Afscheidsinterview Paul Depla • Bluswater in kaart gebracht • Meer aandacht voor Het Vak • Brandveilig Leven • Bedrijven in de as bij grote compagniebrand Maastricht • Sittard gecertificeerd onderhoudscenter
April 2015
Magazine van de Brandweer Zuid-Limburg
Compagniebrand in Maastrichtse Beatrixhaven
Brandveilig Leven gaat vooral over gedrag De brandweer wil de komende jaren sterk inzetten op het voorkomen van branden en is daarvoor gestart met het project Brandveilig Leven. De sleutel daarvoor is in handen van de burgers
zeker ook effectieve maatregelen op preventief gebied te noemen. Het zou echter veel beter zijn nog veel meer het accent te leggen op preventieve activiteiten, die de burger zelf uitvoert. Zo kan veel ellende worden voorkomen en daarom is besloten tot een koersverschuiving. We willen toe naar bewuste burgers die Brandveilig Leven. Die nut en noodzaak zien van preventie en ook elkaar én de brandweer helpen als er wat fout gaat.’
Burger als Spil
Burgerparticipatie dus met een mooi woord. ‘Ja, we zien de samenleving veranderen. De overheid kan en wil niet meer alles betalen. Dat geldt voor de zorg, voor criminaliteitsbestrijding en dus ook voor de brandweerzorg. Vaak wordt deze trend gezien als een platte bezuiniging, maar zo simpel is het niet. We kunnen met z’n allen veel meer samen oplossen. En natuurlijk zullen op de langere termijn de kosten dalen. Het is immers de bedoeling dat de brandweer minder uitrukt.’ Bij burgerparticipatie gaat het in dit geval om twee situaties, geeft Mitchell Jennekens aan, student aan de opleiding People and business management van Zuyd Hogeschool. Hij vervult bij de brandweer zijn afstudeerstage en is in dat verband nauw betrokken bij Brandveilig Leven. ‘De ene situatie betreft de vraag hoe burgers actief hulp kunnen bieden in geval van een incident. De andere situatie heeft te maken met
de vraag hoe burgers actief op preventief gebied activiteiten ontplooien.’ Stappen
De eerste stappen zette de Brandweer Zuid-Limburg enkele jaren geleden. Samen met de besturen van de 18 betrokken gemeenten in de regio werd onder de noemer Samen op Weg een risicoanalyse gemaakt. ‘Een overzicht van de gevaarlijke plekken, kort samengevat’, vervolgt Anja Hannema. ‘In deze analyse staan vragen centraal zoals: Hoe snel kan de brandweer ter plekke zijn? Is er voldoende bluswater? Hiertoe zijn diverse maatregelen genomen om de risico’s te beheersen. Tegelijk is vastgesteld dat er méér gekoerst moet worden op preventie en hoe te handelen bij een brand. Daarmee zijn zowel
Meer accent op preventie
zelf. Zij moeten zich meer bewust worden van de risico’s en preventieve mogelijkheden. De brandweer ZuidLimburg geeft op een bijzondere manier invulling aan dit project en heeft de gedragswetenschap als toetsingskader binnengehaald.
Ook bij het blussen en voorkomen van brand wordt meer zelfredzaamheid van de burger verwacht
slachtoffers als schade te voorkomen. Dit is door de leiding vertaald in het beleidsplan voor de periode 2012-2018.’ Overigens zijn al diverse nieuwe preventieve initiatieven gestart, gericht op gedragsverandering. ‘Een mooi voorbeeld in dit verband is de recente actie vanuit de brandweer waarbij ouderen van de Zilverlinde in Lindenheuvel in Geleen instructies krijgen hoe ze moeten handelen bij een brand. Vraag hierbij is dan of deze instructies uiteindelijk voldoende effectief zijn als het echt mis gaat. En als dat niet zo is, wat er dan nog zou moeten gebeuren.’ Gedragswetenschap
Vijf jaar geleden stelde de Brandweer Nederland na een breed onderzoek vast dat de almaar stijgende uitgaven voor repressie en deels ook voor de reguliere preventie amper een positief effect hebben op de aantallen slachtoffers en schade. ‘Eigenlijk ook wel verklaarbaar, zegt Anja Hannema, projectleider Brandveilig Leven bij de Brandweer Zuid-Limburg. ‘Op repressief gebied kan de brandweer nog zo goed uitgerust zijn en beschikken
De eerste initiatieven zijn al gestart over de modernste middelen; uiteindelijk is ze altijd te laat. De schade beperken is dan het hoogst haalbare. Begrijp me niet verkeerd: daar mag niet aan getornd worden. De brandweer zal altijd goed uitgerust moeten zijn om hulp te verlenen bij branden en andere rampen. En daarnaast zijn er 2
Focus
De verdere uitwerking voor de komende twee jaar start nu. Over het plan van aanpak wil Anja Hannema eigenlijk nog niet al te veel loslaten. ‘We moeten nog starten’, legt ze uit. ‘We willen aan de hand van onderzoek vaststellen hoe we het beste de burgers bewust kunnen maken van brandgevaar en wat ze kunnen doen als er brand is. Hoe we hun gedrag kunnen veranderen zodat ze daadwerkelijk brandveilig gaan leven. Daarvoor halen we de wetenschap in huis die gaat samenwerken met onze eigen mensen in verschillende werkgroepen. Met betrekking tot dit gedragsonderzoek werken wij nauw samen met de veiligheidsregio Limburg-Noord. Deze Limburgse aanpak is overigens vrij uniek binnen BrandweerNederland. Over twee jaar moeten binnen de brandweer Zuid-Limburg onze bevindingen omgezet worden in structureel beleid waarmee we de burgers ook echt bereiken.’ Nieuwsgierig
Nieuwsgierig naar de eerste resultaten? In de volgende Focus leest u hier meer over. Focus 3
Paul Depla Interview
Paul Depla draagt Brandweer Zuid-Limburg met gerust hart over
‘De voordelen van de fusie zijn overduidelijk’
‘V
Paul Depla verruilt Heerlen voor Breda. ‘Ik heb veel geleerd van de brandweer’
uur, leven, dood; het blijven grote dingen in een mensenleven. Ik heb erg veel geleerd van de brandweer. Over innovatie, regionale samenwerking en onderling vertrouwen. Kennis die me in mijn nieuwe baan ongetwijfeld van pas komt.’ Met zijn benoeming in Heerlen in april 2010 viel Paul Depla met zijn neus in de boter. In zijn eerste burgemeestersbaan maakten zijn collega’s in de Veiligheidsregio hem meteen verantwoordelijk bestuurder voor de Brandweer Zuid-Limburg. Een op dat moment op papier gefuseerde organisatie met 26 kazernes en posten in 18 gemeenten, samen een verzorgingsgebied bestrijkend van 650.000 inwoners. ‘En bepaald geen gemakkelijk gebied’, zegt Paul Depla op deze ochtend in het Heerlense stadhuis, aan de vooravond van zijn vertrek naar Breda. ‘De brandweer moet zowel in verstedelijkt gebied opereren, Parkstad, Maastricht, Sittard-Geleen, en tegelijk het dunbevolkte heuvelland bedienen.
