslaggevend voor succesvol ondernemen. Hiervoor zijn specialistische kennis en vaardigheden nodig van het werkveld en de bedrijfsvoering. Kerntaken: - Voert dagelijkse zorg uit op dierenhouderij - Organiseert dierlijke productie of activiteitenaanbod en draagt zorg voor uitvoering - Coördineert werkzaamheden - Onderneemt
Medewerker dierverzorging, december 2008
Pagina 23