In zijn functie als burgemeester van Heerlen was Paul Depla de afgelopen vijf jaar binnen de Veiligheidsregio verantwoordelijk voor de Brandweer Zuid-Limburg. Een rol die hij als de nieuwe burgemeester van Breda niet schuwt Een lastige combinatie, zeker als je één organisatie wilt bouwen met een
soort standaard dienstverlening. Maar er was weinig keus. De beslissing was genomen. Een juiste keus overigens, ingegeven door landelijk beleid. We wisten dat het niet gemakkelijk zou worden. Ik had echter wel al snel het gevoel dat de wil er was om samen te werken. Vijf jaar verder blijkt dat ook. Er staat nu een professionele organisatie die uitstekend in staat is op te treden bij brand, rampen en al die andere zaken waarbij de brandweer te hulp wordt geroepen.’ Een nieuwkomer meteen de zwaarste portefeuille toebedelen. Het lijkt op een test. ‘Ha, nee hoor. Dat is allemaal in goed overleg gebeurd. Ik wilde het graag, de brandweer spreekt toch tot ieders verbeelding. Bovendien ben je in een Veiligheidsregio niet alléén. Beslissingen nemen we samen. Elke burgemeester blijft ook verantwoordelijk voor veiligheid in zijn of haar eigen gemeente. Dus nee, ik voelde me niet overvallen of wat dan ook.’ >> Focus 5
Interview Paul Depla
Paul Depla (1965) studeerde Politicologie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en promoveerde op een studie naar de vernieuwing van de lokale democratie. Hij was lid van het PvdA-campagneteam en enkele jaren adviseur van de minister van Verkeer en Waterstaat. Van 2000 tot 2010 was hij wethouder in Nijmegen
Kluif
Desondanks lag er een zware kluif op het bordje van de geboren Eindhovenaar. ‘Absoluut. De opdracht was niet alleen om die ene organisatie te bouwen, er lag ook nog eens een bezuinigingsopgave van 3,5 miljoen euro. Bijzonder was verder de keuze voor een hybride organisatie. De combinatie van vaste mensen en vrijwilligers in de repressie vergt ook het nodige aanpassingsvermogen van de mensen en het management. Waarbij ik overigens wil aantekenen dat ik de term vrijwilligers nogal ongelukkig vind. Vrijwilligers zijn net zo goed opgeleid als de vaste mensen en moeten aan dezelfde strenge eisen en tests voldoen. Een vrijwilliger is iemand die in de voetbalclub of in een verzorgingshuis goede dingen doet, maar dat terzijde.’ Paul Depla investeerde de nodige tijd om het 850 mensen tellende korps te leren kennen. ‘Vanzelfsprekend. Als bestuurder wil 6
Focus
je weten wat er speelt en leeft. Dat doe je via het management, maar we hebben ook de nodige informele rondjes langs alle kazernes gemaakt en daar met zo veel mogelijk mensen gesproken. Erg leerzaam, want dan hoor je precies wat er
‘Wietteelt legaliseren lost deel van het probleem op’ speelt, waar de pijnpunten zitten. Mensen nemen geen blad voor de mond als je ze één-op-één om hun mening vraagt. Het management was daar niet altijd blij mee, ik weet het. Zij kregen via een omweg kritiek te horen. Achteraf denk ik wel dat we daardoor als bestuur een positieve rol in het proces gespeeld hebben.’ Weerstand tegen de fusie tot regionaal korps was er zeker, erkent
Paul Depla. ‘Mensen veranderen niet graag. Zeker niet brandweermensen. Ze moeten immers voor duizend procent op elkaar kunnen vertrouwen. Vaak werken ze al jaren in dezelfde teams, ze kennen elkaar door en door. Ik begrijp best dat het bedreigend is als je opeens moet verkassen naar een andere kazerne. En natuurlijk was er de zorg om inkomen en arbeidsvoorwaarden. Het afschaffen van de tweede piketvergoeding was een heikel punt. Gelukkig zijn we ook daar goed uitgekomen.’ Goed gevoel
Vijf jaar verder draagt Paul Depla de Brandweer Zuid-Limburg met een goed gevoel over aan zijn opvolger. ‘Ja. De organisatie is op orde. De voordelen van de fusie zijn overduidelijk. Er wordt efficiënt gewerkt, de bezuiniging is gehaald. De bundeling van kennis en kunde in de servicecenters pakt goed uit. Er is fors geïnvesteerd in nieuw materieel, nieuwe kazernes en
opknapbeurten voor bestaande panden. De Brandweer ZuidLimburg is klaar voor de toekomst. Ik zie ook dat er meer ruimte komt voor preventie en voorlichting. Uiteindelijk gaat het om voorkomen van brand, repressie zou je idealiter moeten voorkomen.’ Zijn pleidooi om de wietteelt te legaliseren heeft Paul Depla landelijke bekendheid gebracht. ‘Ik ben in mijn mening sterk beïnvloed door mijn functie als bestuurder van de brandweer. Ik heb van dichtbij gezien hoe gevaarlijk die plantages op zolders en in schuurtjes of kelders zijn. Het brandgevaar is groot. Wat oud-minister Opstelten ook mag zeggen, ik blijf de situatie in Nederland absurd vinden. Er mag wel wiet verkocht worden, maar niet verbouwd. Dan vráág je om illegale teelt en dus criminaliteit. Legaliseren lost in ieder geval een deel van het probleem op.’
Trots
Paul Depla verlaat Heerlen op een moment dat de stad opbloeit. De ergste drugsproblematiek is verdwenen, de economie trekt aan met de komst van de Smart Services Campus en de bouw van
‘Heerlen heeft z’n zelfvertrouwen
meester van Heerlen heb ik veel kansen gekregen om mijn bestuurlijke ideeën waar te maken. Belangrijkste is de samenwerking in de Tripool met Sittard-Geleen en Maastricht. Heerlen is zichzelf, maar maakt ook deel uit van dat sterke Zuid-Limburg. De regionale brandweer is daar een mooi voorbeeld van. We hebben bewezen dat er veel mogelijk is. Ondanks een slechte economie en de nodige scepsis.’
terug’ Breda
onder meer het Maankwartier en ook cultureel timmert de stad aan de weg met het Glaspaleis en het nieuwe theater. ‘Ik voel de trots terugkeren, het zelfvertrouwen. Het mijnverleden is verteerd en wordt nu gekoesterd met het Jaar van de Mijnen. Het doet me goed dat de stad floreert en ik zal vooral de verbondenheid, de gemoedelijkheid van de Heerlenaar en de Limburger missen. Als burge-
Een mooi moment dus om verder te trekken. ‘Ja, in Breda wacht een nieuwe uitdaging. Ik heb er gesolliciteerd omdat ook die stad vernieuwing nodig heeft, mensen met innovatieve ideeën. Iemand die partijen verbindt en laat samenwerken. Dat is mij op het lijf geschreven.’
Focus 7
Het Vak krijgt in 2015 meer aandacht
De leefruimte in de kazerne van Maastricht-Zuid. ‘Dit voelt als een tweede gezin’
‘Brandweer is een tweede thuis’ reorganisaties staat dit jaar bij de
orde en als er buiten een plantje gepoot moest worden, dan deden we dat ook. Nu zijn we hier in Maastricht-Zuid servicecenter ademlucht. Als bijvoorbeeld een lampje van de auto kapot is, dan moeten we onze collega’s in Brunssum of Sittard bellen. Ik begrijp wel de efficiency van de servicecenters, maar of het allemaal beter is? Eigenlijk wordt ons vak iets minder breed en dat vind ik jammer.’
Brandweer Zuid-Limburg weer Het Vak
Liefde
Na de intensieve fusiejaren en
centraal. Zeker de medewerkers in de repressie zijn blij met de extra aandacht voor oefenen en bijscholing. ‘We hebben wel wat in te halen.’
8
Een beetje onwennig melden Perry Rosier, Marc Spee en Eric Wagemans zich voor het interview. Ze hoeven niet zo nodig op de voorgrond en al zeker niet op de foto. De toezegging dat het artikel over hun passie, over Het Vak, zal gaan, helpt hen over de streep. ‘Weet je’, zegt Perry Rosier, al elf jaar in dienst bij de Maastrichtse brandweer en nu bevelvoerder op de tankautospuit, ‘brandweerman is veel meer dan een vak. Het is totaal onvergelijkbaar met welk beroep dan ook. Waarom? Om verschillende redenen, maar de belangrijkste is de manier waarop je met je collega’s omgaat. Om de drie dagen breng je 24 uur met elkaar door. Je werkt samen, kookt, eet, sport, kijkt tv en slaapt. Het is een soort tweede thuis waar je lief en leed deelt. Je vertrouwt elkaar persoonlijke zorgen toe. Als er aan het thuisfront iets speelt, hebben we dat direct in de gaten. Laatst had een collega waterschade thuis. Met veel collega’s zijn we gaan helpen en dweilen. Waar vind je dat?’
wennen. Vertrouwen opbouwen. Dat heeft tijd nodig. Net wat Perry zegt: het gezin verandert. Er zijn familieleden geëmigreerd die we missen, nieuwelingen moeten hun plek opvullen.’ Maar er is meer dan emotie, vervolgt Marc Spee. ‘Zeker. Nieuwe mensen hebben minder parate kennis.
Bijzonder
Kennis
Marc Spee knikt. ‘Die band is echt bijzonder’, zegt de specialist adembescherming en manschap, al 17 jaar brandweerman in Maastricht. ‘Daarom stoort het me wel eens als mensen lichtzinnig over de fusie en reorganisatie praten. Er zijn brandweermensen verplaatst. Hier in Maastricht zijn manschappen uit Parkstad geplaatst. Ze zijn welkom, het zijn vakmensen. Maar je moet wel weer aan elkaar
Nu is het de beurt aan kazernechef Eric Wagemans. ‘Ik kan mijn collega’s goed volgen’, zegt de man die sinds anderhalf jaar de kazernes in Maastricht-Zuid en Eijsden leidt. ‘Ik denk dat een geregionaliseerde brandweer onder de streep een goede zaak is, maar ik weet ook dat er op plaatsen aan kwaliteit ingeleverd is. De middelen zijn verdeeld, de overplaatsingen hebben voor enige onrust gezorgd
Focus
Te weinig tijd voor oefenen en sporten Ze kennen de sluipwegen in de stad niet, ze weten niet dat het ziekenhuis verschillende aanrijroutes heeft. Natuurlijk leren ze dat en worden ze zo veel mogelijk geholpen. Maastrichtenaren mogen een beetje chauvinistisch zijn, ze werken wel samen. Met iedereen.’
en ja, er is parate kennis weggelekt. Dat mag best eens gezegd worden. Anderzijds zie ik dat iedereen hier enorm gemotiveerd en gedreven is. Er staat één team. De wil om van die 7-min weer een acht te maken, die is er. Het Vak centraal is geen loze kreet. We gaan dit jaar tijd en middelen vrij maken.’ Joost Botterweg, sectorhoofd Ontwikkeling, heeft begrip voor de vragen. ‘De fusie en reorganisatie hebben veel tijd en energie gekost. We hebben geïnvesteerd in techniek, in nieuwe apparatuur en in opleidingen. Het niveau van de BRWZL is goed. Nu komen we in de fase om de vruchten te plukken van de fusie. Techniek is mooi, mits we de innovaties ook ten volle benutten. Langzaamaan komt er weer meer ruimte voor Het Vak.’ Middelen
Marc Spee wil zijn meerderen graag geloven. ‘Makkelijk zal het echter niet worden. We zien dat we meer tijd moeten investeren in het servicecenter en andere taken. Om goed bij te blijven, moet een brandweerman eigenlijk de helft van zijn werktijd besteden aan oefenen, trainen en sporten. Die verhouding staat onder druk. Ik hoop dat het management daar oog voor heeft en echt middelen vrijmaakt.’ Perry Rosier beseft dat niet alles zoals ‘vreuger’ wordt. ‘Vóór de fusie deden we alles zelf. We repareerden onze wagens, hielden onze spullen op
Waarmee de liefde voor dat pure brandweerwerk niet minder wordt, vult Marc Spee aan. ‘Ik zou niets anders willen. Elke dag is anders. Je weet nooit wat je te wachten staat. Soms gebeurt er niets, dan ren je van een auto-ongeluk naar een binnenbrand en sta je een uur later weer ergens een kelder leeg te pompen. Wat we ook doen, de mensen zien ons graag komen. Omdat we helpen, oplossingen bedenken, improviseren.’ En rotklussen opknappen waar anderen zich omdraaien. ‘Soms zitten er heftige dagen tussen. Ik heb zes keer een kind uit een brandend huis gehaald. Vier keer kwam onze hulp te laat. Dan heb je wel even wat steun nodig. En die vind je weer in je ploeg, in dat tweede gezin.’ De pijn van de reorganisatie is nog niet helemaal
Fusie en bezuinigingen hebben ook nadelen geleden, weten Perry Rosier en Marc Spee. ‘De komende jaren worden de ploegen ingekrompen. Een aantal vaste mensen moet dan verkassen. Het is niet anders, maar de druk zal er niet minder door worden. Daarbij komt dat we hier in Maastricht extra opleidingen krijgen om tunnelbranden te bestrijden. Als één ding voorkomen moet worden, dan zijn het extra bezuinigingen.’ Ruimte
Wat dat laatste betreft kan Leon Houben, sectorhoofd Basiszorg de mensen gerust stellen. ‘We hebben al bezuinigd en bouwen verder aan een toekomstbestendige brandweer. De fusie stelt ons in staat meer te doen met minder. Dat er meer ruimte komt voor Het Vak, staat buiten discussie.’ Focus 9
INCIDENT UITGELICHT
Vier bedrijven in de as, stoplijnen voorkomen erger
Negentig mensen bestrijden Com pagniebrand in Maastricht Op woensdagavond 19 november 2014 legt een felle brand vier bedrijven op industrieterrein Beatrixhaven in Maastricht in de as. Een vijfde bedrijf loopt ernstige schade op. Het is een van de grootse branden van de afgelopen jaren, maar de schade had nog veel groter kunnen zijn. ‘Even had ik een heel unheimisch gevoel’, zegt Officier van Dienst (OvD) Jos Laumen.
10 Focus
B
evelvoerder Ron Peelen arriveert
meteen bewust van de risico’s. De
In de tussentijd breidt de brand zich
en rond de klok van 22.00 uur had ik
met de tankspuitauto en de
bedrijfspanden zijn in dit gedeelte van de
razendsnel uit. ‘We hebben vroegtijdig
het idee dat we met elkaar de zaak
autoladder even na zeven uur als
Beatrixhaven tegen elkaar gebouwd. Een
gekozen voor het opzetten van twee
onder controle kregen.’
eerste bij de brand aan de Karveelweg.
uitslaande brand kan heel gemakkelijk
stoplijnen om de brand heen’, zegt Jos
Er is dan zeer veel rook waarneembaar en
overslaan. We werden ongerust over de
Laumen. ‘In dat stadium de brand zelf
Brand Meester
vlammen laaien al hoog op uit één van de
snelle uitbreiding. De vlammenzee werd
blussen was onbegonnen werk.’
Met het kanaalwater wordt een van de
bedrijfspanden en dus slaat hij meteen
in snel tempo groter en groter. Al in een
groot alarm. Tijdens de rit naar Maastricht
vroeg stadium na aankomst van de OvD
Stoplijn
laatste jaren uiteindelijk bedwongen.
schaalt ook de OvD op en roept extra
is besloten om twee pelotons op de
Terwijl Jos Laumen het werk aan de zijde
Om half twee ’s nachts wordt het sein
hulp in. Jos Laumen: ‘Ik hoorde dat er
brand te zetten.’ 0p dat moment krijgt
van de Galjoenweg voor zijn rekening
Brand Meester gegeven. Uit metingen
een bedrijf met rubberproducten in
de brand de naam ‘compagniebrand’.
neemt, ontfermt de tweede opgekomen
van speciale meetwagens van de
brand stond. Brandend rubber is met
Dat komt niet vaak voor. In het eerste
OvD, Jean-Pierre van Can, zich over het
brandweer uit de Kreis Aachen blijkt dat
alleen water moeilijk te blussen en dus
anderhalf uur kunnen de brandweer-
inzetvak aan de Karveelweg. ‘Een
er geen grote concentraties gevaarlijke
was mijn eerste inschatting dat bluswater
mensen niet veel meer als alleen
stoplijn is de uiterste grens tot waar de
stoffen zijn vrijgekomen. In de
alleen mogelijk niet voldoende zou
uitbreiding voorkomen naar de
uitbreiding mag komen en het vuurfront
omgeving wordt enige neerslag
kunnen zijn. Ik heb meer materieel
naastgelegen panden. ‘Het was al snel
gestopt moet worden. Daarvoor hebben
geconstateerd waaronder asbest in de
opgeroepen, onder meer om met schuim
duidelijk dat we extra water nodig
we al het beschikbare water gebruikt,
directe omgeving van de brand. Dit
te kunnen blussen.’
hadden’, legt Jos Laumen uit. ‘Daarvoor
op dat moment een heel schaars goedje.
levert geen acuut gevaar op voor de
hebben we de watertransportunits
Dat bleek een juiste keuze. Het is heel
volksgezondheid en verontreiniging van
Risico’s
opgeroepen die water uit het
spannend geweest. De brand was zo fel
de bodem. Naast de collega’s uit de
Bij aankomst beseffen Jos Laumen en de
nabijgelegen Julianakanaal moesten
dat ik in het beginstadium van de
Kreis Aachen hebben collega’s uit de VR
inmiddels gealarmeerde Rob van den
oppompen. In dit geval betekende dat de
incidentbestrijding besloten heb mensen
midden- en noord Limburg geassisteerd
Bergh (Hoofd Officier van Dienst) meteen
inzet van twee pompunits en in totaal
en materieel een stuk te verplaatsen om
als WVD-ers. Ook de Belgische collega’s
de ernst van de situatie. ‘We zagen vuur
zo’n 800 meter slang uitrollen. Voordat
niet zelf met mijn eenheden na verloop
lieten zich op het MCC informeren over
en rook, maar wisten niet meteen waar
er dan een serieuze hoeveelheid water bij
van tijd in de gevarenzone te belanden.
de situatie en de risico’s voor hun
het precies brandde. We waren ons
de brandhaard is, ben je wel even bezig.’
De stoplijnen konden gehouden worden
grondgebied. >>
grootste branden in Maastricht van de
Focus 11
Bevelvoerder Benoit Smeets
Officier van Dienst Jean-Pierre van Can
‘Er is heel goed samengewerkt’
‘Geen stress’
Om de zeven weken is Benoit Smeets standby als bevelvoerder van de tank-
Jean-Pierre van Can werd aanvankelijk opgeroepen als informatiemanager,
autospuit van de post in Meerssen. Zo ook in de week van de 19e november,
maar kreeg al snel de functie van tweede Officier van Dienst toebedeeld.
de grote brand in de Beatrixhaven. ‘Vaak worden we tijdens een uitruk naar
‘Terecht,’ zegt hij. ‘We hadden te maken met een grote brand die we van twee
Maastricht weer onverrichterzake naar huis gestuurd, omdat de inzet al
kanten wilden benaderen. De eerste officier heeft de Galjoenweg genomen,
onder controle is. Deze keer was dat wel even anders. We zagen van ver het
ik ben met de manschappen naar de Karveelweg gegaan.’ Ondanks de omvang
vuur oplaaien. Toen wist ik: vanavond ben je niet vroeg thuis.’ Bij aankomst
van de brand en de grote inzet van mensen en materieel, heeft Jean van Can
stuurde Benoit Smeets twee mannen naar het Rubberhuis, de andere twee
geen gevoel van chaos gehad. ‘In de 18 jaar dat ik bij de brandweer ben, was
gingen aan de slag met de watervoorziening. ‘We hebben ons toegang
dit wel een van de grootste branden, maar ik heb geen gevoel van stress of
verschaft tot de kantoorruimte en de winkel. Daar was aanvankelijk nog
chaos gehad. Helemaal niet zelfs. De organisatie liep heel goed, iedereen wist
weinig aan de hand. Wel was door de hitte al een ruitje van een tussendeur
wat hij moest doen. Het besluit om ons te concentreren op het niet verder
gesprongen en zagen we vuur in de hal achter de winkel dat zich heel snel
overslaan van de brand was goed. We hebben stoplijnen gelegd en die
uitbreidde.’
gehouden. Zo hebben we erger voorkomen.’
Op dat moment arriveerden de eigenaar en een medewerker van het bedrijf. ‘Op hun aanwijzingen hebben we nog wat geld en een computer met de bedrijfsadministratie kunnen veilig stellen. Dat was nog net op tijd, maar het geeft wel een goed gevoel als je nog iets voor die mensen kunt doen.’
Kazernechef Luc Valent
Benoit Smeets kijkt niet zonder trots terug op de inzet van zijn team. ‘Er is
‘Gelukkig geen slachtoffers’
heel goed samengewerkt met de brandweermensen uit Eijsden, Schinnen, Cadier en Keer en Hulsberg. We hebben de goede keuzes gemaakt en het maximale resultaat behaald. Daar doe je het voor.’
Luc Valent was in twee functies betrokken bij de Compagniebrand in de Beatrixhaven in Maastricht. ‘Allereerst als Adviseur Gevaarlijke Stoffen. We Bevelvoerder Ron Peelen
waren net bezig met een incident in Hoensbroek toen we het bericht kregen
‘Waterlevering lastig’
over een grote, explosieve brand in Maastricht. Ik ben erheen gereden, heb meteen twee eigen meetploegen opgeroepen en twee meetploegen uit Limburg-Noord. Daarnaast is er nog een speciale meetploeg uit Duitsland komen assisteren met een rijdende meetwagen. Zo’n wagen heeft alleen het RIVM in Bilthoven, maar die zou veel te lang onderweg zijn. Bij
Bevelvoerder Ron Peelen was met zijn tankautospuit als eerste aanwezig.
bedrijfsbranden weet je nooit wat er de lucht in gaat. Je wilt natuurlijk
‘We waren gealarmeerd voor een binnenbrand bij het Rubberhuis aan de
weten of er direct gevaar is voor de eigen mensen en omwonenden.
Karveelweg. Bij aankomst zagen we dikke rook, maar het was niet meteen
Vervolgens moet er duidelijkheid komen wat voor stoffen er zijn
duidelijk waar de brandhaard was. Even later zagen we vlammen en hebben
vrijgekomen, hoe het zit met asbest en welke maatregelen er direct en op
we de tankauto verplaatst naar de achterzijde aan de Galjoenweg. Tegelijk
langere termijn nodig zijn.’ Met de vrijgekomen stoffen viel het achteraf
hebben we opgeschaald naar grote brand en de tweede tankautospuit naar
gezien mee en ook de meteo-condities hielpen een handje mee. Maar daarmee was de klus voor Luc Valent nog niet geklaard. ‘Als kazernechef
de Karveelweg gestuurd.’ Al snel was duidelijk dat de brand zich snel uitbreidde. ‘De vlammenzee werd
Verraderlijk
gewenst is. Onder de streep rest enkel
ben ik vervolgens nog ruim een maand betrokken geweest bij de
steeds groter. Daarom is besloten om aangrenzende bedrijven zoveel
In totaal zijn tegen de negentig
materiële schade die wel in de vele
afhandeling en evaluaties. Er zijn vragen gesteld in de gemeenteraad van
mogelijk af te schermen van het vuur. Beperking van uitbreiding was het
brandweermedewerkers ingezet om de
miljoenen loopt. ‘Triest voor de
Maastricht en zelfs de Tweede Kamer. Had er niet een NL Alert afgegeven
speerpunt. Probleem was de waterlevering. In de Beatrixhaven moet je het
compagniebrand te blussen, verdeeld over
ondernemers, natuurlijk’, zegt Rob van den
moeten worden? Zijn alle partijen en de bevolking goed ingelicht? Deze
niet hebben van de ondergrondse brandkranen. Water is er echter voldoende
zo’n zeventien voertuigen waaronder
Bergh. ‘Maar het had echt nog erger
brand heeft duidelijke leermomenten opgeleverd, laat ik het zo zeggen.
uit open water en geboorde putten. De eenheden hebben snel een
tankautospuiten, diverse haakarmvoer-
kunnen zijn. Dit was een heel verraderlijke
Ook hebben wij onze ‘beperkingen’ gevoeld, zeker met twee grote
grootschalig watertransport opgebouwd, maar het duurde een uur voordat
tuigen, hulpverleningsvoertuigen en
brand die wel erg snel om zich heen greep.
incidenten gelijktijdig in onze regio. Verder ben ik trots op al die mensen die
er voldoende water beschikbaar was.’
autoladders/hoogwerker. Het nablussen
Gelukkig zijn er geen gewonden gevallen.
die avond en nacht en de daarop volgende dagen hun werk zo goed gedaan
Ron Peelen heeft nog wel een aandachtspunt: ‘Logistiek. Er was voor eten
neemt nog enkele dagen in beslag tot na
Iedereen was naar huis en de bedrijven
hebben. Het was geen gemakkelijke klus en achteraf mogen we heel blij zijn
gezorgd laat op de avond. Prima, maar eten in een vuil uitrukpak op locatie
het weekend, mede ook omdat dichtbij
waren dicht. We zullen deze brand
dat er geen slachtoffers gevallen zijn. Voor zover je dat over een brand kunt
is not done. Dat moet in de toekomst anders.’
blussen vanwege instortinggevaar niet
desondanks niet snel vergeten.’
zeggen: ik hou er een goed gevoel aan over.’
12 Focus
Focus 13
Veertien monteurs halen certificaat Holmatro binnen
Servicecentrum Sittard officieel Servicepoint Het Servicecentrum aan de Zürichstraat
zelf mogen testen, repareren en
in Sittard is sinds 1 maart officieel een
certificeren. De leverancier, Holmatro,
Holmatro Servicepoint. Dat betekent
houdt op afstand toezicht. Brandweer
dat de monteurs het hydraulisch
Zuid-Limburg is een van de eerste
redgereedschap op de tankautospuiten
korpsen in Nederland met het
en de andere hulpverleningsvoertuigen
certificaat.
Een klein feestje, deze 2e maart in Kazerne Middenweg. De veertien monteurs van het Servicecentrum kleine voertuigen en Bepakkingen krijgen uit handen van Jan Wirken, technisch commercieel adviseur, van de firma Holmatro, elk een certificaat uitgereikt waarmee ze officieel erkend zijn als experts met hydraulische pompen, knipscharen, spreiders, slangen en ander Holmatro redgereedschap. Het certificaat is bepaald geen wassen neus, zegt Arjan Lemmens, servicecoördinator van Holmatro. ‘De veertien mensen hebben bij ons in Raamsdonkveer
De kersverse certificaathouders Gaspard Thijssen, Bert Dullens, Richard Nusser, Dave Houtermans, Guy Cuypers, Ron Vriezelaar, Lei Vleugels, Roland Lambrichs, Roger Dobbelstein, Dominique Bovens, Arno Schmeits, John Brouwers, John van Eck en Patrick Westhovens samen met hun kazernechef, ploegchefs en Holmatro-delegatie op de trap van de kazerne in Sittard
een driedaagse, pittige cursus gevolgd. Afgesloten met een toets. Knap dat ze het allemaal gehaald hebben. We hebben het hier toch over 300 verschillende producten die ze allemaal moeten kennen, van binnen en van buiten. Daarbij komt nog een stuk theorie en een toets in het Engels. Geen makkie, zeker niet.’ Ingewikkeld
De veertien certificaathouders knikken instemmend. ‘Elke dag zijn we hier bezig met reparaties’, zegt een van hen. ‘Bijna elke week komt hier een tankautospuit, hulpverleningsvoertuig of redvoertuig voor de jaarlijkse inspectie en keuring bepakking. We kennen de materialen en middelen dus als geen ander. Toch zijn sommige apparaten zo ingewikkeld dat je niet meteen kunt roepen of ze helemaal in orde zijn. En dat laatste wordt wel van ons verwacht. Wij zijn en voelen ons ook verantwoordelijk. Daarom was deze cursus noodzakelijk.’ Holmatro werd na een openbare aanbesteding in 2013 gekozen als leverancier van de verschillende hydraulische- en pneumatische redgereedschappen op de blus- en hulpverleningsvoertuigen van de Brandweer Zuid-Limburg. ‘Het Servicecentrum in kazerne
'Wij zijn en voelen ons ook verantwoordelijk' Middenweg fungeert als de centrale plek waar al die materialen gecontroleerd en onderhouden worden’, legt ploegchef Roy Schmitz uit. ‘Nu we officieel gecertificeerd zijn door Holmatro, mogen we zelf keuren en repareren. Uiteraard zijn de mensen van Holmatro op de achtergrond beschikbaar voor assistentie en het oplossen van eventuele extreme problemen. Voor de bedrijfsvoering betekent dit een flinke stap voorwaarts. Vroeger reisden de mensen van Holmatro een paar weken per jaar af naar het zuiden om alles te testen en te keuren. Ze sloegen dan hun ‘tenten’ op in diversen kazernes in Maastricht, Parkstad en Westelijke Mijnstreek. Nu we dit zelf kunnen binnen onze organisatie is het naast een belangrijke kostenbesparing mede uniek te noemen dat we deze expertise grotendeels zelf in huis hebben. Iets wat het werk voor onze mannen ook nog uitdagender en spannender maakt.’ >> Focus 15
Relatie
Geen goed nieuws voor de leverancier, zou je zeggen. Jan Wirken van Holmatro glimlacht. ‘Integendeel’, zegt hij. ‘Wij zijn blij dat we eerste toeleverancier van de Brandweer Zuid-Limburg zijn geworden. Wij streven naar een duurzame relatie met onze klanten. Ik denk dat het goed is als de monteurs zelf de producten door en door kennen. Wij krijgen de feedback en kunnen zo verbeteringen doorvoeren. Verder is het niet zo dat we ons nergens meer mee bemoeien. Eén keer per jaar houden we een audit waarin we ook weer trainingen geven met nieuwe apparatuur. De kennis van de brandweermensen blijft zo op peil
Binnenkort wordt het bordje met het opschrift Holmatro Servicepoint op de gevel geschroefd. Jan Wirken van de firma Holmatro overhandigt het bordje alvast aan kazernechef Iwan Custers
en actueel. Dat moet ook, want Holmatro blijft uiteindelijk verantwoordelijk. Als er iets mis zou gaan, dan worden wij aangesproken. Terecht, maar het betekent ook dat wij er alle belang bij hebben dat de monteurs echt alles weten van de materialen en elke keuring serieus wordt uitgevoerd.’
Toets Brandweer Zuid-Limburg geeft gemeenten houvast
Beschikbaarheid van bluswater in kaart gebracht
Professioneel
Deze 2e maart maken de mensen van Holmatro van de gelegenheid gebruik om de werkplaats te inspecteren. Arjan Lemmens is onder de indruk. ‘Uiterst professioneel ingericht, alles op de juiste plek. Dit zit wel goed. Heel prettig om aan zo’n organisatie te kunnen leveren.’ Kazernechef Iwan Custers is duidelijk trots op zijn manschappen. ‘Natuurlijk’, zegt hij. ‘Dit is een mijlpaal voor ons Servicecenter. De mannen hebben in een tijd van grote veranderingen ook nog eens deze opleiding gevolgd. Met veel inzet en enthousiasme. Ik vind dat een geweldige prestatie.’
De beschikbaarheid van voldoende bluswater is een van de belangrijkste voorwaarden om een brand succesvol te bestrijden. Maar wanneer is die voorwaarde nou eigenlijk voldoende ingevuld? En is meer bluswater de enige
‘We zijn wel al bezig met een risicoanalyse’, zegt Tom Bindels, regisseur integrale veiligheid. ‘Met de normen van de brandweer kunnen we precies vaststellen waar eventueel een probleem zou kunnen ontstaan bij brand. We brengen alles in kaart en komen vervolgens met een risicoanalyse. Op basis hiervan willen we kijken naar mogelijke maatregelen. Dat kunnen brandkranen zijn, maar ook watertanks, buffers of aanpassingen aan beken of vijvers zodat die gebruik kunnen worden bij eventueel watertekort.’
optie? Om die vragen te beantwoorden heeft de Brandweer Zuid-Limburg voor de gemeenten een toets ontwikkeld. Op basis daarvan kunnen de gemeenten zien waar de brandrisico’s op buurtniveau zitten en hoeveel bluswater daar tegenover staat. Het bestuur kan zo bewuste keuzes maken, variërend van het accepteren van de risico’s tot het nemen van preventieve en of repressieve maatregelen. De behoefte aan een objectieve toets was een gezamenlijke wens van de Zuid-Limburgse gemeenten, reden voor de brandweer om een regionaal beleidskader op te stellen. Dat kader is in maart vastgesteld en opgenomen in het handboek van de brandweer, maar een aantal gemeenten heeft al voorgesorteerd en maatregelen genomen. Zo heeft de gemeente Schinnen op 43 plaatsen extra brandkranen laten monteren. De gemeente Sittard-Geleen is nog niet zo ver omdat ze het regionale beleidskader als vertrekpunt wil nemen. 16 Focus
Brandweer gebruiker
Het opgestelde beleidskader verplicht de gemeenten tot niets, behalve dan tot het nemen van bewuste keuzes. ‘Klopt’, zegt Maurice Weelen, specialist Risico’s en Veiligheid van de Brandweer Zuid-Limburg. ‘De gemeenten bepalen zelf welke risico’s ze aanvaardbaar vinden. Zij zijn verantwoordelijk, de brandweer is gebruiker. Uiteraard binnen de grenzen van de wet, bijvoorbeeld het bouwbesluit. Dit besluit stelt dat er voldoende water aanwezig moet zijn om een brand te bestrijden. Het probleem is echter dat in het >> Focus 17
bouwbesluit een doelvoorschrift is opgenomen, maar geen middelvoorschrift. Daarom is er constant discussie tussen vergunningaanvrager en gemeente over wat nu voldoende bluswater is. De brandweer kan daarbij alleen adviseren. Het zou een goede zaak zijn om per buurt kaders vast te stellen waaraan een bluswatervoorziening dient te voldoen. Dan sta je als gemeente en brandweer sterker in de discussie rond het middelvoorschrift bluswater. De wijken en straten van vroeger zijn daarnaast veranderd. Bedrijventerreinen zijn niet vergelijkbaar met een grote boerderij, om een voorbeeld te noemen. Natuurlijk is ook het waterleidingnet in de loop der jaren sterk verbeterd. Er was duidelijk vraag naar nieuwe handvaten om de bluswatervoorziening op orde te brengen. Natuurlijk adviseert de brandweer vanuit haar rol als veiligheidsadviseur om het volledige pakket aan preventieve, repressieve voorwaarden te realiseren. Maar wij erkennen ook dat de brandweer maar één van de belanghebbenden is waar de gemeente rekening mee moet houden. Er moeten dus keuzes gemaakt worden. Wat de gemeente uiteindelijk ook beslist, als brandweer moeten we deze keuzes accepteren.’
'Het is niet alleen een kwestie van kranen'
Drinkwater
De toets is maatwerk, legt Wim Plug uit, medewerker Beleidszaken van de Brandweer Zuid-Limburg. ‘We hebben de toetsing uitgesplitst in woonwijk, bedrijventerrein, industrieterrein en buitengebied. Daarnaast zijn speciale objecten benoemd. We zijn heel ver gegaan met differentiëren, maar voldoende bluswater is niet alleen een kwestie van voldoende kranen. Zo is er de complicatie dat de Waterleiding Maatschappij Limburg niet meer zoals vroeger verplicht is om te zorgen voor voldoende bluswater. WML moet drinkwater leveren en dat drinkwater is op zijn best als het door kleine leidingen vervoerd wordt. Iets wat haaks staat op het belang van de
Je kunt niet alles voorkomen brandweer. Wij willen een bepaald aantal kuub per minuut. Nu is het niet zo dat we onenigheid hebben met WML. Wel moeten we rekening houden met dat gegeven en verder kijken dan bluswatercapaciteit.’ Risico’s
‘Wij kijken naar de risico’s als er een brand uitbreekt’, vult Maurice Weelen aan. ‘Brandwerende maatregelen verkleinen de kans op schade. De aanrijtijd van de brandweer is belangrijk, evenals de bereikbaarheid van een pand. De ligging speelt een rol. Een brand in een binnenstad met oude panden is natuurlijk anders dan in een villawijk met moderne huizen. Een binnenstadbrand slaat heel snel over, ook 18 Focus
omdat in oude huizen vaak veel kurkdroog hout aanwezig is. De naoorlogse woningen moeten in de loop van de tijd aan steeds strengere eisen voldoen, ook op het gebied van brandwerendheid. Bij speciale objecten of bedrijven speelt verder een rol welke maatregelen de eigenaren zelf nemen. En dan is er nog de beschikbaarheid van tankautospuiten, extra tankwagens, open water of opslagreservoirs. Er zijn veel factoren die meespelen.’ Bovendien kun je niet alles voorkomen, weet Wim Plug. ‘Je kunt nog zoveel water beschikbaar hebben, soms is laten uitbranden de enige optie. De blusploegen concentreren zich dan op het beschermen van de aangrenzende panden.’
Alternatief
Controle
Beste alternatief voor bluswater is natuurlijk het voorkomen van brand. Hoe meer preventieve maatregelen hoe kleiner de kans op brand. De gemeente Vaals heeft op die manier het toetsingskader van de Brandweer Zuid-Limburg geïnterpreteerd. Vaals investeert niet blindelings in extra bluskranen, maar zet in op vroege detectie, brandmelders en alarmering van burgers bij brand. Ook krijgen burgers informatie hoe zij moeten handelen bij brand. ‘Dat is de toegevoegde waarde van het toetsingskader’, zegt Ton Bindels. ‘Het is een prima instrument om bluswaterbeleid op te stellen en te verankeren. Maar ook om breder naar de risico’s te kijken.’
Hij kan nog niet zeggen welke maatregelen de gemeente Sittard-Geleen gaat nemen om ‘blinde vlekken’ aan te pakken. ‘Waar de veiligheid in gevaar is, zal ongetwijfeld iets gebeuren. Verder is het een kwestie van het efficiënt inzetten van beschikbare middelen. Dit is echter afhankelijk van de analyse. Dit toetsingskader zie ik ook als een handig instrument bij het uitvoeren van bouwplannen en aanpassingen aan de infrastructuur. Als er toch ergens gegraven of gebouwd wordt, kan meteen gekeken worden naar de bluswatervoorzieningen. Het zou goed zijn om bij wegwerkzaamheden naar dit aspect te kijken.’ Focus 19
De brand op industrieterrein Beatrixhaven greep zeer snel om zich heen. Al snel werd besloten om op te schalen naar een Compagniebrand
Brandweer Zuid-Limburg www.brandweer.nl/zuid-limburg
Magazine van de Brandweer Zuid-Limburg. Tekst en realisatie: BCcommunicatie&Tekst Meerssen. Eindredactie: Leon Eumelen. Interviews: Jos Cortenraad. Fotografie: Johannes Timmermans, FVT Brandweer Zuid-Limburg
aaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaa